IC829_FIN.doc

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cdH

centre démocrate Humaniste

CD&V

Christen-Democratisch en Vlaams

ECOLO

Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales

Front National

Mouvement réformateur

N-VA

Nieuw-Vlaamse Alliantie

Parti socialiste

sp.a-spirit

Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht

Vlaams Belang

VLD

Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de

base et du n° consécutif

DOC 51 0000/000

Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer

QRVA

Questions et Réponses écrites

QRVA

Schriftelijke Vragen en Antwoorden

CRIV

version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV

voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)

CRABV

Compte Rendu Analytique (couverture bleue)

CRABV

Beknopt Verslag (blauwe kaft)

CRIV

Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu inté-
gral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions ; les annexes se trouvent dans une brochure
séparée (PLEN: couverture blanche; COM: couverture
saumon)

CRIV

Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken; de
bijlagen zijn in een aparte brochure opgenomen
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)

PLEN

séance plénière

PLEN

Plenum

COM

réunion de commission

COM

Commissievergadering

MOT

motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT

moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :

publications@laChambre.be

Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :

publicaties@deKamer.be

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

SOMMAIRE

INHOUD

Question de Mme Valérie Déom au secrétaire
d'État aux Affaires européennes, adjoint au
ministre des Affaires étrangères sur "l'utilisation
de fonds européens en faveur de l'Église
catholique polonaise" (n° 9269)

Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
staatssecretaris voor Europese Zaken,
toegevoegd aan de minister van Buitenlandse
Zaken over "de aanwending van Europese
fondsen ten voordele van de Poolse katholieke
kerk" (nr. 9269)

Orateurs: Valérie Déom, Didier Donfut,
secrétaire d''Etat aux Affaires européennes

Sprekers: Valérie Déom, Didier Donfut,
staatssecretaris voor Europese Zaken

Question de M. Guido Tastenhoye au secrétaire
d'État aux Affaires européennes, adjoint au
ministre des Affaires étrangères sur "les mesures
proposées par la Commission européenne en vue
d'attirer en Europe des travailleurs migrants"
(n° 9604)

Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de
staatssecretaris voor Europese Zaken,
toegevoegd aan de minister van Buitenlandse
Zaken over "de voorgestelde maatregelen van de
Europese Commissie om arbeidsmigranten naar
Europa te lokken" (nr. 9604)

Orateurs: Guido Tastenhoye, Didier Donfut,
secrétaire d''Etat aux Affaires européennes

Sprekers: Guido Tastenhoye, Didier Donfut,
staatssecretaris voor Europese Zaken

Question de M. Guido Tastenhoye au secrétaire
d'État aux Affaires européennes, adjoint au
ministre des Affaires étrangères sur "l'application
de la directive Bolkestein aux services portuaires"
(n° 9897)

Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de
staatssecretaris voor Europese Zaken,
toegevoegd aan de minister van Buitenlandse
Zaken over "de toepassing van de Bolkestein-
richtlijn op de havendiensten" (nr. 9897)

Orateurs: Guido Tastenhoye, Didier Donfut,
secrétaire d''Etat aux Affaires européennes

Sprekers: Guido Tastenhoye, Didier Donfut,
staatssecretaris voor Europese Zaken

Question de Mme Véronique Ghenne au ministre
de la Coopération au Développement sur "les
moyens belges consacrés à la lutte contre la
malaria" (n° 9459)

Vraag van mevrouw Véronique Ghenne aan de
minister van Ontwikkelingssamenwerking over "de
middelen die België inzet in de strijd tegen
malaria" (nr. 9459)

Orateurs: Véronique Ghenne, Armand De
Decker, ministre de la Coopération au
Développement

Sprekers: Véronique Ghenne, Armand De
Decker, minister van
Ontwikkelingssamenwerking

Question de Mme Véronique Ghenne au ministre
de la Coopération au Développement sur "la
Coopération Technique Belge au Cameroun"
(n° 9758)

Vraag van mevrouw Véronique Ghenne aan de
minister van Ontwikkelingssamenwerking over "de
Belgische Technische Coöperatie in Kameroen"
(nr. 9758)

Orateurs: Véronique Ghenne, Armand De
Decker, ministre de la Coopération au
Développement

Sprekers: Véronique Ghenne, Armand De
Decker, minister van
Ontwikkelingssamenwerking

Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Coopération au Développement sur "les droits
sexuels et reproductifs au Pérou" (n° 9588)

Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Ontwikkelingssamenwerking over
"seksuele en reproductieve rechten in Peru" (nr.
9588)

Orateurs: Hilde Vautmans, Armand De
Decker, ministre de la Coopération au
Développement

Sprekers: Hilde Vautmans, Armand De
Decker, minister van
Ontwikkelingssamenwerking

Question de M. Dirk Van der Maelen au ministre
de la Coopération au Développement sur "le
contrôle des fonds collectés dans le cadre de
l'action tsunami" (n° 9579)

Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Ontwikkelingssamenwerking over "de
controle op de tsunami-gelden" (nr. 9579)

Orateurs: Dirk Van der Maelen, président du
groupe sp.a-spirit, Armand De Decker,
ministre de la Coopération au Développement

Sprekers: Dirk Van der Maelen, voorzitter van
de sp.a-spirit-fractie, Armand De Decker,
minister van Ontwikkelingssamenwerking

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

COMMISSION DES RELATIONS

EXTÉRIEURES

COMMISSIE VOOR DE

BUITENLANDSE BETREKKINGEN

MERCREDI

JANVIER

2006

Après-midi

______

van

WOENSDAG

JANUARI

2006

Namiddag

______

De vergadering wordt geopend om 14.05 uur door de heer Dirk Van der Maelen, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.05 heures par M. Dirk Van der Maelen, président.

01 Question de Mme Valérie Déom au secrétaire d'État aux Affaires européennes, adjoint au ministre

des Affaires étrangères sur "l'utilisation de fonds européens en faveur de l'Église catholique
polonaise" (n° 9269)

01 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan

de minister van Buitenlandse Zaken over "de aanwending van Europese fondsen ten voordele van de
Poolse katholieke kerk" (nr. 9269)

01.01 Valérie Déom (PS): Monsieur le président, monsieur le

secrétaire d'Etat, fin de l'année, la presse s'est fait l'écho de
l'utilisation pour le moins étonnante de fonds européens en faveur de
l'Eglise catholique polonaise. Permettez-moi, afin de situer la
question, de vous lire des extraits d'un article du journal "Le Soir" du
6 octobre 2005.

"(...) Nombre d'institutions de l'Eglise ont bénéficié de fonds
européens. C'est le cas dans le diocèse de Tarnow, au sud-est de la
Pologne. 'Grâce aux fonds de Bruxelles, nous avons pu installer des
dispositifs antivol et anti-incendie dans quatre églises en bois',
explique un prêtre. 'Nous avons rénové en outre des églises gréco-
catholiques. Certains prêtres qui cultivent un bout de terrain nous ont
aussi demandé l'autorisation de briguer des subventions agricoles'. Et
pour cause, l'Eglise, avec 100.000 hectares, dont 70.000 de sols
cultivables, est le deuxième propriétaire terrien en Pologne après
l'Etat. La plupart des fonds servent toutefois à la rénovation des
édifices et monuments sacrés. 'La technicité requise pour emplir les
dossiers constitue un obstacle. Mais le plus dur, c'est aussi de trouver
les idées car l'argent européen ne peut pas être destiné à des fins
purement religieuses', explique le père Trzeciak, directeur du Bureau
catholique d'information et d'initiatives européennes. Son association
a reçu près de 100.000 euros de Bruxelles pour, entre autres, former
les prêtres à remplir des dossiers pour solliciter des fonds (...)."

Monsieur le secrétaire d'Etat, mes questions sont les suivantes:

- Sur quelle base juridique peut se fonder l'Eglise catholique pour
solliciter des fonds au niveau européen? Cela est-il ouvert aux autres
cultes?

- Si oui, dans quel but? Est-ce dans un but de rénovation des lieux de
culte? S'agit-il de tous les lieux de culte ou seulement de certains?

01.01 Valérie Déom (PS):

Volgens persberichten gaan
Europese fondsen naar de
katholieke Kerk in Polen om
religieuze gebouwen te
restaureren en priesters op te
leiden zodat ze dossiers kunnen
invullen om fondsen aan te
vragen. Luidens de berichten
worden die subsidies in sommige
gevallen onrechtmatig gebruikt.

Op welke juridische grond beroept
de katholieke Kerk zich om
fondsen aan te vragen? Staat die
mogelijkheid ook open voor de
andere religies? Voor welke
doelstellingen worden die fondsen
toegekend? Om alle of slechts
bepaalde plaatsen van de
eredienst te restaureren? Hoe zit
het met de 100.000 euro die werd
aangewend om priesters op te
leiden zodat ze de dossiers
kunnen invullen om Europese
fondsen aan te vragen? Dit ruikt
immers naar een opleiding om te
frauderen.

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

- En outre, qu'en est-il des 100.000 euros qui auraient été remis au
Bureau catholique d'information et d'initiatives européennes pour
former des prêtres à remplir des dossiers de demandes de fonds
européens? En clair, il s'agit de fonds qui ont permis de former des
"fraudeurs".

01.02 Didier Donfut, secrétaire d'Etat: Monsieur le président, je

voudrais d'abord rassurer l'honorable membre sur l'intérêt de sa
question. La problématique de l'affectation des fonds européens est
en effet toujours présente.

La répartition, l'utilisation et la gestion de ces fonds sont l'objet de
plusieurs décisions prises par le Conseil européen pour mettre sur
pied une procédure en bonne et due forme. La Commission
européenne veille au respect intégral de l'ensemble de ces décisions.

Dans ce cadre, l'utilisation des fonds européens s'appuie sur le
principe de subsidiarité. En d'autres termes, lorsqu'ils élaborent leur
cadre de référence national stratégique, lorsqu'ils précisent leur
volonté d'affecter à différentes politiques les fonds européens qu'ils
reçoivent, les secrétaires régionaux identifient clairement leurs
priorités. Parmi celles-ci, la rénovation de l'héritage historique est
l'une des options acceptées par la Commission pour allouer des fonds
de l'enveloppe Objectif 1. Il va de soi que, si des soupçons de fraude
apparaissent à un moment donné, ils feront l'objet de l'enquête
nécessaire et, le cas échéant, de sanctions de la part de la
Commission à l'encontre de l'Etat membre.

Dans le cas qui vous préoccupe, on constate que nos amis polonais
ont retenu ce type d'affectation, c'est-à-dire la rénovation de l'héritage
historique, pour utiliser les fonds européens et ils l'ouvrent aux
différents cultes. On sait que l'Eglise catholique occupe une place
importante dans les courants religieux et philosophiques polonais
mais on est face à un principe de non-discrimination au regard du
droit européen. Si la Pologne a opté pour cette affectation, elle est
applicable à l'ensemble des courants philosophiques et religieux.
Peut-être verra-t-on demain, des temples protestants ou en termes
philosophiques des temples maçonniques faisant partie du
patrimoine historique rénovés par des fonds européens.

Cela peut évidemment susciter de l'inquiétude. Toutefois, je le répète,
la Commission est là pour veiller non seulement à la bonne utilisation
des fonds, mais aussi à la non-discrimination. A l'instar des autorités
polonaises, nous pouvons tous vouloir procéder à la rénovation
d'héritages historiques.

J'en arrive à la formation. Dans le cadre des fonds structurels, il est
possible de financer la formation d'acteurs du développement
économique. C'est d'ailleurs le cas en Belgique. Il est bien entendu
que si on laisse les prêtres polonais suivre une formation leur
permettant de monter des dossiers spécifiques à l'affectation de fonds
structurels, cela doit être autorisé pour tous. On pourrait d'ailleurs
encourager d'autres courants philosophiques ou religieux à suivre le
chemin qui a été ouvert par la Pologne.

Ce genre de pratique est-il possible dans d'autres Etats? Oui, si un
Etat spécifiait qu'il réserve ce genre d'enveloppe pour les courants
philosophiques ou religieux.

01.02 Staatssecretaris Didier

Donfut: De verdeling van de
Europese middelen wordt geregle-
menteerd door de Raad. De
Commissie ziet toe op de naleving
van die reglementering.

Voor het gebruik van de Europese
middelen is het subsidiariteit-
principe van toepassing. De
regionale overheden kunnen
bepalen dat de restauratie van het
historisch erfgoed een politieke
prioriteit is waaraan middelen
kunnen worden toegekend in het
kader van de eerste doelstelling.

In de zaak die u aanhaalt, heeft
Polen beslist de Europese
middelen die bestemming te
geven en de verschillende
erediensten erbij te betrekken.
Ingevolge het non-discriminatie-
beginsel ten aanzien van het
Europees recht, bestaat die
mogelijkheid dus voor alle
filosofische of godsdienstige
strekkingen.

In het kader van de
structuurfondsen, kunnen de
Poolse priesters een opleiding
volgen voor het opstellen van
dossiers om middelen aan te
vragen. Deze mogelijkheid staat
ook open voor andere filosofische
of godsdienstige strekkingen. Die
situatie kan zich voordoen in elk
land dat zou beslissen om een
dergelijk budget voor te behouden
aan de filosofische of
godsdienstige strekkingen.

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

01.03 Valérie Déom (PS): Monsieur le président, je remercie le

secrétaire d'État pour sa réponse. Le principe visant à puiser sur les
fonds structurels pour la préservation de l'héritage historique est, à
mon sens, fondamental. Cependant, il est aussi exact que les propos
tenus par le prêtre dans l'article de presse étaient clairs; il affirmait:
"Les fonds européens ne doivent pas servir aux églises. Nous
demandons des subventions agricoles mais, in fine, elles vont à la
rénovation des églises..." Lui-même se mettait donc en porte-à-faux,
d'où ma question.

Il faudrait peut-être attirer l'attention de l'Union européenne sur ces
déclarations ambiguës et, peut-être, s'assurer que le contrôle de la
destination des fonds a bien été effectué dans ce dossier.

Je me permettrai une petite question subsidiaire et pour laquelle je ne
requiers pas nécessairement de réponse immédiate: via quel type de
budget auraient été alloués les fonds octroyés par l'Union européenne
pour organiser les Journées mondiales de la jeunesse à Cologne? Il
me semble qu'il s'agissait d'une somme assez importante d'un million
d'euros. Là aussi, était-ce une demande directe de l'Allemagne en
termes d'organisation?

Si vous le désirez, vous pouvez me faire parvenir votre réponse par
écrit.

01.03 Valérie Déom (PS): Het

lijkt mij logisch dat structurele
fondsen kunnen worden
uitgetrokken voor de instand-
houding van het historisch
erfgoed. In het artikel waaruit ik
uittreksels heb geciteerd, wordt
echter gesteld dat Europese
fondsen, en meer bepaald
landbouwsubsidies, worden
aangewend voor religieuze
doeleinden.

Misschien moet men er zich bij de
Europese Unie van vergewissen
dat de bestemming van die
fondsen in dat dossier wel degelijk
werd gecontroleerd?

Ik zou graag nog een kleine
aanvullende toelichting willen: van
welke begroting waren die door de
Europese Unie toegekende
fondsen ten voordele van de
Wereldjeugddagen in Keulen
afkomstig? Betrof het een
rechtstreeks verzoek van
Duitsland?

01.04 Didier Donfut, secrétaire d'Etat: J'essaierai d'avoir une

réponse précise, mais je pense qu'il s'agit là de fonds pilotés par la
Commission européenne. La Commission dispose d'enveloppes
importantes de fonds destinés à promouvoir l'image de l'Europe et les
relations internationales.

Il me semble donc qu'ils doivent provenir plutôt de la commissaire à la
Communication, Mme Wallström. Nous pourrons obtenir assez
facilement cette réponse et je ne manquerai pas de vous la
communiquer.

01.04 Staatssecretaris Didier

Donfut: Ik geloof dat het ging om
fondsen die afkomstig waren van
de Europese Commissaris voor
Communicatie, mevrouw Margot
Wallström, en die bestemd waren
voor campagnes om het imago
van Europa te bevorderen. Ik zal u
dat antwoord later meedelen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

02 Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd

aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de voorgestelde maatregelen van de Europese
Commissie om arbeidsmigranten naar Europa te lokken" (nr. 9604)

02 Question de M. Guido Tastenhoye au secrétaire d'État aux Affaires européennes, adjoint au

ministre des Affaires étrangères sur "les mesures proposées par la Commission européenne en vue
d'attirer en Europe des travailleurs migrants" (n° 9604)

02.01 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,

mijnheer de staatssecretaris, de Europese Commissie heeft eind
december 2005 een plan voorgesteld met daarin een aantal te nemen
maatregelen die komende decennia groepen arbeidsmigranten naar
Europa moeten lokken. Dit als een antwoord op de vergrijzing en om
tekorten aan arbeidskrachten in bepaalde sectoren op te vangen. Dat
is althans hetgeen Europees commissaris Franco Frattini daarover

02.01 Guido Tastenhoye

(Vlaams Belang): Fin décembre
2005, la Commission européenne
a proposé un plan visant à attirer
des groupes de travailleurs
migrants en Europe. Quel est le
contenu exact de ce plan? Les

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

meedeelde.

Ten eerste, kunt u meedelen wat dit plan precies inhoudt?

Ten tweede, in welke mate zijn de lidstaten gebonden om de
maatregelen van dit plan op hun eigen grondgebied in te voeren?

Ten derde, is België zinnens om dit Europees plan of delen ervan
over te nemen? Zo ja, welke?

Ten vierde, meent u dat dit plan op zijn plaats is in een land als België
dat met 10 miljoen inwoners meer dan 600.000 werklozen telt, onder
wie zeer veel jongeren?

États membres sont-ils contraints
de mettre en oeuvre ces mesures?
La Belgique appliquera-t-elle ce
plan dans son intégralité ou
partiellement? Jugez-vous
opportun d'exécuter ce plan dans
un pays qui compte 600.000 sans-
emploi?

02.02 Staatssecretaris Didier Donfut: Mijnheer de voorzitter,

mijnheer Tastenhoye, ten eerste, op 11 januari 2005 nam de
Europese Commissie een Groenboek aan over een
gemeenschappelijke aanpak van het beheer van de economische
migratie. Daarmee wil de Commissie zich aan haar politiek mandaat
houden en een diepgaand debat op gang brengen over de vraag
welke de meest geschikte gemeenschapsregels zijn voor de toelating
van economische migranten en welke de toegevoegde waarde zou
zijn van een dergelijk gemeenschappelijk kader.

Ten tweede, dat Groenboek werd gevolgd door een algemeen debat
op communautair, nationaal en regionaal vlak. Ook vond intern
Belgisch overleg plaats om dat document te bespreken. De
Commissie ontving daarover een gemeenschappelijke Belgische
bijdrage.

02.02 Didier Donfut, secrétaire

d'État: Le 11 janvier 2005, la
Commission européenne a adopté
un livre vert relatif à l'approche
commune de la migration
économique dans le but de lancer
un débat sur l'utilité de règles
communes à ce sujet. Le livre vert
a été suivi d'un débat au niveau
communautaire,

national et

régional. La Commission a reçu
une contribution belge commune à
ce sujet.

Troisièmement, dans sa contribution au Livre vert et tout en
soulignant qu'à ce stade des travaux, les éléments de réponse que
celle-ci a apportés ne pouvaient être que préliminaires et provisoires,
la Belgique a fait remarquer que, pour déterminer le niveau
nécessaire de l'intervention de l'Union, il convenait tout d'abord de
répondre à la question de la plus-value d'une telle action
communautaire et que cela supposait que l'on réponde à la question
préalable du besoin de cette migration économique.

Pour la Belgique, l'Union européenne ne peut déterminer si et dans
quelle mesure les Etats membres doivent faire appel à l'immigration
économique. Cette question doit rester une compétence des Etats.
Pour la Belgique, le besoin d'une immigration économique doit en
effet être évalué à la lumière de la situation particulière de chaque
marché du travail.

Il paraissait également prématuré pour notre pays d'affirmer que
l'immigration économique constituerait la réponse générale au défi du
vieillissement. L'immigration économique ne pourrait être qu'une
mesure complémentaire par rapport aux efforts à déployer par les
pouvoirs publics et les entreprises, notamment sur le plan de la
formation, de la mobilité et de l'insertion des chômeurs afin
d'augmenter leur taux de participation au marché du travail.
L'immigration économique doit en outre être vue à la lumière de la
libre circulation dont bénéficieront, dans un proche avenir, les
travailleurs des nouveaux Etats membres. La question doit aussi être
examinée en consultation avec les partenaires sociaux.

In zijn bijdrage tot het Groenboek
onderstreept België dat we, om het
interventieniveau van de Unie te
bepalen, de noodzaak van die
economische immigratie moeten
beoordelen. De Europese Unie
kan die vraag niet in onze plaats
beantwoorden, want in het licht
van elke arbeidsmarkt moeten de
staten hiervoor bevoegd blijven.

De economische immigratie lijkt
ons evenmin de enige oplossing
voor de vergrijzing. Het is een
bijkomende maatregel, naast de
inspanningen die worden geleverd
voor opleiding, mobiliteit en
inschakeling van werklozen. De
economische immigratie moet ook
in verband worden gebracht met
het vrij verkeer van werknemers
uit de nieuwe lidstaten. Dit
probleem moet ook samen met de
sociale partners worden
onderzocht.

De Unie zou wel een
gemeenschappelijk kader kunnen

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Pour la Belgique, un des avantages d'une action de l'Union pourrait,
en revanche, résider dans la fixation d'un cadre commun qui
s'appliquerait aux Etats membres qui décident de recourir à
l'immigration économique. Un tel cadre pourrait permettre à la fois de
réduire les effets pervers que pourrait engendrer la politique nationale
d'un Etat dans les autres Etats membres, notamment en mettant en
avant, dans le cadre de l'Union, l'égalité des conditions de travail
entre travailleurs immigrants et ceux des pays d'accueil et faciliter
pour l'Etat y faisant appel la recherche et le recrutement de candidats
à l'immigration.

uitwerken voor de lidstaten die een
beroep willen doen op
economische immigratie, waarbij
de gelijke arbeidsvoorwaarden
voor de werknemers worden
vooropgesteld en waardoor de
geïnteresseerde landen makke-
lijker kandidaat-immigranten
kunnen zoeken en aanwerven.

Ten vierde, op basis van deze commentaren maakte de Commissie
op 20 december 2005 een actieprogramma legale migratie bekend.

De bedoeling van dit actieplan is om binnen het kader van het
bestaande politieke debat over migratie dat in de EU wordt gevoerd,
een stappenplan voor te stellen met maatregelen die beogen
gekwalificeerde migranten aan te trekken en op die manier te
beantwoorden aan de objectieve behoeften van de arbeidsmarkt.

Het bevat vier delen: de voorwaarden voor toegang en verblijf van
onderdanen van derde landen die legaal in de EU willen werken, de
verbetering van de informatie over immigratie, de integratie van
buitenlandse werknemers en hun families en de samenwerking met
de landen van oorsprong.

Ten vijfde, er moet worden verduidelijkt dat dit actieplan geen
wettelijke voorstellen inhoudt. Deze worden pas in een later stadium
door de Commissie ingediend en zullen dan door de Raad van
Ministers worden behandeld.

Ook maakt de Commissie zeer duidelijk dat er geen sprake kan zijn
om op communautair niveau een eigen quotatie uit te werken of op te
leggen. Dit blijft een bevoegdheid van de lidstaten. De Commissie
beoogt integendeel geharmoniseerde en gemeenschappelijke
beschermingsmaatregelen voor legale migranten en hun families uit
te werken, met als uiteindelijk doel het vermijden van elke vorm van
sociale dumping.

Sur la base de ces commentaires,
la Commission a présenté, le 20
décembre 2005, son plan d'action
en matière d'immigration légale.
L'objectif consiste à proposer un
plan échelonné incluant des
mesures visant à attirer des
immigrés qualifiés et à répondre
ainsi aux besoins du marché de
l'emploi. Ce plan échelonné
comporte quatre volets: les
conditions d'accès et de séjour
des ressortissants de pays tiers
qui souhaitent travailler dans la
légalité au sein de l'Union
européenne, l'amélioration des
informations en matière
d'immigration, l'intégration des
travailleurs étrangers et de leurs
familles et la coopération avec les
pays d'origine.

Le plan d'action ne comprend
aucune proposition législative. La
Commission ne soumettra de
telles propositions au Conseil que
plus tard. En outre, la Commission
a clairement indiqué qu'il ne
saurait être question d'imposer
des quotas au niveau
communautaire: cette matière
demeure une compétence des
États membres. La Commission
souhaite au contraire élaborer des
règles de protection harmonisées
en faveur des immigrés légaux et
de leurs familles pour éviter tout
dumping social.

Si ce programme d'actions est un plan de la Commission qui ne
contient pas de proposition légale, il n'est pas contraignant pour les
Etats membres. Le programme fera, le moment venu, l'objet d'une
concertation au niveau belge. Les différents éléments de ce
document seront alors soumis à un examen afin d'établir les positions
belges appropriées.

Tot slot is het actieprogramma een
plan van de Commissie dat geen
wettelijke voorstellen inhoudt en is
het niet afdwingbaar ten aanzien
van de lidstaten. Te gelegener tijd
zal ons land het plan bespreken en
aan een nader onderzoek
onderwerpen.

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

02.03 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): Mijnheer de

staatssecretaris, ik dank u voor uw uitvoerig antwoord. Ik heb uit uw
antwoord begrepen dat het plan nog niet definitief is en ook niet te
nemen of te laten, maar dat er nog heel wat studiewerk aan te pas zal
komen wat de implementatie ervan betreft. Wij zullen dit dossier van
nabij blijven opvolgen.

02.03 Guido Tastenhoye

(Vlaams Belang): J'en conclus que
le plan n'est pas encore définitif et
qu'il n'est donc pas à prendre ou à
laisser. Nous resterons attentifs à
ce dossier.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

03 Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd

aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de toepassing van de Bolkestein-richtlijn op de
havendiensten" (nr. 9897)

03 Question de M. Guido Tastenhoye au secrétaire d'État aux Affaires européennes, adjoint au

ministre des Affaires étrangères sur "l'application de la directive Bolkestein aux services portuaires"
(n° 9897)

03.01 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): Mijnheer de

staatssecretaris, het Europees Parlement heeft onlangs met een heel
grote meerderheid de beruchte havenrichtlijn verworpen, met name
de meest controversiële regels uit die richtlijn, zijnde die over de
zelfafhandeling van de schepen in de havens. Uit de pers vernemen
wij echter dat de verwerping ook gevolgen kan hebben. Zo zou er in
kringen van de Europese Commissie een telefoontje gesignaleerd zijn
van Frits Bolkestein, de vorige commissaris van Intern Marktbeleid en
vader van de dienstenrichtlijn. Ik verwijs daarvoor naar De Standaard
van 19 januari jongstleden op pagina 20.

Bolkestein zou erop gewezen hebben dat de verwerping van de
havenrichtlijn ook betekent dat de "Bolkestein-richtlijn" nu van kracht
wordt op de havendiensten. In de tekst staat immers dat transport van
de Bolkestein-richtlijn uitgesloten is, ik citeer: "... in zoverre er andere
communautaire regels van toepassing zijn", in casu dus de
havenrichtlijn, die er niet komt. Zo stelt De Standaard.

Ik heb een aantal vragen. Ten eerste, kan de minister aan de Kamer
precies uitleggen wat de mogelijke gevolgen zijn van het verwerpen
van de havenrichtlijn en van het van toepassing worden van de
Bolkestein-richtlijn op de havendiensten?

Ten tweede, kan de minister in concreto vertellen wat dat in de
toekomst zou kunnen betekenen voor de afhandeling van de schepen
in onze Belgische havens en welke gevolgen dat kan hebben voor de
positie van onze havenarbeiders?

03.01 Guido Tastenhoye

(Vlaams Belang): Le Parlement
européen a rejeté la directive
portuaire. Selon la presse, cela
pourrait signifier que la directive
Bolkestein sera désormais
applicable aux services portuaires.
Le ministre peut-il nous en dire
plus? Dans quelle mesure cette
décision influencera-t-elle la
situation de nos dockers?

03.02 Staatssecretaris Didier Donfut: Zoals bekend gemaakt door

onder andere de SERV in haar "Aanbeveling van de Vlaamse
havencommissie over het verstevigen van de richtlijn van de
Europese Commissie betreffende de diensten op de interne markt",
door een research report van professor Wouter Gekiere van de KUL
commissioned by Anne Van Lancker, rapporteur voor het `Committee
Employment and Social Affairs' van het Europees Parlement, klopt
het dat de tekst van het commissievoorstel van januari 2004 geen
volle duidelijkheid schept over de kwestie van de havendiensten.

Toch hield de commissie steeds staande dat de havendiensten er niet
in zijn opgenomen. De DG Markt heeft vandaag zelfs schriftelijk

03.02 Didier Donfut, secrétaire

d'État: Comme l'ont déjà indiqué le
SERV et le professeur Gekiere, de
la KU Leuven, il est exact que le
texte de la proposition de la
Commission européenne de
janvier 2004 ne fait pas toute la
lumière sur la question des
services portuaires. Mais la
Commission indique que ces
services ne relèvent pas de la
proposition de directive et que leur

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

geantwoord dat "het voorstel van dienstenrichtlijn niet van toepassing
is op de havendiensten en dit ongeacht of de richtlijn op de
havendiensten wordt aanvaard of niet."

Er wordt in ieder geval een uitdrukkelijke vermelding tot uitsluiting van
de havendiensten, considerans 12, voorzien, zij het in de versie van
de dienstenrichtlijn die in de Raad wordt besproken, of in de door de
commissie Interne Markt aangepaste versie.

exclusion expresse du champ
d'application de cette directive est
prévue dans la version examinée
au Conseil ou dans la version
aménagée par la commission
Marché intérieur.

Enfin, en ce qui concerne une éventuelle velléité de la Commission de
réintroduire le secteur dans le champ d'application, la pratique récente
et l'équilibre actuel entre les deux co-législateurs sembleraient
indiquer que même si la Commission nourrissait une telle intention et
qu'il se trouvait une majorité au sein du Conseil pour y faire droit, une
telle manière de procéder se verrait immanquablement et
efficacement sanctionnée par le Parlement.

Tot slot, zelfs indien de Commissie
zou willen dat de sector opnieuw
tot het toepassingsgebied zou
behoren en dat er daarvoor binnen
de Raad een meerderheid zou
worden gevonden, zou dat door
het Parlement worden afgewezen.

03.03 Guido Tastenhoye (Vlaams Belang): Mijnheer de

staatssecretaris, ik dank u voor uw antwoord.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De voorzitter: Ik stel voor onze werkzaamheden even te onderbreken, tot de aankomst van de minister.

De vergadering wordt geschorst van 14.27 uur tot 14.45 uur.
La séance est suspendue de 14.27 heures à 14.45 heures.

04 Question de Mme Véronique Ghenne au ministre de la Coopération au Développement sur "les

moyens belges consacrés à la lutte contre la malaria" (n° 9459)

04 Vraag van mevrouw Véronique Ghenne aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over "de

middelen die België inzet in de strijd tegen malaria" (nr. 9459)

04.01 Véronique Ghenne (PS): Monsieur le président, monsieur le

ministre, revenant d'une conférence organisée au Cameroun par
l'Organisation mondiale de la santé (OMS) dans son initiative "Roll
back Malaria", donc sensibilisée au dernier développement du sujet,
je souhaite attirer votre attention sur les moyens alloués par la
communauté internationale et par la Belgique en particulier pour lutter
contre cette maladie.

La malaria entraîne chaque année plus d'un million de victimes dans
les pays les plus pauvres, dont plus de 90% en Afrique. Or, selon
l'OMS, 3,2 milliards de dollars par an seraient nécessaires pour lutter
de manière efficace contre cette maladie dans plus de 82 pays, soit
cinq fois plus que les 600 millions de dollars actuellement affectés à la
lutte contre le paludisme par les différents pays qui participent à cette
action.

Aussi est-il possible de connaître le détail des mesures prises par la
Belgique dans le domaine de la lutte contre le paludisme à travers le
monde et, plus particulièrement, en Afrique?

Quels sont les détails de la coopération bilatérale directe et indirecte
de la Belgique en ce domaine?

De plus, pensant qu'une approche intégrée est toujours préférable à
une dispersion des projets et moyens, vous est-il possible, monsieur

04.01 Véronique Ghenne (PS):

Volgens de Wereldgezondheids-
organisatie moet het bedrag van
zeshonderd miljoen dollar, dat
momenteel wordt besteed aan de
bestrijding van malaria in de
tweeëntachtig meest getroffen
landen, met vijf worden
vermenigvuldigd.

Welke rol speelt België in de strijd
tegen malaria? Welke bijdrage
levert ons land aan rechtstreekse
en onrechtstreekse samen-
werking? Welke initiatieven neemt
of steunt België? Draagt België bij
tot het "Global Fund"?

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

le ministre, de me donner une vision d'ensemble des initiatives ainsi
soutenues ou menées par la Belgique?

Enfin, quelle fut, quelle est ou quelle sera la contribution de la
Belgique au Global Fund?

04.02 Armand De Decker, ministre: Monsieur le président, chère

collègue, je vous remercie pour votre question qui me donne
l'occasion d'évoquer l'action de la Belgique dans le domaine de ces
maladies, notamment de la malaria.

La note de stratégie Santé publique de base, développée par mon
département, pose comme principe l'accès à la santé publique et met
l'accent sur quelques questions particulières, dont le contrôle de la
malaria.

L'importance que nous portons, avec nos pays partenaires, au
développement et à la santé publique se reflète dans les quelque
50 millions d'euros consacrés par an, de 2000 à 2004, à la santé
publique, soit environ 4,5% de notre aide publique au développement.

Près de 20% des nouvelles conventions qui ont été conclues en 2004
étaient relatives à l'amélioration de l'état de santé de la population. A
côté des programmes de lutte contre le VIH sida et contre les
maladies tropicales dont le paludisme, l'accent est mis sur
l'amélioration des services de santé élémentaires, appelés la "santé
de base" dans le langage de la coopération.

Comme vous le savez, nous cherchons à privilégier dans notre action
bilatérale le renforcement des systèmes de santé nationaux de nos
pays partenaires car leur action, principalement en Afrique sub-
saharienne, est liée dans une large mesure au programme de
prévention, de traitement et de contrôle des maladies endémiques,
dont bien sûr le paludisme. Par ailleurs, les programmes liés à
l'approvisionnement et à l'assainissement de l'eau que nous
développons dans beaucoup de pays contribuent indirectement à la
lutte contre le paludisme, de même que le programme lié à la sécurité
alimentaire.

En réalité, la lutte contre le paludisme s'inscrit comme un filigrane à
travers tous nos programmes visant l'amélioration du niveau de vie
des populations concernées. En ce qui concerne les programmes
spécifiques relatifs à la lutte contre le paludisme, j'attire votre attention
sur deux projets bilatéraux directs, trois projets bilatéraux indirects et
sur notre contribution multilatérale à l'Organisation mondiale de la
Santé ainsi qu'au Fonds mondial de lutte contre le sida, la tuberculose
et le paludisme. Ce sont trois volets: le direct, l'indirect et le
multilatéral.

Les deux projets bilatéraux directs s'étendent sur la période 2002-
2006: l'un au Rwanda pour un montant de 2,6 millions d'euros, l'autre
au Mali pour un montant de 1.080.000 euros.

Les trois projets bilatéraux indirects sont menés par l'entremise de
l'Institut de médecine tropicale d'Anvers et s'étendent de 2003 à 2007
pour les deux premiers et de 2003 à 2006 pour le dernier. Il s'agit
pour le premier projet d'un programme de renforcement institutionnel
des instituts nationaux pour la malaria au Vietnam, au Cambodge et

04.02 Minister Armand De

Decker: Van 2000 tot 2004
hebben wij vijftig miljoen euro per
jaar aan gezondheid besteed. Dit
bedrag is goed voor 4,5 procent
van onze overheidssteun aan
ontwikkeling. De strijd tegen het
AIDS-virus en tropische ziekten
kadert in programma's voor de
verbetering van de toegang tot
basisgezondheidszorg, water-
zuivering en verbetering van de
voedselveiligheid. De strijd tegen
malaria is dus verweven met de
acties die wij steunen.

In het kader van de directe
bilaterale samenwerking steunen
wij twee programma's die lopen
van 2002 tot 2006: een in Rwanda
voor 2,6 miljoen euro en een
ander in Mali voor 1,08 miljoen
euro.

In het kader van de indirecte
bilaterale samenwerking steunen
wij via het Instituut voor tropische
geneeskunde van Antwerpen twee
programma's op het stuk van de
institutionele versterking van 2003
tot 2007: een in Vietnam,
Cambodja en Laos (191.000 euro
in 2005) en een ander in Oost-
Afrika (150.000 euro in 2005),
evenals een preventieprogramma
van 2003 tot 2006 in Burundi
(150.000 euro in 2005).

Op multilateraal niveau bestaat
onze samenwerking in een
bijdrage aan de Wereldgezond-
heidsorganisatie (2,4 miljoen euro
in 2004) en het Global Fund to
Fight Aids, Tuberculosis and
Malaria.

Wij nemen niet deel aan Roll Back
Malaria, maar ik ontmoet
binnenkort vertegenwoordigers
van dit programma om hun
aanvraag tot bijdrage van ons land
te onderzoeken.

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

au Laos. En 2005, nous avons contribué à ces projets pour
191.000 euros. Pour le deuxième projet, il s'agit aussi d'un soutien
institutionnel du réseau de l'Afrique orientale, pour le monitoring et le
traitement de la malaria. Notre contribution, en 2005, s'est élevée à
150.000 euros. Le troisième projet au Burundi traite de la prévention.
En 2005, nous y avons contribué pour 150.000 euros.

Dans le domaine multilatéral, nos interventions se concentrent sur
l'Organisation mondiale de la Santé et le Fonds mondial de lutte
contre le VIH sida, la tuberculose et le paludisme. Il n'est pas possible
de vous donner une ventilation de nos contributions à ces deux
organismes en fonction de la maladie particulière du paludisme mais
il convient de noter, en ce qui concerne l'OMS, que la Coopération
belge a octroyé, en 2004, 2,5 millions d'euros pour des programmes
dont les priorités coïncident avec celles de la Belgique en matière de
soins de santé. La Belgique ne contribue toutefois pas au programme
"Roll back Malaria", ceci en conformité avec notre politique de
concentration de l'aide telle que préconisée par la déclaration de Paris
de l'OCDE sur l'efficacité de l'aide et pour éviter de devoir assigner
nos contributions à une maladie particulière, notre approche de la
santé publique étant, dans ce domaine, volontairement plus globale.

Cela étant dit, les responsables de "Roll back Malaria" ont demandé à
me rencontrer. Je les recevrai dans les dix jours qui viennent et nous
verrons ce que nous ferons par rapport à leur demande de voir la
Belgique participer spécifiquement à leur organisation.

En ce qui concerne le Fonds mondial, qui regroupe le sida, la
tuberculose et le paludisme, j'ai tenu à augmenter de façon
progressive notre contribution annuelle. Celle-ci a été de 5.050.000
euros en 2005. Elle passera à 8.050.000 euros en 2006, j'ai donc
ajouté 3 millions d'euros, et, tenez-vous bien, elle passera à
12.050.000 euros en 2007.

En tenant compte de cette programmation des dépenses, les
contributions totales de la Belgique au Fonds mondial sur la période
2001-2007 se seront élevées à 51,5 millions d'euros, soit une
moyenne annuelle de 7 millions d'euros dans la lutte contre le sida, la
tuberculose et le paludisme.

Selon les derniers chiffres du Fonds mondial, 26% de ces
décaissements sont consacrés à la lutte contre le paludisme, 17% à
la tuberculose et 51% au sida, 60% des dépenses étant effectuées en
Afrique. Pour la période 2001-2005, en matière de prévention et de
traitement du paludisme, le Fonds mondial aura permis de distribuer
109 millions de moustiquaires traitées et aura financé 264 millions de
polythérapies à base d'artémisinine pour lutter contre le paludisme.

Ik heb beslist onze jaarlijkse
bijdrage aan het Global Fund te
verhogen van 5,05 miljoen euro in
2005 tot 8,05 miljoen euro in 2006
en 12,05 miljoen euro in 2007.
Dan hebben we van 2001 tot 2007
voor 51,5 miljoen euro
bijgedragen. Dit komt overeen met
een gemiddelde jaarlijkse bijdrage
van 7 miljoen euro. Het Global
Fund spendeert 26 procent van
zijn uitgaven aan malaria,
17 procent aan tuberculose en
51 procent aan aids. 60 procent
van de fondsen wordt in Afrika
uitgegeven.

04.03 Véronique Ghenne (PS): Monsieur le président, je remercie le

ministre pour sa réponse détaillée. J'aimerais recevoir une copie
écrite de celle-ci. Je ne peux que me réjouir de voir que la Belgique
contribue activement à la recherche contre le paludisme en
augmentant les moyens du Global Fund.

04.03 Véronique Ghenne (PS):

Die verhoging van onze bijdragen
verheugt mij.

04.04 Armand De Decker, ministre: Dans tous ces domaines, la

Belgique a la très grande chance d'avoir l'Institut de médecine
tropicale d'Anvers, l'un des instituts les plus respectés dans le monde.
Je reviens du Pérou et à la Faculté de La Molina, qui a été créée par

04.04 Minister Armand De

Decker:

Het wereldberoemde

Instituut voor tropische genees-
kunde is een echte troef voor

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

des Belges, il y a aujourd'hui un Institut de médecine tropicale
correspondant et subsidié par la Coopération belge à travers l'Institut
de médecine tropicale d'Anvers. La coopération est totale. Notre
chance est d'avoir l'Institut d'Anvers qui occupe une place éminente et
est très respecté dans le monde.

België.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

05 Question de Mme Véronique Ghenne au ministre de la Coopération au Développement sur "la

Coopération Technique Belge au Cameroun" (n° 9758)

05 Vraag van mevrouw Véronique Ghenne aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over "de

Belgische Technische Coöperatie in Kameroen" (nr. 9758)

05.01 Véronique Ghenne (PS): Monsieur le ministre, comme je

vous l'ai dit, je reviens du Cameroun où j'ai participé au congrès Roll
Back Malaria. Sur place, à Yaoundé, j'ai eu l'occasion de rencontrer
des membres de la représentation de la CTB (Coopération technique
belge), qui m'ont ainsi sensibilisée à leur travail, leurs projets et leurs
besoins.

Depuis 2000, le Cameroun n'appartient malheureusement plus à la
liste des pays de concentration de la Coopération belge. Les projets
bilatéraux sont toutefois, encore aujourd'hui, en cours d'exécution. La
CTB, en tant qu'agence d'exécution, a également opté pour rester au
Cameroun afin de pérenniser l'impact des programmes belges
antérieurs et de garder ainsi une présence nationale au Cameroun et
dans les régions en matière de coopération.

Le statut de la CTB lui permet de solliciter des financements auprès
des bailleurs autres que l'Etat belge. Différentes propositions ont déjà
été introduites auprès de l'Union européenne. La CTB a notamment
obtenu un financement pour mettre en oeuvre un projet de prise en
charge communautaire des personnes vivant avec le sida et la
tuberculose à l'extrême nord du Cameroun. L'Union européenne
exige que 10% de ce projet, c'est-à-dire environ 250.000 euros,
proviennent d'une autre source financière que celle de la
Communauté.

Ces 10% peuvent-ils être financés par la Belgique? Quelle est votre
stratégie concernant le cofinancement des programmes avec des
bailleurs-tiers?

En ce qui concerne le suivi administratif et financier du Fonds de
développement camerouno-belge, ce dernier était, jusqu'à la fin de
l'année 2005, à charge de la CTB. La Belgique ne semble toutefois
pas en faveur de la prolongation de la convention spécifique régissant
ce fonds et ainsi de laisser le suivi administratif et financier du fonds à
l'administration camerounaise. Les bénéficiaires des projets
actuellement en cours se préoccupent évidemment de la suite
réservée à cette problématique.

Quelles sont précisément les intentions de la Belgique en la matière?
A-t-on déjà procédé à des concertations avec le gouvernement
camerounais quant à la suite à donner à cette gestion de fonds?

05.01 Véronique Ghenne (PS):

Sinds het jaar 2000 staat
Kameroen niet meer op de lijst van
de concentratielanden van de
Belgische ontwikkelings-
samenwerking.

De Belgische Technische
Coöperatie, die ter plaatse is
gebleven, heeft van de Europese
Unie een financiering verkregen
voor een volksgezondheidsproject.
In het budget van dit project moet
10 procent afkomstig zijn van een
andere geldschieter dan de
Europese Unie. Kan België die
financieren? Wat is de strategie
van de minister ten aanzien van
cofinancieringen met derde
geldschieters?

Wat zijn de plannen van België ten
aanzien van de verlenging van de
overeenkomst betreffende het
Belgisch-Kameroens ontwik-
kelingsfonds die eind dit jaar
afloopt? Zijn er over dit onderwerp
afspraken gemaakt met de
Kameroense regering over het
verdere beheer en de
administratieve voortgang van dit
Fonds?

05.02 Armand De Decker, ministre: Chère collègue, je voudrais tout

d'abord rappeler que le Cameroun ne figure plus sur la liste des 18

05.02 Minister Armand De

Decker: Kameroen is weliswaar,

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

pays partenaires bénéficiant de la coopération bilatérale directe.
Comme beaucoup d'autres pays, on peut parfois le regretter, mais les
choix de la concentration géographique et thématique ont fait que
nous nous sommes limités à un certain nombre de pays.

Tous les mois, on vient m'exprimer des regrets sur la suppression de
tel ou tel pays de la liste. Néanmoins, trois arrangements particuliers
dans le domaine de la santé, de l'hydraulique rurale et de la
téléphonie rurale ont été signés après 1999. Ils sont actuellement en
cours d'exécution par la Coopération technique belge.

Vous citiez le cas du cofinancement dans le cadre du projet VIH-sida
au Cameroun, permettez-moi de vous informer que d'autres initiatives
de ce genre ont été introduites à la Commission européenne en vue
d'obtenir un cofinancement avec la Belgique.

Dans ce cadre, la CTB exécutera prochainement un projet belgo-
européen en RDC de 5 millions d'euros dans le domaine de l'eau.

De telles initiatives sont donc tout à fait envisageables dans nos pays
partenaires et contribuent à renforcer nos engagements en matière
d'alignement de l'aide au développement.

Donc, en ce qui concerne la participation de la Belgique à un
cofinancement, avec l'Union européenne, du projet que vous
évoquez, où l'on nous demande une participation de 10%, je ferai
examiner la question.

La demande des autorités camerounaises en vue d'une prolongation
du Fonds de développement belgo-camerounais, dont le montant
initial était d'environ 145 millions de francs belges et dont le solde
actuel comprend 2,5 millions d'euros, ce qui constitue pas mal
d'argent, m'est bien parvenue. Mon département examine
actuellement le bilan des activités effectuées en 2005 afin que je
puisse statuer rapidement sur l'opportunité de prolonger d'un an ou de
deux ans le Fonds, en fonction des activités à mener à terme,
probablement essentiellement dans le domaine de l'eau.

Je vous remercie de votre intervention et de votre suggestion
d'examiner de plus près cette question de nos relations avec le
Cameroun. Comme il reste 2,5 millions d'euros dans ce Fonds, c'est-
à-dire 100 millions de francs belges, je pense qu'il est envisageable
de le prolonger.

wegens geografische en
thematische keuzes, niet langer
opgenomen in de lijst van landen
die rechtstreekse bilaterale ontwik-
kelingssamenwerking genieten,
maar na 1999 werden met dat
land wel drie bijzondere
overeenkomsten getekend in de
sector van de gezondheid, de
landelijke waterhuishouding en de
landelijke telefonie.

Daarnaast zijn verschillende
aanvragen voor cofinanciering met
België ingediend bij de Europese
Commissie.

Voor het project dat u aanhaalt, zal
ik de vraag over een Belgische
deelneming ter grootte van 10
procent aan een cofinanciering
met de Europese Unie laten
onderzoeken.

Wat het Belgisch-Kameroens
ontwikkelingsfonds betreft, dat nog
over 2,5 miljoen euro beschikt,
onderzoekt mijn departement
momenteel de balans van zijn
activiteiten in 2005. We kunnen de
door Kameroen gevraagde
verlenging van het Fonds
overwegen, waarschijnlijk
voornamelijk voor activiteiten met
betrekking tot waterhuishouding.

05.03 Véronique Ghenne (PS): Monsieur le ministre, je suis

totalement satisfaite de votre réponse. J'en profiterai pour la
transmettre à M. Huyssen, la personne qui travaille à la CTB au
Cameroun. Je suivrai le dossier de près.

05.03 Véronique Ghenne (PS):

Ik zal uw antwoord overmaken aan
het BTC in Kameroen. Ik zal het
dossier van nabij opvolgen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

06 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over

"seksuele en reproductieve rechten in Peru" (nr. 9588)

06 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Coopération au Développement sur "les droits

sexuels et reproductifs au Pérou" (n° 9588)

06.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

minister, collega's, van 2 tot 11 december was ik in Peru.

06.02 Minister Armand De Decker: Wanneer?

06.03 Hilde Vautmans (VLD): Begin december, mijnheer de

minister. Van 2 tot 11 december.

06.04 Minister Armand De Decker: In het begin van december? Ik

ben net terug.

06.05 Hilde Vautmans (VLD): Ik ben er geweest op zending vanuit

het Belgisch Parlement, met de werkgroep Bevolking en Ontwikkeling.
De zending werd georganiseerd door het Europees Parlementair
Forum voor Bevolking en Ontwikkeling, samen met Catholics for a
Free Choice. Toen ik zei dat ik met Catholics for a Free Choice op
zending ging, werd ik aanvankelijk raar bekeken. Ik ben echter zeer
onder de indruk van de kwaliteiten van die organisatie en van hetgeen
ze doen op het terrein.

Wie in Latijns-Amerika pleit voor de seksuele rechten van de vrouw,
komt automatisch terecht bij de Kerk. Dat is heel raar, maar in die
landen heeft de kerkvader het nog altijd sterk voor het zeggen. Men
gelooft er effectief dat men de pil niet mag gebruiken, de mannen
weigeren condooms te gebruiken en abortus is er niet toegestaan.
Het verschil met ons land is dus groot.

Ik heb dat weliswaar niet in mijn vraag geschreven, maar we zijn ook
naar Brazilië doorgereisd. Op dat moment werd er in het Braziliaanse
Parlement gedebatteerd over abortus. We werden er effectief in het
halfrond ontvangen en ik heb er de voorstanders van abortus fysiek
ondersteund.

06.05 Hilde Vautmans (VLD): Je

suis partie en mission
parlementaire au Pérou et au
Brésil en décembre 2005. La
mission était organisée par le
Forum parlementaire européen
pour la population et le
développement, en collaboration
avec le "Catholics for a Free
Choice". Nous avons voulu attirer
davantage l'attention sur les droits
de la femme au Pérou et au Brésil.
Lorsqu'on évoque les droits de la
femme ou les droits sexuels en
Amérique latine, on a
automatiquement affaire à l'Église.

06.06 Minister Armand De Decker: Wat wil dat zeggen, `fysiek

ondersteund'?

06.07 Hilde Vautmans (VLD): Wel, we werden niet toegelaten om te

praten, maar we waren zichtbaar in het halfrond aanwezig.

In Peru was ik onder de indruk van hoe ver ze daar nog staan. We
hebben er de sloppenwijken bezocht en hebben daar heel veel
gezien. Ik was onder de indruk van hoe weinig rechten vrouwen ginds
hebben, hoe ver ze daar nog staan van waar we eigenlijk ooit naartoe
moeten gaan. Toen ik hoorde dat u zelf naar Peru ging, dacht ik u op
voorhand te kunnen ondervragen, om u zo duidelijk te maken dat wij
in dit Parlement met alle meerderheidspartijen een resolutie hebben
goedgekeurd over de seksuele en reproductieve rechten in de
ontwikkelingssamenwerking.

Een eerste vraag is natuurlijk: hoever staat het met de uitvoering van
die resolutie? Dat lijkt me erg belangrijk.

Een tweede vraag: heeft u tijdens uw programma in Peru zelf
aandacht besteed aan dit belangrijke thema?

Alvorens ik op zending vertrok heb ik nooit gezegd dat ik een
feministe ben, maar de groep bestempelde me ginds als `de hardste
feministe die ze ooit gezien hebben'. Ik weet dus niet of ik al dan niet
een feministe ben, maar ik strijd wel voor mensenrechten en voor

06.07 Hilde Vautmans (VLD):

Lorsque j'ai appris que M. De
Decker se rendait également au
Pérou, j'ai encore voulu lui
demander avant son départ de
prêter attention aux droits de la
femme dans ce pays, ainsi que
lors de ses futures missions.

Le ministre a-t-il prêté attention au
problème? Des mesures ont-elles
déjà été prises dans le cadre de la
coopération au développement
internationale, comme nous
l'avons demandé dans notre
résolution?

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

vrouwenrechten. Ik hoop dat u hieraan aandacht heeft besteed en dat
u dat bij de volgende zendingen zult blijven doen.

06.08 Minister Armand De Decker: Mijnheer de voorzitter, het

aandachtspunt van de seksuele en reproductieve rechten krijgt in
onze huidige samenwerking in Zuid-Amerika wel degelijk de nodige
aandacht zoals u aanbeveelt in uw resolutie. Wel vertaalt dit zich
binnen de nationale realiteit van elk van onze partnerlanden op een
verschillende wijze.

Gedurende mijn bezoek aan Peru heb ik talrijke bezoeken op het
terrein uitgevoerd. Deze bezoeken betroffen de verschillende
samenwerkingsvormen zijnde de bilaterale, indirecte en multilaterale
samenwerking. In de regio van Cusco waren de bezoeken
geconcentreerd op de indirecte samenwerking met de lokale NGO's.
In de regio van Ayacucho ging de aandacht naar onze bilaterale
samenwerking. Een van de projecten ontfermt zich over het
interfamiliale geweld, gevolg van twee decennia terrorisme met de
subversieve activiteiten van het Lichtend Pad.

Het programma ter bestrijding van familiaal en seksueel geweld in
Ayacucho richt zich op lokale systemen die preventie, bijstand en
bescherming mogelijk maken in het geval van familiaal en seksueel
geweld tegenover vrouwen, kinderen en jongeren in Ayacucho. Ik was
trouwens onder de indruk van de kwaliteit en het professionalisme
van de Peruaanse vrouwen die zich engageren in dit programma.

In Lima waren de bezoeken gericht op de multilaterale en universitaire
samenwerking zoals het Centro Internacional de la Papa, de
aardappel, en het Instituto de Medicina Tropical Alexander von
Humboldt, in samenwerking met het Instituut voor Tropische
Geneeskunde van Antwerpen. Daarbij mag worden vermeld dat
tijdens de laatste gemengde commissie tussen België en Peru, in april
2005, het projectvoorstel Lucha Contra la Explotacion Sexual
Comercial de Niñas, Niños y Adolescentes werd aanvaard. Dit project
zal worden uitgevoerd door Unicef voor een bedrag van 2,5 miljoen
euro, betaald door België.

Ook in andere concentratielanden in Zuid-Amerika gaat er bijzondere
aandacht naar dit thema. In Ecuador bijvoorbeeld werd op 14 oktober
2003 de bijzondere overeenkomst getekend van het project
Bevordering van de seksuele en reproductieve rechten van de
adolescenten in Ecuador. Dit is een project dat samenwerkt met de
Nationale Commissie van de Vrouw en het Instituto Nacional del Niño
y la Familia.

06.08 Armand De Decker,

ministre: Dans le cadre de notre
coopération avec l'Amérique du
Sud, nous prêtons la plus grande
attention aux droits sexuels et
reproductifs, conformément à la
résolution adoptée. Encore
faudrait-il traduire cette
préoccupation dans un partenariat
avec le pays que l'on visite.

Au Pérou, nous avons effectué
plusieurs visites sur le terrain. A
Cuzco, nous nous sommes
concentrés à cette occasion sur
notre coopération indirecte avec
des ONG locales. Dans la région
de Ayacucho, nous nous sommes
intéressés plus particulièrement à
notre coopération bilatérale. Un de
nos projets tend à combattre la
violence intrafamiliale. A Lima, nos
visites étaient axées sur la
coopération multilatérale et
universitaire; c'est ainsi que nous
nous sommes rendus au "Centro
Internacional de la Papa et à
l'Instituto de Medicina Tropical
Alexander von Humboldt", que
nous soutenons en collaboration
avec l'Institut de médecine
tropicale d'Anvers.

Lors de la dernière réunion de la
commission mixte belgo-
péruvienne en avril 2005, la
proposition de projet visant à lutter
contre l'exploitation sexuelle des
enfants et des adolescents a été
adoptée. Elle sera exécutée par
l'Unicef. La contribution de la
Belgique s'élèvera à 2,5 millions
d'euros.

Nous nous préoccupons
également de ce problème dans
d'autres pays sud-américains. En
Équateur, par exemple, un projet
similaire a été adopté le 14
octobre 2003.

Ceci étant dit, je voudrais ajouter qu'au Pérou, nous sommes aussi le
principal contributeur non péruvien à l'institution très particulière
"Defensoria del pueblo" la défense du peuple. Cet organisme est
d'autant plus important que l'une des grandes faiblesses du Pérou est

Wij zijn de belangrijkste niet-
Peruaanse partner van de
"Defensoria del Pueblo", een
instantie die de rechten van de

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

l'inefficacité je crois qu'on peut même dire la corruption du
système judiciaire qui doit être compensée tant que ce système ne
sera pas réformé. Le problème est le suivant: le pouvoir judiciaire
péruvien se considère comme indépendant en dehors de toute norme
constitutionnelle.

Peruaanse burgers verdedigt. Dat
bureau is des te belangrijker daar
het een tegengewicht vormt voor
de corruptie van de Peruaanse
rechterlijke macht. Die beschouwt
zichzelf immers als onafhankelijk
en niet-gebonden aan enige
grondwettelijke bepaling.

Zij beslissen zelf over hun eigen begroting. Het is niet het Parlement
dat daarover stemt. Zij beslissen daarover onder mekaar. Zij weigeren
elke vorm van hervorming van de justitie door het Parlement. Dat kan
natuurlijk niet.

Il décide lui-même de son budget
et il refuse toute réforme en
matière de justice par le
Parlement, ce qui est bien sûr
inacceptable.

Nous cofinançons avec l'Union européenne des programmes de
réforme de la Justice mais c'est un domaine excessivement difficile et
délicat.

Le grand problème est de savoir qui gagnera les élections au Pérou.
Le président actuel, M. Toledo, premier président métis d'origine
indienne, a obtenu des résultats extraordinaires (6% de croissance
économique, 1,5% d'inflation, une monnaie stable et forte, 14 milliards
de dollars de réserve monétaire) mais avec cette volonté de réforme,
il se heurte à un establishment très souvent composé de descendants
directs des conquistadors qui tiennent un certain nombre d'éléments
centraux du pouvoir. Il faudra donc être très attentif à l'évolution du
pays. En effet, un candidat appartient notamment au clan soutenu par
M. Chavez au Venezuela et plaide pour une politique de nationalisme
ethnique. Tout comme M. Chavez, il tient un discours totalement
antisémite et raciste. S'il remportait les élections, cela pourrait poser
des problèmes majeurs. Il faudra donc être très vigilant en ce qui
concerne l'évolution de la situation politique dans ce pays et dans les
pays avoisinants.

Samen met de Unie financieren
we programma's die de hervor-
ming van de justitie beogen, maar
dat ligt erg gevoelig. Het is
belangrijk te weten wie de
verkiezingen in Peru zal winnen.
De heer Toledo, de eerste
president van indiaanse afkomst,
kan een economische groei van 6
procent met een inflatie van 1, 5
procent, een stabiele munt en een
geldreserve van ongeveer veertien
miljard dollar voorleggen. Maar hij
moet het opnemen tegen een
establishment dat grotendeels uit
afstammelingen van de conquista-
dores is samengesteld.

Een van de kandidaten behoort tot
de clan die in Venezuela op de
steun van president Chavez kan
rekenen. Net zoals de heer
Chavez bezondigt hij zich aan
racistische en antisemitische
uitspraken. Indien hij de
verkiezingen wint, kan dat tot
ernstige moeilijkheden leiden.

06.09 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, ik dank u voor

uw antwoord.

Ik ben blij dat u aandacht eraan hebt besteed en hoop dat u dat zult
blijven doen. Er is wel een resolutie. Maar vrouwenrechten zijn
gewoonweg belangrijk in dergelijke landen.

Wat betreft uw steun aan La Défense du Peuple, het is inderdaad
heel belangrijk dat wij daaraan steun verlenen. Wij hebben
vastgesteld, wij zijn bij vrouwengroeperingen geweest ...

06.09 Hilde Vautmans (VLD): Je

me réjouis que ce thème fasse
l'objet d'une attention particulière.
Il s'agit en effet d'une société
résolument masculine, au sein de
laquelle les femmes ne jouissent
que de peu de droits, sont
régulièrement victimes de
violences intrafamiliales et
sexuelles et n'ont guère la
possibilité de s'adresser à
l'appareil judiciaire.

06.10 Minister Armand De Decker: Bent u naar de Defensoría del

Pueblo geweest?

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

06.11 Hilde Vautmans (VLD): Neen. Daar zijn wij niet geweest.

06.12 Minister Armand De Decker: Het is een vrouw, een gewezen

eerste minister van Peru, die voorzitter is.

06.13 Hilde Vautmans (VLD): Die hebben we wel ontmoet. Dat was

een heel interessante dame, waarmee we een heel aangenaam
gesprek hebben gevoerd.

We zijn ook naar andere vrouwengroeperingen gegaan en wat we ook
daar vaststelden, is dat vrouwen na een verkrachting geen proces
durven aan te spannen. Heel veel verkrachtingen gebeuren binnen de
familie en de mannen zijn in de meerderheid. De vrouwen hebben ook
geen middelen om een proces aan te spannen. Dat is echt wel een
probleem.

06.14 Armand De Decker, ministre: C'est une société "macho".

06.15 Hilde Vautmans (VLD): We hebben de socialistische

presidentskandidaat ontmoet die zeer actief bezig is inzake
aidsbestrijding en seksuele rechten.

06.16 Minister Armand De Decker: Alan Garcia.

06.17 Hilde Vautmans (VLD): Ik herinner mij zijn naam niet meer.

Hij heeft twee uur met ons gepraat en ik vond het gesprek zeer
interessant.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Voorzitter: Véronique Ghenne.
Présidente: Véronique Ghenne.

07 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking over "de

controle op de tsunami-gelden" (nr. 9579)

07 Question de M. Dirk Van der Maelen au ministre de la Coopération au Développement sur "le

contrôle des fonds collectés dans le cadre de l'action tsunami" (n° 9579)

07.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Naar aanleiding van het feit

dat de tsunami al een jaar oud was, heb ik eens teruggegrepen naar
mijn vraag die ik ongeveer een jaar geleden stelde, mijnheer de
minister. In andere landen van de Europese Unie is naar aanleiding
van de grote sommen geld die gegeven werden de vraag gekomen of
de overheid toezicht kon organiseren op de aanwending van dit geld.
Ik heb u dat vorig jaar gevraagd en u hebt toen gezegd dat u met de
betrokken NGO's ging spreken.

Mijn vraag ligt dus nogal voor de hand. Hebt u dit gesprek gehad?
Hebt u inzage gekregen in en kunt u ons wat transparantie
verschaffen over de aanwending van dat geld, niet alleen van de
NGO's maar ook het geld dat België daaraan via denk ik -
multilaterale organisaties heeft besteed? Kunt u ons daar wat inzicht
in geven?

Nu ik toch bezig ben over transparantie en NGO-middelen, aan

07.01 Dirk Van der Maelen

(sp.a-spirit): La catastrophe
provoquée par le tsunami s'est
déroulée il y a un an déjà et ma
question relative au contrôle des
fonds envoyés par les autorités et
récoltés par les ONG n'a toujours
pas obtenu de réponse. Le
ministre m'avait répondu en son
temps qu'il prierait les ONG
d'élaborer leur propre système de
contrôle.

Le ministre sait-il à présent
comment les fonds ont été
affectés? Connaît-il également les
investissements des institutions

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Vlaamse kant is er een spijtig incident geweest met de NGO
Mensenbroeders. Ik denk dat dit ook voor mij een goede gelegenheid
is om eens te vragen, mijnheer de minister, of het naar aanleiding
daarvan niet aangewezen zou zijn om de informatie die uw
departement DGOS heeft even door te lichten en na te gaan of zij
voldoende transparantie hebben en inzicht in de geldstromen van en
naar NGO's.

multilatérales qui participent à la
reconstruction dans la région? À la
suite du déplorable incident de
l'ASBL Mensenbroeders,
j'aimerais également savoir dans
quelle mesure la Direction
générale de la Coopération au
développement (DGCD) peut
garantir aujourd'hui une
transparence financière suffisante
par le biais de contrôles?

07.02 Minister Armand De Decker: Collega, dank u voor uw vraag.

Wat betreft de controle op de tsunami-gelden die door DGOS zijn
toegekend voor de kredietlijn noodhulp en rehabilitatie op korte
termijn door de NGO's, moeten de NGO's voldoen aan de criteria die
opgelegd zijn in het KB van 19 november 1996.

Het KB voorziet in een zesmaandelijkse rapportage. Bovendien
worden de uitgaven zowel door de administratie als door het
Rekenhof gecontroleerd.

De multilaterale instellingen worden gecontroleerd door internationale,
erkende interne en externe auditbureaus en worden opgevolgd door
externe evaluaties en door de lidstaten van de instellingen.
Betreffende de tsunami-gelden die door de NGO's werden
ingezameld, heb ik verschillende keren vertegenwoordigers ontmoet
van het Belgische consortium voor de noodsituaties, alsook
vertegenwoordigers van haar lidorganisaties. Zij hebben mij alle
noodzakelijke garanties geboden betreffende de controle van het
gebruik van de verzamelde fondsen in het kader van de operatie
"Tsunami 1212".

Het consortium en ieder van zijn leden hebben op 19 april 2005 een
verbintenis van transparantie ondertekend, alsook modaliteiten
betreffende de publicatie en de externe audit van de rekeningen.
Deze omvatten een beknopt financieel en narratief tussentijds verslag
dat de eerste drie maanden dekt, van 28 december 2004 tot
1 april 2005.

Het bevatte tevens een balans van één jaar financiële narratief van 12
december 2005, het exploitatieverslag van het consortium 2004-2005,
financieel en narratief, en een geconsolideerd verslag van het
consortium en de leden in verhouding tot de hulp geboden na de
tsunami en, ten slotte, jaarlijkse follow-upverslagen van de leden voor
de periode 2006-2009.

De exploitatieverslagen en de geconsolideerde verslagen werden
geauditeerd. Zij werden eveneens overgezonden aan de minister van
Financiën en zijn in een vereenvoudigde versie beschikbaar op de
website van het consortium.

Ten slotte, wat betreft de kwestie-Mensenbroeders, kan ik u
bevestigen dat het niet de overheidssubsidies, maar de eigen fondsen
van de organisatie zijn die het voorwerp uitmaken van verduistering.

Anderzijds, de hervorming van de cofinanciering die ik heb
ondernomen moet het mogelijk maken de risico's te beperken inzake

07.02 Armand De Decker,

ministre: Les ONG doivent
satisfaire aux critères imposés par
l'arrêté royal du 19 novembre
1996.

L'arrêté royal prévoit un rapport
tous les six mois. De plus, les
dépenses sont contrôlées tant par
l'administration que par la Cour
des comptes. Les organisations
multilatérales sont contrôlées par
des bureaux d'audit internes et
externes agréés au niveau
international, par des évaluations
externes et par les États
membres. J'ai reçu toutes les
garanties nécessaires de la part
des ONG qui ont récolté des fonds
pour le tsunami quant à l'utilisation
de ces fonds. Le 19 avril 2005,
tous les membres du consortium
se sont engagés à respecter une
obligation de transparence et ont
défini les modalités de publication
des chiffres et de l'audit externe
des comptes. Un rapport
intermédiaire portant sur les trois
premiers mois est prévu.

Il contient le bilan tant financier
que narratif portant sur une année
d'activité, le rapport d'exploitation
du consortium 2004-2005, un
rapport consolidé du consortium
concernant l'aide octroyée après le
tsunami ainsi que des rapports de
suivi finaux couvrant la période
2006-2009. Ces rapports ont fait
l'objet d'un audit et ont été
transmis au ministre des
Finances. Ils peuvent également
être consultés dans une version
simplifiée sur le site internet du
consortium.

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

het frauduleuze gebruik van subsidies.

Inderdaad, krachtens artikelen 3, 4 en 5 van het koninklijk besluit van
14 december 2005 inzake de erkenning van de ontwikkelings-NGO's
zal het erkenningprogramma werken op basis van een gedetailleerde
analyse van de financiële autonomie van de vragende NGO; de
transparantie van haar financieel beheer en het bijhouden van een
analytische boekhouding; de capaciteit ter voorbereiding, voor de
uitvoering en de follow-up van een geheel van ontwikkelingsprojecten
en de doeltreffendheid van haar acties op het terrein.

Die gedetailleerde analyse zal worden uitgevoerd door een
onafhankelijk onderzoeksbureau.

Dat zijn dus de maatregelen die wij genomen hebben, of die al
bestaan. Dat biedt natuurlijk nooit de garantie dat alles altijd perfect
gebeurt. In elk geval zijn de maatregelen, de regels en de wetten
aanwezig om zo precies mogelijk te kunnen zijn.

Je rappelle qu'en ce qui concerne
l'ASBL Mensenbroeders, ce ne
sont pas des deniers publics mais
des fonds propres qui ont été
détournés.

Grâce à la réforme du
cofinancement, le risque
d'utilisation frauduleuse de
subsides se verra fortement limité.
L'agrément d'une ONG dépendra
en effet d'une analyse détaillée de
son autonomie financière, de la
transparence de sa gestion
financière, de la tenue d'une
comptabilité analytique, de sa
capacité à préparer et à exécuter
des projets de développement et à
en assurer le suivi ainsi que de
l'efficacité des actions sur le
terrain. L'analyse détaillée sera
effectuée par un bureau
indépendant.

07.03 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Mevrouw de voorzitter, ik

dank de minister voor zijn antwoord en ik nodig hem uit om het best
mogelijke toezicht op het gebruik van die middelen te organiseren,
gewoon omdat wij als overheid bij de unieke gebeurtenis waarbij de
samenleving massaal gelden heeft gestort voor de tsunami, de
verplichting tegenover onze eigen bevolking hebben dat het geld goed
wordt gebruikt. Daarom moet dat toezicht worden georganiseerd. Bij
uitbreiding geldt dat ook voor andere NGO's die niet met die
noodhulpsituaties bezig zijn. Vele ervan genieten een groot
vertrouwen van de bevolking en ook daar hebben wij de plicht erop
toe te zien dat iemand die geld geeft aan een NGO, de garantie heeft
dat het geld goed wordt gebruikt.

In die zin zou ik de minister willen uitnodigen daarvoor de meeste
aandacht te hebben.

07.03 Dirk Van der Maelen

(sp.a-spirit): J'invite le ministre à
assurer le meilleur contrôle
possible de ces moyens. Compte
tenu du caractère unique de cette
collecte, une telle obligation
incombe très certainement aux
pouvoirs publics. Il en va de même
pour d'autres ONG qui ne sont pas
impliquées dans des programmes
d'aide d'urgence.

07.04 Minister Armand De Decker: Ik deel uw standpunt helemaal.

Zoals u weet, heeft het Consortium 1212 een persconferentie
gegeven in december. Het heeft er de financiële situatie uitgelegd en
verteld dat er tot nu toe maar ongeveer 30 procent van de financiële
middelen is gebruikt. Dus is er toch enige transparantie.

Ook op het internationaal vlak heeft OCHA van de Verenigde Naties
voor de eerste keer een audit gevraagd. Een week na de tsunami
heeft OCHA een auditmaatschappij gevraagd om alles te volgen.

Op politiek vlak hebben zij trouwens ook aan Bill Clinton gevraagd om
het leiderschap van de controle op het gebruik van de verschillende
middelen te aanvaarden. Een van de dagen of maanden zal voorzitter
Clinton dus een rapport moeten geven aan de internationale publieke
opinie over het gebruik van al die middelen.

07.04 Armand De Decker,

ministre: Le consortium 1212 a
déjà expliqué en décembre que
jusqu'à présent seuls 30% des
moyens avaient été utilisés, ce qui
témoigne tout de même d'un souci
de transparence. Le Bureau de la
coordination des affaires
humanitaires (BCAH) des Nations
unies avait en outre déjà demandé
un audit une semaine après le
tsunami. Sur le plan politique, la
mission de contrôle a été confiée à
Bill Clinton. Celui-ci devra dans les
mois à venir faire rapport devant
l'opinion publique internationale

Il est vrai que la solidarité en faveur des victimes du tsunami a été De solidariteit was groot en ik vond

25/01/2006

CRIV 51

COM 829

CHAMBRE

-4

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2005

2006

KAMER

-4

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

énorme. En tant que ministre de la Coopération, je ne cache pas que
je l'ai trouvé démesurée par rapport à d'autres besoins considérables
notamment en Afrique. Cela mérite une réflexion en profondeur sur la
sensibilisation par rapport à des catastrophes de ce genre, par
rapport à des catastrophes récurrentes qui se passent jour après jour,
par exemple, sur le continent africain et qui réclament d'autres
réponses.

A ce sujet, il y aura d'ailleurs prochainement une réunion de OCHA à
Bruxelles pour réunir les moyens de créer un Fonds d'aide
humanitaire préventif - si je puis m'exprimer ainsi - pour l'Afrique sub-
saharienne.

ze zelfs te groot in verhouding tot
wat bijvoorbeeld Afrika verwacht,
dat een andere reactie verdient.
Binnenkort vergadert de United
Nations Office for the Coordination
of Humanitarian Affairs in Brussel
met de bedoeling een preventief
humanitair hulpfonds voor de
Afrikaanse landen ten zuiden van
de Sahara op te richten.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.26 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.26 heures.