CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 787
CRIV 51 COM 787
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
mardi
dinsdag
13-12-2005
13-12-2005
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu inté-
gral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions ; les annexes se trouvent dans une brochure
séparée (PLEN: couverture blanche; COM: couverture
saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken; de
bijlagen zijn in een aparte brochure opgenomen
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
Plenum
COM
réunion de commission
COM
Commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Annemie Roppe au vice-
premier ministre et ministre des Finances sur
"l'imposition des pensions alimentaires" (n° 9142)
1
Vraag van mevrouw Annemie Roppe aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
belastingen op onderhoudsgelden" (nr. 9142)
1
Orateurs: Annemie Roppe, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Annemie Roppe, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur
"l'interprétation administrative du revenu
imposable et ses conséquences défavorables
pour les personnes bénéficiant de faibles revenus
de remplacement" (n° 9258)
2
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
administratieve interpretatie van het belastbare
inkomen en de nadelige gevolgen daarvan voor
personen die een laag vervangingsinkomen
genieten" (nr. 9258)
3
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "l'absence
de protection successorale des cohabitants
légaux" (n° 9259)
4
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"het ontbreken van een erfrechtelijke bescherming
van wettelijk samenwonenden" (nr. 9259)
4
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "l'attention
accordée à l'aspect "sécurité et hygiène" dans la
formation de base polyvalente des inspecteurs
stagiaires au sein du SPF Finances" (n° 9260)
6
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
aandacht voor het aspect "veiligheid en hygiëne"
in de polyvalente basisopleiding voor
stagedoende inspecteurs bij de FOD Financiën"
(nr. 9260)
6
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Patrick De Groote au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le taux de
TVA applicable à la rénovation et à la
transformation d'habitations de cinq ans ou plus"
(n° 9273)
7
Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"het BTW-tarief voor het renoveren en verbouwen
van woningen van vijf jaar of ouder" (nr. 9273)
7
Orateurs:
Patrick De Groote, Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances
Sprekers: Patrick De Groote, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Question de M. Roel Deseyn au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
dérogations à la circulaire du 14/01/2004"
(n° 9357)
8
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
uitzonderingen op de circulaire van 14/01/2004"
(nr. 9357)
8
Orateurs: Roel Deseyn, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Roel Deseyn, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Georges Lenssen au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur
"l'intervention pour le chauffage au gaz" (n° 9300)
10
Vraag van de heer Georges Lenssen aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
tegemoetkoming voor verwarming met gas"
(nr. 9300)
10
Orateurs:
Georges Lenssen, Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances
Sprekers:
Georges Lenssen, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Question de M. Stijn Bex au vice-premier ministre
et ministre des Finances sur "le paiement de
droits de succession au moyen d'oeuvres d'art"
(n° 9317)
12
Vraag van de heer Stijn Bex aan de vice-eerste
minister en minister van Financiën over "het
betalen van successierechten met kunstwerken"
(nr. 9317)
12
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Orateurs: Stijn Bex, Didier Reynders, vice-
premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Stijn Bex, Didier Reynders, vice-
eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le suivi des
questions de la Cour des comptes concernant les
indemnités de concession non payées à la Régie
des Bâtiments à Ostende" (n° 9282)
15
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"het opvolgen van de vragen van het Rekenhof
inzake de niet aan de Regie der Gebouwen
betaalde concessievergoedingen te Oostende"
(nr. 9282)
15
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le taux de
TVA applicable aux travaux effectués à une
habitation privée" (n° 9323)
16
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"het BTW-tarief voor werken aan een privé-
woning" (nr. 9323)
16
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers:
Hendrik Bogaert, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le coût de
l'expertise externe" (n° 9343)
17
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
kostprijs voor externe expertise" (nr. 9343)
17
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers:
Hendrik Bogaert, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la
ventilation par district des cotisations ouvertes et
dégrevées" (n° 9344)
19
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
spreiding van de ontlaste en de openstaande
aanslagen per district" (nr. 9344)
19
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers:
Hendrik Bogaert, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "l'indemnité
pour frais funéraires en cas de décès d'un agent
du SPF Finances" (n° 9393)
21
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
vergoeding voor begrafeniskosten in geval van
overlijden van een personeelslid van de
FOD Financiën" (nr. 9393)
21
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
retenues abusives de précompte professionnel"
(n° 9394)
22
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
onterechte inhoudingen van bedrijfsvoorheffing"
(nr. 9394)
23
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Servais Verherstraeten au vice-
premier ministre et ministre des Finances sur "la
vente de centres d'asile" (n° 9364)
25
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën
over "de verkoop van asielcentra" (nr. 9364)
25
Orateurs: Didier Reynders, vice-premier
ministre et ministre des Finances, Servais
Verherstraeten
Sprekers: Didier Reynders, vice-eerste
minister en minister van Financiën, Servais
Verherstraeten
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la remise
sur la facture de gaz" (n° 9409)
26
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
korting op de gasfactuur" (nr. 9409)
26
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
dernières directives concernant les calculs de
l'exercice d'imposition 2005" (n° 9418)
31
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
laatste richtlijnen voor de berekeningen van het
aanslagjaar 2005" (nr. 9418)
31
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la demande
en remboursement du précompte mobilier prélevé
sur les comptes d'épargne" (n° 9421)
32
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
terugvordering van ingehouden roerende
voorheffing op spaarboekjes" (nr. 9421)
32
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "une
nouvelle catégorie d'impôts perçus pour le compte
d'un tiers" (n° 9422)
33
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"een nieuwe categorie van de voor derden
ontvangen belastingen" (nr. 9422)
33
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
problèmes au sein du Service central des
dépenses fixes" (n° 9426)
34
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
problemen bij de Centrale Dienst Vaste Uitgaven"
(nr. 9426)
34
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
Question de M. Francis Van den Eynde au vice-
premier ministre et ministre des Finances sur "la
nouvelle lire turque" (n° 9325)
35
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën
over "de nieuwe Turkse lira" (nr. 9325)
35
Orateurs: Francis Van den Eynde, Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances
Sprekers: Francis Van den Eynde, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
Question de M. Francis Van den Eynde au vice-
premier ministre et ministre des Finances sur "un
message en français lorsqu'on compose le
numéro gantois du Ministère des Finances"
(n° 9416)
37
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën
over "een Franstalige boodschap bij het bellen
naar het Gentse nummer van het Ministerie van
Financiën" (nr. 9416)
37
Orateurs: Francis Van den Eynde, Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances
Sprekers: Francis Van den Eynde, Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van Financiën
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
du
MARDI
13
DÉCEMBRE
2005
Matin
______
van
DINSDAG
13
DECEMBER
2005
Voormiddag
______
De vragen en interpellaties vangen aan om 10.17 uur.
Voorzitter: de heer Bart Tommelein.
Les questions et les interpellations commencent à 10.17 heures.
Président: M. Bart Tommelein.
01 Vraag van mevrouw Annemie Roppe aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over
"de belastingen op onderhoudsgelden" (nr. 9142)
01 Question de Mme Annemie Roppe au vice-premier ministre et ministre des Finances sur
"l'imposition des pensions alimentaires" (n° 9142)
01.01 Annemie Roppe (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, collega's, de mondelinge vraag waaraan ik houd ze
opnieuw te stellen is in een vorige vergadering reeds aan bod
gekomen. Het laconieke antwoord dat me toen werd gegeven, heeft
de verbazing van iedereen gewekt. Vandaar opnieuw de vraag.
In ons Belgisch fiscaal recht zijn onderhoudsgelden gedeeltelijk
aftrekbaar voor de onderhoudsplichtige en belastbaar in hoofde van
de begunstigde van de onderhoudsgelden. Het bedrag van het
onderhoudsgeld dat op grond van een vonnis of overeenkomst werd
vastgelegd, kan ingevolge gewijzigde omstandigheden op materieel
vlak bij beide partijen na een procedure afgeschaft of verminderd
worden. De rechter kan dit uitspreken met terugwerkende kracht,
zelfs tot 5 jaar terug. Dit betekent dat de begunstigde moet
terugbetalen wat hij/zij teveel heeft ontvangen. De belastingen die
werden geheven op de onderhoudsgelden voor de periode zoals
bepaald door de vrederechter of in hoger beroep kunnen evenwel niet
gerecupereerd worden. Men betaalde aldus belastingen op sommen
die achteraf dienden teruggegeven te worden.
Kan de minister deze lacune in de wetgeving bevestigen of zijn er
alsnog mogelijkheden om deze ten onrechte betaalde belastingen
terug te vorderen?
01.01 Annemie Roppe (sp.a-
spirit): Les rentes alimentaires
sont partiellement déductibles
pour le débiteur d'aliments. Le
bénéficiaire est redevable d'impôts
sur les rentes alimentaires
perçues.
La rente alimentaire fixée par
jugement ou convention peut être
supprimée ou réduite à l'issue
d'une procédure. Le juge peut en
faire autant avec effet rétroactif
jusqu'à cinq ans, auquel cas le
bénéficiaire doit effectuer un
remboursement.
Les impôts sur les rentes
alimentaires ne peuvent toutefois
être récupérés. Des impôts sont
donc payés sur des sommes à
rembourser.
Le ministre confirme-t-il qu'il s'agit
d'une lacune dans la législation ou
est-il néanmoins possible d'obtenir
le remboursement des impôts
payés indûment?
01.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Roppe, in het door u voorgelegde geval wordt de datum van uitspraak
01.02 Didier Reynders, ministre:
Dans un tel cas, le juge considère
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
door de rechter als een nieuw feit in de zin van artikel 376, paragraaf
1 van het WIB 1992 aangemerkt. Het is een nieuw feit. In dit geval
kan de directeur der Belastingen of de door hem gedelegeerde
ambtenaar ambtshalve ontheffing verlenen van de overbelasting die is
bekendgemaakt binnen de drie jaar vanaf 1 januari van het jaar
waarin de belasting is gevestigd.
Voor alle duidelijkheid zal ik dit aan de hand van een voorbeeld
illustreren. Mevrouw X ontvangt vanaf 2001 van haar echtgenoot Y
onderhoudsuitkeringen. Voor het jaar 2001 bedragen deze 12.000
euro. In 2002 worden deze onderhoudsuitkeringen opgenomen in een
tijdige en geldige aangifte in de personenbelastingen.
De aanslag met betrekking tot deze aangifte in de personenbelasting
wordt op 31 maart 2003 gevestigd. Op 14 oktober 2005 - dit is dus
een voorbeeld - wordt in een vonnis van de rechtbank van eerste
aanleg de maandelijkse onderhoudsuitkering die de regering aan
mevrouw X moet betalen, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari
2001 teruggebracht van 1.000 euro per maand naar 900 euro per
maand. Mevrouw X gaat over tot de terugbetaling van de ten onrechte
ontvangen onderhoudsuitkering op 18 november 2005.
Welnu, de datum van het vonnis waarin het bedrag van de oude
onderhoudsuitkering met terugwerkende kracht wordt verminderd,
wordt voor de toepassing van artikel 376, paragraaf 1 van het
wetboek van inkomstenbelastingen 1992 als een nieuw feit
aangemerkt. Mevrouw X kan een verzoekschrift tot ambtshalve
ontheffing indienen tot 31 december 2005. Indien in voormeld
voorbeeld het vonnis na 2005 wordt geveld, is er in de huidige stand
van de wetgeving geen mogelijkheid meer om een rechtzetting door
te voeren voor de uitkeringen die ten onrechte in het jaar 2001 werden
ontvangen.
Het gaat over een nieuw feit en dan geldt een termijn van drie jaar. Ik
ben altijd bereid om een wetsvoorstel, dat een langere termijn
voorstelt, te laten onderzoeken. Het is echter moeilijk om langer dan
drie jaar toe te kennen. Met mijn duidelijke voorbeeld heb ik
geprobeerd aan te tonen dat een klacht indienen mogelijk is binnen
een termijn van drie jaar na een nieuw feit, zoals bijvoorbeeld een
beslissing van een rechtbank. Ik heb een kopie van mijn voorbeeld
voor u.
la date du jugement comme un
nouveau fait au sens de l'article
376, § 1
er
du Code des impôts sur
les revenus de 1992.
Le directeur des impôts peut alors
accorder un dégrèvement d'office
des impôts indûment payés qui ont
été déclarés dans les trois années
qui précèdent. Une requête peut
être déposée à cet effet au cours
de l'année du jugement. La
législation actuelle ne permet pas
d'effectuer une rectification après
plus de trois ans. Je suis toutefois
disposé à faire examiner une
proposition de loi visant à
prolonger le délai, mais il ne s'agit
pas d'un problème aisé.
01.03 Annemie Roppe (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, ik dank u
voor dit duidelijke antwoord. Ik ben blij dat u het met mij erover eens
bent dat er toch nog ergens een probleem blijft bestaan. De
ambtshalve ontheffing kan worden gevraagd voor een periode die drie
jaar teruggaat. Misschien zou het nuttig zijn om terzake een
wetsvoorstel voor te bereiden zodat een termijn van vijf jaar kan
worden ingevoerd.
01.03 Annemie Roppe (sp.a-
spirit): Je me félicite que le
ministre reconnaît qu'il existe un
problème concernant le délai de
trois ans dans lequel une requête
doit être déposée, vu que le juge
peut requérir le remboursement
des pensions alimentaires avec un
effet rétroactif de cinq ans. Il est
dès lors utile de préparer une
proposition de loi visant à porter le
délai à cinq ans.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
02 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur
"l'interprétation administrative du revenu imposable et ses conséquences défavorables pour les
personnes bénéficiant de faibles revenus de remplacement" (n° 9258)
02 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
administratieve interpretatie van het belastbare inkomen en de nadelige gevolgen daarvan voor
personen die een laag vervangingsinkomen genieten" (nr. 9258)
02.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, l'article 6 du Code des impôts sur les revenus définit le
revenu imposable comme étant constitué de l'ensemble des revenus
nets diminué des dépenses déductibles.
Certains s'interrogent sur le sens à donner au terme "revenu
imposable" dans les articles 151 et 152 du même Code traitant des
limites en matière de réductions pour revenus de remplacement. Ne
doit-on pas, pour le calcul de la limite, utiliser et comprendre le revenu
imposable tel qu'il est défini à l'article 6?
Pourtant l'interprétation administrative est de postuler que la notion de
revenu imposable doit se définir sans application des articles 87 et 88
du Code. Ainsi, l'article 129 stipule que "par revenu imposable d'un
conjoint, on entend l'ensemble des revenus nets de ce conjoint
déterminé sans application du quotient conjugal, mais après
application des pertes de l'autre conjoint".
Cette interprétation de la direction technique semble être faite par
analogie. Qu'en pensez-vous? Le droit fiscal étant de stricte
interprétation, cette vision administrative n'est-elle pas illégale? Il me
revient que cette interprétation administrative, défavorable au
contribuable, est difficile à mettre en oeuvre sur le plan du calcul
automatisé de l'impôt.
Par ailleurs, environ un million de ménages bénéficient de revenus de
remplacement et le point de vue de vos services engendre un coût
pouvant atteindre 200 euros par ménage. Cela pénalise les plus bas
revenus. Quelles seront les mesures prises par votre département
pour remédier à cette injustice et dans quel délai?
02.01 Jacques Chabot (PS): Bij
de lectuur van de artikelen 151 en
152 van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen vragen
sommigen zich af wat precies
onder het begrip "belastbaar
inkomen" moet worden verstaan
met name wat de verminderingen
voor vervangingsinkomens betreft.
Luidens artikel 6 van het Wetboek
wordt het belastbare inkomen
gevormd door het totale netto-
inkomen, verminderd met de
aftrekbare bestedingen.
De administratieve interpretatie
gaat ervan uit dat het begrip
"belastbaar inkomen" zonder
toepassing van de artikelen 87 en
88 van het Wetboek moet worden
omschreven. Zo bepaalt artikel
129 dat "onder het belastbaar
inkomen van een echtgenoot moet
worden verstaan: het totale netto-
inkomen van die echtgenoot dat
zonder toepassing van het
huwelijksquotiënt maar na aftrek
van de verliezen van de andere
echtgenoot is bepaald".
Ik vraag me af of die interpretatie
van de technische directie, die
naar analogie lijkt te zijn gebeurd,
niet onwettig is, aangezien het
fiscaal recht strikt van toepassing
is. Ze is immers nadelig voor de
belastingplichtige en zou in het
kader van de geautomatiseerde
berekening van de belastingen
moeilijk toepasbaar zijn.
Een miljoen gezinnen leven van
een vervangingsinkomen. De
redenering van uw diensten kan
200 euro per gezin kosten,
waardoor de laagste inkomens
worden benadeeld. Welke
maatregelen zal u nemen om een
einde te maken aan die
onrechtvaardigheid?
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
02.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur Chabot, je pense qu'il y a
une confusion entre l'article 129 du Code des impôts sur les revenus,
qui règle l'imputation des pertes d'un conjoint sur les revenus de
l'autre conjoint, et l'article 149 du même Code, qui définit le revenu
net, et non le revenu imposable, comme étant l'ensemble des revenus
nets de chaque contribuable sans application des articles 87 et 88 du
Code des impôts sur les revenus.
Cela étant, j'ai décidé que, pour l'application des articles 151 et 152
du Code des impôts sur les revenus de 1992, il y avait lieu d'entendre
par revenu imposable, le revenu imposable globalement du
contribuable déterminé après application éventuelle des articles 87 et
88 du même Code. Cette mesure est donc à l'avantage du
contribuable. Ma décision a déjà été communiquée à l'administration.
Je pense qu'elle répond à votre préoccupation.
02.02 Minister Didier Reynders:
Er lijkt verwarring te bestaan
tussen artikel 129 van het
Wetboek van de
inkomstenbelastingen, dat de
aanrekening van de verliezen van
de ene echtgenoot op de
inkomsten van de andere
echtgenoot regelt, en artikel 149
van datzelfde Wetboek, dat het
netto-inkomen, en niet het
belastbaar inkomen, omschrijft als
zijnde het totale netto-inkomen van
iedere belastingplichtige zonder
toepassing van de artikelen 87 en
88 van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen.
Ik heb evenwel beslist dat bij de
toepassing van de artikelen 151 en
152 van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen van 1992
onder netto-inkomen moet worden
verstaan: het globale belastbare
inkomen van de belastingplichtige,
bepaald na de eventuele
toepassing van de artikelen 87 en
88 van datzelfde Wetboek. Deze
redenering is in het voordeel van
de belastingplichtige.
02.03 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, je remercie M. le
ministre pour sa réponse.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "l'absence
de protection successorale des cohabitants légaux" (n° 9259)
03 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "het
ontbreken van een erfrechtelijke bescherming van wettelijk samenwonenden" (nr. 9259)
03.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, comme cela a été répercuté à maintes reprises par les
médias, les cohabitants légaux sont assimilés, sur le plan fiscal, aux
personnes mariées.
Si cela s'avère exact vis-à-vis de l'impôt des personnes physiques, il
n'en est rien en ce qui concerne les droits de succession notamment.
Ainsi, dans un couple marié, le conjoint survivant a, en principe,
l'usufruit des biens meubles et immeubles. Cela s'opère de manière
automatique.
Il me revient qu'il n'en est absolument rien pour les cohabitants légaux
au motif que le droit civil prime le droit fiscal.
Est-il exact qu'en l'absence de dispositions testamentaires, le
cohabitant légal survivant n'a droit à rien? Votre département mène-t-
03.01 Jacques Chabot (PS):
Voor de personenbelasting worden
de wettelijk samenwonenden
gelijkgesteld met de gehuwden.
Dat geldt echter niet voor de
erfenisrechten. Bij de gehuwden
krijgt de langstlevende echtgenoot
automatisch het vruchtgebruik van
de roerende en onroerende
goederen. Voor de wettelijk
samenwonenden zou die regeling
echter niet gelden, omdat het
burgerlijk recht de voorrang zou
hebben op het fiscaal recht.
Klopt dat, wanneer geen
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
il une réflexion à ce sujet? Les Régions sont-elles concernées?
Les dispositions du Code civil seront-elles modifiées pour remédier à
ces discriminations? Dans quels délais?
Dans l'état actuel des choses et dans l'attente d'une modification
législative, le cohabitant légal survivant n'est en aucune façon protégé
sur le plan successoral.
Quelles sont les mesures prises par votre département à ce sujet?
La Fédération des notaires a-t-elle été consultée?
Des contacts ont-ils été pris avec l'Union des villes et communes pour
que l'officier de l'état civil informe les futurs cohabitants légaux de ce
à quoi ils peuvent prétendre ou non?
Enfin, une brochure d'information sera-t-elle éditée par votre
département?
wilsbeschikking werd opgesteld,
de langstlevende wettelijk
samenwonende nergens recht op
heeft? Is dit probleem ook een
gewestelijke bevoegdheid?
Zullen de bepalingen van het
Burgerlijk Wetboek worden
gewijzigd om aan die discriminatie
een eind te maken? Welke
maatregelen zal uw departement
nemen? Werd de Federatie van
notarissen geraadpleegd? Werd
contact opgenomen met de
Vereniging van steden en
gemeenten met de bedoeling de
toekomstige wettelijk
samenwonenden van hun rechten
of hun gebrek aan rechten op de
hoogte te brengen? Zal uw
departement een brochure
uitgeven?
03.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur
Chabot, dans la problématique que vous soulevez, il importe de
distinguer clairement la matière des droits de succession et la matière
du droit successoral.
Le pourcentage des droits qu'il faut payer sur ce que l'on obtient dans
une succession est établi par le Code des droits de succession.
Chacune des Régions est exclusivement compétente pour fixer ce
pourcentage pour les successions localisées sur son territoire.
Chacune des trois Régions a édité une réglementation dans laquelle
les cohabitants légaux, en tout cas dans la plupart des cas, sont
soumis au même tarif des droits de succession que celui établi pour
une succession entre époux. En matière de droits de succession, tout
est réglé pour l'essentiel, mais il reste manifestement quelques
problèmes dans les dispositions arrêtées par les Régions.
Par contre, la question de savoir si une personne hérite d'un bien
d'une autre personne est réglée par le Code civil. Les règles de droit
civil en cette matière s'appellent le Code successoral et c'est ce qui
entraîne parfois la confusion entre les deux. Conformément aux
règles en vigueur, les cohabitants légaux ne sont pas ayants droit l'un
de l'autre; ils ne peuvent donc hériter l'un de l'autre que s'il existe un
testament.
Seul le législateur fédéral est compétent pour faire des cohabitants
légaux des ayants droit légaux. Rien n'est prévu en la matière dans
l'accord de gouvernement, mais je me dois malgré tout, pour cette
question, de vous renvoyer à ma collègue ministre de la Justice car
cette matière relève de ses compétences.
A ma connaissance, en provenance de mon département, aucune
communication n'a été organisée et aucune brochure n'a été diffusée
sur cette problématique. Je n'ai pas non plus connaissance d'une
brochure en provenance du département de la Justice.
La question pourrait utilement être adressée à ma collègue de la
03.02 Minister Didier Reynders:
We moeten een duidelijk
onderscheid maken tussen de
successierechten en het
erfenisrecht.
Het percentage dat moet worden
betaald op de erfenis wordt
bepaald door het Wetboek der
successierechten. Elk van de drie
Gewesten is exclusief bevoegd
voor de vaststelling van dat
percentage voor de erfenissen op
zijn grondgebied en heeft een
regelgeving uitgewerkt waarin de
wettelijk samenwonenden
grotendeels aan hetzelfde tarief
worden onderworpen als de
gehuwden. Toch is er nog een
aantal problemen.
Het is echter het Burgerlijk
Wetboek, titel "Erfenissen", dat
bepaalt wie van wie kan erven. De
wettelijk samenwonenden zijn
geen rechthebbenden van elkaar
en kunnen dus niet van elkaar
erven, tenzij een testament werd
opgesteld.
Enkel de federale wetgever is
bevoegd om van de wettelijk
samenwonenden wettelijke
rechthebbenden te maken. Het
regeerakkoord bevat geen
bepalingen in dat verband. Ik
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
Justice pour ce qui concerne le volet du droit civil et du droit
successoral.
Quant aux droits de succession, je répète que les Régions ont
apporté une réponse pratiquement à tous les problèmes posés. Il
reste peut-être encore l'une ou l'autre difficulté dans des cas
spécifiques mais, pour l'essentiel, les cohabitants légaux sont soumis
aux mêmes tarifs que les époux.
verwijs u naar de minister van
Justitie voor wat het Burgerlijk
Wetboek en de titel "Erfenissen"
betreft.
De Gewesten hebben een
oplossing gevonden voor bijna alle
problemen inzake de
successierechten; er blijven enkel
nog een paar specifieke
problemen over.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "l'attention
accordée à l'aspect "sécurité et hygiène" dans la formation de base polyvalente des inspecteurs
stagiaires au sein du SPF Finances" (n° 9260)
04 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
aandacht voor het aspect "veiligheid en hygiëne" in de polyvalente basisopleiding voor stagedoende
inspecteurs bij de FOD Financiën" (nr. 9260)
04.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le ministre, plusieurs
inspecteurs d'administration fiscale et experts financiers ont été
recrutés récemment dans votre département. Une formation
polyvalente est assurée. La structure et les missions du SPF
Finances leur sont présentées, de même que les aspects du stage.
Les différentes administrations, le Secrétariat général viennent
également assurer une information des services concernés. Les
syndicats sont aussi invités dans le cadre de cette formation.
Monsieur le ministre, ne faudrait-il pas profiter à l'avenir de cette
opportunité d'avoir tous les stagiaires réunis, quelle que soit leur
future affectation, pour leur faire part des attentes et exigences en
matière de sécurité et d'hygiène? Quelle est votre position à cet
égard? Une formation pourra-t-elle être organisée à ce sujet, à partir
de quand?
04.01 Jacques Chabot (PS): Zou
men in de toekomst in het kader
van de polyvalente opleiding die
door alle stagiairs-inspecteurs van
de fiscale administratie en de
financiële experts ongeacht de
dienst waar zij later zullen worden
ingezet, wordt gevolgd, geen
aandacht moeten besteden aan de
verzuchtingen en eisen inzake
veiligheid en hygiëne?
04.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur Chabot, dans le cadre de
leur stage, les agents nouvellement recrutés reçoivent des formations
essentiellement techniques dans des domaines spécifiques au
département des Finances.
Une formation polyvalente est également assurée afin qu'ils puissent
connaître la structure et les différentes missions du SPF Finances.
Durant cette formation, les services du Secrétariat général, en ce
compris le Service interne de prévention et de protection au travail,
leur sont présentés.
En outre, ils reçoivent une brochure intitulée "Guide pratique du
stage", dans laquelle sont repris un nombre important d'informations
utiles ainsi que les adresses de contact des différents services cités, y
compris en matière de protection du travail.
Il me semble qu'une information adéquate en matière de sécurité et
d'hygiène est ainsi donnée aux stagiaires dès leur entrée en service.
Néanmoins, j'insisterai auprès de l'administration pour que cet aspect
des choses ne soit effectivement pas négligé dans le cadre de cette
04.02 Minister Didier Reynders:
In het kader van hun stage krijgen
de nieuw in dienst genomen
ambtenaren voornamelijk
technische opleidingen op
gebieden die eigen zijn aan het
departement Financiën. Tijdens de
polyvalente opleiding waarbij zij
kennis maken met de structuur en
de diverse taken van de FOD
Financiën, worden hun de
diensten van het algemeen
secretariaat, met inbegrip van de
interne dienst voor preventie en
bescherming op het werk,
voorgesteld en krijgen zij een
brochure met nuttige inlichtingen
en contactadressen van de
diverse voornoemde diensten,
waaronder ook de dienst die
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
formation. Il ne me semble pas que ce soit le cas, mais il n'est jamais
inutile de le rappeler au service concerné.
bevoegd is inzake bescherming op
het werk. Ik zal er bij de
administratie op aandringen dat
dat aspect in het kader van die
opleiding niet wordt
veronachtzaamd.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over
"het BTW-tarief voor het renoveren en verbouwen van woningen van vijf jaar of ouder" (nr. 9273)
05 Question de M. Patrick De Groote au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le taux de
TVA applicable à la rénovation et à la transformation d'habitations de cinq ans ou plus" (n° 9273)
05.01 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de minister, sedert 2000
staat Europa een verlaagd BTW-tarief toe voor het renoveren en
verbouwen van woningen van vijf jaar en ouder. Hetzelfde geldt voor
herstellingen van fietsen, schoenen en kleding. Ik beperk mij tot het
renoveren van woningen.
Dit verlaagde tarief van 6% in plaats van 21% is uiteraard een sterke
impuls voor onze bouwsector. Door het eventueel wegvallen van het
verlaagde tarief zouden volgens berekeningen van de Bouwunie
ongeveer 7.000 jobs op de helling komen te staan. Er is een zekere
vorm van onzekerheid waarmee klanten en bouwondernemingen
worden geconfronteerd. Dat lijkt mij onaanvaardbaar en het heeft
uiteraard of liever had heel wat nadelige gevolgen. Zo werden
bijvoorbeeld orders niet geplaatst of geannuleerd en werden
beslissingen uitgesteld. Er dreigt misschien zelfs administratieve
rompslomp als de bouwbedrijven plots terug 21% in plaats van 6%
zouden moeten aanrekenen.
De Europese ministers van Financiën hebben vorige keer de
beslissing over het verlaagd BTW-tarief doorgeschoven naar de
volgende Europese top van staats- en regeringsleiders. De indruk
ontstaat dat de nieuwe Duitse regering het dossier eigenlijk als
pasmunt wil gebruiken in de onderhandelingen over een nieuwe
Europese begroting. Frankrijk maakt ook van de gelegenheid gebruik
om de horeca toe te voegen aan het lijstje. Duitsland verzet zich dan
echter weer tegen de verlenging en uitbreiding van het systeem
omdat men het Duitse BTW-tarief eigenlijk wil verhogen van 16% tot
19%.
Mijn vragen zijn heel kort. Wat is uw standpunt ter zake? Welke
argumenten heeft u naar voren gebracht om het verlaagd BTW-tarief
al dan niet te behouden? Is er nu een gedoogbeleid vanwege Europa?
05.01 Patrick De Groote (N-VA):
Depuis 2000, l'Europe autorise
l'application d'un taux de TVA
réduit de 6 pour cent pour la
rénovation et la transformation de
logements de cinq ans et plus, ce
qui constitue un incitant important
pour le secteur de la construction.
En raison des incertitudes liées à
la suppression éventuelle de ce
taux réduit, des gens renoncent à
passer commande ou reportent
leurs décisions.
Quelle est la position du ministre à
cet égard? Quels arguments a-t-il
avancés? L'Europe applique-t-elle
pour l'heure une politique de
tolérance?
05.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer De
Groote, ik heb vorige week al een antwoord gegeven in de plenaire
vergadering. Dat is echter niet erg en ik ga voort.
Er werd thans een akkoord bereikt omtrent de verlenging van het
huidige verlaagde BTW-tarief voor renovatie van woningen van meer
dan vijf jaar oud en voor andere kleine herstellingen van verschillende
producten, zoals schoenen en andere zaken. Wij gaan nu naar een
verlenging zonder tijdslimiet. Ik heb vrijdag een koninklijk besluit
voorgelegd aan de Ministerraad. Er is dus een beslissing wat de
05.02 Didier Reynders, ministre:
Le conseil des ministres de
vendredi dernier a décidé de
prolonger, pour une durée illimitée,
le taux réduit s'appliquant à la
rénovation des logements de plus
de cinq ans. La Commission
européenne et le conseil Ecofin
ont marqué leur accord. Dans une
lettre, la Fédération de la
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
Ministerraad betreft. We hebben nu dus een nieuw koninklijk besluit
met een verlenging van het verlaagde BTW-tarief zonder enige
tijdslimiet. Wij gaan verder naar een definitief akkoord voor alle
andere diensten en goederen.
Ten tweede pleiten wij ervoor om verder te gaan, naar de horeca en
andere diensten en producten. Er is tot nu toe een akkoord met 24
landen om dat te doen, behalve met Duitsland. Dat akkoord is er ook
voor de horeca. Er is echter nog geen akkoord voor bijvoorbeeld
schoolgebouwen en tuinaanleg.
Wij proberen wel meer te doen.
Samengevat, ten eerste, wij gaan verder met de huidige verlaging van
het BTW-tarief, bijvoorbeeld voor de renovatie van gebouwen. Het
werk is gedaan: er is een nieuw koninklijk besluit en wij hebben het
akkoord van de Europese Commissie en van de Ecofin-raad. Ten
tweede, wij kunnen misschien op de Europese Raad, de volgende
uren of dagen, of als dat onmogelijk is, op de volgende Ecofin-raad in
januari onder Oostenrijks voorzitterschap, een algemeen akkoord
bereiken over andere elementen, zoals de horeca. Kortom, dit is
hetzelfde antwoord als vorige week in de plenaire vergadering. Ik heb
geen nieuwe elementen gekregen tijdens het weekend.
construction a fait part de sa
satisfaction à propos de cette
décision.
Je continue à plaider pour un
élargissement du taux réduit à
l'horeca et à d'autres produits et
services. Peut-être pourrons-nous
parvenir à un accord à ce sujet au
Conseil européen ou lors du
prochain conseil Ecofin qui se
tiendra en janvier sous la
présidence autrichienne.
05.03 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de minister, als ik u goed
begrijp is er voor de renovatie van woningen een akkoord op
Europees vlak? Volledig?
05.04 Minister Didier Reynders: Op Europees vlak hebben wij het
akkoord, niet alleen van de Ecofin-raad maar ook van de Europese
Commissie, en nu heb ik ook een nieuw koninklijk besluit dat is
goedgekeurd door de Ministerraad. Het nieuwe koninklijk besluit zal
worden gepubliceerd, zonder enige tijdslimiet. Het is dus niet meer
voor 1 jaar of 2 jaar. Het is een definitieve verlenging. Er komt
misschien ook een definitief akkoord over andere elementen, maar
door dat definitieve akkoord hebben wij nu de zekerheid het voor een
aantal van arbeidsintensieve diensten geregeld te hebben. Er is nu
dus geen probleem meer, wat de bouwsector betreft, inzake de
verlaging van het BTW-tarief.
Ik heb al, om duidelijk te zijn, een brief gekregen van de
Bouwfederatie, die zeer tevreden is.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
uitzonderingen op de circulaire van 14/01/2004" (nr. 9357)
06 Question de M. Roel Deseyn au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les dérogations
06.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik heb een vraag over de grensarbeidersproblematiek.
Aangezien er heel weinig schot komt in de zaak rond het negotiëren
van het dubbelbelastingverdrag en de contacten met Frankrijk
bijzonder moeilijk zijn, blijft dit een acuut probleem en een historische
achteruitstelling van de Belgen die in Frankrijk werken. Dit leidt voor
hen tot een onrechtvaardige verarming.
06.01 Roel Deseyn (CD&V): Il
existe dans notre pays trop peu de
formations axées sur les
techniques spéciales de soudure,
telles que la photosoudure, de
sorte qu'il est difficile de trouver du
personnel qualifié en suffisance.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Er zijn ook een aantal specifieke problemen, zeker voor de sectoren
waar het niet mogelijk is om specifiek geschoold personeel te vinden,
vaak omdat wij een bepaalde doorgedreven technische opleiding in
België niet kunnen aanbieden of niet meer aanbieden. Ik neem daarbij
het voorbeeld van het fotolassen, een heel speciale techniek waarbij
men radiografische processen gebruikt om te lassen.
In Vlaanderen heeft het bedrijfsleven bepaalde verwachtingen. Men
vraagt fotolassers in de bedrijven. Aangezien er echter bij ons geen
mensen meer zijn, of veel te weinig, die deze scholing hebben
genoten, is het zeer moeilijk om hen hier te krijgen. In Frankrijk zijn er
wel nog fotolassers, die men graag in onze streek, in Vlaanderen en
Wallonië zou krijgen, om bepaalde taken uit te voeren. U moet weten
dat algemeen lassen bij ons al een knelpuntberoep is. De VDAB zegt
dat goede lassers moeilijk te vinden zijn, ook in West-Vlaanderen. In
Noord-Frankrijk bestaan er echter wel degelijke opleidingen voor
bepaalde lastechnieken. De Noord-Franse lassers zijn dan ook erg
gewild, maar het belastingvoordeel dat zij genieten was tot nu toe
altijd een lokmiddel voor onze bedrijven.
Er werden enkele rondzendbrieven uitgevaardigd, ik alludeer op de
rondzendbrieven van 14 januari 2004 en mei 2005, waarbij een aantal
voordelen voor een aantal beroepen wegviel. Ik heb in voorgaande
commissievergaderingen al gewezen op andere problemen met
betrekking tot die rondzendbrieven, maar hier gaat het over de
bijkomende verplaatsingskosten. Voor mensen met die specifieke
beroepen wordt het weinig aantrekkelijk om in België te komen
werken, vandaar mijn vraag. Overweegt u om voor bepaalde
knelpuntberoepen, bijvoorbeeld voor lassers die werken op
verplaatsing, in uitzonderingen te voorzien op de bepalingen van de
rondzendbrieven van 14 januari en 25 mei 2005, zodat het Belgische
bedrijfsleven op een economisch verantwoorde manier een beroep
zou kunnen doen op die bepaalde technische expertise?
Selon le VDAB, cette profession
est confrontée à une pénurie de
soudeurs. Ces formations sont par
contre dispensées dans le nord de
la France, et les soudeurs de cette
région sont donc très recherchés.
Vu la suppression des incitants
fiscaux, ces derniers sont
cependant peu enclins à venir
travailler en Belgique.
Le ministre envisage-t-il une
exception aux circulaires du 14
janvier et du 25 mai 2005 pour
certaines professions connaissant
une pénurie de main-d'oeuvre,
telles que celle de soudeur en
déplacement?
06.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Deseyn, zoals ik u reeds meegedeeld heb, in antwoord op een van uw
vorige vragen, op 22 februari 2005, is het regime van grensarbeider,
zoals bepaald in artikel 11, paragraaf 2c, van de het Belgisch-Frans
Dubbelbelastingverdrag van 10 maart 1964, en vervangen door artikel
1 van het avenant van 8 februari 1999, een uitzondering op de
algemene regel volgens dewelke beloningen ontvangen door een
inwoner van Frankrijk voor bezoldigde activiteiten uitgeoefend op
Belgisch grondgebied, in België belastbaar zijn.
Daar het hier om een uitzondering gaat, is het regime voor
grensarbeiders aan strikte toepassingsregels onderworpen.
Het ligt bijgevolg niet in mijn bedoeling het regime uit te breiden. Een
dergelijke unilaterale uitbreiding zou bovendien een schending zijn
van de wederkerigheid afgesproken op basis van bilaterale
verdragen. Bij gebrek aan overeenstemming tussen beide landen zou
er bovendien een reëel risico op dubbele vrijstelling bestaan, wat
tegengesteld is aan het voornaamste doel van het verdrag ter
vermijding van dubbele belasting.
Zowel aan Belgische als aan Franse zijde is voor eens en altijd
besloten dat grensarbeiders - de enige personen waarvan, enerzijds,
06.02 Didier Reynders, ministre:
Le régime des travailleurs
frontaliers constitue une exception
aux règles générales qui stipulent
que les rémunérations obtenues
par des résidents de la France sur
le territoire belge sont imposables
en Belgique. Ce régime est donc
soumis à des règles d'application
strictes et je n'ai pas l'intention de
l'élargir, ce qui constituerait
d'ailleurs une violation du principe
de réciprocité prévu par le traité.
La France et la Belgique ont
convenu que les travailleurs
frontaliers sont imposables dans
l'État où ils résident. Le respect
des circulaires du 14 janvier et du
25 mai 2005 fait l'objet de
contrôles stricts.
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
de permanente verblijfplaats zich bevindt in de grensstreek van een
van beide Staten, en, anderzijds, die een loontrekkende
werkzaamheid uitsluitend uitoefenen in de grenszone van de andere
Staat - belastbaar zijn in de woonstaat. Er is dus een strikte definitie in
dat verband. Buiten de uitzonderlijke verplaatsingen buiten de zone
die geen verband houden met de normale activiteiten van de
werknemer kan de grensarbeidsregeling niet aan andere
uitzonderingen worden onderworpen, dit om te vermijden dat we
onophoudelijke vragen krijgen in dezelfde zin.
Ik moet eraan toevoegen dat de grensarbeidsregeling die vroeger
bestond in het kader van de overeenkomsten gesloten door België
met Duitsland en Nederland, werd afgeschaft ten gunste van de
hierboven beschreven algemene verdragsrechtelijke regel. Het zou
dus niet consequent zijn om in de Frans-Belgische context een
uitgebreide toepassing toe te staan van het statuut van grensarbeider
waarvan men nooit genoeg het afwijkend karakter kan benadrukken
en dat uniek is op het niveau van de belastingverdragen gesloten door
België.
Derhalve is het nodig om de richtlijn bepaald door de administratie in
haar rondzendbrieven van 14 januari 2004 en 25 mei 2005 na te
leven. Het naleven van deze richtlijnen wordt grondig gecontroleerd.
Wij laten geen afwijkingen toe van dit Verdrag noch van de
rondzendbrieven.
06.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, u hebt in uw
antwoord zelf gezegd dat het allemaal zeer unieke en zeer bijzondere
situaties zijn. Door die speciale kronkels wordt het op de duur een
kluwen en zijn er zoveel categorieën en speciale gevallen waardoor
het problematisch wordt om motiverende arbeidsovereenkomsten te
sluiten.
Eén opdracht in een bepaalde regio, zelfs in eenzelfde land, geeft die
mensen plots een totaal ander statuut. Stelt u zich voor dat zij, omdat
zij in het kader van hun tewerkstelling één dag een opdracht moeten
uitvoeren bij iemand anders in het buitenland of in het binnenland,
onder totaal andere sociale en fiscale regimes vallen.
U spreekt over de schending van billaterale verdragen, maar dat is in
de Europese grensregio's voorbijgestreefd.
Wij zullen absoluut vanuit België de druk moeten opvoeren zodat er
eindelijk een onderhandelingsronde komt. U hebt daarover vroeger
uw bezorgdheid geuit. U voelt echter ook wel aan, met deze vraag en
met voorgaande vragen, dat wij daar in een impasse zitten die wij als
politici niet meer kunnen verantwoorden in een eengemaakte
Europese markt.
06.03 Roel Deseyn (CD&V): Etant
donné qu'il y a trop de catégories
et de cas spécifiques, parvenir à
élaborer un contrat de travail
motivant relève désormais de la
gageure. La situation actuelle est
dépassée par l'évolution et
débouche sur une impasse dont
les responsables politiques
peuvent difficilement justifier
l'existence dans un marché
unique.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Georges Lenssen aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
tegemoetkoming voor verwarming met gas" (nr. 9300)
07 Question de M. Georges Lenssen au vice-premier ministre et ministre des Finances sur
"l'intervention pour le chauffage au gaz" (n° 9300)
07.01 Georges Lenssen (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de 07.01 Georges Lenssen (VLD):
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
minister, op 9 september 2005 heeft de Ministerraad beslist om een
tegemoetkoming te geven voor mensen die verwarmen met
huisbrandolie. Er zou namelijk een korting van 17,35% gegeven
worden vanaf 1 juli aan degenen die verwarmen met huisbrandolie
indien de prijs 50 eurocent per liter overstijgt, BTW inbegrepen.
U hebt toen ook gezegd dat vanaf begin 2006 zou nagegaan worden
of de gasprijs gestegen zou zijn buiten proporties en dat dan ook op
dat vlak een tegemoetkoming zou gebeuren. U hebt ook al laten
weten dat ook voor mensen die met elektriciteit verwarmen
maatregelen zouden getroffen worden indien de elektriciteitskosten
werkelijk de hoogte zouden blijven ingaan ingevolge de stijging van de
brandstofprijzen.
We moeten echter vaststellen dat een aanzienlijk deel van de
bevolking verwarmt met petroleumkachels. Er is niet in een
tegemoetkoming voorzien voor degenen die met petroleum
verwarmen. Vandaar dat ik de vraag wil stellen of er ook voor
degenen die met petroleum verwarmen voorzien is in een
tegemoetkoming. De petroleumprijs is momenteel toch ook al vrij
hoog gestegen en er zijn aanzienlijk wat mensen die met zulke
kachels verwarmen.
Le 9 septembre 2005, le Conseil
des ministres a décidé d'accorder
une intervention aux personnes
qui se chauffent au mazout. Le
ministre avait alors annoncé qu'il
examinerait la possibilité
d'octroyer également des
interventions aux personnes se
chauffant au gaz ou à l'électricité.
L'annonce ministérielle
s'appliquera-t-elle également au
pétrole? Je pose cette question
pour deux raisons: le prix du
pétrole s'est beaucoup enchéri
aussi et nombreux sont nos
concitoyens qui se chauffent avec
des poêles à pétrole.
07.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Lenssen, we hebben begin september een beslissing genomen in
verband met een aantal energieproducten. Ik heb de laatste dagen
veel verklaringen gehoord in dat verband maar om duidelijk te zijn, er
is een korting voor stookolie. Dat is nog het geval tot en met 31
december. De korting wordt toegekend bij de levering van stookolie,
dus zonder enig probleem.
Wij moeten starten met het terugbetalen van de korting op de
facturen van de periode tussen juli en eind september vanaf de
stemming over de programmawet, dus zo vlug mogelijk. Het is de
keuze van de Kamer om dat zo vlug mogelijk te doen. Na de
stemming kunnen we starten met die terugbetaling. Ik heb dat in het
Parlement in september gezegd.
We hebben een eerste maatregel genomen, namelijk een korting op
stookolie. Ten tweede is er een terugbetaling voor de facturen van
voor eind september. Daarvoor moest een wet worden goedgekeurd.
Ten derde hebben we gezegd dat wij ook tot zo'n korting voor andere
producten konden komen. Zo was er bijvoorbeeld beslist om dat te
doen voor gas, aardgas. Tijdens een vergadering van de commissie
voor de Financiën, in de maand september, heb ik gezegd dat dit het
geval zou zijn gedurende het eerste kwartaal van 2006. Ik heb de
voorbije uren gehoord dat we vlugger moeten gaan maar dit is al
beslist. Dat was begin september beslist, met de toenmalige minister
van Begroting. We hebben samen beslist om in een korting te
voorzien op de aardgasfactuur, in het eerste kwartaal van 2006.
Als het vlugger kan, waarom niet. Deze beslissing werd echter
genomen begin september door de minister van Financiën en de
toenmalige minister van Begroting.
Ik heb ook gezegd dat wij dezelfde reactie moeten hebben voor
andere producten. Dit werd bijvoorbeeld ook beslist voor elektriciteit.
Er kan via dezelfde aanpak ook iets gedaan worden voor elektriciteit,
07.02 Didier Reynders, ministre:
La décision du conseil des
ministres de début septembre
2005 se rapportait uniquement au
mazout consommé par les
particuliers. Nous avons déjà
appliqué une réduction à leurs
factures. Et après l'adoption de la
loi-programme, nous pourrons
commencer à rembourser sur la
base de factures de livraison.
Au moment où la décision de
début septembre a été prise,
j'avais déjà souligné la nécessité
d'appliquer cette disposition aux
autres sources d'énergie. Pour
celles-ci, nous avons proposé le
premier trimestre de 2006. La date
de début 2006 convenue au sein
du gouvernement, où siégeait l'ex-
ministre du Budget Vande Lanotte,
n'étant absolument pas
compromise, j'avoue ne pas
comprendre pourquoi d'aucuns
demandent instamment au
gouvernement d'adopter un
règlement relatif au gaz naturel
plus rapidement et de rembourser
par anticipation les factures de gaz
naturel. En effet, il n'y a aucun
retard.
Je suis au courant du fait que
certains de nos concitoyens
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
dus bij een verhoging van de prijs moet een korting op de factuur
worden gegeven. Dat gaat altijd dezelfde richting uit als bij de
stookolie, zij het misschien met een minder grote impact of een
kleinere evolutie van de prijs.
Er is dus een aantal beslissingen genomen voor stookolie, gas en
elektriciteit. Sindsdien heb ik ook informatie ontvangen waaruit blijkt
dat sommige mensen liever met kerosine misschien gaat het om de
naam in een aantal reglementeringen dan met huisbrandolie zouden
verwarmen. Kerosine heeft immers als voordeel dat er een meer
propere en milieuvriendelijke verbranding optreedt. Kerosine kost
momenteel iets meer dan 61 eurocent per liter voor een levering van
meer dan 2.000 liter, terwijl huisbrandolie op dit moment iets minder
dan 54 eurocent per liter kost voor meer dan 2.000 liter. Volgens
bepaalde statistieken die mij werden bezorgd zou het, ruw geschat,
om het verbruik van 60 miljoen liter kerosine gaan en kan de
begrotingsimpact op 1,1 miljoen euro worden geschat, met dezelfde
terugbetaling als voor huisbrandolie of stookolie. Dat zijn de
verschillende namen voor de verschillende producten.
Ik zal de Ministerraad een algemene beslissing voorleggen. Eerst en
vooral is er een gelijkaardige beslissing voor aardgas, zoals voorzien
begin september. Wij moeten ook een oplossing vinden voor de
factuur van het eerste kwartaal van 2006. Verder moeten we nog een
oplossing vinden voor elektriciteit, maar misschien ook voor andere
producten zoals kerosine of nog andere producten, zoals andere
soorten gas dan aardgas. Wij moeten dus tot een aantal oplossingen
komen.
Ik herhaal, niet voor u maar voor andere commissieleden of voor een
aantal journalisten, op de vraag of het mogelijk is om vlugger te gaan
of om geen vertraging op te lopen, dat er tot nu toe geen vertraging is.
Er is een korting op de factuur voor stookolie en er komt een
terugbetaling voor stookolie vanaf de goedkeuring van de
Programmawet.
Wij moeten in het eerste kwartaal van 2006 een oplossing bereiken
voor gas, elektriciteit en eventueel andere producten. Ik herhaal het.
Dit was een beslissing van de regering van begin september, met de
verschillende toenmalige ministers die bezig waren met die
problematiek. Ik begrijp uw vraag. Ik zal een aantal producten, zoals
kerosine, op tafel brengen in de Ministerraad.
préfèrent se chauffer au kérosène
plutôt qu'au gasoil de chauffage,
parce que la combustion du
kérosène est propre et donc
écologique. Pour une commande
de minimum 2 000 litres, le prix
actuel d'un litre de kérosène et
d'un litre de gasoil de chauffage
s'élève respectivement à 0,6171
euro et 0,5394 euro. Dans notre
pays, la consommation de
kérosène destiné au chauffage est
estimée à 60 millions de litres. Un
système de réduction et de
remboursement similaire à celui
appliqué au gasoil de chauffage
aurait une incidence budgétaire de
1,1 million d'euro.
Au cours du premier trimestre de
2006, nous devons trouver une
solution pour le gaz, l'électricité et
éventuellement d'autres produits
tels que le kérosène.
07.03 Georges Lenssen (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, als ik u goed begrijp, zal er toch wel iets geregeld worden,
ook voor de mensen die met petroleum verwarmen. U hebt het zelf
reeds aangegeven dat het gaat over een groot aantal mensen,
misschien meer dan aanvankelijk verwacht. Het zou goed zijn dat er
ook hier een tegemoetkoming zou zijn, zoals bij de andere
brandstoffen.
07.03 Georges Lenssen (VLD):
Je me félicite que le ministre
envisage d'appliquer les
dispositions relatives au mazout
de chauffage à d'autres
combustibles.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Stijn Bex aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "het betalen
van successierechten met kunstwerken" (nr. 9317)
08 Question de M. Stijn Bex au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le paiement de
droits de succession au moyen d'oeuvres d'art" (n° 9317)
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
08.01 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn vraag handelt over de discussie die thans plaatsvindt
inzake de opengevallen nalatenschap van Paul Janssen, vooral het
aanbod van weduwe Janssen om een deel van de successierechten
te betalen via de mogelijkheid die ingevoerd werd bij de wet van
1 augustus 1985 om successierechten te voldoen door middel van
inbetalinggeving van kunstwerken. Met dit systeem wordt de federale
staat eigenaar van de kunstwerken maar betaalt op zijn beurt aan het
Vlaams Gewest het bedrag van de successierechten dat met de
schatting van de werken overeenstemt.
Aanvankelijk was dit een systeem dat amper functioneerde. Sinds de
wetswijziging van 21 juni 2001 vonden meer gevallen van
inbetalinggeving van kunstwerken voor de betaling van
successierechten plaats. Deze zomer hebben we in de
programmawet een wetswijziging doorgevoerd die het mogelijk maakt
om de betaling aan het Gewest in natura te doen. Hierdoor moet de
federale Staat die de kunstwerken aanvaardt niet langer
successierechten doorbetalen aan de Gewesten.
Feit is dat onduidelijkheid blijft bestaan omtrent het aanbod van
weduwe Janssen om de belangrijke collectie precolumbiaanse kunst
die geraamd wordt op 15 miljoen euro, maar volgens de wet maar
voor 8 miljoen euro in aanmerking kan worden genomen voor betaling
van successierechten. De vrees bestaat dat indien de federale
regering nog langer talmt de belangrijke kunstcollectie zal verloren
gaan omdat ze verkocht moet worden en niet in ons land zal blijven.
Mijnheer de minister, kunt u een overzicht geven van de kunstwerken
en de erfenissen waarbij van de wetswijziging van 21 juni 2001
gebruik werd gemaakt? Ik kan er vrede mee nemen dat u het
overzicht schriftelijk meedeelt.
De erfgename van Paul Janssen wenst van deze regeling gebruik te
maken. Kunt u een stand van zaken geven in dit concrete dossier?
Naar verluidt zou een gelijkaardige zaak hangende zijn met een
belangrijke collectie van Horta-meubilair. Kunt u hierover meer uitleg
geven? Blijft deze collectie in ons land? Onderneemt u initiatieven
terzake?
08.01 Stijn Bex (sp.a-spirit):
Depuis 1985, déjà, la personne qui
hérite d'oeuvres d'art peut utiliser
celles-ci pour payer des droits de
succession. Ainsi, l'État fédéral
devient le propriétaire des oeuvres
mais il verse aux Régions le
montant des droits de succession
correspondant à leur estimation.
Ce mode de paiement est
davantage utilisé depuis la
modification de la loi en 2001. La
modification de la loi intervenue en
2005 permet de procéder aux
paiements aux Régions en nature.
L'État fédéral, qui accepte les
oeuvres d'art, ne doit donc plus
assurer le paiement des droits de
succession aux Régions.
La veuve de M. Paul Janssen
souhaite aussi utiliser des oeuvres
d'art à cette fin. Il s'agit d'une
collection d'art précolombien de
grande valeur, estimée à quinze
millions d'euros, mais dont huit
millions d'euros seulement doivent
servir au paiement de droits de
succession. Le temps presse car
si le gouvernement fédéral
tergiverse encore beaucoup, notre
pays risque de perdre une
importante collection d'art.
Le ministre peut-il fournir un
aperçu des héritages pour
lesquels il a été recouru à ce
procédé au cours des cinq
dernières années? Peut-il
également fournir des précisions
sur l'état d'avancement concret de
ce dossier et de celui, relatif à une
importante collection de mobilier
de Horta, qui est similaire?
08.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Bex, ten eerste, wat betreft de toekomst, zullen we nog zien. Ik heb
geen idee van het aantal collecties dat zich in privé-handen bevindt.
Dat is altijd zo. Ik heb dus geen overzicht van het aantal collecties dat
in België bestaat.
Mijnheer de voorzitter, voor de stand van zaken inzake de
inbetalinggeving van kunstwerken ter betaling van de
successierechten sinds het jaar 2000 heb ik een tabel over een aantal
nalatenschappen. Het is dus mogelijk om een schriftelijk antwoord te
geven. In 2004 ging het over een eerste collectie ten bedrage van
410.000 euro. Nog in 2004 waren er ook bedragen van 9.500 euro en
08.02 Didier Reynders, ministre:
Je fournirai à M. Bex un aperçu de
l'état de la situation depuis 2000
en ce qui concerne la dation
d'oeuvres d'art en paiement de
droits de succession. Il s'agit, en
ce compris le dossier Janssen, de
cinq dossiers dont un a entre
temps été déclaré irrecevable.
En ce qui concerne la succession
du docteur Janssen, j'attends la
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
van 80.800 euro. Het is waar dat er een heel grote verzameling
precolumbiaanse kunst is uit de nalatenschap-Janssen voor een
bedrag van bijna 16 miljoen euro.
De dossiers van een aantal nalatenschappen zijn nog in behandeling,
behalve voor één nalatenschap uit de lijst, waarvoor in 2004 de
aanvraag niet ontvankelijk was.
Wat betreft de successierechten op de nalatenschap van Paul
Janssen, wacht de commissie op de benoeming van de
vertegenwoordigers van de Gewesten zoals bepaald in de
programmawet van 11 juli 2005, lijst die werd gepubliceerd op 12 juli
2005 om het dossier verder te kunnen behandelen. Wij wachten dus
op een aantal benoemingen door de verschillende Gewesten.
Ter verduidelijking, ik heb een dossier op de tafel van het
Overlegcomité gelegd. Wij zijn dus nu in onderhandeling met het
Vlaams Gewest over de nalatenschap van Paul Janssen. Het is klaar
en duidelijk dat er kosten zijn verbonden aan dergelijke successie,
goedgekeurd door het federaal Parlement. Wij moeten dus in
samenspraak met het Vlaams Gewest een oplossing vinden voor de
berekening ervan. Wij moeten ook een mogelijkheid zoeken voor de
invoering van een procedure die moet worden gevolgd.
Tot nu toe heb ik geen positief antwoord gekregen van het Vlaams
Gewest over het bedrag. Ik begrijp dat het niet gemakkelijk is om een
dergelijke beslissing te nemen. Niettemin staan wij ervoor open om
een aantal specifieke begrotingstechnieken te gebruiken, indien dat
nodig is om een dergelijke, belangrijke verzameling precolumbiaanse
kunst in België te houden.
Er lag een duidelijk voorstel op tafel voor de betaling van de
successierechten met verschillende kunstwerken uit dergelijke
verzameling. Tot nu toe heb ik echter geen namen van
vertegenwoordigers van de Gewesten in de specifieke commissie.
Ik heb ook geen positief antwoord gekregen van het Vlaams Gewest
over een mogelijke betaling met verschillende werken uit dergelijke
verzameling.
We zullen zien of het mogelijk is een akkoord te bereiken. Het moet
mogelijk zijn om een aantal van die kunstwerken in België te houden.
nomination des représentants des
Régions, comme le prévoit la loi-
programme du 11 juillet 2005,
pour poursuivre le traitement du
dossier. Les négociations avec la
Région flamande battent leur plein.
L'État fédéral doit trouver, en
concertation avec la Région
flamande, une solution pour le
calcul des coûts afférents à la
succession. Jusqu'ici, je n'ai pas
encore reçu de la Région de
réponse positive à ma proposition.
Au besoin, je suis disposé à
utiliser des techniques budgétaires
spécifiques pour conserver cette
précieuse collection en Belgique.
08.03 Stijn Bex (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, ik wil de minister
danken voor zijn antwoord. Het was mij inderdaad bekend dat deze
problematiek naar aanleiding van de wetswijziging, die we deze zomer
hebben doorgevoerd, was aangekaart op het Overlegcomité door de
Vlaamse regering. De discussie gaat over de vraag of de wetgeving,
die wij deze zomer hebben gewijzigd, retroactief van toepassing kan
zijn op een nalatenschap die in 2003 is opengevallen.
08.03 Stijn Bex (sp.a-spirit): Je
sais que le problème a déjà été
soulevé au sein du Comité de
concertation. La réglementation
instaurée en 2005 peut-elle
s'appliquer avec effet rétroactif à
un héritage remontant à 2003?
08.04 Minister Didier Reynders: Het is duidelijk dat er geen sprake is
van retroactiviteit. Er is alleen een probleem van kosten. Ik weet dat
het niet gemakkelijk is om dergelijke belangrijke collectie te
aanvaarden waaraan 15 miljoen euro kosten zijn verbonden. Ik weet
dat we tot andere operaties moeten overgaan. Ik heb geen idee over
het aantal collecties. Ik heb al een of twee contacten gehad over
andere collecties waarbij het gaat over meer dan 20 miljoen euro.
08.04 Didier Reynders, ministre:
Il n'est pas question de
rétroactivité. Il s'agit uniquement
du problème du calcul des coûts.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
Voor één specifiek Gewest zijn dit zeer belangrijke kosten. De
wetswijziging werd in Kamer en Senaat goedgekeurd maar er is geen
retroactiviteit van toepassing voor de huidige dossiers, zoals de
collectie-Janssen.
08.05 Stijn Bex (sp.a-spirit): Ik ga een poging doen om uw standpunt
in een zin samen te vatten. U zult mij verbeteren als het niet correct is.
Eigenlijk zegt u dat het om een waardevolle collectie gaat. De federale
regering zal de last van 8 miljoen euro zeker niet alleen dragen. De
Vlaamse regering zal voor een stuk over de brug moeten komen,
anders zal deze collectie uit ons land verdwijnen.
08.05 Stijn Bex (sp.a-spirit): Le
ministre souhaite que la Région
flamande paie et supporte une
partie des frais. A défaut, la
collection disparaîtra à l'étranger.
Peut-on résumer sa position dans
ces termes
08.06 Minister Didier Reynders: Dat is normaal. De Gewesten zijn
bevoegd voor de successierechten. De collectie zal eigendom worden
van een Gewest. Er zullen echter geen andere financiële elementen
zijn op het vlak van de begroting. Men zal moeten kiezen voor het
bezit van zo'n collectie in plaats van het ontvangen van centen en
euro's voor de begroting. Of dit al dan niet mogelijk zal blijken te zijn,
is de keuze van het betrokken Gewest. Vandaag ligt de keuze bij de
Vlaamse regering. Morgen zal de keuze misschien bij de Brusselse
regering liggen. Ik heb in dat verband ook een voorstel gekregen.
Ik herhaal dat wij openstaan om naar een aantal
begrotingstechnieken te zoeken zodat een spreiding van de kosten
over meerdere jaren mogelijk wordt. De Gewesten zijn bevoegd voor
de successierechten. Het is evenwel onmogelijk voor een Gewest om
zowel de eigendom van zo'n collectie te verwerven alsook nog eens
de betaling te vragen vanuit de federale schatkist.
08.06 Didier Reynders, ministre:
Des choix doivent effectivement
être faits. Aujourd'hui, c'est la
Région flamande qui doit le faire
mais demain, ce sera peut-être le
tour d'un autre gouvernement
régional. J'exclus l'idée qu'une
Région devienne propriétaire
d'une collection d'art et soit en
outre payée par le Trésor fédéral.
08.07 Stijn Bex (sp.a-spirit): Heel kort nog, ik meen dat het belangrijk
is dat die collectie in ons land kan blijven, ook gezien het feit dat die
collectie volgens de wens van de weduwe Janssen in een federale
culturele instelling zal worden tentoongesteld en dat de federale
regering terzake toch een belangrijke inspanning levert. Ik kijk uit naar
het overleg dat daarover verder gevoerd zal moeten worden tussen
de Vlaamse regering en de federale regering.
08.07 Stijn Bex (sp.a-spirit): Il est
très important que la collection
reste en Belgique. J'attends avec
impatience les résultats de la
concertation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "het
opvolgen van de vragen van het Rekenhof inzake de niet aan de Regie der Gebouwen betaalde
concessievergoedingen te Oostende" (nr. 9282)
09 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le suivi des
questions de la Cour des comptes concernant les indemnités de concession non payées à la Régie
des Bâtiments à Ostende" (n° 9282)
09.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn vraag heeft betrekking op een dossier dat teruggaat tot
het jaar 1999 toen de Regie der Gebouwen een sale and lease back-
overeenkomst sloot met de rederij die de activiteiten van de RMT
overnam ondanks een negatief advies van het Rekenhof.
Deze sale and lease back-overeenkomst had betrekking op een
carferrygebouw waar de Regie de verbeteringswerken als het ware
aankocht voor een bedrag van 2.478.935 euro. Vervolgens werd dit
gebouw opnieuw geleasd aan de rederij die diende terug te betalen
09.01 Carl Devlies (CD&V):
Malgré l'avis négatif de la Cour
des comptes, la Régie des
Bâtiments a conclu un contrat de
`sale-and-lease back' avec le
repreneur des activités de la RTM.
Ce contrat portait sur un bâtiment
de car-ferries pour lequel la Régie
avait pour ainsi dire acheté les
travaux d'amélioration à
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
onder de vorm van annuïteiten gedurende twintig jaar.
Door het Rekenhof werd vastgesteld dat de bewuste rederij
begin 2003 haar activiteiten op de lijn Oostende-Dover stopzette en
dat zij tot dan toe slechts drie annuïteiten betaalde. De
concessievergoedingen voor de jaren 2003 en 2004 bleven
verschuldigd. De minister werd hierover door het Rekenhof
aangesproken op 12 mei 2004 en enkele weken later antwoordde hij
dat de rederij in rechte zou worden gedagvaard.
Mijnheer de minister, begin van dit jaar heb ik u om informatie
gevraagd in het kader van een mondelinge vraag naar de procedure
die desbetreffend werd gevoerd. U hebt mij toen geantwoord dat men
nog het nieuwe adres van de tegenpartij aan het zoeken was.
Ik verneem nu graag wat de stand van de invordering is en wat het
uiteindelijke bedrag is dat door de tegenpartij is verschuldigd. Wat is
er met het betrokken gebouw gebeurd na het vertrek van de rederij in
2003?
concurrence de 2 478 935 euros.
Ce bâtiment a ensuite à nouveau
fait l'objet d'un contrat de leasing
avec la société d'armateurs, mais
celle-ci a mis un terme à ses
activités sur la ligne Ostende-
Douvres au début de l'année 2003
et n'a payé que trois annuités. Les
indemnités de concession pour
2003 et 2004 restent dues. Le 29
juin 2004, le ministre a déclaré à la
Cour des comptes que la société
d'armateurs serait assignée en
justice, mais a répondu, à ma
question orale du 22 février 2005,
qu'aucune procédure n'avait
commencé.
Où en est le dossier aujourd'hui?
Quel montant la partie adverse
doit-elle payer? Qu'est-il advenu
du bâtiment après le départ de la
société d'armateurs en 2003?
09.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, na de nodige opzoekingen werden Hoverspeed Holyman &
Co op 25 april 2005 gedagvaard. De raadsman van de Regie der
Gebouwen deelde op 11 oktober 2005 mee dat de zaak op
6 oktober 2005 naar de rol was verwezen. Hij zou eind november de
conclusietermijn laten regelen wanneer hij tegen dan geen besluiten
zou hebben ontvangen van de tegenpartij. Er werden door de
tegenpartij geen besluiten neergelegd zodat de rechter nu
conclusietermijnen zal vaststellen.
Na een periode van stopzetting van de betalingen werden op
onregelmatige tijdstippen nog een vijftal betalingen per cheque
uitgevoerd. Deze bedragen werden in mindering gebracht van de
achterstallen. Op 1 december 2005 bedroegen de achterstallen
472.890,39 euro, intrest inbegrepen.
Het gebouw is bezet gebleven door de diensten van de rederij tot
begin februari 2005. Na het verlaten van het gebouw door de rederij
heeft de Regie der Gebouwen een schatting van het gebouw
gevraagd aan het aankoopcomité met het oog op de verkoop ervan.
Na ontvangst van de schatting zal mij door de Regie der Gebouwen
een voorstel tot verkoop worden overgemaakt na eerst te zijn
voorgelegd aan de Inspectie van Financiën.
09.02 Didier Reynders, ministre:
La société Hoverspeed Holyman &
Co a été citée à comparaître en
date du 25 avril 2005. L'affaire a
été renvoyée au rôle le 6 octobre.
La partie adverse omet toutefois
de donner ses conclusions et le
conseil de la Régie des Bâtiments
demandera dès lors que le tribunal
fixe des délais de conclusion.
Au 1
er
décembre 2005, les arriérés
et intérêts s'élevaient à 472 890,39
euros. Le bâtiment a été occupé
par la société d'armateurs
jusqu'au début du mois de février
2005. Lorsque la société a quitté le
bâtiment, la Régie a demandé au
Comité d'acquisition d'évaluer
l'immeuble en vue de le vendre.
Lorsqu'elle aura reçu cette
estimation, la Régie me
transmettra une proposition de
vente, qui sera d'abord soumise à
l'Inspection des Finances.
09.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik dank u voor uw antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "het
BTW-tarief voor werken aan een privé-woning" (nr. 9323)
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
10 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le taux de
TVA applicable aux travaux effectués à une habitation privée" (n° 9323)
10.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, het is dezelfde vraag als die de heer De Groote. Dat was de
reden waarom ik teken deed om die vragen samen te voegen.
Wat ik wel even in het verslag wil, is het volgende. Ik had die vraag
ingediend, vorige week, maar op de dag dat ik het antwoord
verwachtte stond er al een artikel in De Tijd met het antwoord op mijn
vraag. Ik wil dus vragen, mijnheer de minister, daar een beetje op te
letten.
10.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
J'avais introduit la question la
semaine passée et le lendemain,
le journal De Tijd publiait déjà un
article contenant la réponse. Le
ministre devrait y prêter attention.
10.02 Minister Didier Reynders: Het artikel in De Tijd ging over de
Ecofin-raad en de beslissing.
De voorzitter: Het belangrijkste is dat er een goede beslissing is, niet, mijnheer Bogaert?
10.03 Minister Didier Reynders: Ik heb veel aandacht voor de
verschillende kranten, maar dat was na de Ecofin-raad. Ik heb de
beslissing van de Ecofin-raad aan de pers gegeven, en dus ook aan
De Tijd. Dat is klaar en duidelijk.
10.03 Didier Reynders, ministre:
Le Conseil Ecofin venait de
prendre la décision, que j'ai
communiquée à la presse, y
compris à De Tijd.
10.04 Hendrik Bogaert (CD&V): Het is dus helemaal niet zo dat u de
vragen screent?
10.04 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le ministre ne soumet donc pas
les questions à un screening?
10.05 Minister Didier Reynders: Ik heb geen speciale vergadering
van de Ecofin-raad gevraagd op basis van uw vraag, neen. Die
vergadering was al sedert enkele maanden gepland en vond dus
doorgang.
In de commissievergadering heb ik wel gezegd dat wij moeten gaan
naar een verlenging van het huidige verlaagde BTW-tarief. Dat is ook
gebeurd. Ik hoop dat het mogelijk zal zijn nog meer te doen, op uw
vraag, op vraag van andere leden, maar ook op vraag van de
regering.
Wat de kalender van de Ecofin-raad betreft, die wordt niet opgesteld
op basis van uw parlementaire vragen. Althans nog niet! Dat kan in de
toekomst misschien het geval zijn.
10.05 Didier Reynders, ministre:
Je n'ai pas convoqué une réunion
spéciale du Conseil Ecofin sur la
base d'une question
parlementaire, mais j'ai toujours
défendu l'application prolongée du
taux réduit de TVA.
10.06 Hendrik Bogaert (CD&V): Bedankt voor de aanmoediging.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
kostprijs voor externe expertise" (nr. 9343)
11 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le coût de
11.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb de
volgende vraag aan de minister.
De FOD Financiën en uw beleidscel of kabinet doen een beroep op
11.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le ministère des Finances fait
appel à des conseillers externes
en matière fiscale.
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
externe adviseurs die aan de diensten adviezen verlenen inzake
fiscale aangelegenheden. Ik had graag van u vernomen wat het
globale gespendeerde budget is voor dergelijke adviezen, en dit voor
de jaren 1999 tot en met 2005. Ik had ook graag geweten aan wie dit
betaald is en voor welk bedrag, ook voor de jaren 1999 tot en met
2005.
Quelles sommes ont été
dépensées pour ces conseillers
entre 1999 et 2005? Quelles
sommes ont été payées pendant
ces années et à qui?
11.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Bogaert, ik heb mijn administratie gevraagd om details te geven over
de verschillende externe adviseurs of consulenten voor de jaren 1999
tot en met 2002. Ik heb nog geen precieze details, maar ik zal een
brief naar de heer Bogaert sturen met alle elementen.
Ik heb wel een aantal elementen voor de laatste jaren. Waarom niet
voor de jaren 1999 tot 2002? Daarvoor moeten ze de documenten
opzoeken. Dat is een kwestie van dagen. Voor de jaren 2003 tot en
met 2005 tot 30 november 2005 hebben we de gegevens.
Voor 2003 gaat het om 695.067,76 euro, voor 2004 om 365.342,92
euro en voor 2005, tot en met 30 november, om 386.401,80 euro.
Ik ben bereid om ook de cijfers van 1999 tot 2002 te geven. Ik heb dat
gevraagd. Misschien zal ik ook meer details kunnen geven voor de
jaren 2003, 2004 en 2005, maar ik zal het u schriftelijk opsturen. Ik
heb terzake nog geen elementen gekregen van mijn administratie.
11.02 Didier Reynders, ministre:
En 2003, les dépenses s'élevaient
à 695 067,76 euros, contre
365 342,92 euros en 2004 et
386 401,80 euros jusqu'au 30
novembre 2005. Je fournirai les
chiffres pour les années 1999-
2002 par écrit, ainsi que le détail
pour les années 2003-2005.
11.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Dat is een zeer partieel antwoord. Ik
begrijp dat u voor de jaren vóór 2003 even opzoekingswerk zult doen.
Ik kijk uit naar die informatie.
Wat 2003, 2004 en 2005 betreft, heb ik ook gevraagd aan wie dit
betaald is. Ik neem aan dat u daar nu al op kunt antwoorden.
11.03 Hendrik Bogaert (CD&V):
Votre réponse précisera-t-elle
également le nombre d'heures de
prestations, les bénéficiaires de
ces paiements et les fins pour
lesquelles ces prestations ont été
nécessaires? Quand disposerai-je
de ces informations?
11.04 Minister Didier Reynders: Ik heb dat gezegd. Ik zal niet alleen
de cijfers geven, maar meer details, bijvoorbeeld details wat de
leveranties en dergelijke betreft. Geen probleem. Ik heb details
gevraagd, maar ik heb ze nog niet gekregen.
11.04 Didier Reynders, ministre:
Vous recevrez toutes ces
informations peut-être aujourd'hui
même.
11.05 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik heb nog een bijkomende vraag.
Als ik die nu kan stellen, kunt u die dan in één keer beantwoorden?
11.06 Minister Didier Reynders: Ja.
11.07 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik had ook graag geweten aan wie
dit betaald is, voor welk onderwerp en wat het aantal gepresteerde
uren is.
11.08 Minister Didier Reynders: En de leeftijd van de verschillende
experts?
11.09 Hendrik Bogaert (CD&V): Dat mag u misschien intern houden.
Tegen wanneer zou ik dat kunnen ontvangen?
11.10 Minister Didier Reynders: Zeer vlug. Dat is een kwestie van
dagen.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
spreiding van de ontlaste en de openstaande aanslagen per district" (nr. 9344)
12 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la
ventilation par district des cotisations ouvertes et dégrevées" (n° 9344)
12.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik wil even terugkomen op mijn vraag nr. 6390 van 7 april
2005. Ik heb ondertussen van u het schriftelijk antwoord van de
betrokken dienst ontvangen en die gevraagde cijfers bekomen. Ik heb
die ook in bijlage, in een Exel spreadsheet gestopt. Daaruit blijkt dat
er toch belangrijke regionale verschillen zijn, zowel wat de vragen 180
als de openstaande aanslagen betreft. Ik had graag vernomen hoe u
die regionale verschillen kunt verklaren.
12.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
Je reviens sur ma question
n° 6390 du 7 avril. Après une
analyse des chiffres demandés
alors, des disparités
interrégionales très importantes
ont été constatées, en ce qui
concerne les demandes 180 aussi
bien que les impositions ouvertes.
Comment le ministre explique-t-il
cet état de choses?
12.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, de vraag van
de heer Bogaert bevat meerdere aspecten omdat de verschillen
waarop hij de aandacht wil vestigen volgens meerdere criteria moeten
worden geanalyseerd, namelijk de verdeling per district en per
Gewest, het soms tijdelijk karakter van de fiscale achterstallen en van
de vragen om ontlasting, de omvang van de betrokken bedragen en
het aantal artikels in kwestie. Bovendien werken deze variabelen
waarschijnlijk onderling op elkaar in, zodat de invloed van een ervan
moeilijk kan worden afgezonderd. Bovendien zijn de vastgestelde
verschillen ongetwijfeld ook nog toe te schrijven aan andere factoren
dan deze die daarnet zijn opgesomd, bijvoorbeeld de economische
toestand in de onderscheiden landsgedeelten, de fiscale houding van
de belastingschuldigen, de impact van de grote agglomeraties,
enzovoort.
In feite zou voor een volledig antwoord op de gestelde vragen een
grondig wetenschappelijk onderzoek moeten uitgevoerd worden of
een doctoraatsthesis moeten gemaakt worden. Ik ben bereid om aan
een aantal universiteiten te vragen zo'n studie te maken, maar wel
kosteloos indien mogelijk, dus alleen op vraag van verschillende
universiteiten voor een aantal onderzoekers. Ik pleit altijd voor een
grote inspanning wat onderzoek betreft en ik ben bereid om dat te
doen.
De eenvoudige lezing van de door de administratie verstrekte
statistische tabellen laat evenwel toe enkele elementaire conclusies te
trekken. Aldus is de verdeling tussen de verschillende districten van
de openstaande aanslagen en de vragen om ontlasting met
betrekking tot de directe belastingen zowel in bedragen als aantal
artikels, relatief stabiel in de loop van de tijd. We hebben dus jaar na
jaar een grote stabiliteit in dat verband. Er kan geen enkele constante
tendenswijziging worden vastgesteld tussen 2002 en 2004, zeker
indien men rekening houdt met de evolutie van zowel het aantal
openstaande aanslagen als met de nog verschuldigde bedragen.
Alles laat derhalve toe te veronderstellen dat het terzake om een
structureel gegeven gaat en dat deze geografische verdeling vooral
de economische toestand weerspiegelt die eigen is aan de
12.02 Didier Reynders, ministre:
Ces disparités doivent être
analysées sur la base de différents
critères: la répartition par district et
par Région, le caractère parfois
temporaire de l'arriéré fiscal et des
demandes de dégrèvement, la
hauteur des montants, le nombre
d'articles par question, etc. Il est
vraisemblable que ces variables
s'influencent réciproquement et
que ces disparités sont, par
surcroît, indiscutablement
imputables aussi au fait que les
entités fédérées connaissent une
situation économique différente,
au comportement fiscal des
contribuables, à l'impact des
agglomérations, etc. Il faudrait en
réalité consacrer une étude
scientifique approfondie à cette
question mais de préférence sans
que cela nous coûte de l'argent.
Nous pouvons cependant tirer des
statistiques quelques conclusions
élémentaires. Au fil des ans, la
répartition entre les différents
districts a été relativement stable.
On n'observe aucun
infléchissement de tendance entre
2002 et 2004. Par conséquent,
tout indique qu'il s'agit d'une
situation structurelle et que cette
répartition géographique reflète
pour l'essentiel la situation
économique des Régions.
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
verschillende territoriale entiteiten.
Ik heb geen andere commentaar. Ik geloof dat het dezelfde
vaststelling is als die van de heer Bogaert. Om meer details te krijgen
herhaal ik dat ik open sta voor een studie van een of andere
universiteit, maar als het mogelijk is dan wel een kosteloze studie.
12.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u voor
uw antwoord. Ik meen dat ik uw antwoord als volgt mag parafraseren:
eigenlijk wilt u geen antwoord geven op deze vraag.
12.03 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le ministre ne souhaite
manifestement pas répondre à la
question.
12.04 Minister Didier Reynders: Mijnheer Bogaert, u zegt dat er een
verschil is. Dat is misschien normaal, door het verschil in de
economische toestand van de verschillende deelgebieden. Dat was
zeer klaar en duidelijk. Ik heb echter niet de middelen om verder te
gaan op de details van de verschillende vergelijkingen. Het is geen
prioriteit voor mijn departement, maar ik blijf ervoor openstaan om het
te doen met andere mensen, als er een belangrijke vraag is voor
verschillende personen.
Er zijn verschillende toestanden, ik meen dat dit normaal is, en er is
een verschil in de economische toestand van de verschillende
deelgebieden en districten.
12.04 Didier Reynders, ministre:
Je ne dispose pas des moyens
d'expliquer ou d'éclaircir ces
différences dans les détails.
12.05 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik begrijp wel dat er een verschil
kan zijn in bepaalde regio's, qua economische draagkracht, maar de
thesis die u naar voren brengt, namelijk dat de economische
draagkracht verhoudingsgewijs ik geef in mijn spreadsheet duidelijk
de verhoudingsgewijze percentages van het aantal vragen, 180 per
district een impact moet hebben, is niet logisch.
Ook wat de openstaande aanslagen betreft, de relativiteit ten opzichte
van het geheel heeft niets te maken met de economische draagkracht
van een regio. Ik stuit hier op iets anders. Volgens het district komt
men uit op een heel ander percentage betreffende openstaande
aanslagen. Ook de vragen, 180 per district, geven een andere
verhouding. Dat heeft niets te maken met de economische
draagkracht van het betrokken district of de betrokken regio.
Het feit dat u zegt dat dit stabiele cijfers zijn, onderstreept mijn
stelling. Dit is blijkbaar al een aantal jaren aan de gang. Ik zal
alleszins verder hierop ingaan. Ik kom zeker terug met bijkomende
vragen. Ik denk niet dat dit een doctoraatsthesis vereist, want men
heeft geen doctoraat in de statistiek nodig om te zien wat ik zie in
deze cijfers.
12.05 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le ministre justifie les écarts en
invoquant le potentiel économique,
mais ce raisonnement ne tient pas
debout. Il n'y a aucune corrélation
entre le nombre de cotisations
restant dues par district et le
pourcentage de cotisations restant
dues par district d'une part, et le
potentiel économique de l'autre.
L'invariabilité même des chiffres
prouve qu'il ne s'agit pas d'un fait
nouveau. Il ne faut pas être
docteur ès statistiques pour voir ce
que je vois.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: De heer Verherstraeten is niet aanwezig en heeft niets laten weten; bijgevolg vervalt zijn
vraag nr. 9364.
12.06 Hendrik Bogaert (CD&V): ...
De voorzitter: Mijnheer Bogaert, wie hier niet kan zijn, kan vragen om uitstel. De heer Verherstraeten heeft
niets laten weten. U bent hier met verschillende leden aanwezig. Neemt u het mij niet kwalijk, maar die
vraag is voorbij en vervalt
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
12.07 Hendrik Bogaert (CD&V): Men zegt mij dat er werd gebeld.
De voorzitter: Er werd niet gebeld. Mevrouw Pieters heeft om uitstel gevraagd voor haar vraag nr. 9384 bis
en die wordt dus uitgesteld.
12.08 Hendrik Bogaert (CD&V): Voorzitter, de heer Verherstraeten is
hier binnen 5 minuten.
De voorzitter: Nee, mijnheer Bogaert! Mevrouw Pieters heeft uitstel gevraagd, de heer Goutry heeft uitstel
gevraagd, de heer Verherstraeten heeft geen uitstel gevraagd.
12.09 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mag ik geen
uitstel vragen voor de heer Verherstraeten. Hij zit in een andere
commissie.
De voorzitter: Neen, mijnheer Bogaert, de heer Goutry zit in een andere commissie en heeft uitstel
gevraagd. Mevrouw Pieters zit ook in een andere commissie en heeft uitstel gevraagd. De heer
Verherstraeten heeft geen uitstel gevraagd. Hij heeft daarvoor de discipline niet gehad. Als hij er niet is als
zijn vraag aan de beurt is, vervalt de vraag.
12.10 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de voorzitter, laat uw
bloeddruk eens nameten.
13 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "l'indemnité
pour frais funéraires en cas de décès d'un agent du SPF Finances" (n° 9393)
13 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
vergoeding voor begrafeniskosten in geval van overlijden van een personeelslid van de
FOD Financiën" (nr. 9393)
13.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, une indemnité pour frais funéraires est accordée à la
succession en cas de décès d'un agent de l'Etat.
Il me revient que, dans votre département, cette indemnité n'est pas
versée de manière automatique.
Est-il exact que cette indemnité n'est payée que si la succession en
fait expressément la demande? Si oui, quelles en sont les raisons?
Quel est le nombre de décès par an d'agents du SPF Finances et
quel est le nombre de demandes d'indemnités pour frais funéraires?
Par ailleurs, une aide matérielle et/ou psychologique est-elle prévue
par le service social au conjoint survivant d'un de vos agents?
Une aide est-elle proposée par vos services pour introduire une
demande de pension et pour compléter la déclaration de succession,
par exemple? Cela s'opère-t-il de manière automatique ou non?
A l'instar de ce qui existe dans certaines entreprises, une brochure
reprenant les diverses formalités administratives à effectuer est-elle
envoyée à la famille du défunt?
13.01 Jacques Chabot (PS):
Wanneer een staatsambtenaar
overlijdt, wordt automatisch een
vergoeding voor begrafeniskosten
toegekend. In uw departement zou
dat echter niet automatisch
gebeuren.
Klopt het dat die vergoeding alleen
op aanvraag wordt uitbetaald?
Hoeveel financiebeambten sterven
jaarlijks en hoeveel aanvragen tot
het verkrijgen van een vergoeding
voor begrafeniskosten worden elk
jaar ingediend? Is voorzien in
materiële of psychologische hulp
voor de langstlevende
echtgenoot? Wordt voor
administratieve bijstand gezorgd
bij het indienen van de
pensioenaanvraag of het invullen
van de aangifte van nalatenschap?
Wordt de familie een
informatiebrochure over de
administratieve formaliteiten
bezorgd?
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
13.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, après les
droits de succession, le droit successoral, à présent les droits
funéraires.
Je tiens d'abord à vous informer que mon département n'a en effet
pas de règles spécifiques en la matière. Cela signifie qu'il applique les
dispositions prévues par l'arrêté royal du 8 juillet 2005 réglant l'octroi
d'une indemnité pour frais funéraires en cas de décès d'un membre
du personnel d'un service public fédéral.
Ces dispositions ne prévoient pas le paiement automatique de
l'indemnité. En effet, celle-ci ne peut être versée qu'à la personne qui
justifie avoir assumé les frais funéraires. Cela implique un certain
nombre de vérifications, notamment quant à l'identité des éventuels
bénéficiaires.
Il serait toutefois inexact d'affirmer qu'aucune information n'est
donnée aux ayants droit de l'indemnité. Ainsi, en cas de décès d'un
agent, mon département adresse un courrier à la famille du défunt; il y
est fait mention du droit à l'indemnité funéraire et les ayants droit sont
invités à introduire les documents nécessaires pour la liquidation de
l'indemnité.
Depuis le 1
er
décembre 2004, 77 agents du SPF Finances sont
décédés; 63 indemnités ont déjà été payées à ce jour, mais les autres
dossiers ne sont pas encore clôturés.
Lorsqu'un agent décède en service, une assistante sociale prend
contact avec le conjoint survivant ou la famille de l'agent. Elle se tient
à leur disposition. Par ailleurs, la demande de pension de survie
préalablement remplie par l'administration est automatiquement
adressée à l'ayant droit.
Si l'agent n'est pas décédé en service, le service social n'intervient
que sur demande expresse de la famille. Il peut notamment se
charger de remplir la demande de pension de survie.
Aucune brochure reprenant les formalités administratives à effectuer
n'est actuellement éditée par mon département. Aucune aide
spécifique n'est par ailleurs proposée à la famille pour remplir la
déclaration de succession. Je tiens à vous informer que celle-ci peut
bien entendu se faire assister par le bureau d'enregistrement dont elle
relève. Je veillerai d'ailleurs à ce que l'information soit communiquée,
si ce n'est pas le cas actuellement, aux familles à l'occasion
d'événements tragiques pouvant survenir dans le département.
13.02 Minister Didier Reynders:
In mijn departement bestaan
daarover inderdaad geen
specifieke regels. Het koninklijk
besluit van 8 juli 2005 tot regeling
van de toekenning van een
vergoeding wegens
begrafeniskosten in geval van
overlijden van een lid van het
personeel van een federale
overheidsdienst is van toepassing
en dit voorziet niet in een
automatische betaling van de
vergoeding, aangezien de
begrafeniskosten moeten worden
gestaafd.
Wanneer een personeelslid
overlijdt, stuurt mijn departement
een brief naar de familie, waarin
naar de vergoeding wordt
verwezen en waarbij de familie
wordt gevraagd de ad hoc
documenten in te dienen. Sinds 1
december 2004 zijn 77 beambten
van de FOD Financiën overleden;
er werden 63 vergoedingen
uitbetaald, maar een aantal
dossiers is nog niet afgehandeld.
Wanneer een personeelslid op het
werk overlijdt, neemt een sociaal
assistent contact op met de
familie. De door de administratie
ingevulde aanvraag voor het
overlevingspensioen wordt
automatisch aan de
rechthebbende bezorgd. Wanneer
het personeelslid niet in
dienstverband is overleden, komt
de sociale dienst enkel op vraag
van de familie tussenbeide. In dat
geval kan die dienst ook de
pensioenaanvraag invullen. Mijn
departement publiceert geen
informatiebrochure over de
administratieve formaliteiten. Er
wordt geen specifieke hulp
geboden bij het invullen van de
aangifte van de nalatenschap. Ik
zal erop toezien dat de gezinnen
die door een tragische gebeurtenis
worden getroffen, in de toekomst
passend worden geïnformeerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
14 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les
retenues abusives de précompte professionnel" (n° 9394)
14 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
onterechte inhoudingen van bedrijfsvoorheffing" (nr. 9394)
14.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le ministre, le précompte
professionnel est un impôt dû à la source. La retenue est fonction du
montant de la rémunération et de la situation familiale du
contribuable. Dans un article intéressant publié dans "La Libre
Entreprise" le 26 novembre dernier, M. Bailleux met en exergue les
difficultés pratiques causées par les omissions de votre département
dans l'élaboration du barème du précompte professionnel. Ceci
m'amène à vous poser les questions suivantes.
Est-il exact que le barème ignore les nombreuses déductions
autorisées par le Code des impôts sur les revenus, par exemple les
primes d'assurance-vie, les amortissements en capital, les dépenses
de garde d'enfant ou celles relatives à l'économie d'énergie? Quelles
sont les raisons justifiant cette position? S'agit-il d'un oubli?
Une autre dépense que le barème semble ignorer, elle aussi, est le
paiement d'une ou de plusieurs rentes alimentaires. Pourtant, 80%
des montants versés à l'ex-conjoint et aux enfants sont déductibles du
revenu imposable. Dans l'état actuel des choses, le contribuable doit
parfois attendre deux ans pour être enfin remboursé. Quelles
mesures seront prises par votre département pour remédier à cette
situation et dans quel délai?
Selon M. Bailleux, "devant le désarroi de certains travailleurs
gravement désargentés par des retenues fiscales excessives, des
employeurs ont pris le risque de réduire le montant de la retenue à
opérer à charge de certains de leurs préposés qui versent une rente
alimentaire élevée". Vos services sont-ils informés de cette pratique?
Afin de légitimer cette façon de procéder, votre département va-t-il
corriger le barème du précompte professionnel et, dans l'affirmative,
dans quel délai?
Certains de vos agents qui ont demandé une pause carrière ou un
temps partiel regrettent que la retenue du précompte professionnel ne
soit pas adaptée à leur réalité. Des instructions ont-elles été données
au service du personnel pour mettre fin à cette injustice?
14.01 Jacques Chabot (PS): De
bedrijfsvoorheffing is een belasting
die aan de bron wordt geheven,
rekening houdend met de
bezoldiging en de gezinssituatie. In
La Libre Entreprise van 26
november jongstleden wordt erop
gewezen dat de nalatigheden van
uw departement bij het opstellen
van het barema voor de
voorheffing problemen
meebrengen.
Klopt het dat geen rekening wordt
gehouden met de door het WIB
toegestane aftrek, onder andere
voor levensverzekeringspremies,
kapitaalaflossingen en uitgaven
voor kinderopvang en
energiebesparing? Wat gebeurt er
met de betaling van
onderhoudsuitkeringen, die
normaliter voor 80 procent
aftrekbaar zijn?
Sommige werkgevers zouden
minder afhouden van het loon van
sommige personeelsleden die
door extreem hoge fiscale
afhoudingen aan de grond zouden
zitten; bent u daarvan op de
hoogte?
Sommige van uw ambtenaren die
in loopbaanonderbreking zijn of
deeltijds werken, betreuren dat de
afgehouden voorheffing geen
rekening houdt met de werkelijke
omstandigheden waarin zij
verkeren. Hoe denkt u al die
problemen op te lossen?
14.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur Chabot, lors de
l'élaboration de la réglementation en matière de précompte
professionnel, le principe est qu'à l'exception de certaines retenues
sociales et de certains frais professionnels extraordinaires connus du
débiteur de revenus, seules les charges de famille ayant un caractère
relativement constant et pour lesquelles un supplément forfaitaire de
la quotité exemptée d'impôt est accordé doivent être prises en compte
pour le calcul du précompte professionnel.
Par contre, les dépenses déductibles telles que les rentes
alimentaires ou les dépenses pour frais de garde d'enfants ne sont
14.02 Minister Didier Reynders:
In principe en behoudens enkele
uitzonderlijke sociale afhoudingen
of beroepskosten die bij de
schuldenaar bekend zijn, moet bij
de berekening van de voorheffing
uitsluitend rekening worden
gehouden met de constante
gezinslasten waarvoor een
forfaitair supplement van het van
belasting vrijgestelde bedrag wordt
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
déduites de l'ensemble des revenus nets et certaines réductions
d'impôt telles que celles relatives à l'épargne à long terme, à l'épargne
pension ou à l'économie d'énergie ne sont accordées lors de la
régularisation de la situation fiscale du contribuable en matière
d'impôt sur les revenus qu'après un examen par le service de taxation
des conditions imposées en la matière.
La prise en compte, dans le calcul du précompte professionnel, de
divers éléments essentiels pour l'établissement de l'impôt sur les
revenus finalement dû comme par exemple les dépenses
déductibles de l'ensemble des revenus nets ou les dépenses donnant
droit à une réduction d'impôt constituerait dans le chef des débiteurs
de revenus une tâche trop importante, complexe et délicate. Sans
aucun doute, cela susciterait également des problèmes sur le plan de
la protection de la vie privée, a fortiori si les bénéficiaires des revenus
devaient porter à la connaissance des débiteurs de revenus certains
renseignements d'ordre personnel.
Dans ces circonstances, j'estime qu'il n'est pas souhaitable
d'introduire une modification de la réglementation existante en
matière de précompte professionnel. Par ailleurs, j'insiste sur le fait
que cette réglementation est clairement reprise à l'annexe 3 de
l'arrêté royal du Code des impôts sur les revenus de 1992 et revêt
donc un caractère obligatoire pour tous les redevables du précompte
professionnel. Je ne peux dès lors admettre que certains employeurs
prennent la liberté de réduire les retenues de précompte
professionnel à effectuer conformément à cette réglementation. Si
mon administration constate des manquements en la matière, elle est
bien évidemment en droit d'enrôler à charge de ces employeurs les
montants de précomptes professionnels dus mais non retenus.
Quant aux agents de mon département qui ont demandé une pause
carrière ou un temps partiel, je ne vois pas en quoi la perception du
précompte professionnel est injuste, notamment à l'égard des
travailleurs du secteur privé placés dans la même situation. Nous
appliquons les mêmes règles. Ce que nous tentons de faire année
après année, c'est mettre le précompte professionnel à son juste
niveau par rapport à l'impôt dû, en tout cas pour tout ce qui ne doit
pas faire l'objet de déductibilités ou de réductions nécessitant des
contrôles a posteriori ou la transmission d'informations.
Comme je l'avais déjà dit dans le passé, je suis ouvert à l'idée qu'on
examine, avec mon administration et même la commission, les
possibilités d'aller plus loin encore. Certains postes pourraient sans
doute faire l'objet d'une adaptation du précompte sans risque de
contrôle trop important et sans diffusion d'informations touchant à la
vie privée. Je n'y suis pas opposé mais sur la question de principe, il
faut en rester à la réglementation actuelle. Sur certains points
particuliers, on pourrait progresser encore.
toegekend.
De aftrekbare uitgaven
(onderhoudsuitkeringen of
uitgaven voor kinderopvang)
worden niet van het netto-inkomen
afgetrokken. Sommige
belastingverminderingen (voor
langetermijnsparen,
pensioensparen of
energiebesparing) worden pas
toegekend nadat de
belastingdienst heeft nagegaan of
aan de ter zake geldende
voorwaarden is voldaan.
Men mag niet verwachten dat de
schuldenaars van inkomsten bij de
berekening van de voorheffing met
al die elementen rekening houden.
Dat zou een al te ingewikkelde
opdracht zijn die bovendien
problemen inzake de bescherming
van de persoonlijke levenssfeer
zou meebrengen.
In deze omstandigheden ben ik
niet van plan om wijzingen aan te
brengen aan de huidige
reglementering, die in bijlage drie
van het WIB 1992 is vermeld en
dus op alle schuldenaars van
bedrijfsvoorheffing van toepassing
is. Ik kan niet toestaan dat
bepaalde werkgevers afhoudingen
beperken. Als dergelijke
overtredingen worden vastgesteld,
kan mijn administratie de
verschuldigde maar niet geïnde
voorheffing te hunner laste leggen.
Wat betreft de ambtenaren van
mijn departement die in
loopbaanonderbreking zijn of
deeltijds werken, kan ik me
aansluiten bij het idee om de
redenering verder door te trekken;
voor sommige functies zou de
voorheffing inderdaad kunnen
worden aangepast. Al ben ik er
niet tegen gekant, toch meen ik
dat, wat het principe betreft, de
huidige reglementering moet
worden behouden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
De voorzitter: Mijnheer Verherstraeten, u bent een beetje te laat. Ik weet dat u veel werk hebt, maar zou u
in het vervolg willen verwittigen als u later komt? Omdat we in de kersttijd zijn, zal ik mijn goed hart laten
spreken en u alsnog uw vraag laten stellen.
15 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de vice-eerste minister en minister van Financiën
over "de verkoop van asielcentra" (nr. 9364)
15 Question de M. Servais Verherstraeten au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la
15.01 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, ik heb geen
antwoord meer.
15.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, mijn vertrouwen in u is zo sterk dat ik ervan
overtuigd ben dat uw geheugen zo sterk is dat u het antwoord uit het
hoofd kent.
Mijnheer de minister, de regering plant reeds geruime tijd de verkoop
van verschillende asielcentra. Om diverse redenen werd dit reeds
geruime tijd uitgesteld.
Wat zijn de échte redenen hiervoor? Zijn de oorzaken ondertussen
opgelost? Ik denk onder meer aan de nodige administratieve attesten,
aan het lichten van beslag. Zijn deze problemen opgelost? Zo ja,
sinds wanneer en op welke manier?
Is de verkoop ondertussen gestart? Sinds wanneer? Op welke manier
is de verkoop georganiseerd? Wat is de timing? Hebben zich
kandidaten aangeboden? Ik neem aan dat de verkoop nog
georganiseerd moet worden voor het einde van het jaar. Wat zijn de
geraamde opbrengsten? Zijn er ondertussen, in het licht van
persartikels met betrekking tot Les Dolimarts en Houthalen-
Helchteren, reeds asielcentra verkocht? Zo ja, welke? Wat is hiervan
de opbrengst?
15.02 Servais Verherstraeten
(CD&V): Depuis quelque temps
déjà, le gouvernement veut vendre
certains centres d'asile mais, pour
diverses raisons, ces opérations
ont pris du retard.
Quel est l'état de la situation?
Tous les obstacles ont-ils déjà été
surmontés? Des candidats-
acheteurs se sont-ils dès à
présent manifestés? Quel est le
rendement escompté de ces
opérations?
15.03 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Verherstraeten, zoals ik reeds de gelegenheid heb gehad hierover
informatie te verschaffen in antwoord op een aantal mondelinge en
schriftelijke vragen moet ik verwijzen naar het beslag dat gelegd was
op deze goederen ingevolge de achterstallige betalingen van de Staat
in uitvoering van een juridisch geding. Uiteindelijk heeft mijn collega
van Volksgezondheid in oktober deze achterstallige betalingen
vereffend zodat het beslag op deze goederen kon worden opgeheven.
Bovendien was er op het domein Les Dolimarts te Bohan een
grondverontreiniging ingevolge een daad van vandalisme waardoor er
saneringswerken moesten worden uitgevoerd. Deze werken werden
uitgevoerd. Het filteren van het grondwater loopt op zijn einde.
De procedure voor de verkoop was destijds onderbroken door de
hierboven vermelde beslagen en werd begin november opnieuw
voortgezet. De offertes werden ingewacht tegen 30 november voor
Hengelhoef, tegen 1 december voor Zon en Zee en tegen 16
december voor Les Dolimarts. De zitting om te bieden heeft
plaatsgevonden op 9 december voor Hengelhoef, op 12 december
voor Zon en Zee en zal op 21 december plaatsvinden voor Les
Dolimarts. Er was voldoende belangstelling, voor Zon en Zee waren
er zelfs 25 kandidaten. Deze dossiers moeten voor akkoord worden
15.03 Didier Reynders, ministre:
Le retard était dû, en premier lieu,
au fait que ces biens avaient été
saisis dans le cadre d'un litige
juridique, en raison d'arriérés de
paiement de l'État. Le ministre de
la Santé publique ayant remboursé
ces arriérés, la saisie a pu être
levée. Au domaine Les Dolimarts,
nous avons en outre été
confrontés à une pollution
consécutive à un acte de
vandalisme. Le sol est à présent
assaini. La procédure de vente a
été relancée début novembre. Les
offres étaient attendues pour le 30
novembre pour Hengelhoef, le 1
er
décembre pour Zon en Zee et le
16 décembre pour Les Dolimarts.
Les séances d'offres ont eu lieu le
9 décembre 2005 pour Hengelhoef
et le 12 décembre 2005 pour Zon
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
voorgelegd aan de Ministerraad. Meer informatie inzake Les
Dolimarts zal slechts na 21 december beschikbaar zijn.
Kortom, er zijn een aantal voorstellen niet alleen voor Zon en Zee, er
zijn ook een aantal kandidaten voor Hengelhoef. De dossiers moeten
nog voor akkoord aan de Ministerraad worden voorgelegd. Voor een
van de twee domeinen is de geboden prijs kleiner dan de eerste
analyse van het Aankoopcomité.
Voor een van de twee domeinen, voor Hengelhoef, is het einde van
de procedure doorlopen en ik heb een aantal kandidaten voor de
verschillende asielcentra. Ik moet nog het akkoord van de
Ministerraad krijgen voor de verkoop tegen een lagere prijs dan de
raming van het Aankoopcomité.
Ik zal na 21 december, wellicht tijdens de laatste Ministerraad van
2005, een aantal voorstellen doen.
Voor alle duidelijkheid, ik heb nu een raming van het Aankoopcomité
voor Zon en Zee van ik heb dat al gezegd 9.660.000 euro, en van
10 miljoen euro voor Hengelhoef. Wij komen bijna aan die prijs voor
Zon en Zee, maar wij hebben een lagere prijs voor Hengelhoef. Ik zal
dus naar de Ministerraad gaan om te kijken of het mogelijk is dat wij
verder te gaan met die lagere prijs of niet. Als het onmogelijk is,
moeten wij een nieuwe procedure starten.
en Zee. La séance consacrée aux
Dolimarts se tiendra le 21
décembre. Ces ventes suscitent
pas mal d'intérêt. Quelque 25
candidats-acheteurs se sont déjà
manifestés pour Zon en Zee et
quelques-uns pour Hengelhoef.
Le Comité d'acquisition a estimé le
prix de vente de Zon en Zee à
9 660 000 euros et celui de
Hengelhoef à 10 millions d'euros.
Le centre Zon en Zee a fait l'objet
d'une offre qui équivaut presque à
ce montant mais pour Hengelhof,
l'offre la plus élevée reste
inférieure au prix demandé.
Je dois encore recevoir l'accord du
Conseil des ministres, le 21
décembre 2005, pour procéder à
la vente à un prix inférieur à celui
estimé par le Comité d'acquisition.
A défaut d'accord, nous devrons
lancer une nouvelle procédure.
15.04 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank
u voor uw antwoord. Ik vermoed, mijnheer de minister, dat uw advies
aan de Ministerraad zal zijn de centra aan een lagere prijs dan de
geraamde prijs aan te schaffen, daar de klok tikt, voor 31 december?
15.04 Servais Verherstraeten
(CD&V): Je présume que le
ministre recommandera au
Conseil de vendre les centres à un
prix inférieur, puisque le temps
presse.
15.05 Minister Didier Reynders: Voor een van de twee is het zeker.
Het verschil is minder dan 10%, dus, dat is altijd mogelijk. Voor de
andere...
15.05 Didier Reynders, ministre:
Je le ferai certainement pour Zon
en Zee, car l'offre est inférieure de
10% seulement par rapport à
l'estimation.
15.06 Servais Verherstraeten (CD&V): ...is het verschil zelfs meer
dan 10%?
15.06 Servais Verherstraeten
(CD&V): La différence est
supérieure à 10% pour
Hengelhoef?
15.07 Minister Didier Reynders: Ja.
15.07 Didier Reynders, ministre:
Oui
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
korting op de gasfactuur" (nr. 9409)
16 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la remise sur la
16.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, u hebt een aantal weken geleden in de commissie
gesproken over een korting die u voorzag op de gasfactuur. U had het
16.01 Carl Devlies (CD&V): Voici
quelques semaines, le ministre a
évoqué en commission une
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
toen over het jaar 2006. Ondertussen hoorden wij van gewezen
minister Vande Lanotte dat het de bedoeling zou zijn om een korting
van 5% op de gasfactuur van het jaar 2005 te geven. Uw collega
Verwilghen heeft dan snel berekend dat het dan zou gaan over een
bedrag van ongeveer 100 miljoen euro. Een en ander geeft mij dus de
indruk dat in de regering engagementen zijn aangegaan om deze
regeling af te werken voor het einde van het jaar en de korting te laten
ingaan vanaf 1 januari 2006.
Mijnheer de minister, ik denk niet dat u in deze commissie al concrete
informatie hebt gegeven over het concrete ontwerp. U hebt gesproken
over het principe, maar u bent daar tot nu toe bij gebleven. Kunt u de
commissie wat meer toelichting geven en de tegenstrijdigheid in de
verklaringen van de verschillende ministers op één lijn kunnen
brengen?
Voorzitter: Annemie Roppe.
réduction appliquée aux factures
de gaz naturel en 2006. Notre
ancien ministre du Budget, Johan
Vande Lanotte, déclare à présent
que le but visé est d'accorder une
remise de 5% sur la facture de gaz
de 2005. Le ministre Verwilghen a
calculé que cela coûterait environ
100 millions d'euros.
Le ministre Reynders pourrait-il
expliciter cette mesure annoncée
de réduction sur la facture de gaz?
Présidente: Annemie Roppe.
16.02 Minister Didier Reynders: Mevrouw de voorzitter, mijnheer
Devlies, ik heb al een aantal elementen toegelicht in mijn antwoord
aan de heer De Groote.
De Ministerraad van 9 september heeft beslist een tussenkomst te
verlenen voor de levering van huisbrandolie, bestemd voor de
verwarming van een privé-woning van 1 juni 2005 tot 31 december
2005. Dat is zo gezegd in de commissie voor de Financiën in
september. Dezelfde Ministerraad, dat werd ook reeds gezegd in deze
commissie, besliste tevens dat voor gas een gelijkwaardige
tegemoetkoming moet worden ontwikkeld. Bedoelde tegemoetkoming
die technisch verder moet worden uitgewerkt, geeft aanleiding tot een
korting begin 2006 van ongeveer 17,35% equivalent aan de BTW- en
accijnsheffing, begrepen in het factuurbedrag, vermenigvuldigd met
een breuk waarvan de teller bestaat uit de procentuele prijsstijging
van gas in 2005 en waarvan de noemer bestaat uit de prijsstijging van
de huisbrandolie in 2005. Dat was een zeer speciale berekening op
vraag van de toenmalige minister van Begroting.
Bovendien, indien als gevolg van de stijging van de brandstofprijzen
zich een stijging van de elektriciteitsprijs voordoet, dan zal de regering
ook op dat stuk passende maatregelen nemen. Dit is een lezing van
een notificatie van de Ministerraad.
Er is een eerste beslissing op het vlak van huisbrandolie. Sinds 1
oktober en tot en met 31 december wordt er korting gegeven op de
factuur. De terugbetaling voor een levering van 1 juni tot eind
september zal plaatsvinden na de goedkeuring van de
programmawet. Voor gas wordt gedacht aan een gelijkaardig
mechanisme met een korting op de factuur en dit voor begin 2006. In
de commissie voor de Financiën heb ik gezegd dat we in het eerste
kwartaal zullen starten met de regularisatie van de facturen.
Dat zijn de afspraken die binnen de regering gemaakt zijn met de
toenmalige ministers.
Ik kom dan terug op de problematiek van het gas. Zoals u
ongetwijfeld weet, volgt de prijs van aardgas de prijs van aardolie
maar met een decalage van ongeveer zes maanden. De
16.02 Didier Reynders, ministre:
Le conseil des ministres du 9
septembre 2005 a décidé
d'accorder une prime pour toute
fourniture de mazout, consommé
pour chauffer des habitations
privées, survenue entre le 1
er
juin
2005 et le 31 décembre 2005. En
même temps, il a décidé que pour
le gaz, une intervention analogue
devrait être opérée avant le début
de 2006, intervention d'environ
17,35 pour cent, équivalente au
prélèvement de TVA et d'accises,
comprise dans le montant de la
facture, multipliée par une fraction
dont le numérateur serait constitué
de l'augmentation de prix en pour
cent du gaz en 2005 et dont le
dénominateur se composerait de
l'augmentation de prix du mazout
en 2005. Nous avons effectué ce
calcul spécial à la demande de
l'ancien ministre du Budget.
Si le prix de l'électricité devait
augmenter, des mesures
adéquates seraient prises
également à cet égard.
Depuis le 1
er
octobre et jusqu'au
31 décembre 2005, une réduction
est accordée sur le mazout de
chauffage. Pour les livraisons
effectuées du 1
er
juin à fin
septembre 2005, le
remboursement sera octroyé
après l'approbation de la loi-
programme. En ce qui concerne le
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
tegemoetkoming voor aardgas moet met die wetmatigheid rekening
houden. Bovendien kan het rekenkundige gemiddelde voor 2005 pas
worden bepaald op 1 januari 2006. Dat is elementaire wiskunde. Het
is normaal dat we moeten wachten tot begin 2006 op alle elementen
voor 2005. Een technische werkgroep werkt, in samenspraak met de
sector, aan een oplossing. Ik herhaal wat in de Ministerraad van 9
september werd gezegd. Voor huisbrandolie geldt een termijn tot 31
december 2005. Voor aardgas loopt die termijn tot eind maart 2006.
Er is dus een decalage van 3 maanden.
Of de tussenkomst nu 1, 5 of 10% zal bedragen, is op dit moment niet
aan de orde. Het komt erop aan de toelage correct te bepalen zodat
er een gelijke behandeling is tussen verbruikers van de verschillende
energiebronnen. Eens de juiste cijfergegevens bekend zullen zijn, zal
er vrij snel een akkoord zijn over de praktische modaliteiten van de
toelage. Het eerder beperkt aantal distributeurs van aardgas is in dat
opzicht een groot voordeel.
Er is echter niet alleen het aardgas. Ik wil u er toch op wijzen dat er
jaarlijks ongeveer 100 miljoen liter propaangas in bulk wordt geleverd
voor particulier verbruik. De prijs van dat gas is rechtstreeks
verbonden aan de evolutie van de petroleumprijzen. Het product heeft
echter een lager energetisch rendement dan gasolie. Daarmee moet
mogelijk rekening worden gehouden bij de bepaling van een
tussenkomst, want ook voor de levering van propaan voor de
verwarming van de gezinswoning zal de regering een toelage
toekennen.
Omdat men bij propaan te maken heeft met een groot aantal
distributeurs, zal de praktische uitkering van de toelage mogelijk
anders verlopen dan voor aardgas. Bovendien wordt er gemiddeld
700 liter per particuliere afnemer geleverd. Dat kan invloed hebben op
het aantal aanvragen voor tussenkomst.
Ten einde u een volledig beeld van de agenda van de technische
werkgroep te geven, kan ik bovendien melden dat er ook aan een
tussenkomst voor levering van petroleum type C wordt gewerkt,
omdat ook de gebruikers van die brandstof met financiële problemen
worden geconfronteerd door de sterke stijging van de olieprijzen. De
brandstofsector heeft ons daarop gewezen en de technische
werkgroep bereidt ook in dat dossier een oplossing voor. Ook de
evolutie van de elektriciteitsprijzen maakt het voorwerp uit van een
onderzoek en terzake werkt de technische werkgroep eveneens aan
een voorstel.
Mevrouw de voorzitster, mijnheer Devlies, leden van de commissie,
wij gaan verder met de normale uitvoering van de beslissing van de
Ministerraad van begin september. Dat behelst een normale korting
op de factuur voor huisbrandolie. Wij gaan naar een terugbetaling
voor de factuur voor de periode van juni tot september vanaf de
goedkeuring van de programmawet. Er is dus geen vertraging: wij
blijven hetzelfde ritme toepassen als in onze beslissing. Wij hebben
het ook gehad over een gelijkaardige oplossing voor gas en
elektriciteit begin 2006, mogelijk tot en met einde maart 2006. Ook
daar is er dus geen vertraging. Wij zijn bezig met het cijferwerk en
moeten ook oplossingen vinden voor andere producten, om alle
gebruikers op dezelfde voet te plaatsen.
gaz, nous avons l'intention
d'octroyer une réduction début
2006 selon un mécanisme
similaire. La régularisation des
factures commencera lors du
premier trimestre.
Le prix du gaz naturel suit
l'évolution de celui du pétrole,
avec un retard d'environ six mois.
Il faut en tenir compte dans le
calcul de la réduction appliquée au
gaz naturel. Par ailleurs, le prix
moyen du pétrole en 2005 ne peut
être déterminé qu'en 2006 et nous
devons dès lors absolument
attendre le début de l'année 2006
pour calculer la réduction sur le
gaz naturel. Un groupe de travail
technique prépare actuellement
une solution en collaboration avec
le secteur. La réduction sur le
pétrole sera accordée jusqu'au 31
décembre 2005 et celle sur le gaz
naturel jusqu'à fin mars 2006.
Le montant de la réduction n'est
pas à l'ordre du jour actuellement.
Les utilisateurs des différentes
sources d'énergie doivent être
traités sur un pied d'égalité. Dès
que les chiffres exacts seront
connus, un accord sera
rapidement conclu quant à
l'exécution pratique des mesures
étant donné que le nombre de
distributeurs de gaz naturel est
limité.
Environ 100 millions de litres de
gaz propane sont livrés chaque
année aux particuliers. Le prix du
propane est lié à celui du pétrole.
Une intervention sera également
accordée pour le gaz propane
utilisé comme moyen de chauffage
mais il faut tenir compte de son
rendement énergétique plus faible.
Étant donné que le propane est
fourni par un grand nombre de
distributeurs, la réduction pourra
être accordée selon une
procédure différente.
Le groupe de travail technique
s'occupe aussi d'une allocation
pour le pétrole de type C.
L'évolution des prix de l'électricité
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
Tot slot. Ik heb de laatste uren en dagen een aantal commentaren
gehoord, bijvoorbeeld twee mogelijkheden voor aardgas: 5% maar ik
heb ook gelezen 40 euro voor alle gebruikers. Er is wel een verschil.
Het is zeer moeilijk met een percentage en een vast bedrag te
werken. Misschien moeten we nog enkele dagen wachten op de
laatste berekeningen van de sectoren voor een correcte oplossing.
Ik heb met de eerste minister altijd gezegd, al einde augustus, dat wij
een oplossing moeten vinden voor het energieprobleem voor vele
gezinnen. We hebben al een zeer goede oplossing gevonden voor
huisbrandolie en zijn bezig met aardgas en elektriciteit. Aan de heren
De Groote, Bogaert en uzelf heb ik al gezegd dat wij ook een
oplossing moeten vinden voor een aantal andere producten.
Ik wil nog slechts zeggen, mevrouw de voorzitster, dat ik veel
commentaar heb gehoord en gelezen inzake de vertraging bij mijn
administratie. Ik herhaal dat er voor de toepassing van de beslissing
van 9 september geen vertraging is. Wij zijn bezig met de correcte
toepassing van alle beslissingen, eerst inzake de korting op
huisbrandolie, maar ook inzake de terugbetaling. Wij zijn al bezig met
meer dan 100.000 vragen tot terugbetaling, maar moeten wachten op
de goedkeuring van de programmawet. Dat heb ik altijd al gezegd
sinds begin september. U kunt vandaag, morgen en overmorgen nog
vragen om vlugger te gaan, maar dan moet u misschien de
programmawet vlugger goedkeuren. Daarna is het mogelijk om tot
terugbetaling over te gaan.
Ik heb in vele commentaren van verschillende leden van de
commissie gelezen dat er een vertraging is bij mijn administratie is. Ik
wil de verdediging van mijn ambtenaren op mij nemen. Er is geen
vertraging. Mijn ambtenaren wachten op de stemming in het
Parlement. Na de stemming kunnen wij starten.
est également analysée.
Nous exécutons comme prévu la
décision du conseil des ministres
du 9 septembre 2005. Il n'y a donc
aucun retard.
Au cours des journées écoulées,
j'ai entendu et lu de nombreux
commentaires. Il nous faut
attendre encore quelques jours
pour connaître les derniers calculs
du secteur et savoir quel sera le
montant de la ristourne. Mon
administration n'a encouru aucun
retard. Nous traitons d'ores et déjà
plus de cent mille demandes de
remboursement mais nous
attendons l'approbation de la loi-
programme. Si l'on veut que la
mesure soit appliquée plus
rapidement, il faut approuver la loi-
programme dans des délais plus
courts.
Dès la fin août 2005, le premier
ministre et moi-même avons dit
qu'il fallait trouver une solution au
problème des nombreux ménages
confrontés à la hausse des prix
pétroliers. C'est déjà chose faite
aujourd'hui pour le gasoil de
chauffage et nous nous penchons
sur le gaz et l'électricité et un
certain nombre d'autres produits.
De voorzitter: Ik dank de minister voor zijn uitvoerige antwoord. De heer Devlies heeft het woord voor zijn
repliek.
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
16.03 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, de minister is
inderdaad uitvoerig geweest. Hij heeft een aantal andere brandstoffen
aangehaald en over elektriciteit gesproken. Op dat gebied is hij dus
wel volledig geweest. Over de berekening van het gemiddelde was hij
ook duidelijk.
Ik heb alleen nog één vraag. Op basis van welk gasverbruik het
verbruik van 2005 of het verbruik van de eerste maanden van 2006
zal de toelage worden bepaald?
Over de kritieken op de administratie in het dossier, heeft de enige
bemerking die werd gemaakt, betrekking op de afwezigheid van
richtlijnen voor de terugbetaling van de stookoliepremie voor de
eerste periode. U zegt dat hoe sneller wij de programmawet
goedkeuren, hoe sneller uw administratie uitvoering zal kunnen
geven. Dat is natuurlijk juist, maar het was ook mogelijk geweest om
voor deze materie een afzonderlijk ontwerp in te dienen. Dat had u
ook vroeger kunnen voorleggen.
16.03 Carl Devlies (CD&V): La
remise sera-t-elle calculée sur la
base de la consommation de 2005
ou sur celle des premiers mois de
2006? Je n'ai critiqué que
l'absence de directives pour la
remise sur la facture de mazout.
Le ministre précise que plus vite
nous adopterons la loi-
programme, plus vite nous
pourrons effectuer le
remboursement. Il est évidemment
également possible de déposer un
projet distinct à cet égard.
16.04 Didier Reynders, ministre: Madame la présidente, je crois qu'il
y a eu un problème de traduction. Je vais donc m'exprimer en
français.
Aucune directive n'a été donnée, monsieur Devlies. Les directives
sont d'ailleurs si peu nombreuses que des fonctionnaires de mon
département et je les en remercie appartenant à toute une série
de services ont non seulement déjà encodé plus de 100.000
demandes de remboursement mais ont également préparé les
virements. Comme vous devez sans doute le penser, les choses ont
donc été faites par l'inspiration du Saint-Esprit! Pour ma part, je peux
vous dire que des indications très claires ont été données aux
services et qu'un logiciel spécifique a été mis à la disposition de ces
derniers pour encoder les demandes de remboursement.
Je peux comprendre que l'on fasse de l'opposition, que l'on passe sa
vie à expliquer que rien ne fonctionne au sein du département
Finances. En ce qui me concerne, je souhaite prendre la défense des
fonctionnaires qui, en quelques semaines, ont encodé il faut
imaginer le travail que cela représente plus de 100.000 factures de
mazout introduites par des particuliers en vue du remboursement
d'une partie de ces dernières. Dès que la loi-programme sera votée,
nous procéderons aux remboursements. Je trouve assez étonnant
que, malgré qu'un tel travail ait été effectué par des fonctionnaires de
mon département, vous continuiez à expliquer ici et ailleurs qu'il y a
dysfonctionnement au sein du département des Finances.
Je vous rappelle que nous avons toujours dit que les
remboursements n'auraient lieu qu'après le vote de la loi-programme.
Tant que ce dernier n'aura pas eu lieu, les paiements ne pourront pas
être effectués.
Par ailleurs, on peut quand même se demander comment les agents
de mon département auraient pu réceptionner les factures, effectuer
les calculs avec le logiciel spécifique et préparer les virements si
aucune information à ce sujet n'avait été donnée. Je ne sais pas d'où
proviennent vos renseignements. Mais de temps en temps vous
devriez accepter la réalité des faits plutôt que de vous acharner à
diffuser, jour après jour, des informations fausses sur le mauvais
16.04 Minister Didier Reynders:
Ik geloof dat de vertaling voor
problemen zorgt, en zal dus in het
Frans zeggen wat ik te zeggen
heb.
U verklaart dat alles fout loopt bij
Financiën! Dat is oppositie voeren.
Ik wil de ambtenaren verdedigen
die in een paar weken tijd 100 000
stookoliefacturen gecodeerd
hebben. Zodra de programmawet
aangenomen is, zullen we de
mensen het geld terugbetalen.
Hoe hadden de ambtenaren van
mijn departement de facturen in
ontvangst kunnen nemen, een en
ander kunnen berekenen met
gebruikmaking van de specifieke
software en de overschrijvingen
kunnen voorbereiden als ze geen
informatie gekregen hadden? Ik
weet niet waar u uw informatie
vandaan haalt, maar de feiten zijn
wat ze zijn, daar kunt u niet
omheen.
Met dergelijke uitlatingen stelt u
het werk van ambtenaren die zich
elke dag met hart en ziel inzetten
om de bevolking te dienen, ter
discussie.
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
fonctionnement des services.
Si de tels propos ne touchaient que le ministre, cela n'aurait aucune
importance, mais ils mettent en cause le travail de fonctionnaires qui,
tous les jours, se dévouent pour faire en sorte que la population
puisse recevoir ce à quoi elle a droit.
Het is jammer steeds negatieve commentaar te moeten horen over
de werking van de verschillende diensten en over de taken van een
aantal gewone ambtenaren op mijn departement. Ik ben die houding
beu!
Wij zijn thans klaar voor de uitvoering van meer dan 100.000
betalingen en wij wachten alleen op uw goedkeuring van de
programmawet!
Je dois avouer que je suis
vraiment las de tous ces
commentaires négatifs à propos
des services financiers. En fin de
compte, 100 000 dossiers ont été
clôturés en peu de temps et nous
n'attendons plus que l'adoption de
la loi-programme.
16.05 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, de minister geeft
een onjuiste voorstelling van de zaken. Ik wens hier uitdrukkelijk hulde
te brengen aan de gewone ambtenaren van het ministerie van
Financiën. Ik kan zeggen dat die 100.000 dossiers inderdaad
behandeld geweest zijn. Men heeft dat gedaan op een week tijd! De
richtlijnen van de minister zijn bij de administratie toegekomen in het
begin van vorige week en de administratie heeft daar onmiddellijk
uitvoering aan gegeven.
Dus, die gewone ambtenaren hebben inderdaad op de kortst
mogelijke tijd gevolg gegeven aan de inhoud van de rondzendbrief
van de minister. Maar ik meen dat de minister toch niet kan
loochenen dat er qua organisatie een probleem rijst. Ik ga hier niet de
discussie over de inkohiering hernemen, maar er is toch een aantal
problemen dat rijst inzake het functioneren van de FOD Financiën.
Dat is zeker niet te wijten aan de ambtenaren, aan wie ik hier hulde
breng.
16.05 Carl Devlies (CD&V): Nous
saisissons l'occasion pour rendre
hommage aux simples
fonctionnaires qui ont traité
100 000 dossiers en une semaine.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
laatste richtlijnen voor de berekeningen van het aanslagjaar 2005" (nr. 9418)
17 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les dernières
directives concernant les calculs de l'exercice d'imposition 2005" (n° 9418)
17.01 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, uit de vorige besprekingen in de commissie onthield ik dat
nog een aantal beslissingen genomen diende te worden met
betrekking tot de implementatie van de belastinghervorming 2001, de
allerlaatste fase, met betrekking tot de vervangingsinkomsten voor
gehuwden. Er was sprake van een rondzendbrief. Is dat nog altijd zo?
Ik vermoed dat, met de wet op het Generatiepact, een aantal
problemen inmiddels opgelost werd. Zijn nu alle hangende problemen
beslecht? Zult u al dan niet nog een rondzendbrief sturen?
Voorzitter: Bart Tommelein.
17.01 Carl Devlies (CD&V): Il
restait plusieurs décisions à
prendre concernant le revenu de
remplacement des personnes
mariées. Ces décisions ont-elles
été prises? Y aura-t-il une
circulaire?
Président: Bart Tommelein.
17.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, alle noodzakelijke beslissingen werden genomen.
17.02 Didier Reynders, ministre:
Toutes les décisions nécessaires
ont été prises.
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
17.03 Carl Devlies (CD&V): Welke beslissingen heeft men genomen
ten aanzien van de gehuwde werklozen, met betrekking tot de
inkomsten van het jaar 2004, aanslagjaar 2005?
17.03 Carl Devlies (CD&V):
Quelle décision a-t-on prise
concernant les chômeurs mariés
pour l'exercice d'imposition 2005?
Quelle est la teneur de cette
décision?
17.04 Minister Didier Reynders: Ik heb al een antwoord gegeven,
mijnheer Devlies.
17.05 Carl Devlies (CD&V): Over de nieuwe brugpensioenen hebben
wij gesproken in het kader van de voorbereiding van het wetsontwerp
betreffende het Generatiepact, maar met betrekking tot de werklozen
hebt u tot dusver geen antwoord gegeven, noch bij de voorbereiding
van het wetsontwerp, noch in de commissie.
17.06 Minister Didier Reynders: Alle noodzakelijke beslissingen
werden genomen.
17.06 Didier Reynders, ministre:
Toutes les décisions nécessaires
ont été prises.
17.07 Carl Devlies (CD&V): Er werd een beslissing genomen met
betrekking tot het aanslagjaar 2006, inkomsten 2005.
17.08 Minister Didier Reynders: Alle, álle noodzakelijke beslissingen
werden genomen. U kunt 15 vragen stellen, ze zullen hetzelfde
antwoord krijgen.
17.09 Carl Devlies (CD&V): Ik stel maar één vraag: welke beslissing
werd genomen met betrekking tot de gehuwde werklozen voor het
aanslagjaar 2005? Wat is de inhoud van deze beslissing, mijnheer de
minister?
17.10 Minister Didier Reynders: U vraagt: welke beslissing? Ik
herhaal: de noodzakelijke beslissing.
17.11 Carl Devlies (CD&V): Wat is de inhoud van de beslissing? Ik
stel vast dat u geen antwoord kunt geven.
17.12 Minister Didier Reynders: Wij vragen toch de toepassing van
de wetten, mijnheer Devlies? Er is geen andere inhoud dan een
normale toepassing van de wettelijke regeling. Wat is uw vraag?
17.13 Carl Devlies (CD&V): Welke...
17.14 Minister Didier Reynders: De noodzakelijke beslissingen
werden genomen voor een correcte toepassing van de wet.
17.15 Carl Devlies (CD&V): U hebt een beslissing genomen voor de
gehuwde werklozen met betrekking tot het aanslagjaar 2006, maar
niet met betrekking tot het aanslagjaar 2005. Hoe is de situatie daar?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
terugvordering van ingehouden roerende voorheffing op spaarboekjes" (nr. 9421)
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
33
18 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la demande en
remboursement du précompte mobilier prélevé sur les comptes d'épargne" (n° 9421)
18.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, echtgenoten gehuwd onder het wettelijk stelsel hebben
beiden recht op de maximale vrijstelling van roerende voorheffing van
1500 euro, natuurlijk afhankelijk van het sparen.
Wanneer slechts een van de echtgenoten over een spaarboekje
beschikt of indien de gespaarde tegoeden van de echtgenoten sterk
verschillen is het theoretisch mogelijk dat door de bank roerende
voorheffing werd afgehouden, waarvan na fiscale verdeling over man
en vrouw blijkt dat een gedeelte van de roerende voorheffing dient
terugbetaald te worden.
Hoe kan de belastingplichtige deze roerende voorheffing
recupereren? In de aangifte staat geen vak voor te veel betaalde
roerende voorheffing. Mijnheer de minister, ik had graag uw standpunt
hierover gekend.
18.01 Carl Devlies (CD&V): Les
conjoints mariés sous le régime de
la communauté légale ont tous
deux droit à une exonération
maximale du précompte mobilier
de 1 500 euros sur les livrets
d'épargne. Il arrive que la banque
retienne tout de même pour un
des deux conjoints le précompte
mobilier qui doit ensuite être
remboursé.
Comment peut-on récupérer ce
précompte mobilier?
18.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, de administratie deelt mij mee dat om de terugbetaling te
krijgen van de roerende voorheffing die ten onrechte aan de bron
werd ingehouden en aan de Schatkist gestort werd, de
belastingplichtige op wiens roerende inkomsten die inhouding
gebeurde een bezwaarschrift kan indienen overeenkomstig artikel 366
punt 92 bij de directeur der belastingen in wiens ambtsgebied de
aanslag, de verhoging en de boete zijn gevestigd en dat vanaf het
ogenblik dat die sommen door de Schatkist werden geïnd.
18.02 Didier Reynders, ministre:
Le contribuable peut déposer une
réclamation auprès du directeur
des contributions dans le ressort
duquel l'imposition,
l'accroissement et l'amende ont
été établis, et ce à partir du
moment où les sommes ont été
perçues.
18.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, dit is een antwoord. Het is een methode. Ik stel mij echter de
vraag of het toch niet eenvoudiger zou zijn om dit bij de aangifte te
regelen. Een bezwaarschrift indienen is immers toch een zeer
omslachtige procedure voor de belastingplichtige.
18.03 Carl Devlies (CD&V): On
peut se demander si tout cela ne
pourrait pas être plus simple.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "een
nieuwe categorie van de voor derden ontvangen belastingen" (nr. 9422)
19 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "une nouvelle
catégorie d'impôts perçus pour le compte d'un tiers" (n° 9422)
19.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de vraag werd geïnspireerd door de mededelingen die u
hebt gedaan over de ontvangsten voor het jaar 2005.
De minister stelt dat de fiscale ontvangsten in de eerste maanden van
2005 met 5% zijn gestegen. Bepaalde ontvangsten zijn evenwel
voorbestemd voor bepaalde andere overheden, zoals de
Gemeenschappen en Gewesten en de Europese Unie.
Een andere categorie binnen de personenbelasting is in feite bestemd
om later te worden terugbetaald aan de belastingplichtige op het
moment van de inkohiering.
Dat bedrag groeit aan en groeit in 2005 opnieuw aan.
19.01 Carl Devlies (CD&V): Selon
le ministre, les recettes fiscales
ont augmenté de 5% au cours des
premiers mois de 2005. Certaines
recettes sont toutefois destinées à
d'autres administrations, tandis
que d'autres montants doivent être
remboursés aux contribuables au
moment de l'enrôlement.
Le ministre pourrait-il fournir des
explications à ce sujet? Quel
montant devra-t-on rembourser
aux contribuables pour les dix
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
34
Ten eerste, zou het niet nuttig zijn om te omschrijven over welke
bedragen het gaat, zijnde de bedragen die werden ontvangen en die
zullen moeten worden terugbetaald aan de belastingplichtige?
Graag vernam ik ook van de minister de raming van het bedrag dat in
het kader van de personenbelasting aan de belastingplichtige dient te
worden terugbetaald, en dat voor de eerste elf maanden of indien
de cijfers daarover nog niet beschikbaar zijn voor de eerste tien
maanden van 2005.
premiers mois de 2005?
19.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, de nieuwe categorie van voor derden ontvangen belastingen,
waarnaar u verwijst, is niets anders dan de reeds bestaande rubriek
"inkohieringen personenbelasting" en zit reeds in de maandelijkse
statistieken die verspreid worden en ook in de begrotingsdocumenten.
De persmededeling waarop u alludeert, omvat dus reeds de nieuwe
categorie waarnaar u verwijst en de groei van 5,5 procent na tien
maanden uit het communiqué is dus de groei met inbegrip van de
inkohieringen, die inderdaad voor de eerste tien maand van het jaar
270 miljoen euro negatiever zijn dan in dezelfde periode in 2004.
Ik heb hier een tabel die een vergelijking geeft. In 2005 -1.617 miljoen
euro en in 2004 -1.346 miljoen euro, dus een verschil van 271 miljoen
euro. Het totaalbedrag aan personenbelastingen na tien maand
optelsom van het voorgaande cijfer uit de inkohiering en uit de
bedrijfsvoorheffing komt uit op 24.736 miljoen euro in 2005
tegenover 23.890 miljoen euro in 2004. Dat komt neer op een groei
van 3,5 procent tegenover een groei van 5,5 procent voor de totale
ontvangsten. Het is logisch dat deze groei lager is dan de gemiddelde
groei, gezien de sterke inspanningen om de personenbelastingen te
verlagen, de afschaffing van de aanvullende crisisbijdragen, de
volledige doorrekening van de herindexering van de belastingschalen
in de bedrijfsvoorheffing en uiteraard de fiscale hervorming zelf.
Dat er toch nog groei is, komt door de versterkte strijd tegen de
fraude, het feit dat de mensen nu meer geneigd zijn dan vroeger om
aan de belastingen te voldoen omdat het systeem als redelijker wordt
aanzien, de stijgende lonen en de toenemende werkgelegenheid.
Sommigen zouden durven spreken van een terugverdieneffect. We
hebben ook een zeer correct totaal wat de ontvangsten betreft,
dankzij een zeer goede werking van de FOD Financiën. Ik dank vele
ambtenaren van mijn departement voor hun activiteit. Het is toch zeer
"raar" om zo'n efficiënt departement te hebben met zoveel positieve
resultaten wat de fiscale ontvangsten en de strijd tegen de fiscale
fraude betreft.
Er zijn misschien enkele commentaren van enkele leden van het
departement en het Parlement die een andere richting willen uitgaan,
maar ik herhaal dat wij hier zeer goede resultaten boeken. Dat komt
toch door de zeer goede werking van de FOD Financiën.
19.02 Didier Reynders, ministre:
La catégorie de revenus à laquelle
il est fait référence n'est rien
d'autre que la rubrique existante
«enrôlements à charge des
personnes physiques», faisant
partie des statistiques mensuelles
et des documents budgétaires. La
croissance de 5,5% après dix mois
est donc la croissance
«enrôlements inclus». Le tableau
affiche 1 346 millions d'euros pour
2004 et 1 617 millions d'euros
pour 2005, à savoir une différence
de 271 millions d'euros. En 2004,
le montant total en impôts des
personnes physiques s'élevait à
23 890 millions d'euros; en 2005, il
s'agissait de 24 736 millions
d'euros. Cela correspond à une
croissance de 3,5%. Il est normal
que cette croissance soit
inférieure, compte tenu des efforts
consentis pour réduire l'impôt des
personnes physiques et de la
réforme fiscale. S'il y a malgré tout
une croissance, celle-ci est due à
la lutte contre la fraude, à la
meilleure acceptation du système,
à l'augmentation des salaires et à
l'emploi croissant. On peut même
parler d'un effet positif induit. Ces
bons résultats doivent être
entièrement attribués au bon
fonctionnement du SPF Finances.
19.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u voor het
ter beschikking stellen van de cijfers. Ik veronderstel dat ik een kopie
zal krijgen van de tabel waaruit u citeert.
19.03 Carl Devlies (CD&V): Je
remercie le ministre pour les
données chiffrées. Me serait-il
possible de recevoir une copie du
tableau?
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
problemen bij de Centrale Dienst Vaste Uitgaven" (nr. 9426)
20 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les problèmes
au sein du Service central des dépenses fixes" (n° 9426)
20.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de ontvangers van de lokale politiezones blijven er zich over
beklagen dat zij niet in het bezit worden gesteld van documenten met
betrekking tot de loongegevens van het politiepersoneel, wat
aanleiding geeft tot heel wat problemen bij de boekhouding van de
politiezones. Men gaat thans zo ver om voor te stellen dat de
politiezones in de toekomst een beroep zouden kunnen doen op een
rekencentrum naar eigen keuze.
Kunt u toelichting geven over de problemen die rijzen bij de CDVU?
Zijn die oplosbaar op korte termijn? Wat vindt u van het voorstel van
de gemeenteontvangers om een beroep te doen op een
rekencentrum naar eigen keuze?
20.01 Carl Devlies (CD&V): Les
receveurs des zones de police
locale ne reçoivent aucun
document concernant les données
salariales du personnel des
services de police, ce qui entraîne
de sérieux problèmes comptables.
À l'avenir, les zones de polices
pourraient faire appel à un centre
de calcul de leur choix.
Le ministre pourrait-il expliquer
ces problèmes? Que pense-t-il de
la proposition de recourir à un
centre de calcul?
20.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, wij hebben geen echte problemen met de CDVU. De CDVU
betaalt elke dag veel personen en instellingen zonder problemen. Ik
stel vast dat sommige politiezones blijkbaar geen problemen hebben
met de maandelijkse aflevering van gegevens door de CDVU. De
CDVU is een zeer goede dienst voor veel verschillende klanten.
In het verleden was er een probleem met de politiezones. Ik neem
kennis van de vraag van de ontvangers van sommige politiezones om
een rekencentrum naar keuze te nemen. Ik vind dat geen probleem,
maar een nieuw centrum lost de problemen niet op. Bovendien kan de
vraag worden gesteld of de voorgestelde oplossingen wel door alle
partijen als oplossing wordt aanvaard.
Ik vind het echter geen probleem om naar een nieuw systeem te
gaan. Ik meen dan ook dat het nodig is dat voor het verleden een
pragmatische oplossing wordt uitgewerkt die door alle partijen
onvoorwaardelijk wordt aanvaard.
Ik heb reeds geantwoord in het Parlement op vragen over de
politiezones. Er is ook een probleem van uitwisseling van inlichtingen
tussen de zones en de verschillende instellingen, belast met de
betalingen. De CDVU is een zeer goede dienst die veel klanten
zonder enig probleem uitbetaalt. Er is evenwel nog een probleem uit
het verleden voor een aantal politiezones waarvoor wij een
pragmatische oplossing moeten vinden. Voor de toekomst ben ik
bereid om een ander systeem in te voeren. Dat is een keuze die de
politiezones zelf moeten maken.
20.02 Didier Reynders, ministre:
Toutes les zones de police ne
rencontrent pas des problèmes
avec le SCDF. J'apprends
maintenant que certaines zones
de police souhaiteraient recourir à
un centre de calcul de leur choix,
mais j'ignore si cela résoudrait les
problèmes et si cette proposition
serait acceptée par toutes les
parties. Je suis disposé à instaurer
un nouveau système pour l'avenir,
mais il appartiendra aux zones de
police d'opérer ce choix.
20.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik meen hieruit te
kunnen afleiden dat de minister oordeelt dat de problemen veelal bij
de politiezones zelf gelegen zijn omdat de problemen zich blijkbaar in
de ene politiezone wel en in de andere niet voordoen. Het probleem
met de CDVU is dus niet algemeen en beperkt zich tot bepaalde
20.03 Carl Devlies (CD&V): Le
ministre considère manifestement
que le problème se pose dans
certaines zones de police qui ne
communiqueraient pas elles-
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
36
politiezones die zelf blijkbaar onvoldoende gegevens ter beschikking
stellen. Ik neem daarvan akte.
mêmes suffisamment de données.
J'en prends acte.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
21 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de vice-eerste minister en minister van Financiën
over "de nieuwe Turkse lira" (nr. 9325)
21 Question de M. Francis Van den Eynde au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la
21.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik druk mij eufemistisch uit wanneer
ik zeg dat de Turkse munt het de laatste jaren niet gemakkelijk heeft
gehad. De stabiliteit ervan kan sterk in vraag worden gesteld.
Bijgevolg wordt een nieuwe munt gelanceerd.
Er komt een nieuwe Turkse lira en er komen nieuwe muntstukken.
Een van die muntstukken is het stuk van 1 lira dat qua formaat
precies hetzelfde is als een stuk van 2 euro. Het verschil in waarde is
echter behoorlijk groot. Een Turkse lira is 0,4 euro. Met andere
woorden zouden mensen die niet echt bonafide zijn en het is mijn
slechte geest die mij laat veronderstellen dat zulke mensen bestaan
daarvan misbruik kunnen maken om zaakjes te doen in de Europese
Unie.
Mijnheer de minister, ik heb de volgende vragen. Bent u op de hoogte
van de situatie? Is de Europese Unie op de hoogte van de situatie?
Heeft men contact genomen met de Turkse regering? Deze situatie is
immers voor een regering die staat te trappelen om toe te treden tot
de Europese Unie niet bepaald "Europeesvriendelijk". Heeft men
reeds kunnen bekomen dat hieraan verandering zou worden
gebracht?
21.01 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): La nouvelle livre
turque a été mise en circulation au
1er janvier 2005. La pièce d'une
livre a le même format qu'une
pièce de 2 euros, mais ne vaut
que 0,4 euro. Des personnes mal
intentionnées pourraient abuser de
cette situation pour se livrer à des
activités lucratives dans l'Union
européenne.
Le ministre et l'UE sont-ils
informés de cette situation?
Contact a-t-il été pris avec le
gouvernement turc à ce sujet?
Quels ont été les résultats de cette
prise de contact?
21.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Van
den Eynde, muntstukken worden soeverein uitgegeven door de
staten. De Belgische regering kan geen enkele actie ondernemen op
het vlak van de uitgifte van munten van vreemde landen. De
Koninklijke Munt van België heeft echter deelgenomen aan de
vergadering met de Turkse minister van de Thesaurie. De beloften
om de karakteristieken van de problematische munten te herzien zijn
door Turkije gedaan. Daar Turkije nog geen lid is van de Europese
Unie heeft ook de Commissie niets kunnen ondernemen.
Toch zijn er doelgerichte, gevolgde contacten geweest die zich
concretiseerden in een technische studie gerealiseerd in de labo's van
het European Technical and Scientific Centre die zich bevinden in de
lokalen van de Franse Munt. Er dient opgemerkt te worden dat van bij
de aanvang de geviseerde Turkse munten reeds verschilden van de 2
euro door de afwezigheid van het magnetisme. De
automatenselectors kunnen de controle van deze parameter uitvoeren
en dus de betrokken munt uitsorteren. Door deze technische studie
heeft Turkije zich ertoe verbonden om de dikte van deze munten te
wijzigen en de legeringen van de twee delen, kern en ring, te
verwisselen. Dit werd uitgevoerd. De eerst geproduceerde
muntstukken werden echter reeds in omloop gebracht voor deze
aanpassingen. Er is al een aantal aanpassingen geweest.
21.02 Didier Reynders, ministre:
Chaque État est souverain pour
l'émission de sa monnaie. La
Belgique ne peut s'immiscer dans
une telle matière. Lors d'une
réunion à laquelle participaient
également les représentants de la
Monnaie royale de Belgique, le
ministre turc de la Trésorerie s'est
toutefois engagé à revoir les
caractéristiques des pièces qui
posent problème. La Commission
européenne n'est pas davantage
compétente étant donné que la
Turquie n'est pas membre de
l'Union.
Des contacts ont toutefois eu lieu
à ce sujet et une étude technique
a été réalisée. Les pièces de
monnaie turques diffèrent quoi
qu'il en soit des pièces
européennes car elles ne sont pas
magnétisées et pourraient dès lors
CRIV 51
COM 787
13/12/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
37
Er bestaat op wereldvlak een Coin Registration Office, actueel
beheerd door de Franse Munt. De lidstaten lid van de Mint Directors
Conference engageren zich ertoe om de beheerder van het Coin
Registration Office te raadplegen over wat reeds bestaat, namelijk
over de technische kenmerken van de munten. Ook deze procedure
is op haar beurt niet bindend. De Franse Munt zal volgend jaar de
tweejaarlijkse MDC-conferentie organiseren. Gepand is om over deze
problematiek opnieuw te spreken en te bestuderen wat mogelijk is om
een minimum aan tegenstrijdigheden te vermijden in het CRO. Er is
dus al een aantal aanpassingen geweest, maar misschien nog niet
voldoende.
être rejetées par les distributeurs
automatiques. La Turquie s'est par
ailleurs engagée à modifier
l'épaisseur des pièces et à
inverser les alliages utilisés pour le
centre et la circonférence. Des
pièces ont toutefois déjà été mises
en circulation avant ces
modifications.
Lors de la prochaine conférence
des
Mint Directors, cette
problématique sera une nouvelle
fois abordée afin d'éviter au
maximum toute contradiction au
sein du Coin Registration Office
mondial.
21.03 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor zijn uitgebreid antwoord. Ik hoorde
hem zeggen dat Turkije nog geen lid is van de EU. Ik durf
veronderstellen dat het woordje "nog" tussen haakjes moet worden
geplaatst, want voor zover ik weet is er "nog" niet beslist dat Turkije lid
zal worden van de EU, tenzij de regering ons op dat vlak al maanden
wat op de mouw heeft gespeld. Dat kan natuurlijk. Mijnheer de
minister, precies omdat Turkije geen lid is maar staat te trappelen om
binnen te stappen heeft men naar mijn mening een goed diplomatiek
middel om deze situatie een halt toe te roepen. Ik verheug mij
natuurlijk over het feit dat er wel al wat stappen genomen werden.
21.03 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): Le fait que la
Turquie soit impatiente de devenir
membre de l'Union nous procure
un moyen diplomatique efficace
pour mettre un terme à cette
situation. Je me réjouis que des
initiatives aient en tout cas déjà
été prises à cet égard.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de vice-eerste minister en minister van Financiën
over "een Franstalige boodschap bij het bellen naar het Gentse nummer van het Ministerie van
Financiën" (nr. 9416)
22 Question de M. Francis Van den Eynde au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "un
message en français lorsqu'on compose le numéro gantois du Ministère des Finances" (n° 9416)
22.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de
voorzitter, dit is een vrij gek verhaal. Ik zal u bekennen dat ik het
gevonden heb in een Gentse krant die zaterdag is verschenen. Wat
stond daarin te lezen?
Als men naar het nummer belt van de dienst Belastingen in Gent dan
krijgt men een zeer onduidelijke stem die zo wat wauwelt en die zegt
om alstublieft naar een nummer in Brussel te bellen. Dat nummer kan
zeer moeilijk worden verstaan maar als u goed luistert en onmiddellijk
een pen bij de hand hebt, gaat het nog. Als men dan naar Brussel
belt, komt men opnieuw op een antwoordapparaat terecht waarbij
men eentalig in het Frans wordt ontvangen. Blijft men heel lang
wachten, dan is het mogelijk een telefonist aan de lijn te krijgen. Af en
toe is dat een telefonist die ook Nederlands kent. Dat verhaal stond in
de krant.
Alvorens ik deze vraag heb ingediend, heb ik gisteren zelf de proef op
de som genomen. Het verhaal klopt! U zult begrijpen dat het vrij
merkwaardig is dat de belastingbetaler uit Gent, die doorgaans
22.01 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): La personne qui
compose le numéro de téléphone
du ministère des Finances à Gand
entend un message enregistré la
renvoyant à un numéro de
téléphone de la zone de Bruxelles.
Elle est alors confrontée à un
message en langue française.
Le ministre est-il au courant de
cette situation? Quelles mesures
compte-t-il prendre pour y
remédier?
13/12/2005
CRIV 51
COM 787
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
38
Nederlandstalig is en die in een stad woont die volgens de Belgische
wetgeving eentalig Nederlandstalig is, op deze wijze wordt ontvangen
door de instantie aan wie hij zijn zuurverdiende centen bij wijze van
belastingen moet overmaken. Klantvriendelijk is wat anders.
Mijnheer de minister, bent u van de zaak op de hoogte? Kunt u dit
verklaren? Werden er maatregelen getroffen om aan deze situatie
een einde te stellen?
22.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Van
den Eynde, sinds kort beschikt de FOD Financiën dat is de
modernisering van het departement over een unieke telefoonprefix,
met name 0257. Dit is nog niet goed gekend bij het publiek en ook
niet bij de parlementsleden. Men kan dit vergelijken met de gsm-
nummers zoals 0478 of 0487. Dat zijn immers mobiele nummers en
geen nummers in de 04 telefoonzone Luik. U weet dat. Het nummer
0475 is geen zonenummer van Luik, maar een mobiel nummer voor
gsm. Dit gebeurt thans ook voor de FOD Financiën.
Indien men het nummer 025792000 belt en er niet opgenomen werd,
hoorde men een boodschap in het Frans. Dat is correct. Het was te
wijten aan een technisch probleem met de installatie te Gent. Dit
probleem is opgelost. Ik heb het uitgetest en het was een zeer
aangename vrouwenstem in het Nederlands. Ik heb haar gevraagd of
ze soms ook in het Frans antwoordt en ze antwoordde: "Ja, voor
vreemdelingen". Er is geen probleem; alles is geregeld. Ik herhaal dat
het een algemeen nummer is.
Om een beller zo goed als mogelijk te woord te staan wordt de oproep
doorgeschakeld. Indien er niet geantwoord wordt, wordt
doorgeschakeld naar het Nederlandstalig onthaal te Gent. U kunt
proberen met 0257, algemeen nummer van de FOD Financiën, maar
ook met 92000 komt u in Gent terecht bij een Nederlandstalige.
22.02 Didier Reynders, ministre:
Le SPF Finances dispose depuis
peu d'un préfixe téléphonique
unique, à savoir le 0257. Le fait
qu'on entendait un message en
français lorsqu'on formait le
numéro 02579.20.00 était dû à un
problème technique résolu dans
l'intervalle. Afin d'aider les
appelants le plus efficacement
possible, les appels sont
transférés. S'il n'y a pas de
réponse, l'appelant est transféré
au central néerlandophone à
Gand.
22.03 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik dank u voor de test. U zult evenwel
begrijpen dat ik, conform het Reglement van de Kamer, mijn vraag
gisteren voor 11.00 uur moest indienen om ze vandaag te kunnen
stellen. Toen ik gisteren om 9.15 uur vanuit de Kamer geprobeerd
heb, was het nummer 025792000 een antwoordapparaat dat eentalig
Franstalig was.
22.04 Minister Didier Reynders: Een snelle en efficiënte oplossing.
22.05 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Snel en efficiënt.
Toch nog een kleine opmerking. U hebt de voorbije jaren formidabele
vorderingen gemaakt in het Nederlands. Ik apprecieer dat. Nu moet u
de taalwetgeving nog een beetje leren. De telefoniste die u
antwoordde dat ze af en toe Frans spreekt is in overtreding met de
taalwetgeving. Voor een keer zal ik ze dat niet kwalijk nemen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De bespreking van de vragen en interpellaties eindigt om 12.13 uur.
La discussion des questions et interpellations se termine à 12.13 heures.