CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 740
CRIV 51 COM 740
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
mercredi
woensdag
09-11-2005
09-11-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu inté-
gral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions ; les annexes se trouvent dans une brochure
séparée (PLEN: couverture blanche; COM: couverture
saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken; de
bijlagen zijn in een aparte brochure opgenomen
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
Plenum
COM
réunion de commission
COM
Commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Roel Deseyn au ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "le
fonctionnement du SPP Télécommunications"
(n° 8358)
1
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de werking van de POD
Telecommunicatie" (nr. 8358)
1
Orateurs: Roel Deseyn, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
scientifique
Sprekers: Roel Deseyn, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de M. Philippe De Coene au ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les revendeurs
en matière de communication électronique"
(n° 8479)
3
Vraag van de heer Philippe De Coene aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de resellers
inzake elektronische communicatie" (nr. 8479)
3
Orateurs:
Philippe De Coene, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique
Sprekers:
Philippe De Coene, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Interpellations et questions jointes de
6
Samengevoegde interpellaties en vragen van
6
- M. Mark Verhaegen au ministre de l'Economie,
de l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la régulation des
émetteurs qui provoquent des perturbations"
(n° 7845)
6
- de heer Mark Verhaegen aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de regulering van de
stoorzenders" (nr. 7845)
6
- M. Ortwin Depoortere au ministre de l'Economie,
de l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le projet d'arrêté royal
relatif à la police des ondes" (n° 8500)
6
- de heer Ortwin Depoortere aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het ontwerp-KB inzake
de etherpolitie" (nr. 8500)
6
- M. Mark Verhaegen au ministre de l'Economie,
de l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "la lutte contre la pagaille
sur les ondes radio" (n° 8596)
6
- de heer Mark Verhaegen aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de aanpak van de
etherchaos" (nr. 8596)
6
- M. Ortwin Depoortere au ministre de l'Economie,
de l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le projet d'arrêté royal
concernant la police des ondes" (n° 704)
6
- de heer Ortwin Depoortere tot de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het ontwerp-KB inzake
de etherpolitie" (nr. 704)
6
- M. Guido De Padt au ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "l'absence d'accord de
coopération en matière de communication
électronique et les conséquences pour l'IBPT"
(n° 8681)
6
- de heer Guido De Padt aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het uitblijven van het
samenwerkingsakkoord inzake de elektronische
communicatie en de gevolgen hiervan voor het
BIPT" (nr. 8681)
6
Orateurs:
Ortwin Depoortere, Mark
Verhaegen, Guido De Padt, Marc
Verwilghen, ministre de l'Economie, de
l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique, Patrick De Groote
Sprekers:
Ortwin Depoortere, Mark
Verhaegen, Guido De Padt, Marc
Verwilghen, minister van Economie, Energie,
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid,
Patrick De Groote
Motions
19
Moties
19
Question de M. Roel Deseyn au ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la transposition
tardive des directives relatives aux
communications électroniques dans la Région de
Bruxelles-Capitale" (n° 8584)
20
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister
van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de laattijdige omzetting
van de richtlijnen inzake elektronische
communicatie voor het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest" (nr. 8584)
20
Orateurs: Roel Deseyn, Marc Verwilghen,
ministre de l'Economie, de l'Energie, du
Commerce extérieur et de la Politique
Sprekers: Roel Deseyn, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
scientifique
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
du
MERCREDI
9
NOVEMBRE
2005
Après-midi
______
van
WOENSDAG
9
NOVEMBER
2005
Namiddag
______
De vergadering wordt geopend om 14.19 uur door de heer Francis Van den Eynde, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.19 heures par M. Francis Van den Eynde, président.
01 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de werking van de POD Telecommunicatie" (nr. 8358)
01 Question de M. Roel Deseyn au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de
la Politique scientifique sur "le fonctionnement du SPP Télécommunications" (n° 8358)
01.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, het KB van 25 februari 2002 maakt melding van de
oprichting van de Programmatorische Overheidsdienst - of POD -
Telecommunicatie. Er werd gestipuleerd dat die als voornaamste
opdracht de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van het
beleid inzake telecommunicatie zou krijgen. Een en ander kadert in
het Copernicusplan, onder meer het onderscheid tussen de
reglementerings- en de regelgevingsfuncties.
Ruimschoots drie jaar later rijst een aantal vragen over de werking
van de POD Telecommunicatie, in het bijzonder inzake
operationaliteit, benoemingen en zelfs de inwerkingtreding. Vandaar
mijn volgende vragen.
Wat is de stand van zaken in verband met de POD
Telecommunicatie? De agenda toont aan dat het geen overbodige
luxe is over een operationele en slagkrachtige POD
Telecommunicatie te kunnen beschikken voor tal van zaken in de
telecommunicatiesector en de telecommunicatiemarkt. Wanneer
mogen we een werkelijke activiteit verwachten? Hoe komt het dat het
zo lang heeft geduurd?
Mijnheer de minister, kunt u in uw antwoord ook even blijven stilstaan
bij het belang en de taken van de POD en in welke mate de POD een
antwoord zal moeten uitwerken met betrekking tot een aantal actuele
verzuchtingen? Blijven dossiers aanslepen, omdat de POD
Telecommunicatie niet operationeel is?
Quid met de vacatures? Zijn er openstaande vacatures? Zo ja, welke?
Hoe groot is het budget en het in te vullen kader? Naar hoeveel
personeelsleden wenst de minister het aantal personeelsleden bij die
POD te zien evolueren? Op de site van SELOR heb ik een aantal
lopende vacatures teruggevonden. Met die informatie hebben we
01.01 Roel Deseyn (CD&V): Le
SPP Télécommunications, institué
par l'arrêté royal du 25 février
2002, a pour mission la
préparation, l'exécution et
l'évaluation de la politique de
télécommunications. Dans le
cadre de la réforme Copernic,
l'objectif était de distinguer les
missions de réglementation de
celles d'orientation.
Où en est ce dossier? Quand le
SPP sera-t-il réellement actif?
Pourquoi a-t-il fallu autant de
temps? Quelle est l'importance du
SPP? Le retard actuel dans les
dossiers est-il dû au fait que le
SPP n'est pas encore
opérationnel? Quel budget sera
alloué au SPP?
Quel est l'effectif nécessaire?
Comment sera-t-il recruté?
Quelques vacances figurent sur le
site du Selor mais nous ne
disposons que d'informations
fragmentaires. Lorsque M. Daems
était ministre, des vacances
avaient été annoncées mais elles
n'ont abouti à aucune désignation.
J'espère que cette situation ne va
pas se répéter.
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
slechts een fragmentarisch zicht op de gehele invulling en de na te
streven operationaliteit van de POD Telecommunicatie. Ik herinner
me nog dat ten tijde van minister Daems een rekruteringsronde heeft
plaatsgevonden, maar van effectieve aanwerving is niets in huis
gekomen. Ik hoop dat we geen tweede maal een dergelijk scenario
zullen moeten beleven.
01.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega
Deseyn, op uw verschillende vragen, die mij een uitstekende
gelegenheid bieden om een stand van zaken te geven, wens ik het
volgende te antwoorden.
Uw eerste vraag. De selectieprocedure voor de voorzitter is
momenteel aangevat. Binnen enkele weken zal de vacature in Het
Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd. Vervolgens mag men
volgens mij rekenen op een viertal maanden alvorens een voorzitter
zal kunnen worden benoemd en dit overeenkomstig het aantal
kandidaten. Eenmaal de voorzitter benoemd, kan ook de selectie van
de medewerkers van de Programmatorische Overheidsdienst worden
opgestart.
Uw tweede vraag. In het verleden werd reeds een selectieprocedure
doorlopen maar dat resulteerde niet in en uiteindelijke benoeming van
een voorzitter. Daarna was er ook het arrest van de Raad van State
waardoor alle selectieprocedures voor anderhalf jaar werden
opgeschort. Recent werd heel de procedure terug geïnitieerd met als
resultaat dat de selectieprocedure voor de voorzitter weldra kan
aanvatten.
Uw derde vraag. De missie van de Programmatorische
Overheidsdienst Telecom is, zoals u beschrijft in uw vraag, de
voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van het beleid inzake
telecommunicatie. Rekening houdend met de recente omzetting van
de richtlijnen en tal van uitvoeringsbesluiten, die nog dienen te worden
opgesteld, is dit een zeer belangrijke taak. Het BIPT voert momenteel
deze taken uit, zowel voor reglementering inzake post als
telecommunicatie.
Uw vierde vraag. Heel binnenkort zal de vacature voor de voorzitter
worden gepubliceerd. De andere vacatures zullen pas worden
opengesteld na invulling van de post van de voorzitter. Men heeft altijd
op die manier gewerkt en dat lijkt mij ook de normale gang van zaken.
Uw vijfde vraag. Er werd nog niet nader beslist over welk jaarbudget
de Programmatorische Overheidsdienst zal beschikken.
Uw zesde vraag. Artikel 3 van het koninklijk besluit van 25 februari
2002 stipuleert dat de POD over een administratieve cel beschikt die
bestaat uit personeelsleden ter beschikking gesteld door de Federale
Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie en door
de betrokken instelling van openbaar nut. Er wordt geen indicatie
gegeven over het aantal personeelsleden. Dit dient bijgevolg nader te
worden onderhandeld, eenmaal de selectieprocedure van de
voorzitter is afgehandeld. Ook dit is de normale gang van zaken
omdat men de voorzitter voldoende slagkracht wil geven bij het door
hem op te stellen programma. Dit alles moet in volle redelijkheid en
volle evenwicht kunnen gebeuren.
01.02 Marc Verwilghen, ministre:
La procédure de sélection du
président a commencé. La
vacance sera publiée au Moniteur
belge dans quelques semaines. La
nomination du président peut
prendre environ quatre mois. La
sélection des collaborateurs peut
ensuite commencer. Une
procédure de sélection a déjà été
organisée par le passé mais
aucun président n'a finalement été
nommé. Le Conseil d'État a
ensuite rendu son arrêt, qui a
suspendu toutes les procédures
de sélection pour un an et demi.
La mission du SPP est la
préparation, l'exécution et
l'évaluation de la politique en
matière de télécommunications. Il
s'agit d'une mission très
importante qui relève actuellement
de l'IBPT. Le budget du SPP n'est
pas encore connu.
L'article 3 de l'arrêté royal du 25
février 2002 stipule que le SPP
dispose d'une cellule
administrative composée de
membres du personnel mis à
disposition par le SPF Économie,
PME, Classes moyennes et
Énergie et par l'établissement
d'utilité publique concerné. Aucune
indication n'est donnée quant au
nombre de membres du
personnel. Les négociations se
poursuivront à ce sujet après la
désignation du président.
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
01.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, u zegt zelf dat het
een zeer belangrijke taak is. Daar twijfel ik niet aan. Vandaar dat ik
aandring dat het spoedig kan worden bewerkstelligd, na bijna drie
jaar.
U zegt ook ik vind dat niet onbelangrijk dat er eindelijk werk zal
kunnen worden gemaakt van de KB's. Na de recent goedgekeurde
Telecomwet moet er een hele reeks koninklijke en ministeriële
besluiten worden goedgekeurd.
Op korte termijn moest met de meest dringende worden gestart en
het zou een taak zijn voor het BIPT om die mee voor te bereiden. Nu
zegt u dat de POD telecommunicatie die ook zal moeten
voorbereiden. Dat zal, vermoed ik, wel in samenwerking met het BIPT
zijn. Het zou toch zeer wenselijk zijn dat ook de commissie eens een
lijst zou krijgen met een status quaestionis, met de precieze stand van
zaken van de voorbereiding of de totstandkoming van de lijst van
koninklijke en ministeriële besluiten.
De discussies van deze namiddag zal in de toekomst nog worden
gevoerd. De komende weken draait het eigenlijk altijd rond die KB's.
Als ik nu hoor dat de mensen nog gerekruteerd moeten worden,
kunnen ze pas in de voorbereidingsfase zitten. Het is bijna niet te
geloven.
Dan nog een punctuele vraag over de rekrutering. Op de site van
Selor wordt niet alleen melding gemaakt van een voorzitter. U zegt dat
het kader afhankelijk is gemaakt van het voorzitterschap, maar daar
wordt gesproken over een vijftal medewerkers. Zijn dit dan vijf
secretariaatsmedewerkers, of gaat het om vijf plus een aantal
gedetacheerde medewerkers van de FOD Economie? Wat is daar te
verwachten?
01.03 Roel Deseyn (CD&V): Le
SPP a en effet une tâche
importante à accomplir ; c'est
pourquoi j'espère qu'il pourra se
mettre rapidement au travail.
L'approbation de la loi sur les
télécommunications doit être
suivie de l'adoption de toute une
série d'arrêtés royaux. L'IBPT
avait pour mission d'élaborer ces
arrêtés royaux. Le ministre affirme
à présent que le SPP
Télécommunications doit
également participer à
l'élaboration des arrêtés. J'espère
que les deux instances vont
collaborer entre elles.
La commission pourrait-elle
consulter une liste des arrêtés
royaux et de l'avancement des
travaux en la matière? J'entends
qu'il faut encore procéder au
recrutement du personnel et je
suppose donc que ces arrêtés ne
se trouvent encore que dans une
phase préparatoire. C'est à peine
croyable.
Le site du Selor évoque la
sélection de collaborateurs, alors
que le ministre affirme que le
cadre dépendra de la nomination
du président. De quels
collaborateurs s'agit-il dès lors?
01.04 Minister Marc Verwilghen: Ik zou niet graag hebben dat u naar
aanleiding van het antwoord denkt dat er nog geen enkel koninklijk
besluit klaar is. Er zijn er bij mijn weten een vijftal die wachten op
advies van de Raad van State en er zit nog een groot aantal in de
pijplijn.
Wat uw punctuele vraag betreft, het gaat om vijf inhoudelijke
medewerkers die worden gezocht op Selor, teneinde, zodra de
voorzitter is aangeduid, de nodige ondersteuning te kunnen verlenen.
Ondertussen zitten we niet in een vacuum: het BIPT neemt de taken
waar, in afwachting dat de POD die kan overnemen.
01.04 Marc Verwilghen, ministre:
Il n'est pas exact d'affirmer
qu'aucun arrêté royal n'est encore
prêt. Certains ont déjà été
transmis au Conseil d'État pour
avis.
Le Selor est à la recherche de cinq
collaborateurs de fond qui
pourront être engagés dès que le
président aura été nommé. En
attendant, les tâches en question
sont menées à bien par l'IBPT.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Philippe De Coene aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel
en Wetenschapsbeleid over "de resellers inzake elektronische communicatie" (nr. 8479)
02 Question de M. Philippe De Coene au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "les revendeurs en matière de communication électronique"
(n° 8479)
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
02.01 Philippe De Coene (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, achtbare collega's, de nieuwe wet op de
elektronische communicatie heeft een einde gemaakt aan het
systeem waarbij operatoren op de markt vergunningplichtig waren.
Men heeft met het oog op het opentrekken van de markt en het
toelaten van meer concurrentie en dies meer dat vervangen door de
summiere kennisgeving. Men meldt dus zijn activiteiten en eigenlijk
wordt men dan beschouwd als een operator en valt men onder de
rechten en de plichten van de nieuwe wetgeving.
Mijn heel concrete vraag is hoeveel operatoren-resellers zowel inzake
vaste telefonie als inzake mobiele telefonie aangifte hebben gedaan
bij het BIPT. Zijn er die geen aangifte hebben gedaan? Wij zijn er
voorstander van dat de markt wordt opengebroken. Maar die is
natuurlijk vrij volatiel, omdat de operatoren kunnen gaan en komen.
Dus is het omwille van onder meer consumentenbescherming niet
onbelangrijk dat een regulerend orgaan weet wie er eigenlijk
aanwezig is op die markt en hoe die activiteiten worden
georganiseerd. Vandaar die vraag.
Daaraan koppel ik ook de vraag wat men nu kan doen opdat de
kennisgeving ook reëel wordt gedaan. Immers, we stellen vast in de
elektronische communicatie van het instituut zelf dat de lijst in de
rubriek operatoren niet of nauwelijks is aangevuld, althans toen ik het
heb gecontroleerd bij de indiening van de vraag. De vraag is hoe men
dan in zijn marktanalyses rekening kan houden met operatoren die
niet bekend zijn. Hoeveel hebben er in de sector van de vaste en die
van de mobiele telefonie wel kennisgeving gedaan? Welke bedragen
zijn er administratief aan het BIPT overgemaakt?
02.01 Philippe De Coene (sp.a-
spirit): Depuis l'entrée en vigueur
de la loi sur les communications
électroniques, les opérateurs ne
sont plus tenus d'obtenir une
licence pour exercer leurs
activités. Conséquence : le
marché peut s'ouvrir et une
concurrence accrue est admise.
Quiconque fait connaître ses
activités est considéré comme un
opérateur.
Combien d'opérateurs ou de
revendeurs dans le secteur de la
téléphonie fixe ou mobile ont
déclaré leurs activités à l'IBPT, le
régulateur belge? Avez-vous
connaissance d'opérateurs ayant
omis de faire une telle
déclaration? Nous prônons quant
à nous la libéralisation du marché
mais ce marché évoluant assez
vite, il importe que l'organe de
régulation soit informé des
opérateurs présents sur le marché
et de la façon dont ils organisent
leurs activités.
Que peut-on faire pour veiller à ce
que cette notification ait bien lieu?
Car nous constatons que la liste
publiée par l'institut n'a pas encore
été complétée ou quasiment pas.
Comment pourrait-on tenir
compte, dans les analyses de
marché, d'opérateurs qui ne se
sont même pas fait connaître?
Combien d'opérateurs ont-ils déjà
fait une déclaration ou, à tout le
moins, une notification, dans le
secteur de la téléphonie fixe
comme de la téléphonie mobile?
Quels montants ont été virés
administrativement à l'IBPT?
02.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega De
Coene, op de vragen 1 en 2 is eigenlijk het antwoord gelijkluidend.
Dus voor 1a en 2a gaat het om één doorverkoper-reseller.
In antwoord op vraag 1b maar dat is ook het antwoord dat ik op 2b
moet geven deel ik mee dat het aantal niet bekend is. Hierbij dient
rekening gehouden te worden met het feit dat de resellers tot de
inwerkingtreding van de nieuwe wet niet onder de
telecommunicatiewetgeving vielen en dus ook niet bekend waren bij
het BIPT. Wel heeft het BIPT reeds aan de bestaande operatoren een
mailing gestuurd om hun te vragen met welke doorverkopers zij een
overeenkomst hebben gesloten. Die vraag zal binnenkort herhaald
02.02 Marc Verwilghen, ministre:
Actuellement, un seul revendeur
dans les secteurs de la téléphonie
fixe et de la téléphonie mobile a
fait une déclaration à l'IBPT. On
ignore combien de revendeurs
n'en ont pas encore fait une.
Jusqu'à l'entrée en vigueur de la
nouvelle loi, les revendeurs ne
tombaient pas sous l'application
de la législation sur les télécoms
et, par conséquent, ils n'étaient
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
worden, omdat we tot op heden een ontoereikende reactie hebben
gekregen.
Dan volgt nu mijn antwoord op de vragen 1c en 2c. Een
uitvoeringsbesluit inzake de kennisgeving van operatoren, met
inbegrip van de resellers, is in voorbereiding. Gezien er in het
voormalige kader geen uitvoeringsmodaliteiten bestonden voor deze
resellers, is het op dit moment niet mogelijk verdere aangifte-
instructies of modaliteiten uit te vaardigen. Zodra het
uitvoeringsbesluit is gepubliceerd, zal het BIPT de operatoren en de
resellers daarvan op de hoogte brengen en ook toezien op hun
aangiften. Aangenomen kan worden dat de resellers op dit ogenblik
het betreffende uitvoeringsbesluit afwachten.
In antwoord op uw derde vraag: het BIPT herneemt op zijn website
alle operatoren die openbare telefoondiensten, de vroegere
spraaktelefoondiensten, verlenen of publieke netwerken aanbieden. In
de nieuwe uitvoeringsbesluiten die in voorbereiding zijn, wordt erin
voorzien dat alle operatoren, dus ook de resellers, op de website
zullen worden gepubliceerd. Die gegevens zullen, naarmate ze
binnenkomen, dus worden gepubliceerd.
In antwoord op uw vierde vraag het volgende. De doorverkopers die
voor de aanneming van de wet van 13 juni 2005 niet als operator
werden beschouwd, zijn niet rechtstreeks bevraagd in het kader van
de marktanalyses die momenteel door het BIPT worden verricht. De
verzameling van de gegevens bij de ondernemingen was voor de
aanneming van die wet al aangevat.
Toch wordt met het bestaan en het economisch gewicht van die
doorverkopers rekening gehouden, doordat het instituut in de
gegevens van de operatoren waarvan zij de diensten doorverkopen
de cijfers heeft geïdentificeerd die betrekking hebben op de
doorverkopers. Op basis van de verzamelde informatie zijn het
verkeer en de waarde van de telefoondiensten die door de
doorverkopers zijn gegenereerd, verdeeld over de markten voor
telefoondiensten voor particuliere en niet-particuliere klanten. Bij de
berekening van de marktaandelen worden de doorverkopers niet
individueel geïdentificeerd, maar allemaal samen genomen.
In antwoord op vraag 5a: het uitvoeringsbesluit dat deze bedragen
moet vastleggen is in voorbereiding.
In antwoord op vraag 5b: het uitvoeringsbesluit dat deze bedragen
moet vastleggen is eveneens in voorbereiding.
pas connus de l'IBPT, lequel a
certes déjà envoyé un mailing aux
opérateurs pour leur demander
quels revendeurs avaient déjà
conclu un contrat avec eux. Il
réitérera d'ailleurs cet envoi très
prochainement, le premier mailing
ayant suscité trop peu de
réactions.
L'arrêté d'exécution relatif à la
mention des opérateurs, y compris
les revendeurs, est en préparation.
Puisqu'il n'y avait pas de modalités
d'exécution pour ces revendeurs
auparavant, il n'est pas possible
d'élaborer maintenant d'autres
instructions de déclaration. Nous
partons du principe que les
revendeurs attendent l'arrêté
d'exécution.
Le site internet de l'IBPT
mentionne seulement les
opérateurs proposant des services
de téléphonie publics ou des
réseaux publics. Les nouveaux
arrêtés d'exécution disposent que
tous les opérateurs, donc aussi les
revendeurs, doivent figurer dans la
liste.
Les revendeurs qui n'étaient pas
considérés comme des opérateurs
avant l'entrée en vigueur de la loi
du 13 juin 2005, ne sont pas
interrogés dans le cadre des
analyses de marchés que l'IBPT
mène actuellement. En effet, la
collecte des données avait déjà
débuté avant cette date. Il est
toutefois tenu compte de
l'existence et du poids
économique des revendeurs
puisque l'Institut a identifié les
chiffres qui les concernent parmi
les données des opérateurs dont
ils revendent les services. La part
de marché individuelle de chaque
revendeur n'est pas identifiée,
mais bien celle de tous les
revendeurs considérés
globalement.
Les arrêtés d'exécution fixant les
montants des cotisations
administratives des revendeurs
sont en préparation.
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
02.03 Philippe De Coene (sp.a-spirit): Ik heb begrepen dat er tot op
heden slechts 1 doorverkoper, een zogenaamde reseller, is gekend.
Het BIPT heeft de operatoren uitgenodigd en dat is mijns inziens de
juiste methode. Mag ik van u misschien weten hoeveel er
ondertussen hebben geantwoord?
02.03 Philippe De Coene (sp.a-
spirit): Combien d'opérateurs ont
déjà répondu au mailing?
02.04 Minister Marc Verwilghen: Er een cijfer op plakken zou
nattevingerwerk zijn, en dat wil ik dus niet doen. Wat ik wel wil doen is
u het exacte cijfer meedelen. Ik zal de vraag stellen aan het BIPT en u
het antwoord per brief meedelen.
02.04 Marc Verwilghen, ministre:
Je vous transmettrai ces données
par courrier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Samengevoegde interpellaties en vragen van
- de heer Mark Verhaegen aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de regulering van de stoorzenders" (nr. 7845)
- de heer Ortwin Depoortere aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het ontwerp-KB inzake de etherpolitie" (nr. 8500)
- de heer Mark Verhaegen aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de aanpak van de etherchaos" (nr. 8596)
- de heer Ortwin Depoortere tot de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het ontwerp-KB inzake de etherpolitie" (nr. 704)
- de heer Guido De Padt aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "het uitblijven van het samenwerkingsakkoord inzake de elektronische
communicatie en de gevolgen hiervan voor het BIPT" (nr. 8681)
03 Interpellations et questions jointes de
- M. Mark Verhaegen au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "la régulation des émetteurs qui provoquent des perturbations" (n° 7845)
- M. Ortwin Depoortere au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le projet d'arrêté royal relatif à la police des ondes" (n° 8500)
- M. Mark Verhaegen au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "la lutte contre la pagaille sur les ondes radio" (n° 8596)
- M. Ortwin Depoortere au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de la
Politique scientifique sur "le projet d'arrêté royal concernant la police des ondes" (n° 704)
- M. Guido De Padt au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de la Politique
scientifique sur "l'absence d'accord de coopération en matière de communication électronique et les
conséquences pour l'IBPT" (n° 8681)
De voorzitter: De heer Verhaegen is nog niet aanwezig. Zijn vragen zijn samengevoegd met de
interpellatie en de vragen van de heren Depoortere en De Padt.
03.01 Ortwin Depoortere (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, het verheugt mij mijn vraag over de etherpolitie
eindelijk te kunnen stellen, drie weken na de indiening ervan.
Ik pik de draad terug op met de discussie van 5 juli 2005. Samen met
de collega's Verhaegen en De Groote heb ik u over hetzelfde
onderwerp geïnterpelleerd, mijnheer de minister. Het is belangrijk uw
antwoorden opnieuw in herinnering te brengen, al was het maar om
de moeilijke problematiek te schetsen.
Ik vermeld drie belangrijke, citaten. Eerste citaat: "Tijdens het
Overlegcomité van 20 april 2005 bereikten de Gemeenschappen en
de federale overheid een politiek akkoord omtrent het
samenwerkingsakkoord met betrekking tot de regulatoren. Tevens
ging de federale regering het engagement aan om een ontwerp van
03.01 Ortwin Depoortere
(Vlaams Belang): Le 5 juillet
dernier, le ministre a annoncé au
sein de cette commission que les
Communautés et les autorités
fédérales sont parvenues, au
cours de la réunion du comité de
concertation du 20 avril 2005, à un
accord politique à propos d'un
accord de coopération concernant
les régulateurs. Les autorités
fédérales s'étaient engagées dans
ce cadre à soumettre, en juin, au
comité de concertation un projet
d'arrêté royal sur la police des
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
KB inzake etherpolitie voor advies aan het Overlegcomité van juni
voor te leggen". Tweede citaat: "De bedoeling is dat alle bepalingen
van het KB in werking treden op het ogenblik dat er tussen de
Gemeenschappen een akkoord is inzake de coördinatie van hun
frequentieplannen. Een onmiddellijke inwerkingtreding van alle
bepalingen van het KB zou met zich meebrengen dat het BIPT
noodgedwongen een uitspraak moet doen over de waarde van de
vergunningen die toegekend zijn door de Gemeenschappen. De
Gemeenschappen zouden dat nooit aanvaarden". Derde citaat: "Het
BIPT heeft de mogelijkheid tegen storende radiozenders op te treden
op basis van de nieuwe wet inzake elektronische communicatie. Bij
zijn optreden zal het BIPT zich niet kunnen uitspreken over de
toegekende vergunningen. Het zou enkel in geval van bewezen
storing kunnen nagaan of de radiozender in kwestie over een
vergunning beschikt en of de voorwaarden van die vergunningen
nageleefd worden".
Mijnheer de minister, ik kom tot de situatie vandaag. Ik meen te
mogen zeggen dat ze nog erger is dan in juli. Ik geef een paar
markante voorbeelden om dit te illustreren. Voor mij ligt het verslag
van de technische vergadering van 15 juli 2005. Daarin stelt het BIPT
voor om tijdens de zomervakantie, dus de maanden juli en augustus,
wekelijks een vergadering te houden. De vertegenwoordigers van de
Franse Gemeenschap laten weten dat ze zich voor september niet
kunnen vrijmaken voor een volgende vergadering. In het verslag van
de technische werkgroep frequentieonderhandelingen, van 15
september 2005, lees ik: "Een bijeenkomst van de werkgroep was
gepland op 9 september 2005. Deze bijeenkomst is evenwel niet
kunnen doorgaan wegens het niet beschikbaar zijn van de experts
van de Franse Gemeenschap".
In het verslag van de technische werkgroep, van 15 september 2005,
lees ik: "De vertegenwoordiger van de Vlaamse regering geeft aan dat
de Vlaamse regering de ondertekening van het
samenwerkingsakkoord zal overwegen indien zij merkt dat het BIPT
optreedt tegen storende zenders. De aanwezige vertegenwoordigers
zullen tegen 15 oktober schriftelijk hun opmerkingen overmaken aan
het kabinet-Verwilghen".
Ten slotte, de directe en concrete aanleiding voor mijn vraag die ik
heb ingediend op 18 oktober. In het verslag van de
commissievergadering in het Vlaams Parlement waar minister
Bourgeois werd ondervraagd over deze problematiek, staat dat
minister Bourgeois heel duidelijk heeft gezegd, en ik citeer: " Tot mijn
grote spijt kan ik niet in dialoog gaan met mijn Franstalige collega,
maar ook de federale werkgroep heeft tevergeefs gewacht op
voorstellen en opmerkingen van Franstaligen". Ten tweede wenste
minister Bourgeois dat er een echte etherpolitie komt. Hij zei: "Ik heb
gevraagd dat een KB in werking zou treden tegen een bepaalde
datum. Dat is opgenomen in het samenwerkingsakkoord maar het
voorliggende KB bepaalt in feite dat het niet in werking treedt zolang
er geen akkoord is over de etherfrequenties. De situatie is thans dat
de Franstaligen de inwerkingtreding van een KB inzake de etherpolitie
aan een akkoord over de etherfrequenties koppelen". Minister
Bourgeois stelt, volgens mij terecht, het volgende en ik citeer
opnieuw: "Ook wat dit laatste betreft" het akkoord over de
etherfrequenties "wordt er geen vooruitgang geboekt. Tijdens de
recentste bijeenkomst van het Overlegcomité is opnieuw gezegd dat
ondes.
Cet arrêté royal devait entrer en
vigueur au moment où un accord
serait intervenu entre les
Communautés à propos de la
coordination de leurs plans de
fréquences.
Le ministre a en outre déclaré que
l'IBPT pouvait agir à l'encontre des
émetteurs provoquant des
perturbations sur la base de la loi
relative aux communications
électroniques. L'IBPT ne peut
toutefois, dans ce cadre se
prononcer sur les autorisations
accordées. Il peut seulement, en
cas de perturbations avérées,
vérifier si l'émetteur en question
dispose bel et bien d'une
autorisation.
La situation a encore empiré par
rapport au mois de juin. Les
représentants de la Communauté
française sont invariablement
absents lors des réunions
techniques concernant les
fréquences. Le gouvernement
flamand de son côté refuse de
signer l'accord de coopération tant
que l'IBPT ne prend pas de
mesures contre les émetteurs
perturbateurs.
Le ministre Bourgeois a dû
constater avec regret, le 18
octobre dernier, au sein de la
commission compétente du
parlement flamand, que le
dialogue est impossible avec son
homologue francophone et que le
groupe de travail fédéral est
également paralysé en raison de
l'absence de propositions des
francophones. Les francophones
lient l'entrée en vigueur de l'arrêté
royal relatif à la police des ondes à
un accord sur les fréquences. Le
ministre Bourgeois de son côté
affirme que le gouvernement
flamand ne signera pas l'accord
de coopération tant que la police
des ondes ne sera pas
opérationnelle.
Une enquête menée par
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
er een poging zal worden gedaan uit de stukken blijkt dat dit op 21
november zal gebeuren om er technisch uit te komen. De Vlaamse
regering verklaart het samenwerkingsakkoord niet te zullen
ondertekenen omdat de tweede essentiële voorwaarde, in casu een
daadwerkelijke etherpolitie, niet is vervuld". Minister Bourgeois zegt
erbij niet te verhullen dat men zich terzake in een impasse bevindt.
"Federaal" zo voegt minister Bourgeois eraan toe "wordt nu
verklaard dat het BIPT op grond van de wet zelf de rol van etherpolitie
zal vervullen. Hier zitten we echter met een probleem omdat de
resultaten bedroevend zijn". Minister Bourgeois stelt vast dat het er in
de feiten op neer komt dat het BIPT vaststelt dat er geen problemen
of storingen zijn. Na onderzoek van de eigen Vlaamse administratie
blijkt evenwel dat van alle frequenties er 85 gestoord worden, meer
dan 10 frequenties van de VRT, een ander groot aantal van Q Music
en 4FM en iets meer dan 40% van lokale radio's.
Ik sluit mij aan bij de woorden van minister Bourgeois als hij zegt dat
het evident zou moeten zijn dat wij in onze hoofdstad Brussel onze
publieke omroep kunnen ontvangen.
Mijnheer de minister, wat kunnen wij hieruit besluiten?
Ten eerste, er is een probleem iedereen zal dit onderkennen met
Franstalige stoorzenders. Ze zijn nog altijd actief en zelfs nog meer
actief en meer storend dan vroeger. Er worden 85 frequenties
gestoord.
Ten tweede, er is een politiek probleem. Enerzijds stelt de Vlaamse
regering het samenwerkingsakkoord op te zeggen en kant zij zich
tegen het ontwerp van KB volgens mij terecht, want de Vlaamse
Gemeenschap wil dat de storing door Franstalige zenders gestopt
wordt, al was het maar uit eigen Vlaams belang en anderzijds wenst
de Franse Gemeenschap een koppeling van het koninklijk besluit aan
een akkoord over alle etherfrequenties. Hierbij moet men vaststellen
dat er geen enkele vooruitgang wordt geboekt, wegens dit blijkt ook
duidelijk uit alle verslagen van de werkgroepen de Franstalige onwil.
Ten slotte, mijnheer de minister, meen ik te mogen opmerken dat het
BIPT op zijn zachtst gezegd een eigenaardige rol speelt. Als de
Vlaamse administratie vaststelt dat er 85 storingen gemeld kunnen
worden en het BIPT stelt geen enkele storing vast, dan lijkt mij dat
niet echt koosjer te zijn.
Minister Verwilghen, ik wil u uiteraard, daarvoor zitten wij hier ook, de
kans geven om een antwoord te bieden, niet meteen omdat andere
leden en ik hier vragen komen stellen, maar wel om uit deze impasse
te geraken of, ik citeer u op 5 juli, "om uit dit hallucinant verhaal te
geraken".
Hoever reiken de juridische middelen nog om de Franstaligen te
dwingen hun stoorzenders uit de ether te halen? Blijft u nog steeds bij
uw standpunt van 5 juli dat het BIPT zich niet kan uitspreken over de
toegekende vergunningen? Ten slotte, dat is de belangrijkste vraag,
welke oplossingen ziet u om uit deze impasse te geraken?
l'administration flamande montre
que 85 fréquences sont
perturbées. Or, l'IBPT, qui sur
base de la loi pourrait assumer lui-
même le rôle de police des ondes,
n'a constaté aucune perturbation.
Voilà qui est pour le moins
étonnant.
Le ministre partage-t-il l'avis selon
lequel les émetteurs francophones
qui provoquent des perturbations
doivent être chassés des ondes?
Le ministre reste-t-il sur ses
positions en ce qui concerne
l'IBPT? Quelle solution permettrait
de sortir de l'impasse?
De voorzitter: Mijnheer Verhaegen, wachtend op u hebben wij eerst de heer Depoortere aan het woord
gelaten. U hebt twee vragen over hetzelfde ontwerp.
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
03.02 Mark Verhaegen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil
uiteraard de collega's danken voor de hoffelijkheid om mij nog de
kans te geven om mijn vragen te stellen. Ik ben trouwens een
kwartiertje te laat, waarvoor mijn excuses.
Mijnheer de minister, ik kom uiteraard terug op het storingsdossier,
waarover ik op 5 juli nog een uitvoerige vraag gesteld heb. Ik herinner
mij nog dat u toen gezegd hebt dat het inderdaad een hallucinante
situatie is. Wat blijkt nu ondertussen na de zomer uit een recente
bevraging van de administratie van de Vlaamse minister van de
Media? Hieruit blijkt dat liefst 85 Vlaamse radiofrequenties gestoord
zouden worden door Franstalige zenders, omdat het signaal dat die
uitzenden, blijkbaar krachtiger zou zijn dat wettelijk toegelaten is.
Vooral de frequenties VRT, Q Music en 4FM alsook heel wat lokale
radio's worden gewoonweg weggeblazen. Op grond van de nieuwe
wet op de elektronische communicatie zou het federaal niveau
eigenlijk kunnen optreden.
Desgevraagd, op 13 oktober, nu heel recent, vorige maand, in het
Vlaams Parlement verwees minister Bourgeois naar een grootschalig
onderzoek dat het BIPT zal uitvoeren. De eerste resultaten daarvan
zouden ronduit bedroevend zijn, naar ik vernomen heb. In feite komt
het erop neer dat het BIPT vaststelt dat er geen problemen of
storingen zouden zijn. Ik daag hier iedereen uit: kom met mij in de
auto zitten, we zetten de radio aan en we luisteren naar een Vlaamse
zender hier in Brussel en we zullen het wel horen maar we zullen het
niet verstaan. De eindeloze inventaris van die gestoorde Vlaamse
radiofrequenties is dus volgens ons geen illusie. Ik denk dus dat
David Copperfield hier niet in het land is, zeker niet.
Ondertussen zenden vele Franstalige zenders zonder vergunning en
met een te hoog vermogen uit. Zowel het eerste als het tweede is
strafbaar. Het CSA, de Conseil Supérieur de l'Audiovisuel, zeg maar
de pendant van het VCM, het Vlaams Commissariaat voor Media, dus
de Waalse regulator, laat betijen en de schaamteloze situatie sleept al
jaren aan. Moegestreden en verontrust door de schijnbaar straks zal
blijken of dat inderdaad zo is partijdige rol van het BIPT vraagt dan
ook de commissie Media in het Vlaams Parlement u om een
onderhoud.
Daarom ga ik over tot vijf vragen, mijnheer de minister. Ten eerste,
wat is de stand van zaken in het dossier? Welke posities verdedigen
de verschillende partijen?
Ten tweede, wat zijn de resultaten van het onderzoek uitgevoerd door
het BIPT, of de voorlopige resultaten, mocht het nog niet afgerond
zijn? Zo niet, wanneer zal dat wel het geval zijn? Hoe verklaart u in
hemelsnaam dat het BIPT geen storingen zou kunnen hebben
vaststellen?
Hoeveel en welke buurlanden hebben ook reeds geklaagd bij het
BIPT over Franstalige stoorzenders? Dat is ook goed om weten.
Welke acties werden daarop ondernomen en welk gevolg is daaraan
gegeven?
Over welke middelen beschikt u om zelfstandig op te treden in dit
dossier?
03.02 Mark Verhaegen (CD&V) :
Un grand nombre de fréquences
radio flamandes sont brouillées
par des émetteurs francophones
dont le signal est plus puissant
que ce qui est autorisé. La plupart
de ces émetteurs perturbateurs
fonctionnent sans autorisation
mais le régulateur wallon
n'intervient pas. Il semble que
l'IBPT fasse preuve de partialité
car il a conclu, à l'issue d'une
vaste enquête, à l'absence de
perturbations.
Quel est l'état d'avancement de ce
dossier? Quelles sont les positions
défendues par les différentes
parties? Quels sont les résultats -
éventullement provisoires - de
l'enquête de l'IBPT? Comment le
ministre explique-t-il le fait que
l'IBPT ne constate pas de
perturbations? Certains pays
voisins se sont-ils déjà plaints des
émetteurs perturbateurs
francophones? Quelles actions
ont-elle été entreprises? De quels
moyens le ministre dispose-t-il
pour intervenir en la matière? En
fin de compte, les partis flamands
s'accrochent à l'accord du 29
novembre 2002 où l'on avait
obtenu un accord, à l'exception de
neuf fréquences. Quelle est la
position wallonne en la matière?
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
Ten slotte, de Vlaamse partijen houden dus vast aan het akkoord van
29 november 2002 waarbij met uitzondering voor een negental
frequenties een overeenstemming zou bereikt zijn. Wat is nu eigenlijk
de positie op dit moment aan Waalse zijde ten opzichte van het
akkoord? Is er nog wel een akkoord?
De voorzitter: De heer De Padt heeft over hetzelfde onderwerp ook een vraag.
03.03 Guido De Padt (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik zal mijn vraag misschien even verduidelijken. Ik heb in
principe geen echte vraag over dezelfde materie, maar een vraag
over een gevolg dat verbonden is aan de materie. Het feit dat men tot
geen akkoord komt tussen Vlaanderen en Wallonië nopens de
radiofrequenties, kan natuurlijk een belangrijk gevolg hebben op de
werking van het BIPT en op de werking van de hele
telecommunicatiemarkt. Ik denk dat het misschien niet slecht zou zijn,
mijnheer de minister, om de vragen in één blok af te handelen, omdat
het ene natuurlijk niet echt onlosmakelijk verbonden is met het andere
maar toch gevolgen heeft op vlak van de werking van het BIPT.
Ik zal mijn vraag dus stellen, mijnheer de voorzitter. We zullen zien
waar we geraken.
Het is hier al gezegd, mijnheer de voorzitter, dat op 20 april van dit
jaar het overlegcomité een ontwerp van samenwerkingsakkoord heeft
goedgekeurd betreffende elektronische communicatiewerken. Het is
ook al gezegd dat het akkoord nodig is ten gevolge van de
bevoegdheidsverweving inzake omroep en telecommunicatie. Het
akkoord van april 2005 heeft betrekking op de samenwerking tussen
de regulerende instanties voor telecommunicatie en de omroepen
aan federale zijde is dat het BIPT en op het opstellen van
regelgeving inzake elektronische communicatienetwerken.
De Vlaamse regering heeft het akkoord nu gekoppeld aan een
oplossing voor de rol van het BIPT als etherpolitie, wat een federale
bevoegdheid is, enerzijds en daarover is hier vandaag al vrij lang
gesproken de coördinatie van radiofrequenties, anderzijds. Het
dossier inzake de lokale radio's sleept al zeer lang aan en dreigt nu te
leiden tot het niet tijdig ondertekenen en uitvoeren van het
samenwerkingsakkoord, hetgeen zou moeten gebeuren vóór het
einde van dit jaar.
Omdat wettelijke bepalingen inzake het BIPT en inzake het Vlaamse
omroepdecreet door het Arbitragehof zijn vernietigd, zal het uitblijven
van het samenwerkingsakkoord leiden tot problemen, zowel bij het
BIPT als bij de Vlaamse mediaregulator. Het kan trouwens ook leiden
tot problemen bij de Waalse regulator. Gezien de nieuwe
bevoegdheden van het BIPT, onder andere op het vlak van de
bevordering van de concurrentie op de markt en het beschermen van
de consument, kan het een rem betekenen voor de verdere evolutie
van de telecommunicatiemarkt en grote rechtsonzekerheid creëren,
omdat de bevoegdheid van het BIPT voor de gemengde sector zou
kunnen verdwijnen.
In dat kader heb ik twee vragen.
Kan de minister een overzicht geven van de stappen die sinds april
2005 werden gezet om tot een definitief akkoord te komen? Is er een
03.03 Guido De Padt (VLD) : Le
20 avril 2005, le Comité de
concertation a approuvé un projet
d'accord de coopération
concernant les réseaux de
communication électronique. Cet
accord porte sur la collaboration
entre les instances de régulation
en matière de télécommunications
et les radio-diffuseurs, à savoir
l'IBPT au niveau fédéral, et sur
l'élaboration d'une réglementation
en ce qui concerne ces réseaux
de communication. A présent, le
gouvernement flamand a
subordonné cet accord à une
solution concernant le rôle de
l'IBPT en tant que police des
ondes ainsi qu'à la coordination
des radiofréquences. En
conséquence, l'ensemble du
dossier accuse du retard.
Le ministre pourrait-il fournir un
aperçu des étapes franchies
depuis le 21 avril 2005 pour
aboutir à un accord?
A-t-on fixé un calendrier? Qu'en
sera-t-il des compétences de
l'IBPT en l'absence d'un accord?
L'IBPT pourra-t-il encore effectuer
des études de marché dans ce
cas? Quelles seront les
conséquences pour les
opérateurs?
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
timing om alsnog tot een akkoord te komen?
Ten tweede, wat zijn de precieze gevolgen voor de bevoegdheden
van het BIPT? Indien het akkoord uitblijft, kan hij zijn taak inzake
marktanalyse dan nog uitvoeren? Indien niet, wat zullen dan de
gevolgen zijn voor de operatoren?
03.04 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik
zal de vragen samen behandelen, maar toch zal ik aan ieder van de
vraagstellers een antwoord proberen te verlenen.
Wanneer ik enkele maanden geleden het dossier als hallucinant heb
omschreven, dan bedoel ik daarmee voornamelijk dat ik sedert ik in
het Parlement ben gekomen, in de jaren 90, al kennis heb van het
dossier. Spijts alle mogelijke inspanningen die al geleverd werden om
tot een definitief vergelijk te komen, is dat tot nu toe spijtig genoeg
niet mogelijk geweest. Als u in het buitenland zou vertellen over de
wijze waarop radiofrequenties in eigen land beluisterd kunnen
worden, dan zal dat wellicht op onbegrip stuiten. Dat moet ik u
eerlijkheidshalve zeggen. Het is ook de reden waarom ik het als
hallucinant heb omschreven.
Ik kom eerst tot de vragen van collega Verhaegen, omdat die het
eerst werden ingediend. Op dit ogenblik worden de onderhandelingen
tussen de Gemeenschappen voortgezet. Tijdens het overlegcomité
van 5 oktober werd een aantal streefdata voor het opmaken en
doorgeven van informatie afgesproken. Sedertdien worden die
streefdata gerespecteerd. Ik heb ook niet goed begrepen waarom
men zo veel tijd nodig had om die streefdata te kunnen afspreken. De
Gemeenschappen hebben opnieuw hun advies uitgebracht
aangaande het ontwerp van koninklijk besluit inzake de etherpolitie.
Die adviezen worden momenteel door mijn medewerkers
geanalyseerd. Tot slot is het BIPT een grootschalig onderzoek gestart
tegen de storende zenders. In het kader van dat onderzoek wordt
nagegaan of er sprake is van storingen. In voorkomend geval wordt
de bron van de storing opgespoord.
Als ik het goed begrepen heb, mijnheer de voorzitter, zal men na de
vragen ook de mogelijkheid hebben om een gesprek te kunnen
hebben met de heer Van Heesvelde, die ongetwijfeld heel wat meer
concrete informatie op die vragen zal kunnen verschaffen.
Daar het onderzoek momenteel nog steeds loopt, zijn er nog geen
eindresultaten beschikbaar. Ik hoor her en der zeggen dat de
resultaten bedroevend zijn. De eindresultaten zijn nog niet
beschikbaar. Mededeling van voorlopige deelresultaten heeft, mijns
inziens, weinig zin. Het is belangrijk dat het BIPT dat is, in alle
sereniteit, mijn uitgangspunt op een manier die geen betwisting
toelaat, dat wil zeggen door een correct en grondig meten, met
standaardapparatuur en standaardmethodes die niet voor discussie
vatbaar zijn, de situatie op het terrein in kaart brengt en vervolgens
binnen de grenzen van zijn wettelijke opdrachten passende
maatregelen oplegt.
Ik heb de betrokken raadsleden van het BIPT tijden de afgelopen
maanden meermaals gevraagd om het onderzoek prioritair uit te
voeren. Ik verwacht dan ook dat zij in de komende weken met
eindresultaten naar buiten kunnen komen.
03.04 Marc Verwilghen, ministre:
Les négociations entre les
Communautés sont en cours.
Quelques dates butoir ont été
fixées en Comité de concertation.
Les Communautés ont également
formulé des avis en ce qui
concerne l'arrêté royal relatif à la
police des ondes. Ces avis sont
actuellement analysés par mes
collaborateurs. Enfin, l'IBPT a
lancé une enquête à grande
échelle contre les émetteurs qui
perturbent la diffusion de certains
programmes. L'Institut vérifie
l'existence des perturbations et en
recherche l'origine. Toute autre
question relative à cette enquête
pourra être posée lors de l'audition
de M. Van Heesvelde. L'enquête
est toujours en cours et il serait
insensé d'annoncer des
conclusions provisoires. J'attends
néanmoins des résultats dans les
semaines à venir.
Deux plaintes de l'étranger ont été
déposées contre des émetteurs
francophones. En août 2003, un
émetteur radiophonique d'Arlon a
perturbé des émissions au
Luxembourg. Le CSA en a été
informé par l'IBPT mais n'a pris
aucune décision et les émissions
se sont poursuivies. En janvier
2003, un émetteur radiophonique
de Mouscron a perturbé des
émissions diffusées à Lille. Après
le contrôle mené par l'IBPT auprès
du perturbateur et quelques
modifications de l'installation
émettrice, les perturbations ont
disparu.
Dans ce dossier, les autorités
fédérales doivent apporter leur
appui technique et organisationnel
aux négociations entre les
Communautés sur la coordination
des fréquences.
Elles sont
également compétentes en
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
Wat betreft de derde vraag van de heer Verhaegen, er zijn twee
klachten uit het buitenland over storingen door radio's van de Franse
Gemeenschap, waarvan een dateert van augustus 2003. Het betreft
een radio in Arlon, op 103.1, die uitzendingen stoort op 103.3 in
Luxemburg. De CSA werd hierover door het BIPT geïnformeerd. De
CSA nam geen beslissing in het dossier, met als gevolg dat de
uitzendingen nog altijd bezig zijn vandaag. In januari 2003 stoorde
een radio in Moeskroen op 105.5 uitzendingen op 105.2, in de
omgeving van Lille. Een controle werd door het BIPT uitgevoerd bij de
stoorder. Enkele afwijkingen aan de zendinstallatie werden
vastgesteld. Na aanpassing van de zendinstallatie waren alle
storingen verdwenen. Dat dossier is dus opgelost.
Ik antwoord nu op de vierde vraag van de heer Verhaegen.
De taken van de federale overheid in het dossier zijn beperkt. Het is
evenwel niet omdat ze beperkt zijn, dat ze niet belangrijk zouden zijn.
Meer in het bijzonder dient de federale overheid technische en
organisatorische ondersteuning te bieden aan de onderhandelingen
tussen de Gemeenschappen over de frequentiecoördinatie.
Daarnaast is de federale overheid bevoegd voor de etherpolitie.
Wat dat laatste betreft, het spreekt voor zich dat het niet aan de
politieagent toekomt om eigenhandig de regels waarvan hij de
naleving dient te controleren, vast te leggen. Concreet wil dat zeggen
dat het dossier van de etherproblematiek een totaalakkoord vergt
tussen de Gemeenschappen over de frequentiecoördinatie. Dat is een
conditio sine qua non voor het optreden als etherpolitie door de
federale overheid.
Mijnheer de voorzitter, ik heb dat al tot vervelens toe herhaald. Ik weet
niet hoeveel keer ik dat al heb gezegd, maar het blijkt tot sommigen
niet door te dringen.
Bij gebreke aan een dergelijk akkoord zal het optreden van de
federale overheid onvermijdelijk beperkt blijven tot die frequenties
waarover geen betwisting bestaat tussen de Gemeenschappen en/of
tot de gevallen waarin er echt sprake is van storingen waartegen
ingevolge de nieuwe wet kan worden opgetreden.
Ten vijfde en ten laatste, de Franstalige Gemeenschap betwist dat er
in 2002 een akkoord was. Volgens haar werden in 2002 door een
minister die geen mandaat had van de Franstalige
gemeenschapsregering, tijdens het overlegcomité onder voorwaarden
bepaalde afspraken gemaakt. Deze voorwaarden werden volgens
haar niet vervuld. Ook op dat punt blijven we dus in een aanslepende
discussie steken.
De interpellatie en de vraag van de heer Ortwin Depoortere sluiten
aan bij de vragen van de heer Verhaegen.
Mijnheer Depoortere, wat betreft het optreden van het BIPT, waarnaar
u verwijst in uw vraag, het BIPT heeft kennis genomen van de
klachten die door de Vlaamse administratie werden overgemaakt. Het
is momenteel ook metingen aan het uitvoeren, teneinde na te gaan of
er daadwerkelijk een storing is en, in voorkomend geval, de bron van
de storing te identificeren.
matière de police des ondes mais
celle-ci ne peut fonctionner que si
un accord global sur la
coordination des fréquences est
conclu entre les Communautés.
Enfin, la Communauté française
conteste qu'un accord a été conclu
en 2002.
L'IBPT a pris connaissance des
plaintes de l'administration
flamande et effectue actuellement
des mesurages pour vérifier si les
perturbations sont réelles et pour
en détecter l'origine. Sur la base
de ces résultats, des mesures
pourront être imposées.
Pour pouvoir disposer d'un point
de référence dans le cadre des
négociations, l'autorité fédérale a
créé une banque de données de
fréquences FM sur laquelle les
Communautés peuvent donner
leur avis. En outre, l'IBPT leur a
demandé de déterminer quels
émetteurs étaient parasités afin de
pouvoir prendre des mesures sur
la base de la nouvelle loi sur les
télécommunications. Toutefois,
l'IBPT et le régulateur flamand des
médias ne pourront plus statuer
sur les infrastructures hybrides
capables de transmettre à la fois
des signaux radio-télé et des
signaux de télécommunications.
L'analyse de marché portant sur
les infrastructures non-hybrides
pourra être menée à bien mais
pour celle concernant les
structures hybrides, seuls des
actes préparatoires pourront être
accomplis dans l'attente d'un
accord de coopération. Entre-
temps, les opérateurs continuent
de travailler dans un climat très
incertain et caractérisé par un
grand manque de clarté, et l'IBPT
comme le régulateur flamand des
médias ne pourront pas toujours
intervenir en cas d'infractions.
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
Op basis van de resultaten van de metingen kunnen vervolgens
maatregelen worden opgelegd die tot doel hebben de storing te doen
ophouden. Ook kunnen ze worden aangewend om op te treden tegen
storende zenders.
Ik heb in elk geval persoonlijk aan het BIPT de instructie gegeven om
het dossier bij voorrang af te handelen.
Los daarvan onderhandelen de Gemeenschappen verder over de
frequentiecoördinatie, zoals ik daarstraks al heb gezegd. Op dat vlak
moet ik vaststellen dat zij in elk geval de afspraken over de
vergaderingen, afgesproken op 5 oktober 2005, regelmatig nakomen.
Deze informatie moet ook toelaten om vooruitgang te boeken op het
vlak van de frequentiecoördinatie.
Tot slot, inzake het koninklijk besluit betreffende de etherpolitie heeft
de federale overheid op 15 oktober 2005 een nieuw advies ontvangen
van elk van de Gemeenschappen over het ontwerp van koninklijk
besluit. De federale overheid zal in de loop van de komende weken de
adviezen analyseren en, indien nodig, wijzigingen aanbrengen aan het
ontwerp van koninklijk besluit.
Ik wil daarbij toch onderstrepen dat het grote verwijt altijd was dat er
geen koninklijk besluit was. Ik stel nu vast dat er een ontwerp van
koninklijk besluit is, vooraleer de rest is geregeld. Ik hoop dat
evenveel spoed aan de dag zal worden gelegd door zij die ook
stappen moeten ondernemen, zoals de federale overheid er heeft
willen ondernemen.
De mondelinge vragen die werden gesteld door de heer De Padt,
sluiten weliswaar aan bij de algemene problematiek, maar wijken er
ook gedeeltelijk van af. Ik zou op de vragen in twee luiken willen
antwoorden.
Ten eerste, er werden voornamelijk stappen ondernomen in het
dossier van de etherproblematiek. Over het samenwerkingsakkoord
was er immers reeds op 20 april 2005 een politiek akkoord. Tijdens
het overlegcomité van oktober 2005 werd het akkoord nogmaals door
alle partijen bevestigd. Zij bevestigden dat zij nog altijd achter de
gekozen oplossing en achter de inhoud van het akkoord staan. We
worden alleen met het probleem geconfronteerd dat een bepaalde
kant niet tot ondertekening wil overgaan, zolang ook andere zaken
niet zijn geregeld.
Men komt daardoor in een patsituatie, dat is u niet onbekend, met alle
gevolgen die daaraan verbonden kunnen zijn.
In verband met het dossier van de etherpolitie is het zo dat dit dossier
sinds de vergadering van het overlegcomité in april elke maand aan
bod is gekomen tijdens de vergaderingen van het overlegcomité. Los
daarvan werden in de werkgroepen zowel het ontwerp-koninklijk
besluit inzake de etherpolitie als de organisatie van de
frequentieonderhandelingen besproken. Op het vlak van dit laatste
werden onder impuls van de federale overheid een werkwijze en
streefdata afgesproken om vooruitgang te kunnen boeken.
Ook werd door de federale overheid een database, die een overzicht
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
bevat van het gebruik van de fm-frequenties, ter beschikking gesteld.
De Gemeenschappen werd gevraagd om opmerkingen te geven
omtrent deze database. De bedoeling is om de database als
referentiepunt te gebruiken tijdens de onderhandelingen.
Naast de formele gesprekken met de Gemeenschappen heeft het
BIPT in juli tevens aan de Gemeenschappen gevraagd om een
overzicht te maken van de radiostations die het slachtoffer zijn van de
storing. Momenteel onderzoekt het BIPT deze gevallen. Indien er
effectief sprake is van storing zal het BIPT optreden op basis van de
nieuwe wet op de elektronische communicatie.
Ten tweede, het gevolg zal zijn dat het BIPT en de Vlaamse
mediaregulator geen beslissingen meer kunnen treffen met
betrekking tot de zogenaamde gemengde infrastructuren. Dit zijn
infrastructuren die zowel omroepsignalen als
telecommunicatiesignalen kunnen overbrengen.
Voor de marktanalyses is het zo dat het hele proces zal afgerond
worden voor de markten die geen betrekking hebben op de
gemengde infrastructuren. Aangaande de markten die wel betrekking
hebben op de gemengde infrastructuren kunnen alle voorbereidende
handelingen getroffen worden. Er zal met de eindbeslissing evenwel
moeten gewacht worden totdat het samenwerkingsakkoord in werking
treedt. Dat is nogmaals een reden om hier absoluut vooruitgang te
boeken.
Dit brengt met zich mee dat de operatoren allerhande strategische
beslissingen, zoals bijvoorbeeld het uitwerken van nieuwe producten,
het uitvoeren van investeringen, het lanceren van nieuwe tarieven en
de tewerkstelling, dienen te nemen in een voor mij zeer onzeker
klimaat, waarbij er onduidelijkheid is over een belangrijk deel van de
regelgevende factoren.
Mijns inziens zal dit aanleiding geven tot een zeer conservatieve
opstelling van een aantal betrokken operatoren. Ook zullen het BIPT
en de Vlaamse mediaregulator in een aantal gevallen waar er sprake
is van een schending van het regelgevend kader niet kunnen
ingrijpen. Dat zal niet alleen zeer nadelig zijn voor de operatoren die
zich wel aan de regels houden, maar wat andermaal de reeds
bestaande onzekerheid alleen maar zal versterken.
Mijnheer de voorzitter, ik heb geprobeerd om een antwoord te geven
op vragen die vaak terugkeren en waarvan ik ook begrijp waarom ze
vaak terugkeren, maar die natuurlijk niet echt de hallucinante situatie
waarover reeds in de maand juni verslag werd uitgebracht verhelpen.
03.05 Ortwin Depoortere (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, in mijn interpellatie heb ik proberen aan te tonen
dat er geen kwade wil gemoeid is vanwege de Vlaamse
Gemeenschap. Aan de hand van officiële verslagen van de
werkgroepen heb ik duidelijk aangetoond dat het wel degelijk de
Franse Gemeenschap is die niet wil optreden en alle
frequentieplannen opnieuw wil herzien, wat een ergere zaak is gelet
op het akkoord van 2002. Ik heb aangetoond dat de Franstalige
Gemeenschap hoegenaamd niet wil weten van een federale
etherpolitie, terwijl Vlaanderen daarvoor uiteraard vragende partij is,
want de Franstalige stoorzenders bevinden zich op Vlaams
03.05 Ortwin Depoortere
(Vlaams Belang) : L'enquête de
l'administration flamande a déjà
démontré que 85 émetteurs
subissent des perturbations. Il est
donc étrange que l'IBPT ne puisse
disposer des résultats que `dans
quelques semaines'. J'espère qu'il
en disposera réellement!
Le ministre parle de mesures.
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
grondgebied.
Mijnheer de minister, ik heb aandachtig geluisterd naar uw antwoord
inzake de rol van het BIPT. Let wel, ik stel de deskundigheid van de
ambtenaren van het BIPT niet in vraag. Integendeel ik geloof echt dat
zij over de nodige kennis en apparatuur beschikken om stoorzenders
en de bron ervan op te sporen. Het lijkt me echter eigenaardig en kras
te stellen dat u reeds een paar maanden herhaaldelijk aan het BIPT
hebt gevraagd om de bron van deze stoorzenders op te sporen, terwijl
de deskundigen van de Vlaamse administratie in een zelfde periode
ik wil de kennis van de Vlaamse ambtenaren evenmin in twijfel
trekken wel tot de bevinding kan komen dat er 85 gestoorde
frequenties zijn. U zegt dat de eindresultaten van het BIPT binnen een
paar weken verwacht mogen worden. Graag had ik terzake een meer
concreet antwoord gekregen. Ik hoor te vaak spreken over een paar
weken of maanden. Ik zit nog niet zo lang in de politiek maar wel lang
genoeg om te weten dat dit uitstel tot sint-juttemis kan worden.
Mijnheer de minister, u hebt gezegd dat zodra de eindresultaten
gekend zijn, het BIPT maatregelen kan nemen tegen de stoorzenders.
Ik vraag mij af welke maatregelen. Ik heb u mondeling gevraagd of u
nog steeds bij uw standpunt blijft dat het BIPT zich niet kan uitspreken
over de toegekende vergunningen. Ik vraag mij af op welke manier
het BIPT de stoorzenders zal kunnen beteugelen en dwingen tot een
meer gepaste houding. Bovendien vraag ik mij af of het BIPT deze
maatregelen kan nemen zonder dat het KB in werking is getreden?
In onze ogen is er slechts één oplossing en die ligt, onzes inziens, niet
op het federaal niveau, maar bestaat uit de overheveling van alle
federale bevoegdheden van de telecommunicatie, inclusief het BIPT,
naar de deelstaten. Alleen op die manier kan Vlaanderen
daadwerkelijk afdwingen waar het recht op heeft, namelijk een
etherlandschap waarin Vlaanderen desnoods zelf kan optreden tegen
Franstalige stoorzenders. Mijnheer de minister, wij zullen in die zin
een motie van aanbeveling indienen.
Quelles mesures peut-on prendre
si l'IBPT ne peut se prononcer sur
les permis et si l'arrêté royal n'est
pas encore entré en vigueur?
La seule solution consiste à
transférer aux entités fédérées
toutes les compétences en
matière de télécommunications.
Nous déposons donc une motion
de recommandation en ce sens.
03.06 Mark Verhaegen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, u zegt dat de onderhandelingen nog verder gaan. U zegt dat
de streefdata nu vastliggen. Ik heb dat die voldoende stringent zullen
zijn, want blijkbaar gaven de Waalse collega's tijdens het verlof niet
thuis. Ik hoop dat er eindelijk goodwill komt zodat er toch een beetje
beweging in het dossier komt.
Het zou al mooi zijn mocht het BIPT kunnen optreden en uw ambities
waarmaken. U zegt immers dat er niet alleen een nieuw KB komt,
maar dat het BIPT onmiddellijk zal kunnen optreden. Nu heeft men
nog niet kunnen optreden tegen de Franstalige piraten. Wij hopen dus
er beterschap komt.
U zegt dat het onderzoek van het BIPT nog loopt. Dat begrijp ik, want
dat zal een grootschalig onderzoek zijn. Ik vraag mij dan toch af
waarom het BIPT een brief aan de mediateurs heeft verstuurd waarin
staat dat er voorlopig nog geen storingen zijn. Ik denk dat dit op zijn
minst een voorbarige conclusie is, zeker in zo'n gevoelig dossier.
Misschien nog een teken aan de wand en een illustratie dat er toch
wat beweging zou moeten komen, is het volgende. U zegt dat de
storingen in Arlon naar Luxemburg toe, dateren van augustus 2003.
03.06 Mark Verhaegen (CD&V) :
J'espère que les dates butoir
relatives aux négociations sont
scrupuleusement respectées et
que nous pourrons compter sur la
bonne volonté des francophones.
Nous serions déjà heureux que
l'IBPT puisse intervenir!
Si l'enquête est encore en cours,
pourquoi l'IBPT a-t-il déjà envoyé
un courrier aux médiateurs pour
indiquer qu'aucune perturbation
n'est constatée pour l'instant? Une
telle affirmation n'est-elle pas
quelque peu prématurée?
Ne serait-il d'ailleurs pas judicieux
de tester - sans être confronté à
des problèmes communautaires -
la nouvelle loi sur les
télécommunications dans la ville
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
Vandaag is er blijkbaar nog niets ondernomen door het CSA. Er is
evenwel de nieuwe telecomwet. Kan deze terzake niet worden
uitgetest, zodat het BIPT daadwerkelijk kan opgetreden zonder dat
het CSA moet worden ingeschakeld en zonder hiervan een
communautaire zaak te maken? Deze tip wil ik u zeker meegeven.
Ik vind het ook al te gemakkelijk dat u zegt dat de Vlaamse regering
hierin een deel van de schuld draagt. Zij hebben volgens mij een
rechtmatige vraag om de etherregeling te koppelen aan de
goedkeuring van een samenwerkingsakkoord. Dat is voor mij een
eervolle zaak. Daarom denk ik dat dit de enige hefboom is om uit dit
oud zeer te geraken.
De heer Depoortere heeft het ook al gezegd. Wij leven in een echt
confederaal land. Het Noorden en het Zuiden blijken inderdaad niet
dezelfde actualiteit te beleven. Dat voel ik heel goed aan in dit dossier.
Spijtig genoeg zijn wij door de feiten nog altijd aan elkaar verbonden
en zullen wij samen een oplossing moeten zoeken. Ik hoop dat die er
heel snel kan komen.
d'Arlon où il est question depuis
2003 déjà de perturbations par
des émetteurs luxembourgeois?
La responsabilité de la situation
est imputée en partie aux autorités
flamandes qui lient la signature de
l'accord de coopération à
l'instauration d'une police des
ondes. Nous vivons de facto dans
un pays confédéral, mais des liens
nous unissent encore et nous
devons dès lors trouver une
solution ensemble.
03.07 Guido De Padt (VLD): Mijnheer de voorzitter, de minister heeft
gesproken over het hallucinante van dit verhaal. Het is waarschijnlijk
ook hallucinant vast te stellen dat dit Parlement dit jaar een wet heeft
goedgekeurd, die op 1 juli van kracht is geworden, en dat wij nu
vaststellen dat de uitvoering ervan vanaf 1 januari 2006 voor een stuk
niet zal kunnen plaatsvinden. Dit zal natuurlijk wegen op de
concurrentie en de liberalisering van die markt. Het BIPT zal
bijvoorbeeld niet kunnen afdwingen dat mensen gebruik maken van
het netwerk van Belgacom om televisiediensten aan te bieden, dat het
breedband internet niet meer onderhevig zal zijn aan toezicht en de
concurrentie niet meer zal spelen. Wij betreuren enigszins, mijnheer
de minister, dat het federale Parlement door een discussie tussen
Vlaanderen en Wallonië, een beetje in een keurslijf wordt gedwongen.
Wat wij vroeger vooropstelden en wat wij als goed wetgevend werk
beschouwen, dreigt thans in de uitvoering althans wat de verweven
sectoren betreft te worden beperkt.
03.07 Guido De Padt (VLD) : Il
est regrettable qu'une loi qui a été
adoptée au Parlement ne pourra
pas entrer intégralement en
vigueur en raison d'une discussion
qui oppose la Flandre à la
Wallonie.
03.08 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, samen met de collega's Verhaegen en Depoortere hebben
wij op 5 juli een aantal vragen gesteld betreffende deze problematiek.
Vlaanderen heeft het samenwerkingsakkoord inderdaad niet
ondertekend. Waarom heeft Vlaanderen dat samenwerkingsakkoord
niet ondertekend? Ik denk dat op het Overlegcomité van 20 april
2005, naar aanleiding van de goedkeuring van het
samenwerkingsakkoord, een aantal duidelijke afspraken werden
gemaakt. De minister van Economie werd gelast met de opmaak van
een ontwerp van KB inzake de uitoefening van de etherpolitie door het
BIPT en dit ontwerp voor te leggen aan het overlegcomité. De
minister van Economie engageerde zich om op te treden tegen
zenders die op wederrechtelijke wijze de gerechtigde uitzendingen
van anderen zouden storen. Er werd ook beslist dat een technische
werkgroep de frequentieplannen zou onderzoeken en, indien nodig,
de frequenties zou vaststellen waarover nog discussie bestaat.
Ik denk dat heel de Vlaamse regering het samenwerkingsakkoord niet
kan goedkeuren zonder dat er garanties komen inzake de etherpolitie
en de frequentiecoördinaties. Een doeltreffend Vlaams beleid inzake
03.08 Patrick De Groote (N-VA) :
La Flandre ne peut signer l'accord
de coopération sans disposer de
la garantie qu'une police des
ondes sera mise sur pied et
qu'une coordination des
fréquences sera mise en oeuvre.
Sans cela et sans que l'IBPT n'ait
les moyens d'intervenir, la Flandre
ne peut en effet mener une
politique efficace en matière de
radiophonie.
La cour d'Arbitrage a constaté que
la police des ondes et la
coordination des fréquences
étaient des compétences
fédérales. Comment la Flandre
pourrait-elle, en tant qu'instance
régulatrice, coopérer avec l'IBPT
si celui-ci n'honore pas ses
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
radio-omroepen is reeds jaren onmogelijk wegens het gebrek aan een
adequaat optreden van het BIPT tegen storende radio's uit de Franse
Gemeenschap en wegens het gebrek aan doeltreffende procedures
voor de wederzijdse coördinatie van de frequentieplannen van zowel
de Vlaamse als de Franse Gemeenschap.
Het Arbitragehof heeft in het verleden duidelijk gesteld dat zowel de
etherpolitie als de frequentiecoördinatie federale bevoegdheden zijn.
Hoe kan een Vlaams regulator adequaat en doeltreffend
samenwerken met het BIPT als deze zijn eigen verplichtingen niet
nakomt? We stellen inderdaad vast dat gemaakte afspraken niet
worden nageleefd.
Het koninklijk besluit inzake de etherpolitie zal volgens de federale
regering pas in werking kunnen treden na ondertekening van het
samenwerkingsakkoord over de frequentiecoördinatie. Het is heel
onwaarschijnlijk dat op korte termijn een koninklijk besluit zal worden
uitgevaardigd, gezien de volledige blokkering van de werkgroep-
Frequenties door de Franse Gemeenschap. Ik sluit mij aan bij
hetgeen hier reeds werd gezegd, met name dat de regering op dit
vlak niet ingrijpt.
Van het optreden door het BIPT tegen omroepen van de Franse
Gemeenschap die in Vlaanderen schadelijke storingen veroorzaken,
is in de praktijk niets te merken. Integendeel, ik heb gelezen dat het
BIPT nu zelfs beweert dat er geen sprake is van storingen.
Ik heb van een aantal collega's gehoord dat, ondanks alle
inspanningen, de technische werkgroep nog geen enkel resultaat
heeft geboekt wat betreft de coördinatie van de frequenties. Ik mag
wel stellen dat de Franstalige Gemeenschap de onderhandelingen
blokkeert door telkens opnieuw, zoals collega Depoortere heeft
gezegd, de nodige gegevens niet te verstrekken of zelfs afwezig te
blijven in het hele debat.
Er wordt gezegd dat Vlaanderen de zaken blokkeert. Het is niet
Vlaanderen dat blokkeert, maar wel de Franse Gemeenschap in
samenwerking met de federale overheid. Vanuit Vlaanderen werd
altijd gestreefd naar een snelle oplossing voor de problematiek van de
frequenties en het samenwerkingsakkoord. Er werden onmiddellijk
technische gegevens doorgestuurd en mensen beschikbaar gesteld
voor de onderhandelingen. Als we kijken naar de Franse
Gemeenschap, stellen we vast dat zij elk akkoord over de frequenties
onmogelijk maken. Ze hebben de hele zomer lang geen experts
beschikbaar gesteld voor technische vergaderingen. Ze hebben geen
technische gegevens doorgegeven, noch met betrekking tot de
databank van het BIPT, noch met betrekking tot hun nieuwe
frequentieaanvragen, hoewel dit reeds vroeger was beloofd. Ze gaan
nu ook nog data vastleggen waarop ze zelf pas beschikbaar zijn. De
federale regering getroost zich ook geen enkele moeite om de
blokkering te doorbreken, want ze aanvaardt telkens nieuwe uitstellen.
Ze aanvaardt ook dat de streefdata worden verlegd. Ze aanvaardt
zelfs dat er vergaderingen opnieuw worden uitgesteld omdat de
Franstalige Gemeenschap niet aanwezig is.
Dit kan zo niet verder. We moeten duidelijk zeggen waarvoor we
staan. Als men niet tot een degelijk akkoord kan komen, zal het
volgens mij nodig zijn de volledige defederalisering van de
obligations?
L'arrêté royal relatif à la police des
ondes n'entrera en vigueur
qu'après la signature de l'accord
de coopération sur la coordination
des fréquences. Cet arrêté ne sera
pas promulgué à brève échéance
car il est bloqué par la
Communauté française. Le
gouvernement n'interviendra pas.
En pratique, on n'a pas
l'impression que l'IBPT lutte contre
les perturbations. Il va jusqu'à
prétendre qu'il n'y en a pas!
Le groupe de travail technique
n'est encore parvenu à aucun
résultat en ce qui concerne la
coordination des fréquences. La
Communauté française bloque les
tractations en ne fournissant pas
les données requises ou en brillant
par son absence à la table des
négociations.
Ce n'est donc pas la Communauté
flamande qui bloque mais la
Communauté française en cheville
avec le fédéral. La Flandre a
toujours appelé de ses voeux une
solution rapide. Elle a transmis
immédiatement les données
techniques demandées et mis à
disposition du personnel qualifié.
La Communauté française rend
tout accord impossible. Elle n'a
mis à disposition aucun expert et
n'a communiqué aucune donnée
technique. Le gouvernement
fédéral ne fait strictement rien pour
mettre fin à ce blocage puisqu'il
accepte systématiquement de
nouveaux reports.
Cette situation ne peut perdurer. A
défaut de parvenir à un accord, il
faut régionaliser les
télécommunications.
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
telecommunicatie te eisen, zoals ook de beide collega's hier hebben
gesteld.
03.09 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, er was een
aantal zaken waarop ik nog wens te antwoorden. Ten eerste, en ik
weet over wat ik praat, ik voel mij een beetje als een vrederechter die
in een verzoeningsprocedure een koppel voor zich heeft waarbij de
ene wel wil en de andere niet wil. Die mag dus doen wat hij wil, ik
vrees dat hij het bijzonder moeilijk zal hebben om een verzoening tot
stand te brengen. Dat is in alle geval het gevoel dat ik blijf houden.
Collega Depoortere, het is niet zo laat daarover geen misverstand
bestaan dat Vlaanderen metingen heeft gedaan. Vlaanderen heeft
enkel gevraagd of er gestoorde frequenties bestonden. Het heeft
echter zelf geen metingen gedaan. U geeft zo'n beetje de indruk alsof
Vlaanderen in staat zou zijn geweest om metingen te doen en het
BIPT niet in staat zou zijn geweest om metingen te doen. We zitten
dus wel in een totaal verschillende aangelegenheid.
Welke maatregelen kunnen getroffen worden door het BIPT op basis
van de nieuwe wet? Alle passende maatregelen staan in de wet. Dat
kan gaan van ingebrekestelling en technische wijzigingen tot en met
het uit de ether halen wanneer de storingen niet ophouden. Wat dat
betreft, er kan wel degelijk opgetreden worden op basis van de wet.
Men heeft dus niet specifiek een koninklijk besluit nodig.
Collega Verhaegen, voor mij is het natuurlijk nooit duidelijk hoe het nu
uiteindelijk zit met de mogelijkheden. Het is een beetje de theorie van
de kip en het ei, wie was er het eerst of wie was er het laatst? Dat is
ook niet heel duidelijk. Wat wel duidelijk is, dat is dat men moeilijk een
hefboom vindt om diegenen die niet willen meestappen in een verhaal
op een bepaald ogenblik toch te kunnen dwingen om mee te stappen
in een verhaal of hen daartoe aan te zetten.
Ik kom bij de opmerkingen van collega De Padt. Het is duidelijk dat er
vanaf 1 januari 2006 een lacune optreedt in een wetgeving die deze
Kamer hier heeft gestemd - dat is haar eigen werk geweest terwijl er
eigenlijk een perfecte mogelijkheid is om een stap vooruit te zetten,
namelijk het goedkeuren van het samenwerkingsakkoord en het laten
bekrachtigen van het samenwerkingsakkoord. Dat is uiteindelijk het
stadium waarin we moeten komen.
Ik kom dan tot de opmerkingen van de heer De Groote. Ik vind het
natuurlijk vreselijk gemakkelijk om met de grove borstel door het
geheel te gaan. Ik spreek mij nu niet uit, mijnheer de voorzitter, over
wie nu ongelijk of gelijk heeft in het dossier. Dat is voor mij niet
belangrijk. Het enige wat ik wel weet is dat er op 20 april een akkoord
is afgesloten. Dat akkoord was geen voorwaardelijk akkoord, het was
een akkoord om het samenwerkingsakkoord te ondertekenen. Er zijn
toen drie zaken gezegd. Ten eerste, er zou een technische werkgroep
komen. Die technische werkgroep is er en die werkt momenteel. Ten
tweede, er zou een koninklijk besluit etherpolitie komen. Wel, er is
een koninklijk besluit etherpolitie gekomen. Ten derde, er zou
opgetreden worden. Ik heb de opdracht gegeven aan het BIPT om op
te treden en ik weet dat het BIPT de metingen uitvoert met het oog op
het kunnen optreden.
Ik wil dan nog een laatste zaak zeggen. Men mag het arrest van de
03.09 Marc Verwilghen, ministre:
J'ai le sentiment d'être un juge de
paix qui doit réconcilier un couple,
dont l'un des conjoints souhaite la
réconciliation mais l'autre non.
À M. Depoortere, je souhaiterais
dire que la Flandre n'a pas
effectué elle-même de mesures,
mais s'est seulement informée sur
les perturbations éventuelles de
fréquences. L'IBPT peut prendre
toutes les mesures nécessaires
décrites par la loi, telles qu'une
mise en demeure, des
modifications techniques ou la
radiation des ondes. Un arrêté
royal n'est donc pas nécessaire.
Je ne puis dire à M. Verhaegen ce
qu'il en est des possibilités. On ne
peut établir clairement qui était le
premier et qui était le dernier. Une
chose est claire en revanche : il
est difficile de convaincre ceux qui
ne souhaitent pas collaborer de le
faire tout de même.
Monsieur De Padt, je dois vous
dire que la législation adoptée par
cette Chambre présentera une
lacune à partir du 1
er
janvier 2006.
La solution consisterait à
approuver et à entériner l'accord
de coopération.
En ce qui concerne les
observations de M. De Groote, je
signale qu'il a été convenu, le 20
avril 2005, de signer l'accord de
coopération. Trois décisions ont
été prises. Premièrement, qu'un
groupe de travail technique serait
créé, ce qui est chose faite.
Deuxièmement, qu'un arrêté royal
serait élaboré, ce qui est
également chose faite. Et
troisièmement, que des sanctions
seraient prises à l'encontre des
émetteurs qui perturbent la
diffusion de certains programmes.
J'ai confié cette mission à l'IBPT,
qui effectue à présent des
mesures à cet effet.
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
Raad van State draaien of keren zoals men wil, als ik dat arrest lees,
zegt men dat de federale overheid de etherpolitie mag waarnemen
nadat de frequentieplannen goedgekeurd zijn in een
samenwerkingsakkoord tussen de Gemeenschappen. Voor mij mag
men dat dus draaien en keren zoals men wil, ik kan optreden op de
dag dat er een samenwerkingsakkoord ligt. Ik hoop dat die dag ook
eens aanbreekt zodat de miserie die we nu al jaren meeslepen in dit
dossier en die ik dus hallucinant hebt genoemd effectief kan
ophouden.
L'arrêt du Conseil d'État dispose
que l'autorité fédérale peut assurer
la police des ondes à condition
que les plans de fréquences soient
approuvés dans le cadre d'un
accord de coopération entre les
Communautés. J'espère qu'un
accord interviendra rapidement de
sorte que les problèmes qui
perdurent déjà depuis des années
puissent enfin être résolus.
03.10 Ortwin Depoortere (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik heb nog altijd niet concreet gehoord wanneer
de eindresultaten van het BIPT er zullen zijn.
03.10 Ortwin Depoortere
(Vlaams Belang) : Le ministre n'a
toujours pas indiqué quand nous
pouvons attendre les résultats
concrets de l'IBPT.
03.11 Minister Marc Verwilghen: Als u straks de heer Van
Heesvelde kunt ondervragen, zult u daar misschien duidelijkheid over
krijgen.
03.11 Marc Verwilghen, ministre:
M. Van Heesvelde, de l'IBPT,
pourra vous fournir des
éclaircissements à ce sujet.
03.12 Ortwin Depoortere (Vlaams Belang): Dan zullen we dat doen.
U blijft wel met het politieke probleem zitten dat de Franse
Gemeenschap geen federale etherpolitie wil en wenst. U blijft met dat
politiek probleem zitten. U vergeleek uzelf met een vrederechter
waarbij een man wil en een vrouw niet wil. In dit geval is het
Vlaanderen die wil en is het Wallonië die niet wil. Als u daar als
vrederechter niet uitgeraakt, is er inderdaad maar één oplossing
mogelijk en dat is zo snel mogelijk de scheiding uitspreken. Daarom
dat ik ook in deze een motie heb ingediend.
03.12 Ortwin Depoortere
(Vlaams Belang) : Le problème
politique auquel est confronté le
ministre reste entier. La
Communauté française ne veut
pas entendre parler d'une police
des ondes. La scission des
compétences est la seule solution
possible. Je dépose une motion en
ce sens.
De voorzitter: Ik heb ook de grootste twijfels wie de vrouw en wie de man is in dit verhaal, maar daarover
ga ik mij niet uitspreken.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Ortwin Depoortere, Francis Van den Eynde en
Jan Mortelmans en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Ortwin Depoortere
en het antwoord van de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid,
vraagt de regering
alle nodige stappen te ondernemen om de federale bevoegdheden inzake elektronische communicatie over
te hevelen naar de deelstaten."
Une motion de recommandation a été déposée par MM. Ortwin Depoortere, Francis Van den Eynde et Jan
Mortelmans et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. Ortwin Depoortere
et la réponse du ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique,
demande au gouvernement
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
d'entreprendre les démarches nécessaires pour transférer aux entités fédérées les compétences fédérales
en matière de communication électronique."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heren Philippe De Coene, Guido De Padt en door mevrouw
Camille Dieu.
Une motion pure et simple a été déposée par MM. Philippe De Coene et Guido De Padt et par Mme
Camille Dieu.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
04 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid over "de laattijdige omzetting van de richtlijnen inzake elektronische
communicatie voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest" (nr. 8584)
04 Question de M. Roel Deseyn au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur et de
la Politique scientifique sur "la transposition tardive des directives relatives aux communications
électroniques dans la Région de Bruxelles-Capitale" (n° 8584)
04.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, voor bepaalde zaken was er reeds een omzetting.
Dat is de eerste stap. We zien echter dat er na de eerste stap nog
heel wat problemen en obstakels kunnen opduiken, zo is ook
gebleken uit de vorige discussie. Wat nog problematischer is, is dat
men voor bepaalde aspecten, zoals die in de Europese context zijn
voorgeschreven, nog niet is aangevangen met de omzetting.
Daarnet ging het over een etheroorlog, nu wil ik het hebben over een
veldslagje, maar met toch niet onbelangrijke aspecten. Het gaat over
de situatie in Brussel. Bij het wetsontwerp betreffende elektronische
communicatie gaf de Raad van State reeds aan dat er aan de
volledige omzetting van de richtlijnen, waarvan het grootste werk
achter de rug is althans wat het wettelijk gedeelte betreft toch iets
ontbreekt. Dat is met name de zaak zoals die voorligt in de wet van
maart 1995 betreffende de netten voor de distributie van de
omroepuitzendingen en de uitoefening van omroepactiviteiten in het
tweetalig gebied Brussel-hoofdstad.
Het is zo dat de aangelegenheid van radio-omroepen niet, zoals wel
eens ten onrechte wordt beweerd, volledig buiten de bevoegdheid van
de federale overheid valt. De federale overheid blijft, krachtens de
Grondwet, immers bevoegd voor de culturele aangelegenheden,
waartoe de radio- en televisieomroepen behoren. Op het grondgebied
van het tweetalig Brussels Hoofdstedelijk Gewest is dat wel met een
belangrijke conditie: behalve ten aanzien van de instellingen die,
wegens hun activiteiten, geacht moeten worden uitsluitend tot de ene
of de andere gemeenschap te behoren. Dat is een niet onbelangrijke
restrictie.
Nu is het zo dat deze discussie onlangs werd gevoerd op het niveau
van de gemeenschappen. Het is goed dat we ook federaal de balans
opmaken en bekijken wat de stand van zaken is in het dossier. Werd
België voor deze gebrekkige omzetting op de vingers getikt door
Europa? In welke fase van de procedure zitten we nu? Over welke
omroepkanalen gaat het in concreto? Zoals ik zonet heb gezegd mag
het, omwille van de restrictieve voorwaarden, niet geaffilieerd zijn met
de een of andere gemeenschap. Wat is de inventaris? Ook dat is een
goede vraag. Wat valt onder het niet-omgezette deel? Welke instantie
04.01 Roel Deseyn (CD&V) : La
transposition des directives
européennes en matière de
communication électronique n'est
pas encore achevée. Le Conseil
d'État a déjà déclaré que la
transposition complète nécessite
la révision de la loi du 30 mars
1995 concernant les réseaux de
distribution d'émissions de
radiodiffusion et l'exercice
d'activités de radiodiffusion dans la
région bilingue de Bruxelles-
Capitale.
Selon la Constitution, l'autorité
fédérale conserve malgré tout des
compétences en matière de
radiodiffusion dans des matières
culturelles sur le territoire de la
région de Bruxelles-Capitale.
Quel est l'état de la situation? La
Belgique s'est-elle déjà fait
réprimander par l'Europe pour
n'avoir pas terminé sa
transposition? De quelles chaînes
de radio s'agit-il? Quelle instance
assumera la fonction de régulateur
dans la Région de Bruxelles-
Capitale?
Quel est l'intérêt de cette
transposition pour la Région? Il
s'agit sans doute d'une question
assez délicate. Nous devons tenir
compte au maximum des canaux
qui ont un statut «must carry». La
Communauté flamande demande
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
zal de functie van regulator op zich nemen wat het Brussels
Hoofstedelijk Gewest betreft?
Men zou ook kunnen vragen naar het belang van de omzetting voor
het Brussels Hoofstedelijk Gewest, maar blijkbaar ligt de zaak
gevoelig. Er zijn heel wat zaken mee verbonden, ik denk bijvoorbeeld
aan de omroepen met het `must-carry-statuut'. Die omroepen hebben
dat statuut dikwijls verdiend omdat ze berichtgeving, actualiteit en
nieuws distribueren. Met die groep moet men maximaal rekening
houden. Vanuit de Vlaamse Gemeenschap wordt er dan ook voor
gepleit om de Brusselse kabelmaatschappijen ertoe te verplichten alle
Vlaamse omroepen met een must-carry-statuut toegankelijk te maken
voor de Vlamingen in Brussel, en er adequaat toezicht op te houden.
Daar wringt echter dikwijls het schoentje.
De Vlaamse Gemeenschap heeft haar opmerkingen op de Brusselse
omroepwet ingediend bij het overlegcomité. Het komt er eigenlijk op
neer dat ze niet wil dat de federale overheid omroepen kan erkennen.
Ik heb daarnet in het kader van de bevoegdheidsverdelingen een
allusie gemaakt op de federale restbevoegdheid. Zelfs van die
restbevoegdheid - het gaat over omroepen die een strikt
bicommunautair karakter hebben -, zegt de Vlaamse Gemeenschap
dat ze niet wil dat de federale overheid dat verder behartigt, want het
betreft een deel van het samenwerkingsakkoord. Dat sluit aan bij de
discussie over nF.
Trouwens, het is niet alleen een Vlaamse zaak. Ook de Franstaligen
zouden dezelfde mening toegedaan zijn. Op dat punt komt men dan
toch overeen.
Mijnheer de minister, wat is de houding van de federale regering
terzake? Kan men tegemoetkomen aan de vraag die door de
verschillende Gemeenschappen en Gewesten collectief wordt
gedragen?
Een ander element is dat er ondertussen een technische vergadering
zou zijn geweest in het BIPT over de frequentiecoördinaties. Het BIPT
zou frequenties hebben opgeëist voor de omroep in Brussel. Die
vraag doorkruist natuurlijk de strategie of de wensen van de
Franstalige en Vlaamse Gemeenschap en heeft dus een enigszins
bevreemdend karakter. Mijnheer de minister, ondersteunt de federale
overheid die wens? Klopt dat? Worden de belangen van niet alleen de
Vlamingen, maar van de verschillende taalgemeenschappen in
Brussel zo geschonden?
que l'on oblige les
câblodistributeurs bruxellois à
rendre accessibles aux Flamands
de Bruxelles toutes les chaînes
flamandes ayant un statut «must
carry».
04.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega
Deseyn, het is zo dat twee wetsontwerpen, namelijk de wet van 30
maart 1995 betreffende de netten voor distributie voor
omroepuitzendingen en de uitoefening van omroepactiviteiten in het
tweetalig gebied Brussel hoofdstad alsook de wet van 17 januari 2003
met betrekking tot het statuut van de regulator, dus het BIPT, werden
goedgekeurd door de Ministerraad van 30 september 2005.
Vervolgens zijn ze op het overlegcomité op 7 oktober 2005 voor
advies overgemaakt aan de Gemeenschappen. Tegen einde oktober
worden de opmerkingen van de Gemeenschappen verwacht. Als er
een gezamenlijke positie is en die is er voor een stuk dan zullen
wij toekijken. Wij hebben geen effectief bezwaar om dat te doen. We
houden alleen ook rekening met opmerkingen die nog gemaakt zijn
04.02 Marc Verwilghen, ministre:
Le projet de loi a été approuvé lors
du conseil des ministres du 30
septembre 2005 et il a été
transmis pour avis au Comité de
concertation le 7 octobre.
Après la condamnation de la
Belgique le 10 mars 2005 par la
Cour européenne pour non-
transposition des directives, la
transposition en question a été
achevée par le biais de la loi du 13
09/11/2005
CRIV 51
COM 740
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
door de Raad van State in 1995 vooraleer daarin definitief te
trancheren.
Twee, op 8 juni 2004 heeft de Commissie van de Europese
Gemeenschap bij het Hof van Justitie een beroep inzake de niet-
nakoming ingesteld op grond van artikel 226 van het Europees
Verdrag. De Commissie vroeg vast te stellen dat België zijn
verplichtingen niet is nagekomen. Op 10 maart 2005 is er een arrest
geweest dat vaststelde dat dit effectief het geval is. Sinds de
notificatie van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische
communicatie zult u zelf kunnen vaststellen u die zo vaak op het
internet surft op de website van de Commissie dat aangegeven
staat dat België de omzetting heeft vervolledigd. Wat dat betreft denk
ik dat we een stap vooruit zetten.
Uw derde vraag. In het wetsontwerp dat goedgekeurd werd door de
Ministerraad wordt voor het afbakenen van het toepassingsgebied niet
verwezen naar de term oproepkanalen doch wel in hoofdzaak naar de
term omroeporganisaties en operatoren. Een omroeporganisatie is
elke persoon die de redactionele verantwoordelijkheid draagt voor de
productie, het laten produceren of het verwerven van programma's
alsook het samenstellen van het programma-aanbod met de
bedoeling deze uit te zenden of te laten uitzenden. Onder het
toepassingsgebied van dit wetsontwerp vallen deze
omroeporganisaties die gevestigd zijn in het tweetalig gebied Brussel
hoofdstad en die de productie of de verwerving van de programma's
of de samenstelling van het programma-aanbod niet uitsluitend
afstemmen op de ene of de andere gemeenschap. Een operator biedt
in eigen naam en voor eigen rekening elektronische
communicatiediensten aan in de zin van het overbrengen van
signalen van radio- en televisieprogramma's of verzorgt de aanleg en
de exploitatie van elektronische communicatienetwerken die worden
gebruikt voor de transmissie van radio-omroep- en televisiesignalen.
Onder het toepassingsgebied van dit wetsontwerp vallen deze
operatoren die gevestigd zijn in het tweetalig gebied Brussel
hoofdstad en waarvan de activiteiten niet kunnen worden beschouwd
als uitsluitend behorend tot de ene of de andere gemeenschap. U
herkent daarin het terugkerend motief.
Vier, de Ministerraad van 15 april 2005 gaf zijn principieel akkoord om
het BIPT aan te stellen als sectorregulator voor de federale
omroepbevoegdheid in het tweetalig gebied Brussel hoofdstad. Dat
werd intussen nogmaals door de Ministerraad bekrachtigd op 30
september 2005.
Ten slotte, het wetsontwerp, zoals voorgelegd aan de
Gemeenschappen, is van toepassing op de omroeporganisaties en de
operatoren, zoals ik zonet beschreef. Het criterium enerzijds van
vestiging en anderzijds van niet uitsluitend behorend tot de ene of de
andere Gemeenschap beperkt natuurlijk de impact van dat ontwerp,
want men zal moeten voldoen aan die twee voorwaarden.
juin 2005.
Dans le projet de loi qui a été
approuvé par le conseil des
ministres, il n'est pas fait référence
pour la délimitation du champ
d'application à la notion de
chaînes de radio et de télévision
mais bien aux notions
d'organismes de radio- et
télédiffusion et d'opérateurs. Il
convient d'entendre par cette
notion d'organisme toute personne
qui endosse la responsabilité
rédactionnelle des programmes
ainsi que celle du choix des
programmes en vue de les diffuser
ou de les faire diffuser.
Un opérateur offre en son nom
propre et pour son compte propre
des services de communication
électronique, consistant en la
transmission de signaux de
programmes de radio et de
télévision, ou assure la mise en
place et l'exploitation de réseaux
de communications électroniques
destinés à la transmission de
signaux de radio et de télévision.
Entrent dans le champ
d'application du projet, tous les
organismes de radio- et
télédiffusion et opérateurs
bruxellois qui ne se consacrent
pas exclusivement à l'une ou
l'autre communauté. Le projet de
loi du 30 septembre 2005 désigne
l'IBPT comme régulateur sectoriel
pour la compétence fédérale en
matière de radio- et télédiffusion à
Bruxelles.
04.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, uw antwoord is in
zekere mate technisch sluitend, maar de politieke vragen van de
Gemeenschappen... U hebt in een van uw antwoorden gesuggereerd
dat u wel akkoord kunt gaan met die opmerkingen. De vraag luidt of
het ook de opmerkingen betreft over het niet opnemen van de
federale bevoegdheid, ook zelfs niet voor bicommunautaire
04.03 Roel Deseyn (CD&V) : Les
Communautés souhaitent que
l'IBPT ne puisse pas délivrer
d'agrément ni d'autorisation à une
station de radio sans l'approbation
de la Communauté concernée. Le
CRIV 51
COM 740
09/11/2005
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2005
2006
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
omroepen, en hoe de houding van het BIPT daarmee dan te rijmen
valt wat betreft de opeising van frequenties. Vanuit de
Gemeenschappen werd gevraagd dat de federale regelgeving in elk
geval zou bepalen dat het BIPT geen vergunningen, erkenningen of
zelfs maar kennisgevingen zou kunnen bezorgen of aanvaarden
inzake omroep indien zij niet goedgekeurd zijn door de betrokken
Gemeenschap. Heel duidelijk wordt hier gealludeerd op de situatie in
Brussel Hoofdstad.
Als ik u goed begrijp, zou u de Gemeenschappen op dat punt
bijtreden en zou het wetsontwerp in die richting worden uitgewerkt.
ministre partage-t-il cette idée?
04.04 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer Deseyn, ik denk dat we
een onderscheid moeten maken. We zitten in een procedure waarbij
opmerkingen gevraagd zijn. Die procedure loopt tot eind oktober en
komt dan terug naar het overlegcomité voor verdere afhandeling.
Met een aantal zaken heb ik minder moeite.
Alleen wil ik verwijzen naar de toetsing die opgesteld werd in 1995
naar aanleiding van het advies van de Raad van State, want daarin
zijn fundamentele opmerkingen daaromtrent gemaakt.
Ik wil dus wel, op het ogenblik dat wij daarover in het overlegcomité
discussiëren, zekerheid hebben dat alle partners die daarbij betrokken
zijn, dezelfde stelling voor ogen kunnen houden en daarin kunnen
trancheren.
Het is natuurlijk gemakkelijk als twee Gemeenschappen daarin een
positie innemen die gelijklopend is. Ik wou dat ik dat voor sommige
andere dossiers ook kon zeggen.
04.04 Marc Verwilghen, ministre:
Nous attendons actuellement l'avis
des Communautés à ce sujet. Ce
point sera ensuite porté à l'ordre
du jour du Comité de concertation.
Je veillerai à ce qu'il soit tenu
compte des observations
formulées par le Conseil d'État en
1995.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De bespreking van de vragen en interpellaties eindigt om 15.36 uur.
La discussion des questions et interpellations se termine à 15.36 heures.