CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 685
CRIV 51 COM 685
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
N
ATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
mardi
dinsdag
12-07-2005
12-07-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 685
12/07/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Trees Pieters au secrétaire
d'Etat à la Simplification administrative, adjoint au
premier ministre sur "la loi d'établissement dans le
secteur de la construction" (n° 7675)
1
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de
staatssecretaris voor Administratieve
Vereenvoudiging, toegevoegd aan de eerste
minister over "de vestigingswet in de bouwsector"
(nr. 7675)
1
Orateurs: Trees Pieters, Vincent Van
Quickenborne, secrétaire d'Etat à la
Simplification administrative
Sprekers: Trees Pieters, Vincent Van
Quickenborne,
staatssecretaris voor
Administratieve Vereenvoudiging
CRIV 51
COM 685
12/07/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
du
MARDI
12
JUILLET
2005
Après-midi
______
van
DINSDAG
12
JULI
2005
Namiddag
______
De vergadering wordt geopend om 14.08 uur door de heer Paul Tant, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.08 heures par M. Paul Tant, président.
01 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging,
toegevoegd aan de eerste minister over "de vestigingswet in de bouwsector" (nr. 7675)
01 Question de Mme Trees Pieters au secrétaire d'Etat à la Simplification administrative, adjoint au
premier ministre sur "la loi d'établissement dans le secteur de la construction" (n° 7675)
01.01 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ik ben
toch zo blij dat ik u in het Parlement eens kan ondervragen. Ik heb
eigenlijk heel speciaal voor u een vraag gemaakt, opdat u niet meer
zou kunnen ontsnappen en het overlaten aan andere ministers een
antwoord te geven op de verkondigingen die gedaan worden in de
pers. U weet net zo goed als ik dat er momenteel nogal wat
gesprekken lopen, ook tussen de regeringspartners, namelijk tussen
u als staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging en de
minister van Middenstand, omtrent de vestigingswet en de
gereglementeerde beroepen. Naar verluidt zou de Ministerraad al een
aantal maanden geleden een beslissing genomen hebben in verband
met acht gereglementeerde beroepen waarvoor de bestaande
vestigingswet niet meer zou toegepast worden. We hebben hier al
meerdere keren vragen gesteld rond het inhoudelijke, rond de
opleiding en de kennis van de zelfstandigen die starten in een beroep.
De gereglementeerde beroepen, die afgeschaft zouden worden,
hebben bij de betrokken sectoren nogal wat commotie
teweeggebracht. Ik herinner mij de fotografen die in Brussel betoogd
hebben en duidelijk gesteld hebben dat het voor hen onaanvaardbaar
was dat er zich iemand als startende zelfstandige zou vestigen zonder
praktische en theoretische kennis te hebben van wat een foto maken
is of van hoe om te gaan met een fotoapparaat. Hetzelfde gold voor
de schilders en de schrijnwerkers. Die hebben ook betoogd,
weliswaar met een ludieke actie in het kabinet van de minister. Dat
heeft resultaat opgeleverd want de minister heeft daar gezegd dat er
eigenlijk nog niets beslist was.
Mijnheer de staatssecretaris, vermits dit toch een enorme implicatie
01.01 Trees Pieters (CD&V): Je
me réjouis que le secrétaire d'État
cesse enfin de se dérober pour
répondre personnellement à mes
questions. Il a entamé avec la
ministre des Classes moyennes
un dialogue sur les professions
réglementées. Le conseil des
ministres a décidé de ne plus
soumettre huit professions à la loi
d'établissement. Cette
modification a déjà entraîné des
actions de la part des
photographes, des peintres et des
menuisiers. Le secrétaire d'État a
alors fini par déclarer qu'aucune
décision n'avait encore été prise.
Où en sont les discussions?
Comment le ministre compte-t-il
combler les lacunes qui résulteront
de la modification du champ
d'application de la loi
d'établissement? Que pense le
ministre de l'introduction de
nouveaux labels?
12/07/2005
CRIV 51
COM 685
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
heeft op de administratieve rompslomp en u zich ter zake al meerdere
keren hebt uitgesproken voor een duidelijke afschaffing van
vestigingswetten in diverse sectoren, vraag ik u hoever de
gesprekken staan.
Kan u mij zeggen in welke zin de regering en u een oplossing willen
geven aan de lacunes die zullen ontstaan ingevolge het wegvallen
van de vestigingswet?
Indien de vestigingswet zou wegvallen, is er natuurlijk het gevaar dat
nieuwe labels zullen worden ingevoerd. Men wil immers zijn kennis en
kunde op een of andere manier tentoonspreiden aan de consumenten
en de klanten. Hoe staat u tegenover de opkomst van een nieuwe
libellering voor bepaalde beroepen?
01.02 Staatssecretaris Vincent Van Quickenborne: Mijnheer de
voorzitter, mevrouw Pieters, ik dank u voor uw vraag.
Voorafgaandelijk heb ik een bemerking. U zegt dat u mij te weinig ziet
in het Parlement. Ik ben een heel collegiaal iemand. Ik werk samen
met andere collega-ministers. Wij overleggen altijd samen wie de
vraag beantwoordt. Uw vorige vraag over de sociale balans was aan
mij gericht, maar behoort voornamelijk tot de competentie van de
minister van Werk.
Op haar uitdrukkelijke vraag heeft minister Van den Bossche de vraag
beantwoord. Wie ben ik om haar tegen te spreken.
Wat de vraag inzake het overleg in de bouwsector betreft, zal ik de
chronologie schetsen van hetgeen tot op vandaag is gebeurd.
Op 10 december 2004 hebben we, op initiatief van minister van
Middenstand Laruelle, een voorstel gedaan om de verouderde
vestigingswetgeving fundamenteel te moderniseren. De
moderniseringsvoorstellen hadden onder meer betrekking op
beroepen in de bouwsector. Het gaat over 17 of 19 beroepen naar
gelang de definitie. We hebben beslist om zoveel als mogelijk over te
gaan tot clustervorming. We willen een systeem invoeren zodat de
administratieve rompslomp kan worden beperkt en de
interprofessionele mobiliteit bevorderd. Dat betekent dat mensen
meerdere beroepen in de bouwsector zouden kunnen uitoefenen. Op
10 december werd eveneens beslist dat te doen in uitdrukkelijk
overleg met de betrokken sectoren, alle organisaties die op een of
andere manier vertegenwoordiger zijn van bouwberoepen. Dit overleg
ging van start op 17 januari 2005 met een brief aan alle organisaties
om een eerste vergadering te houden op 25 februari 2005.
Op deze vergadering waren vertegenwoordigers aanwezig van de
Confederatie Bouw, de Bouwunie, de Dienst Erkenning Aannemers
van de FOD Economie, het bestuur KMO-beleid van de FOD
Economie en mensen van de beleidscellen van minister Laruelle en
mezelf. We hebben een inleidende bespreking gevoerd en aan de
vertegenwoordigers gevraagd een gezamenlijk voorstel uit te werken,
in eerste instantie gericht op het systeem van het intersectorale
niveau bouw rekening houdend met een aantal criteria die de FOD
Economie had opgesteld. Wij vroegen hen een voorstel tot
clustervorming op te maken. We hebben hen tijd gegeven tot
31 maart 2005. Uiteindelijk werd opnieuw uitstel verleend tot 21 april
01.02
Vincent Van
Quickenborne, secrétaire d'État:
Je collabore avec les autres
membres du gouvernement et
nous désignons ensemble les
personnes qui répondent aux
questions. C'est là une pratique
normale.
Je vous communique la
chronologie de la concertation sur
la loi d'établissement. Le conseil
des ministres du 10 décembre
2004 a pris la décision de
simplifier et de moderniser la
législation. En ce qui concerne le
secteur de la construction, il a été
décidé de favoriser le plus
possible la constitution de clusters
afin de limiter les charges
administratives et d'encourager la
mobilité interprofessionnelle. Cette
réforme se déroule en
concertation avec le secteur. Un
groupe de travail a été
spécialement constitué à cette fin.
Une première réunion a eu lieu le
25 février 2005 et a rassemblé la
Confédération de la construction,
l'ASBL Bouwunie, le Service
d'agréation des entrepreneurs, les
cellules stratégiques de la ministre
Laruelle et moi-même. Il a été
demandé aux fédérations
sectorielles d'élaborer une
proposition conjointe en tenant
compte de certains critères établis
par le service de la Politique des
PME du SPF Economie.
Les fédérations sectorielles m'ont
adressé une note le 21 avril 2005.
Elles concluent qu'il n'y a pas
CRIV 51
COM 685
12/07/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
2005, dag waarop we de nota hebben ontvangen.
Deze nota die in essentie tot de vaststelling komt dat er geen
voldoende gemeenschappelijke kenmerken waren om te komen tot
een systeem van clustervorming wat betreft de noodzakelijke
technische bekwaamheden, werd besproken op een vergadering van
de werkgroep van 26 april 2005.
Op die vergadering werd beslist dat de beleidscellen van minister
Laruelle en mijzelf op basis van de vaststellingen van de sector een
meer concreet voorstel zouden uitwerken van reglementering van de
bouwsector, en dit op basis van de actueel uitgevoerde
beroepsactiviteiten, veeleer dan op basis van de omschrijvingen zoals
vastgelegd in de gereglementeerde beroepen.
Wij hebben toen een apart en informeel overleg georganiseerd met
vertegenwoordigers van het volwassenonderwijs, de beide
Gemeenschappen en een vertegenwoordiger van het Vlaamse
regulier onderwijs op 10 mei 2005. Op basis van die gesprekken werd
op 31 mei 2005 u ziet dat wij veel vergaderd hebben tot nu toe
een gezamenlijke nota van de beleidscellen bezorgd en toegelicht aan
de beide sectororganisaties; de Confederatie Bouw en de Bouwunie.
Deze nota was vertrouwelijk en vermeldde uitdrukkelijk dat het ging
om, ik citeer: "een eerste voorstel en een aanzet voor verder overleg
met de betrokken beroepsorganisaties". Er werd overeengekomen dat
er over de inhoud van deze nota niet zou worden gecommuniceerd
om het overleg niet te bemoeilijken. Aan de sectororganisaties werd
toen drie weken tijd gegund om hun achterban te raadplegen en
constructieve opmerkingen te maken.
Met enige verbazing hebben wij kennis genomen van een
onaangekondigde actie van een van de beide organisaties op 24 juni
2005, waarnaar u onder meer verwees, vooraleer zij een
onderbouwde reactie gaf. Zij hebben dus eerst een actie ondernomen
en pas dan een reactie meegedeeld. Na overleg heeft de minister van
Middenstand, mevrouw Laruelle, niettemin beslist om de werkgroep
toch nog een kans te geven. Op 28 juni vond een nieuwe vergadering
plaats van de werkgroep waarop beide sectorfederaties hun
standpunten konden toelichten. Op die vergadering werd aan de
sectorfederaties gevraagd om hun verantwoordelijkheid te nemen en
een evenwichtig tegenvoorstel te lanceren dat zoveel als mogelijk de
principes van de nota van 26 mei zou eerbiedigen. Wij hebben hen nu
tijd gegeven tot 10 september aanstaande. Hierna zal een nieuwe, en
eventueel laatste, vergadering worden georganiseerd om na te gaan
of het tegenvoorstel van de sectorfederaties een voldoende basis
vormt voor de verdere werkzaamheden.
Ik meen dat door het antwoord op uw eerste vraag de tweede vraag
zonder voorwerp wordt.
Op dit moment is het echt wel voorbarig om te stellen dat de nieuwe
voorgestelde wetgeving lacunes zou creëren.
De evaluatiecriteria die inzake deze modernisering worden toegepast
en die door de regering werden goedgekeurd, sluiten ten andere uit
dat een vereenvoudigingsvoorstel aanleiding zou geven tot
wetgevende lacunes die door private "labelinginitiatieven", zoals u dit
noemt, zouden moeten worden opgevuld.
suffisamment de caractéristiques
communes pour instaurer un
niveau intersectoriel général à
propos des compétences
techniques nécessaires. Il a été
convenu le 26 avril 2005 que les
deux cellules stratégiques
élaboreraient une proposition plus
concrète de réglementation du
secteur de la construction, et ce
sur la base des activités actuelles,
plutôt que sur la base des
définitions existantes des
professions réglementées. Le 10
mai, nous avons organisé à cette
fin une concertation avec les
établissements d'enseignement et
les instituts de formation pour
adultes des deux Communautés.
Le 31 mai, les organisations
sectorielles ont reçu une note
confidentielle commune établie par
les cellules stratégiques. La
ministre des Classes moyennes et
moi-même avons dès lors été
surpris par l'action inattendue
organisée le 24 juin par l'une des
organisations sectorielles. Le
groupe de travail s'est à nouveau
réuni le 28 juin. A l'issue de cette
rencontre, il a été demandé aux
fédérations sectorielles de
formuler une contre-proposition
équilibrée pour le 10 septembre.
Nous vérifierons ensuite si cette
contre-proposition peut constituer
une base de discussion suffisante
pour poursuivre les travaux.
Actuellement, il serait donc
prématuré de répondre aux autres
questions. Les critères
d'évaluation que le gouvernement
a approuvés et qui seront
appliqués lors de cette
modernisation empêcheront
d'ailleurs l'introduction de lacunes
dans la législation.
12/07/2005
CRIV 51
COM 685
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
Ik denk dat wij tot slot kunnen stellen dat ik samen met de
verantwoordelijke minister voor dit dossier, collega Laruelle, op een
zeer nauwlettende manier met de sectorfederaties tracht te
overleggen. Wij proberen dit te doen in alle discretie en met respect
voor hun verantwoordelijkheidszin. Ik hoop dat wij op de volgende
vergadering van 10 september eventueel dit belangrijke dossier
kunnen afsluiten. Ik denk dat de door mij opgesomde data ook wel
aantonen dat wij wel degelijk intensief overleg trachten te plegen. Op
10 september aanstaande zullen wij zien waar wij met deze
voorstellen en tegenvoorstellen zullen terechtkomen. Ik dank u voor
uw vraag.
01.03 Trees Pieters (CD&V): Ik vind dit een bijzonder boeiend
antwoord maar er is één ding dat mij eigenlijk opvalt in heel uw betoog
over het verloop van de werkzaamheden gedurende de diverse
maanden. Eigenlijk werkt de regering met een omgekeerde
bewijslast. Dit is u niet vreemd. Vorige week hebben wij dit ook gezien
in de amendementen over de solidariteitsbijdragen voor de
bedrijfswagens. Daar werd eveneens met een omgekeerde bewijslast
gewerkt. U doet hier hetzelfde.
De sectorfederaties waren dus geen vragende partij voor een
afschaffing van de vestigingswet. Wel waren zij vragende partij voor
een vereenvoudiging hiervan.
Wat zegt deze paars-groene en paarse regering reeds gedurende 6
jaar? De vestigingswet moet weg.
Deze wet werd dan wat versoepeld en ik citeer hierbij uw illustere
voorgangers. De minister van KMO en Landbouw Gabriels, heeft dit
meerdere malen gezegd. Wij hebben dit ook in diverse beleidsnota's
van ministers gelezen en nu... Mijnheer de voorzitter, ik zou graag
hebben dat men aan mijn linkerzijde wat stiller praat want ik kan mij
eigenlijk moeilijk concentreren, zowel op het antwoord van de minister
als op het formuleren van mijn eigen betoog.
01.03 Trees Pieters (CD&V): Il
est clair que les fédérations
sectorielles n'étaient pas
demandeuses d'une suppression
de la loi d'établissement et
souhaitaient plutôt qu'elle soit
assouplie et modernisée.
De voorzitter: U hebt gelijk en ik zou willen verzoeken dat .... Ik stoor toch hopelijk uw gesprekken niet?
Het zou goed zijn indien u aan vraagstellers zou toelaten om minstens zichzelf nog te verstaan.
01.04 Trees Pieters (CD&V): De omgekeerde bewijslast hebt u
reeds meerdere malen in beleidsnota's verhaald en vertaald. In de
laatste beleidsnota van minister Laruelle zou u namelijk overstappen
naar clustervorming, vooral in de bouwsector.
Dat was een gegeven waaraan blijkbaar nog gewerkt moest worden.
Dan komt er een beslissing van de Ministerraad waarin gezegd wordt
dat die reglementering wordt afgeschaft.
Nu doet u een heel boeiend verhaal, zeggende: "We zijn onderweg
met de sector." Maar hoe wilt u onderweg gaan met een sector die
voor uw voorstel al zes jaar geen vragende partij is? Die sector is wel
vragende partij voor een aantal administratieve vereenvoudigingen,
maar niet voor de afschaffing van de vestigingswet. Zowel vanuit de
Confederatie van de Bouw als vanuit de Bouwunie komt de
uitdrukkelijke vraag dat zij mensen moeten afleveren die in het
zelfstandigenberoep stappen die gevormd zijn, zowel qua algemene
als qua praktische kennis, zoniet gaan zij onmiddellijk naar een
01.04 Trees Pieters (CD&V):
Pourquoi le secrétaire d'État
entreprend-il une réforme dont les
fédérations sectorielles ne veulent
pas? Il est dès lors normal qu'il se
heurte à une telle opposition et à
de telles actions.
CRIV 51
COM 685
12/07/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
faillissement.
Ik ken de redenering van u en van de regering: faillissementen zijn
een sanering van de sector, faillissementen vormen de mogelijkheid
tot het starten van nieuwe bedrijven. De sector ziet dat echter niet zo
goed zitten. Ik zie dat zelf ook niet zo goed zitten.
Uw boeiend antwoord is dus eigenlijk een antwoord op een
omgekeerde vraag. U hebt een principe gesteld vanuit de regering,
een verhaal vooropgesteld waarin de sector mee móet gaan. Als de
sector niet akkoord gaat en daartegen gaat betogen, dan zegt u nog
dat de sector niet loyaal is omdat zij de afspraken niet gevolgd heeft.
Het gaat om heel belangrijke beroepen, zoals fotografen, schilders,
schrijnwerkers en nog een aantal andere. Zij hebben angst niet te
kunnen overleven, omdat zij morgen geconfronteerd kunnen worden
met nieuwe starters naast hun deur die van het beroep niets afweten.
Ik herhaal nog even: een bijzonder boeiend antwoord, om het verloop
van de geschiedenis mee te maken.
Ik kom nog even terug op de coöperatieve aanpak in de regering. U
zegt dat u een loyale partner bent. Dat siert u. "Als ik een afspraak
heb met een minister, dan volg ik die." zegt u.
De sociale balans is inderdaad een werk van administratieve
vereenvoudiging, maar heeft tevens te maken met het opstellen van
jaarrekeningen. Niet enkel de minister van Werk, maar ook de
minister van Financiën is er dus voor bevoegd. Het antwoord van de
minister van Werk maakt duidelijk dat ze die bevoegdheidsverdeling
ook erkent. Dat neemt niet weg dat, toen ik een aantal maanden
geleden een vraag stelde over de sociale balans, u het was die me
een antwoord gaf. Vandaag vraag ik naar de stand van zaken
betreffende die sociale balans, en u verwijst naar een andere minister.
Ik stelde u ook een vraag over de administratieve vereenvoudiging in
de bouwsector via de vestigingswet. Ik heb de vraag ook gesteld aan
minister Laruelle, die eveneens bevoegd is. U gaf me een duidelijk
antwoord, ik zal het doorgeven aan de verschillende beroepssectoren.
01.05 Staatssecretaris Vincent Van Quickenborne: Ik wil nog even
een misverstand uit de weg ruimen: wat de bouw betreft kiezen wij
voor een modernisering en vereenvoudiging, en niet voor een
afschaffing. Dat hebben we tenzij u het tegendeel kan aantonen
steeds gezegd, het staat ook in de nota aan de Ministerraad van
10 december 2004 en de perscommunicatie daaromtrent.
Ik spreek dus niet over de fotografen en de 7 andere beroepen. Dat is
onze optie geweest voor de bouw. Ik denk dat ons overleg die optie
ook perfect volgt. Het is echter mijn visie en die van de minister dat wij
eens zullen moeten landen. De discussie duurt nu al 6 jaar. Iedereen
zegt dat de politiek veel te traag gaat en dat er sneller moet worden
vereenvoudigd. Als wij dan dingen doen om te vereenvoudigen, dan
zegt men dat het niet te snel mag gaan.
Wij doen dit inderdaad in overleg met. Ik hou vast aan het
overlegmodel met de betrokken sectoren. Ik hoop ook dat iedereen
wil landen. Als ik spreek over clusteren, betekent dat dat wij een
01.05
Vincent Van
Quickenborne, secrétaire d'État:
Il y a visiblement un malentendu.
Le 10 décembre 2004, le
gouvernement a décidé de
moderniser et de simplifier la loi
d'établissement. Nous mettons
tout en oeuvre pour que cette
réforme se fasse en concertation
avec le secteur et j'espère qu'il y
aura une volonté réelle de la part
de chacun d'aboutir à des
résultats, y compris en ce qui
concerne la constitution de
clusters.
12/07/2005
CRIV 51
COM 685
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
aantal capaciteiten moeten bundelen. Men kan niet clusteren door
niet te clusteren. Dat is ook een van mijn analyses.
Ik heb goede hoop dat wij in september 2005 zullen kunnen landen.
01.06 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ik heb mij
ook nooit tegen die clustering verzet. Ik heb destijds bij de bespreking
van de beleidsnota wel tegen de minister van Middenstand gezegd
dat dit geen eenvoudige opdracht was. Als u mij nu zegt dat de
clustering moeilijk verloopt omdat er onvoldoende gezamenlijke
kenmerken zijn, dan kan ik dat goed geloven. Een schrijnwerker is
geen aannemer en een aannemer is geen stukadoor. Het is bijzonder
moeilijk om een gemeenschappelijke noemer te vinden in al die
beroepen in de bouwsector. Ik hoop met u dat u tot een
vereenvoudiging kunt komen, maar ik ben ervan overtuigd dat het
geen gemakkelijke job is.
01.06 Trees Pieters (CD&V): Je
ne me suis jamais opposée à cette
réforme mais je suis persuadée
que la tâche sera ardue
précisément parce qu'il y a très
peu de caractéristiques
communes.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De bespreking van de vragen en interpellaties eindigt om 14.25 uur.
La discussion des questions et interpellations se termine à 14.25 heures.