CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 664
CRIV 51 COM 664
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTÉRIEURES
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
mardi
dinsdag
28-06-2005
28-06-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Mohammed Boukourna au
ministre des Affaires étrangères sur "la situation
des subsahariens candidats à l'immigration à
partir du Maroc" (n° 7504)
1
Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de situatie
van mensen uit landen bezuiden de Sahara die
via Marokko naar Europa willen emigreren"
(nr. 7504)
1
Orateurs: Mohammed Boukourna, Karel De
Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Mohammed Boukourna, Karel De
Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Nathalie Muylle au ministre des
Affaires étrangères sur "le budget affecté à l'envoi
d'observateurs militaires de l'ONU" (n° 7307)
4
Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het budget
voor de militaire VN-waarnemers" (nr. 7307)
4
Orateurs: Nathalie Muylle, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Nathalie Muylle, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Inga Verhaert au ministre des
Affaires étrangères sur "l'annulation de la dette de
dix-huit pays africains" (n° 7503)
7
Vraag van mevrouw Inga Verhaert aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
schuldkwijtschelding voor achttien Afrikaanse
landen" (nr. 7503)
7
Orateurs: Inga Verhaert, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères, Hervé
Hasquin
Sprekers: Inga Verhaert, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken, Hervé
Hasquin
Question de Mme Inga Verhaert au ministre des
Affaires étrangères sur "l'assignation à résidence
de Aung San Suu Kyi, lauréate du prix Nobel de la
paix" (n° 7538)
11
Vraag van mevrouw Inga Verhaert aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het
huisarrest van Nobelprijswinnares voor de vrede
Aung San Suu Kyi" (nr. 7538)
11
Orateurs: Inga Verhaert, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Inga Verhaert, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Questions jointes de
13
Samengevoegde vragen van
13
- M. Walter Muls au ministre des Affaires
étrangères sur "les exportations d'armes"
(n° 7597)
13
- de heer Walter Muls aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de wapenexport"
(nr. 7597)
13
- Mme Nathalie Muylle au ministre des Affaires
étrangères sur "les livraisons d'armes belges au
Congo" (n° 7631)
13
- mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "Belgische
wapenleveringen aan Congo" (nr. 7631)
13
Orateurs: Walter Muls, Nathalie Muylle,
Karel De Gucht, ministre des Affaires
étrangères
Sprekers: Walter Muls, Nathalie Muylle,
Karel De Gucht, minister van Buitenlandse
Zaken
Question de M. Mohammed Boukourna au
ministre des Affaires étrangères sur "le soutien
aux démocrates birmans" (n° 7660)
17
Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de steun
aan de Birmaanse democraten" (nr. 7660)
17
Orateurs: Mohammed Boukourna, Karel De
Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Mohammed Boukourna, Karel De
Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Magda De Meyer au ministre
de l'Economie, de l'Energie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur
"l'incidence des nouveaux accords relatifs aux
exportations chinoises de textiles" (n° 7530)
20
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de impact
van de nieuwe afspraken in verband met de
Chinese textielexport" (nr. 7530)
20
Orateurs: Magda De Meyer, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Magda De Meyer, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES RELATIONS
EXTÉRIEURES
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
du
MARDI
28
JUIN
2005
Après-midi
______
van
DINSDAG
28
JUNI
2005
Namiddag
______
De vragen en interpellaties vangen aan om 15.19 uur.
Voorzitter: de heer Karel Pinxten.
Les questions et les interpellations commencent à 15.19 heures.
Président: M. Karel Pinxten.
01 Question de M. Mohammed Boukourna au ministre des Affaires étrangères sur "la situation des
subsahariens candidats à l'immigration à partir du Maroc" (n° 7504)
01 Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de
situatie van mensen uit landen bezuiden de Sahara die via Marokko naar Europa willen emigreren"
(nr. 7504)
01.01 Mohammed Boukourna (PS): Monsieur le président,
monsieur le ministre, chers collègues, plusieurs articles parus dans
les journaux du pays ont attiré notre attention sur la situation de
familles africaines candidates à l'immigration qui vivent avec femmes
et enfants dans une forêt du nord du Maroc. Il semble, selon ces
informations, qu'il y ait eu de nombreux blessés à la suite d'opérations
des forces de l'ordre pour les déloger de ces forêts.
La situation n'est malheureusement pas nouvelle. Depuis plusieurs
mois, des camps investis par des candidats à l'immigration sont
installés dans la forêt de Belyounech, à proximité de l'enclave
espagnole de Ceuta, dans le nord. C'est le point de départ de
l'immigration clandestine vers l'Europe. La situation humanitaire y est
précaire, comme vous devez vous en douter. C'est une zone de non-
droit dans laquelle sont contraints de vivre ces migrants subsahariens
chassés des villes.
Beaucoup sont exposés à des atteintes aux droits humains, comme
des restrictions de leur liberté de circulation, des détentions
arbitraires, des discriminations, des manoeuvres de harcèlement et
même des violences physiques.
Le Maroc est une terre de passage pour des milliers de candidats à
l'exil. Selon l'accord de partenariat entre l'Union européenne et le
Maroc, ce dernier est chargé de contrôler, de "gendarmer" plutôt, le
flux des candidats à l'immigration, que ceux-ci soient Marocains ou
non.
Des moyens financiers ont été octroyés par l'Europe pour s'assurer
01.01 Mohammed Boukourna
(PS): Tengevolge van
ontruimingsacties door de
politiediensten zouden er vele
gewonden gevallen zijn onder de
Afrikaanse families die in
afwachting van hun emigratie naar
Europa in een bos in het noorden
van Marokko bivakkeren.
Sinds enkele maanden worden
kandidaat-emigranten opgevangen
in kampen in de buurt van de
Spaanse enclave Ceuta. Van
daaruit vertrekken vele
clandestiene emigranten richting
Europa. Uit humanitair oogpunt is
de situatie er precair.
Marokko is een doorgangsgebied
voor vele duizenden mensen die
hun eigen land ontvlucht zijn.
Overeenkomstig de
partnerschapsovereenkomst van
de EU met Marokko moeten de
Marokkaanse autoriteiten de
migrantenstroom controleren.
Het land heeft geld gekregen van
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
de la bonne exécution de cette mission. Nous pouvons aisément
comprendre que le Maroc est dans une situation inextricable et qu'il
est placé entre le marteau et l'enclume.
Comme le déclarait récemment M. Benaïssa, le ministre des Affaires
étrangères marocain, "des milliers de gens arrivent de toute l'Afrique.
Il est de notre devoir de respecter la dignité humaine, malmenée dans
ces endroits. Il faut également les empêcher de s'aventurer de si
périlleuse façon en mer. L'immigration illégale est un problème
universel" ("Le Soir", mercredi 1
er
juin 2005).
Je tiens à préciser, monsieur le ministre, que le droit pour chaque Etat
de réguler l'accès à ses frontières et, a fortiori, de lutter contre les
passeurs qui profitent de la misère des candidats à l'immigration,
n'est pas remis en cause ici. C'est la question du respect de la dignité
humaine qui est évoquée dans ce dossier. Cette question devrait
interpeller tant l'Europe, pays de destination de l'immigration
subsaharienne, que le Maroc, pays de transit.
L'Union européenne a décidé, lors du sommet de Thessalonique, en
juin 2003, de dégager 140 millions d'euros entre 2004 et 2005 dans le
cadre des projets de coopération aux frontières extérieures de l'Union
européenne en matière de lutte contre l'immigration clandestine. Ce
projet prévoit, effectivement, pour les pays bénéficiaires, des
formations des gardes-frontières, l'harmonisation de leur équipement
et des procédures de rapatriement.
Dans la lutte que mène l'Europe pour contenir l'immigration et à
laquelle sont associés plusieurs pays de la rive sud de la
Méditerranée, dont le Maroc, il convient d'être, que ce soit en
Belgique, au Maroc ou ailleurs, particulièrement attentif au respect de
la dignité humaine.
Les experts sont unanimes pour reconnaître que les pressions
migratoires du Sud de la Méditerranée vers l'Europe et de l'Afrique
subsaharienne vers l'Afrique du Nord ne diminueront pas avant
longtemps. Il importe de lutter contre l'immigration clandestine dans
un esprit de coopération qui intègre le développement durable et la
lutte contre le racisme et la xénophobie.
Il est nécessaire de se souvenir que le Partenariat euro-
méditerranéen (PEM) a pour objectif principal: "d'instaurer une zone
commune de paix et de stabilité, de promouvoir la démocratie et le
respect des droits humains et sociaux, de favoriser le développement
social et économique durable et de lutter contre la pauvreté".
Qu'en est-il du respect des engagements pris par les Etats des deux
rives de la Méditerranée dans le cadre de la Convention internationale
sur la protection des droits de tous les travailleurs, de la Convention
des Nations unies de 1951 relative au statut des réfugiés ou du statut
du HCR ou de tout autre cadre juridique reconnu et garantissant une
protection humanitaire ou temporaire aux réfugiés, aux migrants et
aux travailleurs?
La Convention internationale sur la protection des droits de tous les
travailleurs migrants protège en principe tous les travailleurs migrants
et les membres de leur famille, qu'ils soient en situation régulière ou
dépourvus de documents. Entrée en vigueur en juillet 2003, elle
Europa om die opdracht terdege
uit te voeren.
Iedere lidstaat heeft het recht om
de toegang tot zijn grondgebied te
reguleren, dat stel ik niet ter
discussie. Het gaat hier evenwel
om de eerbied voor de menselijke
waardigheid, die noch Europa,
noch Marokko onberoerd kan
laten. De strijd tegen de
clandestiene immigratie hangt
nauw samen met de bevordering
van de duurzame ontwikkeling en
de strijd tegen racisme en
xenofobie.
In hoeverre worden de
verbintenissen nagekomen die de
landen langs beide oevers van de
Middellandse Zee zijn aangegaan
in het kader van de Internationale
Conventie inzake bescherming
van de rechten van alle
migrerende werknemers en hun
gezinsleden, het Verdrag van de
Verenigde Naties inzake het
vluchtelingenstatuut, het statuut
van het Hoog Commissariaat voor
de Vluchtelingen of enig ander
erkend juridisch kader dat de
vluchtelingen, de migranten en de
werknemers een humanitaire of
tijdelijke bescherming biedt?
Geconfronteerd met de uitdaging
van de immigratie mag Europa
niet toelaten dat de
mensenrechten van de migranten
op zijn eigen grondgebied of
elders worden geschonden.
Moeten we niet onderzoeken hoe
dat Europees beleid in de praktijk
wordt gebracht? Wat is het
Belgisch standpunt ten aanzien
van de ratificatie van de
Internationale Conventie inzake
bescherming van de rechten van
alle migrerende werknemers en
hun gezinsleden? Heeft u met de
Marokkaanse overheid informatie
uitgewisseld over de toestand van
de mensen uit de landen bezuiden
de Sahara die zich in Marokko
bevinden?
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
définit les obligations et les responsabilités des Etats d'origine, des
Etats d'accueil et des Etats de transit des travailleurs migrants.
Malheureusement, aucun pays occidental n'a ratifié cette convention
à ce jour, malgré l'appel signé par 308 organisations originaires de 58
pays.
Face à ce défi de l'immigration, l'Europe ne doit sacrifier ni sur son
territoire ni ailleurs le respect des droits humains des migrants dans
les accords de partenariat qu'elle signe avec les pays d'immigration
ou de transit. La défense des droits humains a une portée universelle
dont on ne peut exclure les migrants, où qu'ils soient et d'où qu'ils
viennent.
Monsieur le ministre, mes questions sont les suivantes:
- Ne convient-il pas d'évaluer l'application de cette politique
européenne qui fait peser sur un pays de transit comme le Maroc des
charges et des obligations inhérentes à la politique globale de l'Union
européenne relative à l'immigration?
- Quelle est la position de la Belgique par rapport à la ratification de la
Convention internationale sur la protection des droits de tous les
travailleurs migrants et des membres de leur famille?
- Avez-vous eu avec les autorités marocaines un échange
d'informations relatif à la situation des Subsahariens au Maroc?
01.02 Karel De Gucht, ministre: Monsieur le président, monsieur
Boukourna, la Belgique est très attentive à la lutte contre les passeurs
qui profitent des malheurs des gens ou de leur misère; elle est
particulièrement attentive à la dimension humanitaire.
En ce qui concerne votre première question sur la politique globale de
l'Union européenne relative à l'immigration, je peux vous indiquer que
le plan d'action Union européenne-Maroc prévoit une coopération en
matière d'asile et d'immigration. Il n'est pas question d'imposer au
Maroc de "gendarmer" les flux des candidats à l'immigration, mais
d'assurer une gestion efficace des flux migratoires et le respect des
obligations internationales en coopération avec l'Union européenne.
C'est donc une responsabilité partagée.
L'approche envisagée doit se baser sur un partenariat dont l'objectif
est l'approfondissement des relations entre le Maroc et l'Union
européenne afin d'identifier de nouvelles actions de coopération et de
renforcer les relations politiques.
En ce qui concerne votre deuxième question sur la protection des
travailleurs migrants, je peux vous indiquer que la directive sur le
statut des résidents de longue durée du 25 novembre 2003, dont la
transposition doit être effectuée cette année, garantit pour certains
droits une égalité de traitement avec les travailleurs des Etats
membres.
La Commission a par ailleurs déposé un livre vert sur la gestion des
migrations économiques et lancé un processus de consultation qui
s'est achevé par une audition publique le 14 juin dernier. Suite à celle-
ci, elle préparera un plan d'action qui proposera des orientations
stratégiques au Conseil.
01.02 Minister Karel De Gucht:
België besteedt bijzondere
aandacht aan de humanitaire
dimensie.
Met het actieplan EU-Marokko
wordt geenszins beoogd Marokko
ertoe te verplichten de stroom van
kandidaat-migranten de pas af te
snijden. Integendeel, het doel
bestaat erin de migratiestromen op
een doeltreffende manier te
beheren en ervoor te zorgen dat
Marokko, in samenwerking met de
Europese Unie, de internationale
bepalingen naleeft.
Wat de bescherming van de
migrerende werknemers betreft,
verzekert de richtlijn van 25
november 2003 betreffende de
status van langdurig ingezeten
onderdanen van derde landen, die
in de loop van 2005 moet worden
omgezet, dat zij voor sommige
rechten op gelijke voet met de
werknemers van de lidstaten
worden behandeld.
Bovendien bereidt de Commissie
een actieplan inzake het beheer
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
La Commission s'est cependant déjà engagée à tenir compte de deux
dimensions pour élaborer ce plan d'action: les besoins des Etats
membres en termes d'activités économiques et le respect des droits
des migrants. Pour ce dernier aspect, la Commission a annoncé
qu'elle allait examiner la compatibilité des législations nationales avec
la Convention internationale sur la protection des droits de tous les
travailleurs migrants. La Belgique attend les résultats de cet examen
pour arrêter sa position.
En réponse à votre troisième question sur la situation des
Subsahariens au Maroc, je puis vous informer que, dans les contacts
avec les autorités marocaines, tous les aspects de l'immigration, y
compris la situation des Subsahariens, seront discutés afin d'arriver à
une réelle compréhension du problème.
van de economische migratie
voor, waarin het de Raad
beleidslijnen zal voorstellen. De
Commissie heeft zich er reeds toe
verbonden in dat kader met de
noden van de lidstaten op het stuk
van de economische activiteit en
van de eerbied voor de
migrantenrechten rekening te
houden. Van zodra die
werkzaamheden zijn afgerond, zal
België een standpunt innemen.
De situatie van de mensen van
landen bezuiden de Sahara die in
Marokko verblijven, zal in de
contacten met de Marokkaanse
overheden ter sprake komen. We
willen immers het probleem in al
zijn facetten kunnen vatten.
01.03 Mohammed Boukourna (PS): Monsieur le ministre, je vous
remercie pour vos réponses. Vous dites que l'imposition est
inexistante. Il faudrait peut-être s'entendre sur les conditions dans
lesquelles sont signés ces accords. Je suis aussi d'accord avec vous
pour dire qu'il y a un partage des responsabilités.
Le pays en tant que pays de transit est dans une situation difficile,
comme je l'ai évoqué dans ma question. Il y a également une réelle
difficulté à remplir toutes ces conditions, dans le cadre du respect
d'un certain nombre de principes. Nous le constatons tous les jours, la
situation est très difficile sur ce plan pour les Subsahariens.
S'il n'y a pas d'imposition, il y a une participation à une politique
globale, dont le pays ne décide pas lui-même mais à laquelle il
collabore. Nous devons être attentifs à la façon dont cette
responsabilité et cette obligation sont respectées.
01.03 Mohammed Boukourna
(PS): Het is moeilijk om alle
voorwaarden vervat in de
overeenkomsten te vervullen
indien we een aantal principes niet
willen schenden. Volgens de
overeenkomsten moeten alle
landen aan een
gemeenschappelijk beleid
deelnemen. De deelnemende
landen handelen niet op hun
eentje maar werken met de
andere samen om dit beleid te
voeren. We moeten er
nauwlettend op toezien hoe elk
land zijn verplichtingen nakomt.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het budget voor
de militaire VN-waarnemers" (nr. 7307)
02 Question de Mme Nathalie Muylle au ministre des Affaires étrangères sur "le budget affecté à
l'envoi d'observateurs militaires de l'ONU" (n° 7307)
02.01 Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, België heeft vandaag in het kader van de VN-operaties 16
stafofficieren en waarnemers. België heeft vandaag geen
gestructureerde eenheden of, beter gezegd, blauwhelmen. Het
verschil tussen de gestructureerde eenheden en stafofficieren en
waarnemers is dat deze laatste groep niet betaald wordt door de VN,
maar dat enkel naast het loon dat zij krijgen van Defensie, er een
kleine dagvergoeding door de Verenigde Naties aan toegevoegd
wordt.
In 2000 werd een protocolakkoord gesloten tussen het ministerie van
Defensie en het ministerie van Buitenlandse Zaken waarin beslist
02.01 Nathalie Muylle (CD&V):
La Belgique compte seize officiers
d'état-major et observateurs qui
participent à des opérations des
Nations Unies. Contrairement aux
casques bleus, dont la Belgique ne
dispose pas, ces observateurs
perçoivent seulement une faible
indemnité journalière de la part
des Nations Unies, en plus de leur
salaire à la Défense. Nous avons
néanmoins appris en commission
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
werd dat het departement Buitenlandse Zaken een bijkomende
vergoeding zou uitbetalen aan deze waarnemers. Mijnheer de
minister, een aantal weken geleden vernamen wij via de commissie
Defensie dat er problemen zouden zijn en dat naar aanleiding van de
zware besparingen die werden doorgevoerd inzake preventieve
diplomatie op uw budget, de financiering of de extra vergoedingen in
het gedrang zouden komen. Als antwoord op die vraag die werd
gesteld aan uw collega, minister Flahaut, in de commissie voor de
Defensie, heeft de minister geantwoord dat er in het kader van de
begrotingscontrole voor 2005 dit jaar een oplossing zou worden
gezocht en dat Buitenlandse Zaken voor dit jaar nog een tussenkomst
zou doen. Mijnheer de minister, ik heb volgende vragen.
Klopt dit? Is dit gebeurd? Is er toch een akkoord waarin de extra
vergoeding voor het jaar 2005 in de begrotingscontrole is
opgenomen? Dat is mijn eerste vraag.
Een tweede vraag. Staan deze besparingen ook in verband met het
feit dat in maart twee VN-waarnemers in het kader van de missie in
het Midden-Oosten niet werden vervangen? De heer Flahaut heeft
ook laten weten dat onze twee missies, zowel in het MiddenOosten
als in Kasjmir, tegen einde 2005 definitief zullen aflopen. Die missies
hebben toch meer dan tien jaar geduurd.
Mag ik dan ook vragen of er een akkoord is binnen de regering om de
vergoeding te betalen voor de drie extra officieren die in het kader van
de MONUC naar Congo zouden gestuurd worden?
Ik lees dit weekend in de kranten dat minister Flahaut zegt vijf
waarnemers te sturen vanaf augustus in het kader van een VN-
operatie in Darfour. Ik mag aannemen dat daar toch de nodige
akkoorden over zijn om deze extra vergoeding te betalen.
de la Défense que le financement
de ces indemnités serait mis en
péril. Le ministre Flahaut a déclaré
qu'une solution serait trouvée
durant le contrôle budgétaire 2005
et que les Affaires étrangères
paieraient encore l'indemnité de
cette année. Cela est-il exact? Y
a-t-il un lien avec le non-
remplacement de deux
observateurs de l'ONU dans le
cadre de la mission au Moyen-
Orient? D'après le ministre
Flahaut, la mission au Moyen-
Orient et celle au Cachemire
seront définitivement arrêtées à la
fin de l'année 2005. Y a-t-il un
accord au sein du gouvernement
en vue de payer l'indemnité des
trois officiers supplémentaires
pour la mission au Congo
(MONUC) et celle des cinq
observateurs qui participeront dès
le mois d'août aux opérations des
Nations Unies au Darfour?
02.02 Minister Karel De Gucht: Mevrouw Muylle, wat de heer Flahaut
u verteld heeft, is inderdaad juist. Bij de laatste begrotingscontrole
werd er inderdaad een nieuwe basisallocatie ingesteld op de
begroting van de FOD Buitenlandse Zaken teneinde opnieuw
vergoedingen te kunnen betalen voor agenten van andere federale
departementen, zoals militairen, agenten van de federale politie en
magistraten die in het kader van internationale opdrachten functies
uitvoeren in het buitenland en dit op het niveau van 2004.
Op deze basisallocatie werd de som van 1,2 miljoen euro
ingeschreven voor het jaar 2005.
Wat meer bepaald de VN-waarnemers betreft, werd in samenspraak
met de minister van Defensie besloten tot een herverdeling van de
inzet van zo'n 20 VN-waarnemers in de loop van 2005 teneinde de
zichtbaarheid en efficiëntie van hun operaties te vergroten. Deze
herverdeling zal als volgt plaatsvinden:
Ten eerste, het uitfaseren geen mandaatvernieuwing in de loop
van 2005 van onze deelname aan UNSO in het Midden-Oosten,
UNMOHIB in India en Pakistan en UNMIK in Kosovo en het behoud
van onze deelname in MONUC in de Democratische Republiek
Congo en ONUB in Burundi. Bovendien zullen we inderdaad
deelnemen aan een nieuwe opdracht vanaf 1 augustus, namelijk de
VN-missie in Zuid-Soedan met 5 waarnemers, wat eventueel in het
02.02 Karel De Gucht, ministre:
Ce qu'a dit le ministre Flahaut est
exact. Lors du dernier contrôle
budgétaire, une allocation de base
a été ajoutée au budget du SPF
Affaires étrangères de sorte que
des indemnités peuvent être de
nouveau versées à des agents
d'autres départements fédéraux
tels que des militaires, des agents
de police fédéraux et des
magistrats qui effectuent des
commissions rogatoires à
l'étranger. Pour 2005, 1,2 million
d'euros a été inscrit au budget.
En concertation avec le ministre
de la Défense, j'ai décidé de
changer la donne en ce qui
concerne l'envoi d'une vingtaine
d'observateurs de l'ONU, et cela
dans le but d'accroître leur
visibilité et leur efficacité. Notre
participation à l'UNSO au Moyen-
Orient, à l'UNMIBH en Inde et au
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
licht van de omstandigheden op termijn zou kunnen opgetrokken
worden naar 10 waarnemers.
Pakistan, et à la MINUK au
Kosovo prendra fin en 2005. Nous
continuerons de participer à la
MONUC en République
démocratique du Congo et à
l'ONUB au Burundi. A compter du
1
er
août, nous prendrons part
également à la mission ONU au
Sud-Soudan. Nous y enverrons
cinq observateurs mais par la
suite, ce nombre pourrait être
porté à dix en fonction des
circonstances.
De voorzitter: Voldoet dat antwoord, mevrouw?
02.03 Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik heb de indruk dat er een oplossing is voor 2005, maar
mijn vraag luidde: is er een structurele oplossing voor de toekomst? In
het verleden was er een structurele oplossing op basis van het
protocol-akkoord.
Betekent dit dat er elk jaar opnieuw, via begrotingscontroles, al
naargelang de missies waaraan al dan niet wordt deelgenomen, extra
middelen uitgetrokken zullen moeten worden?
Is er een definitief akkoord tussen beide departementen om in die
extra vergoeding te voorzien?
02.03 Nathalie Muylle (CD&V):
Pour 2005, une solution a été
visiblement trouvée. Mais est-elle
structurelle? S'agit-il d'un accord
définitif?
02.04 Minister Karel De Gucht: Mevrouw Muylle, in de mate dat iets
definitief is in het leven, is dat definitief, ja.
02.05 Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de minister, het is dus geen
eenmalige operatie? Dat betekent ook dat uw departement verder...
02.06 Minister Karel De Gucht: Mevrouw Muylle, ik zeg u: in de mate
dat iets in het leven definitief is, is dat definitief. Het is dus niet
eenmalig. Maar er kan altijd, bijvoorbeeld in 2006, op teruggekomen
worden, zoals dat met alles kan.
Wij hebben niet alleen naar een ad hoc oplossing voor 2005 gezocht.
Het probleem was dat de basisallocatie verdwenen was van mijn
budget. Het was niet duidelijk wie dat dan wél moest betalen. Zowel
minister Flahaut als ikzelf hebben daarop gezegd dat er maar
uitgemaakt moest worden wie dat betaalt. Dat is dan terug op mijn
budget gekomen, zoals dat vroeger ook al het geval was. Normaal
gezien neem ik aan dat het op Buitenlandse Zaken blijft.
In 2006 zou een andere beslissing genomen kunnen worden, maar
dat kan over allerlei zaken gebeuren.
02.06 Karel De Gucht, ministre:
C'est une solution définitive pour
autant que quelque chose puisse
jamais être définitif dans la vie...
Une autre décision peut toujours
être prise, par exemple en 2006.
Nous n'avons pas seulement
recherché une solution pour 2005.
L'allocation de base ayant été
retranchée de mon budget, j'ai
décidé, en concertation avec M.
Flahaut, qui paierait. Je présume
que ce seront toujours les Affaires
étrangères qui devront payer.
02.07 Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de minister, ik denk toch
niet, anderhalf jaar verwijderd van het lidmaatschap van de
Veiligheidsraad, dat men zo licht zal omspringen met de opdrachten
die in het kader van de VN uitgevoerd worden. Als in augustus vijf
mensen vertrekken naar Soedan, dan hoop ik dat de vergoeding, ook
in 2006, vastligt. Ik zal dat blijven opvolgen. Moest er geen vergoeding
zijn, dan zult u mij nog eens horen.
02.07 Nathalie Muylle (CD&V):
Une année et demie avant que la
Belgique ne devienne membre du
Conseil de Sécurité, il est clair que
vous ne tenez pas à faire preuve
de désinvolture en matière de
missions ONU. J'espère que
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
l'indemnité à verser aux cinq
observateurs au Soudan sera
également fixée pour 2006. Je
suivrai l'évolution de ce dossier de
près.
02.08 Minister Karel De Gucht: Maar, mevrouw, als er mensen in het
buitenland zijn, dan zullen zij altijd een vergoeding krijgen. Trouwens,
die vergoeding is ook nooit opgeschort geworden.
Alleen hebben wij in het begin van het jaar de vraag gesteld van welk
budget dat nu juist betaald moest worden. Dat is nu uitgeklaard: het is
het budget Buitenlandse Zaken.
Maar bij mijn weten heeft nog nooit een UNO-waarnemer zijn
vergoeding niet gekregen. Ik denk dat u zich daarin vergist: dat is niet
juist.
02.08 Karel De Gucht, ministre:
Quiconque se trouve à l'étranger
bénéficiera toujours d'indemnités.
Au demeurant, l'indemnité n'a pas
été suspendue. A ma
connaissance, il n'est jamais arrivé
qu'un observateur ONU ne
perçoive pas son indemnité.
De voorzitter: Goed, ik denk dat alles wat erover gezegd moest worden, gezegd is.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Vraag nr. 7343 van de heer Tastenhoye is ingetrokken.
03 Vraag van mevrouw Inga Verhaert aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de
schuldkwijtschelding voor achttien Afrikaanse landen" (nr. 7503)
03 Question de Mme Inga Verhaert au ministre des Affaires étrangères sur "l'annulation de la dette de
03.01 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, een tweetal weken geleden heb ik de gelegenheid
gehad minister van Financiën Reynders te ondervragen over zijn visie
omtrent het initiatief van de G8 in aanloop van de grote conferentie
volgende zaterdag in Gleneagles. Ik heb hem gevraagd wat de
mogelijke bijdrage van België kan zijn. Zal België meestappen op de
trein van schuldkwijtschelding? Op dat ogenblik was nog niet
helemaal geweten wat de G8 zou doen. De minister antwoordde dat
hij zou afwachten om te zien wat er internationaal beweegt inzake
multilaterale schuldkwijtschelding. Mogelijks zou België op die trein
stappen. Sindsdien is via de pers vernomen dat de G8 doorgaan met
het initiatief om schulden kwijt te schelden van een aantal landen,
waaronder Afrikaanse landen.
Mijnheer de minister, ik kom tot mijn vraag. Wat zal België doen? Zal
ons land meestappen in het proces van schuldkwijtschelding? Wat
betekent dit concreet? Zijn er voorwaarden aan gekoppeld? Heeft dit
een invloed op ons beleid inzake ontwikkelingssamenwerking?
03.01 Inga Verhaert (sp.a-spirit) :
Il y a deux semaines, j'ai demandé
l'avis du ministre Reynders à
propos de l'initiative du G8 en
matière d'annulation de dettes en
perspective de la conférence qui
aura lieu samedi prochain à
Gleneagles. Il souhaitait attendre
les développements au niveau
international. Dans l'intervalle, il a
clairement été annoncé dans la
presse que le G8 maintenait
l'initiative. Que compte faire la
Belgique? L'annulation de dettes
est-elle assortie de conditions?
Quelles sont les conséquences
pour notre politique en matière de
coopération au développement?
03.02 Minister Karel De Gucht: Mijnheer de voorzitter, collega, we
zijn overtuigd van het belang van de kwijtschelding van schulden en
de vermindering van de schulden van arme landen die een grote
schuldenlast hebben. In 2003 en 2004 hebben we terzake initiatieven
genomen. We zijn van plan deze voort te zetten.
Ons land sluit zich aan bij het recent akkoord van de ministers van
Financiën van de G8 met betrekking tot de kwijtschelding van de
multilaterale schuldenlast in het kader van het Highly Indebted Poor
03.02 Karel De Gucht, ministre:
Nous sommes convaincus de
l'importance de l'annulation et de
l'allègement des dettes des pays
pauvres fortement endettés. Nous
comptons poursuivre les initiatives
de 2003 et de 2004.
La Belgique souscrit à l'accord des
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
Countries-initiatief (HIPC). Zoals u weet werd het initiatief in 1996
gelanceerd op voorstel van de Wereldbank en het Internationaal
Monetair Fonds. In 1999 werd het initiatief versterkt op de G8 van
Keulen met de bedoeling de schuldenlast met 90% te verminderen
voor 38 landen met een schuld die onhoudbaar is tegenover de eigen
inkomsten.
Op de vergadering van de ministers van Financiën van de G8 van
Londen van 10 en 11 juni 2005 heeft men zich ertoe verbonden de
multilaterale schulden van 18 ontwikkelingslanden kwijt te schelden
met de Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds en de
Afrikaanse Ontwikkelingsbank. Het gaat over een supplementaire
10% voor 18 landen waarop de kwijtschelding betrekking heeft. Dat is
de juiste omvang van die operatie.
De uitbreiding van het initiatief van schuldvermindering heeft als
doelstelling een grotere financiële marge te verlenen aan de
begunstigde landen, teneinde de millenniumdoelstellingen te kunnen
realiseren in 2015. De inwerkingstelling van de HIPC-procedure
verloopt volgens een tijdsschema. Als de voorwaarden van het
programma met het IMF vervuld zijn en een strategie bepaald is voor
de strijd tegen armoede, moet het land beantwoorden aan twee
punten van de afspraak die samen goedgekeurd zijn door het IMF en
de Wereldbank.
Ten eerste, een decision point, dat vaststelt dat een land in
aanmerking komt voor het initiatief. Dan begint er een tijdelijke
bijstand, die het mogelijk maakt de schuldendienst te herleiden tot het
completion point, waarbij bevredigende prestaties van het land op het
vlak van de strijd tegen de armoede toelaten
verminderingsmaatregelen te treffen voor het geheel van de
resterende schulden.
Na het completion point passen de bilaterale schuldeisers van de club
van Parijs een nieuw programma toe voor de schuldvermindering. Ze
kunnen het initiatief uitbreiden tot de schuldvorderingen van
overheidssteun voor ontwikkeling. De betrokken landen van het
akkoord van de ministers van Financiën van de G8 van juni
jongstleden hebben een completion point bereikt volgens de HIPC-
procedure.
Het voorstel heeft eveneens betrekking op de HIPC-landen die hun
completion point nog moeten bereiken, maar dan op het ogenblik dat
zij dit effectief zullen bereikt hebben. Die beslissing zal officieel
bekendgemaakt worden op de top van de staats- en regeringsleiders
van de G8 in Gleneagels van 6 tot 8 juli aanstaande. De instellingen
van Bretton Woods zullen dan belast worden met de inwerkstelling,
met eerbied voor de beslissingsmechanismen die eigen zijn aan deze
instellingen. De goedkeuring door de beheerraden zal plaatsvinden
tijdens de najaarsbijeenkomsten van de Wereldbank en het Monetair
Fonds.
Zoals de minister van Financiën recent verklaarde, is België bereid
zijn rol te vervullen in het kader van de uitbreiding van de
schuldverminderingsinitiatieven, zowel op multilateraal als bilateraal
op vlak, in het kader van de club van Parijs. Deze schuldvermindering
is gebonden aan een geheel van belangrijke voorwaarden. De
beslissing van de G8 bevat uitdrukkelijk een voorwaardelijkheid met
ministres des Finances et du G8
relatif à l'annulation des dettes
multilatérales dans le cadre de
l'initiative "Highly Indebted Poor
Countries" de 1996. Cette initiative
a été renforcée lors du G8 de
Cologne en 1999 par l'objectif
d'alléger de 90% la dette de 38
pays. Les 10 et 11 juin 2005, l'on
s'est engagé avec la Banque
mondiale, le Fonds monétaire
international et la Banque africaine
de Développement à annuler les
dettes multilatérales de dix-huit
pays en voie de développement. Il
s'agit là d'un effort supplémentaire
de 10%. L'objectif est de consentir
aux pays bénéficiaires une plus
grande marge financière et de
réaliser ainsi en 2015 les objectifs
du millénaire.
L'initiative PPTE (pays pauvres
très endettés) est mise en oeuvre
sur la base d'un échéancier.
Lorsque les conditions du
programme du FMI sont remplies
et qu'une stratégie de lutte contre
la pauvreté a été définie, le pays
doit atteindre deux points. Le
premier, le point de décision
("decision point"), est le constat
selon lequel le pays entre en ligne
de compte pour l'initiative.
L'assistance temporaire mène
alors au point d'achèvement
("completion point"). Lorsque les
résultats en matière de lutte contre
la pauvreté sont satisfaisants, une
réduction de toutes les dettes
restant dues est permise. Ensuite,
les créanciers bilatéraux du Club
de Paris appliquent un nouveau
programme. Ils peuvent étendre
l'initiative aux créances de l'aide
publique au développement.
Les dix-huit pays que j'ai cités ont
atteint le point d'achèvement, mais
la proposition porte aussi sur les
PPTE qui n'en sont pas encore là.
Ils entreront en ligne de compte
dès qu'ils auront atteint le point
d'achèvement. La décision sera
officiellement annoncée lors du
sommet du G8 à Gleneagles. Les
institutions de Bretton Woods
seront chargées de la mise en
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
betrekking tot de strijd tegen corruptie, de aanmoediging tot good
governance en het gebruik van de middelen voor de vermindering van
de armoede.
De middelen die ter beschikking worden gesteld door de
schuldvermindering, zullen moeten worden toegewezen aan relevante
projecten voor de ontwikkeling, meer bepaald in de sectoren
gezondheidszorg en onderwijs.
Wat de financiering van het initiatief van de ministers van de G8
betreft, zal de Wereldbank niet zelf de kosten van de operatie moeten
dragen, teneinde geen afbreuk te doen aan haar basiscapaciteiten.
België levert regelmatig inspanningen voor de aanvulling van het IDA-
Fonds van de Wereldbank. Het IMF zal zelf de kosten op zich moeten
nemen, aangezien de bedragen hier minder belangrijk zijn.
Het is natuurlijk nog te vroeg om de impact van onze inspanningen op
het Belgisch budget te meten, meer in het bijzonder op het budget
Ontwikkelingssamenwerking. Het lijkt echter niet uitgesloten dat
bijkomende middelen noodzakelijk zullen zijn voor het Fonds voor de
ontwikkeling van Afrika en van de IDA, respectievelijk van de
Afrikaanse Ontwikkelingsbank en van de Wereldbank, waarvan de
financiële integriteit te allen koste moet worden gegarandeerd.
Ik kan er trouwens aan toevoegen dat wij ook op bilateraal vlak een
mogelijke schuldverlichting voor de Democratische Republiek Congo
aan het bekijken zijn, die volgens dezelfde criteria zou verlopen. De
financiële ruimte die vrijkomt door de vermindering van de schuld zou
namelijk een gebonden besteding hebben, met name zou het worden
besteed aan projecten die de bevolking rechtstreeks ten goede
komen.
oeuvre. Les conseils
d'administration approuveront
certains éléments lors des
réunions de la Banque mondiale et
du Fonds monétaire, en automne.
Le ministre des Finances a
récemment déclaré que la
Belgique entend jouer son rôle
dans ce dossier tant sur le plan
multilatéral que bilatéral.
L'allègement de la dette est lié à
d'importantes conditions en
matière de lutte contre la
corruption, d'encouragement de la
bonne gouvernance et de
réduction de la pauvreté. Les
moyens libérés à la suite de
l'allègement de la dette doivent
être destinés à des projets de
développement pertinents dans
les domaines des soins de santé
et de l'enseignement.
Contrairement au FMI, la Banque
mondiale ne doit pas supporter
elle-même les frais de l'initiative
du G8. La Belgique contribue au
fonds de l'AID de la Banque
mondiale.
Il est trop tôt pour mesurer
l'incidence sur le budget belge de
l'aide au développement. Il n'est
pas exclu que des moyens
supplémentaires soient
nécessaires pour le fonds de
Développement de l'Afrique et le
fonds de l'AID. L'intégrité
financière doit être garantie à tout
prix.
Sur le plan bilatéral, nous
examinons un allègement de la
dette de la République
Démocratique du Congo selon les
mêmes critères. Les moyens
financiers libérés devraient être
affectés à des projets dont la
population bénéficierait
directement.
03.03 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, ik dank u
voor het uitvoerige antwoord.
De voorzitter: Alles is heel duidelijk.
03.04 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Ik heb nog één kleine opmerking.
03.04 Inga Verhaert (sp.a-spirit) :
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
Ik heb
deze vraag ook aan de minister van
Ontwikkelingssamenwerking gesteld. Hij liet een enigszins ander
geluid horen. Hij beweerde immers dat de schuldverlichting geen
impact zou hebben op het Belgische budget voor
Ontwikkelingssamenwerking.
Le ministre de la Coopération au
développement a affirmé qu'un
allègement de la dette n'aurait
aucune incidence sur le budget
belge de la Coopération au
développement.
03.05 Minister Karel De Gucht: Ik zie niet in op welke manier wat ik
zeg, daarmee in strijd is. Als een land een schuldvermindering geeft,
wordt de schuldvermindering het bedrag of de hoofdsom, met
andere woorden
geboekt als een uitgave voor
ontwikkelingssamenwerking. Neem dat een land 50 miljoen euro
schuldverlichting geeft, dan betekent dit dat het land supplementair 50
miljoen euro uitgeeft voor ontwikkelingssamenwerking. Dat heeft dus
een impact op het budget van Ontwikkelingssamenwerking, dat stijgt.
De thesaurie verandert daarom echter nog niet. Het gaat immers
dikwijls over schulden waarvan de terugbetaalbaarheid discutabel is.
Men moet goed kijken wat minister De Decker daarmee precies heeft
bedoeld. Het verminderen van de schuld verhoogt het budget van
ontwikkelingssamenwerking, verhoogt dus het bedrag van 0,7% dat
aan ontwikkelingssamenwerking wordt uitgegeven.
Anderzijds zeg ik dat er mogelijkerwijs een verhoging kan komen van
de bijdragen voor onder andere de IDA. Dat zijn dan bijkomende
middelen die op dat ogenblik ofwel door een verhoging van het budget
of door een herallocatie binnen het budget moeten worden gevonden.
Dat zijn twee verschillende aspecten.
03.05 Karel De Gucht, ministre:
Cela n'est pas nécessairement en
contradiction avec mes propos. Le
principal de l'allègement de la
dette est comptabilisé comme
dépense pour la coopération au
développement. Par conséquent,
le budget de la Coopération au
développement augmente, ce qui
ne signifie pas automatiquement
que la trésorerie change. Il s'agit
souvent de dettes dont le
remboursement est discutable. Il
faut vérifier ce que M. De Decker a
voulu dire exactement.
J'ai affirmé d'autre part que les
cotisations pour le Fonds IDA,
notamment, pourraient être
augmentées. Il s'agit alors de
moyens supplémentaires qui
devront être trouvés par le biais
d'une augmentation du budget ou
d'une réallocation.
03.06 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Ik begrijp wat u zegt. Ik signaleer
alleen dat hij het anders heeft verwoord. Ik had uit zijn woorden
begrepen dat we zouden meedoen aan de schuldkwijtschelding maar
dat dit geen vermindering zou betekenen van het budget dat wij nu
besteden aan ontwikkelingssamenwerking.
03.06 Inga Verhaert (sp.a-spirit):
Je comprends ce que veut dire M.
De Gucht mais le ministre De
Decker a employé d'autres
termes. A son estime, le budget de
la Coopération au développement
ne baisserait pas si nous
participions à la remise de dettes.
03.07 Minister Karel De Gucht: Ik zeg toch niets anders? Die
schuldverlichting staat nu niet ingeschreven in het budget voor 2005.
Dat staat er niet concreet in.
Als men in 2005 een bijkomende schuldverlichting van x miljoen euro
toestaat aan Congo stijgt het budget voor ontwikkelingssamenwerking
automatisch met datzelfde bedrag, en volgt men met andere woorden
verder het pad tot aan de 0,7%.
Een andere vraag is of dit een bijkomende thesaurie-uitgave betekent.
Dat is niet het geval. Het gaat vaak over schulden waarvan de
terugbetaling discutabel is. Wat de schulden van Congo betreft, is het
zo dat Congo op dit ogenblik de intresten betaalt maar niet de
aflossing van de hoofdsom. Dit is een kwestie van boekhoudkundige
verrekening.
Ik weet niet wat minister De Decker precies heeft gezegd, maar bij
03.07 Karel De Gucht, ministre:
Ai-je dit autre chose? Cet
allégement de la dette n'est pas
inscrit au budget de 2005. Mais s'il
y avait un allégement
supplémentaire en faveur du
Congo, le budget de la
Coopération au développement
augmenterait d'autant. Il ne s'agit
toutefois pas d'une dépense de
trésorerie supplémentaire. Le
Congo paie actuellement les
intérêts de la dette mais pas le
principal. Il s'agit d'une question
d'imputation comptable.
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
mijn weten - als ik de begrotingscontrole goed heb gevolgd - zit het zo
in mekaar.
De voorzitter: Ik denk dat het duidelijk is. Het leidt niet tot bijkomende
ordonnanceringen maar het draagt statistisch wel bij tot het optrekken
van de globale inspanning omwille van het feit dat de intrestbetalingen
niet hoeven binnen te komen. Men telt die gewoon bij de
inspanningen die men in globo levert.
Le président: Je comprends qu'il
n'en résulte pas d'ordonnance-
ments supplémentaires mais,
statistiquement, cela contribue à
l'effort total parce qu'on ajoute les
intérêts payés à l'effort consenti
globalement.
03.08 Minister Karel De Gucht: Mijnheer de voorzitter, als men een
schuldverlichting toestaat van vijftig miljoen schuldverlichting, zal uit
de nationale rekeningen blijken dat men dat jaar - eenmalig -
vijftig miljoen meer uittrekt voor ontwikkelingssamenwerking. Zo ziet
men soms die fluctuaties in de ontwikkelingssamenwerking omdat dit
dus samenhangt met de kwijtschelding.
Daarnaast zijn er de inkomsten, de intresten. Bij mijn weten komt dat
echter niet naar Ontwikkelingssamenwerking, maar wel naar
Financiën. Zo ziet men dus een minderinkomst van intresten voor
Financiën.
03.08 Karel De Gucht, ministre:
Non. L'octroi d'un allégement de la
dette de cinquante millions, par
exemple, signifie que, pour cette
année, on prévoit un montant
supplémentaire non récurrent de
cinquante millions pour la
coopération au développement.
Les fluctuations dans la
coopération au développement
sont liées aux remises de dettes.
Les intérêts ne vont pas au
département de la Coopération au
développement mais aux
Finances.
03.09 Hervé Hasquin (MR): Puisque j'avais posé la question en
même temps que madame, la semaine dernière, au ministre de la
Coopération, je voudrais dire simplement qu'il n'y avait pas de
contradiction avec l'autre réponse. Elles se complétaient: le point de
départ est différent mais cela se rejoint.
03.09 Hervé Hasquin (MR): Het
antwoord van minister De Gucht
stemt overeen met het antwoord
dat de minister van Ontwikkelings-
samenwerking vorige week op een
van mijn vragen over hetzelfde
onderwerp heeft gegeven.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Inga Verhaert aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het huisarrest van
Nobelprijswinnares voor de vrede Aung San Suu Kyi" (nr. 7538)
04 Question de Mme Inga Verhaert au ministre des Affaires étrangères sur "l'assignation à résidence
de Aung San Suu Kyi, lauréate du prix Nobel de la paix" (n° 7538)
04.01 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, vorige week konden we de krantenberichten lezen over
Nobelprijswinnares Aung San Suu Kyi. Het is bijzonder pijnlijk te
moeten vaststellen dat de vrouw nog steeds vastzit in de vorm van
militair huisarrest, intussen bijna 7 jaar.
De vraag is heel eenvoudig, mijnheer de minister. Wat doen wij? Wat
kan België doen om de Birmese overheid ertoe aan te zetten haar vrij
te laten? Indien ons land niets vermag, kunnen we misschien via
Europa een initiatief nemen? Is dit gebeurd?
04.01 Inga Verhaert (sp.a-spirit):
La résidence de la lauréate
birmane du Prix Nobel de la Paix,
Mme Aung San Suu Kyi, est sous
surveillance militaire depuis près
de sept années. Que comptent
faire la Belgique et l'Union
européenne pour mettre fin à une
telle situation?
04.02 Minister Karel De Gucht: Mijnheer de voorzitter, collega
Verhaert, er is, mijns inziens, een factuele onjuistheid in uw vraag. Het
is niet correct dat mevrouw Aung San Suu Kyi reeds zeven jaar
permanent onder militair toezicht staat. Dat is niet correct. Vorig jaar
04.02 Karel De Gucht, ministre:
Affirmer que Mme Aung San Suu
Kyi est surveillée en permanence
par les militaires depuis sept
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
werd een nieuwe beslissing genomen. Feit is dat ze reeds jaren door
het regime gevolgd wordt. Laat dat duidelijk zijn.
Wij betreuren dit militair toezicht waaronder zij sinds vorig jaar
opnieuw is geplaatst. Wij zijn trouwens uitermate bezorgd over de
algemene toestand in Myanmar. In dit verband volgt België in
constant overleg met zijn EU-partners de situatie in dit land op de
voet, in het bijzonder sinds de ontsporing van het
democratiseringsproces reeds begin jaren negentig en nog meer
sinds de aankondiging van de militaire junta van zogenaamde
politieke hervormingen vorig jaar.
In de voorbije jaren heeft de Europese Unie diverse acties
ondernomen om het militair bewind onder druk te zetten, dikwijls in
overleg met de andere lidstaten van Asian. Zo heeft de Unie een paar
jaren geleden reeds een gemeenschappelijk standpunt ingenomen
dat een geheel van sancties vertegenwoordigt dat om de zes maand
wordt vernieuwd en eventueel gewijzigd al naargelang de situatie in
het land. De EU heeft eveneens talrijke demarches ondernomen
vooral bij landen van Asian maar ook elders in Azië zoals bij Japan en
Zuid-Korea teneinde te wijzen op de ernst van de toestand in
Myanmar en op te roepen om eveneens druk uit te oefenen op de
militaire leiding te Yangoon. De vertegenwoordiging van de Europese
Unie in de Birmaanse hoofdstad laat geen enkele gelegenheid
voorbijgaan om haar bezorgdheid te uiten bij de Birmaanse
autoriteiten.
Meer recent zijn de volgende Europese en Belgische demarches te
vermelden. Op 6 mei 2005 had de EU het voorzitterschap, de
Commissie en Raad een onderhoud met de Birmaanse minister van
Buitenlandse Zaken in Kyoto en dit in de marge van de zevende
bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van ASEM.
Hierbij heeft de EU nogmaals haar ongerustheid over de politieke
toestand in het land meegedeeld, aangedrongen op de onmiddellijke
vrijlating van Aung San Suu Kyi en opgeroepen tot een herstel van de
democratiseringsprocessen. Bij de overhandiging van zijn
geloofsbrieven op 13 mei te Yangoon heeft de Belgische
ambassadeur geaccrediteerd in Myanmar bij het staatshoofd generaal
Than Shwe eveneens zijn bezorgdheid over de gang van zaken in
Myanmar meegedeeld en opgeroepen tot een spoedige invoering
en/of herstel van het democratiseringsproces in zijn land.
Op 17 juni ten slotte heeft de Europese Unie een verklaring van de
voorzitter vrijgegeven naar aanleiding van de 60ste verjaardag van
Aung San Suu Kyi. Daarin is opnieuw opgeroepen om de betrokkene
onmiddellijk vrij te laten en de democratie in het land te herstellen.
années est inexact. Une nouvelle
décision a été prise à son égard
l'an passé. Le fait est qu'elle est
poursuivie par le régime depuis
sept années.
Cela fait longtemps que la
Belgique et ses partenaires de
l'UE suivent de près la situation au
Myanmar, surtout depuis l'échec
du processus de démocratisation
au début des années 90 et les
réformes politiques menées par la
junte militaire en 2004.
Au cours des dernières années,
l'UE a entrepris diverses actions
pour faire pression sur le régime
militaire de Yangon et exiger la
libération immédiate de Mme Aung
San Suu Kyi. Elle a ainsi mis en
place un ensemble de sanctions
qui sont revues tous les six mois
en fonction de l'évolution de la
situation. Des démarches sont en
outre entreprises régulièrement
auprès des pays de l'ANASE et
d'autres pays d'Asie pour
dénoncer la gravité de la situation
qui règne au Myanmar. De même,
la représentation de l'UE à Yangon
ne manque pas une occasion de
faire part de son inquiétude aux
autorités birmanes.
Je vais vous citer toute une série
d'initiatives récentes: le 6 mai, l'UE
a eu, en marge de la conférence
ASEM, un entretien avec le
ministre birman des Affaires
étrangères; lors de la remise de
ses lettres de créance le 13 mai,
l'ambassadeur de Belgique a
souligné la nécessité d'un
processus de démocratisation
rapide et, le 17 juin, le président
de l'UE a fait une déclaration à
l'occasion des soixante ans de
Mme Aung San Sun Kyi.
04.03 Inga Verhaert (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, ik ben blij te
horen dat wij geen gelegenheid voorbij laten gaan om toch onze
bezorgdheid, onze bekommernis te uiten.
De vraag die daarop volgt, luidt: kunt u zien of dat al enig effect heeft?
04.03 Inga Verhaert (sp.a-spirit):
Tout cela est bien beau, mais
toutes ces initiatives diplomatiques
servent-elles vraiment à quelque
chose?
04.04 Minister Karel De Gucht: Mevrouw Verhaert, er worden
regelmatig vragen gesteld, trouwens niet alleen door de Europese
04.04 Karel De Gucht, ministre:
Ce n'est pas facile. Comme vous,
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
Unie. Maar als men daar doof voor blijft, is dat natuurlijk niet evident.
Er werd ook geprobeerd, op het ogenblik dat zij toegetreden zijn tot de
ASEM, om daar voor een stuk een voorwaarde van te maken, maar
tot op dit ogenblik komt daar geen invulling van. Ik kan dat alleen
maar vaststellen met dezelfde spijt die u ook hebt.
je regrette qu'à ce jour, peu de
progrès aient été enregistrés dans
ce dossier.
De voorzitter: De bekommernis wordt alleszins gedeeld, zowel door de minister als de vraagstelster.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde vragen van
- de heer Walter Muls aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de wapenexport" (nr. 7597)
- mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van Buitenlandse Zaken over "Belgische wapenleveringen
aan Congo" (nr. 7631)
05 Questions jointes de
- M. Walter Muls au ministre des Affaires étrangères sur "les exportations d'armes" (n° 7597)
- Mme Nathalie Muylle au ministre des Affaires étrangères sur "les livraisons d'armes belges au
Congo" (n° 7631)
05.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, op het ogenblik van de indiening van mijn vraag heb ik
verwezen naar wat toen nog onbekend was: het al dan niet toekennen
van een exportlicentie aan New Lachaussée door de Waalse
gewestregering. Enkele uren nadat ik mijn vraag had ingediend, is er
klaarheid gekomen. De Waalse regering heeft beslist de licentie aan
New Lachaussée voor het bouwen van een munitiefabriek in
Tanzania, of het leveren van munitiemachines aan Tanzania, in te
trekken.
Ik vond het een moedige beslissing van de Waalse gewestregering,
want dit is niet evident. Wij hebben gezien dat bij het bedrijf zelf de
arbeiders daarover onmiddellijk zeer bezorgd waren. Ik begrijp dat
men telkenmale een zeer belangrijke afweging moet maken met de
tewerkstelling.
De situatie is op dat vlak dus gewijzigd, ware het niet dat ik
gisterenavond toevallig op het RTBF-radionieuws hoorde dat er
gesprekken bezig zouden zijn over compensaties die men aan New
Lachaussée zou geven om de gemiste kans in Tanzania te kunnen
opvangen. Ik weet niet of het een iets te maken heeft met het ander,
maar ondertussen blijkt dat een niet nader genoemd Belgisch bedrijf
interesse zou hebben voor het leveren van wapens aan de Congolese
inlichtingendiensten. De Waalse regering zou aan u of uw
administratie gevraagd hebben om na te gaan of er wapens kunnen
worden geleverd aan het Agence Nationale des Renseignements. Het
probleem is natuurlijk dat er sinds kort een VN-wapenembargo geldt
tegen Congo, voor het hele land, en dat er dus enkel wapens geleverd
kunnen worden aan eenheden van het leger en de politie voor zover
zij ingeschakeld zijn in het vredesproces.
Bij mijn weten valt het Agence Nationale des Renseignements daar
niet onder. Zij hebben trouwens een bepaalde reputatie, wat betreft
mensenrechten. Ik zou graag van u vernemen of u op de hoogte bent
van de stand van zaken van het dossier en het gevolg dat werd
gegeven aan de vraag die de Waalse regering gesteld zou hebben.
Welke stappen zult u ondernemen in deze zaak? Betreffende de
05.01 Walter Muls (sp.a-spirit):
Récemment, le gouvernement
wallon a pris une décision
courageuse dans le dossier de la
licence d'exportation pour une
unité de fabrication de munitions
vers la Tanzanie. Hier, en écoutant
la RTBF radio, j'ai appris que le
gouvernement wallon envisageait
d'offrir des compensations à
l'entreprise New Lachaussée. Une
entreprise belge d'armement, dont
on ignore à ce jour le nom,
souhaiterait fournir des armes aux
services de renseignements
congolais, l'Agence Nationale des
Renseignements (ANR). Selon
certaines sources, le
gouvernement wallon aurait
demandé aux Affaires étrangères
si des armes pouvaient lui être
fournies.
Aux termes de l'embargo ONU sur
les armes, il n'est permis de
fournir des armes qu'à des unités
de l'armée et de la police qui sont
parties prenantes dans le
processus de paix. Or l'ANR ne
s'inscrit manifestement pas dans
ce processus et elle a, qui plus
est, commis de nombreuses
violations des droits de l'homme.
Le ministre est-il informé de ces
développements récents?
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
informatie die ik gisterenavond op de radio hoorde, is er enig verband
tussen een discussie over compensaties, gezien het verlies aan
exportlicenties in de ene zaak, en deze zaak?
05.02 Nathalie Muylle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik zal kort zijn. Ik sluit mij aan bij de inleiding van collega
Muls wat de beslissing betreft die de Waalse regering heeft genomen.
Ik heb hierover reeds vroeger het woord genomen. Mijn fractie vindt
het zeer positief dat die beslissing op die manier een wending heeft
genomen.
Ik heb vorige week in enkele kranten ook gelezen wat de heer Muls
heeft gelezen. Het gaat bij mij ook over dezelfde redenen. Het kan
vandaag niet in het kader van het VN-wapenembargo. Ik meen echter
ook te weten dat in het kader van Europa geen mogelijkheid bestaat
om zomaar wapens te leveren, zeker niet aan Congolese
inlichtingendiensten. Dit kan alleen in het kader van de geïntegreerde
leger- en politiewerking.
Mijnheer de minister, daarom zou ik u volgende drie vragen willen
stellen.
Kunt u bevestigen dat het Waals Gewest een aanvraag tot een
uitvoervergunning voor wapens met als bestemming de Congolese
inlichtingendiensten onderzoekt?
Wat is uw standpunt, wetende dat er een VN-embargo werd
afgekondigd tegen Congo?
Werden er in de billaterale militaire samenwerkingsakkoorden met
Congo wapenleveringen voorzien?
05.02 Nathalie Muylle (CD&V):
Le gouvernement régional wallon
examine-t-il une demande de
licence d'exportation d'armes pour
le service de renseignements
congolais, alors que les Nations
Unies ont décrété un embargo sur
les armes à l'encontre du Congo?
Quelle est la position du ministre?
Des armes peuvent-elles être
fournies au Congo dans le cadre
des accords de collaboration
bilatéraux?
05.03 Minister Karel De Gucht: Mijnheer de voorzitter, collega's, het
voeren van een correct vergunningsbeleid voor wapenexport vergt
een gedegen en constant geactualiseerde kennis van de situatie in
het land van bestemming, van de in voege zijnde controleregimes en
van de correcte interpretatie van eventuele embargo's.
Het departement Buitenlandse Zaken beschikt over deze kennis en
over een diplomatiek netwerk waarlangs eventuele vragen aan
Europese of internationale instanties kunnen gericht worden. Deze
kennis en dit netwerk staan eveneens ter beschikking van deelstaten
voor de correcte uitoefening van hun bevoegdheid.
Onze diplomatieke posten in het buitenland vertegenwoordigen België
met inbegrip van de deelstaten. Vragen van de Gewesten worden via
het netwerk van Buitenlandse Zaken overgemaakt aan de posten.
Soms worden documenten verstuurd via de diplomatieke tas. Het
gebeurt vaak dat Buitenlandse Zaken slechts een brievenbusfunctie
vervult.
Het zou vanuit Buitenlandse Zaken dan ook niet correct zijn hierover
te communiceren. Het gaat immers over vertrouwelijke informatie die
aan het desbetreffende Gewest wordt overgemaakt of die het aan
Buitenlandse Zaken overmaakt. Indien dergelijke informatie publiek
wordt gemaakt door Buitenlandse Zaken bestaat het gevaar dat de
Gewesten terughoudender zijn om vragen te formuleren, met alle
05.03 Karel De Gucht, ministre:
Une politique correcte
d'autorisation en matière
d'exportation d'armes suppose
une bonne connaissance de la
situation du pays de destination et
des embargos éventuellement en
vigueur. Le département des
Affaires étrangères dispose de ces
informations et d'un réseau
diplomatique permettant
d'adresser des questions aux
instances internationales. Ces
informations et ce réseau sont
également à la disposition des
entités fédérées. Nos postes
diplomatiques à l'étranger
représentent l'Etat fédéral et les
entités fédérées. Les questions
posées par les entités fédérées
sont régulièrement transmises par
le biais du département des
Affaires étrangères à nos postes à
l'étranger. Il va de soi que mon
département doit respecter le
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
mogelijke gevolgen van dien.
Voor vragen over de inhoud van een welbepaald dossier moet ik u
daarom doorverwijzen naar de bevoegde instanties, in deze het
Waals Gewest.
U hebt het dan specifiek over een bepaald dossier. Ik moet u zeggen
dat ik mij niet kan inbeelden dat de Waalse regering de intentie heeft
embargo's ingesteld door de Verenigde Naties en de Europese Unie
te schenden. Ik heb er dan ook alle vertrouwen in dat, indien er
werkelijk een aanvraag voorligt die in strijd is met het embargo, er
geen interventie van mijnentwege nodig is.
Ik moet u trouwens zeggen dat ik niet van plan ben om op elk bericht
over mogelijke wapenexport te reageren. De interventie in de zaak
Tanzania was noodzakelijk omdat het een dossier van een heel
andere orde was. Het ging om een levering van een fabriek met een
normale levensduur van 30 jaar. Dat zou betekenen dat er per jaar 7
à 14 miljoen patronen konden worden geproduceerd in de regio van
de Grote Meren, waar België een zeer actieve vredespolitiek voert.
Vaststellende dat geen enkele andere, Europese Unie-lidstaat
dergelijk materieel zou leveren, was de interventie vanuit
Buitenlandse Zaken noodzakelijk. Ik stond op de internationale scène
overigens niet alleen met mijn bekommernissen.
Het is evenmin de bedoeling om elke, mogelijke transfer richting
Tanzania tegen te werken. Tanzania is in de regio een van de meest
stabiele en betrouwbare landen, hoewel er natuurlijk nog een weg af
te leggen is. Het land doet grote inspanningen op het vlak van de
opvang van vluchtelingen uit de buurlanden. Mijn interventie was dan
ook niet tegen Tanzania as such gericht, maar wel tegen een
mogelijke ondermijning van de Belgische, diplomatieke
geloofwaardigheid en bijgevolg van de Belgische inspanningen in
Centraal-Afrika.
U weet dat de bevoegdheid voor wapenexport geregionaliseerd is.
Het is niet de bedoeling dat Buitenlandse Zaken daarin een
schoonmoederrol op zich neemt. Dat zou trouwens contraproductief
zijn. Zoals u weet, kan het Waals Gewest morgen een decreet inzake
wapenexport goedkeuren waarin geen verwijzing is opgenomen naar
het Belgische buitenlands beleid. In de bijzondere wet die deze
bevoegdheid regionaliseert, werd wel de verplichting opgenomen om
de Europese gedragscode na te leven.
Daar ligt ook het belang van een correcte samenwerking en goede
verstandhouding tussen het federale bestuursniveau en de Gewesten.
Het impliceert dus ook het in acht nemen van gevoeligheden inzake
confidentialiteit. Door sommige commentatoren werd de afwikkeling
van de zaak-Tanzania gezien als een hoopvol teken dat het land wel
degelijk op een volwassen manier met de federale staatsstructuur kan
omgaan en dat uiteindelijk, wars van communautaire gevoeligheden,
de juiste beslissing werd genomen. Ik leg er nogmaals de nadruk op:
de samenwerking tussen mijn departement en het Waals Gewest is
goed verlopen.
U stelde ook een vraag die betrekking heeft op het VN-
wapenembargo tegen Congo, waarop ik in algemene termen zal
caractère confidentiel de l'échange
d'informations et ne peut dès lors
faire aucune communication à ce
sujet. Les questions relatives au
contenu d'un dossier en particulier
doivent donc être posées
directement aux Régions.
Je ne puis m'imaginer que la
Région wallonne ne respecte pas
un embargo décrété par les
Nations Unies. Je ne vois par
ailleurs pas l'utilité de m'immiscer
dans un dossier en particulier. Je
n'ai d'ailleurs pas l'intention de
réagir à chaque communication
relative à une éventuelle
exportation d'armes. Ce fut
toutefois nécessaire dans le
dossier de la Tanzanie étant
donné que notre pays mène une
politique de paix active dans cette
région. Tout transfert vers la
Tanzanie ne sera bien sûr pas
systématiquement entravé, je
tenais simplement à sauvegarder
la crédibilité diplomatique belge.
Les compétences en matière
d'exportation d'armes sont
régionalisées et le département
des Affaires étrangères ne doit
dès lors pas intervenir. Les entités
fédérées sont néanmoins tenues
au respect du code de conduite
européen. Le déroulement du
dossier de la Tanzanie prouve que
notre pays est à même de
fonctionner convenablement dans
le cadre de la structure fédérale de
l'Etat.
Chacun doit se tenir à l'embargo
sur les armes décrété par les NU à
l'encontre du Congo. Je ne crois
pas une seconde que le
gouvernement wallon ait l'intention
de l'enfreindre.
L'embargo des NU a été renforcé
le 18 avril 2005 par la résolution
1596 du Conseil de sécurité. La
Belgique a soutenu la demande en
faveur d'une résolution plus sévère
et de son application effective.
Nous attendons le prochain
rapport du comité de sanction. Le
champ d'application a été étendu
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
antwoorden over de manier waarop het embargo volgens mij moet
worden geïnterpreteerd.
Iedereen de Belgische, federale, gewestelijke en communautaire
autoriteiten maar ook de Belgische bedrijven moeten zich strikt
houden aan de VN- en EU-wapenembargo's tegen Congo. Ik herhaal
dat ik er alle vertrouwen in heb dat de Waalse regering geen enkele
intentie heeft om de embargo's te schenden.
Zoals bekend, werd het VN-wapenembargo op 18 april 2005 via
resolutie 15/96 van de VN-Veiligheidsraad verstrakt, vergeleken met
de vorige resolutie. België heeft er trouwens mede op aangedrongen
dat het nieuwe embargo efficiënter en strikter zou zijn dan het vorige.
Tevens dringen we aan op een effectieve toepassing ervan en kijken
we uit naar het eerstvolgende rapport van het Sanctiecomité, dat
onder meer de overtreders met naam zal noemen en tevens gepaste
sancties zal voorstellen.
Zo werd het toepassingsgebied van het embargo uitgebreid tot het
gehele, Congolese grondgebied. Vroeger was het embargo alleen van
toepassing voor Oost-Congo. Tevens voorziet de nieuwe resolutie in
de mogelijkheid dat sancties worden genomen tegen overtreders en
worden de buurlanden van de Democratische Republiek Congo
eveneens gewezen op hun verantwoordelijkheid terzake.
De VN-resolutie voorziet echter in een aantal uitzonderingen. Wapens
en uitrusting mogen wel degelijk worden geleverd aan de nieuwe,
geïntegreerde brigades van het Congolese leger, aan de
geïntegreerde politie-eenheden en aan MONUC.
Paragraaf 2c van de resolutie bepaalt dat er nog uitzonderingen
mogelijk zijn waarvoor er echter een voorafgaandelijk akkoord moet
zijn van het al door de eerdere resolutie opgerichte Sanctiecomité.
Paragraaf 2c stelt dat de sanctiemaatregelen niet van toepassing zijn:
"...aux fournitures de matériel militaire non-létal destiné
exclusivement à un usage humanitaire ou de protection, ainsi qu'à
l'assistance technique et à la formation connexe dont le comité aura
reçu notification a l'avance conformément à l'article 8 de la résolution
1533".
Ik wijs er trouwens op dat die VN-resolutie ondertussen ook werd
omgezet in een gemeenschappelijk EU-standpunt en twee EU-
verordeningen, zodat met andere woorden de EU de inhoud van die
VN-resolutie formeel heeft vertaald in een eigen EU-standpunt,
waaraan ons land zich uiteraard strikt zal houden.
Uw derde vraag was: werd in de bilaterale samenwerking met Congo
in wapenleveringen voorzien? Het is mogelijk dat in het raam van
onze bilaterale militaire samenwerking met de Democratische
Republiek Congo uitrusting zal worden geleverd voor de nieuwe
geïntegreerde brigades van het Congolese leger of aan de generale
staf. Echter, zulks is perfect mogelijk in het raam van de huidige VN-
resolutie. Zoals bekend draagt België ook actief bij tot de vorming en
uitrusting van een bataljon van Beninese soldaten die in het raam van
de MONUC-missie in Congo zullen worden ingezet. Ook die actie
houdt volledig rekening met de bepalingen van de VN-resolutie die het
wapenembargo instelt en verscherpt.
du Congo oriental à l'ensemble du
territoire congolais. Les auteurs
d'infractions à l'embargo peuvent
être sanctionnés et la nouvelle
résolution met également les pays
voisins devant leurs
responsabilités.
La résolution des NU fait une
exception pour la livraison de
matériel aux nouvelles brigades
intégrées de l'armée congolaise,
aux unités de police intégrées et à
la MONUC, la force de paix des
NU au Congo. Pour le surplus, des
exceptions sont possibles
moyennant l'accord du comité de
sanction. Cette résolution des NU
a entre temps été transposée en
un point de vue commun à l'UE et
dans deux règlements de l'UE
auxquels nous nous conformerons
scrupuleusement.
Dans le cadre de notre
coopération bilatérale militaire
avec le Congo, des équipements
pourraient être livrés aux brigades
intégrées de l'armée congolaise
ou à l'état-major général. La
Belgique contribue aussi à la
formation et à l'équipement des
soldats béninois qui seront
déployés au Congo dans le cadre
de la mission de la MONUC au
Congo. Dans les deux cas, il est
tenu compte des dispositions de la
résolution des NU.
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
Samengevat: wapenleveringen kunnen, maar alleen aan
geïntegreerde entiteiten of in bepaalde gevallen met voorafgaande
goedkeuring van het Sanctiecomité.
De voorzitter: Dank u voor uw uitvoerig antwoord, mijnheer de minister.
05.04 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijn repliek is
zeer kort.
Mijnheer de minister, ik deel uw analyse dat uit dit dossier gebleken is
dat wij met een volwassen federale structuur zitten en dat wij
vertrouwen moeten hebben in de Gewesten.
Ik meen begrepen te hebben dat u zei: wij krijgen vragen om
informatie vanwege de Gewesten, en wij geven die informatie, zonder
advies te geven? U geeft dus gewoon sec de informatie die uw
diensten hebben beoordeeld?
Wanneer u zegt dat de federale regering geen schoonmoeder gaat
spelen, kan ik u daarin volgen. U zult mij verbeteren als ik het
verkeerd begrepen heb, maar ik meen ik probeer het samen te
vatten dat u zegt dat u geen uitspraken daarover zult doen, tenzij de
vredesinspanningen en/of de Belgische diplomatieke inspanningen
voor zover die niet zouden samenlopen en er een verschil zou zijn in
gevaar zouden komen? Op dat ogenblik zou u eventueel toch
tussenbeide komen? Maar in andere gevallen niet? Als dus de
vredesinspanningen en de Belgische diplomatieke inspanningen niet
in gevaar zouden komen, zou u niet tussenbeide komen?
05.04 Walter Muls (sp.a-spirit):
Je partage l'analyse du ministre
selon laquelle nous devons faire
confiance aux Régions dans le
cadre d'une structure fédérale
adulte. Je comprends pourquoi le
cabinet des Affaires étrangères
transmet des informations aux
Régions, sans prendre position.
Aucune déclaration ne sera donc
faite, à moins que les efforts de
paix ne soient mis en péril.
05.05 Minister Karel De Gucht: U moet kijken naar de huidige
wapenwet. Daarin staat dat wapenleveringen niet mogen in strijd zijn
met de buitenlandse politiek van België. Dat staat daarin. De
vredesinspanningen in het gebied van de Grote Meren vallen daar
zeker onder. Daar kunnen ook andere zaken onder vallen, maar dat is
een vraag die men in concreto moet beantwoorden. Dat is het eerste
punt. Men moet dus een aanknopingspunt hebben met de wapenwet,
die nog altijd nationaal is.
Het tweede punt is dat het duidelijk een regionale bevoegdheid is.
Daarom vind ik dat ik mij moet beperken tot een marginale toetsing.
Het is de bevoegdheid van de Gewesten, maar in welbepaalde
gevallen kan men tussenkomen. Dat is de marginale toetsing.
Ten derde, als men mij vragen stelt, zijn het soms algemene vragen
over de toestand in een welbepaald land of een welbepaalde regio.
Daar geven wij zoveel mogelijk informatie over. Soms zijn het ook
vragen over een specifiek contact. Wij geven ook daarover de
informatie zoals wij die hebben of zoals we die kunnen bekomen. We
geven daarin geen advies, maar wel een zo precies mogelijk
antwoord wat volgens ons de juiste feiten zijn in een welbepaald
dossier, als men vragen stelt over een welbepaald dossier.
05.05 Karel De Gucht, ministre:
Aux termes de la loi sur les armes
actuellement en vigueur, les
livraisons d'armes ne sont pas
autorisées si elles sont contraires
aux intérêts belges à l'étranger.
Les livraisons d'armes relevant
des Régions, je me limite à un
contrôle marginal. Lorsque les
Régions adressent des questions
de portée générale à mon cabinet,
je fournis un maximum
d'informations. Lorsque,
exceptionnellement, des questions
spécifiques sur un dossier
particulier me sont adressées, je
ne donne pas d'avis, mais j'essaie
de répondre le plus précisément
possible.
05.06 Walter Muls (sp.a-spirit): Ik dank u.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Mohammed Boukourna au ministre des Affaires étrangères sur "le soutien aux
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
06 Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan de minister van Buitenlandse Zaken over "de steun
aan de Birmaanse democraten" (nr. 7660)
06.01 Mohammed Boukourna (PS): Monsieur le président,
monsieur le ministre, chers collègues, depuis bientôt dix ans, Aung
San Suu Kyi est détenue dans son pays sous ordre de la junte
militaire au pouvoir.
En 1990, son parti, la Ligue nationale pour la démocratie (LND), a
remporté avec plus de 80% des sièges les seules élections
démocratiques jamais organisées dans le pays. Cependant, en dépit
de ses promesses préélectorales, la junte a refusé d'accepter le
résultat des urnes et de transférer le pouvoir aux démocrates. Au
contraire, elle a renforcé son régime tyrannique et a fait de la
Birmanie l'une des pires dictatures du monde, dénoncée notamment,
de manière régulière, par l'Organisation internationale du travail et
l'ONU. Plus de 1.300 prisonniers politiques sont derrière les barreaux.
Depuis dix ans, des dizaines d'élus de la Ligue nationale pour la
démocratie sont emprisonnés, torturés et meurent en prison, quand
ils ne prennent pas la route de l'exil. La population souffre de la faim.
06.01 Mohammed Boukourna
(PS): Aung San Suu Kyi wordt al
tien jaar in eigen land gevangen
gehouden op bevel van de militaire
junta die er de touwtjes in handen
heeft, terwijl haar partij, met meer
dan 80 procent van de zetels, de
enige democratische verkiezingen
die ooit in het land werden
georganiseerd, heeft gewonnen.
De junta heeft in Myanmar een
dictatuur gevestigd, die regelmatig
door de Internationale
Arbeidsorganisatie en de UNO aan
de kaak wordt gesteld. Meer dan
1.300 politieke gevangenen en
tientallen gekozenen van de partij
van Aung San Suu Kyi zitten
gevangen, worden gefolterd of
werden verbannen. De bevolking
lijdt honger.
06.02 Karel De Gucht, ministre: Monsieur Boukourna, je vais me
voir obligé de répéter la réponse que je viens de donner à Mme
Verhaert qui a posé exactement la même question.
06.02 Minister Karel De Gucht:
Mijnheer Boukourna, mevrouw
Verhaert heeft precies dezelfde
vraag gesteld.
06.03 Mohammed Boukourna (PS): Monsieur le ministre, je peux
faire l'impasse sur le développement et en venir directement à mes
questions.
06.04 Karel De Gucht, ministre: Oui, mais je vais être obligé de vous
donner la même réponse!
06.05 Mohammed Boukourna (PS): Je vais donc résumer mon
intervention.
Pour les soutenir, les démocrates birmans en exil nous demandent,
depuis des années, de mettre en oeuvre trois mesures concrètes: des
sanctions économiques, une intervention du Conseil de sécurité des
Nations unies et une plus grande vigilance de la part des pays du
Sud-Est asiatique. En effet, les mesures actuelles, dépourvues de
sanctions crédibles, sont insuffisantes.
Des sanctions économiques s'imposent car les investissements
actuels, ciblés sur les grands secteurs d'exportation (le gaz, le pétrole,
le bois et l'extraction des pierres précieuses), financent la junte qui est
la seule à profiter de ces exportations. Par ailleurs, la Birmanie alloue
plus de 40% de son budget à l'armée - principalement utilisée pour
réprimer le peuple, la Birmanie n'étant en guerre avec aucun de ses
voisins -, alors que ce pays se classe avant-dernier sur 191 pays en
matière de dépenses de santé. Les investissements actuels financent
donc la répression.
06.05 Mohammed Boukourna
(PS): Om de democratische
krachten in het land te steunen,
vragen de verbannen Birmaanse
democraten Myanmar economisch
te boycotten, de Veiligheidsraad
van de Verenigde Naties
tussenbeide te laten komen en de
waakzaamheid vanwege de
Zuidoost-Aziatische landen op te
drijven. De bestaande
maatregelen, die niet met
geloofwaardige sancties gepaard
gaan, zijn immers ontoereikend.
De belangrijke uitvoersectoren
gas, aardolie, hout en edelstenen
financieren de junta en de
onderdrukking, want het land
besteedt 40 procent van zijn
begroting aan het leger, terwijl het
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
Monsieur le ministre, mes questions sont les suivantes:
- La Belgique prend-elle des mesures pour soutenir le combat non
violent des démocrates birmans? Si oui, lesquelles?
- La Belgique peut-elle défendre, au sein des enceintes européennes
et internationales, la mise en place de sanctions économiques à
l'égard du Myanmar, comme l'interdiction de tout investissement dans
le pays, par exemple?
- La Belgique peut-elle également agir dans ces mêmes enceintes
pour que le Conseil de sécurité des Nations unies se saisisse de la
question afin de coordonner les pressions sur le régime?
met geen enkel buurland oorlog
voert.
Welke maatregelen neemt ons
land om het vreedzaam verzet van
de Birmaanse democraten te
steunen?
Kan België op de Europese en
internationale fora het instellen van
een economische boycot tegen
Myanmar bepleiten?
Kan België binnen diezelfde
instellingen druk uitoefenen opdat
de Veiligheidsraad van de
Verenigde Naties zich over dit
dossier zou buigen en een
coördinerende rol op zich zou
nemen?
06.06 Karel De Gucht, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, de façon générale, la Belgique, de concert avec ses
partenaires de l'Union européenne, suit de très près et depuis de
nombreuses années la situation au Myanmar. L'Union européenne a
effectué des démarches et des déclarations pour exprimer ses
préoccupations au sujet du Myanmar.
Comme mesure, elle applique une position commune modifiable et
renouvelable tous les six mois en fonction des circonstances. Cette
position met en route les sanctions qui visent les autorités du pays
dans l'octroi des visas et le gel de certains avoirs.
Ce faisant, l'Union européenne souhaite favoriser la démocratie et
soutenir le peuple birman dans sa lettre pour le retour à la
démocratie. Il faut bien reconnaître que la situation n'évolue guère au
Myanmar. Il n'est pas exclu, au niveau européen, d'examiner la
possibilité de durcir les accords et les sanctions, éventuellement par
un embargo économique sous une forme à convenir. C'est en
concertation avec l'Union européenne et en tenant compte des avis
des principaux pays asiatiques concernés qu'il faudra examiner
l'opportunité et la possibilité de saisir le Conseil de sécurité de la
question birmane.
Un certain nombre d'interventions bilatérales ont eu lieu. Je les ai déjà
énumérées en réponse à la question de Mme Verhaert.
06.06 Minister Karel De Gucht:
België volgt de situatie in Myanmar
op de voet, in samenspraak met
de Europese Unie, die haar
bezorgdheid over de situatie in het
land heeft uitgesproken. Het
Europese gemeenschappelijk
standpunt, dat om de zes
maanden gewijzigd en hernieuwd
kan worden, bepaalt dat sancties
tegen de autoriteiten van het land
getroffen kunnen worden via de
toekenning van visa en het
bevriezen van bepaalde tegoeden.
De Unie wil het Birmaanse volk
steunen in de strijd voor het
herstel van de democratie, maar
er is amper vooruitgang. Het is
niet uitgesloten dat de EU zich
harder opstelt en de
overeenkomsten en sancties in die
zin bijstuurt, eventueel door een
economisch embargo. Als men de
zaak voor de VN-Veiligheidsraad
wil brengen, zal dat in overleg met
de Europese Unie moeten
gebeuren, rekening houdend met
de mening van de belangrijkste
Aziatische landen die hierbij
betrokken zijn.
In mijn antwoord aan mevrouw
Verhaert heb ik de bilaterale
interventies die intussen hebben
plaatsgehad, reeds vermeld.
06.07 Mohammed Boukourna (PS): Monsieur le ministre, peut-être 06.07 Mohammed Boukourna
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
conviendrait-il de revoir ces sanctions à l'aune de l'évolution de la
situation, à l'instar de la commission des Normes de l'OIT. Celle-ci a
décidé, le samedi 5 juin dernier, de réactiver l'appel aux sanctions. La
Belgique sera vraisemblablement sollicitée pour participer à
l'évaluation de cette situation.
Je voulais simplement vous faire part de ces développements tout
récents, qui n'auront certainement pas non plus échappé à votre
attention.
(PS): De Commissie van de
Normen van de Internationale
Arbeidsorganisatie heeft op 5 juni
beslist opnieuw op te roepen tot
sancties, en België zal zeker om
een inbreng gevraagd worden.
Misschien moeten de sancties
herzien worden?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel
en Wetenschapsbeleid over "de impact van de nieuwe afspraken in verband met de Chinese
textielexport" (nr. 7530)
07 Question de Mme Magda De Meyer au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "l'incidence des nouveaux accords relatifs aux exportations
chinoises de textiles" (n° 7530)
07.01 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Minister Verwilghen heeft mij
naar u doorverwezen, mijnheer de minister. Dit is geen probleem want
dit leek mij normaal voor punt 1 van mijn vraag. Voor de punten 2 en
3 van mijn vraag leek mij dit niet zo normaal. Het maakt mij niet uit
wie antwoordt. Ik veronderstel dat de regering één en ondeelbaar is.
Mijnheer de minister, zopas werd een akkoord bereikt tussen China
en de Europese Unie om de massale Chinese textielimport te
beperken met 8 à 12,5% per jaar voor een tiental textielproducten
tussen 2005 en 2007. Ik had graag wat meer gegevens en details
gehad over dit verdrag vermits ik uit het Waasland kom en die zaak
daar bijzonder gevoelig ligt.
Ik had graag geweten over welke producten het nu precies gaat. Hoe
gaat dit gecontroleerd worden? Geeft dit genoeg ademruimte aan
onze eigen textielsector om verder aan diversificatie,
kwaliteitsverbetering en innovatie te doen? Welke stappen worden er
eventueel door de minister en de regering ondernomen? Ik verwijs
bijvoorbeeld naar Australië waar de binnenlandse textielindustrie als
tegenstrategie uitpakt met een eigen label. Is dit ook niet iets voor
België?
Om opnieuw terug te komen op mijn eigen regio kan ik zeggen dat in
het Waasland volgens de vakbonden een sociale tsunami aan de
gang is. Dit is misschien wat overdreven maar er is toch sprake van
sociale kaalslag in de textielsector in het algemeen en de
breigoedsector in het bijzonder. Dit heeft natuurlijk een vreselijke
weerslag op de tewerkstellingscijfers in onze regio. De toekomst van
al deze bedrijven is erg onzeker. Week na week gaat er wel een of
ander bedrijf dicht. De bedrijven zijn uiteraard vragende partij voor
grotere ondersteuning vanuit de overheid in hun overlevingsstrijd.
Wordt op dit vlak nog iets ondernomen?
07.01 Magda De Meyer (sp.a-
spirit): M. Verwilghen m'a
renvoyée au ministre des Affaires
étrangères en ce qui concerne
cette question.
La Chine et les États-Unis ont
récemment conclu un accord
visant à réduire l'exportation de
certains produits textiles chinois
de 8 à 12,5% par an entre 2005 et
2007.
Le ministre peut-il fournir des
précisions sur ce traité? De quels
produits s'agit-il? Comment le
contrôle sera-t-il effectué? Ces
mesures offriront-elles une marge
de manoeuvre suffisante à notre
secteur textile pour poursuivre
dans la voie de la diversification,
de l'amélioration de la qualité et de
l'innovation? Quelles mesures le
ministre prend-il à cet égard?
Un label "produit fabriqué dans le
pays" a été développé en
Australie. Cette initiative pourrait-
elle également être appliquée en
Belgique?
Au Pays de Waas, l'emploi
diminue très rapidement et le
secteur du textile et de la
bonneterie en particulier y sont
confrontés quotidiennement à des
faillites. Les entreprises
demandent une aide accrue de
CRIV 51
COM 664
28/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
l'État. Des mesures peuvent-elles
être prises à cet égard?
07.02 Minister Karel De Gucht: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
De Meyer, ik had een antwoord op uw eerste vraag, maar niet op uw
tweede en derde vraag. Ik heb wat deze vragen betreft geen antwoord
gekregen van de minister van Economie en het is moeilijk om
daarover zomaar te improviseren.
07.02 Karel De Gucht, ministre:
Je ne puis répondre qu'à la
première question de Mme De
Meyer, étant donné que ses autres
questions ont trait à des
compétences relevant du ministre
Verwilghen.
De voorzitter: En risicovol.
07.03 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, ik had het
kabinet van minister Verwilghen gezegd dat ik begrijp dat men mij
naar u doorverwijst voor het eerste punt, maar dat punten 2 en 3 toch
louter tot de economische bevoegdheid behoren.
07.04 Minister Karel De Gucht: Op zich is dat niet erg, maar ik moet
natuurlijk een antwoord krijgen van mijn collega. Ik heb dat niet en
kan het u dus ook niet geven.
Wat uw eerste vraag betreft, kan ik u wel helpen. Het akkoord dat op
10 juni werd gesloten tussen de Europese Unie en China is geen
juridisch bindend verdrag maar een memorandum of understanding
on the export of certain Chinese textile and clothing products to the
European Union. In dit "akkoord" kwamen beide partijen overeen de
Chinese textieluitvoer naar de Europese Unie vanaf 11 juni tot
eind 2007 te beperken voor tien productcategorieën. Afhankelijk van
de productcategorie en het jaar bedraagt de beperking 8, 10 of
12,5%.
Per productcategorie ziet de beperking er als volgt uit: voor de nog
resterende dagen van 2005 te beginnen vanaf 11 juni wordt de
textielinvoer voor katoenweefsels categorie 2, beddenlinnen categorie
20 en tafellinnen categorie 39 beperkt tot 12,5%. Voor overhemden
categorie 4, japonnen categorie 26, bh's categorie 31 en vlasgarens
categorie 115 wordt de invoer beperkt tot 10% en voor truien
categorie 5, shorts categorie 6 en blouses categorie 7 tot 8%.
Voor het jaar 2006 bedraagt de beperking 12,5% voor katoenweefsels
categorie 2, beddenlinnen categorie 20 en tafellinnen categorie 39 en
10% voor overhemden categorie 4, truien categorie 5, shorts
categorie 6, blouses categorie 7, japonnen categorie 26, bh's
categorie 31 en vlasgarens categorie 115.
Voor het jaar 2007 ten slotte, wordt de invoer tot 12,5% beperkt voor
katoenweefsels van categorie 2, bedlinnen tafellinnen en 10% voor de
categorieën overhemden, truien, shorts, blouses, japonnen, bh's, en
vlasgarens. Als referentiebasis voor het toe te passen percentage
worden daarbij en dat afhankelijk van de productcategorie voor
het jaar 2005 de laatste negen of tien maanden van vorig jaar en de
eerste twee of drie maanden van dit jaar genomen. Voor de jaren
2006 en 2007 worden respectievelijk 2005 en 2006 als referentie
gehanteerd.
De wijze waarop die afspraken moeten worden uitgevoerd maakt nog
het voorwerp uit van besprekingen tussen de Europese Unie, daarin
07.04 Karel De Gucht, ministre:
L'accord conclu entre la Chine et
l'Union européenne n'est pas
contraignant sur le plan juridique.
A partir du 11 juin 2005 jusque fin
2007, les importations de textiles
chinois seront limitées pour dix
catégories de produits. En 2005,
les importations de tissus en coton
seront limitées à 12,5%; les
catégories 4, 26, 31 et 115 seront
soumises à une limitation à
concurrence de 10% et les
catégories 5, 6 et 7 à une limitation
à concurrence de 8%. En 2006,
une limitation à 12,5% s'appliquera
aux catégories 2, 20 et 39 et une
limitation à 10% aux catégories 4,
5, 6, 7, 26, 31 et 115. En 2007, les
importations seront limitées à
12,5% pour les catégories 2, 20 et
39 et à 10% pour les catégories 4,
5, 6, 7, 26, 31 et 115.
Les mois de l'année précédente
serviront de base de référence.
L'Union européenne et la Chine
doivent encore convenir des
modalités de mise en oeuvre de
ces mesures.
28/06/2005
CRIV 51
COM 664
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
vertegenwoordigd door de Europese Commissie en China.
Ik stel voor dat ik het betrokken document aan het
commissiesecretariaat geef, want er zijn veel cijfergegevens. Ik gaf u
de samenvatting.
07.05 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, hoe zal de
controle daarop gebeuren? Ik kan mij voorstellen dat het toch niet zo
evident is zulke zaken te controleren?
07.05 Magda De Meyer (sp.a-
spirit): Comment le respect de ces
mesures sera-t-il contrôlé?
07.06 Minister Karel De Gucht: De controle daarop moet gebeuren
door de Europese Commissie. Die kan als enige die statistische
gegevens bij elkaar kan brengen. Die statistische gegevens bestaan
natuurlijk, want de invoer wordt geregistreerd.
07.06 Karel De Gucht, ministre:
La Commission européenne est
en charge des contrôles, mais je
m'informerai sur les modalités
applicables.
07.07 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Ons eigen land heeft daarvoor
dus geen enkele bevoegdheid? Die ligt volledig bij Europa?
07.08 Minister Karel De Gucht: De percentages slaan op het geheel
van de Europese Unie. Maar als u wil, wil ik wel eens nagaan hoe dat
concreet in zijn werk gaat. Ik zou u daar niet in detail op kunnen
antwoorden maar ik wil wel eens aan de Europese Commissie vragen
hoe dat concreet gebeurt, en u dat schriftelijk laten weten.
07.09 Magda De Meyer (sp.a-spirit): Waarvoor mijn dank, mijnheer
de minister.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: Comme Mme Burgeon est absente, nous arrivons à la fin de notre ordre du jour.
La réunion publique de commission est levée à 16.18 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.18 uur.