CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 649
CRIV 51 COM 649
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
mercredi
woensdag
15-06-2005
15-06-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE






























cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders ­ Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 649
15/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Hans Bonte à la secrétaire d'Etat
au Développement durable et à l'Economie
sociale, adjointe au ministre du Budget et des
Entreprises publiques sur "le statut social et relatif
au droit du travail des travailleurs employés dans
le cadre de l'article 60, §7 de la loi sur les CPAS"
(n° 7230)
1
Vraag van de heer Hans Bonte aan de
staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en
Sociale Economie, toegevoegd aan de minister
van Begroting en Overheidsbedrijven over "het
sociaal en arbeidsrechtelijk statuut van
werknemers tewerkgesteld in het kader van
artikel 60, §7 van de OCMW-wet" (nr. 7230)
1
Orateurs: Hans Bonte, Els Van Weert,
secrétaire d'Etat au Développement durable et
à l'Economie sociale
Sprekers: Hans Bonte, Els Van Weert,
staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling
en Sociale economie
Question de Mme Nahima Lanjri à la secrétaire
d'Etat au Développement durable et à l'Economie
sociale, adjointe au ministre du Budget et des
Entreprises publiques sur "le fonds budgétaire
pour l'économie sociale" (n° 7253)
4
Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en
Sociale Economie, toegevoegd aan de minister
van Begroting en Overheidsbedrijven over "het
begrotingsfonds sociale economie" (nr. 7253)
4
Orateurs: Nahima Lanjri, Els Van Weert,
secrétaire d'Etat au Développement durable et
à l'Economie sociale
Sprekers: Nahima Lanjri, Els Van Weert,
staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling
en Sociale economie
Question de Mme Greta D'hondt à la ministre de
l'Emploi sur "la réduction structurelle de charges
pour les ateliers protégés" (n° 7418)
6
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Werk over "de structurele
lastenverlaging voor de beschutte werkplaatsen"
(nr. 7418)
6
Orateurs: Greta D'hondt, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Greta D'hondt, Rudy Demotte,
minister van
Sociale Zaken en
Volksgezondheid
CRIV 51
COM 649
15/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1



COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
du
MERCREDI
15
JUIN
2005
Après-midi
______
van
WOENSDAG
15
JUNI
2005
Namiddag
______

De vergadering wordt geopend om 14.07 uur door de heer Hans Bonte, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.07 heures par M. Hans Bonte, président.

De voorzitter: Collega's, ik zou graag mijn vraag, die als eerste op de agenda staat, ex cathedra stellen.
01 Vraag van de heer Hans Bonte aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale
Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven over "het sociaal en
arbeidsrechtelijk statuut van werknemers tewerkgesteld in het kader van artikel 60, §7 van de OCMW-
wet" (nr. 7230)
01 Question de M. Hans Bonte à la secrétaire d'Etat au Développement durable et à l'Economie
sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques sur "le statut social et relatif au
droit du travail des travailleurs employés dans le cadre de l'article 60, §7 de la loi sur les CPAS"
(n° 7230)
01.01 Hans Bonte (sp.a-spirit): Mevrouw de staatssecretaris, mijn
vraag vertrekt vanuit de lokale ervaring, maar inmiddels kom ik
hetzelfde probleem ook elders in het Vlaamse land tegen. Het gaat
over de samenwerking tussen initiatieven voor sociale economie en
de OCMW's. Die samenwerking verloopt op basis van artikel 60, §7
van de OCMW-wet, die, denk ik, effectief ook aantoont dat
leefloontrekkers ingeschakeld kunnen worden in die sociale economie
en ook kunnen doorstromen naar reguliere jobs in, zeg maar, de open
economie.

Ik breng even in herinnering dat het artikel 60 erin voorziet dat de
OCMW's twee taken op zich kunnen nemen om de leefloontrekkers
aan de slag te krijgen. Ten eerste is er de effectieve begeleiding en
de bemiddeling. Ten tweede kunnen ze zelf optreden als werkgever
door de terbeschikkingstelling van de OCMW-leefloontrekker in de
eigen diensten ofwel in het kader van externe initiatieven van sociale
economie.

Arbeidsrechtelijk gezien is daar in de praktijk toch nog altijd een grijze
zone, in de zin dat we de vraag kunnen stellen in welke mate het gaat
over bemiddeling, over terbeschikkingstelling, over uitzendarbeid in de
verschillende initiatieven.

Het probleem waartoe ik wil komen, is het volgende. OCMW's die
effectief samenwerken met initiatieven van sociale economie, stellen
mensen ter beschikking, maar wel zeer dikwijls tegen de
arbeidsvoorwaarden op het vlak van de verloning, de vakantieregeling
01.01 Hans Bonte (sp.a-spirit):
L'article 60, § 7, de la loi sur les
CPAS de 1976 autorise les
centres publics d'aide sociale à
jouer eux-mêmes le rôle
d'employeurs vis-à-vis des
allocataires, ce qui leur permet
d'offrir un contrat de travail
temporaire à toute personne
pouvant bénéficier de l'intégration
sociale ou d'une aide financière. A
cette fin, le CPAS reçoit un
subside public. Si cette mise à
disposition se fait dans le cadre
d'un projet d'économie sociale
permettant aux intéressés
d'acquérir une expérience
professionnelle et de recevoir une
formation, le CPAS perçoit même
une subvention supplémentaire, la
fameuse allocation d'Etat majorée.

Pendant toute la durée de la mise
à disposition, le CPAS reste
l'employeur juridique du travailleur
mis à disposition qui relève donc
du droit social des pouvoirs locaux
15/06/2005
CRIV 51
COM 649
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
en de maaltijdcheques die gangbaar zijn in het OCMW. De andere
werknemers uit die sociale-economiebedrijven zijn tewerkgesteld in
reglementaire omstandigheden conform de vigerende CAO's en
wetgeving. Het directe gevolg is dat die laatsten het zeer dikwijls
moeten doen met een veel lager loon en minder gunstige
vakantieregelingen en zij hebben zeer dikwijls geen maaltijdcheques.

Dit zorgt dan toch zeer direct voor spanningen op de werkvloer. Die
spanningen kunnen nog toenemen, wat ook de ervaring is die ik heb
en elders ook gemerkt heb, in die gevallen waarin een van de sociale-
economieprojecten samenwerkt met verschillende OCMW's, omdat
die regelingen dan ook zeer sterk verschillen.

Een redenering kan zijn, mevrouw de staatssecretaris, dat we die
mensen dat kunnen gunnen. Ik vrees dat dit een beetje
kortetermijndenken is, want het gevolg zijn zeer dikwijls niet alleen die
spanningen op de werkvloer, maar ook het feit dat men voor een stuk
vastgeroest geraakt en effectief op het einde van de rit, na de
tewerkstelling in het kader van artikel 60 paragraaf 7, een contract
aangeboden krijgt conform de vigerende arbeidsvoorwaarden dat dan
veel lager ligt en waarop mensen afhaken. Ook vanuit het idee van
doorstroming is dat een bijzonder pervers systeem.

Een derde element dat ik onder uw aandacht wil brengen is dat er op
die manier ook altijd een beetje discussie kan zijn in welke mate de
artikelzestigers effectief geïntegreerd zijn in een echte bedrijfs- of
ondernemingssituatie, wat toch de bedoeling is, wetende dat men met
andere arbeidsvoorwaarden, andere arbeidsregels en soms ook
arbeidsomstandigheden te maken heeft. Zo is het gebruikelijk dat de
OCMW's ook toelaten dat men op bepaalde dagen direct op het
OCMW kan geroepen worden voor dienstverlening of dat de
verloffaciliteiten veel hoger zijn.

Al die elementen op een rij zettend, mevrouw de staatssecretaris, zijn
dit de moeilijkheden die gecreëerd worden in die sociale
economiebedrijven, de drempel die wordt opgeworpen op het vlak van
doorstroming na de tewerkstelling en dan toch wel een beetje de
kunstmatige situatie waarin die mensen actief worden in de sociale
economie. Dit doet mij twee informatieve vragen stellen.

Mevrouw de staatssecretaris, kan het OCMW-bestuur autonoom
beslissen om in het kader van artikel 60, paragraaf 7, de
terbeschikkingstelling te laten gebeuren onder de
arbeidsvoorwaarden die van toepassing zijn op het sociale
economiebedrijf? De ervaring uit de praktijk leert me dat het de regel
is dat men de arbeidsvoorwaarden van het OCMW-bestuur toepast. Is
een OCMW gemachtigd om afspraken te maken om de OCMW-
steuntrekkers te laten functioneren onder de arbeidsvoorwaarden van
het sociale economiebedrijf?

Ten tweede, een meer politieke vraag. Acht u het wenselijk om de
wetgeving aan te passen waardoor het principe wordt ingevoerd dat in
dergelijke gevallen de terbeschikkinggestelde werknemers onder het
toepassingsgebied van de sector van de sociale economie vallen? Is
het opportuun terzake een wetgevend initiatief te nemen?
et peut bénéficier de toutes les
modalités offertes par l'administra-
tion du CPAS en matière de droit
du travail.

Des problèmes se posent lorsque
des allocataires sont mis à la
disposition dans le cadre de
projets d'économie sociale. Le
bénéficiaire du revenu d'intégra-
tion mis à disposition peut souvent
escompter des conditions de
travail bien plus intéressantes que
celles des travailleurs réguliers, ce
qui peut générer des tensions au
sein du personnel. C'est
certainement le cas lorsque
plusieurs CPAS, appliquant des
conditions de travail qui leur sont
propres, mettent du personnel à
disposition dans le cadre d'un
même projet d'économie sociale.
De surcroît, les personnes mises à
disposition constatent souvent que
le contrat à durée indéterminée qui
leur est proposé à l'issue de la
période prévoit des conditions de
travail beaucoup plus contrai-
gnantes. C'est ce qui explique
pourquoi de nombreux travailleurs
mis à disposition renoncent à un
emploi régulier.

La direction d'un CPAS peut-elle
décider de manière autonome,
conformément à l'article 60, § 7 de
la loi de 1976, de mettre un
bénéficiaire du revenu d'intégra-
tion à la disposition d'un projet
d'économie sociale, aux conditions
de travail appliquées par cette
entreprise d'économie sociale? Ne
faudrait-il pas modifier la
législation sur ce point?
01.02 Staatssecretaris Els Van Weert: Mijnheer de voorzitter, ik dank
de heer Bonte voor de vraag omdat er bij de OCMW's nogal wat
01.02 Els Van Weert, secrétaire
d'Etat: Cet article de loi peut
CRIV 51
COM 649
15/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
onduidelijkheid heerst over de manier waarop men zich in deze
dossiers moet of kan opstellen en wat de mogelijkheden zijn.

Juridisch is en blijft het OCMW gedurende de hele periode van de
terbeschikkingstelling de werkgever. De werknemer heeft een
arbeidsovereenkomst enkel en alleen met het OCMW in kwestie en
niet met het sociale economie-initiatief. Het loon en de
arbeidsvoorwaarden worden vastgelegd tussen het OCMW en de
terbeschikkinggestelde werknemer. Dat kan soms leiden tot een
verschil in arbeid- en loonvoorwaarden tussen de werknemer die ter
beschikking is gesteld en de werknemers die op een andere manier
zijn tewerkgesteld bij het sociale economie-initiatief.

Zoals u terecht vermeldt, heeft navraag uitgewezen dat de meeste
OCMW's op dit ogenblik het systeem hanteren van de laagste
barema's van de eigen werknemers voor de artikelzestigers die ter
beschikking gesteld worden aan de sociale economie-initiatieven.

Dat heeft vaak een aantal extra voordelen ten opzichte van de
werknemers die in de sociale economie-initiatieven zijn tewerkgesteld.

Het hoeft niet zo te zijn. Het OCMW kan de arbeidsvoorwaarden vrij
bepalen en kan er dus wel voor kiezen om de arbeidsvoorwaarden in
het sociale-economieproject te volgen. Dat past binnen de autonomie
die een OCMW heeft bij het verlenen van maatschappelijke hulp. Het
verlenen van een tewerkstelling met toepassing van artikel 60, §7, van
de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra
voor Maatschappelijk Welzijn is wezenlijk een vorm van
maatschappelijke dienstverlening. Het behoort immers tot de taken
van een OCMW, zoals opgesomd in hoofdstuk 4 van de organieke
OCMW-wet.

Voor het afbakenen van de taken van een OCMW is de federale
overheid bevoegd, in casu de minister voor Maatschappelijke
Integratie. Nogmaals, binnen het kader van de huidige wetgeving is
het aan het OCMW perfect toegestaan om de arbeidsvoorwaarden te
hanteren die in het sociale-economieproject worden gehanteerd.
Vanzelfsprekend moet er wel rekening worden gehouden met het
minimum gewaarborgd loon in de privé-sector volgens de geldende
CAO voor dat specifieke project of dat specifieke bedrijf. Dat spreekt
voor zich. Er kan niet onder dat loon worden gegaan. Het moet
worden gerespecteerd. Wel kan er worden gevarieerd naar gelang het
initiatief waarin de werknemer of artikelzestiger dan is tewerkgesteld
of waaraan hij ter beschikking wordt gesteld.

U vraagt ook of ik het wenselijk acht om de wetgeving aan te passen.
Het vorige antwoord heeft duidelijk gemaakt dat het niet nodig is.
Mocht het toch zo zijn, dan zal u daarover met collega Dupont,
minister voor Maatschappelijke Integratie, moeten spreken. Mogelijks
kan er een verduidelijking komen. In ieder geval, binnen de huidige
wetgeving kan het OCMW dat artikel toepassen. Er zal al veel kunnen
worden opgelost, als er met de OCMW's goed wordt
gecommuniceerd omtrent de mogelijkheden en de regelgeving.
effectivement prêter à confusion.
Pendant toute la période de mise à
disposition, le CPAS assume le
rôle d'employeur juridique du
bénéficiaire du revenu
d'intégration. Un contrat de travail
n'est conclu qu'avec le CPAS et
donc pas avec les initiateurs du
projet d'économie sociale. La
rémunération et les conditions de
travail sont convenues entre le
CPAS et le travailleur mis à
disposition. Il peut effectivement
en résulter des différences entre le
travailleur mis à disposition et les
travailleurs réguliers employés
dans le cadre du projet
d'économie sociale.

La plupart des CPAS octroient aux
travailleurs mis à disposition le
barème salarial le plus bas des
travailleurs propres.

Le CPAS est libre de déterminer
les conditions de travail. Il s'agit
d'une forme de service social,
alors que la définition des
missions des CPAS relève des
compétences fédérales. Les
conditions de travail dans le cadre
d'un projet socio-économique
peuvent être appliquées à la
condition que le salaire minimum
soit respecté.

De nombreux aspects peuvent
être résolus grâce à une bonne
communication avec les CPAS et
une modification de loi ne me
semble dès lors pas nécessaire. Si
elle était quand même organisée,
une telle modification devrait être
discutée en concertation avec M.
Dupont.
01.03 Hans Bonte (sp.a-spirit): Mevrouw de staatssecretaris, dank u
voor zowel de duidelijkheid als voor de inhoud van uw antwoord. Ik
denk dat heel wat OCMW's niet beseffen dat die mogelijkheid
bestaat, niettegenstaande zij ook dikwijls worden geconfronteerd met
01.03 Hans Bonte (sp.a-spirit):
De nombreux CPAS ignorent que
cette possibilité existe alors qu'ils
sont pourtant très souvent
15/06/2005
CRIV 51
COM 649
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
het probleem. Dat probleem vertaalt zich zeer dikwijls in het feit dat
heel wat mensen die volgens artikel 60 tewerkgesteld werden,
uiteindelijk kiezen voor de werkloosheid in plaats van het contract. Het
is precies om die beweegreden, mevrouw de staatssecretaris, dat ik
die boodschap en die informatie onder de aandacht van de OCMW's
zal brengen. Ik zal hen hierover informeren met de uitdrukkelijke
vraag om te proberen de arbeidsvoorwaarden van het bedrijf te
respecteren.

Ik heb een beetje het aanvoelen dat er, naast het gebrek aan
informatie over het feit dat een en ander kan binnen het huidig
wettelijk kader, ook een soort administratieve problematiek achter
schuil gaat. Men zal nu immers van de OCMW's vragen om de
arbeidsomstandigheden en ­voorwaarden van het sociale-
economiebedrijf waarmee men samenwerkt, ook toe te passen in de
eigen diensten. Ik denk dat dat mogelijk moet zijn. Ik zal hen daarop
ook wijzen.

Indien ik vaststel dat dat niet mogelijk blijkt te zijn, neem ik mij voor
om na te gaan of er initiatieven te verwachten zijn vanuit de regering.
Ik zal dan meer specifiek bij minister Dupont het probleem
aankaarten. Anderzijds zou het volgens mij ook kunnen leiden tot een
wetgevend initiatief om de perverse werkloosheidsval voor die zwakke
groep op te heffen.
confrontés au problème. Les
personnes qui se trouvent dans
cette situation optent générale-
ment pour le chômage. Ce piège à
l'emploi doit être éliminé et semble
pouvoir l'être dans le cadre de la
réglementation actuelle. J'en
informerai les CPAS qui sont de
mon ressort. J'aborderai les
problèmes éventuels avec M.
Dupont.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale
Economie, toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven over "het
begrotingsfonds sociale economie" (nr. 7253)
02 Question de Mme Nahima Lanjri à la secrétaire d'Etat au Développement durable et à l'Economie
sociale, adjointe au ministre du Budget et des Entreprises publiques sur "le fonds budgétaire pour
l'économie sociale" (n° 7253)

De voorzitter: Mevrouw Lanjri, uw vraag gaat over het fonds waarover wij het ook op de laatste
begrotingsbespreking hebben gehad zonder het bij naam te kunnen noemen. U hebt het woord.
02.01 Nahima Lanjri (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wij hebben dat
inderdaad twee weken geleden besproken bij de bespreking van de
begrotingsaanpassingen. Mevrouw de staatssecretaris, ik heb u toen
de vraag gesteld vanwaar de aanzienlijke aanpassingen kwamen in
de ordonnanceringskredieten voor het organiek fonds voor de sociale
economie. U hebt gezegd dat u daarop niet onmiddellijk een antwoord
kon geven. Op verzoek van de heer Michel hebben wij de vergadering
toen even geschorst. Na de schorsing hebt u mij gezegd dat het uw
bevoegdheid niet is, maar die van minister Dupont. Ik heb u toen al
gezegd dat ik vreesde dat de heer Dupont zou zeggen dat het niet zijn
bevoegdheid was maar de uwe. Mijn woorden waren nog niet koud of
een uur later zat ik al in de commissie voor de Volksgezondheid en
ondervroeg ik minister Dupont. Hij wist mij onmiddellijk te zeggen dat
het niet zijn bevoegdheid was. Dat werd trouwens bevestigd door de
voorzitter van de commissie die daarvoor een telefoontje heeft
gedaan naar de nieuwe voorzitter van het Kringloopfonds. Inderdaad,
mevrouw de staatssecretaris, dit gaat over het Kringloopfonds en wij
weten dat dit tot uw bevoegdheid behoort.

Daarom herhaal ik mijn vraag vanwaar die grote verschuivingen
02.01 Nahima Lanjri (CD&V): J'ai
demandé précédemment sur quoi
étaient fondés les ajustements des
crédits d'ordonnancement pour le
fonds organique d'économie
sociale. Le ministre m'a renvoyée
à la secrétaire d'Etat à l'Intégration
sociale qui m'a à son tour
renvoyée au ministre. Il s'agit du
fonds de recyclage. J'attends
toujours une réponse à ma
question.
CRIV 51
COM 649
15/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
komen en hoe u die verklaart?
02.02 Staatssecretaris Els Van Weert: Mevrouw Lanjri, ik ben u
dankbaar dat wij nog eens op deze vraag kunnen terugkomen. Na de
bewuste discussie in de commissie heb ik dit uiteraard op mijn
kabinet opnieuw nagegeken. Ik heb alles binnenste buiten gekeerd.
Uw vraag ging over wat op pagina 465 stond over de wijzigingen
onder punt 4 betreffende het organiek fonds voor de sociale
economie.

Mevrouw Lanjri, ik ben echt niet over een nacht ijs gegaan. Ik kan u
toch bevestigen dat het niet het Kringloopfonds betreft. Het enige wat
over het Kringloopfonds in de begroting staat, is de
kapitaalsverhoging. Die staat op een andere pagina, namelijk op
pagina 464, als ik mij niet vergis. Het gaat dus niet over het
Kringloopfonds. Het is wel degelijk een fonds dat onder de
bevoegdheid valt van collega Dupont.

Ik ga gewoon even citeren uit de wet van 12 augustus 2000 houdende
sociale, budgettaire en andere bepalingen, waarbij het fonds wordt
opgericht. Het gaat hier om een begrotingsfonds dat de volgende
taken meekreeg.

"Aard van de toegewezen ontvangsten, bedragen uitbetaald door de
Commissie van de Europese Gemeenschappen, ESF, in het kader
van artikel 146 van het verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van
de Europese Gemeenschap ter uitvoering van een nieuwe
programmatie 2000-2006 en door derden uitbetaalde bedragen die
ten onrechte werden uitgekeerd.

Aard van de toegestane uitgaven, kredieten bestemd om de uitgaven
te dekken van het fonds voor sociale economie in uitvoering van de
projecten en initiatieven van het programma 2000-2006 ESF voor de
inschakeling in het beroepsleven van bestaansminimumtrekkers in
het kader van artikel 60 § 7 van de organieke wet van 8 juli 1976 van
de openbare centra voor maatschappelijk welzijn."

Uit het bovenstaande blijkt onomstotelijk dat het hier gaat om een
fonds in het kader van de ESF-projecten, die tot de bevoegdheid van
mijn collega-minister, de heer Dupont, behoren, een fonds dat in geen
enkel opzicht te maken heeft met het Kringloopfonds. De benaming is
misschien ongelukkig, maar het is wel degelijk zo.

Het Kringloopfonds behoort uiteraard tot mijn bevoegdheden en wij
hebben daarover reeds ruimschoots met mekaar kunnen
discussiëren. Ik heb u ook alle documenten, verslagen over het
Kringloopfonds enzovoort die op dit ogenblik in mijn bezit zijn, laten
bezorgen.

Ik heb inderdaad ook vernomen dat u achteraf een beetje ontstemd
was over het feit dat ik mijn begroting niet zou kennen. Wel, dit is
absoluut niet mijn bevoegdheid. Het feit dat deze zaken in de
begroting onder Sociale Economie staan heeft te maken met
vroegere bevoegdheidsverdelingen. Op dit ogenblik is het zo dat ik
bevoegd ben voor alles wat onder punt 42 staat in deze begroting,
onder het punt sociale economie. Er is soms spraakverwarring wat de
benamingen betreft maar het Kringloopfonds is wel degelijk iets
anders dan dit organiek fonds Sociale Economie.
02.02 Els Van Weert, secrétaire
d'Etat: Le fonds organique
d'économie sociale et le
"Kringloopfonds" sont deux choses
distinctes. Le premier relève de la
compétence de M. Dupont et le
second de la mienne. Je n'ai
d'autre ressource que de renvoyer
Mme Lanjri à M. Dupont.
15/06/2005
CRIV 51
COM 649
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
02.03 Nahima Lanjri (CD&V): Ik heb nog geen antwoord mogen
ontvangen, noch van u, noch van minister Dupont. Ik blijf dus op mijn
honger. Dat is te wijten aan het feit dat een minister zijn bevoegdheid
niet kent. Deze post uit de begroting is ook niet toegelicht door de
minister. Blijkbaar wordt hier dus van alles in de begroting
goedgekeurd en worden begrotingswijzigingen goedgekeurd zonder
dat dit wordt toegelicht en zonder dat daar vragen over gesteld
kunnen worden want men meent dat dit zijn bevoegdheid niet is. Ik
stel wel vast dat de situatie in de regering heel ernstig is als men zelfs
niet weet dat dit zijn of haar bevoegdheid is. Alleszins, de aanhouder
wint, ik ga terug naar de commissie voor de Volksgezondheid, terug
naar minister Dupont en ik hoop dat hij mij niet opnieuw doorverbindt
met u. Anders kunnen we nog lang bezig zijn.
02.03 Nahima Lanjri (CD&V): Il
m'est décidément impossible
d'obtenir une réponse à ma
question sur l'augmentation de
capital. L'un des deux ministres
concernés ignore ses compé-
tences. Il semble que l'on procède
à des ajustements budgétaires
sans les expliciter. Ce gouver-
nement ne tourne décidément pas
rond. Je me demande si M.
Dupont va m'envoyer promener
une fois encore.
De voorzitter: Wordt vervolgd in de andere commissie.
02.04 Staatssecretaris Els Van Weert: Mijnheer de voorzitter, als ik
nog even mag. Omdat ik dit ook een zeer vervelende situatie vond
heb ik dat ook per brief aan de voorzitter van de commissie
overgemaakt met de vraag om iedereen schriftelijk op de hoogte te
brengen van de bevoegdheidsverdeling zoals ze...
02.04 Els Van Weert, secrétaire
d'Etat: J'ai communiqué la
répartition des compétences à
l'ensemble des commissaires et
également à M. Dupont.
02.05 Nahima Lanjri (CD&V): U zou dit misschien beter ook aan de
minister overmaken.
02.06 Staatssecretaris Els Van Weert: Dat heb ik ook gedaan.
De voorzitter: Zeer goed.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de vragen aan de staatssecretaris. Ik dank haar voor haar
aanwezigheid. Ik nodig de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid uit om op de vragen van de
andere collega's te antwoorden.

Vraag nr. 7232 van de heer Goutry is op zijn verzoek uitgesteld. Ik wil laten nagaan de hoeveelste keer dit
is, want conform de afspraken is twee keer uitstel afstel.

Ik heb begrepen dat de vraag nr. 7352 van de heer Massin zal gesteld worden in de plenaire vergadering
van morgen.
03 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister van Werk over "de structurele lastenverlaging
voor de beschutte werkplaatsen" (nr. 7418)
03 Question de Mme Greta D'hondt à la ministre de l'Emploi sur "la réduction structurelle de charges
pour les ateliers protégés" (n° 7418)
03.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik ben al een
tijdje op wandel met mijn vragen over de beschutte werkplaatsen. Ik
herinner mij nog dat er ­ minister Vandenbroucke was toen de
bevoegde minister ­ wijzigingen werden aangebracht aan de Sociale
Maribel, en dat er bij aanvang geen problemen waren, maar nadien
wel. Men zou die problemen toen oplossen. Sindsdien loop ik heen en
weer tussen de diverse ministers.

Mijnheer de minister, na het antwoord dat ik van u gekregen heb op
mijn laatste vraag in maart en na het aandringen bij de minister van
03.01 Greta D'hondt (CD&V): La
réduction structurelle des charges
des ateliers protégés est
désormais un vieux dossier.

A la mi-avril, les employeurs, les
syndicats et les collaborateurs du
ministre ont proposé une solution
au problème de la non-indexation
des paramètres de réduction
CRIV 51
COM 649
15/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
Begroting om de nodige handtekeningen te krijgen, zodat dit kon
geregeld worden, dacht ik dat de zaken van de baan waren, tot grote
opluchting van de sector. Nu blijkt dat toch niet het geval te zijn. Op
14 april, zo vernam ik uit de sector, hadden de werkgevers en de
vakbonden van de beschutte werkplaatsen een laatste gesprek ­ ik
hoop dat het een laatste is ­ met de kabinetsmedewerkers van de
minister van Werk. Men zegt mij dat tijdens dat gesprek een
oplossing werd voorgesteld voor het probleem van de niet-indexering
van de parameters uit de structurele lastenverlaging, want dat was het
laatste grote probleem.

De parameters worden vanaf nu wel geïndexeerd, maar ­ ik heb dat
ook in mijn vorige vragen aangehaald en er zou een oplossing voor
gevonden worden ­ pas het jaar volgend op het jaar waarin de
indexering plaatsvond, zodat er vanuit de sector van de beschutte
werkplaatsen een voorfinanciering van de indexering moet gebeuren.
Dit is een zware financiële verplichting voor die sector, die het al heel
moeilijk heeft, het altijd heel moeilijk gehad heeft en het ­ ik verwijs
naar de persberichten van de laatste weken ­ nog moeilijker krijgt,
mede door de invoer vanuit het Oosten en niet in het minst vanuit
China.

Ik heb het ook met een concreet voorbeeld in mijn vraagstelling
aangeduid, mijnheer de minister. Als er zich een indexsprong
voordoet op 1 oktober van dit jaar, dan betekent dat dat op 1 januari
van volgend jaar het grensloon in de formule wordt aangepast met 2%
en daarbovenop dan drie twaalfden van 2%, vermits de indexsprong
zich heeft voorgedaan op 1 oktober van dit jaar. Het grensloon wordt
daardoor met 2,5% verhoogd in 2006. Als er geen indexsprong
plaatsvindt in 2006, beperkt het grensloon in 2007 zich tot de stijging
van 2%. Als er wel een indexsprong is in 2006, krijgen we een index
met een correctie daarbovenop voor de verloren maanden.

Dat voorstel is uit de bus gekomen als eindresultaat van alle
besprekingen op 14 april en diende nog verder geofficialiseerd te
worden, onder andere door notificatie van de Ministerraad. De sector
wordt ongerust, omdat het vooralsnog niet gebeurd is, tenzij het
vandaag gebeurd is. Dit was het eerste punt: de hele
berekeningsformule van de indexaanpassing.

Er blijft nog een tweede probleem, hoewel de regering naar aanleiding
van mijn vraag in maart had toegezegd een en ander terzake te zullen
regelen. Ik heb ook minister Vande Lanotte daarover nog
ondervraagd en die bevestigde mij dat hij zijn handtekening had gezet
en dat het dus geregeld kon worden. Tot op vandaag is dit blijkbaar
toch nog niet bij de beschutte werkplaatsen toegekomen. Ik heb het
dan over de terugbetaling van de meerkosten van het vierde kwartaal
2003 en het eerste en tweede kwartaal 2004. Vandaar mijn vragen,
mijnheer de minister.

Wat houdt de zaak nu nog tegen? Wanneer worden de afspraken
over de wijze waarop de indexering zou toegepast worden, zoals in
consensus overeengekomen op 14 april, uitgevoerd?

Ten tweede, wanneer worden de afspraken over de terugbetaling van
de meerkosten voor de drie kwartalen die nog moeten worden
verrekend, nagekomen en wanneer worden ze officieel van kracht?
structurelle des charges que
rencontrent les ateliers protégés.
En vertu de cette proposition, les
paramètres seraient indexés et le
secteur devrait par conséquent
préfinancer plusieurs mois.

La proposition devait encore être
notifiée par le Conseil des
ministres. Pourquoi cette
notification tarde-t-elle à ce point?

Les frais supplémentaires
afférents à un certain nombre de
trimestres n'ont, par ailleurs,
toujours pas été remboursés.
Quand les décisions prises en
concertation avec le secteur
seront-elles exécutées?
15/06/2005
CRIV 51
COM 649
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
Mijnheer de minister, ik hoop dat het de laatste keer is dat ik u
daarover moet lastigvallen. Op dit moment moeten wij echter voor de
mensen die in de bewuste sector zijn tewerkgesteld alle mogelijke
inspanningen leveren. Vandaag hebben zij immers geen enkele
andere kans. De laatste berichten die ik kreeg over de concurrentie uit
China, maken mij heel ongerust over de sector. Dat zal echter voor
voor een ander debat zijn.
03.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
D'hondt, ik kan slechts een gedeeltelijk antwoord op uw vraag geven.

Op 14 april 2005 zijn het niet mijn medewerkers geweest die de
sector hebben ontmoet.

Mevrouw D'hondt, ik kan u daarentegen wel mededelen dat het
koninklijk besluit over de indexering van de loongrenzen voor het jaar
2005 zal worden voorgelegd op de volgende Ministerraad van
24 juni 2005. Op dezelfde Ministerraad zal ook een oplossing worden
voorgesteld ter compensatie van de gevolgen van de loonindexering
in de loop van een jaar.

Om de voorgestelde oplossing uiteen te zetten, neem ik als basis de
hypothese van een indexering in oktober 2005 en geen indexeringen
in de loop van 2006. In dat voorbeeld wordt de loongrens toepasselijk
in 2006 verhoogd met 2% plus een compensatie voor de drie
maanden indexering in de loop van 2005. In totaal wordt voor het jaar
2006 de loongrens van 2005 met 2,5% verhoogd. Gezien het feit dat
er geen indexering heeft plaatsgevonden in de loop van 2006, is de
toepasselijke loongrens vanaf 2007 gelijk aan de loongrens van 2005,
verhoogd met 2%.

In het tweede voorbeeld, dat u aanhaalt, is de toestand verschillend.
U veronderstelt dat een indexering in de loop van 2006 plaatsvindt. Ik
neem als hypothese een indexering op 1 oktober 2006. In dat geval
wordt de loongrens 2005 verhoogd met 4,04% plus de compensatie
voor de maandindexering in de loop van 2006. In dat geval wordt de
in 2007 toepasselijke loongrens bepaald op basis van de loongrens
van 2005, verhoogd naar rato van 4,54%.

Mevrouw D'hondt, ik hoop dat de voorbeelden de voorgestelde
berekening duidelijker maken. Het mechanisme is ingewikkeld. Het
was evenwel de enige manier om een loongrens voor een bepaald
jaar te kunnen bepalen. Indien het mechanisme in de indexering van
de loongrens zou voorzien zijn op het tijdstip van de indexering,
bestond het risico dat twee loongrenzen in de loop van hetzelfde
kwartaal van toepassing zouden zijn. Zo'n oplossing zou aanleiding
geven tot veel geschillen en zou de werkgevers ertoe dwingen twee
tewerkstellingslijnen per werknemer aan te geven voor dat kwartaal.

Wat de problematiek van de meerkosten betreft voor de vier
trimesters in 2003 en het eerste en tweede trimester van 2004, is het
KB getekend door de twee ministers en doorloopt het de procedures.
03.02 Rudy Demotte, ministre: Je
ne puis fournir qu'une réponse
partielle à ces questions. Les
personnes qui ont rencontré le
secteur le 14 avril 2005 n'étaient
pas mes collaborateurs. L'arrêté
royal relatif à l'indexation des
plafonds salariaux pour 2005 sera
soumis au Conseil des ministres le
24 juin. Une solution visant à
compenser les conséquences de
l'indexation des salaires sera
également présentée à cette
occasion.

Le mécanisme de calcul proposé
est très compliqué, mais il
constitue le seul moyen pour fixer
un plafond salarial unique. Si une
indexation du plafond salarial est
effectivement appliquée au
moment de l'indexation, le risque
est réel que deux plafonds
salariaux seraient d'application au
cours du même trimestre. Une
telle situation créerait des
différends et obligerait les
employeurs à déclarer deux
régimes d'emploi par travailleur
pour ce trimestre.

Les deux ministres compétents
ont signé l'arrêté royal qui doit
résoudre le problème des coûts
excédentaires pour les quatre
trimestres de 2003 et pour le
premier et le deuxième trimestre
de 2004 et il parcourt actuellement
les différentes étapes de la
procédure.
03.03 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, ik had geen
kritiek op de formule die men gekozen heeft. Die is ingewikkeld, maar
is na overleg tot stand gekomen. De sector kan er goed mee leven.
Hoe ingewikkeld ook, de formule is correct.
03.03 Greta D'hondt (CD&V):
Loin de moi l'idée de critiquer la
formule de calcul, qui est
complexe mais qui a été élaborée
en concertation avec le secteur et
CRIV 51
COM 649
15/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Mijn vraag handelt veeleer over het tijdstip van toepassing. Ik heb
genoteerd dat inzake de achterstallige kwartalen het KB getekend is
en twee andere punten op de Ministerraad van 24 juni zullen
behandeld worden. Ik hoop dat daarmee de problematiek is opgelost..
U kent wellicht het Vlaams gezegde " veel beloven en weinig geven ".

Het duurt nu reeds zo lang, mijnheer de minister. Ik hoop dat na 24
juni de knopen zullen doorgehakt zijn en de sector krijgt hetgeen in de
afspraken was opgenomen. Mocht dat niet het geval zijn, zult u nog
vóór het zomerreces zeker van me horen, wellicht met een meer boze
toon.
qui est correcte. Ma question porte
sur la date d'application. J'espère
que la signature de l'arrêté royal
relatif aux trimestres impayés
résoudra rapidement la question et
que le secteur recevra enfin ce qui
avait été convenu.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De voorzitter: Ik heb van mevrouw Jiroflée de vraag gekregen om ook haar vraag nr. 7431 uit te stellen.
Aangezien dit de eerste keer is, kunnen we dat ook toestaan.

De bespreking van de vragen en interpellaties eindigt om 14.38 uur.
La discussion des questions et interpellations se termine à 14.38 heures.