CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 629
CRIV 51 COM 629
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
lundi
maandag
06-06-2005
06-06-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Olivier Chastel au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la distribution du courrier PRIOR
par La Poste" (n° 6919)
1
Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de uitreiking van de
PRIOR-zendingen door De Post" (nr. 6919)
1
Orateurs: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Olivier Chastel au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le transfert d'activités d'ABX vers
La Poste" (n° 6920)
3
Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de overdracht van
bepaalde activiteiten van ABX naar De Post"
(nr. 6920)
3
Orateurs: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Olivier Chastel au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les investissements à l'atelier de
traction GCR de Charleroi-Sud de la SNCB"
(n° 6989)
5
Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de investeringen in de
NMBS-tractiewerkplaats Charleroi-Zuid (GCR)"
(nr. 6989)
5
Orateurs: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Olivier Chastel au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "l'application de Géoroute et
Poststation à La Poste" (n° 7012)
8
Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de toepassing van
Georoute en Poststation bij De Post" (nr. 7012)
8
Orateurs: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Eric Massin au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "l'absentéisme à La Poste"
(n° 6890)
10
Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het ziekteverzuim bij De
Post" (nr. 6890)
10
Orateurs: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Eric Massin au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les freins de voie de la gare de
Monceau" (n° 7005)
11
Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de railremmen in het
station van Monceau" (nr. 7005)
11
Orateurs: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Eric Massin au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la ligne 124 Charleroi-Bruxelles"
(n° 7006)
14
Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "lijn 124 Charleroi-
Brussel" (nr. 7006)
14
Orateurs: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de Mme Valérie Debue au vice-premier 17
Vraag van mevrouw Valérie Debue aan de vice-
17
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "l'évolution du projet relatif à la
construction et à la modernisation des centres de
tri postaux" (n° 7021)
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de voortgang van het
plan inzake de bouw en de modernisering van de
postsorteercentra" (nr. 7021)
Orateurs: Valérie De Bue, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Valérie De Bue, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Olivier Chastel au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le contrat de gestion de la SNCB"
(n° 7041)
19
Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het beheerscontract van
de NMBS" (nr. 7041)
19
Orateurs: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Olivier Chastel, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Questions jointes de
21
Samengevoegde vragen van
21
- M. Philippe De Coene au vice-premier ministre
et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les Points Poste" (n° 7076)
21
- de heer Philippe De Coene aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de PostPunten"
(nr. 7076)
21
- M. Francis Van den Eynde au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les magasins postaux" (n° 7125)
21
- de heer Francis Van den Eynde aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "postwinkels" (nr. 7125)
21
Orateurs: Philippe De Coene, Francis Van
den Eynde, Johan Vande Lanotte, vice-
premier ministre et ministre du Budget et des
Entreprises publiques
Sprekers: Philippe De Coene, Francis Van
den Eynde, Johan Vande Lanotte, vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven
Question de Mme Greta D'hondt au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les infrastructures pour personnes
handicapées dans les gares dans la région située
entre la Dendre et le pays de Waas" (n° 7112)
23
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over
"gehandicaptenvoorzieningen in de
spoorwegstations in het land van Waas en
Dender" (nr. 7112)
23
Orateurs: Greta D'hondt, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Greta D'hondt, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Stef Goris au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la suppression éventuelle de la
liaison ferroviaire directe entre Vertrijk et
Bruxelles" (n° 7091)
27
Vraag van de heer Stef Goris aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de mogelijke afschaffing
van de rechtstreekse treinverbinding van Vertrijk
naar Brussel" (nr. 7091)
27
Orateurs: Stef Goris, Johan Vande Lanotte,
vice-premier ministre et ministre du Budget et
des Entreprises publiques
Sprekers: Stef Goris, Johan Vande Lanotte,
vice-eerste minister en minister van Begroting
en Overheidsbedrijven
Question de M. Roel Deseyn au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le projet pilote de la SNCB relatif
aux connexions internet sans fil" (n° 7129)
30
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het proefproject van de
NMBS met draadloos surfen" (nr. 7129)
30
Orateurs: Roel Deseyn, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Roel Deseyn, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Patrick De Groote au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les places de stationnement
gratuites" (n° 7196)
32
Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de gratis
parkeerplaatsen" (nr. 7196)
32
Orateurs: Patrick De Groote, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Patrick De Groote, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
Question de M. Roel Deseyn au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la réintroduction de la carte de
rappel par La Poste" (n° 7223)
33
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de herinvoering van het
herinneringsbriefje bij De Post" (nr. 7223)
33
Orateurs: Roel Deseyn, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Roel Deseyn, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Roel Deseyn au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le raccourcissement de la période
prescrite pour le remplacement de titres de
paiement égarés" (n° 7233)
35
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-
eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het verkorten van de
periode voor de vervanging van verloren
betaaltitels" (nr. 7233)
35
Orateurs: Roel Deseyn, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Roel Deseyn, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
Question de M. Eric Massin au vice-premier
ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les bâtiments des gares" (n° 7255)
36
Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de stationsgebouwen"
(nr. 7255)
37
Orateurs: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-premier ministre et ministre du
Budget et des Entreprises publiques
Sprekers: Eric Massin, Johan Vande
Lanotte, vice-eerste minister en minister van
Begroting en Overheidsbedrijven
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
du
LUNDI
6
JUIN
2005
Après-midi
______
van
MAANDAG
6
JUNI
2005
Namiddag
______
De vragen en interpellaties vangen aan om 14.54 uur.
Voorzitter: de heer Francis Van den Eynde.
Les questions et les interpellations commencent à 14.54 heures.
Président: M. Francis Van den Eynde.
01 Question de M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la distribution du courrier PRIOR par La Poste" (n° 6919)
01 Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de uitreiking van de PRIOR-zendingen door De Post" (nr. 6919)
01.01 Olivier Chastel (MR): Monsieur le ministre, ma première
question vise effectivement la distribution du courrier Prior. Il semble
que La Poste a du mal à tenir ses objectifs et aura du mal, cette
année, à tenir ses objectifs notamment en ce qui concerne la
distribution du courrier Prior, puisqu'elle nous prévient déjà que ses
objectifs pour 2005 sont inatteignables. Pourtant, il était clairement
stipulé dans le contrat de gestion entre l'Etat et La Poste que la
distribution du courrier Prior à J+1 devait être effective à 94% en
2005. On peut, d'ores et déjà, dire que cela ne sera pas le cas.
De deux choses l'une: soit le contrat de gestion doit être considéré
comme rencontrant un certain nombre d'objectifs inaccessibles, une
sorte de timbale hypothétique, soit il est effectivement conçu pour être
respecté et, dès lors, il n'est pas acceptable que l'un des contractants
y déroge.
Il est vrai que l'année avait commencé de manière plutôt
prometteuse. En tout cas par rapport aux derniers chiffres de 2004,
l'évolution était sensible. La Poste n'a pas pris suffisamment en
compte un certain nombre de paramètres pour déterminer les
objectifs à atteindre. Je ne souhaite pas non plus que La Poste
diminue ses ambitions et ses objectifs mais il me semble que nos
citoyens ont droit à un minimum de respect. S'ils apposent un timbre
Prior sur une enveloppe, c'est qu'ils estiment que ce courrier doit être
distribué le lendemain matin.
Les plaintes sont de plus en plus nombreuses à l'encontre de La
Poste. Je pense que cela s'explique par le fait que le citoyen s'attend
à pouvoir bénéficier d'un service qu'on lui a promis, notamment via les
chiffres inscrits dans le contrat de gestion en matière d'objectifs pour
La Poste.
01.01 Olivier Chastel (MR): In
het beheerscontract van De Post
staat dat 94 percent van de Prior-
zendingen op D+1 moeten worden
uitgereikt. De Post heeft er echter
reeds zelf voor gewaarschuwd dat
ze die doelstelling in 2005 niet kan
waarmaken. Het beheerscontract
moet door beide contractanten
worden nageleefd. Zoniet is het
niet veel meer dan bedrieglijke
reclame.
In vergelijking met 2004 was 2005
nochtans goed begonnen. Bij het
bepalen van haar doelstellingen
heeft De Post onvoldoende
rekening gehouden met een aantal
parameters.
De Post moet haar klanten ernstig
nemen. Als men op een zending
een Prior-zegel kleeft, mag men
toch verhopen dat ze de volgende
dag bij de bestemmeling aankomt.
Het aantal klachten over De Post
neemt thans echter overhand toe.
Welke maatregelen zal De Post
nemen om te voorkomen dat dit
een recurrent fenomeen wordt?
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
Pouvez-vous me dire, monsieur le ministre, quelles mesures entend
prendre La Poste pour pallier cette problématique afin que ce genre
de phénomène ne devienne pas récurrent?
01.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le président,
monsieur Chastel, le contrat de gestion prévoit des objectifs à
atteindre qui sont, comme vous le savez, assez élevés, à savoir 94%
de distribution en J+1 pour le Prior.
En 2003, la plupart du temps, ce pourcentage s'élevait à 82, 85 ou
88%. Nous ne sommes arrivés qu'une seule fois à plus de 90%
(91,2%) en novembre 2003. La Poste a essayé d'augmenter ce
pourcentage en 2004 (...)
Pour 2004, l'objectif était de faire monter ce chiffre et nous sommes
arrivés à 90% la plupart du temps. Donc 2004 fut une année plus
performante que 2003, à l'exception des mois de novembre et de
décembre. Les premiers mois de 2005 ont été meilleurs, avec un taux
supérieur à 91% en avril 2005. Le mois de mars a été moins bon avec
un taux de 86,5%. En ce qui concerne le J+2, l'objectif de 94% est
atteint.
L'analyse des chiffres montre que nous atteignons dans la plupart des
cas nos objectifs en ce qui concerne la collecte, le transport et les
centres de tri. Mais, en ce qui concerne les bureaux distributeurs,
nous n'y arrivons pas.
On y arrive à peu près dans 520 bureaux sur les 547. Mais 20 à 30
bureaux posent problème en raison d'un climat historique. Lorsqu'il y
a un conflit social, les conséquences subsistent durant des années.
J'ai personnellement visité un bureau de poste de ma région, celui de
Coxyde pour ne pas le citer, qui a connu des tensions sociales, il y a
dix ans. Depuis deux ans seulement, les choses commencent à
changer. J'ai eu l'occasion de discuter avec de nombreuses
personnes de ce bureau. Des problèmes se posaient entre les
membres du personnel, notamment avec le chef de bureau. Un tel
conflit a pour conséquence que les gens ne s'entraident pas. Chacun
effectue son travail partant du principe que si un problème se pose
chacun "tire son plan". Il n'y a pas de cohésion. Or, sans cohésion,
rien n'est possible. Il y a toujours quelqu'un qui est malade ou un
problème qui se pose. Il faut donc que l'on puisse compter sur les
membres du personnel, ce qui n'était pas le cas. A Coxyde, par
exemple, la distribution du courrier a laissé à désirer durant des
années en raison du conflit social. Aujourd'hui, la plupart des
membres du personnel ne sont plus les mêmes et les choses vont
mieux. C'est pour ainsi dire toujours ce genre de problème qui se
pose dans les 20 à 30 bureaux concernés. Notre tâche aujourd'hui est
de trouver, en collaboration avec le personnel, une meilleure cohésion
dans ces bureaux.
Le pourcentage global de 94% dans les différents secteurs est donc
atteint mais 20 à 30 bureaux doivent encore faire des efforts. C'est ce
à quoi nous allons nous atteler dans les mois qui viennent. Cet effort
est possible même si les choses ne sont pas faciles. En effet, quand
on considère la chaîne (la collecte, le centre de tri et le transport), si
dans 99% des cas le travail est effectué durant le jour, mais que des
problèmes se posent dans 1% des cas, globalement on n'atteint plus
01.02 Minister Johan Vande
Lanotte: Conform het beheers-
contract moest 94 procent van de
Priorzendingen op D+1 worden
uitgereikt.
In 2003 werd gedurende aan
aantal maanden tussen 82 en 88
procent bereikt maar slechts één
keer, in november 2003, werd 91
procent gehaald. In 2004 werd in
de meeste maanden 90 procent
bereikt. In de eerste maanden van
2005 werden niet zo'n goede
resultaten gehaald, maar in april
haalde De Post 91 procent. Voor
D+2, wordt 94 procent bereikt. Het
probleem houdt geen verband met
de ophaling, het vervoer of de
sorteercentra maar is uitsluitend
terug te brengen tot twintig à dertig
uitreikingskantoren op 547.
Doorgaans is het naar aanleiding
van een sociaal conflict, dat soms
van vroeger dateert, dat er zich in
die kantoren problemen voordoen
waardoor de postbestelling
jarenlang te wensen overlaat. Om
de toestand te verbeteren hebben
wij in die twintig tot dertig kantoren
tal van mensen vervangen, maar
er zal nog een betere cohesie
moeten komen.
Om tegen het einde van het jaar
het cijfer van 94 procent te halen,
zullen wij een moeilijke maar
haalbare inspanning moeten
leveren. Het management van De
Post wil die doelstelling bereiken
en ik zie niet in waarom wij geen
betere resultaten kunnen halen
dan in andere landen.
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
l'objectif de distribution de 94% à J+1.
On va essayer d'aller le plus loin possible, même s'il est pratiquement
impossible d'atteindre encore les 94%. J'insiste sur le fait qu'on
travaille à augmenter ce chiffre et qu'on pourrait y arriver en fin
d'année. Ce n'est pas encore la moyenne pour 2004-2005 mais on y
arrive lentement. Voilà la situation actuelle. Le management de La
Poste veut tout faire pour arriver à ce critère. On aurait alors la qualité
la plus élevée en Europe. D'après ce calcul, la qualité serait beaucoup
plus élevée que dans les autres pays mais je ne vois pas pourquoi
cela ne pourrait pas être le cas.
01.03 Olivier Chastel (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie
pour votre réponse. Il me vient à l'esprit une question
complémentaire: êtes-vous toujours favorable à terme à la
suppression du J+2?
01.03 Olivier Chastel (MR): Een
bijkomende vraag: bent u nog
altijd voorstander van de
afschaffing van D+2?
01.04 Johan Vande Lanotte, ministre: Oui. D'ailleurs, c'est ce qui
est prévu dans le contrat de gestion.
01.04 Minister Johan Vande
Lanotte: Ja, dat staat trouwens in
de beheersovereenkomst.
01.05 Olivier Chastel (MR): Dans quel délai? Comment envisage-t-
on les choses?
01.05 Olivier Chastel (MR):
Wanneer en op welke manier zal
dat gebeuren?
01.06 Johan Vande Lanotte, ministre: On a toujours dit qu'une fois
que les centres de tri seraient opérationnels, la différence entre Prior
et non-Prior devrait disparaître pour les particuliers et tout devrait être
distribué à J+1. Je parle ici des services postaux aux particuliers. Il en
va autrement pour les grands envois, pour les entreprises à qui une
livraison dans les trois jours convient parfaitement. Seulement, il y a
pour l'instant un problème d'ordre archéologique à Liège. On a mis à
jour un site archéologique et on attend de savoir si on peut poursuivre
les travaux à Liège.
01.06 Minister Johan Vande
Lanotte: Wanneer de
sorteercentra operationeel zullen
zijn, zou het verschil tussen Prior
en niet-Prior voor de particulieren
moeten verdwijnen en zou alles op
D+1 moeten worden uitgereikt.
Voor de bedrijven die genoegen
nemen met een uitreiking binnen
de drie dagen liggen de zaken
anders. Er is op dit ogenblik echter
een probleem in Luik: daar werd
een archeologische site ontdekt en
het is nog niet zeker dat de werken
er kunnen worden voortgezet.
01.07 Olivier Chastel (MR): Une deuxième place Saint-Lambert!
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le transfert d'activités d'ABX vers La Poste" (n° 6920)
02 Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de overdracht van bepaalde activiteiten van ABX naar De Post" (nr. 6920)
02.01 Olivier Chastel (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, ma question est relative à une information parue dans la
presse voici quelques semaines à propos d'un accord qui serait
intervenu entre La Poste et ABX concernant le transfert d'activités du
département des petits colis internationaux d'ABX vers Taxipost, sans
transfert de personnel. Ce transfert se ferait sans l'activité de
dédouanement qui resterait au sein d'ABX.
02.01 Olivier Chastel (MR):
Volgens een bericht dat in de pers
is verschenen, zouden De Post en
ABX een akkoord bereikt hebben
over de overdracht van activiteiten
van de afdeling kleine
internationale colli van ABX naar
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
D'après ces informations, ceci n'aurait aucune conséquence sur
l'emploi ni pour ABX, qui perd pourtant une partie de son activité, ni
pour ses sous-traitants.
Une des raisons serait l'uniformisation, au niveau européen, de la
distribution des petits colis issus des opérateurs postaux; ceci semble
assez logique.
Monsieur le ministre, pouvez-vous nous donner des détails
concernant cet accord tant au niveau financier que du personnel?
Taxipost (zonder de
dedouaneringsactiviteit), zulks
zonder dat er een overheveling
van personeel plaatsvindt. Volgens
dat bericht zou dat geen gevolgen
hebben voor de werkgelegenheid
bij ABX of de onderaannemers.
Kan u meer details over dat
akkoord geven, zowel wat het
financieel aspect betreft als inzake
de gevolgen voor het personeel?
02.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le président,
monsieur Chastel, au début des années 70, l'activité consistant à
dédouaner, puis à distribuer en Belgique les petits colis postaux en
provenance d'administrations postales étrangères, qui est une
mission de service public, avait été confiée par les autorités belges à
la SNCB, et non à l'opérateur postal comme dans la plupart des
autres pays.
La SNCB avait elle-même confié l'exécution de ce service à sa
division SNCB Colis, intégrée par la suite dans ABX Logistics, puis
dans ABX Logistics Belgium.
Des discussions ont lieu depuis de nombreuses années entre la
SNCB et La Poste dans le but de collaborer dans différents domaines
mais elles n'ont jamais abouti. A deux reprises, le gouvernement a
décidé de faire changer la situation mais ses décisions n'ont jamais
été exécutées. A l'heure actuelle, étant donné que le ministre
compétent est le même pour les deux sociétés, rien ne s'opposait à
trouver une solution.
Aussi, sans nécessairement beaucoup d'enthousiasme, il est apparu
qu'un accord était possible, par lequel La Poste et ABX Logistics
trouveraient avantage à collaborer dans le domaine du traitement des
colis postaux internationaux destinés majoritairement à des clients
privés.
En effet, la distribution de ce type de colis s'adresse surtout à une
clientèle de particuliers, comme celle de La Poste, et est proche des
activités de "core business" de La Poste. L'activité de dédouanement
de ces colis cadre dans l'activité d'organisation des flux internationaux
de transport, ce qui est plutôt le métier de base d'ABX.
Un accord commercial est en cours de finalisation entre les deux
entreprises qui, après une certaine hésitation, collaborent à présent
volontairement. Elles veulent, le plus rapidement possible, clôturer cet
accord par lequel, d'une part, ABX exécuterait des activités de
dédouanement pour le volume des colis de La Poste et de Taxipost
et, d'autre part, Taxipost distribuerait en Belgique les colis postaux
internationaux actuellement traités par ABX.
Aucun transfert de personnel n'est prévu entre les deux sociétés. Cet
accord n'aurait pas d'impact significatif sur l'emploi dans les deux
sociétés puisqu'il s'agit d'un simple échange d'activités, mais tout le
monde se spécialise dans ce qui lui est propre: dédouanement pour
ABX et distribution pour La Poste.
02.02 Minister Johan Vande
Lanotte: In het begin van de jaren
70 werd de activiteit die erin
bestond de kleine colli van
buitenlandse postbedrijven te
dedouaneren en nadien in ons
land uit te reiken, toevertrouwd
aan de NMBS, en niet aan de
postoperator zoals in andere
landen. De NMBS had de
uitvoering van die dienst
toevertrouwd aan haar pakjes-
afdeling, die nadien in ABX werd
geïntegreerd.
De NMBS en De Post voeren al
jarenlang gesprekken teneinde tot
een samenwerking op
verschillende gebieden te komen.
De regering heeft tot tweemaal toe
beslist de situatie te wijzigen, doch
zonder resultaat. Omdat eenzelfde
minister nu bevoegd is voor de
twee bedrijven zal men een
oplossing kunnen uitwerken!
Het is gebleken dat een akkoord
mogelijk was en dat De Post en
ABX Logistics zouden kunnen
samenwerken op het gebied van
de verwerking van internationale
postcolli bestemd voor particuliere
cliënten.
Die colli zijn vooral bestemd voor
de particuliere cliënten van De
Post. De dedouaneringsactiviteit
kadert in de organisatie van de
internationale vervoersstromen, en
dat behoort veeleer tot het
takenpakket van ABX.
Beide bedrijven leggen momenteel
de laatste hand aan een
commercieel akkoord. ABX zou
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
dedouaneringsactiviteiten
uitvoeren voor de colli van De Post
en Taxipost en Taxipost zou de
momenteel door ABX verwerkte
internationale postcolli in België
bestellen.
Er is in geen enkele overheveling
van personeel voorzien. Dat
akkoord zou geen gevolgen
hebben voor de werkgelegenheid
aangezien het om een eenvoudige
uitwisseling van activiteiten gaat,
waarbij elk bedrijf zich in zijn
specifieke taken specialiseert:
dedouanering voor ABX en
bestelling voor De Post.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les investissements à l'atelier de traction GCR de Charleroi-Sud de la SNCB" (n° 6989)
03 Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de investeringen in de NMBS-tractiewerkplaats Charleroi-Zuid (GCR)"
(nr. 6989)
03.01 Olivier Chastel (MR): Monsieur le ministre, si vous le
permettez, je vais commencer en posant une question qui n'était pas
reprise dans ma question écrite. J'ai été surpris de voir la réalisation
d'une conférence de presse de nature politique au sein d'un atelier de
la SNCB. Je ne savais pas que, au sein de la SNCB, on organisait
des conférences de presse, des visites.
En l'occurrence, un de nos collègues a organisé, voilà une quinzaine
de jours, une conférence de presse. A ma grande surprise, il était
accompagné du directeur général du matériel de la SNCB, M. Jean
Denayer. Je voudrais donc vous entendre au sujet de cette possibilité
qu'ont les parlementaires d'entrer dans les lieux de la SNCB, d'y
effectuer des conférences de presse et d'y annoncer d'hypothétiques
bonnes nouvelles. Cela est particulier. Je suis membre de cette
commission depuis six ans et c'est la première fois que je vois ce
genre de chose. Quand le ministre invite à visiter un service de la
SNCB, on s'y rend ensemble. J'imagine d'ailleurs qu'on demande la
permission à la SNCB.
A la suite de cette visite ou de cette conférence de presse on
appelle cela comme on veut , la presse, présente dans l'atelier GCR
de traction de Charleroi-Sud, s'est fait l'écho de nouvelles plutôt
réjouissantes pour la région de Charleroi puisque cette conférence de
presse visait à mettre en perspective le développement de l'atelier de
traction de Charleroi. Les bonnes nouvelles étant confirmées par M.
Jean Denayer, le directeur général.
L'atelier est moderne et a obtenu la certification ISO 9001. Lors de
cette conférence, on a annoncé que l'atelier de Charleroi se
chargerait à l'avenir de l'entretien des rames RER durant toute la
période de garantie à savoir 15 mois et de la maintenance, après
03.01 Olivier Chastel (MR): Ik wil
eerst een onderwerp aansnijden
dat niet in mijn schriftelijk
ingediende vraag staat. Met
verbazing heb ik vastgesteld dat
een parlementslid een
persconferentie in een werkplaats
van de NMBS heeft gehouden.
Graag vernam ik uw standpunt
over het feit dat parlementsleden
blijkbaar van de infrastructuur van
de NMBS kunnen gebruik maken
om er op een persconferentie
vermeend goed nieuws te
verkondigen. Ik zit al zes jaar in de
commissie en het is de eerste
keer dat ik iets dergelijks
meemaak.
De persconferentie vond plaats in
de NMBS-tractiewerkplaats
Charleroi-Zuid (GCR). De
aanwezige pers nam het positieve
nieuws over dat trouwens werd
bevestigd door de heer Denayer,
directeur-generaal materiaal van
de NMBS die de persconferentie
bijwoonde.
Het is een moderne werkplaats die
het kwaliteitslabel ISO 9001 heeft
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
la période de garantie, de la moitié des machines. La conférence de
presse était à ce point précise qu'on y a annoncé 60 nouveaux
emplois à l'atelier de Charleroi grâce à l'entretien du RER, et ce avec
la caution de ce directeur de la SNCB.
J'aurais voulu entendre, tant de votre part que de celle de la SNCB, la
confirmation de la création d'emplois nouveaux de par l'entretien des
rames RER à Charleroi. J'aurais également voulu savoir si, oui ou
non, derrière cette promesse, on va enfin moderniser cet atelier. En
effet, si on doit y entretenir les rames RER, ce dernier n'est,
aujourd'hui, plus tout à fait équipé, notamment pour entretenir les
roues des machines sans les démonter, car il manque encore un
certain nombre d'équipements importants pour pérenniser l'activité au
sein de cet atelier.
gekregen. Op die conferentie werd
aangekondigd dat de werkplaats in
Charleroi voor het onderhoud van
de GEN-treinstellen gedurende de
waarborgperiode (vijftien
maanden) zou instaan. Daarna
zou er nog het onderhoud van de
helft van de stellen plaatsvinden.
Men heeft tevens aangekondigd
dat voor het onderhoud van de
GEN-stellen zestig nieuwe
personeelsleden in dienst zouden
worden genomen.
Bevestigt u dat het onderhoud van
de GEN-treinstellen in Charleroi
voor extra banen zal zorgen? Zal
deze werkplaats gemoderniseerd
worden? De werkplaats is immers
niet meer terdege uitgerust voor
het onderhoud van de GEN-
treinstellen, en meer bepaald voor
het onderhoud van de wielen van
de locomotieven zonder
demontage.
03.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le président,
monsieur Chastel, le cahier de charges pour l'achat des rames RER
prévoit en effet que l'entretien de ce nouveau matériel sera assuré,
pendant la période de garantie, à l'atelier de Charleroi par du
personnel SNCB, mais aux frais et sous la responsabilité du
constructeur. Une fois la période de garantie expirée, ce sera la
SNCB qui effectuera l'entretien, aussi à Charleroi.
Les aménagements éventuels de l'atelier de Charleroi devront être
décidés lorsque la SNCB aura définitivement porté son choix sur un
type de matériel RER. L'atelier sera adapté à ce moment pour
assurer, de la manière la plus efficace possible, la maintenance de ce
matériel spécifique. C'est aussi à ce moment que l'on pourra
s'exprimer définitivement en ce qui concerne le personnel nécessaire.
03.02 Minister Johan Vande
Lanotte: In het bestek voor de
aankoop van de GEN-treinstellen
staat inderdaad dat het onderhoud
tijdens de garantieperiode in de
werkplaats van Charleroi zal
worden uitgevoerd door NMBS-
personeel, op kosten en onder de
verant-woordelijkheid van de
constructeur. Ook na het
verstrijken van de garantietijd zal
de NMBS instaan voor het
onderhoud, dat in Charleroi zal
gebeuren.
Over eventuele aanpassingen van
de werkplaats zal beslist moeten
worden bij de keuze van het type
materieel voor de GEN-
treinstellen. De werkplaats zal dan
afgestemd worden op het
onderhoud van dit specifieke
materieel. Pas dan zal men zich
ook kunnen uitspreken over het
personeelsvraagstuk.
03.03 Olivier Chastel (MR): Monsieur le ministre, votre réponse
n'est pas terrible. Je m'en contenterai, puisque vous ne savez pas me
l'inventer; elle vous vient en droite ligne de la SNCB. Néanmoins, je
suis quelque peu déçu. En effet, entre ce que la SNCB annonce sur le
terrain, par le biais d'une conférence de presse - que vous n'avez
d'ailleurs pas évoquée - avec tantôt un syndicat, tantôt un directeur
03.03 Olivier Chastel (MR): Ik
ben niet bepaald kapot van uw
antwoord! Ik zal er niettemin
genoegen mee nemen, want u
verwoordt uiteindelijk het antwoord
van de NMBS. Dat neemt niet weg
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
pouvant ainsi faire un peu de propagande, etc.
dat ik teleurgesteld ben.
U antwoordde echter niet op de
principiële vraag betreffende de
organisatie van een
persconferentie door een
parlementslid in de lokalen van de
NMBS.
03.04 Johan Vande Lanotte, ministre: Je n'ai pas dit cela!
03.05 Olivier Chastel (MR): Je vous ai posé la question parce que
c'est ce qui s'est passé!
03.06 Johan Vande Lanotte, ministre: Je ne suis pas au courant de
cela. Cet élément ne figurait d'ailleurs pas dans votre question!
03.07 Olivier Chastel (MR): Je vous demande votre avis sur le
principe.
03.08 Johan Vande Lanotte, ministre: Pour être honnête, je l'ai fait,
moi aussi, il y a quelques années. Cela ne veut pas dire que c'est
bien.
03.08 Minister Johan Vande
Lanotte: Ik deed jaren geleden
hetzelfde, wat niet wil zeggen dat
het in orde is.
03.09 Olivier Chastel (MR): Votre réponse a en tout cas le mérite
d'être honnête!
Quant à la question de savoir si les travaux en conséquence seront
réalisés à l'atelier de traction ...
03.09 Olivier Chastel (MR): Dat
is ten minste een eerlijk antwoord.
Betekent het echter dat de werken
in die werkplaats zullen worden
uitgevoerd?
03.10 Johan Vande Lanotte, ministre: Que voulez-vous dire par
"travaux"?
03.11 Olivier Chastel (MR): L'atelier de traction attend un certain
nombre de travaux.
03.12 Johan Vande Lanotte, ministre: C'est seulement quand
l'entretien devra être fait là-bas que l'on commencera les travaux.
03.12 Minister Johan Vande
Lanotte: Er worden uitsluitend
werken uitgevoerd met het oog op
het onderhoud.
03.13 Olivier Chastel (MR): Pourtant, aujourd'hui, pour l'entretien
des locomotives et des wagons, il y a déjà un problème. En effet, il
n'est pas possible d'entretenir les wagons et les locomotives sans en
démonter les roues. Il manque le mécanisme nécessaire pour le faire.
03.13 Olivier Chastel (MR): Er
doet zich vandaag al een
probleem voor wat het onderhoud
van de locomotieven en de
treinstellen betreft; dat kan niet
worden uitgevoerd zonder de
wielen te demonteren, omdat het
noodzakelijke mechanisme
ontbreekt.
03.14 Johan Vande Lanotte, ministre: Dans le cadre de la
restructuration de la SNCB, les ateliers constituent les points les plus
discutés. A ce niveau, les investissements tardent. Il est difficile de
connaître le sort de tous les ateliers. C'est un problème très difficile
au sein de la SNCB. Ce volet sera au coeur de la discussion à la fin
03.14 Minister Johan Vande
Lanotte: Bij de herstructurering
van de NMBS staan de
werkplaatsen het meest ter
discussie en de investeringen
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
de l'année sur le nouveau plan d'entreprise. Dans l'intervalle, je serais
fort surpris que l'on fasse beaucoup d'investissements dans les
ateliers, sauf évidemment des investissements dans le but
d'augmenter l'efficacité, etc.
Mais globalement, il faut attendre la fin de l'année pour savoir ce que
deviendront les ateliers.
blijven uit. Dit probleem zal
centraal staan in de besprekingen
over het nieuwe bedrijfsplan eind
dit jaar. Het zou me verbazen dat
er ondertussen nog veel wordt
geïnvesteerd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "l'application de Géoroute et Poststation à La Poste" (n° 7012)
04 Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de toepassing van Georoute en Poststation bij De Post" (nr. 7012)
04.01 Olivier Chastel (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, ma question suivante vise à faire le point sur la mise en
application à La Poste à la fois de Poststation et de Géoroute. Les
chiffres en ma possession datent de fin août 2004 et je voulais donc
les actualiser.
La mise en oeuvre du logiciel Poststation visant à une plus grand
facilité des opérations au guichet et, par là même, à plus de
disponibilité du personnel pour servir le client, concernait 1.121 sur les
1.360 bureaux.
A la même période, Géoroute l'autre logiciel garantissant la réforme
de La Poste vers une plus grande efficacité , qui permet de calculer,
de tracer et donc d'optimiser les tournées effectuées par les facteurs,
était installé dans 359 des 600 bureaux prévus. Là, on accusait un
certain retard dans la mise en place de ce logiciel dans les bureaux
distributeurs; nous en avons déjà parlé en suffisance.
Au-delà du fait que le programme ne fait pas l'unanimité dans le
personnel, les facteurs reprochant à Géoroute l'inverse de ce qu'il
devait amener en matière d'efficacité, au-delà de ce bilan, pourriez-
vous me donner l'état d'avancement précis, à la fois dans les bureaux
distributeurs pour Géoroute et dans les bureaux de La Poste pour
Poststation, quant à leur mise en application?
04.01 Olivier Chastel (MR): In
augustus 2004 werden 1.121 van
de 1.360 postkantoren uitgerust
met het computersysteem
PostStation. Dat strekt ertoe de
loketverrichtingen te vereen-
voudigen. In diezelfde periode
werd ook de Georoute-software
geïnstalleerd in 359 van de 600
postkantoren op de lijst. Bedoeling
van die software is de rondes van
de postboden te optimaliseren. De
implementatie van Georoute heeft
enige vertraging opgelopen, en
niet iedereen bij De Post is
trouwens even blij met die
toepassing.
Kan u nadere toelichting
verstrekken over de stand van
zaken met betrekking tot de
doelstellingen van PostStation en
Georoute? Hoe denkt De Post,
gelet op voormelde moeilijkheden,
de pijnpunten weg te werken?
04.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le député, sur les
objectifs de Géoroute et de Poststation, ce que vous affirmez ici me
semble un peu naïf, permettez-moi de vous le dire.
En effet, quand on dit que Poststation devait permettre une plus
grande facilité des opérations au guichet, donc plus de disponibilité
pour servir le client, je peux vous dire que l'objectif est atteint. Cela ne
signifie pas que le guichetier travaille moins, mais bien qu'il travaille
plus pour le commercial: il est davantage à disposition du client.
Quand on examine les chiffres, on constate que le temps disponible
pour les opérations commerciales était de 28% avant Poststation et il
est de 35% aujourd'hui. Cette différence de 7% permet une plus
grande disponibilité du guichetier pour le service à la clientèle. À ce
niveau, l'objectif a sûrement été atteint.
04.02 Minister Johan Vande
Lanotte: In tegenstelling tot wat u
beweert, werd de doelstelling van
de applicatie PostStation intussen
bereikt. De loketbeambten
besteden nu 35 procent van hun
arbeidstijd, tegen 28 procent
vroeger, aan commerciële
verrichtingen.
Dankzij de Georoute-software
werd bovendien de efficiëntie van
de postbodes met 15% verbeterd.
Die belangrijke tijdwinst heeft tot
de rentabiliteit van De Post in de
jaren 2004 en 2005 bijgedragen.
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Vous dites que le but de Géoroute était d'optimiser les tournées des
facteurs et vous ajoutez que les agents se plaignent de devoir
travailler plus vite. Ce n'est pas contradictoire puisque Géoroute a
permis d'augmenter de quelque 15% la productivité des facteurs. On
a amélioré le système mais cela ne veut pas dire pour autant qu'on
dispose de plus de temps, puisqu'on a augmenté aussi le nombre de
tâches à remplir. On a augmenté l'activité de 15%, ce qui est énorme.
Cela signifie qu'au lieu de cent personnes pour cent tournées, il n'y a
plus que 80 agents pour couvrir le même nombre de tournées. C'est
une différence très importante. Si La Poste est devenu rentable en
2004 et 2005, c'est en partie grâce à Géoroute.
De mes contacts répétés avec des facteurs, j'ai pu constater que leur
travail se fait beaucoup plus rapidement et qu'il est donc plus difficile
qu'il y a cinq ans. Il faut dire aussi que les trajets n'étaient plus
adaptés depuis sept ou huit ans, en attendant que Géoroute soit mis
en place, ce qui a été une erreur, dans le sens où il a fallu adapter en
une fois ce qui n'avait pas été adapté pendant des années, ce qui fait
que l'écart à combler était beaucoup plus important. Ce fait a très
certainement joué.
Il reste pour le moment 50 à 60 personnes en surnombre pour
apporter de l'aide mais on peut tout de même dire que Géoroute a
porté ses fruits. Augmenter peu à peu la qualité du service rendu avec
un personnel moins important, voilà qui me fait conclure que les
résultats de Géoroute ont été positifs pour La Poste. La clientèle va
s'adapter. Ceux qui, avant, recevaient leur courrier à midi ne nous
envoient pas de lettres de remerciement depuis que leur courrier
arrive à huit heures, bien entendu. Par contre, ceux qui le recevaient à
huit heures et qui le reçoivent maintenant à onze heures nous écrivent
pour se plaindre du retard.
Nous recevons effectivement beaucoup de plaintes mais les
personnes satisfaites du service n'envoient jamais de lettre de
remerciement, on le sait.
Hierbij valt op te merken dat de
rondes sinds zeven of acht jaar
niet meer waren gewijzigd en dat
er dus een grotere inspanning
moest worden geleverd. Het
personeel van het bedrijf krijgt
momenteel nog hulp van een
zestigtal personen.
Het regent inderdaad klachten,
maar men mag niet vergeten dat
de tevreden klanten zelden iets
van zich laten horen.
De eindbalans van Georoute is
echter uitermate positief.
04.03 Olivier Chastel (MR): Monsieur le ministre, je vous remercie
pour vos explications. Cependant, dans ma question, je souhaitais
également connaître l'état d'avancement actuel de l'installation des
systèmes.
04.03 Olivier Chastel (MR): Kan
u meedelen hoever de installatie
van de systemen in de
postkantoren is gevorderd?
04.04 Johan Vande Lanotte, ministre: L'installation a commencé
partout.
04.05 Olivier Chastel (MR): Poststation est installé dans tous les
bureaux de poste et Géoroute dans tous les bureaux distributeurs.
04.06 Johan Vande Lanotte, ministre: L'installation a commencé
partout mais n'est pas encore achevée. Un certain nombre de
bureaux sont encore au stade de l'exécution, dont une vingtaine
bénéficie d'une aide à l'installation; 58 personnes sont
temporairement mises à leur disposition, notamment dans les
grandes villes.
04.06 Minister Johan Vande
Lanotte: Alle postkantoren worden
thans met beide systemen
uitgerust maar die operatie is nog
niet overal afgerond. Momenteel
kunnen een twintigtal postkantoren
tijdelijk een beroep doen op 58
bijkomende beambten.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
05 Question de M. Eric Massin au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "l'absentéisme à La Poste" (n° 6890)
05 Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het ziekteverzuim bij De Post" (nr. 6890)
05.01 Eric Massin (PS): Monsieur le président, monsieur le vice-
premier ministre, les derniers chiffres présentés dans le cadre du
projet "Customer first, un avenir pour La Poste" par M. Thijs font état
d'une diminution notable du taux d'absentéisme pour cause de
maladie entre 2003 et 2004. Cet absentéisme est passé de 9,7% à
8,86%.
Je vous avais interpellé à ce sujet voilà un peu plus d'un an et j'avais
mis en exergue la moyenne du nombre de jours d'absence par agent,
qui culminait en 2003, pour le Hainaut, à 25,44 jours, moyenne très
largement supérieure à la moyenne nationale qui se situait à 18,02
jours. A l'époque, on pouvait partir du constat que l'absentéisme pour
cause de maladie était en grande partie imputable aux conditions de
travail particulièrement difficiles pour les agents. Ces conditions se
traduisaient notamment par une augmentation de la charge de travail,
une impossibilité de récupérer les heures supplémentaires, voire de
prendre des jours de congé, etc.
A l'époque, vous nous aviez précisé que La Poste était en train de
réaliser une analyse plus fine de l'ensemble des résultats dont elle
disposait. J'imagine que cette analyse devait aboutir à un plan
d'action visant à résorber ce problème structurel. Outre le contrôle
stricto sensu des agents malades, des mesures de soutien et
d'accompagnement spécifiques pour ces agents ainsi qu'une
adaptation de l'organisation du travail s'imposaient.
Un an plus tard, M. le vice-premier ministre peut-il nous renseigner
sur les mesures concrètes mises en place en 2004 et sur leur impact
sur la diminution du taux d'absentéisme général? Peut-il nous
informer sur la distribution de ce taux d'absentéisme par province en
2004, dans la mesure où d'importantes disparités avaient, dans le
passé, été constatées? Des mesures adaptées ont-elles été calibrées
en fonction des caractéristiques propres à chaque province?
Enfin, il me revient que dans certains bureaux de poste de la région
de Charleroi, le taux d'absentéisme a diminué de manière
proportionnellement plus importante que la moyenne nationale. Cette
diminution trouve-t-elle sa source dans l'application des mesures
concrètes dont j'ai fait état ou a-t-elle été facilitée par des recettes
locales?
Si c'est le cas, je suppose que celles-ci doivent être riches
d'enseignements et pourraient être retenues. La Poste a-t-elle pu
identifier ces recettes miracles?
05.01 Eric Massin (PS): In het
kader van het project "Customer
first: De Post, een bedrijf met
toekomst" is gebleken dat het
ziekteverzuim bij De Post is
gedaald van 9,7 procent in 2003
tot 8,8 procent in 2004
In antwoord op een vraag die ik u
stelde over de gemiddelde
afwezigheid van het postpersoneel
in Henegouwen, verklaarde u vorig
jaar dat De Post haar analyse
verfijnde met de bedoeling
gepaste oplossingen voor dat
structurele probleem uit te werken.
Welke maatregelen werden in
2004 genomen en welke invloed
hadden ze op het ziekteverzuim in
het algemeen?
Werd, in het licht van de grote
regionale verschillen, aan
specifieke maatregelen gedacht
die met de plaatselijke toestand
rekening houden?
Zo zou het ziekteverzuim in
Charleroi sterker zijn gedaald dan
het nationaal gemiddelde. Bestaat
daarvoor een plaatselijk recept?
Zo ja, is De Post nagegaan welke
maatregelen daar werden
genomen en is ze van plan ze ook
in andere kantoren toe te passen?
05.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le président,
monsieur Massin, l'absentéisme est effectivement passé de 9,73%,
fin 2003 à 8,83%, fin 2004, ce qui est positif. Toutes les entités de
l'entreprise ont collaboré à cette diminution, tant au niveau central,
régional que local.
Les entités où l'absentéisme était le plus élevé ont vu leurs chiffres
05.02 Minister Johan Vande
Lanotte: Het ziekteverzuim is
inderdaad van 9,7 procent in 2003
naar 8,8 procent in 2004 gedaald.
Die resultaten zijn te danken aan
een nauwe samenwerking tussen
de verschillende afdelingen van
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
diminués dans de plus grandes proportions que celles qui affichaient
un taux d'absentéisme bas.
Quelles mesures a-t-on prises?
- Nous avons mis sur pied des actions nationales.
- Nous avons instauré un dialogue plus fin avec les managers de
terrain.
- Nous avons amélioré et simplifié les procédures de maladie.
- Nous avons prévu un accompagnement social systématique des
malades après 45 jours continus d'absence pour maladie.
- Nous avons organisé un dialogue soutenu avec les organismes de
contrôle.
Il s'agit d'actions régionales, zonales et locales. Il ne s'agit donc pas
de recettes miracles locales mais bien d'une philosophie globale de
La Poste qui a décentralisé au maximum le suivi des malades.
Chaque situation spécifique mérite, en effet, un accompagnement,
une attention particulière.
Tout cela a donné lieu à une concertation systématique entre tous les
managers opérationnels des ressources humaines concernés par
l'absentéisme dans les bureaux, à une recherche de solutions
personnalisées au cas par cas, aux difficultés dues aux
réorganisations, à une recherche d'un poste de travail plus adapté, un
meilleur dialogue avec le personnel et à une gestion plus adéquate
des octrois des congés et des jours de repos. Il faut savoir que les
jours de congé étant plus importants, moins de gens sont malades.
En conclusion, c'est grâce à un meilleur suivi de ces malades que La
Poste a pu diminuer son pourcentage d'absentéisme en 2004. Cette
approche se poursuit de manière encore plus concrète en 2005.
het bedrijf. In de afdelingen waar
het ziekteverzuim het hoogst was,
wordt logischerwijze nu ook de
sterkste daling vastgesteld.
Die daling is enerzijds aan een
aantal nationale maatregelen,
zoals een gerichte dialoog met de
terrein-managers, de
vereenvoudiging van de
ziekteprocedures of de
systematische sociale begeleiding
van de zieken na 45 dagen, te
danken. Anderzijds werd ook een
aantal regionale, zonale en lokale
maatregelen genomen. Zo werd
een systematisch overleg tussen
alle operationele managers in het
leven geroepen, werd naar
individuele oplossingen gezocht en
werd de toekenning van de
vakantiedagen gerationaliseerd.
Door de zieken meer van nabij te
volgen, is De Post erin geslaagd
het ziekteverzuim bij zijn personeel
in 2004 terug te dringen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Eric Massin au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les freins de voie de la gare de Monceau" (n° 7005)
06 Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de railremmen in het station van Monceau" (nr. 7005)
06.01 Eric Massin (PS): Monsieur le président, monsieur le vice-
premier ministre, en décembre dernier, je vous avais interpellé sur la
mise en travaux des freins de voie de la gare de triage de Monceau-
sur-Sambre.
Cette mise en travaux, je le rappelle, faisait partie des priorités du
développement de B-Cargo, dans l'optique d'une optimalisation de la
production de transport et ressources fret dans le cadre de
l'exploitation du corridor Anvers-France.
En réponse à mes différentes interpellations, vous m'aviez répondu
que le nouveau plan de transport, entré en vigueur à la mi-décembre
2004, confortait cette option et que celui-ci prévoyait la modernisation
des freins de voie de Monceau entre 2004 et 2007 pour un montant
estimé de 16 millions d'euros, 300.000 euros étant d'ailleurs prévus
en 2005.
Je viens d'apprendre que la mise en travaux des freins de voie ne
06.01 Eric Massin (PS): In
antwoord op een vraag die ik u in
december jongstleden over de
werken aan de railremmen van het
rangeerstation van Monceau-sur-
Sambre stelde, bevestigde u dat
het nieuwe vervoersplan voorziet
in de modernisering van de rail-
remmen van Monceau tussen
2004 en 2007, voor een bedrag
dat op 16 miljoen euro wordt
geraamd, waarvan 300.000 euro in
2005 zouden worden besteed. Ter
herinnering: die modernisering is
een van de prioriteiten van B-
Cargo.
Het lijkt erop dat men zich in het
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
s'effectuerait pas dans les délais initialement prévus. Il semble que la
direction veuille lier celle-ci avec le projet de rectification des 32 voies
du faisceau de triage. Cependant, en ce qui concerne ce dossier,
aucune formalité n'a encore été entamée: ni étude, ni constitution d'un
cahier de charges et appel d'offres.
Les raisons principalement invoquées, sans disposer pour autant de
confirmations d'ordre technique, sont que les nouveaux freins de voie
ne seraient d'aucune utilité si les voies ne sont pas rectifiées et qu'il
existerait un risque que l'ouvrage ne soit pas réceptionné, aussi
paradoxal que cela puisse sembler. La conséquence directe serait
que le projet global serait reporté au plus tôt à 2009.
Monsieur le ministre, pouvez-vous me renseigner sur cette situation?
Quant au couloir Anvers-France potentialisant un fret d'une dizaine de
millions de tonnes par an, ne pensez-vous pas que le report du projet
global pourrait avoir un impact sur le développement de celui-ci,
compte tenu du fait que la modernisation des freins de voie de la gare
de Monceau est une des priorités de B-Cargo?
En termes de solution, ne pensez-vous pas qu'il faudrait découpler les
deux projets en prévoyant une réception intermédiaire de la partie
freins de voie? Une réception globale du projet quand les voies
seraient rectifiées pourrait-elle être envisagée?
S'il s'avère que la rectification des 32 voies du faisceau de triage est
indispensable, quelles sont les perspectives de réalisation de cette
rectification et les engagements budgétaires à réaliser ou déjà
réalisés?
Je vous remercie déjà pour votre réponse.
kader van die werken niet aan het
oorspronkelijke tijdschema zal
kunnen houden, aangezien de
directie dat project gelijktijdig wil
uitvoeren met het plan tot
verbetering van de ligging van de
32 sporen van de rangeerbundel.
Voor dat laatste dossier werd
echter nog geen enkele studie
uitgevoerd, geen enkel bestek
opgesteld en nog geen enkele
aanbesteding uitgeschreven.
De redenen die worden
aangehaald om die keuze te
rechtvaardigen, schuilen in het feit
dat nieuwe railremmen nutteloos
zijn als de ligging van de sporen
niet wordt verbeterd, alsook in het
bestaan van een risico van niet-
oplevering van de werken, hoe
paradoxaal zulks ook moge lijken.
Het project in zijn geheel zou aldus
tot 2009 worden uitgesteld.
Kan u ons meer toelichtingen over
dat dossier verstrekken?
Dreigt het uitstellen van het project
in zijn geheel geen effect op de
ontwikkeling van de corridor
Antwerpen-Frankrijk te hebben?
Zou men niet beter de beide
projecten loskoppelen en voorzien
in een tussentijdse oplevering van
de werken met betrekking tot de
railremmen? Zou een algehele
oplevering van het project niet
kunnen worden overwogen zodra
de ligging van de sporen werd
verbeterd?
Als een verbetering van de ligging
van de 32 sporen van de
rangeerbundel onontbeerlijk is, wat
zijn dan de vooruitzichten met
betrekking tot de realisatie ervan
en welke budgettaire
vastleggingen zijn daartoe
noodzakelijk?
06.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, la société Infrabel est bien consciente de l'importance de la
modernisation des freins de voie de Monceau pour B-Cargo et le trafic
de marchandises du groupe SNCB. Je puis témoigner que, lorsque
nous avons visité Anvers où cela a déjà été fait, les responsables ont
insisté sur l'importance de cette modernisation.
06.02 Minister Johan Vande
Lanotte: Hoewel Infrabel zich
bewust is van het belang van de
modernisering van de railremmen
in Monceau voor de ontwikkeling
van B-Cargo en het
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
Mais pour obtenir un fonctionnement correct des détecteurs de
longueur libre des 32 voies, un bon taux de remplissage de celles-ci
et donc un fonctionnement optimal du triage automatisé, il faut un
tracé et un profil en long corrects des courbes de départ et des
alignements de ces voies, ainsi qu'un bon isolement, une géométrie
stable, et ce par des traverses en béton posées sur ballast.
L'étude de la qualité des voies existantes a montré que des
adaptations étaient nécessaires pour un bon fonctionnement des
freins de voie. Le coût estimé du projet a dû être augmenté de 7
millions d'euros. Ainsi, sans ce changement, le fonctionnement des
freins de voie n'est pas optimal.
Le calendrier d'exécution des freins de voie est le suivant:
- préparation des documents d'adjudication pour octobre 2005;
- approbation de l'offre et commande pour avril 2006;
- étude d'exécution par l'adjudicataire pour septembre 2006;
- fabrication et travaux sur site (1
ère
phase: 16 voies ): octobre 2006 à
juin 2007;
- fabrication et travaux sur site (2
ème
phase: 16 voies): août 2007 à
avril 2008.
Les travaux d'adaptation des voies seront réalisés par des entreprises
séparées en 2006 et 2007. Ces travaux seront menés en parallèle
avec ceux relatifs aux nouveaux freins de voie.
Ainsi, à la mi-2008, la gare de triage de Monceau-sur-Sambre devrait
être renovée d'une manière exemplaire.
goederenvervoer van de NMBS-
groep, zijn er een aantal
voorwaarden voor een optimale
werking van het automatische
rangeersysteem: een deugdelijk
tracé en een goede
langsdoorsnede van de bogen van
de vertreksporen, een goede
spoorligging, goed geïsoleerde
sporen en een stabiele geometrie.
De bestaande sporen moeten
worden aangepast, wat de kosten
voor het project met naar schatting
zeven miljoen euro zal doen
oplopen.
Het tijdpad voor de plaatsing van
de railremmen ziet er als volgt uit:
voorbereiding van de aanbe-
stedingsdocumenten in oktober
2005, goedkeuring van de offerte
en bestelling in april 2006,
uitvoerings-studie door de
opdrachtnemer in september
2006, fabricage en
werkzaamheden voor de eerste
fase tussen oktober 2006 en juni
2007 en de tweede fase tussen
augustus 2007 en april 2008.
De werken voor de aanpassing
van de sporen zullen door
afzonderlijke firma's worden
uitgevoerd in 2006 en 2007. Die
werkzaamheden zullen tegelijk
met de werken aan de nieuwe
railremmen worden uitgevoerd, en
moeten medio 2008 klaar zijn.
06.03 Eric Massin (PS): Monsieur le vice-premier ministre, je suis
heureux de votre réponse, d'autant que les informations que j'avais
obtenues et qui avaient été confirmées par les organisations
syndicales faisaient état d'un report de l'ensemble du projet d'au
moins deux années. Donc, je suis enchanté d'entendre que les
travaux seront entamés endéans les délais, en ce compris au niveau
de l'aménagement du faisceau de triage. Je peux comprendre
évidemment que tout cela ne peut pas se faire en six mois, voire en
un an et que cela prendra un certain délai.
C'est très important. Vous l'avez dit, Infrabel est très sensible à cet
élément, d'autant que ce corridor Anvers-France est un des axes de
pénétration les plus importants au niveau des marchandises. Et, afin
non seulement d'optimaliser ce transfert de marchandises mais aussi
d'optimaliser l'utilisation du port d'Anvers, il est indispensable que les
travaux soient effectués.
06.03 Eric Massin (PS): Ik
verheug er mij over dat men zich
aan de vooropgestelde termijnen
zal houden wat de planning van de
werken betreft.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
07 Question de M. Eric Massin au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la ligne 124 Charleroi-Bruxelles" (n° 7006)
07 Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "lijn 124 Charleroi-Brussel" (nr. 7006)
07.01 Eric Massin (PS): Monsieur le ministre, le deux mai dernier,
j'ai interpellé votre collègue, M. Landuyt, ministre de la Mobilité, sur
l'impossibilité matérielle de mettre à quatre voies l'ensemble de la
ligne 124 reliant Charleroi à Bruxelles, et plus particulièrement le
tronçon LinkebeekBruxelles-Midi, notamment à cause du virage de
Forest.
Précédemment, j'avais déjà eu l'occasion de vous poser une question
à ce sujet sur la volonté de la SNCB de mettre les grandes villes à 30
minutes de Bruxelles. Vous m'aviez demandé à l'époque, de manière
assez humoristique, si, en comparaison avec Ostende, Charleroi était
réellement une grande ville. Je vous avais alors répondu que
Charleroi - et c'est toujours le cas - était la première ville de Wallonie
et la troisième ville de Belgique, avec ses 200.000 habitants (ce qui
équivaut à la population de la ville de Gand) et que la distance entre
Charleroi et Bruxelles et entre Gand et Bruxelles était à peu près la
même, si ce n'est que Gand était à 30 minutes en train de Bruxelles
tandis que le trajet Charleroi-Bruxelles nécessitait toujours 45 à 50
minutes. Vous m'aviez apporté des réponses mais je souhaitais vous
poser une nouvelle question, question à laquelle votre collègue, M.
Landuyt, a été amené à me répondre, concernant l'impossibilité
matérielle de passer à quatre voies et donc d'accélérer le transport et
la vitesse de liaison entre Charleroi et Bruxelles.
Pour rappel, je vous avais également dit que le projet RER
augmenterait sensiblement le trafic sur cette ligne et qu'il serait donc
plus que probable que la durée du trajet entre Charleroi et Bruxelles
augmente également.
A la question de savoir si d'autres solutions pouvaient être envisagées
par la SNCB pour fluidifier la ligne et diminuer la durée du trajet, M.
Landuyt me faisait remarquer qu'il ne fallait pas sous-estimer la
politique dont le rôle était de rendre possible l'impossible.
07.01 Eric Massin (PS): Ik heb
de heer Landuyt geïnterpelleerd
over de materiële onmogelijkheid
om lijn 124 Charleroi-Brussel in
haar geheel op vier sporen te
brengen. Ik stelde u reeds eerder
een vraag over de wens van de
NMBS om de treinrit tussen
Brussel en de grote steden tot
dertig minuten te herleiden. Ik zei
u toen dat het GEN-project het
verkeer op die lijn zou doen stijgen
en dat de duur van het traject
tussen Charleroi en Brussel
eveneens meer dan waarschijnlijk
zou toenemen. Wat zijn de andere
mogelijke scenario's die
momenteel ter studie liggen? Er
werd gewag gemaakt van een
nieuwe lijn 124bis die op lijn 96
Bergen-Brussel had kunnen
aansluiten. Op die manier
vermeed men de bocht van Vorst,
de onmogelijkheid om het baanvak
Linkebeek-Brussel-Zuid op vier
sporen te brengen evenals de
overbelasting als gevolg van het
GEN.
07.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Il s'agit d'un véritable match
de ping-pong!
07.03 Eric Massin (PS): Effectivement et je dois vous dire que je
m'étais alors bien amusé! Rendre possible l'impossible, je veux bien
le comprendre mais diminuer la durée du trajet sur une ligne, c'est au-
delà de rendre possible l'impossible. Qu'à cela ne tienne, partant
d'une déclaration aussi volontariste, pouvez-vous me renseigner sur
les autres scénarios possibles et actuellement à l'étude?
Je me souviens qu'il avait été évoqué, à une certaine époque, une
nouvelle ligne 124bis, partant de Charleroi, en longeant l'autoroute
allant de Nivelles à Bruxelles et qui aurait pu se raccrocher à la ligne
96 Mons-Bruxelles. On évitait ainsi le virage de Forest et donc
l'impossibilité de passer à quatre voies entre Linkebeek et Bruxelles-
Midi, ainsi que la surcharge RER.
L'avantage de cette alternative serait aussi de raccrocher La Louvière
07.03 Eric Massin (PS): Dat
alternatief biedt het voordeel dat
La Louvière via Manage een
verbinding krijgt met die lijn. De
NMBS raamt de kosten van dat
scenario op 21 miljard oude
Belgische franken. De optie die
momenteel de voorkeur geniet,
heeft een kostenplaatje van 24
miljard.
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
à la ligne, via Manage par un ancien tronçon actuellement désaffecté.
A cet égard, je crois savoir que des relevés et des plans ont été
réalisés par la SNCB et que le coût estimé par la SNCB serait évalué
à 21 milliards d'anciens francs.
Dans le cadre de ma question, je trouve qu'il n'est pas inutile de
mettre en relation ce coût pour une nouvelle ligne, et donc l'ancienne
serait pratiquement dédicacée au RER, avec celui de la
transformation de la ligne 124 actuelle, pour permettre non seulement
le passage des IR et des IC mais pour permettre aussi le passage
des lignes RER. Ce coût, semblerait-il, selon les documents de la
SNCB, est estimé à 24 milliards.
Partant de ce scénario - d'un côté 21 milliards et de l'autre côté 24 -,
le tout inscrit dans l'univers du politiquement possible je réagis sur
l'affirmation de votre collègue, M. Landuyt , serait-il envisageable de
déplacer les IC/IR...
07.04 Johan Vande Lanotte, ministre: Je vais diminuer son budget!
07.05 Eric Massin (PS): Vous êtes ministre du Budget, si vous le
souhaitez, pourquoi pas?
Serait-il possible de déplacer non seulement les IC/IR mais aussi une
partie du fret sur cette nouvelle ligne et ainsi éviter l'aménagement
des voies de la ligne 124? Pour rappel, il faut 24 milliards pour
l'aménagement de la ligne 124 actuelle et 21 milliards pour la nouvelle
ligne.
Pouvez-vous me renseigner sur la faisabilité de cette alternative? Est-
elle toujours d'actualité au niveau de la SNCB?
Compte tenu de la différence de coût, quelles seraient les raisons qui
pourraient justifier le choix de l'option de l'aménagement de la ligne
124 plutôt qu'une nouvelle ligne 124bis?
Je vous remercie.
07.05 Eric Massin (PS): Is het
derhalve niet mogelijk om niet
alleen de IC/IR-treinen maar ook
een gedeelte van het
goederenvervoer te verplaatsen
naar de nieuwe lijn, om op die
manier de aanpassing van de
sporen van lijn 124 te vermijden?
Om welke redenen zou men,
gezien het kostenplaatje, alsnog
voor een aanpassing van lijn 124
willen kiezen en niet voor de
aanleg van een nieuwe lijn
124bis?
07.06 Johan Vande Lanotte, ministre: Le projet du RER
augmentera en effet sensiblement le trafic sur la ligne 124,
principalement sur le tronçon compris entre Nivelles et Linkebeek.
Cette augmentation de trafic impose la construction d'une troisième et
d'une quatrième voies sur ce tronçon afin de garantir le passage
simultané des trains rapides IC/IR et des trains lents. C'est grâce au
fait qu'il y a déjà ces troisième et quatrième voies sur la ligne Gand-
Bruxelles qu'il y a eu une augmentation de la vitesse sur cette ligne.
Je vous rappelle également qu'il s'est agi d'un choix politique dans le
temps, notamment dans la répartition des plans d'investissement
entre la Flandre et la Wallonie. A ce moment, le choix a été fait de
mettre le TGV en Flandre sur les voies existantes, ce qui a entraîné
les troisième et quatrième voies, tandis qu'au niveau francophone, on
a choisi une voie séparée, notamment pour le TGV vers Liège. Cela a
entraîné un retard pour la mise à trois et quatre voies sur d'autres
lignes. C'est le choix qui a été fait dans les années 80.
Il en résulte également que la liaison est très rapide pour ne pas dire
spectaculaire entre Liège et Bruxelles. C'est un choix, mais, au niveau
néerlandophone, Anvers ne jouira pas encore du même confort que,
07.06 Minister Johan Vande
Lanotte: Tengevolge van het GEN
zal het verkeer op lijn 124
toenemen, inzonderheid op het
baanvak Nijvel-Linkebeek.
Vandaar de noodzaak om een
derde en een vierde spoor aan te
leggen. Dankzij die extra sporen
kan er op de lijn Gent-Brussel snel
gereden worden. Het is een
politieke keuze. In Vlaanderen
heeft men beslist om de HST op
de bestaande sporen te laten
rijden. De Franstaligen hebben
voor een apart spoor geopteerd,
meer bepaald tussen Luik en
Brussel. Dat heeft voor de nodige
vertraging gezorgd bij de aanleg
van het derde en het vierde spoor
op andere lijnen.
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
par exemple, Gand et Louvain, du fait que, pour ces dernières, les
troisième et quatrième voies ont déjà été réalisées. En effet, la pose
des rails TGV entre Anvers et les Pays-Bas, intervenue
ultérieurement, a occasionné de nombreuses difficultés dues au délai
de paiement des Hollandais qui ont connu le même retard. Ainsi, le
temps du trajet entre Anvers et Bruxelles doit encore diminuer. Ce
sont les choix qui ont été privilégiés, à savoir la réalisation ultérieure
de certaines voies à grande vitesse.
C'est notamment le cas de la ligne 124 où la mise à 3 et 4 voies n'est
pas encore réalisée. Cette mise à quatre voies sur ce tronçon sera
accompagnée d'une augmentation de la vitesse maximale des trains,
qui passera de 120 à 160 km/heure en rectifiant le tracé des voies. La
mise à quatre voies aura aussi pour conséquence de garantir une
meilleure fluidité du trafic ferroviaire et donc un respect plus strict de
l'horaire.
L'augmentation de la vitesse maximale des trains aura pour effet de
réduire le temps de parcours des trains directs entre Bruxelles et
Nivelles de 19 minutes à 16 minutes. Les travaux de modernisation
de ce tronçon de la ligne devraient débuter en 2006 et s'achever en
2012.
Infrabel envisage de porter la vitesse maximale sur le tronçon entre
Nivelles-Est et Luttre de 120 à 140km/heure, en modernisant les
équipements de voie.
La nouvelle ligne 124bis a fait l'objet d'une étude de faisabilité dans le
cadre des études d'incidence sur l'environnement pour la mise à
quatre voies du tronçon entre Nivelles-Est et Linkebeek.
Cette étude a été réalisée par le bureau ARIES, qui est constitué
d'experts indépendants du groupe SNCB et qui ne retient pas cette
alternative pour les raisons suivantes:
- cette solution rejette les trains supplémentaires sur la ligne 96 à
l'entrée de Bruxelles-Midi;
- cette solution diminue fortement la qualité de la desserte de
Nivelles-Est et Braine-l'Alleud;
- cette solution exige l'inscription d'un nouveau tracé ferroviaire dans
les différents plans d'aménagement en vigueur dans les trois Régions
du pays.
Ces procédures administratives liées à ces inscriptions risquent
d'allonger les délais de mise en oeuvre de cette alternative et ce,
principalement à cause de la traversée du site Natura 2000 du bois de
Halle. Il en résulte qu'un changement n'est pas évident.
Ce sont les raisons pour lesquelles la solution de la ligne 124bis n'est
pas retenue.
In Antwerpen geniet men nog niet
hetzelfde comfort als in Gent of
Leuven. Het op vier sporen
brengen van dat baanvak van lijn
124 zal vergezeld gaan van een
verhoging van de
maximumsnelheid en een betere
doorstroming van het verkeer, wat
een
gunstig effect op de
dienstregelingen zal hebben. De
moderniseringswerken op dat
baanvak van de lijn zouden in
2006 moeten aanvangen en in
2012 moeten zijn afgerond.
Onafhankelijke deskundigen
hebben een haalbaarheidsstudie
met betrekking tot de nieuwe lijn
124bis uitgevoerd. In die studie
wordt die alternatieve oplossing
niet in aanmerking genomen, want
daardoor zouden er extra treinen
komen te rijden op lijn 96, zou de
kwaliteit van het treinaanbod in
Nijvel-Oost en Eigenbrakel
verminderen en zou er een nieuw
spoorwegtracé moeten komen.
07.07 Eric Massin (PS): Monsieur le vice-premier ministre, je vous
remercie.
Je comprends bien les explications que vous me fournissez, mais je
reviens à des réponses précédentes que vous m'avez données.
Une ligne à quatre voies est possible entre Nivelles et Braine-l'Alleud,
voire Linkebeek; ensuite, ce sera à trois voies vu qu'il est impossible
07.07 Eric Massin (PS): Het op
vier sporen brengen is niet
mogelijk na Linkebeek. Op dat
baanvak zal de snelheid van het
verkeer dus onmogelijk kunnen
worden verhoogd. Ook voor de
verbinding Brussel-Luik moesten
technische keuzes gemaakt
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
de mettre à quatre voies entre Linkebeek et Bruxelles-Midi, non
seulement à cause des bâtiments construits sur le tracé, dont le coût
d'expropriation serait démesuré, mais aussi à cause du virage de
Forest. D'après les experts techniques de la SNCB, quoi qu'on fasse,
c'est impossible.
Je veux bien comprendre ce que vous répond Infrabel ou,
éventuellement, la SNCB sur ce sujet, mais nous arriverons à une
impossibilité technique de passer à quatre voies - ce qui permettrait
pourtant de fluidifier - et ainsi, par ailleurs, à une impossibilité
d'augmenter la vitesse de trafic sur cette voie. Nous n'arriverons donc
jamais à cette volonté de la SNCB de mettre les grandes villes de
Belgique, dont Charleroi, à une trentaine de minutes de Bruxelles.
Quant à la desserte Bruxelles-Liège, je veux bien, mais il ne s'agissait
pas exclusivement de choix politiques, mais aussi de choix
techniques pour ce qui concerne la vitesse à laquelle devait rouler le
TGV sur ce tronçon. Donc la réponse fournie par la SNCB ne me
paraît pas correspondre tout à fait à la réalité.
Je veux bien comprendre vos explications mais, bien que la SNCB en
tant que telle et le ministre n'est nullement mis en cause annonce
son projet de mettre toutes les grandes villes de Belgique à
30 minutes au maximum de Bruxelles, il faut admettre qu'à certains
moments des choix sont faits qui me permettent de conclure que,
malheureusement, ce ne sera pas le cas et qu'il ne s'agit que d'effets
d'annonce.
Il existe pourtant des solutions techniques. Dans ce cadre, malgré
tout ce qu'on peut dire, la ligne 124 bis était une solution technique
réalisable, mais on la met de côté sans l'investiguer plus avant.
Je regrette vraiment ces effets d'annonce de la SNCB.
worden. Ik vind het jammer dat de
NMBS aankondigt dat Brussel
vanuit alle grote steden van België
in minder dan een half uur zal
kunnen bereikt worden, terwijl dat
niet zo zal zijn voor Charleroi. Er
bestaan nochtans technische
oplossingen zoals lijn 124bis.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Valérie Debue au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "l'évolution du projet relatif à la construction et à la modernisation des centres de tri
postaux" (n° 7021)
08 Vraag van mevrouw Valérie Debue aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de voortgang van het plan inzake de bouw en de modernisering van de
postsorteercentra" (nr. 7021)
08.01 Valérie De Bue (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, le 13 février 2004, La Poste lançait officiellement son projet
de modernisation des centres de tri. Dans le cadre de ce projet
ambitieux, s'élevant à environ 250 millions d'euros, étaient prévues,
d'une part, la construction de quatre nouveaux centres de tri aux
abords d'Anvers, Charleroi, Gand et Liège et, d'autre part, la
modernisation du centre de tri le plus récent, Bruxelles X, qui fut mis
en service au printemps 1998.
Une des exigences imposées au consortium chargé de la réalisation
des nouveaux centres était que le gros oeuvre des bâtiments devait
être terminé dans les douze mois après le début du projet, ce qui
implique que cette échéance est proche ou même déjà dépassée.
Une autre exigence était que l'ensemble des cinq centres soit
08.01 Valérie De Bue (MR): De
Post is begonnen met de moderni-
sering van de sorteercentra. De
Post had geëist dat de ruwbouw
van de nieuwe gebouwen binnen
12 maanden diende afgewerkt te
zijn en dat de gebouwen binnen 24
maanden in gebruik konden
worden genomen. Hoever is de
bouw van de vier nieuwe centra
opgeschoten? Hoever staat het
met de modernisering van Brussel
X? Het is misschien nuttig dat de
commissie de kans krijgt de
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
opérationnel dans le courant de l'année 2006, en principe 24 mois
après le lancement du projet. Comme il s'agit à la fois d'un projet
coûteux et vital pour l'avenir de La Poste, il serait utile que notre
commission soit informée de l'évolution de ce projet.
Monsieur le ministre, je souhaiterais que vous nous informiez sur
l'état d'avancement de la réalisation des quatre nouveaux centres et
des éventuels retards ou problèmes constatés, ainsi que sur l'état
d'avancement de la procédure pour la modernisation de Bruxelles X
et, le cas échéant, l'évolution des opérations de modernisation. Afin
d'avoir une vue moins théorique des choses, peut-être pourrions-nous
envisager une visite de la commission sur le site? Cela nous
permettrait de nous rendre compte de l'évolution des travaux.
bouwwerven te bezoeken.
08.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Monsieur le président, il est
exact que le contrat a été signé le 13 février 2004. Néanmoins, les
délais définis contractuellement n'entrent en vigueur qu'au moment de
l'ordre d'entamer les travaux, à savoir le 5 juillet 2004.
Le contrat prévoit un délai d'exécution de 25 mois au maximum, à
compter du 5 juillet 2004, pour la réalisation clef sur porte des quatre
nouveaux centres de tri. La réalité du terrain a toutefois mené à des
travaux de fondation et de terrassement plus importants que ceux
prévus dans le contrat. Pour rappel, au moment de la signature du
contrat, La Poste n'avait pas encore acquis ou trouvé tous les terrains
nécessaires. Pour couvrir ces travaux supplémentaires, La Poste et le
consortium ont convenu d'allonger le planning global d'exécution de
douze semaines.
Par conséquent, sur la base du contrat, les quatre centres de tri
devraient être livrés et réceptionnés avant le 28 octobre 2006.
Quelle est la situation actuelle à Gand-Wondelgem? Le chantier est
en cours depuis novembre 2004; les travaux progressent rapidement
conformément au planning d'exécution. La mise en service est prévue
pour mai 2006, conformément au contrat et au planning. A Charleroi-
Fleurus, le chantier est en cours depuis février 2005; les travaux
progressent rapidement et conformément au planning d'exécution. La
mise en service est attendue pour juillet 2006, conformément au
contrat et au planning.
A Anvers, le chantier devrait démarrer dans les tout prochains jours,
dès réception du permis de bâtir. La mise en service est prévue pour
octobre 2006.
A Liège, le permis de bâtir devrait être délivré dans les jours qui
suivent. Toutefois, le chantier ne pourra vraisemblablement pas
démarrer avant fin juin 2005 à cause des travaux d'aménagement du
zoning qui sont actuellement effectués par SPI+ et qui empêchent La
Poste d'accéder au site.
L'impact éventuel sur le planning de livraison et de recettes du centre
de tri n'est pas encore clairement établi. Il doit encore faire l'objet de
discussions avec le consortium. Toutefois, La Poste est confiante.
Elle estime que si un retard devait être à déplorer par rapport à la date
du 28 octobre 2006, celui-ci devrait être limité. Ce nouveau centre de
tri devrait donc être opérationnel comme prévu.
08.02 Minister Johan Vande
Lanotte: De overeenkomst werd
op 13 februari 2004 ondertekend,
maar de maximumtermijn van 25
maanden voor de volledige
afwerking van de vier
sorteercentra begon pas op 5 juli
2004 te lopen. Op die datum werd
immers de opdracht tot uitvoering
van de werken gegeven.
De Post beschikte bij de
ondertekening van de
overeenkomst nog niet over de
nodige terreinen zodat de grond-
en funderings-werken vertraging
opliepen. Daardoor waren De Post
en het consortium gedwongen om
de uitvoeringstermijn met twaalf
weken te verlengen.
De vier sorteercentra zouden vóór
28 oktober 2006 moeten worden
opgeleverd.
De werken in Gent en Charleroi
verlopen volgens schema en de
gebouwen zullen respectievelijk in
mei en juli 2006 in gebruik worden
genomen.
In Antwerpen en Luik zouden de
werken moeten beginnen zodra de
bouwvergunningen afgegeven
worden. Als alles volgens de
plannen verloopt, zal het centrum
van Antwerpen in oktober 2006 in
gebruik genomen worden. In Luik
zou een en ander enkele weken
vertraging kunnen oplopen omdat
De Post momenteel geen toegang
heeft tot de bouwplaats wegens
werkzaamheden in de
industriezone.
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
La modernisation de Bruxelles X se déroule conformément au
planning. Le projet se trouve actuellement dans la phase de remise
des offres techniques et commerciales par les différentes firmes
impliquées dans la modernisation de Bruxelles X (appel d'offres,
évaluations, négociations commerciales et contractuelles, discussions
sur les modalités d'exécution).
La Poste est à la disposition de la commission pour organiser, à la
meilleure convenance des parlementaires concernés, une visite de
présentation au sujet de la situation actuelle des nouveaux centres de
tri.
De plannen voor de modernisering
van Brussel X zitten momenteel in
de fase van de indiening van de
technische en commerciële
offertes door de betrokken firma's.
De Post is bereid een bezoek met
een presentatie van het project
voor de nieuwe postsorteercentra
te organiseren ten behoeve van de
parlementsleden van deze
commissie die hiervoor interesse
betonen.
08.03 Valérie De Bue (MR): Monsieur le président, je tiens tout
d'abord à remercier le ministre pour sa réponse.
Monsieur le ministre, pourriez-vous me rappeler la date de fin des
travaux?
08.03 Valérie De Bue (MR):
Wanneer zouden de werkzaam-
heden voor Brussel X ook alweer
beëindigd moeten zijn?
08.04 Johan Vande Lanotte, ministre: Octobre 2006.
08.04 Minister Johan Vande
Lanotte: Ik geloof dat de termijnen
dezelfde zijn als voor de andere
centra, namelijk oktober 2006.
08.05 Valérie De Bue (MR): Pour Bruxelles X aussi?
08.06 Johan Vande Lanotte, ministre: Je pense.
08.07 Valérie De Bue (MR): Comme vous l'avez dit, nous aurons
l'occasion de rencontrer prochainement les responsables de La
Poste. La date de cette rencontre sera fixée par la commission.
08.07 Valérie De Bue (MR): We
zullen samen met de mensen van
De Post een datum afspreken.
Le président: Chers collègues, je vous propose de prendre rendez-
vous après les congés.
De voorzitter: Ik stel evenwel voor
dit na het reces te doen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Olivier Chastel au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le contrat de gestion de la SNCB" (n° 7041)
09 Vraag van de heer Olivier Chastel aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het beheerscontract van de NMBS" (nr. 7041)
09.01 Olivier Chastel (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, j'ai déposé cette question parce qu'un journaliste
francophone m'avait faxé une version du contrat de gestion de la
SNCB, ce qui prouvait que le texte existait.
A la date du 19 mai, jour de l'introduction de ma question, nous
n'avions pas encore reçu l'accord des responsables de la SNCB pour
les entendre. Depuis lors, c'est chose faite puisque nous avons eu
une rencontre très intéressante la semaine passée. Tout en ne
disposant toujours pas du texte du contrat de gestion, nous avons
effectivement pu discuter, avec les trois responsables des trois
entités, du contenu des différents textes.
09.01 Olivier Chastel (MR): Een
Franstalige journalist faxte mij een
versie van het beheerscontract
van de NMBS, wat bewijst dat de
tekst bestaat. Toen ik deze vraag
indiende, wisten wij nog niet dat wij
de verantwoordelijke personen van
de NMBS konden horen. Dat is
ondertussen gebeurd vermits wij
vorige week een zeer interessante
ontmoeting met hen hebben
gehad.
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
Ma question initiale visait à en savoir un peu plus. Aujourd'hui, je me
permettrai de m'écarter du texte que j'avais déposé et de vous poser
quelques questions liées à ce contrat de gestion et aux propos que
nous avons entendus lors des auditions de la semaine dernière.
Dans le nouveau contrat de gestion de la SNCB figure un article qui
traite des TGV régionaux et qui énumère notamment les lignes Thalys
qui sont prises en charge par la SNCB. Tel que l'article est libellé, en
tout cas dans la version que j'ai reçue 15 jours avant sa signature, on
semblait indiquer que, dans le contrat de gestion 2005-2007, la SNCB
partait du principe que l'on pérennisait les lignes TGV régionales
telles qu'elles étaient décrites et énoncées; ce sont celles que nous
connaissons, vous en tant qu'Ostendais, nous en tant qu'Hennuyers,
Carolos, etc.
Je voulais avoir votre avis concernant cet article car les réponses qui
nous ont été données à ce sujet la semaine passée n'étaient pas
claires. Le fait que l'on inscrive les lignes dans le contrat de gestion et
que l'on évoque la manière dont les compensations financières sont
réalisées signifie-t-il que l'on ne doit plus se poser la question de
savoir si, en fonction de leur rentabilité, les lignes décrites dans cet
article spécifique du contrat de gestion sont maintenues en capacité?
Autrement dit, le fait de les retrouver nommées dans le contrat de
gestion signifie-t-il que tant les Ostendais que les Liégeois, les
Namurois, les Carolos et les Montois peuvent dormir sur leurs deux
oreilles, sur la base de la durée du contrat de gestion, par rapport au
maintien des lignes TGV et Thalys jusqu'en 2007?
In het beheerscontract worden in
een artikel met betrekking tot de
gewestelijke HST de Thalyslijnen
opgesomd waarvoor de NMBS
instaat, en wordt verder
aangegeven dat voor 2005-2007
de beschreven gewestelijke lijnen
zouden worden gehandhaafd.
Moeten we ons nu eindelijk niet
meer elk jaar tot 2007 afvragen of
die HST- en Thalyslijnen al dan
niet behouden worden op grond
van hun rendabiliteit?
09.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Un proverbe chinois dit que
quand on dort sur ses deux oreilles, on attrape un torticolis. Mais c'est
une autre histoire!
Réserver 7 millions pour le Thalys ne veut pas dire juridiquement que
la SNCB est pénalisée, mais elle l'est de fait parce qu'en théorie, elle
pourrait toujours considérer qu'en dépit de ces 7 millions, son déficit
reste énorme et qu'elle ne peut donc pas continuer à exploiter ces
lignes. D'un autre côté, avec ces 7 millions consacrés au Thalys et la
possibilité de diminuer les autres pertes, le Thalys peut devenir
rentable. Au moins pour la période couverte par le contrat de gestion,
il n'y a plus lieu de discuter sur la nécessité ou la possibilité de
maintenir les lignes Thalys: la poursuite de l'activité Thalys est
acquise jusqu'en fin 2007.
Par contre, il y a, comme vous le savez, des problèmes au niveau de
l'Eurostar vers Londres. On a demandé un plan pour la fin de l'année
mais je suis plutôt sceptique quant à sa réussite. Nous verrons.
09.02 Minister Johan Vande
Lanotte: De zeven miljoen euro
die werden toegekend aan de
Thalys HST betekenen niet het
juridisch voortbestaan van die
lijnen. De NMBS kan immers
steeds beweren dat dit budget
onvoldoende is om al haar
tekorten te dekken. Maar die
zeven miljoen euro moeten een
rendabele Thalys mogelijk maken
voor de volledige duur van het
beheerscontract. De Thalys is dus
verworven tot 2007. Wat de
Eurostar naar Londen betreft, heb
ik een plan gevraagd voor het
einde van het jaar maar ik blijf
sceptisch ten opzichte van het
welslagen ervan.
09.03 Olivier Chastel (MR): Je remercie le ministre car sa réponse
est claire par rapport à ce que j'avais cru comprendre la semaine
passée au sujet de la pérennité des lignes citées dans le contrat de
gestion, du moins jusqu'au terme de ce contrat.
09.03 Olivier Chastel (MR): Ik
dank u voor dit antwoord dat
duidelijker is dan dat van verleden
woensdag.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Samengevoegde vragen van
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
- de heer Philippe De Coene aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de PostPunten" (nr. 7076)
- de heer Francis Van den Eynde aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "postwinkels" (nr. 7125)
10 Questions jointes de
- M. Philippe De Coene au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "les Points Poste" (n° 7076)
- M. Francis Van den Eynde au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les magasins postaux" (n° 7125)
10.01 Philippe De Coene (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ongeveer drie maanden geleden heeft een
delegatie van deze commissie het lopende project van de PostPunten
bezocht. We gingen langs bij een grote locatie, een winkelketen die
een PostPunt in exploitatie heeft en bij een kleine winkel, een
zogenaamde buurtwinkel. Op basis van de enthousiaste reacties die
we bij ons bezoek hebben opgevangen, konden we toen reeds
uitmaken dat de evaluatie die drie maanden later zou plaatsvinden,
positief zou zijn.
Inderdaad, via een mededeling van De Post hebben we vernomen dat
de evaluatie positief is. Meer nog, het aantal PostPunten zal met een
paar tientallen worden uitgebreid. Er is een lijst met de locaties van
nieuwe PostPunten die in de nabije toekomst zullen geopend worden.
Dat is goed nieuws. Dit is een beleid van doelstellingen en niet van
middelen. Doel is dat De Post de nabijheid verder kan verzekeren van
de dagelijkse activiteit, niet alleen via mail maar ook via de
returnactiviteiten.
Mijnheer de minister, ik kom tot mijn vraag.
Op basis van welke overwegingen werd de keuze van de locaties
gemaakt? Ik stel deze vraag niet vanuit een defensieve houding.
Integendeel, het zou, mijns inziens, opportuun zijn om zaken die zich
de voorbije jaren hebben aangediend zoals de sluiting van een aantal
rendabele de meeste zijn dat niet kleine postkantoren tegen te
gaan door de opening in die locaties, dikwijls perifere gebieden, van
een PostPunt.
Ik herinner me dat u tijdens een vorige parlementaire vraag hebt
geantwoord dat de sluiting van postkantoren niet altijd beantwoordt
aan logische criteria. Er wordt soms gebruik gemaakt van een
opportuniteit die zich aandient, zoals het beëindigen van een
huurovereenkomst tussen De Post en de verhuurder. Kortom, het
sluiten van kantoren wordt niet altijd bepaald door het
bezoekersaantal of de activiteiten die in het kantoor plaatsvinden.
Daarom stel ik de vraag of er rekening werd gehouden met de sluiting
van tal van postkantoren in het recent verleden. Heeft dit
meegespeeld bij de beslissing PostPunten in te planten in bestaande
commerciële omgevingen?
Ten tweede, bij het bekend raken van het nieuws ontstond
bezorgdheid in de middens van de werknemers. Werd onderzocht wat
het resultaat is van de inplanting van een PostPunt ten opzichte van
bestaande kantoren? De bekommernis van de werknemers inzake
duurzame tewerkstelling is, mijns inziens, terecht. Ik wil de tolk van
deze bekommernis zijn.
10.01 Philippe De Coene (sp.a-
spirit): A l'occasion d'une visite de
travail, la commission a enregistré
des réactions enthousiastes au
projet Points Poste, dans le cadre
duquel des grandes surfaces, des
magasins de journaux et des
agences bancaires ont été dotés
d'un point de vente de La Poste.
L'opération va même être étendue
et c'est une bonne nouvelle
puisque l'on va ainsi rapprocher
les services postaux de l'usager.
Comment détermine-t-on le lieu
d'implantation de ces nouveaux
magasins postaux? Je rappelle
que les fermetures de bureau de
poste n'ont pas toujours obéi à
des critères logiques. Quel sera
l'effet de ces Points Poste sur les
bureaux de poste ordinaires? Ces
derniers vont-ils perdre des clients
et, partant, des emplois? Un
magasin peut-il assurer la
continuité du service?
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
Mijn derde vraag belangt de consumenten aan. Tenzij men terzake
sluitende garanties heeft in de overeenkomst, weet men bij de
inplanting van een PostPunt in een winkelomgeving niet hoelang de
exploitatie zal duren. Ik kan me inbeelden dat buurtwinkels om een of
andere reden sluiten, verhuizen of over de kop gaan. In welke mate is
een dienstverlening die lokaal is ingeplant, verzekerd?
10.02 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de
minister, in mijn vraag zal ik ook verwijzen naar het bezoek waaraan
de heer De Coene heeft gerefereerd en naar het nieuws dat we
ondertussen ontvingen, namelijk dat de twaalf oorspronkelijke
PostPunten nu al vermenigvuldigd zijn met enkele tientallen. Ik had u
willen vragen of er in Gent en in de regio Gent van deze PostPunten
zijn. Zo mogelijk had ik ook graag vernomen waar dit het geval zal
zijn.
Ziezo, zo kort is mijn vraag.
10.02 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang) : Mes questions
se situent dans le prolongement
des précédentes. De nouveaux
magasins postaux ouvriront-ils
leurs portes dès ce mois-ci?
Combien y en aura-t-il dans
l'arrondissement Gand-Eeklo et
comment seront-ils répartis?
10.03 Minister Johan Vande Lanotte: Ten eerste, op welke basis
werden die Postwinkels bepaald? Men wou de testresultaten
valideerbaar maken. Men heeft de Postwinkels zo maximaal mogelijk
gespreid en gezocht naar verschillende types. Men hield rekening met
een aantal omstandigheden maar ook met een concentratie in twee
regio's, Nederlandstalig en Franstalig. Zo is men daartoe gekomen.
Soms zullen ook in de toekomst Postwinkels in de nabijheid van
anderen gelegen zijn. Bevolkingsgrootte en dergelijke meer zullen ook
hun invloed op de keuze hebben.
Nu moet ik ook eerlijk zijn en zeggen dat de planning terzake geen
communistische planning is. Men spreekt met privé-partners die
geïnteresseerd zijn en al dan niet over mogelijkheden beschikken. Er
is meer sprake van een dialoog om te onderzoeken waar wat mogelijk
is. Wij zijn in Duffel geweest. De keuze voor die ene wijk gebeurde
toevallig omdat het gebouw dat men huurde dicht ging en men een
nieuw heeft gezocht. Wanneer men in Bredene aan het zoeken is op
dit moment, is dat om dezelfde reden. In een wijk van 5.000 mensen
is een kantoor gesloten. Van bij het begin heeft het gemeentebestuur
gezegd dat het dit aanvaardde maar men wou dan wel graag een
PostPunt. De Post houdt daarmee rekening. Dit speelt voor een stuk
mee in de discussie.
Op dit moment is er geen impact gemeten op de bestaande
postkantoren. Het is niet zo dat dit mensen heeft weggetrokken. Het
lijkt eerder zo te zijn dat er mensen zijn bijgekomen. We moeten
opletten voor deze voorbarige conclusies maar de eerste conclusies
zijn op dat vlak eerder positief. De tevredenheid over De Post is
verhoogd en dat geldt ook voor mensen die niet naar een PostPunt
gaan. Deze laatsten vinden dit een service aan de bevolking en
daardoor is de tevredenheid over De Post verhoogd.
Over een postpunt dat de dienstverlening niet kan uitvoeren of dat
een sluitingsdag heeft, zijn afspraken met het dichtstbijzijnde
postkantoor of postpunt gemaakt. We evolueren voorzichtig naar
meer versterking en vergroting van het aantal. U weet dat we naar
meer dan 100 postpunten gaan op twee jaar tijd. Eigenlijk probeert
men vooral geleidelijk aan te gaan. Geleidelijk aan zullen er ook
vervangingen komen. De eerste waren extra, geleidelijk zullen er ook
in de plaats van komen.
10.03 Johan Vande Lanotte,
ministre: On a recherché une
dispersion maximum des
magasins postaux, notamment en
fonction de la densité de
population, et recherché divers
types, sans qu'il soit question
d'une approche planifiée sur le
modèle communiste. Des
discussions sont menées avec des
partenaires privés intéressés pour
voir où se situent les possibilités.
Une première analyse a montré
que les bureaux de poste
ordinaires n'ont pas à souffrir des
magasins postaux, au contraire.
Le projet confère à La Poste dans
son ensemble une image plus
positive.
Si un magasin ne peut assurer un
service continu, des accords
seront conclus avec des bureaux
de poste ou des magasins postaux
situés à proximité.
En deux ans, deux cents
magasins postaux devraient être
créés, et certains remplaceront
des bureaux de poste.
Il sera également procédé à des
tests dans la région de Gand-
Eeklo mais certains
emplacements font encore l'objet
de négociations. Juillet est le mois
de référence mais ce pourrait
aussi être septembre.
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
Tijdens de volgende fase zijn er een aantal testinstallaties in de regio
Gent-Eeklo, maar men is nog aan het onderhandelen. Het is dus
voorbarig om het aantal te geven, want dat is nog niet afgesproken.
Wel is het zo dat we normaalgezien dat is ook een antwoord aan de
heer De Coene vanaf juli operationeel willen zijn. Ook hiervoor zijn
de akkoorden niet allemaal rond. Het is een streefdatum. Als het
september is, mag u mij hier niet executeren, als het enigszins
mogelijk is.
10.04 Philippe De Coene (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, ik wil
de minister danken voor zijn antwoord. Ik ben verheugd te vernemen
dat er niet alleen een politieke of klassieke politieke logica speelt,
maar vooral ook een bedrijfs- en consumentenlogica. Waar
postinplantingen verdwenen zijn, probeert men ze te vervangen door
nieuwsoortige postinplantingen. Dat lijkt mij een goede zaak.
Ik heb het vooralsnog niet regionaal of zelfs lokaal willen spelen, maar
mijn vraag is wel door zo'n voorbeeld geïnspireerd. Ik heb destijds van
de minister vernomen dat een postkantoor in een deelgemeente,
welbekend bij de collega die achter mij zit, is gesloten op basis van
weinig rationele argumenten, met name de toevalligheid van de
beëindiging van een huurcontract. Ik zou het inderdaad logisch vinden
dat men in een dichtbevolkte deelgemeente niet enkel in mijn regio
natuurlijk, maar overal in België prioritair probeert nieuwe
inplantingen in die nieuwe vorm te bereiken. Ik hoop dus dat eerlang
daar wil ik wel een beetje de tolk zijn van mijn streek ook de
deelgemeente Bellegem in Kortrijk of zoals het Sas in Bredene, aan
bod kunnen komen voor de ontwikkelingen. Ik denk dat zowel de
consumenten als de posterijen daar alleen maar beter van worden.
10.04 Philippe De Coene (sp.a-
spirit) : Je me félicite de ce que la
logique politique rejoigne la
logique des entreprises et des
consom-mateurs. Les magasins
postaux doivent être implantés
prioritaire-ment dans les localités
où de petits bureaux de poste ont
été fermés. La mesure sera
bénéfique au consommateur
comme à La Poste.
10.05 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Ik dank de minister
ook voor zijn antwoord en sluit mij aan bij de wensen van de heer De
Coene wat betreft het aantal wijken in het Gentse waar zoals u
weet, mijnheer de minister de postbedeling soms problematisch is
en de aanknoping met De Post langs die weg misschien zou kunnen
gebeuren.
10.05 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang) : Je partage cet
avis. Les magasins postaux
peuvent résoudre les problèmes
qui se posent dans certains
quartiers de Gand où la
distribution du courrier laisse à
désirer.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "gehandicaptenvoorzieningen in de spoorwegstations in het land van Waas
en Dender" (nr. 7112)
11 Question de Mme Greta D'hondt au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les infrastructures pour personnes handicapées dans les gares dans la région située
entre la Dendre et le pays de Waas" (n° 7112)
11.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, een stipt, klokvast, goedkoop en snel openbaar vervoer is
een zeer belangrijke zaak. Daar komt uiteraard niets van indien men
de spoorwegstations niet toegankelijk kan maken, ook voor minder
mobiele en gehandicapte personen.
Die problematiek beroert mij al een tijd en ik heb van de gelegenheid
gebruikgemaakt om in mijn streek, de regio Waas en Dender, de
11.01 Greta D'hondt (CD&V) :
Les gares de la région Dendre -
Pays de Waas laissent encore
beaucoup à désirer en matière
d'infrastructures pour personnes
handicapées. Le quai y est
souvent fort bas et il n'y est prévu
aucune rampe mobile, ni chaise
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
situatie na te gaan. Als het ons menens is, mijnheer de minister, met
de kansen op mobiliteit voor minder mobiele en gehandicapte
personen, alsook met hun inschakeling in de tewerkstelling, dan is het
nodig dat een streek als de regio Waas en Dender die van oudsher is
aangewezen op pendelen, een zeer goed uitgerust spoorwegennet
heeft. Dat is immers nodig om de mensen uit de streek te vervoeren
naar het Brusselse, het Antwerpse en het Gentse, waar zij zijn
tewerkgesteld. Het is uiteraard jammer dat dit dicht geweven net zo
slecht uitgerust is voor minder mobiele en gehandicapte personen.
In de ongeveer twintig stations die onze regio telt, stel ik vast en dan
ben ik nog heel optimistisch dat er toch een en ander mangelt aan
de toegankelijkheid voor minder mobiele personen. In zeventien op de
twintig stations is het perron laag, wat het instappen voor minder
mobiele personen, alsook voor senioren en niet het minst voor
gehandicapten, moeilijk tot onmogelijk maakt. In vijftien van de twintig
stations is er geen mobiele oprithelling. Er is geen enkel station dat
een rolstoel ter beschikking heeft. In slechts drie van de twintig
stations is er een voor gehandicapten aangepast toilet. Slechts twee
stations van de twintig hebben een lift op het perron en in slechts twee
stations is er een stijgende roltrap. Dat er in twee stations een
stijgende roltrap aanwezig is, alsook een lift op het perron, hebben we
te danken aan de zeer recente renovatie van het station van Sint-
Niklaas. Daardoor hebben we een station dat helemaal uitgerust is. In
de andere stations is de situatie moeilijk.
Ik heb ook eens de vragen van collega's uit andere streken van de
voorbije maanden erop nagekeken, mijnheer de minister. Aan
sommigen hebt u geantwoord dat een tiental kilometer niet
onoverkomelijk is en dat de meeste gehandicapten toch worden
vervoerd. Mijn ervaring met de gehandicapten, heel lokaal, mijnheer
de minister, is zo dat er toch een aantal is dat echt wel zelf met een
aangepaste auto tot aan de stationsparking rijdt, maar dan beginnen
voor hen de problemen. De situatie wordt nog verergerd - ik trap
wellicht een open deur in - doordat stations alsmaar minder bemand
zijn of op alle uren van de dag personeel ter beschikking hebben. Ik
heb met heel wat stationspersoneel gesproken. Zij voelden zich zeker
niet te goed om senioren of gehandicapten te proberen met man en
macht op de trein te krijgen. Natuurlijk, als de man ontbreekt, is de
macht er ook niet meer. Dan kan men die mensen zelfs met de
stationschef erbij niet meer op de trein krijgen. Vandaar mijn vragen,
mijnheer de minister.
Kunt u mij het globale bedrag geven dat in het lopende algemene
spoorinvesteringsprogramma bestemd is voor de verbetering van de
stations en de spreiding daarvan? Kunt u mij het aantal stations geven
dat in het kader van het investeringsprogramma wordt aangepast?
Om welke stations zal het gaan? Over hoeveel jaar gespreid kunnen
wij voor de regio Waas en Dender op een beetje soelaas rekenen?
Ten derde, wordt bij de aanpassing van de stations van meet af ook
de problematiek van de toegankelijkheid voor gehandicapten mee
opgenomen? Krijgt het bedoelde adviesorgaan inspraak bij de
uittekening van de aanpassing van de stations? Indien dat het geval
is, sinds wanneer geldt dat? Welke resultaten kunnen er dan nu al
voorgelegd worden? Mocht dat niet het geval zijn, wordt het dan geen
tijd, mijnheer de minister, dat het adviesorgaan van de
gehandicaptenverenigingen dringend bij de werkzaamheden wordt
roulante, ni toilette adaptée, ni
ascenseur ou escalier roulant.
Seule la gare de Sint-Niklaas a été
adaptée après d'importants
travaux de rénovation. En outre,
les gares comptent de moins en
moins de personnel, de sorte que
les personnes handicapées ne
peuvent plus être aidées à monter
dans le train.
Quel budget a été affecté à
l'amélioration des gares dans le
programme d'investissement en
cours? Combien de gares seront-
elles rénovées? Lesquelles? Tient-
on compte de la situation des
personnes handicapées? Ces
personnes ont-elles voix au
chapitre? Quelles sont les
perspectives pour les gares de la
région Dendre - Pays de Waas?
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
betrokken?
Tot slot, welke zijn de perspectieven voor de stations Waas en
Dender met betrekking tot de verbeterde toegankelijkheid van de
stations voor gehandicapten?
Ik besluit daarmee de vraag niet, mijnheer de minister, omdat wij op
het terrein al hebben geprobeerd om een aantal maatregelen, hoe
kleinschalig ook, af te dwingen. Ik heb heel concreet voor mijn
gemeente een drietal jaar geleden onderhandelingen gevoerd met de
NMBS voor een aantal zeer dringende aanpassingen. Een drietal jaar
geleden kregen wij wij waren daar bijna kinderlijk verheugd over
de toezegging dat de parking en het perron zouden aangepast
worden, zodat minstens de toegankelijkheid voor gehandicapten tot
de trein zou verbeterd worden. Tevens zouden wij een fiets- en
voetgangerstunnel krijgen onder de spoorweg om de toegankelijkheid
van het industriepark te verbeteren. Dat heeft niets met
gehandicapten als zodanig te maken, maar wij hebben nu na
aandringen al twee keer een brief gekregen met de boodschap dat,
hoewel een en ander was toegezegd, we nog langer zullen moeten
wachten omdat er geen geldmiddelen zijn. Met die boodschap kan
men in een streek als de onze, die zo aangewezen is op het openbaar
vervoer, zijn pap niet meer koelen.. Ik denk dat het tableau dat ik heb
geschetst in mijn vraag, toch wel aantoont dat er voor onze regio nog
iets mag gebeuren.
11.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mijnheer de voorzitter, de
NMBS-groep heeft een lijst van drieënnegentig stations die
toegankelijk moeten worden gemaakt voor gehandicapten. Het gaat
hier over een concept van totale toegankelijkheid. Dit betekent de
toegankelijkheid van alle perrons voor personen met een beperkte
mobiliteit, behalve de perrons waar dit fysiek niet mogelijk is,
bijvoorbeeld perrons waar werken aan de gang zijn. Dat is een zeer
hoog gegrepen doelstelling, maar als men een station aanpakt, dan
moet men het goed doen.
Het beheerscontract voorziet erin dat tegen 2008 en binnen de
grenzen van de beschikbare budgettaire middelen, vierentwintig van
de vijftig belangrijkste Belgische stations evenwichtig gespreid over
het hele grondgebied effectief toegankelijk zullen zijn, volgens het
concept van totale toegankelijkheid, met liften, hellingen en
gelijkwaardige inrichting. In die vierentwintig stations zal bijstand aan
personen met een beperkte mobiliteit gegarandeerd zijn. Dat is niet
het einddoel, maar de eerste stap.
In Aalst is er een masterplan in opmaak voor de herinrichting van de
stationsomgeving. Een timing voor de werken is nog niet bekend. In
Dendermonde werd onlangs nieuw reizigerssanitair geïnstalleerd, met
een gehandicaptentoilet. Telkens er werken zijn, probeert men de
toegankelijkheid te garanderen. Dat is de algemene filosofie. Er zijn
evenwel minder gerichte werken. Men renoveert en bij de renovatie
worden de vereisten van toegankelijkheid aangepast.
Bij de aanpassing van stations of de stationsomgevingen wordt
inderdaad van meet af aan rekening gehouden met de nodige
voorzieningen voor personen met een beperkte mobiliteit. Deze
voorzieningen worden in het aanbestedingsdossier opgenomen. Het
gaat over bouwkundige voorzieningen, voorzieningen in de technische
11.02 Johan Vande Lanotte,
ministre: Il existe une liste de
nonante-trois gares qui doivent
être rendues accessibles aux
personnes handicapées. Le
programme d'investissement ne
prévoit pas de budget particulier à
cet effet. Les adaptations doivent
toujours se faire dans le cadre de
profondes rénovations ou de
nouvelles constructions.
D'ici 2008, vingt-quatre des
cinquante gares principales auront
dû rendre leurs quais accessibles
aux moins-valides. Dans ces vingt-
quatre gares, la SNCB garantit
également une aide
aux
personnes handicapées.
A Alost, un Master Plan est en
cours d'élaboration pour la gare et
ses abords mais le calendrier n'est
pas encore connu. A Termonde,
on a récemment construit de
nouveaux sanitaires, y compris
une toilette adaptée aux
personnes handicapées.
Lors du réaménagement des
gares ou abords de gares, il est
toujours tenu compte des
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
uitrusting van de stations, de gebouwen, de onderdoorgangen, de
perrons en de onmiddellijke stationsomgevingen.
Sinds 2001 wordt er regelmatig overleg gepleegd door de NMBS-
groep met de Nationale Hoge Raad voor Personen met een
Handicap. Deze Raad hangt af van de Federale Overheidsdienst
Sociale Zekerheid en is de gesprekspartner van de NMBS-groep.
Tijdens de verschillende overlegvergaderingen met deze Raad,
werden een aantal normen vastgelegd die gevolgd moeten worden
om de toegankelijkheid van de stations voor gehandicapte personen
te optimaliseren. Indien de implementatie van deze normen voor
problemen zorgt, wordt een voorstel aan de Nationale Hoge Raad
voor Personen met een Handicap voorgelegd. De volgende projecten
werden onder andere voor advies aan de Nationale Hoge Raad voor
Personen met een Handicap voorgelegd: Brugge, Antwerpen-
Centraal, Brussel-Centraal, Knokke, Blankenberge, Sint-Niklaas,
Aarschot, Mol en Leuven.
De NMBS zal niet nalaten om, in het kader van grondige
renovatiewerken aan de stations en de omgevingen, te trachten de
stations zo toegankelijk mogelijk te maken voor mindervalide
personen. Afhankelijk van de uitrusting van de stations voorziet de
directie Reizigers in het concept "new passengers" de mogelijkheid
om hulp te bieden aan minder mobiele reizigers, op eenvoudig
verzoek. 24 uur per dag, zeven dagen op zeven, geldt bijvoorbeeld in
de stations Denderleeuw en Dendermonde een voorafgaande
aankondiging van drie uur voor reizigers met een rolwagen en een uur
voor minder mobiele reizigers. Van 07.00 uur tot 21.00 uur, zeven
dagen op zeven, is ook in de stations Aalst, Geraardsbergen,
Lokeren, Sint-Niklaas en Zottegem een voorafgaande aankondiging
van toepassing, van drie uur voor reizigers met een rolwagen en een
uur voor minder mobiele reizigers.
De oprichting van een nationaal callcenter zal, samen met de minder
mobiele reizigers, oplossingen zoeken voor mogelijke problemen die
ze kunnen ontmoeten tijdens hun gewenste verplaatsing.
équipements adaptés aux
personnes handicapées, qui sont
inclus dans le dossier
d'adjudication. Depuis 2001, il y a
des concertations régulières avec
le Conseil supérieur des
personnes handicapées, afin de
pouvoir dégager un certain
nombre de normes.
Lorsque la mise en oeuvre de ces
normes suscite des difficultés, une
proposition est soumise à l'avis du
Conseil. Le projet de Sint-Niklaas
a notamment été présenté de
cette manière.
La SNCB rendra les gares les plus
accessibles possibles aux moins-
valides dans le cadre d'importants
travaux de rénovation.
Indépendamment des
équipements des gares, la
direction Voyageurs prévoit la
possibilité d'apporter, sur simple
demande, une aide à des
voyageurs à mobilité réduite, ainsi
que la constitution d'un call center
national qui cherchera des
solutions aux problèmes
éventuels, en collaboration avec
les voyageurs à mobilité réduite.
11.03 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, ik heb reeds
gezegd dat ik in voorbereiding van deze vraag de antwoorden heb
nagelezen die u de voorbije maanden hebt gegeven op vragen
terzake van andere collega's. Het antwoord dat u nu geeft is een
algemeen antwoord. De elementen daarin kon ik ook al terugvinden in
de antwoorden die u aan collega's hebt gegeven.
Voor de regio Waas en Dender hoor ik dat er nog lichte aanpassingen
zullen gebeuren in Dendermonde, Lokeren en Sint-Niklaas dat
inderdaad een zeer goed station is. Dat betekent 3 stations op 20.
Daarmee is de kous voor mij niet af. Als wij pleiten voor een
toegankelijk en goed openbaar vervoer, zijn het niet de gehandicapten
die eerst naar de grote stations moeten gaan om daar op de trein te
geraken. Ik vind dit niet kunnen. Ik ga in mijn streek niet zeggen dat
de zaak opgelost is omdat men naar het station van Sint-Niklaas kan
of naar Dendermonde als men drie uur op voorhand belt. Het gaat
soms over heel kleine dingen, mijnheer de minister.
Ik zeg niet dat 15 van de 17 kleinere stations allemaal een grote
renovatie moeten krijgen, maar kleinschalige aanpassingen aan een
deel van het perron zouden toch mogelijk moeten zijn zodat er op elk
11.03 Greta D'hondt (CD&V):
Dans la région Dendre-Pays de
Waas, trois des vingt gares seront
réaménagées. C'est largement
insuffisant. Si l'on préconise des
transports en commun
accessibles, on ne peut demander
aux personnes handicapées de se
déplacer vers les grandes gares.
Dans de nombreux cas, des
réaménagements limités d'une
partie du quai suffisent. Selon les
calculs effectués par ma
commune, le coût n'est pas
excessif. Nous demandons des
transports en commun à
dimension humaine.
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
perron toch een plaats is waar gehandicapten op een gemakkelijkere
manier op de trein kunnen. Plaatsen waar het perron een beetje wordt
verhoogd en die goed worden aangeduid, dat zou al veel oplossen.
Mijnheer de minister, in mijn gemeente werden daarvoor
berekeningen gemaakt en wij wilden daarvoor zelf ook nog een
inspanning doen. Dit is niet onbetaalbaar. Ik weet wat ons lot is in
onze regio. Als 17 kleinere stations moeten wachten op een grote
renovatie, is dat geen goed beleid van openbaar vervoer voor
gehandicapten. Ik blijf heel mistevreden over dit soort van
antwoorden. Ik vraag kleinschalige aanpassingen in afwachting van
een grote renovatie. Ik ga niet tegen de gehandicapten zeggen dat zij
vanuit Wetteren naar Gent of van Beveren naar Sint-Niklaas moeten.
Dat is geen openbaar vervoer op mensenmaat. Ik zal in de streek uw
boodschap overmaken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Stef Goris aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de mogelijke afschaffing van de rechtstreekse treinverbinding van Vertrijk
naar Brussel" (nr. 7091)
12 Question de M. Stef Goris au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la suppression éventuelle de la liaison ferroviaire directe entre Vertrijk et Bruxelles"
(n° 7091)
12.01 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
mijn vraag betreft het relatief klein station van Vertrijk.
Sinds 1993 werden van bij de aanvang van de onderhandelingen
tussen de gemeente Boutersem - waarvan Vertrijk een deelgemeente
is - en de NMBS, over de HST, reeds verscheidene inspanningen
geleverd, zowel door de gemeente als door de NMBS, in het kader
van de opwaardering van het station Vertrijk. Deze inspanningen
betreffen zowel de heraanleg en de vernieuwing van de
stationsomgeving als de treinverbindingen.
Voorbeelden hiervan zijn onder andere de vernieuwing van het
stationsplein in de richting van Tienen met onder meer heel wat
bijkomende parkeerplaatsen en fietsstallingen, de gedeeltelijke
vernieuwing van de perrons en het dempen van het niet meer
gebruikte uitwijkspoor. Ook in de nabije toekomst zullen nog
bijkomende werken volgen om de stationsomgeving van Vertrijk nog
aantrekkelijker en veiliger te maken voor de treingebruikers.
Op het vlak van het aantal treinverbindingen verklaarde de NMBS in
haar infoblad van oktober 1997 dat er na de ingebruikname van de
HST, wat inmiddels is gebeurd, opnieuw ruimte zou komen op de
bestaande lijn 36 om meer treinen in te zetten. Dat was heuglijk
nieuws voor de pendelaars die gebruikmaken van het station Vertrijk.
De gemeente Boutersem stemde haar gemeentelijk mobiliteitsplan
daarop af, samen met de andere aanwezige openbare
nutmaatschappijen en met de NMBS.
Momenteel is er in mijnstreek, de regio Tienen, nogal wat commotie
ontstaan over het voornemen van de NMBS om vanaf dit jaar de
rechtstreekse verbinding van Vertrijk met Brussel, die al heel wat
jaren bestaat, af te schaffen en te vervangen door een
12.01 Stef Goris (VLD): Le projet
de la SNCB de supprimer la liaison
directe entre Vertrijk et Bruxelles
et de la remplacer par une liaison
indirecte vers Bruxelles et une
liaison directe vers l'aéroport
suscite actuellement un vif émoi
dans la région de Tirlemont. Ce
projet est en contradiction avec les
investissements et les efforts
consentis depuis 1993 par la
commune et par la SNCB.
Les projets de la SNCB
concernant les liaisons ferroviaires
à partir de Vertrijk ont-elles déjà
été intégralement mises en
oeuvre? Les gares d'Ezemaal et
de Neerwinden seront-elles
touchées? Une concertation sera-
t-elle menée avec les communes
avant toute décision définitive?
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
onrechtstreekse verbinding met Brussel en een rechtstreekse met de
luchthaven. De talrijke pendelaars van Vertrijk naar Brussel zullen met
andere woorden, wanneer ze in de trein blijven zitten, aankomen in de
nationale luchthaven van Zaventem, maar niet meer in Brussel. Dit
zou voor de pendelaars van de omliggende gemeenten, zoals vooral
de driehoek Oplinter-Glabbeek-Tielt-Winge, alsook van de stad
Tienen en de omliggende dorpen en gemeenten, op verschillende
vlakken ernstige problemen met zich brengen.
Als de treinverbinding tussen Vertrijk en Brussel zou wegvallen,
zouden de treingebruikers van het station Vertrijk, die zoals ik daarnet
al zei vrijwel exclusief in Brussel zijn tewerkgesteld, hun enige snelle
verbinding verliezen en gedwongen worden in Leuven over te
stappen. Zoals u kunt vermoeden, zal dat dagelijks bijkomende
wachttijden met zich brengen en bij vertraging zelfs het missen van de
aansluiting naar Brussel. Bovendien zal dit het risico inhouden dat zij
in de trein Leuven-Brussel zullen moeten rechtstaan bij gebrek aan
voldoende zitplaatsen.
Dit zou dus nog langere verplaatsingen, meer overstappen, nog
onaanlokkelijker openbaar vervoer en een vermindering van het
aantal kandidaat-treingebruikers tot gevolg kunnen hebben wat mijns
inziens het omgekeerde effect zal hebben van de tot nu toe geleverde
investeringen en inspanningen.
Nochtans, zo meen ik toch, zou het behoud van de rechtstreekse
verbinding en eventueel zelfs een uitbreiding van het aantal in
combinatie met het aantrekkelijk station van vandaag, een voordeel
kunnen zijn, zowel voor de gemeente als voor de NMBS. Er komen
immers gemiddeld niet minder dan 2.000 voertuigen per dag richting
oprit 24 van de E40 voorbij het station van Vertrijk. Voor de gemeente
betekent de rechtstreekse treinverbinding een vermindering van de
verkeersdrukte in de dorpskern; voor de NMBS is het uiteraard een
netto vervoerswinst.
Ik zou de minister dus graag de evidente vragen willen stellen.
In hoeverre zijn de plannen van de NMBS omtrent die verbindingen
vanuit Vertrijk reeds volledig uitgewerkt?
In de buurt zijn er nog twee vergelijkbare stations, namelijk die van
Ezemaal en Neerwinden, deelgemeenten van Landen, die blijkbaar
ook getroffen worden door die maatregelen. Hebt u daar enig nieuws
over?
Ten slotte, zal er toch nog met de betrokken gemeentebesturen
overleg worden gepleegd vooraleer er een definitieve beslissing wordt
genomen?
Ik dank u alvast voor uw antwoord.
12.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mijnheer de voorzitter, op dit
moment is inderdaad een studie bezig over de herziening van de
bediening van lijn 36 voor de nieuwe treindienst van december 2005.
Er zijn twee doelstellingen.
Ten eerste, men wil Genk-Brussel-Gent sneller laten lopen door de
haltes in Neerwinden, Ezemaal en Vertrijk af te schaffen. Zo worden
12.02 Johan Vande Lanotte,
ministre: Une étude est en cours
en ce qui concerne la nouvelle
desserte de la ligne 36 au-delà de
décembre 2005. Il est prévu de
raccourcir le temps du trajet sur la
ligne Gand-Bruxelles en
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
de rittijden tussen de stations van Limburg en Brussel ingekort. Die
haltes zijn pas in september 1999 geopend, juist om de problemen
met lijn 36 op te lossen. Dat was een technische, tijdelijke maatregel,
die natuurlijk indruist tegen het geheel van de snelle
intercityverbinding, die door die lijnen moet worden gegarandeerd.
Ten volle gebruikmaken van de nieuwe aansluiting is een andere
oplossing. Een andere optie is een nieuwe aansluiting van de
luchthaven naar Leuven en de indienststelling van twee nieuwe
relaties per uur tussen Leuven en de luchthaven. Het project voorziet
er dan ook in dat een van de twee nieuwe relaties uit Landen zou
vertrekken en dan wel de stations en stopplaatsen Neerwinden,
Ezemaal, Tienen en Vertrijk zou bedienen, waardoor de reizigers een
rechtstreekse, klokvaste verbinding met de luchthaven zullen krijgen.
Zij die naar Brussel moeten, zullen wel moeten overstappen in
Leuven, met de relatie ICK naar Brussel. Ze zullen dat dus nog
kunnen, maar ze moeten wel overstappen in Leuven.
De haltes van de ICK Genk-Brussel-Gent in Neerwinden, Ezemaal en
Vertrijk werden eigenlijk nooit in het ICR98-plan opgenomen. De
werken op de lijn 36 naderen hun eindfase. De telcijfers voor die drie
stopplaatsen zijn zeker niet erg positief geweest. Er is geen stijging
van het aantal klanten geweest. Vandaar dat een terugkeer naar de
oorspronkelijke toestand prioritair is, met dus de nieuwe relatie naar
de luchthaven, met aansluiting in Leuven naar Brussel. Op die manier
wordt rechtstreeks verkeer vanuit Genk gecombineerd met toch nog
altijd een zeer goede toegankelijkheid van Zaventem en een goede
toegankelijkheid van Brussel vanuit die stations, maar met een
overstap in Leuven.
supprimant les arrêts de
Neerwinden, Ezemaal et Vertrijk.
Ces arrêts n'existent que depuis
1999 et avaient été conçus
comme une mesure technique
provisoire, qui est du reste
contraire au principe d'une ligne
Intercity rapide.
Dans l'hypothèse où deux trains
assureraient une nouvelle liaison
entre l'aéroport et Louvain, un de
ces trains pourrait partir de
Landen et desservir Neerwinden,
Ezemaal, Tirlemont et Vertrijk. Les
usagers disposeraient de la sorte
d'une liaison directe et à heure fixe
avec l'aéroport. Les voyageurs à
destination de Bruxelles devraient
toutefois changer de train à
Louvain.
Les arrêts du train Intercity à
Neerwinden, Ezemaal et Vertrijk
n'ont jamais figuré dans le plan IC-
IR 1998. Les travaux en cours sur
la ligne 36 sont près d'être
achevés. Les chiffres concernant
les trois arrêts provisoires ne sont
guère positifs puisqu'on n'a pas
observé d'augmentation du
nombre d'usagers. Le retour à la
situation initiale se justifie dès lors.
La nouvelle liaison Louvain-
Zaventem permet de rejoindre
directement l'aéroport et Bruxelles
reste aisément joignable
moyennant un changement de
train supplémentaire à Louvain.
12.03 Stef Goris (VLD): Mijnheer de minister, natuurlijk is het minder
goed nieuws voor de pendelaars uit Vertrijk. U zegt dat de cijfers niet
bemoedigend zijn, maar het spreekt voor zich dat in voorkomend
geval die cijfers alleen maar kunnen dalen en dat de files richting
Brussel vanuit het Leuvense ...
12.03 Stef Goris (VLD): C'est
une mauvaise nouvelle pour les
navetteurs de Vertrijk. Le ministre
dit que les chiffres ne sont pas
encourageants, mais la nouvelle
proposition ne renversera
certainement pas la tendance et il
y aura de plus en plus
d'embouteillages.
12.04 Minister Johan Vande Lanotte: (...)
12.05 Stef Goris (VLD): Wij moeten misschien toch pogingen
ondernemen om meer mensen ervan te overtuigen om het openbaar
vervoer te nemen in Vertrijk en in Ezemaal en Neerwinden. Hetgeen
nu gaat gebeuren, namelijk dat die mensen zullen moeten
overstappen in Leuven omdat zij op een trein zitten die naar de
luchthaven gaat, kan alleen maar een daling met zich brengen. Ik
12.05 Stef Goris (VLD): La
liaison avec l'aéroport est certes
positive, mais les voyageurs à
destination de l'aéroport sont plus
nombreux dans les villes-centres
que dans les villages, où la
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
vrees daarvoor een beetje.
Anderzijds komt het mij voor dat treinen die uit Limburg komen, uit
Hasselt en Sint-Truiden, mensen zouden kunnen vervoeren naar de
luchthaven. Die verbinding naar de luchthaven is zeker een goede
zaak. Het lijkt mij meer voor de hand te liggen dat men meer reizigers
vindt in de centrumsteden met de bestemming luchthaven, dan in de
boerendorpen waar de pendelaars naar Brussel-Hoofdstad gaan en
op de luchthaven niets te zoeken hebben.
Er zou daar toch het een en ander van die filosofie moeten kunnen
worden bekeken. Mijnheer de minister, ik dring er nogmaals bij u en
uw administratie op aan om nogmaals het dossier grondig te bekijken,
omdat ik vrees voor het verlies aan reizigers vanuit de kleine stations,
waar pendelaars specifiek kiezen voor Brussel en niet voor
Zaventem-luchthaven.
majorité des navetteurs souhaitent
se déplacer à Bruxelles-Capitale.
J'insiste pour que le ministre
réexamine minutieusement ce
dossier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het proefproject van de NMBS met draadloos surfen" (nr. 7129)
13 Question de M. Roel Deseyn au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le projet pilote de la SNCB relatif aux connexions internet sans fil" (n° 7129)
13.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, volgens berichtgeving in de media start de NMBS met
draadloos internet op het binnenlandse treinverkeer. Daarvoor zou
waarschijnlijk een proefproject worden geïnstalleerd, meer bepaald op
de lijn Oostende-Brussel-Eupen. De filosofie daarachter is wellicht dat
de investering in dergelijke projecten ook te maken zal hebben met de
aantrekking van reizigers.
Mijnheer de minister, in dat verband had ik graag een antwoord op de
volgende vragen.
Ten eerste, kunt u duiding geven bij de omvang en de inhoud van het
project? Er wordt gesproken over een proefproject. Wat zal de
verdere roll out zijn van dergelijke projecten? Of zijn er nog geen
verdere plannen en wordt er eerst een evaluatie gemaakt na het
eerste proefproject?
Ten tweede, wanneer zullen de eerste testen van start gaan?
Wanneer kunnen wij eigenlijk rekenen op de nieuwe technologie?
Ten derde, op welke lijnen wil de NMBS op termijn draadloos internet
aanbieden? Volgens welke timing?
Ten vierde, niet onbelangrijk, zal de reiziger daarvoor extra moeten
betalen? Ik meen dat het project met een bepaalde operator wordt
uitgebouwd. Zullen de klanten van deze of gene operator dan over
een geprivilegieerde positie beschikken om kosteloos toegang te
krijgen tot dergelijk draadloos netwerk, of hoe zal dat verder
gefinancierd worden?
Ten vijfde, welk systeem of welke technologie zal daarbij worden
gehanteerd? Wordt dat ook onderworpen aan evaluatie of is er nu
reeds gekozen voor deze of gene technologie? U weet dat de sector
13.01 Roel Deseyn (CD&V):
Selon les médias, la SNCB
proposera prochainement l'internet
sans fil sur le trafic ferroviaire
intérieur. Cet investissement est
destiné à attirer des voyageurs.
Quels sont l'ampleur et le contenu
du projet? Quand débuteront les
premiers tests? Sur quelles lignes
la SNCB prévoit-elle à terme de
proposer l'internet sans fil? Le
voyageur devra-t-il payer plus à
cet effet? Les clients d'un
opérateur déterminé disposeront-
ils d'une position privilégiée?
Quelle sera la technologie utilisée?
Comment sera opérée
l'évaluation? Avec quelles sociétés
va-t-on collaborer? Quel est le
budget prévu?
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
in die mate in beweging is dat er weinig zekerheden zijn wat betreft de
doeltreffendheid van de aanbieding van een dergelijke faciliteit.
Ten zesde, met welke firma's wordt in deze samengewerkt? Een niet
onbelangrijke vraag, omdat verschillende firma's in het
telecomlandschap in België een bepaalde technologie preconiseren.
Het antwoord op die vraag kan een richting geven.
Ten slotte, wat is het uitgetrokken budget hiervoor?
13.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mijnheer de voorzitter,
mijnheer Deseyn, het beheerscontract, dat wij nu voortdurend zullen
moeten gebruiken, schrijft voor dat de NMBS de lancering plant van
een proefproject voor draadloos internettoegang aan boord van de
treinen. Als de economische en technische haalbaarheid bewezen is,
kan dat ook uitgebreid worden tot het gehele net, maar dat moet
blijken uit de pilootprojecten. In het beheerscontract worden
verschillende pilootprojecten opgenomen Wij willen absoluut
vernieuwen, maar geen avonturen tegemoetgaan.
Het pilootproject zou eind 2005, begin 2006 van start kunnen gaan en
zal doorgang vinden op de lijn Eupen-Luik-Leuven-Brussel-Gent-
Brugge-Oostende, die de meeste reizigers telt.
Uitbreiding van het pilootproject zal beslist worden op basis van de
technische haalbaarheidsstudie en de businesscase.
Het is absoluut voorbarig nu reeds te antwoorden op de vraag of er
voor die internettoegang al dan niet betaald moet worden.
Er zal een functioneel bestek worden opgesteld. De technologie wordt
door de aanbieders gekozen.
De beslissing zal door de NMBS moeten worden genomen na een
marktconsultatie. We zullen dus de markt aanschrijven. U vraagt met
welke bedrijven zal worden samengewerkt. Welnu, het zullen de
bedrijven zijn die het best uit de marktconsultatie komen.
Het budget zullen we ook nog moeten bekijken. We zullen natuurlijk
proberen om die internettoegang zo goedkoop mogelijk te maken.
Misschien zal degene die investeert, dat ook volledig betalen.
Dat is allemaal nog zeer voorbarig.
Daarom is het ook een pilootproject. Mochten we dit voor niets
kunnen doen, zou dat natuurlijk leuk zijn. We gaan dit moeten
bekijken. Nu al zeggen hoeveel het zal kosten en wie het zal betalen,
is nog allemaal zeer voorbarig. Dit zal afhangen van de markt en de
offertes die we zullen krijgen.
13.02 Johan Vande Lanotte,
ministre: Le contrat de gestion
prévoit un certain nombre de
projets pilotes qui permettront
d'étudier la faisabilité économique
et technique. Si les résultats sont
concluants, la téléphonie mobile
pourra éventuellement être
généralisée.
Fin 2005 pourra débuter le projet
pilote prévu sur la ligne Liège-
Ostende. Il est prématuré de se
prononcer dès à présent sur la
question de savoir quel sera le
coût et qui le supportera. Cela
dépendra du cahier des charges et
de la consultation du marché par
la SNCB. L'objectif est bien
entendu de proposer ce service
aux voyageurs au meilleur prix
possible.
13.03 Roel Deseyn (CD&V): De minister zegt dat alles zeer
voorbarig is en dat alles in een embryonale fase zit maar misschien
was de mosterd al gezocht in een aantal buitenlandse projecten of
projecten als bijvoorbeeld de Thalys. U zegt dat het te maken zal
hebben met het businessmodel en een bepaalde financiële
haalbaarheid. Het is daarom volgens u voorbarig om te spreken over
wie wat zal betalen. Dat is natuurlijk wel een belangrijk onderdeel van
de aanbesteding want ik kan me inbeelden dat bepaalde operatoren
13.03 Roel Deseyn (CD&V) : S'il
est vrai que le projet se trouve
encore dans une phase
embryonnaire, le prix constitue dès
le départ un élément important de
l'adjudication. Une discussion à ce
sujet s'impose dès le début.
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
graag een groot stuk zullen helpen financieren als zij daarmee hun
klanten extra faciliteiten kunnen geven door het ter beschikking stellen
van die hot spots. In die zin is deze discussie toch op zijn plaats want
ik zou het toch betreuren dat, voor een dienst die wordt voorgesteld in
het beheerscontract van de NMBS, een discriminatie zou worden
gemaakt overeenkomstig het particuliere abonnement van de
treinreizigers. Dat lijkt mij in deze niet zo ondenkbeeldig; vandaar dat
de vraag in verband met de universaliteit op zijn plaats is.
U zegt ook dat voortdurend moet worden gerefereerd aan de tekst
van het beheerscontract. Ik zou de voorzitter van de commissie willen
vragen om de teksten, die vorige week werden beloofd, zo vlug
mogelijk te kunnen inkijken want anders zullen we in de commissie
soms naast mekaar praten. Ik hoop, mijnheer de minister, dat men
voldoende rekening zal houden met het algemeen beschikbaar stellen
van de mogelijkheden zonder dat er sprake zal zijn van favoritisme en
dat het op een soepele manier zal worden gegund. Ik hoop ook dat na
bijsturing en evaluatie in deze snel veranderende sector voldoende
ruimte zal worden gelaten voor een performantere technologie.
Les textes du contrat de gestion
qui nous avaient été promis sont-
ils déjà disponibles?
De voorzitter: Die teksten zullen eerstdaags op het internet beschikbaar zijn.
13.04 Minister Johan Vande Lanotte: We hopen de teksten
woensdag of donderdag op de internetsite van de NMBS te krijgen.
13.04 Johan Vande Lanotte,
ministre: Dans quelques jours, ils
pourront être consultés sur le site
de la SNCB.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de gratis parkeerplaatsen" (nr. 7196)
14 Question de M. Patrick De Groote au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les places de stationnement gratuites" (n° 7196)
14.01 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, op 10 mei 2005 konden wij in de pers lezen dat u aan de
NMBS had opgedragen om vanaf 1 juni in 12 stations gratis
parkeerplaatsen aan te bieden aan de treinabonnees. Op zich is dat
natuurlijk een heel lovenswaardig initiatief dat wij uiteraard volmondig
steunen.
Een van onze medewerkers ging op donderdag 26 mei op stap, dus
vijf dagen voor de inwerkingtreding van dit proefproject en daar
meldde de loketbediende van het station Gent-Dampoort dat er
inderdaad vanaf 1 juni een proefproject zou starten maar dat hij geen
instructies had over de organisatie ervan. Er volgde een telefoon naar
het nationaal inlichtingennummer van de NMBS en dat leerde ons dat
men daar geen verdere inlichtingen had over de organisatie van dit
project. Op de vraag hoe het dan wordt geregeld kon de telefonist na
enkele minuten opzoekingswerk vertellen dat het abonnement aan het
loket dient te worden getoond.
Op de vraag of er een ticket zal worden verstrekt om achter de
voorruit te leggen, verwees de man ons door naar het plaatselijk loket.
Op maandag 30 mei, twee dagen voor de aangekondigde
inwerkingtreding, kon men na enkele minuten melden dat in de laatste
14.01 Patrick De Groote (N-VA) :
La presse a annoncé qu'à partir du
1
er
juin, la SNCB offrirait, dans
douze gares, des places de
stationnement aux voyageurs. A la
SNCB, nul ne semble être en
mesure de fournir des
informations concrètes à ce
propos. Mais il est clair, entre-
temps, que la date du 1
er
juin n'a
absolument pas été respectée.
Est-il exact que le ministre n'a pas
fourni à la SNCB d'informations
supplémentaires sur ce projet?
Quelle est la cause du retard?
Quand disposerons-nous de plus
amples informations sur la
réalisation concrète de ce projet
pilote?
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
33
nota die ze dienaangaande hadden gekregen, de
uitvoeringsmodaliteiten van dit proefproject nog niet waren
vastgesteld. Er was nog geen begindatum bepaald.
U begrijpt, mijnheer de minister, dat het soms vervelend is voor de
burger wanneer in de pers een startdatum van een proefproject wordt
aangekondigd en dat de onverwijlde uitvoering ervan niet kan worden
gehaald.
Ik wens u dus een paar korte vragen te stellen. Is de laatst verstrekte
informatie door de inlichtingendienst van de NMBS correct? Wat
meldt het beheerscontract hierover? Welke zijn de redenen voor de
vertraging van de uitvoering? Wanneer zal er meer duidelijkheid
bestaan over de effectieve uitvoering van het proefproject? Kunt u
enige verheldering brengen in de onduidelijkheid en de verwarring die
hieromtrent is gerezen?
14.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mijnheer de voorzitter, ik wens
te beklemtonen dat in heel deze aankondiging noch de NMBS noch
wijzelf enig initiatief hebben genomen. Wij zijn aan het werken aan
een nieuw aanbod inzake parkings en wij hebben vastgesteld dat,
terwijl wij daarmee nog bezig waren, enkele syndicale organisaties het
nodig hebben geacht om naar de pers te stappen. Dat is hun
verantwoordelijkheid. De datum van 1 juni is in de maand februari in
deze documenten voorzien geweest. Wij hebben toen gezien dat dit
niet kon en deze datum werd dan ook niet weerhouden. In het
beheerscontract staat dat men zou proberen vanaf 1 september 2005.
Dat is ook ondertekend. Uiteraard kon men aan die persoon niets
uitleggen. Men heeft het echter voorgesteld alsof het reeds was
beslist. Zowel de NMBS als wijzelf hebben dat ook gemerkt en wij
hebben dan ook geprobeerd de communicatie in goede banen te
leiden. Er wordt daaraan gewerkt en uiterlijk vandaag nog of morgen
zal worden uitgelegd hoe de 1
ste
september zal starten. Dat is heel
vervelend. Het betreft hier een intern document dat nog niet rijp was
voor communicatie. Dit document is uitgelekt en gebruikt. Zo is het
gebeurd.
14.02 Johan Vande Lanotte,
ministre: Ce n'est pas moi, ni la
SNCB, qui ai annoncé ce projet.
Les syndicats ont informé la
presse sur la base d'un document
interne qui ne comportait qu'une
date butoir. Le contrat de gestion
précise que les places de
stationnement devront être
disponibles à partir de septembre
2005. Nous avons tenté de
rectifier les informations qui
avaient été diffusées
prématurément.
14.03 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de minister, dat is
natuurlijk heel jammer. Het is inderdaad zeer verwarrend. Ik heb mijn
vraag ingediend op 30 mei en op 1 juni verscheen er al een persnota
van de heer Casaer die zei dat het voor eind september zou zijn.
Dezelfde dag kwam er een bericht van de NMBS waarin stond dat zij
niet klaar waren voor gratis parkeren en dat de uiterste datum 1
september zou zijn. Men kon de precieze startdatum nog niet geven
en ook niet welke stations precies in het project zouden worden
opgenomen. Men wilde daarover geen commentaar meer kwijt. Ik heb
die persmededeling pas na mijn vraag gezien.
Het is jammer. Ik begrijp dat er communicatiestoornissen zijn of dat
enkele reacties voorbarig waren. Ik dank u voor uw antwoord.
14.03 Patrick De Groote (N-VA) :
En communiquant leurs décisions
aux citoyens comme ils l'ont fait,
les responsables politiques ont
semé la confusion la plus totale
dans les esprits. Et les citoyens
n'apprécient guère.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de herinvoering van het herinneringsbriefje bij De Post" (nr. 7223)
15 Question de M. Roel Deseyn au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "la réintroduction de la carte de rappel par La Poste" (n° 7223)
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
34
15.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, ik kom even terug
op een punt dat ik al had aangeraakt in de marge van een andere
vraag in de plenaire vergadering naar aanleiding van de voorstelling
van het verslag van de ombudsdienst bij De Post. Ik heb het heel
specifiek over de afschaffing van het herinneringsbriefje bij een
aangetekende zending. Indien de geadresseerde van een
aangetekende zending niet thuis was, dan werd er een
herinneringsbriefje in de bus gestopt en werd het pakje of de
bestelling voorlopig bijgehouden op het postkantoor. De problematiek
was ook nauw gerelateerd aan bepaalde verdwijningen. Algemeen
kan worden gesteld dat de afschaffing van het herinneringsbriefje niet
zo'n goede zaak is. Veel meer blijft liggen. Sommige mensen hebben
misschien het eerste briefje niet gezien, of het kaartje was in de
verkeerde bus gestoken of het was verkeerd ingevuld.
De herinvoering van een herinneringskaartje, niet alleen als tweede
verwittiging, maar ook als een soort back-upsysteem, zou voor meer
duidelijkheid en rechtszekerheid zorgen. Het gaat hier dan ook
meestal over belangrijke stukken. Het zou goed zijn, zowel voor De
Post als voor de klant zelf. Ik heb ook in mijn toelichting enkele
concrete voorbeelden gegeven, die ik nu niet zal herhalen.
Terwijl de afzender over mogelijkheden beschikt om de uitreiking van
de zending via de barcode te laten volgen, weet de bestemmeling al
te vaak pas van het bestaan van de zending wanneer de termijn reeds
verstreken is. Concluderend is het dus eigenlijk duidelijk dat de
afschaffing van het herinneringskaartje een zwakke schakel of toch
zekere een verzwakking in het volledige proces van de uitreiking van
aangetekende zendingen is. Zeker met de huidige stand van de
informatisering moeten er mogelijkheden zijn om dat op te vangen.
Dat was een conclusie die niet alleen bij ons zomaar opborrelde,
maar die natuurlijk ook werd getrokken door de ombudsdiensten bij
De Post.
Met de informatisering lijkt het mij immers niet bepaald grote
meerkosten met zich te brengen of meer moeite te vergen om zo'n
klein kaartje aan de bestemmeling te bezorgen. Men kan ook hier het
verschil maken met eventuele alternatieve operatoren.
Waarom werd het herinneringskaartje eigenlijk afgeschaft? Wanneer
was dat?
Zou u als overheid de herinvoering ervan willen bepleiten bij De Post?
Denkt u eventueel ook aan alternatieven voor het klassieke kaartje?
Er zouden daarvoor verschillende varianten zijn, maar misschien leeft
er daaromtrent al iets. Het zou goed zijn om uw mening daarover te
kennen.
15.01 Roel Deseyn (CD&V) :
Lorsqu'un facteur ne peut
distribuer un envoi recommandé, il
glisse une petite carte dans la
boîte à lettres du destinataire. Or,
il n'est pas rare que les
destinataires affirment n'avoir
jamais reçu de petite carte.
Conséquence: on ne sait plus très
bien si la responsabilité incombe
au facteur ou au destinataire. Et il
faut ajouter à cela que le
destinataire n'a que six mois pour
introduire une réclamation. Si on
réinstaurait la carte de rappel en
usage autrefois, on clarifierait les
choses tout en garantissant aux
intéressés une certaine sécurité
juridique.
Quand et pourquoi la carte de
rappel a-t-elle été supprimée? Le
ministre serait-il favorable à sa
réinstauration? La Poste envisage-
t-elle des alternatives à cette
carte?
15.02 Minister Johan Vande Lanotte: De herinneringskaart voor de
afhaling van een aangetekende zending is afgeschaft in 2000. De
reden was de heel kleine respons, terwijl de kaart manueel gemaakt
en in de bus gestopt moest worden.
De hele discussie rond de zekerheid van de melding van een
aangetekende zending aan de geadresseerde is bezig. Er worden een
aantal initiatieven vooropgesteld die zowel de doelstelling hebben een
vergetelheid door de postman in het gebruik van de verwittigingskaart
15.02 Johan Vande Lanotte,
ministre: La carte de rappel a été
supprimée en 2000 parce que très
peu de personnes y donnaient
suite. La Poste prépare quelques
initiatives pour augmenter la
garantie qu'un courrier recom-
mandé sera bien notifié. Elle veut
éviter que les facteurs omettent de
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
te voorkomen, als de zichtbaarheid van de kaart voor de
geadresseerde te verhogen. Er wordt een concrete actie bestudeerd
met de integratie van het afgeleverde document en de
verwittigingskaart. Dit document wordt afgedrukt in het kantoor van
uitreiking voor elke aangetekende zending en bevat automatisch het
unieke nummer van de zending, het kantoor van afhaling en de
laatste afhaaldatum. Het document zou de huidige verwittigingskaart
vervangen. De eerste tests worden gepland in het najaar 2005.
Er is nog geen beslissing over het al dan niet herinvoeren van een
soort herinneringskaart. Wij zullen nog een aantal cijfers en tests
onderzoeken. Het zou kunnen dat er in het najaar nog tests komen,
maar die zullen toch vrij overtuigend moeten zijn vooraleer men
overgaat tot de herinvoering van een herinneringskaart. Het is echter
niet uitgesloten. Het wordt opnieuw getest, met alternatieven. Als die
tests positief zijn, dan kan er iets gebeuren.
déposer le carton et souhaite
accroître la visibilité de celui-ci. Un
nouveau document unique, qui
sera tout à la fois bon de livraison
et bulletin d'avertissement, fera
l'objet de tests à l'automne 2005.
La réintroduction d'une sorte de
carte de rappel dépendra du
résultat de ces tests. Si la
réintroduction n'est pas exclue,
elle n'est néanmoins guère
probable.
15.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw
antwoord. Er worden zeker positieve voorstellen gedaan. Het is een
grote verdienste dat er nagedacht wordt over verbeteringen op dit
punt. Als ik het goed begrijp, wordt met het eerste kaartje een analoog
document afgedrukt dat dan bewaard wordt in het postkantoor. Wat
zal men daarmee exact doen?
15.03 Roel Deseyn (CD&V) :
Que l'on réfléchisse au problème
est une bonne chose.
15.04 Minister Johan Vande Lanotte: De postbode komt met de
uitreiking en herinnering samen. Als iemand niet thuis is, dan heeft hij
onmiddellijk het briefje mee, terwijl nu een afzonderlijk briefje
opgemaakt moet worden. Nu heeft hij alles. Hij belt aan en als er niet
opengedaan wordt, dan scheurt hij het af hij heeft het toch in de
hand en stopt het in de bus. Dat zal gemakkelijker zijn en minder
verlies teweegbrengen. Er zal ook minder discussie zijn.
15.05 Roel Deseyn (CD&V): Ik meen dat wij de evaluatie van het
vernieuwde kaartje moeten afwachten, om te bekijken of een
herinnering nog nodig is. Wordt vervolgd.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "het verkorten van de periode voor de vervanging van verloren betaaltitels"
(nr. 7233)
16 Question de M. Roel Deseyn au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "le raccourcissement de la période prescrite pour le remplacement de titres de
paiement égarés" (n° 7233)
16.01 Roel Deseyn (CD&V): Dit is een eenvoudige vraag, mijnheer
de voorzitter.
Mijnheer de minister, de vervanging van in de post verloren
betaaltitels zo wordt ook gezegd door de Ombudsdienst gebeurt
eigenlijk weinig klantvriendelijk: 6 tot 10 werkdagen is voor mensen
die wachten op hun pensioen of hun vervangingsinkomen, of
eventueel op een andere geldsom, vrij lang. Ik meen dat er toch een
snellere vervanging nodig is wanneer er iets fout gelopen is.
Bovendien, zegt ook de Ombudsdienst, gebeurt de opvang van de
mensen die op dat geld wachten niet altijd even fijnzinnig. Er wordt
16.01 Roel Deseyn (CD&V):
Dans son rapport annuel, le
service de médiation de La Poste
fait remarquer que le
remplacement de titres de
paiement perdus se fait de façon
peu respectueuse du client. En
effet, un délai de six à dix jours
ouvrables est particulièrement
long pour ceux qui attendent le
paiement d'une pension ou d'un
revenu de remplacement. En
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
36
wel gezegd: zij moeten maar een andere manier van betalen kiezen.
Maar u weet de problematiek is al door de collega's geschetst dat
gezien de organisatie van De Post en het niet altijd zo fijne
kantorennet het alternatief geen optie is voor bepaalde mensen,
hoezeer het ook gestimuleerd wordt en hoezeer die stimulansen
verdienstelijk zijn op zich.
De vraag gaat over de vrij lange periode voor de vervanging van de
verloren betaaltitels. Welke maatregelen zal De Post terzake nemen?
Ik had de indruk dat de topman van De Post, de heer Johnny Thijs,
zich toch bewust was van het probleem in zijn repliek na de
persconferentie van de Ombudsdienst. Mijn vraag is: welke opvolging
zal in deze gebeuren? Hoe staat u tegenover de suggestie om via de
blokkering van de oude posttitel tot een snellere vervanging ervan te
komen? En ten slotte, hoe zal voor een klantvriendelijker opvang
gezorgd worden? Welke acties zijn daartoe al ondernomen of welke
richtlijnen zijn daartoe al gegeven?
outre, l'accueil des personnes
venant faire une telle déclaration
laisserait généralement à désirer.
La Poste est-elle consciente de ce
problème? Compte-t-on prendre
des mesures pour réduire le délai
de remplacement d'un titre de
paiement et pour améliorer
l'accueil de la clientèle concernée?
16.02 Minister Johan Vande Lanotte: Mijnheer Deseyn, zodra er
melding wordt gemaakt van een verloren titel, wordt er onmiddellijk
een vervanging aangevraagd in het ICT-bestand. Wanneer de
vervanging van de originele titel wordt gevraagd, wordt de oude titel
onmiddellijk geblokkeerd, uiteraard. Om veiligheidsredenen ontvangt
de dienst Uitgifte Assignaties van de Financiële Post na 5 werkdagen
de nieuwe titel. Diezelfde dag wordt de titel afgegeven aan de
klantendienst van de Financiële Post, die op zijn beurt de titel
verzendt naar het postkantoor en de betrokkene uitnodigt daar de titel
te incasseren.
Op dit ogenblik lijkt het operationeel vrij moeilijk om de periode van 6
dagen in te korten. De Financiële Post zal samen met ICT een studie
verrichten met als doel de afleveringstermijn alsnog te minimaliseren.
De Financiële Post stelt al het mogelijke in het werk om op zo
eenvoudige manier en zo vlug mogelijk de klant van dienst te zijn.
16.02 Johan Vande Lanotte,
ministre: Toute déclaration d'un
titre perdu entraîne une demande
de remplacement dans le fichier
TIC. Dès que le remplacement
d'un titre original est demandé,
l'ancien titre est immédiatement
détruit.
Pour des raisons de sécurité, le
service des Emissions d'assigna-
tions de La Poste Financière
recevra le nouveau titre après cinq
jours ouvrables. Celui-ci sera
immédiatement transmis au
service clientèle, qui à son tour
expédiera le titre à un bureau de
poste et invitera la personne ayant
fait la déclaration à venir encaisser
le titre. La réduction de ce délai
n'est pas une chose facile du point
de vue opérationnel. Cela dit, La
Poste Financière effectuera, en
collabo-ration avec le service TIC,
une étude en vue d'une éventuelle
réduction de ce délai.
16.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, even heel kort
en een beetje analoog met het vorige antwoord: het is al verdienstelijk
op zich dat men de problematiek onderkent en dat men inspanningen
zal doen, of toch zal onderzoeken of men initiatieven kan nemen die
de termijn zullen kunnen verkorten. Men kan inderdaad niet
voorbijgaan aan het gegeven dat sommige mensen dit geld zeer
dringend nodig hebben.
16.03 Roel Deseyn (CD&V) : Je
me réjouis de ce que La Poste
financière soit consciente du
problème et examine la possibilité
de raccourcir le délai de livraison.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
17 Question de M. Eric Massin au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises
publiques sur "les bâtiments des gares" (n° 7255)
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
37
17 Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de stationsgebouwen" (nr. 7255)
17.01 Eric Massin (PS): Monsieur le président, monsieur le vice-
premier ministre, nous arrivons à la fin du feuilleton des petites gares,
la fin définitive, je l'espère.
Il y a quelques semaines, vous avez confirmé au ministre des Affaires
intérieures et de la Fonction publique en Région wallonne,
M. Courard, que les bâtiments des gares wallonnes dont les guichets
seront fermés par la SNCB seraient mis à disposition des communes
pour l'euro symbolique. C'est l'information que j'ai obtenue.
Cette mise à disposition à titre gracieux conforte le ministre Courard
dans son projet de création d'espaces multiservices et l'on ne peut
que se féliciter de la volonté de sauvegarder ces lieux de vie, en
empêchant qu'ils se transforment en chancres urbains. Chacun y
trouve son avantage, tant la SNCB que les villes et communes ou les
usagers du train.
D'ailleurs, les communes ne s'y sont pas trompées puisqu'une grande
majorité d'entre elles ont entamé l'examen de ce projet de
réaffectation des bâtiments des gares.
Cependant, parallèlement à cette orientation, il reste, à mon sens,
important que la SNCB puisse également clarifier la manière dont les
investissements vont être consentis pour le maintien de son activité
dans les gares.
Ma question portera donc sur deux points:
Le premier a trait aux potentielles implications juridiques du mode de
mise à disposition par la SNCB des bâtiments des gares aux
communes. Puisqu'il semble que tout transfert de propriété de la
SNCB vers les communes concernées soit exclu, la SNCB restera
propriétaire de ces bâtiments et donc en partie responsable
juridiquement. Sachant que cette responsabilité a des effets variables
sur les obligations des parties, en fonction de la nature de la mise à
disposition, monsieur le vice-premier ministre, pouvez-vous me
renseigner sur les termes de cette mise à disposition, plus
particulièrement sur la forme du contrat choisi?
Le second point concerne le maintien d'un service minimum de la
SNCB dans ces gares. Monsieur le vice-premier ministre, pouvez-
vous nous informer si toutes ces gares se verront installer un
distributeur de billets de voyage? Si distributeur il y a, dans quelles
gares? Ces distributeurs seront-ils installés à l'intérieur des bâtiments
concernés? Je pense plus particulièrement à la gare de Manage qui a
effectué cette démarche vis-à-vis de la SNCB: c'est une gare que je
connais bien et qui reste une desserte importante pour toute la
population de la région du Centre.
17.01 Eric Massin (PS): U heeft
bevestigd dat de Waalse
stationsgebouwen waarvan de
loketten gesloten worden, voor
een symbolische euro ter
beschikking van de gemeenten
kunnen worden gesteld. Wat
zullen de juridische gevolgen van
die terbeschik-kingstelling zijn?
Welke minimale dienstverlening
zal de NMBS nog aanbieden in die
stations? Zullen in al die stations
biljettenverdelers geïnstalleerd
worden?
17.02 Johan Vande Lanotte, ministre: Comme vous le savez, une
concertation est organisée avec les différentes communes concernant
les bâtiments des gares dans lesquelles la fonction de guichet est
supprimée. Les intérêts des communes sont très divers. Certaines
seraient intéressées par une cession, un droit d'occupation. Si un droit
d'occupation est accordé à la commune moyennant le paiement d'une
17.02 Minister Johan Vande
Lanotte: Er wordt met de
betrokken gemeenten overleg
gepleegd. De belangstelling van
de gemeenten is uiteenlopend.
Sommigen zijn geïnteresseerd in
06/06/2005
CRIV 51
COM 629
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
38
redevance limitée ou même une somme symbolique, une convention
sera établie stipulant que la grande et la petite maintenance sont à
charge de l'occupant. Les autres communes, même si elles ne sont
pas intéressées par une cession ou un droit d'occupation, souhaitent
vivement que la qualité du bâtiment soit maintenue dans le futur, ce à
quoi le groupe SNCB veillera. Le maintien d'un service minimum de la
SNCB dans les gares dites EMS (Espace Multiservices), comprend la
garantie du maintien de la desserte, c'est-à-dire l'arrêt des trains.
een overdracht of een
gebruiksrecht. In dat geval vallen
het kleine en het grote onderhoud
ten laste van de gebruiker. In de
andere gevallen zal de NMBS zelf
instaan voor het onderhoud. De
stations waarin verschillende
dienstverleningen worden
aangeboden, krijgen een
gewaarborgde treinverbinding. De
geluidsinstallatie op de perrons zal
er worden uitgebreid en de
wachtzaal zal gedurende een
minimum periode worden
opengesteld.
17.03 Eric Massin (PS): Il est difficile de faire autrement.
17.04 Johan Vande Lanotte, ministre: On parle toujours de la
fermeture des gares. Beaucoup pensent que le train ne s'arrêtera
plus. Si vous demandez ce que cela signifie, on vous répondra qu'il
n'y aura plus de trains.
Ce maintien d'un service minimum comprend également:
- une sonorisation des quais, renforcée par rapport à la situation avant
fermeture des guichets, et opérationnelle à distance 24 heures sur 24;
- l'accès à la salle d'attente, au minimum de 6 à 12 heures les jours
ouvrables;
- la vente des titres de transport ne sera pas assurée par des
distributeurs automatiques. En revanche, la possibilité sera offerte au
nouvel exploitant de vendre des titres de transport de base,
notamment des Pass.
Conjointement, la promotion dans la gare de l'utilisation des canaux
de distribution alternatifs existants sera assurée par voie d'affiches.
Par canaux de distribution alternatifs, on entend la vente par internet,
par téléphone, ainsi que la vente assurée par des libraires ou les
bureaux de La Poste.
Ce sont notamment ces possibilités qui seront garanties. J'espère que
nous pourrons, dans les mois qui viennent, conclure les contrats
concernant ces EMS.
17.04 Minister Johan Vande
Lanotte: Er komen geen
automatische biljettenverdelers
voor de verkoop van treinkaartjes.
De nieuwe uitbater zal nochtans
eenvoudige vervoerbewijzen zoals
passen kunnen verkopen. Er zal
voorrang worden gegeven aan
alternatieve oplossingen, zoals de
verkoop via internet of telefoon.
17.05 Eric Massin (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie tout
d'abord pour votre réponse.
Je peux comprendre que certaines communes soient intéressées ou
non par la mise à disposition ou la cession. Evidemment, les
implications juridiques peuvent être importantes. Je constate, pour ma
part, qu'il appartient à la SNCB et à la partie concernée de s'arranger
à ce sujet.
En ce qui concerne la distribution de billets, je peux comprendre que
l'on décide de ne pas prévoir de distributeur automatique car il s'agit
d'un coût important et parce que, notamment, des actes de
vandalisme peuvent être commis.
Toutefois, que se passe-t-il si un ou des opérateurs publics et
17.05 Eric Massin (PS): Wat de
verkoop van de treinkaartjes
betreft, hoe zal die verlopen indien
de gebouwen enkel door openbare
operatoren worden gebruikt?
CRIV 51
COM 629
06/06/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
39
uniquement eux se trouvent dans le bâtiment? En l'absence
d'opérateur privé, il est difficile de concevoir qu'un service
d'administration communale puisse vendre des billets de la SNCB.
17.06 Johan Vande Lanotte, ministre: On peut y vendre des Pass.
17.06 Minister Johan Vande
Lanotte: De openbare operatoren
zullen eveneens eenvoudige
vervoerbewijzen, zoals de passen,
kunnen afleveren.
17.07 Eric Massin (PS): C'est une bonne nouvelle.
17.08 Johan Vande Lanotte, ministre: Mais pas des tickets
individuels.
17.08 Minister Johan Vande
Lanotte: Ze zullen echter geen
individuele treinkaartjes kunnen
uitreiken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.53 uur.
La réunion publique de commission est levée à 16.53 heures.