CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 543
CRIV 51 COM 543
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
mardi
dinsdag
22-03-2005
22-03-2005
Soir
Avond
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE






























cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders ­ Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le statut
des conseillers en prévention au SPF Finances"
(n° 6093)
1
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"het statuut van de preventieadviseurs bij de FOD
Financiën" (nr. 6093)
1
Orateurs: Jacques Chabot, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Jacques Chabot, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Jacques Chabot au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "l'intégration
du personnel dans certains grades des nouvelles
carrières au SPF Finances" (n° 6094)
2
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
overstap van het personeel naar bepaalde graden
van de nieuwe loopbanen bij de FOD Financiën"
(nr. 6094)
2
Orateurs: Jacques Chabot, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Jacques Chabot, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de Mme Muriel Gerkens au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
biocarburants" (n° 6137)
5
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
biobrandstoffen" (nr. 6137)
5
Orateurs: Muriel Gerkens, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Muriel Gerkens, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la vente
prévue du domaine 'Les Dolimarts'" (n° 6110)
6
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
geplande verkoop van het domein 'Les Dolimarts'"
(nr. 6110)
6
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
préparatifs, au SPF Finances, en vue de la
constitution d'un cadastre de la fortune et le
cahier spécial des charges relatif à la mise en
oeuvre du STIPAD" (n° 6111)
8
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
voorbereidingen van de FOD Financiën tot
opmaak van een vermogenskadaster en het
bijzonder bestek met betrekking tot de
implementatie van het STIPAD" (nr. 6111)
8
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Jean-Jacques Viseur au vice-
premier ministre et ministre des Finances sur
"l'application d'un taux de TVA réduit aux
bâtiments scolaires" (n° 6113)
11
Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur aan de
vice-eerste minister en minister van Financiën
over "de toepassing van een verlaagd BTW-tarief
op schoolgebouwen" (nr. 6113)
11
Orateurs: Jean-Jacques Viseur, Hervé
Jamar
, secrétaire d'Etat à la Modernisation
des Finances et à la Lutte contre la fraude
fiscale
Sprekers: Jean-Jacques Viseur, Hervé
Jamar
, staatssecretaris voor Modernisering
van de Financiën en de Strijd tegen de fiscale
fraude
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "l'effectif du
personnel de l'Inspection spéciale des impôts"
(n° 6126)
13
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
personeelsbezetting van de Bijzondere
Belastinginspectie" (nr. 6126)
13
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les activités
de contrôle des différentes directions régionales
dans le secteur des impôts directs" (n° 6127)
14
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
controlewerkzaamheden van de verschillende
gewestelijke directies in de sector van de directe
belastingen" (nr. 6127)
13
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
fonctions N-3" (n° 6128)
15
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
N-3 functies" (nr. 6128)
15
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "l'effectif et
les activités de contrôle de l'administration de la
TVA" (n° 6151)
16
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
personeelsbezetting en controlewerkzaamheden
in de BTW-administratie" (nr. 6151)
16
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Carl Devlies au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la
possibilité de paiement électronique dans les
bureaux de recettes des Douanes" (n° 6167)
17
Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
mogelijkheid tot elektronisch betalen bij de
ontvangkantoren van de Douane" (nr. 6167)
17
Orateurs: Carl Devlies, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Carl Devlies, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le système
organisant un contrôle fiscal approfondi au moins
tous les 6 ans" (n° 6182)
17
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
regeling waarbij één diepgaande
belastingcontrole minstens om de 6 jaar wordt
uitgevoerd" (nr. 6182)
17
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les
suppléments d'impôts perçus par les centres de
contrôle polyvalents" (n° 6183)
18
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
belastingssupplementen van de polyvalente
controlecentra" (nr. 6183)
18
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "le rapport
entre les enrôlements et le précompte
professionnel" (n° 6184)
21
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
inkohieringen versus bedrijfsvoorheffing"
(nr. 6184)
21
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "les budgets
de consultance mis à la disposition du personnel
du SPF Finances" (n° 6185)
24
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
consultancybudgetten voor het personeel van de
FOD Financiën" (nr. 6185)
24
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la
protection de la vie privée dans le cadre de la
conservation d'informations fiscales" (n° 6186)
27
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
bescherming van de privacy bij het bewaren van
fiscale informatie" (nr. 6186)
27
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la nouvelle
déclaration fiscale" (n° 6187)
27
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over "de
nieuwe belastingaangifte" (nr. 6187)
27
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances sur "la collecte
d'informations" (n° 6188)
28
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eerste minister en minister van Financiën over
"het bijhouden van informatie" (nr. 6188)
28
Orateurs: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
secrétaire d'Etat à la Modernisation des
Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale
Sprekers: Hendrik Bogaert, Hervé Jamar,
staatssecretaris voor Modernisering van de
Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1


COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
du
MARDI
22
MARS
2005
Soir
______
van
DINSDAG
22
MAART
2005
Avond
______

De vragen en interpellaties vangen aan om 17.17 uur.
Voorzitter: de heer Carl Devlies.
Les questions et les interpellations commencent à 17.17 heures.
Président: M. Carl Devlies.

De voorzitter: Vragen nrs. 6006 van mevrouw Turtelboom, 6048 van de heer Maene, 6076 van mevrouw
Muylle, 6115 van mevrouw D'hondt, 6149 van mevrouw Creyf en 6163 van de heer Verherstraeten worden
uitgesteld.
01 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le statut
des conseillers en prévention au SPF Finances" (n° 6093)
01 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "het
statuut van de preventieadviseurs bij de FOD Financiën" (nr. 6093)
01.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le ministre, selon les
informations dont je dispose, votre département compte douze
conseillers en prévention.

1. Compte tenu des milliers de fonctionnaires et d'agents des
Finances, ce nombre de conseillers en prévention n'est-il pas sous-
évalué?

2. Il me revient que leur responsabilité est énorme. Quelle en est
l'étendue sur le plan civil et sur le plan pénal? Quelles sont les
assurances souscrites par votre département et pour quel montant?

3. Combien de bâtiments doivent-ils être contrôlés au niveau de la
sécurité?

4. Une valorisation financière est-elle prévue pour chacun des
conseillers en prévention? Les permanents syndicaux ont reçu
d'office l'allocation de compétence "Coperfin"; en est-il de même pour
les conseillers en prévention et pourquoi?

5. Selon certains, votre département vient de signer un protocole en
vertu duquel vos conseillers en prévention seraient, à l'avenir, intégrés
dans une structure commune à l'ensemble des départements
fédéraux. Cette information est-elle exacte? Si oui, quelles sont les
garanties offertes à vos conseillers en prévention? Une valorisation
est-elle prévue?
01.01 Jacques Chabot (PS): Zijn
twaalf preventieadviseurs niet wat
te weinig? Wat houdt hun
burgerrechtelijke en
strafrechtelijke aansprakelijkheid
in? Hebben ze recht op
verzekeringen, een financiële
herwaardering en een "Coperfin"-
competentietoelage? Zullen ze
worden opgenomen in een
gemeenschappelijke structuur
voor alle departementen? Onder
welke voorwaarden?
01.02 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Monsieur Chabot, voici les cinq 01.02
Staatssecretaris Hervé
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
réponses que je peux vous apporter:

1. Outre le responsable du service, les conseillers en prévention sont
actuellement au nombre de onze et sont occupés à temps plein. Le
service interne pour la prévention et la protection du travail (SIPPT)
compte également trois psychologues chargés des dossiers de
violence et de harcèlement moral et sexuel au travail.

2. La responsabilité en matière de sécurité et de santé au travail
incombe à l'employeur. Aucune assurance n'a été souscrite par mon
département pour couvrir les conseillers en prévention.

3. Il y a actuellement 470 bâtiments à contrôler chaque année. Il faut
ajouter à ce nombre une centaine d'implantations de moindre
importance mises à la disposition de l'administration des Douanes et
Accises par les opérateurs privés.

4. La fonction de conseiller en prévention n'est pas propre au SPF
Finances. L'élaboration d'un éventuel statut particulier relève de la
compétence de mon collègue de la Fonction publique. Par ailleurs,
l'allocation de compétence "Coperfin" que vous évoquez n'existe pas.
L'éventuelle obtention par les conseillers en prévention d'une
allocation de compétence sans devoir présenter une mesure de
compétence, comme cela a été fait pour les délégués syndicaux
permanents des organisations syndicales représentatives, relève
également de la compétence de mon collègue de la Fonction
publique.

5. Quoique le SPF Finances ait récemment demandé la création d'un
service interne commun pour la prévention et la protection au travail,
des circonstances propres aux départements chargés de rédiger
l'arrêté royal qui en porte création, ont fait que, à ce jour, le SPF
Finances n'est pas adhérent de cette structure. A l'heure actuelle, les
problèmes évoqués dans vos deux questions subséquentes ne se
posent pas.
Jamar: Naast de twaalf
preventieadviseurs telt de IDPBW
ook nog drie psychologen.

Aangezien de werkgever
verantwoordelijk is voor de
gezondheid op het werk, heeft
mijn departement verder geen
verzekeringen gesloten.

Er zijn 470 gebouwen, plus een
honderdtal andere particuliere
vestigingen, die gecontroleerd
moeten worden.

Mijn collega van
Ambtenarenzaken is bevoegd voor
de uitwerking van een specifiek
statuut en voor de eventuele
invoering van een Coperfin-
comptentietoelage.

Hoewel de FOD Financiën zulks
wel gevraagd had, maakt hij geen
deel uit van de
gemeenschappelijke structuur
voor preventie en bescherming,
wegens specifieke
omstandigheden bij de
departementen die belast waren
met het opstellen van het
koninklijk besluit.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Jacques Chabot au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "l'intégration
du personnel dans certains grades des nouvelles carrières au SPF Finances" (n° 6094)
02 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
overstap van het personeel naar bepaalde graden van de nieuwe loopbanen bij de FOD Financiën"
(nr. 6094)
02.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le ministre, cette question
vient de faire partiellement l'objet d'une réflexion au cours du débat de
cet après-midi.

Dans le cadre de la réforme des carrières au sein de votre
département, certains agents des niveaux B, C et D sont appelés à
être intégrés prochainement dans la nouvelle carrière.

A cet effet, ces agents sont actuellement invités à suivre une activité
de formation au terme de laquelle il leur est demandé d'effectuer le
choix d'être intégrés ou non dans ces nouvelles carrières.

Malheureusement, la formation dispensée a pour objet l'e-learning. Il
02.01 Jacques Chabot (PS):
Waarom werd voor "e-learning"
gekozen als opleiding voor de
ambtenaren van niveau B, C en D
die voor de nieuwe loopbaan in
aanmerking komen?

Op welke manier kunnen de
ambtenaren worden ingelicht over
de gevolgen van de keuze voor die
nieuwe loopbaan? Is die keuze
onherroepelijk?
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
me revient qu'aucune information n'est donnée en ce qui concerne la
réforme des carrières. Cela provoque des inquiétudes au sein de
votre personnel, ce qui m'amène à vous poser les questions
suivantes:

1. Quelles sont les raisons qui ont incité à choisir l'e-learning comme
objet de la formation? Est-il exact que celle-ci ne dure qu'une heure?

2. Quelles sont les démarches que peuvent entamer vos agents pour
être informés des conséquences de l'intégration dans la nouvelle
carrière? A qui doivent-ils s'adresser? Une communication préalable
sera-t-elle assurée?

3. Selon certains, le choix d'être intégré ou non dans la nouvelle
carrière est irrévocable. Est-ce exact?

4. Quel sera le sort réservé aux agents qui déclareront ne pas vouloir
être intégrés dans leur nouvelle carrière?

5. De même, quelle sera la position de votre département vis-à-vis
des agents qui refuseront d'opérer un choix, en argumentant qu'ils
n'ont reçu aucune information à ce sujet?

6. Quelles sont les méthodes d'information et de communication qui
seront appliquées pour mettre fin à ce malaise?
Wat zal er gebeuren met degenen
die niet voor de nieuwe loopbaan
kiezen of die weigeren ervoor te
kiezen, bij gebrek aan informatie?

Met welke informatiemiddelen zal
een einde aan die malaise worden
gemaakt?
02.02 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Monsieur Chabot, je tiens tout
d'abord à préciser que les renseignements qui vous auraient été
communiqués au sujet de l'absence d'information des agents
concernant la réforme des carrières des niveaux B, C et D me
paraissent inexacts.

En effet, une campagne d'information sans précédent a été organisée
afin que les agents concernés reçoivent tous les renseignements
nécessaires, leur permettant soit d'opter pour les nouvelles carrières
et de s'inscrire à la formation sans test, soit de refuser leur nomination
dans les nouveaux grades. Cette campagne qui a démarré dès la
parution au Moniteur belge de l'arrêté royal du 3 mars 2005 portant
réforme de la carrière particulière de certains agents du SPF
Finances reposait sur trois axes:
- envoi d'un courriel à tous les agents du SPF Finances annonçant la
parution de l'arrêté royal au Moniteur belge, avec un lien sur l'intranet
donnant accès à toutes informations disponibles;
- envoi d'un courrier individualisé explicatif à chaque agent concerné
- plus de 23.000 lettres -;
- création d'un call-center avec des représentants des services du
personnel de toutes les administrations du SPF Finances.

Cette mise au point étant faite, les questions soulevées appellent les
réponses suivantes:

1. Un groupe de travail a été constitué au sein du SPF Finances, afin
de faire des propositions de sujets pour la formation sans test. Ce
groupe de travail devait prendre en compte deux éléments essentiel:
- le sujet devait apporter un plus à tous les agents concernés du SPF
Finances;
- l'engagement pris avec les organisations syndicales d'organiser
cette activité de formation de manière décentralisée, pour éviter au
02.02
Staatssecretaris Hervé
Jamar: U beschikt niet over de
juiste informatie. Van zodra het
koninklijk besluit van 3 maart in
het Belgisch Staatsblad
verscheen, werd een nooit geziene
informatiecampagne gelanceerd.
Alle betrokken ambtenaren
ontvingen een e-mail die hen
toegang tot alle op het intranet
beschikbare informatie verschafte,
evenals een persoonlijk schrijven.
Daarnaast werd ook een call
center opgericht.

De werkgroep die binnen de FOD
werd opgericht om voorstellen
inzake de vorming zonder test te
formuleren, opteerde voor het
systeem van "e-learning", omdat
dit een meerwaarde voor de
ambtenaren inhoudt en voor
decentralisatie in aanmerking
komt. Tegen april 2005 wordt
bovendien een nieuw project
voorbereid. De functionele chefs
die de opleiding moeten geven,
ontvingen alle nodige inlichtingen
en werden opgeleid. De duur van
de vorming zonder test kan
naargelang van het aantal
deelnemers variëren.
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
maximum le déplacement des agents et apporter le moins de
perturbation au bon fonctionnement des services.

Le choix s'est finalement porté sur l'e-learning qui répondait aux
conditions précitées et qui était d'autant plus susceptible d'intéresser
les agents qu'un nouveau projet en la matière sera lancé dans le
courant du mois d'avril 2005.

Les chefs fonctionnels, chargés de donner l'information, ont reçu la
documentation nécessaire sous forme d'une présentation Powerpoint
et ceux qui le souhaitaient ont reçu une courte formation. Ils peuvent
également bénéficier de l'assistance des services de formation.
Aucune durée minimale de la formation n'a été fixée. La durée de
celle-ci peut varier en fonction du nombre de participants.

2. Pour votre deuxième question, je m'en réfère aux explications
données ci-dessus.

3. Je confirme que le choix des agents d'être intégrés ou non dans la
nouvelle carrière est irrévocable. C'est précisément la raison pour
laquelle la campagne d'information évoquée ci-dessus a été mise sur
pied. Il était impératif de donner aux agents concernés le maximum
d'informations pour qu'ils puissent faire leur choix en toute
connaissance de cause.

4. L'agent qui n'opterait pas pour les nouvelles carrières sera nommé,
selon le cas, dans le niveau D, C ou B et conservera son grade
actuel. Il maintiendra son échelle de traitement - dans certains cas,
les promotions par avancement barémique dans le grade seront
encore accordées ­ et, le cas échéant, le complément de traitement,
la prime de formation et le complément de traitement lié au brevet
d'expertise d'administration fiscale. Il ne pourra prétendre à aucune
autre nomination dans son niveau et ne pourra participer ni aux
mesures de compétences, ni aux épreuves de qualification
professionnelle organisées pour les besoins de l'administration.

5. Toutes les informations nécessaires sont disponibles. Chaque
agent concerné a reçu un courrier. Au cas où un agent n'aurait rien
reçu, il a la possibilité de télécharger le modèle-type de lettre
concernant sa situation sur l'intranet. Il va de soi que des précautions
seront prises et que les agents qui ne réagiront pas au courrier qui
leur a été adressé seront à nouveau contactés. Les agents doivent
effectuer un choix et, s'ils optent pour la nouvelle carrière, s'inscrire à
la formation sans test. Ceux qui n'auront pas suivi l'activité de
formation avant le 30 juin 2005 seront censés renoncer à leur
nomination dans les nouveaux grades des niveaux D, C et B.

Comme indiqué ci-dessus, le choix des agents est irrévocable, quel
qu'en soit le motif.

6. À notre connaissance, il n'y a aucun malaise. Ce qui est vrai, c'est
que la négociation avec les organisations syndicales sur les nouvelles
carrières a été longue et difficile ­ elle a duré plus de deux ans ­ et
que les agents attendaient avec une certaine impatience qu'elle
puisse se concrétiser.

Voilà, monsieur Chabot, la réponse que je peux vous faire et que je
crois être relativement complète.

De keuze van de ambtenaren is
onherroepelijk. Hij of zij die niet
voor de nieuwe loopbanen kiest,
zal in de niveaus B, C of D worden
benoemd; hij of zij zal dan geen
aanspraak kunnen maken op een
andere benoeming en zal noch
aan bekwaamheidsmetingen noch
aan proeven van
beroepskwalificatie deel mogen
nemen.

De ambtenaren die niet op de mail
antwoorden, zullen opnieuw
worden gecontacteerd; zij die
tegen 30 juni 2005 de opleiding
zonder test niet hebben gevolgd,
zullen geacht worden afgezien te
hebben van hun benoeming in de
nieuwe graden.

Er heerst geen onbehagen maar
de onderhandelingen met de
vakbonden waren lang en
verliepen moeizaam.
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de Mme Muriel Gerkens au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les
biocarburants" (n° 6137)
03 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
biobrandstoffen" (nr. 6137)
03.01 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le président, au Conseil
des ministres des 16 et 17 janvier 2004, le gouvernement a pris
l'engagement de favoriser le développement des biocarburants et
d'introduire des avantages fiscaux sur ces biocarburants dans un
cadre de neutralité budgétaire. Le ministre des Finances doit veiller à
la défiscalisation, tandis que le ministre de l'Environnement, censé
coordonner le tout, doit définir les produits et établir les normes.

Nous sommes en mars, donc plus d'un an après. L'arrêté royal du
ministre de l'Environnement, qui définit les différentes catégories de
biocarburants, est paru au Moniteur. Le ministre Reynders annonce
que, via la loi-programme du printemps-été 2005, la défiscalisation
sera concrétisée.

Tant dans la manière dont il s'est exprimé à ce sujet que dans celle
dont l'arrêté royal du ministre de l'Environnement a été rédigé, on ne
trouve pas l'introduction d'une dimension qui est pourtant comprise
dans la directive européenne et qui stipule que "dans les mesures
qu'ils prennent, les Etats membres devraient tenir compte du bilan
climatique et environnemental global des différents types de
biocarburants et des autres carburants renouvelables et pourraient
encourager en priorité les carburants dont le bilan environnemental
global et la rentabilité sont excellents, tout en prenant en compte la
compétitivité et la sécurité des approvisionnements."

Cela signifie que la fiscalité pourrait encourager certains
biocarburants qui sont plus efficaces en termes de diminution de CO
2
,
et que l'on pourrait aussi conditionner la défiscalisation aux modes de
production de ces biocarburants. Or je n'en vois trace ni dans l'arrêté
royal ni dans les propos tenus par le ministre Reynders. J'aurais voulu
savoir pourquoi ce n'était pas envisagé, puisque les mesures ne sont
manifestement pas encore prises. Il est peut-être possible de corriger
cela.

Par ailleurs, le ministre a dit que les mesures qu'il propose
entraîneraient une perte budgétaire de 80 millions. Pour aboutir à ce
chiffre, il a bien dû partir de la diminution en euros par 1.000 litres. Je
suppose que la référence est la même que dans les autres Etats.
J'aurais souhaité en connaître le montant exact, sachant qu'en
Allemagne, pour le biodiesel pur, cela représente 470 euros, en
France 350 et en Italie 403.

Enfin, le ministre compte-t-il aligner la marge en faveur du
biocarburant produit en Belgique sur celle des pays voisins afin de ne
pas défavoriser la production locale?
03.01 Muriel Gerkens (ECOLO):
Via de programmawet van de
lente-zomer 2005 maakte minister
Reynders bekend dat de accijnzen
op de biobrandstoffen zouden
worden verlaagd of afgeschaft.
Maar noch in deze aankondiging,
noch in het koninklijk besluit van
de minister van Leefmilieu wordt
rekening gehouden met de
volledige milieubalans van de
biobrandstoffen. Via fiscale
maatregelen zou het gebruik van
bepaalde biobrandstoffen die meer
bijdragen tot een vermindering van
de CO2-uitstoot, kunnen worden
aangemoedigd. Men zou de
belastingverlichting ook kunnen
koppelen aan de productiewijzen
van deze biobrandstoffen. We
kunnen de maatregelen misschien
nog bijsturen.

Verder heeft de minister gesteld
dat ingevolge de door hem
voorgestelde maatregelen de
Schatkist 80 miljoen euro zou
mislopen. Hoeveel is dat per 1000
liter? Is de minister van plan de
winstmarge van de
biobrandstoffen die in België
worden geproduceerd, af te
stemmen op deze van onze
buurlanden om zo de plaatselijke
productie niet te benadelen?
03.02 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Madame Gerkens, comme
suite à la réponse qui avait été fournie le 15 mars dernier en
commission, il a été demandé à l'administration de rédiger un projet
03.02
Staatssecretaris
Hervé
Jamar: Overeenkomstig het
antwoord dat u op 15 maart
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
de loi permettant la défiscalisation des biocarburants, tel que le
permet l'article 16 de la directive 2003/96, à savoir en tenant compte
de l'interdiction de surcompensation.

Nous nous permettons également de rappeler qu'une réunion à cet
effet est organisée aujourd'hui par la DG TAXUD de la Commission
européenne pour les 25 pays de l'Union européenne afin de définir en
commun la méthode qui devra être utilisée pour respecter cette
interdiction de surcompensation en matière de défiscalisation, le
problème étant actuellement vu de manière différente par les pays
concernés et parfois en contradiction avec les vues de la
Commission.

Les chiffres que vous citez au sujet de l'avantage fiscal accordé en
Allemagne, en France, en Italie et en Suède sont des chiffres calculés
sur des moyennes. C'est d'ailleurs sur des moyennes fournies par les
différents opérateurs économiques que notre administration s'est
basée pour rédiger le projet de loi. Il va d'ailleurs de soi que si
d'autres chiffres plus fiables ou plus réalistes sont fournis, il en sera
tenu compte. C'est le message qui a été donné par le représentant de
notre administration lors des deux réunions auxquelles il a assisté et
qui étaient organisées, l'une par la Région flamande et l'autre par la
Région wallonne.

Il y aurait également lieu de ne pas perdre de vue qu'il s'agit d'une
défiscalisation totale ou partielle d'accises, c'est-à-dire d'une taxe qui
s'acquitte, conformément aux directives européennes en la matière, à
la sortie d'un entrepôt fiscal ou lors de l'acquisition par un opérateur,
enregistré ou non, à savoir à un moment où le contrôle administratif
n'est pas effectué. Il nous paraît donc difficile, voire impossible de
fixer un chiffre de défiscalisation en tenant compte de l'origine du
produit et du bilan écologique qu'il pourrait engendrer.

Des représentants de notre administration sont aussi allés prendre
connaissance sur place des méthodes de contrôle françaises afin de
les adapter pour notre pays, en tenant compte du fait qu'en France
existe une présence permanente des agents administratifs sur les
sites de production, alors qu'en Belgique cette présence n'existe pas.
jongstleden werd verstrekt, werd
aan de administratie gevraagd een
wetsontwerp voor te bereiden om
biobrandstoffen belastingvrij te
maken, rekening houdend met het
verbod op overcompensatie zoals
bepaald in richtlijn 2003/96.

Onze administratie is bij het
opstellen van het wetsontwerp
uitgegaan van de door de
economische operatoren
meegedeelde gemiddelden. Als er
andere, betrouwbaardere cijfers
worden doorgegeven, zal daarmee
rekening worden gehouden. Het
gaat meer bepaald om een
vrijstelling van accijnzen, d.i. een
taks die betaald wordt op een
moment waarop er geen
administratieve controle wordt
uitgevoerd. Het is dan ook
moeilijk, zo niet onmogelijk, om
een cijfer voorop te stellen met
betrekking tot die belastingvrijdom
met inachtneming van de
herkomst van het product en de
milieubalans.

De Franse controlemethoden
zouden mutatis mutandis ook bij
ons kunnen worden toegepast,
rekening houdend met het feit dat
er in België geen administratieve
beambten permanent aanwezig
zijn in de productieafdelingen.
Président: Jean-Jacques Viseur.
Voorzitter: Jean-Jacques Viseur.
03.03 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le ministre, il serait peut-
être utile de s'inspirer de ce qui se fait en France avec une présence
sur les sites de production. Nous pouvons tout imaginer puisque rien
n'existe encore chez nous. Si nous ne prenons pas des mesures pour
rendre rentable en termes de CO
2
ce qui est favorisé, nous risquons
de produire du biocarburant avec effet "zéro" sur l'environnement, ce
qui serait contraire à l'objectif poursuivi. Je vous demande d'y réfléchir
encore.
03.03 Muriel Gerkens (ECOLO):
Als wij geen rendabele
maatregelen treffen met
betrekking tot de CO
2
dreigen wij
een biobrandstof zonder effect op
het milieu te produceren, wat
strijdig zou zijn met onze
doelstelling.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
geplande verkoop van het domein 'Les Dolimarts'" (nr. 6110)
04 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la vente prévue
du domaine 'Les Dolimarts'" (n° 6110)
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
04.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, veertien dagen geleden heb ik minister Reynders
geïnterpelleerd over Les Dolimarts en de fouten die er gemaakt zijn bij
de aankoop en het beheer van het domein. Naar aanleiding daarvan
had ik een motie van aanbeveling ingediend. Ik heb deze uiteindelijk
ingetrokken en verkozen om een resolutie voor te leggen, die ik
volgende donderdag bij urgentie zal voorleggen aan de plenaire
vergadering om een snelle behandeling te bekomen.

Ik heb nu wel een concrete vraag met betrekking tot de verdere
afwikkeling van dit dossier. Naar aanleiding van mijn interpellatie heb
ik een aantal reacties ontvangen vanuit verschillende hoeken. Ik heb
vastgesteld dat er wel degelijk belangstelling bestaat voor de aankoop
van dit domein, hetzij in zijn geheel, hetzij in delen. Er zijn zelfs
vroegere bezoekers van het domein die mij gecontacteerd hebben,
zeggende dat zij wel zouden geïnteresseerd zijn in de aankoop van
een van de chalets. Ik denk dat er een aantal mogelijkheden zijn en ik
had graag vernomen welke initiatieven men concreet zal nemen voor
de verkoop van het domein. De minister had gezegd dat het domein
zou worden verkocht. Hoe gaat men dat nu concreet doen? Op welke
termijn? Wordt het in zijn geheel verkocht, of in delen?
04.01 Carl Devlies (CD&V): La
semaine dernière, je n'ai pas
déposé de motion après mon
interpellation au sujet des
"Dolimarts". En revanche, je
proposerai jeudi d'examiner une
résolution en urgence. Diverses
réactions indiquent que l'intérêt
pour l'acquisition du domaine est
bien réel. Quelles initiatives le
ministre prévoit-il encore? Quand
et comment le domaine sera-t-il
vendu?
04.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mijnheer Devlies, de procedure
voor de verkoop van het domein Les Dolimarts kan nog steeds niet
worden opgestart. Het uitvoerend beslag dat op 25 augustus 2004 op
het domein werd gelegd door de partijen Georges Lornoy en Zonen
NV, Jos Theys NV en Vleeshandel Vanlommel NV, werd immers nog
niet opgeheven. Er werd vorig jaar in november een oplossing
uitgewerkt naar aanleiding van de verkoop van het domein Argentueil,
waarop deze partijen ook beslag hadden gelegd. Er zou begin 2005
een definitieve afrekening gebeuren met de betrokken partijen,
waarna de beslagen zouden kunnen worden opgeheven.

De diensten van mijn collega van Sociale Zaken en Volksgezondheid
onder wiens bevoegdheid het juridisch geschil ressorteert, zouden
deze betalingen uitvoeren.

Wat de grondvervuiling betreft, voeg ik er het volgende aan toe. De
vervuilde grond werd ondertussen verwijderd en de graad van
verontreiniging ligt thans lager dan de door het Waalse Gewest
opgelegde normen. De concentratie aan pcb's van het verontreinigd
grondwater, hoofdzakelijk als gevolg van insijpeling, moet na
behandeling 100.000 maal lager zijn dan die van de grond. Om die
reden wordt het water thans nog steeds gedraineerd en gefilterd via
een methode waarbij gebruik wordt gemaakt van absorptiekool.
Volgens de overheden van het Waals Gewest zou het nog een jaar
kunnen duren vooraleer een aanvaardbare drempelwaarde wordt
bereikt. Alles zal afhangen van de evolutie van de resultaten van het
filteren van het grondwater.

Voor de verkoop zelf wordt deze staatseigendom overgemaakt aan
het Aankoopcomité dat verder instaat voor de verkoopprocedure.
Deze bestaat normaal in een publieke verkoop aan de
meestbiedende. Er is nog geen beslissing genomen over een
eventuele verkoop in onderdelen. Over de haalbaarheid hiervan is
overleg nodig tussen de Regie der Gebouwen en het Aankoopcomité.
Zelfs in dit scenario wordt steeds de hoogste opbrengst nagestreefd
04.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: La procédure pour la vente
des "Dolimarts" ne peut pas
encore débuter. La saisie-
exécution du 25 août 2004 n'a en
effet pas encore été levée. En
novembre 2004, une solution avait
déjà été imaginée pour la vente du
domaine d'Argenteuil, également
saisi. Au début de l'année 2005,
tout devait être définitivement
réglé avec les parties intéressées,
après quoi la confiscation devait
pouvoir être levée. Il avait été dit
que les services des ministres des
Affaires sociales et de la Santé
publique feraient procéder aux
paiements.

Entre-temps, la terre polluée a été
enlevée. Le degré de pollution est
inférieur aux normes établies par
la Région wallonne. L'eau est
aujourd'hui drainée et filtrée pour
en réduire la teneur en PCB. Il
pourrait encore falloir une année
pour en revenir à un taux
acceptable.

La propriété de l'Etat sera
transférée au Comité d'acquisition
qui est responsable de la poursuite
de la procédure. Il y aura
normalement une vente publique
au plus offrant. La Régie des
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
door de som van de afzonderlijke hoogste biedingen te vergelijken
met de biedingen op het geheel.
Bâtiments et le Comité
d'acquisition doivent encore se
concerter sur l'éventualité d'une
vente par parties. Dans tous les
cas, on vise toujours à obtenir le
prix le plus élevé.
04.03 Carl Devlies (CD&V): Ja, dit is een erg droevig dossier. De
Belgische Staat heeft hier reeds meer dan vier miljoen euro verloren.
Ik denk dat het ook belangrijk is dat het Rekenhof zich over dit dossier
buigt. Ik stel vast dat er geen enkele vooruitgang is. De beschadiging
met pcb is nog erger dan we veertien dagen geleden vernomen
hadden. Ik signaleer de collega's dat die schade het gevolg is van het
feit dat het domein niet beheerd werd en dat er geen toezicht was. Die
schade is aangericht nadat de Regie der Gebouwen eigenaar is
geworden van deze site. Ik zie dat men ook nog geen concreet werk
heeft gemaakt van de verkoop van dit domein dat in 2001 aangekocht
is en dat nooit in gebruik is genomen. Ik kan dit alleen betreuren en
hopen dat de Kamer akkoord zal zijn om het Rekenhof te belasten
met een diepgaand onderzoek.
04.03 Carl Devlies (CD&V): Cette
affaire est déplorable. L'Etat a déjà
perdu plus de quatre millions
d'euros. La Cour des Comptes doit
examiner ce dossier. Le domaine
a été endommagé après que la
Régie des Bâtiments en est
devenue propriétaire. Je déplore
que la vente n'ait pas encore
commencé.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
voorbereidingen van de FOD Financiën tot opmaak van een vermogenskadaster en het bijzonder
bestek met betrekking tot de implementatie van het STIPAD" (nr. 6111)
05 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les préparatifs,
au SPF Finances, en vue de la constitution d'un cadastre de la fortune et le cahier spécial des charges
relatif à la mise en oeuvre du STIPAD" (n° 6111)
05.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, op 11 maart 2005 werd een informatiesessie
gehouden over het bijzonder bestek met betrekking tot de
implementatie van een geïntegreerd verwerkingssysteem van de
patrimoniumdocumentatie STIPAD. Dat is de afkorting van système
de traitement intégré de la documentation patrimoniale. De gegevens
van dit bestek zijn terug te vinden op de webstek van Financiën.

In het bijzonder bestek nemen wij kennis van het feit dat een
voorstudie werd uitgevoerd, die voorziet in een gefaseerde
implementatie van het project STIPAD bestaande uit 3 clusters A, B
en C, zoals schematisch weergegeven op pagina 6 van het bijzonder
bestek. Cluster A maakt deel uit van de huidige openbare
aanbesteding en heeft betrekking op de integratie van de
documentatie van hypotheekkantoren, kadasterregistratie en
domeinen. Cluster B stelt de integratie voor van de processen en de
gegevens betreffende roerende goederen. In de schematische
weergave van de 3 clusters is er sprake van het uniek roerend
patrimoniumdossier. De opbouw van het uniek en roerend
patrimoniumdossier en het bijwerken ervan is volgens het
tijdsschema, zoals weergegeven op pagina 8 van het bestek, gepland
van december 2007 tot 31 december 2010.

Naar aanleiding van mijn mondelinge vraag nr. 5910 van vorige week
verklaarde minister Reynders dat de regering niet de bedoeling heeft
om dit te doen - dat is een keuze -: het aanleggen van een kadaster
van het vermogen en het invoeren van een vermogensbelasting. De
05.01 Carl Devlies (CD&V): Le 11
mars 2005 s'est tenue une session
d'information sur le cahier spécial
des charges pour la mise en
oeuvre du "Système de Traitement
Intégré de la Documentation
Patrimoniale" (STIPAD). En vertu
d'une étude préliminaire, le projet
sera réalisé en trois volets. Le
volet A fait partie de l'adjudication
publique et concerne l'intégration
de la documentation de différentes
institutions. Le volet B regroupe
les processus et les données
relatifs aux biens meubles dans un
dossier de Patrimoine unique. Ce
dossier sera constitué de
décembre 2007 à fin décembre
2010.

Le gouvernement va-t-il réaliser un
cadastre du patrimoine et instaurer
un impôt sur le patrimoine?
L'exécution des volets A et B
débouche sur la création d'un
dossier de Patrimoine unique de
biens meubles et immeubles.
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
uitvoering van cluster A en B is niets anders dan de realisatie van een
uniek patrimoniumdossier van roerende en onroerende goederen.
Wanneer is de politieke beslissing genomen tot het uitvoeren van een
voorstudie voor de gefaseerde implementatie van het project STIPAD,
wat niet meer is dan een kadaster van de roerende en onroerende
goederen?

Wanneer werd de politieke beslissing genomen voor het tijdsschema
dat voorziet in de uitwerking van een uniek roerend
patrimoniumdossier vanaf december 2007?
Quand a-t-il été décidé d'exécuter
le projet STIPAD en trois phases?
Quand a-t-il été décidé d'élaborer
le dossier de Patrimoine unique
entre 2007 et 2010?
05.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mijnheer Devlies, het project
"Geïntegreerd Verwerkingsysteem van de Patrimoniumdocumentatie
(GIVPD)" heeft het akkoord verkregen van de Ministerraad van 25 juli
2003 voor de realisatie van een voorstudie, en het akkoord van de
Ministerraad van 4 februari 2005 om de overheidsopdracht
"Implementatie van een Geïntegreerd Verwerkingssysteem van de
Patrimoniumdocumentatie" te realiseren.

Het is de bedoeling de administratie te moderniseren en te
vereenvoudigen. Rekeninghoudend met het strikt respecteren van de
grens die is vastgelegd door de wet inzake de verwerking en de
verspreiding van gegevens wenst de Algemene Administratie van de
Patrimoniumdocumentatie de reeds bestaande systemen van het
kadaster, de registratie, de domeinen en de hypotheken te integreren.
Die patrimoniale gegevens zijn reeds verzameld en behandeld in de
FOD Financiën aan de hand van verschillende werkprocessen.
Binnen het perspectief van een verbetering van de overheidsdiensten
maken die processen het voorwerp uit van een rationalisering
doormiddel van de overheidsopdracht " Implementatie van een
Geïntegreerd Verwerkingssysteem van de
Patrimoniumdocumentatie." De Algemene Administratie van de
Patrimoniumdocumentatie heeft niet als bedoeling een
vermogenkadaster te ontwikkelen die bovendien een fiscale
connotatie vermoedt maar wenst daarentegen een uniek
informaticasysteem te implementeren dat toelaat de gegevens die
verband houden met haar opdracht te verzamelen, te beheren, te
verspreiden en te bewaren, in overeenstemming met de bepalingen
inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

Dat systeem zal tegelijkertijd nuttig zijn voor de interne en externe
medewerkers van de FOD Financiën, alsook voor de burger. De
belangrijkste opdrachten van de Algemene Administratie van de
Patrimoniumdocumentatie bestaan uit het verzekeren van de
rechtszekerheid van de gegevens door een juiste en snelle ophaling
van de informatie, de langdurige bewaring van die gegevens te
verzekeren en toegang tot de informatie te verlenen aan de
toegestane autoriteiten.

In die betekenis wordt de entiteit Belasting en Invordering beschouwd
als een gebruiker van de patrimoniale gegevens. Dat betekent dat de
verspreiding van de informatie strikt gelimiteerd zal zijn tot de
gegevens die noodzakelijk en voldoende zijn voor de verwezenlijking
van de opdrachten van die entiteit.

Het huidige initiatief beoogt bijgevolg geen enkel fiscaal doel, maar
richt zich op het op een zo optimaal mogelijke manier vervullen van de
opdrachten verbonden aan de Algemene Administratie van de
05.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Le Conseil des ministres a
approuvé le 25 juillet 2003 la
réalisation d'une étude préalable.
L'élaboration d'un système de
traitement intégré de l'information
patrimoniale a été décidée le 4
février 2005. Afin de procéder à
des modernisations,
l'administration générale de la
documentation patrimoniale veut
intégrer les systèmes du cadastre,
de l'enregistrement, des domaines
et des hypothèques.

Les données patrimoniales ont été
collectées par le SPF Finances à
la demande du gouvernement
pour rationaliser les services
publics. Plutôt que de développer
un cadastre du patrimoine, il sera
procédé à l'élaboration d'un
système informatique facilitant
l'échange de données. La loi
relative à la protection de la vie
privée sera respectée.

L'administration doit veiller à la
sécurité juridique des données et
se charge de leur conservation.
Des personnes qualifiées doivent
pouvoir accéder à cette
information. L'entité Impôts et
Recouvrement est considérée
comme un utilisateur des données
mais elle accédera exclusivement
aux informations utiles à la
réalisation de ses missions.

L'initiative ne poursuit pas
d'objectif fiscal et doit contribuer à
la réalisation optimale des
missions de la documentation
patrimoniale.

Les données relatives au STIPAD
et au dossier de Patrimoine unique
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
Patrimoniumdocumentatie.

Het project STIPAD heeft als doel de opdrachten verbonden aan de
Patrimoniumdocumentatie te automatiseren, te moderniseren en te
rationaliseren. De gegevens die betrekking hebben op het project en
op het concept "uniek dossier" bestaan reeds binnen de
Patrimoniumdocumentatie en maken integraal deel uit van de huidige
opdrachten van het kadaster, de registratie, domeinen en hypotheken.

Het project "geïntegreerd verwerkingssysteem" van de
Patrimoniumdocumentatie heeft het akkoord gekregen van de
Ministerraad. Dat heb ik al gezegd. Het roerend gedeelte, dat
overeenstemt met cluster B, maakt geen deel uit van de
overheidsopdracht in uitvoering "Implementatie van een Geïntegreerd
Verwerkingssysteem van de Patrimoniumdocumentatie".

De voorgestelde planning in het bestek "Implementatie van een
Geïntegreerd Verwerkingssysteem van de Patrimoniumdocumentatie"
wordt ter informatie voorgelegd aan de inschrijver, conform vraag nr.
9 van de infosessie Stipad van 11 maart 2005. De planning is een
globale, voorziene planning die werd gerealiseerd in juni 2004 om een
rationeel en efficiënt inzicht te verkrijgen in de implementatiestrategie
die moet worden gebruikt voor het geïntegreerd verwerkingssysteem.

De bijgewerkte planning voor de realisatie van de huidige
overheidsopdracht "implementatie van cluster A" moet worden
opgenomen in de offerte van de inschrijver. De planning van cluster B
zal op dezelfde manier worden bijgewerkt op het ogenblik dat een
nieuwe overheidsopdracht zal worden gerealiseerd voor zijn
implementatie.
font déjà partie intégrante des
banques de données actuelles du
cadastre, de l'enregistrement, des
domaines et des hypothèques. Les
données relatives aux biens
meubles dont il est question au
cluster B, ne s'inscrivent pas dans
le cadre du marché public pour la
mise en oeuvre d'un système de
traitement intégré. Le calendrier
proposé dans le cahier des
charges a pour but de donner une
idée de la stratégie de mise en
oeuvre. Le planning adapté pour la
mise en oeuvre du cluster A figure
dans l'offre. Le planning du cluster
B sera également adapté.
05.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, wij hadden
daarnet een hoorzitting. Wij hebben de toelichting gehoord van de
heer De Brone. Hetgeen u zegt komt niet overeen met hetgeen
daarstraks gezegd werd. Mijnheer de voorzitter, u hebt dat ook
gehoord. Er is duidelijk gesproken over de successierechten in het
kader van dit systeem, in toepassing van cluster B. Ik stel vast dat er
een tegenstrijdigheid bestaat tussen u en uw administratie. Ik stel ook
vast dat u verklaringen aflegt, bijvoorbeeld aan de krant La Libre
Belgique op 17 maart 2005 waar u een andere toon aanneemt.

"En effet, mais dans un premier temps, le travail sera limité aux
données immobilières. J'imagine mal, dans l'état actuel des choses,
une opération du même type pour les avoirs mobiliers."
05.03 Carl Devlies (CD&V): Ce
que dit le secrétaire d'Etat ne
correspondent pas à ce que nous
venons d'entendre lors de
l'audition. Les droits de succession
ont également été abordés dans le
cadre de l'application de ce
système. Les déclarations
publiées dans "La Libre Belgique"
le 17 mars 2005 ne correspondent
pas non plus à ce que le
secrétaire d'Etat vient de
répondre.
Tegelijkertijd is er de cluster B die duidelijk bepaalt dat de integratie
van de processen van de gegevens betreffende de roerende
goederen dient te gebeuren. U spreekt zichzelf en uw administratie
tegen. Dit dossier wordt met de grootste geheimzinnigheid behandeld.
Er zijn twee mogelijkheden. Ofwel volgt uw administratie een ander
spoor dan uzelf wenst, ofwel hebt uzelf een dubbele agenda en hebt u
de bedoeling om op termijn te komen tot een kadaster van het
roerend vermogen en een vermogensbelasting. Ik kan mij best
inbeelden dat dit een geheime agenda is.
Dans le cadre de l'élaboration du
cluster B, il est question de
l'intégration de données relatives
aux biens mobiliers. Ce dossier
est traité dans la plus grande
confidentialité. Soit l'administration
ne fait pas ce que demande le
ministre, soit le ministre a un
agenda secret et espère à terme
créer un registre des biens
mobiliers et appliquer un impôt sur
le patrimoine.
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
05.04 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Je vous ai répondu que, pour
le cluster B, il fallait un nouveau cahier des charges et une nouvelle
décision. C'est ce qui a été lu ici, c'est écrit en toutes lettres et signé,
d'ailleurs, par M. De Brone, qui, selon moi, ne se contredira pas. Je
suis donc parfaitement à l'aise par rapport à ce qui a été communiqué
aux journalistes dans un contexte où on me demandait, si,
concrètement, il y avait un dossier lancé pour les avoirs mobiliers. A
l'heure actuelle, un cahier des charges existe et une décision est prise
pour les avoirs immobiliers, et c'est uniquement dans ce cadre-là que
nous travaillons.

Je suis dans l'impossibilité - tout comme vous, j'imagine - de savoir
qui sera au gouvernement dans trois ou cinq ans et si une décision
sera prise, à ce moment-là, en faveur d'un cadastre des fortunes ou
non.

Le ministre Reynders a été très clair à ce sujet, à la fois dans les
questions qui ont été posées et dans la presse. La réponse est non
pour un cadastre des fortunes, on ne s'orientera pas vers ce que l'on
tente de nous imputer. Il s'agit simplement, pour le cluster A, d'avoir
une intégration de toutes les données immobilières, et je ne reviens
pas sur ce qui a été dit.

En ce qui concerne le cluster B, nous en sommes au stade zéro. A ce
stade, je ne peux prévoir les décisions des futurs Conseils des
ministres. Même si le cluster B devait être lancé dans le contexte que
nous décrivons à l'heure actuelle, il ne s'agit nullement d'établir, à des
buts fiscaux, un cadastre ou tout autre mécanisme à vocation fiscale.
05.04
Staatssecretaris
Hervé
Jamar: Ik heb u geantwoord dat
we een nieuw bestek moesten
opstellen en een nieuwe beslissing
nemen in verband met cluster B.

Minister Reynders liet er geen
twijfel over bestaan: er komt geen
vermogenskadaster. In het geval
van cluster A gaat het eenvoudig
over de integratie van alle
vastgoedgegevens. Zelfs al wordt
cluster B in de huidige context
opgestart, is het helemaal niet de
bedoeling om een kadaster of een
ander fiscaal mechanisme in te
voeren.
05.05 Carl Devlies (CD&V): Er is uitdrukkelijk in cluster B voorzien
met ingang vanaf eind 2007 tot 2010. U houdt als regering rekening
met de mogelijke beslissingen die door een volgende regering zullen
worden genomen waarvan u mogelijkerwijze zelf deel zult uitmaken.
Ik denk dat de firma die belast wordt met deze opdracht rekening
moet houden met cluster B. Ook de belastingplichtige en de burger
dienen ermee rekening te houden dat hierin voorzien wordt.
05.05 Carl Devlies (CD&V):
L'exécution du cluster B est
inscrite à l'ordre du jour entre 2007
et 2010. Le gouvernement tient
compte de décisions qui seront
prises par un futur gouvernement.
La firme qui remportera ce marché
devra tenir compte du cluster B,
tout comme les contribuables.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

Voorzitter: Carl Devlies.
Président: Carl Devlies.
06 Question de M. Jean-Jacques Viseur au vice-premier ministre et ministre des Finances sur
"l'application d'un taux de TVA réduit aux bâtiments scolaires" (n° 6113)
06 Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over
"de toepassing van een verlaagd BTW-tarief op schoolgebouwen" (nr. 6113)
06.01 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, monsieur
le ministre, je souhaite revenir une fois de plus sur l'application d'un
taux réduit de TVA aux bâtiments scolaires.

Je tiens à rappeler que c'est un domaine pour lequel les
Communautés subsidient largement l'Etat fédéral, et dans lequel nous
sommes "handicapés" par rapport aux pays voisins, où les
constructions scolaires sont réalisées à l'initiative de l'Etat central ou
06.01
Jean-Jacques Viseur
(cdH): Wat de schoolgebouwen
betreft, subsidiëren de
Gemeenschappen de federale
Staat in ruime mate. In onze
buurlanden daarentegen vallen ze
onder de centrale overheid, zonder
overdracht van de BTW.
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
de l'Etat fédéral et où il n'y a donc pas de transfert de la TVA.

L'accord de la Saint-Boniface, qui ne date pas d'hier, prévoyait que le
ministre des Finances inscrive ce point à l'ordre du jour d'un sommet
Ecofin et que, à défaut d'un accord européen, un mécanisme au
rendement équivalent serait proposé.

L'accord de gouvernement de juillet 2003 prévoyait également que
"dans le cadre de la révision des tarifs de la TVA au sein de l'Union
européenne, le gouvernement belge insistera pour obtenir une
diminution de tarif de la TVA de 21% à 6% pour des secteurs à haute
intensité de main-d'oeuvre, comme notamment le support musical,
l'aménagement et l'entretien des jardins, la construction, avec une
attention particulière pour le logement social, les bâtiments scolaires
et l'horeca".

Monsieur le ministre, je souhaiterais savoir si des discussions ont été
entamées. Si oui, où en sont-elles au niveau de l'Union européenne?
Y a-t-il une chance de voir dans les prochains mois, voire les
prochaines années, décider un taux réduit de TVA pour les biens
visés ci-dessus, notamment pour les bâtiments scolaires? A défaut
d'un accord européen à ce sujet, n'estimez-vous pas opportun
d'instaurer rapidement un mécanisme au rendement équivalent
comme le prévoyait l'accord de la Saint-Boniface?

Werden besprekingen gestart om
het BTW-tarief op de
schoolgebouwen te verlagen? Hoe
ver zijn de besprekingen op het
Europese niveau gevorderd?
Indien daarover op het Europese
niveau geen akkoord uit de bus
komt, lijkt het u dan niet nuttig een
mechanisme met een
evenwaardige opbrengst uit te
werken, zoals al in het Sint-
Bonifatiusakkoord in het
vooruitzicht werd gesteld?
06.02 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Monsieur Viseur, comme
chacun le sait, la Commission européenne a élaboré, le 23 juillet
2003, une proposition de directive en vue de simplifier et de
rationaliser l'annexe H à la sixième directive, laquelle est la liste
limitative des biens et services qui peuvent bénéficier d'un taux réduit
de TVA.

Cette proposition élargit, entre autres, le champ d'application du taux
réduit de TVA en ce qui concerne les travaux immobiliers par la
suppression des mots "dans le cadre de la politique sociale", à la
catégorie 9 de l'annexe H.

Conformément à l'accord gouvernemental du 12 juillet 2003, nous
nous sommes toujours prononcés, lors de tous les Conseils ECOFIN,
en faveur de la proposition de nouvelle annexe H, à la condition
toutefois d'y ajouter notamment les travaux immobiliers relatifs aux
établissements scolaires et aux établissements publics.

Compte tenu du fait que l'expérience temporaire d'appliquer un taux
réduit de TVA aux services à forte intensité de main-d'oeuvre expire
fin 2005, la présidence luxembourgeoise et la future présidence
britannique ont décidé de s'associer afin de considérer le dossier des
taux réduits de TVA comme un dossier prioritaire du programme de
travail communautaire. La présidence luxembourgeoise met
également tout en oeuvre afin de présenter une proposition de
compromis dans ce dossier complexe et politiquement sensible qui
formerait une base acceptable pour les négociations futures, afin de
pouvoir obtenir l'unanimité de tous les Etats membres requise dans
ce dossier.

Dans l'état actuel des choses, je propose d'attendre la reprise
formelle des négociations au Conseil et de les suivre strictement. Il va
de soi que nous continuerons, à cet égard, à plaider auprès de ce
06.02
Staatssecretaris Hervé
Jamar: Conform het
regeerakkoord hebben wij ons op
elke Ecofin-Raad uitgesproken
voor het voorstel voor de nieuwe,
tot de zesde richtlijn uitgebreide
bijlage H, op voorwaarde dat werk
in onroerende staat met betrekking
tot school- en overheidsgebouwen
eraan zouden worden toegevoegd.

Aangezien het tijdelijke experiment
met het verlaagde BTW-tarief voor
arbeidsintensieve diensten eind
2005 verstrijkt, hebben het
Luxemburgse voorzitterschap en
het toekomstige Britse
voorzitterschap beslist het dossier
van de verlaagde tarieven als
prioritair aan te merken. Het
Luxemburgse voorzitterschap stelt
tevens alles in het werk om in dit
complexe en politiek geladen
dossier een voorstel voor een
compromis aan te reiken.

Wij zullen een verlaagd BTW-tarief
voor school- en
overheidsgebouwen blijven
bepleiten.
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
dernier pour rendre possible l'application d'un taux réduit de TVA aux
travaux immobiliers relatifs aux établissements scolaires et aux
établissements publics.
06.03 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le ministre, je vous
remercie pour votre réponse. Je prends acte de ce que vous venez de
dire. Hélas, je ne pense pas que ce soit la dernière fois que je vous
interroge à ce sujet!
06.03
Jean-Jacques Viseur
(cdH): Ik ben bang dat dit niet de
laatste keer is dat ik u daarover
aan de tand zal hebben gevoeld!
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Voorzitter: Marleen Govaerts.
Présidente: Marleen Govaerts.
07 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
personeelsbezetting van de Bijzondere Belastinginspectie" (nr. 6126)
07 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "l'effectif du
personnel de l'Inspection spéciale des impôts" (n° 6126)
07.01 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, via deze mondelinge vraag wens ik een volledig antwoord te
krijgen op mijn schriftelijke vraag nr. 619 van 26 januari 2005, waarin
ik u het volgende vroeg.

Ten eerste, hoeveel dossiers werden er door de BBI afgehandeld in
2002, 2003 en 2004, dit uitgesplitst per regio en per standplaats? Kan
hierbij worden weergegeven in hoeverre dit leidde tot fiscale
rechtzettingen?

Ten tweede, kan een overzicht gegeven worden van de
personeelsbezetting van de BBI, uitgesplitst per regio en per
standplaats, voor de jaren 2000, 2001, 2002, 2003 en 2004? Gelieve
hierbij een evolutie te geven van de effectieve bezetting, de organieke
personeelsformatie, het aantal statutairen, het aantal tijdelijken en het
aantal niet-beschikbare ambtenaren.

Ten derde, kan een overzicht gegeven worden van het
personeelsverloop van de BBI, met aandacht voor wervingen,
mutaties en ontslagen, uitgesplitst per regio en per standplaats, voor
de jaren 2000, 2001, 2002, 2003 en 2004?

Ten vierde, welke initiatieven worden overwogen om eventuele
tekorten op het vlak van de personeelsbezetting weg te werken? Wat
zijn de doelstellingen voor de komende jaren op het vlak van de
personeelsbezetting?
07.01 Carl Devlies (CD&V): Par le
biais de cette question orale, je
souhaite obtenir une réponse
complète à ma question écrite
n°619 du 26 janvier 2005 dans
laquelle je demandais des
informations sur l'Inspection
spéciale des impôts, ventilées par
région et par résidence.

Combien de dossiers ont-ils été
traités par l'ISI pour la période
2002-2004 et dans combien de
cas ces dossiers ont-ils conduit à
des redressements fiscaux?
Comment les effectifs ont-ils
évolué au cours de la période
2000-2004? Comment le problème
de la pénurie de personnel sera-t-il
résolu?
07.02 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Monsieur Devlies, j'ai ici les
questions écrites et la réponse envoyée le 15 mars au greffe. Elle
comporte 15 pages; je propose donc de vous renvoyer à cette
réponse pour éviter d'y passer trois quarts d'heure.
07.02
Staatssecretaris
Hervé
Jamar: Mijn antwoord telt vijftien
bladzijden; ik stel voor dat ik het u
schriftelijk bezorg.
07.03 Carl Devlies (CD&V):Ik heb het antwoord nog niet ontvangen
maar ik neem het dan hier in ontvangst.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
08 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
controlewerkzaamheden van de verschillende gewestelijke directies in de sector van de directe
belastingen" (nr. 6127)
08 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les activités de
contrôle des différentes directions régionales dans le secteur des impôts directs" (n° 6127)
08.01 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, het betreft hier ook een schriftelijke vraag van 25 januari
2005, met het nummer 618.

Ten eerste, hoeveel grondige verificaties werden uitgevoerd in de
verschillende gewestelijke directies, uitgesplitst over de verschillende
beroepscategorieën van zelfstandigen, handelaars, vrije beroepen en
landbouwers, de bedrijfsleiders en de loontrekkenden en dit voor de
aanslagjaren 2000, 2001, 2002 en 2003? Hoe verhouden deze zich
tot het aantal door de gewestelijke directies te behandelen aangiften?

Ten tweede, hoeveel grondige verificaties zullen worden uitgevoerd in
de verschillende gewestelijke directies, uitgesplitst over de
verschillende beroepscategorieën van zelfstandigen, handelaars, vrije
beroepen en landbouwers, de bedrijfsleiders en de loontrekkenden
voor het aanslagjaar 2004? Hoeveel daarvan zijn intussen
afgehandeld? Hoe verhouden deze zich tot het aantal door de
gewestelijke directies te behandelen aangiften?

Ten derde, hoeveel beheerscontroles werden uitgevoerd in de
verschillende gewestelijke directies, uitgesplitst over de verschillende
beroepscategorieën van zelfstandigen, handelaars, vrije beroepen en
landbouwers, de bedrijfsleiders en de loontrekkenden en dit voor de
aanslagjaren 2000, 2001, 2002 en 2003? Hoe verhouden deze zich
tot het aantal door de gewestelijke directies te behandelen aangiften?

Ten vierde, hoeveel beheerscontroles zullen worden uitgevoerd in de
verschillende gewestelijke directies, uitgesplitst over de verschillende
beroepscategorieën van zelfstandigen, de bedrijfsleiders en de
loontrekkenden voor het aanslagjaar 2004? Hoeveel daarvan zijn
intussen afgehandeld? Hoe verhouden deze zich tot het aantal door
de gewestelijke directies te behandelen aangiften?
08.01 Carl Devlies (CD&V): Par
cette question orale, j'espère
obtenir une réponse complète à
ma question écrite n° 618 du 25
janvier 2005 dans laquelle je
demandais une série de données
relatives aux activités de contrôle
des contributions directes,
ventilées par direction régionale et
par catégorie professionnelle.

Combien de vérifications
approfondies et de contrôles de
gestion ont-ils été réalisés pour les
exercices comptables 2000 ­
2003? Combien y en aura-t-il pour
2004 et combien sont déjà
terminés? Comment se situent-ils
par rapport au nombre de
déclarations à traiter pour les
exercices comptables 2000-2004?
08.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mijnheer Devlies, ziehier het
zeer kort antwoord dat door minister Reynders werd teruggestuurd op
17 maart.

De statistische gegevens, gevraagd door het geachte lid, zijn als
dusdanig niet beschikbaar. De verzameling ervan zou een bijzondere
analyse vergen. De algemene administratie van belastingen publiceert
wel elk jaar een verslag waarvan een exemplaar aan elk
parlementslid wordt overhandigd. Dit verslag bevat, onder andere,
een belangrijk statistisch luik van de controle van de belastingen.
08.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: M. Reynders m'a affirmé
que ces données n'étaient pas
disponibles et que l'administration
générale des Impôts publie
chaque année un rapport dont
chaque parlementaire reçoit un
exemplaire. Ce rapport contient un
important chapitre statistique
relatif au contrôle fiscal.
08.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de minister, dat is een
antwoord dat mij een beetje bekend in de oren klinkt. Ik heb dat nog
ontvangen op een aantal vragen. U weet dat het jaarverslag van de
administratie van Financiën heel weinig informatie bevat en dat dit de
Kamer niet toelaat om te oordelen over de werking van het
departement. Dat is geen persoonlijke bemerking, maar ik treed
daarmee het Rekenhof bij, dat die bemerkingen geformuleerd heeft.
08.03 Carl Devlies (CD&V): Ce
n'est pas la première fois que je
reçois cette réponse. Les
informations contenues dans ce
rapport sont incomplètes et ne
permettent pas de juger du travail
réalisé par les Finances. Il est
inacceptable que le ministre ne
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
Het kan niet dat men deze informatie niet vrijgeeft. Ik kan niet geloven
dat de administratie niet over deze informatie beschikt. Indien men
daar niet over zou beschikken, zou dit werkelijk een teken zijn van het
disfunctioneren van de belastingadministratie. Ik heb veeleer het
gevoel dat u weigert om die gegevens ter beschikking te stellen.
dispose pas des informations
demandées. Je pense plutôt qu'il
refuse de les communiquer.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de N-
3 functies" (nr. 6128)
09 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les fonctions N-
3" (n° 6128)
09.01 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, dit is eveneens een schriftelijke vraag van 26 januari,
nummer 622, waarop ik tot dusver geen antwoord ontving.

Kan er een overzicht gegeven worden van het aantal N-3 functies in
de administraties? Kan hierbij een opsplitsing gemaakt worden over
de verschillende centra, Douane en Accijnzen, particulieren, KMO's,
het Nederlandstalig landsgebied, het Franstalig gebied en Brussel?

Twee, kan een overzicht worden gegeven van het aantal N-3 functies
in de administratie, die worden waargenomen door interimarissen?
Kan hierbij een opsplitsing gemaakt worden over de verschillende
centra, Douane en Accijnzen, particulieren, KMO's enzoverder, dit
zowel voor het Nederlandstalig landsgebied, het Franstalig gebied als
Brussel?
09.01 Carl Devlies (CD&V): En
posant cette question orale,
j'espère recevoir une réponse
exhaustive à ma question écrite n°
622 du 26 janvier 2005 où je
demandais un aperçu ­ ventilé
entre les différents centres et
régions ­ du nombre de fonctions
N3 dans l'administration et du
nombre de fonctions N3 en
intérim.
09.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mevrouw de voorzitter,
mijnheer Devlies, gelieve hierna een antwoord te vinden op de
gestelde vragen.

1.a) Het koninklijk besluit van 17 februari 2002 houdende oprichting
van de Federale Overheidsdienst Financiën, bepaalt in artikel 4bis dat
het organigram van de buitendiensten van de Federale
Overheidsdienst Financiën 122 managementsfuncties ­3 bevat.

b) Er werd nog geen beslissing getroffen wat betreft de opsplitsing
van deze managementsfuncties N-3 over de verschillende centra.

2.a) Er wordt verondersteld dat het geachte lid met N-3 functies de
gewestelijke directeurs en de voorzitters van het Aankoopcomité
bedoelt. Op 30 november 2004 we rden in totaal 39 van deze
betrekkingen waargenomen door interimarissen.

b) Hierbij wordt een overzicht gegeven van deze betrekkingen welke
worden waargenomen door interimarissen, opgesplitst per
administratie en per taalrol. Douane en Accijnzen: 5
Nederlandstaligen, geen Franstaligen. Bijzondere Belastinginspectie:
1 Nederlandstalige, geen Franstaligen. Kadaster: 2
Nederlandstaligen, 2 Franstaligen. Registratie en Domeinen: 1
Nederlandstalige, 1 Franstalige. Directe belastingen: 9
Nederlandstaligen, 9 Franstaligen. BTW: 8 Nederlandstaligen,
1 Franstalige.
09.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: L'arrêté royal du 17 février
2002 détermine que
l'organigramme des services
externes du SPF Finances
comporte 122 fonctions de
management. Aucune décision n'a
encore été prise à propos de la
répartition de ces fonctions N3
entre les différents centres. Le 30
novembre 2004, 39 personnes
occupaient en intérim la fonction
de directeur ou de président
régional d'un Comité d'acquisition.
Au niveau de la Douane et des
Accises, ils étaient cinq
néerlandophones, à l'ISI, il n'y
avait qu'un néerlandophone, au
Cadastre, le rapport était de
2N/2F, à l'Enregistrement et aux
Domaines de 1N/1F, aux Impôts
directs de 9N/9F et à
l'Administration de la TVA 8N/1F.
09.03 Carl Devlies (CD&V): Ik dank u voor de informatie, mijnheer de
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
staatssecretaris.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
personeelsbezetting en controlewerkzaamheden in de BTW-administratie" (nr. 6151)
10 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "l'effectif et les
activités de contrôle de l'administration de la TVA" (n° 6151)
10.01 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, dit is een nieuwe vraag en geen herneming van een
schriftelijke vraag.

Het is een publiek geheim dat de administratie van de FOD Financiën
te kampen heeft met een personeelstekort. Dat geldt a fortiori voor de
BTW-administratie. Een en ander heeft geleid tot het oprichten van
een pool van controleagenten. Uiteraard heeft dat zijn gevolgen voor
de controlewerkzaamheden.

Mijnheer de staatssecretaris, kunt u een overzicht geven van de
evolutie van het personeelseffectief in de klassieke BTW-
controlekantoren in de periode 1999-2004, uitgesplitst per jaar en per
controlekantoor?

Ten tweede, kan een overzicht gegeven worden van de BTW-
kantoren die werden samengevoegd?

Ten derde, kan een overzicht gegeven worden van het aantal
controleambtenaren van BTW-origine die werkzaam waren in de
polyvalente controlecentra tussen 1999 en 2004, uitgesplitst per jaar
en per controlecentrum?

Ten vierde, kan een overzicht worden gegeven van het aantal
grondige verificaties inzake BTW in de periode 1999-2004, uitgesplitst
per jaar en per regio?
10.01 Carl Devlies (CD&V): Le
SPF Finances est confronté à une
pénurie de personnel et, surtout, à
l'administration de la TVA. Cette
situation a conduit à la création de
pools d'agents de contrôle et a
évidemment des conséquences
pour les contrôles.

Comment l'effectif a-t-il évolué
dans les bureaux classiques de
contrôle de la TVA et dans les
bureaux de contrôle polyvalents
durant la période 1999-2004, par
année et par bureau? Quels
bureaux ont été regroupés? Le
ministre peut-il fournir un aperçu
du nombre de vérifications
approfondies de la TVA durant la
période 1999-2004, par année et
par région?
10.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mijnheer Devlies, ik zal u een
aantal tabellen overhandigen met betrekking tot de jaarlijkse toestand
inzake het personeelseffectief in de verschillende BTW-
taxatiediensten. De tabellen zijn telkens afgesloten op 31 december
van de jaren 1999 tot 2004.

Ik wens te onderstrepen dat de samenvoeging van BTW-
controlekantoren louter om intern functionele redenen is gebeurd. Wat
de benaming van de kantoren, de adressen en de aanspreekpunten
betreft, is er voor de belastingplichtige in de praktijk niets veranderd.
Alleen werden bepaalde taken binnen deze groep van kantoren
herverdeeld.

Wat de directie Antwerpen betreft, werden er in totaal 19 kantoren
functioneel samengevoegd. Voor de directie Brugge werden 16
kantoren samengevoegd, voor de directie Brussel 1 19, voor de
directie Brussel 2 15, voor de directie Gent 16, voor de directie
Hasselt 12, voor de directie Luik 13, voor de directie Mechelen 7, voor
de directie Bergen 16 en voor de directie Namen 8. Voor meer
informatie over de samengevoegde kantoren verwijs ik naar de
documenten die ik overhandigd heb.
10.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Je remets à l'auteur de la
question les tableaux demandés
comprenant les effectifs du
personnel.

La fusion des bureaux de contrôle
de la TVA n'a été réalisée que
pour des raisons fonctionnelles
internes. Certaines tâches ont été
nouvellement réparties. Rien n'a
changé pour le contribuable en ce
qui concerne la dénomination, les
adresses et les points de contact.
Pour de plus amples informations
concernant, entre autres, la fusion
des offices, je vous renvoie aux
documents
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17

Gelet op de omvang van de gevraagde informatie, verwijs ik u naar de
documenten die alle gevraagde inlichtingen bevatten.
10.03 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, ik dank de
staatssecretaris voor de uitgebreide documentatie en informatie.
10.04 Staatssecretaris Hervé Jamar: U zult nog een beetje werk
hebben, mijnheer Devlies.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Carl Devlies aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
mogelijkheid tot elektronisch betalen bij de ontvangkantoren van de Douane" (nr. 6167)
11 Question de M. Carl Devlies au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la possibilité de
paiement électronique dans les bureaux de recettes des Douanes" (n° 6167)
11.01 Carl Devlies (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, dit is een actualiteitsvraag naar aanleiding van de
overval die zich op woensdag 9 maart rond 19.30 uur heeft
voorgedaan in het douanekantoor van Zaventem. Twee aanwezige
personeelsleden werden door een gewapende bende overvallen en
overmeesterd.

Blijkbaar is het zo dat de ontvangstkantoren van de douane de enige
kantoren zijn waar niet elektronisch kan worden betaald. Zowel in het
kader van een betere dienstverlening als op het vlak van veiligheid is
het meer dan wenselijk dat het elektronisch betalen mogelijk is bij de
ontvangstkantoren van de douane.

Is het juist dat de mogelijkheid tot elektronisch betalen bij de
ontvangstkantoren van de douane wordt geweigerd? Zo ja, waarom?

Ten slotte, kan, gelet op de centrale elektronische verwerking van de
aangifte, niet voorzien worden in een gelijktijdige procedure voor
elektronisch betalen van de verschuldigde rechten?
11.01 Carl Devlies (CD&V): Deux
fonctionnaires des douanes ont
récemment été agressés ans leur
bureau des recettes. Il semble qu'il
ne soit toujours pas possible de
payer électroniquement dans les
bureaux des recettes. Est-ce
exact? Quelle en est la raison? Ce
problème ne peut-il être résolu?
11.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mevrouw de voorzitter,
mijnheer Devlies, ik heb de eer u mee te delen dat op dit ogenblik de
betaling met bankkaarten en kredietkaarten nog niet mogelijk is in de
kantoren. De invoering hiervan is gepland tegen 1 januari 2006,
samen met de opstarting van de centrale elektronische verwerking
van de aangifte.

Fedict heeft hiervoor een platform uitgewerkt en bespreekt op dit
ogenblik de mogelijkheden die dit voor de Federale Overheidsdienst
Financiën biedt. Uit deze besprekingen zal ook blijken in welke mate
ik nog maatregelen moet nemen op het vlak van reglementering.
11.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Il n'est en effet pas possible
de payer par carte bancaire ou par
carte de crédit dans les bureaux
des recettes. Il est prévu d'offrir
cette possibilité à partir du 1
er
janvier 2006, en même temps que
le traitement électronique des
déclarations. FEDICT a prévu à
cet effet une plate-forme et
examine actuellement les mesures
à prendre avec le SPF Finances.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
regeling waarbij één diepgaande belastingcontrole minstens om de 6 jaar wordt uitgevoerd" (nr. 6182)
12 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le système
organisant un contrôle fiscal approfondi au moins tous les 6 ans" (n° 6182)
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
12.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, in 1998 is de administratie begonnen met het
systeem van zesjarige cyclussen. Wat is uw evaluatie van het
systeem? Hoe ziet u de toekomst van het systeem?
12.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
En 1998, l'administration a mis en
oeuvre le système des cycles de
contrôle de six ans. Comment le
ministre évalue-t-il ce système et
comment celui-ci va-t-il évoluer?
12.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mevrouw de voorzitter, het door
het geachte lid aangehaalde systeem van zesjarige cycli is
geïntegreerd in een controleprogramma voor de selectie van de
grondig te onderzoeken dossiers. Dat gebeurde aanvankelijk voor
50% van de dossiers uit de groep van de voor die controleperiode
grondig te onderzoeken dossiers, zich daarbij in de eerste plaats
baserende op de lijst met wegingcoëfficiënten en vervolgens op de
dossiers die het voorwerp uitmaakten van een gerichte opsporing en
waaruit belangrijke anomalieën bleken. Het gebeurde voor ongeveer
25% van de dossiers van alle andere groepen, die een hoge
risicofactor van fraude vertoonden omdat zij bijvoorbeeld bij de in orde
stelling of de beheerscontrole bepaalde anomalieën aan het licht
hadden gebracht, gedurende verschillende jaren niet aan een ernstige
verificatie werden onderworpen, herhaaldelijk het voorwerp waren van
aanslagen van ambtswege wegens gebrek aan aangifte of op het vlak
van de rechtspersonen frequent aan de selectie ontsnapten wegens
wijziging van de balansdatum. De resterende marge van ongeveer
25% werd ingevuld met grondige controles van dossiers uit bepaalde
beroepssectoren, dossiers in verband met bepaalde fiscale
problemen en dossiers in het kader van multilaterale controles.

Die dossiers werden onderzocht op vraag van de Centrale Dienst of
het Antifraudecomité. Deze werkwijze evolueerde door de invoering
van een selectie-instrument, met name datamining. Een programma
risicobeheer is volop in ontwikkeling en beïnvloedt op haar beurt de
selectie van dossiers en de aard van de te realiseren werkzaamheden
om de reeds ontdekte risico's te bestrijden.

De bezorgdheden van de administratie bij het bepalen van het
controleprogramma bevinden zich op het vlak van een efficiënter
gebruik van de beschikbare middelen, het zoeken naar doelmatigere
controles, de identieke behandeling van alle belastingplichtigen die
zich in een gelijkaardige situatie bevinden, het verhogen van de
compliance en het zoeken naast het traditionele controlebeleid naar
een beleid van aangepaste ondersteuning.
12.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Le système des cycles de
six ans est intégré dans un
programme de contrôle en vue de
la sélection de dossiers à
examiner en détail. La moitié de
ces dossiers avaient été retenus
sur la base de la liste comprenant
des coefficients de pondération ou
présentaient des anomalies
importantes. Pour un quart, il
existait un facteur de risque de
fraude important. Les 25%
restants appartenaient à certains
secteurs professionnels et
dossiers dans le cadre de
contrôles multilatéraux. Cette
méthode de travail a évolué à la
suite de l'introduction de
l'instrument de sélection que
constitue le "Datamining", ou
extraction de données. Un
programme de gestion de risques
est en préparation.
L'administration tend vers une
utilisation plus efficace
des
moyens à des fins de contrôle
efficace, vers l'égalité de
traitement pour tous les
contribuables, vers l'amélioration
de la "compliance" et vers une
politique de soutien appropriée.
12.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, ik heb
voorlopig geen repliek. Ik zal dit verder bekijken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
belastingssupplementen van de polyvalente controlecentra" (nr. 6183)
13 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les
suppléments d'impôts perçus par les centres de contrôle polyvalents" (n° 6183)
13.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, uit het
antwoord dat ik van de minister heb ontvangen op de mondelinge
vraag nr. 5260, blijkt dat er belangrijke regionale verschillen zijn in de
13.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Il
existe semble-t-il des différences
régionales considérables dans les
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
belastingssupplementen die worden geïnd door de polyvalente
controlecentra op het vlak van de natuurlijke personen. Graag had ik
vernomen wat de exacte reden is van het feit dat de tabel aangeeft
dat Limburg instaat voor 21,946 miljoen euro, terwijl heel Wallonië
instaat voor 23,009 miljoen euro.

Betreft het hier een fenomeen dat alleen in het kalenderjaar 2003 is
voorgevallen?
suppléments d'impôts que les
centres de contrôle polyvalents
recouvrent en matière d'impôts
des personnes physiques. On peut
ainsi lire dans le tableau que les
recettes s'élèvent à 21,946
millions d'euros au Limbourg et à
23,009 millions d'euros en
Wallonie. Ce phénomène est-il
circonscrit à 2003?
13.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Het antwoord op de vraag
betreffende mogelijke regionale verschillen in de
belastingsupplementen die worden geïnd door de polyvalente
controlecentra op het vlak van de natuurlijke personen, vergt een
aantal opzoekingen. Ik zal de uitslag daarvan zo spoedig mogelijk
meedelen. Zonder op de resultaten te willen vooruitlopen, is het
echter mogelijk dat de verklaring moet worden gezocht in bepaalde
punctuele dossiers met een uitzonderlijk resultaat.
13.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Je ferai rechercher des
données et je les communiquerai
dans les meilleurs délais. Sans
anticiper sur les résultats, j'estime
que la raison devrait être trouvée
dans certains dossiers particuliers
avec un contenu exceptionnel.
13.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ik zou
u willen vragen om, wanneer er een analyse gebeurt voor Limburg,
dat ook zal gebeuren voor andere provincies? Ik kan immers zo al
zeggen dat er niet alleen grote dossiers in Limburg, maar ook in
Antwerpen, Waals-Brabant of Oost-Vlaanderen te vinden zijn.

Dat brengt weinig bij tot de analyse zelf. Waar wij nood aan hebben, is
een studie van de heterogeniteit van de belastingsupplementen per
provincie om zo de frequentieverdeling per provincie te kunnen
nagaan. Wanneer wij dat naast elkaar kunnen leggen, kunnen wij
beter analyseren wat er in Limburg is gebeurd. Wanneer wij alleen de
frequentieverdeling van de grote dossiers van Limburg bekijken, zal
dat niet voldoende zijn. Ik weet dat er grote dossiers in Limburg zijn,
maar dat is geen argument. Dat kan immers ook het geval zijn voor
andere provincies.
13.03 Hendrik Bogaert (CD&V):
Nous insistons pour que l'examen
ne se limite pas uniquement au
Limbourg, mais qu'il soit étendu
aux autres provinces. Nous
demandons donc une répartition
des fréquences explicite par
province.
13.04 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Monsieur Bogaert, nous
pouvons faire semblant de n'avoir rien dit pendant toute la journée
mais cette question, depuis ce matin, a été sous-jacente dans de
nombreux débats que nous avons eus. Beaucoup d'éléments de
réponse ont ainsi déjà été donnés. Néanmoins, je voudrais apporter
une petite précision. Sans divulguer de nom ni d'endroit à l'intérieur du
Limbourg, je peux vous dire qu'un seul dossier a donné lieu à un
revenu complémentaire de 5.878.000 euros. Il y a donc quand même
des cas tout à fait spécifiques où des rentrées énormes peuvent
parfois influencer le résultat d'une période à prendre en considération.

Par ailleurs, l'analyse des documents ...
13.04
Staatssecretaris Hervé
Jamar: In de loop van deze
ochtend werd al op veel punten
geantwoord. Maar in Limburg werd
in één enkel dossier een
belastingsupplement van
5.878.000 euro geïnd. Specifieke
gevallen kunnen dus het resultaat
van een periode beïnvloeden.
13.05 Hendrik Bogaert (CD&V): Monsieur le secrétaire d'Etat, est-ce
un dossier concernant des personnes ou des sociétés? En fait, mes
chiffres portent sur les personnes physiques et non sur les personnes
morales.
13.05 Hendrik Bogaert (CD&V):
Betreft dit dossier de personen- of
de vennootschapsbelasting? Gaat
het om hetzelfde dossier als in het
eerste trimester van 2004?
13.06 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Ce dossier porte sur les
personnes physiques.
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
13.07 Hendrik Bogaert (CD&V): Donc, les 5,8 millions d'euros
portent sur..
13.08 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: ...sur les personnes
physiques, du moins un des dossiers. Il y a un dossier très spécifique.
13.08
Staatssecretaris
Hervé
Jamar: Het gaat om een erg
specifiek dossier dat de
personenbelasting betreft.
13.09 Hendrik Bogaert (CD&V): J'ai remarqué la même tendance au
cours du premier semestre de 2004. S'agit-il du même dossier?
13.10 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Je l'ignore, je ne vais pas
rentrer dans les détails. D'ailleurs, je ne peux pas le faire. Je voudrais
quand même rappeler que M. Delporte, l'administrateur général des
Finances a dit, ici, il y a moins d'une heure, qu'il allait étudier la
question de manière très précise, apporter toutes les indications au
moyen de tableaux. Vous et moi avons d'ailleurs quelques tableaux
qui concernent les autres organes de contrôle que celui que vous
citez, comme les services classiques, l'ISI, etc., où l'on constate que
la situation est tout à fait normale, voire même parfois désavantagée
par rapport à d'autres provinces.

Il faut nuancer ce propos. Ce dossier a connu, hier comme
aujourd'hui, une certaine publicité. A ce stade, je crois pouvoir dire
qu'il faut être relativement prudent dans l'analyse d'un seul tableau
avec des éléments que je porte à votre connaissance, ceux-ci étant
en rapport avec des éléments spécifiques dans ce centre de contrôle,
par ailleurs en relation avec tous les autres tableaux, tous les services
de contrôle autres que celui spécifiquement cité et isolé dans
l'analyse.
13.10
Staatssecretaris
Hervé
Jamar: Maar ik weet niet of dit
dossier in 2004 al aan bod is
gekomen.

Aan dit dossier werd enige
ruchtbaarheid gegeven. Zoals
blijkt uit andere tabellen over
andere controleorganismen is de
toestand er normaal of zelfs
minder gunstig dan in andere
provincies.
13.11 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, het is
een feit dat er een groot dossier in zit, maar de vraag is hoe het komt
dat men dat dossier gevonden heeft? Het argument dat men zo'n
dossier vindt is op zich geen argument. De vraag zou kunnen zijn
waarom men geen groot dossier in een andere provincie vindt. Ik
meen dus dat men voorzichtig moet zijn met het argument dat er een
groot dossier gevonden is, en dat de situatie dus dezelfde is in alle
provincies.
13.11 Hendrik Bogaert (CD&V):
La question de savoir comment
l'administration est arrivée à ce
dossier demeure. N'y avait-il pas
de grands dossiers dans d'autres
provinces?
13.12 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Je ne me réjouis pas du fait
qu'on ait trouvé un gros dossier, je constate que tel est le cas! Tant
mieux si on a découvert un grand fraudeur. Il y a quand même des
situations tout à fait particulières, tant en matière fiscale que dans les
autres matières. Je ne pense pas que, parce qu'il y a un dossier de
5.000.000 euros pour une personne physique à Hasselt ou ailleurs
dans le Limbourg, il y en aura nécessairement un à Arlon, à Namur ou
à Antwerpen. Il faut prendre un peu de recul par rapport à tout cela.

Il faut attendre le travail de l'administrateur général. En dire plus
aujourd'hui serait, soit enfreindre la déontologie que je dois
m'assigner, soit aller un peu trop vite dans la publicité. Il vaut mieux
attendre les résultats de ce travail. N'oublions pas qu'il y a des
fonctionnaires qui travaillent, que ce soit dans le Limbourg ou ailleurs,
et il ne faudrait pas imaginer un déséquilibre intellectuel dans tel ou tel
service. Gardons-nous de tirer des conclusions aujourd'hui car il ne
faut pas créer une psychose dans telle commune ou dans telle ville. Il
faut voir les choses sereinement, en attendant d'avoir tous les
13.12
Staatssecretaris Hervé
Jamar: Het verheugt mij niet dat
men een omvangrijk dossier heeft
gevonden, ik stel het vast! Maar
dat betekent nog niet dat men er
ook één zal vinden in Aarlen,
Namen of Antwerpen!

Laten we het werk van de
administrateur-generaal af-
wachten. Welke zin heeft het om
in deze of gene gemeente een
psychose te creëren?
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
résultats. Personnellement, c'est ce que je souhaite.
13.13 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik sluit mij aan bij het punt dat we
voorzichtig moeten zijn. Ik probeer echter ook mijn werk te doen als
parlementslid.

Het is natuurlijk iets wat opvalt. U kunt uit die kolom al opmaken dat
er iets speciaals aan de hand is. Ik heb de informatie ook niet zomaar
naar buiten gebracht. Ik heb eerst gewacht tot ik de bevestiging had
van de cijfers voor 2004. Op het ogenblik dat ik de bevestiging kreeg,
werd gezegd dat het eigenlijk iets is dat doorloopt. Ik heb immers nu
al cijfers gezien voor het volledige kalenderjaar 2004. Daaruit blijkt
hetzelfde.

Ik hoor dat u via Belga verspreidt dat het aan één dossier ligt. Ik zou u
dus willen vragen dat u op uw beurt ook voorzichtig bent. Ik heb
immers ondertussen cijfers van twee kalenderjaren. Daaruit blijkt
dezelfde tendens.

Als we allebei voorzichtig zijn is het probleem misschien opgelost.
13.13 Hendrik Bogaert (CD&V):
Nous devons en tout état de cause
faire preuve de circonspection
concernant ces chiffres car il se
passe quelque chose de
particulier. Le même phénomène
se produit en effet pour 2004.
13.14 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: L'appel à la prudence est
réciproque.
De voorzitter: Mag ik misschien als voorzitter en als echte Limburger
van Sint-Truiden, kort bij Hannuit, nu iets zeggen? VOKA heeft bij ons
in Limburg...

Vroeger noemden ze Limburg testgebied.

We hadden toch de indruk dat er veel meer bedrijven en ook
particulieren gecontroleerd werden in Limburg. Nu noemt VOKA ons
de provincie pestgebied. Er moet toch iets van waar zijn dat Limburg
meer gecontroleerd wordt. Ik heb het daarstraks in de commissie voor
de Sociale Zaken ook gezegd in verband met die koffiedames in
Tongeren. Ook daar was het weeral toevallig Limburg dat
gecontroleerd werd.
La présidente: Par le passé, le
Limbourg a servi de zone de test
pour les contrôles des Finances
mais, selon
le "Vlaams
Economisch Verbond Limburg", il
serait devenu aujourd'hui une
zone pestiférée. Les contrôles y
sont beaucoup plus nombreux
qu'ailleurs.
13.15 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik ga u misschien een suggestie
doen wat het zou kunnen zijn. Ik denk dat u in Limburg een volzet
kader hebt, dat u in Limburg een kader hebt dat goed opgevuld is en
dat dit niet overal het geval is. Ik denk dat dat misschien ook een
begin van antwoord is. Dat is een van de hypothesen die ik naast de
rest zet. Ik sluit mij aan bij uw punt dat we nog even afwachten tot wat
het is.

Ik zou ook niet graag hebben dat u in de polemiek zou gaan en zou
zeggen dat het te wijten is aan één dossier. Ik denk dat we alle twee
voldoende ervaring hebben om te weten dat hier iets extra aan de
hand is. Volgens mij gaat het gewoon over het feit dat er in Limburg
een volzet kader is. Dat is wellicht een van de drijvers van wat we hier
voor hebben.
13.15 Hendrik Bogaert (CD&V):
Peut-être faut-il rechercher
l'explication de cette situation dans
le fait que le cadre du personnel
est complet au Limbourg.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
inkohieringen versus bedrijfsvoorheffing" (nr. 6184)
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
14 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "le rapport
entre les enrôlements et le précompte professionnel" (n° 6184)
14.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ik had
graag voor de periode 2003 en/of 2004 de volgende cijfers per maand
ontvangen.

Ten eerste, wat de inkohiering van de personenbelasting betreft, wat
is de totale som van personen die geld terugkrijgen van de overheid?

Ten tweede, wat de inkohiering van de personenbelasting betreft, wat
is de totale som van personen die geld moesten bijleggen aan de
overheid?

Mijnheer de staatssecretaris, kunt u uitleg geven over deze cijfers?
14.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le secrétaire d'Etat peut-il me
faire savoir pour la période 2003-
2004 quels montants les
contribuables se sont vu
rembourser par les autorités et
combien ils ont dû suppléer? Je
souhaiterais des chiffres
mensuels.
14.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mevrouw de voorzitter, de
gevraagde gegevens zijn gebundeld in een tabel die ik hier bij mij heb.
De gegevens betreffen de positieve en de negatieve inkohieringen
inzake de personenbelasting, zoals ze in de respectieve maanden
gedurende de jaren 2003 en 2004 zijn uitgevoerd.

De positieve inkohieringen vloeien voort uit het feit dat de door de
betrokkene betaalde voorheffingen en/of voorafbetalingen voor het
bepaalde aanslagjaar beneden de reëel verschuldigde belasting
lagen.

De negatieve inkohieringen ontstaan ten gevolge van het feit dat de
reëel verschuldigde belastingen uiteraard lager liggen dan de reeds
betaalde bedrijfsvoorheffing en/of voorafbetaling.

Dat laatste fenomeen is te wijten aan het feit dat een reeks
aftrekposten, zoals de aftrek voor kapitaalaflossing, intrestkosten van
hypothecaire leningen, de aftrek voor levensverzekeringspremies en
premies voor pensioenfondsen en dergelijke, niet verrekend zijn in de
bedrijfsvoorheffing.

In het licht van hetgeen voorafgaat, dient derhalve aangestipt te
worden dat de vermelde bedragen in de tabel louter als een
restgrootheid dienen beschouwd te worden in het geheel van de
globale personenbelasting.

Mevrouw de voorzitter, het zijn veel cijfers. Ik zal ze niet voorlezen. Ik
zal u de tabel geven aan de diensten.
14.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Je renvoie l'auteur de la
question au tableau qui lui a été
remis.
14.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Dus het positieve is dat de mensen
moeten opleggen.
14.04 Staatssecretaris Hervé Jamar: Ja.
De voorzitter: Mijnheer Bogaert, wenst u nog een repliek te geven, of gaat u de tekst eerst lezen?
14.05 Hendrik Bogaert (CD&V): Gewoon even ter verklaring. Moet ik
de tekst zo lezen: bijvoorbeeld in januari 2003 is voor 474 miljoen
euro terugbetaald? Klopt dat?
14.06 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Ja.
Ingekohierd.
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
14.07 Staatssecretaris Hervé Jamar: Ingekohierd.
14.08 Hendrik Bogaert (CD&V): Om terug te betalen aan de
burgers?
14.09 Staatssecretaris Hervé Jamar: Ja.
14.10 Hendrik Bogaert (CD&V): Het is niet omgekeerd, hè?
14.11 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Neen.
14.12 Staatssecretaris Hervé Jamar: Ja.
14.13 Hendrik Bogaert (CD&V): En in 2003 zijn er voor 758 miljoen
negatieve inkohieringen?
14.14 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Het is
omgekeerd.
14.15 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik dacht het al.
14.16 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Mevrouw de
voorzitter, is het toegelaten dat ik het woord voer?
De voorzitter: Ja, natuurlijk.
14.17 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Het is
omgekeerd. De positieve inkohieringen vloeien voort uit het feit dat de
voorafbetalingen en de voorheffingen ontoereikend zijn tegenover de
werkelijk verschuldigde belastingen, dus bijkomende belastingen.
Negatieve inkohiering is samengevat teruggave. Zo staat het verwerkt
in de tabel, maand per maand, zowel voor 2003 als voor 2004.
14.18 Hendrik Bogaert (CD&V): Dus dat betekent dat er in 2003, in
de maand januari, voor 474 miljoen terugbetalingen geweest aan de
burgers? Begrijp ik dat zo goed? Neen, is het omgekeerd? Er zijn 758
miljoen euro terugbetalingen geweest.
14.19 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: We spreken
over het jaar 2003, juist? Positieve inkohiering: 474 miljoen euro.
Negatieve inkohiering: 758. Dus u maakt het verschil.
De voorzitter: Dus er wordt te weinig voorafbetaald.
14.20 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Ja. Positief is
bijbetalen, negatief is terugkrijgen.
14.21 Hendrik Bogaert (CD&V): Voor de mensen.
14.22 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Voor de
betrokken belastingplichtige, inderdaad.
14.23 Hendrik Bogaert (CD&V): Wat mij enorm opvalt, is het verschil
tussen 2003 en 2004 voor de maand januari. In 2003 krijgt u 474 ­ ik
ben nog altijd niet mee...
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
14.24 Staatssecretaris Hervé Jamar: Dat komt van de administratie.
14.25 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Dat zijn de
correcte cijfers, zoals ze er staan.
14.26 Hendrik Bogaert (CD&V): U moet 474 ontvangen en 758
negatief of dat gaat naar de gezinnen, kan ik het dus noemen.
14.27 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Ja, juist.
14.28 Hendrik Bogaert (CD&V): En positief is: van de gezinnen. Het
is in die zin verwarrend: u schrijft dat vanuit de overheid.
14.29 Staatssecretaris Hervé Jamar: Dat geldt voor belastingen.
14.30 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik zag het positieve er niet goed van
in, vandaar dat ik even...
14.31 Staatssecretaris Hervé Jamar: Het is positief voor de
belastingen, voor de Staat.
14.32 Hendrik Bogaert (CD&V): Ja, maar ik zit hier om de gezinnen
te verdedigen. Vandaar.

In 2003 krijgt u dus 474 miljoen van de gezinnen, maar u moet er 758
terugbetalen.
14.33 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Ja, dat klopt.
14.34 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Donc, monsieur Bogaert est
pour une diminution fiscale.
14.35 Hendrik Bogaert (CD&V): Ça, j'espère bien. Vous aussi,
j'espère.
14.36 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Oui, bien sûr.
14.37 Hendrik Bogaert (CD&V): Ce n'est pas toujours très évident.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
consultancybudgetten voor het personeel van de FOD Financiën" (nr. 6185)
15 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "les budgets
de consultance mis à la disposition du personnel du SPF Finances" (n° 6185)
15.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, ik had deze vraag al gesteld aan uw medewerker,
maar hij wou u de eer laten.

Ik kreeg graag van de minister toelichting bij de consultancybudgetten
voor personeel bij de FOD Financiën. Hoe groot waren deze de
laatste jaren en wat waren de positieve effecten? Hoe groot zullen ze
zijn voor het jaar 2005?
15.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le secrétaire d'Etat pourrait-il
expliquer ce que sont les budgets
de consultance mis à la disposition
du personnel du SPF Finances?
15.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mevrouw de voorzitter, 15.02 Hervé Jamar, secrétaire
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
mijnheer Bogaert, de FOD Financiën gebruikt de
consultancybudgetten voor personeel uitsluitend in de context van
projecten die toelaten zich gedurende een bepaalde tijd te verzekeren
van de medewerking van gekwalificeerd personeel inzake informatie-
en communicatietechnologieprojecten 2002-2006, wat bodyshopping
wordt genoemd.

Dit laat ons toe in het kader van onze ICT-investeringen voor zeer
specifieke taken zoals de installatie van hard- en software beroep te
doen op personeel dat in die materies is gespecialiseerd. Het is
inderdaad evident dat het departement op het ogenblik dat het zich
lanceert in een moderniseringsplan op het gebied van informatica
intern niet beschikt over de nodige competenties. Het is bovendien
niet aangewezen om op lange termijn te investeren in sommige
competenties die slechts voor welbepaalde installaties vereist zijn.
Bodyshopping blijkt in deze context een efficiënt middel te zijn om
snel resultaten te behalen.

Voor de ICT-competenties die wij op langere termijn nodig zullen
hebben, wordt vanzelfsprekend geïnvesteerd in een programma voor
de selectie van gekwalificeerd personeel.
d'Etat: Le SPF Finances n'utilise
les budgets de consultance que
pour des projets exigeant des
compétences spécifiques pour une
période donnée. Cela nous
permet, dans le cadre de nos
investissements TIC, de faire
appel à du personnel spécialisé
pour l'installation de matériel et de
logiciels. Bien entendu, nous ne
procédons de la sorte que lorsque
nous ne disposons pas, en
interne, du personnel possédant
les compétences nécessaires, et
uniquement pour des projets de
courte durée.
15.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Mijnheer de staatssecretaris, ik heb
daar geen repliek op maar ik heb wel nog een repliek op het vorige. Ik
heb ondertussen uw tabel eens bekeken.

Mij valt op dat in 2003 de inkohiering gebeurde na juni. Ik had
begrepen dat er dan boeteclausules van kracht werden. Klopt dat?
Het verwondert mij dat er zo'n staart achter komt.
15.04 Hervé Jamar, secrétaire d'Etat: Madame la présidente, je n'ai
plus le dossier. L'incident était clos.
De voorzitter: Eigenlijk was dat incident gesloten.
15.05 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Ik antwoord
op basis van de tabel die hier gegeven wordt. Er is geen onderscheid
gemaakt naargelang van het aanslagjaar waarover het gaat. Het kan
dus goed zijn dat die inkohiering slaat op verschillende aanslagjaren.
U weet dat de normale aanslag moet gebeuren voor 30 juni van het
jaar dat volgt op het aanslagjaar. Concreet kan die aanslagperiode in
bepaalde gevallen uitgebreid worden tot 3 of 5 jaar en zelfs tot een
langere periode in het geval van onregelmatige aangifte...
15.06 Hendrik Bogaert (CD&V): U bedoelt: 3 tot 5 maanden?
De voorzitter: Nee, jaren. In geval van fraude bijvoorbeeld.
15.07 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Tot drie jaar
in het geval van een onvolledige of een laattijdige of een onjuiste
aangifte. In het geval van fraude kan ze tot vijf jaar uitlopen. En er is
zelfs een zeer bijzondere termijn in het geval van internationaal
verkregen informatie ­ bewijskrachtige gegevens ­ of na rechtspraak.

Inzake al die cijfers die vermeld staan kan het goed zijn dat de
inkohiering gebeurt voor andere aanslagjaren, vroegere aanslagjaren,
wat natuurlijk meteen verklaart dat er ook inkohieringen gebeurd zijn
na 30 juni van die jaren.
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
15.08 Hendrik Bogaert (CD&V): Er zijn geen gevallen bij waar de
overheid boetes heeft moeten betalen?

Als men nu in een normaal dossier over de datum van 30 juni gaat,
dan moet de overheid toch intrest betalen?
15.09 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Ik meen, in
alle eerlijkheid, dat wanneer men in een normaal geval de datum van
30 juni niet respecteert, de belasting niet meer wordt ingevorderd. Dat
is nu juist...
15.10 Hendrik Bogaert (CD&V): En als het om een teruggave gaat
aan die gezinnen?
15.11 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Neen. U mag
ook niet vergeten...
15.12 Hendrik Bogaert (CD&V): Als het gaat om wat men noemt een
negatieve inkohiering?
15.13 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Neen. U mag
ook niet vergeten dat de teruggave, of de uitwerking in de ene of de
andere richting, altijd gebeurt uiterlijk de laatste dag van de tweede
maand volgend op de maand van de inkohiering of van de inkohiering
en van de verzending van het aanslagbiljet met de berekeningswijze.

Nu, wanneer inkohieringen laattijdig zouden gebeuren om de ene of
andere reden is dat de persoonlijke verantwoordelijkheid van de
ontvanger. Dus, dat gebeurt niet. Hij heeft er alle belang bij dat te
vermijden. Ik meen dat er zelfs geen sprake is van intresten dan wel
bijkomende vergoedingen. Er is gewoon het feit dat die belasting niet
meer verschuldigd is wanneer de verjaringstermijn inderdaad niet
gerespecteerd is.
15.14 Hendrik Bogaert (CD&V): Dan komt er volledig geen
belastinginvordering? Dat is toch...
15.15 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Wanneer er
inderdaad een inkohiering, een aanslag, niet tijdig gebeurd is, is er
geen rechtsgrond meer om die nog in te kohieren, tenzij uiteraard
iemand bepaalde vormvoorwaarden en vormfouten nog kunnen
aangewreven worden, in de aangifte zelf. Dan kan die termijn
uiteraard verlengd worden.
15.16 Hendrik Bogaert (CD&V): Stel, in een zwaar hypothetisch
geval, dat men niet klaar is met de aanslagbiljetten omdat in de
drukkerij of dergelijke meer alles uitloopt. Dan zou het kunnen zijn dat
die belastingen gewoon vervallen?
15.17 Medewerker van staatssecretaris Hervé Jamar: Dat is een
hypothetische vraag. Dit is het zeer concrete antwoord: wij zullen niet
laattijdig zijn.
15.18 Hendrik Bogaert (CD&V): Echt niet?
Het incident is gesloten.
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
bescherming van de privacy bij het bewaren van fiscale informatie" (nr. 6186)
16 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la
protection de la vie privée dans le cadre de la conservation d'informations fiscales" (n° 6186)
16.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, graag had ik
van de minister toelichting gekregen bij het beleid van de FOD
Financiën betreffende de bescherming van de privacy bij het
bijhouden van fiscale informatie.

Zijn er conflicten tijdens het bijhouden van informatie in een
datawarehouse en bij het verwerken via datamining?
16.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
Le secrétaire d'Etat pourrait-il
expliciter la politique du SPF
Finances en matière de protection
de la vie privée dans le cadre de la
collecte d'informations fiscales?
16.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: De modernisering van het
departement Financiën die werd ingevoerd door de hervorming
Coperfin moet uiteraard verenigbaar zijn met de eerbied voor de wet
op de bescherming van de privacy. Met dit doel werd binnen mijn
departement een werkgroep opgericht genaamd "Privacy and identity
management".

Deze werkgroep die wordt geadviseerd door externe specialisten ­
universiteitsprofessoren ­ is belast met het onderzoek van alle vragen
die verband houden met de toepassing van de wet op de
bescherming van de privacy binnen de verschillende
informatiseringsprojecten van de FOD Financiën waaronder de
datawarehouse en de datamining.

Ik verwacht de besluiten en de voorstellen van deze werkgroep om de
eventuele problemen die zich in deze materie zouden stellen op te
lossen. Ik zal u hiervan uiteraard op de hoogte houden.
16.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: La modernisation du
service public fédéral dans le
cadre de Coperfin doit
évidemment être compatible avec
le respect de la législation sur la
protection de la vie privée. Un
groupe de travail, bénéficiant des
avis d'experts extérieurs, traite
toutes les questions liées à
l'application de cette législation
aux projets d'informatisation du
SPF, projets dont font partie la
"datawarehouse", la banque de
données, et le "datamining",
l'extraction de données. Je ne
manquerai pas de vous informer
des conclusions et des
propositions de ce groupe de
travail.
16.03 Hendrik Bogaert (CD&V): Bedankt voor uw antwoord. Als u
mij op de hoogte houdt, dan zal ik dat zeker appreciëren.
16.04 Staatssecretaris Hervé Jamar: Sinds deze morgen bestaat er
een opvolgingsnota. Daarover is alles neergeschreven.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "de
nieuwe belastingaangifte" (nr. 6187)
17 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la nouvelle
déclaration fiscale" (n° 6187)
17.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, ik had graag vernomen uit hoeveel pagina's de toelichting bij
het nieuwe scansysteem bestaat. Is het juist dat omwille van het
scannen de cijfers door de burgers op een bepaalde
gestandaardiseerde manier ingevuld zullen moeten worden? Klopt het
dat er speciale instructies zullen zijn om het cijfer "7" te schrijven?
Klopt het dat de nieuwe aangiftes nog niet gedrukt zijn, omdat er een
juridische strijd aan de gang is om uit te maken welke firma de
17.01 Hendrik Bogaert (CD&V):
Je m'interroge sur les nouvelles
déclarations fiscales. Combien de
pages la notice explicative du
nouveau système de scannage
contient-elle? Les chiffres devront-
ils être complétés de manière
standardisée? Est-il exact que la
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
aangiften en de toelichtingen mag drukken?
manière d'écrire le chiffre 7 fait
l'objet d'instructions particulières?
Est-il exact que les nouvelles
déclarations n'ont pas encore été
imprimées en raison d'une bataille
juridique concernant
l'adjudication?
17.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: De nieuwe belastingaangifte zal
voortaan bestaan uit twee onderdelen. Ten eerste, een scanbaar
formulier, dat moet worden verzonden aan de bevoegde diensten en
beperkt is tot vier bladzijden van het formaat A4. De daarbij horende
toelichting bevat slechts vier bladzijden van het formaat A5. Ten
tweede, een voorbereidend formulier, dat gebaseerd is op de
traditionele aangifte en de daarbij horende toelichting.

De procedure van de automatische lezing of scanning impliceert dat
de vermeldingen die door de belastingplichtige worden aangebracht in
de aangifte die hij moet terugzenden naar de administratie, correct
leesbaar zijn. Een geheugensteuntje, dat illustreert hoe men de
aangifte moet invullen, zal eveneens bijgevoegd worden, teneinde de
manuele behandeling te beperken van de gegevens die niet op
geautomatiseerde wijze kunnen worden gelezen.

Het klopt dat de nieuwe aangifte nog niet is gedrukt, wegens een
ingediend bezwaar bij de Raad van State door een niet-geselecteerde
onderschrijver van een openbare aanbesteding. De Raad van State
heeft in ieder geval de verzoeker gehoord op 17 maart laatstleden. De
procedure voor het drukken kan dus worden hervat.
17.02 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: La nouvelle déclaration
fiscale se compose d'un formulaire
à scanner de quatre pages A4. La
notice explicative y afférente
compte 5 pages A5. Elle
contiendra également un
formulaire préparatoire basé sur la
déclaration traditionnelle.

La lecture automatique requiert
que les chiffres soient
correctement et lisiblement écrits.
Un mode d'emploi est joint à la
déclaration afin de limiter autant
que possible le traitement manuel.

La nouvelle déclaration n'est pas
encore imprimée parce qu'un
candidat non sélectionné a
introduit une requête devant le
Conseil d'Etat. Il a été entendu le
17 mars 2005. La procédure
d'impression peut donc à présent
être poursuivie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-eerste minister en minister van Financiën over "het
bijhouden van informatie" (nr. 6188)
18 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier ministre et ministre des Finances sur "la collecte
d'informations" (n° 6188)
18.01 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, graag kreeg ik toelichting bij het beleid van de FOD
Financiën inzake de bescherming van de privacy bij het bijhouden van
fiscale informatie. Zijn er conflicten tijdens het bijhouden van
informatie in een datawarehouse en bij het verwerken via datamining?
De voorzitter: Is dat niet dezelfde vraag? Handelt vraag nr. 6186 niet over dit onderwerp? Vraag nr. 6188
handelt over het bijhouden van informatie.

U hebt de vorige vraag reeds gesteld, mijnheer Bogaert
18.02 Hendrik Bogaert (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijn
excuses. Ik ben even in de war.

Mijnheer de staatssecretaris, in antwoord op mijn mondelinge vraag
nr. 5260 antwoordt u dat inzake de vennootschapsbelasting er geen
18.02 Hendrik Bogaert (CD&V):
Pourquoi les données relatives à
la perception de l'impôt des
sociétés par province ou par
direction régionale ne sont-elles
CRIV 51
COM 543
22/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
gegevens beschikbaar zijn.

Mijnheer de staatssecretaris, hoe verantwoordt u dat sinds vier jaar
geen gegevens meer worden bijgehouden over de inning van de
vennootschapsbelasting per provincie of per gewestelijke directie?

Bij de klassieke diensten van de directe belastingen zijn evenmin
gegevens beschikbaar over de opbrengst van de
inkomstenverhogingen per gewestelijke directie. Hoe kunt u dit
verantwoorden?

Is het mogelijk in detail cijfermatig aan te tonen hoe de minister op
voorgaande vragen antwoordde dat er in totaal voor vier miljard euro
supplementen zijn? Wat is het detail van die optelsom?

Als ik de aparte gegevens uit het antwoord op mijn schriftelijke vraag
nr. 5260 optel, - gegevens waarover vandaag heel wat discussie is
geweest - kom ik helemaal niet aan vier miljard euro. Kan de
staatssecretaris terzake toelichting geven?
plus tenues à jour depuis quatre
ans déjà? Pourquoi les services
classiques des contributions
directes ne disposent-ils plus de
données relatives aux recettes des
impôts sur les revenus par
direction régionale? Comment le
ministre a-t-il calculé que les
suppléments s'élèvent au total à
quatre milliards d'euros?
18.03 Staatssecretaris Hervé Jamar: De gevraagde gegevens
hebben betrekking op de resultaten van rechtzettingen van de niet-
aangegeven inkomsten. De inkomstenverhogingen in de klassieke
diensten Natuurlijke Personen worden nog manueel bijgehouden en
werden aan het geachte lid medegedeeld. Wat de klassieke diensten
Vennootschappen betreft, werd om redenen van beperkingen op het
vlak van informatica geen voorrang gegeven aan het bijhouden van
statistische gegevens.

Momenteel wordt in het kader van het performantiemanagement voor
alle diensten van de AOIF een nieuw geautomatiseerd systeem op
punt gezet. Het cijfer van 4 miljard is de optelsom van alle aan het
geachte lid meegedeelde cijfers, aangevuld met de geraamde
opbrengst van de belasting op de inkomstenverhoging in de klassieke
diensten van de Directe Belastingen.
18.03 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Les données demandées
ont trait aux résultats de
rectifications de revenus non
déclarés. Les majorations de
revenus dans les services
classiques de l'impôt des
personnes physiques sont encore
tenues à jour manuellement. En
raison de restrictions sur le plan
des moyens informatiques, la
tenue à jour des statistiques dans
les services classiques chargés de
l'impôt des sociétés n'était pas
prioritaire. Actuellement, un
nouveau système automatisé est
mis au point pour tous les services
de l'Administration de la fiscalité
des entreprises et des revenus.

Le chiffre de 4 milliards d'euros
correspond à l'addition de tous les
chiffres qui ont été communiqués
à M. Bogaert, à laquelle s'ajoute la
recette estimée de l'impôt sur les
majorations de revenus dans les
services classiques des
contributions directes.
18.04 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik heb in mijn leven al heel wat
cijfers op- en afgetrokken en u zult mij eventjes moeten helpen. Ik heb
bij de polyvalente controlecentra 705, 334 miljoen euro in te kohieren
inkomstenbelasting. Ik heb bij in te vorderen BTW en boeten 135,152
miljoen euro. Bij de klassieke diensten Directe Belastingen
inkomstenverhoging
­ ik neem aan dat dat geen
belastingsupplementen zijn ­ staat het cijfer van 2,656145 miljard
euro. Hier staat ook niet bij dat het supplementen zijn. Het gaat
gewoon over inkomstenverhogingen. Ik neem aan dat dat gewoon de
18.04 Hendrik Bogaert (CD&V):
Quand j'additionne ces chiffres,
j'arrive à un autre montant.
Quelqu'un pourrait-il m'expliquer
pourquoi, éventuellement par
courrier électronique?
22/03/2005
CRIV 51
COM 543
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
belastbare basis verhoogt, maar nog niet onmiddellijk een
belastingsupplement oplevert. Bij de BTW heb ik 867,581 miljoen
euro staan. Bij de Douane en Accijnzen staat 28,8456 miljoen euro.
Bij de BBI vind ik 1,419885 miljard euro. Wanneer ik dat allemaal
optel, kom ik toch niet aan 4 miljard. Hoe komt u aan 4 miljard?
18.05 Staatssecretaris Hervé Jamar: Er is een grote "etcetera". Ik
heb geen cijfers.
18.06 Hendrik Bogaert (CD&V): Kan iemand van uw kabinet mij dan
een mailtje sturen om mij te zeggen hoe ik aan die 4 miljard euro
kom, want ik kom daar niet aan op basis van uw cijfers?
18.07 Staatssecretaris Hervé Jamar: De directeur hier naast mij zal u
uitnodigen om erover te spreken.
18.07 Hervé Jamar, secrétaire
d'Etat: Un de mes collaborateurs
s'entretiendra à ce sujet avec M.
Bogaert.
18.08 Hendrik Bogaert (CD&V): Ik wil dat graag doen. Als die
uitnodiging komt, zal ik daar zeker op ingaan. Daar kan ik op rekenen,
nietwaar?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 18.54 uur.
La réunion publique de commission est levée à 18.54 heures.