CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 525
CRIV 51 COM 525
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE LA
D
ÉFENSE NATIONALE
C
OMMISSIE VOOR DE
L
ANDSVERDEDIGING
mercredi
woensdag
9-03-2005
9-03-2005
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Joseph Arens au ministre de la
Défense sur "l'acquisition de matériel usagé de la
Défense au profit de projets de coopération au
développement" (n° 5560)
1
Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Landsverdediging over "de aankoop van
gebruikt legermateriaal voor projecten in de
ontwikkelingssamenwerking" (nr. 5560)
1
Orateurs: Joseph Arens, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Joseph Arens, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de M. Joseph Arens au ministre de la
Défense sur "la réparation des dommages de
guerre" (n° 5670)
2
Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister
van Landsverdediging over "het herstel van de
oorlogsschade" (nr. 5670)
2
Orateurs: Joseph Arens, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Joseph Arens, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la
Défense sur "l'avenir de l'aéroport de Brasschaat-
Nord" (n° 5662)
3
Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de
minister van Landsverdediging over "de toekomst
van het vliegveld Brasschaat-Noord" (nr. 5662)
3
Orateurs: Luc Sevenhans, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Luc Sevenhans, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Questions jointes de
5
Samengevoegde vragen van
4
- M. Koen T'Sijen au ministre de la Défense sur
"la sécurité des missions nucléaires exécutées
par la Belgique dans le cadre de l'OTAN"
(n° 5661)
5
- de heer Koen T'Sijen aan de minister van
Landsverdediging over "de veiligheid bij de door
België in het kader van de NAVO uitgevoerde
nucleaire taken" (nr. 5661)
4
- M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense
sur "les risques inhérents à la présence de
bombes nucléaires à la base aérienne de Kleine-
Brogel" (n° 5919)
5
- de heer Theo Kelchtermans aan de minister van
Landsverdediging over "de relatieve veiligheid van
de aanwezige nucleaire bommen op de vliegbasis
Kleine-Brogel" (nr. 5919)
4
Orateurs: Koen T'Sijen, André Flahaut,
ministre de la Défense, Theo Kelchtermans
Sprekers: Koen T'Sijen, André Flahaut,
minister van Landsverdediging, Theo
Kelchtermans
Question et interpellations jointes de:
7
Samengevoegde vraag en interpellaties van:
7
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"l'attitude du ministre vis-à-vis de la Direction
générale Images et Relations publiques"
(n° 5664)
7
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "de houding van de
minister ten aanzien van de algemene Directie
Imago en Public Relations" (nr. 5664)
7
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur
la problématique des organes d'information (écrite
et audiovisuelle) de l'armée belge et les
problèmes de personnel qui s'y posent" (n° 542)
7
- de heer Pieter De Crem tot de minister van
Landsverdediging over "de problematiek van de
voorlichtingsorganen van het Belgisch leger
(geschreven en audiovisueel) en de
personeelsproblematiek die zich aldaar voltrekt"
(nr. 542)
7
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"son attitude à l'égard du Service Image et
Relations publiques" (n° 553)
7
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van
Landsverdediging over "zijn houding ten aanzien
van de dienst Imago en Public Relations" (nr. 553)
7
Orateurs: Pieter De Crem, président du
groupe CD&V, Luc Sevenhans, André
Flahaut, ministre de la Défense
Sprekers: Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, Luc Sevenhans, André
Flahaut, minister van Landsverdediging
Motions
14
Moties
14
Question de Mme Ingrid Meeus au ministre de la
Défense sur "la surveillance aérienne de la mer
du Nord" (n° 5704)
15
Vraag van mevrouw Ingrid Meeus aan de minister
van Landsverdediging over "het luchttoezicht van
de Noordzee" (nr. 5704)
15
Orateurs: Ingrid Meeus, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Ingrid Meeus, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de M. Ortwin Depoortere au ministre de
la Défense sur "le vol d'entraînement de F-16 au-
17
Vraag van de heer Ortwin Depoortere aan de
minister van Landsverdediging over "de
17
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
dessus de Gand et les dégâts matériels qui en ont
résulté" (n° 5729)
oefenvlucht van F-16's boven Gent en de
veroorzaakte materiële schade" (nr. 5729)
Orateurs: Ortwin Depoortere, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers:
Ortwin Depoortere, André
Flahaut, minister van Landsverdediging
Questions jointes de
18
Samengevoegde vragen van
18
- M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense
sur "l'explosion d'une grenade à Bourg-Léopold"
(n°s 5783+5918)
18
- de heer Theo Kelchtermans aan de minister van
Landsverdediging over "de granaatexplosie in
Leopoldsburg" (nrs. 5783+5918)
18
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense
sur "la sécurité des militaires belges lors de leurs
entraînements" (n° 5938)
18
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van
Landsverdediging over "de veiligheid van de
Belgische militairen tijdens oefeningen" (nr. 5938)
18
Orateurs:
Brigitte Wiaux, Theo
Kelchtermans, André Flahaut, ministre de la
Défense
Sprekers:
Brigitte Wiaux, Theo
Kelchtermans, André Flahaut, minister van
Landsverdediging
Question de M. Theo Kelchtermans au ministre de
la Défense sur "la situation concernant l'aide
humanitaire à la suite de la catastrophe
provoquée par le tsunami" (n°s 5782+5917)
19
Vraag van de heer Theo Kelchtermans aan de
minister van Landsverdediging over "de stand van
zaken in de humanitaire hulp naar aanleiding van
de tsunami-ramp" (nrs. 5782+5917)
19
Orateurs:
Theo Kelchtermans, André
Flahaut, ministre de la Défense, Luc
Sevenhans, David Geerts
Sprekers:
Theo Kelchtermans, André
Flahaut, minister van Landsverdediging, Luc
Sevenhans, David Geerts
Questions jointes de
21
Samengevoegde vragen van
21
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur
"le soutien aux activités de l'OTAN en Irak et dans
la région" (n° 5709)
21
- de heer David Geerts aan de minister van
Landsverdediging over "de ondersteuning van
NATO-activiteiten in en rond Irak" (nr. 5709)
21
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur
"une politique de défense européenne commune"
(n° 5710)
21
- de heer David Geerts aan de minister van
Landsverdediging over "een gemeenschappelijk
Europees defensiebeleid" (nr. 5710)
21
Orateurs: David Geerts, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: David Geerts, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de M. David Geerts au ministre de la
Défense sur "le nombre de généraux à la
Défense" (n° 5711)
23
Vraag van de heer David Geerts aan de minister
van Landsverdediging over "het aantal generaals
binnen Landsverdediging" (nr. 5711)
23
Orateurs: David Geerts, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: David Geerts, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de M. David Geerts au ministre de la
Défense sur "l'utilisation de véhicules PANDUR"
(n° 5813)
24
Vraag van de heer David Geerts aan de minister
van Landsverdediging over "het gebruik van
PANDUR-voertuigen" (nr. 5813)
24
Orateurs: David Geerts, André Flahaut,
ministre de la Défense, Luc Sevenhans
Sprekers: David Geerts, André Flahaut,
minister van Landsverdediging, Luc
Sevenhans
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Défense sur "l'uniforme des femmes militaires"
(n° 5629)
26
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Landsverdediging over "het uniform
van de vrouwelijke militairen" (nr. 5629)
26
Orateurs: Hilde Vautmans, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Hilde Vautmans, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Défense sur "le procès de l'ancien major
rwandais M. Ntuyahaga" (n° 5722)
27
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Landsverdediging over "het proces
van de Rwandese ex-majoor Ntuyahaga"
(nr. 5722)
27
Orateurs: Hilde Vautmans, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Hilde Vautmans, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Questions jointes de
29
Samengevoegde vragen van
29
- Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense
sur "les unités du deuxième bataillon d'artillerie du
29
- mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van
Landsverdediging over "de onderdelen van het
29
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
Quartier Brasschaat - Westkamp (batterie C et
batterie para-commando)" (n° 5723)
tweede Artilleriebataljon in Kwartier Brasschaat -
Westkamp (C-Batterij en batterij Para-
Commando)" (nr. 5723)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"le déménagement du 2ème bataillon d'artillerie
vers la caserne de Brasschaat Westkamp"
(n° 5926)
29
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "de verhuis van het 2de
artilleriebataljon naar de kazerne Brasschaat
Westkamp" (nr. 5926)
29
Orateurs: Hilde Vautmans, Luc Sevenhans,
André Flahaut, ministre de la Défense
Sprekers: Hilde Vautmans, Luc Sevenhans,
André Flahaut, minister van
Landsverdediging
Interpellations et question jointes de
32
Samengevoegde interpellaties en vraag van
32
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur
"le nombre croissant d'interventions clientélistes
du ministre de la Défense" (n° 546)
32
- de heer Pieter De Crem tot de minister van
Landsverdediging over "de klachten van
toenemend dienstbetoon door de minister van
Landsverdediging" (nr. 546)
32
- M. Staf Neel au ministre de la Défense sur
"l'amnistie dont ont bénéficié des sous-officiers de
carrière par suite d'une intervention personnelle
du ministre" (n° 547)
32
- de heer Staf Neel tot de minister van
Landsverdediging over "amnestie aan
beroepsonderofficieren wegens persoonlijke
tussenkomst van de minister" (nr. 547)
32
- M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense
sur "les interventions personnelles contestées du
ministre et/ou de ses services à la Défense"
(n° 5920)
32
- de heer Theo Kelchtermans aan de minister van
Landsverdediging over "het betwist dienstbetoon
binnen Landsverdediging door de minister zelf
en/of zijn diensten" (nr. 5920)
32
Orateurs: Pieter De Crem, président du
groupe CD&V, Staf Neel, Theo
Kelchtermans, André Flahaut, ministre de la
Défense
Sprekers: Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie,
Staf Neel, Theo
Kelchtermans, André Flahaut, minister van
Landsverdediging
Motions
42
Moties
42
Question de M. Pieter De Crem au ministre de la
Défense sur "les économies sur les frais de
fonctionnement" (n° 5808)
43
Vraag van de heer Pieter De Crem aan de
minister van Landsverdediging over "de
besparingen op de werkingskosten" (nr. 5808)
43
Orateurs: Pieter De Crem, président du
groupe CD&V, André Flahaut, ministre de la
Défense
Sprekers: Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, André Flahaut, minister van
Landsverdediging
Question de M. Pieter De Crem au ministre de la
Défense sur "l'envoi d'observateurs militaires des
Nations Unies" (n° 5810)
45
Vraag van de heer Pieter De Crem aan de
minister van Landsverdediging over "de zending
van militaire VN-waarnemers" (nr. 5810)
45
Orateurs: Pieter De Crem, président du
groupe CD&V, André Flahaut, ministre de la
Défense
Sprekers: Pieter De Crem, voorzitter van de
CD&V-fractie, André Flahaut, minister van
Landsverdediging
Questions jointes de
46
Samengevoegde vragen van
47
- M. Melchior Wathelet au ministre de la Défense
sur "les conséquences de la vente des homes de
Seny, de Dilbeek et d'Uccle" (n° 5877)
46
- de heer Melchior Wathelet aan de minister van
Landsverdediging over "de gevolgen van de
verkoop van de rusthuizen in Seny, Dilbeek en
Ukkel" (nr. 5877)
47
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"les problèmes survenus au sein des maisons de
repos de l'INIG" (n° 5927)
46
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "de problematiek binnen
de rusthuizen van het NIOOO" (nr. 5927)
47
Orateurs: Melchior Wathelet, président du
groupe cdH, Luc Sevenhans, André Flahaut,
ministre de la Défense
Sprekers: Melchior Wathelet, voorzitter van
de cdH-fractie, Luc Sevenhans, André
Flahaut, minister van Landsverdediging
Interpellations et questions jointes de:
50
Samengevoegde interpellaties en vragen van:
50
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur
"le rappel des attachés militaires" (n° 550)
50
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van
Landsverdediging over "het terugroepen van de
militaire attachés" (nr. 550)
50
- M. Walter Muls au ministre de la Défense sur
"les attachés militaires" (n° 5894)
50
- de heer Walter Muls aan de minister van
Landsverdediging over "de militaire attachés"
(nr. 5894)
50
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iv
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur
"la décision de rappeler des attachés militaires et
ses conséquences" (n° 5921)
50
- de heer Pieter De Crem aan de minister van
Landsverdediging over "de beslissing om militaire
attachés terug te roepen en de gevolgen hiervan"
(nr. 5921)
50
- M. Patrick De Groote au ministre de la Défense
sur "le rappel des attachés militaires" (n° 554)
50
- de heer Patrick De Groote tot de minister van
Landsverdediging over "het terugroepen van de
militaire attachés" (nr. 554)
50
Orateurs: Luc Sevenhans, Walter Muls,
Pieter De Crem, président du groupe CD&V,
Patrick De Groote, Hilde Vautmans, André
Flahaut, ministre de la Défense
Sprekers: Luc Sevenhans, Walter Muls,
Pieter De Crem, voorzitter van de CD&V-
fractie, Patrick De Groote, Hilde Vautmans,
André Flahaut, minister van
Landsverdediging
Motions
61
Moties
61
Orateurs: André Flahaut, ministre de la
Défense
Sprekers: André Flahaut, minister van
Landsverdediging
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE LA DEFENSE
NATIONALE
COMMISSIE VOOR DE
LANDSVERDEDIGING
du
MERCREDI
9
MARS
2005
Matin
______
van
WOENSDAG
9
MAART
2005
Voormiddag
______
La séance est ouverte à 10.15 heures par M. Philippe Monfils, président.
De vergadering wordt geopend om 10.15 uur door de heer Philippe Monfils, voorzitter.
Le président: Chers collègues, comme il s'agit de questions, le quorum n'est pas requis. Je vais donner la
parole dans l'ordre aux collègues présents. J'en profite pour vous dire que l'on a ajouté, à la demande de
M. Sevenhans et de M. De Groote, une interpellation sur le rappel des attachés militaires.
Puisqu'il y avait déjà des questions sur ce sujet, même si la Conférence des présidents n'avait pas autorisé
le développement d'interpellations en commission, nous avons jugé utile de le faire pour que tout soit réglé
en une journée.
Je vous demande de respecter le temps de parole pour les questions et les réponses, et nous arriverons
ainsi à l'heure du déjeuner. Si nous n'y arrivons pas, il n'y aura ni sandwiches ni boissons, rien. Vous serez
affamés, mais vous terminerez la réunion!
01 Question de M. Joseph Arens au ministre de la Défense sur "l'acquisition de matériel usagé de la
Défense au profit de projets de coopération au développement" (n° 5560)
01 Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister van Landsverdediging over "de aankoop van
gebruikt legermateriaal voor projecten in de ontwikkelingssamenwerking" (nr. 5560)
01.01 Joseph Arens (cdH): Monsieur le ministre, la Défense
nationale met régulièrement en vente du matériel usagé, notamment
des camions. Certains d'entre eux sont, d'après mes informations, en
bon état de marche et pourraient donc encore servir quelques causes
comme, par exemple, la coopération au développement.
Je prends le cas de ma commune qui est engagée dans une
opération de coopération au développement au Congo. Elle a déjà fait
construire une baleinière pour acheminer les produits agricoles de
Bandundu vers le marché de Kinshasa. Nous allons maintenant
construire des halls de stockage. Nous cherchons à acquérir
quelques camions pour transporter les produits agricoles vers ces
halls de stockage.
Ma question est très simple: la Défense nationale, lors des ventes de
matériel, pourrait-elle proposer certains outils, comme des camions, à
ces pouvoirs locaux ou ONG qui financent ou encadrent des projets
de coopération au développement?
01.01 Joseph Arens (cdH):
Landsverdediging verkoopt
regelmatig gebruikt materiaal
zoals vrachtwagens. Sommige
daarvan zijn nog in goede staat
zijn en komen in aanmerking om
voor een goed doel als
ontwikkelingssamenwerking
te
worden gebruikt.
Zou Landsverdediging bepaalde
soorten legermateriaal, zoals
vrachtwagens, aan de lokale
besturen bijvoorbeeld aan mijn
gemeente of aan NGO's kunnen
aanbieden die projecten in de
ontwikkelingssamenwerking finan-
cieren of begeleiden?
Le président: Monsieur Arens, c'est formidable. Je vous félicite.
01.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, ma réponse 01.02 Minister André Flahaut: Het
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
est: oui. Il y a trois de types de ventes qui sont organisées en ce qui
concerne le matériel de type commercial: les ventes de type "cash &
carry", les ventes aux communes et aux provinces et les ventes
négociées.
Les ventes de type "cash & carry" sont organisées dans les quartiers
militaires répartis dans le pays. Elles sont ouvertes à tous et les
méthodes de vente publique aux enchères y sont appliquées.
En ce qui concerne la vente aux communes et provinces, comme je
veux les privilégier, celles-ci reçoivent, avant les autres, le catalogue
de ce qui va être mis en vente. Cela a été mis en place pour
permettre à ces organismes, à ces institutions d'acquérir du matériel
commercial à utiliser dans et par leur administration et ainsi faire
profiter directement ou indirectement les personnes qu'ils
administrent. Les communes et provinces sont informées par le site
internet du service des ventes. Préalablement, une séance
d'information leur est d'ailleurs spécialement destinée, le 21 mars
pour la partie francophone et le 22 mars pour la partie
néerlandophone. Elles peuvent aussi exprimer leurs besoins
directement au service des ventes ou éventuellement m'écrire. Le cas
échéant, des négociations directes peuvent être engagées entre les
communes, les provinces et le service des ventes. Nous faisons
preuve d'une certaine flexibilité.
Toutes les ASBL belges oeuvrant au profit de la population qui réside
en Belgique peuvent utiliser la même procédure à condition que la
commune ou la province où l'ASBL est installée reconnaisse que les
agissements sont couverts par cela.
Pour les ventes négociées, les lots constitués sont plus importants. La
vente des lots commerciaux est ouverte à tous. Les candidats
acheteurs ont la possibilité de voir les lots proposés et remettre un
prix par écrit. Après ouverture des offres reçues, le service des ventes
peut entamer des négociations avec les soumissionnaires retenus.
La diffusion des informations relatives aux ventes se fait via le site
internet de la Défense et via la presse locale.
Je vous donne le texte. J'ai voulu mettre en place une autre
procédure afin d'éviter qu'on vende par lots à des gens qui (...).
antwoord is ja. Drie soorten
verkopen worden georganiseerd
voor wat het commercieel
materiaal betreft: verkopen van het
"cash & carry"-type, verkopen aan
de gemeenten en aan de
provincies en verkopen die na
onderhandelingen tot stand
komen.
Ik wil voorrang geven aan de
verkoop aan de gemeenten en
provincies. Zij ontvangen vóór de
andere gegadigden de catalogus
van wat te koop wordt
aangeboden. Zij kunnen ook hun
behoeften rechtstreeks aan de
met de verkopen belaste dienst
meedelen of mij een brief
schrijven. In voorkomend geval
kunnen rechtstreekse
onderhandelingen tussen de
gemeenten, de provincies en de
dienst belast met de verkopen
worden overwogen.
Alle VZW's die ijveren voor de
belangen van de mensen die in
België wonen, kunnen gebruik
maken van dezelfde procedure, op
voorwaarde dat de gemeente of
de provincie waar de VZW is
gevestigd erkennen dat haar
activiteiten wel degelijk van die
aard zijn.
De gegevens over de verkoop
worden via de internetsite van het
departement Landsverdediging en
de lokale pers verspreid.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Joseph Arens au ministre de la Défense sur "la réparation des dommages de
02 Vraag van de heer Joseph Arens aan de minister van Landsverdediging over "het herstel van de
oorlogsschade" (nr. 5670)
02.01 Joseph Arens (cdH): Il s'agit d'une simple question
d'information, monsieur le ministre. En effet, le 28 avril 1999, avec
votre collègue, Michel Dardenne à l'époque, la Chambre des
représentants a voté le projet de loi relatif à la réparation des
dommages de guerre 1940-1945, en application de la loi du 6 juillet
1948, mettant à charge de l'Etat la réparation des dommages de
guerre aux biens nécessaires à un service public ou à la poursuite
d'une fin d'intérêt général. Plusieurs communes ont, suite à cette loi,
02.01 Joseph Arens (cdH): Op 28
april 1999 heeft de Kamer van
volksvertegenwoordigers het
wetsontwerp betreffende het
herstel van de oorlogsschade
1940-1945, waarbij het herstel van
de oorlogsschade aan de
goederen noodzakelijk voor een
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
introduit des demandes de réparation.
Monsieur le ministre, pourriez-vous me faire connaître le nombre de
communes bénéficiant de cette mesure et l'évolution des différents
dossiers de ces communes?
openbare dienst of voor het
nastreven van een doel van
algemeen nut ten laste van de
Staat wordt gelegd, aangenomen.
Verscheidene gemeenten hebben
aanvragen tot herstel van de
schade ingediend.
Hoeveel gemeenten komen voor
die maatregel in aanmerking en
hoe zit het met de voortgang van
de diverse dossiers?
02.02 André Flahaut, ministre: Cette question relève de la
compétence de Patrick Dewael. Je l'ai donc interrogé et il m'a
communiqué les informations suivantes.
L'application de la loi du 2 juin 1999, relative à la réparation des
dommages de guerre 1940-1945, en application de la loi du 6 juillet
1948, qui met à charge de l'Etat la réparation des dommages de
guerre aux biens nécessaires à un service public ou à la poursuite
d'une fin d'intérêt général, relève de la compétence du SPF Intérieur,
de la direction générale de la sécurité civile et la direction des
calamités.
67 dossiers ont été introduits, correspondant à 34 communes. Un
premier examen des demandes a eu pour conséquence d'écarter, par
décision ministérielle, 27 dossiers de toute intervention et 40 dossiers
ont fait l'objet d'un accord de principe. A partir de ce stade, il
appartient aux personnes sinistrées d'introduire, auprès de
l'administration, un dossier complet d'exécution des travaux de
réparation des dommages de guerre.
A ce jour, un dossier a entièrement été clôturé et des travaux sont en
cours de réalisation pour trois dossiers supplémentaires. Les autres
dossiers sont à des stades divers: rédaction du projet, introduction du
cahier des charges ou procédure d'adjudication. Enfin, cinq autres
dossiers ont introduit un recours contre la décision ministérielle
auprès d'une juridiction ordinaire et neuf auprès du Conseil d'Etat.
02.02 Minister André Flahaut: Die
kwestie valt onder de bevoegdheid
van minister Dewael, die mij
volgende inlichtingen heeft
meegedeeld: er werden 67
dossiers ingediend voor 34
gemeenten. Na een eerste
onderzoek werden 27 dossiers
afgewezen, terwijl 40 dossiers
principieel werden goedgekeurd.
Als dat stadium eenmaal is
bereikt, moeten de personen die
schade hebben geleden een
volledig dossier indienen.
Tot dusver werd één dossier
volledig afgehandeld en
momenteel wordt nog aan drie
andere dossiers gewerkt. Voor vijf
andere dossiers werd tegen de
beslissing beroep aangetekend.
02.03 Joseph Arens (cdH): Monsieur le président, les services de la
Chambre m'avaient orienté vers le ministre de la Défense, c'est la
raison pour laquelle j'ai posé cette question au ministre de la Défense.
02.04 André Flahaut, ministre: Ce n'est pas un problème, je fais
circuler l'information.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: Mme Vautmans n'est pas présente pour nous parler de l'uniforme des femmes militaires.
03 Vraag van de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de toekomst van
het vliegveld Brasschaat-Noord" (nr. 5662)
03 Question de M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "l'avenir de l'aéroport de Brasschaat-
03.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, in de 03.01 Luc Sevenhans (Vlaams
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
commissie voor de Landsverdediging van 17 november 2004
antwoordde u op mijn vraag dat u op dat moment nog geen uitsluitsel
kon geven, omdat de toekomst van het vliegveld van Brasschaat-
Noord en de daar gestationeerde helikopters nog steeds ter studie
lag, maar dat u erop zou terugkomen.
Er is ondertussen wel het een en ander gebeurd. De verhuis van de
helikopters werd voortgezet, zonder dat er ergens een studie bekend
was. Van de toenmalige negen A-109, de bekende Agusta's, werden
er in januari reeds zes verplaatst naar Bierset. In december 2004,
enkele weken nadat u in onze commissie hebt geantwoord, werd
beslist de tactische vorming die in Brasschaat werd gegeven, over te
hevelen naar Bierset, en dit ook weer zonder dat de studie blijkbaar
was afgerond. Momenteel gebeurt in Brasschaat enkel nog de
technische vorming en dit volgens mijn informatie tot eind 2005.
Mijnheer de minister, wanneer werd die studie afgerond? U antwoordt
op vragen van commissieleden steeds dat er een studie aan de gang
is en dat u pas een antwoord kan geven als die studie is afgerond.
Tegen dat de studie afgerond is, is ook de hele zaak rond. Is dat wel
de juiste werkwijze? Ik krijg dan toch de indruk dat u de studie
aanpast aan de realiteit.
Ik heb u al enkele keren gevraagd of het uw bedoeling is alle tactische
helikopters uit Vlaanderen weg te halen en te verhuizen naar
Wallonië? Dat is een onderliggende vraag die van het grootste belang
is.
Is de studie afgerond en wat bent u nu eigenlijk van plan met die
helikopters?
Belang): Le 17 novembre 2004, le
ministre déclarait qu'il ne pouvait
se prononcer définitivement à
propos de l'avenir de l'aéroport de
Brasschaat-Nord et du
déplacement des hélicoptères qui
y sont stationnés, affirmant qu'il
attendait les résultats d'une étude.
Entre-temps, neuf hélicoptères A-
109 ont été déménagés à Bierset
sans qu'aucune étude n'ait été
publiée. En décembre 2004, il a
été décidé de transférer la
formation tactique de Brasschaat à
Bierset, Brasschaat conservant
toutefois la formation technique
jusqu'à fin 2005.
Quand l'étude sera-t-elle
disponible? Le ministre fait-il
preuve de correction lorsqu'il
effectue des changements avant
d'être en possession de l'étude
dont il affirmait pourtant attendre
les résultats. Tous les hélicoptères
tactiques vont-ils être transportés
en Wallonie?
03.02 Minister André Flahaut: Mijnheer Sevenhans, om redenen van
optimalisatie en centralisatie van onderhoud en administratie zullen
alle helikopters A-109 op termijn op dezelfde locatie worden
gestationeerd. Dat heeft tot gevolg dat de school voor
helikopterpiloten verhuist naar Frankrijk en dat de tactische formaties
worden gecentraliseerd in de operationele eenheid A-109 van Bierset.
03.02 André Flahaut, ministre:
Pour centraliser l'entretien et
l'administration, tous les
hélicoptères A-109 seront, à
terme, stationnés au même
endroit. L'école pour les pilotes
d'hélicoptères déménagera en
France et les formations tactiques
seront centralisées à Bierset.
03.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Wat iedereen al lang wist en
waarvoor uiteraard geen studie nodig was, is nu duidelijk. Het was
weer een antwoord op zijn Flahauts, want u geeft geen enkele
verklaring. Om kostenbesparingen gaat alles naar Bierset heb ik
begrepen. Was Bierset beter gesitueerd dan Brasschaat? Waarom
kon bijvoorbeeld niet alles naar Brasschaat komen in het kader van
een verdeling van de verschillende eenheden? Op die vragen komt
geen antwoord. Op de vraag of de beslissing gebaseerd is op een
goed onderbouwde nota of op basis van bepaalde "goestingskes" van
de minister, krijg ik geen antwoord.
03.03 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Je n'avais pas besoin
d'une étude pour observer cette
évolution. Dans sa réponse, le
ministre n'explique pas pourquoi le
choix s'est porté sur Bierset plutôt
que sur Brasschaat. Cette
décision repose-t-elle sur une note
dûment étayée?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Koen T'Sijen aan de minister van Landsverdediging over "de veiligheid bij de door België in
het kader van de NAVO uitgevoerde nucleaire taken" (nr. 5661)
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
- de heer Theo Kelchtermans aan de minister van Landsverdediging over "de relatieve veiligheid van
de aanwezige nucleaire bommen op de vliegbasis Kleine-Brogel" (nr. 5919)
04 Questions jointes de
- M. Koen T'Sijen au ministre de la Défense sur "la sécurité des missions nucléaires exécutées par la
Belgique dans le cadre de l'OTAN" (n° 5661)
- M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense sur "les risques inhérents à la présence de bombes
nucléaires à la base aérienne de Kleine-Brogel" (n° 5919)
04.01 Koen T'Sijen (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, twee weken
geleden verscheen er een rapport van Hans Christensen, "US nuclear
weapons in Europe, a review of post-Cold War policy, force levels and
war planning", een rapport dat Hans Kristensen schreef voor een
onderzoeksinstelling, namelijk de National Resource Defence Council.
Hans Kristensen is een expert die op basis van de Freedom of
Information Act zeer gericht documenten opvraagt in de Verenigde
Staten rond kernwapenprogramma's. Hij is ook een specialist op het
vlak van Amerikaanse kernwapens in Europa. Uit dat rapport blijkt nu
dat slechts 50% van de militairen die instaan voor de veiligheid van de
kernwapens aan de nuclear security inspection van de air force weten
te voldoen. Dit doet dus uiteraard vragen rijzen over de veiligheid bij
de door België in het kader van de NAVO uitgevoerde nucleaire
taken.
Ik heb u daar een aantal vragen over gesteld. Wat zijn de resultaten
van het Amerikaanse personeel in België bij tests rond deze
veiligheid, het Amerikaans personeel dat daar gekwalificeerd voor is,
de munition support squadron? Wanneer hebben deze tests
plaatsgehad en wanneer zullen de volgende tests plaatsvinden? Wat
zijn de resultaten voor het Belgische personeel dat instaat voor de
veiligheid bij nucleaire taken? Aan welke tests en controles is dit
personeel onderhevig? Wanneer hebben deze plaatsgehad en
wanneer hebben de volgende plaats? Wat zijn de resultaten van het
Belgische personeel betrokken bij nucleaire taken bij tests en
controles gedaan door de NAVO? Zoals u weet heeft ook de NAVO
haar controles en tests op het militair personeel wanneer het gaat
over nucleaire veiligheid. Wanneer hebben deze plaatsgehad en
wanneer hebben de volgende plaats?
04.01 Koen T'Sijen (sp.a-spirit):
Voici deux semaines était publié
un rapport de Hans Kristensen
réalisé pour le compte du
"National Resources Defense
Council" et consacré aux missiles
nucléaires américains en Europe.
Ce rapport révèle que 50 pour cent
seulement des militaires chargés
de la sécurité des armes
nucléaires satisfont aux normes de
la "Nuclear Surety Inspection".
Quels résultats les effectifs
américains en Belgique
obtiennent-ils à ces tests? Quels
résultats les effectifs belges
impliqués dans des missions
nucléaires obtiennent-ils aux tests
de l'armée américaine et de
l'OTAN? A quels tests les effectifs
belges sont-ils soumis? Quand les
derniers tests ont-ils été organisés
et quand les prochains tests sont-
ils prévus?
04.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, de nucleaire
politiek van de alliantie steunt op het strategische concept van '99
waarbij de geallieerde nucleaire middelen een politiek karakter
hebben. Daarom behoudt de alliantie een voldoende maar minimale
capaciteit zonder dat deze wapens één of ander land in het vizier
hebben. België betoont zijn solidariteit met zijn partners van de
alliantie door eventuele middelen ter beschikking te stellen om de
nucleaire opdracht uit te voeren en eventuele opslagmogelijkheden
aan te bieden. De lidstaten die over nucleaire opslagplaatsen
beschikken dienen samen met de Amerikaanse steuneenheden die
op deze installatie is ondergebracht te beantwoorden aan de gestelde
kwaliteitsnormen die zich situeren in de domeinen van veiligheid,
training, operaties en technische ondersteuning. Om na te gaan of de
installaties aan de gestelde normen voldoen, worden zij om de
achttien maanden aan een inspectie door de algemene
inspectiedienst van het Amerikaanse leger onderworpen en om de
zesendertig maanden door NAVO-teams geëvalueerd. Details van de
inspecties en evaluaties kan ik om veiligheidsredenen niet geven. Wat
de Belgische installaties en middelen betreft, kan ik u verzekeren dat
deze aan de gestelde normen voldoen.
04.02 André Flahaut, ministre:
Conformément au concept
stratégique de 1999, l'Alliance
conserve une capacité
d'armement minimale, sans pour
autant viser des pays en
particulier. En tant que partenaire,
la Belgique fournit éventuellement
un espace de stockage et des
moyens. Tous les dix-huit mois, le
Service d'inspection générale de
l'armée américaine procède à
l'inspection des installations
nucléaires pour s'assurer du
respect des normes de sécurité et
tous les 36 mois, les équipes de
l'OTAN procèdent à une
évaluation. Je ne puis vous fournir
de détails à ce sujet, mais je peux
vous assurer que les installations
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
belges sont conformes aux
normes.
04.03 Koen T'Sijen (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, ik dank u voor
uw antwoord. Ik had inderdaad verwacht dat u weinig details zou
kunnen vrijgeven. Nochtans blijkt uit rapporten die door de Chief of
Staff van de US Air Force zijn vrijgegeven in 1992 in de Verenigde
Staten, dat er toch voor vijf nucleaire eenheden een ontoereikende
training is, een tekort aan ervaren officieren en dergelijke meer. Ik
hoop, wanneer u verklaart dat dat niet geval is voor de basis in België,
dat wij daarop kunnen vertrouwen en dat België niet behoort tot die
vijf eenheden die aangeduid zijn als onveilige basissen inzake
nucleair onderhoud.
04.03 Koen T'Sijen (sp.a-spirit):
Le rapport publié en 1992 par
l'Etat-major de l'US Air Force
indique que cinq unités nucléaires
manquent de personnel
suffisamment formé. J'espère que
la Belgique n'en fait pas partie.
04.04 Minister André Flahaut: Mijnheer T'Sijen, ik heb die cijfers ook
gezien, maar dat zijn rapporten uit 1992. De toestand evolueert in
positieve zin.
04.04 André Flahaut, ministre: La
situation évolue positivement
depuis 1992.
Le président: Monsieur Kelchtermans, vous venez d'arriver. Le ministre a répondu à la question de M.
T'Sijen sur la sécurité des missions nucléaires. Votre question était jointe à celle de M. T'Sijen. Vous
pouvez toujours la poser; si elle est identique, le ministre vous renverra à la réponse qu'il vient de donner et
si elle est quelque peu différente, il ajoutera les commentaires qui s'imposent.
04.05 Theo Kelchtermans (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, mijn vraag heb ik ingediend naar aanleiding van een
artikel. Ik neem aan dat op hetzelfde punt de vraag gesteld is.
Tegelijk wijs ik op de hypocrisie met betrekking tot de veiligheid of het
gebrek eraan van al of niet aanwezig nucleair materiaal. In de pers
wordt dat algemeen als een groot probleem bestempeld. Maar als wij
dat aan de minister of aan de regering vragen, dan wordt dat
probleem ontkend, omdat de regering niet wenst te zeggen dat er
nucleair materiaal aanwezig is.
In die zin vind ik dat de vragen duidelijk beantwoord moeten worden,
zeker na dat rapport van Christensen, toch wel een betrouwbaar
persoon, waarin uitdrukkelijk wordt gezegd dat er inderdaad
genuanceerd gesproken risico's geweest zijn, in sterke mate, en dat
uiteindelijk opdracht gegeven is om daarrond een aantal
voorzieningen te treffen. Bijgevolg doet dat meer dan veronderstellen
dat er reden is om ongerust te zijn.
Mijn vraag luidt: zijn er inderdaad bijkomende veiligheidsmaatregelen,
waardoor er een absolute zekerheid van veiligheid gegeven kan
worden?
Die vraag mag niet ontweken worden ik weet niet wat de minister
geantwoord heeft door in feite te doen alsof er terzake niets aan de
hand is.
04.05
Theo Kelchtermans
(CD&V): Le rapport de M. Hans
Kristensen qui indique que les
installations nucléaires ont
"comporté des risques" et que des
dispositions doivent être prises
alimente notre inquiétude. Des
mesures de sécurité
supplémentaires ont-elles été
prises entre-temps?
04.06 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, j'ai déjà eu
l'occasion de répondre à plusieurs reprises aux questions de M.
Kelchtermans. Des mesures supplémentaires ont été prises pour
améliorer la sécurité, notamment en plaçant une clôture qui était
réclamée.
En ce qui concerne la question initiale, je voudrais simplement
rappeler que cette question a été posée, au début de la précédente
04.06 Minister André Flahaut: Er
werden extra maatregelen
getroffen om de veiligheid te
verbeteren; zo werd er onder meer
een omheining geplaatst.
De oorspronkelijke vraag werd bij
het begin van de zittingsperiode
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
législature, à moi-même, au premier ministre et au ministre des
Affaires étrangères de l'époque. Une proposition concrète avait été
formulée par le premier ministre, à savoir que les chefs de groupe,
investis d'un certificat de sécurité, auraient pu constituer une
commission pour obtenir certaines informations. Un seul chef de
groupe a fait valoir cette possibilité. Depuis, rien ne s'est passé. Je ne
peux rien ajouter de plus.
aan mijzelf, de eerste minister en
de minister van Buitenlandse
Zaken gesteld. De eerste minister
had voorgesteld dat de
fractieleiders, die houder zijn van
een veiligheidscertificaat, een
commissie zouden vormen om
bepaalde inlichtingen te verkrijgen.
Een enkele fractieleider heeft die
mogelijkheid geopperd.
04.07 Theo Kelchtermans (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb er
geen bezwaar tegen mocht de minister antwoorden dat in de
veronderstelling dat er nucleaire bommen aanwezig zouden zijn, dit of
dat zijn antwoord zou zijn. Ik heb daar geen bezwaar tegen. Het gaat
mij er niet om dat hij hier een geheim zou onthullen dat in feite geen
geheim is want waar men ook gaat langs Vlaamse wegen, overal
komt men gelovigen terzake tegen. Ze zeggen allemaal dat ze er
absoluut zijn. Men moet dat niet ontkennen. Iedereen weet het. Wat
voor naïviteit is dat nu? Dat is hetzelfde als ik heb het ooit zo lapidair
gezegd bij een frietkot ontkennen dat er patatten liggen. Dat is even
dwaas.
Van een vliegbasis met een nucleaire opdracht ik contesteer dat
zelfs niet kunt u toch zeggen dat het een speciaal vliegveld is en dat
de veiligheidsgarantie als het ware absoluut is. Dat is in dat rapport
tegengesproken. Ik vraag niet meer dan dat. Zeg het dan
voorwaardelijk, met name dat als er zouden zijn, dat de
veiligheidsgarantie toch absoluut is. Dan heb ik wat dat betreft in ieder
geval een antwoord. Maar ik krijg nooit een antwoord. De vragen
zullen toch blijven komen. Het heeft dus geen zin te verwijzen naar de
houding van de eerste minister die zegt: wie een eed van trouw
zweert, mag van mij het geheim kennen. Dan veroordeelt men
diegene die op dat ogenblik het geheim kent tot eeuwig en altijd
zwijgen. Want hij moest eerst een eed van zwijgplicht afleggen. Wat
is dat nu voor een verhaal!
04.07
Theo Kelchtermans
(CD&V): Le ministre peut tout de
même répondre "en supposant
qu'il y ait des armes nucléaires".
Personne ne lui demande de
dévoiler un secret car tout le
monde sait déjà que ces armes
existent. Pourquoi le ministre ne
peut-il pas tout simplement
affirmer que la sécurité est
totalement garantie?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Aangezien het onderwerp van de vraag van de heer Sevenhans identiek is aan dat van zijn
interpellatie, volgen nu de interpellaties van de heer De Crem en de heer Sevenhans.
05 Samengevoegde vraag en interpellaties van:
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de houding van de minister ten
aanzien van de algemene Directie Imago en Public Relations" (nr. 5664)
- de heer Pieter De Crem tot de minister van Landsverdediging over "de problematiek van de
voorlichtingsorganen van het Belgisch leger (geschreven en audiovisueel) en de
personeelsproblematiek die zich aldaar voltrekt" (nr. 542)
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van Landsverdediging over "zijn houding ten aanzien van de
dienst Imago en Public Relations" (nr. 553)
05 Question et interpellations jointes de:
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "l'attitude du ministre vis-à-vis de la Direction
générale Images et Relations publiques" (n° 5664)
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur la problématique des organes d'information (écrite
et audiovisuelle) de l'armée belge et les problèmes de personnel qui s'y posent" (n° 542)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "son attitude à l'égard du Service Image et Relations
publiques" (n° 553)
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
05.01 Pieter De Crem (CD&V): Ter informatie: komt collega
Vautmans?
Le président: Oui, elle vient.
05.02 Pieter De Crem (CD&V): Goed. Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, ik wil de minister interpelleren over
zijn houding ten aanzien van de algemene directie Imago en Public
Relations en dus over de problematiek van de voorlichtingsorganen
van het Belgisch leger: de interne en externe organen. Zoals u weet is
er het orgaan Direct en het orgaan Vox. Volgend uit wat we reeds
vermoedden blijkt nu dat er een "mix-up" is tussen enerzijds een
officieel voorlichtingsblad van de Belgische krijgsmacht en anderzijds
de persoonlijke propaganda-afdeling van de minister. De laatste jaren
sloeg de slinger vooral door in de richting van het tweede en heerst
er, vooral dan bij Vox, een ongelooflijk ongenoegen.
Ik zou hier een lezing kunnen geven van de informatie waarover we
beschikken, sinds wanneer die evolutie aan de gang is. Er is eigenlijk
een "coïncidale" relatie tussen het op kruissnelheid komen van uw
eerste mandaat als minister van Landsverdediging en de eerste
personeelsproblemen die zich binnen Vox hebben afgetekend. Zo
werden de dienstdoende kolonel en diens assistent, de luitenant-
kolonel, bij Vox met zachte dwang verwijderd. Dat gebeurde in het
millenniumjaar, omdat, zo werd toen meegedeeld, ze niet op uw
"communicatielijn" zaten. Dan zouden we eigenlijk de vraag moeten
kunnen stellen: wat zijn eigenlijk "communicatielijnen" en wat is een
"communicatielijn" van een blad zoals Vox? Is dat een ideologische
aftoetsing of is dat politieke propaganda? Gebeuren die zaken met
bijbedoelingen? Over de invulling van het begrip "communicatielijn"
valt te discussiëren en we kunnen ons afvragen wat dan de
communicatielijn precies is van een blad zoals Vox en eigenlijk ook
Direct.
Voor één keer is het niet de oppositie die een opmerking maakt. Ik
parafraseer nu: met het risico om binnen de krijgsmacht op inactief te
worden gezet, hebben sommigen toch het volgende gezegd: "Het
kabinet van Flahaut bemoeit zich met elke editie. Als er niet genoeg
foto's van de minister instaan, maken ze zich boos. Als de minister
weer eens onder vuur ligt in het Parlement" dat is dan eigenlijk
meestal "krijgen we telefoon dat er deze keer wat minder foto's van
Flahaut in moeten". Dat zegt dus een anonieme militair.
De militairen noemen het reeds langer het propagandablaadje van
Flahaut. Misschien zegt u: "c'est la prise de position d'un frustré",
tralali tralala. Ik ken dat verhaal. Collega Kelchtermans heeft daarnet
in onze commissie nogmaals uw communicatielijn ervaren. Hoe dan
ook, ik stel vast dat VOX en Direct aan de vierde hoofdredacteur toe
zijn en dat nieuwe mensen onmiddellijk in botsing met u en uw
kabinet, naar het schijnt vooral met u, komen.
Mijnheer de minister, ik zou graag eens weten wat uw
communicatielijn is. Hoe wordt de objectiviteit en daarmee bedoel ik
de neutraliteit, van VOX en Direct gegarandeerd? Hoe verklaart u - dit
is de kern van mijn vraag - dat zoveel mensen, en niet de eersten de
besten, op zo'n korte tijd de dienst hebben verlaten?
05.02 Pieter De Crem (CD&V):
Ces dernières années, "Vox", le
journal d'information des forces
armées, semble se profiler de plus
en plus comme le journal de
propagande personnelle du
ministre. Au cours de son premier
mandat, le commandant du
service avait dû quitter celui-ci
parce qu'il n'était pas sur la même
longueur d'onde que le ministre
sur le plan de la communication.
Dans l'intervalle, "Vox" en est déjà
à son quatrième rédacteur en chef
sur un court laps de temps.
Quelle est, selon le ministre, la
`ligne de communication' de "Vox"
et de "Direct"? Comment la
neutralité des magazines est-elle
garantie? Pourquoi tant de
personnes ont-elles quitté le
service en si peu de temps?
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
05.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, collega's, de rode draad in onze commissie is
vandaag de minister. De minister staat centraal. Mijnheer de minister,
u doet het weer en u zal het denk ik nog wel enkele keren doen in
deze commissie. Uiteraard zal u niet stoppen. U kent blijkbaar geen
zelfkritiek. Dat is blijkbaar helemaal niet nodig.
De dienst Imago en Public Relations is een dienst die wel wat kost.
Ondertussen heeft een bereidwillige militair mij geïnformeerd. Het
laatste bekende bedrag is van 2002. Toen was er een budget van 260
miljoen Belgische frank. Uiteraard trek ik het nut daarvan niet in
twijfel. Mijnheer de minister, het valt echter toch wel op dat u een
belangrijk deel van dat budget gebruikt voor uzelf.
Dat is nochtans niet nodig. Ik heb eens nagekeken hoe vaak u de
voorbije week in één week tijd het onderwerp was van artikels in de
Vlaamse pers. U werd daarin niet zijlings genoemd, maar was het
onderwerp. De artikels gingen over u. Het was 42 keer in één week
tijd. Dat is tien keer meer dan de eerste minister. Dat is enorm. Ik
vraag mij af waarvoor die dienst IPR nog nodig is. Het is kosteloos.
Het is ongelooflijk. Elke parlementariër krijgt een natte droom van de
mogelijkheid om 42 keer het onderwerp van een artikel te kunnen zijn
in de kranten in één week tijd.
Mijnheer de minister Flahaut, er is blijkbaar een probleem met u. U
hebt dat blijkbaar nog steeds niet goed door. U bent momenteel in
Vlaanderen echter de clown aan het worden van het politieke circus.
Ik kan alle collega's zeker aanbevelen eens naar het nieuwe
programma van de VRT te kijken, Verdeel en Heers. Dat is een
prachtige uitzending over u, mijnheer de minister, met ongelooflijke
beelden. Ik heb met tranen in de ogen zitten lachen. Of het voor u
echt plezant is, weet ik niet, maar volgens mij doet u het zich echt zelf
aan.
Vox en Direct zijn zeer verzorgde bladen van Landsverdediging. Dat is
zeer professioneel gedaan. Die mensen verdienen zeker onze
waardering. Zij hebben natuurlijk één probleem. Ze zitten met een
minister die zich met alles en nog wat bezighoudt. Dat weten we. De
commissie is daarvan zeer goed op de hoogte. Elk detail moet via u
passeren.
Ik begrijp dat u onvermijdelijk in die publicaties terechtkomt. Daarvoor
heb ik uiteraard alle begrip. Het zou maar erg zijn dat de dienst Public
Relations van Landsverdediging nooit over de minister zou schrijven.
Dat zou bijna onmogelijk zijn.
Als het blaadje bij mij thuis binnenkomt, kijkt mijn zoontje eerst eens
na hoeveel keren de minister erin staat. Gemiddeld staat u er
vierenhalve keer met foto in. De laatste keer vroeg mijn zoon de
jongen is tien jaar waarom ik nooit in Direct of Vox sta. Ik heb hem
verteld dat het zo niet werkt. Ik ben de minister niet. Ik kan wel eens in
de krant of in de pers komen, maar in de Direct kan niet. Minister
Flahaut heeft een ander kanaal dan ik. Hij belt naar de
hoofdredacteur, hij vraagt om enkele mooie foto's in de volgende
uitgave te plaatsen en zo gebeurt dat. Dat is een heel ander kanaal.
Men mag dat niet vergelijken met de kranten. Een jongen van tien jaar
maakt het onderscheid niet en denkt uiteraard dat u zo populair bent
05.03 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Le ministre utilise une
grande partie du budget de la
direction générale Image et PR -
quelque 260 millions de francs en
2002 - à ses propres fins, alors
que cela n'est pas nécessaire: la
semaine dernière, il a en effet été
cité 42 fois dans la presse
flamande.
"Vox" et "Direct" sont des
publications très professionnelles,
mais le ministre les censure et en
abuse à des fins de relations
publiques personnelles. Un code a
été rédigé pour la brochure
d'information communale dans de
nombreuses communes
flamandes, à l'inverse des
communes wallonnes. Pareil code
devrait également être élaboré
pour "Vox" et "Direct". Le ministre
s'immisce dans la rédaction de
"Vox" et de "Direct". Par
conséquent, les militaires
concernés sont obligés de
"collaborer" constamment avec le
ministre, ce qui ne constitue pas
une situation saine. La Wallonie le
soutient encore, à l'inverse de la
Flandre. Des changements
s'annoncent-ils?
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
dat u daar minstens vier tot vijf keer per uitgave met foto moet
instaan.
Het zal toevallig zijn, maar ik heb gezien dat u in de meest recente
uitgave maar twee keer staat. Het zal u misschien ontgaan zijn, maar
u staat er maar twee keer met foto in, terwijl uw gemiddelde vierenhalf
is.
Mijnheer de minister, ik heb mij laten vertellen dat u ambitie hebt om
burgemeester te worden. Ik zou u dan toch willen verwittigen, want in
de meeste gemeenten waar een informatieblad bestaat, vergelijkbaar
met Direct of Vox, zijn deontologische codes opgesteld. De meeste
van de collega's die ook burgemeester zijn, weten dat.
Wat is nu de gewoonte in Vlaanderen? Blijkbaar is er een heel andere
cultuur in Wallonië, maar in Vlaanderen bestaan duidelijke afspraken
wat kan en wat niet kan. Ik heb het voor een aantal gemeenten
nagevraagd en in de meeste gemeenten kan het niet dat de
burgemeester met foto in het informatieblad komt, behoudens zeer
uitzonderlijke gevallen, wegens zeer duidelijk omschreven redenen.
Blijkbaar bestaat die gewoonte niet tussen u en de dienst Public
Relations. Ik meen dat zoiets zou moeten kunnen worden uitgewerkt.
Het zou u ook een beetje beschermen, ook tegen uzelf.
Er is altijd een zekere dualiteit. Moest minister Flahaut niet bestaan,
dan denk ik enerzijds dat we hem als oppositie zouden moeten
uitvinden. Anderzijds gaat onrechtstreeks ook Landsverdediging mee
onderuit telkenmale u weer eens onderuit of plat op uw buik gaat in de
pers. Dat is natuurlijk spijtig, want die mensen verdienen dat niet.
Ik heb er geen probleem mee dat u de clown uithangt, maar u mag de
militairen daaraan niet laten meewerken. Een van de mooiste
voorbeelden die ik heb meegemaakt in mijn carrière in het Parlement
was toen luitenant-generaal Vandingenen de pers moest komen
vertellen hoe goed het allemaal ging met de Congolezen in de
Ardennen. Het was gênant. Ik denk dat die generaal daarvan een
paar nachten heeft wakker gelegen. Hetgeen u hebt gedaan, was
immers niet correct. Het was een symptoom en dat blijft nu
aanslepen.
Mijnheer de minister, we zullen in deze commissie nog ruim de kans
krijgen u te wijzen op uw vreemde manier van werken. Om af te
ronden wat dit specifiek dossier betreft, u hebt zich duidelijk gemoeid
in het redactiecomité. Hoe kunt u dat verantwoorden? Zou het niet in
het belang van de militairen zelf zijn dat u duidelijke afspraken maakt
of een deontologische code opstelt? Gaat u eens na in uw eigen
gemeente of zoiets daar bestaat, neemt u die code dan over zodat die
mensen op voorhand weten wat zij moeten doen.
U weet het misschien niet, maar de militairen die voor die dienst
werken, worden scheef bekeken omdat ze constant met u moeten
samenwerken. Dat is niet goed voor hun gemoedsrust. Ik denk dat dit
de essentie van het probleem is. Ik heb in een paar van de
tweeënveertig krantenartikels gelezen dat er blijkbaar een verschil in
perceptie is tussen Vlaanderen en Wallonië. Het was mij al langer
bekend dat men in Vlaanderen en in Wallonië helemaal anders denkt.
In Wallonië blijft men u nog min of meer steunen. In Vlaanderen is dat
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
helemaal niet meer het geval. Er is duidelijk een verschillende
denkwijze. Het leger is echter nog altijd Belgisch en er is dus volgens
mij toch wat behoefte aan enige organisatie.
05.04 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, collega's, met
ingang van 1 januari 2002 werd de algemene directie Imago en
Publieke Relaties in de nieuwe eenheidsstructuur rechtstreeks
afhangend van de minister van Landsverdediging. Deze dienst wordt
geleid door een directeur-generaal, kolonel Pierre Vandervelde, en
zijn adjunct, luitenant-kolonel Ivan Van Kant.
De algemene directie Imago en Publieke Relaties heeft als
belangrijkste taak door middel van gerichte communicaties mee te
bouwen aan een positief imago van de Belgische krijgsmacht. Om
deze doelstelling te bereiken, gebruikt de IPR een waaier van
moderne communicatiemiddelen. Het magazine Vox dat zich richt tot
een breed extern publiek en intern tot de personeelsleden van
Defensie, is het bewijs dat Defensie op een efficiënte en transparante
manier communiceert en informeert zoals de meeste moderne
bedrijven in de privé-sector. Bovendien maakt de krijgsmacht met
Televox televisie zowel via nationale als regionale televisiezenders.
Aldus wordt ook op audiovisueel vlak aan iedereen de mogelijkheid
geboden de dagdagelijkse werking en de verscheidenheid aan taken
bij Defensie beter te begrijpen. Het is reeds van bij het begin mijn doel
en wens geweest dat IPR een volledig en transparant beeld zou
schetsen van hetgeen werkelijk omgaat binnen de organisatie.
Zowel de hoger vernoemde geschreven als audiovisuele
communicatiemiddelen zijn bestemd om de band tussen defensie en
de burgermaatschappij te versterken en om elkaar beter te leren
kennen en waarderen. Het is inderdaad waar dat er een permanent
overleg bestaat tussen mijn medewerkers en verschillende diensten
van IPR. Het doel ervan is heel simpel maar essentieel: een
voortdurende betere coördinatie en circulatie van informatie. Zoals u
wellicht weet, maken mutaties van personeelsleden deel uit van een
militaire carrière in alle diensten en op alle niveaus. Bij de Algemene
Directie Imago en Publieke Relaties is dat niet anders. Het is de
bevoegdheid van de personeelsdienst om hierover een oordeel te
vellen en advies uit te brengen.
De begrotingsmiddelen die in 2004 ter beschikking werden gesteld
van DGIPR, bedroegen 7,5 miljoen euro. De toekenning van de
middelen voor 2005 is nog niet afgerond, maar ze zullen van dezelfde
orde van grootte zijn. De middelen worden globaal gezien op
volgende wijze verdeeld: de audiovisuele productie van defensie,
Televox nationaal op twee nationale zenders en Televox regionaal op
24 regionale zenders, evenals de aanmaak van videocassettes, cd-
roms en dvd's voor didactische, culturele en informatieve doeleinden
en de uitbating van de website: 36%; wervings- en imagocampagnes
van defensie, aankondigingen, tv- en radiospots, publiciteit in kranten
en tijdschriften evenals de werkingskosten van het defensiehuis en
informatiecentra: 31%; schriftelijke productie van defensie met het
interne magazine Direct en het externe magazine Vox, evenals het
drukwerk van het departement zoals opleidingshandboeken,
wervingsbrochures, affiches en flyers voor evenementen inzake
publieke relaties van defensie, persmappen enzovoort: 21%; externe
relaties van defensie, deelname aan evenementen inzake publieke
relaties, jongerenstages, sportsponsoring: 11% en varia: 1%.
05.04 André Flahaut, ministre:
Depuis le 1
er
janvier 2002, la
Direction générale Image et
Relations publiques (IPR) de la
nouvelle structure unique dépend
directement du ministre de la
Défense. Cette direction a pour
but de développer, par une
communication ciblée, une image
positive des forces armées. "Vox"
et "Direct"
illustrent la
transparence de la communication
et de l'information de la Défense.
A la télévision, "TeleVox" présente
une image transparente et
complète de la Défense, destinée
à renforcer le lien entre le citoyen
et l'armée. Dans l'intérêt de la
coordination et de la transmission
de l'information, une concertation
permanente se déroule entre mes
collaborateurs et ceux d'IPR. Des
mutations de personnel ont lieu
constamment et à tous les
niveaux, y compris au
département IPR.
Le budget 2004 de la Direction
générale Image et Relations
publiques a atteint 7.588.056
euros; il sera plus ou moins
équivalent en 2005. 36 pour cent
du budget a été consacré aux
productions audiovisuelles, 31
pour cent aux campagnes de
recrutement et d'image, 21 pour
cent aux publications écrites et 12
pour cent aux relations externes et
aux divers. "Direct" et "Vox" sont
les magazines d'entreprise de la
Défense, l'un destiné à la
communication interne, l'autre à la
communication externe. Ils
évoquent tous deux les activités
de la Défense. "Direct" traite en
outre de sujets qui intéressent
directement le personnel. "Vox"
diffuse aussi des informations sur
les fonctions au sein de la
Défense.
Cinq semaines avant la publication
d'un périodique, le rédacteur
transmet son planning pour avis et
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
De magazines Direct en Vox zijn de bedrijfsmagazines van defensie,
respectievelijk voor interne en externe communicatie. De
gemeenschappelijke doelstelling is het bekendmaken van de
activiteiten van defensie. Direct handelt tevens over onderwerpen die
het personeel van defensie onmiddellijk aanbelangen, terwijl Vox
bijdraagt tot de informatie over de functies binnen defensie.
De communicatie tussen de redacties van Direct en Vox en het
kabinet van defensie verloopt op volgende wijze. Ongeveer vijf weken
vóór het verschijnen van een magazine, plant de hoofdredacteur de
artikels op basis van de hoofdactiviteiten van defensie, operaties en
trainingen, verwerving van nieuw materieel, personeelsinformatie en
verzoeken van leden van het departement. Die planning wordt voor
opmerkingen en advies bezorgd aan zowel het kabinet van defensie
als aan de chefs van defensie en verder aan een tiental andere
betrokkenen binnen DGIPR en de staf van defensie. De artikels
worden voorbereid door journalisten, in samenwerking met de
onderdelen van de structuur waarvan sprake is in de artikels. Ze
worden vervolgens verzameld in een ontwerp van publicatie.
Ongeveer twee weken vóór de publicatie legt de hoofdredacteur het
ontwerp ter goedkeuring voor aan DGIPR en vervolgens aan de
minister van Defensie.
Gedurende de ganse periode blijft de hoofdredacteur in contact met
de persattaché van het kabinet van Landsverdediging. Voor het
drukken van het magazine wordt er rekening gehouden met eventuele
opmerkingen.
Er bestaat geen richtlijn inzake het aantal in elk magazine te
publiceren foto's van de minister. Vooral de eerste pagina's van het
magazine worden altijd gewijd aan de hoofdactiviteit van de minister,
de chef Landsverdediging en de koninklijke familie gedurende de
afgelopen periode indien deze betrekking hebben op
Landsverdediging.
De manier van werken en de coördinatie met het kabinet van
Landsverdediging wordt vermeld in bovenstaande vraag 2. Tot de
uiteindelijke goedkeuring van het ontwerp van publicatie kunnen de
artikels worden aangepast op vraag van alle betrokkenen.
Sinds tal van jaren is Landsverdediging lid van de European Military
Press Association, EMPA. De journalisten van de schriftelijke
productie passen de gedragscode van deze vereniging toe.
observations au cabinet, au chef
de la Défense et à une dizaine
d'autres personnes concernées au
sein de la DGIPR et de l'état-
major. Les articles sont préparés
par les journalistes en concertation
avec les composants des
structures dont il est question.
Quinze jours avant la publication,
le rédacteur en chef soumet le
projet pour approbation à la
DGIPR, puis au ministre. Le
rédacteur en chef entretient un
contact avec les attachés de
presse du cabinet pendant toute
cette période et les observations
éventuelles des intéressés sont
prises en considération avant
l'impression.
Aucune directive ne précise le
nombre de photos du ministre à
publier dans chaque édition. La
Défense est membre de
l'"European Military Press
Association" et les journalistes de
la presse écrite observent le code
déontologique de l'EMPA.
05.05 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, eerlijk gezegd,
het is nog erger dan ik dacht. Zonder blikken of blozen bevestigt de
minister dat er effectief een grote communicatielijn is die wordt
aangestuurd vanuit het kabinet van Landsverdediging, niet alleen via
kabinetsmedewerkers maar ook via de minister himself.
Mijnheer de voorzitter, we hebben te maken met een wonderbaarlijke
cumulatie van feiten! De minister gaart niet alleen nieuws. Hij is
tevens een nieuwsverzamelaar, hij "trieert" het nieuws, coördineert het
nieuws en tenslotte verspreidt hij het. Ik dacht dat de omroepwet van
1960 was afgeschaft. De werkwijze van de minister is evenwel
volgens het oude concept. Er hebben, mijns inziens, weinig regimes
bestaan waarin de informatie op een dermate gestroomlijnde manier
05.05 Pieter De Crem (CD&V):
C'est pire encore que ce que je
croyais. Le ministre confirme que
son cabinet et lui-même contrôlent
la communication de A à Z. Le
ministre rassemble, sélectionne,
coordonne et diffuse les
informations. De toute évidence, la
loi de 1960 sur la radio-diffusion
télévision n'est toujours pas
abrogée. Peu de régimes
monopolisent l'information de la
sorte. C'est médiocre et infamant.
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
werd "gecapteerd", verwerkt en gedistribueerd. Dit is een bijzonder
belangrijke vaststelling. Ze is zo frappant dat ik even moeten
nadenken met welk systeem dit vergeleken kan worden.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik begreep niet waarom
officieren en andere hooggeplaatsten het sinds 2000 zo moeilijk
konden hebben, zeker omdat men van leden van Landsverdediging
een zekere vorm van incasseringsvermogen mag verwachten. Thans
kan ik hen wel begrijpen. Ik ging nog uit van het adagium "die
Gedanken sind frei" maar het gedrag niet altijd. Binnen Focus en
Direct zijn die Gedanken zeker niet frei! En het bewegen al evenmin.
Ik stel me een autograaf voor die dicteert hoe er geschreven moet
worden, hoe gefilmd en hoe gereproduceerd.
Mijnheer de minister, een vraag nog. Wat gebeurt er indien er nieuws
wordt toegeleverd dat u niet aanstaat? Dat kan nu natuurlijk niet
meer, want alles wat er komt moet de minister al aanstaan.
Stel echter dat het hem toch niet aanstaat. Wat gebeurt er dan? Bij de
RTBf is er nog een raad van bestuur die personen van het scherm
bant die vervolgens of de knipseldienst of zo mogen gaan werken. Ik
vraag mij af wat er gebeurt als er nog iets aangeleverd wordt waarvan
de inhoud niet klopt en de foto denkelijk te klein is. Daarover gaat het
immers over het algemeen. Zijn daar parameters voor? Ik denk dat dit
bijzonder belangrijke informatie is die we in dit dossier zouden moeten
kunnen krijgen.
Voorzitter, ik trek dit nu een beetje in het belachelijke, maar ik vind dit
eerlijk gezegd een schabouwelijk antwoord. Nu ben ik bijzonder
ernstig. Dit is een schabouwelijk antwoord van de minister van
Landsverdediging. Hij zegt gewoon dat hij alles monopoliseert wat
berichtgeving is. Als het hem niet aanstaat en niet naar zijn zin is,
heeft hij gewoon het recht om in te grijpen. Dat is hetgene wat hier
vandaag gezegd is. Ik zal dus een motie van aanbeveling indienen om
de onpartijdigheid en de objectiviteit van de federale
voorlichtingsdiensten van de krijgsmacht te garanderen.
05.06 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik
dien ook een motie in waarbij ik vraag dat er een deontologische code
zou worden opgesteld tussen de minister en de dienst IPR, analoog
met wat er op gemeentelijk vlak gebeurt. Elke burgemeester zal u
kunnen uitleggen hoe dat juist werkt. Zulke zaken kunnen op
gemeentelijk vlak sowieso niet en op het hogere niveau mag dat
evenmin mogelijk zijn. Trouwens, ik vraag mij af of u niet regelmatig in
conflict komt met de commissie voor de Verkiezingsuitgaven.
Blijkbaar moet dat toch ergens mee verrekend worden. Ik ken die
materie niet zo goed, maar ik zal het toch eens laten nakijken.
Mijnheer de minister, ik heb uw antwoord gehoord. U bevestigt
inderdaad dat alles moet worden goedgekeurd en dat de dienst dus
duidelijk niet onafhankelijk werkt. Ik kan daar voor een deel wel
inkomen, u bent als minister in principe wellicht de
eindverantwoordelijke. Ik denk echter dat u de mensen toch de nodige
vrijheid moet kunnen geven en alleen mag ingrijpen als er werkelijk
iets fouts gebeurt. Dat zou uw taak moeten zijn, niet dat u alles
dirigeert zoals u duidelijk wel doet.
U hebt ook het budget vermeld voor 2004, de rekening voor 2004. Ik
05.06 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Je dépose une motion
pour demander l'établissement
d'un code de déontologie pour la
DG IRP. Je me demande si le
ministre ne viole pas la loi limitant
les dépenses électorales. Le
service ne travaille pas en toute
indépendance. En 2004, le budget
de la DG IRP a augmenté de 16%,
ce qui représente une hausse tout
à fait anormale par rapport au
reste du budget de la Défense. Ce
dossier prête à suspicion. Mon
interpellation était fondée.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
wil daar toch nog even de aandacht op vestigen want dat betekent dat
tussen 2002 en 2004 het budget voor IPR met 16% gestegen is. Er is
16% bijgekomen. Met andere woorden, hoe kleiner de krijgsmacht
wordt, hoe meer geld we besteden aan public relations en aan de
minister. Ik denk dat dit toch wel in schril contrast staat met de
bezuinigingen op werkingskosten die momenteel worden doorgevoerd
op alle echelons van Defensie. Blijkbaar geldt dat voor alles behalve
één ding, de dienst IPR. Dat toont aan dat er werkelijk iets stinkt in
gans dat dossier.
U hebt een vrij omstandig antwoord gegeven. Dat verraste mij ook al
een beetje. Eigenlijk hebt u bevestigd wat de kritiek was van IPR, dat
u inderdaad god de vader speelt in dat stukje Defensie. Ik denk dat
mijn motie een duidelijke reden heeft, gelet op de stijging met 16%
van dat budget. Dit kan volgens mij niet. Ik denk dat ik zeer terecht
heb geïnterpelleerd.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Luc Sevenhans, Staf Neel en Ortwin
Depoortere en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De Crem en Luc Sevenhans
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
vraagt de regering
dat de minister een deontologische code afsluit met de dienst algemene Directie Imago en Public Relations,
zodat deze mensen beschermd worden voor de willekeur van de minister."
Une première motion de recommandation a été déposée par MM. Luc Sevenhans, Staf Neel et Ortwin
Depoortere et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De Crem et Luc Sevenhans
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement
que le ministre arrête un code de déontologie avec la Direction générale Images et Relations publiques,
afin de protéger ces personnes de l'arbitraire du ministre."
Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Pieter De Crem en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De Crem en Luc Sevenhans
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
vraagt de regering
maatregelen te nemen zodanig dat de objectiviteit en onpartijdigheid van de federale voorlichtingsdiensten
van de Krijgsmacht gewaarborgd worden."
Une deuxième motion de recommandation a été déposée par M. Pieter De Crem et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De Crem et Luc Sevenhans
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement
de prendre des mesures afin de garantir l'objectivité et l'impartialité des services fédéraux d'information des
Forces armées."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heer Alain Mathot.
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
Une motion pure et simple a été déposée par M. Alain Mathot.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
06 Vraag van mevrouw Ingrid Meeus aan de minister van Landsverdediging over "het luchttoezicht
van de Noordzee" (nr. 5704)
06 Question de Mme Ingrid Meeus au ministre de la Défense sur "la surveillance aérienne de la mer du
06.01 Ingrid Meeus (VLD): Mijnheer de minister, mijn vraag gaat
over het maritiem luchttoezicht, een dossier dat momenteel een
beetje in een impasse zit. Maar zoals ik u ken, mijnheer de minister,
weet ik dat u de zaken goed beheert en dat u ook daarvoor een zo
goed mogelijke oplossing zult zoeken. Overigens is de impasse niet
aan u te wijten.
Ik ben ervan overtuigd dat wij een oplossing zullen vinden. Ik heb
gezien dat u de jongste weken heel vaak in de krant bent gekomen
met wat negatieve reacties. Nu, ik ben er nog altijd van overtuigd dat,
wanneer men het positieve naast het negatieve legt in de weegschaal,
het positieve dat u doet voor Landsverdediging, zeker zou doorwegen.
Ik vind nog altijd dat afbreken veel gemakkelijker gaat dan opbouwen
en dat er ook in onze commissie veel meer zou moeten gewerkt
worden aan opbouwende kritiek.
Sinds 1991 voert het Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen
een wetenschappelijk programma uit inzake luchttoezicht boven de
Noordzee. Dat gebeurt door middel van Brittan-Norman-vliegtuigen
die geleverd worden door Defensie in het kader van een
overeenkomst die met Defensie werd gesloten. Defensie heeft vorig
jaar laten weten dat zij die Brittan-Norman-toestellen uit de omloop
zou nemen. De overeenkomst liep af eind december 2004. Er zijn
intussen heel wat vergaderingen tussen de kabinetten geweest, die
uiteindelijk uitgemond zijn in een beslissing waarin alle kabinetten zich
vonden: de 7 Brittan-Norman-vliegtuigen zouden verkocht worden aan
het Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, 2 vliegtuigen zou
het instituut behouden en de 5 andere zou het op eigen handje
verkopen.
Iedereen was gelukkig met dat resultaat, ware het niet dat de
inspecteur van Financiën negatief op het voorstel heeft gereageerd.
Volgens hem kon het niet dat 7 vliegtuigen zouden verkocht worden
aan het Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, waarvan er 5
doorverkocht zouden werden. Zijn voorstel was: verkoop 2 Brittan-
Norman-vliegtuigen aan het instituut en verkoop de andere 5 zelf aan
derden die erin geïnteresseerd zijn.
Het dossier zit dus op dit moment in een impasse en de tijd dringt, in
die zin dat het Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen zich
tegenover de maritieme autoriteiten heeft geëngageerd om uiterlijk
tegen 1 april 2005 dat is over drie weken het luchttoezicht te
verzekeren.
Het dossier zit nu geblokkeerd. Hoe moet het verder met dat dossier?
Welke piste wordt er op dit moment bewandeld? Zal er tegen 1 april
minstens 1 Brittan-Norman operationeel kunnen zijn om toch al
06.01 Ingrid Meeus (VLD): Un
certain blocage est intervenu dans
le dossier de la surveillance
aérienne de la mer du Nord mais
l'impasse a été évitée grâce à
l'intervention du ministre. Depuis
1991, l'Institut royal des Sciences
naturelles de Belgique (IRSNB)
exécute un programme
scientifique de surveillance
aérienne au-dessus de la mer du
Nord à l'aide des avions Britten
Norman. Les avions ont été
fournis par la Défense. L'année
dernière, la Défense a décidé de
retirer les Britten Norman du
service, ce qui a mis fin à l'accord
le 31 décembre 2004. Au terme de
réunions entre les cabinets, il avait
été décidé de vendre les sept
avions Britten Norman à l'IRSNB.
L'IRSNB en conserverait deux et
vendrait lui-même les cinq autres.
La réaction de l'inspecteur des
finances a été négative, d'où le
blocage du dossier. Le temps
presse, car l'IRSNB s'est engagé
envers les autorités maritimes à
assurer la surveillance aérienne
pour le 1
er
avril 2005 au plus tard.
Comment le dossier va-t-il
évoluer? Un Britten Norman au
moins sera-t-il opérationnel pour le
1
er
avril? Un certain nombre de
ces appareils requièrent d'urgence
une révision. La Défense
envisage-t-elle de prêter deux
Britten Norman à l`IRSNB si la
vente n'est pas finalisée fin mars
comme prévu?
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
maritiem luchttoezicht te verzekeren? Enkele Brittan-Norman-
vliegtuigen zijn dringend toe aan een revisie.
Indien de verkoop niet rond is tegen eind maart, is het misschien
mogelijk dat het ministerie van Defensie 2 Brittan-Norman-vliegtuigen
zou uitlenen aan het Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen,
zodat de afspraken inzake het maritiem luchttoezicht toch nageleefd
kunnen worden?
06.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, je remercie
Mme Meeus pour sa déclaration de départ. Cet appel à l'objectivité
l'honore.
06.02 Minister André Flahaut: Ik
dank mevrouw Meeus voor haar
oproep tot objectiviteit.
Op basis van gesprekken die de voorbije manden werden gevoerd
tussen de defensiestaf en vertegenwoordigers van de
beheerseenheid van het Mathematisch Model Noordzee, werden in de
loop van de maand januari 2005 twee documenten gefinaliseerd, te
weten een ontwerp van contract voor de overdracht van zeven
vliegtuigen van het type Britten-Norman tussen het ministerie van
Defensie en het Koninklijk Belgisch Instituut voor
Natuurwetenschappen, en een ontwerp van protocolakkoord tussen
deze partijen met betrekking tot de overdracht en het besturen van de
Britten-Norman-vliegtuigen tijdens vluchten in het kader van het
maritieme luchttoezicht.
Defensie heeft met betrekking tot deze documenten tot nu toe geen
enkele officiële reactie gekregen van de minister van
Wetenschapsbeleid. Het is aan de toekomstige eigenaar van de
toestellen Britten-Norman om de nodige maatregelen te nemen die
een tijdige operationaliteit garanderen. Overeenkomstig het stuurplan
van Defensie was het uit dienst nemen van de vliegtuigen van het
type Britten-Norman gepland voor eind 2004. Defensie beschikte
sindsdien niet meer over het nodige personeel en materieel om een of
meerdere Britten-Norman-toestellen in een vliegwaardige conditie te
houden, ter ondersteuning van vluchten ten voordele van het Instituut,
aangezien deze middelen ondertussen aan andere wapensystemen
van het departement werden toegewezen.
L'état-major de la Défense et
l'Unité de gestion du modèle
mathématique de la mer du Nord
sont en discussion depuis des
mois. Un projet de contrat entre le
ministère de la Défense et l'IRSNB
a été conclu à propos du transfert
de sept avions de type Britten
Norman, de même qu'un projet de
protocole d'accord relatif au
transfert et au pilotage de ces
avions dans le cadre de la
surveillance aérienne de la mer.
La ministre de la Politique
scientifique n'a pas encore
officiellement réagi à ce sujet. Le
futur propriétaire des ces appareils
doit prendre les mesures
nécessaires pour qu'ils soient
opérationnels en temps opportun.
Le Plan directeur de la Défense
prévoyait le retrait des appareils le
31 décembre 2004. Depuis lors, la
Défense ne dispose plus ni du
matériel ni
du personnel
nécessaires pour maintenir les
appareils en état de vol car les
moyens ont été entre-temps
transférés à d'autres systèmes
d'armement du département.
06.03 Ingrid Meeus (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik zal deze vraag
ook stellen aan de minister van Wetenschapsbeleid, want de tijd
dringt. Als er nog toestellen nagekeken moeten worden of een
onderhoud of een revisie moeten ondergaan, dan vrees ik inderdaad
dat er tegen 1 april geen maritiem luchttoezicht kan worden
verzekerd. Ik zal de vraag stellen aan minister Verwilghen.
06.03 Ingrid Meeus (VLD): Je
poserai la question au ministre de
la Politique scientifique. Je crains
qu'aucune surveillance aérienne
de la mer ne puisse être assurée
avant le 1
er
avril 2005.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: Monsieur le ministre, chers collègues, M. Geerts est en commission des Affaires
économiques pour poser ses questions; il arrivera un peu plus tard. Même remarque pour Mme Vautmans.
Dès lors, je propose de reporter à un peu plus tard les points 8 à 12 de l'ordre du jour, pour passer au point
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
13, la question n° 5729 de M. Depoortere. Pour la suite, nous agirons en fonction des arrivées des
collègues.
07 Vraag van de heer Ortwin Depoortere aan de minister van Landsverdediging over "de oefenvlucht
van F-16's boven Gent en de veroorzaakte materiële schade" (nr. 5729)
07 Question de M. Ortwin Depoortere au ministre de la Défense sur "le vol d'entraînement de F-16 au-
dessus de Gand et les dégâts matériels qui en ont résulté" (n° 5729)
07.01 Ortwin Depoortere (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik had u op 16 november 2004 een schriftelijke
vraag gesteld over laagvliegende F-16-vliegtuigen boven Oostakker,
een deelgemeente van Gent. Die laagvliegende F-16's hebben nogal
wat schade berokkend aan particuliere woningen. In antwoord op mijn
schriftelijke vraag hebt u een onderzoek laten uitvoeren waaruit bleek
dat er in feite niets aan de hand was. U zegt zelf dat de feiten door het
onderzoek niet konden worden bewezen, dat er dus ook geen enkel
verband met de schade bestaat en dat er geen vergoeding kan
worden gegeven.
Intussen heeft nader onderzoek aangetoond dat er wel degelijk
laagvliegende F-16's werden gesignaleerd boven het grondgebied van
Gent. U hebt op eigen initiatief, vermoed ik toch, een brief geschreven
naar de betrokken inwoners op 17 februari. Ik heb die brief in handen
gekregen via de burgemeester van Gent, die ik ook had ondervraagd
over de afwikkeling van deze zaak. In die brief lees ik dat er inderdaad
laagvliegende F-16's werden gesignaleerd, maar dat er alleen sprake
is van geluidshinder. U verontschuldigt zich daarvoor. U somt een
aantal maatregelen op waar laagvliegende F-16's in de toekomst min
of meer zullen worden vermeden. U rept echter met geen woord over
de schade die aan particuliere huizen werd berokkend. Nochtans
werd door de Gentse politie een proces-verbaal terzake opgesteld.
Mijnheer de minister, wat gebeurt er met de inwoners die schade
hebben opgelopen aan hun huizen? Zal Defensie tussenkomen in de
vergoeding van de schade opgelopen door de F-16's? Wat is de juiste
procedure voor de betrokkenen om eventueel een schadevergoeding
te kunnen claimen?
07.01
Ortwin Depoortere
(Vlaams Belang): Le 16 novembre
2004, j'ai posé une question écrite
au ministre relative à des appareils
F-16 qui ont occasionné des
dommages chez des particuliers
de Oostakker lors d'un vol à basse
altitude. Le ministre a répondu que
l'enquête réalisée n'avait pas
permis de prouver les faits. Il n'y
avait pas de lien avec les
dommages et aucun
dédommagement ne pouvait dès
lors être accordé. Dans l'intervalle,
une enquête plus approfondie a
démontré que des F-16 volant à
basse altitude avaient été
signalés. Le 17 février 2005, le
ministre a adressé aux habitants
un courrier dans lequel il présente
ses excuses pour les nuisances
sonores et dans lequel il annonce
également des mesures. Il
n'aborde nullement dans ce
courrier la question des
dommages matériels, pourtant
constatés par la police de Gand.
Le département de la Défense
interviendra-t-il pour les
dommages subis? Quelle est la
procédure à suivre pour réclamer
une indemnisation?
07.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, een bijkomend
onderzoek werd gestart door Defensie op 1 maart 2005. Uit dit
onderzoek blijkt dat de reglementering inzake vliegoefeningen werden
gerespecteerd. Particulieren die materiële schade hebben opgelopen
ten gevolge van oefenvluchten, uitgevoerd door de Belgische
luchtcomponent, vallen onder het gemeen recht.
07.02 André Flahaut, ministre: Le
département de la défense a
ouvert une enquête
complémentaire le 1
er
mars 2005.
Il ressort de cette enquête que la
réglementation en matière
d'altitude de vol a été respectée.
Les personnes qui ont subi des
dommages matériels dus à des
vols d'entraînement entrent dans
le champ d'application du droit
commun.
L'article 1382 du Code civil est d'application pour ce qui les concerne.
Pour les dégâts, aucune demande d'indemnisation n'a été introduite
auprès de mes services.
Artikel 1382 van het Burgerlijk
Wetboek is van toepassing. Voor
dit type van schade werd geen
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
enkele aanvraag tot
schadevergoeding ingediend.
07.03 Ortwin Depoortere (Vlaams Belang): Ik heb het laatste deel
van uw antwoord niet goed begrepen. Moeten de mensen die schade
hebben ondervonden zich richten tot de gemeentelijke overheden?
07.04 Minister André Flahaut: Zij richten zich tot mijn diensten, op
basis van artikel 1382 van het burgerlijk wetboek.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Samengevoegde vragen van
- de heer Theo Kelchtermans aan de minister van Landsverdediging over "de granaatexplosie in
Leopoldsburg" (nrs. 5783+5918)
- mevrouw Brigitte Wiaux aan de minister van Landsverdediging over "de veiligheid van de Belgische
militairen tijdens oefeningen" (nr. 5938)
08 Questions jointes de
- M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense sur "l'explosion d'une grenade à Bourg-Léopold"
(n°
s
5783+5918)
- Mme Brigitte Wiaux au ministre de la Défense sur "la sécurité des militaires belges lors de leurs
entraînements" (n° 5938)
08.01 Brigitte Wiaux (cdH): Monsieur le président, monsieur le
ministre, la sécurité de nos militaires tant à l'entraînement qu'en
mission est une préoccupation importante.
Le tragique accident survenu à deux de nos militaires à Bourg-
Léopold en manipulant une grenade est interpellant.
Loin de moi l'idée de vouloir m'immiscer dans une enquête qui est
probablement en cours afin de déterminer les causes de cet accident.
Cependant, la presse s'est fait, tout récemment, l'écho de celui-ci et
d'une déclaration du père d'une des jeunes victimes en précisant que
cette dernière ne se souvient de rien sauf "d'avoir répondu aux
ordres".
Monsieur le ministre, serait-il possible de nous communiquer des
éléments d'information sur cet accident sans dévoiler les éléments de
l'enquête?
08.01 Brigitte Wiaux (cdH): Het
tragisch ongeval met een granaat,
waarvan twee van onze militairen
in Leopoldsburg het slachtoffer zijn
geworden, vraagt om opheldering.
Volgens de pers heeft de vader
van een van de slachtoffers
gezegd dat zijn zoon zich niets
meer herinnert, behalve dat hij "de
bevelen had opgevolgd".
Kunt u ons hierover meer
informatie geven zonder de
elementen van het onderzoek te
onthullen?
08.02 Theo Kelchtermans (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik sluit mij
aan bij de vraag zoals ze net gesteld werd. Ik las in de krant dat het
onduidelijk is hoe zoiets kon gebeuren en wou daarover meer
informatie. Daarnaast interesseerde het mij ook ik weet niet of het
reeds gevraagd is te weten wat de frequentie is van dit soort
ongevallen.
08.02
Theo Kelchtermans
(CD&V): Je me joins à
l'intervention de Mme Wiaux. Je
ne comprends pas comment
l'explosion a pu se produire.
Combien d'accidents de ce type se
sont-ils produits au cours des cinq
dernières années?
08.03 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, des enquêtes sont en cours. Au niveau judiciaire, c'est le
parquet de Hasselt qui en a la charge et, au niveau du corps, il y a
une enquête administrative. Vous comprendrez que la priorité ait été
donnée aux soins prodigués aux blessés. J'ai moi-même rendu visite
aux deux blessés le lendemain de l'accident. J'ai eu l'occasion de
m'entretenir avec chacun d'entre eux et des membres de leurs
08.03 Minister André Flahaut: Het
parket van Hasselt voert
momenteel een gerechtelijk
onderzoek en op het niveau van
het korps loopt er een
administratief onderzoek. In het
kader van dit laatste zullen in de
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
familles. En ce qui concerne l'enquête administrative, les
interrogatoires auront lieu dans le courant de cette semaine. Au
niveau des services spécialisés de la Défense, le service d'inspection
des poudres et explosifs de guerre fait également son enquête.
En raison de l'enquête judiciaire en cours, il m'est impossible de vous
donner des éléments de réponse à ce jour. La fréquence de ce type
d'accidents dans les cinq dernières années est nulle. Le dernier
accident semblable a eu lieu le 28 octobre 1991. C'est la loi des
séries: il y a eu un accident avec une tourelle de char lors d'un
exercice.
loop van deze week een aantal
personen worden ondervraagd. De
Inspectiedienst voor Buskruit en
Oorlogsspringstoffen is eveneens
met een onderzoek gestart.
Vermits er een gerechtelijk
onderzoekt loopt, kan ik u
vandaag geen verdere informatie
verschaffen.
In de laatste vijf jaar heeft er zich
geen soortgelijk ongeval meer
voorgedaan. Het laatste dateert
van 28 oktober 1991 toen er
tijdens een oefening een ongeval
met een pantsertoren gebeurde.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Theo Kelchtermans aan de minister van Landsverdediging over "de stand van
zaken in de humanitaire hulp naar aanleiding van de tsunami-ramp" (nrs. 5782+5917)
09 Question de M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense sur "la situation concernant l'aide
humanitaire à la suite de la catastrophe provoquée par le tsunami" (n°
s
5782+5917)
09.01 Theo Kelchtermans (CD&V): Mijnheer de minister, ik vraag
niet naar de details maar ik wil wel een indruk hebben, omdat het wat
windstil geworden is rond heel die humanitaire en semi-humanitaire
acties. Ik kan mijn vraag naar de details achteraf ook schriftelijk
stellen.
Wat mij vandaag interesseert is, ten eerste, te weten hoeveel
militairen op dit moment nog in elk van de verschillende
rampgebieden aanwezig zijn? Wanneer is die opdracht beëindigd en
wat is hun precieze opdracht nog op dit ogenblik?
Ten tweede, ik zou ook graag weten of er al een idee is van de
omvang, zowel wat mensen als materieel betreft, alsook min of meer
de cijfers van de globale kostprijs voor de inzet van mensen en de
totale kostprijs voor het geheel van die humanitaire actie?
Ten derde, zijn die kosten begrepen in het globale pakket aan
financiële hulp dat vanwege de Belgische Staat is aangeboden of
komen zij daar nog supplementair bovenop?
09.01
Theo Kelchtermans
(CD&V): Il n'est plus guère
question dans les médias des
conséquences du tsunami.
Combien de militaires sont-ils
encore présents dans les
différentes régions sinistrées?
Quelle est leur mission? Quelle a
été l'ampleur de l'action d'aide
humanitaire sur le plan humain et
matériel ainsi que d'un point de
vue financier? S'agit-il de fonds
provenant des engagements
financiers généraux de la Belgique
pour ces pays ou s'agit-il d'un
surplus?
09.02 Minister André Flahaut: Op dit ogenblik bevinden zich in Sri
Lanka nog slechts Belgische 65 militairen. Ik heb hier de lijst van de
precieze opdrachten maar ik zal die niet voorlezen.
Wat de omvang van de voorbije humanitaire hulpactie betreft, heb ik
hier ook de lijst van alle activiteiten. Ook die zal ik u straks geven.
Wat Sumatra betreft, werden in samenwerking met het ministerie van
Buitenlandse Zaken 6 Belgische militairen ingezet op het eiland
Sumatra, meer bepaald in de omgeving van Meulaboh Op 11 januari
vertrokken die militairen en op 7 februari kwamen zij terug.
09.02 André Flahaut, ministre:
Soixante-cinq militaires sont
encore présents au Sri Lanka
uniquement. Je fournirai à M.
Kelchtermans un aperçu de leur
mission exacte et de l'ampleur de
l'action d'aide sur place.
En collaboration avec le
département des Affaires
étrangères, six militaires ont été
engagés sur l'île de Sumatra entre
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
In het identificatieteam in Thailand was een Belgische militair
aanwezig tussen 28 december 2004 en 15 januari 2005.
Ten slotte, heeft een Belgisch militair tussen 24 januari en begin
februari in Bangkok de functie van verbindingsofficier uitgeoefend
voor de EU-landen die eenheden ontplooid hadden in Zuid-Oost-Azië.
Van begin februari tot 21 februari werd hij te Jakarta tewerkgesteld in
het United Nations Joint Logistical Centre.
De globale kostprijs werd voor de eerste drie maanden op het budget
van Defensie op 1,7 miljoen euro geraamd voor de opdracht in Sri
Lanka. De onkosten voor Defensie voor de opdracht in Sumatra
bedroegen 0,82 miljoen euro. De kostprijs voor Defensie bedroeg dus
1,7 miljoen euro.
le 11 janvier et le 7 février 2005,
principalement dans la région de
Meulaboh. Entre le 28 décembre
2004 et le 15 janvier 2005, un
militaire a intégré l'équipe
d'identification en Thaïlande. Entre
le 24 janvier et début février 2005,
un militaire a été affecté à
Bangkok en tant qu'officier de
liaison pour les pays de l'UE actifs
en Asie du Sud-Est. Entre début
février et jusqu'au 21 février 2005,
ce même militaire a intégré le "UN
Joint Logistical Centre" de Jakarta.
Le budget affecté à la mission au
Sri Lanka s'élevait pour les trois
premiers mois à un total de 1,69
million d'euros. La mission à
Sumatra a coûté 820.000 euros.
Le président: La réponse vous sera communiquée et publiée dans le bulletin pour tous les collègues.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09.03 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik
zou het toch even willen hebben over de regeling van de
werkzaamheden.
Er staan nog een aantal vragen van de heer Geerts op de agenda. De
heer Geerts is uiteraard nog een debutant in deze commissie en ik
heb daar alle begrip voor. Ik zou er toch willen op aandringen dat hij
zich in de toekomst een beetje laat helpen want sommige van zijn
vragen zouden in een gemeenteraad onontvankelijk worden verklaard
wegens te weinig toelichting. Daar kan misschien een zeer
interessante vraag bij zijn en dan kunnen we ons daarover op
voorhand informeren. Ik weet dat u als voorzitter deel uitmaakt van de
Conferentie van voorzitters. Ik zou willen dat u erop wijst dat men
enige toelichting probeert te geven over de vragen die men stelt.
Vragen worden soms sec gesteld. Sommige vragen zijn soms pas
verschenen in het Bulletin van Vragen en Antwoorden en worden
zonder meer hernomen.
Ik heb hier alle begrip voor. U bent nog nieuw in deze commissie,
mijnheer Geerts. Maar u zult toch moeten begrijpen dat u iets meer
toelichting moet geven.
09.04 David Geerts (sp.a-spirit): Af en toe denk ik dat in deze
commissie een aantal vragen kunnen worden gesteld over genomen
engagementen in het kader van de Europese Top, die technisch van
aard zijn. Dat verklaart de vaagheid van mijn vragen omdat het
algemeen politieke vragen zijn. Algemeen politieke vragen moet men
niet specificeren.
Le président: Je pourrais répondre, comme ne le ferait pas Mme Arena avec un grand sourire: "in pari
causa turpitudinis cessat repetitio". De part et d'autre, des questions et interpellations ont été posées,
parfois avec une grande redondance, parfois en prenant le même problème sous des angles différents de
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
manière nanotechnologique. Chacun est évidemment libre de poser la question qu'il veut et le ministre y
répond librement. Si le ministre estime qu'il a déjà répondu à la question, il le dit et s'il veut ajouter quelque
chose, il le fait.
Je pense, sans vouloir prendre position pour l'un ou pour l'autre, que M. Geerts a fait preuve, depuis le
début de notre commission, d'une présence permanente M. Sevenhans, je ne parle pas pour vous ce
qui n'est pas le cas de nombreux collègues, dont certains viennent simplement pour interpeller et repartent
alors qu'ils n'ont jamais porté le moindre jugement sur la politique générale du ministre. Mais laissons
passer tout cela.
M. Geerts va poser ses questions et il ne va pas faire un grand discours sur la politique de défense
européenne commune puisqu'il n'a que trois minutes. J'ignore d'ailleurs le contenu de ses questions, c'est
à lui de décider des questions qu'il pose au ministre.
10 Samengevoegde vragen van
- de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "de ondersteuning van NATO-
activiteiten in en rond Irak" (nr. 5709)
- de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "een gemeenschappelijk Europees
defensiebeleid" (nr. 5710)
10 Questions jointes de
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur "le soutien aux activités de l'OTAN en Irak et dans la
région" (n° 5709)
- M. David Geerts au ministre de la Défense sur "une politique de défense européenne commune"
(n° 5710)
10.01 David Geerts (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik zou eerst mijn vraag willen stellen over de NAVO-
activiteiten in en rond Irak.
Zoals u weet, heeft de eerste minister naar aanleiding van het bezoek
van president Bush een aantal engagementen genomen, die zeker en
vast betrekking hadden op de werkzaamheden en de materie die door
onze commissie worden behandeld.
Ten eerste, waartoe heeft de regering zich nu precies geëngageerd?
Wat is de kostpijs?
Ik schakel onmiddellijk over naar de tweede vraag, omdat ze met de
eerste vraag is gelieerd.
Binnen het gemeenschappelijk, Europees defensiebeleid werden ook
initiatieven aangekondigd in de media, evenwel zonder verdere
specificatie. Het is nuttig dat dergelijke initiatieven in het Parlement
worden toegelicht en niet alleen in de media. Dat is nog altijd de taak
van het Parlement.
Waar zullen de initiatieven voor een gemeenschappelijk, Europees
beleid worden genomen? Wat zijn de concrete engagementen?
10.01 David Geerts (sp.a-spirit):
A l'occasion de la visite du
président Bush dans notre pays, le
Premier ministre s'est engagé à
soutenir des activités de l'OTAN
en Irak. Quelles missions la
Belgique effectuera-t-elle
précisément? Quel en sera le
coût? Les médias ont également
évoqué des initiatives relatives à
une politique européenne
commune de défense. Le
Parlement a le droit d'obtenir des
précisions. De quoi s'agit-il
exactement?
Le président: Sans porter le moindre jugement sur ce qui été dit, je constate en effet qu'il est bon que, de
temps en temps, ce soit en commission parlementaire que les choses soient dites. Les questions de M.
Geerts me semblent donc tout à fait justifiées.
De toute façon, je laisse la parole à M. le ministre.
10.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, je propose
que, dans le prochain direct ou B-Vox, on mette la photo de M. Geerts
avec la mienne pour reprendre la réponse à ses questions.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
10.03 David Geerts (sp.a-spirit): C'est une bonne nouvelle! Alleen
maar goed nieuws! Ce ne sont que de bonnes nouvelles!
Le président: Peut-être que M. Geerts ne prendra qu'une demi-photo, puisque vous aviez dit qu'il y avait
des demi-photos.
10.04 David Geerts (sp.a-spirit): Le ministre est non seulement
photogénique, mais aussi très modeste - d'après ce que j'entends.
10.05 Minister André Flahaut: Op dit moment zijn twee instructeurs
van de federale politie op zending in Amman, teneinde de vorming
van de Irakese politie te verzekeren. Dit engagement werd
herbevestigd. Deze materie ligt evenwel in het bevoegdheidsdomein
van mijn collega, de minister van Binnenlandse Zaken.
De Belgische regering heeft aan de NAVO voorgesteld om 300.000
euro te storten in een speciaal fonds, bestemd voor de vorming van
het Irakese leger. Dit fonds, met speciale bestemming, werd opgericht
door de NAVO en is bestemd om de transport- en logementkosten te
betalen van de Irakese militairen die binnen het kader van de NTMI,
Nato Training Mission in Irak, worden gevormd in de NAVO-
opleidingscentra te Rome, Stavanger en Oberammergau. Er werd
overeengekomen dat dit bedrag niet ten laste van Defensie zou
vallen.
Tevens werd voorgesteld om vijf tot tien Belgische militairen naar
Abou-Dabi, in de Verenigde Arabische Emiraten te zenden, teneinde
aldaar leden van het Irakese veiligheidspersoneel te vormen.
Momenteel wordt onderzocht hoe deze vorming van voornamelijk
Irakese chauffeurs en logistiek personeel zou kunnen gebeuren in
samenwerking met en onder leiding van Duitsland. Het akkoord van
de Verenigde Arabische Emiraten is natuurlijk ook vereist. Na groen
licht van de Belgische regering worden vooraf contacten gelegd.
De kosten kunnen op dit moment nog niet worden bepaald. Ik heb
donderdag een vergadering met mijn Duitse collega.
De domeinen waarin initiatieven bestaan die betrekking hebben op de
versterking en de uitbouw van een gemeenschappelijk Europees
defensiebeleid zijn velerlei. In het domein van de verbetering van de
Europese militaire capaciteit onderscheiden we een aantal
belangwekkende initiatieven. Op 12 juli 2004 werd het European
Defence Agency opgericht. De hoofdtaken van het agentschap zijn de
ontwikkeling van de militaire capaciteit, promoten van de
samenwerking op het gebied van de bewapening, bijdragen tot de
versterking van de Europese defensie-industrie en promoten van de
Europese defensieresearch en -technologie.
Daarnaast staat het concept van de EUBG, European Union Battle
Groups. Onder dit centrale concept in het Europese veiligheids- en
defensiebeleid wordt verstaan: een Europese snelle interventie-
eenheid met als kern een landtroepenmacht van circa 1.500 man met
de nodige ondersteuning voor de crisisbeheersingsoperaties die
nationaal of multinationaal is samengesteld.
Dit concept beoogt niet alleen de EU een instrument te bezorgen voor
snelle interventies inzake crisisbeheer, maar tevens een extra impuls
10.05 André Flahaut, ministre:
Deux instructeurs de la police
fédérale sont à Amman pour
entraîner des agents irakiens mais
cette opération relève des
compétences du ministre de
l'Intérieur.
Le gouvernement versera 300.000
euros dans un fonds de l'OTAN
destiné à la formation de l'armée
irakienne. Cet argent est destiné à
couvrir les frais de transport et de
logement des militaires entraînés
à Rome, à Stavanger et à
Oberammergau. Ce budget n'est
pas supporté par le département
de la Défense.
Cinq à dix militaires belges seront
envoyés à Abu Dhabi pour former
le personnel de sécurité irakien.
L'Allemagne dirigera le projet mais
les Emirats arabes unis doivent
encore donner leur accord. Le
coût de l'opération ne peut encore
être fixé mais une réunion à ce
sujet est prévue avec mon
collègue allemand le jeudi 10
mars.
Il existe de nombreuses initiatives
en ce qui concerne le
développement et le renforcement
d'une politique européenne de
défense commune. La EDA
("European Defence Agency"),
créée le 12 juillet 2004, vise au
développement des capacités
militaires, à l'encouragement de la
coopération en matière
d'armement, au renforcement de
l'industrie européenne de défense
et à la promotion de la recherche
et de la technologie en matière de
défense. Parallèlement a été mise
sur pied l'EUBG ("European Union
battle Group"), une unité
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
te geven aan Europese samenwerking en het realiseren van een
efficiëntere defensie. België zal strijdkrachten ter beschikking stellen
in een multinationaal verband.
De verdere uitbouw van een gemeenschappelijke defensie is ook op
het terrein zichtbaar. De EU is, naast andere operaties over de hele
wereld, aanwezig in Bosnië en leidt er de operatie Althea, in opvolging
van de NAVO-operatie SFOR. Deze operatie gebeurt onder de
noemer van de Berlijn Plus-akkoorden, onder leiding van de EU, maar
met steun van middelen en vermogens van de NAVO.
De EU manifesteert zich ook op het wereldtoneel. Zo werd een
actieplan goedgekeurd voor de ondersteuning van de vrede en
veiligheid in Afrika. Dit actieplan wil Afrikaanse landen ondersteunen
bij "conflict prevention" en "management capabilities". Een
constructieve dialoog met de Afrikaanse Unie is daarvoor van het
grootste belang.
Ook in de strijd tegen het terrorisme werden initiatieven genomen. Het
conceptuele kader over de rol van de EU in de strijd tegen het
terrorisme werd goedgekeurd. De actiepunten betreffen de
verbetering van de militaire en burgerlijke capaciteit, de uitwisselingen
van militaire inlichtingen, de mogelijkheden voor de bescherming van
de burgerbevolking, de steun aan derde landen, de ontwikkeling van
een snelle beschermingscapaciteit en de samenwerking in de NAVO
op het vlak van de burgerlijke bescherming.
De hierboven vernoemde initiatieven zijn slechts een greep uit de
werkzaamheden die een versterking van het gemeenschappelijke
Europese defensiebeleid beogen. De beslissingen met betrekking tot
de uitbouw van een gemeenschappelijke Europese defensie zijn een
autonome verantwoordelijkheid van de lidstaten van de EU. Om
redenen van transparantie en efficiëntie en het vermijden van
duplicatie wordt nauw samengewerkt met de NAVO.
d'intervention rapide. L'EUBG
s'occupe de la gestion de crise, de
la coopération européenne et de la
mise en oeuvre d'une défense
plus efficace. La défense belge
mettra des effectifs à sa
disposition.
L'Union européenne mène
l'opération Althea en Bosnie avec
le soutien de l'OTAN. Par ailleurs,
un plan d'action a été approuvé en
vue de soutenir la paix et la
sécurité en Afrique. Un dialogue
constructif avec l'Union africaine
est essentiel à cet égard. Un cadre
conceptuel sur le rôle de la
politique européenne de sécurité
et de défense dans le cadre de la
lutte contre le terrorisme a été
approuvé. Ainsi, les capacités
militaires et civiles seront
renforcées, il sera procédé à un
échange de renseignements
militaires, la population civile sera
protégée, les pays tiers seront
soutenus, une capacité de
protection rapide sera développée
ainsi qu'une collaboration avec
l'OTAN pour la protection civile.
Le développement d'une politique
de défense européenne commune
relève de la responsabilité
autonome des Etats membres. La
collaboration avec l'OTAN est
étroite.
10.06 David Geerts (sp.a-spirit): Ik dank de minister voor zijn
antwoord.
Voor mij is het belangrijk dat de verbintenissen, bijvoorbeeld inzake
Irak die 300.000 eigenlijk niet op het budget voor de eigen werking
voorkomen.
10.06 David Geerts (sp.a-spirit):
J'estime qu'il est important que le
coût des engagements en Irak ne
soit pas à charge du département
de la Défense.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "het aantal generaals
binnen Landsverdediging" (nr. 5711)
11 Question de M. David Geerts au ministre de la Défense sur "le nombre de généraux à la Défense"
11.01 David Geerts (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik ben mij er terdege van bewust dat het onderwerp van mijn
vraag in de media is verschenen. Als wij echter de krantenknipsels
naast elkaar leggen, krijgen wij echter verschillende informatie. De
onduidelijkheid over dit probleem rijst opnieuw. Ik denk dat dit de
11.01 David Geerts (sp.a-spirit):
Les médias s'étant fait l'écho de
quantité de données différentes, la
situation n'est pas claire en ce qui
concerne le nombre de généraux
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
plaats is om objectieve gegevens te krijgen. Hier gaat het over onze
legertop. Er is onduidelijkheid over het aantal generaals. Ik weet wel
dat sommige internationale instellingen verwachten dat men een
generaal afvaardigt, vandaar dat soms de graad wordt verhoogd.
Wat is nu precies het aantal generaals? Hoeveel generaals zijn
gedetacheerd naar internationale instellingen en hebben als dusdanig
niet de rang van generaal? Wat is de taalverhouding in deze legertop?
au sein des forces armées belges.
Combien de généraux la Belgique
compte-t-elle? Combien de
généraux ont-ils été détachés
auprès d'institutions
internationales et se sont-ils vu
octroyer un grade supérieur à cet
effet? Quelle est la proportion de
généraux néerlandophones et
francophones?
11.02 Minister André Flahaut: De wet van 25 mei 2000 betreffende
de personeelsenveloppe van militairen voorziet in zijn artikel 2 in
vredestijd en buiten de periode van oorlog in 37 opperofficieren. Op 1
februari 2005 waren er 34 opperofficieren binnen de structuur van het
departement van Defensie. 3 opperofficieren in de
personeelsenveloppe zullen in de loop van 2005 gepensioneerd
worden. 8 van deze opperofficieren zijn gedetacheerd naar
internationale instellingen. 20 opperofficieren zijn van het Nederlandse
en 14 van het Franse taalstelsel. Het artikel 3 van de hogervermelde
wet definieert de gevallen die niet in deze personeelsenveloppe zijn
begrepen. Het gaat actueel om 7 opperofficieren waarvan er 4 van het
Nederlandse en 3 van het Franse taalstelsel zijn. Een van deze
opperofficieren wordt op rustpensioen geplaatst op 1 april 2005. Het
artikel 4 van de bovenvermelde wet definieert het geval van de
brigadegeneraals. Dit zijn kolonels die tijdelijk, omwille van de door
hun uitgeoefende functie, in deze graad werden aangesteld. Actueel
gaat het om 10 kolonels waarvan er 6 van het Nederlandse en 4 van
het Franse taalstelsel zijn.
11.02 André Flahaut, ministre: En
vertu de la loi du 25 mai 2000,
l'armée peut compter 37 officiers
généraux en temps de paix. Au 1
er
février 2005, il y en avait 34 mais
trois d'entre eux partiront à la
retraite dans le courant de l'année.
Huit d'entre eux ont été détachés
auprès d'institutions
internationales. On dénombre 20
officiers généraux
néerlandophones et 14
francophones.
Par ailleurs, sept officiers
généraux ne sont pas repris dans
cette enveloppe en personnel
militaire, conformément à l'article 3
de la loi du 25 mai 2000. Quatre
d'entre eux sont néerlandophones.
L'un de ces officiers généraux part
à la retraite en avril 2005.
Dix colonels sont actuellement
désignés à titre provisoire en
qualité de généraux de brigade.
Six d'entre eux sont
néerlandophones.
Voorzitter: Hilde Vautmans.
Présidente: Hilde Vautmans.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer David Geerts aan de minister van Landsverdediging over "het gebruik van
PANDUR-voertuigen" (nr. 5813)
12 Question de M. David Geerts au ministre de la Défense sur "l'utilisation de véhicules PANDUR"
12.01 David Geerts (sp.a-spirit): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, het inzetten van PANDUR-voertuigen is reeds ter sprake
gekomen in deze commissie. Toen was het naar aanleiding van het
uitlenen van deze voertuigen aan Benin.
Deze keer gaat het niet daarover. Mijn vraag handelt over het aantal
PANDUR-voertuigen dat dit jaar zal worden ingezet. Hebt u daar enig
12.01 David Geerts (sp.a-spirit):
L'emploi de véhicules Pandur a
déjà été évoqué devant cette
commission. Combien de
véhicules Pandur seront mobilisés
l'an prochain, lors de missions à
l'étranger? Est-il vrai que le
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
zicht op? In welke missies zullen ze worden ingezet?
Ik stel deze vraag omdat een aantal eenheden me hebben laten
weten dat er omwille van het inzetten van deze voertuigen in missies
te weinig PANDUR-voertuigen in ons land overblijven om adequaat te
trainen. Klopt deze bewering?
nombre de véhicules qui restent
en Belgique est insuffisant pour
garantir un entraînement de
qualité des militaires.
12.02 André Flahaut, ministre: Monsieur Geerts, il est vrai qu'il y a
une résistance de la part de certaines unités à voir utiliser des Pandur
et notamment à les voir mis à la disposition des Béninois que nous
avons formés pour assurer la sécurité en Afrique.
Ce qui n'est pas vrai, c'est que la mise à disposition de ces Pandur
handicape l'entraînement dans notre pays. Ce qui n'est pas vrai non
plus, c'est qu'elle retardera l'adaptation de ces véhicules pour en faire
des véhicules de reconnaissance. Elle ne retardera en rien le
programme d'adaptation qui sera d'ailleurs soumis prochainement.
12.02 Minister André Flahaut: Het
klopt dat sommige eenheden zich
tegen de terbeschikkingstelling
van de Pandur-voertuigen
verzetten.
Wat niet klopt, is dat die
terbeschikkingstelling van Pandur-
voertuigen de training in ons land
bemoeilijkt. En zij zal evenmin de
ombouw van die voertuiging tot
verkenningsvoertuigen vertragen.
In 2005 wordt de inzet van 24 Pandur-voertuigen voorzien in de
volgende buitenlandse missies: in Afghanistan, 8 Pandur-infanterie en
2 Pandur-ambulances voor de veiligheid van het Belgische personeel
op het militair vliegveld van Kaboel.
En twee Pandur-ambulances worden ingezet voor de Belgische
bijdrage aan de Duitse provinciale reconstructieteams in Kunduz. In
de Democratische Republiek Congo werden twaalf Pandurs in leen
gegeven aan de Beninse eenheid die deelneemt aan de Verenigde
Naties-vredesmissie MONUC.
Het stuurplan van Defensie voorziet in de terugtrekking van de Pandur
uit de eenheden paracommando. De Pandurs zullen geleidelijk
worden omgevormd tot verkenningsvoertuigen en worden op termijn
vervangen door nieuwe gepantserde wielvoertuigen MPPV. Le contrat
est en cour.
Het reconventieprogramma is gespreid in de tijd en garandeert
voldoende voertuigen beschikbaar in België voor de vorming en de
training van de Belgische militairen die ingezet zullen worden in
Afghanistan en voor de vorming van de Beninse militairen die ingezet
zullen worden in de Democratische Republiek Congo. De specifieke
voorbereidingstermijn per eenheid voor een operationele inzet
bedraagt vier maanden.
En 2005, nous engagerons 24
véhicules Pandur à l'étranger. Huit
véhicules d'infanterie et deux
ambulances seront mobilisés en
Afghanistan pour garantir la
sécurité des militaires belges.
Deux ambulances assisteront
l'équipe allemande à Kunduz. Et
douze véhicules Pandur seront
prêtés à l'unité béninoise en
République démocratique du
Congo, dans le cadre d'une
mission de paix des Nations
Unies.
Les véhicules Pandur des unités
de para-commandos seront
remplacés par de nouveaux
blindés. Ils seront transformés en
véhicules de reconnaissance dans
le cadre d'un programme de
reconversion. Le nombre de
véhicules demeurant en Belgique
sera suffisant pour la formation
des militaires. Le délai de
préparation est de quatre mois par
unité.
12.03 David Geerts (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, bedankt voor
uw antwoord. Ik zal terugkoppelen met de eenheden om die
gegevens te checken, zodanig dat wij daadwerkelijk kunnen nagaan
of er voldoende mogelijkheden zijn om een zekere trainingscapaciteit
te behouden.
12.03 David Geerts (sp.a-spirit):
Je vérifierai auprès des unités si
ces renseignements sont exacts et
si la capacité d'entraînement
pourra être maintenue.
12.04 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mevrouw de voorzitter, als
de minister dat toestaat, dan zou ik graag even reageren.
De voorzitter: Volgens het Reglement mag dat niet.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
12.05 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Soms gebeurt dat wel eens,
hoor. Het is zeer specifiek.
De voorzitter: U krijgt tien seconden.
12.06 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, kunt u
mij zeggen op welke basis de Pandur-voertuigen aan Benin worden
uitgeleend? Werd er een contract voor gesloten? Weet u dat? U zegt
dat momenteel een twaalftal Pandur-voertuigen in Benin zijn.
12.06 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Sur quelles conventions
repose le prêt des véhicules
Pandur aux militaires béninois?
12.07 Minister André Flahaut: Er is een protocol tussen Benin en
België over de operatie.
12.07 André Flahaut, ministre: La
Belgique et le Bénin ont signé un
protocole dans le cadre de cette
opération.
12.08 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, het
gaat specifiek over de voertuigen.
De voorzitter: Mijnheer Sevenhans, als u nog bijkomende vragen hebt, kan u ze indienen.
12.09 Minister André Flahaut: Het protocol behelst niet alleen de
voertuigen, maar ook het transport en de training in België. Over de
hele operatie is er een protocol tussen de twee regeringen en de twee
bevoegde ministers.
De voorzitter: Is het antwoord voldoende?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: Theo Kelchtermans.
Président: Theo Kelchtermans.
13 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Landsverdediging over "het uniform van
de vrouwelijke militairen" (nr. 5629)
13 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense sur "l'uniforme des femmes militaires"
13.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, gisteren was het internationale Vrouwendag. Ik wil u danken
voor de inspanningen die u al heeft geleverd om het aantal vrouwen in
de krijgsmacht drastisch te verhogen. Het feit dat u ook een vrouw
naast u heeft, bewijst dat u aandacht heeft voor vrouwen in de
krijgsmacht. Er is ook een dienst opgericht voor klachten. Ik heb zelf
talrijke contacten gehad met vrouwelijke militairen. Gisteren nog heb
ik gesproken met een vrouw uit de Amerikaanse krijgsmacht die in
Irak was geweest. Als zij haar verhaal vertelt, krijg ik toch wel
kippenvel.
Mijn vraag gaat over de militaire uniformen voor de vrouwen in de
krijgsmacht. De landcomponent beschikt sinds enkele jaren over
nieuwe uniformen. Concreet werden service dress en battle dress
vervangen door modernere en aangepaste versies. In vergelijking met
de vorige uniformen denk ik te kunnen zeggen dat dit een hele
verbetering is. Het zomer- en winteruniform werden vervangen door
een degelijk uniform, bestaande uit vest, hemd, broek en pull-over.
Vrouwelijke militairen kunnen indien zij dat wensen een rok en een
13.01 Hilde Vautmans (VLD): Les
nouveaux uniformes des femmes
militaires ne seraient pas
entièrement disponibles à
plusieurs endroits. Des problèmes
de fourniture se posent-ils?
Comment le ministre va-t-il les
résoudre et quand le fera-t-il?
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
blouse dragen. Verschillende militairen hebben mij gesignaleerd dat
er voor de uitrusting van de vrouwen op bepaalde plaatsen problemen
zijn en dat die uitrusting niet altijd beschikbaar is.
Mijnheer de minister, bestaan er moeilijkheden in de bevoorrading
van uniformen ten behoeve van de dames van de land-, lucht- en
marinecomponent? Welke oplossing wordt hieraan gegeven? Wat is
de budgettaire weerslag? Welk tijdspad zal u volgen opdat ook de
vrouwen in de krijgsmacht naar behoren gekleed kunnen gaan?
13.02 Minister André Flahaut: Einde december 2003 werd een nieuw
globaal contract voor confectie van uitgangskledij voor alle personeel
van Defensie afgesloten. Daarin is voorzien dat de uniformen voor het
vrouwelijk personeel op maat worden vervaardigd. Na de contractuele
termijn van 6 maanden productievoorbereiding werden in augustus
2004 de eerste maatnames en de productie aangevat. Tijdens de
inloopfase werden effectief vertragingen opgelopen, die nu
grotendeels weggewerkt zijn zoals verder besproken. Er is bij de
leveranciers tussengekomen om de vertraging binnen de best
mogelijke termijn weg te werken. Tot op heden hebben reeds 176
maatnames plaatsgevonden. De dames dienen zichzelf aan te bieden
voor maatname. Van deze 176 bestellingen zijn er op datum van 6
maart reeds 167 geleverd, wat 95% van het effectief
vertegenwoordigt.
Einde 2004 is tevens een bestelling geplaatst voor damesconfectie
rokken en broeken zodat dames met de confectiematen
onmiddellijk zullen geholpen kunnen worden voor deze items. De
levering hiervan start vanaf maart van dit jaar. Deze maatregel heeft
geen bijkomende budgettaire weerslag. Het tijdspad om de
vertragingen bij levering op maat weg te werken is vastgelegd in
samenspraak met de leveranciers. Zoals hierboven vermeld, zijn de
vertragingen van maatwerk quasi opgelost. Een meer stringente
opvolging van de leveringen wordt in de plaats gesteld. Daarnaast zal
de vanaf maart van dit jaar voorziene toelevering van broeken en
rokken in confectie toelaten sommige klanten voor deze items sneller
te bedienen, door levering vanuit voorraad.
13.02 André Flahaut, ministre: Il
a été procédé aux premières
prises de mesures pour les
uniformes féminins en août. Le
retard qui a été accusé au début
est résorbé en grande partie: 176
mesures ont déjà été prises et, le
6 mars, 167 commandes étaient
déjà arrivées. Un calendrier de
livraison plus strict a été convenu
avec le fournisseur.
Une commande portant sur des
pantalons et des jupes en prêt-à-
porter a aussi été passée fin 2004.
Les livraisons débuteront ce mois-
ci. Cette mesure n'a pas
d'incidence budgétaire
supplémentaire. Les pantalons et
les jupes étant de stock, les
dames dont les mensurations
correspondent aux mesures du
prêt-à-porter les recevront plus
rapidement.
13.03 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, ik dank u
uiteraard voor uw antwoord. Ik denk dat we alleen maar blij kunnen
zijn dat voor de toekomst de problemen verholpen zijn.
13.03 Hilde Vautmans (VLD): Je
me réjouis d'entendre que le
problème est en voie de
résolution.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Landsverdediging over "het proces van
de Rwandese ex-majoor Ntuyahaga" (nr. 5722)
14 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense sur "le procès de l'ancien major
14.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, zoals u weet, was ik in een vorig leven, heel lang geleden,
medewerkster van de Rwanda-commissie. U weet dat mijn hart nog
altijd dicht bij Rwanda is en ook dicht bij de familieleden van de
militairen, de coöperanten en de gemengde koppels die daar
gesneuveld zijn.
14.01 Hilde Vautmans (VLD): Je
suis entièrement d'accord avec la
décision de la Défense d'octroyer
une assistance juridique aux
familles des paras assassinés au
Rwanda, pendant le procès de
l'ex-major Ntuyahaga. Espérons
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
Via de media heb ik vernomen dat Defensie haar advocaat in het
nakende assisenproces tegen de Rwandese ex-majoor Ntuyahaga,
meester Uyttendaele, ter beschikking stelt van de families van de
vermoorde para's. Alhoewel dat drama al bijna elf jaar geleden
plaatsvond, ben ik tevreden dat het proces eindelijk plaatsheeft.
Zowel voor de families van de vermoorde para's als voor iedereen die
zich nauw bij dat drama betrokken voelt, kan dat het einde zijn van
een lang en pijnlijk verwerkingsproces.
Ik onderschrijf dan ook volledig uw intentie om de families van de
vermoorde para's juridisch te ondersteunen. Ik heb met hen ook nog
contact gehad. Zij zijn zeer tevreden dat zij juridische bijstand krijgen.
Alhoewel, ik krijg soms de indruk dat voor hen de lijdensweg maar
niet stopt. Zij hebben eerst het proces-Marchal gehad, daarna de
Rwanda-commissie, we zijn een aantal keren met hen ter plaatse
geweest, er is een memoriaal opgericht, er is een museum opgericht,
maar ik heb soms de indruk dat het allemaal wat lang duurt en dat er
geen einde komt aan dat verhaal. Het verwerkingsproces is, vooral
voor een aantal kinderen, toch wel zeer zwaar aan het worden. Een
aantal van hen kan zijn leven niet hervatten.
Ook nu weer leeft er heel veel hoop dat het proces van Ntuyahaga
duidelijkheid zal verschaffen over de exacte moord van onze para's.
Zoals gezegd, wij vermoeden dat Bernard Ntuyahaga ons veel meer
info kan verschaffen over hoe het daar uiteindelijk in kamp Kigali, ter
plaatse, is gebeurd.
Mijnheer de minister, ex-majoor Ntuyahaga wordt sedert maart in ons
land gevangen gehouden. Ik weet niet juist wanneer het proces
begint. Men zegt mij dat het in 2006 zal zijn, maar ik weet niet of de
exacte datum al gekend is.
Mijnheer de minister, kunt u ons enige uitleg verschaffen over de
exacte stappen die uw departement onderneemt, heeft ondernomen,
zal ondernemen met betrekking tot dat proces?
Wanneer zal dat proces starten?
Aangezien Defensie over een juridische dienst beschikt, wil ik u
vragen wanneer u een beroep doet op de interne juridische dienst en
wanneer u een beroep doet op een externe.
Op hoeveel raamt u de kosten voor dat nakende proces?
Hebt u nog steeds ik ken het antwoord, maar ik wil dat u het officieel
meedeelt omdat ik dat een zeer goede zaak vind op regelmatige
tijdstippen contact met de familieleden om hen op de hoogte te
houden?
Ik verzeker u ook, mijnheer de minister, dat ik u om de aantal
maanden daarover een vraag zal stellen omdat ik vind dat wij niet de
fout mogen maken die wij in de tijd van dat drama hebben begaan.
Wij mogen onze ogen niet sluiten. Ik wil dat het Parlement nu
geïnformeerd wordt en de zaak opvolgt.
que ce procès clôturera ce long
processus de deuil.
Quand le procès s'ouvrira-t-il?
Combien coûtera-t-il? Quand fera-
t-on appel au service juridique
interne de la Défense et quand
sollicitera-t-on une aide juridique
externe? Le ministre continue-t-il à
tenir régulièrement les familles
informées du dossier?
Président: Philippe Monfils.
Voorzitter: Philippe Monfils.
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
14.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, de heer
Uyttendaele is de vertegenwoordiger van het departement in dat
dossier alsook van de families van de para's die dat wensen. Hij heeft
het mandaat van de minister gekregen om zich in naam van de
Belgische staat burgerlijke partij te stellen bij de onderzoeksrechter.
Het proces zou moeten beginnen in de loop van volgend jaar. Dat is
een probleem voor Justitie.
De juridische dienst van het departement heeft de
verantwoordelijkheid van het administratieve beheer van het dossier
en komt tussenbeide vanaf de kennisname van de feiten.
De kosten van het proces zijn onmogelijk vast te stellen, vermits de
duur van de procedure onmogelijk vooraf kan worden bepaald.
De contacten met de familie onderhoud ik natuurlijk regelmatig.
14.02 André Flahaut, ministre: Le
procès débutera dans le courant
de l'année prochaine. Les familles
qui le souhaitent pourront se faire
représenter par maître
Uyttendaele, lequel représentera
également la Défense. Le service
juridique de mon SPF est
responsable de la gestion
administrative du dossier. Le coût
du procès sera fonction de sa
durée.
J'ai bien entendu des contacts
réguliers avec les familles.
J'étais encore en réunion avec eux, lundi soir, afin de faire le point et
de préparer leur présence à la cérémonie du 7 avril qui aura lieu en
Belgique.
Ik heb maandagavond nog samen
met hen vergaderd teneinde hun
aanwezigheid op de plechtigheid
van 7 april, die in België zal
plaatsvinden, voor te bereiden.
14.03 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, ik dank u voor
uw kort antwoord en reken erop dat u alles in het werk zult stellen
opdat de familieleden gesteund worden tijdens het proces en dat
België alles in het werk stelt om, in analogie met het Rwanda-verslag
over de moord op onze Belgische para's, bijkomende informatie te
bekomen en hen te helpen.
14.03 Hilde Vautmans (VLD): Je
compte sur le ministre pour que
les familles soient soutenues de
façon optimale et pour que tout
soit mis en oeuvre pour obtenir des
informations complémentaires
dans le cadre du procès.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Landsverdediging over "de onderdelen van het
tweede Artilleriebataljon in Kwartier Brasschaat - Westkamp (C-Batterij en batterij Para-Commando)"
(nr. 5723)
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de verhuis van het 2de
artilleriebataljon naar de kazerne Brasschaat Westkamp" (nr. 5926)
15 Questions jointes de
- Mme Hilde Vautmans au ministre de la Défense sur "les unités du deuxième bataillon d'artillerie du
Quartier Brasschaat - Westkamp (batterie C et batterie para-commando)" (n° 5723)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "le déménagement du 2ème bataillon d'artillerie vers
la caserne de Brasschaat Westkamp" (n° 5926)
15.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, op 12 januari
2005 heb ik u al een vraag gesteld over de toekomst van het tweede
artilleriebataljon te Helchteren. Als gevolg van uw antwoord heb ik nu
een aantal bijkomende vragen.
Zoals u weet, worden in Helchteren de A- en B-batterij van het tweede
artilleriebataljon hervormd. Met het vooruitzicht van de verhuis van
Helchteren naar Brasschaat, werd daar een C-batterij opgericht. Later
is de batterij paracommando, die al in Brasschaat aanwezig was,
eraan toegevoegd, ten gevolge van een latere herstructurering
15.01 Hilde Vautmans (VLD): A
Helchteren, les batteries A et B du
2
ème
bataillon d'artillerie vont subir
une restructuration. Les militaires
casernés à Brasschaat, où sont
stationnées la batterie C et la
batterie paracommando,
s'inquiètent des conséquences du
déménagement de la `2A' de
Helchteren à Brasschaat.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
teneinde alles onder dezelfde noemer te plaatsen, artillerie bij artillerie
en Recce bij Recce.
Een groot deel van de militairen van de C-batterij en de batterij
paracommando, gestationeerd in Brasschaat, maar ook deel
uitmakend van een tweede artilleriebataljon, signaleert mij hun
bezorgdheid. Concreet leeft bij velen van hen die tewerkgesteld zijn in
Brasschaat, de vraag hoe de verdere toekomst en de plaats van
tewerkstelling gekoppeld wordt aan de toekomst van 2A in
Helchteren. Brasschaat telt op dit ogenblik namelijk een groot aantal
militairen die afkomstig zijn uit West- en Oost-Vlaanderen. Zij zijn
bezorgd over de eventuele hervorming van de C-batterij en de batterij
paracommando. Daarom wil ik een aantal concrete vragen stellen aan
u.
Werd er met betrekking tot het garnizoen in Brasschaat-Westkamp
reeds een beslissing genomen aangaande onderdelen van het
tweede artilleriebataljon?
Zullen beide eenheden, zoals vastgelegd in het plan van 3 september
2001, in Brasschaat gelegerd blijven? Kunt u dat bevestigen, zelfs
indien het tweede artilleriebataljon vervroegd uit Helchteren zou
muteren?
Zal het personeel eveneens tijdig geraadpleegd worden bij mogelijke
veranderingen? Bestaat in dit geval de mogelijkheid om voorkeuren
met betrekking tot een eventueel ander garnizoen kenbaar te maken?
Wat is het geplande tijdspad?
Des décisions ont-elles déjà été
prises dans ce cadre? La batterie
C et la batterie paracommando
resteront-elles à Brasschaat,
même après un départ anticipé
éventuel de Helchteren? Le
personnel sera-t-il préalablement
informé et consulté?
15.02 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, als ik
de vragen van mevrouw Vautmans goed interpreteer, dan zou er in
het militaire kamp van Brasschaat blijkbaar onrust zijn onder een
groot deel van de militairen wegens de geplande komst van 2A uit
Helchteren. Dat was mij vreemd genoeg onbekend. U weet dat ik op
een steenworp daarvandaan woon. Ik ken heel wat militairen daar ter
plaatse. Ik neem aan dat er wel enige bezorgdheid zal zijn. Dat is
evident. Ik zou ook bezorgd zijn, met minister Flahaut. Ook de
militairen hebben een zekere bezorgdheid.
Ik heb gezien dat er hierover inderdaad al een vraag gesteld werd
begin dit jaar. Toen ging het over Helchteren. De twee hangen
uiteraard samen. Er is wellicht een vrij grote verhuis gepland, wat voor
heel wat militairen familiale problemen geeft. Enige duidelijkheid is
dus zeker noodzakelijk. Ik heb de verschillende vragen die hierover
vorig jaar zijn gesteld, nog eens nagelezen. Er waren onder andere
interpellaties van de collega's Goris en Kelchtermans over
gelijklopende problemen. Er blijft nog altijd enige onduidelijkheid over
de data 2014 of 2007. Het oorspronkelijke herstructureringsplan
voorzag erin dat het in 2014 zou gebeuren. Als ik echter tussen de
regels lees en ook de opmerkingen van de heren Goris en
Kelchtermans opnieuw erop nalees, blijkt er ook wel een piste te
bestaan waarbij er sprake is van 2007.
Ik heb in het kamp van Brasschaat al verschillende malen de datum
2007 horen vernoemen. Wellicht is er enige onduidelijkheid over wat
men in 2014 juist plant. Is het de volledige sluiting van Helchteren?
Vertrekt 2A vroeger? Dat is misschien de onderliggende vraag die ook
15.02 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Quand le déménagement
du 2
ème
bataillon d'artillerie de
Helchteren à Brasschaat aura-t-il
lieu? Le plan de restructuration
initial parlait de 2014 mais certains
recoupements nous donnent à
penser que le déménagement
pourrait se faire dès 2007.
Le ministre pourrait-il détailler les
étapes programmées en 2007 et
en 2014? Le départ de Helchteren
entraînera-t-il la fermeture
définitive du camp militaire installé
dans cette localité?
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
collega Vautmans stelt. U zou hierover toch enige duidelijkheid
kunnen geven, aangezien u steeds zegt dat u bezorgd bent over de
problemen van het gewone militaire personeel.
Mijnheer de minister, kunt u eens duidelijkheid scheppen? U hebt
vorig jaar geweigerd op de vragen in dat verband te antwoorden. U
hebt toen gezegd dat u misschien nog meer problemen zou
veroorzaken door erop te antwoorden. 2007 is vrij dichtbij. U kunt toch
in alle ernst zeggen of dat nog een reële datum is? Komt die datum te
vervallen? Dat zou de problemen toch al voor een groot deel
oplossen. Volgt in 2014 de definitieve sluiting van Helchteren of blijft
er nog iets over in Helchteren?
15.03 Minister André Flahaut: Ik wil eerst het volgende
verduidelijken.
Je voudrais préciser que le commando Batterie C était la batterie
opérationnelle du sixième régiment d'artillerie de campagne, ancien
régiment de l'école d'artillerie installée à Brasschaat Ouest. Cette
batterie a été rattachée au deuxième régiment d'artillerie de
campagne à la dissolution des bataillons écoles en 2003.
15.03 Minister André Flahaut: Het
commando van de C-batterij was
de operationele batterij van het
zesde regiment veldartillerie, het
voormalige regiment van de
artillerieschool. Toen de
schoolbataljons in 2003 werden
ontbonden, werd die batterij bij het
tweede regiment veldartillerie
gevoegd.
De Batterij Paracommando verhuist in mei 2004 naar Brasschaat-
West en werd eveneens aangehecht aan het 2
de
regiment
Veldartillerie. Momenteel is het 2
de
regiment Veldartillerie
samengesteld uit 5 batterijen: de Batterij Paracommando te
Brasschaat, de C-batterij te Brasschaat, de ANB-batterij te Helchteren
en de Staf- en Dienstenbatterij te Helchteren.
In het herstructureringsplan 2015 zullen enkel de C-batterij en de
Batterij Paracommando overblijven als operationele elementen van
het 2
de
regiment Veldartillerie, gelokaliseerd te Brasschaat-West. Zij
zullen er vervolledigd worden door een Staf- en Dienstenbatterij en de
staf van het regiment.
Momenteel is de voorziene sluitingsdatum van het kwartier Helchteren
nog steeds 2014. Ongeveer anderhalf jaar voor de sluiting van een
militaire installatie wordt het betrokken personeel gevraagd 3
voorkeuren betreffende hun toekomstige tewerkstellingsplaats mee te
delen, evenals eventuele sociale en andere problemen. Deze
maatregelen zullen ook toegepast worden indien de sluitingsdatum
van het kwartier Helchteren vervroegd wordt.
La batterie paracommando a
déménagé en mai 2004 à
Brasschaat ouest et a été
rattachée au deuxième régiment
d'artillerie de campagne. Ce
régiment se compose de cinq
batteries: la batterie
paracommando et la batterie C
basées à Brasschaat, les batteries
A et B ainsi que la batterie
Personnel et Services à
Helchteren. Le plan
de
restructuration 2015 prévoit que
seules la batterie C et la batterie
paracommando subsisteront à
Brasschaat comme éléments
opérationnels de ce régiment. La
fermeture d'Helchteren est
toujours prévue pour 2014.
Un an et demi avant la fermeture,
les membres du personnel seront
invités à communiquer trois
préférences en ce qui concerne
leur futur lieu de travail et à faire
part d'éventuels problèmes
sociaux et autres. Cette mesure
sera également mise en oeuvre si
la date de fermeture est avancée.
15.04 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, bedankt.
Bepaalde zaken heb ik niet goed begrepen, maar als ik het juist heb
hoeft Brasschaat zich momenteel geen zorgen te maken en is de
sluiting pas voorzien voor 2014 in plaats van 2007. Ik zal uw antwoord
15.04 Hilde Vautmans (VLD):
Brasschaat ne doit donc pas
s'inquiéter pour le moment.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
overmaken aan de betrokken militairen en hoop dan ook dat de
ongerustheid zal afnemen.
15.05 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Het zou gepubliceerd
moeten worden in Vox misschien opnieuw vergezeld van een foto
van de minister want het is interessante informatie. Het venijn zit
hem echter in de staart.
15.05 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): "In cauda venenum".
15.06 André Flahaut, ministre: Le reste n'est que rumeurs. Je ne
vais pas répéter, chaque semaine, le plan directeur! Je ne vais pas
répéter tous les jours que le soleil va se lever!
15.07 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, ik heb
nog een laatste opmerking.
U zegt dat u niet telkens alles wil herhalen. Nu hebt u echter duidelijk
gezegd dat het niet wordt vervroegd, terwijl u vorig jaar de optie open
hebt gehouden. Dat is een nieuw gegeven. U schept nog de illusie dat
het misschien toch nog zou kunnen worden vervroegd. Het gaat dan
echter om maximum een tweetal jaar. Het oord wordt in 2007 immers
definitief verlaten. Die conclusie mag ik minstens trekken.
15.07 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Une fermeture anticipée
reste possible.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Samengevoegde interpellaties en vraag van
- de heer Pieter De Crem tot de minister van Landsverdediging over "de klachten van toenemend
dienstbetoon door de minister van Landsverdediging" (nr. 546)
- de heer Staf Neel tot de minister van Landsverdediging over "amnestie aan beroepsonderofficieren
wegens persoonlijke tussenkomst van de minister" (nr. 547)
- de heer Theo Kelchtermans aan de minister van Landsverdediging over "het betwist dienstbetoon
binnen Landsverdediging door de minister zelf en/of zijn diensten" (nr. 5920)
16 Interpellations et question jointes de
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur "le nombre croissant d'interventions clientélistes du
ministre de la Défense" (n° 546)
- M. Staf Neel au ministre de la Défense sur "l'amnistie dont ont bénéficié des sous-officiers de
carrière par suite d'une intervention personnelle du ministre" (n° 547)
- M. Theo Kelchtermans au ministre de la Défense sur "les interventions personnelles contestées du
ministre et/ou de ses services à la Défense" (n° 5920)
16.01 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik had een
vraag ingediend die ik nadien in een interpellatie heb omgezet, omdat
de problematiek van het dienstbetoon dat de minister voert, een grote
verstoring van het normale, procedurele gegeven van bevorderingen
en mutaties met zich brengt. Dat is des te meer zo, omdat daarbij ook
beslissingen van de militaire hiërarchie worden teruggedraaid
ingevolge persoonlijke interventies.
We hebben daarvan de voorbije dagen en weken een epifenomeen
meegemaakt, naar aanleiding van een bezoek aan de permanentie
van de minister in Waver. Het gaat over de twee ontslagen militairen.
Enerzijds zou kunnen worden gesteld dat het goed is dat de minister
dicht bij de soldaten en miliciens staat. Ik weet ook dat de minister dat
altijd als een gezagsargument gebruikt. Het is natuurlijk een groot
probleem, wanneer hij dicht bij bepaalde soldaten staat en er
bijvoorbeeld ook alleen maar dat is een fundamenteel gegeven
zitdagen in Franstalig België en in Waver worden georganiseerd. Dat
16.01 Pieter De Crem (CD&V):
Les interventions personnelles du
ministre perturbent considérable-
ment les promotions et mutations
ordinaires au sein de la Défense.
Elles vont jusqu'à détourner des
décisions de la hiérarchie militaire.
Il a récemment gracié deux
militaires licenciés à l'issue d'une
visite à sa prétendue permanence
de Wavre. Je me suis laissé dire
que le ministre souhaite être très
proche de ses soldats. Il oublie
cependant qu'il n'organise des
permanences qu'en français.
Soixante pour cent de ses soldats
sont des Flamands mais ils n'ont
pas leur place à Wavre.
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
33
wil zeggen dat het dicht-bij-de-soldaat-staan eigenlijk betekent dicht-
bij-de-Franstalige-en-bij-de-Waalse-soldaat-staan. Het korps bestaat
voor zestig procent uit Vlamingen. Zij krijgen weliswaar de kans om
langs te gaan bij de permanenties, maar zien maar weinig resultaat
van hun verzoeken.
Ik kom terug op de gebeurtenis van de drugsgebruikende militairen.
De drugsgebruikende militairen worden ontslagen. Dan komt er een
eigenaardige demarche op gang van kolonel Van Laethem die
formeel beweert dat de minister in het dossier formeel niet
tussenbeide is gekomen. Dat was volgens mij in eerste orde het
uitvoeren van een bevel in rechtstreekse lijn. Via kolonel Van
Laethem wordt gezegd dat de minister niet tussenbeide komt
wanneer het slecht gaat. In de krant lezen wij evenwel dat de minister
verbaasd reageert op de uitlatingen van kolonel Van Laethem die zich
wellicht houdt aan het algemene parool dat in dergelijke zaken niet
tussenbeide wordt gekomen.
Mijnheer de minister, u laat dan zeggen: "De minister wou de carrière
van twee jonge officieren niet breken op basis van één uitschuiver. Hij
vond dat ze een tweede kans verdienen. Meer wil hij over die zaak
niet kwijt." Ik begrijp niet wat u in dat specifieke dossier hebt gedaan,
maar in het algemeen loopt de problematiek van het dienstbetoon nu
toch echt wel de spuigaten uit.
Ik zal daarover heel duidelijk zijn. Uw dienstbetoon is taal- en
partijgebonden en gebeurt op voorspraak van aanbevelingsbrieven
die vanuit de PS komen. Ik heb meerdere van die brieven gezien. Ze
beginnen altijd met: "Suite à votre visite à ma permanence, j'ai
l'honneur de vous communiquer ..."
Ik ben op zoektocht gegaan en ik heb geen enkele brief gezien die
zou beginnen met de aanhef "naar aanleiding van uw bezoek aan mijn
permanentie of aan mijn dienstbetoon, of aan mijn spreekuur, of wat
weet ik nog". Dat bewijst eigenlijk mijn standpunt dat er geen enkele
mogelijkheid is voor het merendeel van de Vlaamse soldaten om
minstens op een gelijkwaardige manier te worden behandeld.
Eerste vraag, mijnheer de minister. Wat gaat u doen? Het kan niet dat
u gewoon voortdoet zoals u bezig bent, ondanks het feit dat u al wel
eens heeft getoond dat u wel gewoon voortdoet. Na dit zware incident
waarbij eerst een kolonel moet zeggen wat hij altijd moet zeggen,
namelijk dat er geen tussenkomsten zijn, om nadien te laten weten
dat u wel bent tussenbeide gekomen in een dossier, vraag ik me af
welke instructies u nu hebt gegeven of zult geven aan uw diensten
ik neem aan dat dat de diensten Personeel zijn met betrekking tot
aanvragen van mutaties?
Ik heb ooit samen met een aantal andere collega's de vraag gesteld
hoe het komt dat zo weinig van de 600 beroepsvrijwilligers worden
opgeroepen. Hoe komt dat? Ze slagen voor het examen maar worden
niet opgeroepen. Ik ben er ook achter gekomen dat het heel
eenvoudig is: men moet eerst langs de permanentie in Waver
passeren om opgeroepen te worden. Er werden dus 150 vrijwilligers
opgeroepen, enkel en alleen via de permanentie in Waver. Eigenlijk
zou men beter zeggen, wanneer iemand slaagt voor het examen van
beroepsvrijwilliger: "in het kader van uw toekomstige aanwerving
Le colonel Van Laethem a déclaré
que le ministre ne s'était pas
immiscé dans le licenciement des
deux militaires toxicomanes. Nous
avons lu dans la presse que le
ministre s'était fortement étonné
de la décision, déclarant ne pas
souhaiter sanctionner ces deux
militaires pour un seul dérapage.
La mesure de licenciement a été
annulée.
Ce type d'interventions
clientélistes dépasse les bornes!
Chaque intervention du ministre
est inspirée et déterminée par une
visite à sa permanence de Wavre.
Les Flamands sont donc traités
différemment jusqu'à preuve du
contraire.
Pas moins de 600 candidats ont
réussi l'examen de volontaire de
carrière mais ils ne seront
convoqués que s'ils font le détour
par la permanence sociale du
ministre. Quelque 150 volontaires
ont ainsi été engagés dans
l'intervalle par l'entremise de cette
permanence. Voilà qui est de très
mauvais goût!
Les permanences sociales ne sont
pas interdites lorsqu'elles revêtent
un caractère purement informatif
et sont accessibles à tous. Il est
inacceptable qu'aux yeux du
ministre, soixante pour cent du
personnel de la Défense n'ait
aucune valeur.
Combien d'interventions et de
modifications ont-elles été
effectuées par le Cabinet? Qui
s'adresse à la permanence sociale
du ministre? Quelle suite est-elle
réservée à ces demandes et sous
l'impulsion de qui?
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
34
gelieve u zich aan te melden om "dat" uur en op "die" plaats. U kan
komen met de auto, u neemt de afrit op de autosnelweg of u kan er
geraken met de trein zie de website van de NMBS in de
stopplaats Waver". Want dat is wat gebeurt. U weet dat evengoed als
ik. Dit is een bijzonder wansmakelijke toestand.
Mijn fundamentele pointe is: wij zitten allemaal in de politiek. We
hebben mensen die langskomen. Ik heb nooit meegedaan aan de
demagogie dat er geen permanentie en geen dienstbetoon meer kan
zijn. Als burgemeester doe ik er twee keer per week, vrijdagnamiddag
op afspraak en zaterdagvoormiddag zonder afspraak. Daarin wil ik
wel open kaart spelen. Per week zie ik gemiddeld 40 à 50 mensen die
ik probeer te helpen met goede raad om ze weer op de goede weg te
zetten.
Groot probleem in dit geval is dat 60% van het personeelsbestand
voor u oninteressant is en geen enkele waarde heeft, en 40% wel. En
die kunnen dan rekenen op politieke steun.
Dan heb ik een tweede vraag. Hoeveel tussenkomsten,
verhoudingsgewijs, - ik heb de verhouding tussen Nederlandstalige en
Franstalige zelf kunnen ontleden gebeuren er via het kabinet?
Hoeveel voorstellen van de personeelsdienst worden door uw kabinet
gewijzigd? Op basis van welke gewijzigde omstandigheden? Dat is
natuurlijk waarover u gaat, en daardoor frustreert u niet alleen een
meerderheid van uw legerpersoneel, namelijk de Vlamingen, maar
ook uw eigen diensten die hun job goed proberen te doen, maar dan
komt een apostille of wat weet ik nog en moet een maatregel
ongedaan gemaakt worden.
Ik denk dus dat we hier absoluut de analyse moeten maken van wie
naar het dienstbetoon komt, welk gevolg eraan gegeven wordt, onder
wiens impuls het gebeurt en in welke mate worden hierdoor de
gangbare procedures doorkruist?
16.02 Staf Neel (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, ik heb met veel aandacht geluisterd naar datgene
wat collega Pieter De Crem heeft gezegd omtrent de klachten van
toenemend dienstbetoon door de minister van Landsverdediging. Dit
gehoord hebbend zou ik heel gemakkelijk kunnen zeggen dat collega
De Crem gelijk heeft en mij daarbij aansluiten. Ik ga dit niet doen, niet
omdat onze collega ongelijk zou hebben of overdreven zou hebben,
maar omdat deze klachten te ernstig zijn om ze op deze manier te
laten voorbijgaan.
Collega's, opnieuw en steeds opnieuw haalt deze minister de
frontpagina van meerdere dagbladen om meestal op negatieve wijze
in het nieuws te komen. Voor de oppositie is dat in feite gesneden
koek, een gouden zaak als er niet telkens opnieuw de nodige schade
zou aangebracht worden aan het ministerie van Defensie dat onder
zijn beheer of moeten we zeggen zijn wanbeheer valt. De voorbeelden
zijn legio. Als het niet de militaire muziekkapel is, mijnheer de
minister, dan is wel de desorganisatie en het volledig neerhalen van
de reputatie van het brandwondencentrum van Neder-over-
Heembeek of de betaling van 350.000 euro bij de dienst
Oorlogsinvaliden met behoud van dienstwagen en politieke
benoeming of de economische compensaties voor Wallonië ten
nadele van Vlaanderen om over de achterstallen van 1 miljard aan de
16.02 Staf Neel (Vlaams Belang):
Je ne me rallie pas sans plus à la
position adoptée par M. De Crem;
la situation est trop grave! Le
ministre fait systématiquement la
une de l'actualité en termes
négatifs. Sa mauvaise gestion
porte préjudice au ministère de la
Défense. Je songe aux dossiers
du Centre des grands brûlés, de
fraude au sein de l'armée, de
fermeture de postes
diplomatiques, etc. Le ministre fait
constamment mauvaise figure
dans l'actualité. Ses réponses sont
toujours vides de sens ou
mensongères. La "Gazet van
Antwerpen" titrait le 2 mars: "le
ministre accorde l'amnistie aux
consommateurs de drogue au sein
de l'armée de l'effet des
permanences Flahaut". La
population n'apprécie pas ce
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
35
leveranciers niet te spreken, de fraude bij het leger en de waanzinnige
beslissing dixit "De Morgen" om 11 van de 30 posten voor militaire
attachés te sluiten. In "De Morgen" wordt er nog aan toegevoegd
"behalve natuurlijk de landen die hij zelf graag bezoekt, de Club Med
van Flahaut genoemd". Het gaat zo maar verder.
Intussen heb ik vernomen dat dit is rechtgezet maar dat zal
waarschijnlijk door toedoen geweest zijn van de heer Di Rupo. Steeds
opnieuw weet de minister op negatieve wijze het nieuws te halen
zonder zich ooit maar eenmaal over iets te hebben geschaamd. Het is
dan ook steeds de schuld van de oppositie of de pers die het niet
begrijpen of op een verkeerd spoor zitten. Het antwoord is dan ook
als er dan al een degelijk komt meestal afwijzend, nietszeggend,
onvolledig en tot leugens toe zoals vermeld in het Kamerverslag over
de 350.000 euro, hier meerdere malen aangekaart door collega
Sevenhans.
Collega's, het dagblad "Gazet van Antwerpen" blokletterde dan ook op
zijn eerste pagina van woensdag 2 maart: "Minister geeft
drugsgebruikers in leger amnestie. Zitdagen van Flahaut helpen".
Verder blokletterde "Het Laatste Nieuws" van 3 maart:
"Defensieminister Flahaut mild voor drugszondaars". Het vervolgt:
"wanneer het niet gaat om dealen of harddrugs en niet tijdens
operaties deze excellentie de hele militaire hiërarchie terugblaast".
Dat deze handelwijze op heel wat gemengde gevoelens wordt
onthaald hoeft hier geen betoog. Mijnheer de voorzitter, voor vele
Vlaamse politici is dienstbetoon een term uit een ver verleden. Dit
dienstbetoon, deze klantenbinding blijft echter het visitekaartje van de
Waalse socialisten en zeker van de heer Flahaut. Dat is niet enkel zo
bij Landsverdediging, maar zeker ook bij Justitie en bij heel wat
diensten van de federale overheid waar de PS het voor het zeggen
heeft. Ditmaal was het de vakbond ACMP die de kat de bel aanbond.
Immers, de minister zou ontevreden militairen helpen als ze een
overplaatsing ongedaan willen maken, dit op voorwaarde dat ze naar
zijn zitdag komen. Zo stelt de vakbond zeer duidelijk en ik citeer hun
algemeen secretaris, de heer Manu Jacobs, toch een zeer gedegen
en correct vakbondsman op de vraag van de journalist van "Voor de
dag", om een voorbeeld te geven van sancties die niet binnen het
tuchtstelsel liggen maar sancties die meer liggen binnen het statutaire
kader van de militair, "Men wordt voorgesteld om ontslag te krijgen uit
de krijgsmacht maar dat is natuurlijk wel de zwaarste sanctie. Men
gaat naar de minister zijn zitdag om dat om te zetten, zoals in
sommige gevallen naar 21 dagen, naar twee weken, naar een
maand". Verder stelt hij dat het gebruik van het dienstbetoon thans
veel hoger zou liggen, meer uitgebreid zou zijn en dat het natuurlijk
ook meer gebruikt zou worden dan ooit tevoren want zoiets doet
natuurlijk als een lopend vuurtje de ronde. Ik zie de minister lachen,
zoals altijd natuurlijk. We hebben hem vandaag al veel zien lachen
maar ook groen zien lachen. Ontslag uit het leger of 21 dagen,
mijnheer de minister, het maakt wel enig verschil uit. Of is dit weer
een foutieve redenering van de oppositie?
Het maakt ook een verschil met Vlaamse militairen. De vier para's
van Diest bijvoorbeeld die wegens drugsbezit uit Afghanistan werden
weggehaald, riskeren ontslag en gevangenis, of zij moeten intussen
naar uw zitdag afgezakt zijn.
genre de situations. Il semblerait
que la même mentalité écoeurante
règne au sein d'autres
départements dirigés par le PS,
comme la Justice, et que les
promotions, les mutations et les
sanctions y soient déterminées et
influencées par les interventions
clientélistes.
Cette situation peut-elle perdurer?
Il s'agit aujourd'hui de deux
candidats sous-officiers qui
échappent à une sanction. La
tolérance du ministre aurait-elle
été aussi grande s'ils avaient été
originaires de Flandre? Pourquoi
l'inspecteur général Joly ne tient-il
pas ces permanences
conformément au règlement
militaire et sans ingérences
politiques? La démocratie est en
danger lorsque l'armée s'occupe
de politique.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
36
De vraag die ik mij bij dat alles begin te stellen, is of dat alles nog kan
blijven duren. Nu zijn het weer twee kandidaat-
beroepsonderofficieren, de ene uit het Luikse, de andere uit
Henegouwen, die de dans in feite ontspringen. Maar als het nu eens
Vlaamse kandidaat-beroepsonderofficieren waren geweest, zou u dan
even tolerant zijn geweest? Ik kan het niet geloven.
Dienstbetoon is volgens de minister geen vorm van cliëntelisme.
Dienstbetoon is een middel om te luisteren naar mensen, naar
mensen van steden en gemeenten, om contacten te creëren, zegt hij.
Ik schrok wel even toen de minister dat in een vraaggesprek zei.
Immers, zo kennen wij minister Flahaut niet. In elk geval, naar de
oppositie luistert hij niet, maar dat komt omdat hij hier geen stemmen
kan rapen en niet aan cliëntelisme kan doen.
Mijnheer de minister, ik heb daarom de volgende vragen.
Wat is het verschil tussen vier Vlaamse paracommando's die uit
Afghanistan worden weggehaald, gevangenisstraf en ontslag
riskeren, en twee kandidaat-beroepsonderofficieren, uit Luik en
Henegouwen, die betrapt werden op drugs?
Hoe lang zult u nog op die wijze voortdoen?
Kan bijvoorbeeld de heer Joly, inspecteur-generaal, die zitdagen niet
afhandelen, conform het militair reglement en zonder politieke
bemoeienissen? U weet, mijnheer de minister, wanneer het leger aan
politiek doet, dan is de democratie in gevaar.
16.03 Theo Kelchtermans (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil een
kleine aanvulling geven. Ik zal niet herhalen wat de anderen gezegd
hebben. De heer Pieter De Crem heeft met zijn interpellatie de toon
gezet.
Ik wil aan de minister uitdrukkelijk het volgende vragen. Ik was ook
wat geschrokken toen ik die berichtgeving las. Dat is iets waarvoor
men als mandataris gevoelig is. Ik ontken niet dat we allerhande
vragen krijgen. Als mandataris wenst men op die vragen een
antwoord te geven. Men is natuurlijk ook gericht op positieve
antwoorden.
In deze zijn er toch nuanceringen, te meer omdat ik lees in de kranten
het komt de minister toe dat te weerleggen dat hij bij herhaling
intervenieert. Zo staat het er: bij herhaling. En, hij maakt beslissingen
van de militaire hiërarchie ongedaan. Dat wil dus zeggen, althans zo
besluit ik daaruit, dat de regels binnen de militaire hiërarchie door de
hiërarchie strikt gevolgd worden, maar dat de minister afwijkt van de
regels. Dat geeft de indruk dat het arbitrair is.
Als de minister behoefte heeft om af te wijken van de regelgeving die
de hiërarchie hanteert, dan vraag ik mij af waarom de regelgeving dan
niet wordt aangepast. Dat zou duidelijk zijn. Dat is mijn eerste vraag.
Ten tweede, het lijkt aannemelijk en wenselijk, maar het moet
vermeden worden dat dienstbetoondossiers, die via het secretariaat
van Waver worden binnengebracht, bij absolute voorhang worden
afgehandeld. Mijnheer de minister, zijn er daaromtrent instructies? Of
speelt hier, misschien wat voorbarig dan, de goodwill van de
16.03
Theo Kelchtermans
(CD&V): J'ai été sidéré par les
informations publiées dans la
presse. Le ministre serait
intervenu à plusieurs reprises et
aurait annulé des décisions de la
hiérarchie militaire. En agissant de
la sorte, il ne respecte pas les
règles suivies à la lettre par la
hiérarchie militaire et donne
l'impression que l'arbitraire règne
en maître. Pourquoi le ministre
n'adapte-t-il pas la réglementation
s'il souhaite s'en écarter? Il faut
éviter de donner aux dossiers de
la permanence sociale la priorité
absolue. Existe-t-il des instructions
en la matière?
Généralement, les réponses
détaillent les procédures à suivre.
Je l'accepte car dans ce cas, le
service consiste à donner une
`information correcte' et chacun
est traité sur un même pied. Vous
appliquez toutefois une politique
de deux poids, deux mesures. J'ai
ici une lettre non signée du
département de la Défense,
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
37
medewerkers die menen dat zij de minister daarmee een plezier
doen?
Ten derde, wij krijgen regelmatig vragen met betrekking tot militairen.
Wij sturen dan een briefje met de gevraagde informatie naar het
kabinet of de desbetreffende dienst. Doorgaans krijgen wij een
antwoord dat verwijst naar de exacte procedure die in dat geval
gevolgd dient te worden door de militaire administratie. Wij sluiten ons
daarbij aan. Ik vind dat de mededeling van de procedures, eventueel
met de aankondiging van vertraging, neerkomt op correct informeren.
Dit is de juiste definitie van wat men dienstbetoon noemt: het juist
informeren en iedereen op dezelfde manier proberen te behandelen.
Ik aanvaard die antwoorden; wij krijgen die allemaal. Maar als ik nu
zie dat er met twee maten en twee gewichten wordt gewogen, heb ik
daar wel vragen bij. Dat wil namelijk zeggen dat iemand anders meer
gepriviligeerde antwoorden krijgt dan een doorsnee parlementslid.
Mijnheer de minister, ten slotte heb ik een brief die door uzelf of door
uw kabinet geschreven zou zijn, met het logo van Defensie en ook
van u. Het gaat over een van die twee gevallen. Die brief is niet
ondertekend, maar ze heeft ongetwijfeld wel in de signataire gezeten.
Het zou kunnen dat die brief het dubbel is van een verstuurde,
mogelijkerwijze wel ondertekende brief. Ik lees de brief even voor. De
brief was gericht aan een van beide militairen, maar ik denk dat zij
allebei dezelfde gekregen hebben. De brief begint vertrouwelijk.
portant sur l'un de ces deux cas,
qui prouve l'intervention du
ministre.
"Votre visite à ma permanence de Wavre concernant la possession
de drogue a retenu toute mon attention. Compte tenu de l'enquête
judiciaire pour fait de drogue, votre chef de corps a proposé la
résiliation d'office de votre engagement. J'ai refusé cette proposition.
Par contre, une mesure statutaire vous est imposée, à savoir le retrait
temporaire d'emploi de 21 jours, par mesure disciplinaire. Je vous prie
de croire, soldat, à l'assurance de mes sentiments les meilleurs".
Dat is de brief. Mijn vraag is zeer concreet. Is die brief verstuurd? Hij
is door u ondertekend. Ik heb daarbij grote vragen. Dit gaat voor mij te
ver.
Dit is een desavoueren van de militaire hiërarchie. Dit geeft de indruk
dat de regels voor dubbele interpretatie vatbaar zijn. Er zijn regels en
instructies. De interne regeling is vastgelegd en er wordt door de
oversten bevestigd dat ze wordt gevolgd. Mijnheer de minister, u hebt
blijkbaar het recht om, zonder dat dit in de regelgeving staat, eenzijdig
af te wijken van een regelgeving die door de militaire overheid wordt
gehanteerd. U doet dat, volgens mij, arbitrair.
Mijn vraag is dus of de brief verstuurd is en ondertekend is? Ik krijg
het antwoord reeds op voorhand. Hij is inderdaad ondertekend en
verstuurd.
Voilà qui me dépasse. La
hiérarchie militaire est désavouée.
L'impression qui en résulte, c'est
que les règles sont sujettes à une
double interprétation. Le ministre
peut déroger unilatéralement aux
règles, mais il le fait
arbitrairement.
Cette lettre a-t-elle été envoyée?
16.04 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, tout d'abord,
comme responsable politique depuis que je suis dans ce
département, j'ai toujours veillé à être très présent sur tous les
terrains et à rester à l'écoute de tous les types de personnels, quel
que soit leur niveau dans la hiérarchie, le nombre d'étoiles qu'ils
portent ou l'endroit où ils se trouvent, en mission à l'extérieur ou
originaires de n'importe quelle région linguistique de ce pays; je
m'efforce d'ailleurs d'être présent dans toutes les régions du pays et
16.04 Minister André Flahaut: Als
politiek verantwoordelijke heb ik er
altijd naar gestreefd in het veld
aanwezig te zijn en naar de
verzuchtingen van alle categorieën
van het personeel te luisteren. Het
is logisch dat op die manier
contacten tot stand komen die niet
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
38
j'entends continuer en ce sens.
Etant ainsi présent, j'ai forcément des contacts non prévus par les
différents protocoles. En général, je refuse de suivre là où sont
déroulés les tapis rouges et j'ai plutôt la fâcheuse tendance à ouvrir
les portes fermées. C'est ce qui me permet d'entrer en contact direct
avec les hommes et les femmes qui se situent à la base et qui font
fonctionner la machine.
J'écoute beaucoup de monde et je reçois donc des lettres, des mails,
des coups de téléphone, directs sur gsm ou par sms, sur ma
messagerie, d'hommes et de femmes qui me donnent l'une ou l'autre
information; et pas uniquement les organisations syndicales. En cela,
j'ai peut-être brisé un monopole et j'ai sans doute mis les pieds dans
des systèmes de clientélisme qui existent peut-être dans certaines
organisations syndicales.
Et cela se fait, forcément, sur rendez-vous et pas en semaine. J'ai lu
que je n'étais disponible pour le parlement parce que je faisais du
"dienstbetoon" et, pourtant, c'est le samedi que je fais cela, parfois
même le dimanche sur rendez-vous.
D'ailleurs, M. De Crem nous a dit qu'il le faisait aussi. Un de mes amis
s'est présenté à la commune d'Aalter au début de la semaine, a
demandé si le bourgmestre recevait sur rendez-vous et il s'est
entendu répondre qu'en effet, il suffisait de téléphoner à la secrétaire.
Chez moi, un néerlandophone est passé, la réceptionniste a dit que le
bourgmestre recevait sur rendez-vous le vendredi après-midi et
parfois le samedi avant-midi. L'homme est revenu l'après-midi et il a
vu un pompier qui apportait du courrier et qui lui a confirmé la même
chose.
Il n'y a pas de problème avec ça: nous le faisons tous. Le reconnaître,
c'est faire preuve de disponibilité à l'égard de sa population, de celle
de sa commune ou celles des communes voisines. En effet, à partir
du moment où je signale que suis à disposition sur rendez-vous, je
reçois au cours de ces permanences tant des gens du nord que du
sud ou du centre du pays, de toutes les catégories. J'admets recevoir
moins de généraux et colonels, même candidats généraux, que des
militaires de base qui n'ont peut-être pas été entendus de leur
hiérarchie et qui ont un problème. D'ailleurs, d'ordinaire, les gens
viennent exposer des problèmes et pas des solutions.
Je reçois aussi énormément de courrier des syndicats. Je n'ai pas
amené la pile de lettres provenant de la CPM, me demandant
d'intervenir dans tel ou tel dossier pour revoir des décisions
administratives, des sanctions ou éviter des mutations.
Mais, je les ai. A partir du moment où mon courrier sort et est répandu
dans l'ensemble de la presse, je suis prêt à donner tout le courrier
syndical qui m'a été envoyé. Si vous le voulez, vous pouvez l'avoir. Si
on veut jouer la transparence, on va jouer la transparence complète et
je donnerai tout le courrier possible et imaginable reçu par certaines
organisations syndicales. Si le secret de la correspondance n'a plus
de valeur, que la vie privée n'a plus de valeur, allons-y!
Je ne fais pas attention à l'appartenance linguistique d'une personne
door een of ander draaiboek
voorgeschreven zijn. Precies op
die manier heb ik rechtstreeks
contact met de mensen die de
machine draaiende houden.
Ik luister dus naar heel wat
mensen, en niet alleen naar de
vakbonden. Zo heb ik wellicht het
dienstbetoon van bepaalde
vakbondsorganisaties doorkruist.
Dat gebeurt natuurlijk op afspraak
en niet tijdens de week. De heer
De Crem gaf al toe dat hij dat ook
doet. We doen het trouwens
allemaal. Door dat openlijk toe te
geven, tonen we enkel dat we
beschikbaar zijn voor de
bevolking.
Ik krijg trouwens ook ontzettend
veel brieven van de vakbonden.
Aangezien mijn correspondentie
overal in de pers verschijnt, ben ik
bereid alle brieven die ik van de
vakbonden heb gekregen vrij te
geven. Als het briefgeheim dan
toch geen waarde meer heeft,
hoeft niets ons daar nog van te
weerhouden!
Ik hecht geen belang aan de taal
van wie zich tot mij wendt. Als
iemand een probleem heeft,
probeer ik er een oplossing voor te
vinden.
Als een jongere om werk komt
vragen, wordt hij naar een
Defensiehuis gestuurd, waar een
aanwervingsprocedure wordt
gestart. Ik heb wijzigingen laten
aanbrengen zodat er op geen
enkel ogenblik nog kan worden
ingegrepen in die procedure.
Het bevorderingssysteem stoelt op
selectiecomités. Ik woon de
vergaderingen bij, maar ik meng
mij heel zelden, slechts op
bepaalde momenten, wanneer het
me verbaast dat iemand - die niet
noodzakelijk om dienstbetoon
heeft gevraagd - niet wordt
bevorderd, wat al dan niet invloed
heeft omdat er daarna wordt
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
39
qui vient me voir. Je vois la personne et si elle a un problème, je tente
de trouver une solution. Je ne suis pas de ceux qui passent à côté
d'un problème en faisant semblant de rien, en ne le réglant pas ou en
disant "qu'il se débrouille".
Que se passe-t-il lorsqu'un jeune vient vous voir pour un emploi? Que
lui dit-on? D'aller à la maison de la Défense. Il va à la maison de la
Défense de sa province, il y passe les tests et entre dans un circuit de
recrutement. Je vous assure et toute personne honnête vous le dira
que j'ai fait apporter des modifications pour que l'on ne sache plus
intervenir à aucun moment dans ce circuit. Le ministre ou n'importe
qui ne sait plus aller chercher un candidat pour le faire passer avant
un autre. Avant, cela existait; maintenant, ce n'est plus possible. Vous
ne savez plus aller chercher le candidat et c'est une des raisons pour
lesquelles certains jeunes viennent sans doute se plaindre dans vos
permanences en disant "j'ai passé des examens et je n'ai pas été
retenu". On leur dit "repassez les examens", ils demandent alors de
faire "remonter" le dossier. Non, c'est impossible. Le système est
verrouillé. J'ai fait mettre en place ce système, précisément pour
éviter ce genre de critique que nous recevions.
Que l'on dise aux gens d'aller sur le site "mil.be" pour savoir où se
situe une maison de la Défense et qu'on leur indique quelles sont les
conditions à remplir, cela me paraît normal. Mais ces permanences
ne sont pas faites uniquement pour les gens de Wavre ou du Brabant
wallon, et ne sont certainement pas consacrées exclusivement aux
problèmes militaires, heureusement d'ailleurs! Il y a d'autres
problèmes à régler. C'est la même chose pour toute autre
permanence organisée par quiconque veut faire son boulot politique
le mieux possible.
Ensuite, le système de promotion comme vous dites se fait à
l'intérieur de la hiérarchie. Il y a des comités de sélection. J'assiste à
ces réunions mais je n'interviens que très peu. Je suis effectivement
intervenu à certains moments pour signaler que je m'étonnais - mais
ces gens n'étaient pas nécessairement passés par une permanence -
que l'un ou l'autre n'était pas repris. Ce n'était pas nécessairement
suivi d'effet car, par la suite, des votes sont organisés sur proposition
du chef de la Défense.
En conclusion, ouverture complète pour les problèmes militaires ou
non militaires rapportés par les syndicats. J'essaie de répondre au
mieux à tout le monde, j'essaie d'apporter des réponses positives
quand c'est possible.
J'en arrive au cas particulier des règlements: 99 fois sur 100, je suis
les propositions de l'administration.
Mais quand on me présente un cas social... Prenons un exemple.
Vous avez voté une loi qui permet à un étudiant qui veut quitter l'école
militaire de le faire à la condition de payer un certain dédit. Dans la loi
qui a été votée, vous avez laissé au ministre une possibilité
d'appréciation pour des raisons sociales. En effet, à certains
moments, des personnes peuvent se dire qu'elles ont raté et qu'elles
doivent quitter l'armée mais qu'elles ne peuvent pas payer. Que fait-
on alors? On procède à une enquête sociale j'en fais la demande, je
ne me livre pas à l'enquête moi-même et quand les conclusions
arrivent, on peut décider d'accorder la gratuité ou une certaine
gestemd op voorstel van de Chef
Defensie.
Op het stuk van de reglementen,
volg ik in 99 van de 100 gevallen
de voorstellen van de
administratie.
Als men mij evenwel een echt
sociaal geval voorlegt... In dit land
zegt de administratie nog niet altijd
wat de ministers moeten doen. Zij
beschikken nog over een
beoordelingsbevoegdheid.
Die bevoegdheid geldt ook bij de
uitvoering van de statutaire
bepalingen en in een reeks andere
gevallen. Zo is het geval van twee
jongens die worden betrapt op het
bezit van twee gram marihuana
die ze in een kistje in een kast van
een school hebben verstopt,
moeilijk te vergelijken met dat van
personen die openlijk drugs
verhandelen of gebruiken. Het
verschil met de vier para's ligt in
het feit dat zij nagenoeg op
heterdaad werden betrapt en dat
Justitie heeft ingegrepen. Dan rest
mij geen andere oplossing dan
hen te schorsen. En indien zij voor
drugshandel worden veroordeeld,
zal ik hun straf moeten
aanvaarden. In het andere geval
gaat het over de toepassing van
statutaire bepalingen in een
school, waar ik wel
beoordelingsbevoegdheid heb. Dat
is het verschil. Dat heeft niets te
maken met het feit dat de para's al
dan niet uit Diest afkomstig zijn.
Wanneer ik
over een
beoordelingsbevoegdheid beschik,
maar ik daar gebruik van. Naar
aanleiding van de door mij
gevraagde aanvullende
onderzoeken wordt de situatie
soms herzien, maar soms ook
niet. In tegenstelling tot wat
sommigen ook mogen denken,
gaat het niet om cliëntelisme. Het
is een manier om naar de mensen
te luisteren en het departement te
beheren rekening houdend met
eenieders bekommernissen.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
40
réduction. Il s'agit d'une appréciation. Dans ce pays, ce n'est pas
encore l'administration qui dit en permanence aux ministres ce qu'ils
doivent faire. Les ministres ont encore un pouvoir d'appréciation.
C'est également valable pour l'application des règlements statutaires.
Les dossiers me parviennent accompagnés de propositions de
sanctions et un nombre de jours marqués au crayon. À partir de là,
l'appréciation de la sanction et de la nécessité de l'aggraver ou la
diminuer est laissée au ministre. D'autres cas d'étudiants existent
dans la partie néerlandophone du pays mais ne communautarisons
pas l'affaire. D'autres cas existent où on a appliqué cette capacité
d'appréciation. Mais la situation de deux "gosses" qu'on surprend en
possession de deux grammes de marijuana dans une caisse placée
dans une armoire de l'école n'est pas comparable à celle de
personnes qui consomment ou qui trafiquent ouvertement.
Il y a donc eu une appréciation et on a appliqué la sanction la plus
dure. Dans une école secondaire, où qu'elle se trouve, renvoie-t-on
systématiquement l'élève? On a plutôt tendance à donner une
seconde chance à l'élève qui est pris en faute. C'est du moins ce que
je crois. Et si c'était à refaire, je ferais pareil. Le cas des quatre paras
ressemble à celui des fraudeurs que j'ai dû suspendre. Vous avez
aussi voté une loi à ce sujet. Les fraudeurs et les paras ont été pris
pratiquement en flagrant délit et la justice est intervenue. Que dois-je
faire alors? Je n'ai d'autre solution que suspendre les militaires
concernés pendant la période de l'enquête. Ce que j'ai fait pour les
fraudeurs, je devrais le faire pour les paras. J'ignore ce qui va se
passer par la suite avec l'enquête. S'ils sont condamnés, comme il
s'agirait d'une condamnation judiciaire, je n'ai aucune capacité
d'appréciation. S'ils sont condamnés et convaincus de trafic de
drogue je ne peux préjuger des résultats de l'enquête , je devrai
accepter la sanction sans pouvoir y déroger.
Dans l'autre cas, on se trouve dans une phase d'application d'un
règlement statutaire dans une école avec une faculté d'appréciation.
Voilà la différence. Cela n'a rien à voir avec le fait que les paras soient
de Diest ou d'ailleurs. Les personnes qui ont fraudé se trouvaient pour
la plupart dans la partie francophone du pays. Je respecte la
réglementation mais quand la réglementation et la loi m'accordent un
pouvoir d'appréciation, je l'utilise. Je ne prends jamais une situation
pour argent comptant, autrement, n'importe qui pourrait venir me
trouver parce qu'il est malheureux, qu'il a un problème, qu'il ne
s'entend pas avec son chef. La seule chose que nous puissions faire,
c'est confier le dossier à mes services qui vérifient les dires et qui
posent à nouveau des questions.
Parfois, la situation est revue, parfois non.
Hier, j'ai été confronté au cas d'une personne qui demandait une
prolongation dans un service international. Cette prolongation était
anormale. Les services estimaient qu'il ne fallait pas l'accepter. Un
parlementaire m'a fait savoir, hier, que si je procédais à cette
mutation, des problèmes se poseraient. J'ai demandé que l'on
procède à un examen. Suivant les conclusions de l'enquête
complémentaire, l'épouse du demandeur est condamnée et n'aura
sans doute pas l'occasion de rester dans le service jusqu'à la fin de la
prolongation que je lui accorderais. Que dois-je faire? J'oppose un
refus à la demande et je mute cette dame et son époux, sachant que
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
41
je risque de provoquer le décès prématuré d'une personne? Non.
Laissez-moi le choix d'apprécier! Contrairement à ce que peuvent
penser d'aucuns, il ne s'agit pas de clientélisme. C'est une façon
d'être à l'écoute des gens et de gérer le département en tenant
compte des préoccupations de chacun, comme c'est le cas dans une
commune, dans une province ou ailleurs.
16.05 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik contesteer
formeel dat de aanwervingsmethodes neutraal en anoniem zouden
zijn. Ik contesteer formeel dat er geen enkele link zou zijn tussen
aanwervingsnummers, dossiernummers en particulieren en dat dit
door het kabinet of de minister niet kan geweten zijn. Ik contesteer dat
formeel en ik heb daarvoor de bewijzen. Ik vind het heel gevaarlijk dat
u dit zegt. Deze sleutel is door u al verscheidene keren omgedraaid in
het slot.
Ten tweede, wat de interventies betreft, uit de personeelsdienst weten
wij dat het gros van de mutaties via het kabinet in gang wordt
gestoken en een finaliseringsgraad heeft tussen de 70 en de 80% van
de interventies die daarvoor gebeuren. Ik contesteer dus ook formeel
dat u daarvoor niet zou interveniëren.
Ten slotte, wat de zaak van de twee drugsgebruikende militairen
betreft, kolonel Van Laethem zegt dat er niet is geïntervenieerd en u
zegt dat er wel, met reden, is geïntervenieerd. Eigenlijk zitten we nu in
een logica waarin men kan doen wat men wil zolang er geen juridisch
geding aanhangig is of zolang er geen klacht is bij het gerecht. Men
mag alle voorschriften aan zijn laars lappen en naar de permanentie
van de minister komen. Hij zorgt ervoor dat de zaak in orde wordt
gebracht. Dit gebeurt de facto en dat bevestigt mijn uitgangspunt dat
er een diepgaande, fundamentele malaise is omdat u met uw
eigengereid optreden de checks and balances die in de aanwervings-,
bevorderings- en sanctioneringsprocedures van het personeelsbeheer
van het Belgisch leger en de Krijgsmacht bestaan, gewoon aan uw
laars lapt. Dat is het enige wat ik daarover kan zeggen.
16.05 Pieter De Crem (CD&V): Je
conteste formellement l'affirmation
selon laquelle la procédure de
nomination serait neutre et
anonyme et je possède des
preuves à cet égard. Le ministre
joue un jeu dangereux. Son
administration prend d'ailleurs
l'initiative en ce qui concerne la
plupart des mutations. Le ministre
intervient donc effectivement.
Quant à l'affaire des deux
militaires qui consomment de la
drogue, le ministre estime que les
intéressés peuvent continuer à
agir comme ils le font aussi
longtemps qu'une plainte n'est pas
déposée auprès du tribunal, et il
les invite à venir se présenter à sa
permanence à Wavre.
L'obstination à intervenir du
ministre crée un sentiment de
malaise.
16.06 Staf Neel (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik stel mij bij
het antwoord van de minister nog een enkele vraag. Men heeft twee
generaals, de Franstalige generaal Lejoly en de Nederlandstalige
generaal Devignon, die in feite een soort ombudsmannen zijn. Ik
vraag mij af waarom zij het dienstbetoon van hun minister niet zouden
kunnen doen, conform het militaire element, los van de politiek, of zijn
deze generaals misschien niet te vertrouwen, mijnheer de minister?
16.06 Staf Neel (Vlaams Belang):
Je me demande pourquoi les
généraux compétents ne peuvent
pas se charger des permanences
du ministre, conformément aux
règles militaires. Sont-ils donc
indignes de confiance?
16.07 Minister André Flahaut: Zij doen dat. Als ik een probleem zie...
16.08 Staf Neel (Vlaams Belang): U volgt hun voorstellen?
16.09 Minister André Flahaut: Ja, als ik een probleem heb inzake
seks of drugs, zend ik het dossier naar de speciale dienst van de
inspecteur-bemiddelaar. Ik doe niets in dit soort van dossiers.
Zij hebben veel werk, niet alleen met mijn brieven, maar ook met
andere dingen. Dat is goed. Dat is beter voor de minister.
16.09 André Flahaut, ministre:
Lorsqu'il s'agit d'affaires de sexe
ou de drogue, je transmets déjà
les dossiers à ces généraux!
16.10 Theo Kelchtermans (CD&V): Mijnheer de voorzitter, wat mij in
de woorden van de minister blijft storen, is dat de militaire hiërarchie
daarin gewoonweg wordt genegeerd. Dat hij een arbitrageruimte voor
16.10
Theo Kelchtermans
(CD&V): La hiérarchie militaire est
ignorée. Je comprends que dans
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
42
hemzelf vanzelfsprekend vindt in die enkele gevallen, kan ik nog
volgen, maar hij bagatelliseert ook het geheel. Als op het niveau van
de gemeente een burgemeester of schepen zijn secretaris zo zou
desavoueren, zou dat de samenwerking onmogelijk maken.
Ik denk dat men wat dat betreft regels moet hebben. Als men de
regels wijzigt of in een arbitrage wenst te voorzien, dan moet men dat
samen met maar niet tegen de militaire hiërarchie doen. Dat vind ik
het zwakke punt in het geheel.
Ik denk dat de minister wat dat betreft zijn regelgeving en de manier
waarop de militaire hiërarchie bij zijn arbitrage wordt betrokken ik
geef toe dat arbitrage dikwijls wenselijk is in sociale gevallen, want
men kan niet alles in wiskundige formules vatten moet bekijken. De
militaire hiërarchie moet gerespecteerd blijven. Zoals ik het lees, komt
hetgeen gebeurd is, neer op het compleet desavoueren van de
militaire hiërarchie.
certains cas sociaux une marge
d'appréciation soit nécessaire
mais le ministre ridiculise le
système. Les règles doivent être
modifiées en accord avec la
hiérarchie militaire et non contre
elle.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Pieter De Crem en Theo Kelchtermans en
luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De Crem en Staf Neel
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
beveelt de regering aan
de besluitvorming van de militaire hiërarchie niet te laten doorkruisen door het persoonlijk dienstbetoon van
de minister van Landsverdediging."
Une première motion de recommandation a été déposée par MM. Pieter De Crem et Theo Kelchtermans et
est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De Crem et Staf Neel
et la réponse du ministre de la Défense,
recommande au gouvernement
de ne pas permettre d'ingérence personnelle du ministre de la Défense dans les décisions de la hiérarchie
militaire."
Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door heren Staf Neel en Luc Sevenhans en luidt als
volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De Crem en Staf Neel
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
vraagt de regering
dringend een deontologische code in te stellen in het kader van het persoonlijk politiek dienstbetoon van de
minister, zodat politieke inmenging uitgesloten is."
Une deuxième motion de recommandation a été déposée par MM. Staf Neel et Luc Sevenhans et est
libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De Crem et Staf Neel
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement
d'instaurer d'urgence un code déontologique dans le cadre des interventions politiques personnelles du
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
43
ministre, pour exclure toute ingérence politique."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heren Alain Mathot en David Geerts.
Une motion pure et simple a été déposée par MM. Alain Mathot et David Geerts.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
17 Vraag van de heer Pieter De Crem aan de minister van Landsverdediging over "de besparingen op
de werkingskosten" (nr. 5808)
17 Question de M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur "les économies sur les frais de
17.01 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, in het kader van de herstructurering van de FOD
Landsverdediging is er ook een doorlichting van de personeelskosten
geweest. Het is geweten dat er heel wat besparingen zullen worden
doorgevoerd in clubs, in messes, in activiteiten die in de brede waaier
van de krijgsmacht vervat zitten.
Mijnheer de minister, wat was het globaal resultaat van de
doorlichting? Zijn er gevolgen voor de sociale activiteiten van de
militairen? In welke mate is er een spreiding tussen de eenheden en
de kazernes? Wat zijn de budgettaire implicaties? Welk bedrag wordt
er bespaard?
17.01 Pieter De Crem (CD&V):
Les frais de personnel du SPF
Défense ont été soumis à un audit.
D'importantes économies seraient
réalisées. Quel est le résultat
complet de cet audit? Aura-t-il des
répercussions sur les activités
sociales des militaires? Toutes les
casernes et unités seront-elles
touchées? Combien doit-on
économiser?
17.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, in september
2004 heeft een werkgroep zich gebogen over een aantal
vergoedingen en toelagen waarop het betrokken personeel recht
heeft in bepaalde omstandigheden. Deze doorlichting had als
prioritaire doelstelling te komen tot een meer uniforme en eerlijke
verloning met onder meer de uitwerking van eenvormige criteria voor
alle wacht- en permanentiediensten. Deze criteria zullen het recht
geven op een gelijke financiële behandeling voor gelijke activiteiten
uitgevoerd in gelijkaardige omstandigheden. Voor oefeningen en
manoeuvres werd een nieuw beheersinstrument ontworpen om een
correctere toepassing van de regelgeving inzake toelagen te
garanderen. Bovendien wordt er in de algemene directie Human
Resources een compleet nieuw betoelagingssysteem ontworpen dat
moet voldoen aan de noden van het personeel.
Er zijn geen negatieve sociale gevolgen gekoppeld aan deze
maatregelen, integendeel. Deze rationalisatie kan alleen het sociale
en familiale leven van het personeel ten goede komen. De
optimalisatie van de uitgaven moet daarenboven worden gezien in het
breder kader van een goed personeelsbeheer dat uiteindelijk iedereen
ten goede komt.
Het doel van deze optimalisatie is niet om eenheden en kazernes te
treffen. Gezien de nieuwe regels voor de voormelde beurtrollen en het
nieuwe vergoedingsstelsel voor oefeningen, manoeuvres en
operationele inzet krijgsmachtbreed zullen worden toegepast, zal al
het personeel op een meer eerlijke en voor sommige activiteiten op
een zelfs betere manier worden vergoed.
De budgettaire implicaties worden momenteel uitgewerkt, maar zijn
tot op heden nog niet in detail gekend. Het nieuwe stelsel voor de
17.02 André Flahaut, ministre: En
septembre 2004, un groupe de
travail a passé au crible certaines
indemnités et allocations du
personnel. A la suite de cela, tous
les services de garde et de
permanence devraient bénéficier
d'une rémunération équitable et se
voir appliquer des critères
uniformes. Les mêmes activités
effectuées dans les mêmes
conditions doivent donner lieu à
une rétribution identique. Un
nouvel instrument de gestion a été
développé pour les exercices et
les manoeuvres et la direction
générale des ressources
humaines oeuvre à un système de
subventions totalement neuf.
Il n'y aura aucune conséquence
sociale négative. Les nouvelles
mesures ne pourront que
bénéficier à la vie sociale et
familiale du personnel. Une bonne
gestion du personnel profite en
effet à tout le monde.
Mon intention n'est pas de toucher
des unités ou des casernes
spécifiques. Les nouvelles règles
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
44
vergoeding van de trainingsactiviteiten en de operationele inzet moet
immers nog onderhandeld worden met de syndicale organisatie en zal
nadien ook nog aan de budgettaire en administratieve controle
moeten worden onderworpen.
s'appliqueront à l'ensemble des
forces armées. Tout le personnel
sera rémunéré plus équitablement
et parfois mieux.
Je ne connais pas encore les
détails des implications
budgétaires. Des négociations
doivent encore avoir lieu avec les
syndicats. Il y aura ensuite un
contrôle budgétaire et
administratif.
17.03 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik had
gevraagd of er gevolgen zijn voor de sociale activiteiten van militairen
en welke eenheden en kazernes er getroffen worden. Ik heb geen
antwoord gehad op mijn vragen.
17.03 Pieter De Crem (CD&V):
J'ai également demandé au
ministre si l'audit aurait des
répercussions sur les activités
sociales des militaires et quelles
étaient les casernes touchées par
la mesure.
17.04 Minister André Flahaut: Dit geldt voor alle eenheden, alle
kazernes, alle kwartieren. Er is ook geen impact op de sociale
activiteiten.
17.04 André Flahaut, ministre: Il
n'aura pas de répercussions sur
les activités sociales des militaires.
Les mesures s'appliqueront à
toutes les casernes.
17.05 Pieter De Crem (CD&V): Hoe komt het dan dat er brieven
verstuurd worden waarin staat dat de sociale activiteiten worden
teruggedrongen en dat de familieactiviteiten op zondag en de
activiteiten op vrijdagavond moeten worden afgeschaft?
17.05 Pieter De Crem (CD&V):
Pourquoi dès lors des lettres
relatives à la diminution du
nombre d'activités sociales des
militaires ont-elles été envoyées?
Elles concernaient également la
suppression des activités
familiales le dimanche et le
vendredi soir.
17.06 Minister André Flahaut: Dat is om budgettaire redenen.
17.06 André Flahaut, ministre:
Ces changements sont intervenus
pour des raisons économiques.
17.07 Pieter De Crem (CD&V): Voor het plezier zal het in ieder geval
niet zijn, ik veronderstel dat het om een budgettair doel gaat. U geeft
echter geen antwoord op mijn heel concrete vraag.
17.07 Pieter De Crem (CD&V): Le
ministre ne répond pas à ma
question.
17.08 André Flahaut, ministre: Je vous réponds! Je vous dis
simplement que ce qui se faisait auparavant en un ou deux jours de
week-end pour des raisons non justifiées, se fait actuellement durant
les cinq jours de la semaine.
C'est une manière différente de manager. On contrôle, on limite le
nombre de prestations dominicales. Dans le passé, tout était gratuit
tout le temps, partout. Aujourd'hui, on réalise des frais variables.
L'exercice qui se poursuivait le week-end sans raison est accompli
sur la semaine.
17.08 Minister André Flahaut: Ik
antwoord toch! Ik zeg alleen dat
wat vroeger, zonder gegronde
reden, gedurende een of twee
weekenddagen gebeurde, nu
gedurende de vijf weekdagen
gebeurt. Dat is een andere vorm
van organisatie.
Le président: La question a été posée voici quelques semaines
concernant la diminution des indemnités dues au titre d'exercice. De
De voorzitter: De heer De Crem
is het er misschien niet mee eens,
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
45
toute façon, M. le ministre a répondu. M. De Crem n'est peut-être pas
d'accord mais j'estime que la réponse a été donnée à la question.
maar volgens mij heeft de minister
op de vraag geantwoord.
17.09 Pieter De Crem (CD&V): Ce n'est pas que je ne suis pas
d'accord, je suis insatisfait.
17.09 Pieter De Crem (CD&V):
Het probleem is niet dat ik het er
niet mee eens ben, maar dat ik er
geen voldoening mee neem.
Le président: Cela arrive souvent, monsieur De Crem, que vous
soyez insatisfait.
De voorzitter: Dat is niet de
eerste keer, mijnheer De Crem.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van de heer Pieter De Crem aan de minister van Landsverdediging over "de zending van
militaire VN-waarnemers" (nr. 5810)
18 Question de M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur "l'envoi d'observateurs militaires des
18.01 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, er worden steeds een aantal Belgische officieren uitgestuurd
als VN-waarnemer. Ook dit jaar werden er kandidaten gezocht voor
deze opdracht. Dit zou zijn gebeurd voor een aantal regio's, maar voor
een aantal regio's zou dit niet gebeurd zijn. Dat zou te maken hebben
met een ruzie, een georganiseerd meningsverschil tussen de minister
van Buitenlandse Zaken en u, de minister van Landsverdediging. Het
gaat over geld. De minister van Buitenlandse Zaken zou de
supplementen daarvoor moeten betalen.
Er is een zeer eigenaardige toewijzing. Het is het voorgeborchte van
een gesprek dat wij hier zo dadelijk nog zullen hebben. De toewijzing
is gebeurd voor sommige regio's, maar bijvoorbeeld niet voor de
UNTSO-regio, de regio van Israël, Syrië, Libanon en Egypte. De
minister van Buitenlandse Zaken heeft net een bezoek gebracht aan
die regio. Het is ook niet gebeurd voor Pakistan, waarvoor normaal
gezien twee personen zouden worden toegewezen.
Ik heb gezien dat de Belgische mandaten in totaal open blijven. Er is
geen engagement. Ik dacht dat wij ons op internationaal vlak gingen
engageren, maar dit gebeurt dus niet.
In welke mate, hoe en wanneer hebt u daarover overlegd met uw
collega van Buitenlandse Zaken?
Hoe zal de problematiek op korte termijn worden opgelost?
Ik had ook graag een overzicht gekregen van de Belgische mandaten
die in het kader van dat United-Nations-Military-Observersprogramma
worden afgevaardigd.
Ik zou hierover nog het een en ander kunnen zeggen, maar gezien
het gevorderde uur zal ik mij beperken tot dit.
18.01 Pieter De Crem (CD&V):
Des officiers belges sont désignés
chaque année pour un mandat
d'observateur de l'ONU.
A
l'occasion de l'attribution de
certains postes, un conflit était
survenu entre les ministres de la
Défense et des Affaires
étrangères, étant donné que ce
dernier département devrait
prendre en charge le paiement
des suppléments. Certains
mandats belges n'ont pas été
pourvus, bien que la Belgique
s'engagerait en ce sens.
Quand le ministre a-t-il évoqué la
question des mandats avec le
ministre des Affaires étrangères?
Comment le problème sera-t-il
résolu? Le ministre peut-il fournir
un aperçu des mandats belges
dans le cadre du programme
"United Nations Military
Observers"?
18.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, de dekking van
de kosten ingevolge de inzet van militair personeel in het kader van
de United-Nationsopdracht is voor Defensie voor de loonkosten en
voor Buitenlandse Zaken voor de aanvullende vergoedingen en de
werkingskosten.
18.02 André Flahaut, ministre:
Pour les missions des Nations
Unies, les coûts relatifs à
l'affectation de personnel militaire
sont supportés par le département
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
46
In de initiële begroting voor 2005 van Buitenlandse Zaken zijn de
kredieten ter dekking van een deel van de uitgaven niet voorzien. Na
overleg tussen beide departementen zal het departement
Buitenlandse Zaken de nodige middelen ter dekking van de
aanvullende vergoedingen en de werkingskosten in het kader van de
wet houdende de eerste aanpassing van de algemene
uitgavenbegroting voor 2005 inschrijven.
Ik geef nu een overzicht van de Belgische mandaten in het kader van
de United Nations Military Observers. De evolutie in de tijd van deze
mandaten werd aangeheven in de mededelingen aan de Ministerraad
van 23 december 2004.
UNTSO, United Nations Truce Supervision Organization, in Israël en
Syrië, telt zes mandaten.
UNMIK, United Nations Interim Administration Mission in Kosovo, telt
één mandaat.
MONUC, Mission de l'ONU au Congo, telt vijf mandaten.
UNMOGIP, United Nations Military Observers Group to India and
Pakistan, telt twee mandaten.
ONUB, Mission de l'ONU au Burundi, telt twee mandaten.
de la Défense. Les indemnités
supplémentaires et les frais de
fonctionnement sont toutefois à
charge du département des
Affaires étrangères. Le budget
2005 initial des Affaires étrangères
ne prévoyait aucun moyen à cet
effet. Après concertation, il a été
décidé que le SPF Affaires
étrangères prévoirait le montant
nécessaire lors de la première
adaptation du budget général des
dépenses.
Le programme "United Nations
Military Observers" prévoit pour la
Belgique six mandats pour
l'UNTSO ("United Nations Truce
Supervision Organisation") en
Israël et en Syrie, un mandat pour
l'UNMIK ("United Nations Interim
Administration Mission in
Kosovo"), cinq mandats pour la
MONUC ("Mission ONU au
Congo"), deux mandats pour
l'UNMOGIP ("United Nations
Military Observer Group in India
and Pakistan") et deux mandats
pour l'ONUB ("Mission ONU au
Burundi").
18.03 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u voor
het antwoord. Als ik het goed begrijp, is het conflict tussen u en uw
collega van Buitenlandse Zaken terzake opgelost en is de toewijzing
gebeurd.
18.03 Pieter De Crem (CD&V): Le
conflit est donc résolu et les
mandats ont été attribués?
18.04 Minister André Flahaut: Maar er is geen conflict tussen ons.
18.04 André Flahaut, ministre: Il
n'y avait pas de conflit.
18.05 Pieter De Crem (CD&V): Dat is dan twee keer goed nieuws.
18.06 Minister André Flahaut: Ik zeg dat het een akkoord is tussen
ons beiden.
18.06 André Flahaut, ministre: Et
un accord est intervenu.
Le président: Pour une fois qu'il y a une bonne nouvelle en commission!
18.07 Pieter De Crem (CD&V): En effet. Je suis satisfait.
Le président: Le président se réjouit de la satisfaction manifestée par M. De Crem.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
19 Questions jointes de
- M. Melchior Wathelet au ministre de la Défense sur "les conséquences de la vente des homes de
Seny, de Dilbeek et d'Uccle" (n° 5877)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "les problèmes survenus au sein des maisons de
repos de l'INIG" (n° 5927)
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
47
19 Samengevoegde vragen van
- de heer Melchior Wathelet aan de minister van Landsverdediging over "de gevolgen van de verkoop
van de rusthuizen in Seny, Dilbeek en Ukkel" (nr. 5877)
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de problematiek binnen de
rusthuizen van het NIOOO" (nr. 5927)
19.01 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le ministre, ma question
porte sur la vente des homes de Seny, Dilbeek et Uccle. Ces trois
maisons appartenant à l'INIG seraient déficitaires. Il aurait été déclaré
que ces homes devaient trouver acquéreur.
En février 2003, un arrêté royal annonçait d'ailleurs que ces trois
institutions allaient devoir - ou devaient - être vendues. Cette vente
impliquerait évidemment un changement de gestionnaire. Pour le
personnel et les résidents, cela soulève naturellement bon nombre de
questions et une incertitude latente et toujours présente pour le
moment.
Le 23 juillet 2004 la vente du home de Seny et de Dilbeek, ainsi que la
fermeture de celui d'Uccle pour des raisons d'impossibilité de vente,
furent annoncées lors d'un comité de concertation. La semaine
suivante, les préavis de licenciement furent envoyés au personnel.
L'annonce de la fermeture du home d'Uccle a fait scandale à
l'époque. Une manifestation a d'ailleurs été organisée. Vous avez
vous-même, semble-t-il, annulé les préavis et constitué un groupe de
travail composé des représentants de l'administration, des syndicats
et des résidents, qui trouva alors trois acquéreurs.
Concomitamment à cette gestion assez chaotique ou qui, en tout cas,
générait quelque incertitude au sujet de la vente, la gestion propre
des homes a été évidemment laissée en friche dans l'intervalle. Le
personnel infirmier soignant attend depuis octobre 2002 la
régularisation de la revalorisation barémique qui lui est due. Le
ministre du Budget a d'ailleurs été interpellé le 22 décembre 2004 et
le 11 janvier 2005 à ce propos. Il a répondu qu'aucune proposition ne
lui avait été transmise de la part des dirigeants de ces institutions. Les
contrats du personnel ne sont pas non plus renouvelés. Et des tâches
leur sont confiées, alors qu'elles se situent totalement hors de leur
compétence. Les fonctionnaires de niveau 1 seraient même partis,
absents, voire non renouvelés.
Monsieur le ministre, pourriez-vous confirmer l'ensemble des
éléments repris dans cette question et expliquer également les
raisons de cette gestion chaotique ou, en tout cas, peu sécurisante
pour les travailleurs?
Qu'en est-il du maintien de la philosophie de fonctionnement des trois
institutions mentionnées plus haut? Va-t-elle être maintenue? Quel
est actuellement leur statut?
Des préoccupations de reprise totale du personnel avec des garanties
d'emploi et de bien-être pour les résidents vont-elles être satisfaites?
Je vous remercie pour votre réponse.
19.01 Melchior Wathelet (cdH):
De rusthuizen van Seny, Dilbeek
en Ukkel die tot het NIOOO
behoren, zouden verlieslatend zijn.
Een koninklijk besluit van februari
2003 bepaalde dat deze drie
instellingen moesten verkocht
worden. Dat zorgt voor tal van
problemen voor het personeel en
de bewoners.
Op 23 juli 2004 werd
aangekondigd dat de rusthuizen
van Seny en Dilbeek verkocht
zouden worden en dat het rusthuis
van Ukkel zou gesloten worden
omdat het niet verkocht geraakte.
De aankondiging van de sluiting
van het rusthuis van Ukkel heeft
een schandaal veroorzaakt. U
heeft een werkgroep opgericht die
drie kopers heeft gevonden.
Ondertussen werd het beheer van
de rusthuizen duidelijk
verwaarloosd. Het verplegend
personeel wacht al sinds oktober
2002 op de herwaardering van de
loonschalen waarop het recht
heeft. De contracten van het
personeel werden niet verlengd.
En het moet taken verrichten waar
het helemaal niet voor is opgeleid.
Kan u deze informatie bevestigen?
Waaraan is dit chaotisch beheer
toe te schrijven? Zullen de drie
voormelde instellingen volgens
dezelfde principes blijven
functioneren? Zal het personeel in
zijn geheel worden overgenomen
en zal men het welzijn van de
bewoners ter harte nemen?
19.02 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, in
december 2002 besliste de overheid om de drie rusthuizen van het
NIOO te verkopen. Dat werd bekrachtigd bij koninklijk besluit van 23
19.02 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Il a été décidé par arrêté
royal du 23 février 2003 de
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
48
februari 2003.
Sinds die beslissing is er nog altijd geen officiële kandidaat-koper
opgedoken, aangezien het lastenkohier voor de verkoop nog steeds
niet is verschenen. Als minister van Defensie verklaarde u vorig jaar
dat de rusthuizen van het NIOO voor de nodige tijd open zouden
blijven. Dat is een vrij vage term, die uiteraard tot enige onrust leidt.
Bij uw bezoek vorig jaar aan het rusthuis te Ukkel kondigde u aan dat
u alle opzeggingen zou intrekken. Het ging in dat rusthuis over een
zestigtal personen. Bovendien benadrukte u dat er zeker nooit iemand
van de bewoners op straat zou worden gezet. U zou de rusthuizen
zeker niet sluiten alvorens er een oplossing was voor alle problemen.
Dat is uiteraard zeer positief.
Daartegenover staat natuurlijk de financiële impact. De
administrateur-generaal van het NIOO, de heer Godin, liet reeds
weten dat de kosten van de rusthuizen niet langer draagbaar zijn. Hij
spreekt over een financiële put van 1,3 tot 1,5 miljoen euro voor 2004
en nog eens een bijkomend dreigend tekort van 800.000 euro voor dit
jaar. Naast de verklaring van de heer Godin zijn er ook de
verklaringen van een aantal verenigingen, de vakbonden en de
bewoners. Zij trekken de cijfers in twijfel, spreken van slecht beheer
en nemen zelfs het woord fraude in de mond.
Het personeelsbeleid dat momenteel wordt gevoerd door
administrateur-generaal Godin, lijkt mij vrij chaotisch te zijn.
Sommigen doen werk waarvoor zij niet worden betaald, terwijl
anderen worden tewerkgesteld zonder contract. Hoe dat wordt
opgelost, weet ik ook niet goed. Personeel aanwerven, geen contract
geven en dan zien hoe men ze gaat betalen, lijkt mij een heel
eigenaardige manier van werken. Heel wat personeelsleden wachten
al jaren op overuren. Dat alles werkt een goede sfeer in de rusthuizen
uiteraard niet in de hand. U kent het vorige dossier van de heer Godin
nog. De gulheid die de heer Godin over zijn hoofd heeft gekregen,
staat in schril contrast met de barre, kille behandeling van de
personeelsleden.
Naast dat dramatische verhaal werd in oktober 2002 ook een protocol
ondertekend door de heer Godin om de lonen van het personeel aan
te passen. Dat akkoord werd op een bepaald moment op papier
gezet. Dat akkoord is nog steeds niet uitgevoerd en die mensen
worden nog altijd aan het lijntje gehouden door uw kabinet. Ik neem
aan dat u daarvan op de hoogte bent. Die mensen worden met een
kluitje in het riet gestuurd met halve waarheden en zelfs hele leugens.
Op 11 februari zou er weer eens geld gevonden zijn. Dat is nu ook
alweer bijna een maand geleden. Het zou hier gaan om zowat
680.000 euro aan achterstallige lonen voor het personeel van de
verschillende rusthuizen. Ondertussen is er nog steeds niets
uitbetaald.
Mijnheer de minister, wie is nu eigenlijk verantwoordelijk voor die
financiële put? Vaststellen dat er een tekort is, is een ding maar
iemand moet dat toch kunnen rechtvaardigen? Volgens mij moet dat
de kern van uw antwoord zijn. Welke oplossing meent u op korte
termijn te kunnen bieden want ik heb begrepen dat er een
stakingsaanzegging is gebeurd?
procéder à la vente de trois
maisons de repos de l'Institut
national des invalides de guerre,
anciens combattants et victimes
de guerre (INIG). Il n'y a pas de
candidat acquéreur, car le cahier
des charges n'a pas encore été
publié. Le ministre a dit l'an dernier
que les maisons de repos ne
seraient pas fermées. Il a annulé
les préavis des membres du
personnel et rassuré les résidents.
L'administrateur général de l'INIG
a indiqué que le coût des maisons
de repos ne pouvait plus être
supporté. Le déficit atteignait 1,3 à
1,5 million d'euros en 2004; il est
estimé à 800.000 euros pour
2005. Les proches des résidents,
ainsi que plusieurs associations et
syndicats, ont parlé de mauvaise
gestion et de fraude. La politique
du personnel de l'administrateur
général est également très
confuse.
En octobre 2002, M. Godin a signé
un protocole d'adaptation des
salaires, mais cette dernière n'a
pas encore été mise en oeuvre. Le
11 février, l'on prétendait que
680.000 euros étaient disponibles
pour payer des arriérés de
rémunération, mais ce paiement
n'a pas encore été effectué.
Qui est responsable de la situation
financière des maisons de repos
et quelle solution le ministre
envisage-t-il?
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
49
19.03 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, en février
2003, au vu des très importantes pertes structurelles des maisons de
repos de l'Institut des vétérans - Institut national des invalides de
guerre, anciens combattants et victimes de guerre, le gouvernement a
décidé de leur mise en vente. Cette vente était assortie de garanties
pour les résidents et le personnel.
Les pertes des maisons de repos estimées à un total d'environ 500
millions d'anciens francs belges pour les dix dernières années, et ce
alors même que les maisons n'accueillaient plus qu'environ 150
ressortissants de l'Institut, sont - je le dis au passage - un des
exemples des carences de la gestion précédente, problème déjà
évoqué dans le passé.
Consécutivement à un recours introduit par la CCSP (Centrale
chrétienne des services publics), essentiellement pour des raisons de
forme, contre les dispositions adaptées en faveur du personnel,
l'arrêté royal a fait l'objet d'une annulation partielle pour ce qui
concernait ces dispositions en avril 2004. En conséquence, un accord
social a été négocié avec les syndicats et a abouti fin 2004.
En résumé, un plan de fermeture, qui prévoyait des garanties, avait
été réalisé. Pour des raisons de forme, un syndicat s'y est opposé et
le Conseil d'Etat a cassé la décision. C'est vraiment se tirer une balle
dans le pied!
Un accord social a été négocié. Il prévoit le maintien du personnel en
service au jour de la vente, au minimum aux conditions reprises dans
le contrat signé avec l'Institut et, si les conditions sont plus favorables,
un alignement sur les conditions offertes par le repreneur à son
personnel. Dans tous les cas, l'ancienneté du personnel devra être
prise en compte tant dans le calcul du traitement que dans le calcul
d'une éventuelle indemnité de licenciement intervenant
ultérieurement.
Parallèlement à cet important travail mené au plan social, l'Institut a
pris les mesures nécessaires pour établir les cahiers des charges
relatifs aux maisons de repos de Seny et de Dilbeek, celle de Uccle
connaissant un sort particulier, comme cela a été évoqué.
Sans entrer dans les détails, je voudrais signaler que ces homes tels
qu'ils étaient gérés dans le passé ne disposaient d'aucun inventaire
de leurs biens meubles et qu'il fallût l'imminence de la vente pour
qu'une série de problèmes immobiliers, notamment le bornage, soient
enfin réglés. Tout cela prend naturellement du temps.
Aujourd'hui, les cahiers spéciaux des charges sont presque finalisés
et vont m'être soumis pour approbation dans les tout prochains jours.
En ce qui concerne la maison d'Uccle, un groupe de travail ad hoc
dont font partie les résidents et les représentants des syndicats a
examiné les dossiers introduits par une série de repreneurs potentiels
et en a effectué un premier tri. Avec l'aval du conseil d'administration
de l'Institut, les trois candidats repreneurs présenteront en avril
prochain leur projet détaillé de reprise devant le groupe de travail ad
hoc.
En ce qui concerne la gestion du personnel et les problèmes
19.03 Minister André Flahaut:
Gezien de aanzienlijke structurele
verliezen van de rusthuizen van
het Instituut voor Veteranen,
besliste de regering in februari
2003 ze te verkopen. Daarbij
werden aan de bewoners en het
personeel de nodige waarborgen
geboden. Voor de laatste tien jaar
werden de verliezen op ongeveer
500 miljoen Belgische frank
geschat, terwijl in de rusthuizen
nog slechts 150 personen uit het
Instituut werden verzorgd.
In april 2004 werden de
bepalingen ten gunste van het
personeel gedeeltelijk afgeschaft.
Als gevolg daarvan werd met de
vakbonden over een sociaal
akkoord onderhandeld, dat er eind
2004 kwam. Het akkoord bepaalt
dat het personeel dat op de dag
van de verkoop in dienst is, kan
blijven, en dit ten minste aan de
voorwaarden van het contract dat
met het Instituut werd ondertekend
en met inachtneming van hun
anciënniteit.
De homes bezaten geen inventaris
van hun roerende goederen. Pas
nu de verkoop zich aandient,
kunnen een reeks onroerende
problemen worden opgelost. Dit
alles neemt natuurlijk tijd in
beslag. De bijzondere bestekken
zijn bijna afgerond en zullen mij
één dezer ter goedkeuring worden
voorgelegd.
Wat het rusthuis te Ukkel betreft,
heeft een ad hoc werkgroep de
door de overnemers ingediende
dossiers onderzocht en een eerste
selectie gemaakt. In april zullen de
overnemers hun gedetailleerde
ontwerp van overname aan de
werkgroep voorstellen.
Wat het personeelsbeleid en de
specifieke problemen met
betrekking tot de herwaardering
van de loonschalen betreft, zijn de
nodige begrotingskredieten
voorhanden. De Inspectie van
Financiën heeft een gunstig advies
uitgebracht over het noodzakelijk
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
50
spécifiques de la revalorisation barémique, les moyens budgétaires
nécessaires existent et sont disponibles. L'arrêté royal indispensable
a reçu un avis favorable de l'Inspection des Finances et l'accord du
ministre du Budget. L'accord du ministre de la Fonction publique
devrait être obtenu sous peu.
Le personnel et les résidents sont régulièrement informés de l'état
d'avancement de ces dossiers. Pour le surplus, les affirmations
relatives au fait que la gestion des homes ne serait plus assurée sont
de la pure désinformation. En réalité, c'est tout le contraire et c'est
peut-être là que le bât blesse, étant donné qu'on change certaines
habitudes.
Pour freiner l'érosion des moyens de l'Institut utilisés pour couvrir les
pertes des maisons de repos, le conseil d'administration, soutenu par
les autorités de tutelle, a pris les mesures nécessaires pour éviter le
gaspillage des moyens financiers, notamment pour arrêter le recours
abusif à du personnel intérimaire, qui est beaucoup plus coûteux,
pratique devenue systématique dans certains homes. Ce recours
n'est, dès lors, plus autorisé qu'en cas d'urgence pour garantir la
sécurité des résidents et la qualité des soins qui leur sont prodigués.
Pour terminer, plutôt que les aspects budgétaires et financiers de ce
dossier, ce sont la sécurité et le confort des résidents et l'avenir du
personnel qui ont toujours guidé mon action. Les engagements que
j'ai pris devant les résidents à Uccle et devant le personnel restent
entiers.
koninklijk besluit en ook de
minister van Begroting heeft
ermee ingestemd. Binnenkort zal
ook de minister van
Ambtenarenzaken er zijn
goedkeuring aan geven. Het
personeel en de bewoners worden
geregeld van de voortgang van de
dossiers op de hoogte gehouden.
Die homes worden beter beheerd
dan in het verleden. Het was tijd
om bepaalde gewoonten te
veranderen. Zo kunnen nog enkel
uitzendkrachten worden
ingeschakeld als dat dringend
noodzakelijk is. De middelen van
het Instituut zullen niet meer
worden verspild. Mijn aanpak van
dat dossier was niet zozeer
ingegeven door de financiële en
begrotingsaspecten, dan wel door
de veiligheid en het comfort van de
bewoners en de toekomst van het
personeel.
19.04 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Ik dank de minister
uiteraard voor zijn uitgebreid antwoord. Gelet op het late uur, zal ik er
niet te veel aan toevoegen. Indien het dossier terug in de actualiteit
komt dat zal allicht wel zal ik erop terugkomen. Ik zal het antwoord
van de minister bestuderen.
19.04 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): J'examinerai la réponse
du ministre et je reviendrai peut-
être sur cette question plus tard.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Samengevoegde interpellaties en vragen van:
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van Landsverdediging over "het terugroepen van de militaire
attachés" (nr. 550)
- de heer Walter Muls aan de minister van Landsverdediging over "de militaire attachés" (nr. 5894)
- de heer Pieter De Crem aan de minister van Landsverdediging over "de beslissing om militaire
attachés terug te roepen en de gevolgen hiervan" (nr. 5921)
- de heer Patrick De Groote tot de minister van Landsverdediging over "het terugroepen van de
militaire attachés" (nr. 554)
20 Interpellations et questions jointes de:
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "le rappel des attachés militaires" (n° 550)
- M. Walter Muls au ministre de la Défense sur "les attachés militaires" (n° 5894)
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur "la décision de rappeler des attachés militaires et
ses conséquences" (n° 5921)
- M. Patrick De Groote au ministre de la Défense sur "le rappel des attachés militaires" (n° 554)
20.01 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, met
zijn uitschuivers van formaat heeft de minister ons opnieuw stof
gegeven voor een interpellatie. Deze ogenschijnlijk onschuldige
beslissing van de minister heeft heel wat stof doen opwaaien. U bent
uiteraard niet weg te branden uit de actualiteit en dat mag dan al leuk
zijn voor u, het bezorgt u eveneens een ernstig imagoprobleem in
20.01 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Le rappel de l'étranger de
onze attachés militaires s'inscrit
prétendument dans le cadre d'une
opération d'économie. Etant donné
les réactions du gouvernement et
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
51
Vlaanderen. Dat wordt hier nogmaals aangetoond.
In het kader van besparingen zijn maatregelen noodzakelijk, dat
begrijp ik. Op het vlak van besparingen wil u in deze regering het
voorbeeld zijn, behalve als het over de dienst Imago en Public
Relations gaat waarvan het budget wel substantieel kan verhoogd
worden. Wat u daar uitgeeft moet u elders wegnemen: blijkbaar vond
u ook enkele zaken waarop bespaard kon worden. De reacties binnen
Defensie en binnen de regering wezen erop dat u in die zaken
"cavalier seul" hebt gespeeld en op uw eigen typische manier
eerst gehandeld hebt alvorens te denken. Dat heeft u in dit dossier
weer eens bewezen.
Zulke handelingen schaden niet enkel uw eigen imago dat lacht u
weg maar tevens het beeld van u in Vlaanderen. Van Vlaanderen
heeft u echter geen lessen te krijgen, vindt u, zolang er maar steun is
van Waals-Brabant. Tenslotte zijn er voor u in Vlaanderen geen
stemmen te winnen. Niettemin wil ik er de meerderheid op wijzen dat
wat u doet de gehele regering schade toebrengt. In Vlaanderen zal
het vooral de VLD zijn die het gelag zal betalen voor al uw
uitschuivers. Spijtig genoeg zijn de collega's hier niet meer.
de la Défense elle-même, le
ministre semble toutefois avoir fait
cavalier seul.
Le président: Je vous prie de terminer votre interpellation, vu l'heure avancée.
20.02 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
conform het Reglement heb ik zelfs recht op tien minuten spreektijd.
Ik zal ze echter niet gebruiken. Ik wil immers de ruimte geven aan
elke collega om een deel van het verhaal in te vullen.
Het is momenteel voldoende bekend. Blijkbaar heeft de minister dan
toch overleg moeten plegen met zijn collega's en is hij op een aantal
beslissingen moeten terugkomen. Hij heeft een aantal
schoonheidsoplossingen naar voren mogen schuiven. Hij heeft een
soort "vliegende attachés" in het leven geroepen. Of dat allemaal zal
bijdragen tot een goed buitenlands beleid, daarover heb ik zo mijn
twijfels. Ik neem immers aan dat men ook in de internationale wereld
met enige argusogen naar u begint te kijken en zich afvraagt wat u
vandaag nu weer zult doen.
Mijnheer de minister, er is blijkbaar vooraf geen overleg gepleegd. Dat
is de essentie van mijn vraag. Hebt u op voorhand geen overleg
gepleegd? Dat zou nochtans normaal zijn in een goed draaiende,
coherente regering. In het andere geval hebt u de toorn van uw
collega's wel verdiend.
Als u binnen Defensie van de regering uw gang mag gaan, is dat één
zaak. Op een bepaald moment zal u echter toch beslissingen moeten
nemen waarbij andere departementen betrokken zijn. Uw
beslissingen worden dan naderhand gerepareerd. U moet dan niet
beginnen jammeren dat het wellicht de schuld is van de oppositie in
Vlaanderen dat u een negatief beeld opgespijkerd krijgt. U ligt zelf in
essentie aan de basis van het probleem. Ik kijk bijna uit naar wat er
volgende week weer zal gebeuren.
Mijnheer de voorzitter, wij hebben het record van interpellaties van
alle vaste commissies. Dat is toch een belangrijk symptoom, dat we
niet uit het oog mogen verliezen. U moet dus ook wel aanvoelen dat
er een probleem is met de minister van Defensie.
20.02 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Il s'est vu contraint de
revoir sa décision et il a été opté
pour la solution cosmétique des
"attachés militaires volants".
Le ministre ne s'est-il donc
absolument pas concerté avec ses
collègues du gouvernement avant
de prendre sa décision?
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
52
Ik zal het hierbij laten en zo nog wat ruimte laten voor de collega's.
20.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, ik zal veel
korter zijn.
Het is als een donderslag bij heldere hemel in het nieuws gekomen
dat ongeveer ik zeg ongeveer, omdat ik mijn vraag duidelijk zal
specifiëren en u er punctueel op zult kunnen antwoorden 11 posten
van militaire attachés zouden worden gesloten. Ik gebruik de term
"donderslag", omdat uit mijn en niet alleen mijn informatie blijkt dat
de diplomaten en blijkbaar ook de eerste minister, de minister van
Buitenlandse Zaken, en de militairen verbaasd waren over de
beslissing.
Als ik twijfel over die cijfers en het feit dat uw woordvoerder gezegd
heeft dat dit volledig kadert in besparingen die we moeten doorvoeren
op het departement, dan moet ik u toegeven dat ik zelf slecht in
rekenen ben. Aan de ene kant verneem ik dat er elf attachés, dus elf
posten zouden verdwijnen. Aan de andere kant zouden er tien nieuwe
bijkomen. Elf min tien is één post die dan uiteindelijk definitief
verdwijnt en een besparing zou betekenen. Ik kan verkeerd zijn en
daarom had ik graag van u vernomen welke de posten zijn die werden
gesloten sedert 1 januari 2004 en welke posten nog zullen gesloten
worden. Ten tweede had ik ook graag geweten hoeveel militaire
attachés er op 31 december 2003 in het buitenland gedetacheerd
waren en hoeveel het er waren eind vorige maand. Ten derde wil ik
weten wanneer en met wie van de FOD Buitenlandse Zaken overleg
werd gepleegd over het sluiten van posten en het openen van nieuwe
posten.
20.03 Walter Muls (sp.a-spirit):
Dans un souci d'économie, le
ministre a voulu retirer onze
attachés, alors que dix nouveaux
attachés arrivaient dans le même
temps. Est-il exact que l'économie
ne porte dès lors que sur un seul
poste? L'initiative du ministre a
étonné non seulement la
diplomatie mais également le
premier ministre, le ministre des
Affaires étrangères et les militaires
eux-mêmes.
Quels postes ont-ils été supprimés
depuis le 1
er
janvier 2004?
Combien d'attachés militaires
étaient-ils détachés à l'étranger au
31 décembre 2003 et combien le
sont aujourd'hui? Quand une
concertation a-t-elle été organisée
avec le SPF Affaires étrangères?
20.04 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik zal kort zijn.
Het heeft eigenlijk ook weinig zin van in deze commissie nog te
vergaderen want we hebben vernomen dat een meerderheidsoverleg
heeft plaatsgevonden. Ik weet natuurlijk niet of dat
meerderheidsoverleg parlementair zal geweest zijn. Het zal dan
misschien wel op het niveau van enkele vertegenwoordigers van de
regeringspartijen zijn geweest.
Collega Muls u spreekt over een donderslag bij heldere hemel. Laat
ons eerlijk zijn, we hebben vandaag gezien dat met betrekking tot
defensie de hemel zwaar overtrokken is. Dat er een ongelofelijk zware
en drukkende sfeer hangt boven heel het militaire gebeuren. Het
sneeuwt niet maar de militaire hemel is zwanger van zware en
vernietigende neerslag.
Er zijn twee zaken. Ik begrijp dus niet dat u gezien de geo-politieke
situatie van ons land Parijs en Berlijn ging sluiten en dat u Cotonou en
Hanoi openhoudt.
Ik begrijp niet dat u Riad in Saoedi-Arabië ook zou sluiten, ondanks de
belangrijke geopolitieke positie. U zou ook Amman sluiten. Ik
veronderstel dat u de visie van de eerste minister steunt die hij
verwoord heeft in zijn "Rendez-vous met de toekomst", namelijk een
eigen Europese defensiegemeenschap met de as Brussel-Parijs-
Berlijn die zijn navel moet krijgen in Tervuren. Parijs en Berlijn gaat u
echter zonder militair attaché zetten.
20.04 Pieter De Crem (CD&V): Le
Premier ministre est partisan d'une
Communauté européenne de
défense organisée selon l'axe
Berlin-Bruxelles-Paris. Il est dès
lors parfaitement illogique que le
ministre de la Défense souhaite
fermer les postes de Berlin et de
Paris. Malgré sa situation
géopolitique stratégique, le poste
de Riyad devrait également être
fermé.
Le ministre instaure par ailleurs
des `officiers spécialisés'. Faut-il
en conclure que les attachés
militaires étaient incompétents car
non spécialisés?
Quelles sont les intentions du
ministre? Un petit pays doit avoir
une position forte au sein de
l'Europe. C'est pour cette raison
également que les postes de Paris
et de Berlin sont indispensables.
Un communiqué du Premier
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
53
U gaat evenwel een nieuwe categorie maken, namelijk
"gespecialiseerde officieren". Vanaf nu zijn er dus twee soorten
officieren: officieren die tot nader order jarenlang door u benoemd
zijn, met andere woorden, militaire attachés, die er blijkbaar niets van
kenden, niet-gespecialiseerde officieren dus, en vanaf nu een nieuwe
categorie - juicht in dit Koninkrijk! die van de gespecialiseerde
officieren. Dit is echt een belachelijke zaak. Het is jammer dat we
daarover zo sarcastisch moeten doen. Ik vraag mij echt af welk imago
u met Landsverdediging aan ons land wil geven.
Schrijft u zich eigenlijk wel in in de logica die ons land op buitenlands
vlak wil aanhouden om zo haar sterkte als klein land in Europa in de
verf te zetten? Ik zag gisteren dat de minister van Buitenlandse Zaken
zwaar zijn beklag deed over het feit dat alles wordt gemonopoliseerd
door de grote landen. Als we in Parijs en Berlijn ook nog eens onze
officieren gaan wegtrekken, dan denk ik dat we nog verder van huis
zijn.
Het spijt mij dat de collega's van de VLD hier niet zijn. Naast
gespecialiseerde officieren hebben we nu dus ook gespecialiseerde
platbroeken. Gisteren kwam er een regeringscommuniqué namens de
eerste minister en de minister van Buitenlandse Zaken dat eigenlijk
als titel had moeten hebben "Alles blijft bij hetzelfde, Flahaut haalt zijn
slag thuis en Buenos Aires Goede Luchten - gaat dicht". Dat is het
enige wat ik daarover kan lezen. Over de grond van de zaak het
strategisch belang van die militaire attachés, hun taak en de manier
waarop men ze moet inzetten is er niet gediscussieerd. Laat ons
eerlijk zijn: besparingen hebben er niets mee te maken. U wil gewoon
wat vrienden benoemen en in de oude traditie van de trekkers wil u
dat ze u en uw gezelschap herbergen. Dat is het enige.
Die posten zijn geprefereerde reisbestemmingen voor André Flahaut
en zijn gezelschap. Dat is bovengeschikt aan 's lands belang. Er is
geen enkele andere vaststelling dan deze mogelijk. Het spijt mij zeer.
ministre et du ministre des Affaires
étrangères me permet uniquement
de déduire que la situation reste
totalement inchangée, que le
ministre Flahaut peut agir comme
bon lui semble et que le poste de
Buenos Aires sera fermé. Je n'ai
entendu aucun argument de fond.
Le ministre peut-il me dire quel est
l'intérêt stratégique des attachés et
quelles sont leurs missions?
Force m'est de constater que le
ministre veut simplement nommer
des amis aux postes situés dans
ses destinations de voyages
favorites.
20.05 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de minister, in aansluiting
op de interpellatie van de heer Sevenhans, en de mondelinge vragen
van de heren Muls en De Crem wil ik mijn bezorgdheid uiten. Wij
hadden een voortrekkersrol in de uitbouw van een Europese defensie.
Die rol dreigen wij nu kwijt te spelen, als u de militaire attachés
voornamelijk uit onze buurlanden zult weghalen. U wilde zelfs posten
van militaire attachés sluiten.
In een eerste reactie heeft uw woordvoerder gesteld dat dat gebeurde
om budgettaire redenen en omdat er in die landen andere fora voor
veelvuldige contacten bestaan. Als u stelt dat het een besparing is,
omdat elke attaché jaarlijks ongeveer 500.000 euro kost, dan kan ik
daar wel inkomen. Als u anderzijds - de heer Muls haalde het reeds
aan - tien nieuwe posten wilt oprichten, dan is het
besparingsargument niet meer van tel.
Ik stel vast dat er zowel in militaire als in diplomatieke kringen heel
wat weerstand komt tegen uw plannen om een tiental posten te
sluiten. Er komt ook kritiek, omdat de door u voorgestelde nieuwe
posten weinig of geen militair-strategisch belang hebben. Wat is het
militair-strategisch belang van de nieuwe posten die u voorstelt?
Ik las ook in de krant over uw favoriete reisbestemmingen, maar ik zal
20.05 Patrick De Groote (N-VA):
Nous risquons de perdre notre rôle
de pionnier dans la construction
d'une défense européenne si le
ministre décide de retirer les
attachés militaires des pays
voisins. L'argument de l'effet
d'économie ne tient pas debout s'il
est vrai, comme l'a dit M. Muls,
que dix nouveaux postes vont être
créés. Quel est l'intérêt militaire et
stratégique de ces nouveaux
postes? Les informations diffusées
dans la presse, au sujet de
l'évaluation du poste à Riyad par
exemple, sont-elles correctes? Le
ministre pourrait-il nous fournir une
liste des attachés militaires qui
restent en place et de ceux qui
sont mutés?
Le ministre a évoqué d'autres
forums à l'étranger, qui rendent la
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
54
het daarover niet hebben, want ik veronderstel dat u, wanneer u in de
voorbije jaren naar die landen bent geweest, daar reeds de diverse
instanties hebt aangesproken over eventuele nieuwe posten van
militaire attachés.
Ik heb vanmorgen ook vernomen dat u een gesprek had met de heer
Verhofstadt. Volgens de krant hebt u de wedstrijd gewonnen met 1-0,
om het in voetbaltermen uit te drukken. Ik zie echter toch dat u wat
meer aandacht zult besteden aan de regio van de Golfstaten. Ik zie
dat Riyad geëvalueerd zal worden. De mogelijkheid voor een post in
Amman wordt onderzocht. Mijnheer de minister, ik vraag mij af of de
gegevens die wij in de pers konden vinden, correct zijn.
Kunt u een lijst geven van de posten waarvan u de militaire attachés
wil terugroepen en behouden en van de posten waar u een militair
attaché wil vestigen?
Is er overleg geweest met de minister of het departement van
Buitenlandse Zaken of met andere ministers? Ik heb daar mijn vragen
bij.
Ik heb net gezegd dat een tijdje geleden de maatregel werd
verantwoord om budgettaire redenen, omdat er in die landen andere
fora bestaan voor veelvuldige contacten. Nu had ik wel eens willen
weten welke die fora zijn, waardoor de bilaterale contacten via de
militaire attachés minder noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld voor Berlijn,
Londen en Parijs. Door welke functies binnen het leger gaat u die
bilaterale vertegenwoordigers vervangen? Geldt uw argumentatie van
voldoende contactmogelijkheden ook voor de militaire attachés in
Riyad? Hoe verdedigt u daar een eventuele mogelijke sluiting? Hoe
verantwoordt u militaire attachés in Buenos Aires, Cotonou, Rwanda,
Nairobi, Hanoi en Rabat en de opzet om eventueel militaire attachés
te sturen naar Algiers en Kampala? Waarom worden vele van die
attachés niet vervangen door verbindingsofficieren? Wat is de
functionele meerwaarde van een attaché in die landen in vergelijking
met een verbindingsofficier, om dit budgettair te verantwoorden?
Graag had ik ook uw visie gehad omtrent uw voorstel betreffende uw
zogenaamde vliegende militaire attachés en hun taakomschrijving.
Hoe ziet u dat?
présence d'attachés superflue. De
quels forums s'agit-il, à Berlin, à
Londres et à Paris, mais
également à Riyad, par exemple?
Pourquoi les attachés ne sont-ils
pas remplacés par des officiers de
liaison? Comment le ministre peut-
il justifier la suppression de
certains postes, alors que de
nouveaux postes sont créés à
Kampala ou à Alger? Enfin, le
ministre pourrait-il nous en dire
plus sur sa proposition concernant
les "attachés militaires volants"?
20.06 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, heel kort. Sorry
dat ik niet vroeger aanwezig kon zijn, maar ik had nog een aantal
andere verplichtingen.
20.07 Pieter De Crem (CD&V): Ik heb hier geen probleem mee, maar
normaal gezien komt dat in de repliek.
20.08 Hilde Vautmans (VLD): Ik zal zeer kort zijn, mijnheer De Crem.
20.09 Pieter De Crem (CD&V): Zo niet kan ik op om het even welk
moment ook interveniëren in een andere commissie. Maar doet u
maar.
Le président: Une personne peut intervenir dans le cas d'une interpellation, pas dans le cas d'une
question. Comme vous avez deux interpellations et deux questions, Mme Vautmans peut parfaitement
intervenir quelques instants. Je veux bien que certains fassent appliquer le Règlement mais s'il fallait
vraiment que je l'interprète à la lettre, monsieur De Crem, nous aurions déjà eu fini à 11.30 heures. Je
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
55
pense donc que Mme Vautmans peut poser sa question sans problème.
20.10 Hilde Vautmans (VLD): Heel kort. Ik denk dat iedereen een
beetje verbaasd was door alle krantenartikels. We wisten al langer dat
de minister van Landsverdediging bezig was met een herbekijken van
de militaire attachés. Ik denk dat dat ook kaderde binnen een evolutie
die internationaal bezig is. Ik herinner mij toch wel, en die beslissing is
al enige tijd geleden genomen, als ik mij niet vergis, mijnheer de
minister, dat Engeland zijn militaire attaché heeft teruggetrokken, dat
ook Frankrijk diezelfde beweging heeft gemaakt. Ik denk dat iedereen
wel beseft dat Engeland en Frankrijk in het kader van de Europese
defensie uiteraard wel belangrijk zijn, maar als je op minder dan een
uur ter plaatse bent, dan kan je toch wel de vraag stellen of het
openhouden van een toch wel zware post écht wel nodig is.
Mijnheer de minister, de meeste vragen hebben mijn collega's al
gesteld.
Ik kan u alleen verzekeren dat ik wel akkoord ga met een herziening
van de posten van de militaire attachés. Wat ik hoop van de minister
te vernemen is welke filosofie daarachter zit. Gezien de Europese
defensie, het vooruitzicht van het voorzitterschap van de OVSE en
onze krachtlijnen in Afrika, denk ik dat onze posten rond deze
krachtlijnen moeten gesitueerd zijn. Ik zou dan ook een vraag willen
stellen: in de discussie over het openhouden van posten duikt vaak
het argument op dat dit nodig is omdat we oud materiaal willen
verkopen. Ik denk dat het aangewezen zou zijn dat naar de verkoop
van overtollig, of overtallig, materiaal specifieke aandacht gaat. Noem
dat een militair attaché of geef dat een andere naam, laten we daar
specifiek mensen voor mandateren die met een lastenboek de
verschillende landen bezoeken. Ik ben benieuwd naar het antwoord
van de minister.
20.10 Hilde Vautmans (VLD):
Nous savions que le ministre
menait depuis quelque temps déjà
une réforme du système des
attachés militaires dans le cadre
de l'évolution internationale.
L'Angleterre et la France aussi ont
déjà rappelé leurs attachés
militaires, étant donné qu'on peut
aisément se rendre sur place en
une heure. Il convient toutefois, à
mon estime, de maintenir les
postes dans le cadre de la
défense européenne et de la
présidence imminente de l'OSCE,
ainsi qu'en Afrique. La vente de
matériel superflu, une autre tâche
des attachés, peut être confiée à
d'autres mandataires.
Selon quelle philosophie le
ministre mène-t-il cette réforme?
20.11 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, als ik even
mag. Die defensieattachés worden hier vergeleken met oud rollend
materieel, of zoiets.
20.12 Hilde Vautmans (VLD): Nee, maar ik denk dat iedereen wel
weet dat die militaire attachés ook daarmee bezig zijn, mijnheer De
Crem.
20.13 Pieter De Crem (CD&V): Zeker. Iedereen was daarvan op de
hoogte, mevrouw Vautmans, mijnheer de minister, anderen, maar de
enigen die van de herschikking niet op de hoogte waren, waren de
eerste minister en Karel De Gucht. Zij zijn van de weeromstuit van
hun stoel gevallen en hebben de minister op het matje geroepen.
20.13 Pieter De Crem (CD&V):
Tout le monde n'était pas informé
des ajustements: selon toute
évidence, le Premier ministre et le
ministre des Affaires étrangères
ne l'étaient pas.
20.14 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, si les
commissaires lisaient d'abord les plans directeurs successifs, ils
auraient constaté, comme l'a dit Mme Vautmans, qu'un programme
prévoyait de revoir la politique de représentation extérieure du
département de la Défense. Aussi était-il tout à fait normal que l'on
tienne compte aussi pour les attachés de Défense de l'évolution de la
construction européenne et de l'OTAN. Comme Mme Vautmans vient
à nouveau de le dire, d'autres pays ont fait la même chose. Londres a
retiré son attaché de Défense en Belgique. Paris a fait de même. Je
voudrais simplement signaler que l'attaché belge de Défense à Paris
20.14 Minister André Flahaut: In
de opeenvolgende stuurplannen
wordt een herziening van het
beleid op het stuk van de
buitenlandse vertegenwoordiging
van het departement Defensie in
het vooruitzicht gesteld. Net als de
andere lidstaten hebben we, voor
het beleid betreffende de attachés
van Defensie, met de Europese
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
56
n'a pas été remplacé depuis un an.
Il est donc parfois difficile et dangereux d'interpeller à partir des
simples propos tenus par les intéressés eux-mêmes ou par les
diplomates qui travaillent avec les intéressés ou à partir des seuls
articles qui paraissent dans la presse. Car finalement, le rôle de
l'attaché de Défense est fondamentalement différent selon qu'il se
trouve en Europe ou dans un autre pays.
Lors de la préparation de l'opération en Ituri ou même en Afghanistan,
nous avons respectivement travaillé en direct avec Mme Michèle
Alliot-Marie pour l'Ituri et avec le ministre de la Défense allemand,
pour l'Afghanistan. Demain encore, je serai à Berlin, afin de discuter
avec mon collègue allemand de notre présence en Afghanistan ainsi
que d'autres points dans les Emirats arabes unis. Cela se fait
effectivement en direct.
Toute la philosophie de supprimer les postes d'attachés dans les pays
européens repose sur un constat: ce poste, ce n'est pas uniquement
le travail de l'intéressé. Derrière tout cela, il y a une résidence, un
véhicule, du personnel qui représentent un coût. On peut, dès lors,
très bien imaginer de remplacer les personnes assignées à résidence
par des officiers que j'ai appelés, il y a quelques années, les officiers
"pays". Ils sont basés en Belgique, se spécialisent dans tel ou tel pays
et, ensuite, peuvent être envoyés via les compagnies "low cost" vers
ces pays afin d'y rester le temps nécessaire à leur mission.
Ceci leur permet de ne pas devoir déménager avec femme et enfants
et de ne pas perturber la scolarité des enfants. Toutes ces
considérations sont à prendre en compte. Elles ont un coût.
Revoir la politique des attachés de Défense était inscrit.
Naturellement, dans ce pays, on ne croit jamais ce qui est écrit! On
dit: "Ils n'oseront pas le faire!". Forcément, quand vous touchez à des
choses qui existent depuis des années, vous suscitez une série de
réactions de conservatisme et d'autoprotection contraires à l'intérêt
général et à celui de la structure militaire.
Donc, pas de désintérêt par rapport à la politique européenne de
défense ou de l'OTAN! Nous pouvons agir autrement en donnant une
chance à des jeunes officiers de se spécialiser. Jusqu'il y a un certain
nombre d'années, l'attaché de Défense était le bâton de maréchal que
l'on donnait à une personne à qui l'on n'avait pas su donner une
promotion ailleurs! Soyons réalistes!
J'ai été surpris de voir que j'avais la première page d'un journal pour
les attachés de Défense. Je l'avoue très honnêtement mais plus rien
ne m'étonne!
constructie en met de NAVO
rekening gehouden.
Zo werkten we voor de opdracht in
Ituri rechtstreeks samen met
mevrouw Michèle Alliot-Marie en
voor de opdracht in Afghanistan
met de Duitse minister van
Defensie.
De beslissing om de betrekkingen
van attaché in de Europese landen
te schrappen berust op de
vaststelling dat het om meer dan
de betrekking alleen gaat. De
attachés beschikken er immers
ook over een woning, een voertuig
en personeel en aan dat alles
hangt een prijskaartje. Die mensen
zouden kunnen worden vervangen
door officieren die in België blijven,
zich in een bepaald land
specialiseren en zich enkel voor
de duur van de zending naar dat
land verplaatsen, met een
goedkope vlucht
bijvoorbeeld,
zodat niet het hele gezin mee
hoeft te verhuizen en de
schoolopleiding van de kinderen
niet in de war wordt gestuurd.
Als men iets probeert te
veranderen dat al sinds jaar en
dag bestaat, krijg je altijd
behoudsgezinde reacties, waarbij
iedereen zijn eigen hachje
probeert te redden, zulks tegen het
algemeen belang en het belang
van de militaire organisatie in. Het
is dus zeker niet zo dat we afstand
nemen van het Europese
defensiebeleid of van dat van de
NAVO! We kunnen echter op een
andere manier gaan werken en
daarbij aan jonge officieren een
kans geven om zich te
specialiseren.
20.15 Pieter De Crem (CD&V): C'est le VLD qui a informé "De
Standaard"!
20.15 Pieter De Crem (CD&V):
Het is de VLD die "De Standaard"
getipt heeft!
20.16 André Flahaut, ministre: Je ne sais pas le savoir!
20.17 Pieter De Crem (CD&V): Je vous le dis!
20.18 André Flahaut, ministre: Je suis très respectueux. Pas 20.18 Minister André Flahaut:
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
57
d'ingérence!
Je voudrais préciser que la réorganisation est concertée; elle avait
d'ailleurs déjà été concertée avec M. Michel. Elle est basée sur sept
lignes de force et se traduit par des présences ou des retraits.
Première ligne de force: le multilatéralisme avec les Nations unies.
Nous maintenons nos attachés militaires - auprès de l'ONU, il s'agit
d'un conseiller militaire - près des représentations permanentes de la
Belgique auprès de l'Union européenne, de l'OTAN, des Nations
unies et de l'OSCE.
Nous maintenons les attachés de Défense aux endroits stratégiques:
Washington et Ankara.
Dans les autres pays de l'OTAN, nous considérons que les contacts
sont plus fréquents comme pour l'Europe entre les ministres de la
Défense eux-mêmes, entre les chefs d'état-major eux-mêmes ou via
les contacts modernes qu'au travers des attachés de Défense. C'est
la réalité du terrain. Nous maintenons les attachés dans les endroits
stratégiques de l'OTAN mais, pour les autres pays, on applique la
même règle que pour l'Europe.
En revanche, en ce qui concerne la politique européenne de Sécurité
et de Défense, et plus particulièrement les pays membres de
l'Eurocorps, nous allons immédiatement spécialiser sauf pour Berlin
où l'attaché pourra terminer sa carrière; il s'agit là peut-être de
l'officier spécialisé des gens qui feront les navettes avec Madrid et
Paris. Pour être tout à fait concret, je vais vendre les résidences de
Paris et de Madrid et je vais rapatrier les personnes qui y étaient
employées en respectant les conditions sociales. On applique le
nouveau système. Appelez l'officier comme vous le voulez.
En ce qui concerne les pays de l'OSCE, nous avons, par exemple,
renforcé Moscou. Auparavant, Moscou disposait d'un seul attaché de
Défense. J'y ai ajouté un attaché Défense antérieurement à l'annonce
faite aujourd'hui. En effet, pour couvrir tous les pays qu'on appelle les
"Stan" Tadjikistan, Afghanistan, Ouzbékistan, etc. , une seule
personne ne suffisait pas.
Pour l'Afrique, on n'a pas changé grand-chose. On a maintenu
Bujumbura. On a fortement renforcé Kinshasa le personnel du
partenariat militaire est maintenant dans le personnel de l'attaché de
Défense. Ce n'est pas parce que je vais de temps en temps en
voyage! Quand je voyage, je ne loge pas chez l'attaché de Défense.
C'est tout simplement en raison de la réalité du terrain. Nous avons
donc Kinshasa qui est renforcé, Kigali vous comprenez aisément
pourquoi -, Pretoria l'Afrique du Sud est un acteur important dans la
politique africaine , Naïrobi tout simplement parce que cette place
permet, en cas d'extraction, de ramener les militaires et le personnel
et Kampala parce que l'Ouganda est un acteur important en
Afrique.
Même si c'est un attaché de la Défense, volant en quelque sorte ou si
c'est un officier volant, il est important d'avoir quelqu'un en Ouganda.
Il en va de même pour l'Angola quand on sait le rôle joué par ce pays
en Centre-Afrique.
Geen inmenging! Ik wijs er nog op
dat de reorganisatie in overleg
werd beslist. Ze berust op zeven
krachtlijnen en op het behoud of
de terugtrekking van de attaché.
De eerste krachtlijn gaat uit van
het multilateralisme met de
Verenigde Naties. We behouden
de militaire attachés bij de
permanente vertegenwoordigingen
van België, zowel op het niveau
van de Europese Unie als van de
NAVO, de Verenigde Naties en de
OVSE.
We behouden ook de attachés
van Defensie op de strategische
plaatsen, namelijk in Washington
en in Ankara.
Wij handhaven de attachés op de
strategische plaatsen binnen de
NAVO maar voor de andere
landen passen wij dezelfde regel
toe als voor Europa. Wat het
Gemeenschappelijk Buitenlands
en Veiligheidsbeleid (GBVB)
betreft, zullen wij onmiddellijk tot
een specialisatie overgaan.
Concreet zullen wij de residenties
in Parijs en Madrid verkopen en
het personeel dat daar werkzaam
is, terug naar België halen. Wat de
OVSE-landen betreft, hebben wij
de post in Moskou versterkt. In
Afrika hebben wij Bujumbura
behouden en Kinshasa fors
versterkt. Wij hebben eveneens de
posten in Kigali, Pretoria, Nairobi
en Kampala versterkt.
Ook al is het maar een
"rondvliegende officier", toch is het
belangrijk dat we iemand in
Oeganda hebben. En dat geldt ook
voor Angola. Ik vind het belangrijk
dat we in Cotonou een militair
attaché behouden en
het
partnerschap daar voortzetten.
Wat het Midden-Oosten betreft, de
post in Caïro blijft behouden en die
in Ryad zal geëvalueerd worden.
Het is misschien niet de meest
geschikte plaats om een militair
attaché te stationneren.
Daarentegen is het van het
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
58
J'en arrive à Cotonou. Des militaires belges soutiennent déjà des
Béninois en Côte d'Ivoire. Nous enverrons bientôt des Béninois en
Afrique avec notre matériel. Maintenir sur place un attaché de la
Défense, comme d'ailleurs un partenariat, me semble important.
Au Moyen-Orient, au Caire le poste est maintenu. Il faut maintenant
procéder à une évaluation pour Ryad qui n'est pas forcément le lieu le
plus indiqué. En revanche, il est fondamental d'ouvrir un poste à
Amman, vu les événements qui y sont attendus prochainement.
Après évaluation, on a décidé de fermer le poste de Buenos-Aires.
En Asie et en Asie du Sud-Est, on a décidé de maintenir les postes de
Pékin et Hanoi. Pourquoi? Parce que l'on souhaite poursuivre vous
avez sans doute été sollicités les uns et les autres à ce sujet
l'opération de formation au déminage au Laos et au Cambodge. C'est
sans doute du côté de la Coopération au Développement que les
financements seront trouvés pour que cette opération soit exécutée
par les militaires. Mais Hanoi a été ouvert essentiellement pour toute
l'Asie du Sud-Est et parce qu'il y avait cette présence militaire belge
limitée au Laos et au Cambodge.
En ce qui concerne les Balkans, il est préférable, selon nous, de
spécialiser les officiers qui travaillent à partir d'ici et qui ont les
contacts nécessaires sur place.
En conclusion, il y a les sept axes: le multilatéralisme, l'Alliance
atlantique, la défense européenne, l'attention particulière pour
l'Afrique, l'évolution au Moyen-Orient, l'OSCE et la présidence belge
en 2006, l'Asie et l'Asie du Sud-Est, car on ne peut ignorer ce
continent.
Comme vous me l'avez demandé, je vous ferai parvenir la liste
complète, sur la base des données qui m'ont été communiquées,
hier.
Voilà, on a eu une polémique à ce sujet et on a voulu y mettre un
terme en précisant à nouveau la philosophie générale de la réforme,
réforme annoncée de longue date et qui sera sans doute suivie
d'autres réformes en d'autres matières. Qui sait si, l'année prochaine,
on ne fermera pas un poste supplémentaire pour en ouvrir un autre.
La Défense est une machine vivante!
grootste belang dat we een post in
Amman openen.
Na een evaluatie hebben we
beslist de post in Buenos Aires te
sluiten.
In Azië en Zuid-Oost-Azië zullen
we de posten in Peking en Hanoï
behouden omdat we het
opleidingsprogramma in het
ontmijnen in Cambodja en Laos
willen voortzetten.
Wat de Balkan betreft, geven we
de voorkeur aan een verdere
specialisatie van de officieren die
van hieruit werken en de nodige
contacten ter plaatse hebben.
Ik zal u de volledige lijst bezorgen
op grond van de gegevens die ik
gisteren ontving.
Wij wilden een einde maken aan
de polemiek door nogmaals de
algemene filosofie toe te lichten
die ten grondslag ligt aan de al
lang aangekondigde hervorming,
die wellicht nog door andere
hervormingen zal worden gevolgd.
Landsverdediging is een levend
organisme!
20.19 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, u hebt
een aantal toelichtingen gegeven en voor een deel heb ik daarin een
antwoord gevonden op mijn vragen maar in globo niet. Immers, met
uw argumentatie kunt u elke ambassade die wij hebben sluiten. Er is
immers enige samenhang tussen de plaatsen waar wij ambassades
hebben en de plaatsen waar er militaire attachés zijn.
20.19 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Les arguments du
ministre permettraient de justifier
la fermeture de n'importe quelle
ambassade.
20.20 André Flahaut, ministre: Il faudra fermer des petits consulats à
certains endroits.
20.20 Minister André Flahaut: Op
bepaalde plaatsen moeten kleine
consulaten worden gesloten.
20.21 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Dat is misschien een
vingerwijzing naar de heer De Gucht om te zeggen dat hij ook moest
bezuinigen en dat u het goede voorbeeld geeft.
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
59
20.22 André Flahaut, ministre: Je ne le montre pas du doigt! Je dis
simplement qu'il a fait comme moi, dans ses compétences: il a fermé
aussi certains consulats et vendu certains bâtiments qui n'étaient pas
vendus depuis des années, pour la raison que, soi-disant, on ne
pouvait pas y toucher.
Depuis que je fais de la politique, j'entends parler de l'ambassade de
Belgique à Tokyo, à laquelle on ne pouvait pas toucher. M. De Gucht
a en effet osé mettre en vente l'ambassade de Belgique à Tokyo.
Cela a suscité aussi quelques réactions; il n'a pas fait la une du
"Standaard" dommage pour lui, car c'est plus intéressant pour lui
que pour moi -, mais il a osé le faire.
C'est vrai qu'on bouscule sans doute certaines habitudes et certains
conservatismes; et un certain establishment. Mais cela, c'est notre
volonté.
Minister André Flahaut: Ik zeg
alleen dat de heer De Gucht werkt
zoals ik, in het kader van zijn
bevoegdheden: hij heeft bepaalde
consulaten gesloten en bepaalde
gebouwen verkocht, waaraan men
zogezegd niet mocht raken.
Wij schoppen wellicht een bepaald
establishment tegen de schenen.
Maar dat is ook onze bedoeling.
20.23 Pieter De Crem (CD&V): De representatie blijft wel in Tokio.
Dat is het verschil.
20.24 Luc Sevenhans (Vlaams Belang): Ik denk dat uw collega's
toch een andere stijl hebben. Zij kunnen dit wel zonder een serieuze
polemiek te veroorzaken. Ik denk dat er iets mis is met uw
communicatie. Wellicht zullen uw collega's, in tegenstelling tot u, eerst
alle mensen op het terrein duidelijk consulteren, informeren, overleg
plegen als er bevoegdheidsoverschrijdingen zijn. U beslist eerst en
kijkt dan na wat er precies moet gebeuren. U hebt een heel andere
stijl. De schade is al gebeurd. In bepaalde zaken hebt u misschien
gelijk, maar in andere zaken niet. Mijnheer de minister, met dit
antwoord hebt u de kritiek niet kunnen ontkrachten dat er een aantal
zeer bedenkelijke militaire attachés overblijven. Ook de manier
waarop iemand militair attaché wordt, blijft nazinderen. U hebt in het
verleden ook reeds gezegd dat u met iemand geen blijf wist en dat u
hem dan maar ergens hebt geplaatst. Ik noem geen namen. Uw
imago hebt u daarmee zeker geen goed gedaan.
Ik zal ook een motie indienen om u te vragen in het vervolg zulke
zaken te vermijden en uw collega's eerst te confronteren.
20.24 Luc Sevenhans (Vlaams
Belang): Le ministre prend des
décisions sans aucune
consultation ni réflexion sur ce qu'il
y a lieu de faire exactement. Il n'a
également pas été en mesure
d'infirmer l'affirmation selon
laquelle des attachés à la
réputation douteuse restent en
fonction. Ma motion vise à obliger
le ministre à consulter le
gouvernement pour prendre de
telles décisions.
Le président: Ce n'est pas le rôle d'une commission parlementaire de discuter du nom des personnes.
20.25 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik ben geen conservatist. Ik denk zelfs dat het hele concept
van de militaire attachés moet worden herbekeken. U hebt daartoe
een aanzet gegeven. Daarmee heb ik geen probleem. Ik hoop dat er
bij de verdere informatie die u zult geven ook cijfers zullen zijn. Ik
kreeg geen antwoord op mijn vraag of 11 min 10 betekent dat er 1
post wordt bespaard. Ik zal dat misschien in de tekst terugvinden.
20.25 Walter Muls (sp.a-spirit):
L'ensemble du concept des
attachés militaires doit être revu; le
ministre a pris l'initiative en la
matière. Je souhaiterais que le
ministre étaye sa réponse par des
données chiffrées.
Le président: Vous recevrez la liste des postes; vous pourrez donc à loisir faire des additions et des
soustractions. Cette liste sera distribuée à tout le monde; vous aurez donc votre réponse précise.
20.26
Walter Muls
(sp.a-spirit): Er is uiteraard een
communicatieprobleem geweest.
Ik heb daarstraks de 3 categorieën van groepen aangehaald waar er
een communicatieprobleem is geweest. Dat is natuurlijk jammer.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
60
20.27 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, le problème de
communication vient du fait que la décision est prise après des
contacts répétés au sein du gouvernement. La décision passe ensuite
dans les services de la Défense pour être effectivement discutée avec
des gens à l'intérieur. Le document est ensuite communiqué par le
service de la Défense à la presse pour permettre certaines
interpellations. Voilà l'origine du problème de communication.
20.27 Minister André Flahaut: De
beslissing wordt genomen nadat
daarover binnen de regering
herhaaldelijk van gedachten werd
gewisseld. Zij wordt vervolgens
binnen de diensten van
Landsverdediging besproken. Het
document wordt daarna aan de
pers bezorgd. Dat is de oorzaak
van het communicatieprobleem.
20.28 Walter Muls (sp.a-spirit): Neen, het probleem zit dieper dan
dat, mijnheer de minister. Ik heb het over de communicatie, niet in de
pers en ook niet in de politiek maar ten aanzien van militairen. Ik
verneem dat een aantal maanden geleden 25 mensen op schriftelijk
examen naar Sint-Truiden geroepen zijn om een post in te vullen of
om de logistiek van een post te versterken. Een aantal is nadien naar
Evere geroepen. Het ging specifiek om een post die volgens de lijst
die u ons nog zult geven zal worden afgeschaft. Ik denk dat we daar
toch met een probleem van communicatie zitten.
20.28 Walter Muls (sp.a-spirit): Il
y a un problème de
communication à l'armée. Il y a
quelques mois, 25 personnes ont
dû passer un examen à Saint-
Trond pour un poste qui sera
supprimé.
20.29 Minister André Flahaut: ... niet voor een specifieke post. Het is
voor alle posten. Als chauffeur of zo, neen. De mensen zijn kandidaat.
Het is voor al die posten.
20.29 André Flahaut, ministre:
Cet examen vaut pour tous les
postes.
Le président: Voilà la réponse. Monsieur De Crem, en tant que dernier intervenant. Ou avant-dernier peut-
être. On va voir. Je vous en prie. Non, madame Vautmans. Je le tolère une fois mais pas deux. Sinon M.
De Crem me rappellera en écrivant au président de la Chambre en application du Règlement. Je vois ça
d'ici. Monsieur De Crem, je vous en prie.
20.30 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, collega's, de
minister heeft het persbericht goed voorgelezen. We konden zo
volgen wat de inzet zal zijn in de toekomst, onze toekomstige rol
binnen de OVSE en het mediterrane en de rest. Ik stel voor dat,
wanneer er nog eens een aanwervingsproef is voor defensieattaché
of voor een personeelslid bij de diensten van een defensieattaché,
men zegt dat dit de oproep is voor een wervingsexamen waarbij men,
als men laureaat is, nooit zijn ambt zal moeten opnemen omdat het
wordt afgeschaft. Dat is eigenlijk wat we de volgende keer zouden
kunnen vastleggen. De meest belangwekkende vaststelling die ik doe
is de volgende: onze ambassadeurs zijn conservatieven. Ik ga met
veel plezier aan ambassadeur Willems in Berlijn overmaken...
20.31 André Flahaut, ministre: Je le verrai demain, monsieur.
20.32 Pieter De Crem (CD&V): Ik zal hem in elk geval kond doen dat
het conservatieven zijn en dat ze dus eigenlijk niet weten waarover ze
gaan.
20.32 Pieter De Crem (CD&V): Le
principal constat est que nos
ambassadeurs sont des
conservateurs qui ne savent pas
de quoi ils parlent.
20.33 André Flahaut, ministre: Vous lui direz, mais je le dirai bien
moi-même.
Een beetje conservatief.
20.34 Pieter De Crem (CD&V): Ik zal zeggen dat hij een beetje
conservatief is, niet te veel maar een beetje. Het zou mij trouwens
20.34 Pieter De Crem (CD&V):
Les Britanniques retirent leur
CRIV 51
COM 525
09/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
61
verwonderen als hij conservatief is maar dat is iets anders.
Ten tweede, waarom trekken bijvoorbeeld de Britten hun militaire
attaché terug uit Brussel? U weet het niet, maar ik zal u zeggen
waarom. Op het vlak van Europese defensie en van
defensieaangelegenheden zijn wij een absolute nulliteit en totaal
irrelevant geworden. Dat is de reden en dat weten de VLD-ministers,
in casu de eerste minister en de minister van Buitenlandse Zaken,
zeer goed.
Mevrouw Vautmans, in uw plaats zou ik het hen beiden eens vragen
op het partijbureau maandag. U zal er bijzonder belangwekkende
vaststellingen kunnen maken.
Ten derde, wat verhoudingsgewijs bijzonder omgekeerd evenredig is,
is dat het zwaartepunt van de activiteitsgraad van onze militaire
attachés komt te liggen in een veelhoek, in een soort hexagoon
tussen Windhoek, Cotonou, Kampala en Nairobi. Ik vind dat een
bijzonder eigenaardige zaak. Als dat gebeurt om onze oude brol te
slijten, dan zullen we daarvan akte nemen. Op een dergelijke wijze
attachés op post zetten, heeft echter geen zin. Zij vermommen zich in
dat geval in handelsattachés en worden eigenlijk salesmen.
Ik ben er al een tijdje mee klaar. Ik zal een voorstel van wet indienen
over het statuut van de militaire defensieattachés. Na deze
onverkwikkelijke episode hebben we immers heel duidelijk nood aan
wat de heer Sevenhans een ethische code zou noemen. Op de
wettelijke bepalingen die betrekking hebben op de rekrutering en de
functionering van de defensieattachés moeten we dringend
duidelijkheid scheppen.
attaché militaire de Bruxelles
parce que la Belgique ne joue plus
aucun rôle dans le domaine de la
défense européenne.
Il est curieux de constater que les
activités de nos attachés militaires
seront concentrées dans le carré
formé par Windhoek, Cotonou,
Kampala et Nairobi. J'espère que
cette décision n'a pas été inspirée
par le fait que les attachés
pourront s'y débarrasser plus
facilement de nos équipements
obsolètes.
Je déposerai prochainement une
proposition de loi relative au statut
des attachés militaires.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Luc Sevenhans en Staf Neel en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Luc Sevenhans en Patrick De Groote
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
vraagt de regering
de minister van Landsverdediging te vragen eerst overleg te plegen met de regering alvorens beslissingen
te nemen die zijn departement overstijgen en die afbreuk doen aan de toekomstige Europese
defensiepolitiek."
Une motion de recommandation a été déposée par M. Luc Sevenhans et Staf Neel et est libellée comme
suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Luc Sevenhans et Patrick De Groote
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement
de prier le ministre de la Défense de consulter le gouvernement avant de prendre des décisions qui
dépassent le cadre de son département et qui portent atteinte à la future politique de défense européenne."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heren Alain Mathot, Mohammed Boukourna en David
Geerts.
09/03/2005
CRIV 51
COM 525
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
62
Une motion pure et simple a été déposée par MM. Alain Mathot, Mohammed Boukourna et David Geerts.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
Je vous signale qu'à la prochaine réunion, nous commencerons à dix heures précises. Sinon, nous
n'aurons jamais le temps d'épuiser l'ordre du jour.
20.35 André Flahaut, ministre: Ne pourrions-nous pas commencer à
9 heures?
Le président: Ce serait impossible pour les parlementaires, monsieur le ministre.
20.36 André Flahaut, ministre: Car sincèrement, terminer ainsi à
13.30 heures ou 14 heures, c'est insupportable.
Le président: A dix heures pile, nous commencerons, à la seconde près. Aucune commission ne peut
commencer avant.
20.37 André Flahaut, ministre: Je vais écrire au président de la
Chambre pour demander que l'on commence la réunion avant.
La réunion publique de commission est levée à 13.44 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 13.44 uur.