CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 522
CRIV 51 COM 522
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
mardi
dinsdag
8-03-2005
8-03-2005
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Walter Muls à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le centre
médical de la prison de Saint-Gilles." (n° 5774)
1
Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
medisch centrum van de gevangenis van Sint-
Gillis." (nr. 5774)
1
Orateurs: Walter Muls, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Walter Muls, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de Mme Hilde Claes à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la loi
spéciale 'Tsunami' visant à assouplir la procédure
de déclaration d'absence" (n° 5859)
3
Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
speciale 'Tsunami-wet' ter versoepeling van de
procedure van verklaring van afwezigheid"
(nr. 5859)
3
Orateurs: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Questions jointes de
4
Samengevoegde vragen van
4
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "la création d'un nouvel
établissement pénitentiaire pour personnes
internées en Flandre" (n° 5880)
4
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de
oprichting van een nieuwe penitentiaire instelling
voor geïnterneerden in Vlaanderen" (nr. 5880)
4
- M. Walter Muls à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "le personnel médical et
paramédical de l'établissement psychiatrique de
Merksplas" (n° 5895)
4
- de heer Walter Muls aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie over "het medisch en
paramedisch personeel van de psychiatrische
inrichting te Merksplas" (nr. 5895)
4
Orateurs: Bart Laeremans, Walter Muls,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice
Sprekers: Bart Laeremans, Walter Muls,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie
Question de Mme Anne Barzin à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'arrêt de la
Cour d'arbitrage concernant la mise en ligne du
Moniteur belge" (n° 5854)
7
Vraag van mevrouw Anne Barzin aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
arrest van het Arbitragehof over het Belgisch
Staatsblad on line" (nr. 5854)
7
Orateurs: Anne Barzin, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Anne Barzin, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de Mme Annelies Storms à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
phénomène des 'loverboys'" (n° 5857)
10
Vraag van mevrouw Annelies Storms aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
problematiek van de 'loverboys'" (nr. 5857)
10
Orateurs:
Annelies Storms, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Annelies Storms, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Patrick De Groote à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
publicité pour les détecteurs de radars en
Belgique et la commercialisation de ceux-ci"
(n° 5893)
12
Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
reclame en verkoop van radardetectors in België"
(nr. 5893)
12
Orateurs: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Bart Laeremans à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'affaire de pédophilie à Bruges" (n° 5879)
13
Vraag van de heer Bart Laeremans aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
pedofiliezaak van Brugge" (nr. 5879)
13
Orateurs:
Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
15
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
15
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'état d'avancement du programme Phenix"
(n° 5627)
eerste minister en minister van Justitie over "de
stand van zaken van het Phenix-programma"
(nr. 5627)
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
caractère punissable des mariages de
complaisance" (n° 5897)
16
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
strafbaar stellen van schijnhuwelijken" (nr. 5897)
16
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
enquêtes judiciaires à propos de plusieurs actes
antisémites" (n° 5898)
17
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
gerechtelijke onderzoeken naar verschillende
antisemitische daden" (nr. 5898)
17
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Questions jointes de
19
Samengevoegde vragen van
19
- M. Claude Marinower à la vice-première ministre
et ministre de la Justice sur "le problème
persistant de la drogue dans les prisons"
(n° 5866)
19
- de heer Claude Marinower aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "het
aanhoudende drugsprobleem in de
gevangenissen" (nr. 5866)
19
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "les mesures visant à
lutter contre la consommation de drogues dans
les prisons" (n° 5881)
19
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de
maatregelen tegen het drugsgebruik binnen de
gevangenismuren" (nr. 5881)
19
- M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "le décès d'un détenu à
Lantin" (n° 5800)
19
- de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de dood
van een gedetineerde in Lantin" (nr. 5800)
19
Orateurs:
Tony Van Parys, Claude
Marinower, Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Tony Van Parys, Claude
Marinower, Bart Laeremans, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE LA JUSTICE
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
du
MARDI
8
MARS
2005
Matin
______
van
DINSDAG
8
MAART
2005
Voormiddag
______
De vergadering wordt geopend om 10.22 uur door de heer Alfons Borginon, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.22 heures par M. Alfons Borginon, président.
Ingevolge een technisch mankement ontbreekt een deel van de digitale geluidsopname. Voor de vragen
nrs. 5859 van mevrouw Hilde Claes, 5880 en 5895 van de heren Bart Laeremans en Walter Muls, 5854 van
mevrouw Anne Barzin en 5857 van mevrouw Annelies Storms en de antwoorden van de minister steunt het
verslag uitzonderlijk op de teksten die de sprekers hebben overhandigd.
A la suite d'un incident technique une partie de l'enregistrement digital fait défaut. Pour les questions
n°
s
5859 de Mme Hilde Claes, 5880 et 5895 de MM. Bart Laeremans et Walter Muls, 5854 de Mme Anne
Barzin et 5857 de Mme Annelies Storms et les réponses de Mme la ministre, le compte rendu se base sur
les textes remis par les intervenants.
01 Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
medisch centrum van de gevangenis van Sint-Gillis." (nr. 5774)
01 Question de M. Walter Muls à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le centre
médical de la prison de Saint-Gilles." (n° 5774)
01.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Mevrouw de minister, zoals u weet,
heb ik in het verleden reeds een aantal vragen gesteld over het feit
dat de werken aan het medisch centrum van Sint-Gillis niet
opschieten en eigenlijk nog moeten beginnen. Nu blijkt dat op 17
februari 2005 in de gevangenis van Vorst een gedetineerde gestorven
is aan de gevolgen van een hartaanval. Blijkbaar had de
gevangenisdokter begin december een voorschrift afgeleverd voor
een elektrocardiogram. Er werd een afspraak gemaakt maar die werd
nadien geannuleerd. Ik koppel daaraan het feit dat de gevangenen uit
Vorst normaal gezien voor medische onderzoeken en testen
overgebracht worden naar het CMC van Sint-Gilis, via de interne weg
onder de Verbindingslaan.
Ik had dus graag van u, mevrouw de minister, vernomen wat de reden
is waarom beslist werd een levensnoodzakelijk onderzoek voor die
patiënt niet te laten doorgaan? Door wie werd die beslissing
genomen? En uiteraard, is er enige relatie met het feit dat de werken
aan het CMC nog altijd niet begonnen zijn?
Ik koppel daar ook aan wat vorig weekend nog in de krant verschenen
is inzake de tijdelijke verpleegsters en de sluiting van het CMC te
Lantin. Ik stel ook vast dat uw woordvoerster gezegd heeft dat men
nog altijd niet begonnen is aan de werken in het CMC. Ik vraag mij
dus af of er een verband bestaat tussen de sluiting van het CMC en
dit geval.
01.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Le
17 février 2005, un détenu de la
prison de Forest est décédé des
suites d'une crise cardiaque. Il
semblerait que ce détenu avait un
rendez-vous pour effectuer un
électrocardiogramme, mais ce
rendez-vous a été annulé. Les
détenus de Forest sont
généralement examinés au centre
médical de Saint-Gilles.
Pourquoi a-t-on décidé de ne pas
réaliser cet électrocardiogramme?
Qui a pris cette décision?
Cette situation s'explique-t-elle par
la non-disponibilité du CMC de
Saint-Gilles, le recours à du
personnel soignant temporaire et
la fermeture du CMC de Lantin?
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
01.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik
bevestig dat een gedetineerde in de gevangenis van Vorst is
overleden tengevolge van een hartstilstand. Persoonlijk ben ik zeer
getroffen door het voorval.
Op zaterdag 26 februari heb ik kennis genomen van het overlijden
van de betrokkene. Er heerst nog onduidelijkheid over hetgeen er
gebeurd is in de periode tussen de aankomst van de persoon in
kwestie in de gevangenis van Vorst en zijn overlijden. Ik heb een
precies administratief onderzoek bevolen over het verloop van de
gebeurtenissen. Het gerechtelijk onderzoek is aan de gang. Deze
feiten kunnen inderdaad aanleiding geven tot strafrechterlijke
vervolgingen.
Onder deze voorwaarden en zonder vooruit te lopen op het verloop
van deze twee procedures, is het in dit stadium niet aan mij om de
precieze elementen die aan deze zaak verbonden zijn te onthullen.
01.02
Laurette Onkelinx,
ministre: J'ai ordonné une enquête
administrative à propos des
circonstances de la mort de ce
détenu de Forest au sujet de
laquelle une instruction a, en
outre, été ouverte. Aussi ne puis-je
pas commenter les éléments
précis de cette affaire, quoique je
n'exclue pas que les faits
survenus puissent donner lieu à
des poursuites pénales.
Néanmoins, je profite de votre question pour vous donner quelques
éléments sur les centres médicaux. Comme vous le savez, les soins
de santé aux détenus sont réglés par les articles 97 et 98 du
règlement général des établissements du 21 mai 1965. L'article 97
stipule que, si le détenu est atteint d'une affection qui ne peut être
traitée correctement dans l'établissement, le directeur peut, sur l'avis
du médecin, solliciter du ministre l'autorisation de transférer le détenu
au centre médico-chirurgical pénitentiaire.
Dans le cadre d'une affection grave, dont le traitement ne peut être
réalisé en détention, le directeur sollicite, dans les mêmes conditions,
l'autorisation de transférer le malade vers un hôpital. L'article 98 du
même règlement général prévoit, en cas de transfert d'un détenu vers
un hôpital, que celui-ci doit être considéré comme une succursale de
l'établissement pénitentiaire et la garde du détenu transféré est, s'il y
a lieu, assurée par les soins de la direction de l'établissement.
En résumé, il y a une gradation dans l'intervention des soins
intramuros. Tout d'abord, ceux-ci sont dispensés, si possible, par le
centre médical intramuros. Intervient ensuite, le cas échéant,
l'extraction vers un hôpital civil.
L'extraction est encadrée par la police et les agents pénitentiaires qui
sont de garde 24 heures sur 24, la chambre de l'hôpital étant
considérée comme une annexe de la prison. Le détenu est pris sous
la responsabilité des agents pénitentiaires et les frais médicaux sont
entièrement pris en charge par la justice.
Quelle est la situation au niveau des centres médicaux? Du côté
francophone, la situation a été compliquée ces derniers temps par la
fermeture du secteur chirurgie du centre médico-chirurgical de Saint-
Gilles ainsi que par la non-ouverture de la polyclinique de Lantin qui
assurera de nombreux soins, à l'exception de la chirurgie lourde.
Le CMC de Saint-Gilles fonctionne à ce jour comme une polyclinique
avec des rendez-vous pour les pneumothorax, les consultations de
cardiologie, etc., et uniquement pour les détenus de Forest et de
Saint-Gilles. Les travaux sont enfin programmés par la Régie des
Bâtiments pour rouvrir au plus vite le centre médical pour la partie
chirurgicale de Saint-Gilles.
Het algemeen reglement van de
strafinrichtingen bepaalt dat indien
de gedetineerde aangetast is door
een aandoening die niet behoorlijk
in de inrichting kan behandeld
worden, de directeur aan de
minister de toelating mag vragen
om de gedetineerde naar het
penitentiair genees- en heelkundig
centrum over te brengen. In geval
van een aandoening die niet
gedurende de hechtenis kan
behandeld worden, vraagt de
directeur de toelating om de zieke
naar een ziekenhuis over te
brengen. De penitentiaire
beambten zijn verantwoordelijk
voor de gedetineerde en de
medische kosten vallen ten laste
van het departement Justitie.
Aan Franstalige kant werd de
toestand onlangs bemoeilijkt door
de sluiting van de afdeling
heelkunde van het genees- en
heelkundig centrum van Sint-Gillis
en door het uitblijven van de
opening van de polikliniek van
Lantin.
Het medisch-chirurgisch centrum
van Sint-Gillis werkt thans als een
polikliniek. Alleen de
gedetineerden van Vorst en Sint-
Gillis worden er behandeld. De
Regie der Gebouwen heeft werken
gepland om de chirurgische
afdeling van Sint-Gillis zo snel
mogelijk opnieuw in gebruik te
nemen.
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
01.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Als het onderzoek een causaal
verband tussen de sluiting van CMC Sint-Gillis en het overlijden van
de gedineerde vaststelt, lijkt een onderzoek naar de werking van de
Regie der Gebouwen mij niet overbodig.
01.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Si
l'enquête devait faire apparaître un
lien de causalité entre la fermeture
du CMC de Saint-Gilles et le
décès du détenu, il me paraît qu'il
ne serait pas superflu d'examiner
le fonctionnement de la Régie des
Bâtiments.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Geluidsopname defect vanaf 10.33 uur.
Panne d'enregistrement à partir de 10.33 heures.
02 Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
speciale 'Tsunami-wet' ter versoepeling van de procedure van verklaring van afwezigheid" (nr. 5859)
02 Question de Mme Hilde Claes à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la loi
spéciale 'Tsunami' visant à assouplir la procédure de déclaration d'absence" (n° 5859)
02.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): Mevrouw de minister, eind december
2004 werd de wereld opgeschrikt door de vloedgolf in Zuid-Oost-Azië.
Het dodental liep duizelingwekkend op en velen verloren dierbaren of
familieleden. Sommige lichamen werden niet teruggevonden of
konden niet tijdig geïdentificeerd worden omdat zij om
gezondheidsredenen in massagraven moesten worden begraven. Op
dit moment is er nog steeds een aantal Belgen vermist.
Naar aanleiding van die ramp kondigde u begin januari 2005 een
speciale "tsunamiwet" aan om de procedure van
afwezigheidsverklaring te versoepelen. De huidige wettelijke regeling,
zoals bepaald in de artikelen 112 tot en met 143 van het burgerlijk
wetboek, voorziet in een bescherming van de rechten van vermiste
personen, in die zin dat de procedure van afwezigheidsverklaring
slechts kan worden gestart na een periode van 4 jaar verdwijning,
waarbij de rechtbank van eerste aanleg een onderzoek naar de
omstandigheden van de verdwijning moet voeren.
Dat betekent dat het vandaag in de praktijk makkelijk tot vijf jaar kan
duren vooraleer een vermist persoon officieel als "afwezig verklaard"
kan worden en de nabestaanden het "voorlopig bezit" kunnen krijgen.
Pas na verloop van 30 jaar afwezigheid kan er overgegaan worden tot
"definitieve inbezitstelling."
Precies om die zeer lange termijnen te verhelpen kondigde u een
wetgevend initiatief aan.
Graag krijg ik van u een antwoord op de volgende vragen. Ten eerste,
hoeveel Belgen zijn ingevolge de tsunamiramp nog steeds vermist?
Ten tweede, werd het aangekondigde wetsontwerp reeds uitgewerkt?
Ten derde, als dat zo is, in welke termijnen wordt voorzien en in welke
zin zal de huidige procedure gewijzigd worden?
Ten vierde, zal dat wetsontwerp enkel gelden ten aanzien van
personen die verdwenen tijdens de tsunamiramp in Zuid-Oost-Azië of
02.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): A
la suite du tsunami survenu dans
le Sud-Est asiatique, la ministre a
annoncé une
loi tsunami
permettant de déclarer plus
rapidement absentes les
personnes portées disparues. La
législation `normale' impose aux
proches un délai atteignant
facilement cinq ans avant qu'ils
puissent entrer provisoirement en
possession des biens d'un disparu
et trente ans pour la prise de
possession effective.
Combien de Belges sont-ils
toujours portés disparus à la suite
du tsunami?
Quand le projet de loi verra-t-il le
jour et dans quel sens la
procédure sera-t-elle modifiée?
La loi s'appliquera-t-elle
uniquement aux victimes du
tsunami ou aura-t-elle une portée
plus large?
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
wordt een nieuwe wettelijke regeling uitgewerkt die geldt ten aanzien
van alle vanaf een bepaald ogenblik verdwenen personen?
02.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Claes, gelukkig tellen we tot op heden slechts één enkele persoon
van Belgische nationaliteit onder de vermiste personen van de
tsunami.
Het voorontwerp van wet dat in de maand januari werd aangekondigd,
is ter advies voorgelegd aan de Raad van State. Het moet enkele
wijzigingen ondergaan vooraleer het in de Kamer kan worden
ingediend.
De voornaamste wijziging betreft het toepassingsveld. De
Ministerraad wenste dit te beperken tot natuurrampen van
uitzonderlijke aard.
De Raad van State doet evenwel opmerken dat het discriminerend
zou zijn om andere soorten rampen zoals industriële rampen er niet in
op te nemen.
Nadat de noodzakelijke wijzigingen door de Ministerraad zullen zijn
goedgekeurd, zal het ontwerp in de Kamer kunnen worden ingediend.
Ik meen dat dit nog voor de Paasvakantie zal zijn.
02.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Un seul Belge est encore
porté disparu après le tsunami.
L'avant-projet de loi a déjà été
soumis au Conseil d'Etat, qui
estime que la loi concernée doit
s'appliquer non seulement aux
calamités naturelles mais aussi à
d'autres catastrophes, notamment
de type industriel. Le présent
projet sera déposé au Parlement
avant les vacances de Pâques.
Les propositions de loi allant dans
le même sens peuvent également
s'avérer utiles.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Samengevoegde vragen van
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de oprichting van
een nieuwe penitentiaire instelling voor geïnterneerden in Vlaanderen" (nr. 5880)
- de heer Walter Muls aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het medisch en
paramedisch personeel van de psychiatrische inrichting te Merksplas" (nr. 5895)
03 Questions jointes de
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la création d'un nouvel
établissement pénitentiaire pour personnes internées en Flandre" (n° 5880)
- M. Walter Muls à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le personnel médical et
paramédical de l'établissement psychiatrique de Merksplas" (n° 5895)
03.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mevrouw de minister, reeds
herhaaldelijk kondigde u aan dat er werk gemaakt zou worden van de
oprichting van een aparte penitentiaire instelling voor gedetineerden.
Vanuit de sector komt daarop steeds meer kritiek omdat een
kleinschalige aanpak tot betere resultaten zou leiden. Intussen blijft
het kritiek regenen op de gebrekkige staat van de paviljoenen voor
geïnterneerden in Merksplas en op de al te geringe omkadering.
Ik heb terzake voor u de volgende vragen.
Ten eerste, wat is de stand van zaken in verband met de nieuwe
penitentiaire instelling voor geïnterneerden? Werd er inmiddels een
locatie gevonden? Wat zal die instelling kosten? Tegen wanneer zal
ze klaar zijn?
Ten tweede, zou die instelling niet beter gebruikt worden als
bijkomende gevangenis voor Antwerpen, zodat Merksplas verder
uitgebouwd kan worden tot een gespecialiseerde inrichting voor
geïnterneerden, gezien de rustige omgeving en de mogelijkheid tot
03.01 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): La ministre a annoncé la
création d'un établissement
pénitentiaire séparé pour les
internés. Il faudra au moins cinq
ans encore avant qu'un tel
établissement ne voie le jour; en
attendant, le pavillon des internés
de Merksplas est délabré.
Quel est l'état d'avancement du
dossier relatif au nouvel
établissement? Ce nouvel
établissement ne peut-il pas servir
de prison supplémentaire pour
Anvers, auquel cas l'établissement
de Merksplas pourrait devenir un
établissement pour internés?
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
kleinschalige aanpak?
Ten derde, hoe zit het met de renovatie van de gebouwen van
Merksplas? Wat is het tijdspad? Welk bedrag wordt er geïnvesteerd?
Wordt de infrastructuur aangepast voor een hedendaagse
behandeling voor geïnterneerden of is het de bedoeling dat de
geïnterneerden er op termijn allemaal zouden verdwijnen?
Ten vierde, wordt er intussen werk gemaakt van een betere
omkadering van de geïnterneerden in Merksplas en elders in
Vlaanderen? Zijn er wetswijzigingen in voorbereiding om in de
Vlaamse instellingen dezelfde omkadering te laten fungeren als in de
instelling van Paifve? Zijn er intussen opnieuw voldoende artsen en
psychiaters in Merksplas?
03.02 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, eind 2004 stelde ik u een vraag over het medisch en
paramedisch personeel dat in Merksplas ter beschikking staat van de
geïnterneerden. U antwoordde toen dat er extra psychologische
bijstand voorzien zal worden.
Uit recente informatie blijkt dat de situatie van de geïnterneerden
zowel op logistiek vlak als op vlak van omkadering moeilijk blijft.
Mevrouw de minister, ik had graag van u een antwoord gekregen op
de volgende vragen.
Ten eerste, zijn die aangekondigde nieuwe psychologen al aan het
werk?
Ten tweede, hoeveel medisch personeel staat er vandaag specifiek
ter beschikking van de geïnterneerden?
Ten derde, hoeveel paramedisch personeel staat er vandaag ter
beschikking van de geïnterneerden?
Ten vierde, kan u de concrete dagindeling geven van de
psychologen? Hoeveel tijd wordt er uitgetrokken voor de behandeling
van een geïnterneerde, per dag, per week, per maand?
Ten vijfde, kan u de concrete dagindeling geven van de psychiaters?
Hoeveel tijd wordt er uitgetrokken voor de behandeling van een
geïnterneerde, per dag, per week, per maand?
03.02 Walter Muls (sp.a-spirit):
Fin 2004, la ministre m'avait
assuré qu'elle recruterait du
personnel supplémentaire pour
assurer l'encadrement des
internés de Merksplas. A ce
moment-là, l'établissement de
Merksplas disposait, pour une
population carcérale de 300
personnes, d'un médecin exerçant
six heures semaine, d'un médecin-
anthropologue à temps plein, d'un
médecin faisant fonction douze
heures par semaine et d'un
médecin-stagiaire présent vingt
heures par semaine. Les
psychologues supplémentaires
dont la ministre avait annoncé le
recrutement sont-ils déjà au
travail? Combien de membres du
personnel médical et paramédical
se tiennent aujourd'hui
spécifiquement à la disposition
des internés de Merksplas? De
quoi se compose la journée de
travail des psychologues et des
psychiatres? Combien de temps
consacrent-ils au traitement d'un
interné par jour, par semaine et
par mois?
03.03 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, ten eerste,
zoals reeds eerder medegedeeld werd er beslist om voor Vlaanderen
een instelling op te richten voor geïnterneerden. Er werd een
werkgroep aangesteld om aanbevelingen uit te werken. Dit verslag zal
neergelegd worden in juni. Het is op basis van dit verslag dat ik de
beslissingen zal nemen aangaande capaciteit, locatie en concept van
dit ziekenhuis.
Ten tweede, het is de bedoeling om een nieuwe instelling,
ziekenhuiscampus op te richten, het is dus niet de bedoeling om een
nieuwe gevangenis te bouwen. Vanuit het standpunt dat
geïnterneerden ziek zijn en dus recht hebben op zorg en behandeling,
03.03
Laurette Onkelinx,
ministre: Le groupe de travail
chargé de faire des
recommandations sur le nouvel
établissement flamand destiné aux
internés fera rapport en juin. Sur la
base de ce rapport, je prendrai les
décisions requises concernant la
capacité, le lieu d'implantation et le
concept de cet hôpital. Je souligne
que ce nouvel établissement ne
sera pas une nouvelle prison. Les
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
zoals alle burgers, werd door de regering deze beslissing genomen en
werd er tevens beslist om de kosten voor geïnterneerden die in
psychiatrische ziekenhuizen verblijven gedragen worden door de
minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken. Het is de bedoeling
dat alle geïnterneerden aanspraak kunnen maken op de nodige
behandeling en zorg en dat zij dus op termijn uit de gevangenis zullen
verdwijnen.
Ik deel uw mening dat Merksplas inderdaad landelijk en rustig is
gelegen, maar niet zo gemakkelijk bereikbaar met het openbaar
vervoer.
Ten derde, zoals ik vorige week zei zal ik in het kader van het
meerjarenplan-gebouwen met mijn collega voor de Regie van de
Gebouwen verder onderzoeken welke financiële mogelijkheden er zijn
om in Merksplas de meest noodzakelijke aanpassingswerken uit te
voeren. Dit alles dient verder concreet te worden uitgewerkt zodat ik u
op dit moment geen indicaties kan geven van kosten of van planning.
Ten vierde, wat betreft begeleiding en omkadering van
geïnterneerden wens ik het volgende te zeggen. In de gevangenissen
zijn er psychosociale diensten werkzaam. Deze multidisciplinaire
teams, samengesteld uit psychologen, maatschappelijk werkers en
psychiaters, hebben als hoofdopdracht, onthaal, expertise en
verslaggeving ten aanzien van de bevoegde commissies. Daarnaast
zijn er de diensten van de Gemeenschappen en Gewesten, bevoegd
voor de persoonsgebonden materies, dit wil onder andere zeggen
hulp, therapie aan gedetineerden.
Wat betreft de omkadering geïnterneerden Merksplas kan ik u
zeggen dat er momenteel 3 psychologen en een maatschappelijk
werker voltijds met de geïnterneerden werken en twee psychiaters a
rato van 30 uren per week.
Zij besteden hun tijd dus aan onthaal en opvang, consult en
verslaggeving.
In samenwerking met de Vlaamse Gemeenschap, loopt er momenteel
in Merksplas ook een project ter opvang van mentaal gehandicapten.
Het dagcentrum, Zwart Goor, stelt vijf medewerkers ter beschikking
van deze groep. Naast dagactiviteiten en ergotherapie, hebben zij een
programma rond het bijbrengen van hygiëne, aanleren van sociale
vaardigheden enzovoort. Dit is dus een concrete uitwerking van de
bevoegdheidsverdeling tengevolge van de staatshervorming. Deze
samenwerking dient verder uitgewerkt te worden, in overleg en in
samenspraak met de bevoegde partners.
Wat betreft de medische omkadering werken er in Merksplas voor de
totale bevolking, gedetineerden en geïnterneerden, 13
verpleegkundigen, waarvan er drie halftijds en twee viervijfden
werken. Zij vervullen een permanentie tijdens de nacht en het
weekend, 40 uren algemene geneesheer (vier artsen) per week, 40
uren tandarts per maand, 3 maal 8 uur per week kinesist.
Specialisten, bijvoorbeeld dermatoloog, komen op vraag van de
algemene geneesheren.
03.04 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Het antwoord van de
minister blijft onbevredigend. We zijn nog geen stap verder in
vergelijking met september vorig jaar. De minister wacht nog op een
03.04 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): La réponse de la ministre
reste insatisfaisante. Nous n'avons
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
rapport van een werkgroep en er is nog geen locatie vastgelegd. De
realisatie van de nieuwe instelling zal dus nog jaren duren. Intussen
hebben de geïnterneerden ook in Vlaanderen recht op een behoorlijke
behandeling. In Paifve slaagt men er wel in de geïnterneerden op een
behoorlijke manier op te vangen. In Vlaanderen moeten dezelfde
normen gelden als in Wallonië. Ik dring daarom aan op de aanpassing
van de wetten en uitvoeringsbesluiten ter zake.
3.04 Walter Muls (sp.a-spirit): De heer Laeremans is slecht
geïnformeerd. Tot voor kort was de situatie in Paifve nog slechter dan
in Merksplas. Er was daar zelfs geen psychiater voorhanden!
Als ik de minister goed begrijp, zou de personeelsomkadering op dit
ogenblik nog slechter zijn dan eind vorig jaar, ondanks de belofte van
bijkomende aanwervingen?
3.04 Walter Muls (sp.a-spirit):
Monsieur Laeremans est mal
informé. La situation était jusqu'il y
a peu pire encore à Paifve qu'à
Merksplas. Là, il n'y avait même
pas un seul psychiatre!
Si je comprends bien les propos
de la ministre, l'encadrement du
personnel serait actuellement pire
encore qu'à la fin de l'année
passée, malgré les promesses
d'engager du personnel
supplémentaire?
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de Mme Anne Barzin à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "l'arrêt de la
Cour d'arbitrage concernant la mise en ligne du Moniteur belge" (n° 5854)
04 Vraag van mevrouw Anne Barzin aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
arrest van het Arbitragehof over het Belgisch Staatsblad on line" (nr. 5854)
04.01 Anne Barzin (MR): Madame la ministre, dans son arrêt
n°106/2004 du 16 juin 2004, la Cour d'arbitrage a considéré que les
dispositions de la loi-programme du 24 décembre 2002 organisant la
mise en ligne du Moniteur belge rompaient le principe d'égalité au
motif qu'elles traitaient, sur un même pied, un ensemble de
personnes - les citoyens qui ne disposent pas d'un égal accès aux
techniques informatiques. La Cour considérait que la mise à
disposition d'exemplaires à la Direction du Moniteur belge "n'assurait
pas à chacun un accès aux textes qui l'intéressent, sans difficulté
excessive" (B.19).
La Cour poursuivait en précisant: "Une solution évoquée lors des
travaux préparatoires, serait que les communes et les bibliothèques
s'équipent d'un matériel informatique (CRA, Chambre, 2002-2003, 50
COM 850 pp. 1 et 2) mais rien ne garantit qu'elles le fassent ni même
qu'elles disposeraient de l'infrastructure et des moyens nécessaires
pour le faire" (B.20).
Elle concluait que, "faute d'être accompagnée de mesures suffisantes
qui garantissent un égal accès aux textes officiels, la mesure
attaquée a des effets disproportionnés au détriment de certaines
catégories de personnes. Elle n'est, dès lors, pas compatible avec les
articles 10 et 11 de la Constitution" (B.22).
En conséquence, la Cour annulait les dispositions de la loi-
programme du 24 décembre 2002 organisant la mise en ligne du
Moniteur belge. Cependant, de manière à permettre au législateur de
04.01 Anne Barzin (MR): Het
arrest van 16 juni 2004 van het
Arbitragehof vernietigde de
bepalingen van de programmawet
van 24 december 2002 in verband
met het aanbieden van het
Belgisch Staatsblad op internet
omdat ze afbreuk deden aan het
principe van de gelijkheid van de
burger ten overstaan van de wet.
Niet alle burgers hebben immers
op gelijke wijze toegang tot de
informaticatechnologieën. Maar
om de wetgever de tijd te gunnen
een einde te stellen aan deze
discriminatie handhaafde het Hof
de vernietigde bepalingen tot 1
augustus 2005. We zijn het
volledig eens met de optie om het
Staatsblad on line aan te bieden.
Daarom menen we dat de
wetgever de vernietigde tekst
opnieuw moet indienen en daarbij
er concreet voor moet zorgen dat
iedereen een gelijke toegang tot
het Staatsblad krijgt. De regering
moet dan achteraf deze
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
disposer du temps nécessaire pour réfléchir aux moyens de mettre un
terme à cette discrimination, la Cour décidait également de maintenir
définitivement les effets des dispositions annulées jusqu'au 31 juillet
2005.
Il s'ensuit que l'inaction du législateur contraindrait les services du
Moniteur belge à reprendre l'édition papier à partir du 1
er
août de cette
année.
Cette éventualité ne nous semble pas souhaitable. Au contraire, nous
sommes d'avis que l'option politique retenue par le législateur de
mettre en ligne le journal officiel se justifiait tout à fait, compte tenu de
l'évolution des technologies et des habitudes ainsi que des économies
rendues possibles par cette mesure.
Pour cette raison, le législateur doit reprendre la main et réintroduire
le texte annulé par la Cour. Cependant, cette initiative serait sans
lendemain si elle n'était pas accompagnée de mesures concrètes aux
fins d'assurer l'égal accès de tous au journal officiel, comme le fait de
proposer des bornes d'accès à internet (ou à certains sites officiels)
dans les communes, les postes et/ou les bibliothèques. D'une
manière générale, cette mesure doit être pensée dans le cadre d'un
ensemble d'initiatives actuelles ou à venir, visant à faciliter l'interaction
entre le citoyen et son administration et à lutter contre la fracture
numérique.
Cependant, la mise en oeuvre concrète de ces mesures qui doivent
être planifiées et nécessitent du temps pour être mises en oeuvre
relève du gouvernement.
Mes questions sont dès lors les suivantes:
1. Quelles sont les mesures que vous avez adoptées aux fins de
répondre à l'arrêt n°106/2004 de la Cour d'arbitrage? Entendez-vous
mettre des bornes électroniques dans certaines administrations, les
bureaux de poste ou les bibliothèques?
2. Envisagez-vous d'englober ces mesures dans le cadre d'un
programme plus vaste visant à diminuer la fracture numérique?
maatregelen uitvoeren.
Welke maatregelen heeft u
getroffen? Zal u in bepaalde
administraties, in de postkantoren
en bibliotheken internetterminals
installeren? Zal u
deze
maatregelen opnemen in een
breder programma dat de digitale
kloof moet dichten?
04.02 Laurette Onkelinx, ministre: Madame Barzin, l'arrêt de la Cour
d'arbitrage du 16 juin 2004, sur le suivi duquel vous m'interpellez,
appelle une réaction du législateur pour le 31 juillet 2005.
Cette réaction sera formalisée dans la loi-programme et l'agenda qui
nous a été imposé par la Cour d'arbitrage sera ainsi respecté.
Il s'agira de confirmer l'option qui a été retenue sous l'ancienne
législature, à savoir la suppression de la publication papier de
Moniteur, sous réserve bien entendu des trois exemplaires qui sont
conservés respectivement au SPF Justice, à la Bibliothèque nationale
et au Moniteur.
Dans son arrêt, la Cour d'arbitrage ne remettait d'ailleurs pas en
cause cette option.
Elle critiquait l'absence de mesure destinée à garantir l'accès au
contenu du journal officiel aux personnes qui n'ont pas d'accès à
l'outil informatique.
04.02 Minister Laurette Onkelinx:
Ik bevestig dat ervoor geopteerd
werd de publicatie op papieren
drager stop te zetten, met
uitzondering dan van de drie
exemplaren die bewaard worden
bij de FOD Justitie, de Koninklijke
Bibliotheek en het
Belgisch
Staatsblad.
Ik wil evenwel een weerwoord
geven op de bezwaren van het
Arbitragehof. Het Arbitragehof
heeft kritiek op het feit dat er geen
maatregelen genomen werden om
mensen die geen toegang hebben
tot een computer, toch in staat te
stellen het
Staatsblad te
raadplegen. Dat gaat de
bevoegdheid van de FOD Justitie
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Ce n'est donc nullement la "fracture numérique" qui était en cause
mais bien l'absence de mesures garantissant l'accès à l'information
contenue dans le Moniteur.
Les mesures visant à augmenter le taux de pénétration de
l'informatique dans les ménages ou entreprises dépassent d'ailleurs
largement mes compétences.
Pour ma part, je me suis attachée à trouver des solutions permettant
à tout un chacun d'avoir accès au contenu du Moniteur, sans recourir
à l'outil informatique.
La première mesure consisterait en la mise en oeuvre d'un numéro de
téléphone gratuit à destination du public. Les services du Moniteur
assureraient ainsi la communication des textes à la demande.
Je dois vous préciser qu'un service de "helpdesk" existe déjà au sein
du Moniteur. Les demandes du public sont toutefois très limitées et
parmi les quelques demandes enregistrées, l'essentiel concerne la
publication d'actes de sociétés.
Cette mesure, ne suffit cependant pas à rencontrer les griefs formulés
par la Cour d'arbitrage.
Il convient en effet de prendre des mesures permettant à tout un
chacun d'identifier ce dont il a besoin et de pouvoir ainsi formuler une
demande suffisamment précise, par exemple au "helpdesk" du
Moniteur.
A cette fin, mes services examinent les modalités les plus efficaces et
les moins onéreuses permettant, par voie d'abonnement notamment,
d'obtenir quotidiennement les tables des matières du Moniteur.
Pour vous donner une idée, pour l'année 2003, les tables des
matières représentaient 1.305 pages pour plus de 62.000 pages de
contenu.
Une impression papier de ces tables pourrait également être
consultée dans les greffes des juridictions. Je pense tout
particulièrement à ceux des justices de paix qui présentent le plus
haut degré de proximité.
L'installation de bornes d'accès à l'internet me paraît par contre
beaucoup plus difficile à mettre en oeuvre.
Tout d'abord, se poserait le problème de compétence, les
bibliothèques relevant des Communautés, les communes des
Régions. Si je ne puis leur imposer d'installer ces bornes, rien ne les
empêche de le faire de leur propre initiative.
Par ailleurs, La Poste n'est pas intéressée par le développement d'un
tel service, comme c'est le cas en France où nombre de bureaux sont
équipés de PC reliés à l'internet.
Il est en outre loin d'être évident que les coûts de telles mesures
puissent être rencontrés par la demande qui est, au delà de la
symbolique qui a retenu l'attention de la Cour d'arbitrage, quasi
inexistante.
evenwel ruim te buiten.
Een gratis telefoonlijn zou hier een
oplossing kunnen bieden. Er
bestaat trouwens al een helpdesk,
maar daar wordt bitter weinig
gebruik van gemaakt door het
publiek.
De aanvragen moeten welomlijnd
zijn: in 2003 waren de
inhoudstafels alleen al goed voor
1305 bladzijden (voor meer dan
62.000 bladzijden inhoud).
Een geprinte versie van de
inhoudstafels zou ter inzage
kunnen liggen bij de griffies van de
rechtbanken. De plaatsing van
internetterminals lijkt mij een
moeilijk te realiseren optie,
wegens mogelijke
bevoegdheidsconflicten met de
Gemeenschappen wat de
bibliotheken betreft en met de
Gewesten wat de gemeenten
betreft. De Post heeft geen
interesse voor de uitbouw van een
dergelijke service. Er is nagenoeg
geen vraag.
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Annelies Storms aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
problematiek van de 'loverboys'" (nr. 5857)
05 Question de Mme Annelies Storms à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le
05.01 Annelies Storms (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, de afgelopen week verschenen in de media een aantal
berichten over een nieuw boek van de Nederlandse politierechercheur
Helen Vreeswijk over loverboys. In dit boek staan niet enkel
getuigenissen van slachtoffers maar ook van loverboys zelf.
Loverboys zoeken verkering met jonge meisjes om geld te verdienen.
Ze proberen het hart van een meisje te winnen door hen aandacht en
dure cadeaus te geven. Om het meisje afhankelijk te maken,
proberen ze een wig te drijven tussen haar en haar omgeving. Onder
het mom van een openstaande schuld wordt het meisje gedwongen
tot seks met een van de vrienden van de loverboy. Op die manier
wordt de drempel naar prostitutie verlaagd. Veelal wordt het meisje
ook aangezet tot het gebruik van softdrugs en alcohol of tot stelen.
Loverboys hanteren recentelijk ook nieuwe methodes. Zo sluiten ze
vaak een hypotheek af op naam van het meisje en verdwijnen dan
met het geld.
In Nederland dienen jaarlijks 2000 meisjes klacht in tegen hun
loverboy. Volgens de auteur is dit echter nog maar het topje van de
ijsberg. De drempel om naar de politie te stappen is voor vele meisjes
veel te hoog en indien er geen onderduikadres ter beschikking wordt
gesteld, vallen ze op korte termijn terug in de handen van hun
pooiers.
In antwoord op een vraag van collega Walter Muls van 12 februari
2004 antwoordde de minister dat er geen cijfers ter beschikking zijn
over het aantal registraties van meldingen of klachten van slachtoffers
bij de politie omdat de problematiek niet als strafrechtelijk misdrijf
bestaat en omdat er geen duidelijke omschrijving van de problematiek
voorhanden is. Tevens verwees de minister naar rapporten van het
Comité P, waaruit bleek dat op enkele geïsoleerde gevallen na,
dergelijke gevallen in België niet bestaan.
De auteur verklaart nochtans dat de jacht op loverboys in Nederland
erg serieus wordt genomen en dat de mogelijkheid reëel is dat
loverboys zouden uitwijken naar Antwerpen, dat niet ver van Breda
ligt.
Mevrouw de minister, ik heb de volgende vragen.
Ten eerste, heeft de minister aanwijzingen dat het fenomeen van de
loverboys zich naar Antwerpen zou verplaatsen?
Ten tweede, is het nog steeds onmogelijk om een raming te geven
van het aantal loverboys dat in België opereert? Zal de minister actie
ondernemen om dit fenomeen in kaart te brengen?
Ten derde, hoeveel meldingen of aangiftes van slachtoffers van
05.01 Annelies Storms (sp.a-
spirit): Les médias ont récemment
donné un large écho au livre de
l'enquêtrice de police néerlandaise
Helen Vreeswijk sur le phénomène
des loverboys. Dans un premier
temps, ces garçons séduisent et
isolent une jeune fille; la victime
est ensuite obligée d'avoir des
relations sexuelles avec les amis
du loverboy; la frontière avec la
prostitution est ainsi réduite. Les
loverboys vont parfois jusqu'à
conclure une hypothèque au nom
de la jeune fille et s'approprient
l'argent.
Aux Pays-Bas, 2.000 jeunes filles
déposent plainte chaque année,
mais beaucoup d'autres n'osent
pas le faire. Si elles ne
parviennent pas à se cacher, ces
jeunes filles retombent très vite
aux mains de leur souteneur.
Selon Helen Vreeswijk, la chasse
aux loverboys est prise au sérieux
aux Pays-Bas mais le phénomène
risque de se propager à Anvers.
La ministre dispose-t-elle
d'informations à ce sujet? A-t-elle
une idée du nombre de loverboys
actifs en Belgique? Fera-t-elle le
point sur la situation? La police a-t-
elle enregistré des plaintes de
victimes ou entendu des
dépositions en
2004? Dans
combien de cas des sanctions ont-
elles été infligées? La ministre
envisage-t-elle d'autres mesures?
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
loverboys werden er in 2004 bij de politie geregistreerd? In hoeveel
gevallen werd er ook daadwerkelijk strafrechtelijk gereageerd?
Ten vierde, is de minister van plan om maatregelen te nemen om
loverboys hard aan te pakken? Behoort de opname van het fenomeen
loverboys in het Strafwetboek tot de mogelijkheden?
Ten vijfde, zijn er maatregelen gepland indien de Nederlandse
loverboys in Antwerpen zouden gaan opereren? Indien niet, waarom
niet?
Ik dank de minister voor haar antwoord.
05.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Storms, wat uw eerste vraag betreft, volgens de informatie van het
College van procureurs-generaal zijn er geen aanwijzingen dat het
fenomeen van de loverboys zich naar Antwerpen zou verplaatsen.
Ik kom tot uw tweede en derde vraag. Aangezien er geen
afzonderlijke codering bestaat voor dossiers inzake loverboys, is er
geen cijfermateriaal beschikbaar. Dergelijke dossiers worden op het
parket en bij de politie geregistreerd onder de code van "exploitatie
prostitutie", al dan niet met verzwarende omstandigheden, zoals
minderjarigheid, geweld, georganiseerd karakter. Een raming van het
aantal loverboys dat in Antwerpen opereert, is op heden niet mogelijk.
In een uiterst klein aantal dossiers zou men kunnen stellen dat de
feiten enigszins aanleunen bij het fenomeen zoals dat in Nederland
gekend is, maar het probleem stelt zich niet op grote schaal in het
Antwerpse prostitutiemilieu.
Wat uw vierde vraag betreft, een opname van het fenomeen
"loverboys" in de statistieken lijkt me niet nodig, aangezien dergelijke
feiten reeds onder artikel 380 van het Strafwetboek kunnen worden
gekwalificeerd. Het Antwerpse parket deelt deze opvatting.
Ten vijde, wat de aanpak betreft, kan ik u melden dat de bevoegde
politiediensten in Antwerpen het fenomeen van exploitatie prostitutie
van nabij opvolgen. Mocht het probleem zich daar gaan manifesteren,
dan zal nauwgezet en efficiënt worden opgetreden.
05.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Selon le collège des
procureurs généraux, rien ne
semble indiquer que le
phénomène se déplace vers
Anvers. Etant donné qu'il n'existe
pas de codification spécifique pour
ce phénomène, nous ne
disposons toutefois d'aucun
chiffre. Les dossiers impliquant
des loverboys sont enregistrés
sous le code `exploitation
prostitution', avec parfois des
circonstances aggravantes. Il est
impossible d'évaluer le nombre de
loverboys qui sévissent à Anvers.
Un nombre très restreint de faits
s'apparentent quelque peu au
phénomène néerlandais mais le
problème ne se pose pas à grande
échelle.
Il me semble superflu de tenir des
statistiques séparées pour ces
dossiers qui tombent en effet sous
l'application de l'article 380 du
Code pénal. Le parquet d'Anvers
partage mon avis. La police
d'Anvers suit néanmoins le
phénomène de près. Au besoin, il
y aura une intervention efficace.
05.03 Annelies Storms (sp.a-spirit): Klassieke prostitutie wordt
inderdaad al bestraft in het Strafwetboek. Het gaat dan echter over
zakelijke relaties. De loverboys is het steeds om minderjarigen te
doen aan wie valselijk de liefde wordt verklaard. Er is dus een andere
vorm van slachtofferzorg vereist. Ik ben wel blij dat het fenomeen nog
niet is doorgedrongen in Antwerpen, maar waakzaamheid blijft
geboden. Vaak situeert het probleem zich bij allochtonen.
05.03 Annelies Storms (sp.a-
spirit): En effet, le Code pénal
sanctionne déjà la prostitution
classique. Mais il s'agit dans ce
cas de relations purement
vénales. Les loverboys s'en
prennent invariablement à des
mineures d'âge à qui ils déclarent
toujours prétendument leur
flamme. L'aide aux victimes doit
donc prendre ici une autre forme.
Je me félicite bien évidemment de
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
ce que la ville d'Anvers soit
épargnée par ce phénomène
jusqu'à présent. Le problème
concerne souvent des allochtones.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De vergadering wordt om 11.22 uur voortgezet in zaal 3 met correcte geluidsopname.
La réunion se poursuit à 11.22 heures dans la salle 3 avec enregistrement audio correct.
06 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
reclame en verkoop van radardetectors in België" (nr. 5893)
06 Question de M. Patrick De Groote à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la
publicité pour les détecteurs de radars en Belgique et la commercialisation de ceux-ci" (n° 5893)
06.01 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, in Vlaanderen wordt reclame gemaakt voor de verkoop van
radardetectoren. Het systeem waarschuwt 500 meter voor de
snelheidscontroles door GPS-plaatsbepaling met een duidelijk
signaal.
Ik heb bij mijn vraag het foldertje gevoegd. Daarop staat te lezen, ik
citeer: "Voorkom dure snelheidsboetes met deze radardetector".
Gisteren heb ik toevallig op televisie een reportage gezien waar men
het eventjes had over die illegale radardetectoren, onder andere over
verklikkers die zowel bemande als onbemande camera's signaleren.
Men heeft ook detectoren die men onzichtbaar maakt door ze op
binnenspiegels te plaatsen.
Er kwam ook een Nederlandse verkoper aan bod die beweerde dat de
omzet van de radardetectoren meer als verdubbeld is sedert het
invoeren van de superboetes. Blijkbaar kunnen ze in Nederland die
detectoren opsporen met zeer dure apparatuur. Ik vraag mij eigenlijk
af of wij over die apparaten beschikken.
Mijn vraag gaat eigenlijk over de reclame die wordt gemaakt,
mevrouw de minister, via internet. De reclamefolder meldt ook dat de
radardetector volledig legaal zou zijn. Ik had graag geweten of dit
klopt. Is de verkoop of het gebruik van radardetectoren verboden in
onze buurlanden? Zult u maatregelen nemen tegen dergelijke vormen
van reclame en verkoop van illegale radardetectoren?
06.01 Patrick De Groote (N-VA):
En Flandre, une campagne
publicitaire pour le détecteur de
radar Quintezz GPS V2005 est
actuellement en cours. Ce
système avertit le conducteur que
sa vitesse sera bientôt contrôlée.
A en croire le dépliant publicitaire,
ce détecteur est légal. Est-ce
exact? Sa vente et son utilisation
sont-elles interdites dans les pays
voisins? Des mesures visant à
interdire la publicité en faveur de
cet appareil et la vente de celui-ci
vont-elles être prises?
06.02 Minister Laurette Onkelinx: Eerst en vooral wens ik duidelijk te
stellen dat radardetectoren zeker niet legaal zijn in België. Zo is zowel
het bezitten als het verhuren, verkopen, schenken, in leen geven,
vervaardigen en invoeren van radardetectoren en de reclame voor
radardetectoren op basis van diverse wetten verboden en
strafrechtelijk vervolgbaar.
Ook in Nederland, Luxemburg en Frankrijk is zowel het bezit als het
gebruik van radardetectoren verboden. In Duitsland is het bezit
toegestaan maar het gebruik verboden.
De detector waarvan sprake, namelijk Quintezz GPS radardetector V
2005, is een toestel waarbij middels GPS-techniek bestuurders
kunnen worden gewaarschuwd voor locaties die zij vooraf hebben
ingevoerd in het systeem. Het is klaarblijkelijk geen systeem dat
06.02
Laurette Onkelinx,
ministre: En Belgique, les
détecteurs de radars et la publicité
visant à en stimuler la vente sont
tout à fait illégaux. Aux Pays-Bas,
au Luxembourg et en France, la
détention et l'utilisation de ces
détecteurs sont également
interdites. En Allemagne, leur
détention est autorisée mais pas
leur usage. Ces détecteurs sont
des appareils qui permettent, au
moyen de la technologie GPS,
d'avertir les conducteurs qu'ils
approchent d'endroits
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
bijvoorbeeld toelaat om na te gaan of de politiediensten op de vooraf
ingevoerde locatie effectief een controle aan het uitvoeren zijn.
Niettemin valt dit toestel op het eerste gezicht toch onder de
verbodsbepaling van artikel 1, § 6, van de wet van 21 juni 1985
betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig moet voldoen.
Dit artikel bepaalt dat alle toestellen verboden zijn die tot doel hebben
om verkeerscontroles te verhinderen, te bemoeilijken of om radars,
flitstoestellen en dergelijk op te sporen. Ditzelfde artikel verbiedt de
reclame voor dergelijke toestellen. Zoals dit ook het geval is voor de
verkoop wordt deze reclame meestal gevoerd vanuit het buitenland of
van op buitenlandse websites zodat het voor de Belgische justitie zeer
moeilijk is om tussen te komen wat betreft de dader.
préalablement intégrés dans le
système. Toutefois, il n'est pas
possible de vérifier si la police
procède effectivement à des
contrôles à ces endroits. Ces
appareils et la publicité destinée à
en promouvoir la
commercialisation sont interdits en
vertu de l'article 1
er
, §6, de la loi du
21 juin 1985 relative aux
conditions techniques auxquelles
doit répondre tout véhicule de
transport par terre, ses éléments
ainsi que les accessoires de
sécurité. La publicité et la vente de
ces appareils étant généralement
organisées par le biais de sites
internet étrangers, il est très
difficile à la justice belge
d'intervenir.
06.03 Patrick De Groote (N-VA): Mevrouw de minister, ik dank u
voor uw antwoord. Ik dacht dat de info een Belgisch emailadres had.
Ik ben blij te horen dat de wetgeving dit verbiedt, dat er een totaal
verbod is en dat dit ook zo is in de buurlanden. Toch stel ik vast dat
de reclame wordt gevoerd. Het is dan ook niet alleen mijn
bezorgdheid of dit wettelijk is of niet, maar hoe er eigenlijk wordt
opgetreden. Daarop heb ik nog niet echt een antwoord gekregen.
06.03 Patrick De Groote (N-VA):
De quelle manière intervient-on?
Je n'ai pas obtenu de réponse à
cette question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
pedofiliezaak van Brugge" (nr. 5879)
07 Question de M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "l'affaire de
07.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mevrouw de minister, vrijdag werd een man uit Herselt bij Aarschot
aangehouden, die zich te buiten ging aan pedofiele praktijken. Hij had
via de tekst van TMF, de muziektelevisiezender The Music Factory,
contact gezocht met een dertienjarige uit Brugge met wie hij sindsdien
regelmatig afspraakjes maakte en die hij blijkbaar onderwierp aan
bepaalde seksuele handelingen. Betrokkene blijkt een recidivist die in
2000 reeds werd geïnterneerd en nadien op proef werd vrijgelaten.
Het is vreemd dat het gerecht pas in actie is gekomen nadat er een
tv-reportage aan de problematiek werd besteed. Nochtans waren een
kinderpsychologe en Child Focus op de hoogte gebracht. Ik had
graag van u vernomen waarom het gerecht pas in actie is geschoten
nadat de media aandacht schonken aan de feiten.
Was het gerecht dan niet eerder op de hoogte gebracht? Wanneer
hebben de feiten zich juist voorgedaan? Wanneer werd het gerecht
op de hoogte gebracht, en door wie? Of werd het gerecht enkel door
de media op de hoogte gebracht? Kan de minister verklaren waarom
het gerecht eventueel niet was ingelicht door de psychologe of door
Child Focus? Is het niet de taak van Child Focus om, wanneer zij op
de hoogte zijn, die zaken meteen door te spelen aan het gerecht?
07.01 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Un pédophile originaire
de Herselt, qui était entré en
contact avec un jeune garçon
brugeois de 13 ans à qui il avait
fixé des rendez-vous par le biais
du télétexte de TMF, a été arrêté
vendredi. Il s'agit d'un récidiviste
interné en 2000 et libéré à l'essai.
Pourquoi le parquet a-t-il attendu
que les médias s'intéressent à
l'affaire pour intervenir? Quand les
faits ont-ils eu lieu, quand la justice
en a-t-elle été informée et par qui
l'a-t-elle été? Combien de temps
l'intéressé a-t-il séjourné en prison
après son internement? Quel
traitement lui a-t-on administré?
Depuis quand était-il en liberté et
comment était-il contrôlé? D'autres
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
Hoe lang heeft betrokkene na zijn internering in de gevangenis
gezeten? Welke behandeling heeft hij gekregen? Sinds wanneer werd
hij vrijgelaten? Op welke wijze werd zijn handel en wandel
gecontroleerd? Waren er sinds de internering nog andere klachten?
plaintes ont-elles été enregistrées
depuis son internement?
07.02 Minister Laurette Onkelinx: Het is onmogelijk om alle
onderdelen van uw vraag te beantwoorden. Dit omdat het geheim van
het onderzoek zulks belet en omdat hier geen gegevens uit
individuele dossiers aan bod kunnen komen.
Uit de informatie die ik kreeg van de politionele en gerechtelijke
diensten werd op eigen initiatief een gerechtelijk onderzoek gestart
door het parket van Brugge nadat zij via de media kennis kregen van
de feiten. Er werd door niemand aangifte gedaan bij de gerechtelijke
autoriteiten. Blijkbaar werd Child Focus destijds gecontacteerd door
de omgeving van het kind met een vraag tot informatie over deze
problematiek. Deze vraag werd beantwoord. Het blijkt de vaste
houding van Child Focus om zelf nooit klachten in te dienen bij politie
of gerecht. Hun tussenkomst beperkt zich tot het geven van de
gepaste informatie. Deze houding kan vragen oproepen. Ik zal naar
aanleiding van deze situatie het College van procureurs-generaal
vragen naar de opportuniteit van een samenwerkingsmodel met Child
Focus op dit vlak. Op andere terreinen werden reeds
samenwerkingsovereenkomsten afgesproken.
Indien geïnterneerden vrijgelaten worden op proef, wordt een
mandaat gegeven aan de dienst Justitiehuizen die instaat voor de
opvolging en begeleiding. Concreet wil dit zeggen dat de
opdrachtgever een aantal voorwaarden oplegt die hij aangewezen
acht teneinde recidive te vermijden of te beperken, bijvoorbeeld het
hebben van een dagbezigheid. De justitieassistent bespreekt dan met
de justitiabele waarom dit als voorwaarde wordt opgelegd, hoe en op
welke manier hij aan deze voorwaarde kan voldoen. De zuivere
verbodsvoorwaarden, bijvoorbeeld niet in een bepaalde omgeving
komen, worden aan de politie doorgegeven die instaat voor de
controle van deze verbodsvoorwaarden. In het concreet geval liep de
begeleiding goed. De aandachtspunten als werk, vrijetijdsbesteding
en andere afspraken werden goed nageleefd.
07.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Le secret de l'instruction
m'empêche de répondre à toutes
les questions. Le parquet de
Bruges a ouvert une enquête
après avoir été informé des faits
par la voie des médias. Aucune
déclaration à la justice n'a été
faite. A l'époque, l'entourage de
l'enfant avait semble-t-il contacté
Child Focus pour obtenir des
informations sur ce problème.
Cette association se limite toujours
à fournir les informations
appropriées, sans jamais porter
plainte elle-même.
07.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mevrouw de minister, ik dank u voor uw antwoord.
Ik noteer dat het gerecht nog maar net in actie kon schieten omdat zij
via de media op de hoogte werd gesteld en omdat een aantal andere
instanties dat jammer genoeg niet heeft gedaan. U hebt geen
antwoord gegeven op mijn vraag wanneer Child Focus op de hoogte
was. U zegt destijds, dus hebben de feiten zich blijkbaar al geruime
tijd eerder voorgedaan en werd daaraan niets gedaan. Dat is toch wel
vreemd. Ik hoop dat u daaruit de juiste conclusies trekt.
Ik ging er altijd vanuit dat Child Focus wel degelijk samenwerkte met
het gerecht en wanneer er bijvoorbeeld pedofiele sites werden ontdekt
op internet dit via Child Focus ambtshalve aan de politiediensten werd
meegedeeld. Ik dacht dat Child Focus op een diligente wijze met het
gerecht samenwerkte. Blijkbaar is dat dus veel te weinig het geval.
Het probleem van de privacy van de familie en de betrokkenen rijst
vaak, maar andere kinderen en de samenleving moeten echter
worden beschermd en het ligt voor de hand dat Child Focus dit soort
07.03 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Manifestement, la
collaboration entre Child Focus et
la Justice est susceptible d'être
améliorée. L'encadrement est
également déficient car l'individu a
aisément pu dissimuler ses
véritables desseins. De tels
pédophiles doivent faire l'objet
d'une surveillance plus étroite.
Il faut vérifier à nouveau si cet
homme est responsable de ces
actes. Si tel est le cas, il doit être
réellement sanctionné.
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
zaken aan het gerecht overmaakt.
Wat de individuele begeleiding betreft, hebt u vooral de algemene
procedure geschetst en kort gezegd dat er op zich geen probleem
was met de begeleiding. Blijkbaar voldoet die echter nog altijd niet. Dit
soort mensen weet blijkbaar zeer goed te verbergen dat zij ondanks
de mooie schijn en ondanks het volgen van een zekere therapie
opnieuw bezig zijn. De begeleiding moet volgens mij telkens weer
worden geëvalueerd en men moet dat soort pedofielen zeer intensief
controleren. Blijkbaar volstaat de begeleiding op dit moment immers
niet. Men moet meer dan ooit rekening houden met het dubbelleven
van dit soort mensen, van hun ontwijkingsgedrag en van hetgeen zich
in de schemerzone voordoet.
Ik hoop dat dit dossier andermaal een les is en dat zeer goed moet
worden nagegaan wat de handel en wandel is van dergelijke
pedofielen. Ik hoop ook dat men, indien zou blijken dat deze man
weldegelijk toerekeningsvatbaar is, het pad van de internering verlaat
en deze man een verdiende straf kan geven. Men moet opnieuw
onderzoeken of hij wel degelijk toerekeningsvatbaar is zodat men
hem in voorkomend geval wel degelijk een behoorlijke straf kan
geven zodat opnieuw een voorbeeld kan worden gesteld.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
stand van zaken van het Phenix-programma" (nr. 5627)
08 Question de M. Claude Marinower à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "l'état
08.01 Claude Marinower (VLD): Mevrouw de minister, u wordt
geregeld ondervraagd over de stand van zaken van het Phenix-
project. Als mijn gegevens correct zijn, vertrekkend van de federale
beleidsverklaring van 12 oktober 2004, dan zouden de eerste
toepassingen van het Phenix-programma zichtbaar kunnen zijn in het
eerste semester van 2005. In de eerste fase zou, zoals
aangekondigd, een informatiseringsoperatie worden doorgevoerd in
de parketten, politierechtbanken, vredegerechten en voor een
gedeelte ook in de arbeidsrechtbanken.
Ik zou graag van u vernemen of de timing van het project nu,
ongeveer midden maart, nog altijd wordt gerespecteerd. Is er in
voldoende middelen voorzien?
Wat zijn de bevindingen na het daarover gepleegde overleg?
Wanneer zal de eerste fase ingang vinden in de Antwerpse
rechtbanken? Of gebeurt het meteen voor de politierechtbanken, de
vredegerechten en de arbeidsrechtbanken in het hele land? Wat is de
stand van zaken?
08.01 Claude Marinower (VLD):
Dans la déclaration de politique
fédérale, le Premier ministre avait
annoncé les premières
applications du programme
Phénix. Où en est sa mise en
oeuvre? Dispose-t-on de moyens
suffisants à cette fin? A quelles
conclusions sont parvenus les
procureurs généraux au sujet de
ce chantier? Les systèmes
informatiques des parquets ont-ils
déjà été mis en réseau? Quand la
première phase sera-t-elle
concrétisée à Anvers?
08.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, in antwoord
op de eerste vraag wijs ik erop dat er vandaag wordt gewerkt aan de
ontwikkeling van de toepassing van Phenix voor de politieparketten en
de politierechtbanken. De functionele tests zijn bezig in samenwerking
met de eindgebruikers van de politieparketten en politierechtbanken.
Medio april 2005 start de eerste pilootsite voor de politieparketten en
08.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Les tests en vue de la
mise en oeuvre de Phoenix dans
les parquets et dans les tribunaux
de police sont en cours. Le
premier site expérimental sera
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
politierechtbanken te Turnhout. Dit jaar start ook de ontwikkeling van
de vredegerechten wat de collectieve schuldenregeling van de
arbeidsrechtbank betreft. Er zijn voldoende middelen voor 2005.
In antwoord op de tweede vraag merk ik op dat het College van
procureurs-generaal regelmatig betrokken is bij het Phenix-project via
zijn expertisenetwerk inzake de informatica van de rechterlijke orde.
Ten derde, de parketten worden intensief betrokken bij de
informatisering. Er bestaat een specifieke werkgroep van gebruikers
uit diverse politieparketten. Momenteel testen ze de nieuwe
toepassing. Voor de volgende te ontwikkelen toepassingen voor de
andere rechtbanken zal dezelfde werkwijze worden gevolgd.
Ten vierde, de diverse politieparketten en politierechtbanken werden
reeds in de loop van 2004 uitgerust met nieuwe pc's, met uitzondering
van Mons, dat de nieuwe pc's zal ontvangen voor 21 maart 2005. De
aansluiting op het nieuwe netwerk van Justitie werd eveneens al
uitgevoerd.
Ten vijfde, de eerste pilootsite voor de politieparketten en
politierechtbanken in Turnhout zal medio april 2005 starten. Eind april
2005 volgt Doornik en daarna Eupen. De bedoeling is om de
pilootsites gedurende vijf maanden te gebruiken om de nodige tests
en eventuele verbeteringen en aanvullingen door te voeren, vooraleer
het nieuwe systeem zal worden veralgemeend naar de andere
arrondissementen. Antwerpen zal daarbij uiteraard worden betrokken,
en wel in de loop van het laatste trimester van 2005.
ouvert mi-avril à Turnhout, puis
viendront Tournai et Eupen. Le
système sera testé pendant cinq
mois avant d'être généralisé.
Anvers sera concernée au dernier
trimestre.
En ce qui concerne le règlement
collectif de dettes pour les justices
de paix, il est prévu cette année
encore. Le budget 2005 est
suffisant.
Le collège des procureurs
généraux est régulièrement
associé au projet Phoenix.
Les parquets et les tribunaux de
police ont reçu de nouveaux
ordinateurs en 2004, à l'exception
de ceux de Mons, qui seront
équipées ce mois-ci. La connexion
au nouveau réseau du
département de la Justice est déjà
prévue.
08.03 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, (...).
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
strafbaar stellen van schijnhuwelijken" (nr. 5897)
09 Question de M. Claude Marinower à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le
caractère punissable des mariages de complaisance" (n° 5897)
09.01 Claude Marinower (VLD): Mevrouw de minister, in de federale
beleidsverklaring van 12 oktober heeft de eerste minister
aangekondigd dat het sluiten van een schijnhuwelijk strafbaar zou
worden gesteld.
Naar aanleiding van een mondelinge vraag die ik eind oktober stelde,
verwees u in uw antwoord naar de beleidsverklaring en deelde u mee
dat in het verblijfsrecht zou worden ingeschreven dat het recht op
verblijf kan worden ingetrokken indien fraude blijkt zolang betrokkene
nog geen drie jaar in België verblijft.
We zijn een paar maanden later. Hoever staat het met het project
inzake de strafbaarheidstelling van schijnhuwelijken? Werd een timing
terzake vooropgesteld? Wat is de stand van zaken met betrekking tot
het opnemen van die wijziging in het verblijfsrecht?
09.01 Claude Marinower (VLD):
Où en est-on en ce qui concerne
la pénalisation des mariages
blancs que le Premier ministre
avait annoncée dans sa
déclaration de politique fédérale
de décembre 2004? Si l'intéressé
habite la Belgique depuis moins de
trois ans, son droit de séjour lui
sera-t-il retiré en cas de fraude?
09.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, je pense
que tout le travail devra être effectué par mon collègue de l'Intérieur
pour le nouveau projet de loi; pour le timing des autres, c'est au
09.02 Minister Laurette Onkelinx:
Volgens het College van
procureurs-generaal hoefde geen
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
ministre de l'Intérieur d'introduire un projet de loi intégral.
Je vous signale que le Collège des procureurs généraux avait déjà
indiqué ne pas avoir besoin d'une nouvelle initiative législative en la
matière. Vous avez pu constater notre déclaration de politique
fédérale du 12 octobre. Nous travaillerons donc sur la loi du
15 décembre 1980, qui est de la compétence du ministre de
l'Intérieur.
nieuw wetgevend initiatief te
worden genomen. We gaan dus
uit van de wet van 15 december
1980, die onder de bevoegdheid
van de minister van Binnenlandse
Zaken valt, die ook het nieuwe
wetsontwerp zal moeten
uitwerken.
09.03 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik zal deze
vraag dan ook met gepaste spoed aan de minister van Binnenlandse
Zaken stellen.
09.03 Claude Marinower (VLD):
Je poserai la question au ministre
de l'Intérieur.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
gerechtelijke onderzoeken naar verschillende antisemitische daden" (nr. 5898)
10 Question de M. Claude Marinower à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les
enquêtes judiciaires à propos de plusieurs actes antisémites" (n° 5898)
10.01 Claude Marinower (VLD): Mevrouw de minister, vorig jaar in
januari heb ik u een overzicht gegeven van een aantal lopende
gerechtelijke onderzoeken naar antisemitische daden gepleegd in
Antwerpen, Brussel en Charleroi. Ik heb dat nog eens herhaald in juli,
toen de premier in de plenaire vergadering ondervraagd werd naar
aanleiding van een steekincident met een jongen van veertien in
Wilrijk, Antwerpen. Ik heb toen een aantal antwoorden gekregen van
de premier, waarbij men mij verwees naar het feit dat alle middelen
maximaal in werking zouden zijn gesteld om daar een antwoord op te
geven. Men kondigde ook straffen aan die zouden worden
uitgesproken tegen diegenen die zich zouden schuldig maken aan
racisme en antisemitisme. Men verwees mij naar de kadernota
"Integrale veiligheid", waarbij racisme en antisemitisme als prioritaire
misdrijven te beschouwen waren. Men verwees mij ook naar de nota
waarvan u mij al eerder had gesproken, van 27 mei 2004, waarbij
instructie werd gegeven op basis van de kadernota om effectief
misdrijven die strafbaar zijn te behandelen en strafbaar te stellen.
Interessant was ook dat de premier in zijn antwoord van 1 juli wees op
het feit dat er 61 lopende opsporings- en informatieonderzoeken
inzake racisme en antisemitisme zijn. U hebt mij toen op een aantal
van die zaken antwoord gegeven en later schriftelijk nog op een
aantal andere.
Mevrouw de minister, ik heb de indruk dat dit toch feiten zijn die
misschien door een zelfde groep of groepen worden gepleegd over
het grondgebied. Daarbij heb ik gehoord dat u terecht, trouwens
overweegt om in een aantal gevallen bepaalde onderzoeken aan het
federaal parket over te maken. Zou het in dit geval niet aangewezen
zijn om een aantal van die feiten aan het federaal parket over te
maken, indien zou moeten blijken dat van al die feiten die toch niet
van de minste zijn, geen enkele verdachte ooit werd geïdentificeerd?
Het is misschien nodig hiervoor meer middelen in te schakelen en dit
over te maken aan het federaal parket.
Specifiek wil ik u vragen wat de stand van zaken is in het gerechtelijk
onderzoek naar de steekpartij in Wilrijk, nu toch ook meer dan acht
maanden geleden.
10.01 Claude Marinower (VLD):
Le 5 janvier 2004, la ministre avait
fourni un aperçu des enquêtes sur
les actes antisémites commis à
Charleroi, à Bruxelles et à Anvers.
A quel stade en sont ces enquêtes
et où en est l'enquête sur la rixe
de juin 2004 à Wilrijk? La ministre
envisage-t-elle de renvoyer les
dossiers au parquet fédéral en
raison du fait qu'il faudrait peut-
être plus de moyens pour identifier
les suspects?
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
10.02 Minister Laurette Onkelinx: Ik volg deze problematiek van zeer
nabij. Ik had vorige week nog een vergadering met de
referentiemagistraten voor racisme.
Wat uw precieze vraag betreft, in antwoord op een vraag die u mij
stelde op 5 januari 2004 betreffende de gerechtelijke gevolgen die
werden gegeven aan antisemitische daden die gepleegd werden in
Antwerpen, Brussel en Charleroi heb ik u reeds een reeks elementen
verschaft betreffende de gerechtelijke opvolging van deze daden. Ik
deelde u met name mee dat inzake de bomauto die gericht was tegen
de synagoge van Charleroi de dader was geïdentificeerd en dezelfde
dag werd aangehouden. Deze persoon was het voorwerp van een op
18 september 2003 uitgesproken bevel tot internering.
Wat de in Brussel gepleegde feiten betreft, heb ik u op 14 januari
2004 een brief gestuurd waarin werd gepreciseerd dat wat de aanslag
tegen de synagoge van Anderlecht betreft, er op 24 juni 2003 een
beschikking tot buitenvervolgingstelling kwam omdat de raadkamer
de verantwoordelijken voor deze antisemitische daad niet kon
identificeren.
Wat de in Antwerpen gepleegde feiten betreft, heb ik geen andere
informatie. Ik veronderstel echter dat de gerechtelijke zaken verder
worden gezet. Wat ten slotte de moord betreft op een jonge jood in
juni 2004 in Antwerpen, hebben de Antwerpse autoriteiten mij
verzekerd dat deze moord niets te maken had met een antisemitische
daad. Het gerechtelijk onderzoek is nog steeds bezig en gezien het
principe van de scheiding der machten kan ik daarover niet verder
uitweiden.
10.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Les magistrats de
référence en charge du racisme et
moi-même nous sommes encore
réunis la semaine dernière. Dans
l'affaire de la voiture piégée devant
une synagogue à Charleroi,
comme je l'ai dit le 5 janvier, un
homme a été identifié et entre-
temps interné. Le 14 janvier j'ai fait
savoir par écrit à M. Marinower
qu'un non-lieu avait été prononcé
dans l'affaire de l'attentat contre la
synagogue d'Anderlecht, faute de
suspects. Je n'ai pas de nouvelles
informations concernant le dossier
d'Anvers.
Selon les autorités anversoises, le
meurtre perpétré en juin 2004 à
Anvers n'était pas un acte
antisémite. L'instruction est
toujours en cours.
Comme je vous l'ai dit, j'ai encore eu une réunion la semaine dernière
avec les magistrats de référence "racisme-antisémitisme". Chaque
fois, j'examine leur politique générale, leurs statistiques, leurs suivis
judiciaires, etc. De plus, lorsque, par exemple, la communauté juive
me fait savoir qu'il lui semble que des plaintes sont restées sans
suite, je demande à ces magistrats quelle est l'évolution du dossier,
ce qu'ils ont fait, comment ils l'ont traité. Je les rencontre
régulièrement et je suis effectivement ce phénomène de très près.
Ik ontmoet de
referentiemagistraten bevoegd
voor racisme en antisemitisme
geregeld. Wanneer ik van de
joodse gemeenschap verneem dat
aan een aantal klachten geen
gevolg werd gegeven, vraag ik die
magistraten hoever het met dat
dossier staat. Ik volg die
problemen van nabij.
10.03 Claude Marinower (VLD): Mevrouw de minister, wij zijn het
erover eens dat het aantal feiten stijgt. Ik kan dan alleen maar
vaststellen dat er in al die feiten, slechts één man geïnterneerd is die
ter plaatse zelf kon opgepakt worden. Dat was in Charleroi. Voorts is
er slechts één zaak correctioneel behandeld. Het betrof een site met
de meest verwerpelijke inhoud. Voor het overige is het gebleven bij
vooronderzoeken zonder enig resultaat, tot mijn spijt en naar ik denk
tot spijt van velen. Wij zijn het er immers allemaal over eens dat,
wanneer er ooit een zaak voorkomt en er straffen worden
uitgesproken, dat een veel grotere impact zou hebben dan hetgeen nu
gebeurt.
10.03 Claude Marinower (VLD):
Une personne a été internée et
une affaire relative à un site à
caractère subversif a été portée
devant le tribunal correctionnel.
Pour le surplus, aucun résultat n'a
été enregistré.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
11 Samengevoegde vragen van
- de heer Claude Marinower aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
aanhoudende drugsprobleem in de gevangenissen" (nr. 5866)
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de maatregelen
tegen het drugsgebruik binnen de gevangenismuren" (nr. 5881)
- de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de dood van een
gedetineerde in Lantin" (nr. 5800)
11 Questions jointes de
- M. Claude Marinower à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le problème persistant
de la drogue dans les prisons" (n° 5866)
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les mesures visant à
lutter contre la consommation de drogues dans les prisons" (n° 5881)
- M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le décès d'un détenu à
Lantin" (n° 5800)
11.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
vice-eerste minister, de aanleiding voor deze vraag zijn drie pijnlijke
gebeurtenissen de voorbije weken in de gevangenissen, onder meer
twee voorvallen in de gevangenis van Lantin waar volgens de
berichten twee mensen zijn overleden ingevolge het gebruik van een
overdosis drugs of een niet-voorgeschreven overdosis methadon.
Dit stelt in volle omvang het probleem van het gebruik van drugs in
gevangenissen. Dat er door drugsgebruik slachtoffers vallen, maakt
het probleem bijzonder pijnlijk. We mogen ons daar niet bij
neerleggen alsof dit een gegeven is, zeker niet in de dramatische
omstandigheden die zich hebben voorgedaan, maar ook anders niet.
Een minimum zou zijn dat er in de gevangenissen drugsvrije
afdelingen komen waar men de quasi-garantie heeft dat er geen
drugs kunnen worden gebruikt. Heel veel gedetineerden hebben de
behoefte om te ontsnappen aan het wereldje van handel in drugs en
het wereldje van chantage in het kader van het gewin dat door deze
handel is ontstaan. Drugsvrije afdelingen moeten, mijns inziens,
mogelijk zijn. Er zijn buitenlandse voorbeelden. Er zijn destijds een
aantal pilootprojecten geweest. Via een gedragen en sluitend
controle- en sanctiesysteem moeten drugsvrije afdelingen kunnen
worden uitgebouwd waar vrijwillige urinecontroles een belangrijk
instrument van controle kunnen zijn.
Ik denk dat heel veel gedetineerden bereid zijn om zich daaraan te
onderwerpen, om af te zijn van het chantagemilieu dat ontstaat door
het gebruik en het verhandelen van drugs. Ik denk ook dat de
drugshulpverlening gemakkelijker toegang moet kunnen krijgen tot de
gevangenissen.
Mijn vragen in verband met de problemen die zich in Lantin hebben
voorgedaan, zijn de volgende. Wat zijn de feiten? Zijn er al resultaten
van het onderzoek? Wat is de oorzaak van het overlijden? In welke
omstandigheden is het overlijden gebeurd? Hoe was dit mogelijk?
Was er een behandeling? Wat doet men eraan?
Vermits het drugbeleid ook te maken heeft met het algemeen
gezondheidsbeleid, heb ik tezelfdertijd een vraag gesteld in verband
met een ander incident, dat zich in Vorst heeft voorgedaan. Een
gedetineerde is daar gestorven aan een hartaanval. Is dit incident een
gevolg van een gebrek aan medische verzorging in de gevangenis te
Vorst?
11.01 Tony Van Parys (CD&V): Il
semblerait que deux détenus de la
prison de Lantin soient décédés,
victimes d'une surdose de
méthadone. Le problème de la
consommation de drogues en
prison revient ainsi à la une de
l'actualité.
La ministre devrait mettre en place
des sections exemptes de drogue,
où il est garanti qu'aucune drogue
n'est utilisée. De nombreux
détenus souhaitent en effet
échapper au trafic de drogues et
au phénomène de chantage qui
l'accompagne. Il existe des
exemples à l'étranger et des
projets-pilotes ont déjà été menés
dans notre pays. A cet égard, des
contrôles d'urine sur une base
volontaire peuvent être organisés.
Par ailleurs, les services
d'assistance aux toxicomanes
doivent avoir plus facilement
accès aux prisons.
La ministre peut-elle confirmer les
faits? La cause des décès a-t-elle
été définitivement établie? Ces
décès sont-ils dus à un manque
de soins médicaux? Sait-on déjà
comment le détenu décédé a pu
se procurer une dose excessive
de méthadone? Etait-il en
traitement pour toxicomanie?
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
11.02 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, u herinnert zich wellicht nog dat ik u op 9 december 2004
een vraag stelde inzake het hoge drugsgebruik in de gevangenissen.
Dat gebeurde naar aanleiding van een incident in de gevangenis van
Sint-Gillis waarbij de onderzoeksrechter ternauwernood tijdig een
aanhoudingsmandaat had kunnen afleveren nadat de fouillering door
de onderzoeksrechter en de griffier aanleiding had gegeven tot
incidenten. Ik refereerde daarbij naar het jaarlijks nationaal rapport
over drugs van 2003 waarin werd bevestigd dat in de Belgische
gevangenissen erg veel drugs worden gebruikt en dat cannabis-,
cocaïne- en heroïnegebruik vaak voorkomt in meer dan een derde
van de gevangenissen.
Ik heb hier de Franstalige tekst van uw antwoord: "C'est la première
fois que nous disposons d'un matériau aussi précis. C'est un
échantillon représentatif." U kondigde toen een aantal maatregelen
aan waaronder de aanwijzing van twee coördinatoren, een Franstalige
en een Nederlandstalige. U zei op 9 december dat dit de komende
weken zou gebeuren. U zei toen dat u hen, gelet op de uitslag van
deze enquête, zou vragen te werken aan het vermijden van het
binnensmokkelen van drugs in de gevangenissen en aan het beheer
van het fenomeen zelf in de gevangenissen. U verwees ook naar het
pilootproject.
We zijn nu een paar maanden later. Er zijn een aantal incidenten
geweest die ik u overigens vorige week opsomde in de rand van mijn
uiteenzetting met betrekking tot de overbevolking in de
gevangenissen. Ik verwijs naar een vrij uitgebreid artikel dat daarover
dit weekend verscheen in De Standaard. Ik wil u een aantal vragen
stellen.
Mijn eerste vraag is dezelfde als de heer Van Parys met betrekking tot
de twee overlijdens in de gevangenis van Lantin.
Ten tweede, hoever staat u met de aanwerving van de door u
aangekondigde coördinatoren? Hoever staan zij, ingeval zij al werden
aangeworven, met hun plan met betrekking tot het vermijden van het
binnensmokkelen van drugs in de gevangenis?
Ten derde, werden er nog andere maatregelen genomen om
drugsmokkel in de gevangenis tegen te gaan?
Ten vierde, welke maatregelen werden getroffen om te vermijden dat
gedetineerden in de gevangenis zelf drugs beginnen te gebruiken?
Dat blijkt immers ook een fenomeen te zijn, naast alle andere
problemen die zich in de gevangenissen voordoen.
11.02 Claude Marinower (VLD):
En décembre dernier, la ministre
annonçait la désignation de deux
coordinateurs en matière de
drogues. Deux détenus sont morts
récemment par surdose, ce qui
démontre que l'usage de
stupéfiants demeure un problème
urgent.
Les informations concernant les
deux décès dans la prison de
Lantin sont-elles exactes? Où la
ministre en est-elle dans la
procédure de recrutement des
coordinateurs? A-t-on pris des
mesures pour réprimer le trafic de
drogues dans les établissements
pénitentiaires? Quelles mesures
préventives la ministre a-t-elles
prises pour éviter que des détenus
se mettent à consommer de la
drogue en prison?
11.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, op 9
december 2004 werden door de heer Marinower reeds een aantal
vragen gesteld aan de minister, over het enorme drugsgebruik in de
gevangenis. Intussen blijkt uit een reportage in De Standaard van het
voorbije weekend dat het percentage voor drugsgebruik in de
gevangenis van 30%, dat toen werd gebruikt, wellicht nog een
onderschatting is.
Uit dezelfde reportage blijkt ook dat het personeel van de gevangenis
niet de bevoegdheid heeft om bezoekers te fouilleren. Nochtans zou
11.03 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Il ressort d'un reportage
publié dans De Standaard que le
problème de la consommation de
drogues dans les prisons avait
probablement été sous-estimé. Le
personnel des prisons ne serait
pas compétent pour fouiller les
visiteurs et certains directeurs de
prison refusent même de procéder
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
de aanvoer van drugs vooral via die weg van de bezoekers gebeuren.
Sommige gevangenisdirecteurs wijzen een grondige controle
merkwaardig genoeg af, omdat dat het leven in de gevangenis niet
langer draaglijk zou houden. Dat is in elk geval een merkwaardige
redenering.
Vreemd is ook dat de helft van de gevangenen die een
afkickprogramma volgden alvorens zij in de gevangenis
terechtkwamen, het programma zouden hebben stopgezet nadat zij
werden opgesloten. Zo interpreteer ik toch de wijze van formuleren in
de reportage in De Standaard. Men zou precies het omgekeerde
verwachten. De gevangenisperiode is eigenlijk het ideale moment om
afkickprogramma's volop te stimuleren. Op dat moment heeft de
gedetineerde immers veel meer rust en mogelijkheden om onder
medische controle van de drugs af te raken.
In het antwoord van december kondigde de minister aan dat binnen
de komende weken een Nederlandstalige en een Franstalige
drugscoördinator zouden worden aangesteld. Zij zouden blijkbaar
vooral de taak hebben om het probleem te bestuderen en te
beheersen. Er wordt gesproken over "gestion" en "gérer le problème".
Een actieve bestrijding van het drugsgebruik binnen de
gevangenismuren is blijkbaar helemaal geen optie. Nochtans zou dat
wel degelijk de bedoeling moeten zijn, opdat we niet alleen drugsvrije
afdelingen zouden hebben, zoals de heer Van Parys naar voren
schoof. Uiteindelijk zou ook de hele gevangenis drugvrij moeten zijn.
Ik zie niet in waarom de overheid daar niet naar zou kunnen streven.
Mevrouw de minister, als uw collega-minister Demotte de hele horeca
rookvrij wil maken, waarom zou u dan de gevangenissen niet drugvrij
kunnen maken? Met een goed ondersteund en onderbouwd beleid en
met de nodige repressie moet dat kunnen.
Is de minister voorstander van een betere controle van de bezoekers
van gevangenissen?
Kan in afwachting van een eventuele wetswijziging niet in fouillering
door politieagenten worden voorzien? Zij mogen immers wel
fouilleren.
Is een wetswijziging in voorbereiding? U bent in september 2004
daarover vaag gebleven. Kunt u er iets meer over zeggen? Wat
behelst de wetswijziging? Wat is de stand van zaken?
Zullen de cipiers de mogelijkheid krijgen om bezoekers te fouilleren?
Kan er daarnaast ook in worden voorzien dat zij bijvoorbeeld
mondholten van gedetineerden mogen onderzoeken?
Ten tweede, op welke wijze zal de controle op andere aanvoerders
cipiers, postprojectielen die over de gevangenismuur worden gegooid
- worden opgedreven? Deelt de minister de visie dat doorgedreven
controles moeten worden vermeden, omdat het leven in de
gevangenis draaglijk moet blijven, dixit bepaalde directeurs? Komt dat
in de praktijk niet neer op een soort van gedoogbeleid?
Hoe komt het dat gedetineerden die een afkickprogramma volgen, het
programma afbreken bij hun opsluiting? Is het niet ten zeerste
gewenst dat van de detentieperiode gebruik wordt gemaakt om dat
à un contrôle minutieux, estimant
que les conditions de vie dans les
prisons doivent rester
supportables.
La moitié des délinquants qui
suivaient un programme de
désintoxication y renonceraient au
moment de leur incarcération.
Pourtant, une période de détention
constitue l'occasion idéale de se
désintoxiquer sous surveillance
médicale.
La ministre avait annoncé, en
décembre, la désignation de
coordinateurs de drogues chargés
d'étudier le problème.
Apparemment, la lutte active ne
fait pas partie des options
envisagées. M. Van
Parys
préconise la création de sections
exemptes de drogue mais je ne
vois pas pourquoi il ne pourrait pas
y avoir des prisons entières sans
drogues.
La ministre est-elle favorable à un
meilleur contrôle des visiteurs? Ne
pourrait-il être fait appel à la police
pour les fouilles? Une modification
de la loi visant à permettre aux
gardiens de prisons d'effectuer les
fouilles est-elle en préparation? Ne
pourrait-on permettre l'examen
des cavités buccales des
détenus? Comment le contrôle
des autres modes
d'approvisionnement sera-t-il
renforcé? La ministre approuve-t-
elle les directeurs qui sont
opposés aux contrôles minutieux?
Pourquoi les détenus arrêtent-ils
souvent leur programme de
désintoxication au moment de leur
incarcération? Combien de
détenus suivent-ils un tel
programme? Le font-ils
uniquement sur une base
volontaire? Les coordinateurs de
drogues ont-ils entre-temps été
désignés? Quelle est leur
mission?
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
soort programma's actief te promoten en bij ernstig verslaafden zelfs
op te leggen? Is niet de best mogelijke hulpverlening een zekere
dwang bij zwaarverslaafden?
Kan de minister cijfers geven over het aantal gedetineerden dat zo'n
programma volgt? Zijn er verschillende programma's naar gelang van
het soort verslaving? Bestaat de mogelijkheid in elke gevangenis? Is
daarvoor voldoende medische omkadering? Is alles gebaseerd op
loutere vrijwilligheid? Dat lijkt mij toch verkeerd.
Ik kom dan bij mijn laatste vraag. Werden inmiddels twee
drugscoördinatoren aangesteld? Waaruit bestaat hun opdracht? Zijn
zij daarmee bezig, of niet?
11.04 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, de
problematiek van het drugsgebruik in onze penitentiaire instellingen is
aanzienlijk. Nog een tiental dagen geleden waren twee overlijdens in
de gevangenis van Lantin te wijten waren aan een overdosis. De
capsules die onrechtmatig in de gevangenis werden binnengebracht,
bleken een belangrijke dosis te bevatten, wat de gebruikers niet
wisten. De gebeurtenis wordt gerechtelijk onderzocht.
Ik heb inderdaad op 9 december jongstleden tijdens een debat in
plenaire vergadering meegedeeld dat er een drugscoördinator zou
worden aangeworven voor de Franstalige penitentiaire instellingen.
De Nederlandstalige coördinator is in functie, maar de Franstalige
coördinator is nog niet aangeworven. De kandidaten die laureaat zijn,
kent men sedert verscheidene maanden, maar er liggen juridische
problemen in verband met de aanwerving aan de oorsprong van de
situatie. Ik hoop dat mijn administratie de vragen snel kan oplossen.
De eerste kandidate wilde als zelfstandige worden aangeworven, wat
niet mogelijk was. De tweede laureaat, die momenteel in mijn dienst is
als statutair ambtenaar, moet worden aangeworven als expert. De
inspectie van Financiën heeft kort geleden een negatief advies
uitgebracht over het sluiten van dat contract. Mijn administratie heeft
het contract met een nieuwe juridische argumentering opnieuw
voorgelegd.
De opdracht van de coördinatoren is vastgelegd in de rondzendbrief
nr. 1722 van 16 december 2000 en behoort voornamelijk te zorgen
voor de opvolging van het penitentiair beleid inzake drugs en de
bevordering van de toepassing ervan, de verstrekking van adviezen
en de ondersteuning van lokale pilootgroepen inzake drugs.
Het klopt dat de Vlaamse drugscoördinator inmiddels een actieplan
heeft opgesteld. Wat betreft de implementatie ervan, werd bijzondere
aandacht besteed aan de preventie en de behandeling van hepatitis B
en C en van HIV, de mogelijkheid om voor de drugsverslaafde in de
gevangenis de vervangingsprogramma's te behouden die hij vóór zijn
opsluiting volgde en, ten derde, de psychosociale hulp. Voor die
psychosociale hulp werden nog goede projecten ontwikkeld, zoals in
Ruyslede, Gent, Antwerpen en Hasselt, maar jammer nog niet overal.
Het ontbreken van een Franstalige coördinator had daarop
onmiskenbaar een negatieve impact.
In antwoord op uw andere vraag, deel ik mee dat er in onze
maatschappij therapeutische programma's worden georganiseerd
11.04
Laurette Onkelinx,
ministre: Les décès à la prison de
Lantin étaient effectivement dus à
une surdose. Les détenus avaient
avalé des capsules introduites
dans la prison et qui contenaient, à
leur insu, une dose trop élevée.
Il n'y a pas encore de coordinateur
francophone, mais le coordinateur
néerlandophone a déjà pris ses
fonctions. Cette situation est le
fruit de problèmes d'ordre
juridique. Le premier lauréat
souhaitait être engagé comme
indépendant, ce qui n'était pas
possible. Le deuxième lauréat, qui
travaille encore comme
fonctionnaire statutaire, doit être
engagé en qualité d'expert.
L'Inspection des Finances a
récemment rendu un avis. Mon
administration a rédigé un contrat
sur la base d'une nouvelle
argumentation juridique.
La mission des coordinateurs, qui
est décrite dans une circulaire du
16 décembre 2000, consiste
principalement, d'une part, à
assurer le suivi de la politique
pénitentiaire en matière de
drogues et, d'autre part, à en
promouvoir l'application.
Entre-temps, le coordinateur
« drogues » flamand a établi un
plan d'action axé essentiellement
sur la prévention de l'hépatite et
du VIH, et sur les programmes de
substitution et l'aide
psychosociale. En ce qui concerne
cette dernière, de bons projets ont
déjà été mis sur pied à Gand,
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
voor de drugsverslaafden. Die programma's zijn soms residentieel en
worden omkaderd door multidisciplinaire teams. Voor die materie zijn
de Gemeenschappen en de Gewesten bevoegd.
Wanneer een persoon wordt aangehouden terwijl hij een dergelijk
programma volgt, is het juist dat het team dat buiten werkt, niet altijd
naar de gevangenis komt. Er is continuïteit met het interne medische
team. Indien bijvoorbeeld een behandeling gestart werd met
vervangende producten, zal die behandeling niet worden stopgezet.
Het is juist dat de psychosociale opvolging soms niet verzekerd is.
Net als u, ben ik de mening toegedaan dat de tijd die men in detentie
doorbrengt, maximaal moet worden gebruikt en dat daarvoor een zo
ruim mogelijk gamma aan dienstverleningen moet bestaan. De
programma's die ontwikkeld werden buiten de gevangenis, zouden
aan de poorten ervan niet moeten worden stopgezet. In bepaalde
gevangenissen garandeert men individuele opvolging en werden er
therapeutische programma's opgestart.
Ik ontving vorige week van mijn administratie een voorstel voor een
nieuwe drugcirculaire. Ik moet dat voorstel analyseren. Die nieuwe
stap kan het mogelijk maken om de goede praktijken die in het kader
van het actieplan ontwikkeld werden, te veralgemenen, en met name
de meer systematische instelling van opvolgingsgroepen van
drugsverslaafden, en dat intra muros.
Wat de controle van drugs in de gevangenis betreft, kon ik u reeds
tijdens het debat in de plenaire vergadering van december meedelen
dat er verschillende manieren bestaan om drugs in de gevangenis
binnen te brengen. Het fouilleren laat toe bepaalde hoeveelheden te
ontdekken, de aanwezigheid van een drughond eveneens.
Bepaalde penitentiaire instellingen doen regelmatig een beroep op de
politie om de aanwezigheid te garanderen van ordehandhavers met
honden. Die samenwerking moet worden onderstreept, behouden en
versterkt worden wanneer dat gerechtvaardigd is.
Maar wij weten dat er ook andere manieren bestaan om producten
binnen te brengen die rechtstreeks de fysieke integriteit aantasten van
de personen indien men zich daartegen wil verzetten.
Diepgaandere manieren van fouilleren lichaamsopeningen zijn
niet toegelaten, noch voor de gedetineerden, noch voor de bezoekers,
en mogen niet worden uitgevoerd door het bewakingspersoneel of
door de politie. Die materie wordt geregeld door het Wetboek van
strafvordering en ik ben niet van plan de inhoud ervan te wijzigen. Ik
ben niet tegen het bestuderen van middelen als echografie, radiologie
en antidrugtesten maar die technieken druisen in tegen de medische
deontologie. Over die technieken moet globaal worden nagedacht,
zowel op het organisatorische vlak als op het legale vlak en inzake de
beoogde doelstellingen. Ik wacht terzake op de voorstellen van de
drugscoördinatoren.
Wat de controle van de bezoekers betreft, zij en hun bagage worden
onderzocht met metaaldetectoren. In sommige gevangenissen wordt
samengewerkt met de ordediensten en wanneer daarvoor een geldige
reden bestaat, is fouilleren toegestaan als dat door politiemensen
gebeurt. De aanwezigheid van drughonden schrikt eveneens
potentiële fraudeurs af.
Ruislede, Hasselt et Anvers, mais
des projets de ce type n'ont
malheureusement pas encore été
lancés partout. L'absence de
coordinateur francophone y est
évidemment pour quelque chose.
Les Régions et les Communautés
ont dans leurs attributions les
programmes thérapeutiques
destinés aux toxicomanes. Quand
une personne qui suit un
programme de ce genre est
arrêtée, l'équipe qui assurait son
suivi ne se rend effectivement pas
à la prison. Une certaine continuité
avec l'équipe médicale interne est
assurée, mais il arrive, en effet,
que le suivi ne soit pas garanti.
Comme l'auteur de la question,
j'estime qu'il faut exploiter au
maximum la période de détention
pour faire suivre au toxicomane
des cures de désintoxication
accompagnées. Mon
administration a rédigé une
nouvelle circulaire sur la drogue
que je vais étudier. Nous devons
élaborer un plan d'action pour
généraliser les bonnes pratiques
existantes.
Il existe plusieurs manières
d'introduire de la drogue dans les
prisons. Les fouilles et le recours
aux chiens dressés pour
rechercher la drogue permettent
d'en découvrir une partie. Certains
établissements pénitentiaires font
régulièrement appel à la police
pour fouiller les visiteurs. Cette
collaboration doit encore être
renforcée là où le besoin s'en fait
sentir.
Cependant, il existe d'autres
manières d'introduire de la drogue.
Les méthodes de fouille touchant
à l'intégrité physique d'une
personne sont interdites et la
police n'est pas non plus autorisée
à y recourir. Je n'ai pas l'intention
de modifier le Code d'instruction
criminelle sur ce point. Des
méthodes telles que l'échographie,
la radiographie et les analyses de
détection de la drogue sont
08/03/2005
CRIV 51
COM 522
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
Ik deel uw visie niet als zouden de controlemiddelen niet gebruikt
worden met als voorwendsel dat het leven daardoor ondraaglijk zou
worden. Het leven in de gevangenis is ondraaglijk. De incidenten in
verband met drugsrackets zouden dat leven nog moeilijker maken.
contraires à la déontologie
médicale. Les différentes
méthodes possibles doivent être
étudiées en ce qui concerne tant
les aspects organisationnel et
légal que les objectifs poursuivis.
Les visiteurs sont toujours passés
aux détecteurs de métaux. Les
fouilles effectuées par la police et
la présence de chiens sont de
nature à déjà effrayer bien des
trafiquants.
11.05 Tony Van Parys (CD&V): Mevrouw de minister, kunt u zeggen
over welk product het ging?
11.05 Tony Van Parys (CD&V):
La ministre peut-elle indiquer de
quels produits il s'agissait à
Lantin?
11.06 Laurette Onkelinx, ministre: Je ne dispose pas de cette
information.
11.06 Minister Laurette Onkelinx:
Die informatie heb ik hier niet bij
de hand, maar ik zal u daarover
inlichten.
11.07 Tony Van Parys (CD&V): Ik zou nog twee korte mededelingen
willen doen, omdat de minister dringend weg moet.
Als dit inderdaad aanleiding geeft tot twee slachtoffers en over veel
personen gaat, dan vind ik dat uzelf en het bestuur van de
strafinrichtingen hier dwingend zouden moeten optreden. De
coördinatoren zijn geen slecht initiatief, maar ik vrees dat er een
absolute interventie nodig is, ook bij het bestuur van de
strafinrichtingen. Ik meen dat een eerste absolute maatregel het
creëren van drugvrije afdelingen moet zijn, met een sluitend
controlesysteem, waarbij de urinecontroles op vrijwillige basis een
oplossing kan bieden op korte termijn. Ik wil echt daarop aandringen.
De vraag over Vorst werd niet beantwoord, maar misschien kunt u mij
het antwoord schriftelijk bezorgen. Ik begrijp dat u weg moet.
11.07 Tony Van Parys (CD&V):
Quand la toxicomanie est à
l'origine de deux décès, il
conviendrait que la ministre et
l'Administration des
établissements pénitentiaires
interviennent. Si la désignation
d'un coordinateur n'est pas une
mauvaise solution, elle est
insuffisante. Il faudra, à court
terme, créer une section exempte
de drogue, où s'appliquent des
mesures telles que des analyses
d'urines.
De voorzitter: (...)
11.08 Tony Van Parys (CD&V): Dan kan ik het daar lezen, mijnheer
de voorzitter.
11.09 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik onthoud uit
het antwoord dat aan Nederlandstalige kant een coördinator is
aangesteld. Ik meen begrepen te hebben dat hij al een plan heeft
opgesteld. Ik kan mij daarover alleen verheugen. Ik meen dat de
problematiek van de controle een effectieve toepassing van welke
maatregel dan ook momenteel in de weg staat. Zolang daarvoor geen
oplossing gevonden wordt, zal men die bron niet kunnen afsluiten. De
problematiek zal zo niet opgelost kunnen worden.
11.09 Claude Marinower (VLD):
Je me félicite de constater que le
coordinateur néerlandophone a
déjà arrêté des projets. Le
problème des contrôles empêche
toute solution effective.
11.10 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter, ik
toch een paar bedenkingen. Ten eerste, ik hoor, tenzij ik het verkeerd
gehoord zou hebben, dat rondzendbrief 1722 al dateert van 16
december 2000, dat nu pas een coördinator is aangeduid en een
11.10 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Selon mes informations,
la circulaire date déjà du 16
décembre 2000. On vient
CRIV 51
COM 522
08/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
andere nog moet worden aangeduid. Ik meen dat dit vier jaar te laat
is. Het gaat verschrikkelijk traag. Het is bijna onvoorstelbaar, tenzij de
Nederlandstalige coördinator al veel langer aangeduid zou zijn, maar
ik lees in het verslag betreffende de vraag van 9 december dat de
Nederlandstalige toen nog aangeduid moest worden. Het is
onbegrijpelijk dat men vier jaar getreuzeld heeft.
Ten tweede, het actieplan blijft nogal in de curatieve sfeer hangen. De
minister wijst nogal wat verantwoordelijkheid af in de richting van de
Gemeenschappen. Ik meen evenwel dat de minister verantwoordelijk
is wanneer het gaat om zuiver medische aangelegenheden, zoals de
afkickprogramma's en dergelijke. Wat hier wordt voorgesteld, lijkt
echt onvoldoende. Men zou veel intensiever moeten aanzetten tot
afkicken.
Wanneer de minister zegt dat de behandeling doorgaans niet wordt
stopgezet, is dat eigenlijk een understatement. Het zou absoluut veel
meer moeten zijn dan dat. Het zou er nog aan mankeren dat
behandelingen worden stopgezet! Men zou er moeten toe komen om
elke verslaafde de garantie te geven dat hij aan een afkickprogramma
mee kan werken. Men zou dat ook ten zeerste moeten stimuleren en,
in geval van ernstige verslaving, dat zelfs moeten opleggen.
Ten derde stel ik vast dat de minister niet legislatief wil optreden, wat
ik betreur. Op 9 december liet ze nog verstaan dat het wel degelijk
nog mogelijk is. Dat is dus een stap achteruit. Wel overweegt ze nu
de inschakeling van echografie en radiologie. Ik hoop dat dit ernstig
wordt onderzocht. Ik hoop ook dat de minister eens over het muurtje
gaat kijken in de buurlanden, waar men er blijkbaar toch veel
gemakkelijker in slaagt om gevangenissen drugvrij te houden. Men
moet minstens onderzoeken wat er aan extra mogelijkheden bestaat.
Ten slotte deel ik de mening van de minister helemaal niet als zou het
leven in de gevangenissen ondraaglijk zijn. Dat is weer maar eens
een zoveelste uitspraak waaruit de aversie van deze minister blijkt in
verband met het gevangeniswezen. Het leven is niet ondraaglijk in
gevangenissen. Het is niet omdat men wat meer doorgedreven
controles zou gaan doen daarmee ga ik afronden, voorzitter dat
het nog ondraaglijker zou zijn. Dat is een verkeerd uitgangspunt.
Enkel maar fouilleren wanneer er aanleiding is, is ook verkeerd. Als er
30% drugsgebruikers in de gevangenissen zitten, is er sowieso
aanleiding. Dan moet men fouilleren, moet men alle bezoekers
fouilleren en moet men daar veel meer politie voor inschakelen. Ik
betreur dat de minister dit niet wil inzien.
seulement de désigner un
coordinateur néerlandophone et
son homologue francophone n'a
même pas encore été trouvé. Il est
inconcevable que ce processus
prenne quatre ans.
Si la ministre se décharge de ses
responsabilités au détriment des
Communautés, elle reste
responsable pour l'aspect
purement médical. Il faudrait
encourager plus intensivement les
toxicomanes à suivre une cure de
désintoxication.
La ministre affirme à présent ne
pas vouloir prendre d'initiative
législative, ce qui constitue un
recul par rapport à de précédentes
réponses.
Il faut envisager
sérieusement le recours à d'autres
moyens de contrôle, comme
l'échographie et la radiologie.
J'espère que la ministre ira un jour
s'informer à l'étranger, où l'on
parvient à conserver les prisons
exemptes de drogue.
Je ne partage absolument pas
l'analyse de la ministre qui
considère la vie en prison
insupportable et estime qu'une
augmentation des mesures de
contrôle ne ferait qu'aggraver cette
situation. C'est une mauvaise
thèse de départ qui témoigne
clairement de l'aversion de la
ministre pour les établissements
pénitentiaires. Il ne faut pas limiter
la fouille aux cas où il existe un
motif concret d'y recourir. Si 30
pour cent des détenus sont des
toxicomanes, alors la fouille des
détenus et des visiteurs est utile à
titre préventif et il faut faire appel à
des effectifs policiers
supplémentaires pour y procéder.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 12.20 uur.
La réunion publique de commission est levée à 12.20 heures.