CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 520
CRIV 51 COM 520
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
lundi
maandag
7-03-2005
7-03-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Hagen Goyvaerts au ministre de
la Mobilité sur "la conception d'un panneau de
signalisation uniforme pour annoncer une zone
placée sous la surveillance de caméras" (n° 5356)
1
Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de
minister van Mobiliteit over "een uniform
verkeersbord voor camerabewaking" (nr. 5356)
1
Orateurs:
Hagen Goyvaerts, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers:
Hagen Goyvaerts, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de Mme Simonne Creyf au ministre de
la Mobilité sur "la sécurité du trafic aérien"
(n° 5350)
2
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Mobiliteit over "de veiligheid van het
luchtverkeer" (nr. 5350)
2
Orateurs: Simonne Creyf, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Simonne Creyf, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Bart Tommelein au ministre de la
Mobilité sur "les accessoires de sécurité
obligatoirement présents dans les voitures
circulant dans les pays de l'UE" (n° 5458)
6
Vraag van de heer Bart Tommelein aan de
minister van Mobiliteit over "de verplichte
veiligheidstoebehoren in wagens in de EU"
(nr. 5458)
6
Orateurs: Bart Tommelein, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Bart Tommelein, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre de la Mobilité sur "les retards dans
l'exécution des tests psychologiques qui doivent
être effectués pour la levée de la déchéance du
droit de conduire" (n° 5553)
8
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Mobiliteit over "de vertragingen in de
uitvoering van de psychologische tests die
uitgevoerd moeten worden voor de opheffing van
het verval van het recht op sturen" (nr. 5553)
8
Orateurs: Servais Verherstraeten, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers: Servais Verherstraeten, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de M. Damien Yzerbyt au ministre de la
Mobilité sur "la politique en matière de
numérotation des plaques minéralogiques et
l'existence de plaques d'immatriculation avec le
sigle NVA" (n° 5609)
9
Vraag van de heer Damien Yzerbyt aan de
minister van Mobiliteit over "het beleid inzake de
nummering van de nummerplaten en het bestaan
van nummerplaten met de letters NVA" (nr. 5609)
9
Orateurs: Damien Yzerbyt, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Damien Yzerbyt, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de
la Mobilité sur "le financement de la signalisation
variable des zones 30 aux abords des écoles par
le fonds des amendes routières" (n° 5690)
11
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
minister van Mobiliteit over "de financiering van de
veranderlijke signalisatie van de zone 30 in de
schoolomgeving uit het verkeersboetefonds"
(nr. 5690)
11
Orateurs: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Mobilité sur "la mise en place d'un suivi
thérapeutique des auteurs d'infractions graves au
Code de la route" (n° 5121)
12
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Mobiliteit over "de invoering van
dadertherapie voor zware verkeersovertreders"
(nr. 5121)
12
Orateurs: Hilde Vautmans, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Hilde Vautmans, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de
la Mobilité sur "la nécessité d'actualiser la
législation routière à propos des chaises roulantes
manuelles ou à moteur" (n° 5613)
15
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Mobiliteit over "de vereiste herziening
van de verkeerswetgeving inzake aangedreven
rolstoelen" (nr. 5613)
15
Orateurs: Hilde Vautmans, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Hilde Vautmans, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de 17
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de 17
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
la Mobilité sur "l'intégration de la formation à la
conduite dans l'enseignement" (n° 5870)
minister van Mobiliteit over "de integratie van de
rijopleiding in het onderwijs" (nr. 5870)
Orateurs: Hilde Vautmans, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Hilde Vautmans, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de
la Mobilité sur "le financement des lecteurs de
cartes d'identité par le fonds des amendes
routières" (n° 5691)
20
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
minister van Mobiliteit over "de financiering van
identiteitskaartlezers uit het verkeersboetefonds"
(nr. 5691)
20
Orateurs: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de
la Mobilité sur "l'évaluation de la loi sur la
circulation routière" (n° 5730)
22
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
minister van Mobiliteit over "de evaluatie van de
verkeerswet" (nr. 5730)
22
Orateurs: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de
la Mobilité sur "la limitation territoriale de la
compétence des surveillants habilités" (n° 5731)
23
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
minister van Mobiliteit over "de territoriale
beperking van de bevoegdheid van de
gemachtigde opzichters" (nr. 5731)
23
Orateurs: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de
la Mobilité sur "la confusion relative au transport
en sous-traitance dans le secteur agricole"
(n° 5803)
24
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
minister van Mobiliteit over "de verwarring rond
ondergeschikt transport in de landbouw"
(nr. 5803)
24
Orateurs: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers: Jef Van den Bergh, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de Mme Camille Dieu au ministre de la
Mobilité sur "la possibilité d'accorder le 'contrôle
technique' des véhicules à des garages
indépendants" (n° 5699)
26
Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister
van Mobiliteit over "de mogelijkheid de
autokeuring aan onafhankelijke garages toe te
vertrouwen" (nr. 5699)
26
Orateurs: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de Mme Camille Dieu au ministre de la
Mobilité sur "la refonte de la directive européenne
relative au permis de conduire" (n° 5828)
28
Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister
van Mobiliteit over "de herziening van de
Europese richtlijn betreffende het rijbewijs"
(nr. 5828)
28
Orateurs: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Dylan Casaer au ministre de la
Mobilité sur "les cartes de stationnement pour
riverains" (n° 5868)
30
Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister
van Mobiliteit over "parkeerkaarten voor
bewoners" (nr. 5868)
29
Orateurs: Dylan Casaer, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Dylan Casaer, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Dylan Casaer au ministre de la
Mobilité sur "la continuation du projet des comités
de ligne de chemin de fer" (n° 5869)
31
Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister
van Mobiliteit over "de voortzetting van het project
van de spoorlijncomités" (nr. 5869)
31
Orateurs: Dylan Casaer, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Dylan Casaer, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
du
LUNDI
7
MARS
2005
Après-midi
______
van
MAANDAG
7
MAART
2005
Namiddag
______
De vergadering wordt geopend om 14.20 uur door de heer Francis Van den Eynde, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.20 heures par M. Francis Van den Eynde, président.
01 Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de minister van Mobiliteit over "een uniform verkeersbord
voor camerabewaking" (nr. 5356)
01 Question de M. Hagen Goyvaerts au ministre de la Mobilité sur "la conception d'un panneau de
signalisation uniforme pour annoncer une zone placée sous la surveillance de caméras" (n° 5356)
01.01 Hagen Goyvaerts (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijn vraag gaat over de camerabewaking, of beter: over het
verkeersbord dat dat zou moeten aanduiden.
In Vlaanderen zijn er nogal wat steden en gemeenten, mijnheer de
minister, die bezig zijn met of al overgegaan zijn tot het plaatsen van
bewakingcamera's op het publieke domein om een aantal vormen van
criminaliteit op een efficiëntere manier aan te pakken. Die
bewakingcamera's worden geplaatst in een publieke zone en moeten
dus aangekondigd worden door middel van een verkeersbord, want
zo is de regeling terzake. Nu, ik stel vast dat in de praktijk iedere
lokale overheid zo'n beetje naar eigen godsvrucht en vermogen een
bord ontwerpt. Men maakt gebruik van zelfontworpen pictogrammen
en opschriften.
Ikzelf ben gemeenteraadslid in de stad Leuven. Men heeft ons daar
een aantal voorstellen gedaan. Men zet daar bijvoorbeeld het logo van
de stad of van de gemeente op; men zet daar het logo van de politie
op; men zet daar het herkenningsnummer van de privacycommissie
op en men doet verwoede pogingen om een pictogram te maken dat
de camerabewaking moet voorstellen. Bijgevolg ben ik toch van
oordeel dat er enige onduidelijkheid is, wanneer zelfs het politiekorps
terzake geen leidraad heeft en er geen raad mee weet.
Ook heerst er onduidelijkheid of het bord mag gecombineerd worden
met een ander bord in een voetgangerszone. Ook de manier waarop
het bord opgesteld moet worden, is onduidelijk. Veelal heeft men in
het verkeer borden als "begin zone 30" of "einde zone 30" of iets
dergelijks. Hoe zit het met die bewaking: moet men in een bord
voorzien "einde bewakingszone?" Men zou om praktische redenen er
natuurlijk voor kunnen opteren het niet te doen, teneinde de
01.01 Hagen Goyvaerts (Vlaams
Belang): Un certain nombre de
villes et de communes flamandes
installent déjà des caméras de
surveillance dans des zones
publiques pour endiguer plus
efficacement la criminalité. La
présence de ces caméras doit être
annoncée à l'aide d'un panneau
de signalisation. Il apparaît
toutefois que chaque autorité
locale conçoit ses propres
inscriptions et pictogrammes. De
même, l'imprécision prévaut en ce
qui concerne l'emplacement et les
modalités d'installation de ces
panneaux. Ceux-ci peuvent-ils être
associés à d'autres signaux dans
une zone piétonne? Un panneau
doit-il également signaler la fin
d'une zone placée sous la
surveillance de caméras? Il
faudrait clarifier d'urgence la
situation car la police elle-même
ne s'y retrouve pas.
Les services du ministre
travaillent-ils à un projet d'unifor-
misation et à l'établissement de
règles précises?
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
criminelen te doen geloven dat er nog bewaking is en ze op een
verkeerd been te zetten. In ieder geval, ik heb de indruk dat het hele
verhaal van dat verkeersbord en van de camerabewaking, waarbij de
ene stad nog gebruikmaakt van een klassieke camera en de andere
van een bolcamera daar is een pictogram niet zo voor de hand
liggend, - enige duidelijkheid vereist. Bijgevolg vond ik het zinvol u
daarover een aantal vragen te stellen. Ik heb ze u bezorgd en
overloop ze nog eens kort voor de volledigheid van het verslag.
Ten eerste, bent u van bovenvermelde problematiek op de hoogte?
Ten tweede, zo ja, zijn uw diensten bezig met het ontwerp van een
eenduidige en uniforme aanduiding van een publieke zone met
camerabewaking? Ten derde, zijn er specifieke regels voor de
aankondiging en eventueel de afkondiging van een publieke zone met
camerabewaking? Mochten uw diensten daar bij wijze van spreken
voltijds mee bezig zijn, binnen welke termijn denkt u zo'n bord ter
beschikking te zullen hebben? Voor zover ik weet, is er op dit moment
geen.
01.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, waarde
collega's, de problematiek van het plaatsen van bewakingcamera's op
het publieke domein om een aantal vormen van criminaliteit op een
doeltreffender manier aan te pakken, en de eventuele aankondiging
ervan via bijvoorbeeld borden behoort tot de bevoegdheid van de
minister van Binnenlandse Zaken. De minister van Mobiliteit is
bevoegd voor verkeersborden, niet voor borden die erop wijzen dat er
camerabewaking is die niets met het verkeer te maken heeft.
01.02 Renaat Landuyt, ministre:
L'installation de caméras de
surveillance et l'annonce de leur
présence ressortissent à la
compétence du ministre de
l'Intérieur. Je suis compétent en
matière de panneaux de
signalisation concernant la
circulation routière. Les panneaux
auxquels M. Goyvaerts fait
référence n'ont rien à voir avec la
circulation.
01.03 Hagen Goyvaerts (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, ik
dank u uiteraard voor uw antwoord. Ik wil wel een beetje wachten,
maar ik heb mijn vraag ingediend op 3 februari. Ik meen dat het een
kleine moeite zou zijn geweest voor uw diensten of uw kabinet om mij
erop te wijzen dat ik bij de verkeerde minister terechtgekomen was en
dat het een vraag is voor de minister van Binnenlandse Zaken. Mijn
excuses daarvoor, maar ik had van uw zijde toch verwacht dat u iets
efficiënter had gereageerd. Dan had ik mijn vraag waarschijnlijk al
drie weken geleden aan uw collega kunnen stellen. Maar goed, ik zal
dat alsnog doen.
01.03 Hagen Goyvaerts (Vlaams
Belang): J'aurais pu en être averti.
Ma question date du 3 février! Je
la reposerai donc au ministre
compétent.
01.04 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer Goyvaerts, het vervelende
van uw vraag zat in het woord "verkeersbord." Vandaar.
01.04 Renaat Landuyt, ministre:
L'intitulé néerlandais de la
question posée par M. Goyvaerts
se référait à un "verkeersbord"
(panneau "de circulation"), ce qui
explique la confusion. Si je dois
encore me déclarer incompétent,
je le signalerai préalablement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de minister van Mobiliteit over "de veiligheid van het
luchtverkeer" (nr. 5350)
02 Question de Mme Simonne Creyf au ministre de la Mobilité sur "la sécurité du trafic aérien"
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
02.01 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de minister, in antwoord op
een schriftelijke vraag van mezelf hebt u gezegd dat in het jaar 2000
het aantal near misses of bijna-botsingen 2 bedroeg, 9 in 2001, 8 in
2002, 8 in 2003, en 1 in de eerste 9 maanden van 2004. Dat komt
neer op ongeveer 0,6 incidenten van klasse A per 100.000
vliegtuigen. Belgocontrol doet terzake goed werk, meen ik.
Toch is het door u gemelde aantal near misses niet het volledige
aantal, want het gaat enkel over de niet-militaire en de gecontroleerde
vluchten. De militaire vluchten hanteren hun eigen
veiligheidsstandaarden. Daarvoor is minister Flahaut bevoegd. Die
heb ik intussen daarover al ondervraagd.
02.01 Simonne Creyf (CD&V): En
réponse à l'une de mes questions
écrites, le ministre a précisé que
deux "near misses" s'étaient
produits dans notre espace aérien
en 2000, qu'il y en avait eu neuf en
2001, huit en 2002, huit en 2003 et
un au cours des neuf premiers
mois de 2004, ce qui représente
0,6 incident de classe A par
100.000 avions. Belgocontrol
fournit, par conséquent, du bon
travail.
La réponse du ministre ne portait
toutefois que sur les vols non
militaires et non contrôlés. Les
vols militaires sont soumis à
d'autres normes de sécurité et
relèvent de la compétence de
M. Flahaut que j'ai déjà interrogé à
ce propos entre-temps.
02.02 Minister Renaat Landuyt: Hij heeft daar een spreekuur voor?
02.03 Simonne Creyf (CD&V): Hij heeft mij zelfs geantwoord in het
Parlement. Ik heb de minister daarover ondervraagd. Onder de niet-
gecontroleerde categorie vallen alle private clubs en enkelingen die
zonder enig brevet met een of ander toestel in de lucht waren.
Mijnheer de minister, daarbij had ik graag antwoorden gekregen op de
volgende vragen.
Welke categorieën van incidenten bestaan er nog naast categorie A?
Kunt u voor elke categorie aangeven welke incidenten we eronder
moeten verstaan?
Kunt u voor elke categorie van incidenten de evolutie geven over de
voorbije drie jaar?
Aan welke wetgeving en/of voorschriften inzake veiligheid zijn de
privé-vliegclubs onderworpen?
Aan welke wetgeving en/of voorschriften inzake veiligheid zijn de
personen onderworpen die zich bijvoorbeeld met een parapente met
motortje in de lucht wagen?
Hoe houdt u toezicht op de naleving van de veiligheidsvoorschriften
door privé-vliegclubs?
Hoe houdt u toezicht op de naleving van de veiligheidsvoorschriften
door personen die geen lid zijn van een club en zich zonder enig
brevet in de lucht wagen met bijvoorbeeld een parapente met
motortje?
02.03 Simonne Creyf (CD&V):
Ressortissent à la catégorie des
vols non contrôlés l'ensemble des
clubs privés et des pilotes qui
effectuent des vols sans brevet.
Existe-t-il encore d'autres
catégories d'incidents que ceux de
classe A? Quelle a été, pour
chaque catégorie, l'évolution au
cours des trois dernières années?
Quelle législation en matière de
sécurité s'applique-t-elle aux clubs
privés et aux pilotes qui effectuent
des vols sans brevet? Comment
assure-t-on le contrôle du respect
de cette législation? Quelles
sanctions sont-elles prévues?
Des statistiques, basées sur des
sondages, devraient être établies
quant à la sécurité au sein des
clubs privés. Combien d'incidents
par 100.000 mouvements
recense-t-on dans ces clubs? Le
ministre envisage-t-il de faire
procéder, si nécessaire, à un
sondage? Peut-il me fournir
"l'Annual Summary of Safety
Regulated Occurrences within
Belgocontrol ATS Operation" de
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
Welke straffen zijn daaraan verbonden?
Op basis van steekproeven zou u moeten beschikken over cijfers in
verband met de veiligheidssituatie bij privé-clubs. Om hoeveel
incidenten gaat het per 100.000 bewegingen?
Zo u niet over die cijfers zou beschikken, overweegt u dan een
steekproef te organiseren die dat cijfer zou kunnen achterhalen?
Het Annual summary of safety regulated occurrences within
Belgocontrol ATS operation, is dat rapport voor 2004 er al? Kunt u
ons dat bezorgen? Als dat er niet is, kunt u ons dan misschien het
rapport voor 2003 geven en desgevallend, van zodra het beschikbaar
is, het rapport van 2004?
2004 ou 2003?
02.04 Minister Renaat Landuyt : Mevrouw Creyf, uw eerste vraag
betreft de specifieke cijfers. De internationale reglementering van
Eurocontrol deelt luchtverkeersincidenten in in vijf klassen naar
gelang de ernst en aflopend van A tot E. A is een ernstig incident en
behelst een risico van botsing. Dit lijkt een beetje op de
verkeersreglementering en op de verkeersboetes. B is een belangrijk
incident waarbij de veiligheid in het gedrang is gekomen. C is een
gekarakteriseerd incident waarbij de veiligheid niet in het gedrang is
gekomen. D is een niet bepaald incident waarbij het risico niet kon
worden ingeschaald. E is een incident waarbij er geen effect op de
veiligheid vaststelbaar is.
De near misses of bijna-botsingen waarmee ons woord en
wederwoord is begonnen, vallen dus volledig onder de bepaling van
klasse A. Deze zin heeft geen betekenis omdat ik twee paragrafen
van mijn antwoord heb geschrapt. De persoon die dit antwoord voor
mij heeft opgesteld, ergerde zich nogal aan het onderscheid dat u
maakte tussen militaire veiligheid en burgerlijke veiligheid. U moet
doen alsof ik niets heb gezegd. Ik geef u enkel de strikte
onderverdeling van A tot E.
In antwoord op uw tweede vraag, betekent dit heel concreet volgens
indeling van klasse dat 2004 een zeer veilig jaar was. Dit is heel
interessant in het kader van het spreidingsplan. Ik verklaar mij nader.
Wat klasse A betreft ernstige incidenten met risico op botsing
waren er in 2002 vier incidenten, in 2003 zes en in 2004 één. Wat
klasse B betreft belangrijk incident waarbij de veiligheid in het
gedrang is gekomen - waren er in 2002 negen, in 2003 zes en in 2004
zes incidenten. Wat klasse C betreft een gekarakteriseerd incident
waarbij de veiligheid niet in het gedrang is gekomen waren er in
2002 twee, in 2003 drie en in 2004 vijf incidenten. Dat zou kunnen
wijzen op een strengere houding. Wat klasse D betreft niet
bepaalde incidenten is er ook een omgekeerde volgorde: in 2002
één incident, in 2003 twee en in 2004 vijf incidenten. Wat klasse E
betreft, waren er in 2002 één incident, in 2003 twee incidenten en in
2004 één incident. Klassen A en B zijn volgens mij de belangrijkste
incidenten en daar ziet men een dalende trend.
Ik kom dan tot de derde en de vierde vraag. Al het verkeer in de hele
burgerluchtvaart, waarnaar ook sommige militaire vluchten en ook het
merendeel van vluchten van staatsluchtvaartuigen zich schikken, is in
België onderworpen aan het KB van 15 september 1994 tot
vaststelling van de vliegverkeersregels en de bij toepassing daarvan
02.04 Renaat Landuyt, ministre:
Eurocontrol distingue cinq types
d'incidents. La catégorie A
concerne les incidents graves
avec risque de collision. Quatre
incidents de ce type se sont
produits en 2002, contre six en
2003 et un en 2004. Les "near
misses" font partie de la catégorie
A. La catégorie B englobe les
incidents importants au cours
desquels la sécurité est menacée.
Il y en a eu neuf en 2002, six en
2003 et six en 2004. La catégorie
C concerne les incidents
caractérisés ne menaçant pas la
sécurité. Deux incidents de ce type
ont eu lieu en 2002, contre trois en
2003 et cinq en 2004. Cette
augmentation pourrait traduire une
sévérité accrue. La catégorie D
comprend les incidents non
définis, où le risque ne peut être
classé. En 2002, un seul incident
de cette catégorie s'est produit,
contre deux en 2003 et cinq en
2004. Les incidents de la catégorie
E n'ont aucune incidence sur la
sécurité. Ils étaient au nombre
d'un en 2002, de deux en 2003 et
d'un en 2004.
L'an passé a été une très bonne
année en termes de sécurité. Pour
les catégories A et B, qui
représentent les incidents les plus
graves, la tendance est à la
baisse.
L'ensemble des vols de l'aviation
civile, à laquelle il faut assimiler
également quelques vols militaires
et la plupart des vols réalisés par
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
uitgegeven voorschriften van de diensten belast met
luchtverkeersleiding. Dat zijn Belgocontrol voor het lagere luchtruim,
tot vliegniveau 245 of ongeveer 7.000 meter, en Eurocontrol voor het
hogere luchtruim.
Ik geef het antwoord op de vijfde en de zesde vraag. In het
gecontroleerde luchtruim wordt in realtime toegezien op de
verkeersveiligheid. In het niet-gecontroleerde luchtruim, dat overigens
niet enkel aan de algemene luchtvaart is voorbehouden, is er geen
begeleiding, maar geldt proactieve reglementering en reactieve
handhaving. De vaststelling van inbreuken aldaar gebeurt bijgevolg
veelal naderhand, bij getuigenis, klacht, opsporing en onderzoek,
schade en ongeval. Reglementering en handhaving zijn het terrein
van de meermaals bijgewerkte luchtvaartwet van 1937. Inbreuken op
de vliegverkeersregels worden bestraft overeenkomstig de in de
luchtvaartwet vastgelegde specifieke kwalificaties en strafmaten. Men
vindt daar alle gradaties in terug, van overtredingen tot misdaden.
In antwoord op uw zevende vraag, wijs ik erop dat, vooruitlopend op
en tengevolge van een bredere, administratieve hervorming binnen
het openbaar ambt en ook op eigen initiatief tot vernieuwing en
ontwikkeling, het Directoraat-generaal Luchtvaart zich heeft
gereorganiseerd, waarbij het een inspectie-directoraat en het
managementinstrument van risicoanalyse heeft ingevoerd. Daar is het
werken met steekproeven één methode, naast de andere.
Wat betreft uw achtste vraag, de annual summary waarvan sprake
draagt het label "restricted" en wordt door Belgocontrol enkel
overhandigd aan de bevoegde autoriteiten die zich bezighouden met
het onderzoek naar en de opvolging van accidents en incidents. De
annual summary is dus vertrouwelijk en is enkel bedoeld voor zij die
zich inlaten met de opvolging van accidents en incidents in het
luchtverkeer, dus in een nogal beveiligde zone.
02.05 Simonne Creyf (CD&V): Behoort het Parlement niet tot deze
instanties?
02.05 Simonne Creyf (CD&V): Et
le Parlement ne fait pas partie de
ces instances?
02.06 Minister Renaat Landuyt : Nee. Het gaat over bevoegde,
zoniet bekwame autoriteiten. Het rapport wordt zelfs niet aan de
bevoegde minister bezorgd. Alles behoort tot de autonomie van de
regelende instanties. Het rapport is wellicht ook zeer technisch.
02.06 Renaat Landuyt, ministre:
Non. Même le ministre ne reçoit
pas le rapport. La raison en est
que ces instances sont
autonomes.
02.07 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de minister, wat de niet-
gecontroleerde vluchten betreft, stelt u dat het pro-actief is. Wat
bedoelt u daarmee?
02.07 Simonne Creyf (CD&V):
Qu'entend-on par "proactif" en
matière de vols non contrôlés?
02.08 Minister Renaat Landuyt: Er is niet overal controle.
Luchtverkeersleiders kunnen niet overal worden ingezet. Dat zou
onbetaalbaar zijn. Er zijn privé- en andere vluchten die richtlijnen
moeten volgen en dat ook zo veilig mogelijk doen. Zij kunnen
weliswaar inbreuken plegen op de gestelde regels. De kleine
plezierluchtvaart kan real time-begeleiding van luchtverkeersleiders
niet veroorloven. Dat is een van de redenen waarom de luchthaven
van Wevelgem zich achtergesteld voelt ten opzichte van andere
luchthavens.
02.08 Renaat Landuyt, ministre:
Placer partout des contrôleurs de
trafic aérien serait beaucoup trop
onéreux. Les vols doivent suivre
certaines règles mais il arrive que
ces règles soient enfreintes.
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
02.09 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank de
minister voor het antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Bart Tommelein aan de minister van Mobiliteit over "de verplichte
veiligheidstoebehoren in wagens in de EU" (nr. 5458)
03 Question de M. Bart Tommelein au ministre de la Mobilité sur "les accessoires de sécurité
obligatoirement présents dans les voitures circulant dans les pays de l'UE" (n° 5458)
03.01 Bart Tommelein (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de Europese Unie telt een aantal richtlijnen die de veiligheid
van internationale weggebruikers moet garanderen. De meeste
lidstaten hanteren strengere regels dan moet van Europa. In België
bijvoorbeeld bevat het koninklijk besluit van 15 maart 1968 een zeer
gedetailleerde lijst van welke voorwerpen en farmaceutische
producten verplicht in het verbandkistje moeten steken.
Er zijn ook een aantal landen waar verplichtingen bestaan die wij in
België helemaal niet hebben. Zo zijn er landen waar men een
fluorescerend veiligheidsvestje in de wagen moet hebben. In
sommige landen, bijvoorbeeld Spanje, is men zelfs verplicht een
reservebril bij te hebben in de wagen. Wanneer EU-onderdanen in
een andere lidstaat een boete riskeren wegens het niet voldoen aan
dergelijke nationale voorschriften, lijkt mij dit een uitvulling van het
Europese vrije verkeer van personen. Recent werd het, weliswaar
valse, gerucht verspreid dat de Franse politie systematische
Belgische chauffeurs zou hebben beboet als zij geen fluorescerend
veiligheidsvestje bij zich hadden.
Mijnheer de minister, naar aanleiding van deze gebeurtenissen had ik
u graag de volgende twee vragen gesteld. Worden buitenlandse
wagens door de Belgische politie gecontroleerd op
veiligheidsvereisten die in andere EU-lidstaten niet gelden? Moeten
de Europese ministers van Mobiliteit niet dringend een aantal nadere
afspraken maken omtrent een standaardpakket? Welke
veiligheidstoebehoren zijn verplicht in heel de EU en welke niet?
03.01 Bart Tommelein (VLD):
L'Union européenne a adopté des
directives qui sont censées
garantir la sécurité des usagers de
la route internationaux. La plupart
des Etats membres ont adopté
des règles qui sont plus sévères
que les règles européennes. La
Belgique, par exemple, a adopté
l'arrêté royal du 15 mars 1968. A
partir du moment où l'on encourt
une amende dans un autre Etat
membre parce qu'on ne satisfait
pas aux règles nationales, le
principe de la libre circulation des
personnes est vidé de sa
substance.
La police belge contrôle-t-elle les
véhicules étrangers pour vérifier
s'ils satisfont à des règles de
sécurité qui ne s'appliquent pas
dans d'autres pays? N'est-il pas
urgent de définir de commun
accord un ensemble de normes
européennes applicables aux
accessoires de sécurité?
03.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer Tommelein, wat uw eerste
vraag betreft, is het zo dat de Belgische politie controle doet in het
kader van de Belgische wetten. Op dat vlak wordt er geen
onderscheid gemaakt tussen Belgen en niet-Belgen. Als er
gecontroleerd wordt, wordt iedereen gecontroleerd volgens het
voorziene schema. Er wordt gecontroleerd in het kader van de
Belgische wetgeving. Dat brengt ons automatisch bij uw tweede
vraag. Er is momenteel volop discussie bezig over het op elkaar
afstemmen van de vele regels, bijvoorbeeld rond het rijbewijs. U hebt
gelijk, ook rond de veiligheidsvereisten voor wagens en vooral rond
wat bestuurders moeten gebruiken of bij zich moeten hebben is er
nood aan steeds meer overeenstemming. Zoals u weet mag de
Europese politiek ons noch op sociaal vlak, noch op veiligheidsvlak
afremmen. Het is dus best mogelijk en men merkt dat ook dat
sommige landen andere veiligheidsvereisten dan wij opleggen en
omgekeerd. De gesprekken daaromtrent zijn aan de gang en er is
meer en meer een tendens om zoveel mogelijk op elkaar af te
stemmen.
03.02 Renaat Landuyt, ministre:
La police belge contrôle tout un
chacun sur la base de la
législation belge. Une discussion
est actuellement en cours à
propos de l'harmonisation des
règles, notamment en ce qui
concerne le permis de conduire.
Une harmonisation s'impose
également au niveau des
prescriptions relatives à la
sécurité. Il ne faudrait toutefois
pas que la politique européenne
freine les Etats membres sur le
plan social ou encore en matière
de sécurité. La tendance est
manifestement à l'harmonisation.
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
03.03 Bart Tommelein (VLD): Mijnheer de minister, het is inderdaad
noodzakelijk dat dit op elkaar afgestemd wordt maar ik stel toch vast
dat in de praktijk heel wat mensen niet weten wat de
veiligheidsvereisten zijn in de andere landen. Als ze op reis
vertrekken, rijden Belgen regelmatig in Frankrijk, in Spanje en in Italië,
zeker in de buurlanden rondom ons en in de traditionele populaire
vakantiebestemmingen waar men met de wagen naartoe kan. Ik denk
dat het toch noodzakelijk is om in afwachting van dergelijke Europese
eenvormigheid de mensen die op vakantie vertrekken vlak voor deze
verlofperiodes te informeren. U zou eens moeten bekijken op welke
manier dat moet gebeuren. Men moet hen informeren over de
veiligheidsvoorschriften die gelden. Ik heb zeer recentelijk vastgesteld
dat men een reservebril in de wagen moet hebben in Spanje. Voor mij
is dat alleen om te lezen, mijnheer de minister, dus ik heb daar geen
probleem mee. Als u zelf naar Spanje gaat hebt u echter een groot
probleem als u geen reservebril bij hebt. Ik denk dat het toch wel
noodzakelijk is dat men de vakantiegangers, zeker voor de komende
verlofperiode, daarover op een correcte manier informeert.
03.03 Bart Tommelein (VLD):
Une telle harmonisation s'impose
en effet car dans la pratique les
usagers de la route ne
connaissent pas les prescriptions
en vigueur à l'étranger. Dans
l'attente d'une uniformisation
européenne, il convient d'informer
les citoyens des prescriptions
relatives à la sécurité.
03.04 Minister Renaat Landuyt: Er wordt over nagedacht. Het is
evenwel geen oplossing om voor alle Belgen een veiligheidsvestje in
de auto te verplichten enkel en alleen omdat die verplichting ook in
andere landen bestaat. Het is wel nodig iedereen daaromtrent te
informeren, maar zomaar verplichtingen uit andere landen overnemen
is, tenzij men een beperkt vrijheidsgevoel heeft, niet de juiste
methode.
03.04 Renaat Landuyt, ministre:
On y réfléchit. Appliquer purement
et simplement des obligations en
vigueur dans d'autres pays n'est
pas une solution.
03.05 Bart Tommelein (VLD): Ik heb uiteraard geen beperkt
vrijheidsgevoel.
03.06 Minister Renaat Landuyt : Wil dat zeggen dat u tegen het
voorstel van mevrouw Vautmans bent?
03.07 Bart Tommelein (VLD): Nee, ik ben niet tegen het voorstel van
mevrouw Vautmans.
03.08 Minister Renaat Landuyt: Dan bent u wel tegen vrijheid.
03.09 Bart Tommelein (VLD): Ik vind dat mensen moeten
geïnformeerd worden. Zoals u weet hecht ik belang aan
communicatie, maar het is aan de mensen zelf om hun handelen te
bepalen. Informatie is echter hoe dan ook noodzakelijk.
Het kan misschien een taak zijn voor de touroperators: ze kunnen het
opnemen in hun brochures met autovakanties. Dat gebeurt nu niet
altijd. Ik heb al dikwijls een autovakantie geboekt naar Spanje waarbij
niet werd vermeld dat een reservebril in het voertuig verplicht is.
Misschien is het aan te raden dat de organisatoren van autovakanties
dat, voorafgaand aan het vertrek, melden aan hun klanten.
03.09 Bart Tommelein (VLD): La
transmission d'informations peut
être confiée aux tour-opérateurs
qui organisent des vacances en
voiture.
03.10 Minister Renaat Landuyt: In alle eerlijkheid: de vroegere
Vlaamse minister van Toerisme was bezig met onderzoek naar hoe
de reizende Vlaming goed kon worden geïnformeerd. Aangezien de
dynamiek er veranderd is denk ik dat de huidige minister van Verkeer
een initiatief zal nemen.
03.11 Bart Tommelein (VLD): Ik dank de huidige minister van
Mobiliteit voor zijn antwoord.
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de minister van Mobiliteit over "de vertragingen in de
uitvoering van de psychologische tests die uitgevoerd moeten worden voor de opheffing van het
verval van het recht op sturen" (nr. 5553)
04 Question de M. Servais Verherstraeten au ministre de la Mobilité sur "les retards dans l'exécution
des tests psychologiques qui doivent être effectués pour la levée de la déchéance du droit de
conduire" (n° 5553)
04.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik
moet toegeven dat er een gewijzigde dynamiek is wat betreft de
federale minister van Mobiliteit.
Mijnheer de minister, verwijzend naar de gewijzigde dynamiek, zou ik
mijn vraag een beetje willen actualiseren. Ik stelde daarover enige tijd
geleden een schriftelijke vraag, waarop ik slechts een antwoord
ontving na het indienen van deze mondelinge vraag. Mits uw
goedvinden zou ik daarop willen ingaan.
Ik heb met genoegen vastgesteld dat op Vlaams niveau een aantal
extra ambtenaren werd aangeworven. Op die manier vermindert de
achterstand gedeeltelijk.
Mijnheer de minister, hebt u op dit ogenblik zicht op de actuele
toestand? Zijn er nog probleemgebieden in bepaalde
arrondissementen?
Ten tweede, in het schriftelijke antwoord spreekt u over de werkgroep
Mobiliteit, in samenwerking met de Gemeenschappen. Welke timing
werd vooropgesteld? Ik vraag dat ook in het licht van het feit dat u de
verkeerswetgeving zult evalueren en aanpassen, zoals u vorige week
aangekondigde. Zal deze problematiek ook daarin betrokken worden
en mogelijk aanleiding geven tot een wetswijziging? Voor de
uitvoering en voor de kaders is de regionale overheid bevoegd, terwijl
u de gevolgen draagt van het verkeersveiligheidsbeleid.
04.01 Servais Verherstraeten
(CD&V): Au niveau de la Flandre,
un certain nombre de
fonctionnaires supplémentaires
ont été recrutés. Cette mesure a
permis de résorber en partie
l'arriéré dans le cadre de la
réalisation des tests
psychologiques.
Des problèmes se posent-ils
encore à l'heure actuelle dans
certains arrondissements? Qu'en
est-il du calendrier du groupe de
travail Mobilité? Sera-t-il tenu
compte de ce problème dans le
cadre de l'évaluation et de
l'adaptation annoncées de la
législation routière? La législation
sera-t-elle modifiée? Les autorités
régionales sont compétentes en
matière d'exécution et de cadres
tandis que le ministre est en
charge de la politique en matière
de sécurité routière.
04.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, het is correct
dat ik een schriftelijk antwoord heb gegeven op de schriftelijke vraag.
De problematiek is me niet onbekend vermits de toenmalige Vlaamse
minister van Werk voor een oplossing heeft gezorgd. Als minister van
Mobiliteit dank ik hem daarvoor.
Op de vraag of er thans nog problemen zijn kan ik antwoorden dat er
af en toe nog problemen zijn. De politierechters en de parketten
ondervinden dat de termijnen waarbinnen examens gepland zijn,
onder meer de psychologische tests, langer uitlopen dan was
voorgeschreven. Dit zou een probleem kunnen worden bij de
evaluatie in het Parlement, ter gelegenheid van de behandeling van
het wetsontwerp inzake beschikking tot betaling. Volgende week zijn
er terzake hoorzittingen gepland en het is mogelijk dat sommige
procureurs in dat verband een opmerkingen maken. Bij de
strafuitvoering worden zij immers soms met deze problematiek
geconfronteerd.
Er zijn thans drie kanalen om te werken aan de verkeerswet: de
federale commissie die alle verenigingen omvat, de regering en het
04.02 Renaat Landuyt, ministre:
J'ai effectivement fait parvenir à
l'auteur de la question une
réponse écrite à sa question
écrite. A l'époque où j'étais
ministre de l'Emploi dans le
gouvernement flamand, j'avais
déjà tenté de trouver des solutions
pour résoudre ce vaste problème.
Mais toutes les difficultés n'ont pas
encore été surmontées. Les juges
de police et les parquets nous
disent que les délais dans lesquels
les examens doivent être
présentés dépassent parfois le
délai prescrit. Il n'est pas
impossible
que certains
procureurs évoquent cette réalité
lors des auditions consacrées au
projet de loi concernant
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Parlement. Het Parlement heeft het wetsontwerp als werkbasis en
werkt rond de procedure. Indien er een voldoende brede consensus
bestaat, kunnen we veel bereiken. Deze problematiek kan daarvan
een element zijn. Op basis van de resultaten van de evaluatie met het
middenveld zal de regering beslissingen nemen inzake de
categorieën en de boetes.
Deze problematiek heeft dus te maken met de hoorzittingen die
volgende woensdag zullen plaatsvinden.
l'ordonnance de paiement. La loi
sur la police de la circulation
routière est actuellement évaluée
à trois niveaux: dans la
commission fédérale, au
gouvernement et au Parlement, à
l'occasion du dépôt du projet. Le
gouvernement prendra une
décision en ce qui concerne les
catégories et les amendes après
avoir consulté la société civile.
04.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik
dank de minister voor zijn antwoord en wil er ook voor pleiten dat,
wanneer de verkeerswetgeving terzake wordt aangepast, de
problematiek mee wordt genomen. Destijds werd op dat vlak een
onzorgvuldige wetgeving gemaakt. De regering doet aan "Kurrieren
am Symptom", terwijl de oorzaak van het probleem dient te worden
opgelost om verdere problemen te voorkomen.
04.03 Servais Verherstraeten
(CD&V): Je préconise d'examiner
ce problème à l'occasion de la
révision de la loi sur la circulation
routière. Pour le moment, nous ne
traitons rien d'autre que les
symptômes.
04.04 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, het probleem
heeft te maken met de staatsstructuur.
Immers, mijnheer Verherstraeten, zoals u zelf op het einde hebt
opgemerkt, is de strafuitvoering in handen van de Gemeenschap of
het Gewest. Dat probleem komen we ook tegen bij het
jeugdsanctierecht.
04.04 Renaat Landuyt, ministre:
Le problème est lié à la structure
fédérale de l'Etat. L'application des
peines ressortit en partie aux
compétences des entités
fédérées.
04.05 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de minister, om die
reden is een aanpassing vereist.
04.05 Servais Verherstraeten
(CD&V): C'est précisément pour
cela qu'une adaptation est
nécessaire.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Damien Yzerbyt au ministre de la Mobilité sur "la politique en matière de
numérotation des plaques minéralogiques et l'existence de plaques d'immatriculation avec le sigle
NVA" (n° 5609)
05 Vraag van de heer Damien Yzerbyt aan de minister van Mobiliteit over "het beleid inzake de
nummering van de nummerplaten en het bestaan van nummerplaten met de letters NVA" (nr. 5609)
05.01 Damien Yzerbyt (cdH): Monsieur le président, monsieur le
ministre, en consultant le site SPF Mobilité et plus particulièrement les
pages de la DIV sur l'immatriculation des véhicules, on peut lire que
les sigles des partis politiques ne sont jamais repris comme marque
d'immatriculation. Or, je constate que 999 plaques ont bien été
attribuées avec les trois lettres NVA.
Le ministre peut-il expliquer les raisons pour lesquelles ce parti fait
exception? Comment, dans le cas présent, cette exception à la règle
pourrait-elle être modifiée pour se conformer aux directives en la
matière?
Par ailleurs, vous faites souvent part de votre volonté de lutter contre
les abus dans l'immatriculation des véhicules automobiles et contre
les abus des conducteurs roulant sans assurance, sans contrôle
technique ou sans paiement de la taxe d'immatriculation. Nous
05.01 Damien Yzerbyt (cdH): Op
de website van de DIV staat te
lezen dat nooit nummerplaten
worden toegekend met de
letterwoorden van de politieke
partijen. Toch rijden er tal van
voertuigen rond met het
letterwoord NVA. Hoe komt dat?
Wat kan worden ondernomen om
daar komaf mee te maken?
Voorts zullen
de mogelijke
combinaties van drie letters en
drie cijfers binnenkort opgebruikt
zijn. En terwijl men blijkbaar niet
wil raken aan de witte en rode
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
rejoignons aisément cette volonté.
Il serait intéressant de modifier totalement le système
d'immatriculation actuel des véhicules automobiles puisque la lettre T
sera prochainement entamée, annonçant que la liste aux 3
lettres/3chiffres sera sous peu épuisée. En effet, dans les lettres
restantes, la lettre U est déjà réservée aux remorques; la lettre W aux
motos et la lettre Z aux véhicules des professionnels du secteur
automobile plaques des marchands et plaques d'essai. Il reste à
attribuer les seules combinaisons commençant par les lettres T, V, X
et Y, soit très peu de possibilités par rapport à la demande actuelle.
De même, notre couleur blanche et rouge semble immuable, sans
marque européenne, alors que tous les autres Etats membres sont
passés à une modification du système des plaques minéralogiques
pour se conformer aux directives européennes. Par ailleurs, il faut
remarquer que les nouvelles plaques U pour les remorques, de
couleur blanche et noire, ainsi que les nouvelles plaques Z de couleur
blanche et verte sont bien mieux lisibles que nos traditionnelles
plaques de couleur blanche et rouge car leurs caractères sont plus
grands et plus lisibles. De plus, ces plaques reprennent le B de la
Belgique ainsi que le drapeau européen.
Le ministre ne pense-t-il pas qu'il serait temps que la Belgique modifie
son système d'immatriculation des véhicules automobiles, d'une part,
en adaptant les caractères et la couleur des plaques aux
recommandations européennes et, d'autre part, en imposant
d'apposer sur les véhicules trois vignettes indestructibles et non
enlevables prouvant que le contrôle technique a été réalisé pour les
véhicules de plus de quatre ans, attestant que la taxe
d'immatriculation est payée et démontrant que le véhicule est assuré?
De même, le ministre peut-il préciser quelles seront les combinaisons
de chiffres et de lettres utilisées à partir du moment où toutes les
combinaisons 3 lettres/3 chiffres auront été attribuées après la plaque
YZZ 999?
kleur van onze nummerplaten,
zonder Europees symbool, hebben
alle andere lidstaten zich aan de
Europese richtlijnen
geconformeerd. Bovendien zijn de
Belgische nummerplaten niet goed
leesbaar.
Vindt de minister niet dat het hoog
tijd is dat ons land zijn
inschrijvingssysteem wijzigt en de
lettertekens en de kleur van de
nummerplaten aan de Europese
aanbevelingen
aanpast en
daarnaast bepaalt dat drie
vignetten moeten worden
aangebracht die niet kunnen
worden vernietigd of verwijderd en
die bewijzen dat de eigenaar het
voertuig technisch heeft laten
keuren, de inschrijvingstaks heeft
betaald en in orde is met zijn
verzekering? Kan de minister
preciseren welke combinaties van
letters en cijfers zullen worden
gebruikt nadat de combinaties van
3 letters en 3 cijfers opgebruikt
zullen zijn?
05.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, cher
collègue, en ce qui concerne les lettres NVA, ces plaques ont été
distribuées avant la création de ce parti politique. Nous ne l'avions pas
prévu!
Actuellement, nous sommes arrivés à la lettre S mais les lettres SPA,
qui sont les initiales d'un parti politique, ne seront pas utilisées.
Toutes les plaques commençant par les lettres NVA qui reviennent à
l'administration ne sont plus remises en circulation, à moins du
paiement d'une somme de 620 euros par l'utilisateur. C'est la raison
pour laquelle je pense que personne n'achètera de plaque
commençant par SPA.
En ce qui concerne votre deuxième question sur la modification, je
constate qu'il n'y a pour l'instant pas de directive au niveau européen
à propos des caractères et de la couleur des plaques des véhicules.
Si je suis bien informé, il y a eu une décision au niveau administratif
mais qui n'a pas été suivie au niveau politique.
Je ne ferai aucune déclaration à propos de votre proposition. La seule
chose que je peux dire est que nous étudions ce qu'il y a lieu de faire
05.02 Minister Renaat Landuyt:
De nummerplaten met de
lettercombinatie NVA werden
toegekend vóór de oprichting van
de overeenkomstige politieke
partij.
Er bestaat vooralsnog geen
Europese richtlijn tot regeling van
de letters en cijfers op de
nummerplaten of de kleur van de
platen. De lijn van de op
administratief niveau genomen
beslissing werd niet doorgetrokken
op politiek niveau.
Wij onderzoeken nu wat er moet
gebeuren vóór de mogelijke
combinaties van drie letters en
drie cijfers opgebruikt zijn.
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
avant que la plaque YZZ ne soit distribuée.
05.03 Damien Yzerbyt (cdH): Pour ce qui concerne les plaques NVA,
attendons qu'elles soient toutes rentrées. Je constate qu'il n'y a pas
d'action proprement dite pour les retirer. On peut le comprendre mais
on peut aussi le trouver malheureux. Je conseillerai donc à quiconque
souhaitant constituer un nouveau parti politique de prendre une
combinaison de lettres disponibles actuellement. J'ai bien entendu
votre réponse à propos des volontés administratives qui ne sont pas
suivies de décisions politiques. J'attendrai de voir si quelque chose se
précise en la matière au niveau européen.
05.03 Damien Yzerbyt (cdH): Ik
stel vast dat er niet echt actie
ondernomen wordt om de NVA-
nummerplaten in te trekken. Wie
plannen heeft om een nieuwe
partij op te richten, raad ik dus aan
een op dit moment beschikbare
lettercombinatie te kiezen.
Ik heb nota genomen van uw
antwoord met betrekking tot de
administratieve lijn die niet werd
doorgetrokken door de politiek. Ik
zal nu afwachten of er op
Europeen niveau eventueel
concrete maatregelen uit de bus
komen.
Le président: Entre nous, êtes-vous certain qu'il n'existe pas de
plaque CDH?
De voorzitter: Onder ons gezegd,
bent u er zeker van dat er geen
nummerplaten met de letters CDH
in omloop zijn?
05.04 Damien Yzerbyt (cdH): Je ne sais pas. Je vais me renseigner.
Le président: Faites attention, on pourrait vous demander 620 euros!
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de minister van Mobiliteit over "de financiering van de
veranderlijke signalisatie van de zone 30 in de schoolomgeving uit het verkeersboetefonds" (nr. 5690)
06 Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de la Mobilité sur "le financement de la signalisation
variable des zones 30 aux abords des écoles par le fonds des amendes routières" (n° 5690)
06.01 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, collega's, deze vraag moest eigenlijk behandeld worden
na de volgende, maar goed, het is niet zo belangrijk.
Ik verwijs naar de vraag die collega Mark Verhaegen hier ongeveer
twee weken geleden heeft gesteld. Hij stelde toen vragen over de
veranderlijke signalisatieborden voor de zone 30. Die zouden alleen in
het begin van zo'n zone moeten opgesteld worden en niet op het
einde.
De vraag die ik hier stel is of deze borden, die toch wel wat geld
kosten, zeker als een gemeente over een aantal van dergelijke
schoolomgevingen beschikt, gefinancierd kunnen worden vanuit het
verkeersboetefonds.
06.01 Jef Van den Bergh
(CD&V): La signalisation variable
dans les zones 30 peut-elle être
financée par le Fonds des
amendes routières?
06.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Van
den Bergh, collega's, in die mate dat de aanvraag, de aankoop of het
gebruik van deze borden past in de voorziene politiek van
verkeershandhaving van deze zonale zone lijkt het mij mogelijk dat
dergelijke kosten worden opgenomen. Dat zal dan echter een initiatief
en een vraag worden van de zones zelf.
06.02 Renaat Landuyt, ministre:
Dans la mesure où le placement
de panneaux de ce type s'inscrit
dans la politique de sécurité
routière de la zone concernée, le
financement par le Fonds des
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
Mijn antwoord verwijst dus heel voorzichtig of uitdrukkelijk naar de
criteria waarover wij nog aan het discussiëren zijn in de regering. Ik
vermoed dat wij vrijdag de beslissing zullen kunnen nemen.
amendes routières devrait être
possible. Je dois néanmoins rester
prudent étant donné que les
critères sont encore à l'examen au
sein du gouvernement.
06.03 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, begrijp ik het goed? U stelt dat ze onder de huidige
criteria niet in aanmerking kunnen komen voor financiering, maar dat
ze in de toekomst, aangezien u de criteria aan het evalueren bent en
er een versoepeling zal komen voor het aanwenden van de middelen
uit het verkeersboetefonds, wel daaronder zullen vallen.
06.03 Jef Van den Bergh
(CD&V): Cela signifie-t-il que ce
mode de financement n'est pas
possible selon les critères actuels
mais que vous envisagez de les
assouplir?
06.04 Minister Renaat Landuyt: Het probleem is dat reguliere
verkeersborden niet in aanmerking komen. Bijzondere borden, die
bijzondere acties ondersteunen, komen dan weer wel in aanmerking.
Dat is de manier waarop dergelijke borden ingedeeld worden. Als
men op een bijzondere wijze wenst te onderstrepen dat men in die
bepaalde uren extra voorzichtig moet zijn, dan benadert men de
tijdelijke borden zonder dat ze letterlijk tijdelijke borden zijn. Als het
echt over reguliere verkeersborden gaat, valt dit tot op heden nooit
onder de criteria. Ik durf mij echter niet uitdrukkelijk uitspreken over
de toekomstige criteria.
06.04 Renaat Landuyt, ministre:
Les panneaux de circulation ne
sont généralement pas pris en
considération, mais les panneaux
spéciaux, avec une limite dans le
temps, peuvent être considérés
comme des panneaux provisoires
et pourraient dès lors l'être.
06.05 Jef Van den Bergh (CD&V): Met die regel wordt natuurlijk
verwezen naar borden als "u rijdt te snel" en niet naar dergelijke
borden.
06.06 Minister Renaat Landuyt: Dat weet ik. Daarom ben ik relatief
voorzichtig. Alles zal afhangen van de mate waarin men dat onder de
nieuwe criteria kan toepassen.
Dit zijn nieuwe criteria waarvan ik zeg, eerste hypothese, dat ze
anders kunnen zijn dan in het verleden of, tweede hypothese, dat ze
hetzelfde kunnen zijn als vandaag, maar dan nog kan de concrete
vraag gesteld worden of men voldoende argumentatie vindt om ze
daaronder te brengen.
06.06 Renaat Landuyt, ministre:
Je n'ose toutefois pas me
prononcer sur les futurs critères.
Une autre classification des
panneaux de circulation pourrait
être instaurée.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Mijnheer Van den Bergh, mevrouw Vautmans is ondertussen binnengekomen. Omwille van
het respect voor de chronologie de tweede en de tiende vraag op de agenda waren van mevrouw
Vautmans wil ik haar eerst het woord geven.
07 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Mobiliteit over "de invoering van
dadertherapie voor zware verkeersovertreders" (nr. 5121)
07 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Mobilité sur "la mise en place d'un suivi
thérapeutique des auteurs d'infractions graves au Code de la route" (n° 5121)
07.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, het gaat hier
volgens mij over een heel belangrijk probleem. U hebt in het recente
verleden gezegd dat de wet van 7 februari 2003 over de
verkeersveiligheid wordt geëvalueerd. Als ik mij niet vergis, zou u
daarmee naar het Parlement komen tegen 1 april.
Ik wil niet opnieuw de discussie starten over de hoge verkeersboetes.
Binnen mijn partij wordt dat dossier door andere mensen gevolgd. Ik
07.01 Hilde Vautmans (VLD):
J'estime que la législation routière
accorde trop peu d'attention à la
thérapie de la rééducation à la
conduite. Un groupe relativement
réduit de criminels de la route est
responsable des souffrances que
génèrent les accidents mais les
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
denk dat het veel nuttiger is om naar aanleiding van de evaluatie van
de verkeerswet aandacht te vragen voor een aspect dat volgens mij in
België te vaak wordt vergeten, namelijk de verkeerstherapie.
Wij stellen vast dat steeds vaker een relatief kleine groep van
verkeerscriminelen verantwoordelijk is voor heel wat verkeersleed. De
ter beschikking staande bestraffingsmogelijkheden, de financiële
boete en de opsluiting, zijn ongeschikt, want die categorie van daders
heeft eigenlijk nood aan een vorm van gedrags- of verkeerstherapie.
U zult zich herinneren dat ik ook in dat verband een wetsvoorstel heb
ingediend waarin ik heb opgenomen dat daders die vluchtmisdrijf
plegen, een gedrag aan de dag leggen dat in het verkeer niet kan
worden getolereerd. In sommige gevallen kan de rechter dan ook een
verval tot besturen uitspreken, dat pas kan worden opgeheven na een
aantal vormen van therapie. Ik denk dat daarvan veel te weinig
gebruik wordt gemaakt.
Ik heb naar aanleiding van mijn wetsvoorstel contact gehad met een
dame uit Gent. Zij heeft een Belgisch instituut voor verkeerstherapie
opgericht. Zij is ook actief in Duitsland waar zij dadertherapie geeft. Zij
is erkend door de Duitse overheid. Ik moet zeggen dat ik onder de
indruk was van het dossier dat zij mij heeft bezorgd.
Ik had dan ook graag van de minister het volgende vernomen. Komt
in het kader van de evaluatie van de verkeerswet ook
verkeerstherapie aan bod? Zult u een beroep doen op dat middel om
een aangepast gedrag in het verkeer aan te leren? Ziet u ruimte om
de wet aan te passen en het systeem van verkeerstherapie uit te
breiden?
possibilités de sanctions sont
inadaptées. Il faut pour ces
criminels une thérapie comporte-
mentale ou de rééducation à la
conduite.
J'ai déjà déposé une proposition
de loi visant à sanctionner le délit
de fuite par un retrait de permis et
une thérapie obligatoire de
rééducation à la conduite. Un
institut où l'on peut suivre ce genre
de thérapie a été créé à Gand. Cet
institut se fonde sur l'expérience
acquise en la matière en
Allemagne.
Prête-t-on attention, dans le cadre
de l'évaluation actuelle de la loi sur
la circulation routière, à
l'introduction d'une thérapie de
rééducation à la conduite?
07.02 Minister Renaat Landuyt: Collega Vautmans, wat uw eerste
vraag betreft, is het zo dat wij de evaluatie van de verkeerswet in drie
kanalen laten verlopen. Met de verschillende verkeersassociaties in
de federale commissie Verkeersveiligheid hebben we het nu in grote
mate gehad over de categorieën van overtredingen. In de regering
zullen we het in grote mate hebben over de boetes. In het Parlement,
naar aanleiding van het wetsontwerp inzake beschikking tot betaling,
met hoorzittingen nu woensdag, kunnen we het eigenlijk hebben over
alle punten inzake procedure waaronder ik ook uw vraag zou durven
rekenen.
Dit gezegd zijnde is het wel zo dat er ook een werkgroep
Verkeershandhaving bezig is binnen de federale commissie
Verkeersveiligheid. Naar mijn vermoeden is de problematiek van het
al dan niet overstappen van straf naar therapie echter iets waarmee
mensen van de parketten en politierechters bij momenten
geconfronteerd worden. Voor mij is dat wel een element van alle
procedurediscussies die ik eigenlijk wil kanaliseren in het wetsontwerp
inzake beschikking tot betaling. Dat geeft het Parlement de ruimte om
daarop door te gaan. Dan kunnen we beslissen waaraan we op
wetgevingsvlak moeten sleutelen en waarover eventueel later
overlegd moet worden met de minister van Justitie. Die discussie
zullen we wellicht in dit kader kunnen voeren.
Wat uw tweede vraag betreft, denk ik dat we eerst moeten kijken wat
nu de systematische probleempjes zijn bij de verkeershandhaving
voor en na rechterlijke uitspraken die voorhanden zijn om te zien of
07.02 Renaat Landuyt, ministre:
L'évaluation de la loi sur la
circulation routière s'effectue à
trois niveaux. Des discussions
sont menées avec les différentes
associations de circulation routière
au sein de la commission de la
Sécurité routière. On y prête
surtout attention aux infractions.
Le gouvernement traite, quant à
lui, des amendes de roulage.
Enfin, la loi est examinée au
Parlement où une attention
particulière est accordée aux
procédures à suivre. Une audition
est prévue le mercredi 9 mars
2005.
Un groupe de travail est chargé du
contrôle du respect des règles de
circulation routière, mais l'adoption
de la thérapie à titre de sanction
exige une modification des
procédures et doit donc être
discutée au Parlement. Il faut se
demander quels problèmes sont
liés au contrôle du respect des
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
we ook voor verkeerstherapie een of ander moeten voorzien. Meestal
gaat het over het moment waarop men op therapie kan overstappen
en de vraag of de procureur daaromtrent beslissingen kan nemen en
of de rechter daaromtrent een beslissing kan nemen, om dan nog niet
te spreken over de discussie over welke instanties wij in ons land
hebben om die therapie te geven.
règles de circulation routière, à
quelle occasion il sera fait usage
de la thérapie et à qui il
appartiendra de prendre la
décision à cet égard.
07.03 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, ik dank u voor
uw antwoord.
Misschien nog twee punten, mijnheer de voorzitter. Ik vraag dat ook
aan u. Ik zou willen vragen dat mijn wetsvoorstel opnieuw wordt
toegevoegd gezien het antwoord van de minister. Ik zal dan nog een
suggestie doen voor die dame uit Gent die we dan kunnen horen. Het
lijkt mij heel interessant en ik denk dat dit ook wel aansluit bij de wens
van de minister.
Toch is er nog een punt, mijnheer de minister. U spreekt er zich niet
echt over uit of u gewonnen bent voor dit soort hoe zal ik het
noemen middel om een veiliger verkeersbeleid te bekomen. Ik denk
aan vluchtmisdrijf, onaangepast rijgedrag en agressie binnen het
verkeer. Ik denk dat iedereen die zich op de openbare weg begeeft
met de wagen momenteel wel ziet dat de verkeersagressie toch wel
echt toeneemt. Ik zit heel veel in de wagen en ik moet u zeggen dat ik
af en toe de neiging niet kan onderdrukken om ook mijn wijsvinger
eens op te steken terwijl dat absoluut niet in mijn natuur ligt. Je wordt
echt wel uitgedaagd. Ik probeer mij dan te beheersen maar dat lukt
niet altijd. Daar ziet men toch wel echt het opkomende
verkeersgeweld, de agressie binnen het verkeer. Ik laat mij dan niet
altijd van mijn mooiste kant zien. Ik denk echter dat therapie voor
diegenen die vluchtmisdrijf plegen, voor diegenen die echt grof zijn in
het verkeer echt wel nodig is. Ik denk dat dit meer afdoend is dan een
boete, tenzij men natuurlijk overgaat tot een zeer zware boete. Daar
spreekt u zich niet over uit.
07.03 Hilde Vautmans (VLD):
Serait-il possible de réexaminer
ma proposition de loi? Je souhaite
également organiser une audition
avec le représentant de "l'Instituut
voor Verkeerstherapie" de Gand.
Le ministre est-il gagné à l'idée de
contribuer à rendre la circulation
plus sûre par le biais de la
thérapie? La thérapie me semble
préférable à l'amende car le
phénomène de l'agressivité au
volant est de plus en plus fréquent.
07.04 Minister Renaat Landuyt: In het algemeen sta ik rond
bestraffing open voor de zaken waarbij therapie nodig is. Alleen wijst
de algemene agressiviteit bijna op een noodzaak tot collectieve
therapie. De bestraffing van agressiviteit wordt best gehanteerd met
strengheid, vrees ik.
Ik wil er in ieder geval voor zorgen dat, daar waar het nodig is, in de
mogelijkheden wordt voorzien. Ook binnen het Belgische Instituut
voor Verkeersveiligheid wordt geprobeerd om daarin maximaal mee
te stappen, zolang we maar zorgen voor meer verkeersveiligheid.
Voor het overige, op het gebied van sancties, maatregelen of
therapieën moeten we openstaan voor alles.
07.04 Renaat Landuyt, ministre:
Je ne suis pas opposé aux
thérapies de rééducation à la
conduite. Il convient de prévoir la
possibilité de recourir à cette
technique dans certaines
conditions.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Mevrouw Vautmans, het opnieuw koppelen van uw
wetsvoorstel aan de trein van alle voorstellen die verkeersveiligheid
betreffen, is geen probleem. De hoorzitting is een andere zaak.
Daarover kan ik niet beslissen. Dat moet de commissie doen. Als u
dat woensdag tijdens de hoorzittingen zou willen aankaarten, dan
moet de commissie ...
Le président: La proposition de loi
de Mme Vautmans pourrait être
inscrite à nouveau à l'ordre du
jour. La commission doit toutefois
se mettre d'accord sur
l'organisation d'une audition.
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
07.05 Hilde Vautmans (VLD): Komt het voorstel dan opnieuw op de
agenda? Wordt het dan opnieuw gekoppeld aan de andere
voorstellen?
De voorzitter: Dat is geen probleem. Voor de hoorzitting echter moet de commissie eerst het quorum
bereiken en dan erover beslissen bij meerderheid.
07.06 Hilde Vautmans (VLD): Geen probleem.
07.07 Minister Renaat Landuyt: Ik zie de behandeling van het
wetsvoorstel als een aanleiding om vele procedure-elementen rustig
te bekijken. Zo kan de balans worden opgemaakt en worden bekeken
of het wetsontwerp daaraan beantwoordt. Eventueel zullen
amendementen nodig zijn of zijn er wetsvoorstellen die daaraan
beantwoorden. Daar sta ik, samen met de regering, zeker voor open.
07.07 Renaat Landuyt, ministre:
Nous pourrions profiter de
l'occasion pour examiner différents
éléments de la procédure et
vérifier quelles propositions de loi
sont concernées.
08 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Mobiliteit over "de vereiste herziening van
de verkeerswetgeving inzake aangedreven rolstoelen" (nr. 5613)
08 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Mobilité sur "la nécessité d'actualiser la
législation routière à propos des chaises roulantes manuelles ou à moteur" (n° 5613)
08.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, in de laatste editie van Via Secura signaleert het Belgisch
Instituut voor verkeersveiligheid een aantal opmerkelijke
verkeerstechnische problemen die rolstoelgebruikers ondervinden
wanneer zij zich op de openbare weg willen begeven. Zo worden
manueel of elektrisch aangedreven rolstoelen gelijkgesteld met
voetgangers of bromfietsen van klasse A of B, naargelang zij al dan
niet sneller dan stapvoets kunnen rijden. De rechten en plichten die
hieruit voortspruiten stroken dikwijls niet met de fysische
vaardigheden of veiligheidsbehoeften van de weggebruikers in
kwestie. Door de toenemende vergrijzing mag men verwachten dat in
de toekomst steeds meer mensen zich met een elektronisch
aangedreven rolstoel op de openbare weg zullen begeven. Bovendien
ik denk dat u het daarmee eens bent komen er steeds meer
nieuwe types rolstoelen op de markt die de gebruikers ook meer
comfort bieden. Aangezien elke weggebruiker, ongeacht zijn
lichamelijke vaardigheid of gebruikt vervoermiddel, het recht moet
hebben om zich veilig te verplaatsen, dringt zich een evaluatie op van
de huidige verkeerswetgeving voor rolstoelgebruikers.
Mijnheer de minister, bent u zich bewust van de ingewikkelde en
dikwijls voorbijgestreefde verkeerswetgeving voor rolstoelgebruikers?
Ik heb navraag gedaan, onder meer bij collega Tommelein en weet
dat over dat onderwerp ook enkele debatten in de Senaat hebben
plaatsgevonden, maar ik dacht dat daar andere aspecten aan bod
kwamen.
Vindt u het logisch dat een vierwielige, elektrisch aangedreven
rolstoel, die zich sneller dan stapvoets voortbeweegt, automatisch
wordt ingedeeld als een bromfiets van klasse B en dat een
rolstoelgebruiker bijgevolg verplicht wordt een burgerlijke
aansprakelijkheidsverzekering voor auto's aan te gaan, over een
rijbewijs A 3 moet beschikken en geen gebruik maken van trottoirs en
bermen? Persoonlijk lijkt mij dat absurd.
Is de minister bereid om de wegcode voor rolstoelgebruikers te
08.01 Hilde Vautmans (VLD):
L'Institut belge pour la Sécurité
routière (IBSR) a pointé, dans Via
Secura, quelques problèmes
auxquels sont confrontés les
utilisateurs de chaises roulantes
lorsqu'ils s'engagent sur la voie
publique. Les chaises roulantes
sont assimilées aux piétons ou
aux cyclomoteurs de classe A ou
B selon la vitesse à laquelle elles
peuvent se déplacer. Les droits et
obligations qui y sont liés ne
répondent pas aux besoins des
usagers en matière de sécurité.
Le vieillissement croissant de
notre société aura pour effet une
augmentation du nombre
d'utilisateurs de chaises roulantes
électriques. De plus, on ne cesse
de mettre au point de nouveaux
modèles de chaise roulante. Il faut
donc refondre les dispositions du
code de la route ayant trait aux
utilisateurs de chaises roulantes
car tous les usagers de la route
ont le droit de se déplacer en toute
sécurité.
Le ministre se rend-il compte que
la législation sur l'usage de
chaises roulantes est aujourd'hui
dépassée? Est-il logique que
certaines chaises roulantes
électriques soient classées
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
vereenvoudigen en te verduidelijken?
Wat denkt u ervan om in de wegcode een eigen statuut voor
rolstoelgebruikers op te nemen? Persoonlijk weet ik niet of dit de
aangewezen weg is, maar ik houd eraan om hier elke mogelijke piste
voor het debat open te stellen, hoewel wij met slechts heel weinigen
aanwezig zijn. Soms zou ik heel graag hebben dat iedereen die hier in
de commissie aanwezig is, zijn mening zou mogen geven, dat
degenen die aanwezig zijn er niet als een bloempot bij moeten zitten,
maar dat wij in kleine groep kunnen debatteren, wat soms beter gaat
dan in een grote groep. Daarvoor zal ik evenwel nog een wijziging van
het Reglement moeten indienen, mijnheer de voorzitter.
comme cyclomoteur de classe B?
En effet, ces engins requièrent
une assurance RC auto et un
permis de conduire A3. Le ministre
simplifiera-t-il le code de la route à
l'intention des utilisateurs de
chaise roulante ou leur accordera-
t-il un statut spécifique?
De voorzitter: Inderdaad, want het Reglement staat dat niet toe.
08.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, ik zou
daarmee onmiddellijk akkoord gaan indien ik vandaag meer tijd had.
Wat de eerste specifieke vraag betreft, nog vóór het bewuste artikel in
Via Secura had ik al de intentie om de achterhaalde
verkeerswetgeving aan te pakken. Die intentie staat ook in onze
beleidsnota.
Wat de tweede vraag betreft, het is niet evident dat een vierwielige
elektrisch aangedreven rolstoel onmiddellijk wordt beschouwd als een
bromfietser. Wat wel evident is, is dat men zich op het voetpad
stapvoets voortbeweegt. Het criterium van het effectief gebruik
kunnen we ook hanteren om eventuele bepalingen op te leggen.
Immers, als wij ervan uitgaan dat de moderne aangedreven rolstoelen
vlugger voortbewegen dan stapvoets, moeten we alle personen die
zich ermee verplaatsen, verplichten om een valhelm te dragen. Dat
lijkt mij niet direct de juiste visie. Daarom proberen wij alle mogelijke
nieuwe vervoersmiddelen die op de markt komen een plaats te geven
op de weg via een aangepast verkeersreglement. Mijn administratie
probeert een globale, meer aangepaste regeling te vinden om
eigenaardige effecten vermijden.
08.02 Renaat Landuyt, ministre:
Nous n'avons pas attendu la
publication de l'article de l'IBSR
pour entreprendre une
actualisation de la législation
routière. Classer les chaises
roulantes à quatre roues dans la
catégorie des cyclomoteurs peut
paraître déconcertant, mais cette
classification est logique dans la
mesure où ces engins se
déplacent au pas sur le trottoir.
Bien que des modèles récents de
chaises roulantes permettent de
se déplacer plus rapidement qu'au
pas, les conducteurs ne sont pas
tenus de porter un casque. Mon
administration examine les
possibilités d'adaptation de la
législation routière à ces nouveaux
modes de transport.
08.03 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, ik dank u voor
uw antwoord.
U zegt dat men daarmee al bezig was vóór het artikel in Via Secura
en daarmee nog altijd bezig is. Wanneer denkt u een beslissing te
kunnen nemen? Hoe verloopt het dossier? Ik neem dat u al contacten
hebt gehad met de verbruikersverenigingen en met een aantal
experts. Wanneer denkt u klaarheid te kunnen scheppen? De situatie
is volgens mij nu wel heel onduidelijk.
08.03 Hilde Vautmans (VLD):
Quand la décision d'adapter la loi
relative à la circulation routière
sera-t-elle prise? Des contacts
ont-ils déjà été pris avec les
associations concernées?
08.04 Minister Renaat Landuyt: Ik wil heel duidelijk antwoorden. Er
werd mij een voorontwerp van koninklijk besluit voorgelegd. Ik was
daarmee echter nog niet helemaal gelukkig en heb een gedeelte
ervan teruggestuurd. Het is natuurlijk gemakkelijk een koninklijk
besluit te maken met de verwijzing naar een ministerieel besluit,
waarin alles wordt opgesomd.
Ik wil een regeling die direct toepasbaar is. Dat is een nieuwe
werkmethode. We komen uit een tijdperk waar alleen goedgekeurde
voertuigen in het verkeer kwamen. Gezien de evolutie, die niet meer
bij te houden zijn en het feit dat het ook niet meer van onze tijd is alles
08.04 Renaat Landuyt, ministre:
J'ai renvoyé un premier avant-
projet d'arrêté royal parce qu'il ne
contenait pas de dispositions
applicables aux futurs moyens de
transport. Des discussions sont
toujours en cours au niveau de la
formulation du texte.
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
te attesteren, wil ik een regeling die ook op toekomstige
vervoersmiddelen direct toepasbaar is.
Hoever zitten we? We zitten letterlijk bij mij. We bereiken geen
overeenkomst omtrent de formulering van de teksten. Eens dat het
geval is, zal alles de normale adviesweg volgen, zowel wat de
Gewesten als de Raad van State betreft. Eens dat is gebeurd, kan
een en ander vlug gaan.
08.05 Hilde Vautmans (VLD): Ik neem aan dat u er dan mee naar
het Parlement komt?
08.05 Hilde Vautmans (VLD): Le
projet sera-t-il déposé sous peu?
08.06 Minister Renaat Landuyt: Zeker.
08.06 Renaat Landuyt, ministre:
Certainement.
08.07 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, terzake wil ik officeel reageren. Het kan, mijns inziens, niet
door de beugel dat het Parlement via de krant moet vernemen dat er
nieuwe wetgeving bestaat. Het Parlement is een controleorgaan. Ik
verkies een meer gestructureerd debat over het
verkeersveiligheidbeleid dan dit tot op heden het geval was.
08.07 Hilde Vautmans (VLD): Il
n'est pas tolérable que le
Parlement doive apprendre par les
journaux l'existence d'une nouvelle
législation.
08.08 Minister Renaat Landuyt: Even principieel is het een feit dat
een koninklijk besluit niet in het Parlement tot stand komt. Achteraf
kan het Parlement de minister steeds interpelleren. Formeel mag men
niet vragen naar de intenties van de ministers. Ik vermoed dat we in
dit huis permanent de regels overtreden.
08.08 Renaat Landuyt, ministre:
En principe, le Parlement
n'intervient pas dans l'élaboration
d'un arrêté royal. Les
parlementaires peuvent interpeller
le ministre après coup.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de minister van Mobiliteit over "de integratie van de
rijopleiding in het onderwijs" (nr. 5870)
09 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre de la Mobilité sur "l'intégration de la formation à la
09.01 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, midden januari
verklaarde u dat het rijbewijsexamen opgenomen moet worden in de
eindtermen van het onderwijs. Sindsdien hebt u bij verscheidene
gelegenheden uw standpunt bevestigd. Ik ben het volkomen daarmee
eens.
Samen met een aantal collega's, mijnheer de minister, had ik al in de
maand december een resolutie klaar om u dat te vragen, maar door
omstandigheden ik wou degelijk wetgevend werk afleveren en had
ook een overleg gepland met de rijscholen is ze nog altijd niet
ingediend. Ik denk dat ik ze nu niet meer hoef in te dienen. Uw
initiatief verheugt mij. Ik wil u daarmee ook feliciteren. Ik meen dat het
correct is om een rijbewijs op school te halen. Men leert daar wel
godsdienst, aardrijkskunde en geschiedenis, maar uiteindelijk leert
men er niet wat men echt nodig heeft om op de arbeidsmarkt aan de
slag te kunnen gaan.
Ik heb vernomen dat u het idee ook al besproken hebt met uw collega
in de Vlaamse regering, minister Vandenbroucke. Hij is uw idee
genegen. Hij pleit natuurlijk voor de regionalisering van de rij-
opleiding, maar ik denk dat wij nu tot een pragmatische oplossing
09.01 Hilde Vautmans (VLD): En
janvier, le ministre annonçait que
l'examen de conduite devait être
intégré aux objectifs finaux de
l'enseignement. Je préparais moi-
même une résolution en ce sens
depuis un certain temps déjà.
Le ministre va-t-il élaborer, avec le
ministre flamand de
l'Enseignement, un accord pour
que l'examen de conduite soit
intégré aux objectifs finaux de
l'enseignement, afin que nous ne
soyons pas contraints d'attendre
une régionalisation de la formation
à la conduite? Comment le
ministre envisage-t-il
concrètement l'intégration de
l'examen de conduite à
l'enseignement? Les cours
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
moeten komen. Ik wil u dan ook een aantal vragen hierover stellen.
Zult u de mogelijkheid laten onderzoeken om een
samenwerkingsakkoord met de Vlaamse minister van Onderwijs uit te
werken om de rij-opleiding in de eindtermen van het onderwijs te
incorporeren? Hoe staat u tegenover een tripartiete convenant tussen
de minister van Mobiliteit, de rijscholen en de minister van Onderwijs?
Wat is de stand van zaken in de uitwerking van het initiatief?
Ik heb ook nog een aantal vragen over kwesties, waarmee ik bij de
uitwerking van mijn voorstel van resolutie strop heb gezeten. Ik kan u
uiteraard de tekst overhandigen die wij klaar hadden. Gaat uw
voorkeur uit naar het lesgeven over het theoretische rijexamen door
rij-instructeurs in de scholen, of gaat uw voorkeur uit naar de vorming
van leerkrachten om een vak "theoretisch rijexamen" te onderwijzen?
In welk jaar van de middelbare school-opleiding wenst de minister de
rijopleiding in te passen? Overweegt u de praktische rijopleiding in het
onderwijs te incorporeren? Hebt u inzake de praktische modaliteiten
reeds afspraken gemaakt met de minister van Onderwijs? Gelooft u
dat ik breek terzake echt een lans deze rijopleiding reeds vanaf
volgend schooljaar kan ingaan?
Mijnheer de minister, in mijn resolutie worden een aantal keuzes
gemaakt. Ik wil u die gerust informeel overhandigen. Een van de
problemen is het leerjaar vast te leggen waarin de leerlingen de
rijopleiding krijgen. Leerlingen blijven immers soms eens zitten. Op dit
punt zullen knopen moeten worden doorgehakt.
théoriques doivent-ils être donnés
par des instructeurs à la conduite
ou des enseignants doivent-ils être
formés à cet effet? Le ministre
songe-t-il également à des cours
pratiques? Au cours de quelles
années scolaires les cours de
conduite seront-ils donnés?
L'intégration du cours de conduite
pourra-t-elle commencer dès l'an
prochain?
09.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik
zal geen volledig antwoord geven op de acht vragen maar zal drie
elementen meedelen die u gunstig moeten stemmen.
Wat de eerste vraag betreft, kan ik bevestigen dat er contacten zijn
geweest met de bevoegde Vlaamse minister. De bevoegde Waalse
minister heeft eveneens gereageerd. Ik ben van plan dit punt op het
interministerieel comité voor verkeersveiligheid opnieuw aan te
kaarten. Ik wil evenwel onderstrepen dat er een verschil is tussen
Vlaanderen en Wallonië. Vlaanderen heeft in de eindtermen reeds
een bepaling opgenomen die indien men het zo wilt interpreteren
stelt dat de theoretische lessen er zijn in opgenomen. De uitwerking
en implementatie ervan zijn volop aan de gang om volgend schooljaar
ermee van start te kunnen gaan. De formulering in de huidige tekst
van de eindtermen kan evenwel ook eng geïnterpreteerd worden. Een
en ander hangt af van de samenspraak tussen de administratie, de
schoolbesturen en de minister van Onderwijs. Als ik het goed
begrepen heb, is dat proces volop lopende. In Wallonië is een
dergelijke bepaling niet opgenomen in de eindtermen.
Mijn standpunt is dat de huidige staatshervorming correct
geïnterpreteerd moet worden. Alles wat met opleiding te maken heeft,
is een gemeenschapsbevoegdheid. Alleen het examen en het beroep
zijn nog federale materie. Uiteraard wordt veel bepaald via de criteria
voor het examen of het beroep.
Mijn verklaringen hieromtrent hebben heel wat reacties losgeweekt bij
de rijscholen, ook constructieve reacties. De Vlaamse
Automobilistenbond heeft reeds het voorstel gelanceerd dat de
09.02 Renaat Landuyt, ministre:
J'ai déjà eu des contacts avec le
ministre flamand de
l'Enseignement. Le ministre wallon
aussi a déjà réagi à ma
proposition. La question sera
assurément abordée lors des
prochaines conférences inter-
ministérielles sur la Sécurité
routière. L'un des problèmes est
que les termes finaux figurent en
Flandre comme une formulation
permettant l'introduction de leçons
théoriques, ce qui n'est pas le cas
en Wallonie.
Les écoles de conduite ont
également réagi et le "Vlaamse
Automobilistenbond" suggère de
faire dispenser gratuitement les
leçons théoriques dans les écoles.
Si nous voulons insérer à court
terme l'examen de conduite dans
les termes finaux, la collaboration
avec les écoles de conduite sera
indispensable.
La résolution de Mme Vautmans
est très actuelle dans le cadre de
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
bestaande rijscholen het theoretisch gedeelte gratis zouden geven.
Op korte termijn willen zij immers een wijziging in het systeem van de
praktische rijlessen.
Als we dat op korte termijn wensen, kunnen we niet naast de
bestaande rijscholen kijken. Wij moeten dan wel, als we realistisch
zijn, ook met hen in een soort omvorming voorzien.
Ik denk dat wij stap voor stap het einddoel in het oog moeten houden
vanuit het basisprincipe dat het hebben van een rijbewijs wellicht een
essentieel element is om zich te kunnen oriënteren of om te kunnen
meespelen in onze huidige moderne maatschappij.
De tekst van uw resolutie zou wel eens zeer actueel en interessant
kunnen zijn omdat wij in het kader van de wijzigingen aan de nieuwe
verkeerswet een en ander willen inpassen in een globaal
verkeersveiligheidsbeleid. Daarover zijn er binnen de regering
gesprekken aan de gang. Ik zoek naar een soort mandaat vanuit de
regering om effectief nog meer stappen te kunnen zetten in de
richting die u wenst.
la modification de la loi sur la
circulation routière. J'entends, en
effet, inscrire la nouvelle loi dans
une politique globale de sécurité
routière.
09.03 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de minister, het blijft
natuurlijk allemaal nogal vaag. Ik heb er al zo veel tijd en zo veel
gesprekken in gestoken. Voor een stuk ben ik daarom blij met uw
antwoord, maar voor een ander stuk krijg ik geen antwoord.
Samen met de collega's Miguel Chevalier en Annemie Turtelboom
hebben wij inderdaad de autorijscholen gesproken, die heel positief
hebben gereageerd, lang voordat u naar buiten bent gekomen met uw
idee. Ik wist dus dat de rijscholen positief zouden zijn. Wij stelden
concreet de volgende vraag. Stel dat we het verplicht opnemen in de
eindtermen dat is de richting die ik uit zou willen gaan: het maakt
gewoon deel uit van de laatste twee jaren middelbaar onderwijs , wat
gebeurt er dan wanneer men niet geslaagd is? Kan men dan verplicht
worden zijn jaar over te doen? Hoe zit dat juist?
Het is dus allemaal toch wel veel ingewikkelder dan ik dacht toen ik
eraan begon. In 2003 heb ik rond dat thema campagne gevoerd bij de
verkiezingen. Bij de uitwerking zie ik dat ik stuit op veel meer
problemen dan ik in het begin dacht.
Misschien zou het nuttig zijn dat ik mijn resolutie dan toch indien.
Althans, ik hoop dan wel dat ik niet van plagiaat beschuldigd word,
zoals sommige collega's af en toe doen. Ik garandeer u dat de tekst al
heel lang klaar was. Wij hebben daarin een aantal keuzes gemaakt,
die wij "verkeerssleutels" hebben genoemd. Wij vragen ook dat u het
mandaat krijgt om met uw regionale collega's te gaan onderhandelen.
09.03 Hilde Vautmans (VLD): La
réponse du ministre est imprécise.
La rédaction de ma résolution a
soulevé des questions concrètes.
Ainsi, qu'adviendra-t-il si un élève
ne réussit pas l'examen de
conduite? Sera-t-il amené à
redoubler?
09.04 Minister Renaat Landuyt: Mijn excuses maar een deel van
mijn vaagheid heeft ook te maken met het feit dat ik op het
bevoegdheidsterrein van de Gemeenschappen zit. U bent daarin iets
vrijer dan ik maar het past niet dat een federaal minister zegt wat er
op gemeenschapsniveau moet worden uitgevoerd.
09.04 Renaat Landuyt, ministre:
L'imprécision de ma réponse
s'explique par le fait qu'une partie
de cette compétence relève des
Communautés.
09.05 Hilde Vautmans (VLD): Ja, maar het bepalen van de
eindtermen is wel een federale bevoegdheid.
09.05 Hilde Vautmans (VLD): Or,
c'est le niveau fédéral qui
détermine les objectifs finaux.
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
09.06 Minister Renaat Landuyt: Neen, de eindtermen is wat men van
het onderwijs verwacht. Dat is een Vlaamse bevoegdheid. Ik heb dat
nog meegemaakt. De vereisten van het examen voor een rijopleiding
zijn een federale bevoegdheid. Om die reden zitten we natuurlijk in
een gekruiste situatie. Ik vraag in eerste instantie dan ook een
mandaat om daarover te overleggen met de gemeenschapsministers.
Veel concrete punten hangen af van het systeem waarvoor men kiest.
Ik denk dat we naar een tussensysteem moeten evolueren. Er moet
eerst zo veel mogelijk worden geregeld via het examen omdat dit nog
steeds een federale bevoegdheid is. Ik wil zo veel mogelijk regelen via
de invalshoek van het examen. De uiteindelijke opleiding moet echter
van de Gemeenschappen zijn.
09.06 Renaat Landuyt, ministre:
Les objectifs finaux relèvent de la
compétence flamande et l'examen
de conduite est une compétence
fédérale. J'estime qu'il faudra
opter pour un système
intermédiaire, en réglant le plus de
problèmes possibles par le biais
de l'examen de conduite, tout en
laissant le soin de la formation
proprement dite aux
Communautés.
09.07 Hilde Vautmans (VLD): Mijnheer de voorzitter, sorry dat het
even iets langer duurt. Meestal hou ik mij aan mijn tijd. Ik wil er
vandaag even over gaan.
Ik herinner mij dat ik in het lager onderwijs van mijn leerkracht
verkeersopleiding kreeg. Wij gingen toen kijken naar een auto en
gingen op de weg. Dit valt weg in het middelbaar onderwijs wat niet
logisch is. Tijdens de middelbare studies begeven kinderen zich
nochtans zelfstandig op de weg: met de fiets naar school of
wandeltochten met vrienden. Daar zit toch een lacune.
Er is meer dan het behalen van het eindexamen. Er is meer dan het
lukken in het theoretisch rijexamen. Dit sluit aan bij mijn eerste vraag
over verkeersopvoeding. Ik denk dat heel veel problemen kunnen
worden verholpen. Ik ben sociologe van opleiding en ik geloof nogal
sterk in de maakbaarheid van de samenleving.
09.07 Hilde Vautmans (VLD):
Une éducation à la circulation
routière est dispensée à l'école
primaire mais pas dans
l'enseignement secondaire, ce qui
est illogique.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Mevrouw Vautmans, ik heb het incident gesloten want de minister moet weg om 16.00 uur
en ik moet nog proberen de vragen af te handelen van de heer Van den Bergh, Mme Dieu en de heer
Casaer. Het zal al een heksentoer zijn als we daarin slagen.
10 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de minister van Mobiliteit over "de financiering van
identiteitskaartlezers uit het verkeersboetefonds" (nr. 5691)
10 Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de la Mobilité sur "le financement des lecteurs de
cartes d'identité par le fonds des amendes routières" (n° 5691)
10.01 Jef Van den Bergh (CD&V): Gezien de beperkte tijd zal ik mijn
vraag zo beknopt mogelijk stellen. Mijn vraag gaat nogmaals over het
verkeersboetefonds.
Naar aanleiding van een vraag van collega Katrien Schryvers aan
minister Dewael verklaarde de minister dat de elektronische
identiteitskaartlezers gefinancierd zouden kunnen worden door een
voorafname uit het verkeersboetefonds. Het verkeersboetefonds
diende oorspronkelijk om de meeruitgaven van de gemeentelijke
politiezones ten gevolge van de politiehervorming wat te
compenseren. Meer en meer wordt het echter ook gebruikt voor
andere doelstellingen. Zo is er de creatie van een nieuwe zone, de
verkeerspolitie, die er ook middelen uit zou ontvangen en nu zouden
ook de kaartlezers door een voorafname uit het verkeersboetefonds
gefinancierd worden.
10.01 Jef Van den Bergh
(CD&V): Jusqu'à présent, les frais
de fonctionnement ordinaires
n'entraient pas en ligne de compte
pour un financement par le biais
du fonds des amendes routières.
Or, M. Dewael a déclaré la
semaine dernière que le coût des
lecteurs pour les cartes d'identité
électroniques serait financé par le
biais d'un prélèvement sur le fonds
des amendes routières.
Qu'en est-il des discussions
menées dans ce cadre avec
M. Dewael? Quelle est la position
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
Graag kreeg ik een antwoord op volgende vragen. Minister Dewael
stelt dat hij hieromtrent reeds een gesprek met u had. Is er reeds een
akkoord over de financiering van de kaartlezers? Wat is uw
standpunt? Houdt minister Dewael zich strikt aan de gebruiksregels
voor 2004, of worden die versoepeld? U heeft reeds gezegd dat een
versoepeling van die regels wellicht vrijdag in de regering aan bod zal
komen.
Is een financiering van die kaartlezers mogelijk met die nieuwe
criteria? De financiering van kaartlezers vanuit het
verkeersboetefonds doorbreekt volgens ons het principe dat in 2004
werd gehanteerd, met name er mogen geen reguliere werkingskosten
gefinancierd worden met het verkeersboetefonds. Houdt het
doorbreken van dit principe voor deze financiering in dat het
verkeersboetefonds ook voor andere reguliere werkingskosten zou
kunnen gebruikt worden?
Is de minister bereid om op termijn ook alle gegevens over het
rijbewijs in de chip van de elektronische identiteitskaart op te nemen?
Een elektronisch rijbewijs is immers ook op Europees vlak in
voorbereiding. Volgens ons zou het ideaal zijn om de identiteitskaart
en het rijbewijs te vervatten in één kaart, maar ik heb begrepen dat de
Europese Commissie het rijbewijs als een apart document wil
behouden. Wat is uw visie?
du ministre de la Mobilité? Si les
règles sont assouplies en ce qui
concerne le financement des
lecteurs de cartes, en ira-t-il de
même pour d'autres frais de
fonctionnement?
Le ministre a-t-il l'intention de faire
figurer à terme les données
relatives au permis de conduire
sur la carte d'identité électronique?
La Commission européenne n'y
semble guère favorable.
10.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, voor zover
deontologisch mogelijk, zal ik antwoorden. Er worden hier immers een
vraag gesteld naar een mening in een lopende discussie. Op het
Vlaamse niveau zou u dat niet moeten proberen, want daar zijn het
serieuze jongens. U vraagt hier midden in een beslissingsproces wat
de minister denkt. Ik zal het toch zeggen. U profiteert ervan, maar bij
Leterme zou u dat niet moeten proberen.
Het is zo dat wij, zoals reeds gezegd, vrijdag wellicht een beslissing
gaan nemen over de juiste criteria. Mijn houding is dat alles wat de
verkeersveiligheid dient, past in het verkeersboetefonds. Het is het
belangrijkste om dat doel voor ogen houden. Voor het overige moet
men zien dat men de dynamiek van het effectief voeren van een
verkeersveiligheidspolitiek, ondersteunt door de criteria van het
boetefonds.
Wat betreft de vraag naar het Europees rijbewijs is het zo dat op
vraag van België de mogelijkheid is behouden om de twee te
integreren: de identiteitskaart en het rijbewijs. Niet alle landen voelden
zich geschikt of wilden zich binden aan deze optie. Deze optie is
echter niet uitgesloten.
10.02 Renaat Landuyt, ministre:
Tous ces aspects sont encore
l'objet d'un débat très animé.
Vendredi, nous prendrons sans
doute une décision sur les critères
auxquels il faudra satisfaire pour
pouvoir puiser dans le fonds des
amendes routières.
Personnellement, je pense que
toute initiative qui sert la sécurité
routière peut ressortir à ce fonds.
S'agissant du permis de conduire
européen, la possibilité a été
maintenue à la demande de la
Belgique de fusionner carte
d'identité et permis de conduire.
10.03 Jef Van den Bergh (CD&V): Wat dat laatste betreft, is dat al
zeker goed nieuws. Voor het overige begrijp ik dat ik u moeilijk kan
ondervragen over dingen waarover nog niet is beslist.
Aan de andere kant vraag ik mij toch af wat de kaartlezers bijdragen
tot de verkeersveiligheid. Voor de mobiele kaartlezers zou dat nog
gesteld kunnen worden, zeker wanneer het rijbewijs geïntegreerd
wordt met de identiteitskaart. Voor de vaste zie ik echter niet
onmiddellijk een link met verkeersveiligheid. Dit louter als bedenking.
10.03 Jef Van den Bergh
(CD&V): Je me réjouis de cette
fusion. Je comprends que le
ministre ne peut encore rien dire
sur des points qui n'ont pas
encore été tranchés mais je me
demande ce que des lecteurs de
cartes pourraient apporter à la
sécurité routière
.
Het incident is gesloten.
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de minister van Mobiliteit over "de evaluatie van de
verkeerswet" (nr. 5730)
11 Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de la Mobilité sur "l'évaluation de la loi sur la
11.01 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de minister, deze vraag
is ontstaan naar aanleiding van de nota die u ons bezorgd hebt op 23
februari met de eerste conclusies op basis van de evaluatie van de
verkeerswet door de werkgroepen van de federale commissie voor de
Verkeersveiligheid. In de kranten lazen we dat er na de evaluatie van
de verkeerswet niet meer zou gemorreld worden aan de verkeerswet.
Ik begrijp die uitspraak van u zeker, we kunnen niet blijven sleutelen.
We moeten duidelijkheid brengen met een eenduidige verkeerswet
die niet om de haverklap verandert. Het is zo al erg genoeg.
Anderzijds lezen we in die nota, in dat verslag van de
evaluatiecommissie, dat er toch een aantal aspecten zijn die een
verdere uitdieping en een grondiger evaluatie vragen en dat het dus
meer tijd vergt om de evaluatie grondig te doen. U hebt daarstraks al
verteld, al twee keer zelfs, dat de huidige evaluatie op drie sporen
verloopt, in de commissie voor de Verkeersveiligheid, in de regering
en in Parlement, in onze commissie. U staat natuurlijk enerzijds onder
tijdsdruk door de uitspraak van het Hof van Cassatie. Anderzijds lijkt
mij de periode tot 1 april - voor het Parlement naar ik aanneem nog
een tijdje langer qua tijdsdruk toch niet echt gezond om de evaluatie
echt ten gronde te doen en allerlei aspecten die hier vandaag ook al
aan bod zijn gekomen over de dadertherapie en dergelijke grondig te
evalueren en te bespreken. Als we dit alles grondig willen evalueren
en bespreken, dan denk ik dat de tijdsdruk die u zichzelf hebt
opgelegd met 1 april toch wel erg groot is.
11.01 Jef Van den Bergh
(CD&V): Le 23 février, le ministre
nous a remis une note comportant
les premières conclusions de
l'évaluation de la loi sur la
circulation routière, rédigée par le
groupe de travail de la commission
fédérale de la sécurité routière. Le
ministre a déclaré dans la presse
qu'après l'évaluation, la loi ne
subirait plus guère de
changements. C'est
compréhensible car nous devons
apporter de la clarté en instaurant
une réglementation sans
ambiguïté.
On peut, par ailleurs, lire dans la
loi que certains aspects
demandent une évaluation plus
poussée. L'évaluation est faite par
la commission de la sécurité
routière, le gouvernement et le
Parlement. Le ministre est pressé
par le temps en raison de la
décision de la Cour de cassation
et la période qui court jusqu'au 1
er
avril me paraît trop courte pour
procéder à une évaluation
fondamentale. Comment va-t-on
résoudre ce problème?
11.02 Minister Renaat Landuyt: Wat betreft de evaluatie van de
verkeerswet is het zo dat het op mijn initiatief is dat we de evaluatie
vroeger hebben gepland dan oorspronkelijk. Oorspronkelijk was ze
voorzien voor september 2005. Vanaf mijn aantreden leek het mij het
ideale moment om dat toch maar te vervroegen, vooral omdat er door
de associaties op aangedrongen werd om dit te doen. Nu dringen de
associaties op het eerste gezicht aan op meer tijd voor de evaluatie.
Dat is een beetje de omgekeerde positie geworden. Wat mij betreft is
er maar één punt echt cruciaal dringend en dat is de situatie van
artikel 29 van de verkeerswet met toch wel de coeur van het debat,
zijnde de categorieën van de overtredingen die volgens het
Arbitragehof door het Parlement moeten worden vastgelegd, al
hebben ze begrepen dat het op die manier is gebeurd. Dat moet
echter geformaliseerd worden in de wet. Dit formaliseren zonder
concreet de toepassing te doen waarvan men voelt dat iedereen er
voor een stuk in meegaat inzake de indeling van
verkeersovertredingen leek mij niet van elkaar los te koppelen. Het is
dat aspect dat voor een stuk in versnelling is gekomen, voor de rest is
er uiteraard ruimte om één en ander grondig te doen. Precies omwille
11.02 Renaat Landuyt, ministre:
Initialement, l'évaluation était
prévue pour septembre 2005 mais
j'ai pris l'initiative, à mon arrivée
aux affaires, de l'avancer à la
demande insistante des
associations qui, aujourd'hui,
réclament davantage de temps.
La seule modification à apporter
d'urgence concerne l'article 29 de
la loi sur la circulation routière,
lequel concerne les catégories
d'infractions qui, selon la Cour
d'arbitrage, doivent être définies
par le Parlement. En raison de la
qualité de la législation, les points
qui y ont trait seront évalués plus
rapidement et coulés dans une
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
van de kwaliteit van de wetgeving is dit punt echter wel dringend.
We zijn erop voorzien om vóór 1 april een voorstel van wetswijziging
klaar te hebben, waarmee we volgens de geplogenheden naar het
Parlement komen.
proposition de modification de la
loi d'ici au 1
er
avril. En ce qui
concerne les autres points, il y a
davantage de temps disponible
pour l'évaluation.
11.03 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u
voor uw antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de minister van Mobiliteit over "de territoriale beperking
van de bevoegdheid van de gemachtigde opzichters" (nr. 5731)
12 Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de la Mobilité sur "la limitation territoriale de la
compétence des surveillants habilités" (n° 5731)
12.01 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, de gemachtigde opzichters, die het verkeer kunnen
stilleggen om kinderen veilig de straat te laten oversteken, zijn qua
bevoegdheid beperkt tot het grondgebied van de gemeente die hun
die bevoegdheid heeft gegeven. Dat beperkt die opzichters uiteraard
in hun werkgebied. Ik geef het voorbeeld van kinderen, maar het kan
evengoed over wandelclubs voor senioren gaan.
De problemen ontstaan als een school, een buitenschoolse
kinderopvang of een kinderdagverblijf op uitstap gaat, op schoolreis
bijvoorbeeld. De bevoegde gemachtigde opzichters voor die school,
aangeduid door de gemeente, kunnen op dat moment, als de uitstap
buiten de gemeente gaat, niet dezelfde handelingen uitvoeren als aan
de school.
Hetzelfde geldt voor de wandelgroepen. Ik heb het voorbeeld
gekregen van de KWB. Wandelgroepen leiden binnen de gemeente
ook gemachtigde opzichters op. Als die wandelgroep de
gemeentegrens overschrijdt kan die opzichter geen enkele daad meer
stellen om die wandelgroep te beschermen.
Daarom is mijn vraag of die territoriale beperking echt een must is. Is
het niet zinvol om die begeleiders hun taak als gemachtigd opzichter
ook buiten het gemeentelijk grondgebied te laten uitoefenen?
12.01 Jef Van den Bergh
(CD&V): La compétence des
surveillants habilités se limite au
territoire de la commune qui leur a
accordé cette habilitation. Mais
cette règle pose des problèmes
d'ordre pratique, par exemple lors
des excursions. Est-il nécessaire
de maintenir cette limitation
territoriale?
12.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, collega's, er
is inderdaad een ministerieel rondschrijven van 5 juli 1999 betreffende
de gemachtigde opzichters dat stelt dat het perfect mogelijk is dat een
gemachtigde opzichter in de buurgemeenten of andere gemeenten
optreedt naar aanleiding van een uitstap of een schoolreis. Men dient
weliswaar het nodige te doen om van de betrokken gemeenten de
toestemming te krijgen.
12.02 Renaat Landuyt, ministre:
Une circulaire ministérielle du 5
juillet 1999 prévoit la possibilité,
pour un surveillant habilité,
d'intervenir dans les communes
limitrophes ou dans d'autres
communes, lors d'une excursion
ou d'un voyage scolaire. Il convient
toutefois de demander
l'autorisation préalable des
communes concernées.
12.03 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, dat is goed nieuws. Ik wist dat niet.
Anderzijds, er is een folder van het BIVV, Veilig op stap, waarin zij zelf
12.03 Jef Van den Bergh
(CD&V): Je l'ignorais. L'Institut
belge pour la sécurité routière a
édité un dépliant indiquant que les
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
stellen dat de leiders van een wandelgroep geen enkele bevoegdheid
hebben om de bestuurders aanwijzingen te geven om het verkeer stil
te leggen. Vanuit die bepalingen en communicatie is de vraag
gekomen van de KWB om eens na te vragen hoe dat ineen zit. Zij
maakten zich daarover zorgen.
guides de groupes de piétons ne
sont pas habilités à donner des
indications aux usagers en vue
d'arrêter la circulation. Le KWB
s'inquiète à ce sujet.
12.04 Minister Renaat Landuyt: Ik zal die folder van het BIVV eens
opvragen om te kijken of het niet kan verduidelijkt worden.
12.04 Renaat Landuyt, ministre:
Je vais me procurer un exemplaire
de ce dépliant et je verrai
comment clarifier la situation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de minister van Mobiliteit over "de verwarring rond
ondergeschikt transport in de landbouw" (nr. 5803)
13 Question de M. Jef Van den Bergh au ministre de la Mobilité sur "la confusion relative au transport
en sous-traitance dans le secteur agricole" (n° 5803)
13.01 Jef Van den Bergh (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, collega, in 2004 werden heel wat loonwerkers en
landbouwers geverbaliseerd voor het uitvoeren van ondergeschikt
transport. Althans, dat vertelt men mij, want ik heb daarvan geen
cijfers gezien. Wanneer een loonwerker bijvoorbeeld maïs of graan
oogst en het gehakseld of gedorst product naar huis brengt, is dat
eigenlijk nog steeds landbouwwerk op het traject tussen hoeve en
veld. Het traject hoeve-veld is een belangrijke bepaling voor dergelijke
transporten.
De controlediensten zijn het daarmee echter niet altijd eens. Zij
durven de loonwerker in kwestie wel eens te verbaliseren. Dat is
volgens mij een beetje het gevolg van de onduidelijkheid in de
regelgeving terzake.
Anderzijds moeten wij ook erkennen dat er wel eens misbruik wordt
gemaakt van de bepalingen in het landbouwverkeer, waardoor de
beroepsgoederenvervoerders zich dan weer onrecht aangedaan
voelen. Voor landbouwverkeer hoeven landbouwers of loonwerkers
zich met hun tractoren voor het traject hoeve-veld immers niet te
houden aan bepaalde voorwaarden, die voor beroepstransporten
natuurlijk wel gelden, zoals een eurovignet, tachograaf en
verkeersbelasting. Indien landbouwers of loonwerkers daarvan
misbruik maken en met hun tractoren die eigenlijk zijn voorbehouden
voor het landbouwwerk ook transport vervoeren voor derden, dan is
dat natuurlijk oneerlijke concurrentie. Die gunstmaatregelen voor het
werk, waarvoor die maatregelen zijn bestemd, brengen zij daardoor in
diskrediet, wat dan ook weer die gunstmaatregelen in het gedrang lijkt
te brengen.
Daarom is mijn vraag of er geen sluitende regeling kan komen, met
duidelijkheid, waarbij het echte landbouwverkeer kan blijven genieten
van de maatregelen zoals die nu bestaan, ook voor loonwerkers,
zolang het maar op het traject hoeve-veld is, en waarbij dat duidelijk
onderscheiden kan worden van het transport voor derden, al dan niet
met tractoren.
Mijnheer de minister, ik heb de volgende concrete vragen.
13.01 Jef Van den Bergh
(CD&V): De nombreux agriculteurs
ont été verbalisés en 2004 pour
avoir effectué des transports en
sous-traitance. Ils estiment que ce
transport de la ferme au champ
constitue bel et bien une activité
agricole, mais les services de
contrôle ne l'entendent pas
toujours de cette oreille. Cette
situation est due selon moi à
l'imprécision de la réglementation.
Force est de constater que des
abus sont commis en ce qui
concerne les dispositions relatives
au transport agricole. Dès lors, le
véritable travail agricole,
réglementé par des mesures
spécifiques, est discrédité et une
concurrence déloyale s'installe vis-
à-vis du secteur des transports.
Une réglementation cohérente en
matière de transport en sous-
traitance doit être instaurée,
faisant la distinction entre le
véritable travail agricole et le
transport effectué pour des tiers.
Le ministre pourrait-il nous donner
des précisions sur l'évolution du
nombre de contrôles? Quelles
sont les directives suivies par les
contrôleurs à l'occasion des
contrôles des agriculteurs et des
travailleurs agricoles qui
transportent leurs produits vers
l'exploitation agricole? Comment
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
Kan u de evolutie van het aantal controles voor de laatste vijf jaar
schetsen? Dat is natuurlijk wat statistiek.
Hoeveel landbouwtractoren en -voertuigen werden er in 2004 in het
kader van de wegcontroles gecontroleerd?
Wat zijn de richtlijnen dat is de kern van de vraag daaromtrent die
de controleur volgt tijdens de controles van landbouwers en
loonwerkers die een product naar huis vervoeren? Daarover bestaat
klaarblijkelijk wat verwarring en geen duidelijke eensgezindheid.
Welke stappen kunt of zult u ondernemen om de verwarring
daaromtrent weg te nemen?
éviter toute confusion?
13.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, waarde
collega, wat de eerste vraag betreft: er zijn geen aparte statistieken.
Wat de tweede vraag betreft, van het aantal gecontroleerde
landbouwtractoren hebben wij ook geen specifieke gegevens. Er zijn
soms wel speciale acties voorzien voor landbouwvoertuigen. Ik denk
dan aan de periodes van bietencampagnes en graanoogst.
Derde en vierde vraag. Het is de vraag of er wel verwarring is. De
controlediensten gaan in op alle klachten, meestal van
vervoermaatschappijen, in de richting van oneerlijke concurrentie.
Dan moet men in concreto nakijken of de zogenaamde loonwerkers
en het zogenaamde landbouwverkeer effectief, in de feiten,
landbouwverkeer is. Dat betekent dat men letterlijk controleert van
waar de goederen komen en waar ze heen gaan en dit op het
moment zelf. Eigenlijk kan men wellicht de theorie en de regel niet
beter omschrijven dan vandaag: men moet, van zodra er aanleiding
toe is, goed controleren. Ik weet zeer goed dat wij nu en dan berichten
krijgen van vervoermaatschappijen of organisaties die wijzen op
eigenaardig landbouwverkeer.
13.02 Renaat Landuyt, ministre:
Les données relatives au nombre
de tracteurs contrôlés ne sont pas
disponibles. Les services de
contrôle donnent suite à toutes les
plaintes. Dès que la situation le
justifie, ils procèdent à des
contrôles. Les règles sont bien
définies.
13.03 Jef Van den Bergh (CD&V): Volgens u is er dus eigenlijk niet
echt een probleem met de regelgeving en hangt het er een beetje van
af hoe die wordt geïnterpreteerd.
13.03 Jef Van den Bergh
(CD&V): Ce ne sont donc pas les
règles qui posent problème mais
leur interprétation.
13.04 Minister Renaat Landuyt: Nee, het hangt er van af hoe er
gecontroleerd wordt. De instructies zijn om strikt te controleren. Er
wordt geen systematische controle gedaan, maar iedere klacht wordt
heel specifiek gecontroleerd, zodat je uiteindelijk kunt nagaan of ze
buiten het terrein zijn gekomen van transport ondergeschikt aan de
landbouw.
13.04 Renaat Landuyt, ministre:
Il n'y a aucun contrôle
systématique mais chaque plainte
fait l'objet d'un contrôle spécifique
pour vérifier si l'on est sorti des
limites du secteur agricole.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de Mme Camille Dieu au ministre de la Mobilité sur "la possibilité d'accorder le 'contrôle
technique' des véhicules à des garages indépendants" (n° 5699)
14 Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister van Mobiliteit over "de mogelijkheid de
autokeuring aan onafhankelijke garages toe te vertrouwen" (nr. 5699)
14.01 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, ce n'est pas la
première fois que vous évoquez l'idée de permettre à certains
garages de réaliser le contrôle technique des véhicules, contrôle
14.01 Camille Dieu (PS): U heeft
de idee geopperd om de
technische keuring van voertuigen
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
aujourd'hui effectué par des centres agréés.
L'arrêté royal de 1968 dit notamment que les véhicules mis en
circulation doivent subir des contrôles, que ces contrôles sont
effectués par des organismes agréés, avec des conditions
d'agrément, des règles de contrôle et que les organismes en question
peuvent percevoir des redevances pour couvrir les frais du contrôle et
les frais administratifs.
J'ai eu l'occasion de vous voir à la télévision il y a quinze jours quand
vous avez évoqué ce problème. Si j'interprète correctement les
propos que vous avez tenus, vous voudriez, par une modification des
règles en vigueur aujourd'hui, autoriser des garages à attester de la
conformité des véhicules auprès des centres agréés en regard des
périodicités qui sont fixées par l'article 23ter.
A ce jour, les centres de contrôle technique doivent répondre à des
normes fixées par arrêté royal et je suppose que si vous voulez ouvrir
ces contrôles à d'autres opérateurs, ces derniers devront répondre à
des critères aussi rigoureux que ceux qui sont aujourd'hui en vigueur
pour les organismes agréés.
Comment allez-vous organiser tous ces agréments?
Cette proposition se limite-t-elle aux véhicules automobiles des
particuliers ou allez-vous l'étendre à d'autres catégories de matériel
roulant?
Par ailleurs, ne craignez-vous pas que ce nouveau rapport entre le
garagiste et ses clients ne mette en péril le caractère indépendant du
contrôle et que les garagistes soient à la fois juges et parties?
N'allez-vous pas, ce faisant, favoriser les gros garages au détriment
des petits?
Je connais pas mal de gens qui effectuent eux-mêmes les
réparations à leurs voitures. Je vous dirais, même si je n'en ai pas
besoin, que mon époux s'occupe de ma voiture car il est passionné
par la mécanique automobile.
Mais par rapport à tout cela, faute de moyens, de nombreuses
personnes procèdent elles-mêmes aux réparations automobiles. Et je
me demande comment on va pouvoir assurer tout cela. Etant donné
que je vous ai entendu, le dimanche soir, au cours de l'émission
"Mobile" diffusée par la RTBF, je me suis dit que c'était l'occasion de
vous interroger à ce propos et peut-être de rassurer certains.
door bepaalde garages te laten
uitvoeren in plaats van door de
erkende centra. De centra voor
technische autokeuring moeten
thans aan normen voldoen die bij
koninklijk besluit werden
vastgesteld. Als u die keuring ook
door andere operatoren wil laten
uitvoeren, dan zullen
laatstgenoemden aan even
strenge criteria moeten voldoen.
Hoe zal u al die erkenningen
regelen? Is dat voorstel beperkt tot
de voertuigen van particulieren of
zal u een en ander ook uitbreiden
tot andere categorieën? Vreest u
niet dat die nieuwe verhouding
tussen de garagehouder en zijn
cliënten het onafhankelijk karakter
van de controle in het gedrang zal
brengen? Zal u met die maatregel
de grote garagehouders niet
bevoordelen ten opzichte van de
kleine garages?
Heel wat mensen herstellen hun
auto zelf. Ik vraag me af hoe men
dat verzekeringstechnisch zal
regelen.
14.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, avant de
répondre, je voudrais adresser une petite remarque à Mme Dieu: ce
n'est pas la première fois que vous me posez une question, mais c'est
la première fois que vous me nommez Ronald et pas Renaat, qui est
la traduction de René.
14.03 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, c'est ma secrétaire
qui n'est pas encore habituée, mais je lui dirai, rassurez-vous.
14.04 Renaat Landuyt, ministre: Mais faites-le alors en toute
sympathie.
14.04 Minister Renaat Landuyt:
Die reorganisatie heeft tot doel
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
En ce qui concerne la réponse, sachez que cette réorganisation vise à
récompenser les gens qui entretiennent bien leur véhicule, en leur
accordant une dispense du contrôle technique pour une période fixe.
De plus, elle vise également à améliorer la qualité des véhicules sur
nos routes, à mieux contrôler les véhicules qui se présentent au
contrôle technique obligatoire en vue d'améliorer la sécurité routière.
Je me réfère à l'étude de Test-Achats qui révélait: "On contrôle
beaucoup de voitures, mais on ne les contrôle pas bien. On les
contrôle plus vite qu'auparavant, mais cela ne signifie pas qu'on les
contrôle vraiment bien."
Quant à votre deuxième question, la nouvelle méthode de travail dont
j'ai parlé se limite aux voitures de tourisme. Elle ne s'applique pas aux
poids lourds, ni aux véhicules agricoles, etc. Nous avons mis au point
un groupe de travail afin de développer un système amélioré sans
mettre en péril la relation actuelle entre le garagiste et ses clients,
sans discriminer les petits garagistes, etc.
Il est encore trop tôt pour se prononcer sur les détails.
personen die hun voertuig goed
onderhouden, te belonen. Zij strekt
er eveneens toe de kwaliteit van
de voertuigen op onze wegen te
verbeteren.
De nieuwe methode geldt enkel
voor de personenwagens.
Een werkgroep beraadt zich
momenteel over de ontwikkeling
van een systeem waarbij de
verhouding tussen de
garagehouder en zijn cliënten niet
in het gedrang komt en de kleine
garagehouders niet worden
gediscrimineerd.
Het is nog te vroeg om zich over
de details uit te spreken.
14.05 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, j'ai bien entendu que
vous mettiez sur pied un groupe de travail pour améliorer le système.
Je me dis donc qu'en attendant les conclusions de ce groupe de
travail, je ne polémiquerai pas plus longtemps.
Je voudrais tout de même vous rendre attentif à cette notion
d'indépendance qu'il faut pouvoir garder. Je sais qu'il y a eu des
couacs dans les contrôles techniques. Je sais aussi comment, à
certains endroits, on glisse une petite pièce ou on se présente en
minijupe.
L'indépendance n'est pas forcément garantie. Il est donc nécessaire
d'améliorer le système. Je ne suis vraiment pas sûre que demander
aux garagistes d'effectuer ce travail, sans critère autrement défini et
sans contrôle de ces garages, soit la solution. Qui contrôlera que le
garagiste fera bien ce qu'il a à faire? Les garagistes ne sont pas
assermentés, ils travaillent en tant que privés. Tout cela est
inquiétant.
J'espère donc que ce groupe de travail tiendra compte des remarques
que j'ai formulées aujourd'hui. D'ailleurs, lorsque vous aurez terminé
vos travaux, cela me ferait plaisir que vous nous avertissiez avant
d'en faire part à la RTBF.
14.05 Camille Dieu (PS): De
onafhankelijkheid is niet
noodzakelijk gegarandeerd. Die
regeling moet dan ook worden
verbeterd. Ik ben er niet zeker van
dat het een goede oplossing is om
de garagehouder te vragen die
taak op zich te nemen, zonder dat
nadere criteria worden bepaald en
enige controle wordt uitgeoefend.
Ik hoop dan ook dat die werkgroep
rekening zal houden met mijn
opmerkingen.
Ik zou het voorts op prijs stellen
dat wanneer die werkzaamheden
afgerond zijn, u ons dat zou
melden alvorens daarmee in de
media naar buiten te komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Question de Mme Camille Dieu au ministre de la Mobilité sur "la refonte de la directive européenne
15 Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister van Mobiliteit over "de herziening van de
Europese richtlijn betreffende het rijbewijs" (nr. 5828)
15.01 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre,
pour la commission des Transports du Parlement européen, il est
temps d'abandonner les permis de conduire papier encore utilisés par
pas mal d'Etats membres et d'établir un modèle carte de crédit. Selon
15.01 Camille Dieu (PS): De
Commissie regionaal beleid,
vervoer en toerisme van het
Europees Parlement is van
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
la commission, "d'ici les 20 ans à venir, l'ensemble de la
Communauté devrait pouvoir disposer d'un permis de conduire de
format unique". Cet objectif de remplacer les 110 modèles aujourd'hui
existants de permis de conduire dans les 25 Etats membres par un
modèle unique n'est pas une mauvaise chose, évidemment. On
pourra ainsi limiter les fraudes, faciliter les déplacements de
conducteurs et accroître la sécurité sur les routes.
Il s'agit de trouver un équilibre entre l'introduction rapide d'un nouveau
permis amélioré et la prise en compte des différentes traditions
nationales concernant la délivrance du permis de conduire. On
pourrait citer, par exemple, les restrictions relatives à l'âge dans
certains pays. En tout état de cause, le permis de conduire ne devrait
pas se solder par une restriction des droits acquis du citoyen.
Par ailleurs, les Etats membres doivent pouvoir insérer une puce, s'ils
le souhaitent, afin d'optimaliser à leur manière les mesures anti-
fraudes. Toujours en vue de combattre les fraudes, la commission
exige que, dans chaque Etat, il existe un seul point de contact, une
agence unique, pour fournir les informations sur le permis de
conduire, histoire de créer un réseau européen en la matière. Ainsi,
les Etats membres de l'Union pourraient refuser de délivrer un permis
à un demandeur dont le permis aurait été frappé de restriction, de
suspension, voire qui aurait été retiré dans un autre Etat membre.
Toutes ces mesures visant à améliorer la sécurité de tous sont, à
mon sens, louables.
En ce qui concerne la question délicate des contrôles médicaux, les
débats s'orienteraient sur la possibilité laissée à chaque Etat de limiter
la durée de validité du permis, par exemple, en présence de certaines
affections médicales.
La Belgique adhère-t-elle à ces propositions de la commission des
Transports du Parlement européen? Dans l'affirmative, comment
envisagez-vous l'application des propositions émises? Auriez-vous
déjà songé à l'organisme chargé de cette mission d'information sur
les permis de conduire, etc.?
oordeel dat het papieren rijbewijs
zijn beste tijd gehad heeft en
vervangen moet worden door een
plastic model op
creditcardformaat. Dat rijbewijs
moet fraudebestendiger zijn, het
vrije verkeer van bestuurders
vergemakkelijken en de wegen
veiliger maken. Hoe dan ook zou
een en ander niet mogen
uitdraaien op een inperking van de
verworven rechten van de burgers.
De lidstaten moeten de
mogelijkheid hebben een
microchip in de kaart in te bouwen
teneinde fraude nog efficiënter
tegen te gaan. Nog steeds in het
kader van de fraudebestrijding wil
de EP-commissie dat er in elke
lidstaat één enkel centraal
contactpunt komt, teneinde op die
manier een Europees
informatienetwerk tot stand te
brengen. De discussie zou gaan
over de bevoegdheid van elke
lidstaat om de geldigheidsduur van
het rijbewijs te beperken voor
houders met bepaalde
aandoeningen.
Steunt België de voorstellen van
de EP-commissie vervoer? Zo ja,
hoe denkt u die voorstellen toe te
passen? Hoe zal u het orgaan dat
informatie moet verstrekken over
de rijbewijzen concreet in het
leven roepen?
15.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, madame, le
21 octobre 2003, la Commission européenne a introduit une
proposition de directive relative au permis de conduire, appelée à
remplacer la directive actuelle.
C'est lors du Conseil européen du 7 octobre 2004 que les ministres
des Transports se sont mis d'accord sur ce document, lui donnant
dans la procédure le statut d'orientation commune. En résumé, après
proposition de la commission, un débat a été organisé le 7 octobre et,
au cours de cette séance, les ministres ont donné leur accord.
Ensuite, un débat s'est tenu au Parlement européen, au cours duquel
80 amendements furent approuvés. Ce texte reviendra donc, via la
Commission, devant le Conseil des ministres. J'ignore encore à quelle
date.
Le texte sur lequel j'ai donné mon accord est l'orientation commune
résultant du Conseil du 7 octobre dernier; je ne m'exprimerai donc
pas encore sur le texte du Parlement. Dans le texte sur lequel j'ai
donné mon accord, il n'est pas question de remplacer les permis
actuellement en circulation. C'est le Parlement européen qui s'est
15.02 Minister Renaat Landuyt:
De Commissie heeft een voorstel
van richtlijn betreffende het
rijbewijs ingediend dat de huidige
richtlijn zou moeten vervangen. De
ministers van Vervoer zijn het
eens geworden over dat
document, waardoor het het
statuut van gemeenschappelijk
richtsnoer heeft gekregen.
Vervolgens heeft in het Europees
Parlement een debat ter zake
plaatsgevonden. Die tekst zal via
de Commissie opnieuw aan de
Ministerraad worden voorgelegd.
Ik weet echter nog niet wanneer
precies.
In de tekst van het
gemeenschappelijk richtsnoer is er
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
prononcé pour le remplacement des permis sur support papier dans
un délai de dix ans. J'avais personnellement l'impression que ce délai
était trop court pour réaliser toutes les opérations nécessaires.
Quant à l'introduction d'une puce comme permis dans une carte de
crédit, elle ne sera possible qu'à partir du moment où des experts
émanant des divers Etats membres se seront mis d'accord sur ses
prescriptions techniques.
La directive 91/439 actuelle prévoit déjà que les Etats membres
s'assistent mutuellement dans l'application de la directive et
s'échangent les informations sur le permis qu'ils ont délivré, échangé
et remplacé. De plus, elle accorde à un Etat membre la faculté de
refuser la délivrance d'un permis à une personne faisant l'objet d'une
restriction, d'une suspension, d'un retrait ou d'une annulation du droit
de conduire dans un autre Etat membre.
Tant le texte de l'orientation commune que celui du Parlement
européen renforcent maintenant ces dispositions, en imposant la
consultation mutuelle et en interdisant la reconnaissance et la
validation de tout permis frappé par une restriction, une suspension,
un retrait ou une annulation du droit de conduire. A cette fin, il sera
effectivement créé un réseau européen d'échange d'informations. Les
experts de mon département participent activement aux débats du
groupe de travail qui doit organiser ce réseau et fixer ses modalités
de fonctionnement.
En Belgique, comme le prévoit la Commission, l'organe chargé de la
mission d'information sera la Direction "Sécurité routière" de mon
département, responsable de la délivrance des permis de conduire.
L'intégration de la directive dans la législation belge implique de
définir les modalités de réalisation de cette nouvelle forme de permis.
Ces modalités seront définies et proposées par cette Direction dans le
cadre d'un projet d'amélioration se rapportant au permis de conduire.
Le démarrage de ce projet est prévu dans les toutes prochaines
semaines.
geen sprake van een vervanging
van de thans in omloop zijnde
rijbewijzen. Het is het Europees
Parlement dat zich in die zin heeft
uitgesproken.
De invoering van een chipsysteem
zal pas kunnen worden overwogen
nadat een groep van deskundigen
het over de technische
voorschriften ervan eens zal zijn
geworden.
15.03 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, je suis contente
d'avoir appris tout cela. Il était intéressant et important d'obtenir toutes
ces informations très précises. Je vous remercie, monsieur le
ministre.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister van Mobiliteit over "parkeerkaarten voor
bewoners" (nr. 5868)
16 Question de M. Dylan Casaer au ministre de la Mobilité sur "les cartes de stationnement pour
16.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, geachte collega's, mijn eerste vraag gaat over
parkeerkaarten voor bewoners in het kader van autodelen.
Sedert 1 juni 2004 kunnen de steden en gemeenten zelf de
verantwoordelijkheid nemen voor het uitreiken van parkeerkaarten. De
vroegere beperking van één kaart per wooneenheid is weggevallen.
16.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit):
Depuis le 1er juin 2004, les villes
et les communes sont
responsables de la délivrance des
cartes de stationnement pour les
riverains. Depuis lors, le système
des voitures en "car sharing"
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
De voorbije maanden zagen we het fenomeen "autodelen" opduiken in
Vlaanderen, Brussel en zelfs Wallonië. Er is één organisatie die zich
bezighoudt met autodelen: Cambio. Daarnaast zijn er ook particuliere
initiatieven van mensen bijvoorbeeld familieleden, buren of vrienden
die samen een wagen delen.
Acht de minister het mogelijk dat de steden en gemeenten ook voor
de particuliere initiatieven verschillende bewonerskaarten uitreiken per
personenwagen indien deze gedeeld wordt door verschillende
personen? Indien de minister dat beschouwt als een bevoegdheid van
de steden en gemeenten, heeft hij dan een idee over hoe het kan
geregeld worden? Indien de minister hiervoor maatregelen moet
nemen, is hij dan bereid het ministerieel besluit in die zin aan te
passen?
connaît un succès grandissant.
Dans la plupart des villes, un
accord a été conclu avec Cambio,
la société qui organise le système
des voitures en "car sharing", pour
que des places de stationnement
soient réservées en des endroits
stratégiques.
Plusieurs cartes de riverain
peuvent-elles être délivrées par
voiture si plusieurs personnes se
partagent la même voiture? Les
villes et communes sont-elles
compétentes pour prendre la
décision en la matière? Le
ministre adaptera-t-il l'arrêté
ministériel afin que les personnes
privées participant à un système
de "car sharing" puissent avoir
droit à une carte de riverain,
même si elles ne disposent pas de
leur propre voiture?
16.02 Minister Renaat Landuyt: Volgens artikel 3 van het ministerieel
besluit van 18 december 1991 kan de gemeente enkel
bewonerskaarten uitreiken aan personen op wiens naam het voertuig
is ingeschreven of aan personen die bestendig over de wagen
beschikken. Er stelt zich geen enkel probleem voor particulieren die
de auto delen met hun inwonende familieleden, buren of vrienden
zolang zij de auto parkeren in de zone waarvoor de bewonerskaart
werd uitgereikt.
Het probleem begint echter als men te ver van elkaar woont. Het
toestaan van meerdere bewonerskaarten voor een enkele
personenwagen, geldig in meerdere parkeerzones, zou evenwel zo
vreest men tot misbruiken kunnen leiden. Ik denk echter in alle
bescheidenheid dat men binnen de huidige regelgeving een
plaatselijke reglementering zou kunnen voorzien om het toch toe te
laten. Meestal staat men dat nu niet toe uit angst voor misbruiken.
16.02 Renaat Landuyt, ministre:
Conformément à l'article 3 de
l'arrêté ministériel du 18 décembre
1991, les communes ne peuvent
délivrer la carte de riverain qu'aux
personnes au nom desquelles le
véhicule est immatriculé ou à des
personnes qui disposent en
permanence d'un véhicule. Les
personnes privées qui partagent la
voiture avec des membres de la
famille vivant sous le même toit,
avec des voisins ou encore avec
des amis, n'auront aucun
problème s'ils stationnent la
voiture dans la zone pour laquelle
la carte a été délivrée. Un
problème se pose par contre si
l'on habite trop loin l'un de l'autre.
L'actuel régime n'exclut pas à mon
avis une réglementation locale
permettant la délivrance de
plusieurs cartes pour une seule
voiture et qui est valable dans
plusieurs zones. Toutefois, cela ne
se fait généralement pas par
crainte des abus.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister van Mobiliteit over "de voortzetting van het project
van de spoorlijncomités" (nr. 5869)
CRIV 51
COM 520
07/03/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
17 Question de M. Dylan Casaer au ministre de la Mobilité sur "la continuation du projet des comités
17.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, spoorlijncomités zijn een vorm van overlegorgaan tussen
treingebruikers, de NMBS en andere betrokken partijen bij een
bepaalde spoorlijn.
In Vlaanderen zijn er onder andere een aantal spoorlijncomités op de
lijn Antwerpen-Puurs en Gent-Eeklo. Vooral dat laatste comité heeft
zijn nut gehad en heeft een aantal verbeteringen aan deze lijn kunnen
aanbrengen. Ook de provincie Oost-Vlaanderen heeft dit onderkend
door dit initiatief bijkomend te steunen.
Ik heb de volgende vragen. Bent u van plan om de werking van
dergelijke comités te continueren en financieel te ondersteunen? Ik
weet dat er overleg is met de provincie om ook van die kant de steun,
althans wat het comité voor de lijn Gent-Eeklo betreft, te continueren.
Bent u van plan om nieuwe comités op te richten? Zal het concept
van de spoorlijncomités worden opgenomen in de
beheersovereenkomsten met de verschillende entiteiten van de
NMBS?
17.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit):
Les comités de ligne ferroviaire
sont des organes de concertation
entre les usagers des chemins de
fer, la SNCB et d'autres
intéressés. La Flandre compte
notamment des comités pour les
lignes Anvers-Puurs et Gand-
Eeklo. C'est d'ailleurs sous
l'impulsion de ce dernier comité,
qui a bénéficié d'un soutien
supplémentaire de la province de
Flandre orientale, que de
nombreuses améliorations ont pu
être apportées.
Le ministre a-t-il l'intention de
veiller à ce que ces comités
puissent continuer à fonctionner et
envisage-t-il de les
soutenir financièrement? Créera-t-
il de nouveaux comités? Ces
comités seront-ils intégrés dans
les contrats de gestion conclus
avec les entités de la SNCB?
17.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, de werking
van de zes spoorlijncomités werd georganiseerd door de twee grote
belangenverenigingen van openbaarvervoergebruikers in ons land: de
Bond van Trein-, Tram- en Busgebruikers in Vlaanderen en
l'Association des Clients des Transports Publics in Wallonië.
In de periode van eind 2002 tot 2004 is hierin dermate goed werk
geleverd dat het werk eigenlijk af is. Daardoor zijn zelfs de genoemde
organisaties niet direct vragende partij om dezelfde structuren
opnieuw op te zetten of te laten financieren. Er moet evenwel
geprobeerd worden om samen met die organisaties een goede
samenspraak te hebben in het kader van de nieuwe structuren rond
spoor en spooruitbating.
17.02 Renaat Landuyt, ministre:
La "Bond van Trein-, Tram- en
Busgebruikers" et l'Association
des Clients des Transports publics
ont organisé le fonctionnement
des six comités de ligne ferroviaire
existants. Entre 2002 et 2004, ces
comités ont fait du bon travail, à
un point tel que leur mission est,
au fond, terminée. Je pense que
même les associations de défense
des droits des usagers des
chemins de fer ne sont pas
demandeuses d'un
renouvellement des mêmes
structures. Toutefois, nous
devrons nous efforcer de nous
entendre avec elles dans le cadre
des nouvelles structures
ferroviaires.
17.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit): We zullen dat opvolgen in de
toekomst, samen met de organisaties.
De voorzitter: Bedankt, we hebben het ei zo na gehaald.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07/03/2005
CRIV 51
COM 520
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
32
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 16.03 uur.
La réunion publique de commission est levée à 16.03 heures.