CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 507
CRIV 51 COM 507
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
mardi
dinsdag
22-02-2005
22-02-2005
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Tony Van Parys à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
règlement électoral pour les élections des
organes représentatifs du culte musulman du
20 mars 2005 tel qu'il a été publié au Moniteur
belge du 14 février 2005" (n° 5606)
1
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
verkiezingsreglement voor de verkiezing van
20 maart 2005 van de representatieve organen
van de islamitische eredienst zoals gepubliceerd
in het Belgisch Staatsblad van 14 februari 2005"
(nr. 5606)
1
Orateurs:
Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Hilde Claes à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "le projet-
pilote de vidéoconférence" (n° 5370)
3
Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
proefproject videoconferentie" (nr. 5370)
3
Orateurs: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Guy Hove à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la réforme
des arrondissements judiciaires" (n° 5492)
5
Vraag van de heer Guy Hove aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de
hervorming van de gerechtelijke
arrondissementen" (nr. 5492)
5
Orateurs: Guy Hove, Laurette Onkelinx, vice-
première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Guy Hove, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de Mme Zoé Genot à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
astreintes dans les conflits sociaux" (n° 5483)
6
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "het
opleggen
van dwangsommen bij sociale
conflicten" (nr. 5483)
7
Orateurs: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Questions jointes de
8
Samengevoegde vragen van
8
- Mme Zoé Genot à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "les élections
musulmanes et les connaissances linguistiques"
(n° 5484)
8
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie over "de verkiezing van de
moslimraad en de talenkennis" (nr. 5484)
8
- Mme Zoé Genot à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "la discrimination entre
électeurs lors des élections du culte musulman"
(n° 5622)
8
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie over "de discriminatie
tussen kiezers tijdens de moslimverkiezingen"
(nr. 5622)
8
Orateurs: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice
Sprekers: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie
Question de M. Francis Van den Eynde à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
mesures judiciaires contre les courses urbaines"
(n° 5504)
12
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de justitiële maatregelen tegen straatraces"
(nr. 5504)
12
Orateurs: Francis Van den Eynde, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Francis Van den Eynde, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Jean-Pierre Malmendier à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
recrutement des référendaires près les cours
d'appel et près les tribunaux de première
instance" (n° 5525)
14
Vraag van de heer Jean-Pierre Malmendier aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de werving van referendarissen bij de hoven
van beroep en de rechtbanken van eerste aanleg"
(nr. 5525)
14
Orateurs: Jean-Pierre Malmendier, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Jean-Pierre Malmendier, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Question de Mme Yolande Avontroodt à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'annonce de la création d'une banque-carrefour
de jeunes délinquants" (n° 5530)
16
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de aangekondigde kruispuntbank voor criminele
jongeren" (nr. 5530)
16
Orateurs: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE LA JUSTICE
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
du
MARDI
22
FÉVRIER
2005
Matin
______
van
DINSDAG
22
FEBRUARI
2005
Voormiddag
______
De vergadering wordt geopend om 10.21 uur door de heer Alfons Borginon, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.21 heures par M. Alfons Borginon, président.
01 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
verkiezingsreglement voor de verkiezing van 20 maart 2005 van de representatieve organen van de
islamitische eredienst zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 14 februari 2005" (nr. 5606)
01 Question de M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le
règlement électoral pour les élections des organes représentatifs du culte musulman du 20 mars 2005
tel qu'il a été publié au Moniteur belge du 14 février 2005" (n° 5606)
01.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
vice-eerste minister, in het Belgisch Staatsblad van 14 februari 2005
vorige week maandag op Valentijnsdag is het verkiezingsreglement
verschenen voor de verkiezingen van 20 maart 2005 van de
representatieve organen van de islamitische eredienst. Dit is een vrij
opvallend gegeven mits de publicatie van 14 februari gaat over een
reglement waarbij, onder meer, de inschrijvingsformulieren als kiezer
uiterlijk 31 januari reeds moesten binnen zijn en waarbij de kiezers
zich tot en met 13 februari, de dag voor de publicatie, konden
inschrijven. Ook de inschrijving als kandidaat moest uiterlijk 23 januari
2005 gebeuren. Dan is het toch wel eigenaardig dat dit wordt
gepubliceerd nadat al deze vervaldata voor de inschrijving op de
kiezerslijsten en de inschrijving als kandidaat zijn verstreken.
De vraag is dan ook hoe dit administratiefrechtelijk kan worden
verantwoord. Is deze laattijdige publicatie conform de algemene
beginselen van behoorlijk bestuur? Wat zijn de consequenties
daarvan voor de verkiezingen van 20 maart 2005 vermits het
verkiezingsreglement is gepubliceerd na het verstrijken van de data
voor de indiening van de kandidaturen en de inschrijving als kiezer?
Waaraan is deze laattijdige publicatie te wijten?
01.01 Tony Van Parys (CD&V):
Le règlement des élections des
organes représentatifs du culte
islamique a été publié au
"Moniteur belge" le 14 février
2005. Toutefois, les dates relatives
à l'inscription sur les listes
électorales et à l'inscription en tant
que candidat sont déjà largement
dépassées.
Comment justifier ce dépassement
d'un point du vue administratif?
Cette publication tardive est-elle
conforme aux principes généraux
de bonne administration? Quelles
sont les raisons de cette
publication tardive? Aura-t-elle une
incidence sur les élections?
01.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, mag ik u
eraan herinneren dat wij krachtens de wet van 20 juli 2004 wensten
dat de commissie belast met de hernieuwing van de overlegorganen
van de islamitische eredienst met de grootst mogelijke
onafhankelijkheid zou kunnen werken? Als lid van de uitvoerende
macht is het dus niet aan mij om de beslissingen die de commissie
nam, te rechtvaardigen of er commentaar op te geven.
Ik wil niettemin uw aandacht vestigen op het feit dat de commissie
met de grootste transparantie wilde werken. Zij heeft eerst de
algemene principes van deze verkiezingen vastgelegd in de vorm van
een synthesedocument. Dit document werd reeds in december naar
elke moskee gestuurd en stond eveneens op de website van de
01.02
Laurette Onkelinx,
ministre: La loi du 20 juillet 2004
dispose que la commission
chargée du renouvellement des
organes du culte islamique
bénéficie
d'une indépendance
maximale dans son
fonctionnement. Il ne m'appartient
donc pas de commenter des
décisions de la commission.
La commission attache de
l'importance à la transparence.
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
commissie. Verder werden door deze commissie drie informatiedagen
georganiseerd, één in Brussel, één in Luik en één in Antwerpen, om
de toekomstige organisatie van deze verkiezingen uit te leggen en de
principes te duiden die men bij die gelegenheid moet toepassen.
De commissie keurde op 12 januari 2005 een verkiezingsreglement
goed, waarin de algemene principes voorkomen die in het eerste
document werden afgekondigd. Toen werden echter ook alle
technische specificaties vermeld die noodzakelijk zijn voor de
realisatie van de verkiezingsprocedure.
De publicatie in het Belgisch Staatsblad van 14 februari kwam dus
boven op de andere manieren van bekendmaking die de commissie
heeft aangewend en die veel meer specifiek waren gericht tot de
islamitische bevolking. Ik nodig u derhalve uit om contact op te nemen
met de commissie die deze publicatie in het Belgisch Staatsblad zal
kunnen rechtvaardigen, een publicatie die trouwens geenszins
verplicht was door de wet van 20 juli 2004.
Les principes généraux des
élections ont été définis dans un
document de synthèse, envoyé au
mois de décembre aux mosquées
et publié sur le site Web. Trois
journées d'information ont ensuite
été organisées en vue d'expliquer
l'organisation des élections.
Le règlement des élections,
contenant les principes généraux
du document de synthèse ainsi
que des spécifications plus
techniques, a été approuvé le 12
janvier. La publication au
"Moniteur belge" est venue
s'ajouter aux autres modes de
publication, orientés plus
spécifiquement vers la population
islamique.
Il convient de s'adresser à la
commission pour obtenir une
justification de cette publication,
qui n'est d'ailleurs pas obligatoire.
Lors des premières élections, en
1988, le règlement n'avait fait
l'objet d'aucune publication au
"Moniteur".
01.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
vice-eerste minister, ik ga mij niet wenden tot de commissie omdat
men mij dat kwalijk zou kunnen nemen. In de politieke verhoudingen
stelt een parlementslid een vraag aan een minister die politiek
verantwoordelijk is voor een materie. U bent ongetwijfeld
verantwoordelijk voor de materie in kwestie. Wat dat betreft, is de
parlementaire controle in deze zaak evident gericht tot de minister die
deze verantwoordelijkheid draagt.
Er is natuurlijk een fundamenteel probleem. U zegt terecht dat die
publicatie in het Staatsblad niet verplicht was. Dat zal dus wel zo zijn,
maar zodra men van het instrument van het Belgisch Staatsblad
gebruikmaakt en een officiële publicatie doet van een
verkiezingsreglement, veronderstelt dit dat op dat ogenblik alle
termijnen niet zijn verstreken en vastgelegd. Ik vrees dat is gezondigd
tegen de fundamentele beginselen van het administratief recht. Ik
hoop dat dit geen gevolgen zal hebben op de verkiezingen. Het zou
immer bijzonder jammer zijn dat deze wijze van werken de
verkiezingen of de rechtsgeldigheid van de verkiezingen in het
gedrang zou brengen, laat staan dat sommigen de rechtsgeldigheid
zouden kunnen betwisten. Ik meen dat dit beter was voorkomen dan
het achteraf te moeten genezen. Ik hoop dat hier geen brokken van
komen.
01.03 Tony Van Parys (CD&V):
Je ne m'adresserai pas à la
commission. Le ministre porte en
effet une responsabilité politique
dans cette matière.
Il se pose un problème
fondamental. La publication au
"Moniteur belge" n'est en effet pas
obligatoire mais en cas de
publication, cela suppose que tous
les délais ne sont pas encore
expirés. L'actuel mode de travail
risque de mettre en péril la validité
juridique des élections.
01.04 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, les
membres de la commission savent que cette élection s'est déroulée
dans un contexte difficile, avec une division interne dans la
communauté musulmane entre ceux qui étaient favorables à une
01.04
Minister
Laurette
Onkelinx: Deze verkiezing heeft in
moeilijke omstandigheden
plaatsgevonden: de
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
élection générale et ceux qui ne l'étaient pas. De plus, un certain
nombre de recours des plus divers ont été introduits durant le
processus. A chaque fois, nous avons pu défendre le bien-fondé de
l'ensemble du processus.
Je suis heureuse de constater que pratiquement 70.000 électeurs se
sont inscrits, ce qui démontre que ce que le parlement a voulu, à
savoir des élections générales pour que les femmes et les hommes
musulmans de ce pays puissent décider eux-mêmes de leur organe
afin de gérer le temporel du culte musulman, est soutenu par une
grande majorité des membres de la communauté musulmane.
moslimgemeenschap was
verdeeld over de wenselijkheid
van een algemene verkiezing.
Bovendien werd tijdens de
procedure meermaals beroep
aangetekend. Wij hebben
nochtans kunnen aantonen dat de
hele procedure gegrond is.
Bijna 70.000 kiezers hebben zich
voor de algemene verkiezing
ingeschreven. Het is dus duidelijk
dat een grote meerderheid van de
leden van de moslimgemeenschap
instemt met het democratisch
benoemingsproces voor het
beheersorgaan van de islamitische
eredienst.
01.05 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik
onderschrijf wat de minister zegt. Het is trouwens daarom dat wij met
de CD&V-fractie het wetsvoorstel hebben gesteund om de commissie
op te richten. Het is daarom ook zo bijzonder jammer dat deze
onzorgvuldigheid een voorzichtige en eufemistische uitdrukking is
totstandgekomen vanwege de commissie, met alle risico's van dien.
Gelet op het feit dat het een bijzonder delicate operatie was, had men
dat risico niet mogen nemen en was het elementair dat men eerst
publiceerde alvorens men de vervaldagen liet verstrijken. Dat is
natuurlijk de kat bij de melk zetten.
01.05 Tony Van Parys (CD&V):
Le groupe CD&V soutient cette loi
visant à créer la commission mais
il n'aurait jamais fallu prendre le
risque d'en publier le règlement
après l'expiration des dates
d'inscription.
01.06 Laurette Onkelinx, ministre: Je comprends ce que vous me
dites. A l'époque, vous étiez ministre de la Justice; vous savez donc
qu'il n'y avait pas eu de publication au Moniteur. En l'occurrence, la
commission n'a pas trouvé utile non plus de procéder à une
publication au Moniteur. D'autres modes de communication ont été
choisis pour le règlement électoral; c'est ce que j'ai expliqué dans ma
réponse. Je pense que le souci de publier au Moniteur, d'ailleurs en
dehors de la période utile qui allait jusqu'au 13 février 2005, n'entrait
pas dans cette volonté de communication aux électeurs potentiels, si
cela avait été fait par les autres moyens que j'ai exposés dans ma
réponse.
01.06 Minister Laurette
Onkelinx: In dit geval heeft de
commissie het niet nodig geacht
het verkiezingsreglement in het
Belgisch Staatsblad bekend te
maken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
proefproject videoconferentie" (nr. 5370)
02 Question de Mme Hilde Claes à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le projet-
02.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): Mevrouw de minister, mijn vraag
houdt uiteraard verband met de hele problematiek van de
overbrenging voor ondervraging van voorlopig gedetineerden naar het
justitiepaleis. Ik heb daarover tijdens het vorige parlementaire jaar al
eens een vraag gesteld, waarbij ik het specifiek had over de kostprijs.
Telkens wanneer een voorlopig gedetineerde voor ondervraging moet
worden overgebracht naar het justitiepaleis wordt er in de begeleiding
voorzien door een drietal of een viertal politieagenten. Dat is uiteraard
02.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): Le
transfèrement au palais de justice,
à des fins d'interrogatoire,
d'inculpés détenus provisoirement
est coûteux en temps et en argent.
C'est la raison pour laquelle, au
cours de la législature précédente,
le ministre de la justice avait mis
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
heel tijdrovend en kost heel veel geld. Daarbij moet men bovendien
dikwijls vaststellen dat iedereen onverrichter zake moet terugkeren
om tal van redenen, bijvoorbeeld omdat op dat ogenblik de tijd niet
wordt gevonden om effectief over te gaan tot de ondervraging.
Kortom, het is heel tijdrovend en heel kostelijk.
Specifiek daarom startte toenmalig minister van Justitie Verwilghen
twee proefprojecten op, in Charleroi en in de hulpgevangenis van
Leuven. De proefprojecten bestond erin dat de gedetineerden
eigenlijk vooral de vluchtgevaarlijke gedetineerden van in de
gevangenis konden deelnemen aan de zitting van de raadkamer. Die
investeringen zijn destijds gebeurd. De nodige installatie was ter
beschikking. Die proefprojecten zijn een tijdje operationeel geweest
maar zij zijn stilgelegd na een arrest van de Kamer van
Inbeschuldigingstelling in Bergen, die stelde dat de procedure
onwettelijk was omdat zij geen wettelijke basis kende.
In antwoord op mijn vorige vraag zei u dat u eerst overleg wilde
plegen met de balies alvorens te beslissen of u wel of niet een
wettelijke basis zou verlenen aan die proefprojecten. Vandaar dat ik
vandaag graag terugkom op die materie.
Mijn vragen zijn de volgende. Ten eerste, wat is het resultaat van het
overleg met de balies? Deden die al concrete voorstellen? Ten
tweede, wordt er gewerkt aan de tekst van een wetsontwerp ten einde
een wettelijke basis te verlenen aan die proefprojecten? En ten derde,
bent u bereid die videoconferenties tot een algemene toepassing te
maken?
sur pied deux projets pilotes dans
le but de permettre que les
détenus puissent, grâce à la
vidéoconférence, participer depuis
leur prison aux audiences de la
chambre du conseil. Ces projets
ont été arrêtés faute d'une base
légale.
La ministre de la Justice m'a
répondu récemment qu'après
s'être concertée avec les
représentants des barreaux, elle
rechercherait une base légale pour
ces projets. A quel résultat a
abouti cette concertation? Ces
projets pilotes auront-ils une base
légale? La ministre est-elle
disposée à appliquer ce mode de
travail et à en généraliser
l'application?
02.02 Minister Laurette Onkelinx: Mevrouw Claes, zoals
aangekondigd in mijn antwoord op uw vorige vraag over deze
problematiek heb ik een aantal gespecialiseerde advocaten gevraagd
naar hun standpunt. Uit die vragenronde is gebleken dat de meningen
verdeeld zijn. Sommigen zijn genuanceerd en voorwaardelijk voor,
anderen zijn tegen.
Om die reden heb ik dan ook het officiële standpunt gevraagd van de
Orde van de Vlaamse Balies en de Ordre des Barreaux francophones
et germanophones. Tevens heb ik aan de FOD Justitie gevraagd na
te gaan of er nog andere landen zijn in de Europese Unie waar de
mogelijkheid bestaat om via het systeem van een videoconferentie als
procespartij voor een rechtbank te verschijnen. In voorkomend geval
heb ik de opdracht gegeven een rechtsvergelijkende studie op te
stellen waarin de mogelijkheden en de modaliteiten beschreven
worden.
Ik ben ervan op de hoogte dat diverse landen onder bepaalde
voorwaarden voorzien in een systeem van getuigen- of
deskundigenverhoor via videoconferenties of in een systeem van
slachtofferverhoor via dat middel. Het gebruik van videoconferentie
inzake een procespartij gaat echter veel verder. Daar moet bijkomend
gewaakt worden over principes als de wapengelijkheid van de
partijen, het recht van verdediging enzovoort.
02.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Comme les avocats sont
divisés sur la question, j'attends
encore la position officielle de
l'Ordre des barreaux flamands et
de l'Ordre des barreaux
francophones et germanophones.
Dans l'intervalle, j'ai demandé au
SPF Justice de réaliser une étude
comparative internationale sur la
possibilité, pour une partie à un
procès, de comparaître devant un
tribunal par vidéoconférence.
02.03 Hilde Claes (sp.a-spirit): Mevrouw de minister, ik dank u voor
uw antwoord, hoewel het mij nog niet helemaal duidelijk is in welke
richting u in deze wil uitgaan. Ik noteer dat u nog geen beslissing hebt
genomen. Ik zal te gepasten tijde terugkomen op die materie met,
02.03 Hilde Claes (sp.a-spirit): Je
pense qu'il serait préférable de
donner une base légale aux
projets pilotes.
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
vrees ik, dezelfde vraag.
Ik meen dat het goed zou zijn toch die proefprojecten een wettelijke
basis te geven, want mijns inziens kunnen daar wel nuttige conclusies
uit getrokken worden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Guy Hove aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
hervorming van de gerechtelijke arrondissementen" (nr. 5492)
03 Question de M. Guy Hove à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la réforme des
03.01 Guy Hove (VLD): Mevrouw de minister, u koestert al geruime
tijd plannen om de gerechtelijke arrondissementen te hervormen. Ik
zal waarschijnlijk niet de eerste noch de laatste zijn die een vraag
over dat onderwerp stelt. Maar in de jongste beleidsverklaring lazen
wij ik citeer: "De regering zal ook een nieuwe configuratie van de
gerechtelijke arrondissementen voorstellen. Alle gerechtelijke
arrondissementen zijn bij deze hervorming betrokken." U zult
begrijpen dat ik, als inwoner van een van de kleinere
arrondissementen waar ik ook beroepshalve actief ben, toch bezorgd
ben. Immers, die plannen hebben bij ons aanleiding gegeven tot heel
wat onrust, ook al zijn die plannen tot nu toe niet concreet
uitgetekend.
In deze commissie hebt u in het recente verleden al een aantal vragen
inzake de geplande hervorming beantwoord. Uit uw antwoord heb ik
vooral onthouden dat er een onderzoek is ingesteld naar de werking
van alle gerechtelijke arrondissementen van het land en dat zodra er
duidelijkheid bestaat over de conclusies u die aan het Parlement zult
meedelen.
Graag had ik van u het volgende vernomen. Ten eerste, zijn die
conclusies al klaar? Ten tweede, zo ja, wanneer worden zij aan het
Parlement voorgelegd? Ten derde, wat zullen de gevolgen zijn voor
de rechtsbedeling aan de burger? Ten vierde, blijft zij gelijk of betreft
het eerder een reorganisatie van het management waaraan gedacht
wordt?
Indien de conclusies nog niet afgerond zijn, wanneer verwacht u dan
dat dit het geval zal zijn?
03.01 Guy Hove (VLD):
Actuellement, le fonctionnement
des arrondissements judiciaires
fait l'objet d'une étude et la
ministre en communiquera sous
peu les conclusions au Parlement.
Ces conclusions sont-elles déjà
prêtes? Quand le Parlement les
recevra-t-il? Quelles seront les
conséquences pour le citoyen? En
quoi consistera exactement la
réorganisation?
03.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, pour
rendre un meilleur service aux justiciables, et conformément à
l'accord de gouvernement, nous travaillons sur ce que l'on appelle le
plan "Themis". Une première ébauche est terminée. Mais avant de la
présenter au gouvernement, j'ai voulu tester les milieux judiciaires.
Pour le moment, mon cabinet prend divers contacts avec des
magistrats du siège et du parquet, des représentants des greffes ou
des employés de parquets à titre officieux, afin d'expérimenter
certaines idées contenues dans le projet.
Par ailleurs, des experts de mon équipe sont encore allés la semaine
dernière à Lyon, où une expérience de décentralisation extrêmement
poussée vient de débuter. Elle concerne notamment les frais de
justice. Nous continuons donc à travailler d'arrache-pied sur ce projet.
03.02
Minister
Laurette
Onkelinx: Om de rechtzoekenden
een betere service te bieden en
uitvoering te geven aan het
regeerakkoord stellen we het
"Themis"-plan op. Ik win eerst de
raad in van de rechtswereld.
Daarna zal ik een eerste versie
aan de regering voorleggen.
Wij werken keihard aan dit
decentralisatieplan. We willen
immers dat het zo goed als
volledig rond is vooraleer we het
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
Je préfère présenter une ébauche un peu élaborée que des
orientations très vagues concernant la décentralisation. Le document
sur lequel je travaille servira à exprimer des propositions très claires
sur la manière de décentraliser:
- A quel niveau? Ressort, arrondissement; ressort et arrondissement
en même temps?
- Selon quelle architecture et quel organe de gestion?
- Pour quelles compétences? Jusqu'où va-t-on en termes de gestion
du personnel, d'engagement du personnel, de gestion des moyens
financiers? Sur quelle matière peut-on travailler par enveloppe? Et
dans quel domaine doit-on dépenser ces enveloppes?
J'essaie donc de déposer un document qui dépassera de loin les
grandes orientations de décentralisation. Voilà pourquoi cela prend un
peu plus de temps que prévu.
voorstellen. Het biedt ons de
mogelijkheid een aantal vragen in
verband met de decentralisatie te
beantwoorden.
Op welk niveau wordt de
decentralisatie uitgevoerd: op dat
van het rechtsgebied, het
arrondissement of zowel het
rechtsgebied en het
arrondissement? Hoe zal de
nieuwe structuur eruit zien? Welke
instantie zal ze leiden? Over welke
bevoegdheden zullen de niveaus
beschikken inzake
personeelsbeheer, werving van
personeel, financieel beheer? Voor
welke materies en domeinen zijn
de budgetten bestemd?
Om al die redenen duurt het
opstellen van dit plan langer dan
verwacht.
03.03 Guy Hove (VLD): Dank u, mevrouw de minister, voor uw
antwoord.
Ik heb begrepen dat het eerste deel van uw antwoord erin bestaat dat
u "een betere dienstverlening aan de rechtsonderhorigen" nastreeft,
om wat u zegt letterlijk te vertalen. Nu, daar hebben wij uiteraard geen
probleem mee. Onze bezorgdheid is alleen: betekent dat op termijn
het verdwijnen van een aantal gerechtelijke arrondissementen zoals
die vandaag zijn geconcipieerd? Of is die vraag niet aan de orde?
Daarop had ik graag nog een antwoord gekregen.
03.03 Guy Hove (VLD): Les
arrondissements judiciaires vont-
ils disparaître à long terme?
03.04 Laurette Onkelinx, ministre: J'ai toujours dit très clairement
que la réforme des arrondissements judiciaires n'avait de sens à mes
yeux que dans le suivi des principes de la réforme Thémis. Autrement
dit, nous allons voir quelle est la taille critique des arrondissements
pour gérer convenablement la décentralisation. Il faut qu'ils ne soient
ni trop petits, ni trop grands. Je ne travaille pas sur des redécoupages
d'arrondissements pour le plaisir de redécouper des arrondissements;
cela n'aurait aucun sens. Pour moi, c'est un appendice à la réforme
proprement dite et pas un objectif en soi.
03.04
Minister
Laurette
Onkelinx: De hervorming van de
gerechtelijke arrondissementen
heeft enkel zin als ze gebeurt in
het kader van de "Themis"-
hervorming. We zullen
onderzoeken hoe groot de
arrondissementen mogen zijn, als
we willen dat de decentralisatie het
beoogde doel bereikt. De
herindeling van de
arrondissementen is een middel
en geen doel op zich.
03.05 Guy Hove (VLD): Mevrouw de minister, ik dank u voor uw
antwoord. Wij zullen uiteraard dat dossier op de voet blijven volgen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Question de Mme Zoé Genot à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les astreintes
04 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "het
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
opleggen van dwangsommen bij sociale conflicten" (nr. 5483)
04.01 Zoé Genot (ECOLO): Le conflit qui a lieu pour l'instant chez
AGC-Automotive, l'ex-Splintex, remet sur le devant de la scène le
problème des astreintes utilisées lors des conflits sociaux. En effet,
une fois de plus, on a assisté à l'irruption des tribunaux dans un conflit
social classique. Cette intervention des tribunaux est spectaculaire:
elle s'est soldée par l'arrivée des huissiers, par l'intervention de la
police et des demandes d'astreintes s'élevant à 5.000 euros par
personne. Cela devient totalement disproportionné et dissuasif par
rapport au droit de grève. En effet, une grève n'est efficace que si elle
est perturbatrice, c'est dans sa nature. Si on empêche une grève
d'être perturbatrice, on enlève au droit de grève toute sa substance
alors qu'il s'agit d'un droit garanti par la charte sociale européenne et
que nos législations ont veillé depuis de nombreuses années à le
protéger.
Cela fait déjà quelques années que l'outil des astreintes est utilisé
dans le cadre des conflits sociaux. Depuis 2001, certaines des
astreintes ont même été exécutées. On peut donc se rendre compte
du danger croissant pour le droit de grève dans ces cas-là. Si je ne
m'abuse, en 2001, en tant que ministre de l'Emploi, vous avez déclaré
en réponse à une question parlementaire que "les recours ou
requêtes unilatérales avec astreinte comme les recours aux tribunaux
de l'ordre judiciaire en concurrence avec les négociations sociales
dans le cadre de négociations d'un plan collectif mettent à mal notre
système de concertation sociale et de dialogue social. Il y va de
l'intérêt de tous d'approfondir le dialogue social qui permet la paix
sociale". Un peu plus loin, vous ajoutiez: "Je n'exclus pas non plus
que le gouvernement démontre assez rapidement sa volonté en la
matière". C'était en 2001. Déjà, à ce moment, vous vous souciiez de
ce problème de recours aux astreintes dans les conflits sociaux.
Maintenant que vous êtes ministre de la Justice, j'aurais voulu vous
demander si les tribunaux civils sont le lieu adéquat pour régler les
conflits sociaux, surtout quand la partie adverse, c'est-à-dire les
travailleurs, n'est pas représentée dans ces tribunaux lors de ce type
de règlement.
Quelles sont les directives reçues par les tribunaux en matière
d'astreintes et de montants? Le droit de grève n'est-il pas mis à mal
par les astreintes? Ne pourrait-on pas exclure le champ des conflits
sociaux du système des astreintes? A cet effet, nous avons déposé
une proposition de loi qui dit que l'outil "astreinte" ne peut être utilisé
dans le cadre des conflits sociaux.
04.01 Zoé Genot (ECOLO): Het
conflict bij AGC-Automotive brengt
het omstreden opleggen van
dwangsommen bij sociale
conflicten weer te berde. Eens te
meer werd - zonder gegronde
reden
- de rechtbank
ingeschakeld. Een staking werkt
alleen als ze storend is. Als dat
niet langer kan, wordt het
stakingsrecht volledig uitgehold.
Sinds enkele jaren worden naar
aanleiding van sociale conflicten
dwangsommen opgelegd. Het
stelselmatig opleggen van
dwangsommen haalt het
stakingsrecht onderuit. In 2001 zei
u zelf al, toen als minister van
Arbeid, dat de eenzijdige beroepen
op verzoekschriften met
dwangsom, zoals de beroepen bij
de rechtbanken van de rechterlijke
orde, parallel met de sociale
onderhandelingen over een
collectief plan, afbreuk doen aan
ons sociaaloverlegmodel. Toen al
meende u dat de regering
tussenbeide moest komen.
Vandaag vraag ik u, als minister
van Justitie, of de burgerlijke
rechtbanken de aangewezen
plaats zijn om sociale conflicten te
beslechten, vooral wanneer de
tegenpartij, de werknemers, er niet
vertegenwoordigd is.
Welke richtlijnen hebben de
rechtbanken gekregen inzake
dwangsommen? Wordt het
stakingsrecht door dat instrument
niet op de helling gezet? Kunnen
sociale conflicten niet uit de
dwangsomregeling gelicht
worden?
04.02 Laurette Onkelinx, ministre: C'est une question bien délicate
que vous posez et mon avis est bien connu. L'avis que j'avais exprimé
en tant que ministre de l'Emploi est resté le même.
Le dossier est délicat. Chaque fois que j'ai eu à intervenir dans ce
type de dossier lors de conflits collectifs, j'ai insisté sur l'absolue
nécessité de trouver une solution par la voie de la concertation
sociale. Beaucoup plus que l'intervention des autorités judiciaires,
cette voie peut mener à un règlement à l'amiable des conflits et,
surtout, peut produire de l'espoir pour l'avenir des entreprises
04.02 Minister Laurette
Onkelinx: Dat is een netelige
kwestie. Telkens wanneer ik in
een collectief conflict tussenbeide
ben moeten komen, heb ik erop
gehamerd dat het absoluut
noodzakelijk was om tot een
oplossing te komen via sociaal
overleg. Dat is immers een veel
betere manier om een en ander in
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
concernées par un conflit collectif.
J'en arrive à la question très précise du pouvoir judiciaire. En fait, ce
sont les tribunaux civils qui sont saisis par requête unilatérale. Dès
lors, il n'appartient pas au ministre de la Justice d'adopter des
directives en cette matière. En effet, il s'agit de l'indépendance du
pouvoir judiciaire: le juge fixe le montant de l'astreinte en fonction de
la demande qui lui est adressée et des différents éléments portés à
sa connaissance. Je n'ai pas à m'immiscer dans cette indépendance
du pouvoir judiciaire ni donc à commenter ces décisions judiciaires.
Pour ce qui est de ma position, telle que je l'ai rappelée, je dis et redis
que nous avons à gérer deux droits fondamentaux: le droit de grève -
un droit au coeur de notre système démocratique - et le droit de
propriété, un autre droit essentiel dans notre démocratie.
Pour moi, la solution générale passe par la concertation sociale; si
elle devait échouer, il doit évidemment rester possible de recourir au
pouvoir judiciaire, mais peut-être c'est un avis très personnel - les
juridictions du travail seraient-elles plus à même d'intervenir, si une
juridiction doit vraiment intervenir, parce qu'elles connaissent la
question et ont une expérience en la matière: elles savent les enjeux
et les valeurs à protéger.
der minne te schikken dan de
gerechtelijke weg.
Wanneer de rechterlijke macht
moet optreden, wordt de zaak via
een eenzijdig verzoek aanhangig
gemaakt
bij de burgerlijke
rechtbank. De rechterlijke macht is
onafhankelijk, en het staat dus niet
aan de minister van Justitie om
richtlijnen dienaangaande aan te
nemen. De rechter legt het bedrag
van de dwangsom vast op grond
van het verzoek dat aan hem
wordt gericht en de informatie
waarvan hij in kennis gesteld werd.
In dit dossier staan twee
fundamentele rechten diametraal
tegenover elkaar: het
stakingsrecht en het
eigendomsrecht. Mij dunkt dat het
sociaal overleg de sleutel is van
een oplossing. Als dat echter niets
oplevert, moet het mogelijk blijven
om de zaak voor te leggen aan de
rechter, en ik geloof dat de
arbeidsrechtbanken, gezien hun
ervaring op dat gebied, daarbij de
meest aangewezen rechtscolleges
zijn.
04.03 Zoé Genot (ECOLO): Madame la ministre, (...) des décisions
judiciaires basées sur le droit actuel. Il serait nécessaire de faire
évoluer ce droit actuel. Pour l'instant nous assistons progressivement
à la dilution du droit de grève et à sa mise à mal. Par ailleurs, je crois
que c'est de nature à aigrir encore plus toute une série de conflits
sociaux et de ne pas permettre à la concertation d'aboutir dans un
certain nombre de cas.
04.03 Zoé Genot (ECOLO): De
wetgeving moet worden
aangepast. Het stakingsrecht
wordt geleidelijk uitgehold.
Bovendien worden door het
gerechtelijk optreden een aantal
belangen nog meer geschaad.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Questions jointes de
- Mme Zoé Genot à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les élections musulmanes et
les connaissances linguistiques" (n° 5484)
- Mme Zoé Genot à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la discrimination entre
électeurs lors des élections du culte musulman" (n° 5622)
05 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de verkiezing van de
moslimraad en de talenkennis" (nr. 5484)
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de discriminatie
tussen kiezers tijdens de moslimverkiezingen" (nr. 5622)
05.01 Zoé Genot (ECOLO): Madame la ministre, je ne vais pas
revenir sur l'ensemble du feuilleton concernant ces élections des
organes représentatifs du culte musulman à propos desquelles nous
avons déjà eu de nombreux échanges de vues.
05.01 Zoé Genot (ECOLO): Het
is niet mijn bedoeling de kwestie
van de verkiezing van de
moslimraad hier opnieuw helemaal
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
Je voudrais aborder certains éléments de cette organisation du culte
musulman et, plus précisément, les éléments qui ont été clarifiés
dans le règlement électoral qui a enfin été mis à disposition le 14
février 2005, c'est-à-dire plus d'un mois après le dépôt des
candidatures.
A la lecture de ce règlement, il me semble que l'on essaie de
"communautariser" cette future instance.
Premièrement, en ce qui concerne les candidats, la situation est
différente pour les candidats selon qu'il s'agit de personnes ayant
choisi la catégorie "convertis ou autres appartenances culturelles" ou
la catégorie "Marocains ou Turcs". Dans ce dernier cas, les
personnes qui sont en périphérie flamande, comme celles qui se
trouvent dans les autres régions, doivent absolument parler la langue
de la région dans laquelle elles résident. C'est une condition assez
étonnante quand on sait que ce n'est pas le cas pour les élections de
type "classique". Il n'y a pas de condition de connaissance linguistique
- c'est en effet préférable - pour se présenter comme candidat à la
Chambre, que ce soit à Anvers ou dans l'arrondissement de
Bruxelles-Hal-Vilvorde.
Il y a donc clairement une discrimination entre les candidats de la
catégorie "convertis ou autres appartenances culturelles" qui,
lorsqu'ils se présentent dans le Brabant flamand pourront se
présenter sans parler le néerlandais puisqu'ils feront partie d'une
circonscription de type Bruxelles-Hal-Vilvorde, et les autres candidats
d'origine marocaine ou turque qui, étant dans une circonscription
uniquement flamande, devront parler le néerlandais et ne pourront
pas être joints à leurs collègues bruxellois. On a fait le choix d'une
scission de Bruxelles par rapport à Hal-Vilvorde pour ces catégories.
C'est dommageable. Cette obligation de langue est assez étonnante
en la matière. C'est regrettable et même démocratiquement
contestable puisque ces obligations de langue ne sont pas exigées
pour les élections "classiques".
Deuxièmement, en ce qui concerne les électeurs, ceux qui résident
en Brabant flamand, lorsqu'ils ont opté pour la catégorie "Marocains
ou Turcs", ne pourront voter que pour des candidats du Brabant
flamand, parlant le néerlandais alors que les musulmans du Brabant
flamand ayant opté pour la catégorie "convertis ou autres
appartenances culturelles" pourront voter pour des candidats
bruxellois et/ou francophones unilingues. Ne s'agit-il pas là d'une
discrimination?
Une nouvelle condition a également été mise à ces élections, et je ne
l'ai peut-être pas bien comprise. Lors des élections précédentes, le
fait d'avoir une autorisation de séjour d'une certaine durée dans le
pays suffisait pour pouvoir voter tandis que, cette fois, on demande 5
ans de résidence. Pourquoi cette nouvelle condition pour pouvoir
participer à ces élections musulmanes? Je ne pense pas qu'il y avait
eu de gros problèmes la fois précédente.
Vous avez rencontré le ministre marocain des Affaires islamiques,
j'aurais voulu savoir quel était l'objet de cette rencontre. Avez-vous,
par exemple, abordé le sujet des élections qui doivent se dérouler en
Belgique? Quel type de réflexion avez-vous eu à ce sujet?
uit de doeken te doen. Ik wil enkel
ingaan op de elementen die in het
verkiezingsreglement van 14
februari 2005 werden verduidelijkt.
Bij het lezen van dat reglement
krijg ik immers de indruk dat men
die instantie een communautair
tintje wil geven.
Wat de kandidaten betreft, is hun
toestand verschillend al
naargelang zij tot de categorie
"bekeerlingen of andere culturele
aanhorigheid", of tot die van de
"Marokkanen" of "Turken"
behoren. In het laatste geval
moeten de betrokkenen de taal
kennen van het Gewest waar zij
verblijven. Dat is een bizarre
vereiste, die bij zogenaamd
"klassieke" verkiezingen niet van
toepassing is. Er is dus duidelijk
sprake van discriminatie tussen de
voornoemde categorieën. In de
provincie Vlaams-Brabant kunnen
sommigen zich aanbieden zonder
het Nederlands machtig te zijn,
omdat zij onder een kieskring van
het type Brussel-Halle-Vilvoorde
vallen, terwijl anderen, die van
Marokkaanse of Turkse origine
zijn, verplicht zijn Nederlands te
kennen, waardoor zij niet naast
hun Brusselse collega's kunnen
opkomen. Die taalvoorwaarden
zijn betreurenswaardig en weinig
democratisch.
Wat de kiezers betreft, kunnen
diegenen die in Vlaams-Brabant
verblijven en voor de categorie
"Marokkanen" of "Turken" hebben
geopteerd, uitsluitend voor
Nederlandstalige kandidaten uit
Vlaams-Brabant stemmen, terwijl
de moslims in Vlaams-Brabant die
voor de categorie "bekeerlingen of
andere culturele aanhorigheid"
hebben geopteerd, voor Brusselse
en/of eentalig Franse kandidaten
kunnen stemmen. Houdt dit ook
geen discriminatie in?
Het opleggen van een nieuwe
voorwaarde om aan de
moslimverkiezingen deel te
nemen, doet vragen rijzen. Een
verblijfsvergunning van een
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
bepaalde duur volstaat niet langer,
men moet sinds vijf jaar in het land
verblijven. Vanwaar die nieuwe
voorwaarde? Heeft u die
verkiezingen aangekaart tijdens
uw ontmoeting met de
Marokkaanse minister van
Islamitische Zaken?
05.02 Laurette Onkelinx, ministre: Je vous répondrai ce que j'ai
répondu à M. Van Parys. La commission chargée du renouvellement
de l'organe exécutif des musulmans est une commission
indépendante, c'est ainsi que nous l'avons voulu lors du vote de la loi.
Dès lors, je n'ai pas à commenter les prises de positions et les
décisions de la commission. Je pense savoir que vous l'avez
interrogée et qu'elle a répondu à vos questions. Je vous propose donc
de continuer à travailler par un dialogue direct entre la commission et
vous-même.
Comme je l'ai dit à M. Van Parys, je vous dirai aussi que nous avons
beaucoup parlé et que vous m'avez souvent interpellée sur les
difficultés et sur les problèmes. Il y a eu des recours, des accusations
les plus diverses et malgré cela, je constate qu'il y a un énorme
succès au niveau des inscriptions car plus de 70.000 électeurs se
sont inscrits. C'est un chiffre considérable et cela démontre qu'une
grande majorité de la communauté musulmane partage le sentiment
qu'il fallait un renouvellement intégral de l'exécutif des musulmans.
Quant à mon entretien avec mon collègue marocain, cette rencontre a
été initiée par le ministre des Affaires étrangères qui a reçu ce
collègue. J'ai eu un contact avec lui qui a porté principalement sur la
formation des imams. Au Maroc, il a lui-même lancé un programme
pour la formation d'imams, que je trouvais assez intéressant,
soulignant la nécessité que ces personnes, hommes et femmes,
puissent avoir une connaissance non seulement du Coran mais
également du nouveau Code de la famille ou du contexte national et
international de l'Islam.
Je trouvais qu'il était intéressant de voir qu'un pays comme le Maroc
se lance dans un processus de formation des imams alors que ce
dossier de formation est également à l'ordre du jour dans un pays
comme le nôtre.
05.02 Minister Laurette
Onkelinx: De commissie belast
met de hernieuwing van de
Moslimexecutieve is onafhankelijk.
U moet uw vragen aan die
commissie richten.
Hoewel die verkiezingen heel wat
vragen en ongerustheid deden
rijzen, stel ik vast dat ze een
succes waren. Meer dan 70.000
kiezers schreven zich in. Daaruit
blijkt overduidelijk dat de
Moslimexecutieve dringend moest
worden hernieuwd.
Het onderhoud met mijn
Marokkaanse collega ging
hoofdzakelijk over de opleiding
van de imams. Dat dossier is in
ons land actueel en ook in
Marokko wordt een
opleidingsprogramma op het
getouw gezet, waarin de nadruk
ook op de kennis van het
familierecht of van de nationale en
internationale context van de islam
wordt gelegd.
05.03 Zoé Genot (ECOLO): Monsieur le président, madame la
ministre, je constate qu'il n'est plus possible, à l'heure actuelle,
d'exercer de contrôle sur ces élections. En effet, lorsque l'on écrit à la
commission, il faut plus d'un mois pour obtenir une réponse. Par
ailleurs, de nombreux citoyens qui se sont adressés à cette dernière
n'ont pas reçu de réponse. C'est là une situation assez regrettable qui
n'indique pas une maturité démocratique du processus choisi.
En outre, je suis un peu étonnée de vous entendre dire que vous
n'avez rien à voir avec cette commission. Vous avez pourtant nommé
l'ensemble de ses membres. Nous savons que cette commission
n'existe plus lorsque l'on va en justice. C'est donc vous qui êtes
responsable. Par conséquent, il est assez regrettable que l'on ne
puisse pas débattre de cette problématique au parlement. Cela est
d'autant plus étonnant que vous faites des communiqués assez
05.03 Zoé Genot (ECOLO): Ik
stel vast dat er geen controle op
die verkiezingen meer kan worden
uitgeoefend. Wanneer men een
brief naar die commissie schrijft,
krijgt men pas lang daarna een
antwoord of antwoordt zij helemaal
niet. Dat is een heel
betreurenswaardige situatie die
wijst op een gebrek aan
democratische rijpheid.
Bovendien ben ik verwonderd dat
u zegt dat die commissie
onafhankelijk is. U heeft immers al
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
virulents, à l'occasion desquels vous défendez cette commission.
L'indépendance semble donc être à géométrie variable.
Madame la ministre, j'aurais voulu revenir sur votre interprétation
relative aux 70.000 inscrits. Beaucoup de personnes voulant participer
à ces élections se sont effectivement inscrites. Cela ne signifie pas
pour autant qu'elles souhaitent un renouvellement général. Elles ont
montré leur volonté de jouer un rôle dans le processus en cours et
dans le choix du futur organe, ce que je comprends tout à fait. Il est
en effet souhaitable qu'elles aient un pouvoir de décision en la
matière. Je regrette simplement que cela n'ait pas pu être le cas dans
le passé.
En ce qui concerne les rencontres avec les divers représentants des
cultes des différents pays, je suis un peu inquiète de voir que l'on
travaille à nouveau beaucoup plus avec les ambassades. Nous
savons qu'il y a eu une forme de jeu de ping-pong, une ambassade
demandant à ses ressortissants de s'inscrire, une autre estimant de
par ce fait qu'elle ne pouvait "rester au balcon". On revient ainsi, en
quelque sorte, à une organisation "consulaire"de l'islam, ce qui me
semble regrettable. Une série de rencontres est intéressante. Il est
bon de savoir comment les choses évoluent ailleurs et de pouvoir
discuter et s'inspirer du travail déjà effectué. Toutefois, il ne faudrait
pas revenir à la gestion passée de l'islam qui se faisait en
collaboration avec les pays d'origine, ce qui était tout à fait
dommageable. A l'heure actuelle, il y a suffisamment de personnes
valables en Belgique, capables d'avancer dans ces dossiers. J'espère
d'ailleurs qu'elles pourront bientôt être formées chez nous selon leurs
souhaits.
haar leden benoemd en u
verdedigt ze vurig. Die commissie
treedt zelf niet in rechte op. U bent
daar verantwoordelijk voor.
Bijgevolg is het jammer dat die
kwestie niet in het Parlement kan
worden besproken. Er is dus
kennelijk sprake van een "rekbare"
onafhankelijkheid.
Ik zou willen terugkomen op uw
interpretatie met betrekking tot de
70.000 ingeschreven personen.
Tal van personen die
ingeschreven zijn waren daarom
nog geen voorstander van een
algehele hernieuwing, maar wilden
aangeven dat zij een rol in de
keuze van het toekomstig orgaan
wensten te spelen. Het ware
inderdaad wenselijk dat zij daarin
enige zeggenschap zouden
hebben.
Wat de ontmoetingen met de
diverse vertegenwoordigers van
de erediensten van ons land
betreft, moet ik jammer genoeg
vaststellen dat men opnieuw meer
werkt met de ambassades dan
met vertegenwoordigers van de
islam in België. Aldus komt men
opnieuw tot een "consulaire"
organisatie van de islam, met een
filtering door de autoriteiten van
het land van herkomst, wat ik
betreurenswaardig vind.
05.04 Laurette Onkelinx, ministre: Madame Genot, je suppose que
ne me demandez pas de ne plus discuter avec mes collègues
étrangers.
05.04
Minister Laurette
Onkelinx: Ik veronderstel dat u mij
niet vraagt om niet langer met mijn
buitenlandse collega's te praten.
05.05 Zoé Genot (ECOLO): Madame la ministre, j'ai clairement dit
que les échanges étaient intéressants.
05.05 Zoé Genot (ECOLO): Ik
heb duidelijk gezegd dat die
dialoog interessant was.
05.06 Laurette Onkelinx, ministre: Chaque fois que vous intervenez
sur ce dossier et cela dure depuis des mois je sais presque à la
virgule près ce que vous allez dire. En effet, à chaque fois, vous vous
référez à des écrits d'un groupuscule de mauvais augure qui annonce
le naufrage de tout le processus. Je constate, pour ma part, que les
choses avancent sereinement et sûrement, avec succès. J'espère
que nous aurons prochainement une nouvelle assemblée, puis un
nouvel exécutif autonome, ce indépendamment de toute intervention
d'ambassade étrangère, qui pourra amener le culte musulman à se
trouver sur un pied d'égalité avec les autres cultes reconnus dans ce
pays.
05.06 Minister Laurette
Onkelinx: Telkens wanneer u over
die kwestie het woord neemt en
dat duurt nu al maanden weet ik
op voorhand precies wat u gaat
zeggen. U verwijst stelselmatig
naar een groepje doemdenkers
die voorspellen dat het hele proces
zal stranden. Ik stel echter vast dat
een en ander in alle sereniteit
opschiet. Ik hoop dat wij
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
binnenkort over een nieuwe
assemblee en een nieuwe
autonome executieve zullen
beschikken, die losstaat van
iedere interventie van buitenlandse
ambassades, waardoor de
islamitische eredienst op gelijke
voet kan worden behandeld met
de overige erkende erediensten.
05.07 Zoé Genot (ECOLO): Je constate avec plaisir qu'il y a des
citoyens qui ont décidé d'agir en tant que tels et d'être vigilants par
rapport à ce processus comme par rapport à d'autres. Et, en effet,
des citoyens vigilants qui réagissent à ce qui se passe, cela peut être
une chose désagréable.
J'espère que le culte musulman pourra bientôt être considéré comme
étant à égalité avec les autres cultes et qu'on n'interviendra plus dans
sa gestion, comme c'était le cas dans le passé.
05.07 Zoé Genot (ECOLO): Het
verheugt mij dat sommigen het
proces nauwlettend volgen en blijk
geven van onafhankelijkheidszin,
wat u misschien als vervelend
ervaart. Hopelijk wordt de
islamitische eredienst voortaan
autonoom bestuurd en op gelijke
voet met de andere erediensten
behandeld.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de justitiële maatregelen tegen straatraces" (nr. 5504)
06 Question de M. Francis Van den Eynde à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les
mesures judiciaires contre les courses urbaines" (n° 5504)
06.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Mijnheer de
voorzitter, mevrouw de minister, het is verre van allemaal goed wat wij
uit de Verenigde Staten krijgen. De mode van de straatraces, die van
ginder komt overgewaaid, is eerder nefast te noemen.
Half januari werd bijvoorbeeld in Charleroi een cipier, iemand die
onder uw bevoegdheid ressorteert, 's morgens vroeg toen hij van zijn
werk kwam, doodgereden door een knaapje van 18 jaar dat al eerder
was opgepakt wegens illegale straatraces. Hij zal nu waarschijnlijk
voor het assisenhof verschijnen omdat hij opnieuw tijdens een
straatrace iemand heeft gekwetst. Meer zelfs, de betrokken cipier is
overleden.
Op 31 januari was Gent aan de beurt. Op de Blijzandvest, een vrij
brede baan in Gent, werd in de namiddag weer eens een straatrace
gehouden. Vroeg of laat moest het ook daar fataal aflopen. Een
jongeman van 19, van Turkse origine, die de dag voordien nog met
zijn ouders gezellig in de moskee het Offerfeest vierde, reed zichzelf
te pletter tegen een paal. Hij deed dit met de sportwagen Mercedes
van zijn 22-jarige broer. Men kan zich afvragen hoe jonge kerels van
die leeftijd over luxewagens van die prijs kunnen beschikken. Dit is
echter een ander debat. Het ergste is dat de jongeman zich morsdood
heeft gereden.
Terzake ondervraagd door een Vlaams socialist, Dylan Casaer,
antwoordde uw collega, minister Landuyt, in de commissie voor de
Infrastructuur dat hij het niet nodig vond een stoere wet uit te vinden
om straatraces te beteugelen. Hij zei, mijns inziens terecht, ik citeer:
"De bestraffing kan binnen de bestaande wetgeving. Het enige dat
06.01 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): La mode des
courses urbaines, venue des
Etats-Unis, est très dangereuse.
Un jeune de 18 ans, qui avait déjà
été arrêté auparavant pour avoir
participé à des courses urbaines
illégales, a renversé et tué un
gardien de prison à Charleroi à la
mi-janvier. Il devra à présent
probablement s'expliquer devant la
Cour d'assises. Un jeune pilote de
courses urbaines de 19 ans s'est
écrasé contre un poteau à Gand le
31 janvier dernier.
En réponse à une question sur le
même sujet, le ministre de la
Mobilité, M. Landuyt, n'a pas jugé
utile de réprimer les courses
urbaines par une nouvelle loi
sévère. Selon lui, il est tout à fait
possible de sanctionner ces
comportements dans le cadre de
la loi existante, à condition que la
police lutte efficacement contre ce
problème. La police de Gand n'a
certainement pas manqué à ses
devoirs en ce qui concerne ce
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
helpt, is een gerichte politieaanpak."
In Gent, mevrouw de minister, hebben wij zeker niet te klagen gehad
over de politieaanpak want al hadden de andere deelnemers aan die
fameuze straatrace onmiddellijk na de aanrijding het hazenpad
gekozen, binnen de twee dagen waren ze allemaal geïdentificeerd
door de politie. Men kan zeker niet vertellen dat de Gentse politie zijn
werk niet heeft gedaan.
Wat wel heel eigenaardig overkomt voor iemand die vertrouwd is en
dat bent u ongetwijfeld meer dan ik met de werkwijze van het parket
is dat het parket binnen de vier dagen, op basis van een verslag van
een ongevallendeskundige, het ongeval geseponeerd heeft. Dat is
heel eigenaardig. Jarenlang heb ik in de verzekeringssector gewerkt
en ik heb nooit geweten dat zelfs maar de kleinste aanrijding binnen
de twee maanden geseponeerd werd. Meestal duurde dat 3 tot 6
maanden voor een heel klein ongeval, hier gebeurt het binnen de 4
dagen.
Het parket heeft weliswaar haar onafhankelijkheid, maar niettemin zit
ik met die seponering in mijn maag. Ik wil u dus de vraag stellen of
het niet het moment is om de parketten te vragen en dat kan u als
minister van Justitie een prioriteitsbeleid te voeren met betrekking
tot die straatraces en de vervolging van de daders. De reden daarvoor
is dat we moeten vaststellen dat het een groeiende trend is, zowel in
Wallonië als in Vlaanderen. Er zullen dus steeds meer dodelijke
slachtoffers vallen en dat kan niet langer geduld worden. Dat is de
reden van mijn pleidooi ten overstaan van de minister van Justitie.
dernier aspect, car elle avait déjà
réussi à identifier les participants à
la course urbaine après deux
jours.
Que le parquet ait classé l'affaire
sans suite quatre jours à peine
après les faits, est étonnant, mais
je respecte l'indépendance de la
justice. Le moment n'est-il
toutefois pas venu de demander
aux parquets de s'atteler en
priorité au problème des courses
urbaines et de juger les auteurs de
ces infractions?
06.02 Minister Laurette Onkelinx: In verband met de vermeende
straatraces die behandeld werd door het Gentse parket kan ik het
volgende antwoorden. Uit de inlichtingen die ik bij het parket van Gent
heb ingewonnen blijkt dat geen enkel objectief gegeven er volgens
hen op wijst dat er in dit geval effectief sprake was van een
straatrace. De zaak werd geseponeerd omdat de bestuurder, aan wie
men zeker een aantal overtredingen van de wegcode ten laste kon
leggen, door het ongeval overleden is.
Wat betreft de vraag of er bijzondere justitiële maatregelen zullen
worden getroffen kan ik verwijzen naar het gemeenschappelijk
antwoord dat ik formuleerde. Het Nationaal Instituut voor de Statistiek
beschikt niet over cijfergegevens omtrent het fenomeen omdat illegale
straatraces niet zijn opgenomen als oorzaak van ongevallen in de
documenten die de politie gebruikt bij haar vaststellingen.
Op wetgevend vlak dienen er geen nieuwe initiatieven genomen te
worden, aangezien de wetgeving daarvoor reeds aangepast is.
Straatracen is reeds strafbaar gesteld door tal van wettelijke
bepalingen uit de verkeerswetgeving.
Wat de opsporing betreft, heeft mijn collega van Binnenlandse Zaken
mij meegedeeld dat het fenomeen niet opgenomen is als een prioriteit
in het nationaal veiligheidsplan en dat het dus aan de lokale
autoriteiten toekomt om te bepalen of het fenomeen al dan niet als
een prioriteit beschouwd dient te worden. Desgevallend kan men de
bestrijding van het straatracen inschrijven in het zonaal
veiligheidsplan.
06.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Le parquet ne dispose
d'aucune preuve indiquant que
l'accident à Gand évoqué par M.
Van den Eynde ait été provoqué
par une course entre voitures.
L'affaire a été classée sans suite
parce que le conducteur en
infraction est décédé.
L'Institut national de statistique ne
dispose pas de chiffres sur le
phénomène des courses urbaines
étant donné que cette notion ne
figure pas comme cause possible
sur les constats d'accident utilisés
par la police.
Il ne faut pas de nouvelles lois car
l'actuelle législation relative à la
circulation routière permet déjà
suffisamment de réprimer les
courses urbaines. Etant donné
que le phénomène n'est pas
mentionné dans le Plan national
de sécurité, il incombe aux
autorités locales d'y accorder ou
non la priorité et d'en inscrire la
répression dans le plan zonal de
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
sécurité.
06.03 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang): Ik wil er toch de
aandacht op vestigen dat, alhoewel ik de nodige eerbied opbreng voor
de onafhankelijkheid van de staande magistratuur, de parketten, ik mij
erover blijf verbazen dat het parket van Gent kan beslissen in vier
dagen. Het ongeval is gebeurd op 31 januari en op 4 februari heeft de
woordvoerster van het parket van Gent meegedeeld dat er
geseponeerd wordt. Ik vind dat fenomenaal. Mirakels gebeuren af en
toe, zelfs op het Justitiepaleis van Gent. Daar gaat het mij niet in
eerste instantie om. Mij gaat het over het straatracen en alles wat
ermee te maken heeft.
Ik weet dat terzake geen statistieken bestaan en ik betreur dat. Dat
kan ik u niet verwijten, dat is een taak voor een ander departement. Ik
kan u en de hele regering wel verwijten dat het fenomeen
geminimaliseerd wordt. Iedereen weet dat het fenomeen op dit
ogenblik in expansie is. Het volstaat om het internet te raadplegen, in
plaats van de statistieken van de politie, om te weten dat er heel
regelmatig grote straatraces georganiseerd worden, zelfs vanuit het
buitenland. Onlangs had men zelfs gepland om een straatrace op de
Grote Markt van Brussel te laten eindigen. Op het nippertje heeft het
stadsbestuur van Brussel dat verboden. Het fenomeen bestaat en kan
fataal zijn voor heel wat mensen, niet alleen voor de deelnemers,
maar ook voor onschuldige voorbijgangers. Ik verwijs naar die cipier
uit Charleroi. Ik vind het jammer dat de regering hier niet alert op
reageert.
06.03 Francis Van den Eynde
(Vlaams Belang): Le
gouvernement minimise le
problème et manque de vigilance.
Or, d'importantes courses
urbaines sont régulièrement
organisées dans notre pays,
même depuis l'étranger.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Jean-Pierre Malmendier à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le
recrutement des référendaires près les cours d'appel et près les tribunaux de première instance"
(n° 5525)
07 Vraag van de heer Jean-Pierre Malmendier aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de werving van referendarissen bij de hoven van beroep en de rechtbanken van eerste aanleg"
(nr. 5525)
07.01 Jean-Pierre Malmendier (MR): Monsieur le président,
madame la ministre, en vertu de l'article 206ter du Code judiciaire, les
candidats référendaires près des cours d'appel et des tribunaux de
première instance sont classés, en vue de leur nomination, lors de
concours organisés par la commission de nomination et de
désignation du Conseil supérieur de la Justice. Ils sont ensuite
nommés par le Roi et désignés par le ministre de la Justice en vue
d'exercer leurs fonctions selon les nécessités du service. Le nombre
de référendaires est donc déterminé en fonction des nécessités du
service mais il est plafonné à 35% du nombre total de magistrats du
siège par ressort (article 156ter). Ce plafond est passé de 25% à 35%
à l'occasion de la loi-programme du 22 décembre 2003. Nous
partagions alors le même point de vue: l'engagement de référendaires
supplémentaires était une des clés permettant de résoudre l'arriéré
judiciaire du fait que ces derniers améliorent incontestablement en
qualité et en quantité le travail des magistrats et la productivité de la
juridiction à laquelle ils sont affectés.
Le dernier concours organisé par le Conseil supérieur de la Justice
date de la session 2002-2003. Alors, madame la ministre, combien y
07.01 Jean-Pierre Malmendier
(MR): Het aantal refendarissen bij
de hoven van beroep en bij de
rechtbanken van eerste aanleg
wordt bepaald op grond van de
noodwendigheden van de dienst.
Dat aantal mag echter een
bovengrens van 35% van het
totaal aantal leden van de zittende
magistratuur per rechtsgebied niet
overschrijden. De werving van
bijkomende referendarissen is één
van de middelen waarmee de
gerechtelijke achterstand kan
worden weggewerkt.
Hoeveel kandidaten zijn geslaagd
voor het jongste vergelijkend
examen dat door de Hoge Raad
voor de justitie is georganiseerd?
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
avait-il de lauréats? Combien parmi ceux-ci n'ont pas encore été
nommés? Quelle est la proportion de référendaires contractuels,
c'est-à-dire qui ont réussi l'examen et n'ont toujours pas été nommés?
Auprès de quelles juridictions travaillent les lauréats nommés?
Il semblerait que cette réserve de recrutement ne serait valable que
jusqu'au mois d'avril 2005. Pouvez-vous confirmer cette information?
Dans l'affirmative, des nominations sont-elles prévues d'ici avril 2005?
Qu'adviendra-t-il des lauréats qui n'auront pas été nommés à cette
date? Comment ne pas perdre le bénéfice de la réserve de
recrutement? Un nouveau concours va-t-il être organisé?
Hoeveel geslaagde kandidaten
werden nog niet benoemd? Wat is
het aandeel van de contractuele
referendarissen in het totaal aantal
referendarissen? Bij welke
gerechten werken de geslaagde
kandidaten die benoemd zijn?
Wat is de geldigheidsduur van die
wervingsreserve? Worden
benoemingen tegen april 2005
gepland? Wat zal het lot zijn van
de geslaagde kandidaten die op
dat ogenblik niet zullen zijn
benoemd? Hoe kunnen zij het
voordeel van hun opname in die
reserve niet verliezen? Wordt een
nieuw vergelijkend examen
georganiseerd?
07.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, la réserve
de recrutement de référendaires près des cours d'appel et des
tribunaux de première instance issue de la session d'examens 2002-
2003 comporte 36 lauréats francophones et 14 néerlandophones.
Parmi les francophones, 6 personnes ont été nommées
référendaires, 5 ont été nommées juristes de parquet à la suite d'un
autre examen, 15 ont renoncé et sont temporairement exclues de la
réserve. Parmi les néerlandophones, 10 personnes ont été nommées
référendaires, 2 ont été nommées juristes de parquet à la suite d'un
autre examen et 2 ont renoncé et sont temporairement exclues de la
réserve.
Deux lauréats francophones sont actuellement référendaires sous
contrat et 3 sont juristes de parquet sous contrat. Les lauréats
nommés travaillent auprès des tribunaux de première instance de
Bruxelles, Mons, Charleroi, Furnes, Oudenaarde et Dendermonde et
des cours d'appel de Bruxelles et Gand.
La réserve de lauréats est valable trois ans, jusqu'en avril 2006, et
pas avril 2005. Pour l'instant, aucun nouveau concours n'est organisé.
On examine là où le besoin d'un tel soutien est le plus grand.
Pour le reste, une discussion est en cours pour savoir s'il ne faut pas
diminuer le nombre de juristes de parquet au profit du nombre de
référendaires. Notamment, dans certains parquets, on voit que les
cadres se complètent et qu'il y a dès lors moins besoin du soutien
d'un juriste de parquet, puisque des magistrats peuvent assurer leur
rôle. Ainsi, le travail se fait bien plus en amont et les juridictions - le
siège - doivent pouvoir assumer le suivi et éviter un arriéré judiciaire.
Dans ce cadre, j'ai lancé la discussion sur les quotas de juristes de
parquet et de référendaires, mais il est évident que c'est une
discussion difficile puisque, dans chacun des arrondissements et des
cours d'appel, on plaide pour sa chapelle.
07.02
Minister
Laurette
Onkelinx: Na de examens van
2002-2003 zaten er 36 Franstalige
en 14 Nederlandstalige kandidaten
in de wervingsreserve voor
referendarissen bij de hoven van
beroep en bij de rechtbanken van
eerste aanleg.
Aan Franstalige kant werden er
ondertussen zes kandidaten tot
referendaris benoemd en vijf tot
parketmagistraat na een ander
examen; vijftien hebben er
afgehaakt (zij werden tijdelijk uit
de reserve gelicht). Van de
veertien Nederlandstalige
kandidaten in de reserve werden
er tien tot referendaris benoemd
en twee tot parketmagistraat na
een ander examen. De
overblijvende twee kandidaten
hebben afgehaakt en werden
tijdelijk uit de reserve geweerd.
Twee Franstalige kandidaten
werken momenteel als
referendaris op arbeidscontract,
drie als parketmagistraat op
arbeidscontract. De benoemde
kandidaten zijn aan de slag bij de
rechtbanken van eerste aanleg
van Brussel, Bergen, Charleroi,
Veurne, Oudenaarde en
Dendermonde, en bij de hoven
van beroep van Brussel en Gent.
De wervingsreserve blijft drie jaar
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
geldig, dus tot in april 2006.
We denken ook na over de
mogelijkheden om het aantal
parketmagistraten te verminderen
en het aantal referendarissen te
verhogen.
07.03 Jean-Pierre Malmendier (MR): Monsieur le président, je
remercie Mme la ministre pour sa réponse et j'apprécie
particulièrement l'information selon laquelle les lauréats peuvent
bénéficier jusqu'en 2006 de la possibilité d'être nommés.
07.03 Jean-Pierre Malmendier
(MR): De kandidaten kunnen nog
tot 2006 benoemd worden. Dat is
goed nieuws voor hen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de aangekondigde kruispuntbank voor criminele jongeren" (nr. 5530)
08 Question de Mme Yolande Avontroodt à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"l'annonce de la création d'une banque-carrefour de jeunes délinquants" (n° 5530)
08.01 Yolande Avontroodt (VLD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, deze vraag is ingegeven door de alarmerende berichten
en de zorgen van de raad van ouders van de jeugdhulp die zich
vragen stellen bij het aangekondigde initiatief inzake de oprichting van
zogenaamde kruispuntbanken voor criminele jongeren.
Mijn vraag is eveneens ingegeven door de vaststelling dat onderzoek
heeft uitgewezen dat heel veel criminele jongeren in feite
psychiatrische patiënten zijn. De relatie tussen psychiatrische
patiënten en criminaliteit is reeds vaak onderwerp van onderzoek
geweest. Gelet op het tekort aan jeugdpsychiatrische hulpverlening
begrijp ik de zorg van de raad voor ouders.
Een tweede invalshoek is dat het meer en meer duidelijk wordt dat het
een risico is om de ouders en de gezinnen steeds te culpabiliseren.
Dat is de reden waarom ik begrip heb voor de vragen die terzake
gesteld worden.
Mevrouw de minister, zowel de gemeenten, de politie, het onderwijs
en de bijzondere jeugdbijstand zouden in theorie kunnen beroep doen
op een dergelijke gegevensbank. Uiteraard is een geïntegreerde
aanpak niet nieuw. Dat is goed en noodzakelijk en komt de
hulpverlening alleen maar ten goede. Dit betekent evenwel niet dat
men vraagtekens kan plaatsen bij dit initiatief dat achteraf door het
jeugdparket van Antwerpen genuanceerd werd.
Mevrouw de minister, bent u betrokken bij dit experiment van het
jeugdparket van Antwerpen? Werd dit besproken op het College van
procureurs-generaal? Zo ja, wat is de stand van zaken?
Ten tweede, is dit een alleenstaand experiment of zijn er nog andere
gelijkaardige experimenten opgestart? Wat is uw standpunt terzake?
Bestaat de kans op veralgemeende gebruik?
Ten derde, ik heb gelezen dat advies aan de privacycommissie zal
worden gevraagd. Werd het advies gevraagd? Heeft de
privacycommissie reeds advies uitgebracht? Hoe zal het parket de
08.01 Yolande Avontroodt
(VLD): On prévoit de créer à
Anvers une banque-carrefour pour
jeunes criminels à laquelle la ville,
la police, l'enseignement et
d'autres instances pourront faire
appel. La nécessité d'une
approche plus intégrée se fait
sentir depuis longtemps déjà. Le
parquet de la jeunesse d'Anvers a
nuancé l'initiative en précisant qu'il
ne s'agissait pas d'une véritable
banque-carrefour.
La ministre a-t-elle été associée à
cette expérience? Cette initiative
a-t-elle fait l'objet d'un débat au
collège des procureurs généraux?
D'autres expériences similaires
seront-elles lancées et y a-t-il un
risque de généralisation? Quelle
position la ministre adopte-t-elle?
A-t-on demandé l'avis de la
Commission de la protection de la
vie privée? Comment le parquet
pourra-t-il garantir la fiabilité des
informations?
CRIV 51
COM 507
22/02/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
vertrouwelijkheid van de gegevens kunnen garanderen gelet op de
gevoelige aard ervan?
08.02 Minister Laurette Onkelinx: Mevrouw Avontroodt, wat uw
eerste en derde vraag betreft, kan ik antwoorden dat hoewel bepaalde
media in dit verband al hebben gerapporteerd, het Antwerps parket
mij heeft bevestigd dat elke concrete aankondiging voorbarig is. De
verschillende instanties die in het Antwerpse worden geconfronteerd
met jeugdcriminaliteit beogen een samenwerkingsverband op te
richten om hun optreden meer op elkaar af te stemmen. Het gaat om
de politie, het jeugdparket, verschillende scholen, OCMW's,
straathoekwerkers, buurttoezichters en de stad Antwerpen. Na een
eerste overleg heeft de stad Antwerpen hierover ook de integrale
jeugdhulp en de bijzondere jeugdbijstand aangesproken.
De stad Antwerpen werkte inmiddels een voorstel van
samenwerkingsplan uit. Eind januari stelde de stad het concept van
een kruispuntbank voor aan de andere leden van de werkgroep. Dit
voorstel werd evenwel nog niet algemeen goedgekeurd. Volgens mijn
inlichtingen werd nog geen enkele concrete timing opgesteld en werd
afgesproken dat de stad Antwerpen in eerste orde een formeel advies
zal vragen aan de privacycommissie. Gezien het prille stadium van
genoemd overleg werd de zaak nog niet voorgelegd aan het College
van procureurs-generaal.
In antwoord op uw tweede vraag kan ik u meedelen dat het College
van procureurs-generaal geen weet heeft van gelijkaardige initiatieven
op het niveau van andere parketten.
08.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Le parquet anversois m'a
informée du fait que toute
communication en la matière est
prématurée. Pour répondre à la
criminalité juvénile en région
anversoise, les instances
concernées ont l'intention de
mettre en place une structure de
collaboration. La ville d'Anvers a
élaboré une proposition et
présenté, fin janvier, l'idée d'une
banque-carrefour. Pour l'heure, la
proposition n'a pas encore été
approuvée, aucun calendrier
concret n'a été fixé et la ville
sollicitera l'avis de la Commission
pour la protection de la vie privée.
La concertation n'en étant qu'à ses
débuts, la question n'a pas encore
été soumise au collège des
procureurs généraux. Le collège
n'est pas au courant de l'existence
d'initiatives semblables dans
d'autres parquets.
08.03 Yolande Avontroodt (VLD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw
de minister, dit bevindt zich inderdaad in een pril stadium maar ik
denk dat u hierbij als minister van Justitie uiteraard bent betrokken en
zal moeten blijven.
Ik onderlijn dat ik de samenwerking en een geïntegreerde aanpak
absoluut ondersteun. Dit is volgens mij de enige uitweg wanneer men
tot hulpverlening wil komen. Wat ik echter in eerste instantie niet hoor
en wat toch wel zeer belangrijk is, is dat de jeugdpsychiatrie, de
jeugdpsychiatrische instanties en zeker de forensische
jeugdpsychiatrie hierbij moeten worden betrokken.
08.03 Yolande Avontroodt
(VLD): La ministre doit rester
attentive à cette question. Les
conditions nécessaires à une
véritable prise en charge sont la
coopération et l'approche intégrée.
La psychiatrie juvénile et en
particulier la psychiatrie juvénile
légale doivent aussi être associées
à cette démarche.
08.04 Laurette Onkelinx, ministre: Le problème est que la ministre
de la Justice n'est pas partie prenante au projet. Il s'agit d'une
discussion entre toutes les instances. Ce que je peux faire, c'est
transmettre au parquet d'Anvers votre réflexion sur la nécessité d'y
intégrer les personnes psychiatriquement atteintes.
08.04
Minister Laurette
Onkelinx: De Minister van Justitie
is niet bij dat ontwerp betrokken;
het gaat hier om een debat tussen
alle instanties.
Ik kan uw bedenking over de
noodzaak de psychiatrische
patiënten erin op te nemen aan het
Antwerps parket bezorgen.
08.05 Yolande Avontroodt (VLD): En daarnaast nog uiteraard de
privacy...
08.05 Yolande Avontroodt
(VLD): Et la Commission de
protection de la vie privée?
08.06 Laurette Onkelinx, ministre: Je rappelle que le bourgmestre
d'Anvers avait dit qu'avant d'aller plus loin, il fallait le feu vert de la
08.06
Minister Laurette
Onkelinx:
De Antwerpse
22/02/2005
CRIV 51
COM 507
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
commission Vie privée, évidemment.
Pour le moment, je n'ai aucune indication. Comme cela n'a été
présenté qu'une première fois seulement, tous les acteurs doivent en
discuter ensemble. S'il y avait une vue commune, la commission Vie
privée devrait encore donner son feu vert. Il est vraiment trop tôt pour
savoir ce qui se passera.
burgemeester verklaarde dat het
fiat van de Commissie voor de
bescherming van de persoonlijke
levenssfeer vereist is.
Op dit ogenblik beschik ik over
geen enkele aanwijzing. Het is te
vroeg om uit te maken wat er
verder nog te gebeuren staat.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à 11.21 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 11.21 uur.