CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 466
CRIV 51 COM 466
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
mercredi
woensdag
19-01-2005
19-01-2005
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken (met
de bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige) MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Patrick De Groote au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
conventions de rééducation fonctionnelle relatives
à l'infirmité motrice cérébrale conclues entre le
demandeur de soins et les hôpitaux, d'une part, et
entre les hôpitaux et l'INAMI, d'autre part"
(n° 4526)
1
Vraag van de heer Patrick De Groote aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "revalidatie-overeenkomsten voor
hersenverlamming tussen de zorgvrager en
ziekenhuizen enerzijds en ziekenhuizen en RIZIV
anderzijds" (nr. 4526)
1
Orateurs: Patrick De Groote, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Patrick De Groote, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Carl Devlies au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
travailleurs déclarés des équipes de football de
troisième division nationale" (n° 4762)
3
Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
aangegeven werknemers van de voetbalploegen
uit de derde nationale afdeling" (nr. 4762)
3
Orateurs: Carl Devlies, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique, J. Servotte, collaborateur du
ministre
Sprekers: Carl Devlies, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid, J. Servotte, medewerker
van de minister
Question de Mme Trees Pieters au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
cotisations de sécurité sociale sur le pécule de
vacances" (n° 4844)
5
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
sociale zekerheidsbijdragen op vakantiegeld"
(nr. 4844)
5
Orateurs: Trees Pieters, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Trees Pieters, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Greta D'hondt au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
accueillants et accueillantes d'enfants" (n° 4966)
8
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "onthaalouders" (nr. 4966)
8
Orateurs: Greta D'hondt, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Greta D'hondt, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'égalité de traitement des
contrôleurs sociaux" (n° 5046)
13
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de gelijkberechtiging van de sociale
controleurs" (nr. 5046)
13
Orateurs: Servais Verherstraeten, Rudy
Demotte, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Sprekers: Servais Verherstraeten, Rudy
Demotte, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Question de Mme Trees Pieters au ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'impôt sur les véhicules de société" (n° 5082)
15
Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
belasting op bedrijfswagens" (nr. 5082)
15
Orateurs: Trees Pieters, Rudy Demotte,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Sprekers: Trees Pieters, Rudy Demotte,
minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
du
MERCREDI
19
JANVIER
2005
Après-midi
______
van
WOENSDAG
19
JANUARI
2005
Namiddag
______
De vragen en interpellaties vangen aan om 14.12 uur.
Voorzitter: de heer Hans Bonte.
Les questions et les interpellations commencent à 14.12 heures.
Président: M. Hans Bonte.
01 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over
"revalidatie-overeenkomsten voor hersenverlamming tussen de zorgvrager en ziekenhuizen enerzijds
en ziekenhuizen en RIZIV anderzijds" (nr. 4526)
01 Question de M. Patrick De Groote au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
conventions de rééducation fonctionnelle relatives à l'infirmité motrice cérébrale conclues entre le
demandeur de soins et les hôpitaux, d'une part, et entre les hôpitaux et l'INAMI, d'autre part" (n° 4526)
01.01 Patrick De Groote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, zorgvragers voor mensen met een hersenverlamming
worden zeer recent gevraagd om contracten te tekenen met
referentiecentra voor hersenverlamming. Tegelijkertijd worden de
behandelende ziekenhuizen of ziekenhuiscampussen van een
zorgvrager verplicht contracten af te sluiten met de dienst voor
geneeskundige verzorging van het RIZIV.
Bij hersenverlamming gaan bewegings- en houdingsstoornissen
meestal gepaard met bijkomende stoornissen zoals het cognitieve
aspect, het psychische aspect, en de voedingsaspecten,
communicatieve, visuele en auditieve aspecten. De bedoeling is alle
geneesheren, kinesitherapeuten, paramedici en psychologen die zich
met een en dezelfde zorgdrager inlaten onder te brengen in een team.
Men wilt de verspreide zorgverlening verenigen in een team om de
behandelingen op elkaar te kunnen afstemmen en op die manier te
vermijden dat verschillende geneesheren, kinesitherapeuten en
paramedici tegenstrijdige behandelingen gaan toepassen of
meermaals eenzelfde medische controle of onderzoek uitvoeren.
Ik geef een concreet voorbeeld. Een kind dat in Pellenberg wordt
behandeld omdat het de enige plaats is in België waarvoor een
motorische handicap een Botox-behandeling mogelijk is. Datzelfde
kind geniet tevens de beste zorgen voor een visuele handicap in
Spermalie in Brugge omdat daar de beste specialisten zitten. Auditief
wordt datzelfde kind dan weer behandeld in Gent omdat Gent het
dichts bij de deur ligt. In dat geval zal de zorgvrager in de toekomst
worden verplicht uit deze drie slechts een ziekenhuis of
ziekenhuiscampus te keizen.
De ziekenhuizen leggen aldus de zorgvragers contracten voor zonder
dat de zorgvragers goed worden ingelicht over de consequenties op
01.01 Patrick De Groote (N-VA):
Les patients atteints de paralysie
cérébrale sont invités à signer un
contrat avec un centre de
référence pour la paralysie
cérébrale. Dans le même temps,
les hôpitaux sont tenus de
conclure un contrat avec le
Service des soins de santé de
l'INAMI.
Ces patients souffrent de divers
troubles de type moteur, cognitif,
psychique, alimentaire, auditif et
visuel, et ils ont besoin de
différentes formes de soins.
Le but visé est de réunir dans une
seule équipe tous les médecins,
les kinésithérapeutes, les
praticiens de professions
paramédicales et les
psychologues qui s'occupent d'un
seul et même demandeur de soins
de façon à mieux harmoniser les
multiples thérapies.
Lorsque les hôpitaux proposent un
contrat aux patients, ceux-ci n'ont
plus la liberté de choisir leurs
médecins ou les personnes qui
vont les soigner sur l'ensemble du
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
korte en lange termijn.
De zorgvrager heeft dan bijvoorbeeld niet meer de vrijheid om zelf te
kiezen uit de voor hem beste medische zorg op de verschillende
domeinen verspreid over het land, aangezien de terugbetaling door
het RIZIV dan niet langer wordt verzekerd. Het kan ook zijn dat een
zorgvrager, eenmaal het contract getekend is, niet meer van team
kan veranderen zonder administratieve beslommeringen. De ervaring
met de patiënt en de kennis van het medisch dossier van de huidige
behandelende geneesheren en kinesitherapeuten enzovoort verspreid
over de verschillende ziekenhuizen, dreigen bovendien verloren te
gaan door de verplichting om in één ziekenhuis of campus te kiezen.
Mijnheer de minister, mijn vraag is nu hoe u die gang van zaken
verdedigt, met duidelijke zware gevolgen voor de zorgvragers. Of
schat ik dat verkeerd in? De maatregelen gaan bijvoorbeeld ook in
tegen de richtlijn-Bolkestein.
Mijnheer de minister, hoe zult u de zorgvragers degelijk inlichten over
de eigenlijke consequenties van die contracten?
territoire belge. Une fois le contrat
signé, ils ne peuvent plus revenir
en arrière sans avoir à remplir
toutes sortes de formalités
administratives; ils sont, par
ailleurs, obligés de choisir les
médecins et le personnel soignant
au sein du même hôpital. De ce
fait, les antécédents médicaux du
patient et la connaissance du
dossier médical, qui est dispersée
entre plusieurs institutions de
soins, risquent d'être perdus.
Comment le ministre justifie-t-il
cette situation? La mesure est
contraire à la directive Bolkestein.
La Belgique va-t-elle demander
une exception ?
Comment le ministre compte-t-il
informer comme il convient les
patients sur les implications de ces
contrats?
01.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de volksvertegenwoordiger,
naar aanleiding van uw vraag moet ik een aantal spijtige
misverstanden rechtzetten.
De revalidatie-overeenkomsten, gesloten tussen het RIZIV en de
referentiecentra voor patiënten met hersenverlamming of cerebral
palsy, zijn er precies gekomen om te kunnen beantwoorden aan een
gesignaleerde nood aan een beperkt aantal referentiecentra voor in
de eerste plaats kinderen en adolescenten, maar ook voor
volwassenen met cerebral palsy, CP.
De bij overeenkomst gedefinieerde taak van de centra is het
realiseren van een zo volledig mogelijke diagnostische en functionele
balans en van een behandelings- en revalidatieplan voor elke CP-
patiënt die al dan niet op verwijzing door een andere behandelende
geneesheer erop een beroep doet.
De resultaten van dit behandelingsplan worden regelmatig
geëvalueerd en eventueel aangepast. Indien nodig kan door het team
van het referentiecentrum ook punctueel advies worden gegeven
betreffende hulpmiddelen en/of problemen in verband met CP. Bij dit
alles betrekt het team van het referentiecentrum ook zoveel mogelijk
het gezin, de omgeving van de rechthebbende en de personen of
teams door wie hij dagdagelijks wordt gerevalideerd.
De overeenkomst benadrukt dan ook dat het referentiecentrum als
spil dient te functioneren binnen een netwerk van zorgvoorziening
voor CP-patiënten waarin het zelf in de eerste plaats adviserend,
zorgcoördinerend en aanvullend is ten overstaan van alle bestaande
diagnose-, evaluatie-, behandelings- en revalidatiemogelijkheden
binnen en buiten het RIZIV.
De samenwerkingsovereenkomsten tussen het referentiecentrum en
01.02 Rudy Demotte, ministre:
Les conventions de rééducation
conclues entre le l'INAMI et les
centres de référence accueillant
les patients souffrant d'infirmité
motrice cérébrale ou de `Cerebral
Palsy' (CP), sont précisément
inspirées des besoins des
patients. Les centres doivent
dresser le bilan diagnostique et
fonctionnel de chaque patient CP,
et arrêter un plan de traitement et
de revalidation. Les résultats du
plan de traitement doivent être
régulièrement évalués et adaptés.
Les centres de référence peuvent
émettre un avis ponctuel. La
famille de l'ayant droit y est
associée. La convention souligne
le fait que les centres de référence
fonctionnent comme un pivot des
soins. La liberté de choix n'est en
aucun cas réduite. L'avis des
centres de référence peut être
demandé librement. Par ailleurs,
rien n'empêche que le patient
présentant une IMOC change de
centre de référence.
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
andere zorgvoorzieningen zijn bedoeld om aan te tonen dat het
referentiecentrum aan de doelstelling beantwoordt als spil van een
netwerk. Ik moet krachtig benadrukken dat hierdoor in geen enkele
mate de keuzevrijheid van de zorgvrager, meestal de CP-patiënt of
zijn ouders, wordt beknot. Hij is vrij al dan niet advies in te winnen bij
een referentiecentrum. Nadat dit aan de zorgvrager en in voorkomend
geval aan zijn verwijzers werd gecommuniceerd, staat het hem ook
vrij dit advies al dan niet te volgen.
Niets belet dus dat het kind uit uw voorbeeld zijn nodige Botox-
behandeling krijgt in het centrum te Pellenberg, dat een overeenkomst
heeft als referentiecentrum en een overeenkomst voor terugbetaling
van de Botox-behandeling, terwijl het verder voor de visuele
component van zijn stoornis gerevalideerd wordt in Brugge en voor de
auditieve in Gent.
Ten slotte is er ook niets wat belet dat een CP-patiënt van
referentiecentrum zou veranderen. Ik hoop dat uw ongerustheid met
de precisering is verdwenen.
01.03 Patrick De Groote (N-VA): Dat was inderdaad mijn
bekommernis. Ik had wat vrees dat de keuze in feite zou beperkt zijn
of zelfs niet meer zou worden gerespecteerd. Door uw uitleg hebt u
mij ervan overtuigd dat het referentiecentrum centraal staat en dat
men eigenlijk nog vrij mag kiezen tot wie men zich wendt voor de best
mogelijke medische zorg.
01.03 Patrick De Groote (N-VA):
Le ministre m'a convaincu que le
centre de référence occupe une
place prépondérante dans le
traitement et que le patient a le
libre choix.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
aangegeven werknemers van de voetbalploegen uit de derde nationale afdeling" (nr. 4762)
02 Question de M. Carl Devlies au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
travailleurs déclarés des équipes de football de troisième division nationale" (n° 4762)
02.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de minister, mijn vraag sluit
aan bij mijn vraag met betrekking tot de RSZ voor aangegeven
werknemers van de voetbalploegen uit derde nationale afdeling, die
werd behandeld op de commissiebijeenkomst van 8 december van
vorig jaar. U hebt mij toen een mondeling antwoord gegeven en een
tabel overhandigd. Die hebben we toen niet besproken, omdat die niet
was verwerkt in uw mondeling antwoord. Die tabel was bijzonder
merkwaardig, want er bleek uit dat er een enorm verschil was tussen
de voetbalploegen met betrekking tot het aangegeven aantal RSZ-
werknemers. Het verschil is er een van 29 tot 1.
De drie ploegen die het hoogste aantal ingeschreven RSZ-
werknemers hebben, zijn Denderleeuw met 29, Racing Waregem met
26 en Bocholt ook met 26. Wanneer ik onderaan de tabel bekijk, stel
ik vast dat een ploeg als Overpelt-Lommel slechts een RSZ-
ingeschrevene heeft. Dat is toevallig ook de competitieleider in derde
nationale A. Een andere ploeg, Veldwezelt, heeft er 3. Een andere
ploeg, Tongeren, heeft er ook 3. Er is nog een ploeg met minder dan
3, namelijk Torhout heeft 2 ingeschreven RSZ-werknemers.
Dat is in het slechtste geval een verhouding van 29 tot 1. U ziet dat
die verschillen enorm zijn, in die mate dat we ons ernstig de vraag
kunnen stellen of hier geen sprake kan zijn van competitievervalsing.
02.01 Carl Devlies (CD&V): Le 8
décembre 2004, le ministre m'a
remis un tableau concernant la
troisième division de football. Ce
tableau a ceci de remarquable qu'il
indique l'existence d'écarts
importants entre les différentes
équipes quant au nombre de
joueurs déclarés à l'ONSS. Je me
demande si ce phénomène ne
fausse pas la compétition. Il ne
faut pas seulement s'occuper des
arriérés de cotisations sociales, il
faut aussi vérifier si les joueurs et
les collaborateurs sont bien
inscrits à l'ONSS.
Comment le ministre explique-t-il
de tels écarts? Peuvent-ils exister
sans fausser la compétition? Le
président du club de football
d'Overpelt affirme d'ailleurs que
les chiffres du ministre ne sont pas
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
Ik meen, mijnheer de minister, dat uw diensten niet alleen moeten
onderzoeken of er achterstallen bestaan met betrekking tot de RSZ-
bijdragen. Daarover zijn in het verleden regelmatig vragen gesteld en
ik denk dat u dat opvolgt, maar er moet ook worden nagegaan of
spelers en andere medewerkers daadwerkelijk worden ingeschreven
bij de RSZ. Blijkbaar is dat niet het geval. Ik had graag van u
vernomen hoe u die enorme verschillen verklaart en hoe die
verschillen kunnen bestaan zonder dat er competitievervalsing is.
In de maand december zijn een aantal van die cijfers in de pers
gekomen. Daarop is dan een reactie gekomen van de voorzitter van
de voetbalclub Overpelt-Lommel, die volgens uw cijfers over één
RSZ-aangeslotene beschikt. Hij antwoordt in de pers dat die
gegevens niet juist zijn en dat zijn club beschikt over minstens 10
spelers met een niet-amateurcontract voor wie RSZ-bijdragen worden
betaald.
Ik had graag vernomen wie hier nu de waarheid spreekt, u en de RSZ
of de voorzitter van voetbalclub Overpelt-Lommel? Het is een
tweeledige vraag, enerzijds met betrekking tot die concrete verklaring
van de voorzitter van Overpelt-Lommel en anderzijds over de
schijnbare competitievervalsing in de derde nationale afdeling en de
houding die de minister daartegenover aanneemt.
exacts.
02.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de voorzitter, ik betreur ten
zeerste dat vertrouwelijke informatie over de toestand van sommige
voetbalploegen in de pers verscheen. Het artikel dat in de Gazet van
Antwerpen werd gepubliceerd, verwijst expliciet naar het antwoord dat
ik u heb bezorgd. Ik heb dezelfde houding aangenomen als mijn
voorgangers die ook weigerden een antwoord te verschaffen over de
individuele toestand van werkgevers en meer bepaald van
voetbalploegen.
Ik heb nooit een dergelijk antwoord naar aanleiding van mondelinge of
schriftelijke vragen gegeven. Indien ik een antwoord over een
individuele toestand van een werkgever gaf, gebeurde dat altijd door
een brief gericht aan het parlementslid dat mij ondervroeg. Dit is ook
gebeurd naar aanleiding van uw vraag nr. 4414.
Ik moet weigeren een individueel antwoord te geven omdat anders de
vertrouwensband tussen de RSZ en zijn voogdijminister wordt
verbroken. De cijfers die ik u per brief heb bezorgd, zijn de cijfers die
mij door de RSZ werden bezorgd.
02.02 Rudy Demotte, ministre: Je
regrette que des informations
confidentielles aient été divulguées
dans la presse. Je refuse de
répondre à des questions relatives
à des employeurs individuels, sous
peine de voir se rompre le lien
confidentiel existant entre l'ONSS
et le ministre de la tutelle. Les
informations que j'ai
communiquées par écrit à M.
Devlies provenaient de l'ONSS.
02.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, in het antwoord dat u mij hebt bezorgd, wordt geen enkel
voorbehoud gemaakt over het vertrouwelijk karakter. De tabel werd
ook niet afgedrukt.
Als ik in de commissie vragen stel, is dat publieke informatie. De
informatie die ik daarnet heb vermeld, wordt ook in het verslag
opgenomen. Het is normaal dat een en ander ook naar buiten kan
gaan. Ik neem akte van het feit dat u niet op actuele dossiers kunt
antwoorden, maar dan had ik wel graag een antwoord gehad op de
principiële vraag hoe het mogelijk is dat er binnen eenzelfde
voetbalafdeling ploegen zijn waar 2 of 3 mensen bij de RSZ
aangesloten zijn en bij andere 29.
02.03 Carl Devlies (CD&V):
Aucune réserve n'a toutefois été
formulée dans la réponse écrite.
Ces informations sont par ailleurs
publiques. Le ministre ne fournit
aucune réponse relative à des
dossiers individuels.
Je retiens ma question de principe
de savoir pourquoi le nombre de
joueurs déclarés dans la même
division de football peut varier
aussi sensiblement.
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
02.04 Minister Rudy Demotte: Ik kan een heel kort antwoord geven.
Het betreft verschillende trimesters. Mijn antwoord betreft de eerste
en tweede trimester van 2004. De cijfers die zijn verschenen, zijn
cijfers van de derde trimester van 2004. De vergelijking is dus niet
mogelijk.
02.04 Rudy Demotte, ministre:
Mes chiffres portent sur les deux
premiers trimestres de 2004, ceux
de la presse sur le troisième
trimestre. Une comparaison
s'avère dès lors impossible.
02.05 Carl Devlies (CD&V): Het derde trimester van 2004 valt dan
toch in het seizoen 2004-2005?
02.05 Carl Devlies (CD&V): Le
troisième trimestre ressortit donc
déjà à la saison 2004-2005 ?
02.06 Medewerker van de minister: Mijnheer Devlies, in feite
hebben de cijfers, opgenomen in de tabel die u werd bezorgd en die
was verwerkt in het mondelinge antwoord van de minister, betrekking
op het eerste en tweede kwartaal van 2004. Op het ogenblik dat ik het
persartikel las en dat het was gepubliceerd dat wil zeggen op 10
december 2004 , kon de werkgever zeggen dat hij zoveel
werknemers had aangegeven, maar voor het derde kwartaal van
2004. In de huidige toestand moeten wij, op het ogenblik dat wij een
antwoord geven op basis van de cijfers doorgegeven door de RSZ,
rekening houden met de cijfers waarover wij beschikken. Indien wij
voor het ogenblik aan de RSZ zouden vragen om ons opnieuw een
dergelijke tabel te geven, dan zouden wij de cijfers krijgen met
betrekking tot het derde kwartaal van 2004. De cijfers van het vierde
kwartaal van 2004 werden nog niet helemaal ingediend door de
werkgevers en werden zeker nog niet verwerkt.
02.06 Collaborateur du ministre:
Les chiffres du tableau intégré
dans la réponse orale du ministre
portent sur les deux premiers
trimestres de 2004. Nous devons
tenir compte des chiffres dont
nous disposons. Si nous
demandions un tableau à l'ONSS
maintenant, nous obtiendrions les
chiffres du troisième trimestre de
2004. Les chiffres du quatrième
trimestre 2004 n'ont pas encore
tous été communiqués et n'ont
donc pas été traités.
02.07 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik onderstreep
dat er alleen melding wordt gemaakt van de ploegen die in het
seizoen 2004-2005 in derde nationale spelen. De ploegen die het
vorige seizoen in derde nationale hebben gespeeld, zijn niet
opgenomen in de lijst. Ploegen kunnen stijgen of dalen. Dit is wel
degelijk de lijst van dit seizoen.
Ik stel vast dat u niet wenst te antwoorden. Ik kan alleen maar mijn
bekommernis uiten over de competitievervalsing die er bestaat indien
geen gelijke voorwaarden worden gesteld aan alle ploegen in
eenzelfde afdeling.
02.07 Carl Devlies (CD&V):
Cependant, on fait uniquement
mention des équipes qui jouent
dans le championnat 2004-2005.
Je tiens à exprimer ma
préoccupation à propos de cette
forme de distorsion de
concurrence.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: De heer Goutry bevindt zich momenteel in het buitenland. Vraag nr. 4813 wordt uitgesteld.
03 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
sociale zekerheidsbijdragen op vakantiegeld" (nr. 4844)
03 Question de Mme Trees Pieters au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
cotisations de sécurité sociale sur le pécule de vacances" (n° 4844)
03.01 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik las onlangs in het wekelijkse informatieblad van het
Verbond van Belgische Ondernemingen dat er weer een aanzienlijke
verzwaring van lasten op arbeid komt.
Het artikel stelt dat er een ontwerp van koninklijk besluit klaar ligt dat
een aanzienlijke verzwaring van de lasten op arbeid zal veroorzaken.
Op het vakantiegeld dat bedienden ontvangen bij het einde van hun
03.01 Trees Pieters (CD&V):
Nous apprenons par la presse
qu'un arrêté royal qui alourdira
considérablement les charges sur
le travail est prêt. A partir du
1
er
janvier 2005, les cotisations de
sécurité sociale seront redevables
immédiatement sur le pécule de
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
arbeidsovereenkomst zullen namelijk vanaf 1 januari 2005 de
socialezekerheidsbijdragen onmiddellijk verschuldigd zijn.
Totnogtoe moesten die bijdragen pas betaald worden op het moment
dat de bediende effectief vakantie nam. De totale winst van deze
operatie zou door de regering geraamd worden op 10 miljoen euro,
terwijl betrokken partners zeggen dat dit 100 miljoen euro zal
opleveren voor de Staatskas.
In de huidige regeling worden de bijdragen berekend op het normale
loon voor de vakantiedagen. Dit bestaat uit het vakantiegeld dat de
vorige werkgever reeds heeft betaald en de eventuele loonsverhoging
bij de nieuwe werkgever. Daaruit volgt dat alleen bijdragen betaald
worden op het vertrekvakantiegeld wanneer de bediende nadien bij
een andere werkgever is tewerkgesteld. In geval van bijvoorbeeld
pensionering, brugpensioen, langdurige werkloosheid of overgang van
een voltijdse naar een deeltijdse baan wordt het vertrekvakantiegeld
niet als bijdrageplichtig loon beschouwd.
Nu wil het ontwerp van koninklijk besluit daarin verandering brengen.
Deze operatie betekent niet alleen een nieuwe aanzienlijke verzwaring
van lasten op arbeid. Ik spreek over een nieuwe. Ik spreek dan ook
over de CO²-taks op de bedrijfswagens, die 158 miljoen euro moet
opbrengen. Die nieuwe aanzienlijke verzwaring van lasten op arbeid
zou niet 10 miljoen euro, maar 100 miljoen euro per jaar opbrengen.
Ondertussen is ook duidelijk geworden dat het KB nieuwe
administratieve complicaties veroorzaakt. Het vergt immers een
aanzienlijke aanpassing van de loonadministratie en van RSZ-
aangiften om een vertekening in de sociale rechten van de bedienden
te vermijden.
Mijnheer de minister, ik had van u graag geweten of de berichtgeving
in Infor VBO van 17 december 2004 klopt.
Ligt of lag een dergelijk ontwerp van koninklijk besluit op tafel? Ik heb
vernomen dat dit op de Ministerraad van 23 december op tafel lag. Is
dit behandeld of is dit niet behandeld?
Wat is de concrete inhoud van dit KB?
Is het juist dat er heel wat technische problemen zijn die door de RSZ
aan de Ministerraad zijn meegedeeld?
Probeert de regering nog steeds de datum van inwerkingtreding,
namelijk 1 januari 2005, na te streven, weliswaar met terugwerkende
kracht?
Kunt u zeggen wat de concrete opbrengst is. Is het 10 miljoen euro of
100 miljoen euro? Bevestigt u dat de nieuwe regeling ongeveer 100
miljoen euro moet opbrengen?
vacances que les employés
touchent à la fin d'un contrat de
travail. Actuellement, une
cotisation ne doit être payée sur le
pécule de vacance de départ que
lorsque le travailleur a trouvé un
nouvel emploi, et non lorsqu'il est
admis à la retraite ou devient
chômeur de longue durée. Ainsi,
les charges sur le travail sont
alourdies de 100 millions d'euros
par an et l'administration des
salaires ainsi que la déclaration
ONSS devront être adaptées.
Un tel projet d'arrêté royal a-t-il
effectivement été rédigé? Quel est
son contenu? Le ministre
maintient-il toujours le 1
er
janvier
2005 comme date d'entrée en
vigueur? Le ministre confirme-t-il
que la nouvelle réglementation
rapportera environ 100 millions
d'euros?
03.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Pieters, tijdens de begrotingsopmaak heeft de regering beslist de
huidige regeling inzake inning van sociale zekerheidsbijdragen op het
enkel uitdiensttredingsverlofgeld van de bedienden te wijzigen. Het
enkel vakantiegeld van arbeiders is altijd onderworpen aan sociale
zekerheidsbijdragen. Het gaat om zowel de persoonlijke bijdragen als
03.02 Rudy Demotte, ministre:
Lors de la confection du budget, le
gouvernement a décidé de
modifier la perception de
cotisations de sécurité sociale sur
le simple pécule de vacances
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
de werkgeversbijdragen. Deze inning geschiedt langs het
vermenigvuldigingscoëfficiënt 1,08, toegepast op het brutoloon
uitbetaald aan de arbeiders. Voor de bedienden zijn de sociale
zekerheidsbijdragen op het enkel uitdiensttredingsverlofgeld alleen
van toepassing indien de bediende voor een werkgever werkt bij de
opname van zijn verlofdagen.
In 1984 heeft het beheerscomité van de Rijksdienst voor Sociale
Zekerheid (RSZ) eenparig voorgesteld het enkel
uitdiensttredingsverlofgeld van de bedienden aan de bijdragen van de
sociale zekerheidsbijdrage op het ogenblik van de uitbetaling te
onderwerpen.
In januari 1991 werd een verdeeld standpunt door het beheerscomité
ingenomen. De werkgeversvertegenwoordigers hebben hun akkoord
op het voorstel dat zij in 1984 hadden goedgekeurd ingetrokken. De
werknemersvertegenwoordigers waren daarentegen van oordeel dat
het eenparige voorstel van 1984 moest uitgevoerd worden.
Ik vind het logisch dat sociale zekerheidsbijdragen op het enkel
verlofgeld uitbetaald worden zelfs indien de verlofdagen niet
opgenomen zijn. In de huidige regeling verliest de sociale zekerheid
bijdragen indien de bediende geen nieuwe werkgever vindt of indien
de werknemer met pensioen gaat of naar de openbare sector
overstapt, of de verlofdagen niet kan opnemen wegens ziekte.
In het kader van de uitvoering van de beslissingen van het
begrotingsconclaaf heb ik een ontwerp van koninklijk besluit aan het
beheerscomité van de RSZ voorgelegd. Dat ontwerp voorzag erin dat
de werkgever die een uitdiensttredingverlofgeld aan een bediende
uitbetaalt, de sociale zekerheidsbijdrage op het enkel
uitdiensttredingverlofgeld op het tijdstip van uitbetaling moet afhouden
en storten.
Op 13 januari 2005 heb ik het advies van het beheerscomité van de
RSZ ontvangen. Ik kan dit advies in drie punten samenvatten.
Ten eerste, het beheerscomité is eenparig van oordeel dat de nieuwe
regeling niet op 1 januari 2005 in werking kan treden. Het
beheerscomité wenst de gevolgen van de nieuwe regeling op de
loopbaan van de betrokken bedienden te onderzoeken.
Ten tweede, de werkgeversvertegenwoordigers wensen dat de
maatregel wordt geconvoceerd om de neutraliteit op budgettair niveau
te waarborgen. Op basis van de inlichtingen waarover zij beschikken,
brengen de werkgeversvertegenwoordigers een negatief advies uit.
Ten derde, de werknemersvertegenwoordigers brengen een positief
advies uit. Volgens hen zijn de nieuwe bepalingen logisch en zij zijn
bereid de meerkosten ervan te aanvaarden en dit zowel voor de
werknemers als voor de werkgevers.
Ik heb de diensten van de FOD Sociale Zekerheid belast met een
onderzoek naar de eventuele gevolgen van de wijziging van de
reglementering. De te onderzoeken gevolgen hebben betrekking op
de loopbaan van de betrokken bedienden. De FOD verzamelt ook
inlichtingen om de raming van de opbrengst te verfijnen. Het VBO
heeft een theoretische budgettaire raming gedaan die een opbrengst
octroyé au moment du départ.
En 1984, le comité de gestion de
l'ONSS avait proposé à l'unanimité
de soumettre ce pécule de
vacances à des cotisations de
sécurité sociale au moment du
paiement. En 1991, les
représentants des employeurs
n'étaient plus d'accord avec cette
mesure, alors que les
représentants des travailleurs
entendaient appliquer l'accord de
1984. J'estime qu'il est logique
que les cotisations de sécurité
sociale sur ce pécule de vacances
soient payées, même lorsque les
jours de congé ne sont pas pris.
C'est pourquoi j'ai soumis un
projet d'arrêté royal au comité de
gestion de l'ONSS. Au sens de ce
projet, l'employeur qui paie un
pécule de vacances au moment
du départ d'un travailleur doit
prélever et payer les cotisations de
sécurité sociale au moment du
paiement.
Le 13 janvier 2005, j'ai reçu l'avis
du comité de gestion de l'ONSS.
Ce dernier estime à l'unanimité
que le nouveau règlement ne peut
pas entrer en vigueur le 1
er
janvier
2005 et souhaite d'abord examiner
les conséquences pour les
employés.
Les patrons souhaitent avant tout
la neutralité budgétaire et ont
rendu un avis négatif. Les
représentants des travailleurs
s'expriment positivement. J'ai
chargé le SPF Affaires sociales
d'étudier les conséquences de
cette modification et d'affiner
l'estimation des recettes. Selon la
FEB, cette mesure rapporterait 90
millions d'euros. Dans l'état actuel
des choses je ne peux pas encore
fournir plus de détails.
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
van 90 miljoen euro veronderstelt. Het is een theoretische raming
omdat het VBO in de eerste plaats veronderstelt dat een bepaald
percentage bedienden om het jaar de arbeidsmarkt verlaat en hun
gemiddeld loon 75% van het gemiddeld loon van de bedienden
bedraagt, en, ten tweede, dat een bepaald percentage bedienden om
het jaar van werkgever verandert en hun loon een bepaald bedrag
bereikt.
Mevrouw Pieters, gezien de huidige stand van het dossier kan ik u
onmogelijk een meer gedetailleerd antwoord geven met betrekking tot
de inhoud van het besluit en de datum van inwerkingtreding.
03.03 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, uit uw antwoord leid ik af dat de zaak helemaal niet rond is.
De FOD Sociale Zekerheid moet nog onderzoeken uitvoeren en er is
discussie over het bedrag dat dit zou kunnen opbrengen. U zit om
verschillende redenen niet op hetzelfde spoor als het VBO.
Voorlopig concludeer ik dat zowel wat de inhoud als de datum van
toepassing betreft er nog niets concreet is ingevuld. Voorziet u al een
datum om dit terug te agenderen op de Ministerraad of niet?
03.03 Trees Pieters (CD&V):
J'en déduis que ce dossier n'est
pas clôturé et que les éventuelles
recettes de l'opération suscitent
encore des discussions. Quand ce
projet d'arrêté royal sera-t-il
examiné en Conseil des
ministres?
03.04 Minister Rudy Demotte: De inwerkingtreding moet ten laatste
gebeuren tussen april en juli. Dat is de termijn waarover wij
beschikken.
03.04 Rudy Demotte, ministre: Il
devra entrer en vigueur entre avril
et juin.
03.05 Trees Pieters (CD&V): Houdt u rekening met de technische
problemen die de RSZ heeft aangegeven? De RSZ heeft verklaard
dat de uitwerking van dit systeem heel wat technische problemen met
zich zal brengen. Dat zou de Ministerraad wat hebben afgeschrikt
omdat het inderdaad een implicatie van 10 miljoen euro is die heel
wat technische problemen en administratieve complicaties
veroorzaakt. Zult u daarmee nog rekening houden of is de datum van
april tot en met juni een definitief gegeven?
03.05 Trees Pieters (CD&V): Le
ministre tient-il compte des
problèmes techniques que l'ONSS
va rencontrer?
03.06 Minister Rudy Demotte: De termijn moet nageleefd worden.
Wat betreft het technisch probleem, we zullen indien het mogelijk is
de verschillende verbeteringen in onze teksten kunnen aanbrengen.
Wij bestuderen nu de concrete gevolgen, bijvoorbeeld voor de
carrière van de mensen die erbij betrokken zouden zijn door onze
beslissing.
Wat betreft de verschillende ramingen, u hebt begrepen dat wij tot nu
toe nog geen concrete cijfers kunnen geven. We zullen dan nog zien
wat de echte en gefundeerde cijfers zijn waarover wij kunnen
beschikken. Ik benadruk dat het voor ons nodig is dat in het kader van
een globaal pakket te behandelen.
03.06 Rudy Demotte, ministre:
Mes collaborateurs étudient en ce
moment une série de problèmes,
mais ils n'ont encore ni résultats ni
chiffres concrets.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: De heer Viseur is nog even weerhouden in een andere vergadering maar komt straks langs.
Daarom geef ik nu het woord aan mevrouw D'hondt.
04 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over
"onthaalouders" (nr. 4966)
04 Question de Mme Greta D'hondt au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
accueillants et accueillantes d'enfants" (n° 4966)
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
04.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, het is zeker
geen geheim dat ik geen voorstander ben en dan druk ik mij heel
zacht uit van het halfslachtige statuut voor onthaalouders dat in de
vorige legislatuur tot stand gekomen is. Ik ben een sterke
pleitbezorger van het feit dat wij iedereen, waarvan wij zeggen dat de
arbeid die verricht wordt maatschappelijk nuttige arbeid is en die een
proces doorgemaakt heeft van wat vroeger eigenlijk door professor
Van Steenbergen altijd van niet-arbeid naar arbeid groeien werd
genoemd, een volwaardig statuut zouden geven.
Nu, sinds het totstandkomen van dat halfslachtig statuut hebben wij
eerlijk gezegd toch wel wat miserie gekend. Ook dan druk ik mij zacht
uit. Ik heb in het verleden ook regelmatig gevraagd hoeveel
onthaalouders er nu binnen dat nieuwe statuut aan het werk waren. U
herinnert zich toch wel dat er gesteld werd dat het nieuwe statuut de
onderbezetting of het tekort aan onthaalouders zou wegwerken omdat
het een statuut en een aantal zekerheden zou geven. In de laatste
jaren voor het totstandkomen van het statuut werd het eigenlijk
ontraden om nog onthaalouder te worden omdat men dus geen
enkele terugvalpositie had.
In het verleden heeft uw voorganger, minister Vandenbroucke, mij
steeds gezegd dat wij die cijfers nog niet hadden. U hebt mij dat in het
begin ook moeten zeggen. Ik weet dat in die aangiftestaten voor het
aantal onthaalouders alles wat fout kon zijn ook fout was. Als de ene
fout rechtgezet werd, bleek er nog wel een te zijn. Dat is dus eigenlijk
een miserie geweest. Tot heel recentelijk heb ik vernomen, tot het
einde van vorig jaar, dat dit nog altijd voor heel wat moeilijkheden
zorgde.
Dat heeft dus ook gemaakt dat is niet direct het onderwerp van deze
vraag dat de mensen van die beperkte rechten van het statuut soms
geen gebruik konden maken omdat eenvoudigweg nog niet geweten
was hoeveel uren zij gewerkt hadden. Ook de administratie ik geef
toe dat ook de overheid er niet altijd iets kan aan doen van die
zaken is met horten en stoten verlopen. Die diensten voor
onthaalgezinnen waren niet altijd in staat om tijdig de nodige
documenten en de formulieren correct op te stellen. Als ze dan weer
juist waren werden ze niet tijdig ingediend. Het was werkelijk een
kakofonie.
Ik hoop nu, mijnheer de minister, dat we daar door zijn en dat u mij nu
zult kunnen zeggen hoeveel onthaalouders er nu eigenlijk zijn en wat
de evolutie is geweest per kwartaal vanaf 1 april tot nu. Dat is
natuurlijk cijfermateriaal en dat kon ik ook in een schriftelijke vraag
verwerkt hebben maar in een schriftelijke vraag kon ik mijn
ongenoegen over dat statuut en de lamlendige administratieve
afwikkeling van die zaken niet uiten.
Ik stel de vraag ook mondeling voor een andere reden.
Ik verneem en ik vraag of u dat ook hebt vernomen dat een aantal
onthaalouders niet meer bij de mutualiteit kan aangesloten blijven op
eigen naam en dus terug op het boekje van hun man moeten gaan
staan omdat ze niet voldoende RSZ-uren zouden kunnen aantonen.
Als dat zo is, mijnheer de minister, is dat dan eigenlijk het gevolg van
het feit dat die mensen geen werk genoeg hebben of zit er hier
04.01 Greta D'hondt (CD&V): Je
ne suis pas partisane du nouveau
statut social ambigu des
accueillantes d'enfants, mais je
continue à plaider en faveur d'une
rémunération convenable de
personnes qui effectuent un travail
utile sur le plan social.
Combien d'accueillantes d'enfants
jouissent-elles de ce nouveau
statut et quelle est l'évolution du
nombre de ces accueillantes par
trimestre depuis le 1 avril 2003?
Il me revient également qu'une
série d'accueillantes d'enfants ne
peuvent plus être affiliées en leur
nom propre auprès d'une mutuelle
par qu'elles ne peuvent établir la
preuve qu'elles comptent un
nombre suffisant d'heures ONSS.
Cette information est-elle exacte?
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
opnieuw een mankement in de aangifteformulieren of de
prestatiestaten? Ik zou graag een duidelijk zicht op die situatie krijgen.
04.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
D'hondt, ik zal trachten een zo volledig mogelijk antwoord te geven op
uw verschillende vragen.
Ik moet vooraf mededelen dat de beschikbare inlichtingen bij de
bevoegde instellingen mij beletten u een exhaustief antwoord te
geven.
Met betrekking tot het aantal onthaalouders, aangegeven door de
diensten bij de inningsorganismen van de sociale
zekerheidsbijdragen, kan ik u vier elementen meedelen.
Ten eerste, zoals u weet, werden de inningsorganismen alsook de
diensten geconfronteerd met verschillende problemen, die opgelost
blijken te zijn. Die problemen hadden enerzijds betrekking op het
rekenblad, ter beschikking gesteld van de diensten, en anderzijds op
de informaticaprogramma's.
Ten tweede, op het ene of andere moment hebben sommige diensten
zich vergist bij het aangeven van sommige onthaalouders als voltijdse
werknemers. De reglementering bepaalt dat de onthaalouders als
deeltijdse werknemers moeten worden aangegeven. De vergissing
had tot gevolg dat de onthaaldiensten de arbeidsuren van die
onthaalouders niet konden aangeven. Een ander gevolg van die
vergissing heeft betrekking op de onmogelijkheid de bijdragebons van
die onthaalouders op te stellen.
Ten derde, voor de onthaalouders aangegeven bij de Rijksdienst voor
Sociale Zekerheid hebben de inlichtingen die mij werden
overgezonden, betrekking op de periode van 1 april 2003 tot 31 maart
2004. Het aantal aangegeven onthaalouders evolueert als volgt. In het
tweede kwartaal van 2003 ging het om 5.327 onthaalouders, in het
derde kwartaal van 2003 om 5.550 onthaalouders, in het vierde
kwartaal van 2003 waren het er 5.838 en in het eerste kwartaal van
2004 waren het er 5.392. Rekeninghoudend met de problemen die
zich begin 2004 voordeden, zal het definitieve aantal onthaalouders
voor het eerste kwartaal van 2004 waarschijnlijk naar boven worden
herzien.
Voor dezelfde periode werden bij de RSZ het volgende aantal
onthaalouders als voltijds aangegeven: voor het tweede kwartaal
2003 541, voor het derde kwartaal 2003 483, voor het vierde kwartaal
2003 537 en voor het eerste kwartaal 2004 649. Behoudens een
geval in het tweede kwartaal 2003 zijn uitsluitend vrouwen betrokken
bij de vergissing.
Wat de onthaalouders aangegeven door de diensten aangesloten bij
de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en
Plaatselijke Overheidsdiensten betreft, hebben de gegevens
betrekking op de periode van 1 april 2003 tot 30 december 2004. Ik
vestig er u aandacht op dat de gegevens met betrekking tot 2004 heel
verschillend zijn. Gelet op de problemen van het rekenblad dat ter
beschikking van de diensten was gesteld, hebben de diensten
RSZPPO inderdaad aan de onthaaldiensten gevraagd geen aangiften
meer in te dienen vooraleer een correcte versie van het rekenblad
04.02 Rudy Demotte, ministre: Je
n'ai pas reçu des services
compétents toutes les données
utiles pour préparer une réponse
exhaustive.
Il faut avant tout souligner que la
feuille de calcul et les applications
informatiques ont posé des
problèmes aux organismes
percepteurs de la sécurité sociale.
Ces problèmes sont à présent
résolus.
Par ailleurs, à la suite d'une erreur,
certaines accueillantes d'enfants
ont été encodées comme si elles
travaillaient à plein temps alors
qu'elles fonctionnaient à temps
partiel. Les heures de travail ne
pouvaient, dès lors, pas être
indiquées.
Pour les accueillantes d'enfants
déclarées à l'Office national de
sécurité sociale, les
renseignements ont trait à la
période du 1
er
avril 2003 au 31
mars 2004. Elles étaient 5.327 au
deuxième trimestre 2003, 5.550 au
troisième trimestre 2003, 5.838 au
quatrième trimestre 2003 et 5.392
au premier trimestre 2004. Le
nombre définitif d'accueillantes
d'enfants au premier trimestre
2004 va encore augmenter
lorsque les problèmes auront été
résolus et les erreurs rectifiées.
Pour la même période, les
accueillantes d'enfants inscrites à
l'ONSS comme travaillant à plein
temps étaient 541 au deuxième
trimestre 2003, 483 au troisième
trimestre 2003, 537 au quatrième
trimestre 2003 et 649 au premier
trimestre 2004.
Pour les accueillantes d'enfants
déclarées par les services affiliés
à l'Office national de sécurité
sociale des administrations
provinciales et locales, les
données portent sur la période du
1
er
avril 2003 au 30 décembre
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
was verspreid. Het correcte rekenblad werd begin augustus 2004 ter
beschikking gesteld van de diensten.
Het aantal onthaalouders aangegeven door de diensten die
aangesloten zijn bij de RSZPPO is als volgt geëvolueerd: voor het
tweede kwartaal 2003 3.071, voor het derde kwartaal 2003 3.069,
voor het vierde kwartaal 2003 2.947, voor het eerste kwartaal 2004
2.564, voor het tweede kwartaal 2004 2011 en voor het derde
kwartaal 2004 1.590.
Voor zover het nog nodig zou zijn, benadruk ik nogmaals dat men
beter niet te vlug besluiten trekt uit de dalende trend van het aantal
aangegeven onthaalouders bij de RSZPPO.
Mevrouw D'hondt, u had ook een vraag over het aantal onthaalouders
dat niet meer op eigen naam bij de ziekenfondsen kan aangesloten
blijven. Ik kan u daarop geen gedetailleerd antwoord geven. Het RIZIV
kan de gegevens niet verstrekken. De instelling heeft mij laten weten
dat de meeste vragen van de onthaalouders betrekking hebben op
het feit dat onthaalouders niet meer als persoon ten laste kunnen
worden beschouwd.
Ik herinner u er voorts aan dat de wet in een evaluatie door het
Parlement tegen eind 2005 voorziet. Tot nu toe is het voorbereidend
werk met betrekking tot de evaluatie nog niet opgestart. Ik heb er de
voorkeur aan gegeven om een oplossing uit te werken voor de
technische problemen die zich bij de uitvoering van het statuut
voordeden. In overleg met mijn collega Freya Van den Bossche,
minister van Werk, zal ik in de loop van het tweede kwartaal van 2005
alle betrokken partijen verzoeken hun inbreng in de evaluatie te doen,
zodat die kan worden gebruikt wanneer het Parlement de evaluatie
maakt.
2004.
Ces chiffres en baisse ne doivent
faire tirer de conclusions hâtives
car ils sont liés aux problèmes de
la feuille de calcul.
Le nombre d'accueillantes
d'enfants déclarées par les
services affiliés à l'ONSSAPL a
évolué de la manière suivante :
elles étaient 3.071 au deuxième
trimestre 2003, 3.069 au troisième
trimestre 2003, 2.947 au
quatrième trimestre 2003, 2.564
au premier trimestre 2004, 2.011
au deuxième trimestre 2004 et
1.590 au troisième trimestre 2004.
En ce qui concerne les
accueillantes d'enfants qui ne
peuvent plus être inscrites à la
mutualité sous leur propre nom, je
n'ai pas reçu de données de
l'INAMI qui m'a néanmoins fait
savoir que la plupart des
demandes émanaient
d'accueillantes d'enfants qui
cherchaient à savoir pourquoi elles
ne peuvent plus être déclarées
comme personnes à charge.
Le Parlement prévoit une
évaluation pour la fin de l'année
2005. Je souhaiterais que les
problèmes techniques soient
résolus d'abord. Dans le courant
de l'année 2005, je chargerai,
avec Mme Van den Bossche,
l'administration et les services
compétents de préparer
l'évaluation.
04.03 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, het is goed dat u
mij waarschuwt om niet te vlug conclusies te trekken over het dalend
aantal aangegeven onthaalouders bij de RSZPPO. Ik zal dat
inderdaad niet doen.
Wel stel ik samen met u vast dat de stijging van het aantal
onthaalouders, dat het gevolg zou moeten zijn van de invoering van
het statuut en dat wij nodig hebben om aan de groeiende vraag naar
kinderopvang te voldoen, er niet inzit, althans volgens de thans
beschikbare cijfers.
Ik wil wel rekening houden met de moeizaamheid waarmee de cijfers
verzameld werden. Er zal waarschijnlijk wel hier en daar nog wat
veranderen aan die cijfers, maar men kan er natuurlijk niet onderuit
dat wat het aantal aangegeven bij de RSZ betreft, men vanaf het
04.03 Greta D'hondt (CD&V): Je
tiendrai compte de la mise en
garde du ministre et ne tirerai pas
de conclusions hâtives.
Le statut renové devrait avoir pour
effet une augmentation du nombre
de parents d'accueil, ce qui
correspond à une nécessité.
Quoique les chiffres ne soient pas
tout à fait corrects, il semble que
leur nombre n'augmentera
certainement pas. Depuis le
deuxième trimestre de 2003, leur
nombre est resté quasi inchangé.
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
tweede kwartaal 2003 tot en met het eerste kwartaal 2004, weliswaar
met een schommeling in de kwartalen, ter plaatse blijft. Dat was niet
wat wij nodig hebben.
Voor de RSZPPO is er een halvering. Daaraan zal iets schorten. Dat
cijfer zal niet kloppen, maar dat moet worden bekeken. Ofwel is het
begincijfer niet juist, ofwel is het eindcijfer niet juist. De
praktijkervaring zegt mij dat zulks niet kan. Wij zouden al problemen
op het terrein gehad hebben, mocht er zo'n daling geweest zijn.
In alle voorzichtigheid, gelet op de moeilijkheden waarmee de cijfers
bijeengesprokkeld zijn, stel ik voor om, wanneer mocht blijken dat die
cijfers bevestigd worden, de evaluatie misschien niet eind 2005 dat
is nog lang, een klein jaar te doen. Onder andere het statuut, naast
de rechtszekerheid voor de betrokken onthaalouders daarom vind ik
het ook maar een halfslachtig statuut moest dienen om meer
mensen onthaalouder te zien worden en komaf te maken met de
wachtlijsten, die er nu als het ware moeten worden opgesteld. Een
koppel moet inderdaad nu vaak bijna onthaalouders zoeken voor het
aan kinderen begint te denken en moet misschien zelfs zijn
kinderwens uitstellen omdat er geen onthaalouders meer zijn.
Mijnheer de minister, ik denk dat het nog een lang jaar is, mochten de
cijfers bevestigd worden, vooraleer wij een evaluatie kunnen doen.
Ik durf er bijna op aandringen, mijnheer de minister en ik zal daar
trouwens nog op terugkomen om te kijken of die cijfers er
ondertussen niet anders uitzien dat wij dat statuut misschien nog
niet het definitieve statuut, want ik maak mij daar geen illusies over
evalueren of bijsturen.
Wij moeten ons toch al de vraag stellen, in afspraak met de
Gemeenschappen, hoe het nu zit met de problematiek van het aantal
kinderopvangplaatsen. Want dat houdt mij toch zeer sterk bezig. Als
wij mensen willen activeren; als wij vrouwen nog meer uren aan het
werk willen houden; als wij de laaggeschoolden met kinderen aan het
werk willen houden, zullen wij toch moeten zorgen dat er voldoende
en betaalbare kinderopvang is. Want anders loopt het hele spel niet.
Ten tweede, mijnheer de minister, zegt u dat u geen gegevens hebt,
als antwoord op mijn vraag of het inderdaad zo is dat een niet
onbelangrijk aantal onthaalouders niet meer in eigen naam kan
aangesloten zijn voor de ziekteverzekering omdat zij niet voldoende
RSZ-uren aantonen. Mij bereikt van op het terrein wel die informatie.
Ik meen dus dat het goed zou zijn mocht u aan de ziekenfondsen
eens vragen zij kennen hun publiek of mensen inderdaad opnieuw
voor de situatie staan dat zij als rechthebbenden nu van het eigen
ziekenboekje naar dat van hun echtgenoot moesten overgaan? Het
zou goed zijn dat wij daar zicht op konden krijgen vanwege de
ziekenfondsen.
Misschien blijkt wel, wanneer de zaken administratief correct
verlopen, dat het opnieuw het omgekeerde is. Dan zijn wij van ons
probleem af. Maar het zou mij toch plezier doen mocht u mij dat
kunnen verduidelijken.
Mijnheer de minister, ik zal nog voor het zomerreces er aankomt eens
navraag doen hoe de cijfers dan zijn. Ik hoop ook dat de RSZ dan
L'évaluation de fin 2005 est encore
loin, surtout si un problème de
statut surgit entre-temps.
Je demande instamment que le
problème du nombre de places
d'accueil soit traité en concertation
avec le gouvernement flamand.
Ces places d'accueil sont
nécessaires si nous voulons faire
en sorte qu'un plus grand nombre
de nos concitoyens trouvent un
emploi.
Le ministre prétend qu'il ne
dispose pas de données attestant
que certains parents d'accueil ne
peuvent plus souscrire à
l'assurance-maladie sous leur
propre nom parce qu'ils ont
accompli trop peu d'heures ONSS.
Mais moi, je dispose de ces
données grâce aux acteurs de
terrain. Le ministre ferait bien de
se renseigner auprès des
mutuelles.
Je réinterrogerai le ministre sur
ces chiffres avant les vacances
d'été. J'espère qu'à ce moment-là,
l'ONSS aura transmis davantage
de données, de préférence
jusqu'au quatrième trimestre 2004
inclus.
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
door de miserie heen is.
Voor de RSZ-PPO kunt u mij al de cijfers geven van het derde
kwartaal van 2004. Daarvoor zeg ik: chapeau! Zelfs al zijn de cijfers
triestig. Maar inzake de RSZ als zodanig zit men nog altijd maar aan
het eerste kwartaal van 2004. Nu weet ik wel dat de betrokken
diensten dikwijls in gebreke blijven met de aangiften. Zij krijgen veel
tijd om de aangifte te doen. Maar ik hoop toch dat tegen de
vakantieperiode de RSZ mij nog een kwartaal of twee meer kan
geven. De RSZ moet toch minstens voor de vakantie in staat zijn de
cijfers tot en met het vierde kwartaal van 2004 te geven. Ik zal daar
dus nog eens op terugkomen.
Het zou mij genoegen doen indien u intussen bij de ziekenfondsen
navraag zou doen inzake de persoonlijke rechten.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de gelijkberechtiging van de sociale controleurs" (nr. 5046)
05 Question de M. Servais Verherstraeten au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'égalité de traitement des contrôleurs sociaux" (n° 5046)
05.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, met betrekking tot deze materie hebben wij met
mekaar reeds in het verleden van gedachten gewisseld. Ik heb ook
met uw collega, minister Arena, bevoegd voor Ambtenarenzaken
terzake van gedachten gewisseld. Ik heb daaruit onthouden dat zowel
u als uw collega het standpunt delen dat als volgt luidt: "gelijk loon,
voor gelijk werk op dezelfde werkvloer". Dat bevordert de sfeer, dat
bevordert de motivatie en dat bevordert uiteraard ook de kwaliteit van
het werk.
Ik heb naar aanleiding van mijn laatste vraag daarover van u,
mijnheer de minister, de bevestiging gekregen dat men een oplossing
zou uitwerken die tot gelijkberechtiging zou leiden. Dit zou in feite
aanleiding geven tot een verhoging in graad met terugwerkende
kracht. U zei toen dat deze technische oplossing ook een aanpassing
van het KB van 5 september 2002 zou vergen. Ik verwijs terzake naar
een bespreking die hieromtrent op 30 juni in deze commissie heeft
plaatsgevonden.
Mijn vragen zijn de volgende. Wat is de stand van zaken van het
dossier? Heeft de minister van Begroting dit zal uiteraard
budgettaire implicaties hebben zijn goedkeuring gegeven? Hebt u
enig zicht op die budgettaire implicaties? Werd er reeds een voorstel
ter onderhandeling aan het Comité C voorgelegd? Wat is daarvan het
resultaat? Wat is de timing? Behoudens een vergissing van mij heb ik
nog geen berichtgeving ontvangen dat de oplossing er definitief is.
Wat is de reden van het uitblijven van een oplossing waarover zowel
de meerderheid als de oppositie het eens zijn? Wat is de stand van
zaken in verband met de harmonisatie van de eigen reglementering
met betrekking tot andere aspecten verbonden aan de functie zoals
vergoedingen, premies en toeslagen?
05.01 Servais Verherstraeten
(CD&V): Il y a quelque temps déjà,
j'ai abordé le problème de l'égalité
de traitement des contrôleurs
sociaux au sein du SPF Affaires
sociales.
Les ministres concernés ont
promis une solution. L'égalité de
traitement serait obtenue par une
augmentation de grade. Le
ministre ajoutait que toute
amélioration technique impliquait
une adaptation de l'arrêté royal du
5 septembre 2002.
Qu'en est-il? Le ministre du
Budget a-t-il déjà donné son
approbation? Quelles sont les
implications budgétaires? Une
proposition de négociation a-t-elle
déjà été présentée au Comité C?
Quel est le calendrier? Pourquoi
une solution se fait-elle attendre ?
Quel est l'état d'avancement en
matière d'harmonisation de la
réglementation propre relative aux
autres aspects tels que les
indemnités, les primes, les
suppléments, etc.?
05.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Verherstraeten, ik bevestig u dat er zich sinds enkele jaren meerdere
05.02 Rudy Demotte, ministre:
Depuis des années déjà, il existe
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
problemen voordoen binnen de inspectiediensten met betrekking tot
het statuut van de controleurs. Deze problemen hebben meer bepaald
betrekking op drie verschillende aspecten. Ten eerste, de overgang
van niveau 2+ naar de loopbaan van niveau B omdat in bepaalde
gevallen geen rekening werd gehouden met de werkelijke anciënniteit
van de controleurs.
Ten tweede, de verkorting van de geldelijke loopbaan van sommige
controleurs bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening werd niet
ingevoerd in de andere inspectiediensten en dit veroorzaakte
begrijpelijke reacties.
Ten derde, de vergoedingen toegekend aan de sociale controleurs
verschillen van dienst tot dienst.
Het aspect met betrekking tot de integratie in de loopbaan B behoort,
zoals u weet, tot de bevoegdheid van mijn collega Christian Dupont,
de minister van Openbaar Ambt. Ik kan dus moeilijk een precieze
timing geven in verband met de oplossing van dit probleem.
Volgens de inlichtingen in mijn bezit zou het probleem worden
opgelost in het kader van de globale problematiek van de
inschakeling in niveau B. De Ministerraad van april 2005 zou dit
probleem behandelen.
Inzake de verkorting van de geldelijke loopbaan is het besluit van de
studie met betrekking tot de veralgemening van die regel voor alle
inspectiediensten uiterst duidelijk. De huidige budgettaire kredieten
laten die veralgemening niet toe.
Wat de harmonisering van de vergoeding toegekend aan de sociale
controleurs betreft, werd onder leiding van mijn collega-minister van
Werk, een studie uitgevoerd. Het besluit van die studie is dat de
harmonisering pas kan doorgaan na evaluatie van de nieuwe
technologische middelen die ter beschikking van de controleurs zijn
gesteld of zullen worden gesteld. Onder nieuwe technologische
middelen versta ik de terbeschikkingstelling van gsm, GPRS,
draagbare computer, ADSL, enzovoort. U zult begrijpen dat de
evaluatie niet zomaar kon worden uitgevoerd.
effectivement des problèmes au
sein des services d'inspection en
ce qui concerne le statut des
inspecteurs. Ainsi, il y a le
problème du passage du
niveau 2+ à la carrière de
niveau B, parce que, dans certains
cas, il n'est pas tenu compte de
l'ancienneté. Le raccourcissement
de la carrière pécuniaire de
certains contrôleurs de l'Office
national de l'emploi n'a pas été
instauré dans les autres services
d'inspection au grand
mécontentement des intéressés.
En outre, les indemnités des
contrôleurs sociaux diffèrent d'un
service à l'autre.
L'intégration dans la carrière de
niveau B relève de la compétence
du ministre de la Fonction
publique. Je ne peux donc donner
de calendrier précis pour le
règlement du problème.
Ce sujet devrait être abordé lors
du Conseil des ministres d'avril
2005.
En ce qui concerne la réduction de
la carrière pécuniaire, on a conclu
que les budgets disponibles en
excluaient une généralisation.
Il a également été décidé que
l'harmonisation des
indemnisations des contrôleurs
sociaux ne sera possible qu'après
l'évaluation des nouveaux moyens
technologiques mis à la disposition
des contrôleurs, tels que les GSM,
GPRS, ordinateurs portables,
ADSL, etc.
05.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. U zult het mij niet
ten kwade duiden dat ik uit uw antwoord de facto afleid dat wij het met
mekaar eens zijn wat de doelstellingen en de ambities betreft.
Niettegenstaande het feit dat dit probleem zich al enkele jaren stelt en
er reeds meer dan een jaar oplossingen in het vooruitzicht worden
gesteld door u en uw vroegere collega van Ambtenarenzaken
mevrouw Arena - met collega Dupont heb ik hierover nog niet van
gedachten gewisseld - staan we wat een oplossing betreft nog
nergens. Ik betreur dit.
Ik kan ook begrip opbrengen voor de inspecteurs die terzake
langzamerhand ongeduldig worden. Ik ben ervan overtuigd dat u net
05.03 Servais Verherstraeten
(CD&V): Je déduis de la réponse
du ministre que nous sommes,
dans les faits, tous d'accord en ce
qui concerne les objectifs et les
ambitions. Bien que l'on annonce
une solution depuis plus d'un an,
rien n'a encore changé en
pratique. Je puis comprendre
l'impatience des inspecteurs. D'un
point de vue social, leur travail est
très important et cela mérite une
certaine appréciation. J'espère
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
als ik vind dat zij op de werkvloer zeer maatschappelijk relevant werk
verrichten en te verrichten hebben. Dit vereist enige appreciatie. Ik
denk dat de strijd om gelijk loon voor gelijk werk al decennialang
aansleept. Deze strijd wordt niet alleen gevoerd over de geslachten
heen, maar geldt voor alles.
Ik hoop dat men binnenkort en zeker op de Ministerraad van april
2005 een oplossing zal vinden. Anders moet deze regering volgens
mij kleur bekennen en die mensen zeggen dat de bereidheid tot gelijk
loon voor gelijk werk er niet is.
donc que le Conseil des ministres
d'avril sera l'occasion de trouver
une solution.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Trees Pieters aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
belasting op bedrijfswagens" (nr. 5082)
06 Question de Mme Trees Pieters au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'impôt sur les véhicules de société" (n° 5082)
06.01 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, we zijn vandaag 19 januari 2005 en de programmawet met
onder meer de CO
2
-taks op bedrijfswagens werd goedgekeurd door
Kamer en Senaat en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Deze
maand moet via de RSZ belasting op bedrijfswagens betaald worden.
Ik laat mij vertellen dat 20% van de wagens die op de Belgische
wegen rondrijden, getroffen zullen worden door deze nieuwe
belasting. Febiac heeft ondertussen een berekening gemaakt en
becijferd dat de nieuwe taks per bedrijfswagen jaarlijks zou
schommelen tussen 276 euro en 1.452 euro.
Tot op vandaag weten noch de bedrijven die wagens ter beschikking
stellen aan hun werknemers, noch leasingmaatschappijen die
duizenden bedrijfswagens onder hun hoede hebben, hoe de concrete
uitwerking van de nieuwe maatregel heffing of belasting er uitziet.
Ik laat mij ook zeggen het staat vandaag in De Tijd dat maar 12%
van de werkgevers rekening heeft gehouden met de nieuwe CO
2
-
taks, met die nieuwe kost dus, gewoon omdat zij niet in kennis
worden gesteld van dit nieuwe gegeven. Axa, dat 43.000 wagens
least aan bedrijven, klaagt deze manier van werken zeer sterk aan en
heeft het over een pure begrotingsmaatregel die niets te maken heeft
met de bedoeling van de regering om het milieu te verbeteren.
Bovendien vrezen veel bedrijven en werknemers dat de CO
2
-uitstoot
voorlopig hetzelfde zal blijven. Immers, de bedrijfswagens die nu in
circulatie zijn, zullen nog een aantal jaren blijven rijden. Vandaag staat
ook in De Tijd dat 42% van de werkgevers slechts binnen vier tot vijf
jaar, dus op langere termijn, zullen beslissen om hun wagenpark te
vernieuwen en dan eventueel rekening te houden met de
milieuvriendelijke wagens, dus met de CO
2
-uitstoot van de wagens.
Binnen afzienbare tijd zal de CO
2
wel meespelen en zullen de
bedrijven de lat hoger leggen bij de keuze van bedrijfswagens, maar
dat is dus binnen x aantal jaren.
Een beperkt aantal bedrijven zullen die zware meerkosten
doorschuiven naar de werknemers en dit laat zich nu reeds voelen in
een aantal dienstenbedrijven via private leasing of via besparingen op
andere bedrijfsfacetten. Ik heb onder meer recent gehoord over
bedrijven uit de dienstverlenende sector die loonsverhoging voor
medewerkers uitstellen. In dit debat zal nog veel gediscussieerd
06.01 Trees Pieters (CD&V):
Conformément à la loi-
programme, une taxe sur
l'émission de CO² est due pour les
véhicules de société. Cet impôt
doit être payé ce mois-ci par
l'intermédiaire de l'ONSS.
Malheureusement, ni les
entreprises, ni les sociétés de
leasing ne savent comment cet
impôt doit être payé. Par manque
d'informations à cet égard,
seulement 12 pour cent des
entreprises ont tenu compte de la
nouvelle taxe.
Selon le quotidien De Tijd, 42 pour
cent des entreprises vont
renouveler leur parc automobile
dans quatre à cinq ans seulement.
Ce n'est qu'à ce moment-là que
ces entreprises vont acquérir des
véhicules plus respectueux de
l'environnement. Dès lors, cette
mesure est davantage d'ordre
purement budgétaire que d'ordre
environnemental. Dans l'intervalle,
les travailleurs continuent à utiliser
des véhicules avec émission
accrue de CO² et la taxe doit être
payée. Les entreprises répercutent
généralement le surcoût de cette
situation sur les travailleurs, et
reportent même parfois les
augmentations salariales à plus
tard.
Quand les entreprises vont-elles
être informées des effets concrets
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
worden. Enkel de vraag wie er beter van wordt, dient niet gesteld te
worden, want dat is duidelijk de overheid.
Eens te meer laat die overheid na tot op de dag van vandaag de
concrete invulling, de concrete toepassing van deze nieuwe heffing
mee te delen. Ik wil u dan ook dringend vragen wanneer die
informatie er komt en hoe die er zal uitzien.
du nouveau prélèvement?
06.02 Minister Rudy Demotte: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Pieters, ik wil eerst 4 onjuistheden in uw vraag rechtzetten. Die
onjuistheden zijn heel begrijpelijk, gezien de zeer technische kant van
deze problematiek.
Ten eerste, in de programmawet van 27 december 2004 heeft men
het niet over CO
2
-taks voor bedrijfswagens. De programmawet
voorziet alleen in een nieuwe berekeningsmethode van de
solidariteitsbijdragen, verschuldigd indien een werkgever een voertuig
ter beschikking van een werknemer stelt bestemd voor andere dan
beroepsdoeleinden.
Ten tweede, er is nooit sprake geweest van een maandelijkse
betaling van de solidariteitsbijdrage aan de RSZ. De
solidariteitsbijdrage is gelijkgesteld met een socialezekerheidsbijdrage
en is dus ieder kwartaal uitbetaald.
Ten derde, de toepassingsmodaliteiten van de solidariteitsbijdragen
veronderstellen geen uitvoeringsbesluiten. Voor de maand april
moeten de werkgevers kennis krijgen van de wijze waarop zij de
DMFA met betrekking tot de solidariteitsbijdrage moeten invullen.
Ten vierde, het nieuw stelsel van de solidariteitsbijdragen vervat in de
programmawet van december 2004 is geen pure
begrotingsmaatregel. De wet waakt over een correcte inning van de
solidariteitsbijdragen en gaat in tegen de engineering die door
sommigen was ontwikkeld om de bijdrage te omzeilen. Naar
aanleiding van die maatregelen werd de berekeningsbasis gewijzigd.
Mevrouw Pieters, ik herinner u eraan dat in de kamercommissie een
becijferd voorbeeld op basis van een Peugeot werd gegeven en dit op
basis van de woon-werkafstand van 150 kilometer per dag. Dat
voorbeeld toonde duidelijk aan dat de nieuwe solidariteitsbijdragen
lager uitvielen dan deze verschuldigd tot 31 december 2003.
Mevrouw Pieters, ik kom nu tot uw drie vragen.
Ten eerste, leasing- of verhuurmaatschappijen zijn niet betrokken bij
de solidariteitsbijdragen. Dit was al het geval in de vorige regeling.
Alleen de werkgevers die voertuigen ter beschikking van hun
werknemers stellen voor andere dan uitsluitend beroepsdoeleinden
zijn hierbij betrokken. Zij alleen moeten de DMFA invullen.
Ten tweede, op heel korte termijn zullen de websites van de RSZ en
de RSZ/PPO, ook van de FOD Sociale Zekerheid, heel praktische
inlichtingen kunnen geven.
Bovendien antwoordt de bevoegde dienst van de FOD Sociale
Zekerheid elke dag op de vragen om verduidelijking van werkgevers,
sociale secretariaten en juridische uitgevers. Gisteren heb ik de
06.02 Rudy Demotte, ministre: La
loi-programme ne porte pas sur la
taxe relative aux émissions de
CO² mais prévoit uniquement un
nouveau mode de calcul des
cotisations de solidarité dues par
les employeurs pour les véhicules
de société qui ne servent pas qu'à
des fins professionnelles. La
cotisation de solidarité ne doit
absolument pas être payée
mensuellement à l'ONSS mais
trimestriellement. Les modalités
d'application des cotisations de
solidarité ne demandent pas
d'arrêtés d'exécution. Il ne reste
qu'à indiquer aux employeurs,
avant le mois d'avril, comment la
cotisation doit être payée.
Cette mesure n'est pas d'ordre
purement budgétaire. Le nouveau
mode de calcul était indispensable
parce que des formules étaient
élaborées par certaines
entreprises afin d'esquiver le
paiement de la cotisation de
solidarité. Comme nous l'avons
déjà démontré en commission, les
nouveaux montants des
cotisations de solidarité sont
moins élevés que par le passé.
Les sociétés de leasing ne sont
absolument pas concernées par
les cotisations, seulement les
employeurs. Des renseignements
pratiques figureront bientôt sur les
sites web de l'ONSS, de
l'ONSS/Pro et du SPF Sécurité
sociale à cet égard.
Le service compétent du SPF
Sécurité sociale répond
quotidiennement aux questions
posées par des employeurs, des
secrétariats sociaux et des
maisons d'édition juridiques. J'ai
consulté hier le site internet d'un
secrétariat social néerlandophone
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
website van een Nederlandstalig sociaal secretariaat kunnen
raadplegen dat heel concrete inlichtingen aan de werkgevers geeft. Ik
geef u een afschrift van die inlichtingen. Het staat hier op een blad.
Ten derde, mevrouw Pieters, als u een verschuiving van de lasten
naar de werknemers vreest, houdt u geen rekening met het
regeringsamendement dat ik tijdens de bespreking in de commissie
heb ingediend. Ik citeer de wettekst, zoals die door het Parlement is
goedgekeurd: "Een solidariteitsbijdrage is verschuldigd door de
werkgever die een voertuig dat ook voor andere dan
beroepsdoeleinden is bestemd, rechtstreeks of onrechtstreeks ter
beschikking stelt van zijn werknemer."
Ik citeer een uittreksel uit de verantwoording van het amendement:
"Ze" de solidariteitsbijdrage "heeft ook betrekking op de
voertuigen die door de werknemer worden gehuurd of geleasd en
waarvan de kosten worden terugbetaald door de werkgever onder de
generieke term 'kosten te dragen door de werkgever', zonder dat die
terugbetaling verantwoord wordt door de werkelijkheid van de
gereden kilometers voor rekening van de werkgever en die aldus
vrijgesteld worden van sociale zekerheidsbijdragen krachtens artikel
19, §2, 4° van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot
uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de
besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke
zekerheid der arbeiders."
Tot daar mijn antwoord, mevrouw. U krijgt een kopie van het uittreksel
van het sociaal secretariaat.
qui informe les employeurs de
manière très concrète.
Madame Pieters craint que les
charges ne soient répercutées sur
les travailleurs. Elle ne tient
apparemment pas compte de
l'amendement du gouvernement
que j'ai présenté lors de la
discussion en commission. Le
texte de loi spécifie que
l'employeur est tenu de payer la
cotisation de solidarité. Je renvoie
à la justification de l'amendement.
06.03 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik heb geen zin om het debat opnieuw te voeren. Ik heb het
gezegd tijdens de bespreking van de programmawet. What's in a
word? U hebt het over een nieuwe berekeningsmethode. In elk geval
moet die nieuwe berekeningsmethode 158 miljoen euro opbrengen.
Wie gaat dat betalen? Niemand anders dan de werkgevers.
Als ik het heb over maandelijkse bijdragen, is dat omdat in de
voorstellen van het laatste amendement, dat in de commissie voor de
Sociale Zaken werd ingediend, het idee naar boven is gekomen dat
het niet ging over een totaal jaarlijks bedrag. Alles werd daar gedeeld
door twaalf, per maand.
Vandaar dat de betrokkenen dachten of denken dat het gaat over
maandelijkse RSZ-bijdragen.
Wanneer u nu zegt dat het kwartaalbijdragen zijn, dan hebben de
bedrijven inderdaad de tijd tot het einde van het eerste kwartaal om
die nieuwe belasting te betalen. Dan komt dat inderdaad maar in de
maand april in voege en heeft men uiteraard nog wat tijd.
Zo heb ik het nooit geconcipieerd toen ik de uitleg zag zoals
beschreven in het amendement. Het was allemaal gedeeld door
twaalf en dus een maandelijkse taks.
Dat voorbeeld van Peugeot, ik moet dat nog even nakijken. Ik heb niet
alle vergaderingen in de commissie bijgewoond. Het is dus duidelijk
dat er een aantal heel kleine bedrijfswagens die een zeer lage CO
2
-
uitstoot hebben minder zullen betalen dan voorheen. Dat is echter een
06.03 Trees Pieters (CD&V): Le
ministre parle d'une nouvelle
méthode de calcul censée
rapporter 158 millions d'euros.
C'est l'employeur qui devra les
débourser.
Je fais référence à des cotisations
mensuelles étant donné qu'il en
était question dans les
propositions du dernier
amendement présenté en
commission des Affaires sociales.
Les personnes concernées
pensent qu'il s'agit de cotisations
ONSS mensuelles. Lorsque j'ai lu
l'amendement, je n'ai pas vu qu'il
s'agissait de cotisations
trimestrielles. Pour une série de
petites voitures de société qui ont
un faible taux d'émission de CO2,
le montant sera moindre.
Cependant, la plupart des
entreprises donnent à leurs
employés une voiture puissante et
doivent payer entre 800 et 1.200
euros par an. Le ministre suit
l'argumentation du ministre De
19/01/2005
CRIV 51
COM 466
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
zeer beperkt aantal want de meeste bedrijven geven aan hun
werknemers een solidere, betere wagen die schommelt ik kan de
juiste cijfers niet meer aanhalen tussen de 800 en de 1.200 euro
globaal per jaar. Die zitten dus allemaal met een CO
2
-uitstoot die
hoger is dan die van de Peugeot waarover u het had.
U voert daarmee het discours van De Gucht op het ogenblik waarop
die belasting er op de Ministerraad door geraakt is. Hij zei dat het niet
meer zou kosten en dat het gewoon was om het milieu te verbeteren.
Uiteindelijk kost het wel meer en zal het de Staat 158 miljoen euro
opbrengen.
Ik ben blij dat u mij hier een aantal documenten bezorgt waarmee ik
kan nagaan wie nu uiteindelijk getroffen wordt.
Als ik dan nog even iets mag vragen, wagens die gehuurd en geleasd
worden door een bedrijf waarvan de kosten van de huur en de leasing
betaald worden door de werkgever, vallen die nu al onder die CO
2
-
taks? Ik dacht van wel.
Gucht lors du Conseil des
ministres. Cette opération coûte
plus aux entreprises et va
rapporter 158 millions d'euros à
l'Etat.
Les voitures de société payées par
l'employé sont-elles également
soumises à la taxe sur les
émissions de CO2 ?
06.04 Minister Rudy Demotte: Ja.
06.04 Rudy Demotte, ministre:
Oui.
06.05 Trees Pieters (CD&V): Dus die leasingmaatschappijen die
auto's leasen aan bedrijven waarvan de werkgever de kosten betaalt,
die vallen dus onder de taksen? Ja of neen?
06.05 Trees Pieters (CD&V):
Une personne privée qui achète
une voiture en crédit-bail ne doit
pas payer la taxe sur les
émissions de CO2.
06.06 Minister Rudy Demotte: U moet natuurlijk de bijdragen niet
aan de leasingmaatschappijen...
06.07 Trees Pieters (CD&V): Natuurlijk niet, aan de overheid. Zo
dom ben ik nu ook niet. Maar wanneer men ten privé-titel gaat leasen,
zal men die CO
2
-taks niet betalen. Wanneer de werkgever dat least
en de kosten terugbetaalt, dan zal men die CO
2
-taks wel betalen.
Uw redenering over de uitzondering klopt dus in die zin dat de lasten
gaan verschoven worden naar de werknemer en dat de werknemer in
deze de dupe zal zijn. Hij zal zelf mogen gaan leasen. Die oplossing
ben ik niet genegen.
06.07 Trees Pieters (CD&V): Les
frais seront donc à charge de
l'employé de sorte qu'il devra lui-
même acheter une voiture en
crédit-bail.
06.08 Minister Rudy Demotte: Dan is er geen bijdrage. Als iemand
een auto least door het mechanisme van de globale leasing door de
werkgever, dan is er geen bijdrage voorzien.
06.08 Rudy Demotte, ministre: Il
n'y a pas de cotisation si quelqu'un
achète en crédit-bail par le
système global de leasing de
l'employeur.
06.09 Trees Pieters (CD&V): In dat geval is de werkgever gewoon
een tussenpersoon. De werknemer betaalt echter de kosten van de
leasing.
Ik vraag mij af hoeveel wagens door werknemers betaald worden. Er
zijn er wellicht geen! Dat systeem wordt in de bedrijven gebruikt om
een pakket van auto's via leasingcontracten ter beschikking te stellen
van de werknemers.
Ik vrees dat men in de toekomst ten privé-titel zal leasen om die
kosten uit te sparen. Dat is mijn vrees.
06.09 Trees Pieters (CD&V):
Dans ce cas, l'employé paie les
frais du leasing. Je crains qu'à
l'avenir les personnes privées ne
puissent plus acheter de voiture en
crédit-bail pour échapper à ces
coûts.
CRIV 51
COM 466
19/01/2005
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
06.10 Minister Rudy Demotte: Voor mij is het duidelijk dat het een
voordeel voor enkele werknemers kan zijn indien een werkgever een
globale enveloppe kan krijgen om bijvoorbeeld een tiental auto's te
leasen, waarvan de werknemers onrechtstreeks een voordeel krijgen.
Globaal gesproken moet dat ook aan de werkgever worden
terugbetaald. Als er een terugbetaling bestaat, dan is er natuurlijk niet
in een bijdrage voorzien.
06.10 Rudy Demotte, ministre:
Les employés peuvent y trouver
leur compte si leur employeur
reçoit une enveloppe globale pour
acheter des voitures en crédit-bail.
06.11 Trees Pieters (CD&V): Dat begrijp ik.
06.12 Minister Rudy Demotte: Ik heb nog andere inlichtingen, wat de
verschillende soorten auto's betreft. Ik noem enkele voorbeelden. Een
Audi A4 1,9 TDi van 115 pk kost bijvoorbeeld 34 euro meer per jaar.
Voor een BMW 3, bijvoorbeeld, gaat het om 10 euro meer per jaar. In
het geval van een BMW 5, gaat het om 91 euro meer per jaar.
06.12 Rudy Demotte, ministre:
S'il est question de
remboursement de l'employeur, la
taxe n'est plus due. Certaines
voitures, telles qu'une Audi A4 et
une BMW série 3, coûtent
respectivement 34 et 10 euros de
plus par an.
06.13 Trees Pieters (CD&V): Mijnheer de minister, bent u er wel
zeker van dat dat per jaar is, en niet per maand?
06.14 Minister Rudy Demotte: Dat is per jaar. Dat zijn de
toegevoegde bedragen per jaar.
06.15 Trees Pieters (CD&V): Kan ik daarvan een kopie krijgen?
06.16 Minister Rudy Demotte: Ja, natuurlijk.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Aangezien er geen spoor te bekennen is van de heer Viseur, stel ik voor om zijn vraag
nr. 4875 naar een latere vergadering te verschuiven.
De bespreking van vragen en interpellaties eindigt om 15.23 uur.
La discussion des questions et interpellations se termine à 15.23 heures.