CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 435
CRIV 51 COM 435
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
lundi
maandag
13-12-2004
13-12-2004
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Olivier Chastel au ministre de la
Mobilité sur "l'expérience-pilote des 'camions
géants' en Wallonie" (n° 4361)
1
Vraag van de heer Olivier Chastel aan de minister
van Mobiliteit over "het proefproject met
supertrucks in Wallonië" (nr. 4361)
1
Orateurs: Olivier Chastel, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Olivier Chastel, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Questions jointes de
3
Samengevoegde vragen van
3
- Mme Marleen Govaerts au ministre de la
Mobilité sur "l'aérodrome de Brustem près de
Saint-Trond" (n° 4575)
3
- mevrouw Marleen Govaerts aan de minister van
Mobiliteit over "het vliegveld in Brustem bij Sint-
Truiden" (nr. 4575)
3
- Mme Marleen Govaerts au ministre de la
Défense sur "l'aérodrome militaire de Brustem
près de Saint-Trond" (n° 4581)
3
- mevrouw Marleen Govaerts aan de minister van
Landsverdediging over "het militair vliegveld van
Brustem bij Sint-Truiden" (nr. 4581)
3
Orateurs:
Marleen Govaerts, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité
Sprekers:
Marleen Govaerts, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit
Question de Mme Valérie De Bue au ministre de
la Mobilité sur "la sécurité des autocars" (n° 4716)
7
Vraag van mevrouw Valérie De Bue aan de
minister van Mobiliteit over "de veiligheid van de
autocars" (nr. 4716)
7
Orateurs: Valérie De Bue, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité, Annick Saudoyer
Sprekers: Valérie De Bue, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit, Annick Saudoyer
Questions jointes de
11
Samengevoegde vragen van
11
- M. Bart Laeremans au ministre de la Mobilité sur
"l'évaluation du plan de dispersion" (n° 4744)
11
- de heer Bart Laeremans aan de minister van
Mobiliteit over "de evaluatie van het
spreidingsplan" (nr. 4744)
11
- M. Bart Laeremans au ministre de la Mobilité sur
"les vols charters et réguliers de nuit et la mise à
disposition de divers documents" (n° 4745)
11
- de heer Bart Laeremans aan de minister van
Mobiliteit over "de nachtelijke charter- en
lijnvluchten en de terbeschikkingstelling van
diverse documenten" (nr. 4745)
11
Orateurs: Bart Laeremans, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Bart Laeremans, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
Question de M. Dylan Casaer au ministre de la
Mobilité sur "la constatation d'infractions au code
de la route lors d'émissions télévisées" (n° 4737)
17
Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister
van Mobiliteit over "de verkeersovertredingen in
de tv-uitzendingen" (nr. 4737)
17
Orateurs: Dylan Casaer, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité
Sprekers: Dylan Casaer, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
du
LUNDI
13
DÉCEMBRE
2004
Après-midi
______
van
MAANDAG
13
DECEMBER
2004
Namiddag
______
De vergadering wordt geopend om 14.23 uur door de heer Francis Van den Eynde, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.23 heures par M. Francis Van den Eynde, président.
01 Question de M. Olivier Chastel au ministre de la Mobilité sur "l'expérience-pilote des 'camions
01 Vraag van de heer Olivier Chastel aan de minister van Mobiliteit over "het proefproject met
supertrucks in Wallonië" (nr. 4361)
01.01 Olivier Chastel (MR): Monsieur le ministre, le transport de
marchandises sur nos routes et autoroutes est une question à
laquelle vous êtes sensibilisé. La Belgique dispose d'un réseau routier
et autoroutier fort dense, qui permet aux entreprises d'être fournies et
d'expédier leurs marchandises rapidement. Cette situation constitue
un avantage indéniable pour notre économie, mais engendre
également des inconvénients dont il faut tenir compte, notamment
l'engorgement des routes ou encore la détérioration de nos voiries.
Des sites multimodaux - route, rail, voie fluviale - favorisant le
transfert de charge de la route vers des modes alternatifs de transport
de marchandises existent, mais sont sous-utilisés. Récemment, les
entreprises belges ont demandé que le gouvernement envisage la
possibilité d'ouvrir nos autoroutes aux camions géants. Il apparaît que
vous avez été saisi par le gouvernement wallon d'une demande
d'autorisation pour une expérience-pilote de transport par camions
géants aux alentours de la ville de Liège et de son port autonome.
- Les infrastructures existantes sont-elles adaptées à ce type de
transport?
- Cette première expérience-pilote signifie-t-elle que le gouvernement
est prêt à s'engager dans une généralisation du système?
- N'y a-t-il pas lieu de privilégier les modes alternatifs de transport de
fret, afin de concilier impératifs économiques et prise en compte des
enjeux environnementaux?
Je vous remercie d'avance pour votre réponse.
01.01 Olivier Chastel (MR): Ons
land beschikt over een dicht
wegennet waarlangs de goederen
snel kunnen worden vervoerd, wat
een voordeel is voor onze
economie. Er zijn echter ook
nadelen: de wegen raken
verzadigd en het drukke verkeer
beschadigt het wegdek. De
Waalse regering zou u naar
verluidt om toestemming hebben
gevraagd om rond Luik een
proefproject met supertrucks op te
zetten.
Is de bestaande infrastructuur wel
aan dat type vervoermiddel
aangepast? Betekent zo'n proef-
project niet dat de regering bereid
is dat soort vervoer te veralge-
menen? Moet niet de voorkeur
worden gegeven aan alternatieve
vervoermiddelen, die beant-
woorden aan de economische
noodwendigheden, maar ook
milieuvriendelijk zijn.
01.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers
collègues, monsieur Chastel, je n'ai reçu aucune demande d'un
gouvernement concernant une quelconque expérience. La demande
du gouvernement wallon m'est inconnue. Toutefois, je suis au courant
du problème de la circulation des camions géants car des
01.02 Minister Renaat Landuyt:
Ik heb hierover geen enkele
aanvraag ontvangen. In Nederland
loopt er momenteel een
proefproject met supertrucks
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
expériences ont lieu en Hollande; nous sommes prêts à prendre
connaissance des résultats enregistrés dans ce pays.
En Belgique, des problèmes techniques et d'infrastructure existent.
De plus, il faut dresser un bilan environnemental. Sur le plan
technique, les camions géants ne sont pas agréés en Belgique en
vertu de la réglementation concernant la masse et les dimensions
maximales autorisées, qui fixe les normes maximales de longueur et
de poids des trains de camions; la longueur ne peut être que de 18,75
mètres et le poids est fixé à un maximum de 44 tonnes. Une
adaptation de la réglementation devrait donc avoir lieu si l'on souhaite
autoriser en Belgique la circulation des camions géants, même sous
forme d'expérience-pilote.
Le risque de dégâts aux infrastructures routières à cause du poids de
ces camions nécessiterait que l'on définisse un réseau de routes
compatibles avec ces combinaisons de camions.
En ce qui concerne le type de transport, il faut se demander pour quel
type de trafic il serait souhaitable d'autoriser la circulation de camions
géants. Il est probable que le transport routier international à longue
distance soit le premier à montrer un intérêt pour de plus longues
combinaisons de poids lourds. L'intérêt pour le transport à l'intérieur
de la Belgique est évidemment bien moindre.
J'en viens au bilan d'un point de vue environnemental. Les avantages
mis en exergue par les partisans des camions géants doivent être
pondérés par l'augmentation attendue du volume du transport par
route. A cet égard, ces camions présentent, par rapport au rail et à la
voie d'eau, des performances environnementales et énergétiques
plus proches de celles de la route classique que de celles beaucoup
plus avantageuses du rail et de la voie d'eau auxquels ils se
substitueraient.
En conséquence, des questions peuvent se poser d'un point de vue
écologique. C'est la raison pour laquelle nous avons décidé de ne pas
procéder à des expériences, mais je rappelle que nous sommes très
intéressés par les expériences hollandaises.
waarvan we de resultaten zullen
volgen.
In België zijn dergelijke vracht-
wagens niet erkend op technisch
vlak door de reglementering die de
maximumnormen voor vracht-
wagencombinaties vaststelt op
18,75 m wat de lengte betreft en
op 44 ton wat het gewicht betreft.
De reglementering zou dus
moeten worden aangepast indien
men die vrachtwagens in het
verkeer wenst toe te laten, zelfs
onder de vorm van een
proefproject.
Gelet op het risico voor
beschadiging van de infrastructuur
zou het wegennet tevens aan die
vrachtwagens moeten worden
aangepast.
Wat het soort vervoer betreft, dient
men zich af te vragen wat
wenselijk is en voor wie. Het
internationaal vrachtvervoer zou
uiteraard geïnteresseerd zijn in
zulke vrachtwagens, maar het
binnenlands vervoer zou dat veel
minder zijn.
Ik zal het nu hebben over de
milieubalans. De voordelen van
die supertrucks moeten worden
afgewogen tegen het nadeel van
de toename van het volume van
het wegvervoer. De mogelijkheden
van die vrachtwagens sluiten beter
aan bij de klassieke wegen dan bij
het veel milieuvriendelijker vervoer
per spoor en waterweg.
Wij hebben daarom besloten niet
tot experimenten over te gaan
maar de praktijk in Nederland op
de voet te volgen.
01.03 Olivier Chastel (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, je vous remercie pour votre réponse complète, vos
réflexions et vos considérations techniques sur le sujet ainsi que sur
les craintes émises.
Je retiens qu'il n'y a pas d'expérience pilote en la matière pour
l'instant. Il n'y a pas non plus de demande officielle de la Région
wallonne, comme vous me le confirmiez dès le début de votre
réponse.
01.03 Olivier Chastel (MR): Uit
uw antwoord onthoud ik dat er
momenteel geen proefprojecten
lopen op dat gebied, en dat er
vanuit het Waalse Gewest ook
geen officieel verzoek in die zin
werd geformuleerd.
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 4452 van de heer Tommelein is uitgesteld. La question n° 4530 de Mme Nagy est
transformée en question écrite.
01.04 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, hoeveel keer
kan men een vraag laten uitstellen?
De voorzitter: Eén keer. Ze kan dan nog eens uitgesteld worden, maar als de vraagsteller er dan niet is,
worden ze automatisch omgezet in een schriftelijke vraag als de minister ermee akkoord gaat.
01.05 Minister Renaat Landuyt: Met het uitstel?
De voorzitter: Neen, om ze om te zetten in een schriftelijke vraag.
01.06 Minister Renaat Landuyt: Voor ons is het alleen vervelend als
de vragen iedere keer worden uitgesteld. Voor de rest mogen de
leden vragen wat ze willen.
De voorzitter: Als ik mij niet vergis is dit de tweede keer. Wij verzoeken de minister dus ze te beschouwen
als een schriftelijke vraag.
Je suppose que Mme Galant viendra plus tard.
02 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Marleen Govaerts aan de minister van Mobiliteit over "het vliegveld in Brustem bij Sint-
Truiden" (nr. 4575)
- mevrouw Marleen Govaerts aan de minister van Landsverdediging over "het militair vliegveld van
Brustem bij Sint-Truiden" (nr. 4581)
02 Questions jointes de
- Mme Marleen Govaerts au ministre de la Mobilité sur "l'aérodrome de Brustem près de Saint-Trond"
(n° 4575)
- Mme Marleen Govaerts au ministre de la Défense sur "l'aérodrome militaire de Brustem près de
Saint-Trond" (n° 4581)
02.01 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, op 27 oktober ondervroeg ik minister Flahaut
over de plotse sluiting van het militair vliegveld van Brustem bij Sint-
Truiden. Ik verwijs naar mijn mondelinge vraag nr 3972. De minister
antwoordde dat hij eenzijdig op vraag van de burgemeester van Sint-
Truiden, de concessie voorlopig had ingetrokken uit
veiligheidsoverwegingen. Minister Flahaut gaf toe dat aan alle andere
voorwaarden om te mogen starten en landen voldaan was. De
minister deelde onder meer mee dat de exploitatievergunning die
afhankelijk is van de minister van Mobiliteit, niet ingetrokken werd en
dat hij de herbevestiging van machtiging tot exploitatie van het
vliegveld door de BVBA Vliegveld-Sint-Truiden zou vragen aan de
Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Transport.
Twee weken geleden - mijn vraag werd veertien dagen geleden
ingediend - hebben uw diensten een nieuwe controle uitgevoerd
inzake de veiligheid van dit vliegveld. Opdat u zich niet zou kunnen
verschuilen achter de uitspraak in kortgeding, waarop we reeds
maanden wachten, dat werd aangespannen door de exploitant van
het vliegveld wegens bevoegdheidsoverschrijding nadat de
burgemeester eenzijdig een vliegverbod had opgelegd, heb ik een
aantal concrete vragen voorbereid.
02.01
Marleen Govaerts
(Vlaams Belang): Le 27 octobre
2004, j'ai demandé au ministre
Flahaut la raison de la fermeture
de l'aérodrome militaire de
Brustem, près de Saint-Trond. Il
m'avait répondu qu'il avait retiré la
concession pour des raisons de
sécurité, à la demande du
bourgmestre de Saint-Trond. Le
permis d'exploitation, qui est
délivré par le ministre de la
Mobilité, n'a toutefois pas été
retiré. M. Flahaut devait demander
un renouvellement de ce permis
au SPF Mobilité, qui a effectué un
contrôle de sécurité à l'aérodrome
vendredi dernier.
L'exploitant de l'aérodrome a
engagé, il y a plusieurs mois, une
procédure en référé pour incrimi-
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
Hebben uw diensten die bewuste vrijdag een controle uitgevoerd? Zo
ja, gebeurde dit op vraag van minister Flahaut of was er een andere
aanleiding?
Wat is het resultaat van die veiligheidscontrole? Indien het vliegveld in
orde is en aan alle veiligheidsnormen voldoet om tweemotorige
vliegtuigen te laten opstijgen en landen, gaat de minister dan alles in
het werk stellen om het vliegveld opnieuw te openen zodat er weer
gevlogen kan worden? Hoe verklaart de minister dat er ondanks het
vliegverbod nog steeds helikopters mogen opstijgen en landen die
eigenlijk voor de inwoners meer lawaai betekenen, die zeker meer
recreatief vliegen, waar geen milieueffectenrapport mee gemoeid is
en waar geen werkgelegenheid mee gemoeid is? Dat zijn allemaal
argumenten die onze burgemeester heeft aangehaald om het
vliegverbod op te leggen. De helikopters mogen echter blijkbaar wel
vliegen.
Mijnheer de minister, aan alle veiligheidsnormen was voldaan als de
ringweg rond het vliegveld afgesloten werd bij vliegactiviteit. De
burgemeester gaf echter meermaals per dag, voor de intrekking van
de concessie, de opdracht om de ringweg open te stellen zodat de
veiligheid niet meer gegarandeerd kon worden. Is de minister op de
hoogte van deze feiten uit het verleden, voor de intrekking van de
concessie?
ner un dépassement de
compétence du bourgmestre mais
le jugement n'est toujours pas
intervenu dans cette affaire. C'est
la raison pour laquelle j'adresse
mes questions directement au
ministre.
Ce contrôle de sécurité a-t-il été
effectué à la demande du ministre
Flahaut ou y avait-il une autre
raison? Quel a été le résultat du
contrôle? Le ministre va-t-il faire
en sorte que l'on puisse à nouveau
voler si toutes les consignes de
sécurité sont remplies? Pourquoi
les hélicoptères sont-ils toujours
autorisés à décoller? Ces
appareils créent plus de nuisances
sonores et offrent moins
d'emplois.
Le ring qui entoure l'aéroport doit
être fermé en cas d'activité de vol.
Le bourgmestre a toutefois donné
plusieurs fois par jour l'ordre de
rouvrir le ring à la circulation, si
bien que la sécurité était
menacée. Le ministre a-t-il
connaissance de ces faits?
02.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Govaerts, gaat het over de burgemeester van Sint-Truiden? Dat is
een goede burgemeester.
02.03 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): Wij verschillen van
mening. Het is nochtans mijn burgemeester.
02.04 Minister Renaat Landuyt: Volgens mijn nota's is hij goed.
De voorzitter: Ik ga ervan uit dat u ook goede nota's hebt.
02.05 Minister Renaat Landuyt: Ja.
Als ik het goed heb begrepen, lopen er gerechtelijke procedures.
Gelet op deze lopende gerechtelijke procedures, wik ik mijn woorden.
Laat mij vooreerst stellen dat de gronden waarop het vliegveld van
Brustem bij Sint-Truiden is gelegen, staatsdomein zijn en onder het
beheer van Landsverdediging vallen. Zonder een concessie van
Landsverdediging bestaat er geen gebruiksrecht en mist een
exploitatievergunning op naam van een concessionarisgebruiker de
essentiële, onderliggende voorwaarden tot geldigheid. Zolang de
gebruiker niet beschikt, of wordt verhinderd te beschikken, over de
gronden die als vliegveld worden aangewend, is er dus een probleem.
In dit geval was er op een gegeven ogenblik een probleem ten
gronde, gesteld door de minister van Landsverdediging, en een
02.05 Renaat Landuyt, ministre:
L'aérodrome de Brustem est situé
sur un domaine de l'Etat géré par
le ministre de la Défense. Il revient
donc au SPF Défense d'octroyer le
droit d'usage du sol à l'exploitant.
A la demande du ministre Flahaut,
mes services ont effectué un
contrôle de sécurité. Etant donné
les résultats favorables de ce
contrôle, je vais reconfirmer le
permis. Il reviendra à l'exploitant
de décider d'organiser ou non des
vols.
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
incidenteel probleem, gesteld door de reeds door u geroemde
burgemeester van Sint-Truiden.
De veiligheidscontrole die door het directoraat-generaal Luchtvaart
dat is mijn administratie op die bewuste vrijdag werd uitgevoerd,
inderdaad op vraag van collega Flahaut, was positief in die zin dat zij
geen andere problemen aan het licht bracht dan de
terbeschikkingstelling en integriteit van de landoppervlakte. Eens dat
probleem uit de weg, kon de exploitatievergunning weerom effect
sorteren.
Deze vergunning is slechts een administratieve toelating tot
functioneren. Het al dan niet daadwerkelijk open zijn ligt in de handen
van de concessionaris vliegvelduitbater.
Dezelfde situatie geldt ten aanzien van het helikoptervliegen. Daar
geldt echter een tweede concessie ten behoeve van Crown
Helicopters. Deze concessie is onverstoord blijven doorlopen. De
exploitatievergunning is niet inoperabel gemaakt en de vliegactiviteit is
kunnen blijven doorgaan.
Het openen van de ringweg, een feitelijkheid in tegenstrijd met de
eerste concessie zolang zij niet voorlopig was ingetrokken en met
gevolgen voor de geldigheid van de exploitatievergunning, was het
directoraat-generaal Luchtvaart niet onmiddellijk en in heel zijn
draagwijdte bekend.
Alle betrokkenen zouden zich best - ongeacht de burgerlijke
aansprakelijkheid - beraden over de toepasselijkheid terzake, van
artikel 13 van de luchtvaartwet dat inbreuk op de integriteit van een
luchtvaartterrein normaal als een overtreding, doch bij toepassing van
verzwarende omstandigheden, ook als een wanbedrijf, karakteriseert.
Het directoraat-generaal Luchtvaart heeft de burgemeester van Sint-
Truiden alvast omtrent deze aangelegenheid aangeschreven,
uiteraard ten administratieve titel.
Ik vat het antwoord op uw eerste reeks vragen samen. De
veiligheidscontrole uitgevoerd op vraag van collega Flahaut was
positief. Voor het directoraat-generaal Luchtvaart kan er gevlogen
worden als de ringweg afgesloten is. De helikopteroperaties
ressorteren onder een aparte concessie die nooit in het gedrang was.
Les concessions relatives aux
hélicoptères n'ont pas été
suspendues de sorte que les
activités de vol ont pu se
poursuivre normalement. La
Direction générale du transport
aérien n'était pas informée que
l'ouverture d'une voie périphérique
est contraire à la première
concession. L'article 13 de la loi
sur la navigation aérienne doit être
respecté par toutes les parties. La
Direction générale du transport
aérien a adressé un courrier au
bourgmestre de Saint-Trond à cet
égard.
De voorzitter: U had nog een tweede vraag, mevrouw Govaerts.
02.06 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): Ik ben ze vergeten te
stellen. Ze was eigenlijk gericht aan minister Flahaut. De vraag was of
er opnieuw mag worden gevlogen.
02.06 Marleen Govaerts
(Vlaams Belang): Les vols sont-ils
donc à nouveau autorisés?
02.07 Minister Renaat Landuyt: Op die vraag kan ik namens mijn
collega Flahaut antwoorden dat, naar aanleiding van de tijdelijke
opschorting van de concessie met nummer 15.9210 voor de PVBA
Vliegveld Sint-Truiden-Brustem, drie punctuele punten kunnen
worden meegedeeld.
"Op 30 september 2003 en op 12 augustus 2004 werden er door de
dienst Luchtruim en Luchthavens van het directoraat-generaal
Luchtvaart - van mijn goede collega Landuyt, belast met het toezicht
van de luchtvaartterreinen -, controles uitgevoerd om na te gaan of
02.07 Renaat Landuyt, ministre:
Le 30 septembre 2003 et le 12
août 2004, des contrôles ont été
réalisés par la Direction générale
du transport aérien afin de vérifier
si toutes les consignes de sécurité
étaient bien respectées. Aucun
problème n'ayant été constaté, le
permis a été définitivement
octroyé le 23 août 2004. Un
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
aan alle technische en administratieve eisen werd voldaan. Daar
werden geen problemen vastgesteld. Op 27 augustus 2004 werd dan
ook overgegaan tot de definitieve toekenning van de machtiging met
code A-POR/2004.2034.
Een bijkomende controle met code A-POR/DS/2004.2688 werd
uitgevoerd op 26 november 2004. Tijdens die controle werd nogmaals
vastgesteld dat aan alle technische en administratieve eisen werd
voldaan".
Ik kan daaraan toevoegen dat tot nu toe door mijn dienst geen
overtreding of klacht werd vastgesteld.
contrôle supplémentaire réalisé le
26 novembre 2004 a également
indiqué que toutes les conditions
d'obtention du permis étaient
remplies.
De voorzitter: Mijnheer de minister, gefeliciteerd voor de appreciatie die u kunt genieten bij uw goede
collega Flahaut.
Mevrouw Govaerts, ik geef u het woord voor uw reactie.
02.08 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): Mijnheer de minister, ik
zou graag reageren, want ik heb het nog niet goed begrepen. Alles is
in orde, alleen moet minister Flahaut terug de toelating geven? Voor
uw Federale Openbare Dienst is alles in orde?
02.08 Marleen Govaerts
(Vlaams Belang): Il ne manque
donc que l'autorisation du ministre
Flahaut?
02.09 Minister Renaat Landuyt: Collega Flahaut deelt mij letterlijk
mee dat er voor hem geen reden is waarom het vliegveld van Sint-
Truiden Brustem niet verder kan worden uitgebaat. Hij is van oordeel
dat de opschorting van de concessie kan worden opgeheven. Ik denk
alleen dat hij dat moet doen.
02.09 Renaat Landuyt, ministre:
Le ministre Flahaut m'a fait savoir
qu'il n'y avait aucune raison
d'empêcher la poursuite de
l'exploitation du champ d'aviation.
Il doit encore faire les démarches
nécessaires à l'annulation de la
suspension de la concession.
02.10 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): Dat is heel goed nieuws.
Maar de minister is op dit ogenblik in het buitenland, niet? In de
kranten staat dat er een impasse is met de burgemeester. Het eerste
vliegverbod is door de burgemeester opgelegd. Toen is minister
Flahaut gevolgd.
02.10 Marleen Govaerts
(Vlaams Belang): Le ministre
Flahaut se trouve actuellement à
l'étranger. La première interdiction
de voler a été imposée à la
demande du bourgmestre. La
situation actuelle entraînera des
pertes d'emploi.
02.11 Minister Renaat Landuyt: Het probleem is die ringweg. De
burgemeester heeft terecht om veiligheidsredenen ingegrepen.
02.11 Renaat Landuyt , ministre:
Il faut faire la clarté sur le
problème de la route périphérique.
Le bourgmestre en avait interdit
l'accès pour des raisons de
sécurité.
02.12 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): Alles is toch in orde voor
de veiligheid, volgens u?
02.13 Minister Renaat Landuyt: Onze dienst zegt alleen dat er,
zonder die ringweg, geen probleem is. Ik vrees dat hier een zeer
belangrijk feit in het geding is. Voor alles wat mijn diensten kunnen
controleren is er geen probleem, maar over die ringweg moet
duidelijkheid komen.
02.14 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): De burgemeester moet
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
toch weten dat hij de werkgelegenheid aan zich voorbij ziet gaan. De
bedrijven in Zuid-Limburg trekken weg. Dit is weer een bedrijf dat naar
Nederland, Duitsland of Wallonië zal gaan, allemaal in de buurt van
Zuid-Limburg. Daar is het veel gemakkelijker om te ondernemen. Ik
hoop dat de burgemeester er zich goed van bewust is dat hij hier
eigenlijk met vuur speelt en dat hij die vluchten zo snel mogelijk terug
zou moeten toelaten.
02.15 Minister Renaat Landuyt: Ik had de indruk dat de
burgemeester vooral niet met mensenlevens wil spelen. Dat kunt u
hem moeilijk verwijten. Uit het dossier blijkt dat hij alleen is
opgetreden uit veiligheidsoverwegingen.
02.16 Marleen Govaerts (Vlaams Belang): De veiligheid is toch in
orde. Wij weten dat het iets anders is, dat het een persoonlijke
kwestie is. Ik dank de minister voor zijn antwoord.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de Mme Valérie De Bue au ministre de la Mobilité sur "la sécurité des autocars" (n° 4716)
03 Vraag van mevrouw Valérie De Bue aan de minister van Mobiliteit over "de veiligheid van de
autocars" (nr. 4716)
03.01 Valérie De Bue (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, le 18 novembre dernier, en séance plénière de la Chambre,
je vous ai interrogé suite à l'accident d'autocar survenu à proximité
d'Orléans et qui a malheureusement fait deux victimes.
En 2000, un groupe de travail avait été créé, notamment suite à la
mobilisation de parents de victimes d'un accident et originaires de la
région de Jurbise. Ce groupe, auquel était associé le ministre de la
Mobilité de l'époque, avait déposé 18 propositions concrètes pour
améliorer la sécurité du transport par autocar. Parmi ces propositions,
il semble qu'une seule mesure ait pu être appliquée: l'obligation
d'installation et de port de la ceinture de sécurité dans des véhicules
de fabrication récente.
Parmi les autres propositions, on peut relever l'annonce, fin 2002, de
l'obligation de respecter, toujours pour les nouveaux cars, à partir de
2005, divers points de sécurité: éclairage d'urgence, protection contre
les chutes d'objets, séparation résistante au feu entre le moteur et les
passagers, etc. Des mesures ont aussi été envisagées concernant la
formation des chauffeurs, le contrôle du respect des règles de
conduite, l'amélioration de la formation, la création d'un permis spécial
long courrier, l'organisation de recyclages, l'installation de
tachygraphes et de limitateurs infalsifiables, l'installation d'une caméra
de surveillance de l'état de fatigue du chauffeur.
En séance plénière, vous m'avez répondu que vous préfériez aborder
ce sujet en commission parce vous organisiez une concertation avec
le secteur le 8 décembre dernier.
Voici mes questions.
- Pouvez-vous m'informer sur les résultats de cette rencontre?
- Quel suivi réservez-vous aux autres propositions du groupe de
travail?
03.01 Valérie De Bue (MR): De
verplichting om de veiligheids-
gordel te dragen in recente
voertuigen is de enige maatregel
die effectief in praktijk is gebracht
van de 18 maatregelen die werden
aangereikt door een groep van
ouders en verwanten van de
slachtoffers van het ongeluk met
een autocar in Jurbise in 2000.
Wat heeft het overleg dat u op 8
december 2004 met de sector zou
plegen, opgeleverd? Wat zal er
gebeuren met de overige
zeventien voorstellen?
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
03.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, madame De
Bue, je veux d'abord souligner que je ne considère pas comme un fait
divers un accident de la route ayant causé des morts ou des blessés
graves - que l'accident implique des voitures particulières, des poids
lourds ou des autocars. A mon grand regret, je ne suis pas au courant
des résultats exacts de la concertation qui a eu lieu au cabinet de la
ministre Durant en décembre 2000.
De nombreux points qui ont été proposés dans le plan d'action des
parents de Jurbise sont soit en voie d'exécution, soit compris dans les
propositions des Etats généraux de la sécurité routière. Dans ma note
politique 2005 figurent deux points primordiaux qui me paraissent
contribuer à la sécurité routière:
- une formation accrue pour parvenir à une meilleure compétence
professionnelle des conducteurs; et ce, dans le cadre de la
transposition de la directive 2003/59;
- un plus grand contrôle préventif et proactif sur la sécurité routière,
pour stimuler la concurrence loyale.
L'introduction de la coresponsabilité du donneur d'ordres dans le
secteur du transport des personnes est plus complexe que dans celui
du transport de marchandises. En effet, il existe souvent un lien
spécifique entre le donneur d'ordres et le passager. Je m'en réfère au
nouveau projet de loi modifiant l'arrêté royal du 30 décembre 1946
réglant la coresponsabilité des gestionnaires professionnels.
Le congrès sur la sécurité, organisé par la FBAA le 8 décembre
dernier, auquel le SPF Mobilité ainsi que ma cellule stratégique ont
activement collaboré, doit être considéré comme une opération de
sensibilisation des entreprises d'autocars et d'autobus.
Ce congrès a conduit à la formulation de vingt propositions des
employeurs afin d'augmenter la sécurité dans le secteur. Un certain
nombre de propositions doivent encore être soumises à une
recherche technique; je vais vous en remettre la liste.
En 2004, l'Institut belge pour la sécurité routière a actualisé la
brochure "Voyages en autocar, ensemble faisons de la sécurité notre
priorité" avec des conseils pour les voyageurs en autobus et autocars.
Depuis le 31 mars 2003, en ce qui concerne les véhicules pour le
transport de personnes, chaque siège d'autocar doit être équipé d'une
ceinture de sécurité et d'un pictogramme bien visible qui oblige le port
de la ceinture de sécurité.
En matière de port de la ceinture de sécurité, les conducteurs et les
passagers des véhicules à moteur dans la circulation sont obligés de
porter la ceinture de sécurité là où elle est disponible; cette mesure
n'entrera en vigueur qu'à partir du 1
er
septembre 2005 pour les
véhicules à moteur de catégorie M2 et M3 qui sont utilisés pour le
transport scolaire.
Deux engagements ont été pris par les entreprises d'autocars au
congrès de sécurité en matière de port obligatoire de la ceinture de
sécurité, à savoir motiver le personnel de conduite et
d'accompagnement pour le port de la ceinture et faire rappeler par le
chauffeur les consignes de sécurité et le port obligatoire de la
03.02 Minister Renaat Landuyt:
Ik ben niet op de hoogte van de
resultaten van het overleg dat het
kabinet Durant in december 2000
georganiseerd heeft.
Twee punten uit mijn beleidsnota
2005 kunnen bijdragen tot de
veiligheid: een doorgedreven
opleiding van de bestuurders en
meer preventieve controles.
Op het congres van 8 december
van de Federatie van de Belgische
autobus- en autocarondernemers
werden twintig voorstellen
geformuleerd om de veiligheid te
verhogen.
In 2004 heeft het BIVV de
brochure over de busreizen
geactualiseerd.
Sinds 31 maart 2003 moet elke
zitplaats in een autocar voorzien
zijn van een veiligheidsgordel en
een duidelijk zichtbaar pictogram
waarmee kenbaar gemaakt wordt
dat het dragen van de gordel
verplicht is.
Tijdens het congres werden er
twee toezeggingen gedaan:
chauffeurs en begeleidend
personeel zullen warm gemaakt
worden voor het dragen van de
veiligheidsgordel, en de chauffeur
zal de passagiers eraan
herinneren dat het dragen van de
gordel verplicht is. De sector heeft
in dat verband zelfs een
videocassette gemaakt waarop de
veiligheidsinstructies uiteengezet
worden.
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
ceinture. A cet effet, le secteur a même réalisé une cassette vidéo,
comme dans les avions, avec des consignes de sécurité.
03.03 Valérie De Bue (MR): Monsieur le président, je tiens tout
d'abord à remercier le ministre d'avoir répondu aujourd'hui de manière
plus complète qu'en séance plénière.
Monsieur le ministre, il y avait effectivement des demandes
concernant la formation et la coresponsabilité, domaines dans
lesquels on constate déjà une évolution. Nous tâcherons en tout cas
d'être vigilants en ce qui concerne l'application des vingt autres
propositions des employeurs.
Avant d'en terminer, puis-je vous demander, monsieur le ministre, de
me remettre le texte de votre réponse? (Assentiment du ministre)
03.03 Valérie De Bue (MR): Wij
zullen de situatie met betrekking
tot de twintig voorstellen van de
werkgevers met aandacht volgen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: A l'ordre du jour, la question n° 4726 de Mme Annick Saudoyer au ministre de la Mobilité sur
"le bilan belge en matière de sécurité routière".
03.04 Annick Saudoyer (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, je me permets de réagir aux derniers chiffres parus sur la
sécurité routière en Belgique, et ce en comparaison avec les chiffres
européens.
A la lecture des chiffres belges, on peut dans un premier temps se
réjouir d'une diminution des accidents. En effet, les accidents ayant
entraîné des décès ou des blessures corporelles ont diminué de près
de 6% au premier semestre de cette année par rapport aux six
premiers mois de l'année 2003.
03.04 Annick Saudoyer (PS): De
recentste cijfers bewijzen dat
tijdens de eerste jaarhelft van
2004 het aantal ongevallen met
doden of gewonden in ons land
met 6 percent is gedaald.
Le président: Madame Saudoyer, le ministre souhaite vous interrompre.
03.05 Renaat Landuyt, ministre: Madame, je suis face à un
problème technique. Je sais que vous avez posé votre question ou
que vous vouliez la poser jeudi dernier. J'étais au Conseil européen.
Ce matin, nous avons reçu de nombreuses questions. Par
conséquent, soit je vous réponds globalement, soit je vous réponds
plus en détail mais, dans ce cas, j'ai besoin de plus de temps qu'une
heure.
03.05 Minister Renaat Landuyt:
Ik weet dat u me deze vraag in de
plenaire vergadering wilde stellen,
maar ik nam deel aan de Raad
van Europa. Als ik in detail moet
treden, ben ik meer dan een uur
aan het woord.
03.06 Annick Saudoyer (PS): (...)
03.07 Renaat Landuyt, ministre: Vous avez envoyé votre question
par fax aujourd'hui. Il faut noter que votre première question était
différente de celle-ci.
03.07 Renaat Landuyt, ministre:
03.08 Annick Saudoyer (PS): Il s'agissait d'une question d'actualité
et c'est à votre demande que je l'ai transformée.
03.08 Annick Saudoyer (PS):
03.09 Renaat Landuyt, ministre: Pour vous donner plus d'éléments
de réponse, il me faut plus de temps.
03.09 Renaat Landuyt, ministre:
Le président: Je tiens à vous signaler que la semaine prochaine, le lundi après-midi sera consacré aux
questions posées à M. Vande Lanotte. Ensuite, ce sera les vacances de Noël.
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
03.10 Annick Saudoyer (PS): Donc la question sera reportée.
Le président: Vous êtes libre de choisir madame Saudoyer; vous pouvez peut-être demander une réponse
écrite.
03.11 Annick Saudoyer (PS): Monsieur le président, ce sera encore
plus long! En général, lorsqu'on pose une question écrite, on reçoit la
réponse non pas quelques jours mais quelques semaines plus tard.
Le président: Le ministre fera peut-être un effort.
03.12 Renaat Landuyt, ministre: Je peux essayer mais je ne
garantis rien. J'aime informer au mieux les parlementaires mais à
l'impossible, nul n'est tenu.
03.13 Annick Saudoyer (PS): Monsieur le président, je n'ai donc
pas vraiment le choix: je reporte ma question à une prochaine
commission. Je suppose qu'elle sera inscrite à l'agenda de la
première semaine après la trêve de Noël.
Le président: Oui, elle aura lieu après le 8 janvier.
03.14 Renaat Landuyt, ministre: Cette question est intéressante.
03.15 Annick Saudoyer (PS): Monsieur le ministre, j'ai lu dans la
presse que vous répondiez à une proposition de loi que j'avais
déposée sur le port de gilets fluorescents.
Il serait intéressant, monsieur le président, qu'un débat puisse avoir
lieu dans cette commission concernant la sécurité routière. En effet,
les chiffres révèlent que nous ne sommes pas de bons élèves en
cette matière même si des améliorations ont été constatées.
Monsieur le président, si le ministre est d'accord, il serait intéressant,
je le répète, d'organiser un débat sur cette problématique en
procédant à des auditions et en examinant les propositions qui ont
déjà été déposées.
Le président: Pour l'heure, une question a été déposée. Avec votre
accord, nous la reportons au mois de janvier, après la trêve de Noël.
Sur la base de la réponse que vous aurez reçue ou sur la base de
propositions de résolution que vous introduirez, vous pourrez
proposer des auditions à la commission.
De
voorzitter: Mevrouw
Saudoyer, ik stel voor dat u uw
vraag uitstelt tot de eerste
vergadering in januari. Er kan dan
een debat gevoerd worden over de
verkeersveiligheid op basis van
het voorstel van resolutie dat u zal
indienen.
03.16 Annick Saudoyer (PS): Monsieur le président, elles sont déjà
introduites.
Nous devons vraiment avoir une réflexion en la matière.
03.16 Annick Saudoyer (PS):
Het is reeds ingediend.
03.17 Renaat Landuyt, ministre: Il y a trois étapes:
1. La réponse à la question.
2. L'évaluation de la loi relative à la sécurité routière qui sera soumise
à la commission.
3. L'examen des propositions déposées.
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
Le président: Chers collègues, je répète que nous pourrons, le cas échéant, procéder à des auditions.
Mais une telle initiative doit être décidée par la commission car c'est une décision que je ne peux prendre
seul. Cette problématique pourrait figurer à l'ordre du jour d'une prochaine réunion pour que les
commissaires puissent prendre une décision en âme et conscience, et en toute connaissance de cause.
Madame Saudoyer, nous allons commencer par inscrire votre question à l'agenda de la première réunion
de notre commission qui se tiendra après les vacances ce Noël.
03.18 Annick Saudoyer (PS): Monsieur le président, je poserai donc
ma question à la prochaine réunion de notre commission. J'espère
que les propositions de loi déjà déposées pourront également figurer
à l'ordre du jour de cette réunion.
03.18 Annick Saudoyer (PS): Ik
ga ermee akkoord om mijn vraag
uit te stellen.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Bart Laeremans aan de minister van Mobiliteit over "de evaluatie van het spreidingsplan"
(nr. 4744)
- de heer Bart Laeremans aan de minister van Mobiliteit over "de nachtelijke charter- en lijnvluchten en
de terbeschikkingstelling van diverse documenten" (nr. 4745)
04 Questions jointes de
- M. Bart Laeremans au ministre de la Mobilité sur "l'évaluation du plan de dispersion" (n° 4744)
- M. Bart Laeremans au ministre de la Mobilité sur "les vols charters et réguliers de nuit et la mise à
disposition de divers documents" (n° 4745)
04.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, op 8 november hebben we u ondervraagd over
de problematiek van het spreidingsplan en het geluidskadaster, meer
bepaald over de studie die erover was gemaakt. We hebben de
Engelstalige versie ontvangen van het werk van professor Thoen.
Ondertussen werd die nota aan kritische blikken onderworpen. De
actiegroepen Noordrand en Daedalus hebben de studie zeer kritisch
geanalyseerd en, op zijn zachts uitgedrukt, zeer ernstige
tekortkomingen vastgesteld. Vooral voor de Noordrand wordt
vastgesteld dat die studie niet de werkelijke hinder weergeeft die
geleden wordt. Men baseert zich vooral op berekeningen. De echte
hinder die geleden wordt en de hinder die gemeten wordt, stemmen
daarmee niet echt overeen.
Ik geef u een aantal voorbeelden van vaststellingen. De bedoeling van
het oorspronkelijke spreidingsplan van minister Anciaux was terug te
keren tot de gewogen hinder voor de Noordrand, zone I, van 29%. In
werkelijkheid ligt de hinder op 33%. Er zou eveneens een betere
compensatie komen, na verschuivingen, door weersomstandigheden.
In de praktijk moeten we vaststellen dat bij verschuivingen tengevolge
van weersomstandigheden, of, concreet, als het spreidingsplan niet
kan worden nageleefd ingevolge weersomstandigheden, telkens
opnieuw de Noordrand alle last op zich krijgt. Het is als het ware een
concentratie. De meest scherpe conclusie is echter dat de waarde die
berekend is door professor Thoen zeer sterk de werkelijk gemeten
schade onderschat. De verschillen tussen de waardeberekeningen en
de geleden schade zijn het grootst in de Noordrand. Zij geven dat aan
met concrete grafieken en tabellen.
Mijnheer de minister, ik ben er zeker van dat u die ook hebt gekregen
en hebt kunnen bestuderen. Op dezelfde afstand van de luchthaven is
het aantal vluchten boven de Noordrand veel hoger, maar toch zien
wij op de grafische voorstellingen van professor Thoen dat de hinder
op diezelfde afstand van de luchthaven even groot is in Brussel als
04.01 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Depuis qu'elle a été
publiée le mois dernier, l'étude du
professeur Thoen sur les
nuisances sonores dans les
environs de Zaventem a été
soumise à un examen critique. Les
groupes d'action Daedalus et
Noordrand ont mis en évidence un
certain nombre de lacunes. C'est
ainsi que les nuisances sonores
se fondent sur des calculs. L'étude
ne reflète donc pas les nuisances
réellement mesurées ou subies.
L'étude ne tient pas non plus
compte de la concentration réelle
des nuisances sonores au-dessus
de la périphérie nord en raison des
conditions météorologiques. La
nuisance pondérée s'élève
toujours à 33 pour cent, au lieu
des 29 pour cent escomptés.
Les comités d'action ont formulé
des propositions dans un plan "en
dix points" pour aboutir à une
dispersion plus équitable. Quelle
est la réponse du ministre à leur
analyse? Reconnaît-il les lacunes
de la méthode Thoen? Est-il
disposé à tenir compte des
propositions des comités d'action
lors de l'évaluation?
Quels sont les résultats de la
er
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
boven Brussel, hoewel die hinder in werkelijkheid anders is en de
uitstulping van die grafieken heel anders zou moeten zijn. De
methode wordt dan ook zwaar gecontesteerd omdat het aantal
vluchten heel erg wordt onderschat. Dat is ook te zien in de
geluidscontouren. Als wij de frequentiecontouren bekijken, zijn er in
werkelijkheid veel meer vluchten boven de 70 decibel dan wordt
berekend door professor Thoen. Bovendien heeft men op een
kunstmatige manier alles wat onder de 70 decibel ligt weggelaten,
hoewel de hinder van die toestellen ook zeer groot is.
De Noordrand heeft als antwoord daarop een 10-puntenplan naar
voren geschoven met een aantal concrete alternatieven. Het zou heel
nuttig zijn om te weten of de minister rekening zal houden met deze
bevindingen en suggesties die door de mensen van Daedalus en
Actie-Noordrand naar voren zijn geschoven.
Mijnheer de minister, wat is uw antwoord op de analyse van de
actiecomités? Erkent u de tekortkomingen van de methode-Thoen? Is
u bereid de analyse en de voorstellen van de actiecomités te
betrekken bij de evaluatiegesprekken? Is u bereid om voor alle banen
gelijke windnormen te aanvaarden? Dat is een van de suggesties van
de actiecomités. Als u dat niet zou doen, waarom dan niet? Hoever
staat het met de evaluatiebesprekingen? Er is een eerste overleg
aangekondigd geweest voor 1 december. Is dat doorgegaan en wat
heeft dat overleg opgeleverd? Wanneer wordt opnieuw
bijeengekomen en wat is het tijdsschema? Wanneer hoopt u de
evaluatie te kunnen afronden?
Hoever staat het met de harmonisatie van de geluidsnormen? Hangt
het ene met het andere samen of zijn dat zaken die apart bekeken
worden? Tegen wanneer zal het spreidingsplan dan verder verfijnd
worden? Zal de minister er mee voor zorgen dat met name boven
zone 1 beter gespreid wordt? U weet ook dat één van de punten van
terechte kritiek is dat er veel te snel wordt afgebogen richting
Noordrand, zodat er eigenlijk zeer lang boven de Noordrand
geconcentreerd wordt, tot Grimbergen toe, waardoor de last eigenlijk
niet gespreid wordt zoals dat nochtans oorspronkelijk de bedoeling
was. Men spreekt dan ook van een spreidcentratie, in plaats van over
of deconcentratie of een optimale spreiding. Dat zou toch fel en veel
kunnen verbeteren als men dat op een meer oordeelkundige wijze
aanpakt.
Hoever staan de besprekingen met BIAC over de bijkomende
infrastructuurwerken, namelijk de taxibaan langsheen de 25L en de
plaatsing van de ILS-landingssystemen? Een maand geleden kon u
daar nog niet veel over zeggen, maar ondertussen bent u toch al
volop gerodeerd in uw werk als minister en zult u daar ongetwijfeld
meer over kunnen vertellen. In welke mate wordt bij de verfijning van
het spreidingsplan rekening gehouden met de opportuniteiten die
deze infrastructuurwerken bieden inzake bijkomende spreiding? Bent
u bereid te werken met een stappenplan waarbij de spreiding verder
wordt doorgezet naarmate die infrastructuurwerken vorderen?
Mijnheer de voorzitter, ik ga thans over tot mijn tweede vraag.
Daarnaast, mijnheer de minister, blijft er ook onduidelijkheid bestaan
over de nachtelijke charters en lijnvluchten en de mogelijkheid om die
te verplaatsen naar de daguren.
concertation du 1
er
décembre? Où
en est l'harmonisation des normes
de vent? Quand le plan de
dispersion sera-t-il affiné? Les
riverains se plaignent souvent que
les avions obliquent trop
rapidement au-dessus de la
périphérie nord. Le ministre
veillera-t-il à assurer une meilleure
dispersion au-dessus de la
zone 1?
Quel est l'état d'avancement des
négociations avec BIAC sur les
travaux d'infrastructure? Le
ministre est-il disposé à travailler
sur la base d'un plan échelonné
dans le cadre duquel la dispersion
serait poursuivie en fonction de
l'avancement des travaux
d'infrastructure?
A l'occasion du débat sur DHL, il
est apparu que de nombreux vols
charters et réguliers s'effectuaient
aux aurores. On ne sait toujours
pas très bien si ces vols ne
pourraient pas être déplacés en
journée. Le ministre ne pourrait-il
pas nous fournir un aperçu du
nombre de vols charters et
réguliers qui décollent ou
atterrissent entre 23 heures et six
heures du matin? Un éventuel
déplacement de ces vols en cours
de journée a-t-il été négocié avec
les compagnies aériennes?
Le ministre pourrait-il mettre à
notre disposition le jugement qui a
été rendu récemment après
l'action intentée par la Région
bruxelloise? Quand le rapport
Thoen sera-t-il disponible en
néerlandais
et quand la
commission recevra-t-elle le plan
définitif en neuf points du ministre
Anciaux?
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
Tijdens het hele debat dat wij hebben gevoerd over DHL, is aan het
licht gekomen dat heel veel van die vluchten ofwel 's avonds tussen
23 en 24 uur landen, ofwel tussen 5 en 6 uur opstijgen. Met een
beperkte inspanning, zeker als het over enige termijn wordt gepland,
zou daar toch een mouw aan kunnen worden gepast en een
belangrijk deel van de nachtvluchten naar de daguren worden
verplaatst, zodat de hinder zou verminderen.
Heeft de minister al een overzicht op zijn kabinet liggen, eventueel per
maatschappij, van het aantal charter- en lijnvluchten, gespreid over de
verschillende maatschappijen, die 's nachts tussen 23 en 6 uur
opstijgen of vertrekken, ingedeeld per uur? Daardoor zouden we
kunnen bekijken waar er een mouw kan worden aangepast, vooral als
het om vluchten gaat tussen 23 en 24 uur en tussen 5 en 6 uur.
In welke mate werd reeds onderzocht om de vluchten op termijn naar
de daguren over te plaatsen? Werd daaromtrent reeds een
onderhandeling gevoerd met de betrokken maatschappijen?
Kan de minister in zijn overzicht ook een zicht geven op de
verschillende maatschappijen?
Ten tweede, kan de minister daarnaast een aantal documenten ter
beschikking stellen? Mijnheer de minister, via een aantal faxen ik
hoop dat ze persoonlijk bij u zijn beland heb ik u gevraagd mij een
aantal documenten te bezorgen. Tot nu toe heb ik nog geen enkel
antwoord gekregen, ook geen ontvangstmelding. Ik vind dat nogal
eigenaardig. Ik kreeg op dat vlak iets meer respons van uw
voorganger, die gemakkelijk de documentatie ter beschikking stelde.
Er is onder meer de vraag naar de Nederlandstalige versie van de
studie van professor Thoen. Bestaat deze Nederlandstalige versie?
Het zou voor de hand liggen dat een Nederlandstalige universiteit aan
een Nederlandstalige minister een Nederlandstalige studie ter
beschikking kan stellen. Het tegendeel zou mij vreemd lijken.
Is het fameuze vonnis dat werd geveld na de actie van minister
Huyttebroeck ondertussen ter beschikking? Ik heb u dat al eens
gevraagd. Heeft u het nu ter beschikking? Heeft u het bij u? Kan u het
ter beschikking van de leden van de commissie stellen?
Ik heb u ook gevraagd naar de definitieve versie van het fameuze
negenpuntenplan, dat destijds werd uitgewerkt en waar minister
Anciaux verder uitvoering aan wou geven. Bestaat de definitieve
versie en kan u ze ter beschikking stellen van de commissie?
04.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, ik zal
proberen de vragen vraag per vraag specifiek te beantwoorden.
Voor de duidelijkheid wil ik wel beklemtonen dat we nu nog in de fase
zitten van de evaluatie van het spreidingsplan en dat we de
bespreking vooral willen laten steunen op zo objectief mogelijke
gegevens. Vandaar de twee rapporten, het rapport van professor
Thoen waarover u in uw vraag reeds sprak en het rapport van
Belgocontrol inzake de postimplementatie van het
veiligheidsonderzoek.
04.02 Renaat Landuyt, ministre:
La phase d'évaluation du plan de
dispersion a pour but de fixer une
base de travail objective en vue
des négociations. Deux rapports
doivent nous y aider: l'étude
Thoen et l'étude de Belgocontrol.
La méthode du professeur Thoen
est reconnue à l'échelle
internationale. Elle fait pourtant
l'objet de nombreuses critiques
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
Nogmaals, het is zoeken naar de objectieve basis voor de discussie.
Daarom kan ik in antwoord op uw eerste vraag in verband met de
methode-Thoen alleen maar beklemtonen - voor zover ik mij
geroepen voel om in een wetenschappelijke discussie verzeild te
geraken - dat het een internationaal gebruikte methode is. Nogmaals,
in het kader van de evaluatie wordt ook het toetsen en het begrijpen
van dit rapport opgenomen omdat wij zoveel mogelijk vertrouwen
moeten hebben in de basis waarop we proberen op een objectieve
wijze te evalueren.
Het vervelende is dat er altijd kritiek komt op een model, maar dat er
nooit een ander model wordt voorgesteld.
Wat het tweede punt betreft, de bereidheid ten opzichte van de
analyse en de voorstellen van de actiecomités, herhaal ik dat het om
een evaluatie met open vizier gaat. Het is de bedoeling om met zoveel
mogelijk gegevens te kunnen rekening houden, maar een en ander
moet uiteraard binnen de normale, wettelijk gebruikelijke exploitatie
van een luchthaven gebeuren.
Inzake windnormen beschikken wij over een overheidsdienst. Het
directoraat-generaal luchtvaart is daarvoor bevoegd.
Ten derde, op 21 december is er een nieuw overleg.
Ten vierde, de harmonisatie van de geluidsnormen zou aan bod
moeten komen in de gesprekken tussen de Gewesten. De
harmonisatie moet immers gebeuren door de bevoegde instanties
onderling.
Ten vijfde, de evaluatie moet uiteindelijk leiden tot een
spreidingsakkoord. Daarop kan ik moeilijk vooruitlopen anders is er
geen objectieve evaluatie. U kunt van mij geen voorafname vragen
inzake de evaluatie.
Ten zesde, de voorstellen tot bijkomende infrastructuurwerken
hebben nog niet tot concrete beslissingen geleid in de federale
regering. Voor zover ik weet is de bespreking nog niet aangevat.
Ten zevende, ook hier moet ik herhalen dat ik niet kan en niet wil
vooruitlopen op de evaluatie omdat wij precies een evaluatie wensen
zonder voorafname.
U hebt ook nog drie precieze vragen gesteld.
Mijnheer Laeremans, het is correct dat charter- en lijnvluchten vooral
in de vroege nacht en vroege ochtend vliegen. Dit heeft te maken met
het basissysteem van drie vluchten of zes vluchten vanaf de
vestigingsplaats. Ik onderstreep dit omdat we na het DHL-dossier niet
zinnens zijn het de andere bedrijven extra moeilijk te maken. Zolang
een en ander binnen de 25.000 nachtvluchten blijft, zie ik geen reden
om de werkgelegenheid aldaar in gevaar te brengen.
Wat de tweede vraag inzake het vonnis betreft, ben ik bereid de tekst
aan u over te zenden. Ik merk dat dit niet in mijn bundel zit. U moet er
wel voor opletten de juiste omschrijving te geven van het recente
vonnis. Ik wil dat wel even nakijken en het u opsturen. Ik vermoed dat
dit niet voor problemen van publiciteit zal zorgen. Ik heb het vonnis
mais jamais l'on ne propose
d'autre méthode.
Le plan de dispersion est évalué
en toute transparence. Nous
voulons tenir compte d'un
maximum d'éléments, dont ceux
évoqués par les comités d'action,
mais nous devons rester dans les
limites d'une exploitation légale
normale de l'aéroport. C'est ainsi
que le contrôle des normes de
vent est réalisé par le service de
contrôle approprié. Les normes
sonores seront harmonisées sur la
base des discussions menées
avec les Régions. Les nouvelles
discussions d'évaluation auront
lieu le 21 décembre. L'évaluation
finale devra aboutir à la conclusion
d'un accord de dispersion. Je ne
peux toutefois anticiper cet accord,
sous peine de mettre en péril
l'objectivité de l'évaluation.
Le gouvernement fédéral n'a pas
encore pris de décision sur les
propositions relatives à des
travaux d'infrastructure
complémentaires; les discussions
n'ont à ma connaissance pas
encore commencé.
Il est exact que les vols charters
décollent et atterrissent surtout en
fin de soirée et en début de
matinée. Après le dossier DHL, je
n'ai pas l'intention de mener la vie
dure aux autres sociétés qui
opèrent à Zaventem tant que le
plafond de 25.000 vols de nuit
n'est pas dépassé. Je ne veux pas
faire peser la moindre menace sur
l'emploi.
J'adresserai à la commission le
texte du jugement rendu dans
l'affaire où la Région bruxelloise
est partie à la cause.
Le fait que l'étude Thoen ait été
rédigée en anglais est lié à la
matière traitée. Les schémas n'ont
pas encore été traduits mais il faut
dire que leur traduction n'a pas
encore été commandée.
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
gelezen en vond het zeer helder qua argumentatie over het gebruik
van verloren gewaande normen.
De studie van professor Thoen is in het Engels opgesteld, een beetje
eigen aan de materie. De schema's zijn nog niet vertaald. Ik heb
terzake geen opdracht gegeven.
04.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, om met het laatste te beginnen. U zei dat de
documenten nog niet vertaald zijn. Ik was in blijde verwachting.
Daarna vervolgde u meteen dat u geen opdracht terzake hebt
gegeven.
Dan zou het toch nuttig zijn dat u die opdracht wel geeft, maar
misschien niet aan de universiteit.
04.03 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Il me semble utile de faire
traduire le texte de l'étude.
04.04 Minister Renaat Landuyt: Sommige actiecomités hadden
kritiek op het rapport. Volgens mij hebben ze het dus al gelezen.
04.05 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Uiteraard. Ik heb het zelf
ook gelezen. Iedereen heeft het gelezen. Het zou echter nuttig zijn u
hebt niet alleen een kabinet maar een hele administratie als dit soort
teksten begrijpelijk zouden zijn, ook voor de gewone man die
geconfronteerd wordt met de hele problematiek. U krijgt nu al kritiek
en terecht. Het verheugt mij dat u die punten van kritiek en de
evaluatie van het rapport meeneemt in de bespreking. Als u merkt dat
zo'n rapport gecontesteerd wordt, dan zou het toch nuttig en
democratisch zijn als iedereen die met de problematiek te maken
heeft, die last heeft van de lawaaihinder, maximaal wordt
geïnformeerd en maximaal toegang krijgt tot dergelijke documenten.
U kunt dit bijvoorbeeld op uw website zetten enzovoort. Het kan toch
niet zo moeilijk zijn, als we hier massa's documenten van het Frans
naar het Nederlands of omgekeerd vertalen, om een document van
ocharme dertig bladzijden waarvan de helft, of zelfs drievierde,
grafieken en tabellen zijn, te vertalen. Voor een vertaler is dat wellicht
slechts een dag werk om dat in het Nederlands om te zetten. Dan zou
u toch al de kritiek kunnen ondervangen dat u met cryptische en
onduidelijke studies werkt, vooral en u zult het toch moeten
toegeven omdat die methode zo gecontesteerd wordt.
U zegt dat er geen alternatieve methode wordt gegeven. Dat hoeft
ook niet noodzakelijk. Als u de bijhorende kritiek, die de studie van
professor Thoen bijschaaft en er een aantal kanttekeningen bij
plaatst, meeneemt, dan bent u al een heel eind weg.
Ten tweede, er is wél een concrete suggestie geweest over de
methode. De methode waarbij vluchten onder de 70 decibel worden
weggelaten, is een verkeerde methode. Alle noemenswaardige
lawaaihinder, zeker de hinder die valt binnen de normen van de
Wereldgezondheidsorganisatie, moet in rekening worden genomen.
Wanneer pas wordt vertrokken van vluchten boven 70 decibel, dan zit
men volkomen fout. Ik hoop dat u die kritiek voor de toekomst
meeneemt.
Ten derde, mijnheer de minister, over de evaluatie bent u al even
cryptisch. U zegt dat er een bespreking is geweest en dat de volgende
doorgaat op 21 september. Het zou toch nuttig zijn dat wij weten
tegen wanneer u de hele evaluatie wenst af te ronden? Gaat dat
04.05 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Le rapport doit être aussi
accessible que possible à chacun,
d'autant plus que le contenu en est
contesté. Dix-huit comités ont déjà
exprimé des critiques à ce propos.
Ainsi, les appareils dont la
nuisance sonore ne dépasse pas
les 70 décibels ne sont pas pris en
considération. C'est bien
évidemment une mauvaise
méthode.
Le ministre reste très obscur à
propos de l'évaluation. Quand
sera-t-elle terminée?
L'étude de Belgocontrol dont parle
le ministre est-elle récente ou
s'agit-il d'une étude ancienne?
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
maanden in beslag nemen of denkt u dat u ze in januari of ten laatste
in februari kan afronden? Het zou nuttig zijn dat u aan de
omwonenden van de omgeving van de luchthaven enig perspectief
geeft.
Ten vierde, u spreekt over een studie van Belgocontrol. Is dat een
oude studie of gaat het om een nieuwe, recente studie? Kan u de
studie van Belgocontrol ter beschikking stellen van het Parlement?
Dat zou toch nuttig zijn. Of werd de informatie uit de studie in het
verleden al meegedeeld? Het zegt mij niet meteen iets. Van wanneer
dateert de studie, mijnheer de minister?
04.06 Minister Renaat Landuyt: Die studie is niet nieuw. Ze dateert
reeds van enkele maanden geleden. Die studie is gekend.
04.06 Renaat Landuyt, ministre:
Cette étude date de quelques
mois et est connue de tous.
04.07 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Dan is er op dat vlak geen
probleem.
U zegt dat u de infrastructuurwerken gaat bekijken na de evaluatie.
Een en ander hangt echter sterk samen met de evaluatie. Die
infrastructuurwerken zijn immers bedoeld om naast baan 25L, die nu
bijna niet kan worden gebruikt om technische redenen, een taxibaan
te plaatsen waardoor die baan wel kan worden gebruikt. Het gaat hier
dus niet om zaken die nog moeten worden bestudeerd. Momenteel is
het materieel zo goed als onmogelijk om, in het kader van het
spreidingsplan, optimaal gebruik te maken van de 25L. Als u een
evaluatie doet en dat op een deskundige manier naar buiten wil
brengen, zult u duidelijke conclusies moeten trekken. Als u daar een
taxibaan plaatst samen met de ILS-landingsystemen, maakt u het
mogelijk om in de toekomst veel meer te spreiden. Ik zou u ten
zeerste wil vragen om bij de conclusies van de evaluatie en bij de
gesprekken die nadien met de Gewesten volgen al die verschillende
mogelijkheden van optimale spreiding mee in rekening te nemen en
dat u hiervan achteraf geen nieuw verhaal maakt, nadat alle
besprekingen zijn gevoerd. Het is precies in het kader van de
harmonisatie, van een goede evaluatie en de conclusies daaruit dat u
moet streven naar een nog betere spreiding. Als u er nu vanuit gaat
dat dit pas over 5 of 6 jaar is, bent u verkeerd bezig. Dan komt het er
waarschijnlijk niet meer van en dan zal die maximale spreiding er
nooit komen.
04.07 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Le ministre déclare que
les travaux d'infrastructure seront
exécutés après l'évaluation mais
c'est illogique. La piste d'envol 25L
ne pourra par exemple être mise
en service que lorsqu'une piste
taxi aura été aménagée à côté.
Nous le savons depuis longtemps
et il n'y a pas lieu de réexaminer
ce point. Les travaux d'infra-
structure sont donc une condition
à la dispersion optimale.
04.08 Minister Renaat Landuyt: Ik wil voor de volledigheid, omdat
men vroeg naar de einddatum van de evaluatie. Het is een beetje
eigen aan het systeem van evaluatie met open vizier dat we de timing
niet volledig in de hand hebben. Ik ben hier afhankelijk van
verschillende partners. In die zin dat de evaluatie is begonnen met het
bekritiseren en streng bekijken van de basis van de evaluatie. Dat is
natuurlijk niet bevorderlijk voor het tempo van de evaluatie.
Nogmaals, ik zet hier zo weinig mogelijk mensen onder druk om een
zo goed mogelijke evaluatie te hebben waarbij ik afhankelijk ben van
vele autonome spelers.
04.08 Renaat Landuyt, ministre:
Je ne décide pas du calendrier de
l'évaluation. Une évaluation en
toute transparence suppose la
participation de divers partenaires
autonomes qui déterminent
ensemble le calendrier.
04.09 Bart Laeremans (Vlaams Belang): We gaan het opvolgen.
04.09 Bart Laeremans (Vlaams
Belang): Nous suivrons
attentivement ce dossier.
Het incident is gesloten.
CRIV 51
COM 435
13/12/2004
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Dylan Casaer aan de minister van Mobiliteit over "de verkeersovertredingen in
de tv-uitzendingen" (nr. 4737)
05 Question de M. Dylan Casaer au ministre de la Mobilité sur "la constatation d'infractions au code
de la route lors d'émissions télévisées" (n° 4737)
05.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, bedankt om
mij de tijd te gunnen om van boven naar beneden te komen.
Mijnheer de minister, mijn vraag gaat over de beslissing die de
politierechter van Ieper heeft genomen in een aantal procedures die
te maken hadden met overtredingen vastgesteld tijdens het VTM-
programma "De zware voet".
U kent het programma ongetwijfeld. Het heeft de bedoeling om de
mensen een beetje te sensibiliseren rond verkeersveiligheid. Ook in
Nederland loopt er een dergelijk programma waarrond er trouwens
gelijkaardige problemen bestonden.
De Ieperse politierechter heef het nodig geacht een aantal overtreders
vrij te spreken omwille van de privacy, enerzijds, het schenden van
het onderzoeksgeheim, anderzijds, en het feit dat de vaststellingen
gebeurden door materiaal dat ter beschikking was gesteld door de
commerciële zender. Een belangrijk element is dat de zender vooraf
het akkoord had gekregen van het politieparket om deze zaken op te
nemen. Mijn vragen zijn de volgende.
Kan er sprake zijn van schending van het onderzoeksgeheim indien
de vaststelling van de overtreding gebeurt door een automatisch
toestel als men tegelijk vaststelt dat toestemming was gegeven van
de overtreder zelf om de beelden te filmen? De mensen hadden hier
immers zelf toestemming gegeven om gefilmd te worden.
Ik weet van een fragment dat niet werd uitgezonden en waar uiteraard
moeilijk van schending van de privacy kan gewaagd worden. Kan er
misschien een oplossing zijn door een schriftelijk document te laten
tekenen door de mensen, waarin zij hun toestemming verlenen om
gefilmd te worden? Weet u hoe dat in Nederland gebeurt? Gelet op
de vereiste rechtszekerheid zou het misschien aangewezen zijn om
de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer
hierover om een advies te vragen.
05.01 Dylan Casaer (sp.a-spirit):
Dans son programme d'informa-
tion "De Zware Voet", VTM illustre,
avec le consentement des
conducteurs, des infractions au
code de la route. Le juge au
tribunal de police d'Ypres a
récemment acquitté certains de
ces contrevenants parce que leur
vie privée et le secret de
l'instruction auraient été violés.
Le secret de l'instruction est-il violé
alors que le contrevenant a
marqué son accord sur la diffusion
des images de son infraction,
constatée par un appareil
automatique et par un agent de
police? Les mêmes règles sont-
elles d'application si un fragment
n'est pas diffusé? Est-il utile de
faire signer un document au
contrevenant avant l'émission?
Comment ces cas sont-ils réglés
aux Pays-Bas où il existe une
émission du même type? Ne
s'indique-t-il pas de recueillir à ce
sujet l'avis de la Commission de la
protection de la vie privée?
05.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, ten eerste, of
er in deze zaak al dan niet sprake is van schending van het
beroepsgeheim, moet ik in de huidige fase overlaten aan de rechter.
Ik heb begrepen dat het openbaar ministerie in beroep is gegaan
tegen de uitspraak van de Ieperse politierechtbank. Ik denk dus dat
het niet opportuun is om hierover een uitspraak te doen, al heb ik er
wel een mening over.
In het algemeen ben ik van mening dat tv-programma's zoals De
zware voet moeten kunnen blijven bestaan, voor zover ze een
educatieve waarde hebben en bijdragen tot veiliger rijgedrag. Hierbij
moet wel rekening worden gehouden met de regels van het geheim
van het onderzoek en de wet op de bescherming van de persoonlijke
levenssfeer. Dat lijkt mij evident. Een overtreding gebeurt echter op
publiek terrein en is per definitie een publieke daad. Het zou ook wel
05.02 Renaat Landuyt, ministre:
C'est à la justice qu'il appartient de
dire si nous sommes en présence
ici d'une violation du secret de
l'instruction. Une procédure
d'appel engagée par le ministère
public étant en cours, je ne puis
répondre à cette question. La
question de savoir s'il n'y aurait
pas aussi violation due à des
extraits non diffusés fait également
partie de cette procédure d'appel.
Je considère que de tels
programmes de télévision doivent
13/12/2004
CRIV 51
COM 435
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2004
2005
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
kunnen dat het optreden van mensen, en dus ook politiemensen,
onder invloed kan staan van camera's. Wij moeten ons daarvan
bewust zijn.
Ten tweede, of er sprake is van een schending van het
onderzoeksgeheim indien het fragment nooit op tv werd uitgezonden,
is een lepe vraag. Dat is immers de essentie van het vonnis dat in
beroep is. Ik geef daarop dus geen antwoord, maar toch goed
geprobeerd.
Ten derde, een schriftelijk document zal wel de oplossing zijn. Als
men dergelijke programma's wil voortzetten, zal dit met de nodige
randovereenkomsten moeten worden bewaakt.
Wat uw vraag met betrekking tot Nederland betreft, kan ik meedelen
dat de Koninklijke Landelijke Politiedienst de samenwerking met de
programmamakers heeft stopgezet omdat te veel gerechtelijke
procedures ten laste van de dienst werden ingesteld door overtreders
die in beeld kwamen. Ook in Nederland ontstond beroering naar
aanleiding van dergelijke programma's.
Een advies van de zogenaamde privacycommissie kan zeker nuttig
zijn. Belangrijker, mijns inziens, zal het standpunt van de rechtbanken
zijn. We evolueren duidelijk naar een bepaalde vorm van rechtspraak
die zich al dan niet zal vestigen. Ik heb begrepen dat de problematiek
eveneens geagendeerd staat op de eerstvolgende bijeenkomst van
het College van procureurs-generaal. Men zoekt duidelijk naar een
beleidslijn.
avoir droit de cité à condition de
revêtir une valeur éducative. A cet
égard, il faut tenir compte des
règles qui régissent le secret de
l'instruction et la protection de la
vie privée. Cependant, les
infractions au code de la route se
commettent dans le domaine
public et, par conséquent, elles
constituent à mon sens des actes
publics. Un contrat écrit conclu au
préalable pourrait effectivement
constituer une solution.
Aux Pays-Bas, des programmes
similaires posent problème
également. Chez nos voisins du
nord, la "Koninklijke Landelijke
Politie" a mis fin à sa collaboration
avec un tel programme de
télévision parce qu'elle était
confrontée tout à coup à une
surabondance de procédures
judiciaires.
Un avis de la commission de la
protection de la vie privée pourrait
s'avérer utile mais le jugement du
tribunal revêt plus d'importance.
Ce problème est d'ailleurs inscrit à
l'ordre du jour du prochain collège
des procureurs généraux.
05.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, hebt u enig idee wanneer het College van procureurs-
generaal zich over deze problematiek zal buigen? Dat is een
belangrijk element omdat zij een bepaalde richting kunnen aangeven.
05.03 Dylan Casaer (sp.a-spirit):
Quand cela aura-t-il lieu?
05.04 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer de voorzitter, ik heb geen
idee wanneer de volgende vergadering van het College zal
plaatsvinden. Volgens mij wenst het College de uitspraken in beroep
af te wachten.
05.04 Renaat Landuyt, ministre:
Je pense que les procureurs
attendront le jugement du tribunal.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.27 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.27 heures.