IC420_FIN.doc

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cdH

centre démocrate Humaniste

CD&V

Christen-Democratisch en Vlaams

ECOLO

Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales

Front National

Mouvement réformateur

N-VA

Nieuw-Vlaamse Alliantie

Parti socialiste

sp.a-spirit

Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht

Vlaams Belang

VLD

Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de

base et du n° consécutif

DOC 51 0000/000

Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer

QRVA

Questions et Réponses écrites

QRVA

Schriftelijke Vragen en Antwoorden

CRIV

version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV

voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)

CRABV

Compte Rendu Analytique (couverture bleue)

CRABV

Beknopt Verslag (blauwe kaft)

CRIV

Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)

CRIV

Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)

PLEN

séance plénière

PLEN

plenum

COM

réunion de commission

COM

commissievergadering

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :

publications@laChambre.be

Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :

publicaties@deKamer.be

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

SOMMAIRE

INHOUD

Question de Mme Hilde Claes à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les frais de
procédure" (n° 4311)

Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
procedurekosten" (nr. 4311)

Orateurs: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Alain Courtois à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "l'indexation
des traitements des magistrats" (n° 4346)

Vraag van de heer Alain Courtois aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
indexering van de wedden van de magistraten"
(nr. 4346)

Orateurs: Alain Courtois, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Alain Courtois, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Alfons Borginon à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
collaboration en matière de politique pénale"
(n° 4405)

Vraag van de heer Alfons Borginon aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
samenwerking inzake strafrechtelijk beleid"
(nr. 4405)

Orateurs:

Alfons Borginon, Laurette

Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers:

Alfons Borginon, Laurette

Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Tony Van Parys à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "les
deux doubles meurtres à Gand et à Alost"
(n° 4355)

Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
twee dubbele moorden in Gent en in Aalst"
(nr. 4355)

Orateurs:

Tony Van Parys, Laurette

Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de Mme Colette Burgeon à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
propagation de dialers sur les ordinateurs et leurs
responsables" (n° 4407)

Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
toenemende aanwezigheid van dialers op de pc's
en wie hiervoor aansprakelijk kan worden gesteld"
(nr. 4407)

Orateurs:

Colette Burgeon, Laurette

Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers:

Colette Burgeon, Laurette

Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Eric Massin à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les suites de
la saisie d'un avion ukrainien de type Antonov
actuellement stationné à Melsbroek" (n° 4381)

Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de gevolgen
van de inbeslagname van een Oekraïens vliegtuig
van het Antonov-type dat momenteel aan de
grond staat in Melsbroek" (nr. 4381)

Orateurs: Eric Massin, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Eric Massin, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Tony Van Parys à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
suivi de contrôles radars rigoureux à Gand"
(n° 4566)

Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
opvolging van rigoureuze flitscontroles in Gent"
(nr. 4566)

Orateurs:

Tony Van Parys, Laurette

Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Tony Van Parys, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Joseph Arens à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
problèmes de nomination d'agents administratifs
dans les greffes des tribunaux" (n° 4447)

Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
problemen omtrent de benoeming van
administratieve agenten bij de griffies van de
rechtbanken" (nr. 4447)

Orateurs: Joseph Arens, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Joseph Arens, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Question de M. Jean-Marc Delizée à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur
"l'évolution du droit familial" (n° 4457)

Vraag van de heer Jean-Marc Delizée aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de ontwikkeling van het familierecht" (nr. 4457)

Orateurs: Jean-Marc Delizée, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Jean-Marc Delizée, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de M. Robert Denis à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
conséquences de la décision du conseil des
procureurs du Roi d'adopter une circulaire
identique dans tout le pays concernant les
apostilles" (n° 4588)

Vraag van de heer Robert Denis aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
gevolgen van de beslissing van de raad van
procureurs des Konings om een in het hele land
gelijkluidende circulaire goed te keuren
betreffende de kantschriften" (nr. 4588)

Orateurs: Robert Denis, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la Justice

Sprekers: Robert Denis, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie

Question de M. Patrick De Groote au ministre de
l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique sur "la législation sur
les sociétés commerciales" (n° 4470)

Vraag van de heer Patrick De Groote aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid over "de
vennootschapswetgeving" (nr. 4470)

Orateurs: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Patrick De Groote, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de Mme Marie-Claire Lambert à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
création de quatre lits sécurisés à l'hôpital de la
Citadelle de Liège pour les détenus de la prison
de Lantin" (n° 4512)

Vraag van mevrouw Marie-Claire Lambert aan de
vice-eerste minister en minister van Justitie over
"de vier nieuwe beveiligde bedden in het
Citadelle-ziekenhuis van Luik voor de
gedetineerden van de gevangenis van Lantin"
(nr. 4512)

Orateurs: Marie-Claire Lambert, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers: Marie-Claire Lambert, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

Question de Mme Liesbeth Van der Auwera à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"la banque de données des locataires en retard
de paiement" (n° 4563)

Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de databank met gegevens over huurders
met huurachterstal" (nr. 4563)

Orateurs: Liesbeth Van der Auwera,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice

Sprekers: Liesbeth Van der Auwera,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie

Question de Mme Liesbeth Van der Auwera à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"la tentative de conciliation obligatoire en matière
de recouvrement des arriérés de loyer,
d'adaptation du loyer et d'expulsion lors de toute
nouvelle procédure judiciaire" (n° 4564)

Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de verplichte poging tot minnelijke schikking
bij iedere opgestarte rechtszaak over de inning
van huurachterstal, de aanpassing van de huur en
de uithuiszetting" (nr. 4564)

Orateurs: Liesbeth Van der Auwera,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre de la Justice

Sprekers: Liesbeth Van der Auwera,
Laurette Onkelinx, vice-eerste minister en
minister van Justitie

Question de M. André Frédéric à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "les
agressions subies par les agents des services
publics" (n° 4348)

Vraag van de heer André Frédéric aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
agressie waarvan de personeelsleden van de
overheidsdiensten het slachtoffer zijn" (nr. 4348)

Orateurs:

André Frédéric, Laurette

Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice

Sprekers:

André Frédéric, Laurette

Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

COMMISSION DE LA JUSTICE

COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE

MERCREDI

DÉCEMBRE

2004

Matin

______

van

WOENSDAG

DECEMBER

2004

Voormiddag

______

De vergadering wordt geopend om 10.23 uur door de heer Alfons Borginon, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.23 heures par M. Alfons Borginon, président.

01 Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

procedurekosten" (nr. 4311)

01 Question de Mme Hilde Claes à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les frais de

procédure" (n° 4311)

De voorzitter: Mevrouw Claes, ik heb begrepen dat het antwoord op deze vraag reeds is vervat in de
interventie van gisteren van de minister. Ik stel evenwel voor dat u de vraag toch stelt voor het Integraal
Verslag.

01.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de

minister, ik wilde terugkomen op het dossier van de procedurekosten,
meer bepaald op het arrest van het Hof van Cassatie van 2
september dat een keerpunt was in de Belgische rechtspraak gezien
de verliezende partij in de toekomst veroordeeld kan worden tot
betaling van erelonen van de winnende partij.

Ik heb in het verleden gewezen op de risico's inzake financiële
drempels, rechtsonzekerheid en het gevaar voor een procedure
binnen de procedure. Als oplossing heb ik voorgesteld een barema in
te voeren voor het verhalen van de erelonen. De minister heeft
destijds mijn bekommernissen gedeeld en uitdrukkelijk gezegd dat zij
het advies zou inwinnen van de Nederlandstalige en Franstalige
balies. Vandaar dat ik op deze kwestie terugkom met de volgende
vragen.

Ten eerste, ontving de minister inmiddels een voorstel van de
Vlaamse of Waalse balies en zo ja, wat is de inhoud van het voorstel?
Ten tweede, nam de minister reeds initiatieven ter uitvoering van het
regeerakkoord dat in het instellen van barema's voorziet, voor het
verhalen van het honorarium van de in het ongelijk gestelde partij?

01.01 Hilde Claes (sp.a-spirit):

L'arrêt de la Cour de cassation du
2 septembre 2004 relatif aux frais
de procédure constitue un
véritable tournant dans la
jurisprudence belge. Désormais, la
partie perdante peut être
condamnée à payer les honoraires
de la partie gagnante. Cette
évolution n'est pas sans risques:
seuil financier, insécurité juridique
et procédure dans la procédure.
J'avais proposé de régler ce
problème par l'instauration d'un
barème pour la récupération des
honoraires. La ministre s'y était
montrée favorable et allait
demander un avis à ce sujet.

La ministre a-t-elle reçu une
proposition du barreau flamand ou
francophone? Quel est son
contenu? La ministre a-t-elle déjà
pris des initiatives visant à
exécuter l'accord de gouverne-
ment qui prévoit l'instauration de
barèmes?

01.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, ik heb

gisteren een antwoord gegeven in het kader van de
begrotingsbespreking. Ik verwijs naar dit antwoord.

01.02

Laurette Onkelinx,

ministre: J'ai répondu à cette
question hier au cours de
l'examen du budget. Je renvoie
Mme Claes à cette réponse.

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

02 Question de M. Alain Courtois à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "l'indexation

des traitements des magistrats" (n° 4346)

02 Vraag van de heer Alain Courtois aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

indexering van de wedden van de magistraten" (nr. 4346)

02.01 Alain Courtois (MR): Monsieur le président, madame la

ministre, j'avais été alerté en son temps au sujet de l'indexation du
traitement des magistrats. Comme vous le savez, les magistrats,
membres de l'ordre judiciaire, sont assimilés aux fonctionnaires au
niveau de leur traitement et sont donc payés par la Chancellerie. Ils
étaient surpris que leurs traitements n'aient pas été indexés alors que
les fonctionnaires avaient bénéficié de l'indexation. Par ailleurs, vous
connaissez les problèmes qu'ils avaient rencontrés concernant les
pécules de vacances. L'indexation devenait un problème encore plus
aigu puisqu'ils se demandaient, à juste titre selon moi, pourquoi les
fonctionnaires en avaient bénéficié et pas eux. Je vous avais posé
cette question en son temps mais j'espère que vous avez de bonnes
nouvelles à me communiquer aujourd'hui.

En tout état de cause, ceci démontre une fois de plus le flou existant
entre les différentes catégories. C'est bien de cela que nous devrons
parler à un moment donné: des magistrats, des magistrats de
complément, des magistrats suppléants, etc. Il serait bon, une fois
pour toutes, de nous donner un tableau précis des traitements des
différentes catégories de magistrats qui assurent l'ordre judiciaire
dans le pays.

02.01 Alain Courtois (MR): Naar

het schijnt worden de magistraten
van de rechterlijke orde voor wat
hun bezoldiging betreft als
ambtenaren beschouwd en
worden ze

aldus door de

Kanselarij betaald. De wedden van
de ambtenaren werden geïn-
dexeerd, maar die van de
magistraten niet. Er deed zich al
een probleem voor bij de toeken-
ning van het vakantiegeld en nu
komt daar de indexering bij. Ik
hoop dat u goed nieuws brengt.
Deze kwestie toont aan dat er
grote onduidelijkheid heerst tussen
de verschillende categorieën van
magistraten. Zou u ons een
overzicht kunnen bezorgen van de
bezoldigingen van de magistraten?

02.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, je

voudrais rassurer M. Courtois car je pense qu'il n'y a aucun problème.
Les traitements des magistrats ne sont pas payés par la Chancellerie
du premier ministre mais comme tous les traitements d'agents
relevant de la fonction publique par le Service central des dépenses
fixes relevant du ministère des Finances. Ce service est un service
d'exécution qui verse des traitements calculés sur base des
informations que lui donnent les services administratifs et en ce qui
concerne les magistrats et le personnel de l'ordre judiciaire, c'est la
direction générale de l'organisation judiciaire du département de la
Justice qui fournit ces informations. Les seuls magistrats relevant de
la Chancellerie du premier ministre sont les membres de la Cour
d'arbitrage.

Deuxième précision. Quand il y a lieu d'appliquer l'indexation
automatique des traitements, ces calculs sont effectués par le Service
des dépenses fixes des Finances et non par les différents SPF
techniquement concernés.

L'index auquel vous vous référez va s'appliquer, très normalement,
aux traitements du mois de novembre et sera versé, comme c'était
prévu, au début du mois de décembre.

02.02

Minister Laurette

Onkelinx: Er is geen enkel
probleem. De wedde van de
magistraten wordt door de
Centrale Dienst der

Vaste

Uitgaven (CDVU) betaald en dat is
een uitvoeringsdienst. De enige
magistraten die door de Kanselarij
worden betaald zijn de leden van
het Arbitragehof. De CDVU
berekent de automatische
indexeringen. De indexering
waarover u het heeft, is van
toepassing op de wedde van
november, die zoals gepland in
december zal worden uitbetaald.

02.03 Alain Courtois (MR): Monsieur le président, je n'ai pas

d'autres commentaires. Si ce n'est que j'aimerais obtenir des
informations quant aux traitements des différents magistrats assurant
l'ordre judiciaire à l'heure actuelle.

02.03 Alain Courtois (MR): Kunt

u ons wat meer informatie geven
over de wedden van de
verschillende magistraten?

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

02.04 Laurette Onkelinx, ministre: Puis-je vous proposer de

déposer une question écrite? Cela me permettra de vous donner tous
les tableaux.

02.04 Minister Laurette

Onkelinx: Ik zal u die informatie
schriftelijk bezorgen.

02.05 Alain Courtois (MR): D'accord.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

03 Vraag van de heer Alfons Borginon aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

samenwerking inzake strafrechtelijk beleid" (nr. 4405)

03 Question de M. Alfons Borginon à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la

collaboration en matière de politique pénale" (n° 4405)

03.01 Alfons Borginon (VLD): Mevrouw de minister, mijn vraag

handelt over de samenwerking inzake strafrechtelijk beleid. U weet
dat ik mijn vragen in principe schriftelijk stel. Ik krijg er, gemiddeld
genomen, ook vlot een antwoord op. Af en toe gebeurt het evenwel
dat een vraag blijft liggen. In dat geval stel ik ze wel mondeling, om
toch een antwoord te bekomen.

Zo heb ik op 26 april 2004 een vraag gesteld, die tot nu toe
onbeantwoord bleef. Ze gaat over het strafrechtelijk beleid en de
interactie met de Gemeenschappen en de Gewesten.

U weet dat in de artikelen 143bis en 143ter van het Gerechtelijk
Wetboek het strafrechtelijk beleid als een uitsluitend federale
bevoegdheid wordt uitgewerkt. Door u en door het College van
procureurs-generaal wordt dat beleid verder uitgetekend. Toch
bestaat er binnen de Vlaamse regering een commissie
Vervolgingsbeleid, waarin samenwerking wordt verleend met de
procureurs-generaal van Brussel, Antwerpen en Gent. Er is dus
overleg tussen het parket en de Vlaamse overheid over het
strafrechtelijk beleid. Dat is ook correct, omdat een aantal
beleidsprioriteiten thuishoren op het regionale domein, waar op een of
andere manier de beleidsverantwoordelijken impulsen zouden moeten
kunnen geven aan het strafrechtelijk beleid. Ik denk voor de
gewestbevoegdheden aan zaken zoals het leefmilieu, maar ook aan
andere thema's. Als bijvoorbeeld bepaalde fraudemechanismen
zouden worden vastgesteld in de welzijnssector, dan zou er over het
strafrechtelijk beleid terzake een structurele band moeten kunnen
bestaan met de federaal bevoegde autoriteiten.

Vermits die samenwerking in Vlaanderen blijkt te bestaan, zou ik
graag van de minister weten of er inzake strafrechtelijk beleid ook
dergelijke samenwerkingsvormen bestaan tussen de federale minister
van Justitie, enerzijds, en andere gedefedereerde entiteiten in ons
land, anderzijds.

Zo ja, op welke manier werden daar protocollen of andere
overeenkomsten over afgesloten? Van welk tijdstip dateren ze?

03.01 Alfons Borginon (VLD):

La politique criminelle relève de la
compétence fédérale; elle est
définie par la ministre de la Justice
et par le Collège des procureurs
généraux. Une Commission de la
politique des poursuites, à laquelle
participent les procureurs
généraux de Bruxelles, d'Anvers et
de Gand, existe toutefois à la
Communauté flamande. L'exis-
tence de cette concertation est
positive selon moi, étant donné
que des phénomènes criminels
peuvent aussi se produire dans les
domaines de l'environnement et
du bien-être.

Existe-t-il également une coopé-
ration en matière de politique
criminelle entre la ministre
fédérale de la Justice et les entités
régionales? Le cas échéant,
laquelle? Des protocoles ou
d'autres accords ont-ils été
conclus à cet effet? Le cas
échéant, quand?

03.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, je vais

répondre de façon générale pour montrer pourquoi ce genre de
concertation est nécessaire et vous donner également quelques
informations. Je déposerai aussi un document expliquant toutes les
concertations.

03.02 Minister Laurette

Onkelinx: Ik zal in een algemeen
betoog aantonen waarom dergelijk
overleg noodzakelijk is.

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Dat is in overeenstemming met artikel 143ter van het Gerechtelijk
Wetboek. Ik citeer: "legt de minister van Justitie de richtlijnen van het
strafrechtelijk beleid vast, inclusief die van het opsporings-en
vervolgingsbeleid, nadat hij het advies van het College van
procureurs-generaal heeft ingewonnen."

Hoewel het strafrechtelijk beleid wel degelijk tot de bevoegdheid
behoort van de federale staat betekent dit daarom niet dat er geen
coördinatie kan zijn van initiatieven met de Gewestelijke of
Gemeenschapsautoriteiten. Deze wil tot coördinatie is expliciet
voorzien in de kadernota "Integrale Veiligheid" van 30 en 31 maart
2004, opgesteld door de minister van Binnenlandse Zaken en mezelf,
die streeft naar het voortzetten van het uitwerken en in werking
brengen van een integraal en geïntegreerd veiligheidsbeleid.

In de nota wordt de nadruk gelegd op de noodzakelijke samenwerking
tussen de politionele, gerechtelijke en administratieve instanties en
eveneens op de verbintenis van de federale Staat om een
veiligheidsbeleid te voeren dat coherent is met dat van de andere
machtsniveaus en met respect voor hun respectievelijke
bevoegdheden. Om deze doelstellingen van globale benadering te
bereiken, werden diverse overlegplatforms of overlegcommissies
opgericht. Naar gelang het geval verenigen ze voor het behandelen
van een welbepaalde thematiek de vertegenwoordigers van de
politiediensten, de vertegenwoordiger van de bevoegde federale en
gewestelijke administraties evenals leden van de gerechtelijke
instanties en politieke overheden. Het nationaal forum voor
slachtofferbeleid op de toekomstige nationale commissie voor de
rechten van het kind zijn daarvan voorbeelden.

Wat de verkeerswetgeving betreft, wordt overleg opgestart tussen de
vertegenwoordigers van het parket-generaal van Gent en de Vlaamse
Gemeenschap.

L'article 143ter du Code judiciaire
dispose que le ministre de la
Justice définit les lignes directrices
de la politique criminelle, y compris
en matière de recherche et de
poursuites, après avoir consulté le
collège des procureurs généraux.

Il n'en existe pas moins une
volonté de coordination avec les
autorités régionales et commu-
nautaires, comme en témoigne la
note cadre relative à la sécurité
générale des 30 et 31 mars 2004.
Celle-ci met l'accent sur la
collaboration entre les instances
judiciaires, administratives et de
police, mais aussi sur l'engage-
ment de l'Etat fédéral à mener une
politique de sécurité cohérente par
rapport à celle menée aux autres
niveaux.

Plusieurs commissions de concer-
tation ont été instituées, comme le
Forum national pour une politique
en faveur des victimes. Une
commission nationale pour les
droits de l'enfant sera également
mise en place. Une concertation
est prévue entre le parquet
général de Gand et la Commu-
nauté flamande en matière de
législation routière. Les commis-
sions se composent, selon le cas,
de représentants des services de
police, des administrations
fédérales et régionales
compétentes, des instances
judiciaires et des autorités
politiques.

Je vous disais que toute une série d'initiatives sont prises pour les
différentes Régions.

1. "Het vierhoeksoverleg binnen de commissie Vervolgingsbeleid van
het Vlaamse Gewest", la concertation en carré au sein de la
commission de politique de poursuite pour la Région flamande. J'ai
toute la composition et les missions de cette "vierhoeksoverleg".

2. "Het horizontale overleg tussen de Vlaamse parketten-generaal", la
concertation horizontale des parquets généraux flamands dont j'ai
aussi la composition et les missions.

3. "Het verticaal ressortelijk overleg binnen het rechtsgebied van het
hof van beroep te Brussel", la concertation verticale au sein du ressort
de la cour d'appel de Bruxelles.

Er werd een aantal initiatieven
genomen voor de verschillende
Gewesten.

Voor het Vlaams Gewest bestaan
de volgende overlegstructuren: het
vierhoeksoverleg binnen de
commissie Vervolgingsbeleid van
het Vlaamse Gewest, het
horizontale overleg tussen de
Vlaamse parketten-generaal, het
verticaal ressortelijk overleg
binnen het rechtsgebied van het
hof van beroep te Brussel en het
arrondissementeel overleg binnen
het ressort, met leden van de

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

4. La concertation au niveau de l'arrondissement, "arrondissementeel
overleg binnen het ressort", avec par exemple des membres des
parquets des procureurs du Roi, mais aussi des représentants des
services externes des différentes administrations concernées.

5. Pour la Région wallonne, il y a spécifiquement la concertation avec
la division générale des ressources naturelles et de l'environnement.
Là aussi, je vous explique dans la note qui en fait partie et quelles en
sont les missions.

6. La concertation horizontale des parquets généraux.

7. La concertation verticale au niveau du ressort de la cour d'appel de
Bruxelles.

8. La concertation au niveau de l'arrondissement.

9. Pour ce qui concerne Bruxelles-Capitale, des mécanismes de
concertation spécifiques ont été mis en place pour cette Région,
tenant compte de sa situation particulière. Seul le parquet de
Bruxelles est appelé à appliquer la législation de la Région de
Bruxelles-Capitale. Il applique également la législation régionale
flamande pour la partie de l'arrondissement située dans la province
du Brabant flamand. Ce parquet connaît depuis plusieurs années une
situation difficile. On en a encore parlé hier.

En vue de résoudre les difficultés de fonctionnement du parquet
général de Bruxelles, un groupe d'action a été constitué en janvier
2001, au sein même de ce parquet, par des magistrats de référence
responsables de l'appui du parquet dans un secteur d'activité
déterminé. La mission de chacun de ces membres est définie par
trois vocables: appui, évaluation, contrôle.

Dans le cadre de sa mission, le magistrat de référence pour
l'environnement tâche de déterminer les causes des principales
difficultés auxquelles la section Ecosoc, qui traite des dossiers
environnementaux, doit faire face. Il diffuse alors l'information,
transmet les documents standards aux autres parquets, travaille pour
la promotion de contacts entre le parquet de Bruxelles et les
administrations en charge de la politique environnementale.

Voilà pour les initiatives prises avec les Régions, en supplément de
celles prises au niveau fédéral. Mais je vous dépose l'annexe à la
réponse générale.

parketten en vertegenwoordigers
van de betrokken overheden.

Voor het Waals Gewest zijn er het
overleg met de Division générale
des Ressources naturelles et de
l'Environnement (de algemene
directie voor de natuurlijke
rijkdommen en het milieu), het
horizontaal overleg met de
parketten-generaal, het verticaal
overleg binnen het rechtsgebied
van het hof van beroep te Brussel
en het overleg op het niveau van
het arrondissement.

Voor het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest bestaan specifieke
mechanismen. Het parket van
Brussel past de wetgeving van het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
toe en de Vlaamse wetgeving voor
dat deel van het arrondissement
dat in de provincie Vlaams-
Brabant is gelegen. Voor dit parket
is de situatie niet gemakkelijk.

Om die moeilijkheden op te
lossen, hebben referentie-
magistraten in 2001 een
actiegroep opgericht. De taak van
de leden van die groep kan in drie
woorden worden samengevat:
ondersteuning, evaluatie, controle.

In dat kader moet de
referentiemagistraat voor het
milieu de oorzaken van de
moeilijkheden bij de Ecosoc-
afdeling achterhalen. Hij verspreidt
de informatie, bezorgt de
documenten en zorgt voor betere
contacten tussen het parket en de
met het milieubeleid belaste
administraties.

Ziedaar wat de gewestelijke
initiatieven, ter aanvulling van die
op het federale niveau, betreft. Ik
zal u de gedetailleerde bijlage bij
mijn antwoord bezorgen.

03.03 Alfons Borginon (VLD): Mevrouw de minister, ik zal het met

aandacht lezen en er de nodige conclusies uit trekken.

03.03 Alfons Borginon (VLD): Je

vais lire attentivement le document
de la ministre et en tirer les
conclusions utiles.

Het incident is gesloten.

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

L'incident est clos.

04 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

twee dubbele moorden in Gent en in Aalst" (nr. 4355)

04 Question de M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les deux

doubles meurtres à Gand et à Alost" (n° 4355)

04.01 Tony Van Parys (CD&V): Mevrouw de vice-eerste minister, op

een bijzonder gewelddadige manier heeft een 35-jarige man uit Gent
vier mensen vermoord en twee andere slachtoffers zwaar verwond.
De man had blijkbaar een gerechtelijk verleden en volgens een aantal
media zou hij veroordeeld zijn geweest tot 18 maanden gevangenis
waarvan 6 maanden effectief. Hij zou zich bij de behandeling van het
dossier uitermate vrouwonvriendelijk hebben geuit naar aanleiding
van de behandeling van deze dossiers, op een bijzonder beledigende
en denigrerende manier. Ik zou u enkele vragen willen stellen.

Kloppen de berichten over de veroordeling of over andere, vroegere
veroordelingen? Van wanneer dateert deze veroordeling? Hoe lang en
tot wanneer was betrokkene opgesloten? Werden bepaalde
maatregelen getroffen bij zijn vrijlating? Was er politioneel of justitieel
toezicht? Was er toezicht van de wijkpolitie? Werden hieromtrent
rapporten opgemaakt? Betrof het voorwaardelijk gedeelte van de straf
een gewoon uitstel dan wel een probatie-uitstel? Welke voorwaarden
werden desgevallend opgelegd? Hoe werd desgevallend het toezicht
op de naleving van de voorwaarden georganiseerd? Zijn er
desgevallend rapporten over de risico's op recidive? Tot daar,
mevrouw de vice-eerste minister, de vragen die ik in dit dossier aan u
zou willen stellen.

04.01 Tony Van Parys (CD&V):

Un Gantois de 35 ans a assassiné
quatre personnes de manière
particulièrement violente. Deux
autres victimes sont grièvement
blessées. L'assassin présumé
avait un casier judiciaire et aurait
été condamné l'an passé à dix-huit
mois de détention, dont six mois
fermes. Lors de l'examen de son
dossier, il se serait montré
particulièrement odieux à l'égard
des femmes et aurait tenu des
propos dénigrants.

Est-il exact qu'il a été condamné?
De quand date cette
condamnation? Combien de
temps l'intéressé est-il resté en
prison? Des mesures ont-elles été
prises à sa sortie? Des rapports
ont-ils été établis à ce sujet?
S'agissait-il d'un sursis probatoire?
De quelles conditions était-il
assorti? Comment le respect de
ces conditions a-t-il été contrôlé?
Existe-t-il des rapports sur les
risques de récidive?

04.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, omtrent het

gerechtelijk verleden van de vermoedelijke dader van de zeer zware
feiten te Gent en te Aalst, kan ik u meedelen dat de betrokkene
eerder dit jaar veroordeeld werd door het hof van beroep te Gent. Er
werd toen een gevangenisstraf opgelegd waarvan de
tenuitvoerlegging volledig werd uitgesteld voor een periode van vijf
jaar. Er werden geen condities opgelegd.

04.02

Laurette Onkelinx,

ministre: La cour d'appel de Gand
a condamné plus tôt dans l'année
l'intéressé à une peine de prison
assortie d'un sursis de cinq ans.
Aucune condition n'a été imposée.

L'absence d'un quelconque système de liberté conditionnelle ou de
probation dans le chef de l'intéressé fait qu'aucune organisation de
surveillance particulière ne suivait.

Het feit dat de betrokkene niet
voorwaardelijk en ook niet op
proef in vrijheid was gesteld,
verklaart waarom hij niet onder
een bijzondere vorm van toezicht
stond.

04.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank de

minister voor haar antwoord. Het blijft een bijzonder pijnlijke
aangelegenheid dat iemand recidiveert en dat er dit is het gevolg
van de gerechtelijke uitspraak van het hof van beroep in geen enkel
toezicht was georganiseerd of voorzien. Ik denk dat men mits een
adequate uitspraak de eerste keer, een en ander had kunnen
voorkomen. Dit is klaarblijkelijk niet gebeurd. Dat is uiteraard de

04.03 Tony Van Parys (CD&V):

L'homme a pu récidiver parce que
la cour d'appel n'avait prévu
aucune mesure de surveillance.
Le drame aurait peut-être pu être
évité. Il s'agit évidemment d'une
décision indépendante du pouvoir

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

onafhankelijkheid van de rechterlijke macht.

judiciaire.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

05 Question de Mme Colette Burgeon à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la

propagation de dialers sur les ordinateurs et leurs responsables" (n° 4407)

05 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

toenemende aanwezigheid van dialers op de pc's en wie hiervoor aansprakelijk kan worden gesteld"
(nr. 4407)

05.01 Colette Burgeon (PS): Madame la ministre, il y a quelques

semaines, le 19 octobre dernier, je vous interrogeais sur la
prolifération des "spywares" dans les ordinateurs par l'intermédiaire
du réseau internet. Le journal "Le Soir" du 17 novembre 2004 nous
apprend qu'une nouvelle vague de logiciels indésirables écume les
ordinateurs via internet.

Le principe de ce type de logiciels n'est cependant pas récent et
demeure fort simple par ailleurs: il s'agit d'un "dialer" qui s'installe sur
le disque dur et qui utilise la ligne téléphonique pour composer
automatiquement des numéros surfacturés du type 0903
(1,25/minute) ou du type 0909 (25/appel). Ces "dialers" utilisent le
fax-modem intégré à l'ordinateur et raccordé à la prise téléphonique
pour agir à l'insu de l'utilisateur.

Ce qui est neuf, en revanche, c'est le nombre de plaintes reçues par
le ministère des Affaires économiques: plus de 500 plaintes depuis le
début de cette année, avec une recrudescence depuis juillet. On peut
craindre une hausse exponentielle de ces plaintes car la firme
Symantec, spécialisée dans la lutte anti-virus estime que 30% des
ordinateurs du Benelux sont contaminés par ce type de logiciel.

Il s'agit d'une véritable escroquerie puisque l'installation de ce type de
logiciel se fait tout à fait à l'insu de l'utilisateur du PC, et donc sans
son consentement. Il peut arriver que la facture fournie par Belgacom
dépasse le millier d'euros. Les victimes sont le plus souvent
dépourvues de recours parce que le "dialer" peut avoir été téléchargé
bien des mois avant qu'il entre en action. Il est donc extrêmement
difficile, mais pas impossible, de retrouver le site web sur lequel le
logiciel a été téléchargé. La plupart des services offerts par ces
"dialers" sont à vocation pornographique, ce qui freine les plaintes des
consommateurs, même si ceux-ci ne se connectent jamais à des
sites pour adultes.

Dans ce type d'arnaque, il y a pourtant une différence de taille par
rapport au mécanisme de propagation des "spywares" courants. Trois
opérateurs sont concernés et sont identifiables: il s'agit de Belgacom,
qui émet la facture, des fournisseurs des lignes où aboutissent ces
appels et des fournisseurs de ces services, parfois installés dans des
pays exotiques.

Mes questions sont les suivantes.

1. La Computer Crime Unit (CCU) en charge de la criminalité
informatique enquête-t-elle sur ce type de plainte? Si oui, avec quels
résultats?

05.01 Colette Burgeon (PS):

Kortgeleden heb ik u een vraag
gesteld over de snelle verspreiding
van "spyware" in computers via
internet. In "Le Soir" van 17
november 2004 wordt gewag
gemaakt van een nieuwe golf van
dit type software.

Spyware werkt volgens een
eenvoudig principe: op de harde
schijf van de gebruiker wordt
buiten zijn medeweten een
"dialer" geïnstalleerd die zijn
telefoonlijn gebruikt om
automatisch dure nummers van
het type 0903 (1,25 euro/minuut)
of 0909 (25 euro/oproep) op te
roepen.

Het Ministerie van Economische
Zaken heeft sedert het begin van
dit jaar al meer dan 500 klachten
genoteerd. De firma Symantec, die
gespecialiseerd is in virus-
bestrijding, schat dat 30% van de
computers in de Benelux besmet
zijn.

De Belgacom-rekening bedraagt
soms meer dan duizend euro! De
slachtoffers kunnen vaak geen
kant meer uit, omdat de "dialer"
maanden voordien kan zijn
gedownload. De meeste van die
diensten zijn bovendien van
pornografische aard, waardoor de
gebruikers geen klacht durven
indienen.

Bij dit soort van oplichting zijn
echter de drie volgende partijen
betrokken: Belgacom, dat de
factuur uitschrijft, de leveranciers
van de gebelde lijnen en de
leveranciers van de diensten.

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2. Belgacom n'est-elle pas juridiquement et moralement responsable
puisqu'elle bénéficie consciemment d'un retour financier par
l'utilisation abusive de ces numéros surfacturés?

Mijn vragen luiden dus als volgt.
Onderzoekt de Computer Crime
Unit, die bevoegd is voor
informaticacriminaliteit, dat soort
klachten? Zo ja, met welk
resultaat? Is Belgacom, dat
financieel wel vaart bij het misbruik
van dure telefoonnummers, in
deze niet deels verantwoordelijk?

05.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, la Federal

Computer Crime Unit me signale qu'elle est au courant du
phénomène mais elle n'a pas été chargée actuellement d'enquête à
ce sujet. Trois plaintes au pénal lui sont connues.

Vu le très court délai, il n'est pas possible d'avoir une vue plus exacte
sur le nombre de dossiers en justice concernant les dialers.
Néanmoins, la Federal Computer Crime Unit vient aussi d'apprendre
qu'il y avait quatre dossiers en cours pour le parquet de Bruxelles
auprès de la CCU du service judiciaire de l'arrondissement de
Bruxelles. Les différents services judiciaires d'arrondissement vont
être contactés pour compléter les données et vous fournir une vue
plus complète du phénomène.

En ce qui concerne les abonnés, vous connaissez le système. C'est
au moment où ils reçoivent leur facture qu'ils s'aperçoivent des
montants exorbitants pour ce genre de communication. Selon les
informations en notre possession, il apparaît que ces abonnés tentent
d'abord de régler la question à l'amiable, avec leur provider, par
exemple Belgacom. C'est exceptionnellement en cas de non-accord à
l'amiable qu'ils déposent une plainte au pénal.

En concertation entre le parquet fédéral et le SPF Economie, l'accent
a d'abord été mis sur la prévention, de manière à ce que les
utilisateurs prennent les mesures de protection nécessaires. Le SPF
Economie - direction générale du contrôle et de la médiation - s'est
occupé de cette information et centralise en premier lieu les
éventuelles plaintes. Vous devez savoir que le problème n'est pas
propre à la Belgique. D'autres pays sont concernés, notamment les
Pays-Bas, le Danemark et le Royaume-Uni.

Vous avez raison de dire que le phénomène semble se propager à
grande échelle. Les consommateurs en sont victimes dans des
proportions importantes. Je me propose de reprendre contact avec
mon collègue de l'Economie mais aussi avec mes collègues des
autres pays concernés par le phénomène pour obtenir une réponse
plus systématique à ce que vous dénoncez.

05.02

Minister

Laurette

Onkelinx: De Federal Computer
Crime Unit is van die feiten op de
hoogte, maar werd niet met een
onderzoek belast. Bij die dienst
zijn drie strafrechtelijke klachten
bekend. Daarnaast werden , wat
het Brusselse parket betreft, vier
dossiers geopend bij de CCU van
de gerechtelijke dienst van het
Brusselse arrondissement. Er zal
met de verschillende GDA's
contact worden opgenomen, zodat
we ons een duidelijker beeld van
de omvang van het fenomeen
kunnen vormen.

De abonnees merken pas
wanneer ze hun rekening krijgen
dat de kosten voor dat soort
gesprek zo hoog oplopen. Volgens
de informatie waarover wij
beschikken, proberen ze eerst een
minnelijke schikking te treffen met
hun provider, met Belgacom
bijvoorbeeld. Enkel indien die
poging op niets uitdraait, wordt
klacht ingediend.

In overleg met het federaal parket
en de FOD Economie werd beslist
dat de nadruk op de preventie zou
komen te liggen, met de bedoeling
dat de consument zichzelf zou
beschermen. De FOD Economie
verzorgt de communicatie en
bundelt de klachten. Het probleem
beperkt zich echter niet tot België:
andere landen als Nederland,
Denemarken en Groot-Brittannië
worden met hetzelfde probleem
geconfronteerd.

Het fenomeen schijnt inderdaad
uitbreiding te nemen. Ik zal met
mijn collega van Economie en met
de bevoegde ministers van de
andere landen contact opnemen

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

met het oog op een consequente
aanpak.

05.03 Colette Burgeon (PS): Madame la ministre, je vous remercie

pour votre réponse.

Vous dites que la CCU n'a pas été chargée d'une enquête. Qui peut
lui confier une telle mission?

Par ailleurs, j'ai pris acte du fait que vous prenez contact avec le SPF
Economie dans le cadre de la prévention, ce que j'estime être une
bonne solution.

05.03 Colette Burgeon (PS): U

zegt dat de Computer Crime Unit
niet met een onderzoek werd
belast. Wie kan het met een
onderzoek belasten?

Ik vind het positief dat u contact
opnam met de FOD Economie om
preventieve maatregelen te
treffen.

05.04 Laurette Onkelinx, ministre: Je dois vérifier certaines

informations. Je vous tiendrai au courant.

05.04

Minister

Laurette

Onkelinx: Ik zal poolshoogte
nemen.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

06 Question de M. Eric Massin à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les suites de la

saisie d'un avion ukrainien de type Antonov actuellement stationné à Melsbroek" (n° 4381)

06 Vraag van de heer Eric Massin aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

gevolgen van de inbeslagname van een Oekraïens vliegtuig van het Antonov-type dat momenteel aan
de grond staat in Melsbroek" (nr. 4381)

06.01 Eric Massin (PS): Madame la ministre, voici quelques mois

que la saisie conservatoire d'un avion Antonov a eu lieu sur le
territoire belge. Il me semble utile de vous interroger sur les suites de
cette affaire. Pour rappel, cet avion ukrainien avait été affrété par
l'OTAN et devait charger du matériel militaire à destination de la Force
internationale d'assistance à la sécurité (ISAF) en Afghanistan. Il avait
été immobilisé sur l'aéroport de Melsbroek. Des informations sont
parues dans la presse à ce sujet.

Cette saisie participe d'une procédure de recouvrement de dette
autorisée en 2002 par la cour d'arbitrage de Stockholm. Il s'agit d'un
différend entre la société chypriote TMR Energy et l'Etat ukrainien,
relatif à des dettes résultant d'une rupture de contrat, cette société
chypriote réclamant 48,3 millions de dollars à l'Etat ukrainien qui
conteste cette dette. C'est pourquoi TMR Energy a procédé à la saisie
de certains biens, dont cet avion cargo Antonov. La saisie de l'avion à
Melsbroek est la troisième opération du genre.

Autre élément dans ce dossier, ce n'est pas l'Etat ukrainien qui est
propriétaire du bien, mais la société publique ukrainienne Antonov
Design Bureau qui, elle aussi, conteste la régularité de la saisie. Cela
risque bien évidemment d'entraîner d'énormes difficultés et une
procédure particulièrement longue, avant qu'une solution soit
apportée à ce conflit juridique.

Dès lors, en fonction de ces différents éléments, madame la ministre,
pourriez-vous être en mesure de répondre aux trois questions
suivantes.

1. Pouvez-vous confirmer ces informations? Avez-vous pu prendre
connaissance de la décision qui a permis cette saisie?

06.01 Eric Massin (PS): Volgens

de pers vloeit het bewarend beslag
op een Oekraïens Antonov-toestel
voort uit een procedure tot
schuldinvordering die in 2002 door
het Arbitragehof van Stockholm
werd toegestaan naar aanleiding
van een geschil tussen het
Cypriotische bedrijf TMR Energy
en de Oekraïense Staat. Het
overheidsbedrijf dat eigenaar is
van het toestel, betwist de
wettelijkheid van het beslag.

Kan u deze informatie bevestigen
en bent u op de hoogte van de
beslissing die dat beslag mogelijk
maakte?

Welke oplossingen zijn mogelijk
om te voorkomen dat de normale
werking van de luchthaven
wegens het aan de grond houden
van het toestel wordt verstoord?

Heeft het militaire materieel dat
aan boord van het Antonov-toestel
was, zijn bestemming bereikt?

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

2. Si l'immobilisation de cet appareil devait se poursuivre, compte
tenu des difficultés juridiques, quelles sont les solutions
envisageables pour éviter que cela ne perturbe le bon fonctionnement
de l'aéroport?

3. Enfin, puisque cet avion cargo était chargé d'assurer le transfert de
matériel militaire destiné à l'ISAF en Afghanistan, ce transfert a-t-il
effectivement eu lieu?

06.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, monsieur

Massin, je répondrai à votre question dans les limites de mes
compétences; le ministre de la Défense devra certainement compléter
l'information.

1. Un avion ukrainien appartenant à une société d'Etat ukrainienne a
bien fait l'objet d'une saisie conservatoire à l'occasion de sa présence
à Melsbroek. Cette saisie a été faite au profit d'une société chypriote
en conflit commercial avec cette société d'Etat ukrainienne. Une
décision arbitrale du tribunal de commerce de Stockholm, rendue en
2002, a autorisé cette société chypriote à recouvrer les dettes
contractées par la société d'Etat ukrainienne, en se saisissant des
biens de cette société, dont des avions. Une ordonnance du 29
octobre 2002 rend cette décision arbitrale exécutoire en Belgique. La
saisie de l'avion ukrainien, opérée à Melsbroek le 18 août dernier,
était dès lors parfaitement légitime. La légalité de la procédure a été
vérifiée par mes services.

La partie ukrainienne a néanmoins contesté la validité de cette
mesure et l'affaire est actuellement - vous le savez pendante devant
le tribunal de première instance de Bruxelles. Celui-ci devrait se
prononcer en faveur d'un renvoi de l'affaire soit devant le juge des
saisies, soit devant un juge ordinaire.

2. Les mesures à prendre en pratique sur l'aéroport, en attendant la
conclusion de cette affaire nous savons qu'il y a urgence en la
matière -, sont de la compétence des autorités aéroportuaires et de
leur ministre de tutelle.

3. Dès que l'immobilisation de l'avion ukrainien a été constatée, des
mesures ont été prises pour affréter un autre appareil destiné au
transport du matériel militaire en Afghanistan. Des précisions à ce
sujet pourront être fournies par mon collègue de la Défense.

06.02

Minister

Laurette

Onkelinx: Ik bevestig wat u zegt,
althans wat betreft de aspecten
waarvoor ik bevoegd ben. De
minister van Landsverdediging zal
daarover aanvullende inlichtingen
kunnen verstrekken.

Krachtens een scheidsrechterlijke
beslissing van de rechtbank van
koophandel van Stockholm werd
de Cypriotische maatschappij de
toelating verleend de schulden die
de Oekraïense staatsmaatschappij
bij haar had uitstaan te
recupereren door beslag op de
goederen van die staats-
maatschappij te laten leggen. Die
beslissing werd uitvoerbaar
verklaard in België en de
wettelijkheid van de procedure
werd door mijn diensten
gecontroleerd. De rechtbank van
eerste aanleg van Brussel zou zich
daarover binnenkort moeten
uitspreken en zal wellicht de zaak
doorverwijzen naar de beslag-
rechter of naar een gewone
rechter.

De luchthavenautoriteiten zijn
bevoegd wat betreft de praktische
maatregelen die moeten worden
genomen.

Voor het militair transport naar
Afghanistan werd een ander
toestel gecharterd.

06.03 Eric Massin (PS): Monsieur le président, je remercie Mme la

vice-première ministre pour cette réponse particulièrement complète.
Vous me précisez que des mesures ont été prises au niveau du bon
fonctionnement de l'aéroport et, même si vous m'indiquez qu'il y a lieu
d'interroger le ministre de tutelle, je suis satisfait de votre réponse.

En ce qui concerne l'affrètement de l'autre appareil, étant donné qu'il
n'y a pas d'autres éléments nous indiquant que le matériel n'est pas
arrivé en Afghanistan, c'est donc que l'opération est une réussite.

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

07 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

opvolging van rigoureuze flitscontroles in Gent" (nr. 4566)

07 Question de M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le suivi de

contrôles radars rigoureux à Gand" (n° 4566)

07.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de

vice-eerste minister, in de lokale pers verscheen het bericht - gelieve
mij te verontschuldigen voor deze lokale reflex, maar wij zouden er
zelf het slachtoffer kunnen van worden - dat de politie van de stad
Gent vanaf 1 december een actie start houdende rigoureuze
flitscontroles in de zone 30 in Gent. De verkeerscoördinator van de
politiezone Gent deelde zelfs mee dat dit elke maand moet leiden tot
2000 boetes.

In welke mate kan dit rigoureuze optreden ook door het parket worden
opgevolgd? Immers, het heeft uiteraard slechts zin om boetes uit te
schrijven indien zij worden opgevolgd. Mijn vragen zijn dan ook de
volgende.

Werd deze campagne in Gent overlegd met het parket? Kadert deze
actie in de zone 30 in het zonaal veiligheidsplan? Werden deze
rigoureuze flitscontroles besproken in de zonale veiligheidsraad?
Hoeveel snelheidsovertredingen kan het parket in Gent per maand
verwerken op basis van haar huidige capaciteit? Wat is op heden de
achterstand in de verwerking van de verkeersboetes? Zijn er in het
parket van Gent instructies omtrent het maximaal aantal te verwerken
snelheidsovertredingen? Wordt tussen de stad Gent en het parket
overlegd over de best mogelijke aansluiting van lokale
verkeersleefbaarheidsinitiatieven op de vervolgingscapaciteit van het
parket? Wat zijn de resultaten van dit overleg op de initiatieven van de
lokale politie van Gent inzake verkeersleefbaarheid? Kunnen de
parketten quota opleggen wanneer de verwerkingscapaciteit niet
toelaat snelheidsovertredingen adequaat en tijdig te vervolgen? Zijn er
voorbeelden van dergelijke quota bij parketten in ons land?

Tot daar, mijn vragen in verband met de flitscontroles.

07.01 Tony Van Parys (CD&V):

A partir du 1

décembre, la police

gantoise entamera une campagne
de contrôles radars rigoureux dans
les zones 30. Selon le
coordinateur du trafic, cette action
doit générer deux mille amendes
par mois.

Cette action a-t-elle été prévue en
concertation avec le parquet? Ce
dernier dispose-t-il d'une capacité
suffisante pour traiter toutes ces
amendes? Quel est actuellement
le retard dans le traitement des
amendes pour infraction au Code
de la route? Les parquets sont-ils
habilités à imposer un quota
lorsque la capacité de traitement
rend impossible le traitement en
temps utile de toutes les
amendes?

07.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, de actie die

de politiezone Gent met ingang van 1 december zal opstarten en die
betrekking heeft op meer intense snelheidscontroles in de zone 30 is
het gevolg van een micro-overleg tussen de bestuurlijke overheid, de
gerechtelijke overheid en de politieverantwoordelijken van de stad
Gent. Dit overleg is een verlengstuk van de zonale veiligheidsraad.
Deze raad stelt de strategische doelstellingen op over alle aspecten
van het veiligheidsbeleid. Deze aspecten worden verder
geconcretiseerd en uitgediept in een micro-overleg dat slaat op
bepaalde beleidsonderdelen, onder meer verkeersveiligheid. In het
mini-overleg worden de beleidslijnen van het stadsbestuur afgestemd
op de mogelijkheden van de andere actoren, politie en parket.

Het cijfer dat aangehaald werd door de verkeerscoördinator heeft
betrekking op het aantal verwachte overtredingen. Vermits de actie
nog van start moet gaan, is dit cijfer enkel het resultaat van een
theoretische berekening. Het gaat hier niet over een plafond of een

07.02

Laurette Onkelinx,

ministre: L'action de la police de
Gand est le résultat d'une
concertation entre l'administration
communale, le parquet et la
police. Cette concertation se situe
dans le prolongement du
fonctionnement du conseil zonal
de sécurité. Pour tous les aspects
de la politique de sécurité, ce
conseil fixe des objectifs
stratégiques qui sont ensuite
examinés dans le cadre de mini-
concertations en vue de leur mise
en oeuvre.

Le chiffre évoqué concerne le

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

maximumcijfer. Niets belet dat 2200 overtredingen per maand zullen
worden genoteerd.

Bovendien verwacht men dat de verwerking van een dergelijk aantal
verkeersovertredingen goed te hanteren is door politie en parket. Men
mag niet uit het oog verliezen dat het grootste deel van de
overtredingen op politioneel niveau verwerkt worden via het systeem
van de onmiddellijke inning. Alleen de zwaarste overtredingen en de
onbetaalde onmiddellijke inningen, 15%, komen terecht bij het parket.
Op een aantal van 2000 overtredingen betekent dit 400 processen-
verbaal die vroeg of laat bij het parket belanden. Het parket kan
garanderen dat aan elk van deze processen-verbaal een
strafrechtelijk gevolg wordt gegeven. Hetzelfde systeem bestaat in
Gent voor de overtredingen vastgesteld door de onbemande
camera's. Dergelijke handelwijze zorgt ervoor dat het Gentse parket
nauwelijks achterstand heeft inzake de verwerking van de
verkeersinbreuken.

Hoeveel overtredingen door het parket kunnen worden verwerkt is
thans onmogelijk te zeggen. De ene overtreding is immers de andere
niet.

Als het instrument van de werklastmeting zal functioneren, kan een
dergelijke oefening wel worden gemaakt. In het kader van een lokaal
strafrechtelijk beleid is er geen beletsel dat prioriteiten worden gesteld
waarbij rekening wordt gehouden met de capaciteiten van elkeen die
participeert. In dat verband kunnen dan engagementen worden
aangegaan met het oog op de vervolging van hetgeen door de
politiediensten wordt aangeleverd. Een lokaal beleid heeft alle actoren
nodig. Overleg is dus steeds vereist om te slagen.

nombre d'infractions attendues: il
ne s'agit pas d'un chiffre
maximum. Nous nous attendons à
ce que le traitement ne pose
aucun problème car la majeure
partie des infractions seront
traitées au niveau de la police par
le biais de la perception
immédiate. Seules les infractions
les plus graves et les perceptions
immédiates impayées, qui
représentent 15% de l'ensemble
des procès-verbaux, sont
transmises au parquet. Ce dernier
peut garantir qu'il sera donné une
suite judiciaire à tous ces procès-
verbaux. D'ailleurs, Gand
n'enregistre quasiment aucun
retard en matière de traitement
des infractions au Code de la
route.

Il est impossible de dire pour
l'instant combien d'infractions
peuvent être traitées par le
parquet. Une infraction n'est pas
l'autre. Un calcul de la charge de
travail permettra d'en savoir plus.
Des priorités peuvent être fixées
dans le cadre de la politique
criminelle locale, en tenant compte
des capacités de toutes les parties
concernées. Une concertation
entre ces parties est indispensable
afin de pouvoir mener une
politique efficace.

Pour les autres questions de M. Van Parys, je me permets de me
référer à la réponse que j'ai donnée à la question qu'il avait posée
avec d'autres intervenants, notamment M. Geert Bourgeois,
concernant la limitation des procès-verbaux pour infractions au Code
de la route. J'ai ici le document qui date du 25 février dernier.

Voor de andere vragen van de
heer Van Parys verwijs ik naar het
antwoord dat ik gegeven heb op
de vraag die hij samen met andere
leden op 25 februari jongstleden
gesteld heeft over het beperken
van het aantal processen-verbaal
wegens verkeersovertredingen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

08 Question de M. Joseph Arens à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les

problèmes de nomination d'agents administratifs dans les greffes des tribunaux" (n° 4447)

08 Vraag van de heer Joseph Arens aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

problemen omtrent de benoeming van administratieve agenten bij de griffies van de rechtbanken"
(nr. 4447)

08.01 Joseph Arens (cdH): Monsieur le président, madame la

ministre, la réforme de la justice que vous vous proposez de mener à
bien est un vaste chantier et certains de ses aspects, pouvant paraître

08.01 Joseph Arens (cdH): In

geval van openstaande betrekking
kunnen de contractuele adminis-

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

anodins, n'en sont pas moins d'une importance cruciale.

Le travail des cours et tribunaux repose sur un personnel administratif
auquel des tâches importantes sont confiées. Ce personnel constitue
un rouage indispensable au sein de l'institution judiciaire. Parmi ce
personnel figurent des agents administratifs. J'ai appris récemment
que les agents administratifs contractuels ne peuvent, en cas de
vacance d'emplois au cadre, postuler à un emploi d'agent
administratif statutaire bien qu'ils occupent déjà cette fonction en
qualité de contractuels. Cette aberration est encore plus grande
lorsqu'on sait que certains agents administratifs contractuels ont
présenté et brillamment réussi des examens d'employés de grade
supérieur mais se voient néanmoins interdire de postuler à un emploi
statutaire dans la fonction d'agent administratif. D'après mes
informations, cette situation trouverait son origine dans le fait
qu'aucun examen n'a été organisé depuis plus de quinze ans pour la
fonction d'agent administratif. En outre, votre département
n'envisagerait pas toujours selon mes informations d'en organiser.
Madame la ministre, le personnel compétent se trouve confronté à
des obstacles quasiment infranchissables et, face à de telles
incohérences, je ne m'étonne plus de la désorganisation régnant dans
certains tribunaux.

Madame la ministre, pourriez-vous me dire pour quel motif les agents
administratifs contractuels, titulaires d'un examen d'employé,
continuent d'être interdits d'accès à une place d'agent administratif
statutaire? Vos services n'ont-ils pas connaissance de l'adage: "qui
peut le plus, peut le moins"? Avez-vous l'intention d'apporter remède
à cette situation?

tratieve agenten die tot het
administratief personeel van de
hoven en rechtbanken behoren,
zich niet kandidaat stellen voor
een betrekking van statutair
administratief agent. Deze situatie
is nog absurder als men weet dat
sommige contractuele adminis-
tratieve agenten zijn geslaagd voor
examens van bediende van een
hogere graad.

Volgens mijn informatie zou deze
situatie te wijten zijn aan het feit
dat er al meer dan vijftien jaar
geen examen voor administratieve
beambten meer werd georga-
niseerd. Er zouden bovendien
geen plannen in die zin bestaan.

Hoe verklaart u deze situatie? Is u
van plan er iets aan te doen?

08.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, il faut

confirmer que la réussite du concours pour le grade d'employé ne
donne pas accès à une nomination pour le grade d'agent
administratif, non seulement parce que les fonctions sont différentes
mais également parce que le caractère juridique des deux grades est
différent. On doit souligner que les dispositions réglementaires
actuellement en vigueur - Code judiciaire et arrêté royal du 19 mars
1996 - sont basées sur une discordance juridique entre les grades
généraux définis dans le Code judiciaire, comme le grade d'employé,
d'une part, et les grades de qualification particulière comme le grade
d'agent administratif, d'autre part. Les conditions de nomination des
deux grades cités stipulent dès lors qu'il faut avoir réussi le concours
pour le grade concerné pour pouvoir y être nommé.

Je dois néanmoins référer au protocole n

249 relatif à la

modernisation de la politique du personnel des greffes et parquets.
Un nouveau modèle de carrière a été défini pour le personnel
administratif des greffes et parquets, comprenant trois niveaux de
fonctions: le niveau D (collaborateur), le niveau C (assistant) et le
niveau B (expert). Le grade d'agent administratif sera donc
prochainement supprimé. C'est la raison pour laquelle il n'y aura plus
d'examens d'agents administratifs organisés. Ce nouveau modèle
vise une simplification dans les grades et dans la structure de la
carrière. Les actuels niveaux 3 (employé) et 4 (agent administratif)
seront donc fusionnés dans un seul niveau de fonction, le D
(collaborateur).

La réforme prévoit également l'intégration des emplois contractuels

08.02

Minister Laurette

Onkelinx: Het is niet omdat men
geslaagd is voor het examen voor
de graad van beambte dat men
benoemd kan worden in de graad
van administratief agent. Het zijn
immers twee verschillende
functies en deze twee graden
verschillen ook juridisch van
elkaar.

Voorts definieert het protocol nr.
249 betreffende de modernisering
van het personeelsbeleid van de
griffies en parketten een nieuw
loopbaanmodel voor het adminis-
tratief personeel van de griffies en
parketten dat drie functieniveaus
omvat: D (medewerker), C
(assistent) en B (deskundige). De
graad van administratief agent
wordt dus weldra afgeschaft. Om
die reden worden er geen
examens meer georganiseerd.

In het kader van de hervorming
zullen de contractuele bedienden
die om structurele redenen

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

engagés pour des raisons structurelles dans les cadres. Par cette
voie, les lauréats de l'examen d'employé auront toute possibilité de
postuler les emplois au niveau D, leur offrant des occasions d'être
nommés dans un emploi statutaire, tout en réalisant en même temps
une revalorisation de leur emploi à un niveau supérieur.

geworven werden, in de
personeelsformatie

opgenomen

worden. Zo zullen de geslaagden
voor het examen van beambte in
een statutair ambt benoemd
kunnen worden.

08.03 Joseph Arens (cdH): Je remercie la ministre pour cette

réponse. Si je la synthétise, madame la ministre, ces agents auront la
possibilité de régulariser leur situation au travers de cette réforme.
Cette réforme est-elle déjà décidée, madame la ministre? Excusez-
moi, je n'ai pas suffisamment suivi le dossier ces derniers mois.

08.03 Joseph Arens (cdH): Is

deze hervorming reeds
goedgekeurd?

08.04 Laurette Onkelinx, ministre: Effectivement, il y a eu un

protocole d'accord.

08.04 Minister Laurette

Onkelinx: Inderdaad, er is een
protocolakkoord afgesloten.

08.05 Joseph Arens (cdH): Très bien, je vous remercie.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

09 Question de M. Jean-Marc Delizée à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur

"l'évolution du droit familial" (n° 4457)

09 Vraag van de heer Jean-Marc Delizée aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

ontwikkeling van het familierecht" (nr. 4457)

09.01 Jean-Marc Delizée (PS): Monsieur le président, je souhaite

faire le point avec Mme la ministre sur l'important dossier qu'elle pris à
bras le corps, ainsi que d'autres d'ailleurs, concernant le droit familial.
Il y a eu les Etats généraux de la Famille et il faut reconnaître que
c'était une initiative extrêmement positive et intéressante. Je voudrais
souligner la qualité du travail qui a été réalisé, je pense notamment
aux experts et à la qualité de leurs rapports. Ils permettent au
parlement et à la ministre de disposer de données, d'outils très
intéressants dans ce domaine. C'est un phénomène de société qui
est sensible, qui est important et qui concerne évidemment toutes les
familles en général, mais certaines plus particulièrement. Madame la
ministre, je suis de ceux qui, comme vous, pensent qu'il faut adapter
notre législation et certaines règles légales aux diverses situations
familiales qu'on peut rencontrer aujourd'hui dans notre pays.

Pour ce qui concerne la garde des enfants en cas de divorce, il y a
des situations où des experts désignés remettent des rapports et il y a
des situations dans lesquelles un tribunal ne suit pas l'avis de ce type
d'expert. Dans ce cas, ne faut-il pas demander au tribunal de motiver
explicitement son refus de suivre cet avis? Lorsque cela arrive, le
parent qui s'estime lésé éprouve des difficultés à comprendre la
position d'un tribunal qui va à l'encontre d'un rapport d'expertise.

Selon vous, quel sera le calendrier de travail pour ce qui concerne la
garde alternée dont on parle aussi énormément? Cette évolution du
droit sera-t-elle mise en parallèle avec le débat sur le divorce sans
faute. Dans quel délai le parlement serait-il saisi d'un dossier de votre
part?

Par ailleurs, le contentieux familial est souvent morcelé entre
plusieurs juridictions. L'ensemble des acteurs judiciaires appellent de

09.01 Jean-Marc Delizée (PS):

Net als u mevrouw de minister
vind ik dat onze wetgeving aan de
uiteenlopende familiale situaties
moet worden aangepast.

Wat het hoederecht over kinderen
in geval van echtscheiding betreft,
komt het soms voor dat de
aangewezen deskundigen
verslagen indienen die door de
rechtbank niet worden gevolgd.
Zou men die rechtbanken in dat
geval niet moeten vragen hun
weigering om dat advies te volgen,
uitdrukkelijk te motiveren,
aangezien de ouder die zich
benadeeld acht daar maar moeilijk
begrip kan voor opbrengen?

Welk tijdpad werd vooropgesteld
met betrekking tot de
werkzaamheden betreffende het
gedeeld hoederecht? Zal die
evolutie van het recht gelijke tred
houden met het debat inzake
echtscheiding?

Voorts worden de familiale
geschillen vaak door verschillende
rechtscolleges behandeld. Welke

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

leurs voeux une simplification des règles de procédure et la fin du
morcellement des compétences. Madame la ministre, quelles
solutions envisagez-vous pour regrouper ces contentieux familiaux?

Enfin, les grands courants d'analyse qui concernent les relations
interpersonnelles au sein des couples tendent à définir que l'échec au
sein d'un couple est très rarement attribué exclusivement au
comportement d'un seul époux. Compte tenu de cette approche
psychologique, peut-on continuer à maintenir cette notion de faute
dans le droit du divorce? Si oui, dans quelles circonstances?
Autrement dit, comment voyez-vous l'évolution du dossier du divorce?

oplossingen zal u uitwerken om ze
te groeperen?

Uit studies over het stuklopen van
huwelijken blijkt dat de reden
daarvoor slechts zeer zelden
uitsluitend bij het gedrag van een
van de echtgenoten moet worden
gezocht. Kan men bijgevolg het
begrip "schuld" in het
echtscheidingsrecht behouden?
Zo ja, in welke omstandigheden?

09.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, tout

d'abord, une petite précision au sujet de la législation actuelle: pour ce
qui concerne l'hébergement des enfants, la loi impose déjà à un
tribunal qui s'écarte d'un rapport d'expertise de motiver sa décision.

Monsieur Delizée, pour toutes vos questions concernant les différents
projets à venir, sachez qu'un premier projet sera sur la table du
Conseil des ministres de vendredi, projet qui concerne l'hébergement
des enfants ainsi que des dispositions pour éviter la non-
représentation d'enfant, donc pour le respect du droit de visite et du
droit de garde. L'objectif est la protection des droits de l'enfant et une
justice qui apaise les conflits au lieu de les attiser.

Ensuite, je l'espère pendant le premier semestre 2005, un autre projet
de loi, toujours dans le prolongement des Etats généraux de la
Famille, concernera le divorce pour désunion irrémédiable. Il existe un
débat autour de l'opportunité d'inscrire l'aspect de faute dans les
causes de divorce pour union irrémédiable. Cette revendication a été
exprimée lors des Etats généraux de la Famille, notamment au sujet
des violences infligées à l'un des époux, je pense principalement à la
violence conjugale envers les femmes.

Enfin, le tribunal de la famille dont on a discuté hier dans le cadre du
budget est un dossier très difficile. Il existe pas mal de propositions de
loi. Dans certaines, c'est le juge de paix qui deviendrait, de par sa
proximité, le juge de référence pour les dossiers "famille", avec des
avantages comme la proximité et des inconvénients, par exemple le
fait que le procureur du Roi et ses services ne soient pas présents au
niveau de la justice de paix.

Dans d'autres projets ou propositions et dans l'accord de
gouvernement, ce serait une chambre du tribunal de première
instance. Mais se pose alors la question des conséquences sur
l'arriéré judiciaire puisque c'est surtout au niveau des cours d'appel
que l'arriéré judiciaire est le plus important j'ai pris hier l'exemple de
Bruxelles. Si toutes les compétences actuelles des juges de paix
passent aux tribunaux de première instance, l'appel se fera devant les
cours d'appel, ce qui pourrait entraîner des conséquences négatives,
des effets pervers importants, surtout dans la matière des familles où
on a intérêt à ne pas traîner dans la prise de décision, pour éviter que
les situations conflictuelles se perpétuent.

Nous continuons la réflexion sur le sujet avec tous les acteurs
concernés.

09.02

Minister

Laurette

Onkelinx: Volgens de wet moet
een rechtbank zijn beslissing over
de huisvesting van kinderen
motiveren indien die beslissing
afwijkt van het expertiseverslag.

Een eerste ontwerp betreffende de
bescherming van de rechten van
het kind, met het oog op een
rechtspraak die de geschillen
bijlegt in plaats van ze aan te
wakkeren, wordt vrijdag op de
Ministerraad besproken.

Vervolgens - en ik hoop tijdens het
eerste semester van 2005 - zal
een ander wetsontwerp worden
ingediend in verband met
echtscheiding op grond van
onherstelbare ontwrichting.
Tijdens de Staten-Generaal van
het Gezin werd de eis geuit om het
aspect van de schuld, meer
bepaald inzake geweld
toegebracht aan een van de
echtgenoten, in de wet op te
nemen.

Tot slot is de familierechtbank een
heikel dossier. Het ontbreekt niet
aan voorstellen. In sommige
voorstellen treedt de vrederechter
op, met het voordeel van een
aanpak op buurtniveau en nadelen
zoals de afwezigheid van de
procureur des Konings op het
niveau van het vredegerecht. In
andere voorstellen is sprake van
een kamer van de rechtbank van
eerste aanleg. Maar hierbij rijst
dan weer de vraag naar de
gevolgen voor de gerechtelijke
achterstand en de snelheid
waarmee de beslissing wordt

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

genomen.

We zetten de gedachtewisseling
hierover met alle betrokken
partijen voort.

09.03 Jean-Marc Delizée (PS): Je remercie Mme la ministre pour

ses réponses. Pour ce qui concerne la motivation des avis, vous
m'avez répondu que c'est prévu dans la loi mais ce n'est pas toujours
le cas sur le terrain. La question serait alors de savoir comment
contraindre le tribunal à motiver sa décision quand cela n'a pas été
fait, puisque dans certains cas cela se passe ainsi.

Pour le reste, je prends bonne note de vos réponses, et je ne puis
que vous inviter, avec mes collègues, à poursuivre ce travail avec le
parlement. C'est un sujet sensible qu'il faut étudier dans tous ses
aspects. Il concerne des personnes, des adultes et des enfants.

J'espère donc que nous pourrons, avec le parlement et le
gouvernement, faire aboutir dans le courant de l'année 2005 l'un et
l'autre des projets dont vous venez de nous parler.

09.03 Jean-Marc Delizée (PS):

Volgens de wet moet het advies
worden gemotiveerd, maar in de
praktijk is dat niet altijd het geval.
Het is dan ook de vraag hoe de
rechtbank kan worden verplicht
zijn beslissing te motiveren als dit
niet is gebeurd.

Voor het overige, kan ik u slechts
voorstellen dit werk met het
Parlement voort te zetten. Dat is
een gevoelige kwestie die in al
haar aspecten bestudeerd dient te
worden.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

10 Question de M. Robert Denis à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les

conséquences de la décision du conseil des procureurs du Roi d'adopter une circulaire identique
dans tout le pays concernant les apostilles" (n° 4588)

10 Vraag van de heer Robert Denis aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

gevolgen van de beslissing van de raad van procureurs des Konings om een in het hele land
gelijkluidende circulaire goed te keuren betreffende de kantschriften" (nr. 4588)

10.01 Robert Denis (MR): Madame la ministre, je voudrais vous

poser quatre questions, à la suite d'un article paru dans le journal "Le
Soir" du 25 octobre et d'un courrier de la présidente de la chambre
belge des traducteurs, interprètes et philologues (CBTIP), adressé au
conseil des procureurs du Roi.

Depuis l'entrée en vigueur de la circulaire du conseil des procureurs
du Roi du 5 mars 2004, parue le 5 avril 2004, la chambre belge des
traducteurs, interprètes et philologues reçoit de nombreux appels de
traducteurs jurés rapportant que les exécutants de cette circulaire
n° 3-2004 tentent de les dissuader de se conformer à leur
déontologie, laquelle consiste en l'application du principe qui veut
qu'un traducteur ne traduise que vers sa langue maternelle, ce qui
garantit une qualité optimale de la traduction.

Des traducteurs ont signalé ne plus recevoir de travail dans la mesure
où ils ont refusé de traduire vers une langue autre que leur langue
maternelle. D'autres ont signalé avoir cédé à la pression.

Le tribunal de première instance de Nivelles a, quant à lui, échangé
sa liste de traducteurs jurés avec celle de Leuven pour garantir la
traduction des textes du français vers le néerlandais par des
néerlandophones et vice-versa.

Je me suis informé auprès des services de traduction de la
Communauté germanophone installés à Malmedy. Tous les

10.01 Robert Denis (MR): Sinds

de inwerkingtreding van de
circulaire nr. 3-2004 van de raad
van de procureurs des Konings
van 5 maart 2004, werd de
Belgische kamer van vertalers,
tolken en filologen (BKVTF)
meermaals door beëdigde
vertalers gecontacteerd. Die
wijzen erop dat de toepassing van
die circulaire ertoe leidt dat ze het
deontologisch beginsel dat bepaalt
dat een vertaler enkel naar zijn
moedertaal vertaalt, zouden
moeten laten varen.

De rechtbank van eerste aanleg
van Nijvel wisselde zijn lijst met
beëdigde vertalers uit met die van
Leuven, om ervoor te zorgen dat
enkel naar de moedertaal zou
worden vertaald.

Is dat inderdaad de draagwijdte
van de circulaire nr. 3-2004? Kan
u ons die circulaire bezorgen? Kan

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

traducteurs m'ont confirmé que c'est lorsque le traducteur traduit vers
sa langue maternelle que l'on peut s'attendre à la plus grande
efficacité et à la plus grande fidélité des textes, ce qui m'amène à
penser que la circulaire des procureurs généraux est relativement
étonnante.

Madame la ministre, je souhaite donc vous poser quatre questions
que je vais tenter de synthétiser.

1. Pouvez-vous, madame la ministre, nous confirmer le contenu de la
circulaire n° 3-2004 et nous la transmettre?
2. Pouvez-vous nous donner des explications concernant les
pratiques qui visent à dissuader les traducteurs jurés de se conformer
à leur déontologie?
3. Pouvez-vous nous confirmer la pratique des arrondissements de
Leuven et de Nivelles?
4. Pouvez-vous nous faire part de votre position et de l'attitude que
vous allez adopter par rapport à cette problématique?

u enige toelichting geven bij het
feit dat beëdigde vertalers wordt
gevraagd van hun deontologische
regels af te wijken? Klopt mijn
informatie met betrekking tot de
arrondissementen Leuven en
Nijvel? Wat is uw standpunt?
Welke houding zal u in deze
aannemen?

10.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président,

effectivement, il existe une circulaire venant du conseil des procureurs
du Roi concernant la transmission des apostilles entre un parquet et
un service de police. Cette circulaire vise, d'une part, à traiter plus
rapidement les apostilles émanant d'un parquet et, d'autre part, à
économiser les frais de justice.

Chaque fois qu'une apostille avec un devoir d'enquête audition
d'une victime, d'un témoin, etc. - est envoyée par un parquet, elle est
jointe au dossier répressif concerné. D'après l'ancien règlement,
lorsque l'apostille devait être exécutée par un service de police d'un
autre régime linguistique, le parquet qui la recevait devait veiller à la
traduction pour que le service de police prenne connaissance du
dossier et exécute le devoir d'enquête.

Cette pratique créait beaucoup de difficultés. D'une part, il fallait
traduire le dossier en entier et, d'autre part, de tels travaux de
traduction prenaient du temps. Le devoir d'enquête ne pouvait donc
pas être effectué en temps utile par la police.

La circulaire du conseil des procureurs apporte une autre méthode de
travail. Aujourd'hui, non seulement l'apostille est envoyée directement
au service de police, ce qui fait gagner du temps, mais encore le
parquet veille aussi à faire traduire les documents du dossier qui sont
nécessaires au service de police qui doit exécuter le devoir d'enquête.

Cette méthode permet des économies puisqu'il ne faut plus traduire
les documents qui n'apportent rien à l'enquête. Presque tous les
parquets font appels à des traducteurs de leur propre arrondissement.
Cela signifie que pratiquement tous les traducteurs traduisent vers
une langue qui n'est pas leur langue maternelle.

A l'époque, les traducteurs ont manifesté leur mécontentement au
sujet de ce changement. Comme les dossiers ne doivent plus être
traduits dans leur totalité, le travail de traduction a diminué et le
revenu des traducteurs aussi. En revanche, les frais de justice y ont
gagné. En juillet, un échange a eu lieu avec le conseil des procureurs.

Je n'ai jamais reçu de signal selon lequel des traducteurs auraient

10.02

Minister

Laurette

Onkelinx: Telkens wanneer een
parket in het verleden een
kantschrift verzond naar een
politiedienst van een andere taalrol
met het verzoek een onderzoeks-
daad te stellen, stond het parket
die dit kantschrift ontving, in voor
de vertaling. Het volledige dossier
diende vertaald te worden, wat
veel tijd kostte. De omzendbrief
van de raad van procureurs des
Konings bepaalt dat het kantschrift
rechtstreeks verstuurd wordt naar
de politiedienst en dat het parket
de onontbeerlijke stukken laat
vertalen. Zo spaart men geld en
tijd.

Haast alle parketten doen een
beroep op vertalers uit hun eigen
arrondissement. Bijgevolg vertalen
bijna alle vertalers naar een
andere taal dan hun moedertaal.

In het verleden hebben de
vertalers lucht gegeven aan hun
ongenoegen: samen met het
werkvolume daalden ook de
inkomsten van de vertalers. Voor
Justitie betekende het daaren-
tegen een flinke besparing. Ik heb
nooit vernomen dat vertalers werk
zouden geweigerd hebben.

De parketten van Leuven en Nijvel
hebben inderdaad hun lijsten
uitgewisseld. Voor hen is dat
gemakkelijk vermits hun

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

refusé des travaux. Les parquets de Louvain et de Nivelles ont, en
effet, échangé leur liste. Ils se trouvent dans une position plus
confortable car ils sont limitrophes. Pour les autres parquets, c'est
parfois plus difficile. Je comprends très bien la position des
traducteurs mais, en ma qualité de ministre de la Justice, j'ai une
responsabilité particulière dans le fonctionnement de l'ordre judiciaire
et de mon département. Il ne faut pas s'attendre à ce que je me
détourne d'une réglementation légale qui fonctionne efficacement et à
moindres frais. Cela n'empêche pas que je suis prête à demander au
conseil des procureurs de généraliser la méthode de travail des
parquets de Nivelles et Louvain, là où c'est possible.

arrondissementen aan elkaar
grenzen.

Ik heb alle begrip voor het
standpunt van de vertalers, maar
ik zal geen afwijking toestaan van
een wettelijke reglementering die
efficiënt en zuinig is.

Ik ben bereid aan de raad van
procureurs te vragen om de
methode van de parketten van
Nijvel en Leuven waar mogelijk te
veralgemenen.

10.03 Robert Denis (MR): Madame la ministre, il n'en reste pas

moins que cela va continuer à poser problème. Indépendamment de
la perte de revenus pour les traducteurs et du bénéfice financier pour
votre département, nous allons quand même continuer à risquer de
nous trouver devant des traductions qui ne sont pas d'une absolue
fidélité pour les raisons que j'ai expliquées tout à l'heure. Je vous
invite à faire en sorte que des échanges comme ceux que nous
connaissons entre les deux départements puissent se faire en
fonction de l'efficacité des traductions.

10.03 Robert Denis (MR):

Niettemin bestaat het gevaar dat
we te maken krijgen met
vertalingen die niet helemaal
nauwkeurig zijn. Ik vraag dat u
ervoor zou zorgen dat er
uitwisselingen tussen de departe-
menten kunnen gebeuren.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

11 Vraag van de heer Patrick De Groote aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel

en Wetenschapsbeleid over "de vennootschapswetgeving" (nr. 4470)

11 Question de M. Patrick De Groote au ministre de l'Economie, de l'Energie, du Commerce extérieur

et de la Politique scientifique sur "la législation sur les sociétés commerciales" (n° 4470)

De voorzitter: De minister van Justitie zal antwoorden op deze vraag.

11.01 Patrick De Groote (N-VA): Mevrouw de minister, naar

aanleiding van een vraag die mij werd toegestuurd wens ik u het
volgende mee te delen. Sinds de publicatie in het Belgisch Staatsblad
van 2 augustus 2004 van de wet van 14 juni 2004 tot wijziging van de
artikelen 213 en 223 van het Wetboek van vennootschappen moet
een eenhoofdige vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
binnen het jaar een gestort kapitaal bereiken van 12.400 euro. Vele
vennootschappen zoeken een uitweg door een tweede
aandeelhouder te vinden. Men neemt dan bij voorkeur de echtgenoot.
Het medeaandeelhouderschap van de echtgenoot of echtgenote van
bijvoorbeeld architecten of dokters wordt echter deontologisch
geweigerd indien zij zelf niet over het vereiste diploma beschikken. Is
dat geen vorm van discriminatie tegenover andere beroepen en kan
er een specifieke maatregel uitgewerkt worden voor beroepen waarbij
de deontologie het medeaandeelhouderschap van niet-opgeleiden
niet toelaat zoals bij dokters en architecten?

11.01 Patrick De Groote (N-VA):

Depuis le 2 août 2004, le capital
libéré de toute société uniperson-
nelle à responsabilité limitée doit
s'élever dans l'année à 12.400
euros. De nombreuses sociétés
cherchent une issue à cette
situation en attirant un deuxième
actionnaire, de préférence le
conjoint. Pour les architectes et
les médecins, par exemple, la
qualité de coactionnaire est
toutefois refusée au conjoint pour
des motifs déontologiques, lorsque
ce conjoint ne possède pas le
diplôme en question.

Ne s'agit-il pas d'une
discrimination? Une mesure
spécifique sera-t-elle prise pour
les autres professions dont la
déontologie empêche les
personnes ne disposant pas de la

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

formation adéquate d'être
coactionnaires?

11.02 Minister Laurette Onkelinx: De beweegredenen die de

wetgever ertoe brachten te beslissen het volledige gestorte bedrag
van 6.200 euro naar 12.400 euro te brengen voor de eenhoofdige
besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid zijn van
toepassing op al deze vennootschappen, ook die welke opgericht
worden door titularissen van een vrij beroep. Ik overweeg dus geen
afwijkingen ten voordele van deze personen zodat die zouden kunnen
genieten van een regime dat verschilt van dat wat moet worden
gerespecteerd door de burgers over het algemeen.

11.02

Laurette Onkelinx,

ministre: Les raisons qui ont incité
le législateur à porter le capital
libéré pour les sociétés privées à
responsabilité limitée uniperson-
nelles à 12.400 euros sont
valables pour toutes les sociétés, y
compris celles des professions
libérales. Je n'envisage pas de
dérogations pour celles-ci.

11.03 Patrick De Groote (N-VA): Mevrouw de minister, u hebt dus

iets bepaald en toch is er een uitweg mogelijk want vele
vennootschappen zoeken juist een uitweg door een tweede
aandeelhouder te zoeken, bij voorkeur de echtgenoot. Het is in die zin
een discriminatie dat dit niet voor iedereen kan. Er is een bepaalde
soort waar dit deontologisch niet toegestaan wordt. In feite is dat dus
een vorm van discriminatie van deze beroepssectoren. Ik denk aan
architecten of dokters.

11.03 Patrick De Groote (N-VA):

Il y a cependant une échappatoire,
mais le conjoint ne peut pas être
désigné comme coactionnaire
pour toutes les sociétés. C'est
dans ce sens qu'une
discrimination existe au détriment
des secteurs professionnels dont
la déontologie interdit cette
pratique.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

12 Question de Mme Marie-Claire Lambert à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la

création de quatre lits sécurisés à l'hôpital de la Citadelle de Liège pour les détenus de la prison de
Lantin" (n° 4512)

12 Vraag van mevrouw Marie-Claire Lambert aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over

"de vier nieuwe beveiligde bedden in het Citadelle-ziekenhuis van Luik voor de gedetineerden van de
gevangenis van Lantin" (nr. 4512)

12.01 Marie-Claire Lambert (PS): Monsieur le président, madame la

ministre, en 2002, une convention a été signée entre le centre
régional hospitalier de la Citadelle et le ministère de la Justice
concernant la création et ses corollaires, les modes de financement
et de prise en charge de quatre lits sécurisés à destination des
détenus de la prison de Lantin. Il s'agissait de l'aboutissement d'un
travail de collaboration, initié en 1999, entre l'hôpital de la Citadelle et
le service médical des prisons.

Cette convention prévoit l'ouverture de quatre lits réservés aux
détenus et qui seraient en quelque sorte loués par le ministère de la
Justice au prix de la journée. Il est évident que la motivation ayant
abouti à la conclusion de cette convention est de pouvoir prodiguer
aux détenus des soins adéquats dans des conditions adéquates tout
en assurant la sécurité du personnel de l'hôpital et des patients eux-
mêmes.

Etant donné que la mise en oeuvre de cette convention tarde, j'aurais
voulu connaître vos intentions dans ce domaine. Voulez-vous
poursuivre ce projet? Je crois savoir qu'un groupe de travail doit
lancer le processus et travailler sur le projet. Prévoyez-vous que des
représentants de l'hôpital participent au travail de mise en oeuvre et
de finalisation de ce projet?

12.01 Marie-Claire Lambert

(PS): In 2002 hebben het
Citadelle-ziekenhuis en het
ministerie van Justitie een
overeenkomst betreffende vier
nieuwe beveiligde bedden voor de
gedetineerden van de gevangenis
van Lantin ondertekend.

De uitvoering van die overeen-
komst laat op zich wachten. Bent u
van plan daar verder werk van te
maken? Zullen vertegen-
woordigers van het ziekenhuis aan
de uitvoering meewerken?

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

12.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, madame

Lambert, je vous remercie pour votre question. Vous connaissez ce
dossier au moins aussi bien que moi.

J'espère que nous pourrons, avec l'hôpital de la Citadelle, aboutir à un
bon accord en la matière. En tout cas, pour ce qui concerne le
département de la Justice, nous espérons pouvoir régler rapidement
la problématique de la chambre sécurisée et, plus globalement, du
fonctionnement de la polyclinique de la prison de Lantin.

Différents problèmes se posent. Des contacts ont déjà été pris avec
l'hôpital de la Citadelle. Sans rentrer dans les détails, j'ai demandé
qu'un groupe de travail soit constitué. L'hôpital de la Citadelle sera
évidemment associé à cette rencontre: non seulement les
gestionnaires mais également des représentants des médecins,
notamment des docteurs Lequarré et de Landsheere. Le médecin
coordinateur et le chef d'établissement seront également conviés à
cette rencontre qui devrait avoir lieu avant le 17 décembre prochain.
J'espère qu'à cette occasion, nous pourrons dégager un accord.

12.02

Minister

Laurette

Onkelinx: Het departement
Justitie hoopt de kwestie van de
beveiligde kamer, en meer in het
algemeen, van de werking van de
polikliniek van de gevangenis van
Lantin, snel te kunnen regelen.

Er rijzen echter diverse
problemen. Er werd al contact
opgenomen met het Citadelle-
ziekenhuis. Ik heb gevraagd dat
een werkgroep zou worden
opgericht. Vertegenwoordigers van
het Citadelle-ziekenhuis zullen
eveneens aanwezig zijn bij een
onderhoud dat op 17 december
eerstkomend zal plaatsvinden. Ik
hoop dat wij bij die gelegenheid tot
een akkoord zullen kunnen
komen.

12.03 Marie-Claire Lambert (PS): Monsieur le président, je remercie

vivement Mme la ministre pour sa réponse. Je me réjouis de sa
volonté de faire aboutir ce projet. Il s'agit d'une réelle nécessité sur le
terrain car quand un détenu doit être, à un moment donné,
hospitalisé, cela pose des problèmes y compris des problèmes
psychologiques à l'intérieur de l'institution.

12.03 Marie-Claire Lambert

(PS): Het betreft hier een echte
noodzaak want wanneer een
gedetineerde in het ziekenhuis
moet worden opgenomen, dan
zorgt dat voor problemen. Zo rijzen
er bijvoorbeeld psychologische
problemen binnen de instelling
zelf.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

13 Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan de vice-eerste minister en minister van Justitie

over "de databank met gegevens over huurders met huurachterstal" (nr. 4563)

13 Question de Mme Liesbeth Van der Auwera à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur

"la banque de données des locataires en retard de paiement" (n° 4563)

13.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Mijnheer de voorzitter,

mevrouw de minister, mijn vraag betreft de databank met gegevens
over huurders met huurachterstal die begin 2003 werd geïnstalleerd
door het Algemeen Eigenaarssyndicaat. Deze vorm van zwarte lijst
biedt een overzicht van huurders met meer dan drie maanden
huurachterstal. Op die manier kunnen eigenaars-verhuurders die lid
zijn van dat syndicaat het betaalgedrag van hun toekomstige huurder
controleren en wanbetalers laten registreren. De huurder heeft
daartegen geen enkel verweer zelfs niet wanneer hij niet betaalde
omdat hij hiertoe alle redenen had, bijvoorbeeld omdat de verhuurder
in gebreke bleef. Er is blijkbaar ook geen enkele controle op de
gegevens en hoe deze worden verzameld.

Men deelde mij mee dat de minister van Justitie naar aanleiding van
een parlementaire vraag stelde dat die zwarte lijst in strijd is met de
privacywet en dat eigenaars dus niet het recht hebben om hun eigen
wetten te stellen zoals in dit geval. De Commissie voor de

13.01 Liesbeth Van der Auwera

(CD&V): Depuis le début de
l'année 2003, le Syndicat national
des propriétaires a constitué une
banque de données de locataires
accusant un retard de paiement de
plus de trois mois. Les membres
du syndicat peuvent ainsi contrôler
la régularité de paiement de leur
futur locataire. Les bailleurs
peuvent également faire
enregistrer les mauvais payeurs.
Le locataire ne peut pas se
défendre, même si, par exemple, il
n'a pas payé parce que le bailleur
est resté en défaut. Aucun
contrôle n'est effectué sur les

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

bescherming van de persoonlijke levenssfeer bracht eveneens
negatief advies uit over de aanleg van de databank. Er werd
uiteindelijk geen initiatief genomen om vervolging in te stellen tegen
deze onwettige praktijken. Zodoende is er een gedoogbeleid ontstaan
voor de uitsluiting van de meest zwakke groepen van onze
samenleving.

Mevrouw de minister, ik heb de volgende heel concrete vragen. Bent
u bereid terzake een wetgevend initiatief te nemen en binnen welke
termijn? Bent u misschien al opgetreden tegen deze databank die
door het syndicaat wordt aangelegd zonder dat ik daarvan op de
hoogte ben?

données, ni sur la manière dont
elles sont recueillies. La ministre a
déjà répondu par le passé que la
liste noire est contraire à la loi
relative à la protection de la vie
privée. Les propriétaires n'ont pas
le droit d'établir leurs propres lois.
La commission de la Protection de
la vie privée a également émis un
avis négatif. Aucune initiative n'a
été prise pour poursuivre en
justice ces pratiques illégales. Il en
résulte une politique de tolérance
permettant l'exclusion des groupes
les plus faibles de notre société.

Quand la ministre prendra-t-elle
une initiative législative? A-t-elle
déjà pris des mesures contre cette
banque de données?

13.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, mevrouw

Van der Auwera, wat betreft het bestaan van een databank met
gegevens over huurders die achterstaan met het betalen van de huur
bevestig ik u dat de Commissie voor de bescherming van de
persoonlijke levenssfeer inderdaad een negatief advies heeft
gegeven.

Ik wens te preciseren dat er weldegelijk een controle bestaat
aangezien dit type databank onder de toepassing valt van de wet van
8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer
ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens. De huurders
wiens gegevens worden behandeld, genieten de rechten die door
deze wet tot regel zijn verheven. De artikelen 8, 9 en 10 van de wet
van 8 december 1992 bepalen dat de verantwoordelijke voor de
verwerking op het ogenblik dat hij de gegevens registreert de
betrokken persoon moet informeren over de doeleinden van de
registratie, over zijn recht op toegang tot zijn gegevens, op
verbetering van deze gegevens en het recht om zich te verzetten
tegen de verwerking van zijn gegevens. Wanneer de eigenaar zijn
beslissing meedeelt aan de huurder moet hij deze verplichting
eveneens nakomen. Het weigeren van het recht op toegang tot de
gegevens is onwettelijk en wordt bestraft met een geldboete van 2,5
tot 2.500 euro. De Commissie voor de bescherming van de
persoonlijke levenssfeer onderzoekt de klachten die tot haar worden
gericht en verstrekt een advies over de gegrondheid van de klacht.

Ze kan de procureur des Konings in kennis brengen van de
overtredingen waarvan zij kennis heeft. De personen die vinden dat
ze benadeeld werden, blijven bovendien het recht behouden om een
rechtszaak aanhangig te maken voor de rechtbank van eerste aanleg
die in deze materies in kort geding zetelt. Ik heb tot op heden geen
kennis genomen van klachten die terzake zouden zijn ingediend bij de
procureur des Konings of de Commissie voor de bescherming van de
private levenssfeer. Ik ben me zeer goed bewust van het risico dat
dergelijke databanken kunnen opleveren, met name voor de minder
begunstigde lagen van de bevolking.

13.02

Laurette Onkelinx,

ministre: La commission de la
Protection de la vie privée a
effectivement émis un avis négatif
sur la banque de données des
retards de paiement de loyers. Ce
type de banque de données tombe
sous l'application de la loi du
8 décembre 1992. Le responsable
doit informer la personne
intéressée, au moment de
l'enregistrement, sur les objectifs
de l'enregistrement et sur le droit
de l'intéressé d'accéder aux
données, de les corriger et de
s'opposer à leur traitement. Le
propriétaire doit également
respecter ces obligations lorsqu'il
communique sa décision au
locataire. Le refus d'accès aux
données est sanctionné par une
amende pécuniaire.

La commission de la Protection de
la vie privée examine les plaintes
qu'elle reçoit et émet un avis sur le
bien-fondé de celles-ci. Elle peut
informer le procureur du Roi des
infractions qu'elle constate.
Quiconque se sent lésé peut
introduire une action en justice
auprès du tribunal de première
instance qui la traite ensuite en
référé. A ce jour, je n'ai
connaissance d'aucune plainte.

Je suis consciente du risque que

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Ik ondervraag het College van procureurs-generaal teneinde te weten
of er klachten werden ingediend op initiatief van privé-personen of op
initiatief van de Commissie voor de bescherming van de private
levenssfeer.

peuvent entraîner de telles
banques de données, en
particulier pour les couches
défavorisées de la population. Je
demanderai au collège des
procureurs généraux si des
plaintes ont été déposées.

13.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Ik stel vast uit het

antwoord van de minister dat zij mijn bezorgdheid deelt, met name dat
het inderdaad dikwijls de sociaal zwakkere lagen in onze samenleving
zijn die niet ageren tegen die praktijken. Het zou daarom toch wel
zinvol zijn om daarvoor te sensibiliseren of een andere manier te
vinden. Het lijkt mij wel zinvol dat de minister even nagaat of er in
deze problematiek inderdaad klachten zijn of dat er weet is van
bezorgdheden. Eventueel moet men de armenverenigingen daarop
aanspreken.

Mijn vraag is ook geïnspireerd op het boekje van de
armenverenigingen in het kader van een beter woonbeleid. Misschien
moet men ook met deze verenigingen contact opnemen omdat dit
probleem door hen wordt aangekaart en zij tegen de databank zouden
moeten handelen maar dit is voor hen niet mogelijk als vereniging.
Misschien kan u met hen contact opnemen.

13.03 Liesbeth Van der Auwera

(CD&V): La ministre partage donc
ma préoccupation pour les
catégories sociales les plus
défavorisées. Une concertation
peut également être organisée
avec les associations qui viennent
en aide aux démunis.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

14 Vraag van mevrouw Liesbeth Van der Auwera aan de vice-eerste minister en minister van Justitie

over "de verplichte poging tot minnelijke schikking bij iedere opgestarte rechtszaak over de inning
van huurachterstal, de aanpassing van de huur en de uithuiszetting" (nr. 4564)

14 Question de Mme Liesbeth Van der Auwera à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur

"la tentative de conciliation obligatoire en matière de recouvrement des arriérés de loyer, d'adaptation
du loyer et d'expulsion lors de toute nouvelle procédure judiciaire" (n° 4564)

14.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Mijnheer de voorzitter,

mevrouw de minister, ik heb vorige week gelezen in het blaadje van
de VVSG dat iedere week zowat honderd verhuurders aan Vlaamse
huishoudens een procedure voor de vrederechter starten met de
vraag om de huurder gedwongen uit het huis te zetten. De helft van
de huurders woont in Antwerpen, twintig van hen wonen in Gent en in
de andere centrumsteden wordt gemiddeld een tiental huishoudens
per maand voor de vrederechter gedaagd.

Door de wet op de humanisering van de gerechtelijke uithuiszettingen
worden de OCMW's op de hoogte gebracht van alle vorderingen tot
uithuiszetting. Zij worden dus ook geacht om binnen hun
maatschappelijke opdracht gepaste hulpverlening te bieden. Die
maatregel biedt volgens de OCMW's onvoldoende kansen om op een
efficiënte wijze preventief actie te ondernemen. Op het moment dat de
verhuurder aan de vrederechter een vraag tot uithuiszetting richt, is
het probleem vaak al te ver geëscaleerd en is de relatie tussen de
betrokken partijen dermate verzuurd of verstoord dat een oplossing
niet meer mogelijk is. We waren het erover eens in het kader van de
hele procedure tot bemiddeling die wij hebben ingevoerd in het
Gerechtelijk Wetboek, dat het uitermate belangrijk is om in een vroeg
stadium van het conflict te kunnen ingrijpen. Sinds 1 januari 2003 zijn
alle verhuurders die de uithuiszetting vorderen, verplicht om eerst de

14.01 Liesbeth Van der Auwera

(CD&V): Des bailleurs introduisent
chaque semaine une centaine de
procédures visant à expulser les
locataires de leur logement. En
vertu de la loi relative à l'humani-
sation des expulsions judiciaires,
les CPAS sont informés de ces
actions. Toutefois, cette
disposition ne confère pas aux
CPAS de possibilités suffisantes
d'intervenir de manière préventive.
Une intervention est nécessaire à
un stade précoce du litige. Depuis
le 1

janvier 2003, le bailleur est

contraint de convoquer le locataire
afin de tenter de trouver une
solution à l'amiable devant le juge
de paix, mais la plupart des
bailleurs n'y comparaissent pas.

Des chiffres de CPAS révèlent une
diminution du nombre de

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

huurder op te roepen voor een minnelijke schikking bij de
vrederechter. Uit cijfermateriaal dient te worden vastgesteld dat de
meerderheid van de huurders afwezig blijft op deze minnelijke
schikkingen.

Mevrouw de minister, uit de cijfers waarover de OCMW's op dit
ogenblik beschikken, blijkt dat er een daling is van het aantal
procedures dat wordt ingeleid voor de vrederechter. Of dit ook
betekent dat het aantal uithuiszettingen afneemt, is niet geweten.
Wordt hier systematisch cijfermateriaal over verzameld? Waar kan dit
dan worden geraadpleegd? Als er geen cijfermateriaal wordt
verzameld, voeren wij dan geen beleid op basis van speculatie in
deze materie?

In dezelfde context stelde de federale regering in het nationaal
actieplan voor maatschappelijke insluiting de drempel tot de
rechtbank te willen verlagen door paritaire huurcommissies op te
richten. Die zijn er dus niet gekomen. In de plaats daarvan kwam
vanaf januari 2003 de verplichte minnelijke schikking. Vanuit de
armenverenigingen en ook op het vooruitgangscongres inzake
armoedebestrijding was duidelijk het pleidooi te horen voor de
oprichting van die paritaire huurcommissies, zoals de federale
regering zich had voorgenomen. Bent u bereid hiertoe alsnog een
initiatief te nemen?

Vanuit de VVSG wordt ervoor gepleit de OCMW's in te schakelen in
de huidige verplichting tot minnelijke schikking, waardoor er meer
ruimte komt om te interveniëren op een ogenblik waarop er nog
bemiddelingsruimte is. Zo zal de verplichte poging tot minnelijke
schikking meer resultaat kunnen opleveren dan momenteel het geval
is. Hoe staat u daar tegenover?

Een vierde en laatste vraag. Ook bij de wet op de humanisering van
de gerechtelijke uithuiszettingen heeft de federale regering niet in
extra middelen voorzien voor de OCMW's die ingevolge deze wet
overbevraagde maatschappelijke werkers moeten inzetten. Bent u
niet van mening dat ook hier met betrekking tot de OCMW's een
initiatief nodig is?

procédures introduites auprès du
juge de paix. L'on ignore si cette
diminution est également associée
à une diminution du nombre
d'expulsions. Des chiffres sont-ils
systématiquement collectés à ce
sujet ? Aucune politique n'est-elle
menée par ailleurs sur la base de
la spéculation?

Le plan d'action national pour
l'inclusion sociale annonçait la
mise sur pied de commissions des
baux paritaires. Ces dernières ont
été remplacées par l'obligation de
recourir à une procédure à
l'amiable. Toutefois, les associa-
tions de pauvres ont plaidé en
faveur de la création de ces
commissions. Le ministre est-il
disposé à prendre une initiative en
la matière?

L'association des Villes et
Communes flamandes préconise
l'intervention des CPAS dans la
procédure d'accord à l'amiable.
Quelle est la position de la ministre
à ce sujet?

Aucuns moyens supplémentaires
n'ont été alloués aux CPAS pour
les nouvelles tâches qui leur sont
conférées. Aucune initiative ne
s'impose-t-elle en la matière?

14.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, geschillen

over de betaling van huurgelden zijn inderdaad grotendeels het
voorwerp van huurgeschillen.

Het is juist dat er minder verzoeningsprocedures worden
geregistreerd bij de vrederechter. Dat betekent evenwel niet dat er
minder uithuiszettingen zijn. Wij moeten toegeven dat de mensen
ervoor terugdeinzen om naar het gerecht te stappen.

Bij mijn weten bestaan er geen gecentraliseerde statistieken terzake.
Het is misschien nodig maatregelen te nemen om daaraan tegemoet
te komen, zodat er een bijkomend instrument tegen huurspeculatie
voorhanden is.

Bovendien heeft u het over de verplichte minnelijke schikking bij de
vrederechter voor huurgeschillen en over de verenigingen die voor de
oprichting van paritaire commissies pleiten. Ik kan u verzekeren dat
de regering de tekst van het federaal huisvestingsplan heeft
goedgekeurd. Daarin wordt de oprichting bepaald van drie paritaire

14.02

Laurette Onkelinx,

ministre: On enregistre moins de
procédures de conciliation mais
cela ne signifie pas qu'il y a moins
d'expulsions. Les gens reculent
devant la perspective de se rendre
devant un juge. À ma
connaissance, il n'existe aucune
statistique centralisée. Des
mesures en ce sens seraient peut-
être utiles.

Le gouvernement a approuvé le
texte du plan de relogement
fédéral. Celui-ci prévoit la création
de trois commissions paritaires
dans les trois régions. Les textes
qui réglementent cette initiative
sont en préparation. Les

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

pilootcommissies in de drie Gewesten van het land. De teksten die in
hun oprichting voorzien, zijn in voorbereiding.

De commissies zullen twee opdrachten hebben. Enerzijds, hebben zij
als opdracht het opstellen van een objectieve huurlijst die kan worden
gezien als een wapen in de strijd tegen speculatie. De andere
opdracht betreft de huurbemiddeling. De commissies, met
vertegenwoordigers van zowel huurders als eigenaars, zullen
mogelijks de plaats innemen van de bemiddeling bij het vredegerecht.

De humanisering van de gerechtelijke uithuiszettingen en met name
de maatregelen die werden genomen tijdens de winter maken
eveneens deel uit van de zorg van de task force Huisvesting. Het is
evident dat de maatschappelijke werkers en OCMW's daarbij een
belangrijke rol spelen. De besprekingen over de financiering daarvan
zullen binnen afzienbare tijd heel zeker op de agenda staan van de
federale task force die instaat voor de implementering van het
federaal huisvestingsplan.

commissions établiront une liste
objective de locations et se
chargeront de la médiation locative
à la place des justices de paix.

La Task Force Logement
s'intéresse également à
l'humanisation des expulsions
judiciaires. Assistants sociaux et
CPAS jouent un rôle important à
cet égard. Le financement de cette
opération sera inscrit sous peu au
calendrier de la Task Force, qui
est responsable de la mise en
oeuvre du plan de relogement
fédéral.

14.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Mevrouw de minister, ik

dank u voor uw antwoord.

Blijkbaar worden er toch initiatieven genomen. Wij kijken uit naar de
uitvoering daarvan.

14.03 Liesbeth Van der Auwera

(CD&V): J'attends avec
impatience la mise en oeuvre de
ces initiatives.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

15 Question de M. André Frédéric à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "les

agressions subies par les agents des services publics" (n° 4348)

15 Vraag van de heer André Frédéric aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de

agressie waarvan de personeelsleden van de overheidsdiensten het slachtoffer zijn" (nr. 4348)

15.01 André Frédéric (PS): Monsieur le président, madame la

ministre, la presse s'est fait récemment l'écho des agressions subies
par des agents des TEC Liège-Verviers. Ils ont été la cible de bandes
de jeunes qui ont lancé des pierres et autres projectiles sur les bus.
Fort heureusement, il n'y a eu aucun blessé mais on a constaté des
dégâts importants au charroi du TEC.

Tout ceci crée un climat d'insécurité qui dépasse la seule province de
Liège. Tous les jours, des agressions à l'encontre des conducteurs,
des contrôleurs ou des stewards des réseaux ferroviaires, des bus,
des trams perturbent le service "normal" des activités de service
public. Ces agressions prennent des formes diverses et
m'interpellent: il s'agit de coups mais également de menaces et
d'insultes qui engendrent un sentiment de grande inquiétude auprès
des agents. Il est indéniable qu'ils exercent leurs fonctions dans des
conditions de plus en plus difficiles, alors que les agressions verbales
à leur encontre, pouvant causer autant de traumatismes que les
agressions physiques, sont banalisées.

Le Code pénal prévoit déjà dans son article 276 l'infraction spécifique
"d'outrage par paroles, faits et gestes ou menaces dirigés dans
l'exercice ou à l'occasion de l'exercice de leurs fonctions contre un
officier ministériel, un agent dépositaire de l'autorité publique ou de la
force publique ou contre toute personne ayant un caractère public".

15.01 André Frédéric (PS): De

"normale" werking van de
openbare dienstverlening, met
name van de TEC, wordt dagelijks
verstoord. De personeelsleden van
de openbare diensten doen hun
werk in steeds moeilijker
wordende omstandigheden, terwijl
de tegen hen gerichte verbale
agressie, die even traumatiserend
kan zijn als lichamelijke agressie,
wordt gebagatelliseerd.

Artikel 276 van het Strafwetboek
vermeldt smaad tegen eenieder
die met een openbare
hoedanigheid is bekleed als
specifieke overtreding.

Naar verluidt bent u van plan die
bepaling ook voor de werknemers
van de TEC te laten gelden en
slagen en verwondingen ten
aanzien van die personeelsleden
als verzwarende omstandigheid te

CRIV 51

COM 420

01/12/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Suite aux événements survenus il y a quelques mois à Charleroi, vous
auriez annoncé votre intention de faire bénéficier les agents des TEC
de cette disposition du Code pénal et d'ériger en circonstances
aggravantes les coups et blessures envers ces mêmes agents.
Madame la ministre, pouvez-vous me dire ce qu'il en est exactement
et m'informer de l'état d'avancement de ce projet?

beschouwen. Hoever staat het
daarmee?

15.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, monsieur

Frédéric, je partage votre constat et la nécessité d'une réponse
législative pour que cessent ces menaces, coups et blessures,
outrages continuels dont sont victimes nos agents de service public
et, au sens large du terme, à tous ceux qui rendent un service à la
société.

J'ai chargé mon administration de rédiger un avant-projet de loi relatif
aux circonstances aggravantes à la prévention de coups et blessures.
Celui-ci devrait viser les agents des transports en commun, les
professionnels de la santé (médecins, pharmaciens, infirmières) et de
l'aide sociale (assistants sociaux des CPAS). Je vous signale que la
législation française vise également les sapeurs-pompiers et gardiens
d'immeubles.

On examine actuellement la formulation d'un texte général visant les
professions qui rendent un service public. Il existe une jurisprudence
au niveau des cours et tribunaux mais je ne vais pas vous la détailler.

Cette doctrine permet de considérer que l'on peut comprendre la
notion de "service public" au sens large du terme. Dès lors, ne sont
pas seulement considérées comme faisant partie du service public les
personnes qui sont dépositaires d'une partie de la puissance publique
et qui participent à l'administration générale en remplissant un service
public permanent ou temporaire. La porte a donc été ouverte à une
appréciation plus large.

Plusieurs cours et tribunaux ont émis certaines réserves et proposé
des restrictions. Dans un arrêt de 1949, la Cour d'appel de Liège a
ainsi considéré que les percepteurs de tramways et autobus avaient
ce caractère public mais pas les contrôleurs. Il existe une controverse
ou du moins une différence sur le plan de la jurisprudence des cours
et tribunaux, avec toute une série d'interventions doctrinales en la
matière.

Nous sommes donc en train d'examiner s'il faut laisser à
l'appréciation des cours et tribunaux la question de savoir qui fait
partie de ce service public, avec toujours le risque d'oublier des gens.
Par contre, si nous employons un terme générique, cela risquerait de
favoriser une jurisprudence trop restrictive par rapport à notre voeu.

J'ai demandé que l'on accélère les travaux et j'espère vous soumettre
bientôt une proposition dans ce sens.

15.02 Minister

Laurette

Onkelinx: Net als u stel ik vast dat
een wetgevend ingrijpen zich
opdringt.

Ik heb mijn administratie gelast
een voorontwerp van wet op te
stellen inzake de verzwarende
omstandigheden bij het
voorkomen van slagen en
verwondingen. Op dit ogenblik
wordt een algemene tekst met
betrekking tot de personeelsleden
die voor de openbare
dienstverlening instaan opgesteld.

Er bestaat jurisprudentie van de
hoven en de rechtbanken,
waarover ik echter niet in detail zal
treden.

Daaruit blijkt dat men het begrip
"openbare dienstverlening" in de
breedste zin van het woord kan
opvatten. Dat is evenwel een
twistpunt. Wij gaan dan ook na of
de interpretatie van dat begrip aan
de hoven en rechtbanken moet
worden overgelaten.

Ik hoop u binnenkort een ontwerp
te kunnen voorleggen.

15.03 André Frédéric (PS): Je remercie Mme la ministre pour sa

réponse. Je me réjouis qu'un texte soit en chantier, visant à élargir
cette notion de "service au public" et à protéger un certain nombre
d'agents.

Vous venez de parler de l'agenda, madame la ministre. J'insiste pour
que vous puissiez accorder le bénéfice de l'urgence à cette réflexion

15.03 André Frédéric (PS): Ik

dring erop aan dat die
werkzaamheden dringend zouden
worden afgerond.

01/12/2004

CRIV 51

COM 420

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

car plusieurs agents vivent quotidiennement des situations
extrêmement pénibles et attendent des solutions concrètes.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

De voorzitter: Collega's, mevrouw de minister, ik zal even onze agenda verlichten.

Punt 2 op de agenda, interpellatie i475 van de heer Verherstraeten is in het raam van de begroting
behandeld. Voor zijn vraag nr. 4344 vraagt collega Maingain opnieuw uitstel, maar met toepassing van het
Reglement van de Kamer en conform de beslissing van de Conferentie van voorzitters zal een schriftelijk
antwoord meegedeeld worden aan de commissie.

Ik kom tot de samengevoegde vragen nr. 4396 van de heer Schoofs, nr. 4454 van de heer Bacquelaine en
nr. 4456 van mevrouw Claes. Mevrouw Claes heeft mij laten weten dat haar vraag eigenlijk beantwoord is
in de loop van de begrotingsbesprekingen. Ik neem aan dat dit ook geldt voor de heer Schoofs. De heer
Bacquelaine heeft laten weten dat hij voor zijn vraag toch nog een apart antwoord wenst. Ik stel dus voor
zijn vraag nr. 4454 uit te stellen en de vragen van de heer Schoofs en mevrouw Claes te beschouwen als
beantwoord in het kader van de begrotingsbespreking.

Vraag nr. 4424 van de heer de Donnea wordt uitgesteld. Vraag nr. 4433 van de heer Verherstraeten wordt
uitgesteld. Vraag nr. 4441 van mevrouw Lahaye-Battheu wordt uitgesteld. Vraag nr. 4448 van mevrouw De
Permentier is behandeld in het kader van de begrotingsbespreking en wordt bij deze ingetrokken.

De heer Fournaux vraagt uitstel voor zijn vraag nr. 4460, maar eerlijk gezegd, als er één vraag is die
beantwoord is in het kader van de begrotingsbesprekingen... Ik zal het nog eventjes bekijken, maar als die
vraag niet beantwoord is, weet ik het niet meer.

15.04 Laurette Onkelinx, ministre: Pour Dinant, cela ne concerne

pas le ministre de la Justice mais le ministre en charge de la Régie
des Bâtiments.

15.04

Minister

Laurette

Onkelinx: Wat Dinant betreft, is
de minister van Justitie niet
bevoegd maar wel de minister
bevoegd voor de Regie der
Gebouwen.

Le président: C'est le ministre des Finances qui devra répondre.

De voorzitter: Het is de minister
van Financiën die zal moeten
antwoorden.

Les questions n

4555 et 4519 de MM. Marinower et Vandeurzen sont reportées.

La réunion publique de commission est levée à 11.47 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 11.47 uur.