IC413_FIN.doc

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

cdH

centre démocrate Humaniste

CD&V

Christen-Democratisch en Vlaams

ECOLO

Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales

Front National

Mouvement réformateur

N-VA

Nieuw-Vlaamse Alliantie

Parti socialiste

sp.a-spirit

Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht

Vlaams Belang

VLD

Vlaamse Liberalen en Democraten

Abréviations dans la numérotation des publications :

Afkortingen bij de nummering van de publicaties :

DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de

base et du n° consécutif

DOC 51 0000/000

Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer

QRVA

Questions et Réponses écrites

QRVA

Schriftelijke Vragen en Antwoorden

CRIV

version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV

voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)

CRABV

Compte Rendu Analytique (couverture bleue)

CRABV

Beknopt Verslag (blauwe kaft)

CRIV

Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)

CRIV

Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)

PLEN

séance plénière

PLEN

plenum

COM

réunion de commission

COM

commissievergadering

Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :

publications@laChambre.be

Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :

publicaties@deKamer.be

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

SOMMAIRE

INHOUD

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- Mme Camille Dieu au vice-premier ministre et
ministre du Budget et des Entreprises publiques
sur "l'implication du Comité consultatif des
usagers dans la nouvelle structure de la SNCB"
(n° 4319)

- mevrouw Camille Dieu aan de vice-eerste
minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de plaats en de rol van
het Raadgevend Comité van de Gebruikers in de
nieuwe NMBS-structuur" (nr. 4319)

Orateurs: Valérie De Bue, Camille Dieu,
Renaat Landuyt, ministre de la Mobilité

Sprekers: Valérie De Bue, Camille Dieu,
Renaat Landuyt, minister van Mobiliteit

Question de Mme Camille Dieu au ministre de la
Mobilité sur "l'allumage des phares de jour pour
les véhicules automobiles" (n° 4320)

Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister
van Mobiliteit over "Daytime Running Lights voor
motorvoertuigen" (nr. 4320)

Orateurs: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité

Sprekers: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit

Question de Mme Annemie Turtelboom au
ministre de la Mobilité sur "la liaison ferroviaire
entre Puurs et Termonde" (n° 4223)

Vraag van mevrouw Annemie Turtelboom aan de
minister van Mobiliteit over "de treinverbinding
Puurs-Dendermonde" (nr. 4223)

Orateurs: Annemie Turtelboom, Renaat
Landuyt, ministre de la Mobilité

Sprekers: Annemie Turtelboom, Renaat
Landuyt, minister van Mobiliteit

Question de Mme Camille Dieu au ministre de la
Mobilité sur "le danger que peut représenter le
transport de betteraves" (n° 4398)

Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister
van Mobiliteit over "de gevaren die het
bietentransport kan meebrengen" (nr. 4398)

Orateurs: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité

Sprekers: Camille Dieu, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit

Question de M. Roel Deseyn au ministre de la
Mobilité sur "le contrôle technique des voitures
abaissées" (n° 4410)

Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister
van Mobiliteit over "de technische keuring van
verlaagde wagens" (nr. 4410)

Orateurs: Roel Deseyn, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité

Sprekers: Roel Deseyn, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit

Interpellation de M. François Bellot au ministre de
la Mobilité sur "la loi du 7 février 2003 portant
diverses dispositions en matière de sécurité
routière" (n° 485)

Interpellatie van de heer François Bellot tot de
minister van Mobiliteit over "de wet van
7 februari 2003 houdende verschillende
bepalingen inzake verkeersveiligheid" (nr. 485)

Orateurs: François Bellot, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité

Sprekers: François Bellot, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit

Question de M. Olivier Maingain au ministre de la
Mobilité sur "l'évaluation du plan de dispersion
des vols autour de l'aéroport de Bruxelles-
National" (n° 4421)

Vraag van de heer Olivier Maingain aan de
minister van Mobiliteit over "de evaluatie van het
plan voor de spreiding van de vluchten rond de
luchthaven Brussel-Nationaal" (nr. 4421)

Orateurs: Olivier Maingain, Renaat Landuyt,
ministre de la Mobilité

Sprekers: Olivier Maingain, Renaat Landuyt,
minister van Mobiliteit

Questions jointes de

Samengevoegde vragen van

- M. Joseph Arens au ministre de la Mobilité sur
"la sécurité routière" (n° 4527)

- de heer Joseph Arens aan de minister van
Mobiliteit over "de verkeersveiligheid" (nr. 4527)

- M. Joseph Arens au ministre de la Mobilité sur
"le transport routier et la sécurité routière"
(n° 4528)

- de heer Joseph Arens aan de minister van
Mobiliteit over "het vrachtvervoer en de
verkeersveiligheid" (nr. 4528)

Orateurs: Joseph Arens, Renaat Landuyt,

Sprekers: Joseph Arens, Renaat Landuyt,

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

COMMISSION DE

L'INFRASTRUCTURE, DES

COMMUNICATIONS ET DES

ENTREPRISES PUBLIQUES

COMMISSIE VOOR DE

INFRASTRUCTUUR, HET

VERKEER EN DE

OVERHEIDSBEDRIJVEN

LUNDI

NOVEMBRE

2004

Après-midi

______

van

MAANDAG

NOVEMBER

2004

Namiddag

______

La séance est ouverte à 14.05 heures par M. Francis Van den Eynde, président.
De vergadering wordt geopend om 14.05 uur door de heer Francis Van den Eynde, voorzitter.

Le président: La question n°4248 de M. De Padt est transformée en question écrite.
La question n°4361 de M. Chastel est reportée.

01 Questions jointes de

- Mme Valérie De Bue au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques sur
"l'implication du comité consultatif des usagers dans le contrat de gestion conclu avec la SNCB"
(n° 4290)
- Mme Camille Dieu au vice-premier ministre et ministre du Budget et des Entreprises publiques sur
"l'implication du Comité consultatif des usagers dans la nouvelle structure de la SNCB" (n° 4319)

01 Samengevoegde vragen van

- mevrouw Valérie De Bue aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en
Overheidsbedrijven over "de inspraak van het Raadgevend Comité van de Gebruikers in de
beheersovereenkomst met de NMBS" (nr. 4290)
- mevrouw Camille Dieu aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Overheidsbedrijven
over "de plaats en de rol van het Raadgevend Comité van de Gebruikers in de nieuwe NMBS-
structuur" (nr. 4319)

01.01 Valérie De Bue (MR): Monsieur le ministre, ma question porte

sur l'avenir du comité consultatif des usagers dans le contrat de
gestion conclu avec la SNCB. Il me semble que, le 20 octobre dernier,
vous avez déjà été interrogé à ce sujet ainsi que sur le service de
médiation, mais vous n'avez pas encore répondu à cette question.

Comme vous le savez, la SNCB va bientôt adopter la forme d'un
holding de coordination chapeautant un opérateur et un gestionnaire
de l'infrastructure. Moins de deux mois avant sa mise en oeuvre
officielle, l'organisation de représentation officielle des usagers qu'est
le comité demeure dans l'incertitude complète quant à la délimitation
et aux modalités de son futur rôle au sein de cette nouvelle structure.

Dans un avis récent, le comité consultatif s'en inquiète et insiste sur la
nécessité de définir clairement sa mission en fonction de la nouvelle
structure. Il estime qu'il doit être impliqué dans la branche
opérationnelle de l'entreprise ferroviaire, et souhaite être impliqué de
manière explicite dans la gestion de l'infrastructure parce qu'il s'agit
d'une mission de service public jouant un rôle crucial dans la définition
des services ferroviaires.

01.01 Valérie De Bue (MR): Over

minder dan twee maanden wordt
de NMBS omgevormd tot een
overkoepelende holding met twee
dochterondernemingen: een
operator en een
netwerkbeheerder. Het is echter
compleet onduidelijk hoe het
Raadgevend Comité van de
Gebruikers binnen deze nieuwe
structuur zal kunnen functioneren.

In een recent advies benadrukt het
Raadgevend Comité dat zijn
opdracht bij de operator en de
netwerkbeheerder duidelijk moet
worden omschreven.

Voorts wil het Comité zijn grotere
betrokkenheid bij het spoorbeleid
en de toekomstige

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Ensuite, le comité demande la confirmation de son implication dans la
politique ferroviaire et son renforcement dans les futurs contrats de
gestion avec une attention particulière pour une argumentation plus
solide dans les réponses de la SNCB aux avis du comité, une
information adéquate et mieux fournie sur tout ce qui concerne
l'utilisateur des services ferroviaires et une réelle concertation entre la
SNCB et le comité.

Enfin, le comité insiste une fois de plus pour que les instances
responsables se penchent sérieusement sur les moyens mis à sa
disposition, surtout que, dans le futur, son fonctionnement risque
d'être compromis faute d'appuis professionnels suffisants.

Monsieur le ministre, je voudrais connaître votre avis, d'abord sur
l'évolution du rôle du comité dans la nouvelle structure, ensuite sur
son implication renforcée dans les futurs contrats de gestion.

beheerscontracten bevestigd zien.

Tot slot dringt het Comité er
nogmaals op aan dat de
verschillende verantwoordelijke
instanties zich ernstig moeten
bezinnen over de middelen die ter
beschikking worden gesteld.

Wat is uw mening over de evolutie
van de rol van het Comité in de
nieuwe structuur en zijn grotere
betrokkenheid bij de toekomstige
beheerscontracten?

01.02 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, ma question étant

semblable à celle de Mme De Bue, je ne vais donc pas la répéter.

Le groupe socialiste s'interroge aussi sur les questions posées par le
comité consultatif des usagers, plus particulièrement sur le rôle qu'il
est appelé à jouer éventuellement dans les nouvelles structures. Par
ailleurs, il semble que le comité ne soit pas satisfait de la façon dont,
jusqu'à présent, les contacts ont fonctionné car il n'obtient pas de
réponses précises aux questions posées. Il souhaiterait une meilleure
concertation avec la SNCB. Il est bien entendu que ce comité se
limite à ses missions et n'empiète pas, par exemple, sur celles des
organisations syndicales représentatives.

01.02 Camille Dieu (PS): Mijn

vraag luidt precies hetzelfde; ik ga
dus niet herhalen wat mevrouw De
Bue net gezegd heeft. De vragen
die het Raadgevend Comité stelt
over zijn rol in de nieuwe
structuren en de ontevredenheid
van het Comité over het uitblijven
van een duidelijk antwoord op zijn
vragen, doen ook vragen rijzen bij
de PS-fractie. Uiteraard moet het
Comité zich aan zijn eigen
opdracht houden, en mag het de
representatieve vakbonds-
organisaties bijvoorbeeld niet het
gras voor de voeten wegmaaien.

01.03 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, mes chères

collègues, ma réponse va être logiquement la même pour les deux
questions. C'est aussi la même réponse que j'ai donnée le 20 octobre
à M. Van den Bergh qui m'avait aussi posé cette question.

Où en sommes-nous? Au niveau légal, l'article 47 de la loi du
21 mars 1991 portant sur la réforme de certaines entreprises
publiques prévoit un comité consultatif des usagers auprès de chaque
entreprise publique dont les usagers sont des personnes physiques.

Tel est le cadre légal. Dans le cas des clients d'Infrabel, qui sont
considérés non comme des usagers mais en qualité d'organisateurs
de transport, la présence d'un comité consultatif des usagers n'est
pas prévue.

L'implication renforcée du comité consultatif des usagers dans le futur
contrat de gestion est actuellement en négociation. Des dispositions
seront prévues en ce qui concerne les réponses à fournir par la SNCB
au comité, et relatives à l'information fournie à l'utilisateur du service
public et à la concertation entre la SNCB et le comité.

Nous attendrons les conclusions des discussions.

01.03 Minister Renaat Landuyt:

Wetgevingstechnisch gezien
bepaalt artikel 47 van de wet van
21 maart 1991 betreffende de
hervorming van sommige
economische overheidsbedrijven
dat er een Raadgevend comité
wordt opgericht bij elk autonoom
overheidsbedrijf wiens gebruikers
hoofdzakelijk natuurlijke personen
zijn.

Er werd niet voorzien in een
Raadgevend Comité van de
Gebruikers omdat de klanten van
Infrabel geen gebruikers maar
vervoersmaatschappijen zijn.

De grotere betrokkenheid van het
Raadgevend Comité bij het
toekomstige beheerscontract
wordt momenteel besproken. We
wachten op de conclusies.

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

01.04 Valérie De Bue (MR): Monsieur le président, je tiens tout

d'abord à remercier le ministre pour sa réponse.

Monsieur le ministre, je ne suis pas certaine que votre réponse
satisfera le comité qui souhaite donner son avis au sujet de la gestion
de l'infrastructure. En effet, cette problématique a un impact sur la
relation entre l'usager et le service public.

J'ai pris acte du fait que des négociations sont en cours avec le
comité dans le cadre du contrat de gestion.

Par ailleurs, j'ai pu constater votre volonté d'ouverture en vue de
renforcer la position et le rôle du comité dans les contacts avec le
service ferroviaire.

01.04 Valérie De Bue (MR): Ik

ben niet zeker dat het Comité
tevreden zal zijn met uw antwoord
aangezien het wenst
geraadpleegd te worden over het
beheer van de infrastructuur
omdat deze toch belangrijk is voor
de relatie tussen de gebruiker en
de openbare dienst.

Ik stel vast dat u niet afkerig bent
van een versterking van de positie
en de rol van het Comité.

01.05 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, si de nouvelles

données devaient apparaître après les discussions relatives au
contrat de gestion, il serait souhaitable que nous en soyons informés
au même titre que le comité des usagers.

01.05 Camille Dieu (PS): Als er

tijdens de besprekingen over het
beheerscontract nieuwe gegevens
zouden zijn, wensen wij daarvan
op de hoogte te worden gebracht,
net als het Comité van de
gebruikers.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

02 Question de Mme Camille Dieu au ministre de la Mobilité sur "l'allumage des phares de jour pour

les véhicules automobiles" (n° 4320)

02 Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister van Mobiliteit over "Daytime Running Lights voor

motorvoertuigen" (nr. 4320)

Le président: Je constate que la traduction néerlandaise est "Daytime Running Lights"!

02.01 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, c'est assez curieux.

Le président: Je vous donne la traduction telle qu'elle est reprise dans la question. Cela m'a fort étonné.

02.02 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, je pense que le

Vlaams Belang va s'intéresser à cela.

Le président: C'est le cas.

02.03 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, des études ont été

réalisées dans différents pays, notamment aux Pays-Bas par la
Fondation néerlandaise pour l'étude scientifique de la sécurité routière
et en Norvège par l'Institut de sécurité routière le
Transportokonomisk Institutt. Ces études, complétées par la suite par
une étude du "European Transport Safety Council", montrent que
l'utilisation des phares le jour le "daytime running lights" (DRL)
entraînerait une diminution de 10 à 15% du nombre d'accidents
impliquant plusieurs usagers, et une régression de 49% du nombre de
tués. Cette pratique, déjà obligatoire dans d'autres pays comme la
Suède, la Finlande ou le Danemark, est expérimentée en France
depuis peu de temps.

Je concède que cette pratique pose quelques problèmes en matière,
notamment, de consommation de carburant. On a estimé le surcoût
selon l'émission de télévision de "Automoto" de dimanche dernier à

02.03 Camille Dieu (PS):

Volgens Nederlandse en Noorse
studies zou bij "daytime running
lights" het aantal ongevallen
overdag waarbij verscheidene
weggebruikers betrokken zijn, met
10 tot 15 procent dalen. Het
hogere brandstofverbruik en de
minder goede zichtbaarheid van
fietsers en bromfietsers die ermee
gepaard gaan, doen echter wel
vragen rijzen.

Bent u, aangezien vaststaat dat
het gebruik van "daytime running
lights" het aantal ongevallen

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

3 milliards d'euros pour la consommation et 200 millions pour la
pollution. Cela pose aussi question par rapport à la visibilité des deux-
roues dans des circonstances particulières.

Dans la mesure où il est prouvé que l'utilisation des phares réduit le
nombre d'accidents mortels 2.800 vies par an dans toute l'Europe
des Quinze , envisagez-vous de mener une telle expérimentation?

terugdringt, bereid in België zo'n
experiment te organiseren?

02.04 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers

collègues, j'hésite encore, je ne suis pas convaincu qu'une obligation
pourrait nous aider. Je suis plutôt séduit par les arguments des
motards qui ont l'opportunité d'être plus visibles en utilisant leurs
phares. Ensuite, nous ne devons pas oublier que nous nous trouvons
dans le centre de l'Europe et pas dans le nord: nos journées sont plus
claires que dans d'autres pays. Enfin, il y a l'aspect écologique, un
argument que je ne veux pas négliger non plus.

Par ailleurs, l'étude européenne si je puis l'appeler ainsi suit son
cours. D'après ce que j'ai compris, c'est dans le courant du mois de
décembre que les conclusions de ce rapport seront présentées au
"High level group on road safety", composé de tous les responsables
des administrations qui se réunissent pour se prononcer sur le
caractère réaliste de ces propositions. Pour l'instant, je suis plutôt
opposé à une obligation.

02.04 Minister Renaat Landuyt:

Op dit ogenblik ben ik niet van het
nut van die maatregel overtuigd.
Vooreerst zijn er de bezwaren wat
de zichtbaarheid van de
motorrijders betreft; voorts leven
we in het centrum en niet in het
noorden van Europa en is het hier
overdag dus minder donker; ten
slotte is die maatregel ook weinig
milieuvriendelijk.

De Europese studie loopt intussen
voort. In de loop van december
zou de "High Level Group of Road
Safety" de resultaten ervan
moeten voorstellen.

In de huidige stand van zaken ben
ik dus veeleer tegen een verplicht
gebruik gekant.

02.05 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, cela vaut tout de

même la peine de s'interroger sur le nombre de vies sauvées dans
ces circonstances. Un article récent, dans "Vers l'Avenir" je pense,
disait qu'il y avait moins d'accidents en Belgique aujourd'hui. La
baisse serait de 11%. Il n'empêche que nous avons encore toujours
trois morts par jour sur nos routes, ce qui est un chiffre important. Si
vous souhaitez respecter certaines préoccupations écologiques ou de
coût, peut-être pourrait-on envisager une expérience uniquement les
mois d'automne et d'hiver, pendant lesquels la visibilité est moins
bonne et la pollution moins importante qu'en été.

Dès lors, pourquoi ne pas essayer uniquement en automne et en
hiver et évaluer l'année suivante le gain de cette opération?

02.05 Camille Dieu (PS): Het lijkt

me toch de moeite eens na te
gaan hoeveel levens de maatregel
zou kunnen redden.

Nog steeds vallen er dagelijks drie
verkeersdoden. Ik kan er geheel in
komen dat u met een aantal
milieuoverwegingen rekening wil
houden, maar misschien kan er in
de herfst en in de winter, als het
zicht op de weg slechter is en de
vervuiling minder groot, wel een
experiment worden uitgevoerd.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

03 Vraag van mevrouw Annemie Turtelboom aan de minister van Mobiliteit over "de treinverbinding

Puurs-Dendermonde" (nr. 4223)

03 Question de Mme Annemie Turtelboom au ministre de la Mobilité sur "la liaison ferroviaire entre

Puurs et Termonde" (n° 4223)

03.01 Annemie Turtelboom (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer

de minister, ik verontschuldig mij voor mijn laattijdigheid. Het is
nochtans mijn gewoonte niet. Ik had misschien beter de trein
genomen.

03.01 Annemie Turtelboom

(VLD): La liaison ferroviaire entre
Termonde et Puurs a été
remplacée il y a plusieurs dizaines
d'années par une ligne de bus.

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Mijn vraag betreft de treinverbinding Dendermonde-Puurs die sinds
een tiental jaren werd vervangen door een busverbinding. Het is
algemeen bekend dat vrij veel pendelaars, zeker vanuit
Dendermonde, gebruikmaken van deze verbinding om in de regio
Puurs te geraken waar ze werkzaam zijn. Een groot deel van hen wil
de treinlijn heropend zien omdat de trein minder onderhevig is aan
files. De BTTB pleitte destijds voor de heropening van deze
verbinding. Drie jaar geleden maakte de NMBS in het kader van
artikel 9bis van het tweede beheerscontract een haalbaarheidsstudie
met betrekking tot de heropening van de as Dendermonde-Puurs.
Deze studie werd overgemaakt aan mevrouw Isabelle Durant,
toenmalig vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer.
Haar opvolger, minister Bert Anciaux, liet in maart 2004 in antwoord
op een vraag van collega Hilde Dierickx verstaan terughoudend te zijn
om een evaluatie van deze studie te bestellen. Hij antwoordde
letterlijk: "Ik weet niet of er met die studie al echt iets is gebeurd. Ik zal
mijn beleidscel een evaluatie laten maken van deze studie. Zodra ik
die heb, zal ik bekijken of deze treinlijn al of niet terug kan worden
geopend."

Wij hebben ondertussen een nieuwe minister en daarom veroorloof ik
het mij de vraag opnieuw te stellen. Bent u op de hoogte van deze
studie? Heeft het kabinet van minister Anciaux de studie van minister
Durant effectief gevonden? Indien ja, werd die dan ook overgedragen
aan uw kabinet? Werd er intussen een evaluatie gemaakt zoals
minister Anciaux vermeldde in zijn antwoord? Wat zijn eventueel de
resultaten van die evaluatie? Indien u op al deze vragen positief
antwoordt, werd er dan al een concrete invulling en een concrete
timing gemaakt?

In een artikel in De Standaard van 24 maart jongstleden werd
geopperd dat de spoorwegverbinding gebruikt zou kunnen worden
door De Lijn. Ik wou dan ook eens informeren, mijnheer de minister,
wat u eventueel van die piste vindt.

Les navetteurs souhaitent le
rétablissement de cette liaison
ferroviaire parce que les bus sont
plus facilement bloqués dans la
circulation. La demande émane du
BTTB (Bond van Trein-, Tram- en
Busgebruikers, l'Association des
usagers du train, du tram et du
bus).

Il y a trois ans, la SNCB avait fait
procéder, dans le cadre du
deuxième contrat de gestion, à
une étude de faisabilité concernant
le rétablissement de cet axe et
l'avait soumise à la ministre
Durant. Le ministre Anciaux avait
exprimé, en mars 2004, l'intention
d'évaluer cette étude. Il se
proposait de décider ensuite de la
réouverture ou non.

Le ministre Landuyt a-t-il
connaissance de cette étude? L'a-
t-il déjà consultée? L'étude a-t-elle
été évaluée et quels sont les
résultats de l'évaluation? Qu'en
est-il de la mise en oeuvre et du
calendrier? Le quotidien "De
Standaard" s'est fait l'écho de la
proposition de permettre à la
société De Lijn d'utiliser la liaison
ferroviaire. Qu'en pense le
ministre?

03.02 Minister Renaat Landuyt: Mevrouw Turtelboom, we hebben

die studie gevonden.

03.02 Renaat Landuyt, ministre:

Nous avons retrouvé l'étude.

03.03 Annemie Turtelboom (VLD): Fantastisch.

03.04 Minister Renaat Landuyt: De analyse van de studie zat er

echter niet bij. Ik weet niet wat de beleidscel van minister Anciaux
daarmee heeft gedaan. Wat wij in ieder geval zinnens zijn te doen,
zoals ik ook geantwoord heb op andere opmerkingen van leden van
de commissie, is alle opmerkingen over verbindingen mee te nemen
naar de lopende onderhandelingen over de beheersovereenkomst. Er
zal rekening worden gehouden met die studie. Ofwel zorgt men voor
een betere bezetting van de bestaande sporen, ofwel zorgt men voor
een verbeterde afstemming op De Lijn. Dat zijn de twee
uitgangspunten en het zijn ook de twee elementen die wij meenemen
naar de bij momenten technische discussies rond de
beheersovereenkomst.

03.04 Renaat Landuyt, ministre:

Mais son évaluation est toujours
introuvable. J'ignore le sort que lui
a réservé la cellule stratégique du
ministre Anciaux.

Nous examinons toutes les
remarques relatives aux liaisons
ferroviaires dans le cadre des
négociations en cours au sujet du
contrat de gestion. A cet égard,
nous tenons compte des études
existantes. Soit les voies seront
mieux utilisées, soit l'offre
ferroviaire doit être mieux alignée
sur celle de "De Lijn". Voilà les
deux bases de négociation.

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

03.05 Annemie Turtelboom (VLD): Het antwoord is bijzonder kort

moet ik zeggen, maar het is wel eerlijk. U zegt eigenlijk dat u van niets
weet en dat u het meeneemt naar...

03.05 Annemie Turtelboom

(VLD): En fait, le ministre prétend
qu'il n'est au courant de rien.

03.06 Minister Renaat Landuyt: Ik heb zelfs een algemene beleidslijn

aangegeven. Iedere opmerking die hier in de commissie Mobiliteit
over bepaalde verbindingen wordt gemaakt, neem ik mee naar de
lopende onderhandelingen over de beheersovereenkomst. Ik denk dat
dat ook de meest correcte wijze van werken is, aangezien wij niet
zomaar kunnen opleggen wat we willen in verband met het spoor.
Alles komt tot stand na onderhandeling.

03.06 Renaat Landuyt, ministre:

Non. J'ai même indiqué
l'orientation générale que nos
allons suivre. Mettre les
observations concernant les
liaisons sur la table des
négociations me semble la
manière de procéder la plus
correcte. Etant donné que tout
passe par des négociations, nous
ne pouvons pas dire de manière
aussi explicite ce que nous
voulons.

03.07 Annemie Turtelboom (VLD): Mijnheer de minister, ik wens

een aanvullende vraag te stellen over het krantenartikel in De
Standaard om de spoorwegverbinding te laten gebruiken door De Lijn.
Werden terzake reeds initiatieven genomen? Ik weet dat De Lijn uw
bevoegdheid niet is.

03.07 Annemie Turtelboom

(VLD): Il n'existe donc pas de
projets concrets tendant à
permettre à "De Lijn" d'utiliser la
liaison ferroviaire?

03.08 Minister Renaat Landuyt: Door de structuurhervormingen zal

de toewijzing van de sporen voor goederenvervoer moeten gebeuren
volgens het vrijemarktprincipe. Later zal dat ook het geval zijn voor
het personenvervoer. Ik steek niet onder stoelen of banken dat ik
terzake wantrouwiger sta omwille van de basismobiliteit. Het is echter
niet uitgesloten een concept uit te werken waardoor Vlaamse
instanties zoals De Lijn toelating kunnen geven om het spoor te
gebruiken. Van een dergelijke optie ben ik wel relatief voorstander. Ik
hoop dat de regionale vervoersmaatschappijen creatief zullen
inspelen op de mogelijkheden die stilaan ontstaan. Dit initiatief kan
slechts worden waargemaakt op voorwaarde dat men de nodige
investeringen doet. Dat betekent dat De Lijn een trein moet bestellen
bij BN Brugge zodat de maatschappij over geschikt materiaal beschikt
om de sporen te kunnen gebruiken.

03.08 Renaat Landuyt, ministre:

A la suite de la réforme des
structures, c'est le principe du libre
marché qui régira l'attribution des
voies du trafic de marchandises et,
ultérieurement, du transport de
voyageurs. Je suis plutôt réticent à
cet égard. Il n'est pas exclu que
des organisations flamandes telles
que "De Lijn" puissent se servir de
la voie ferrée. Je suis plutôt
partisan de cette option. J'espère
que les sociétés de transport
régionales feront preuve de
créativité en consentant les
investissements qui s'imposent.
"De Lijn" devra donc commander
un train auprès de BN à Bruges.

03.09 Annemie Turtelboom (VLD): Dat is altijd handig.

Mijnheer de minister, ik dank u voor het antwoord. Een laatste
bijkomende vraag handelt over de timing van de onderhandelingen.
Wanneer denkt u over meer informatie te kunnen beschikken? Dit
dossier is niet nieuw. De spoorweglijn is reeds lang gesloten. De
regio's Puurs en Klein-Brabant zijn economisch welvarende regio's.
Voor de mensen van Aalst en Dendermonde is het belangrijk dat ze
gemakkelijk naar het werk kunnen. Dan spreek ik nog niet over het
goederenvervoer. Dat is een ander aspect. Goederenvervoer kan een
aantal negatieve effecten hebben voor de omwonenden van de
spoorweglijn. Wat de mobiliteit van werknemers betreft een zaak
waar we allemaal voorstander van zijn -, moeten we ervoor zorgen dat
vervoer geen rem mag zijn bij het zoeken naar een job. Alle studies
inzake armoede en mobiliteit hebben het over vervoersarmoede. De

03.09 Annemie Turtelboom

(VLD): Le dossier ne date pas
d'hier. La région de Termonde-
Puurs est une région économique
importante. Une réouverture
favoriserait en outre la mobilité du
travail. Le ministre a-t-il une idée
des délais?

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

opening van de spoorweglijn zou op dit punt een goede zaak zijn.

03.10 Minister Renaat Landuyt: Mevrouw Turtelboom, de lopende

beheersovereenkomst is sinds april 2004 verlengd. De
structuurhervormingen zijn beëindigd. De nieuwe structuren zijn er.
De onderhandelingen lopen. Ik durf me niet uit te spreken over een
termijn.

03.10 Renaat Landuyt, ministre:

Le contrat de gestion actuel a été
automatiquement prolongé en avril
2004. Les nouvelles structures ont
également été mises en place.
Des négociations sont en cours.
J'hésite à fixer un délai.

03.11 Annemie Turtelboom (VLD): Is dat binnen de zes maanden,

mijnheer de minister?

03.12 Minister Renaat Landuyt: Ik hoop het. Dat is een realistische

prognose. Voorlopig zitten we nog in het oude regime. Wij vragen dat
basismobiliteit en intermobiliteit worden opgenomen in de
beheersovereenkomst.

03.12 Renaat Landuyt, ministre:

Je dirais que six mois me
semblent réalistes. L'ancien
régime est toutefois encore
d'application. Nous souhaitons que
la mobilité de base et
l'intermobilité figurent dans le
contrat de gestion.

03.13 Annemie Turtelboom (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer

de minister, misschien kom ik later opnieuw naar deze commissie om
een aangepaste vraag over deze problematiek te stellen.

De voorzitter: U zult welkom zijn, mevrouw.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

04 Question de Mme Camille Dieu au ministre de la Mobilité sur "le danger que peut représenter le

transport de betteraves" (n° 4398)

04 Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister van Mobiliteit over "de gevaren die het

bietentransport kan meebrengen" (nr. 4398)

04.01 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, monsieur le

ministre, j'habite la commune de Quévy au sud de Mons, à la frontière
française. Pendant longtemps, ma commune a eu une sucrerie sur
son territoire mais celle-ci a été fermée au profit de la sucrerie de
Tirlemont. Il n'empêche que l'on continue à cultiver des betteraves
sucrières dans la région.

Malgré les prescriptions de l'article 45 du Règlement général de la
police pour la circulation routière, les règles de transport des
betteraves ne sont quasiment jamais respectées. Aucun filet de
protection n'est fixé alors que le transport dépasse largement les
25 kilomètres et qu'il se fait par autoroute. A la montée de l'autoroute
à Jemappes, par exemple, un couloir de betteraves entrave la route à
tel point qu'il m'arrive parfois de devoir m'arrêter. Je me dis que si un
motard circule à la tombée de la nuit et ne voit pas les betteraves sur
le sol, il pourrait chuter et risquer sa vie.

Monsieur le ministre, ma question est simple. Ne pensez-vous pas
opportun de rappeler les consignes de sécurité et de renforcer les
contrôles de ce type de transport afin de généraliser l'application du
filet de protection et de préserver ainsi peut-être la vie de certaines
personnes circulant en moto?

04.01 Camille Dieu (PS): De

reglementering betreffende de
bietentransporten, die een reëel
gevaar vormen voor de andere
weggebruikers, wordt veel te vaak
met voeten getreden, en dat doet
bij mij een aantal vragen rijzen.
Zonder net vallen er bieten op de
weg, met alle mogelijke dodelijke
gevolgen van dien voor
bijvoorbeeld motorrijders. Zou het
derhalve niet opportuun zijn de
vervoerders aan de veiligheids-
voorschriften te herinneren en
dergelijke transporten vaker te
controleren, teneinde de
betrokkenen ertoe te dwingen
altijd een net te spannen en zo
mensenlevens te redden?

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

04.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers

collègues, madame Dieu, le non-respect des prescriptions que vous
avez décrites est considéré comme une infraction de deuxième
degré, ce qui correspond à une amende de 175 euros. Si un procès-
verbal est dressé, une amende de 175 euros sera donc appliquée.

Les contrôles sont de la compétence de la police zonale de
l'arrondissement. Aussi, si vous relevez autant d'infractions, vous
devriez poser des questions à la police zonale.

Je vous informe que les provinces de Liège, du Brabant wallon, de
Flandre occidentale, de Flandre orientale et du Brabant flamand
mènent, en collaboration avec l'Institut Belge pour la Sécurité
Routière, une campagne de sensibilisation sous le titre "Route
boueuse, route dangereuse". J'ajoute qu'en Flandre occidentale,
toutes les routes sont presque propres. Mais cela dépend peut-être
des habitants de cette province. Etant donné que la Flandre
occidentale jouxte celle du Hainaut, elle peut peut-être servir
d'exemple!

En résumé, d'une part, les contrôles sont de la compétence de la
police zonale qui doit faire son travail et, d'autre part, il convient de
souligner que certaines provinces mènent une campagne de
sensibilisation pour aider les cultivateurs à faire en sorte que les
routes restent propres.

04.02 Minister Renaat Landuyt:

Het niet naleven van deze
voorschriften is een overtreding
van de tweede graad. Als
dergelijke overtredingen vaak
voorkomen, moet men zich
wenden tot de politie van de
betrokken politiezone. Sommige
provincies hebben sensibiliserings-
campagnes gevoerd met slogans
die verwijzen naar het hogere
risico op ongevallen op modderige
wegen. Mij dunkt dus dat enerzijds
de politiezones hun werk moeten
doen, en dat anderzijds de
provincies en het BIVV eventueel
samen sensibiliseringscampagnes
moeten opzetten.

04.03 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, je ne parlais pas de

routes boueuses, mais de betteraves déversées à tous les coins de
rue par des camions trop chargés. Cela n'a rien à voir avec la boue en
réalité. Si j'entends bien, vous comptez ne rien faire pour faire
respecter l'article 45. Je vais donc alerter le gouverneur de la province
du Hainaut et, en même temps, la zone de police de ma localité. Les
règles sont d'ordre fédéral, mais l'application en est régionale. Est-ce
bien cela? Et le ministre de la Mobilité et de la Sécurité ne se sent pas
responsable.

04.03 Camille Dieu (PS): Ik had

het niet over modderige wegen
maar over bieten die op de wegen
belanden. Ik stel vast dat u niet
van plan bent op te treden en dat u
de toepassing van deze federale
maatregel als een gewestelijke
bevoegdheid beschouwt. Ik zal mij
dus tot de gouverneur van de
provincie Henegouwen en de
betrokken politiezones wenden.

04.04 Renaat Landuyt, ministre: Non, ce n'est pas un bon résumé!

En ma qualité de petit-fils de fermier, je peux vous assurer que de
bonnes betteraves font de la boue: si elles sont cultivées dans de
bonnes terres, cela se remarque également sur les routes. Cette
matière relève de la compétence des provinces, en collaboration avec
l'Institut national, lequel tente de convaincre chacun qu'il suffit de peu
de choses pour améliorer la situation.

En Flandre, les conventions de sécurité routière prévoient qu'une
seule zone de police fasse le nécessaire, elle se trouve à Gingelom,
dans le Limbourg.

Donc, les possibilités existent, mais, je le répète, je ne peux pas tout
faire moi-même. Il appartient aussi aux zones de police locale d'être
conscientes des problèmes locaux.

04.04 Minister Renaat Landuyt:

De wijze waarop u de situatie
samenvat is fout. Als kleinzoon
van een landbouwer weet ik als
geen ander dat goede bieten
modder meebrengen. Sensibilise-
ringscampagnes kunnen
verbetering brengen. Voor het
overige moeten de politiezones al
het nodige doen, zoals reeds
gebeurt in de Limburgse
gemeente Gingelom.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

05 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister van Mobiliteit over "de technische keuring van

verlaagde wagens" (nr. 4410)

05 Question de M. Roel Deseyn au ministre de la Mobilité sur "le contrôle technique des voitures

abaissées" (n° 4410)

05.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, ik wil het

vanmiddag hebben over een belangrijk segment in onze samenleving:
de niet onaanzienlijke groep personen die bezig is met esthetische en
optische tuning van hun wagen. Heel dikwijls is de verlaging van hun
wagen een van de eerste veranderingen. Uw voorganger heeft
daarvoor een nieuw kader geschapen. Nu blijkt bij de toepassing van
de wetten en besluiten betreffende het creatief omgaan met de
wagens dat de teksten heel wat kronkels bevatten, waardoor het voor
de betrokkenen allerminst duidelijk is wat mag en wat niet mag. Dat is
een problematiek apart; ik ga even in op de controle van verlaagde
wagens.

Men heeft het wettelijke minimum vastgesteld op 11 centimeter. Wij
zouden nog een hele discussie kunnen voeren over de wettelijk
vastgelegde manier waarop dat precies wordt gemeten, namelijk met
een bal die achter de voorwielen moet worden geplaatst en die de
niet-elastische onderdelen niet mag raken. De uitvoering blijkt nogal
problematisch. Er is een tolerantiemarge ingevoerd tot 9 centimeter
bodemvrijheid. Wie zijn wagen nu aanbiedt in een keuringsstation,
moet vaststellen dat de nodige controle-infrastructuur niet ter
beschikking is, wat toch van enig respect zou getuigen en tegelijk
ervoor zou zorgen dat er geen schade wordt berokkend aan de
wagens, die overigens volkomen legaal verlaagd werden. Uit
contacten met leden van de doelgroep blijkt duidelijk dat verscheidene
keuringsstations niet zijn aangepast aan de nieuwe wettelijke realiteit.
Mensen wordt gevraagd om over een controleput te rijden, maar vaak
heeft dergelijke put stootranden om te beletten dat chauffeurs erin
rijden. Dikwijls zijn die stootranden hoger dan 9 centimeter. Een
wagen die op z'n laagst staat, weliswaar binnen de tolerantiemarges
van de wet, hapert daar.

De betrokkenen vragen dat hun wagen wordt gekeurd op een brug.
Moeten ze toch boven de put worden gecontroleerd, dan zou het goed
zijn om de stootranden te verwijderen of ze te verlagen. Dat zij zich
constructief opstellen, bewijst het feit dat verschillende tuninggroepen,
waarmee ik contact had, samen met de lokale politie van onder meer
de Westhoek een conclusie hebben geformuleerd. Die leg ik vandaag
aan u ter overweging.

Het zou goed zijn dat verlaagde wagens toch bij minstens een
keuringsstation per provincie terechtkunnen, waar de wagens geen
schade ondervinden van de controle, wat vandaag nogal eens het
geval is. Overigens, ook wordt de wet verschillend toegepast wat de
keuringsstations betreft. Als de infrastructuur al minstens in
overeenstemming met de wet is, zou dat een eerste belangrijke stap
vooruit vormen.

Mijnheer de minister, kunnen wij de betrokkenen in de toekomst
garanderen dat zij in minstens een station per provincie
terechtkunnen, waar geen schade wordt veroorzaakt?

Ten tweede, hoe staat het met de communicatie aan de andere
stations, die zulke auto's dan zullen moeten doorverwijzen enzovoort?

05.01 Roel Deseyn (CD&V): Le

précédent ministre a créé un cadre
légal pour le nombre non
négligeable de personnes qui se
livrent au "tuning" esthétique ou
optique. Il subsiste toutefois une
certaine imprécision concernant
certains aspects, comme la
hauteur de châssis des voitures
surbaissées. Il arrive que le centre
de contrôle technique ne soit pas
équipé adéquatement ou, pire, que
des véhicules soient endommagés
alors qu'ils sont parfaitement en
règle par ailleurs. C'est pourquoi
les personnes concernées
demandent que leur véhicule soit
vérifié sur un pont ou tout au
moins sur une fosse dont les
bords sont moins élevés.

Peut-on garantir aux adeptes du
"tuning" que chaque province
comptera à l'avenir au moins un
centre de contrôle technique où
leur véhicule ne risque pas d'être
endommagé? Qu'en est-il de la
communication concernant le
renvoi vers d'autres centres de
contrôle technique?

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

05.02 Minister Renaat Landuyt: Mijnheer Deseyn, ik ben op de

hoogte van het probleem.

Het probleem is echter niet zo groot als geschetst. In acht van de
zesenzeventig keuringsstations kunnen die bepaalde voertuigen niet
worden gekeurd.

Voor de technische volledigheid: de regel luidt 11 centimeter, maar er
is een tolerantie van 2 centimeter. Hoe meet men dat? Men neemt de
hoogte tussen de twee wielen. Meestal gebruikt men een plankje van
9 centimeter, de directe tolerantie. Men moet daaroverheen kunnen
rijden. Men doet dat in een ruimte van 80 centimeter middenin tussen
de wielen. Het beleid was en is erop gericht om de tuning zeker niet af
te remmen. In dit geval wil ik continuïteit in het beleid. Men meet die
80 centimeter. Dat laat eigenlijk toe dat men met plooibaar materiaal
rond de spoilers verder creatief kan zijn.

Maar nogmaals, acht van de zesenzeventig keuringsstations zijn niet
in orde. Dat betekent dat er tegenwoordig meerdere mogelijkheden
zijn per provincie. Een zestiental keuringsstations specialiseert zich
zelfs specifiek in de keuring na ongeval met dergelijke wagens.
Aangezien er daarvoor een markt is, hebben de keuringsstations zich
terzake blijkbaar goed georganiseerd en zouden er, volgens de
informatie die ik gekregen heb, nu reeds meerdere mogelijkheden zijn
per provincie.

Blijkbaar is er een gebrek aan kennis daarover. Ik zal de boodschap
meenemen om aan de tuningliefhebbers de juiste informatie te geven.
Misschien moeten wij eens adressen doorgeven, zodat men dat weet
en dat men niet denkt dat men in bepaalde provincies geen
mogelijkheden heeft. Bovendien, wetende dat die mensen graag
rijden met hun auto, moet iedere afstand ook overbrugbaar zijn in
deze.

05.02 Renaat Landuyt, ministre:

Le problème n'est pas aussi
important que le prétend M.
Deseyn. Les véhicules de ce type
ne peuvent être vérifiés dans huit
des 76 centres de contrôle
technique. La hauteur est fixée à
onze centimètres, avec une
tolérance de deux centimètres. La
mesure est effectuée dans un
espace de 80 centimètres entre
les roues, ce qui permet de laisser
s'exprimer la créativité par le
recours à des matériaux pliables
autour des spoilers. Le
gouvernement n'entend
aucunement réfréner le "tuning".
Je souhaite la continuité. Il existe
actuellement plusieurs centres de
contrôle technique spécialisés
pour ce type de véhicules. Seize
sont spécialisés dans le contrôle
de ces véhicules après accident. Il
y a manifestement un manque
d'informations en la matière et
j'aimerais dialoguer avec la
"communauté des tuners". C'est
pourquoi je vous propose un
échange d'adresses.

05.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de minister, bedankt voor dat

antwoord.

U legt uit hoe precies wordt gemeten. Dat is een goed voorbeeld en
het zou beschouwd kunnen worden als een best practice. Dat is
aanvaardbaar voor de mensen. Het wordt echter niet overal
toegepast. Ik denk dat uw antwoord terzake ook belangrijk is om aan
die mensen mee te delen.

Maar zeker ook in de stations waar er geen problemen zijn en waar
men zelfs gespecialiseerd is, is communicatie nodig. Ik onderhoud
heel regelmatig contact met die doelgroep en ben bereid tot
communiceren en het doorgeven van deze informatie, zodat die
mensen op de hoogte kunnen worden gebracht. Ik denk dat het
probleem hem inderdaad vooral zit in de communicatie. In West-
Vlaanderen hebben wij al verschillende ontmoetingen gehouden met
de sector, met de keuringsstations en met de politie, waarbij rond de
tafel een aantal problemen werden besproken.

Dat is slechts een eerste praktisch probleem, maar we kunnen er
zeker al soelaas voor bieden. Er zijn nog tal van andere problemen,
die we bij andere gelegenheden nog wel eens zullen bespreken.

05.03 Roel Deseyn (CD&V): Les

propos du ministre concernant les
mesurages illustrent le principe du
"best practice", mais force est de
constater que ce dernier n'est pas
appliqué partout. Il importe de bien
communiquer avec ces
personnes. Il ressort de mes
contacts avec le secteur, les
stations de contrôle technique et la
police qu'il se pose un problème à
ce niveau.

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Le président: La question n° 4452 de M. Tommelein est reportée.

06 Interpellation de M. François Bellot au ministre de la Mobilité sur "la loi du 7 février 2003 portant

diverses dispositions en matière de sécurité routière" (n° 485)

06 Interpellatie van de heer François Bellot tot de minister van Mobiliteit over "de wet van

7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid" (nr. 485)

06.01 François Bellot (MR): Monsieur le président, monsieur le

ministre, chers collègues, depuis le dépôt du projet de loi qui est
devenu loi le 7 février 2003, il ne se passe pas un mois, et pour le
moment il ne se passe pas une semaine, sans que la presse ne relate
les péripéties du texte. Les dernières en date visent une énième
procédure devant la Cour d'arbitrage qui sera amenée à trancher une
question préjudicielle que lui pose la Cour de cassation relative à la
constitutionnalité des infractions graves définies par le pouvoir
exécutif.

Je voudrais rappeler les dispositions qui ont déjà été annulées.

La première concerne le prolongement par les forces de police de la
durée du retrait de permis de conduire. Il s'agit d'un arrêt du 22
septembre 2004.

Ensuite, le 3 novembre, la Cour d'arbitrage a annulé les articles 2, 4
et 7, je pense, relatifs à la tutelle sur les règlements communaux. Je
ne sais pas aujourd'hui si, finalement, les règlements communaux qui
ont été adoptés pendant l'interrègne sont toujours valables ou pas. Je
connais des communes qui ont mis des rues à sens unique, ces rues
sont-elles aujourd'hui encore à sens unique ou pas? Peut-on
verbaliser? Les forces de police se demandent ce qu'elles doivent
faire.

Le troisième arrêt est celui que j'appelerais "payer puis contester". La
presse de ce matin se fait l'écho de grandes opérations policières qui
ont eu lieu à deux endroits et on indique qu'il y a eu des perceptions
immédiates. A ma connaissance, on ne peut plus réaliser de
perceptions immédiates. Mercredi passé, une circulaire est arrivée
dans les zones de police pour rappeler la procédure, alors que la
Cour d'arbitrage avait cassé ces dispositions le 16 novembre.
Maintenant, la Cour d'arbitrage est saisie d'encore au moins quatre
recours dont un pour lequel l'auditeur a marqué son accord, celui sur
la constitutionnalité des dispositions en matière de classification des
infractions graves en trois degrés.

Bref, je pense que nous sommes dans une situation transitoire assez
importante dans laquelle les juges des tribunaux de police risquent de
ne plus s'y retrouver. C'est peut-être un mauvais jeu de mots mais je
pense que la Cour d'arbitrage a mis un fameux coup d'accélérateur
dans le nombre de dispositions à annuler.

Entre les dispositions annulées et celles qui pourraient l'être, entre
celles qui sont en vigueur et celles qui ne le sont plus, entre celles qui
seront modifiées et celles qui mériteraient de l'être, il devient
extrêmement difficile de se retrouver dans ce texte qui était supposé
apporter une réponse radicale à l'insécurité routière.

06.01 François Bellot (MR): Het

wetsontwerp dat de wet van 7
februari 2003 zou worden, kende
geen vlekkeloos parcours. Er loopt
een zoveelste procedure voor het
Arbitragehof.

De eerste bepaling die werd
vernietigd, betrof de verlenging
van de intrekking van het rijbewijs
door de politiediensten.

Op 3 november vernietigde het
Arbitragehof de artikelen
betreffende het toezicht op de
gemeentereglementen. Zijn de
gemeentereglementen die
intussen werden goedgekeurd nog
geldig?

Een derde arrest bepaalt dat de
onmiddellijke inning niet mag
worden toegepast.

Er zijn nog ten minste vier
beroepen aanhangig voor het
Arbitragehof. De auditeur stemde
in met een ervan, dat betreffende
de grondwettelijkheid van de
bepalingen inzake de indeling van
de zware overtredingen in drie
graden.

Met al die vernietigde, gewijzigde
en nog geldende bepalingen en de
bepalingen die nog zouden
kunnen worden vernietigd of
gewijzigd, wordt het erg moeilijk te
weten waar men aan toe is. Als er
minder verkeersslachtoffers zijn,
dan is dat omdat men bang is van
de politie. In heel wat politiezones
is het aantal politieoptredens bijna
verdubbeld. Dat kan ons alleen
maar verheugen. De wet leidt
echter tot rechtsonzekerheid.

Toen de wet in stemming werd

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Aujourd'hui, le constat est là: le nombre de victimes de la route est en
forte diminution car, simultanément à l'entrée en application de la
nouvelle loi, le nombre de contrôles routiers et autoroutiers a été
significativement augmenté. Il ressort des statistiques du ministère de
l'Intérieur que le nombre d'interventions sur le réseau routier a
presque doublé dans la plupart des zones de police.

On ne peut que se féliciter de la diminution du nombre de victimes
mais la loi, telle qu'elle est détricotée aujourd'hui par tous les arrêts de
la Cour d'arbitrage, est tout sauf précise. Cela a créé une telle
insécurité juridique que les juges se demandent ce qu'ils doivent faire
de toutes les infractions qui leur parviennent.

Quand cette loi a été examinée dans notre commission, elle a fait
l'objet d'un grand nombre de remarques. Je ne l'avais pas approuvée
c'est exceptionnel qu'un parlementaire de la majorité s'oppose à
une loi déposée par le gouvernement car le nombre et la pertinence
des arguments avancés étaient tels qu'il me paraissait inconvenant
d'adopter une loi créant une telle insécurité. Dès le départ, on se
doutait que des difficultés surgiraient.

Par ailleurs, monsieur le ministre, quand on sait qu'une infraction pour
stationnement sur un emplacement réservé aux handicapés même
si je concède que c'est une faute grave est sanctionnée par une
amende de 800 euros par un tribunal, alors que faire du slalom sur
autoroute est sanctionné par 100 euros d'amende, vous conviendrez
que la classification des différentes infractions est tout sauf logique!

Par conséquent, nous demandons de pouvoir corriger, amender cette
loi. Je vous renvoie, ainsi que vos collaborateurs, aux débats
parlementaires qui ont précédé le vote de cette loi, le 7 février 2003,
durant lesquels toutes ces difficultés et arguments ont été avancés.
Finalement, ces mêmes arguments, avancés par les juristes devant la
Cour d'arbitrage ont fait mouche et ont abouti.

Ce texte a été imposé, mal préparé, alors que nous en avions discuté
longuement au sein de cette commission. Mais, par l'entêtement de
certains, nous sommes allés droit dans le mur. Il est extrêmement
urgent de corriger tous ces éléments ainsi que d'autres. Il me revient
qu'au moins quatre autres recours devant la Cour d'arbitrage sont en
préparation. Toute la loi sur la sécurité routière aura été détricotée.

Monsieur le ministre, je souhaiterais connaître votre opinion, en
sachant qu'il entre dans vos intentions de déposer un texte
d'amendement ou de révision de la loi. Quand on voit le nombre
d'éléments juridiquement incorrects invoqués, ne va-t-il pas falloir
réécrire une grande partie de la loi?

gebracht, hebben we heel wat
opmerkingen geformuleerd en heb
ik niet voor gestemd, omdat het
me niet gepast leek een wet aan
te nemen die tot zoveel problemen
aanleiding gaf.

De boete voor het parkeren op
een plaats voor gehandicapten
bedraagt 800 euro en voor het
slalommen op de autosnelweg 100
euro. Dat is niet logisch.

We wensen de wet dus te kunnen
wijzigen. Ik verwijs naar de
voorbereidende parlementaire
debatten: er werd toen reeds
gewezen op al deze
moeilijkheden. Dezelfde
argumenten worden nu bij het
Arbitragehof aangevoerd.

Deze slecht voorbereide tekst
werd ons opgelegd ondanks lange
besprekingen in deze commissie.
De koppigheid van sommigen
heeft tot een complete mislukking
geleid. De onvolmaakte
bepalingen moeten worden
verbeterd. Er zijn nog vier andere
beroepen in voorbereiding en de
hele wet zou kunnen worden
ontwricht.

Wat zijn uw plannen wetende dat u
een tekst voorbereidt om de wet te
amenderen of te herzien? Zou ze
niet grotendeels moeten worden
herschreven, gelet op de talrijke
juridisch onjuiste bepalingen?

06.02 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers

collègues, j'ai de la chance: je n'ai pas voté cette loi. D'autres l'ont fait,
mais pas moi. Cela dit, une chose est certaine, si cette loi n'a peut-
être pas apporté la sécurité juridique, elle a en tout cas apporté une
meilleure sécurité routière qu'auparavant. C'est un constat de fait qu'il
ne faut pas oublier. De temps en temps, les faits et le juridisme sont
deux choses différentes.

Cependant, je suis tout à fait d'accord pour dire qu'il faut discuter de

06.02 Minister Renaat Landuyt:

Tussen haakjes, ik heb deze wet
niet goedgekeurd. Ze heeft
misschien geen rechtszekerheid
geschapen, maar dankzij haar is
het verkeer er veiliger op
geworden. Dat is een vaststelling
die we toch niet naast ons kunnen
neerleggen.

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

l'état des choses au bon moment. Ce bon moment pourrait se situer
après mercredi prochain, à la suite du projet d'ordonnance de
paiement. Je suis prêt à parler de tout, faisons-en une occasion pour
parler de tout. Vous savez que l'on est en train d'évaluer la loi avec les
organisations concernées par la sécurité routière. Pour ma part, je
suis prêt à commencer en même temps l'évaluation avec les
membres de la commission et à tout mettre en commun afin d'obtenir
un texte qui ne concerne pas que la sécurité routière mais aussi la
sécurité juridique.

Ik ben bereid om op het geschikte
moment over de toepassing van
de wet te praten. Dat kan
misschien na woensdag, na de
bespreking van het ontwerp over
de beschikking tot betaling. We
moeten de kans grijpen om alles
op tafel te gooien! In
samenwerking met de organisaties
die zich om de verkeersveiligheid
bekommeren, onderwerpen we de
wet momenteel aan een evaluatie.
Ik wil de leden van de commissie
hier ook bij betrekken zodat we
een tekst kunnen opstellen die
zowel met de verkeersveiligheid
als met de rechtszekerheid
rekening houdt.

06.03 François Bellot (MR): Merci monsieur le ministre. Autant je

me réjouis et je partage votre analyse sur l'importance d'agir en
termes de sécurité routière, autant je voudrais vous dire, comme je l'ai
dit tout à l'heure, que ce n'est pas l'effet de la loi qui a entraîné une
diminution du nombre d'accidents de la route. La meilleure preuve,
c'est que la statistique dont vous disposez date de la mi-2004 alors
que c'est à cette date que sont entrés en application les articles de la
loi de février 2003. Ainsi, l'article premier est entré en application le 1

mars 2004, les articles 2 à 4 ont été annulés, l'article 5 ainsi que les
articles 6 à 24 qui prévoient des amendes graves sont entrés en
application le 1

mars 2004, et non en 2003 ou au premier semestre.

Je pense donc que ce qui s'est passé en fait, c'est qu'au moment de
l'entrée en application de la loi sur la sécurité routière -- et en tant
que président d'une zone de police, j'en suis bien conscient -- on a
donné les ordres qui s'imposaient, on a acheté le matériel nécessaire.
Il faut imaginer que, dans une zone de police comme la mienne, on a
transmis les éthylotests: il y en a 400 à faire d'ici le 15 janvier. C'est
sans doute une excellente chose: l'année passée, nous en avions
reçu 12 pour la même période.

Quelle que soit la hauteur de l'amende qui arrive après, ce qui est
important à mon avis, et c'est une philosophie, c'est la présence
policière sur les axes routiers, l'arrêt sans doute immédiat et le rappel
à la loi plutôt que la sanction. Je trouve que se faire sanctionner de
175 ou 250 euros pour avoir roulé à 58 km/h en agglomération, c'est
disproportionné par rapport à d'autres condamnations qui me
paraissent sous-évaluées.

Ce débat est important.

06.03 François Bellot (MR): De

wet heeft toch niet gezorgd voor
minder verkeersongevallen! In
2004, op de datum waarop uw
statistieken slaan, zijn de artikelen
van de wet van februari 2003 in
werking getreden. Op dat ogenblik
heeft men de nodige instructies
gegeven en het geschikte
materieel gekocht. Mijn politiezone
heeft 1.500 ademtesttoestellen
gekregen voor de periode van
vandaag tot 15 januari. Vorig jaar
hebben we er 12 gekregen voor
dezelfde periode!

Voor mij telt dat de politie op de
wegen patrouilleert en dat men
iemand onmiddellijk kan
aanhouden of terechtwijzen. Maar
een boete van 175 of 250 euro
krijgen omdat men 58 km/u reed in
de bebouwde kom, is toch buiten
elke proportie.

06.04 Renaat Landuyt, ministre: Sur la base des chiffres en notre

possession, la comparaison des six premiers mois de 2004 avec les
six premiers mois de 2003 révèle une baisse de 6% des accidents. La
comparaison des neuf premiers mois de 2004 avec ceux de 2003
indique une diminution de 11%. Donc, la diminution des accidents va
croissant.

06.04 Minister Renaat Landuyt:

Uit onze cijfers blijkt dat het aantal
ongevallen in het eerste semester
van 2004 in vergelijking met het
eerste semester van 2003 met 6
procent gedaald is. Als we de
statistieken bekijken over de

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

Grâce à l'application de cette loi, les contrôles ont augmenté et les
effets en ont été plus importants. C'est ce vrai mélange des choses
qui fait en sorte que nous sommes davantage conscients de la
sécurité routière.

Ajoutons, pour l'avenir, la sécurité juridique!

eerste negen maanden van het
jaar gaat het zelfs om een daling
van 11 procent.

Door de toepassing van de wet
werden er meer controles
uitgevoerd, met grote gevolgen.
Wij zijn ons vandaag meer bewust
van de verkeersveiligheid. Nu nog
de rechtszekerheid!

06.05 François Bellot (MR): Monsieur le ministre, je partage votre

point de vue, mais je reste convaincu que la classification des
amendes et leur importance ne sont d'aucune commune mesure avec
d'autres faits!

06.05 François Bellot (MR): Ik

deel uw mening, maar blijf ervan
overtuigd dat de classificatie van
de boeten niet correct is.

06.06 Renaat Landuyt, ministre: Il ne faut jamais perdre de vue que

le juge doit pouvoir évaluer les faits réels. Donc, installer un
automatisme des amendes n'est pas applicable à toutes les
situations.

Néanmoins, je suis tout à fait d'accord de classifier les infractions
dans une loi. Mais n'oublions pas qu'il ne serait pas indiqué non plus
d'apporter trop de changements, parce que les automobilistes sont
habitués à une certaine classification; ils connaissent bien les
infractions! Cependant, si certaines dispositions ne s'avèrent pas
propices, je suis prêt à les modifier. C'est la raison pour laquelle je
tends la main aux parlementaires pour améliorer les choses sur le
plan juridique, dans le cadre du projet de loi "ordonnances de
paiement". Je considère ce dernier comme idéal pour élaborer
rapidement des modifications mais ce, au parlement.

06.06 Minister Renaat Landuyt:

De rechter moet de feiten kunnen
beoordelen. Het is dus niet zo dat
in die bepaalde situatie
automatisch die bepaalde boete
zal worden opgelegd. Ik ben het
ermee eens dat de overtredingen
in een wet geclassificeerd moeten
worden, maar je mag ook weer
niet te veel gaan veranderen, want
de automobilist is een en ander
intussen gewend geraakt!
Inadequate bepalingen wil ik
uiteraard wel wijzigen. Ik reik de
parlementsleden de hand en nodig
hen uit om samen juridische
verbeteringen aan te brengen in
het kader van het wetsontwerp
met betrekking tot de beschikking
tot betaling, wat mij een ideaal
kader lijkt om snel wijzigingen in te
voeren.

06.07 François Bellot (MR): Monsieur le ministre, je souhaite attirer

votre attention sur le fait suivant mais qui n'entre pas dans vos
attributions. Il y a non seulement la classification des amendes et des
montants à l'intérieur de la loi mais aussi des condamnations entre les
différents faits. Prenons un exemple concret et vécu. Vous
comprendrez de ce fait l'amertume éprouvée par certaines
personnes.

Je connais un automobiliste qui, se trouvant au mauvais endroit au
mauvais moment, a été victime de coups alors qu'il faisait ses
emplettes avec son épouse dans une grande ville belge. Il a eu toutes
les peines du monde pour faire venir la police pour le constat car elle
disait, avec une certaine fatalité, que cela arrivait souvent. La
personne, ne se laissant pas démonter, a déposé plainte. En revenant
de cette ville, elle a commis une infraction routière - qui n'est, bien
entendu, pas non plus justifiée; elle roulait à 72 km à l'heure à la place
de 50. Je vous laisse deviner la suite. La personne qui a donné les
coups a été condamnée à une amende de 125 euros devant le
tribunal alors que le chauffeur a été condamné à 375 euros. La

06.07 François Bellot (MR): Er is

niet alleen de classificatie van de
boeten in de wet, er is ook de
indeling van de veroordelingen
voor bepaalde feiten.

Ik geef een concreet voorbeeld.
Een automobilist wordt het
slachtoffer van agressie in een
Belgische stad. Hij roept de politie
erbij en dient klacht in. Wanneer
hij terug naar huis rijdt, begaat hij
een verkeersovertreding, want hij
rijdt 72 kilometer per uur waar de
toegelaten snelheid 50 kilometer
per uur bedraagt. De agressor
krijgt een boete van 125 euro,
terwijl de chauffeur 375 euro mag
ophoesten! Zulke zaken voeden

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

réaction de ce citoyen ordinaire a été malheureuse, grave et
importante. Il a dû aller à l'hôpital et la condamnation pour les coups a
été de 125 euros! Et lui, pour avoir roulé à 72 km sur un boulevard
urbain à quatre voies où il n'y a jamais d'accident, il a ramassé une
amende importante.

J'attire votre attention sur ces éléments qui sont de nature à
engendrer des réactions d'ordre politique, de choix dans la société, de
rejet. Nous devons y faire très attention. Il est normal que l'on
sanctionne une personne qui roule à 72 km/h plutôt qu'à 50. Mais, il
faut aussi qu'il y ait un rapport entre les échelles de condamnation.
Cela est très important.

de antipolitiek.

Wie 72 per uur rijdt in plaats van
50 moet natuurlijk worden gestraft,
maar de straf moet in verhouding
staan tot de overtreding.

06.08 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, votre

exemple signifie peut-être que nous devons changer une autre loi.

06.08 Minister Renaat Landuyt:

Uw voorbeeld toont wellicht aan
dat we een andere wet moeten
wijzigen.

06.09 François Bellot (MR): Pour ce faire, monsieur le ministre,

vous pouvez compter sur notre soutien. Nous viendrons avec notre
regard critique. Je suis un parlementaire de la majorité, je le ferai
avec objectivité et avec l'expérience que tout un chacun peut avoir,
mais en veillant à l'amélioration. Nous y contribuerons de manière
écrite et orale.

06.09 François Bellot (MR): U

kan op ons rekenen, maar we
blijven kritisch.

06.10 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, je suis prêt à

améliorer ce que vous avez déjà voté.

06.10 Minister Renaat Landuyt:

Ik ben bereid hierover in discussie
te gaan.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

07 Question de M. Olivier Maingain au ministre de la Mobilité sur "l'évaluation du plan de dispersion

des vols autour de l'aéroport de Bruxelles-National" (n° 4421)

07 Vraag van de heer Olivier Maingain aan de minister van Mobiliteit over "de evaluatie van het plan

voor de spreiding van de vluchten rond de luchthaven Brussel-Nationaal" (nr. 4421)

07.01 Olivier Maingain (MR): Monsieur le président, monsieur le

ministre, en réponse à ma question parlementaire du 4 octobre
dernier, vous m'avez affirmé disposer d'un cadastre complet validé
pour l'année 2003, dont je n'ai d'ailleurs toujours pas obtenu
communication en dépit de ma demande formelle. Mais peut-être me
direz-vous que c'est en cours.

07.01 Olivier Maingain (MR): In

antwoord op mijn vraag van 4
oktober antwoordde u dat u voor
2003 over een volledig,
gevalideerd kadaster beschikt,
maar, ondanks mijn verzoek, heeft
u me dat niet bezorgd.

07.02 Renaat Landuyt, ministre: (....)

07.03 Olivier Maingain (MR): Très bien. Je pourrai alors prendre

prochainement connaissance de votre réponse.

A cette occasion, vous avez déclaré ne pouvoir disposer d'un
cadastre complet pour 2004 que vers la mi-2005, propos que vous
avez d'ailleurs réitérés en commission le 8 novembre dernier; ce à
quoi je vous avais répondu qu'on pouvait à tout le moins dresser un
bilan du premier semestre 2004 pour la fin de cette année civile.

Tout récemment, en réponse à d'autres questions parlementaires,
notamment de mon estimé et tout aussi actif collègue que moi sur le

07.03 Olivier Maingain (MR): U

zei ook dat u pas rond half 2005
over een kadaster voor 2004 zou
kunnen beschikken. Ik antwoordde
u toen dat tenminste tegen het
eind van dit jaar een balans voor
het eerste semester van 2004 zou
kunnen worden opgesteld.

In antwoord op andere vragen,
verklaarde u dat u een verslag had

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

sujet, M. de Donnea, vous avez déclaré avoir reçu un rapport relatif à
un cadastre du bruit pour la période du 15 avril au 15 juillet 2004, qui
complète le cadastre 2003.

Vous avez confirmé dans le quotidien "Le Soir" du 15 novembre
dernier disposer d'analyses objectives pour cette période, qui mettent
également en lumière la corrélation - ce qui est très important entre
le nombre d'habitants survolés et le niveau de bruit subi. Vous avez
déclaré en conséquence vouloir procéder à une évaluation de ces
données dans un délai rapproché. Tout cela me semble aller dans le
bon sens.

Etant donné que vous disposez, semble-t-il, de données sérieuses
pour établir un réel cadastre de bruit, ce qui est d'ailleurs exigé par
l'arrêt du Conseil d'Etat du 17 mars 2004, il m'apparaît opportun
d'assurer une transparence parfaite et de communiquer la teneur de
ces données à toutes les parties concernées (autorités
administratives concernées tant au niveau fédéral qu'au niveau des
Régions) mais aussi aux associations de riverains qui enregistrent un
nombre très important de plaintes. Vous avez d'ailleurs répondu à une
question de M. de Donnea sur les statistiques relatives au nombre de
plaintes enregistrées ces derniers mois et, le moins que l'on puisse
dire, c'est que ce nombre était en croissance forte, pour ne pas dire
exponentielle.

Enfin, vous avez affirmé vouloir constituer un groupe de travail
interministériel en y associant les ministres régionaux concernés afin
de voir comment tirer les conclusions des différentes études et
procéder à des changements, si nécessaire. Je reprends ici vos
propos. Je crois que la nécessité en est démontrée.

Dans la presse, vous avez affirmé vous orienter vers un accord de
coopération entre le fédéral et les Régions concernées, qui
remplacerait le défunt plan de dispersion de votre prédécesseur. Je
parle de défunt plan car il serait souhaitable de l'enterrer sans trop
tarder.

En conséquence, M. le ministre peut-il me faire savoir:

1. s'il entend procéder rapidement à une évaluation des données dont
il dispose pour le premier semestre 2004 afin d'élaborer, au sein du
groupe de travail interministériel, la méthodologie en vue d'enfin
mettre fin au cadastre de bruit réel prenant en compte la densité des
populations survolées, conformément à la déclaration
gouvernementale;

2. s'il compte bien transmettre aux associations de riverains, comme
je le suggère, toutes les données objectives se rapportant aux
périodes pour lesquelles les données relatives aux nuisances sonores
réellement subies par la population ont été enregistrées;

3. dans quel délai il entend réunir ce groupe de travail afin d'associer
les Régions au processus d'élaboration du cadastre réel
indispensable à la révision du plan de dispersion des vols de votre
prédécesseur;

4. s'il confirme le principe selon lequel un accord de coopération
remplacerait dans un délai assez rapproché le plan de dispersion, dit

ontvangen betreffende een
geluidskadaster voor de periode
van 15 april tot 15 juli 2004, als
aanvulling bij het kadaster voor
2003. In "Le Soir" van 15
november verklaarde u dat u voor
die periode over objectieve
analyses beschikt, waaruit blijkt
dat er een correlatie bestaat
tussen het aantal inwoners dat
wordt overvlogen en het
geluidsniveau. U verklaarde dat u
die gegevens op korte termijn
wilde evalueren.

Aangezien u over ernstige
gegevens beschikt om een echt
geluidskadaster op te stellen wat
trouwens door het arrest van de
Raad van State van 17 maart 2004
wordt opgelegd moet u voor
duidelijkheid zorgen en die
gegevens aan de betrokken
partijen en aan de verenigingen
van omwonenden bezorgen. Die
laatste krijgen trouwens heel wat
klachten.

Tot slot bevestigde u dat u een
interministeriële werkgroep wil
oprichten die uit de studies de
passende besluiten moet trekken
en de nodige wijzigingen moet
aanbrengen. U schijnt te kiezen
voor een samenwerkingsakkoord
tussen het federale niveau en de
Gewesten, ter vervanging van het
spreidingsplan van uw voorganger.

Ik wil dus graag vernemen of u
van plan bent op korte termijn de
gegevens met betrekking tot het
eerste semester van 2004 te
evalueren en zodoende uiteindelijk
werk te maken van een echt
geluidskadaster dat met de
bevolkingsdichtheid van de
overvlogen zones rekening houdt,
zoals in de regeerverklaring werd
aangekondigd. Bent u van plan de
gegevens betreffende de reële
geluidsoverlast aan de
verenigingen van omwonenden te
bezorgen? Wanneer zal u de
werkgroep, die de Gewesten bij
het proces moet betrekken,
bijeenroepen? Wordt het
spreidingsplan-Anciaux binnenkort

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

plan Anciaux.

door een samenwerkingsakkoord
vervangen?

07.04 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers

collègues, connaissant M. Maingain, je pèse mes mots et je réponds
ce qui suit. Le rapport que j'ai distribué lors de la réunion précédente
porte sur la période allant du 15 avril au 15 juillet 2004, soit la période
de trois mois qui suit directement la mise en application du plan de
dispersion. Ce rapport reflète donc mieux la situation actuelle de la
répartition des nuisances sonores qu'un cadastre de bruit pour
l'ensemble du premier semestre 2004.

Deuxièmement, ce rapport et les données qui le soutiennent seront
présentés et discutés au sein du groupe de travail sur l'évaluation qui
se réunit pour la première fois ce mercredi 1

décembre. Ce groupe

de travail est composé des experts de BIAC, AMINAL et l'IBGE, ainsi
que les représentants du premier ministre, des vice-premiers
ministres du gouvernement fédéral, des ministres-présidents, des
vice-ministres-présidents et des ministres de l'Environnement de la
Région de Bruxelles-Capitale et de la Région flamande.

Troisièmement, mon but est de conclure un accord de coopération
global avec les Régions afin d'uniformiser les normes de bruit, de
créer un Institut de contrôle du bruit avec les Régions et de s'accorder
sur la répartition des nuisances sonores. Je n'ai pas l'intention de
prendre de nouvelles décisions sans un accord global et durable.

07.04 Minister Renaat Landuyt:

Het in de commissie rondgedeelde
verslag betreft de periode van 15
april 2004 tot 15 juli 2004 en geeft
de huidige spreiding van de
lawaaihinder weer. Dit verslag zal
op woensdag 1 december
voorgelegd worden aan de
werkgroep die bestaat uit experts
van BIAC, AMINAL en BIM en uit
vertegenwoordigers van de
federale, Brusselse en Vlaamse
regeringen. Het is mijn bedoeling
een globaal en duurzaam akkoord
met de Gewesten af te sluiten.

07.05 Olivier Maingain (MR): Monsieur le président, certains

éléments de la réponse du ministre m'étaient déjà connus,
notamment à la suite de la réunion de ce mercredi. Je ne sais si les
réunions de ce groupe de travail sont liées à des échéances, de sorte
qu'on puisse progresser à intervalles réguliers et qu'on ne soit pas
dans une procédure sur la longue piste. Deuxièmement, j'entends que
vous accordez au rapport pour la période du 15 avril au 15 juillet une
importance particulière. Soit. J'entends avec intérêt que les données
recueillies pour cette période sont sans doute plus pertinentes qu'un
cadastre théorique du bruit qu'on a souvent dénoncé antérieurement.
Reste qu'il faut avoir une période de référence suffisamment longue
car il y a une saison basse et une saison haute pour les nuisances
sonores subies par la population et avec le retour de la belle saison, il
y a une augmentation des atterrissages et des décollages,
notamment pendant les heures de nuit et même les premières heures
de la journée, entre six et sept heures du matin, où il y a énormément
de décollages.

Troisièmement, vous me dites qu'il n'y aura pas de révision du plan
de dispersion sans accord global. Soit, mais attention: le plan de
dispersion est une compétence fédérale et exclusivement fédérale. La
déclaration gouvernementale ne lie pas la révision ou l'élaboration
d'un plan définitif de répartition dit "équitable" pour reprendre les
termes de la déclaration gouvernementale à un accord nécessaire
avec les deux Régions.

Je ne voudrais pas que l'on arrive à la situation où, s'il y a blocage dû
à l'attitude de l'une ou l'autre région, le gouvernement considère que
le plan, alors qu'il était temporaire, reste en l'état. Nous sommes bien
d'accord pour considérer que le plan dit "Anciaux" n'est jamais qu'un
plan temporaire, très critiquable à mes yeux mais temporaire, et donc

07.05 Olivier Maingain (MR): Is

er een timing wat deze werkgroep
betreft? Is de in dit verslag in
aanmerking genomen
referentieperiode lang genoeg? Ik
wil mij ervan vergewissen dat zelfs
zonder een globaal akkoord een
beslissing kan genomen worden
als bijvoorbeeld een Gewest niet
akkoord gaat, omdat het
spreidingsplan een federale
bevoegdheid blijft.

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

qu'il doit être révisé, si nécessaire, par la seule décision du
gouvernement fédéral conformément à la déclaration
gouvernementale.

07.06 Renaat Landuyt, ministre: Je suis d'accord avec tout mais, si

l'on veut un bon plan, il faut savoir comment vont réagir les autres
régions.

07.06 Minister Renaat Landuyt:

De Gewesten moeten erbij
betrokken worden opdat het plan
in orde zou zijn.

07.07 Olivier Maingain (MR): Il est sans doute préférable que les

régions soient associées le plus loin possible et le mieux à
l'élaboration du plan. Toutefois, je voudrais juste avoir l'assurance
que, s'il y a un blocage dû à l'attitude d'une région, on ne dise pas que
le dossier est enterré définitivement et que le plan dit "temporaire"
devient définitif. C'est tout, c'est surtout cela qui est important pour les
populations concernées.

Les associations de riverains seront-elles aussi informées des
données? Peuvent-elles leur être communiquées très officiellement?

07.08 Renaat Landuyt, ministre: En la matière, je considère que

c'est aux médiateurs à faire leur travail. J'essaie de canaliser toutes
les informations.

07.09 Olivier Maingain (MR): Les riverains peuvent donc s'adresser

aux médiateurs pour avoir les données.

07.09 Olivier Maingain (MR):

Kunnen de inwoners zich tot de
ombudsmannen wenden om de
gegevens te verkrijgen?

07.10 Renaat Landuyt, ministre: Oui, je pense que telles sont les

règles.

07.10 Minister Renaat Landuyt:

Dat is de regel.

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

08 Questions jointes de

- M. Joseph Arens au ministre de la Mobilité sur "la sécurité routière" (n° 4527)
- M. Joseph Arens au ministre de la Mobilité sur "le transport routier et la sécurité routière" (n° 4528)

08 Samengevoegde vragen van

- de heer Joseph Arens aan de minister van Mobiliteit over "de verkeersveiligheid" (nr. 4527)
- de heer Joseph Arens aan de minister van Mobiliteit over "het vrachtvervoer en de
verkeersveiligheid" (nr. 4528)

08.01 Joseph Arens (cdH): Monsieur le président, monsieur le

ministre, en ce qui concerne la loi sur la sécurité routière, j'étais déjà
au Parlement mais je n'avais pas voté pour elle à l'époque.
Néanmoins, je reconnais quand même qu'elle a apporté certains
effets positifs tout en disant aussi qu'elle a complexifié la
réglementation. Nous estimons que des mesures complémentaires
sont encore nécessaires pour réduire les risques d'accidents et les
conséquences qu'ils entraînent, notamment au niveau du budget de la
Sécurité sociale.

Même si le nombre d'accidents et de tués a peut-être diminué au
niveau de la Wallonie et de la Flandre, dans la province de
Luxembourg, il y a certains endroits où ce n'est vraiment pas le cas.
Je le dis très franchement, cela est dû à des routes importantes qui
n'ont pas le minimum d'équipements de sécurité.

08.01 Joseph Arens (cdH): De

verkeerswet heeft een gunstig
effect gehad, maar heeft er tegelijk
voor gezorgd dat de regelgeving
complexer geworden is.
Aanvullende maatregelen zijn nog
nodig, meer bepaald in de
provincie Luxemburg, waar
sommige wegen totaal onveilig zijn
bij gebrek aan aangepaste
infrastructurele voorzieningen. Als
burgemeester word ik daarover
trouwens vaak aangesproken.

Een ander probleem is het

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

C'est en dehors de ma question mais quand vous n'avez pas de
berme centrale, quand il n'y a pas de glissière latérale sur des axes à
quatre bandes, cela devient dramatique. Je suis bourgmestre d'une
commune traversée par une de ces routes où, régulièrement, suite à
des accidents, je suis mis en cause. Vous savez que le bourgmestre
est responsable de la sécurité sur sa commune, en ce compris sur les
différents axes routiers. Je suis arrivé au stade où j'estime devoir d'ici
peu fermer à la circulation une route à quatre bandes, la Nationale 4,
car elle ne dispose pas de l'équipement minimum de sécurité. Quand
je vois le nombre de tués à cause de l'absence de berme centrale et à
cause de l'absence de glissières latérales, cela devient inacceptable.
Ces éléments sont complémentaires à toutes les discussions que
nous avons déjà eues concernant la sécurité routière.

Ce qui est important également, nous en parlons régulièrement et
nous le voyons tous les week-ends, c'est la problématique de l'alcool
et de la drogue chez les jeunes à la sortie des dancings et autres
bals. J'ai vu que dans le Hainaut, une zone de police avait organisé
des contrôles à la sortie des dancings et des bals pour savoir
précisément qui prenait le volant sous l'influence de drogue. Cela me
semble très important aussi. Il serait intéressant de connaître les
effets de telles initiatives sur le comportement des conducteurs. Je
vous le signale mais je crois que le fonds des amendes ne se trouve
pas dans vos compétences.

alcohol- en drugsgebruik bij
jongeren aan de uitgang van
dancings. Wat leveren initiatieven
zoals de controle door een
bepaalde politiezone in
Henegouwen op? Ik vind dat we
het geldboetefonds moeten
openbreken om personeel te
kunnen aannemen met het oog op
een grotere verkeersveiligheid.

Zal u de nieuwe wet evalueren en
daarover rapporteren aan de
Kamer? Wat zijn de krachtlijnen
van uw verkeersveiligheidsbeleid,
inzonderheid met betrekking tot
jongeren?

Overigens bent u, geloof ik, niet
bevoegd voor het verkeers-
boetefonds.

08.02 Renaat Landuyt, ministre: C'est une compétence commune

avec le ministre de l'Intérieur.

08.02 Minister Renaat Landuyt:

Ik oefen die bevoegdheid samen
met de minister van Binnenlandse
Zaken uit.

08.03 Joseph Arens (cdH): Je rejoins la question de Mme Dieu, non

pas pour parler de betteraves, mais quand vous dites que c'est aux
zones de police de prendre en charge ces contrôles, je suis d'accord
avec vous mais n'oubliez pas qu'il y a un fonds des amendes qui est
déjà partiellement consacré à améliorer la sécurité routière. J'estime
qu'il faut ouvrir ce fonds des amendes afin qu'on puisse engager du
personnel pour la sécurité routière dans les zones de police. J'en suis
convaincu, nous manquons de personnel sur nos routes pour être
réellement efficaces. Je suis également membre d'un collège et d'un
conseil de police.

Je reviens à la nouvelle loi sur la circulation routière.

Pouvez-vous m'indiquer si vous avez l'intention de procéder à une
évaluation de cette nouvelle loi et de soumettre à la Chambre le
rapport d'évaluation qui en résultera afin qu'on puisse effectivement
en discuter?

Pouvez-vous également m'indiquer quels seront les axes de votre
politique en matière de sécurité routière, notamment en ce qui
concerne les plus jeunes, qui payent vraiment un très lourd tribut à
cette problématique?

Ma deuxième question concerne la problématique des poids lourds.
Mon attention a été attirée par plusieurs services de police qui
s'inquiètent de la politique générale de contrôle mise en place dans
notre pays, et particulièrement du peu de mesures prises à l'égard

08.03 Joseph Arens (cdH):

Verscheidene politiediensten zijn
bezorgd over het veralgemeende
controlebeleid dat in ons land
wordt gevoerd en over het beperkt
aantal maatregelen tegen de
wegvervoerders die het
verkeersreglement niet naleven.

Welk beleid hebt u terzake
uitgestippeld? Overweegt u
maatregelen te treffen om de
opgelegde snelheidsbeperkingen
te doen naleven?

29/11/2004

CRIV 51

COM 413

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

des transporteurs routiers qui ne respectent pas les prescriptions du
Code de la route. De nombreux accidents de la route ont pour cause
directe ou indirecte une vitesse trop élevée du poids lourd impliqué.
Je suis étonné d'entendre qu'il y a peu de contrôles effectués sur les
véhicules des transporteurs routiers par rapport à ceux effectués sur
les véhicules privés.

Monsieur le ministre, pourriez-vous me préciser la politique que vous
avez définie en cette matière? Ne pensez-vous pas qu'il est grand
temps d'agir avec plus d'efficacité et de fermeté vis-à-vis de ces poids
lourds? Comptez-vous enfin prendre des mesures pour que soient
respectées les limitations de vitesse imposées aux poids lourds sur
les grands axes de circulation, 90 km/h et non 120 comme cela se
voit souvent sur nos routes? Voilà mes différentes questions.

08.04 Renaat Landuyt, ministre: Monsieur le président, chers

collègues, je suis désolé pour ma réponse qui sera assez courte car
la problématique qui touche vos questions vaut plus que cela. Pour le
reste, je vous renvoie à la discussion concernant ma note de
politique.

D'abord, je voudrais souligner que l'évaluation de la nouvelle loi sur la
circulation est entamée depuis un mois avec les associations.
Ensuite, comme je l'ai déjà dit, je propose d'en commencer l'examen
ici en commission, après la discussion du projet d'ordonnance de
paiement. Je pense que nous pouvons utiliser ce texte pour voir ce
que nous pourrons faire après l'évaluation. Mais je veux le faire en
accord avec les membres de la commission. Il y a deux choses que je
peux faire: suivre un projet via le gouvernement ou par voie
parlementaire en commission. A vous de saisir cette opportunité!

Enfin, en ce qui concerne les jeunes, toutes les analyses montrent
que les jeunes posent un problème spécifique. Je veux éviter de
mener une politique de sécurité routière contre les jeunes. J'essaie
d'avoir une politique avec les jeunes. Nous avons pris des contacts.
Nous sommes en train d'organiser une sorte de forum des jeunes
pour avoir des contacts avec un nombre important d'organisations qui
ne sont pas spécifiquement liées à la sécurité routière. Nous voulons
savoir ce qui se vit chez les jeunes, afin d'atteindre une meilleure
sécurité routière. Nous sommes en train de préparer ce forum.
J'espère pouvoir en dire plus d'ici un mois.

En ce qui concerne le transport routier, les accidents survenus
pendant les dernières vacances, période durant laquelle les
transports professionnel et touristique se mélangent, montrent que
certains problèmes doivent être résolus. Pour ce faire, je suis en train
de rassembler tous les moyens en ma possession pour élaborer une
sorte de plan de transport routier. Je veux être prêt et disposer d'un
plan d'action pour la saison prochaine. Je n'ai pas toutes les
compétences mais j'essaie de tout coordonner sous l'angle de la
sécurité routière.

08.04 Minister Renaat Landuyt:

Ik verwijs naar de bespreking over
mijn beleidsnota.

Ten eerste, de evaluatie van de
nieuwe verkeerswet is sedert een
maand begonnen. Dientengevolge
zullen we in de commissie zien
wat er mogelijk is.

Wat ten tweede de specifieke
problemen van de jongeren
betreft, wil ik vermijden een beleid
te ontwikkelen dat tegen hen
gericht is. Er werden contacten
gelegd. Een forum is in
voorbereiding. Ik hoop hierover
meer te kunnen zeggen binnen
een maand.

Wat het wegvervoer betreft,
bewijzen de ongevallen die zich
tijdens de vakantieperiodes
voordoen, wanneer de toeristen
zich bij het beroepsvervoer
voegen, dat er een probleem is. Ik
stel een plan voor het wegvervoer
op en wil dat tegen de komende
zomer alles klaar is. Ik ben niet
voor alles bevoegd maar ik
probeer alles te coördineren in het
licht van de verkeersveiligheid.

08.05 Joseph Arens (cdH): Monsieur le ministre, je vous remercie

pour cette réponse mais sachez que je continuerai ce combat.

Vous allez me répondre que ce sont les Régions qui décident de
l'équipement de sécurité minimum mais j'ai encore examiné dans la
presse les accidents de ce week-end: pratiquement 50% des

08.05 Joseph Arens (cdH): Ik zet

mijn strijd verder. Het spreekt
vanzelf dat tal van bevoegdheden
de Gewesten toebehoren. Maar ik
kom terug op het
Verkeersboetefonds: ik wens dat

CRIV 51

COM 413

29/11/2004

CHAMBRE

-3

E SESSION DE LA

E LEGISLATURE

2004

2005

KAMER

-3

E ZITTING VAN DE

E ZITTINGSPERIODE

accidents sont dus à l'absence de glissières latérales. Des voitures
percutent des poteaux et, inévitablement, c'est l'accident mortel!

Par ailleurs, je reviens sur ce fonds des amendes. Je n'avais pas
inscrit cette question dans ma liste car je croyais que le ministre de
l'Intérieur était seul responsable en la matière. J'insiste pour que les
zones puissent profiter d'une dotation spécifique "sécurité routière",
nous permettant d'engager du personnel pour avoir plus d'agents sur
les routes. Leur présence sur les routes incite les conducteurs à se
comporter différemment; j'en suis convaincu! Quand on voit des
camionnettes ou des cartons représentants des agents, cela a un
effet psychologique. Donnez-nous les moyens d'être plus efficaces
pour la sécurité routière. Comme le fonds des amendes fait partie de
vos attributions, je suis convaincu que vous allez agir de ce côté.

de politiezones een specifieke
dotatie "verkeersveiligheid" krijgen
waardoor we bijkomend personeel
kunnen werven en meer agenten
op de wegen inzetten, wat een
onmiddellijk psychologisch effect
heeft. Men heeft trouwens
vastgesteld dat het volstaat
kartonnen agenten te plaatsen om
het rijgedrag van de bestuurders
te beïnvloeden!

08.06 Renaat Landuyt, ministre: Les policiers en carton sont moins

chers!

08.06 Minister Renaat Landuyt:

Kartonnen agenten kosten minder!

08.07 Joseph Arens (cdH): Oui, mais le fonds des amendes existe!

08.07 Joseph Arens (cdH): Ja,

maar het Verkeersboetefonds is er
nu eenmaal!

L'incident est clos.
Het incident is gesloten.

La réunion publique de commission est levée à 15.17 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.17 uur.