CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 303
CRIV 51 COM 303
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
mardi
dinsdag
22-06-2004
22-06-2004
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Alfons Borginon au ministre des
Finances sur "le forfait spécial de frais pour les
membres des conseils de district" (n° 3183)
1
Vraag van de heer Alfons Borginon aan de
minister van Financiën over "het bijzonder
kostenforfait voor leden van districtsraden"
(nr. 3183)
1
Orateurs: Alfons Borginon, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers:
Alfons Borginon, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de M. Hagen Goyvaerts au ministre des
Finances sur "le taux de TVA appliqué à la
cotisation fédérale sur l'énergie" (n° 3177)
3
Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de
minister van Financiën over "de BTW-heffing op
de federale energiebijdrage" (nr. 3177)
3
Orateurs:
Hagen Goyvaerts, Didier
Reynders, ministre des Finances
Sprekers:
Hagen Goyvaerts, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de M. Carl Devlies au ministre des
Finances sur "la régularisation spontanée d'une
déclaration fiscale" (n° 3119)
4
Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister
van Financiën over "de spontane regularisatie van
een belastingaangifte" (nr. 3119)
4
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
minister van Financiën
Questions jointes de
6
Samengevoegde vragen van
6
- M. Carl Devlies au ministre des Finances sur "la
déductibilité des frais de restaurant" (n° 3146)
6
- de heer Carl Devlies aan de minister van
Financiën over "de aftrekbaarheid van
restaurantkosten" (nr. 3146)
6
- Mme Frieda Van Themsche au ministre des
Finances sur "les déclarations d'impôt en matière
de frais de restaurant" (n° 3199)
6
- mevrouw Frieda Van Themsche aan de minister
van Financiën over "belastingaangiften inzake
restaurantkosten" (nr. 3199)
6
Orateurs:
Carl Devlies, Frieda Van
Themsche, Didier Reynders, ministre des
Finances
Sprekers:
Carl Devlies, Frieda Van
Themsche, Didier Reynders, minister van
Financiën
Question de M. Carl Devlies au ministre des
Finances sur "l'évolution de la dette de l'Etat
fédéral" (n° 3191)
9
Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister
van Financiën over "de evolutie van de federale
staatsschuld" (nr. 3191)
9
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
ministre des Finances sur "le taux préférentiel des
droits d'enregistrement" (n° 3163)
10
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de minister van Financiën over "het gunsttarief
voor registratierechten" (nr. 3163)
10
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Didier
Reynders, ministre des Finances
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de M. Richard Fournaux au ministre des
Finances sur "la saisie conservatoire du domaine
des Dolimarts à Vresse-sur-Semois" (n° 3165)
13
Vraag van de heer Richard Fournaux aan de
minister van Financiën over "het bewarend beslag
op het domein Les Dolimarts te Vresse-sur-
Semois" (nr. 3165)
13
Orateurs:
Richard Fournaux, Didier
Reynders, ministre des Finances
Sprekers:
Richard Fournaux, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre des Finances sur "les travaux du
Berlaymont" (n° 3178)
15
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Financiën over "de werkzaamheden
aan het Berlaymont-gebouw" (nr. 3178)
15
Orateurs: Servais Verherstraeten, Didier
Reynders, ministre des Finances
Sprekers: Servais Verherstraeten, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de Mme Marleen Govaerts au ministre
des Finances sur "le Service des créances
alimentaires" (n° 3185)
18
Vraag van mevrouw Marleen Govaerts aan de
minister van Financiën over "de Dienst
Alimentatievordering" (nr. 3185)
18
Orateurs:
Marleen Govaerts, Didier
Sprekers:
Marleen Govaerts, Didier
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Reynders, ministre des Finances
Reynders, minister van Financiën
Question de Mme Marleen Govaerts au ministre
des Finances sur "les mesures fiscales favorables
aux familles à la suite des Etats généraux de la
Famille" (n° 3186)
19
Vraag van mevrouw Marleen Govaerts aan de
minister van Financiën over "gezinsvriendelijke
fiscale maatregelen naar aanleiding van de
staten-generaal van het Gezin" (nr. 3186)
19
Orateurs:
Marleen Govaerts, Didier
Reynders, ministre des Finances
Sprekers:
Marleen Govaerts, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de M. Carl Devlies au ministre des
Finances sur "l'avertissement de bureau de
cotisation Fitch au sujet de l'évolution des
finances publiques" (n° 3192)
21
Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister
van Financiën over "de waarschuwing van het
ratingbureau Fitch inzake de evolutie van de
overheidsfinanciën" (nr. 3192)
21
Orateurs: Carl Devlies, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Didier Reynders,
minister van Financiën
Questions jointes de
23
Samengevoegde vragen van
23
- M. Carl Devlies au ministre des Finances sur
"les dysfonctionnements de l'administration des
Douanes" (n° 3193)
23
- de heer Carl Devlies aan de minister van
Financiën over "de gebrekkige werking van de
douane" (nr. 3193)
23
- M. Hagen Goyvaerts au ministre des Finances
sur "l'insuffisance de moyens dont dispose
l'administration des Douanes pour réprimer la
contrebande" (n° 3195)
23
- de heer Hagen Goyvaerts aan de minister van
Financiën over "de onvoldoende middelen voor de
douane in de strijd tegen smokkel" (nr. 3195)
23
Orateurs: Carl Devlies, Hagen Goyvaerts,
Didier Reynders, ministre des Finances
Sprekers: Carl Devlies, Hagen Goyvaerts,
Didier Reynders, minister van Financiën
Question de Mme Muriel Gerkens au ministre des
Finances sur "la déclaration à l'impôt des
sociétés" (n° 3196)
25
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
minister van Financiën over "de aangifte in de
vennootschapsbelasting" (nr. 3196)
25
Orateurs: Muriel Gerkens, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Muriel Gerkens, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de Mme Camille Dieu au ministre des
Finances sur "les suites de l'arrêt n° 185/2002 de
la Cour d'arbitrage relatif à la taxation du pécule
de vacances des ouvriers prépensionnés"
(n° 3198)
26
Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister
van Financiën over "de gevolgen van het arrest
van het Arbitragehof nr. 185/2002 met betrekking
tot de belasting op het vakantiegeld van de
bruggepensioneerde arbeiders" (nr. 3198)
26
Orateurs: Camille Dieu, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Camille Dieu, Didier Reynders,
minister van Financiën
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
du
MARDI
22
JUIN
2004
Matin
______
van
DINSDAG
22
JUNI
2004
Voormiddag
______
La séance est ouverte à 10.09 heures par M. Carl Devlies, président.
De vergadering wordt geopend om 10.09 uur door de heer Carl Devlies, voorzitter.
01 Vraag van de heer Alfons Borginon aan de minister van Financiën over "het bijzonder kostenforfait
voor leden van districtsraden" (nr. 3183)
01 Question de M. Alfons Borginon au ministre des Finances sur "le forfait spécial de frais pour les
01.01 Alfons Borginon (VLD): Mijnheer de minister, een tijdje
geleden heb ik u een schriftelijke vraag gesteld over het bijzondere
kostenforfait voor de districtschepenen en de districtvoorzitters. Uit uw
antwoord blijkt dat u het niet opportuun vindt hun hetzelfde bijzonder
kostenforfait te verlenen als de gewone burgemeesters en
schepenen, omdat dat voor hen in de meeste gevallen niet voordelig
zou zijn.
Ik ben gecontacteerd door heel wat districtschepenen. Zij melden me
dat er een probleem ontstaat. Indien zij wel hun inkomsten moeten
aangeven onder het vak "wedden en lonen", zoals de burgemeesters
dat ook moeten doen, maar niet het bijzonder kostenforfait kunnen
genieten, worden zij gediscrimineerd. In het normale systeem moet
een burgemeester zijn inkomsten in het vak "wedden en lonen"
aangeven, maar heeft een bijzonder kostenforfait. Een
gemeenteraadslid moet zijn inkomsten aangeven in het vak "baten"
en kan niet van het bijzonder kostenforfait gebruikmaken. Indien hij
echter werknemer is, kan hij zijn wettelijk forfait toepassen als
werknemer en kan hij zijn kosten bewijzen in het vak "baten".
Wat is het probleem? Indien iemand werknemer is en tegelijkertijd
districtschepen of districtvoorzitter wordt hij verplicht zijn inkomsten
aan te geven in het vak "wedden en lonen" zonder dat hij gebruik mag
maken van het bijzonder kostenforfait, waardoor de betrokkene ofwel
moet kiezen voor bewezen kosten voor zijn inkomsten als
districtverantwoordelijke en als werknemer, ofwel gebruik moet
maken van het forfait dat bestaat voor alle werknemers. In de praktijk
betekent het dat een districtschepen ernstig gediscrimineerd wordt.
Ik heb een mondelinge vraag ingediend, omdat het, mijns inziens,
nuttig is hierover van gedachten te wisselen.
Ik denk dat er twee oplossingen mogelijk zijn. Ofwel moet men toch
het bijzondere kostenforfait toestaan aan districtsschepenen en
districtsraadvoorzitters, zoals aan burgemeesters en schepenen.
01.01 Alfons Borginon (VLD): Le
ministre juge inopportun
d'accorder aux présidents de
conseils de district et aux
membres du bureau des conseils
de district le régime forfaitaire
spécial dont bénéficient les
bourgmestres et échevins.
Pourtant, en étant tenus de
déclarer leurs revenus dans la
rubrique "traitements et salaires"
et non dans la rubrique "profits"
comme les conseillers
communaux, ils sont discriminés.
Les travailleurs salariés qui sont
président de district ou échevin ont
alors l'obligation de prouver tous
leurs frais, faute de quoi ils
retombent sur le forfait "travailleurs
salariés".
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
Daarmee heft men de discriminatie op. Ofwel moet men hun minstens
toestaan die inkomsten niet als wedden en lonen aan te geven maar
als baten, zoals dat voor gemeenteraadleden het geval is. Het is het
een of het ander. De combinatie van die twee negatieve zaken lijkt mij
te toets van het Arbitragehof niet te kunnen doorstaan.
01.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, mijnheer Borginon, eerst en vooral geef ik een herhaling van
de stand van zaken. Het bijzondere kostenforfait voor burgemeesters,
schepenen en OCMW-voorzitters vloeit voort uit een akkoord dat eind
1984 is gesloten tussen de toenmalige eerste minister en minister van
Binnenlandse Zaken en de toenmalige vice-eerste minister en
minister van Financiën in aansluiting op de bespreking van het
wetsontwerp dat uitmondde in de herstelwet van 31 juli 1984. Het lijkt
mij niet opportuun het bijzondere kostenforfait te verruimen of een
nieuw bijzonder kostenforfait in te voeren voor de voorzitter en leden
van het bureau van een districtsraad, zelfs niet indien zij dat mandaat
combineren met een andere betrekking als werknemer. Andere
werknemers die bezoldigingen krijgen uit twee of meer betrekkingen
verkeren wettelijk immers ook niet in de mogelijkheid gebruik te
maken van twee verschillende kostenforfaits.
De betrokken voorzitters en leden van het bureau van een
districtsraad kunnen echter steeds opteren voor de aftrek van hun
werkelijke beroepskosten op voorwaarde dat zij die kunnen
rechtvaardigen overeenkomstig artikel 49 van het WIB 1992.
De wedden die aan de voorzitters van de districtraden en aan de
leden van het bureau van de districtsraden worden toegekend,
worden overeenkomstig de bepalingen van artikel 31, eerste lid van
het WIB '92 als bezoldiging van werknemers aangemerkt. Dat blijkt uit
de wet van 19 maart 1999 tot wijziging van de nieuwe
gemeentekieswet, de wet van 19 oktober 1921 tot regeling van de
provincieraadverkiezingen, de wet van 11 april 1994 tot organisatie
van de geautomatiseerde stemmingen en de wet van 7 juli 1994
betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven
voor de verkiezing van de provincieraden en de gemeenteraad en
voor de rechtstreekse verkiezing van de raden voor maatschappelijk
welzijn strekkende tot de oprichting van districten en de organisatie
van de rechtstreekse verkiezing van hun raden. Die wedden kunnen
voor de toepassing van de inkomstenbelastingen dus niet als baten
worden aangemerkt. Dat is wel het geval voor de presentiegelden van
gemeenteraadsleden, waarmee de leden van de districtsraden
worden gelijkgesteld. De stand van zaken is dus heel duidelijk: het is
het een of het ander.
Voor de presentiegelden van de gemeente- en provincieraadsleden,
de burgemeester of schepenen ben ik bereid om met een
vertegenwoordiger van alle fracties een regeling uit te werken. Ik denk
dat een specifieke regeling voor verschillende functies niet abnormaal
is. Wij hebben al een nieuw stelsel voor de parlementsleden. Wij
hebben ook een stelsel voor de ministers. Waarom zouden wij dan
geen klaar en duidelijk stelsel op lokaal vlak invoeren, dus niet alleen
voor de districtsraden, maar ook voor de gemeente- en
provincieraadsleden alsook voor burgemeesters en schepenen?
In dat verband werden in de vorige legislatuur enkele vragen gesteld
en ook enkele voorstellen geformuleerd, bijvoorbeeld over een
01.02 Didier Reynders, ministre:
Cette disposition remonte à un
accord conclu en 1984 entre le
premier ministre et les ministres
de l'Intérieur et des Finances. Il
n'est pas opportun à mon sens
d'étendre le forfait spécial de frais
ou d'introduire un nouveau forfait.
D'autres personnes, comme les
salariés exerçant une activité
indépendante à titre
complémentaire, ne peuvent
recourir à deux forfaits différents.
De plus, chacun peut opter pour la
déduction des frais professionnels
réels.
A l'heure actuelle, les traitements
des présidents et des membres de
conseils de districts ne constituent
pas du point de vue légal des
bénéfices, mais des jetons de
présence. Du point de vue fiscal,
ils sont assimilés à une
rémunération de salariés comme
stipulé dans la loi du 19 mars
1999. Ceci ne s'applique pas aux
jetons de présence des conseillers
communaux.
Il n'est pas normal que les
membres des conseils de district
soient soumis à un autre
règlement. Je suis disposé à
remédier au problème. Il serait
préférable de soumettre toutes les
personnes exerçant une fonction
locale, à savoir les conseillers
provinciaux, les membres des
conseils de district, les conseillers
communaux ainsi que les
bourgmestres et les échevins à un
même règlement plutôt que de
prévoir un règlement spécifique
pour chaque catégorie. Je propose
que nous examinions la question
avec les membres des différents
groupes. Pour ma part, nous
pouvons commencer
immédiatement.
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
vrijstelling voor verschillende elementen van wedden of waarden, voor
een bepaald bedrag. Ik ben bereid om op dat vlak iets te doen. Maar
het is bijna onmogelijk om altijd een specifieke regeling te maken voor
bijvoorbeeld burgemeester en schepenen afzonderlijk.
Ik herhaal dat ik bereid ben om met de vertegenwoordigers van alle
fracties na te gaan of het mogelijk is om een algemeen stelsel op te
bouwen voor alle lokale functies op politiek vlak. Het lijkt me beter om
dat zo te doen dan telkens een specifieke regeling uit te werken. In de
vorige legislatuur heb ik, na een zeer algemene bespreking onder
parlementsleden, voorgesteld dat we een algemene regeling kunnen
uitwerken voor alle lokale functies. Dat is een zeer goede mogelijke
oplossing. Wij hoeven niet te wachten, we kunnen daarmee meteen
starten, wat mij betreft. Ik heb daarmee geen problemen.
01.03 Alfons Borginon (VLD): Mijnheer de minister, ik denk dat dat
een zeer zinvolle piste is in het algemeen, omdat we zo ook een
aantal problemen vermijden. Algemene regels zijn altijd te verkiezen
boven specifieke regels.
Dat neemt natuurlijk niet weg dat die mensen vandaag een reëel
probleem hebben omdat zij de facto quasi dezelfde taken uitvoeren
als een schepen of als een burgemeester. Hun takenpakket is
misschien wel iets kleiner, maar anderzijds gaat het toch om mensen
die hun verantwoordelijkheid willen opnemen over districten van
40.000 tot 60.000 inwoners. Dat takenpakket is dus toch wel vrij
omvangrijk. Zij voelen zich vandaag, volgens mij met recht en reden,
gediscrimineerd.
Ik vrees ook dat als een van hen daartegen begint te ageren, de
ongelijke behandeling tussen enerzijds een schepen van een of
andere kleine gemeente en anderzijds een districtschepen van een
gemeente met veel inwoners die hetzelfde pakket uitvoert tot
juridische problemen aanleiding kan geven.
Ik ben het met u eens dat wij best proberen om zo snel mogelijk een
verstandige algemene regeling te bedenken.
01.03 Alfons Borginon (VLD):
Cette piste me semble pertinente.
Opter pour un règlement général
plutôt que pour une formule
spécifique serait effectivement
préférable. Les membres des
bureaux de district effectuent de
facto les mêmes tâches que les
échevins. Traiter de façon inégale
les membres des bureaux de
district, qui comptent parfois des
dizaines de milliers d'habitants, est
malhonnête vis-à-vis des échevins
de petites communes.
De voorzitter: Ik stel vast dat de minister in feite een uitnodiging zendt aan de verschillende fracties van
meerderheid en oppositie. Ik veronderstel dat daarop wel zal worden ingegaan.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de minister van Financiën over "de BTW-heffing op de
federale energiebijdrage" (nr. 3177)
02 Question de M. Hagen Goyvaerts au ministre des Finances sur "le taux de TVA appliqué à la
02.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, dit
is een vraag aangaande de BTW-heffing op de federale
energiebijdragen. In het dossier van de vrijmaking van de
energiemarkt is in de afgelopen maanden en jaren al heel wat gezegd
en geschreven. Onlangs werd mijn aandacht gevestigd op het feit dat
daar blijkbaar ook nog een zeker fiscaal aspect aan gekoppeld is,
zeker wat betreft de federale energiebijdragen. Nu zouden als gevolg
van een recente beslissing van uw BTW-administratie, mijnheer de
minister, alle energieleveranciers een BTW-tarief van 21% moeten
02.01 Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): A la suite d'une
récente décision de
l'administration de la TVA, tous les
fournisseurs d'énergie sont tenus
de facturer une TVA de 21 pour
cent sur la cotisation fédérale sur
l'énergie. Aucune TVA n'était
facturée précédemment.
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
aanrekenen en dus bijgevolg doorrekenen aan hun klanten-abonnees
op de federale energiebijdragen terwijl dat BTW-tarief aanvankelijk
0% bedroeg. Bijgevolg had ik daar graag klaarheid over gehad en heb
ik u een aantal vragen overgezonden.
De eerste vraag is waarom dat initieel 0% was en waarom er
momenteel een wijziging naar 21% is. Wat is nu de fiscale grond
waarop uw BTW-administratie zich heeft gebaseerd om die BTW
alsnog te heffen? Van wanneer dateert die beslissing? Vanaf wanneer
is die beslissing van toepassing, al dan niet met terugwerkende
kracht? Mijnheer de voorzitter, tot zover mijn vraag aan de minister. Ik
ben benieuwd naar zijn antwoord.
Pourquoi ne fallait-il initialement
pas payer de TVA? En vertu de
quoi l'administration prélève-t-elle
une TVA sur la cotisation
fédérale? Depuis quand cette
décision s'applique-t-elle, avec
effet rétroactif ou non?
02.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer Goyvaerts, om uit te
maken of belastingen, rechten, bijdragen en heffingen ofwel kunnen
worden aangemerkt als voorschot in de zin van artikel 28, 5 van het
BTW-wetboek, ofwel moeten worden beschouwd als kosten die tot de
maatstaf van heffing behoren, dient te worden nagegaan wie ten
aanzien van de bevoegde overheid schuldenaar is van deze sommen.
Uit de wetteksten die de federale bijdrage invoeren blijkt dat de
elektriciteitsleveranciers-netgebruikers de schuldenaars zijn van deze
bijdrage. Indien de leveranciers deze federale bijdrage doorrekenen
aan hun afnemers kan deze bijdrage bij doorrekening niet worden
beschouwd als een voorschot in de zin van genoemd artikel 28, 5
maar behoort zij tot de maatstaf van heffing van de levering van
elektriciteit en is zij dus onderworpen aan het BTW-tarief van 21%.
Hetgeen voorafgaat, vloeit rechtstreeks voort uit de toepasselijke
BTW-regelgeving zelf, inzonderheid de artikelen 26 en 28 van het
BTW-Wetboek. Het is de administratie bekend dat in de
elektriciteitssector de voormelde wetgeving in het verleden foutief
werd geïnterpreteerd, zodat in bepaalde gevallen ten onrechte geen
BTW werd aangerekend op de betreffende bijdragen. Terzake vonden
reeds contacten met de sector plaats. De BTW die ten onrechte niet
werd aangerekend, dient in principe geregulariseerd te worden. Dat is
zeer duidelijk.
02.02 Didier Reynders, ministre:
Il convient de savoir, pour
déterminer si des impôts, droits,
cotisations et taxes constituent
des avances ou sont à considérer
comme des frais faisant partie de
la base d'imposition, qui en est le
débiteur. Il apparaît à la lecture
des textes légaux instaurant la
cotisation fédérale que les
fournisseurs d'énergie sont les
débiteurs de cette dernière.
S'ils la facturent à leurs clients,
elle ne peut être considérée
comme une avance mais fait
partie de la base d'imposition et
est donc soumise à une TVA de
21 pour cent. L'administration sait
que le secteur électrique n'a, à
tort, pas facturé de TVA dans le
passé, en raison d'une
interprétation erronée. La TVA
impayée doit en principe être
régularisée.
02.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, ik
dank de minister voor zijn antwoord. Het maakt de zaak iets
duidelijker. Verder heb ik daarop geen commentaar te leveren.
02.03 Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Cette réponse
éclaircit déjà bien des choses
dans ce dossier.
Voorzitter: Dirk Van der Maelen.
Président: Dirk Van der Maelen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister van Financiën over "de spontane regularisatie van
een belastingaangifte" (nr. 3119)
03 Question de M. Carl Devlies au ministre des Finances sur "la régularisation spontanée d'une
03.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik wens even terug te komen op de uitvoerige bespreking die
wij hier hebben gehad ter gelegenheid van de bespreking van het
03.01 Carl Devlies (CD&V):
Pendant la discussion de la loi
relative à la déclaration libératoire
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
wetsontwerp van de EBA, ook fiscale amnestie genoemd. Bij die
gelegenheid is herhaaldelijk de procedure van de spontane
regularisatie ter sprake gekomen, een procedure die in het
administratief commentaar wordt geregeld door artikel 444, 8. Tijdens
de discussies in de commissie is verklaard dat deze procedure zou
worden afgeschaft. Volgens de informatie die wij nu ontvangen zou de
procedure niet zijn afgeschaft. Ze zou nog altijd worden toegepast.
Ik had graag van de minister vernomen wat de praktijk vandaag is.
Bestaat deze procedure nog altijd? Wordt die nog altijd toegepast?
Ik had ook graag geweten in welke mate die procedure in het
verleden belangrijk is geweest. Hoeveel van dergelijke spontane
regularisaties en voor welke bedragen werden in de jaren 2002 en
2003 bij de belastingsadministratie met betrekking tot de
personenbelasting ingediend?
unique (DLU), la suppression de la
procédure de régularisation
spontanée de l'article 444/8 du
commentaire administratif CIR 92
avait été annoncée. D'après nos
informations, cette procédure
serait toujours appliquée à l'heure
actuelle. Cette information est-elle
exacte? Combien de déclarations
rectifiées spontanément ont-elles
été enregistrées au cours de la
période 2002-2003 et pour quels
montants?
03.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, naar aanleiding van de wet van 31 december 2003 houdende
de invoering van een eenmalige bevrijdende aangifte werden aan de
taxatiediensten van de administratie van de ondernemings- en
inkomstenfiscaliteit door middel van een circulaire richtlijnen gegeven
om de in de commentaren van het Wetboek van
inkomstenbelastingen opgenomen administratieve tolerantie met
betrekking tot de spontane aangifte van door een belastingplichtige
bewimpelde inkomsten zonder toepassing van een
belastingverhoging, bij wijze van straf op te heffen.
Het is dus heel klaar en duidelijk. Er bestaat in dat verband een
instructie aan de verschillende diensten.
De administratie van de ondernemings- en inkomstenfiscaliteit
beschikt niet over statistieken met betrekking tot de in 2002 en 2003
uitgevoerde, spontane regularisaties. Ik heb dus geen cijfers in dat
verband.
Ten slotte, alhoewel de voormelde circulaire de bepalingen van het
artikel 444/8, commentaar WIB92, heeft opgeheven, werd mij recent
door de administratie een voorstel toegezonden, teneinde, buiten het
kader van de EBA regularisaties te verrichten bij de taxatiediensten. Ik
onderzoek momenteel de overwegingen die de administratie van de
ondernemings- en inkomstenfiscaliteit mij daartoe heeft voorgelegd.
De commentaar van WIB92 is dus tot nu toe afgeschaft. Ik heb nu
echter nieuwe voorstellen gekregen van de administratie, waarop ik
tot nu toe geen reactie heb gegeven. Ik zal het voorstel van de
administratie verder onderzoeken. Er is evenwel tot nu toe geen
nieuwe, spontane regularisatie mogelijk. Die werd afgeschaft door
een instructie aan de taxatiedienst.
03.02 Didier Reynders, ministre:
Lors de l'entrée en vigueur de la
loi du 31 décembre 2003 relative à
la DLU, les services de taxation
ont été informés de la suppression
de la procédure de l'article 444/8
du commentaire administratif par
le biais d'une circulaire.
L'administration ne dispose pas de
statistiques relatives aux
régularisations spontanées pour la
période 2002-2003. Récemment,
l'administration a formulé une
proposition visant à procéder à
nouveau à des régularisations en
dehors du cadre des DLU.
J'examine actuellement cette
proposition.
03.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de minister, wat het verleden
betreft, stel ik vast dat u, eigenaardig genoeg, geen enkel cijfer kan
geven over aantallen of bedragen. Dat is eigenaardig, want de heer
Van der Maelen beschikt vermoedelijk wel over die cijfers.
03.03 Carl Devlies (CD&V): Je
constate que le ministre n'est pas
en mesure de nous fournir de
chiffres sur les régularisations
pour la période 2002-2003.
03.04 Minister Didier Reynders: (...), maar voorlopig zijn er geen
statistieken over de kwestie.
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
03.05 Carl Devlies (CD&V): In de discussies die er hier, ook tijdens
de voorbije weken, zijn geweest, heeft de heer Van der Maelen er
immers op gewezen dat de afschaffing van de spontane regularisatie
en dus de invoering van de EBA een belangrijke verstrenging zal zijn.
Ik zou graag weten of dat inderdaad zo is. Het is belangrijk om te
weten over welke aantallen het in het verleden ging en over welke
bedragen. Ik kan moeilijk aanvaarden dat u dat niet weet, dat u die
informatie niet kan geven. Ik vind dat bijzonder eigenaardig.
U zegt dat de spontane regularisatie momenteel niet mogelijk is. Ze
zou afgeschaft zijn. Dat is strijdig met de informatie die mij vanuit
bepaalde hoeken gegeven wordt. Ik zal voort onderzoeken wat de
juiste toedracht is. Ik ga ervan uit dat er tussen 1 januari 2004 en
vandaag geen enkele spontane regularisatie is geweest op basis van
de administratieve commentaar. Dat is hetgeen u zegt.
Vervolgens zegt u dat u bezig bent met de voorbereiding van een
nieuwe soort van regularisatieprocedure, buiten de EBA om. Ik had
toch wel graag geweten wat terzake de intentie is en wat u wenst te
bereiken met de nieuwe procedure die nu momenteel onderzocht
wordt.
03.05 Carl Devlies (CD&V): En
revanche, M. Van der Maelen
semble disposer de ces chiffres,
car il a déjà soutenu, au sein de
cette commission, que la
suppression de la procédure rend
le système plus strict. La
procédure aurait donc été
supprimée mais il me revient
qu'elle est toujours appliquée.
J'examinerai la question plus
avant. En attendant, il semble
qu'une nouvelle procédure de
régularisation soit en préparation,
une fois de plus. Le ministre peut-il
en indiquer les implications
précises?
03.06 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, ik heb alleen
een voorstel gekregen van mijn administratie. Ik zal een onderzoek
organiseren. Daarna zal ik misschien meer kunnen zeggen. Tot nu
toe is er echter alleen een voorstel van mijn administratie.
03.06 Didier Reynders, ministre:
Pour l'heure, il ne s'agit que d'une
proposition. Il me faut examiner le
dossier avant de pouvoir vous
fournir davantage de précisions.
03.07 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de minister, u kunt dus niet
zeggen hoe dat voorstel in mekaar zit. Het is er dus wel om een
verlengde te breien aan de spontane regularisatie. Dat is dan een
andere procedure naast de EBA. De heer Van der Maelen, de
fractieleider van sp.a-spirit, heeft duidelijk gezegd dat de procedure
van spontane regularisatie afgeschaft werd en dat de invoering van de
EBA een belangrijke verstrenging van de wet betekende.
Het blijkt dat men nu bezig is met de voorbereiding van een nieuwe
procedure van regularisatie die naast de door de Kamer
goedgekeurde procedure zou komen. Wij nemen er akte van, alsook
van het feit dat er geen enkele informatie over kan gegeven worden,
net als er geen informatie gegeven kan worden over het verleden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Carl Devlies aan de minister van Financiën over "de aftrekbaarheid van restaurantkosten"
(nr. 3146)
- mevrouw Frieda Van Themsche aan de minister van Financiën over "belastingaangiften inzake
restaurantkosten" (nr. 3199)
04 Questions jointes de
- M. Carl Devlies au ministre des Finances sur "la déductibilité des frais de restaurant" (n° 3146)
- Mme Frieda Van Themsche au ministre des Finances sur "les déclarations d'impôt en matière de
frais de restaurant" (n° 3199)
04.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ingevolge de wet van 10 mei 2004 werd de beperking van de
04.01 Carl Devlies (CD&V): Les
frais de restaurant déboursés dans
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
aftrekbaarheid van restaurantkosten in het kader van de uitoefening
van beroepswerkzaamheden met ingang vanaf 1 januari 2004
opgetrokken van 50 tot 62,5%.
In het Belgisch Staatsblad van 24 mei jongstleden stond dat enkele
administratieve toleranties worden afgeschaft. Dit heeft meer bepaald
betrekking op de restaurantkosten tijdens zakenreizen in het
buitenland, de restaurantkosten van zakenrelaties die in een Belgisch
hotel verblijven, de restaurantkosten die inbegrepen zijn in de
kostprijs van een seminarie of een colloquium en de maaltijden
genuttigd in bedrijfsrestaurants voorbehouden voor bedrijfsleiders of
hogere kaderleden.
Kunt u mij laten weten welke de budgettaire impact is van, enerzijds,
de versoepeling van de beperking van de aftrekbaarheid en,
anderzijds, de budgettaire opbrengst van elk van deze vier
compenserende maatregelen? Kunt u mij tevens meedelen of er al of
niet wijzigingen werden aangebracht inzake de aftrekbaarheid als
bedrijfsuitgave van restaurantkosten in het kader van
sportsponsoring?
le cadre de l'exercice de l'activité
professionnelle sont déductibles à
concurrence de 62,5 pour cent
depuis le 1
er
janvier 2004. Selon le
Moniteur belge du 24 mai 2004,
quatre tolérances administratives
sont supprimées. Quel est l'impact
budgétaire de cette déductibilité
supplémentaire? Quel est le
produit de la suppression des
tolérances? La déductibilité des
frais de restaurant dans le cadre
du sponsoring sportif a-t-elle été
modifiée?
04.02 Frieda Van Themsche (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik heb deze vraag laten omzetten
naar een mondelinge vraag. Het was oorspronkelijk een schriftelijke
vraag die ik u eind januari stelde. Eerste minister Verhofstadt zwaaide
toen keer op keer met papieren en zei dat de horecasector tevreden
mocht zijn omdat de restaurantkosten nu voor 62,5% aftrekbaar
waren in plaats van voor 50% en dat hij dat nog zou optrekken tot
75%. Anderzijds werden de buitenlandse restaurantkosten
teruggebracht naar 62,5% om later eventueel te worden opgetrokken
tot 75%.
Een gedeelte van mijn vraag is blijkbaar achterhaald. Ik had echter
graag geweten of er statistieken of cijfers op jaarbasis bestaan over
de hoeveelheid kosten die er bij de belastingaangifte worden
ingebracht als binnenlandse restaurantkosten en als restaurantkosten
bij buitenlandse reizen, voor zover u dit bedrag er uiteraard kunt
uithalen.
Mijn twee andere vragen waren de volgende. Hoeveel denkt de
regering jaarlijks te derven aan inkomsten aangezien de aftrek voor
binnenlandse restaurantkosten werd opgetrokken tot 62,5%? Een
belangrijke vraag is hoeveel de regering en de zakenmensen jaarlijks
dachten te winnen - en anderen te verliezen - door de aftrek van de in
het buitenland gemaakte kosten te verminderen tot 62,5%?
04.02 Frieda Van Themsche
(VLAAMS BLOK): La présente
question était une question écrite
au départ, mais je l'ai transformée
en question orale parce que le
premier ministre se targue sans
cesse d'avoir pris des mesures
positives en faveur du secteur de
l'horeca. La déductibilité des frais
de restaurant a été portée à 62,5
pour cent et il s'agirait même de
75 pour cent par la suite. Par
ailleurs, la déductibilité des frais de
restaurant à l'étranger a été
ramenée à 62,5 pour cent pour
être éventuellement revue à la
hausse plus tard.
Dispose-t-on, sur une base
annuelle, de chiffres concernant
les frais déclarés au fisc comme
frais de restaurant exposés en
Belgique, d'une part, et dans le
cadre de voyages à l'étranger,
d'autre part? Quel est, selon le
gouvernement, le manque à
gagner annuel qui sera imputable
à la déductibilité supérieure des
frais de restaurant dépensés en
Belgique? A combien s'élève la
recette que le gouvernement
compte tirer de la déductibilité
moindre des dépenses réalisées à
l'étranger?
04.03 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, mevrouw Van Themsche, gelijktijdig met de wet van
04.03 Didier Reynders, ministre:
Le 24 mai 2004, un avis indiquant
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
10 mei 2004 tot wijziging van artikel 53 van het Wetboek van
inkomstenbelastingen 1992 op het vlak van restaurantkosten, werd in
het Belgisch Staatsblad van 24 mei 2004 een bericht gepubliceerd
waarin wordt verduidelijkt dat op het vlak van de aftrekbaarheid in het
kader van de inkomstenbelastingen een eenduidige benadering wordt
ingesteld voor alle restaurantkosten. Daarmee worden een aantal
administratieve afwijkingen opgeheven, die overigens een doorn in
het oog van de horecasector waren. Dit was zeer duidelijk na de
beslissing van Gembloux enkele maanden geleden.
Sinds 1 januari 1999 zijn de ter gelegenheid van culturele of sportieve
manifestaties binnen de omheining van een cultureel of sportcomplex
gedane of gedragen restaurantkosten niet meer volledig aftrekbaar en
volgen ze de algemene regel voor aftrek van dergelijke kosten. Dit
dateert dus van 1999, een tijdje geleden.
De cijfers dan. De restaurantkosten die in aanmerking komen voor de
belastingaangifte bedragen 1.277.640.000 euro. In de
vennootschapsbelasting worden 811.200.000 euro onderworpen aan
de fiscale beperking tot 50% en 202.800.000 euro in de
personenbelasting. 243.360.000 euro in de vennootschapsbelasting
en 20.280.000 euro in de personenbelasting, inzonderheid
buitenlandse reizen, zijn volledig aftrekbaar.
De vragen van mevrouw Van Themsche houden verband met de
nieuwe inkomsten voor een verhoging tot 62,5%. De jaarlijks te
derven inkomsten na verhoging van de aftrekbaarheid tot 62,5%
worden geraamd op 31.380.000 euro. Daarvan zit 21.750.000 euro in
de vennootschapsbelasting en 9.630.000 euro in de
personenbelasting. Aan de andere kant is er een jaarlijks gewin voor
de restaurantkosten in het buitenland. De verhoging van de inkomsten
ingevolge de beperking van de aftrek voor restaurantkosten in het
buitenland wordt geraamd op 19.580.000 euro in de
vennootschapsbelasting en 2.890.000 euro in de personenbelasting.
U ziet dat na een evolutie tot 62,5 procent er winst is voor alle
belastingplichtigen. In 2005 gaan we nog verder met een verhoging
tot 75 procent, wat opnieuw winst voor iedereen oplevert, niet alleen in
het binnenland, maar ook in het buitenland. Ik denk dat die maatregel
past in het kader van een correcte behandeling van alle
restauranthouders, zonder uitzonderingen, dus ook de horecasector
in het buitenland. Door een zeer vreemde redenering was een grotere
aftrekbaarheid van restaurantkosten in het buitenland dan in het
binnenland mogelijk. Het is een positieve maatregel voor onze
horecasector, wat, denk ik, een goede zaak is.
que la question de la déductibilité
des frais de restaurant serait
désormais traitée de façon
uniforme a effectivement été
publié au Moniteur belge.
Quelques dérogations
administratives qui constituaient,
pour le secteur, une épine dans le
pied sont ainsi supprimées. Nous
ne disposons pas de données
statistiques relatives à l'incidence
de cette opération. Il y a
néanmoins des raisons de croire
que celle-ci sera positive. En
outre, l'impact pourra être plus
important encore si le secteur
souscrit à un code de conduite et
si la déductibilité est dès lors
portée à 75 pour cent.
Depuis le 1
er
janvier 1999, les frais
de restaurant dans le cadre de
manifestations culturelles ou
sportives ne sont plus déductibles
intégralement et les règles
générales de déductibilité sont
d'application.
Les frais de restaurant pris en
considération dans la déclaration
fiscale s'élèvent à 1.277.640.000
euros. En ce qui concerne l'impôt
des sociétés, 811.200.000 euros
sont soumis à une restriction
fiscale de 50 pour cent, contre
202.800.000 euros pour l'impôt
des personnes physiques. Pour
l'impôt des sociétés, 243.360.000
euros sont intégralement
déductibles, contre 20.280.000
euros pour l'impôt des personnes
physiques.
Le manque à gagner annuel
s'élèverait à 31.380.000 euros. En
raison de la déductibilité limitée
des frais à l'étranger, les recettes
devraient augmenter de
19.580.000 euros pour l'impôt des
sociétés et de 2.890.000 euros
pour l'impôt des personnes
physiques.
Tous les contribuables y
gagneront. Il en va de même pour
la majoration à 75 pour cent, qui
profitera également au secteur de
l'horeca à l'étranger. Je
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
poursuivrai la mise en oeuvre des
mesures positives.
04.04 Carl Devlies (CD&V): Ik hoop dat we zo dadelijk de cijfers op
papier zullen krijgen.
Wij betreuren dat er bij de behandeling van het wetsontwerp nooit
sprake geweest is van de afschaffing van de administratieve
toleranties. De administratieve toleranties worden met terugwerkende
kracht afgeschaft. De minister heeft ook gesproken over
communicatie, maar er is daar in feite geen communicatie over
geweest. Het KB is wel in het Staatsblad gepubliceerd, maar er is
geen enkele communicatie over geweest. Men heeft de maatregel
vernomen via het Staatsblad, maar de minister of zijn departement
heeft het niet meegedeeld.
Wij betreuren dat men bij de behandeling van een wetsontwerp niet
alle neveneffecten en andere maatregelen met een budgettaire
impact communiceert. Ik denk dat dat geen correcte manier is om
met het Parlement te werken.
04.04 Carl Devlies (CD&V):
J'espère obtenir les chiffres sur
papier. Je déplore par ailleurs que
la suppression des tolérances
administratives n'ait jamais été
abordée lors de l'examen du projet
de loi. Ce n'est pas une manière
correcte de procéder.
04.05 Frieda Van Themsche (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, ik wens mij volledig aan te sluiten bij het antwoord van de
heer Devlies. Tegelijk dank ik de minister toch voor zijn antwoord.
04.05 Frieda Van Themsche
(VLAAMS BLOK): Je partage
l'analyse de M. Devlies.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister van Financiën over "de evolutie van de federale
staatsschuld" (nr. 3191)
05 Question de M. Carl Devlies au ministre des Finances sur "l'évolution de la dette de l'Etat fédéral"
05.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, in een persbericht van de Federale Overheidsdienst
Financiën heb ik vernomen dat de federale staatsschuld op 31 mei
275,72 miljard euro bedroeg. Eind 2003 bedroeg deze federale
staatsschuld nog 269,47 miljard euro. Het betreft hier de som van
271,24 miljard euro, als schuld uitgegeven of overgenomen door de
federale Staat, en 4,48 miljard euro schuld van bepaalde andere
instellingen waarvoor de federale Staat meebetaalt aan de financiële
lasten.
Wat mij het meest interesseert, is evenwel de evolutie van de netto
schuldenlast die uitkomt op 261,89 miljard euro. Ten opzichte van de
situatie eind 2003 valt hier een toename te noteren van circa 4 miljard
euro, vermits de netto schuldenlast toen 257,87 miljard euro bedroeg,
ondanks het wegvallen uit de schuldstatistieken, in januari 2004, van
de certificaten van het IMF, ten bedrage van 3,46 miljard euro. De
belangrijkste verklaring voor deze evolutie is de evolutie van het netto
te financieren saldo. In de maand mei was er een netto te financieren
saldo van 1,52 miljard euro.
Kunt u mij een antwoord geven op de volgende vragen? Ten eerste,
kunt u mij een overzicht geven van de maandelijkse evolutie tijdens
het jaar 2004 van het netto te financieren saldo? Ten tweede, kunt u
toelichten voor welke instellingen de Staat tussenkomt in de financiële
lasten van de schulden?
05.01 Carl Devlies (CD&V): Il
ressort d'un communiqué de
presse du Service public Finances
que la dette de l'Etat fédéral
s'élevait à 275,72 milliards d'euros
au 31 mai 2004. Fin 2003, ce
montant s'élevait encore à 269,47
milliards d'euros. L'endettement
net s'élevait à 261,89 milliards
d'euros et a ainsi augmenté d'un
peu plus de 4 milliards d'euros en
un an. Or, les certificats du FMI,
qui représentent un montant de
3,46 milliards d'euros, n'ont plus
été pris en compte dans les
statistiques de la dette en janvier
2004. La cause principale de
l'augmentation est l'évolution du
solde net à financer.
Le ministre pourrait-il fournir un
aperçu de l'évolution mensuelle du
solde net à financer en 2004 ? En
faveur de quels établissements
l'Etat intervient-il dans les charges
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
financières de la dette?
Voorzitter: François-Xavier de Donnea:voorzitter.
Président:François-Xavier de Donnea: président.
05.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, ik heb twee tabellen in verband met de evolutie van de
schulden en het netto te financieren saldo. De twee tabellen geven
respectievelijk de evolutie van het netto te financieren saldo voor de
eerste vijf maanden van 2004 en 2003 en, voor dezelfde jaren, de
verschillende componenten van de nominale evolutie van de schuld
voor de eerste vijf maanden.
Het cumulatieve netto te financieren saldo van de eerste vijf maanden
in 2004 is op kasbasis ongeveer 1,3 miljard euro hoger dan dat van
de eerste vijf maanden van 2003. Het verschil deed zich vooral voor in
januari en bedraagt 2,61 miljard euro. In die maand heeft de Schatkist
immers 5 miljard euro aan het Zilverfonds overgemaakt. Dit werd
deels gecompenseerd door ontvangsten ten belope van ongeveer 3
miljard euro uit de ALESH-operatie. De verhoging van de nominale
schuld in de eerste vijf maanden van 2004 deed zich vooral voor bij
de beheersverrichtingen, waarbij het vooral gaat over de plaatsing van
tijdelijke kasoverschotten. Deze verhoging is in feite een
voorfinanciering van de geplande uitgaven, ten belope van ongeveer
10 miljard euro, die verwacht worden in oktober en november 2004,
wanneer twee leningen op de vervaldag komen.
Wat de instellingen betreft waarvoor de federale Staat tussenkomt in
de financiële lasten van de schulden, heb ik een lijst: het ALESH, de
Regie der Gebouwen, de nationale Delcrederediensten, de lokale
besturen en de Federale Participatiemaatschappij. Ik geef de tabel
aan de commissiesecretaris en aan de voorzitter.
05.02 Didier Reynders, ministre:
Je transmettrai trois tableaux au
secrétariat. Le solde net à financer
cumulé des cinq premiers mois de
2004 dépassait d'environ 1,3
milliard d'euros celui des cinq
premiers mois de 2003. La
différence est surtout importante
pour le mois de janvier. Au cours
de ce mois, le Trésor a affecté 5
milliards d'euros au Fonds de
vieillissement. Cette opération a
été partiellement compensée par
les recettes découlant de
l'opération ALESH. L'augmentation
de la dette nominale au cours des
cinq premiers mois de 2004 s'est
principalement manifestée au
niveau des opérations de gestion
financière. Cela concerne le
préfinancement de la dépense
programmée de 10 milliards
d'euros en octobre et en novembre
2004, lorsque les deux prêts
viendront à échéance.
L'Etat intervient dans les charges
financières de la dette d'ALESH,
de la Régie des bâtiments, du
Ducroire, des administrations
locales et de la Société fédérale
de participation.
05.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik kan alleen
maar vaststellen dat de cijfergegevens die ik daarnet opsomde,
correct zijn. Zij komen trouwens uit een persmededeling van de FOD
Financiën. Ik stel vast dat de netto schulden van de Belgische Staat in
de eerste maanden van het jaar 2004 een sterke stijging kenden. De
minister voegt er trouwens aan toe dat de stijging 1, 3 miljard euro
sterker is dan het voorbije jaar 2003. De verontrustende evolutie
waarop wij gewezen hebben bij de voorbereiding van de begroting
voor 2004 en ook bij de voorbereiding van de begrotingswijziging
wordt dus voortgezet. De regering moet daarvoor uiteraard de
verantwoordelijkheid dragen.
05.03 Carl Devlies (CD&V): Les
chiffres avancés par le ministre
sont exacts. Il confirme que la
dette nette a fortement progressé
au cours des premiers mois de
2004. Nos prévisions sont donc
confirmées.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de minister van Financiën over "het gunsttarief
voor registratierechten" (nr. 3163)
06 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au ministre des Finances sur "le taux préférentiel des
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
06.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de minister, ik heb
een vraag over het gunsttarief voor registratierechten.
Bij de aankoop van een onroerend goed betaalt de koper 12,5%
registratiekosten. Voor de in Vlaanderen gelegen onroerende
goederen zijn de registratierechten sinds 2002 teruggebracht tot 10%.
Bovendien voorziet het wetboek in een aantal verlagingen, meer
bepaald een verlaging tot 6%, in Vlaanderen 5% sinds januari 2002,
bij de aankoop van een bescheiden woning. Kopers kunnen dat
gunsttarief genieten, indien zij binnen de 3 jaar vanaf de datum van de
notariële akte hun domicilie nemen op het adres van de aangekochte
woning. Die voorwaarde, ook al wordt ze in de notariële akte vermeld,
is in de praktijk veel mensen onbekend of ze wordt vergeten. Het
gevolg hiervan is dat er bij de betrokkenen na enkele jaren een
aanslag van verscheidene duizenden euro's in de bus valt voor
ontdoken rechten. Het zijn dikwijls jonge gezinnen die de superboete
moeten betalen.
Gehuwden kunnen aan de aanslag ontsnappen, als een van beiden
daar effectief gedomicilieerd is en beiden kunnen aantonen dat zij er
effectief wonen. Voor samenwonenden geldt deze regel niet. Wel
heeft de administratie recent in een interne nota een nieuwe richtlijn
uitgevaardigd, waarbij de ontvanger ongeveer een derde of 30% kan
kwijtschelden, als de niet correct gedomicilieerde partner kan
aantonen dat hij of zij er effectief samenwoonde met de correct
gedomicilieerde.
Mijnheer de minister, ik heb voor u dan ook twee concrete vragen.
Ten eerste, zou het in het kader van behoorlijk bestuur niet opportuun
zijn dat de overheid de kopers die bijvoorbeeld na twee jaar hun
domicilie nog niet hebben aangepast, herinnert aan de wettelijke
voorwaarden? Zou dat niet beter zijn dan de termijn van drie jaar af te
wachten en dan een aanslag te heffen?
Ten tweede, bent u inzake de discriminatie tussen gehuwden en
samenwonenden met toepassing van de bedoelde wettelijke bepaling
bereid de nodige initiatieven te nemen om de discriminatie op te
heffen?
06.01 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): Depuis le 1
er
janvier 2002,
les acheteurs bénéficient d'un taux
préférentiel lorsqu'ils acquièrent un
bien immobilier en Flandre et y
établissent leur domicile dans les
trois ans de la passation de l'acté
notarié. Cette condition figure
explicitement dans l'acte notarié
mais est largement ignorée dans
la pratique. Il s'ensuit que des
contribuables reçoivent au bout de
quelques années un avis
d'imposition relatif à des droits
éludés. Cette "super-amende"
constitue un coup dur pour de
nombreux jeunes ménages. Les
couples mariés peuvent échapper
à l'imposition si l'un des conjoints
est domicilié à l'adresse du bien et
s'il peut être prouvé que les deux
conjoints y habitaient. Cette règle
ne vaut pas pour les cohabitants.
Ne serait-il pas opportun que l'Etat
rappelle la condition légale aux
acquéreurs qui n'ont pas encore
modifié leur domicile après deux
ans? Le ministre est-il disposé à
prendre les initiatives nécessaires
pour mettre fin à la discrimination
entre personnes mariées et
cohabitants?
06.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Lahaye, artikel 53.2 van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en
griffierechten voorziet in een vermindering van het registratierecht
voor de verkoop van bescheiden woningen. Krachtens artikel 60 van
hetzelfde wetboek blijft het voordeel van dat verlaagd tarief enkel
behouden, zo de verkrijger of zijn echtgenote ingeschreven is in het
bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister op het adres van
het verkregen onroerend goed. De inschrijving dient te gebeuren
binnen een termijn van drie jaar, te rekenen vanaf de datum van de
authentieke akten van verkrijging, en dient ten minste drie jaar zonder
onderbreking behouden te blijven. De wet is duidelijk.
Daarbij dient in de aankoopakte de toepassing te worden gevraagd
van artikel 53.2 van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en
griffierechten. Bovendien worden in deze akten een aantal door de
wet voorgeschreven vermeldingen gemaakt, waaronder die over het
naleven van de inschrijvingsverplichtingen.
06.02 Didier Reynders, ministre:
Le Code des droits
d'enregistrement, d'hypothèque et
de greffe comporte diverses
dispositions relatives aux tarifs
préférentiels. Dans l'acte
d'acquisition, il est demandé qu'il
soit fait application d'une de ces
dispositions. L'administration peut
donc présumer que les acquéreurs
connaissent les conditions
auxquelles est subordonné le
maintien du tarif réduit. Au
demeurant, l'information des
acquéreurs est de la compétence
et de la responsabilité du notaire.
Le droit au tarif d'enregistrement
réduit n'est accordé que
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
Er mag dus door de administratie worden verondersteld dat de koper
of kopers de voorwaarden, verbonden aan het behoud van het
verlaagd tarief, kennen, te meer daar het ook tot de taak en de
verantwoordelijkheid van de optredende notaris behoort om de koper
daaromtrent in te lichten. Dat is normaal ook het geval.
Het verlaagd registratierecht wordt slechts voorwaardelijk toegekend.
Het bewijs dat aan alle voorwaarden tot behoud van het verlaagd
recht wordt voldaan, onder meer aan de voorwaarden inzake het
vervullen van de inschrijvingsverplichting, moet normaal worden
geleverd door degenen die de voorlopige tariefverminderingen
hebben genoten. Wanneer het bewijs niet onomstotelijk wordt
geleverd, gaat het voorlopig toegekende recht op tariefverlaging
verloren en wordt het aanvullend recht, alsmede een daaraan gelijke
vermeerdering, opeisbaar.
Laatstgenoemde vermeerdering wordt echter ambtshalve verminderd,
overeenkomstig een voor het hele land geldend barema en kan in
bijzondere gevallen zelfs worden kwijtgescholden, zowel in hoofde
van samenwonenden als van gehuwden. Dit verlies is dan niet de fout
van de administratie, maar van de belastingplichtige zelf die nalatig is
geweest om zijn verplichting na te komen.
Zoals ik reeds heb geantwoord op een schriftelijke vraag van de heer
volksvertegenwoordiger Yves Leterme kan uw burgervriendelijk
voorstel eventueel wel in overweging worden genomen in een latere
fase van de informatisering van de administratie. Dit werd recent
bevestigd in een schrijven van de administratie van de
patrimoniumdocumentatie aan de federale ombudsmannen, die
terzake ook zijn tussengekomen.
Ik kom aan uw tweede vraag. Ik moet u meedelen dat de materie in
de huidige stand van de wetgeving behoort tot de bevoegdheid van de
Gewesten. De federale overheid kan in elk geval niet afwijken
aangezien ze in deze materie nog slechts instaat voor de procedure
en de inning van de belastingen voor rekening van de Gewesten.
Overleg is slechts mogelijk op vraag van een van de Gewesten, dat
de federale administratie instructies geeft en eventueel een
vergadering met vertegenwoordigers van de andere Gewesten
voorstelt om tot een gemeenschappelijke oplossing te komen. Mocht
er vanuit de Gewesten dergelijke vraag komen, ben ik natuurlijk
bereid mijn medewerking te verlenen.
conditionnellement. Quiconque a
bénéficié d'une réduction
provisoire de tarif doit prouver qu'il
a satisfait à toutes les conditions.
S'il ne fournit pas cette preuve de
façon irréfragable, il perd le droit à
un tarif réduit qui lui a été accordé
provisoirement.
Le droit complémentaire devient
également exigible, de même
qu'un accroissement équivalent à
ce montant. Celui-ci est toutefois
réduit d'office suivant un barème
qui s'applique à l'ensemble du
pays et peut même faire l'objet
d'une exemption dans des cas
particuliers. La perte résulte d'une
faute commise par le contribuable
lui-même, qui a négligé de
respecter son obligation.
La proposition de Mme Lahaye-
Battheu pourra être prise en
considération dans une phase
ultérieure de l'informatisation de
l'administration. La question de la
discrimination relève de la
compétence des Régions. Les
pouvoirs publics fédéraux ne
peuvent pas déroger à cette règle,
car ils ne se chargent plus que de
la procédure et de la perception de
l'impôt pour le compte des
Régions. La concertation n'est
possible qu'à la demande de l'une
des Régions. Si une demande de
ce type est formulée, je suis
disposé à fournir ma collaboration.
06.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik noteer dat u zegt dat het zoals u het noemt
burgervriendelijk voorstel voor een latere fase kan zijn. Ik begrijp
wel niet goed dat u zegt dat het aanvullend recht over het hele land
kan worden kwijtgescholden.
06.03 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): Je note que la proposition
est remise à plus tard. Je ne
comprends pas que le droit
complémentaire puisse faire l'objet
d'une exemption dans l'ensemble
du pays.
06.04 Minister Didier Reynders: Met dezelfde regel.
06.05 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Die regels zijn mij niet
bekend. Ik weet dat er een richtlijn was die bepaalde dat de ontvanger
30% kon kwijtschelden aan samenwonenden. U gaat in uw antwoord
echter verder.
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
06.06 Minister Didier Reynders: Ik heb in dat verband geen andere
cijfers. Er zijn drie verschillende tarieven in dit land, in de
verschillende Gewesten. De regels zijn echter hetzelfde voor het hele
land voor de evolutie in de toekomst. Wat de vermeerdering betreft
zijn het dezelfde regels voor het hele land. Er is een verschil tussen
de verschillende Gewesten in tarificatie, 10% of 12,5%. Voor de
vermeerdering is er echter dezelfde tarificatie voor het hele land. Ik
heb daarvan de referentie. Het is artikel 61 van het Wetboek der
registratie.
06.06 Didier Reynders, ministre:
On dénombre trois taux différents
dans les trois Régions. L'article 61
du Code des droits
d'enregistrement précise que les
taux d'accroissement sont
identiques pour l'ensemble du
pays.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Question de M. Richard Fournaux au ministre des Finances sur "la saisie conservatoire du
domaine des Dolimarts à Vresse-sur-Semois" (n° 3165)
07 Vraag van de heer Richard Fournaux aan de minister van Financiën over "het bewarend beslag op
het domein Les Dolimarts te Vresse-sur-Semois" (nr. 3165)
07.01 Richard Fournaux (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, je reviens avec ce dossier des Dolimarts à Vresse-sur-
Semois.
Selon nos informations, le Conseil des ministres devait décider, voici
quelques jours, de la vente définitive des bâtiments du site à un
acheteur intéressé. Comme je l'ai signalé dans mon courrier, je peux
vous confirmer que tout le monde se réjouissait de la fin de cette
saga. Pour ceux qui ne connaissent pas les Dolimarts, il s'agit d'un
site touristique situé dans un cadre exceptionnel mais qui est
malheureusement à l'abandon depuis deux ou trois ans. Cet abandon
a provoqué une dégradation totale du bien: squattage, vandalisme,
j'en passe et des meilleures! Ce qui est peut-être le plus contrariant,
c'est que ce site touristique représentait un véritable poumon
économique et social pour la région dans laquelle il se trouve puisqu'il
générait un nombre appréciable d'emplois. Les conséquences d'une
telle activité touristique sur toute une région ne sont naturellement pas
à démontrer.
Par la presse, nous avons appris qu'un créancier de l'Etat avait pu
opérer légalement une saisie conservatoire sur le bien empêchant
ainsi la poursuite de la mise en vente.
Monsieur le ministre, mes questions sont assez simples:
- Pouvez-vous confirmer qu'une saisie conservatoire a eu lieu?
- Pouvez-vous nous faire part de la position de l'Etat belge par rapport
à la saisie en elle-même, c'est-à-dire à l'éventuelle possibilité de
régler ce problème rapidement?
- S'il ne devait pas être facile de le résoudre rapidement, est-il
pensable, comme je le suggérais, d'imaginer une négociation avec les
créanciers via la voie judiciaire ou via la voie amiable pour transférer
la saisie conservatoire sur un autre bien de l'Etat avec une saisie qui
porterait moins préjudice à une région et aux possibilités de
reconversion du site?
07.01 Richard Fournaux (MR):
De Ministerraad had enkele dagen
geleden een beslissing moeten
nemen over de definitieve verkoop
van de gebouwen van de site Les
Dolimarts te Vresse-sur-Semois,
een toeristische trekpleister
gelegen in een bijzonder mooie
omgeving en een echte bron van
economische
en sociale
ontwikkeling voor de regio, maar
die er nu jammer genoeg al twee
of drie jaar verlaten bij ligt.
Volgens de pers zou een
schuldeiser van de Staat een
wettig bewarend beslag op het
goed hebben laten leggen,
waardoor de verkoop niet is
kunnen doorgaan.
Bevestigt de minister dat er
bewarend beslag werd gelegd?
Wat is het standpunt van de Staat
met betrekking tot de eventuele
mogelijkheid om die kwestie snel
te regelen? Zo niet, kan niet
worden onderhandeld over een
mogelijke overdracht van dat
beslag op een ander eigendom
van de Staat?
07.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur
Fournaux, comme je l'ai déjà précisé en commission, je vous informe
tout d'abord que c'est une saisie exécutoire et non conservatoire qui
est intervenue sur le domaine des Dolimarts. Cette saisie a été
07.02 Minister Didier Reynders:
Het betreft een uitvoerend en geen
bewarend beslag, dat werd gelegd
in uitvoering van de arresten van
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
notifiée à l'Etat belge et à la Régie des Bâtiments.
En ce qui concerne l'Etat belge, la notification a été adressée à la
ministre des Classes moyennes et de l'Agriculture, à la ministre de
l'Environnement, de la Protection de la consommation et du
Développement durable et au ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique.
La saisie exécutoire intervient en exécution des arrêts de la 5
ème
chambre de la cour d'appel d'Anvers du 7 novembre 1995 et de la 1
ère
chambre de la Cour de cassation du 19 janvier 2001. Ces arrêts ont
été prononcés à charge de l'Etat belge. La Régie des Bâtiments n'est
partie à aucun de ces litiges.
La Régie des Bâtiments a demandé à son avocat, en application de
l'article 1412bis du Code judiciaire, de faire opposition à cette saisie
en argumentant que le bien ne figure pas sur la liste des biens
saisissables approuvée le 3 décembre 2003 par le ministre compétent
pour la Régie des Bâtiments. Les parties adverses devraient d'abord
saisir les autres biens figurant sur cette liste. Cependant, jusqu'au
moment où le juge des saisies aura statué, la procédure de vente est
suspendue.
En ce qui concerne un éventuel paiement des montants dus par l'Etat,
je dois vous renvoyer à mes trois collègues précités. En outre, je vous
signale que j'ai informé mes collègues de cette situation lors d'une
communication au Conseil des ministres en date du 9 juin 2004.
Il a été décidé de faire examiner cette problématique par un groupe
de travail technique, composé notamment des représentants des
ministres concernés, qui remettra le résultat de ses travaux lors d'un
prochain Conseil des ministres.
Sur le fond, je n'ai pas d'autre élément de réponse. A ma
connaissance, c'était un problème de cotisation prélevée à l'époque
auprès des abattoirs qui a donné lieu à ce type de décision en cour
d'appel d'Anvers et ensuite en Cour de cassation.
Je vais devoir attirer l'attention de mes collègues, non seulement
comme ministre en charge de la Régie mais aussi comme ministre
des Finances, sur le fait qu'il y a lieu d'être attentif à la bonne
application des décisions de justice afin d'éviter non seulement des
saisies comme celles qui interviennent, mais aussi des paiements
décalés dans le temps qui, comme vous le savez, sont accompagnés
d'intérêts judiciaires, toujours légèrement plus élevés que les intérêts
que l'Etat peut obtenir sur les marchés financiers.
het hof van beroep van Antwerpen
van 7 november 1995 en van het
Hof van Cassatie van 19 januari
2001 ten laste van de Belgische
Staat.
De Regie der Gebouwen heeft
haar advocaat gevraagd verzet
tegen dat beslag aan te tekenen,
aangezien dat goed niet voorkomt
op de lijst van voor beslag vatbare
goederen die op 3 december 2003
door de minister bevoegd voor de
Regie der Gebouwen werd
goedgekeurd. De verkoop wordt
opgeschort tot wanneer de
beslagrechter uitspraak zal
hebben gedaan.
Voor een eventuele betaling van
de door de Staat verschuldigde
bedragen, verwijs ik naar de
minister van Middenstand en
Landbouw, de minister van
Leefmilieu, Consumenten-
bescherming en Duurzame
Ontwikkeling en de minister van
Sociale Zaken en
Volksgezondheid, die van het
beslag in kennis werden gesteld.
Ik heb de Ministerraad op 9 juni
2004 over die situatie ingelicht.
Er werd beslist die problematiek
door een technische werkgroep te
laten onderzoeken.
07.03 Richard Fournaux (MR): Monsieur le président, je remercie le
ministre pour sa réponse. J'aimerais recevoir une petite information
complémentaire. Cela signifie que ce juge des saisies devra
simplement effectuer un transfert, dispose-t-il d'un délai pour ce faire?
07.03 Richard Fournaux (MR):
Beschikt de beslagrechter over
een termijn voor de overdracht?
07.04 Didier Reynders, ministre: Je ne pense pas qu'il y ait de délai
particulier, mais je suppose que le juge des saisies fera diligence,
comme on dit en la matière.
07.04 Minister Didier Reynders:
Ik denk niet dat er een bepaalde
termijn aan verbonden is.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
08 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de minister van Financiën over "de werkzaamheden
aan het Berlaymont-gebouw" (nr. 3178)
08 Question de M. Servais Verherstraeten au ministre des Finances sur "les travaux du Berlaymont"
08.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, wat de werkzaamheden aan het Berlaymont-
gebouw betreft, hebben we reeds een aantal keer van gedachten
gewisseld. Het is u goed bekend dat deze werkzaamheden vertraging
hebben opgelopen. Op dit ogenblik moeten wij reeds boeten, zij het
niet rechtstreeks, betalen. De boeten zullen van de annuïteiten die de
EU verschuldigd is wegens de aankoop van het gebouw worden
afgetrokken. Enerzijds, was er de termijn van 31 december 2003.
Anderzijds, liep de termijn voor een tweede gedeelte af op 31 maart.
Een laatste gedeelte moest klaar zijn op 30 juni.
De termijn van 31 december 2003 werd niet gehaald, deze van
31 maart evenmin. Naar aanleiding van een vorige mondelinge vraag
hebt u erkend dat er terzake vertragingen waren die meer dan drie
maanden duurden. In maart, april heeft een testprogramma
plaatsgevonden dat minstens een maand op zich heeft laten wachten
zodat de termijnen uitlopen.
Wat is de huidige situatie? Er is wederinhuring op de kap van de
belastingbetaler en de boetetermijnen lopen sinds 1 april. Per maand
vertraging betekent dit 221.000 euro. Deze boete kan verdubbelen
indien we per 30 juni het hele gebouw niet kunnen afleveren.
Er zijn juridische procedures lopende. Op een vorige vraag hebt u
terzake geantwoord dat het voorverslag van het college van experts
reeds was ingediend.
Mijnheer de minister, ik kom tot een reeks vragen.
Ten eerste, wat is de stand van zaken aan de vooravond van de
nieuwe vervaltermijn van 30 juni? Hoe zit het met de werkzaamheden
aan het basisgebouw en het tweede gedeelte? Zijn de
testprogramma's terzake voltooid? Wat is de stand van zaken?
Naar aanleiding van een vorige vraag hebt u geantwoord dat de Regie
der Gebouwen ervan uitgaat dat de termijn van 30 juni haalbaar kan
zijn voor het volledige gebouw. Is de datum van 30 juni haalbaar? Zal
het hele gebouw op 30 juni opgeleverd worden?
Ten derde, wat zijn de budgettaire implicaties van deze vertragingen?
Mijn vierde vraag handelt over de verantwoordelijkheden en de
procedures die lopende zijn tussen de NV Berlaymont en de
pilootaannemer EuropConstruct. Is het eindverslag van de experts
intussen afgeleverd? Wat zijn de voornaamste bevindingen? Zo neen,
heeft de Regie der Gebouwen opmerkingen gemaakt op het
voorverslag van de deskundigen?
Zo ja, welk verweer heeft het tegen dat voorverslag geuit?
08.01 Servais Verherstraeten
(CD&V): Les amendes résultant
des retards encourus dans
l'exécution des travaux du
Berlaymont seront déduites des
annuités dues par l'Union
européenne pour l'achat du
bâtiment.
Les délais des 31 décembre 2003
et 31 mars 2004 n'ont pas été
respectés. Un programme de tests
mis en oeuvre en mars et en avril
avec au moins un mois de retard a
eu pour conséquence que les
délais s'en sont trouvés prolongés
davantage encore.
L'argent du contribuable sert à
payer la reprise de la location. Par
ailleurs, les amendes sont dues
depuis le 1
er
avril et risquent d'être
doublées si le bâtiment n'a pas été
réceptionné globalement le 30 juin.
Des procédures juridiques ont été
ouvertes dès avant la publication
du rapport du collège des experts.
Où en est la situation? La nouvelle
date butoir sera-t-elle respectée?
Quelles sont les conséquences
budgétaires de ces retards? Dans
l'intervalle, les experts ont-il rendu
leur rapport final? Quelles sont
leurs principales constatations? La
Régie des bâtiments a-t-elle
formulé des observations sur le
prérapport des experts?
08.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer Verherstraeten, ik heb
altijd al gezegd dat er een vertraging is voor het Berlaymont-gebouw.
08.02 Didier Reynders, ministre:
Je n'ai jamais démenti le retard.
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
Ik ben belast met dat dossier sinds juli 2003. De naam van de
vennootschap luidt Berlaymont-2000. Er is dus wel een kleine
vertraging in dat dossier.
Ik kan u de volgende recente gegevens meedelen. Door de dienst van
de NV Berlaymont-2000 werd een planning bezorgd aan de diensten
van de Europese Commissie in verband met het agreement van het
basisgebouw. Volgens die planning wordt het agreement voor het
basisgebouw gegeven op 30 juni 2004.
De werkzaamheden die nog in uitvoering zijn, betreffen in hoofdzaak
de commissiezalen, zone F en omgeving, de official functional room
op de dertiende verdieping en de nodige tests inzake veiligheid en het
functioneren van de multimedia. Het voornaamste deel van die
werkzaamheden is beëindigd. Aangezien de nodige testprogramma's
enorm ingewikkeld zijn en er bovendien een zeer performante
multimedia-installatie gevraagd werd door de Europese Commissie,
nemen die testprogramma's veel tijd in beslag.
In elk geval zal de Commissie op de door haar gestelde datum van 1
november 2004 het gebouw kunnen betrekken.
Volgens de dienst van de NV Berlaymont-2000 zal de deadline van
30 juni 2004 gehaald worden voor het basisgebouw. Op dat moment
zal het overgedragen worden en ter beschikking gesteld worden aan
de Europese Commissie.
De meerkosten als gevolg van de huurkosten die verband houden
met de vertraging van het project, worden op 7,5 miljoen euro
geraamd. Daartoe werd in de begroting 2004 van de Regie de nodige
kredieten uitgetrokken.
Vanaf 1 april 2004 is een boete van toepassing, die 221.000 euro per
maand bedraagt. Er werd overeengekomen dat de boeten voor de
laattijdige uitvoering afgetrokken zullen worden van de eerste betaling
van de 27 voorziene annuïteiten die de Commissie voor de aankoop
van het Berlaymont-gebouw moet terugbetalen voor een bedrag van
meer dan 552 miljoen euro. Het bedrag van die eerste annuïteit zal
dus verminderd worden met het bedrag van de boeten.
Tot nu toe is er nog geen definitief eindverslag van het college van
experts dat door de voorzitter van de rechtbank in kort geding werd
aangesteld om de redenen van de vertraging te onderzoeken en de
verantwoordelijken terzake vast te leggen. Het definitief eindverslag
wordt eind juni 2004 verwacht.
In de Senaat heb ik het volgende al verklaard.
Ik heb in de Senaat altijd gezegd dat ik zal doorgaan tot en met de
correcte installatie van de Commissie op 1 november 2004. Ik heb
ook gezegd dat ik later een onderzoek zal vragen aan het Rekenhof in
dat verband, niet alleen voor de laatste evolutie van het dossier, maar
ook voor een globaal onderzoek van het dossier Berlaymont 2000. Ik
denk dat het nuttig is om dat te doen. Ik heb ook altijd gezegd over
andere projecten of realisaties, ik denk bijvoorbeeld aan de operatie in
verband met de Financietoren, dat het nuttig is om een klaar en
duidelijk verslag te hebben van het Rekenhof over zo een ingewikkeld
dossier, na misschien meer dan vijftien jaar evolutie. Mijn eerste
Le bâtiment de base sera terminé
le 30 juin, conformément au
calendrier. Des travaux sont
encore en cours dans certaines
parties du bâtiment. En outre, la
sécurité fait l'objet de tests et un
système multimédias puissant est
en cours d'installation à la
demande de la Commission. Ces
programmes de tests prennent
énormément de temps. La date
butoir sera respectée pour le
bâtiment de base et la
Commission pourra certainement
y emménager le 1er novembre.
Les frais de location
supplémentaires découlant du
retard sont estimés à 7,5 millions
d'euros. A partir du 1er avril, une
amende de 221.000 euros devra
être payée par mois. Cette somme
sera déduite du premier paiement
de la Commission dans le cadre
de l'achat du bâtiment.
Le collège des experts, chargé par
le juge en référé d'examiner les
causes du retard, n'a pas encore
communiqué son rapport final
définitif, qui est attendu pour la fin
du mois de juin. La Commission
européenne doit pouvoir occuper
le bâtiment dans les délais. Il me
paraît opportun que la Cour des
comptes examine ultérieurement
ce dossier.
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
preoccupatie is echter tot een correcte installatie van de Europese
Commissie te komen. Het is sinds het begin voorzien voor 1
november 2004. Daarna moeten we voortgaan met het onderzoek
van dat dossier. Ik denk dat het heel nuttig zal zijn voor onze
commissie.
08.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank
u voor uw antwoord dat wat mij betreft en verontschuldig mij geen
antwoord is. Er is uiteraard een onderscheid tussen het basisgebouw
en daarnaast de fases II en III, zijnde onder meer de
multimediaruimten en de officiële vergaderlokalen. Het was het
basisgebouw dat op 31 december diende af te zijn. Mijn vragen aan u
waren, naast de stand van zaken wat het basisgebouw betreft,
uiteraard ook de andere gebouwen die ook per 30 juni opgeleverd
dienden te worden. Het gehele gebouw en niet alleen het
basisgebouw dient immers op 30 juni opgeleverd te worden met als
gevolg dat anders de boeten die reeds lopen vanaf 1 april zouden
verdubbelen.
Ik meen begrepen te hebben uit uw antwoord of ik tracht tussen de
lijnen van uw antwoord te lezen dat de testprogramma's waarvan u
sprak bij de vorige vraag blijkbaar wat moeilijkheden opleveren en dat
met andere woorden die paar weken die aanvankelijk voor de
testprogramma's nodig leken verlengd worden. Ik meen ook impliciet
in uw antwoord te lezen en u mag mij tegenspreken als het niet
strookt met de werkelijkheid dat de fases II en III per 30 juni niet af
zijn. Misschien is het basisgebouw af op 30 juni, maar de andere
gedeelten van het gebouw niet. Vanaf 30 juni moeten we dus 442.000
euro per maand betalen in plaats van de actuele 221.000 euro.
Het was inderdaad geweten dat de Europese Commissie er per 1
november in zou komen. U zult trachten die datum te halen. We
moesten dit echter in elk geval per 30 juni opleveren. Ik steun u in het
feit dat het Rekenhof terzake een onderzoek mag doen, wat mij
betreft over de hele periode, mijnheer de minister. Geen enkel
probleem. Ik denk dat het meest relevante terzake overigens is dat we
in oktober 2002 de overeenkomst hebben gehad en dat op basis
daarvan de boeten en de annuïteiten zijn vastgelegd in 2002.
Het zou in die periode zeer snel en efficiënt gaan. Ik moet vaststellen
dat de termijnen die toen conventioneel zijn bedongen in de verste
verte niet worden gehaald, met alle gevolgen van dien. Laat het
Rekenhof dit maar bekijken.
Anderzijds, mijnheer de minister, die bekommernis van het Rekenhof
en ik deel ze heeft uw voorganger ook gehad. Hij heeft daarover
ooit met het Rekenhof gecommuniceerd. Het Rekenhof heeft toen
gezegd dat zij strikt gezien geen controlebevoegdheid heeft op een
vennootschap waarvan de Regie der Gebouwen aandeelhouder is.
Dat vereist eigenlijk een wetswijziging terzake. Het Rekenhof heeft
toen gesuggereerd om die wetswijziging door te voeren zodat het
Rekenhof niet alleen in dit dossier, maar voor alle vennootschappen
waarin de overheid participeert controle terzake zou kunnen doen. In
afwachting van die wetswijziging en in het licht van de beperkte
controle die het Rekenhof had was het eigenlijk aan de regering om
het Parlement regelmatig te informeren over de stand van zaken in dit
dossier. Dit laatste gebeurt, maar we moeten telkens in het Parlement
die vragen stellen. Wat de wetswijziging betreft en de suggestie die
08.03 Servais Verherstraeten
(CD&V): Les phases deux et trois
ne seront pas achevées le 30 juin.
A partir de cette date, le montant
des amendes doublera quasiment.
L'idée de charger la Cour des
comptes d'une enquête me paraît
bonne. Le précédent ministre des
Finances avait déjà négocié avec
la Cour des comptes la
supervision de projets dans
lesquels participent les pouvoirs
publics. La Cour des comptes ne
dispose en effet d'aucun pouvoir
de contrôle en la matière. Une
modification de la loi devrait
permettre de remédier à cette
situation.
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
het Rekenhof aan uw voorganger heeft gedaan, is het daarna zeer stil
gebleven.
Ik zou willen voorstellen dat we desnoods samen met collega's van de
meerderheid die wetswijziging doen zodat hetgeen u voorstaat ook in
de realiteit kan gebeuren. Ondertussen betalen we als
belastingbetaler vanaf 30 juni blijkbaar 441.000 of 442.000 euro per
maand, waarvan akte, mijnheer de minister.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van mevrouw Marleen Govaerts aan de minister van Financiën over "de Dienst
Alimentatievordering" (nr. 3185)
09 Question de Mme Marleen Govaerts au ministre des Finances sur "le Service des créances
09.01 Marleen Govaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, sinds 1 juni kunnen mensen die gescheiden zijn,
een beroep doen op het alimentatiefonds om hun alimentatie te
vorderen van hun ex-partner.
Het alimentatiefonds mag echter nog geen voorschot uitbetalen. De
minister beloofde aan de Gezinsbond dat de Dienst voor
alimentatievorderingen tegen 2005 ook voorschotten zou kunnen
uitbetalen, maar staan OCMW's niet dichter bij de mensen om die
voorschotten uit te betalen? Als dit zo is, welk bedrag zou op de
begroting worden ingeschreven? Zal het inkomen om in aanmerking
te komen voor deze voorschotten ook worden opgetrokken? Nu zijn er
immers mensen die net iets te veel verdienen om van die
voorschotten te kunnen genieten. Zal het bedrag van het voorschot
beperkt blijven tot die 125 euro of ook worden opgetrokken tot 175
euro per persoon per maand zoals beloofd? Zal ook de ex-partner in
aanmerking komen en niet alleen de kinderen? Is de minister van
plan om nog een campagne te lanceren om de dienst meer bekend te
maken bij het grote publiek? Heel wat mensen zijn immers niet op de
hoogte van deze nieuwe dienstverlening.
09.01 Marleen Govaerts
(VLAAMS BLOK): Le ministre a
promis à la Ligue des familles que
le Service des créances
alimentaires serait en mesure de
verser également des avances
dès 2005. Sera-ce bien le cas?
Quelles conditions précises
faudra-t-il réunir pour pouvoir
bénéficier d'une avance? Le
système sera-t-il limité aux enfants
ou vaudra-t-il également pour l'ex-
partenaire? Le ministre prévoit-il
une campagne pour faire
connaître ce service du grand
public?
09.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Govaerts, ik herhaal wat ik al verschillende keren heb geantwoord. De
invordering van het onderhoudsgeld en van de achterstand ervan is
een eerste stap zoals bepaald door de wet van 21 februari 2003,
gewijzigd door de programmawet van 5 augustus 2003 en de
programmawet van 22 december 2003. Er komt een evaluatie eind
2004. Begin 2005 kunnen eventueel nieuwe beslissingen worden
genomen.
Wat de voorschottenregeling in de wet van 21 februari 2003 betreft,
merk ik op dat deze wet een aantal modaliteiten bevat die toelaten om
de voorschottenregeling uit te breiden, maar deze uitbreiding is niet
onmiddellijk aan de orde. Laat ons eerst onderzoeken wat de
weerslag is van de initieel door de wet voorziene
voorschottenregeling. Deze regeling die weliswaar nog niet van
toepassing is, bepaalt het bedrag van het voorschot reeds op
175 euro per maand en per onderhoudsgerechtigde. Daarvoor verwijs
ik naar artikel 4, §2 van de wet van 21 februari 2003.
Er is inderdaad voorzien in een inkomensplafond, maar het is toch
09.02 Didier Reynders, ministre:
L'incidence des récentes
modifications législatives sera
évaluée fin 2004. De nouvelles
décisions pourront être prises
début 2005.
Le régime d'avances prévu par la
loi de février 2003 pourrait
éventuellement être étendu, mais
ce n'est pas notre préoccupation
majeure. Il convient d'examiner en
premier lieu les effets du système
actuel. Le nouveau régime
amènerait le montant à 175 euros
maximum par mois et par
créancier.
Un plafond de revenus a été
instauré. Seuls les moyens
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
belangrijk erop te wijzen dat enkel de persoonlijke bestaansmiddelen
van de niet-onderhoudsplichtige, vader of moeder of degene aan wie
bij gerechtelijke beslissing de bewaring van het kind werd toegekend
of het kind zelf indien het meerderjarig is en niet met een van de
zojuist vermelde personen samenleeft, in aanmerking worden
genomen, met uitsluiting van zijn of haar echtgenoot of partner.
Bovendien wordt het inkomensplafond verhoogd met het oog op de
kinderen ten laste.
Verschillende media hebben melding gemaakt van de oprichting van
de Dienst voor alimentatievordering: kranten, tijdschriften, radio en
televisie. Ook via internet is er informatie ter beschikking. Bovendien
hebben de verschillende belangengroepen hun leden eveneens attent
gemaakt op de oprichting van de dienst. Ik heb ook brieven aan alle
OCMW's gezonden en naar verschillende organisaties en
verenigingen.
Ik denk dat er in verband met de nieuwe dienst dan ook zeer correcte
informatie is. We moeten echter tot eind 2004 wachten om een eerste
evaluatie te maken. Daarna kan er mogelijk verder gegaan worden
met een nieuwe regeling wat de voorschotten betreft.
d'existence de l'ayant droit sont
considérés comme constitutifs
d'un revenu. Par ailleurs, le
plafond est relevé en fonction du
nombre d'enfants à charge.
Les médias se sont largement fait
l'écho de la création du nouveau
service. Les groupements d'intérêt
ont également informé leurs
membres de son existence.
09.03 Marleen Govaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister,
wie de krant leest weet dat dit bestaat, maar de Gezinsbond had als
opmerking dat er nog te weinig mensen op de hoogte zijn van het
bestaan van het Alimentatiefonds.
Ik heb toch juist begrepen dat er voor de ex-partner geen voorschot
komt? Het is alleen voor de kinderen?
09.03 Marleen Govaerts
(VLAAMS BLOK): Je ne fais que
réagir à l'observation de la Ligue
des familles qui estime que trop de
familles ignorent l'existence du
Fonds des créances alimentaires.
09.04 Minister Didier Reynders: Tot nu toe blijft hetzelfde stelsel. Dat
wil zeggen een voorschot vanuit de OCMW's. We zullen na een
eerste evaluatie van de wet zien of het mogelijk is om verder te gaan,
ook op begrotingsvlak. Ik moet zeggen dat er veel verklaringen van
verschillende verenigingen waren die zeiden dat het om meer dan
100.000 vragen zou gaan. Nu stel ik echter vast dat er alleen vragen
om informatie in dat verband zijn. Er zijn dus misschien niet zoveel
klanten voor. Dat is een goede zaak. Het zou niet goed zijn te veel
klanten te hebben voor een Dienst voor alimentatievorderingen. Het is
echter pas mogelijk uitspraken te doen na de evaluatie van de eerste
maanden van de toepassing van nieuwe wet.
09.04 Didier Reynders, ministre:
Les ex-partenaires restent
actuellement soumis au même
système. Il est normal que les
questions soient nombreuses mais
il ne pourra y être répondu que
lorsque la loi aura été évaluée en
détail.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van mevrouw Marleen Govaerts aan de minister van Financiën over "gezinsvriendelijke
fiscale maatregelen naar aanleiding van de staten-generaal van het Gezin" (nr. 3186)
10 Question de Mme Marleen Govaerts au ministre des Finances sur "les mesures fiscales favorables
aux familles à la suite des Etats généraux de la Famille" (n° 3186)
10.01 Marleen Govaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, deze vraag betreft het huwelijksquotiënt.
De eerste minister beloofde bij het sluiten van de staten-generaal van
het Gezin het huwelijksquotiënt niet te zullen afschaffen, maar het
integendeel te zullen uitbreiden. Wat bedoelde hij hiermee precies? Er
is ook even sprake geweest dat hij het wilde uitbreiden tot de feitelijke
gezinnen. Ik vraag mij dan af hoe hij dat zal controleren. Of wil de
10.01 Marleen Govaerts
(VLAAMS BLOK): Lors des états
généraux de la famille, le premier
ministre s'était engagé à étendre
le quotient conjugal. Celui-ci sera-
t-il étendu aux ménages de fait ou
songeait-il à une répartition
fiscalement plus avantageuse du
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
eerste minister een fiscaal gunstiger verdeling van het gezamenlijk
inkomen invoeren? Dat zou immers een stimulans zijn voor gezinnen
met kinderen, waardoor een van de ouders gemakkelijker kan
thuisblijven om in te staan voor de opvoeding van de kinderen.
Mijnheer de minister, u zou ook bereid zijn extra middelen uit te
trekken voor een eventuele hervorming van de huidige regeling van
het huwelijksquotiënt. Wat bedoelt u daarmee precies? Over hoeveel
middelen gaat het? Klopt het dat u de belastingvrije som voor het
eerste en tweede kind ten laste wilt optrekken tot het niveau van het
derde kind? Hoeveel zou die maatregel kosten en wanneer zou die
van kracht worden?
revenu commun? Combien de
moyens supplémentaires ont-ils
été dégagés au profit de cette
réforme?
La quotité exemptée pour le
premier et le deuxième enfant
sera-t-elle revue à la hausse, à
savoir jusqu'à la quotité exemptée
pour le troisième enfant? Que
coûtera cette mesure et quand
sera-t-elle d'application?
10.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Govaerts, wat het huwelijksquotiënt betreft, is het duidelijk dat er geen
sprake van kan zijn het af te schaffen. Ik bevestig de verklaringen en
de commentaar van de eerste minister. Het is evenmin de bedoeling
het huwelijksquotiënt toe te staan voor feitelijke gezinnen. Wel worden
vanaf het aanslagjaar 2005 de wettelijk samenwonenden in het
Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 gelijkgesteld met
gehuwden, zodat zij wel het huwelijksquotiënt zullen kunnen genieten.
Er is dus een uitbreiding, die werd goedgekeurd met de fiscale
hervorming.
Wat de gelijkschakeling van de fiscale voordelen voor het eerste en
het tweede kind met die van het derde kind betreft, kan ik enkel
verduidelijken dat dat een suggestie was door de staten-generaal van
het Gezin waarbij ik mij kon aansluiten. De wijze waarop dat kan
worden verwezenlijkt, moet echter nog voort worden uitgewerkt en is
afhankelijk van de budgettaire mogelijkheden. Het is net zoals voor de
uitbreiding van het huwelijksquotiënt. Ik sta niet negatief tegenover
een uitbreiding van het huwelijksquotiënt, maar het moet worden
bekeken naar gelang van de budgettaire mogelijkheden.
Ten slotte, wat de fiscale maatregelen ten voordele van het gezin
betreft, zijn er nog andere nieuwe maatregelen, die nog niet zo lang
geleden in de Kamer in plenaire vergadering werden goedgekeurd. Er
is in de eerste plaats de aftrekbaarheid van de kosten voor de opvang
van kinderen tot en met 12 jaar in plaats van tot 3 jaar. Er is ook een
nieuwe maatregel inzake de bejaarden. Er zijn inzake fiscaliteit dus
verschillende aanpassingen ten voordele van familie en gezin.
Ik wil wel een uitbreiding van het huwelijksquotiënt samen met andere
maatregelen. Ik wil evenwel geen evolutie waarbij er minder mogelijk
is voor de verschillende vormen van gezinnen.
10.02 Didier Reynders, ministre:
L'objectif n'est pas d'étendre le
quotient conjugal aux ménages de
fait. Certains cohabitants seront
néanmoins assimilés à un couple
marié à compter de l'exercice
2005 et pourront dès lors
bénéficier du quotient conjugal.
L'harmonisation fiscale du premier
et du deuxième enfant avec le
troisième constitue une proposition
intéressante mais qu'il
conviendrait de développer
davantage.
Je suis favorable à une extension
du quotient conjugal mais dans les
limites des possibilités
budgétaires. En outre, des
mesures plus favorables encore
pour les ménages, telles que la
déduction des frais d'accueil des
enfants jusqu'à 12 ans, ont été
adoptées.
10.03 Marleen Govaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, wij
zijn blij dat u allerlei maatregelen neemt voor de gezinnen.
Ik wil er vanuit mijn partij toch op toezien dat er vooral maatregelen
worden genomen voor gezinnen met kinderen, zodat het
gemakkelijker wordt voor een van de ouders om thuis te blijven en
voor de kinderen te zorgen. Ik dacht dat een huwelijksquotiënt, wat
een gunstige verdeling teweegbrengt, de situatie voor personen met
kinderen zou verbeteren.
Ik dank u voor uw inspanningen.
10.03 Marleen Govaerts
(VLAAMS BLOK): Nous nous
réjouissons de cette évolution
mais notre objectif reste d'aboutir
à une situation où l'un des deux
partenaires peut rester à la maison
pour élever les enfants.
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Carl Devlies aan de minister van Financiën over "de waarschuwing van het
ratingbureau Fitch inzake de evolutie van de overheidsfinanciën" (nr. 3192)
11 Question de M. Carl Devlies au ministre des Finances sur "l'avertissement de bureau de cotisation
Fitch au sujet de l'évolution des finances publiques" (n° 3192)
11.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, het ratingbureau Fitch heeft de ratings van België bevestigd.
De langetermijnrating blijft behouden op AA en de kortetermijnrating
op F1+. Op zich is dat niet zo slecht. Een aantal landen doet wel
beter, zoals Australië, Oostenrijk, Canada, Denemarken, Finland,
Frankrijk, Duitsland, Ierland en nog enkele andere.
Het ratingbureau is positief over de saneringsinspanningen die in het
verleden zijn gebeurd. Men noemt die periode van de voorbije tien
jaren indrukwekkend. Ik heb het gevoel dat men veeleer spreekt over
de periode 1992-2002. Tegelijkertijd wordt ervoor gewaarschuwd dat
de overheidsfinanciën onder druk kunnen komen te staan indien de
saneringsinspanningen niet worden volgehouden. Tevens laat men
weten dat men ontgoocheld is dat de federale regering in 2003 een
beroep heeft gedaan op eenmalige maatregelen om de begroting
2003 in evenwicht te krijgen.
Als we dat even leggen naast de cijfers van het Instituut voor de
Nationale Rekeningen die vorige week werden gepubliceerd, blijkt dat,
ondanks de storting van vijf miljard euro door Belgacom, het
begrotingsoverschot van de gezamenlijke overheid slechts 834
miljoen euro bedroeg. Dit komt overeen met 0,3% van het bruto
binnenlands product. Vermits de Gemeenschappen en Gewesten
afsloten met een overschot van 0,2% en de lagere overheden een
boni boekten van 0,3%, betekent dit dat het geheel van de federale
overheid en de sociale zekerheid in 2003 afsloot met een deficit en dit
ondanks de betaling van 5 miljard euro van het Belgacom-
pensioenfonds.
Ondertussen verslechteren ook de vooruitzichten voor het jaar 2004,
zowel voor de Gemeenschappen en de Gewesten als voor de lagere
overheden. Federaal hebben we dit in een vorig punt besproken. Er is
een sterke stijging van de schuld in 2004 en die is het gevolg van de
sterke stijging van de netto te financieren saldi. Bovendien werd voor
de federale begroting 2004 tegen het advies van het ratingbureau in
opnieuw voorzien in eenmalige inkomsten zoals de EBA die hier ook
al ter sprake kwam.
Vreest de minister niet dat bij een ongewijzigd begrotingsbeleid België
in 2005 zal worden geconfronteerd met een slechtere rating, wat
onvermijdelijk een negatief effect zal hebben op de rentepositie?
Vermits men voor 2005 ook al een verhoging van de rente op de
financiële markten voorziet en dit dan mogelijk gepaard gaat met een
slechtere rating, betekent dit nog een extra verhoging. Overweegt de
regering maatregelen om het ratingniveau dat wij nu hebben gekend
in 2004 ook in de toekomst te behouden?
11.01 Carl Devlies (CD&V):
L'agence de rating FITCH a
confirmé l'octroi à la Belgique du
rating AA pour le long terme et du
rating F1+ pour le court terme. Elle
a souligné l'assainissement
spectaculaire des finances
publiques, tout en mettant en
garde contre la pratique qui
consiste à équilibrer le budget par
des mesures ponctuelles. Les
chiffres de l'Institut des comptes
nationaux indiquent en effet que
l'année 2003 s'est en fait clôturée
par un déficit. En attendant, les
prévisions budgétaires pour 2004
ne sont pas bonnes et le
gouvernement recourra encore
aux recettes non récurrentes pour
la confection du budget 2004.
La Belgique ne risque-t-elle pas, à
terme, de perdre son rating
favorable? Quelles mesures le
ministre envisage-t-il pour éviter
ce cas de figure?
11.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, het ratingbureau Fitch verklaart in zijn persbericht van
17 juni 2004 dat bij gebrek aan het doortrekken van de
11.02 Didier Reynders, ministre:
Le bureau de cotation Fitch
constate uniquement qu'à l'avenir,
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
begrotingsdiscipline in de toekomst zoals misschien gisteren
voorgesteld door de heer Leterme voor Vlaanderen de rating van
België niet zal kunnen verbeteren. Het ratingbureau verwijst daarbij
naar de hoge overheidsschuld. Ik citeer: "Belgium's large government
debt burden will continue to constrain the rating." Fitch heeft in zijn
rapport dus niet gesproken over een mogelijke verslechtering van de
rating in de nabije toekomst. De door hen gepubliceerde
vooruitzichten zijn inderdaad stabiel. Bovendien steunt Fitch een groot
deel van zijn analyse op de vooruitzichten van het Federaal
Planbureau, die uitgaan van een ongewijzigd beleid. Het ratingbureau
is zich daarvan bewust en merkt op dat de Belgische regeringen in het
verleden steeds het door hun ingediende stabiliteitsprogramma
hebben gerespecteerd. Het verwacht dan ook dat de regering
maatregelen zal nemen mocht blijken dat de doelstellingen het
budgettair evenwicht in 2004 en 2005 in gevaar zouden komen.
Ik ga ervan uit dat de regering het door haar ingediend
stabiliteitsprogramma 2004-2007 net zoals in de vorige jaren zal
respecteren. Dat houdt in dat de overheidsschuld verder aan een
aanvaardbaar en voldoende snel tempo zal dalen. Dit zal ruimschoots
volstaan om onze huidige AA-rating bij Fitch te behouden.
Ik kan u meegeven dat er een nieuwe raming is van de Nationale
Bank van België voor het verschillend surplus van de vorige jaren,
een hoger surplus dan in de vorige reacties van de Nationale Bank
van België was voorzien.
Ten tweede, u weet dat wij komen van een schuldratio van ongeveer
138 procent van het bbp in 1993. Voor 2004 is er een schuldratio van
minder dan 100 procent van het bbp. Ten slotte zal voor het vijfde jaar
de begroting een surplus kennen. Tegelijkertijd stellen we een tekort
van meer dan 3 procent vast in misschien de helft van de landen van
de eurozone en ook in de helft van de landen van de Europese Unie.
Ik stel twee verschillende zaken vast. Op Europees vlak krijg ik veel
positieve commentaar van alle collega's, de Europese Commissie en
Eurostat, wat de budgettaire evolutie van België betreft. Alleen hier, in
het Belgisch Parlement, krijg ik dergelijke commentaar, uit uw fractie.
Dat is misschien normaal, want u behoort tot de oppositie, maar het is
toch zeer merkwaardig. Er zijn positieve commentaren over de
evolutie van België op begrotingsvlak en over de evolutie van de
schuld. U kunt echter altijd een andere redenering volgen. Ik begrijp
dat, na de verklaring van de heer Leterme gisteren in verband met
een verslechtering van de schuldpositie in Vlaanderen. Misschien is
dat een nieuw beleid van uw fractie.
la cotation de la Belgique ne
s'améliorera pas en raison de la
dette publique élevée. Il n'est fait
nulle part mention d'une éventuelle
détérioration de la cotation. En
outre, Fitch base son analyse sur
les perspectives du Bureau fédéral
du Plan qui sont fondées sur une
politique inchangée. Le bureau de
cotation en a connaissance et part
donc du principe que l'Etat fédéral
belge continuera de respecter le
pacte de stabilité 2004-2007.
Ainsi, la dette publique baissera
suffisamment pour que nous
conservions la cotation AA.
Je souhaiterais néanmoins faire
remarquer que le budget belge fait
toujours l'objet de commentaires
positifs à l'étranger et que les
seules critiques émises
proviennent des partis d'opposition
de notre propre pays.
11.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik verwijs graag naar vorige uiteenzettingen die ik hier heb
gedaan. Ik heb een aantal internationale instellingen geciteerd die niet
zo positief waren over de evolutie van de Belgische begroting. Die
instellingen zijn niet van de minste: het Internationaal Monetair Fonds,
de OESO en de Europese Commissie. Ik heb hier citaten gebracht uit
verschillende rapporten. U zegt altijd dat de hele wereld positief is
over de Belgische begroting.
De vraag had in feite betrekking op het ratingbureau Fitch, dat zeer
duidelijk zegt dat men ontgoocheld is over de begroting 2003 en over
het boeken van de eenmalige ontvangsten. Men is positief over het
11.03 Carl Devlies (CD&V): J'ai
déjà évoqué ici à maintes reprises
des commentaires négatifs
formulés au sujet du budget de la
Belgique, notamment par l'OCDE,
le FMI et la Commission
européenne, mais le ministre les a
tous balayés d'un revers de la
main. Je constate que le ministre
se perd dans des généralités sur
le passé et qu'il ne tient pas
compte des chiffres concrets et
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
verleden, maar ondertussen is dat al een ver verleden. Men spreekt
namelijk over 10 jaar. Het jaar 2003 is er niet bij, het gaat over de
periode 1992 tot 2002. Dat is ondertussen al een ver verleden.
Daarover is men positief, niet over 2003. Men waarschuwt ook voor
de toekomst. Ik stel vast dat u geen rekening houdt met die adviezen
en dat er voor de begroting 2004 opnieuw eenmalige ontvangsten
zijn.
Ik geef cijfers van het Instituut voor de Nationale Rekeningen die
vorige week werden gepubliceerd, maar daarop gaat u niet in. U
weerlegt die cijfers niet. U geeft, zeer algemeen, een aantal
commentaren, maar u gaat niet in op de cijfers, die klaar en duidelijk
zijn. Er is vorig jaar 5 miljard euro ingebracht in de begroting 2003 via
de Belgacom-operatie. Uiteindelijk is er maar een overschot van 834
miljoen euro geboekt via de Gewesten, de Gemeenschappen en de
lagere overheden. De federale overheid samen met de sociale
zekerheid boekt een tekort voor het jaar 2003. Dat kunt u niet
tegenspreken op basis van cijfers.
récents. Le ministre ne peut nier
que l'année 2003 était déficitaire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Samengevoegde vragen van
- de heer Carl Devlies aan de minister van Financiën over "de gebrekkige werking van de douane"
(nr. 3193)
- de heer Hagen Goyvaerts aan de minister van Financiën over "de onvoldoende middelen voor de
douane in de strijd tegen smokkel" (nr. 3195)
12 Questions jointes de
- M. Carl Devlies au ministre des Finances sur "les dysfonctionnements de l'administration des
Douanes" (n° 3193)
- M. Hagen Goyvaerts au ministre des Finances sur "l'insuffisance de moyens dont dispose
l'administration des Douanes pour réprimer la contrebande" (n° 3195)
12.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
minister, wij hebben gisteren vernomen in een radiocommentaar van
de Administratie der Douane en Accijnzen dat de douane over
onvoldoende middelen zou beschikken voor de uitvoering van haar
controleopdrachten. Er werden voorbeelden gegeven zoals de
controle op de Noordzee, in de havens en op treinen en ook de
controle op poststukken zou onvoldoende zijn. Bovendien zou dit een
negatief effect hebben op de terrorismebestrijding omdat deze
controles daarin een belangrijke functie vervullen. Nochtans heeft de
regering in de superministerraad voor justitie en veiligheid op het
einde van de maand maart beslist dat er bijkomende middelen ter
beschikking zouden gesteld worden. Uit wat we nu vernemen blijkt
echter dat de concrete uitvoering, de concrete implementatie niet
volgt.
Ik had graag vernomen welk uw standpunt is over het standpunt van
de administratie en ik zou ook graag toelichting krijgen over het
budget dat u besteedt aan de douane in verhouding tot de
kostenvergoedingen die door de Europese Unie aan de Belgische
overheid worden toegekend inzake douaneverplichtingen.
12.01 Carl Devlies (CD&V):
L'administration des Douanes et
Accises ne disposerait pas des
moyens suffisants pour procéder à
des contrôles en mer du Nord,
dans les ports et dans les trains.
La Belgique serait ainsi à la traîne
dans la lutte contre le terrorisme
au niveau international. Des
moyens supplémentaires avaient
pourtant été annoncés.
Quel est le point de vue du
ministre? Que représente le
budget de la douane par rapport
aux indemnisations accordées par
l'Union européenne?
12.02 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, ik
wil me aansluiten bij het verhaal van de heer Devlies. Het was uw
directeur-generaal van de Administratie der Douane en Accijnzen die
in Voor de Dag op Radio 1 en in de krant De Tijd commentaar gaf.
12.02 Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): La presse a
relayé certaines doléances du
directeur général des douanes
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
Globaal heeft deze man denk ik drie verzuchtingen waarvoor hij
natuurlijk aan de alarmbel trekt, mijnheer de minister. Op zich is dit
niet onlogisch gezien we in de aanloop naar de besprekingen van de
begroting 2005 zijn. Het is toch wel een vraag waard.
Een eerste verzuchting heeft te maken met het veiligheidsaspect en
de strijd tegen de smokkel van voornamelijk drugs, alcohol, tabak en
andere zwaar belaste goederen en bij uitbreiding de strijd tegen het
terrorisme via de verschillende goederenstromen. Hij verwees naar de
aanslag in Madrid op treinen waar men ook onvoldoende controle had
op goederenstromen. Een belangrijk aspect voor ons land is zeker dat
België een transitland is wat dat betreft. Niet alleen de haven van
Antwerpen is belangrijk, maar blijkbaar ook de hele kustlijn.
Een tweede verzuchting van de directeur-generaal heeft te maken
met de plaats van de dienst van de douane in het hele organigram.
De douane krijgt in de loop der jaren steeds meer te maken met niet-
fiscale taken. De strijd tegen het terrorisme is daar één van.
Bovendien bekommert hij zich nogal over de vertegenwoordiging van
de douane of de afvaardiging van de douane op het strategische
niveau.
Een derde verzuchting, die blijkbaar ook van toepassing is op andere
departementen binnen FOD Financiën, is de personeelsbehoefte.
Blijkbaar wordt het personeel dat op zijn dienst op natuurlijke wijze
afvloeit niet vervangen, niettegenstaande het feit dat de haven van
Antwerpen steeds meer uitbreiding kent. Ik verwijs naar de
containerterminals die er bijkomen in de komende jaren. Ook heeft hij
het over de specifieke controles die in samenspraak met de
buurlanden Frankrijk en Luxemburg steeds belangrijker worden. Hij
verwijst daarbij naar de hondenbrigades voor het opsporen van drugs,
tabak en explosieven, niet alleen te land maar ook in de lucht en op
zee, wat de kustlijn betreft.
Bijgevolg is er maar één vraag, mijnheer de minister. Ondanks die 42
miljoen euro die op de jongste superministerraad over Veiligheid en
Justitie is toegewezen, en waar de betrokken directeur-generaal naar
verwijst, had ik toch graag van u geweten welke initiatieven u op korte
termijn en met het oog op de begroting 2005 zult nemen om aan de
verzuchtingen van uw directeur-generaal tegemoet te komen?
concernant essentiellement la
sécurité: la répression de la
contrebande des stupéfiants, de
l'alcool et du tabac, la lutte contre
le terrorisme. Le contrôle des
mouvements de marchandises
revêt en effet une importance
capitale dans un pays de transit
par excellence comme la
Belgique. Par ailleurs, il s'agit
aussi de la place du service des
Douanes dans l'organigramme, et
notamment de la délégation du
service des Douanes au niveau
stratégique. Enfin, le directeur
général a évoqué les besoins en
personnel de son service. Les
agents qui quittent le service à la
suite de départs naturels ne sont
actuellement pas remplacés, alors
que l'afflux de containers au port
d'Anvers va croissant et que de
plus en plus de contrôles
spécifiques sont organisés en
collaboration avec les pays
voisins.
Quelles mesures le ministre
compte-t-il prendre pour répondre
aux demandes du directeur
général?
12.03 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Devlies, mijnheer Goyvaerts, naar aanleiding van de Ministerraad van
30 en 31 maart inzake Justitie en Binnenlandse Zaken heeft
staatssecretaris Jamar een strategische nota voorgelegd waarin de
taken van de douane inzake veiligheid werden omschreven. In
diezelfde nota werden nieuwe initiatieven voorgesteld, onder meer om
het toezicht op de internationale treinen, op postzendingen en inzake
de Noordzee te versterken. Diezelfde Ministerraad heeft de opdracht
gegeven een meerjarenplan uit te werken waarin naast de
noodzakelijke bijkomende investeringen ook de bijkomende acties
moesten worden omschreven.
Dat heeft geleid tot de opstelling van een investeringsprogramma
2005-2008, ingediend voor een bedrag van 42,6 miljoen euro. Het
programma voorziet in de aanschaf van twee bijkomende scanners
voor de haven van Antwerpen, de aanschaf van portieken voor de
12.03 Didier Reynders, ministre:
Lors du Conseil des ministres des
30 et 31 mars, le secrétaire d'Etat
Jamar a présenté une note
stratégique décrivant les missions
de la Douane en matière de
sécurité. Le Conseil des ministres
a ensuite demandé à
l'Administration des douanes
d'élaborer un plan pluriannuel qui,
outre les investissements
supplémentaires nécessaires,
devait également décrire les
actions supplémentaires.
Finalement, un programme
d'investissement 2005-2008 a été
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
detectie van radioactief materiaal voor de havens van Antwerpen en
Zeebrugge, de oprichting van een maritieme brigade aan de kust, de
uitbreiding van de hondenbrigade voor de opsporing van drugs, de
oprichting van een hondenbrigade voor de opsporing van explosieven,
de oprichting van een hondenbrigade voor de opsporing van illegale
tabakstransporten, en de aanschaf van 40 motoren voor de
versterking van de motorbrigade.
Dat programma wordt eerstdaags besproken ter gelegenheid van de
bilaterale begrotingsbesprekingen met mijn collega van Begroting. Ik
wil erop wijzen dat de voorbije jaren reeds ernstige inspanningen
werden geleverd om de douane de middelen te verstrekken die zij
behoeft. Zo zal de eerste vaste scanner voor de controle van
containers en vrachtwagens in het najaar operationeel zijn. Sinds
vorige maand zijn daarmee intensieve testen aan de gang op de
Antwerpse rechteroever. Zopas werden ook de eerste scanvans
geleverd voor de scanning van kleine poststukken en bagage op de
luchthavens van Zaventem en Bierset.
Ter informatie, in antwoord op uw laatste vraag, mijnheer Devlies, in
2003 heeft België als inningkosten een bedrag van 380.404.206 euro
toegewezen gekregen, wat 25% vertegenwoordigt van het bedrag van
de geïnde invoerrechten. Voor datzelfde jaar wordt het
werkingsbudget voor de administratie der Douane en Accijnzen
geschat op 181.873.000 euro. Ik meen dus dat wij alle nodige
maatregelen hebben genomen, en niet alleen voor de volgende jaren,
2005 tot 2008.
Er zijn reeds enkele nieuwe mogelijkheden voor de douane om zeer
correct hun werk te doen in verschillende zaken, zoals veiligheid en
terrorisme.
introduit pour un montant de 42,6
millions d'euros; je l'examinerai
prochainement avec le ministre du
Budget.
Ces dernières années, des efforts
ont déjà été fournis en vue de
donner à la Douane les moyens
dont elle a besoin. Le premier
scanner fixe pour le contrôle des
conteneurs et des poids lourds
sera opérationnel en automne. Les
premiers "scanvans" viennent
également d'être livrés pour les
aéroports de Zaventem et de
Bierset. En 2003, les frais de
perception se sont montés à
380.404.206 euros en Belgique.
Le budget de fonctionnement de
l'Administration des douanes et
accises pour cette même année
s'élevait à 181.873.000 euros.
12.04 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de maatregelen die u opsomt zijn op het eerste gezicht nogal
indrukwekkend. Ze zijn natuurlijk gespreid over een lange periode,
van 2005 tot 2008, terwijl de maatregelen wel dringend moeten
worden genomen. Wij zullen van nabij opvolgen wat er in de praktijk
wordt gerealiseerd. Ik heb begrepen uit commentaar die gegeven
werd door de administratie dat het probleem eerder de praktische en
concrete implementatie was van een aantal principiële beslissingen
die door de regering werden genomen. We zullen nagaan of de zaken
die hier worden vooropgesteld ook effectief worden gerealiseerd.
12.04 Carl Devlies (CD&V): Les
mesures sont impressionnantes à
première vue mais elles s'étalent
sur une longue période, alors
qu'elles revêtent un caractère
d'urgence. Nous en suivrons
attentivement la mise en oeuvre.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Question de Mme Muriel Gerkens au ministre des Finances sur "la déclaration à l'impôt des
13 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de minister van Financiën over "de aangifte in de
vennootschapsbelasting" (nr. 3196)
13.01 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le ministre, il apparaît
que les déclarations à l'impôt des sociétés ne sont pas encore
parvenues à leurs destinataires et que le modèle n'a pas encore été
publié au Moniteur belge. Or, les contribuables qui n'ont pas reçu ces
déclarations doivent en principe, selon la loi, réclamer une déclaration
au plus tard le 1
er
juin.
13.01 Muriel Gerkens (ECOLO):
De belastingbrieven van de
vennootschappen zijn nog niet bij
de geadresseerden aangekomen.
Wanneer worden ze verstuurd?
Op welke datum moeten de
aangiften uiterlijk worden
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
J'aurais voulu vous demander à quelle date vous espériez expédier
les déclarations aux sociétés. Quelle est la date limite de rentrée des
déclarations qui en résultera? Quelle information sera-t-elle donnée
aux contribuables concernés, et de quelle manière?
ingediend? Hoe zullen de
betrokken belastingplichtigen
hierover worden geïnformeerd?
13.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, madame
Gerkens, il est exact que les déclarations 2004 doivent encore faire
l'objet d'un arrêté royal qui sera publié au Moniteur belge. A l'heure
actuelle, l'administration ne m'a toujours pas envoyé le projet d'arrêté
royal en la matière. J'ai bien entendu insisté pour que ce projet me
soit soumis d'urgence. La date d'envoi des déclarations en cause et la
date extrême de rentrée seront évidemment communiquées au même
moment mais il me faut d'abord le projet d'arrêté royal en la matière.
J'ai aussi demandé qu'on prenne les mesures adéquates afin de
s'assurer que le délai normal d'enrôlement sera bien respecté.
L'administration diffusera un communiqué de presse mentionnant la
date de rentrée des déclarations.
Donc, l'ensemble des mesures est en cours et j'ai effectivement
demandé l'urgence à l'administration.
13.02 Minister Didier Reynders:
Voor de aangiften van 2004 moet
nog een koninklijk besluit worden
uitgevaardigd en in het Belgisch
Staatsblad worden gepubliceerd.
Ik heb erop aangedrongen dat
bedoeld ontwerp me dringend
wordt voorgelegd. De administratie
zal een bericht in de pers
verspreiden waarin de uiterste
datum voor het indienen van de
aangiften wordt vermeld.
13.03 Muriel Gerkens (ECOLO): Monsieur le président, je prends
note de la réponse du ministre mais ce retard est un peu déplorable.
Va-t-on dire aux contribuables qu'ils n'ont pas à se conformer à la loi
qui leur impose de réclamer cette déclaration pour le 1
er
juin?
Il y a, d'une part, urgence pour réclamer ce projet d'arrêté, le publier
et communiquer les dates qui en résulteront mais, d'autre part, il y a
aussi urgence pour signaler aux contribuables qu'ils ne doivent pas
respecter la loi. Dans le cas contraire, ils inonderont vos services en
demandant que cette déclaration leur soit fournie.
13.03 Muriel Gerkens (ECOLO):
Dit ontwerp van besluit moet er
inderdaad dringend komen, maar
de belastingplichtigen moeten ook
dringend op de hoogte worden
gebracht van het feit dat ze de wet
niet moeten naleven!
13.04 Didier Reynders, ministre: Madame Gerkens, je vous rassure,
cette information a déjà été communiquée. Il est évident qu'on ne doit
pas demander un formulaire qui n'existe pas! On n'impose pas aux
contribuables de se procurer un document qui n'existe pas encore.
13.04 Minister Didier Reynders:
Die informatie werd reeds
meegedeeld.
13.05 Muriel Gerkens (ECOLO): Sauf qu'ils ne sont pas sensés
savoir qu'il n'existe pas!
13.06 Didier Reynders, ministre: Grâce à votre question, ils seront
tous au courant.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de Mme Camille Dieu au ministre des Finances sur "les suites de l'arrêt n° 185/2002 de la
Cour d'arbitrage relatif à la taxation du pécule de vacances des ouvriers prépensionnés" (n° 3198)
14 Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de minister van Financiën over "de gevolgen van het arrest
van het Arbitragehof nr. 185/2002 met betrekking tot de belasting op het vakantiegeld van de
bruggepensioneerde arbeiders" (nr. 3198)
14.01 Camille Dieu (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, un arrêt de la Cour d'arbitrage du 11 décembre 2002
dénonçait le caractère discriminatoire du traitement fiscal du pécule
de vacances de départ des ouvriers par rapport à celui des employés.
14.01 Camille Dieu (PS): In zijn
arrest van 11 december 2002
stelde het Arbitragehof dat de
belasting op het
CRIV 51
COM 303
22/06/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
Deux articles étaient incriminés: l'article 147, 1° et l'article 171, 6° du
Code des impôts sur les revenus.
Consécutivement à cet arrêt, le SPF Finances a annoncé, par
communiqué de presse, que l'administration fiscale se conformerait à
ses conclusions. Mais ce faisant, l'administration fiscale a introduit
une nouvelle discrimination. En effet, les ouvriers prépensionnés au
cours de l'année 2000, qui avaient encore perçu en 2001 un pécule
de vacances afférant à leurs prestations de l'année 2000, étaient
invités à introduire une réclamation dans un délai de 3 mois. Certains
d'entre eux se trouvaient, au moment de la parution de l'arrêt de la
Cour d'arbitrage au Moniteur belge, à quelques jours seulement de la
date d'échéance de ce fameux délai de 3 mois. Ils ont donc raté
l'occasion de demander que leur situation soit revue. Par contre, les
contribuables dont le délai avait expiré avant la publication au
Moniteur, pouvaient, quant à eux, introduire leur demande dans un
délai de 3 ans à partir du 1
er
janvier de l'année au cours de laquelle
l'impôt avait été établi, étant donné le caractère rétroactif de la
mesure.
Monsieur le ministre, je voudrais vous poser deux questions.
1. Confirmez-vous que des contribuables ont bien été dans
l'impossibilité de bénéficier de l'arrêt de la Cour d'arbitrage? Dans
l'affirmative, qu'est-il possible de faire pour remédier individuellement
à ces situations? Ne serait-il pas possible de prévoir, dans de tels
cas, des délais extraordinaires pour éviter ce genre de situation
finalement préjudiciable à l'ensemble des services.
2. La loi a été modifiée pour éliminer les discriminations relevées par
la Cour d'arbitrage. Pouvez-vous nous assurer que, dans la pratique,
cela constitue bien une amélioration du statut des ouvriers et non une
réduction des avantages accordés aux employés?
vertrekvakantiegeld van arbeiders
discriminatoir was ten opzichte van
diezelfde belasting voor
bedienden.
In haar ijver om de
belastingregeling in overeen-
stemming te brengen met dat
arrest heeft de
belastingadministratie evenwel
een nieuwe discriminatie in het
leven geroepen. Arbeiders die in
2000 met brugpensioen gingen en
die in 2001 vakantiegeld ontvingen
voor het jaar 2000, konden binnen
een termijn van drie maanden een
bezwaarschrift indienen. Voor
sommigen was die termijn, toen
het arrest gepubliceerd werd, al
bijna verstreken; zij konden dan
ook geen regularisatie meer
aanvragen. Belastingplichtigen
voor wie de termijn wel al geheel
verlopen was, konden hun
aanvraag, gezien de
terugwerkende kracht van de
maatregel, wel nog indienen
binnen een termijn van drie jaar na
1 januari van het belastingjaar.
Kan u bevestigen dat sommige
belastingplichtigen achter het net
gevist hebben en dat het arrest
van het Arbitragehof voor hen niet
geldt? Zo ja, wat gaat u daaraan
doen? Kan er voor dergelijke
gevallen niet in een buitengewone
termijn worden voorzien?
Betekent de wet, die gewijzigd
werd om een vorm van
discriminatie uit de wereld te
helpen, wel een verbetering van
het statuut van de arbeiders, of
veeleer een beknibbeling van de
voordelen van de bedienden?
14.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, madame
Dieu, je n'ai pas connaissance de contribuables qui n'auraient pu faire
valoir leurs droits à la suite de l'arrêt de la Cour d'arbitrage. Si vous
avez connaissance de cas individuels, faites-les moi parvenir! En
effet, nous n'avons pas reçu de demandes en la matière. S'il en
existe, nous examinerons la situation individuelle de ces personnes
qui, si j'ai bien compris, se seraient trouvées à quelques jours de
l'expiration des délais d'introduction des réclamations. On peut
examiner leur situation, mais je n'ai pas connaissance de cas de cette
nature.
14.02 Minister Didier Reynders:
Ik ken geen gevallen van
belastingplichtigen die ingevolge
het arrest van het Arbitragehof
geen aanspraak konden maken op
hun rechten. Als die er zijn,
kunnen we ze onderzoeken.
De besluiten van de door de heer
Jamar opgerichte werkgroep om
de hervormingsmogelijkheden van
22/06/2004
CRIV 51
COM 303
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
Pour ce qui concerne l'évolution de la procédure, un groupe de travail
a été mis en place par le secrétaire d'Etat, M. Jamar, afin d'évaluer
les possibilités de réforme de la procédure fiscale. Les conclusions de
ce groupe aboutiront prochainement à la rédaction d'un avant-projet
de loi. Ce projet prendra en compte notamment l'extension des
possibilités de dégrèvement d'office. La remarque que vous avez
formulée abonde dans ce sens. Il est logique que nous essayions
d'adapter les textes aux décisions qui émanent notamment de la Cour
d'arbitrage. Des améliorations seront sans doute possibles dans cet
avant-projet de loi, en cours de rédaction pour l'instant.
En outre, je puis vous confirmer que la modification légale constitue
une amélioration du statut des ouvriers sans conséquences négatives
pour celui des employés. C'est en tout cas le sens donné au texte
adopté en la matière.
de fiscale procedure te beoordelen
zullen binnenkort in een
voorontwerp van wet worden
gegoten, waarbij rekening wordt
gehouden met de uitbreiding van
de mogelijkheden tot ambtshalve
ontheffing.
De wetswijziging houdt een
verbetering van het statuut van de
arbeiders in, zonder negatieve
gevolgen voor dat van de
bedienden.
14.03 Camille Dieu (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie
pour votre réponse. Puis-je vous demander quel est le taux
d'imposition pour le pécule de vacances payé distinctement?
14.03 Camille Dieu (PS): Hoe
hoog wordt het afzonderlijk betaald
vakantiegeld belast?
14.04 Didier Reynders, ministre: Madame Dieu, je vais demander
que l'on vous adresse une réponse écrite, car je n'ai pas l'ensemble
des taux en tête.
14.04 Minister Didier Reynders:
Ik zal u hierop een schriftelijk
antwoord bezorgen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La discussion des questions et interpellations se termine à 11.47 heures.
De bespreking van de vragen en interpellaties eindigt om 11.47 uur.