CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 270
CRIV 51 COM 270
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
mardi
dinsdag
25-05-2004
25-05-2004
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
ministre des Finances sur "les travaux prévus à la
prison d'Ypres" (n° 2913)
1
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de minister van Financiën over "de geplande
werken in de Ieperse gevangenis" (nr. 2913)
1
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Didier
Reynders, ministre des Finances
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Didier
Reynders, minister van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au ministre des
Finances sur "l'avenir de la monnaie royale de
Belgique" (n° 2937)
2
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de
minister van Financiën over "de toekomst van de
koninklijke munt van België" (nr. 2937)
2
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de M. Jacques Chabot au ministre des
Finances sur "la création du service des décisions
anticipées" (n° 2938)
4
Vraag van de heer Jacques Chabot aan de
minister van Financiën over "de oprichting van de
dienst der voorafgaandelijke beslissingen"
(nr. 2938)
4
Orateurs: Jacques Chabot, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Jacques Chabot, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de M. Stef Goris au ministre des
Finances sur "l'attribution de numéros
d'identification à la TVA" (n° 2961)
6
Vraag van de heer Stef Goris aan de minister van
Financiën over "de toekenning van BTW-
identificatienummers" (nr. 2961)
6
Orateurs: Stef Goris, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Stef Goris, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de M. Roel Deseyn au ministre des
Finances sur "les négociations avec la France
relatives à la convention visant à éviter les
doubles impositions" (n° 2975)
8
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister
van Financiën over "de onderhandelingen over
het dubbelbelastingverdrag met Frankrijk"
(nr. 2975)
8
Orateurs: Roel Deseyn, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Roel Deseyn, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de M. Gérard Gobert au ministre des
Finances sur "le suicide d'un contribuable et le
climat relationnel entre l'administration et les
citoyens" (n° 2987)
10
Vraag van de heer Gérard Gobert aan de minister
van Financiën over "de zelfmoord van een
belastingplichtige en de manier waarop de
administratie de burgers bejegent" (nr. 2987)
10
Orateurs: Gérard Gobert, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Gérard Gobert, Didier Reynders,
minister van Financiën
Question de M. Denis Ducarme au ministre des
Finances sur "la gestion et les investissements de
l'Etat fédéral relatifs au site de l'Abbaye d'Aulne"
(n° 3002)
13
Vraag van de heer Denis Ducarme aan de
minister van Financiën over "het beheer en de
investeringen van de federale overheid met
betrekking tot de site van de Abdij van Aulne"
(nr. 3002)
13
Orateurs: Denis Ducarme, Didier Reynders,
ministre des Finances
Sprekers: Denis Ducarme, Didier Reynders,
minister van Financiën
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
du
MARDI
25
MAI
2004
Matin
______
van
DINSDAG
25
MEI
2004
Voormiddag
______
De vergadering wordt geopend om 10.10 uur door de heer Stef Goris, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.10 heures par M. Stef Goris, président.
01 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de minister van Financiën over "de geplande
werken in de Ieperse gevangenis" (nr. 2913)
01 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au ministre des Finances sur "les travaux prévus à la
01.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de minister, ik zal
mijn vraag tamelijk beknopt houden, ze is schriftelijk al uitvoerig
uiteengezet. Nieuwe werken zijn gepland aan de Ieperse gevangenis.
In een eerste fase wordt een nieuwe wandelkoer aangelegd, in een
tweede fase wordt het inkomgebouw vernieuwd. In 2002 werd gezegd
dat die fases op korte termijn zouden worden uitgevoerd. Uit
informatie van de Regie der Gebouwen blijkt dat de studie voor die
eerste fase afgewerkt is en dat de aanbesteding van de werken zal
doorgaan op 1 juli.
Mijn vraag gaat vooral over de kredieten. Volgens de Regie wordt
gehoopt dat op de derde kwartaalschijf de nodige kredieten voor die
eerste fase kunnen worden gereserveerd. Ik zou willen vragen of die
informatie klopt. Minister Onkelinx bevestigde in maart dat de
renovatie van start zou gaan in september. Kan u die informatie
bevestigen?
Mijn tweede vraag houdt verband met de tweede fase, de heraanleg
van het inkomgebouw. Heeft u hierover al nieuws? Is er een studie
aan de gang of is ze al voltooid? Wanneer zullen er kredieten
beschikbaar zijn, kan de aanbesteding doorgaan en kunnen de
werken aanvangen?
01.01 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): De nouveaux travaux sont
prévus à la prison d'Ypres. Un
nouveau préau devrait être
aménagé dans un premier temps
et le bâtiment d'accès devrait être
rénové dans un second temps. En
2002, il avait été annoncé que les
deux phases seraient réalisées à
court terme.
Dans l'intervalle, la Régie des
bâtiments aurait terminé l'étude
relative à la première phase. Il
n'est toutefois pas certain que la
troisième tranche trimestrielle du
budget permettra de dégager
suffisamment de moyens pour ce
projet. Est-ce exact?
Au mois de mars encore, la
ministre avait déclaré à la presse
que les travaux de rénovation
commenceraient en septembre.
La troisième tranche budgétaire
prévoit-elle les crédits nécessaires
et la première phase pourra-t-elle
démarrer au mois de septembre?
La Régie des bâtiments oeuvre-t-
elle entre-temps à la réalisation de
l'étude relative à la seconde
phase?
Dans quel délai cette étude sera-t-
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
elle achevée?
Quand les crédits nécessaires
seront-ils réservés?
Quand l'adjudication aura-t-elle
lieu et dans quel délai les travaux
débuteront-ils?
01.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mevrouw
Lahaye, het is correct dat de aanbesteding voor de eerste fase, voor
de aanleg van de gesloten wandelkoer, plaatsvindt op 1 juli 2004.
Daarna worden de ontvangen offertes onderzocht. De aangehouden
offerte dient vervolgens te worden onderworpen aan het visum van de
Inspectie van Financiën. De vastlegging van de uitgaven is gepland
voor het derde kwartaal van 2004. De eerste fase zal aanvangen in
het begin van het vierde kwartaal van 2004. De uitvoeringstermijn
bedraagt 150 werkdagen.
Voor de tweede fase zijn momenteel het schetsontwerp en het
voorontwerp zo goed als rond. Nog dit jaar moet de studie van de
tweede fase beëindigd zijn. De aanbesteding is gepland voor het
eerste kwartaal van 2005. De vastlegging is gepland voor het tweede
kwartaal van 2005, in het kader van de mij toegekende
investeringskredieten. De begroting 2005 moet immers nog worden
opgemaakt en goedgekeurd, eerst en vooral door het Parlement.
Indien alles verloopt zoals gepland, zouden de werken van de tweede
fase kunnen aanvangen na de beëindiging van de eerste fase in het
derde kwartaal van 2005, na het bouwverlof.
Dat is mijn concreet antwoord, mijnheer de voorzitter, op de
verschillende vragen van mevrouw Lahaye.
01.02 Didier Reynders, ministre:
La première phase fera
effectivement l'objet d'une
adjudication le 1
er
juillet. Nous
examinerons ensuite les offres
reçues. L'offre sélectionnée devra
alors être approuvée par
l'Inspection des finances.
L'engagement des dépenses
devrait avoir lieu au cours du
troisième trimestre de 2004. Les
travaux débuteront dans le courant
du quatrième trimestre et le délai
d'exécution est de 150 jours.
L'étude relative à la seconde
phase doit être clôturée cette
année encore. L'adjudication est
prévue au premier trimestre de
2005 et l'engagement au
deuxième trimestre de la même
année, en fonction des crédits
disponibles. De fait, le budget
2005 doit encore être adopté. Si
tout se passe comme prévu, la
seconde phase des travaux
devrait pouvoir commencer au
terme de la première phase, à
savoir au cours du troisième
trimestre de 2005, après les
congés du bâtiment.
01.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik dank
de minister voor zijn duidelijk antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Question de M. Jacques Chabot au ministre des Finances sur "l'avenir de la monnaie royale de
02 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de minister van Financiën over "de toekomst van de
koninklijke munt van België" (nr. 2937)
02.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, à la suite de plusieurs communications du commissaire des
monnaies, plusieurs questions se posent en ce qui concerne les
perspectives d'avenir de la monnaie royale de Belgique.
Le commissaire des monnaies a annoncé la création de deux
02.01 Jacques Chabot (PS): Er
rijst een aantal vragen omtrent de
toekomstperspectieven van de
Koninklijke Munt van België. De
muntmeester kondigde de
oprichting van twee naamloze
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
sociétés anonymes: l'une de droit public, chargée de la production et
l'autre, de droit privé, à vocation commerciale.
Cette information est-elle exacte? Si oui, quelles en sont les raisons?
S'agit-il d'une soi-disant non-rentabilité? Quelle est, selon la
comptabilité analytique mise en place depuis plusieurs années,
l'évolution des prix de revient, tant des produits monétaires que des
produits commerciaux?
La cellule marketing a-t-elle été développée et avec quel résultat?
Dans la négative, ces opérations de marketing seront-elles, dans un
premier temps, déléguées par votre département à un sous-traitant
par le biais d'un marché public afin de pouvoir développer en interne
cette expertise?
Enfin, quelles ont été les décisions prises par le comité de gestion
pour sauvegarder cet outil public qu'est la monnaie royale, laquelle a
par ailleurs une valeur symbolique importante représentative de la
puissance publique?
vennootschappen aan. Klopt die
informatie?
Zo ja, vanwaar die beslissing? Wat
is, volgens de analytische
boekhouding die sinds enkele
jaren werd ingevoerd, de evolutie
van de kostprijs van zowel de
monetaire als de commerciële
producten?
Werd de marketingcel ontwikkeld?
Met welk resultaat? Zo neen, zal
uw departement die
marketingoperaties in een eerste
fase via een overheidsopdracht
aan een toeleveringsbedrijf
uitbesteden met de bedoeling
intussen zelf de nodige expertise
op te bouwen? Tot slot: welke
beslissingen nam het
beheerscomité om ervoor te
zorgen dat de Koninklijke Munt
een overheidsinstrument blijft?
02.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur
Chabot, la valeur représentative de la monnaie royale sera
probablement encore mise en avant à la fin de cette année puisque
nous avons annoncé qu'à l'occasion du démarrage de la présidence
luxembourgeoise, le Grand-Duché et la Belgique émettront une pièce
de 2 euros en commun, avec l'effigie des deux souverains. Je pense
que nous pourrons faire réaliser cette pièce par la monnaie royale.
Le commissaire des monnaies a fait par deux fois (en 2002 et 2003)
une communication au personnel de la monnaie royale de Belgique,
en vue de l'informer du souhait de développer les activités de
l'institution, notamment vis-à-vis de l'étranger et, par conséquent,
d'assurer sa pérennité.
Une des alternatives envisagées était en effet de créer une société
anonyme de droit public et une société privée, mais filiale de la
monnaie royale. Toutefois, aucune décision n'a été prise par la suite
en cette matière.
La comptabilité analytique actuelle a été développée "in house" par le
comptable de l'époque. Cependant, l'obsolescence du système ne
permet pas actuellement une étude de rentabilité fiable, au cas par
cas, pour les différentes opérations. On remet en ordre et à jour la
comptabilité, mais elle ne permet pas encore d'aller jusque là.
C'est pourquoi la monnaie royale de Belgique souhaite se tourner vers
l'utilisation d'un logiciel de gestion industrielle intégrée. A la suite
d'avis négatifs de l'Inspection des Finances, le dossier d'acquisition
de ce logiciel est toujours en cours. Je ne désespère pas d'aboutir à
la commande de ce produit.
La cellule marketing a été développée après la production de la
première masse des pièces de circulation en euros - plus de 2
02.02 Minister Didier Reynders:
Wellicht zal de representatieve
waarde van de Koninklijke Munt
eind dit jaar onder de aandacht
worden gebracht, want naar
aanleiding van de start van het
Luxemburgse voorzitterschap
zullen het Groothertogdom en
België een gemeenschappelijk
stuk van twee euro uitgeven.
Een van de mogelijkheden om het
voortbestaan van de Koninklijke
Munt te verzekeren, was enerzijds
een publiekrechtelijke naamloze
vennootschap op te richten en
anderzijds een privaatrechtelijke
vennootschap, als
dochtervennootschap van de
Koninklijke Munt. Daaromtrent
werd echter nog geen enkele
beslissing genomen.
De bestaande analytische
boekhouding werd binnenshuis
ontwikkeld. Het gaat echter om
een verouderd stelsel, op grond
waarvan geen betrouwbare
rentabiliteitsstudie kan worden
uitgevoerd. Daarom wenst de
Koninklijke Munt over te schakelen
naar software voor geïntegreerd
industrieel beheer.
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
milliards de pièces ont été produites en 3 ans. En effet, jusque là, tous
les efforts devaient prioritairement être affectés à cette production de
pièces de circulation, et cela en accord avec les statuts de la monnaie
royale de Belgique.
La cellule marketing a entre-temps étoffé le programme d'émissions
de pièces de collection belges qui comprend pour cette année deux
émissions de pièces d'argent de 10 euros au lieu d'une par an, et une
émission de pièces d'or de 50 euros complémentaire à l'émission
traditionnelle d'une pièce d'or de 100 euros. A titre d'exemple, la
dernière émission de pièces de 10 euros, consacrée aux 75 ans de
"Tintin", a connu le plus grand succès puisque les 50.000 pièces
émises ont été vendues en quelques semaines.
De plus, la cellule marketing a participé à plusieurs appels d'offres à
l'étranger: Luxembourg, Estonie, Malte, Irlande, etc. La monnaie
royale de Belgique fait désormais partie de la liste officielle des
monnaies appelées à participer aux appels d'offres restreints de Malte
pour les pièces en euros, de circulation et de collection.
Le fichier des clients particuliers a été augmenté de plusieurs milliers
d'unités, avec de nombreuses adresses à l'étranger. Il y a donc un
travail de recherche d'autres activités au sein de la monnaie.
Le comité de gestion de la monnaie royale de Belgique a joué le rôle
qui lui est imparti en approuvant les programmes d'émissions et
d'activités commerciales. Il a également décidé, dès l'année 2000, de
faire procéder par le bureau ABC à un diagnostic sur la monnaie
royale, afin de déterminer les pistes pour assurer son avenir. Le
comité de gestion a pris la décision de privilégier toute initiative qui
devrait permettre de maintenir et même de développer ses activités.
J'ajoute enfin que j'ai déjà eu l'occasion de faire rapport au cabinet
restreint sur ce sujet et de mettre en place un groupe de travail,
représentant les différents vice-premiers ministres et le premier
ministre au sein du gouvernement, pour assurer le suivi des
opérations à l'égard de la monnaie royale de Belgique. J'aurai
probablement l'occasion de revenir avec des propositions plus
concrètes sur l'avenir de cette institution, dans les prochains mois.
De marketingcel kwam tot stand
na de aanmaak van de eerste
hoeveelheid circulatiemuntstukken
in euro. Ze werkte het programma
voor de uitgifte van
verzamelstukken uit. De
marketingcel nam voorts deel aan
meerdere buitenlandse
offerteaanvragen. Het bestand van
particuliere klanten groeide met
duizenden aan, en telt ook heel
wat buitenlandse adressen. Er
wordt dus binnen de Munt aan een
diversificatie van de activiteiten
gewerkt.
Het beheerscomité heeft, door zijn
goedkeuring te hechten aan de
uitgifteprogramma's en de
commerciële activiteiten, zijn
opdracht uitgevoerd. Daarnaast
werd beslist het bureau ABC een
doorlichting van de Koninklijke
Munt te laten uitvoeren, om uit te
maken hoe haar toekomst kan
worden verzekerd.
Ik bracht hierover verslag uit
binnen het kernkabinet en richtte
een werkgroep op die voor de
follow-up moet instaan. Wellicht
kan ik in de loop van de komende
maanden met concretere
voorstellen komen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Jacques Chabot au ministre des Finances sur "la création du service des décisions
03 Vraag van de heer Jacques Chabot aan de minister van Financiën over "de oprichting van de
dienst der voorafgaandelijke beslissingen" (nr. 2938)
03.01 Jacques Chabot (PS): Monsieur le président, monsieur le
ministre, il est question, ces derniers temps, de la création du service
des décisions anticipées en matière fiscale au sein de votre
département.
Le nouveau système suscite néanmoins quelques inquiétudes, ce qui
m'amène à vous poser les questions suivantes.
Selon un article paru dans "L'Echo de la bourse" du 3 mai 2004, ce
service serait composé de personnes travaillant à plein temps sur les
03.01 Jacques Chabot (PS): De
eventuele oprichting van een
Dienst van voorafgaande
beslissingen in fiscale zaken baart
zorgen. Hoe groot zal die dienst
zijn, wetende dat er sprake is van
minstens twintig mensen? Zal de
dienst bestaan uit mensen die
voltijds aan de dossiers
betreffende fiscale ruling werken?
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
dossiers de ruling fiscal. Cette information est-elle exacte? Combien
de personnes seront-elles affectées dans ce service et dans quel
délai? Je crois savoir que le minimum de personnes prévu par la loi
est de 20. Quelle est la procédure de sélection prévue et selon quels
critères? Ce service sera-t-il composé exclusivement ou non de
fonctionnaires de votre département et pour quelles raisons?
De plus, il s'agirait d'un service autonome. Plusieurs interprétations
existent en ce qui concerne l'autonomie. S'agit-il, comme le
prétendent certains, d'un service qui sera sous l'autorité exclusive du
premier ministre ou du ministre des Finances et selon quelles
modalités?
Dans quel délai ce service sera-t-il opérationnel?
Welke selectieprocedure zal
worden gevolgd? Zal die dienst
alleen door ambtenaren van uw
departement worden bemand?
Binnen welke termijn zal die dienst
operationeel zijn?
Het is een `autonome' dienst. Staat
hij onder het gezag van de premier
of onder dat van de minister van
Financiën?
03.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur
Chabot, les agents du service des décisions anticipées en matière
fiscale s'occuperont à temps plein du traitement des demandes de
décisions anticipées, comme c'est du reste déjà le cas actuellement.
Le projet de loi modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992 et
la loi du 24 décembre 2002 modifiant le régime des sociétés en
matière d'impôt sur les revenus et instituant un système de décision
anticipée en matière fiscale est d'ailleurs inscrit comme neuvième
point de l'ordre du jour de notre commission.
Les arrêtés d'exécution de ce projet sont en préparation. Les arrêtés
d'exécution doivent, après discussion au Conseil des ministres du
30 avril dernier, faire l'objet d'une négociation en comité de secteur II -
Finances; de plus, ils doivent encore être soumis à l'avis du Conseil
d'Etat. Je reviendrai donc avec des textes d'exécution définitifs
lorsque cette procédure sera terminée.
Comme le projet de loi le précise, ce service se verra conférer une
compétence légale. L'autonomie qui en résultera doit être comprise
dans le même sens que celle dont bénéficie déjà actuellement le
directeur des contributions lorsqu'en application de l'article 375 du
Code des impôts sur les revenus 1992, il rend, en sa qualité d'autorité
administrative et par le biais d'un avis motivé, une décision
concernant les objections avancées par un contribuable. Il n'y a donc
pas de dépendance particulière à l'égard de l'un ou l'autre ministre, en
ce compris le ministre des Finances, sauf pour le rôle classique au
niveau du statut des agents. Il s'agit d'une décision autonome par
attribution légale.
Une date définitive n'a pas encore été fixée quant à la mise en route
de ce service. Le régime actuel reste applicable jusqu'à ce moment.
Le traitement de ce dossier bénéficie de l'urgence; c'est le cas au
parlement et ce sera le cas, bien entendu, au gouvernement.
Monsieur le président, il sera peut-être utile, lorsque le service sera
installé, d'en présenter l'ensemble des mécanismes de
fonctionnement à la commission des Finances de la Chambre.
03.02 Minister Didier Reynders:
De ambtenaren van de Dienst van
voorafgaande beslissingen in
fiscale zaken zullen de aanvragen
tot voorafgaande beslissingen
voltijds behandelen. De invoering
van een dergelijk systeem staat op
de agenda van deze commissie.
De uitvoeringsbesluiten zijn in
voorbereiding.
Deze dienst krijgt wettelijke
bevoegdheid. De dienst geniet
dezelfde autonomie als de
directeur van de belastingen
wanneer hij een beslissing moet
nemen over de bezwaren van een
belastingplichtige. De dienst hangt
niet af van een minister behalve
voor de klassieke rol inzake het
statuut van de ambtenaren.
Er werd geen definitieve datum
vastgelegd voor het starten van de
dienst. Het huidige stelsel blijft tot
op dat ogenblik van toepassing en
dit dossier zal dringend worden
afgehandeld. Zodra de dienst is
opgericht, is het misschien nuttig
de grote lijnen ervan aan de
Kamercommissie voor de
Financiën voor te stellen.
03.03 Jacques Chabot (PS): Monsieur le ministre, je vous remercie
pour votre réponse. Nous sommes favorables à la création de ce
service qui ne peut avoir qu'un effet positif sur les investissements
dans notre pays.
03.03 Jacques Chabot (PS): Wij
zijn voor de oprichting van die
dienst.
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Voorzitter: Dirk Van der Maelen
Président: Dirk Van der Maelen
04 Vraag van de heer Stef Goris aan de minister van Financiën over "de toekenning van BTW-
identificatienummers" (nr. 2961)
04 Question de M. Stef Goris au ministre des Finances sur "l'attribution de numéros d'identification à
04.01 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister,
langs verschillende kanalen bereiken mij meldingen omtrent het vrij
stroeve verloop van het toekennen van BTW-identificatienummers. Dit
is te wijten aan het voorafgaande onderzoek dat door de BTW-
controlekantoren wordt gevoerd met het oog op het tegengaan van
BTW-carrousels. Dat is een initiatief dat wij natuurlijk alleen maar
kunnen toejuichen.
Anderzijds heeft het stroeve verloop echter ook belangrijke gevolgen
voor de BTW-plichtigen die te goeder trouw zijn. Wanneer een
startende ondernemer een aangifte van aanvang van werkzaamheid
doet, dan slaagt de BTW-administratie er vaak niet in om in de loop
van hetzelfde kwartaal het BTW-identificatienummer te activeren,
zeker wanneer de aangifte in de loop van de laatste maand van een
kwartaal gebeurt. Wanneer een BTW-identificatienummer niet is
geactiveerd in een bepaald kwartaal zou de BTW-administratie niet in
staat zijn om nadien de BTW-aangifte met betrekking tot dat kwartaal
te verwerken. De BTW-controlekantoren trachten dit blijkbaar op te
lossen door de betrokken BTW-plichtigen te contacteren met de
mededeling dat zij voor het eerste kwartaal geen BTW-aangifte
mogen indienen en in de volgende aangifte twee kwartalen moeten
aangeven. Ze mogen ook geen stortingen van de verschillen in BTW
doen en teruggave kunnen zij niet vragen.
Mijnheer de minister, kunt u mij terzake zeggen wat er gebeurt met
BTW-aangiften die tegen de opdracht van de BTW-controle in, toch
worden ingediend en met de betalingen die toch worden gedaan? Is
de eerstaanwezend inspecteur van de BTW-controle bevoegd om aan
te bevelen of op te leggen dat een startende ondernemer geen BTW-
aangifte mag indienen voor het eerste kwartaal en geen betalingen
mag doen? Binnen welke termijn moet de BTW-administratie het
BTW-identificatienummer toekennen? Wat zijn de gevolgen voor een
BTW-plichtige indien de BTW-administratie het BTW-
identificatienummer laattijdig toekent? Zal de Staat
nalatigheidintresten betalen op teruggaven die met een vertraging van
minimaal een kwartaal zullen of zouden gebeuren? Ten slotte, hoe
denkt u dat de BTW-administratie deze problemen in de toekomst zou
moeten verhelpen?
04.01 Stef Goris (VLD): Pour
lutter contre les carrousels à la
TVA, les offices de contrôle de la
TVA réalisent une enquête
préliminaire. Voilà une initiative
positive. Il en résulte toutefois que
la procédure d'attribution des
numéros d'identification manque
de souplesse. En général, les
entrepreneurs débutants
n'obtiennent un numéro que dans
le courant du deuxième trimestre,
en particulier lorsque la déclaration
a été introduite au cours du dernier
mois du premier trimestre.
L'administration de la TVA n'est
pas en mesure de traiter la
déclaration dans le courant du
même trimestre. C'est pourquoi
elle demande aux assujettis à la
TVA de ne pas introduire de
déclaration pendant le premier
trimestre et leur déclaration
suivante doit porter sur deux
trimestres. Pendant cette période,
les versements et les
remboursements de TVA ne sont
pas possibles non plus.
Qu'advient-il des déclarations qui
ont été introduites malgré tout?
L'inspecteur principal peut-il
effectivement demander aux
entrepreneurs débutants de ne
pas introduire de déclaration?
Dans quel délai un numéro
d'identification est-il attribué?
Quelles sont les conséquences
d'un octroi tardif? L'Etat payera-t-il
des intérêts de retard pour les
remboursements tardifs?
Comment l'administration
résoudra-t-elle les problèmes en la
matière?
04.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer 04.02 Didier Reynders, ministre:
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
Goris, bij de invoering van de KBO is gebleken dat in een belangrijk
aantal gevallen de ondernemingen in de waan verkeren dat de
activering van de BTW-identificatie niet meer specifiek dient te
worden aangevraagd bij de BTW-administratie. Dit is een valse
redenering, maar het is wel de realiteit. Dit blijkbaar wijdverspreide
misverstand heeft in talrijke gevallen geleid tot de toestand die wordt
aangehaald. Anderzijds is de BTW-administratie slechts tot
toekenning van een BTW-identificatienummer verplicht, indien er een
werkelijke aanvang van activiteit plaatsvindt. Zelfs dan is ze nog
gerechtigd de omstandigheden waarin de activiteit wordt uitgeoefend
vooraf te onderzoeken in bepaalde fraudegevoelige gevallen of
sectoren.
Er worden geen nalatigheidsintresten toegekend ingeval de BTW-
aangiften met teruggave niet kunnen worden verwerkt wanneer de
oorzaak daarvan te zoeken is bij het niet aanvragen van de BTW-
identificatie door de onderneming zelf. Om echter tegemoet te komen
aan de bestaande noden, werd vanaf begin dit jaar een project
opgestart om de BTW-identificatie meer te integreren in de
inschrijving van de onderneming in de Kruispuntbank van
Ondernemingen. Dit project vloeit voort uit het regeringsakkoord en
het actieplan van de staatssecretaris voor Administratieve
Vereenvoudiging. Het zal binnen afzienbare tijd in een testfase
worden getoetst. De hoofdlijnen van het project omvatten een
elektronische aanvraag van de BTW-identificatie, met betrokkenheid
van de erkende ondernemingsloketten. Dat is hetzelfde verhaal als
voor andere procedures. Na evaluatie zal dit project worden opgestart
met de bedoeling de nodige tijd voor de BTW-identificatie aanzienlijk
te verminderen voor de niet-fraudegevoelige gevallen of sectoren.
Wij proberen dus naar een eenvoudiger procedure voor de
ondernemingen te gaan. Ik denk dat het mogelijk moet zijn om
misschien naar een termijn van drie werkdagen te gaan. Mijn
administratie zegt tegen 1 juli 2005, maar wij zullen zien. Ik zou
zeggen: gedurende het jaar 2005. Ik ben voorzichtig in dat verband. Ik
denk dat het mogelijk zal zijn om tegen midden 2005 naar een
procedure van drie werkdagen te gaan.
Lors de la création de la BCE, de
nombreuses entreprises ont
pensé, à tort, qu'elles ne devaient
plus demander de numéro
d'identification. Les problèmes
évoqués par M. Goris en sont la
conséquence.
L'administration doit uniquement
octroyer un numéro d'identification
lorsqu'une activité débute
réellement. Pour les cas et les
secteurs sensibles à la fraude, elle
peut enquêter même à ce
moment-là sur les circonstances
dans lesquelles l'activité est
exercée.
Lorsque le remboursement tardif
est dû à l'absence de demande de
numéro d'identification, aucun
intérêt de retard n'est octroyé.
Un projet visant à l'intégration de
l'identification à la TVA dans la
procédure d'inscription de
l'entreprise à la BCE a été lancé
au début de l'année. C'est une
conséquence de l'accord de
gouvernement et du plan d'action
du secrétaire d'Etat Van
Quickenborne. La phase de test
sera bientôt évaluée. L'idée est
qu'on puisse demander
l'identification à la TVA par la voie
électronique, par l'entremise des
guichets d'entreprise. L'attribution
du numéro devrait donc survenir
plus rapidement dans les cas non
sensibles à la fraude. La prudence
est de mise, mais j'ai l'ambition de
parvenir à un délai de trois jours
ouvrables d'ici la mi-2005.
04.03 Stef Goris (VLD): Mijnheer de minister, een aantal belangrijke
stappen werd al gezet. U hebt ze zojuist toegelicht. Een vraag blijft mij
toch nog een beetje bezighouden. Hoe zit het nu met de inspecteur
van de BTW-controle? Kan hij volgens u een startende ondernemer
rechtmatig opleggen om geen aangifte te doen het eerste kwartaal,
noch een betaling, en met andere woorden het in het tweede kwartaal
te laten samenkomen? Is dat volgens u een correcte manier van
handelen op dit ogenblik?
04.03 Stef Goris (VLD): Les
inspecteurs peuvent-ils obliger les
assujettis à la TVA à reporter leur
première déclaration? Cela pose
problème à de nombreux
entrepreneurs.
04.04 Minister Didier Reynders: Ik zal u schriftelijk antwoorden.
04.04 Didier Reynders, ministre:
Je fournirai à M. Goris une
réponse écrite à cette question.
04.05 Stef Goris (VLD): Als dat mogelijk is. Het is een praktijk die
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
blijkbaar nogal courant is en die niet altijd de nodige duidelijkheid
verschaft. Ook brengt dit nogal wat financiële problemen met zich
mee voor de ondernemers zelf. Misschien kunt u ook contact
opnemen met uw diverse eerstaanwezend inspecteurs om na te gaan
in welke mate die praktijk bestaat en of ze inderdaad overeenstemt
met uw beleid.
04.06 Minister Didier Reynders: Ik zal u hierop nog een schriftelijk
antwoord bezorgen.
04.07 Stef Goris (VLD): Dank u wel.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: Stef Goris.
Président: Stef Goris.
De voorzitter: Vraag nummer 2963 van mevrouw Pieters wordt uitgesteld.
05 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister van Financiën over "de onderhandelingen over het
dubbelbelastingverdrag met Frankrijk" (nr. 2975)
05 Question de M. Roel Deseyn au ministre des Finances sur "les négociations avec la France
relatives à la convention visant à éviter les doubles impositions" (n° 2975)
05.01 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, het is goed dat wij de evoluties inzake de fiscale
maatregelen waaraan de Belgische en Franse arbeiders zijn
onderworpen van nabij kunnen volgen.
Veel maatschappelijke en economische actoren in mijn streek, West-
Vlaanderen, hebben meer inzicht nodig in die problematiek om hun
strategie daarop te kunnen afstemmen. U weet dat de
grensarbeiderregeling voor het bedrijfsleven extreem belangrijk is. In
bepaalde bedrijven in het zuiden van West-Vlaanderen zijn 40 tot 50%
werknemers afkomstig uit Frankrijk. Hiermee zijn kritische drempels
bereikt. Als er iets verandert in het fiscaal gunstregime voor Fransen
en als men geen goed inzicht heeft in wat er op stapel staat, dan
dreigen bepaalde bedrijven in de streek te moeten verhuizen.
U hebt onlangs gezegd dat er in de volgende maanden een
eindbeslissing zou worden genomen met uw Franse collega. Het zou
goed zijn te weten over welke principes er reeds een akkoord is. Wat
is de agenda voor die vergaderingen? Welke gemeenschappelijke
standpunten werden ingenomen? Welke positie neemt de nieuwe
Franse minister in? Welke oriëntaties of opties werden bepaald? Is er
ook ruimte voor een inspraakmoment? Ik zou met andere woorden
graag een update krijgen van deze problematiek. Hoe kunnen wij
verder van nabij de zaken volgen? Wat is vandaag de stand van
zaken?
05.01 Roel Deseyn (CD&V): Les
acteurs sociaux et économiques
sont nombreux, en Flandre
occidentale, à souhaiter la clarté
concernant les mesures fiscales
auxquelles les travailleurs belges
et français sont soumis. La
réglementation relative aux
travailleurs frontaliers est
extrêmement importante pour les
entreprises. Près de la moitié des
collaborateurs de certaines
entreprises situées dans le sud de
la Flandre occidentale sont
d'origine française. Un seuil
critique est atteint. Certaines
entreprises risquent de devoir
déménager si le régime fiscal
favorable aux Français était
modifié.
Le ministre a récemment déclaré
qu'il prendrait une décision avec
son collègue français dans les
prochains mois. Sur quels
principes est-on déjà d'accord?
Quels points sont-ils encore à
l'ordre du jour? Quelles positions
communes a-t-on adoptées?
Quelle est la position du nouveau
ministre français? Dans quelle
direction va-t-on? Y a-t-il une
possibilité de concertation? Quel
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
est l'état d'avancement de ce
dossier?
05.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Deseyn, ik heb de heer Sarkosy inderdaad op donderdag 13 mei 's
avonds in Parijs ontmoet. Daar werd het probleem van de
onderhandelingen van het nieuw dubbelbelastingverdrag tussen
België en Frankrijk samen met andere bilaterale en Europese
ontwerpen aangesneden.
Wij hebben op deze vergadering beslist om een oplossing te zoeken
voor de hangende punten van de onderhandeling. Voor de planning
hebben we een termijn van twee maanden vooropgesteld. Het komt
er in dit stadium op aan de standpunten van de twee landen nader tot
elkaar te brengen. Vervolgens, en slechts in het geval van een
overeenkomst, zal na de aanpassing van de ontwerptekst worden
overgegaan tot het paraferen en ondertekenen. Zoals bij elk
internationaal verdrag dienen de parlementen van de beide landen
hun goedkeuring te geven.
Zoals ik vorige week in mijn antwoord aan de heer Devlies op zijn
vraag over de gemeentelijke opcentiemen meedeelde, zouden we
hierover ook, net zoals voor Nederland en Duitsland, een akkoord
moeten bereiken. Zo zullen de Belgische gemeenten, zodra het
nieuwe verdrag van toepassing zal zijn, opcentiemen kunnen innen op
de inkomsten van Franse herkomst die de Belgische inwoners krijgen
en die van belastingen worden vrijgesteld. Dat leidt tot een meer
gelijke behandeling van alle inwoners van die gemeenten.
Om de grensarbeiders, die hun vaste woonplaats hebben in de
grensstreek van een land en hun beroepsactiviteit uitoefenen in de
grensstreek van een ander land, nogmaals gerust te stellen kan ik
mijn benadering bevestigen. België heeft aan Frankrijk voorgesteld
het stelsel dat op die grensarbeiders van toepassing is af te schaffen
en hun inkomsten uit arbeid belastbaar te maken in het land waar ze
hun activiteit uitoefenen. In dit geval zal een relatief lange
overgangsperiode in het verdrag worden opgenomen voor de
grensarbeiders die hun vaste verblijfplaats hebben in de Franse
grensstreek en die werken in Belgische gemeenten gelegen in de
zone die omschreven werd in het aanhangsel dat op 8 februari 1999
werd ondertekend. Zoals u weet wenst Frankrijk dit statuut gedurende
15 jaar te behouden. Ik ben niet tegen die wens gekant. Momenteel
kan ik hieraan niets toevoegen.
Op uw vraag over de winst van de ondernemingen, mijnheer Deseyn,
kan ik u antwoorden dat de OESO-richtlijn zal worden gevolgd.
Ten slotte, wens ik zo snel mogelijk een akkoord te bereiken. De heer
Sarkosy deelt mijn standpunt. De onderhandelingen met Frankrijk is
echter een lang verhaal. Op 5 jaar tijd ben ik al aan mijn vijfde Franse
collega toe. Dat is dus niet gemakkelijk werken. Ik kan evenwel geen
precieze planning geven, noch een termijn of oplossingen toelichten
over de hangende punten. Over het algemeen vragen dergelijke
dossiers veel tijd. We onderhandelen sinds tientallen jaren met onze
buurlanden. Ik heb met Nederland, Duitsland en Luxemburg
verdragen kunnen afronden. Frankrijk zal dus deel uitmaken van ons
huiswerk voor de zomervakantie.
05.02 Didier Reynders, ministre:
J'ai rencontré M. Nicolas Sarkozy
le 13 mai 2004. Nous avons
évoqué la nouvelle convention
préventive de la double imposition
entre la Belgique et la France. Un
délai de deux mois a été convenu
pour trouver une solution aux
problèmes en suspens. Après
avoir été adapté, le texte du projet
sera signé et les parlements
pourront donner leur aval.
Il faut parvenir à un accord sur les
additionnels communaux, de sorte
que les communes belges
puissent les prélever auprès des
habitants qui perçoivent des
revenus français. La Belgique a
proposé à la France de rendre les
revenus des travailleurs frontaliers
imposables dans le pays où ils
travaillent. Une période transitoire
de 15 ans a été fixée pour les
travailleurs frontaliers résidant en
France et employés dans les
communes belges qui figurent
dans l'accord du 8 février 1999.
La directive de l'OCDE sera suivie
pour les profits des entreprises.
Les deux pays souhaitent parvenir
à un accord dans les meilleurs
délais.
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
05.03 Roel Deseyn (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik dank u voor dit uitvoerig antwoord. U had aangekondigd
het dossier in de komende twee maanden af te ronden, maar blijkbaar
ligt het toch iets complexer.
05.04 Minister Didier Reynders: Hopelijk met dezelfde Franse
collega.
05.05 Roel Deseyn (CD&V): Het is goed om nog eens te
beklemtonen hoe belangrijk het wel is dat we alert zijn om
delokalisatie van Belgische bedrijven te voorkomen. We zien nu
eenmaal dat werknemers uit de naburige Vlaamse en Waalse steden
niet voorradig zijn. Dat is toch iets dat we bij die onderhandelingen in
het achterhoofd moeten houden.
05.05 Roel Deseyn (CD&V): ): Il
importe de suivre ce problème si
l'on veut éviter le départ
d'entreprises belges. Il n'y a pas
assez de travailleurs dans les
villes flamandes et wallonnes
voisines.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Collega's, de heer Carl Devlies laat zich verontschuldigen en verzoekt ons zijn vragen uit te
stellen naar een volgende vergadering. Het gaat dus over de vragen onder de punten 6bis (nr. 2977), 6ter
(nr. 2978), 6quinquies (nr. 2988) en 6sexies (nr. 2989) op de agenda.
06 Question de M. Gérard Gobert au ministre des Finances sur "le suicide d'un contribuable et le
climat relationnel entre l'administration et les citoyens" (n° 2987)
06 Vraag van de heer Gérard Gobert aan de minister van Financiën over "de zelfmoord van een
belastingplichtige en de manier waarop de administratie de burgers bejegent" (nr. 2987)
06.01 Gérard Gobert (ECOLO): Monsieur le président, monsieur le
ministre, - la presse en a largement fait état - le 12 mai dernier, un
contribuable qui exerce la profession de pharmacien et qui faisait
l'objet d'un contrôle fiscal s'est donné la mort dans le jardin de son
contrôleur dans la ville du Roeulx. Vous avez alors été interrogé par
les médias et vous avez déclaré qu'une enquête administrative
interne avait été ouverte pour déterminer les circonstances exactes
de ce drame.
A l'heure actuelle, disposez-vous des résultats de l'enquête et, dans
l'affirmative, quelles en sont les conclusions, puisqu'il y avait suspicion
de harcèlement? Ces faits sont-ils avérés? Où en est-on dans cette
procédure d'enquête?
A partir de ce drame particulier, il convient peut-être de réfléchir au
contexte général dans lequel ces événements se déroulent et au
climat relationnel entre l'administration et les contribuables. Il est
évident que les agents, quel que soit leur niveau, doivent avoir les
moyens d'exercer leurs missions, notamment les contrôles. Par
ailleurs, ceux-ci doivent s'inscrire dans le cadre strict des droits du
contribuable et surtout dans un climat relationnel de respect et de
courtoisie qui exclut, bien entendu, là comme ailleurs, tout
harcèlement.
Pouvez-vous m'indiquer quelles sont les dispositions réglementaires?
On a évoqué une circulaire interne du SPF Finances qui balise ces
aspects humains des rapports entre les fonctionnaires et les
contribuables. A la lumière du drame qui vient de se produire, ces
dispositions vous paraissent-elles suffisantes? Sont-elles également
bien connues de la part des agents? Des formations internes sont-
06.01 Gérard Gobert (ECOLO):
Op 12 mei pleegde een apotheker,
wiens boekhouding door de
belastingdiensten werd
gecontroleerd, zelfmoord in de tuin
van zijn belastingcontroleur in Le
Roeulx.
Beschikt u al over de conclusies
van het onderzoek, onder meer
naar het vermoeden van
pesterijen?
Bestaat er, wat het algemeen
klimaat betreft, een interne
omzendbrief waarin de krijtlijnen
getrokken worden van de
betrekkingen tussen de
administratie en de
belastingplichtigen? Zijn de
bestaande bepalingen en
opleidingen toereikend? Welke
preventieprocedures zijn er?
Welke maatregelen denkt u te
nemen om nieuwe drama's te
voorkomen?
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
elles organisées de façon à sensibiliser les agents à cet aspect des
choses? Existe-t-il à l'intérieur du SPF Finances des procédures
internes qui viseraient à prévenir les comportements de harcèlement?
Des mesures de type sonnette d'alarme, par exemple, sont-elles
mises en place?
Enfin, pour l'avenir, comptez-vous prendre des mesures pour éviter
de nouveaux drames de ce type?
06.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur
Gobert, au sujet du drame particulier rapporté par les médias,
l'examen des faits fiscaux auxquels la hiérarchie locale et l'inspection
générale des services se sont livrés apportera ses conclusions
aujourd'hui. J'ai en effet demandé que le rapport me soit communiqué
afin de pouvoir donner un avis en la matière et réagir. L'auditeur
général itinérant s'est encore rendu à la Direction régionale des
contributions de Charleroi pour y consulter le dossier fiscal du
contribuable et y coordonner les résultats de l'enquête.
La procédure que j'ai lancée le jour même suit donc son cours et le
président du département me communiquera son avis sur le rapport
effectué par les services.
Pour ces conclusions, j'aurai donc l'occasion d'évoquer la situation. Je
dirai simplement que nous tiendrons compte aussi du secret
professionnel en ce qui concerne le dossier fiscal proprement dit. Et,
de toute façon, les parents du défunt seront avertis de la situation
dans le détail. J'aurai l'occasion de communiquer sur ce point dès que
j'aurai pu m'en entretenir avec le président du département, dans le
courant de cette journée.
De manière plus générale, je puis vous assurer que c'est une
préoccupation constante au sein de l'administration de faire en sorte
que les fonctionnaires et agents exercent leurs missions dans le strict
respect des règles existantes, entre autres celles qui ont trait à
l'adéquation des moyens mis en oeuvre avec la situation de fait
rencontrée.
Ces règles sont reprises dans les instructions permanentes de
l'administration et font l'objet de rappels réguliers. Elles sont
également expliquées dans les formations données.
Les aspects relationnels et humains de la mission exercée font
également partie des instructions, rappels et formations visés.
Le président du comité de direction a eu l'occasion de rappeler devant
la commission des Finances la nécessaire évolution dans les relations
entre les contribuables et l'administration.
Je voudrais ajouter deux ou trois éléments à ce sujet.
1. Il y a probablement des exemples à tirer de ce qui se passe parfois
à l'étranger en matière de contrôle. Ainsi, nous avons lancé la
publication de certaines brochures sur les droits des contribuables à
l'égard de l'administration fiscale. Il sera utile à l'avenir d'imaginer une
formule d'information systématique des contribuables qui font l'objet
ou qui doivent faire l'objet d'un contrôle en ce qui concerne leurs
droits et la manière dont le contrôle va s'effectuer. Le fait de prendre
06.02 Minister Didier Reynders:
Ik zal vandaag de conclusies van
het onderzoek naar de fiscale
feiten ontvangen. De procedure
loopt verder en de voorzitter van
het departement zal mij zijn advies
bezorgen. Er zal rekening worden
gehouden met het beroepsgeheim
maar de verwanten zullen op een
gedetailleerde manier worden
ingelicht.
Meer in het algemeen is de
naleving van de bestaande regels
voor mijn administratie een
permanent aandachtspunt.
In de voorschriften en opleidingen
wordt ruim aandacht besteed aan
het menselijk aspect van de
opdracht. Er werden brochures
gepubliceerd over de rechten van
de belastingplichtigen ten aanzien
van de belastingadministratie. Er
dient een algemeen klimaat te
bestaan; mijn administratie ervaart
de druk van het politieke en
mediadebat over de fiscale fraude.
Ten slotte dienen soms ook
maatregelen te worden getroffen
om de belastingambtenaren te
beschermen tegen
belastingplichtigen die agressief
worden.
Ik zal twee mededelingen doen,
één voor de pers en één voor de
ouders van de overledene.
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
un contact préalable me paraît très utile. Cela ne vise évidemment
pas les interventions coordonnées avec les forces de police ou les
parquets en matière de criminalité financière ou de fraude organisée.
2. Un climat général doit exister. Je vous remercie de faire part de
votre souhait de voir la relation avec les contribuables se dérouler
correctement. Mon administration est régulièrement soumise à une
pression venant tant du débat politique que du débat médiatique sur
la fraude fiscale. A force de revenir sans arrêt sur ce thème et en le
présentant de manière de plus en plus forte, on doit aussi expliquer
que, malgré la façon dont certains parlent de ce sujet, le contribuable,
comme tout autre citoyen, a droit à être traité comme un citoyen
présumé innocent d'un certain nombre de faits, non seulement en
matière pénale mais aussi en matière fiscale. Le climat général n'est
peut-être pas tout à fait sûr en cette matière.
Cela étant dit, il faudra aussi, dans des cas particuliers, tenir compte
de l'effet inverse qui peut se produire. Je veux parler des mesures à
prendre parfois pour protéger des agents du département qui se
trouvent dans des situations à l'opposé de celles que l'on évoque.
Ainsi, certains contribuables peuvent devenir assez agressifs. On
connaît ce genre de problème en matière judiciaire, mais aussi dans
d'autres services de contrôle. J'ai déjà dû prendre des mesures de
protection devant les cours et tribunaux. En effet, il y a d'abord un
premier type de réaction, la réaction par des procédures judiciaires
introduites à l'égard d'agents. Ces derniers doivent pouvoir se
défendre. Il y a parfois - mais je ne les détaillerai pas ici - des
mesures de pure sécurité physique qui sont prises dans le cas de la
lutte contre certains type de fraude organisée.
Je le répète, j'aurai l'occasion de me prononcer sur le dossier
particulier une fois le rapport analysé par le président du comité de
direction. J'ai demandé que ce soit fait pour le début de cette
semaine. J'espère pouvoir communiquer encore aujourd'hui sur le
sujet.
06.03 Gérard Gobert (ECOLO): Monsieur le ministre, je vous
remercie pour les éléments de réponse que vous m'apportez. Allez-
vous communiquer directement vers la presse quand vous aurez les
éléments de réponse au sujet de ce dossier?
06.04 Didier Reynders, ministre: Il y aura deux communications:
l'une, certainement vers la presse et l'autre car les éléments du
dossier ne seront pas communiqués à la presse , directement aux
parents.
06.05 Gérard Gobert (ECOLO): Par rapport au cadre général, je
suis tout à fait conscient qu'il y a parfois des éléments de violence
physique ou verbale de la part des contribuables vis-à-vis des agents.
Je crois qu'il ne faut pas mêler, comme vous le faites un peu, le débat
politique sur la lutte nécessaire contre la fraude fiscale avec les
conséquences relationnelles. Ce sont deux niveaux complètement
différents. On peut défendre politiquement la nécessité de lutter
contre la fraude fiscale et défendre en même temps l'obligation que
les relations entre les deux parties se passent de manière courtoise.
Je ne pense pas que le dossier se situe dans ce cadre-là.
Plus concrètement, y a-t-il une circulaire interne précise qui organise
06.03 Gérard Gobert (ECOLO):
Men mag het politieke debat en de
problematische verstandhouding
niet op één hoop gooien. Het zijn
twee verschillende vraagstukken.
Kan u mij nadere toelichting
verstrekken over die omzendbrief?
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
et balise les rapports entre les contribuables et les agents?
06.06 Didier Reynders, ministre: Il y a plus qu'une circulaire, je le
disais à l'instant. On peut les mettre à disposition de la commission, si
vous le souhaitez. Il y a toute une documentation mise à disposition
non seulement des agents mais aussi des contribuables eux-mêmes.
Nous avons lancé, sous la précédente législature, une "collection" de
brochures sur les droits des contribuables et la façon de pouvoir
réagir à l'égard de chacune des administrations. Je pense qu'il serait
utile, lorsque des contrôles normaux sont annoncés, d'informer les
contribuables de la manière dont ces contrôles vont se dérouler et
des procédures qui pourraient s'ensuivre. On a parfois le sentiment
qu'une administration développe une activité trop importante en
envoyant plusieurs courriers successifs mais la loi prévoit des délais
et des obligations en la matière. Je crois qu'il est utile d'en informer le
contribuable au préalable.
C'est cette démarche qui n'est pas encore appliquée mais la
démarche d'information générale existe à travers des circulaires pour
les services et des brochures pour les contribuables. Mais je crois que
cette manière de communiquer, de façon générale, ne suffit pas et
que l'on devrait probablement systématiser une information directe du
contribuable sur le fait qu'un contrôle va avoir lieu, de quelle façon,
avec quel type de relation, à l'exclusion, je le répète, des cas où on
intervient plus rapidement auprès de certains contribuables, dans le
cas de fraudes organisées ou de poursuites en matière pénale.
06.06 Minister Didier Reynders:
Wij hebben meer dan alleen een
omzendbrief, we hebben een hele
verzameling brochures, niet alleen
voor de administratie maar ook ten
behoeve van de belastingplichtige.
Het is belangrijk dat de
belastingplichtige goed is ingelicht
en op de hoogte is van de
onderscheiden procedures.
06.07 Gérard Gobert (ECOLO): Monsieur le président, je remercie
le ministre pour sa réponse.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Mevrouw Nagy is helaas afwezig. Dus haar vraag (nr. 2992) vervalt.
07 Question de M. Denis Ducarme au ministre des Finances sur "la gestion et les investissements de
l'Etat fédéral relatifs au site de l'Abbaye d'Aulne" (n° 3002)
07 Vraag van de heer Denis Ducarme aan de minister van Financiën over "het beheer en de
investeringen van de federale overheid met betrekking tot de site van de Abdij van Aulne" (nr. 3002)
07.01 Denis Ducarme (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, ma question s'adresse au ministre responsable de la Régie
des Bâtiments. Elle concerne l'abbaye d'Aulne, un site historique se
situant dans l'entité de Thuin.
L'Etat fédéral n'est pas propriétaire de ces bâtiments mais est lié à
l'abbaye d'Aulne par une convention de 1898 établissant la
responsabilité de l'Etat fédéral dans ce dossier. Les ruines de
l'abbaye d'Aulne, situées en bordure de la Haute-Sambre à proximité
de l'abbatiale de Lobbes, du coeur historique de Thuin et de son
beffroi, représentent au-delà d'un symbole historique pour la Thudinie,
un véritable pôle de développement touristique qui se voit aujourd'hui
être un des sites les plus visités de Wallonie.
Un grand nombre de commerces liés au secteur horeca, à celui des
loisirs ou encore liés à la promotion des produits régionaux se sont en
outre installés autour du site depuis de nombreuses années. Leur
dynamique commerciale dépend évidemment de l'attrait et de
07.01 Denis Ducarme (MR): Al is
de historische site van de Abdij
van Aulne in Thuin geen eigendom
van de federale staat, toch valt
deze krachtens een overeenkomst
van 1898 onder zijn
verantwoordelijkheid. De ruïnes
zijn een belangrijke toeristische
ontwikkelingspool en de
commerciële activiteit die ermee
gepaard gaat, hangt grotendeels
af van de aantrekkingskracht en
de toegankelijkheid van de site.
Klopt het dat het Waalse Gewest
de federale staat heeft gelast zijn
verantwoordelijkheid op zich te
nemen en de werken aan deze
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
l'accessibilité des ruines je sais que vous connaissez le site.
La presse nous informait récemment que l'autorité wallonne
compétente avait enjoint l'Etat fédéral de prendre ses responsabilités
dans ce dossier et d'assurer le financement des travaux sur ce site.
Cette information est-elle juste? Pour être élu local dans la région, je
pense pourtant savoir que votre département n'a pas attendu l'autorité
wallonne compétente pour prendre ce dossier à-bras-le-corps.
J'aurais donc souhaité être informé tout d'abord des investissements
consentis par l'Etat fédéral depuis 1999 sur ce site. Ensuite, je
voudrais connaître les engagements financiers que l'Etat fédéral
entend consentir en vue de la réalisation des travaux de consolidation
des ruines de l'abbaye d'Aulne.
En effet, bien avant les questions de prestige et de développement
touristique, se pose une question de sécurité pour les habitations
situées à proximité des ruines, ainsi que pour les touristes. Certaines
parties des ruines devraient être traitées en priorité pour des raisons
urgentes de stabilité des murs et des fondations.
Troisièmement, comptez-vous dans ce sens, si ce n'est déjà fait
comme je le pense, envoyer sur place les services de votre
département afin d'établir clairement un ordre de priorité des travaux
à effectuer? Si cet ordre de priorité a été déterminé, quelles seront
alors les investissements consentis par l'Etat fédéral et sur quelle
durée porteront-ils? Sur quels travaux porteront ces investissements?
Je sais qu'une des premières missions qui vous revient en tant que
ministre responsable de la Régie des Bâtiments est d'assurer aux
citoyens la meilleure accessibilité aux bâtiments et au personnel
fédéral les meilleures conditions de travail au sein de ceux-ci; c'est
pourquoi vous avez vraisemblablement entamé des négociations
avec l'autorité wallonne compétente afin d'élaborer une réponse
précise et concrète que les pouvoirs publics pouvaient apporter
ensemble aux nécessités de ce dossier.
Que pouvez-vous nous dire aujourd'hui du sens de ces échanges
avec l'autorité régionale?
site te financieren?
Uw departement lijkt dit dossier
naar zich toe te trekken, zonder de
Waalse overheid daarin te kennen.
Kan u mij meedelen welke
investeringen sinds 1999 door de
federale staat werden
goedgekeurd en welke financiële
middelen in de toekomst moeten
worden vrijgemaakt om de ruïnes
van de Abdij van Aulne te
versterken? Uit
veiligheidsoverwegingen dienen de
muren en funderingen inderdaad
zo snel mogelijk te worden
verstevigd.
Zal u de diensten van uw
departement uitsturen om ter
plaatse na te gaan welke
werkzaamheden prioritair zijn -
hoewel dat me dunkt al gebeurd
is?
Hoeveel zal er geïnvesteerd
worden, volgens welk tijdschema
en voor welke werkzaamheden?
Naar verluidt heeft u
onderhandelingen aangeknoopt
met de bevoegde Waalse overheid
teneinde een duidelijke en
concrete gedragslijn te bepalen in
dit dossier. Wat is de teneur van
die gesprekken?
07.02 Didier Reynders, ministre: Monsieur le président, monsieur
Ducarme, il est exact que les services compétents de la Régie des
Bâtiments ont, depuis plusieurs années, entamé les études
nécessaires à la consolidation de l'Abbaye d'Aulne. Il est toujours
intéressant d'avoir des contacts avec les autorités qui veulent
intervenir en cette matière mais nous n'avons pas attendu, bien
entendu, des mouvements notamment en Région wallonne à ce sujet.
Les projets déjà réalisés à ce jour sont la restauration de l'entrée des
hôtes en 1997 pour un montant de 244.177 , la restauration du
portail de l'église abbatiale en 2000 pour un montant de 687.000 ,
des travaux urgents en divers endroits du site en 2002 pour un
montant de 11.465 , le débroussaillage de tout le site en 2003 pour
un montant de 10.584 .
Le service "restauration" de la Régie des Bâtiments a prévu des
interventions sur trois plans différents: les travaux urgents et
ponctuels aux endroits les plus menacés, le développement de la
07.02 Minister Didier Reynders:
De bevoegde diensten van de
Regie der Gebouwen zijn
inderdaad al verscheidene jaren
van plan de Abdij van Aulne te
consolideren. Wij hebben dan ook
niet op de Waalse overheid
gewacht om het dossier te
behandelen.
Tot op heden werden reeds
verscheidene projecten
gerealiseerd, zoals de restauratie
van de bezoekersingang en het
portaal van de abdijkerk, en de
verwijdering van het struikgewas
op de volledige site.
CRIV 51
COM 270
25/05/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
consolidation de l'ensemble des ruines, par entité architecturale, en
plusieurs phases et l'exécution des travaux de sécurisation
permettant au fur et à mesure l'extension du parcours touristique,
dont vous avez d'ailleurs évoqué l'importance.
Dans ce cadre, il est prévu, dans le courant des années 2004 et 2005,
pour des raisons évidentes de sécurisation du site, l'achèvement des
études et la mise en adjudication des travaux suivants:
- la consolidation du choeur de l'église abbatiale;
- la réalisation d'un passage de sécurité vers le verger;
- l'aménagement du cloître;
- la consolidation des façades côté rue (réfectoire et quartiers
anciens);
- et divers travaux urgents, notamment dans le transept.
Le montant total de ces travaux est estimé à 690.000 .
A la suite d'une réunion tenue à la Régie des Bâtiments au début du
mois de mars 2004, en présence des représentants de la Région
wallonne et de l'Institut du patrimoine wallon, l'engagement des
travaux prévus ci-avant sur le budget 2004 de la Régie des Bâtiments
a été confirmé moyennant l'accord de l'Inspection des Finances
accréditée auprès de la Régie des Bâtiments. Je suppose que c'est
cet élément qui a été évoqué avec insistance par la Région. Nous
avons simplement confirmé à la Région les décisions qui ont déjà été
prises par l'autorité fédérale.
J'aimerais attirer l'attention, et vous l'avez fait également, sur les
points suivants.
- Ni l'Etat belge ni la Régie des Bâtiments ne sont propriétaires du
site, ils n'ont même aucun droit réel sur ce site.
- Les obligations de la convention de 1896 ont été reprises par l'Etat
par défaut d'un autre système de protection du patrimoine à cette
époque.
- Actuellement, la compétence en matière de protection du patrimoine
et en matière de tourisme appartient aux Régions.
- Ces travaux ne ressortissent pas à la mission légale de la Régie des
Bâtiments.
- La réduction des moyens financiers de la Régie l'oblige à une
concentration de ses efforts sur ses propres bâtiments. Vous avez
évoqué l'accès des fonctionnaires et des citoyens à des bâtiments
publics. Nous venons de prendre des décisions en ce qui concerne
les bâtiments de justice et de police: 75 millions d'euros leur seront
consacrés pendant chacune des quatre prochaines années (palais de
justice, prisons et bâtiments de police).
- La convention de la fin du XIX
e
siècle est sujette à des
interprétations ambiguës. Je laisserai les experts la lire sous tous les
angles.
- Des montants importants sont encore nécessaires pour mener à
bien l'achèvement des travaux.
Dès lors, compte tenu de toutes ces raisons, j'estime qu'il est
nécessaire de revoir la convention.
Je m'engage en contre-partie à examiner, pour le futur et avec tous
les acteurs, à savoir la Région wallonne, la ville de Thuin, le
propriétaire et le secteur privé, la possibilité éventuelle d'une
De Dienst Restauratie van de
Regie der Gebouwen zal op drie
vlakken ingrijpen, door gerichte en
dringende werken uit te voeren,
door de consolidatie van de ruïnes
per architecturale eenheid aan te
vatten en door beveiligingswerken
langsheen het volledige
toeristische parcours uit te voeren.
In de loop van 2004-2005 zouden
de studies rond zijn en kunnen de
werken worden aanbesteed, onder
meer voor de consolidatie van het
kerkkoor, de aanleg van een
veilige doorgang naar de
boomgaard en de inrichting van
het klooster. De totale kostprijs
van deze werken wordt op
690.000 euro geschat en is
ingeschreven in de begroting 2004
van de Regie der Gebouwen, mits
het akkoord van de Inspectie van
Financiën.
Ik wil echter onderstrepen dat de
Belgische staat en de Regie der
Gebouwen geen eigenaar van de
site zijn, dat de verplichtingen van
de overeenkomst van 1898
toentertijd waren gerechtvaardigd
omdat er nog geen systeem ter
bescherming van het erfgoed
bestond, zoals de Gewesten dit nu
kennen, en dat deze werken niet
binnen de wettelijke opdracht van
de Regie der Gebouwen vallen.
De financiële middelen van
laatstgenoemde zijn beperkt en zij
moet derhalve voorrang geven aan
haar eigen gebouwen, met name
de justitiepaleizen, gevangenissen
en politiegebouwen.
Bovendien kan de overeenkomst
op verschillende manieren worden
geïnterpreteerd en zijn aanzienlijke
bedragen vereist om de werken tot
een goed einde te brengen.
Daarom lijkt het me noodzakelijk
die overeenkomst te herzien. Van
mijn kant verbind ik me ertoe met
het Waals Gewest, de stad Thuin,
de eigenaar en de particuliere
sector na te gaan of de Regie der
Gebouwen in het kader van een
partnerschap een bijdrage zou
25/05/2004
CRIV 51
COM 270
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
intervention de la Régie des Bâtiments dans le cadre d'un partenariat
avec tous les intéressés. Mais jusqu'à présent, nous avons surtout eu
à coeur de réaliser les investissements de sécurisation du site. Pour le
reste, il s'agit d'un choix de priorités. Une discussion sur l'avenir du
site pourrait avoir lieu avec les autorités locales et régionales. Dans
ce cadre, on pourrait peut-être également envisager une collaboration
de la régie en cette matière. Mais on ne pourra pas continuer
indéfiniment à considérer que sur base de cette convention, tout
devrait être fait au niveau fédéral. Nous avons pris en charge un
certain nombre de dossiers je les ai cités depuis 1997. Nous
comptons encore le faire cette année et l'année prochaine pour ce qui
concerne la sécurisation. Pour la suite, si c'est un développement
touristique, par exemple, qui est envisagé, il me paraît normal que
l'autorité compétente participe à la convention.
kunnen leveren.
Tot nu toe hebben we de
beveiligingswerken van de site
uitgevoerd, maar de federale Staat
kan op grond van die
overeenkomst niet alles voor haar
rekening nemen.
07.03 Denis Ducarme (MR): Monsieur le président, je tiens à
remercier le ministre pour sa réponse.
J'ai lu que le dossier de l'abbaye d'Aulne était loin d'être une priorité
du ministre responsable de la Régie des Bâtiments que vous êtes. Je
constate que c'est faux et je m'en réjouis.
07.03 Denis Ducarme (MR): Ik
verheug me over de aandacht die
de minister aan dit dossier
besteedt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
De bespreking van de vragen en interpellaties eindigt om 10.53 uur.
La discussion des questions et interpellations se termine à 10.53 heures.