CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 141
CRIV 51 COM 141
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
lundi
maandag
02-02-2004
02-02-2004
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE































cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders ­ Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte) CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (avec les annexes)
(PLEN: couverture blanche; COM: couverture saumon)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (met de
bijlagen)
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
plenum
COM
réunion de commission
COM
commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i


SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Melchior Wathelet à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "la
transformation de certaines casernes militaires en
lieux de détention" (n° 1466)
1
Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
omvorming van bepaalde legerkazernes tot
detentiecentra" (nr. 1466)
1
Orateurs: Melchior Wathelet, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Melchior Wathelet, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Questions jointes de
2
Samengevoegde vragen van
2
- M. Servais Verherstraeten au secrétaire d'Etat à
l'Informatisation de l'Etat, adjoint au ministre du
Budget et des Entreprises publiques sur
"l'application de la législation relative aux ASBL"
(n° 1468)
2
- de heer Servais Verherstraeten aan de
staatssecretaris voor Informatisering van de
Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting
en Overheidsbedrijven over "de toepassing van
de VZW-wetgeving" (nr. 1468)
2
- M. Daniel Bacquelaine au secrétaire d'Etat à
l'Informatisation de l'Etat, adjoint au ministre du
Budget et des Entreprises publiques sur "les
difficultés d'application pratique de la loi sur les
ASBL" (n° 1429)
2
- de heer Daniel Bacquelaine aan de
staatssecretaris voor Informatisering van de
Staat, toegevoegd aan de minister van Begroting
en Overheidsbedrijven over "de moeilijkheden bij
de praktische toepassing van de wet op de
VZW's" (nr. 1429)
2
Orateurs: Daniel Bacquelaine, président du
groupe MR, Servais Verherstraeten,
Laurette Onkelinx
, vice-première ministre et
ministre de la Justice
Sprekers: Daniel Bacquelaine, voorzitter van
de MR-fractie, Servais Verherstraeten,
Laurette Onkelinx
, vice-eerste minister en
minister van Justitie
Question de Mme Hilde Claes à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la qualité du
travail des traducteurs et des interprètes dans le
domaine judiciaire" (n° 1444)
7
Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
kwaliteit van het werk van vertalers en tolken in
gerechtszaken" (nr. 1444)
7
Orateurs: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de la
Justice, Claude Marinower
Sprekers: Hilde Claes, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van Justitie,
Claude Marinower
Question de M. Claude Marinower à la vice-
première ministre et ministre de la Justice sur "le
problème des mariages de complaisance"
(n° 1475)
9
Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
problematiek rond schijnhuwelijken" (nr. 1475)
9
Orateurs: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Claude Marinower, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"la commission des jeux de hasard" (n° 1477)
13
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de Kansspelcommissie" (nr. 1477)
13
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la directive
relative à l'application de la nouvelle loi sur les
drogues" (n° 1482)
14
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
richtlijn met betrekking tot de toepassing van de
nieuwe drugwet" (nr. 1482)
14
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice, Tony Van Parys
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie, Tony Van Parys
Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première
ministre et ministre de la Justice sur "la
modification de la répartition territoriale des
18
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eerste minister en minister van Justitie over "de
wijziging van de territoriale indeling van de
18
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
arrondissements judiciaires" (n° 1483)
gerechtelijke arrondissementen" (nr. 1483)
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Justitie
Questions jointes de
20
Samengevoegde vragen van
20
- M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "la sous-occupation du
cadre des magistrats dans les ressorts de Gand
et d'Anvers" (n° 1485)
20
- de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de
onderbezetting van de magistratuur in de
ressorten Gent en Antwerpen" (nr. 1485)
20
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et
ministre de la Justice sur "l'augmentation
éventuelle du nombre de conseillers des cours
d'appel" (n° 1502)
20
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie over "de
mogelijke uitbreiding van het aantal raadsheren in
de hoven van beroep" (nr. 1502)
20
Orateurs: Tony Van Parys, Bart Laeremans,
Laurette Onkelinx
, vice-première ministre et
ministre de la Justice
Sprekers: Tony Van Parys, Bart Laeremans,
Laurette Onkelinx
, vice-eerste minister en
minister van Justitie
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la
vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"le revenu d'intégration alloué aux condamnés
placés sous surveillance électronique" (n° 1487)
28
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "het leefloon voor veroordeelde daders die
onder elektronisch toezicht staan" (nr. 1487)
28
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de la Justice
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Justitie
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1


COMMISSION DE LA JUSTICE
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
du
LUNDI
2
FEVRIER
2004
Après-midi
______
van
MAANDAG
2
FEBRUARI
2004
Namiddag
______

De vergadering wordt geopend om 14.08 uur door de heer Alfons Borginon, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.08 heures par M. Alfons Borginon, président.
01 Question de M. Melchior Wathelet à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la
transformation de certaines casernes militaires en lieux de détention" (n° 1466)
01 Vraag van de heer Melchior Wathelet aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
omvorming van bepaalde legerkazernes tot detentiecentra" (nr. 1466)
01.01 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, madame la
ministre, en réponse à une question qui vous avait été posée par
Mme Annelies Storms en date du 26 novembre 2003 sur la
réaffectation de certaines casernes militaires en établissements
pénitentiaires ou autres, vous aviez cité un certain nombre d'endroits
disponibles ou qui seraient en tout cas analysés: Brasschaat,
Poelkapelle, Zedelgem, Tervuren et Verviers.

Vous aviez également précisé que seuls Tervuren et Verviers étaient
actuellement vides. Je peux vous confirmer qu'il n'y a plus rien dans
la caserne de Verviers depuis 1994.

Cette affaire a causé certains remous dans la région verviétoise. Au
conseil communal de ce 26 janvier 2004, Jean-François Istasse, chef
de groupe au conseil communal, a dit qu'il avait pris contact avec
vous et que vous lui aviez confirmé qu'il n'y aurait rien dans cette
caserne de Stembert, en tout cas rien en relation avec le ministère de
la Justice, que ce soit une prison, un établissement pénitentiaire, un
établissement pour délinquants ou un IPPJ.

D'un côté, j'ai votre réponse à Mme Storms qui date de novembre
2003, d'un autre côté j'ai l'intervention de M. Istasse au sein du
conseil communal de Verviers. Il y a, vous l'imaginez bien, un certain
nombre d'interrogations dans cette région. Il y a aussi d'autres plans
et d'autres projets qui ont été introduits pour cette caserne et je me
permets de vous interroger à ce sujet.

Avez-vous plus d'informations? Vous aviez dit en 2003 que les projets
étaient à l'étude. Les études sont-elle terminées? Le dossier de
Verviers est-il définitivement clôturé?

Je viens aux nouvelles étant donné que nous avons deux
informations contradictoires.
01.01 Melchior Wathelet (cdH):
In uw antwoord op een vraag met
betrekking tot de omvorming van
bepaalde legerkazernes tot
strafinrichtingen heeft u een aantal
mogelijkheden opgesomd die
nader onderzocht zouden worden.
Enkel de bewuste gebouwen in
Tervuren en Verviers stonden
momenteel leeg, verklaarde u
daarbij. De zaak heeft nogal wat
deining veroorzaakt in de streek
van Verviers.

Weet u intussen al meer? Zijn de
studies afgerond? Is het dossier-
Verviers definitief afgesloten?
01.02 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, nous 01.02 Minister Laurette
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
avions dit, au départ, que la Défense nationale nous avait transmis
une information sur l'ensemble des bâtiments militaires dont nous
pourrions disposer, en spécifiant ceux qui étaient déjà vides et ceux
qui pourraient le devenir à terme.

On en est là! On en est toujours à ce stade. Si nous avons besoin de
bâtiments, nous savons que certains sont disponibles.

En ce qui concerne les affectations, rien n'a été précisé. Certains
bâtiments pourraient, par exemple, servir d'école de formation. Vous
savez qu'un des chantiers en cours concerne la formation des
gardiens de prison. Il se pourrait que nous ayons besoin de bâtiments
pour cette formation. D'autres ont lancé des idées pour l'accueil des
détenus mais rien n'a été déterminé, rien du tout!

Quand j'ai lu ­ ou entendu, je ne sais plus ­ dans la presse que ce
bâtiment allait abriter une nouvelle prison, je suis tombée des nues.
Jamais au grand jamais, cela n'a été décidé ou même évoqué.

Il faut d'abord se demander si l'on a besoin de ces bâtiments, ensuite,
décider de leur destination et enfin, prendre contact avec les autorités
locales pour savoir si elles sont intéressées par le projet. Vous voyez
qu'il n'y a pas de crainte à avoir par rapport à une affectation décidée
d'autorité pour l'un des bâtiments, notamment celui de Verviers.
Onkelinx: Aanvankelijk had
Landsverdediging ons informatie
verstrekt over alle militaire
gebouwen waarover wij zouden
kunnen beschikken. En eigenlijk
zitten we nog altijd in dat stadium.

Wat de bestemming betreft,
werden geen precieze gegevens
verstrekt. Toen ik hoorde dat in dat
gebouw een nieuwe gevangenis
zou worden gevestigd, viel ik uit de
lucht.

Er zal hoe dan ook geen enkele
beslissing worden genomen
zonder dat eerst contact wordt
opgenomen met de plaatselijke
overheden om te weten of zij
belangstelling hebben voor het
project.
01.03 Melchior Wathelet (cdH): Monsieur le président, je n'ai pas de
crainte. Au contraire, j'estime que l'on doit faire quelque chose de ce
bâtiment. Que ce soit un projet de logement ­ comme celui qui est
déposé ­, un projet de prison ou encore d'IPPJ, on doit trouver une
destination pour ce bâtiment qui est "à disposition".

Madame la ministre, si j'ai bien compris votre réponse, la Défense
nationale vous a transmis un dossier indiquant quels bâtiments
seraient à disposition. Si vous voulez en faire quelque chose, par
exemple pour le ministère de la Justice, il vous est demandé de leur
soumettre un dossier et un projet pour pouvoir en discuter. Voilà où
nous en sommes. Rien n'est confirmé ou infirmé.
01.04 Laurette Onkelinx, ministre: Ce que je puis confirmer, c'est
que nous ne nous lancerons pas dans un projet sans contacter les
autorités locales et avoir un dialogue positif avec celles-ci.
01.05 Melchior Wathelet (cdH): Je le supposais bien mais c'est
toujours utile de le rappeler.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Samengevoegde vragen van
- de heer Servais Verherstraeten aan de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat,
toegevoegd aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven over "de toepassing van de VZW-
wetgeving" (nr. 1468)
- de heer Daniel Bacquelaine aan de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat, toegevoegd
aan de minister van Begroting en Overheidsbedrijven over "de moeilijkheden bij de praktische
toepassing van de wet op de VZW's" (nr. 1429)
02 Questions jointes de
- M. Servais Verherstraeten au secrétaire d'Etat à l'Informatisation de l'Etat, adjoint au ministre du
Budget et des Entreprises publiques sur "l'application de la législation relative aux ASBL" (n° 1468)
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
- M. Daniel Bacquelaine au secrétaire d'Etat à l'Informatisation de l'Etat, adjoint au ministre du Budget
et des Entreprises publiques sur "les difficultés d'application pratique de la loi sur les ASBL" (n° 1429)

(La réponse sera fournie par la vice-première ministre et ministre de la Justice)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de vice-eerste minister en minister van Justitie)
02.01 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, madame la
ministre, ma question porte sur les ASBL. Vous vous souviendrez que
nous avons adopté, au mois de mai 2002, une réforme de la loi de
1921 sur les ASBL. Bien entendu, puisque c'est à la mode, c'était
dans un souci de modernisation et de transparence. Cette loi a fait
l'objet d'un arrêté royal publié le 6 juin dernier et déterminant la date
d'entrée en vigueur du 1
er
juillet 2003 pour la plupart des dispositions
de la nouvelle loi. Cependant, de nombreuses ASBL s'inquiètent à
l'heure actuelle. Leurs griefs concernent la lourdeur administrative,
alors que l'objectif visé était la modernisation.

Il semble que la loi alourdit les démarches à réaliser. Je prendrai
l'exemple de la publication d'une décision de l'assemblée générale
d'une petite ASBL ­ je ne parle pas d'une ASBL avec un chiffre
d'affaires important. Avant l'entrée en vigueur de la loi en question, il
suffisait d'adresser un courrier au directeur du Moniteur belge. On
prenait le contenu de la décision à publier, une facture était envoyée
et on réglait ce montant par virement. C'était très simple. Depuis le
mois de juillet 2003, les citoyens sont contraints à effectuer une série
de démarches. Le représentant de l'ASBL doit se rendre au greffe du
tribunal de commerce. Malheur à lui s'il recherche l'adresse du
tribunal de commerce de Bruxelles en cliquant sur le site de celui-ci
car l'adresse renseignée est rue de la Régence, alors que le greffe se
trouve à Forest. Il sera obligé d'effectuer une nouvelle démarche en
allant là où il doit se rendre.

La demande de publication doit se faire au moyen de formulaires
disponibles sur le site du Moniteur belge. Le malheureux citoyen qui
télécharge et remplit les deux formulaires disponibles et qui se
déplace jusqu'au tribunal de commerce va s'entendre dire qu'il
manque deux formulaires. On lui remettra à ce moment les deux
formulaires manquant qu'il pourra remplir chez lui avant de revenir au
tribunal de commerce sans oublier que ce n'est pas rue de la
Régence qu'il doit aller.

Avant de se rendre au greffe, il est nécessaire de verser
préalablement le montant dû au Moniteur belge. Ce versement ne
peut être effectué que par chèque ou mandat postal. En 2004, peu de
personnes règlent encore leurs transactions au moyen de chèques.
Les ASBL, depuis l'entrée en vigueur de l'euro, n'ont en général plus
de chèques. Par conséquent, elles doivent se rendre à La Poste pour
y remettre un mandat postal, ce qui est éminemment pratique! Toutes
ces démarches impliquent que le représentant de l'ASBL même bien
informé qui, malheur à lui, fréquente le site internet, devra se rendre
au minimum deux ou trois fois au greffe du tribunal de commerce de
Forest, alors qu'auparavant, toutes ces démarches pouvaient être
remplies par un simple courrier adressé au directeur du Moniteur.

La publication des deux formulaires manquants sur le site internet du
Moniteur est-elle prévue? Ne pourrait-on prévoir de mettre à jour ce
site en donnant une information claire et complète aux personnes qui
doivent se conformer à la nouvelle législation? Le site du tribunal du
02.01 Daniel Bacquelaine (MR):
De wet van 1921 betreffende de
vzw's werd in mei 2002 hervormd.
Heel wat vzw's maken zich zorgen
over de administratieve
rompslomp die de nieuwe
reglementering meebrengt, terwijl
het toch de bedoeling was de wet
te moderniseren.

Zo volstond een schrijven aan het
Belgisch Staatsblad om een
beslissing van de algemene
vergadering bekend te maken. Nu
dient de vertegenwoordiger van de
vzw zich naar de griffie van de
rechtbank van koophandel te
begeven. Volgens internet bevindt
deze zich in de Regentschaps-
straat, terwijl ze in Vorst gevestigd
is!

Voor de aanvraag tot
bekendmaking dient men de
formulieren op de website van het
Belgisch Staatsblad te gebruiken.
Er ontbreken er echter twee, wat
men pas bij de rechtbank van
koophandel te weten komt.
Voor men zich bij de griffie kan
aanmelden, moet het aan het
Belgisch Staatsblad verschuldigde
bedrag gestort worden per cheque
of postwissel. Sinds de overgang
naar de euro gebruiken vzw's
doorgaans geen cheques meer,
en dus moeten ze naar De Post
om aldaar een postwissel te
overhandigen.

Zullen beide ontbrekende
formulieren op de website van het
Staatsblad worden gezet? Kan die
site niet worden geüpdated met
duidelijke en volledige informatie?
Kan op de site van de rechtbank
van koophandel worden aange-
geven waar de griffie zich bevindt?
Is het niet mogelijk dat een en
ander pas in het Belgisch
Staatsblad gepubliceerd wordt
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
commerce pourrait-il indiquer où se trouve le greffe et non prévoir la
seule adresse du tribunal en tant que tel? Ne serait-il pas possible de
prévoir que le Moniteur belge n'assure la publication qu'après
réception des montants dus réclamés selon un système de
facturation? Ce serait beaucoup plus simple, comme cela existait
précédemment.

Je vous remercie, madame la ministre, de répondre à mes questions
relativement ancillaires, mais très pratiques quand même pour le
citoyen.
nadat de verschuldigde bedragen
ontvangen werden, via een
factureringssysteem?
02.02 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter,
mevrouw de minister, collega Bacquelaine, het ware wellicht beter
geweest dat de meerderheid beter geluisterd had naar de
standpunten van CD&V in het kader van de VZW-wetgeving en de
mogelijke gevaren waarop we gewezen hebben. Op die manier had
men de huidige moeilijkheden kunnen voorkomen. Ik deel echter uw
mening. Ook ik heb verhalen vernomen, weliswaar minder
humoristisch dan u ze hebt verteld.

Er is niet alleen een probleem inzake de toepassing van de VZW-
wetgeving, maar ook inzake de aanpassing van de VZW-wetgeving.
Ik vrees dat een hoop bureaucratie en administratieve rompslomp
werd gecreëerd ten nadele van de bijna honderdduizend VZW's.

Mevrouw de minister, de gevolgen zijn niet te overzien. Recent heb ik
vernomen dat een verzekeringsmaatschappij op dit ogenblik bezig is
met de aanmaak van een polis bestemd voor verkoop aan feitelijke
verenigingen tot dekking van bepaalde persoonlijke
aansprakelijkheden. Op die manier willen zij een hele hoop
verenigingen overtuigen dat de hele bureaucratie en rompslomp van
VZW's niet nodig is en het verhaal opgelost is door die polis af te
sluiten. Mocht dit het geval zijn, dan wordt mijn grote vrees waarheid ­
de ambitie van de VZW-wetgeving was meer transparantie te brengen
­ en zullen er minder verenigingen zijn en minder transparantie. Ik
vrees dat de wet als een boemerang terugkeert naar zij die de wet
hebben goedgekeurd. Kleine VZW's zullen de eerste slachtoffers zijn.

Mevrouw de minister, ik kom tot mijn concrete vragen.

Ten eerste, welk zicht hebt u op de problemen in de praktijk? Welke
signalen hebt u en de FOD Justitie ontvangen? Ik vrees dat de VZW's
in een soort korset van vennootschappen worden gestopt met heel
veel foute terugkeer, tijdverlies en bijkomende kosten tot gevolg.

Ten tweede, de problematiek van een verschil in toepassing van
gerechtelijk arrondissement tot gerechtelijk arrondissement.

Ieder arrondissement en iedere rechtbank van koophandel houdt er
blijkbaar zijn praktijk en zijn interpretatie van de wetgeving op na, met
ook weer moeilijkheden op het terrein. Hoe kunnen we de uniforme
toepassing door de griffies garanderen?

Ik heb nog enkele concrete vragen, mevrouw de minister.

Ten eerste, kom ik op een voorbeeld van die verschillende toepassing
van de VZW-wetgeving op de griffies. De VZW's zijn op dit ogenblik
verplicht om, als ze een statutenwijziging doorvoeren, een
02.02 Servais Verherstraeten
(CD&V): Lors de la discussion
relative à la législation sur les
ASBL, nous avions déjà mis en
évidence de nombreuses
difficultés. Je partage entièrement
l'analyse de M. Bacquelaine. Son
exposé en dit long sur l'application
de la loi et sur les aménagements
nécessaires. Les formalités
administratives sont trop lourdes
et trop complexes. Il en résulte
qu'une compagnie d'assurance
prépare aujourd'hui une police
couvrant
la responsabilité
personnelle dans des associations
de fait. Il ne sera donc plus
nécessaire d'opter pour la formule
de l'ASBL et l'on renoncera à la
bureaucratie de cette législation.
Les objectifs visés en termes de
transparence ne sont pas atteints,
loin s'en faut.

Quelles informations le SPF
Justice a-t-il reçues? Comment
l'application de la législation par
tous les greffes et tous les
arrondissements judiciaires peut-
elle être uniformisée? Qu'en est-il
de la brochure contenant des
informations pratiques et du
manuel uniforme annoncés par le
gouvernement?
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
gecoördineerde tekst op hun zetel te houden. Er zijn griffies die
voorstellen de kleine wijzigingen in het Belgisch Staatsblad te
publiceren. Andere griffies eisen dat men een integrale
gecoördineerde versie naar het Belgisch Staatsblad stuurt. Dat
gebeurt met dezelfde wetgeving.

Er zijn ook discussies over de vraag of de naam van stichters nog in
de VZW-wetgeving zit.

Ten slotte, mevrouw de minister, heb ik nog een concrete vraag voor
u. Toen de koninklijke besluiten zijn verschenen met betrekking tot de
boekhoudkundige verplichting van zowel kleine als grote VZW's, is
beloofd dat men een brochure zou maken. Waar blijft die brochure? Ik
meen dat er op het terrein nood is aan een brochure met een
praktische en uniforme handleiding voor heel het land.
02.03 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, j'ai
l'impression que M. Vanvelthoven va à nouveau être concerné par
cette problématique et que nous continuerons à deux à simplifier au
maximum. D'ailleurs, j'ai pris très rapidement ce dossier à bras-le-
corps: la loi-programme contenait déjà des simplifications. Nous
essaierons de poursuivre.
02.03
Minister
Laurette
Onkelinx: De heer Vanvelthoven
en ikzelf zullen een maximale
vereenvoudiging blijven nastreven.

In de programmawet had ik al in
een aantal vereenvoudigingen
voorzien.
Zoals bij elke nieuwe wetgeving heeft de hervorming van de wet op de
VZW's een aanpassingstijd nodig. Dat is hier vooral het geval, omdat
deze wetgeving sinds de goedkeuring ervan in 1921 slechts weinig
wijzigingen onderging. De veranderingen vragen dus om een
inspanning op het vlak van informatie en assimilatie.

Om de taak van de verenigingen gemakkelijker te maken, heb ik
ervoor gezorgd dat ze over informatie kunnen beschikken die hen zal
helpen in de stappen die ze moeten doen. Er werd een brochure
opgemaakt over het statuut van de VZW's. Die is momenteel
beschikbaar onder de rubriek Publicaties op de internetsite van de
FOD Justitie. Een papieren versie ervan zal in de komende dagen
onder het grote publiek worden verspreid.

Er zullen weldra ook twee brochures over de boekhouding van de
VZW's op de internetsite van de FOD beschikbaar zijn. De papieren
versie ervan zal eveneens op grote schaal worden verspreid. De
brochures werden opgesteld onder toezicht van de commissie voor
Boekhoudkundige Normen en in samenwerking met het Instituut der
Bedrijfsrevisoren en Accountants.
La législation sur les ASBL était
restée presque inchangée depuis
1921. Il est normal que la mise en
oeuvre de la réforme nécessite un
temps d'adaptation. Les modifi-
cations apportées requièrent des
efforts en termes d'information et
d'assimilation.

Une brochure sur le statut des
asbl est disponible sur le site web
du SPF Justice. Une version
imprimée sera diffusée au cours
des prochains jours. Prochaine-
ment, deux autres brochures
consacrées à la comptabilité des
ASBL seront aussi disponibles sur
ce site et leurs versions imprimées
seront diffusées à grande échelle.
Ces brochures ont été rédigées
sous le contrôle de la Commission
des normes comptables et en
collaboration avec l'Institut des
réviseurs d'entreprises et des
experts-comptables.
Un tableau explicatif de l'utilisation des formulaires destinés aux
formalités de publicité a été réalisé. Dans un premier temps, il a été
diffusé auprès de tous les greffes; il est actuellement disponible sur le
site internet du SPF Justice dans la rubrique "Help".

J'ajoute que, sans vouloir entrer dans les détails, l'arrêté royal du 26
juin 2003 relatif à la publicité des actes et documents des ASBL et
Er werd een tabel opgesteld
waarin wordt uitgelegd hoe die
formulieren moeten worden
gebruikt. In een eerste fase werd
die tabel aan de griffies bezorgd
en zij is thans ook beschikbaar op
internet.
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
fondations privées a prévu l'existence de deux formulaires. Leur dépôt
s'accompagne simplement de l'acte qui a donné lieu à
l'accomplissement de la formalité. Ainsi, une nomination
d'administrateur suppose le dépôt de l'extrait du procès-verbal de
l'assemblée générale ayant procédé à cette nomination, ainsi que les
formulaires 1 et 2 dûment complétés.

Au sujet de l'adresse du greffe du tribunal de commerce de Bruxelles,
son adresse exacte est mentionnée, en attirant l'attention du secteur
à la rubrique du site du SPF Justice où les formulaires peuvent être
téléchargés.

S'agissant du mode de paiement des frais de publication au Moniteur
belge, vous avez raison; c'est pourquoi je compte demander aux
services du Moniteur belge d'élaborer une solution alternative simple
et pratique, à brève échéance, afin d'éviter aux associations de
recourir aux chèques dont l'usage n'est évidemment pas des plus
aisé.

Je n'ai pas d'information concernant une pratique différenciée au
niveau des arrondissements mais je demanderai à mes services
d'examiner ce point de plus près. De plus, avec l'aide du secrétaire
d'Etat à la Simplification administrative, nous allons voir comment
améliorer la simplification au profit des ASBL.

De regelgeving voorziet in het
bestaan van twee formulieren. Bij
de indiening dient gewoonweg de
akte te worden gevoegd die
aanleiding heeft gegeven tot het
vervullen van de formaliteit.

Het juiste adres van de rechtbank
van koophandel van Brussel staat
vermeld op de internetsite.

Inzake de wijze van betaling van
de kosten voor de publicatie in het
Belgisch Staatsblad, zal ik de
diensten van het Belgisch
Staatsblad vragen op korte termijn
een eenvoudige en praktische
alternatieve oplossing uit te
werken.

Ik zal mijn diensten vragen de
kwestie van de verschillende
handelwijze in de diverse
arrondissementen te onderzoeken.

Samen met de staatssecretaris
voor Administratieve Vereen-
voudiging zal ik nagaan hoe de
vereenvoudiging nog beter kan
worden aangepakt.
02.04 Daniel Bacquelaine (MR): Monsieur le président, je remercie
Mme la ministre d'exprimer sa volonté d'aller vers davantage de
simplification administrative en la matière. J'ai voulu faire part d'une
expérience vécue et je pense que les citoyens doivent quand même
se poser pas mal de questions. Ce sont les impressions que je retire
et manifestement, des améliorations doivent être apportées. Il ne faut
pas demander aux citoyens de surfer sur le site pendant deux ou trois
heures pour, enfin, trouver l'information qu'ils souhaitent. J'insiste
également pour que la procédure de paiement soit largement
simplifiée. C'est important.
02.04 Daniel Bacquelaine (MR):
Je kan de burger niet vragen drie
uur op de site te surfen om de
juiste informatie te vinden. Ik dring
voorts aan op een grondige
vereenvoudiging van de betalings-
procedure.
02.05 Laurette Onkelinx, ministre: Lorsque je suis arrivée à la tête
du département, j'ai effectivement été inondée de mails concernant
l'application de la nouvelle législation. Certes, si nous nous sommes
attelés à la réalisation de brochures donnant des explications sur la
simplification partielle des formalités, je suis consciente que ce n'est
pas suffisant. Néanmoins, cela devra toujours être fait dans le cadre
de l'application de la loi.
02.05
Minister
Laurette
Onkelinx: We zorgden voor
informatiebrochures, maar ik besef
dat dat niet volstaat. Hoe dan ook
moeten we altijd de wettelijke
voorschriften naleven.
02.06 Servais Verherstraeten (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik
dank de minister voor haar antwoord. Ik hoop dat de brochures zo
snel mogelijk op de markt kunnen worden gebracht. Mevrouw de
minister, wat de praktische handleidingen betreft, zou ik de suggestie
willen doen dat u er wat publiciteit rond zou voeren zodat het
middenveld er zo snel mogelijk kennis van heeft dat die dingen ter
beschikking zijn. Dan kunnen er misschien een hoop problemen
02.06 Servais Verherstraeten
(CD&V): J'espère que ces
brochures seront mises sur le
marché sans délai et que l'on
informera le public de leur
existence. Concrètement, je
propose que la ministre adresse
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
voorkomen worden. Ik hoor het graag dat u wat de eenvormige
toepassing betreft informatie zult inwinnen. Terzake doe ik u zelfs een
concrete suggestie. Desnoods kunt u met een circulaire de
uniformiteit opleggen, uiteraard na bespreking met het middenveld,
opdat deze circulaire praktisch zou zijn voor de verenigingen.
une circulaire à l'ensemble des
greffes en ce qui concerne
l'interprétation uniforme de la
nouvelle législation relative aux
ASBL.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Hilde Claes aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
kwaliteit van het werk van vertalers en tolken in gerechtszaken" (nr. 1444)
03 Question de Mme Hilde Claes à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la qualité du
travail des traducteurs et des interprètes dans le domaine judiciaire" (n° 1444)
03.01 Hilde Claes (sp.a-spirit): Mevrouw de minister, de afgelopen
jaren kenden wij een sterke internationalisering met als gevolg
uiteraard de vervaging van grenzen waardoor er alsmaar meer vraag
is naar vertalers en tolken, ook in gerechtelijke procedures. Dat op
zich is zeer belangrijk, gezien het een essentieel recht is voor
eenieder effectief deel te kunnen nemen aan een procedure. Het is
mijn overtuiging dat om dat in de praktijk optimaal te kunnen
realiseren eenieder het recht moet hebben in zijn eigen taal de
procedure te kunnen horen, maar ook in zijn eigen taal zijn
argumenten en standpunten te kunnen ontwikkelen. Dat betekent
uiteraard dat tolken en vertalers in gerechtelijke procedures een
alsmaar grotere taak, zeg maar een grotere verantwoordelijkheid,
krijgen.

Wanneer ik dan naar de praktijk kijk, dan stel ik vast dat er alsmaar
grotere kwaliteitsverschillen zijn en dat er alsmaar meer vragen rijzen
over de kwaliteit van het werk van die vertalers en tolken. De
meerderheid van vertalers en tolken zouden geen professionelen zijn.
Veelgehoorde kritieken zijn dat er een gebrek is aan selectie, een
gebrek aan bekwaamheidscriteria, een gebrek aan gespecialiseerde
opleiding of bijscholing, maar ook een gebrek aan een deontologische
code, een gebrek aan controle en een gebrek aan klachtencontrole.

Dat alles is mijns inziens in strijd met de rechtspraak van het
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, dat uitdrukkelijk stelt dat
een bevoegde overheid zich niet mag beperken tot de loutere
aanduiding van een vertaler of tolk maar dat zij ook de taak heeft te
controleren of de kwaliteit van het vertaal- of tolkwerk wel voldoende
is. Verder is het in deze materie ook onontbeerlijk dat er een centraal
register bestaat waarin heel wat informatie wordt gecentraliseerd,
denk maar aan informatie over de beschikbaarheid, de talenkennis,
de specialisatie, de varianten op de talenkennis, het opleidingsniveau,
de gevolgde bijscholing, en dies meer.

Antwerpen heeft trouwens hieromtrent een proefproject gehad ­ een
samenwerking van de advocatuur, de magistratuur, de politie en de
Lessius Hogeschool ­ waarbij zo'n centraal register werd opgesteld.
Uw voorganger, minister Verwilghen, verklaarde al dat hij dat een zeer
goede stap in de goede richting vond. Tot echte wettelijke initiatieven
is het terzake evenwel nooit gekomen.

Ik rond af, mevrouw de minister. Ik heb drie vragen over deze
materie.
03.01 Hilde Claes (sp.a-spirit):
L'internationalisation croissante
estompe les frontières. Cette
évolution influe sur les procédures
judiciaires. La charge de travail et
les responsabilités des interprètes
et des traducteurs juridiques ne
cessent d'augmenter et on
observe des différences de qualité
importantes. Nombre d'interprètes
et de traducteurs ne sont pas des
professionnels et n'ont suivi
aucune formation spécialisée en la
matière. Il n'y a pas de critères de
sélection et d'aptitude, de
formation spécialisée, de recy-
clage, de code de déontologie ni
de procédures de contrôle et de
plainte. Selon la Cour européenne
des droits de l'homme, il
appartient cependant aux autorités
de s'assurer de la compétence
des traducteurs et des interprètes
qu'elles ont engagés.

Il convient d'établir un registre
central qui regroupe des données
relatives aux différentes langues et
à leurs variantes, aux formations,
au recyclage, à la disponibilité et à
la spécialisation des personnes
concernées. Dans ce cadre, un
projet a été lancé à Anvers.

Qui exerce le contrôle de la qualité
des traductions et du travail des
interprètes dans le domaine
juridique? Selon quelles
modalités? Quelles initiatives le
gouvernement prend-il pour former
les interprètes et les traducteurs
de ce secteur, élaborer un statut
qui leur soit propre et tenir un
registre central de leurs
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
Een, op welke manier en door wie wordt controle uitgeoefend op de
kwaliteit van de vertaling of het tolkwerk in gerechtszaken? Meer
specifiek, gebeurt deze controle ten behoeve van de Franstalige
rechtszoekende in de Nederlandse procedures en ten behoeve van
de Nederlandstalige rechtszoekende in de Franse procedures?

Twee, op welke wijze neemt de regering haar verantwoordelijkheid in
deze aangelegenheid, meer bepaald wat de opleiding van de
gerechtstolken en de vertalers betreft, het uitwerken van het statuut
en het bijhouden van het centraal register van bevoegdheden?

Tot slot, wat betreft het proefproject in Antwerpen. Welke standpunten
neemt u in inzake dit proefproject? Tot daar mijn vragen.
compétences? Quel est le point de
vue de la ministre concernant le
projet-pilote en cours à Anvers?
03.02 Minister Laurette Onkelinx: Momenteel gebeurt er weinig
controle op de kwaliteit van het vertaal- en tolkwerk in gerechtszaken.
De enige controle dienaangaande gebeurt eigenlijk door de rechter
die gebruik maakt van de vertaalde stukken. Het is natuurlijk relatief
omdat de controlerende rechter vanzelfsprekend niet altijd die taal
voldoende machtig is om een controle te kunnen uitvoeren.

Door de internationalisering is er een sterke stijging van het aantal
talen waarvoor tolken en vertalers dienen te worden aangezocht. Dit
leidt vaak tot moeilijkheden, zeker in arrondissementen die verder van
het centrum van het land zijn gelegen. Dit betekent dat men vaak al
zeer blij is dat een tolk of vertaler voor een weinig voorkomende taal
gevonden wordt. Het criterium van de kwaliteit is dan van
ondergeschikt belang.

In die zin volg ik dan ook met grote belangstelling het project dat
thans lopende is te Antwerpen. Ik had dienaangaande reeds een
eerste onderhoud met de voorzitter van de Antwerpse rechtbank die
een van de voortrekkers is van het project. Dit project, dat momenteel
wordt geëvalueerd, komt mij als zeer interessant over. Na de
evaluatie zal ik mij andermaal laten voorlichten. Op dat ogenblik zal ik
dan ook kunnen beslissen, mede rekening houdend met de
budgettaire weerslag die ongetwijfeld het gevolg is van het
wetgevende initiatief en de daaruit voortvloeiende veralgemeende
toepassing.
03.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Le travail de traduction et
d'interprétation n'est contrôlé que
par le juge qui ne maîtrise
évidemment pas toujours assez la
langue pour pouvoir s'acquitter
dûment de cette tâche. Le nombre
de langues nécessitant le recours
à des traducteurs et interprètes a
fortement augmenté. Par
conséquent, l'on est souvent déjà
très heureux de trouver un
interprète ou un traducteur
maîtrisant une langue peu
courante. La qualité est dans ce
cas d'une importance secondaire.

J'ai déjà eu un premier entretien
avec le président du tribunal
d'Anvers au sujet du projet
actuellement en cours à Anvers,
qui me semble très intéressant.
Une fois qu'il aura fait l'objet d'une
évaluation, je prendrai une
décision compte tenu de
l'incidence budgétaire d'une
initiative législative.
03.03 Hilde Claes (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, ik dank de
minister voor haar antwoord, waarin zij in feite bevestigt wat ik al
vermoedde en wat ik in mijn vraagstelling heb uitgedrukt, met name
dat er in heel wat gerechtszaken problemen inzake vertaling zijn. Er
zijn grote kwaliteitsverschillen terzake.

Ik noteer ook dat de minister met betrekking tot het proefproject dat in
Antwerpen heeft gelopen, uitkijkt naar de evaluatie van dat project. Zij
heeft daarover overigens de eerste gesprekken gevoerd. Ik hoop dat
daaruit vlug de nodige conclusies worden getrokken zodat de nodige
initiatieven kunnen worden genomen opdat er in deze materie enige
verbetering kan komen.
03.03 Hilde Claes (sp.a-spirit):
Votre réponse confirme que la
traduction pose des problèmes
dans un grand nombre de
procédures et qu'en outre, la
qualité des traductions est très
variable. J'espère que le projet
permettra d'aboutir à des
conclusions dans les meilleurs
délais et que la ministre ne tardera
pas à prendre des initiatives en
vue d'améliorer la situation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
De voorzitter: Mijnheer Marinower, u hebt de vragen nr. 1475 en nr. 1507 op de agenda staan. Vraag
nr. 1507 zal vandaag niet aan bod komen, omdat die blijkbaar samenhangt met een andere vraag die in de
plenaire vergadering aan de orde is. Uw vraag nr. 1475 blijft over.
03.04 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik ben niet
zozeer vertrouwd met heel die procedure. Betekent dit dat mijn vraag
nr. 1507 automatisch toegevoegd wordt aan de vraag die in de
plenaire vergadering aan bod komt?
De voorzitter: Uw vraag wordt toegevoegd aan een vraag van onder andere de heer Schoofs. Die vraag
komt aan bod in de plenaire vergadering van donderdag aanstaande om 14.15 uur tijdens de mondelinge
vragen.
03.05 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, donderdag
worden over die problematiek ook vragen gesteld aan minister Arena.
De voorzitter: Ik heb alleen een document van de commissiediensten waarop staat dat de vraag nr. 1507
van de heer Marinower in de plenaire vergadering aan bod komt, samen met de vraag van de heer
Schoofs. Ik weet niet wie daarop het antwoord zal geven.
03.06 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, les
questions que me pose M. Marinower portent sur la façon dont cela
va se passer au niveau du parquet alors que je suppose que celles
posées à Mme la ministre Arena concernent plus globalement les
actions de lutte contre les discriminations et la propagation de la haine
et de la violence. Je voudrais être certaine que l'on ne mélange pas
les deux aspects; ils sont intrinsèquement liés mais ils doivent être
traités séparément.
De voorzitter: Ik denk dat de heer Marinower een vraag heeft die specifiek handelt over uw
bevoegdheden.
03.07 Claude Marinower (VLD): De vragen aan de minister naar
aanleiding van de incidenten in Hasselt, hebben vanzelfsprekend
specifiek te maken met de reactie van het parket en de initiatieven.

Ik heb naar aanleiding van dezelfde incidenten vragen gericht aan de
minister van Binnenlandse Zaken. Mogelijkerwijs werden die vragen
doorgegeven aan minister Arena. Ik neem aan dat ik donderdag wel
zal vernemen wanneer en hoe een en ander wordt geregeld.
04 Vraag van de heer Claude Marinower aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
problematiek rond schijnhuwelijken" (nr. 1475)
04 Question de M. Claude Marinower à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "le
problème des mariages de complaisance" (n° 1475)
04.01 Claude Marinower (VLD): Mevrouw de minister, mijn vraag
betreft de problematiek van de schijnhuwelijken.

Vooropgesteld wordt dat schijnhuwelijken steeds een misbruik zijn die
in alle omstandigheden vermeden en bestraft moeten worden. Daarbij
gaat het om personen die wetens willens het instituut van het huwelijk
misbruiken om zich op een oneigenlijke wijze bepaalde voordelen toe
te eigenen.

Mevrouw de minister, sta mij toe een paar cijfers te geven. In
Antwerpen werden er in 2000 135 dossiers met betrekking tot
vermeende schijnhuwelijken geopend. In 38 ervan werd uiteindelijk de
04.01 Claude Marinower (VLD):
Les mariages de complaisance
sont intolérables. Le nombre de
dossiers relatifs à de telles unions
factices ne cesse d'augmenter. A
Anvers, en 2000, 135 dossiers ont
été ouverts. Dans 43,7 % des cas,
les mariés n'avaient pas l'intention
de nouer des liens durables. En
2003, on a comptabilisé 413
dossiers de cette nature. Et à
Bruxelles, 203 dossiers ont été
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
machtiging geweigerd en in 7 werd er afgehaakt tijdens de procedure.
Het blijkt dus dat 43,7% van die huwelijken niet gericht was op een
duurzame levensgemeenschap. In 2001 ­ ik bespaar u de detailcijfers
­ bleek voor 37,9% uit het voorafgaand onderzoek dat het huwelijk
niet gericht was op het aangaan van een duurzame
levensgemeenschap. In 2002 was het 29,8% of 302 dossiers. In 2003
ging het om 413 dossiers. Dat was nog een cijfer dat voor het einde
van het jaar was opgesteld. Het percentage van de weigeringen is niet
bekend. Sindsdien is er in de pers ook een bijdrage verschenen over
Brussel. Daarin wordt het cijfer van 203 dossiers genoemd met
betrekking tot schijnhuwelijken.

In dit verband had uw voorganger naar aanleiding van de wet van 4
mei 1999 in een omzendbrief van 17 december 1999 herinnerd aan
de bepalingen van de artikelen 146bis en 167 van het Burgerlijk
Wetboek. Artikel 167 voorziet voor de ambtenaar in de mogelijkheid
om de voltrekking van het huwelijk uit te stellen wanneer conform
artikel 146bis uit een geheel van omstandigheden zou blijken dat
minstens een van de echtgenoten niet de intentie heeft om een
duurzame levensgemeenschap tot stand te brengen. Tot zover een
aantal cijfermatige gegevens.

In geval van verzoeken tot huwelijk die na toetsing niet blijken te
weerstaan aan het onderzoek en er dus sprake is van een
schijnhuwelijk, waarna de ambtenaar weigert om de betrokkenen in
de echt te verbinden, rijst natuurlijk de vraag wat de wettelijke
gevolgen zijn. De meesten van ons die nog geregeld de rechtbanken
betreden, kennen natuurlijk de procedures: de procedure in eerste
aanleg, de procedure in beroep en dan een nieuwe procedure en een
nieuw verzoek. Dat blijft zomaar duren. Dat brengt mij meteen tot de
vraag waarom in België kan wat in de buurlanden op dat vlak blijkbaar
niet kan.

Wat specifiek uw departement betreft, vernam ik graag welke
gevolgen daaraan gekoppeld zijn, nu het aantal dossiers steeds
toeneemt. De overbelasting van het gerecht heeft tot gevolg dat die
dossiers op dit moment alleszins niet prioritair zijn. De
onderzoekstermijnen zijn zeer lang. De procedure voor een
onderzoek en een eventuele nietigverklaring van een schijnhuwelijk
duurt gemakkelijk twee jaar.

Ik wijs er trouwens op dat de cel Schijnhuwelijk ­ momenteel is het in
feite slechts één persoon in Antwerpen ­ zich daar duidelijk over
uitgelaten heeft; als vandaag iemand contact neemt, duurt het zes
maanden voor er een eerste interview is.

Ik heb drie vragen voor mevrouw de minister.

Ten eerste, betreffende het strafbaar stellen van die schijnhuwelijken
is het de vraag of strafrechtelijke sancties aangewezen zijn om
verdere misbruiken te vermijden. Wat zijn de beleidsintenties van uw
departement op dit vlak?

Ten tweede, is het, gezien de opgang van deze problematiek,
noodzakelijk om op dit vlak specifieke prioriteiten bij te stellen?

Ten derde, is er, volgens uw oordeel, een link tussen het achteraf
vaststellen van het bestaan van een schijnhuwelijk en het frauduleus
ouverts en 2003.

Si le mariage est refusé, aucune
conséquence n'en découle pour
les intéressés. De plus, un délai
assez long peut s'écouler avant
qu'il ne soit établi qu'un mariage
de complaisance a effectivement
été célébré, les délais d'enquête
pouvant facilement se prolonger
jusqu'à deux ans.

A la suite de l'entrée en vigueur de
la loi du 4 mai 1999, le ministre
Verwilghen a adressé aux officiers
de l'Etat civil, le 17 décembre
1999, une circulaire destinée à
attirer leur attention sur les
possibilités offertes par les articles
146bis et 167 du Code civil.

Mais ne serait-il pas préférable,
pour prévenir de nouveaux abus,
de prévoir que les mariages de
complaisance sont punissables?
Quelle politique la ministre
compte-t-elle appliquer dans ce
domaine? Considère-t-elle que le
mariage de complaisance est un
motif de déchéance de la
nationalité?
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
verkrijgen van de nationaliteit?
04.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, de wet van
4 mei 1999, in werking getreden op 1 januari 2000, beoogt onder
meer de invoering van maatregelen met betrekking tot
schijnhuwelijken.

Verschillende maatregelen werden genomen met het oog op de
bestrijding van schijnhuwelijken. Ik ben derhalve van mening dat op
burgerlijk vlak de nodige maatregelen werden genomen. Mijn diensten
hebben geen kennis van de duur van de aan de nietigverklaring van
het huwelijk voorafgaande onderzoeken die in de verschillende
parketten worden gevoerd. Ik zal het college van procureurs-generaal
vragen mij deze inlichtingen te bezorgen en, in het geval deze duur te
lang zou zijn, na te gaan of het mogelijk is deze onderzoeken met
meer spoed te verrichten.

Wat het strafrechtelijk aspect van de vraag betreft, strafrechtelijke
vervolgingen zijn thans mogelijk op basis van de valsheid en de
strafbepalingen van de wet van 1980 betreffende de toegang tot het
grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van
vreemdelingen. In de praktijk wordt de voorkeur gegeven aan de
burgerlijke procedure tot nietigverklaring van het huwelijk, omwille van
haar soepelheid. De nietigverklaring van het huwelijk geeft vaak
aanleiding tot uitwijzingsmaatregelen waarin de wet van 1980
voorziet.

Volgens mij lijkt het bestaande wettelijke arsenaal ruimschoots
voldoende om de onrechtmatige situaties te beteugelen. Inzake de
gevolgen van het huwelijk op de nationaliteit breekt het Wetboek van
de Belgische Nationaliteit, in werking getreden op 1 januari 1985, het
vroegere stelsel van de wetten op de Belgische nationaliteit,
gecoördineerd bij KB van 14 december '32. Onder deze wetgeving
leidde het huwelijk van een vreemde vrouw met een Belg automatisch
tot de toekenning van de Belgische nationaliteit aan de echtgenote,
behalve indien zij verklaarde te willen verzaken aan de Belgische
nationaliteit. Artikel 16, paragraaf 1 van het Wetboek van de
Belgische Nationaliteit daarentegen preciseert meteen het volgende.

Het huwelijk heeft van rechtswege geen enkel gevolg op de
nationaliteit. Paragraaf 2 van hetzelfde artikel biedt echter onder
bepaalde voorwaarden aan de vreemde echtgenoot of echtgenote van
een Belg de mogelijkheid om de Belgische nationaliteit van zijn of
haar echtgenoot of echtgenote te verkrijgen, door een verklaring van
nationaliteitskeuze af te leggen voor de ambtenaar van de burgerlijke
stand van de gemeenschappelijke verblijfplaats van de echtgenoten.

Het is dan ook niet langer het huwelijk dat automatisch gevolgen heeft
voor de nationaliteit, maar de verklaring van nationaliteitskeuze die
een procedure ter verwerving van de Belgische nationaliteit opstart.
Aangezien het huwelijk van rechtswege geen enkel gevolg heeft voor
de nationaliteit, kan de nietigverklaring van het huwelijk niet meer
automatisch gevolgen hebben voor de nationaliteit, zelfs in geval één
van de echtgenoten door middel van een verklaring van
nationaliteitskeuze de Belgische nationaliteit van de ander heeft
verworven.

De laatste wijziging van het WBN van maart 2000 heeft afgezien van
04.02
Laurette Onkelinx,
ministre: La loi du 4 mai 1999,
entrée en vigueur le 1
er
janvier
2000, a instauré les mesures de
droit civil nécessaires contre les
mariages de complaisance.

Je demanderai au Collège des
procureurs généraux de m'infor-
mer sur la durée de l'enquête qui
précède l'annulation d'un mariage
de complaisance. Je vérifierai
éventuellement s'il est possible de
l'accélérer.

Des poursuites pénales sont
possibles pour cause de faux ou
sur la base des dispositions
pénales de la loi de 1980 sur
l'accès au territoire, le séjour,
l'établissement et l'éloignement
des étrangers. Une annulation du
mariage donne fréquemment lieu
à une mesure d'expulsion sur la
base de la loi de 1980. L'arsenal
légal existant suffit pour remédier
à des situations illicites.

Le Code de la nationalité belge
(CNB), entré en vigueur le
1
er
janvier 1985, dispose que le
mariage n'exerce de plein droit
aucun effet sur la nationalité. C'est
l'éventuelle déclaration de choix
de la nationalité, faite ultérieure-
ment par le conjoint étranger
devant le fonctionnaire d'Etat civil,
qui ouvre une procédure
d'acquisition de la nationalité
belge. C'est pourquoi l'annulation
du mariage n'aura pas non plus
automatiquement de consé-
quences sur la nationalité.

La dernière modification du Code
de la nationalité, en mars 2000, a
marqué l'abandon de l'agrément
de la déclaration de choix de la
nationalité par le tribunal de
première instance au profit d'un
avis du procureur du Roi. En cas
d'avis négatif, le demandeur peut
demander au tribunal d'examiner
le sérieux de cet avis.

Les conditions de la perte de la
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
het systeem van de inwilliging van de verklaring van
nationaliteitskeuze door de rechtbank van eerste aanleg ten gunste
van een advies dat moet worden verstrekt door de procureur des
Konings, waarbij de verzoeker of verzoekster in geval van negatief
advies de mogelijkheid heeft de rechtbank te vragen zich uit te
spreken over de gegrondheid van het negatief advies. Die wijziging
verandert niets aan de hierboven geschetste redenering.

Ik herinner eraan dat de gevallen van verlies van de Belgische
nationaliteit restrictief moeten worden geïnterpreteerd. Artikel 22 met
betrekking tot het verlies van de Belgische nationaliteit voorziet niet in
het verlies van de Belgische nationaliteit door de vreemde echtgenoot
van een Belg die de nationaliteit van zijn of haar echtgenoot of
echtgenote verkreeg en wiens huwelijk vervolgens nietig werd
verklaard.

Artikel 23 bepaalt dat Belgen die de Belgische nationaliteit hebben
verkregen onder meer door een verklaring van nationaliteitskeuze van
de Belgische nationaliteit vervallen verklaard kunnen worden indien zij
ernstig tekortkomen aan hun verplichtingen als Belgisch burger. De
vervallenverklaring wordt gevorderd door het openbaar ministerie en
valt dus onder de exclusieve bevoegdheid van de rechterlijke
overheden. Ik heb evenwel geen weet van gevallen waarin een
vervallenverklaring van de Belgische nationaliteit werd uitgesproken
naar aanleiding van de nietigverklaring van een schijnhuwelijk.
nationalité belge doivent être
interprétées de manière restrictive:
l'article 22 du Code de la
nationalité ne prévoit pas de perte
de la nationalité pour le conjoint
étranger qui a obtenu la nationalité
belge après un mariage avec
un(e) Belge et dont le mariage a
été ultérieurement annulé. L'article
23 du Code de la nationalité
prévoit que les Belges qui ont
acquis la nationalité, notamment
par le biais d'une déclaration de
nationalité, peuvent, s'ils
manquent gravement à leurs
devoirs de citoyen belge, être
déchus de la nationalité belge. La
déchéance est poursuivie par le
ministère public et relève donc
exclusivement de la compétence
du tribunal. Je n'ai pas
connaissance de déchéances qui
résulteraient de l'annulation d'un
mariage.
Voilà ce qu'il en est des procédures au niveau de la législation
existante. Je dispose de peu d'informations en ce qui concerne la
longueur de ces procédures, mais, comme je vous l'ai dit, j'ai saisi le
Collège des procureurs généraux à ce sujet.
Ik heb niet veel informatie over de
duur van die procedures, maar ik
heb de kwestie aanhangig
gemaakt bij het college van
procureurs-generaal.
04.03 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik heb twee
opmerkingen.

Mevrouw de minister, ik hoorde in de aanhef van uw antwoord dat u
meent dat het wettelijk arsenaal dat momenteel voorhanden is
voldoende is en dat u het strafbaar stellen geen prioriteit vindt. Het
moet interessant zijn om een aanvullende vraag te stellen op het
moment dat u over de cijfers beschikt over de duurtijd van de
procedures die momenteel aan de gang. Uit uw antwoord heb ik
immers begrepen dat u de voorkeur geeft aan de burgerlijke
procedure die kan leiden tot de nietigverklaring van het huwelijk
eerder dan aan de strafrechtelijke procedure op basis van de wet van
1980.

Een tweede opmerking, na een huwelijk, dat later als een
schijnhuwelijk kan worden bestempeld, wordt de verblijfsvergunning
afgeleverd. Het een houdt dus wel met het ander verband. Door dit
fenomeen verschaffen mensen zich een verblijf op het grondgebied,
iets wat volgens een normale werkwijze niet zou gebeuren.

Mevrouw de minister, mag ik u vragen om de cijfers over de
gemiddelde duurtijd mee te delen zodra u daarover beschikt. Indien u
voorts over bijkomende informatie zou beschikken naar aanleiding
van de vraag die u aan het college van procureurs-generaal zal
stellen, zou ik willen vragen om daarover bijkomende gegevens te
krijgen.
04.03 Claude Marinower (VLD):
Il me paraît indiqué de revenir sur
ce problème lorsque les chiffres
relatifs à la durée moyenne de ces
mariages seront publiés et que la
ministre disposera des données
complémentaires à fournir par le
Collège des procureurs généraux.
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "de Kansspelcommissie" (nr. 1477)
05 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"la commission des jeux de hasard" (n° 1477)
05.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de voorzitter,
mevrouw de minister, in de programmawet van eind 2003 werd in het
deel Justitie oorspronkelijk een wijziging aan de wet van 7 mei 1999
op de kansspelen vermeld. Het was meer bepaald de bedoeling om
het werk van de kansspelcommissie en van de Deposito- en
Consignatiekas te vergemakkelijken. In een aantal gevallen zou de
verschuldigde waarborg voortaan gestort worden op een rekening bij
de eerder vernoemde kansspelcommissie.

Tijdens de bespreking zijn er verschillende vragen opgedoken omtrent
deze voorgestelde aanpassing, onder meer over het juiste juridische
statuut van de gestorte gelden. U stelde toen dat u opdracht zou
geven om deze problematiek verder te onderzoeken en om
hieromtrent een apart wetgevend initiatief te nemen eenmaal er
antwoorden zouden gevonden worden. Iedereen was en is het erover
eens dat een dergelijke maatregel nuttig is gelet op de administratieve
vereenvoudiging die deze zou inhouden. Er waren dus alleen die
bepaalde juridische problemen.

Mevrouw de minister, mijn concrete vragen zijn de volgende. Hebt u
reeds opdracht gegeven om de gerezen problematiek te
onderzoeken? Zo ja, wat zijn de bevindingen totnogtoe? Wanneer
bent u van plan wetgevend initiatief in deze context te nemen?
05.01 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): La loi-programme de
décembre 2003 devait adapter la
loi du 7 mai 1999 sur les jeux de
hasard. L'objectif consistait à
faciliter le travail de la Commission
des jeux de hasard: dans un
certain nombre de cas, la caution
due devait être versée sur un
compte de la Commission des
jeux de hasard. Lors de l'examen
de ce point en commission, des
questions ont toutefois été
soulevées concernant le statut
juridique des sommes versées. A
cette occasion, la ministre s'était
engagée à faire réexaminer le
problème et à arrêter une
réglementation distincte.

Cet examen a-t-il déjà eu lieu?
05.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, het is
inderdaad zo dat ik mijn voorstel tot wijziging van artikel 71 van de wet
7 mei 1999 op de kansspelen wegens een aantal mogelijk juridische
problemen heb ingetrokken bij de besprekingen van de recente
programmawet van december 2003. Dat deze voorgestelde
wetswijziging werd ingediend ­ als deel van de programmawet ­ had
als doel om de bedoelde bijdragen van het werkingsjaar 2003
vooralsnog overeenkomstig het voorstel te innen.

Nu de toepassing ervan in het werkingsjaar 2003 niet meer mogelijk
is, wordt dit voorstel onderzocht door mijn diensten in het kader van
een meer uitgebreide wijziging van de wet op de kansspelen.
Ondertussen werd trouwens een door de Ministerraad goedgekeurd
koninklijk besluit op 22 december 2003 aangenomen en op 30
december 2003 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Daarin
worden de bijdragen van de vergunninghouders zoals voorzien in de
kansspelwetgeving vastgesteld. Een ontwerp van wet tot
bekrachtiging van dit koninklijk besluit in toepassing van artikel 19 van
de wet op de kansspelen ligt momenteel voor advies bij de Raad van
State. Het zal zo snel mogelijk worden ingediend.
05.02
Laurette Onkelinx,
ministre: J'ai en effet retiré ma
proposition initiale, qui tendait à
modifier la loi de 1999 sur les jeux
de hasard, après les débats au
sein de la commission compé-
tente. Mon objectif était de faire
procéder à la perception des
cotisations de l'année de fonction-
nement suivant un système
adapté. A présent qu'il a été
renoncé à cette adaptation, j'ai
confié la mission de faire étudier
un aménagement un peu plus
poussé de la loi.

Au Moniteur
belge du 30
décembre 2003 a été publié un
arrêté royal qui fixe les cotisations
des détenteurs d'une licence,
comme le prévoit la loi sur les jeux
de hasard. Un projet sanctionnant
cet arrêté royal a été soumis pour
avis au Conseil d'Etat.
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
05.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik dank
de minister voor haar antwoord. Ik begrijp dat zij of haar medewerkers
bezig zijn met de verdere uitwerking van de oorspronkelijk
vooropgestelde wijziging. Het wordt van nabij gevolgd.
05.03 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): Je constate que la ministre
planche actuellement sur cette
adaptation. Je reviendrai sur ce
dossier lorsque cette adaptation
aura été traduite dans les faits.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
richtlijn met betrekking tot de toepassing van de nieuwe drugwet" (nr. 1482)
06 Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la directive
relative à l'application de la nouvelle loi sur les drogues" (n° 1482)
06.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, collega's, het zal de commissie wel bekend zijn dat wij in de
vorige legislatuur in deze commissie en in de commissie voor de
Volksgezondheid nogal wat gediscussieerd hebben over de nieuwe
drugwet die is goedgekeurd. De politieke optie van de paars-groene
meerderheid bestond erin om een gedoogbeleid te installeren en de
juridische zekerheid te geven aan de gebruikers van
cannabisproducten dat er ­ ofschoon het strafbaar is ­ door Justitie
niet meer gereageerd zou kunnen worden in geval van eenvoudig
bezit voor eigen gebruik en wanneer er geen sprake zou zijn van
overlast of problematisch gebruik.

Wij hebben daarover toen een lange discussie gehad. Er konden
namelijk, niet alleen vanuit het standpunt van de volksgezondheid en
de vraag naar een geloofwaardige ontradingsstrategie vanwege de
overheid, toch wat vragen over de installatie van een gedoogbeleid
worden gesteld. Wij hebben toen ook lang gediscussieerd over de
vraag of het in ons land mogelijk was om het openbaar ministerie
ervan te weerhouden gebruik te maken van zijn grondwettelijke
onafhankelijkheid en te voorzien in een systeem waarbij iets strafbaar
was, maar toch de zekerheid zou ontstaan dat het openbaar
ministerie niet kon reageren op het vaststellen van het strafbaar feit.

De discussie heeft geleid tot een wet en een koninklijk besluit en
moest ook leiden tot een omzendbrief, uitgevaardigd door de minister
van Justitie in overleg met het college van procureurs-generaal,
waarbij de toepassing op het terrein voor de parketten moest worden
verduidelijkt. Wij hebben allemaal kennis kunnen nemen van die
ministeriële omzendbrief van 16 mei 2003, op de valreep
uitgevaardigd voor de federale verkiezingen, die op 2 juni in het
Belgisch Staatsblad werd gepubliceerd. Later werd er ook nog een
erratum gepubliceerd. Die omzendbrief, getekend door minister
Verwilghen, bevat de concretisering van die politieke ambities.

Ik ben op het spoor van deze vraag gezet door een artikel in een
weekblad van enkele weken geleden. Daarin werd gesuggereerd dat
er iets aan de hand was met die richtlijn. Ik ben benieuwd om te
weten wat het lot is van deze richtlijn. Ik hoor zeggen dat er
problemen zijn geweest met deze richtlijn, omdat men binnen het
college van procureurs-generaal tal van juridische en andere
bezwaren zou hebben gehad tegen de draagwijdte van deze richtlijn.
Ik vermoed overigens dat deze bezwaren ook in de commissie
uitvoerig aan bod zijn gekomen: de vaagheid van de definities, het
06.01 Jo Vandeurzen (CD&V):
Au terme de la législature
précédente, l'ancien ministre de la
Justice, M. Verwilghen, a publié
une circulaire concernant
l'application de la nouvelle loi sur
les drogues. Il semble que cette
circulaire ait été rédigée sans que
le Collège des procureurs
généraux en ait approuvé le
contenu. Le document, qui est
vague et qui comporte des
contradictions avec le texte de la
loi, pose également un problème
au Conseil des procureurs du Roi.

Quelles sont les objections du
Collège des procureurs généraux
ainsi que du Conseil des
procureurs du Roi? Comment
Mme Onkelinx y réagit-elle? Va-t-
elle réaménager le texte de la
directive?
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
karakter van een algemeen negatieve injunctie die dit systeem kan
hebben, enzovoort.

Ik ben zeer benieuwd om te weten wat de ware toedracht is. Is het
correct dat er vanuit het college bezwaren zijn gerezen tegen deze
richtlijn? Over welke bezwaren ging het? Welk gevolg is aan deze
bezwaren gegeven?
Datzelfde, mijnheer de voorzitter, vraag ik ook ten opzicht van het
advies dat de raad van de procureurs des Konings zou hebben
gegeven over die richtlijn. Blijkbaar is er ook daar gesproken over de
implementatie van het nieuwe drugbeleid. Ik wil graag vernemen of er
ook vanuit deze hoek vragen zijn gekomen over de richtlijn.

Indien mijn vermoeden juist is ­ geïnspireerd op wat ik her en der
gelezen heb ­ dat er toch wat vraagtekens zijn over de toepassing
van deze richtlijn, wil ik ook weten welke houding de minister
aanneemt ten opzichte van deze richtlijn van haar voorganger. De
richtlijn had een historisch karakter: de introductie van de drie gram
en het gedoogbeleid. Is er sprake van een aanpassing van deze
richtlijn? Als dat geval is, in welke richting denkt de minister dan dat
deze aanpassingen zouden moeten gaan?
06.02 Laurette Onkelinx, ministre: Je ne répéterai pas l'historique;
M. Vandeurzen l'a fait. Je parle des modifications de la loi et d'une
directive ministérielle qui remplaçait la directive commune du 8 mai
1998.
06.02
Minister Laurette
Onkelinx: De heer Vandeurzen
schetste de voorgeschiedenis al,
ik zal daar niet op terugkomen. Ik
zal het hebben over de wijzigingen
van de wet en van een ministeriële
richtlijn die de gemeenschap-
pelijke richtlijn van 8 mei 1998
heeft vervangen.
De afgelopen maanden heb ik meerdere signalen gekregen, ook
vanuit de magistratuur, die aangeven dat er zich op het terrein
meerdere problemen voordoen. Ik ontving in dat verband in de loop
van de maand december een nota van het college van procureurs-
generaal en van de raad van procureurs des Konings. Van beide
zijden werd gewezen op moeilijkheden die te wijten zijn aan de
vaagheid van de tekst of de strijdigheid ervan met de wettekst.

Als voorbeeld kan ik het volgende aanhalen. Door te stellen dat voor
drugsgebruikers woonachtig in een ander arrondissement een
volwaardig proces-verbaal wordt opgesteld, maakt de richtlijn een
uitzondering op het wettelijk voorschrift dat voor beperkt drugsbezit
slechts een politionele registratie gebeurt. Daarenboven spreekt de
richtlijn zichzelf tegen door in dezelfde tekst in een regeling te
voorzien voor de overzending van samenvattende processen-verbaal
opgesteld na een politionele registratie, aan het arrondissement van
de woonplaats van de gebruiker. Het is tevens zo dat de mogelijkheid
die de circulaire biedt aangaande de inbeslagname van de
aangetroffen drugs, niet verzoenbaar is met het beginsel dat
drugsbezit nog altijd een misdrijf is.

Op mijn verzoek heeft elke procureur-generaal een gespecialiseerde
magistraat afgevaardigd om deel uit te maken van een werkgroep
waarin ook mijn kabinet en de dienst voor strafrechtelijk beleid
vertegenwoordigd zijn. Die werkgroep van specialisten werd opdracht
gegeven de tekst van de circulaire bij te stellen om de moeilijkheden
Ces derniers mois, j'ai reçu des
signaux qui indiquent l'existence
de problèmes sur le terrain. En
décembre 2003, le Collège des
procureurs généraux et le Conseil
des procureurs du Roi m'ont
envoyé une note à cet égard. Les
deux courriers évoquaient des
problèmes d'application en
conséquence de l'imprécision du
texte ou de contradictions avec le
texte de la loi. Ainsi, l'obligation de
dresser un procès-verbal à
l'encontre de consommateurs de
drogues qui habitent dans un autre
arrondissement était en
contradiction avec la disposition
légale selon laquelle la détention
limitée de drogue ne donne lieu
qu'à un enregistrement policier. Au
surplus, la directive se contredit en
prévoyant une réglementation pour
le transfert de procès-verbaux
récapitulatifs, rédigés après
l'enregistrement policier. La
possibilité de saisie de drogues
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
te verhelpen.
découvertes est, quant à elle,
inconciliable avec le principe selon
lequel la détention de drogue
constitue toujours une infraction.

A ma demande, chaque procureur
général déléguera un magistrat
spécialisé pour siéger dans un
groupe de travail au sein duquel
mon cabinet et le service de la
Politique criminelle seront
également représentés. Ce groupe
de travail adaptera le texte de la
directive pour éviter toute
confusion à l'avenir.
06.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank de
minister voor het antwoord.

Mijn vraag is in alle bescheidenheid of wij kunnen beschikken over de
adviezen die daarover worden uitgebracht. Dit is natuurlijk een
juridisch zeer belangrijke aangelegenheid, met name in welke mate
de omzendbrief over een problematiek die ons in het Parlement erg
dikwijls heeft beziggehouden, correct uitvoering geeft aan een wet en
de toepassing ervan op het terrein mogelijk maakt. Ik laat daarbij
overigens de vraag of men het al dan niet eens is met de inhoud van
die wet, buiten beschouwing. Dit is mijn eerste vraag, gericht aan het
secretariaat van de commissie en de minister: kunnen wij kennis
krijgen van de adviezen?

Het is toch wel erg dramatisch - in het kader van een vraag moeten
wij geen lang betoog houden - dat er over een materie waarbij het
gaat om de maatschappelijke gevolgen van het sociaal en juridisch
acceptabel maken van bepaalde illegale drugs, een richtlijn bestaat
waarvan men op het terrein zegt dat men die niet kan toepassen. De
verslavingsrisico's en het feit dat alsmaar jongere personen in contact
komen met illegale drugs, zijn fenomenen die elk parlementslid hier
bezighouden en verontrusten. Na lange discussies, na een federale
drugsnota, na een juridische analyse, na een advies van de Raad van
State, na ellenlange debatten en na advies van de commissie voor de
Justitie aan de commissie voor de Volksgezondheid is men erin
geslaagd een circulaire op te stellen waarvan de volgende minister
moet vaststellen dat die op het terrein niet uitvoerbaar is. Tegelijkertijd
moeten we vaststellen dat het aantal cannabisplantages dat we
ontdekken, steeds toeneemt en dat de leeftijd van wie ermee in
contact komt, alsmaar daalt.

Men heeft uitgeroepen dat men een constructie heeft gemaakt, maar
nu blijkt dat de circulaire niet kan worden geïmplementeerd. Ik vind
dat een bijzonder grote politieke verantwoordelijkheid.

We hebben er toen op gewezen dat het zo zou gebeuren. Mijnheer de
voorzitter, ik wil de geschiedenis geen geweld aandoen. Ik heb ooit in
tempore non suspecto een kleine bescheiden bijdrage geleverd over
het punt dat de minister nu aanhaalt. Het is echter slechts een van de
punten van die rondzendbrief. Men zegt dat het gebeurt via een
anonieme registratie behalve als degene die men tegenkomt in een
ander gerechtelijk arrondissement woont. Men moet dan maar eens
06.03 Jo Vandeurzen (CD&V):
Pouvons-nous disposer des avis?
Il est toujours préférable, en effet,
de débattre sur la base de
données techniques fiables.

Le fait que dans un tel dossier, qui
a fait l'objet de si longs débats,
une directive inexécutable ait été
promulguée me paraît à la fois
tragique et consternant. On
découvre de plus en plus de
cultures de cannabis et les jeunes
en consomment pour la première
fois de plus en plus tôt. La classe
politique porte une responsabilité
très lourde en la matière. Le fait
qu'aucun responsable n'ait
compris qu'il y avait une
contradiction dans les termes
quand on parle d'un
"enregistrement anonyme, sauf si
l'on vit dans un autre
arrondissement judiciaire" évoque
l'oeuvre de Kafka. Il faut corriger
cette erreur le plus vite possible.
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
een anonieme registratie proberen te doen. Men moet dan vragen in
welk arrondissement men woont. Men moet dus identificeren om te
weten of men het anoniem moet doen of niet. Dat is natuurlijk
kafkaiaans. Het staat echter zo in deze richtlijn. Zo zijn er wellicht nog
tal van andere onvolkomenheden.

Ik vind dat politiek zeer erg. Ik vrees dat dit gedoogbeleid én op het
vlak van gezondheidszorg én op het vlak van veiligheid reeds zijn
effecten heeft gehad. Ik hoop dat we kunnen beschikken over die
teksten zodat we ten minste met kennis van zaken de nieuwe richtlijn
kunnen evalueren.

De voorzitter: Mijnheer Vandeurzen, als ik over de teksten beschik, dan beschikt u ook over de teksten. Ik
heb ze echter niet.
06.04 Jo Vandeurzen (CD&V): Mevrouw de minister, ik vraag u om
de juridisch-technische analyses van het college en van de raad van
procureurs te kunnen verkrijgen.
06.05 Laurette Onkelinx, ministre: Ce sont des documents internes
et il n'est pas de coutume de les communiquer. Je trouve beaucoup
plus intéressant de vous transmettre l'information quand le travail des
spécialistes sera entièrement terminé.
06.05
Minister
Laurette
Onkelinx: Het is ongebruikelijk
interne documenten mee te delen.
Ik zal u de gevraagde informatie
bezorgen wanneer de werkzaam-
heden van de specialisten volledig
zijn afgerond.
06.06 Jo Vandeurzen (CD&V): Op het gevaar af een debat te
houden over de grote, ideologische theorieën en gezien de
verplichting voor onze commissie om een zakelijk gesprek te voeren
over wat technisch gezien het probleem is en wat eraan kan worden
gedaan, vind ik het beter dat wij beschikken over de technische
informatie.

Mijnheer de voorzitter, ik kan hier nog een uur spreken over het
gedoogbeleid. Dat is geen probleem. Wij hebben toen echter gezegd
dat er op juridisch-technisch vlak een aantal zaken niet konden in het
kader van het beleid van de toenmalige meerderheid om te gedogen
wat strafbaar bleef. Ik ben erg benieuwd om te weten of degenen die
grondwettelijk gezien over de onafhankelijkheid beschikken om te
vervolgen in individuele gevallen, tot een aantal technische conclusies
komen die relevant kunnen zijn voor het parlementair debat. Het is
dan toch elementair dat wij over de stukken kunnen beschikken.
06.06 Jo Vandeurzen (CD&V): Il
serait nettement plus judicieux de
débattre sur la base des textes
techniques appropriés. Sans ce
lapsus, la question serait à
nouveau passée inaperçue.
06.07 Laurette Onkelinx, ministre: En la matière, il est beaucoup
plus intéressant de travailler pour régler les problèmes plutôt que de
faire de la publicité autour des problèmes qui existent! A chacun son
rôle! Le mien est de régler les problèmes. Le vôtre est peut-être
différent!
06.07
Minister Laurette
Onkelinx: Ik vind het interessanter
aan een oplossing voor de
problemen te werken, dan er heisa
rond te maken. Ieder zijn rol!
06.08 Jo Vandeurzen (CD&V): Als wij niet door een toevalligheid ­
een slip of the tongue ­ in een artikel hadden vernomen dat er een
omzendbrief is die eigenlijk niet uitvoerbaar is en dat men werkt aan
een nieuwe, dan was dit geruisloos verdwenen. Ik vind dat niet
correct. Er is u zo dikwijls gezegd in de commissie dat daarvan
problemen zouden komen. Ik hoor signalen dat het zover is. Ik vind
dat de meerderheid de verantwoordelijkheid mag nemen om het
Parlement hierover behoorlijk in te lichten.
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18

De voorzitter: Ik noteer dat u een vraag stelt die buiten het bestek
van de mondelinge vragen valt. Het is een zinnige vraag ­ laat dat
duidelijk zijn ­ maar ze kan niet in het kader van de mondelinge
vragen worden beantwoord.
Le président: La communication
de documents ne peut être
demandée dans le cadre d'une
question orale.
06.09 Jo Vandeurzen (CD&V): Dat is schitterend.
De voorzitter: Ik wens hier graag het incident te sluiten.
06.10 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, we zullen die
vraag overzenden aan de Conferentie van voorzitters. Ik hoop dat u ­
in het kader van de herwaardering van het werk van het Parlement,
met zoveel jonge parlementsleden die daarop aandringen ­ de vraag
zult ondersteunen om te kunnen beschikken over de relevante
documenten in een heel belangrijke materie.
06.11 Laurette Onkelinx, ministre: (...)
06.12 Jo Vandeurzen (CD&V): Oui, mais le Collège des procureurs
n'est pas l'exécutif. Pour vous, peut-être.
06.12 Jo Vandeurzen (CD&V):
Het College van procureurs is de
Executieve niet. Maar voor u
misschien wel.
06.13 Laurette Onkelinx, ministre: Le Collège des procureurs
m'aide à réaliser ma tâche d'exécutant...
06.13
Minister Laurette
Onkelinx: Het College van
procureurs helpt mij bij het
volbrengen van mijn taak als
uitvoerder...
06.14 Jo Vandeurzen (CD&V): La Constitution a inscrit une
indépendance remarquable...
06.14 Jo Vandeurzen (CD&V):
De Grondwet heeft het over een
belangrijke autonomie...
06.15 Tony Van Parys (CD&V): (...)
06.16 Laurette Onkelinx, ministre: Non? Ce n'est pas ainsi que vous
le concevez, monsieur Van Parys?
06.16
Minister Laurette
Onkelinx: Bent u het daarmee niet
eens, mijnheer Van Parys?
06.17 Tony Van Parys (CD&V): Pas vraiment, madame la ministre,
pas vraiment.
06.17 Tony Van Parys (CD&V):
Niet echt.
06.18 Laurette Onkelinx, ministre: Le Collège des procureurs ne
vous a jamais aidé dans votre rôle d'exécutif?
06.18
Minister Laurette
Onkelinx: Heeft het College van
procureurs u nooit geholpen?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de
wijziging van de territoriale indeling van de gerechtelijke arrondissementen" (nr. 1483)
07 Question de M. Jo Vandeurzen à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la
modification de la répartition territoriale des arrondissements judiciaires" (n° 1483)
07.01 Jo Vandeurzen (CD&V): De indeling van ons land in 07.01 Jo Vandeurzen (CD&V):
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
gerechtelijke arrondissementen houdt eenieder bezig. De minister
heeft daarover ook al enkele verklaringen afgelegd. Ik zie in de
teksten dat in het raam van het Themis-programma en de
responsabilisering van de korpsoverste de minister suggereert dat
een aantal geografische omschrijvingen moet worden aangepast.

Ik hoor ook dat een aantal arrondissementen genoemd wordt, als is
het maar bij wijze van voorbeeld. Daaronder vallen blijkbaar ook de
gerechtelijke arrondissementen Hasselt en Turnhout. Nu, dat behoort
allemaal tot de wandelgangen. Ik vind dat geen goede basis om op te
werken. Ik heb liever, zoals ik al gezegd heb, de formele documenten
en duidelijke nota's.

Vandaar mijn vraag: is de minister van plan een project op te zetten
voor de wijziging van de grenzen van de gerechtelijke
arrondissementen? Ik begrijp dat dit in de logica van het Themis-plan
zou zitten. Hoe gaat de minister de besluitvorming terzake
organiseren? Wat is de timing, als die bestaat?

Men zal het mij niet kwalijk nemen dat ik ter gelegenheid van de
geografische indeling van ons land in gerechtelijke arrondissementen
ook terugkom ­ zoals Cato altijd zei: "Overigens ben ik van mening
dat..." ­ op de discussie over de decentralisering van het hof van
beroep van Antwerpen. In de regeringsverklaring is daarvoor een
duidelijk engagement opgenomen. Ik ben toch benieuwd te weten in
welke mate de evaluatie van de gerechtelijke arrondissementen op
touw staat. Is de provincie Limburg daarbij betrokken? En in welke
mate moet ik dat liëren met de verbintenis van de regering om de
decentralisering van het hof van Antwerpen met een gunstig
vooroordeel te onderzoeken?
Comme annoncé dans sa note de
politique générale, la ministre
modifierait la répartition territoriale
des arrondissements judiciaires.
D'après les rumeurs, les deux
arrondissements judiciaires du
Limbourg seraient fusionnés.

La ministre nourrit-elle un tel
projet? Comment compte-t-elle
procéder? Quel est le calendrier
prévu à cet effet? Qu'en est-il de
la décentralisation de la Cour
d'appel d'Anvers?
07.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, ik kan
antwoorden dat er sterk aan gedacht wordt om over te gaan tot het
hertekenen van de bestaande gerechtelijke arrondissementen. Dat
kadert in een ander project dat betrekking heeft op de
responsabilisering van de korpschefs en de decentralisering van een
aantal beheerstaken naar het arrondissementsniveau. Dat laatste
project heeft immers slechts kans op slagen of is slechts zinvol
wanneer het kan worden doorgevoerd in arrondissementen met een
zekere omvang.

Op dit ogenblik worden er gegevens en informatie opgevraagd die mij
moeten toelaten aan die oefening te beginnen. Ik wens mij echter niet
te laten vastpinnen op een concrete timing. Het is wel mijn bedoeling
het dossier te bespoedigen. Vanzelfsprekend moet in dat verband ook
overleg gepleegd worden met de magistratuur.

De projecten inzake de arrondissementen en het arrondissementeel
beheer zijn in de eerste plaats beheersprojecten en dus geenszins
incompatibel met projecten die passen in de discussie over de
toegankelijkheid van het gerecht. Niets belet dat een doelmatige en
doeltreffende organisatie ook klantvriendelijk is.
07.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Il est exact que les
arrondissements judiciaires vont
peut-être être redessinés. Cette
initiative s'inscrit dans le cadre
d'un autre projet, celui de la
responsabilisation des chefs de
corps et de la décentralisation de
plusieurs tâches de gestion vers
les arrondissements.

Pour l'heure, on procède à une
collecte de données. Je ne suis
pas encore en mesure de fournir
un calendrier concret. Il faut
consulter la magistrature. L'aspect
du nouveau paysage des
arrondissements n'est pas encore
fixé. Il s'agit en l'occurrence de
projets de gestion en réalité sans
rapport avec l'accessibilité de la
justice. Une organisation efficace
peut également être conviviale à
l'égard des justiciables.
07.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Ik probeer te decoderen wat ik
verneem, mevrouw de minister. Ik begrijp dat er een discussie komt,
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
op niet al te lange termijn, over de indeling in gerechtelijke
arrondissementen.

Ik begrijp ook dat het gerucht dat dit betekent dat er ook in Limburg
iets moet gebeuren niet helemaal zonder grond is. Ik moet zeggen, in
alle duidelijkheid, dat wij het eens zijn met u wanneer u het hebt over
de decentralisering van een aantal beheerstaken van het ministerie
van Justitie. Wij hebben dat voorstel met zoveel woorden in ons
verkiezingsprogramma opgenomen. Dat is dus een beleidskeuze die
wij ook onderschrijven.

Ik had natuurlijk gehoopt iets meer te vernemen over de manier
waarop u dat gesprek wil voeren. Daar zijn natuurlijk heel wat mensen
bij betrokken. Er is iets wat ik erg betreur ­ maar daar zal ik wel eens
een vraag over stellen aan uw collega van Binnenlandse Zaken, die
zich in de kiescampagne in Limburg alleszins zeer sterk heeft
geëngageerd voor het decentraliseren van het hof van beroep van
Antwerpen in de twee provincies, zoals ook de voorzitter van de nu
grootste partij, als wij de opiniepeilingen mogen geloven, dat gedaan
heeft in Limburg.

Zij hebben allebei sterk naar voren geschoven dat de decentralisering
van het hof van beroep van Antwerpen een feit zal worden. Ik denk
dat ik hen eens zal moeten confronteren met hun engagement want ik
merk dat het voor u als minister van Justitie geen thema is dat op
enige respons kan rekenen. Ik denk dat het niet meer dan correct is ­
voor wij de volgende verkiezingsstrijd ingaan ­ dat wij de mensen toch
eens herinneren aan de verkiezingsbeloften die zij bij de vorige
verkiezingen hebben gedaan.

Ik vind het jammer, omdat het een thema is dat leeft in de provincie.
De bereikbaarheid van het hof van beroep in Antwerpen is een groot
probleem aan het worden. Dat heeft alleszins te maken met de
toegankelijkheid, zelfs de fysieke toegankelijkheid, van ons gerecht. Ik
vind dat wanneer het in het regeerakkoord staat wij toch af en toe
mogen horen in welke mate men terzake vorderingen maakt. Maar
blijkbaar is dat niet aan de orde.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Samengevoegde vragen van
- de heer Tony Van Parys aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de onderbezetting
van de magistratuur in de ressorten Gent en Antwerpen" (nr. 1485)
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste minister en minister van Justitie over "de mogelijke
uitbreiding van het aantal raadsheren in de hoven van beroep" (nr. 1502)
08 Questions jointes de
- M. Tony Van Parys à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "la sous-occupation du
cadre des magistrats dans les ressorts de Gand et d'Anvers" (n° 1485)
- M. Bart Laeremans à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur "l'augmentation
éventuelle du nombre de conseillers des cours d'appel" (n° 1502)
08.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de
minister, voor de inleiding van mijn vraag sluit ik aan bij de actualiteit,
in casu de opeenvolgende overvallen in Antwerpen. Naar mijn
aanvoelen is de situatie bijzonder zorgwekkend en heeft de politie van
Antwerpen op dit ogenblik het fenomeen niet onder controle. De
fenomenen waarmee men wordt geconfronteerd zijn, mijns inziens,
08.01 Tony Van Parys (CD&V):
La vague d'attentats perpétrés à
Anvers est préoccupante. La
police ne contrôle pas la situation.
La collaboration entre les polices
locale et fédérale est ainsi
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
een belangrijke testcase voor het operationeel zijn van onze nieuwe
politie en de samenwerking tussen de lokale en de federale politie.

Mevrouw de minister, toen zich een paar jaar geleden een aantal
misdaadfenomenen voordeden in Charleroi heeft de regering terecht
een resem initiatieven genomen. Nu een andere belangrijke regio
geteisterd wordt door misdaadfenomenen hoop ik dat de regering
dezelfde reactie zal hebben en dat zij niet wacht tot er slachtoffers
vallen om effectief op te treden. De kaderuitbreiding was een van de
maatregelen die men ten aanzien van de misdaadsituatie in Charleroi
heeft genomen. Op die manier kom ik tot het onderwerp van mijn
vraag.

Mevrouw de vice-eerste minister, naar aanleiding van uw wetsontwerp
betreffende de kaderuitbreiding voor Charleroi en Mons werden de
amendementen van de CD&V om eveneens binnen de
rechtsgebieden Antwerpen en Gent de kaders uit te breiden, door de
VLD en sp.a-spirit verworpen. Naar aanleiding van een belangrijk
conflict in het Vlaams Parlement omtrent deze materie vernam ik
thans dat in voornoemde assemblee werd meegedeeld dat de eerste
minister een initiatief zal nemen om het door CD&V aangekaarte
probleem van Gent en Antwerpen op te lossen. Ik veronderstel dat het
initiatief van de eerste minister past in het raam van de initiatieven van
mevrouw Vautmans en de heer De Coene om het Parlement te
herwaarderen. In plaats van in te gaan op amendementen van de
oppositie laat men de minister toe een initiatief te nemen! Ik ben
bereid hierover heen te stappen en verheug me over de aankondiging
in het Vlaams Parlement. Dit bewijst immers dat de druk van het
Parlement en van buitenaf loont. Voor mij is het belangrijk dat het
probleem kan worden opgelost.

Mevrouw de minister, ik kom tot mijn vragen.

Ten eerste, welk initiatief zal de regering nemen om de problematiek
van het gebrek aan magistraten in Antwerpen en Gent op te lossen?
Ik bedoel uiteraard de rechtsgebieden zodat Dendermonde eveneens
een oplossing krijgt.

Vanuit een geest van constructieve oppositie maak ik van deze
gelegenheid gebruik u een nieuw voorstel te doen om het aantal
toegevoegde rechters op te trekken voor de rechtsgebieden Gent en
Antwerpen. Na de bevoordeling van Charleroi en Mons zou dit de
gelegenheid bij uitstek zijn om de benadeling van Gent en Antwerpen
inzake de toegevoegde rechters weg te nemen. Ik stel voor het
probleem op te lossen door het aantal toegevoegde rechters in Gent
en Antwerpen op te trekken tot een aantal vergelijkbaar met de
situatie in Luik en Mons.

Ik kom aan mijn tweede vraag. Ik wil van de gelegenheid
gebruikmaken om u vandaag naar de actuele cijfers te vragen.
Mevrouw de vice-eerste minister, hoeveel toegevoegde rechters zijn
er in de verschillende rechtsgebieden? Hoeveel toegevoegde rechters
zijn effectief ter plaatse? Bent u bereid de benadeling die nu bestaat
voor Vlaanderen, weg te werken en in bijkomende toegevoegde
rechters te voorzien voor de rechtsgebieden Antwerpen en Gent?
sérieusement mise à l'épreuve.

Lorsqu'une telle vague a déferlé
sur Charleroi, le gouvernement a
pris des mesures. J'espère qu'il en
sera de même cette fois. Parmi
d'autres décisions prises à
l'époque, Mons et Charleroi ont
bénéficié d'une extension de
cadre. Lors de l'adoption du projet
de loi à ce sujet, nos
amendements tendant également
à une extension des cadres de
Gand et d'Anvers ont été rejetés.
A la suite d'un incident au
Parlement flamand, le premier
ministre a annoncé qu'il
s'attaquerait au problème à Gand
et à Anvers.

Ce dossier illustre que la pression
du Parlement finit par être
récompensée. Quelle initiative la
ministre compte-t-elle prendre? Je
propose d'augmenter le nombre
de juges de complément à Gand
et à Anvers. Après avoir favorisé
Charleroi et Mons, voilà l'occasion
de réparer le préjudice causé à
Gand et à Anvers. La ministre
peut-elle fournir des chiffres en ce
qui concerne le nombre de juges
de complément autorisé par
ressort? Combien de ces
magistrats sont-ils effectivement
en fonction? La ministre est-elle
disposée à augmenter le nombre
de juges à Anvers et à Gand?
08.02 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, ik
heb mijn vraag vrijdag ingediend. Ik had toen nog geen weet van de
08.02 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Nous avons évoqué à de
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
vraag van collega Van Parys. Mijn vraag sluit er natuurlijk sterk bij
aan.

Uit de debatten hier in de commissie is gebleken dat men eenzijdig in
een soort van zware bevoordeling voor Mons voorzag, terwijl de nood
tien keer hoger is in Antwerpen en ook in andere ressorts manifest
hoger is dan in Mons.

Mevrouw de minister, u zei dat de uitbreidingen gekoppeld zouden
worden aan een werklastmeting enzovoort en dat een en ander pas
tot resultaat zou leiden tegen 2007. We hebben dus nog vier jaar te
gaan. Als we de reacties van de collega's van de PS hoorden, dan
was de eigenlijke reden voornamelijk een financieel probleem. Voor
Mons bleken er geen financiële tekorten te bestaan in de federale
kas, voor Antwerpen en Gent daarentegen des te meer.

Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, daaruit kon alleen maar
worden afgeleid dat heel die werklastmeting een
vertragingsmanoeuvre was om de zaak zo lang mogelijk op de lange
baan te schuiven en om een paar jaar onvoldoende magistraten te
benoemen in Antwerpen en Gent.

Intussen is er gelukkig de nodige media-aandacht geweest voor dit
dossier. Binnen gerechtelijke kringen en binnen de advocatuur is er
bijzonder grote verontwaardiging ontstaan over wat er hier is gebeurd.
Af en toe is men dan toch eens erover verheugd dat de pers ook eens
kritisch durft te zijn en tot zulke resultaten aanleiding kan geven.

Vorige week werd er in het kader van het belangenconflict door leden
van de meerderheid - die de behandeling van dat belangenconflict
met één week hebben laten uitstellen - verklaard dat er een oplossing
in de maak zou zijn. Binnen de week zou eerste minister Verhofstadt
met een initiatief voor de dag komen om het tekort aan raadsheren bij
het Antwerpse hof van beroep weg te werken.

Mevrouw de minister, mijn vraag was nu natuurlijk of u zelf reeds iets
hebt vernomen daarover. Wat is er daarover vrijdag op de
Ministerraad beslist? Heeft de eerste minister u hier ooit al over
aangesproken? Lijkt het u in deze omstandigheden wenselijk dat we
deze week de wetsontwerpen in verband met Mons en Charleroi
bespreken? Het lijkt immers nogal logisch dat het ene duidelijk aan
het andere gekoppeld wordt en dat er minstens stellige zekerheid
wordt geboden over de zo noodzakelijke uitbreiding van de kaders in
Antwerpen en Gent.

Anders dan de vorige spreker lijkt het mij niet echt nuttig dat het
aantal van de toegevoegde rechters wordt uitgebreid, maar wel dat er
wel degelijk voor wordt gezorgd dat de noden in Antwerpen en Gent
ook op lange termijn en definitief worden gelenigd via een behoorlijke
uitbreiding van de kaders volgens de studies die reeds uitvoerig in de
commissie aan bod zijn gekomen.
nombreuses reprises dans cette
commission le traitement de
faveur dont bénéficie Mons, alors
que les besoins sont beaucoup
plus importants dans d'autres
villes, à Anvers notamment.
L'augmentation du nombre de
conseillers à Anvers a été liée à un
mesurage du volume de travail. Il
ne s'agit à mes yeux que d'une
manoeuvre dilatoire. Heureuse-
ment, le problème a retenu
l'attention des médias. Les
magistrats et les avocats ont réagi
avec une même indignation. Le
VLD a annoncé que le premier
ministre, M. Verhofstadt, prendrait
personnellement une initiative
dans la semaine en vue de
remédier à la pénurie de
conseillers à Anvers.

Qu'a décidé le Conseil des
ministres vendredi dernier? La
ministre estime-t-elle souhaitable
que nous examinions d'emblée le
projet de loi relatif à Mons et à
Charleroi en commission?
Contrairement à M. Van Parys, je
pense que qu'il convient d'étendre
le cadre, plutôt que d'augmenter le
nombre de juges de complément,
si l'on entend résoudre le
problème à long terme.
08.03 Laurette Onkelinx, ministre: Monsieur le président, à
l'occasion de ces questions, j'aimerais essayer d'expliquer ma
politique en la matière. Pourquoi donner des précisions? Parce qu'il y
a énormément de démagogie préélectorale, comme on vient encore
de l'entendre. Il est certainement facile de devenir un héros dans son
coin en lançant des promesses en l'air, sans faire attention au fond du
08.03
Minister
Laurette
Onkelinx: Uit de demagogische
teneur van bepaalde uitlatingen
blijkt dat de verkiezingskoorts
stijgt. Vandaag schets ik binnen
welk kader ik tewerk ga. Ik zal niet
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
dossier. Ce qui m'intéresse ici, c'est très précisément de retracer le
cadre de mon travail, en disant que je ne travaillerai pas sous
pression, d'où qu'elle vienne.
toegeven aan druk, vanuit welke
hoek ook.
Mijn realiteit is de volgende.

Ten eerste, zal ik de beloftes die tijdens de vorige regeerperiode
werden gedaan, trouw uitvoeren. Tijdens de vorige regeerperiode
werd over de uitbreiding van het kader in Bergen en Charleroi beslist.
Ik herinner me dat gedurende maanden over deze uitbreiding is
gediscussieerd, dat het een gevolg was van een audit van de Hoge
Raad voor de Justitie en dat het een antwoord is op de buitengewone
inspanning die door de magistratuur van Henegouwen werd geleverd
om efficiënter de strijd aan te binden met de criminaliteit waarvan de
graad destijds hoger lag dan eender waar.

Ten tweede, zal ik rekening houden met de audit van de Hoge Raad
voor de Justitie. Voor Dendermonde vond op 24 oktober 2001 een
audit plaats. Er werd geen enkel gevolg aan gegeven, hoewel deze
audit de uitbreiding van het kader met 7 magistraten in het voordeel
van de zetel heeft aanbevolen. Ik heb het dossier samen met de
magistratuur van Dendermonde herbekeken. Er werd reeds
begonnen met een werkvergadering en wij hopen de werkzaamheden
voor 31 maart 2004 te kunnen afronden. De dialoog loopt bijzonder
voortreffelijk. Het is onze wil om ook in Dendermonde de
doelstellingen vast te leggen om tot de kaderuitbreiding te komen. Ik
ben inderdaad van mening dat er aan tafel afwezigen zijn die ik moet
vertegenwoordigen, met name de rechtzoekenden die zich vragen
stellen over het vertrouwen in het gerecht en over de efficiëntie en de
snelheid waarmee het werkt.

Ten derde, zal ik de werklast specifiek evalueren. Voor het parket zijn
de zaken in gang gezet. Ik herinner er u aan dat het consortium De
Witte & Morel zichzelf 19 maanden gaf om het werk af te maken. Dit
werk bestaat uit de evaluatie van de productieve inspanningen van de
magistraten, rekeninghoudend met de soms intense intellectuele
arbeid die nodig is voor de meest delicate en meest gespecialiseerde
dossiers. De audit zal het mogelijk maken het parket te adviseren
over de efficiëntie van het werk en over de verdeling van de rollen
tussen de diverse beroepen die men in het parket kan vinden. Op
basis van het auditverslag zal ik aan de regering wijzigingen van het
kader ­ meer of minder mensen ­ voorstellen.

Wat de zittende magistratuur betreft, beschikken we jammer genoeg
niet over een externe analyse van de behoeften van de rechtbanken
van eerste aanleg. De eerste voorzitters van de hoven van beroep
hebben echter, ten gevolge van de gesprekken met mijn voorganger,
een zeer belangrijke oefening uitgevoerd, met name de MUNAS.
Deze MUNAS-studie is echter geen werklastmeting in de ware
betekenis van het woord, doch veeleer een meting van de gemiddelde
productienorm.

De MUNAS wordt immers berekend door voor alle rechtsmachten van
hetzelfde type, in casu de hoven van beroep, het aantal
binnenkomende zaken te vergelijken met het aantal definitieve
beslissingen die door deze rechtsmachten worden gewezen. Concreet
gaat het om de berekening van een gemiddelde productienorm voor
een bepaald type arrest van een bepaalde rechtsmacht, waarbij die
En ce qui concerne Mons et
Charleroi, j'exécute loyalement
une décision prise par le
gouvernement précédent. Cette
décision est intervenue à la suite
d'un audit auquel avait procédé le
Conseil supérieur de la Justice et
se veut une réponse aux efforts
considérables que la magistrature
hennuyère a fournis dans la lutte
contre une criminalité qui était plus
importante dans cette région que
partout ailleurs. A Termonde, le
Conseil supérieur a également
effectué un audit et recommandé
d'étendre le cadre de sept
magistrats. Dans un premier
temps, il n'a pas été donné suite à
cet audit. Mais j'ai réexaminé le
dossier avec la magistrature de
Termonde. En menant ces
dialogues, qui seront bouclés en
mars, nous voulons fixer les
objectifs concrets que cette
extension de cadre devra servir à
atteindre.

En outre, nous souhaitons évaluer
la charge de travail pour le parquet
et la magistrature debout. Le
consortium Möbius, Dewitte &
Morel s'est donné dix-neuf mois
pour effectuer cette évaluation
pour les parquets. Le travail
consiste à évaluer les efforts
productifs des magistrats, compte
tenu du travail intellectuel intensif
qui est nécessaire pour les
dossiers les plus complexes. Cette
évaluation doit déboucher sur un
avis formulé pour améliorer
l'efficacité du travail. Sur la base
de ce rapport, il sera décidé s'il
faut apporter des changements au
cadre. Concernant la magistrature
assise, nous ne disposons pas
d'une analyse externe mais bien
de l'étude MUNAS, effectuée par
les présidents des cours d'appel. Il
ne s'agit pas d'une mesure des
charges de travail mais, en fait,
d'une mesure de la norme de
production moyenne pour toutes
les juridictions du même type.
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
gemiddelde productienorm nadien dan gehanteerd wordt om in de
betreffende rechtsmacht het kader te bepalen dat nodig is om de
instroom van nieuwe zaken in die rechtsmacht te behandelen. De
MUNAS-studie geeft aan dat gemiddeld per raadsheer 105 arresten in
strafzaken per jaar worden geschreven. Dit gemiddelde verklaart de
nood van het Antwerpse hof van beroep aan 17,58 raadsheren in
strafzaken. Een steekproef echter, door een medewerker uitgevoerd
bij een willekeurig uitgekozen rechtbank van eerste aanleg, waarbij
dezelfde normen worden gehanteerd als in de MUNAS-studie, leerde
mij dat in die rechtbank de gemiddelde strafrechter 157 vonnissen
aflevert op jaarbasis.

Hiermee wil ik niet zeggen dat de raadsheren te weinig werken in
vergelijking met de rechters van de rechtbank van eerste aanleg,
maar alleen dat de MUNAS-studie een te wankele basis is voor
kaderuitbreiding.

Om de analyse onweerlegbaar te maken voor de zetel in haar geheel,
hebben we met akkoord van de eerste voorzitters voor de volgende
werkmethode geopteerd.
Ten eerste, onderzoek door een groep deskundige magistraten van
de sterke en zwakke kanten van de MUNAS tijdens de tweede
veertiendaagse.

Ten tweede, confrontatie van de conclusies met een expertise van
een extern auditbureau. Ten derde, beslissing tot een werklastmeting
en timing voor de hele zetel.

De vierde missie is het beheer van de overgangsmaatregelen. In
afwachting dat de behoeften objectief weergegeven zijn, werk ik
verder aan de verschaffing van dringende hulp daar waar de nood het
meest aanwezig is. Ik begin bij Brussel, waar de situatie bijzonder
zwaar is. Zoals u allen weet, telt het parket van Brussel slechts 51
substituten, hoewel het kader er in 84 voorziet.

Zoals ik enkele weken geleden al aankondigde en aangezien het werk
voor Brussel praktisch ten einde is, zal ik de besprekingen met
Antwerpen beginnen. Wij ontmoeten morgen de eerste voorzitter van
het hof van beroep. Net als voor Brussel, moeten de inspanningen die
wij zullen voorstellen, aan wederzijdse verbintenissen gekoppeld zijn.

Welk voordeel zullen de rechtzoekenden van het hof van beroep van
Antwerpen halen uit de steun die de magistratuur zal krijgen? Ik zal
aan elkeen vragen om zijn verantwoordelijkheid op te nemen. Het
volstaat echter niet iets te vragen om dat ook te verkrijgen. Voor de
werkzaamheden zullen wij natuurlijk rekening houden met een hele
reeks elementen die uit de MUNAS komen.

Na Antwerpen zullen wij rechtstreeks en tegelijk naar Gent en naar
Luik gaan.

De vijfde missie gaat over het beheer van het beschikbare budget.
Alle dossiers waarover net sprake was, moeten uiteraard behandeld
worden met als bedoeling dat de werking van het gerecht in het kader
van de beschikbare budgettaire middelen verbetert. Ik hoef uiteraard
niet te herhalen dat de regering een buitengewone verhoging van het
budget heeft toegestaan. De structurele onderfinanciering van het
departement zal alleen via meerjarige inbrengen opgelost kunnen
L'étude compare le nombre
d'affaires entrantes avec le
nombre de décisions définitives.
On en arrive ainsi à une norme de
production moyenne pour un type
d'arrêt déterminé d'une juridiction
déterminée. D'après l'étude
MUNAS, 105 arrêts sont rendus
annuellement par conseiller dans
des affaires pénales. Cela
signifierait que la Cour d'appel
d'Anvers a besoin de 17,58
conseillers supplémentaires dans
les affaires pénales. Il ressort
toutefois d'un sondage auprès
d'un tribunal de première instance
choisi au hasard que les juges
répressifs rendent en moyenne
157 jugements par an dans ce
tribunal. Je n'entends pas par-là
que les conseillers des cours
d'appel travaillent moins que les
juges en première instance, mais
seulement que l'étude MUNAS est
à l'origine de la revendication pour
un élargissement du cadre.

Avec l'accord des premiers
présidents, nous avons opté pour
une méthode de travail consistant
à évaluer d'abord les points forts
et les points faibles de l'enquête
MUNAS, à confronter ensuite les
conclusions de cette enquête aux
résultats de l'expertise menée par
un bureau d'audit externe et, enfin,
à prendre une décision sur une
évaluation de la charge de travail
et sur un calendrier à respecter
sur l'ensemble du siège.

En attendant que les besoins
soient objectivement définis, je
veillerai à fournir une aide urgente
là où la nécessité s'en fait le plus
sentir. Cela vaut surtout pour
Bruxelles où il n'y a que 51
substituts alors que 84 sont prévus
au cadre. A Anvers, les
discussions ont été entamées.
Demain, je rencontrerai le premier
président de la Cour d'appel. Il est
évident qu'il ne suffit pas de
demander quelque chose pour
l'obtenir. L'enquête MUNAS
servira toujours de point de
référence.
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
worden.

Collega's, dat is mijn werkkader op het vlak van de omkadering.

Indien men verder in de twee hoven van beroep van Antwerpen en
Gent het aantal toegevoegde magistraten die er nu zijn en het aantal
dat theoretisch mogelijk is met elkaar vergelijkt, komen we tot de
volgende cijfers.

Voor Antwerpen zijn er dertien toegevoegde rechters verdeeld over de
rechtbanken van eerste aanleg van Antwerpen, Mechelen, Turnhout,
Hasselt en Tongeren. Voor de rechtbanken van koophandel van het
rechtsgebied zijn er toegevoegde rechters aanwezig in Hasselt,
Tongeren, Antwerpen, Mechelen en Turnhout. Tot slot is er een
toegevoegde rechter benoemd voor het rechtsgebied van het
arbeidshof van Antwerpen.

Wat het rechtsgebied van het hof van beroep van Gent betreft, zijn er
veertien toegevoegde rechters, verdeeld over de rechtbanken van
eerste aanleg van Dendermonde, Gent, Oudenaarde, Brugge,
Kortrijk, Ieper en Veurne. Voor de rechtbanken van koophandel zijn er
toegevoegde rechters aanwezig in de rechtbanken van Gent,
Oudenaarde, Ieper, Veurne, Brugge en Kortrijk. Er is één
toegevoegde rechter benoemd in het rechtsgebied van het
arbeidshof.

Voor het rechtsgebied Antwerpen bedraagt het maximum aantal
toegevoegde rechters 23. Voor Gent zijn dat er 24.
Nous voulons améliorer le
fonctionnement de la justice avec
les moyens disponibles. Le
gouvernement a sensiblement
augmenté le budget mais il ne
pourra être remédié au sous-
financement structurel du
département qu'en fournissant des
efforts répétés.

Pour le ressort d'Anvers, nous ne
pouvions prévoir au maximum que
23 juges de complément. 13
d'entre eux ont été désignés puis
répartis entre les divers tribunaux
de première instance, tribunaux de
commerce et cours du travail.

Pour le ressort de Gand, nous ne
pouvions prévoir au maximum que
24 juges de complément. 14 ont
été désignés puis répartis entre
les divers tribunaux de première
instance, tribunaux de commerce
et cours du travail.
Voilà pour les chiffres.

J'en terminerai avec les phénomènes criminels qui se multiplient,
notamment au Nord du pays. Evidemment, nous travaillerons en
tenant compte de ce phénomène, non seulement en agissant avec
les moyens disponibles relatifs aux sièges et aux parquets mais
également avec des initiatives législatives particulières concernant,
par exemple, les bandes criminelles itinérantes.
Wij zullen uiteraard rekening
houden met de grote toename van
de verschillende vormen van
criminaliteit, daarbij gebruik
makend van de middelen
waarover de zetels en de
parketten beschikken, maar ook
via wetgevende initiatieven.
08.04 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, het
aangekondigde initiatief van de eerste minister lijkt dus een lege doos
te zijn.

Wij hadden veel verwachting wanneer we deze vraag hebben
ingediend, mevrouw de vice-eerste minister. Wij hadden inderdaad
gehoopt dat de terechte druk die was ontstaan vanuit het Parlement,
maar ook vanuit kringen binnen de magistratuur en de media,
resultaat zou hebben opgeleverd precies omwille van het feit dat de
noden vaststaan. Men kan immers niet naast het gegeven kijken dat
de voornaamste noden, behoudens Brussel, zich situeren in
Antwerpen en Gent en niet zozeer in Mons, hoewel dit misschien voor
een stuk wel het geval is in Charleroi.
08.04 Tony Van Parys (CD&V):
L'initiative annoncée par le premier
ministre n'est donc qu'un miroir
aux alouettes. Nous avions
pourtant espéré que les pressions
exercées par les magistrats
porteraient quelque peu leurs
fruits. C'est à Bruxelles que les
besoins sont les plus criants.
Viennent ensuite Anvers et Gand,
mais la ministre préfère d'abord
s'occuper de Mons et de Charleroi.
08.05 Laurette Onkelinx, ministre: En tout cas, je vous rappelle que,
l'autre jour devant les magistrats, vous avez affirmé que c'était
nécessaire. Devant l'ensemble des magistrats de ce pays! Il faut avoir
un discours, pas deux!
08.05
Minister
Laurette
Onkelinx: Een tijdje geleden zei u
in aanwezigheid van de magis-
traten dat zulks noodzakelijk was.
U verandert om de haverklap van
mening!
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
08.06 Tony Van Parys (CD&V): Mevrouw de vice-premier, ik heb er
geen enkel probleem mee dat u mij onderbreekt maar de wijze
waarop u dit dossier behandelt toont duidelijk aan dat u deze
problematiek onvoldoende afstandelijk benadert. U doet hier aan
regionale zelfbediening. Dat is het probleem.

U hoeft de woorden die ik heb uitgesproken niet in een verkeerd
daglicht te stellen.
08.06 Tony Van Parys (CD&V):
La ministre ne prend pas
suffisamment ses distances.
J'en veux pour preuve la façon
dont elle traite cette question.
C'est une forme de libre-service
régional.
08.07 Laurette Onkelinx, ministre: C'est indécent, ce que vous
dites.
08.08 Tony Van Parys (CD&V): Wanneer u inspanningen doet voor
Charleroi en voor Mons moet u in het kader van een gelijke en
evenwichtige behandeling minstens evenveel inspanningen doen voor
de andere ressorten. Ik heb vandaag Antwerpen genoemd omdat we
vaststellen wat de concrete problematiek in Antwerpen is.
08.08 Tony Van Parys (CD&V):
Anvers et Gand nécessitent les
mêmes efforts que ceux que la
ministre est prête à consentir pour
Mons et Charleroi.
08.09 Laurette Onkelinx, ministre: Je n'ai pas besoin de vous (....).
C'est honteux pour un ancien ministre de la Justice.
08.10 Tony Van Parys (CD&V): Ik moet u zeggen dat dit uw
verantwoordelijkheid is en ook de verantwoordelijkheid van de vorige
regering waarin u trouwens een cruciale rol hebt gespeeld toen het
ging om middelen en mensen voor de magistratuur.

Mijnheer de voorzitter, als ik mij even rustig mag uitspreken, er komt
dus geen initiatief van de eerste minister. Er komt geen oplossing
voor de problematiek in Antwerpen en Gent. Er is alleen een
werkvergadering aangekondigd voor Dendermonde en misschien is
er daar enig perspectief. Dit zou maar evident zijn omdat er voor
Charleroi en Dendermonde een externe audit was, een extern
onderzoek vanwege de Hoge Raad voor de Justitie.

De cijfers die we vandaag gekregen hebben in verband met de
toegevoegde rechters doen een nieuwe discriminatie blijken. U geeft
de cijfers voor Antwerpen en Gent. U zegt dat er voor Antwerpen 13
toegevoegde rechters zijn op het maximaal toegelatene van 23. Voor
Gent zijn er 14 op het maximaal toegelatene van 24. U zwijgt echter in
alle talen over de situatie in Luik en in Mons. In Luik zijn er op dit
ogenblik 20 toegevoegde rechters toegelaten en zijn er 14
aangesteld, 14 op de 20. In Mons zijn er 13 toegevoegde rechters
toegestaan en zijn er 12 aanwezig. Mag ik u dan even vragen,
collega's, om de vergelijking te maken? In Mons zijn er 12 op 13, in
Luik 14 op 20, in Gent 14 op 24 en in Antwerpen 13 op 23.

Ook daar zien we terug diezelfde fundamentele discriminatie die in
functie van het belang van de rechtszoekende onaanvaardbaar is
omdat er een ongelijke behandeling is van diegene die recht zoekt in
Vlaanderen ten opzichte van bepaalde regio's in Wallonië. Dit is
onaanvaardbaar. Ik geloof dat wij de veiligheidsproblematiek in een
evenwichtig geheel moeten bekijken. Vandaar dat we hebben
voorgesteld ­ naast de kaderuitbreiding, collega Laeremans, die
echter is verworpen ­ dat we misschien hier een rechtzetting konden
krijgen via het rechttrekken van de benadeling wat betreft de
toegevoegde rechters. Ook daar is men echter niet toe bereid.
08.10 Tony Van Parys (CD&V):
Le premier ministre n'a
apparemment pas l'intention de
prendre l'initiative, il est inutile
d'espérer une solution pour Anvers
et Gand. Seule une réunion de
travail concernant Termonde et
Charleroi est prévue.

On crée une nouvelle
discrimination fondamentale,
inacceptable pour les justiciables.
Anvers n'obtient que 13 du
maximum autorisé de 23 juges de
complément, Gand 14 des 24
juges autorisés. Liège se voit
attribuer 14 juges sur un maximum
possible de 20, Mons 12 juges sur
13. Une fois de plus, le justiciable
flamand est victime de
discrimination. J'exige une
politique en matière de justice qui
garantisse une action efficace de
la justice dans l'ensemble du pays.
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
Ik moet u zeggen, mevrouw de vice-eerste minister ­ wat Justitie
betreft hebt u bijna de bevoegdheden van de premier ­ dat uw
antwoord mij bijzonder ontgoochelt en dat u alle medewerkers van de
Justitie in Vlaanderen een slechte dienst bewijst. Zij zijn op ergerlijke
wijze ontgoocheld en ontmoedigd door wat u doet. Wat mij betreft is
het vooral belangrijk dat diegenen die recht zoeken op een ander
wijze worden behandeld in Vlaanderen dan in Wallonië. Dit kan op
geen enkele manier verantwoord worden. Ik zal dat overal en te allen
kante aanklagen.

Ik wil van u en van de minister van Justitie van dit land een beleid
waarbij criminele fenomenen op alle plaatsen op een gelijke manier
worden aangepakt. Ik hoop dat men lessen trekt uit de fenomenen die
zich momenteel in Antwerpen voordoen.
08.11 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
inderdaad, het antwoord van de minister was veelbetekenend door de
nietszeggendheid. Wij hebben immers niets nieuws gehoord. Er is
verwezen naar gesprekken die nog zullen worden gevoerd, maar dat
wisten wij al. Er zullen onderzoeken worden gevoerd, onder meer
naar de MUNAS-rapporten. Het zou er nog aan mankeren dat dit niet
zou worden onderzocht.

Voorts heeft de minister gezegd heeft dat er geen centen meer zijn,
dat er wel meer centen zijn voor Justitie, maar dat die blijkbaar naar
andere prioriteiten gaan, dat een verhoogde subsidiëring alleen op
langere termijn nodig is en dat de noodzakelijke uitbreiding van de
kaders niet zal gebeuren. Alles zal dus op de lange baan worden
geschoven.

De minister heeft wel gezegd dat er in Dendermonde spoedig iets zal
gebeuren, maar ook dat is niet nieuw. Dat was reeds in de commissie
gezegd. Dat was al verworven en daar is heel weinig aan toegevoegd.
De minister verwijst voor de grond van haar beleid gewoon naar de
beloftes die tijdens de vorige regeerperiode zijn gemaakt. Dat is
echter een heel karig argument. Dit is gewoon het gevolg van de
zwakheid van Verwilghen, die niet heeft gevochten voor zijn
departement en die niet heeft willen tegemoetkomen aan de noden
die toen al duidelijk waren. Dit is een veel te zwak argument om dit
beleid nu te verantwoorden.

De minister is begonnen met te zeggen dat ze zich niet onder druk
laat zetten. Dat is duidelijk. Wanneer in het Vlaams Parlement werd
aangekondigd dat de eerste minister een initiatief zou nemen, heeft hij
dat misschien wel geprobeerd, maar dan heeft hij een woedende
mevrouw Onkelinx tegenover zich gehad. Zij heeft tegen de eerste
minister gezegd dat zij zich door hem niet onder druk zou laten zetten.
Dat toont nogmaals aan dat Verhofstadt in dit land niet veel te zeggen
heeft, dat de lakens in dit land door de Franstaligen worden
uitgedeeld, door de PS en dat de VLD in het Vlaams Parlement met
blozende kaken woensdag waarschijnlijk zal moeten toegeven dat er
helemaal geen initiatief komt van de eerste minister. Ik hoop dat de
collega's van het VLD-parlementslid Patrick Lachaert goed luisteren
en al hun collega's in het Vlaamse Parlement van sp.a-spirit en de
VLD aanmoedigen om door te gaan met het belangenconflict. Er zijn
immers heel veel redenen om dit belangenconflict door te voeren. Zij
zullen in elk geval kunnen rekenen op de steun van de Vlaamse
oppositie. Mevrouw de minister, dat zal er minstens voor zorgen dat
08.11 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Les moyens font défaut.
Dès lors, il n'y aura pas
d'extension de cadre, sauf au
tribunal de Termonde, pour lequel
le principe était déjà acquis. La
ministre n'a rien ajouté. Elle se
contente de renvoyer aux
promesses du précédent ministre
de tutelle, dont la politique était
cependant bien trop faible.

Mme Onkelinx, furieuse, a contré
l'initiative du premier ministre. En
l'espèce, le PS tire les ficelles.
Mercredi, le VLD devra admettre
devant le Parlement flamand
qu'aucune initiative n'émanera de
M. Verhofstadt. J'encourage les
parlementaires flamands à
poursuivre le conflit d'intérêts.
02/02/2004
CRIV 51
COM 141
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
uw ontwerp 60 dagen niet verder kan worden besproken. Wij zullen er
graag aan meedoen.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De voorzitter: De vraag nr. 1404 van mevrouw Galant wordt uitgesteld.
09 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-eerste minister en minister van Justitie
over "het leefloon voor veroordeelde daders die onder elektronisch toezicht staan" (nr. 1487)
09 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu à la vice-première ministre et ministre de la Justice sur
"le revenu d'intégration alloué aux condamnés placés sous surveillance électronique" (n° 1487)
09.01 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de voorzitter,
mevrouw de minister, volgens de ministeriële rondzendbrief van 8
november 2002 zouden personen onder elektronisch toezicht sinds 1
oktober 2002 geen recht meer hebben op een leefloon, ingevolge
artikel 39 van het KB van 11 juli 2002.

Personen onder elektronisch toezicht zouden moeten worden
gelijkgesteld met gewone gedetineerden. De ministeriële
rondzendbrief schrijft wel voor dat de persoon die onder elektronisch
toezicht werd geplaatst een bedrag ontvangt dat autonoom wordt
bepaald door de directeur van de strafinrichting waar zij of hij is
ingeschreven. Een alleenstaande of samenwonende die ingevolge de
beslissing van de directeur recht heeft op een vergoeding krijgt 7,5
per kalenderdag als tussenkomst voor zijn of haar voeding. Daarnaast
kan de directeur een alleenstaande maximaal 9,9 toekennen als
bijdrage in de kostprijs voor de woonst: huur, gas, elektriciteit
enzovoort. Voor een samenwonende is dit bedrag maximaal 4,95.

De optelsom van die twee mogelijke vergoedingen bedraagt 420;
veel minder dan het leefloon. In de praktijk blijkt dan ook dat vele
gedetineerden die onder dat stelsel staan en spijtig genoeg geen werk
hebben of werkzoekend zijn, nauwelijks uit de kosten komen en het
risico lopen schulden te maken met alle negatieve gevolgen van dien
op het vlak van hun reïntegratie.

Mevrouw de minister, ik heb twee concrete vragen voor u. Ten eerste,
hoe staat u ten opzichte van de financiële situatie van gedetineerden
onder elektronisch toezicht? Die groep zal normaal gezien alsmaar
uitbreiden, want u hebt gezegd dat het voor u prioritair is om het
elektronisch toezicht verder op te drijven. Ten tweede, kan er overleg
worden gepleegd met de minister van Maatschappelijke Integratie om
een leefloon uit te keren aan deze groep gedetineerden?
09.01 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): Depuis le 1
er
octobre 2002,
les personnes sous surveillance
électronique n'ont plus droit au
revenu d'intégration. Elles sont en
effet assimilées aux détenus
ordinaires. Elles perçoivent
toutefois un montant fixé en toute
autonomie par le directeur de
l'établissement pénitentiaire où
elles sont inscrites. Un condamné
perçoit généralement 7,5 par jour
à titre d'intervention alimentaire.
Un isolé perçoit un montant
maximal de 9,90 par jour à titre
d'intervention pour le loyer et les
services utilitaires et un
cohabitant, un montant maximal
de 4,95. De nombreux détenus
sous surveillance électronique
parviennent à peine à joindre les
deux bouts et finissent par
s'endetter, ce qui complique leur
réintégration ultérieure.

Les détenus sous surveillance
électronique peuvent-ils ou non
bénéficier d'un revenu d'inté-
gration et la ministre est-elle
disposée à se concerter à ce sujet
avec la ministre compétente pour
l'Intégration sociale?
09.02 Minister Laurette Onkelinx: Mijnheer de voorzitter, de
gedetineerden die onder elektronisch toezicht staan hebben
inderdaad geen recht op het leefloon.

Artikel 39 van het koninklijk besluit van 11 juli 2002 dat het recht op
maatschappelijke integratie regelt, bepaalt: "de betaling van het
leefloon wordt opgeschort tijdens de periode waarin een persoon
wordt geplaatst ten laste van de overheid in een instelling van om het
even welke aard, in uitvoering van een gerechtelijke beslissing en
tijdens de periode waarin een persoon een vrijheidsberovende straf
ondergaat en ingeschreven blijft op de rol van een strafinrichting." Dit
artikel wordt toegepast op de gedetineerden die onder elektronisch
09.02
Laurette Onkelinx,
ministre: Les détenus sous
surveillance électronique n'ont
effectivement pas droit au revenu
d'intégration. C'est ce qu'il ressort
de l'article 39 de l'arrêté royal du
11 juillet 2002. Ils demeurent
inscrits au rôle de l'établissement
pénitentiaire et sont donc
considérés comme des détenus.
Le SPF Justice octroie toutefois
aux personnes qui ne perçoivent
CRIV 51
COM 141
02/02/2004
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
toezicht staan, in die mate dat zij op de rol van de strafinrichting
ingeschreven blijven en dus nog steeds als gedetineerden worden
beschouwd.

Hiermee rekening houdend kent de FOD Justitie aan degenen onder
hen die geen inkomsten hebben een forfaitaire vergoeding toe die
gelijkstaat met het leefloon. Het is inderdaad niet normaal dat de
noden van gedetineerden wel ten laste worden genomen door de
Administratie der Strafinrichtingen terwijl zij opgesloten zijn, maar dat
gedetineerden die onder elektronisch toezicht staan over geen enkel
inkomen zouden beschikken.

De situatie van de personen onder elektronisch toezicht moet worden
verbeterd. Het is immers een van de doelstellingen van de
mogelijkheid van het ondergaan van een vrijheidsberovende straf dat
de gedetineerden worden voorbereid op hun maatschappelijke
integratie. Samen met de gedetineerde wordt een tijdschema
uitgewerkt waarbij er bepaalde tijdstippen zijn om naar werk te zoeken
of, indien de gedetineerde werk heeft gevonden, om te kunnen
werken. Feitelijk gezien is de persoon die onder elektronisch toezicht
staat dus potentieel beschikbaar voor de arbeidsmarkt.

Er zullen dus contacten worden gelegd met de ministers van
Maatschappelijke Integratie en van Werk om te onderzoeken welke
verbeteringen er kunnen worden aangebracht aan het statuut van de
personen die onder elektronisch toezicht staan, en dit om hun
maatschappelijke integratie of reïntegratie zo goed mogelijk te
bevorderen.
aucun revenu une allocation
forfaitaire égale au revenu
d'intégration.

Pour mieux préparer les détenus à
leur réintégration dans la société, il
faut améliorer la situation des
personnes placées sous
surveillance électronique. C'est
pour cette raison que nous offrons
à ce groupe la possibilité pratique
de rechercher un emploi et de
travailler. Je prendrai contact à cet
effet avec les ministres de l'Emploi
et de l'Intégration sociale.
09.03 Sabien Lahaye-Battheu (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik
begrijp uit het antwoord van de minister dat zij contact zal nemen met
haar collega's om het statuut te verbeteren.

Ik hoorde ook dat de betrokkenen recht hebben op een forfaitaire
vergoeding die gelijk is aan het leefloon. Waarschijnlijk heb ik dat
verkeerd gehoord, want dat is niet zo. Zij ontvangen veel minder.
Daardoor komen zij dan ook in problemen.

Ik ga er volledig mee akkoord dat de betrokkenen beschikbaar zijn
voor de arbeidsmarkt en dus werk moeten zoeken. Ik ben tevreden
dat de minister mijn bezorgdheid deelt en de situatie wil verbeteren
van de gevangenen die nog niet aan het werk zijn. Zij moet ervoor
zorgen dat zij in afwachting daarvan hun vaste kosten ­ huur, gas,
elektriciteit, voeding ­ kunnen betalen.
09.03 Sabien Lahaye-Battheu
(VLD): La ministre affirme que les
intéressés ont droit à une
indemnité forfaitaire équivalant au
revenu d'intégration. La réalité est
tout autre: ils perçoivent beaucoup
moins, ce qui les met en difficulté.
Nous devons aider les détenus à
trouver du travail. Tant que nous
n'y parviendrons pas, nous
devrons faire en sorte qu'ils soient
en mesure de faire face à leurs
frais fixes.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.49 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.49 heures.