Commission de l'Economie, de la Politique scientifique, de l'Education, des Institutions scientifiques et culturelles nationales, des Classes moyennes et de l'Agriculture

Commissie voor het Bedrijfsleven, het Wetenschapsbeleid, het Onderwijs, de Nationale wetenschappelijke en culturele Instellingen, de Middenstand en de Landbouw

 

du

 

mercredi 7 mars 2007

 

Après-midi

 

______

 

 

van

 

woensdag 7 maart 2007

 

Namiddag

 

______

 

 


De vergadering wordt geopend om 14.22 uur en voorgezeten door de heer Paul Tant.

La séance est ouverte à 14.22 heures et présidée par M. Paul Tant.

 

De voorzitter: Mevrouw Muylle heeft gevraagd haar vraag nr. 14145 uit te stellen.

 

01 Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de minister van Middenstand en Landbouw over "de invoering van het OMNIO-statuut" (nr. 14370)

01 Question de Mme Maggie De Block à la ministre des Classes moyennes et de l'Agriculture sur "l'instauration du statut OMNIO" (n° 14370)

 

01.01  Maggie De Block (VLD): Mijnheer de voorzitter, als dat hier zo vlot gaat, zal ik nog naar uw commissie trachten te komen.

 

Mevrouw de minister, naar verluidt staat in de instructies aan de ziekenfondsen ter uitvoering van het OMNIO-statuut dat voor de toekenning ervan het inkomen van de zelfstandige moet vermenigvuldigd worden met 1,25 procent om na te gaan of de zelfstandige gerechtigd is. Ik vond dat zeer verwonderlijk.

 

Betekent het dat u ervan uitgaat dat elke zelfstandige sowieso voor 25 procent valse aangiften indient of heeft dat een andere reden?

 

Wordt daarmee een zelfstandige ervan verdacht sowieso door zijn statuut frauduleus te zijn? Welke oorzaak heeft dat? Waarom is dat zo bepaald?

 

01.02 Minister Sabine Laruelle: Mevrouw De Block, de inkomsten waarmee men rekening houdt voor de toekenning van het OMNIO-statuut, zijn dezelfde voor de werknemers als voor de zelfstandigen. Met de vermenigvuldiging van de inkomsten van de zelfstandigen met 1,25 procent beoogt men de netto-inkomsten van de zelfstandigen om te zetten naar een inkomen dat overeenstemt met de bruto-inkomsten van de werknemers. Die techniek bestaat reeds voor andere domeinen, meer bepaald om de inkomsten uit toegelaten activiteiten na de pensioenleeftijd vast te stellen.

 

Kortom, er is dat verschil tussen netto- en brutoloon en wij willen vertrekken vanuit een gelijkaardig inkomen voor de werknemers en de zelfstandigen. Daarom vermenigvuldigen wij met 1,25 procent1. Hetzelfde geldt voor de activiteiten na de pensioenleeftijd.

 

01.03  Maggie De Block (VLD): Dank u wel, mevrouw de minister, voor het antwoord.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

02 Samengevoegde vragen van

- de heer Bart Tommelein aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken over "de huis-aan-huisverkoop" (nr. 14382)

- de heer Willy Cortois aan de minister van Middenstand en Landbouw over "de ambulante handel" (nr. 14503)

02 Questions jointes de

- M. Bart Tommelein à la vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation sur "la vente à domicile" (n° 14382)

- M. Willy Cortois à la ministre des Classes moyennes et de l'Agriculture sur "le commerce ambulant" (n° 14503)

 

02.01  Bart Tommelein (VLD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, onlangs pleitte de consumentenorganisatie Test-Aankoop ervoor om de huis-aan-huisverkoop te verbieden, niettegenstaande wij hier helse discussies hebben gehad over een wetsontwerp, dat trouwens tegen de zin van mijn fractie, vanwege een amendement dat wij niet steunden, werd goedgekeurd.

 

De voornaamste reden die Test-Aankoop hiervoor aanhaalt, is dat de prijzen moeilijk te vergelijken zijn en dat leurders mensen onder psychologische druk zetten om hun producten te kopen. Die consumentenorganisatie wil alleen nog in een uitzondering voorzien voor mensen die zich moeilijk kunnen verplaatsen.

 

In het verleden zijn er inderdaad vaak klachten geweest over praktijken bij huis-aan-huisverkoop. Er is ondertussen echter een striktere wetgeving. Men mag voortaan producten van maximaal 250 euro verkopen, met uitzondering van een belangrijke lijst van producten die daaraan niet moeten voldoen. De consument krijgt een bedenktijd van zeven dagen om een aankoop te annuleren. De verkoper mag dan geen betaling eisen. Het is verboden om wapens, medicijnen en juwelen aan huis te verkopen. Men moet over een vergunning beschikken en die kan men pas behalen als men voldoende kennis van bedrijfsbeheer en een bewijs van goed en zedelijk gedrag kan voorleggen. Daarnaast bestaat er ook nog eens een ethische code die de leden van de beroepsvereniging voor directe verkoop moeten ondertekenen.

 

Al deze maatregelen, voor mij nog steeds te veel, zorgen toch voor voldoende bescherming. Als men hierin nog verder wil gaan, dan verbiedt men de consument om in alle vrijheid te kopen wat hij wil en waar hij wil.

 

Ik ben ook vader van kinderen. Ik weet ook dat men hun op een bepaald moment verantwoordelijkheid moet geven om hen te doen beseffen dat de daden die zij stellen gevolgen kunnen hebben. Welnu, wij zijn nu de consument aan het betuttelen. Wij houden zijn handje vast, wij zeggen wat hij al dan niet moet doen en wij zeggen dat hij geen enkele verantwoordelijkheid meer draagt over de aankopen die hij al dan niet doet.

 

Het erop nalezen van de enquêtes leert ons dat de rechtsleer, de sector en zelfs de consumenten de mening zijn toegedaan dat in vrijheid moet kunnen worden gekocht.

 

Mevrouw de minister, ik denk wel te weten hoe u zich positioneert. Ik wil hier echter nog eens duidelijk horen wat u over de problematiek denkt en wat u vindt van de eis van Test Aankoop om deur-aan-deurverkoop te verbieden.

 

02.02  Willy Cortois (VLD): Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, het zal u niet verwonderen dat mijn vraag in dezelfde richting als de vraag van de heer Tommelein gaat.

 

Mevrouw de minister, ik wil u eraan herinneren dat wij ook niet zo gelukkig waren met de gang van zaken in juli 2005, toen in de wet werd ingeschreven dat de verkoop aan huis tot een maximumbedrag van 250 euro per consument werd beperkt.

 

Mevrouw de minister, wij hebben uiteindelijk, ook op uw aandringen, aanvaard om de wet goed te keuren, mits in de wet werd opgenomen dat u nadien door middel van een koninklijk besluit een aantal versoepelingen zou kunnen aanbrengen.

 

U hebt dat dan ook gedaan, hoewel het een tijdje heeft geduurd. Uiteindelijk hebt u op 24 september 2006 bij koninklijk besluit een aantal uitzonderingen en versoepelingen mogelijk gemaakt. U legde namelijk vast welke producten en diensten huis aan huis konden worden verkocht. In tweede orde legde u een aantal producten en diensten vast die de verkoop aan huis toelieten, zij het met een beperkt maximumbedrag van 750 euro.

 

Wij kunnen daarmee leven, niet omdat wij per se de verkopers willen beschermen of de ambulante handel, maar omdat ik het met u eens ben, mijnheer Tommelein: men mag er niet van uitgaan dat iedere handelaar en dus ook de ambulante handelaar een soort bedrieger is. We moeten immers vaststellen dat de sector vrij goed georganiseerd is: een tewerkstelling van 15.000 of 20.000 mensen voor wie dit een belangrijke bijverdienste is. Wij zijn de mening toegedaan dat de vrije markt maximaal moet kunnen spelen, maar zorg ervoor dat op die vrije markt de consument sterk staat zodat hij bewust kan kiezen.

 

U hebt een aantal maatregelen genomen die, onder meer, betrekking hebben op het beschermen van de bewuste consument. Ik heb een aantal vragen die vooral betrekking hebben op de wijze waarop een contract uiteindelijk geldig wordt.

 

Ten eerste, op welke manier moet de nieuwe bedenktijd zoals voorzien in het KB worden gecombineerd met de bedenktijd van zeven dagen zoals voorzien in de wet op de handelspraktijken van 14 juli 1991?

 

Ten tweede, hoe moet het recht van de consument om een kopie te vragen van zijn contract en van de algemene of bijzondere voorwaarden binnen een precieze termijn worden uitgeoefend? Wordt aan dit recht voldoende tegemoetgekomen als de verkoper zelf het initiatief neemt om de consument een kopie van het contract toe te sturen?

 

Ten derde, moeten de huis-aan-huisverkopers de consumenten een aangetekende brief sturen om de bedenktijd van veertien dagen te doen aanvatten, of volstaat een gewoon schrijven? Is het in dat geval voldoende bij mogelijke betwisting, controle of klacht, dat de verkoper een kopie kan voorleggen van het verstuurde schrijven, gerangschikt in numeriek klassement op verzendingsdatum? Wordt aldus aan de nieuwe voorschriften zoals u ze hebt omschreven, voldaan?

 

Mevrouw de minister, ik herhaal dat het onze bedoeling is een vrije markt te krijgen die zo goed mogelijk kan functioneren, waar zoveel mogelijk eerlijke concurrentie kan gebeuren, met een consument die bewust is en aanspraak kan maken op een aantal rechten.

 

Ik zie met belangstelling uw antwoord tegemoet.

 

02.03 Minister Sabine Laruelle: Mijnheer de voorzitter, ik zal twee antwoorden geven. Het zijn wel twee vragen over de ambulante handel maar het gaat niet om dezelfde problematiek.

 

Wat de vraag van de heer Tommelein betreft, het dossier inzake het regelen van de verkoop aan huis heeft reeds veel inkt laten vloeien gedurende deze legislatuur. De vraag die u mij stelt, laat mij toe een standpunt in te nemen in dit delicate dossier. De nieuwe voorschriften over dit onderwerp hebben strikte beperkingen opgelegd. Deze worden opgesomd in uw vraag en voldoen naar mijn mening ruimschoots. Ik ben het volledig met u eens als u verklaart dat aan de consument van verkoop aan huis aanzienlijke waarborgen worden verleend. Deze waarborgen vormen het evenwicht dat de meerderheid heeft bereikt in dit dossier na lang overleg tussen de betrokken partijen.

 

Wat betreft de vraag om deze verkoop te verbieden, ben ik van mening dat dit ons te ver zou leiden. De verkoop aan huis vormt een volkomen wettelijk distributiekanaal dat moet worden beschermd. Indien er zich probleemgevallen zouden voordoen in deze sector, zoals dat ook het geval is in andere sectoren, is een verbodpolitiek tegen verkopen aan huis voor mij volkomen ongerechtvaardigd. Ik ga dus helemaal akkoord met u. Ik ben tegen een verbod op de verkoop aan huis. Test-Aankoop gaat te ver, dat is mijn persoonlijk standpunt.

 

02.04  Bart Tommelein (VLD): Mevrouw de minister, het verheugt mij uitermate dat u zo’n duidelijk standpunt inneemt. Het is ook het standpunt van mijn fractie.

 

Ik zeg u heel duidelijk – en ik meen dat ik daar de volmondige steun van mijn fractie voor krijg – dat er met ons alleszins nooit een totaalverbod aan huis-aan-huisverkoop zal komen. Ik meen dat het, na wat ik daarnet heb gezegd en wat u hebt uiteengezet, duidelijk genoeg is dat wij al heel veel toegevingen hebben gedaan op het vlak van vrije concurrentie en de werking van een distributiekanaal.

 

02.05 Minister Sabine Laruelle: De middenstandsorganisaties zijn het ook eens met ons. Unizo heeft dat ook gezegd.

 

Hier volgt mijn antwoord, op de vraag van de heer Cortois. De verkoop ten huize van de consument van abonnementen voor de toelevering van gas, water, elektriciteit, diensten van telefonie en toegang tot het internet en televisiekanalen, gaat gepaard met een bedenktermijn van 14 werkdagen, gedurende dewelke de koper zijn recht kan uitoefenen te verzaken aan de overeenkomst. Dat recht begint te lopen vanaf de ontvangst van de bevestiging van het contract door de verkoper. Die termijn staat los van de bedenktermijn van 7 werkdagen waarin wordt voorzien door de wet op de handelspraktijken, die begint te lopen op de dag na de ondertekening van een contract.

 

Die twee termijnen kunnen elkaar echter overlappen wanneer de verkoper een contract bevestigt tijdens die bedenktermijn van 7 dagen. De bevestiging van het contract komt tot stand, hetzij op vraag van de consument, hetzij op initiatief van de verkoper. Er werd geen termijn opgelegd aan de consument waarbinnen hij zijn recht kan uitoefenen.

 

De bevestiging van het contract door de verkoper volstaat om de bedenktermijn van dertien werkdagen te laten lopen. De berekening van de termijn impliceert dat de datum vanaf dewelke de termijn begint te lopen, met zekerheid kan worden bepaald, maar het behoort niet tot de bevoegdheid van de regering om de bewijsmogelijkheden ter zake te beoordelen. Een mogelijkheid is een aangetekende brief te sturen, maar het is geen verplichting.

 

In geval van een geschil, wordt dat de competentie van de rechtbanken. We moeten misschien na enkele maanden een evaluatie van het wettelijk kader maken om na te gaan of het al dan niet genoeg is om de termijn vast te leggen.

 

02.06  Willy Cortois (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor haar antwoord. Ik ben eveneens van mening dat wij ook in die sector conflicten moeten vermijden, net zoals we moeten vermijden om om het even welke partij alsmaar meer administratieve rompslomp op te leggen. Ik ben het met u eens dat wij nu beter afwachten. Als er geschillen komen, moet daarover via de klassieke juridische weg worden beslist. U kunt alleen een oproep doen aan de huis-aan-huis-verkopers om in de sector een eenvormige en duidelijke houding aan te nemen. Uw antwoord schenkt mij voldoening, mevrouw de minister.

 

Het incident is gesloten.

L'incident est clos.

 

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 14.46 uur.

La réunion publique de commission est levée à 14.46 heures.