Commission des Finances et du Budget |
Commissie voor de Financiën en de Begroting |
du mercredi 14 février 2007 Après-midi ______ |
van woensdag 14 februari 2007 Namiddag ______ |
De
vergadering wordt geopend om 15.21 uur en voorgezeten door de heer Bart
Tommelein.
La séance
est ouverte à 15.21 heures et présidée par M. Bart Tommelein.
01 Vraag van de heer Carl Devlies aan de staatssecretaris voor
Modernisering van de Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd
aan de minister van Financiën over "het advies van de
privacycommissie" (nr. 14177)
01 Question de M. Carl Devlies au secrétaire d'État à la
Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au
ministre des Finances sur "l'avis de la Commission de la protection de la
vie privée" (n° 14177)
01.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik
veronderstel dat u ook kennis genomen hebt van het advies van de
privacycommissie met betrekking tot het voorontwerp van wet waarmee de federale
regering poogt de situatie bij de FOD Financiën te regulariseren. Als men dit
advies doorneemt, een sterk document van 15 pagina’s, moet men zich wel zorgen
maken over de gang van zaken en de huidige bescherming van de privacy bij de
fiscus. Het gaat immers niet alleen over de toekomst. In principe moet een
wetsontwerp toekomstige situaties regelen maar dit is een wetsontwerp dat
duidelijk ook bedoeld is om de actuele gang van zaken bij de FOD Financiën te
regulariseren.
Als ik
het rapport goed heb gelezen, is een aantal zaken vandaag niet
regulariseerbaar. Deze zaken zijn gewoon strijdig met de wetgeving op de
privacy. Dit wekt toch wel enige bekommernis vermits het departement Financiën
een kerndepartement is dat beschikt over zeer veel gevoelige informatie die
dient beschermd te worden. Bovendien wordt op grote basis gebruik gemaakt van
het systeem van datamining waarbij gegevensbanken aan elkaar worden gekoppeld.
Het risico van schending van de privacy verhoogt dus nog.
Ik meen
te lezen dat de privacycommissie de regering in feite waarschuwt dat ambtenaren
van Financiën vandaag zowel impliciet als expliciet de privacywet overtreden.
Bovendien stelt de privacywet uitdrukkelijk dat gegevens die een dienst voor
een bepaald doel inzamelt niet door een andere dienst voor een ander doel mogen
worden gebruikt.
Het gevaar bestaat dat gegevensbanken parallel met fiscale dossiers
worden aangelegd. Bovendien zie ik ook dat die databanken onvoldoende worden
beveiligd en dat men zich gewoon met een paswoord toegang kan verschaffen tot
die databanken.
Mijnheer
de staatssecretaris, wat gebeurt er vandaag op Financiën en hoe wordt de
privacy van de burger, van de belastingplichtige daar beschermd? Bent u
inderdaad in inbreuk met deze privacywetgeving? Welke maatregelen gaat u nemen
om dit te verhelpen?
01.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Mijnheer de
voorzitter, in het kader van de uitvoering van Coperfin heeft de
FOD Financiën vastgesteld dat het nodig en dringend was zich volledig te
schikken naar de wet van 8 december 1992 ter bescherming van de
persoonlijke levenssfeer, ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
Een
voorontwerp van wet tot reglementering van bepaalde verwerkingen van
persoongegevens door de FOD Financiën werd voor advies aan de commissie
voorgelegd. Het voorontwerp van tekst waarop het advies betrekking heeft, is
het gevolg van een evolutie waarbij wordt gezocht naar een evenwicht tussen de
bescherming van de persoonsgegevens van de belastingplichtige en de bekommernis
om besparingen bij bovendien een vlotte uitvoering van de taken door de FOD.
Het is een moeilijk evenwicht, dat nieuwe oplossingen vraagt die geleidelijk
werden ontwikkeld in samenwerking met degenen die in de administratie
verantwoordelijk zijn voor de Coperfinprojecten.
Het
advies aan de commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer
werd ingewonnen om ons te informeren of de geplande oplossingen konden worden
beschouwd als een voldoende waarborg voor de bescherming van persoonsgegevens.
Voorafgaandelijk moet worden opgemerkt dat het advies voor de commissie voor de
Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer het beheer van de persoongegevens
door de FOD Financiën vandaag niet bekritiseert, maar zich uitspreekt voor
een wetsontwerp tot reglementering van het toekomstige gebruik van de gegevens
naar aanleiding van de invoering van een reeks nieuwe technieken zoals
datawarehousing en het enig dossier. Die zullen leiden tot een meer
gestroomlijnd beheer van de gegevens, alsook tot een efficiëntere en minder
discriminerende opsporing van fraudegevallen.
De commissie heeft de aandacht willen vestigen op de aanzienlijke impact
van het voorontwerp van wet op het niveau van de bescherming van de
persoonsgegevens. Fiscale gegevens worden inderdaad vaak als delicaat
beschouwd, omdat ze een grote impact op de persoonlijke levenssfeer hebben. Ik
ben het volkomen eens met dat standpunt. Daarom wordt een reglementering in
verband met de verwerking van dergelijke gegevens bijzonder dringend.
In haar
advies maakt de privacycommissie een bepaald aantal opmerkingen. Een groot
aantal van die volkomen relevante opmerkingen heeft aanleiding gegeven tot
wijzigingen in het voorontwerp van wet en in de memorie van toelichting. Het is
geenszins de intentie van de minister, noch van mijzelf af te wijken van de
privacywet van 8 december 1992 of van andere wetten, zoals de wetten
die betrekking hebben op het rijksregister van de natuurlijke personen, de KBO
of de KBSZ.
De tekst
van het voorontwerp van wet werd dus gewijzigd, opdat hierover geen enkele
twijfel meer zou bestaan. De aanpassing en rechtszetting van het voorontwerp
zijn echter nog steeds aan de gang. Er moeten nog juridisch-technische
verbeteringen worden aangebracht en er moeten nog politieke afwegingen worden
gemaakt. Het spreekt dus vanzelf dat de gecorrigeerde tekst nog niet werd
voorgelegd aan de Ministerraad. Ik kan dan ook geen ander commentaar leveren op
een voorontwerp dat thans nog niet het standpunt van de regering is.
01.03 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik denk
dat de staatssecretaris er zich toch wel wat gemakkelijk van afmaakt. Als ik
juist ben geïnformeerd, is de vraag om advies aan de privacycommissie
voorgelegd in het begin van de maand januari. Het advies is ook recent. Ik heb
het persoonlijk enkele dagen geleden op het internet ontdekt. Ik kan me
moeilijk inbeelden dat hij ondertussen reeds een volledig nieuw wetsontwerp
heeft gemaakt. Als hij dat doet, moet hij dat nieuwe wetsontwerp opnieuw
voorleggen aan de privacycommissie.
Hij gaat
naast mijn vraag over de actuele situatie. Momenteel wordt de privacywet
overtreden, dag na dag, in de FOD Financiën. Zo lees ik in het verslag van
de privacycommissie en de staatssecretaris ontkent dat ook niet. De
privacycommissie waarschuwt de regering voor het feit dat men onwettelijkheden
begaat. Op zijn vraag of er voldoende waarborgen zijn, antwoordt de
privacycommissie ontkennend. Ik citeer uit het dispositief van het advies van
de privacycommissie: "… besluit bijgevolg dat zij over het wetsontwerp in
zijn huidige vorm, en zoals het thans aan haar beoordeling wordt voorgelegd,
enkel een negatief advies kan voorbehouden."
Ik merk
ook op dat met betrekking tot de controleprocedures op de privacy door de
commissie wordt geopperd in punt 95: "De commissie beveelt aan dat de
bevoegdheden van dit comité zouden worden gekopieerd van deze van het
controleorgaan, bedoeld bij artikel 44/7 van de wet op het politieambt."
Ik vermoed dat het gaat over het Comité P. Ik schakel dan even terug naar
het wetsvoorstel met betrekking tot de creatie van een Comité F, dat
collega Bogaert en ikzelf hebben ingediend. Dat zou een parlementair comité
moeten worden dat toezicht zou moeten houden op de werking van de financiële
diensten van de Belgische overheid.
Het lijkt
mij aangewezen om ook voornoemde taak aan het toekomstige Comité F toe te
vertrouwen.
Mijnheer
de staatssecretaris, hoe dan ook kunnen wij binnen het kader van mijn vraag
niet de problematiek in haar geheel behandelen. Het dossier is echter voldoende
ernstig en voldoende belangrijk voor de burger en voor de belastingplichtige om
de commissie voor de privacy over de materie te horen. Het is dus erg
belangrijk dat onze commissievoorzitter een afzonderlijke vergadering aan de
problematiek van de privacy zou wijden en dat wij in de commissie het advies
van de commissie voor de privacy zouden kennen en kunnen bespreken.
De voorzitter: Mijnheer Devlies, stelt u
de vraag aan mij?
01.04 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik stel
ze aan u en aan de collega’s.
De voorzitter: Voor een ontwerp kunnen wij
aan de privacycommissie effectief vragen om een toelichting te komen geven,
maar voor een voorontwerp, een “voorvoorontwerp” of voor eventuele, toekomstige
gedachten van de minister houden wij evenwel geen hoorzittingen.
01.05 Carl Devlies
(CD&V):
Mijnheer de voorzitter, ik weet niet of u goed hebt geluisterd, maar het
probleem is dat momenteel door de Belgische Staat, meer bepaald door de
FOD Financiën, de wetgeving inzake privacy zonder meer met voeten wordt
getreden. Dat vergt een dringend onderzoek.
De
hoorzitting van de privacycommissie kan plaatsgrijpen, zelfs los van het
wetsontwerp. Mocht er een wetsontwerp zijn, dan is dat des te beter. In dat
geval kunnen wij de twee zaken combineren. Hoe dan ook moeten wij de
privacycommissie horen over de toestand die zich vandaag bij de
FOD Financiën voordoet.
01.06 Luk Van Biesen (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik
weet dat het niet gebruikelijk is om bij vragen te onderbreken.
Het zou
echter logischer zijn dat de privacycommissie een schriftelijk verslag van haar
concrete bezwaren aan de commissie stuurt. Wij kunnen het verslag dan rustig
inkijken. Dat slaat op algemene zaken. Als de privacycommissie echter werkelijk
iets aan de Kamer wenst mede te delen en op een aantal problemen wenst te
wijzen, moet zij dat schriftelijk doen. In de plaats van een hoorzitting lijkt
het mij logischer dat zij ons het rapport bezorgt, waarna wij het kunnen
inkijken en nagaan of het nodig is het rapport te bespreken.
De voorzitter: Mijnheer Devlies, ik stel
het volgende voor. Binnen veertien dagen, na de krokusvakantie, is er in de
commissie een hoorzitting met een medewerker van de FOD Financiën. Ik stel voor
dat u op dat moment de nodige vragen stelt.
Wij
kunnen toch geen hoorzittingen om de hoorzittingen blijven organiseren. Wanneer
na de krokusvakantie een topman van de FOD Financiën naar de commissie komt,
kunt u op dat moment de vragen stellen die op uw lippen branden.
01.07 Carl
Devlies (CD&V):
We moeten als parlementsleden opkomen voor de bescherming van de belangen van
de burger. Het is een ernstige aangelegenheid. Er is een advies van de
privacycommissie naar aanleiding van een concreet voorontwerp. Als men dat
advies leest, ziet men dat er vandaag problemen zijn.
De voorzitter: Mijnheer Devlies, ik
herhaal nogmaals dat het om een voorontwerp gaat. Over een aantal werkdagen
komt iemand van de FOD Financiën hier uitleg geven. U kunt daarover dan een
vraag stellen. Ik zie niet in hoe ik sneller een hoorzitting kan organiseren
dan de hoorzitting die met de topman van de FOD Financiën na de
krokusvakantie is gepland.
01.08 Hervé Jamar, secrétaire d'État:
Monsieur le président, je voudrais apporter quelques précisions.
1. Cela
fait trois ans que trois professeurs d'université et l'administration travaillent
sur cette délicate mission qui est d'assurer un équilibre entre la lutte contre
la fraude – cela doit se faire que je sache –, la protection de la vie privée
et la modernisation des Finances.
2. Ce
projet de loi a été soumis à la Commission de la protection de la vie privée.
Des rencontres ont eu lieu avec cette dernière. Personnellement, je tiens à
répéter que la plupart des remarques, qui ont été formulées, ne me posent aucun
problème.
3. Je
suis surpris que M. Devlies s'étonne que l'on puisse travailler rapidement
et bien. Il a déclaré que si des adaptations devaient être apportées, nous n'en
aurions pas le temps. Ce à quoi je lui réponds que des réunions ont lieu
actuellement. Leur but est justement d'apporter des adaptations au texte. Je ne
vois donc pas pourquoi nous ne pourrions pas l'adapter dans un délai tout à
fait raisonnable.
4. Il
faut également faire attention à la procédure en tant que telle. Nous avons
déposé un avant-projet de loi qui avait été discuté au sein du gouvernement.
Nous avons sollicité l'avis de la Commission de la protection de la vie privée,
qui nous l'a rendu. Nous allons adopter cet avant-projet de loi. Et puis, la
Commission de la protection de la vie privée rendra un deuxième avis. La ligne
de procédure doit être respectée. Le projet de loi sera ensuite soumis à cette
assemblée. Le cas échéant, une audition pourrait être organisée. De toute
façon, la Commission de la protection de la vie privée est toujours à la
disposition du Parlement. Toujours est-il que ladite commission pourrait être
auditionnée.
Cela dit, une procédure est engagée avec un avis qui – c'est normal – est
demandé. Il ne faudrait pas que l'on demande à entendre la Commission de la
protection de la vie privée alors que, dans deux mois, - comme l'a dit dans un
autre contexte M. Van Biesen - les Chambres seront dissoutes en
raison des élections.
(….): (….)
01.09 Hervé Jamar, secrétaire d'État:
Oui, mais cette loi est importante parce qu'elle conditionne la mise en
application du dossier unique ("data warehouse", etc.).
Il ne faut pas non plus tomber dans le piège qui consiste à dire que l'on
n'avance pas ou plus et que l'on met tout entre parenthèses.
Nous
travaillons. Nous arrivons à la fin des adaptations. Nous travaillons
relativement rapidement et j'espère très bien. Nous avons les rapports des
universitaires pour ce faire. Je veux donc être optimiste et croire que ce
texte pourra encore être voté sous cette législature.
01.10 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de voorzitter, volgens
het Reglement heb ik het laatste woord.
De voorzitter: Inderdaad. Mijnheer
Devlies, voor een vraag en een antwoord voorziet het Reglement 5 minuten
spreektijd. Ik richt mij ook tot de regering. Ik wil u er alleen maar attent op
maken dat wij ondertussen al een kwartier bezig zijn met deze vraag. Mijnheer
Devlies, u hebt het laatste woord maar probeer bondig te zijn.
01.11 Carl Devlies (CD&V): Het is een belangrijk
onderwerp.
De voorzitter: Als dat zo belangrijk is,
moet je misschien in het vervolg een interpellatie indienen. Daar bestaan
reglementen voor.
01.12 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de
voorzitter, de regering heeft heel wat minuten ingenomen. Het is belangrijk dat
de FOD Financiën erin slaagt om vlot gegevens uit te wisselen. Ik ben
voorstander van een vlotte gegevensuitwisseling maar de overheid dient ook de
privacywetgeving te volgen. Die privacywetgeving is er niet alleen voor de
private sector maar ook voor de overheid. Momenteel schijnt dat niet het geval
te zijn. Ik wens toch nog eens het belang van de privacybescherming van de
burger en de belastingplichtige te benadrukken. Het is nodig om hier een gepast
evenwicht te zoeken. Dat is vandaag blijkbaar niet het geval.
L'incident
est clos.
02 Vraag van de heer Carl Devlies aan de staatssecretaris voor
Modernisering van de Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude, toegevoegd
aan de minister van Financiën, over "de aanwerving van jobstudenten bij de
FOD Financiën" (nr. 14189)
02 Question de M. Carl Devlies au secrétaire d'État à la Modernisation
des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale, adjoint au ministre des
Finances, sur "le recrutement d'étudiants jobistes au SPF Finances"
(n° 14189)
02.01 Carl Devlies (CD&V): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, ik verneem dat op jaarbasis gemiddeld
ongeveer 1.000 jobstudenten door de FOD Financiën worden aangeworven. Ik
heb u reeds in november 2005 daarover een vraag gesteld. U hebt mij toen
geantwoord dat er een vorm van selectie was op basis van de sociale
behoeftigheid. Ik verneem nu dat dit niet het geval is en dat de selectie zou
gebeuren op basis van politieke voorspraak.
Bestaat
er een lijst van de sollicitanten?
Hoe
gebeurt de selectie? Gebeurt die op basis van objectieve regels en is er een
motivering voor de afwijzing?
02.02 Staatssecretaris Hervé Jamar: Het personeelsplan 2007 van de
FOD Financiën voorziet in de aanwerving van 1200 studenten op basis van
een contract van 15 dagen. De FOD ontvangt in de loop van het jaar meer dan
voldoende kandidaturen om zijn behoeften inzake aanwerving van jobstudenten te
dekken.
Al die
kandidaturen worden vermeld op een lijst. Er moet een keuze worden gemaakt en
die gebeurt door een cel, die onafhankelijk is van enige inmenging. Bij de
selectie van de kandidaten wordt voorrang gegeven aan de sociale gevallen, en
vervolgens aan de kinderen van de personeelsleden.
Elke
sollicitant wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van het gevolg, dat aan
zijn aanvraag wordt gegeven.
02.03 Carl
Devlies (CD&V):
Ik stel vast dat de staatssecretaris spreekt over een onafhankelijke cel. Men
zegt mij dat voorspraak van politici doorslaggevend zou zijn bij de aanwerving
van die jobstudenten. Maar u ontkent dat, dus dat is niet zo? Ik vraag gewoon:
is het zo of niet?
Als u zegt dat het zo niet is, dan hebben zij dat…
02.04
Staatssecretaris Hervé Jamar: Wie zegt dat?
02.05 Carl Devlies (CD&V): Ik vraag gewoon: is
het zo of is het niet zo?
De voorzitter: Men zegt… Hij antwoordt dat
het niet zo is. Dus is het niet zo. Voilà.
Het incident
is gesloten.
L'incident
est clos.
De behandeling
van de vragen en interpellaties eindigt om 15.42 uur.
Le
développement des questions et interpellations se termine à 15.42 heures.