CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 101
CRIV 51 COM 101
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTÉRIEURES
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
mardi
dinsdag
16-12-2003
16-12-2003
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders en Spirit
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000
Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de base et
du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu intégral
définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en rechts
het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat
ook de bijlagen)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
PLEN
Plenum (witte kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 101
16/12/2003
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Interpellation de M. Roel Deseyn au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"le paiement des indemnités de poste" (n° 118)
1
Interpellatie van de heer Roel Deseyn tot de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de uitbetaling van de
postvergoedingen" (nr. 118)
1
Orateurs: Roel Deseyn, Jacques Simonet,
Francis Van den Eynde
Sprekers: Roel Deseyn, Jacques Simonet,
Francis Van den Eynde
Question de M. Walter Muls au vice-premier
ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"l'arrestation de Maman Abou" (n° 916)
5
Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-
eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de aanhouding van Maman Abou"
(nr. 916)
5
Orateurs: Walter Muls, Jacques Simonet
Sprekers: Walter Muls, Jacques Simonet
Questions jointes de
7
Samengevoegde vragen van
7
- M. Claude Marinower au vice-premier ministre
et ministre des Affaires étrangères sur "le report
de la publication de l'étude réalisée par l'EUMC
sur l'antisémitisme" (n° 855)
7
- de heer Claude Marinower aan de vice-eerste
minister en minister van Buitenlandse Zaken
over "het uitstellen van de publicatie van de
EUMC-studie omtrent antisemitisme" (nr. 855)
7
- M. Guido Tastenhoye au vice-premier ministre
et ministre des Affaires étrangères sur "le refus
d'autoriser la publication de l'étude de l'EUMC
sur l'antisémitisme en Europe" (n° 994)
7
- de heer Guido Tastenhoye aan de vice-eerste
minister en minister van Buitenlandse Zaken
over "het niet vrijgeven van de studie van het
EUMC aangaande het antisemitisme in Europa"
(nr. 994)
7
Orateurs:
Claude Marinower, Guido
Tastenhoye, Jacques Simonet
Sprekers:
Claude Marinower, Guido
Tastenhoye, Jacques Simonet
CRIV 51
COM 101
16/12/2003
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES RELATIONS
EXTERIEURES
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
du
MARDI
16
DECEMBRE
2003
Matin
______
van
DINSDAG
16
DECEMBER
2003
Voormiddag
______
De vragen en interpellaties vangen aan om 10.38 uur.
Voorzitter: mevrouw Annemie Neyts-Uyttebroeck.
Les questions et les interpellations commencent à 10.38 heures.
Présidente: Mme Annemie Neyts-Uyttebroeck.
01 Interpellatie van de heer Roel Deseyn tot de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse
Zaken over "de uitbetaling van de postvergoedingen" (nr. 118)
01 Interpellation de M. Roel Deseyn au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"le paiement des indemnités de poste" (n° 118)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de
Minister van Buitenlandse Zaken)
(La réponse sera fournie par le secrétaire d'Etat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires
étrangères)
01.01 Roel Deseyn (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijn vraag handelt
over een probleem van een tijdje geleden, namelijk de moeilijke
communicatie met onze diplomaten in het buitenland in verband met de
uitbetaling van de postvergoedingen. De minister laat daarin letterlijk
weten: "Het zal u niet onbekend zijn dat Buitenlandse Zaken met
ernstige budgettaire problemen te kampen heeft." Dat is reeds een
eerste toegeving om te zeggen dat er grote problemen met het budget
zijn en dat er problemen zijn om dat goed te beheren. In zijn
communicatie specificeert de minister ook en hij zegt ondermeer over
de budgetlijn postvergoedingen, die hij bij monde van de voorzitter van
het directiecomité laat overmaken aan de posten in het buitenland. (...)
Omdat er zich daar toch een zeker probleem stelt en omdat het
relevant is dat politiek aan de orde te stellen, geef ik nog een citaat uit
de nota: "Ik geef er mij volop rekenschap van dat deze maatregel hard
aankomt." Wij hebben inderdaad van mensen die in dit geval verkeren,
vernomen dat deze maatregel hard aankomt. Het is moeilijk een
budgettaire planning op privé- en familiaal gebied te gaan opmaken.
Eigenlijk verschuift men nu de budgetten. Dit was volledig
onaangekondigd en men laat die maatregel onmiddellijk van start gaan.
De voorzitter van het directiecomité bevestigt dat er budgettaire
problemen zijn. Deze besparing, en dat is het punt, staat in schril
contrast met enkele uitgaven die we de laatste maanden en het laatste
jaar hebben kunnen aanschouwen. Het gaat hier om wat ik zou kunnen
noemen, enkele "foliekes", die Buitenlandse Zaken zich permitteert.
Mijnheer Versnick, u kijkt heel verbaasd. Ik geef u zo meteen dan ook
een voorbeeld van een dergelijk "folieke". Ik denk bijvoorbeeld aan de
inschakeling van het budget van Ontwikkelingssamenwerking voor een
01.01 Roel Deseyn (CD&V): Je
voudrais évoquer les problèmes de
communication avec lesquels se
débattent nos diplomates à
l'étranger en matière d'indemnités
de poste. Le ministre a écrit à ce
propos: "Vous n'êtes pas sans
savoir que les Affaires étrangères
sont confrontées à de graves
difficultés budgétaires". Par
l'intermédiaire du président du
comité directeur, le ministre a fait
savoir à nos postes diplomatiques
à l'étranger que des problèmes se
posaient aussi au niveau de la ligne
budgétaire "indemnités de poste".
La mesure d'économie concernée,
qui n'avait pas été annoncée et
entre en vigueur immédiatement,
frappe de plein fouet les intéressés
qui ont désormais le plus grand mal
à planifier leurs dépenses privées et
familiales. Cette
économie
contraste très nettement avec
certaines autres dépenses de ce
département. Je songe, à cet
égard, aux interférences avec le
budget de la Coopération au
16/12/2003
CRIV 51
COM 101
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
bedrag van 175 000 euro voor het muziekspektakel Le Petit Prince, de
Kleine Prins, dat in Kinshasa werd opgevoerd en die Buitenlandse
Zaken voor zijn rekening neemt. Ik denk dat men zich beter onthoudt
van dergelijke "foliekes", als er ernstige financiële problemen zijn zoals
in de nota wordt toegegeven. Dit is ook een symptomatisch voorbeeld
voor de algemene financiële problemen die zich voordoen en die tot op
heden nog steeds ontkend worden.
Men begint nu toch al een stukje toe te geven wat het budget voor
Buitenlandse Zaken betreft. We konden vandaag nog in de krant lezen
hoeveel miljoenen er eigenlijk verspild zijn door slechte verwerving van
de asielcentra. Ik denk dat het zeer relevant is. Hiervoor is geld genoeg,
maar niet voor het goed functioneren van de diplomatieke posten die het
uithangbord van ons land in het buitenland zijn en die men niet mag
onderschatten.
Door dergelijke besparingsmaatregelen komen onze diplomaten in een
moeilijke positie terecht om hun opdracht naar behoren te vervullen. Ik
denk dat dit ook een en ander te maken heeft met de manier van
communiceren en de motivatie die daaruit voortvloeit, die in dit geval
nogal ongelukkig verloopt. Men stelt de mensen voor een voldongen feit,
er kan niet of nauwelijks gereageerd worden. Vandaar dat ik graag de
volgende vragen voorleg:
Ten eerste, werd hierover overleg gepleegd met de betrokkenen, met de
vakbonden?
Ten tweede, hoe ernstig schat u de budgettaire problemen van de FOD
Buitenlandse Zaken in? Het is heel belangrijk dat we daarover vanuit de
commissie, vanuit de oppositie kijk op krijgen. Wat zijn daarvan de
gevolgen voor de operationaliteit van de Belgische diplomatieke posten?
Ten derde, zullen er nog maatregelen in deze zin volgen? Zullen er nog
besparingen zijn in het personeelsbudget op de posten in het
buitenland?
Nu we in een sfeer van begrotingsbesprekingen zitten, had ik hier nog
graag een vraag aan toegevoegd. Welke begrotingsmiddelen worden
gebruikt voor de diplomatieke posten? Dit is niet altijd zo maar na te
gaan als we de begrotingsboeken ter hand nemen, want het schijnt dat
er in bepaalde landen een sterke interferentie bestaat met de middelen
uit Ontwikkelingssamenwerking. De middelen uit deze budgetpost
worden eigenlijk niet gebruikt voor ontwikkelingssamenwerking stricto
sensu, maar worden veeleer aangewend voor het onderhouden van de
diplomatieke posten, om deze naar behoren te laten functioneren. We
vinden het allemaal zeer weinig transparant en we hadden dan ook
graag een grondige toelichting in dit verband gehad van de minister om
het budget beter te kunnen evalueren en te analyseren, zodat we weten
wat er ondergebracht is onder de respectievelijke budgetposten.
développement. La représentation
du spectacle Le Petit Prince à
Kinshasa, qui a coûté 175.000
euros, a été financée par les
Affaires étrangères. Si des
problèmes financiers graves se
posent effectivement, il vaudrait
mieux s'abstenir de faire ce genre
de dépenses.
J'ai lu ce matin dans le journal que
l'Etat a gaspillé des millions lors de
l'acquisition des centres d'asile.
Manifestement, pour de tels
débordements, l'argent ne manque
pas. Ce n'est cependant pas le cas
lorsqu'il s'agit d'assurer le bon
fonctionnement de nos vitrines à
l'étranger. Nos diplomates
éprouvent de plus en plus de
difficultés à assumer correctement
leurs missions et la communication
passe difficilement. Les membres
du personnel sont placés devant le
fait accompli.
Y a-t-il eu concertation avec les
syndicats? Quelle est l'ampleur des
problèmes budgétaires du SPF
Affaires étrangères? Quelle en est
l'incidence sur le fonctionnement
des postes diplomatiques? Faut-il
s'attendre à d'autres mesures
analogues? Quels moyens
budgétaires sont-ils affectés aux
postes diplomatiques? Dans
certains pays, on observerait une
interaction intense avec les
moyens de la Coopération au
développement. La situation
manque de transparence.
01.02 Staatssecretaris Jacques Simonet: Mijnheer Deseyn, zoals u
weet is de wettelijke basis van de beslissing van het directiecomité het
koninklijk besluit van 30 maart 1984. Dit koninklijk besluit heeft toen het
voorwerp uitgemaakt van een intens overleg met de
vakbondsorganisaties. De bijzondere maatregelen waarvan hier sprake
is, werden verduidelijkt in een vergadering met de vakbondsorganisaties
en de vriendenkring.
Het begrotingskrediet voor de uitbetaling van de postvergoedingen wordt
gebruikt zowel voor de uitbetaling van de postvergoedingen door het
hoofdbestuur als voor de betaling van de huisvestings-, medische en
01.02
Jacques Simonet,
secrétaire d'Etat: La décision du
comité de direction repose sur
l'arrêté royal du 30 mars 1984, qui
a résulté d'intenses négociations
avec les syndicats. Le crédit
budgétaire pour les indemnités de
poste est utilisé pour payer les
indemnités de poste, les frais
d'hébergement, médicaux et
scolaires. Ces derniers
CRIV 51
COM 101
16/12/2003
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
schoolkosten. Dit betekent ongeveer 30% en 70% voor de
postvergoedingen die door het hoofdbestuur wordt betaald.
Begonnen in 2001 is het deficit de voorbije jaren op dit
begrotingskrediet gestaag gegroeid zodat op het einde van het jaar
2003 een tekort dreigde te ontstaan van ongeveer 2 miljoen euro. Dit
deficit is het gevolg van diverse factoren: de groei van ons
personeelsbestand in het buitenland, de stijging van de
postvergoedingen, de toename van de terugbetalingen voor de
gezondheidszorg en de vermeerdering van de school- en
logementkosten.
Het departement heeft in 2003 maatregelen genomen die de eliminatie
van dit structureel tekort toelaten. Voortaan wordt voor de betaling van
de vergoedingen hetzelfde ritme gevolgd als voor de wedde. Deze
maatregel werd verkozen boven een besnoeiing in de postvergoedingen.
De andere werkingskredieten waarover het departement beschikt, zijn
voldoende om een normale werking van het huidige netwerk van posten
te verzekeren.
Uw derde vraag had betrekking op andere soorten van gelijkaardige
maatregelen. Dergelijke maatregelen zijn niet aan de orde. Het betreft
duidelijk een eenmalige operatie. Tijdens de vergadering in de Senaat
van 11 december heeft minister Michel op een soortgelijke vraag van
mevrouw Lizin geantwoord.
Hij bevestigde inderdaad dat hij volledig achter de beslissing van het
directiecomité staat.
représentent 70 pour cent du
budget.
Le déficit pour ce crédit budgétaire
croît depuis 2001 et se monte à 2
millions d'euros en 2003. Ce déficit
est dû à la croissance des effectifs,
à l'augmentation des indemnités de
poste, à la hausse des
remboursements dans le domaine
des soins de santé et à celle des
coûts scolaires et de logement.
Le département a pris des mesures
pour résorber le déficit. Le
paiement des indemnités suit
aujourd'hui le même rythme que le
paiement des traitements. Il n'est
pas prévu d'autres mesures,
comme le ministre Michel l'a
indiqué au Sénat en réponse à une
question de Mme Lizin. Le ministre
soutient dès lors la décision du
comité de direction.
Pour de plus amples explications, je vous renvoie aux annales
parlementaires de cette séance plénière du Sénat. En effet, de vastes
extraits de la note du comité de direction que le ministre soutient y
sont repris, notamment le fait car vous évoquez des cas individuels
que, je cite, "le comité de direction n'exclut pas que dans un certain
nombre de cas individuels, la mesure prise puisse poser un problème
aigu de liquidités, et" - ajoute le comité de direction - "notre SPF a
toujours été un employeur conscient de ses obligations sociales et est
donc prêt à examiner, de manière approfondie, les cas bien
documentés qui lui seraient présentés en vue d'apporter des solutions
ad hoc".
In de Handelingen van de Senaat
zijn uitgebreide uittreksels van de
nota van het directiecomité
opgenomen. De minister staat
achter deze nota, met name wat
betreft de problemen die de
maatregel in sommige individuele
gevallen doet rijzen, en wat betreft
het feit dat de FOD bereid is de
mogelijke oplossingen te
bestuderen voor de met
bewijsstukken gestaafde gevallen
die hem zouden worden voorgelegd.
01.03 Roel Deseyn (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
staatssecretaris, u zegt terecht dat een en ander te maken heeft met
de groei van het personeel. Welnu, dan meen ik dat de budgetten
verkeerd werden aangewend, want dergelijke zaken konden worden
voorzien.
De maatregel waarvan sprake wordt inderdaad geactiveerd op basis van
een koninklijk besluit, maar hij werd niet vooraf bekendgemaakt en werd
toegepast met onmiddellijk ingang. Het zou er nog moeten bijkomen
dat hij onwettig of niet juridisch gegrond zou zijn. Dat is eigenlijk niet
echt het punt.
Ik blijf ook een beetje op mijn honger zitten in verband met mijn
bijkomende vraag met betrekking tot de budgetverdeling. Het gaat dan
niet alleen over de postvergoedingen. Ik vraag mij ook af welke
bevoegdheden Ontwikkelingssamenwerking bevat. Waarvoor is minister
Verwilghen bevoegd? Wordt er een stukje uit zijn budget genomen om
kosten te gaan dekken die echt onder Buitenlandse Zaken vallen?
01.03 Roel Deseyn (CD&V):
Lorsque le secrétaire d'Etat affirme
que le problème est lié à
l'accroissement de l'effectif du
personnel, c'est que les budgets
n'ont pas été affectés
correctement. La mesure en
question a en effet été activée sur
la base d'un arrêté royal. Toutefois,
elle n'a fait l'objet d'aucune
publication préalable et n'a pas été
appliquée immédiatement.
Ma question concernait non
seulement les indemnités de poste,
mais également les interférences
avec les compétences du ministre
Verwilghen. Quelle est la part du
16/12/2003
CRIV 51
COM 101
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
Welke budgetten worden er geparkeerd bij minister Verwilghen?
Dit zou het onderwerp kunnen zijn van een andere interpellatie. Kan u
daarover echter toch iets zeggen? Deze interpellatie ging specifiek over
de postvergoedingen. Hoeveel wordt er uit het budget genomen en dat
niet echt toekomt aan Buitenlandse Zaken voor het onderhoud en de
uitbouw van onze posten in het buitenland?
budget de la Coopération au
développement affectée à nos
postes à l'étranger?
01.04 Jacques Simonet, secrétaire d'Etat: Il faudrait questionner le
ministre Verwilghen sur ses intentions. En ce qui concerne le budget et
les articles budgétaires affectés aux Affaires étrangères, la situation est
extrêmement claire et transparente. C'est sur ces articles-là, bien
évidemment, que les indemnités de postes sont et continueront à être
payées.
01.04 Staatssecretaris Jacques
Simonet: U zou minister
Verwilghen naar zijn bedoelingen
moeten vragen.
Het spreekt voor zich dat de
postvergoedingen vanuit de
begroting van Buitenlandse Zaken
worden betaald en dat dit zo blijft.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: De vraag nr. 735 van de heer Yvan Mayeur wordt omgezet in een schriftelijke vraag.
Wij komen tot het volgende punt van de agenda met name de interpellatie nr. 125 van de heer Francis Van
den Eynde.
01.05 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mevrouw de
voorzitter, ik wens een beroep te doen op het Reglement om over de
werkzaamheden te spreken.
Ik weet dat de regering collegiaal handelt en dat zij als college kan
optreden. Een interpellatie is het ter verantwoording roepen van een
minister in zijn hoedanigheid van regeringslid. In dit specifieke geval is
er toch
iets meer persoonlijks aan de hand in mijn
terverantwoordingroeping.
Ik heb het grootste respect voor de heer Simonet maar de heer Simonet
is de heer Michel niet. Dit is iets dat de heer Michel persoonlijk
aangaat. Het is niet de heer Simonet maar de heer Michel die het nodig
gevonden heeft om in Napels de journalisten zwaar op de vingers te
tikken.
De heer Michel is hier niet. Dat is uw schuld ook niet, daarvan ben ik
overtuigd.
Ik vraag dan ook mijn interpellatie uit te stellen.
01.06 Jacques Simonet, secrétaire d'Etat: Madame la présidente, il
faut être clair. Cela fait un certain temps que le ministre avait prévenu
qu'il était indisponible le 15 et le 16. Il doit absolument passer sur le
billard en fin de semaine et il va se soumettre à des mesures
médicales pour la prothèse de la hanche qu'on doit lui placer. Je pense
qu'il ne verra pas d'inconvénient à vous répondre personnellement
d'autant que la réponse était assez lacunaire d'après ce que je peux
voir dans le dossier.
01.07 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Ik ben ervan
overtuigd, mijnheer Simonet, dat het antwoord onvolledig was. Maar ik
heb ook gezegd dat het niet uw schuld was. Ik heb ook niet op de
minister geschoten, tenminste niet wat zijn afwezigheid vandaag
betreft.
CRIV 51
COM 101
16/12/2003
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
Ik kan begrijpen dat "le billard", zoals de heer Simonet net zegt,
prioriteit kan hebben in bepaalde zaken. Ik zal dus graag mijn
interpellatie uitstellen.
De voorzitter: Soms moet men natuurlijk kiezen tussen de snelheid van behandeling van een vraag en de
persoonlijke aanwezigheid van de minister. Wij proberen zo goed mogelijk die twee met elkaar te combineren.
Ik ben absoluut bereid uw interpellatie uit te stellen, mijnheer Van den Eynde, maar u weet dat ze dan pas in
januari aan bod zal komen. Misschien pas eind januari. De minister zal er verschillende weken, tot eind
januari, niet kunnen zijn.
01.08 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mevrouw de
voorzitter, de aanhouder wint.
De voorzitter: Ik weet niet of dat altijd zo is, mijnheer Van den Eynde,
maar uw interpellatie wordt dus uitgesteld.
La présidente: Comme M. Van
den Eynde demande que M. Michel
lui réponde en personne son
interpellation n° 125 est ajournée.
02 Vraag van de heer Walter Muls aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
over "de aanhouding van Maman Abou" (nr. 916)
02 Question de M. Walter Muls au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères sur
"l'arrestation de Maman Abou" (n° 916)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de
Minister van Buitenlandse Zaken)
(La réponse sera fournie par le secrétaire d'Etat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires
étrangères)
02.01 Walter Muls (sp.a-spirit): Mijnheer de minister, het beleid van
deze en de vorige regering is steeds een beleid geweest waarbij het
respect voor de mensenrechten hoog op de agenda heeft gestaan. De
minister van Buitenlandse Zaken heeft volgens wat hij ons via de pers
heeft laten weten het probleem van de mensenrechten steeds
aangekaart bij zijn contacten met de plaatselijk autoriteiten. Een
elementair respect voor mensenrechten, lijkt mij ook een respect voor
de vrije meningsuiting. De pers is daar een belangrijke emanatie van.
Het is mij ter ore gekomen dat in bijvoorbeeld Niger, de heer Maman
Abou, die daar directeur en uitgever is van het magazine Le Républicain
te Niamey en die daar op een bepaald ogenblik een redelijk gestoffeerd
dossier over corruptie bij de nationale autoriteiten had samengesteld en
gepubliceerd, aangeklaagd is en tevens vervolgd en veroordeeld is tot
een gevangenisstraf van 6 maanden. Die man bevindt zich nu in de
gevangenis van Niamey.
Ik denk niet dat we sterk moeten ingaan op het feit dat het om corruptie
gaat, want we zouden kunnen zeggen dat dit een typisch Afrikaans
probleem is. Dat is vals. Het is niet louter een Afrikaans probleem, want
als we de cijfers die regelmatig door Amerikaanse tijdschriften worden
gepubliceerd doornemen, dan stellen we vast dat België daar ook niet
altijd zo goed in scoort. Ik wil het niet hebben over de gegrondheid van
de aanklachten die de heer Abou heeft geformuleerd. Daar spreek ik mij
niet over uit. Ik spreek mij wel uit over het feit dat een aanklacht
daarover in de pers, aanleiding geeft tot een veroordeling van een lid van
de pers in Niamey.
Mijn vraag aan de minister is dan ook dubbel. Is de minister op de
hoogte van deze praktijk in Niger? Kan de minister mij laten weten
welke diplomatieke stappen hij zal ondernemen om de Nigerese
autoriteiten te overtuigen om de persvrijheid in het algemeen in zijn land
02.01 Walter Muls (sp.a-spirit):
Les droits de l'homme revêtent une
grande importance aux yeux de ce
gouvernement. Le respect de la
liberté de la presse constitue à cet
égard un élément fondamental.
Au Niger, M. Maman Abou,
directeur et éditeur du
"Républicain" a été condamné à six
mois de prison. Il avait publié un
dossier étoffé sur la corruption
parmi les autorités nationales.
Mon propos n'est pas d'aborder la
corruption en Afrique ni de traiter du
bien-fondé des plaintes déposées
contre M. Abou. Son article semble
avoir suffi à le faire condamner. Le
ministre est-il au courant de cette
situation? Quelles démarches
diplomatiques compte-t-il
entreprendre pour convaincre les
autorités du Niger de respecter la
liberté de la presse?
16/12/2003
CRIV 51
COM 101
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
te respecteren?
02.02 Staatssecretaris Jacques Simonet: Mijnheer Muls, wat betreft
uw eerste vraag, minister Michel is inderdaad op de hoogte van de
belemmering waarmee journalisten in Niger bij de uitoefening van hun
beroep te maken krijgen. De arrestatie van de heer Maman Abou, die
op 7 november 2003 wegens laster veroordeeld werd tot een
gevangenisstraf van 6 maanden is helaas geen alleenstaand geval. Ook
al kan men soms bij de geschreven pers in Niger een zeker gebrek aan
deontologie vaststellen, toch is de praktijk waarover u spreekt niet te
verzoenen met onze opvatting over de democratie.
De persvrijheid in Niger wordt geregeld door een wettekst die dateert
van 30 maart 1993 en die sindsdien reeds tweemaal aangepast werd.
Minister Michel is van mening dat er een gevoelige versoepeling van de
wetgeving terzake vereist is.
Wat uw tweede vraag betreft: minister Michel heeft onze ambassadeur
in Ouagadougou, onder wiens jurisdictie Niger valt, opgedragen om
tijdens zijn eerstvolgende bezoek aan Niamey onze bezorgdheid inzake
dit dossier onder de aandacht van de autoriteiten te brengen.
02.02
Jacques Simonet,
secrétaire d'Etat: Le ministre
Michel est au courant des entraves
auxquelles sont confrontés les
journalistes au Niger. Il estime que
la législation nigériane régissant la
liberté de la presse doit être
assouplie. L'arrestation de Maman
Abou n'est malheureusement pas
un cas isolé. L'ambassadeur belge
au Burkina Faso, à la juridiction
duquel ressort le Niger, mettra à
profit sa prochaine visite pour
informer les autorités de nos
préoccupations à cet égard.
02.03 Walter Muls (sp.a-spirit): Ik wens de minister te bedanken voor
zijn antwoord en ik kan niet zeggen dat ik met genoegen vaststel dat
men op de hoogte is van de situatie. De situatie is inderdaad ernstig en
België hecht er belang aan en zal dat opvolgen. Dat kan mij alleen
maar bevredigen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Collega's, ik denk dat we nu even onze werkzaamheden moeten onderbreken. De heer Claude
Marinower heeft zijn komst aangekondigd tegen 11.15. Collega Pieter De Crem zie ik ook niet op onze
banken.
(...)
Het gaat niet over het quorum, het gaat over het feit dat een interpellant liefst zelf aanwezig is, tenzij u daar
anders over denkt. Misschien wilt u de interpellatie doen in plaats van collega De Crem?
03 Samengevoegde vragen van
- de heer Claude Marinower aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken over
"het uitstellen van de publicatie van de EUMC-studie omtrent antisemitisme" (nr. 855)
- de heer Guido Tastenhoye aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken over
"het niet vrijgeven van de studie van het EUMC aangaande het antisemitisme in Europa" (nr. 994)
03 Questions jointes de
- M. Claude Marinower au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères sur "le report de
la publication de l'étude réalisée par l'EUMC sur l'antisémitisme" (n° 855)
- M. Guido Tastenhoye au vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères sur "le refus
d'autoriser la publication de l'étude de l'EUMC sur l'antisémitisme en Europe" (n° 994)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de
Minister van Buitenlandse Zaken)
(La réponse sera fournie par le secrétaire d'Etat aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires
étrangères)
03.01 Claude Marinower (VLD): Mevrouw de voorzitter, de vraag die
ik op 27 november gesteld had, betrof een gemis aan een verslag van
het Europees Waarnemingscentrum voor Racisme en Xenofobie dat
een studie had besteld over het antisemitisme in Europa. Naar
aanleiding daarvan verscheen op 22 en 24 november in The Financial
03.01 Claude Marinower (VLD):
L'Observatoire européen des
phénomènes racistes et
xénophobes (EUMC) a commandé
une étude sur l'antisémitisme en
CRIV 51
COM 101
16/12/2003
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
Times berichten dat deze studie niet gepubliceerd zou worden omdat in
de conclusie zou staan dat moslims en pro-Palestijnse groepen
verantwoordelijk zouden zijn voor de vele antisemitische daden en
aanslagen. De weigering om die studie te publiceren zou blijkens die
berichten ingegeven zijn door wat men noemde de "politieke
correctheid". De EUMC heeft op deze aantijgingen gereageerd door te
stellen dat ze het niet eens waren met de gebruikte definitie voor
antisemitisme, dat het onderzoek slechts betrekking heeft op een veel
te korte termijn en dat de kwaliteit van het rapport "pover" zou zijn. Men
heeft aangekondigd dat dit onderzoek voortgezet zou worden en dat
men pas zou publiceren begin 2004.
Wat heeft verder onderzoek intussen opgeleverd? Het blijkt dat de
moeite die het Europees Waarnemingscentrum heeft om tot een
rapport over dat nieuwe antisemitisme te komen, een beetje vreemd is.
Ik citeer hier een toespraak van Ed van Thijn, die bestuurslid is van dat
Europees Waarnemingscentrum. Hij hield op 19 november een
toespraak in Nederland. Hij zei: "Zo voortvarend als het
Waarnemingscentrum was bij het signaleren van de opkomende
moslimhaat na 11 september, zo onmachtig betoonde het zich tot nu
toe bij deze materie. (...) Het afgelopen jaar zijn liefst drie
conceptrapporten gesneuveld." Het betreft dus niet dit, maar nog een
aantal andere daarvoor. "Deels omdat het verzameld feitenmateriaal
onvolledig en inconsistent was, deels ook op grond van oneigenlijke
argumenten." Dit laatste is natuurlijk onaanvaardbaarder. Zo vroeg men
zich af of vergeleken met de ernst van de islamofobie, het
antisemitisme qua omvang niet wat overdreven werd.
Vooraleer ik u de vragen stel, koppel ik daar twee opmerkingen aan.
Ten eerste was het toevallig ook u die twee weken geleden antwoordde
naar aanleiding van een vraag die ik u stelde, met betrekking tot
uitspraken van de scheidende premier van Maleisië die schandelijke
uitspraken had gedaan en waarop u antwoordde, mevrouw de minister.
Wij weten echter ook wat er zich in de omringende landen voordoet. In
Nederland bijvoorbeeld steeg het aantal incidenten voor 2002. Het gaat
om een stijging van antisemitische incidenten van 140 percent. Dit is
ook in ons land het geval. Ik ga daar niet op terug komen. Morgen zal ik
daarover een vraag stellen aan de minister van Binnenlandse Zaken.
Ook in Frankrijk dit is denk ik het beste bewijs is men begonnen
met te zeggen dat het allemaal zo erg niet is. Men is daar uiteindelijk
tot een interministerieel comité over antisemitisme gekomen.
Het Europees Waarnemingscentrum EUMC heeft aangekondigd dat
het onderzoek nog wordt voorgezet en begin 2004 zal worden
gepubliceerd. Mijn vragen in dat verband zijn de volgende. Elke lidstaat
heeft blijkbaar een vertegenwoordiger in de EUMC. Wat is houding ten
aanzien van uw vertegenwoordiger in deze zaak? Voor een deel vond ik
reeds een antwoord op deze vraag in de toespraak van een bestuurslid
van Thijn van het Europees Waarnemingscentrum zelf heeft gezegd.
Welke zijn de door The Financal Times aangehaalde redenen om het
rapport niet te publiceren? Wat is uw houding omtrent de beslissing om
het rapport niet te publiceren?
Europe. Selon "The Financial
Times", cette étude ne sera pas
publiée pour des raisons de
correction politique, notamment
parce qu'elle conclut que les
musulmans et les groupes pro-
palestiniens portent la
responsabilité de bon nombre
d'actes antisémites et d'attentats
terroristes en Europe. Face à cette
accusation, l'EUMC a répliqué que
l'enquête porte sur un délai trop
court et que le rapport serait de
piètre qualité. Une publication ne
sera envisagée qu'au début de
l'année prochaine.
M. Van Thijn, membre néerlandais
du conseil d'administration, a
formulé des critiques à l'encontre
de cette attitude de l'EUMC. Il a
déclaré que, par le passé, d'autres
rapports analogues traitant
également d'antisémitisme étaient
passés à la trappe, en partie en
raison de leurs arguments
impropres. C'est évidemment tout à
fait inacceptable.
Quelle est l'attitude du représentant
belge au sein l'EUMC dans cette
affaire? L'explication fournie par
"The Financial Times" à propos du
report de la publication du rapport
est-elle exacte? Le cas échéant,
que pense le ministre de cette
argumentation?
03.02 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Mevrouw de voorzitter,
mijn bedenkingen en vragen over dit onderwerp gaan volledig in de
richting van wat de vorige spreker daarover heeft meegedeeld. Ik zou
daar nog iets aan toe willen voegen.
Begin vorige maand raakte een opiniepeiling bekend, uitgevoerd door
Eurobarometer. Dat is een instituut van de EU dat zesmaandelijkse
opiniepeilingen organiseert. In de jongste peiling werden ook vragen
03.02 Guido Tastenhoye
(VLAAMS BLOK): Je rejoins les
propos de l'orateur précédent et je
voudrais même aller plus loin. Au
début du mois passé, un sondage
d'opinion de l'eurobaromètre a
révélé que 60 pour cent des
citoyens européens voient en Israël
16/12/2003
CRIV 51
COM 101
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
gesteld in verband met de houding van de Europese burgers ten
opzichte van de situatie in Irak. Het ging evenwel ook over de houding
ten opzichte van welke landen men op dit ogenblik een gevaar vond voor
de wereldvrede. Tot grote consternatie van niet enkel Israël, maar ook
heel wat Europese landen, bleek dat in Europa bijna 60% van de
burgers van mening zijn dat Israël op dit ogenblik het grootste gevaar in
de wereld vormt voor de wereldvrede.
Men kan er niet aan voorbij dat dit gegeven direct is gelinkt aan het
antisemitisme dat de jongste tijd zozeer de kop opsteekt in ons land en
de buurlanden. Dat houdt ongetwijfeld verband met de anti-Israëlische
stemming in vele Europese landen, soms aangewakkerd door de
media, maar soms ook dat betreuren wij door de overheden van de
Europese landen. Uiteraard, wanneer men steeds maar standpunten
inneemt die gericht zijn tegen Israël en de Israëlische politiek, dan
wordt dat in de publieke opinie ook vermengd met een onderhuids
antisemitisme dat aanwezig is. Dit alles wordt dan nog eens in de hand
gewerkt door het feit dat inderdaad, zoals de vorige collega zei, nogal
wat jonge moslims dit gegeven aangrijpen om over te gaan tot
intimidaties, geweldpleging en dergelijke. Dit is een zeer ernstige
evolutie, mijnheer de minister. Ik zou willen vragen om naar analogie
van Frankrijk ook in België een soort interministerieel comité op te
richten dat deze situatie onderzoekt om dan samen met Frankrijk en
andere landen waar dit fenomeen manifest aan de orde is, bijvoorbeeld
Nederland, op te treden.
Vervolgens moet men, mijns inziens, op Europees niveau een dossier
samenstellen met de bedoeling te komen tot maatregelen zowel inzake
de beeldvorming als inzake de bestrijding van het fenomeen op het
terrein.
Mijnheer de staatssecretaris, welke initiatieven zal de Belgische
regering ondernemen om het antisemitisme in de toekomst krachtig te
bestrijden?
la première menace pour la paix
dans le monde. Le regain récent de
l'antisémitisme partout en Europe
n'y est pas étranger.
Cet antisémitisme est présent à
l'état latent. Les gouvernements de
nombreux pays européens
adoptent des positions de plus en
plus opposées à Israël et l'opinion
publique assimile dans une mesure
croissante cette attitude à de
l'antisémitisme sous-jacent. De
nombreux jeunes musulmans
saisissent ce prétexte pour se livrer
à des actes d'intimidation et de
violence. La situation est grave. Je
demande instamment à la Belgique
de créer, à l'instar de la France,
une sorte de comité interministériel
chargé d'examiner cette question et
d'intervenir conjointement avec la
France et les autres pays
confrontés à ce fléau.
Des mesures concrètes doivent
ensuite être élaborées au niveau
européen.
Quelles mesures le gouvernement
compte-t-il prendre pour combattre
l'antisémitisme?
03.03 Staatssecretaris Jacques Simonet: Mevrouw de voorzitter,
collega's, het Europees centrum voor Racisme en Xenofobie is een
centrum dat het fenomeen racisme en antisemitisme in Europa
bestudeert. Het werd opgericht door de Europese Commissie en is
gevestigd in Wenen. Het centrum is samengesteld uit experts en werkt
volledig autonoom ten opzichte van de overheden, inclusief de Europese
instellingen.
Het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding
vertegenwoordigt België in het EUMC. Dat krijgt geen instructies van de
Belgische regering.
Op verzoek van het Europees Centrum voor Racisme en Xenofobie heeft
het Centre for Antisemistic Research van de universiteit van Berlijn een
verslag opgesteld dat handelt over het antisemitisme in Europa. De
onderzoeksperiode besloeg 4 weken, van 15 mei tot 15 juni 2002. In
februari 2003 heeft de raad van bestuur van EUMC beslist zich op deze
studie te steunen om een meer omvattende studie uit te schrijven die
zou slaan op een periode van 2 jaar, met name 2002-2003. Het verslag
moet in de loop van het eerste semester van 2004 gepubliceerd worden.
Deze publicatie vervangt niet het jaarverslag van het EUMC aan het
Europees Parlement. Het verslag 2002 werd op 3 december jongstleden
voorgelegd.
Het EUMC is van oordeel dat het verslag van Berlijn niet voldoende
03.03
Jacques Simonet,
secrétaire d'Etat: Le Centre
européen de Vienne étudie le
phénomène. Il est composé
d'experts et travaille en toute
autonomie. Le Centre pour l'égalité
des chances et la lutte contre le
racisme représente la Belgique au
sein de l'EUMC, mais ne reçoit pas
d'instructions du gouvernement
belge. A la demande de l'EUMC, le
"Centre for Antisemitic Research"
de Berlin a rédigé un rapport sur
l'antisémitisme en Europe.
L'enquête n'a porté que sur une
période de quatre semaines mais,
sur la base de cette étude, l'EUMC
projette de publier au premier
semestre de 2004 une étude de
plus grande envergure portant sur
les années 2002 et 2003. Cette
publication ne remplace pas le
rapport annuel de l'EUMC au
Parlement européen. Le rapport
2002 y a été déposé le 3
CRIV 51
COM 101
16/12/2003
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
wetenschappelijke basis en objectiviteit bezit. Deze gebreken zullen
worden verholpen in de publicatie van 2004. Ogenschijnlijk was een
aantal concepten onvoldoende duidelijk gesteld of gedefinieerd. De
Commissie heeft bevestigd dat zij het verslag onafgewerkt vond en
geenszins van plan was deze studie te verdoezelen. Indien ik goed ben
ingelicht, werd de studie ondertussen gepubliceerd.
De Belgische houding in deze problematiek verschilt niet met deze van
andere lidstaten. We wachten op het volledig verslag van 2004.
décembre. L'EUMC estime que le
rapport de Berlin ne repose pas sur
une base scientifique et n'est pas
suffisamment objectif. Il sera
remédié à cette lacune dans la
publication de 2004. La position de
la Belgique ne diffère pas de celle
des autres Etats membres. Nous
attendons le rapport définitif de
2004.
En ce qui concerne la question évoquée par M. Tastenhoye à propos
du sondage de l'eurobaromètre, il ne m'est évidemment pas possible de
commencer à commenter une enquête d'opinions. Le constat fait par le
gouvernement belge est le suivant: comme l'a dit le ministre Michel à
son collègue Silvan Shalom en marge de la dernière rencontre relative à
l'accord d'association Union européenne-Israël, les médias jouent
incontestablement un rôle important dans la formation de l'opinion
publique. Mais il a insisté auprès du ministre Shalom qu'il fallait
vraiment garder à l'esprit que la perception d'un problème ne
correspondait pas toujours à la réalité.
Il est vrai que, du côté israélien, le sondage a été perçu comme
l'expression d'un antisémitisme dans le chef des citoyens européens.
Mais notre ministre a indiqué à son homologue israélien qu'il convenait
de bien faire la distinction entre la critique adressée à la politique d'un
gouvernement et les actes d'antisémitisme que rappelait également M.
Marinower.
Cela étant, le gouvernement belge et le ministre des Affaires étrangères
s'interrogent au sujet de la nature des questions de l'eurobaromètre.
Car, manifestement, on induisait - à travers leur formulation - des
réponses précises ou même on suggérait des réflexions qui ne
pouvaient être que négatives.
Wat de uitslag van de
Eurobarometer betreft, kan ik geen
opiniepeiling becommentariëren. De
minister heeft er echter bij minister
Shalom op aangedrongen dat de
waarneming van een probleem niet
altijd met de werkelijkheid
overeenstemt en dat er een
onderscheid dient te worden
gemaakt tussen kritiek aan het
adres van een regeringsbeleid en
antisemitische handelingen.
Dit gezegd zijnde, denken de
Belgische regering en de minister
van Buitenlandse Zaken na over de
formulering van de vragen in de
Eurobarometer, die de bevraagde
op negatieve gedachten kon
brengen.
Voor de laatste vraag betreffende nieuwe en efficiënte maatregelen, die
kunnen worden genomen door de regering om het antisemitisme te
bestrijden in ons land, verwijs ik naar het antwoord van eerste minister
Verhofstadt op de parlementaire vragen P121 en P127 van de heren De
Crem en Van den Eynde.
S'agissant des nouvelles mesures
que le gouvernement pourrait
prendre, je me réfère à ce que le
premier ministre a répondu aux
questions 121 et 127 de MM. De
Crem et Van den Eynde.
03.04 Claude Marinower (VLD): Mijnheer de minister, bedankt voor
het antwoord. Ik heb twee kleine opmerkingen.
Mag ik Fontaine nog eens citeren die medebestuurslid is van het
waarnemingscentrum? "Het grootste bezwaar was de signalering dat de
bron van het nieuwe antisemitisme vooral moest worden gezocht in
kringen van radicale moslimjongeren, bevreesd als men was dat dit zou
bijdragen tot een verdere stigmatisering van een groep die het al zwaar
te verduren heeft. Men schrok ervoor terug man en paard te noemen.
Het treurige van dergelijke discussies is dat daaruit blijkt hoezeer de
antiracismebeweging al is opgeslokt door de internationale
propagandaoorlog rond het Palestijnse conflict." Zij herinnert ook nog
aan wat een paar jaar geleden is gebeurd in Durban. Onze minister van
Buitenlandse Zaken heeft toen een conferentie, die werd ontluisterd
door een reeks antisemitische incidenten, moeten redden.
Ik wil ook doen opmerken dat de studie niet werd gepubliceerd al is ze
wel reeds op internet verschenen.
03.04 Claude Marinower (VLD):
Selon un co-administrateur de
l'Observatoire européen, les jeunes
extrémistes musulmans sont à la
source de la recrudescence de
l'antisémitisme mais d'aucuns se
refusent à désigner les coupables
car cela pourrait prétendument
contribuer à stigmatiser davantage
encore un groupe social auquel on
ne fait déjà pas de cadeau. Voilà
qui montre à quel point le
mouvement antiraciste est d'ores et
déjà instrumentalisé dans le cadre
de la guerre de propagande
internationale dont l'enjeu est le
conflit israélo-palestinien.
Enfin, je tiens à souligner que
16/12/2003
CRIV 51
COM 101
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
Sta mij toe tot slot van mijn repliek vier stellingen die in ons land als
antwoord zijn gegeven op zeer precieze vragen. Een, joden hebben
geen enkele interesse voor wat met anderen gebeurt en zijn slechts
geïnteresseerd in zichzelf. 25% is het daarmee eens in België.
Twee, joden zijn meer geneigd om duistere praktijken te hanteren om te
bereiken wat zij willen. 18% gaat daarmee akkoord.
Drie, joden zijn meer loyaal tegenover Israël dan tegenover hun eigen
land. 50% is het daarmee eens.
Vier, joden hebben te veel macht in de handelswereld. 44% gaat
daarmee akkoord. Dit zijn cijfers die volgens mij geen commentaar
behoeven.
Het gaat hier om een studie die uiteindelijk niet werd gepubliceerd. Via
het internet is ze echter wel openbaar gemaakt. Ik hou deze studie ter
beschikking indien u dit wenst. Die antwoorden behoeven volgens mij
echter geen verdere commentaar.
l'étude dont il est question n'a pas
été publiée mais est diffusée sur
internet.
De voorzitter: Ik vind dat hoogst betwistbare vragen maar dat is natuurlijk iets anders. Als u dergelijke vragen
zou stellen per nationaliteit zou u volgens mij in heel de wereld onthutsende antwoorden krijgen.
03.05 Claude Marinower (VLD): Dat is juist. Voor andere
nationaliteiten worden die vragen duidelijk niet gesteld.
De voorzitter: Daarmee ben ik het eens. Ik vraag mij af hoe iemand het in zijn hoofd heeft gekregen om
dergelijke vragen te stellen.
03.06 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, als
conclusie van dit korte debat zou ik de regering willen vragen om het
fenomeen van het antisemitisme in België en in onze buurlanden zeer
ernstig te nemen en het in de regering te bespreken. Misschien moet
het ook op Europees niveau worden aangekaart om de juiste
maatregelen te kunnen nemen.
03.06 Guido Tastenhoye
(VLAAMS BLOK): Je demande au
gouvernement de prendre au
sérieux le phénomène de
l'antisémitisme et d'aborder ce
thème également au niveau
européen.
03.07 Jacques Simonet, secrétaire d'Etat: La manière dont le point
est traité au gouvernement, notamment concernant la question que
vous aviez évoquée de créer éventuellement un comité interministériel,
relève d'un débat beaucoup plus large que celui qui concerne le
ministère des Relations extérieures. Ce que je vous propose, c'est d'en
parler au premier ministre parce qu'on doit y impliquer aussi quelqu'un
comme Mme la ministre Arena. Je relayerai donc les conclusions de
notre débat.
03.07 Staatssecretaris Jacques
Simonet: Het debat belangt zeker
niet alleen het ministerie van
Buitenlandse Zaken aan. Ik zal de
conclusies van ons debat dan ook
bij de eerste minister aankaarten.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
La réunion publique de commission est levée à 11.35 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 11.35 uur.