CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRIV 51 COM 023
CRIV 51 COM 023
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMMISSIONS RÉUNIES DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE ET DES
A
FFAIRES SOCIALES
V
ERENIGDE COMMISSIES VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
N
ATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN CULTURELE
INSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND EN DE
L
ANDBOUW EN VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
samedi
zaterdag
11-10-2003
11-10-2003
Matin
Voormiddag
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders en Spirit
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000
Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de base et
du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair document van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu intégral
définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en rechts
het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat
ook de bijlagen)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
PLEN
Plenum (witte kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Interpellations et question jointes de
1
Samengevoegde interpellaties en vraag van
1
- M. Jo Vandeurzen au premier ministre sur
"l'usine Ford de Genk" (n° 49)
1
- de heer Jo Vandeurzen tot de eerste minister
over "Ford Genk" (nr. 49)
1
- M. Bert Schoofs au premier ministre sur "le fait
que le gouvernement a peut-être eu
préalablement connaissance du drame social
qui frappe l'usine Ford de Genk et sur l'éventuelle
discordance entre les déclarations faites par les
dirigeants de Ford Europe respectivement à
l'adresse du gouvernement fédéral et à l'adresse
des syndicats représentés à l'usine Ford de
Genk" (n° 51)
1
- de heer Bert Schoofs tot de eerste minister over
"de mogelijke voorkennis van de federale
regering inzake het sociaal drama bij Ford Genk
alsmede betreffende de mogelijke discrepantie
tussen de verklaringen vanwege de topmensen
van Ford Europa ten aanzien van de federale
regering enerzijds en de vakbonden bij Ford
Genk anderzijds" (nr. 51)
1
- M. Hans Bonte au premier ministre sur "la
situation à Ford Genk" (n° 333)
1
- de heer Hans Bonte aan de eerste minister
over "de situatie bij Ford Genk" (nr. 333)
1
- M. Filip De Man au premier ministre sur "le fait
que la Sûreté de l'Etat avait connaissance dès le
mois de juin 2003 des graves problèmes se
posant à l'usine Ford de Genk" (n° 56)
2
- de heer Filip De Man tot de eerste minister over
"het feit dat de Staatsveiligheid reeds in juni 2003
op de hoogte was van de zware problemen bij
Ford Genk" (nr. 56)
1
- M. Geert Bourgeois au premier ministre sur
"l'usine Ford de Genk" (n° 57).
2
- de heer Geert Bourgeois tot de eerste minister
over "Ford Genk" (nr. 57)
1
- M. Jo Vandeurzen au premier ministre sur "les
informations recueillies par la Sûreté de l'Etat au
sujet des réductions d'effectifs à l'usine Ford de
Genk et l'utilisation desdites informations par le
gouvernement fédéral" (n° 59)
2
- de heer Jo Vandeurzen tot de eerste minister
over "de informatie ingewonnen door de
Staatsveiligheid met betrekking tot de afbouw van
Ford Genk en het gebruik van deze informatie
door de federale regering" (nr. 59)
1
Orateurs: Jo Vandeurzen, Bert Schoofs,
Hans Bonte, Filip De Man, Geert Bourgeois,
Guy Verhofstadt, premier ministre, Pieter De
Crem, président du groupe CD&V
Sprekers: Jo Vandeurzen, Bert Schoofs,
Hans Bonte, Filip De Man, Geert Bourgeois,
Guy Verhofstadt, eerste minister, Pieter De
Crem, voorzitter van de CD&V-fractie
Motions
32
Moties
32
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSIONS RÉUNIES DE
L'ECONOMIE, DE LA POLITIQUE
SCIENTIFIQUE, DE
L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET
DE L'AGRICULTURE ET DES
AFFAIRES SOCIALES
VERENIGDE COMMISSIES VOOR
HET BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW EN VOOR DE
SOCIALE ZAKEN
du
SAMEDI
11
OCTOBRE
2003
Matin
______
van
ZATERDAG
11
OKTOBER
2003
Morgen
______
De vergadering wordt geopend om 9.30 uur door de heer Hans Bonte, voorzitter.
La séance est ouverte à 9.30 heures par M. Hans Bonte, président.
De voorzitter: Collega's, wij komen bijeen op dit toch wel ongebruikelijke moment naar aanleiding van een
aantal interpellaties en vragen die betrekking hebben op de situatie bij Ford Genk.
De heer Tant zal straks de vergadering voorzitten aangezien ik ook een vraag gericht heb aan de eerste
minister in verband met dit dossier.
Voorzitter: Paul Tant, voorzitter.
Président: Paul Tant, président.
De voorzitter: Collega's, ik verzoek u de u toegemeten spreektijd te respecteren.
01 Samengevoegde interpellaties en vraag van
- de heer Jo Vandeurzen tot de eerste minister over "Ford Genk" (nr. 49)
- de heer Bert Schoofs tot de eerste minister over "de mogelijke voorkennis van de federale
regering inzake het sociaal drama bij Ford Genk alsmede betreffende de mogelijke discrepantie
tussen de verklaringen vanwege de topmensen van Ford Europa ten aanzien van de federale
regering enerzijds en de vakbonden bij Ford Genk anderzijds" (nr. 51)
- de heer Hans Bonte aan de eerste minister over "de situatie bij Ford Genk" (nr. 333)
- de heer Filip De Man tot de eerste minister over "het feit dat de Staatsveiligheid reeds in juni 2003
op de hoogte was van de zware problemen bij Ford Genk" (nr. 56)
- de heer Geert Bourgeois tot de eerste minister over "Ford Genk" (nr. 57)
- de heer Jo Vandeurzen tot de eerste minister over "de informatie ingewonnen door de
Staatsveiligheid met betrekking tot de afbouw van Ford Genk en het gebruik van deze informatie
door de federale regering" (nr. 59)
01 Interpellations et question jointes de
- M. Jo Vandeurzen au premier ministre sur "l'usine Ford de Genk" (n° 49)
- M. Bert Schoofs au premier ministre sur "le fait que le gouvernement a peut-être eu
préalablement connaissance du drame social qui frappe l'usine Ford de Genk et sur l'éventuelle
discordance entre les déclarations faites par les dirigeants de Ford Europe respectivement à
l'adresse du gouvernement fédéral et à l'adresse des syndicats représentés à l'usine Ford de Genk"
(n° 51)
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
- M. Hans Bonte au premier ministre sur "la situation à Ford Genk" (n° 333)
- M. Filip De Man au premier ministre sur "le fait que la Sûreté de l'Etat avait connaissance dès le
mois de juin 2003 des graves problèmes se posant à l'usine Ford de Genk" (n° 56)
- M. Geert Bourgeois au premier ministre sur "l'usine Ford de Genk" (n° 57).
- M. Jo Vandeurzen au premier ministre sur "les informations recueillies par la Sûreté de l'Etat au
sujet des réductions d'effectifs à l'usine Ford de Genk et l'utilisation desdites informations par le
gouvernement fédéral" (n° 59)
De voorzitter: Mijnheer Vandeurzen, ontwikkelt u beide interpellaties tegelijkertijd? U beschikt over 15
minuten.
01.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, collega's, ik meen dat ik niemand in deze zaal moet
overtuigen van het feit dat er in Limburg en aan de poorten van de Ford-
fabriek heel wat woede, ontgoocheling en vertwijfeling is. Mensen
zoeken zekerheden. Op dit moment zoekt men vooral naar de waarheid
over wat er zich de voorbije jaren heeft afgespeeld en of de toekomst
van Ford Genk en zijn werknemers ook in politieke kringen heel
uitdrukkelijk aan de orde is gekomen.
We gaan niet opnieuw onze positie verduidelijken. Ik verwijs naar de
verklaringen die ik terzake heb afgelegd in deze zaal vorige week
maandag toen ik de minister van Werk en Pensioenen wou interpelleren
over wat de regering zou doen of zou kunnen doen om de toekomst van
die 3.000 mensen te helpen vrijwaren en de toekomst van de fabriek en
de regio veilig te stellen. Ik heb daaraan nogal wat wrange gevoelens
overgehouden en dan niet alleen omdat daar in plaats van de minister
een staatssecretaris verscheen. Bovendien werd het debat afgesloten
met een eenvoudige motie ingediend door de meerderheidspartijen. In
de gegeven omstandigheden en gelet op de ernst van de situatie begrijp
ik dit nog altijd niet zo goed. Het is misschien interessant om de
parallellen te trekken met het drama van Renault Vilvoorde zodat we
kunnen zien hoe de posities toen lagen.
Mijnheer de eerste minister, ik denk echt dat wij recht hebben op de
waarheid. Ik ben een absolute voorstander van het feit dat wij moeten
aanvaarden dat de waarheid genuanceerd is, dat zwart-witverhalen niet
altijd de waarheid vertolken. Op een moment dat de regio en heel
Vlaanderen en België in hun economisch weefsel worden geraakt, vind
ik dat in eerste instantie de betrokkenen recht hebben op de waarheid.
Ik heb een korte chronologie met vragen opgesteld. Ik heb eens
proberen op te tekenen wat we weten over dat verleden. Ik start
natuurlijk met de aanleiding, de interessante informatie die collega Lano
hier vorige week in deze commissie heeft gereveleerd. Hij wist een
aantal data te situeren die de positie van de Ford-fabriek in Genk in een
genuanceerd kader plaatst, alleszins inzake de informatie die Ford ons
heeft meegedeeld. Ik wou graag aan de hand van die chronologie een
aantal vragen stellen.
Als ik terug in de annalen ga, weet ik dat in september 2002 in dit land
en in de Vlaamse regering over een "dipje" in de economie werd
gesproken. Ik heb het nog eens allemaal netjes opgezocht. De
toenmalige minister-president reageerde wat neerbuigend op de kritiek
van de oppositie dat het hoog tijd was om de economie aan te pakken.
Het was een "dipje" in de economie, hetgeen in diezelfde maand
september nog eens is bevestigd door minister Stevaert, die zei dat
Vlaanderen geen regio was in economische crisis.
Ik heb gezien dat de volgende maanden daarover vanuit Ford andere
signalen zijn geven. De eerste belangrijke vraag, mijnheer de eerste
01.01 Jo Vandeurzen (CD&V):
Au Limbourg, le désespoir est
grand : nul ne peut préjuger de
l'avenir de Ford. Mais il est très
important de faire la lumière sur les
erreurs qui ont été commises.
Lundi dernier, des interpellations
ont déjà été développées sur le
sujet mais, à notre grand
étonnement, elles ont été clôturées
par le dépôt d'une motion pure et
simple de la majorité. Faut-il y voir
la traduction de l'intérêt que le
gouvernement porte à la question
de la sécurité d'emploi de milliers
de travailleurs?
Le Limbourg a le droit de connaître
toute la vérité. Quels ont été les
signes d'un problème à Ford Genk?
En septembre 2002, M. Dewael,
alors ministre-président flamand,
minimisait encore ce qu'il
présentait comme un léger
ralentissement de l'économie.
Dans l'intervalle toutefois, chacun a
pris conscience de la gravité de la
situation. Lundi dernier, M. Lano a
évoqué dans cette enceinte un fait
intéressant, à savoir qu'une réunion
a eu lieu entre la direction de Ford
et les ministres flamands, MM.
Dewael et Gabriëls, le 23 janvier de
cette année. Le gouvernement
fédéral y était représenté par M.
Coene, président du Comité de
direction de la Chancellerie. Lors
de cette rencontre, la situation
inquiétante de Ford a été examinée
et une productivité insuffisante, un
absentéisme excessif et
l'importance des charges ont été
cités comme des handicaps
majeurs.
A l'issue de la réunion, le
gouvernement flamand s'est
engagé à prendre des mesures
d'aide à l'expansion
complémentaires. Toutefois, les
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
minister, heeft natuurlijk betrekking op hetgeen zich op 23 januari 2002
heeft voorgedaan. Ik spreek over de vergadering op het kabinet van
minister Dewael met de Ford-top, met de heer Hans Schardt, met
minister Gabriëls, toenmalig Vlaams minister van Economie en de heer
Luc Coene, uw kabinetschef. Daar zou de zorgwekkende situatie van
Ford Genk zijn besproken. Het ging over de productiviteit, het
ziekteverzuim, maar ook over de loonlasten. Er werd beklemtoond dat
de ploegenarbeid een echt probleem was.
Met de informatie waarover we nu beschikken weten we dat de
Vlaamse regering vindt dat ze haar huiswerk gedaan heeft met de
expansiesteun. De heer Gabriëls zegt dat hij de bezorgdheden die op
het federale vlak een antwoord moesten krijgen heeft overgemaakt aan
de federale regering. We weten dat de heer Coene en uw woordvoerder
zeggen dat dit een probleem was maar dat het niet echt oplosbaar was
op federaal vlak omdat er in Wallonië daaromtrent een blokkage was.
De Parti Socialiste zou met name het spoor van een lastenverlaging of
het aanpakken van de ploegarbeid niet genegen zijn. Het was een
onbespreekbare piste. Daarna zou er dan ook niets meer mee gedaan
zijn. Dat is natuurlijk de eerste vraag die wij u stellen. De idee dat Ford
zijn akkoord gesloten had en de expansiesteun had bekomen zou
iedereen ertoe gebracht hebben om deze piste niet verder te
exploreren.
In januari 2002 beginnen formeel op uw niveau de knipperlichten rond
Ford te branden. We weten dat er een probleem is met de loonlasten
en de ploegenarbeid. De Vlaamse regering zegt dat zij haar deel van
het werk gedaan heeft. In de kring van de federale regering moet dat
huiswerk niet afgewerkt worden want het is onbespreekbaar op het
niveau van de regering.
Mijnheer de eerste minister, wat is er nu eigenlijk gebeurd met dit
element? Wij weten dat de loonkosten in ieder geval een belangrijke
handicap zijn voor de Vlaamse economie. Wij weten dat u in uw plan
voor de verkiezingen van 1999 voor 200 miljard frank loonlastverlaging
situeerde. Wij weten dat u bij de regeringsvorming in 1999 een
loonlastenverlaging van 100 miljard Belgische frank heeft aangekondigd.
U hebt dat niet volledig gerealiseerd. Voor de laatste verkiezingen hebt
u opnieuw een loonlastenverlaging van 1,5 miljard euro beloofd. We
lezen vandaag in de kranten wat daar uiteindelijk mee zal gebeuren.
Mijn punt blijft torenhoog overeind. Wat gebeurt er met de kritiek van die
aard, die geuit wordt op een moment dat de toekomst van die fabriek
ter sprake komt? Vanuit uw partij komen er signalen dat er iets moet
gebeuren. De conclusie van het verhaal blijkt echter te zijn dat het niet
kan doorgaan, want het was toen onbespreekbaar in de schoot van de
regering.
Mijn tweede vraag heeft betrekking op hetgeen de heer Lano in zijn
interpellatie heeft gesignaleerd, met name een vergadering met de
eerste minister in Amerika die afgelast werd. Ik vind dat een
merkwaardige zaak. Mijnheer de eerste minister, wij weten dat u in
Amerika bent geweest. Als ik het goed begrepen heb van de heer Lano,
hebt u daar getracht om de top van Ford te spreken. Ik ben uiteraard
zeer benieuwd om te weten waarom dat contact gezocht werd. Ook wil
ik graag weten wat uiteindelijk het resultaat is geweest. Opnieuw is dat
voor mij een signaal dat u op een bepaald moment toch beseft hebt dat
er een probleem op komst was en dat er gehandeld moest worden. Ook
hier luidt dus mijn vraag: wat is daarvan het resultaat geweest?
De verkiezingen hebben natuurlijk plaatsgevonden. Bij die verkiezingen
waren de oppositieleden de zuurpruimen. Wij waren verzuurd omdat wij
autorités fédérales sont restées
sans réaction. M. Luc Coene a
indiqué que le PS a en effet opposé
son véto à une réduction des
charges dans le cadre du travail en
équipes. Ces propos sont-ils
exacts? Rien n'a-t-il dès lors été
fait pour répondre au cri d'alarme
lancé par Ford?
M. Lano a également mentionné
une réunion aux Etats-Unis,
annulée ou non, entre la direction
américaine de Ford et notre premier
ministre. Qu'en est-il au juste?
Cette réunion a-t-elle débouché sur
des résultats?
Il s'avère à présent que la Sûreté de
l'Etat a également reçu des
signaux selon lesquels une épée
de Damoclès était suspendue au-
dessus de Ford. M. Coene a été
contacté oralement à ce sujet et il
a transmis l'information au premier
ministre. S'agissait-il là d'une
procédure normale? A-t-on réservé
une suite à cette information? En
tout état de cause, il n'est pas
étonnant que le Comité R demande
une enquête sur le fonctionnement
de notre Sûreté de l'Etat.
Est-il exact qu'au cours de l'été, M.
Dewael aurait même fait, après un
autre un contact avec M. Coene,
une nouvelle offre à Ford et promis
une aide supplémentaire au cours
de l'été?
Enfin, nous nous demandons dans
quelle mesure la position isolée de
la Belgique dans le cadre de la
crise irakienne a influé sur la
décision de la direction de Ford. Si
le gouvernement en fait peu de cas,
des spécialistes des relations
internationales comme MM. Willy
Claes et Rik Coolsaet tiennent
toutefois largement compte de ce
facteur.
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
de ernstige problemen onder de aandacht van de mensen wilden
brengen. U hebt de problemen altijd zeer positief benaderd. U zag
enorme mogelijkheden en het ging met ons land uitstekend goed. Maar
kijk, de verkiezingen zijn nog niet voorbij of er duikt al een bericht op
dat de Staatsveiligheid signalen heeft bekomen dat Ford Genk bedreigd
is. Gisteren heb ik uw repliek zeer goed begrepen. De aanval is altijd de
beste verdediging. De pianist is onder vuur komen te liggen. Mijnheer
de minister, zowel ik als mijn partij, wij voelen ons perfect gerust.
Dat is nog niet het essentiële van de zaak. Wij weten nu dat er op dat
moment inderdaad signalen zijn geweest en dat de Veiligheid van de
Staat eigenaardig genoeg uw kabinetschef, de heer Coene, daarover
heeft gecontacteerd - niet de bevoegde minister, maar de heer Coene -
en dat dat allemaal mondeling is gegaan. Achteraf is dan gezegd dat
daarover verder moest nagedacht worden en een rapport moest
opgemaakt worden.
Mijn vraag is opnieuw of het de gewone gang van zaken is dat men
mondeling een duidelijke informatie communiceert aan de heer Coene,
die ook aanwezig was op 23 januari op de vergadering over Ford en die
dus ook wat context kende inzake het probleem, en dat dit dan wordt
afgedaan met een mondelinge afspraak met een Veiligheid van de Staat
waarvan de werkomstandigheden in dit Parlement al dikwijls onder de
aandacht van de minister zijn gebracht. Dat laatste is misschien iets
voor een andere commissie. Mijn vraag is of dit de gewone gang van
zaken is: men verwittigt niet de bevoegde minister; men voert een
mondelinge communicatie met de heer Coene, die al wist dat er al een
probleem was; dan beperkt men de opdracht tot "dit verder uitzoeken"
en daar zou dan niets meer mee gedaan zijn.
Ik kan uw reactie al bijna voorspellen: de boodschappers zijn in dezen
het probleem. Dat neemt niet weg dat wij nu weten uit de
krantenartikels die wij gisteren hebben gelezen dat de voorzitter van
Comité I dit zo relevant vond en zo tekenend voor het slecht
functioneren van de dienst Veiligheid van de Staat dat hij daar een
onderzoek over heeft gevraagd. Ik vind dat wij in deze commissie met
recht en reden mogen vragen wat nu met deze nieuwe informatie wordt
gedaan? Ik koppel daaraan het merkwaardige verhaal van minister
Dewael die tijdens het zomerreces aan Ford een nieuw aanbod zou
hebben gedaan. Hij zou hebben gezegd dat er nog 100 miljoen euro
extra aan indirecte steun zou kunnen komen. Mijn vraag is dan: wist
minister Dewael meer op dat ogenblik? Is het onwaarschijnlijk om te
denken dat hij ook met de heer Coene contact zou hebben gehad? Mij
is niet duidelijk hoe ik de chronologie van deze dingen moet zien.
Wat wist de regering over deze geruchten en over de intenties van
Ford? Wat heeft ze toen actief gedaan om het euvel te vermijden?
Over de geruchten kan u allerlei stoere verklaringen afleggen. Ik lees
ook wat Willy Claes en professor Coolsaet zeggen. De context is van
die aard dat er heel wat mensen met autoriteit suggereren dat onze
geïsoleerde positie op het internationale vlak ten opzichte van Amerika
wel degelijk zijn invloed zou kunnen hebben gehad op economische
beslissingen. U moet hier dus echt niet komen vertellen dat het
allemaal uit de lucht zou zijn gegrepen. Dat lijkt mij niet echt
geloofwaardig.
Mijnheer de voorzitter, dat zijn mijn vragen.
Mijnheer de eerste minister, ik heb vragen over een vergadering in
januari 2002 en de aanwezigheid hierop van uw kabinetschef. Ik heb
vragen over de loonkosten. Ik heb ook vragen bij het acute probleem. Ik
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
lees overigens in het Belang van Limburg van vandaag, 11 oktober
2003, dat de werkgevers dat verder het normaalste probleem vinden. Ik
heb vragen over het probleem van de loonkosten en over de blokkering
in de regering. Plots wordt dit alles nu bespreekbaar. Ik heb daar
natuurlijk ook een aantal vragen bij. Kon het toen niet bespreekbaar
worden gemaakt?
U maakt een reis naar Amerika, waar u de Ford-top tracht te
ontmoeten. Er komt informatie van de Veiligheid van de Staat, die op
een weinig conventionele manier wordt gecommuniceerd en geen
opvolging krijgt. En plots is er minister Dewael, die een extra bod doet.
Mijn vragen hierover zijn de volgende. Wat wist de regering over deze
plannen? Wat heeft ze op dat ogenblik gedaan met het probleem van
de loonkosten om te kijken of ze deze beslissingen en andere
economische actoren nog zou kunnen afwenden? Ford is immers niet
het enige sociale drama dat zich in de voorbije periode heeft voltrokken.
Ik trek geen conclusies vooraleer ik de antwoorden op mijn vragen heb
beluisterd. Mijnheer de eerste minister, ik hoop wel dat we op de vragen
objectieve antwoorden, ontdaan van alle passie ten opzichte van de
oppositie, zullen krijgen.
01.02 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Mijnheer de eerste minister, in
de commissie voor het Bedrijfsleven van vorige week maakte
staatssecretaris Van Brempt haar opwachting samen met minister
Moerman. Na de vergadering bleek er meer onduidelijkheid te bestaan
dan vóór de vergadering. Mijn eerste interpellatieverzoek was trouwens
aan u gericht. Ik ben dan ook blij dat ik u hier vandaag mag
verwelkomen. Het had echter allemaal een week eerder gekund. We
laten dat voor wat het is. We hadden hier anders toch ook gezeten. Er
heeft zich inmiddels immers een aantal ontwikkelingen voorgedaan die
mijn aandacht getrokken hebben. Ik wil u daarover dan ook de nodige
uitleg vragen.
Ik zeg er meteen bij over de onthullingen van de directeur van het
Comité I in verband met de Veiligheid van de Staat, dat ik mij alleen zal
toespitsen op Ford Genk. Over de concrete feiten van het dossier van
de Veiligheid van de Staat zal mijn collega Filip De Man het woord
nemen.
Mijnheer de eerste minister, mijn eerste vraag van de drie die ik
vandaag aan u wil stellen, heb ik het langst geleden ingediend. Het gaat
over een artikel in De Morgen van 2 oktober 2003. Daarin werd gesteld
dat de toplui van Ford onder andere de operationele directeur de heer
Booth een andere versie over de beslissingen die Ford Europa zou
genomen hebben, aan de regering zou opgedist hebben dan aan de
vakbonden. Het zijn de vakbonden die met dit verhaal naar buiten
gekomen zijn.
Ik zal citeren uit het artikel. Het ligt hier naast mij. "Booth vertelde de
bonden dat de voor Genk voorziene 900 miljoen euro niet geïnvesteerd
zouden worden. Aan Verhofstadt zou Booth verteld hebben dat toch
nog een deel van die investering uitgevoerd zou worden." Daarover moet
natuurlijk klaarheid geschapen worden. Mijnheer de eerste minister, ik
denk dat dit een van de belangrijkste vragen is die ik in mijn
parlementaire carrière over Limburg zal stellen. Het gaat immers over
de toekomst van 3.000, misschien wel van 6.000 en van in totaal 9.000
arbeiders uit Limburg en omstreken.
Dit is dus een pertinente vraag. Is er een andere uitleg gegeven? Zo
01.02 Bert Schoofs (VLAAMS
BLOK): Notre réunion de lundi, à
laquelle seules les ministres Van
Brempt et Moerman ont assisté,
n'a apporté que peu
d'éclaircissement. D'ailleurs,
certains nouveaux faits majeurs
sont apparus entre-temps. Nous
exigeons la clarté la plus complète
sur ces révélations qui concernent
l'avenir de 9.000 travailleurs.
Le quotidien De Morgen rapporte
dans ses éditions du 2 octobre que
la direction de Ford s'est exprimée
très différemment sur la
restructuration selon qu'elle
s'adressait au gouvernement ou
aux syndicats. Qu'a dit exactement
M. Booth? Les investissements
vont-ils être effectués
intégralement, partiellement ou pas
du tout? Le premier ministre prête-
t-il foi aux déclarations des
dirigeants de Ford? Peut-il lever les
doutes sur le sort de Genk?
Il est apparu dès 2002 que
l'implantation belge de Ford se
portait mal. M. Gabriels, ministre à
l'époque, avait craint de grosses
difficultés. Il avait déjà rencontré la
direction à l'époque. Qu'avait-il été
dit à propos des réductions de
charges en général et du travail en
équipes en particulier? Les
préoccupations en la matière avait-
elles été relayées au niveau
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
nee, wat is de verklaring voor de door de vakbonden beweerde
discrepantie in die uitleg? Zo ja, wordt er dan een deel van de
investeringen uitgevoerd? Wat werd daarmee precies bedoeld door de
Ford-top, indien hij dat zo aan u heeft voorgesteld?
Ten slotte, het is moeilijk om dit te vragen, ik durf het bijna niet vragen,
maar hecht u geloof aan die verklaring van de stelling van de Ford-
toplui? Aan de poorten van Ford Genk wordt er namelijk - zeker wat
Ford Europa betreft - met scepticisme gekeken en geluisterd naar wat
allemaal wordt verklaard. Het is heel belangrijk, mijnheer de eerste
minister, dat u hieromtrent de twijfel zou kunnen wegnemen.
Wanneer ik zie wat er de laatste dagen alweer aan het licht is gekomen
omtrent dat dossier van de Veiligheid van de Staat - collega
Vandeurzen heeft de chronologie al uitgelegd - dan stel ik mijn tweede
vraag toch onder enig voorbehoud. Ik weet namelijk ook niet wat u zal
verklaren omtrent wat er in 2002 is gebeurd. Collega Vandeurzen heeft
gezegd dat hij nog geen conclusie trekt, maar ik denk dat we nu al
mogen zeggen dat toen de basis is gelegd voor de Ford-beslissingen
die op 1 oktober zo jammerlijk voor de buitenwereld zijn overgekomen
en die de situatie van Limburg op economisch vlak er niet op verbeterd
hebben.
VLD-collega Jaak Gabriëls - collega Vandeurzen heeft ook daarover al
de belangrijkste uitleg gedaan - heeft blijkbaar al in 2002 gezien dat er
moeilijkheden waren bij Ford Genk. Hij zegt dat hij de Ford-top heeft
uitgenodigd en dat Ford Genk het zwakste broertje bleek te zijn van de
vier Europese vestigingen. Er zouden bepaalde alarmsignalen de wereld
ingestuurd zijn. Mij interesseert concreet, mijnheer de eerste minister,
wat er toen gezegd is over de lastenverlaging op ploegenarbeid; de
loonkostenverlaging.
Is het waar dat toenmalig minister Jaak Gabriëls daarover tegen u een
opmerking heeft gemaakt en dat aan de regering heeft voorgelegd? Is er
in het kernkabinet gesproken over de lastenverlaging op ploegenarbeid
naar aanleiding van het dossier Ford Genk? Het was toch Jaak Gabriëls
die heel wat verklaringen aflegde en die recent door de heer Bart
Somers werd teruggefloten, toen hij zei dat men Ford Genk juridisch
moest vervolgen en dergelijke.
Hoe dan ook, het staat als een paal boven water dat destijds het
dossier over de moeilijkheden van Ford Genk aan de oppervlakte kwam
en dat er werd gepraat over lastenverlaging op ploegenarbeid.
Mijnheer de minister, kunt u hierover meer duidelijkheid geven?
Mijn derde vraag betreft de Veiligheid van de Staat, het Comité I en de
verklaringen van voorzitter Delepierre in verband met Ford Genk. Is het
een toeval dat dit ene feit met betrekking tot Ford Genk wordt
uitgekozen om enige mankementen in de communicatie tussen de
Veiligheid van de Staat en de regering bloot te leggen? Is het een toeval
dat Ford Genk wordt aangehaald door de voorzitter van het Comité I om
aan te tonen dat de Veiligheid van de Staat geruchten heeft opgevangen
waar niets mee is gebeurd? Er moet destijds toch iets geweest zijn dat
belangrijk was voor de veiligheid van het land, minstens de
economische veiligheid. Wat is daarmee gebeurd? De persbundel van
destijds is indrukwekkend, alsook de verklaringen van de minister van
Buitenlandse Zaken, Louis Michel.
Een van de reacties van de Amerikaanse overheid kwam met name van
minister van Defensie Rumsfeld die het inexcusable noemde.
fédéral? Tout cela a-t-il été examiné
au cabinet restreint?
Apparemment, des rumeurs au
sujet de la sécurité économique du
pays circulaient depuis un certain
temps déjà. Hier, le premier
ministre a minimisé le rôle joué par
la Sûreté de l'Etat. Mais est-ce un
hasard toutefois si le Comité R
évoque le dossier Ford pour illustrer
les lacunes observées dans le
fonctionnement de la Sécurité de
l'Etat? Peut-on considérer sans
plus que la dégradation des
relations entre la Belgique et les
Etats-Unis n'a pas influencé la
décision de Ford? Le professeur
Vereeck du LUC n'en est pas
convaincu.
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
Men kan dan wel verwachten dat er achteraf een prik wordt gegeven.
Die prik is nu net bij Ford Genk terechtgekomen. Mijnheer de eerste
minister, u gelooft dat misschien niet, maar ik verkeer in elk geval in
goed gezelschap. Collega Vandeurzen heeft daarnet al een aantal
namen uit de politieke wereld vernoemd. Ik vernoem er een uit de
economische wereld, met name professor Lode Vereeck van het LUC.
Hij zegt dat de Irak-kwestie minstens onrechtstreeks wel degelijk van
invloed is geweest op wat nu bij Ford Genk gebeurt.
Ik wil nogmaals uw mening daarover vernemen, zeker na wat er de
jongste dagen aan het licht is gekomen.
01.03 Hans Bonte (sp.a-spirit): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, mijn vragen hebben enkel betrekking op wat er vandaag
en morgen moet gebeuren en welke politieke conclusies de regering uit
dit drama zal trekken. Dat interesseert mij meer dan een antwoord op
de vraag of er in het verleden al of niet overleg werd gepleegd en dan
alle speculaties die daaromtrent de voorbije dagen in de media
circuleren.
Ik wil vooral zicht krijgen op wat er vandaag precies gebeurt op het vlak
van overleg tussen de vakbonden en de bedrijfstop. Weet de regering of
er duidelijker garanties of intentieverklaringen komen van de
internationale zetel van Ford inzake het behoud van de site in Genk?
Weet zij meer bepaald of er indicaties zijn dat de kans dat de Mondeo
in Genk zal worden geproduceerd, ook effectief toeneemt?
Mijn volgende vraag heeft betrekking op wat ik de structurele
oplossingen zou durven te noemen die men moet zoeken om enerzijds,
de kans op dergelijke drama's te minimaliseren en anderzijds, de
sociale opvang bij dergelijke herstructureringen en collectieve ontslagen
te verbeteren. Ik verklaar mij nader. Vorige maandag hebben wij hier
een eenstemmig pleidooi gehoord om alles op alles te zetten om de
kansen op hertewerkstelling van de Ford-werknemers te verhogen. Er
werd daarbij verwezen naar de in globo succesvolle aanpak die men
mijns inziens met een korreltje zout moet nemen bij Renault-
Vilvoorde. Daar heeft men gewerkt met een hertewerkstellingscel
waarin het bedrijf, de regio's en de federale overheid waren
geëngageerd. Dat was een soort model dat toeliet de hertewerkstelling
van mensen te bevorderen en de kans dat de betrokken werknemers in
de structurele werkloosheid verzeilen, te verkleinen.
Een specifiek punt dat vorige maandag ter sprake kwam en dat ik
vandaag nogmaals onder de aandacht wil brengen, is dat wanneer men
aan een dergelijk instrumentarium werkt ik hoop dat men daaraan
werkt en dat u daarover ook informatie hebt , de kans zeer groot is dat
het compleet voorbijgaat aan de werknemers in de
toeleveringsbedrijven. Zij zijn misschien nog het meest kwetsbaar
wanneer we de analyses bekijken van de hertewerkstelling in de
omgeving van Vilvoorde. Daar zijn het precies de werknemers bij de
toeleveranciers die helemaal in de kou bleven staan en geen beroep
konden doen op die inspanningen inzake hertewerkstelling,
outplacement enzovoort.
Op de korte termijn moeten wij er alles aan doen en een zo groot
mogelijke zekerheid te bieden dat de Ford-vestiging hier blijft.
Daarnaast moeten we het instrumentarium voor hertewerkstelling
aanbieden.
Wat het structureel vlak betreft, vraag ik me af of het niet wenselijk is
dat de federale regering of dit Parlement een wetgevend initiatief neemt
01.03 Hans Bonte (sp.a-spirit):
Ma question n'a pas trait aux
rumeurs propagées récemment
mais aux conclusions législatives
que le gouvernement compte tirer
des événements de Ford Genk.
La direction de Ford a-t-elle déjà
donné plus de garanties qu'elle ne
l'a fait jusqu'ici en ce qui concerne
le maintien du site de Genk et la
production de la Mondeo?
La commission de l'Economie a
estimé unanimement qu'il fallait
prendre des mesures pour offrir aux
travailleurs touchés par ce drame
social le plus de chances possible
de retrouver un emploi. On pourrait
s'inspirer de l'approche suivie lors
de la fermeture de Renault Vilvorde,
approche qui a donné de bons
résultats et a consisté à mettre sur
pied une cellule de reconversion
composée de représentants de
l'entreprise, des Régions et du
pouvoir fédéral.
En cas de licenciement collectif ou
de fermeture d'une entreprise, il
faudrait permettre aux travailleurs
concernés, en instaurant une
procédure structurelle, de faire
appel aux services d'une cellule de
reconversion. Et cette possibilité
devrait être également offerte aux
travailleurs d'éventuelles entreprises
de sous-traitance. Je pense qu'il
serait judicieux de prendre une
initiative législative afin d'adapter en
ce sens la législation sur les
restructurations. Le gouvernement
envisage-t-il une telle mesure?
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
teneinde de hertewerkstellingscellen en de hefbomen voor
hertewerkstelling in te schrijven in de sluitingswetgeving, in de
herstructureringswetgeving of in de wetgeving inzake collectief ontslag.
De voorbije dagen werden een aantal analyses gemaakt inzake de
Renault-wetgeving. Verbeteringen zijn, mijns inziens, noodzakelijk. Ik
herhaal dat ik het wenselijk vind de wetgeving op collectief ontslag of
sluiting van ondernemingen kritisch onder de loep te nemen. Het zou
goed zijn mocht de regering een initiatief nemen opdat men in de
toekomst bij collectief ontslag beroep kan doen op de
hertewerkstellingscellen. Op die manier kunnen ook werknemers van
bedrijven die in alle anonimiteit herstructureringen doorvoeren of
collectief ontslag toepassen beroep doen op deze hertewerkstelling.
Mijnheer de eerste minister, overweegt de regering naar aanleiding van
de problemen bij Ford Genk een dergelijke structurele oplossing uit te
werken in de bestaande wetgeving? Uit de berichtgeving van deze
ochtend heb ik begrepen dat de werkgelegenheidsconferentie op dat
vlak weinig soelaas en weinig perspectieven biedt. Daarom stel ik mijn
pertinente vraag aan u.
01.04 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de eerste minister, het Comité I bracht naar voren dat er twee
redenen waren die aan de oorsprong liggen van de beslissing van de
Amerikanen. Een eerste reden is de economische neergang.
Anderzijds is de beslissing gericht tegen, ik citeer: "landen die weinig
coöperatief waren met de VS".
Mijnheer de eerste minister, u kunt dat in alle talen ontkennen. De
voorzitter van de begeleidingscommissie de heer De Decker kan dat
ontkennen zoals hij gisteren op Radio 1 gedaan heeft. Iedereen weet
echter dat het gaat over de houding van uw regering inzake Irak en
inzake de genocidewet. Ik wil ingaan op de ontkenning van de heer De
Decker. We leerden gisteren dat dit verband niet werd gelegd tijdens de
zitting met het Comité I. Dat is vrij grof. Onmiddellijk na het betoog van
de voorzitter van het Comité I werd zijn mededeling nog versterkt door
volgende uitspraak van de heer De Croo die daar aanwezig was in zijn
hoedanigheid van voorzitter van de begeleidingscommissie van het
Comité P. De heer De Croo verklaarde, ik citeer ongeveer letterlijk de
teneur is echter wel correct "Als ik de hoogste gezagsdragers
daarover aanspreek, glijdt dit van hen af als van" nu volgt echt
Decroiaans "een toile cirée.". Dat zijn de woorden van de heer De
Croo. Indien de eerste burger van het land de woorden "de hoogste
gezagsdragers" in de mond neemt, vermoed ik dat het niet gaat over de
burgemeester van Genk of de provinciegouverneur van Limburg maar
over de eerste minister en/of de minister van Buitenlandse Zaken. Ik
stel met grote zekerheid dat de heer De Decker een onwaarheid heeft
gedebiteerd en dat zijn collega van de Kamer duidelijk heeft ingespeeld
op het grote ongenoegen dat bestaat bij de VS.
Wat is nu de kern van de zaak? Wie zich als een opgeblazen kikker
gedraagt tegenover een economische reus krijgt vroeg of laat de
rekening gepresenteerd. Ik heb natuurlijk als voorbereiding van mijn
interpellatie heel wat krantenknipsels doorgenomen. Ik geef een paar
titels zoals ik ze gevonden heb. Bijvoorbeeld in Het Volk: "Minister
Michel ligt niet wakker van economische boycot". Eerste minister
Verhofstadt zegt: "Wij laten ons niet intimideren". "Amerika woedend op
ons land". Dat zijn de koppen die al een paar jaar verschijnen in onze
pers en die duidelijk weergeven dat er een ernstig probleem bestaat.
Ik wil u iets vragen, mijnheer de eerste minister. Aangezien u natuurlijk
moeilijk kon twijfelen aan de geloofwaardigheid van het Comité I moest
01.04 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): Selon les informations
révélées par le Comité R, il y a
deux raisons aux licenciements
chez Ford Genk: le ralentissement
économique et l'attitude
peu
coopérative de notre pays à l'égard
des Etats-Unis. M. De Decker,
assez curieusement, a nié dur
comme fer que ce lien avait été
établi. La réaction de M. De Croo a
été totalement différente. Lorsqu'il
s'est adressé aux plus hauts
responsables au sujet
des
renseignements mentionnés, ceux-
ci ont fait manifesté une parfaite
indifférence. Le discours de M. De
Decker était manifestement faux.
La Belgique s'est comportée
comme un nain qui défie un géant
et elle s'est vu présenter la note. La
crédibilité du Comité R ne fait
aucun doute. Depuis longtemps
déjà, le gouvernement avait
connaissance des informations que
nous connaissons tous aujourd'hui.
Pourquoi la chancellerie n'y a-t-elle
pas donné suite ni pris le problème
à bras-le-corps?
Selon un communiqué de presse
du premier ministre Verhofstadt en
personne, la Sûreté de l'Etat a
rédigé deux rapports sur cette
affaire. L'information ne peut donc
reposer exclusivement sur une
déclaration occasionnelle, comme
l'a affirmé le premier ministre.
L'ampleur de l'affaire ressort en
outre du fait que l'administrateur
général de la Sûreté de l'Etat et le
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
u toch aannemen dat de informatie over de komende catastrofe bij Ford
Genk wel degelijk aanwezig was bij de Veiligheid van de Staat? Het
Comité I zou daar anders niet mee uitpakken. Ik wil dus van u horen
waarom die informatie niet ernstig werd genomen. Uw Kanselarij werd
op de hoogte gebracht en heeft daar verder niets mee gedaan. Nee, uw
Kanselarij - of u zelf - heeft zelfs aanvaard dat de Veiligheid van de
Staat de zaak zelf wel zou bekijken en zien of er eventueel nog eens
rapport moest worden uitgebracht. Ik heb hier uw persmededeling van
gisterenmiddag waarin u zegt dat het ging om twee verslagen - toch
twee verslagen - wat een beetje eigenaardig is want daarna zegt u dat
het gaat over één occasionele, niet verifieerbare, anonieme bron.
Enerzijds, minimaliseert u de zaak dus tot en met. Anderzijds, moeten
wij uit uw eigen persmededeling vaststellen dat er toch telefonisch
contact was van niemand minder dan de administrateur-generaal van de
Veiligheid van de Staat met niemand minder dan de voorzitter van de
Kanselarij, de heer Luc Coene. Ofwel bent u dus bezig de zwartepiet
door te schuiven naar de heer Coene, die ongenaakbaar is nu hij bij de
Nationale Bank werkt, ofwel hebt u zelf uw job niet goed gedaan en
probeert u nu eronderuit te muizen door de zaak te minimaliseren.
Ik moet eraan toevoegen dat in het algemeen, tot in alle lagen van de
bevolking, de notie is doorgedrongen dat deze regering en de minister
van Buitenlandse Zaken in het bijzonder met hun arrogante houding,
met die aanmatigende houding van de paarse en vroeger van de paars-
groene regering op het internationale forum, ons al veel nadeel
berokkend heeft en dan vooral aan Vlaanderen. Wij denken vandaag
vooral aan de gevolgen voor Genk, ik weet wel dat er ook 500 Waalse
mensen werken bij Ford Genk. Toch, de economische schade die wij
hebben opgelopen dankzij de heer Michel is, net als na zijn Oostenrijk-
uitspraken, vooral in Vlaanderen merkbaar. U kunt wel zeggen,
mijnheer de eerste minister, dat u België weer op de wereldkaart gezet
hebt, maar ik denk dat veel mensen plaatsvervangende schaamte
voelen wegens de wijze waarop u dat gedaan hebt.
Ik kom tot mijn vragen. Waarom gaf u geen gewicht aan die twee
rapporten van de Veiligheid van de Staat in juni? Waarom hebt u de
zaak niet tot u getrokken? Hebt u daar de goed-nieuws-show willen
redden die u al een paar jaar opvoert?
président de la chancellerie se sont
concertés à plusieurs reprises à ce
sujet.
Toute la population sait depuis
plusieurs années déjà que l'attitude
arrogante de ce gouvernement et
du précédent a occasionné des
dommages significatifs à la
Belgique, et surtout à la Flandre. Je
songe notamment aux déclarations
du ministre Michel sur l'Autriche.
La Belgique a certes retrouvé sa
place sur la carte du monde, mais
nous en sommes honteux pour le
ministre. Pourquoi le gouvernement
n'a-t-il donné aucune suite aux
deux rapports de la Sûreté de
l'Etat? Pourquoi le premier ministre
ne s'est-il pas chargé
personnellement de ce dossier?
Pourquoi a-t-il continué à propager
de bonnes nouvelles?
01.05 Geert Bourgeois (N-VA): Mijnheer de eerste minister,
minstens twee maal hebt u en heeft uw regering ernstige signalen
gekregen dat er zware problemen dreigden voor Ford Genk. De eerste
keer was op 23 januari 2002.
Dat weten we door de goede zorgen van uw collega uit de meerderheid,
de heer Lano, die bekendmaakte dat er een vergadering was met de
directie van Ford Genk, in aanwezigheid van leden van de Vlaamse
regering en van de heer Coene als vertegenwoordiger van de federale
regering. Bijgevolg was u er ook aanwezig, mijnheer de eerste minister,
aangezien u gisteravond op de radio zei: "Als Coene er is, dan ben ik
er". U voegde eraan toe dat Verhofstadt Coene is en dat Coene
Verhofstadt is en dat u de verantwoordelijkheid opneemt voor wat de
heer Coene zegt, doet en niet doet.
U was dus aanwezig op die vergadering, mijnheer de eerste minister,
en dat is heel belangrijk want blijkbaar is op 23 januari gesproken over
zware problemen bij Ford Genk, over nakende herstructurering en over
nieuwe investeringsplannen. Er is ook een beroep gedaan op de
overheid. De Vlaamse overheid werd gevraagd expansiesteun te geven.
Als wij de heer Lano en minister Van Mechelen mogen geloven is toen
01.05 Geert Bourgeois (N-VA):
L'autorité publique a reçu à deux
reprises un signal sérieux indiquant
que quelque chose se tramait à
Ford Genk. Aux dires de Pierre
Lano, il y a eu le 23 janvier 2002
une réunion à laquelle ont participé
Ford Genk et des représentants
des gouvernements fédéral et
flamand. Lors de cette assemblée,
une restructuration imminente a été
annoncée et l'aide du gouvernement
flamand a été demandée. A ce
moment-là, déjà, le problème des
charges salariales excessives sur
le travail de nuit et d'équipe avait
été signalé au gouvernement
fédéral. Le ministre Van Mechelen
a déclaré que ce dernier point avait
encore été abordé à plusieurs
reprises dans le courant de l'année
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
vanuit Ford Genk het dossier van de te zware lasten en kosten op
ploegenarbeid en meer bepaald nachtarbeid, op uw bord gelegd. Wat
hebt u daarmee gedaan, mijnheer de eerste minister? U was toch
aanwezig!
Volgens de heer Coene gaf u daaraan geen verder gevolg. Dat was in
januari 2002. Minister Van Mechelen zegt nu in de krant dat de federale
regering vroeger al wist dat ploegenarbeid te duur is. Hij voegt eraan toe
dat hij als verantwoordelijk minister, toen Opel Antwerpen in de zomer
van 2001 besparingsplannen had, het probleem had aangekaart en dat
hij het later opnieuw ter sprake bracht. U ging daarop evenwel niet in,
mijnheer de eerste minister.
Thans tracht men terecht nog wat meubelen te redden via
herstructurering en outplacement. De heer Bonte doet een aantal
voorstellen waarvan ik het nut wat in vraag stel. Mijnheer Bonte, volgens
mij moet dat niet in een wet worden ingeschreven en kan ook zonder
een wet een beroep worden gedaan op tewerkstellingscellen. De
realiteit is dat die arbeidsplaatsen wegvallen, dat er drieduizend
werknemers op straat staan en dat zulks gevolgen heeft voor de
toeleveringsbedrijven.
Plots, op de tewerkstellingsconferentie opnieuw beleid ad hoc legt u
het dossier van de te zware lasten op ploegenarbeid op tafel. Waarom
deed u dat destijds niet, mijnheer de eerste minister? Waarom
reageerde u toen niet? U was aanwezig en de vraag werd u gesteld. Het
was geen lacheding, het ging om een bedrijf met negenduizend
werknemers. Al die tijd hebt u echter niet gereageerd.
Het tweede signaal dat u kreeg kwam er in juni 2003, toen de Veiligheid
van de Staat, zogezegd uit anonieme bron, vernam dat er risico's waren
voor Ford Genk. We kennen dat van bij de politie, die anonieme
bronnen; eigenlijk zijn dat perfect bekende bronnen waarvan de politie of
de Veiligheid van de Staat zegt dat ze anoniem zijn. Hoe dan ook,
volgens die anonieme bron zou Ford wereldwijd moeilijkheden hebben
en productieoverschotten maken en moest het bedrijf saneren of
herstructureren. Als ik u mag geloven, mijnheer de minister, werd in die
anonieme berichtgeving de eerste maal melding gemaakt van de
houding van België ten aanzien van Amerika, met betrekking tot de
Irak-oorlog. De tweede keer zou dat niet het geval zijn geweest.
Ook daarvan werd u op de hoogte gebracht, dat hebt u verklaard. De
heer Coene werd daarvan op de hoogte gebracht, rechtstreeks door de
heer Koen Dassen. Uw toenmalige kabinetschef heeft gezegd dat men
dat verder moest onderzoeken en dat men hem op de hoogte moest
houden. Blijkbaar is daar verder niets mee gebeurd en ontving u geen
nieuw rapport. Of misschien ontving u wel een nieuw rapport? Ik zou dat
graag uitgeklaard krijgen. Is er mondeling, telefonisch of op een andere
manier een vervolg gegeven aan heel die historie?
Hoe dan ook, het was de voorzitter van het comité I die dat
bekendmaakte, bijna in de marge als ik u mag geloven van de
voorstelling van het rapport van het comité I in de Senaat. Dat lokt
onmiddellijk politieke spelletjes uit. Niemand minder dan de voorzitter
van de Kamer, de heer De Croo, verklaarde dat hij zijn vrienden ervoor
had gewaarschuwd dat zij risico's liepen met die anti-Amerikaanse
houding.
Thans haalt u uit naar wat u een aantal lichtzinnige reacties noemt. Ik
ben het er echter niet mee eens dat u schiet op de boodschappers, de
kranten die dat belangrijke nieuws uitbrengen.
2002 à l'occasion d'autres
restructurations. Aujourd'hui que
3.000 personnes sont à la rue, ce
dossier devient subitement urgent.
Mais ce problème était connu
depuis longtemps. Pourquoi le
gouvernement n'a-t-il pas réagi plus
tôt?
En juin 2003, la Sûreté de l'Etat a
appris de source anonyme que
Ford était aux prises à des
difficultés à l'échelle mondiale et
que l'attitude de la Belgique
pendant la guerre en Irak n'était pas
de nature à nous avantager. Une
"source anonyme" signifie que la
Sûreté de l'Etat connaît l'origine de
la source mais ne souhaite pas la
dévoiler. Koen Dassen a porté ces
informations à la connaissance de
Luc Coene qui a diligenté une
enquête plus approfondie mais ce
complément d'investigation ne
semble guère avoir donné de
résultats. Tout cela a transpiré en
marge de la présentation du rapport
du Comité R, ce qui a déclenché
une avalanche de manoeuvres
politiciennes. Herman De Croo lui-
même dit avoir pourtant mis ses
amis en garde.
Que le gouvernement ne cloue
donc pas au pilori ceux qui n'ont
fait que divulguer ce type
d'informations. L'opposition, quant à
elle, a pour vocation première
d'interroger le gouvernement quand
de tels incidents surviennent. Au
demeurant, un dirigeant de
l'entreprise Unicore a fait savoir que
la position belge sur l'Irak lui a fait
perdre au moins un contrat
important.
Quelle suite le gouvernement a-t-il
donnée à ces signaux? Il convient à
cet égard de souligner qu'il y a
actuellement des contacts intensifs
entre Ford et le gouvernement. Des
communiqués récents l'indiquent.
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
U schiet op de oppositie, die dat op een heel verantwoorde manier
bespreekt, die doet wat ze moet doen, die interpelleert, die vragen stelt.
Ik weet dat u al geprobeerd hebt het gras voor de voeten te maaien. U
hebt al aan de pers gezegd wat u daarover denkt, maar de oppositie
stelt vragen aan de enige persoon aan wie vragen moeten worden
gesteld de premier , want het is de premier zelf die door de heer
Dassen op de hoogte is gebracht. Coene is Verhofstadt, Verhofstadt is
Coene. U was de op de hoogte op dat moment.
Ondertussen verlegt u natuurlijk de aandacht, zoals wij dat gewend zijn.
Het is de boodschapper die fout is en het is de oppositie die spelletjes
speelt. De realiteit is echter dat u, mijnheer de eerste minister, uitleg
moet geven over wat u, als eerste minister, en de regering gedaan
hebben met die minstens twee belangrijke signalen dat er iets kon
gebeuren met Ford Genk.
Ik laat in het midden of dat te maken heeft met de houding inzake de
oorlog in Irak. Ik lees vandaag in de krant dat de heer Leysen van
Umicore zegt dat hij minstens één serieus contract kwijtgeraakt is in
de Verenigde Staten omwille van de Belgische houding met betrekking
tot de oorlog in Irak. Ik laat ook in het midden of het ernstig was dat
toen gezegd werd dat Ford Genk volledig zou verdwijnen, maar
ondertussen kunt u niet anders dan toegeven dat de berichtgeving van
de Veiligheid van de Staat bevestigd is. Er is enkele maanden na juni
2003 inderdaad een serieuze afslankingsprocedure in gang gezet. Er
wordt heel veel volk afgedankt bij Ford Genk. Uw mededeling dat dit
allemaal niet klopt en dat dit niet meer moest worden geverifieerd, is
ondertussen tegengesproken door de feiten. Er is een enorm probleem
en er komt een enorme herstructurering.
Mijnheer de eerste minister, ik heb een aantal vragen, want dit is
politiek relevant. Wat hebt u ondernomen nadat u geconfronteerd werd
met die vraag van Ford Genk? Wat hebt u ondernomen nadat u dit
signaal hebt gekregen van de Veiligheid van de Staat? Het was kort na
uw regeringsvorming en u was nog volop bezig met de
tewerkstellingsconferentie. U hebt toen op geen enkel moment gezegd
dat u de belasting op ploegenarbeid ging verlagen of structureel iets
ging doen aan die kosten. Nu wordt u plots, tijdens de
tewerkstellingsconferentie, geconfronteerd met de realiteit. De
ontslagen zijn gevallen, de moeilijkheden zijn er en nu zegt u plots dat
u iets zal doen aan die belasting op ploegenarbeid. Laat mij toe te
zeggen dat dit een heel goede maatregel kan zijn voor de toekomst,
maar dit komt jammer genoeg te laat voor die duizenden mensen in
Limburg.
Wat hebt u gedaan, mijnheer de eerste minister nadat u die signalen
kreeg? Uit alle berichten blijkt hetzelfde: de heer Lano, de heer Van
Mechelen, de Veiligheid van de Staat, de heer Coene en uw eigen
radio-interview. Ik lees nochtans dat deze regering heel goede
contacten heeft met Ford. Ik lees zelfs dat er afspraken gemaakt
worden tussen de directie van Ford Genk en de Vlaamse regering over
wat Ford Europa zal zeggen op het moment dat er een taskforce zal
worden opgericht.
Zelfs daarover wordt bijna dag na dag contact gehouden. De directie van
Ford Genk schrijft aan de heer Kerremans: "Zoals afgesproken zullen
wij de volgende statements gebruiken indien de pers ons vraagt wat
onze reactie is op het opstellen van deze taskforce." Ik mag dus bijna
veronderstellen dat u meer contacten hebt gehad met Ford Genk dan
alleen maar op de 23 januari 2002 en nu, naar aanleiding van het
signaal van de Veiligheid van de Staat.
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
De voorzitter: Hiermee is de reeks interpellaties achter de rug. Ik geef het woord aan de eerste minister voor
zijn antwoord.
01.06 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer de voorzitter, ik zou
in de eerste plaats de interpellanten willen danken voor de wijze waarop
zij in hun uiteenzettingen het dossier hebben benaderd. Mijn reactie
gisteren was trouwens niet gericht tegen degenen die mij vandaag
interpelleren. Ze was gericht tegen degenen die, ondanks het feit dat ze
beter wisten en ook al kennis hadden van de mededeling van de
Amerikaanse ambassade, er toch nog in slaagden de mensen op te
jutten. Op die manier maken ze misbruik van de heel moeilijke situatie,
waarin vele families en arbeiders van Ford Genk zijn terechtgekomen.
Mijnheer Bourgeois, ik heb altijd gezegd dat ik graag naar het
Parlement kom. Ik debatteer graag. Ik vind trouwens dat het evident de
plicht is van de regeringsleider om in zo een moeilijke omstandigheden
uitleg te komen verschaffen aan oppositie en meerderheid. Zij vragen
immers terecht wat er gebeurt. Ik kan minder goed overweg met politici,
die gisteren bij het eerste bericht in de krant de pijnlijke situatie waarin
de arbeiders van Ford zijn terechtgekomen, proberen te misbruiken. Ze
wisten nochtans dat de realiteit anders was. Ze hadden immers ook
weet van de mededeling van de Amerikaans ambassade. Toch
misbruiken ze de situatie om aan politieke koppensnellerij te doen. Dat
is gisteren wel degelijk gebeurd in Genk. Er werden oproepen tot
politieke koppensnellerij gedaan. Ze zijn trouwens gisteren uitgebreid in
de pers gekomen via radio en televisie. Vandaag verschenen ze dan
ook nog in de kranten. Daar heb ik het moeilijk mee. Ik denk dat
oppositie voeren wat anders is dan zoiets te doen. Toen gisteren de
bewuste uitspraken werden gedaan door de burgemeester van Genk,
was men immers al perfect op de hoogte van de realiteit en van de
waarheid. Meer bepaald had men al weet van de uitspraken van de
Amerikaanse ambassade, die zei dat er niets aan was van de
informatie die gisteren in de kranten verscheen.
Ik zeg dat even bij wijze van inleiding. Ik wil immers absoluut niet dat u
de indruk krijgt dat mijn misschien emotionele reactie van gisteren het
gevolg was van het feit dat ik door u zou worden geïnterpelleerd. Ik heb
immers al heel veel van u gekregen.
Wat de grond van de interpellaties over de verschillende contacten
betreft, vind ik het vooreerst fantastisch dat er nu plots wordt ontdekt
dat er een probleem van ploegenarbeid is. Ik zit al bijna twintig jaar in
de politiek. Bij mijn weten heb ik gedurende die periode altijd al het
probleem van ploegenarbeid aangekaart. De ploegenarbeid in ons land
wordt zwaarder belast dan in andere landen van de Europese Unie. Dat
is onder meer in Duitsland zo. Dat is trouwens juist een van de redenen
waarom wij meer algemeen een loonlastenverlaging hebben
doorgevoerd. Er is immers niet alleen een probleem van ploegenarbeid.
Er is ook een probleem op het vlak van nachtarbeid en overuren. Er is
uiteraard ook de problematiek van de loonkosten in het algemeen.
Men geeft hier nu indruk dat de regering niets heeft gedaan. Men vraagt
wat wij hebben gedaan naar aanleiding van de vergadering die in januari
2002 werd gehouden. Ik heb nu het volgende gedaan. Ik heb gevraagd
dat men mij de slides zou laten bezorgen van die vergadering. Men zegt
dat ik niet op de vergadering was. Ik was wèl op de vergadering. Ik was
er vertegenwoordigd door een tussenpersoon, de heer Coene. Toch heb
ik de slides even opgevraagd. Op de duur worden er immers verhalen
verteld over die vergadering.
Welke documenten heeft Ford Genk effectief uitgedeeld op de bewuste
01.06 Guy Verhofstadt, premier
ministre: Je voudrais dire avant
toute chose que ma réaction
assez radicale d'hier n'était pas
tournée contre les auteurs des
interpellations d'aujourd'hui mais
contre ceux qui, dès la parution
des articles dans la presse, ont
estimé devoir se prêter à des jeux
de politique politicienne et ont
abusé de la tragédie sociale dont le
Limbourg est le théâtre. Certains
ont même persévéré dans la
malveillance, même après le
démenti opposé par l'ambassade
des Etats-Unis à la teneur des
articles de presse.
Au cours des derniers jours,
certains ont feint de découvrir le
problème des charges salariales
élevées dans notre pays. Cette
question n'a bien évidemment pas
été abordée pour la première fois
en janvier 2003, lors de la réunion
avec la délégation de Ford. Un
accord a été conclu au cours de
cette réunion, à laquelle a assisté
M. Coene, mon chef de cabinet. Il
ne s'agissait pas d'un vague
engagement. Aux termes de
l'accord, la possibilité était donnée
à Ford de réduire son personnel à
Genk de 1.400 unités et, en
contrepartie de l'aide apportée par
le gouvernement flamand,
l'entreprise devait y réaliser un
investissement substantiel.
J'ai ici les textes des transparents
que la délégation de Ford a utilisés
durant la réunion. Je les mettrai à
la disposition des membres de la
commission. On y distingue trois
grandes parties.
La première partie constitue un
aperçu des activités de Ford en
Belgique.
Ensuite sont énumérées les
entraves à la compétitivité
auxquelles les entreprises sont
confrontées dans notre pays. Il y
est question notamment de
l'indexation automatique des
salaires, de l'absence de subsides
pour les déplacements entre le
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
vergadering?
Alvorens hierop in te gaan, wil ik toch even zeggen dat de vergadering
een gevolg heeft gehad. Ze heeft immers geleid tot een akkoord, waarbij
Ford Genk een afslanking van het personeelsbestand met
1.400 eenheden heeft aangekondigd. Laten we dat niet vergeten.
Volgens dat akkoord heeft het bedrijf ook, in ruil voor een aantal
toezeggingen van de Vlaamse regering, een aantal nieuwe
investeringen gepland. Men doet hier nu alsof er een vergadering is
geweest in januari 2002, die nooit gevolgen heeft gehad. Historisch is
dat totaal onjuist.
Er heeft een vergadering plaatsgevonden in januari 2002. Op het einde
van het jaar heeft die geleid tot een ondertekend akkoord tussen Ford
en de Vlaamse regering, waarbij van beide zijden een aantal
toezeggingen werden gedaan, zoals, enerzijds, afslanking van het
personeel en, anderzijds, een geschreven en ondertekend akkoord
geen belofte - voor investeringen die in de loop van de jaren 2004-2005
zouden worden doorgevoerd en die in een totaalpakket van 900 miljoen
euro werden samengevat.
Hier wordt nu gedaan alsof aan die vergadering nooit een gevolg werd
gegeven. Er werd wel degelijk een gevolg aan gegeven, want er stond
een akkoord op papier, met handtekeningen, zowel van de Vlaamse
overheid enerzijds als van Ford anderzijds.
Men vraagt mij wat ik daarmee gedaan heb. Wel, ik heb een pak
maatregelen genomen. Ik zou die allemaal kunnen opsommen. Het
gaat om maatregelen onder meer ten gevolge van die vergadering, maar
niet alleen van die vergadering, ook van andere vergaderingen. Wij
hebben namelijk regelmatig vergaderingen gehad met het VBO, VEV en
Agoria, waarbij ons werd gezegd in welke richting wij het beleid zouden
moeten voeren. Trouwens, Agoria maakt niet voor de eerste keer
opmerkingen over de problemen van de loonkosten: zij doet dat al meer
dan twintig jaar in ons land. Als er volgens mij één regering iets aan de
loonkosten heeft gedaan, dan is het wel deze regering. Momenteel
voegen wij namelijk 800 miljoen euro toe aan de 3,6 miljard euro
lastenverlaging in ons land -ik zal dat nu niet omrekenen in Belgische
frank. En dan vraagt men mij wat wij gedaan hebben aan het
loonkostenprobleem! Welnu, wij hebben gezorgd voor 3,6 miljard euro
lastenverlaging in de voorbije jaren. Dat is zeer concreet.
Ik zal opsommen welke verschillende punten aan bod gekomen zijn
tijdens die vergadering. Ford heeft toen drie slides gepresenteerd. De
eerste ging over Ford in België. De tweede ging over België en zijn
competitieve nadelen. Dat is een goede analyse, die trouwens terug te
vinden is in alle mogelijke rapporten van het IMF, de OESO en
dergelijke meer, wat onze competitieve nadelen betreft. De Maribel
moest destijds worden terugbetaald. Dat hebben wij ook opgevangen. Ik
zal onmiddellijk zeggen op welke manier wij dat probleem uit de wereld
hebben geholpen: door een specifieke, structurele lastenverlaging door
te voeren, waarvan voor de meeste bedrijven die daaronder vielen, de
betaling hoger is dan wat zij moesten terugbetalen in het kader van de
Maribel. Ik ben niet verantwoordelijk voor de Maribel, maar wij hebben
het Maribel-debacle wel moeten opruimen. Welnu, dat debacle is
opgeruimd door de doorvoering van een structurele lastenverlaging van
2,6 miljard euro, die in dat pakket zit van 3,6 miljard euro. U weet dat
de zaak Maribel de veroordeling is die wij bij de Europese Unie hebben
opgelopen omdat wij aan specifieke sectoren ik hoop dat wij nooit
meer in die fout mogen vervallen lastenverlagingen wilden toestaan.
Wij hebben daarvoor een veroordeling door de Europese Commissie op
ons dak gekregen. Tot het jaar 2002 hebben wij jaarlijks
domicile et le lieu de travail, du
paiement bimensuel des salaires,
des normes sévères en matière
d'environnement, du monopole
d'Electrabel dans le secteur de
l'énergie et des temps de repos
rémunérés.
Enfin, Ford demande au
gouvernement de prendre une série
de mesures concrètes. Cette liste
comprend entre autres: des
mesures de soudure, des aides
supplémentaires pour certains
points concrets, une compensation
pour la perte de l'aide Maribel et le
remboursement des coûts
énergétiques.
Quelles dispositions le
gouvernement a-t-il prises pour
satisfaire les attentes de Ford et,
plus généralement, du monde
économique? Je cite: l'exemption
de l'obligation en matière de
premier emploi, l'instauration d'un
régime fiscalement favorable
applicable au trajet entre le
domicile et le travail, la majoration
des indemnités perçues en cas de
chômage temporaire, le
renforcement de la libre
concurrence sur le marché de
l'énergie et la mise en oeuvre d'une
importante série de mesures de
réduction du coût salarial à
concurrence d'un montant de 3,6
milliards d'euros. Contrairement à
certains de ses voisins, la Belgique
respecte très bien les normes
relatives à la majoration des
charges salariales.
La situation chez Ford Genk s'est
traduite par une ouverture politique
qui nous permet de régler le
problème du travail en équipes.
Pour renforcer la compétitivité de
notre pays face à l'Allemagne, il a
été décidé lors de la Conférence
pour l'emploi de réduire les charges
par une diminution du précompte
professionnel dans le cadre du
travail en équipes. Une décision
sera prise à propos du montant lors
des discussions budgétaires. Il
s'agira probablement de quelque 80
millions par an.
La priorité du groupe de travail
chargé du dossier Ford Genk,
composé de représentants des
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
lastenverlagingen moeten toekennen om die Maribel-terugbetalingen te
compenseren.
De derde slide handelde over het verzoek om hulp aan de regering. Ik
som even op wat er toen allemaal werd gevraagd. Het ging om vragen
om extra ondersteuning voor investeringen aangaande nieuwe
producten, ruimtelijke ordening, mobiliteit, milieu en veiligheid,
overbruggingsmaatregelen tijdens de omschakeling van de fabriek,
compensatie voor de Maribel-terugbetalingen, maximale ondersteuning
voor vorming en opleiding, de terugdringing van de energiekosten of de
bevordering van de concurrentie op de energiemarkt, subsidies voor het
door Ford georganiseerde personeelsvervoer, de verhoging van de
tussenkomst van de Vlaamse regering voor tijdskrediet, de afschaffing
van de automatische indexaanpassing ik geloof niet dat er vandaag
een meerderheid te vinden is om dat eventueel te realiseren en ten
slotte een soepele procedure tot vrijstelling van de SPO-verplichting.
Dat waren de vragen die Ford op papier had gezet.
Ik wil ook even de nadelen van België opsommen. In 2002 had België
een heleboel competitieve nadelen, te beginnen met de automatische
indexaanpassing van de lonen. Dat gaat verder met de 60%-
compensatie door de werkgever van het woon-werkverkeer, de betaalde
werkpauzes, het feit dat er geen subsidie is voor het door Ford
georganiseerde personeelsvervoer, het feit dat er tweemaal per maand
loon moet worden uitbetaald, en de stagiairs en de startbanen die een
belasting betekenen in moeilijke tijden.
Dat is een interessante analyse, want in de
werkgelegenheidsconferentie wordt hiervoor een oplossing aangereikt.
De monopoliepositie van Electrabel, de elektriciteitsleverancier. Ik kom
straks terug op de maatregelen die wij op dat vlak hebben genomen. De
strenge nieuwe eisen, het feit dat een onroerende voorheffing op
machines - nieuwe bedrijven uitgezonderd - moet worden betaald, geen
wettelijke regeling voor het niet naleven van de basisregel en het feit dat
in ons land de loonnorm niet wordt gerespecteerd in de
loonkostenstijging ten opzichte van Nederland, Frankrijk en Duitsland.
Dat zijn de slides die daar zijn uitgedeeld en die ter beschikking van de
commissie worden gesteld.
Het is evident dat, als over loonkostenontwikkeling werd gepraat, ook
werd gepraat over de problematiek van nachturen, overuren,
ploegenarbeid, zoals daar al 20 jaar wordt over gepraat. De vraag is wat
de federale regering nu na deze vergadering heeft gedaan. De federale
regering heeft aan Ford een aantal specifieke maatregelen toegekend.
Wij verleenden een vrijstelling van de startbanenverplichting. Intussen
hebben wij in de werkgelegenheidsconferentie een algemene
versoepeling doorgevoerd. Er werd ook beslist tot een fiscaal gunstige
behandeling van de kosten voor het woon-werkverkeer, een ander punt
dat in de vergadering werd besproken. Wij hebben ook beslist om de
uitkering voor tijdelijke werkloosheid te verhogen om de omschakeling
van de fabriek gemakkelijker te maken en die periode te overbruggen.
De federale regering heeft dat gedaan. Wij hebben uiteraard ook
gewerkt aan de verdere concurrentie op de energiemarkt. Ik denk dat
het in de komende jaren duidelijk zal worden dat ten gevolge van deze
maatregel een betere concurrentie op het vlak van de energiekosten
mogelijk is. Het is duidelijk dat de monopoliepositie van Electrabel ten
gevolge van de liberalisering is afgeschaft en dat, door het feit dat
vandaag meer spelers op de energiemarkt aanwezig zijn, wij in de
komende maanden en jaren ook de voordelen daarvan zullen
ondervinden. De concurrentie wordt nu stilaan georganiseerd en groeit.
Daarom is het zeer belangrijk dat een aantal maatregelen worden
genomen.
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
Het meest belangrijke dat de federale regering heeft gedaan, is verder
het loonlastenpakket opgetrokken. De structurele lastenverlaging was
ook de compensatie van de Maribel-terugbetaling tot een totaal bedrag
van 3,6 miljard euro. Dat vertegenwoordigt 4% van de loonkosten. Als
wij de loonkostenverlaging niet hadden doorgevoerd, zouden de
loonkosten voor Ford en voor andere fabrieken dus 4% hoger liggen dan
zonder de maatregelen die de regering heeft genomen. In vergelijking
met het buitenland zijn wij binnen de loonnormen, de
loonkostenontwikkeling met Duitsland, Frankrijk en Nederland gebleven
en hebben wij het stukken beter gedaan dan Nederland. Trouwens, de
voorbije twee jaar zijn de loonkosten in Nederland de pan uitgerezen.
Dat is de voornaamste reden waarom men vandaag in Nederland een
negatieve economische groei kent van 0.9% tegenover een positieve
economische groei in ons land van 1% in 2003. Tot daar het eerste
punt.
Misschien was ik vorige week beter zelf naar de commissie gekomen
om op de vragen terzake te antwoorden, maar de ministers van
Economie en Werk waren hier aanwezig. Er is immers een
taakverdeling in de regering. De realiteit is dat op 29 januari die
problemen zijn aangekaart. Dat zijn geen nieuwe problemen. Het is niet
zo dat men plots een vergadering met Ford belegt waar men de
zwakheden van België ontdekt. Neen, deze problemen worden al meer
dan twintig jaar aangekaart.
Ik heb u daarjuist voor Ford de specifieke maatregelen opgesomd
omtrent tijdelijke werkloosheid, de startbanenverplichting en dergelijke
meer, en meer algemene maatregelen als liberalisering van de
elektriciteitsmarkt en de loonlastendaling van 3,6 miljard euro.
Het is juist dat ik naar aanleiding van wat er nu bij Ford gebeurt, gebruik
heb gemaakt van de opening die er nu politiek bestaat om eindelijk iets
geregeld te krijgen waar ik al zoveel jaar over praat, namelijk het
probleem van de ploegenarbeid. Zo is dat in de politiek. In de politiek
duurt het soms jaren vooraleer men bereid is zaken in te zien, die
iedereen al jaren weet, maar waarvan men zegt dat ze politiek moeilijk
haalbaar zijn. Welnu, ik heb inderdaad gebruik gemaakt van de
opportuniteit, van de opening die nu is ontstaan door de commotie rond
dit dossier om het probleem van de ploegenarbeid nu maar eens te
regelen en om het concurrentienadeel met voornamelijk de Duitse
industrie, weg te werken. Op de werkgelegenheidsconferentie is
inderdaad de beslissing genomen om voor ploegenarbeid een
lastendaling uit te voeren. Dit zal langs fiscale weg gebeuren. Die
maatregel wordt nu heel concreet uitgewerkt. De maatregel bestaat erin
om, zoals wij dat doen in andere sectoren, een vermindering van de
door het bedrijf te betalen bedrijfsvoorheffing te geven wanneer zij in de
toekomst met hun werknemers in ploegenarbeid gaan werken.
Het bedrag dat daarvoor zal worden uitgetrokken staat nog niet definitief
vast, maar zal op jaarbasis ergens liggen rond 80 miljoen euro. Een
definitieve beslissing hierover is er nog niet, maar zal in het weekeind
worden genomen in het kader van de begrotingsbesprekingen. Eenmaal
die achter de rug, zal ik u dinsdag naar aanleiding van de federale
beleidsverklaring concreet kunnen meedelen wat de verschillende
punten zijn en wat het bedrag is dat voor de maatregel inzake
ploegenarbeid zal kunnen worden uitgetrokken.
Ik eindig dit deel van mijn uiteenzetting met te zeggen dat uiteraard de
maatregelen die wij hebben genomen in de loop van het jaar 2002,
moeten worden bekeken samen met de maatregelen die de Vlaamse
regering heeft genomen. De Vlaamse regering heeft expansiesteun
Coene, président du comité de
direction de la Chancellerie, le 10
juin. M. Coene a demandé à la
Sûreté de suivre le dossier et de
rédiger un rapport au gouvernement
s'il s'avérait que quelque chose de
grave était en cours. Les rapports
d'évaluation de l'enquête sur les
déclarations de la source anonyme
n'ont pas fourni d'autres indications
et aucun autre rapport n'en
corrobore les affirmations. En
conséquence, il est tout à fait
normal que ce rapport ne m'ait pas
été transmis.
MM. De Man et De Crem débordent
d'imagination: à aucun moment les
Etats-Unis n'ont fait comprendre
qu'ils réagissaient à notre politique
étrangère par des mesures de
rétorsion économiques. Ford
Europe et l'ambassade américaine
l'ont du reste très clairement
confirmé hier. Ford se fonde sur
des motifs économiques et non pas
politiques pour définir sa gestion.
Sinon, il serait d'ailleurs
incompréhensible que le même
groupe Ford investisse précisément
300 millions dans Volvo Genk et y
crée 2.200 emplois. Notre politique
dans le crise irakienne ne jouerait-
elle plus aucun rôle? Et comment
expliquer la forte croissance des
investissements américains dans
notre pays en 2002 et en 2003? M.
De Man s'épuise en vaines
spéculations.
J'ai réagi de façon assez
émotionnelle hier parce que j'ai du
mal à admettre qu'on abuse
politiquement de la misère de
milliers de personnes. Toutes les
autorités ont en commun la
mission de sauver autant d'emplois
que possible à Genk, en réclamant
une décision favorable définitive à
propos de l'assemblage de la
nouvelle Focus. Ford Europe a
confirmé hier que Genk continuerait
de fonctionner. A présent, il faut
obtenir des garanties absolues à
cet égard.
M. Bonte a posé des questions
pertinentes sur la remise au travail
dans le cadre de restructurations.
L'accord de gouvernement y
réserve une place importante et,
lors de la concertation sur l'emploi,
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
toegekend. Dat werd allemaal opgenomen in het akkoord dat met Ford
werd gesloten. Ik herinner mij de opluchting die er was, ook in Limburg,
mijnheer Vandeurzen, einde 2002. U zult zich dat wel herinneren. Ook
toen deden er verhalen de ronde over een sluiting of een enorme
afslanking van Ford Genk. Eind 2002 was er enorm veel opluchting
omdat er tussen de Vlaamse regering en Ford een akkoord was bereikt
met een nieuw investeringsdeel dat op 900 miljoen euro sloeg.
Zo kom ik tot tweede punt van mijn antwoord, en antwoord ik onder
meer op vragen van de heer Schoofs. Wat is er ondertussen gebeurd in
onze contacten? Wat is er gebeurd, wat is de strategie die wij volgen?
Ten eerste, wij voeren die strategie samen met de Vlaamse regering. Er
worden geen twee taskforces opgericht, maar wel een, waarin zowel de
federale overheid als de Vlaamse overheid vertegenwoordigd zijn. Wij
willen ervoor zorgen dat ondanks de beslissing die door Ford Europe
genomen is, wij de zekerheid hebben dat de fabriek open blijft, anders
moeten wij ook niet met hulp over de brug komen. Met andere woorden,
de toekomst moet gegarandeerd zijn voor Ford dat toch nog altijd 5.000
werknemers telt. In dat verband heeft mijnheer Booth die de leiding
heeft van Ford Europe, mij bij het onderhoud met de federale en de
Vlaamse regering gezegd dat de beslissing van 900 miljoen euro zeker
was voor dat deel van die 900 miljoen dat betrekking heeft op de nieuwe
Focus-lijn, namelijk 230 miljoen euro.
Voor de rest zou het afhangen van de beslissingen die Ford Europe zou
nemen met betrekking tot de toekomst van the plant. Dat was de
boodschap die hij toen heeft gegeven. Hij is trouwens naar buiten
gegaan en hij heeft die boodschap ook aan de pers gegeven. Die
boodschap verschilde enigszins van datgene wat hij op de
persconferentie 's morgens had gezegd.
Ondertussen hebben we gisteren een communiqué gehad van Ford
Europe. Ik hoop dat iedereen dat communiqué toch kent, waarin in heel
klare en duidelijke bewoordingen het volgende wordt gezegd. Ik citeer:
"This is a complete surprise to us. We have absolutely no plans to
close Genk". Dat is de mededeling die gisteren door Ford Europe is
gedaan. Ik citeer verder: "On the contrary we are working hard to bring
the next generation Mondeo to the plant and to create a solid future for
Genk". Dat is de mededeling die gisteren door Ford Europe naar buiten
werd gebracht. Ik weet natuurlijk dat daarmee de buit nog niet binnen
is, namelijk het voortbestaan van Ford Genk, maar het is in elk geval al
een ommekeer ten opzichte van hetgeen wij de voorbije weken
algemeen hadden gehoord van Ford Europe. Men kon die 900 miljoen
euro en de 230 miljoen euro niet investeren, de nieuwe Focus-lijn kon
zeker niet, die gaat naar een andere "plant" enzovoort. Er was
onzekerheid of men nog wel met die "plant" verder wou werken. Wil
men met Ford Genk verder? Gisteren is daarop een klaar en duidelijk
antwoord gekomen. Het komt er nu op aan, in de komende dagen en
weken, schouder aan schouder, samen met de vakbonden die
kunnen daarin een heel belangrijke rol spelen met de taskforce, met
de Vlaamse regering en met de federale regering de nodige garanties
los te krijgen van Ford Europe en Ford Worldwide opdat ze met Ford
Genk zouden doorgaan.
Ik weet het, papier is geduldig; woorden zijn ook geduldig. Het is
belangrijk dat het nu voor de eerste keer bij Ford Europe op papier
wordt gezet. Nu moeten we de zekerheid krijgen dat het ook voor de
komende jaren het geval is. We hebben al een slechte ervaring gehad,
laten we dat maar eerlijk onder elkaar bekennen. We hebben vorig jaar,
eind 2002, een akkoord gesloten met Ford Europe. Toen ging het over
een afslanking van 1.400 arbeiders en bedienden. Wij spreken nu over
un accord important a été conclu
en cette matière. Nous dégagerons
25 millions d'euros l'an prochain et
50 millions en 2005 pour soutenir
activement les entreprises en
restructuration. Ces entreprises
recevront 1.800 euros par travailleur
remis au travail par le biais de
l'outplacement. Une réduction sera
accordée au travailleur sur ses
cotisations sociales personnelles
et à l'entreprise qui recrute sur ses
cotisations patronales. En ce qui
concerne le travail en équipes,
nous optons pour la voie fiscale :
80 millions sont disponibles à cet
effet. Je vous en dirai plus mardi
dans la déclaration de politique
générale.
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
een afslanking van 3.000 personeelsleden. Het is duidelijk dat zowel de
Vlaamse als de federale regering nu vragen om garanties van een veel
duidelijker, krachtiger aard om sociale stabiliteit te kunnen creëren in
de fabriek. Hoe wil men sociale stabiliteit creëren in een fabriek
wanneer de directie onvoldoende garanties kan geven over het
voortbestaan van het bedrijf? Hoewel, de mededeling die gisteren door
Ford Europe is verspreid laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Nu
moeten we op basis van deze mededeling van Ford Europe heel
constructief voortwerken aan de onderhandelingen met Ford Genk en
Ford Europe om de komende weken zo snel mogelijk zekerheid te
krijgen over het verder functioneren van Ford Genk in de komende jaren.
Dat is exact waarmee wij bezig zijn. We doen dat in gezamenlijk
overleg met de Vlaamse regering.
Ik kom op het derde punt dat gisteren zoveel commotie heeft
teweeggebracht, namelijk de problematiek van de Veiligheid van de
Staat. Ik ga mij niet uitlaten over alles wat daarover in het Comité I en
het Comité P is verteld. Ik dacht dat het vergaderingen achter gesloten
deuren waren, met mensen die allemaal veiligheidsmachtigingen
hadden. Ik was daar niet aanwezig. Ik heb een veiligheidsmachtiging,
mijnheer de voorzitter, maar ik was niet aanwezig op die vergadering.
Normaal zijn daar een aantal regels van kracht. Ik kan alleen maar
vaststellen dat men die regels vrij gemakkelijk aan zijn laars lapt.
Los daarvan, ik kan u niet zeggen wat er is gebeurd in het Comité I en
het Comité P. Die vragen moet u, mijnheer De Man, stellen aan de
twee voorzitters. Ik weet wel hoe de vork in de steel zit in verband met
de feiten waarover het Belang van Limburg melding gemaakt had. Ik heb
daarover gisteren een heel ruime mededeling gedaan. Die feiten waren
blijkbaar gestoeld op iets dat in het Comité I naar voren werd gebracht.
Ik heb daarover gisteren een lange mededeling gedaan. Ik wil daarop
ook even ingaan. Ik heb samen met de minister van Justitie onmiddellijk
de inlichtingen opgevraagd bij de Veiligheid van de Staat met de vraag
wat er van dat verhaal waar is.
Het onderzoek dat is uitgevoerd in de Veiligheid van de Staat, heeft
volgende concrete vaststellingen en feiten opgeleverd. Twee verslagen
werden gemaakt door de buitendiensten. Het zijn dus met andere
woorden geen analyseverslagen van de Veiligheid van de Staat. De
twee verslagen dateren van 5 juni en van 10 juni. In die twee verslagen
wordt gewag gemaakt van één occasionele, niet-verifieerbare anonieme
bron. Ik zeg dat zo, omdat het zo staat in de inlichtingen van het
verslag dat de Veiligheid van Staat me gegeven heeft. Het gaat om één
occasionele, niet-verifieerbare anonieme bron. De twee berichten gaan
over dezelfde bron. Deze bron stelde dat Ford om financiële redenen en
wegens een overaanbod van auto's op de markt productiefaciliteiten in
Europa zou moeten sluiten. Er was trouwens ook algemeen sprake
van, niet alleen in die twee rapporten, maar ook in alle mogelijke
financiële bladen en dergelijke meer.
Die anonieme bron vreesde daarbij dat België ook slachtoffer zou
kunnen zijn vanwege zijn politieke houding in het dossier-Irak. Het
verslag van 10 juni is korter. Daarin wordt Ford Genk genoemd. Er is
daar echter geen verwijzing naar Irak. Dat is het dus met andere
woorden. Het zijn twee korte verslagen binnen de Veiligheid van de
Staat. Het zijn genoteerde inlichtingen van hun ik herhaal het
nogmaals - occasionele, niet-verifieerbare anonieme bron.
Het ging dus om interne verslagen. Het ging dus niet om een verslag
van de Veiligheid van de Staat aan wie dan ook. Het kwam van de
buitendiensten van de Veiligheid van de Staat. Deze werden noch aan
de regering, noch aan een lid van de regering bezorgd. Dat is ook
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
normaal. De Veiligheid van de Staat is een instelling die tot taak heeft
om dergelijke inlichtingen, geruchten en mededelingen te verzamelen.
Ze ontvangt er dus met andere woorden duizenden per jaar. Ik zou er
geen getal op kunnen kleven. Ik weet het immers niet. Het gaat echter
wel degelijk om meerdere duizenden. Als zij vindt dat ze ernstig is,
onderzoekt ze ze verder.
De administratie van de Veiligheid van de Staat heeft dan op 10 juni
contact genomen met de voorzitter van het directiecomité van de
Kanselarij, de heer Luc Coene. De voorzitter van het directiecomité
heeft gevraagd om het verder te verifiëren en om, indien er grond of
aanwijzingen zouden zijn voor de angst voor de juistheid van deze
feiten, een rapport toe te sturen aan de regering om haar daarvan in
kennis te stellen. Dat is de normale manier van werken.
De Veiligheid van de Staat ontvangt stapels inlichtingen, geruchten en
dergelijke meer. Ze heeft bronnen die ze raadpleegt. Ze krijgt de
inlichtingen. Ze analyseert ze. Als ze vindt dat daarin een grond van
probleem of waarheid zit die gemeld moet worden aan de autoriteit de
regering, de eerste minister of de minister van Justitie , dan wordt er
een verslag opgemaakt. Mijnheer de voorzitter, ik krijg er dagelijks nu
ja, toch meerdere per week van de Veiligheid van de Staat. Ze komen
aan op mijn bureel. Daarin wordt de aandacht erop gevestigd dat met
deze of gene ontwikkeling rekening moet worden gehouden. Het gaat
meestal over internationale ontwikkelingen. Congo komt bijvoorbeeld
voortdurend terug in de rapporten van de Veiligheid van de Staat.
Daarin zijn wij in zekere zin gespecialiseerd. Met andere woorden, dit is
de klassieke manier van werken, zoals elke inlichtingendienst waar ter
wereld werkt. Dit wordt vervolgens opgenomen in een nota die wordt
gericht aan de minister van Justitie en die meestal wordt doorgezonden
aan andere ministeries en zeker aan de Eerste minister. Dit is terzake
niet gebeurd.
Uiteraard heb ik de Veiligheid van de Staat daarover ondervraagd. Ik
geef u het antwoord dat zij mij hebben gegeven, ik citeer: "Gezien in de
evaluaties, die daarna werden uitgevoerd, geen aanvullende
aanwijzingen voor deze bewering werden gevonden, werd door de
Staatsveiligheid besloten dit dossier wel te blijven volgen maar hierover
geen verslag aan de regering of een lid van de regering over te maken."
Ik heb gisteren een aantal zaken in detail laten uitvlooien. Welnu, in
geen enkel ander van de rapporten die geregeld worden opgesteld door
de Veiligheid van de Staat, wordt melding gemaakt van een bevestiging
van wat die ene, occasionele, niet-verifieerbare anonieme bron heeft
geuit. Men heeft gewoon de regels gevolgd. Er was een anonieme bron
die dit verhaal heeft gemeld. Omdat het ging om een belangrijk element
werd gevraagd dit verder te verifiëren en indien nodig daarover een
rapport te maken voor de regering. Zo verloopt de normale werking van
de Veiligheid van de Staat. In casu is dit niet gebeurd. Gisteren nog
heeft de Veiligheid van de Staat dat duidelijk gemaakt. Trouwens, de
heer Vandeurzen heeft daarnaar verwezen.
Het is natuurlijk niet de eerste keer dat dergelijke geruchten de kop op
steken. Het gaat daarbij dan vaak niet om geruchten. Nog niet zo lang
geleden hoorde ik de schepen van de haven van Antwerpen op de
televisie de stelling opperen dat we moesten opletten met onze houding
inzake Irak. Als ik mij niet vergis, gebeurde dit in mei of juni toen wij
debatteerden over de genocidewet en de wijziging ervan. Ik wil er toch
op wijzen dat wij de genocidewet hebben gewijzigd. U heeft die wet
gewijzigd op voorstel van de regering en na een eerste mislukte poging
onder elkaar enkele maanden voordien. Als ik mij niet vergis hebben wij
in april een eerste poging ondernomen. Wij zijn toen tot de vaststelling
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
gekomen dat het uiteindelijke resultaat niet veel beter was dan de
oorspronkelijke wet. Laten we maar eens een collectieve
verantwoordelijkheid opnemen voor die wet in dit Parlement.
01.07 Pieter De Crem (CD&V): (...)
01.08 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer De Crem, laat mij
eerst even mijn verhaal afmaken. In 1993 werd die wet unaniem
goedgekeurd door het Parlement. In 1999 hebben wij die wet unaniem
gewijzigd. Vervolgens hebben we de wet samen, quasi unaniem u
mag niet over details struikelen veranderd op voorstel van de regering.
Ondertussen is bewezen dat de wijziging van de genocidewet wel
degelijk functioneert en dat er geen politiek misbruik meer kan worden
gemaakt van die wet. Dit is trouwens een goede zaak. Voorts blijft de
wet functioneren als het gaat om een zaak die betrekking heeft op
bepaalde misdrijven tegen de menselijkheid, waartegen normaal gezien
geen rechtszaak kan worden ingeleid.
De genocidewet heeft thans dus exact dezelfde draagwijdte als in de
meeste andere landen ter wereld; van enige invloed kan er bijgevolg
moeilijk sprake zijn. Het feit dat de wet functioneert, werd de voorbije
weken door de beslissingen van het Hof van Cassatie duidelijk
onderstreept.
Ik kan alleen maar zeggen dat in geen enkel contact dat ik ooit heb
gehad met de Amerikaanse autoriteiten er ooit enige allusie is gemaakt
dat als we onze houding niet zouden veranderen....
01.09 Pieter De Crem (CD&V): (...)
01.10 Filip De Man (VLAAMS BLOK): (...)
01.11 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer De Man en mijnheer
De Crem, laat uw verbeelding maar de vrije loop. Ik kan zeggen dat de
Amerikaanse ambassade in deze gisteren klaar en duidelijk was.
01.12 Filip De Man (VLAAMS BLOK): (...)
01.13 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer De Man, u ziet
overal grote conspirators achter de hoek. U denkt dat een bedrijf zoals
Ford haar beslissingen op basis van politieke beslissingen neemt. Zij
doet dat op basis van economische elementen. Al de rest is iets dat
aan uw verbeelding ontspruit en niks meer dan dat!
In dit verband vind ik het uitermate belangrijk dat zowel in de
mededeling van Ford Europe als in de mededeling van de Verenigde
Staten die gisteren werden verspreid dergelijke feiten duidelijk werden
tegengesproken. Dat moet een duidelijke aanwijzing zijn van het
tegenovergestelde voor al degenen die denken dat onze houding wel
links of rechts kan hebben meegespeeld. Trouwens, mocht deze
bewering correct zijn, moet u mij eens uitleggen hoe het komt dat
diezelfde Ford-groep in diezelfde periode over een investering heeft
beslist in Volvo-Gent.
01.14 Filip De Man (VLAAMS BLOK): (...)
01.15 Eerste minister Guy Verhofstadt: U bent weer niet mee,
mijnheer De Man. Ik heb het over de Volvo-beslissing in Gent. Volvo
behoort tot de Ford-groep. Op hetzelfde moment heeft men beslist, in
dezelfde groep, een investering van dezelfde grootorde te plaatsen in
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
Gent. Werd men daarin ook geholpen door de Belgische houding ten
opzichte van Irak? De omvang van de investering in Ford Genk bedraagt
230 miljoen en die in Volvo bedraagt 300 miljoen en is goed voor 2.200
arbeidsplaatsen. Laten we de redenering afmaken. Laat ons de
verbeelding van de heer De Man in deze problematiek wees gerust,
mijnheer de voorzitter over 's mans andere verbeeldingen durf ik me niet
wagen - tot het einde volgen. Mochten we de redenering van de heer De
Man volgen, zouden we tot de vaststelling moeten komen dat binnen
dezelfde groep men in het ene geval onze Irak-politiek wel laat
meespelen maar in het andere geval niet en wel wenst te investeren.
Dat heeft men binnen diezelfde Ford-groep gedaan. Men heeft in
datzelfde jaar de beslissing genomen te investeren in België. Een
bewijs uit het ongerijmde dat de speculaties over de Belgische houding
in de Irak-crisis geen grond raken. Meer nog, ondertussen hebben we
cijfers over de Amerikaanse investeringen in 2002 en begin 2003. In
2002 bereikte de Amerikaanse investeringen het drievoudige van deze
in de periode 2000-2001. Ik kan de cijfers, die de heer Van Daele, onze
ambassadeur in de VS, mij heeft meegedeeld, ter beschikking van de
commissie stellen. We hebben nog nooit zoveel Amerikaanse
investeringen binnengehaald als in 2002. Deze trend zet zich nog verder
in 2003. En u durft beweren dat onze Irak-houding een rol heeft
gespeeld. Er zijn ongetwijfeld professoren die op basis van bepaalde
bronnen dergelijke beweringen verspreiden. De realiteit is mijn liberale
vrienden zullen even de oren moeten sluiten - dat in een kapitalistisch
systeem bedrijfseconomische gronden de basis vormen voor
investeringen en niet de politieke gronden. Dat is de realiteit.
Men kan duizenden andere voorbeelden geven van Amerikaanse of
West-Europese bedrijven. We zijn immers in deze niet veel beter dan
de anderen die waar ook ter wereld investeren, hoewel er om politieke
motieven niet zou mogen worden geïnvesteerd. Ik denk dat het fout is
die gedachte te cultiveren, want dat raakt kant noch wal.
Waarom heb ik gisteren zo emotioneel gereageerd? Ik vond dat men op
een bepaald ogenblik het verhaal van de gevoelens van de werknemers
in Ford aan het misbruiken was met het gerucht dat er "iets" was bij de
Veiligheid van de Staat. Ik heb in het begin al gezegd dat men op die
manier aan politieke koppensnellerij doet. Ik zou dat in dit geval niet
doen.
Wij hebben hier één gemeenschappelijk belang en één
gemeenschappelijke opdracht. Het is niet alleen de taak van de
regering. De Vlaamse regering en de federale regering moeten ervoor
zorgen dat de komende weken de definitieve beslissing wordt genomen
dat Ford de nieuwe Mondeo en andere nieuwe modellen kan bouwen en
dat het daarvoor benodigde gedeelte van de 900 miljoen euro
investeringen ook beschikbaar blijft.
Wij hebben gisteren een belangrijke stap gezet met de beslissing van
Ford Europe om de fabriek open te houden. We moeten echter niet
alleen die garantie hebben, maar daarbovenop moeten we ook
zekerheid hebben. Die zekerheid kan er alleen maar zijn als er een
nieuw akkoord wordt gesloten tussen de Vlaamse regering waarbij wij
in de taskforce ook betrokken zijn en Ford Europe. In dat nieuw
akkoord moet staan dat dit zal gebeuren en dat Ford Genk samen
met de andere activiteiten van Ford in België die niet min zijn verder
kan bloeien en alles verder kan worden uitgevoerd.
Mijnheer de voorzitter, u had als lid van deze commissie nog een vraag
gesteld met betrekking tot de hele problematiek van de
herstructurering.
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
Wij hebben in verband daarmee een nieuwe wet aangekondigd in het
regeerakkoord. In het ontwerpakkoord van het banenoverleg laten we
voorzichtig zijn bestaat er nu klaarheid en duidelijkheid. Er zouden
25 miljoen euro in 2004 en 50 miljoen euro in 2005 worden uitgetrokken
specifiek om bedrijven in herstructurering actief te ondersteunen. Wat
betekent actief ondersteunen? Dat is iets nieuws dat we zullen
lanceren.
Een bedrijf dat via outplacement in de toekomst een job zal vinden voor
een slachtoffer van een herstructurering zal daarvoor 1.800 euro steun
per verrichte outplacement krijgen. Bovendien zullen we ook voor de
werknemer een stimulans invoeren zodat ook hij er belang bij heeft om
in dit proces, in die terreinbegeleiding, in die outplacement te stappen
en een nieuwe job te vinden. Wie op die manier een nieuwe job vindt,
zal een korting van de sociale bijdrage genieten.
Ten slotte zal ook de nieuwe werkgever die aanwerft een korting krijgen
op de patronale bijdragen. Er was wel wat psychologische massage
voor nodig om dit systeem door iedereen aanvaard te krijgen. Het is
tenslotte een systeem waarbij drie partijen elkaar ondersteunen. Men
helpt de werknemer die het slachtoffer is van een herstructurering door
het betalen van minder sociale bijdragen, het bedrijf dat hem in dienst
neemt door het betalen van minder patronale bijdragen en het bedrijf dat
de outplacement organiseert met een steun van 1.800 euro.
Het gaat in het totaal om een pakket maatregelen dat op kruissnelheid
50 miljoen euro vertegenwoordigt of af en toe reken ik zoiets nog om
in Belgische frank 2 miljard oude Belgische frank, wat de omvang van
de maatregel aangeeft. Dat bedrag komt er dus naast wat ik daarnet
gezegd heb over de ploegenarbeid, waarover uiteraard al de
principebeslissing bestaat dat wij het zullen doen en dat wij de fiscale
weg zullen bewandelen om de maatregel tot stand te brengen. Dat
doen wij nu ook bijvoorbeeld al in de scheepvaart een aantal jaren.
Diezelfde techniek zal worden aangewend inzake ploegenarbeid maar
daar zal het wellicht gaan de definitieve cijfers liggen nog niet vast
om zo'n 80 miljoen euro. Die maatregel vertegenwoordigt dus meer dan
3 miljard Belgische frank. Daarover zal ik definitief uitsluitsel geven in
de federale beleidsverklaring volgende dinsdag, als u mij dat toestaat,
voorzitter.
01.16 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
eerste minister, collega's, ik wil repliceren in vier korte punten.
Ten eerste, wij beseffen natuurlijk allemaal dat de mensen in Limburg
die op dit moment geviseerd worden er weinig boodschap aan hebben
dat het Parlement een historische analyse gaat maken en het verleden
gaat bekijken. Wat collega Bonte gezegd heeft is juist: wij hebben er
alle belang bij in goed overleg te trachten alles te doen wat mogelijk is
voor de toekomst van de betrokken werknemers, hun families, de
toeleveranciers, en de economische situatie in de regio. Ik ben mij daar
zeer goed van bewust.
Mijnheer de eerste minister, ik vind dat ook u zich zeer goed bewust
moet zijn van het feit dat wanneer mensen, zoals gisteren, zich in
woede richten tot de politiek op basis van informatie waarvan wij
alleen maar kunnen vaststellen dat zij juist was, informatie die
inderdaad in het Comité I naar voren gekomen is u respect moet
hebben voor die mensen die op het terrein voor de tweede keer in
twintig jaar tijd getroffen worden door een economisch drama en die al
het mogelijke doen om ter plaatse hun verantwoordelijkheid op te
nemen. De burgemeester van Genk is hier. Ik aanvaard dus niet dat u
01.16 Jo Vandeurzen (CD&V):
Les travailleurs concernés par ce
dossier n'ont que faire d'une
analyse historique. S'ils
manifestent à un moment leur
colère à l'adresse des
responsables politiques, il faut y
voir une réaction que nous devons
respecter. Comme M. Bonte l'a dit
fort justement, nous devons, dans
le cadre d'une concertation
correctement et clairement menée,
tout mettre en oeuvre pour aider les
victimes.
Le premier ministre ne perçoit pas
suffisamment la pression que
subissent les responsables
politiques locaux. Il semble ne pas
vraiment se rendre compte de la
situation sur le terrain ni du défi qui
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
allerlei insinuaties in zijn richting stuurt.
Ik vind, echt waar, dat ik van u moet vragen dat u zeer goed beseft dat
u inzake de verantwoordelijkheden op het terrein jegens mensen die u
in het gezicht moet kijken, mensen wiens toekomst bedreigd is als
leider van de federale regering de hand moet uitsteken. U moet daar
contacten leggen, u moet kijken hoe u op het terrein steun kunt
verlenen. Dat is mijn eerste belangrijke punt. Ik hoop oprecht dat u dat
zult doen want, dat verhaal afdoen als een grote verontwaardigde
retoriek vanwege bepaalde mensen, aanvaard ik niet. U geeft de indruk
niet te beseffen wat er op het terrein gebeurt en welke enorme
uitdagingen zich aandienen voor die mensen.
Ten tweede, mijnheer de eerste minister, uw regering paars en paars-
groen heeft natuurlijk een verleden. U hebt een aantal maatregelen
opgesomd maar vorige maandag zaten wij ook in deze commissie. U
volgde toen het discours: wij kunnen de economie niet 100% sturen, wij
kunnen alleen de omgevingsfactoren beïnvloeden, enzovoort. Dat
discours kennen wij intussen. Het is gemeengoed geworden bij zowel
liberalen als socialisten, heb ik ontdekt. Maar ik heb ook de krant
gelezen. Uw staatssecretaris, de heer Van Quickenborne zegt dat de
papiermolen in de voorbije regeerperiode absoluut niet verminderd is en
dat hij zich zelfs niet zal kunnen houden aan de termijnen die in het
regeerakkoord staan.
Dat is het verleden van paars op het vlak van draagkracht van de
economie. Ik heb goed geluisterd naar uw verhaal over de
loonlastenverlaging, maar u hebt afspraken over de
loonslastenverlaging, die u bij het begin van de regeringsvorming in
1999 hebt gemaakt, halverwege gestopt. Als wij naar het verleden
kijken, durf ik zeggen dat wat had moeten gebeuren om te verhinderen
dat een economie afglijdt en waarvan Ford Genk een angstwekkend
voorbeeld is niet is gebeurd. Er moesten drastische dingen gedaan
worden. Ik vrees dat uit deze periode blijkt dat dit helaas niet voldoende
en fundamenteel gebeurd is. Dat is trouwens het probleem met paars
en paars-groen in het algemeen.
Ik kom tot mijn derde punt. U probeert het beeld te schetsen van wat er
zich heeft voorgedaan, met name dat er een akkoord is geweest tussen
de Ford-directie en de Vlaamse regering. Dat is juist, daarin hebt u
gelijk. Ik hoor u graag zeggen dat dit woordbreuk is. Men is
teruggekomen op rechtmatige verwachtingen van werknemers en
politici, die dachten dat er een akkoord was bereikt. Ik denk echter dat
uw regering en de regeringspartijen in de maanden mei en juni
begonnen te beseffen dat dit akkoord niet gehouden zou worden.
Ik denk dat er signalen waren. U hebt contact gezocht met de Ford-
directie in Amerika, als ik de heer Lano goed begrijp.
attend les personnes concernées.
En sa qualité de chef du
gouvernement fédéral, il doit leur
tendre la main, entretenir des
contacts avec elles et leur apporter
de l'aide.
Nous sommes déjà familiarisés
avec le discours de la coalition
violette selon lequel les pouvoirs
publics n'ont pas la totale maîtrise
de l'économie et ne peuvent peser
que sur les facteurs environnants.
Mais les partis de la coalition
violette ont un passé. Ils ont lancé
de nombreuses promesses et
conclu des accords qui sont restés
lettre morte. A cet égard, je songe
aux propos tenus par M. Van
Quickenborne à propos de la
simplification administrative.
La direction n'a pas respecté
l'accord passé avec le
gouvernement flamand. Mais les
difficultés étaient prévisibles dès le
mois de juin En avez-vous tenu
compte au moment de négocier
l'accord de gouvernement?
01.17 Eerste minister Guy Verhofstadt: (...)
01.18 Jo Vandeurzen (CD&V): Dan moet u daarover eens met de
heer Lano spreken.
01.19 Eerste minister Guy Verhofstadt: (...)
01.20 Jo Vandeurzen (CD&V): U zegt dat de normale wijze van
rapporteren is dat de Veiligheid van de Staat een verslag maakt. Dan
begrijp ik niet waarom de administrateur-generaal telefonisch contact
opneemt met de heer Coene om hem te melden dat hij een gerucht had
ontvangen, met de vraag wat hij daarmee moet doen. Ik denk dat men
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
inderdaad op een moment de bui zag hangen. Dat verklaart waarom de
heer Dewael in de grote vakantie daaromtrent een nieuw bod gedaan
heeft.
Ik herhaal het, wij gaan niet insinueren dat uw regering verantwoordelijk
is voor de concrete beslissing tot afdankingen bij Ford. Dat is mijn stijl
niet, ik ga dat ook niet doen. Ik vraag mij wel af wat er is gebeurd in de
periode dat het regeerakkoord moest worden onderhandeld, toen men
besefte of moest beseffen dat de economie in ons land inderdaad in
een problematische situatie was terechtgekomen en dat zeer
drastische maatregelen noodzakelijk waren. Wat werd er daar
onderhandeld?
01.21 Eerste minister Guy Verhofstadt: Het resultaat is een
bijkomende lastenverlaging van 800 miljoen.
01.21 Guy Verhofstadt, premier
ministre: C'est pour cette raison,
notamment, que nous avons décidé
des baisses de charges
supplémentaires d'un montant de
800 millions.
01.22 Jo Vandeurzen (CD&V): Dat is de helft van wat u beloofd had
voor de verkiezingen!
01.22 Jo Vandeurzen (CD&V):
C'est la moitié de ce que vous
promettiez avant les élections!
01.23 Eerste minister Guy Verhofstadt: Mijnheer Vandeurzen, u weet
toch wel dat wij vandaag in Europa het enige land zijn dat een
supplementaire lastenverlaging van 32 miljard oude Belgische frank
geeft. Het énige land, daar waar alle andere landen ten gevolge van een
slechte financiële situatie van de openbare financiën daartoe zelfs niet
in staat zijn.
01.23 Guy Verhofstadt, premier
ministre: Nous sommes le seul
pays d'Europe à avoir pris la
décision de réduire encore les
charges.
01.24 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de eerste minister, ik vrees
dat uw geloofwaardigheid op dat vlak niet echt groot meer is. Er zijn
voor de verkiezingen door de VLD daarover beloften gedaan. Wel, wij
gaan zien wat er van komt. Als men een regeerakkoord onderhandelt
en men ziet aan de knipperlichten dat er een probleem is de heer
Coene wordt telefonisch verwittigd, niet via een verslag, wat de
gebruikelijke methode zou zijn geweest , dan verwacht ik dat men op
zo'n moment onderhandelt over deze fundamentele keuze.
Men heeft het echter over Francorchamps gehad. Men heeft het over
een aantal andere zaken gehad, zoals de genocidewet. Het is
intellectueel bijna grof. Ik herinner mij nog dat we tijdens de laatste
maanden van de vorige legislatuur vanuit de oppositie hebben moeten
helpen er was namelijk een spanningsveld - opdat de meerderheid
erin zou slagen om ook maar iets aan de wet te wijzigen. Ik denk dat
we niet echt fier moeten zijn op het wetgevende werk dat op dat vlak
werd afgeleverd.
Ik vraag mij af of men op dat ogenblik op de tafel heeft geklopt. Waarom
moeten we eerst een catastrofe hebben om een probleem
bespreekbaar te maken? U zegt dat u al twintig jaar over het probleem
predikt. Ik denk daarentegen dat u op het ogenblik dat u aan tafel zat
om een nieuwe regering te vormen, wellicht wist dat er een groot,
algemeen, economisch probleem dreigde voor ons land.
Mijnheer de voorzitter, mijn laatste punt is: we zullen het dinsdag zien.
Wij denken dat er een echte schoktherapie nodig is om de economie in
ons land opnieuw op de rails te zetten, rekening houdende met de
relatieve invloed die de politiek hierop heeft. We zullen er geen zwart-
witverhaal van maken. We zullen het dinsdag wel zien. We zullen
01.24 Jo Vandeurzen (CD&V):
Ce n'est pas ainsi que vous allez
convaincre les travailleurs de Ford.
Vous avez perdu toute crédibilité
sur ce point. Cet 'été,
Francorchamps revêtait
manifestement plus d'importance à
vos yeux que les difficultés de Ford
Genk. Aujourd'hui, un traitement de
choc s'avère indispensable.
J'attends avec intérêt la déclaration
que fera le premier ministre mardi
prochain.
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
trouwens dinsdag niet alles zien. We zullen eerst het stof van de
communicatie moeten laten neerdwarrelen en de gevechten tussen de
woordvoerders op de tribunes ondergaan. We zullen dan zien wat de
regering als absolute prioriteit voor de economie naar voren zal brengen.
Ik denk dat we op dat moment zullen kunnen oordelen of u echt meent
wat met de lippen zo vaak wordt beleden. We zullen dan kunnen zien
wat er echt zal gebeuren om op korte termijn de economische dreiging
te keren.
Laten we hopen dat we er samen voor de mensen van Ford en de
getroffen regio het maximum kunnen uithalen. Ik hoop oprecht dat er
voldoende bereidheid is om samen te werken met de mensen die op
het terrein de verantwoordelijkheid moeten nemen.
01.25 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Mijnheer de eerste minister, ik
ben blij dat u zegt dat u vorige week beter zelf was gekomen. Het was
toen immers een weinig verheffend spektakel. Ministers en
staatssecretarissen konden geen antwoord geven. Het was dan ook de
kersverse staatssecretaris van Arbeidsorganisatie en Welzijn op het
Werk die duidelijkheid moest komen verstrekken. Cynischer kon in feite
niet.
Ik neem het ook niet dat u uithaalt naar de beleidsmensen in Limburg
en naar de mensen van de oppositiepartijen. Het is niet aan mij om de
burgemeester van Genk in bescherming te nemen. Ik doe het echter
toch. Hij is gisteren immers wel op straat gekomen tussen al de Ford-
arbeiders. Hij heeft hun een en ander meegedeeld. Ik weet niet of u het
lef zou hebben gehad om daar te staan.
U had het over politieke recuperatie. Ik weet dat u het woord niet in de
mond hebt genomen. U gleed er netjes langs. Wat moeten we dan
zeggen over wat uw collega Gabriëls in het voorjaar van 2003 heeft
gedaan aan de poorten van Ford toen hij er folders ging uitdelen met de
mededeling dat Ford Genk gered was enzovoorts Dat is volgens mij
toch een van zijn mindere politieke prestaties.
Dat gezegd zijnde, vraag ik mij toch af of u zich niet heeft vergist toen u
sprak over de nieuwe Focus-lijn die naar Genk zou komen. Ik vermoed
dat u het over de nieuwe Mondeo-lijn heeft. Er is sprake van dat het
nieuwe Mondeomodel naar Genk zou komen.
01.25 Bert Schoofs (VLAAMS
BLOK): Le premier ministre aurait
mieux fait de venir lui-même au
Parlement il y a quelques jours.
Aucun membre de son
gouvernement n'a en effet été en
mesure de répondre à nos
questions.
Ses attaques contre les
responsables du Limbourg et de
l'opposition sont totalement
injustifiées. Il ferait bien de réfléchir
à deux fois avant de nous accuser
de récupération politique. M.
Gabriëls, ancien ministre VLD, a
distribué des dépliants aux portes
de l'usine pour annoncer que
l'entreprise Ford était sauvée. Et
l'on ose parler de stratégies
politiques déplacées!
Il semble régner une certaine
confusion à propos des lignes de
montage de la Focus et de la
Mondéo.
01.26 Eerste minister Guy Verhofstadt: Neen, in het akkoord van
2002 ging het wel degelijk om een bijkomende investering, waarbij de
nieuwe Focus-lijn naar Genk zou komen. Die komt niet meer. Daarover
gaat het bedrag van 230 miljoen euro.
01.26 Guy Verhofstadt, premier
ministre: L'accord de 2002
prévoyait des investissements
supplémentaires en ce qui
concerne la production à Genk de
la Focus, qui sera finalement
assemblée ailleurs.
01.27 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Dat is nu precies het punt ...
01.28 Eerste minister Guy Verhofstadt: Wat ze hebben gedaan, is
gewoon zeggen dat de investering niet doorgaat.
01.29 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Het is toch het gros van de
investeringen dat verdwijnt en niet naar Genk komt.
01.30 Eerste minister Guy Verhofstadt: Het is de traditionele Focus-
lijn die niet naar Genk komt. Dat is het gevolg daarvan.
01.31 Bert Schoofs (VLAAMS BLOK): Mijnheer de eerste minister, er 01.31 Bert Schoofs (VLAAMS
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
25
zijn inderdaad maar drie vestigingen aan wie de lijn kon worden
toegewezen. Een deel zat namelijk al in Saarlouis en een deel zou naar
Valencia gaan. Dat komt men niet toevallig wèl na. Ik denk dat het
meest tastbare bewijs van de schadelijke gevolgen van de houding van
minister Louis Michel de wijze is waarop Ford in Europa de zaken
verdeelt. Dat wordt natuurlijk ook vanuit Amerika gestuurd. Het bewijs is
het feit dat de Focus naar Spanje gaat, een land dat zich heel
coöperatief heeft opgesteld in de kwestie rond Irak. De Focus gaat naar
een bondgenoot, ook al is het geen lagelonenland zoals Chili en
Turkije. Ford Genk verliest dus alle modellen. Alleen mag Ford Genk
enkel hopen dat het de Mondeo behoudt. Dat is immers nog geen
garantie en ik hoop dat u het vandaag niet zo heeft willen voorstellen.
Daarover is vandaag nog geen zekerheid.
Wat de opmerking betreft van minister Michel dat de houding van de
regering geen invloed zou hebben gehad, begrijp ik dat u het als
regeringsleider hier niet anders kunt komen vertellen. De genocidewet
was misschien ook minder goed. Wat Louis Michel destijds echter
heeft gedaan, heeft het vertrouwen in ons land voor jaren geschokt. U
zegt over de investeringen van Ford dat men overal bepaalde activiteiten
schrapt in Europa. U zegt dat alle fabrieken worden getroffen. Daarin
hebt u inderdaad gelijk. Wat Ford doet, is echter wel geven en nemen.
Dagenham krijgt een hele pot zalf. Er was gezegd dat 1.900 jobs
zouden verdwijnen. De dieselmotoren gaan nu wel naar ginder,
waardoor er daar slechts 600 jobs verdwijnen. Het kunnen 1.300 jobs
zijn, als ik het verschil maak. In elk geval, Ford Genk wordt op dat vlak
heel fel getroffen. Saarlouis moet inderdaad ook een stukje afgeven. Het
gebrek aan scrupules dat is getoond ten opzichte van Ford Genk, en de
platte woordbreuk die is gepleegd, doet mij besluiten dat er slechts
weinig aandacht meer was voor Ford Genk en voor België. En dat is
gebeurd na alles wat minister Michel heeft gepresteerd. Relatief gezien
immers wordt de vestiging in Genk het hardste getroffen. Daar gaan het
meeste aantal jobs verloren van alle Europese vestigingen. Ford Genk
wordt absoluut ook het meeste getroffen.
Waarom? Omdat er de minste garantie is dat deze fabriek voort zal
blijven bestaan. Ik hoop dat Ford niet liegt wanneer men zegt dat men
de Mondeo als model wil behouden. Het is momenteel wel het minst
goed verkopende product van Ford. Ik hoop voor die 6000 overblijvende
werknemers en voor de werknemers van de toeleveringsbedrijven dat ik
mij niet vergis dat Ford later zal beslissen om die Mondeo niet meer te
produceren. Als men dat doet, gaat Ford Genk dicht. Werk er maar
aan, mijnheer de eerste minister het zal hard nodig zijn! dat de
Mondeo in Genk blijft en dat Ford dat model ook nog handhaaft.
Voorlopig ziet het er niet naar uit dat dit zal verdwijnen, maar ik hoop
dat ik hier geen profetische woorden spreek.
U haalt als argument aan dat de investeringen sinds kort gestegen zijn,
de Amerikaanse investeringen in België. Ik wil daar eerst alle cijfers van
zien, ook wat er in andere Europese landen geschiedt. U gaat me niet
vertellen dat op het ogenblik dat een havik als Bush aan de macht is in
de VS en die toch vele republikeinse bedrijfsleiders achter zich schaart
kijkt u maar eens naar zijn verkiezingskas, hoe die gespekt wordt
door onder andere het bedrijfsleven en heus niet alleen door de
wapenlobby zoals hier vaak wordt verteld, maar door alle bedrijven u
gaat mij dus toch niet vertellen dat die bedrijfswereld psychologisch niet
gevoelig is wanneer de regering van haar land wordt aangevallen? De
minister van Defensie van de Verenigde Staten, de heer Rumsfeld zei
het al, ik herhaal het: "It's inexcusable". Ik hecht gewoon geen geloof
aan uw woorden dat er geen schade zou zijn toegebracht door Louis
Michel. Ik hecht daar even weinig geloof aan als de Ford-arbeiders
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
26
thans aan de poorten van Ford Genk, die hun Europese directie moeten
geloven wanneer die zegt dat de fabriek op termijn niet zal dichtgaan en
dat 6.000 jobs zullen behouden blijven. Ik weet het, dit zijn grove
woorden, maar ik geloof dit absoluut niet en ik durf dit uit te spreken.
U heeft hier een hele lijst laten passeren van klachten die de Europese
Ford-directie heeft geuit. Het was een mooie bloemlezing van wat in de
oppositie al een hele tijd, al sinds de vorige legislatuur, naar voor werd
gebracht. Het enige echte tastbare dat werkelijk is gerealiseerd en de
enige echte belofte die werd gehouden want die 800 miljoen zijn er
uiteindelijk 400 geworden is het vrijmaken van de elektriciteitsmarkt,
de liberalisering. Dat is nu net een Europese verplichting, dat moest u
doen. U kon niet anders, anders werd u weer door Europa op de vingers
getikt. Op alle overige domeinen die u aanhaalt, staat er nog veel te
gebeuren. Toevallig zijn dat dan misschien geen Europese
verplichtingen.
In elk geval, een belangrijke conclusie moeten we toch trekken na wat
er de afgelopen dagen is gebeurd. Ik heb het dan niet over de eerste
twee vragen die ik heb gesteld, maar wel over de Staatsveiligheid en het
Comité I en wat daarmee is gebeurd. Dat is heus niet het pièce de
résistance van onze argumentatie, om nu te zeggen dat Louis Michel
schade heeft toegebracht; dat komt er nu achteraf alleen maar bij. Het
komt nu even aan de oppervlakte, maar van het begin is het onze
stelling geweest dat Louis Michel dit land grote schade heeft
berokkend.
Het is tastbaar bij Ford Genk. Daarom vragen wij dat u Louis Michel,
minister van Buitenlandse Betrekkingen, eindelijk eens wandelen
stuurt. Wij dienen daartoe een motie in.
01.32 Hans Bonte (sp.a-spirit): Mijnheer de premier, ik wil in mijn
repliek kort drie puntjes aanhalen. Ik wens u vooraf te bedanken voor de
uitgebreide en precieze antwoorden op de diverse vragen. U gebruikt de
opportuniteit van het moment om te proberen het oude probleem van de
ploegenarbeid aan te pakken. Ik meen dat dit allemaal nodig is. Laten
we echter wel redelijk blijven, in die zin dat we ook moeten durven in te
zien dat loonkosten een probleem is, maar dat het in dit geval
misschien niet het volledige verschil zou hebben gemaakt. Ook al had
men de ploegenarbeid goedkoper gemaakt, dan bleef natuurlijk het
gigantische probleem van de overproductie bestaan. Er worden gewoon
te weinig Fords verkocht. In die zin zal men in de kapitalistische
maatschappij zien dat er uit economische motieven inderdaad
dergelijke herstructureringsbeslissingen genomen worden. Dat is een
realiteit van ons economisch stelstel.
We mogen echter absoluut niet tolereren en ik heb daar ook bij u
geen pleidooi voor gehoord dat als gevolg van die moeilijke
economische beslissingen mensen als vuilnisbakken aan de kant
worden gezet en dat beloftes zomaar worden gebroken. Dat kunnen we
en mogen we niet tolereren als, zeg maar, geciviliseerde samenleving.
Ik denk dat we ervoor moeten zorgen dat mensen ook in deze moeilijke
omstandigheden respectvol worden behandeld.
Ik erger mij dan ook blauw aan maar blijkbaar is het in dergelijke
moeilijke omstandigheden een wet van Meden en Perzen de vrije
baan die genomen wordt door een aantal groepen binnen en buiten het
bedrijf ook in de politieke wereld komt men ze tegen die er blijkbaar
genoegen in scheppen om mensen kunstmatig op te jutten en ongerust
te maken, zodat een goede belangenverdediging van de betrokken
mensen wordt belet.
01.32 Hans Bonte (sp.a-spirit):
Nous devons effectivement saisir
l'occasion qui nous est offerte pour
pallier le problème des charges
élevées qui grèvent le travail en
équipes. Les charges salariales ne
représentent toutefois qu'une petite
partie du problème. L'entreprise
Ford a été confrontée à une
surproduction. Les ventes n'ont pas
été assez importantes, tout
simplement. Les restructurations
de ce type sont inévitables dans un
monde capitaliste. Nous ne
pouvons cependant tolérer que des
promesses soient purement et
simplement rompues et que des
personnes soient mises au rebut,
tels des déchets.
Je me suis également fortement
insurgé contre les groupements qui
attisent la nervosité et l'inquiétude
des travailleurs concernés,
empêchant ainsi de défendre
correctement les intérêts en jeu.
Je salue la volonté d'instaurer la
règle qui commande d'oeuvrer, lors
de chaque restructuration, à une
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
27
Dat gezegd zijnde, verheug ik mij erover dat u van de opportuniteit die
Ford Genk biedt, gebruik wenst te maken om een systeem in te voeren
waarbij verplicht wordt dat bij herstructurering maximaal kansen op
hertewerkstelling moeten worden geboden.
Ik kom dan bij ons algemeen arbeidsmarktprobleem. Bij
herstructureringen is het altijd zo dat bepaalde groepen vooraan in de rij
staan om definitief in de werkloosheid te verdwijnen, met name de
oudere werknemers, mensen die minder productief zijn. Welnu, ik denk
dat het een goede ambitie is waarvoor blijkbaar met de nodige
moeilijkheden op de werkgelegenheidsconferentie is geopteerd om
een budget uit te trekken voor het verplicht maken van
hertewerkstellingsinspanningen. Ik wil hier nog maar eens een pleidooi
houden om ook oog te hebben voor al die anonieme bedrijven die
herstructureren. Op het eerste gezicht gaat het daar om minder pijnlijke
afslankingen, maar voor wie getroffen wordt, zijn ze wel degelijk pijnlijk
en in globo gaat het om veel meer werknemers dan de 3.000
werknemers bij Ford Genk.
Ik meen dat een dergelijke regel inzake herplaatsinginstrumenten ook
moet worden toegepast in kleinere bedrijven dan degene die de media
halen. U zult van mij wel verwachten ik zal dat ook doen dat ik de
evolutie in dat dossier van nabij zal blijven volgen om na te gaan of men
voor alle groepen in de samenleving die het slachtoffer worden van
herstructurering en collectief ontslag maximaal het instrument op tafel
legt dat hen perspectief biedt; een ander perspectief dan werkloosheid
of brugpensioen.
remise au travail maximale des
travailleurs licenciés. Il faut dégager
un budget à cet effet. Cette règle
doit s'appliquer à toutes les
fermetures d'entreprises, même à
celles qui ne bénéficient pas de
l'attention des médias. Je suivrai ce
dossier de près.
01.33 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de eerste minister, u hebt het daarstraks gehad over een van
mijn fantasmen. Dat bestaat erin dat ik van oordeel ben dat de
buitenlandse politiek van dit land schade heeft berokkend, zeker in de
Verenigde Staten. Ik geef u een duidelijk voorbeeld waarom dit
zogenaamd fantasme zo pertinent is. Begin dit jaar is vanuit deze
Kamer een missie vertrokken naar Washington om te spreken met
politici en bedrijfsleiders een soort tocht naar Canossa om heel de
problematiek rond de genocidewet toe te lichten. Waarom gebeurt dat?
Geef mij een andere reden dan het vrijwaren van de economische
belangen van dit land. Ik zie geen andere reden. U kunt het vragen aan
uw intieme vriend, de heer Coveliers. Ik heb in elk geval van mijn collega
Annemans gehoord dat men daar zeer zwaar aan de tand is gevoeld
precies over die wetgeving, niet alleen door politici, maar ook door
bedrijfsleiders. Als antwoord op uw zogenaamde fantasmehistorie kan
dat tellen.
Ten tweede, u hebt ons in het begin van uw antwoord gezegd dat men
de mensen op een schandalige manier probeert op te jutten. Ik citeer
uit uw persmededeling van gisteren: "J'estime dès lors qu'il est
particulièrement scandaleux."
Ik denk dat je als eerste minister niet veel verder kan gaan. U vindt het
dus particulièrement scandaleux dat de journalisten hun werk doen en
dat de oppositie vragen stelt. Met alle respect, u bent de man die in
1999 de hele dioxineaffaire gemanipuleerd en misbruikt heeft, u moet
dus geen lessen geven. U tikt echter de journalisten op hun vingers als
ze hun werk doen. Pas op, u tikt natuurlijk niet alle journalisten op hun
vingers. U hebt ook vrienden in de media.
Ik viel gisteren bijna uit mijn zetel toen ik op de radio hoorde dat het
bericht dat bij de Veiligheid van de Staat was binnengekomen, dat Ford
01.33 Filip De Man (VLAAMS
BLOK): La politique étrangère de
Louis Michel a fait du tort à la
Belgique et ce constat n'a rien de
fantaisiste. Pourquoi, sinon, une
délégation belge se serait-elle
rendue à Washington pour y
expliquer les tenants et
aboutissants de la loi de
compétence universelle?
Et au gouvernement qui reproche à
l'opposition de le harceler, je
réponds qu'il n'est nullement
scandaleux que l'opposition pose
des questions et que les
journalistes fassent leur travail. Au
demeurant, le premier ministre est
mal placé pour nous faire la leçon
car, en 1999, il a tiré un profit
électoral sans précédent de la crise
de la dioxine. De plus, il compte lui
aussi des amis dans les médias:
on a déjà pu entendre déclarer à la
radio que les informations
divulguées par la Sûreté de l'Etat
sont infondées.
Louis Michel fait du tort au pays,
les socialistes empêchent la mise
en oeuvre de toute politique
favorable aux entreprises et les
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
28
in grote problemen zou komen, een loos bericht was. Men kan
vriendelijk zijn voor het regime. Men kan vriendelijk zijn voor deze
premier. Als dit echter een loos bericht is, dan vind ik dat men eens
aan die 3.000 arbeiders van Ford en aan de 3.000 arbeiders in de
toeleveringsbedrijven die nu hun job kwijt zijn, moet gaan vragen hoe
loos dat bericht wel is. Hou ze een beetje in toom. Uw
geloofwaardigheid komt immers ook in het gedrang als u uw vriendjes
te vriendelijk laat zijn voor u. Dat is heel belangrijk.
Ten slotte is er het verhaal over Louis Michel. Ik blijf erbij dat die man
schadelijk is voor ons land. Ik blijf er natuurlijk bij dat de socialisten
de SP.A en zeker en vast ook de PS verhinderen om een politiek te
voeren die ons bedrijfsleven meer adem geeft. U zit te pochen met
loonkostenverlaging. We zitten echter op het hoogste niveau van de 30
OESO-landen, als ik mij niet vergis. U pocht dan dat u er een stukje
van afgedaan heeft. We zitten bijzonder hoog op het vlak van de
loonkosten. De motie van wantrouwen die wij indienen, is dus zeer
terecht, denk ik.
charges salariales en Belgique sont
les plus élevées de tous les pays
de l'OCDE. Par conséquent, le
dépôt de notre motion de défiance
se justifie pleinement.
01.34 Geert Bourgeois (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
premier, laten we de geruchten over de genocidewet laten voor wat ze
zijn en zegt u dat ook aan een aantal partijgenoten van u - ik denk dan
aan de heren Coveliers en De Croo die die geruchten cultiveren. Laten
we hier echter bij de feiten blijven. Ik lees vandaag in de krant dat de
genocidewet België klanten kost in de VS. Het is het hoofdartikel in de
krant van vandaag. Het komt van de u bekende captain of industry, de
heer Leysen. Hij zegt dat Umicore een jarenlange trouwe klant in de VS
verliest en ze, wanneer wordt gevraagd wat er aan de hand is, of het
product niet meer voldoet, na lang aandringen zeggen dat ze pissed off
zijn with Belgium. Dat is de realiteit. Dit zijn geen geruchten.
Twee, ik heb akte genomen van uw verklaring dat u hier graag bent, dat
u geen kritiek hebt op de interpellanten en dat u het Parlement integraal
wil inlichten. Ik ben toch wat ontgoocheld dat ik van u alleen maar die
slide krijg. Ik lees in de krant een interview met de kabinetschef van
mijnheer Gabriëls. Deze persoon heeft verklaard dat er op die
bijeenkomst met de Ford-directie op 23 januari 2002, waarop u
aanwezig was in de persoon van de heer Coene, een 15 pagina's
tellend rapport is meegedeeld met de vergelijking van de diverse
Europese Ford-vestigingen in Duitsland, Spanje, Groot-Brittannië en
Vlaanderen. Geef ons dat rapport eens want dat was blijkbaar toch heel
significant, daarover ging het. U heeft daarmee niets aangevangen.
01.34 Geert Bourgeois (N-VA):
Le premier ministre demande qu'il
soit coupé court aux rumeurs qui
établissent un lien entre la loi belge
de compétence universelle et le
recul des investissements
américains dans notre pays. Je
l'invite à prodiguer discrètement ce
même bon conseil à ses collègues
libéraux, MM. Coveliers et De Croo.
La preuve qu'il ne s'agit pas de
rumeurs dénuées de fondement est
apportée par le quotidien De
Standaard qui publie dans son
édition de ce jour une interview de
M. Leysen, du groupe non ferreux
Umicore. Ce dernier y déclare qu'à
la suite des mauvaises relations
politiques entre la Belgique et les
Etats-Unis, son entreprise a perdu
un important client américain qui lui
avait été fidèle pendant des
années. Ce ne sont pas des
rumeurs, mais des faits avérés!
Le premier ministre a mis à notre
disposition les transparents de la
réunion du 23 janvier 2003. Il y a
quelques jours, la presse a fait état
d'une réunion avec Ford en 2002, à
laquelle assistait le chef de cabinet
de M. Gabriëls, ministre flamand à
l'époque. Au cours de cette
réunion, Ford a présenté une étude
comparative de tous ses
établissements en Europe. Les
résultats de Genk n'étaient pas
brillants. Voilà évidemment le noeud
du problème que nous examinons
aujourd'hui. Ne pouvons-nous
obtenir les textes de cette réunion?
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
29
01.35 Eerste minister Guy Verhofstadt: U kan uw fractie toch laten
interpelleren in het Vlaams Parlement.
01.35 Guy Verhofstadt, premier
ministre: Votre groupe au
Parlement flamand peut interpeller
à ce sujet.
01.36 Geert Bourgeois (N-VA): Mijnheer Verhofstadt, u was daar
aanwezig in de persoon van de heer Coene.
01.36 Geert Bourgeois (N-VA):
Je suppose que M. Coene n'a pas
emporté tous ces documents à la
Banque Nationale...
01.37 Eerste minister Guy Verhofstadt: Ik ben de postbode niet hoor.
01.38 Geert Bourgeois (N-VA): Mijnheer Coene was daar. U hebt die
slide snel laten faxen van op het kabinet-Dewael. Ik neem aan dat er
ondertussen een andere kabinetschef is. Laat dat rapport ook faxen
dan kunnen wij het hier misschien op de banken krijgen. Het gaat om
een 15 pagina's tellend rapport waarin een vergelijking wordt gemaakt
van de Ford-vestigingen in Keulen, Valencia, Genk en Saarlouis. De
heer Martel, de toenmalige kabinetschef van minister Gabriëls, zegt en
ik citeer: "Het was even slikken toen we die cijfers zagen." Blijkbaar
heeft dat op u ook indruk gemaakt en natuurlijk staat in die slide iets
over de loonkosten en de kosten voor ploegenarbeid. Men was daardoor
blijkbaar toch vrij geïmponeerd. Men heeft ook geprobeerd er iets aan te
doen tenzij uw fractie in het Vlaams Parlement de waarheid niet zegt.
Ik lees dat het Vlaams parlementslid van de VLD Guy Sols gezegd
heeft dat de VLD dit wel wou aankaarten. Ook de heer Van Mechelen
was bijzonder bekommerd om de toestand want hij heeft u daar twee
tot drie keer op gewezen. Volgens de heer Guy Sols botste wij op de
PS die daarvan niet wou weten. Uw woordvoerder, verklaarde in de krant
van 8 oktober, ik citeer: "Het duurde tot vorige week vooraleer Guy
Verhofstadt daarmee naar buiten kwam. De premier moet altijd kijken
naar wat politiek haalbaar is. Naar aanleiding van de ontmoeting met
Ford is Verhofstadt toen niet met dat idee naar voren gekomen omdat
dit onbespreekbaar was met de coalitiepartners".
Dat is de realiteit. Heel Vlaanderen vraagt die loonkostenverlaging. Bij
de besparingsplannen bij Opel Belgium krijgt minister Van Mechelen
het signaal dat er absoluut iets aan de kosten voor de ploegenarbeid
moet worden gedaan. De chemische industrie in Antwerpen geeft
hetzelfde signaal. Op 23 januari 2002, een half jaar later, krijgt u
opnieuw dit signaal. Het duurt inderdaad tot vandaag, tot er een drama
gebeurt. U zegt dat men in de politiek van dergelijke momenten gebruik
moet maken, maar waarom, mijnheer de eerste minister hebt u niets
ondernomen? U werd er toch op gewezen? U kon toch vermoeden wat
op het getouw stond? U werd uit eerste hand geïnformeerd over de
vergadering van 23 januari. Waarom hebt u daarover in het
regeerakkoord niets opgenomen? U hebt in het regeerakkoord
toegegeven aan de PS die zei dat Francorchamps moest worden gered,
dat het daar ging over de tewerkstelling van enkele honderden mensen.
U werd met dit dossier geconfronteerd waar het over 3.000 directe
arbeidsplaatsen gaat. U hebt echter gewacht tot daar een sociaal
drama is gebeurd.
Mijnheer de eerste minister, ik leid daaruit af dat het nog altijd de
Waalse PS is gesteund door de heer Stevaert, die weet wat goed is
voor de mensen die het goede of het slechte weer maakt. Als u dan
toch iets structureels wilt doen, lees dan de aanbevelingen van het IMF,
lees dan de aanbevelingen van de OESO, waarin staat dat Vlaanderen
en Wallonië een eigen tewerkstellingsbeleid zouden moeten kunnen
voeren. Als u dan toch naar meerderheden zoekt en wij willen
daaraan coöperatief meewerken zult u door uw politieke voelhorens
01.38 Geert Bourgeois (N-VA):
Un membre du groupe VLD au
Parlement flamand a déclaré qu'il
avait tenté d'aborder ce problème
avec les membres de son parti au
gouvernement fédéral, mais qu'il
avait fait chou blanc parce que le
PS ne souhaitait pas une
éventuelle diminution des charges
salariales. Cette position a
d'ailleurs encore été confirmée
récemment par le porte-parole du
premier ministre. L'industrie
flamande émet depuis quelque
temps déjà des signaux d'alarme
concernant le handicap salarial
mais, malgré cela, le VLD n'a pas
estimé nécessaire d'en faire état
dans le nouvel accord de
gouvernement. Entre-temps, les
partis francophones au
gouvernement sont parvenus à
leurs fins depuis longtemps avec la
loi relative à Francorchamps.
L'unique solution dans tout ce
débat est et reste que la Flandre et
la Wallonie puissent mener leur
propre politique d'emploi, ce qui
permettrait enfin à la Flandre
d'apporter à son industrie le ballon
d'oxygène nécessaire, par la mise
en oeuvre d'une réduction
significative des charges salariales.
11/10/2003
CRIV 51
COM 023
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
30
ook wel weten dat er in Vlaanderen een kamerbrede meerderheid is om
de loonkosten drastisch te verlagen door de gezondheidszorgen en de
gezinsbijslagen uit de loonkosten te halen, wat ons in een klap
concurrentieel maakt met de ons omringende landen. Dat is de enige
structurele oplossing op termijn.
De voorzitter: Ik moet het hierbij laten. Als ik nog andere collega's aan het woord laat, moet ik ook de andere
fracties laten spreken. Ik kan niet anders dan het Reglement hier sec toepassen. Het spijt mij. Als men het
anders wil, moet de Conferentie van voorzitters zich daarover uitspreken en dat is niet gebeurd.
Mijnheer de eerste minister, ik wil u nog een kleine correctie meegeven. U hebt ter verduidelijking in verband
met het bewaren van de discretie van de commissies I en P naar deze voorzitter verwezen.
U moet weten dat de enige bewaker daarvan, dat blijkt uit zijn handelingen, de voorzitter van de Kamer is, de
eerste burger van het land.
Motions
Moties
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.
Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
Une première motion de recommandation a été déposée par M. Geert Bourgeois et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Jo Vandeurzen, Bert Schoofs, Filip De Man et Geert Bourgeois
et la réponse du premier ministre,
recommande au gouvernement
- de donner la priorité absolue à la création d'un climat favorable aux entreprises, notamment en réduisant
structurellement les charges salariales et en simplifiant drastiquement l'administration, afin de préserver la
prospérité pour le futur;
- de ramener le coût salarial au niveau de celui de nos principaux partenaires commerciaux européens;
- de fournir une information complète au parlement."
Een eerste motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Geert Bourgeois en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Jo Vandeurzen, Bert Schoofs, Filip De Man en Geert Bourgeois
en het antwoord van de eerste minister,
beveelt de regering aan
- een absolute prioriteit te geven aan het realiseren van een gunstig ondernemingsklimaat door onder andere
structureel de loonkost te verminderen, de administratie drastisch te vereenvoudigen, zodat de welvaart in de
toekomst kan verzekerd blijven;
- de loonkost terug te dringen tot deze van de voornaamste Europese handelspartners;
- het parlement volledig in te lichten."
Une deuxième motion de recommandation a été déposée par MM. Pieter De Crem, Jo Vandeurzen et par
Mme Liesbeth Van der Auwera et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Jo Vandeurzen, Bert Schoofs, Filip De Man et Geert Bourgeois
et la réponse du premier ministre et en attendant les conclusions de l'enquête du Comité R,
recommande au gouvernement
d'intervenir activement en vue de la survie, avec un maximum de membres du personnel, de Ford Genk et de
prendre les mesures nécessaires pour renforcer autant que possible la compétitivité de l'entreprise."
Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door de heren Pieter De Crem, Jo Vandeurzen en door
mevrouw Liesbeth Van der Auwera en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Jo Vandeurzen, Bert Schoofs, Filip De Man en Geert Bourgeois
en het antwoord van de eerste minister, en in afwachting van de resultaten van het onderzoek van het Comité
I,
beveelt de regering aan
actief tussen te komen om Ford Genk, met een maximaal aantal personeelsleden, te laten voortbestaan en
de nodige maatregelen te treffen om de concurrentiële positie van het bedrijf zoveel mogelijk te versterken."
CRIV 51
COM 023
11/10/2003
CHAMBRE
-1
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2003
2004
KAMER
-1
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
31
Une motion de méfiance a été déposée par MM. Bert Schoofs, Bart Laeremans et Filip De Man et est libellée
comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Jo Vandeurzen, Bert Schoofs, Filip De Man et Geert Bourgeois
et la réponse du premier ministre,
retire sa confiance au ministre des Affaires étrangères en raison de la politique déplorable qu'il mène depuis
maintenant plusieurs années et qui, en outre, a nui et nuit encore gravement à nos entreprises."
Een motie van wantrouwen werd ingediend door de heren Bert Schoofs, Bart Laeremans en Filip De Man en
luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Jo Vandeurzen, Bert Schoofs, Filip De Man en Geert Bourgeois
en het antwoord van de eerste minister,
zegt zijn vertrouwen op in de minister van Buitenlandse Zaken omwille van zijn nu jaren durende wanbeleid,
dat bovendien zware economische schade toebracht en brengt aan onze bedrijven."
Une motion pure et simple a été déposée par M. Eric Libert et Mmes Karine Lalieux, Annelies Storms et
Hilde Vautmans.
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heer Eric Libert en de dames Karine Lalieux, Annelies Storms
en Hilde Vautmans.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à 11.22 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 11.22 uur.