KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 904
CRIV 50 COM 904
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
maandag
lundi
02-12-2002
02-12-2002
14:15 uur
14:15 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "de verklaringen van
een gedetineerde aan de media over een
belangrijk dossier inzake terrorisme" (nr. A368)
1
Question de M. Tony Van Parys au ministre de la
Justice sur "les déclarations d'un détenu aux
médias au sujet d'un dossier important en
matière de terrorisme" (n° A368)
1
Sprekers:
Tony Van Parys, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs:
Tony Van Parys, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
minister van Justitie over "de steeds feller
wordende anti-Joodse acties in Brussel"
(nr. A409)
3
Question de M. Francis Van den Eynde au
ministre de la Justice sur "les actes-antisémites
de plus en plus violents perpétrés à Bruxelles"
(n° A409)
4
Sprekers: Francis Van den Eynde, Marc
Verwilghen
, minister van Justitie
Orateurs: Francis Van den Eynde, Marc
Verwilghen
, ministre de la Justice
Vraag van de heer Bart Laeremans aan de
minister van Justitie over "de opvolging van
vrijgelaten gedetineerden" (nr. A431)
5
Question de M. Bart Laeremans au ministre de la
Justice sur "le suivi des détenus remis en liberté"
(n° A431)
5
Sprekers:
Bart Laeremans, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs:
Bart Laeremans, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "de gerechtelijke
aanpak van de rellen in Antwerpen" (nr. A453)
7
Question de M. Tony Van Parys au ministre de la
Justice sur "les mesures judiciaires à appliquer
dans le cadre des rixes à Anvers" (n° A453)
7
Sprekers:
Tony
Van Parys, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs:
Tony Van Parys, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister
van Justitie over "de officiële erkenning en
opening van de justitiehuizen in Veurne en Ieper"
(nr. A427)
13
Question de M. Yves Leterme au ministre de la
Justice sur "l'agrément officiel et l'ouverture de
maisons de justice à Furnes et à Ypres"
(n° A427)
13
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CD&V-fractie, Marc Verwilghen, minister van
Justitie
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CD&V, Marc Verwilghen, ministre de la
Justice
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1



COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
MAANDAG
2
DECEMBER
2002
14:15 uur
______
du
LUNDI
2
DECEMBRE
2002
14:15 heures
______

De vergadering wordt geopend om 14.25 uur door de heer Fred Erdman, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.25 heures par M. Fred Erdman, président.
01 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de minister van Justitie over "de verklaringen van een
gedetineerde aan de media over een belangrijk dossier inzake terrorisme" (nr. A368)
01 Question de M. Tony Van Parys au ministre de la Justice sur "les déclarations d'un détenu aux
médias au sujet d'un dossier important en matière de terrorisme" (n° A368)
01.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de dossiers volgen mekaar zeer snel op. Het is alsof het
dossier met betrekking tot de verklaringen aan de media over een
belangrijk dossier inzake terrorisme ondertussen al uit de actualiteit
is verdwenen. Ik denk dat er een aantal vragen overblijven, mijnheer
de minister, die naar mijn aanvoelen belangrijk zijn.

De eerste vraag is de volgende. Hoe is het mogelijk dat een
gedetineerde aan de media verklaringen kon afleggen over een
lopend onderzoek inzake terrorisme en dat hij dat deed vanuit de
gevangenis? We zullen het er allemaal over eens zijn dat dit eigenlijk
niet kan, niet zou mogen, uit den boze is en dan zeker in een
bijzonder belangrijk en gevoelig dossier van terrorisme. Daarbij rijzen
een aantal vragen naar aanleiding van verklaringen in de media.
Heeft de minister een tuchtonderzoek geïnitieerd lastens de
onderzoeksrechter? Wie nam de beslissing om de gedetineerde toe
te laten vanuit de gevangenis te telefoneren? Wie stond in voor de
uitvoering van deze beslissing? Wie hield toezicht op de wijze van
uitvoering van deze beslissing? Heeft het telefoongesprek het
onderzoek in België en/of in het buitenland beïnvloed? Hoe wordt het
toezicht op telefoongesprekken vanuit de gevangenis georganiseerd?
Wat is de reglementering en hoe werd ze in casu toegepast? Zijn er
specifieke instructies in terrorismedossiers? Hoe wordt de veiligheid
van de bevolking in de omgeving van Kleine Brogel verzekerd?

Ik wil er nog een bijkomende vraag aan toevoegen naar aanleiding
van een recent persartikel. Is het juist dat er nu ook een onderzoek
loopt wegens schriftvervalsing ten aanzien van de betrokkene? Tot
daar, voorzitter, mijnheer de minister, de vragen die ik over dit
dossier zou willen stellen aan de minister van Justitie.
01.01 Tony Van Parys (CD&V):
En raison de divers événements
récents, ma question sur
l'interview du Tunisien Trabelsi
n'est plus guère d'actualité mais
elle n'en est pas devenue moins
importante.

Comment se peut-il qu'un détenu
ait pu s'exprimer dans les médias
à propos d'une enquête en cours
sur le terrorisme? Qui a autorisé
M. Trabelsi à téléphoner et qui a
surveillé le détenu pendant qu'il
passait ses coups de téléphone?
Quelles règles générales
s'appliquent-elles en la matière?
Des règles spécifiques
s'appliquent-elles aux dossiers
relatifs au terrorisme? Une
enquête disciplinaire sera-t-elle
menée à l'encontre du juge
d'instruction? Cet incident
influence-t-il l'enquête en cours?
Une enquête sera-t-elle
également menée à propos d'un
éventuel faux en écriture?
Comment est assurée la sécurité
à proximité de la base de Kleine
Brogel
?
01.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega Van
Parys, u zal begrijpen dat met betrekking tot deze zaak ik bezwaarlijk
in detail kan gaan, gelet op het nog lopende gerechtelijke onderzoek,
01.02 Marc Verwilghen, ministre:
L'instruction et l'examen des faits
étant encore en cours, il m'est
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
ten eerste over de zaak zelf en ten tweede over het incident.

In elk geval, volgens de eerste bevindingen heeft de betrokken
gedetineerde aan de behandelende onderzoeksrechter, de heer
Franssen, toelating gevraagd om telefonisch overleg te kunnen
plegen met zijn raadslieden. Daarvoor heeft hij een aantal
telefoonnummers opgegeven, waarvan hij gezegd heeft dat ze
toebehoren aan zijn advocaat. De onderzoeksrechter heeft het
verzoek van betrokkene ingewilligd en hij heeft ook de lijst van de
telefoonnummers doorgegeven aan de gevangenis van Vorst.
Achteraf is wel gebleken dat een van de opgegeven
telefoonnummers niet toebehoorde aan een advocaat, maar wel aan
een journalist. In dit verband heb ik de procureur-generaal in Brussel
verzocht om met de eerste voorzitter van het hof van beroep in
overleg te treden, ten einde in hoofdorde na te gaan wat er precies
gebeurd is en of in dat verband bijzondere maatregelen zich
opdringen, en bijkomend ook te willen onderzoeken op welke wijze
kan worden verzekerd ­ voor zover nazicht enig gebrek aan het licht
zou brengen ­ dat een dergelijk incident zich in de toekomst niet
meer kan herhalen.

Wat betreft de wijze waarop het telefoneren is georganiseerd in de
gevangenissen, moet ik u het volgende toelichten en wel dat de
bepalingen omtrent het gebruik van de telefoon worden geregeld in
het artikel 35bis van het koninklijk besluit van 21 mei 1965. Dat is
dus al een behoorlijke tijd geleden. Deze houden het recht in voor
een opgesloten gedetineerde om te bellen naar zijn raadsman, naar
zijn ouders, naar de verwanten in de rechte lijn, naar de voogd, de
partner, de broers en de zussen, alsook de persoon waarmee de
gedetineerde een feitelijk gezin vormt.

Die regel is van toepassing op alle gedetineerden, dus ook op deze
gedetineerde. De geldende bepaling die in dat geval eveneens wordt
toegepast door de directeur van de gevangenis te Vorst is dat de
gedetineerde naar een bureau wordt gebracht om te bellen naar zijn
advocaat en dat het telefoonnummer wordt gevormd door de
kwartierchef. Er moet toch wel worden gewezen op het feit dat de
begeleidende beambte, de kwartierchef, niet mag luisteren naar het
gesprek wanneer de gedetineerde geacht wordt te bellen naar zijn
advocaat, wat nogal vanzelfsprekend is.

Qua specifieke maatregelen werd, gezien de aard van het dossier en
zoals steeds ingeval van een dossier met een specifiek risico, een
begeleidingscomité opgericht dat bestaat uit leden van de
penitentiaire administratie, met punctuele aanwezigheid van de
bevoegde gerechtelijke autoriteiten. De onderzoeksrechter heeft
inderdaad ingevolge artikel 613 van het Wetboek van strafvordering
de mogelijkheid bevel te geven aan de administratie om, met
betrekking tot de detentievoorwaarden van een beklaagde, bepaalde
voorwaarden nauwlettend te volgen. Op basis van een aantal
algemene krachtlijnen die inzake terrorismedossiers worden
toegepast, worden door dit comité specifieke regimeaspecten
uitgewerkt voor de betrokken gedetineerde. Deze regimeaspecten
worden maandelijks geëvalueerd.

Wat uw vraag betreft over de impact van deze kwestie op het
gerechtelijk onderzoek, kan ik mij natuurlijk bezwaarlijk uitspreken.
Het komt mij echter voor dat als er enig impact zou zijn die niet mag
difficile d'évoquer cette question
en détail.

Il me revient que l'intéressé a
communiqué au juge d'instruction
une série de numéros de
téléphone appartenant
prétendument à ses conseils. Il a
été autorisé à téléphoner mais il
s'est avéré par la suite qu'un des
numéros était celui d'une
journaliste. Le procureur général
de Bruxelles et le premier
président de la cour d'appel
cherchent à déterminer ce qui
s'est exactement passé et s'il est
nécessaire de prendre des
mesures pour éviter que cet
incident ne se reproduise.

L'utilisation du téléphone dans les
prisons est régie par l'article 35bis
de l'arrêté royal du 21 mai 1965.
Tout détenu, et donc aussi M.
Trabelsi, a le droit de téléphoner à
son conseil et aux membres de sa
famille. Il doit le faire dans un
bureau distinct où le chef de
quartier compose le numéro. Le
directeur de la prison de Forest a
appliqué ces règles. Toutefois,
l'accompagnateur ne peut écouter
une conversation téléphonique
entre un détenu et son avocat.

Un comité d'accompagnement
spécial détermine les conditions
de détention qui s'appliquent dans
des dossiers spécifiques tels que
ceux se rapportant à des affaires
de terrorisme, par exemple.

Il me paraît qu'il ne faut pas
surestimer l'impact de cet incident
sur l'enquête judiciaire.

Vous devriez en fait adresser vos
questions concernant la base de
Kleine Brogel aux ministres de la
Défense et de l'Intérieur. Tous les
départements concernés doivent
évidemment s'informer
mutuellement.
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
worden overschat.

Inzake uw slotvraag betreffende de veiligheid rond Kleine Brogel,
komt het mij voor dat dergelijke schikkingen in eerste instantie
zouden moeten worden genomen door de ministers van
Landsverdediging en van Binnenlandse Zaken en eventueel ook door
de minister van Volksgezondheid. In elk geval komt het mij, als
minister van Justitie, niet toe daarin bijzondere schikkingen te treffen.

Het risico is bekend en er moet dus navenant worden gehandeld. Dat
is trouwens een van de redenen waarom diensten die voor de
veiligheid instaan vaak aan de onderzoeksrechters vragen om hen te
gepasten tijde inlichtingen te verstrekken met betrekking tot de
lopende dossiers. Ook op dat vlak lijkt het mij aangewezen op tijd en
stond de principes in herinnering te brengen, opdat die informatie
doorstroomt en kan worden aangewend indien nodig.
01.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de minister, ik blijf ervan
overtuigd dat zulke zaken niet kunnen. Het gaat hier om een
bijzonder belangrijk en gevoelig dossier. Indien men telefonisch
contact kan opnemen met de RTBF dan kan men dat ook met
anderen doen en op die manier kan het dossier wel degelijk worden
beïnvloed. Volgens mij moeten alle mogelijke maatregelen worden
genomen om zulks te voorkomen.

Bovendien vrees ik dat men, wat betreft het lopende onderzoek,
minder goede bedoelingen had, in die zin dat de verklaringen van de
betrokkenen vermoedelijk meer voor buitenlands dan voor
binnenlands gebruik waren bedoeld. Immers, het is bekend dat er
ook een onderzoek aan de gang is in Parijs, in Frankrijk, met
betrekking tot de opdrachtgevers inzake een eventuele geplande
aanslag op de ambassade van de Verenigde Staten. Ongetwijfeld
had betrokkene met zijn verklaringen intenties met betrekking tot dit
onderzoek. Naar mijn aanvoelen bestaan er wel degelijk risico's met
betrekking tot het lopende onderzoek, zij het dan met betrekking tot
het onderzoek dat in het buitenland wordt gevoerd.

Hopelijk zal dit nooit meer gebeuren, ten eerste voor de
geloofwaardigheid van de gerechtelijke instanties waarin de burger
vertrouwen moet hebben en, ten tweede, voor de buitenlandse
gerechtelijke instanties die met deze materie bezig zijn.
01.03 Tony Van Parys (CD&V):
Ce qui s'est passé à Forest est
vraiment inacceptable. Tout doit
être mis en oeuvre pour éviter la
répétition de tels faits. N'oublions
pas qu'il y va de la crédibilité de la
justice, non seulement aux yeux
des citoyens belges mais encore à
ceux des instances judiciaires
étrangères qui enquêtent sur les
commanditaires de Trabelsi. Je
pense que les déclarations de ce
dernier étaient avant tout
destinées à l'étranger.
01.04 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, ik deel
volledig de mening van de heer Van Parys. Ik wil er wel de aandacht
op vestigen dat een gerechtelijke beschikking is afgeleverd door de
onderzoeksrechter, die aan de betrokkene de toelating heeft gegeven
om te telefoneren. De vraag dringt zich op in welke omstandigheden
zulks is geschied. Had men kennis van een en ander en heeft men
een verificatie doorgevoerd. Op die vragen kan ik momenteel geen
antwoord geven. Het onderzoek dat ik heb gevraagd aan de
procureur-generaal te Brussel bij de eerste voorzitter van dat Hof, zal
daarover uitsluitsel moeten brengen.
01.04 Marc Verwilghen, ministre:
Cet incident retient également
toute mon attention. Trabelsi a
certes dupé tout le monde mais le
juge n'en a pas moins donné son
autorisation. Le détenu qui
bénéficiait de cette autorisation a-
t-il bien fait l'objet de toute la
surveillance requise et s'est-on
assuré qu'il n'en abusait pas?
C'est pour vérifier ces éléments
que j'ai chargé le procureur
d'ouvrir une instruction.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
02 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de minister van Justitie over "de steeds feller
wordende anti-Joodse acties in Brussel" (nr. A409)
02 Question de M. Francis Van den Eynde au ministre de la Justice sur "les actes-antisémites de
plus en plus violents perpétrés à Bruxelles" (n° A409)
02.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, het is misschien het gevolg van een
soort multiculturele ideologie waar men ervan uitgaat dat er nergens
grenzen zijn, maar, in elk geval is de realiteit dat sommigen steeds
meer het conflict in het Midden-Oosten tussen Palestijnen en Israël
bij ons willen importeren en dat steeds opnieuw met meer felheid
gaan doen.

Ik heb hier in de loop der jaren ­ en de minister van Binnenlandse
Zaken was toen nog de heer Tobback; het is dus al een tijdje geleden
­ geïnterpelleerd over bijvoorbeeld de poging tot brandstichting in de
synagoge van de Kliniekstraat in Anderlecht. Ik ben later nog moeten
terugkomen op gelijkaardige incidenten in dezelfde straat en ten
overstaan van dezelfde synagoge. Ik heb ook nog vragen gesteld in
verband met de aanslag op rabbijn Riggi in de Brusselse metro.

Ik heb de indruk dat er een permanente escalatie is van die feiten.
Naar aanleiding van het opnieuw oplaaien van de gebeurtenissen in
Israël en in Palestina, is men hier ook steeds feller gaan reageren ten
overstaan van de joodse gemeenschap. Indertijd beperkte zich dat
nog tot betogingen. Ik herinner me dat, toen de heer Wiesenthal op
een zondagnamiddag een voordracht gaf in de cinema Eldorado op
het de Brouckèreplein, er ook een tegenbetoging was. Wat de heer
Wiesenthal te maken had met wat op dat ogenblik gebeurde in Israël,
weet ik niet, maar zij wisten het blijkbaar wel.

Maar nu gaat men steeds verder en verder. Er zijn, mijnheer de
minister, al enkele keren aanvallen geweest op joodse zaken en
winkels in Molenbeek. Dat dit in Molenbeek gebeurt, is misschien niet
zo toevallig. Het voorlopige hoogtepunt deed zich voor op 17
november in het Athénée Marcel Tricot in Laken. Daar werd een pas
overgekomen jonge joodse leraar als het ware aangevallen in zijn
klas door een groep leerlingen die men, als men politiek correct
spreekt, allochtonen noemt. Hij was een goed uur lang totaal
omsingeld, moest alle mogelijke scheldwoorden maar ook af en toe
fysiek geweld ondergaan. Hij vertelde dat men zelfs stoelen naar zijn
hoofd slingerde, enzovoort. Geweld is in Brusselse scholen, helaas,
mijnheer de voorzitter, geen echte uitzondering. Er is geweld op
leraars, op leerlingen en tussen leerlingen onderling. Maar geweld op
deze basis is wel een nieuwe en gevaarlijke evolutie van de
mentaliteit die op dit ogenblik bij ons heerst.

De betrokken leraar is niet door de knieën gegaan, hij heeft stand
gehouden in de klas. Daarna heeft hij klacht ingediend bij de politie.
Voor zover ik de Brusselse pers mag geloven, is hij ondertussen niet
meer op school verschenen. Officieel zou hij ziek zijn, maar dit is
zeker geen verwijt. Ik begrijp best wat er zich in de geest van de man
afspeelt.

De zeven leerlingen zijn van de school gestuurd. Hun identiteit is dus
gekend. Mijnheer de minister, ik wil hier niet spreken over uw positief
02.01 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): D'aucuns
s'emploient à importer, avec une
virulence croissante, le conflit
israélo-palestinien dans nos
frontières, peut-être au nom d'une
quelconque idéologie
multiculturelle. Il y a des années
déjà, j'avais interrogé le ministre
de l'Intérieur de l'époque,
M. Tobback, sur les incidents dont
étaient victimes des juifs. Depuis
lors, c'est l'escalade.

Ces incidents ont connu leur
apogée ­ provisoire ­ le 17
novembre, lorsqu'un enseignant
juif d'un athénée bruxellois s'est
fait insulter une heure durant par
ses étudiants d'origine étrangère,
qui sont allés jusqu'à lui jeter des
chaises à la tête.

L'enseignant a ensuite déposé
plainte auprès de la police et n'est
plus réapparu en classe. Les
élèves concernés ont été
renvoyés de l'école.

Le ministre de la Justice pourrait-il
insister, sans pour autant faire
usage de son droit d'injonction,
pour que ces faits ne soient pas
simplement classés sans suite? Si
l'on veut éviter de tels
comportements à l'avenir, il faut
faire preuve d'une certaine
fermeté.
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
injunctierecht, maar kunt u er niet op aandringen dat de feiten niet
worden geseponeerd zoals zovele zaken bij ons ergens blijven
liggen, voor goede en minder goede redenen? Goede redenen zijn er
niet zo vaak. Ik kan begrijpen dat men bij de parketten soms
overwerkt is. Dit is echter een gevaarlijke evolutie. U kunt natuurlijk
van uw positief injunctierecht gebruik maken. Ik denk echter dat u bij
de parketten kan aanbrengen dat dergelijke zaken au sérieux moeten
worden genomen. Als we op deze zaak niet reageren, zal dat steeds
erger worden, met alle gevolgen van dien. Een klein beetje streng
optreden is, mijns inziens, wel gepast om zaken zoals ik ze geschetst
heb in de toekomst te vermijden of te proberen vermijden.
02.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega Van
den Eynde, mijn antwoord zal relatief kort zijn.

Wij stellen vast dat zich in onze maatschappij een aantal
onverdraagzaamheden uiten. Soms gebeurt dat door racistische,
soms door godsdienstig geïnspireerde reacties,
02.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Soms de twee
samen.
02.04 Minister Marc Verwilghen: ...soms ook de twee samen, die
zich ook vaak vertalen in het plegen van een misdrijf. Laat het
duidelijk zijn dat in elk van die gevallen men een dossier opent en
proces-verbaal wordt opgesteld.

Voor sommige van de door u aangehaalde feiten zijn er
vooronderzoeken aan de gang. In andere zijn er gerechtelijke
onderzoeken aan de gang. In elk geval, die zaken worden ernstig
genomen en zullen te gepasten tijde een afhandeling krijgen, hetzij
via een rechtstreekse dagvaarding van het openbaar ministerie,
hetzij dat de zaken zullen worden doorverwezen door de
correctionele raadkamer voor verdere afhandeling, desgevallend
zelfs ten aanzien van minderjarigen, door maatregelen, te nemen
door de jeugdrechter.

In elk geval moei ik mij momenteel niet in die lopende onderzoeken
omdat ik denk dat men gewoon moet afwachten welk gevolg eraan
wordt gegeven, maar het is dus wel de bedoeling daar ook
strafrechtelijk gevolg aan te verlenen.
02.04 Minister Marc Verwilghen:
Lorsque ce type d'intolérances
sociales débouche sur un délit, un
procès-verbal est toujours dressé.
Certains faits dont il est
concrètement question font l'objet
d'une information. Une enquête
judiciaire a été ouverte à propos
d'autres faits. Nous devons
attendre le résultat de ces
enquêtes. En tout état de cause,
l'objectif est de réserver une suite
pénale à ces faits, en l'occurrence
par l'entremise du juge de la
jeunesse. Dans la mesure où des
enquêtes sont déjà en cours, il est
inutile que je fasse usage de mon
droit d'injonction positive.
02.05 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, ik dank de minister voor zijn antwoord.
02.06 Minister Marc Verwilghen: Ik heb mijn positief injunctierecht
niet kunnen aanwenden, vermits die zaken nog in onderzoek zijn.
02.07 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
minister, dat wilde ik net zeggen. Als u de zaak van nabij volgt en u
stelt vast dat het onderzoek met de nodige kracht wordt voortgezet,
dan hoeft u dat recht uiteraard niet aan te wenden.

Ik dank u voor uw antwoord, maar durf erop aandringen dat u dat
dossier van zeer nabij in het oog zou houden.
02.07 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): En effet. Je
demande néanmoins instamment
au ministre de suivre très
attentivement ce dossier.
Het incident is gesloten.
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Bart Laeremans aan de minister van Justitie over "de opvolging van
vrijgelaten gedetineerden" (nr. A431)
03 Question de M. Bart Laeremans au ministre de la Justice sur "le suivi des détenus remis en
liberté" (n° A431)
03.01 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, iedereen heeft wellicht gehoord over de
gruwelijke ziekenhuismoord in het Brugmannziekenhuis in Brussel in
de week van 4 november. Een 28-jarige allochtoon vermoordde er
een 71-jarige vrouw met talloze messteken. Het was hierbij opvallend
dat de man nog geen maand eerder vrijgelaten was uit de
gevangenis. Blijkbaar was hij op heel korte termijn hervallen. Hij zou
veroordeeld geweest zijn voor drugsfeiten en gewelddadige
diefstallen. Er is echter meer, volgens een artikel uit Het Laatste
Nieuws van 16 november blijkt hij ook een telg te zijn uit een zeer
gewelddadige familie, een verschrikkelijk gewelddadige familie. Ze
zijn in totaal met zes broers en deze hebben allemaal een zeer lange
waslijst aan veroordelingen. De oudste heeft dan nog het slechtste
voorbeeld gegeven. Hij heeft in 1991 zijn 66-jarige buurman
doodgestoken. Hij is inmiddels ook weer vrijgelaten. Als zoiets
vandaag zou gebeurd zijn, maar dan omgekeerd, dan zouden
sommigen gesproken hebben van een racistische moord. Het gaat
dus om een zeer gewelddadige familie.

Mijnheer de minister, mijn vraag is of er in deze omstandigheden bij
het toezicht op gedetineerden en ex-gedetineerden niet alleen
rekening wordt gehouden met de recidive, maar ook met de
bijzonder gewelddadige familiale omgeving waar deze mensen terug
in terechtkomen wanneer ze de gevangenis verlaten. Hoe gebeurt
het toezicht op dit soort gevaarlijke gedetineerden? Onder welke
voorwaarden is de betrokkene vrijgekomen? Is er opvolging
geweest? Hoe komt het dat dit allemaal gefaald heeft?
03.01 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Il arrive régulièrement que
des détenus remis en liberté
récidivent. La semaine du 4
novembre encore, un étranger de
vingt-huit ans a assassiné une
femme de septante et un ans, un
mois à peine après sa sortie de
prison. Le coupable avait déjà été
condamné pour faits de drogue et
vols avec violence. Selon le
quotidien Het Laatste Nieuws du
16 novembre, les six frères de
l'assassin ont également une série
de condamnations à leur actif.

La procédure de suivi des détenus
libérés tient-elle compte d'une
éventuelle récidive des intéressés
ainsi que de l'environnement
violent dont ils sont issus? Sous
quelles conditions cette personne
a-t-elle été libérée? A-t-elle fait
l'objet d'un suivi?
03.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega
Laeremans, u weet dat ik eigenlijk nooit over een individueel geval
uitleg geef. Ik zal het dus in algemene bewoordingen doen. Van twee
zaken één: ofwel weet u iets over deze zaak, ofwel weet u er niets
over. U verwijst naar Het Laatste Nieuws, u mag daar naar verwijzen,
er zijn nog kranten in dit land. Ik wil u alleen maar zeggen dat de
betrokken man een straf opgelegd heeft gekregen en deze ook
volledig heeft ondergaan, tot de laatste dag. Ik weet niet of u in ons
rechtsbestel een systeem kent dat erin bestaat om ook achteraf nog
bijkomend toezicht uit te oefenen. Dit is niet het geval. Mocht het een
straf geweest zijn onder voorwaarden, dan hadden deze
voorwaarden vanzelfsprekend gecontroleerd moeten worden.

Wat u mij nu vraagt is dat iemand op het einde van een straf of als
hij antecedenten heeft ­ dat is nogal evident, op het einde van een
straf heeft hij zeker antecedenten vermits hij net een straf heeft
uitgezeten ­ onder een soort blijvende controle zou moeten
functioneren. U weet dat de commissie-Holsters inspanningen zal
doen en voorstellen zal maken met betrekking tot de voorwaarden
die betrekking hebben op een invrijheidstelling en het toezicht op de
strafuitvoering. Wellicht zal het maatschappelijk debat dat we op dat
ogenblik binnen het Parlement houden aanleiding geven tot
03.02 Marc Verwilghen, ministre:
En tant que ministre de la Justice,
je ne suis ni apte ni autorisé à
fournir des informations sur des
dossiers individuels. M.
Laeremans le sait parfaitement
mais tente manifestement
d'obtenir, malgré tout, des
informations sur un dossier
juridique individuel en posant des
questions d'ordre général.
M. Laeremans insinue que
l'intéressé a bénéficié d'une
libération anticipée et aurait
récidivé. Ce faisant, il entend bien
entendu dénoncer la politique de
libération anticipée. Je me vois
contraint de décevoir M.
Laeremans: cette personne n'a
nullement bénéficié d'une
libération anticipée mais a purgé
intégralement sa peine. Une
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
bijvoorbeeld straffen met een opvolging. In elk geval, in deze
speelde dat geen rol. De man had zijn volledige straf uitgezeten. Dat
toont misschien aan, in dat geval op een schrijnende wijze, dat zelfs
het ondergaan en het uitzitten van een straf niet altijd de garantie
biedt dat men niet zal recidiveren.
libération anticipée aurait été
assortie de conditions et d'un
accompagnement contrôlé. Le fait
de purger totalement sa peine
d'emprisonnement n'offre bien
entendu aucune garantie absolue.
03.03 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, het
is enkele jaren geleden dat ik van uw voorganger nog cijfers
gekregen heb in verband met het uitzitten van de straf. Uit die cijfers
bleek dat amper 2% van het totaal aantal gedetineerden actueel nog
zijn straf volledig uitzit. De kans dat men dat daadwerkelijk doet is
dus zeer klein. Als dat hier gebeurd is, dan is dat een misschien
gelukkige of ongelukkige uitzondering. Het gebeurt in elk geval heel
weinig. Zelfs bij dergelijke situaties waar men een volledige straf
heeft uitgezeten is het ook nog altijd nuttig dat zo'n mensen begeleid,
opgevolgd worden. Dat is voor alle ex-gedetineerden het geval.
Natuurlijk, ook dan weet ik maar al te best dat er nog mensen door
de mazen glippen en criminele feiten begaan. Alleen is het hier een
verschrikkelijk feit waar een totaal onschuldige en weerloze vrouw ­
een vrouw die aan toestellen ligt in een ziekenhuis ­ op zeer
gruwelijke wijze vermoord wordt. Ik kan uit het dossier enkel afleiden
­ als ik zie dat er zes broers zijn die allemaal een waslijst hebben
van criminele feiten, waaronder iemand die ook al een moord
gepleegd heeft ­ dat het toch schrijnend is dat dit soort families hier
kan blijven. Ik bedoel, als zoiets zou gebeuren in Marokko of Oost-
Europa of waar dan ook, denk ik dat de familie met klikken en
klakken het land zou worden uitgezet, nadat de straf van de
betrokkenen wordt uitgezet. Hier is men veel te laks, hier tolereert
men veel te veel en dan krijgt men dit soort schrijnende gevolgen.
Het is intriest.
03.03 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Les statistiques révèlent
que 2 pour cent à peine des
détenus purgent l'intégralité de
leur peine, ce qui est tout de
même très peu. Il se trouve que la
personne qui fait l'objet de ma
question appartient justement à
ces deux pour cent.

Il semble malgré tout souhaitable
que les détenus qui ont purgé
l'intégralité de leur peine fassent
également l'objet d'un suivi,
même si celui-ci n'offre aucune
garantie absolue. Lorsque je
constate qu'au moins six
membres de la famille de
l'intéressé ont déjà eu maille à
partir avec la justice, je me
demande pourquoi une telle
famille n'est pas expulsée sur-le-
champ.
De voorzitter: Ja, ieder heeft zijn concept blijkbaar van de rechten van de mens, maar enfin, tot daar toe.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de minister van Justitie over "de gerechtelijke aanpak
van de rellen in Antwerpen" (nr. A453)
04 Question de M. Tony Van Parys au ministre de la Justice sur "les mesures judiciaires à
appliquer dans le cadre des rixes à Anvers" (n° A453)
04.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, ik geloof dat wat de laatste weken in Antwerpen is
gebeurd hoe dan ook niet door de beugel kan. Ik heb het dan onder
meer over de burgerpatrouilles waarbij mensen initiatieven nemen
om controletaken op te starten ten aanzien van de politiediensten. Ik
heb het over het uitlokken en organiseren van rellen.

Ik geloof dat wij niet in een omgeving kunnen leven waar
relschoppers de baas zijn. Ik denk dat de overheid de baas moet zijn
en dat in die omstandigheden wat is gebeurd op geen enkele wijze
aanvaardbaar kan zijn. Het is bovendien ­ dit is een even belangrijk
argument ­ een hypotheek op de integratie. Ik geloof dat de
omstandigheden die zijn gecreëerd alleen maar het behoorlijk
samenleven van mensen van verschillende origine kan
hypothekeren.
04.01 Tony Van Parys (CD&V):
Les patrouilles civiles organisées
par la Ligue arabe européenne et
les récentes émeutes qui ont
éclaté dans les rues d'Anvers à la
suite du meurtre commis à
Borgerhout, mettent la population
en émoi et jettent une ombre sur
l'intégration.

Lorsque l'ordre est menacé, la
justice doit prendre ses
responsabilités. J'ai une confiance
absolue dans le procureur du Roi
d'Anvers et je suis convaincu qu'il
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8

Ik geloof dat er in deze omstandigheden, waarbij de rechtsorde in het
gedrang komt, maar een gerechtvaardigde houding is. Het is nu aan
het gerecht om op te treden. Het is aan het gerecht om zijn werk te
doen. Ik geloof dat wij het erover eens zijn dat wij wat dat betreft in
Antwerpen over een procureur des Konings beschikken die van
wanten weet en die in vele dossiers bewezen heeft dat hij een
situatie aankan. Ik denk dan ook dat het dossier in kwestie in goede
handen is.

Het is mijn opinie dat indien men een aanhouding heeft verricht,
onder meer ten aanzien van Abou Jahjah, men wel zal weten
waarom men die man heeft laten oppakken. Als de
onderzoeksrechter hem heeft aangehouden, zal de
onderzoeksrechter weten waarom hij dit heeft gedaan. Mijn
uitdrukkelijke boodschap en stelling is: laat alstublieft het gerecht in
deze zijn werk doen, dit dossier is in goede handen en moet ook tot
een goed einde worden gebracht. Dat zal natuurlijk de ultieme toets
zijn van de wijze waarop dit dossier wordt behandeld.

Mijnheer de minister, wel ben ik minder enthousiast over een aantal
politieke acties en politieke reacties. Ik heb een aantal
vertegenwoordigers van Agalev en SP.A ­ ik veronderstel dat ze in
eigen naam spraken, mijnheer de voorzitter ­ openlijk vragen horen
stellen bij de aanhouding en bij het oppakken van de persoon in
kwestie. Ik moet u zeggen dat, op een ogenblik dat de zaak onder de
rechter is en dus de raadkamer morgen een uitspraak zal doen, dit,
ten eerste, niet verstandig is en, ten tweede, dat dergelijke vragen op
dit ogenblik niet aan de orde zijn, er nog eens van uitgaande dat naar
mijn aanvoelen het aan het gerecht toekomt om te weten wat men
doet en de initiatieven te nemen die noodzakelijk zijn. Het is heel
moeilijk aanvaardbaar dat, indien het parket het initiatief neemt om
iemand te laten oppakken en de onderzoeksrechter het initiatief
neemt om iemand aan te houden, dat dan in politieke kringen daar
onmiddellijk alle soorten vragen worden over gesteld, weze het maar
omdat wat dan gezegd wordt, op een bepaald ogenblik ook door de
partijen in het geding kan worden aangewend en een argument zou
kunnen zijn in de ene of de andere richting.

Ik wil een beetje hetzelfde zeggen over de uitlatingen van de eerste
minister vorige donderdag in het Parlement. Met verbazing ­ ik weet
dat ook anderen dezelfde reactie hebben gehad ­ heb ik vastgesteld
dat de eerste minister quasi het oppakken van de betrokkene heeft
aangekondigd, in die mate dat het nog maar een kwestie van uren
zou zijn. Het was zonder meer duidelijk wat de eerste minister
eigenlijk bedoelde. Ik moet u zeggen, mijnheer de voorzitter,
mijnheer de eerste minister, dat ik dit een primeur vind in ons
regime. Ik wil het woord regime even gebruiken, omdat dit initiatief
thuishoort in een regime waar men klaarblijkelijk de justitie als
instrument gebruikt voor politieke actie. Dit hoort dus niet thuis in een
democratie. Er zijn regimes waar men inderdaad justitie aanwendt
om een politieke actie te motiveren, om een politieke actie een
bepaalde motivering of legitimatie te geven.

Hetzelfde geldt ten aanzien van wat de eerste minister de dag nadien
heeft gezegd in zijn persconferentie na de Ministerraad. Hij zei toen
dat de minister van Justitie opdracht had gegeven tot het oppakken
van de persoon in kwestie. Er zijn inderdaad regimes waar de
s'attellera au dossier avec
conviction. Je présume que M.
Dyab Abou Jahjah n'a pas été
arrêté sans raison, et que cette
intervention repose sur de bonnes
raisons. Nous devons laisser agir
la justice en toute sérénité.

Force m'est de constater que
plusieurs hommes politiques,
s'exprimant ou non au nom de
leur parti politique (en l'occurrence
le SP.A et Agalev), ont tenu des
propos assez malencontreux à la
suite de l'arrestation de M. Abou
Jahjah. Or, lorsqu'un dossier est
entre les mains de la justice, de
telles questions ne sont plus de
mise.

J'ai été surpris par les propos
tenus par le premier ministre
durant l'heure des questions et
réponses, jeudi passé, à la
Chambre. En fait, il a plus ou
moins annoncé l'arrestation
d'Abou Jahjah, qui est intervenue
quelques heures plus tard. Je
m'interroge sur l'attitude d'un
premier ministre qui annonce pour
ainsi dire à la Chambre une action
de la justice. De surcroît, le
premier ministre a déclaré
vendredi dernier que le ministre
de la Justice avait ordonné
l'arrestation d'Abou Jahjah. Est-ce
normal dans un Etat de droit
démocratique où prévaut la
séparation des pouvoirs? C'est
une évolution inquiétante. Je me
demande ce qu'il adviendra si la
défense invoque cet argument
pour dénoncer l'arrestation

Le ministre de la Justice a-t-il fait
usage de son droit d'injonction
positive pour agir contre la LAE?
Quelle était la teneur de la
demande d'enquête qu'a reçue le
parquet général le 20 novembre?
De qui cette demande émanait-
elle?

Le parquet général a-t-il omis de
réserver une suite à l'injonction ou
celle-ci a-t-elle été transmise au
procureur du Roi? L'arsenal
juridique actuel est-il
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
politieke overheid zich de bevoegdheid toe-eigent om personen op te
pakken. Gelukkig is dit in ons systeem wettelijk nog niet het geval,
maar in de feiten geeft de eerste minister de indruk dat de
uitvoerende macht, de regering in staat zou zijn of de bevoegdheid
zou hebben dit te doen. Dit komt mij bijzonder verrassend voor en
het beangstigt mij omdat wij aldus worden geconfronteerd met een
wijze van machtsoefening die niet thuishoort in een rechtsstaat.
Bovendien ­ en wij houden ons hart vast ­ zouden ook deze
uitlatingen wel eens kunnen worden gebruikt in de debatten die
binnenkort zullen moeten worden gevoerd. Stel u voor dat dit een
troef zou zijn voor de verdediging waar men dan zou kunnen zeggen
dat er een politieke aanhouding is gebeurd daar waar het mijn
absolute overtuiging is dat dit niet het geval is en dat men alleen
maar omwille van de politieke recuperatie deze indruk heeft gewekt
maar men niet beseft welke risico's men heeft genomen door het
oppakken in een bepaald kader te plaatsen en het politiek te
recupereren.

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, dit zijn een aantal
voorafgaande bedenkingen die u mij niet zult ten kwade duiden om
te komen tot de concrete vraagstelling die aan de actualiteit is
aangepast omwille van het feit dat tussen de vraagstelling en het
moment toch wel heel wat is gebeurd. De vraag werd gesteld op een
ogenblik dat de betrokkene nog niet was opgepakt.

Ik kom tot mijn concrete vragen en meer specifiek tot het initiatief
van de minister om gebruik te maken van zijn positief injunctierecht.
Ik wil toch nog even erop wijzen dat dit positief injunctierecht er niet
kan toe strekken om iemand op te pakken, maar wel om een
onderzoek te bevelen. Alleen in andere totalitaire regimes zou dit
positief injunctierecht kunnen betekenen dat de minister iemand zou
kunnen laten oppakken. In een rechtsstaat is het zo dat de minister
van Justitie het initiatief kan nemen om een onderzoek te voeren.

Klaarblijkelijk werd op 20 november opdracht gegeven aan het
parket-generaal in Antwerpen tot het instellen van een onderzoek.
Mijn vraag is wat het voorwerp van dit onderzoek was en waarom dit
initiatief werd genomen? Concreet zou ik willen weten of er op dat
ogenblik nog geen opsporingsonderzoek aan de gang was. Het is
immers evident dat, als er een opsporingsonderzoek is, het dan ook
niet meer hoeft dat de minister een initiatief neemt. Ik verwijs hierbij
naar het antwoord op de vraag in het dossier dat daarnet aan de orde
was.

Mijn tweede vraag in verband met de positieve injunctie is of de
opdracht die u gaf aan het parket-generaal is blijven liggen of werd
overgemaakt aan de procureur des Konings om het gewenste gevolg
eraan te geven.

Daarnaast heb ik nog een paar vragen die betrekking hebben op een
aantal verklaringen die werden afgelegd in verband met het dossier.
Het verraste mij dat de minister van Binnenlandse Zaken en de
veiligheidsadviseur van de eerste minister in de media ­ en in het
Parlement, wat betreft de minister ­ verklaarden dat het wettelijk
arsenaal waarover men nu beschikt zou moeten worden aangepast
en niet zou volstaan.

Mijnheer de minister, bent u van oordeel dat in deze omstandigheden
suffisamment étoffé pour
permettre de traiter un dossier
comme celui de la LAE?
A combien d'arrestations
administratives et judiciaires a-t-il
été procédé? A-t-on une idée de
l'ampleur du mouvement de la
LAE et des moyens dont elle
dispose? Existe-t-il des indices de
criminalité organisée?
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
een uitzonderingswetgeving tot stand moet komen Uit de ondertoon
van mijn vraag begrijpt u wellicht dat wat mij betreft dit niet aan de
orde kan zijn en dat wij op dit ogenblik de gepaste sereniteit moeten
bewaren.

Ik heb ook nog twee punctuele vragen. In de pers lazen wij dat, naar
aanleiding van de rellen van maandag, dinsdag of woensdag,
honderdzestig aanhoudingen werden verricht. Graag vernam ik
hoeveel administratieve aanhoudingen er waren en hoeveel
gerechtelijke aanhoudingen. In deze materie is het uiteraard
belangrijk om de openbare orde te handhaven, wat betekent dat er
administratieve aanhoudingen kunnen zijn voor een beperkte
periode, maar ook dat er een gerechtelijk gevolg wordt gegeven
wanneer het gaat om bepaalde misdrijven. Ik had dus graag het
aantal gerechtelijke aanhoudingen gekend en ik had ook graag
geweten hoeveel aanhoudingen er werden bevestigd.

Ten slotte heb ik nog een vraag omtrent de omvang van het AEL.
Zijn er aanwijzingen van georganiseerde criminaliteit? Ik begrijp dat
het, gezien de omstandigheden, misschien moeilijk is om deze vraag
te beantwoorden. Ik zal dan ook begrip opbrengen voor uw
voorbehoud dienaangaande, hoewel het toch belangrijk is
hieromtrent stilaan wat duidelijkheid te krijgen.

Mijnheer de voorzitter, tot hier beperken zich mijn vragen aan de
minister van Justitie, naar aanleiding van de incidenten die zich
voordeden in Antwerpen.
04.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega Van
Parys, dit is de vierde vraag die ik vandaag beantwoord en het toeval
zal wellicht hebben gewild dat elk van die vragen betrekking heeft op
lopende dossiers bij Justitie, hetzij in een gerechtelijk onderzoek,
hetzij in een opsporingsonderzoek. Collega Bourgeois zou dit zaken
sub judice noemen, die in de rechtbanken in behandeling zijn. Het
zou niet slecht zijn ­ voor iedereen ­ dat wij met bijzondere
voorzichtigheid zouden spreken. Ik beweer niet dat uit de vraag van
collega Van Parys geen voorzichtigheid blijkt. Wij moeten bijzonder
voorzichtig zijn met het stellen van vragen die betrekking hebben op
een lopend onderzoek, te meer daar het hier om een gerechtelijk
onderzoek gaat in handen van de onderzoeksrechter in Antwerpen.

Ik zal de vraag niet uit de weg gaan.

Ten eerste, heeft de minister van Justitie gebruik gemaakt van zijn
positief injunctierecht om op te treden en wat was dan het voorwerp
van zijn vraag?

Het klopt dat ik inderdaad op 20 november aan de procureur-
generaal te Antwerpen opdracht heb gegeven om terzake tegen de
Arabisch Europese Liga en zijn verantwoordelijken een onderzoek en
desgevallend ­ naargelang de bevindingen van dit onderzoek ­ een
vervolging te laten instellen. Het was met name niet duidelijk of
omtrent alle aspecten van de zaak een opsporingsonderzoek was
gestart.

Zoals reeds gesteld naar aanleiding van eerdere parlementaire
vragen ­ het is niet de eerste keer dat ik daarover in het Parlement
word ondervraagd ­ moeten wij nu afwachten tot het ogenblik dat het
04.02 Marc Verwilghen, ministre:
C'est la quatrième question que
l'on me pose aujourd'hui à propos
d'une enquête judiciaire ou d'une
information en cours. Je suis
contraint d'y répondre avec la plus
grande circonspection.

Le 20 novembre, j'ai demandé par
écrit au procureur général
d'Anvers d'ouvrir une enquête sur
la LAE et, au besoin, d'intenter
des poursuites. A ce moment-là,
en effet, il n'était pas encore
certain qu'une information avait
été ouverte à propos de tous les
aspects de la LAE. Nous
attendons actuellement les
résultats de cette enquête
judiciaire.

Pour l'heure, il n'y a pas lieu
d'étendre notre arsenal juridique.
Toutefois, si des aménagements
s'avèrent nécessaires
ultérieurement, il conviendra d'y
procéder selon la voie classique.
Je me permets de souligner que la
rétroactivité est impossible en
droit pénal.
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
gerechtelijk onderzoek over deze zaak is afgehandeld. Ik denk dat
elke uitspraak in de huidige stand van zaken voorbarig is en
misschien zelfs schadelijk kan zijn voor het verloop van het
gerechtelijk onderzoek. Dat is ook de reden waarom ik mij van elk
commentaar ben blijven onthouden met betrekking tot de grond van
de zaak.

Ten tweede, volstaan de wettelijke en gerechtelijke middelen om dit
probleem te elimineren?

Het is mijn indruk dat in elk geval de definities die we terugvinden in
ons strafrecht principieel zouden moeten volstaan om de
aangelegenheden die men wenst te viseren gerechtelijk te kunnen
vervolgen. Ik denk niet dat er een bijkomend wettelijk of gerechtelijk
middel nodig is. In elk geval hebben de gerechtelijke autoriteiten mij
niet gesignaleerd dat men zou staan voor een lacune die niet zou
toelaten om op te treden.

Ik beantwoord ook meteen uw vraag of dat arsenaal zou moeten
worden uitgebreid. Ik zou daarop in eerste instantie ontkennend
willen antwoorden. Mocht dat zo zijn, dan moet dat gebeuren op de
geëigende wijze en zal de discussie hier moeten plaatsvinden op
grond van een wetsvoorstel dan wel een wetsontwerp. Dan zeg ik er
ook onmiddellijk bij de krachten niet te onderschatten die daarvan
kunnen uitgaan. Iedereen weet dat in strafrechtelijke materies een
nieuwe definitie niet met terugwerkende kracht kan worden
toegepast, want dan zouden we regelrecht tegen de basisbeginselen
van ons strafrecht ingaan.

Hoeveel administratieve en gerechtelijke aanhoudingen gebeurden
er?

Ik heb een aantal cijfers bij. Naar aanleiding van de rellen, volgend in
de dagen en vooral de nachten op het doden van de persoon van
Marokkaanse afkomst ­ waarover ook een gerechtelijk onderzoek
aan de gang is ­ gebeurden er op 26 en 27 november in totaal 23
gerechtelijke aanhoudingen. Op 26 november ging het om twee
meerderjarigen en één minderjarige en op 27 november ging het om
acht meerderjarigen en twaalf minderjarigen. Hier gaat het dus om
gerechtelijke aanhoudingen.

In dezelfde tijdsspanne zijn er ook een reeks van administratieve
aanhoudingen uitgevoerd. Op 26 november zijn er namelijk 10
meerderjarigen bestuurlijk aangehouden, maar geen minderjarigen.
Op 27 november zijn er 58 meerderjarigen en 49 minderjarigen
bestuurlijk aangehouden.

Wat is de omvang van de organisatie van de
Arabisch Europese Liga? Ik kan u daar momenteel niet op
antwoorden omdat dit voor een stuk deel uitmaakt van het
gerechtelijk onderzoek, waar men ook zicht probeert te verwerven
over hoe gereageerd werd, op basis waarvan, met welke organisatie
en met welke structuur. Ook op dat vlak moet ik u dus het antwoord
schuldig blijven, maar om discretieredenen. Het gerecht doet op dit
ogenblik zijn werk en heeft niet de verplichting om de minister van
Justitie daaromtrent in te lichten. Ik wacht het gerechtelijk onderzoek
af. Ik heb voldoende vertrouwen in de procureur des Konings in
Antwerpen en in het gerecht van Antwerpen opdat zij die zaak

Le 26 novembre, deux majeurs et
un mineur d'âge étaient l'objet
d'une arrestation judiciaire. Dix
personnes majeures ont été
arrêtées administrativement. Le
27 novembre, huit majeurs et 12
mineurs ont été arrêtés
judiciairement; 58 majeurs et 49
mineurs ont fait l'objet d'une
arrestation administrative.

L'enquête porte notamment sur
l'ampleur et sur la structure de la
LAE. J'attends les résultats de
l'enquête judiciaire. Il ne fait
aucun doute que mon courrier du
20 novembre a suscité une
réaction immédiate. Pour
conclure, je ne puis que demander
avec insistance de laisser la
justice faire son travail.
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
zouden afhandelen zoals het hoort. Ik had u gezegd dat er een brief
is van 20 november. Ter vervollediging, opdat daarover geen enkel
misverstand zou bestaan, meld ik u dat daaraan onmiddellijk gevolg
is gegeven.

Ik kom tot uw laatste vraag. Zijn er aanwijzingen van georganiseerde
criminaliteit? Ook hier weet ik dat het gerechtelijk onderzoek lopende
is en dat het betrekking heeft op alle mogelijke kwalificaties die in
aanmerking komen voor feiten die eventueel gepleegd zijn. Ook daar
zullen wij dus het gerechtelijk onderzoek moeten afwachten. De
moraal van het verhaal is dat men het gerecht zijn werk moeten laten
doen.
04.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik ben het
alvast eens met de laatste zin van het antwoord van de minister van
Justitie. Er is in dit dossier maar één opdracht: laat het gerecht zijn
werk doen. Ik geloof trouwens dat de minister van Justitie terecht
heeft gezegd dat wij alle vertrouwen moeten hebben in het parket, de
procureur des Konings en de gerechtelijk instanties in Antwerpen. Ik
zou nog een paar punctuele vragen willen stellen die nog niet
beantwoord zijn. Wat betreft het positief injunctierecht, was er reeds
een opsporingsonderzoek lopende? In de mate dat dit het geval was,
is het natuurlijk niet evident dat de minister dan nog eens het initiatief
neemt om een onderzoek te vragen.

Ten tweede, ik meen dat u gelijk hebt over wat u hebt gezegd
omtrent het voorhanden zijnde wettelijk arsenaal, namelijk dat het op
dit ogenblik zou moeten volstaan en dat de gerechtelijke instanties
het daarmee moeten kunnen doen, dat er geen signalen zijn van
lacunes daaromtrent. Ik zou u echter toch willen vragen om aan de
minister van Binnenlandse Zaken mee te delen dat hij onmiddellijk
moet opdracht geven aan zijn medewerkers om de initiatieven, die
hij neemt om een dergelijke uitzonderingswetgeving voor te
bereiden, stop te zetten. Want dat was precies hetgeen hij
donderdagnamiddag in de Kamer heeft gezegd. Hij zei dat op dat
ogenblik zijn medewerkers bezig waren met het nemen van nieuwe
wetgevende initiatieven om in de lacunes van de wetgeving te
voorzien. Minister Duquesne was daaromtrent zeer duidelijk. Ik vraag
u om de minister van Binnenlandse Zaken uit te nodigen daarmee
onmiddellijk komaf te maken en in te gaan op het standpunt, zoals u
het hebt verdedigd.

In verband met de gerechtelijke en administratieve aanhoudingen
valt het natuurlijk onmiddellijk op dat daarbij weer heel veel
minderjarigen betrokken waren en zijn.

Wij moeten inderdaad de vraag stellen of ook dit niet weer een
systematisch gebruik is, voorzitter, van minderjarigen om op deze
wijze aan vervolging te ontsnappen. We weten op dit ogenblik, met
het huidige jeugdbeschermingsrecht, dat deze minderjarigen bij
gerechtelijke aanhouding hoogstens een paar weken in een gesloten
instelling zullen moeten vertoeven ­ dat is de realiteit van de dingen
­ en ze nadien zonder meer vrijkomen. Ik denk dat het ontbreken
van het jeugdsanctierecht hier opnieuw een hypotheek is op een
efficiënt optreden ten aanzien van al deze elementen van onrust.

Ten slotte, mijnheer de minister, zou ik u iets heel uitdrukkelijk willen
vragen. U hebt in de regering een heel belangrijke opdracht. U bent
04.03 Tony Van Parys (CD&V): Il
faut en effet permettre à la justice
de faire son travail. Nous
accordons notre entière confiance
au parquet et au procureur
général d'Anvers.

Si une enquête était déjà en
cours, pourquoi le ministre a-t-il
tout de même demandé une autre
enquête en usant de son droit
d'injonction positive?

Actuellement, notre arsenal
juridique devrait en effet suffire.
Le ministre Duquesne doit
immédiatement charger ses
collaborateurs de mettre un terme
aux préparations de la législation
d'exception, annoncée jeudi.

De très nombreux mineurs ont été
arrêtés. Des mineurs ne sont-ils
pas systématiquement utilisés ou
exploités pour échapper aux
poursuites?

J'espère que le ministre insistera
auprès du premier ministre, de
son conseiller en sécurité et du
ministre de l'Intérieur pour qu'ils
laissent ce dossier suivre son
cours normal. La justice doit
pouvoir faire son travail, de sorte
que toute personne qui commet
des délits puisse être jugée.
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
de minister van Justitie, u bent eigenlijk de behoeder van de
rechtsstaat. In Frankrijk noemt men dat "le garde des sceaux", de
behoeder van het zegel, de behoeder van de rechtsstaat. Zou ik u
heel uitdrukkelijk mogen vragen om aan de eerste minister, aan zijn
veiligheidsadviseur en aan de minister van Binnenlandse Zaken te
zeggen dat ze buiten dit dossier moeten blijven, dat ze hun handen
daar moeten van afhouden. Zeg hen: Verhofstadt, De Ruyver en
Duquesne, blijf daarbuiten, laat het gerecht zijn werk doen, zodanig
dat degene die in deze misdrijven hebben gepleegd, correct berecht
kunnen worden, want dat is wat de mensen, de publieke opinie, en
wij allemaal op dit ogenblik vragen.
04.04 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, zeer kort.
Er zijn nog een aantal vragen die door de heer Van Parys werden
gesteld.

Ten eerste, ik had u een antwoord gegeven met betrekking tot het
positief injunctierecht in de zin van: er is een reeks feiten en in
bepaalde van die feiten zijn opsporingsonderzoeken gestart en in
andere niet. Dat is de reden geweest waarom ik ook gevraagd heb
van het volledige pakket in onderzoek te nemen.

Ten tweede, met betrekking tot het aanzetten van minderjarigen tot
het plegen van feiten desgevallend, hebben we natuurlijk het
probleem dat er tot op heden geen wettelijke kwalificatie
ingeschreven is waarbij voor meerderjarigen die minderjarigen
aanzetten, inzetten, of misbruiken om feiten te plegen in een
verzwarende omstandigheid wordt voorzien. Dat zou ons in grote
mate tegemoetkomen.

Wat uw laatste bemerking betreft, die bij herhaling naar voren is
gekomen: iedereen moet zich buiten de afhandeling van dit dossier
houden tot op het ogenblik dat het gerecht zijn werk heeft gedaan,
ook de minister van Justitie.
04.04 Marc Verwilghen, ministre:
Différents faits ont déjà fait l'objet
d'une enquête. J'ai demandé que
l'on examine tous les aspects.

Actuellement, aucune qualification
légale ne permet de considérer le
recours à des mineurs pour
commettre des faits punissables
comme un fait aggravant.

Enfin, chacun, y compris le
ministre, doit laisser la justice faire
son travail.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister van Justitie over "de officiële erkenning en
opening van de justitiehuizen in Veurne en Ieper" (nr. A427)
05 Question de M. Yves Leterme au ministre de la Justice sur "l'agrément officiel et l'ouverture de
maisons de justice à Furnes et à Ypres" (n° A427)
05.01 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, verontschuldig
me dat ik ten aanzien van de problemen waarvoor ons land wordt
gesteld mij veroorloof dienaangaande vragen te stellen.

Mijnheer de minister, 2 justitiehuizen uit uw en mijn kiesomschrijving
­ ik kijk er met enige wellust naar uit ­ die van Veurne en Ieper
liggen mij nauw aan het hart. Uw gevoelsmatige toestand terzake
moet nog blijken. Tot op heden zijn de twee justitiehuizen niet
officieel erkend en evenmin geopend. In de beleidsnota van vorig
jaar of dit jaar wordt de erkenning en de opening in het vooruitzicht
gesteld. Uiteraard functioneren een aantal zaken reeds. In Ieper
leven heel wat vragen inzake de infrastructuur, de gebouwen en de
inrichting ervan. De mensen leveren er verdienstelijk werk en
verdienen een goede huisvesting. In Veurne zijn de
05.01 Yves Leterme (CD&V): Les
maisons de justice d'Ypres et de
Furnes devraient être reconnues
officiellement au printemps 2003
et ouvrir leurs portes à ce
moment. A Furnes, les travaux
d'infrastructure sont terminés. La
maison de justice d'Ypres est
actuellement hébergée dans des
bâtiments du département des
Finances. Initialement, le début
des travaux avait été reporté en
attendant que les services des
Finances quittent le bâtiment. Une
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
infrastructuurwerken gelukkig reeds achter de rug.

Wat Ieper betreft ­ ik onderricht u over de toestand in onze
gemeenschappelijke kieskring -, bevindt zich het justitiehuis aan het
Collaertplein in de gebouwen van het ministerie van Financiën. Het
ministerie van Financiën is aan uitbreiding van zijn infrastructuur toe
aan het financiecentrum iets verderop. Tot op heden werd gezegd
dat Financiën eerst moest verhuizen vooraleer er werken kunnen
gebeuren om het justitiehuis operationeel te maken. Er zou een
nieuw voorstel worden gelanceerd waarbij bij wijze van
tussenoplossing een onthaalbalie zou worden opgericht en een
betere signalisatie zou worden aangebracht. Dat werd gesuggereerd
door minister Daems in antwoord op een vraag die ik vorig jaar heb
gesteld. Tot op heden is van die werken niet veel te merken. Vanuit
de gemeente Ieper wil ik in het midden gooien dat het aanbeveling
kan verdienen om een alternatieve piste te onderzoeken waarbij de
diensten van het justitiehuis die op dit ogenblik zeer toegankelijk en
bereikbaar zijn ­ ze liggen in de stationsomgeving- een beetje dichter
bij de andere actoren van Justitie kunnen worden ingeplant. De
vroegere gebouwen van de arbeidsrechtbank lijken ons terzake zeer
geschikt.

In de rand van mijn vraag met betrekking tot de officiële erkenning
en opening van de justitiehuizen in Veurne en Ieper wens ik
eveneens te informeren naar de stand van zaken met betrekking tot
het eerstelijnsonthaal door justitieassistenten, een onthaal dat in
principe ook in de justitiehuizen moet worden opgezet. Wanneer zal
er in Ieper een coördinator voor de alternatieve bestraffingen worden
aangesteld?

Mijnheer de minister, ik kom tot mijn concrete vragen. Waarom laat
de officiële opening van het justitiehuis in Ieper zo lang op zich
wachten? Kan er op korte termijn een oplossing in het vooruitzicht
worden gesteld inzake de infrastructuur, hetzij een oplossing ten
gronde, hetzij een voorlopige oplossing? Welke concrete stappen
werden tot op heden gezet? Worden alternatieve pistes onderzocht
om het justitiehuis desgevallend dichter bij de gerechtelijke diensten
onder te brengen? Zal het justitiehuis van Ieper over een coördinator
beschikken inzake de alternatieve bestraffing? Zal in Ieper een
eerstelijnswerking van justitieassistenten worden uitgebouwd
rekening houdend met het sterk fluctuerend kader en de hoge
werklast van de betrokken diensten?
solution intermédiaire aurait été
trouvée: une fonction d'accueil
serait organisée et la signalisation
serait optimisée mais, à ce jour,
aucun changement n'est
intervenu. Il existe peut-être une
solution de rechange plus
appropriée: on pourrait installer la
maison de justice dans les
bâtiments du tribunal du travail de
façon à la rapprocher des autres
bâtiments de la justice.

Pourquoi l'ouverture officielle de
la maison de justice d'Ypres se
fait-elle attendre? Le problème
des bâtiments a-t-il trouvé une
solution? Des solutions de
rechange ont-elles été
envisagées? Un coordinateur des
peines de substitution est-il prévu
pour la maison de justice d'Ypres?
L'assistance de première ligne des
assistants de justice va-t-elle être
développée?
05.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, ik mag
collega Leterme geruststellen in die zin dat we hier een
gemeenschappelijk point of interest delen.

Het is terecht dat u een vraag stelt over het justitiehuis in Ieper.
Trouwens, u weet dat de opfrissingwerken in het gebouw reeds zijn
gedaan en dat men nog op twee zaken wacht die in vergevorderde
staat van afwerking zijn, met name de onthaalbalie die er nodig is en
de deugdelijke signalisatie.

In elk geval is de termijn die nu wordt vooropgesteld dat men in het
voorjaar zal kunnen overgaan tot de opening van dit justitiehuis in
Ieper. Wat dat betreft, denk ik dat we dan een serieuze stap vooruit
zijn.
05.02 Marc Verwilghen, ministre:
Les travaux effectués dans les
locaux de la maison de justice
d'Ypres sont terminés mais, au
rez-de-chaussée, il faut encore
aménager un guichet d'accueil et
apposer des panneaux
indicateurs. L'inauguration devrait
avoir lieu au printemps. La
distance qui sépare la maison de
justice et le tribunal n'est pas plus
importante à Ypres que dans
d'autres villes. J'ai fait examiner la
formule de rechange que vous
proposez mais elle exigerait de
CRIV 50
COM 904
02/12/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
U hebt ook een vraag gesteld over de afstand tussen de rechtbank
en het justitiehuis in Ieper. Het is zo dat men er in de meeste
gerechtshoofdplaatsen op aandringt dat die gebouwen zo dicht
mogelijk bij mekaar liggen. Ieper is nu niet een stad die een
kilometerslange doorwandeling van het centrum noodzakelijk maakt.
In elk geval, het door u voorgestelde initiatief heb ik niet naast mij
neergelegd. Ik heb het laten onderzoeken, maar de inspanningen die
aan dat gebouw zouden moeten gebeuren zijn niet van aard om ons
een snellere oplossing te bieden dan de oplossing die momenteel in
uitvoering is.

Het is vanzelfsprekend dat in dit justitiehuis van Ieper in een
coördinator voor de alternatieve bestraffingen voorzien is. De
coördinator voor Ieper en Veurne zou ­ omdat het kleinere
arrondissementen zijn, gelukkig met minder werklast ­ misschien
dezelfde persoon zou kunnen zijn. Ik zeg het in de voorwaardelijke
wijze, want het zal moeten blijken aan de hand van de cijfers. Zoals
in alle gerechtelijke arrondissementen, dus ook in Ieper, wordt in een
volledige eerstelijnswerking voorzien. Dat behoort trouwens tot het
takenpakket van een justitiehuis. Ik ben niet van plan om half werk te
verrichten. Het moet overal op een gedegen wijze, conform andere
gerechtelijke arrondissement, uitgevoerd worden.
nombreux aménagements dans le
bâtiment sans offrir de solution
plus rapide. En principe, je devrais
nommer un coordinateur des
peines de substitution par
arrondissement. Si la mesure du
volume de travail fait apparaître
que ce volume dans les
arrondissements d'Ypres et de
Furnes est bas, cette fonction
pourrait être partagée entre ces
deux arrondissements. A Ypres
comme dans tous les
arrondissements sera instaurée
une assistance de première ligne.
Cela fait partie en effet de
l'ensemble des tâches qui
incombent aux maisons de justice.
05.03 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de minister, ik ben uiteraard
verheugd dat nu een timing vooropgesteld wordt voor de officiële
opening die iets concreter is dat hetgeen in voorgaande en huidige
beleidsnota's naar voren werd geschoven. Ik hoor dat het in het
voorjaar zal zijn. Ik vermoed dat we in tempore suspecto mekaar
zullen kunnen ontmoeten bij de officiële opening.
05.04 Minister Marc Verwilghen: In tempore non suspecto.
05.05 Yves Leterme (CD&V): Misschien, maar dat zal afhangen van
die aannemer.
05.06 Minister Marc Verwilghen: Laten wij aannemen dat hij steeds
meer suspecto zal worden.
05.07 Yves Leterme (CD&V): De tijd wordt inderdaad steeds meer
suspecto en dat zal misschien leiden tot enige spoed. In elk geval
blijf ik vragen dat de minister en zijn diensten dit van nabij zouden
volgen zodanig dat dit justitiehuis zo snel mogelijk open kan.

Op termijn moet een betere huisvesting worden overwogen.

Er werd inderdaad een coördinator aangesteld, maar ik heb vragen
omtrent de verdeling van deze coördinator over de gerechtelijke
arrondissementen Ieper en Veurne. Herinner u immers dat in het
dossier van de toegevoegde rechters is gebleken dat dit niet altijd de
ideale formule is. Ik blijf het dossier evenwel volgen, net als de
minister wellicht.

Mijnheer de minister, ik wens u in elk geval te danken voor het
concrete antwoord dat u reeds gaf en waaruit de zorg blijkt, niet
alleen voor een goede rechtsbedeling, maar ook voor een vlotte
toegang tot de justitie en aanverwanten in onze stad waar u
overigens steeds welkom bent.
02/12/2002
CRIV 50
COM 904
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16

De voorzitter: Eigenaardig genoeg moet het hier om een zeer groot arrondissement gaan. Inderdaad,
vrijdag, tijdens het colloquium over eerste lijnsrechtshulp hoorde ik iemand een pleidooi houden voor nog
meer decentralisatie, maar niet voor lokalen van het gerecht. Misschien is dat lokaal gebonden.
05.08 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, het is niet
alleen een groot arrondissement, maar ook een belangrijk
arrondissement.
De voorzitter: Zou de eenvormigheid in de benadering zich dan niet moeten verhouden tot de
belangrijkheid?
05.09 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, het is niet
alleen een groot en belangrijk arrondissement, maar ook een
grensarrondissement.
De voorzitter: Ik heb de indruk dat u over Antwerpen spreekt.
05.10 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, er zijn buiten
Antwerpen ook nog andere belangrijke gebieden in dit land.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De voorzitter: Vraag nr. A437 van mevrouw Schauvliege wordt naar een latere datum verschoven

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.22 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.22 heures.