KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 878
CRIV 50 COM 878
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
dinsdag
mardi
12-11-2002
12-11-2002
14:15 uur
14:15 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de base et
du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en rechts
het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat
ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu intégral
définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Fred Erdman aan de minister
van Financiën over "de procedure tegen
sigarettenproducenten wegens smokkel en
witwasserij" (nr. A261)
1
Question de M. Fred Erdman au ministre des
Finances sur "la procédure intentée contre les
cigarettiers pour trafic et blanchiment" (n° A261)
1
Sprekers: Fred Erdman, Didier Reynders,
minister van Financiën
Orateurs: Fred Erdman, Didier Reynders,
ministre des Finances
Vraag van de heer Peter Vanvelthoven aan de
minister van Financiën over "de procedure van
Deminor bij het Arbitragehof" (nr. A250)
4
Question de M. Peter Vanvelthoven au ministre
des Finances sur "la procédure de Deminor
devant la Cour d'arbitrage" (n° A250)
4
Sprekers:
Peter Vanvelthoven, Didier
Reynders, minister van Financiën
Orateurs:
Peter Vanvelthoven, Didier
Reynders, ministre des Finances
Vraag van de heer Dirk Pieters aan de minister
van Financiën over "Fisconet" (nr. A267)
7
Question de M. Dirk Pieters au ministre des
Finances sur "Fisconet" (n° A267)
7
Sprekers: Dirk Pieters, Didier Reynders,
minister van Financiën, Gérard Gobert
Orateurs: Dirk Pieters, Didier Reynders,
ministre des Finances, Gérard Gobert
Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister
van Financiën over "de herinvlagging van
zeeschepen en de Tax Shelter" (nr. A280)
9
Question de M. Yves Leterme au ministre des
Finances sur "le retour sous pavillon belge des
navires et le Tax Shelter" (n° A280)
9
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CD&V-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CD&V, Didier Reynders, ministre des
Finances
Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister
van Financiën over "de facturatieplicht voor de
BTW" (nr. A282)
12
Question de M. Yves Leterme au ministre des
Finances sur "l'obligation de facturation en
matière de TVA" (n° A282)
12
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CD&V-fractie, Didier Reynders, minister van
Financiën
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CD&V, Didier Reynders, ministre des
Finances
Vraag van de heer Dirk Pieters aan de minister
van Financiën over "het rentebeleid van de ECB"
(nr. A292)
15
Question de M. Dirk Pieters au ministre des
Finances sur "la politique de la BCE en matière
de taux d'intérêt" (n° A292)
15
Sprekers: Dirk Pieters, Didier Reynders,
minister van Financiën
Orateurs: Dirk Pieters, Didier Reynders,
ministre des Finances
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
FINANCIËN EN DE BEGROTING
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
van
DINSDAG
12
NOVEMBER
2002
14:15 uur
______
du
MARDI
12
NOVEMBRE
2002
14:15 heures
______
De vergadering wordt geopend om 14.17 uur door de heer Peter Vanhoutte, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.17 heures par M. Peter Vanhoutte, président.
01 Vraag van de heer Fred Erdman aan de minister van Financiën over "de procedure tegen
sigarettenproducenten wegens smokkel en witwasserij" (nr. A261)
01 Question de M. Fred Erdman au ministre des Finances sur "la procédure intentée contre les
cigarettiers pour trafic et blanchiment" (n° A261)
01.01 Fred Erdman (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, in het rapport dat destijds in de Senaat werd opgesteld met
betrekking tot de grote criminaliteit heeft de vertegenwoordiger van
Uclav erop gewezen dat er grootse ontduikingen van accijnsrechten
waren. Hij heeft toen zelfs het bedrag van 5 miljard ECU per jaar
genoemd. Dat is in die grootte opgenomen in het eindverslag Coveliers-
De Smet van de Senaat.
Volgens een recent persartikel in een Frans dagblad ik heb daar in
onze pers nergens iets van gelezen blijkt dat de Europese
Commissie, hierin gesteund door tien lidstaten waaronder België, een
procedure begonnen is voor het Federal Court of Brooklyn - of all places
- in de staat New York om de invordering te doen ten laste van de
betrokken sigarettenproducenten. Le Figaro vernoemt uitdrukkelijk de
firma Reynolds, maar er schijnen nog andere te zijn. Er is sprake van
witwasserij, betrokkenheid van regimes beheerst door corruptie en
ondersteuning van terrorisme. In dit artikel schrijft men dat de filière
normalerwijze vertrekt in Columbia om tot in Afghanistan langs de
Balkan, Rusland en Irak te gaan. Men noemt zelfs met naam
staatshoofden en familieleden van staatshoofden als zijnde betrokken in
heel het opzet. Ik bespaar u, mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de evolutie van deze procedure. Oorspronkelijk werd de
Commissie afgewezen omdat ze niet bij machte was alleen op te
treden voor het invorderen van taksen. Nadien, toen de tien lidstaten
zich erbij gevoegd hebben, heeft men de fameuze Revenu Rule
ingeroepen waarbij de Amerikaanse rechtbanken onbevoegd zijn om
buitenlandse accijnzen toe te kennen. Dan is er een nieuwe klacht
gekomen waarbij men zich heeft beroepen op de Patriot Act, de
recente wetgeving in de Verenigde Staten tegen terrorisme en heeft
men gezegd dat men hier een facet had minstens financieel van het
steunen van het terrorisme en dat men dit dus wel moest aanvaarden.
Blijkt nu dat de rechtbank van Brooklyn nog altijd de Revenue Rule
heeft ingeroepen en deze als niet aangetast door de Patriot Act
beschouwt, maar wel het aspect witwasserij heeft aanvaard. Dus zou
men voor de rechtbank in Brooklyn nu wel degelijk over de witwasserij
moeten pleiten en waarschijnlijk ook een vonnis afwachten.
01.01 Fred Erdman (SP.A): Dans
le rapport du Sénat, le représentant
de l'UCLAF avait évoqué à l'époque
une fraude en matière de droits
d'accises pour un montant de 5
milliards d'ECU. Selon le journal Le
Figaro, la Commission européenne
et dix Etats membres, dont la
Belgique, auraient intenté contre
les cigarettiers concernés une
procédure devant la Federal Court
of Brooklyn à New York. Il serait
question de blanchiment et de
l'implication de régimes corrompus.
La procédure relève de la Patriot
Act, la récente législation
américaine contre le terrorisme.
Cette procédure est-elle menée en
concertation avec les ministres
belges des Finances et des
Affaires étrangères? La Belgique
est-elle représentée en tant que
telle ou une représentation globale
par la Commission européenne est-
elle prévue? Pourquoi cinq Etats
membres ne participent-ils pas?
Des procès ont-ils été intentés au
nom de la Belgique en particulier
du chef de fraude en matière de
droits d'accises? Sur quelle base
a-t-on procédé à un calcul de
l'importance de la fraude?
Des actions ont-elles été intentées
en Belgique contre le trafic de
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Daarom de volgende vragen. Werd deze procedure in overleg met de
ministers van Financiën en Buitenlandse Zaken van België gevoerd?
Wordt België als dusdanig in deze procedure vertegenwoordigd of is het
een globale vertegenwoordiging georganiseerd door de Europese
Commissie waarbij uit naam van de lidstaten en in het bijzonder België
geageerd wordt?
Ten tweede, waarom zijn er vijf lidstaten die niet meedoen? Misschien
hebben zij geen belangen maar in ieder geval is het toch opmerkelijk
dat Groot-Brittannië, Ierland, Denemarken, Zweden en Oostenrijk in
deze procedure niet betrokken zijn en deze blijkbaar ook niet steunen.
Ten derde, werden er namens België in het bijzonder becijferde
vorderingen gesteld wegens ontdoken accijnsrechten? Het citaat van
het eindverslag dat ik u zojuist heb gegeven, noemt fantastische
bedragen. Indien er een becijfering is gebeurd, vraag ik me af op welke
basis deze is gebeurd.
Ten vierde, werden er in België acties ondernomen met betrekking tot
sigarettentrafiek en -smokkel? Werden er op fiscaal vlak of eventueel op
gerechtelijk vlak beslagname enzovoort wegens witwasserij acties
ondernomen?
Ten vijfde, werden in het licht van deze procedure ten overstaan van de
betrokken sigarettenfabrikanten maatregelen genomen in België; meer
specifiek inbeslagnemingen, vorderingen voor Belgische rechtbanken,
accijnzen en taksen of eventueel verbod verder handel te drijven in deze
omstandigheden? Werden specifieke controlemaatregelen in deze
sector voorgeschreven?
Last but not least, als zesde vraag. Werd de minister van Financiën of
de minister van Buitenlandse Zaken ingelicht over de betrokkenheid van
buitenlandse staten, staatsorganen, familieleden van staatshoofden of
staatshoofden zelf? In het artikel van Le Figaro worden uitdrukkelijk en
met naam verantwoordelijken in de Balkan en in Irak genoemd,
onverminderd het vernoemen van tussenpersonen in andere landen.
cigarettes et le blanchiment? Des
saisies ou
des actions en
justice ont-elles eu lieu dans notre
pays? Une interdiction
commerciale a-t-elle été le cas
échéant imposée ou des mesures
de contrôle spécifiques ont-elles
été prescrites?
Le ministre des Finances ou le
ministre des Affaires étrangères a-t-
il été informé de l'implication
d'Etats ou de chefs d'Etat
étrangers?
01.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Erdman, het is een lang verhaal sinds enkele jaren in verband met de
reactie van de Europese Commissie. Het is waar dat begin 2001 door
de Europese Commissie voor een Amerikaanse rechtbank een
burgerlijke rechtszaak tegen bepaalde sigarettenproducenten
aanhangig werd gemaakt wegens smokkel van sigaretten en
witwasserij. Dat was al met een referentie naar witwasserij. Vervolgens
werden alle lidstaten geconsulteerd opdat ze zich bij deze vordering
zouden aansluiten. Na intern overleg met de verschillende collega's
heeft de Belgische minister van Financiën de Commissie een volmacht
verleend om haar financiële belangen in deze zaak te behartigen en om
als vertegenwoordiger op te treden voor het stellen van alle handelingen
die België zelf zou kunnen stellen indien het zelf aanwezig was. Het
was dus mogelijk om een juridische bespreking te hebben in de Ecofin-
raad en meer dan dat gedurende de lunch van de Ecofin-raad in verband
met de consequenties van zo'n actie van verschillende landen. Er was
een meerderheid, tweederde als ik het mag zeggen, van de
verschillende lidstaten om met de Commissie te werken.
Het is ook mogelijk om specifieke acties te hebben vanuit de
verschillende landen. Ik denk dat dit meer het geval is vanuit Groot-
Brittannië. Maar ik heb geen precies antwoord op uw tweede vraag
"waarom vijf buiten". Er was een bespreking in de Ecofin-raad en
01.02 Didier Reynders, ministre:
Début 2001, la Commission
européenne a intenté une action
devant un tribunal américain contre
certains fabricants de cigarettes
pour contrebande et blanchiment.
Les Etats membres étaient invités
à s'associer à cette action. Le
ministre des Finances a donné
mandat à la Commission pour
défendre les intérêts belges.
Lors du conseil Ecofin, cinq Etats
ont déclaré préférer une action
spécifique émanant de l'un ou
l'autre Etat membre, mais je ne
peux indiquer de motif valable pour
l'abstention de ces cinq Etats
membres.
La Commission n'a pas encore
communiqué de chiffres concrets
sur l'étendue de la contrebande.
Par conséquent, il n'est pas
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
verschillende lidstaten dachten dat het beter zou zijn om naar een
specifieke actie te gaan vanuit een of andere lidstaat. Het is een keuze
maar er was een tweederde meerderheid op individueel vlak om
verder te gaan samen met de Commissie. Slechts tien lidstaten,
waaronder België, hebben zich akkoord verklaard om de procedure
verder te zetten. Ik heb zoals gezegd geen andere informatie in verband
met de redenen van de reactie van de vijf andere lidstaten.
Gelet op het feit dat de Europese Commissie in deze procedure
optreedt als eiser en er nog geen concrete cijfers werden meegedeeld
aangaande de omvang van deze internationale smokkel vanuit de
Commissie werden noch door de lidstaten, noch door België al
becijferde vorderingen vooropgesteld wegens de ontdoken
accijnsrechten die overeenkomen met de aan het door de Commissie
uitgewerkt accijnsstelsel onttrokken hoeveelheden. We moeten verder
gaan met een evaluatie vanuit de Commissie en misschien ook vanuit
de verschillende lidstaten. Wij wachten op een vraag van de Europese
Commissie om verder te gaan. Er is eerst en vooral een procedure en
er is een tweede procedure met misschien meer kansen wat
witwasserij van geld betreft maar we zullen zien. Maar eerst en vooral,
tot nu toe is er geen precieze becijfering door de Europese Commissie.
Omwille van haar geografische ligging is België steeds een transitland
geweest, ook op het vlak van internationale smokkel van sigaretten. De
laatste jaren doet zich vooral het fenomeen voor van smokkel van
sigaretten naar het Verenigd Koninkrijk. De samenwerking tussen de
gerechtelijke diensten, de politiediensten en de douanediensten heeft al
tot verschillende inbeslagnames geleid. Zo werden in 2001 33.382
master-cases een master-case is een doos van 10.000 sigaretten
in beslag genomen, wat een stijging van 5% impliceert ten overstaan
van 2000. Wij hebben een specifiek akkoord tussen de douane- en
accijnsdiensten en de federale politie om verder te gaan. Wij hebben tot
nu toe verschillende specifieke akkoorden voor verschillende sectoren.
Voor de petroleumsector was er ook een akkoord, voortkomend uit de
onderzoekscommissie van de Senaat en er was ook een akkoord met
als doel een betere aanpak van zo'n fraude in de tabakssector.
Uit de door de Europese Commissie ingestelde procedure blijkt dat
België als transitland een sleutelrol zou kunnen hebben gespeeld in het
internationaal smokkelcircuit van sigaretten en ook witwasserij. Gelet
op de continuïteit van deze problematiek werden en worden nog steeds
onderzoeksdaden gesteld door de bevoegde diensten en parketten, in
de eerste plaats dus een samenwerking tussen de federale politie en
de diensten van Financiën, douane en accijnzen. Er is een rechter die
zo'n evolutie volgt, dus voor de twee verschillende diensten.
Ik heb geen weet van een eventuele betrokkenheid van buitenlandse
staten, staatsorganen, staatshoofden of familie van staatshoofden bij dit
smokkelcircuit van sigaretten of dit witwascircuit, maar we zullen verder
gaan met nieuwe elementen misschien vanuit de parketten en ook
vanuit onze diensten. Wat de samenwerking tussen Justitie en
Financiën betreft, wil ik juist iets zeggen in verband met een algemene
samenwerking voor verschillende sectoren. Ik heb gezegd dat dit al het
geval is voor de petroleumsector, dat dit al het geval is ook voor tabak,
maar we moeten nog verder gaan om een betere aanpak te hebben van
verschillende soorten specifieke criminaliteit. Zo is dat bijvoorbeeld ook
het geval voor de bouwsector met verschillende zaken uit het verleden.
Het is soms ook het geval voor de horeca. Dus ik pleit meer en meer
voor een betere samenwerking tussen de verschillende diensten en het
is al het geval met enkele mensen van onze fiscale administratie die bij
de federale politie werken. Ik denk dat we nog verder moeten gaan, ook
met meer mensen van Douane en Accijnzen, om dat te doen. Dus het
possible de donner des détails
chiffrés sur les actions qui
pourraient être menées par la
Belgique ou d'autres Etats
membres. Nous attendons les
informations de la Commission
pour pouvoir continuer.
En raison de sa situation
géographique, la Belgique est un
pays de transit pour le trafic de
cigarettes et aurait même pu jouer
un rôle clé. La collaboration entre la
justice, la police et les douanes a
déjà débouché sur de multiples
saisies. Un accord spécifique a été
conclu entre les services des
accises et la police fédérale pour
poursuivre dans cette voie. Les
services concernés mènent encore
des enquêtes. Un juge suit
l'évolution du dossier.
Je n'ai pas connaissance de
l'implication de certains Etats ou
chefs d'Etat mais l'enquête se
poursuit.
Je préconise également une
meilleure collaboration entre les
services des Finances et de la
Justice. Quelques personnes de
l'administration fiscale travaillent
déjà pour la police fédérale.
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
is misschien ook een antwoord voor de toekomst. Maar tot nu toe
wachten wij op meer informatie, meer inlichtingen vanuit de Europese
Commissie.
01.03 Fred Erdman (SP.A): Mijnheer de minister, ik dank u voor uw
zeer uitvoerig antwoord. Ik zal niet trachten na te gaan of die landen die
in de Ecofinraad zich niet hebben aangesloten bij de actie ministers
hadden die rookten, maar dat zou misschien een reden kunnen zijn of
eventueel een uitleg. Maar het is natuurlijk wel juist dat wanneer we de
cijfers zien over de omvang uzelf hebt aangetoond dat er reeds enorm
veel in beslag wordt genomen welk verlies dit betekent binnen het
kader van het systeem dat men uitdoktert op het gebied van accijnzen.
U spreekt vandaag over de verhoging van de sigarettenprijs in het kader
van de actie tegen het roken. Wanneer men andere circuits ziet
ontstaan of eventueel daardoor nog verdere uitbreiding ziet nemen, dan
is controle en opvolging natuurlijk meer dan noodzakelijk.
01.03 Fred Erdman (SP.A): Le
contrôle et le suivi sont
indispensables pour éviter
l'apparition et l'extension de circuits
parallèles dans le commerce de la
cigarette.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Ik ga even terug naar het vierde punt van de agenda.
02 Vraag van de heer Peter Vanvelthoven aan de minister van Financiën over "de procedure van
Deminor bij het Arbitragehof" (nr. A250)
02 Question de M. Peter Vanvelthoven au ministre des Finances sur "la procédure de Deminor
02.01 Peter Vanvelthoven (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, wij hebben recentelijk de wet betreffende het toezicht op de
financiële sector in de Kamer goedgekeurd. Korte tijd daarna, vorige
maand, is Deminor naar het Arbitragehof gestapt om de vernietiging van
die wet te vragen. Volgens Deminor bevat de wet enkele bepalingen die
een ernstig nadeel zouden toebrengen aan de
minderheidsaandeelhouders van de Nationale Bank. Meer in het
bijzonder heeft Deminor het over de wetsbepaling waarbij de financiële
reserves van de Nationale Bank worden overgeheveld naar de Staat.
Indien het Arbitragehof dat standpunt van Deminor zou volgen, dan
spreekt het voor zichzelf dat dit tot ernstige problemen zou kunnen
leiden inzake het financieel toezicht. Ik neem aan dat u ervan uitgaat
dat het standpunt dat door de Belgische Staat op dit ogenblik wordt
ingenomen, het correcte standpunt is. Toch wil ik, even verder kijkend
en wetend dat de procedures nooit zeker zijn, de volgende vragen
stellen.
Ten eerste, in hoeverre is de argumentatie van Deminor correct dat de
goudreserves en de deviezenreserves indien het juist is dat die
toebehoren aan de Staat als gevolg daarvan niet langer geboekt
mogen worden op de actiefpost van de balans van de Nationale Bank?
Als dat klopt, in hoeverre kan dat inderdaad tot gevolg hebben dat het
netto actief van de Nationale Bank daardoor negatief wordt? Dat kan tot
gevolg hebben dat dit desgevallend tot de opheffing van de Nationale
Bank zou kunnen leiden.
Ten tweede, indien het Arbitragehof zou overgaan tot vernietiging, welke
zijn dan de consequenties? Zijn die al ingeschat? Zijn er consequenties
op het vlak van het financieel toezicht? Zijn er financiële
consequenties? Zijn er risico's van financiële aard aan gebonden inzake
de uitbetaling van eventuele vergoedingen aan de aandeelhouders?
Mijnheer de minister, dat zijn enkele vragen uit voorzorg, voor het geval
02.01
Peter Vanvelthoven
(SP.A): La Chambre a récemment
adopté la loi relative à la
surveillance du secteur financier. Le
mois dernier, Deminor demandait
l'annulation de la loi devant la Cour
d'arbitrage. Selon Deminor, la
disposition de la loi transférant les
réserves financières de la Banque
nationale à l'Etat porte gravement
préjudice aux actionnaires
minoritaires. Si la Cour d'arbitrage
devait confirmer ce point de vue, les
conséquences seraient importantes
pour le contrôle financier dans ce
pays.
Est-il exact que les réserves d'or et
de devises de la Banque nationale
ne peuvent plus être inscrites au
poste "actif" du bilan de la Banque
nationale? L'actif net de la Banque
nationale peut-il, dès lors, devenir
négatif, ce qui constituerait une
menace pour l'existence même de
la Banque nationale? Quelle serait
l'incidence d'une annulation de la loi
par la Cour d'arbitrage? Une
annulation aurait-elle une incidence
sur le contrôle financier et
entraînerait-elle des conséquences
financières ou des risques
financiers pour la liquidation des
rémunérations des actionnaires?
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
er daar een en ander zou mislopen.
02.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer Vanvelthoven, eerst en
vooral geeft de vraag die u stelt mij de gelegenheid, mocht dit nodig
zijn, de gegrondheid van uw argumentatie te kunnen onderstrepen, in
een ver verleden althans.
Sta mij inderdaad toe eraan te herinneren dat uzelf, samen met
verscheidene andere volksvertegenwoordigers, op 25 juni 2002 het
amendement nummer 18 hebt ingediend. Hierdoor werd het mogelijk
een artikel 141 in te voegen in wat ondertussen de wet van 2 augustus
2002 betreffende het toezicht op de financiële sector is geworden. Het
is nu net dat artikel dat het rechtsstelsel bevestigt van de externe
reserves van de Nationale Bank van België. De tekst die u hebt
voorgesteld, steunt overigens op een analoge Franse bepaling.
Ik heb echter niet gehoord dat de Banque de France haar betalingen
zou hebben gestaakt. Er zijn andere ontwikkelingen met andere
vennootschappen in België, maar niet met de Banque de France.
Het is ook niet verwonderlijk, als men in herinnering brengt dat die
teksten alleen maar een weergave zijn van de op het internationale vlak
algemeen aangenomen beginselen terzake. Volgens deze beginselen
worden het goud en de deviezentegoeden, die de officiële externe
reserves van het land uitmaken, aangehouden en beheerd door de
Centrale Bank als een doelvermogen. Dit doelvermogen wordt
aangewend als een monetair en wisselkoersbeleidsmiddel. Het wordt
tevens aangewend voor andere opdrachten van algemeen belang.
Het amendement dat u hebt voorgesteld werd goedgekeurd bij
eenparigheid van stemmen door de democratische partijen,
vertegenwoordigd zowel in de Kamer als in de Senaat. Dit amendement
houdt nog andere voordelen in. Ik kan daarover alleen maar verheugd
zijn. Het laat onder meer toe te bepalen dat de jaarrekeningen van de
Nationale Bank van België moeten worden opgemaakt volgens de
bepalingen van de organieke wet betreffende de Nationale Bank van
België. Ze moeten eveneens worden opgemaakt volgens de specifieke,
verplichte regels, opgesteld door het Europees Stelsel van Centrale
Banken en door de Regentenraad.
Het betreffende artikel somt voor de goede orde ook de bepalingen op
van de wet van 17 juli 1975 betreffende de boekhouding van de
ondernemingen. Deze bepalingen zijn van toepassing op de Nationale
Bank van België.
Ik ben dan ook des te meer verwonderd over de boekhoudkundige
behandeling die sommigen voor ogen hebben. U vermeldt deze in uw
vraag. Ze blijkt niet in overeenstemming te zijn met de beginselen van
de dubbele niet van de dubbelzinnige boekhoudingen.
De wet van 2 augustus 2002 leidt niet tot een wijziging in de
samenstelling van de activa, aangehouden door de Nationale Bank van
België. De bewering dat het netto actief negatief zou zijn geworden als
gevolg van de overdracht van de valutareserves aan de Staat, is niet
juist. De externe reserves, goud en deviezen, behoren immers nog
steeds tot de actiefzijde van de balans van de bank en vormen een van
de tegenpartijen van de bankbiljettenomloop, die op de passiefzijde
staat.
De wet herinnert eraan dat beide onlosmakelijk zijn verbonden in de
balans van de bank en deze in staat stellen haar opdrachten als
02.02 Didier Reynders, ministre:
C'est M. Vanvelthoven lui-même qui
a déposé l'amendement par lequel
l'article 141 a été inséré dans la loi
du 2 août 2002 relative au contrôle
du secteur financier. Cet article
entérine le régime juridique des
réserves externes de la Banque
Nationale. Son texte est la
traduction de principes
généralement admis à l'échelle
internationale. Cet amendement a
été adopté à l'unanimité et ne
présente que des avantages. Aussi
suis-je très étonné des problèmes
comptables que M. Vanvelthoven
croit entrevoir.
La loi du 2 août 2002 n'aboutit pas
à une modification des actifs de la
Banque Nationale de Belgique.
L'affirmation selon laquelle les
actifs nets sont devenus négatifs à
la suite du transfert des réserves de
devises à l'Etat est inexacte. Les
réserves externes en or et en
devises font toujours partie de l'actif
du bilan de la banque et constituent
le contre-poids de la circulation des
billets de banque du côté du passif.
Conformément à la loi, les deux
pôles sont liés de manière
indissociable dans le bilan de la
banque. La loi confirme que les
réserves servent à permettre à la
Banque nationale de participer à la
réalisation des missions de
l'eurosystème, à la politique
monétaire, à l'émission des billets
en euros, à la gestion des réserves
monétaires et à d'autres missions
d'intérêt général. Elle exécute ainsi
l'article 105/2 du Traité de
Maestricht.
Je ne me prononce pas sur le
contenu de la requête déposée à la
Cour d'arbitrage car nous nous
trouvons encore dans la phase de
contentieux. Nous attendons
l'argumentation précise de la partie
adverse. En outre, la manière dont
la presse diffuse les informations
sur cette affaire ne cadre pas avec
l'intérêt général.
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
centrale bank binnen het Europese systeem te vervullen. De wet van 2
augustus 2002 bevestigt, zonder iets te veranderen aan het bestaande
stelsel, dat de officiële valutareserves van het land toevertrouwd zijn aan
de Nationale Bank om het haar mogelijk te maken mee te werken aan
de opdrachten van het eurosysteem, het monetair beleid, de uitgave van
eurobiljetten, het beheer van de monetaire reserves en om de andere
taken van algemeen belang te vervullen die de Staat haar opdraagt,
zoals bijvoorbeeld verplichtingen in verband met internationale
verdragen. Zodoende voert ze enkel artikel 105/2 van het Verdrag van
Maastricht uit, waarin wordt bepaald dat een van de fundamentele taken
van het eurosysteem bestaat in het aanhouden en beheren van de
officiële externe reserves van de lidstaten van de Unie. Die reserves
vormen dus een vermogen dat wordt aangewend voor de opdrachten en
transacties die haar zijn toegewezen door de Belgische en Europese
wetgeving.
Tot slot, mijnheer de voorzitter, over de inhoud van het verzoek dat bij
het Arbitragehof werd ingediend hoef ik mij niet uit te spreken vermits
wij ons in een geschillenfase bevinden. Wij wachten tot de precieze
argumentatie van de andere mensen in dergelijke zaak. In verschillende
persartikelen stel ik echter vast dat volgens een vennootschap, een
consulent, alle Belgische overheden en instanties die zich op een of
andere manier geroepen voelen om zich uit te spreken over de talrijke
procedures die dezelfde consulent heeft aangespannen, per definitie
verdacht zijn ongeacht of het om de Nationale Bank van België gaat,
om de commissie voor het Bank- en Financiewezen, om het ministerie
van Financiën of zelfs, zoals onlangs in een artikel in de pers, om het
Arbitragehof zelf. Dat strookt in het geheel niet met mijn opvatting over
het algemeen belang. Er is een klaar en duidelijk antwoord in verband
met de reserves. In verband met de contentieux moeten we wachten op
een precieze argumentatie. Ik denk dat we goede argumenten hebben
om met dit nieuwe stelsel verder te gaan.
02.03 Peter Vanvelthoven (SP.A): Ik dank de minister voor zijn
antwoord. Ik denk niet dat het de bedoeling is dat hij ingaat op het
geschil zelf. Dat bedoelde ik ook niet met mijn vraag. Mijn vraag was
geïnspireerd door het feit dat er een aantal persartikelen zijn
verschenen en wetende dat we dat destijds hier unaniem hebben
goedgekeurd. Ik heb mijn bezorgdheid dan ook middels deze vraag
willen uitdrukken.
02.03
Peter Vanvelthoven
(SP.A): Je n'avais pas l'intention de
soutirer des déclarations au
ministre sur le contentieux avec la
Cour d'arbitrage. Je voulais
simplement exprimer ma
préoccupation à la suite des
articles parus dans la presse à
propos de cette loi adoptée à
l'unanimité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Dirk Pieters aan de minister van Financiën over "Fisconet" (nr. A267)
03 Question de M. Dirk Pieters au ministre des Finances sur "Fisconet" (n° A267)
03.01 Dirk Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, het verstrekken van informatie via het internet is een eerste
stap in de omschakeling van een organisatie naar een meer productieve
werkwijze.
De eerste stap op fiscaal vlak inzake informatieverschaffing door de
administratie is Fisconet. Deze databank bevat onder andere de
administratieve commentaar op het Wetboek van de
Inkomstenbelastingen 1992. In het verleden werd de Comib
hoofdzakelijk geraadpleegd door vakspecialisten. We kunnen alleen
maar toejuichen dat deze documentatie door de administratie op een
03.01
Dirk Pieters
(CD&V):
Fisconet constitue la première
étape vers la diffusion numérique
d'informations fiscales. Cette
banque de données contient entre
autres le commentaire administratif
du Code des impôts sur les
revenus 1992. Auparavant, cette
documentation n'était consultée
que par des spécialistes fiscaux
mais elle est à présent accessible
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
gemakkelijke manier toegankelijk werd gesteld voor het grote publiek.
De inkomstenbelasting blijft natuurlijk een technisch ingewikkelde
materie. Het komt ons voor dat deze fiscale lectuur voor een leek extra
moeilijk wordt wanneer hij geconfronteerd wordt met afkortingen die
hem onbekend zijn. Zo vinden we afkortingen als BMI, PB maar ook
Com.Ov. Deze laatste afkorting staat voor de commentaar op de
overeenkomsten tot vermijding van dubbele belasting. In diverse
bepalingen van de Comib wordt naar de commentaar op de
overeenkomsten verwezen, onder andere voor de opsomming van de
grensgemeenten.
De vraag is nu of het niet nuttig zou zijn om een bladzijde toe te voegen
waarop de gebruikers van Fisconet de gebruikte afkortingen kunnen
terugvinden. Aangezien het om duizenden bladzijden gaat, lijkt het mij
nuttig om een e-mailadres bekend te maken waarop afkortingen, die
nog niet in het overzicht zijn opgenomen, kunnen worden gemeld zodat
op korte termijn dit overzicht kan worden gerealiseerd. Wat belet de
administratie om de commentaar op de overeenkomsten mee op te
nemen in Fisconet? Kan hierin niet worden voorzien?
Ander aspect. In Fisconet worden ook parlementaire vragen,
rechtspraak inzake BTW en administratieve beslissingen opgenomen.
Kan de minister toelichten welke criteria worden gehanteerd om een
parlementaire vraag, rechtspraak of administratieve beslissing al dan
niet op te nemen? Wordt de rechtspraak opgenomen die zowel in het
voordeel als het nadeel van de administratie is uitgesproken? Waarom
worden niet alle administratieve beslissingen opgenomen in Fisconet?
Ik stel vast dat bijvoorbeeld de administratieve beslissing van 18 januari
2002, nummer ET101.810 reeds werd verspreid onder sommige
belastingplichtigen, maar nog niet werd opgenomen in Fisconet. Waar
ligt de oorzaak van de verschillende behandeling van
belastingplichtigen? Strookt deze behandeling met het
gelijkheidsbeginsel of het non-discriminatiebeginsel? Beschikken alle
ambtenaren op een of andere wijze over deze beslissing, of zijn zij
zoals het grote publiek aangewezen op Fisconet?
Dan nog een ander aspect. Zullen in de toekomst de rulings volgens de
nieuwe procedure op een gedepersonaliseerde wijze worden
opgenomen in Fisconet?
au grand public. Ces textes
contiennent toutefois de
nombreuses abréviations
inconnues. Ne conviendrait-il pas
de joindre une page d'explications
pour ces abréviations et de
communiquer une adresse
électronique à laquelle on peut
s'adresser en cas de problème
d'abréviation?
On trouve également sur Fisconet
les questions parlementaires ainsi
que la jurisprudence ayant trait au
domaine fiscal. Sur quels critères
l'incorporation d'informations dans
cette banque de données est-elle
basée? Contient-elle tant la
jurisprudence prononcée en faveur
de l'administration que les textes
en défaveur de celle-ci? Pourquoi
toutes les décisions administratives
ne figurent-elles pas dans cette
base de données?
Je pense plus précisément à la
décision administrative du 18
janvier 2002, numéro ET101.810.
Ce traitement différent des
contribuables est-il conforme au
principe d'égalité?
A l'avenir, les accords préalables
conclus selon la nouvelle procédure
seront-ils repris d'une manière
dépersonnalisée dans Fisconet?
De voorzitter: Mag ik u wel vragen niet te veel afkortingen te gebruiken want wij hebben hier geen lijst bij de
hand van alle beschikbare afkortingen.
03.02 Minister Didier Reynders: Met alle gevaren vandien voor de
politieke partijen, mijnheer de voorzitter, want het is niet altijd
gemakkelijk te weten welke de exacte betekenis is van de verschillende
letterwoorden. Het zou bijvoorbeeld goed zijn eens te testen of de
betekenis van het letterwoord Ecolo goed gekend is.
03.02 Didier Reynders, ministre:
La signification exacte de certains
sigles n'est pas toujours bien
connue, comme c'est le cas du
sigle Ecolo.
Monsieur Gobert, je pense qu'on pourrait interroger beaucoup de gens
pour savoir si certains se souviennent encore de ce que chaque lettre
veut dire. Comme vous le savez, au départ Ecolo est le sigle d'une
appellation très compliquée qu'à mon avis peu de personnes
connaissent.
We zouden sommigen mensen
kunnen ondervragen over de
oorspronkelijke betekenis van
bepaalde afkortingen, die soms in
het vergeetboek is geraakt. Ik neem
het voorbeeld van ECOLO.
03.03 Gérard Gobert (ECOLO-AGALEV): Cela signifie "écologistes
confédérés pour l'organisation de luttes originales".
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
(...): (...)
03.04 Didier Reynders, ministre: Cela, c'est faire preuve de mauvais
esprit!
03.04 Minister Didier Reynders:
Dat getuigt van kwaadwilligheid!
Fisconet werd op zeer korte tijd opgestart. Mede hierdoor en omwille
van het feit dat het om een gigantische gegevensbank gaat, is het niet
uitgesloten dat een of ander document vooralsnog niet is opgenomen.
Er werd een controlesysteem uitgewerkt ten einde de volledigheid van
de fiscale gegevensbank te waarborgen inzake reglementaire
bepalingen, administratieve commentaren, circulaires en parlementaire
vragen en indien mogelijk antwoorden. Dit controlesysteem zal vanaf
eind deze maand effectief worden toegepast. Wat de voormelde fiscale
informatiebron betreft wordt in principe alles opgenomen.
Fisconet bevat zowel gunstige als ongunstige rechtspraak. Momenteel
zijn ruim 4.300 Nederlandstalige en 4.000 Franstalige arresten
opgenomen met telkens een samenvatting in de beide landstalen. Het
is de bedoeling in de toekomst nog meer rechtspraak op te nemen. De
Commentaar op de Overeenkomsten tot vermijding van dubbele
belasting vormt het voorwerp van een grondige herwerking. De
resultaten van die herwerking worden gepubliceerd in de vorm van
rondzendbrieven. Deze zijn opgenomen in Fisconet. Soortgelijke
rondzendbrieven zullen binnenkort worden gepubliceerd.
Wat betreft de nieuwe procedure inzake voorafgaande beslissingen in
fiscale zaken is uitdrukkelijk voorzien om de uitvoering van de genomen
beslissingen op gedepersonaliseerde wijze te publiceren via internet.
Deze beslissing is opgenomen in het nieuwe ontwerp. Er is bijgevolg
geen enkele reden om die beslissingen niet op te nemen in de fiscale
gegevensbank Fisconet. De administratieve commentaren, circulaires
en sommige beslissingen worden thans ook nog op papier verspreid bij
de ambtenaren evenals bij de belastingsplichtigen die een betalend
abonnement hebben op bepaalde publicaties van de fiscale
administratie. Er is in die zin zeker geen discriminatie, men kan de
informatie ook raadplegen op papier.
Tijdens de aanvangsfase van Fisconet werd vooral aandacht besteed
aan het inhoudelijke aspect. Inmiddels heeft de administratie ook reeds
initiatieven genomen om de gebruiksvriendelijkheid van de
gegevensbank te verbeteren. Er zal zeker rekening worden gehouden
met het voorstel om een lijst met gebruikte afkortingen toe te voegen.
Tenslotte, mijnheer de voorzitter, bij de lancering van Fisconet bestond
reeds de mogelijkheid om via een knop `contact' opmerkingen en
suggesties naar de leden van de Fisconetploeg te sturen. Met het oog
op gebruiksvriendelijkheid en toegankelijkheid bevindt zich sinds enkele
weken op elke pagina een omslag waarmee een e-mail kan worden
verstuurd naar de Fisconet-ploeg op een algemeen adres van het
ministerie van Financiën. Hierdoor is reeds een antwoord geboden op
de vraag van mijnheer Pieters. Deze functionaliteit zal aan de gebruiker
kenbaar worden gemaakt en we doen dat met een nieuwsflash die op
het scherm zal verschijnen. Deze nieuwsflash zal eerstdaags worden
geactiveerd.
Fisconet est une banque de
données gigantesque qui a été
mise en place en très peu de
temps. Et c'est bien une des
raisons pour lesquelles certains
documents n'y ont pas encore été
intégrés. A partir de la fin de ce
mois-ci, nous appliquerons un
système de contrôle qui garantira
la complétude de cette banque de
données, qui comprendra en
principe l'intégralité des
dispositions réglementaires, des
commentaires administratifs, des
circulaires et des questions et
réponses parlementaires.
Fisconet contient la jurisprudence
tant favorable que défavorable dans
les deux langues nationales. Nous
nous sommes fixé pour objectif d'y
inclure davantage encore de
jurisprudence à l'avenir.
Le commentaire des Conventions
préventives de la double imposition
est actuellement réformé de fond
en comble. Le résultat de cette
refonte sera publié dans des
circulaires qui seront elles aussi
intégrées à Fisconet.
Grâce à la nouvelle procédure en
matière de décisions préalables
dans les affaires fiscales, les
décisions seront publiées sur
internet de façon dépersonnalisée.
Il n'y a donc aucune raison de ne
pas les inclure dans Fisconet. Il n'y
a aucune discrimination puisque
l'information est disponible tant
numériquement que sur papier.
Nous ne ménageons pas notre
peine pour veiller à ce que le
système soit aussi convivial que
possible. A cet égard, la liste
d'abréviations proposée est une
bonne idée.
D'autre part, depuis quelques
semaines, chaque page est ornée
d'une petite icône permettant
l'envoi de courriels destinés à la
transmission d'observations et de
suggestions.
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
03.05 Dirk Pieters (CD&V): Ik dank de minister voor zijn uitvoerig
antwoord en ook voor zijn hoopgevend antwoord op die paar
opmerkingen die we nog hadden. Het is inderdaad waar dat Fiscanet
steeds meer een performant informatiesysteem wordt.
03.05 Dirk Pieters (CD&V): Je
remercie le ministre de sa réponse
détaillée qui nous autorise à nous
montrer optimistes. Fisconet
devient en effet un système
informatique de plus en plus
performant.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister van Financiën over "de herinvlagging van
zeeschepen en de Tax Shelter" (nr. A280)
04 Question de M. Yves Leterme au ministre des Finances sur "le retour sous pavillon belge des
04.01 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, enkele maanden geleden hebben we met zeer veel
overtuiging een aantal maatregelen van uw regering gesteund, onder
meer twee maatregelen in de programmawet van 2 augustus, die een
moeilijke bevalling heeft gekend maar uiteindelijk toch tot stand is
gekomen, met betrekking tot de herinvlagging van zeeschepen en
zogenaamde tax shelter onder meer op de audiovisuele sector.
Wat de herinvlagging betreft, heeft de regering zich geïnspireerd op
maatregelen die in de sector van de zeescheepvaart ook in Nederland
werden genomen en op een aantal fiscale en sociale aanbevelingen
terzake van de Europese Commissie. De tonnagebelasting is niet
nieuw. Een aantal andere lidstaten zoals Denemarken, Duitsland,
Finland, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Griekenland kennen reeds
een gelijkaardige regeling. De tax shelter is een maatregel die op maat
gesneden is van de audiovisuele sector in ons land. De passage in de
programmawet ere wie ere toekomt - is in grote lijnen overgenomen
van een wetgevend initiatief van gewezen minister Philippe Monfils die
vanuit die hoedanigheid de audiovisuele sector, zeker in het Franstalig
landsgedeelte vrij goed kent.
Het enige wat beide maatregelen gemeen hebben is dat ze slechts in
werking treden nadat ze via een koninklijk besluit overlegd in de
Ministerraad in werking zijn gesteld. Dit koninklijk besluit kan slechts
genomen worden met instemming van de Europese Commissie.
Tijdens het debat over de programmawet hadden we begrepen dat de
scheepvaartsector nog dit jaar met de herinvlagging wenste te
beginnen. Als ze willen opteren voor de tonnagebelasting moeten ze
een verzoek indienen bij uw departement dat normaal binnen de drie
maanden hierover een beslissing neemt. We zijn ondertussen half
november. Dat is onbetwistbaar. Dit betekent dat er ons niet veel meer
weken resten om deze maatregel dit jaar nog daadwerkelijk in werking
te laten treden.
Mijnheer de minister, heeft de Europese Commissie reeds haar
instemming gegeven inzake deze maatregelen? Zo niet, heeft de
Europese Commissie bezwaren geuit ten aanzien van de
tonnagebelasting of het keuzestelsel van afschrijvingen, de vrijstelling
van meerwaarde op zeeschepen en desgevallend met betrekking tot de
bijzondere investeringsaftrek? Heeft de Europese Commissie
opmerkingen gemaakt inzake de tax shelter zoals wij reeds aanhaalden
tijdens de bespreking van het hoofdstuk inzake de verenigbaarheid van
deze maatregel met het Europees recht? Verwacht u dat de
04.01 Yves Leterme (CD&V): La
loi-programme du 2 août a porté
approbation des mesures relatives
au retour des navires sous pavillon
belge et au mécanisme du tax
shelter. Ces deux mesures ne
pourront entrer en vigueur qu'après
la publication d'un arrêté royal qui
doit être pris avec l'accord de la
Commission européenne. La
marine marchande souhaite
entamer le retour sous pavillon
belge dès cette année. Le temps
est donc compté.
La Commission européenne a-t-elle
approuvé ces deux mesures? A-t-
elle exprimé des objections
relatives à l'impôt sur le tonnage ou
au système du choix des modalités
d'amortissement? A-t-elle émis des
observations sur le tax shelter sur
le plan de la compatibilité avec le
droit européen? Les deux mesures
entreront-elles en vigueur en 2002?
Est-il envisageable que seul le volet
concernant l'impôt sur le tonnage
entre en vigueur cette année?
La mesure relative à la marine
marchande pourrait-elle entrer en
vigueur sans le mécanisme du tax
shelter? Existe-t-il un lien
communautaire entre ces deux
dossiers? J'entends que le
mécanisme du tax shelter a été
instauré à la demande de la
Wallonie, alors que la plupart des
ports se trouvent en Flandre.
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
maatregelen inzake de zeeschepen en de tax shelter voor de
audiovisuele sector nog in 2002 in werking zullen treden? Is het
mogelijk alleen het gedeelte over de tonnagebelasting reeds in werking
te laten treden en het keuzestelsel op een latere datum. Wij mogen
verwachten dat de Europese Commissie geen bezwaren zal maken
over een regeling die op dezelfde manier reeds van toepassing is in
andere lidstaten van de Europese Unie. Mijnheer de minister, kan het
hoofdstuk met betrekking tot de zeescheepvaart desgevallend in
werking treden zonder de tax shelter? Het komt ons voor vergeef ons
deze rationele, nuchtere Vlaamse benadering - dat de tax shelter op
verzoek van Wallonië werd ingevoerd en actief gesteund werd door uw
partijgenoot Monfils, hoewel de zeehavens daar kan ik niets aan
veranderen - grotendeels in Vlaanderen liggen. Bestaat er een
communautaire band tussen beide dossiers? U zult natuurlijk
antwoorden van niet.
04.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Leterme, onder de huidige stand van zaken kan ik niets anders doen
dan de Commissie in te lichten over de stand van de procedure inzake
staatssteun waarin is voorzien in artikel 88, derde lid, van het Verdrag
tot instelling van de Europese Gemeenschappen met betrekking tot het
bijzonder stelsel van belastingheffing naar winsten uit zeescheepvaart
aan de hand van de tonnage. Dit Verdrag behandelt tevens het stelsel,
waarin de sommen die zijn gestort in uitvoering van een overeenkomst
voor de productie van een audiovisueel werk, worden vrijgesteld van de
winst die belastbaar is in de vennootschapsbelasting en in de belasting
van niet-inwonersvennootschappen, het zogenoemde tax shelterstelsel.
Wat betreft het bijzonder stelsel van belastingheffing naar winsten uit
zeescheepvaart aan de hand van de tonnage, wijs ik erop dat de
maatregel op 14 juni 2002 door de Belgische regering werd
genotificeerd. De Europese Commissie heeft bij brief van 31 juli 2002
een vragenlijst bezorgd. Daarop werd geantwoord bij brief van
22 augustus 2002. Deze brief was gericht aan de permanente
vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie. Op 25 oktober
2002 werd een evaluatievergadering gehouden met de diensten van de
Europese Commissie. Dientengevolge heeft de Commissie op
30 oktober 2002 om bijkomende inlichtingen verzocht. Deze inlichtingen
moeten binnen vier weken vanaf de datum van ontvangst van dit verzoek
worden verstrekt.
Met betrekking tot het zogenoemde bijzondere tax shelterstelsel werd
de maatregel op 27 mei 2002 voor kennisgeving door de Belgische
regering aan de permanente vertegenwoordiging van België bij de
Europese Unie toegestuurd. De Europese Commissie heeft bij brief van
25 juli 2002 een vragenlijst toegestuurd. Daarop werd geantwoord bij
brief die op 28 augustus 2002 aan de permanente vertegenwoordiging
van België bij de Europese Unie werd toegestuurd. De Commissie heeft
bijkomende vragen gesteld bij brief van 21 oktober 2002. Hierop moet
een antwoord worden verstrekt binnen een termijn van twintig
werkdagen vanaf de datum van ontvangst van het verzoek.
Meer kan ik niet zeggen, mijnheer de voorzitter. Ik wil echter nog één of
twee punten van commentaar geven.
Eerst en vooral moet het zo vlug mogelijk gaan met de twee
maatregelen, zonder echter enige band tussen de twee. Er zijn heel
mooie producties wat de audiovisuele sector en de filmsector in
Vlaanderen betreft. Ik herinner mij "Daens". Er zijn dus veel mooie
producties in Vlaanderen.
04.02 Didier Reynders, ministre:
A l'heure actuelle, je ne peux
informer la commission que sur
l'état d'avancement de la procédure
en matière d'aide de l'Etat.
Le 25 octobre 2002 s'est tenue
avec les services de la Commission
européenne une réunion
d'évaluation relative à l'imposition
des bénéfices sur la base du
tonnage. Le 30 octobre, la
Commission a demandé des
renseignements complémentaires,
qui doivent être fournis dans un
délai de quatre semaines.
La Commission européenne a
également posé des questions
supplémentaires au sujet du régime
du tax shelter le 21 octobre 2002.
Les réponses doivent également
être fournies dans un délai de vingt
jours ouvrables.
Les deux mesures devraient entrer
en vigueur le plus rapidement
possible. La date du 1
er
janvier
2003 sera difficile à respecter.
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
Tot slot, het is misschien mogelijk iets te doen vanaf 1 januari 2003. Ik
moet echter correct zijn: het zal heel moeilijk zijn met zo'n kalender. Ik
hoop wel dat het mogelijk zal zijn om zo vlug mogelijk iets te doen.
04.03 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik wil nog heel
kort reageren. Ik dank de minister voor het opgeven van de chronologie.
Ik kan natuurlijk niet het dossier inkijken. Het verbaast mij een beetje
dat de Europese Commissie nog bijkomende vragen stelt, meer
bepaald met betrekking tot de maatregelen in de scheepvaart. Er zijn
immers vergelijkbare systemen in andere landen. Maar goed, wij
moeten er akte van nemen.
Het is jammer dat de maatregel dit jaar niet meer in werking zal treden.
Het was de bedoeling, ook van de regering, om dit in 2002 nog in
werking te laten treden. Wij hopen echter samen met u dat u op
beslissende wijze de argumenten of de vragen van de Commissie hebt
kunnen beantwoorden.
04.03 Yves Leterme (CD&V): Je
suis étonné que la Commission
européenne pose des questions
supplémentaires au sujet de la
marine marchande. Il existe, en
effet, des systèmes comparables
dans d'autres pays.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister van Financiën over "de facturatieplicht voor
de BTW" (nr. A282)
05 Question de M. Yves Leterme au ministre des Finances sur "l'obligation de facturation en
05.01 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de grond van de zaak wil ik voor de collega's die dat wat
minder volgen of die de vraag niet hebben gelezen, toch even schetsen.
Het gaat over het feit dat horecazaken, om hun rendabiliteit, dus hun
winstgevendheid, te kunnen behouden, zich sinds een tijd steeds meer
gaan bevoorraden, onder meer inzake drank maar ook voor andere
producten, in grootwarenhuizen. Via dat systeem vervullen die
grootwarenhuizen hun facturatieplicht niet. Een aantal jaren geleden
heeft de BBI de grootwarenhuizen intensief geobserveerd en de praktijk,
die ik zonet heb geschetst, vastgesteld.
Door artikel 1, §2, 2
de
lid, 6° van het koninklijk besluit 1 met betrekking
tot de BTW zijn ondernemingen verplicht om een factuur uit te reiken
voor de leveringen die betrekking hebben op goederen die ik citeer
"... gelet op de aard ervan en de wijze waarop zij worden aangeboden,
de verkochte hoeveelheden kennelijk bestemd zijn voor een
economisch gebruik alsook de levering van de goederen van de soort
waarin de verkrijger handel drijft of die normaal bestemd zijn voor de
uitoefening van zijn economische activiteit". Die interpretatie is aan de
orde wanneer ik verwijs naar de concrete praktijk van de bevoorrading
door horecazaken bij grootwarenhuizen.
Grootwarenhuizen verkopen in hoofdzaak goederen aan een cliënteel
dat die goederen bestemt voor privé-gebruik. Dat is ook de bedoeling.
Daarnaast hebben, zoals ik al zei, een aantal professionele verbruikers
uit bepaalde sectoren, zoals de horeca, hun weg naar
grootwarenhuizen of bijvoorbeeld ook drankcentrales gevonden om zich
te bevoorraden. Die BTW -plichtigen, bijvoorbeeld horecazaken, maken
zich dan niet kenbaar of niet officieel kenbaar. Het personeel van die
distributeurs kent de identiteit van die BTW -plichtigen niet, laat staan
dat het mogelijk is om de BTW -hoedanigheid van hun cliënteel te
kennen en dus te voldoen aan de facturatieplicht uit hoofde van die
distributeurs, wezen het nu grootwarenhuizen of drankcentrales,
tegenover die horecazaken die met problemen zitten inzake rendabiliteit
problemen die ook hier in het Parlement duidelijk worden onderkend
05.01 Yves Leterme (CD&V):
Depuis longtemps déjà, les
exploitants du secteur horeca
s'approvisionnent dans les grands
magasins afin de maintenir leur
rentabilité. Souvent, les
supermarchés ne remplissent pas
leur devoir de facturation dans le
cadre de ce système. Ils vendent
principalement des marchandises à
une clientèle qui destine ces biens
à un usage privé. Le personnel des
supermarchés ou des centrales à
boissons ne connaît pas l'identité
des personnes assujetties à la TVA
et ne peut dès lors que difficilement
remplir son devoir de facturation.
M. Van Campenhout a posé une
question écrite à ce sujet en
décembre 2001, mais il n'a toujours
pas obtenu de réponse.
L'administration a-t-elle conclu des
accords avec les distributeurs au
sujet de leur obligation de
facturation? Quels critères
déterminent si une facture doit être
établie ou pas? L'administration
vérifie-t-elle systématiquement les
données commerciales qui sont
enregistrées par le biais des cartes
de fidélité? Selon la législation en
matière de TVA, combien de temps
les distributeurs sont-ils tenus de
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
en misschien ook door de regering.
Collega Van Campenhout heeft daarover reeds een schriftelijke vraag
gesteld. Ik wil collega Van Campenhout uitdrukkelijk vermelden omdat
een deel van mijn vraag geïnspireerd is door het geval waarop hij allusie
maakte. Het is mij opgevallen dat collega Van Campenhout zijn vraag
gesteld heeft in december 2001 en dat wij nu half november 2002 zijn.
Ook de regering kan niet ontkennen dat wij ongeveer halfweg november
2002 zijn. Er is echter nog geen antwoord geformuleerd op de vragen
van collega Van Campenhout. Vandaar dat ik de minister, bij wijze van
deze mondelinge vraag, wens te vragen naar zijn antwoord op de
geschetste problematiek, wat eigenlijk een ontwijking is, desgevallend
een ontduiking, die niet bedoeld is.
Daarnaast had ik graag een antwoord op de volgende vragen.
Ten eerste, heeft de administratie met de distributeurs akkoorden
gesloten inzake hun onzekere facturatieverplichting? Ik verwijs naar het
concrete geval dat ik schets.
In sommige ketens kan worden vastgesteld dat de bedienden een
factuur willen uitreiken naargelang het aankoopbedrag of de gekochte
hoeveelheid bijvoorbeeld flessen wijn of potten mayonaise. Hoe wordt
bepaald of er al dan niet een factuur wordt opgemaakt? Bepaalt de
computer dat? Zijn er bepaalde criteria op grond waarvan een factuur
uiteindelijk al dan niet wordt uitgereikt?
Zou die problematiek opgelost kunnen worden door elke klant te
registreren via zijn zogenaamde Happy Dayskaart, een kaart die op
grond van frequent gebruik en frequente aankopen wordt uitgereikt?
Kijkt uw administratie systematisch commerciële gegevens in, die
bijvoorbeeld samenhangen met het gebruik van die kaart, welke
commerciële gegevens geregistreerd worden via klantenkaarten?
Hoe lang dienen de distributeurs die gegevens bij te houden volgens de
BTW-wetgeving?
Uiteraard bestaat dan de vraag of er geen gevaar bestaat dat de privacy
van de betrokken mensen wordt geschonden.
Ten slotte, welke sancties kan uw administratie treffen ten aanzien van
de BTW -plichtige afnemers die weigeren hun ware identiteit bekend te
maken of hun BTW -identificatienummer mede te delen aan de
bedienden van grootwarenhuizen of drankencentrales, met het oog op
de handhaving van de regelgeving terzake?
conserver ces données? Qu'en est-
il du respect de la vie privée?
Quelles sanctions peuvent être
prises par l'administration vis-à-vis
des clients assujettis à la TVA qui
refusent de révéler leur véritable
identité ou de communiquer leur
numéro d'identification à la TVA?
05.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Leterme, eerst en vooral is er in een dergelijke problematiek een zeer
belangrijke controle door de Europese Commissie wat de BTW betreft.
Dat is ook het geval voor de douane. De belastingplichtige die een
kleinhandel uitbaat is slechts ontheven om een factuur uit te reiken aan
zijn klant wanneer deze een natuurlijke persoon is die de aangekochte
goederen bestemt voor zijn privé-gebruik, een klaar en duidelijk principe
me dunkt. Op deze regel bestaan er inzonderheid twee
uitsluitingscategorieën beoogd door de heer Leterme waarvan het
wezenlijk doel niet zozeer een vormvereiste is, maar wel degelijk een
strijd tegen de fiscale fraude. Er bestaat in deze problematiek een groot
aantal gevallen van fiscale fraude.
De eerste uitsluitingscategorie bestaat uit de levering van goederen die
05.02 Didier Reynders, ministre:
En pareil cas, un contrôle de la
Commission européenne s'exerce.
Un contribuable qui exploite un
commerce de détail ne doit pas
fournir de facture à son client si
celui-ci est une personne physique
et s'il destine les biens acquis à
son usage personnel. Deux
exceptions à cette règle claire
visent toutefois à lutter contre la
fraude fiscale.
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
gelet op de aard ervan, de wijze waarop ze worden aangeboden, de
verkochte hoeveelheden of de toegepaste prijs kennelijk bestemd zijn
voor economisch gebruik. Deze categorie bevat in haar omschrijving
objectieve elementen die de leverancier van goederen moeten toelaten
de aan zijn klanten verkochte goederen te factureren zelfs wanneer
deze laatsten handelen in de hoedanigheid van een privé-persoon. Het
komt aan de leverancier van goederen toe alle mogelijke
voorzorgsmaatregelen te nemen, meer bepaald op het niveau van de
interne organisatie en/of op informaticaniveau. Bovendien is het
onrealistisch een akkoord te sluiten met elke distributiesector gezien
de verscheidenheid van de op de markt bestaande producten en hun
voortdurende ontwikkeling.
De tweede categorie betreft de levering van goederen van dezelfde soort
als die waarin de verkrijger handel drijft of die normaal bestemd zijn voor
de uitoefening van zijn economische activiteit. Deze
uitsluitingscategorie vereist vanwege de leverancier van de goederen
een grondigere kennis van zijn klant. Het is echter niet mogelijk om in
het kader van deze mondelinge vragen dit punt verder te ontwikkelen. Er
kan toch worden aangestipt dat om een correcte invordering van de
belastingen te verzekeren de administratie gemachtigd is om alle
gegevens die door de leverancier van de goederen worden opgemaakt te
verkrijgen. De bewaartermijn van gegevens, beoogd door de heer
Leterme, bedraagt overeenkomstig artikel 60 van het BTW -Wetboek 10
jaar. De beslissing nummer ET 103.018 van 27 juni 2002 heeft de
termijn evenwel teruggebracht tot 5 jaar in verband met de
gedetailleerde gegevens van de door de belastingplichtige gerealiseerde
handelingen waarvoor geen factuur moet worden uitgereikt. De inbreuk
op artikel 53quater van het voormelde wetboek, met name het niet
meedelen van zijn BTW -identificatienummer door een klant aan zijn
leverancier, wordt bestraft met een boete van 250 euro per inbreuk.
Tot slot zullen er op de parlementaire vraag van 21 december 2001,
nummer 853, van de heer Van Campenhout zo spoedig mogelijk meer
toelichtingen worden gegeven. Het is altijd zeer moeilijk om in zo een
materie een uitzondering uit te werken met een zeer belangrijke fiscale
fraude en, meer dan dat, een zeer belangrijke controle door de
Europese Commissie.
La première catégorie concerne les
biens destinés à un usage
économique. La description de
cette catégorie contient des
éléments objectifs qui doivent
permettre au fournisseur de facturer
les biens vendus, même lorsque
les clients agissent en tant que
personnes privées.
La seconde catégorie s'applique à
la livraison de biens du même type
que ceux dont l'acquéreur fait
commerce ou qui sont
normalement destinés à l'exercice
de son activité économique. Ce
système requiert du fournisseur
une meilleure connaissance de son
client.
Dans le but d'assurer une
perception correcte de l'impôt,
l'administration est mandatée pour
recueillir toutes les données
collectées par le fournisseur des
biens. Ces données sont
conservées pendant dix ans. La
décision ET 103.018 du 27 juin
2002 a ramené ce délai à cinq ans
pour les données détaillées
relatives à des transactions pour
lesquelles aucune facture ne doit
être fournie. Le fait, pour un client,
de ne pas communiquer son
numéro de TVA à un fournisseur
est puni d'une amende de 250
euros par infraction.
Une réponse sera fournie à la
question numéro 853 de Monsieur
Van Campenhout dans les
meilleurs délais.
05.03 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik neem mij voor
om nog op het punt terug te komen.
Mijnheer de minister, ik veronderstel dat uw visie met betrekking tot de
handhaving van de regelgeving terzake in het antwoord op de vraag van
de heer Van Campenhout zal verwerkt zijn. Ik heb de indruk en die is
ook door u verwoord, dat wij hier te maken hebben met een kwantitatief
vrij grootschalige belastingontwijking en -ontduiking. U spreekt zelf over
fraude. Wij hebben hier te maken met een heel manifeste en
breedvoerige fraude. De vraag is natuurlijk: wat doen we daarmee, wat
zijn de genomen maatregelen. U heeft terecht verwezen naar een aantal
beperkingen. Niet alles kan en niet alles is realistisch inzake
controlesystemen en de uitwisseling van gegevens.
Ik zal op het punt nog terugkomen in onze commissie en de vraag
opnieuw op tafel gooien. Het zal mij benieuwen, eens we zicht hebben
op alle antwoorden op de vragen van collega Van Campenhout ik
hoop dat zulks binnen een paar maanden zo zal zijn te vernemen op
05.03 Yves Leterme (CD&V): J'y
reviendrai ultérieurement.
Je suppose que le point de vue du
ministre concernant la
réglementation sera traduit dans la
réponse à M.Van Campenhout. J'ai
l'impression que nous nous
trouvons devant un cas de fraude et
d'évasion fiscales de grande
ampleur. Que fait-on pour y
remédier?
12/11/2002
CRIV 50
COM 878
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
welke wijze u zal proberen om de zaken wat beter te doen naleven.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Dirk Pieters aan de minister van Financiën over "het rentebeleid van de
ECB" (nr. A292)
06 Question de M. Dirk Pieters au ministre des Finances sur "la politique de la BCE en matière de
06.01 Dirk Pieters (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de Europese Centrale Bank besliste donderdag de rente te
handhaven op 3,25%. Daarmee heeft ze de Amerikaanse renteverlaging
niet gevolgd. We hadden graag de reactie van de minister op het
rentebeleid van de Europese Centrale Bank gehoord. We herinneren
ons namelijk dat u vorig jaar toch ook gretig commentaar hebt gegeven
op een bepaalde beslissing van de Europese Centrale Bank.
06.01 Dirk Pieters (CD&V): La
semaine dernière, la Banque
centrale européenne (BCE) a
décidé de ne pas s'aligner sur la
réduction des taux opérée aux
Etats-Unis et de maintenir son taux
d'intérêt à 3,25 pour cent. Qu'en
pense le ministre Reynders?
06.02 Minister Didier Reynders: Mijnheer de voorzitter, mijnheer
Pieters, dit is eigenlijk een vraag voor de voorzitter van de Europese
Centrale Bank. Op donderdag 7 november besliste de Europese
Centrale Bank haar basistarief ongewijzigd te laten op 3,25%. Daags
voordien echter had de Amerikaanse Centrale Bank haar richttarief met
50 basispunten verlaagd tot 1,25%, het laagste tarief sinds juli 1961.
Deze strategie vloeit hoofdzakelijk voort uit de doelstellingen die beide
centrale banken dienen na te streven. De Europese Centrale Bank
poneert als eerste doelstelling prijsstabiliteit, meer specifiek een
inflatiecijfer lager dan 2%. De Federal Reserve streeft tegelijkertijd ook
voldoende economische groei na. De Europese Centrale Bank kon dan
ook in eerste instantie haar beleid verantwoorden door te verwijzen naar
de huidige inflatie in de Eurozone die nog 2,2% bedraagt en eventueel
nog zou kunnen stijgen, mede wegens het budgettaire beleid dat in
sommige grote lidstaten hoge en stijgende deficits vertoont. De Federal
Reserve daarentegen kon direct ingrijpen om het zwakke consumenten-
en ondernemingsvertrouwen, belangrijke determinanten van de
Amerikaanse binnenlandse bestedingen, bij te sturen.
Het verschil in finale doelstelling tussen de twee monetaire autoriteiten
is in hun statuten ingeschreven. Artikel 105 van het Verdrag tot
Oprichting van de Europese Gemeenschap vermeldt expliciet
prijsstabiliteit als hoofddoel van het Europese Stelsel van Centrale
Banken. Ik heb de vorige jaren dezelfde redenering gevolgd. Zonder dit
principe in vraag te stellen, moet toch gepleit worden voor een zo groot
mogelijk pragmatisme in de monetaire beleidsvoering waarbij een te
vertekend rentebeleid vermeden wordt. Het is dus perfect mogelijk voor
de Europese Centrale Bank om niet alleen naar de prijsstabiliteit te
kijken, maar ook naar andere elementen. Maar de eerste doelstelling is
de prijsstabiliteit.
06.02 Didier Reynders, ministre:
Voilà une question qui devrait, à la
vérité, être adressée au président
de la BCE.
Le 7 novembre, la Banque centrale
américaine a décidé de réduire de
50 points de base son taux
indicatif, le ramenant ainsi à 1,25
pour cent, le taux le plus bas
depuis 1961! Le lendemain, la BCE
a décidé de laisser inchangé son
taux de base de 3,25 pour cent.
Les deux institutions ne
poursuivent pas les mêmes
objectifs: la BCE vise avant tout la
stabilité des prix, et plus
particulièrement un taux d'inflation
inférieur à deux pour cent. La
Réserve fédérale américaine
recherche, en plus de la stabilité, la
croissance économique. La BCE a
invoqué à l'appui de sa décision
l'inflation dans la zone euro, qui
s'élève à 2,2 pour cent et qui est
susceptible d'encore augmenter, en
raison notamment de déficits
budgétaires dans certains Etats
membres. La Réserve fédérale
américaine a pu intervenir
directement pour raviver la
confiance ébranlée des entreprises
et des consommateurs aux Etats-
Unis. La différence entre les
objectifs des deux institutions
figure par ailleurs dans leurs statuts
respectifs.
Je continue de préconiser le plus
grand pragmatisme possible en
matière de politique monétaire, ce
CRIV 50
COM 878
12/11/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
qui permet d'éviter de fausser la
politique de taux. La BCE doit
s'efforcer de préserver la stabilité
des prix mais elle peut tenir
compte d'autres éléments.
06.03 Dirk Pieters (CD&V): Ik denk dat de minister geen onverwacht
antwoord geeft, maar de bedoeling van de vraag was eigenlijk om hem
te verleiden tot een wat stoutere uitspraak die dan de pers zou gehaald
hebben. In het verleden hebt u dat toch gedurfd, mijnheer de minister.
06.03 Dirk Pieters (CD&V): Cette
réponse ne me surprend guère.
J'aurais préféré amener le ministre
à faire une déclaration plus risquée
dont la presse se serait fait l'écho.
06.04 Minister Didier Reynders: Het is altijd dezelfde redenering. Er is
een eerste doelstelling met name de inflatie. Ik heb echter altijd gezegd
dat men in de Raad van de Europese Centrale Bank ook aandacht
moet schenken aan andere elementen en eerst en vooral de
economische groei. Er moet echter een evenwicht zijn tussen beide.
Dat is echtere een keuze van de Europese Centrale Bank. Ik herhaal
dat dit eigenlijk meer een vraag is voor de voorzitter van de Europese
Centrale Bank.
06.04 Didier Reynders, ministre:
Je répète que la BCE doit
également s'intéresser à d'autres
éléments que la hausse des prix,
comme par exemple, la croissance
économique. Il faut trouver un
équilibre entre les diverses
questions prioritaires.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.11 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.11 heures.