KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 844
CRIV 50 COM 844
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
NATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
dinsdag
mardi
15-10-2002
15-10-2002
14:00 uur
14:00 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de base et
du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en rechts
het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat
ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu intégral
définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 844
15/10/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de
minister van Telecommunicatie en
Overheidsbedrijven en Participaties, belast met
Middenstand, over "de resultaten van de Staten-
Generaal van de horeca" (nr. A049)
1
Question de M. Hagen Goyvaerts au ministre des
Télécommunications et des Entreprises et
Participations publiques, chargé des Classes
moyennes, sur "les résultats des Etats généraux
de l'horeca" (n° A049)
1
Sprekers: Hagen Goyvaerts, Rik Daems,
minister van Telecommunicatie en
Overheidsbedrijven en Participaties
Orateurs: Hagen Goyvaerts, Rik Daems,
ministre des Télécommunications et des
Entreprises et Participations publiques
Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de
minister van Telecommunicatie en
Overheidsbedrijven en Participaties, belast met
Middenstand, en aan de minister van Economie
en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het
Grootstedenbeleid, over "de toegang tot het
beroep van accountant en belastingconsulent en
het daaromtrent te nemen KB" (nr. A071)
6
Question de Mme Simonne Creyf au ministre
des Télécommunications et des Entreprises et
Participations publiques, chargé des Classes
moyennes, et au ministre de l'Economie et de la
Recherche scientifique, chargé de la Politique
des grandes villes, sur "l'accès à la profession
de comptable et de conseiller fiscal et l'arrêté
royal à prendre en la matière" (n° A071)
6
Sprekers: Simonne Creyf, Rik Daems,
minister van Telecommunicatie en
Overheidsbedrijven en Participaties
Orateurs: Simonne Creyf, Rik Daems,
ministre des Télécommunications et des
Entreprises et Participations publiques
CRIV 50
COM 844
15/10/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1



COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE
SCIENTIFIQUE, DE
L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET
DE L'AGRICULTURE
van
DINSDAG
15
OKTOBER
2002
14:00 uur
______
du
MARDI
15
OCTOBRE
2002
14:00 heures
______

La séance est ouverte à 14.15 heures par Mme Muriel Gerkens, présidente.
De vergadering wordt geopend om 14.15 uur door mevrouw Muriel Gerkens, voorzitter.

La présidente: La question n° 8529 de M. Peter Vanvelthoven est reportée à une date ultérieure.
01 Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de minister van Telecommunicatie en
Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, over "de resultaten van de Staten-
Generaal van de horeca" (nr. A049)
01 Question de M. Hagen Goyvaerts au ministre des Télécommunications et des Entreprises et
Participations publiques, chargé des Classes moyennes, sur "les résultats des Etats généraux de
l'horeca" (n° A049)
01.01 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Mevrouw de voorzitter,
mijnheer de minister, wij hebben u vorige week gemist tijdens de
bespreking van de regeringsverklaring, alleszins toen het ging over de
middenstand en meer specifiek toen het aspect horeca aan bod kwam.
Niettegenstaande het feit dat we het debat gehoord hebben, vond ik het
zinvol om u als betrokken minister eens aan het woord te horen. We
hebben u in de pers en in de media veel aan het woord gehoord maar
niet in deze assemblee. We weten allemaal waarover het gaat. In de
laatste rechte lijn naar de verkiezingen was de VLD ­ en waarschijnlijk
ook u ­ ervan overtuigd dat er nog iets moest gebeuren voor de
zelfstandigen en meer specifiek voor de horeca. Teneinde die sector
een hart onder de riem te steken heeft u voor hen een soort veredelde
rondetafelconferentie, een zogenaamde Staten-Generaal, georganiseerd
teneinde nog eens de puntjes op de i te zetten. Ik zou het veeleer uw
horecashow willen noemen. U hebt hier zelfs nog een VUB-studie aan
gekoppeld om waarschijnlijk voor de zoveelste keer te weten te komen
wat deze mensen op de lever ligt om het in horecatermen uit te
drukken. U bent de bespreking van de begroting ingegaan met een
nobel doel en een nogal lang beloftelijstje. We hebben het dan over het
sociaal aspect en het flexibel aannemen van tijdelijke werkkrachten, de
BTW-verlaging en het verhogen van de aftrekbaarheid van
restaurantkosten tot eventueel 100%. We kennen allemaal het resultaat
en het is geen grote pluim op uw hoed.
01.01
Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Ces derniers
mois, le ministre Daems a fait de
nombreuses promesses au secteur
horeca. La proximité des élections
n'y est sans doute pas étrangère. Il
a même organisé des "Etats
généraux de l'horeca" au cours
desquels il a enchaîné les
déclarations ronflantes à l'attention
de l'horeca. Le ministre a inscrit
tous ces engagements sur une
liste qu'il a emmenée aux
négociations budgétaires. La liste
était en effet impressionnante:
abaissement de la TVA,
déductibilité fiscale totale des frais
de restaurant, flexibilité pour
l'engagement de personnel. Mais le
ministre Daems ne semble pas
avoir obtenu le soutien de ses
collègues puisque la majorité de
ces points n'ont pas été
concrétisés.
15/10/2002
CRIV 50
COM 844
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Ik heb toch moeten vaststellen dat u voor alle beloften die u hebt
gedaan aan de horeca weinig of geen steun hebt gekregen bij uw
collega's of bij uw spitsbroeder, de eerste minister. Er komt blijkbaar
geen (...) die voor u ook nog van toepassing is. Bijgevolg had ik graag
geweten hoe het nu verder moet met die engagementen ten opzichte
van de horeca. In welk tijdskader bevinden we ons? Wat met de
becijfering van het terugverdieneffect? U hebt handelswetenschappen
gestudeerd en terugverdieneffecten is een term die u in het verleden
dikwijls hebt gebruikt. Ook in dit dossier van de aftrekbaarheid van de
restaurantkosten werd deze term gebruikt.

Mijnheer de minister, ik had graag uw mening gekregen over het idee
van de horeca zelf om te werken met een zogenaamd wetenschappelijk
horecacentrum waardoor een klankbord ontstaat en het beleid kan
worden ondersteund. Ik ben zeer benieuwd naar uw antwoord.

La seule revendication que le
ministre Daems ait pu imposer est
celle de la flexibilité pour
l'engagement de personnel.
Qu'adviendra-t-il à présent de
toutes les promesses que le
ministre avait faites au secteur
horeca? Sont-elles abandonnées
ou seront-elles réitérées lors de la
confection d'un prochain budget?

Que pense le ministre de l'idée
émise par le secteur horeca de
créer un centre de l'horeca qui se
ferait l'écho des revendications et
des attentes du secteur?
01.02 Minister Rik Daems: Mijnheer de voorzitter, ik dank de heer
Goyvaerts voor de kans die hij mij biedt om hierover iets te zeggen.

Ik wil uitgaan van de eenvoudige vaststelling, namelijk dat sectoraal
middenstandsbeleid in het verleden relatief weinig vorm heeft gekregen.
Het gaat hier om een van de weinige deelsectoren uit de lijst van
Europa die in aanmerking komen voor een verlaagd BTW -tarief. In ons
land is dit onder meer het geval voor de schoenlappers en de
fietsherstellers.

Waarom zeg ik dat? Omdat de sector van de horeca omwille van de
verschillende meningen die vanuit de verschillende componenten van de
horeca komen ­ op het terrein hotel, restaurant, café, café-brasserie,
enerzijds en in de waardeketting van de horeca de kleinhandel, de
kleine leverancier, de tussenleveranciers en de producenten, anderzijds
­ geen eenvormig patroon van belangenverdediging heeft. De belangen
zijn niet altijd dezelfde. Daardoor is er nooit een eenvormige visie
gekomen vanuit de sector. Het resultaat daarvan is dat er in dit land
politiek nooit iets werd gedaan voor de horeca, behalve het verlagen van
de aftrekbaarheid in 1992. Dat zijn reële kosten.

Vanuit die vaststelling heb ik in tempore non suspecto in het
middenstandsplan dat ik een jaar geleden heb ingediend en dat een
gunstig advies kreeg van de Hoge Raad voor de Middenstand gesteld
dat er vier aandachtsluiken moesten komen op een termijnvisie voor het
zelfstandig ondernemerschap. In eerste instantie moest het sociaal
statuut van de zelfstandige absolute prioriteit krijgen. In een tweede
fase moest onder meer inzake herwaardering van zelfstandige activiteit
de horecasector een van de eerste aandachtspunten zijn. Dat is ook
gebeurd. Voor het sociaal statuut hebben wij een aantal punten
vooropgesteld. Ik krijg nog wel de kans daarop in te gaan. In de
kinderbijslag kwam er een verhoging en voor arbeidsongeschiktheid zijn
wij boven het leefloon gestegen, terwijl het daarvoor lager lag. In de
ziekteverzekering hebben wij een aantal heel belangrijke maatregelen
kunnen nemen, ook voor werknemers. In de pensioenen hebben wij de
minimumpensioenen met 10% verhoogd, indexering niet bijgerekend. Er
zijn nog andere punten zoals de faillissementswetgeving en de
toegelaten arbeid.

In het sociale statuut hebben we in vergelijking met het verleden een
enorme stap gezet. De horeca met zowat 50.000 zaken en zowat
200.000 mensen ­ werkgevers en werknemers ­ die rechtstreeks bij de
sector betrokken zijn, is voor mij een sector die de levenskwaliteit van
01.02 Rik Daems, ministre: Le
problème majeur du secteur horeca
vient du fait que les avis divergent
fortement sur le terrain et que par
ailleurs chaque parti a également
des intérêts différents à défendre.

Dans mon plan pour les classes
moyennes, je me suis engagé,
dans une première phase, à
améliorer le statut social des
indépendants et, dans une
deuxième phase, à m'atteler aux
problèmes du secteur horeca.

En ce qui concerne le volet social,
j'ai augmenté les allocations
familiales, amené les indemnités
en cas d'incapacité de travail au-
delà du niveau du revenu
d'intégration et augmenté la
pension minimale de 10%.

En ce qui concerne le secteur
horeca, j'ai tout d'abord entendu
toutes les associations pour tenter
d'aboutir à une convergence des
différentes opinions. Ensuite, j'ai
confié à la VUB la mission de
collecter des données statistiques
sur le secteur horeca. J'attends les
résultats de cette étude pour la fin
de cette année. L'objectif poursuivi
à long terme consiste à élaborer un
véritable plan pour le secteur
horeca. Je voulais toutefois
également prendre des mesures à
court terme en faveur du secteur,
sans dépasser toutefois les limites
budgétaires.
Dans le domaine de la TVA, ma
marge de ma manoeuvre était
réduite. Il s'agit d'une matière
CRIV 50
COM 844
15/10/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
ons land helpt bepalen en daarom ook de nodige aandacht verdient. Ik
heb eerst geprobeerd alle verschillende invalshoeken te laten
convergeren. Ik heb een aantal maanden alle verenigingen geraadpleegd
om te trachten een eenduidig standpunt te bepalen. Uiteindelijk heeft
dit geresulteerd in het feit dat, gelet op het feit dat er nog nooit op een
wetenschappelijke basis cijfermateriaal is verzameld, we aan professor
Vilrokx decaan van de ESP van de VUB hebben gevraagd ons
statistisch materiaal te bezorgen. Ik hoop dat we tegen het einde van
dit jaar over deze cijfers zullen beschikken. We hebben in de sector
gevraagd waar de gevoeligheden liggen en we zijn daarbij uitgekomen
op belastingen, flexibiliteit en loonkosten. Wij hebben alle voorstellen
van de verschillende verenigingen synoptisch naast mekaar gelegd.
Daaruit is gebleken dat de horeca wel in een bepaalde richting was
gefocust.

Vervolgens hebben we geprobeerd om onmiddellijk, tijdens de lopende
begrotingsbesprekingen, voor de horeca iets te doen. Op lange termijn
willen we komen tot een goed onderbouwd horecaplan. Op korte termijn
wilde ik de begroting evenwel niet negeren omdat ik dan uitgerekend
het verwijt van electoraal denken zou hebben gekregen.

Dan zou men tegen mij gezegd hebben, terecht overigens: dat is
gemakkelijk, twee maanden geleden was er een begrotingsbespreking
en u hebt daar niets van gezegd, en nu komt u van alles beloven, nu er
verkiezingen in aantocht zijn.

Ik heb echter voor de begrotingsbesprekingen al gezegd dat er
misschien een aantal zaken mogelijk moest zijn. Ik heb ze ook
opgesomd: BTW, aftrekbaarheid en gelegenheidsarbeid. Ik heb die
punten ook op de regeringstafel gelegd tijdens de
begrotingsbesprekingen. Wat de BTW betreft, heb ik de algemene
stelling gevolgd die tijdens de Staten-Generaal, waar al die verenigingen
aanwezig waren, werd gehanteerd. Dat was trouwens de eerste keer in
de geschiedenis van dit land, maar het bundelen van krachten is nog
altijd interessanter, zij het moeilijker, dan het verspreiden van krachten.

In elk geval, daar werd gezegd dat de BTW een Europees verhaal is.
Maar Frankrijk, dat een van de twee landen was die tegen waren, is van
mening aan het veranderen of de horeca niet op de lijst van de te kiezen
sectoren moet staan voor een eventueel verlaagd BTW -tarief.

Wat de aftrekbaarheid betreft, was en is mijn mening nog altijd dat de
reële kosten moeten worden bekeken. Er bestond een soort
discriminatie omdat bepaalde zaken 100% aftrekbaar waren en andere
maar 50%. Persoonlijk vond ik het een dwaasheid ­ en ik blijf daarbij ­
dat de toenmalige regering dat percentage in 1992 heeft verlaagd en
een discriminatie gecreëerd heeft, waarbij een budgettair effect
ontstond. Immers, zelfs indien men de lat gelijk legt, is er nog altijd het
probleem dat men dat percentage bij een budgettair evenwicht vrijwel
niet kan verhogen. Want zodra men het verhoogt, spreekt men van een
serieuze financiële aderlating. Dat heeft als resultaat dat in een krappe
begroting die maatregel dus moeilijk kan worden uitgevoerd.

Ik kom tot de gelegenheidsarbeid. Die werd in de vragen van de sector
als even belangrijk gezien als de aftrekbaarheid, met dat verschil dat
gelegenheidsarbeid van toepassing kan worden gemaakt op elk van de
50.000 horecazaken terwijl de aftrekbaarheid maar betrekking heeft op
een groot deel, maar niet op het geheel.

Wat dat betreft heeft de regering naar mijn oordeel een wijs besluit
getrokken door te zeggen dat wij ervoor blijven ijveren om het probleem
van de BTW op het Europees niveau te blijven bekijken, maar de
européenne et la France refusait
d'intégrer l'horeca à la liste des
secteurs à taux réduits.

En ce qui concerne la déductibilité
des frais de restaurant, les
possibilités étaient tout aussi
limitées. En outre, de telles
mesures ne profiteraient qu'à une
partie de l'horeca.

Dans le domaine du travail
occasionnel, en revanche, j'avais la
possibilité de faire quelque chose
pour les établissements de
l'horeca. Il est vrai que les frais de
personnel étaient beaucoup trop
élevés en cas de prestations
occasionnelles. A présent que les
charges sociales peuvent être
calculées sur la base d'un salaire
ficti ­ et très modeste ­, ces frais
deviennent supportables.

J'ai donc respecté mon
engagement en instaurant à court
terme une mesure dont
bénéficieront tous les
établissements de l'horeca. La
porte est désormais ouverte pour
des mesures supplémentaires mais
j'attends les résultats de l'étude de
la VUB.
15/10/2002
CRIV 50
COM 844
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
aftrekbaarheid is vandaag niet mogelijk. De gelegenheidsarbeid
daarentegen is vandaag wel mogelijk. Als u het mij vraagt, is dat toch
wel een doorbraak, in die zin dat erkend wordt dat een bepaalde sector
­ niet alleen land- en tuinbouw ­ exact dezelfde karakteristieken heeft
in termen van piekarbeid die onbetaalbaar zijn in het officiële circuit voor
wie actief wil zijn tegen dezelfde prijzen van vandaag. De regering heeft
dus duidelijk erkend dat de filosofie van de gelegenheidsarbeid, te
weten een beperkt forfaitair dagloon waarop maar een beperkte sociale
bijdrage wordt betaald en waarop de betrokkene maar een beperkte
belasting betaalt, ondanks het feit dat het reële loon officieel groter is,
inderdaad de weg is die gevolgd moet worden.

Ten eerste, hebben wij dus de attentiepolitiek voor de horeca
waargemaakt en dat zal op de agenda blijven staan.

Ten tweede, concreet is een van de twee mogelijke maatregelen
effectief doorgevoerd. Als wij een lijst maken van alle mogelijke
maatregelen die alle mogelijke collega's op een hoop hebben gelegd,
behoren degenen die 50% hebben binnengehaald van wat zij voorstellen
echt niet bij de minderen, veeleer omgekeerd.

Ten derde, het is een reële maatregel die voor 50.000 zaken een
concreet, reëel resultaat zal hebben omdat dat het een kostenverlagend
effect heeft bij die zaken. Tegelijkertijd wordt een oud zeer ­ laten we
dat maar het witten van de grijze circuits noemen ­ mogelijk gemaakt.
In die context denk ik, omdat wij toch wat van dezelfde regio zijn, dat ik
de belofte die ik destijds heb gemaakt op de horecabeurs te Leuven,
heb waargemaakt. De vraag van de horeca te Leuven was namelijk om
iets aan de loonkosten te doen. In Leuven hebben ze mij niet om de
aftrekbaarheid gevraagd. Dat herinnert u zich. Ze hebben mij gevraagd
om iets aan de loonkosten te doen en te proberen iets aan de
gelegenheidsarbeid te doen.

Eigenlijk kan ik met een gerust gemoed alle Leuvense cafés
binnenstappen en zeggen dat ik heb gedaan wat mij werd gevraagd.
Wat dat betreft voel ik mij absoluut niet slecht.

Dit gezegd zijnde, dit is niet voldoende. Het gaat om een sector die
eenieders levenskwaliteit bepaalt en die zeker aandacht verdient, net
zoals andere sectoren trouwens. Op politiek vlak werd thans de deur
opengezet, zoals voorheen met betrekking tot het sociaal statuut, wat
vroeger ook nooit ernstig werd aangepakt.

Hoe dan ook, de deur staat thans open om in de toekomst verdere
stappen te zetten en dit moet gebeuren op basis van een goed
doordacht meerjarenplan dat tegen het eind van dit jaar of begin van
volgend jaar zal zijn uitgewerkt op wetenschappelijke basis, met
medewerking van het hele platform van de horeca. Daarna kan men alle
politieke formaties ervan overtuigen dat het gaat om een belangrijke
aangelegenheid. Het zal alsdan afhangen van de aangewende
argumenten om iedereen over de brug te krijgen.

Tot hier beperkt zich mijn antwoord dat ik u met alle plezier gaf.
01.03 Hagen Goyvaerts (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, ik
dank u voor uw uitvoerig antwoord, maar wil toch nog kort de volgende
elementen aanhalen.

Volgens u is het de eerste keer dat alle betrokkenen werden
samengebracht. Welnu, uit persknipsels van 18 september 2000 blijkt
dat u uw spitsbroeder, de liberaal Jaak Gabriëls, nagenoeg met
01.03
Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Ce n'est bien
entendu pas la première fois que
l'on réunit des représentants du
secteur horeca. Le ministre
Gabriëls, le prédécesseur de M.
Rik Daems à la tête des Classes
CRIV 50
COM 844
15/10/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
dezelfde
opmerkingen terugkeerde van een of twee
rondetafelconferenties omtrent de horeca en het ook steeds had over
BTW-verlaging, kostenaftrek en sociale maatregelen als hij met
betrokken sector communiceerde.

Misschien hebt u wel gelijk als u zegt dat men u in Leuven heeft
gezegd dat het probleem de sociale factor is, meer bepaald het flexibel
aannemen van personeel, maar inmiddels zijn we al enkele jaren verder.

(...)

Dat kan ik best begrijpen, maar nu komt het over alsof u een aantal
beloftes maakte ten opzichte van de sector, bijvoorbeeld dat de 10% op
gelijke voet stond met de aftrekbaarheid. Het verschil is echter dat
destijds de restaurants min of meer vol zaten, terwijl ze nu leeg zijn.
Volgens mij ziet een horeca-uitbater minder het nut in van het
aannemen van tijdelijk personeel als zijn zaak leeg blijft.

Dat is op dat moment niet aan de orde, niettegenstaande het als vierde
punt is geklasseerd in de toptienlijst van de Staten-Generaal.

U zei dat het een jarenproject is, mijnheer de minister, maar mocht uw
collega in 2000 de nodige moed aan de dag hebben gelegd ­ toen er
trouwens nog middelen waren ­ om een aantal initiatieven te nemen,
dan zou u nu bij wijze van spreken niet worden beperkt tot een
minimale beslissing omtrent het sociaal aspect.

U zei met een gerust gemoed door Leuven te kunnen stappen. Welnu,
ik hoop dat zulks geldt voor heel Vlaams Brabant, maar na de
verkiezingen zullen we wel zien hoe op deze aangelegenheid werd
gereageerd.

In het voorwoord van het boekje van de Staten-Generaal staat een
merkwaardige passage. Ik weet niet of u zich de volgende zin nog
herinnert, mijnheer de minister: "Als er nu," ­ nu betekent vandaag,
zoals het hier staat gedrukt ­ "niet morgen, niets gebeurt, dan is voor
velen het einde in zicht, dan dreigt voor het Bourgondië van de wereld
de definitieve ondergang" ­ een straffe uitspraak ­ "en de verzamelde
horecafederaties vragen de regering dan ook met aandrang concrete
maatregelen te nemen waardoor voor de sector opnieuw brood op de
plank komt".

Hiermee zullen wij de kiezer in 2003 confronteren en zien wat het
resultaat ervan is.
moyennes, en a fait autant à
l'époque. Des promesses avaient
alors été faites au secteur.
L'exploitant du secteur horeca
cherche en premier lieu à remplir
son établissement. Le ministre
Gabriëls aurait dû prendre des
initiatives tant qu'il y avait de
l'argent.

La publication des états généraux
de l'horeca souhaite que des
résultats soient engrangés. Il est
grand temps en effet.
01.04 Minister Rik Daems: Mijnheer de voorzitter, ziehier een
uitspraak van mijn oom Roger.

Nonkel Roger was meer dan dertig jaar burgemeester van Lubbeek met
een volstrekte meerderheid. Zijn politieke slogan luidde: "Je kunt niet
voor iedereen goed doen op dezelfde dag".

Welnu, mijnheer Goyvaerts wij hebben thans een belangrijke maatregel
genomen en ik zal blijven ijveren om de volgende maatregel te nemen.
Het is evenwel niet mogelijk alles op dezelfde dag te doen en dat zal ik
ook in alle eerlijkheid en openheid duidelijk maken aan betrokkenen.

Ik trek wel de conclusie dat vanaf het ogenblik dat ik dit dossier ter
harte nam, er een concrete maatregel werd genomen, terwijl over dit
probleem gedurende dertig jaar veel werd gepraat, maar er nooit iets
werd ondernomen. Ook dat is een waarheid als een koe.
01.04 Rik Daems, ministre: Je
vous citerai la devise chère à mon
oncle Roger: "On ne peut pas faire
plaisir à tout le monde en même
temps". Depuis que je suis en
charge des Classes moyennes,
c'est-à-dire depuis un an, une
mesure concrète au moins a été
prise. Au cours des 30 années qui
ont précédé, bien des choses ont
été dites mais rien n'a été fait.
15/10/2002
CRIV 50
COM 844
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Simonne Creyf aan de minister van Telecommunicatie en
Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, en aan de minister van Economie en
Wetenschappelijk Onderzoek, belast met het Grootstedenbeleid, over "de toegang tot het beroep
van accountant en belastingconsulent en het daaromtrent te nemen KB" (nr. A071)
02 Question de Mme Simonne Creyf au ministre des Télécommunications et des Entreprises et
Participations publiques, chargé des Classes moyennes, et au ministre de l'Economie et de la
Recherche scientifique, chargé de la Politique des grandes villes, sur "l'accès à la profession de
comptable et de conseiller fiscal et l'arrêté royal à prendre en la matière" (n° A071)

(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en
Participaties, belast met Middenstand.)
(La réponse sera donnée par le ministre des Télécommunications et des Entreprises et Participations
publiques, chargé des Classes moyennes.)
02.01 Simonne Creyf (CD&V): Mevrouw de voorzitter, mijnheer de
minister, het is niet de eerste keer dat ik u hierover ondervraag.
02.02 Minister Rik Daems: Dat is juist.
02.03 Simonne Creyf (CD&V): Ik heb daarover ook uw voorganger
ondervraagd. Het gaat namelijk over een wet van 22 april 1999 die het
beroep van accountant en belastingconsulent regelt. Om operationeel
te zijn heeft deze wet ook nog uitvoeringsbesluiten nodig. Een van de
punten die nog moeten worden geregeld is de toegang tot de stage en
het verloop van de stage. Vorig jaar hield onze commissie voor het
Bedrijfsleven met alle betrokken actoren een hoorzitting over deze
problematiek. Vorige zomer gaf de Hoge Raad voor Economische
Beroepen een advies over het koninklijk besluit. De wet is meer dan 3
jaar oud en de nodige adviezen zijn voorhanden. Waar blijft dan het
koninklijk besluit? Mijnheer de minister, ik wens u volgende vragen te
stellen.

Ten eerste, welke initiatieven zijn er door u of door de regering genomen
sinds we het advies kennen van de Hoge Raad voor de Economische
Beroepen? Het alibi was immers altijd dat er moest worden gewacht op
het advies van de Hoge Raad voor de Economische Beroepen.

Ten tweede, is de onderwijswereld en het eencyclusonderwijs in het
bijzonder door de regering betrokken bij de uitwerking van dit koninklijk
besluit?

Ten derde, zijn de regionale ministers van Onderwijs over de uitwerking
van het koninklijk besluit geraadpleegd?

Ten vierde, wanneer kan het koninklijk besluit worden goedgekeurd?
Welke timing verwacht u?

Ten slotte, blijft u bereid om het ontwerp koninklijk besluit eerst aan het
Parlement voor te leggen voor de publicatie in het Belgisch Staatsblad,
iets waartoe minister Gabriels zich reeds had geëngageerd?
02.03 Simonne Creyf (CD&V): La
loi du 22 avril 1999 sur la profession
d'expert-comptable et de conseil
fiscal ne sortira ses effets que
lorsqu'un certain nombre d'arrêtés
d'exécution auront été pris. Deux
des points qui doivent être réglés
sont l'accès au stage et le
déroulement du stage. La loi a plus
de trois ans, les avis requis sont
disponibles mais l'arrêté royal se
fait encore attendre.

Quelles initiatives le gouvernement
a-t-il prises depuis que le Conseil
supérieur a rendu son avis? A-t-il
été question de l'enseignement lors
de l'élaboration de l'arrêté royal?
Les ministres régionaux de
l'enseignement ont-ils été associés
à cette élaboration? Combien de
temps s'écoulera-t-il encore avant
l'adoption de l'arrêté royal? Le
ministre est-il disposé à présenter
d'abord au Parlement l'arrêté royal
en projet?
02.04 Minister Rik Daems: Mevrouw de voorzitter, collega's, op de
vraag welke initiatieven zijn genomen, kan ik antwoorden dat de Hoge
Raad voor Economische Beroepen in september vorig jaar een advies
heeft uitgebracht over het eerste ontwerp. De tekst is overgemaakt aan
de Raad van State in november. Het advies is teruggekomen in juli van
dit jaar. De tekst is herwerkt en op dit ogenblik vrijwel klaar om door de
02.04 Rik Daems, ministre: Le
Conseil supérieur des professions
économiques a rendu un avis en
septembre de l'année dernière. Cet
avis a été soumis au Conseil d'Etat
en novembre. En juillet 2002, le
CRIV 50
COM 844
15/10/2002
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
twee bevoegde ministers, ikzelf en mijn collega Picqué, te worden
goedgekeurd. In de tussenperiode zijn er contacten geweest vanuit het
kabinet van Economische Zaken met de onderwijswereld in verband
met de regeling van de vrijstellingen. Het departement van collega
Picqué heeft contacten gehad op het niveau van de kabinetten en de
Vlora. In de tijd tussen het advies van de Raad van State en de
herwerking werd rekening gehouden met een aantal aspecten die in de
gesprekken terzake naar voren zijn gekomen.

Tot op vandaag is er geen raadpleging gebeurd van de regionale
bevoegde ministers. De regeling doet immers geen afbreuk aan de
bestaande onderwijssystemen en diploma's. Er wordt hier veeleer
vertrokken van een algemeen bestaand kader van vakkennis nodig om
tot de beroepen te worden toegelaten. Desalniettemin is in het huidige
ontwerp in een systeem van vrijstellingen voorzien waarbij na de
publicatie aan de praktische uitwerking via het vaststellen van de
criteria van vrijstellingen zal moeten worden gewerkt, uiteraard in
overleg met de onderwijswereld.

De timing ­ dat is een antwoord op de vierde vraag ­ is een kwestie van
weken aangezien we toch in een eindfase zijn aanbeland.

Ten vijfde, wat de mogelijke voorlegging van het ontwerp aan het
Parlement betreft kan men zich de vraag stellen of dit na het lange
wachten op het advies van de Raad van State nog wel gewenst is. Naar
mijn aanvoelen ­ en ik neem aan ook naar dat van mijn collega's ­ is
het van belang dat de nieuwe regeling zo snel mogelijk in werking
treedt. Eerst moet ik overleg plegen met mijn collega, maar ik geef er
veeleer de voorkeur aan om het ontwerp van koninklijk besluit dat de
criteria van de vrijstellingen vastlegt voor publicatie naar voren te
brengen dan wel eerst het koninklijk besluit, omdat het uitgerekend die
aspecten zijn die u het meest aanbelangen.
texte est revenu. Nous l'avons
retravaillé et, à l'heure qu'il est, il
est quasiment prêt à être approuvé
par mon collègue Picqué et par
moi-même. Nous avons eu des
contacts avec l'enseignement au
niveau des cabinets et du VLORA,
le conseil de l'enseignement
flamand. Ces contacts ont porté
sur le règlement des dispenses et
ont débouché sur une série
d'éléments dont il a été tenu
compte dans le texte final. A ce
jour, nous n'avons pas consulté les
ministres régionaux compétents
parce que ce système ne porte pas
atteinte aux systèmes et diplômes
existants. Dans le projet actuel, un
régime de dispenses est prévu. Sa
mise en oeuvre pratique
s'effectuera en concertation avec
les milieux de l'enseignement.

Il faudra encore attendre quelques
semaines tout au plus pour que le
nouveau règlement entre en
vigueur. Il me paraît indiqué de
présenter au Parlement l'arrêté
royal sur les critères de dispenses.
Le premier arrêté royal s'est déjà
fait attendre assez longtemps
comme ça.
02.05 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de minister, het verheugt mij
te vernemen dat het koninklijk besluit bijna klaar is, maar als ik u goed
begrijp is het nog een kwestie van weken. Dat is dus niet meer één of
twee weken. Het lijkt precies toch nog wat te zullen duren. Wat de
voorlegging aan het Parlement betreft, begrijp ik het helemaal niet
meer. Men wacht vier jaar voordat men een koninklijk besluit opstelt.
Dan zegt men dat het voorleggen van het koninklijk besluit aan het
Parlement te veel tijd in beslag zou nemen. Men zou dat liever niet
doen. Men gaat het maar publiceren en zal dan later wel zien.

Mijnheer de minister, u weet dat uw partijgenoot Gabriels zich in deze
materie geëngageerd heeft en dat het hier een zeer gevoelige materie
betreft, vooral alles wat betrekking heeft op de stage. Wij hebben
hierover in de commissie hoorzittingen gehad waarbij de belofte werd
gedaan dat wij vooraf ook het koninklijk besluit zouden krijgen. Ik vraag
mij dus af wat u belet om ons dit koninklijk besluit hier morgen in de
commissie voor te leggen waardoor het binnen enkele weken klaar kan
zijn voor publicatie. Ik hoop dat u niet weigert om hiermee naar het
Parlement te komen.
02.05 Simonne Creyf (CD&V): Je
me réjouis de ce que l'arrêté royal
soit presque prêt mais faudra-t-il
vraiment encore des semaines
avant qu'il puisse être présenté au
Parlement? Après quatre ans, voilà
qu'on dirait que nous le présenter
prend encore trop de temps! Le
ministre Gabriëls s'y était pourtant
engagé. C'est une matière délicate,
en particulier les dispositions
relatives au stage, et il n'est que
logique que la commission qui
s'est penchée sur ce problème
puisse l'examiner.
02.06 Minister Rik Daems: Mevrouw, ik heb u mijn antwoord gegeven.
Naar mijn persoonlijke mening is het koninklijk besluit dat de criteria
van de vrijstellingen vastlegt, veeleer een aangelegenheid om in het
Parlement te bespreken. Dit thema ligt immers erg gevoelig en is
belangrijker dan weer opnieuw een debat te openen over zaken die
reeds besproken werden. Indien u mij verwijt dat het zolang geduurd
heeft, dan moet ik u zeggen dat dit niet het geval is. Het koninklijk
besluit is pas in juli teruggekomen van de Raad van State waarna de
02.06 Rik Daems, ministre: Je
vous ai répondu. A mon avis,
l'arrêté royal sur les dispenses est
prêt à être présenté au Parlement.
En revanche, lui présenter l'autre
arrêté n'a guère de sens. Il n'est
pas nécessaire de débattre de
quelque chose qui a déjà été
15/10/2002
CRIV 50
COM 844
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
grote vakantie volgde. Met alle respect, maar wij hebben helemaal niet
traag gewerkt. Ik wil echter niet het risico lopen dat er uiteindelijk niets
gebeurt. Zo eenvoudig ligt dat.
examiné en détail..
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15:40 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15:40 heures.