KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 788
CRIV 50 COM 788
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTEGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
dinsdag mardi
18-06-2002 18-06-2002
14:15 uur
14:15 heures
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN Front
National
MR Mouvement
réformateur
PS Parti
socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties:
Abréviations dans la numérotation des publications:
DOC
50
0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA Schriftelijke
Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen:
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail:
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail:
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"de kwaliteit van het bestand van de
kruispuntbank" (nr. 7462)
1
Question de M. Jean-Jacques Viseur au ministre
des Affaires sociales et des Pensions sur "la
qualité du fichier de la banque carrefour" (n° 7462)
1
Sprekers: Jean-Jacques Viseur, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs: Jean-Jacques Viseur, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"de uitvoering van de nieuwe nomenclatuur inzake
kinesitherapie" (nr. 7463)
2
Question de M. Jean-Jacques Viseur au ministre
des Affaires sociales et des Pensions sur "la mise
en oeuvre de la nouvelle nomenclature de
kinésithérapie" (n° 7463)
2
Sprekers: Jean-Jacques Viseur, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs: Jean-Jacques Viseur, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Josy Arens aan de minister van
Sociale Zaken en Pensioenen over "de
zorgverzekeringen voor grensarbeiders" (nr. 7493)
5
Question de M. Josy Arens au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur "les
assurances dépendance pour les frontaliers"
(n° 7493)
5
Sprekers:
Josy Arens, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
Josy Arens, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister
van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
referentievergoeding van geneesmiddelen"
(nr. 7518)
7
Question de Mme Greta D'hondt au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur "le
remboursement de référence des médicaments"
(n° 7518)
7
Sprekers:
Greta D'hondt, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
Greta D'hondt, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Jos Vande Walle aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"de terugbetaling van hoorapparaten" (nr. 7510)
10
Question de M. Jos Vande Walle au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur "le
remboursement des appareils auditifs" (n° 7510)
10
Sprekers:
José Vande Walle, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
José Vande Walle, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Jos Vande Walle aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"de uitbetaling van de forfaits in het kader van het
RVT-reconversieprogramma" (nr. 7519)
12
Question de M. Jos Vande Walle au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur "le paiement
des forfaits dans le cadre du programme de
reconversion MRS" (n° 7519)
12
Sprekers:
José Vande Walle, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
José Vande Walle, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister
van Sociale Zaken en Pensioenen over "het
sociaal statuut van opvangouders" (nr. 7540)
12
Question de Mme Greta D'hondt au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur "le statut
social des gardiennes d'enfants encadrées"
(n° 7540)
12
Sprekers:
Greta D'hondt, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
Greta D'hondt, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"snelle informatie aan kandidaat-gepensioneerden
13
Question de Mme Magda De Meyer au ministre
des Affaires sociales et des Pensions sur "la
communication rapide aux candidats à la retraite
14
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
over het nettopensioen waarop ze recht hebben"
(nr. 7489)
du montant net de la pension à laquelle ils ont
droit" (n° 7489)
Sprekers:
Magda De Meyer, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
Magda De Meyer, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister
van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
nieuwe financieringstechniek voor de
ziekenhuizen" (nr. 7530)
16
Question de M. Jo Vandeurzen au ministre des
Affaires sociales et des Pensions sur "la nouvelle
technique de financement des hôpitaux" (n° 7530)
16
Sprekers:
Jo Vandeurzen, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
Jo Vandeurzen, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Jacques Germeaux aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"het Globaal Medisch Dossier" (nr. 7496)
19
Question de M. Jacques Germeaux au ministre
des Affaires sociales et des Pensions sur "le
dossier médical global" (n° 7496)
19
Sprekers:
Jacques Germeaux, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs:
Jacques Germeaux, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de
minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"de Franstalige fiscale fiches 280.30" (nr. 7505)
21
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
des Affaires sociales et des Pensions sur "les
fiches fiscales francophones 280.30" (n° 7505)
21
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Frank
Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken
en Pensioenen
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Frank
Vandenbroucke, ministre des Affaires
sociales et des Pensions
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
DINSDAG
18
JUNI
2002
14:15 uur
______
du
MARDI
18
JUIN
2002
14:15 heures
______
De vergadering wordt geopend om 14.25 uur door de heer Joos Wauters, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.25 heures par M. Joos Wauters, président.
01 Question de M. Jean-Jacques Viseur au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "la
qualité du fichier de la banque carrefour" (n° 7462)
01 Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
kwaliteit van het bestand van de kruispuntbank" (nr. 7462)
01.01 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, monsieur
le ministre, il y a quelques semaines, ma collègue, Mme Corbisier, a
interrogé la ministre chargée de la Santé en Communauté française
au sujet du dépistage du cancer du sein. Sa réponse m'a étonné. Elle
a expliqué le retard enregistré dans la campagne de dépistage en
disant ceci: "Un autre frein a été et reste, pour une part, la qualité du
fichier de la population transmis par la banque-carrefour de l'INAMI,
qui contient de multiples mutations, c'est-à-dire des erreurs de
données ou d'actualisation non traitées".
Nous vantons régulièrement la qualité de la banque-carrefour.
Compte tenu du rôle qu'elle joue et de l'importance de son fichier qui
fournit une série de données pour la prévention en matière de santé
publique, il serait inquiétant que cette banque-carrefour fasse preuve
de faiblesse et commette des erreurs de données ou d'actualisation
qui seraient suffisamment nombreuses pour empêcher le démarrage
de cette campagne dans de bonnes conditions.
Dès lors, monsieur le ministre, pouvez-vous nous confirmer ces
faiblesses du fichier de la banque-carrefour? Si oui, quelles mesures
envisagez-vous pour supprimer ces lacunes mises en évidence par
Mme Maréchal?
01.01 Jean-Jacques Viseur
(cdH): Mevrouw Nicole Maréchal
heeft meegedeeld dat de
moeilijkheden met betrekking tot
de tenuitvoerlegging van de
campagne voor de opsporing van
borstkanker te wijten zijn aan de
povere kwaliteit van het bestand
van de Kruispuntbank van het
RIZIV. Bent u het daarmee eens
en welke maatregelen worden
getroffen om die tekortkomingen
weg te werken?
01.02 Frank Vandenbroucke, ministre: Monsieur le président, en
réponse à la question posée par l'honorable membre, je lui
communique que le fichier reprenant le groupe-cible concerné par la
campagne de dépistage du cancer du sein n'est pas établi par
l'INAMI. En réalité, ce sont des organismes assureurs, les mutualités,
qui font transiter leurs données par l'INAMI à destination de la
banque-carrefour de la sécurité sociale. L'INAMI procède alors
uniquement à la fusion des données transmises avec les codes INS.
La banque-carrefour met ces données à jour en consultant le registre
national des personnes physiques et renvoie ces fichiers mis à jour à
01.02
Minister
Frank
Vandenbroucke: Het bestand in
kwestie werd niet aangemaakt
door het RIZIV, maar door de
verzekeringsinstellingen. De
gegevens gaan via het RIZIV naar
de Kruispuntbank die ze bijwerkt
en terug naar het RIZIV stuurt en
het RIZIV stuurt ze dan weer door
naar de Gemeenschappen, die de
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
l'INAMI qui les "dispatche" enfin vers les communautés, qui mettent
cette campagne en oeuvre.
Je dois ajouter que la problématique que l'honorable membre signale
dans sa question n'a pas été soulevée lors de la mise en oeuvre de
cette campagne par la communauté flamande. Pour moi, il s'agit d'un
élément nouveau et il serait peut-être indiqué que Mme Maréchal me
fasse parvenir un dossier à ce sujet.
campagne op touw zetten.
Bij de Vlaamse Gemeenschap zijn
er op dit stuk geen problemen. Ik
stel voor dat mevrouw Maréchal
mij hierover een dossier bezorgt.
01.03 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, je
remercie M. le ministre. Avec les éléments ainsi rassemblés, on peut,
effectivement, renvoyer la balle à la Communauté française pour
préciser la situation.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
02 Question de M. Jean-Jacques Viseur au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "la
mise en oeuvre de la nouvelle nomenclature de kinésithérapie" (n° 7463)
02 Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
uitvoering van de nieuwe nomenclatuur inzake kinesitherapie" (nr. 7463)
02.01 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, ce sujet
est largement à l'ordre du jour puisque, entre le moment où j'ai posé
la question et aujourd'hui, j'ai reçu un nouveau fax d'associations de
kinésithérapeutes qui posent 23 nouvelles questions quant à la mise
en vigueur de la nouvelle nomenclature. Je pense que nous devrons
donc revenir sur le sujet.
Selon les professionnels du secteur l'entrée en vigueur et l'application
de cette nouvelle nomenclature posent de nombreux problèmes. J'ai
isolé les quelques premiers problèmes qui m'ont été signalés.
D'abord, la nouvelle nomenclature comprend de nombreuses
dispositions qui pourront être, suivant l'expression, "modelées ou
modulées" après avis du Conseil technique de la kinésithérapie. Mais
ces avis et amendements positifs n'ont pas encore été donnés et, en
attendant, les dispositions en question doivent être appliquées.
La mise en oeuvre de la nouvelle nomenclature devait être
accompagnée de règles interprétatives et de dispositions prises par
le Comité technique de la kinésithérapie et approuvées par le
ministre. Au 3 juin 2002, les kinésithérapeutes n'avaient toujours pas
reçu d'informations si ce n'est via le site Internet de l'INAMI mais ce
site n'est pas toujours à jour. Par ailleurs les numéros de téléphone
qui y figurent renvoient vers des personnes qui ne peuvent répondre
directement aux demandes.
Deuxièmement tant les kinésithérapeutes que les médecins
généralistes ne sont pas bien informés des modifications
réglementaires. Certaines prestations de la nouvelle nomenclature
exigent que le médecin traitant prescripteur fasse référence à des
codes relevant de la nomenclature d'orthopédie alors que pour les
médecins généralistes ces codes ne sont que rarement connus.
Par ailleurs, la nouvelle nomenclature réclame du kinésithérapeute
un contrôle strict de la prescription médicale. En conséquence, pour
02.01 Jean-Jacques Viseur
(cdH): De nieuwe nomenclatuur
inzake
kinesitherapieverstrekkingen
brengt problemen met zich mee.
De Technische Raad voor
kinesitherapie (TRK) heeft nog
geen advies verstrekt en nog geen
voorstellen ter verbetering
geformuleerd. De
interpretatieregels en de
beschikkingen van de TRK
werden nog niet meegedeeld.
De huisartsen die een voorschrift
opstellen zijn onvoldoende op de
hoogte van de nieuwe codes
waarnaar ze moeten verwijzen.
Het is ook niet heel duidelijk over
welke termijn de adviserend
geneesheer beschikt om te
antwoorden op een aanvraag
inzake pathologie 'E'.
De kinesisten krijgen maar een
povere vergoeding voor de
administratieve meerkosten. Bent
u van plan die toestand te
verhelpen en bepaalde
procedures te vereenvoudigen?
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
être en règle en cas de prescription incorrecte, le kinésithérapeute
devrait renvoyer le patient chez son prescripteur. C'est une démarche
assez difficile à réaliser.
Avec la nouvelle nomenclature, le médecin-conseil devient une
référence qui peut être consultée. Ainsi le médecin-conseil dispose
de 14 jours pour accepter ou non une deuxième pathologie banale
mais les conditions d'intervention manquent de précisions. Le
médecin-conseil doit notifier sans tarder sa décision pour une
deuxième séance quotidienne. Or, on dit qu'il n'y a pas de délai pour
répondre à une demande en pathologie E!
La nouvelle nomenclature oblige la tenue d'un dossier par le
kinésithérapeute sans compensation pour le travail administratif
occasionné alors que pour le même type de travail administratif, une
compensation existe pour les médecins. Enfin, dans le cadre de la
nouvelle nomenclature, l'on impose des règles d'application
démesurément contraignantes sans que des formulaires types n'aient
été établis pour toute une série de situations qui découlent
directement de son application.
Une série de situations telles que celles-ci révèlent de grosses
difficultés alors que les kinésithérapeutes sont déjà fortement
ébranlés par une série de mesures qu'ils subissent.
Comptez-vous remédier aux premières difficultés d'application de la
nouvelle nomenclature et aboutir le plus rapidement à une
simplification du travail pour tout le monde médecin prescripteur,
kinésithérapeutes et organismes assureurs?
02.02 Frank Vandenbroucke, ministre: Monsieur le président, il
faudrait peut-être interroger Mme Onkelinx pour savoir si elle estime
que toutes les conditions de travail sont réunies aujourd'hui car il fait
vraiment très chaud.
Cela étant dit, je répondrai de façon ponctuelle car la note de M.
Viseur portait sur des points très précis.
1. En ce qui concerne la problématique des interprétations, une
nomenclature fondamentalement réformée entraîne nécessairement
des problèmes de transition. Vous devez, en effet, savoir que les
interprétations sont, aujourd'hui, plus importantes qu'auparavant.
L'interprétation relève de la compétence légale du conseil technique
de la kinésithérapie. Je ne suis donc pas compétent en la matière. Il
appartient donc à ce conseil de proposer des interprétations.
Actuellement, le conseil technique se réunit fréquemment afin de
pouvoir donner les explications et interprétations nécessaires dans
les meilleurs délais.
Lors du dépôt de votre question, le 3 juin, on enregistrait deux ou
trois semaines d'attente et des difficultés se posaient pour trouver un
accord sur toute une série de règles d'interprétation.
Depuis lors, un accord est intervenu au sein du conseil technique et
du comité d'assurance sur des règles interprétatives qui ont été
approuvées. Le problème est donc aujourd'hui moins aigu que lors
02.02
Minister Frank
Vandenbroucke: De Technische
Raad voor kinesitherapie, die op
dit ogenblik frequent vergadert, is
bevoegd om op de vragen met
betrekking tot de interpretatie te
antwoorden. Een aantal
antwoorden werd al gegeven
sinds u uw vraag gesteld heeft.
De website van het RIZIV wordt
bijgewerkt zodra een interpretatie
wordt goedgekeurd.
De artsen hebben een brief ter
verklaring van de nieuwe
nomenclatuur inzake de
voorschriften ontvangen. De
Technische Raad werkt aan een
informatieve mededeling over de
toegang tot tegen het hoogste
tarief terugbetaalde verzorging.
Opdat patiënten aanspraak op de
gunstiger nomenclatuur en op het
verlaagd remgeld (zware
pathologie E) zouden kunnen
maken, moet de adviserend
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
du dépôt de votre question.
2. Le site Internet de l'INAMI est mis à jour dès qu'une interprétation
est approuvée.
Très prochainement, une circulaire contenant les explications
approuvées et les nouvelles règles interprétatives sera expédiée aux
kinésithérapeutes.
3. Les médecins ont reçu une lettre explicative de la nouvelle
nomenclature contenant des conseils pour rédiger les prescriptions.
Les conditions d'accès à des soins remboursés aux tarifs les plus
élevés sont effectivement plus contraignantes que par le passé. Le
Conseil technique travaille à l'élaboration d'informations facilitant la
compréhension de ces conditions nouvelles. Pour bénéficier de la
nomenclature plus favorable et des tickets modérateurs réduits
accordés aux patients souffrant d'une pathologie lourde (liste E), il
faut l'accord préalable du médecin-conseil. Dans ces situations,
l'assurance intervient aussi pour une deuxième séance journalière si
elle est indispensable à l'état de santé du patient. La motivation doit
être tenue à la disposition du médecin-conseil et figurer dans le
dossier du patient. Si le médecin-conseil estime qu'une deuxième
séance n'est pas justifiée, il doit évidemment notifier cette décision
sans tarder. Il n'y a pas ici de changement fondamental par rapport à
l'ancienne nomenclature.
La réalisation d'un dossier par bénéficiaire établi sur l'ensemble du
traitement faisait déjà partie intégrante du traitement dans l'ancienne
nomenclature. Un malentendu réside peut-être dans le fait qu'il est
demandé aujourd'hui aux kinésithérapeutes de transmettre un bilan
au médecin prescripteur et ce, dans le cas de pathologies des listes
E et F. Cette obligation nouvelle est financée à raison d'une séance.
Il n'est donc pas correct de dire que cette obligation de dossier n'est
pas financée.
Voyons maintenant la question des formulaires. S'il existe un
formulaire-type pour notifier au médecin-conseil le traitement d'un
patient dans le cadre du paragraphe 14 de la nomenclature (la
liste F), l'élaboration de recommandations et standards de soins fait
partie des compétences du Conseil technique de la kinésithérapie.
Ces recommandations et standards seront diffusés au fur et à
mesure. Il me semblerait donc parfaitement indiqué de commencer à
le faire.
geneesheer zijn instemming
verlenen. De verzekering verleent
een tegemoetkoming voor een
dagelijkse tweede behandeling als
die gerechtvaardigd is. Er zijn
terzake geen wijzigingen.
Het dossier per gerechtigde
maakte al deel uit van de vroegere
nomenclatuur. De kinesisten
worden thans verzocht, voor de F-
en E-pathologieën, een balans
aan de voorschrijvende arts te
bezorgen, maar dat verzoek zal
worden gefinancierd.
Er bestaat een standaardformulier
aan de hand waarvan de
behandeling van een patiënt in het
kader van § 14 van de
nomenclatuur ter kennis van de
adviserend geneesheer kan
worden gebracht. De uitwerking
van aanbevelingen en van
standaardbehandelingen valt
onder de bevoegdheid van de
Technische Raad voor
kinesitherapie.
02.03 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le président, je
remercie le ministre pour les précisions qu'il vient d'apporter.
Je ne saurais assez insister sur la nécessité de fournir des
indications précises. Cela est particulièrement vrai maintenant qu'une
nouvelle nomenclature est mise en route.
Vous venez de parler d'un bilan. Or, la confusion est aisée entre bilan
et dossier. Dans une telle situation, une circulaire bien rédigée peut
parfaitement supprimer tout malentendu ou mieux faire comprendre
la situation.
Quoi qu'il en soit, l'émoi des kinésithérapeutes est réel. Et les
nombreuses questions qui vous sont adressées tant par écrit
02.03 Jean-Jacques Viseur
(cdH): Ik dring erop aan dat er
duidelijke indicaties moeten
worden opgegeven, waardoor dit
soort verwarring tussen dossier en
balans bijvoorbeeld, voorkomen
wordt.
De kinesitherapeuten zijn in rep
en roer. Er moet dus echt wel
gewerkt worden aan een betere
communicatie.
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
qu'oralement à leur sujet démontrent que la communication n'est pas
bonne. Il faut donc absolument l'améliorer pour que les
kinésithérapeutes intègrent le plus rapidement et le mieux possible la
nouvelle nomenclature.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
03 Question de M. Josy Arens au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "les assurances
03 Vraag van de heer Josy Arens aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
zorgverzekeringen voor grensarbeiders" (nr. 7493)
03.01 Josy Arens (cdH): Monsieur le président, monsieur le ministre,
lors de leur assemblée générale tenue à Longwy le 7 mars 2002, les
aînés des organisations syndicales CFDT LCGB CSC ont
examiné les difficultés rencontrées par l'application de la sécurité
sociale qui n'est pas la même dans les différents pays. Ils ont pris
connaissance de l'expérience de l'assurance-dépendance instituée
au Grand-Duché de Luxembourg, ainsi que de l'allocation
personnalisée d'autonomie APA entrée en vigueur en France le
1
er
janvier de cette année.
Même si les deux systèmes ne rencontrent pas encore toutes les
situations, les aînés CFDT LCGB CSC félicitent les
gouvernements de ces deux pays pour leur initiative et les
encouragent à poursuivre dans le sens d'une couverture sociale plus
complète, si cela est encore possible.
Monsieur le ministre, vous savez que les citoyens belges qui
travaillent soit en France, soit au Grand-Duché de Luxembourg
payent les primes de ces assurances au Grand-Duché de
Luxembourg et en France, mais ne profiteront pas, en fin de carrière,
des avantages liés à ces assurances, tout simplement parce qu'ils
résident en Belgique et que ces systèmes n'existent pas encore ou
qu'il n'a pas été prévu de réciprocité ou encore que la résidence en
Belgique est obligatoire pour bénéficier de la réciprocité.
Dès lors, monsieur le ministre, comptez-vous instaurer un
mécanisme pour que les travailleurs belges qui paient leurs
cotisations dans ces pays puissent profiter de ces avantages après
leur carrière professionnelle?
03.01 Josy Arens (cdH): Tijdens
de algemene vergadering in
Longwy op 7 maart 2002 bogen
de senioren van de vakbonden
CFDT, LCGB en ACV zich over de
moeilijkheden die zich voordoen
bij de toepassing van de in elk
land verschillende sociale-
zekerheidsregels. Zo vernamen zij
dat er in het Groothertogdom
Luxemburg een Assurance
Dépendance
(afhankelijkheidsverzekering)
werd ingevoerd, en dat in Frankrijk
op 1 januari jongstleden de
Allocation Personnalisée
d'Autonomie
(APA) of
gepersonaliseerde
zelfredzaamheidsuitkering van
kracht geworden was. De
senioren van CFDT, LCGB en
ACV moedigen beide voornoemde
landen aan verder te ijveren voor
een nog groter sociaal vangnet.
Belgische werknemers
daarentegen die in Frankrijk of
Luxemburg werken, betalen
weliswaar de premies voor de
respectieve verzekering, maar
zonder op het einde van hun
loopbaan de voordelen ervan te
genieten. Welke mechanismen
denkt u uit te werken om ervoor te
zorgen dat de betrokken
werknemers ook aanspraak
zouden kunnen maken op de
voordelen van die verzekeringen?
03.02 Frank Vandenbroucke, ministre: Monsieur le président, en
réponse à cette question, j'ai l'honneur de communiquer à M. Arens
ce qui suit.
Tout d'abord, je suis étonné que vous me posiez cette question car à
l'heure actuelle, mes services n'ont pas encore reçu de plaintes
03.02
Minister
Frank
Vandenbroucke: Mijn diensten
hebben nog geen klachten
gekregen van grensarbeiders in
verband met de
afhankelijkheidsverzekering. De
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
émanant des travailleurs frontaliers belgo-luxembourgeois ou belgo-
français concernant l'assurance-dépendance.
En ce qui concerne le Grand-Duché de Luxembourg, je puis vous
confirmer que ce pays respecte scrupuleusement la jurisprudence
européenne. Les prestations en espèces auxquelles aurait droit une
personne sur la base de la législation luxembourgeoise, sont payées
aux travailleurs frontaliers belges.
Les prestations en nature, quant à elles, sont délivrées par les
instances belges à charge du Luxembourg. Cependant, s'il existe des
prestations en nature que nous ne connaissons pas dans la
nomenclature, celles-ci sont transformées en prestations en espèces.
Les accords ont été conclus à cet effet avec le Luxembourg.
J'attire votre attention sur le fait qu'une des conditions d'octroi des
prestations luxembourgeoises est que l'on ait droit à l'assurance-
maladie luxembourgeoise, ce qui n'est pas toujours le cas pour les
travailleurs frontaliers pensionnés. S'ils ont fait carrière en Belgique et
au Luxembourg, ils ont droit à une pension de vieillesse dans les
deux pays. La conséquence en est qu'ils sont assujettis à
l'assurance-maladie belge comme s'ils habitaient en Belgique.
En ce qui concerne l'assurance-dépendance française, comme vous
l'avez remarqué avec raison, elle vient d'entrer en vigueur. Je n'ai,
pour l'instant, aucun indice pouvant me faire supposer que les
autorités françaises n'appliqueraient pas la jurisprudence
européenne, sur la base de laquelle elles sont obligées d'exporter les
prestations en espèces et en nature.
L'assurance-dépendance française comprend, avant tout, des
prestations en nature. La France peut les reprendre à charge via
l'assurance-maladie belge, uniquement si celles-ci figurent dans la
nomenclature belge, comme c'est le cas pour le Luxembourg. Les
Français feront rapport sur cette nouvelle assurance à la commission
administrative. Ensuite, nous saurons, avec davantage de précisions,
ce qu'ils projettent de faire et si, à l'instar des Luxembourgeois, nous
devrons essayer de réaliser les accords nécessaires.
S'il apparaît que les autorités françaises essaient de contourner la
réglementation européenne, la Commission européenne les
interpellera certainement à ce sujet. Il n'est pas souvent evident de
savoir si l'assurance-dépendance tombe sous le champ d'application
de la réglementation européenne.
Je demanderais alors aux honorables membres, lorsqu'ils ont
connaissance de personnes qui rencontrent des problèmes pour
revendiquer leurs droits, de m'en informer, et ce, pour que cette
plainte soit signalée à mes services de quelque manière que ce soit.
Luxemburgse situatie is geheel in
overeenstemming met de
Europese jurisprudentie. Een van
de voorwaarden voor de
toekenning van uitkeringen in
Luxemburg is dat men als
rechthebbende moet worden
aangemerkt voor de Luxemburgse
ziekteverzekering. De Franse
afhankelijkheidsverzekering,
waarin vooral met steun in natura
wordt gewerkt, is onlangs van
kracht geworden. Er is niets wat
erop wijst dat de Franse overheid
de Europese jurisprudentie niet
zou toepassen, waarbij ze
verplicht is uitkeringen in contant
geld of in natura
grensoverschrijdend te
verstrekken. Frankrijk kan die
verstrekkingen via de Belgische
ziekteverzekering op zich nemen,
maar alleen als ze in de Franse
nomenclatuur zijn opgenomen
zoals dat voor Luxemburg het
geval is.
Frankrijk zal over deze nieuwe
verzekering verslag uitbrengen
aan de administratieve commissie.
We zullen dan weten of we naar
het voorbeeld van Luxemburg
moeten trachten de nodige
overeenkomsten te sluiten.
Als Frankrijk de Europese
regelgeving probeert te ontduiken,
zal het door de Europese
Commissie tot de orde worden
geroepen. Maar het is niet altijd
duidelijk of de
afhankelijkheidsverzekering tot het
toepassingsgebied van de
Europese regelgeving behoort. Als
de heer Arens gevallen kent van
mensen die hun rechten niet
kunnen laten gelden, kan hij die
mij best meedelen zodat mijn
diensten zich erover kunnen
buigen.
03.03 Josy Arens (cdH): Merci pour cette réponse, monsieur le
ministre. Donc, si je vous ai bien compris, le problème avec les
Grand-Ducaux est réglé. Cependant, il reste peut-être la
problématique avec les Français mais, comme vous l'avez dit et
comme je l'ai dit moi-même dans ma question, cette mesure vient
d'entrer en vigueur le 1er janvier de cette année.
Donc si problème il y a, vous êtes d'accord de négocier avec les
03.03 Joseph Arens (cdH): Bent
u bereid met de Franse overheid
overleg te plegen als er met
betrekking tot de
afhankelijkheidsverzekering een
probleem zou rijzen?
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
autorités françaises pour le résoudre. Tout comme vous le feriez s'il
restait des cas non réglés avec le Grand-Duché. En effet, je suis
surpris car d'après les frontaliers eux-mêmes, il subsisterait des
problèmes, au niveau, je le précise, de l'assurance-dépendance.
03.04 Frank Vandenbroucke, ministre: Il se peut que ces personnes
n'aient pas droit à l'assurance-maladie luxembourgeoise. Cela est
donc possible, il faut informer ces personnes. Donnez-moi les
dossiers, je suis volontiers prêt à les examiner car cela est très
important.
03.04
Minister
Frank
Vandenbroucke: Als u me de
dossiers bezorgt, ben ik bereid me
daarover te informeren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
referentievergoeding van geneesmiddelen" (nr. 7518)
04 Question de Mme Greta D'hondt au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "le
remboursement de référence des médicaments" (n° 7518)
04.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, een jaar geleden
werd de referentievergoeding voor geneesmiddelen van kracht. Dat
bracht met zich dat de terugbetaling van geneesmiddelen waarvoor
een goedkoper generisch alternatief op de markt bestaat, herzien
werd. Onlangs kreeg ik een vrij interessante studie van de CM onder
ogen waaruit blijkt dat de invoering van die maatregel voor de
ziekteverzekering een geraamde besparing oplevert van ongeveer
56,6 miljoen euro op jaarbasis. Een deel van de besparingen bij de
ziekteverzekering wordt, zo blijkt uit de studie, doorgeschoven naar
de patiënten. Volgens de ramingen van de studie zou op jaarbasis
dus 14,47 miljoen euro doorgeschoven worden naar de patiënten. De
gegevens uit de studie van de CM zijn gebaseerd op ramingen van
de terugbetaalbare geneesmiddelen die werden afgeleverd door de
apotheken in de periode juni 2001 tot november 2001. Die gegevens
werden door de CM geëxtrapoleerd naar alle ziekenfondsen en voor
een heel jaar.
Mijnheer de minister, de invoering van de referentievergoeding voor
geneesmiddelen brengt een belangrijke besparing mee voor het
RIZIV
wat natuurlijk een goede zaak is
maar een niet
onaanzienlijk percentage, in euro's uitgedrukt is dat 14,47 miljoen,
wordt doorgeschoven naar de patiënten. Daarom heb ik me
veroorloofd enkele concrete vragen op te stellen waarop ik graag van
u een antwoord zou krijgen.
Ten eerste, kunt u, met de gegevens waarover u beschikt, de cijfers
uit de CM-studie bevestigen?
Ten tweede, het doorschuiven van de kosten naar de patiënten is
natuurlijk geen neutrale zaak. De CM bevestigt dat ook. Het
doorschuiven kan wel gedeeltelijk vermeden worden door de keuze
van de geneesmiddelen die men gebruikt, maar de vraag rijst of de
patiënten wel voldoende geïnformeerd zijn over de financiële
gevolgen van die keuze?
Ten derde, beschikken de voorschrijvende artsen over voldoende
informatie inzake de beschikbare generische alternatieven? Worden
zij voldoende gesensibiliseerd om die generische geneesmiddelen
04.01 Greta D'hondt (CD&V): Le
remboursement de référence des
médicaments a été instauré il y a
un an. Selon les mutualités
chrétiennes, ce système permet à
l'assurance maladie de réaliser
une économie de 56,66 millions
d'euros sur une base annuelle.
Une partie de ce montant, à savoir
14,47 millions d'euros, est à
charge du patient, ce qui
représente une contribution
particulièrement élevée.
Le ministre confirme-t-il les
chiffres avancés par les mutualités
chrétiennes? Les patients ont-ils
été suffisamment informés des
conséquences financières
entraînées par le choix de certains
médicaments? Les médecins ont-
ils également été suffisamment
informés à propos des
médicaments génériques
disponibles? Ont-ils été
encouragés à en prescrire?
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
voor te schrijven?
Maar ik herhaal: wat mij aangezet heeft om deze vragen te stellen,
zijn vooral de niet onaanzienlijke kosten in elk geval miljoenen euro
die worden doorgeschoven naar de patiënten.
04.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter,
collega's, het RIZIV heeft een eerste evaluatie gemaakt van de
maatregel in de sector van de farmaceutische specialiteiten
afgeleverd in de openbare apotheek. Zij is gebaseerd op de laatst
beschikbare gegevens van Farmanet. Het gaat om de gegevens van
de maand november 2001, maar geëxtrapoleerd op jaarbasis.
De resultaten van deze evaluatie verschillen van die van de studie
van de CM. De maatregel referentieterugbetaling op zich vermindert
de uitgaven van het RIZIV met 42,05 miljoen euro of 1 miljard 696
miljoen frank. De persoonlijke bijdragen van de patiënten verhogen
met 5,01 miljoen euro of 202 miljoen frank. Het laatste bedrag is het
saldo van allerlei bewegingen: prijsdalingen bij originele producten en
verschuiving naar generische producten. De som van generische en
"generiekabele" producten ten laste van de patiënt bedraagt 5,01
miljoen euro. Men moet dit bedrag vergelijken met het totale bedrag
aan remgelden voor medicamenten van deze klasse, namelijk 3
miljard 386 miljoen frank.
Ik denk dat de maatregel aantoont dat wij vanuit budgettair oogpunt
ons doel hebben bereikt. 1,7 miljard frank is een zeer goed resultaat
en de meeruitgave voor de patiënt blijft relatief beperkt, rekening
houden met de totale som aan remgelden voor medicamenten van
die klasse. Wij hebben nooit beweerd dat geen medicamenten
duurder zouden worden en dat wij de oude medicamenten niet meer
zouden terugbetalen. Dit betekent niet dat wij daar ongevoelig
zouden voor zijn en ik wil dat met enkele andere cijfers aantonen. Zo
is het gebruik van generische geneesmiddelen meer dan
verdrievoudigd. Tegelijkertijd zijn er belangrijke prijsdalingen geweest
van originele specialiteiten die onder de referentieterugbetaling
vallen. Vooral bij veelgebruikte geneesmiddelen antibiotica,
betablokkers, enkele NSAIG's en orale antidiabetica is er een
duidelijke besparing vast te stellen.
Deze evaluatie weerspiegelt de situatie zoals ze was berekend (...).
Indien het voorschrijven verder van de specialiteit naar de generische
specialiteit blijft verschuiven, of als de producenten van de originele
producten de prijs neerwaarts aanpassen aan de nieuwe
marktsituatie, moet de evaluatie van de impact op de patiënten naar
beneden worden herzien. Nader overleg met de sector wordt in het
vooruitzicht gesteld om de effecten van prijsdalingen of
verschuivingen van voorschrijfgedrag of substitutie te onderzoeken.
U vroeg ook naar de informatie door de ziekenfondsen en de artsen.
Welnu, sommige ziekenfondsen hebben reeds vroeger handige
brochures uitgebracht met kostenvergelijking tussen specialiteiten en
generische geneesmiddelen. Zij zijn op grote schaal verspreid en op
de website van het RIZIV, www.riziv.fgov.be met aan te klikken
"bijzondere domeinen" gevolgd door "geneesmiddelen", gevolgd door
"een nieuw terugbetalingsysteem voor geneesmiddelen vanaf 1 juni
2001" kunnen de lijsten met de referentietegemoetkomingen
worden geconsulteerd. De lijst wordt maandelijks bijgewerkt.
04.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: L'INAMI a procédé à une
première évaluation sur la base
des données de Pharmanet du
mois de novembre 2001 en les
extrapolant sur une base annuelle.
Les chiffres diffèrent de ceux
avancés par les mutualités
chrétiennes: les dépenses de
l'INAMI diminuent de 42,05
millions d'euros alors que la
quote-part des patients augmente
de 5,01 millions d'euros. Ce chiffre
doit toutefois être comparé avec la
masse que représente les 3 à 4
milliards correspondant au ticket
modérateur. Les résultats ne sont
donc pas si mauvais. Je ne reste
toutefois pas insensible aux
critiques que vous venez de
formuler.
D'un point de vue budgétaire, les
objectifs ont donc été atteints. Les
dépenses supplémentaires pour le
patient sont restées limitées. La
consommation de médicaments
génériques a été multipliée par
trois et de sensibles baisses de
prix des spécialités originales
ressortissant au remboursement
de référence ont été enregistrées.
Cela limite l'augmentation des
tickets modérateurs. Pour des
médicaments fréquemment
utilisés et, en particulier, en ce qui
concerne les antibiotiques, les
beta-bloquants et les
médicaments contre le diabète,
des économies manifestes ont pu
être réalisées. Si la prescription de
médicaments génériques
augmente ou si les producteurs de
produits originaux continuent de
réduire leurs prix, l'incidence pour
le patient doit diminuer.
Certaines mutualités distribuent
massivement des brochures
d'information. Les listes des
remboursements de référence, qui
sont mises à jour chaque mois,
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Alle artsen-voorschrijvers hebben op 1 juli 2001, op 1 oktober 2001
en op 1 januari 2002 een brochure ontvangen. In 2002 wordt om de
zes maanden een bijgewerkte brochure opgestuurd met de lijsten van
de werkzame bestanddelen waarvoor het systeem geldt. De kostprijs
voor de patiënt van een origineel of een generiek is direct afleesbaar.
De arts kan ook de website van het RIZIV raadplegen of die van het
Belgisch Centrum voor Farmacotherapeutische Informatie.
Daarnaast zijn nog gesprekken bezig bij het RIZIV om artsen nog
meer te sensibiliseren om meer generische specialiteiten voor te
schrijven. Dit probleem wordt bestreken door de Nationale Raad voor
Kwaliteitspromotie.
peuvent être consultées sur le site
internet de l'INAMI. Tous les
médecins ont déjà reçu trois
brochures. En 2002, ils recevront
tous les six mois une brochure
actualisée comprenant les listes et
mentionnant les implications
financières. Le généraliste peut
également consulter le site de
l'INAMI ou celui du Centre belge
d'information pharmaco-
thérapeutique. Dans le cadre du
Conseil national de la promotion
de la qualité, l'INAMI mène des
négociations à propos de la
sensibilisation des médecins.
04.03 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik ga ermee akkoord dat de maatregel inzake de
minderuitgaven voor het RIZIV zijn doel heeft bereikt. Ik kan u tevens
volgen wanneer u zegt dat u nooit hebt beweerd dat het per
geneesmiddel geen verschil zou uitgemaakt hebben. Dit geeft in
het Vlaams gezegd "de blutsen tegen de builen" nog 5 miljoen euro
meer ten aanzien van de patiënt. In onze oude Belgische franken
betekent dit meer dan 200 miljoen.
Bijgevolg zou het toch wel goed zijn dat wij de evolutie daarvan
blijven volgen. Het zou me ook plezieren mocht u me kunnen
meedelen wanneer wij daarvan een overzicht zullen hebben, zodat
niet meer op één maand moet worden geëxtrapoleerd. Dat is een
zwakte van de CM-studie. Hetgeen nu wordt gegeven is een
extrapolatie van de gegevens van Farmanet voor november. Wij
zouden een volledig zicht moeten hebben. Wat mij interesseert is te
weten waardoor die 5 miljoen euro precies worden gegenereerd.
Is dat door een bepaalde reeks van geneesmiddelen? Is het door een
bepaalde categorie van patiënten? Mijns inziens zou het goed zijn dit
na te gaan.
04.03 Greta D'hondt (CD&V):
J'estime, moi aussi, que l'INAMI a
atteint son objectif, qui est de
réaliser des économies. Il n'en
reste pas moins que les patients
paieront 5,01 millions d'euros.
Quand disposerons-nous de
données chiffrées fiables, plutôt
que de données extrapolées pour
un mois? Quels médicaments et
quels groupes de patients sont-ils
concernés au juste? Ce sont là
des aspects qu'il faut garder à
l'esprit.
04.04 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter,
mevrouw D'hondt, ik durf u daarop niet te antwoorden. Het is mijns
inziens een zeer goede vraag. Ik zal bij mijn medewerkers navraag
doen wanneer we een meer systematisch overzicht zullen hebben, bij
voorbeeld over 10 of 12 maanden. Op dat ogenblik zullen we meer in
detail kunnen gaan.
Ik wens er nog aan toe te voegen dat ik inmiddels ook belangrijke
beslissingen aan het nemen ben inzake de terugbetaling van nieuwe
geneesmiddelen. U moet dit alles enigszins in balans brengen. Ik heb
steeds gezegd dat ons geneesmiddelenbeleid van een zekere
irrationaliteit getuigt, omdat we, enerzijds, te veel gebruiken in een
bepaalde, veeleer banale klasse en, anderzijds, ook te duur
gebruiken. Tegelijkertijd lopen achter wat de nieuwe innovatieve
geneesmiddelen betreft, die bijzonder zijn, maar die niet worden
terugbetaald. Deze week nog regel ik de terugbetaling van een
belangrijk geneesmiddel voor reumapatiënten, waar de betrokkenen
al lang op wachten. Dat gaat over vele honderden miljoenen. Dat is
precies wat ik doe met de opbrengst van deze maatregel. Ik wens
daarop te wijzen maar, ik weet dat u het daarmee eens bent. Dat is
04.04 Frank Vandenbroucke,
ministre: Lorsque nous
disposerons d'aperçus
systématiques plus détaillés, nous
pourrons examiner ces points en
détails. Il convient également de
prendre en considération les
dossiers de remboursement des
médicaments novateurs, auquel le
produit de la mesure concernant
le prix de référence est affecté.
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
bijgevolg geen discussiepunt tussen ons. Mijns inziens moet er
steeds gepreciseerd worden waarvoor een matregel dient en het is
precies om die zaken mogelijk te maken.
04.05 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, dat is een reden
te meer om uit te zoeken naar welke categorie van geneesmiddelen
of van patiënten die vijf miljoen gaan. Het zou immers kunnen zijn dat
het "donnant donnant" gebeurt, maar ook dat het naar een bepaalde
categorie gaat en dat zou betreurenswaardig zijn.
04.05 Greta D'hondt (CD&V):
C'est précisément pour cette
raison qu'il faut s'assurer que
cette mesure ne restera pas une
opération neutre pour certains
groupes de patients.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Jos Vande Walle aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
terugbetaling van hoorapparaten" (nr. 7510)
05 Question de M. Jos Vande Walle au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "le
remboursement des appareils auditifs" (n° 7510)
05.01 José Vande Walle (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer
de minister, gehoorverlies is een ernstig medisch, sociaal,
psychologisch en financieel probleem. Hoe groter het verlies, hoe
ernstiger het probleem. Gehoorverlies raakt onze manier van
communiceren met de wereld rondom ons. Door velen wordt
gehoorverlies ook onterecht met intelligentieverlies geassocieerd.
Hoorapparaten kunnen voor slechthorenden vaak heel wat soelaas
brengen. De technologische evolutie op dat vlak is opmerkelijk, maar
wie wil genieten van een beter gehoor dient blijkbaar vooral zelf heel
wat te investeren, vooral als het gehoorverlies zich aan beide oren
voordoet. Tot de leeftijd van 12 jaar kan via de mutualiteit om de drie
jaar een tegemoetkoming van 29.569 frank per apparaat worden
bekomen en voor stereoapparaten 58.570 frank. Vanaf de leeftijd van
12 jaar is in deze tegemoetkoming slechts om de vijf jaar voorzien.
Het gebruik verhoogt nochtans substantieel bij adolescenten in hun
studieperiode en bij jongvolwassenen en volwassenen in hun
beroepsleven. Bovendien varieert de prijs van een hoorapparaat van
minimum 18.000 tot 80.000 frank. Zelfs intrastereofonische apparaten
kosten snel 160.000 frank zonder de kosten van het
onderhoudscontract mee te rekenen. Intradigitale hoorapparaten,
minicomputers als het ware die de frequenties moduleren, verhogen
uiteraard de kostprijs, maar geven aan de slechthorende een veel
betere geluidskwaliteit en een veel betere verstaanbaarheid.
Omgevingsgeluiden worden onder meer vaak beter gemaskeerd. Het
dag in dag uit dragen van een hoorapparaat is helemaal geen luxe,
maar spijtig genoeg levenslang een bittere noodzaak. U zult daarvan
ook overtuigd zijn.
Mijnheer de minister, ik heb hierover een aantal vragen.
Waarom is er een begrenzing op de leeftijd van 12 jaar en kan de
termijn van drie jaar daarna niet worden aangehouden? Kan, gezien
de snelle technologische evolutie terzake, een tweejaarlijkse
tegemoetkoming worden overwogen? Kan de som van de
tegemoetkoming worden opgetrokken in functie van de werkelijke
kostprijs?
05.01 José Vande Walle (CD&V):
La perte de l'ouïe est un problème
grave. Les appareils auditifs
permettent souvent de soulager le
patient mais ils sont onéreux.
Jusqu'à l'âge de 12 ans, la
mutuelle rembourse 29.569 francs
tous les trois ans. Pour les
appareils auditifs stéréo, ce
remboursement s'élève à 58.570
francs. A partir de 12 ans, le
remboursement n'intervient plus
que tous les cinq ans. Le prix d'un
appareil auditif varie de 18.000 à
80.000 francs. Quant au prix des
appareils stéréophoniques intra-
canal, il atteint rapidement les
160.000 francs. Les appareils
numériques intra-canal sont
meilleurs mais coûtent encore
plus cher.
Sur quoi repose la limite d'âge?
Ne peut-on envisager un
remboursement biennal? Le
montant de l'intervention pourrait-il
être majoré?
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
05.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter, ik ben
het helemaal eens met de heer Vande Walle dat dit een
maatschappelijk belangrijke kwestie is.
Op uw eerste vragen over de leeftijdsgrens kan ik u meedelen dat het
verschil in het terugbetalingbedrag tussen kinderen en volwassen mij
sociaal gerechtvaardigd lijkt door het feit dat kinderen naar school
gaan. Als kinderen niet goed horen en daardoor niet goed
meekunnen op school, zijn hun levenskansen verknoeid. Dat geldt
zelfs voor kinderen die met één oor horen en met een ander oor niet.
Daarom heb ik daaraan prioriteit gegeven.
Wat de leeftijdsgrens van 12 jaar betreft, moet worden opgemerkt dat
de audiciens eerder voorstander waren van 16 jaar aangezien de
schooltijd verder gaat dan 12 jaar. Budgettaire argumenten hebben
daar echter een rol gespeeld. Wij hebben het beschikbare budget op
de eerste plaats willen inzetten voor een substantiële verhoging die
goede hoorapparaten voor iedereen toegankelijk maakte en gezien
het budget de grens op 12 jaar vastgelegd.
De verschillende termijnen van hernieuwing vijf jaar voor
plustwaalfjarigen versus drie jaar voor mintwaalfjarigen kan worden
verklaard door een continu gebruik van het hoorapparaat door de
kinderen. Bovendien zorgt het gedrag, eigen aan jonge kinderen,
ervoor dat het toestel veel meer aan sleet, breuk, enzovoort
onderhevig is.
U had het over de snelle technologische evolutie en u hield een
pleidooi om een tweejaarlijkse tegemoetkoming te overwegen.
U hebt gelijk te zeggen dat de technische evolutie op het gebied van
de hoorapparaten zeer snel is. Er moet evenwel rekening mee
worden gehouden dat de nieuwe hoogtechnologische producten ook
de duurste zijn. Gezien de budgettaire beperkingen, bestaat er geen
enkele marge om zulke frequente hernieuwingen terug te betalen. Wij
kunnen eveneens de vraag stellen naar de medische noodzaak van
zulke frequente hernieuwingen alsook naar de kosten/batenevaluatie
daarvan.
Uw vierde vraag ging over de som van de tegemoetkoming en de
werkelijke kostprijs. Daarover kan ik het volgende meedelen. Tijdens
de vergadering van de Overeenkomstencommissie audiciens-
verzekeringsinstellingen van 10 juni 2002 hebben de
vertegenwoordigers van de audiciens de leden op de hoogte
gebracht van de realisatie van een grondige studie van de sector. Die
studie gaat samen met onder andere een voorstel tot progressieve
herwaardering van de verzekeringstegemoetkomingen tegen 2006,
waarbij de verhoging van de terugbetaling afhankelijk van het
technologisch niveau van de toestellen zal gebeuren.
05.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: La différence de
remboursement entre enfants et
adultes tient au fait que les
enfants vont à l'école et doivent
être en mesure de suivre tout ce
qu'on leur enseigne. La fixation de
la limite d'âge à 12 ans plutôt qu'à
16 est d'origine budgétaire.
La différence entre les délais de
renouvellement est liée à
l'utilisation permanente des
appareils par les enfants et à
l'usure plus importante de ces
appareils en raison du
comportement de ces derniers.
La technologie évolue rapidement
mais les appareils les plus
avancés sont également les plus
coûteux. Budgétairement, il n'est
pas envisageable d'accorder des
remboursements plus fréquents;
on peut par ailleurs s'interroger
sur la réelle nécessité de
renouvellements fréquents sur le
plan médical.
Le secteur a réalisé une étude
détaillée qui s'accompagne
notamment d'une proposition de
réévaluation progressive des
interventions de l'assurance d'ici à
2004.
05.03 José Vande Walle (CD&V): Mijnheer de minister, bedankt
voor uw antwoord. Uit uw antwoord meen ik het volgende te kunnen
aannemen. Kinderen kunnen langer hetzelfde apparaat dragen en,
als ze jonger zijn dan 12 jaar, lopen ze de kans sneller tot breuken te
komen. In het standpunt van de audiciens, die vroegen om de leeftijd
tot 16 jaar op te trekken, zit volgens mij toch ook iets.
In uw antwoord lijken ook de budgettaire moeilijkheden mij belangrijk.
05.03 José Vande Walle (CD&V):
Je pense qu'il ne serait pas inutile
de porter l'âge limite à 16 ans. Le
contexte psycho-social est en effet
important pour le malentendant.
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
Volgens mij wilt u daarop wel nader ingaan. Ik denk dat u het met mij
eens bent over de psychosociale context van een gehoorgestoorde in
de maatschappij, die verbetert als de gehoorgestoorde een
aangepast apparaat krijgt. Als er budgettaire mogelijkheden zijn,
waarbij misbruiken tegengegaan worden, moeten zij volgens mij in de
toekomst toch wel overwogen worden.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Jos Vande Walle aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
uitbetaling van de forfaits in het kader van het RVT-reconversieprogramma" (nr. 7519)
06 Question de M. Jos Vande Walle au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "le
paiement des forfaits dans le cadre du programme de reconversion MRS" (n° 7519)
06.01 José Vande Walle (CD&V): Mijnheer de minister, mijn vraag
zal heel kort zijn en ik meen dat uw antwoord nog veel korter zal zijn.
U weet dat voor de ROB-bedden die erkend waren als RVT-bedden
op 1 januari om budgettaire redenen een uitstel van betaling werd
vooropgesteld tot 1 juli.
Zullen alle rustoorden die op 1 januari de erkenning voor RVT-
bedden hebben gekregen per 1 juli over de nodige middelen kunnen
beschikken?
06.01 José Vande Walle (CD&V):
Lors de la confection du budget
2002, le Conseil des ministres
avait décidé de reporter de six
mois la cinquième année du
programme de reconversion des
maisons de repos et des maisons
de repos et de soins. Les moyens
nécessaires ont-ils été prévus
pour payer les forfaits à partir du
1
er
juillet?
06.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer Vande Walle, mijn
antwoord kan inderdaad kort zijn. Ik kan u bevestigen dat de
begrotingsdoelstelling voor de rust- en verzorgingstehuizen voor
2002 werd opgemaakt rekening houdend met de reconversie van de
laatste 5.000 rustoordbedden op 1 juli 2002.
06.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: L'objectif budgétaire pour
2002 concernant les institutions
de repos et de soins a été défini
en tenant compte de la
reconversion des 5000 derniers
lits de maison de repos au 1
er
juillet 2002.
06.03 José Vande Walle (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u. Ik
meen dat iedereen die zorg verstrekt en actief is in de rustoordsector
u daarvoor dankbaar zal zijn.
06.03 José Vande Walle (CD&V):
Les secteur vous en sera
reconnaissant.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "het
sociaal statuut van opvangouders" (nr. 7540)
07 Question de Mme Greta D'hondt au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "le statut
social des gardiennes d'enfants encadrées" (n° 7540)
07.01 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, er zijn in het
leven dingen die trager gaan dan het tempo waaraan de vragen hier
worden gesteld. Hopelijk is mijn probleem even snel opgelost.
We praten in deze commissie al een hele tijd over het statuut van de
onthaalouders, zowel over de initiatieven van de regering als over de
wetsvoorstellen van diverse leden van deze commissie. Een
sleutelmoment in het proces van totstandkoming van een statuut voor
de onthaalouders was het advies dat werd gevraagd aan de
07.01 Greta D'hondt (CD&V): Le
statut social des gardiennes
encadrées fait l'objet de
discussions au sein de cette
commission depuis un moment
déjà. Un certain nombre de
propositions de loi visent à
protéger les gardiennes et le
gouvernement a décidé lui-même
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
Nationale Arbeidsraad. Dat advies is intussen uitgebracht. Toen ik de
vraag indiende, had ik nog niet de tijd gehad om het goed door te
nemen. Intussen heb ik dat wel kunnen doen. Ik hoef u dus niet meer
te vragen wat er nu in het advies staat. Dat heb ik zelf kunnen lezen.
De vraag blijft welke stappen overwogen worden nu we het advies
hebben. Binnen welk schema zal dat gebeuren, zowel qua timing als
inhoudelijk?
de faire élaborer une protection
sociale à leur intention.
J'ai déjà pu prendre connaissance
de l'avis du CNT sur l'initiative
gouvernementale. Dans la
proposition, il était question d'un
véritable statut. Sur quels points le
ministre tiendra-t-il compte
des
observations des partenaires
sociaux?
07.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mevrouw D'hondt, de
Nationale Arbeidsraad heeft op 12 juni jongstleden advies uitgebracht
over het voorstel tot sociale bescherming van erkende en
gesubsidieerde onthaalmoeders. De sociale partners zijn unaniem
positief over de finaliteit van dit voorstel, namelijk een betere sociale
bescherming bieden aan onthaalouders. Met betrekking tot het
concrete voorstel vragen de sociale partners dat het voorstel slechts
een overgangsmaatregel is naar een volledig arbeidsrechtelijk en
sociaalrechtelijk statuut. De sociale partners zijn het niet eens over
de precieze datum tot wanneer deze overgangsmaatregel moet
lopen, evenmin als over het statuut zelfstandige of werknemer dat
de erkende en gesubsidieerde onthaalmoeders daarna dienen te
hebben. Daarnaast vragen de sociale partners garanties qua
financiering van dit voorstel. Om uit te maken hoe en in welke mate
de voorstellen aan dit advies zouden moeten worden aangepast, zal
het advies in een interministeriële conferentie met de betrokken
federale en gemeenschapsministers worden besproken.
07.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: Le 12 juin, les
partenaires sociaux se sont ralliés,
au sein du CNT, à l'objectif de la
proposition, c'est-à-dire la mise en
place d'une meilleure protection
sociale pour les gardiennes
encadrées. Ils demandent que
cette proposition soit une mesure
transitoire vers un statut à part
entière. Ils ne sont pas d'accord
sur le calendrier ni sur la nature
du statut qui doit en résulter. En
outre, ils demandent des garanties
pour le financement de cette
proposition. Cet avis sera examiné
avec les ministres
communautaires et fédéraux
compétents au sein d'une
conférence interministérielle.
07.03 Greta D'hondt (CD&V): Mijnheer de minister, het advies van
de Nationale Arbeidsraad is zeer duidelijk wat de noodzaak betreft
om tot een beter statuut voor de onthaalouders te komen. Wat de
vraag met betrekking tot een overgangsstatuut dan wel onmiddellijk
een werknemers- of zelfstandigenstatuut betreft, is er een verschil
van mening tussen de werknemersdelegatie, die spreekt van 1
januari 2003 en in een tweede fase in 2004, en de werkgevers die het
hebben over een evaluatie in de loop van 2004. De sociale partners
zijn het wel unaniem eens over de gevolgen inzake de financiering
van de sociale zekerheid. Het gemis aan middelen zal ergens moeten
worden bijgepast, wat ongetwijfeld nog wat denkwerk zal vergen.
Over de wenselijkheid van een overgangsstatuut, zeker als dit voor
een heel korte periode is, hebben wij al kunnen praten. Vandaag
zullen we daar niet op ingaan, we zullen daar wellicht later nog de
gelegenheid voor krijgen. Wel zou het mij interesseren te weten of er
al een timing is vooropgesteld voor de interministeriële conferentie. Is
dat soms iets dat zichzelf herhaalt?
07.03 Greta D'hondt (CD&V):
Cette proposition répond
manifestement à une nécessité
mais le calendrier pour
l'élaboration du statut transitoire
est matière à controverse. Certes,
il y a unanimité en ce qui
concerne les effets sur la sécurité
sociale de l'application de cette
proposition. Il faudra bien trouver
l'argent quelque part.
Quand est prévue la conférence
interministérielle?
07.04 Minister Frank Vandenbroucke: Het is voor deze maand.
07.04 Frank Vandenbroucke,
ministre: Avant la fin du mois.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
De voorzitter: Collega's, mevrouw De Meyer en de heer Germeaux hebben mij laten weten dat zij door
stemmingen weerhouden worden in een andere commissie, maar dat zij toch hun vraag wensen te stellen.
Van de heer Van Hoorebeke heb ik niets vernomen. Ik stel dan ook voor dat de vraag van de heer Van
Hoorebeke vervalt. Ook van de heer Vandeurzen heb ik geen nieuws. Ik wil de vergadering tien minuten
schorsen, maar dan moeten de collega's uit de commissie voor de Volksgezondheid hier aanwezig zijn. Ik
heb begrip voor de afwezigheid van de heer Germeaux en mevrouw De Meyer, want zij hadden dit
aangekondigd. Van de anderen heb ik echter niets vernomen.
08 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"snelle informatie aan kandidaat-gepensioneerden over het nettopensioen waarop ze recht hebben"
(nr. 7489)
08 Question de Mme Magda De Meyer au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "la
communication rapide aux candidats à la retraite du montant net de la pension à laquelle ils ont droit"
(n° 7489)
08.01 Magda De Meyer (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, voor veel mensen betekent de oppensioenstelling
een mijlpaal in het leven. Eindelijk kunnen zij van een verdiende rust
genieten. Uiteraard willen zij zo snel mogelijk weten hoeveel dit
pensioen zal bedragen. Tot vandaag krijgen de kandidaat-
gepensioneerden het brutobedrag van hun pensioen meegedeeld.
Hoeveel zij netto zullen ontvangen komen zij pas te weten op het
moment van de eerste uitbetaling
Dit is heel vervelend, zeker voor wie huishuur moet betalen, wat geldt
voor één op vijf gepensioneerden. Die huishuur neemt namelijk een
grote hap uit het budget en zij moeten dus heel wat tellen en rekenen
om rond te komen. Verschillende steden en gemeenten met een
goed werkende pensioendienst signaleren ons dat zij vaak met de
vraag naar het nettobedrag van het pensioen worden geconfronteerd.
Zij dringen er dan ook op aan dat dit nettobedrag zo snel mogelijk
wordt meegedeeld om later ontgoochelingen te vermijden. Navraag
bij de RVP leert ons dat men niet in staat is het nettobedrag mee te
delen omdat die beslissing maanden op voorhand wordt genomen.
De dienst kan dus niet anticiperen op mogelijke wijzigingen in de
fiscaliteit. Daarnaast stelt men dat het nog moeilijker wordt bij een
gemengde loopbaan.
Op het eerste gezicht lijkt mij dat een vrij ambtelijke reactie, zeker in
het geval van kleine pensioenen waarop vaak zelfs geen belasting
dient te worden betaald. Kan er geen regeling worden getroffen
waarbij de "eenvoudige pensioenen" al bij de beslissing een
nettobedrag krijgen meegedeeld, uiteraard onder voorbehoud van
eventuele wijzigingen in de fiscaliteit? Dit laatste lijkt mij hier immers
niet van wezenlijk belang.
Mijns inziens dient men te allen prijze te vermijden dat mensen bruto-
en nettobedrag zouden verwarren. Kan hieraan geen mouw worden
gepast in het belang van de kleine pensioenen?
08.01 Magda De Meyer (SP.A):
Actuellement, un candidat à la
retraite est informé du montant
brut de sa pension lorsqu'on lui
communique la décision relative à
sa retraite. Il ne connaîtra
l'équivalent net de ce montant brut
que lors du premier paiement.
C'est bien évidemment ennuyeux.
C'est la raison pour laquelle de
nombreux services de pensions
des villes et communes insistent
pour que les montants nets soient
communiqués plus rapidement.
L'Office national des pensions
juge cette solution inapplicable,
car les décisions sont prises
plusieurs mois à l'avance et des
modifications fiscales sont
toujours possibles. La situation
devient encore plus difficile en cas
de carrière mixte.
Cette réaction me semble plutôt
administrative, certainement en ce
qui concerne les petites pensions
exonérées d'impôt. Ne pourrait-on
communiquer plus rapidement le
montant net des pensions
simples? Dans le cas des petites
pensions, ne pourrait-on éviter
que les retraités confondent les
montants brut et net?
08.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter,
collega's, ik ben het met mevrouw De Meyer eens dat de
pensioengerechtigde tijdig in kennis dient gesteld van het
nettobedrag van zijn pensioen. In de praktijk dient men evenwel met
een aantal elementen rekening te houden. Vier tot vijf maanden voor
de ingangsdatum van het pensioenrecht deelt de Rijksdienst voor
Pensioenen bij de kennisgeving het brutojaarbedrag van de uitkering
08.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: Quatre à cinq mois avant
l'accès au droit à la pension,
l'Office national des pensions
communique le montant brut en
tenant compte de l'index. C'est
lorsque le premier paiement est
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
aan de lopende index mee. Zodra tot een eerste betaling wordt
overgegaan, wordt een afrekening aan de belanghebbende gestuurd
waarin het brutobedrag en indien dit bepaalde grenzen overschrijdt
de bedrijfsvoorheffing, de solidariteitsbijdrage, de ZIV-bijdrage en het
nettomaandbedrag wordt meegedeeld.
Ten eerste, voor de vaststelling van de bedrijfsvoorheffing baseert de
Rijksdienst zich op de belastingschalen die in het Belgisch Staatsblad
worden gepubliceerd. Dit betekent dat bij de berekening van de in te
houden voorheffing enkel rekening wordt gehouden met de uitkering
die aan pensioengerechtigde wordt betaald en met de gegevens die
deze laatste over de gezinslast aan de Rijksdienst heeft meegedeeld.
Op het ogenblik dat de pensioensbeslissing wordt betekend,
ontbreken immers de volgende gegevens: de andere belastbare
inkomsten waarover de pensioengerechtigde en zijn gezin
beschikken, de bedrijfsinkomsten van de gerechtigde toegelaten
beroepsbezigheid of van de andere gezinsleden en lonen, sociale
uitkeringen.
Ten tweede, er gebeurt geen gezamenlijke pensioenberekening- en
betekening van pensioenrechten ten laste van verschillende
regelingen. De bedrijfsvoorheffing, berekend op de samengevoegde
pensioenen kan pas na kennisgeving van alle beslissingen worden
berekend. Het globale pensioenrecht wordt beheerd door het
pensioenkadaster en via driemaandelijkse controles zal de in te
houden voorheffing desgevallend worden aangepast.
Ten derde, de juiste aanslagvoeten voor het vestigen van de
belasting kennen wij ook niet op het moment van de eerste
aanmelding. Terzake merk ik op dat voor een pensioen dat in
november 2001 werd betekend om in juni 2002 in te gaan de
belastingschalen reeds tweemaal in januari en in april 2002
werden aangepast.
De aangehaalde problemen gelden in dezelfde mate voor de kleine
als voor de grote pensioenen. De Rijksdienst kan in een stelsel van
bedrijfsvoorheffing, zoals een reguliere werkgever, enkel rekening
houden met de beschikbare gegevens.
Dat zijn met name de door hem betaalde uitkeringen en de gegevens
betreffende de gezinslast. Dit referentiekader volstaat niet om de
uiteindelijke taxatie correct in te schatten.
Het door het geachte lid gedane voorstel houdt het risico in dat de
gerechtigde er ten onrechte van zou uitgaan dat de ingehouden
bedrijfsvoorheffing volstaat om de toekomstige belasting te dekken.
Aan de pensioengerechtigde moet bijgevolg worden aangeraden om
in geval van twijfel over de verschuldigde belastingen contact op te
nemen met de bevoegde diensten van het ministerie van Financiën,
zodat desgevallend een hogere voorheffing door de rijksdienst aan
de bron kan worden afgehouden.
effectué que l'intéressé connaît le
montant mensuel net de sa
pension. Le calcul tient compte du
précompte professionnel, établi en
fonction des barèmes d'imposition
et des données relatives à la
charge de famille communiquées
par l'intéressé à l'Office national
des pensions.
Un certain nombre de données
font encore défaut lorsque la
décision relative à la pension est
communiquée à l'intéressé; il
s'agit par exemple des données
sur les autres revenus imposables
de l'intéressé ou de sa famille. En
outre, il n'existe pas encore de
possibilité de calcul commun des
pensions, de sorte que le
précompte professionnel prélevé
sur les pensions cumulées ne
peut être calculé qu'après toutes
les autres décisions. Les taux
d'imposition ne sont, eux non plus,
pas encore connus.
Les mêmes problèmes se posent
pour les petites et les grosses
pensions. L'actuel cadre de
référence ne suffit pas pour
appliquer plus tôt le système de
taxation adéquat.
La proposition de Mme De Meyer
peut erronément donner à penser
à l'intéressé que le précompte
professionnel retenu lui évitera
une imposition ultérieure. En cas
de doute, il est préférable de
prendre contact avec les services
compétents du ministère des
Finances.
08.03 Magda De Meyer (SP.A): Mijnheer de minister, misschien zou
uw laatste mededeling ietwat duidelijker op de kennisgeving moeten
worden vermeld om te vermijden dat de betrokkenen op het
verkeerde been worden gezet door de vermelding van het
brutobedrag. Dat is althans het signaal dat ik heb gekregen vanuit
bepaalde pensioendiensten. Wellicht moeten er zekere wijzigingen
08.03 Magda De Meyer (SP.A):
Dans ce cas, ne faudrait-il pas
annoncer clairement qu'il s'agit
d'un montant brut? Différents
services de pensions ont rapporté
que la confusion règne bien
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
aan de formulering worden aangebracht en moet duidelijker worden
gestipuleerd dat het om een brutobedrag gaat en dat ze zich voor
meer toelichting tot X of X kunnen wenden.
souvent à ce sujet. Les citoyens
doivent savoir à qui adresser ce
type de questions.
08.04 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter,
collega, dat is misschien goed idee. Ik zal het onmiddellijk laten
onderzoeken en ik zal u schriftelijk uitsluitsel geven.
08.04 Frank Vandenbroucke,
ministre: Voilà une excellente
idée. Je vais l'examiner et vous
faire parvenir une réponse écrite.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "de
nieuwe financieringstechniek voor de ziekenhuizen" (nr. 7530)
09 Question de M. Jo Vandeurzen au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "la nouvelle
technique de financement des hôpitaux" (n° 7530)
09.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de minister, de
ziekenhuizen hebben ondertussen kennis kunnen nemen van de
effecten van de nieuwe ziekenhuisfinanciering, die trouwens ook in
onze commissie aan bod gekomen is en waarover wij het gesprek
jammer genoeg nog niet echt beëindigd hadden. Er werd toen
vastgesteld dat we in de zaal van de vaste afdeling niet voort konden
vergaderen. In onverdachte periode heb ik u erover aangesproken
om die bespreking alsnog voort te zetten.Ondertussen kunnen wij het
gesprek voeren met meer kennis van zaken, want de effecten van de
nieuwe ziekenhuisfinanciering zijn ondertussen bekend.
Mijnheer de minister, u hebt meegedeeld dat u met het
financieringssysteem een poging doet of de ambitie hebt om de
transparantie in de financieringstechniek te verbeteren. In alle
eerlijkheid denk ik dat het huidige systeem zo ingewikkeld is
geworden, precies omdat het ook nog niet volledig wordt toegepast,
dat we nauwelijks kunnen achterhalen welke accenten er
beleidsmatig in het kader van de Volksgezondheid en de Sociale
Zaken worden gelegd. Bij zo'n gigantisch budget is namelijk niet
alleen het mechanisme belangrijk, maar kan ook de verschuiving van
de parameters op het terrein tot enorme verschuivingen aanleiding
geven. Daarachter schuilen natuurlijk visies, aandachtspunten en
prioriteiten die u in dat systeem wil leggen. Zo is het bekend dat
onder meer collega Mayeur zeer stevig gepleit heeft voor een betere
erkenning en herkenning van de sociale problematiek in de
ziekenhuizen. Met de nieuwe financiering wordt dat accent nu
blijkbaar ook gelegd.
Precies omdat het nieuwe financieringsmechanisme ten gronde een
zeer fundamentele keuze inhoudt met betrekking tot wat de regering
wenst te ondersteunen en te ontwikkelen met het oog op een tot
stand te brengen dynamiek en responsabilisering van de
ziekenhuissector, waar een enorm budget mee gemoeid is, is het
paradoxaal als het Parlement daarover niet inhoudelijk zou
debatteren en nagaan wat er ten gronde eigenlijk gebeurt. Wij
kunnen allerlei kleine projecten bespreken, maar hier gaat het om
een megaoperatie in de toewijzing van budgetten, die dan ook onze
aandacht verdient.
09.01 Jo Vandeurzen (CD&V):
Tous les hôpitaux généraux ont
reçu un nouveau mode de calcul
qui résulte de l'application d'une
nouvelle technique en matière de
financement des hôpitaux. Le
nouveau système est tellement
complexe qu'il n'est pas facile
d'analyser les grandes options
politiques qui le sous-tendent. Il
serait paradoxal que le parlement
ne puisse en débattre.
Le ministre peut-il fournir un
aperçu des résultats du nouveau
calcul pour tous les hôpitaux
généraux et universitaires? Où un
mécanisme d'économies a-t-il été
instauré? Comment les hôpitaux
très performants sont-ils
récompensés? Sur quels critères
objectifs se fonde-t-on pour
déterminer une augmentation ou
diminution des recettes? Quand le
nouveau système sera-t-il effectif?
Pour les grands hôpitaux
généraux, il y aura en tout état de
cause des économies. Qui devra
supporter la réduction des
recettes des journées
d'hospitalisation?
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
Met mijn eerste vraag wil ik graag het resultaat van die nieuwe
financiering kennen. Ik heb natuurlijk ook eens mijn voelhorens
uitgestoken. Eigenlijk kunnen niet veel personen de trends of de
effecten van de toepassing van het nieuwe systeem schetsen. Die
kunnen pas worden aangeduid op grond van het resultaat. Dat heb ik
ook op onze jongste bijeenkomst gezegd. Er kunnen heel wat
bespiegelingen worden gemaakt en heel wat technische aspecten
besproken, maar de strikte analyse van de resultaten van het geheel
zal aantonen waar u eigenlijk naartoe wilde, mijnheer de minister.
Vandaar dat ik vraag naar het resultaat. Volgens mij zijn die
gegevens ook openbaar. Hoe dan ook zullen ze in het kader van een
eventueel beroep openbaar worden.
Het lijkt mij interessant dat wij beschikken over de resultaten van de
berekeningen in verband met alle algemene en universitaire
ziekenhuizen. Op die manier kunnen wij nagaan tussen welke
onderdelen de middelen verschuiven. Ik heb al begrepen dat over
niet onbelangrijke verschuivingen zou gaan. Die eerste, informatieve
vraag is de basis voor elke discussie. Persoonlijk vind ik, gelet op de
omvang van de financiële middelen en de operatie, dat wij kennis
moeten kunnen nemen van de onderliggende technische aspecten in
plaats van dat we op indrukken voort moeten bouwen. Daar wil ik mij
trouwens niet aan bezondigen.
Een tweede reeks vragen betreft de classificatie van de
ziekenhuizen. Er zit uiteraard een aantal besparingsmechanismen in
de prijsberekening. Mijn vraag luidt hoe u dat inschat voor de
verschillende onderdelen van de prijs en de verschillende types van
ziekenhuizen. Het is nu te vroeg om al te besluiten, maar ik heb de
indruk dat kleine ziekenhuizen relatief goed scoren, dat grotere
ziekenhuizen het minder goed doen en dat er in de universitaire
sector budgetten afgezonderd werden. Wat is het effect van de
nieuwe financiering op de openbare en de private ziekenhuizen en op
de ziekenhuizen in de verschillende landsgedeelten? Dat beeld
moeten wij eens kunnen maken. Technisch gezien lijkt mij dat ook
geen enkel probleem.
Mijn derde vraag is ten gronde. Welk onderliggend mechanisme van
beloning hebt u in het systeem ingevoegd voor de ziekenhuizen die
de beste prestaties leveren, die dus efficiënt werken met een
verantwoord aantal verpleegdagprijzen volgens de behandelde
pathologie? Welke zijn de objectieve criteria?
Mijn volgende vraag gaat over de datum van inwerkingtreding van het
systeem. U hebt altijd gesproken over 1 juli. Vandaag is het 18 juni
2002. De ziekenhuizen hebben allemaal 30 dagen de tijd gekregen
om te reageren. Wat is bijgevolg de reële ingangsdatum van het
systeem? Als er namelijk bezwaren worden geformuleerd, is er geen
zekerheid over de prijzen van de ziekenhuizen die geen beroep
hebben aangetekend, omdat het een gesloten geheel is. Alles zal dus
afgehandeld moeten zijn, vooraleer het systeem van start kan gaan.
Mijn laatste vraag heeft betrekking op wat ik uit een kleine rondvraag
heb trachten af te leiden.
In een bepaald type ziekenhuizen, namelijk grotere algemene
ziekenhuizen die niet universitair zijn en die niet in een stad met veel
sociale problemen liggen, moeten ongetwijfeld niet onaanzienlijke
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
besparingen worden doorgevoerd. De vraag rijst hoe dat moet
gebeuren. Dat gaat immers in op 1 juli 2002. Dat is nog slechts
enkele weken. Hoe moet men dat bekijken? Moet men dat op een of
andere manier compenseren? De minister gaat terecht voor
tariefzekerheid naar de patiënt. Geeft dat aanleiding tot bijkomende
debatten met de artsen in een sfeer die nu al niet goed is? In de
sector is al lang sprake van grote onderfinanciering. Er werd altijd
naar een werkgroep verwezen. Ondertussen treedt het mechanisme
in werking en is het debat nog niet ten gronde gevoerd.
09.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter, in
tegenstelling tot wat het achtbaar lid beweert, is er geen
besparingsscenario vervat in de berekening van het budget van de
financiële middelen van de ziekenhuizen. Het betreft een verdeling
tussen de ziekenhuizen van de beschikbare budgetten. Ik heb het
hier over de onderdelen B1 en B2, de voornaamste onderdelen van
het budget. Deze beschikbare budgetten bevatten inderdaad een
besparing van 16.261.815 euro. Dat is niet nieuw aangezien dit werd
beslist door de regering met ingang op 1 januari 2002. Deze
maatregel houdt verband met enerzijds, de daghospitalisatie en
anderzijds, de kwestieuze besparing op de financiering van de
spoeddienst. Dat stond los van de hervorming. Dat gaat trouwens
ook in voor de hervorming. Voor de rest is de hervorming een andere
verdeling van het bestaande budget. Ik ben verbaasd dat u zegt dat
dit een besparingsoperatie is. Dat is niet zo.
Ik heb de door u gevraagde cijfers over de grote ziekenhuisgroepen.
Ik lees ze voor.
Voor Brussel: publieke ziekenhuizen: B1: + 0,51%, B2: + 0,34%;
private ziekenhuizen: B1: - 0,11%, B2: - 0,83%, totaal: B1: + 0,15%,
B2: - 0,34%.
Voor Vlaanderen: publieke ziekenhuizen: B1: + 0,47%, B2: + 1,97%;
private ziekenhuizen: B1: - 0,40%, B2: - 0,45%, totaal: B1: - 0,11%,
B2 + 0,35%.
Voor Wallonië: publieke ziekenhuizen: B1: + 0,57%: B2: + 1,77%;
private ziekenhuizen: B1: - 0,10%, B2: - 0,04%, totaal: B1: + 0,15%,
B2: + 0,69%.
Als u groepen ziekenhuizen in functie van hun grootte of hun
universitair karakter bekijkt, gelden de volgende cijfers.
Groep 1: de universitaire ziekenhuizen: B1: - 0,09%, B2: + 0, 73%.
Groep 2: ziekenhuizen met minder dan 200 bedden: B1: 0%, B2: -
0,07%. Groep 3: ziekenhuizen met 200 tot 299 bedden: B1: + 0,06%,
B2: + 0,20%. Groep 4: ziekenhuizen met 300 tot 449 bedden: B1: +
0,08%, B2: + 0,76%. Groep 5: ziekenhuizen met 450 bedden en
meer: B1: - 0,02%, B2: + 0,21%.
Dat zijn kleine verschuivingen. Het gaat weliswaar om groepen. Ik
denk niet dat u kan zeggen dat er een systematiek in de groepen zit
of toch geen belangrijke.
U weet dat de financiering die van toepassing wordt vanaf 1 juli 2002,
voornamelijk wat onderdeel B2 betreft, gebaseerd is op de notie van
verantwoorde bedden. De overgang tussen de twee systemen vindt
09.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: Le calcul des moyens
financiers ne comporte aucun
scénario d'économie. Son unique
objectif consiste à répartir les
budgets disponibles entre les
hôpitaux. Ces budgets impliquent,
en effet, une économie de
16.261.815 euros, pour éviter le
recours abusif aux services
d'urgences. Cette mesure est
toutefois indépendante de la
réforme.
La plus forte hausse est celle du
groupe B2 en Wallonie, la
diminution la plus importante
concernant le groupe B2 à
Bruxelles. Il s'agit de légers
glissements sans aucun caractère
systématique.
La transition entre les deux
systèmes ne se fera qu'à 10% au
1
er
juillet 2002. Le système à
points reste d'application pour les
lits justifiés plutôt que pour les lits
agréés.
Les hôpitaux psychiatriques, les
services Sp, les Sp palliatifs et les
unités de traitement des grands
brûlés recevront les notifications
du budget au début du mois de
juillet, les hôpitaux aigus en août.
Les budgets des hôpitaux peuvent
augmenter ou diminuer, car ils
sont liés à la performance sur le
plan de l'activité justifiée, aux
services communs et au score
obtenu en ce qui concerne les
points supplémentaires du
système des déciles.
Les budgets tiennent compte de
l'activité des hôpitaux. Une
réduction ne peut en aucun cas
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
slechts voor 10% plaats op 1 juli 2002. Het is dus op deze basis dat
men de performantie of niet-performantie van de ziekenhuizen kan
vaststellen, met name door het verkrijgen van meer of minder
verantwoorde bedden in vergelijking met de erkende bedden.
Het systeem van punten blijft van toepassing, maar wordt toegepast
op verantwoorde in plaats van op erkende bedden. De kalender met
betrekking tot de vaststelling van de budgetten zal gerespecteerd
worden. De psychiatrische ziekenhuizen, de SP-diensten, de SP-
palliatieve en de eenheden voor zware brandwonden hebben hun
voorstellen van budget ontvangen op 15 mei 2002. Deze dossiers
zullen behandeld worden door de Nationale Raad voor
Ziekenhuisvoorzieningen, afdeling Financiering, in de loop van deze
maand. De betekeningen van budgetten zullen bij de ziekenhuizen
aankomen begin juli. De acute ziekenhuizen hebben hun voorstellen
van budget ontvangen op 10 juni. U hebt daarnaar verwezen. Deze
dossiers zullen behandeld worden door de Nationale Raad voor
Ziekenhuisvoorzieningen, afdeling Financiering, in de loop van de
maand juli. De betekeningen aan de ziekenhuizen zullen eind juli
geschieden zodat deze over de noodzakelijke informatie beschikken
om de facturatie van de maand juli in augustus te laten doorgaan.
De verdeling van de beschikbare budgetten tussen de ziekenhuizen
betekent dat sommige ziekenhuizen hun budget zien verhogen en
andere hun middelen zien dalen. De budgetten van de ziekenhuizen
zijn met name gelinkt aan de performantie met betrekking tot de
verantwoorde activiteit, de performantie op het vlak van
gemeenschappelijke diensten en de behaalde score voor de
bijkomende punten van het geactualiseerde sealen-systeem. De
budgetten van de ziekenhuizen zijn totale budgetten die rekening
houden met de ontwikkelde activiteiten van de ziekenhuizen. Deze
budgetten worden voor alle ziekenhuizen berekend op een uniforme
wijze en komen onder de financiële verantwoordelijkheid van de
ziekenhuisbeheerder te staan. Een vermindering van het budget kan
niet verhaald worden op de patiënt.
Op dit ogenblik zien we niet echt een spectaculaire beweging. Het is
wel mogelijk dat er bij individuele ziekenhuizen belangrijke verschillen
zijn. Er is ook een ander element, namelijk dat wij de loonkosten nu
berekenen op een normatieve, theoretische basis, wat eerlijker is.
Het systeem is nieuw en misschien moet het nog verfijnd worden. Dat
kan ook een reden van verschuiving zijn.
être répercutée sur le patient.
Nous n'observons pas de
mouvements spectaculaires. Il est
tout à fait possible que certains
hôpitaux soient davantage
pénalisés que d'autres. Il y a un
élément nouveau, à savoir que les
charges salariales sont calculées
sur une base normative et
théorique. Il y aura sans doute lieu
d'affiner davantage ce calcul.
09.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u voor
het antwoord. In neem aan dat we dit tabelletje kunnen krijgen. Ik
denk dat we in de volgende weken een globaal beeld van de situatie
zullen krijgen vanop het terrein. Natuurlijk gaat het om enorme
bedragen zodat een percentage na de komma toch nog een
belangrijk bedrag kan uitmaken. Dat moet nog uit de discussies
blijken. Alleszins is het van het allergrootste belang dat daaromtrent
de grootst mogelijke transparantie wordt geboden zodat wij een
voorspelbaar systeem krijgen. Alle betrokkenen moeten het kunnen
percipiëren als een zeer helder, logisch en coherent systeem. Het
verbaast mij dat u zegt dat we 1 juli zullen halen. Als ik het goed
begrijp, betekent dit dat men ervan uitgaat dat de Nationale Raad
over alle bezwaren zal beslissen voor de maand juli voorbij is. De
beroepen komen binnen en in de maand juli moet alles opgelost zijn.
Als ik mij herinner hoe dat in het verleden ging, dan zal het een
09.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Je
remercie le ministre pour cette
réponse et je présume qu'il nous
procurera les tableaux. Les
glissements minimes en
pourcentages concernent
cependant des montants
énormes. Il y a lieu d'élaborer un
système logique et cohérent. Le
Conseil national pourra-t-il
cependant juger de toutes les
objections avant la fin du mois de
juillet?
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
enorm hoog tempo worden. Ik ben zeer benieuwd of dat haalbaar zal
blijken. Ik dank de minister in elk geval voor zijn antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Jacques Germeaux aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over "het
Globaal Medisch Dossier" (nr. 7496)
10 Question de M. Jacques Germeaux au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "le
10.01 Jacques Germeaux (VLD): Mijnheer de minister, ik wil u in het
kort de volgende vraag stellen rond het globaal medisch dossier.
Aangezien dit systeem met ingang van dit jaar werd uitgebreid tot de
ganse bevolking, zou ik graag uw aandacht willen vestigen op
problemen voor zowel de patiënten als voor de artsen. Zo rijzen er
heel wat vraagtekens over wat een patiënt moet doen indien hij een
dossier heeft afgesloten bij een arts die plots overlijdt. Wat moet een
arts doen wanneer een dergelijke patiënt zich tot hem wendt? Bent u
zich bewust van de administratieve rompslomp rond het globaal
medisch dossier dat aanvankelijk zeer goed door de ziekenfondsen
werd opgevolgd? Twee of drie jaar geleden werd de patiënt hiervan
door zijn ziekenfonds ingelicht. Met een eenvoudig kaartje kon de
patiënt zich bij de arts van zijn keuze aanbieden, maar dit gebeurt
blijkbaar niet meer. Wat zijn hiervan de financiële implicaties voor de
huisartsen? Hebt u kennis genomen van het voorstel dat verwoord
werd in de Artsenkrant 1385 door collega Marie-Claire Luwel waarin
zij op een zeer eenvoudige manier en misschien voor de overheid
niet de meest goedkope oplossing een voorstel doet om de opvolging
van het globaal medisch dossier op te lossen?
10.01 Jacques Germeaux (VLD):
Les patients et les médecins
s'interrogent beaucoup sur le
dossier médical global (DMG).
Que doit faire le patient si le
médecin auprès duquel un DMG a
été ouvert décède inopinément?
Comment le patient doit-il
s'adresser à son médecin pour
ouvrir son DMG? On se pose
aussi de nombreuses questions
sur le volet financier de ce
dossier. Dans un article paru dans
le Artsenkrant du 13 novembre
2001, le docteur Luwel propose
d'apporter des simplifications
radicales au DMG. Sera-t-il tenu
compte de cette proposition?
10.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter, ik wil
nogmaals herhalen dat de regelgeving omtrent het globaal medisch
dossier uitgewerkt is en wordt door de nationale commissie
Geneesheren-Ziekenfondsen. Ik heb ook mijn bedenkingen rond
bepaalde praktische formaliteiten en ik zou dit graag vereenvoudigd
willen zien. Dit zijn echter beslissingen die binnen Medicomut moeten
worden genomen.
Deze regelgeving werd tevens beïnvloed door het feit dat het globaal
medisch dossier geleidelijk werd ingevoerd met prioriteit voor
bepaalde doelgroepen. Sedert 1 mei 2002 werd het systeem
uitgebreid tot de ganse bevolking. Op dezelfde datum is een wijziging
van kracht geworden in de regeling van de verlaging van de
remgelden. Voortaan zal de remgeldverlaging niet meer lopen tot 15
maanden na de datum waarop de huisarts het bijkomend honorarium
heeft aangerekend, maar steeds tot 31 december van het
kalenderjaar na het jaar waarin de huisarts voor het laatst een
bijkomend honorarium heeft aangerekend.
Binnen afzienbare tijd wordt bovendien een nomenclatuurwijziging
gepubliceerd waardoor de huisarts 1 maal per kalenderjaar het
bijkomend honorarium kan aanrekenen. In het huidige systeem wordt
het jaar gerekend van dag tot dag. Deze aanpassing zal met
terugwerkende kracht uitwerking hebben op 1 mei 2002.
10.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: La réglementation du
DMG a été élaborée par la
commission nationale médico-
mutualiste et elle a été influencée
par l'instauration graduelle du
système, avec priorité pour
certains groupes-cibles. Depuis le
1
er
mai, le système a été élargi à
l'ensemble de la population et la
réglementation prévoyant une
réduction du ticket modérateur
pour le patient a été modifiée.
Cette réduction courra désormais
jusqu'au 31 décembre de l'année
civile suivant celle au cours de
laquelle le généraliste a facturé
des suppléments d'honoraires.
Sous peu, sera publiée une
modification de la nomenclature
qui aura pour effet qu'à partir du
1
er
mai 2002, le généraliste pourra
facturer ce supplément
d'honoraires une fois par an. Les
syndicats de médecins et les
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
Dit is een aantal beperkte ingrepen dat de bedoeling heeft om de
aanpak globaal genomen te vereenvoudigen. Ik denk inderdaad dat
met de uitbreiding van het globaal medisch dossier voor de ganse
bevolking, er verder moet gewerkt worden aan bijkomende
vereenvoudigingen. Dit moeten wij plaatsen in het brede debat over
de werkwijze van de huisartsen en de waardering voor de
huisartsgeneeskunde. Op dat punt heb ik reeds een toezegging
bekomen van de artsensyndicaten en de mutualiteiten om verder
overleg te plegen over de vereenvoudiging van het globaal medisch
dossier, alsook over een striktere band tussen de remgeldverlaging
voor de patiënt en het consult bij de dossierhoudende huisarts.
Binnen Medicomut werd een werkgroep opgericht door dokter
Van Der Meren die de twee problemen op zijn agenda heeft
geplaatst. Ik heb aangedrongen om hiermee door te gaan want ik
weet dat er heel wat ergernis bestaat rond de administratieve
regeling.
Bovendien wordt momenteel de laatste hand gelegd aan een
regelgeving voor de tussenkomst van het RIZIV in de kosten van
onderhoudscontracten voor gehomologeerde software, gebruikt voor
het elektronisch beheer van medische dossiers. Deze
tegemoetkoming zou in belangrijke mate moeten kunnen bijdragen
tot het verminderen van de administratieve werklast van de artsen.
Het toeval wil dat uw collega, mevrouw De Block, mij nog daarstraks
een voorbeeld heeft gegeven hoe je met informatica in staat bent om
bijvoorbeeld nieuwe prijzen of nieuwe remgeldberekeningen voor
medicamenten onmiddellijk in te brengen in het globaal
dossierbeheer en in het beheer van de voorschriften. Dat zijn
interessante perspectieven.
U weet misschien dat de software die wij ondersteunen, wordt
onderworpen aan voorwaarden. Die wordt als het ware gelabeld. Ik
hoop morgen te kunnen zeggen welke software dit label zal krijgen.
De jury is daarmee bezig. Er is natuurlijk een breder debat. U weet
dat een meerderheid in de huisartsengroep er voorstander van was
om drastischer te vereenvoudigen dan waartoe nu werd beslist. Ik
vind het bijzonder jammer dat de commissie artsen-ziekenfondsen in
haar geheel niet de meerderheid van de huisartsenbank heeft
gevolgd. Ik vind dat bijzonder jammer. Dat is ook de reden waarom ik
het dossier opnieuw heb doorgestuurd naar de werkgroep met de
vraag om dit opnieuw te bekijken. Het voorstel van dokter Marie-
Claire Luwel, waarnaar u verwijst, betekent ook een drastische
vereenvoudiging. U weet dat dit soort voorstellen soms wel op
"ideologische" bezwaren stuit bij sommige artsenvakbonden, maar
voor mij kan dat allemaal besproken worden. Ik vind dit allemaal
interessant en men zou inderdaad dat soort zaken moeten durven
bekijken.
organismes assureurs souhaitent
se concerter au sujet de la
simplification du DMG et sur
l'établissement d'un lien plus étroit
entre réduction du ticket
modérateur et consultation chez le
généraliste chez qui le dossier du
patient a été ouvert. C'est la
raison pour laquelle un groupe de
travail, sous la présidence de Dr.
Ivan Van Der Meren, a été créé.
Par ailleurs, la réglementation
concernant l'intervention INAMI
pour l'acquisition de logiciels
permettant la gestion électronique
des dossiers médicaux est
presque prête. Cela devrait
réduire le volume de travail
administratif des médecins.
Mme De Block vient encore
d'indiquer que de nouvelles
données peuvent être insérées
immédiatement par le biais de
l'informatique dans la gestion
globale du dossier et de
l'administration des médecins.
C'est d'ailleurs demain qu'on
décidera du label à octroyer aux
logiciels agréés.
Les médecins généralistes
réclamaient une simplification bien
plus poussée. Le groupe de travail
Van Der Meren a été créé pour
cette raison. La proposition Luwel
se heurte à des objections de
certains syndicats de médecins,
mais je pense qu'on peut discuter
de tout, et qu'il n'y a pas de
tabous.
10.03 Jacques Germeaux (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, dank u voor dit uitgebreide antwoord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de minister van Sociale Zaken en Pensioenen over
"de Franstalige fiscale fiches 280.30" (nr. 7505)
11 Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre des Affaires sociales et des Pensions sur "les
18/06/2002
CRIV 50
COM 788
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
fiches fiscales francophones 280.30" (n° 7505)
11.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik zal heel kort zijn.
Onlangs ontving een lid van de Controlecommissie voor de
gedeporteerden tot verplichte tewerkstelling van de oorlog 1940-1945
met zitting te Gent, een Franstalige fiche 280.30 van het Ministère
des Affaires Sociales à 1030 Bruxelles. Voornoemde commissie
ressorteert onder uw bevoegdheid, mijnheer de minister.
Ik had u dan ook graag volgende vragen gesteld. Waarom werd een
Franstalige fiche 280.30 gestuurd aan een persoon die op eentalig,
Nederlandstalig grondgebied woont? Is dit geen flagrante schending
van de taalwet inzake bestuurstaal? Betreft het hier een geïsoleerde
vergissing of een systematische praktijk? Zult u opdracht geven om in
alle gevallen waarin dergelijke Franstalige fiches werden opgestuurd
een correcte fiche op te sturen? Zult u duidelijke richtlijnen
uitvaardigen om in de toekomst dergelijke zaken te vermijden?
11.01 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Récemment, un membre
de la commission de contrôle des
déportés pour le travail obligatoire
de la guerre 1940-1945, de Gand,
a reçu une fiche 280.30 rédigée
en français.
Pourquoi une fiche en français a-t-
elle été envoyée à une personne
habitant en territoire unilingue
néerlandophone? S'agit-il d'une
violation flagrante de la loi sur
l'emploi des langues en matière
administrative ou d'une erreur? Le
ministre va-t-il donner pour
instruction d'envoyer les fiches
dans la langue qui convient?
Comment compte-t-il éviter de
telles situations à l'avenir?
11.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mijnheer de voorzitter, ik
meen dat ik in een vijftal punten kan antwoorden.
Ten eerste, na navraag bij de bevoegde dienst blijkt dat er een
materiële fout in het informaticasysteem is gebeurd. Indien de factuur
of de schuldvordering in het Nederlands is opgesteld, wordt de fiscale
fiche ook in het Nederlands afgeleverd. Hetzelfde geldt voor
Franstalige facturen of schuldvorderingen.
Ten tweede, ik zou in dit geval niet van een flagrante schending van
de taalwet durven spreken, gelet op het feit dat het hier om een
vergissing gaat die daarna door mijn diensten werd rechtgezet.
Ten derde, zoals eerder gemeld, gaat het hier om een geïsoleerde
vergissing.
Ten vierde, als de betrokkene de administratie om een ander fiche
vraagt, wordt die fiche meteen opgemaakt en opgestuurd.
Ten vijfde, aangezien het hier om een geïsoleerde vergissing gaat en
fouten nu eenmaal kunnen gebeuren, lijkt het mij niet nodig nu plots
een nieuwe richtlijn uit te vaardigen.
11.02 Frank Vandenbroucke,
ministre: L'erreur est due au
système informatique.
Normalement, la fiche fiscale est
transmise en néerlandais si la
facture ou la créance est rédigée
en néerlandais.
Il s'agit donc d'une erreur isolée
que mes services ont rectifiée. Il
ne me semble dès lors pas utile
d'arrêter une directive en la
matière.
11.03 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, ik ben
eens te meer gerust gesteld door het feit dat deze regering perfect de
taalwetgeving naleeft.
11.03 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Me voilà à nouveau
rassuré sur le respect de la
législation linguistique par le
gouvernement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Le président: La question n° 7543 de M. Yvan Mayeur est reportée à une date ultérieure.
CRIV 50
COM 788
18/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.51 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.51 heures.