KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 786
CRIV 50 COM 786
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTEGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
maandag lundi
17-06-2002 17-06-2002
14:15 uur
14:15 heures
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN Front
National
MR Mouvement
réformateur
PS Parti
socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties:
Abréviations dans la numérotation des publications:
DOC
50
0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA Schriftelijke
Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen:
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail:
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes:

Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail:
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
minister van Justitie over "de vermeende
beschuldigingen aan het adres van de federale
politie van Gent en van een Gentse
onderzoeksrechter over de bescherming van een
internationaal net van heroïnehandel" (nr. 7486)
1
Question de M. Francis Van den Eynde au
ministre de la Justice sur "les accusations émises
à l'encontre de la police fédérale de Gand et d'un
juge d'instruction gantois concernant la protection
d'un réseau international de trafic d'héroïne"
(n° 7486)
1
Sprekers: Francis Van den Eynde, Marc
Verwilghen
, minister van Justitie
Orateurs: Francis Van den Eynde, Marc
Verwilghen
, ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de
minister van Justitie over "de projecten met
betrekking tot alternatieve gerechtelijke
maatregelen in het arrondissement Dendermonde"
(nr. 7488)
3
Question de Mme Magda De Meyer au ministre de
la Justice sur "les projets en matière de mesures
judiciaires de substitution dans l'arrondissement
de Termonde" (n° 7488)
3
Sprekers:
Magda De Meyer, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs:
Magda De Meyer, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Geert Bourgeois aan de
minister van Justitie over "de problematiek van de
contractuele parketbedienden" (nr. 7501)
5
Question de M. Geert Bourgeois au ministre de la
Justice sur "le problème des employés
contractuels des parquets" (n° 7501)
5
Sprekers:
Geert Bourgeois, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs:
Geert Bourgeois, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "het vrijlaten van jonge
criminelen" (nr. 7526)
9
Question de M. Tony Van Parys au ministre de la
Justice sur "la libération de jeunes délinquants"
(n° 7526)
9
Sprekers:
Tony Van Parys, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs: Tony Van Parys, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Els Haegeman aan de
minister van Justitie over "het voorstel voor een
Verordening van de Raad betreffende de
bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging
van beslissingen inzake de ouderlijke
verantwoordelijkheid" (nr. 7527)
11
Question de Mme Els Haegeman au ministre de la
Justice sur "la proposition de Règlement du
Conseil relatif à la compétence, la reconnaissance
et l'exécution des décisions en matière de
responsabilité parentale" (n° 7527)
11
Sprekers: Els Haegeman, Marc Verwilghen,
minister van Justitie
Orateurs: Els Haegeman, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1



COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
MAANDAG
17
JUNI
2002
14:15 uur
______
du
LUNDI
17
JUIN
2002
14:15 heures
______

De vergadering wordt geopend om 14.19 uur door de heer Geert Bourgeois, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.19 heures par M. Geert Bourgeois, président.
01 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de minister van Justitie over "de vermeende
beschuldigingen aan het adres van de federale politie van Gent en van een Gentse onderzoeksrechter
over de bescherming van een internationaal net van heroïnehandel" (nr. 7486)
01 Question de M. Francis Van den Eynde au ministre de la Justice sur "les accusations émises à
l'encontre de la police fédérale de Gand et d'un juge d'instruction gantois concernant la protection
d'un réseau international de trafic d'héroïne" (n° 7486)
01.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
minister, ik zal pogen mijn vraag zo bondig mogelijk te formuleren. Ik
verwijs zoals in mijn vraagstelling naar een artikel van het dagblad De
Morgen van 8 juni jongstleden dat liefst tweeënhalf volledige
bladzijden in beslag neemt. Dat is dus niet weinig.

In dat artikel lezen we merkwaardige feiten, namelijk in verband met
internationale heroïnehandel bestreden door een gespecialiseerde
politiecel uit Antwerpen. Volgens de woordvoerders van de federale
politie van Antwerpen, verliep het onderzoek perfect tot zij met het
hele verhaal naar Gent moesten. Immers, zodra ze in Gent waren,
botsten zij op zeer merkwaardige handelingen vanwege hun Gentse
collega's. Op de dag dat zij samen met hun Gentse collega's een
huiszoeking doen bij een verdachte bijvoorbeeld, komt die verdachte
zich, als bij toeval en bij mirakel, spontaan zelf melden bij de federale
politie in Gent.

Wanneer de huiszoeking dan toch doorgaat, gebeurt dat op een zeer
oppervlakkige wijze: de goederen van de betrokkene staan allemaal
in dozen opeengestapeld, omdat de betrokkene beweert dat hij de
zaterdag daarop zou verhuizen, maar nadien blijkt dat hij anderhalf
jaar later nog steeds op dezelfde plaats woont.

Het gaat echter niet alleen over de eigenaardige manier van doen
van de Gentse federale politie. De beschuldigingen worden steeds
sterker. In het artikel noemt men een aantal politiemensen bij naam
en beschuldigt men hen zich te hebben laten omkopen. Men vertelt
dat een bepaalde gespecialiseerde drugsbestrijder uit Gent met een
van de beschuldigden op vakantie is gegaan naar Turkije en er
bepaalde zaken heeft kunnen kiezen voor het verfraaien van zijn
woning die later gratis geleverd werden. Men gaat nog verder en stelt
dat niet alleen de politie de heroïnehandel beschermt maar ook de
01.01 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Le 8 juin, le
quotidien De Morgen publiait un
article au sujet de heurts entre les
polices fédérales d'Anvers et de
Gand. Selon ce journal, les
services de police anversois, qui
s'occupent de la répression du
trafic de drogue, sont
particulièrement amers à l'endroit
de leurs collègues gantois à qui ils
reprochent de se montrer laxistes
à l'égard du milieu de la drogue,
voire de le protéger. Je cite
quelques accusations parmi
d'autres. Les perquisitions chez
les trafiquants seraient très
superficielles. Les agents se
laisseraient soudoyer et
passeraient même des vacances
en Turquie avec des accusés. Le
juge d'instruction de Gand
dresserait de faux PV et tolérerait
que la police se contrôle elle-
même. Des informations
transpireraient avant même que
n'aient lieu les opérations
policières.

Il s'agit en l'occurrence
d'accusations graves. Si elles ne
correspondent pas à la réalité,
17/06/2002
CRIV 50
COM 786
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
magistraten. Dat is de reden waarom ik mij tot u richt. Men vermeldt
de naam van een toenmalig onderzoeksrechter die nu promotie heeft
gemaakt. Men zegt dat hij valse processen-verbaal aanvaardt en een
onderzoek tegen de Gentse federale politie laat uitvoeren door
diezelfde Gentse federale politie. Men spreekt zelfs van valse
processen-verbaal en van een procureur des Konings die dat
allemaal aanvaardt. Een van de ondertitels is "Liever de war on
lawyers dan de war on drugs".

De inleidende tekst van de krant spreekt boekdelen: "Een Turkse
bende smokkelde maandelijks 50 kilo versneden heroïne België
binnen. Toen de bende twee wanbetalers met een nekschot
afmaakte, wekte ze de interesse van het Antwerpse gerecht.
Maandenlang discreet onderzoek leverde spijkerharde bewijzen op
tegen een aantal kopstukken. Toen kreeg de federale politie er lucht
van. Vanaf dat moment liep alles mis".

Wat ervan aan is, weet ik niet. Het is echter wel een vreemd verhaal,
want indien de krant de waarheid niet zou spreken ­ ik druk dat op
parlementaire wijze uit en inspireer mij op de bewoordingen van een
voormalig voorzitter van een bepaalde, nogal beroemd geworden
commissie ­, dan zou ik toch een zeer scherpe reactie verwachten
van de politiediensten en de magistraten die beschuldigd worden. Die
reactie zou dan ook meer dan terecht zijn. Al die mensen worden
namelijk in hun beroepseer geraakt.

Als de krant echter gelijk heeft, dan zitten wij met een heel ernstig
probleem. Ik weet wel dat u mij geen antwoord kunt geven over nog
lopende politieonderzoeken enzovoort. Ik denk echter dat een klein
beetje meer informatie nu toch echt nodig is.

Voorzitter: Fred Erdman.
Président: Fred Erdman.
Gand devrait réagir vivement. La
dignité de la profession l'exige. Si
le journaliste dit vrai, un problème
très grave se pose à Gand et le
ministre se doit d'intervenir.

C'est pourquoi je demande des
éclaircissements de la part du
ministre, bien évidemment dans le
respect du secret de l'enquête.
01.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega Van
den Eynde, in eerste instantie wil ik verwijzen naar mijn twee
informatiebronnen, het parket-generaal in Gent en de procureur-
generaal in Antwerpen. In essentie gaat het om een zaak waarin zeer
recent, meer bepaald op 3 juni, een arrest werd gewezen door de
zesde kamer van het hof van beroep te Gent. Omwille van het
beginsel van de scheiding der machten onthoud ik mij van elke
commentaar omtrent dit arrest. Volgens de mij verschafte toelichting
is het duidelijk dat het aspect van gebeurlijke manipulatie van het
onderzoek, gevoerd te Gent en te Antwerpen, uitvoerig aan bod is
gekomen tijdens de behandeling van deze zaak voor het hof van
beroep te Gent. Er zijn nergens elementen naar voren gekomen tot
staving van de insinuaties zoals we ze in het artikel terugvinden. Het
blijkt overigens dat gedurende de behandeling ter zitting zowel de
Gentse als de Antwerpse onderzoeksrechter en een aantal speurders
onder eed werden gehoord, wat eerder ongebruikelijk is maar alleen
de nauwkeurigheid onderstreept waarmee deze zaak is opgevolgd.
Verder kan erop gewezen worden dat lopende het Gentse dossier
kennelijk een aantal nieuwe dossiers werden geopend ingevolge
klacht met burgerlijke partijstelling door de Gentse hoofdverdachte
ten laste van de speurders van GDA Gent die werden beticht van
corruptie en valsheid in openbare geschrifte. Die nieuwe dossiers zijn
uitgemond in een integrale buitenvervolgingstelling van de betichte
speurders. De in dat verband gewezen beslissingen hebben kracht
01.02 Marc Verwilghen, ministre:
J'ai pris des renseignements sur
cette affaire auprès des
procureurs généraux de Gand et
d'Anvers. La sixième chambre de
la cour d'appel de Gand a rendu
un arrêt à ce sujet le 3 juin
dernier, mais je ne souhaite pas le
commenter dans le souci de
respecter la séparation des
pouvoirs. L'affaire n'a révélé
aucun élément permettant de
corroborer les insinuations du
journal. Les enquêteurs et les
juges d'instruction ont été
entendus sous serment. Des
dossiers secondaires ont été
ouverts à la suite d'une plainte
déposée par le personnel gantois
mis en cause, qui s'était constitué
partie civile. Les enquêteurs
suspectés de corruption et de faux
en écriture ont été totalement mis
hors cause. Entre-temps, la Cour
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
van gewijsde bekomen na definitieve attesten terzake, ook van het
Hof van Cassatie.

Tenslotte kan ook nog worden bevestigd dat in het Antwerpse dossier
de andere hoofdbetrokkene, die uitvoerig aan bod komt in de
berichtgeving, werd doorverwezen naar de correctionele rechtbank
wegens het feit van bezit van en handel in verdovende middelen,
deel uitmakend van een vereniging en poging tot invoer van
verdovende middelen. De uit de berichtgeving naar voren komende
verdachtmakingen lijken dan ook onterecht en nopen dienvolgens
niet tot het nemen van een bijzondere maatregel.
de cassation a rendu des arrêts
définitifs dans ce dossier. Le
principal acteur anversois dans
cette affaire a été renvoyé devant
le tribunal correctionnel pour
possession et importation de
stupéfiants. Les accusations
portées par le journal me
semblent donc inexactes, de sorte
que je n'ai pas à prendre de
mesures particulières.
01.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik heb geen reden om te
twijfelen aan uw woorden maar indien de zaak zo in mekaar zit dan is
het verhaal dat in De Morgen is verschenen zeer sterk bij de haren
getrokken. Ik meen dat ik dan ook zonder schroom het woord
tendentieus mag gebruiken.

Ik meen dat de betrokken magistraten en politiemensen de
mogelijkheid zouden moeten hebben om zich tegen dit soort van
berichtgeving te verdedigen. Zij hebben er trouwens alle reden toe
want indien zij het niet doen dan zal het creëren van die sfeer van
verdachtmakingen nog efficiënt blijken te zijn ook. Ik weet dat er een
scheiding der machten bestaat maar ik ben ervan overtuigd dat elk
weldenkend mens ­ zowel in meerderheid als oppositie ­ in dit geval
hoopt dat de betrokkenen een rechtzetting zullen krijgen.
01.03 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Des
communiqués aussi tendancieux
sont déplorables. Les magistrats
et les policiers doivent se
défendre résolument pour faire
taire ces insinuations.
01.04 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, ik wil kort
even meedelen dat de federale politie op 12 juni 2002 een
persmededeling heeft verstuurd waarin zij zich zeer krachtig heeft
verzet tegen het artikel in kwestie.
01.04 Marc Verwilghen, ministre:
C'est pourquoi la police fédérale a
publié le 12 juin un communiqué
de presse pour dénoncer
vigoureusement l'article paru dans
De Morgen.
01.05 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, deze persmededeling is helaas niet verschenen maar dat
gebeurt nog.
01.05 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Mais ce
communiqué n'a pas été diffusé.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Magda De Meyer aan de minister van Justitie over "de projecten met
betrekking tot alternatieve gerechtelijke maatregelen in het arrondissement Dendermonde" (nr. 7488)
02 Question de Mme Magda De Meyer au ministre de la Justice sur "les projets en matière de
mesures judiciaires de substitution dans l'arrondissement de Termonde" (n° 7488)
02.01 Magda De Meyer (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, mijn vraag betreft de projecten inzake daderhulp
van de centra voor geestelijke gezondheidszorg. Deze centra in het
arrondissement Dendermonde hebben sinds 1996 een project van
alternatieve gerechtelijke maatregelen binnen hun muren,
gesubsidieerd door uw ministerie. Deze projecten hebben een eigen
signatuur en zijn allemaal gericht op hulpverlening aan daders van
delicten. Jammer genoeg werd blijkbaar beslist in 2002 niet langer
financiële steun te geven aan de daderbehandeling, zodat deze
projecten waarschijnlijk gedoemd zijn te verdwijnen.
02.01 Magda De Meyer (SP.A):
Les projets d'aide aux auteurs de
délits dans l'arrondissement
judiciaire de Termonde ne
bénéficieront plus à partir de cette
année d'une aide financière du
département de la Justice, ce qui
se traduira sans aucun doute par
leur abandon. Les collaborateurs
spécialisés des centres de soins
17/06/2002
CRIV 50
COM 786
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4

Concreet betekent dit dat daders van gewelddelicten en seksuele
delicten niet meer zouden worden getraind in impulscontrole, maar
net als vroeger een boete of straf zullen oplopen. Men weet daarvan
dat dit nauwelijks enig effect heeft op recidive. Het verdwijnen van de
projecten betekent ook dat de gespecialiseerde medewerkers van de
centra zullen moeten worden afgedankt en dat
samenwerkingsverbanden met diverse justitiële instanties verloren
zouden gaan. In 1997 werd eveneens een aanzet gegeven tot de
totstandkoming van een convenant inzake begeleiding en
behandeling van seksuele delinquenten. Vanwege het eerder
beperkte budget kon dit netwerk arrondissementeel niet worden
georganiseerd en werd begin 1998 een Oost-Vlaams netwerk
opgestart. Concreet betekent dit dat een kleine ploeg van vier
specialisten zich in Oost-Vlaanderen bekommert om de behandeling
van seksuele delinquenten, hetzij door ze zelf in therapie te nemen,
hetzij door ze te verwijzen naar het plaatselijk centrum voor
geestelijke gezondheidszorg in hun regio. De centra van het
Dendermondse arrondissement maken deel uit van dit netwerk. Het
blijft hun wens dat dit onderzoeksproject op nog bredere basis zou
gebeuren. De veelheid aan opdrachten en vragen in de centra voor
geestelijke gezondheidszorg laten echter niet veel ruimte voor
bijkomend werk.

Toch zijn de projectverantwoordelijken bereid om centra geestelijke
gezondheidszorg die zulks zouden wensen, op weg te helpen met
een gezamenlijk registratieproject.

Mijnheer de minister, kunt u duidelijkheid scheppen over de
toekomstperspectieven voor die waardevolle projecten centra
geestelijke gezondheidszorg binnen het arrondissement
Dendermonde?
de santé mentale concernés
perdront leur emploi et les auteurs
de délits perpétrés avec violence
ou de délits sexuels ne feront plus
l'objet d'aucune mesure
d'accompagnement
psychologique. Désormais, ils ne
seront plus sanctionnés que par
des amendes et des peines. Il a
été prouvé qu'une telle approche
n'offre pas de solution. Le taux de
récidive va dès lors augmenter.

Dans le cadre de l'accord de
coopération en Flandre orientale,
une petite équipe de quatre
spécialistes assure
l'accompagnement des
délinquants sexuels. L'objectif est,
à terme, d'étendre et de renforcer
ce réseau dont l'avenir est à
présent très incertain.

Quelles sont les perspectives
d'avenir en ce qui concerne ces
projets d'aide aux auteurs de
délits?
02.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, momenteel
subsidieert het ministerie van Justitie twee centra voor geestelijke
gezondheidszorgen in het gerechtelijk arrondissement Dendermonde
via een overeenkomst met de stad Dendermonde en binnen het
kader van het globaal plan.

Het gaat om de vzw Oase die voorziet in een individuele therapie en
de vzw 't Sas die zich bezighoudt met een behandelingsproject.

Mevrouw De Meyer, u zegt dat het ministerie van Justitie in 2002
heeft beslist om het behandelingsproject voor daders niet meer
financieel te steunen. Dat is gedeeltelijk juist. Wellicht bedoelt u
hiermee mijn beslissing om vanaf 1 januari 2002 ­ mits een
opzegperiode van drie maanden, dus met ingang van 1 april 2002 ­
slechts een van de twee halftijds gesubsidieerde personeelsleden te
behouden bij de vzw 't Sas. Die beslissing werd genomen na de
jaarlijkse evaluatie van het behandelingsproject door de
arrondissementele evaluatie- en opvolgingscommissie, de
coördinator van het justitiehuis en de centrale administratie.

Aangezien het betrokken project reeds verschillende jaren niet
voldeed aan de kwantitatieve vereisten, zoals opgesomd in de
omzendbrief van 12 september 1994 en hiervoor dan ook een
waarschuwing kreeg, zag ik mij verplicht om het bestaande
personeelsbestand te halveren.
02.02 Marc Verwilghen, ministre:
L'information dont dispose Mme
De Meyer n'est pas tout à fait
correcte. Le département de la
Justice soutient en effet deux
centres de soins de santé mentale
dans l'arrondissement judiciaire
de Termonde. Depuis 2002, le
département ne subventionne plus
qu'à mi-temps un des deux
collaborateurs d'un de ces deux
centres. Depuis plusieurs années
le projet ne satisfait plus aux
critères quantitatifs figurant dans
la circulaire du 12 septembre
1994. Dès que le nombre de
dossiers atteindra à nouveau le
nombre minimum prévu par la loi,
le centre pourra introduire une
demande d'augmentation des
effectifs.

L'autre centre a reçu un
avertissement pour les mêmes
raisons. J'attends sous peu les
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5

Indien uit de cijfers van dit werkingsjaar mocht blijken dat de instroom
aan dossiers binnen het wettelijk kader de minimale norm zoals
voorzien in de omzendbrief, mocht behalen, dan kan de vzw 't Sas
opnieuw een aanvraag tot personeelsuitbreiding bij de
arrondissementele evaluatie- en opvolgingscommissie indienen.

Op basis van de evaluatie van het werkingsjaar 2000 kreeg het
project van de vzw Oase eveneens een waarschuwing om dezelfde
reden.

Ik verwacht eerstdaags de evaluatie van de beide projecten voor het
werkingsjaar 2001 en ik zal dan niet nalaten de betrokken projecten
en de burgemeester hiervan op de hoogte te brengen. Als er een
aanpassing moet gebeuren, dan zal die ook geschieden.
évaluations de ces centres pour
l'année 2001. Je les transmettrai
aux centres concernés et au
bourgmestre.
02.03 Magda De Meyer (SP.A): Mijnheer de minister, in de rand wil
ik u toch ook wel meegeven dat de centra voor geestelijke
gezondheidszorg zelf, die uiteraard niet onder uw bevoegdheid
ressorteren, een noodkreet slaken omdat zij echt over te weinig
mensen beschikken. Ik begrijp niet goed hoe het moeilijk kan zijn om
bepaalde cijfers ­ uitgezonderd in een specifiek geval ­ te behalen,
terwijl ik signalen krijg vanuit de centra voor de geestelijke
gezondheidszorg ­ niet alleen in Dendermonde, maar ook in Sint-
Niklaas ­ dat zij een opnamestop moeten afkondigen omdat zij het
werk niet meer aan kunnen. Dat lijkt mij een tegenstrijdigheid, tenzij u
me zegt dat het om een heel specifieke doelgroep gaat.
02.03 Magda De Meyer (SP.A):
Les centres de soins de santé
mentale sont confrontés à une
grave pénurie de personnel. Dans
certains cas, de nouveaux
patients n'y seraient même plus
admis. Ces centres ne relèvent
évidemment pas de la
compétence exclusive du ministre
Verwilghen mais j'estime que,
dans le contexte actuel, la
décision de réduire les subsides
octroyés au centre de Termonde
est contre-productive.
02.04 Minister Marc Verwilghen: In de rondzendbrief is ooit
geschreven aan welke criteria men moet beantwoorden. Het is niet
zozeer het probleem dat men daaraan niet kan beantwoorden, maar
in sommige omstandigheden is dit niet het geval. Dat probleem is hier
gerezen. Ik kan alleen maar hopen dat zij door de toevloed van zaken
die zij moeten behandelen, de cijfers wel behalen. Dan is er ook geen
enkel probleem.
02.04 Marc Verwilghen, ministre:
Les centres ne satisfont pas aux
critères quantitatifs. J'espère que
le nombre de dossiers qu'ils
traitent augmentera.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Geert Bourgeois aan de minister van Justitie over "de problematiek van de
contractuele parketbedienden" (nr. 7501)
03 Question de M. Geert Bourgeois au ministre de la Justice sur "le problème des employés
contractuels des parquets" (n° 7501)
03.01 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de minister, ik heb zopas
antwoord gekregen van u op mijn schriftelijke vraag nummer 629
over de problematiek van de contractuele parketbeambten. Daaruit
blijkt dat op een totaal van 999 parketbeambten, er iets meer dan
44% contractueel is. Er zijn 558 statutaire en 441 contractuele
ambtenaren. Het overgrote deel ervan heeft een contract van
onbepaalde duur. Ze zijn er in feite niet als interimarissen
tewerkgesteld, bijvoorbeeld ter vervanging van een ambtenaar met
zwangerschapsverlof of met een contract van bepaalde duur om
andere redenen. Ze hebben meestal een contract van onbepaalde
03.01 Geert Bourgeois (VU&ID):
Pratiquement la moitié du
personnel des parquets est
constituée de contractuels, pour la
plupart engagés sous contrat à
durée indéterminée. En moyenne,
ces personnes sont en service
depuis 4 ou 5 ans. Cette situation
est problématique. Ainsi, les
contractuels ne peuvent participer
17/06/2002
CRIV 50
COM 786
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
duur.

Ik had vernomen ­ maar u zegt dat u dat binnen de korte tijdsspanne
niet kan bevestigen ­ dat zij gemiddeld vierenhalf jaar in dienst
zouden zijn. Dat is vrij lang en dat leidt tot problemen. Bovendien kan
het moeilijk optimaal worden genoemd.

Die ambtenaren zitten geblokkeerd, omdat zij niet aan een
bevorderingsexamen kunnen deelnemen. Het examen van opsteller
is een bevorderingsexamen; men moet daarvoor, volgens het
Gerechtelijk Wetboek, in dienst zijn als statutaire beambte, zowel bij
de griffie als bij het parket. De graad van beambte bij de griffie of het
parketsecretariaat ­ zo leid ik het af uit de lectuur van de wet ­ is
sinds 1 juli 1997 de enige wervingsgraad. Men kan dus alleen op dat
niveau binnenkomen.

Toevallig in dezelfde periode als ik het antwoord krijg, lees ik in De
Morgen een artikel over een contractuele parketbediende die
aangehouden wordt, omdat hij een aantal valsheden pleegt en zich
voordoet als substituut. Daar gaat het echter niet over; ik ga niet in op
de zaak ten gronde. In ieder geval, ik lees daarbij commentaar van
de heer Colpin en van het hoofd van de personeelsdienst.

De heer Colpin zegt dat er een probleem is bij de rekrutering, zodat
steeds vaker tijdelijken moeten worden aangenomen die in feite niet
geschikt zijn om vast in dienst te worden genomen. De heer De Ryck
­ van de personeelsdienst van de griffies en de parketten ­ zegt dat
er een probleem is bij de aanwerving van "vaste" contractuelen. Hoe
dan ook, ik citeer: "Er is gewoon een gebrek aan kandidaten. Vroeger
organiseerde Selor regelmatig selectietests, maar door de
hervorming van het Openbaar Ambt, zijn die tests afgeschaft. Het
Wetboek bepaalt nochtans dat de aanwervingen op griffies en
parketten altijd met een selectietest of een vergelijkend examen
moeten gebeuren. We kunnen, wat de vaste ambtenaren betreft,
alleen maar rekening houden met spontane kandidaturen, en zo dik
zijn die nu ook weer niet gezaaid".

Hij vervolgt dat niveau
3 ­ de beambten ­- helemaal niet
marktconform is. Tegenwoordig moet men als administratief
bediende kennis hebben van Word, Access en Excel. In Brussel moet
men tweetalig zijn. Die vaardigheden vindt men niet dikwijls terug bij
aanwervingen op niveau 3. Bovendien bedienen parketten zich bij de
aanwerving van contractuele werknemers lang niet meer zo vaak ­
niet onbelangrijk ­ van het nochtans verplichte moraliteitsonderzoek.
Continue personeelsrotatie en een hoge werkdruk hebben tot gevolg
dat er in bepaalde gevallen zelfs geen tijd is voor een
moraliteitsonderzoek.

Mijnheer de minister, ik kom tot mijn vragen. Wat wilt u ondernemen
om het aantal contractuele werknemers terug te dringen en het grote
aantal contractuele werknemers een kans te bieden op een statutaire
loopbaan?

Vindt u dat het niveau 3 nog zin heeft? Als ik me niet vergis stemt
niveau 3 overeen met lager middelbaar onderwijs. Zou het niet zinvol
zijn dat het opstellersniveau ook een aanwervingsfunctie wordt? Er is
leerplicht tot 18 jaar. Heel wat mensen treden toe als contractueel
maar nemen niet deel aan het examen van beambte niveau 3.
à des examens de promotion,
réservés au seul personnel
statutaire.

En marge d'un incident impliquant
un employé du parquet, des
responsables du personnel ont
déclaré qu'il était particulièrement
difficile de trouver des candidats
pour occuper ce poste. Selon
leurs propres dires, ils sont
toutefois contraints de remédier à
la pénurie de personnel en
recourant à des contractuels qui,
en réalité, ne répondent pas
entièrement aux conditions. Les
exigences en matière de diplôme
sont insuffisantes par rapport aux
compétences requises,
particulièrement dans le ressort
bilingue de Bruxelles. Pour le
surplus, par manque de temps,
l'enquête de moralité est négligée.

Que va-t-on faire pour réduire le
nombre de contractuels et
accroître la proportion de
statutaires? Est-il raisonnable de
maintenir le niveau 3, qui
correspond au diplôme
d'enseignement secondaire
inférieur? L'enquête de moralité
est-elle effectivement négligée?
Les traitements des employés du
parquet ne sont-ils pas
insuffisants?
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7

Is het loon van de beambten en opstellers marktconform en kan het
de concurrentie aan met ander overheden? Men klaagt over een
grote rotatie en een personeelsverloop naar de privé sector of naar
de Vlaamse overheid die blijkbaar beter betaalt.

Is het correct dat bij de aanwerving van contractuele werknemers het
verplichte moraliteitsonderzoek steeds vaker niet wordt uitgevoerd?
Zo ja, welk initiatief zult u terzake nemen?
03.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, collega
Bourgeois, op uw eerste vraag kan ik het volgende antwoorden. Het
overgrote deel van de in dienst zijnde contractuelen werd
aangeworven ten gevolge van de steeds flexibelere modaliteiten
inzake het arbeidsregime. Een steeds groter aantal leden van het
personeel wenst immers gebruik te maken van allerlei vormen van
loopbaanonderbreking, zoals de vierdagenweek of verminderde
prestaties. Zij worden vervangen door de aanwerving van
contractuele beambten. De aanwezigheid van een aanzienlijk aantal
contractuele personeelsleden op zich verantwoordt dus geen
statutaire kaderuitbreiding. Alleen wanneer om structurele redenen
contractuele beambten worden aangeworven, moet op termijn
worden onderzocht in hoever dergelijke ingrepen een aanpassing van
het kader verantwoorden.

Het parket van Brussel heeft een particulier probleem, met name dat
de kandidaten voor beambten moeten voldoen aan een taalexamen
om statutair te kunnen worden aangeworven. Momenteel is dat
taalexamen identiek voor al het personeel van de griffies en de
parketten. Om dat probleem te verhelpen, heb ik een versoepeling
van die vereisten voor bijvoorbeeld beambten uitgewerkt, die
gebaseerd is op het systeem van de taalexamens zoals die door
Selor worden georganiseerd.

Op uw tweede vraag kan ik het volgende antwoorden. Het niveau 3
heeft nog zin voor welbepaalde functies, zoals bode, chauffeur,
telefonist of klasseerder. In elk geval is het van belang te kunnen
aanwerven op verschillende niveaus, dus ook op het niveau van
opsteller, om meer competentiegericht te kunnen werven en in het
licht daarvan te verlonen.

Ten derde, een marktconforme studie is niet uitgevoerd. Een
vergelijking met de nieuwe loopbanen binnen de federale besturen
valt eerder uit in het nadeel van het personeel van de griffies en de
parketten. De verloning zal in een globaal moderniseringsproject van
de administratie van de griffies en de parketten in de geest van de
Copernicus-hervorming moeten worden opgenomen. Daarin zal niet
alleen de aanpassing van de weddeschalen, maar bijvoorbeeld ook
een herziening van het loopbaanverloop en organisatorische
aspecten aan de orde zijn.

Op uw vierde en laatste vraag kan ik het volgende antwoorden. Voor
statutaire aanwervingen is het moraliteitsonderzoek verplicht. Voor
contractuele aanwervingen echter beslist de korpsoverste welke
initiatieven hij daaromtrent wenst te nemen. In elk geval wordt steeds
een uittreksel van het strafregister opgevraagd.
03.02 Marc Verwilghen, ministre:
En raison des nouvelles
possibilités offertes en matière
d'interruption de carrière, les
besoins en personnel contractuel
augmentent, alors même que le
nombre de statutaires ne diminue
pas. Il n'est donc pas envisagé
d'élargir le cadre statutaire.

À Bruxelles, les candidats au
poste d'agent doivent réussir un
examen linguistique qui est le
même pour tout le personnel des
greffes et des parquets. Nous
nous occupons actuellement
d'assouplir ces examens, fondés
sur le système du Selor.

Le niveau 3 reste indiqué pour les
fonctions d'huissier, de chauffeur
et de classeur. Il pourrait
également être utile de pouvoir
recruter des agents à d'autres
niveaux.

Les traitements sont en effet
moins élevés que ceux du
personnel homologue dans
d'autres institutions. Ce problème
sera traité dans le cadre de la
modernisation de l'administration
des greffes et parquets.

L'enquête de moralité n'est pas
requise pour les contractuels;
néanmoins, un extrait du casier
judiciaire est systématiquement
réclamé.
03.03 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de minister, ik bedank u 03.03 Geert Bourgeois (VU&ID):
17/06/2002
CRIV 50
COM 786
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
voor uw antwoord. Ik begrijp dat u zoveel contractuelen nodig hebt op
dat niveau omdat steeds meer mensen in allerlei vormen van
tijdskrediet en loopbaanonderbreking vallen. Dat leidt er volgens u
niet toe dat er behoefte is aan een uitbreiding van het kader. Als dat
echter bijna leidt tot een fiftyfifty-verhouding, kan daaraan misschien
wel gedacht worden. Die mensen zitten namelijk geblokkeerd.
Volgens mij zal dat na al die jaren een permanente toestand worden.
Ik hoor van een aantal onder hen dat zij gemiddeld vier en een half
jaar contractueel zijn, hoofdzakelijk ter invulling van mensen die
tijdelijk uitstappen, loopbaankrediet of arbeidsduurvermindering
nemen. Als dat een vrijwel permanente toestand wordt, wil ik u toch
vragen om te overwegen om daarvoor een oplossing te vinden.

Ten tweede, volgens mij hebt u niet geantwoord op mijn vraag of het
niet zinvol zou zijn om van het niveau van opsteller ook een
aanwervingsfunctie te maken. De beambten behoren tot niveau 3.
Voor de meeste jonge mensen heeft binnentreden op dat niveau
volgens mij geen enkele zin. Wie een contractuele opsteller is en zijn
carrière wil voortzetten in een griffie of in het parket, zal volgens mij
niet eerst solliciteren voor een lager niveau en twee jaar beambte
worden op niveau 3, om vervolgens een examen te kunnen afleggen
om uit te komen op het niveau van opsteller, waar hij eigenlijk al als
contractuele zat. Volgens mij wordt daardoor van die mensen een
moeilijke oefening gevraagd. U zegt dat dit niveau ook nodig is voor
bode of chauffeur. Voor administratieve functies lijkt dat niveau mij
echter te laag. De kandidaten moeten met informatica kunnen
omgaan en in Brussel bovendien een examen in de tweede taal
afleggen. Ik denk dat werken op het niveau van opsteller minstens
nodig is.

Ik hoorde dat u een herziening in overweging neemt. Ik wil er sterk op
aandringen dat dit vroeg gebeurt. Uit die studie blijkt blijkbaar nu al
dat griffie- en parketpersoneel eerder minder betaald zijn dan andere
federale beambten. Ook dat lijkt mij een vorm van scheeftrekking
waaraan iets gedaan zou moeten kunnen worden.

Tenslotte, u sprak over het taalexamen. Ik begrijp dat u daarvoor een
beroep doet op Selor. Ik veronderstel dat dit geen wijziging inhoudt in
het kennisniveau of in de moeilijkheidsgraad van het examen, maar
wel dat het wordt geobjectiveerd.
Les nouvelles mesures en matière
d'emploi sont donc la cause du
nombre structurellement excessif
de contractuels. À mon estime, il
conviendrait néanmoins
d'envisager un accroissement du
nombre de statutaires. La situation
actuelle est intenable et entrave la
carrière de nombreux agents.

Les personnes qui répondent aux
critères du niveau 3 en matière de
diplômes ne possèdent pas les
aptitudes requises pour exercer
une fonction administrative. Pour
les candidats qui possèdent les
compétences nécessaires, les
perspectives de carrière sont
insuffisantes, ce qui rend la
fonction d'agent du parquet non
attrayante. Le ministre Verwilghen
convient que les traitements sont
largement insuffisants.

J'espère que le nouvel examen
linguistique sera fondé sur des
critères objectifs.
03.04 Minister Marc Verwilghen: Het wordt geobjectiveerd.
03.05 Geert Bourgeois (VU&ID): Mijnheer de minister, voor de
opsteller zou ik concreet graag het volgende willen vragen. Bent u het
ermee eens dat het beter zou zijn...
03.06 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer Bourgeois, ik ben het met
twee zaken eens.

Ten eerste, op het ogenblik dat op bijzonder uitgebreide wijze
gebruikgemaakt wordt van de loopbaanonderbreking, zal er verder
moeten worden uitgekeken, zeker als die verhouding vijftig-vijftig
bedraagt. Momenteel is dat echter niet het geval. Mocht dat wel zo
zijn, dan moet effectief worden nagegaan welke de mogelijkheden
zijn.
03.06 Marc Verwilghen, ministre:
Il faut en effet prendre des
mesures pour faire face,
autrement que par le recrutement
d'agents contractuels, à la charge
de travail supplémentaire
engendrée par les nouvelles
mesures sur le plan de l'emploi.

Les agents du parquet doivent en
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Ten tweede, wat het opstellersniveau betreft is het vrij duidelijk dat dit
niveau steeds meer capaciteiten en competenties vereist. Op dat vlak
zal ook in de Copernicus-hervorming worden uitgekeken naar een
wijziging van het systeem.
effet posséder des aptitudes qui
dépassent les exigences actuelles
en matière de diplôme. Il y a lieu
d'adapter les règlements
administratifs et de rendre la
fonction plus attrayante.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De voorzitter: De vragen nrs. 7507 en 7514 van de heer Karel Van Hoorebeke en mevrouw Dalila Douifi
worden naar een latere datum verschoven.
04 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de minister van Justitie over "het vrijlaten van jonge
criminelen" (nr. 7526)
04 Question de M. Tony Van Parys au ministre de la Justice sur "la libération de jeunes délinquants"
(n° 7526)
04.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn aandacht werd gevestigd op een persbericht van vorige
vrijdag waarin melding werd gemaakt van het feit dat in Antwerpen
vijf minderjarige handtasdieven die goed waren voor 50 overvallen
werden vrijgelaten omdat er geen plaats was in de gesloten
instellingen. Deze vaststelling kwam naast de analyse van de cijfers
die u ons hebt bezorgd in verband met de aanvragen tot plaatsing
van minderjarige criminelen in de gesloten instellingen.

Ik wou u daaromtrent een aantal vragen stellen omdat ik vrees dat de
cijfers ernstig zijn. U zult mij dat wel willen bevestigen. Uit de cijfers
die u mij hebt verstrekt, blijkt dat in de periode van 1 maart ­ de
datum waarop het centrum in Everberg operationeel werd ­ tot 31
mei 2002 124 aanvragen tot plaatsing werden ingediend waarvan er
volgens het document 54 aanvaard werden terwijl er 70 niet werden
aanvaard. Dat is een formulering die nogal sibillijns is. Betekent dit
concreet dat voor 124 minderjarigen die criminele feiten hebben
gepleegd de jeugdrechter van oordeel was dat plaatsing noodzakelijk
was en dat er 54 van die 124 werden geplaatst terwijl er 70 niet
konden worden geplaatst, wat zou betekenen dat 70 jonge criminelen
in een periode van drie maanden en ondanks Everberg zijn
vrijgelaten? Is dat de juiste betekenis van het document dat u ons
hebt bezorgd? Ik wil nog wijzen op twee opvallende cijfers. U hebt mij
de cijfers per arrondissement bezorgd. Voor het arrondissement
Antwerpen zijn er klaarblijkelijk 36 beslissingen tot plaatsing geweest
waarop in slechts 10 gevallen kon worden ingegaan en waarbij 26
jonge criminelen zouden zijn vrijgelaten. Slechts 10 van de 36
konden worden geplaatst terwijl er 26 zouden zijn vrijgelaten. Voor
Gent waren er 13 beslissingen tot plaatsing waarvan er slechts 3
konden worden uitgevoerd terwijl 10 personen niet konden worden
geplaatst. Is dat de juiste interpretatie van het document?

Als dit de juiste interpretatie zou zijn, dan vrees ik dat de regering met
een enorm probleem zit. Mijnheer de minister, als u die cijfers
bevestigt, dan is dat dermate ernstig dat ik graag nader inzicht zou
krijgen in de problematiek. Ik begrijp dat u mij deze gegevens niet
onmiddellijk kunt bezorgen. U kunt ze mij uiteraard ook nadien
schriftelijk bezorgen. Ik zou graag van u vernemen hoeveel
aanvragen er zijn geweest sedert 1 januari van dit jaar,
04.01 Tony Van Parys (CD&V):
Nous avons appris par la presse
que cinq voleurs de sacs à main
mineurs, qui totalisent ensemble
plus de cinquante méfaits, ont été
relâchés faute de place
disponible.

Selon les chiffres que m'a fournis
le ministre, 124 demandes de
placement de délinquants mineurs
ont été introduites entre le 1
er
mars 2002, date d'ouverture du
centre d'Everberg, et le 31 mai
2002. Seulement 54 demandes
ont été acceptées, 70 ayant été
refusées. Faut-il en conclure que
54 jeunes seulement ont été
placés et que 70 autres sont
restés en liberté, alors que le juge
de la jeunesse estimait qu'ils
devaient être enfermés?

Le ministre peut-il nous fournir,
par arrondissement, des chiffres
indiquant le nombre de demandes
de placement de mineurs en
centre ouvert, fermé, semi-ouvert
ou psychiatrique, et mentionnant
le nombre de placements
intervenus et le nombre de
placements refusés ainsi qu'une
description des faits commis?
17/06/2002
CRIV 50
COM 786
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
onderverdeeld per arrondissement, respectievelijk voor opname in de
gesloten instellingen, de open instellingen, de halfopen instellingen
en de psychiatrische instellingen voor minderjarigen. Hoeveel
daarvan zijn er aanvaard en hoeveel werden er niet aanvaard, dit met
opgave van de misdrijven waarvoor de plaatsing werd uitgesproken
door de jeugdrechter? De eerste vraag is of u kunt bevestigen dat er
effectief 124 beslissingen tot plaatsing zijn geweest en dat men 70
personen heeft moeten vrijlaten, dit ondanks Everberg, in een
periode van drie maanden tijd.
04.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, de heer Van
Parys weet dat de capaciteit van Everberg nog niet volledig kan
worden benut. We zijn met tien plaatsen begonnen en het is de
bedoeling om zo snel mogelijk dat aantal te verhogen tot vijftig.

Tijdens de overlegvergaderingen met de Regie der Gebouwen blijkt
nog steeds dat het gebouw bewoonbaar zal zijn vanaf 19 juli 2002.
Onder voorbehoud van het behalen van die eindmeet door mijn
collega Daems, engageer ik mij om vanaf 20 juli vijftig plaatsen ter
beschikking te hebben van de gemeenschappen. Het is dan aan hen
om te bepalen of zij op het aanbod al dan niet ingaan. Ik herinner u
eraan dat de federale overheid in het centrum verantwoordelijk is
voor de beveiliging. Het veiligheidspersoneel zal zoals afgesproken
ter plaatse zijn. De gemeenschappen moeten voldoende personeel
leveren voor de opvang en de opvoeding. Er kunnen natuurlijk geen
bijkomende minderjarigen worden geplaatst als daaraan niet wordt
voldaan. Terzake werd evenwel een samenwerkingsakkoord
gesloten. Ik neem dan ook aan dat de gemeenschappen zich
daaraan zullen houden.

Ik verwacht wel nog een discussie over de verdeelsleutel van de
capaciteit. Ik wens van de gemeenschappen met name nog te
vernemen of zij effectief de bijkomende capaciteit volledig wensen te
benutten. Daarover moeten wij duidelijkheid krijgen, want indien een
gemeenschap die capaciteit niet volledig wenst te benutten, kan een
andere gemeenschap die wel benutten.

De door u gegeven interpretatie van de cijfers die u van mij hebt
gekregen, is in die mate te relativeren dat voor een groot gedeelte
van die 70 gevallen het inderdaad ging om een gebrek aan plaats. Er
zijn maar 10 plaatsen. In bepaalde omstandigheden zijn er ook
weigeringen geweest, omdat er toch plaats was in een gesloten
instelling. In andere omstandigheden ging het om een
plaatsaanvraag in Everberg, terwijl er geen sprake was van een
misdrijf, wat een conditio sine qua non is voor plaatsing in Everberg.

Ik ben zeker bereid om u de andere cijfers waarom u mij hebt
gevraagd te geven. Voor de volledigheid van het dossier lijkt het mij
bovendien wenselijk dat u hierover kunt beschikken. Dat zal evenwel
wat meer tijd vragen, want ik moet die cijfers op mijn beurt vragen
aan de gemeenschappen. Zodra ik over de cijfers beschik, zal ik ze u
in elk geval bezorgen.
04.02 Marc Verwilghen, ministre:
Vous n'ignorez pas que la
capacité d'Everberg va être
étendue. Pour peu que le bâtiment
soit prêt au 19 juillet 2002, 50
places seront disponibles à partir
du 20 juillet. Le corps de sécurité
sera également désigné. Je
présume que les Communautés
fourniront suffisamment de
personnel pour assurer l'accueil et
l'éducation.

En ce qui concerne la clé de
répartition des places d'accueil,
les Communautés doivent encore
indiquer si elles utiliseront
pleinement la capacité
supplémentaire. Dans la négative,
une des Communautés pourra
combler les places restées libres
dans l'autre.

Les 70 mineurs ont été
essentiellement refusés par
manque de place mais certains
n'ont également pas pu être
accueillis parce qu'ils n'avaient
pas commis de délit.

Je transmettrai les données
demandées dès que les
Communautés me les auront fait
parvenir.
04.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik dank de
minister voor zijn antwoord. Zelfs met enige relativering blijkt uit het
antwoord dat er voor de zeventig gevallen die in het document
worden genoemd, een beslissing tot plaatsing was uitgevaardigd, die
uiteindelijk niet werd uitgevoerd bij gebrek aan voldoende plaatsen in
04.03 Tony Van Parys (CD&V):
Si l'on extrapolait la situation de
ces trois derniers mois sur une
base annuelle, on constaterait que
280 jeunes criminels, bien que
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
de gesloten instelling. Dat zijn er 70 op de 124. 54 werden er
geplaatst en 70 niet. Het gaat om een periode van 3 maanden sinds
de opening van Everberg waar 10 plaatsen beschikbaar zijn. Als men
70 gevallen op drie maanden transponeert op een periode van een
jaar, dan komt men uit op een totaal van 280 gevallen.

In de vorige legislatuur heeft men eens bijzonder veel kabaal
gemaakt, omdat één crimineel ten onrechte voorwaardelijk werd
vrijgelaten. Hier gaat het om een situatie waarbij 70 criminele
jongeren ­ trek er dan nog het aantal jongeren af waarvan het
crimineel karakter van de daad kan worden betwist ­ zonder meer
worden vrijgelaten met als enig motief het gebrek aan mogelijkheden
om hen op te sluiten. Tijdens de bespreking van het probleem van de
jeugdcriminaliteit in onze commissie twee jaar geleden, vorig jaar en
nog eens een paar weken geleden heb ik op dat probleem gewezen.
Men heeft het altijd weggelachen.

Men heeft gezegd dat er geen probleem was, dat het was opgelost of
dat het zou opgelost worden. Everberg zou het probleem oplossen.
Welnu, zelfs als Everberg over de volle capaciteit zou kunnen
beschikken, zal men er met deze cijfers ook niet komen. Toevallig
heb ik vernomen van iemand die nauw betrokken is bij de
jeugdrechtbank van Antwerpen dat er sinds 1 januari 2002 tot
vandaag meer dan 50 criminele jongeren zijn vrijgelaten. Ik vraag mij
af hoe de regering dit zal uitleggen aan de publieke opinie, aan de
burgers en vooral aan de slachtoffers, wetende dat de bestrijding van
de straatcriminaliteit en de jeugdcriminaliteit een van de grote
prioriteiten van het veiligheidsplan was. Ik denk dat de regering hier
met een enorm probleem zit en dat nu blijkt dat het huidige beleid
geen antwoord biedt aan een van de meest ergerlijke vormen van
criminaliteit voor de burger. De cijfers spreken boekdelen.
condamnés à la réclusion, sont
libérés chaque année. Au cours
de la précédente législature, la
libération conditionnelle à tort d'un
seul détenu avait suscité bien plus
de remous. Même lorsqu'Everberg
tournera à pleine capacité, ce sera
insuffisant. La lutte contre la
délinquance de rue et la
délinquance juvénile constituaient
une priorité du Plan de sécurité.
Le gouvernement est dans
l'impasse car sa politique n'offre
pas de réponses à ces problèmes.
Les chiffres sont particulièrement
éloquents.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Els Haegeman aan de minister van Justitie over "het voorstel voor een
Verordening van de Raad betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van
beslissingen inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid" (nr. 7527)
05 Question de Mme Els Haegeman au ministre de la Justice sur "la proposition de Règlement du
Conseil relatif à la compétence, la reconnaissance et l'exécution des décisions en matière de
responsabilité parentale" (n° 7527)
05.01 Els Haegeman (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn vraag handelt over het voorstel voor een verordening
van de Raad betreffende de tenuitvoerlegging van beslissingen
inzake ouderlijke verantwoordelijkheid.

Ik meen, mijnheer de minister, dat voor een goede werking binnen de
Europese Unie, dringend maatregelen moeten worden genomen
betreffende de uitvoerbaarheid van vonnissen.

Tijdens de bijeenkomst van de Europese Raad van Tampere, in
oktober 1999, werd bepaald dat prioritaire aandacht zou worden
besteed aan het omgangsrecht. Terecht werd gesteld dat het
familierecht in dat verband van groot belang is.

Inmiddels heeft de commissie een tijdje geleden een voorstel van
05.01 Els Haegeman (SP.A):
Lors du sommet de Tampere, le
droit de visite a été défini comme
un objectif prioritaire dans le cadre
de la collaboration dans le
domaine de la justice au sein de
l'UE. La Commission a préparé
une proposition de règlement qui
procède de la volonté de mettre
en place à l'intérieur de l'UE, un
véritable espace judiciaire fondé
sur le principe de la
reconnaissance réciproque des
décisions judiciaires. Il semble
toutefois qu'il n'existe pas de
17/06/2002
CRIV 50
COM 786
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
verordening opgesteld, maar naar verluidt zou er geen consensus
zijn bereikt nopens dit nochtans belangrijke voorstel van verordening.
Blijkbaar is men hiervoor niet te vinden in de ons omringende landen.

Vorige week stond die verordening blijkbaar op de agenda, maar zij
verdween van de agenda om onverklaarbare redenen.

Mijnheer de minister, is het juist dat omtrent deze verordening geen
consensus werd bereikt? Wat is uw standpunt terzake en hoe zult u
pogen dit eventueel op te lossen?
consensus au sujet de ce
règlement. L'applicabilité de
décisions judiciaires aurait même
été rayée de l'ordre du jour du
Conseil de la Justice et de
l'Intérieur et qu'il n'aurait pas été
examiné la semaine dernière.
Quel est le point de vue du
ministre dans ce dossier? Est-il
possible de parvenir à un
consensus sur la question à court
terme?
05.02 Minister Marc Verwilghen: Mijnheer de voorzitter, het gaat
hier om wat men noemt de verordening Brussel II bis.

België kent zijn volledige steun toe aan het beginsel van de
uitwerking van een gemeenschapsinstrument inzake de ouderlijke
verantwoordelijkheid.

In het kader van een globaal compromis en in het verlengde van de
conclusies van de informele vergadering in Santiago de Compostella,
in februari 2002, die een consensus aantoonden om inzake
kinderontvoering en de bevoegdheid om het laatste woord te spreken
te verlenen aan de rechter, van de gewone verblijfplaats van het kind,
heeft het Spaanse voorzitterschap pogingen gedaan om de
beginselen uit te werken die de grondslag zouden moeten leggen
voor de werkzaamheden van het comité Burgerlijk Recht.

Die beginselen zouden worden voorgelegd aan de Raad Justitie en
Binnenlandse Zaken te Luxemburg, van 13 juni 2002. In het kader
van de voorbereiding van die raad kon evenwel geen
overeenstemming worden bereikt over het wegwerken van een aantal
dubbelzinnigheden die bleven bestaan in het document van het
Spaanse voorzitterschap.

Gelet op de wijze waarop deze beginselen waren geformuleerd, was
het niet mogelijk op ministerieel vlak een beslissing te nemen die de
groep van deskundigen de mogelijkheid zou bieden daadwerkelijk
vooruitgang te boeken zonder fundamentele elementen voortdurend
in vraag te stellen, zoals bijvoorbeeld de wenselijkheid van een
gemeenschapsinstrument, de voorrang ervan op de verdragen van
's Gravenhage van 1980 inzake ontvoering van kinderen, en van
1996 inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid en de bescherming
van de minderjarigen, alsmede de opheffing van de
uitvoerbaarverklaring voor beslissingen inzake bezoekrecht en
omgangsrecht. Zulks is voor ons land van fundamenteel belang.

Gelet op het gegeven dat het document van het Spaanse
voorzitterschap als dusdanig onaanvaardbaar was, heeft dat
voorzitterschap besloten om de zaak te schrappen op de agenda van
Luxemburg. Er bestond trouwens geen andere mogelijkheid.

De oplossing op korte termijn is de volgende. Het dossier werd thans
verwezen naar het Comité Burgerlijk Recht en wordt onderzocht door
het Deense voorzitterschap. Dat comité heeft geen gemakkelijke taak
gezien de eenparigheid van alle lidstaten terzake vereist is. Ik ben
evenwel van oordeel dat het onontbeerlijk is dat de groep evolueert in
05.02 Marc Verwilghen, ministre:
Il s'agit d'un règlement du type
Bruxelles II bis. La présidence
espagnole a défini quelques
principes qui devaient être soumis
au Conseil de la Justice et de
l'Intérieur à Luxembourg le 13 mai
2002. Le document espagnol
contenait toutefois quelques
lacunes auxquelles il n'a pu être
remédié lors de la préparation du
Conseil. C'est pour cette raison
que le sujet a été rayé de l'ordre
du jour.

Le dossier est entre les mains du
comité de Droit civil et sera étudié
sous la présidence danoise, en
juillet 2002. La tâche du Comité ne
sera pas aisée car l'unanimité de
tous les Etats membres est
requise. Pour certains pays
européens, parmi lesquels la
Belgique, il va de soi que les
traités de La Haye de 1980 et
1986 constituent un minimum
mais qu'ils n'offrent pas de
solution satisfaisante pour l'UE,
tout particulièrement en ce qui
concerne les enlèvements
d'enfants. Il faut mettre en place
un instrument communautaire
pour donner forme concrète à
l'espace de liberté, de sécurité et
de justice que nous souhaitons
créer.

Je déplore la manière dont ce
dossier a été traité à l'échelle
européenne. La Commission, de
même que la Belgique et la
France, se trouve donc bien dans
une situation exceptionnelle.
CRIV 50
COM 786
17/06/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
de richting die zowel in Tampere als in Santiago de Compostella is
aangegeven.

Het staat voor een bepaald aantal Europese landen, waaronder
België, als een paal boven water dat voornoemde verdragen van
's Gravenhage van 1980 en 1996 op wereldvlak als een minimum
gelden, maar geen toereikende oplossingen bieden op Europees
vlak, in het bijzonder inzake het ongeoorloofd ontvoeren en niet-
terugkeren van de kinderen.

De wens kan worden geuit dat tijdens een van de volgende raden
voor Justitie en Binnenlandse Zaken, meer constructieve voorstellen
worden geformuleerd die geen twijfel laten bestaan over de wens een
gemeenschapsinstrument op te stellen teneinde de ruimte van
vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid die wij wensen uit te werken
concreet ten uitvoer te brengen.

Ik betreur de wijze waarop dit dossier op Europees vlak werd
behandeld, de wil om in de burgerlijke aangelegenheden een ruimte
voor vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid uit te werken, wordt niet
in acht genomen.

In de huidige omstandigheden kan ik mij, samen met Frankrijk en met
de commissie niet terugvinden in het minimalistische standpunt dat
wordt ingenomen door de andere lidstaten. Daarmee bedoel ik ook
dat wij ons eigenlijk met Frankrijk, met de commissie en met België in
een wat uitzonderlijke omstandigheid bevinden.
05.03 Els Haegeman (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik heb begrepen dat u de
verordening eigenlijk wel genegen bent. Ik hoop dat het Deense
voorzitterschap op dat vlak iets kan verwezenlijken zodat we tot een
consensus kunnen komen. Ik woon zelf in het grensgebied en ik
meen dat een oplossing voor dergelijke problemen noodzakelijk is.
05.03 Els Haegeman (SP.A): Le
ministre est donc favorable à ce
règlement. J'espère que la
Présidence danoise obtiendra un
consensus.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De openbare commissievergadering wordt gesloten om 15.02 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15.02 heures.