KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50
COM 723
CRIV 50
COM 723
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTEGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTE PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIETE
dinsdag
mardi
23-04-2002
23-04-2002
10:30 uur
10:30 heures
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
PSC
Parti social-chrétien
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties:
Abréviations dans la numérotation des publications:
DOC 50 0000/000
Parlementair document van de 50e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de base et
du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en rechts
het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit papier, bevat
ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu intégral
définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen:
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail:
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél.: 02/ 549 81 60
Fax: 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail:
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 723
23/04/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "het niet
dringend ziekenvervoer" (nr. 6684)
1
Question de Mme Greta D'hondt à la ministre de
la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "le transport
non-urgent des malades" (n° 6684)
1
Sprekers: Greta D'hondt, Magda Aelvoet
,
minister van Consumentenzaken, Volks-
gezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Greta D'hondt, Magda Aelvoet
,
ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de
minister van Consumentenzaken,
Volksgezondheid en Leefmilieu over "het
drastisch terugbrengen van het aantal CT-scans
bij kinderen" (nr. 6963)
3
Question de M. Hagen Goyvaerts à la ministre de
la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "la diminution
drastique du nombre de CT-scans chez les
enfants" (n° 6963)
3
Sprekers: Hagen Goyvaerts, Magda Aelvoet
,
minister van Consumentenzaken, Volks-
gezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Hagen Goyvaerts, Magda Aelvoet
,
ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de
minister van Consumentenzaken, Volksgezond-
heid en Leefmilieu over "de proefpercelen voor
GGO's" (nr. 7011)
6
Question de Mme Colette Burgeon à la ministre
de la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "les parcelles
d'essais OGM" (n° 7011)
6
Sprekers: Colette Burgeon, Magda Aelvoet
,
minister van Consumentenzaken, Volks-
gezondheid en Leefmilieu
Orateurs: Colette Burgeon, Magda Aelvoet
,
ministre de la Protection de la
consommation, de la Santé publique et de
l'Environnement
CRIV 50
COM 723
23/04/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTE
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIETE
van
DINSDAG
23
APRIL
2002
10:30 uur
______
du
MARDI
23
AVRIL
2002
10:30 heures
______
De vergadering wordt geopend om 12.44 uur door Mme Yolande Avontroodt, voorzitter.
La séance est ouverte à 12.44 heures par mevrouw Yolande Avontroodt, présidente.
01 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid
en Leefmilieu over "het niet dringend ziekenvervoer" (nr. 6684)
01 Question de Mme Greta D'hondt à la ministre de la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "le transport non-urgent des malades" (n° 6684)
01.01
Greta D'hondt
(CD&V): Mevrouw de voorzitter, ik heb twee uren
moeten wachten om deze vraag te kunnen stellen. Hopelijk is het
antwoord van de minister des te bevredigender.
Mevrouw de minister, over deze problematiek heb ik u reeds in 2000
ondervraagd. Het niet-dringend ziekenvervoer en de reglementering
ervan was een van de prioriteiten van uw beleidsnota van 1999. Het
enige resultaat tot op heden is de schorsing van de inwerkingtreding
van het koninklijk besluit van april 1999 dat was uitgevaardigd door uw
voorganger en dat, los van de mankementen die het vertoonde, de
verdienste had een poging te willen doen om dit probleem te regelen.
Het stootte echter op een bevoegdheidsoverschrijding.
Na twee jaar veroorloof ik het mij opnieuw een vraag terzake te stellen,
niet alleen omdat het niet-dringend ziekenvervoer een prangend
maatschappelijk probleem blijft, maar ook omdat op dit ogenblik
niemand weet hoeveel diensten het niet-dringend ziekenvervoer
organiseren, onder welke voorwaarden dit gebeurt, met welke voertuigen
en aan welke prijs. Uit hoofde van de patiënt ontstaat verwarring inzake
de kwaliteit van de dienstverlening. Bovendien weet hij vooraf niet
hoeveel hij zal moeten betalen voor het gebruik van niet-dringend
ziekenvervoer.
Het vacuüm, dat ontstond door de opschorting van het koninklijk besluit
van april 1999, bestaat vandaag dus nog altijd. Volgens mij is er tot nu
toe nog steeds niets gebeurd om dat vacuüm op te vullen.
Mevrouw de minister, blijkbaar rekent u erop dat andere beleidsniveaus,
de gewesten of de gemeenschappen, hun verantwoordelijkheid zullen
opnemen. Daardoor zult u misschien een deel van uw bevoegdheid naar
die terreinen moeten doorschuiven. Uit het antwoord dat u mij gaf op 4
april 2000, bleek nochtans duidelijk dat dit een federale bevoegdheid is,
01.01
Greta D'hondt
(CD&V): Le
transport non urgent de malades
n'est toujours pas réglementé. Pour
toute mesure, Mme Aelvoet a
suspendu l'arrêté royal pris par son
prédécesseur.
Il n'y a pratiquement aucune
donnée disponible à propos de la
qualité, du prix et de l'ampleur du
transport non urgent de malades.
Le patient ne sait pas à quoi s'en
tenir.
Le vide créé par la suspension de
l'arrêté royal du 29 avril 1999
perdure.
La ministre Aelvoet espère
apparemment que les
Communautés règleront le
problème. Etant donné que ce
dossier ne progresse pas, le CD&V
a déposé une résolution par
laquelle il demande au
gouvernement de préciser la
répartition des compétences.
Où en est le dossier? Les
Communautés ont-elles déjà pris
des initiatives en ce qui concerne la
formation des ambulanciers? La
23/04/2002
CRIV 50
COM 723
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
dus uw bevoegdheid. Daarom meen ik dat terzake niet veel tijd meer
verloren mag gaan. Ik verwijs naar de besprekingen in de Kamer over
het wetsvoorstel van collega Pieters, maar ook naar wat in het Vlaams
Parlement werd aangekaart, onder meer door collega Riet Van
Cleuvenbergen. Naar aanleiding daarvan wil ik u de volgende vier
concrete vragen stellen.
Ten eerste, hoe ver staat het nu, na bijna drie jaar, met de
reglementering?
Ten tweede, werden op het niveau van de gemeenschappen concrete
stappen ondernomen voor de vorming van de ambulanciers? Ook bij de
bespreking van het wetsvoorstel-Pieters bleek dat ook vanuit de private
sector veel vragen en problemen bestaan over de verschillende
kwalificaties en de vereisten voor de vorming van de ambulanciers.
Ten derde, wanneer vond er nog een overleg plaats met uw collega's
van de gemeenschappen over het probleem van het dringend
ziekenvervoer?
De vierde en de belangrijkste vraag, komt er nog een reglementering
inzake het niet-dringend ziekenvervoer in deze legislatuur? Er rest ons
immers nog weinig tijd om een van de prioriteiten van de beleidsnota uit
te voeren. Blijft u bij de schorsing van het koninklijk besluit van 29 april
1999?
ministre a-t-elle organisé une
concertation avec ses collègues
des Communautés? Quand une
réglementation verra-t-elle le jour?
L'arrêté royal du 29 avril 1999 reste-
t-il suspendu?
01.02 Minister
Magda Aelvoet
: Mevrouw D'hondt, bij de aanvang van
de legislatuur werden wij benaderd door mensen die met het niet-
dringende ziekenvervoer hadden te maken. Zij vroegen wegens de
onuitvoerbaarheid van een aantal aspecten in ieder geval tot een
schorsing van het desbetreffende koninklijk besluit over te gaan. Los
van wie daarvoor bevoegd was, was er vanuit verschillende hoeken de
dringende roep dat het op de voorgeschreven manier niet kon.
Vervolgens zijn in de commissie voor de Volksgezondheid meerderheid
en oppositie naar aanleiding van het wetsvoorstel van de heer Pieters
begonnen met het uitwerken van een nieuwe regeling. Wij hebben een
aantal wijzigingen aangebracht aan het oorspronkelijk voorstel van de
heer Pieters. Dat werd voor advies aan de Raad van State voorgelegd.
Het advies was evenwel vernietigend inzake de federale bevoegdheid.
Hij stelt met name dat het geen gemengde bevoegdheid betreft en dat
het federale niveau geen bevoegdheid heeft. Naar aanleiding van die
uitspraak werd op 11 januari 2001 contact genomen met de Vlaamse
Gemeenschap om erop te wijzen dat het federale beleidsniveau geen
initiatieven kan nemen en dat wij ervan uitgaan dat de bal niet meer in
ons kamp ligt.
Normaal is de CD&V overigens vragende partij om ons strikt te houden
aan de adviezen van de Raad van State, zeker als het om
bevoegdheidskwesties gaat.
01.02
Magda Aelvoet
, ministre:
Au début de cette législature, j'ai
été contactée par le secteur du
transport non urgent de malades
qui m'a alors demandé de
suspendre l'arrêté royal de 1999.
Sur la base de la proposition de loi
Pieters, une nouvelle
réglementation a ensuite été
élaborée au sein de la commission
compétente.
Le Conseil d'Etat a explicitement
indiqué dans son avis que cette
matière ressortissait exclusivement
à la compétence des
Communautés. Le 11 janvier 2001,
j'ai pris contact avec le
gouvernement flamand pour
l'informer que la question du
transport non urgent de malades
faisait partie de ses attributions.
L'avis du Conseil d'Etat doit
naturellement être respecté.
01.03
Greta D'hondt
(CD&V): Mevrouw de minister, ik meen dat het
antwoord niet veel duidelijker kan zijn. Op het federale vlak zijn wij niet
langer bevoegd. Het is dus aan de gemeenschappen om de zaak te
regelen. Ik zal dat meedelen aan onze collega's in Vlaanderen. De
lectuur van het advies van de Raad van State in verband met het
wetsvoorstel-Pieters is duidelijk. De vraag is of als dat zo absoluut is,
de conclusie moet worden getrokken dat het federale niveau terzake
geen initiatieven meer moet nemen.
01.03
Greta D'hondt
(CD&V): La
réponse de la ministre est claire. Si
cette matière n'est pas du ressort
des pouvoirs publics fédéraux, les
Communautés doivent prendre
leurs responsabilités. J'en
informerai mes collègues du
Parlement flamand.
CRIV 50
COM 723
23/04/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
In ieder geval, ik zal de informatie op die manier aan onze collega's in
Vlaanderen doorspelen. Mevrouw de minister, op federaal vlak is echter
wel het koninklijk besluit geschorst. Als u het advies van de Raad van
State volgt, dan valt een nieuwe regeling niet onder uw bevoegdheid.
Handhaaft u dan de schorsing van het koninklijk besluit? Intussen is er
immers niets. Het koninklijk besluit van april 1999 bevat weliswaar een
aantal onvolkomenheden, maar het was ten minste iets. Nu hebben we
al bijna drie jaar niets meer. Het zal nog wel een tijdje duren voor de
Vlaamse en de Franse Gemeenschap hier uit raken. Ik hoef u
waarschijnlijk niet vertellen dat het op het terrein een indianenzaak is.
Kunt u de opschorting van het koninklijk besluit met al zijn
onvolkomenheden dat toch nog enige regeling inhield, niet opheffen?
Il n'empêche, l'arrêté royal a été
suspendu par les autorités
fédérales. Cette suspension reste-t-
elle d'actualité? S'il est vrai que cet
arrêté n'est pas parfait, aujourd'hui
le vide règne et il faudra
certainement attendre quelques
années avant que les
Communautés n'adoptent une
réglementation. La ministre
consent-elle à lever la suspension?
01.04 Minister
Magda Aelvoet
: Zoals ik u zei, werd op vraag van de
sector tot schorsing overgegaan. Er is nu bovendien een zeer duidelijke
uitspraak. Het opheffen van de schorsing zou dan het politieke
manoeuvre moeten zijn waarmee ik de anderen onder druk zet. U weet
dat er equipollentie is van de normgeving. Het succes is dus niet
gegarandeerd. Het enige zinvolle lijkt mij de beleidsmensen op
gemeenschapsniveau hierop attenderen.
Op vrij korte termijn zal een bijeenkomst plaatsvinden van de
interministeriële conferentie Volksgezondheid. U brengt mij op het idee
om het punt op dat moment ter sprake te brengen.
01.04
Magda Aelvoet
, ministre:
La suspension est intervenue à la
demande du secteur. L'avis du
Conseil d'Etat est clair. Il n'est pas
opportun de lever cette suspension.
Mais je rappellerai aux ministres
compétents leurs responsabilités
en la matière.
01.05
Greta D'hondt
(CD&V): Ik heb met die sector weliswaar niets
te maken, maar dat zou mij toch genoegen doen. Er wordt heel wat
gepraat over patiëntenrechten en dergelijke. Volgens mij ligt hier een
terrein braak waarin sprake is van onterechte praktijken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De
voorzitter
: Normaal gezien is het nu de beurt aan de heer Jef Valkeniers, maar ik zal eerst het woord
geven aan de heer Hagen Goyvaerts.
02 Vraag van de heer Hagen Goyvaerts aan de minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid
en Leefmilieu over "het drastisch terugbrengen van het aantal CT-scans bij kinderen" (nr. 6963)
02 Question de M. Hagen Goyvaerts à la ministre de la Protection de la consommation, de la Santé
publique et de l'Environnement sur "la diminution drastique du nombre de CT-scans chez les
enfants" (n° 6963)
02.01
Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Mevrouw de voorzitter,
mevrouw de minister, op 19 september van vorig jaar stelde ik u een
uitgebreide schriftelijke vraag omtrent de problematiek van de al te hoge
stralingsdosissen van CT-scans bij kinderen. Algemeen is geweten dat
kinderen die een CT-scan ondergaan, een hogere stralingsdosis
oplopen dan eigenlijk noodzakelijk is. Dat is te wijten aan het feit dat de
ingestelde parameters van de computergestuurde tomografen
gebaseerd zijn op menselijke fantomen, dus op volwassen personen.
Als gevolg daarvan kiezen die toestellen automatisch voor het meest
optimale beeld, wat voor kinderen aanleiding geeft tot hogere
stralingsdosissen. Er is voor die groep dus een verhoogd risico op
mogelijke kankerinductie of ontwikkelingsstoornissen op latere leeftijd,
alleen al omdat ze een hogere gevoeligheid aan de dag leggen voor
ioniserende straling.
Gelet op de ernst van het probleem hebt u toen een advies gevraagd
aan de Hoge Gezondheidsraad die haar antwoord eind januari
geformuleerd heeft. Blijkbaar neemt u de problematiek ter harte, want
02.01
Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Les enfants qui
passent un CT-scan reçoivent une
dose de rayonnements plus élevée
que nécessaire.
Un article de presse du 19 avril
révèle que la ministre a l'intention
d'étudier l'avis du Conseil supérieur
d'hygiène relatif à l'utilisation des
CT-scans chez les enfants. La
ministre a personnellement prôné
une réduction drastique du nombre
de CT-scans.
Quelles seront les modalités
concrètes de cette réduction?
Existe-t-il d'autres outils de
23/04/2002
CRIV 50
COM 723
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
uit een persbericht van afgelopen dinsdag 19 april blijkt dat u van plan
bent om het advies van de Hoge Gezondheidsraad te bestuderen. In het
bewuste artikel hebt u meteen gepleit voor een drastische vermindering
van het aantal CT-scans bij kinderen.
Omtrent die materie had ik u graag enkele vragen gesteld, mevrouw de
minister, en ik overloop ze volledigheidshalve voor het verslag.
Eerste vraag. Welke initiatieven of maatregelen zult u op al dan niet
korte termijn nemen om het aantal CT-scans bij kinderen te
verminderen? Welke alternatieve diagnosemiddelen bieden zich hier
aan?
Tweede vraag. Wat is de budgettaire weerslag hiervan op de begroting
voor dit jaar en desgevallend volgend jaar en later?
Derde vraag. Hebt u hierover overleg gepleegd met de minister van
Sociale Zaken? In welke mate kadert uw initiatief in de besparingen die
hij blijft doorvoeren in de sector van de ziekenhuizen en meer bepaald in
de sector van de medische beeldvorming?
Vierde vraag. Hoe denkt u over de problematiek met betrekking tot de
controle en de notulering van de stralingsdosissen? U weet dat de wet
voorschrijft dat er een registratie- en gegevensbank zou moeten zijn in
de ziekenhuizen. Dan ben ik weer bij de problematiek van de
stralingsfysici die normaal gezien de radiologen moeten bijstaan, maar
waarvoor er in de praktijk een aantal problemen zijn.
Vijfde vraag. Hoe denkt u het Federaal Agentschap voor Nucleaire
Controle hierbij te betrekken, zoals u in het artikel had gesuggereerd?
Welke opdracht denkt u het federaal agentschap toe te wijzen? Bent u
van oordeel dat het daarvoor voldoende middelen, kennis en personeel
ter beschikking heeft?
diagnostic?
Cette mesure a-t-elle fait l'objet
d'une concertation avec le ministre
des Affaires sociales?
Quel sera l'impact de cette mesure
sur le budget de l'année prochaine?
Comment comptez-vous résoudre
le problème de l'enregistrement et
du contrôle des doses de
rayonnement dans les hôpitaux?
De quelle manière l'Agence fédérale
de contrôle nucléaire (AFCN) sera-
t-elle associée aux contrôles des
doses d'irradiation? L'AFCN
dispose-t-elle de suffisamment de
moyens, de savoir-faire et de
personnel pour ce faire?
02.02 Minister
Magda Aelvoet
: Mijnheer Goyvaerts, naar aanleiding
van het advies van de Hoge Gezondheidsraad, dat in verschillende
delen werd bezorgd, zijn wij niet bij de pakken blijven zitten. Wij hebben
dat advies onder andere met een uitdrukkelijke vraag doorgespeeld aan
het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle. Het is het
Agentschap dat de bevoegdheid heeft om in deze een aantal initiatieven
en maatregelen te nemen. Wij hebben het FANC gevraagd hieraan de
nodige aandacht en urgentie te besteden.
Ik verstrek nog bijkomende informatie die we kortelings hebben
gekregen. Recent zijn er in Nederland gegevens bekendgemaakt, onder
andere van de hand van mevrouw Siska Zuur, waaruit blijkt dat de
incidentie van kanker bij kinderen die niet aan straling werden
blootgesteld, jaarlijks twee tot drie kinderen op duizend zou bedragen.
Volgens haar zou er een merkelijk verschil bestaan tussen kinderen die
aan straling werden blootgesteld, en kinderen die hieraan niet werden
blootgesteld. Toch merken de specialisten die wij raadpleegden, op dat
voornoemd getal hoog is. Zij stellen zich vragen, onder meer omtrent de
wijze waarop het werd berekend.
Wat de dosisreductie bij CT voor kinderen betreft, moet worden
opgemerkt dat de situatie in Europa gelukkig verschilt van die in de
Verenigde Staten. Het is een feit dat hoe sterker de straling is, hoe
beter het beeld is dat men verkrijgt. In de Verenigde Staten wordt de
factor van een beter en duidelijker beeld aangewend om zich te kunnen
indekken tegen mogelijk processen die worden aangespannen, en
dergelijke. Op dat vlak heerst er in Europa dus gelukkig genoeg een
02.02
Magda Aelvoet
, ministre:
L'avis du Conseil supérieur de
l'hygiène (CSH) a entre-temps été
remis à l'AFCN, qui a la
compétence d'élaborer un certain
nombre de mesures concrètes
concernant la politique à mener.
Il ressort d'une étude récente
menée aux Pays-Bas que la
survenance de cancers auprès
d'une population d'enfants qui ne
sont pas exposés à des radiations
serait de 2 à 3 cas sur 1000 par an.
Je fais remarquer que cette
estimation est encore jugée trop
élevée par certains spécialistes. Il
est exact que des mesures sont en
voie d'élaboration afin de réduire les
doses des CT-scans chez les
enfants.
Au niveau européen, on s'occupe
actuellement de réunir les
informations requises, démarche
qui devra aboutir à la rédaction
d'une directive concrète. Le but est
CRIV 50
COM 723
23/04/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
andere mentaliteit en wordt er nu reeds meer aandacht besteed aan
sterk stralingsgevaar bij kinderen.
Momenteel worden er Europese radioprotectierichtlijnen uitgewerkt
men zit in de eerste fase voor vier groepen van patiënten, namelijk
kinderen, CT-scan, interventionele imaging en screeningsonderzoeken.
Men is volop bezig met de vaststelling van de juiste stralingsdosis om
de beste kwaliteit van onderzoek te bereiken. De implementatie daarvan
in België loopt wel achterop. Oorspronkelijk was gepland dat men al in
2000 over alle gegevens zou beschikken. Nu is de inschatting dat we in
september 2002 alle aanvragers van RX-onderzoeken bij kinderen
informatie kunnen geven die het FANC zal verspreiden. Alle artsen
zullen van het FANC informatiemateriaal krijgen. Daarbij zullen wij de
aandacht vestigen op het meest geschikte onderzoek voor een bepaald
medisch probleem, waarbij men ook rekening houdt met alternatieve
onderzoeksmethodes, lagere straaldosissen enzovoort. Dat zal
allemaal in die informatie worden verwerkt.
Dokter Van Bladel, het medisch diensthoofd van het FANC, is na een
moeizame startperiode nu volop met de zaak bezig. Het streefdoel is
om guidelines met minder RX-onderzoeken uit te werken en, in ieder
geval, om minder opnames per onderzoek te doen en CT-scan te
vervangen door echo's en MRI. Het FANC zal op korte termijn de
Europese richtlijnen, in samenwerking met de Belgische verenigingen
voor radiologie, uitwerken om een procedure in België en een
dosislimiet per onderzoek op papier te kunnen zetten. Aansluitend bij
het bestaand koninklijk besluit over dosimetrie en bijscholing van
verpleegradiologie, blijft de moeilijkheid bestaan wie de controle op de
toepassing van de wet moet uitvoeren. Welke remediëring zal men
gebruiken en hoe zal het worden gefinancierd?
Ter illustratie, de referentiewaarden om een vermindering van de
stralingsdosissen te bereiken, zijn bekend. De screening door middel
van mammografie is in dat opzicht goed uitgewerkt. Daar kan men zien
dat onder meer de dosis voor de beste kwaliteit vastgelegd is. Het
FANC voert nu al controles uit in de ziekenhuizen naar de praktijk van
de radioloog in zijn geheel. Daarbij wordt het responsabiliseren van de
radiologen beklemtoond en wordt de verhouding tussen veiligheid en
kwaliteit onderzocht. Bij een sterke afwijking wordt een proces-verbaal
opgemaakt, maar meestal adviseert men een bepaalde vorm van
remediëring.
Wij hebben vernomen dat het FANC vraagt naar een betere
samenwerking met het Riziv en met Volksgezondheid, bijvoorbeeld door
gezamenlijke controles uit te voeren. Ik zal ervoor zorgen dat daar werk
van wordt gemaakt. Tijdens mijn tweewekelijkse overlegvergadering met
collega Vandenbroucke, die bevoegd is voor het Riziv, zal ik de kwestie
zeker aankaarten.
Overigens betreur ik dat de verplichte opleiding voor artsen inzake
radioprotectie, die in 1994 ingevoerd is, enkel nog verplicht is voor
jongere artsen. Oudere artsen hoeven die opleiding niet meer te volgen.
Ook die kwestie heeft Volksgezondheid uiteraard niet zomaar in de
hand; ze moet in ieder geval van nabij worden gevolgd.
Wat de repercussie op de budgetten betreft, wordt mij gesignaleerd dat
een MRI evenveel kost als een CT en op net dezelfde manier
gefinancierd wordt door het Riziv, terwijl echografie ronduit goedkoper
is. Kortom, een financieel probleem kan er normaal gezien niet zijn.
de délimiter la dose exacte
d'exposition aux rayons X pour
quatre catégories spécifiques de
patients, dont notamment les
enfants. D'ici le mois de septembre
2002, tout demandeur d'une
radiographie sera informé des
doses exactes de radiations.
Le docteur Van Bladel de l'AFCN
se consacre pleinement à ce
dossier. Des directives ont été
élaborées en ce qui concerne la
procédure et la dose limite à
respecter pour les différents
examens. L'objectif est, à terme,
une réduction des CT-scans au
profit des échographies et des
examens MRI.
Les modalités du contrôle de
l'application de ces directives, les
sanctions et les remèdes n'ont pas
encore été clairement définis.
J'ignore également qui se chargera
d'imposer ces sanctions et
comment ces mesures seront
financées.
L'AFNC étudie actuellement le
fonctionnement des services de
radiologie et les doses de
rayonnement utilisés. En cas
d'écart trop important par rapport à
la norme, un procès verbal est
rédigé et un avis de remédiation est
formulé.
L'AFCN réclame une plus grande
collaboration avec l'INAMI et le
ministère de la Santé. Je compte
me concerter avec le ministre
Vandenbroucke à ce sujet.
Il est regrettable que le cours de
radioprotection ne soit plus
obligatoire que pour les jeunes
médecins. Je dois préciser que
cette matière n'est pas de mon
ressort.
Sur le plan budgétaire, la mesure
ne devrait pas poser de problème
puisque le coût et le
remboursement de l'examen MRI
sont identiques à ceux du CT-scan.
L'échographie est même moins
chère.
23/04/2002
CRIV 50
COM 723
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
02.03
Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Mevrouw de minister, ik
dank u voor uw uitgebreid en technisch antwoord. In grote lijnen ben ik
het met uw antwoord eens. In Vlaanderen kiest men voor 0,2% of 0,3%
van de diagnoseonderzoeken voor MRI. MRI blijft natuurlijk een speciale
infrastructuur vergen. Het aantal CT-scans verminderen en ze onder de
noemer MRI schuiven, zal in de praktijk dus niet zo goed lukken.
Echografie kan waarschijnlijk in een aantal diagnoses bij kinderen
soelaas brengen voor het geschetste probleem.
Wat de mentaliteitswijziging bij de jonge artsen betreft, zij moeten
inderdaad de cursus inzake radioprotectie volgen. Wij moeten maar
afwachten hoe bij de ouderen de mentaliteit om radiografie anders te
interpreteren, slijt. In de diagnostiek moet men natuurlijk altijd de
afweging maken tussen justificatie en optimalisatie, dat is de eeuwige
afweging tussen de voordelen en de risico's van de blootstelling aan
radiografie.
Mevrouw de minister, wij noteren dat u van plan bent met uw collega
Vandenbroucke na te kijken welke controle het Riziv mee moet
uitvoeren. Voorts zullen wij uw initiatieven terzake afwachten. Indien
nodig zullen wij later op de zaak terugkomen.
02.03
Hagen Goyvaerts
(VLAAMS BLOK): Je remercie la
ministre pour sa réponse
circonstanciée. La technique MRI
n'est encore que très peu utilisée
en Flandre car elle requiert un
appareillage particulier.
L'echographie peut constituer une
solution pour certains enfants.
La mentalité des jeunes médecins
peut changer. J'attends les
initiatives de la ministre en la
matière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Question de Mme Colette Burgeon à la ministre de la Protection de la consommation, de la
Santé publique et de l'Environnement sur "les parcelles d'essais OGM" (n° 7011)
03 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid
en Leefmilieu over "de proefpercelen voor GGO's" (nr. 7011)
03.01
Colette Burgeon
(PS): Madame la présidente, madame la
ministre, la presse s'est faite l'écho ces derniers jours de votre intention
de saisir le conseil de bio-sécurité sur l'opportunité de nouvelles
expériences OGM.
Alors que près de 11 hectares d'expérimentation existent actuellement
en Flandre et en Wallonie, vous vous interrogez sur les risques de
contamination que font peser les OGM sur l'agriculture biologique et
conventionnelle et sur le contrôle d'éventuelles contaminations.
En Wallonie, l'association "Nature et Progrès" lance une campagne
auprès des communes pour qu'elles refusent toute implantation de
culture d'OGM sur leur territoire. Aussi, je me permettrai de vous poser
plusieurs questions.
1. Quelles sont les questions que vous avez posées au conseil de bio-
sécurité? Avez-vous déjà reçu des réponses? Quelles sont-elles?
Quelle est votre décision?
2. L'article 135 de la nouvelle loi communale, §2, alinéa 5 prévoit qu'il
revient aux communes, je cite: "de prévenir par les précautions
convenables, les accidents et les fléaux calamiteux". Cet article est-il
d'application en matière d'OGM? Quelles sont les limites exactes des
compétences exercées par les communes en ce domaine? En d'autres
termes, au niveau communal, peut-on déclarer qu'une commune est
une zone sans OGM alimentaires et non alimentaires non confinés?
Quel est alors le rôle des régions et du fédéral à cet égard?
3. En autorisant des essais en plein champ, les autorités fédérales et
communales se rendent-elles co-responsables des effets néfastes
éventuels qu'auraient des pollutions génétiques sur la population en
03.01
Colette Burgeon
(PS): U
wou de Raad voor Bioveiligheid over
de mogelijke toepassing van de
nieuwe ervaringen met GGO
aanvatten om de vragen aan te
kaarten die rijzen over het
besmettingsgevaar in de
biologische en conventionele
landbouw en over de controle van
eventuele besmettingen.
Welke vragen hebt u gesteld aan
de Raad voor Bioveiligheid? Hebt u
hierop antwoorden gekregen en zo
ja, welke? Wat is uw beslissing?
De gemeentewetgeving bepaalt dat
de gemeenten bevoegd zijn om
plagen te voorkomen. Geldt dit ook
voor GGO's? Hoe ver gaan de
bevoegdheden van de gemeenten?
Welke rol spelen de Gewesten en
de federale staat?
Zijn de federale en gemeentelijke
overheden niet
medeverantwoordelijk voor de
eventuele kwalijke gevolgen door
proeven in het vrije veld toe te
laten?
CRIV 50
COM 723
23/04/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
général et sur la production biologique?
Je vous remercie des réponses que vous voudrez bien me donner.
03.02
Magda Aelvoet,
ministre: Madame la présidente, toute une
série d'essais sont en cours au niveau de la phase intermédiaire. Avant
cela, il existe la phase labo et après cela, la phase d'utilisation en-
dehors des champs d'essai. Dans le cas présent, il s'agit de nouvelles
demandes concernant des champs d'essai où certaines nouvelles
cultures OGM devront être testées.
J'ai reçu cinq demandes. Une demande a été refusée, celle d'une firme
néerlandaise qui avait déjà introduit la même demande aux Pays-Bas
et se l'est vue refuser. Compte tenu du refus aux Pays-Bas, je ne vois
pas pourquoi nous devrions accepter. De plus, il est apparu au sein du
comité pour la bio-sécurité que les experts ne sont pas d'accord sur
l'évaluation des risques.
Pour ce qui concerne les quatre autres demandes qui me sont
soumises, j'ai posé deux types de questions. Primo, une série de
questions faisant purement référence à l'évaluation des risques,
notamment en me référant à une récente étude européenne sur le flux
des gènes. J'ai demandé si les éléments apparus dans cette étude
avaient été pris en compte. Secundo, une série de questions fait appel
aux liens entre l'évaluation et la gestion du risque. Là, le problème
principal est de savoir s'il n'y a pas un danger d'éventuels essaimages,
pollutions, transport par le vent, etc.. J'ai demandé si ce risque avait été
calculé au niveau de la gestion des champs d'essai et de quelle
manière.
Je n'ai pas encore reçu la réponse. Elle doit m'être remise le 26 avril
prochain au plus tard puisque je dois rapidement prendre une décision
étant donné que la période de semailles sera bientôt terminée. Il ne faut
pas que les essais deviennent impossibles à réaliser.
En ce qui concerne votre question portant sur la nouvelle loi
communale, il est clair que cet article n'est pas applicable pour les
OGM. En effet, l'usage d'OGM non confinés et disséminés
délibérément moyennant autorisation écrite, est organisé par une
directive européenne. Ici, il est question de la dissémination délibérée.
Il s'agit donc d'une utilisation après la période des champs d'essai.
C'est donc une autre phase d'utilisation de certains OGM.
En aucun cas, la directive ne permet de placer dans un environnement
non confiné des OGM qui représenteraient un danger pour la santé ou
l'environnement. La dernière phase du test est précisément les champs
d'essai.
La décision d'interdire la culture des plantes génétiquement modifiées
n'est pas de compétence communale. Elle doit être prise par le
ministre fédéral de la Santé publique, avec avis contraignant des
ministres régionaux de l'Environnement.
Dans ce contexte, je vous signale qu'en ce qui concerne les cinq
demandes que j'ai reçues, la Région wallonne ne relève aucun
problème, tandis que la Région flamande a soulevé le problème de
l'essai que j'ai interdit entre-temps. Puisque vous m'interrogez à ce
sujet, je puis vous dire que M. Happart n'a donc eu aucune objection en
la matière.
Vous m'avez également interrogée au sujet de la responsabilité des
03.02
Minister
Magda Aelvoet
:
Momenteel lopen er verscheidene
proeven. Ze bevinden zich tussen
de laboratorium- en de
toepassingsfase. Ik heb vijf
aanvragen gekregen voor
proefvelden waarvan een werd
geweigerd omdat ze afkomstig was
van een Nederlandse firma wier
aanvraag al in Nederland was
geweigerd. Voor deze aanvraag zijn
de deskundigen van de Raad voor
Bioveiligheid ook niet tot een
overeenstemming kunnen komen
over de omvang van de risico's.
De vier andere verzoeken leidden
tot twee soorten vragen: over de
risico-evalutie in verband met een
Europese studie betreffende de
genenstromen en over het verband
tussen de evaluatie en het
risicobeheer. Het antwoord wordt
uiterlijk voor 26 april verwacht.
De nieuwe gemeentewet is niet van
toepassing voor de GGO's. Er
bestaat een Europese richtlijn
betreffende de bewuste
verspreiding. Zij voorziet in geen
enkele mogelijkheid om genen in
de natuur te verspreiden wanneer
hun onschadelijkheid niet door
voorafgaande tests is aangetoond.
Een beslissing terzake ressorteert
niet onder de bevoegdheid van de
gemeente, maar onder die van de
federale minister van
Volksgezondheid, die vooraf het
advies van de Gewesten dient in te
winnen. In tegenstelling tot het
Vlaamse Gewest maakte het
Waalse Gewest van geen enkel
probleem gewag.
De Europese autoriteiten oordelen
dat de verantwoordelijkheid bij de
producent ligt. Als de gemeente
echter bijvoorbeeld inzake de
restaurants een specifieke
verantwoordelijkheid op zich wil
nemen, kan zij dat. Niet de federale
of de gemeentelijke overheden
maar degene die de vergunning
krijgt, is verantwoordelijk voor
eventuele schade. Hij of zij dient
vooraf een verklaring in die zin af te
23/04/2002
CRIV 50
COM 723
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
établissements. Selon le principe adopté par l'Union européenne, la
responsabilité incombe au producteur. C'est la firme qui prend la
décision de planter qui engage sa responsabilité.
En ce qui concerne les cafétérias et restaurants de la commune, la
situation est simple. La commune peut assumer une responsabilité
spécifique. Si elle décide que les produits OGM dérivés ne peuvent être
utilisés dans les restaurants dépendant de la commune, ceux-ci
peuvent toujours s'adresser aux fournisseurs qui se ravitaillent auprès
d'agriculteurs, soit conventionnels, soit utilisant des méthodes
biologiques.
Il y en a suffisamment qui n'ont pas recours aux OGM.
De plus, le système d'étiquetage et de traçabilité actuellement peaufiné
au plan européen tend à clarifier nettement la situation, de façon à
permettre aux consommateurs de choisir en connaissance de cause.
En la matière, les communes peuvent également agir.
Pour ce qui est de l'autorisation des essais en champs, les autorités
fédérales et communales déclinent toute responsabilité. Donc,
l'obtenteur de l'autorisation est responsable vis-à-vis d'éventuels
dommages aux tiers et à l'environnement. Une déclaration en ce sens
du demandeur d'agréation est d'ailleurs exigée par l'arrêté royal précité
qui organise des procédures d'évaluation et d'autorisation. Ces
déclarations non confidentielles figurent au dossier.
En ce qui concerne la pollution génétique, la responsabilité du Conseil
de biosécurité et des comités scientifiques est d'évaluer, au cas par
cas, la biosécurité de chaque OGM et de conseiller les autorités de
n'en laisser entrer aucun dans l'environnement s'il s'avérait être
suspect pour une quelconque raison scientifique.
L'agriculture biologique exclut l'usage des OGM. Dans le passé,
l'impact d'un champ d'essai sur l'agriculture biologique n'était pas pris
en compte lors des décisions ministérielles.
Eu égard aux demandes d'expérimentation pour cette année, j'ai
demandé aux services du ministère de l'Agriculture de vérifier la
distance entre les sites d'expérimentation des essais en champs et les
champs bio. Le champ bio le plus proche est situé à environ 10 km du
champ d'essai et il ne s'agit pas de la même espèce de plante. Le
risque de transfert d'éléments OGM vers un champ bio est donc nul
pour les demandes d'autorisation de cette année.
Toutefois, je tiens à vous signaler qu'après réception de l'avis du 26
avril concernant les questions supplémentaires que j'ai posées, je
prendrai les décisions qui seront, bien entendu, communiquées
publiquement.
leggen. De deskundigencomités
dienen de genetische risico's van
de GGO's geval per geval te
onderzoeken en kunnen op grond
van wetenschappelijke argumenten
bepaalde GGO's weigeren. Inzake
de aanvragen betreffende
experimenten dient het ministerie
van Landbouw de vereiste afstand
tussen testsites en biologische
velden vast te stellen.
Het dichtst bij gelegen biologisch
veld ligt op 10 km en het gaat niet
om dezelfde plantensoort. Het
gevaar van overdracht is dus tot een
minimum beperkt. Zodra ik het
advies heb gekregen uiterlijk 26
april zal ik een beslissing nemen.
03.03
Colette Burgeon
(PS): Madame la ministre, je vous remercie
pour votre réponse et voudrais émettre quelques considérations.
Bien entendu, il faut rester cohérent: si les Pays-Bas émettent un
refus, il est évident que la Belgique leur emboîtera le pas. Notre pays
est tellement petit par rapport au monde!
Quant aux réponses dont vous n'êtes pas encore en possession,
voudriez-vous nous en faire part dès que vous les recevrez?
03.03
Colette Burgeon
(PS): Het
is logisch dat wat in Nederland
werd geweigerd ook in België van
de hand zou worden gewezen. Kan
u ons de antwoorden van de bio-
ethische raad bezorgen?
03.04
Magda Aelvoet,
ministre: Aucun problème!
03.04
Minister
Magda Aelvoet
:
CRIV 50
COM 723
23/04/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Ja.
03.05
Colette Burgeon
(PS): Supposons qu'une commune décrète
que les restaurants sis sur son territoire ne serviront aucun aliment
contenant des OGM. Quel est le pouvoir de la commune par rapport
au(x) restaurateur(s) qui ne respecte(nt) pas cette décision
communale?
03.05
Colette Burgeon
(PS):
Wat kan een gemeente
ondernemen wanneer een
restaurateur, bijvoorbeeld, het
verbod GMO's te verwerken,
negeert?
03.06
Magda Aelvoet,
ministre: Les instances communales ont une
possibilité de réaction immédiate: ne plus jamais commander quoi que
ce soit chez ce restaurateur. C'est la punition la plus rapide et la plus
efficace. Par ailleurs, s'il y a eu tromperie, des procédures peuvent être
entamées auprès du ministère des Affaires économiques.
03.06
Minister
Magda Aelvoet
:
Er is een efficiënte oplossing:
ermee dreigen elders te gaan. Maar
als er bedrog in het spel is, is in
een procedure voorzien op het
niveau van het ministerie van
Economische Zaken.
03.07
Colette Burgeon
(PS): Si j'ai bien compris, vous certifiez qu'au
niveau des parcelles de terre, la commune n'est pas compétente, mais
bien le ministère.
03.07
Colette Burgeon
(PS): Is
de gemeente verantwoordelijk
wanneer een perceel voor GGO's-
teelten wordt aangewend?
03.08
Magda Aelvoet,
ministre: Non, ce domaine ne relève pas de la
responsabilité des communes.
03.08
Minister
Magda Aelvoet
:
De gemeente is daar niet voor
verantwoordelijk.
03.09
Colette Burgeon
(PS): Vous l'aurez compris, ma question
visait surtout à rassurer les bourgmestres qui paniquaient depuis qu'ils
avaient reçu la lettre.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
De
voorzitter
: De vragen nrs. 6947, 6992 en 7004 van de heren Jef Valkeniers en Servais Verherstraeten en
de interpellatie nr. 1221 van mevrouw Annemie Van de Casteele worden naar een latere datum verschoven.
La réunion publique de commission est levée à 13.18 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 13.18 uur.