B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
Handelingen
Annales
I
NTEGRAAL VERSLAG
VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE
C
OMPTE RENDU INTÉGRAL
DE LA RÉUNION PUBLIQUE DE LA
COMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE
A
LGEMENE
Z
AKEN
EN HET
O
PENBAAR
A
MBT
COMMISSION DE L
'I
NTÉRIEUR
,
DES
A
FFAIRES GÉNÉRALES
ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
VAN
DU
14-06-2000
14-06-2000
HA 50
COM 234
HA 50
COM 234
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
2
HA 50
COM 234
AGALEV-ECOLO
:
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP
:
Christelijke Volkspartij
FN
:
Front National
PRL FDF MCC
:
Parti Réformateur libéral - Front démocratique francophone - Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS
:
Parti socialiste
PSC
:
Parti social chrétien
SP
:
Socialistische Partij
VLAAMS BLOK
:
Vlaams Blok
VLD
:
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
:
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 : Parlementair Document van de 50e zittingsperiode +
DOC 50 0000/000 : Document parlementaire de la 50e
het nummer en het volgnummer
législature, suivi du n° et du n° consécutif
QRVA
: Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
: Questions et Réponses écrites
HA
: Handelingen (Integraal Verslag)
HA
: Annales (Compte Rendu Intégral)
BV
: Beknopt Verslag
CRA
: Compte Rendu Analytique
PLEN
: Plenumvergadering
PLEN
: Séance plénière
COM
: Commissievergadering
COM
: Réunion de commission
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Officie¨le publicaties uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Commandes :
Bestellingen :
Place de la Nation 2
Natieplein 2
1008 Brussel
1008 Bruxelles
Tél. : 02/549 81 60
Tel. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
www.deKamer.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Inhoud
Woensdag 14 juni 2000
COMMISSIE VOOR DE BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE
ZAKEN
EN
HET
OPENBAAR
AMBT
COM 234
Mondelinge vraag van de heer Marcel Hendrickx aan de
minister van Binnenlandse Zaken over
de zorg voor een
gebrek aan bescherming en veiligheid in het land door de
totale inzet van de rijkswacht voor Euro 2000
(nr. 2093)
5
sprekers : Marcel Hendrickx, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Samengevoegde mondelinge vragen van de dames Ka-
rine Lalieux en Ge´raldine Pelzer-Salandra en de heren
Jean-Pierre Detremmerie en Claude Desmedt aan de
minister van Binnenlandse Zaken over
de overdreven
veiligheidsmaatregelen op 10 juni 2000 tijdens Euro 2000
(nrs. 2096, 2100, 2105 en 2106)
7
sprekers : Karine Lalieux, Ge´raldine Pelzer-Salandra,
Jean-Pierre Detremmerie, Claude Desmedt, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Sommaire
Mercredi 14 juin 2000
COMMISSION
DE
L'INTE
´ RIEUR, DES AFFAIRES
GE
´ NE´RALES ET DE LA FONCTION PUBLIQUE
COM 234
Question orale de M. Marcel Hendrickx au ministre de
l'Inte´rieur sur
le reme`de a` un manque de protection et de
se´curite´ dans le pays a` cause du de´ploiement total de la
gendarmerie dans le cadre de l'Euro 2000
(n° 2093)
5
orateurs : Marcel Hendrickx, Antoine Duquesne, mi-
nistre de l'Inte´rieur
Questions orales jointes de Mmes Karine Lalieux et Ge´-
raldine Pelzer-Salandra et MM. Jean-Pierre Detremmerie
et Claude Desmedt au ministre de l'Inte´rieur sur
la
se´curite´ excessive ce 10 juin 2000 lors de l'Euro 2000
(n
os
2096, 2100, 2105 et 2106)
7
orateurs : Karine Lalieux, Ge´raldine Pelzer-Salandra,
Jean-Pierre Detremmerie, Claude Desmedt, Antoine
Duquesne, ministre de l'Inte´rieur
HA 50
COM 234
3
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
4
HA 50
COM 234
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
COMMISSION DE L'INTE´RIEUR,
DES AFFAIRES GE´NE´RALES
ET DE LA FONCTION PUBLIQUE
COMMISSIE VOOR DE BINNENLANDSE
ZAKEN, DE ALGEMENE ZAKEN
EN HET OPENBAAR AMBT
RE
´ UNION PUBLIQUE DU
MERCREDI 14 JUIN 2000
OPENBARE VERGADERING VAN
WOENSDAG 14 JUNI 2000
De vergadering wordt geopend om 15.02 uur door de
heer Tony Smets, voorzitter.
La re´union est ouverte a` 15.02 heures par M. Tony
Smets, pre´sident.
Mondelinge vraag van de heer Marcel Hendrickx aan
de minister van Binnenlandse Zaken over
de zorg
voor een gebrek aan bescherming en veiligheid in
het land door de totale inzet van de rijkswacht voor
Euro 2000
(nr. 2093)
Question orale de M. Marcel Hendrickx au ministre de
l'Inte´rieur sur
le reme`de a` un manque de protection
et de se´curite´ dans le pays a` cause du de´ploiement
total de la gendarmerie dans le cadre de l'Euro 2000
De heer Marcel Hendrickx (CVP) : Mijnheer de voorzit-
ter, mijnheer de minister, collega's, ik wil vooraf meede-
len dat de CVP niet wenst te participeren aan de kritiek
die de politie deze dagen krijgt omwille van de moeilijk-
heden in Brussel. De opdracht van deze mensen is
bijzonder delicaat. Tijdens de drie weken die nu nog voor
de boeg liggen, zal van hen bijzonder veel worden
gevergd. Dat belet niet dat er moet worden nagedacht
over de gebruikte middelen, zoals de traangaspistolen.
Mijnheer de minister, Euro 2000 moest een feest worden.
De eerste wedstrijd tussen Belgie¨ en Zweden en ook de
daaropvolgende wedstrijden zijn dat gelukkig geworden,
zowel op sportief als op organisatorisch vlak. Men mag
zich hierop niet blind staren. Met moet ook oog hebben
voor de moeilijkheden die zich in het land voordoen
doordat blijkbaar alle capaciteit van de rijkswacht door de
federale overheid voor Euro 2000 is opgeslorpt.
We moeten ons afvragen of dit land - behoudens in de
voetbalstadions - nog wel is beveiligd ? Hoe en met
welke manschappen zal men optreden bij andere orde-
verstoringen of calamiteiten die niet direct met voetbal te
maken hebben ? In Turnhout is dit zeer sterk aan het licht
gekomen naar aanleiding van de staking van de cipiers in
de gevangenissen en het daardoor ontstane tekort aan
manschappen voor de ordediensten en de veiligheid
rond Euro 2000. In Lichtaart en Tielen - die deel uitmaken
van de IPZ-Turnhout - verblijft en traint de Belgische
ploeg. Het rijkswachtdistrict van Turnhout heeft ook veel
gevangenissen. Ik denk aan de gevangenissen van
Turnhout, Merksplas en Hoogstraten. De staking heeft
aangetoond dat er in dit land, behoudens Euro 2000,
geen veiligheid kan worden verzekerd. De inspanningen
om via Euro 2000 het Belgisch imago in het buitenland op
te krikken, cree¨ert daardoor een hoogst gevaarlijke toe-
stand.
Ik wil dit met een concreet geval illustreren. De minister
weigerde - vermoedelijk ook vanwege de negatieve
publiciteit die dit zou kunnen veroorzaken - het leger in te
zetten voor de bewaking van de gevangenissen. Daarom
moest de rijkswacht deze opdracht vervullen. Het
rijkswachtdistrict van Turnhout had eerder de opdracht
gekregen twee pelotons - 160 manschappen - voor Euro
2000 in te zetten. Ee´n van die pelotons was voor de
speelsteden bestemd, het andere peloton kon in principe
in het eigen district werken ter versterking van de ge-
meentelijke politie. Dit tweede peloton werd wel ingezet
voor de bewaking van de gevangenissen, zodat het
aantal nog in te zetten manschappen op lokaal vlak zeer
miniem was. De woordvoerster heeft zaterdagavond in
een televisie-interview duidelijk verklaard dat alle capa-
citeiten waren opgebruikt en dat zelfs niet eens alle
basisopdrachten konden worden vervuld. Dit alles had tot
gevolg dat heel wat orde- en veiligheidsdiensten naar de
politie werden doorgeschoven. In de Turnhoutse regio
werd de politie ook ingezet voor de bewaking en de
beveiliging van de Belgische ploeg. Onder meer de
politie van Turnhout kampte daardoor voorbije zaterdag
met een capaciteitstekort. Dit had tot gevolg dat bij zeer
ernstige incidenten - die zich in de nacht van zaterdag op
zondag voordeden - onvoldoende manschappen ter be-
schikking waren. Bij een bestorming van het politiebu-
HA 50
COM 234
5
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Marcel Hendrickx
reau door 200 tot 300 dronken, woeste vechtersbazen,
die hun voorgeleide makkers wilden komen bevrijden,
was het uiteindelijk alleen aan de koelbloedigheid van de
politie te danken dat er zich geen zwaardere incidenten
voordeden.
Ik wil mezelf een fervent voetballiefhebber noemen en ik
vind dat voor de veiligheid tijdens Euro 2000 grote
inspanningen mogen en moeten worden geleverd. Het
mag evenwel niet tot gevolg hebben dat de rest van het
land in een chaos verzeild.
Ik wil tot slot de minister een aantal zeer concrete vragen
stellen.
Ten eerste, welke capaciteit aan veiligheidspersoneel,
dat niet is ingezet voor Euro 2000, is op dit ogenblik nog
beschikbaar in het land en dan vooral op het ogenblik dat
er een wedstrijd wordt gespeeld ? Ik heb het vooral over
de rijkswacht.
Ten tweede, waarom weigerde de minister het leger in te
zetten voor de bewaking van de gevangenissen ? De
woordvoerster van de rijkswacht bevestigde nochtans
dat alle capaciteit bij de rijkswacht was uitgeput als men
ook nog eens de gevangenissen moest bewaken. Op dat
moment kon zelfs de basispolitiezorg niet meer worden
vervuld.
Ten derde, indien de staking in de gevangenissen en
meer bepaald in Merksplas zich in de volgende dagen
zou herhalen - op dit ogenblik heeft men de zondags-
dienst ingevoerd - en de minister absoluut blijft weigeren
het leger in te zetten, heeft de minister dan nog aanvul-
lende middelen om de orde en de veiligheid in het land en
meer specifiek in de streek van Turnhout te verzekeren ?
Ten slotte, naar aanleiding van het verblijf en de oefen-
wedstrijden van Belgie¨ in dit gebied was aanvankelijk de
afspraak gemaakt tussen de politie van de IPZ-Turnhout
en de rijkswacht dat de politie het onthaal zou vervullen
terwijl de rijkswacht voor de veiligheid zou instaan. Het
voorbije weekend diende de politie evenwel ook de
veiligheid te garanderen wat een belangrijke extra inzet
aan manschappen en dus ook middelen betekende.
Voorziet de minister hiervoor een financie¨le tegemoetko-
ming voor de betrokken stads- en gemeentebesturen ?
M. Antoine Duquesne, ministre : Monsieur le pre´sident,
je remercie M. Hendrickx de la volonte´ qu'il exprime
d'e^tre se´rieux et responsable. Je crois que c'est bien utile
et ne´cessaire dans le contexte que nous connaissons.
C'est un exemple que certains devraient d'ailleurs suivre.
Cela e´tant, quand on a la volonte´ d'e^tre se´rieux et
responsable, il faut aller jusqu'au bout de l'exercice. Il
s'agit en l'espe`ce, sur la base de la question que vous me
posez, de ne pas faire croire aux citoyens que, pour
cause d'Euro 2000, les services ordinaires de police ne
seraient pas assure´s ou que me^me, selon le mot que
vous avez utilise´, le chaos re´gnerait !
J'ai eu la chance de me de´placer un peu partout sur le
territoire du royaume pendant le week-end - qui e´tait celui
de la Penteco^te - pour cause d'Euro 2000. Je n'ai
vraiment pas eu d'impression de chaos, je n'ai pas eu
l'impression que les services e´taient submerge´s, au
contraire ! J'ai me^me eu l'impression, en matie`re de
mobilite´, qu'il y avait peut-e^tre une plus grande fluidite´
que d'habitude.
En ce qui concerne votre premie`re question, l'engage-
ment de l'arme´e n'e´tait pas ne´cessaire. Sur la base des
donne´es disponibles et des contacts personnels que j'ai
eus avec l'e´tat-major de la gendarmerie et spe´cialement
le commandant de la gendarmerie, il e´tait encore possi-
ble d'engager du personnel de la gendarmerie sans
mettre pour autant le dispositif de l'Euro 2000 et le travail
de la police de base en danger. Par conse´quent, il y avait
suffisamment de policiers disponibles pour les diffe´rentes
ta^ches policie`res.
En ce qui concerne votre deuxie`me question, le maintien
de l'ordre a` l'occasion de l'Euro 2000 implique effective-
ment de gros efforts pour nos services de police. Ainsi,
les repos et conge´s du personnel de la gendarmerie et de
certaines polices locales ont e´te´ suspendus. Par la prise
de ces mesures, nous avons re´ussi a` faire assurer le
service normal a` la population par la gendarmerie terri-
toriale. Par le biais de la suspension de l'instruction au
sein de l'Ecole royale de gendarmerie, la gendarmerie a
pu re´unir 80 pelotons entrai^ne´s et e´quipe´s pour le
maintien de l'ordre. Ce potentiel de plus ou moins 3 500
gendarmes a e´te´ en partie engage´ : plus ou moins 1 700
hommes pour le maintien de l'ordre, dans les villes de
jeux, au moment des rencontres. La capacite´ restante a
e´te´ engage´e sur l'ensemble du territoire pour ge´rer
d'autres e´ve´nements.
En ce qui concerne votre troisie`me question, si des
gre`ves de gardiens de prison se reproduisaient -et, pour
l'instant, rien ne semble indiquer qu'il en sera ainsi-, il
existe malgre´ tout un certain nombre de possibilite´s pour
garantir le maintien de la police de base. Nous pensons
entre autres a` la suppression de certaines missions de la
gendarmerie qui seraient a` ce moment moins prioritaires
et dont la suppression ne repre´senterait aucun inconve´-
nient majeur.
Enfin, en ce qui concerne votre quatrie`me question, un
dispositif de se´curite´ est bien entendu un e´le´ment dyna-
mique, ce qui veut dire qu'a` tout moment, le travail doit
pouvoir e^tre e´value´ en fonction des donne´es re´elles du
terrain. Cela signifie que lorsque la gendarmerie ne
dispose pas de suffisamment de personnel, le transfert
6
HA 50
COM 234
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Antoine Duquesne
des ta^ches a` la police locale doit e^tre examine´. Ce
transfert ne pose pas de proble`me puisqu'il s'agit de
missions qui rele`vent du travail de la police de base. Il n'y
a donc aucune raison pour que l'exe´cution de ces ta^ches
soit finance´e par l'Etat.
De heer Marcel Hendrickx (CVP) : Mijnheer de minister,
ik dank u voor uw antwoord. U neemt toch wel een paar
bochten om een aantal vragen. Ik sprak over het gevaar
voor een chaos die zich niet in een normale toestand kan
voordoen maar wel bij calamiteiten zoals dit reeds in
Turnhout het geval was met de staking van de cipiers
waar het duidelijk was dat er geen manschappen ter
beschikking stonden. U spreekt bovendien in uw ant-
woord de woordvoerster van de rijkswacht tegen die zei
dat alle capaciteit was opgebruikt en bovendien niet aan
de basispolitiezorg kon worden voldaan.
Mijnheer de minister, u moet eens goed nagaan op welke
manier u de volgende dagen de orde en de veiligheid in
dit land zult organiseren, buiten Euro 2000, in de steden
waar geen wedstrijden plaatsvinden en in de plaatsen
waar zich mogelijk moeilijkheden kunnen voordoen. Ik
vind dat u zich terzake iets te gemakkelijk opstelt.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Questions orales jointes de Mmes Karine Lalieux et
Ge´raldine Pelzer-Salandra et MM. Jean-Pierre De-
tremmerie et Claude Desmedt au ministre de l'Inte´-
rieur sur
la se´curite´ excessive ce 10 juin 2000 lors
de l'Euro 2000
(n
os
2096, 2100, 2105 et 2106)
Samengevoegde mondelinge vragen van de dames
Karine Lalieux en Ge´raldine Pelzer-Salandra en de
heren Jean-Pierre Detremmerie en Claude Desmedt
aan de minister van Binnenlandse Zaken over
de
overdreven veiligheidsmaatregelen op 10 juni 2000
tijdens Euro 2000
(nrs. 2096, 2100, 2105 en 2106)
Mme Karine Lalieux (PS) : Monsieur le pre´sident, mon-
sieur le ministre, chers colle`gues, ce samedi 10 juin, le
plus grand e´ve´nement me´diatico-sportif jamais organise´
sur le territoire belge a officiellement de´bute´, entrai^nant
dans son sillage les plus folles espe´rances et les plus
funestes craintes.
Co^te´ espe´rances, le cou^t d'envoi a e´te´ pluto^t favorable a`
la Belgique puisque nos joueurs nous ont de´ja` offert une
belle victoire dont nous nous re´jouissons.
Il est toutefois regrettable qu'une gestion excessive de la
se´curite´ ait confisque´ la fe^te aux citoyens belges ou
e´trangers et particulie`rement aux habitants de Bruxelles.
Monsieur le ministre, quelle est la raison de ce
deux
poids, deux mesures
dans le dispositif policier ?
A Lie`ge, Charleroi, Arnhem, Eindhoven, la pre´sence
policie`re e´tait certes massive, mais discre`te et efficace.
Dans ces villes furent privile´gie´es l'hospitalite´ et la convi-
vialite´ pluto^t que l'intimidation. Notons d'ailleurs qu'aucun
incident grave ou de´bordement n'y a e´te´ signale´ malgre´
le de´roulement de matchs conside´re´s comme a` risques.
Par contre, a` Bruxelles, la technique fut tout autre :
de´monstration de force, disproportion dans la riposte,
bref des comportements de nature a` cre´er dans la
population un sentiment antipolicier dangereux pour nos
institutions.
Si vous me le permettez, monsieur le pre´sident, je
voudrais poser une question comple´mentaire a` M. le
ministre et lui demander s'il peut nous donner des
informations quant a` la nature technique des gaz utilise´s
lors des charges policie`res et surtout quant a` leur com-
patibilite´ avec les e´quipements des autres polices com-
munales et de la gendarmerie.
Monsieur le ministre, qu'en est-il de la coordination dans
la gestion des e´ve´nements entre les forces de l'ordre,
d'une part, et les agents de pre´vention, d'autre part, a`
savoir les stewards et les fan-coaches ? Pourriez-vous
e´galement nous donner votre avis sur la qualite´ de cette
coordination lors des e´ve´nements de samedi soir ?
Il m'est revenu aujourd'hui que l'ambassade belge pour
les supporters allait e^tre ferme´e. Pourriez-vous nous
donner des e´le´ments comple´mentaires a` ce sujet ?
Enfin, monsieur le ministre, a` l'heure ou` l'ensemble du
gouvernement s'e´vertue a` valoriser la Belgique, tant a`
l'inte´rieur qu'a` l'exte´rieur de nos frontie`res, je m'interroge
sur l'ade´quation des moyens utilise´s samedi soir. En
effet, si on parcourt la presse internationale, on s'aperc¸oit
que beaucoup d'articles ont de´nonce´ des re´actions poli-
cie`res de´mesure´es et disproportionne´es. Les images
diffuse´es par les diffe´rentes chai^nes de te´le´vision par-
laient d'elles-me^mes : violence, ville en e´tat de sie`ge.
De`s lors, monsieur le ministre, je pense qu'il est impor-
tant que la se´curite´ demeure une priorite´, mais elle doit
ne´anmoins laisser un espace a` la fe^te et ne pas ce´der a`
une approche se´curitaire.
Mme Ge´raldine Pelzer-Salandra (AGALEV-ECOLO) :
Monsieur le pre´sident, monsieur le ministre, chers colle`-
gues, quelques heures apre`s la fin du match, samedi
soir, les forces de l'ordre sont intervenues de manie`re
tre`s violente dans les rues du centre ville. Les me´dias ont
relaye´ avec force de´tails les agissements des policiers
HA 50
COM 234
7
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Ge´raldine Pelzer-Salandra
peu respectueux de l'inte´grite´ des citoyens pre´sents par
hasard dans les rues a` ce moment-la`. Le caracte`re
violent de l'intervention de la police ne parai^t pas en
ade´quation avec le caracte`re jovial et bon enfant de la
foule pre´sente en ces lieux.
M. le ministre pourrait-il nous expliquer ce qui s'est passe´
samedi pour transformer une fe^te en combat de rue ?
L'Euro 2000 est une vitrine pour notre pays. Il est tout a`
fait pre´judiciable pour l'image de celui-ci que la fe^te soit
ga^che´e par de tels e´ve´nements.
Je suis tre`s consciente de la ne´cessite´ et de l'importance
d'assurer la se´curite´, mais ne devrait-on pas cependant
demander aux forces de l'ordre de se montrer plus
discre`tes, a` l'instar de ce qui se fait aux Pays-Bas pour
les matches qui ne sont pas qualifie´s de matches a` haut
risque ? Ne serait-il pas inte´ressant que les forces de
l'ordre accompagnent les supporters dans leur fe^te en les
encadrant pluto^t que de chercher l'affrontement ?
N'est-ce pas la pre´sence trop massive et trop voyante
des forces de l'ordre qui a cre´e´ ce sentiment d'inse´cu-
rite´ ?
Dans ce cadre, M. le ministre pourrait-il re´pondre aux
questions suivantes ? La police bruxelloise ainsi que la
gendarmerie ont manifestement agi dans le cadre d'une
mission ayant un but le´gal puisque cette mission re´pon-
dait aux consignes de fermeture de la Grand-Place
ordonne´e par le bourgmestre de Bruxelles. Il serait
opportun de savoir qui e´tait charge´ d'e´valuer la situation
sur place. Quelqu'un aurait-il pu de´cider d'ouvrir la
place ? Le bourgmestre lui-me^me, en tant que chef de la
police, pre´sidait-il les ope´rations ? Pourquoi, alors que
pendant plus ou moins une demi-heure, les forces de
l'ordre n'ont pas e´te´ vraiment confronte´es a` des de´bor-
dements, a-t-on pris la de´cision de repousser la foule par
une formation en file de type anti-e´meute ? Qui a donne´
l'ordre de charger ? Qui a e´value´ a` la fois l'opportunite´ et
la subsidiarite´ de l'intervention ?
Enfin, monsieur le ministre, les moyens de´ploye´s
e´taient-ils proportionnels au danger potentiel ? A-t-on
analyse´ les images des diffe´rentes came´ras de se´curite´
qui se trouvent aux alentours tant de la Bourse que de la
Grand-Place ? Si cela a e´te´ fait, quelles conclusions
peut-on en tirer ?
En bref, monsieur le ministre, au vu des images de´plo-
rables diffuse´es dans le monde entier, j'aimerais savoir
s'il y avait vraiment quelqu'un pour piloter cette ope´ra-
tion, qui a traumatise´ les citoyens qui se trouvaient la` par
hasard a` ce moment et qui n'avaient qu'un seul objectif,
a` savoir fe^ter la victoire de la Belgique.
M. Jean-Pierre Detremmerie (PSC) : Monsieur le pre´si-
dent, monsieur le ministre, chers colle`gues, je suis un
peu mal a` l'aise au moment d'intervenir. Ce que je
ressens aujourd'hui est du^ a` plusieurs raisons. J'ai ve´cu
le Heysel, je sais ce qui s'est passe´, je peux deviner
quelles sont les pre´occupations d'un ministre, d'un
bourgmestre d'une ville et de responsables politiques
lorsqu'ils se trouvent face a` un e´ve´nement comme l'or-
ganisation de l'Euro 2000.
Je remercie au passage M. le bourgmestre de Bruxelles
d'e^tre pre´sent, parce qu'a` l'e´poque, certains ont brille´ par
leur absence mais je ne reviendrai pas sur cette
pe´riode-la`. Je comprends aise´ment la crainte que peut
avoir inspire´ l'organisation. J'ai ressenti beaucoup de
fierte´ de constater, tout au long des mois de pre´paration,
les mesures prises tant au niveau de l'infrastructure mise
en place que des efforts re´els fournis par les responsa-
bles re´gionaux et municipaux. Beaucoup d'investisse-
ments ont e´te´ re´alise´s pour l'ame´lioration de nos stades
et de l'infrastructure en ge´ne´ral, mais e´galement pour
ame´liorer notre image de marque et rendre notre pays,
nos cite´s qui accueillent les diffe´rentes e´quipes, tre`s
attrayantes.
En ce qui concerne la coordination, beaucoup d'efforts
ont e´te´ re´alise´s pour que les professionnels de la se´cu-
rite´, que ce soit la police, la gendarmerie ou encore les
services de la Croix-Rouge travaillent en coordination
avec tous les be´ne´voles qui ont collabore´ e´troitement a` la
re´ussite de cet e´ve´nement. Je n'ai nullement envie de
pole´miquer et me^me si je suis triste de ce qui s'est passe´,
je tiens d'abord a` insister sur le co^te´ tre`s positif aux
niveaux fe´de´ral, re´gional, communal et surtout au niveau
de Bruxelles.
Votre pre´paration a` cette grande fe^te e´tait excellente. Les
e´ve´nements auraient pu e^tre diffe´rents si des proble`mes
s'e´taient pose´s sur le terrain, des proble`mes d'arbitrage,
des querelles ou un re´sultat qui ne convenait pas, des
e´le´ments qui peuvent parfois e^tre a` l'origine d'incidents,
mais ici, tout pre^tait a` la fe^te.
Tout se passait bien, cela m'a e´te´ souligne´ par tous ceux
qui e´taient pre´sents. J'ai rec¸u beaucoup de courrier. Je
ne de´fends pas les hooligans, mais les supporters qui ont
envie de faire la fe^te lors d'une rencontre sportive, car
celle-ci doit aussi servir a` cela.
J'ai e´te´ surpris par la de´mesure et je me pose plusieurs
questions. De l'exte´rieur, j'ai l'impression, pour avoir eu la
responsabilite´ d'e´ve´nements sportifs avec des foules
moindres - 10 000 personnes, cela n'a rien de compara-
ble avec ce que vous avez ve´cu a` Bruxelles -, qu'ici, on
a voulu prouver quelque chose, jouer a` la dissuasion,
impressionner, intimider et je dirais presque que
quelqu'un a` voulu prouver quelque chose.
Je crois que tout s'e´tait tellement bien passe´ que les
responsables n'ont pas envisage´ le moindre proble`me
par la suite. Ils se sont dit que la fe^te ne pouvait que bien
8
HA 50
COM 234
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Jean-Pierre Detremmerie
se terminer. De`s lors, il n'y a plus eu de dialogue
permanent avec les responsables politiques. Je ne peux
pas penser que des responsables politiques, s'ils avaient
vraiment co^toye´ la foule, auraient permis semblable
intervention.
Il est vrai que, dans cette foule comme dans tous les
rassemblements de ce genre - on retrouve parfois 10 000
personnes sur une place - il n'y avait pas que des
princes charmants. Tous les bourgmestres savent que,
lorsqu'il y a une foule, on court le risque qu'elle abrite
quelques perturbateurs. Mais fallait-il pour autant re´agir
d'une manie`re aussi ne´gative ? Je ne me l'explique pas
et je me pose des questions.
1. Des choses sont-elles reste´es inexplique´es sur le
de´roulement des e´ve´nements a` l'issue du match ?
2. Une personne en particulier est-elle responsable d'une
mauvaise e´valuation de la situation ? Cela peut arriver,
mais ce serait dommage car certains de nos allie´s
naturels sont devenus nos ennemis. J'ai rec¸u une lettre
d'un pe`re de famille qui n'a rien d'un hooligan, qui est un
brave citoyen bruxellois et qui assistait a` la fe^te, sans
plus. Il a e´te´ agresse´ brutalement, violemment et tout a`
fait inutilement.
3. En tant que bourgmestre, si un de mes hommes
commettait une erreur, j'en assumerais l'entie`re respon-
sabilite´. C'est le ro^le de tout bourgmestre. Monsieur le
ministre, s'il y a eu des failles, je ne pense pas que c'est
en commission que vous allez les reconnai^tre.
J'ai quand me^me l'impression que si les responsables
politiques avaient e´te´ mieux informe´s, ils n'auraient pas
accepte´ que l'on proce`de de la sorte a` Bruxelles. Il est
dommage d'avoir ga^che´ ce qui devait e^tre une fe^te, tant
au niveau bruxellois que belge ou international. Elle
devait e^tre merveilleuse et je ne ressens que de la
tristesse. Jusqu'a` pre´sent, j'e´tais tre`s fier de la manie`re
dont les choses e´taient organise´es. Je continuerai a` l'e^tre
pour l'e´ve´nement sportif mais aussi pour l'ensemble de
l'organisation. J'avais trouve´ l'e´ve´nement minutieuse-
ment pre´pare´ mais a` cause d'un de´rapage, peut-e^tre
d'une seule personne, nous sommes passe´s a` co^te´ de la
fe^te.
M. Claude Desmedt (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, monsieur le ministre, chers colle`gues, les
incidents survenus samedi soir ont surpris tout le monde
et ont un peu ga^che´ le plaisir des supporters belges suite
a` la victoire de notre e´quipe. Ces incidents ont provoque´
une re´action ne´gative, que l'on a pu retrouver dans la
presse et dans les trois interventions que nous venons
d'entendre.
Cela e´tant, je crois qu'il faut aussi poser les bonnes
questions. On a parle´ d'une pre´sence excessive de la
police; on a dit que l'on avait eu tort de boucler la
Grand-Place. D'aucuns se demandent ce que l'on a
voulu faire : e´tait-ce une de´monstration de force ?
Personnellement, j'ai entendu les re´actions de la police
de Bruxelles, exprime´es par son commissaire en chef,
qui a essentiellement dit que ces mesures ne visaient
pas a` impressionner la foule, mais qu'en re´alite´, la police
avait obtenu certains renseignements tre`s pre´cis selon
lesquels parmi la foule se trouveraient des casseurs.
C'est donc dans la mesure ou` des incidents graves
e´taient a` craindre que la police a` pris ces dispositions.
Les bonnes questions sont celles de savoir effectivement
sur quelle base la ville de Bruxelles, et en particulier la
police de Bruxelles, a pris ces mesures de se´curite´. Nous
nous adressons ici au ministre de l'Inte´rieur, mais je
suppose que ce dernier aura pre´alablement demande´
aux autorite´s de la ville de Bruxelles tous les renseigne-
ments ne´cessaires.
De`s lors, avant de nous indigner et de pousser de hauts
cris, nous aimerions savoir exactement comment on en
est arrive´ la`. Je souhaiterais donc que vous puissiez,
dans la mesure du possible, nous dire quels sont les
e´le´ments qui avaient e´te´ porte´s a` la connaissance de la
police de Bruxelles, qui l'ont amene´e a` de´cider de
boucler la Grand-Place et a` assurer une pre´sence poli-
cie`re importante. Disposait-on d'un profil de ces agita-
teurs dont on craignait la pre´sence ?
Un nombre relativement e´leve´ d'arrestations administra-
tives a e´te´ ope´re´. Qui a e´te´ arre^te´ ? Etaient-ce des
supporters d'un clan ou de l'autre ? Etaient-ce des hoo-
ligans ou des personnes qui e´taient venues a` Bruxelles
pour
casser ?
Il me semble que ce sont les re´ponses a` ces questions
qui nous permettront d'appre´cier si oui ou non il y a eu
de´mesure dans la re´action de la police de Bruxelles.
M. Antoine Duquesne, ministre : Monsieur le pre´sident,
chers colle`gues, dans les proble`mes de maintien et de
re´tablissement de l'ordre public, le premier responsable
est le bourgmestre. C'est la loi. Mais je dirais volontiers
que c'est aussi de bon sens, parce qu'il est le mieux
place´, le plus proche du terrain, pour appre´cier la situa-
tion et prendre les mesures qui s'imposent.
Je n'e´tais pas pre´sent sur place samedi soir. J'ai entre-
temps pu visionner les films de la police de Bruxelles. Ils
e´taient tre`s inte´ressants. J'ai e´galement demande´ au
bourgmestre un rapport des services de police et son
avis, comme je le fais toujours dans des circonstances
comparables.
Je ne suis toutefois pas partisan du principe que certains
pratiquent alle`grement, a` savoir celui du
courage,
fuyons
. Je sais que la ta^che des bourgmestres est
difficile - M. Detremmerie l'a rappele´ -, que leur respon-
sabilite´ est lourde et que leur premie`re pre´occupation est,
HA 50
COM 234
9
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Antoine Duquesne
spe´cialement pour l'instant, la se´curite´ de tous ceux qui
se trouvent sur le territoire. Et je crois qu'en ce moment,
ils ont besoin d'encouragements et d'assistance, car des
moments difficiles risquent de les attendre encore.
Les bourgmestres de Bruxelles, Bruges, Charleroi et
Lie`ge et moi-me^me avons pre´pare´ ensemble l'Euro
2000. Et je tiens a` dire aujourd'hui tre`s clairement que je
suis a` leur co^te´ et qu'ils ont toute ma confiance.
Que l'on ne compte pas sur moi pour, comme certains,
tirer au bazooka depuis la digue de la Mer du Nord, sans
me^me avoir pris la pre´caution de ve´rifier le contenu du
dossier !
Les instructions ge´ne´rales que j'ai donne´es sont tre`s
claires. Il faut concilier vigilance et fermete´, d'une part, et
convivialite´ d'autre part. La premie`re priorite´ est de
permettre aux amateurs de football de profiter de l'Euro
2000 par un accueil de grande qualite´, mais aussi de
garantir leur se´curite´ et leur tranquillite´ durant leur pre´-
sence sur notre territoire.
Il n'est e´videmment pas question de transformer notre
pays en caserne de gendarmes ou de policiers.
La politique privile´gie´e dans l'optique de l'Euro 2000 vise,
depuis un certain temps de´ja`, a` recre´er une ambiance
conviviale et de´pourvue d'agressivite´. La pre´fe´rence est
accorde´e a` des ope´rations pre´ventives, mais cela n'ex-
clut pas la ne´cessite´ d'e^tre ferme en cas de troubles de
l'ordre public.
Si des dispositifs importants sont ne´cessaires, ce n'est
pas par plaisir, mais par la faute d'une minorite´ de
trublions, qui ne respectent pas les consignes et dont
certains n'ont qu'un seul objectif : s'adonner a` la vio-
lence.
Je tiens a` rappeler qu'en plus du dispositif policier, tout
un dispositif pre´ventif a e´te´ mis sur pied, constitue´
notamment des ambassades de supporters, de l'accom-
pagnement des fans coachers, des villages de suppor-
ters et des stewards dans les stades.
Si, jusqu'a` pre´sent les e´ve´nements se de´roulent bien - et
j'espe`re que cela va perdurer - c'est non seulement en
raison du comportement correct de la majorite´ des sup-
porters mais aussi en raison du bon fonctionnement de
cet important dispositif policier, dont je rec¸ois des rap-
ports permanents. Qui plus est, il fonctionne bien depuis
l'e´tranger, a` nos frontie`res, dans le pays, dans les stades,
autour de ceux-ci, dans les villes, avant, pendant et apre`s
les matches.
Le principe de pre´caution doit e´videmment toujours gui-
der notre appre´ciation. Que l'on pense a` ce qui s'est
passe´ a` Anvers, il y a peu, alors que rien ne faisait penser
a` un risque d'incident, ou encore a` Copenhague ! Que
dirait-on en cas d'incident majeur, si toutes les pre´cau-
tions n'e´taient pas prises ?
Pour que les choses soient claires, je vais, a` pre´sent,
vous donner connaissance de l'avis du bourgmestre de
Bruxelles, sur base du rapport de la police de Bruxelles :
Monsieur le ministre,
Objet : appre´ciation du bourgmestre de Bruxelles sur
l'attitude de la police de Bruxelles, lors des incidents
survenus pre`s de la Bourse, a` l'issue du match Belgique-
Sue`de du 10.06 2000.
Je souhaite apporter les pre´cisions et remarques suivan-
tes a` la note du commissaire de police en chef de
Bruxelles figurant en annexe 1.
1. La de´cision de la police de fermer la Grand-Place a`
partir de 22 heures 10 se justifiait pleinement du fait que,
de`s le 8 juin, elle avait rec¸u des informations hard, (voir
annexe 2), pre´cisant que divers noyaux durs s'e´taient
re´unis pour convenir de se retrouver le 10 juin, place de
la Bourse, et notamment dans le cafe´ O'Reilly's.
Il eu^t e´te´ irresponsable de laisser pe´ne´trer 3 a` 4 000
personnes sur la Grand-Place, sachant a` l'avance qu'el-
les e´taient tre`s vraisemblablement infiltre´es d'e´le´ments
perturbateurs.
Cette infiltration a en outre e´te´ visible a` l'oeil nu peu
apre`s le match, de`s plus ou moins 23 heures.
Les raisons pour lesquelles la Grand-Place se trans-
forme en souricie`re dangereuse en cas d'incident violent
sont tre`s bien de´crites dans la note de la direction
ge´ne´rale de Polbru, annexe 1. J'y souscris pleinement.
La police a donc correctement respecte´ mes instructions
en la matie`re et je m'en re´jouis. Je maintiens que le
bourgmestre et la police doivent pouvoir fermer la Grand-
Place de`s qu'ils le jugent utile.
2. L'intervention de la police a permis d'e´touffer rapide-
ment, sans de´ga^ts importants, des e´ve´nements qui
auraient pu de´ge´ne´rer et entrai^ner de graves conse´quen-
ces pour les biens et les personnes. Les de´ga^ts mate´riels
sont finalement peu importants : deux ou trois ve´hicules
endommage´s ainsi qu'une cabine te´le´phonique. Aucune
vitrine n'a e´te´ casse´e, aucun magasin n'a fait l'objet de
vandalisme ou de pillage. Les blesse´s de part et d'autre
sont peu nombreux et tre`s le´gers : 11 manifestants et 6
policiers. Aucun des manifestants n'a e´te´ blesse´ par des
policiers, mais bien lors de bagarres entre eux. Certains
veulent donc grossir un e´ve´nement, peut-e^tre spectacu-
laire a` certains moments, mais aux conse´quences tre`s
re´duites.
3. L'examen des films pris par les came´ras fixes et
mobiles de la police ne me paraissent pas re´ve´ler de
recours syste´matique continu et ge´ne´ralise´ a` des
moyens et a` une force disproportionne´e dans le chef de
10
HA 50
COM 234
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Antoine Duquesne
la police. Il appartient aux experts du service de contro^le
interne de la police de Bruxelles, au parquet et au comite´
P de ve´rifier si certains actes individuels de violence
inutile ou excessive ont e´te´ commis.
4. En conclusion, je pense que l'action de la police de
Bruxelles les 10 et 11 juin a e´te´ globalement efficace et
ade´quate. Elle a permis de contro^ler et de mettre rapi-
dement fin a` des incidents potentiellement tre`s graves, et
ce avec des conse´quences ne´fastes tre`s re´duites pour
les personnes et les biens concerne´s.
De tout cela, je retiens deux e´le´ments. Quant au principe
de la limitation de l'acce`s a` la Grand-Place de Bruxelles -
je sais que c'est un lieu symbolique -, le choix du
bourgmestre est guide´ par des conside´rations de se´cu-
rite´. Il estime en effet que ce lieu festif peut se transfor-
mer en souricie`re mortelle en cas d'incident en raison de
la configuration des lieux et c'est a` lui que revient la
responsabilite´ d'appre´cier la situation et de de´cider et
c'est a` lui de supporter les conse´quences lorsqu'une
de´cision inapproprie´e est prise.
En ce qui concerne le comportement des forces de
police, le bourgmestre estime qu'elles ont agi conforme´-
ment a` ses instructions, sous re´serve de comportements
individuels que pourraient e´ventuellement re´ve´ler les
enque^tes auxquelles il fait allusion. Il ne faut jamais
perdre de vue qu'il s'agit d'une re´action de la police de
Bruxelles face a` la volonte´ manifeste´e par certains de
franchir les barrages et de se livrer a` des jets de
projectiles en direction des forces de l'ordre.
J'ai sous les yeux un rapport du commissaire en chef :
Rapidement, une foule importante s'est trouve´e devant
le barrage, rue au Beurre, voulant aller a` la Grand-Place.
Si certains acceptaient le fait de se voir interdire l'acce`s
et quittaient de`s lors les lieux sans proble`me, rapide-
ment, les policiers pre´sents derrie`re les barrie`res rece-
vaient des jets de projectiles divers : verres, bouteilles,
pierres. Un policier recevait un jet de spray lacrymoge`ne
au visage. L'hostilite´ envers les policiers tenant les
barrages allait grandissant.
Des ve´hicules de particuliers et des forces de l'ordre
e´taient endommage´s, du mobilier urbain de´grade´ - signa-
lisation, cabines Belgacom - et des de´corations commer-
ciales arrache´es.
Des incidents entre supporters avec blesse´s se produi-
saient. La situation se de´gradant, la pression sur le
barrage rue au Beurre devenant intenable, l'autorisation
fut donne´e d'employer des grenades lacrymoge`nes afin
d'e´viter d'ine´vitables contacts directs entre policiers et
perturbateurs
.
Vous m'avez pose´ une question comple´mentaire a` la-
quelle je re´ponds bien volontiers, che`re madame, en ce
qui concerne l'utilisation des gaz lacrymoge`nes. Le com-
missaire en chef signale que ce moyen permet d'e´viter
des confrontations physiques, une distance de se´curite´
e´tant ainsi cre´e´e pour les forces de l'ordre. En outre, la
composition du gaz lacrymoge`ne contenu dans les gre-
nades est tre`s volatil, ne laissant pratiquement aucune
suite apre`s une dizaine de minutes. S'il est possible de
traverser un nuage lacrymoge`ne sans re´el proble`me, il
est toutefois impossible d'y demeurer, ce qui est le but de
l'ope´ration. Au total, trois grenades fumige`nes et douze
grenades lacrymoge`nes ont e´te´ utilise´es.
L'ordre public, c'est aussi - dans l'inte´re^t de tous -
respecter les consignes de se´curite´ donne´es par l'auto-
rite´, quelle que soit l'opinion personnelle que l'on peut
avoir au sujet d'un dispositif.
De surcroi^t, le bourgmestre de Bruxelles semble dispo-
ser d'informations selon lesquelles la foule aurait e´te´
infiltre´e par un certain nombre d'e´le´ments provocateurs
qui ne pouvaient qu'aggraver le risque.
Quant aux moyens utilise´s, les forces de l'ordre estiment
qu'ils ont e´te´ proportionne´s et adapte´s, permettant de
mai^triser rapidement la situation, sans conse´quences
ne´fastes pour les personnes.
J'ai demande´ a` mes services, a` la police ge´ne´rale du
Royaume et spe´cialement a` son directeur ge´ne´ral,
Mlle De Knop, d'analyser la situation et de me donner un
avis. Apre`s cet exercice, ils estiment que l'acce`s a` la
Grand-Place n'est pas opportun dans toutes les circons-
tances. Des e´ve´nements passe´s, par exemple les inci-
dents a` Rotterdam en avril 1999 et les incidents cons-
tate´s a` Anvers re´cemment, montrent qu'il est totalement
de´conseille´ de permettre a` des milliers de personnes,
surtout si elles ont consomme´ des quantite´s conside´ra-
bles d'alcool, de se presser dans un endroit clos dont les
seuls acce`s et partant les seules issues de secours sont
des rues e´troites
. Je cite toujours le rapport. Cette
situation est dangereuse en soi, dans la mesure ou` tout
incident a des conse´quences graves par la panique qu'il
risque de de´clencher alors que, vu la foule, ni la police ni
les services de secours ne peuvent correctement ma-
noeuvrer voire acce´der au lieu. Il va de soi que la mise en
place de barrages filtrants ou non doit s'effectuer en
tenant compte de l'impact psychologique, doit faire l'objet
d'une information suffisante a` l'intention du public et
prendre en compte la configuration du terrain.
Enfin, ici encore, l'usage de moyens et me´thodes visant
a` pre´server ces barrages est a` appre´cier en fonction de
la nature du public et de son comportement. Ces e´le´-
ments sont a` conside´rer match par match
.
Dans ces conditions, je ne vois pas les raisons qui
pourraient justifier de ne pas continuer a` faire confiance
au bourgmestre de Bruxelles, comme d'ailleurs aux
autres bourgmestres spe´cialement concerne´s par l'Euro
2000.
HA 50
COM 234
11
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Antoine Duquesne
Je profite de la circonstance pour rappeler une fois
encore les consignes que j'ai donne´es de`s le de´part, a`
savoir de prendre toutes les mesures ne´cessaires pour
assurer la se´curite´ des personnes et des biens, tout en
pre´servant le caracte`re convivial et festif de l'importante
manifestation que nous accueillons sur notre territoire. Je
sais que cette volonte´ est partage´e par chaque bourg-
mestre.
Pour le surplus, je sais pour en avoir parle´ avec lui, que
le bourgmestre de Bruxelles souhaite que la capitale du
Royaume et de l'Europe soit avant tout un lieu de fe^te
pour ceux que nous accueillons. Il connai^t mieux que
quiconque la valeur symbolique de la Grand-Place de
Bruxelles. Je ne doute pas qu'il prendra toutes les
mesures pour permettre de donner libre cours a` la liesse
populaire mais je sais aussi qu'il ne prendra aucun risque
et je ne puis certainement pas le lui reprocher.
Je voudrais, en terminant, faire re´fe´rence a` la de´claration
du porte-parole du ministre de l'Inte´rieur des Pays-Bas et
je cite :
C'e´tait un avertissement pour les supporters, je
ne pense pas que nous aurions re´agi diffe´remment
.
Mme Karine Lalieux (PS) : Monsieur le pre´sident, je
remercie le ministre pour sa re´ponse. Merci aussi a` M. de
Donne´a d'adopter une attitude aussi responsable et
d'e^tre pre´sent parmi nous aujourd'hui.
Je ne suis pas bourgmestre mais je peux ne´anmoins
avoir conscience de la difficulte´ des missions qu'ils
doivent assurer suite a` cet e´ve´nement de l'Euro 2000.
Comme vous le rappeliez, il est important de pre´server la
convivialite´ et la fe^te. Je crains que samedi dernier, ce
co^te´-la` ait e´te´ plus qu'annihile´.
Monsieur le ministre, d'apre`s un rapport de la PJR, vous
disiez que la fermeture de la Grand-Place aurait du^ faire
l'objet d'une information publique. On n'a donc pas
suffisamment informe´ le public de cette de´cision, avec ou
sans la victoire de la Belgique. Il aurait e´galement e´te´
opportun de pre´parer un autre lieu de fe^te en remplace-
ment, qui aurait pu accueillir la liesse de l'ensemble des
supporters. Je pense aux Belges mais aussi a` tous les
habitants de Bruxelles qui ont rarement l'occasion de
faire la fe^te d'un telle manie`re.
Vous n'avez pas re´pondu aux questions relatives a` la
pre´vention et a` la coordination de ce soir-la` - dans la rue
et non dans le stade ou` tout s'est merveilleusement bien
passe´ - entre les forces de l'ordre, les stewards et les
fans-coachers qui ont eu des re´actions se´ve`res par
rapport a` la police de Bruxelles. Apparemment, ils n'ont
pas eu de contact positif sur le boulevard avec la police
de Bruxelles. J'aimerais obtenir plus tard des informa-
tions comple´mentaires.
Quant au gaz, vous avez re´pondu de manie`re tre`s
pre´cise d'ailleurs et je vous en remercie, par rapport a`
son contenu et a` sa dangerosite´. J'aimerais plus de
pre´cisions quant a` la compatibilite´ de ce gaz avec les
e´quipements des autres polices communales. Nous en-
tendons des rumeurs et il faut y re´pondre, dans l'inte´re^t
des forces de l'ordre qui devront re´agir un jour lors d'un
e´ve´nement.
Une chose pose proble`me. Vous dites qu'il y a eu une
attitude ade´quate par rapport a` des faits potentiellement
dangereux.
Avec des phrases comme celle-la` tout est potentielle-
ment
a` risque dans notre socie´te´. Il faudrait donc
peut-e^tre mieux e´valuer ce qui est potentiellement dan-
gereux.
Monsieur le ministre, j'habite le centre, pas loin du
Sheraton, lieu ou` e´tait organise´e la re´union de l'UNICE,
je me trouvais dans la rue, ce samedi, et je peux vous
garantir qu'il y avait de´ja` une forte tension. J'ai donc
pre´fe´re´ fuir les boulevards non pas en raison de la
pre´sence d'agitateurs mais parce que l'on pouvait assis-
ter a` une re´elle de´monstration des forces de l'ordre.
Quand ces dernie`res portent leur casque et qu'elles
ressemblent, comme on l'a lu dans la presse, a` des
robocops, je vous garantis que vous avez envie de
vous enfuir et que vous n'avez plus le coeur a` faire la
fe^te. Or, il n'e´tait que 11.15 heures ou 11.30 heures.
Mme Ge´raldine Pelzer-Salandra (AGALEV-ECOLO) :
Monsieur le pre´sident, je voudrais remercier le ministre
pour les re´ponses qu'il a bien voulu donner.
Monsieur le ministre, vous avez parle´ du principe de
pre´caution, principe auquel je souscris et que je voudrais
voir appliquer dans tous les domaines qui nous pre´occu-
pent. Il est donc primordial de prendre toutes les mesures
de se´curite´ possibles, dans le cadre d'e´ve´nements aussi
importants que celui que constitue cette grande fe^te du
football qu'est l'Euro 2000.
Toutefois, au regard des propos que vous venez de tenir,
monsieur le ministre, on pourrait s'interroger sur l'oppor-
tunite´ du choix tactique. Il appartiendra aux services de
police de de´terminer si l'importance de l'intervention des
forces de l'ordre se justifiait par rapport a` ce qui se
passait re´ellement dans la rue. S'il est vrai que la police
de Bruxelles e´tait en possession d'informations suivant
lesquelles des infiltrations auraient lieu et sur les lieux de
rendez-vous des agitateurs, on aurait peut-e^tre pu privi-
le´gier un autre type d'intervention. On aurait pu infiltrer la
foule. Cela s'est fait dans d'autres circonstances. Ainsi,
lors des joyeuses entre´es de nos futurs souverains, la
police se trouvait dans la foule. Des agitateurs e´taient
pre´sents mais ils ont tre`s rapidement e´te´ mai^trise´s sans
que soit porte´ pre´judice a` la fe^te populaire dans les
diffe´rentes villes visite´es.
12
HA 50
COM 234
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Ge´raldine Pelzer-Salandra
Monsieur le ministre, je vous ai pose´ des questions
comple´mentaires notamment pour savoir qui e´tait sur
place et s'il aurait e´te´ possible d'ouvrir la Grand-Place.
Ne´anmoins, pourriez-vous m'y re´pondre, me^me si cela
doit avoir lieu ulte´rieurement ?
Je voudrais e´galement attirer votre attention sur le fait
que j'ai rec¸u divers te´moignages de personnes pacifi-
ques, qui se trouvaient, samedi, dans les rues de Bruxel-
les. Elles auraient voulu faire la fe^te et rencontrer des
gens mais elles ont e´te´ traumatise´es par ce qui s'est
passe´. Je connais personnellement quelqu'un qui a
passe´ la nuit au poste de police et qui ne sait toujours pas
pourquoi. Son seul souhait e´tait de s'amuser un peu.
Nous devons veiller a` ce que cet e´ve´nement reste une
fe^te, celle de l'Euro 2000 et ne devienne pas l'hor-
reur 2000 !
M. Jean-Pierre Detremmerie (PSC) : Monsieur le minis-
tre, je vous remercie pour votre re´ponse.
Je voudrais faire cinq remarques.
Vous avez parle´ du principe de pre´caution. Ceux qui
organisent les matchs de division I dans ce pays rec¸oi-
vent, lors de chaque rencontre, un te´le´gramme des
forces de l'ordre qui signalent les dangers et les risques
potentiels.
Je dois dire qu'a` chaque fois que je rec¸ois ce te´le´-
gramme, je re´agis de la me^me manie`re et je me pose la
question de savoir si on n'exage`re pas. Et a` chaque fois
que je discute de cette question avec les forces de
l'ordre, elles ont aussi la me^me re´action. Selon moi, les
forces de l'ordre sont trop pre´sentes dans notre pays lors
des matchs de football. Je re^ve d'ailleurs du jour ou` on
pourra organiser des rencontres sportives sans avoir
besoin d'y faire appel.
Mais les forces de l'ordre me disent chaque fois :
Si tout
s'est bien passe´, c'est justement parce que nous e´tions
la`. Notre pre´sence est dissuasive.
Je ne puis e´videm-
ment pas les contredire.
A l'occasion de certaines rencontres de football, je leur ai
de´ja` demande´, par exemple, de ne pas mettre la priorite´
sur la se´curite´ autour du stade et a` l'inte´rieur du stade,
mais sur l'ensemble du territoire de la commune. J'ai
notamment propose´ que des agents soient en faction au
poste frontie`re; agents auxquels je pourrais faire appel si
ne´cessaire. Ce faisant, j'ai tente´ de prouver par l'absurde
que les mesures prises sont parfois exage´re´es.
Loin de moi l'ide´e de critiquer la de´cision d'autoriser
l'acce`s ou non a` la Grand-Place. Personne d'autre que le
bourgmestre de la ville de Bruxelles ne peut prendre
semblable mesure. Cela est laisse´ a` son appre´ciation. Et
je respecte sa de´cision. Je n'accepterais d'ailleurs pas
qu'un autre bourgmestre vienne dans ma cite´ me dire ce
que je dois faire.
Cependant - et ce n'est plus le bourgmestre qui parle -,
au moment ou` on a l'impression qu'il y a des infiltrations
et qu'il faut re´agir, il faut trouver des moyens d'informer.
Car, que s'est-il passe´ ? Des informations disent qu'il y
avait sans doute des gens qui s'e´taient infiltre´s, que
d'autres n'avaient qu'un objectif : arriver a` la Grand-
Place. Et je crois que nous sommes tous d'accord pour
dire que ceux-la`, il faut les combattre par tous les
moyens. Mais le drame, c'est qu'on a pris au pie`ge des
victimes innocentes, qui e´taient en fait le plus grand
nombre. Voila` la ve´rite´. Et finalement, on s'est fait des
ennemis de gens qui sont naturellement nos amis, nos
allie´s et qui de´sirent la se´curite´ autant que chacun de
nous.
Mais vous avez laisse´ la porte ouverte dans votre re´-
ponse en disant
sous re´serve de comportements indivi-
duels
. Vous avez dit aussi que les supporters se que-
rellaient entre eux et qu'il fallait intervenir. Je dispose ici
de plusieurs te´moignages de personnes qui n'e´taient
me^me pas alle´es voir le match mais qui se trouvaient a`
Bruxelles et qui se sont fait agresser. Parmi eux, un
couple, qui ne se querellait pas, croyez-moi; ils e´taient la`
en badauds et ils voulaient participer a` la liesse. L'on me
rapporte e´galement une intervention aupre`s de gens qui
discutaient vers deux heures du matin - soit apre`s que les
e´ve´nements se soient passe´s - et qui se sont fait
agresser inutilement.
Je ne puis donc pas me de´faire de l'impression que
certains responsables ont fait preuve de de´mesure.
Peut-e^tre n'ont-ils pas supporte´ le stress d'un tel e´ve´ne-
ment ? Je crois qu'ils ont mal appre´cie´ et qu'ils ont eu de
mauvaises re´actions. C'est dommage car ils ont mis a`
ne´ant tout le travail que vous aviez accompli depuis de
tre`s longs mois.
Vous nous avez assure´ que vous transmettriez au comite´
P ces trois te´moignages, signe´s et longuement expli-
que´s. Je vous les transmets pour votre bonne informa-
tion, monsieur le ministre et monsieur le bourgmestre de
Bruxelles. Comme vous, je les transmettrai au comite´ P
et laisserai a` son appre´ciation l'opportunite´ de voir s'il y a
eu des comportements individuels qui ne re´pondaient
pas a` l'esprit ge´ne´ral qui devait re´gner au cours de cette
fe^te.
M. Claude Desmedt (PRL FDF MCC) : Monsieur le
pre´sident, je voudrais, avant tout, remercier M. le ministre
de l'Inte´rieur d'avoir donne´ tous les e´le´ments actuelle-
ment en sa possession et d'avoir re´pondu le plus com-
ple`tement possible.
On pourra e´ternellement discuter quant a` l'opportunite´ de
la fermeture de la Grand-Place. A chacun ses convic-
tions ! Mais comme le dit le ministre, le bourgmestre de
HA 50
COM 234
13
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Claude Desmedt
Bruxelles, la police de Bruxelles e´taient quand me^me les
plus qualifie´s pour prendre cette de´cision. Lorsqu'une
autorite´ publique prend une telle de´cision en vue du
maintien de l'ordre public, les citoyens doivent s'y tenir.
On a parle´ des images que chacun a pu voir sur le petit
e´cran, mais j'ai ne´anmoins vu que des policiers qui
empe^chaient simplement les supporters de passer,
e´taient agresse´s, recevaient des projectiles, etc. Donc, la
violence n'a pas e´te´ a` sens unique. J'observe e´galement
qu'au cours des incidents, dont on dit qu'ils ont e´te´
extre^mement violents, parmi 11 blesse´s, la moitie´ e´tait
des policiers et les autres, des blesse´s le´gers. Aussi
convient-il de ramener ces e´ve´nements a` leur juste
proportion !
Les autorite´s de la Ville de Bruxelles ont appre´cie´ la
situation. Elles e´taient les mieux place´es pour le faire et
donc, je ne pense pas qu'il faille dramatiser les incidents.
Bien entendu, nous espe´rons tous qu'il ne s'en produise
plus. Personnellement, a` l'instar du ministre de l'Inte´rieur,
j'estime que les autorite´s de la Ville de Bruxelles ont bien
agi.
Je voudrais cependant reposer une question a` laquelle
vous ne m'avez pas re´pondu, monsieur le ministre,
concernant le profil des personnes arre^te´es. Evidem-
ment, si une instruction, une information judiciaire est en
cours, vous n'e^tes pas a` me^me de me re´pondre, mais
j'aimerais savoir, par rapport aux informations que la
police avait rec¸ues quant a` la pre´sence d'e´le´ments
perturbateurs, si, gra^ce aux personnes interpelle´es,
celles-ci ont pu e^tre ve´rifie´es.
M. Antoine Duquesne, ministre : Monsieur le pre´sident,
je voudrais fe´liciter Mme Lalieux. Elle a raison en parlant
d'un e´tat de tension. Avant me^me d'attendre les consi-
gnes de la police, il vaut mieux s'e´loigner. Si je peux donc
donner un conseil de se´curite´ a` tous ceux qui comptent
se rendre dans les villes pour assister aux matches, c'est
de ne pas
coller la` ou` le danger peut exister. Votre
comportement, en tout cas, est exemplaire.
Vous aviez, comme Mme Pelzer, quelques questions
comple´mentaires, auxquelles je ne peux re´pondre
aujourd'hui. Mais j'interrogerai volontiers le bourgmestre
de Bruxelles, que je vois directement apre`s cette se´ance
de commission.
Monsieur Detremmerie, la difficulte´ n'est pas de dire ce
qu'il faudrait faire, c'est de de´cider avant. C'est tellement
facile d'e´valuer, d'appre´cier apre`s les incidents et encore
plus de donner des lec¸ons ! Je dois vous pre´ciser qu'il y
a quelques semaines, j'ai rec¸u une avalanche de ques-
tions relatives aux e´ve´nements qui se sont produits a`
Anvers et dont la tonalite´ ge´ne´rale estimait scandaleuse
l'insuffisance des mesures prises par la police. Lorsque,
de surcroi^t, se produit un incident majeur, il est clair qu'a`
ce moment, c'est la cure´e et peu souvent la compre´hen-
sion.
Qui peut douter de la volonte´ de tous les responsables,
dont les bourgmestres, qui souhaitent montrer leur ville
sous l'angle le plus attrayant ? N'oubliez pas que les
came´ras des te´le´visions du monde entier sont pour
l'instant dirige´es vers les villes ho^tes ! Leur souci n'est
pas celui-la`, il est d'assurer la se´curite´ des personnes, y
compris d'ailleurs des manifestants, de ceux qui sont
susceptibles de cre´er le de´sordre.
On ne voit pas le dispositif, mais il est important. Savez-
vous par exemple que nous avons proce´de´ de´ja` aux
frontie`res a` des refoulements d'un nombre conside´rable
de personnes qui repre´sentent un danger pour la se´curite´
publique ? Nous avons dans nos villes des policiers qui
sont pre´sents et qui sont en train de traquer tous ceux qui
se livrent a` du marche´ noir, et qui risquent de faire se
trouver co^te a` co^te dans les stades des personnes qui
repre´sentent un danger potentiel. Cela signifie une
bombe madame, ce n'est pas un danger incertain, ce
n'est pas ce qui peut se produire a` l'occasion d'une
simple fe^te de famille. Nous avons des informations sur
le comportement d'un certain nombre de personnes qui
repre´sentent un danger.
J'ai fait le tour d'Europe et je n'ai pas rencontre´ un seul
ministre de l'Inte´rieur qui me tienne le me^me discours. Il
est bien entendu que nous aurions pre´fe´re´ ne pas devoir
faire tout cela, et je dis bien volontiers qu'une des causes
des cou^ts importants de toutes ces mesures de se´curite´,
non seulement pendant l'EURO 2000 mais pendant le
championnat, soit 150 millions chaque anne´e, re´side
dans le comportement de gens qui par ailleurs peuvent
pre´tendre que de leur point de vue, ils ont un comporte-
ment festif.
Quant a` la question de M. Desmedt, je ne peux pas lui
re´pondre, je n'ai pas les e´le´ments pre´cis, mais je les
demanderai volontiers. Je vais d'ailleurs suivre cette
affaire jusqu'au bout comme je l'ai fait a` l'occasion des
manifestations a` Gand, a` Anvers, je le fais aujourd'hui a`
Bruxelles, je le ferais a` Mouscron si c'e´tait ne´cessaire, et
de la me^me manie`re je serais demain aupre`s du bourg-
mestre de Mouscron s'il avait des proble`mes parce que
je crois qu'il faut les aider.
Et le bourgmestre de Bruxelles a dit lui-me^me, et je
trouve que c'est tre`s bien, que sous re´serve de compor-
tement individuel, il appartiendra a` l'inspection des ser-
vices de police de Bruxelles, au parquet ou au Comite´ P,
d'appre´cier en parfaite connaissance de cause. Je suis
14
HA 50
COM 234
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Antoine Duquesne
tre`s heureux de cette de´claration, cela prouve que le
bourgmestre de Bruxelles est responsable, et n'entends
pas tole´rer ou accepter n'importe quel comportement de
la part de ses services de police.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
- La re´union publique de commission est leve´e
a` 16.10 heures.
- De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 16.10 uur.
HA 50
COM 234
15
14-06-2000
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000