KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 1054
CRIV 50 COM 1054
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE ALGEMENE
Z
AKEN EN HET OPENBAAR
A
MBT
C
OMMISSION DE L
'I
NTÉRIEUR
,
DES
A
FFAIRES
GÉNÉRALES ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
woensdag
mercredi
02-04-2003
02-04-2003
14:45 uur
14:45 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
toegelaten overuren bij de politie" (nr. B427)
1
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
de l'Intérieur sur "les heures supplémentaires
autorisées à la police" (n° B427)
1
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
weddebijslag voor de aangestelde
mandaathouders-zonechefs" (nr. B452)
3
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "le supplément de traitement
pour les chefs de zone mandatés" (n° B452)
3
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
overname van rijkswachtgebouwen" (nr. B453)
5
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "le transfert de bâtiments de l'ex-
gendarmerie" (n° B453)
5
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
verlichte uithangborden van de geïntegreerde
politie" (nr. B454)
6
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "les enseignes lumineuses de la
police intégrée" (n° B454)
6
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de vaste
commissie voor de lokale politie" (nr. B463)
7
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "la commission permanente de
la police locale" (n° B463)
7
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Kristien Grauwels aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
stemmen door Belgen die in het buitenland zijn"
(nr. B488)
8
Question de Mme Kristien Grauwels au ministre
de l'Intérieur sur "le vote des Belges résidant à
l'étranger" (n° B488)
8
Sprekers: Kristien Grauwels, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Kristien Grauwels, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Kristien Grauwels aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
verkeerspolitie" (nr. B489)
9
Question de Mme Kristien Grauwels au ministre
de l'Intérieur sur "la police de la circulation"
(n° B489)
9
Sprekers: Kristien Grauwels, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Kristien Grauwels, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Kristien Grauwels aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "LPG-
wagens" (nr. B490)
10
Question de Mme Kristien Grauwels au ministre
de l'Intérieur sur "les véhicules équipés au LPG"
(n° B490)
11
Sprekers: Kristien Grauwels, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Kristien Grauwels, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de taken
der hulpagenten van de politie" (nr. B508)
12
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
de l'Intérieur sur "les missions des agents
auxiliaires de police" (n° B508)
12
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde interpellatie en vraag van
13
Interpellation et question jointes de
13
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
- de heer Jean-Jacques Viseur tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de taal van de
oproepingsbrieven voor de inwoners van de
faciliteitengemeenten en het standpunt van de
Vlaamse minister van Binnenlandse
Aangelegenheden" (nr. 1635)
13
- M. Jean-Jacques Viseur au ministre de
l'Intérieur sur "la langue dans laquelle les
convocations électorales doivent être envoyées
aux habitants des communes à facilités et
l'attitude du ministre régional flamand de
l'Intérieur" (n° 1635)
13
- de heer Karel Van Hoorebeke aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de
oproepingsbrieven in de randgemeenten"
(nr. B509)
13
- M. Karel Van Hoorebeke au ministre de
l'Intérieur sur "les convocations dans les
communes de la périphérie" (n° B509)
14
Sprekers: Jean-Jacques Viseur, Karel Van
Hoorebeke, Antoine Duquesne
, minister van
Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jean-Jacques Viseur, Karel Van
Hoorebeke, Antoine Duquesne
, ministre de
l'Intérieur
Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "het
vreemdelingenbeleid" (nr. B526)
16
Question de M. Guido Tastenhoye au ministre de
l'Intérieur sur "la politique des étrangers"
(n° B526)
16
Sprekers: Guido Tastenhoye, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Guido Tastenhoye, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Samengevoegde vragen van
18
Questions jointes de
18
- de heer Willy Cortois aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de stemplicht van in
het buitenland verblijvende Belgen en de
wetgeving op het gebruik van de talen" (nr. B513)
18
- M. Willy Cortois au ministre de l'Intérieur sur "le
vote des Belges résidant à l'étranger et la
législation sur l'emploi des langues" (n° B513)
18
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de inschrijving van de
Belgen in het buitenland voor de verkiezingen van
het federaal parlement van 18 mei" (nr. B525)
18
- Mme Simonne Creyf au ministre de l'Intérieur
sur "l'inscription des Belges à l'étranger pour les
élections législatives du 18 mai" (n° B525)
18
- de heer Bart Laeremans aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de buitenlandkiezers"
(nr. B528)
18
- M. Bart Laeremans au ministre de l'Intérieur sur
"les électeurs à l'étranger" (n° B528)
18
Sprekers: Willy Cortois, Simonne Creyf,
Bart Laeremans, Antoine Duquesne
,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Willy Cortois, Simonne Creyf,
Bart Laeremans, Antoine Duquesne
,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
gewezen administrateur van de Dienst
Vreemdelingenzaken" (nr. B532)
28
Question de M. Tony Van Parys au ministre de
l'Intérieur sur "l'ancien administrateur de l'Office
des étrangers" (n° B532)
28
Sprekers: Tony Van Parys, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Tony Van Parys, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de statutarisering
van het CALOG-personeel" (nr. B533)
30
Question de M. Yves Leterme au ministre de
l'Intérieur sur "la statutarisation du personnel
CALOG" (n° B533)
30
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CD&V-fractie, Antoine Duquesne, minister
van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CD&V, Antoine Duquesne, ministre de
l'Intérieur
Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de
openbare besturen over "het taalevenwicht in de
FOD Financiën en andere FOD's" (nr. B537)
32
Question de M. Yves Leterme au ministre de la
Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "l'équilibre linguistique au sein
du SPF Finances et des autres SPF" (n° B537)
32
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CD&V-fractie, Antoine Duquesne, minister
van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CD&V, Antoine Duquesne, ministre de
l'Intérieur
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE ZAKEN EN HET
OPENBAAR AMBT
COMMISSION DE L'INTERIEUR,
DES AFFAIRES GENERALES ET
DE LA FONCTION PUBLIQUE
van
WOENSDAG
2
APRIL
2003
14:45 uur
______
du
MERCREDI
2
AVRIL
2003
14:45 heures
______

De vergadering wordt geopend om 16.14 uur door de heer Paul Tant, voorzitter.
La séance est ouverte à 16.14 heures par M. Paul Tant, président.
01 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
toegelaten overuren bij de politie" (nr. B427)
01 Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre de l'Intérieur sur "les heures supplémentaires
autorisées à la police" (n° B427)
01.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, uit het koninklijk besluit van 30 maart 2001
over het politiestatuut en meer bepaald de bepalingen inzake de
overuren, blijkt niet hoeveel overuren er mogen worden gepresteerd.
Wellicht betreft het hier maximaal twaalf uren per week.

Dienaangaande heb ik volgende vragen. Ten eerste, hoe is de
regeling voor overuren nu precies geregeld? Hoeveel overuren mag
een agent maximaal nemen per week en per jaar?

Ten tweede, de regeling waarbij een deel van een uur als volledig
mag worden aangerekend - zie het koninklijk besluit van
30 maart 2003 - kan natuurlijk tot enorme misbruiken aanleiding
geven. Men blijft gewoon vijf minuten langer op zijn werk en rekent
een overuur aan. Zo kan men in principe alle overuren opgebruiken
zonder ooit een overuur, tenzij enkele minuten, gepresteerd te
hebben. Het is dan ook de vraag hoe dit onderdeel van een artikel
wordt toegepast. Zijn terzake geen misbruiken gekend?

Ten derde, de regeling bij de Antwerpse politie voor het maximale
aantal overuren doet de wenkbrauwen fronsen. De mammoetwet
zegt dat een agent in twee maanden maximaal 85 overuren mag
presteren. Binnen het politiekorps wordt het cijfer als een gemiddelde
beschouwd. Als een politieman slechts aan 60 overuren komt,
kunnen de 25 resterende overuren worden overgeheveld naar een
collega. Zo presteerde een zonehoofdcommissaris in februari 2002
159,80 prestatie-uren door de nacht-, weekend- en overuren te
verzamelen. Is dit wettelijk of niet? Doet dit zich ook voor op
nationaal niveau?

Ten vierde, hoeveel maal werd reeds gebruikgemaakt van het
profylactisch verlof, een van de vele, bestaande verloven waarvan
de agenten mogen gebruikmaken als een van hun gezinsleden ziek
is?
01.01 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): L'arrêté royal du 30
mars 2001 ne précise pas
combien d'heures
supplémentaires peuvent être
prestées. Combien d'heures
supplémentaires un agent peut-il
prester au maximum par semaine
et par an?

Une heure commencée pourrait
être comptabilisée comme une
heure supplémentaire complète.
Voilà qui risque de conduire à de
nombreux abus. Comment cette
règle sera-t-elle appliquée? A
Anvers, des heures
supplémentaires non utilisées
peuvent être transférées à un
collègue. Cela est-il légal et cette
pratique existe-t-elle également
au niveau national? Combien de
fois a-t-il déjà été fait usage du
congé prophylactique?
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2

Ten slotte, welke zijn de ethische criteria om lid te worden van de
inspectiediensten bij de lokale politie? Bestaan deze? Welke zijn
deze? Welke garanties zijn er dat die overal hetzelfde zijn en dat ze
ook worden toegepast?

Tot zover, voorzitter, mijn concrete vragen aan de minister.
01.02 Minister Antoine Duquesne: Eerste vraag. In tegenstelling tot
de arbeidswet van 1965 bepaalt het statuut van de politiediensten
geen absoluut maximum aantal overuren. Het principe is dat men per
personeelslid per periode dient te streven naar een zo klein mogelijk
aantal overuren. Om dit toe te laten, bepaalt het statuut dat het
principe van recuperatie binnen de referteperiode primeert op de
uitbetaling.

Tweede vraag. Artikel 1138 paragraaf 2 van het koninklijk besluit van
30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel
van de politiediensten voorziet in de door u bedoelde afronding.
Deze afronding kan echter pas gebeuren op het einde van de
referteperiode. Bovendien moet men alle dagelijkse prestaties tot op
de minuut nauwkeurig inschrijven.

Derde vraag. Zoals gemeld bestaat er geen grens met betrekking tot
het aantal overuren. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de
chefs het aantal overuren te beperken en toe te zien op de correcte
afhandeling. De regel blijft hier gelden dat correct gepresteerde uren
eveneens correct verloond dienen te worden. Ook op het nationaal
niveau treft men regelmatig pieken in het verbruik van overuren aan.
Daarom heb ik aan de commissaris-generaal gevraagd het nodige te
doen om dergelijke pieken te identificeren, de verantwoording ervan
na te gaan en misbruiken ervan te bestrijden.

Vierde vraag. Er bestaan geen statistieken omtrent het verbruik aan
profylactisch verlof. Het betreft echter een specifieke vorm van verlof
ter voorkoming van de verspreiding van besmettelijke ziekten. Om
misbruiken te voorkomen is dit verlof onderworpen aan een specifiek
toezicht door de arbeidsgeneesheer.

Ik kom tot uw vijfde vraag. Het intern toezicht behoort tot de
taakomschrijvingen van de korpschef. In de grotere korpsen kan dit
worden geconcretiseerd door de oprichting van een afzonderlijke
dienst. De selectie van deze personeelsleden dient te gebeuren door
de korpschef of een selectiecommissie op basis van het opgestelde
functieprofiel. De vacature en de voorwaarden waaraan de
kandidaten en de selectie dienen te voldoen behoren tot de
bevoegdheden van de gemeente- of politieraad. Ik verwijs naar
artikel 6.2.15 van het koninklijk besluit. Teneinde in de toekomst een
meer uniforme regeling terzake uit te werken heb ik mijn
administratie de opdracht gegeven dienaangaande een
rondzendbrief voor te bereiden.
01.02 Antoine Duquesne,
ministre: Le statut des services de
police ne prévoit pas un nombre
d'heures supplémentaires
maximum. Il faut tenter de limiter
au minimum le nombre d'heures
supplémentaires et il faut
privilégier les récupérations par
rapport au paiement d'heures
supplémentaires.

Arrondir les heures
supplémentaires n'est permis qu'à
la fin de la période de référence.
Toutes les prestations doivent
quotidiennement être inscrites à la
minute près.

Les chefs doivent limiter le
nombre d'heures supplémentaires
et veiller à ce qu'elles soient
correctement comptabilisées. J'ai
demandé au commissaire général
d'examiner au niveau national les
pointes en matière de recours aux
heures supplémentaires et de
lutter contre les abus.

Il n'existe pas de statistiques à
propos du congé prophylactique.
Ce congé est d'ailleurs soumis à
un contrôle spécial du médecin du
travail.

Le chef de corps est chargé du
contrôle interne. Dans les corps
de plus grande taille, un service
séparé peut être créé à cet effet.

J'ai demandé à mon
administration de préparer une
directive visant à uniformiser le
régime.
01.03 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de minister, ik dank
u voor uw antwoord. U hebt zelf gezegd dat het de zonechef is die
controle moet uitoefenen op de overuren, maar het Antwerpse
voorbeeld zet natuurlijk aan tot een groot wantrouwen wat dat betreft.
Ik zou u dus willen vragen dat daar zeer goed op wordt toegezien
want dit zijn juist de terreinen waar er inderdaad kan worden
01.03 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Le chef de zone contrôle
les heures supplémentaires.
L'exemple anversois n'inspire
toutefois guère confiance. C'est la
raison pour laquelle le ministre
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
gefraudeerd, als ik het zo mag noemen. We mogen natuurlijk het
Antwerpse voorbeeld niet gaan doortrekken naar alle andere zones
maar laten wij toch toegeven dat datgene wat in Antwerpen is
gebeurd toch een felle deuk heeft gegeven in het vertrouwen dat we
normaal in onze politiediensten en onze zonechefs moeten hebben.

Vandaar dat ik u met aandrang vraag om daarover te waken en
duidelijke richtlijnen te geven aan de korpsoversten dat dit goed
wordt gecontroleerd.
doit édicter des directives claires
et exercer un contrôle, car les
fraudes sont certainement
possibles.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
weddebijslag voor de aangestelde mandaathouders-zonechefs" (nr. B452)
02 Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre de l'Intérieur sur "le supplément de traitement
pour les chefs de zone mandatés" (n° B452)
02.01 Ludwig Vandenhove (SP.A): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik wil deze vraag toch nogmaals stellen. Ik weet
dat u daarover immers al heel wat brieven hebt ontvangen. U kent
dus ongetwijfeld het probleem dat door de cumulatie van
vergoedingen sommige officieren-niet-mandaathouders en leden van
het middenkader meer verdienen dan bepaalde mandaathouders-
zonechefs.

Ik heb in mijn vraag eveneens heel concreet de wettelijke
mogelijkheid geschetst, waardoor het volgens mij mogelijk zou zijn
het probleem op te lossen. Deze discrepantie vormt toch een ernstig
probleem. In sommige gevallen verdienen oversten veel minder dan
de mensen van het lager kader.

Mijnheer de minister, ik heb mij ook bevraagd opdat u mij niet het
typeantwoord zou verstrekken. Dat antwoord zou dan luiden dat zij
die functie hebben aangenomen en op dat ogenblik de voorwaarden
kenden. Voor zover ik over correcte informatie beschik, zou dezelfde
situatie zich ook voordoen bij de federale politie. Daar zou in
sommige gevallen de weddetoeslag wel toegekend zijn, ondanks het
feit dat het zou gaan over personen die zelfs niet aan de
assessmentproeven hebben deelgenomen of voor een
selectiecommissie kwamen.

U kan mij dus niet antwoorden dat het niet de bedoeling is daaraan
alsnog iets te doen of dat u daaraan op basis van het artikel dat ik
aanhaal niets kan doen.

Men deelt mij mee dat er bij de federale politie voorbeelden zijn waar
dat wel is gebeurd. Een aantal van de mensen van de lokale politie
die in deze situatie verkeren, oefenen eveneens de functie uit van
hoofdcommissaris. Dit gebeurt soms zelfs in personeelsformaties die
door u werden goedgekeurd.

Ik wil u de volgende vragen stellen. Ten eerste, volgt u mijn
redenering dat er een ongelijkheid bestaat en dat het
gelijkheidsbeginsel gedeeltelijk wordt geschonden? Ten tweede, acht
u het mogelijk dat nog enigszins te verhelpen, op basis van de in
mijn vraag geopperde optie met de juiste formulering?
02.01 Ludwig Vandenhove
(SP.A): Grâce au cumul
d'indemnités, certains officiers
non titulaires de mandats et
cadres moyens gagnent
davantage que certains chefs de
zone titulaires de mandats. Malgré
une allocation qui permet de
relever les traitements des
commissaires chefs de zone
concernés au barème du niveau
de commissaire principal de
police, la disparité entre les
différentes rémunérations reste
très importante. La situation
diffère également fortement entre
la police locale et la police
fédérale. Là aussi, la disparité est
évidente. Il est à tout le moins
inacceptable d'encore devoir
constater des inégalités dans ce
domaine après la réforme des
polices.

Le ministre pourrait-il examiner la
possibilité de faire bénéficier les
chefs de zone titulaires de
mandats d'un supplément de
traitement pour exercice d'un
fonction supérieure? Le ministre
pense-t-il comme moi qu'il y a
effectivement des inégalités?
Peut-on encore y remédier?
Pourquoi est-ce possible au
niveau fédéral et pas au niveau
local?
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4

Het interesseert mij ook waarom het wel kan bij de federale en niet
bij de lokale politie? Dit is misschien iets voor na de verkiezingen.
Het stuit echter meer en meer mensen tegen de borst dat we stilaan,
in plaats van een politie op twee niveaus zoals de bedoeling van de
politiehervorming was, een sluipende besluitvorming krijgen. Daarbij
doet vooral de federale politie hier in Brussel een aantal zaken die
volgens mij niet de intentie waren van al wie de oorspronkelijke
Octopus-akkoorden ondertekende.
02.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer Vandenhove, ik zal uw
allerlaatste vragen precies beantwoorden.

Hoewel het klopt dat een aantal mandaathouders een lagere loon
heeft dan sommige van hun medewerkers, moet benadrukt worden
dat zo'n verschil in een aantal gevallen perfect logisch en
verklaarbaar is. Dat is zeker het geval wanneer men een jonge
mandaathouder vergelijkt met een merkelijk oudere medewerker. Ik
ben het echter met u eens met u dat het gegeven dat sommige
officieren, niet-mandaathouders, zeker bij gelijke anciënniteit, een
hoger loon krijgen dan de mandaathouders van zowel de lokale als
de federale politie niet te verantwoorden valt gelet op het
verantwoordelijkheidsniveau van de mandaathouders. Om die reden
overweeg ik dan ook de mandaattoelagen voor alle mandaathouders
te verhogen.
02.02 Antoine Duquesne,
ministre: Il est exact que certains
chefs de zone titulaires d'un
mandat perçoivent un traitement
moins élevé que leurs
collaborateurs. Néanmoins, il
s'agit parfois, compte tenu de la
différence d'âge, d'une situation
explicable et acceptable.
Vous avez raison, il faut faire quelque chose. Il est profondément
anormal que ceux qui ont, théoriquement en tout cas, la plus lourde
responsabilité et qui prestent souvent de manière exceptionnelle en
arrivent à recevoir une rémunération inférieure.

Si vous avez tout à fait raison, je peux difficilement accéder à votre
suggestion de leur attribuer immédiatement le complément de
traitement pour fonction supérieure.
Het is inderdaad zo dat het, gelet
op het
verantwoordelijkheidsniveau van
de mandaathouders, niet te
verantwoorden is dat bij gelijke
anciënniteit sommige officieren
niet-mandaathouders een hoger
loon krijgen dan de
mandaathouders van de federale
én van de lokale politie. Daarom
overweeg ik de mandaattoelage
voor alle mandaathouders te
verhogen.
Specifiek voor de primo mandaathouders niet-hoofdcommissaris
voorziet het statuut in een niet onbelangrijk voordeel. Artikel 33 van
de wet van 26 april 2001 houdende de essentiële elementen van het
statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende
diverse bepalingen met betrekking tot de politiediensten bepaalt
immers dat betrokken officieren na drie jaar uitvoering van hun
mandaat worden benoemd tot de graad van hoofdcommissaris. In
afwachting van deze definitieve benoeming werden allen functioneel
aangesteld in de graad van hoofdcommissaris.
Il est profondément anormal que
ceux qui ont la plus lourde
responsabilité perçoivent une
rémunération inférieure. Mais je
peux difficilement leur attribuer
immédiatement le complément de
traitement pour fonctions
supérieures. Par ailleurs, le statut
des primo-mandataires non-
commissaires prévoit un avantage
non-négligeable: conformément à
la loi du 26 avril 2002, ils sont en
effet nommés au grade de
commissaire principal après une
période de trois ans.
En outre, la jurisprudence qui a évolué sur ce point n'accepte
désormais plus que les actes juridiques, reposant sur un texte
Volgens de jurisprudentie mogen
rechtshandelingen die berusten op
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
réglementaire méconnaissant une norme supérieure, soient assortis
d'un quelconque effet. Cela peut, entre autres, être le cas des
mandataires des catégories 1 et 2.

Bien que certains cadres du personnel aient explicitement prévu la
fonction de commissaire divisionnaire, ceux-ci sont en contradiction
avec l'article 6.3.21 de l'arrêté royal du 30 mars 2001, portant la
position juridique du personnel des services de police. Cette position
juridique a, conformément à la disposition transitoire de l'article 184
de la Constitution, été confirmée par la loi du 26 avril 2002, qui
détermine les catégories et modalités de désignation au mandat dans
ses articles 67 et suivants.

Vous dénoncez un problème qui est réel. Je vous confirme que j'ai
demandé à mes services de soumettre à la concertation sociale une
proposition en vue de le résoudre.
een reglement dat in strijd is met
een hogere norm, bovendien geen
effect meer sorteren. Dat kan
bijvoorbeeld het geval zijn voor de
mandatarissen van categorie 1 en
2. De functie van
hoofdcommissaris is strijdig met
het koninklijk besluit van 30 maart
2001 tot regeling van de
rechtspositie van het personeel
van de politiediensten.

Er is inderdaad een probleem. Ik
heb mijn diensten gevraagd een
oplossing aan te reiken voor het
sociaal overleg.
02.03 Ludwig Vandenhove (SP.A): Mijnheer de minister, het gaat
over een koninklijk besluit. Begrijp ik het goed dat dit nog tot de
lopende zaken kan behoren en nog kan worden afgehandeld?
02.03 Ludwig Vandenhove
(SP.A): Si j'ai bien compris, il
s'agit en l'espèce d'un arrêté royal,
et l'affaire peut donc encore être
réglée?
02.04 Antoine Duquesne, ministre: Ce n'est pas un problème de
grand principe, c'est une question d'interprétation.

Je préfère ne pas vous répondre sans avoir d'abord vérifié sur le plan
juridique. Vous comprenez bien que je ne ferai que ce qu'un ministre
peut faire pendant cette période. De toute manière, la machine est
en marche, le travail sera prêt pour le prochain gouvernement.
02.04
Minister
Antoine
Duquesne: Dat is een kwestie
van interpretatie. Ik kijk liever
eerst na of een en ander juridisch
wel kan. Ik zal alleen maar doen
wat een minister in die periode
kan en mag doen.
02.05 Ludwig Vandenhove (SP.A): Dank u wel.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
overname van rijkswachtgebouwen" (nr. B453)
03 Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre de l'Intérieur sur "le transfert de bâtiments de
l'ex-gendarmerie" (n° B453)
03.01 Ludwig Vandenhove (SP.A): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, dit wordt ook een korte vraag. Bij ons in Sint-
Truiden alsook bij, naar ik begrepen heb, collega-burgemeesters,
verhuist de lokale politie naar het vroegere rijkswachtgebouw. De
woningen ernaast zouden moeten worden aangekocht. Bij de
bespreking van de meerkosten is het dikwijls genoeg bevestigd dat
die overdracht spoedig zou kunnen gebeuren. Wij hebben uiteraard
het recht van voorkoop, als lokale politie, maar in de praktijk blijft de
zaak aanslepen. Men zegt mij, dat de handtekeningen nodig zijn van
een aantal bevoegde ministers.

Kunt u mij zeggen wanneer de overdracht precies zal gebeuren en
wanneer er tot de aankoop van de aanpalende gebouwen kan
worden overgegaan? Ik herhaal het: wij ondervinden nogal wat
problemen en wij maken ons natuurlijk wat zorgen, omdat wij nu in
een periode terechtkomen waarin alleen lopende zaken afgehandeld
03.01 Ludwig Vandenhove
(SP.A): La police locale de Saint-
Trond
­ Gingelom
­
Nieuwerkerken occupe
actuellement quatre bâtiments et
souhaite faire agrandir celui de la
gendarmerie pour y héberger un
commissariat central pourvu d'un
accueil permanent. A cette fin, les
anciens bâtiments de la
gendarmerie doivent être
transférés à la police locale et
des bâtiments voisins doivent être
acquis. Il nous a été promis que
ce transfert se ferait dans les plus
brefs délais et que la police locale
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
kunnen worden. Voor mij is het een lopende zaak. Ik vraag mij alleen
af waarom het zo lang duurt om dat administratief af te handelen?
jouirait d'un droit de préemption
sur les bâtiments en question. Le
dossier traîne toutefois parce les
signatures des ministres
concernés sont nécessaires. A la
veille des vacances
parlementaires, je crains qu'il soit
reporté aux calendes grecques.
Pourquoi cette lenteur et quand
sera-t-il en définitive procédé au
transfert et là l'acquisition des
bâtiments?
03.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer Vandenhove, er is geen
probleem. Ik wacht ook op het koninklijk besluit. Het bepalen van de
voorwaarden, de modaliteiten en het correctiemechanisme teneinde
een gelijkwaardige overdracht te garanderen, alsook het opstellen
van de lijst van de over te dragen gebouwen, moet gebeuren per
koninklijk besluit. Wat de laatste besluiten betreft, moet ik u echter
verwijzen naar de minister die bevoegd is voor die materie, met
name mijn collega, de heer Rik Daems, die mij bevestigd heeft dat
de door de Ministerraad goedgekeurde besluiten pas voorgelegd
werden aan het advies van de Raad van State.
03.02 Antoine Duquesne,
ministre: Les conditions, les
modalités et le mécanisme de
correction du transfert doivent être
définis par arrêté royal. Je dois
vous renvoyer pour cela au
ministre concerné, qui est M.
Daems. Ce dernier a confirmé que
les arrêtés pris par le Conseil des
ministres ont été soumis pour avis
au Conseil d'Etat.
Il n'y a donc pas de problème à cet égard, sauf s'il y avait une
objection fondamentale du Conseil d'Etat. Il est vrai que cet arrêté
peut être signé pendant la période des affaires courantes. Mais vous
avez raison, je lui ai répété cent fois que la décision était vraiment
urgente.
Tenzij de Raad van State
fundamenteel bezwaar aantekent,
is er dus geen probleem. Het klopt
dat bedoeld besluit in een periode
van lopende zaken kan worden
ondertekend. U heeft echter gelijk.
Ik heb hem wel honderd keer
gezegd dat de beslissing echt
dringend was.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
verlichte uithangborden van de geïntegreerde politie" (nr. B454)
04 Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre de l'Intérieur sur "les enseignes lumineuses de
la police intégrée" (n° B454)
04.01 Ludwig Vandenhove (SP.A): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, er is ­ terecht ­ in de pers nogal wat aandacht
besteed aan de uithangborden die we dankzij u kregen.

Zoals u weet, volstaan die borden niet voor het aantal politieposten
en dit zeker niet in een grote stad. Mijn vraag is tweeledig. Ten
eerste, krijgen we meer gratis borden dan u had beloofd? Ten
tweede, we willen elke politiepost op een evenwaardige manier
signaleren. Als we de borden zelf moeten aanbrengen, is dat een
onderdeel van de meerkosten die kunnen worden aangerekend?
04.01 Ludwig Vandenhove
(SP.A): Une circulaire a
récemment été diffusée à propos
des enseignes lumineuses de la
police intégrée. Selon cette
circulaire, chaque bâtiment de la
police devrait être équipé d'une
enseigne lumineuse. Chaque zone
de police recevrait à cet effet
deux enseignes lumineuses. Un
certain nombre de zones de police
disposent toutefois de plus de
deux bâtiments accueillant le
public. Recevront-elles alors
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
davantage d'enseignes gratuites?
Les enseignes supplémentaires
seront-elles prises en compte
dans le surcoût de la zone de
police?
04.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de voorzitter, collega,
het is een geschenk van de federale overheid.

Ik kan u bevestigen dat alle politiezones gratis twee verlichte
uithangborden ter beschikking krijgen. Het betreft hier een soort
steun van de federale politie aan de lokale politie. De eventuele
andere gebouwen van de politiezones moeten er ten laatste tegen
1 januari 2005 mee worden uitgerust. Zij zullen ze moeten
aanschaffen met behulp van hun eigen budget. De aankoopkosten
zijn niet begrepen in de werkelijke aanneembare meerkosten ten
laste van de federale politie.
04.02 Antoine Duquesne,
ministre: Il s'agit d'un cadeau des
autorités fédérales. Les deux
enseignes dont il est question
dans la circulaire sont en fait une
aide de la police fédérale à la
police locale. Tous les bâtiments
visés doivent être équipés d'une
telle enseigne pour le 1
er
janvier
2005. Les zones devront acquérir
les enseignes supplémentaires en
puisant dans leur propre budget.
Les postes d'achats ne sont pas
inclus dans les surcoûts
acceptables à charge de la police
fédérale.
04.03 Ludwig Vandenhove (SP.A): Mijnheer de minister, ik dank u
voor uw antwoord. Die twee uithangborden waren dus echt een
geschenk. Kan er, met de verkiezingen op komst, niet meer van af?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de vaste
commissie voor de lokale politie" (nr. B463)
05 Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre de l'Intérieur sur "la commission permanente
de la police locale" (n° B463)
05.01 Ludwig Vandenhove (SP.A): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, dit is een laatste korte vraag, tenzij u mij zal
antwoorden wat u op mijn eerste vraag geantwoord hebt.

Ik heb begrepen dat er, wat het koninklijk besluit betreft in verband
met de vaste commissie voor de lokale politie, opgericht op 1 januari
2002, uitdrukkelijk een nieuwe vaste commissie zou komen, zoals in
de wet voorzien. De oude commissie functioneert nog altijd, maar de
nieuwe commissie zou aangepast moeten worden in functie van wat
op 1 januari 2002 tot stand is gekomen.

Ondertussen zijn wij een jaar en drie maanden verder. Dat koninklijk
besluit tot oprichting van die vaste commissie voor de lokale politie is
nog altijd niet bekrachtigd. In het werkveld hoor ik nochtans dat men
het daarover eens was. Ik vernam ook dat er daarover ook op uw
kabinet een akkoord was.

Ik vraag mij dus het volgende af.

Ten eerste, waarom blijft dat koninklijk besluit achterwege?

Ten tweede, hoort dat onder de lopende zaken? Hoe ver staat het
05.01 Ludwig Vandenhove
(SP.A): La loi sur la police
intégrée prévoit la création d'une
commission permanente pour la
police locale. Celle-ci est
opérationnelle depuis le 1
er
janvier
2002 mais la création de cette
commission n'a toujours pas été
confirmée par arrêté royal.
Pourquoi? Quand l'arrêté royal
sera-t-il pris?
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
met dat koninklijk besluit?

Er zijn blijkbaar manoeuvres achter de schermen bezig ­ maar vraag
me niet welke schermen of welke manoeuvres ­ die ervoor zorgen
dat dat koninklijk besluit er niet komt.
05.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, la
première fois que je suis venu en commission de l'Intérieur, j'ai dit
qu'à la dernière réunion, on me reprocherait de ne pas encore avoir
tout fait. C'est vrai, ce ne l'est pas encore tout à fait, mais c'est
presque terminé. Mon administration a finalisé le projet d'arrêté royal
concernant la commission permanente de la police locale ce
28 mars 2003. Les délais sont dus à des facteurs objectifs tels que la
coordination nécessaire avec le projet d'arrêté royal relatif au
détachement structurel et la complexité de la composition de la
commission où le principe de l'élection des membres doit être
conciliable avec la responsabilité finale du ministre et toute une série
de clés de répartition: Régions, provinces, catégories de zones
(zones uni- ou pluricommunales) et même sexe.

Le projet doit maintenant être négocié et soumis à l'avis du conseil
consultatif des bourgmestres et du Conseil d'État. La continuité est
par ailleurs assurée par la commission permanente de la police
communale sortante. Je comprends qu'on veuille que tout soit réalisé
immédiatement et en même temps mais il se trouve qu'une réforme
des polices est un projet conséquent. La priorité a donc été accordée
aux projets qui devaient impérativement aboutir pour garantir le
fonctionnement correct de la police intégrée. On va mettre à profit
les semaines qui viennent et en toute hypothèse, tout sera prêt pour
prendre la décision, si ce n'est déjà fait ou si cela ne peut se faire ­
ce que je dois encore vérifier ­ dès la constitution du prochain
gouvernement.
05.02
Minister Antoine
Duquesne: Het ontwerp van
koninklijk besluit betreffende de
vaste commissie voor de lokale
politie werd afgerond op 28 maart
2003. De vertraging is te wijten
aan objectieve factoren. Het
ontwerp dient nu voor advies te
worden voorgelegd aan de
adviesraad van burgemeesters en
aan de Raad van State. De
continuïteit wordt verzekerd door
de aftredende vaste commissie
voor de gemeentepolitie. Een
politiehervorming is een
consequent project. Er werd
voorrang gegeven aan de
projecten die absoluut dienden te
slagen om het correct
functioneren van de geïntegreerde
politie te garanderen. Alles zal
klaar zijn om de beslissing te
nemen van zodra de volgende
regering is samengesteld.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Kristien Grauwels aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het
stemmen door Belgen die in het buitenland zijn" (nr. B488)
06 Question de Mme Kristien Grauwels au ministre de l'Intérieur sur "le vote des Belges résidant à
l'étranger" (n° B488)
06.01 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik zal heel kort zijn.

De nieuwe wet die stemmen in het buitenland vergemakkelijkt voor
Belgen die er verblijven, heeft blijkbaar zijn effect al onmiddellijk
bewezen. Er zijn immers heel veel aanvragen ingediend. Men moest
zich vóór 1 maart 2003 op de kiezerslijsten inschrijven. In het
buitenland verblijvende Belgen, die ook hadden willen stemmen,
hebben echter, door vergissingen en niet-doorgespeelde
adresveranderingen, niet op tijd de uitnodiging gekregen om zich in
te schrijven op de kiezerslijsten.

Is er in een uitzondering voorzien voor deze mensen? Kunnen zij
zich alsnog inschrijven?
06.01 Kristien Grauwels
(AGALEV-ECOLO): La loi
facilitant le vote des Belges
résidant à l'étranger a rencontré
un franc succès. Les inscriptions
étaient autorisées jusqu'au 1
er
mars. Cependant, de nombreuses
erreurs ont été commises, comme
par exemple un changement
d'adresse non communiqué. Pour
ces personnes, il est en principe
trop tard pour s'inscrire. Peuvent-
elles encore le faire?
06.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, madame 06.02
Minister
Antoine
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
Grauwels, il est vrai que cela a eu beaucoup de succès. Mais je dois
vous rappeler l'article 180bis, § 3 du code électoral inséré par la loi
du 7 mars 2002, qui dispose qu'au plus tard le premier jour du
quatrième mois qui précède celui de l'élection, le Belge résidant à
l'étranger dépose en personne ou renvoie par courrier au poste
diplomatique ou consulaire de carrière dans lequel il est inscrit, le
formulaire et, le cas échéant, la procuration dûment complétée,
datée et signée. Ce jour correspond au 1
er
mars 2003 car le
quatrième mois est déterminé sur la base de la date qui était fixée
pour le renouvellement ordinaire des Chambres législatives, soit le
dimanche 20 juillet 2003. La date du 18 mai pour la tenue de
l'élection ne deviendra officielle que lorsque l'arrêté royal portant
convocation des électeurs au scrutin aura été publié, soit en principe
le 8 avril prochain.

Les postes diplomatiques ou consulaires de carrière qui dépendent
du SPF des Affaires étrangères ont envoyé les formulaires
d'inscription comme électeur sur base des données inscrites dans les
registres de population qu'ils doivent tenir depuis la loi du 26 juin
2002, relative aux registres consulaires de la population et aux cartes
d'identité. Je tiens également à souligner que le formulaire
d'inscription comme électeur et le formulaire de procuration étaient
disponibles sur les sites Internet du SPF Affaires étrangères et du
SPF Intérieur.

Pour répondre plus précisément à votre question, il ressort des
indications que je viens de donner que le Belge de l'étranger qui n'a
pas rentré son formulaire d'inscription dûment complété auprès du
poste dans lequel il est inscrit dans le délai fixé par la loi, c'est-à-dire
au plus tard le 1
er
mars, ne peut, en principe, plus être inscrit sur la
liste des électeurs. Si le poste refuse de l'agréer en cette qualité, il
doit, conformément au § 5 de l'article 180bis précité, le notifier par
écrit à l'intéressé par une décision motivée et la personne concernée
peut contester cette décision, suivant la procédure décrite dans ledit
paragraphe.
Duquesne: Artikel 180bis, § 3,
van het Kieswetboek bepaalt dat
het formulier moet worden
overgemaakt aan of verzonden
naar de diplomatieke of consulaire
post ten laatste op de eerste dag
van de vierde maand voorafgaand
aan de datum van de
verkiezingen, in casu 1 maart
2003. Deze datum werd
vastgelegd op grond van de
oorspronkelijk bepaalde datum
voor de vernieuwing van de
Kamers, namelijk 20 juli 2003.

De Belg die in het buitenland
verblijft en deze termijn niet heeft
nageleefd kan dus in principe niet
meer worden ingeschreven op de
kiezerslijst. Als de post hem
weigert in te schrijven, dan moet
hij overeenkomstig paragraaf 5
van vermeld artikel 180bis het
schriftelijk melden aan de
betrokkene. Deze kan dan de
beslissing betwisten.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van mevrouw Kristien Grauwels aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
verkeerspolitie" (nr. B489)
07 Question de Mme Kristien Grauwels au ministre de l'Intérieur sur "la police de la circulation"
(n° B489)
07.01 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, de regering heeft zich geëngageerd
om van de verkeersveiligheid een prioriteit te maken en haar
doelstelling was een derde minder slachtoffers te tellen tegen 2006.
Om dat resultaat te bereiken speelt de verkeerspolitie een
belangrijke rol.

Vorig jaar maakten wij het mee dat de verkeerspolitie protesteerde
tegen de manier waarop hun opdrachten moesten worden
uitgevoerd. Zij hadden sterk het gevoel dat zij werden ingezet voor
allerlei taken die niet behoren tot hun kerntaken en dat er te weinig
overbleef voor het werk waarin zij experts zijn, met name het
garanderen van de verkeersveiligheid. Uit de hoorzittingen met de
07.01 Kristien Grauwels
(AGALEV-ECOLO): Le
gouvernement a fait de la sécurité
routière une priorité et il souhaite
réduire le nombre des victimes
d'un tiers d'ici à 2006. La police de
la circulation routière, qui se voit
assigner un rôle important dans ce
cadre, estime toutefois ne pas
disposer de suffisamment de
marge pour se concentrer sur sa
mission principale, la sécurité
routière. Une partie des
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
verantwoordelijken voor de verkeerspolitie bleek inderdaad dat er
weinig beleidsvrije ruimte overblijft voor acties inzake
verkeersveiligheid.

Inmiddels, mijnheer de minister, hebt u evenwel een maatregel
genomen om zeventig extrapersoneelsleden uit de reserve te halen,
die momenteel een groot deel overnemen van het gerechtelijke werk.
Werd terzake reeds een evaluatie gemaakt aan de hand van dewelke
het effect van de inzet van die zeventig extrapersoneelsleden kan
worden geëvalueerd? Ving u eventueel echo's op over de wijze
waarop deze inzet heeft bijgedragen tot meer beleidsvrije ruimte voor
de provinciale verkeerseenheden? Zullen deze personen verder
worden ingezet?

Is er een evolutie merkbaar in de resultaten omtrent minder
slachtoffers in verkeerssituaties op de autowegen tussen 2001, 2002
en dit jaar? Welke conclusies heeft u daaruit getrokken?

Wordt de verkeerspolitie regelmatig gevraagd of ingezet om ook
controles te verrichten op gewestwegen, bijvoorbeeld op vraag van
de lokale overheden?
problèmes ont été résolus par la
mise en service d'une septantaine
de membres du personnel
supplémentaires, qui se charge
d'une partie du "travail judiciaire".
Le recours à ces personnes
supplémentaires fait-il l'objet d'une
évaluation? Cette approche sera-
t-elle poursuivie?

Peut-on constater une évolution
dans les chiffres d'accidents entre
2001 et 2003? Quelles
conclusions le ministre tire-t-il de
ces chiffres? Demande-t-on
régulièrement à la police de la
circulation routière de collaborer à
des contrôles routiers sur des
routes régionales?
07.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de voorzitter, collega
Grauwels, de evaluatie van de extrapersoneelsleden is momenteel
aan de gang en het resultaat wordt verwacht tegen eind april 2003.
De inzet van deze zeventig politiemensen bij de PVE vormt een
concrete en aanzienlijke steun die wordt voortgezet. Ik heb inderdaad
een verhoging van die omvang van het organigram van de PVE
goedgekeurd.

Er is inderdaad een positieve evolutie merkbaar inzake de daling van
het aantal verkeersongevallen met lichamelijke letsels, tussen 2001,
2002 en de eerste twee maanden van 2003. In 2001 stelden de
provinciale verkeerseenheden 5.280 verkeersongevallen met
lichamelijke letsels vast; in 2002 waren dat er in totaal 4.537 en
januari en februari 2003 werden er in totaal 643 verkeersongevallen
met lichamelijke letsels vastgesteld, tegenover 735 voor dezelfde
periode van vorig jaar.

Het is voorbarig om nu reeds conclusies te willen trekken uit deze
gegevens, maar de doorgedreven inzet van de Provinciale
Verkeerseenheden van de federale politie wordt voortgezet.

De federale politie wordt weinig gevraagd om controles uit te voeren
op de gewestwegen, maar bij elke aanvraag wordt in de mate van
het mogelijke steun verleend. De PVE hebben bijvoorbeeld 8.666
prestatie-uren ten voordele van de lokale politie uitgevoerd in januari
en februari 2003. De federale politie neemt ook regelmatig deel aan
geïntegreerde acties samen met de lokale politie. Verkeersveiligheid
is blijkbaar een prioriteit geworden voor de lokale overheden. Dit
blijkt onder meer uit de meeste zonale veiligheidsplannen die ik
onlangs goedkeurde.
07.02 Antoine Duquesne,
ministre: Le résultat de
l'évaluation des membres du
personnel supplémentaires est
attendu pour fin avril. Ces
personnes supplémentaires
apportent un soutien réel, et j'ai
approuvé cette augmentation du
tableau organique des Unités
provinciales de circulation (UPC).
Le nombre d'accidents de la route
entraînant des lésions corporelles
a diminué de 2001 à 2002,
passant de 5.280 unités à 4.537.
Pour les premiers mois de 2003,
cette tendance semble se
poursuivre. Bien qu'il soit trop tôt
pour tirer des conclusions, le
recours aux UPC sera poursuivi.
La police fédérale reçoit peu de
demandes de contrôler les routes
régionales, mais elle offre son
soutien à chacune d'entre elles
dans la mesure du possible. En
janvier et en février, cette aide a
représenté 8.666 heures. La
police fédérale participe
également régulièrement à des
actions communes avec la police
locale. Il ressort de la plupart des
plans zonaux de sécurité que j'ai
pu approuver que la sécurité
routière est également devenue
une priorité des pouvoirs publics
locaux.
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
07.03 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de minister,
u brengt goed nieuws, in die zin dat u bereid bent om de inzet van
die extrapersoneelsleden voort te zetten. Dat is volgens mij de beste
garantie voor meer inspanningen in de beleidsvrije ruimte, om acties
te ondernemen voor verkeersveiligheid, waarvoor mijn dank.
07.03 Kristien Grauwels
(AGALEV-ECOLO): Je me réjouis
que le ministre soit disposé à
garder en service des membres
du personnel supplémentaires.
Voilà qui favorise la sécurité
routière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van mevrouw Kristien Grauwels aan de minister van Binnenlandse Zaken over "LPG-
wagens" (nr. B490)
08 Question de Mme Kristien Grauwels au ministre de l'Intérieur sur "les véhicules équipés au
LPG" (n° B490)
08.01 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, over het onderwerp van mijn laatste
vraag heb ik u ook reeds vroeger vragen gesteld. Het gaat over het
parkeerverbod van LPG-wagens in ondergrondse parkings. Bij de
vorige vraag zei u daarover dat de Hoge Raad voor de Beveiliging
tegen Brand en Ontploffing advies had gegeven om de LPG-
voertuigen die beantwoorden aan de voorschriften toe te laten in
ondergrondse parkings als ze voldoen aan veiligheidsvoorschriften.
Het gaat dan bijvoorbeeld over een verluchtingssysteem. De LPG-
wagens moesten ook een zichtbaar teken dragen op de voorruit. Dit
teken moest de gecontroleerde installatie bewijzen.

Mijn vragen hierbij zijn de volgende. Welke stappen zijn er
ondertussen ondernomen na de laatste vraag daarover? Werd het
advies van de Hoge Raad gevolgd? Wat is de procedure die nu
verder zal gevolgd worden om toch toe te laten dat LPG-wagens
kunnen parkeren in ondergrondse garages? Kunt u een timing
vooropstellen? Wanneer denkt u met andere woorden dat we een
definitieve oplossing voor dit probleem kunnen verwachten? Mijnheer
de minister, weet u misschien of de meeste ondergrondse parkings
momenteel reeds voldoende zijn uitgerust om te voldoen aan de
veiligheidsvoorschriften?
08.01 Kristien Grauwels
(AGALEV-ECOLO): En réponse à
ma question précédente sur
l'interdiction d'accès aux parkings
souterrains pour les véhicules
fonctionnant au LPG le ministre a
indiqué que le Conseil supérieur
pour la protection contre l'incendie
et l'explosion avait marqué son
accord pour les véhicules
conformes aux prescriptions.
Quelles mesures ont-elles été
prises depuis ma dernière
question à ce sujet? L'avis du
Conseil supérieur a-t-il été suivi?
Quelle est la procédure à suivre
pour que les véhicules au LPG
puissent accéder aux parkings
souterrains? Quel est le calendrier
prévu en l'espèce? Le ministre
sait-il si la majorité des parkings
souterrains sont déjà
suffisamment équipés pour
satisfaire aux prescriptions de
sécurité?
08.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, le
conseil supérieur de la sécurité contre l'incendie et l'explosion a
précisé dans son avis que les véhicules qui satisfont aux exigences
légales de sécurité peuvent être autorisés à accéder aux parkings
souterrains à condition que les parkings fermés soient équipés d'une
installation de détection et d'alarme et d'une ventilation adéquate et
que les véhicules soient munis d'un signe distinctif qu'ils fonctionnent
au GPL. Il a en outre été précisé qu'une réglementation peut être
élaborée avec la collaboration des Régions dans le cadre des permis
d'exploitation. Il y a eu beaucoup de controverses juridiques mais il
ressort d'une récente étude juridique qu'en exécution de la loi du 30
juillet 1979 relative à la prévention des incendies et des explosions
ainsi qu'à l'assurance obligatoire de la responsabilité civile dans ces
mêmes circonstances, le service public fédéral Intérieur est
compétent pour édicter un règlement en cette matière. J'avais déjà
08.02
Minister
Antoine
Duquesne: Op basis van een
juridische studie met als besluit
dat het federale niveau bevoegd
is om een reglement uit te
vaardigen en van het algemeen
advies van de Hoge Raad voor
beveiliging tegen brand en
ontploffing, heeft mijn
administratie een ontwerp van
koninklijk besluit opgesteld dat de
basisnormen vaststelt waaraan de
gesloten parkeergarages moeten
voldoen om er LPG-voertuigen te
mogen parkeren.
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
dit à l'occasion de précédentes questions qu'il y avait vraiment une
hésitation. Il semblerait maintenant que les choses soient tout à fait
claires.

Sur cette base et sur l'avis général du conseil supérieur auquel je
viens de faire référence, mon administration a rédigé un projet
d'arrêté royal fixant les normes de base en matière de prévention des
incendies et explosions auxquelles les parcs de stationnement
fermés doivent satisfaire afin de garer ou de parquer des véhicules
GPL. Ce projet d'arrêté royal a été soumis pour avis au conseil
supérieur lors de sa dernière réunion du 27 mars 2003. Ce conseil
formulera son avis lors de sa prochaine réunion du 15 mai 2003.
Après adaptation éventuelle de ce projet d'arrêté royal à l'avis du
conseil supérieur, ce projet devra être soumis pour notification à la
Commission européenne sur la base de l'article 8 de la directive du
Conseil des Communautés européennes du 21 décembre 1988
relative au rapprochement des dispositions législatives,
réglementaires et administratives des États membres concernant les
produits de construction. La procédure pour la Communauté
européenne dure minimum trois mois. Après cette notification, le
projet d'arrêté royal pourra être soumis à l'approbation du Conseil
des ministres et être transmis pour avis au Conseil d'État. Donc,
nous avançons.

Desgevallend zal dat ontwerp van
koninklijk besluit moeten worden
aangepast aan het advies van de
Hoge Raad, waarna het voor
notificatie aan de Europese
Commissie moet worden
voorgelegd. Die procedure neemt
minstens drie maanden in beslag.
Na die notificatie kan het
koninklijk besluit ter goedkeuring
worden voorgelegd aan de
Ministerraad en voor advies
worden overgemaakt aan de Raad
van State.
08.03 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Kunt u, zonder enige
voorbereiding, een inschatting geven? Zjjn de meeste parkings
hiertoe reeds uitgerust? Vraagt dit veel extra investeringen?
08.03 Kristien Grauwels
(AGALEV-ECOLO): Le ministre
sait-il si la plupart des parkings
souterrains sont déjà
suffisamment équipés pour
satisfaire aux prescriptions en
matière de sécurité?
08.04 Minister Antoine Duquesne: Dat weet ik niet, maar ik zal mij
daarover informeren en u dit schriftelijk laten weten.
08.04 Antoine Duquesne,
ministre: Je vous fournirai une
réponse écrite.
08.05 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Dat kan ik waarderen.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
taken der hulpagenten van de politie" (nr. B508)
09 Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre de l'Intérieur sur "les missions des agents
auxiliaires de police" (n° B508)
09.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, in verband met de hulpagenten van de politie
had ik graag geweten welke de taken zijn die mogen worden
uitgevoerd door deze hulpagenten. Zo zouden hulpagenten niet de
baan mogen worden opgestuurd om interventies te doen, zoals het
vaststellen van verkeersongevallen met gekwetsten, opstellen van
processen-verbaal en beslag leggen op niet-verzekerde voertuigen,
intrekken van rijbewijzen en vaststellingen van dronkenschap aan het
stuur enzovoort.

Tevens moeten de hulpagenten nachten presteren op de openbare
09.01 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Quelles tâches
spécifiques les agents auxiliaires
peuvent-ils effectuer et comment
évite-t-on qu'ils n'assument
également des missions pour
lesquelles ils ne sont pas
légalement compétents?
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
weg, zonder dat zij gewapend zijn. Vooral in Brussel-Hoofdstad kan
zulks een probleem vormen indien moet worden opgetreden of indien
er zich bedreigingen voordoen. Kunt u een duidelijke omschrijving
geven van de taken die door de hulpagenten van de politie al dan
niet mogen worden uitgevoerd? Welke maatregelen zal de minister
nemen om te vermijden dat de hulpagenten taken uitvoeren die zij
wettelijk gezien niet mogen uitvoeren?
09.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, les
agents auxiliaires de police disposent, à la différence de leurs autres
collègues du cadre opérationnel, d'une compétence de police
restreinte. Cette compétence se limite pour l'essentiel à la police de
la circulation routière ainsi qu'à veiller au respect des règlements de
police communaux, articles 58 et 117 de la loi du 7 décembre 1998.

La compétence qui leur est accordée en matière de police de la
circulation routière n'est pas automatique. Les lois et règlements
adoptés en cette matière doivent, en effet, les inclure parmi les
agents chargés de leur application. Cela pose problème chaque fois
que la compétence des agents auxiliaires n'est ni explicitement
consacrée, ni explicitement exclue. L'exemple que vous citez du test
d'haleine illustre toute l'ambiguïté de cette compétence attributive.
Les lois coordonnées du 16 mars 1968 attribuent la compétence de
pratiquer un test d'haleine aux fonctionnaires et agents de la police
communale. Les agents auxiliaires de police n'étant pas mentionnés
comme tels, il y a un doute quant à leur compétence en la matière,
même si le code de la route les a inclus parmi les agents qualifiés
pour veiller à l'exécution des lois relatives à la police de la circulation
routière, ainsi que des règlements pris en exécution.

Un projet de loi actuellement soumis à la concertation avec les
Régions lève ces ambiguïtés pour autoriser les agents auxiliaires de
police à exercer l'ensemble de la fonction de police de base,
lorsqu'elle concerne la circulation routière.

Moyennant ces précisions, le cadre général de l'intervention des
auxiliaires m'apparaît suffisamment défini pour éviter leur
intervention dans des sphères de compétence dont on sait
pertinemment qu'elles ne sont pas les leurs.

C'est donc moins la norme que son respect et la liberté que prennent
certains dans son application qui sont source de confusion
dommageable. C'est évidemment au chef de corps qu'il appartient de
répartir les tâches au sein du corps de police, dans le cadre de la
mission de gestion qui lui est légalement attribuée. Le législateur de
1998 lui a même fait endosser la responsabilité finale explicite en
cette matière. Il devra naturellement répondre de l'usage qu'il en fait
devant les autorités administratives de la zone de police dont la
responsabilité civile pourra être engagée en cas de non-respect des
principes dictant la compétence des auxiliaires de police.

La circulaire POL 37 du 28 janvier 1993, toujours d'application, vient
le rappeler fort opportunément.

La prochaine adoption législative que j'ai évoquée, et qui sera
l'affaire de nos successeurs, sera l'occasion de rappeler ces principes
et les conséquences de leur transgression.
09.02 Minister
Antoine
Duquesne: De hulpagenten van
politie hebben een beperkte
bevoegdheid. Die hangt af van de
vraag of ze in de wetten en
reglementen al dan niet vermeld
worden bij de agenten die belast
zijn met de toepassing van de wet
of het reglement in kwestie. Neem
nu de ademtest bij
alcoholcontroles, een goed
voorbeeld van die onduidelijke
bevoegdheidsverdeling. Omdat de
hulpagenten van politie niet als
zodanig vermeld worden in de wet
betreffende de ademtest, zijn er
twijfels over hun bevoegdheid
dienaangaande, ook al staan ze in
het wegverkeersreglement
ingedeeld bij de agenten die in
aanmerking komen om toe te zien
op de uitvoering van de wetten
betreffende de politie van het
wegverkeer.

Om die onduidelijkheid weg te
werken werd een wetsontwerp
voorbereid, waarover thans met
de Gewesten overlegd wordt en
dat de hulpagenten toestaat alle
basispolitiezorgtaken met
betrekking tot het wegverkeer uit
te voeren.

Het is dus niet zozeer de norm
zelf als wel de naleving ervan en
de vrijheid waarmee sommigen de
norm toepassen, die verwarring
zaaien. De taakverdeling is een
bevoegdheid van de korpschef.
Hij moet daar ook rekenschap van
afleggen aan de administratieve
overheid van de politiezone, die
burgerlijk aansprakelijk kan
worden gesteld. Dat wordt ­
overigens op zeer opportune wijze
­ in herinnering gebracht in de
omzendbrief POL-37 van 28
januari 1993.
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

Voorzitter: Kristien Grauwels.
Présidente: Kristien Grauwels.
10 Samengevoegde interpellatie en vraag van
- de heer Jean-Jacques Viseur tot de minister van Binnenlandse Zaken over "de taal van de
oproepingsbrieven voor de inwoners van de faciliteitengemeenten en het standpunt van de
Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden" (nr. 1635)
- de heer Karel Van Hoorebeke aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
oproepingsbrieven in de randgemeenten" (nr. B509)
10 Interpellation et question jointes de
- M. Jean-Jacques Viseur au ministre de l'Intérieur sur "la langue dans laquelle les convocations
électorales doivent être envoyées aux habitants des communes à facilités et l'attitude du ministre
régional flamand de l'Intérieur" (n° 1635)
- M. Karel Van Hoorebeke au ministre de l'Intérieur sur "les convocations dans les communes de la
périphérie" (n° B509)
10.01 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le ministre, lorsque,
voici quelques semaines, je vous ai posé une question d'actualité
concernant l'organisation des élections dans les communes à
facilités, je me doutais bien que nous n'étions pas au bout de nos
peines.

Je prends pour exemple une commune à facilités qui est Rhode-
Saint-Genèse, où le marché passé par la commune pour les
convocations des citoyens à voter aux élections a fait l'objet d'un
recours et d'une menace d'annulation par l'autorité de tutelle
régionale.

On souhaite quand même tous que les élections aient lieu à la même
date dans tous les endroits du pays et notamment dans les
communes à facilités et qu'elles se passent bien pour tout le monde,
enfin presque.

Voorzitter: Paul Tant.
Président: Paul Tant.


On se trouve ici dans une situation extrêmement difficile. Vous aviez
tenu des propos très stricts et d'ailleurs conformes aux règles de
répartition des pouvoirs et aux règles constitutionnelles en la matière.
On est maintenant devant une contradiction directe de la part des
autorités régionales.
10.01 Jean-Jacques Viseur
(cdH): Er werd een beroep
ingediend tegen de aanbesteding
van de gemeente Sint-Genesius-
Rode voor de oproepingsbrieven
voor de verkiezingen en de
gewestelijke voogdijoverheid
dreigt die opdracht te vernietigen.

Ofwel wordt de beraadslaging van
27 februari 2003 voortgezet en
volgt er een reactie vanwege de
toezichthoudende overheid, ofwel
is men bereid de wet met voeten
te treden en de analyse van de
gewestminister van Binnenlandse
Aangelegenheden te volgen.

Over welk gezag beschikt de
minister om de wet te doen
naleven?
Que faire? Ou bien ne rien faire mais, dans ce cas-là, il n'y aura pas
de marché et pas de document pour convoquer les électeurs ou bien
poursuivre la délibération du 27 février 2003 et puis encourir les
risques de réaction de la tutelle ou bien accepter de violer la loi, ce
qui serait tout à fait contraire à notre texte, en se pliant aux
injonctions ou en tout cas à l'analyse faite par le ministre régional de
l'Intérieur. Devant ces multiples choix, de quelle autorité le ministre
de l'Intérieur peut-il faire preuve pour faire respecter la loi?
10.02 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, mijn
vraag kan heel kort zijn omdat zij over hetzelfde onderwerp gaat
maar uiteraard vanuit een andere gezichtshoek.
10.02 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Ma question porte sur le
même sujet mais considéré sous
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15

De problematiek werd reeds geschetst. Mijnheer de minister, het was
al een tijdje geleden dat u in conflict kwam met uw ambtsgenoot op
het Vlaamse niveau. Ik heb dus gelezen dat minister Van
Grembergen een andere interpretatie geeft dan de uwe.

De heer Van Grembergen zegt dat alle oproepingsbrieven in het
Nederlands moeten gesteld zijn. U zou dit eerder restrictief
interpreteren en zeggen dat het in de taal van de kiezer moet zijn.

Dat vormt natuurlijk een probleem en ik had dan ook graag vandaag
uw standpunt terzake gekend.
un autre angle. L'interprétation du
ministre Van Grembergen diverge
de celle du ministre Duquesne en
ce sens que le ministre flamand
estime qu'aux termes de la loi,
toutes les convocations doivent
être rédigées en néerlandais. Quel
est le point de vue du ministre?
10.03 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, je
confirmerai la réponse ­ ce sujet rencontre beaucoup de succès! ­
que j'ai donnée le 23 février en commission de l'Intérieur de la
Chambre à M. Clerfayt et à Mme Lalieux, le 30 janvier en réunion
plénière de la Chambre à M. Viseur, le 20 février en réunion plénière
du Sénat à MM. Joris Van Hauthem et à Jean-Marie Happart et le 26
mars, en commission de l'Intérieur de la Chambre à Mme Simonne
Creyf et à M. Bart Laeremans.

Dès que la date des élections sera officielle, c'est-à-dire après la
publication au "Moniteur belge" de l'arrêté royal de convocation des
électeurs, j'enverrai, avec l'accord du gouvernement, une circulaire
qui confirme la jurisprudence établie de la commission permanente
de contrôle linguistique. Il ressort de celle-ci que, dans les six
communes périphériques bruxelloises, les convocations électorales
doivent être établies dans la langue que le destinataire emploie ou
dont il a demandé l'usage dans ses rapports avec l'autorité locale.

Je me contenterai d'ailleurs de reprendre la circulaire sur ce point qui
était celle de mon honorable prédécesseur, de heer Van den
Bossche, die minister van Binnenlandse Zaken was.

Afin d'éviter un éventuel blocage qui résulterait du refus du receveur
communal, sur instruction du ministre flamand des Affaires
intérieures, de payer la facture de l'imprimeur chargé d'établir les
convocations électorales, j'ai chargé mon administration d'envisager
différentes formules permettant de rencontrer cette difficulté.

Comme disait l'ancien premier ministre, il faut toujours réfléchir et
apporter des solutions aux problèmes lorsqu'ils se posent. Par
conséquent, je réfléchis et j'apporterai une solution au problème
lorsqu'il se posera.
10.03
Minister Antoine
Duquesne: Van zodra de datum
van de verkiezingen officieel is,
zal ik een omzendbrief sturen die
de jurisprudentie van de VCT
bevestigt, volgens dewelke de
oproepingsbrieven voor de
verkiezingen in de zes Brusselse
randgemeenten dienen te worden
opgesteld in de taal die de
bestemmeling gebruikt of die hij
gevraagd heeft in zijn contacten
met de plaatselijke overheid te
gebruiken.

Ik zal de omzendbrief van mijn
voorganger de heer Van den
Bossche overnemen. Ik heb mijn
administratie ermee belast,
formules te overwegen die een
mogelijke blokkering kunnen
voorkomen. Deze blokkering zou
voortvloeien uit de weigering van
de gemeenteontvanger, op
instructie van de Vlaamse minister
van Binnenlandse
Aangelegenheden, om de
rekening te betalen van de
drukker die wordt belast met het
opstellen van de
oproepingsbrieven voor de
verkiezingen.
Wat de vraag van de heer Van Hoorebeke inzake het overlegcomité
betreft, zijn er thans voldoende juridische argumenten die een
aanhangig-making van dit comité in die zaak onmogelijk maken.
Daarvan ben ik absoluut zeker.
Il y a aujourd'hui suffisamment
d'arguments juridiques pour saisir
le Comité de concertation de
l'affaire.
10.04 Jean-Jacques Viseur (cdH): Monsieur le ministre, je me
réjouis que la circulaire à venir ne sera pas une révolution
"copernicienne" en la matière. Vous auriez pu vous inspirer du destin
ultérieur de M. Van den Bossche! J'espère qu'elle ne volera pas trop
haut comme BIAC et qu'elle restera dans le droit fil de ce que doit
être l'application de la loi en la matière.
10.04 Jean-Jacques Viseur
(cdH): Ik hoop dat de toekomstige
rondzendbrief in
overeenstemming zal zijn met de
wet.
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
10.05 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Mijnheer de voorzitter, ik kan
niet verheugd zijn over het antwoord van de minister. Het
ontgoochelt mij. Het was immers mijn laatste vraag. Ik had gedacht
een goed antwoord op deze vraag te krijgen.

Mijnheer de minister, kent de heer Van Grembergen uw standpunt
al? Wat zal hij doen: blaffen en terug in zijn hok kruipen?
10.05 Karel Van Hoorebeke
(VU&ID): Cette réponse me
déçoit. Le ministre Van
Grembergen est-il déjà au courant
de votre position?
10.06 Minister Antoine Duquesne: U kent hem toch? Ik weet het
niet.
10.06 Antoine Duquesne,
ministre: Je l'ignore.
Cela dit, vos questions vont me manquer. La semaine prochaine,
j'errerai complètement désoeuvré. Quatre ans d'un travail intensif!
Quel plaisir j'éprouvais, monsieur le président, à venir le mercredi au
Parlement!
10.07 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): De heer Van Grembergen
moet hem bellen.
De voorzitter: Dat ligt buiten mijn bevoegdheid.
10.08 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Hij woont toch in Ertvelde.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Guido Tastenhoye aan de minister van Binnenlandse Zaken over "het
vreemdelingenbeleid" (nr. B526)
11 Question de M. Guido Tastenhoye au ministre de l'Intérieur sur "la politique des étrangers"
(n° B526)
11.01 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, dit zal waarschijnlijk mijn laatste mondelinge
vraag zijn aan u in deze legislatuur tenzij ik er morgen nog een zou
stellen in de plenaire vergadering maar dat weet ik nog niet.

Mijnheer de minister, kunt u aan de Kamer de cijfers meedelen voor
de eerste drie maanden van 2003 inzake het aantal asielaanvragen?
Kunt u ons ook een korte analyse geven van die cijfers? Kunt u de
cijfers en de gegevens meedelen voor de eerste drie maanden van
2003 inzake het aantal verwijderingen van het grondgebied op de
diverse wijzen? Kunt u de stand van zaken meedelen met betrekking
tot het aantal asieldossiers dat nog in behandeling is en dit in de
diverse stadia van de procedures? Kunt u de laatste stand van zaken
meedelen met betrekking tot de afhandeling van de
regularisatiecampagne? Kunt u de laatste stand van zaken meedelen
met betrekking tot het aantal regularisaties op basis van artikel 9 van
de vreemdelingenwet van 1980?
11.01 Guido Tastenhoye
(VLAAMS BLOK): Le ministre
peut-il communiquer les données
chiffrées pour les trois premiers
mois de 2003 concernant le
nombre de demandes d'asile, le
nombre d'expulsions, le nombre
de dossier d'asile en cours de
traitement ainsi qu'une analyse de
ces chiffres? Comment progresse
la campagne de régularisation? A
combien de régularisations a-t-on
procédé sur la base de la loi sur
les étrangers de 1980?
11.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de voorzitter, collega,
de cijfers van de asielaanvragen voor de eerste drie maanden van
2003 zijn de volgende: 1.449 aanvragen in januari, 1.103 aanvragen
in februari en 1.276 aanvragen in maart. Dit komt neer op een
vermindering van 857 asielaanvragen of 18% ten opzichte van het
eerste trimester van 2002. Wij hebben werkelijk te maken met een
structurele en duurzame daling van het aantal asielaanvragen. Ik
11.02 Antoine Duquesne,
ministre: Au cours des trois
premiers mois de 2003, le nombre
de demandes d'asile était inférieur
de 18 pour cent à celui enregistré
au cours du premier trimestre de
l'année dernière. Il s'agit d'une
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
wens te benadrukken dat die cijfers behaald werden in volledige
naleving van de Conventie van Genève en de rechten van de
kandidaat-vluchtelingen. De verklaring van die daling kent u. Het is
de verhoogde doeltreffendheid van de asielinstanties en de
versnelling van de behandeling van de asielaanvragen die hieruit
voortvloeien, het behoud van de materiële hulp in plaats van de
financiële hulp en de toename van de repatriëring.
baisse structurelle et durable,
cependant que la Convention de
Genève est pleinement respectée
et que les droits des candidats-
réfugiés sont garantis. Cette
baisse s'explique notamment par
les facteurs suivants: un meilleur
fonctionnement des instances
d'asile, l'accélération de l'examen
des demandes d'asile, l'octroi
d'une aide matérielle plutôt que
d'une aide financière,
l'augmentation du nombre des
rapatriements et des retours sur
une base volontaire. Par ailleurs,
le nombre d'étrangers se
présentant à la frontière sans
documents d'identité a également
diminué.
Pour ce qui est précisément des retours volontaires et des
éloignements depuis le début de l'année, nous avons enregistré 732
retours volontaires et 2.732 éloignements. Ce dernier chiffre se
ventile comme suit:
- 1.923 rapatriements,
- 776 refoulements à la frontière,
- 33 remises à la frontière.

Ces chiffres relatifs aux éloignements et aux retours volontaires sont
également en augmentation par rapport au premier trimestre 2002,
alors même que le nombre de demandes d'asile a baissé. Le nombre
de remises à la frontière a ainsi augmenté de 10% et le nombre de
rapatriements de 24%. Le total des retours volontaires a, lui aussi,
augmenté puisque l'on assiste à une hausse de 26% par rapport aux
trois premiers mois de 2002. Le chiffre des refoulements depuis la
frontière a, quant à lui, diminué, tout simplement parce que moins
d'étrangers sans document se présentent aux frontières que l'an
dernier. Cela est plutôt une bonne nouvelle.

Pour ce qui est des arriérés, vous savez qu'au niveau de l'Office des
étrangers, l'arriéré a disparu depuis un an et demi déjà et qu'au
niveau de la Commission permanente de recours des réfugiés, il se
situe à un niveau acceptable. Il subsiste encore un certain arriéré au
niveau du Commissariat général. Vous m'avez laissé fort peu de
temps pour l'interroger en détail sur les chiffres relatifs au premier
trimestre 2003 mais je sais que vous lui écrivez de temps en temps
pour lui poser directement l'une ou l'autre question. N'hésitez pas, je
vous invite d'ailleurs à le faire, à le questionner en détail sur les
aspects de son travail qui vous intéressent. Personnellement, je n'ai
pas pu me procurer tous les renseignements que vous souhaitiez.

S'agissant de l'opération de régularisation, vous savez que sur les
37.122 demandes introduites, 36.058 ont été définitivement
clôturées. Par ailleurs, 739 ont été saisies par différents parquets. Il
est donc matériellement impossible de les clôturer mais mon
collègue de la Justice veille avec les parquets concernés à ce que
ces dossiers ne soient pas perdus de vue et qu'ils puissent être
rendus dès que possible à la Commission des régularisations. Le
Sinds begin dit jaar keerden 732
mensen vrijwillig terug en werden
2.732 mensen verwijderd: het ging
om 1.923 repatriëringen, 776
terugdrijvingen naar de grens en
33 terugleidingen naar de grens.

Het aantal verwijderingen en het
aantal gevallen van vrijwillige
terugkeer nemen toe in
vergelijking met het eerste
trimester van 2002, terwijl het
aantal asielaanvragen is gedaald.
Anderzijds is het aantal
terugwijzingen aan de grens
gedaald omdat zich aan de grens
minder vreemdelingen zonder
papieren aanbieden.

De achterstand bij de Dienst
Vreemdelingenzaken is sinds
anderhalf jaar ingelopen. De
achterstand bij de Vaste
Beroepscommissie voor de
vluchtelingen zit op een
aanvaardbaar niveau. Bij het
Commissariaat-generaal bestaat
nog een zekere achterstand.

Van de 37.122 ingediende
regularisatieaanvragen werden er
36.058 definitief afgesloten.
Daarnaast werden 739 dossiers in
beslag genomen door
verscheidene parketten. Mijn
collega van Justitie zorgt er ­ met
die parketten ­ voor dat die
dossiers zo vlug mogelijk aan de
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
parquet de Hasselt vient d'ailleurs de leur restituer une petite
centaine de dossiers. Ces dossiers revenant des parquets doivent
encore faire l'objet d'une instruction au niveau des chambres de la
commission de régularisation, lesquelles devront organiser des
audiences, émettre des avis et ensuite, me les soumettre.
Commissie voor Regularisatie
worden bezorgd, die ze nog zal
moeten behandelen.
Wat de aanvragen in artikel 9 derde lid betreft, weet u dat ik onlangs
een rondzendbrief heb goedgekeurd tot vergelijking van bepaalde
dingen en tot herinnering van de draagwijdte en de juiste ratio legis
van die bepaling. De dienst heeft bovendien een nieuwe cel voor de
behandeling van die aanvragen ingesteld. Er werd pas extra
personeel aangeworven en het zou weldra nog moeten toenemen.
Die cel moet thans 6.913 aanvragen behandelen, maar enkel voor de
maand maart 2003 heeft het 600 beslissingen genomen. Ik herinner
eraan dat het indienen van een aanvraag tot verblijf, artikel 9.3 derde
lid, geen recht geeft op tijdelijk verblijf, noch de
verwijderingmaatregel onmogelijk maakt.
En ce qui concerne les demandes
basées sur l'article 9, troisième
alinéa, j'ai diffusé récemment une
circulaire resituant avec précision
l'article dans son contexte.
L'Office des étrangers à créé
récemment une nouvelle cellule
s'occupant exclusivement des
demandes de ce type. Pour le
seul mois de mars, cette cellule a
déjà traité 700 dossiers.
11.03 Guido Tastenhoye (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister,
ik dank u voor deze zeer interessante cijfers. Wij zullen ze
bestuderen zoals we dat gewoonlijk doen. Inzake de laatste categorie
van aanvragen tot regularisatie op basis van artikel 9 derde lid van
de wet van 1980 blijven wij het abnormaal vinden dat daar nu zulk
een sterke toename is, wat volgens ons ontegensprekelijk wijst op
een misbruik van deze procedure. Wij hebben u vroeger al
aangeraden om een wetgevend initiatief te nemen of in elk geval een
initiatief te nemen, een filter in te bouwen, zodat dit misbruik binnen
de perken wordt gehouden. Wij zullen daar blijven op aandringen.
Voor de rest zullen wij uw cijfers inderdaad verder bestuderen,
mijnheer de minister. Ik dank u in elk geval voor uw gegevens.
11.03 Guido Tastenhoye
(VLAAMS BLOK): Je remercie le
ministre pour les chiffres. Il est
étrange que le nombre de
demandes basées sur l'article 9
continue d'augmenter. Cela
indique qu'il y a des abus et qu'il
conviendrait de prévoir un filtre
afin d'exclure de la procédure
ceux qui invoquent indûment
l'article en question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Samengevoegde vragen van
- de heer Willy Cortois aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de stemplicht van in het
buitenland verblijvende Belgen en de wetgeving op het gebruik van de talen" (nr. B513)
- mevrouw Simonne Creyf aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de inschrijving van de
Belgen in het buitenland voor de verkiezingen van het federaal parlement van 18 mei" (nr. B525)
- de heer Bart Laeremans aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de buitenlandkiezers"
(nr. B528)
12 Questions jointes de
- M. Willy Cortois au ministre de l'Intérieur sur "le vote des Belges résidant à l'étranger et la
législation sur l'emploi des langues" (n° B513)
- Mme Simonne Creyf au ministre de l'Intérieur sur "l'inscription des Belges à l'étranger pour les
élections législatives du 18 mai" (n° B525)
- M. Bart Laeremans au ministre de l'Intérieur sur "les électeurs à l'étranger" (n° B528)
12.01 Willy Cortois (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik zal het kort houden. De wet van 7 maart 2002 heeft voor
Belgen die in het buitenland verblijven, de procedure om te stemmen
inderdaad verlicht, en blijkbaar met succes. Ik ken de juiste cijfers
niet, maar misschien kunt u die voor Vlaanderen, Wallonië en
Brussel snel geven, als u die bij zich hebt. Het systeem is eigenlijk
vrij eenvoudig. De Belg gaat naar de diplomatieke of consulaire post,
vraagt er een aanvraagformulier, eventueel een
volmachtenformulier, en kiest een van de 584 gemeenten om zijn
12.01 Willy Cortois (VLD): La
procédure applicable aux Belges
résidant à l'étranger et souhaitant
participer aux élections a été
assouplie en 2002. Les Belges
résidant à l'étranger doivent
compléter un formulaire de
demande et choisir l'une des 583
communes que compte notre pays
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
kiesplicht te vervullen of om daar per volmacht te laten stemmen.

Zoals altijd in ons land zit er echter een communautair addertje in het
gras. Vorige week en de week daarvoor was u er helaas niet, en dus
hebt u wat tijd gewonnen. Het gaat erom in welke taal het
aanvraagformulier moet worden ingevuld. Blijkbaar gebeurt dat op
willekeurige wijze. Een Franstalige kan dus een aanvraagformulier
invullen in het Frans, ook al is het bestemd is voor een eentalig
Vlaamse gemeente. En een Nederlandstalige kan een
aanvraagformulier invullen in het Nederlands, ook al is het bestemd
voor een eentalig Franstalige gemeente.

De heer Reynders, die u verleden week met de nodige onschuld
heeft vervangen in de plenaire vergadering, zegt dat dat kan en mag.
Hij beroept zich op artikel 30 van de Grondwet waarin de vrije keuze
van taal door de particulier wordt bepaald. Men kan zich dus
uitdrukken in een van de drie landstalen. Nadat ik dat antwoord had
gelezen, en mij heb geïnformeerd, stel ik dat dit een compleet
verkeerde interpretatie is. Volgens artikel 1, §5, van de wet op de
bestuurszaken is de bestuurstaalwetgeving immers ook van
toepassing op de parlementaire verkiezingen.

Ik ga zelfs verder. Indien ik goed ben ingelicht, werd die bevoegdheid
zelfs door middel van een decreet in Vlaanderen ingevuld. In
Wallonië heeft men dat blijkbaar nog niet nodig geacht. Daarom stel
ik u de vraag of u eigenlijk niet aan bevoegdheidsovertreding doet,
vermits voor de eentalige gemeenten Vlaanderen bevoegd is, zoals
Wallonië bevoegd kan zijn.

Het kan in feite niet dat men in het buitenland een aanvraagformulier
invult in een andere taal dan de landstaal van de gemeente waarvoor
men vrijwillig heeft gekozen. Ik heb hier zo'n aanvraagformulier bij
de hand. Daarin staat duidelijk en ondubbelzinnig het volgende bij de
richtlijnen voor de registratie als kiezer: "Door dit
inschrijvingsformulier kiest de Belgische kiezer die in het buitenland
verblijft uit de 589 Belgische gemeenten de gemeente waar hij of zij
wenst ingeschreven te worden als kiezer. De vrouwelijke kiezers
moeten het formulier invullen met hun meisjesnaam". Mevrouw
Creyf, daartegen zult u wel geen bezwaar hebben.

De tweede voorwaarde is dat het formulier moet worden opgesteld in
de taal van de gekozen gemeente.
pour y exercer leur obligation de
vote. S'il s'agit là, à première vue,
d'une procédure particulièrement
simple, on ne saurait nier qu'il y a
anguille communautaire sous
roche. En effet, selon le
règlement, le formulaire de
demande doit être établi dans la
langue de la commune dans
laquelle le candidat électeur a
choisi de voter. Or, dans la réalité,
cette règle ne semble guère
respectée. Alors que, de l'avis du
ministre Reynders, le non-respect
du règlement ne posait pas
problème, il apparaît aujourd'hui
que ce règlement revêt malgré
tout un caractère contraignant.
12.02 Simonne Creyf (CD&V): Absoluut.
12.03 Willy Cortois (VLD): Mijnheer de minister, dat staat in het
officiële document. Ik veronderstel dat uw departement het
aanvraagformulier heeft opgesteld. Ik herhaal dat het formulier moet
worden opgesteld in de taal van de gekozen gemeente.

Mijnheer de minister, ik verneem dat onze consulaire en
diplomatieke posten de kiezer op deze verplichting niet wijzen. Een
tiental documenten werden aanvaard in het Frans terwijl ze bestemd
waren voor een eentalig Vlaamse gemeente. Ik veronderstel dat
hetzelfde zich kan voordoen in Franstalige gemeenten. Dit lijkt me
compleet in tegenstrijd met de onderrichtingen en met de wet op de
bestuurszaken.
12.03 Willy Cortois (VLD): Une
commune ressortissant à un
régime linguistique déterminé
peut-elle accepter une demande
rédigée dans une autre langue
nationale? La solution proposée
par le département des Affaires
étrangères, à savoir joindre un
formulaire de demande blanc au
document original, est-elle
acceptable? Est-elle conforme à
la législation linguistique? Le
président d'un bureau de vote
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
Mijnheer de minister, bent u hiervan op de hoogte? Hebt u de
diplomatieke posten instructies gegeven? Men kan niet naast de
overtreding van uw onderrichtingen kijken. Wat moeten de
gemeenten met deze documenten doen? Ik verneem dat het
departement van Binnenlandse Zaken hieraan een bijzondere
oplossing heeft gegeven. Indien een Franstalig inschrijvingsformulier
toekomt op de Vlaamse gemeente ­ wellicht gebeurt dit ook met
Nederlandstalige documenten in Franstalige gemeenten - en de
ambtenaar die geacht wordt de wet toe te passen, neemt contact op
met uw departement wordt hem de raad gegeven een blanco
formulier toe te voegen aan de aanvraag. De ambtenaar wordt
uitdrukkelijk verzocht de kiezer te registreren. Het dossier wordt
vrijwel volledig wettelijk gemaakt door een blanco formulier aan de
bundel toe te voegen. Idem dito voor de volmachten.

Mijnheer de minister, u weet dat ik een zeer redelijk mens ben. Los
van alle communautaire bedenkingen moet, mijns inziens, de wet
voor iedereen gelden en door iedereen worden toegepast. Als
duidelijk is bepaald dat het formulier moet worden opgesteld in de
taal van de gekozen gemeente ­ ik heb een voorbeeld van zo'n
document bij me ­ dan vind ik dat u, het departement Buitenlandse
Zaken, de diplomaten en alle ambtenaren de wet moeten
respecteren. Dat is geen communautaire reflex maar een normaal
democratisch principe. Deze zaak is niet kosjer. Wat is uw standpunt
terzake?
peut-il refuser une demande
rédigée dans une autre langue?
12.04 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn vraag sluit aan bij deze van collega Cortois. Vooraleer
dieper op dit punt in te gaan wil ik eerst iets anders aankaarten.

Vorige week woensdag verklaarde u in de commissie voor de
Binnenlandse Zaken dat 70.811 Belgische kiezers in het buitenland
zich hebben ingeschreven voor de verkiezingen van 18 mei van het
federale Parlement. Vrijdag, twee dagen later, verklaart de eerste
minister aan de pers dat niet 70.811 maar 102.198 Belgische kiezers
in het buitenland zich hebben ingeschreven. Vorige week hebt u
verklaard dat de cijfers gebaseerd waren op de optelling op datum
van 21 maart en dat het tussen 21 maart en 1 april ­ uiterste datum
voor de diplomatieke posten voor de verzending van de
inschrijvingsformulieren - nog mogelijk zou zijn dat, en ik citeer de
minister, "quelques formulaires arrivent encore de l'un ou l'autre
poste". Het blijken er echter meer dan 30.000 te zijn.

De minister kan de plotse toename van het aantal dossiers misschien
eens verduidelijken.

Voor het tweede deel van mijn vraag sluit ik mij aan bij de vraag van
collega Cortois. In Vlaamse gemeenten zonder faciliteiten voor
Franstaligen rond Brussel stelt men nu vast dat de administratie
kiezers zou moeten inschrijven op basis van Franstalige
documenten. Wat collega Cortois zegt, is juist. De formulieren
werden verspreid in de drie landstalen. Ze vermelden dat de
registratie moet gebeuren in de taal van de gemeente, waar men wil
gaan kiezen. In die zin beantwoordt het formulier aan de
voorschriften.

Mijnheer de minister, ik geef een voorbeeld uit één gemeente. Zo
zijn er echter op dit ogenblik meerdere gemeenten.
12.04 Simonne Creyf (CD&V):
La semaine dernière, le ministre
affirmait que 70.811 électeurs
belges s'étaient inscrits à
l'étranger pour les élections du 18
mai. A peine deux jours plus tard,
ils étaient déjà 102.198. Comment
le ministre explique-t-il cette
soudaine augmentation?

Les communes flamandes sans
facilités pour les francophones
seraient obligées d'inscrire des
électeurs sur la base de
documents rédigés en français.
Les formulaires d'inscription ont
toutefois été distribués dans les
trois langues nationales avec la
mention que l'enregistrement
devait se faire dans la langue de
la commune dans laquelle
l'électeur désirait s'inscrire.
Leeuw-Saint-Pierre a décidé de
considérer ces documents rédigés
en français comme nuls. D'autres
communes telles que Dilbeek,
Gammerages et Overijse
envisagent une mesure similaire.

Comment les électeurs belges
résidant à l'étranger se
répartissent-ils entre les
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21

De gemeente Sint-Pieters-Leeuw kreeg zestig formulieren van
Belgen in het buitenland. Zij wilden zich in Sint-Pieters-Leeuw
inschrijven. Acht van hen wilden zich in het Frans inschrijven. De
administratie nam contact op met het kabinet van Binnenlandse
Zaken. De administratie nam ook contact op met het kabinet van
Buitenlandse Zaken. Ze kreeg als antwoord dat de administratie deze
mensen moet inschrijven. Zowel op het kabinet van Binnenlandse als
van Buitenlandse Zaken zei men dat de administratie de formulieren
moet aanvaarden. Wat heeft de gemeente gedaan? De gemeente
Sint-Pieters-Leeuw beschouwt de formulieren als nietig, zolang er
geen andere beslissing valt. Ondertussen zou het kabinet van
Buitenlandse of van Binnenlandse Zaken de burgers wel kunnen
verwittigen dat zij hun aanvraag in het Nederlands moeten doen. Dat
kan echter niet meer want het is te laat. De registratieprocedure werd
immers eergisteren, maandag 31 maart 2003, afgerond.

Mijnheer de minister, ik heb het voorbeeld gegeven van Sint-Pieters-
Leeuw. Hetzelfde doet zich voor in Dilbeek, in Beersel, in Affligem, in
Overijse en in Galmaarden. Dat zijn dan nog enkel de gemeenten die
mij op het ogenblik bekend zijn. Ook deze gemeenten overwegen om
de Franstalige inschrijvingen te weigeren.

Mijnheer de minister, daarom wil ik u de volgende vragen stellen.

Ten eerste, bevestigt u de cijfers van de eerste minister? Zijn de
cijfers van de eerste minister de definitieve cijfers? Vanwaar komt
het verschil tussen uw cijfers van vorige week en de cijfers, die de
eerste minister twee dagen later gaf?

Ten tweede, wat is de verdeling van de Belgische kiezers in het
buitenland over de Gewesten en de kieskringen?

Ten derde, indien de cijfers van de eerste minister juist zijn, betekent
dit dat de helft van de Belgische kiezers in het buitenland zich niet
hebben ingeschreven. De wet bepaalt nochtans dat de stemplicht ook
op hen van toepassing is. Zal u toezien op de niet-naleving van de
stemplicht? Zo ja, op welke wijze zal u dat doen?

Ten vierde, op basis van welke wetgeving kunnen Vlaamse
gemeenten zonder faciliteiten voor Franstaligen worden verplicht
Belgische kiezers in het buitenland in te schrijven op basis van
Franstalige documenten?
différentes Régions et les divers
arrondissements? La moitié
seulement des Belges résidant à
l'étranger s'est inscrite alors que
l'obligation de vote leur est
également applicable. Le ministre
va-t-il faire contrôler le non-
respect des obligations en matière
de vote?

En vertu de quelle législation les
communes flamandes sans
facilités pour les francophones
peuvent-elles être contraintes à
inscrire des électeurs belges
résidant à l'étranger sur la base de
documents établis en français?
12.05 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, er is hier al veel gezegd dat u vorige week een
antwoord heeft gegeven. Ik ben blij dat aan mijn vraag van vorige
week werd gerefereerd. Toen al heeft u een aantal uitsplitsingen
gegeven. Dat heeft mij de gelegenheid gegeven om de uitsplitsingen
te berekenen en na te gaan welke percentages ermee
overeenstemmen.

Mijnheer de minister, ik kwam tot de vaststelling dat slechts 38% van
de 70.000 geregistreerde kiezers in Vlaanderen werden
geregistreerd.

Slechts 38% van de 70.000 geregistreerde kiezers, waren in
Vlaanderen geregistreerd en 38% in Wallonië, terwijl Vlaanderen
12.05 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Sur la base de la réponse
du ministre, j'ai procédé à
quelques calculs. Sur les 70.000
inscriptions enregistrées, 38%
l'ont été en Flandre, 38% en
Wallonie et 23% à Bruxelles. Une
majorité d'électeurs votera pour
des listes francophones à
Bruxelles, ce qui risque de rompre
le fragile équilibre.

Comment se fait-il que 30.000
inscriptions se soient ajoutées tout
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
toch meer dan 25% meer inwoners heeft - 25% in absolute
percentages -. 23% is in Brussel geregistreerd, terwijl Brussel maar
9,5% van de inwoners telt. Brussel heeft meer dan dubbel zoveel
geregistreerden dan zijn bevolkingsaantal zou doen vermoeden.
Daaruit kunnen wij alleen maar vaststellen, mijnheer de minister, ook
al omwille van het feit dat in faciliteitengemeenten - in het Vlaamse
Gewest dus ­ een hoop Franstalige formulieren zijn binnengekomen,
dat de grote meerderheid van de kiezers die op deze manier hun
stem zullen uitbrengen, voor Franstalige lijsten zullen kiezen. Het
broze evenwicht dat op dit moment bestaat in Brussel-Halle-
Vilvoorde, zal verder worden verstoord. Volgens mij is dit de
verborgen agenda achter het hele verhaal. Het was de PRL, uw
partij, die dat absoluut wou doordrukken, vooral ter compensatie van
de snel-Belgwet, waarvan men wist dat zij heel wat nieuwe kiezers
zou opleveren, maar dan voornamelijk voor de socialisten en de
groenen. Zodoende heeft men de PRL een soort van compensatie
willen geven. In elk geval spelen beide operaties, zowel de snel-
Belgwet als de kiezers vanuit het buitenland, sterk in het voordeel
van de Franstaligen en gaan zij een belangrijke negatieve weerslag
hebben op de komende parlementsverkiezingen in Brussel-Halle-
Vilvoorde.

Mijnheer de minister, mijn vraag in verband met deze cijfers is
duidelijk. U hebt vroeger 30.000 kiezers minder opgegeven. Kan u
verklaren hoe er in twee dagen opeens 30.000 kiezers uit de lucht
zijn gevallen? Kan u van het globale aantal van 102.000 een
uitsplitsing geven per gewest en per arrondissement ­ zo ken ik ook
de cijfers van Halle-Vilvoorde - en per provincie, zoals u vorige keer
heeft gedaan?

Ten tweede, een aantal Franstalige formulieren zijn in ééntalig
Nederlandse gemeenten en in faciliteitengemeenten
terechtgekomen. Een aantal gemeentebesturen hebben zeer terecht
geweigerd die formulieren te aanvaarden, want Nederlandstalige
ambtenaren kunnen niet geacht worden anderstalige formulieren te
verstaan en te behandelen, dat weet u als minister van Binnenlandse
Zaken uiteraard zeer goed. Nu heeft u merkwaardig genoeg aan een
aantal gemeenten de opdracht gegeven om die wel te behandelen,
tegen de wet in. Het is toch wel heel merkwaardig dat u als minister
van Binnenlandse Zaken daarbij én uit uw eigen bevoegdheden
treedt én de wetgeving overtreedt. Bovendien gaat u met uw
standpunt lijnrecht in tegen het standpunt van de Vlaamse minister
van Binnenlandse Aangelegenheden, die gisteren in het Vlaams
Parlement is ondervraagd door mijn goede collega Luk Van
Nieuwenhuysen en die heel duidelijk heeft gezegd dat er geen
registratie mogelijk is van Franstalige formulieren in Nederlandstalige
gemeenten. Die formulieren kunnen op die wijze dus niet worden
erkend. Hij bevestigde dat dit verhaal ook opgaat voor de
faciliteitengemeenten, want faciliteiten gelden niet voor personen die
niet in de gemeente resideren en Belgen in het buitenland hebben
geen recht op faciliteiten, dixit de Vlaamse minister van
Binnenlandse Aangelegenheden. In die zin gaat hij nog verder dan
wat collega Creyf daarjuist heeft gezegd. Daarmee geeft minister
Van Grembergen de oppositie in de Vlaamse faciliteitengemeente
Sint-Genesius-Rode gelijk en ook de houding van het
gemeentebestuur van Sint-Pieters-Leeuw wordt hiermee
goedgekeurd.
à coup? Comment se répartissent-
elles par Région, circonscription et
province?

Plusieurs communes flamandes
ont refusé des formulaires dans
une autre langue. En violation de
la loi, le ministre a ordonné
qu'elles soient tout de même
acceptées. Il adopte ainsi une
position diamétralement opposée
à celle du ministre flamand Van
Grembergen qui a confirmé que la
chose n'est même pas autorisée
dans les communes à facilités,
parce que les Belges habitant à
l'étranger n'ont pas droit aux
facilités. Dans ce cas, sur quelle
base légale le ministre Duquesne
s'appuie-t-il? S'est-il concerté
avec son collègue flamand?
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
Nu vraag ik mij af, mijnheer de minister, waar staat u nu? Wat is nu
uw houding en welke wettelijke basis heeft u nog om uw opdracht
aan de Vlaamse gemeentebesturen of aan de gemeentebesturen in
verband met het inschrijven van anderstalige documenten te
handhaven? In die omstandigheden lijkt het mij logisch dat u, vermits
u uw bevoegdheden te buiten bent gegaan, de opdracht geheel
intrekt. Heeft u al enig overleg gepleegd met uw Vlaamse collega?
Welke redenen heeft u om dat tot op heden niet te hebben gedaan?

Voorzitter: Tony Van Parys.
Président: Tony Van Parys
.
12.06 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de voorzitter, ik
bevestig het antwoord dat mijn collega Didier Reynders in mijn naam
op 27 maart laatstleden heeft gegeven op de vraag van de heer
Cortois. De taalwetten zijn van toepassing voor de diensten maar niet
voor de particulieren. Overeenkomstig artikel 30 van de Grondwet
waaruit blijkt dat het taalgebruik van particulieren facultatief is, kan
de Belg in het buitenland het inschrijvingsformulier en de hierbij
gevoegde volmacht indien hij kiest om een andere kiezer in zijn
naam te laten stemmen, in één van de drie in ons land erkende talen
invullen. Die documenten kunnen worden opgesteld volgens de
keuze van de betrokkene in het Frans, het Nederlands of het Duits.
12.06 Antoine Duquesne,
ministre: Les lois sur l'emploi des
langues s'appliquent aux services
et non aux particuliers.
Conformément à l'article 30 de la
Constitution, tout Belge résidant à
l'étranger est libre de remplir le
formulaire d'inscription et la
procuration en français, en
néerlandais ou en allemand.
L'article 180 quater, § 5 du Code électoral, pour ce qui concerne le
Belge de l'étranger choisissant de voter par procuration dans une
commune belge, et l'article 180sexies du même Code, pour ce qui
concerne le Belge de l'étranger choisissant de voter par procuration
dans le poste diplomatique ou consulaire de carrière dans le ressort
duquel il réside, dispose comme suit, et je cite: "pour être reçu à
voter, le mandataire remet au président du bureau de vote établi
dans la commune ou dans le poste, la procuration. Il lui présente sa
propre carte d'identité et sa propre convocation au scrutin sur
laquelle le président mentionne 'a voté par procuration' ".

Le président du bureau de vote a refusé une procuration de vote et a
dès lors a interdit le vote à son mandant au motif que la procuration
serait rédigée dans une langue autre que celle de la région dans
laquelle la commune est située. Le problème que soulève M.Cortois
ne se pose du reste que pour le Belge de l'étranger choisissant de
voter par procuration dans une commune belge. S'agissant du Belge
de l'étranger qui opte pour le vote par procuration dans le poste
diplomatique dans le ressort duquel il réside, le personnel du poste
qui compose le bureau de vote est censé comprendre nos trois
langues nationales.

Je crois utile de préciser que dans l'immense majorité des cas, la
langue du formulaire et, le cas échéant, la procuration y étant
annexée, coïncident avec la langue de la région dans laquelle la
commune est située. Les difficultés auxquelles vous faites allusion
ne surgiront donc que de manière tout à fait marginale.

En ce qui concerne la troisième question posée par M. Cortois, je
confirme la réponse donnée en mon nom par Didier Reynders le 27
mars dernier: je n'ai pas à me prononcer au sujet des directives
qu'aurait données l'administration du SPF Affaires étrangères, mais il
vous est bien sûr, cher monsieur Cortois, loisible d'interroger sur ce
point, mon collègue dudit département. Si vous vous pressez, c'est
De voorzitter van het stembureau
heeft een volmacht geweigerd
omdat deze zou zijn opgesteld in
een andere taal dan die van het
taalgebied waarin de gemeente is
gelegen.

In de overgrote meerderheid van
de gevallen is de taal van het
formulier en, in voorkomend
geval, van de erbij gevoegde
volmacht, dezelfde als die van het
taalgebied waarin de gemeente is
gelegen. Deze moeilijkheden zijn
dus erg marginaal.

Ik heb mij niet uit te spreken
aangaande de richtlijnen van de
administratie van de FOD
Buitenlandse Zaken.

Wat betreft de discrepantie tussen
de cijfers die ik vorige week heb
gegeven en die welke de eerste
minister heeft geciteerd, heb ik
benadrukt dat de eindafrekening
niet rond was.

Bovendien zijn de cijfers van de
eerste minister gebaseerd op het
aantal inschrijvingsformulieren dat
bij de diplomatieke posten en de
consulaten werd ontvangen. Mijn
cijfers zijn gebaseerd op het
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
encore possible.

En ce qui concerne la disparité constatée quant au nombre de Belges
de l'étranger inscrits, entre les chiffres que j'ai donnés la semaine
dernière et ceux cités par le premier ministre, j'ai bien précisé que le
décompte final n'était pas achevé. Je crois que c'était une question
de M. Laeremans, et je lui avais donné à ce moment, quelques
indications. Il ne le sera que dans les jours qui suivent le 1
er
avril,
date à laquelle, les postes devaient transmettre au plus tard les
formulaires complétés par les Belges à l'étranger. C'est ce que je
vous ai déjà dit la semaine dernière.

La différence entre ces deux séries de chiffres s'explique par ailleurs
comme suit. Les chiffres communiqués par le premier ministre sont
basés sur le nombre de formulaires d'inscription rentrés dans les
postes diplomatiques et consulaires. Les chiffres que j'ai moi-même
cités sont basés sur le nombre d'enregistrements effectués par les
communes du royaume dans leurs listes d'électeurs au fur et à
mesure qu'elles reçoivent ces formulaires en provenance des
différents postes.

La différence entre ces deux nombres est donc appelée à se résorber
à bref le délai. Cela étant, je peux encore vous donner les derniers
chiffres que j'ai, et qui sont encore différents de ceux que le premier
ministre a donnés. La différence est en train de se réduire. Ce sont
les chiffres au 1
er
avril.
aantal inschrijvingen uitgevoerd
door de gemeenten in functie van
de formulieren die zij van de
verschillende posten ontvangen.

Het verschil wordt langzamerhand
weggewerkt. Dit zijn de cijfers op
1 april.
Op 1 april waren er 102.198 Belgen in het buitenland als kiezer
ingeschreven.
A la date du 1
er
avril, 102.198
Belges étaient inscrits comme
électeurs à l'étranger.
Parmi ces 102.198 électeurs, 26,45% sont inscrits dans la
circonscription de Bruxelles-Hal-Vilvoorde.
26,45% is ingeschreven in de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde.
Il est difficile d'obtenir un chiffre précis de répartition mais, en
général, on peut dire que c'est moitié-moitié, c'est ce que disent en
tout cas mes services.

- 13,4% sont inscrits dans la circonscription d'Anvers;
- 11,4% sont inscrits dans la circonscription du Hainaut;
- 9,8% sont inscrits dans la circonscription de Liège;
- 7,6% sont inscrits dans la circonscription du Luxembourg. Ce
pourcentage est supérieur au pourcentage de la population qui
participe aux élections et qui vit dans le Luxembourg. Ce n'est
évidemment pas pour des raisons linguistiques mais c'est parce que
pas mal d'entre eux sont des voyageurs et sont partis travailler à
l'étranger. Je pense à ceux qui sont allés vivre au Grand-Duché de
Luxembourg et ils sont nombreux;
- 7,5% sont inscrits dans la circonscription de Flandre orientale;
- 6,5% sont inscrits dans la circonscription de Flandre occidentale;
- 6% sont inscrits dans la circonscription du Brabant wallon;
- 4,9% sont inscrits dans la circonscription du Limbourg;
- 3,8% sont inscrits dans la circonscription de Namur;
- 2,9% sont inscrits dans la circonscription de Louvain.
Verdeeld per Gewest komt dit
neer op 38,4% in de Waalse
kiesdistricten, 35,2 in de Vlaamse
en 26,4 in Brussel-Halle-
Vilvoorde.
Per Gewest komt dit neer op 38,4% in de Waalse kiesdistricten, En vertu du Code électoral, les
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25
35,2% in de Vlaamse kiesdistricten en 26,4% in het kiesdistrict
Brussel-Halle-Vilvoorde.

Ten slotte kom ik tot de stemplicht. De artikelen 207 tot 210 van het
Kieswetboek, die de niet-naleving van die verplichting bestraffen, zijn
van toepassing op alle Belgische kiezers, zowel in België als in het
buitenland. Dat blijkt uit artikel 180, eerste lid, van het Kieswetboek,
ingesteld door de wet van 7 maart 2002 waarnaar ik daarnet
verwees.
électeurs belges à l'étranger sont
également passibles de sanctions
s'ils ne votent pas. C'est ce qui
ressort de l'article 180, alinéa 1
er
,
réinstauré par la loi du 7 mars
2002.
12.07 Willy Cortois (VLD): Mijnheer de minister, kunnen wij die
tekst krijgen?
12.08 Minister Antoine Duquesne: Natuurlijk, als laatste geschenk.
12.09 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de minister, ik excuseer
me, maar ik heb u niet goed begrepen. Op basis van welke
wetgeving kunnen Vlaamse gemeenten zonder faciliteiten voor
Franstaligen verplicht worden Belgische kiezers in het buitenland in
te schrijven op basis van Franstalige documenten? Die vraag had ik
u gesteld. Ik zou graag hebben dat u mij het antwoord geeft. Volgens
mij is daar geen wetgeving.
12.09 Simonne Creyf (CD&V):
En vertu de quelle législation les
communes flamandes sans
facilités peuvent-elles être
contraintes d'inscrire des électeurs
belges résidant à l'étranger sur la
base de documents libellés en
français?
12.10 Antoine Duquesne, ministre: Article 30 de la Constitution.
Artikel 30 van de Grondwet.
12.10 Antoine Duquesne,
ministre: Sur la base de l'article 30
de la Constitution.
De voorzitter: De vrijheid van taalgebruik.
12.11 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Ja, maar beperkt door de
wetgeving inzake overheidsdiensten.
12.11 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Cet article est limité par la
loi relative aux services publics.
12.12 Minister Antoine Duquesne: Ik heb mijn antwoord gegeven
aan de voorzitter.
12.13 Simonne Creyf (CD&V): Ik heb nog een vraag, mijnheer de
minister. U verwijst naar de artikelen in verband met de stemplicht.
Mijn vraag is echter op welke manier u zult toezien op die niet-
naleving van de stemplicht? Het is al zo moeilijk hier. Hoe zult u het
ginder doen? Sta mij toe even te zeggen dat de Belgen in het
buitenland toch vrij positief gediscrimineerd worden ten aanzien van
onze eigen kiezers. Zij krijgen vijf verschillende manieren om te
stemmen. Onze Belgische bevolking heeft er twee. U kan ofwel zelf
gaan ofwel een volmacht geven.
12.13 Simonne Creyf (CD&V):
Je pense que l'article 30 de la
Constitution ne constitue pas une
base suffisante pour obliger les
communes flamandes à inscrire
des électeurs francophones. Une
législation linguistique n'est-elle
pas également d'application?
12.14 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Men kan zelfs nog niet
altijd een volmacht geven.
12.15 Simonne Creyf (CD&V): In het buitenland heeft men dan vijf
mogelijkheden. Ik vraag dus aan de minister op welke wijze hij zal
toezien op de niet-naleving van de stemplicht.

Ten derde, mijnheer de minister, denk ik dat artikel 30 van de
Grondwet niet voldoende is. Er is ondertussen in het kader van de
bestuurstaalwetgeving toch een taalwetgeving die van toepassing is
12.15 Simonne Creyf (CD&V):
De quelle manière le non-respect
de l'obligation de vote par les
Belges à l'étranger est-il contrôlé?
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
in Vlaanderen, in het Brussels Hoofdstedelijk Gebied en in de
faciliteitengemeenten. Het kan niet dat de Vlaamse gemeenten nu,
op basis van artikel 30 van de Grondwet, verplicht zijn om
Franstaligen in te schrijven in de eigen kiesregisters. Ik durf daar
echt aan twijfelen. Ik wil er eens over spreken met collega's in de
fracties die wat dat betreft meer beslagen zijn dan ik. Ik denk echter
dat u zich op dit vlak vergist. Er is volgens mij geen basis om
Franstalige kiezers te kunnen inschrijven in Vlaamse gemeenten.
12.16 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, en ce
qui concerne les sanctions, comme pour tous les autres Belges, les
personnes qui sont soumises à l'obligation de vote sont celles qui se
sont inscrites. Leur dossier est transmis au juge compétent en la
matière pour appliquer les sanctions qui s'imposent.
12.16
Minister
Antoine
Duquesne: Net als voor alle
Belgen wordt het dossier
overgezonden naar de bevoegde
rechter voor de toepassing van de
sancties.
12.17 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Ik sluit mij aan bij wat hier
zojuist gezegd werd. Vorige week heeft de minister ook al met artikel
30 gezwaaid. Dat is natuurlijk je reinste onzin, want dat artikel
bepaalt inderdaad dat het gebruik van talen vrij is, maar dat het bij
wet kan worden geregeld voor gerechtsaangelegenheden en de
overheidsadministratie. Dat is precies de functie van de taalwetten
en die bestaan reeds sedert lang. Natuurlijk heeft de particulier hierin
alle vrijheid, maar de administratieve diensten in de eentalig
Nederlandstalige gemeenten zijn Nederlandstalig. De taalwetgeving
is hierover zeer duidelijk en daar kan gewoon geen speld tussen. Ik
kan er dus nog altijd niet inkomen hoe men een eentalig Nederlands
ambtenaar in een Vlaamse gemeente kan verplichten een
anderstalig document zelfs maar te begrijpen.

Aangezien er nu een duidelijke richtlijn is van de bevoegde Vlaamse
minister van Binnenlandse Aangelegenheden, meen ik dat er in geen
enkele Vlaamse gemeente anderstalige documenten tot een
inschrijving kunnen leiden. Wij zullen al die gemeenten aanraden om
de documenten te vernietigen. Dat lijkt mij de enige logische
conclusie.

Mijnheer de minister, u geeft cijfers per provincie. Ik heb
gelijkaardige percentages verkregen, namelijk 38% voor Wallonië en
38% voor Vlaanderen. Halle-Vilvoorde hebt u daarbij niet vernoemd.
Zolang Brussel-Halle-Vilvoorde niet opgesplitst is, is het natuurlijk
zeer aanlokkelijk om dat te doen. Ik had toch graag geweten welk
percentage in Halle-Vilvoorde tot Brussel behoort en welk percentage
tot Halle-Vilvoorde zelf? Wat is het totaalpercentage? Eerst sprak u
over 70.000. De eerste minister had het over 102.000. Wat is
momenteel het globale aantal waarop u deze percentages berekend
hebt? Is dat op 1 april 80.000 of 90.000? Kan u mij dat zeggen?
12.17 Bart Laeremans (VLAAMS
BLOK): Il n'est pas correct
d'invoquer l'article 30 de la
Constitution. La législation
linguistique s'applique aux affaires
judiciaires et aux matières
relevant des autorités publiques.
L'administration est unilingue. La
législation linguistique est très
claire à cet égard. On ne peut pas
contraindre un fonctionnaire
unilingue néerlandophone à
comprendre des documents
rédigés en français.

J'aurais voulu savoir, pour
l'arrondissement Bruxelles-Hal-
Vilvorde, quel pourcentage
concerne Bruxelles et
quel
pourcentage Vilvorde. Quel est le
nombre global sur lequel le
ministre se base?
12.18 Minister Antoine Duquesne: Als u mij uw precieze vragen
schriftelijk stelt, zal ik ze beantwoorden. Het is moeilijk om in enkele
uren een antwoord te formuleren. Ik geef altijd zeer precieze
antwoorden.
12.18 Antoine Duquesne,
ministre: Si cette question me
parvient par écrit, mon
administration pourra envoyer la
réponse à M. Laeremans.
12.19 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Ik verwijt u niet dat u
thans minder gedetailleerd bent. De vragen zijn latern
binnengekomen. Wel had ik natuurlijk graag de exacte cijfers gehad.
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
Op een totaal van 102.000 hebt u die waarschijnlijk momenteel nog
niet. Mijn vraag is dan ook of u, in uw hoedanigheid van minister, mij
deze cijfers kan toesturen over een week of over 8 à 10 dagen, zodra
u erover beschikt.
12.20 Minister Antoine Duquesne: Mijn administratie zal de door u
gevraagde inlichtingen schriftelijk bezorgen.
12.21 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Ik hoef het u dus niet
meer te vragen? Uw kabinet zal mij de gegevens toesturen?
12.22 Minister Antoine Duquesne: Jazeker.
12.23 Willy Cortois (VLD): Mijnheer de minister, ik denk dat het
verkeerd is te verwijzen naar de Grondwet. U bent gehouden door de
wetgeving op de bestuurszaken. Ik maak mij ongerust over de reactie
van de Vlaamse gemeenten, vooral omdat er in Vlaanderen blijkbaar
ook een decreet bestaat dat een duidelijke invulling geeft aan de
problematiek.

U zegt zelf dat het een marginaal probleem is, maar u mag niet
vergeten dat, zoals vele marginale problemen, het ook een
symbolisch probleem is. Kijkend naar de toekomst lijkt het mij nogal
evident dat de wet zou herzien worden en desgevallend verbeterd na
een eerste evaluatie. Indien men kiest voor het Nederlandstalig of
Franstalig landsgedeelte, zou de wet moeten voorschrijven dat men
dan aan de Nederlandse respectievelijk Franse taal is onderworpen.
Ik vraag mij af hoe het mogelijk is dat twee administraties regelrecht
ingaan tegen hun eigen instructies.
12.23 Willy Cortois (VLD):
J'estime qu'il est erroné d'invoquer
la Constitution. Il s'agit d'une
matière relevant de la loi sur
l'emploi des langues en matière
administrative. Je crains la
réaction dans les communes
flamandes. Le ministre qualifie
ceci de problème marginal, mais il
s'agit plutôt d'un problème
symbolique. Nous devons
améliorer et adapter la loi, de
sorte que le néerlandais soit
toujours utilisé pour les électeurs
dans la partie néerlandophone du
pays.
12.24 Bart Laeremans (VLAAMS BLOK): Dat is België!
12.25 Willy Cortois (VLD): Om dergelijke conflicten te vermijden
moet er snel voor een aanpassing gezorgd worden.

Men zou bijvoorbeeld voor alle vreemdelingen één groot stembureau
kunnen maken, zoals men dat ook in andere landen doet. Zoals het
nu gaat is het te laat. We zijn machteloos. C'est notre séance
d'adieu. Daar gaan we toch snel op moeten terugkomen zodat dit in
de toekomst niet meer kan gebeuren.
12.25 Willy Cortois (VLD):
D'ailleurs, comment est-il possible
que les deux services
administratifs commettent des
erreurs par rapport à une
instruction qu'il ont donnée?
12.26 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de voorzitter, wettelijke
verbeteringen zijn altijd mogelijk na de verkiezingen.
12.26 Antoine Duquesne,
ministre: Il est en effet possible
d'apporter des améliorations au
texte de loi après les élections.
De voorzitter: Persoonlijk denk ik, als ik dat even mag zeggen, dat
deze kwestie eigenlijk niet het voorwerp uitmaakt van de
taalwetgeving zoals we die nu kennen. Die regelt het gebruik van de
taal tussen de rechtsonderhorigen van een gemeente en anderzijds
de administratie die daarvoor staat. Het gaat niet over
rechtsonderhorigen. Het gaat over mensen die zich in het kiesregister
in een bepaalde gemeente hebben ingeschreven. Dus veronderstel ik
dat de taalwetgeving niet mutatis mutandis in deze van toepassing is.
Het beste was natuurlijk geweest, als ik dat mag zeggen mijnheer de
minister, dat daarvoor een regeling was uitgewerkt, maar die
ontbreekt nu.
Le président: A mon estime, ce
problème ne relève pas de la
législation sur l'emploi des
langues qui s'applique aux
justiciables. Je ne pense pas que
la loi sur l'emploi des langues
s'applique mutatis mutandis à
l'inscription dans le registre des
électeurs. Il aurait été préférable
de prévoir un régime spécifique
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
28
12.27 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de voorzitter, het staat in
het reglement dat het in de drie talen moet, maar men moet zich
schikken naar de taal van de gemeente waarin men zich inschrijft.
12.28 Willy Cortois (VLD): Mijnheer de voorzitter, men verwijst
naar parlementaire verkiezingen, niet naar provinciale en
gemeentelijke verkiezingen.
De voorzitter: De bestuurstaalwet regelt de betrekking tussen de inwoners van een gemeente en hun
gemeentebestuur of andere administratie. Ik kan maar herhalen, ik denk dat deze mutatis mutandis niet
van toepassing is. Ik wil daar het laatste woord niet over gezegd hebben. Ik denk dat we het erover eens
zijn, mijnheer de minister, dat de beste oplossing zou zijn als daar een aparte regeling zou voor hebben
bestaan. Wanneer gemeenten inderdaad zouden zeggen dat ze daar geen rekening mee houden, dan
weet ik niet wat de basis zou kunnen zijn om daar tegenover op te treden. Ik ben daar niet zeker van. Wat
niet wegneemt dat men natuurlijk als gemeentebestuur bijvoorbeeld denkt aan de inschrijving in het
bevolkingsregister. Denk aan huwelijken die men sluit tussen mensen die een andere taal spreken. Dan
heeft men trouwens recht op vertaling. Ik ben niet zeker dat dan de correspondentie die wordt gevoerd
met administraties, buitenlands of met een ander landsgedeelte, door die taalwetgeving wordt beheerst.
12.29 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de voorzitter, op het
formulier staat dat de registratie moet gebeuren in de taal van de
gemeente waar ze willen gaan kiezen. Kan dat niet worden
beschouwd als een omzendbrief? Als een reglementaire bepaling
waar men zich aan moet houden?
12.29 Simonne Creyf (CD&V):
Le formulaire indique
explicitement qu'il convient de
respecter la langue
de la
commune où l'on s'inscrit. Cette
mention ne revêt-elle pas la
valeur d'une circulaire?
De voorzitter: Is dit een bepaling uit de wet zelf?
12.30 Simonne Creyf (CD&V): Mijnheer de voorzitter, de registratie
moet gebeuren in de taal van de gemeente waar ze willen gaan
kiezen.
De voorzitter: Het is in elk geval een interessante kwestie.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de gewezen
administrateur van de Dienst Vreemdelingenzaken" (nr. B532)
13 Question de M. Tony Van Parys au ministre de l'Intérieur sur "l'ancien administrateur de l'Office
des étrangers" (n° B532)
13.01 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de minister, ik heb u op
20 december 2002 een brief geschreven in verband met de gewezen
administrateur van de Dienst Vreemdelingenzaken. De aanleiding
daartoe was een uittreksel uit een rapport van het Vast Comité van
Toezicht op de inlichtingendiensten. Uit dat rapport bleek dat de
gewezen administrateur van de Dienst Vreemdelingenzaken
geprivilegieerde contacten had met een informant die als
onbetrouwbaar werd gekwalificeerd. Deze informant werd gesitueerd
in de nabije omgeving van het milieu van de Russische
georganiseerde criminaliteit. Deze contacten zouden onder meer
verband houden met de repatriëring van vluchtelingen uit
Kazachstan. Het is zo dat de bewuste informant zelf reeds een
correctionele veroordeling opgelopen heeft. Wegens zijn
13.01 Tony Van Parys (CD&V):
Le 20 décembre 2002, j'ai adressé
un courrier au ministre concernant
l'ancien administrateur de l'Office
des étrangers qui aurait entretenu
des contacts privilégiés avec un
informateur suspect, lequel
semblait être en relation avec la
maffia russe. Ces contacts avaient
trait au rapatriement de réfugiés
du Kazakhstan.

L'informateur a déjà subi une
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
29
onbetrouwbaarheid werd hij door de Veiligheid van de Staat geweerd
wegens manipulatie van deze dienst. Ik vond dit een bijzonder
verontrustend gegeven. Ook het Vast Comité van Toezicht op de
inlichtingendiensten vond dit. Vandaar dat zij het in een rapport
vermeld hebben. Dat is de reden waarom ik u op deze situatie
gewezen heb. U hebt mij op 15 januari geantwoord dat u een
onderzoek zou laten instellen door mevrouw De Knop. Mijn vraag is
wat de resultaten van dit onderzoek zijn.

Ik heb echter nog een bijkomende vraag. Ik verneem dat de gewezen
administrateur van de Dienst Vreemdelingenzaken een functie
gekregen heeft bij de federale politie, hoewel hij niet meer
deelgenomen had aan de assessmentproeven en dus niet meer in
aanmerking kwam voor de opvolging. Welke functie heeft hij
gekregen? Is deze functie te verantwoorden in het kader van de
vaststellingen van het Vast Comité van Toezicht op de
inlichtingendiensten?
condamnation en correctionnelle
et a été écarté par la Sûreté de
l'Etat qui ne le jugeait pas fiable.
Le Comité R a fait rapport sur
cette affaire.

Le ministre a annoncé le 15
janvier qu'une enquête serait
ouverte.

L'ancien administrateur général
aurait entre-temps été désigné à
une fonction au sein de la police
fédérale. Comment justifier cela?
13.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur Van Parys, vous avez
bien fait de m'écrire. Je n'ai pas eu le temps de lire cet article du
"Soir magazine". Aussi ai-je demandé à Melle De Knop d'examiner
ce qu'il en était. Et la présidente du comité de direction a eu un
entretien avec l'ancien directeur général de l'Office des étrangers en
ce qui concerne les affirmations figurant dans l'article du "Soir
magazine" du 3 juillet 2002 auquel vous vous référez.

D'après les déclarations de l'intéressé, l'informateur en question fait
partie d'un cercle de connaissances de son épouse et il lui arrive de
le rencontrer dans ce cadre strictement privé. A une reprise,
l'intéressé lui a présenté un homme d'affaires d'origine kazakhe.
Celui-ci a affirmé pouvoir intervenir auprès du gouvernement
kazakhe en vue de faciliter le rapatriement de réfugiés de ce pays.
D'après le fonctionnaire concerné, ses contacts avec l'homme
d'affaires en question ne se sont pas renouvelés et ne se sont pas
poursuivis. Les rencontres éventuelles avec l'informateur n'ont plus
fait l'objet de discussions d'ordre professionnel.

La présidente du comité de direction a, à sa demande et à la suite de
la modernisation de l'administration et de la nomination de titulaires
de mandats N-1, chargé cette personne d'une mission d'expert
sortant du cadre de son ancien secteur d'activités. Il exerce ainsi une
fonction d'expert auprès de l'Inspection générale de la police fédérale
et locale. On me signale qu'il y est chargé de la rédaction du rapport
annuel et qu'il concrétise des audits à la demande des autorités
locales, mais que d'aucune manière, il n'interfère dans les enquêtes
qui sont menées par l'inspection générale.

A la suite de votre question, je m'empresserai, bien entendu,
d'interroger l'inspecteur général pour lui faire part, à la fois, de
l'article du "Soir magazine", de l'entretien que la présidente du comité
de direction a eu et des réponses qui ont été fournies ainsi que de
votre interrogation quant à la compatibilité dans l'exercice des
fonctions d'expert qui lui ont été données.
13.02
Minister
Antoine
Duquesne: Volgens het
onderhoud dat de voorzitster van
het directiecomité met de
voormalig directeur-generaal van
de Dienst Vreemdelingenzaken
had, ontmoet de betrokkene de
informant in een strikt privé-kader.
Hij heeft hem aan een Kazachs
zakenman voorgesteld die zei dat
hij bij zijn regering kon
bemiddelen om de vluchtelingen
makkelijker te repatriëren. Er
heeft geen tweede contact met de
zakenman plaatsgevonden.

De voorzitster van het
directiecomité heeft de betrokkene
op zijn verzoek belast met een
opdracht als deskundige bij de
Algemene inspectie van de
federale en de lokale politie. Hij
mengt zich geenszins in de
onderzoeken.

Ik zal de inspecteur-generaal op
de hoogte brengen van het artikel
in Soir magazine, van het
onderhoud dat de voorzitster van
het directiecomité heeft gehad,
van de gegeven antwoorden
evenals van uw vragen
aangaande de verenigbaarheid
met de uitoefening van de taak
van deskundige.
13.03 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de minister, ik dank u
voor uw antwoord. Ik zou daarvan graag een kopie krijgen.
13.03 Tony Van Parys (CD&V):
Ma question ne m'a pas été
inspirée de l'article du Soir illustré
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
30
Ik wil het volgende zeggen in reactie op uw antwoord. De aanleiding
voor mijn vraag was niet het artikel in Le Soir Illustré. Het was echter
de vaststelling van het Comité I dat naar aanleiding van dat artikel
had nagegaan of de berichten erin klopten. Het Comité I kwam tot de
conclusie dat er inderdaad bevoorrechte contacten waren tussen de
gewezen administrateur van de dienst Vreemdelingenzaken en de
informant in kwestie.

Dat is de reden waarom ik een brief tot u heb gericht. Uit uw
antwoord blijkt dat de betrokkene zelf de contacten bevestigt, maar
deze weliswaar in een bepaald kader situeert. De bevestiging van het
gegeven op zich is volgens mij bijzonder verontrustend. Het vereist
een bijkomend grondig onderzoek omdat er elementen zijn in
dossiers van de naturalisatiecommissie waaruit blijkt dat bepaalde
naturalisaties werden toegestaan aan mensen uit het circuit van de
georganiseerde criminaliteit vanuit Oost-Europa.

Er zijn daarbij ernstige vermoedens dat de
dienst Vreemdelingenzaken een advies heeft verstrekt dat niet
conform de realiteit van het dossier was. Ik durf mij daarover niet uit
te spreken. Ik meen echter dat daarrond een grondig onderzoek moet
worden gevoerd. Dit moet in de eerste plaats omdat u deze
contacten bevestigt en ten tweede, omdat moet worden nagegaan of
er een verband zou kunnen bestaan tussen deze contacten en
bepaalde door de commissie Naturalisaties behandelde dossiers.

Hetzelfde geldt trouwens in verband met de functie bij de inspectie-
generaal van de federale politie. Het is niet evident dat iemand die
dergelijke contacten heeft, de functie van expert bekleedt bij de
inspectie-generaal. Ik denk niet dat ik u daarvan hoef te overtuigen.
Ik wil u trouwens wijzen op het feit dat dit een element zou moeten
zijn van het bijkomend onderzoek waarom ik u verzoek. U wenst
daarop blijkbaar in te gaan.

De contacten met deze informant vormden voor gewezen
onderzoeksrechter Leys, die advocaat-generaal in Bergen was, een
voldoende reden om zijn benoeming tot administrateur-generaal van
de Veiligheid van de Staat te weigeren. Het betreft hier dezelfde
informant. Wanneer de heer Leys zijn benoeming tot administrateur-
generaal van de Veiligheid van de Staat weigert omwille van
gelijkaardige contacten met deze informant, meen ik dat men ten
aanzien van de contacten van de administrateur van de
dienst Vreemdelingenzaken een gelijkaardige terughoudendheid
moet tentoonspreiden.

Ik vraag u zeer uitdrukkelijk dit grondig te onderzoeken.
mais de la confirmation de sa
teneur par le Comité R.

L'intéressé admet lui-même les
contacts. Même s'il les situe dans
un cadre précis, la situation est
suffisamment préoccupante que
pour demander un complément
d'enquête. Nous pourrions ainsi
vérifier s'il existe un quelconque
lien avec les dossiers de
naturalisation des criminels
d'Europe de l'Est qui ont été
acceptés, à tort, par l'Office des
étrangers.

Le fait que l'ancien administrateur
général occupe une fonction au
sein de la police fédérale me
semble pour le moins
problématique. Selon l'ancien juge
d'instruction Leys, de tels contacts
constituaient une raison suffisante
pour refuser sa nomination à la
tête de la Sûreté de l'Etat.

Un complément d'enquête
s'impose.
13.04 Antoine Duquesne, ministre: Je vous laisse la responsabilité
de votre interprétation, notamment en ce qui concerne M. Leys. Nous
savons l'un comme l'autre combien, dans toutes ces affaires, il faut
être prudent dans un sens comme dans l'autre. Mais il est clair que
l'on doit faire preuve de vigilance.

Votre intervention est intéressante, je vais la transmettre à la
présidente du comité de direction pour lui demander de poursuivre
ses investigations. Je vais également attirer l'attention de l'inspecteur
général sur le problème qui est posé. Je crois d'ailleurs qu'ils ont
intérêt à travailler de concert pour trouver une réponse tout à fait
13.04
Minister
Antoine
Duquesne: Ik laat die interpretatie
voor uw rekening. Ik zal uw
betoog overzenden aan de
voorzitster van het directiecomité
met het verzoek het onderzoek
voort te zetten en ik zal de
aandacht van de inspecteur-
generaal op die zaak vestigen. Zij
hebben er trouwens alle belang bij
om samen te werken.
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31
claire aux questions que vous posez à juste titre.
13.05 Tony Van Parys (CD&V): Mijnheer de minister, kunt u mij
daarvan dan op de hoogte houden?
13.05 Tony Van Parys (CD&V):
Pouvez-vous me tenir au courant
de la situation?
13.06 Antoine Duquesne, ministre: Bien sûr. D'ailleurs, vous savez
qu'en ce qui concerne la désignation à l'Inspection Générale, ce n'est
pas moi qui ai fait le choix mais la présidente du comité de direction.
Tant que je suis là, je vous tiendrai avec plaisir au courant!
13.06
Minister
Antoine
Duquesne: Wat de aanwijzing bij
de algemene inspectie betreft is
het de voorzitter van het
directiecomité die de keuze heeft
gemaakt.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister van Binnenlandse Zaken over "de
statutarisering van het CALOG-personeel" (nr. B533)
14 Question de M. Yves Leterme au ministre de l'Intérieur sur "la statutarisation du personnel
CALOG" (n° B533)
14.01 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, collega's, dit is de derde commissie waar ik vandaag als
laatste nog even het woord mag nemen. Ik ken dus mijn plaats.

Mijn eerste vraag wil uiting geven aan een zorg die bij een aantal
CALOG-personeelsleden leeft en die onder meer ook opgenomen is
door de Christelijke Centrale van de Openbare Diensten. Zij zijn
terecht bezorgd over de "statutarisering" van het CALOG-personeel
waarbij een onderscheid zou worden gemaakt tussen de
zogenaamde X- en Y-groep. Er zou blijken, ik spreek in
voorwaardelijke zin, dat enkel mensen uit de groep X kunnen
benoemd worden. Voor de mensen uit groep Y zou dit enkel via
mobiliteit kunnen gerealiseerd worden. De realiteit is natuurlijk ook
dat er heel weinig plaatsen vrijkomen via de mobiliteit en dus zien de
mensen van de Y-groep nu al dat hun kansen op benoeming vrij
miniem zijn.

Vandaar dat ik, om uiting te geven aan de terechte bezorgdheden
van vele van die mensen, u toch ook een aantal vragen wil
voorleggen, weliswaar op de valreep van onze werkzaamheden in
commissie en net op de valreep van de ontbinding, eerst van de
meerderheid de laatste dagen, en dan van de Kamers.

Waarom wordt een onderscheid gemaakt tussen de X-groep en de Y-
groep? Waarom kunnen deeltijdse krachten niet benoemd worden bij
de federale politie terwijl dit uitgerekend wel het geval is als men
gepromoveerd wordt bij de andere federale openbare diensten? Ik
weet dat ik een beetje peil naar uw intenties en dat dit niet
gebruikelijk of zelfs strikt reglementair is. Teneinde aan die mensen
toch een beetje toekomstperspectief te geven, wat zij
gerechtvaardigd zijn te vragen, stel ik de vraag of in de toekomst de
mogelijkheid zal blijven bestaan tot deeltijdse arbeid bij de federale
politie.
14.01 Yves Leterme (CD&V): Le
statut du personnel CALOG fait
une distinction entre un groupe X
et un groupe Y. Le groupe X peut
être nommé. Pour le groupe Y,
cela n'est possible que via la
mobilité et très peu de places se
libèrent via la mobilité.

Pourquoi cette distinction?
Pourquoi les travailleurs à temps
partiel ne peuvent-ils être
nommés au sein de la police
fédérale? Est-il encore possible de
travailler à temps partiel?
14.02 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président,
monsieur Leterme, vous m'aurez posé les dernières questions orales
14.02
Minister
Antoine
Duquesne: Om benoemd te
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
32
de la législature. J'en suis ravi car j'ai toujours eu avec vous une
excellente relation.

Première question. Pour pouvoir être nommé avec maintien de son
propre emploi, le membre du personnel doit occuper un emploi
"statutarisable". L'article 26 de la loi du 26 avril 2002 relative aux
éléments essentiels du statut des membres du personnel des
services de police et portant d'autres dispositions relatives aux
service de police ­ la loi dénommée "Exodus" ­ énumère les emplois
devant être exercés par du personnel contractuel, à savoir les
remplacements temporaires, les emplois financés par des moyens
provisoires ou variables et ceux qui doivent être considérés comme
des emplois temporaires spécifiques ou à temps partiel. Les
membres du personnel se trouvant dans ces situations n'occupent
pas un emploi statutaire et ne peuvent faire l'objet d'une nomination
aussi longtemps qu'ils occupent de tels emplois.

De concert avec mon collègue de la Fonction publique et avec les
organisations syndicales représentatives, j'ai décidé d'autoriser
néanmoins les membres du personnel concernés à participer aux
épreuves de statutarisation. A la différence de leurs collègues
contractuels occupant des emplois statutaires ­ ce que l'on appelle la
catégorie X, les membres du personnel visés ici ­ il s'agit de la
catégorie Y ­ ne peuvent être nommés que lorsqu'ils obtiennent une
emploi statutaire. Les règles de mobilité sont, pour les services de
police, l'instrument conçu à cette fin.

Contrairement à l'impression que vous donnez, un nombre notable
d'emplois est déclaré vacant à chaque cycle de mobilité, tant pour la
police locale que fédérale. Les emplois déclarés vacants ne pouvant
être pourvus à défaut de candidats, il doit en outre être recouru à des
recrutements externes. Les possibilités offertes aux membres du
personnel de la catégorie Y sont donc bien réelles, d'autant plus que
le brevet de statutarisation qu'ils obtiennent en réussissant et se
classant en ordre utile lors des épreuves demeure valable
indéfiniment.
kunnen worden met behoud van
de eigen betrekking moet het
personeelslid een betrekking
hebben die gestatutariseerd kan
worden. In de zogenaamde
Exoduswet worden de
betrekkingen opgesomd die door
personeel met een
arbeidsovereenkomst moeten
worden vervuld.

In samenspraak met mijn collega
van Ambtenarenzaken en de
representatieve vakbonden heb ik
niettemin beslist de betrokken
personeelsleden de mogelijkheid
te geven deel te nemen aan de
statutariseringsproeven. Benoemd
kunnen ze enkel worden wanneer
ze een statutaire betrekking
bemachtigen. Te dien einde
werden de regels met betrekking
tot de mobiliteit uitgewerkt. Per
mobiliteitscyclus wordt een
aanzienlijk aantal betrekkingen
vacant verklaard. Er zijn dus wel
degelijk kansen, temeer daar het
brevet onbeperkt geldig blijft.
Ik kom tot de tweede vraag. Personeelsleden met deeltijdse
contracten kunnen niet worden benoemd, omdat alle statutaire
betrekkingen bij de politiediensten per definitie voltijds zijn.
Krachtens artikel 26 van de Exoduswet moeten deeltijdse
betrekkingen het voorwerp uitmaken van een arbeidsovereenkomst.

Ik kom tot de derde vraag. De contractuele deeltijdse arbeid is, zoals
in uw vraag werd uiteengezet, een wettelijk voorziene mogelijkheid.
Bovendien kunnen de leden van de politiediensten het stelsel van de
deeltijdse loopbaanonderbreking genieten, dat identiek is aan dat van
het federaal openbaar ambt. Deeltijdse arbeid onder deze
verschillende modaliteiten zal dus ook in de toekomst voor het
politiepersoneel blijven bestaan.
Le personnel sous contrat à temps
partiel ne peut être nommé parce
que tous les emplois statutaires à
la police sont à temps plein par
définition. Les emplois à temps
partiel doivent toujours se baser
sur un contrat de travail. Le travail
à temps partiel contractuel est une
possibilité légale. En outre, il est
également possible de prendre
une interruption de carrière à la
police. Ce travail à temps partiel
restera également possible à
l'avenir.
14.03 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de minister, ik neem nota
van uw antwoord. Het is vooral mijn zorg de betrokkenen een
perspectief te geven. Uit uw antwoord maak ik op dat er voor de
vacatures via mobiliteit volgens uw inschatting wel heel wat
mogelijkheden zijn. Laten wij hopen dat dat in de toekomst wordt
bewaarheid. De betrokkenen zoeken terecht naar wat vastheid van
14.03 Yves Leterme (CD&V):
Les vacances par le biais de la
mobilité sont donc tout de même
possibles. Je continuerai à suivre
ce dossier.
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
33
betrekking. Wij hopen dat die alsnog kan worden gerealiseerd. Uit
zorg voor de betrokkenen zal ik het dossier in elk geval nauwgezet
volgen.

Tot slot dank ik u voor uw vriendelijke woorden. Ik heb nog een
vraag, maar die is eigenlijk loco gericht tot minister Van den
Bossche. Ik wil u ook danken voor de vranke dialoog die wij altijd
hebben gehad, maar met respect voor ieders verantwoordelijkheid in
de meerderheid of de oppositie. Ik wens u een goede vaart, waar die
u en ons ook moge leiden, maar steeds vanuit het
gemeenschappelijk belang, meer bepaald de behartiging van de
belangen van de bevolking van ons land.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Yves Leterme aan de minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van
de openbare besturen over "het taalevenwicht in de FOD Financiën en andere FOD's" (nr. B537)
15 Question de M. Yves Leterme au ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "l'équilibre linguistique au sein du SPF Finances et des autres SPF" (n° B537)

(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister van Binnenlandse Zaken.)
(La réponse sera fournie par le ministre de l'Intérieur.)
15.01 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn vraag was gericht tot minister Van den Bossche. De
aanleiding is de benoeming van de heer Delporte tot directeur-
generaal van de administratie van de belastingen, die ondertussen
blijkbaar is gerealiseerd.

Ik wil vooraf zeggen dat ik een aantal kwaliteiten van de heer
Delporte niet in twijfel trek, wel integendeel. Het is mij gegund
geweest om de laatste vijf, zes,jaar in de commissie voor de
Financiën de heer Delporte regelmatig op hoorzittingen aan het werk
te zien. Ik heb wel wat problemen, omdat de heer Delporte ook
voorzitter is van de Nationale Loterij. De toestand waarin onze
administratie van de belastingen verkeert, vergt een meer dan
voltijdse aandacht van de leiding.

Een cruciaal punt van kritiek van mijn kant is - ik veronderstel ook
van heel wat Nederlandstalige collega's - dat van de vier topfuncties
van Financiën drie topfuncties, na de benoeming van de heer
Delporte, zullen bezet worden door Franstaligen. Nu weet ik wel dat
in de praktijk de taalaanhorigheid van de leiding niet altijd het
cruciale element is voor de goede werking van een dienst, maar er
zijn nu eenmaal reglementen, afspraken en een wetgeving, die onder
meer met betrekking tot de leiding van de FOD's bepaalt dat er een
pariteit heerst tussen Nederlandstaligen en Franstaligen. Ik stel vast
dat deze pariteit doorbroken is op het niveau van Financiën. Nu is er
wel gezegd dat men met het beroep op de N -1's een onevenwicht op
het niveau van de N's kon gaan corrigeren, maar ik denk dat naar de
letter en de geest van de wetgeving en ook volgens het advies van
de Raad van State het evenwicht en de pariteit ook op het niveau
van de N-functies moest gerespecteerd worden. Vandaar dat ik mij
veroorloof een aantal vragen te stellen, niet alleen met betrekking tot
Financiën, maar ook met het oog op de toekomstige situatie van de
FOD Justitie, waar zich een probleem voordoet met betrekking tot de
15.01 Yves Leterme (CD&V): M.
Delporte a été nommé comme
directeur général pour
l'administration des Affaires
fiscales au SPF Finances. Il
assume simultanément la
présidence de la Loterie nationale,
alors que les Finances requièrent
pourtant déjà toute son attention.
En outre, à la suite de ces
nominations, trois des quatre
fonctions les plus importantes aux
Finances sont occupées par des
francophones. L'appartenance
linguistique de la direction n'est
pas décisive pour la qualité du
management, mais la parité qui
avait été convenue à la tête des
SPF n'est pas respectée. Cette
remarque s'applique également au
SPF Justice après la nomination
du directeur général de
l'administration Législation.

Les lois linguistiques sont-elles
respectées? Pourquoi le
gouvernement n'a-t-il pas exigé
que les directeurs généraux N-1
d'un département soient toujours
nommés conjointement? Quel
règlement en matière de cumul
s'applique-t-il aux titulaires de
mandats au sein des SPF?
02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
34
invulling van de directeur-generaal Wetgeving.

Mijn vragen zijn de volgende, mijnheer de minister.

Is de minister van oordeel dat, conform de geest en de letter van de
taalwetgeving en gelet op de benoemingen die reeds gedaan zijn op
N-niveau en N ­1-niveau van de FOD Financiën, meer bepaald van
de voorzitter van het directiecomité en van de directeurs-generaal, er
alsnog kan worden overgegaan tot de benoeming van een Franstalig
directeur-generaal voor de Administratie van de Fiscale Zaken, wat
ondertussen gebeurd is? Klopt dit? Kan dit? Doorstaat dit de toets
met de wetgeving? Indien de regering, via de minister van
Ambtenarenzaken, meent dat dit inderdaad kan, geldt dit dan ook
voor een Franstalig directeur-generaal voor het bestuur van de
Wetgeving op de FOD Justitie?

Ten tweede, waarom heeft de regering niet geëist dat de directeurs-
generaal op een departement steeds gezamenlijk zouden worden
benoemd?

Ten slotte, welke is de houding van de minister ten aanzien van
cumulaties, in casu bijvoorbeeld in het geval van de heer Delporte,
die het ambt van directeur-generaal van de Administratie van Fiscale
Zaken cumuleert met het voorzitterschap van de Nationale Loterij,
wat toch een vrij groot bedrijf is, om de woorden van de heer Daems
te gebruiken, en dat niet direct een florissante toekomst op korte
termijn tegemoet gaat? Welke houding neemt de minister aan ten
opzichte van cumulaties die hoe dan ook een aanzienlijk deel van de
tijd benemen van de voorzitter en van de directeur-generaal, of van
de directeurs-generaal in spe, van de FOD Financiën? Welke
cumulatieregelgeving, mijnheer de minister, is van toepassing op de
mandaathouders in de FOD's in het algemeen?
15.02 Minister Antoine Duquesne: Mijnheer de voorzitter, ik geef u
het antwoord van mijn collega, de heer Van den Bossche.

Ten eerste, de voorzitter van het directiecomité, de houder van een
managementfunctie -1 en de houder van een managementfunctie -2,
zijn allen ingedeeld in de eerste taaltrap volgens artikel 1 van het
koninklijk besluit van 16 juli 2002 tot vaststelling, met het oog op de
toepassing van artikel 43 ter van de wet op het gebruik van de talen
in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, van de
betrekkingen van de ambtenaren van de centrale diensten van de
federale overheidsdiensten die een zelfde taaltrap vormen. In deze
eerste taaltrap is volgens artikel 43 ter, §4, 2° van de wet op het
gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli
1966, een verhouding 50/50 van toepassing.

Overeenkomstig artikel 61 van dezelfde wetten oefent de Vaste
Commissie voor Taaltoezicht toezicht uit op de toepassing van de
wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd
op 18 juli 1966. Het staat elkeen vrij een beroep te doen op de
wijsheid van de afdeling Administratie van de Raad van State.

Ten tweede, geen enkele reglementering schrijft voor dat de
benoeming in de verschillende managementfuncties dient te worden
gegroepeerd. De benoemingen gebeuren door de bevoegde
ministers a rata van de door Selor afgehandelde selectieprocedure.
15.02 Antoine Duquesne,
ministre: Le ministre Van den
Bossche me communique que les
présidents du comité de direction
et les titulaires d'une fonction de
management ­1 et ­2 sont tous
répartis dans le premier degré
linguistique conformément à
l'article 1er de l'arrêté royal du 16
juillet 2002 déterminant les
emplois des agents qui constituent
un même degré linguistique. Aux
termes des lois coordonnées sur
l'emploi des langues en matière
administrative, un rapport de 50-
50 est d'application dans le
premier degré de la hiérarchie. La
CPCL exerce un contrôle en la
matière. Tout un chacun peut par
ailleurs s'adresser à la section
d'administration du Conseil d'Etat.

La désignation des fonctions de
management ne doit pas avoir
lieu de manière groupée. Les
CRIV 50
COM 1054
02/04/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
35
Soms zijn er ook geen laureaten. Derhalve is het nagenoeg
onmogelijk om de benoemingen te groeperen.

Ten derde, net als op de andere ambtenaren, is op de houders van
managementfuncties het koninklijk besluit nr. 46 van 10 juni 1982
betreffende de cumulatie van de beroepsactiviteiten in sommige
openbare diensten van toepassing. Ik heb mij dus niet uit te spreken
over de geoorloofdheid van cumulatie van de houders van
managementfuncties bij de FOD Financiën. Artikel 3, §2, van
bovenvermeld besluit stelt dat de bevoegde minister, in casu mijn
collega Reynders, de cumul na gemotiveerd advies van het
directiecomité al dan niet toestaat. De minister van Financiën deelde
mij mee dat hij volledig tevreden is over de beschikbaarheid van de
voorzitter van het directiecomité. Over die van de administrateur-
generaal van de belastingen en invorderingen kan hij zich nog niet
uitspreken. Hij is immers pas vanmorgen in dienst getreden.
désignations sont effectuées par
les ministres compétents à l'issue
des procédures de sélection
organisées par le Selor. Il n'y a
parfois aucun lauréat. Le
regroupement des désignations
n'est donc pas possible dans la
pratique. Le management est
soumis aux mêmes règles de
cumul que les autres agents. Je
ne me prononce pas sur le cumul
de M. Delporte. Il appartient au
ministre des Finances de décider,
après avis motivé du comité de
direction, d'autoriser ou non ce
cumul.
15.03 Yves Leterme (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik neem akte
van het antwoord dat de minister heeft voorgelezen in naam van zijn
collega van Ambtenarenzaken. Ik blijf bij mijn kritiek in verband met
het respect van de taalwetgeving voor de niveaus N en N-1 bij de
FOD Financiën na de benoeming van de heer Delporte. Ik blijf ook
bij mijn kritiek op de situatie bij zowel de Nationale Loterij als bij de
administratie van de belastingen. Het is onverantwoord om eenzelfde
persoon de twee functies te laten combineren.

We hebben de ontbinding van de meerderheid meegemaakt. We
maken nu ook de ontbinding van het Parlement mee. Waar het lot
ons ook mag brengen, wij zullen in de komende weken verder
aandacht aan de kwestie besteden.

Ik neem genoegen met het antwoord dat ik thans heb gekregen.
15.03 Yves Leterme (CD&V): Je
reste sur mes positions, tant en ce
qui concerne les lois sur l'emploi
des langues que la nomination de
M. Delporte et le cumul qui en
découle.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

De voorzitter: Mijnheer Leterme, mijnheer de minister, ik dank u.

Hiermee zijn we aan het einde gekomen van vier jaar werkzaamheden, tijdens dewelke we ­ elk in onze
functie ­ hebben gedaan wat we geacht werden te doen. We hebben elk onze rol gespeeld. Soms
gebeurde dat in vriendschappelijke omstandigheden, ook al eens in andere omstandigheden. Dat brengt
de rol van de ene of de andere ook met zich.

Zelf wens ik u ook een goede vaart, waarheen u zich ook mag begeven. In de eerste plaats wens ik u een
goede vaart naar de kiezer. Als mensen die elkaar kennen, moeten we dat elkaar kunnen gunnen.
Mijnheer de minister, mijn wens geldt ook voor u. Tot later.
15.04 Antoine Duquesne, ministre: Monsieur le président, nous ne
partageons pas le même avis politique, mais il faut toujours se
respecter.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 18.10 uur.
La réunion publique de commission est levée à 18.10 heures.



02/04/2003
CRIV 50
COM 1054
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
36