KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRIV 50 COM 1009
CRIV 50 COM 1009
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
I
NTEGRAAL
V
ERSLAG
MET
VERTAALD BEKNOPT VERSLAG
VAN DE TOESPRAKEN
C
OMPTE
R
ENDU
I
NTÉGRAL
AVEC
COMPTE RENDU ANALYTIQUE TRADUIT
DES INTERVENTIONS
C
OMMISSIE VOOR DE
L
ANDSVERDEDIGING
C
OMMISSION DE LA
D
ÉFENSE NATIONALE
dinsdag
mardi
11-03-2003
11-03-2003
10:15 uur
10:15 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE

































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
PS
Parti socialiste
cdH
centre démocrate Humaniste
SP.A
Socialistische Partij Anders
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag,met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaald beknopt verslag van de toespraken (op wit
papier, bevat ook de bijlagen)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu
intégral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit
des interventions (sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV
Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
publicaties@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail :
publications@laChambre.be
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Martial Lahaye aan de
minister van Landsverdediging over "rekrutering"
(nr. B163)
1
Question de M. Martial Lahaye au ministre de la
Défense sur "le recrutement" (n° B163)
1
Sprekers: Martial Lahaye, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Martial Lahaye, André Flahaut,
ministre de la Défense
Vraag van de heer Martial Lahaye aan de
minister van Landsverdediging over "de verkoop
van militaire vliegtuigen" (nr. B164)
2
Question de M. Martial Lahaye au ministre de la
Défense sur "la vente d'avions militaires"
(n° B164)
2
Sprekers: Martial Lahaye, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Martial Lahaye, André Flahaut,
ministre de la Défense
Vraag van de heer Martial Lahaye aan de
minister van Landsverdediging over "de
ombudsdienst van de krijgsmacht" (nr. B220)
3
Question de M. Martial Lahaye au ministre de la
Défense sur "le service de médiation des forces
armées" (n° B220)
3
Sprekers: Martial Lahaye, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Martial Lahaye, André Flahaut,
ministre de la Défense
Samengevoegde vragen van
5
Questions jointes de
5
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "de versnelde bevordering
van generaals" (nr. B214)
5
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense
sur "la promotion accélérée de généraux"
(n° B214)
5
- de heer Martial Lahaye aan de minister van
Landsverdediging over "de legerhervorming"
(nr. B219)
5
- M. Martial Lahaye au ministre de la Défense sur
"la réforme de l'armée" (n° B219)
5
Sprekers: Luc Sevenhans, Martial Lahaye,
André Flahaut
, minister van
Landsverdediging
Orateurs: Luc Sevenhans, Martial Lahaye,
André Flahaut
, ministre de la Défense
Vraag van de heer José Canon aan de minister
van Landsverdediging over "de integratie van
vrouwen in het leger" (nr. B071)
8
Question de M. José Canon au ministre de la
Défense sur "l'intégration des femmes au sein
des forces armées" (n° B071)
8
Sprekers: José Canon, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Orateurs: José Canon, André Flahaut,
ministre de la Défense
Samengevoegde vraag en interpellaties van
10
Question et interpellations jointes de
10
- de heer Francis Van den Eynde aan de eerste
minister over "de beweringen in de pers
betreffende de uitvoering van klusjes door
militairen" (nr. B096)
10
- M. Francis Van den Eynde au premier ministre
sur "les affirmations relayées par la presse
concernant l'accomplissement de petits travaux
par des militaires" (n° B096)
10
- de heer Pieter De Crem tot de minister van
Landsverdediging over "diverse aantijgingen in de
buitenlandse pers" (nr. 1601)
10
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense
sur "diverses accusations formulées à l'encontre
du ministre de la Défense nationale dans la
presse étrangère" (n° 1601)
10
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van
Landsverdediging over "de zware kritieken op
defensie in de buitenlandse pers" (nr. 1609)
10
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense
sur "les sévères critiques dont nos forces armées
font l'objet dans la presse étrangère" (n° 1609)
10
Sprekers: Francis Van den Eynde, Pieter De
Crem, Luc Sevenhans, André Flahaut
,
minister van Landsverdediging, Stef Goris
Orateurs: Francis Van den Eynde, Pieter De
Crem, Luc Sevenhans, André Flahaut
,
ministre de la Défense, Stef Goris
Moties
25
Motions
25
Samengevoegde vragen van
26
Questions jointes de
26
- de heer Pieter De Crem aan de minister van
Landsverdediging over "de begroting van het
departement Landsverdediging" (nr. B132)
26
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense
sur "le budget du département de la Défense
nationale" (n° B132)
26
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van
Landsverdediging over "de verhoging van het
budget voor defensie" (nr. B140)
26
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense
sur "l'augmentation du budget de la défense"
(n° B140)
26
- de heer Robert Denis aan de minister van 26
- M. Robert Denis au ministre de la Défense sur 26
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
Landsverdediging over "outsourcing bij het
Belgisch leger" (nr. B142)
"les pratiques d'externalisation dans l'armée
belge" (n° B142)
Sprekers: Pieter De Crem, Stef Goris, Luc
Sevenhans, Robert Denis, André Flahaut
,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Pieter De Crem, Stef Goris, Luc
Sevenhans, Robert Denis, André Flahaut
,
ministre de la Défense
Vraag van de heer Jan Peeters aan de minister
van Landsverdediging over "de steunverlening
aan de Kempische Marine Jeugd" (nr. B197)
32
Question de M. Jan Peeters au ministre de la
Défense sur "l'aide accordée au mouvement de
jeunesse 'Kempische Marine Jeugd'" (n° B197)
32
Sprekers: Jan Peeters, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Jan Peeters, André Flahaut,
ministre de la Défense
Vraag van de heer Stef Goris aan de minister van
Landsverdediging over "de Loadmaster-Steward
BVP" (nr. B213)
33
Question de M. Stef Goris au ministre de la
Défense sur "le Loadmaster-Steward BVP"
(n° B213)
34
Sprekers: Stef Goris, André Flahaut,
minister van Landsverdediging
Orateurs: Stef Goris, André Flahaut,
ministre de la Défense
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
LANDSVERDEDIGING
COMMISSION DE LA DEFENSE
NATIONALE
van
DINSDAG
11
MAART
2003
10:15 uur
______
du
MARDI
11
MARS
2003
10:15 heures
______

La séance est ouverte à 10.27 heures par M. Jean-Pol Henry, président.
De vergadering wordt geopend om 10.27 uur door de heer Jean-Pol Henry, voorzitter.
01 Vraag van de heer Martial Lahaye aan de minister van Landsverdediging over "rekrutering"
(nr. B163)
01 Question de M. Martial Lahaye au ministre de la Défense sur "le recrutement" (n° B163)
01.01 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de voorbije dagen stond Landsverdediging geregeld in de
schijnwerpers. De berichtgeving omtrent de rekrutering liet
uitschijnen dat jongeren veelal vlugger de weg vinden naar het leger
in vergelijking met voorgaande jaren. Deze evolutie kan alleen maar
worden begroet en ik feliciteer u voor de initiatieven. Een grotere
aantrekkingskracht van het leger, de economische toestand en
natuurlijk ook de doorgedreven rekruteringscampagnes dragen
hieraan voor een deel bij. Het leger, dat jarenlang met een
rekruteringsprobleem en daardoor ook met een scheefgetrokken
leeftijdsstructuur kampte, kan door een inhaalbeweging de
gemiddelde leeftijd ­ momenteel dertig jaar ­ wat verlagen.

In dat verband had ik graag van u een antwoord op enkele vragen
gekregen.

Hoeveel militairen konden ­ per taalgroep ­ de voorbije twee
maanden in vergelijking met 2002 worden aangetrokken? Hoe
verhoudt het cijfer zich ten opzichte van het geplande aantal
rekruteringen? In welke relatie staat het aantal rekruteringen tot de
drie personeelscategorieën van beroepsvrijwilligers, onderofficieren
en officieren? Welke conclusies kunnen worden afgeleid als de
provincies van herkomst worden bekeken? Waar zijn de meeste
kandidaten en waar de minste? Welke cijfers zijn er voor Oost-
Vlaanderen en West-Vlaanderen? Kan in een eenmalige operatie
van de groeiende interesse worden gebruikgemaakt om meer
kandidaat-militairen te rekruteren dan gepland?

Mijnheer de minister, ik zou op die enkele vragen graag een
antwoord krijgen.
01.01 Martial Lahaye (VLD):
L'armée semble à nouveau
gagner en attrait : pour la
première fois depuis longtemps,
les chiffres de recrutement sont
positifs. La dégradation de la
conjoncture économique n'est
certes pas étrangère au
phénomène mais les campagnes
de recrutement de l'armée
commencent indéniablement à
porter leurs fruits.

Combien de recrues a-t-on
engagées aux cours des deux
derniers mois? Ces chiffres
traduisent-ils un progrès par
rapport à 2002? Dans quelle
mesure l'objectif prévu en matière
de recrutement a-t-il été atteint
jusqu'à présent? Le ministre
pourrait-il ventiler ces chiffres par
groupe linguistique, par catégorie
de personnel au sein de l'armée et
par province d'origine des
recrues?
01.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, il y a deux
solutions: soit, je lis tous les chiffres, soit, je communique le texte de
ma réponse.
01.03 Martial Lahaye (VLD): Non, monsieur le ministre, il ne faut
pas me donner lecture de tous les chiffres, mais vous avez peut-être
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
encore quelque chose à ajouter.
01.04 André Flahaut, ministre: Les résultats sont positifs. J'y vois là
les premiers effets de la réforme de la structure de la Défense, c'est-
à-dire de la structure unique, ainsi que les résultats d'une politique de
présence permanente continue et variée sur tous les terrains. Toutes
les informations que vous demandez figurent dans le document. Je
propose donc de vous remettre le document en question.
01.04 Minister André Flahaut:
De resultaten zijn positief.
Klaarblijkelijk begint de structurele
hervorming die op dat gebied op
poten gezet werd, vrucht af te
werpen, en we plukken ook de
vruchten van een permanent en
gedifferentieerd
aanwezigheidsbeleid in het veld.
Ik zal u de documenten met
cijfermateriaal over de situatie
bezorgen.
01.05 Martial Lahaye (VLD): En tout cas, monsieur le ministre, je
vous félicite pour la manière dont vous abordez ce problème.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Martial Lahaye aan de minister van Landsverdediging over "de verkoop van
militaire vliegtuigen" (nr. B164)
02 Question de M. Martial Lahaye au ministre de la Défense sur "la vente d'avions militaires"
(n° B164)
02.01 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de krijgsmacht heeft de voorbije jaren een rationeler en
efficiënter gebruik van militaire vliegtuigen bestudeerd en uitgevoerd.
Dit leidde er onder andere toe dat het leger nu met Embrer-toestellen
vliegt en een aantal toestellen van het type Merlin niet meer nodig
heeft. Deze toestellen van de 15
de
transportwing worden volgens de
pers verkocht. Graag had ik op enkele vragen van u een antwoord
gekregen. Hoever is men gevorderd met de verkoop van deze
toestellen? Welke financiële resultaten konden door de verkoop
worden bereikt? Hoe zullen de opbrengsten van de verkoop
aangewend worden? Mijnheer de minister, graag op deze drie vragen
een antwoord.
02.01 Martial Lahaye (VLD):
L'armée utilise actuellement des
appareils EMBRAER et peut donc
mettre en vente un certain
nombre d'appareils MERLIN.

Où en est la vente? Quel est le
montant des recettes? Comment
ces fonds seront-ils affectés?
02.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, collega
Lahaye, de evaluatiecommissie kwam samen op 7 maart 2003
teneinde de inschrijvingen te beoordelen. De financiële resultaten
van de verkoop zullen ten vroegste op 17 maart van dit jaar gekend
zijn. De opbrengst zal worden aangewend zoals voorzien in artikel
41, §2 van de programmawet van 19 juli 2001.
02.02 André Flahaut, ministre:
La commission d'évaluation s'est
réunie le 7 mars 2003 pour
évaluer les inscriptions. Les
recettes de la vente seront
connues le 17 mars au plus tôt.
Elles seront utilisées
conformément à l'article 41,§ 2,
de la loi-programme.
02.03 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de minister, 7 maart is al
voorbij. Hebt u al iets dat u ons kunt meedelen?
02.03 Martial Lahaye (VLD): La
réunion du 7 mars ayant déjà eu
lieu, le ministre pourrait-il nous
fournir quelques précisions?
02.04 André Flahaut, ministre: Entre le 7 et le 17 mars, je n'ai
aucune information.
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
02.05 Martial Lahaye (VLD): J'aimerais obtenir ces informations
dès qu'elles seront en votre possession.
02.06 André Flahaut, ministre: Dans le même ordre d'idées, je
voudrais simplement dire que la flotte est aujourd'hui totalement
rationalisée puisque les HS sont vendus et les Merlin le seront. Nous
remplaçons ces avions-là par quatre Embraer: deux Embraer 145 et
deux Embraer 135. Nous entamons également, tel que cela avait été
dit au début de la législature, la modernisation des deux Falcon 20.

Nous aurons donc dans cette flotte, qui sert ce qu'on appelle les
"white bodies", les deux Airbus, dont un vient de sortir d'une révision
complète. Ce dernier est donc au "top", il a même été totalement
repeint, ce qui n'est pas superflu car vous devez savoir qu'il y avait
sur cet avion, comme d'ailleurs sur beaucoup d'avions plus anciens,
un nombre impressionnant de kilos de peinture. En ayant enlevé
toutes ces couches de peinture, comme on fait dans les vieilles
habitations avec les vieux tapis, on est parvenu à alléger l'avion, ce
qui provoque, naturellement, des économies de carburant et permet
une meilleure capacité d'embarquement. Le deuxième Airbus est
actuellement dans la même phase de rénovation complète. Les
quatre Embraer sont acquis. Le Falcon 900 était au "top" dès le
début de la législature et les deux Falcon 20 vont entrer en
rénovation complète. Nous avons donc terminé ce dossier-là aussi.
02.06 Minister André Flahaut: Ik
beschik over geen
enkele
informatie voor de periode tussen
7 en 17 maart. De vloot wordt
volledig gerationaliseerd. De HS
748 werden verkocht, ook de
Merlins zullen worden verkocht en
die vliegtuigen zullen worden
vervangen door vier Embraers,
die reeds werden aangekocht.
Daarnaast worden twee Falcon-
20's gemoderniseerd. Daarnaast
mogen we de twee Airbus-
toestellen niet vergeten, waarvan
één totaal werd gereviseerd; er
werd ook een nieuwe verflaag
aangebracht, waardoor het
gewicht van het toestel
vermindert, wat het
brandstofverbruik doet afnemen.
De tweede Airbus zal op dezelfde
manier worden gerenoveerd.
02.07 Martial Lahaye (VLD): Quand seront livrés les derniers
avions? Quelle est la date limite de livraison?
02.07 Martial Lahaye (VLD):
Wanneer zullen we over die
vliegtuigen beschikken?
02.08 André Flahaut, ministre: Ils sont déjà tous là.

L'Airbus qui est en gros entretien complet avec nouvelle peinture
reviendra dans un mois ou un mois et demi et les Falcon 20 vont
entamer leur rénovation d'ici quelques semaines. Tous les Merlin
sont vendus: il n'y a pas de problème. La procédure qui a été
engagée et qui est en cours pour l'instant concerne la vente de tous
les Merlin.
02.08 Minister André Flahaut:
Ze zijn allemaal beschikbaar

De tweede Airbus zal binnen
ongeveer anderhalve maand klaar
zijn en de renovatie van de
Falcon-20's vangt binnenkort aan.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Martial Lahaye aan de minister van Landsverdediging over "de
ombudsdienst van de krijgsmacht" (nr. B220)
03 Question de M. Martial Lahaye au ministre de la Défense sur "le service de médiation des
forces armées" (n° B220)
03.01 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, de krijgsmacht heeft nu ook haar eigen onafhankelijke,
algemene inspectie- en bemiddelingsdienst. Graag kreeg ik omtrent
die ombudsdienst een antwoord op de volgende vragen.

Ten eerste, hoe is die dienst eigenlijk georganiseerd? Hoe wordt de
onafhankelijkheid ervan gewaarborgd?

Ten tweede, over welk budget en welke middelen beschikt die dienst
om zich in volle onafhankelijkheid van haar taak te kunnen kwijten?
03.01 Martial Lahaye (VLD):
L'armée dispose désormais de
son propre service de médiation.
Comment ce service est-il
organisé? Comment son
indépendance est-elle garantie?
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4

Ten derde, is er toezicht op de goede werking van de pas opgerichte
ombudsdienst? Hoe is dat toezicht georganiseerd?
03.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, collega
Lahaye, ik heb beslist om een nieuwe onafhankelijke dienst onder
mijn onmiddellijk gezag op te richten. Aan het hoofd ervan staat een
opperofficier, bijgestaan door een burgerambtenaar, beiden belast
met de bemiddeling, de gelijke kans en de psychosociale opvolging.
Een cel van bemiddeling en gelijke kansen is onder hun gezag
geplaatst.

De personen, aangeduid in de eenheden en de organismen van de
krijgsmacht, zijn de plaatselijke bemiddelaars. Zij hangen, wat betreft
hun werving, hun initiële en voortgezette opleiding, alsook voor de
uitoefening van hun bevoegdheden, af van de algemene
inspectiedienst bemiddeling.

De inspecteur-generaal staat ook garant voor hun onafhankelijkheid.

Binnen de begroting van Defensie is in een budget voorzien om de
goede werking van die dienst toe te laten. Er zijn voldoende lokalen
voor het werk van het personeel en voor de discrete en comfortabele
opvang van betrokkenen met een klachtendossier. Er zijn ook
voertuigen met chauffeurs, teneinde zich ter plaatse te begeven.

De inspecteur-generaal-bemiddelaar is zo gemachtigd om in alle
onafhankelijkheid administratieve onderzoeken te leiden, indien hij
het nuttig acht op basis van zijn bevindingen of nog op uitdrukkelijk
bevel van mijzelf of van Defensie.

De dienst staat rechtstreeks onder mijn controle en de interne
werking wordt geëvalueerd volgens het RQM-model. Naast een
onmiddellijke rapportering inzake de dossiers die aanhangig zijn
gemaakt, zal er een jaarlijks verslag worden uitgebracht met de
activiteiten alsook de bevindingen en de nuttige aanbevelingen om
het welzijn van het personeel te verbeteren.
03.02 André Flahaut, ministre:
Le service de médiation de
l'armée est placé sous mon
autorité directe. Il est dirigé par un
officier général, assisté par un
fonctionnaire civil. Une cellule
relative à la médiation et à
l'égalité des chances relève de
leur compétence. Les médiateurs
locaux dépendent du service
d'inspection générale de
médiation. L'Inspecteur général
est garant de leur indépendance.

Le budget de la Défense prévoit
des fonds destinés à garantir le
bon fonctionnement du service de
médiation. Il y a suffisamment de
locaux et de véhicules avec
chauffeurs.

L'Inspecteur général médiateur est
habilité à mener des enquêtes
administratives de sa propre
initiative ou à ma demande. Ce
service est sous mon contrôle
direct. Le fonctionnement interne
est évalué selon le modèle
EFQM. Outre les rapports
ponctuels, un rapport annuel
comprenant les recommandations
en matière de bien-être du
personnel sera publié chaque
année.
03.03 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de minister, ik kan mij zeker
terugvinden in uw gedetailleerd antwoord en ik volg dit dossier op de
voet, zoals u.
03.03 Martial Lahaye (VLD): Je
continuerai à suivre ce dossier
attentivement.
03.04 André Flahaut, ministre: C'est une première dans le
département de la Défense: un service d'égalité des chances, un
service de médiation. Cela ne s'est jamais vu nulle part.
03.04 Minister André Flahaut:
Een dienst voor gelijkheid van
kansen en ombudsdienst is een
primeur voor het departement.
Aan de hand van een jaarverslag
kan de werking van de dienst
worden beoordeeld en indien
nodig aangepast.
03.05 Martial Lahaye (VLD): Quand comptez-vous réaliser une
première évaluation?
03.05 Martial Lahaye (VLD):
Wanneer zal de dienst voor het
eerst worden beoordeeld?
03.06 André Flahaut, ministre: L'idée est précisément celle d'un 03.06 Minister André Flahaut:
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
rapport annuel. Le dépôt du premier rapport annuel du service de
médiation sera l'occasion de réaliser cette évaluation et d'apporter
les correctifs nécessaires. Il faut leur laisser un an.

C'est peut-être avec un Flahaut 2 qu'on pourra réaliser une
évaluation.
Dat zal gebeuren bij de indiening
van het eerste jaarverslag.
Le président: Nous espérons qu'il y aura toujours un Lahaye ter ou quater pour poser les questions!
03.07 Martial Lahaye (VLD): Ce sont les électeurs qui décideront.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de versnelde bevordering
van generaals" (nr. B214)
- de heer Martial Lahaye aan de minister van Landsverdediging over "de legerhervorming"
(nr. B219)
04 Questions jointes de
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "la promotion accélérée de généraux" (n° B214)
- M. Martial Lahaye au ministre de la Défense sur "la réforme de l'armée" (n° B219)
04.01 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, toen vorig jaar bekend werd dat u had beslist
om het bevorderingscomité van 2003 te vervroegen naar 2002, heb
ik daarop gereageerd met de vraag waarom dit nodig was. U hebt
toen gezegd dat het voor de continuïteit nodig was dat u die dan
reeds zou aanduiden. U hebt er toen niet bij gezegd dat zij zo vlug
zouden benoemd worden. Dat is nu blijkbaar het nieuwe. Ik had in
december begrepen dat de eerste lichting nog niet helemaal op zijn
stoel zat. Nu kondigt u reeds aan ­ vervroegd ­ dat de volgende acht
ook reeds in functie mogen treden.

Ik zou van u willen weten op welke criteria u dat eigenlijk baseert. Ik
heb informatie ingewonnen en ik ben ervan overtuigd dat er een paar
zijn die reeds benoemd konden worden, maar dat er ook enkelen zijn
die nog niet konden benoemd worden. Het gaat daarom. Ik zou willen
weten hoe u dat allemaal probeert te verklaren.

Daaraan gekoppeld valt het mij op dat u alleen de opperofficieren
hier aan het benoemen bent, niet de hogere officieren. Zoals u weet
had u dat ook kunnen doen of had u daarvoor ook argumenten
kunnen vinden. Blijkbaar hebt u zich beperkt tot de generaals. Dit
springt natuurlijk het meest in het oog en uiteraard heeft dit ook in
deze commissie tot een aantal discussies geleid. Hoeveel generaals
hebben wij eigenlijk juist nodig? Hebben wij er niet te veel? Hebben
wij er niet te weinig? Het kan ook dat er in bepaalde sectoren te
weinig zijn.

Algemeen gezien is dit toch niet echt heel gunstig voor het imago
van het leger, nu dit weer zo uitgebreid in de media komt. Zelfs het
prijskaartje is berekend voor de vervroegde bevordering van al die
generaals: 56.000 euro. Ik weet niet of dat juist is, maar u gaat mij dit
uiteraard zo snel mogelijk proberen te verklaren of te weerleggen.

Het is ook logisch. Immers, een generaal die vroeger in functie
04.01 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Au cours du dernier
trimestre 2002, les candidats aux
rangs d'officiers généraux et
supérieurs ont été promus. Les
candidats de la levée 2002 au
rang d'officiers généraux ont déjà
été nommés. Les huit candidats
de la levée 2003 seraient déjà
désignés, eux aussi.

Sur quelle base cette décision a-t-
elle été prise? Pourquoi l'a-t-elle
été uniquement pour les officiers
généraux et pas pour les officiers
supérieurs?
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
treedt, verdient meer. Dat is niet meer dan normaal.

Ik zou toch deze twee zaken goed uit elkaar willen houden. Enerzijds,
is er de opperofficier; anderzijds, waarom werden er dan niet eerder
hogere officieren benoemd omwille van de continuïteit?
04.02 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik wil de vraag
van mijn collega niet herhalen, maar in verband met deze
aangelegenheid heb ik ook moeten vaststellen dat er volgens de mij
verstrekte gegevens een kostprijskaartje van 51.156 euro aan
verbonden is.

Graag had ik vernomen wat de minister precies verstaat onder het
verzekeren van de continuïteit van de legerhervorming. Wegen de
gemaakte meerkosten wel op tegen de eigenlijke baten van de snelle
benoemingen? Aansluitend zou ik dan ook willen vragen wat heel
concreet de voordelen zijn van de snelle bevorderingen.

Graag had ik op deze vragen een antwoord gekregen van de
minister.
04.02 Martial Lahaye (VLD):
Selon certaines informations, huit
généraux auraient été nommés
prématurément pour assurer, dit-
on, la continuité de la réforme de
l'armée. Que faut-il entendre par
là? Les avantages que procurent
ces nominations compensent-ils
les surcoûts? En quoi consistent
les avantages concrets de ces
promotions?
04.03 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, dans une
armée, il faut des généraux, comme dans une démocratie, il faut des
députés.
04.03 Minister André Flahaut:
Een leger heeft generaals nodig
zoals een democratie
parlementsleden. En dat heeft zijn
prijs.
04.04 (...) : ...
04.05 André Flahaut, ministre: Mais tout cela a un coût.
04.06 (...) : ...
04.07 André Flahaut, ministre: Vous parlez des députés? Non?
04.07 Minister André Flahaut:
Tijdens het laatste trimester van 2002 werden er
bevorderingscomités voor opper- en hoofdofficieren georganiseerd
voor het voorzien in de personeelsbehoeften voor 2002 en 2003.
Concreet betekent dit dat de opperofficieren die in 2002 en 2003 met
pensioen gaan of die bevorderd worden naar een hogere graad
vervangen moeten worden.

Acht van de in aanmerking genomen kandidaten werden onmiddellijk
benoemd, meer bepaald op 26 december 2002. Dat gebeurde omdat
zij op die datum de vereiste statutaire anciënniteit hadden. Het
kaderbesluit liet dit ook toe. De acht andere in aanmerking genomen
kandidaten waren drie kandidaten voor luitenant-generaal en vijf
kandidaten voor generaal-majoor. Zij worden in de loop van 2003
benoemd, tussen 26 maart en 26 december. Zij werden wel
onmiddellijk in hun nieuwe functie geplaatst of bekleden de functie
buiten enveloppe. Eén kandidaat luitenant-generaal en één kandidaat
generaal-majoor waren in dit laatste geval. Er is geen budgettaire
impact op Defensie voor deze twee opperofficieren. Voor de andere
twee kandidaten voor luitenant-generaal en vier kandidaten voor
generaal-majoor was er op 2 januari 2003 een onmiddellijke
infunctieplaatsing verbonden aan deze promotie. Bijgevolg was het
noodzakelijk om deze officieren te bekleden met de juiste graad voor
Au cours du dernier trimestre de
2002, des comités d'avancement
ont été organisés pour les officiers
généraux et supérieurs. Cela
signifie que les officiers généraux
qui ont été admis à la retraite en
2002 et en 2003 ou ceux qui ont
accédé à un grade supérieur
devaient être remplacés. Huit
candidats ont été immédiatement
nommés, parce qu'ils possédaient
l'ancienneté requise et que
l'arrêté-cadre permettait ces
nominations.

Huit autres candidats ont été
nommés dans le courant de 2003,
mais ils ont accédé
immédiatement à leur nouvelle
fonction ou à une fonction "hors
enveloppe". Dans le dernier cas,
l'opération n'a pas eu d'incidence
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
hun nieuwe functie.

Voor het voortzetten en het welslagen van de legerhervorming was
het immers belangrijk dat deze nieuwe militaire chefs dankzij een
nieuwe graad de noodzakelijke hiërarchische autoriteit konden
uitoefenen, bijvoorbeeld voor de jongere toekomstige generaal-
majoors en de oudere kolonels die onder hun bevel zouden moeten
functioneren. Er valt op te merken dat een aanstelling geen
benoeming is. De geplande benoemingen zullen plaatsvinden tussen
26 maart en 26 december van dit jaar, binnen de limieten van het
kaderbesluit en van hun statutaire anciënniteit.
sur le budget de la Défense. Les
autres devaient accéder
immédiatement à leur fonction et
devaient être revêtus du grade
correspondant. Ils devaient en
effet disposer de l'autorité
hiérarchique requise pour diriger
des colonels plus âgés. Il faut
toutefois faire la distinction entre
désignation et nomination. Les
nominations auront lieu entre le
26 mars et le 26 décembre 2003,
dans les limites de l'arrêté-cadre
et de l'ancienneté statutaire des
intéressés.
04.08 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, er
was dus blijkbaar geen noodzaak om kolonels of luitenant-kolonels
vroeger aan te stellen dan gepland. Het was alleen maar een
noodzaak bij de generaals. Dat heb ik toch goed begrepen?
04.08 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Il n'était donc pas
nécessaire de désigner des
colonels et des lieutenants-
colonels de manière anticipée. Ai-
je bien compris?
04.09 André Flahaut, ministre: Les généraux faisant fonction ­
terme que l'on pourrait utiliser dans un autre département ­ exercent
l'autorité d'un service donné. Au-dessus d'eux, il n'y a plus que le
"chief of defense". Il n'y avait donc pas de raison de proposer des
promotions à leurs subordonnés. Cela a été fait uniquement pour
assurer la continuité au niveau le plus élevé de la hiérarchie et
permettre ainsi de lancer les nouvelles directions: budget, well-being,
etc. C'est la raison pour laquelle nous nous sommes limités au
niveau des généraux.
04.09 Minister André Flahaut:
De waarnemende generaals
oefenen het gezag van een
bepaalde dienst uit. Boven hen
staat enkel de chief of defense. Er
was dus geen reden om hun
ondergeschikten te bevorderen.
De continuïteit op het hoogste
echelon van de hiërarchie diende
te worden gewaarborgd, en er
dienden nieuwe beleidsopties te
worden uitgestippeld.
04.10 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, u
maakt duidelijk het onderscheid tussen aanstelling en bevordering.
Met andere woorden, er zijn een aantal generaals aangesteld en
eigenlijk hebt u nu tijdelijk generaals in overtal. In de loop van het
jaar zal de invulling dus gebeuren en pas dan worden ze benoemd.
Dat is het verschil, dat is dan blijkbaar het misverstand?
04.10 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): En ce qui concerne les
nominations, le ministre opère une
distinction entre une désignation
et une nomination. Il y avait
manifestement un malentendu à
ce sujet.
04.11 André Flahaut, ministre: Effectivement, il y a un surnombre
temporaire. Toutefois, à partir du 26 mars jusqu'au 26 décembre, ce
surnombre diminue et les gens sont nommés dans la continuité.
04.12 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik sluit mij aan
bij de vorige spreker en dank de minister voor het initiatief en zijn
bezorgdheid daaromtrent. Ik heb echter een klein probleem, mijnheer
de voorzitter.
04.13 André Flahaut, ministre: Les généraux tels qu'ils ont été
retenus sont, en fait, les colonels qui ont dirigé les travaux des
groupes et se sont impliqués réellement depuis le début de la
réforme; ils connaissent donc bien la matière. Il était important de
04.13 Minister André Flahaut:
Er is een tijdelijk teveel aan
mensen, maar van 26 maart tot
26 december slinkt dat overtal, en
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
mettre en place ces personnes le plus rapidement possible afin de
leur permettre de lancer leur service. La fait de devoir attendre aurait
créé des tensions. En l'occurrence, on a identifié clairement que celui
qui avait fait tout le travail, qui avait littéralement "tiré" la machine,
assumait les responsabilités dès le début et était nommé au fur et à
mesure des possibilités.
worden mensen benoemd met het
oog op de continuïteit.

De generaals zijn mensen die van
in het begin een grote
betrokkenheid bij de hervorming
aan de dag hebben gelegd. Ze
hebben de groepen geleid in hun
hoedanigheid van kolonel en zijn
goed thuis in de materie. Zij
moeten dringend aangesteld
worden om de groepen op te
starten en op die manier
spanningen te voorkomen.
04.14 Martial Lahaye (VLD): Mijnheer de voorzitter, ik dank de
minister voor zijn antwoord. Ik heb echter een klein probleem. Ik heb
gisteren geprobeerd de commissiesecretaris, mevrouw De Plancke,
te bereiken. Ik heb op 24 en 26 februari immers nog een viertal
vragen schriftelijk overgemaakt met de bedoeling deze hier aan de
minister van Landsverdediging te stellen. Blijkbaar staan deze
vragen niet aan de agenda, wat mij ten zeerste verwondert. Het
waren vier vragen over het statuut van militairen, civielen en ex-
militairen en over de Amerikaanse media die het Belgisch leger in
diskrediet brachten. Ik vraag mij af hoe dat kan.
04.14 Martial Lahaye (VLD): J'ai
déposé quatre autres questions fin
février, mais elles ne figurent pas
à l'ordre du jour. Comment cela
s'explique-t-il?
De voorzitter: Wij hebben die vragen niet ontvangen van de
diensten.
Le président: Les services de la
Chambre ne nous les ont pas
transmises.
Martial Lahaye (VLD): Ik zal ze nu opnieuw indienen.
Martia Martial Lahaye (VLD): Je
vais les redéposer.
De voorzitter: Natuurlijk.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Question de M. José Canon au ministre de la Défense sur "l'intégration des femmes au sein des
forces armées" (n° B071)
05 Vraag van de heer José Canon aan de minister van Landsverdediging over "de integratie van
vrouwen in het leger" (nr. B071)
05.01 José Canon (PS): Monsieur le président, monsieur le ministre,
j'ai pris connaissance récemment d'un article paru dans le mensuel
"CGSP-Ministère militaire" de janvier 2003 qui relate, sous le titre
"Les femmes dans mon unité", l'histoire ou plutôt la mésaventure
d'un militaire dont le seul tort est d'être une femme dans notre corps
d'armée. Elle y fait part de brimades, d'insultes, de harcèlement
moral, voire sexuel dès son arrivée dans l'unité et pire, si j'en crois
les propos rendus dans cet article, de tabassage.

J'avoue que cet exemple ne pourrait représenter qu'un cas isolé,
qu'une exception à la politique d'intégration des femmes au sein des
Forces armées. Mais, malheureusement, il existe bel et bien. Vous
êtes certainement d'avis comme moi que de tels agissements ne
sont pas permis. Qui plus est, ils sont pénalement punissables.
05.01 José Canon (PS): In het
januarinummer van het
maandblad van de CGSP sector
ministeries-militairen werd verslag
uitgebracht van de lotgevallen van
een vrouwelijke militair die van bij
haar aankomst in de eenheid werd
geplaagd, beledigd en gepest. Zij
zou ook het slachtoffer van
ongewild seksueel gedrag zijn
geweest en zijn afgeranseld.
Dergelijk gedrag is strafbaar.
Welke bijkomende maatregelen
kunnen worden genomen om te
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9

Quelles mesures pourraient encore être prises pour qu'une telle
situation ne se reproduise plus et où en est la politique en matière de
harcèlement moral et sexuel au sein des Forces armées?
voorkomen dat zoiets zich nog
voordoet en hoe staat het met het
beleid inzake de strijd tegen
pesterijen en ongewild seksueel
gedrag in het leger?
05.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, ma réponse à
la question de M. Canon pourrait être très simple. Je pourrais lui dire
que, si j'ai mis en place un service de médiation et d'égalité des
chances, c'est notamment pour rencontrer ce genre de situation
anormale et condamnable, mais qui est inévitable dans une
entreprise de plus de 40.000 personnes. Il y a toujours des dévoyés
dans les grands ensembles.

Comme vous, monsieur Canon, j'ai pris connaissance de cet article.
Un autre article a également paru dans le journal "De Morgen". A ce
jour, aucune plainte formelle n'a été déposée par la personne en
question. Pour régler ce genre de plainte, il existait déjà un réseau de
personnes de confiance à l'intérieur de l'armée, qui est renforcé
actuellement par le service dont j'ai parlé tout à l'heure en réponse à
la question de M. Lahaye.

Je reçois aussi ce type de plaintes par des courriers et, plutôt que de
les traiter directement, j'ai estimé qu'il était important d'installer ce
service totalement indépendant, investi de larges pouvoirs, au niveau
le plus haut de la hiérarchie et indépendant de celle-ci.

Les plaintes comme celle-là devraient être traitées par l'inspecteur
général médiateur qui a le pouvoir de se saisir de la plainte, de
s'informer et ensuite de la renvoyer, le cas échéant, vers les services
de la justice.

D'autres initiatives ont été prises. Je pense au service de prévention
et de protection du travail du département qui réalise l'élargissement
du plan global de la prévention comme prescrit par la loi sur le bien-
être, récemment modifiée à l'initiative de Mme Onkelinx.

Dès que ce genre de situation est connu, le ministre ou les autorités
en sont informés. Ces dernières ont le devoir de faire examiner les
dossiers dans un premier temps et de transmettre la plainte là où elle
doit l'être, par exemple en cas de harcèlement sexuel ou moral. Des
mesures doivent également être prises pour écarter le chef ou la
victime, dans l'intérêt de cette dernière.
05.02 Minister André Flahaut:
Mijn antwoord zou eenvoudig
kunnen zijn: ik heb die
ombudsdienst opgericht om
tegemoet te komen aan dit soort
van weliswaar verwerpelijke, maar
in een meer dan 40.000 personen
tellend bedrijf onvermijdelijke
toestanden. In elk korps zijn er
rotte appels.

De betrokkene heeft geen enkele
formele klacht ingediend, terwijl er
om dergelijke klachten te
behandelen reeds is voorzien in
een heel netwerk van
vertrouwenspersonen die totaal
onafhankelijk van de hiërarchie
werken. De inspecteur-generaal
ombudsman is belast met de
behandeling van dit soort
klachten. Hij heeft een verrijkend
onderzoeksrecht en werkt op
volledig onafhankelijke basis. Met
het oog op de verdere uitwerking
van het globaal preventieplan dat
door de welzijnswet wordt
voorgeschreven bestaat er ook
een interne dienst voor preventie
en bescherming op het werk.

Zodra iemand weet heeft van
dergelijke gebeurtenissen, moet
hiervan melding worden gedaan
aan de minister of aan de
overheden die de plicht hebben
dergelijke dossiers te behandelen
en de klacht door te geven aan
wie het aanbelangt.
05.03 José Canon (PS): Monsieur le ministre, je pense que très peu
de femmes militaires osent porter plainte.
05.03 José Canon (PS): Slechts
weinig kandidaten durven een
klacht indienen.
05.04 André Flahaut, ministre: Très peu de candidates osaient
porter plainte aussi longtemps qu'elles avaient affaire à une autorité
hiérarchique mâle. Mais à partir du moment où on place à l'extérieur
une autorité regroupant autant d'hommes que de femmes, et donc du
personnel de confiance, à partir du moment où cette structure
indépendante, qui est une première au niveau de la Défense, est
mise en place, je suis persuadé que beaucoup plus de femmes et
05.04 Minister André Flahaut:
Dat was het geval wanneer ze
zich tot een mannelijke overste
moesten wenden. Ik meen dat de
creatie van een onafhankelijke en
gemengde structuur een einde zal
maken aan deze
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
d'hommes aussi d'ailleurs feront part de leur embarras, car le
harcèlement n'est pas le fait des seuls hommes.

L'amélioration proposée aujourd'hui vise précisément à rencontrer la
remarque suivant laquelle les gens n'osaient pas se livrer. En effet,
certaines personnes me disent "On n'a pas osé vous le dire,
monsieur le ministre, on n'a pas osé vous faire part de ce problème,
on n'osait pas vous déranger avec ce genre de choses". C'est une
idiotie de ne pas prévenir le ministre! Nous sommes là pour cela et
pour écouter, même si d'aucuns disent que nous sortons de notre
rôle en étant trop à l'écoute de la population. Je n'en ai cure et si je
continue à tenir des permanences sociales, c'est précisément parce
qu'on y vient me relater ce genre de problématique. C'est peut-être
de l'"oude politieke kultuur", mais je crois que c'est ce que la
population apprécie.
terughoudendheid. Het is niet erg
verstandig de minister in het
ongewisse te laten. Ik ben steeds
luisterbereid. Hoewel volgens
sommigen een al te humane
houding uit den boze is, ben ik
van oordeel dat dergelijke houding
de beste resultaten oplevert.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Samengevoegde vraag en interpellaties van
- de heer Francis Van den Eynde aan de eerste minister over "de beweringen in de pers
betreffende de uitvoering van klusjes door militairen" (nr. B096)
- de heer Pieter De Crem tot de minister van Landsverdediging over "diverse aantijgingen in de
buitenlandse pers" (nr. 1601)
- de heer Luc Sevenhans tot de minister van Landsverdediging over "de zware kritieken op
defensie in de buitenlandse pers" (nr. 1609)
06 Question et interpellations jointes de
- M. Francis Van den Eynde au premier ministre sur "les affirmations relayées par la presse
concernant l'accomplissement de petits travaux par des militaires" (n° B096)
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur "diverses accusations formulées à l'encontre du
ministre de la Défense nationale dans la presse étrangère" (n° 1601)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "les sévères critiques dont nos forces armées
font l'objet dans la presse étrangère" (n° 1609)

(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister van Landsverdediging.)
(La réponse sera fournie par le ministre de la Défense.)
06.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, ik verontschuldig me dat ik maar net op tijd aanwezig ben
in deze commissie. Ik was bezig de commissie voor de Infrastructuur
voor te zitten. U weet hoe het gaat in dit huis: het is altijd alles
tegelijkertijd. Zelfs ik kan me helaas niet in twee snijden. Mocht het
kunnen, het zou reeds gebeurd zijn.

Mijnheer de minister, u werd zwaar aangepakt door de NRC zoals
men dat gemoedelijk in het Nederlands zegt. Het Nederlands
kwaliteitsdagblad, NRC Handelsblad pakte u zwaar aan over de
manier waarop u het Belgisch leger leidt. Collega Sevenhans zal
straks een vraag stellen over dezelfde materie, meer bepaald over
de aantijgingen inzake de toestand van ons leger. Ik zal het veeleer
hebben over de zware beschuldigingen die tegenover u geuit werden
door dat in Nederland gezaghebbend blad dat best vergeleken mag
worden met The Telegraph of The Times in Groot-Brittannië of Le
Monde in Frankrijk en de Franfürter Allgemeine Zeitung in Duitsland.
Mijn collega, de heer De Crem suggereert me ook Le Figaro. Le
Figaro is echter een rechts dagblad. Ik laat dat aan zijn
verantwoordelijkheid over.
06.01 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Aux Pays-Bas,
le ministre a été violemment pris à
partie par le NRC Handelsblad,
quotidien de référence, sur la
manière dont il dirige l'armée
belge. Ce journal porte de lourdes
accusations contre M. Flahaut
puisqu'il lui reproche d'avoir utilisé
les services de soldats pour
remplir des tâches à caractère
politique dans sa circonscription
électorale. Le ministre a réagi
instantanément à ces accusations,
mais ce genre d'histoires laissent
toujours des traces.

Je me demande pourquoi le NRC
décoche ces flèches aujourd'hui,
précisément. D'aucuns accréditent
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11

Mijnheer de minister, de beschuldigingen zijn niet klein. De
aantijgingen gaan over de inzet van militairen tijdens en buiten de
werkuren voor "politieke" opdrachten die voor u in uw
kiesarrondissement worden uitgevoerd. Ik weet dat u vrijwel
onmiddellijk hebt gereageerd door een en ander met klem van de
hand te wijzen. Zoals u echter weet blijft van dergelijke
beschuldigingen altijd iets hangen. Het lijkt me passend, billijk en
rechtvaardig u hierover te ondervragen in het Parlement. Als minister
bent u immers het Parlement verantwoording verschuldigd en niet
een of andere buitenlandse krant, al kan ik alleen maar vaststellen
dat u zeer snel ten overstaan van die krant gereageerd hebt.

Men kan zich eveneens afvragen waarom die beschuldigingen nu
geuit worden. Ik weet dat er aanhangers van de complottheorie zijn
die overal de boze Amerikaanse hand achter zoeken. Ik zeg u eerlijk
dat ik me moeilijk kan inbeelden dat de Amerikanen de NRC hebben
omgekocht omdat ze dermate verstoord zijn door de Belgische
houding inzake de komende oorlog in Irak en door een pervers
manoeuvre een deel van de Belgische regering te willen liquideren
met een soort carambole-biljartstoot. Er zijn aanwijzingen die niet
van de poes zijn en die moeten worden toegelicht.

Mijnheer de minister, is er een misverstand dat door omstandigheden
Belgische militairen opdrachten hebben uitgevoerd in uw
arrondissement waarvan ten onrechte of bij vergissing kan worden
verondersteld dat ze te maken hebben met politiek dienstbetoon of is
er van dit verhaal helemaal niets van aan? Wij wachten op uw
antwoord. Gelukkig leven we in een land waar niemand schuldig is
tot hij veroordeeld is. Het hangt er natuurlijk vanaf van welke partij hij
is.

Ik ken zeer goed een partij waar men altijd schuldig is, maar dat is
een andere zaak. Ik zou dus graag uw verklaringen terzake horen en
dank u bij voorbaat voor uw antwoord.
même une théorie du complot
selon laquelle les Américains
voudraient ainsi évincer certains
membres du gouvernement belge.
Cette théorie me paraît pour le
moins tirée par les cheveux.

Des soldats ont-ils été affectés à
des tâches politiques dont on peut
considérer qu'elles relèvent d'une
permanence politique du ministre
André Flahaut ou les accusations
du NRC sont-elles infondées?
06.02 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, u bent de laatste weken niet meer uit het nieuws weg te
slaan. U laat wellicht het oude adagium op u toepassen, namelijk "als
er maar over mij wordt gepraat, of het nu goed of slecht is". "Beter
bepraat dan beklaagd" is wellicht de spreuk die boven de schouw in
uw ambtswoning in de Lambermontstraat hangt.

U heeft eigenlijk geen ongelijk. Er is echter een probleem. U
vertegenwoordigt immers niet uzelf in uw breedsprakerige en
getormenteerde fysieke optredens de laatste tijd. U vertegenwoordigt
de Belgische regering en in de eerste plaats de Belgische bevolking.
Daar ligt nu net het probleem. De aantijgingen die er zijn gekomen,
waren niet van de poes, waren niet zomaar wat speldenprikken. We
hadden hier te maken met een echte dikke Berta-vergelding, eerst in
de Wall Street Journal en daarna in het NRC-Handelsblad. Ik geloof
niet dat dat twee pulpbladen of boulevardbladen zijn. Dat zijn geen
bladen van een bedenkelijk allooi maar wel gerespecteerde titels.

De opsomming is ondertussen gemaakt, zowel in het binnenland als
in het buitenland. De getuigenissen in de Wall Street Journal doen
twijfels rijzen over de paraatheid van onze manschappen. Het zijn
getuigenissen, het is niet zomaar een artikel, zomaar op de hoek van
06.02 Pieter De Crem (CD&V):
Ces dernières semaines, il est
question du ministre Flahaut dans
tous les journaux.
Malheureusement, il représente
l'État belge et les allégations dont
il fait l'objet dans les journaux
étrangers ternissent l'image de
notre pays. Il y a eu les
accusations du
Wall Street
Journal, puis l'article du NRC-
Handelsblad
, qui reproche au
ministre d'utiliser abusivement
l'armée. Celle-ci ne serait pas au
service de la nation, mais au
service d'André Flahaut.

Dans ces articles, des
commandants et des soldats
dénoncent le manque de moyens,
le caractère obsolète du matériel
et le favoritisme qui est pratiqué.
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
de tafel geschreven. De auteur heeft er meer dan een jaar over
gedaan. Er was ooit nog iemand die daarover twijfels liet rijzen,
namelijk de stafchef ter gelegenheid van zijn afscheid. Er wordt in
die getuigenissen gezegd dat onze manschappen meer bezig zijn
met bijklussen dan met hun jobinhoud, voor zover die effectief is. Er
wordt een heel trapsgewijze redenering opgebouwd.

We hebben nu gezien dat het leger niet meer in dienst is van de
natie. Het blijkt dat het leger in dienst is van de patron die André
Flahaut heet. De aantijgingen in het NRC-Handelsblad zijn immers
dat een minister van Landsverdediging zijn leger heeft om er politiek
beter van te worden. Soldaten worden ingezet voor niet-militaire
taken zoals laswerkzaamheden voor het aan elkaar vastmaken van
nadarafsluitingen bij een aantal sportieve activiteiten, het leggen van
houten vloeren in
VIP-tenten en het egaliseren van
motorcrossparcours tussen de eerste, de tweede en de derde ronde.
Dan zijn er nog soldaten die klagen over verouderd materieel,
geldgebrek en vriendjespolitiek. Er werd dus een bijzonder mooi
beeld geschetst van de modelstaat op zijn best. Het was echt de
modelstaat zoals we hem kennen.

Ik moet echter wel zeggen dat er sprake is van een groot complot.

Volgens sommige sprekers is er geen groot complot, maar dat is er
wel degelijk en ik zal u zeggen waar het op neerkomt. De 47-jarige
beroepsmilitair, kapper, korporaal-chef is Rudi Christiaens en hij
woont in de gemeente waar ik burgemeester ben. Met andere
woorden, er is sprake van een groot complot. Ik kan er zelfs aan
toevoegen dat de artiestennaam waaronder hij optreedt, Chris Clarck
is en dat hij een voorbeeldige imitator is, zowel van Tom Jones, Elvis
Presley als van andere schlagerzangers uit de jaren zestig en
zeventig. Ik herhaal dat er een groot complot is opgezet.

Wegens het feit dat u effectief en terecht behept was met dat grote
complot kwam uw tegenoffensief op gang. Het is een echt offensief
in zuivere kameradenstijl, eigenlijk in de toon van een PS-congres.
De tekst die in The Wall Street Journal verscheen en die overigens
uit het Frans werd vertaald in slecht Engels, is een kameradenepos,
waarin eerst een aantal keren "non" en daarna een aantal keren "yes"
verschijnt. "Oui, la mission primaire de l'armée", "Yes, de primary
mission of our armed forces", "Yes, nos soldats ont marché, "Yes,
our soldiers marched", "Yes, we spend a resonable budget", "Oui, le
budget est raisonnable".

"Camarades, surgissez". Er is ons groot onrecht aangedaan. Maar
natuurlijk, dat is absoluut belachelijk omdat hetgeen in de artikels
wordt geschreven absoluut waar is. Waarom is het absoluut waar?
Omdat het vanuit het leger allemaal bevestigd wordt. De brief die u
hebt verstuurd naar The Wall Street Journal heeft dus een hoog
Flahaut-gehalte. U wil eigenlijk ook een beetje uw vriend uit Waals-
Brabant, de heer Louis Michel, nadoen die zegt dat hij geen
diplomaat is. In Waals-Brabant en ten zuiden van de taalgrens maakt
dat misschien grote indruk. De tijd van het unilateralisme ligt al wat
achter ons. Er zijn ook nog andere landen en andere verbanden
waarin we moeten werken. Ik moet u zeggen dat die stijl van "je ne
suis pas diplomate" eigenlijk een bijzonder belachelijke stijl is.

Maar plots, onder het motto `'een beetje defensief" ­ ik heb gelezen
Ils disent aussi être plus souvent
appelés à effectuer des travaux
mineurs qu'à assumer leurs
véritables tâches. Tous ces
articles suscitent des questions
sur la préparation de nos troupes.
Je rappellerai que le chef d'état-
major de l'armée avait déjà
évoqué de telles questions dans
son discours d'adieu.

Le ministre minimise l'image
négative de l'armée belge en
arguant qu'elle est le fruit d'un
complot. Le courrier qu'il a
adressé au Wall Street Journal
était de son meilleur cru. Il a fait
valoir pour seul argument que les
journalistes travestissent la vérité.
Voilà un jugement que l'on peut
qualifier de gratuit lorsqu'on sait
que l'article est le fruit de deux
années d'enquête journalistique.
Le ministre semble envisager de
déposer une plainte, ce qui est
tout bonnement risible dans la
mesure où toutes les accusations
sont confirmées par l'armée elle-
même.

Au cours de cette législature, le
ministre Flahaut a joué les papes
de la Défense. Il espère retrouver
son poste à l'issue des élections
mais je doute fort que sa stratégie
l'y aide. Son offensive ne m'a
nullement convaincu et j'attends
de lui qu'il réfute, arguments à
l'appui, les accusations dont il est
l'objet. Le ministre n'aura pas
marqué l'armée de son empreinte,
se contentant de quelques
encouragements et apparitions
stratégiques en public. Pour le
surplus, il en a fait une armée
digne du bloc de l'Est : on y
dénombre en effet pas moins de
36 généraux actifs mais les
moyens y font défaut. La politique
du ministre est un échec.
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
dat u aspirant-matroos was en dat een aspirant-matroos dus ook de
grote baas van het leger kan worden ­ toont u dat de aanval de beste
verdediging is en komt u plots met de vraag om meer geld voor
Defensie. Dat was dus de grote vlucht vooruit. We zoeken een
externe vijand en we gaan zeggen dat we meer geld nodig hebben.
Plots is er een toeloop van vrijwilligers. Heus, de slechte
economische toestand heeft daar niets mee te maken, al wil iedereen
natuurlijk wel ­ en daar heeft het wel mee te maken ­ jobzekerheid,
veel vrije tijd en veel tijd om bij te klussen. Is dat geen gigantisch
mooi perspectief dat gecreëerd is bij het Belgisch leger? Dan komt
het grote adagium ­ we hebben dat deze dagen nog gehoord van
een partijgenoot van u, maar het lukt niet zo goed ­ "je reviendrai".
"Je reviendrai" is dan weer vertaald in "je partirai à nouveau", ik kom
terug maar ik ben weer weg, van uw voormalige collega, partijgenoot
en titularishouder Coëme. U postuleert dus opnieuw voor dezelfde
post. Een klein detail, op 18 mei zijn er wel verkiezingen. U heeft
wellicht gedacht dat men u nog niet kwijt was of van u verlost was. Ik
denk dat dit vooral een intern signaal was, veel meer dan een extern
signaal. Ik zal mijn positie veilig stellen door publiek te solliciteren
voor dezelfde functie.

Mijnheer de minister, ik weet uiteraard nog niet hoe dat allemaal
werkt, maar men zegt mij dat men voor een dergelijke belangrijke
functie gevraagd wordt. In uw functie als defensieminister hebt u dat
eigenlijk wel gedaan, u was een beetje de paus van Defensie: wat
oekazen, wat dogma's, hier en daar wat concilies, de
onfeilbaarheid.... U was eigenlijk een beetje een pausachtige figuur
in dit departement. Ik ben een beetje een kenner van de
geplogenheden binnen onze moeder de heilige kerk en ik kan u wel
zeggen dat wie als papabile het conclaaf binnengaat over het
algemeen als gewone kardinaal weer buitenkomt. Ik denk dat u daar
wellicht de verkeerde strategie hebt gekozen om defensief op te
treden in uw post. Uw tegenoffensief heeft mij niet overtuigd en het
heeft niemand overtuigd. U zegt dat ze liegen. "Ce sont des
menteurs, they lie". Dat is een absoluut belachelijke houding. U
beschuldigt de journalisten die na een jaar investigatiejournalistiek
toch een lijvig, gefundeerd, gepondereerd document naar voren
brengen van ongehoorde intellectuele oneerlijkheid. U overweegt om
klacht in te dienen tegen een aantal bronnen. Dat is echt iets dat in
de Angelsaksische traditie enorm veel indruk maakt. Dat moet u dus
echt doen: wanneer er artikels verschijnen in Nederlandse en
Engelstalige kranten, die een ander concept hebben van de relatie
tussen de pers en de verschillende machten, zeggen dat u klacht
gaat indienen tegen diegenen die de informatie hebben gegeven
voor het dossier.

Ik zou van u in deze commissie een meer gefundeerd antwoord
willen op de aantijgingen, geuit in het NRC Handelsblad en in The
Wall Street Journal.

Uiteindelijk hebt u volgens mij het historische rendez-vous, dat u zelf
hebt vastgelegd, gemist. Wat was immers de opdracht van paars-
groen en in elk geval van de modelstaat? Ik moet zeggen dat het
model dat u in de modelstaat van het leger maakt een bijzonder
heilzaam effect heeft, vooral in het buitenland. Het model werkt
immers enorm op de lachspieren.

U had, ten eerste, gezegd dat er een kleiner, moderner en beter leger
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
moest komen. Er moesten ook absolute prioriteiten komen. Een van
de prioriteiten was dat er meer en betere investeringen zouden
komen. Ik kan enkel de cijfers vaststellen. U hebt niet meer kunnen
investeren. Op het einde van uw mandaat zegt u nu dat u meer geld
nodig hebt. Dat hebben wij al in het begin van deze legislatuur
gezegd. Er zijn echter wel 36 generaals in actieve dienst. Het
overgrote deel van deze generaals werd door u benoemd.

Ik wil even een vergelijking maken met Oostenrijk. In Oostenrijk zijn
er evenveel miliciens in actieve dienst. Het land is ongeveer even
groot als België. In Oostenrijk zijn er daarentegen slechts vier
generaals. In Oostenrijk kan men het dus redden met vier generaals.
Bij ons zijn er 36 generaals nodig. Eigenlijk hebben we dus een hoog
Oostblokgehalte gekregen tijdens deze legislatuur.

Het is aan u om deze zaken te weerleggen. In elk geval, u kan in
deze commissie misschien wel een hoge borst opzetten. Het aanzien
van de Belgische strijdkrachten is echter niet alleen in het buitenland,
maar ook intern tot het nulpunt gedaald. Eigenlijk is uw vierjarige
beleid een aaneenschakeling van grote verklaringen geweest. U
heeft in de marge wat gerammeld door hier en daar wat sociale
voordelen toe te kennen. U hebt daartoe ook hier en daar wat
schouderklopjes uitgedeeld door met een aantal lokale vedetten op
7000 kilometer van hier een mooi nummertje te gaan opvoeren. U
loopt hiermee Jane Mansfield en Marilyn Monroe achterna, die dat
indertijd in Vietnam en Korea ook deden. In elk geval is uw
fundamentele taak totaal mislukt. Het was immers uw taak om het
leger te hervormen en het klaar te maken voor de eenentwintigste
eeuw. U moest het leger ook inschrijven in de Europese defensie,
wat een totale mislukking werd. Het feit dat u op zo een manier
reageert op een artikel in buitenlandse kranten, bewijst dat u dit alles
niet hebt gedaan.

Le président: C'est bien quand la télévision est là! C'est un peu plus animé!
06.03 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter, ik
zou willen beginnen met een klein misverstand uit de wereld te
helpen. Ik sluit mij altijd heel graag aan bij de interpellaties van de
heer De Crem. Zij gaan gewoonlijk in dezelfde richting. Hij heeft toch
een klein foutje gemaakt. Het aantal generaals in Oostenrijk dat hij
heeft vermeld, klopt niet. Het zijn er zelfs meer dan bij ons. Dat moet
u eens nakijken. Dat is niet waar. Dit als kleine rechtzetting. Ik heb
heel wat sympathie voor Oostenrijk.

Mijnheer de minister, u had zich wellicht een ander einde voorgesteld
van uw ambtsperiode als minister. U had wellicht gehoopt in
schoonheid te kunnen eindigen. U bent inderdaad een beetje aan het
wegzinken in een aantal aanvallen uit zowel binnen- als buitenland.
De aanval die u hebt moeten pareren van de Wall Street Journal
heeft toch wel mijn aandacht getrokken. De aanval van het NRC
Handelsblad heeft minder mijn aandacht getrokken. Ik ga mij richten
op de aanval van de Wall Street Journal. Het NRC Handelsblad werd
reeds door mijn collega gedaan.

De Wall Street Journal valt u aan op iets wat wij in deze commissie
al vier jaar zeggen over de paraatheid van ons leger, het gebrek aan
investeringen, het gebrek aan middelen van ons leger. Daardoor zijn
wij het lachwekkende onderdeel van de NAVO aan het worden. Wij
06.03 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Je me dois de corriger M.
De Crem: l'Autriche compte
également de nombreux
généraux.

La critique du Wall Street Journal
relaie ce que nous affirmons
depuis quatre ans déjà: l'armée
est confrontée à un manque de
moyens et d'investissements. La
Belgique est devenue une
phalange ridicule au sein de
l'OTAN, ce qui a suscité le
ressentiment des partenaires de
l'alliance et des Etats-Unis. Si elle
est formulée grossièrement, la
critique du quotidien n'en est pas
moins fondamentalement exacte.
On ne gère pas une armée de
40.000 hommes avec un budget
de 100 milliards de francs. Ce
montant a certes été indexé au
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
hebben nog heel wat wrevel opgewekt bij de Amerikanen en de
NAVO. Wij hebben ons steeds weggestopt op het vlak van de
investeringen. Ik zeg dit al drie jaar. Ik heb de Wall Street Journal
niet moeten afwachten om u dit vandaag nogmaals voor de voeten te
gooien. Wat in dat artikel stond, was juist. Het was misschien op een
weinig vriendelijke manier gebracht en ook op een niet echt
professionele manier. Ik vond de manier waarop de journalist het
Belgische leger voor schut zette, vond ik niet correct. Men mag toch
niet uit het oog verliezen dat wat hij aanhaalde in essentie juist is.

Ik heb dit van bij uw aantreden gezegd: met een budget van 100
miljard kunt u geen leger laten functioneren van 40.000 militairen.
Dat gaat niet. Dat kan u niet, dat kan niemand. U hebt paars-groen
moeten volgen en u hebt het budget moeten verlagen. Ik herinner mij
nochtans de eerste zegebulletins toen sprake was van een indexering
van het budget. Het jaar daarop ging er 5 miljard af van het budget.
We zijn nu geëindigd op een niveau dat lager ligt dan waar we
begonnen zijn. Dat is uw voornaamste overwinning. De rest was een
aaneenschakeling van negatieve punten. U wilt graag de
geschiedenis ingaan als een sociale minister van Landsverdediging.
U hebt inderdaad iets gedaan aan de lonen van de gewone militairen.
Dat is juist en dat heb ik u ook al verschillende keren toegegeven. Ik
apprecieer ook dat u op dat vlak een inspanning hebt geleverd. Ik
heb er ook altijd onmiddellijk aan toegevoegd dat men niet zomaar
militair wordt, het is altijd een beetje een roeping. Iemand die echt uit
overtuiging komt, komt maar op de tweede plaats voor de verloning.
Een militair moet in de eerste plaats middelen hebben en die heeft hij
niet. Het beeld van de militairen die op het Vlaamse strand met een
koffielepeltje olie aan het scheppen waren, was inderdaad tekenend.

Ik heb ook gelezen dat u zegt dat wij die militairen eens moeten
bezoeken en niet de generaals om te informeren naar hun
tevredenheid. Ik heb die oefening gedaan. U weet dat ik midden de
militairen sta, de gewone militairen maar ook de generaals. Ik heb
eens geïnformeerd of ze gelukkig waren. Ze hebben er geen
probleem mee dat ze hulp aan de natie moeten leveren. Integendeel,
dat is goed voor hun imago. Het beeld met de koffielepeltjes is
blijkbaar de Wall Street Journal ontgaan maar dat zou een mooie
foto geweest zijn.

U hebt gereageerd ­ terecht, vind ik ­ op het artikel in The Wall
Street Journal, maar de manier waarop was weer `op zijn Flahauts'.
Dat was ook niet diplomatisch, dat was ook niet correct. U had het op
een andere manier moeten doen. U moet inderdaad opkomen voor
het imago van het Belgische leger. Dat is juist, dat is uw taak als
minister van Defensie. U moet op zo'n momenten echter uw stijl eens
een beetje bijschaven, want wat was de reactie? The Wall Street
Journal handhaaft zijn kritiek en plaatst er nog een denigrerende titel
boven: the Belgian Blitzkrieg. U wordt daar momenteel als de Charlie
Chaplin van Europa opgevoerd. Ik denk niet dat dit de bedoeling is.
Dat is ook ten onrechte, want dat is helemaal niet correct. Ik ga u niet
te veel verdedigen, maar tussendoor wil ik het wel eens doen. Dat
was niet correct van hen.

Ik heb daaraan toegevoegd: dat is uw propagandamachine, want die
werkt goed. Die wordt goed bedacht in het totale budget. Ik heb nog
de laatste cijfers, uitgedrukt in Belgische frank. Ik zie dat wij toch
gemakkelijk 150 miljoen frank besteden aan het imago, zonder de
terme de la première année de la
coalition arc-en-ciel mais cinq
milliards en ont été retranchés un
an plus tard.

Le ministre souhaite rester dans
les mémoires comme un ministre
à vocation sociale.
L'augmentation des soldes des
simples soldats est à saluer mais
être militaire procède
principalement d'une vocation. Le
militaire doit avant tout être
équipé du matériel adéquat et le
souci d'une bonne rémunération
ne vient qu'en second lieu.
L'image
de militaires qui
débarrassent les plages du pétrole
au moyen d'une cuillère à café
dépasse donc l'entendement. Et le
problème ne concerne pas les
soldats mais les cuillères à café.

Le ministre a réagi aux critiques
du Wall Street Journal dans son
style habituel, c'est-à-dire sans
guère de style. Cette guerre éclair
à la belge a donc à nouveau fait
l'objet des critiques du journal, qui
a même comparé le ministre au
personnage de Charlie Chaplin, ce
qui n'est pas très juste.

Je souhaite également exprimer
mon opinion au sujet des
150 millions de francs que le
ministre consacre à sa
propagande personnelle. La
dernière émission Télévox était
particulièrement choquante : des
officiers s'y félicitaient de leur
travail et du matériel mis à leur
disposition. Il faut certes montrer
l'armée sous un jour favorable
mais en s'en tenant aux faits.
Cette émission était un modèle de
désinformation.

C'est bien sûr pendant les derniers
jours de son mandat que le
ministre commence à réclamer
des fonds supplémentaires. C'est
bien trop tard. La question est à
présent de savoir ce qu'il compte
faire de cette armée.
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
200 personeelsleden daarbij te rekenen. Er gaat dus een enorm
budget naar de persoonlijke propaganda van de minister van
Defensie en minder naar die van het leger. De laatste uitzending van
Televox, mijnheer de minister, is mij zwaar in het verkeerde keelgat
geschoten. Ik weet niet u of u ze volledig hebt geregistreerd, maar ik
neem aan het grootste gedeelte.

Als ik zie dat u het ­ enkele dagen na het vernietigende artikel in The
Wall Street Journal ­ gedaan kunt krijgen een aantal officieren naar
voren te schuiven die de lofzang zingen over hoe goed ze het wel
hebben in het Belgische leger en hoe goed het materiaal is waarover
ze beschikken, dan is dat er los over. Dat is ook niet meer correct, u
doet daar ook aan desinformatie. U moet proberen het leger zo
positief mogelijk voor te stellen, maar wel op basis van feiten.

Iedereen in deze commissie, zelfs u ook, heeft hier al herhaaldelijk
toegegeven dat het leger een gebrek heeft aan middelen. Wij zullen
er straks nog op terugkomen, want nu u aan uw laatste dagen toe
bent, gaat u ook pleiten voor meer middelen voor Defensie. Dat is
rijkelijk laat, maar goed, beter laat dan nooit.

Ik zou willen weten, mijnheer de minister, wat u in uw laatste dagen
juist van plan bent. Ik denk niet dat de reacties die u in de wereld
hebt rondgestuurd onze geloofwaardigheid ten goede komen. Ik ben
vooral geïnteresseerd in de geloofwaardigheid van ons leger, want
na u is er nog een Belgisch leger. Over uw geloofwaardigheid maak
ik mij helemaal geen zorgen. Die mag voor mijn part onderuitgaan.
Dat is uw eigen verantwoordelijkheid, u bent daarvoor groot genoeg.
Kunt u echter voor deze commissie op een rustige, serene manier
een aantal zaken weerleggen en duidelijk stellen wat u nu juist wil?
06.04 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, je voudrais
tout d'abord vous rassurer: je n'ai pas pris de valium. J'avoue que
certaines interventions ont sur moi un effet soporifique.

Je voudrais simplement dire "mentez, mentez, il en restera toujours
quelque chose". Je dois bien constater que l'approche des élections
en rend certains nerveux. Je suis personnellement très calme et,
pour répondre à M. Sevenhans, qui me demande ce que je vais faire
dans les prochains jours et prochaines semaines: je vais continuer à
faire mon travail. J'espère que je n'aurai pas à le faire dans un
contexte de guerre. Je préparerai également ma campagne mais je
n'ai pas attendu la période électorale pour le faire.

En ce qui concerne les questions, M. Fournaux n'aura même pas eu
l'occasion de poser la sienne mais il a sans doute déjà fait l'article
dans la presse.
06.04 Minister André Flahaut: U
gaat er blijkbaar van uit dat er van
loze beweringen altijd wel iets
blijft hangen... Ik stel vast dat
sommigen zenuwachtig worden nu
de verkiezingen naderen. Ik, van
mijn kant, werk gewoon verder en
ik hoop dat het niet in
oorlogsomstandigheden hoeft te
zijn.
Le président: Il est absent.
06.05 André Flahaut, ministre: Oui, je vois et j'entends surtout qu'il
est absent.
06.05 André Flahaut, ministre:
In artikel 151 van de programmawet van 2 augustus 2002,
verschenen in het Staatsblad van 29 augustus 2002, staat het
volgende vermeld in verband met prestaties ten voordele van
derden. Ik citeer: "Behoudens de gevallen waarin het beroep op de
La loi-programme du 2 août 2002
mentionne, à l'article 151, que des
unités des Forces armées peuvent
effectuer, contre paiement, des
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
krijgsmacht krachtens de wet is geregeld, mogen eenieder worden
ingezet in het kader van tegen betaling uitgevoerde prestaties van
openbaar nut met humanitair, vaderlands of cultureel oogmerk of
inzake hulp aan de natie. In afwijking van voorafgaande paragraaf
mogen sommige prestaties volledig of gedeeltelijk gratis uitgevoerd
worden."
prestations d'utilité publique à but
culturel, patriotique, humanitaire
ou d'aide à la nation. Certaines
prestations peuvent néanmoins
être effectuées à titre gratuit.
Hormis les cas où il est fait appel aux forces armées en vertu de la
loi, les unités des forces armées peuvent être affectées à des
prestations d'utilité publique ayant un but culturel, patriotique ou
humanitaire, ou d'aide à la nation effectuées contre paiement.

Par dérogation au paragraphe précédent, certaines prestations
peuvent être effectuées totalement ou partiellement à titre gratuit.
De territoriale directie werd in de eenheidsstructuur belast met de
behandeling van alle steunaanvragen die ingediend werden door
derden. In 2002 werden er voor het ganse grondgebied 1072
aanvragen voor steun allerhande ingediend. In weerwil van wat
beweerd wordt in de Nederlandse krant en door een
vakbondsafgevaardigde komt slechts 9% van het totale aantal
aanvragen uit de provincie Waals-Brabant.

Als men trouwens kijkt naar het aantal aanvragen waarvoor werkelijk
defensiesteun werd toegestaan, dan komt Waals-Brabant uit op
amper 7,63%. Meer dan een derde van de aanvragen die afkomstig
zijn uit Waals-Brabant werd immers afgewezen, terwijl het
gemiddelde schommelt rond één afwijzing per vier aanvragen. Deze
provincie krijgt dus allerminst een voorkeursbehandeling.

De Nederlandse krant en de vakbondsafgevaardigde bestempelen
een bepaalde eenheid als een reizende eenheid omdat ze prestaties
van openbaar nut of hulp aan de natie uitvoert. De algemene regel is
om de gevraagde steun te laten uitvoeren door de eenheden van de
provincies. Dat gebeurt om de banden tussen de plaatselijke
eenheden en de bevolking te verstevigen. Dit maakt deel uit van mijn
voortdurende betrachting om de banden tussen het leger en de natie
nauwer aan te halen.

Er wordt echter een uitzondering gemaakt door zeer specifieke
aanvragen te laten uitvoeren door genie-eenheden. Deze aanvragen
worden verdeeld over de twee bestaande eenheden, naargelang het
Gewest waar de prestatie moet worden uitgevoerd.

Het zogenaamd toevallig opduiken van dit soort aanvallen verbaast
mij hoegenaamd niet. Naderende verkiezingen zijn immers het
uitgelezen moment voor valse geruchten en slagen onder de gordel
met de bedoeling schade te berokkenen, zelfs al zijn ze afkomstig
van of worden ze bijgetreden door een vakvereniging die beweert dat
ze niet aan politiek wilt doen. Wat een ongelooflijk toeval is het toch
dat de Belgische Defensie en haar minister op basis van
leugenachtige aantijgingen aangevallen worden door twee
persorganen die tot dusver niet de minste belangstelling hadden voor
ons leger. Sinds de Belgische regering op internationaal vlak
standpunten inneemt die bepaalde bewindslieden tegen de haren
instrijkt, worden er over ons de wildste verzinsels verspreid. De
desinformatie en de pogingen om ons in de pers onderuit te halen,
brengen diegenen in diskrediet die er hun toevlucht toe nemen, ze
En 2002, 1.072 demandes d'aide
ont été introduites pour l'ensemble
du territoire. Neuf pour cent de
ces demandes seulement
émanaient du Brabant wallon.
Plus d'un tiers ont été rejetées,
alors que la moyenne des rejets
est d'une demande sur quatre. Le
Brabant wallon ne bénéficie donc
en aucun cas d'un traitement de
faveur.

Le journal néerlandais et un
délégué syndical ont fait état
d'une "unité itinérante" apportant
ça et là une aide à la nation. Pour
resserrer les liens entre l'armée et
la nation, je fais exécuter les
missions sur le terrain par les
unités provinciales. La chose
n'étant pas possible pour les
missions impliquant le concours
du génie, les demandes sont
réparties entre les deux unités de
génie, soit une par Région.

Je ne crois pas que ces attaques
soient le fruit du hasard. Les
élections approchent et d'aucuns
n'hésitent pas à porter des coups
sous la ceinture. Quelle
coïncidence que ces deux
organes qui, jusqu'ici, ne s'étaient
jamais intéressés à nos forces
armées, se mettent soudain à
répandre des accusations
mensongères! Depuis que le
gouvernement belge adopte des
positions qui ne sont pas toujours
confortables sur le plan
international, les rumeurs les plus
invraisemblables circulent. Cette
désinformation ne nuit qu'à ceux
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
verspreiden of bijtreden.
qui la propagent.
Sur cet aspect-là, je voudrais préciser également que j'ai très
rapidement déclaré dans la presse ­ je crois que c'était à VTM, le
samedi soir ­ que les livres étaient ouverts. Il n'y a aucun problème à
communiquer l'ensemble des demandes formulées selon la
procédure prévue. Les demandes entrent, elles sont ensuite traitées
par le commandement territorial, qui remet un avis; le dossier arrive
chez moi et je marque ou non mon accord, l'avis est favorable ou
défavorable, il est payant ou pas. S'il dépasse un certain montant,
l'inspection des finances donne son avis.

Ce que je peux comprendre, c'est que la réorganisation de l'aide aux
tiers dérange effectivement certaines personnes qui jusqu'alors
utilisaient l'aide aux tiers de façon discrète dans leurs Régions
respectives. Aujourd'hui, il y a une centralisation et une vue globale
de ce qui se passe. La meilleure preuve, c'est que je peux vous
donner, si vous le souhaitez, l'ensemble des demandes et des
réponses qui ont été formulées avec une répartition régionale, sous-
régionale et avec les différentes rubriques: pour les handicapés, pour
les associations patriotiques, pour les associations sportives, pour les
associations culturelles. Il n'y a pas de problème, je l'ai dit dès le
premier jour. C'est à votre disposition et vous pouvez faire si vous
voulez avec le président de la commission une visite au
commandement territorial. Je n'y vois aucun inconvénient.

De la même façon, pour ce qui a aussi été dit dans le journal par le
représentant syndical au sujet du déplacement en hélicoptère, je
peux vous garantir que depuis le début de ma présence au
département de la Défense, chaque mission a fait l'objet d'une
demande, avec une heure de départ et une heure d'arrivée, l'objet de
la demande et l'objet de la mission. C'est valable pour moi comme
pour les officiers qui utilisent ces hélicoptères.

J'ai passé ces quatre ans à remettre de l'ordre dans la maison. J'ai
mis de l'ordre dans les caisses noires qui existaient, j'ai mis de l'ordre
dans les services de restauration et d'hôtellerie, j'ai mis de l'ordre
dans la prestation aux tiers et aujourd'hui, je n'ai aucun problème à
vous présenter, noir sur blanc, le bilan de tout ce qui a été fait. A
partir du moment où vous voulez mettre de l'ordre dans une grande
maison, forcément, vous ne vous faites pas que des amis. Donc, je
ne m'étonne absolument pas des coups donnés sous la ceinture.
J'irai même plus loin: l'organisation syndicale en question m'a
demandé de pouvoir disposer à certains moments de bus afin de
pouvoir organiser des activités syndicales et j'ai aussi répondu
positivement parce que cela fait partie de ma politique de bonnes
relations avec les organisations du personnel.

Mon père disait toujours: "Quand on monte à un poteau, il ne faut
pas avoir un trou à son pantalon". J'ai l'impression que certains sont
montés au poteau avec des trous à leur pantalon.

Nous allons parler à présent du budget.
De boeken liggen open, en wij
kunnen u zonder probleem een
overzicht van alle ingediende
aanvragen bezorgen, evenals van
de antwoorden die werden
verstrekt volgens de geijkte
procedures. Bovendien geeft de
Inspectie van Financiën haar
advies indien bepaalde bedragen
overschreden worden.

De steun ten voordele van derden
is sommigen duidelijk een doorn
in het oog, maar nu hebben we
een algemeen zicht op wat er
allemaal gedaan wordt, en zoals ik
al zei kan ik u de lijst overleggen
van alle aanvragen die werden
ingediend en van de antwoorden,
opgesplitst per Gewest en verder
uitgesplitst binnen elk Gewest. Al
die informatie kan u inkijken.

Ik heb orde op zaken gesteld in
verscheidene diensten van het
leger, en u weet net zo goed als ik
dat je met dergelijke operaties niet
alleen vrienden maakt.
Om het strategisch plan te realiseren, heeft de regering er zich in
2000 toe verbonden jaarlijks ...
Le président: Je vous interromps car vous en arrivez au budget et il y a encore des questions et des
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
interpellations sur le budget.
06.06 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, de heer
Sevenhans heeft mij...
Le président: D'accord, mais dans ce cas il ne reviendra peut-être plus sur le budget dans la deuxième
partie. M. Denis s'est inscrit aussi dans le budget.

On peut peut-être s'arrêter ici en ce qui concerne les réactions aux informations parues dans la presse et
entamer, après les répliques, les questions et interpellations sur le budget.
06.07 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
voorzitter, toen ik hoorde dat de minister van Landsverdediging een
zin begon met "mon père", dacht ik: "Mon père, ce héros au sourire si
doux suivi d'un hussard qu'il aimait entre tous (..)" Het ging over "le
poteau", maar "le hussard" zou gepast hebben bij Landsverdediging.

Mijnheer de minister, ik weet zeer goed dat er zoiets bestaat als hulp
aan derden. Ik keur dit vanzelfsprekend niet af. Toch moeten we,
denk ik, de zaken eventjes in hun context plaatsen. Hulp aan derden
door het leger kan volgens mij niet alleen in specifieke gevallen ­ ik
bedoel daarmee: waar die hulp moreel verantwoord is ­ maar ook
waar het leger echt nodig is om die hulp te geven en bij wijze van
spreken een monopolie bezit over bepaalde zaken. Ik geef u een
voorbeeld. Wanneer op de Blaarmeersen in Gent ­ dat is een soort
recreatieoord in de Arteveldestad, mijnheer de voorzitter ­ de
inmiddels beroemde Flikkendag plaatsvindt en men om
verkeerstechnische redenen een bijkomende brug nodig heeft over
de watersportbaan omdat anders het verkeer in die buurt van de stad
totaal in de knoop zou geraken, en het leger komt daar een noodbrug
bouwen, dan vind ik dat verantwoord. Laten wij eerlijk zijn: mocht er
af en toe in die omstandigheden een noodbrug over de Maas in Luik
of in Namen of over de Samber in Charleroi gebouwd worden, dan
zou ik dat evenzeer toejuichen. Dit is een zaak.

Wanneer echter het leger gebruikt wordt ­ dit is dan nog niet in de
context van de aanvallen die tegen u gericht waren ­ voor het
leveren van prestaties die anderen kunnen leveren, dan zitten we al
met een probleem, mijnheer de minister. Het leger gaat bijvoorbeeld,
als ik de kranten mag geloven, de vloer leggen in VIP-tenten voor
recepties. Eerst en vooral moet nog aangetoond worden of dit sociaal
verantwoord is.
06.07 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Je ne suis bien
évidemment pas opposé au
principe de l'assistance aux tiers,
mais je maintiens qu'il ne doit être
fait appel à l'armée que dans
certains cas particuliers, lorsque
l'intervention est moralement
justifiée et que la situation ne peut
être résolue sans sa contribution
spécifique. Il ne faut pas recourir
aux militaires pour des prestations
qui pourraient être assurée tout
aussi bien, voire mieux, par
d'autres instances. Je citerai à
titre d'exemple la pose de
planchers dans les tentes V.I.P.
06.08 Minister André Flahaut: Dat is voor een activiteit van het
leger en niet alleen voor de privé-sector.
06.08 André Flahaut, ministre :
L'armée peut pourtant
parfaitement se charger de ce
type d'activités.
06.09 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Ik heb het niet
over het leger zelf. Wanneer men dit zou doen en of het nu in de
privé-sector is of in de sector van de PR of de welzijnssector, dan
zeg ik dat, als het leger dat daar doet, gratis of tegen betaling, het in
concurrentie komt met bedrijven die dit ook doen. Dan zit men
natuurlijk al op een terrein dat niet echt geschikt is voor een
openbare dienst en om het even welke openbare dienst, dus a fortiori
het leger.
06.09 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Mais, en
l'espèce, les forces armées
entrent en concurrence directe
avec les entreprises du secteur
privé. C'est là que le bât blesse.
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
06.10 André Flahaut, ministre: Monsieur Van den Eynde,
permettez-moi de vous interrompre pour vous dire que l'argument de
concurrence déloyale est effectivement examiné chaque fois.

Comme je l'ai déjà dit, notamment au président de la commission, je
répète que les livres sont ouverts et peuvent être consultés afin de
détecter d'éventuels cas de concurrence déloyale.

Je tiens toutefois à préciser qu'il existe des situations particulières.
En ce qui concerne le transport de personnes, par exemple, il est
impossible de transporter certaines personnes handicapées sans
recourir à un service exceptionnel. Vous savez qu'aujourd'hui les
compagnies aériennes limitent le transport des personnes
handicapées. C'est ainsi qu'il n'est pas possible d'embarquer un
grand nombre de personnes handicapées dans un avion. J'ai reçu
une demande en ce sens mais j'ai refusé car, finalement, on
approchait d'une situation de concurrence déloyale, malgré le fait
que j'étais intimement convaincu qu'il ne s'agissait nullement d'une
concurrence déloyale. Mais connaissant le milieu des "low cost" et
autres "trucs", je me suis dit que si j'acceptais ce transport, un autre
lobby risquait de monter en ligne pour dire que nous pratiquions un
métier qui n'était pas le nôtre. Et pourtant, ce transport était
socialement justifié. Il faut transporter certaines personnes
handicapées car des firmes privées d'autocars refusent de le faire. Je
souhaite aussi que les personnes handicapées puissent s'intégrer
dans la société.

Je voudrais attirer votre attention sur une seule phrase qui figure
dans le plan stratégique et qui est reprise dans le plan stratégique +:
"Lorsque l'armée n'utilise pas son personnel, son matériel et ses
infrastructures pour ses opérations ou la préparation de ses
opérations, elle doit au maximum mettre ce matériel, ce personnel et
ces infrastructures à la disposition de la société civile".

Cette phrase a été acceptée par la majorité en janvier 2000, lors de
la fameuse réunion du Résidence Palace et confirmée par le
gouvernement en mai 2000. Elle reste d'actualité parce que tous ces
travaux que nous réalisons et toutes ces activités que nous menons
n'ont pas seulement pour but de donner une meilleure image de
l'armée et d'améliorer le recrutement ­ et on en mesure les effets ­
mais aussi de replacer l'armée, une merveilleuse entreprise, au
centre de la société civile. Il s'agit de rouvrir les portes vers
l'extérieur, de retisser le lien social qui a cessé d'exister depuis la
suspension du service militaire, de faire en sorte que les militaires
soient aussi des citoyens comme les autres, pouvant vivre dans la
société comme les autres en étant, de par leur expérience et grâce à
leur matériel, à la disposition de la société tout entière. C'est cela
l'objectif qui est poursuivi, mais dans le respect strict des lois et à
livres ouverts.

Personnellement, je n'ai aucun problème à assumer tout ce qui a été
fait au cours des années écoulées ainsi que toutes les décisions qui
ont été prises.
06.10 Minister André Flahaut:
Er wordt keer op keer nagegaan of
er geen sprake is van oneerlijke
concurrentie. In bepaalde
gevallen, ik denk aan het vervoer
van gehandicapte personen, is het
echter onmogelijk een beroep te
doen op particuliere bedrijven.

Ik breng in herinnering dat in het
Strategisch Plan uitdrukkelijk
wordt vermeld dat het leger zijn
personeel, zijn materieel en zijn
infrastructuur zo veel mogelijk ten
dienste moet stellen van de
burgermaatschappij, wanneer het
daar geen nood aan heeft voor
militaire operaties. Het leger wordt
dus opnieuw ingebed in die
maatschappij en de militairen
worden burgers als de andere, ter
beschikking van de hele
maatschappij, met respect voor de
geldende wettelijke voorschriften.
06.11 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK): Mijnheer de
minister, ik heb met aandacht geluisterd naar wat u vertelde, maar u
bevindt zich nog altijd op glad ijs, neem het mij niet kwalijk.
Vanzelfsprekend zal niemand, theoretisch gezien, iets kunnen
06.11 Francis Van den Eynde
(VLAAMS BLOK): Le ministre
vient de prononcer un bien bel
exposé mais je soutiens qu'il
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
hebben tegen die afspraak van de Résidence Palace waar u zonet
naar refereerde. Wanneer het leger geen operaties uitvoert, moet het
materiaal ter beschikking staan van de gemeenschap. Wie kan zich
daartegen verzetten?

Toch wil ik een tegenvoorbeeld geven, misschien ver van het leger
af, om aan te tonen dat zoiets heel vlug tot misbruik kan leiden. Elke
universiteit in dit land beschikt over studentenrestaurants die
goedkope maaltijden serveren. Elke universiteit wordt ook
verondersteld een studentenkaart te vragen aan haar klanten, op het
ogenblik dat zij komen eten. Ik kan u verzekeren ­ ik wil om het even
wie dat laten controleren ­ dat in elke universiteit iedereen tegen die
lage prijs kan eten. De reden daarvoor is dat die controle niet
gebeurt. Ik spreek in het bijzonder van de stad waar ik nu woon,
maar ik weet dat het ook elders gebeurt. Dat is een eerste zaak.

Ten tweede, wanneer er werken voor de gemeenschap worden
uitgevoerd, moet men daarmee zeer voorzichtig zijn. Men dreigt te
vervallen in discussies over wie de opdracht gegeven heeft en
waarom ze gegeven werd voor die VIP-tenten. Ook rijzen vragen
naar de aanleiding van het organiseren van die manifestaties.

Ik wil uw aandacht nog vestigen op een derde zaak. U zegt dat
Waals-Brabant maar 9% van de aanvragen voor zijn rekening heeft
genomen. Ik twijfel niet aan dat cijfer. Ik wil u er echter aan
herinneren dat er slechts tien provincies zijn in dit land, waarvan
Waals-Brabant er één is, zelfs wat kleiner dan de meeste andere. 9%
is dus het normale cijfer van elke provincie in die zaak. Dat cijfer
zegt niets.

Ik houd mij aanbevolen van de lijst die u wilt voorleggen van de
opdrachten die het leger uitgevoerd heeft voor derden in elke regio.
Ik herhaal echter dat u zich op zeer glad ijs bevindt wanneer dat iets
te vaak gebeurt of wanneer u dat minder gemakkelijk kunt
verantwoorden. In het ene geval zal het altijd wel beter te
verantwoorden zijn dan in het andere. Maar heel vlug zal de
verdenking ontstaan dat het leger ingezet wordt voor de privé-
belangen of de politieke belangen van u, van uw opvolger of van
andere mensen uit de politieke wereld. Ik wil u met aandrang vragen
daarin extreem voorzichtig te zijn.
évolue en terrain miné. Nul ne
peut raisonnablement objecter aux
principes consacrés par l'accord
du Résidence Palace mais il
convient à nos yeux d'éviter
absolument de prêter le flanc à
tout risque d'accusation d'abus de
pouvoir ou de concurrence
déloyale.

Le ministre affirme que le Brabant
wallon ne représente que pour
neuf pour cent des demandes.
Mais quand on considère qu'il
s'agit d'une petite province et que
notre pays ne compte que dix
provinces, ce chiffre n'est pas si
insignifiant qu'il y paraît. J'attends
du ministre qu'il me fournisse la
liste détaillée des tâches que
l'armée a remplies pour le compte
de tiers.
06.12 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, wij hebben zonet een mooi verhaaltje gehoord dat
uitgesproken werd in turbotaal, zoals alleen Franstaligen dat kunnen.
Het is petit chiracien, een echte "langage turbo".

Wij hebben ook kennis genomen, naar aanleiding van een
interpellatie, van de intenties van de minister tot 18 mei, meer
bepaald wat hij gaat doen in de campagneperiode en wat hij niet gaat
doen. Ik zou zeggen: proficiat bij voorbaat! Ik wens u het allerbeste.
Maar dat is natuurlijk niet het voorwerp van mijn interpellatie.

Er is een aantal belangrijke zaken waar wij geen antwoord op
gekregen hebben. Onder het motto "de aanval is de beste
verdediging, deel 2" verwijst de minister naar zijn voorgangers. Ik
denk dat wij in dit Parlement een traditie hebben: wie a zegt, moet
ook b zeggen. Ik had dus graag geweten wie die voorgangers waren?
Kwamen die uit de provincie Luxemburg, uit de provincie Luik, uit de
06.12 Pieter De Crem (CD&V):
Le ministre nous a tenu un fort
beau discours,dans le langage
branché dont les francophones
semblent avoir l'exclusivité.

Le ministre ne s'est pas exprimé
sur un certain nombre d'éléments
importants. Conformément au
principe qui veut que l'attaque soit
la meilleure défense, il a fait
référence à ses prédécesseurs.
De qui parle-t-il?

Est-il bien normal de demander
l'intervention de l'armée à
l'occasion d'une course à pied
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
provincie Limburg, uit de provincie Brabant, uit de provincie
Antwerpen? Want blijkbaar is er in het verleden het een en het ander
gebeurd. Het zou bijzonder interessant zijn dat te weten.

Ten tweede, hebben wij een belangrijke...
organisée à Nivelles ou pour
poser un plancher en bois dans le
cadre d'une manifestation
socioculturelle?
06.13 André Flahaut, ministre: Il a été membre de votre parti, mais
il n'y est plus.
06.14 Pieter De Crem (CD&V): Hij komt uit Limburg?
06.15 Minister André Flahaut: Hij is weg.
06.16 Pieter De Crem (CD&V): Is hij geen lid meer van CD&V,
of...? Is hij nu bij de VLD? Wij hebben twee ministers gehad uit
Limburg.
06.17 André Flahaut, ministre: Il n'y est plus.
06.18 Pieter De Crem (CD&V): Die uit Luik is er ook niet meer. Uw
ambtgenoot uit Luik is er ook niet meer.
We hebben ook een telraam gehad. Er zijn honderd bolletjes die te
maken hebben met opdrachten in dienst van de natie en de eerste rij
van tien bolletjes is naar de regio van de minister gegaan. Dat hebt u
hier toch toegegeven, maar ik zou u willen vragen of het inzetten van
bepaalde miliciens ­ onder een variant van het A-Team ­ voor het
lassen van nadar of een loopkoers in Nijvel correct is of niet. Is dat
gebeurd of niet? Dat is eigenlijk de essentie van mijn interpellatie. Is
het leggen van een plankenvloer voor een culturele manifestatie van
een welbepaalde sociaal-culturele vereniging correct of niet? Is het
egaliseren met legermateriaal ­ ik veronderstel dat het met
rupsbanden...
06.19 André Flahaut, ministre: Très honnêtement, je me demande
si vous êtes sourd. Il n'y a de pire sourd que celui qui ne veut
entendre. J'ai dit à deux reprises que les livres étaient ouverts.
Prenez la peine de les consulter! Est-ce pour la caméra que vous
avez besoin d'une réponse? Dans ce cas, que le journaliste me pose
la question, c'est tout! Je n'ai nul besoin d'intermédiaire. C'est inutile!
06.19 Minister André Flahaut: Is
de heer De Crem soms doof?
Zoals het spreekwoord zegt is er
geen erger dove dan die niet
horen wil. Alle documenten liggen
ter inzage. Dat hij ze dan
raadpleegt!

Wil hij misschien een antwoord
voor de camera's? Dan moet de
journalist me maar rechtstreeks de
vraag stellen!
06.20 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de minister, de taak van
het Parlement is nog altijd de regering te controleren op haar daden.
06.21 André Flahaut, ministre: Evidemment, puisque les livres sont
ouverts. Allez contrôler sur place!
06.22 Pieter De Crem (CD&V): De taak van een parlementslid is
niet die van een monnik om gebogen over geschriften en kronieken
te gaan kijken of een aantal zaken kloppen. Een parlementslid heeft
de taak een minister te controleren en hem te vragen of bepaalde
06.22 Pieter De Crem (CD&V): Il
incombe au Parlement
de
contrôler le gouvernement. Notre
mission ne consiste pas à
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
zaken kloppen.

Ten derde, als het geen probleem is, vraag ik u of het egaliseren van
een motorcrossparcours met meerdere manches met legermateriaal
is gebeurd of niet. Als u dat bevestigt, is dat geen enkel probleem.
Als u zegt dat het correct is gebeurd, dat het een taak is van het
leger in dienst van de natie en dat het ressorteert onder de eerste
reeks van tien bolletjes op het telraam van 100% opdrachten, dan is
de kous daarmee af. Voila, we hebben een bevestiging van een lid
van de meerderheid. Het schijnt dus te kloppen. Dat moet u doen.
décortiquer des textes, à l'image
de moines, pour y détecter la
moindre erreur. Je voudrais que le
ministre me dise si l'égalisation
d'un circuit pour motos peut être
considérée comme faisant partie
des tâches de l'armée.
06.23 André Flahaut, ministre: C'est une opposition paroissiale de
curé de campagne!
06.23 Minister André Flahaut:
De parochiale oppositie die de
heer De Crem hier voert, is van
een bedroevend niveau!
06.24 Pieter De Crem (CD&V): Vous jouez le doyen. U hangt hier
"mijnheer den deken" uit.
06.25 André Flahaut, ministre: Le qualificatif "paroissial"
correspond bien à M. De Crem.
06.26 Pieter De Crem (CD&V): U speelt hier de deken die, zoals de
frustratie van alle dekens is, graag bisschop zou worden maar die in
een achtergestelde streek moet werken. Dat is wat u doet. U speelt
de deken met de ambitie om kardinaal te worden.

De betrokken journalist heeft een jaar gewerkt. Hij heeft op
meticuleuze, minutieuze wijze een kroniek geschreven over zaken,
die waar zijn. Dat stoort u. U stoort zich aan de waarheid. U probeert
met een aantal fysieke en verbale erupties te zeggen dat het
allemaal niet waar is. Wat in dat artikel staat, is evenwel juist. Het
wordt bevestigd door alle kringen en echelons van het leger. Dat is
de essentie. De essentie is dat dit beeld van het Belgische leger ook
het beeld is dat in het buitenland bestaat. Dat beeld van ons leger
hebben ook uw teerbeminde Duitse en Franse vrienden. U denkt
nochtans dat deze twee landen uw geallieerden zijn. U denkt dat u
met hen de wereld zal veroveren. Dat is echter niet het geval. Het
aanzien van ons land op het vlak van defensie en van het Belgisch
leger is heel klein. Dat is ook zo bij uw geallieerden, waarmee u een
week op de hometrainer hebt gezeten. Zij hebben hetzelfde inzicht
over het Belgisch leger.

U spreekt over wat uw vader u zei over de paal en het gat in de
broek. Ik weet niet waar die paal staat. Ik weet evenmin wie die broek
droeg.
06.26 Pieter De Crem (CD&V):
Le ministre se comporte comme
un doyen qui ambitionnerait de
devenir cardinal. Le journaliste a
travaillé sur ce dossier une année
entière et a rédigé une chronique
minutieuse. Ses constatations ont
du reste été confirmées à tous les
échelons des forces armées.

L'armée belge jouit d'une image
peu flatteuse, même parmi ceux
qui se disent nos alliés. Le
ministre doit déployer des trésors
de persuasion pour faire croire
qu'il a fait entrer l'armée dans une
ère nouvelle. Son successeur aura
bien du pain sur la planche.
06.27 André Flahaut, ministre: (...)
06.28 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de minister, u bent echt
mijnheer den deken, die denkt dat de mensen dom zijn en er niets
van begrepen hebben en die vanop zijn kansel probeert te zeggen
aan de mensen hoe ze het allemaal moeten begrijpen. Ik zal het in
uw eigen taal zeggen, mijnheer de minister, dat zult u allicht
begrijpen. Wat u doet, is "que vous niez le soleil en plein jour". U
hebt een mandaat van vier jaar bij het departement Defensie achter
de rug, u moet zich in allerlei bochten wringen. Mijnheer de minister,
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
u moet nu een investeringsplan Plus aankondigen, het strategisch
plan Plus om, in de plaats van bijkomende investeringen,
besparingen goed te praten en u wilt iedereen doen geloven dat we
met uw Belgisch leger in een nieuw tijdperk zijn aangekomen. Ik kan
u zeggen dat het nog veel slechter dan vroeger is en ik denk dat uw
opvolger ­ ik denk niet u zichzelf zult opvolgen ­, wie het ook moge
zijn, een reuzentaak zal hebben om dat in goede banen te leiden.
06.29 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de minister, de
interpellatie bevat twee grote delen. Het eerste deel heeft betrekking
op de aantijgingen in het NRC Handelsblad. U hebt daarop
geantwoord. Ik heb me hierover geïnformeerd. Volgens de letter van
de overeenkomst kan u terzake niet veel verweten worden, volgens
de geest echter wel. Nog belangrijker is de aanval in The Wall Street
Journal. Die aanval was immers veel fundamenteler. Het kwam erop
neer dat het imago van ons leger en ipso facto van de Staat in het
belachelijke werd getrokken.

Het NRC Handelsblad verwijt u hand- en spandiensten te hebben
verleend aan uw provincie. Dat is, zo vermoed ik, een ziekte
waaraan wel meer ministers lijden. U bent waarschijnlijk niet de
enige. Ik vind de aantijgingen van The Wall Street Journal veel
erger. Op deze aantijgingen antwoordt u bijzonder karig. Ik deel de
mening van de heer De Crem dat de inhoud van het artikel correct is.
Wij hebben een heel slecht imago. De voorbije maanden hebt u dat
kunnen ondervinden. Dat is nog in een stroomversnelling
terechtgekomen door onze houding in de Irak-crisis. Ik kan uw
houding terzake volgen. Omdat we reeds lang de parasiet hebben
gespeeld van de NAVO was de weerbots onvermijdelijk. U zegt zelf
dat u zich daaraan verwacht had. Ik neem aan dat het geen deugd
heeft gedaan.

Volgens mij hebben we nog niet alles meegemaakt. In deze
legislatuur zijn een aantal, voornamelijk Franstalige, ministers op het
voorplan getreden in een aantal crisissen, ook binnen Europa.
Denken we maar aan heel de affaire met Oostenrijk, waar we ons
volledig vergaloppeerd hebben. We hebben een imago opgebouwd
in het buitenland. In deze crisis gaan de kleine Belgen opnieuw op
het grote wereldtoneel verkondigen wat de Amerikanen moeten
doen. Dat kan men alleen als men recht in zijn schoenen staat. Wat
defensie betreft, staan we echter niet recht in onze schoenen. Wij
profiteren en parasiteren. Dat is de reden voor het artikel in The Wall
Street Journal. U hebt daar weinig tegen in gebracht, mijnheer de
minister.
06.29 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Une attaque beaucoup
plus fondamentale encore a été
lancée dans l'article du Wall Street
Journal
à l'encontre de l'armée
belge, mais le ministre ne
l'évoque guère. Notre image à
l'étranger est très mauvaise. Nous
voulons faire la leçon aux Etats-
Unis, mais nous n'avons pas voix
au chapitre sur le plan de la
défense.
06.30 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik wil kort twee punten toevoegen aan het debat.

Ten eerste, het aanzien van de Belgische troepen in het buitenland
en het artikel in The Wall Street Journal. We moeten dit artikel
analyseren in het licht van de huidige situatie van de Irak-crisis. Niet
alleen België krijgt een veeg uit de pan, ook andere landen werden in
de kranten getackeld. De kritiek aan het adres van België is geen
alleenstaand feit. Het is correct dat 38 jaar, de gemiddelde leeftijd
van een Belgisch soldaat, te hoog is. Aan dit probleem wordt
gewerkt. Verscheidene maatregelen werden genomen. We hopen dat
de gemiddelde leeftijd binnenkort opnieuw zal dalen.
06.30 Stef Goris (VLD): Les
allégations proférées dans le Wall
Street Journal
et qui ne visaient
d'ailleurs pas uniquement la
Belgique doivent être resituées
dans leur contexte exact. Lorsque
nos troupes sont engagées dans
des opérations à l'étranger, elles
font l'objet de nombreuses
félicitations d'autres pays. Nos
militaires ont la réputation d'être
compétents, efficaces et motivés.
Les accusations doivent donc être
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, de leden van deze
commissie die van de geboden gelegenheid gebruik hebben gemaakt
om Belgische troepen in operaties in het buitenland te bezoeken,
zullen het met me eens zijn dat onze militairen het volste respect en
felicitaties krijgen van andere aanwezige bondgenoten. Ik heb dat
meegemaakt in Kosovo, waar we functioneren onder Frans
commando. De collega's van het Frans commando zijn vol lof over
de prestaties, de capaciteiten en de operationaliteit van onze troepen
aldaar. Dat was niet alleen het geval in Kosovo. Ook in de andere
plaatsen, was dat het geval.
Les accusations doivent donc être
replacées dans leur contexte, ce
qui n'a guère été fait en l'espèce.

Par le passé, nous avons souvent
demandé en vain à M. Poncelet
d'engager l'armée dans des
opérations d'aide en Belgique. Je
suis néanmoins disposé à faire
vérifier la répartition géographique
de l'aide, l'identité des auteurs des
demandes et les requêtes
auxquelles il a été répondu par
l'affirmative.
06.31 Pieter De Crem (CD&V): We trekken ze terug uit Kosovo.
06.32 Stef Goris (VLD): Dat heeft niets te maken met het
zogenaamd niet bekwaam zijn, mijnheer De Crem. Ik herhaal dat,
overal waar ik in het buitenland ben geweest en heb gesproken met
officieren van bondgenoten die samen met ons de operatie
uitvoerden, ik steeds vol lof heb horen spreken over onze troepen die
schitterend werk leveren, operationeel zijn, gemotiveerd en bekwaam
zijn. Mijnheer De Crem, ik betreur dat u meedoet aan nestbevuiling.
Het artikel in The Wall Street Journal was voor de binnenlandse
politiek bedoeld. Onze militairen verdienen, mijns inziens, een pluim.
Ik weet hoe groot het respect voor hen in het buitenland is.
06.33 Pieter De Crem (CD&V): (...)
06.34 Stef Goris (VLD): Mijnheer De Crem, ik heb het over onze
militairen, niet over onze minister. Ik aanvaard niet dat zij op die
manier, ook in dit Parlement, over de kling worden gejaagd. Ik kan
daarmee niet akkoord gaan omdat ik weet dat zij op het terrein
respect en felicitaties krijgen van de bondgenoten.

Ik wil dat benadrukken. Wanneer de Amerikaanse pers dat stelt, en u
maakt daarvan gebruik, dan moet u dat in het juiste kader plaatsen.
U moet dat plaatsen in het kader van wat vandaag in Irak gebeurt. U
weet dat zeer goed. U moet dat niet uit de context halen. Ik wil er
zelfs aan toevoegen dat België, met haar 10 miljoen inwoners,
behoort tot de landen die in de NAVO continu het meest mensen
inzetten ­ procentueel natuurlijk ­ in het buitenland. Wij zijn op
verschillende plaatsen actief, niet alleen in Kosovo.

(...): Dat is naast de kwestie.
06.35 Stef Goris (VLD): Dat is niet naast de kwestie, ik wil alleen
benadrukken dat hetgeen in de Wall Street Journal verschijnt
volgens mij geplaatst moet worden in het kader van de binnenlandse
reflex van de Verenigde Staten op de problemen die wij momenteel
kennen op internationaal vlak. Men moet dat dus niet uitvergroten en
positioneren op de regering of op de militairen.

Ten tweede, wat betreft hulp aan de natie heb ik onder de vorige
regering minister Poncelet meermaals gevraagd om daarvoor
actiever in te staan. Hij was daarin zeer rigide, tot in het absurde. Ik
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
heb daarop enorm veel aangedrongen, met altijd een njet op het
rekest. De huidige regering ­ én de minister van Defensie én deze
meerderheid ­ heeft destijds er in de Résidence Palace voor
gekozen, ook op onze vraag, dat de hulp aan de natie zou worden
uitgebreid en dat de militairen meer de kazernes zouden verlaten en
onder de mensen komen.

Mijnheer De Crem, u wil het vanuit CD&V toch vaak opnemen voor
verenigingen, voor cultuur, voor het middenveld, enzovoort. Wel, het
zijn die mensen die daarop een beroep doen, en daarop nu meer
respons krijgen dan vroeger, en terecht. Dat is volgens mij een
goede zaak. Dat moet natuurlijk correct gebeuren, mijnheer Van den
Eynde, daarin hebt u gelijk.

De minister heeft de vraag beantwoord die ik wou stellen: kunnen wij
zien dat ­ geografisch ­ een aantal dingen correct is verlopen? Hij
heeft meteen gezegd: de boeken liggen open. Wij gaan ze bekijken.
Ik zeg u nu reeds: ik ga die bekijken en indien ik daarin bepaalde
elementen niet terugvind, dan zal er een probleem zijn. Dan zullen
wij de vragen en de gegeven antwoorden nagaan.
06.36 Pieter De Crem (CD&V): Het is in een even hoge mate open
als de openheid van de vergadering in de Résidence Palace, waar de
democratische oppositie op een bijzonder ondemocratische manier
de buitenwacht kreeg.(...)
Moties
Motions

Tot besluit van deze bespreking werden volgende moties ingediend.
En conclusion de cette discussion les motions suivantes ont été déposées.

Een motie van aanbeveling werd ingediend door de heer Pieter De Crem en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellaties van de heren Pieter De Crem en Luc Sevenhans
en het antwoord van de minister van Landsverdediging,
beveelt de regering aan
- werk te maken van een informatiecampagne die het imago van ons leger in het buitenland moet
herstellen;
- bij het voorstellen van haar regeringsbilan het departement Landsverdediging voor één keer de
passende aandacht te geven."

Une motion de recommandation a été déposée par M. Pieter De Crem et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu les interpellations de MM. Pieter De Crem et Luc Sevenhans
et la réponse du ministre de la Défense,
demande au gouvernement
- de lancer une campagne d'information en vue de restaurer l'image de notre armée à l'étranger;
- lors de la présentation du bilan du gouvernement, d'accorder au département de la Défense, pour une
fois, l'attention qu'il mérite."

Een eenvoudige motie werd ingediend door de heren José Canon, Robert Denis, Jan Eeman, Stef Goris,
Martial Lahaye en de dames Josée Lejeune, Simonne Leen en Mirella Minne.

Une motion pure et simple a été déposée par MM. José Canon, Robert Denis, Jan Eeman, Stef Goris,
Martial Lahaye et Mmes Josée Lejeune, Simonne Leen et Mirella Minne.

Over de moties zal later worden gestemd. De bespreking is gesloten.
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La discussion est close.
07 Samengevoegde vragen van
- de heer Pieter De Crem aan de minister van Landsverdediging over "de begroting van het
departement Landsverdediging" (nr. B132)
- de heer Luc Sevenhans aan de minister van Landsverdediging over "de verhoging van het
budget voor defensie" (nr. B140)
- de heer Robert Denis aan de minister van Landsverdediging over "outsourcing bij het Belgisch
leger" (nr. B142)
07 Questions jointes de
- M. Pieter De Crem au ministre de la Défense sur "le budget du département de la Défense
nationale" (n° B132)
- M. Luc Sevenhans au ministre de la Défense sur "l'augmentation du budget de la défense"
(n° B140)
- M. Robert Denis au ministre de la Défense sur "les pratiques d'externalisation dans l'armée
belge" (n° B142)
07.01 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik heb een
voorafgaande vraag. Staat er in de programmawet iets over het
departement Defensie?

(...): Inderdaad. Er staat een klein artikel in, in de vorm van een
voorontwerp.
07.01 Pieter De Crem (CD&V):
Le ministre a plaidé dans la
presse pour une augmentation du
budget de la Défense et a défini
un programme.
07.02 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, u bent tot het inzicht gekomen dat Defensie meer geld zal
kosten. Dat is natuurlijk het grote taboe. Gedurende een aantal
vorige legislaturen was Defensie immers altijd een sluitbegroting.
Men keek eerst wat op andere departementen kon worden gedaan en
daarna gebeurde een afweging voor het defensiebudget.

Op de een of andere manier kwam nu het licht te schijnen over de
minister en zijn kabinet. Dat heeft met zich gebracht dat men nu ziet
dat, nu er nieuwe dreigingen en nieuwe doelwitten zijn, we door onze
houding onder andere binnen de NAVO erop zullen moeten toezien
dat we zelf investeren in onze verdediging. Dat is immers het
ongelofelijke gevolg van het feit dat we nu en dan eens cavalier seul
willen spelen. Daarvan zullen we ooit de terugbots krijgen en zelf
moeten investeren in Defensie en dan zullen we meer middelen
nodig hebben.

U pleit ervoor de grote Belgische investering onder te brengen in
Europese militaire programma's via een Europees
aankoopagentschap en dit buiten de defensiebegroting. U noemt een
aantal voorbeelden: de A400M-transportvliegtuigen, het strategisch
transportschip en de kosten voor de buitenlandse zendingen. Ook de
vervanging van de F-16 zal hierin thuis horen. Dat is een belangrijk
politiek gegeven. Op het einde van de legislatuur komt de
vervanging van de F-16 door de JSF opnieuw om de hoek kijken,
nadat deze bijna vier jaar reflexmatig in de hoek werd gedrumd,
collega Goris.
07.02 Pieter De Crem (CD&V):
On y retrouve d'ailleurs la
question du remplacement des
F16. Les investissements doivent
être inscrits dans des programmes
militaires européens.

Quand le ministre pense-t-il que
l'agence d'acquisition européenne
sera opérationnelle? Un
gouvernement suivant pourra ou
voudra-t-il renoncer aux agences
d'acquisitions de l'OTAN? Le
ministre donnera-t-il corps à ce
programme avant les élections ou
ne s'emploira-t-il qu'à augmenter
les traitements?
07.03 Stef Goris (VLD): (...)
07.04 Pieter De Crem (CD&V): Goed. Ik wil maar zeggen dat het
dossier opnieuw ter sprake komt. Dat is nieuw. We zullen collega
Van der Maelen toch eens moeten vragen wat hij daarvan vindt.
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
28

Ik heb de volgende concrete vragen. Wanneer denkt u dat het
Europees aankoopagentschap operationeel zal zijn? Zal een
volgende regering ­ al dan niet met u als titularis ­ afstand kunnen of
willen doen van de NAVO-aankoopagentschappen? Een belangrijk
aspect is bovendien de investeringen die de wederuitrusting per
component behelzen, waaraan toch heel specifiek zal moeten
worden gewerkt. Zult u daarover nog vóór de verkiezingen concreet
worden? Of zult u enkel nog concreet worden over een aantal
mogelijke loonsverhogingen en bijkomende voordelen in de aanloop
naar 18 mei?
07.05 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, mijn opmerkingen gaan in dezelfde lijn als deze
van collega De Crem. Alleen komen ze deze keer van de
democratische oppositie. Ieder vanuit zijn standpunt, vanuit zijn
hoek.

Mijnheer de minister, ik stel deze vraag omdat ik op woensdag
26 februari een sms-bericht ontving van een militair. Daarin stond dat
minister Flahaut pleit voor een verhoging van het budget van
Defensie. Ik ging totaal uit de bol toen ik dat hoorde en vroeg me af
wat we nu kregen. Uiteraard zijn de verkiezingen in aantocht. Het is
ook zo dat de minister daarvoor gevoelig is. Hij is immers ook een
politicus.

Ik heb de moeite genomen te kijken in welke context de minister pleit
voor een verhoging van het budget. In eerste instantie was ik
uiteraard tevreden. Ik heb het immers daarjuist ook aangehaald.

Het is onmogelijk om een leger van 40.000 mensen met honderd
miljard Belgische frank te runnen. Dat gaat niet. Iedereen weet dat in
deze commissie. Iedereen is er ook van overtuigd, maar als er een fit
wordt gevonden op een ander departement, dan wordt
Landsverdediging wel gebruikt om middelen over te pompen. Dat zal
wellicht ook ditmaal gebeuren. Ik heb naderhand nog kunnen lezen
dat de minister zijn verklaring een beetje afzwakt, want het budget
moet wel ­ zegt hij ­ in de volgende legislatuur worden verhoogd.
Dat vind ik helemaal prachtig. Dat is heel goed gevonden, mijnheer
de minister.

Dit komt natuurlijk zeer goed over in militaire kringen. U gaat
eindelijk pleiten voor een verhoging van het budget, maar het was
niet echt geloofwaardig. Er werd mee gelachen. Wellicht zal men ook
in NAVO-kringen hebben gelachen, want ik meen dat wij al een paar
keer hebben gezegd dat we het budget gingen verhogen. We zijn
vier jaar geleden met een verhoging begonnen, maar in de praktijk is
het een verlaging geweest.

U hebt daaraan nog een paar verklaringen toegevoegd. U zegt
inderdaad dat we het moeten beschouwen in het kader van een
Europese defensie. Ik heb in deze commissie van bij mijn aantreden
steeds gepleit voor een Europese defensie. Ik geloof daarin en ik ben
nog altijd zeer verheugd dat u daar ook zo'n voorstander van bent,
mijnheer de minister, maar ik heb ik er toen ­ drie jaar geleden ­ ook
bij gezegd dat een Europese defensie ons meer geld zal kosten.
Toen werd daarop niet gereageerd. Nu wordt het blijkbaar door
iedereen aanvaard. De Europese defensie gaat meer geld kosten.
07.05 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Les déclarations du
ministre annonçant une
augmentation du budget de la
Défense - au cours de la
prochaine législature toutefois -
semblaient très prometteuses
mais elles n'ont guère suscité que
de l'incrédulité, tant au niveau
national qu'au sein de l'OTAN. Le
prix de l'indispensable défense
européenne sera assurément très
élevé mais j'exige davantage de
détails. De quelle augmentation
de budget parlons-nous?
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
29
Het zal onvermijdelijk zijn. Het is geen keuze. Als we kiezen voor
een Europese defensie, zal het budget automatisch moeten
verhogen. Ik weet dat Verhofstadt ook een fan is van de Europese
defensie, maar ik vraag mij af of hij zich realiseert wat het prijskaartje
is.

Mijnheer de minister, ik hoop dat u vandaag iets meer details zult
geven. Vertel eens onder ons ­ off the record ­ hoeveel geld u de
volgende keer zult proberen bij te krijgen.
07.06 Robert Denis (MR): Monsieur le président, monsieur le
ministre, certaines armées, pour des raisons budgétaires ou par
manque de personnel civil, recourent à des pratiques
"d'externalisation", en confiant contractuellement à des sociétés
privées extérieures aux armées, certaines tâches qui relevaient
jusqu'alors des militaires. C'est ainsi qu'en France, cela aurait coûté
plus ou moins 1/6ème du budget de fonctionnement en 2002 et cela
concerne, par exemple, l'entretien des immeubles, des espaces
verts, le transport du personnel, le gardiennage, la restauration,
l'hôtellerie et certaines parties de la formation. La Grande-Bretagne
quant à elle, a adopté ce système pour le ravitaillement en vol de ses
avions de combat. Ce sont donc des fonctions de soutien qui sont
visées par ce processus.

Je voudrais connaître l'étendue de ce phénomène pour l'armée
belge. Quels sont les domaines couverts et les moyens budgétaires
alloués entre 1999 et 2003? Quelles sont vos intentions pour l'avenir
et quelles conclusions tirez-vous de la pratique que vous avez eue
en la matière jusqu'à présent pour le bon fonctionnement de notre
armée?
07.06 Robert Denis (MR): De
verschillende legers doen een
beroep op outsourcing en geven
taken die voorheen door militairen
werden waargenomen, uit handen
aan particuliere bedrijven. Het
gaat hier meer bepaald om
opdrachten van ondersteuning.
Wat is de omvang van de
outsourcing door het Belgisch
leger, op welke domeinen heeft ze
betrekking, welke
begrotingsmiddelen werden
daarvoor uitgetrokken tussen 1999
en 2003 en welke besluiten trekt u
daaruit met betrekking tot de
goede werking van ons leger?
07.07 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, je suis
content d'être parvenu à faire rire M. Sevenhans, mais il est
dommage que je ne puisse pas en faire autant avec M. De Crem. A
mon avis, il rit uniquement quand il se brûle!
07.07 André Flahaut, ministre:
En 2000, le gouvernement s'est
engagé à consacrer annuellement
2.479 millions d'euros à la
Défense.
Om het strategische plan te realiseren heeft de regering zich er in
2000 toe verbonden jaarlijks 2.479 miljoen euro te besteden aan
Defensie. De enveloppe werd vervolgens verhoogd voor een aantal
specifieke dossiers waaronder de ontmanteling van toxische munitie,
waar 2,4 miljoen euro werd toegestaan. De verjongingsenveloppe
van 34,7 miljoen euro werd begroot om de verhoging van de
barema's van de vrijwilligers te financieren. De kosten die verbonden
zijn aan de lineaire maatregelen van de Copernicus-hervorming ­ de
verhoging met 1% en het vakantiegeld ­ worden gefinancierd door
een verhoging van de enveloppe met 37,7 miljoen euro. De
referentie-enveloppe bedraagt nu 2.554 miljoen euro. Er is dus een
verschil van bijna 100 miljoen euro tussen 2000 en 2003.

De eerste drie jaren van het plan werden echter gekarakteriseerd
door een substantiële coupure. Defensie heeft zoals elk ander
departement moeten bijdragen tot de inspanningen om het
budgettaire evenwicht te bewaren. De humanitaire operaties moesten
volledig worden gefinancierd binnen de enveloppe en de
investeringskredieten werden verminderd. De begroting van
Landsverdediging zou niet in haar geheel beschouwd moeten worden
als een werkingsprogramma. Ik ben van oordeel dat de belangrijke
Cette enveloppe a ensuite été
revue à la hausse. 2,4 millions
d'euros ont été dégagés pour le
traitement d'un certain nombre de
dossiers spécifiques tels que la
destruction de munitions toxiques.
Une enveloppe de 34,7 millions
d'euros a été prévue pour financer
l'augmentation barémique des
volontaires. Les frais induits par la
réforme Copernic ont été financés
par une augmentation de
l'enveloppe de 37,7 millions
d'euros. L'enveloppe de référence
s'élève donc actuellement à
2.554 millions d'euros.

La Défense doit toutefois
également contribuer à l'équilibre
budgétaire. L'ensemble des
opérations humanitaires a dû être
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
30
investeringsprogramma's die bijdragen tot de constructie van de
Europese defensie ondergebracht zouden moeten worden in een
afzonderlijke sectie van de algemene uitgavenbegroting teneinde ze
te vrijwaren van conjuncturele invloeden. Dezelfde techniek zou
moeten worden toegepast op het budget dat nodig is voor
humanitaire operaties.
financé par cette enveloppe et les
crédits d'investissements ont été
réduits.

J'estime que les programmes
d'investissements qui contribuent
à la création d'une défense
européenne doivent faire l'objet
d'une section distincte du budget
général des dépenses, ce qui
permettra de les libérer de
l'influence de la conjoncture. Cette
technique doit également être
appliquée au budget réservé aux
opérations humanitaires.
Je n'ai pas de chiffres précis à citer. Je ne peux qu'évoquer le
principe de libérer le budget de la Défense d'une série de dépenses
afin de ne pas se laisser dépasser par une ligne budgétaire qui
pourrait comporter des investissements en matériel acheté en
commun au niveau européen, comme par exemple dans le cadre de
l'OCCAR ou encore pour certaines opérations à l'étranger qui
pourraient être financées partiellement par la Défense et
partiellement par d'autres départements comme la diplomatie
préventive ou la Coopération au développement.

En ce qui concerne l'agence européenne, tout le monde en parle
aujourd'hui et on la cite aussi dans les documents européens les plus
officiels. Je pense que la crise que nous traversons actuellement au
sein de l'Europe et de l'OTAN va sans doute permettre d'accélérer
certains processus à partir des pays qui sont aujourd'hui les plus
européens. Quoi que vous en disiez, nous faisons partie de ces pays,
puisque, avec la France et l'Allemagne, nous constituons ce noyau
sur lequel pourra se baser cette reconstruction sérieuse d'une
défense européenne.

Cette agence existe déjà en germe. L'OCCAR, dont nous sommes
membre, est une réalisation de cette législature et peut constituer la
base de cette agence d'armement.

En ce qui concerne les réponses à M. Denis, je me réfère à la
question n° 353 que M. Bourgeois a posée le 9 janvier 2003. Je
voudrais ajouter quelques précisions sur les montants du soutien
logistique.

Le niveau des adjudications au cours des dernières années est
identique et donc constant pour la période de 1999 à 2003. Je vous
donne un aperçu des montants qui sont déjà externalisés:
- entretien du matériel roulant: 10.600.000 euros;
- entretien du matériel volant: 76.000.000 euros;
- entretien du matériel navigant: 14.500.000 euros;
- entretien du matériel CIF: 6.600.000 euros;
- entretien du matériel divers: 3.900.000 euros;
- entretien des quartiers militaires: 43.000.000 euros,
ce qui représente un total de pratiquement 155.000.000 euros.

En comparaison avec la totalité des moyens réservés au soutien
logistique, cela représente 31,8% d'externalisation par rapport aux
Ik beschik niet over het juiste
cijfermateriaal, maar men is het
eens over het principe een deel
van de defensiebegroting aan te
wenden voor gemeenschappelijke
investeringen op Europees niveau
of voor sommige operaties in het
buitenland.

Iedereen spreekt thans over het
Europees Agentschap. Door de
crisis binnen Europa en de NATO
zullen een aantal processen
versneld kunnen worden
uitgevoerd door de meest
Europese landen, waartoe
Frankrijk, Duitsland en ook ons
land behoren. Dit agentschap
bestaat reeds in embryonale
vorm: OCCAR kan dienen als
basis voor dit agentschap.

De meeste antwoorden op de
vragen van de heer Denis zijn
terug te vinden in het antwoord op
vraag nummer 353 van de heer
Bourgeois.

Wat de logistieke steun betreft,
kan ik eraan toevoegen dat het
niveau van de aanbestedingen
voor de periode 1999-2003 gelijk
is gebleven. De volgende taken
zijn reeds uitbesteed: het
onderhoud van het rollend,
vliegend en varend materieel, van
het CIF-materieel, van divers
materieel en van de militaire
kwartieren. Het betreft hier een
totaalbedrag van 154.795.609 ,
of 31,8 % van alle middelen die
voor de logistieke steun zijn
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31
16,8% de la France.

Aucune initiative complémentaire ne s'est présentée au cours de la
législature actuelle. On peut donc dire que l'évaluation des
adjudications pour la Défense peut être considérée comme positive.

Cela est significatif et démontre que nous agissons là où cela
convient le mieux et au meilleur rapport qualité/prix pour un service
qui, jusqu'il y a peu, était encore interne, comme par exemple les 76
millions pour l'entretien du matériel volant. La restructuration des
services de la logistique de la composante aérienne a effectivement
externalisé ce genre de choses.
uitgetrokken.

Er werd tijdens de huidige
zittingsperiode geen bijkomend
initiatief genomen.

De aanbestedingen kunnen in het
algemeen als positief worden
beoordeeld, wat erop wijst dat we
deze taken laten uitvoeren
volgens de beste prijs-
kwaliteitverhouding.
07.08 Robert Denis (MR): Monsieur le président, je remercie le
ministre et je suis très heureux que nous soyons plus en contact avec
le privé que les Français. Cela procède aussi des bonnes relations
entre l'armée et le privé.

A ce propos, je voudrais saisir l'occasion de cette réplique pour
revenir un peu en arrière, sur les services que l'armée rend à la
Nation. Cela en est un aussi.

Je voudrais vous dire l'importance que peuvent avoir les services
rendus à la Nation. Vous savez, monsieur le ministre, en 1920, nous
étions allemands, nous appartenions à l'Empire français dans les
cantons de l'Est et nous avons été rattachés à la Belgique. Nous
avons hérité, entre autres, du camp d'Elsenborn, qui était occupé
jusque-là par les Allemands puis qui a été occupé par notre armée.
Un des plus grands facteurs d'intégration de la Belgique dans l'esprit
des gens là-bas a été précisément le fait que les militaires
d'Elsenborn ont, dès qu'ils sont arrivés en 1920 ­ et je crois que
c'était d'ailleurs une stratégie du gouvernement provisoire de
l'époque ­, rendu énormément de service, en particulier aux pouvoirs
publics. Cela pour vous dire que je ne peux être que d'accord avec
ce que vous avez expliqué tout à l'heure. La bonne intégration de
l'armée dans les services publics et l'aide qu'elle peut fournir ne
peuvent qu'aider à la remontée du civisme en général dans notre
pays.

Ce petit exemple des cantons de l'Est méritait, je crois, d'être
rappelé.
07.08 Robert Denis (MR): Ik
verheug mij ten zeerste over de
goede betrekkingen tussen het
leger en de burgers.

De diensten die het leger de Natie
verleent, zijn van grote waarde. Ik
breng u in herinnering dat de
Belgische militairen van het kamp
van Elsenborn in de jaren '20, na
de aanhechting van de
Oostkantons bij België, van bij
hun aankomst allerlei hand- en
spandiensten hebben verricht voor
de overheid, wat zeker heeft
bijgedragen tot de integratie van
de bevolking in België.

Een optimale betrokkenheid van
het leger bij de openbare diensten
is erg bevorderlijk voor de
burgerzin.
07.09 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, ik denk dat
de opties voor het budget belangrijk zijn. Het is misschien een beetje
jammer dat het aan de hand van een vraag is dat we dit aan de
minister moeten ontfutselen. In een Vlaams weekblad verscheen er
een artikel over het Strategisch Plan Plus. Het zou dan ook goed zijn,
mochten we de gelegenheid krijgen in de commissie om over dit
Strategisch Plan Plus en de budgettaire gevolgen ervan te kunnen
discussiëren. Dit is een vaststelling.

Ik meen dat de minister nog een slag achter de hand houdt met
betrekking tot een aantal loonsverhogingen. Hij heeft daarover nu
niet het achterste van zijn tong getoond. Misschien moeten we dit
nog eens bespreken op een volgende vergadering, bijvoorbeeld naar
aanleiding van de bespreking van het deel over Defensie in de
programmawet. Dit is een constructief voorstel, voorzitter.
07.09 Pieter De Crem (CD&V):
Je déplore qu'il faille arracher au
ministre des informations sur le
budget par le biais d'une question.
Le Plan stratégique plus devrait
tout de même pouvoir être
examiné en commission. Serait-
ce possible? En outre, le ministre
semble également envisager des
augmentations de traitement, à
propos desquelles il n'a pas
dévoilé ses intentions pour le
moment. La question pourrait-elle
être examinée, par exemple à
l'occasion de la discussion relative
à la loi-programme.
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
32
07.10 Minister André Flahaut: Er zijn slechts twee artikelen in de
programmawet voor Defensie. Dit zijn artikelen voor de minister van
Financiën.
07.10 André Flahaut, ministre:
La loi-programme ne comporte
que deux articles concernant la
Défense.
De voorzitter: Dit gaat naar de commissie voor de Financiën.
07.11 Pieter De Crem (CD&V): Mijnheer de voorzitter, formeel
moeten we er hoe dan ook eventjes over beraadslagen. Ik zou graag
hebben dat we die vergadering dan aangrijpen als een hefboom om
hetgeen de minister heeft gezegd te bespreken. Dit moet maar een
uur of anderhalf uur duren.
07.12 Stef Goris (VLD): Ik zou de commissie willen vragen om over
het Strategisch Plan Plus in een volgende vergadering een
gedachtewisseling te houden. Dit moet niet lang duren maar ik denk
dat het nuttig zou zijn. Dit is toch een upgrade van het bestaande
Strategisch Plan dat een blik op de toekomst geeft. Het lijkt mij nuttig
daarover een debat te houden.
07.12 Stef Goris (VLD): Est-il
envisageable d'inscrire le Plan
stratégique plus
à l'ordre du jour?
Le président: Nous en discuterons plus tard. N'oubliez pas que les guerres se gagnent sur le terrain et
pas dans les Chambres.
07.13 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Dat is zeer juist.
Le président: Surtout quand la télévision n'est pas là!
07.14 Luc Sevenhans (VLAAMS BLOK): Wij hebben die vraag
gesteld omdat iedereen in deze commissie ervan overtuigd is dat het
budget moet verhogen anders wordt het gewoon onwerkbaar.
Iedereen weet dat. Anders gaan we helemaal een operetteleger
krijgen. De minister durft zich vandaag niet uitspreken over wat hij uit
de brand zal proberen te slepen bij de volgende coalitiebesprekingen
als hij er opnieuw bij is. Ik neem aan dat de VLD dit ook positief zal
benaderen. Ik hoor zo weinig van de heer Goris.

Men moet niet echt een grote specialist zijn om te beseffen dat men
nu bijna verplicht zal zijn om het budget met vrijwel 10% te verhogen
om het leger op een gezonde basis te laten functioneren. U weet dat
ook. We zitten nu met 60% aan personeelskosten. Dit percentage
moet naar 50. Onze investeringen staan op 11% en dat moet boven
de 20% komen. Dat kost geld en dat betekent minstens een
verhoging van 10% anders blijven we in de marge knoeien.

Ik wil graag ingaan op de discussie of wij een leger nodig hebben. Ik
wil daarin meegaan. Als we beslissen het leger te houden dan
moeten wij vandaag beseffen dat dit meer geld zal kosten. De
minister weet dat ook. Hij heeft dat altijd geweten maar hij heeft het
nooit verkocht kunnen krijgen in zijn paars-groene coalitie. Hij heeft
als schot voor de boeg voor de komende onderhandelingen reeds
laten weten dat er geld op tafel moet komen. Daarom is het
misschien interessant, mijnheer de voorzitter, dat wij dit kunnen
bespreken in deze commissie in deze laatste dagen van deze paars-
groene regering I. Vanuit de oppositie kunnen wij dan ook meedelen
dat wij achter die beslissing staan zodat wij unaniem kunnen zeggen
dat er meer geld moet komen.
07.14 Luc Sevenhans (VLAAMS
BLOK): Il faut augmenter le
budget de la Défense, et plus
précisément de 10 pour cent,
faute de quoi l'armée ne pourra
plus fonctionner. Le ministre craint
de s'exprimer sur une éventuelle
prochaine législature mais on aura
observé entre-temps que la
Défense devra bien faire l'objet
d'une discussion. Si nous voulons
maintenir l'armée, nous devons
éviter qu'elle fonctionne mal par
manque d'argent. Le ministre sait
que le budget de la Défense est
insuffisant, mais il n'est jamais
parvenu à obtenir davantage
d'argent au sein de la coalition
arc-en-ciel. Il conviendrait que
majorité et opposition réunies
s'expriment unanimement en
commission en faveur d'une
augmentation des moyens.
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
33

De vorige regering was vergeten over Defensie te praten. Nu is
volgens mij vanuit zowel meerderheid als oppositie duidelijk
aangegeven dat er over Defensie moet worden gesproken in de
komende regeringsonderhandelingen.

Le président: On fera la comparaison des programmes de tous les partis. Ensuite, on aura un grand
débat pendant deux ans et ce qu'on a fait, ce qu'on a signé, ce sera de toute façon oublié...

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Jan Peeters aan de minister van Landsverdediging over "de steunverlening
aan de Kempische Marine Jeugd" (nr. B197)
08 Question de M. Jan Peeters au ministre de la Défense sur "l'aide accordée au mouvement de
jeunesse 'Kempische Marine Jeugd'" (n° B197)
08.01 Jan Peeters (SP.A): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, mijn vraag betreft een dossier over steunverlening aan
derden, waarover heel wat commotie was aangezien sommigen
blijkbaar van oordeel zijn dat het moreel en ethisch onaanvaardbaar
is om daarover te spreken in het kader van het defensieapparaat.

Ik ben evenwel van mening dat hulp aan derden en bijstand aan een
natie, zeker als het ook ten voordele kan zijn van de rekrutering en
het imago van het leger, een goede zaak is, zowel voor de
samenleving, voor het middenveld als voor het leger zelf. Het is in
dat verband, mijnheer de minister, dat ik u de volgende vragen zou
willen stellen over de steunverlening aan de Kempische Marine
Jeugd.

De Marine gaf in de loop van de voorbije jaren herhaaldelijk en
punctueel logistieke steun aan de in ons land actief zijnde maritieme
jeugdbewegingen en dat was vooral het geval voor het Koninklijk
Marine Cadettenkorps waarmee de Marine in 1998 nog een
gedetailleerde conventie sloot voor logistieke en personele bijstand
voor de werking ervan.

Ook de Kempische Marine Jeugd, een andere maritieme
jeugdbeweging heeft gelijkaardige doelstellingen en een identieke
werking. Mijn vraag, mijnheer de minister, is of u kunt bevestigen dat
ook deze VZW in aanmerking kan komen en kan worden genomen
voor specifieke aanvragen tot logistieke en personele ondersteuning
door de Marine. Volstaan hun werking, doelstellingen en statuten
daarvoor en, meer specifiek om meer doorzichtigheid en
transparantie te krijgen, bestaan er bijzondere criteria waaraan moet
worden beantwoord voor een erkenning zoals dossierhulp aan
derden?

Sedert 2002 is er een zekere koerswijziging en wordt in de begroting
van Defensie niet alleen voorzien in personeel en logistieke steun,
maar ook in een financiële subsidie voor de VZW Cadetten van de
Marine. Waarom wordt deze regeling niet uitgebreid tot andere
maritieme jeugdbewegingen met dezelfde werking en dezelfde
doelstelling? Welke criteria worden gehanteerd, specifiek wat betreft
de financiële toelage?
08.01 Jan Peeters (SP.A): Ces
dernières années, la Marine a
accordé à plusieurs reprises un
appui logistique ponctuel aux
mouvements de jeunesse
maritimes, et notamment au
Corps royal des Cadets de
Marine. Les objectifs de la
Kempische Marine Jeugd
sont
comparables et son
fonctionnement est identique mais
elle ne bénéficie pas à ce jour du
soutien de la Marine. Un
mouvement doit-il répondre à des
critères particuliers pour que ses
activités soient reconnues comme
une forme d'aide aux tiers'?

En outre, les Cadets de Marine
bénéficient d'une subvention
depuis 2002. Une subvention
pourrait-elle être accordée à la
Kempische Marine Jeugd
également? Pourquoi la demande
de subvention introduite par ce
mouvement de jeunesse a-t-elle
été rejetée? La demande pourrait-
elle être réexaminée au cours de
la nouvelle année budgétaire?
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
34
Tijdens de voorbije maanden stelde ik een aantal schriftelijke vragen
omtrent deze aangelegenheid en in zijn antwoord wees de minister
terecht op het feit dat de Cadetten van de Marine een toelage
kunnen krijgen omdat hun werking zeer duidelijk past in het promoten
van het imago van de Marine en in de bevordering van de
aantrekkingskracht van de militaire loopbaan, meer bepaald bij de
Marine.

Ook andere maritieme jeugdbewegingen, zoals bijvoorbeeld de
Kempische Marine Jeugd, voldoen aan die doelstellingen en ik vraag
mij af waarom zij niet kunnen genieten van een subsidiëring. De
Kempische Marine Jeugd deed hiervoor een aanvraag, maar deze
werd afgewezen. Waarop baseerde men zich hiervoor en kan in het
nieuwe begrotingsjaar, eventueel op een bijblad, deze aanvraag
opnieuw worden overwogen?
08.02 André Flahaut, ministre: Monsieur le président, monsieur
Peeters, d'après les informations dont je dispose, ni le cabinet de la
Défense ni le service de direction territoriale n'ont reçu, à l'heure
actuelle, une demande de subvention, une demande de soutien
logistique et personnel de la part du Kempisch Marine Jeugd.

Il s'agit d'une asbl. Si une telle demande est introduite, au même titre
que tout organisme qui désire introduire une demande, celle-ci sera
analysée et si le Kempisch Marine Jeugd répond aux critères, il n'y a
aucune raison pour ne pas répondre positivement.
08.02 Minister André Flahaut:
Wij hebben geen
subsidieaanvraag van de
Kempische Marine Jeugd
ontvangen. Maar aangezien het
om een vzw gaat, kan een
eventuele aanvraag wel
geanalyseerd worden en kan, als
aan de criteria voldaan wordt, een
gunstig advies gegeven worden.
08.03 Jan Peeters (SP.A): Dit is uw antwoord dat door u
ondertekend werd op 22 oktober 2002. Dit gaat over de
subsidieaanvraag voor vorig jaar. Dit is geweigerd.
08.03 Jan Peeters (SP.A): Mais
le ministre a signé le refus.
08.04 André Flahaut, ministre: C'est une demande pour l'année
2002. Je propose d'abord de faire une nouvelle demande pour 2003.
08.04 Minister André Flahaut: Ik
stel voor dat er een nieuwe
aanvraag voor 2003 wordt
ingediend.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Stef Goris aan de minister van Landsverdediging over "de Loadmaster-
Steward BVP" (nr. B213)
09 Question de M. Stef Goris au ministre de la Défense sur "le Loadmaster-Steward BVP"
(n° B213)
09.01 Stef Goris (VLD): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de
minister, ik heb een vraag over de Loadmaster Steward BVP. Mijn
vraag gaat meer bepaald over de functie van de Loadmaster
Steward BVP van de 15
de
Wing van het luchttransport in Melsbroek.
Dit is een functie bij de luchtmacht waarvoor geen rechtstreekse
basisopleiding bestaat. Men moet immers reeds drie jaar dienst
hebben als beroepsonderofficier. Zij dragen zowel de volledige
verantwoordelijkheid voor de passagiers bij de voorbereiding van een
zending als van alle personeel in de cabine tijdens de vluchten. Deze
mensen werken als varend personeel alleen op de Airbus A-310 en
op de M Rare, die toch wel vaak worden ingezet. Het gaat om een
functie met een hoge verantwoordelijkheid, zeer wisselende
werkuren, veel uithuizigheid en dergelijke meer.
09.01 Stef Goris (VLD): La
fonction de loadmaster-steward
d
ans la force aérienne n'est liée à
aucun statut spécifique car on ne
peut y accéder qu'après avoir
servi trois ans comme sous-
officier de carrière. Il s'agit d'une
fonction à haute responsabilité qui
implique des horaires irréguliers et
des déplacements fréquents.
L'absence de statut semble
expliquer une rémunération
insuffisante. Le statut d'officier
CRIV 50
COM 1009
11/03/2003
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
35

Uit het ministerieel besluit van 16 april 1998 blijkt dat er geen statuut
bestaat voor hen. Volgens mij zou een statuut van hulpofficier, dat bij
het licht vliegwezen bestaat, hun beroepsactiviteit beter valoriseren.
Blijkbaar bestaan er ook voor zendingen voor ons koningshuis,
missies met ministers en parlementaire delegaties geen financiële
tegemoetkomingen voor deze Loadmasters Stewards BVP.

Mijnheer de minister, kan u mij meedelen of u plannen heeft om het
sociaal statuut van deze Loadmasters Stewards te verbeteren? Kan u
de financiële tegemoetkomingen eventueel opentrekken naar missies
die betrekking hebben op ons koningshuis, ministers,
volksvertegenwoordigers, enzovoort, op zowel korte als op lange
termijn?
auxiliaire permettrait une
meilleure valorisation de l'activité
de loadmaster-steward. Que
compte faire le ministre pour
améliorer le statut de ces
personnes et revoir les
compensations financières qui
leur sont accordées en cas de
missions au service de la famille
royale, de ministres et de
représentants de la Nation?
09.02 Minister André Flahaut: Mijnheer de voorzitter, collega's, een
Loadmaster Steward van de 15
de
Wing van Melsbroek geniet wel een
specifiek statuut. Hij behoort immers tot de categorie van het
gebrevetteerd varend personeel. Hij is houder van het brevet van
cabinepersoneel. Het past om hier te verwijzen naar de artikels 6 en
7 van het koninklijk besluit van 16 april 1998 over het varend
personeel van de krijgsmacht en naar de artikels 2, 3 en 4 van het
ministerieel besluit over het varend personeel van de krijgsmacht.

Op pecuniair vlak geniet de Loadmaster Steward een gunstigere
wedde dan de andere onderofficieren. Hij geniet ook een
driemaandelijkse luchtvaarttoelage. Dit is een bedrag van 836,71
euro. Dit bedrag is reeds geïndexeerd. Op het vlak van de
bijkomende prestatie wordt de Loadmaster Steward voor de
compensatie behandeld zoals elke andere onderofficier.

De valorisatie van het pecuniaire statuut en van de normalisatie van
de prestaties vormt het voorwerp van een ontwerp van koninklijk
besluit dat binnenkort ter ondertekening zal worden voorgelegd bij de
Koning. Zoals bij de burgerluchtvaart is het cabinepersoneel niet van
een niveau dat overeenstemt met het niveau van officier. Het statuut
van officier wordt bepaald door het vereiste studieniveau voor deze
personeelscategorie en niet alleen door het dragen van
verantwoordelijkheid bij het uitoefenen van hun functie.

De functie van Loadmaster Steward vraagt geen studieniveau van
officier. Er wordt dan ook niet overwogen om een statuut van
hulpofficier aan de houders van het brevet van cabinepersoneel toe
te kennen.
09.02 André Flahaut, ministre:
Un loadmaster-steward a un statut
spécifique car il appartient au
personnel navigant breveté.

Les
loadmasters-stewards
bénéficient d'un traitement plus
élevé que les autres sous-officiers
et d'une prime de vol. Pour les
prestations supplémentaires, ils
sont rémunérés comme tout autre
sous-officier.

Le projet d'arrêté royal qui règle
leur statut sera soumis au Roi d'ici
peu.

Comme dans l'aviation civile, le
niveau du personnel de cabine
n'est pas identique à celui des
officiers, qui ont effectué des
études appropriées. Étant donné
que l'on peut devenir loadmaster-
steward sans avoir suivi des
études d'officier, il ne peut être
question de lier cette fonction au
statut d'officier auxiliaire.
Je reconnais que ce personnel fait un travail remarquable et que les
clients auxquels ils ont affaire ne sont pas toujours les plus faciles ni
les plus reconnaissants du travail remarquable qu'ils font. Et je le
regrette.
Dat personeel levert voortreffelijk
werk!
09.03 Stef Goris (VLD): Mijnheer de minister, met uw laatste
opmerking ben ik het volledig eens. Daarom kom ik er ook op terug.
De vergelijking maken met het cabinepersoneel en de betrokkenen
catalogeren als cabinepersoneel is volgens mij toch een
onderschatting van de functie. Zij hebben immers een grotere
verantwoordelijkheid dan het klassieke cabinepersoneel. Zij zijn
weliswaar ook verantwoordelijk voor de lading en voor het personeel.
Hun verantwoordelijkheid ligt echter op een ander niveau. Ik zou er
09.03 Stef Goris (VLD): La
comparaison avec le personnel de
cabine revient à sous-estimer la
fonction de loadmaster-steward.

Le ministre pourrait peut-être
prendre un arrêté royal distinguant
de façon adéquate le loadmaster-
11/03/2003
CRIV 50
COM 1009
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
36
toch willen voor pleiten dat u een nieuwe poging doet, misschien via
het ontwerp dat u voorbereidt, om deze mensen een statuut toe te
kennen dat hen onderscheidt van het klassieke cabinepersoneel. Zij
staan immers enkel in voor de klassieke cabineactiviteiten. De
betrokkenen dragen daarentegen ook de eindverantwoordelijkheid
voor de berekening van de vrachten. Dat geeft toch een andere
dimensie aan hun werk tegenover het werk van het klassieke
cabinepersoneel.

Ik heb dus maar één vraag. Het gaat om een kleine groep mensen.
Omdat deze groep zo klein is, wordt hij misschien wel vergeten. Ik
vraag u om opnieuw over de kwestie na te denken en om eventueel
in uw ontwerp een betere valorisatie van hun activiteiten op te
nemen.
de façon adéquate le loadmaster-
steward
du personnel de cabine.
Ce petit groupe ne peut être
négligé et il incombe au ministre
d'en améliorer le statut.
09.04 André Flahaut, ministre: Je vais faire une proposition très
concrète: je vais augmenter le prix payé par ceux qui utilisent les
avions pour financer les primes de ce personnel de cabine.
Malheureusement, ceux qui devraient payer ne payent pas.
09.04 Minister André Flahaut: Ik
zal de prijs voor wie gebruik
maakt van de vliegtuigen
verhogen om de premies van dat
cabinepersoneel op te trekken.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.

La réunion publique de commission est levée à 12.33 heures.
De openbare commissievergadering wordt gesloten om 12.33 uur.