B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
Handelingen
Annales
I
NTEGRAAL VERSLAG
VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE
C
OMPTE RENDU INTÉGRAL
DE LA RÉUNION PUBLIQUE DE LA
COMMISSIE VOOR DE
L
ANDSVERDEDIGING
COMMISSION DE LA
D
ÉFENSE NATIONALE
VAN
DU
10-11-1999
10-11-1999
HA 50
COM 038
HA 50
COM 038
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
2
HA 50
COM 038
AGALEV-ECOLO
:
Anders gaan leven / Ecologistes conférés pour l'Organisation de luttes originales
CVP
:
Christelijke Volkspartij
FN
:
Front National
PRL FDF MCC
:
Parti Réformateur libéral - Front démocratique francophone - Mouvement du citoyens pour le changement
PS
:
Parti socialiste
PSC
:
Parti social-chrétien
SP
:
Socialistische Partij
VLAAMS BLOK
:
Vlaams Blok
VLD
:
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
:
Volksunie & ID21
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 50 0000/00 : Documents parlementaires de la 50e
DOC 50 0000/00 : Parlementaire documenten van de 50e zittingsperiode +
législature, suivi du n° et dy n° consécutif
het nummer en het volgnummer
QRVA
: Question et Réponses écrites
QRVA
: Schriftelijke Vragen en Antwoorden
HA
: Annales (Compte Rendu intégral)
HA
: Handelingen (Beknopt Verslag)
CRA
: Compte Rendu Analitique
BV
: Beknopt Verslag
PLEN
: Séance plénière
PLEN
: Plenum vergadering
COM
: Réunion de commission
COM
: Commissievergadering
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Officiele publicaties, van de Kamer van volksvertegenwoordigers
Commandes :
Bestellingen :
Place de la Nation, 1008 Bruxelles
Natieplein, 1008 Brussel
Fax : 02/549 82 60
Fax : 02/549 81 60
Tél. : 02/549 82 74
Tel. : 02/549 82 74
www.laChambre.be
www.deKamer.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Inhoud
Woensdag 10 november 1999
COMMISSIE
VOOR
DE
LANDSVERDEDIGING
COM 038
Samengevoegde mondelinge vragen van :
- de heer Pieter De Crem aan de minister van Landsver-
dediging over
de afwikkeling van het Hercules-dossier in
Nederland
(nr. 241)
- de heer Jan Eeman aan de minister van Landsverdedi-
ging over
het Hercules-dossier (nr. 387)
5
sprekers : Pieter De Crem, Jan Eeman, Andre´ Fla-
haut, minister van Landsverdediging
Mondelinge vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan
de minister van Landsverdediging over
de plannen in-
zake de Leopoldskazerne te Gent
(nr. 113)
7
sprekers : Karel Van Hoorebeke, Andre´ Flahaut, mi-
nister van Landsverdediging
Mondelinge vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Landsverdediging over
het koninklijk besluit
van 29 juni 1999 houdende oprichting van de interuniver-
sitaire waakcommissie voor het militair hospitaal, Belgisch
Staatsblad van 23 juli 1999
(nr. 268)
7
sprekers : Jo Vandeurzen, Andre´ Flahaut, minister
van Landsverdediging
Sommaire
Mercredi 10 novembre 1999
COMMISSION DE LA DE
´ FENSE NATIONALE - COM 038
Questions orales jointes de :
- M. Pieter De Crem au ministre de la De´fense sur
le
de´roulement du dossier
Hercules aux Pays-Bas
(n° 241)
- M. Jan Eeman au ministre de la De´fense sur
le dossier
'Hercules'
(n° 387)
5
orateurs : Pieter De Crem, Jan Eeman, Andre´ Fla-
haut, ministre de la De´fense
Question orale de M. Karel Van Hoorebeke au ministre de
la De´fense sur
l'avenir de la caserne Le´opold a` Gand
(n° 113)
7
orateurs : Karel Van Hoorebeke, Andre´ Flahaut, mini-
stre de la De´fense
Question orale de M. Jo Vandeurzen au ministre de la
De´fense sur
l'arre^te´ royal du 29 juin 1999 cre´ant la
commission interuniversitaire de vigilance de l'ho^pital
militaire, Moniteur belge du 23 juillet 1999
(n° 268)
7
orateurs : Jo Vandeurzen, Andre´ Flahaut, ministre de
la De´fense
HA 50
COM 038
3
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
4
HA 50
COM 038
10-11-1999
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
COMMISSION DE LA DE´FENSE NATIONALE
COMMISSIE VOOR DE LANDSVERDEDIGING
RE
´ UNION PUBLIQUE DU
MERCREDI 10 NOVEMBRE 1999
OPENBARE VERGADERING VAN
WOENSDAG 10 NOVEMBER 1999
De vergadering wordt geopend om 14.05 uur door de
heer Jean-Pol Henry, voorzitter.
La re´union est ouverte a` 14.05 heures par M. Jean-Pol
Henry, pre´sident.
Samengevoegde mondelinge vragen van :
- de heer Pieter De Crem aan de minister van Lands-
verdediging over
de afwikkeling van het Hercules-
dossier in Nederland
(nr. 241)
- de heer Jan Eeman aan de minister van Landsver-
dediging over
het Hercules-dossier (nr. 387)
Questions orales jointes de :
- M. Pieter De Crem au ministre de la De´fense sur
le de´roulement du dossier Hercules aux Pays-
Bas
- M. Jan Eeman au ministre de la De´fense sur
le
dossier 'Hercules'
De voorzitter : De heer Pieter De Crem heeft het woord.
De heer Pieter De Crem (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ook tijdens de vorige legislatuur
stond het Hercules-dossier wel eens op de agenda. De
vliegramp die in 1996 aan 34 mensen het leven heeft
gekost, is blijkbaar nog altijd niet afgewikkeld. Opnieuw
zijn er een aantal eerder pijnlijke details aan het licht
gekomen. Daarbij gaat het vooral over de wijze waarop
het dossier in Nederland opnieuw werd geopend. Er
kwamen Nederlandse onderzoeksrapporten aan het licht
waarin zou worden vastgesteld dat essentie¨le informatie
over deze ramp werd weggelaten of dat bepaalde gege-
vens al dan niet opzettelijk werden weggelaten. Uit het
vertrouwelijk rapport van het Nederlandse openbaar mi-
nisterie van 1997 blijkt dat allerlei informatie - het gaat
over verscheidene bronnen en gegevens - voor het
justitieel onderzoek niet beschikbaar was : het was ge-
woon niet aanwezig of soms zelfs verdwenen. De heer
Lardenois, woordvoerder van een belangrijke militaire
vakbond in Nederland, de AFNP, heeft beweerd :
Ook
de Belgische luchtmachttop treft blaam. Hij heeft twee
onervaren piloten laten vliegen, zo blijkt uit zijn eigen
onderzoeksrapport
. Daarmee wordt het onderzoeks-
rapport van de Belgische luchtmachttop bedoeld.
De
meest onervaren van de twee zat als copiloot aan de
stuurknuppel, vlak voor de crash
. Bovendien werd ook
geopperd dat door het overmatige blussen op de basis
van Veldhoven deels verbrande inzittenden niet om het
leven zouden zijn gekomen door verbranding of ver-
koling, maar eigenlijk door een vorm van verdrinking. Ik
weet niet of u daarover enige informatie hebt en of deze
nieuwe feiten met uw Nederlandse collega's van Justitie
en Defensie werden besproken.
Meent u niet, ook al is het onderzoek in Belgie¨ gesloten,
dat het opportuun zou zijn om, op basis van de Neder-
landse gegevens, het dossier minstens opnieuw te bekij-
ken ? Ik kies er niet voor om het dossier volledig te
heropenen, maar vraag wel naar een bespreking over de
afwikkeling daarvan, zodat dit dossier definitief zou kun-
nen worden gesloten. Wij weten dat er zeker bij de
nabestaanden toch nog steeds een vrij wrang gevoel is
gebleven, te wijten aan een gebrek aan informatie en
onderzoek.
De voorzitter : De heer Jan Eeman heeft het woord.
De heer Jan Eeman (VLD) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik ben het met de heer De Crem
eens dat het Hercules-dossier blijkbaar nooit tot een
einde komt. Op 13 november 1996 en op 10 februari
1998 heb ik daarover reeds een hele waslijst vragen
gesteld. De ene vraag werd door de toenmalige minister
al duidelijker beantwoord dan de andere. In een eerste
reeks vragen kwam onder meer aan de orde waarom de
centralist van de alarmcentrale van de brandweer van de
vliegbasis niet scenario 2 vooropstelde bij de regionale
brandweer. Tevens wilde ik weten waarom dezelfde
centralist de tweede melding, namelijk dat er minstens 25
inzittenden waren, niet doorspeelde aan de brandweer
van de vliegbasis. Dat was inderdaad gericht aan onze
Nederlandse vrienden, om het zo eens te formuleren.
HA 50
COM 038
5
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Jan Eeman
Het antwoord was geenszins bevredigend.
Op 10 februari 1998 heb ik een aantal vragen gesteld. De
recente berichten in de media inzake hetzelfde ongeval
dwingen me opnieuw een reeks vragen te stellen.
Mijnheer de minister, is het correct dat de passus inzake
de gebruikte blustechniek in het verslag van Nederland
werd weggelaten ? Zo ja, waarom ? Kan de plaats wor-
den bepaald waar te veel of te weinig werd geblust ?
Waarom heeft de onderzoekscommissie slechts drie van
de 10 tot 11 overlevenden gehoord ? Wat is de stand van
zaken met betrekking tot de vergoeding van de vier
Belgische families van de bemanning ? Mijn laatste
vraag is meer algemeen. Is het opportuun dat dit dossier
helemaal opnieuw bestudeerd wordt ?
De voorzitter : De minister heeft het woord.
Minister
Andre´
Flahaut :
Mijnheer
de
voorzitter,
collega's, in mijn antwoord op de vorige vraag heb ik
verwezen naar de NAVO-overeenkomst inzake de
rechtspositie van de Krijgsmacht. In dit concrete dossier
is de Nederlandse overheid exclusief bevoegd om de
aansprakelijkheden vast te stellen.
Zolang de gerechtelijke onderzoeken niet zijn afgerond,
is het niet opportuun inhoudelijke standpunten in te
nemen en oordelen te vellen.
Vooraleer te antwoorden op de vragen van de heer
Eeman wens ik een passage uit een recente brief van de
Nederlandse minister van Justitie aan de Tweede Kamer
voor te lezen, ik citeer :
De in de Nova-uitzending naar
voren gebrachte informatie uit het expertenrapport van
de inspectie voor de gezondheidszorg over het te hard
blussen waardoor passagiers mogelijk zouden zijn ver-
dronken, was bij het openbaar ministerie niet eerder
bekend. Naar aanleiding hiervan zal het openbaar minis-
terie de rechtbank te Arnhem verzoeken de stukken
opnieuw in handen te stellen van de rechter-commissaris
opdat hiernaar nader onderzoek kan worden verricht. Die
gelegenheid kan tevens worden benut voor het horen
van nieuwe door de verdediging van de verdachte aan-
gekondigde deskundigen en voor nader alsnog noodza-
kelijk gebleken onderzoek over het verloop van met
name de hulpverlening
.
Je vous signale e´galement qu'une information nous est
arrive´e en fin de matine´e : dans la deuxie`me chambre
des Pays-Bas, les commissions des Affaires inte´rieures
et de la De´fense ont propose´ la cre´ation d'un groupe de
travail parlementaire, un
werkgroep, pour dresser l'in-
ventaire des questions qui se posent,dans un premier
temps.
Inzake vergoedingen kan ik het volgende meedelen. De
rechthebbenden van de Belgische slachtoffers ontvingen
de bijzondere vergoeding in geval van luchtvaartongeval
en de vergoeding voor begrafeniskosten. Ik beschik over
meer details, maar ze zijn een beetje te morbide. De
rechthebbenden van een van de slachtoffers hebben een
aanvraag tot het bekomen van een vergoedingspensioen
ingediend en bekomen. De rechthebbenden van de
andere slachtoffers hebben onder voorbehoud van een
vordering van gemeen recht een aanvraag tot het beko-
men van een vergoedingspensioen ingediend. Gezien zij
dit voorbehoud nog niet hebben opgeheven, is nog geen
vergoedingspensioen toegekend.
En ce qui concerne les pilotes, je laisse a` M. Vandeurzen
la responsabilite´ de ses propos.
Simplement, avec la re´serve que j'ai e´mise en commen-
c¸ant et sur laquelle il ne me parai^t pas utile d'intervenir
tant que les choses ne sont pas encore termine´es, je
donnerai encore les pre´cisions suivantes.
De toelating om op te treden als boordcommandant,
respectievelijk als co-piloot aan boord van een C130 van
de Belgische luchtmacht, wordt verleend op basis van
objectieve criteria. Voor de boordcommandant betekent
dit na het slagen voor een theoretische proef en een
minimum vliegervaring van vijftienhonderd vlieguren,
waarvan vijfhonderd op C130.
Met een werkelijke vliegervaring van 2102 uur, waarvan
meer dan 1400 uur op C130 voldeed de boord-
commandant ruimschoots aan de vereisten. Voor de
copiloot betekent dit het slagen voor de theoretische
proeven en een opleiding in vlucht. De copiloot vervult
zijn functie vanuit de rechterstoel onder toezicht van de
boordcommandant. Op basis van het onderzoek kan
men ervan uitgaan dat alle bemanningsleden bevoegd-
,getraind en geautoriseerd waren om de vlucht uit te
voeren. Dit is zeer belangrijk voor onze Belgische piloten.
Voor wie wil, beschik ik over meer cijfers en details.
De voorzitter : De heer Pieter De Crem heeft het woord.
De heer Pieter De Crem (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, zou het niet nuttig zijn dat u als
voorzitter van deze commissie een schrijven richt aan de
voorzitter van de commissie Defensie van de Neder-
landse Tweede Kamer om op de hoogte te worden
gehouden van de afwikkeling ?
Tijdens de vorige legislatuur hebben wij de zaak van de
piloot en de copiloot afgehandeld en ik denk dat wij dit
moeten opvolgen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
6
HA 50
COM 038
10-11-1999
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
Mondelinge vraag van de heer Karel Van Hoorebeke
aan de minister van Landsverdediging over
de plan-
nen inzake de Leopoldskazerne te Gent
(nr. 113)
Question orale de M. Karel Van Hoorebeke au minis-
tre de la De´fense sur
l'avenir de la caserne Le´opold
a` Gand
De voorzitter : De heer Karel Van Hoorebeke heeft het
woord.
De heer Karel Van Hoorebeke (VU&ID) : Mijnheer de
voorzitter, mijnheer de minister, ik weet dat uw antwoord
uitvoerig en duidelijk zal zijn zodanig dat de vraag het
antwoord levert. Ik wens van u te vernemen welke de
toekomst is van de Leopoldskazerne te Gent, en meer
specifiek die van de medische dienst, reeds jaren daar
gehuisvest. Deze zou, volgens de plannen van uw voor-
ganger, verdwijnen en worden overgebracht naar Neder-
over-Heembeek. Hoe ziet de huidige situatie eruit en wat
is het toekomstperspectief ?
De voorzitter : De minister heeft het woord.
Minister
Andre´
Flahaut :
Mijnheer
de
voorzitter,
collega's, er werd tot op heden geen beslissing genomen
inzake de kazerne te Gent. Deze beslissing is afhankelijk
van de herstructurering van de medische dienst. Ik zal
bijzondere aandacht besteden aan de mogelijke sociale
gevolgen die uit deze beslissing kunnen voortvloeien. Ik
zal in de komende maanden een voorstel voorleggen aan
de Ministerraad. Zodra de nieuwe structuren van de
medische dienst gekend zijn, zal ik de Kamer van volks-
vertegenwoordigers hierover inlichten.
Vous savez aussi, monsieur, que chaque fois que vous
me poserez une question, formellement ou informelle-
ment, je vous re´pondrai bien volontiers.
De voorzitter : Bent u tevreden met het antwoord, mijn-
heer Van Hoorebeke ?
De heer Karel Van Hoorebeke (VU&ID) : Zeker, mijn-
heer de voorzitter. Graag kreeg ik de geschreven tekst
van de minister, zodat ik deze aan de pers kan doorge-
ven.
Le pre´sident : Il suffit que vous vous arrangiez entre
vous. Je pense qu'il ne devrait y avoir aucun proble`me !
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Mondelinge vraag van de heer Jo Vandeurzen aan de
minister van Landsverdediging over
het koninklijk
besluit van 29 juni 1999 houdende oprichting van de
interuniversitaire waakcommissie voor het militair
hospitaal, Belgisch Staatsblad van 23 juli 1999
(nr. 268)
Question orale de M. Jo Vandeurzen au ministre de la
De´fense sur
l'arre^te´ royal du 29 juin 1999 cre´ant la
commission interuniversitaire de vigilance de l'ho
^ pi-
tal militaire, Moniteur belge du 23 juillet 1999
De voorzitter : De heer Jo Vandeurzen heeft het woord.
De heer Jo Vandeurzen (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
mijnheer de minister, ik wens de uitvoering te kennen die
de minister geeft aan het koninklijk besluit van 21 juni
1999. Het behelst de oprichting van een interuniversitaire
waakcommissie voor het militair hospitaal. Ik begrijp dat
het ziekenhuis van Neder-over-Heembeek zal worden
ingeplant in een gedeelte van het Sint Pietersziekenhuis.
Destijds werden afspraken gemaakt om erover te waken
dat de financie¨le stromen en de manier waarop de twee
ziekenhuizen in e´e´n infrastructuur functioneren op een
correcte wijze zou verlopen. Er werd reeds een koninklijk
besluit uitgevaardigd. Mijn vraag betreft de uitvoering van
dit besluit.
De voorzitter : De minister heeft het woord.
Minister
Andre´
Flahaut :
Mijnheer
de
voorzitter,
collega's, in het kader van een beslissing van de Minis-
terraad van 30 april 1999, heb ik de eerste schijf toege-
zegd voor de haalbaarheidsstudie met betrekking tot de
vestiging van het militair hospitaal op de site van het Sint
Pietersziekenhuis in het centrum van Brussel. Ik heb
eveneens een vraag met prijsofferte overgemaakt aan de
diensten die, in geval van co-lokalisatie, door het Sint
Pietershospitaal aan het militair hospitaal zouden kunnen
worden geleverd. Het betreft een voorafgaande stap die
de minister van Landsverdediging moet toelaten aan de
Ministerraad definitieve voorstellen voor te leggen.
Ik zal tot de inrichting van de interuniversitaire toezicht- of
wachtcommissie van het militaire hospitaal overgaan op
het ogenblik dat de Ministerraad de beslissingen inzake
de toekomstige structuur van dit hospitaal heeft geno-
men.
De voorzitter : De heer Jo Vandeurzen heeft het woord.
De heer Jo Vandeurzen (CVP) : Mijnheer de voorzitter,
ik dank de minister voor zijn antwoord en sluit mij graag
aan bij de vraag van de vorige spreker. Uit uw antwoord
leid ik af, mijnheer de minister, dat het niet zo evident is
dat dit plan uitvoering krijgt. Of vergis ik mij ?
HA 50
COM 038
7
10-11-1999
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000
De voorzitter : Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Ordre des travaux
Regeling van de werkzaamheden
Le pre´sident : Etant donne´ que MM. Luc Goutry et Peter
Vanhoutte sont absents, leurs questions orales n° 286 et
n° 291 n'auront pas lieu.
- De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 14.30 uur.
- La re´union publique de commission est leve´e
a` 14.30 heures.
8
HA 50
COM 038
10-11-1999
KAMER - 2e ZITTING VAN DE 50e ZITTINGSPERIODE
CHAMBRE - 2e SESSION DE LA 50e LEGISLATURE
1999
2000