02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
4
Qu'en est-il des résultats de cette évaluation?
Wat is het resultaat van die evaluatie?
03.02 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais): Le
18 décembre 2009, j'ai demandé un avis au CNT,
qu'il m'a remis le 7 décembre 2010. Le CNT
recommande d'élire un conseil d'entreprise au sein
des firmes comptant plus de 100 travailleurs, ainsi
que dans les entreprises qui en comptent
aujourd'hui plus de 50, mais qui en occupaient
précédemment plus de 100 et qui disposaient donc
déjà d'un conseil d'entreprise. Le CNT recommande
également d'élire un comité pour la prévention et la
protection au travail, doté des compétences d'un
conseil d'entreprise en matière d'informations
économiques et financières dans les entreprises de
plus de 50 travailleurs.
03.02 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Op
18 december 2009 vroeg ik een advies aan de
NAR, die mij dat op 7 december 2010 bezorgde. De
NAR adviseert om een ondernemingsraad te
verkiezen in ondernemingen met meer dan
100 werknemers en in ondernemingen met meer
dan 50 werknemers die voorheen meer dan
100 werknemers
telden
en
dus
al
een
ondernemingsraad hadden. Daarnaast adviseert de
NAR om een comité voor preventie en bescherming
te verkiezen met de bevoegdheden van een
ondernemingsraad
inzake
economische
en
financiële informatie in ondernemingen met meer
dan 50 werknemers.
03.03 Karel Uyttersprot (N-VA): De nouvelles
élections sociales se dérouleront en 2012. La
différence entre ouvriers et employés sera-t-elle
maintenue? Les candidatures féminines seront-
elles soumises à des quotas?
03.03 Karel Uyttersprot (N-VA): In 2012 worden
er opnieuw sociale verkiezingen georganiseerd. Zal
het verschil tussen arbeiders en bedienden
behouden blijven? Zullen er quota worden opgelegd
voor vrouwelijke kandidaten?
03.04 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais): Le
maintien de la distinction entre ouvriers et employés
reste provisoirement pertinente pour les élections
sociales de 2012. Le gouvernement a repris la
proposition de l'AIP. Mon administration prépare
actuellement des avant-projets de loi pour les
élections sociales et les textes devraient être prêts
d'ici à la fin mars 2011. Ils prennent en
considération le projet d'accord ainsi que les avis du
CNT. La Chambre organisera un débat sur ces
nouveaux projets de loi après les vacances de
Pâques.
La loi du 4 décembre 2007 stipule que la proportion
entre hommes et femmes sur la liste des candidats
des organisations représentatives des travailleurs et
sur celle des organisations représentatives des
cadres doit être conforme à leur représentation au
sein de l'entreprise. Cette disposition n'est
cependant pas obligatoire, aucune sanction n'ayant
été arrêtée. J'insisterai auprès des organisations
syndicales pour qu'elles trouvent un nombre
suffisant de candidates.
03.04 Minister Joëlle Milquet (Nederlands):
Voorlopig is het nog zinvol om voor de sociale
verkiezingen van 2012 het verschil tussen arbeiders
en bedienden te behouden. De regering heeft het
voorstel van het IPA overgenomen. Mijn
administratie werkt nu aan voorontwerpen van
wetten over de sociale verkiezingen tegen
eind maart 2011, waarbij rekening gehouden wordt
met dit ontwerpakkoord en de adviezen van de
NAR. Na de paasvakantie zal er een debat in de
Kamer
V>
10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
6
discrimination, nécessite, pour être pleinement
exécutée, que des arrêtés royaux soient pris.
Depuis 2007, peu de choses se sont mises en
place.
Quelles démarches ont été entreprises pour
permettre à cette loi de prendre toute sa mesure?
van discriminatie kan pas volledig worden
uitgevoerd als er koninklijke besluiten worden
uitgevaardigd. Er is sinds 2007 weinig gerealiseerd.
Welke stappen werden er gedaan opdat deze wet
echt in werking kan treden?
05.02 Joëlle Milquet, ministre (en français):
L'article 8, § 4, de la loi n'impose pas au Roi
d'exécuter, par un arrêté royal, ladite disposition en
matière d'exigence professionnelle. Néanmoins, je
suis prête avec un avant-projet de texte, le tout
dans la situation absurde et inédite dans laquelle
nous nous trouvons.
En ce qui concerne les actions positives, nous
avions besoin d'avoir le résultat et l'instauration du
monitoring socioéconomique. Ce dernier a pris du
temps. Les derniers obstacles à la sortie de ce
monitoring ont été levés il y a quelques jours. Les
services du Registre national vont rendre
maintenant librement accessibles toutes les
données nécessaires. La Banque-Carrefour est
également
consultée
actuellement
comme
partenaire du projet. Nous sommes donc en train de
finaliser les derniers détails pour lancer vraiment ce
monitoring.
05.02 Minister Joëlle Milquet (Frans): Volgens
artikel 8, § 4, van de wet is de Koning niet verplicht
om
de bepaling met betrekking tot de
beroepsvereiste door middel van een koninklijk
besluit uit te voeren. Ik ben echter klaar met een
voorontwerp van tekst, ook al verkeren we in een
absurde en ongewone situatie.
Voor
er
positieve acties
konden
worden
ondernomen, dienden wij te beschikken over de
resultaten en moest de sociaaleconomische
monitoring worden ingevoerd. Dat laatste heeft
enige tijd in beslag genomen. De laatste
hindernissen met betrekking tot die monitoring
werden enkele dagen geleden uit de weg geruimd.
De diensten van het Rijksregister zullen ervoor
zorgen dat alle nodige gegevens nu volledig
toegankelijk zijn. De Kruispuntbank wordt als
partner van het project thans ook geconsulteerd.
Wij zijn met andere woorden bijna klaar om echt
met de monitoring van start te gaan.
Maintenant que nous pouvons utiliser le monitoring,
le texte sera soumis aux partenaires sociaux avant
sa discussion avec le gouvernement.
Les fonctionnaires chargés de la surveillance du
respect de ces dispositions légales sont d'abord les
inspecteurs du contrôle des lois sociales du SPF
Emploi, Travail et Concertation sociale dans le
domaine des relations de travail. Deux arrêtés
royaux fixent les modalités de surveillance de ces
législations.
En octobre 2010, le Centre pour l'Égalité des
chances et le SPF Emploi ont signé un protocole de
collaboration.
C'est vraiment la dernière ligne droite. À la fin mars,
nous en serons au détail, ce qui prendra aussi du
temps vu la complexité de la matière.
Nu we gebruik kunnen maken van die monitoring
zal de tekst worden voorgelegd aan de sociale
partners alvorens hij met de regering wordt
besproken.
De ambtenaren die op de naleving van die
wettelijke bepalingen toezien, zijn eerst en vooral de
inspecteurs van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid
en Sociaal Overleg die nagaan of de sociale wetten
in het kader van de arbeidsverhoudingen worden
gerespecteerd. De voorwaarden waaronder dat
toezicht gebeurt, zijn vastgelegd in twee koninklijke
besluiten.
In oktober 2010 hebben het Centrum voor gelijkheid
van kansen en de FOD Werkgelegenheid een
samenwerkingsprotocol ondertekend.
We zitten nu echt in de laatste rechte lijn. Tegen
eind maart kunnen we ons over de details buigen,
wat ook de nodige tijd zal vergen aangezien het hier
om een complexe materie gaat.
05.03 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Je suis heureuse
d'apprendre que les choses avancent. Toutes les
consultations peuvent avoir lieu afin de n'avoir plus
qu'à adopter les arrêtés quand nous serons en
capacité de le faire. Les inspecteurs sociaux
05.03 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Het verheugt me
dat er voortgang wordt gemaakt. Al het overleg kan
plaatsvinden, zodat we de besluiten alleen nog
maar moeten goedkeuren zodra we daartoe de
mogelijkheid hebben. De sociale inspecteurs lijken
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
7
semblent déjà particulièrement surchargés de
travail. Au moment d'étudier le budget, nous
pourrons poursuivre notre plaidoyer en faveur d'un
renforcement de ces services.
nu al overladen te zijn met werk. Wanneer we de
begroting bestuderen, zullen we ons pleidooi voor
een versterking van die diensten kunnen
voortzetten.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Questions jointes de
- Mme Zoé Genot à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances,
chargée de la Politique de migration et d'asile,
sur "les effets sur l'emploi de la baisse de la TVA
dans l'horeca" (n° 2714)
- Mme Miranda Van Eetvelde à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des
chances, chargée de la Politique de migration et
d'asile, sur "le travail au noir dans l'horeca"
(n° 3010)
- M. Kristof Calvo à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances,
chargée de la Politique de migration et d'asile,
sur "les effets de la diminution de la TVA dans le
secteur horeca sur le travail au noir" (n° 3140)
06 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Zoé Genot aan de vice-eersteminister
en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast
met het Migratie- en asielbeleid, over "het
werkgelegenheidseffect van de btw-verlaging in
de horeca" (nr. 2714)
- mevrouw Miranda Van Eetvelde aan de vice-
eersteminister en minister van Werk en Gelijke
Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid,
over "het zwartwerk in de horeca" (nr. 3010)
- de heer Kristof Calvo aan de vice-eersteminister
en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast
met het Migratie- en asielbeleid, over "de effecten
van de btw-verlaging in de horeca op zwartwerk"
(nr. 3140)
06.01 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Lors de la baisse
de la TVA à 12 % dans l'horeca le 1
er
janvier 2010,
ce secteur s'était engagé à créer 4 000 emplois et à
assainir les pratiques frauduleuses. Une évaluation
de cette baisse de TVA, estimée à 292 millions
d'euros, était prévue en octobre dernier. Or, j'ai lu
dans la presse du 21 octobre 2010 que le travail au
noir dans ce secteur aurait augmenté, les contrôles
trouvant des pratiques frauduleuses passant de
73,5 à 75,1 %. Manifestement, les résultats ne sont
pas au rendez-vous.
Combien d'emplois ont-ils été créés dans le secteur
depuis la baisse du taux de TVA? Parmi ces
nouveaux emplois, combien de personnes
bénéficiaient-elles d'allocations de chômage avant
d'être engagées? S'agit-il de contrats win-win?
Quels accords de création d'emplois et de lutte
contre le travail au noir aviez-vous avec le secteur?
Une évaluation officielle de la mesure est-elle
disponible?
06.01 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Op 1 januari
2010 werd de btw in de horeca verlaagd tot
12 procent. Naar aanleiding daarvan had die sector
er zich toe verbonden 4.000 banen te scheppen en
fraudepraktijken aan te pakken. In oktober
jongstleden zou die btw-verlaging, die de Schatkist
naar schatting 292 miljoen euro heeft gekost,
geëvalueerd worden. In de kranten van 21 oktober
2010 heb ik echter gelezen dat het zwartwerk in die
sector nog zou zijn toegenomen. Tijdens de
controles zou zijn vastgesteld dat het aandeel van
de fraudepraktijken zou zijn gestegen van 73,5 tot
75,1 procent. Het is duidelijk dat de resultaten niet
aan de verwachtingen beantwoorden.
Hoeveel banen werden er in die sector gecreëerd
sinds de verlaging van het btw-tarief? Hoeveel
personen die sindsdien in die sector werk hebben
gevonden, leefden van werkloosheidsuitkeringen
voordat ze in dienst werden genomen? Gaat het om
win-wincontracten? Welke overeenkomsten heeft u
met die sector gesloten met het oog op jobcreatie
en bestrijding van zwartwerk? Beschikt u over een
officiële evaluatie van die maatregel?
06.02 Miranda Van Eetvelde (N-VA): Rappelons
que la diminution du travail au noir dans le secteur
horeca constituait l'une des conditions exigées pour
ramener à 12 % le taux de la TVA sur la
restauration. Or, en 2010, 28,72 % des entreprises
se sont vu infliger un procès-verbal pour travail au
noir, ce qui représente une stagnation par rapport à
l'année précédente. Ho.Re.Ca Vlaanderen conteste
ces chiffres et affirme que la diminution du travail au
06.02 Miranda Van Eetvelde (N-VA): Een van de
voorwaarden voor het verlagen van de btw op
voeding naar 12 procent was de terugdringing van
het zwartwerk in de horeca. In 2010 werd er in
28,72 procent
van
de
bedrijven
een
pv
uitgeschreven voor zwartwerk. Dat is een stagnatie
met het voorgaande jaar. Ho.Re.Ca Vlaanderen
betwist dat en zegt dat er wel degelijk een daling is.
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
8
noir est bien réelle.
La réduction de la TVA a-t-elle oui ou non une
influence sur le travail au noir? Observe-t-on des
variations selon les Régions? Combien d'emplois
supplémentaires ont ainsi été générés dans les trois
Régions? Comment expliquer les différences
d'appréciation de l'inspection sociale et d'Ho.Re.Ca
Vlaanderen? Faut-il ou non maintenir cette
réduction de la TVA?
Le président: M. Calvo est absent.
Heeft de btw-verlaging nu wel of niet een effect op
het zwartwerk? Zijn er verschillen per Gewest?
Hoeveel extra arbeidersplaatsen werden er in de
drie Gewesten gecreëerd? Hoe kan het verschil
tussen wat enerzijds de sociale inspectie en
anderzijds Ho.Re.Ca Vlaanderen beweert, worden
verklaard?
Moet
de
btw-verlaging
worden
gehandhaafd of niet?
De voorzitter: De heer Calvo is afwezig.
06.03 Joëlle Milquet, ministre (en français):
L'ONSS me fait savoir qu'il ne dispose à ce jour de
chiffres définitifs qu'au niveau national, et ce
jusqu'au troisième trimestre 2010. Je n'ai pas de
chiffres régionaux, mais je les ai demandés. Une
légère augmentation des déclarations à l'ONSS a
été constatée, tant pour le nombre d'emplois que
pour le nombre d'unités temps plein.
06.03 Minister Joëlle Milquet (Frans): De RSZ
deelt mee dat hij tot nog toe enkel over definitieve
cijfers beschikt op het nationale niveau en dit tot het
derde kwartaal van 2010. Ik beschik niet over
regionale cijfers, maar ik heb die wel opgevraagd.
Er werd een lichte stijging van het aantal RSZ-
aangiften vastgesteld, niet alleen wat het aantal
banen, maar ook wat het aantal voltijdse eenheden
betreft.
(En néerlandais) L'emploi dans l'horeca s'accroît:
au deuxième trimestre 2010, le secteur comptait
2 500 postes de travail de plus qu'au deuxième
trimestre
2009.
Cela
correspond
à
1 700 équivalents temps plein.
(Nederlands) De tewerkstelling in de horeca groeit:
in het tweede kwartaal van 2010 waren er
2.500 arbeidsplaatsen meer dan in het tweede
kwartaal
van
2009.
Dat
komt
neer
op
1.700 voltijdequivalenten.
(En français) Au troisième trimestre 2010, le
nombre d'emplois a augmenté de 1 200, ce qui
revient à une augmentation de 2 000 ETP par
rapport au troisième trimestre 2009. Une évaluation
correcte ne sera possible qu'au moment où nous
pourrons comparer deux années entières.
Les statistiques ne nous permettent pas
actuellement de connaître combien de personnes
engagées bénéficiaient avant d'allocations de
chômage, mais je vais m'atteler à faire renforcer
nos outils statistiques par une série de sous-
indicateurs.
Parmi les nouveaux emplois, 4 363 contrats win-win
ont été conclus au 31 décembre 2010 dans ce
secteur.
(Frans) Tijdens het derde kwartaal van 2010
kwamen er 1.200 banen bij, wat een toename met
2.000 fte's betekent ten opzichte van het derde
kwartaal van 2009. Een juiste inschatting zal pas
kunnen worden gemaakt wanneer we twee
volledige jaren kunnen vergelijken.
Momenteel kunnen we uit de statistieken niet
opmaken hoeveel van de in dienst genomen
personen vooraf werkloosheidsuitkeringen genoten,
maar ik zal mijn best doen om onze statistische
instrumenten met een aantal subindicatoren te laten
uitbreiden.
Van alle nieuwe banen in deze sector waren er op
31 december 2010 4.363 met een win-wincontract.
(En néerlandais) Ceci tend à prouver que si nous
n'avions pas pris cette mesure, l'emploi dans le
secteur aurait diminué.
(Nederlands) Dat bewijst toch dat zonder de
maatregel de tewerkstelling in de sector gedaald
zou zijn.
(En français) Le secteur a signé un document avec
le gouvernement. Il devait créer dans les 18 mois,
soit pour le 30 juin 2011, 6 000 emplois et
augmenter la masse salariale de 5 %. On n'y est
pas. On avoisine les 2 000 à 2 500 emplois en
comptabilisant les contrats win-win.
(Frans) De sector heeft een overeenkomst met de
regering
ondertekend.
Er
moesten
binnen
18 maanden, dus tegen 30 juni 2011, 6.000 jobs
worden gecreëerd en de loonmassa moest met
5 procent worden verhoogd. Die streefcijfers zijn
niet bereikt. Er zijn ongeveer 2.000 à 2.500 banen
bijgekomen, als we de win-wincontracten meetellen.
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
9
J'ai demandé que l'évaluation soit bouclée à temps,
en tout cas pour les aspects qui relèvent de ma
compétence.
Alvast voor de aspecten die onder mijn
bevoegdheid vallen, heb ik gevraagd dat de
evaluatie tijdig zou worden afgewerkt.
(En néerlandais) Les chiffres concernant le travail
au noir dans le secteur horeca publiés en octobre
2010 et en février 2011 sont des statistiques de
l'inspection du SPF Affaires sociales et du SPF
Économie et ne relèvent donc pas de ma
compétence. J'ai toutefois demandé des chiffres à
mon service Contrôle des lois sociales. Je
transmettrai le tableau. Je n'ai connaissance que
des chiffres de mon service et je ne puis donc
commenter
les
chiffres
des
organisations
patronales du secteur.
Une comparaison des chiffres de 2010 et 2011
semble faire apparaître une tendance à la hausse
du travail au noir, mais le nombre de contrôles a
également augmenté. Il est en tout cas clair que la
réduction de la TVA n'a produit aucun effet sur le
travail au noir dans le secteur.
J'attends à présent les résultats d'une évaluation
approfondie. Deux possibilités se présentent: soit il
appartiendra au prochain gouvernement de
consacrer un débat approfondi à la question lors de
la confection du budget 2012, soit le gouvernement
actuel pourrait encore s'en charger. Cela dépendra
du délai nécessaire pour disposer des résultats.
(Nederlands) De cijfers over zwartwerk in de horeca
die in oktober 2010 en februari 2011 zijn
verschenen, zijn cijfers van de inspectie van de
FOD Sociale Zaken en de FOD Economie en vallen
niet onder mijn bevoegdheid. Ik heb wel cijfers
gevraagd aan mijn dienst Toezicht op de Sociale
Wetten. Ik zal de tabel overhandigen. Ik ken alleen
de cijfers van mijn diensten en ik kan dus geen
commentaar geven op de cijfers van de
werkgeversorganisaties van de sector.
Uit een vergelijking van de cijfers van 2010 en 2011
lijkt er een trend naar meer zwartwerk te blijken,
maar ook het aantal controles is gestegen. In ieder
geval is duidelijk dat de btw-verlaging geen enkel
effect heeft gehad op het zwartwerk in de sector.
Ik wacht nu op de resultaten van een grondige
evaluatie. Ofwel is het aan de volgende regering om
hierover een grondig debat te voeren bij de opmaak
van de begroting van 2012, ofwel kan de huidige
regering het nog doen. Het hangt ervan af wanneer
de resultaten er zijn.
06.04 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Quand on lance
une mesure qu'on prolongera uniquement après
évaluation, il faut se mettre d'accord sur les
indicateurs d'évaluation et la technique, prévoir le
coût de la mesure et l'aspect emploi.
Les premiers résultats sont inférieurs à ce qui était
prévu. Et en ce qui concerne le travail au noir, il n'y
a aucune amélioration. Une évaluation sérieuse
s'impose pour voir si la dépense est utile et si le
secteur est prêt à tenir ses promesses.
06.04 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Wanneer men
een maatregel invoert waarvan de voortzetting
afhangt van de evaluatie, moet er eensgezindheid
bestaan over de evaluatiecriteria en de te volgen
methode, moet men op voorhand berekenen
hoeveel de maatregel zal kosten en welke gevolgen
die zal hebben voor de werkgelegenheid.
De eerste resultaten voldoen niet aan de
verwachtingen. Er is geen enkele verbetering op het
stuk van zwartwerk. Er moet een ernstige evaluatie
komen om na te gaan of die uitgave wel nut heeft
en of de sector zijn verbintenissen nakomt.
06.05 Miranda Van Eetvelde (N-VA): Il est
dommage que des informations contradictoires
circulent sur le sujet. En tout état de cause, aucun
effet positif clair n'est constaté sur le travail au noir
et tel était pourtant l'objectif de la mesure.
06.05 Miranda Van Eetvelde (N-VA): Het is
jammer dat de verschillende berichten hierover
tegenstrijdig zijn. Er is in elk geval geen eenduidig
positief effect op het zwartwerk en dat was toch de
bedoeling van de maatregel.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de M. Damien Thiéry à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "l'instauration de
commissions paritaires pour les institutions
07 Vraag van de heer Damien Thiéry aan de vice-
eersteminister en minister van Werk en Gelijke
Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid,
over "de oprichting van paritaire comités voor de
gesubsidieerde
inrichtingen
van
het
vrij
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
10
subsidiées de l'enseignement libre ainsi que pour
les employés des institutions de l'enseignement
libre subventionné" (n° 2432)
onderwijs en voor de bedienden van de
inrichtingen
van
het
gesubsidieerd
vrij
onderwijs" (nr. 2432)
07.01 Damien Thiéry (MR): Le document n° 128
du Parlement de la Communauté française fait
référence à un avis du Conseil d'État sur deux
projets d'arrêté royal ayant trait à vos compétences.
Le premier modifierait l'arrêté royal instituant la
commission paritaire pour les institutions subsidiées
de l'enseignement libre et fixant sa dénomination et
sa compétence. Le second modifierait l'arrêté royal
instituant la commission paritaire pour les employés
des
institutions
de
l'enseignement
libre
subventionné et fixant sa dénomination, sa
compétence et le nombre de ses membres.
Au point n° 6 du document 128, il est indiqué: "Il
peut être inféré de ce qui précède que (...) les
Communautés doivent être réputées compétentes,
sur base de l'article 127, § 1
er
, 1° et 2°, de la
Constitution, pour élaborer notamment pour le
personnel non subventionné et pour le personnel
non enseignant de l'enseignement subventionné,
une réglementation spécifique en ce qui concerne
les relations collectives de travail."
En revanche, la conclusion en est: "Étant donné
que les projets d'arrêté royal à l'examen, qui visent
à mettre en oeuvre la loi du 5 décembre 1968,
peuvent se concilier avec l'économie générale de
cette loi et ne se rapportent donc pas à des règles
spécifiques, le Roi peut être réputé compétent pour
adopter les arrêtés."
Donc, je relève de l'avis que le droit des relations
collectives de travail pour certaines catégories du
personnel
enseignant
pourrait
être
communautarisé.
Ces projets d'arrêtés ont-ils été adoptés? Que
déduisez-vous des considérants de cet avis et
qu'est-ce que cela implique quant à une
défédéralisation implicite du droit du travail en
matière d'enseignement?
07.01 Damien Thiéry (MR): In stuk 128 van het
Franse
Gemeenschapsparlement
wordt
er
verwezen naar een advies van de Raad van State
betreffende twee ontwerpen van koninklijk besluit
die betrekking hebben op uw bevoegdheden.
Het eerste ontwerp-KB zou betrekking hebben op
de wijziging van het koninklijk besluit tot oprichting
en tot vaststelling van de benaming en van de
bevoegdheid van het Paritair Comité voor de
gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs.
Het tweede ontwerp-KB zou betrekking hebben op
de wijziging van het koninklijk besluit tot oprichting
en tot vaststelling van de benaming en de
bevoegdheid van het Paritair Comité voor de
bedienden
van
de
inrichtingen
van
het
gesubsidieerd vrij onderwijs en tot vaststelling van
het aantal leden ervan.
In punt 6 van stuk 128 staat er dat er uit het
voorgaande kan
worden afgeleid dat de
Gemeenschappen bevoegd moeten worden geacht,
op grond van artikel 127, § 1, 1° en 2°, van de
Grondwet, om voor het niet-gesubsidieerde
personeel en voor het niet-onderwijzend personeel
van het gesubsidieerd onderwijs, een specifieke
regelgeving uit te werken inzake de collectieve
arbeidsbetrekkingen.
De conclusie luidt daarentegen dat de Koning
bevoegd kan worden geacht om de besluiten uit te
vaardigen aangezien de voorliggende ontwerp-KB's
die ertoe strekken de wet van 5 december 1968 uit
te voeren, verenigbaar zijn met het algemeen opzet
van die wet en derhalve geen betrekking hebben op
specifieke regels.
Ik leid bijgevolg uit het advies af dat het recht van
de collectieve arbeidsbetrekkingen voor bepaalde
categorieën van het onderwijzend personeel zou
kunnen worden gecommunautariseerd.
Werden die ontwerp-KB's aangenomen? Wat leidt u
af uit de consideransen van dat advies en welke
gevolgen heeft een en ander voor een impliciete
defederalisering van het arbeidsrecht op het stuk
van onderwijs?
07.02 Joëlle Milquet, ministre (en français): Le
gouvernement étant en affaires courantes, ces
projets d'arrêtés royaux sont prêts mais n'ont pas
été adoptés.
Le Conseil d'État est d'avis qu'il peut être déduit du
07.02 Minister Joëlle Milquet (Frans): Deze
ontwerpen van koninklijk besluit zijn klaar, maar
konden nog niet worden goedgekeurd, omdat we in
een periode van lopende zaken zitten.
De Raad van State is van oordeel dat er uit het
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
11
principe de la plénitude de leurs compétences en
matière d'enseignement, que les Communautés
doivent être réputées compétentes pour élaborer
sur le plan du droit du travail et de la sécurité
sociale des règles spécifiques qui peuvent être
considérées comme constituant un élément du
statut du personnel de l'enseignement, notamment
en ce qui concerne les relations collectives de
travail de ce personnel.
L'autorité fédérale est donc compétente pour
adopter les règles générales s'appliquant à des
catégories
abstraites
de
travailleurs
et
d'employeurs. Ces règles générales s'appliquent au
personnel de l'enseignement tant que les
Communautés n'ont pas elles-mêmes élaboré des
règles spécifiques. L'autorité fédérale ne peut donc
réglementer que de manière générale et s'il n'y a
pas de règles spécifiques des Communautés.
Le fait que ces projets d'arrêtés royaux se
rapportent à une commission paritaire pour
l'enseignement n'est pas important, étant donné
que les règles relatives à ces commissions
paritaires ne sont pas spécifiques. Il s'agit de
l'application de règles générales.
beginsel van hun volheid van bevoegdheid inzake
onderwijs
kan
worden
afgeleid
dat
de
Gemeenschappen bevoegd moeten worden geacht
om inzake arbeids- en socialezekerheidsrecht
specifieke regels te ontwikkelen, die kunnen worden
beschouwd als een onderdeel van het statuut van
het onderwijzend personeel, met name wat de
collectieve arbeidsbetrekkingen van dat personeel
betreft.
De federale overheid is derhalve bevoegd om
algemene regels goed te keuren, die van
toepassing
zijn
op
abstracte
categorieën
werknemers en werkgevers. Deze algemene regels
gelden voor het onderwijzend personeel zolang de
Gemeenschappen zelf geen specifieke regels
hebben opgesteld. De federale overheid kan dus
enkel algemene regels vastleggen, en enkel als er
geen specifieke regels van de Gemeenschappen
bestaan.
Het feit dat de ontwerpen van koninklijk besluit
betrekking hebben op een paritair comité voor het
onderwijs, is niet belangrijk, omdat de regels voor
deze paritaire comités niet specifiek zijn. Het gaat
om de toepassing van algemene regels.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de M. Franco Seminara à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "les conséquences de la
CCT n° 90 qui fixe les conditions et les modalités
suivant lesquelles des primes liées aux résultats
sont octroyées aux travailleurs" (n° 2851)
08 Vraag van de heer Franco Seminara aan de
vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en
asielbeleid, over "de gevolgen van cao nr. 90 die
de voorwaarden en regels vastlegt voor de
toekenning van resultaatsgebonden premies aan
werknemers" (nr. 2851)
08.01 Franco Seminara (PS): Divers plans d'octroi
d'avantages ont vu le jour au sein d'entreprises pour
récompenser l'implication des travailleurs par
rapport aux performances de leur entreprise. Un
des traits marquant de la réglementation est qu'elle
autorise les entreprises à octroyer des primes non
seulement
en
fonction
des
performances
financières du travailleur, mais aussi en fonction du
nombre de jours d'absences au travail.
Ce système risque de conduire à certains effets
pervers. On donne en quelque sorte la possibilité
aux travailleurs d'échanger leur santé contre l'octroi
de primes.
Disposez-vous d'informations qui confirment le
développement de ces pratiques au sein des
entreprises?
08.01 Franco Seminara (PS): Heel wat bedrijven
hebben
bonusplannen
waarmee
ze
hun
werknemers belonen voor hun bijdrage aan de
prestaties van de onderneming. Eén van de
opvallende aspecten van de ter zake geldende
regelgeving is dat ze de bedrijven toelaat premies
toe te kennen op grond van de financiële resultaten
van de werknemer, maar dat ook rekening kan
worden gehouden met het aantal afwezigheden.
Dat systeem zou wel eens ongewenste gevolgen
kunnen hebben. Men biedt de werknemers immers
de mogelijkheid om hun gezondheid in te ruilen
tegen premies.
Beschikt u over informatie die de verspreiding van
zulke praktijken bij de bedrijven bevestigt?
08.02 Joëlle Milquet, ministre (en français): Les 08.02 Minister Joëlle Milquet (Frans): De
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
12
objectifs relatifs à la réduction du nombre
d'accidents de travail ou de jours perdus en raison
d'accidents ne peuvent normalement être repris
dans le plan bonus que lorsque l'employeur
respecte strictement les dispositions, pour la
période de référence, des articles 10 à 12 de
l'arrêté en question sur les politiques relatives au
bien-être des travailleurs, les questions relatives à
la mise en oeuvre qualitative de leur travail, etc.
Quand l'objectif est lié à la réduction du nombre de
jours d'absence, l'employeur doit prendre en
considération, à côté des articles 10 à 12 de
l'arrêté, les objectifs et actions stipulés dans la
convention collective n° 72 du CNT, sur la politique
relative à la diminution du stress au travail.
Nous avons environ 10 à 15 % des plans bonus qui
ont un objectif collectif ayant trait à la réduction de
l'absentéisme. Ce n'est pas un pourcentage très
élevé, là où cet objectif est énuméré comme
prioritaire. Normalement, il n'y a aucune raison de
supposer que l'objectif susmentionné serait
présenté dans le plan bonus, mais on doit rappeler
que les travailleurs doivent être étroitement
impliqués dans ces différents plans.
Jusqu'à présent, cela a pu sembler être une
pratique beaucoup plus importante, mais elle ne
l'est pas vraiment.
doelstellingen betreffende de daling van het aantal
werkongevallen en de verloren dagen ten gevolge
van werkongevallen kunnen enkel en alleen
opgenomen worden in het bonusplan wanneer de
werkgever zich wat de referentieperiode betreft
strikt houdt aan de bepalingen van de artikelen 10
tot 12 van het desbetreffende besluit met betrekking
tot het welzijn van de werknemers, de kwesties
betreffende de kwaliteitsvolle invulling van hun
werk, enz.
Wanneer de doelstelling verband houdt met de
vermindering van het aantal afwezigheidsdagen,
moet de werkgever, naast de artikelen 10 tot 12 van
het besluit, rekening houden met de doelstellingen
en acties die vervat zijn in de collectieve
arbeidsovereenkomst nr. 72 van de NAR inzake het
beleid dat gevoerd wordt om stress op het werk
tegen te gaan.
Er zijn ongeveer 10 tot 15 procent van de
bonusplannen
die
een
gemeenschappelijke
doelstelling hebben die betrekking heeft op de
daling van het absenteïsme. Hoewel die doelstelling
als prioritair wordt aangemerkt, is dit geen hoog
percentage. Normaal is er dan ook geen enkele
reden om aan te nemen dat de bovenvermelde
doelstelling opgenomen zou worden in het
bonusplan. Toch moeten we eraan herinneren dat
de werknemers nauw bij die verschillende plannen
moeten worden betrokken.
Tot op heden kon men de indruk krijgen dat dit een
veel voorkomende praktijk is, maar eigenlijk is dat
niet het geval.
08.03 Franco Seminara (PS): C'est à la suite de
discussions avec des partenaires sociaux que cette
question est exposée aujourd'hui. Elle souligne à
quel point le système de primes est pervers. On
propose au travailleur d'échanger la dégradation de
sa santé contre l'octroi d'une prime. Il serait utile de
réfléchir à l'opportunité de son maintien à l'avenir.
08.03 Franco Seminara (PS): Deze vraag is
vandaag gerezen naar aanleiding van de
gesprekken met de sociale partners. Daaruit blijkt
hoe pervers het premiesysteem is. Wat men aan de
werknemers voorstelt, is dat ze in ruil voor een
premie hun gezondheid naar de bliksem helpen.
Het zou nuttig zijn om na te denken over het
behoud van dat systeem in de toekomst.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de Mme Miranda Van Eetvelde à la
vice-première ministre et ministre de l'Emploi et
de l'Égalité des chances, chargée de la Politique
de migration et d'asile, sur "le piège à l'emploi
dans le secteur des titres-services" (n° 2916)
09 Vraag van mevrouw Miranda Van Eetvelde aan
de vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en
asielbeleid, over "de werkloosheidsval in de
dienstenchequesector" (nr. 2916)
09.01 Miranda Van Eetvelde (N-VA): Récemment,
l'administrateur délégué d'une grande entreprise de
titres-services a révélé sa vision du système. Il
dénonce le trop petit nombre de chômeurs qui
acceptent d'intégrer le système, parce que les
09.01 Miranda Van Eetvelde (N-VA): Een
gedelegeerd
bestuurder
van
een
groot
dienstenchequebedrijf liet onlangs zijn licht schijnen
over het systeem. Hij klaagt aan dat er te weinig
werklozen in het systeem willen stappen, omdat de
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
13
allocations de chômage ne sont pas limitées dans
le temps. De plus, il dénonce un piège à l'emploi
parce que la différence entre les allocations de
chômage et les revenus provenant d'un travail dans
le cadre des titres-services est insignifiante.
Qu'en pense la ministre?
werkloosheidsuitkering niet in tijd beperkt is.
Bovendien is er een werkloosheidsval, omdat de
inkomsten uit een uitkering te weinig verschillen van
inkomsten uit werk met dienstencheques.
Wat is de mening van de minister?
09.02 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais): Le
secteur des titres-services garde, assurément, un
haut potentiel de croissance même si le
développement de certaines entreprises de titres-
services est, en effet, entravé par la pénurie de
main-d'oeuvre disponible. La moitié du nombre de
travailleurs de ce secteur provient du chômage.
Je ne suis pas d'accord pour dire que le manque de
candidats est lié à la durée illimitée de notre
système de chômage. Si un chômeur perçoit
d'importantes indemnités, c'est qu'il travaillait très
récemment encore et que son salaire était élevé.
Après six mois, les indemnités de chômage sont
toujours inférieures au salaire minimum. En 2009,
l'indemnité mensuelle moyenne s'élevait à
542 euros. Qu'on ne me dise pas que cela
encourage le chômage de longue durée! De plus,
moins de la moitié des chômeurs complets sont des
chômeurs de longue durée. Si l'impact de la durée
des indemnités sur le marché de l'emploi ne doit
donc pas être exagéré, il est néanmoins vrai que
nous devons lutter contre les pièges à l'emploi.
Je suis au courant de la pénurie de personnel, mais
le secteur ne m'a jamais demandé de réaction
officielle. Différentes pistes de réflexion s'offrent à
nous. Par exemple, on pourrait imposer qu'un
certain pourcentage de chômeurs soit engagé par
les entreprises de titres-services.
09.02 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): De
dienstenchequesector kent zeker nog een groot
groeipotentieel en de groei van bepaalde
dienstencheque-ondernemingen wordt inderdaad
belemmerd door een gebrek aan beschikbare
arbeidskrachten. De helft van het aantal
werknemers in deze sector komt uit de
werkloosheid.
Ik ben het er niet mee eens dat het gebrek aan
kandidaten verband houdt met de onbeperktheid in
tijd van ons werkloosheidssysteem. Als een
werkloze een hoge uitkering ontvangt, wil dat
zeggen dat hij vrij recent tewerkgesteld werd tegen
een hoog loon. Na zes maanden werkloosheid ligt
een uitkering altijd lager dan het minimumloon. In
2009 bedroeg de gemiddelde maandelijkse
uitkering 542 euro. Dat lijkt mij geen aanmoediging
om langdurig werkloos te blijven. Bovendien is
minder dan de helft van de volledige werklozen
langdurig werkloos. De impact van de duur van de
uitkeringen op de arbeidsmarkt moet dus niet
overdreven worden, maar wij moeten wel strijden
tegen de werkloosheidsval.
Ik ben op de hoogte van het personeelstekort, maar
de sector heeft mij nooit om een officiële reactie
gevraagd. Wij moeten verschillende denksporen
volgen. Een mogelijkheid is het opleggen van een
bepaald percentage van werklozen dat bij
dienstenchequebedrijven
tewerkgesteld
moet
worden.
Les
institutions
régionales
chargées
de
l'accompagnement des chômeurs doivent tenir
suffisamment compte des offres dans le secteur
des titres-services. La marge de manoeuvre pour
améliorer les choses y est encore importante. Le
secteur lui-même pourrait faire davantage de
publicité.
L'ONEm sanctionne un chômeur qui refuse un
emploi approprié proposé par un service régional
pour l'emploi. En 2010, l'ONEm a infligé
2 683 sanctions dans ce cadre.
Je formulerai plusieurs propositions après les
vacances de carnaval lors des négociations
budgétaires. Le fonctionnement du système actuel
De gewestelijke instellingen die de werklozen
moeten begeleiden, moeten voldoende rekening
houden
met
de
aanbiedingen
in
de
dienstenchequesector. Daar is zeker nog veel
ruimte voor verbetering. De sector zelf zou meer
publiciteit kunnen maken.
De RVA bestraft een werkloze die niet ingaat op
een passende betrekking die voorgesteld wordt
door
een
gewestelijke
instelling
voor
arbeidsbemiddeling. In 2010 heeft de RVA daarvoor
2.683 sancties opgelegd.
Na de krokusvakantie zal ik tijdens de
begrotingsonderhandelingen
verschillende
voorstellen doen. Het huidige stelsel functioneert
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
14
est toutefois satisfaisant.
echter niet slecht.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
Le président: Mme Demir est actuellement
présente dans une autre commission. Si elle ne
peut rejoindre notre commission à temps, ses
questions n
os
2926 et 2950 seront transformées en
questions écrites. M. Gilkinet étant absent, ses
questions n
os
2952 et 2953 sont supprimées.
De voorzitter: Mevrouw Demir woont momenteel
een andere commissie bij. Als zij niet op tijd naar
deze commissie kan komen, worden haar vragen
nrs 2926 en 2950 omgezet in schriftelijke vragen.
De vragen nrs 2952 en 2953 van de heer Gilkinet,
die afwezig is, worden geschrapt.
10 Question de M. Franco Seminara à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "la manière dont sont
mises en oeuvre les procédures de remise au
travail dans une activité adaptée après un
accident du travail" (n° 3009)
10 Vraag van de heer Franco Seminara aan de
vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en
asielbeleid, over "de wijze van toepassing van de
procedures van wedertewerkstelling in een
aangepaste activiteit na een arbeidsongeval"
(nr. 3009)
10.01 Franco Seminara (PS): Pour permettre aux
accidentés du travail de réintégrer progressivement
leur activité professionnelle, les victimes peuvent
bénéficier d'une proposition de mise en travail
adapté.
L'article 22ter de la loi du 10 avril 1971 sur les
accidents du travail prévoit que la proposition est
initiée par l'assureur. Cette disposition sous-entend
que, préalablement, l'accident a fait l'objet d'une
déclaration auprès de l'entreprise d'assurance.
Dans la réalité, on observe de plus en plus de cas
où le travailleur concerné ne sollicite plus l'assureur,
car il est encouragé à ne pas déclarer son accident.
Ceci soulève une série de considérations juridiques
et médicales. Quant à l'absence de déclaration, la
conservation des droits de la victime, en cas de
rechute ou d'aggravation, n'est plus garantie. La
législation en la matière s'est affaiblie.
Avez-vous connaissance de l'augmentation de
procédures de remise en travail adapté qui écartent
l'intervention de l'assureur et/ou le médecin du
travail? Ne serait-il pas opportun d'élaborer un
cadre législatif beaucoup plus restrictif? Comment
renforcer l'efficacité et le rôle des inspections du
Fonds des accidents du travail et du contrôle du
bien-être (SPF Emploi)?
10.01 Franco Seminara (PS): Slachtoffers van
een arbeidsongeval kunnen een voorstel voor een
wedertewerkstelling in een aangepaste activiteit
krijgen, teneinde geleidelijk aan het werk te kunnen
hervatten.
Artikel 22ter van de arbeidsongevallenwet van
10 april 1971 stipuleert dat de verzekeraar de
werkgever kan vragen de mogelijkheid van een
wedertewerkstelling te onderzoeken. Die bepaling
veronderstelt
dat
het
ongeval
bij
de
verzekeringsonderneming werd aangegeven. Het
komt echter steeds vaker voor dat de betrokken
werknemer ertoe wordt aangespoord zijn ongeval
niet aan te geven en bijgevolg geen beroep doet op
de verzekeraar. Dat roept een aantal juridische en
medische overwegingen op. Wanneer een ongeval
niet wordt aangegeven, heeft het slachtoffer niet
langer de garantie dat hij zijn rechten behoudt in het
geval van een terugval of verergering van zijn
toestand. De wetgeving is op dit punt zwakker
geworden.
Bent u op de hoogte van de toename van het aantal
procedures van wedertewerkstelling in een
aangepaste activiteit waar de verzekeraar en/of de
arbeidsgeneesheer niet bij betrokken zijn? Zou het
niet opportuun zijn een veel strikter wetgevend
kader
uit
te
werken?
Hoe
kunnen
de
inspectiediensten
van
het
Fonds
voor
Arbeidsongevallen en de dienst Toezicht op het
Welzijn op het Werk (FOD Werkgelegenheid)
efficiënter worden gemaakt en een grotere rol
toebedeeld krijgen?
10.02 Joëlle Milquet, ministre (en français):
ONEm,
INAMI,
Fonds
des
maladies
professionnelles,
médecine
du
travail,
Communautés et Régions sont également
10.02 Minister Joëlle Milquet (Frans): De RVA, het
RIZIV, het Fonds voor de beroepsziekten, de
arbeidsgeneeskunde, de Gemeenschappen en
Gewesten worden ook betrokken bij het probleem
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
15
impliqués dans la problématique de la réinsertion
des travailleurs. C'est pour cette raison que la loi du
13 juillet 2006 avait été adoptée. Un régime
impliquant en même temps tous les aspects de la
sécurité sociale s'est cependant avéré difficile à
mettre en oeuvre.
L'article 22ter de la loi du 10 avril 1971, introduit par
la loi de 2006, est devenu obsolète car il nécessitait
des arrêtés d'exécution à prendre avant le
1
er
décembre 2010 et une confirmation par le
Parlement. Comme la démission du gouvernement
est intervenue, tout cela n'a pas été possible. Les
procédures continuent, dès lors, à être réglées sur
la base de l'ancienne version de l'article 23.
Je me demande si l'on ne pourrait quand même
pas, dans le cadre des affaires courantes, proposer
à nouveau à nos collègues ce genre d'avancée ou
d'arrêté.
La réglementation relative au bien-être exige un
examen médical de pré-reprise du travail pour les
travailleurs soumis à des examens médicaux
périodiques, lorsqu'ils sont absents plus de quatre
semaines.
En l'absence de déclaration d'accident, les droits de
la victime en cas de rechute ou d'aggravation ne
sont plus garantis. C'est pour cette raison que la
clarification des conditions dans lesquelles les
accidents doivent être déclarés à l'assureur a été
inscrite dans la stratégie nationale 2008-2012 et
dans le troisième contrat d'administration du Fonds
des accidents du travail.
En principe, l'employeur doit déclarer tout accident
du travail, sans se poser la question de la
recevabilité. Une nouvelle procédure simplifiée a
reçu l'agrément du comité de gestion du Fonds des
accidents du travail lors de la dernière réunion et
sur ma proposition. Cette adaptation nécessite la
modification de la loi du 10 avril 1971 mais aussi
celle sur le bien-être.
van de herinschakeling van werknemers. De wet
van 13 juli 2006 werd in die zin goedgekeurd. Toen
bleek echter dat een stelsel waarin met alle
aspecten van de sociale zekerheid tegelijk rekening
zou worden gehouden, moeilijk te realiseren viel.
Het door de wet van 2006 ingevoegde artikel 22ter
van de wet van 10 april 1971 is vervallen, omdat
daarvoor uitvoeringsbesluiten nodig waren die vóór
1 december 2010 moesten worden uitgevaardigd,
en het Parlement een en ander nog moest
bekrachtigen. Door het ontslag van de regering was
dit niet meer mogelijk. De procedures worden dus
verder op basis van de oude versie van artikel 23
geregeld.
Ik vraag me af of we dat soort initiatieven of
besluiten niet opnieuw aan onze collega's in het
kader van de lopende zaken zouden kunnen
voorleggen.
Overeenkomstig de regelgeving betreffende het
welzijn van de werknemers is een medisch
onderzoek voorafgaand aan de werkhervatting
vereist voor de werknemers die periodieke
medische
onderzoeken
moeten
ondergaan,
wanneer ze meer dan vier weken afwezig zijn.
Bij afwezigheid van een ongevalaangifte worden de
rechten van het slachtoffer niet gevrijwaard
wanneer hij hervalt of zijn toestand verergert.
Daarom werd er in de Nationale Strategie voor het
Welzijn op het werk 2008-2012 en in de derde
bestuursovereenkomst van het Fonds voor
Arbeidsongevallen opgenomen dat er opheldering
verschaft moet worden omtrent de omstandigheden
waarin de ongevallen moeten worden aangegeven
bij de verzekeraar.
In principe moet de werkgever elk arbeidsongeval
melden, zonder zich vragen te stellen bij de
ontvankelijkheid. Het beheerscomité van het Fonds
voor Arbeidsongevallen verleende tijdens de
afgelopen vergadering zijn fiat aan een nieuwe
vereenvoudigde procedure en aan mijn voorstel.
Voor die aanpassing moet de wet van 10 april 1971
gewijzigd worden, maar ook de wet op het welzijn
van de werknemers.
Nous dressons une liste qui sera débattue au sein
du gouvernement afin d'étudier ce qui peut ou non
émarger aux affaires courantes car on se rend
compte que la création d'un nouveau gouvernement
n'est pas pour demain.
Aangezien de vorming van een nieuwe regering nog
een tijdje op zich zou kunnen laten wachten, zal de
regering een lijst bespreken teneinde uit te maken
wat al of niet onder de lopende zaken zou kunnen
vallen.
10.03 Franco Seminara (PS): La réglementation
actuelle n'incite ni les employeurs ni les travailleurs
10.03 Franco Seminara (PS): Volgens de huidige
reglementering zijn noch de werkgevers, noch de
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
16
à déclarer les accidents liés à l'activité
professionnelle.
Nous
observons
toujours
davantage de cas où l'employeur se substitue à
l'assureur pour faire une proposition de travail
adapté.
Il faudrait également compléter la loi de 1971, en
intervenant au niveau du Conseil supérieur pour la
prévention et la protection au travail (CSPPT).
werknemers verplicht om arbeidsongevallen aan te
geven. We stellen in een groeiend aantal gevallen
vast dat de werkgever zich in de plaats stelt van de
verzekeraar en zélf een aangepaste activiteit
voorstelt.
De wet van 1971 zou ook aangevuld moeten
worden. Daartoe zouden we best de Hoge Raad
voor Preventie en Bescherming op het Werk
(HRPBW) inschakelen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de M. Karel Uyttersprot à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "la numérisation des
contrats de travail et des documents sociaux"
(n° 3014)
11 Vraag van de heer Karel Uyttersprot aan de
vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en
asielbeleid,
over
"de
digitalisering
van
arbeidsovereenkomsten en sociale documenten"
(nr. 3014)
11.01 Karel Uyttersprot (N-VA): De nombreux
documents d'entreprise concernent des affaires de
personnel.
Ces documents doivent-ils encore être conservés
sur papier ou peuvent-ils être conservés sous une
forme numérisée? Quelle est la force probante de
ces documents en cas de litige? La numérisation
est-elle soumise à certaines conditions?
11.01 Karel Uyttersprot (N-VA): Heel wat
bedrijfsdocumenten
hebben
betrekking
op
personeelszaken.
Moeten deze documenten nog op papier worden
bijgehouden of kan men deze documenten in een
gedigitaliseerde vorm bijhouden? Wat is de
bewijskracht van die documenten bij een geschil? Is
de digitalisering onderworpen aan bepaalde
voorwaarden?
11.02 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais):
Depuis le 2 août 2007, un contrat de travail rédigé
électroniquement peut être signé au moyen d'une
signature électronique. En vertu de la loi du 3 juin
2007, certains documents peuvent être envoyés par
la voie électronique, notamment le compte
individuel, le décompte de salaire et le certificat de
travail à la fin de la relation de travail. Une CCT peut
autoriser l'envoi et la sauvegarde électroniques
d'autres documents instaurés en vertu d'une CCT,
dans le cadre de la relation de travail individuelle
entre l'employeur et les travailleurs. L'employeur et
les travailleurs déterminent d'un commun accord
verbal quels documents peuvent être envoyés et
sauvegardés dans le cadre de leur relation de
travail individuelle.
Tous les documents envoyés par la voie
électronique et le contrat de travail électronique
doivent être sauvegardés au sein d'un service
d'archivage électronique. La sauvegarde est
gratuite pour le travailleur et doit au moins être
garantie pendant cinq années complètes à partir de
la fin du contrat de travail, à moins qu'une durée de
sauvegarde plus longue ne soit prévue dans
d'autres dispositions réglementaires.
11.02 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Vanaf
2 augustus 2007 kan men een elektronisch
opgestelde arbeidsovereenkomst ondertekenen
door middel van een elektronische handtekening.
Door de wet van 3 juni 2007 kan men bepaalde
documenten elektronisch versturen, onder meer de
individuele rekening, de loonafrekening en het
getuigschrift van werk op het einde van de
arbeidsrelatie. Een cao kan het elektronisch
versturen en opslaan van andere bij cao ingevoerde
documenten in het kader van de individuele
arbeidsrelatie tussen werkgever en werknemers
mogelijk maken. Bij mondeling akkoord bepalen de
werkgever en de werknemers welke documenten in
het raam van hun individuele arbeidsrelatie kunnen
worden verstuurd en opgeslagen.
Alle elektronisch verstuurde documenten en de
elektronische arbeidsovereenkomst moeten worden
opgeslagen
bij
een
elektronische
archiveringsdienst. Het opslaan is gratis voor de
werknemer en dient minstens gewaarborgd te
worden totdat een termijn van vijf jaar te rekenen
vanaf de beëindiging van de arbeidsovereenkomst
is verstreken, tenzij in andere reglementaire
bepalingen in een langere termijn wordt voorzien.
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
17
Dans la pratique, le fondement légal actuel n'est
pas bien connu. Davantage d'informations sont
disponibles sur le site internet du SPF Emploi.
In de praktijk is de huidige wettelijke basis niet zo
goed gekend. Er is meer informatie beschikbaar op
de website van de FOD Werk.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "la possibilité de recourir
au vote électronique lors des élections sociales"
(n° 3034)
12 Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de
vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en
asielbeleid,
over
"de
mogelijkheid
om
elektronisch te stemmen bij de sociale
verkiezingen" (nr. 3034)
12.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Les préparatifs
pour les élections sociales de 2012 ont débuté. En
2008, M. Vanvelthoven, qui était ministre à
l'époque, avait évoqué le vote électronique.
Cette possibilité est-elle envisagée? Quelle suite
sera réservée à ce dossier?
12.01
Stefaan
Vercamer
(CD&V):
De
voorbereidingen van de sociale verkiezingen in
2012 zijn gestart. In 2008 had toenmalig minister
Vanvelthoven het over elektronisch stemmen.
Wordt de mogelijkheid overwogen om elektronisch
te stemmen? Hoe zal dat verder worden
aangepakt?
12.02 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais): Le
vote électronique est déjà possible pour les
élections sociales à l'heure actuelle. Je me réfère à
cet effet aux articles 71 à 77 de la loi du
4 décembre 2007 qui fixent les conditions à
respecter en la matière. Le système est comparable
à celui utilisé lors des élections communales ou
législatives. Ces principes resteront d'application
pour les élections sociales de 2012.
La proposition du CNT, formulée dans son avis de
décembre 2010, visant à supprimer l'obligation
d'utiliser des cartes magnétiques lors du vote
électronique, sera inscrite dans l'une des lois qui
règleront l'organisation des élections sociales et qui
seront soumises au Parlement après les vacances
de Pâques. Ces lois prévoient également l'accord
préalable du conseil d'entreprise concerné ou, pour
les
entreprises
occupant
entre
50
et
100 travailleurs, du Comité pour la prévention et la
protection au travail. Par ailleurs, les présidents et
les membres du bureau de vote devront suivre une
formation appropriée en cas de vote électronique.
12.02 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Bij de
sociale verkiezingen is elektronisch stemmen nu al
mogelijk. Ik verwijs daarvoor naar de artikelen 71 tot
77 van de wet van 4 december 2007. Daarin staan
de voorwaarden beschreven. Men kan het systeem
vergelijken met de elektronische stemming bij de
gemeenteraads- of parlementsverkiezingen. Die
principes zullen van toepassing blijven voor de
sociale verkiezingen van 2012.
Het voorstel van de NAR in zijn advies van
december 2010 om het verplichte gebruik van
magneetkaarten af te schaffen bij elektronische
stemming, zal worden opgenomen in een van de
wetten die de organisatie van de sociale
verkiezingen zullen regelen en die aan het
Parlement zullen worden voorgelegd. Dat zal na de
paasvakantie gebeuren. Die wetten voorzien ook in
het voorafgaand akkoord van de betrokken
ondernemingsraad of, voor de ondernemingen met
tussen 50 en 100 werknemers, het Comité voor
Preventie en Bescherming op het Werk. Bovendien
moeten de voorzitters en leden van het stembureau
een passende opleiding krijgen wanneer men
elektronisch zou stemmen.
L'incident est clos.
Le président: M. D'haeseleer étant absent et
n'ayant pas prévenu de son absence, sa question
n° 3082 est supprimée.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De vraag nr. 3082 van de heer
D'haeseleer wordt geschrapt. Hij is niet aanwezig
en heeft niet verwittigd.
13 Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "les limitations du
13 Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de
vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en
asielbeleid, over "de beperkingen van de sociale
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
18
Maribel social" (n° 3100)
Maribel" (nr. 3100)
13.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Il me revient
que le secteur non marchand souhaite engager de
plus en plus d'universitaires mais le système du
Maribel social est axé sur les bacheliers et c'est
pourquoi il est difficile d'engager des masters. Ce
segment du marché ne peut être exploité parce qu'il
existe un plafond en matière de rémunération qui
constitue également une entrave pour conserver
plus longtemps des travailleurs de qualité. Les
partenaires sociaux demandent que ce plafond soit
au moins indexé. Par ailleurs, le Maribel social peut
difficilement être utilisé dans le cadre des contrats à
durée déterminée. En outre se pose le problème de
l'impossibilité de payer une indemnité de rupture et
de continuer à verser la rémunération pendant la
période de préavis dans le cadre du Maribel social.
Procédera-t-on à une évaluation du Maribel social?
Est-il possible ou non d'engager des universitaires
par le biais du Maribel social? Comment le
problème de l'augmentation de la rémunération, liée
à l'ancienneté, peut-il être résolu?
13.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Naar verluidt wil
de non-profitsector steeds meer universitairen
inschakelen, maar het sociaal Maribelsysteem is
geënt op bachelors en daardoor is het moeilijk om
masters aan te werven. Dat segment van de markt
kan niet worden aangeboord omdat er een plafond
is inzake het loon. Dat loonplafond maakt het ook
moeilijk om goede werknemers langer in dienst te
houden. De sociale partners vragen om dit
loonplafond minstens te indexeren. Daarnaast kan
de sociale Maribel moeilijk worden aangewend voor
contracten van bepaalde duur. Bovendien meldt
men het probleem dat de sociale Maribel geen
verbrekingsvergoeding vergoedt of dat het
doorbetalen
van
het
loon
tijdens
de
opzeggingsperiode niet wordt vergoed door de
sociale Maribel.
Komt er een evaluatie van de sociale Maribel? Is
het al dan niet mogelijk om universitairen aan te
werven via de sociale Maribel? Hoe kan het
probleem van het hogere loon gekoppeld aan de
anciënniteit worden opgelost?
13.02 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais):
L'objectif du Maribel social est de créer des emplois
par le biais d'une réduction des cotisations
patronales. Les partenaires sociaux arrêtent les
critères d'attribution. Les fonds sectoriels doivent
soumettre leurs bilans à la commission paritaire
compétente.
L'administration et mon cabinet sont en contact
étroit avec les partenaires sociaux du secteur non
marchand. Ils peuvent formuler des suggestions
pour améliorer les dispositions en vigueur si
nécessaire. L'arrêté royal de 2002 sur le Maribel
social n'exclut pas la création d'emplois pour les
universitaires. L'article 12 précise que l'intervention
annuelle du fonds par travailleur à temps plein
recruté ne peut dépasser une somme déterminée.
Pour 2011, le montant a été fixé à 74 594 euros. La
majorité des fonds du Maribel social ont arrêté dans
leur CCT un second plafond d'intervention inférieur
au premier montant maximum. Les montants
varient en moyenne entre 30 000 et 40 000 euros.
Ce sont les partenaires sociaux qui siègent au
comité de gestion des fonds qui déterminent le
montant des interventions par le biais de leur CCT.
Le choix du montant maximum est effectué par une
pondération entre, d'une part, un montant maximum
élevé, de manière à pouvoir prendre en
considération ancienneté ou rémunérations des
13.02 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Het
doel van de sociale Maribel is via patronale
bijdrageverminderingen jobs te creëren. De sociale
partners bepalen de toekenningscriteria. De
sectorale fondsen moeten hun balansen aan het
bevoegde paritaire comité voorleggen.
Zowel de administratie als mijn kabinet staan in
nauw contact met de sociale partners van de non-
profitsector. Zij kunnen suggesties doen om de
geldende bepalingen indien nodig te verbeteren.
Het KB van 2002 betreffende de sociale Maribel
sluit de creatie van jobs voor universitairen
helemaal niet uit. Artikel 12 bepaalt dat de
tussenkomst
van
het
fonds
per
voltijds
aangeworven werknemer jaarlijks niet meer dan
een bepaalde som mag bedragen. Voor 2011 gaat
het om een bedrag van 74.594 euro. De meeste
fondsen sociale Maribel hebben in hun cao een
tweede maximumbedrag voor de tussenkomsten
vastgelegd, dat lager ligt dan het eerste
maximumbedrag. De bedragen schommelen
gemiddeld tussen 30.000 en 40.000 euro.
Het zijn de sociale partners die binnen het
beheerscomité van de fondsen via hun cao de
bedragen van de tussenkomsten bepalen. De
keuze van het maximumbedrag gebeurt volgens
een afwijking tussen enerzijds een hoog
maximumbedrag, zodat bijvoorbeeld met de
anciënniteit of de lonen van universitairen rekening
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
19
universitaires et, d'autre part, un montant maximum
peu élevé. Plus le montant maximum est faible, plus
important est le nombre d'emplois créés.
Le cadre général arrêté est flexible. Il n'empêche
nullement les partenaires sociaux de prendre
l'ancienneté en considération, voire même les
rémunérations des universitaires par le biais d'une
décision du comité de gestion du fonds Maribel,
pour autant que l'équilibre budgétaire reste préservé
et que le plafond de 74 000 euros ne soit pas
dépassé. La responsabilité incombe donc aux
partenaires sociaux. Je puis néanmoins exercer
une certaine action sur trois fonds.
kan worden gehouden, en anderzijds een laag
maximumbedrag. Hoe lager dat maximumbedrag,
hoe meer jobs kunnen worden gecreëerd.
Het algemene kader dat werd vastgelegd, is
flexibel. Het weerhoudt de sociale partners er niet
van om via een beslissing van het beheerscomité
van het Maribelfonds rekening te houden met
anciënniteit of zelfs met universitaire lonen, voor
zover het budgettaire evenwicht in stand blijft en de
drempel van 74.000 euro niet wordt overschreden.
De verantwoordelijkheid ligt dus bij de sociale
partners. Ik kan echter drie van de fondsen sturen.
Je peux leur envoyer une lettre pour attirer leur
attention sur ce problème.
Ik kan hen een brief sturen om hun aandacht op dit
thema te vestigen.
13.03 Stefaan Vercamer (CD&V): Ce serait
nécessaire. Ce n'est en effet pas la première fois
que des employeurs ayant engagé du personnel via
le Maribel social ne peuvent le garder en raison de
limitations en matière d'ancienneté. Pour garder ce
personnel, ils devraient en effet compléter leur
salaire en puisant dans leurs propres frais de
fonctionnement. Le secteur demande de pouvoir
continuer à financer les coûts salariaux par le biais
du Maribel social.
13.03 Stefaan Vercamer (CD&V): Dat is nodig.
Het is immers geen eenmalig feit dat men
personeel dat men via de sociale Maribel heeft
aangeworven, niet kan houden omdat er
beperkingen zijn inzake de anciënniteit en men het
loon via de eigen werkingskosten moet bijpassen.
De sector vraagt de loonkosten te blijven vergoeden
vanuit de sociale Maribel.
L'incident est clos.
Le président: Les questions n
os
3105 de Mme Van
der Auwera, 3129 de Mme Grosemans et 3714 de
Mme Van Eetvelde sont reportées.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vragen nrs 3105 van mevrouw Van
der Auwera, 3129 van mevrouw Grosemans en
3174 van mevrouw Van Eetvelde worden uitgesteld.
13.04 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais):
Puis-je répondre par écrit aux autres questions?
Le président: Les questions ont déjà été
transformées en questions écrites, à l'exception de
celles dont les auteurs n'ont pas justifié leur
absence. Ces questions sont supprimées. La
simple courtoisie impose de signaler son absence.
13.04 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Kan ik
voor de andere vragen een schriftelijk antwoord
bezorgen?
De voorzitter: Die vragen zijn alle omgezet in
schriftelijke vragen, behalve die waarvan de
vraagstellers zonder verwittiging afwezig zijn. Die
vragen zijn geschrapt. De beleefdheid vereist dat
men zijn of haar afwezigheid meedeelt.
14 Question de M. Hans Bonte à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des
chances, chargée de la Politique de migration et
d'asile, sur "la position du gouvernement
concernant le dossier relatif aux ouvriers et aux
employés" (n° 2895)
14 Vraag van de heer Hans Bonte aan de vice-
eersteminister en minister van Werk en Gelijke
Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid,
over "het regeringsstandpunt met betrekking tot
het dossier arbeiders-bedienden" (nr. 2895)
14.01 Hans Bonte (sp.a): Après l'échec des
négociations sur l'accord interprofessionnel, le
gouvernement a décidé de transposer lui-même
l'essentiel des projets d'accord dans des projets.
Cependant, le contenu des textes soumis au
Parlement est tout de même fort différent.
14.01 Hans Bonte (sp.a): Na het afspringen van
het interprofessioneel akkoord heeft de regering
beslist om zelf de kern van de ontwerpafspraken in
ontwerpen om te zetten. Maar de inhoud van wat
aan het Parlement wordt voorgelegd, is toch weer
van een heel andere aard. Ik zou daarover graag
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
20
J'aimerais y voir un peu plus clair.
Est-il exact que le gouvernement se résigne à ce
qu'aucune initiative ne soit prise pour supprimer les
discriminations entre les ouvriers et les employés?
La différence en matière de nombre de jours de
carence et de revenu garanti entre les ouvriers et
les
employés
sera-t-elle
maintenue?
Le
gouvernement estime-t-il que cette différence est
équitable?
wat meer duidelijkheid krijgen.
Klopt het dat de regering zich erbij neerlegt dat er
niets wordt gedaan aan de discriminaties tussen
arbeiders en bedienden? Blijft het verschil inzake
het aantal carensdagen en het gewaarborgd
inkomen tussen arbeiders en bedienden behouden?
Vindt de regering dat wel rechtvaardig?
Je me souviens que le premier ministre Leterme a
déclaré que le gouvernement n'avait pas d'argent à
affecter à l'accord interprofessionnel. J'aimerais dès
lors savoir ce que va coûter l'AIP, en particulier la
généralisation de la prime de crise et l'exonération
fiscale d'une partie de l'indemnité de licenciement
durant la période de préavis.
L'une des ambitions de l'accord interprofessionnel
était de laisser la concertation sociale suivre son
cours. Il était prévu que le gouvernement et le
Parlement ne se mêleraient pas des problèmes qui
seraient résolus dans le cadre de cette
concertation. Mais il n'y a pas d'AIP. Cela veut-il
dire que nous, le gouvernement et le Parlement,
n'allons plus rien entreprendre, durant les deux
années à venir, dans le dossier du statut unique?
Ik herinner mij dat premier Leterme heeft gezegd
dat de overheid geen geld heeft om het
interprofessioneel akkoord te smeren. Ik zou
daarom graag weten wat het interprofessioneel
akkoord
zal
kosten,
en
dan vooral de
veralgemening van de crisispremie en de fiscale
vrijstelling
van
een
gedeelte
van
de
ontslagvergoeding tijdens de opzegperiode.
Een van de ambities van het interprofessioneel
akkoord was het sociaal overleg zijn gang laten
gaan. De regering en het Parlement zouden zich
niet inlaten met de problemen die daar zouden
worden opgelost. Maar er is geen IPA. Betekent dit
dat wij, de regering en het Parlement, de komende
twee jaar dan ook niets meer zullen doen in het
dossier van het eenheidsstatuut?
14.02 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais):
Avec sa proposition de médiation, le gouvernement
a décidé de réaliser la première étape de l'AIP, à
savoir l'harmonisation des délais de préavis pour
les ouvriers et pour les employés.
La suppression du jour de carence a été insérée
dans le projet d'AIP à partir de 2014. Notre
proposition de médiation ne comporte pas de
décision sur le jour de carence ni sur le régime des
vacances. Nous pourrons en débattre lorsque nos
projets de loi seront déposés au Parlement.
Le projet ne comporte pas de dispositions relatives
aux sujets cités par M. Bonte, mais le prochain
gouvernement pourra peut-être instaurer un régime
réellement nouveau ou prendre des mesures
complémentaires. La concertation sociale peut
durer longtemps et, parfois, le gouvernement doit
donner un petit encouragement.
D'après les estimations, la réalisation de la
proposition de médiation coûtera 100 millions
d'euros.
14.02 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): De
regering heeft met haar bemiddelingsvoorstel
gekozen om de eerste stap van het IPA uit te
voeren: de toenadering tussen de opzegtermijnen
voor arbeiders en voor bedienden.
De schrapping van de carensdag werd in het
ontwerp-IPA
ingevoerd
vanaf
2014.
Ons
bemiddelingsvoorstel bevat geen beslissing over de
carensdag of over de vakantieregeling. Wanneer wij
onze wetsontwerpen in het Parlement indienen,
kunnen wij hierover debatteren.
In het ontwerp zijn geen bepalingen opgenomen
over de thema's die de heer Bonte aanhaalt, maar
de volgende regering kan misschien een echt nieuw
systeem invoeren of aanvullende maatregelen
nemen. Het sociaal overleg kan lang duren, soms
moet de regering een kleine aanmoediging geven.
De uitvoering van het bemiddelingsvoorstel wordt
geraamd op 100 miljoen euro.
Nous disposons donc de 30 millions pour la prime
de crise, de 50 millions pour l'exonération fiscale,
sans compter la prolongation du chômage des
Zo is er 30 miljoen voor de crisispremie, 50 miljoen
euro voor de fiscale vrijstelling, er is ook de
verlenging van de werkloosheid van bedienden. Dat
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
21
employés. Ce montant total de 100 millions d'euros
est d'ores et déjà réservé dans notre budget ou
dans les propositions budgétaires.
À mon sens, l'éventuelle approbation de cette
proposition ne suffira pas pour que le
gouvernement tranche à propos de nouveaux
éléments.
totaalbedrag
van
100 miljoen
euro
is
al
gereserveerd in onze begroting of in de
begrotingsvoorstellen.
Volgens mij is de eventuele goedkeuring van dit
voorstel niet voldoende om nieuwe elementen in de
regering te `trancheren'.
14.03 Hans Bonte (sp.a): Je me permets
d'émettre de sérieux doutes quant aux montants et
au budget, mais nous pourrons encore en discuter
ultérieurement.
14.03 Hans Bonte (sp.a): Ik heb ernstige twijfels
over de bedragen en het budget, maar dat kunnen
we naderhand nog bespreken.
14.04 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais):
Nos estimations sont très larges. Ainsi, pour la
prime de crise, nous avons réservé pour 2011 le
même montant que pour 2010.
14.04 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Onze
ramingen zijn vrij ruim. Zo hebben we voor de
crisispremie in 2011 hetzelfde gereserveerd als
voor het jaar 2010.
14.05 Hans Bonte (sp.a): La différence réside
dans le fait qu'il n'est plus possible aujourd'hui de
récupérer un tiers du coût.
14.05 Hans Bonte (sp.a): Het verschil is nu wel
dat men een derde niet recupereert.
14.06 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais):
Non, ce n'est pas encore le cas pour 2011. Par
contre, en 2012, la possibilité de récupérer un tiers
du coût sera bien supprimée.
14.06 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Niet in
2011. In 2012 zal de mogelijkheid om een derde
van de kosten te recupereren, worden afgeschaft.
14.07 Hans Bonte (sp.a): Il sera question des
chiffres lors du débat budgétaire.
14.07 Hans Bonte (sp.a): De cijfers komen in het
begrotingsdebat aan bod.
14.08 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais): Je
présenterai les chiffres en commission.
14.08 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Ik zal
de cijfers in commissie tonen.
14.09 Hans Bonte (sp.a): Je pronostique que les
employeurs ne paieront pas une troisième fois la
prime de crise et que c'est l'ONEm qui paiera
l'intégralité de la somme.
La ministre affirme qu'un nouveau gouvernement
peut prendre des initiatives en vue de
l'harmonisation des statuts. Nous ne manquerons
pas d'y apporter notre contribution si nous en
faisons
partie.
Indépendamment
de
ces
considérations, le Parlement doit assumer une
certaine responsabilité.
La Cour constitutionnelle a déjà affirmé à plusieurs
reprises que la situation actuelle est illégale et
discriminatoire. Il suffit de se pencher sur les
réactions au projet d'accord interprofessionnel pour
se rendre compte du large mécontentement que
suscite cette discrimination dans la société. À la
suite des déclarations de la Cour constitutionnelle, Il
nous appartient en tant que législateurs de passer à
l'action. C'est la raison pour laquelle je m'associe à
Mme Kitir pour présenter des amendements sur le
jour de carence et les délais de préavis.
14.09 Hans Bonte (sp.a): Ik voorspel dat de
werkgevers de crisispremie geen derde keer meer
zullen betalen en dat de RVA het volledige bedrag
zal betalen.
De minister zegt dat een nieuwe regering stappen
kan zetten naar een eenheidsstatuut. Als wij erin
zitten, zullen we mee aan die kar trekken. Los
daarvan hebben wij als Parlement een bepaalde
verantwoordelijkheid.
Het Grondwettelijk Hof heeft al meer dan een keer
gesteld dat wij in een onwettelijke, discriminatoire
situatie leven. Het volstaat om de reacties op het
ontwerp van interprofessioneel akkoord te bekijken
en men weet dat het ongenoegen over die
discriminatie in de samenleving groot is. Na de
uitspraken van het Grondwettelijk Hof is het als
wetgever onze plicht om in actie te komen. Daarom
dien ik samen met mevrouw Kitir amendementen in
inzake de carensdag en de opzegtermijnen.
02/03/2011
CRABV 53
COM 154
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
22
Personne ne pourra encore à présent se retrancher
derrière la concertation sociale actuellement en
cours.
Niemand zal zich nu nog kunnen wegsteken achter
het sociaal overleg dat aan de gang is.
14.10 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais): La
question devra être débattue par le nouveau
gouvernement. À défaut, le Parlement devra
prendre une décision quant au statut unique ou
alors la question devra être tranchée dans le cadre
de la concertation sociale. Il faut peut-être faire
preuve de prudence et débattre des nouveaux
projets de loi.
14.10 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Als er
een nieuwe regering is, zal dat een onderwerp voor
debat zijn. Anders moet het Parlement iets
beslissen over het eenheidsstatuut of moeten we
alles aan het sociaal overleg overlaten. Misschien
moeten we voorzichtig zijn en over de nieuwe
wetsontwerpen debatteren.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Question de Mme Özlem Özen à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances, chargée de la Politique de
migration et d'asile, sur "les femmes et l'emploi à
temps partiel" (n° 2853)
15 Vraag van mevrouw Özlem Özen aan de vice-
eersteminister en minister van Werk en Gelijke
Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid,
over "vrouwen en deeltijdarbeid" (nr. 2853)
15.01 Özlem Özen (PS): Il n'y a que 33 % des
femmes belges qui travaillent à temps plein, alors
que la moyenne européenne est de 38 %. Le travail
à temps partiel est souvent imposé aux femmes par
les circonstances, et elles sont obligées d'accepter
pour des raisons de flexibilité des horaires
coupés tôt le matin et tard le soir. De plus, les
conséquences d'un travail à temps partiel sur les
pensions peuvent à long terme provoquer une
véritable précarité pour des femmes déjà
précarisées.
Quelles balises avez-vous posées pour éviter cet
écueil? Des dispositions ont-elles été prises pour
améliorer l'information des travailleurs concernés au
sujet des droits et conséquences liés au travail
partiel? Des contacts en ce sens avec les
partenaires sociaux ont-ils été pris? De nouvelles
initiatives ont-elles été prises pour mieux concilier
vie professionnelle et vie privée au regard de
l'égalité entre les hommes et les femmes?
15.01 Özlem Özen (PS): Slechts 33 procent van
de vrouwen die in België zijn tewerkgesteld hebben
een voltijdse baan. Het Europese gemiddelde
bedraagt 38 procent. Deeltijdwerk wordt vaak door
omstandigheden opgedrongen aan vrouwen die dan
om redenen van flexibiliteit verplicht zijn
onderbroken dienstregelingen te aanvaarden,
enerzijds vroeg in de ochtend en anderzijds laat in
de avond. Bovendien kunnen de gevolgen van
deeltijdwerk voor de pensioenen ertoe leiden dat
vrouwen, die al in armoede leven, op lange termijn
nog in een precairdere situatie terechtkomen.
Welke bakens hebt u uitgezet om dit te voorkomen?
Werden er maatregelen genomen om de betrokken
werknemers beter in te lichten over de rechten van
deeltijdwerkers en de gevolgen die aan deeltijdwerk
verbonden zijn? Werd er hierover al contact
opgenomen met de sociale partners? Werden er
nieuwe initiatieven genomen om werk en gezin
beter op elkaar af te stemmen, rekening houdend
met de gelijkheid van mannen en vrouwen?
15.02 Joëlle Milquet, ministre (en français): Je
réponds oui à la deuxième question. Avec un
nouveau gouvernement, nous pourrions réaliser les
intentions de l'ancien au sujet de l'harmonisation vie
familiale / vie professionnelle.
Il s'agissait de revoir, sur l'ensemble de la carrière,
l'ensemble de l'offre en matière de soutien familial,
qui demanderait une refonte de l'ensemble des
systèmes de congés. Dans l'urgence, deux projets
de directives européennes vont nous obliger à
bouger: le congé parental va passer à quatre mois
15.02 Minister Joëlle Milquet (Frans): Op uw
tweede vraag kan ik een positief antwoord geven.
Zodra er een nieuwe regering is, kunnen we werk
maken van de goede voornemens van de vorige
regering om een evenwicht te bewerkstelligen
tussen werk en gezin.
Het is zaak om, met de gehele loopbaan van een
werknemer voor ogen, alle bestaande maatregelen
op het stuk van gezinsondersteuning opnieuw te
bekijken. Dat vergt een herziening van alle
verlofregelingen. Er liggen twee ontwerpen van
Europese richtlijn ter tafel die ons op korte termijn
CRABV 53
COM 154
02/03/2011
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
53
E LEGISLATURE
2010
2011
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
53
E ZITTINGSPERIODE
23
en 2012 et le congé de maternité devrait être
généralisé à dix-huit semaines.
Le travail à temps partiel reste un problème
important. Mais il est vrai qu'une disposition très
importante de la convention collective n° 35 prévoit,
dans son article 4, que tout employeur qui engage
est obligé d'offrir, lorsqu'il en a l'occasion, un
contrat à temps plein à la personne qui travaille à
temps partiel.
ertoe zullen dwingen iets te ondernemen: in 2012
wordt het ouderschapsverlof uitgebreid tot vier
maanden en het moederschapsverlof wordt voor
iedereen op achttien weken gebracht.
Deeltijdarbeid blijft een heikele kwestie. De cao
nr. 35 bevat evenwel, in haar artikel 4, een zeer
belangrijke
bepaling
volgens
welke
iedere
werkgever die personeel in dienst neemt, indien
mogelijk een voltijds contract moet aanbieden aan
iemand die deeltijds werkt.
Le travailleur à temps partiel peut même demander
par écrit un temps plein ou un temps partiel d'une
durée hebdomadaire supérieure à l'actuelle.
Il y a là un problème d'information. Une brochure de
sensibilisation sur tous les aspects du temps partiel,
que j'ai demandée à l'administration, est en cours
de finalisation. Il faudra peut-être débattre d'une
inscription obligatoire de ces informations dans le
contrat-type.
De deeltijdse werknemer kan schriftelijk om een
voltijdse baan verzoeken of om een deeltijdse baan
met een hoger aantal uren per week.
Er doet zich een probleem voor op het stuk van de
informatie. De laatste hand wordt gelegd aan een
sensibilisatiebrochure over alle aspecten van
deeltijdse arbeid die ik aan de administratie heb
gevraagd. Wellicht zullen we het nog moeten
hebben over de verplichte inschrijving van die
informatie in de type-overeenkomst.
15.03 Özlem Özen (PS): La charge du ménage et
l'éducation des enfants reposent encore souvent
sur les femmes. Et en plus, il y a toutes les
conséquences négatives au niveau de la précarité.
C'est affolant.
15.03 Özlem Özen (PS): De huishoudelijke taken
en de opvoeding van de kinderen behoren vaak nog
tot het takenpakket van de vrouw. Daarbij komen
nog alle negatieve gevolgen die gepaard gaan met
de bestaansonzekerheid van die vrouwen. Het
wordt hen soms allemaal te veel.
Le travail ne manque pas. Il faut sensibiliser,
informer, mettre en oeuvre des politiques positives
pour favoriser les "temps pleins".
Er is voldoende werk. Het komt erop aan de
mensen bewust te maken en te informeren, een
positief beleid te voeren om de voltijdse banen te
bevorderen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique est levée à 17 h 02.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.02 uur.