KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 797
CRABV 52 COM 797
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
N
ATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
Dinsdag
Mardi
23-02-2010
23-02-2010
Voormiddag
Matin
CRABV 52
COM 797
23/02/2010
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Peter Logghe aan de minister
van Klimaat en Energie over "de verschillende
betaalvoorwaarden
bij
toetredingscontracten"
(nr. 19463)
1
Question de M. Peter Logghe au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "les différentes
modalités de paiement prévues par les contrats
d'adhésion" (n° 19463)
1
Sprekers: Peter Logghe, Paul Magnette,
minister van Klimaat en Energie
Orateurs: Peter Logghe, Paul Magnette,
ministre du Climat et de l'Énergie
Samengevoegde vragen van
2
Questions jointes de
2
- de heer Flor Van Noppen aan de minister van
Klimaat en Energie over "de concessies voor
windmolenparken in de Noordzee" (nr. 19633)
2
- M. Flor Van Noppen au ministre du Climat et de
l'Énergie sur "les concessions pour les parcs
éoliens en mer du Nord" (n° 19633)
2
- de heer Peter Logghe aan de minister van
Klimaat en Energie over "de vertraging bij de
bouw van windmolenparken" (nr. 19638)
2
- M. Peter Logghe au ministre du Climat et de
l'Énergie sur "le retard dans la construction de
parcs éoliens" (n° 19638)
2
Sprekers: Peter Logghe, Flor Van Noppen,
Paul Magnette, minister van Klimaat en
Energie
Orateurs: Peter Logghe, Flor Van Noppen,
Paul Magnette, ministre du Climat et de
l'Énergie
Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de
minister van Klimaat en Energie over "de studie
van EDORA" (nr. 19634)
3
Question de M. Flor Van Noppen au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "l'étude d'EDORA"
(n° 19634)
3
Sprekers: Flor Van Noppen, Paul Magnette,
minister van Klimaat en Energie
Orateurs: Flor Van Noppen, Paul Magnette,
ministre du Climat et de l'Énergie
Vraag van de heer David Clarinval aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
cumulatie van ambten door een hoge ambtenaar
van de Belgische Staat" (nr. 19707)
4
Question de M. David Clarinval au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "le cumul de mandats
d'un haut fonctionnaire de l'État belge" (n° 19707)
4
Sprekers: David Clarinval, Paul Magnette,
minister van Klimaat en Energie
Orateurs: David Clarinval, Paul Magnette,
ministre du Climat et de l'Énergie
Vraag van de heer David Clarinval aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
voorwaarden en modaliteiten van het akkoord
tussen de directie voor Energie en het
Internationaal Energie Agentschap" (nr. 19712)
5
Question de M. David Clarinval au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "les conditions et les
modalités de l'accord liant la direction de l'Énergie
à l'Agence Internationale de l'Énergie" (n° 19712)
5
Sprekers: David Clarinval, Paul Magnette,
minister van Klimaat en Energie
Orateurs: David Clarinval, Paul Magnette,
ministre du Climat et de l'Énergie
Vraag van de heer Willem-Frederik Schiltz aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
medische isotopen met zwakke radioactieve
straling" (nr. 19752)
6
Question de M. Willem-Frederik Schiltz au
ministre du Climat et de l'Énergie sur "les isotopes
médicaux à faible radioactivité" (n° 19752)
6
Sprekers: Willem-Frederik Schiltz, Paul
Magnette, minister van Klimaat en Energie
Orateurs: Willem-Frederik Schiltz, Paul
Magnette, ministre du Climat et de l'Énergie
CRABV 52
COM 797
23/02/2010
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
van
DINSDAG
23
FEBRUARI
2010
Voormiddag
______
du
MARDI
23
FÉVRIER
2010
Matin
______
De vergadering wordt geopend om 11.12 uur en
voorgezeten door de heer Flor Van Noppen.
La réunion publique est ouverte à 11 h 12 sous la
présidence de M. Flor Van Noppen.
De
voorzitter:
Vraag
nr. 19424
van
mevrouw Lalieux is ingetrokken.
Le
président:
La
question
n° 19424
de
Mme Lalieux est retirée.
01 Vraag van de heer Peter Logghe aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
verschillende
betaalvoorwaarden
bij
toetredingscontracten" (nr. 19463)
01 Question de M. Peter Logghe au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "les différentes
modalités de paiement prévues par les contrats
d'adhésion" (n° 19463)
01.01 Peter Logghe (VB): De gas- en
elektriciteitsbedrijven en telecommunicatiebedrijven
hanteren verschillende betalingstermijnen en
boetebedragen. Dat is onoverzichtelijk voor de
consument. Zouden er met de sector afspraken
gemaakt kunnen worden over eenvormige
betalingstermijnen en boetebedragen om de
consument beter te beschermen, of zal de minister
een wetgevend initiatief nemen? Wat vindt de
minister zelf een aanvaardbare termijn en welk
boetebedrag lijkt hem redelijk?
01.01 Peter Logghe (VB): Les entreprises de gaz
et
d'électricité
et
les
entreprises
de
télécommunications appliquent des délais de
paiement et des montants d'amende différents et
les consommateurs ont du mal à s'y retrouver. Des
accords pourraient-ils être conclus avec le secteur
sur des délais de paiement et des montants
d'amendes uniformes afin de mieux protéger les
consommateurs? Ou le ministre prendra-t-il une
initiative législative? Quel délai et quelle amende
paraissent raisonnables aux yeux du ministre?
01.02 Minister Paul Magnette (Nederlands): De
contractvrijheid en de vrijheid van handel zijn twee
basisprincipes van ons economisch recht. De
bedrijven zijn dus vrij om de voorwaarden bij
laattijdige betaling contractueel vast te leggen. Zij
hebben wel een informatieplicht en moeten zich ook
houden aan de wettelijke regeling inzake
onrechtmatige bedingen. Voor de gas- en
elektriciteitsmarkt bestaan er ook een gewestelijke
01.02 Paul Magnette, ministre (en néerlandais):
La liberté contractuelle et la liberté commerciale
sont deux principes fondamentaux de notre droit
économique. Les entreprises sont donc libres de
fixer contractuellement les conditions en cas de
paiement tardif. Elles ont toutefois un droit
d'information et doivent respecter la réglementation
légale en matière de clauses abusives. Il existe
aussi une réglementation régionale applicable au
23/02/2010
CRABV 52
COM 797
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
reglementering. De overheid kan enkel optreden als
er misbruik zou worden gemaakt van de
contractvrijheid. Het feit dat er verschillen bestaan
tussen de bedrijven is echter geen reden om op te
treden.
Ik zal het voorstel om meer eenvormigheid na te
streven aan de energieleveranciers voorleggen
tijdens de evaluatie van het akkoord over de
vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt.
marché du gaz et de l'électricité. Les autorités ne
peuvent intervenir qu'en cas d'abus de la liberté
contractuelle. Les différences entre les entreprises
ne justifient toutefois pas une intervention.
Je suggèrerai aux fournisseurs d'énergie de tendre
vers une uniformité accrue lors de l'évaluation de
l'accord relatif à la libération du marché du gaz et
de l'électricité.
01.03 Peter Logghe (VB): Uiteraard is de
contractvrijheid fundamenteel. Ik ben tevreden dat
de minister toch wil overleggen, want meer
eenvormigheid is in het belang van de consument.
Ik zal dit opvolgen.
01.03 Peter Logghe (VB): La liberté contractuelle
est évidemment fondamentale. Je me réjouis que le
ministre soit malgré tout disposé à participer à une
concertation, car une plus grande uniformité serait
bénéfique aux consommateurs. Je continuerai de
suivre le dossier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Samengevoegde vragen van
- de heer Flor Van Noppen aan de minister van
Klimaat en Energie over "de concessies voor
windmolenparken in de Noordzee" (nr. 19633)
- de heer Peter Logghe aan de minister van
Klimaat en Energie over "de vertraging bij de
bouw van windmolenparken" (nr. 19638)
02 Questions jointes de
- M. Flor Van Noppen au ministre du Climat et de
l'Énergie sur "les concessions pour les parcs
éoliens en mer du Nord" (n° 19633)
- M. Peter Logghe au ministre du Climat et de
l'Énergie sur "le retard dans la construction de
parcs éoliens" (n° 19638)
02.01 Peter Logghe (VB): De bouw van de
windmolenparken voor de kust van Zeebrugge
schiet goed op. Klopt het dat er nog steeds geen
beslissing is over de concessie voor de twee
resterende windmolenparken? Wanneer zal die
beslissing genomen worden? Hoe wordt de hinder
voor de scheepvaart aangepakt? Wat is de stand
van zaken betreffende de aansluiting op het
hoogspanningsnet?
02.01 Peter Logghe (VB): La construction des
parcs d'éoliennes au large de Zeebrugge progresse
bien. Est-il vrai qu'aucune décision n'a été prise
jusqu'ici concernant la concession pour les deux
autres parcs d'éoliennes? Quand cette décision
sera-t-elle prise? Comment résoudra-t-on le
problème de la gêne pour la navigation? Qu'en est-il
du raccordement au réseau à haute tension?
02.02 Flor Van Noppen (N-VA): De beslissing
over de toewijzing van de laatste twee concessies
voor windmolenparken laat lang op zich wachten. Er
zouden problemen zijn met de scheepvaartroutes.
Daarnaast
wordt
de
ontwikkeling
van
windmolenparken ook vertraagd door de financiële
crisis, de problemen met de aansluiting op het net
en het zinken van twee funderingspalen.
Wanneer zal de minister een beslissing nemen over
de concessies? Wat is momenteel de operationele
capaciteit inzake windenergie? Waarom wordt de
maximale capaciteit niet bereikt? Wat zal de
capaciteit zijn als alle concessies toegewezen zijn?
Wanneer zullen de windmolenparken aangesloten
worden op het net?
02.02 Flor Van Noppen (N-VA): Le ministre tarde obr>beaucoup à prendre une décision en ce qui
concerne
l'attribution
des
deux
dernières
concessions pour les parcs éoliens. Certains
problèmes liés aux itinéraires maritimes en seraient
la cause. En outre, la construction de ces parcs est
retardée par la crise financière, des problèmes de
raccordement au réseau et le fait que deux pylônes
de fondation ont coulé.
Quand le ministre prendra-t-il la décision à propos
de ces concessions? Quelle est actuellement la
capacité opérationnelle en matière d'énergie
éolienne? Pourquoi la capacité maximale n'est-elle
pas atteinte? Quelle sera la capacité une fois que
toutes les concessions auront été attribuées?
Quand les parcs éoliens seront-ils raccordés au
réseau?
02.03 Minister Paul Magnette (Nederlands): Ik zal 02.03 Paul Magnette, ministre (en néerlandais):
CRABV 52
COM 797
23/02/2010
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
mijn beslissing over de twee laatste aanvragen voor
domeinconcessies in de Noordzee eerstdaags
bekendmaken. Het toegekende potentieel bedraagt
op dit moment 1.350 MW. De offshoreprojecten
verlopen volgens plan. De projecten van Electrabel
en Electrawinds vertegenwoordigen ongeveer
730 MW. Tegen 2020 zal de beoogde 2.000 MW
kunnen worden gehaald. De transmissiecapaciteit
van 150 kV is voldoende voor de aangekondigde
900 MW van de eerste drie windmolenparken, mits
de nodige aanpassingswerken. Die worden
afgerond tegen eind 2011.
Je rendrai prochainement publique ma décision
relative aux deux dernières demandes de
concession domaniale en mer du Nord. Le potentiel
attribué est aujourd'hui de 1 350 mégawatts. La
réalisation des projets off shore se déroule comme
prévu. Les projets d'Electrabel et Electrawinds
représentent environ 730 mégawatts. D'ici à 2020,
l'objectif de 2 000 mégawatts pourra être atteint. La
capacité de transmission de 150 kV sera suffisante
pour les 900 mégawatts annoncés des trois
premiers parcs éoliens, à condition de procéder aux
adaptations requises, lesquelles seront finalisées
avant fin 2011.
Voor de transmissie van 2.000 MW is een spanning
van 380 kV nodig. De vereiste infrastructuurwerken
zouden moeten zijn afgerond in 2014. Een
interadministratieve werkgroep zal worden opgericht
om de afbakening van de waterzones te
onderzoeken.
Pour assurer la transmission de 2 000 mégawatts,
une tension de 380 kV est nécessaire. Les travaux
d'infrastructure requis devraient être achevés en
2014.
Un
nouveau
groupe
de
travail
interadministratif sera chargé de se pencher sur la
délimitation des zones aquatiques.
02.04 Peter Logghe (VB): Ik hoop dat de
oprichting van een interadministratieve werkgroep
het project niet zal hypothekeren.
02.04 Peter Logghe (VB): J'espère que la création
de ce groupe de travail interadministratif
n'hypothéquera pas le projet concerné.
02.05 Flor Van Noppen (N-VA): Ik ben blij te
horen dat het snel in orde komt met de resterende
concessies en zal dit dossier van nabij blijven
volgen.
02.05 Flor Van Noppen (N-VA): Je me réjouis que
le ministre s'engage à attribuer rapidement les
concessions restantes et je suivrai de près
l'évolution de ce dossier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de
minister van Klimaat en Energie over "de studie
van EDORA" (nr. 19634)
03 Question de M. Flor Van Noppen au ministre
du Climat et de l'Énergie sur "l'étude d'EDORA"
(n° 19634)
03.01 Flor Van Noppen (N-VA): Uit een studie van
de Franstalige beroepsfederatie voor hernieuwbare
energie EDORA blijkt dat België tot 18 procent van
zijn energie zou kunnen halen uit hernieuwbare
energiebronnen, terwijl ons land nu maar 13 procent
nastreeft.
Is de minister het daarmee eens en zal hij de
regering vragen om hoger te mikken? Op welk
percentage? Zal hij ook vragen om meer
concessies vrij te maken voor windmolenparken in
de Noordzee, zoals de studie voorstelt? Zal hij ook
de investeringen verhogen in biobrandstoffen en
bio-energie?
03.01 Flor Van Noppen (N-VA): Il ressort d'une
étude de la fédération professionnelle francophone
pour les énergies renouvelables EDORA que la
Belgique pourrait tirer jusqu'à 18 % de son énergie
de sources d'énergies renouvelables, alors que son
objectif n'est actuellement que de 13 %.
Le ministre partage-t-il à cette analyse et
demandera-t-il au gouvernement de faire preuve de
plus d'ambition? Quel pourcentage visera-t-il?
Demandera-t-il également de libérer davantage de
concessions pour les parcs à éoliennes en mer du
Nord, comme proposé dans l'étude? Augmentera-t-
il également les investissements dans la production
de biocarburants et de bioénergie?
03.02 Minister Paul Magnette (Nederlands): Mijn
administratie is die studie momenteel aan het
bekijken. Als federaal minister voor Energie kan ik
me enkel uitspreken over offshorewindenergie,
waar ik liever de al ambitieuze doelstelling handhaaf
van 2.000 MW tegen 2020. Hoe beter we de
03.02 Paul Magnette, ministre (en néerlandais):
Mon administration analyse l'étude à l'heure
actuelle. En ma qualité de ministre fédéral de
l'Énergie, je ne puis m'exprimer qu'en matière
d'énergie éolienne off shore et je préfère à cet
égard maintenir l'objectif ambitieux de 2 000 MW
23/02/2010
CRABV 52
COM 797
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
eindvraag op dat ogenblik beheersen, hoe groter
het aandeel van hernieuwbare energie daarin dan
uiteraard zal zijn.
pour 2020. La part des énergies renouvelables
dépendra évidemment de notre capacité à maîtriser
la demande finale à ce moment.
Het doel van 13 procent in 2020 blijft ongewijzigd.
Nieuwe zones kunnen pas worden overwogen
wanneer de huidige zone voor windmolenparken
volledig is benut.
Om 10 procent hernieuwbare energie te halen in het
eindverbruik van de transportsector, moet het
huidige beleid inzake biobrandstoffen worden
herzien, wat kan in het raam besprekingen over het
nationaal actieplan, dat bekendgemaakt wordt
in juni 2010.
L'objectif des 13 % en 2020 est maintenu. La
création de nouvelles zones ne pourra être
envisagée que lorsque la zone actuelle de parcs
éoliens aura été entièrement utilisée.
Pour atteindre l'objectif de 10 % d'énergie
renouvelable dans la consommation finale pour le
secteur des transports, il faudra revoir la politique
actuelle en matière de biocarburants, ce qui peut se
faire dans le cadre des négociations inhérentes au
plan d'action national qui sera rendu public en juin
2010.
03.03 Flor Van Noppen (N-VA): Ik ben blij dat de
minister dit dossier rustig aan het bekijken is.
03.03 Flor Van Noppen (N-VA): Je constate avec
satisfaction que le ministre étudie posément ce
dossier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer David Clarinval aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
cumulatie van ambten door een hoge ambtenaar
van de Belgische Staat" (nr. 19707)
04 Question de M. David Clarinval au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "le cumul de mandats
d'un haut fonctionnaire de l'État belge" (n° 19707)
Voorzitter: Peter Logghe
Président: Peter Logghe
04.01 David Clarinval (MR): In La Libre Belgique
van 9 december jongstleden werd gewag gemaakt
van de cumulatie van mandaten door een hoge
Belgische rijksambtenaar, onder meer bij BRUGEL
en bij de Algemene Directie Energie. Volgens de
krant Gerfa in september 2009 zou die hoge
ambtenaar niet minder dan zes belangrijke
mandaten cumuleren.
Op het Europese niveau zou een dergelijke
cumulatie van mandaten verboden zijn en uzelf zou
hebben gevraagd dat zij van bepaalde mandaten
zou afzien, onder meer van het voorzitterschap van
BRUGEL.
Volgens die ambtenaar klopt dat laatste echter niet.
Wat is de juiste toedracht?
Vindt u die cumulatie opportuun?
04.01 David Clarinval (MR): La Libre Belgique du
9 décembre dernier relatait le cumul de mandats
d'un haut fonctionnaire de l'État belge, entre autres
chez BRUGEL et à la tête de la direction générale
de l'Énergie. Le journal Gerfa de septembre 2009
faisait état d'au moins 6 mandats importants
cumulés par ce haut fonctionnaire.
Au niveau européen, il semblerait que ce type de
cumul soit interdit et vous auriez émis le souhait
qu'il abandonne certains mandats dont celui de
président chez BRUGEL.
Cette personne affirme que vous ne lui avez jamais
fait cette demande. Qu'en est-il?
Estimez-vous ce cumul opportun?
04.02 Minister Paul Magnette (Frans): De
algemeen geldende regel voor de mandaathouders
bij de federale overheidsbesturen bepaalt dat de lijst
van mandaten openbaar is en jaarlijks aan het
Rekenhof wordt overgezonden.
In 2009 zag betrokkene op haar eigen verzoek en in
overleg met mij af van twee mandaten: dat van
bestuurder bij het Koninklijk Hoger Instituut voor
04.02 Paul Magnette, ministre (en français): La
règle appliquée à l'ensemble des titulaires des
fonctions de mandats dans les administrations
publiques fédérales prévoit que la liste des mandats
est publique et envoyée chaque année à la Cour
des comptes.
L'intéressée, à sa demande et en concertation avec
moi, s'est vue déchargée de 2 mandats en 2009:
administratrice à l'Institut royal de la Défense et
CRABV 52
COM 797
23/02/2010
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
Defensie en dat van regeringscommissaris bij de
NIRAS.
Mijn voorganger, de heer Verwilghen, vroeg destijds
aan de juridische dienst van de FOD om na te gaan
of er geen sprake was van een belangenconflict
voor
mevrouw Marie-Pierre
Fauconnier,
die
directeur-generaal is van de Algemene Directie
Energie en daarnaast nog verscheidene andere
mandaten bekleedt. Dat onderzoek werd bevestigd
door de Brusselse administratie en door de
voorzitters van de andere gewestelijke regulatoren,
die optraden als commissie voor de werving van de
voorzitter van BRUGEL. Ik zie dus geen enkele
reden om enig initiatief te nemen, ook al heb ik nog
regelmatig contacten met de directeur-generaal
Energie. Een zogenaamde cumulatie van mandaten
kan volgens mij soms ook de informatievergadering
en de coherentie van de overheidsstandpunten ten
goede komen.
commissaire de gouvernement à l'ONDRAF.
Mon prédécesseur, M. Verwilghen, avait demandé
au service juridique du SPF de vérifier qu'aucun
conflit d'intérêts n'existe dans le chef de
Mme Marie-Pierre Fauconnier, entre sa fonction de
directrice générale pour l'Énergie et ses différents
autres mandats. Cette analyse a été confirmée par
l'administration bruxelloise et par les présidents des
autres régulateurs régionaux, jury de recrutement
du président de BRUGEL. Je n'ai aucune raison de
prendre quelque initiative que ce soit, même si je
continue à dialoguer régulièrement avec la
directrice générale Énergie. Il faut penser que, dans
certains cas, ce qu'on appelle des cumuls peut
avoir une certaine fonctionnalité en termes de
rassemblement de l'information et de cohérence
des positions publiques.
04.03 David Clarinval (MR): In het licht van de
Europese wetgeving zou een en ander misschien
vatbaar zijn voor kritiek.
In sommige gevallen vullen gecumuleerde ambten
elkaar inderdaad aan, maar wat voornoemde
mandaten betreft, ligt de cumulatie met het
mandaat bij BRUGEL waarschijnlijk het gevoeligst.
04.03 David Clarinval (MR): Vis-à-vis de la
législation européenne, il y aurait peut-être matière
à reproches.
Effectivement, dans certains cas, le cumul est
complémentaire mais, vis-à-vis des mandats cités,
le cumul avec BRUGEL est sans doute le plus
sensible.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer David Clarinval aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
voorwaarden en modaliteiten van het akkoord
tussen de directie voor Energie en het
Internationaal Energie Agentschap" (nr. 19712)
05 Question de M. David Clarinval au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "les conditions et les
modalités de l'accord liant la direction de
l'Énergie à l'Agence Internationale de l'Énergie"
(n° 19712)
05.01 David Clarinval (MR): In antwoord op een
vraag betreffende de vrijwillige Belgische bijdrage
aan het Internationaal Energie Agentschap (IEA) en
het mogelijke belangenconflict waarin een hoge
ambtenaar verwikkeld zou kunnen zijn, heeft de
minister van Buitenlandse Zaken mij naar u
verwezen in verband met het akkoord tussen de
Directie Energie en het IEA over de betrekkingen
van twee deskundigen in Parijs die de
aardgasmarkt geanalyseerd hebben.
Wie zijn die twee deskundigen, wat is hun
nationaliteit,
onder
welke
voorwaarden
en
modaliteiten zijn ze in dienst bij het IEA? Welke
andere betrekkingen en mandaten vervullen die
deskundigen?
05.01 David Clarinval (MR): En réponse à une
question sur la contribution volontaire belge à
l'Agence internationale de l'Énergie (AIE) et le
conflit d'intérêts potentiel dans le chef d'un haut
fonctionnaire, le ministre des Affaires étrangères
m'a renvoyé vers vous au sujet de l'accord entre la
Direction de l'Énergie et l'AIE pour les emplois de
deux experts à Paris ayant réalisé des analyses du
marché du gaz.
Quelles sont les identités de ces deux experts, leur
nationalité, les conditions et modalités de leur
engagement salarié par l'AIE. Quels sont les autres
fonctions et mandats exercés par ces experts?
05.02 Minister Paul Magnette (Frans): De twee
deskundigen aangeworven door het IEA hebben de
Australische en de Italiaanse nationaliteit. Het
Agentschap nam ze in dienst volgens de klassieke
05.02 Paul Magnette, ministre (en français): Les
deux experts engagés par l'AIE sont de nationalité
australienne et italienne. Ils ont été recrutés par
l'Agence selon les procédures classiques de
23/02/2010
CRABV 52
COM 797
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
wervingsprocedures, zonder inmenging van de
lidstaten. Het secretariaat van die organisatie neemt
die deskundigen in dienst, voor drie tot vijf jaar. De
lidstaten - België via zijn vrijwillige bijdrage - betalen
die deskundigen gedurende een korte periode.
De Belgische bijdrage werd gebruikt voor de
financiering van de arbeidsprestaties van een
ambtenaar van niveau A5 gedurende een maand
ten
bedrage
van
15.000 euro,
van
de
arbeidsprestaties van een ambtenaar van niveau A3
gedurende drie maanden ten bedrage van
30.000 euro, en het saldo van 5.000 euro werd
gereserveerd voor publicaties. Het IEA beslist zelf
hoe die fondsen worden besteed. Het systeem voor
de toekenning van de vrijwillige bijdragen aan die
organisatie is transparant en de lidstaten moeten
akkoord gaan.
Een vrijwillige bijdrage heeft als voordeel dat men
over het werk van die personen kan beschikken en
dat men omvangrijke studies kan vragen. Zo
hebben die twee deskundigen zich gebogen over
bepaalde aspecten van de Europese aardgasmarkt,
zoals de trading via de gas hubs, die belangrijk zijn
voor de haven van Zeebrugge.
recrutement, sans intervention des États membres.
C'est le secrétariat de cette organisation qui engage
ces experts, pour des périodes de trois à cinq ans.
Les États membres - la Belgique via sa contribution
volontaire paient ces experts pendant une courte
période.
La contribution belge a été utilisée à hauteur de
15 000 euros pour un mois de rémunération au
niveau A5 et de 30 000 euros pour trois mois de
rémunération au niveau A3, un solde de
5 000 euros étant réservé à des publications. L'AIE
est libre de déterminer l'usage de ces fonds. Le
système d'attribution des contributions volontaires à
cette organisation est transparent et nécessite
l'accord des États membres.
L'avantage d'une contribution volontaire est de
pouvoir disposer des travaux réalisés par ces
personnes et de demander des études importantes.
Ces deux experts se sont ainsi penchés sur des
éléments du marché européen du gaz dont le
trading via les hubs gaziers, importants pour le port
de Zeebruges.
05.03 David Clarinval (MR): Kan u mij schriftelijk
de identiteit van beide deskundigen meedelen?
05.03 David Clarinval (MR): Pouvez-vous
m'indiquer, par courrier, l'identité des deux experts?
05.04 Minister Paul Magnette (Frans): Ik zal
nagaan of dat is toegestaan.
05.04 Paul Magnette, ministre (en français): Je
vais voir si on peut le faire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Willem-Frederik Schiltz aan
de minister van Klimaat en Energie over "de
medische isotopen met zwakke radioactieve
straling" (nr. 19752)
06 Question de M. Willem-Frederik Schiltz au
ministre du Climat et de l'Énergie sur "les
isotopes médicaux à faible radioactivité"
(n° 19752)
06.01 Willem-Frederik Schiltz (Open Vld):
Molybdeen-99 en het afgeleide technetium-99 zijn
medische isotopen met een zwakke radioactieve
straling, die worden gebruikt voor het opsporen en
behandelen van tumoren. Tot dusver leveren
slechts zes kernreactoren in de hele wereld deze
isotopen voor medisch gebruik, waaronder de BR2-
reactor in Mol, maar door problemen in andere
reactoren moet Mol de productie nu verhogen,
waarvoor het een extra vergunning nodig heeft.
Heeft de minister weet van de terugkerende
problemen bij de productie van medische isotopen?
Vindt hij die extra vergunning nodig? Volgens welke
criteria moet die worden opgesteld? Plant hij extra
ondersteuning voor het SCK of andere instanties?
06.01 Willem-Frederik Schiltz (Open Vld): Le
molybdène 99 et le dérivé technétium 99 sont des
isotopes médicaux à faible radioactivité utilisés pour
le dépistage et le traitement des tumeurs. Jusqu'à
ce jour, ces isotopes à usage médical ne sont
produits que par six réacteurs nucléaires dans le
monde, parmi lesquels le réacteur BR2 de Mol. En
raison toutefois de problèmes survenus dans les
autres réacteurs, celui de Mol doit à présent
augmenter sa production, ce qui nécessite une
licence supplémentaire.
Le ministre a-t-il connaissance des problèmes
récurrents qui affectent la production d'isotopes
médicaux?
Estime-t-il
que
cette
licence
supplémentaire soit nécessaire? À quels critères
doit-elle répondre? Envisage-t-il d'accorder une aide
CRABV 52
COM 797
23/02/2010
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2009
2010
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
Beschikt hij over productiegegevens en wat is hun
verhouding tot de vraag?
supplémentaire au CEN ou à d'autres instances?
Dispose-t-il de données concernant la production et
que représentent-elles par rapport à la demande?
06.02 Minister Paul Magnette (Nederlands): De
voorbije jaren voerde de BR2-reactor van het SCK
vijf bestralingscycli per jaar uit. Door de
bevoorradingsproblemen werd besloten om in 2010
een zesde bestralingscyclus uit te voeren. Deze
bevoorradingsproblemen worden vooral veroorzaakt
door problemen in de reactor in Canada. Ons land
doet er alles aan om binnen de geldende
beperkingen de productie op te drijven om de
tekorten in de medische sector te beperken.
De BR2-reactor zal in 2010 148 dagen in werking
zijn en dat is op dit moment het maximum. De
huidige vergunning bepaalt namelijk dat het
maximum aantal dagen op basis van het huidige
personeelsbestand 150 bedraagt. Tijdens de dagen
van stilstand moeten veiligheidsoperaties worden
uitgevoerd. Het FANC moet beslissen over een
langere uitbating en dat is een bevoegdheid van
Binnenlandse Zaken. Als er meer cycli uitgevoerd
zouden worden, moet de reactor vervroegd, rond
2022, stilgelegd worden. De productie van
medische radio-isotopen is verlieslatend. De
federale overheid ondersteunt de productie ervan
en er zouden dus meer middelen moeten worden
uitgetrokken als we de productie opdrijven.
In het buitenland zijn er projecten om de productie
te diversifiëren, maar de nodige technische
aanpassingen daarvoor kunnen niet op korte termijn
gerealiseerd worden. De bevoorrading is een
structureel probleem. Het Nuclear Energy Agency
(NEA) heeft een werkgroep opgericht om het
probleem te onderzoeken. Voor details over cijfers
en marktaandelen moet de heer Schiltz een
schriftelijke vraag stellen.
06.02 Paul Magnette, ministre (en néerlandais):
Ces dernières années, le réacteur BR2 du CEN a
effectué cinq cycles d'irradiation par an. En raison
des problèmes d'approvisionnement, il a été décidé,
en 2010, d'en effectuer un sixième. Ces problèmes
d'approvisionnement sont dus, en majeure partie à
des incidents qui ont affecté le réacteur canadien.
Tout en observant les limites en vigueur, notre pays
fait tout ce qui est en son pouvoir pour accroître la
production et limiter ainsi la pénurie dans le secteur
médical.
En 2010, le réacteur BR2 fonctionnera 148 jours, ce
qui
représente
le
maximum
actuellement.
L'autorisation dont nous disposons aujourd'hui
prévoit notamment que le nombre de jours
maximum, calculé sur la base de l'effectif du
personnel, s'élève à 150. Les opérations de sécurité
doivent s'effectuer pendant les jours d'arrêt. L'AFCN
doit statuer sur la prolongation de l'exploitation, ce
qui relève de la compétence de l'Intérieur. Si le
nombre de cycles est accru, le réacteur devra être
mis à l'arrêt plus tôt, c'est-à-dire vers 2022. La
production de radio-isotopes médicaux est
déficitaire. Le gouvernement fédéral soutient la
production et davantage de moyens devront être
dégagés en cas d'augmentation de la production.
À l'étranger, il existe des projets de diversification,
mais les adaptations techniques nécessaires à cet
effet ne peuvent être réalisées à court terme. Le
stockage est un problème structurel. L'Agence pour
l'énergie nucléaire (AEN) a créé un groupe de
travail pour analyser le problème. S'il souhaite des
précisions sur les chiffres et les parts de marché, je
suggère à M. Schiltz de poser une question écrite.
06.03 Willem-Frederik Schiltz (Open Vld): Het is
vanzelfsprekend
dat
vergunningen
een
belemmering voor een verhoging zijn. Ik hoop
alleen dat het FANC constructief zal meewerken en
dat het SCK volledige ondersteuning zal krijgen.
06.03 Willem-Frederik Schiltz (Open Vld): Il est
évident que les permis freinent toute augmentation.
Espérons que l'AFCN coopérera de manière
constructive et que le CEN bénéficiera d'un soutien
total.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 11.47 uur.
La réunion publique de commission est levée à
11 h 47.