KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 575
CRABV 52 COM 575
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
dinsdag
mardi
02-06-2009
02-06-2009
namiddag
après-midi
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de financiering van
patiëntenverenigingen" (nr. 12594)
1
Question de Mme Yolande Avontroodt à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le financement des
associations de patients" (n° 12594)
1
Sprekers: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de opname van drie
bijkomende MUG-functies op de lijst van
dringende medische hulpverlening" (nr. 13027)
3
Question de M. Michel Doomst à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "l'inscription de trois fonctions
SMUR supplémentaires sur la liste de l'aide
médicale urgente" (n° 13027)
3
Sprekers:
Michel
Doomst,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Michel
Doomst,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"het
tekort
aan
spoedartsen" (nr. 13030)
4
Question de M. Michel Doomst à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la pénurie de médecins
urgentistes" (n° 13030)
4
Sprekers:
Michel
Doomst,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Michel
Doomst,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de levering van
geneesmiddelen aan apotheken" (nr. 13080)
5
Question de Mme Yolande Avontroodt à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'approvisionnement
des médicaments dans les officines" (n° 13080)
5
Sprekers: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het zorgforfait voor
chronisch zieken" (nr. 13133)
6
Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le forfait de soins
pour les malades chroniques" (n° 13133)
6
Sprekers: Stefaan Vercamer, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Stefaan
Vercamer,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "narcodontie" (nr. 13310)
7
Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la narcodontie"
(n° 13310)
7
Sprekers: Stefaan Vercamer, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Stefaan
Vercamer,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Samengevoegde vragen van
8
Questions jointes de
8
- de heer Peter Logghe aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"een
bemiddelingscommissie
voor
hospitalisatieverzekeringen" (nr. 13191)
8
- M. Peter Logghe à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "une commission de médiation en
matière d'assurances hospitalisation" (n° 13191)
8
- mevrouw Katrien Partyka aan de vice-
8
- Mme Katrien Partyka à la vice-première ministre
8
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"een
bemiddelingscommissie
voor
hospitalisatieverzekeringen" (nr. 13260)
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "une commission de médiation en
matière d'assurances hospitalisation" (n° 13260)
Sprekers: Peter Logghe, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid, Katrien Partyka
Orateurs: Peter Logghe, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique, Katrien
Partyka
Samengevoegde vragen van
9
Questions jointes de
9
- mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "antiobesitaspillen"
(nr. 13244)
9
- Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les pilules anti-
obésité" (n° 13244)
9
- mevrouw Lieve Van Daele aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de vrije verkoop van
dieetpillen" (nr. 13270)
9
- Mme Lieve Van Daele à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la vente libre de pilules
amaigrissantes" (n° 13270)
9
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de vermageringspil Alli"
(nr. 13274)
9
- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la pilule amaigrissante Alli"
(n° 13274)
9
- mevrouw Katia della Faille de Leverghem aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vrije verkoop van
een vermageringspil" (nr. 13327)
9
- Mme Katia della Faille de Leverghem à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la vente libre d'une
pilule amaigrissante" (n° 13327)
9
Sprekers: Thérèse Snoy et d'Oppuers, Katia
della Faille de Leverghem, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Thérèse Snoy et d'Oppuers, Katia
della Faille de Leverghem, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers
aan de vice-eersteminister en minister van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
over
"bisfenol A" (nr. 13265)
13
Question de Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le
bisphénol A" (n° 13265)
13
Sprekers: Thérèse Snoy et d'Oppuers,
Laurette Onkelinx
, vice-eersteminister en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Thérèse Snoy et d'Oppuers,
Laurette Onkelinx
, vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vaccinatie tegen
HPV" (nr. 13321)
15
Question de Mme Yolande Avontroodt à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la vaccination contre
le VPH" (n° 13321)
15
Sprekers: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de evolutie van de
functie van MUG-chauffeur ten gevolge van de
hervorming van de brandweerzones" (nr. 13145)
18
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'évolution du poste
de chauffeur SMUR suite à la réforme des zones
incendie" (n° 13145)
18
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid, Yolande
Avontroodt
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique,
Yolande Avontroodt
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de studie naar de
oorzaken
van
zelfdodingen
bij
jongeren"
(nr. 13178)
19
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'étude des causes du
suicide chez les jeunes" (n° 13178)
19
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de kwaliteit van
industriële voedingsmiddelen" (nr. 13438)
21
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la qualité des
aliments industriels" (n° 13438)
21
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de rol van het
geneticaonderzoek in het voorkomen van kanker"
(nr. 13478)
22
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la place de la
recherche en génétique dans la prévention du
cancer" (n° 13478)
22
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het beleid inzake de
vaccinatie van jonge kinderen" (nr. 13479)
24
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la politique de
vaccination de la petite enfance" (n° 13479)
24
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het beleid inzake virale
hepatitis" (nr. 13404)
25
Question de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la politique relative
aux hépatites virales" (n° 13404)
25
Sprekers:
Muriel
Gerkens,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Muriel
Gerkens,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTE
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIETE
van
DINSDAG
02
JUNI
2009
Namiddag
______
du
MARDI
02
JUIN
2009
Après-midi
______
De behandeling van de vragen vangt aan om
15.22 uur. De vergadering wordt voorgezeten door
mevrouw Muriel Gerkens.
La discussion des questions est ouverte à 15 h 22
par Mme Muriel Gerkens, présidente.
01 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de financiering
van patiëntenverenigingen" (nr. 12594)
01 Question de Mme Yolande Avontroodt à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le
financement des associations de patients"
(n° 12594)
01.01 Yolande Avontroodt (Open Vld): De Koning
Boudewijnstichting heeft de financiële situatie van
de patiëntenverenigingen geanalyseerd en daaruit
blijkt dat er grote onderlinge verschillen zijn.
Sommige hebben recht op een tussenkomst,
anderen op een fiscaal attest en andere op
helemaal niets.
Op internationaal niveau ­ zowel bij de WHO als bij
de Raad van Europa en de Europese Unie ­ liggen
een aantal voorstellen klaar over de erkenning van
de
patiënt
en
de
versterking
van
de
patiëntenparticipatie. Het is goed dat de minister de
patiëntenorganisaties heeft betrokken in haar plan
Chronische Ziekten, maar er moet nog veel meer
gebeuren. Het debat hierover is nog volop bezig,
onder meer met de verzekeringsinstellingen.
01.01 Yolande Avontroodt (Open Vld) : La
Fondation Roi Baudouin a analysé la situation
financière des associations de patients et a observé
de grandes différences entre celles-ci. Certaines
ont droit à une intervention, d'autres à une
attestation fiscale et d'autres ne peuvent prétendre
à rien du tout.
Au niveau international ­ qu'il s'agisse de l'OMS, du
Conseil de l'Europe ou de l'Union européenne ­
plusieurs propositions ont été élaborées en vue de
la reconnaissance du patient et du renforcement de
la participation de ce dernier. Il est positif que la
ministre ait associé les organisations de patients à
son plan relatif aux maladies chroniques, mais il
faut en faire bien davantage. Le débat à ce sujet bat
son plein, notamment avec les organismes
d'assurances.
We kunnen natuurlijk moeilijk eisen stellen aan de
patiëntenverenigingen, want 40 procent beschikt
over weinig of geen middelen. Deze verenigingen
zijn zelf helemaal geen vragende partij voor
ondersteuning vanuit de privésector. Er zijn ook al
ziekenfondsen die patiëntenverenigingen willen
financieren, maar dat zou ook niet goed zijn voor de
Il nous est évidemment difficile d'imposer des
exigences aux organisations de patients car 40 %
d'entre elles ne disposent pas ou guère de moyens.
Ces associations ne demandent absolument pas à
être soutenues par le secteur privé. Certaines
mutuelles voudraient financer des associations
mais de patients mais cela nuirait à l'indépendance
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
onafhankelijkheid van de organisaties. Veel
verenigingen ondervinden daarenboven problemen
bij het indienen van een subsidiedossier.
Wat concludeert de minister uit het rapport van de
Koning Boudewijnstichting? Zal zij overleggen met
de minister van Financiën om giften aan
patiëntenverenigingen fiscaal aftrekbaar te maken?
de ces dernières. Nombreuses sont celles qui
éprouvent en outre des difficultés au moment de
l'introduction d'un dossier de subsides.
Quelles conclusions la ministre tire-t-elle du rapport
de la Fondation Roi Baudouin ? Compte-t-elle se
concerter avec le ministre des Finances pour
instaurer une déductibilité fiscale des dons en
faveur des organisations de patients ?
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): In
verband met de opvang van chronische zieken heb
ik overlegd met de patiëntenverenigingen en hun
federaties. In hoofdstuk 6 van het plan inzake de
transformatie van het Raadgevend Comité van de
Chronische Ziekten van het Riziv tot een
Observatorium is expliciet bepaald om rekening te
houden met dit onderzoek van de Koning
Boudewijnstichting.
Het Observatorium van de Chronische Ziekten zal
mij zijn aanbevelingen bezorgen. Het is echter niet
mogelijk om de huidige 350 gekende verenigingen
allemaal te financieren. Waarschijnlijk zullen we
logistieke steun aanbieden, in de lijn van de reeds
genomen initiatieven van de Vlaamse en Duitstalige
Gemeenschap, en ook een budget ter beschikking
stellen voor precieze acties, dit alles in afspraak met
de federaties. We wachten echter nog op de
conclusies van de studie en ook moet er overlegd
worden binnen de interministeriële conferentie
Volksgezondheid. In afwachting van een structurele
oplossing zal ik doorgaan met het toekennen van
subsidies
voor
specifieke
acties
van
patiëntenverenigingen.
01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : En ce qui concerne l'accueil des
malades chroniques, je me suis concertée avec les
associations de patients et leurs fédérations. Le
chapitre 6 du plan relatif à la transformation du
Comité consultatif des maladies chroniques de
l'INAMI en un observatoire préconise explicitement
de tenir compte de cette étude de la Fondation Roi
Baudouin.
L'Observatoire des maladies chroniques me
transmettra ses recommandations. Il n'est toutefois
pas possible de financer l'ensemble des
350 associations connues à l'heure actuelle. Nous
proposerons
vraisemblablement
un
soutien
logistique dans la lignée des initiatives qui ont déjà
été prises par les Communautés flamande et
germanophone et nous mettrons également un
budget à disposition pour des actions précises en
concertation avec les fédérations. Nous attendons
toutefois encore les conclusions de cette étude et
une concertation devra également avoir lieu au sein
de la conférence interministérielle de la Santé
publique. Dans l'attente d'une solution structurelle,
je continuerai à octroyer des subsides pour les
actions spécifiques des associations de patients.
Het Observatorium zal middelen krijgen voor het
presentiegeld en de verplaatsingsvergoedingen van
zijn leden. Voor 2009 en 2010 wordt telkens
100.000 euro uitgetrokken voor de opstartfase van
het Observatorium.
Ook de ziekenfondsen hebben een belangrijke rol
te spelen bij de verdediging van hun leden. Zij
werken samen met de patiëntenverenigingen en
ondersteunen hen ook.
Inzake de fiscale aftrekbaarheid van giften moet er
overlegd worden met de minister van Financiën. De
huidige wetgeving laat het voor bepaalde
patiëntenverenigingen nu al toe om een erkenning
te vragen om de giften die ze ontvangen fiscaal
aftrekbaar te maken.
Des moyens seront octroyés à l'Observatoire pour
les jetons de présence et les indemnités de
déplacement de ses membres. Un montant de
100.000 euros sera inscrit aux budgets de 2009 et
2010 pour la phase de lancement de l'Observatoire.
Les mutualités ont également un rôle important à
jouer pour la défense de leurs membres. Elles
coopèrent avec les associations de patients,
qu'elles soutiennent aussi.
Concernant la déductibilité des dons, il convient de
se concerter avec le ministre des Finances. La
législation actuelle permet dès à présent à certaines
associations de patients de demander leur
reconnaissance pour permettre la déductibilité des
dons dont elles bénéficient.
01.03 Yolande Avontroodt (Open Vld): Het
Observatorium kan enkel een rol spelen voor de
patiëntenverenigingen van chronische zieken. Het is
01.03 Yolande Avontroodt (Open Vld) :
L'Observatoire ne peut jouer un rôle que pour les
associations de patients atteints de maladies
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
een stap in de goede richting, maar geen oplossing
voor alle verengingen. Ik vraag de minister om te
overleggen met de minister van Financiën over de
fiscale aftrekbaarheid van giften, want uit het
rapport blijkt een zeer ongelijke behandeling van de
verenigingen. De minister moet ook zorgen voor de
erkenning van de patiëntenorganisaties via een KB.
Wij hebben een wetsvoorstel ingediend opdat
patiëntenverenigingen gelijk behandeld zouden
worden.
chroniques. C'est un pas dans la bonne voie,
certes, mais ce n'est pas une solution pour toutes
les associations. Je demande à la ministre de se
concerter avec son collègue des Finances à propos
de la déductibilité des dons, car le rapport montre
que le traitement réservé aux associations est très
inégal. La ministre doit aussi s'occuper de la
reconnaissance des organisations de patients par le
biais d'un arrêté royal. Nous avons déposé une
proposition de loi tendant à assurer un traitement
égal aux associations de patients.
01.04 De voorzitter: We zouden kunnen voorzien
in een afzonderlijke erkenning door de federale
overheid enerzijds en de gewestelijke overheid
anderzijds.
01.04 La présidente : On pourrait concevoir des
agréations fédérale et régionale indépendantes.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de opname van drie
bijkomende MUG-functies op de lijst van
dringende medische hulpverlening" (nr. 13027)
02 Question de M. Michel Doomst à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'inscription
de trois fonctions SMUR supplémentaires sur la
liste de l'aide médicale urgente" (n° 13027)
02.01 Michel Doomst (CD&V): Er komen drie
bijkomende MUG-functies in Vlaanderen. De
planningsvergunningen zijn toegewezen en nu
moeten de ziekenhuizen een erkenningsaanvraag
doen. De nieuwe functie moet aan de
erkenningsnormen voldoen en moet tegelijkertijd
opgenomen worden op de lijst van de dringende
medische hulpverlening. Dat laatste is de
bevoegdheid van de minister. Is de minister bereid
dat in orde te brengen? Binnen dezelfde eenheid
kunnen de functies MUG en PIT door elkaar lopen.
Wat is de stand van zaken in verband met die
combinatie?
02.01 Michel Doomst (CD&V) : Trois nouvelles
fonctions SMUR sont prévues en Flandre. Les
autorisations de planification ont été accordées ; il
appartient désormais aux hôpitaux d'introduire des
demandes d'agrément. Les nouvelles fonctions
doivent répondre aux normes d'agrément et être
ajoutées à la liste de l'aide médicale urgente. Cette
adaptation de la liste relève de la compétence de la
ministre. La ministre fera-t-elle le nécessaire ? Les
fonctions SMUR et PIT peuvent se chevaucher au
sein d'une même unité. Quel est l'état du dossier en
ce qui concerne cette combinaison ?
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Vorige
week werd ik op de hoogte gebracht van de
beslissing van de Vlaamse
minister van
Volksgezondheid om de door u vermelde MUG-
functies te erkennen.
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
C'est la semaine dernière que j'ai été avertie de la
décision de la ministre de la Santé de la Région
flamande d'agréer les fonctions SMUR que vous
avez évoquées.
(Nederlands) Ik heb de aanvraag tot inschrijving op
de lijst van de dringende geneeskundige
hulpverlening voor uitvoering naar mijn administratie
verzonden. Het is de bedoeling om een proefproject
te
lanceren
waarbij
een
paramedisch
interventieteam (PIT) toegewezen zal worden voor
een functie die over een MUG beschikt. Zou zouden
MUG's die het verzadigingspunt naderen, kunnen
worden ontlast.
(En néerlandais) J'ai envoyé la demande
d'inscription sur la liste de l'aide médicale urgente
pour exécution à mon administration. L'objectif
consiste à lancer un projet pilote dans le cadre
duquel une équipe d'intervention paramédicale
(PIT) sera attribuée à une fonction disposant d'un
SMUR. Ainsi, les SMUR proches du seuil de
saturation pourraient être déchargés.
02.03 Michel Doomst (CD&V): Ik dank de minister
voor de bereidheid om dit snel op te nemen in de
lijst van de dringende medische hulpverlening.
02.03 Michel Doomst (CD&V) : Je salue la volonté
de la ministre d'inscrire rapidement ces points sur la
liste de l'aide médicale urgente. Pouvons-nous
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
Mogen we de opstarting van het proefproject nog
voor de vakantie verwachten?
encore escompter le lancement du projet pilote
avant les vacances ?
02.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik heb
mijn dossier hier niet bij me, en ik ken de datum niet
uit het hoofd.
02.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je n'ai pas pris mon dossier avec moi, c'est
pourquoi je ne connais pas la date.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"het
tekort
aan
spoedartsen" (nr. 13030)
03 Question de M. Michel Doomst à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la pénurie
de médecins urgentistes" (n° 13030)
03.01 Michel Doomst (CD&V): Volgens de
vereniging van spoedartsen zullen er op korte
termijn niet minder dan 1.400 bijkomende artsen
nodig zijn, anders zullen sommige spoedafdelingen
noodgedwongen de deuren moeten sluiten. Daarom
stelt de vereniging voor om het maximumaantal
spoedartsen in de opleiding dringend te verhogen.
Is de minister op de hoogte van deze problematiek?
Bestaat dit probleem in alle Gewesten? Werd het
probleem reeds onderzocht? Werd er ter zake
reeds overlegd met de onderwijsinstellingen? Wat is
de visie van de minister ter zake?
03.01 Michel Doomst (CD&V) : Selon l'association
des médecins urgentistes, pas moins de
1.400 médecins
supplémentaires
seront
nécessaires à court terme, faute de quoi certains
services d'urgence devront fermer leurs portes.
C'est la raison pour laquelle l'association propose
d'augmenter rapidement le nombre maximum de
médecins urgentistes en formation. La ministre est-
elle au courant de ce problème ? Toutes les
Régions y sont-elles confrontées ? Ce problème a-t-
il déjà été examiné ? Une concertation a-t-elle déjà
eu lieu à ce sujet avec les établissements
d'enseignement ? Quelle est le point de vue de la
ministre en la matière ?
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Reeds in 2008 heb ik in het kader van de numerus
clausus opleidingsquota per jaar voorgesteld van
minimum tien specialisten acute geneeskunde en
vijf specialisten in de urgentiegeneeskunde. Ik heb
ook een besluit laten publiceren dat de
overgangsmaatregelen voor een periode van vier
jaar verlengt. De werkgroep Artsen van de
Planningcommissie heeft de problematiek van het
tekort aan spoedartsen tijdens haar vergadering van
7 april 2009 bestudeerd, samen met het recente
advies van de Nationale Raad voor Dringende
Geneeskundige Hulpverlening. De conclusies van
deze werkgroep zullen binnenkort aan mij worden
bezorgd, waarna ik de verhoging van de quota voor
spoedartsen zal bestuderen.
03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : En 2008 déjà, j'avais proposé, dans
le cadre du numerus clausus, des quotas de
formation annuels minimaux de dix spécialistes de
médecine aiguë et de cinq spécialistes de
médecine d'urgence. J'ai en outre fait publier un
arrêté prolongeant les mesures transitoires pour
une période de quatre ans. Lors de sa réunion du 7
avril 2009, le groupe de travail Médecins de la
Commission de planification s'est penché sur le
problème de la pénurie d'urgentistes et sur l'avis
récent du Conseil national de l'Aide médicale
urgente. Les conclusions de ce groupe de travail
me seront soumises prochainement, après quoi
j'examinerai la question du relèvement du quota des
urgentistes.
03.03 Michel Doomst (CD&V): Zullen de
overgangsmaatregelen reeds in het najaar van
2009 effect kunnen hebben?
03.03 Michel Doomst (CD&V) : Les mesures
transitoires pourront-elles sortir leurs effets dès
l'automne 2009 ?
03.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik wacht
op de resultaten van het onderzoek dat de
Planningcommissie
met
betrekking
tot
de
huisartsen uitvoert in het kader van het kadaster.
Eind 2009 zullen we over het kadaster van de
geneesheren-specialisten beschikken. Ik zou de
kwestie van de huisartsen en de specialisten echter
nu al willen onderzoeken, omdat er zich daar
03.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
J'attends les résultats de la commission de
Planification sur les médecins généralistes suite au
cadastre. Nous disposerons du cadastre des
spécialistes fin 2009. Néanmoins, j'aimerais
analyser déjà maintenant la question des
généralistes et des spécialistes qui posent un
problème actuellement, quitte à réajuster nos
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
momenteel een probleem voordoet. Desnoods
kunnen we onze vooruitzichten op het einde van het
jaar nog bijstellen.
prévisions à la fin de l'année.
03.05 Michel Doomst (CD&V): Het is dus niet
onrealistisch om resultaten te verwachten tegen het
einde van dit jaar?
03.05 Michel Doomst (CD&V) : Il n'est donc pas
irréaliste d'escompter des résultats pour la fin de
l'année.
03.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Niet wat
de specialisten betreft! Maar misschien zal ik eerder
maatregelen treffen. Naar aanleiding van de
aanpassing van het quotum voor de huisartsen heb
ik voor bepaalde specialiteiten een aantal
voorstellen geformuleerd.
De
voorzitter:
En
het
advies
van
de
Planningcommissie?
03.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Pas pour le spécialiste ! Mais peut-être prendrai-je
des mesures avant. Lorsque j'ai adapté le quota
des généralistes, j'en avais profité pour faire des
propositions pour certaines spécialités.
La présidente : Et l'avis de la commission de la
Planification ?
03.07 Minister Laurette Onkelinx (Frans): We
moeten de commissie toch eerst haar werk laten
afmaken!
Enkele
werkgroepen
hebben
al
voorstellen overgezonden.
03.07 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
faut attendre qu'elle ait terminé ses travaux ! Des
groupes de travail ont déjà transmis des
propositions.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 13045 van de heer Arens
wordt op zijn verzoek uitgesteld.
L'incident est clos.
La présidente : A sa demande, la question
n° 13045 de M. Arens est reportée.
04 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de levering van
geneesmiddelen aan apotheken" (nr. 13080)
04 Question de Mme Yolande Avontroodt à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'approvisionnement des médicaments dans les
officines" (n° 13080)
04.01 Yolande Avontroodt (Open Vld): Mevrouw
Lejeune heeft op 2 februari 2009 aan de minister
een vraag gesteld over de bevoorradingsproblemen
van apotheken. Het Federaal Agentschap voor
Geneesmiddelen
en
Gezondheidsproducten
(FAGG)
zou
daarover
midden
april
een
rondetafelgesprek georganiseerd hebben. Wat zijn
de resultaten van dat gesprek? Wanneer worden
eventuele wetswijzigingen ter zake gepubliceerd?
04.01 Yolande Avontroodt (Open Vld) :
Mme Lejeune a posé, le 2 février 2009, une
question à la ministre concernant les problèmes
d'approvisionnement des pharmacies. L'Agence
fédérale des médicaments et des produits de santé
(AFMPS) aurait organisé une table ronde à ce sujet
à la mi-avril. Quels en ont été les résultats ? Quand
les éventuelles modifications législatives en la
matière seront-elles publiées ?
04.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): Op
28 april 2009 vond inderdaad bij het FAGG een
rondetafelgesprek plaats over de problemen in
verband
met
de
contingentering
van
geneesmiddelen. Een aantal beroepsorganisaties
bracht zijn visie op de contingentering en zijn
analyse van de problemen naar voor. Men bracht
meteen ook een aantal mogelijke oplossingen aan.
Het FAGG heeft de verplichtingen van alle
betrokkenen bij de distributie van geneesmiddelen
herhaald en zijn eigen analyse voorgesteld van de
mogelijke oorzaken voor het niet-beschikbaar zijn
04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Une table ronde sur les problèmes
relatifs au contingentement des médicaments a
effectivement eu lieu à l'AFMPS le 28 avril 2009.
Plusieurs
organisations
professionnelles
ont
présenté leur point de vue à propos du
contingentement ainsi que leur analyse des
problèmes. Plusieurs solutions ont alors aussi été
proposées.
L'AFMPS a rappelé les obligations de toutes les
parties concernées par la distribution des
médicaments et a présenté sa propre analyse des
éventuelles
raisons
de
l'indisponibilité
des
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
van geneesmiddelen door de contingentering. Het
FAGG heeft wijzigingen aan de farmaceutische
wetgeving uiteengezet die de problemen moeten
kunnen oplossen.
médicaments
résultant
du
contingentement.
L'AFMPS a expliqué les modifications à la
législation pharmaceutique qui devraient résoudre
les problèmes.
(Frans) Na die vergadering van 28 april moesten de
vertegenwoordigers van de betrokken organisaties
hun achterban raadplegen over de laatste
voorstellen die op tafel lagen. De commentaren van
de diverse partijen werden tegen eind mei
ingewacht. We zijn nu zover! Eind juni is er een
nieuwe vergadering gepland. Dan zullen alle
antwoorden onder de loep worden genomen en
zullen we nagaan of de door het agentschap
voorgestelde wijzigingen een oplossing vormen.
(En français) Après cette réunion du 28 avril, tous
les représentants des associations devaient,
concernant les dernières propositions soumises,
consulter leur association. Les commentaires de
chacun étaient attendus pour fin mai. Nous y
sommes ! Une nouvelle réunion est fixée pour fin
juin. On devrait y examiner l'ensemble des
réponses et voir si les modifications proposées par
l'agence constituent une solution en la matière.
In juli zullen we misschien met de omzetting in
besluiten kunnen beginnen, maar we zullen daar
tegen het eind van die maand nog niet klaar mee
zijn. We zullen er na het parlementair reces op
terugkomen.
Nous allons peut-être commencer le travail en
juillet, mais nous ne pourrons pas conclure en
juillet. Nous en reparlerons à la rentrée.
04.03 Yolande Avontroodt (Open Vld): Komt er nu
al dan niet een wetswijziging?
04.03 Yolande Avontroodt (Open Vld) : La loi
sera-t-elle modifiée ou non ?
04.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ja, ik
denk dat het om wetswijzigingen gaat met
betrekking tot de farmaceutische wetgeving.
04.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Oui, je pense qu'il s'agit de modifications légales,
sur la législation pharmaceutique.
04.05 Yolande Avontroodt (Open Vld): Dus als
het een wetswijziging is, komt het sowieso ter tafel?
04.05 Yolande Avontroodt (Open Vld) : S'il s'agit
d'une modification de la loi, la question sera donc
en tout cas abordée ?
04.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het gaat
om wijzigingen van de farmaceutische wetgeving.
04.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Ce sont des modifications apportées à la législation
pharmaceutique.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het zorgforfait voor
chronisch zieken" (nr. 13133)
05 Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le forfait de
soins pour les malades chroniques" (n° 13133)
05.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Recent
onderzoek toont aan dat tijdens het laatste
decennium het aantal dagopnames in ziekenhuizen
met liefst 90 procent gestegen is. Dit betekent een
aanzienlijke besparing voor de ziekteverzekering en
heeft het voordeel dat de patiënt sneller naar huis
kan. Voor sommige chronisch zieke patiënten is er
echter een onbedoeld neveneffect. Chronisch
zieken die vroeger vaak werden gehospitaliseerd,
hadden namelijk recht op het forfait chronisch
zieken. Dit recht verliezen ze echter bij veelvuldige
dagopnames. Is dit geen lacune in de wetgeving als
een chronisch zieke bij dagopnames het recht op
het forfait chronisch zieken kwijtspeelt? Zal de
05.01 Stefaan Vercamer (CD&V) : Une récente
étude montre que le nombre d'hospitalisations de
jour a augmenté de pas moins de 90 % au cours de
la dernière décennie. Si elle génère une économie
non négligeable pour l'assurance maladie et offre
l'avantage que le patient peut rentrer plus
rapidement chez lui, cette évolution entraîne
cependant un effet secondaire pour certains
patients atteints de maladies chroniques, puisque
ces derniers perdent, en cas d'hospitalisations
répétées de jour, le droit au forfait pour les malades
chroniques dont ils bénéficiaient auparavant en cas
d'hospitalisations fréquentes. La perte du forfait
pour malades chroniques en cas d'hospitalisations
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
minister de wetgeving desnoods aanpassen?
de jour ne constitue-t-elle pas une lacune de la
législation ? La ministre adaptera-t-elle la législation
si besoin est ?
05.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het
zorgforfait
wordt
toegekend
aan
rechthebbenden
die
zich
in
een
afhankelijkheidssituatie bevinden, maar die nog een
minimum aan autonomie kunnen aantonen bij
dagelijkse handelingen. Het wordt toegekend
wanneer de rechthebbende gedurende twee
kalenderjaren hetzij werd opgenomen in een
ziekenhuis voor een totale duur van tenminste
120 dagen,
hetzij
minstens
zesmaal
werd
opgenomen in een ziekenhuis.
05.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Le forfait de soins est accordé aux
ayants droit en situation de dépendance qui peuvent
cependant prouver qu'ils disposent d'un minimum
d'autonomie leur permettant d'accomplir des tâches
quotidiennes. Il est octroyé lorsque l'ayant droit a
été hospitalisé pendant un total de 120 jours sur
deux années civiles ou au moins à six reprises.
Er is geen lacune in de wetgeving aangezien het KB
expliciet een groot aantal dagen waarvoor
verstrekkingen
worden
verleend
die
een
dagopname vereisen, gelijkstelt aan hospitalisatie.
Concreet gaat het hier om de verstrekkingen die
aanleiding geven tot het maximumforfait, over
verstrekkingen waarbij een bedrag per verpleegdag
verschuldigd is en over de verschillende vormen
van dialyse. De eventuele aanspraken van een
rechthebbende op het zorgforfait blijven dus ook bij
dagopnames gevrijwaard.
Il n'y a pas de lacune dans la législation, étant
donné que l'arrêté royal assimile explicitement à
l'hospitalisation un grand nombre de jours pour
lesquels
sont
dispensées
des
prestations
nécessitant
une
hospitalisation
de
jour.
Concrètement, il s'agit des prestations donnant lieu
au forfait maximum, des prestations pour lesquelles
un montant est dû par journée d'hospitalisation et
des différentes formes de dialyse. Les éventuels
droits d'un ayant droit au forfait de soins sont donc
également préservés en cas d'hospitalisation.
05.03 Stefaan Vercamer (CD&V): De minister
spreekt over het maximumforfait, maar ik heb weet
van patiënten die om de zes weken worden
opgenomen en die men het miniforfait aanrekent
hetgeen geen recht geeft op het forfait voor
chronisch zieken. Kan dit niet verder onderzocht
worden?
05.03 Stefaan Vercamer (CD&V) : La ministre
mentionne
le
forfait
maximum,
mais
j'ai
connaissance de patients qui sont hospitalisés
toutes les six semaines et qui se voient facturer le
miniforfait, qui ne donne pas droit au forfait pour
malades chroniques. Cette question ne pourrait-elle
être analysée plus avant ?
05.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): Ik
zal deze kwestie laten bestuderen.
05.04 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Je ferai examiner la situation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en
Volksgezondheid
over
"narcodontie"
(nr. 13310)
06 Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
narcodontie" (n° 13310)
06.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Is het
toegelaten
dat
tandartsen
narcodontische
activiteiten ­ tandingrepen onder verdoving ­ blijven
ontwikkelen met medewerking van een erkend
anesthesist in een dagziekenhuis dat als dusdanig
wordt gesloten, maar dat wel blijft functioneren als
pijnkliniek met aanwezigheid van een erkend
anesthesist? Mag narcodontie worden uitgevoerd
zonder link met een erkend ziekenhuis?
06.01 Stefaan Vercamer (CD&V) : Les dentistes
sont-ils autorisés à pratiquer la narcodontie ­ des
interventions dentaires sous anesthésie ­ en
collaboration avec un anesthésiste agréé dans un
hôpital de jour qui arrête ses activités en tant
qu'hôpital de jour mais continue à fonctionner
comme clinique de la douleur en présence d'un
anesthésiste agréé ? En d'autres termes, la
narcondontie peut-elle être pratiquée sans lien avec
un hôpital agréé?
06.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): 06.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
Algemene anesthesie wordt slechts dan vergoed als
ze
wordt
uitgevoerd
in
een
erkende
verplegingsinrichting. In zoverre een dagziekenhuis
hiervan deel uitmaakt kunnen er dus ook
tandheelkundige
ingrepen
onder
algemene
anesthesie uitgevoerd worden. Het Riziv verbiedt
niet dat tandheelkundige ingrepen onder algemene
anesthesie worden uitgevoerd in een omgeving die
geen
deel
uitmaakt
van
een
erkende
verplegingsinrichting, maar in dat geval wordt de
anesthesie wel niet terugbetaald.
néerlandais) : Une anesthésie générale n'est
remboursée que lorsqu'elle est effectuée dans un
établissement hospitalier reconnu. Dès lors qu'un
hôpital de jour fait partie d'un tel établissement, des
interventions dentaires sous anesthésie générale y
sont autorisées. L'INAMI n'interdit pas les
interventions dentaires sous anesthésie générale
dans un environnement qui ne fait pas partie d'un
établissement hospitalier agréé mais, dans ce cas
de figure, l'anesthésie n'est pas remboursée.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Samengevoegde vragen van
- de heer Peter Logghe aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
over
"een
bemiddelingscommissie
voor
hospitalisatieverzekeringen" (nr. 13191)
- mevrouw Katrien Partyka aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"een
bemiddelingscommissie
voor
hospitalisatieverzekeringen" (nr. 13260)
07 Questions jointes de
- M. Peter Logghe à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "une commission de médiation en
matière d'assurances hospitalisation" (n° 13191)
- Mme Katrien Partyka à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "une commission de médiation en
matière d'assurances hospitalisation" (n° 13260)
07.01
Peter
Logghe
(Vlaams
Belang):
Hospitalisatieverzekeringen komen geregeld in het
nieuws, onder meer door de hogere premies voor
oudere mensen en andere risicogroepen, doordat
maatschappijen mensen uitsluiten en door de
interpretatieproblemen bij schadegevallen. De wet-
Verwilghen
bepaalt
dat
een
bemiddelingscommissie, met twee leden aangeduid
door de minister van Financiën en twee door de
minister van Volksgezondheid, een antwoord moet
bieden op deze problemen.
Is die commissie al opgericht? Heeft de minister al
twee leden aangeduid? Wat zijn de eventuele
problemen? Wanneer kan deze commissie
beginnen te werken?
07.01 Peter Logghe (Vlaams Belang) : Il est
fréquemment
question
des
assurances
hospitalisation, notamment parce que des primes
majorées sont réclamées aux personnes âgées et
aux autres groupes à risques, que les sociétés
d'assurances pratiquent des exclusions et que des
problèmes d'interprétation se posent en cas de
sinistre. Aux termes de la loi Verwilghen, une
commission de médiation comprenant deux
membres désignés par le ministre des Finances et
deux membres désignés par le ministre de la Santé
publique doit résoudre ces problèmes.
Cette commission a-t-elle déjà été créée ? La
ministre a-t-elle déjà désigné deux membres ?
Quels sont les problèmes éventuels ? Quand la
commission commencera-t-elle à travailler ?
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Eind juni 2009.
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Fin juin 2009.
07.03 Katrien Partyka (CD&V): Ik krijg al een
antwoord voor ik mijn vraag kon stellen.
Uit
het
jaarverslag
van
de
ombudsman
Verzekeringen blijkt dat veel mensen problemen
hebben met hun hospitalisatieverzekering. Het is
jammer dat de bemiddelingscommissie er nog niet
is. Volgens minister Reynders ligt dit aan het feit dat
minister Onkelinx nog vertegenwoordigers moet
aanduiden. Wanneer zal zij dat doen?
07.03 Katrien Partyka (CD&V) : Je reçois une
réponse avant même d'avoir posé ma question.
Le rapport annuel de l'Ombudsman des assurances
indique que beaucoup de gens rencontrent des
difficultés en rapport avec leur assurance
hospitalisation. Il est regrettable que la Commission
de médiation ne soit pas encore constituée. Selon
le ministre Reynders, c'est dû au fait que la ministre
Onkelinx doit encore désigner des représentants.
Quand le fera-t-elle ?
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
07.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik had
een hele reeks organisaties namen gevraagd, maar
hun reactie bleef op zich wachten. We hebben dan
ook voor een andere werkwijze moeten opteren. Ik
hoop echt dat een en ander tegen eind 2009 zijn
beslag zal krijgen.
07.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
J'ai demandé des noms à toute une série
d'organisations qui ont tardé. Nous avons donc dû
travailler autrement. J'espère vraiment avoir terminé
avant fin 2009.
07.05 Peter Logghe (Vlaams Belang): De
bemiddelingscommissie zal dus eind 2009 starten.
We kijken al uit naar de resultaten.
07.05 Peter Logghe (Vlaams Belang) : La
commission de concertation entamera donc ses
activités fin 2009. J'ai hâte d'en voir les résultats.
07.06 Katrien Partyka (CD&V): Het is goed
nieuws dat de bemiddelingscommissie er snel
komt. Ze is absoluut noodzakelijk.
07.06 Katrien Partyka (CD&V) : Je me félicite
d'apprendre que la commission de concertation
sera installée rapidement. Elle est absolument
nécessaire.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 13238 van de heer Goutry
wordt uitgesteld.
L'incident est clos.
Le président : La question n° 13238 de M. Goutry
est reportée.
08 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "antiobesitaspillen"
(nr. 13244)
- mevrouw Lieve Van Daele aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de vrije verkoop van
dieetpillen" (nr. 13270)
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de vermageringspil Alli"
(nr. 13274)
- mevrouw Katia della Faille de Leverghem aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vrije verkoop van
een vermageringspil" (nr. 13327)
08 Questions jointes de
- Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les pilules
anti-obésité" (n° 13244)
- Mme Lieve Van Daele à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la vente libre de pilules
amaigrissantes" (n° 13270)
- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la pilule amaigrissante Alli"
(n° 13274)
- Mme Katia della Faille de Leverghem à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la vente
libre d'une pilule amaigrissante" (n° 13327)
08.01 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen!):
In de pers werd op 13 mei jongstleden
aangekondigd dat de vermageringspil Alli van GSK
in België die dag op de markt werd gebracht en dat
de pil zonder voorschrift verkrijgbaar zou zijn.
Vroeger was het werkzame ingrediënt alleen op
voorschrift verkrijgbaar. Volgens de meeste
specialisten moet men, om van obesitas af te
raken, zijn eetgewoonten aanpassen, psychologisch
begeleid worden en soms zelfs een operatie
ondergaan,
en
daarnaast
zijn
voldoende
lichaamsbeweging en een gezonde levensstijl
onmisbaar. In het magazine Test Gezondheid wordt
ook aangetoond dat alleen een pil slikken vaak
ondoeltreffend is, want veel gebruikers bleken na
een jaar weer op hun oude gewicht te zitten. Tot slot
zouden de apothekers huiverig zijn om Alli te
verkopen, omdat ze de pil niet in de plaats van de
artsen willen voorschrijven. Bent u van plan die pil
08.01 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : La presse annonçait le 13 mai l'arrivée de
la pilule "Alli" contre l'obésité fabriquée par GSK, qui
serait en vente libre. Auparavant, cette substance
était soumise à prescription. La plupart des
spécialistes estiment que sortir de l'obésité
nécessite une approche incluant la nutrition, la
psychologie et parfois la chirurgie, le tout avec une
activité physique et une hygiène de vie. "Test-
Santé" démontre aussi que le recours seulement à
des substances chimiques est souvent inefficace, le
retour au poids initial étant fréquent après un an.
Enfin, les pharmaciens seraient réticents à vendre
"Alli", refusant de jouer les prescripteurs à la place
des
médecins.
Comptez-vous
laisser
ce
médicament en vente libre ? Est-il acceptable que
tant
de
publicités
vantent
de
vrais-faux
médicaments, au risque de donner des illusions aux
consommateurs dans le domaine si essentiel de la
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
zonder voorschrift te laten verkopen? Is het
aanvaardbaar dat er in zoveel reclame zogenaamde
geneesmiddelen worden aangeprezen die de
consument valse hoop zouden kunnen geven: hun
gezondheid staat immers op het spel?
santé ?
08.02 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld): Sinds twee weken is het omstreden
afslankingsmiddel Alli vrij te koop in de apotheek.
Het is de eerste vermageringspil die door de EU
werd goedgekeurd voor vrije verkoop. Nochtans zijn
er veel bijwerkingen en zou het middel beter niet
worden gebruikt zonder medische begeleiding.
Bovendien moet de pil worden gekoppeld aan een
vetarm dieet en voldoende lichaamsbeweging.
Apothekers moeten de klanten juist informeren,
maar zijn zij wel goed geplaatst om uit te maken wie
al dan niet behoort tot de doelgroep van patiënten
met een ernstig overgewicht?
Zal de minister de verkoop van deze pil aan banden
leggen? Zal zij de apothekers en huisartsen
informeren over de mogelijke gevaren en
bijwerkingen ervan?
08.02 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld) : La pilule amaigrissante Alli, qui est au centre
d'une controverse, est en vente libre dans les
pharmacies depuis deux semaines. C'est la
première pilule amaigrissante dont l'UE autorise la
vente libre. Or il vaut mieux ne pas prendre cette
pilule sans suivi médical car ses effets secondaires
sont nombreux. De plus, sa consommation doit être
combinée à un régime pauvre en graisse et à des
exercices physiques suffisants. Les pharmaciens
ont l'obligation déontologique d'informer leur
clientèle avec précision mais sont-ils bien placés
pour déterminer qui fait partie ou non des groupes
cibles de patients présentant une surcharge
pondérale grave ?
La ministre compte-t-elle faire obstacle à la vente
de cette pilule et informer les pharmaciens et les
généralistes de ses éventuels effets secondaires et
de sa dangerosité potentielle ?
08.03 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wat een
solidariteit:
het
zijn
de
twee
slankste
commissieleden die me over dit onderwerp
ondervragen!
08.03 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Quelle solidarité : ce sont les deux personnes les
plus minces de la commission qui m'interrogent à
ce sujet !
(Nederlands) Het geneesmiddel Alli werd volgens
de gangbare regels goedgekeurd door de Europese
Commissie, op basis van een advies van het
Europese Geneesmiddelenbureau en na een
gecentraliseerde vergunningsprocedure. Er is geen
medisch voorschrift vereist en dat geldt in alle
Europese lidstaten. Dat statuut kan niet zomaar in
één enkele lidstaat worden veranderd. Het middel is
bedoeld voor volwassenen met een BMI van meer
dan 28 en moet worden gecombineerd met een
caloriearm dieet om bijwerkingen te vermijden. Die
informatie zal in alle reclame worden meegedeeld.
De rol van de apothekers zal beslissend zijn voor
een juist gebruik van deze vermageringspil. Op
7 mei
heeft
het
Belgisch
Centrum
voor
farmacotherapeutische informatie voor huisartsen
en apothekers al een waarschuwing gepubliceerd
op zijn website. Bovendien werd vorig jaar al een
transparantiefiche over de behandeling van
obesitas verspreid bij alle artsen en apothekers.
(En néerlandais) Le médicament Alli a été approuvé
selon les règles usuelles par la Commission
européenne, sur la base d'un avis de l'Agence
européenne des médicaments et après une
procédure d'autorisation centralisée. Il n'est soumis
à prescription dans aucun des États membres. Ce
statut ne peut être modifié unilatéralement par un
seul État membre. Ce médicament est destiné aux
adultes qui présentent un IMC de plus de 28 et doit
être combiné avec un régime hypocalorique pour
éviter les effets secondaires. Ces informations
seront communiquées dans toute publicité. Le rôle
des pharmaciens sera déterminant quant à
l'utilisation
appropriée
de
cette
pilule
d'amaigrissement. Le 7 mai, le Centre Belge
d'Information Pharmacothérapeutique a déjà publié
une mise en garde à l'intention des généralistes et
des pharmaciens sur son site internet. En outre,
une fiche de transparence sur le traitement de
l'obésité a déjà été distribuée, l'année dernière, à
l'ensemble des médecins et des pharmaciens.
(Frans) Aangezien dat geneesmiddel vrij te koop is
en ik de verkoop ervan niet kan verbieden, mag er
reclame voor gemaakt worden. Hoe dan ook wordt
de reclame voor geneesmiddelen in België voor de
(En français) Comme le médicament est en vente
libre et que je ne peux l'empêcher, la publicité est
autorisée. Cela dit, en Belgique, toute publicité pour
des médicaments est contrôlée avant diffusion.
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
verkoop ervan gecontroleerd.
Ik wil er trouwens op wijzen dat bij de start van de
vrije verkoop van Alli het vooral de nieuwsredacties
waren die het publiek daarvan op de hoogte hebben
gebracht. Daarentegen zien we in samenwerking
met artsen en apothekers strikt toe op de reclame
voor Alli.
In 2008 heeft het Riziv een werkgroep `obesitas'
opgericht. Het eerste thema waarop gefocust wordt,
is kinderobesitas, wat van groot maatschappelijk
belang is, daar het om de volwassenen van morgen
gaat. In die studie wordt de ambulante
multidisciplinaire aanpak als de meest efficiënte
aangeprezen. Die benadering is gebaseerd op een
samenwerking tussen de huisarts, eventueel een
diabetoloog, een diëtist, een psycholoog en een
kinesitherapeut. De werkgroep legt de laatste hand
aan haar aanbevelingen met betrekking tot dat
eerste thema.
In het kader van het Nationaal Voedingsplan
werden er eveneens voedingsgidsen ontwikkeld om
diverse aandoeningen, waaronder obesitas, te
voorkomen.
Je fais d'ailleurs remarquer que, lors du lancement
d'Alli en vente libre, c'était avant tout de
l'information rédactionnelle du public. Par contre, la
publicité pour Alli est très contrôlée, en collaboration
avec les médecins et les pharmaciens.
En 2008, l'INAMI a lancé un groupe de travail
"obésité". Le premier sujet retenu est l'obésité
infantile, enjeu majeur car il concerne les adultes de
demain. L'approche multidisciplinaire ambulatoire y
est reconnue comme la plus efficace, avec
l'intervention d'un généraliste, d'un diabétologue si
besoin, d'un diététicien, d'un psychologue et d'un
kiné. Les recommandations de ce groupe de travail
sur ce premier sujet sont en voie de finalisation.
Le plan national nutrition santé a également
développé des guides nutritionnels afin de prévenir
différentes affections, dont l'obésité.
Bovendien werd er een nieuwsbrief naar de
gezondheidswerkers gestuurd om hen bewust te
maken van het belang van een gepast
voedingspatroon vanaf de eerste levensjaren
teneinde overgewicht op latere leeftijd te
voorkomen. Onder de huisartsen, kinderartsen,
kinderdagverblijven en consultatiebureaus van Kind
& Gezin worden er voorts vier soorten affiches
verdeeld die de ouders op het belang van een
evenwichtige voeding moeten wijzen. Ten slotte
wordt
in
het
Nationaal
Voedings-
en
Gezondheidsplan
gepleit
voor
meer
uren
voedingsleer voor studenten geneeskunde.
Ik ben ervan overtuigd dat een gezonde voeding en
een actievere levensstijl van fundamenteel belang
zijn om overgewicht aan te pakken, en dat een
multidisciplinaire benadering aangewezen is.
Geneesmiddelen mogen dan wel helpen om
overtollige kilo's kwijt te raken, ze kunnen op zich
geen duurzame behandeling zijn. De rol van
geneesmiddelen bij de behandeling van obese
patiënten dient dan ook correct te worden
geherdefinieerd.
Ik maak me zorgen over het misbruik van
geneesmiddelen zoals de Alli-afslankpil door
jongeren die magerte idealiseren. Een en ander kan
immers tot anorexia leiden. Het is dan ook
belangrijk dat we investeren in een campagne over
het belang van het zelfbeeld die voor 2010 gepland
is. Zo kunnen we meteen ook de strijd aanbinden
tegen de discriminatie waaronder zwaarlijvige
personen te lijden hebben en kunnen we de
En outre, une newsletter a été envoyée aux
professionnels de la santé afin de les sensibiliser à
l'importance d'un schéma alimentaire adéquat dès
la petite enfance pour limiter le surpoids plus tard.
Quatre affiches sont également distribuées chez les
généralistes, les pédiatres, dans les crèches et les
consultations ONE, pour informer les parents de
l'importance d'une alimentation équilibrée. De plus,
le plan national nutrition santé recommande
d'augmenter le nombre d'heures de cours de
nutrition pour les étudiants en médecine.
Je suis convaincue qu'une alimentation saine et un
mode de vie plus actif sont fondamentaux pour la
prise en charge du surpoids et que l'approche
multidisciplinaire est la plus adaptée. Même si la
voie pharmacologique constitue un outil, elle ne
peut constituer à elle seule un traitement durable. Il
faut donc bien resituer le rôle des médicaments
dans les soins aux patients obèses.
L'usage abusif de médicaments du type Alli par des
jeunes qui évoluent dans un contexte qui idéalise la
minceur m'inquiète. Cela peut conduire à l'anorexie.
Il est donc important que nous investissions dans
une campagne sur l'importance de l'image de soi,
campagne qui est prévue pour 2010. Cela
permettra de lutter contre les discriminations dont
les obèses font l'objet. Cela devrait également
permettre de lutter contre le développement des
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
problematiek van de eetstoornissen aanpakken.
troubles alimentaires.
08.04 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Dat product werd goedgekeurd door
Europa, maar zijn de lidstaten verplicht die
beslissing te volgen?
08.04 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Cela a été autorisé par l'Europe, mais les
États membres sont-ils obligés de suivre cette
décision ?
08.05 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Jawel.
08.05 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
C'est obligatoire.
08.06 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): De strijd zal dus op Europees niveau
moeten
worden
gevoerd.
Volgens
een
voedingsdeskundige hebben we te maken met een
ethisch
en
een
medisch
probleem.
Een
farmaceutisch bedrijf beslist om een geneesmiddel
dat voordien alleen op voorschrift werd uitgereikt en
dat door het medische korps onwerkzaam wordt
genoemd, vrij verkrijgbaar te maken.
08.06 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Le combat devra donc avoir lieu au niveau
européen.
Selon l'avis d'un nutritionniste, nous sommes
confrontés à un problème éthique et médical. Une
entreprise pharmaceutique décide de mettre à
disposition de tous un médicament auparavant
délivré sous prescription et jugé inefficace par le
corps médical.
08.07 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Een
firma beslist niet alleen of een geneesmiddel vrij
mag worden verkocht. Die beslissing wordt op
Europees niveau genomen en ook ambtenaren en
vertegenwoordigers van de artsen hebben daar
inspraak in.
08.07 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Une firme ne décide pas seule de la mise en vente
libre. Cela se passe au niveau européen, il y a des
agents, des représentants du corps médical.
08.08 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Dat product dringt het overgewicht terug
dat te wijten is aan een teveel aan lipiden. Dat gaat
in tegen de evolutie van de geneeskunde, waarbij
men ervan uitgaat dat overgewicht verband houdt
met een sedentair leven en een te koolhydratenrijke
voeding. Die twee argumenten pleiten voor een
andere benadering van zwaarlijvigheid.
Men zegt dat Alli een lagere dosering heeft dan het
vroegere geneesmiddel Xenical. Dat is een oneerlijk
argument; zonder voorschrift kan men verscheidene
doosjes kopen en een grotere dosis nemen. Een en
ander is echt gevaarlijk.
08.08 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Ce produit réduit le surpoids dû à un
excès de lipides, contrairement à l'évolution de la
médecine qui considère que l'excès de poids est dû
à la sédentarité et à une alimentation avec trop de
glucides. Ces deux arguments plaident pour une
autre approche de l'obésité.
On dit qu'Alli est moins dosé que le médicament
précédent, le Xenical. C'est un argument
malhonnête : sans prescription, on peut acheter
plusieurs boîtes et avaler une dose plus forte. C'est
vraiment un danger.
08.09 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er zijn
een hele reeks vrije geneesmiddelen die men in
verschillende apotheken kan kopen en waarvan
men op die manier een grote voorraad kan
aanleggen. Dat kan voor grote problemen zorgen. Ik
deel de bezwaren van de artsen, maar een en
ander heeft het Europese traject doorlopen. Alles
wat we kunnen doen, is informeren en de reclame
controleren, en dat doen we ook!
08.09 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
y a toute une série de médicaments en vente libre
dont on peut faire provision chez des pharmaciens
différents et qui peuvent provoquer des problèmes
majeurs. Je partage les objections du corps
médical, mais c'est passé par la filière européenne.
Tout ce que nous pouvons faire, c'est informer et
contrôler la publicité, et nous le faisons !
08.10 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Kennelijk opteert men bij de behandeling
van zwaarlijvigheid ook te veel voor chirurgische
ingrepen. Dat is makkelijk voor de arts, die niet altijd
over de middelen beschikt om de patiënt te blijven
volgen. De behandeling van zwaarlijvigheid moet op
een andere manier worden aangepakt.
08.10 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Il semble également qu'on privilégie trop
la chirurgie dans le traitement de l'obésité, qui est
facile pour le médecin qui n'a pas toujours les
moyens d'assurer le suivi du patient. Il faut une
autre approche du traitement de l'obésité.
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
Wat vindt de werkgroep obesitas van Alli?
Que pense le groupe de travail sur l'obésité d'Alli
précisément ?
08.11 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
klopt niet dat aan de heelkundige ingreep voorrang
wordt gegeven. Enkel iemand met een erg hoog
body mass index (BMI) kan aanspraak maken op
een
terugbetaling.
Bovendien
wordt
de
voedingswijze van die mensen opgevolgd. Zonder
die opvolging zou de betrokken ingreep gevaarlijk
zijn.
08.11 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
n'est pas exact de dire que l'on privilégie l'acte
chirurgical. D'abord, il faut un sacré body mass
index
(BMI) pour accéder au remboursement.
Ensuite, ces personnes bénéficient d'un suivi au
niveau alimentaire, sans quoi cette opération serait
dangereuse.
08.12 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld): Het is goed dat de minister obesitas grondig
aanpakt, aangezien het in ons land de tweede
doodsoorzaak is. Voor jonge meisjes is de Alli-pil
ronduit gevaarlijk. Apothekers en de reclame zijn
belangrijke actoren in deze zaak.
08.12 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld) : Je me réjouis de votre approche approfondie
du problème de l'obésité, qui est la deuxième cause
de décès dans notre pays. La pilule Alli constitue un
vrai danger pour les jeunes filles. Les pharmaciens
et la publicité jouent un rôle important en la matière.
08.13 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik was
minister van Volksgezondheid in 1992, ten tijde van
de Chinese planten die ernstige problemen
nierproblemen veroorzaakten en verboden werden.
Hier kent men ten minste de mogelijke kwalijke
gevolgen en de mensen worden ingelicht.
08.13 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
J'étais ministre de la Santé en 1992, à l'époque des
plantes chinoises. Elles posaient des problèmes
graves au niveau des reins et ont été interdites. Ici
au moins, on connaît les effets pervers potentiels et
on informe.
08.14 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld): Kan de minister niet iemand in haar kabinet
afvaardigen om dieetadvertenties op te volgen? Ze
staan vol leugens en vaak hebben mensen geen
notie van wat ze innemen.
08.14 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld) : La ministre pourrait-elle charger un membre
de son cabinet de suivre les annonces en faveur de
régimes
qui
sont
truffées
d'informations
mensongères? Souvent, les gens ignorent ce qu'ils
ingèrent.
De voorzitter: Mag een apotheker weigeren dat
product te verkopen?
La présidente : Un pharmacien peut-il refuser de
vendre ce produit ?
08.15 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Jazeker!
De voorzitter: Wij zullen deze zaak op de voet
volgen, want soms probeert een bedrijf munt te
slaan uit een otc-geneesmiddel zonder veel
bijwerkingen, waarna er na enkele maanden een
volte-face volgt. Maar dat is kwaadsprekerij ...
08.15 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Oui !
La présidente : Nous suivrons l'affaire, car il arrive
parfois qu'une firme se refasse une santé financière
en mettant en vente libre un médicament sans
grands effets secondaires, puis qu'elle change
d'optique après quelques mois. Mais je deviens
mauvaise langue ...
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van mevrouw Thérèse Snoy et
d'Oppuers aan de vice-eersteminister en minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over
"bisfenol A" (nr. 13265)
09 Question de Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers
à la vice-première ministre et ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "le
bisphénol A" (n° 13265)
09.01 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen!):
Op 18 juni 2008 drukte ik mijn ongerustheid al uit,
nadat uit studies gebleken was dat plastic flessen
en zuigflessen uit polycarbonaat bisfenol A afgeven.
Wanneer ze in contact komen met kokend water,
09.01 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Le 18 juin 2008, je m'étais inquiétée de
l'écho de recherches démontrant que les bouteilles
et biberons de plastique en polycarbonate libèrent
du bisphénol A, cinquante-cinq fois plus
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
gebeurt die afscheiding nog vijfenvijftig keer sneller
(zie Beknopt Verslag 52 COM 266, blz. 16).
Bij het koninklijk besluit van 3 juli 2005 wordt een
migratielimiet ingevoerd, op grond van het advies
van de European Food Safety Authority (EFSA).
Sindsdien zijn er echter nieuwe studies verschenen,
onder meer het rapport van het Franse Comité de
recherche et d'information indépendantes sur le
génie génétique
, waarin wordt gesteld dat die
regelgeving onvoldoende rekening houdt met
endocriene verstoringen, met de duur en de
frequentie
van
de
blootstelling,
met
de
aanwezigheid van andere vervuilende stoffen en
met de leeftijd, het geslacht en de gevoeligheid van
de blootgestelde personen om te bepalen of er
beperkingen moeten worden opgelegd aan het
gebruik van een product. In januari 2009 werd in
een televisie-uitzending ook al de vraag gesteld
waarom er in de geïndustrialiseerde landen zoveel
mannen onvruchtbaar zijn en waarom er zoveel
gevallen van teelbalkanker en van genitale
misvormingen zijn.
Moeten we louter afgaan op het advies van de
EFSA, terwijl we weten dat plastic dat bisfenol A
bevat in Canada al sinds een jaar verboden is? Ook
in de Verenigde Staten werd een wetsontwerp
ingediend om bisfenol A in zuigflessen te verbieden.
In Europa beschikken we over het REACH-
programma.
Mag een lidstaat verder gaan dan de Europese
regelgeving, in naam van het voorzorgsprincipe
inzake volksgezondheid? Zal u maatregelen nemen
ter preventie van de risico's die samenhangen met
het gebruik van bisfenol A?
rapidement quand ils sont en contact avec de l'eau
bouillante (voir Compte rendu analytique 52 COM
266, p. 16).
L'arrêté royal du 3 juillet 2005 instaure une limite
déterminée par l'avis de l'EFSA. Mais de nouvelles
études sont parues depuis, entre autres le rapport
du Comité de recherche et d'information
indépendantes sur le génie génétique, qui dit que
cette réglementation ne tient pas assez compte des
perturbations endocrines, du temps et de la
fréquence des expositions, ni d'autres polluants, ou
de l'âge, du sexe, de la sensibilité des personnes
exposées, pour limiter l'utilisation d'un produit. En
janvier 2009, une émission de télévision se
demandait aussi pourquoi tant d'hommes stériles,
de cancers des testicules, de malformations
génitales étaient observés dans les pays
industrialisés.
Faut-il se contenter de l'avis de l'EFSA quand on
sait qu'au Canada, on a interdit les plastiques
contenant du bisphénol A depuis un an ? Aux États-
Unis, un projet de loi visant à interdire le bisphénol
A dans les biberons est déposé. En Europe, nous
avons le programme REACH.
Un État membre peut-il aller plus loin que la
législation européenne, au nom du principe de
précaution en matière de santé publique ?
Comptez-vous prendre des mesures pour prévenir
les risques liés au bisphénol A ?
09.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In
België wordt een en ander geregeld bij het koninklijk
besluit van 3 juli 2005, dat onder meer een strikte
specifieke migratielimiet voor bisfenol A vaststelt,
die werd bepaald op grond van het advies van de
Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA),
een onafhankelijk wetenschappelijk orgaan.
In het licht van de beschikbare nieuwe gegevens
heeft de EFSA een nieuwe evaluatie met betrekking
tot bisfenol A uitgevoerd. In haar rapport van
22 oktober 2008 hield de EFSA rekening met de
jongste studies die eind 2008 werden gepubliceerd,
alsook met meer dan 650 andere studies over
bisfenol A. In de conclusies staat te lezen dat de
Europese criteria toereikend zijn met het oog op de
veiligheid van de consumenten. Elk jaar voert het
FAVV controles uit in die sector; uit de resultaten
van de in een referentielaboratorium uitgevoerde
09.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
En Belgique, toute matière est réglementée par
l'arrêté royal du 3 juillet 2005, qui fixe notamment
une limite de migration spécifique stricte pour le
bisphénol A, déterminée sur base de l'avis de
l'autorité européenne de sécurité des aliments
(EFSA), organe scientifique indépendant.
À la lumière des nouvelles données disponibles,
l'EFSA a procédé à la réévaluation du bisphénol A.
Dans son rapport du 22 octobre 2008, l'EFSA a
tenu compte des dernières études publiées fin 2008
et de plus de 650 autres études menées sur ce
bisphénol A. Les conclusions indiquent que les
critères de sécurité européens sont suffisants pour
la sécurité des consommateurs. Chaque année,
des contrôles dans le secteur sont effectués par
l'AFSCA ; les résultats des analyses dans un
laboratoire de référence montrent que les valeurs
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
analyses blijkt dat de gemeten waarden ruim
beneden de op grond van het EFSA-rapport
vastgestelde specifieke migratielimiet liggen.
Momenteel worden er in de handel zuigflessen
"zonder bisfenol A" verkocht. Bisfenol A wordt in dat
geval vervangen door bisfenol S, dat eveneens door
de EFSA werd geëvalueerd en in de Europese
wetgeving is opgenomen.
Momenteel worden er geen bijkomende bepalingen
overwogen, noch op Europees niveau, noch op dat
van de lidstaten.
Ik zal de aandacht van de Commissie vestigen op
de initiatieven die ertoe strekken de aanwezigheid
van bisfenol A in zuigflessen te voorkomen.
mesurées étaient largement inférieures à la limite
spécifique de migration, établie sur base du rapport
de l'EFSA.
Actuellement, on vend sur le marché des biberons
« Sans bisphénol A » : le bisphénol A y est
remplacé par du bisphénol S, lui aussi ayant fait
l'objet d'une évaluation par l'EFSA et figurant dans
la législation européenne.
Aucune disposition complémentaire, au niveau
européen ou des États membres, n'est envisagée à
ce jour.
Je vais attirer l'attention de la Commission
européenne sur les initiatives visant à éviter la
présence de bisphénol A dans les biberons.
09.03 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Als men het roerend eens is, waarop zijn
dan de studies gebaseerd die aanleiding geven tot
nieuwe wetsontwerpen in de Verenigde Staten en
tot die nieuwe wet in Canada?
Als er zuigflessen zonder bisfenol A bestaan, des te
beter. Het staat wel nog te bezien of bisfenol S een
betere oplossing is.
U moet het gebruik van alternatieven proberen aan
te moedigen en in naam van het voorzorgsprincipe
strengere regels durven uitvaardigen dan de
Europese regelgeving.
09.03 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : S'il y a un tel consensus, sur quoi se
basent les études qui mènent aux nouveaux projets
de loi aux États-Unis et à cette loi au Canada ?
Tant mieux s'il y a des biberons sans bisphénol A !
Reste à voir si le bisphénol S est une meilleure
solution.
Vous devez essayer de pousser à l'utilisation
d'alternatives et, au nom du principe de précaution,
oser aller plus loin que la réglementation
européenne.
09.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
probleem zou door een groep Belgische
parlementsleden bij de Commissie kunnen worden
aangekaart.
De voorzitter: Heel wat Europarlementariërs volgen
deze zaken van nabij en hebben gestreden voor
een strengere REACH-richtlijn dan die welke we
vandaag kennen!
09.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La problématique pourrait être relayée par un
groupe de parlementaires belges auprès de la
Commission.
La présidente : Nombre de parlementaires
européens sont attentifs à ces questions et se sont
battus pour que REACH soit plus fort qu'il ne l'est
maintenant !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de vaccinatie
tegen HPV" (nr. 13321)
10 Question de Mme Yolande Avontroodt à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
vaccination contre le VPH" (n° 13321)
10.01 Yolande Avontroodt (Open Vld): Volgens
het rapport van de Cervical Cancer Association
heerst er een grote ongelijkheid in Europa wat de
vaccinatie tegen HPV betreft. Niet alleen is er groot
verschil tussen West- en Oost-Europa, in de landen
waar wordt gevaccineerd worden meisjes uit sociaal
zwakkere - en dus de meest kwetsbare groepen -
10.01 Yolande Avontroodt (Open Vld) : Selon le
rapport de la Cervical Cancer Association, on
observe une grande inégalité en matière de
vaccination contre le VPH en Europe. Non
seulement l'écart est important entre l'Europe
Occidentale et l'Europe de l'Est mais on ne touche
en outre généralement pas, dans les pays qui
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
vaak niet bereikt. Maar ook in ons land is er een
kloof. Momenteel wordt het vaccin in heel het land
gedeeltelijk terugbetaald voor meisjes tussen 12 en
18 jaar. Vanaf volgend jaar worden in Vlaanderen
alle meisjes van 12 jaar gratis gevaccineerd, doch
in Wallonië niet.
Welke conclusies trekt de minister uit de studie over
de HPV-vaccinatie in Europa? Zal zij de ongelijkheid
aankaarten bij haar collega's tijdens het Belgische
voorzitterschap in 2010? Zal zij de ongelijke
toegang in eigen land proberen weg te werken?
pratiquent la vaccination, les jeunes filles des
milieux les plus défavorisés et donc pas les groupes
les plus vulnérables. Dans notre pays aussi, un
fossé se creuse. Pour l'instant, le vaccin administré
aux jeunes filles entre 12 et 18 ans est partiellement
remboursé dans tout le pays. Dès l'an prochain,
toutes les jeunes filles de 12 ans seront vaccinées
gratuitement en Flandre mais pas en Wallonie.
Quelles conclusions la ministre tire-t-elle de l'étude
sur la vaccination PHV en Europe ? Fera-t-elle
inscrire cette inégalité à l'ordre du jour européen
sous la présidence belge en 2010 ? Va-t-elle
s'efforcer de supprimer cette inégalité dans notre
pays ?
10.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het HPV-vaccin is nog nieuw. Hoewel er een
wetenschappelijke consensus bestaat over het nut
ervan bij meisjes die nog maagd zijn, is die er niet
over andere aspecten van het vaccinatiebeleid.
Iedereen is het er wel over eens dat er nog veel
onbekende factoren zijn inzake de duurzaamheid
en de bijwerkingen van het vaccin. Alleen de tijd en
de observatie van de ingeënte meisjes kan
daarover duidelijkheid brengen.
Elke lidstaat heeft derhalve zelf een strategie
ontwikkeld. Doordat die slechts gedeeltelijk is
gebaseerd op wetenschappelijke bewijzen, zijn er
verschillen vast te stellen. Ook speelt mee dat
minder rijke landen vaak de middelen niet hebben
voor een grote vaccinatiecampagne.
Als de kwestie op een Europese Ministerraad aan
bod komt, zal ik daar de visie van ons land
verdedigen. Als er een Europese consensus wordt
gevonden over de strijd tegen HPV, zal ik die
bespreken in de interministeriële conferentie. Pas in
de tweede helft van 2010 zal België zelf iets op de
Europese agenda kunnen plaatsen.
10.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Le vaccin anti-HPV est encore récent.
Si les scientifiques sont unanimes pour en
confirmer l'utilité sur les jeunes filles vierges, ils sont
davantage circonspects sur d'autres aspects de la
politique de vaccination. Tous s'accordent pour dire
qu'il subsiste encore de nombreux facteurs
inconnus au niveau de la durabilité et des effets
secondaires du vaccin. Seul le temps et
l'observation des jeunes filles vaccinées permettront
d'en savoir davantage à ce sujet.
En conséquence, chaque État membre a développé
sa propre stratégie qui, n'étant que partiellement
basée sur des preuves scientifiques, varie d'un pays
à l'autre. Le manque de moyens dont disposent de
nombreux pays moins riches pour mettre en oeuvre
une grande campagne de vaccination explique
également en partie ces différences.
Je défendrai la stratégie de notre pays si cette
question est abordée au cours d'un Conseil
européen des ministres. Dans l'hypothèse d'un
consensus européen sur la lutte contre le HPV,
j'évoquerai ce sujet au cours de la conférence
interministérielle. La Belgique ne pourra porter elle-
même un sujet à l'ordre du jour européen que
durant le second semestre 2010.
De regio's in ons land beslissen autonoom over hun
vaccinatieprogramma. Tot nu toe was er steeds een
gecoördineerde strategie. Met de HPV-vaccinatie is
er nu voor het eerst een verschil in aanpak tussen
de Vlaamse en Waalse Gemeenschap te zien. We
zullen moeten afwachten of ook met de nieuwe
regionale regeringen het meningsverschil zal blijven
bestaan. Als dat zo is, dan behoud ik in ieder geval
de terugbetaling voor vaccins op doktersvoorschrift
voor meisjes tussen 12 en 18 jaar.
Dans notre pays, les régions décident de leur
programme de vaccination en toute autonomie.
Jusqu'ici, une stratégie coordonnée a toujours été
menée en la matière. La vaccination contre le VPH
a donné lieu pour la première fois à une approche
différente entre les Communautés flamande et
française. Nous verrons si cette divergence de vues
persistera lorsque les nouveaux gouvernements
régionaux seront en place. Si c'est le cas, je
maintiendrai en tout cas le remboursement des
vaccins sur prescription médicale pour les jeunes
filles de 12 à 18 ans.
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
10.03 Yolande Avontroodt (Open Vld): Ik vind het
opmerkelijk dat de minister zegt dat er twijfels zijn
over de duurzaamheid van het vaccin en dat er
geen unanimiteit bestaat over het wetenschappelijk
verantwoorde karakter ervan. Zowel de Hoge
Gezondheidsraad
als
de
Vlaamse
Gezondheidsraad hebben zich nochtans hierover
unaniem uitgesproken.
10.03 Yolande Avontroodt (Open Vld) : Je
m'étonne d'entendre la ministre évoquer des doutes
concernant la durabilité du vaccin et de l'absence
d'unanimité à propos de sa justification scientifique.
Tant le Conseil supérieur de la Santé que le
Vlaamse Gezondheidsraad se sont pourtant
prononcés unanimement sur ce point.
10.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er moet
promotie worden gemaakt voor dat vaccin! Er is een
immuniteit voor de jonge maagden. Voor de
anderen rijzen er vragen.
10.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
faut faire la promotion de ce vaccin ! Il y a une
immunité pour les jeunes filles vierges. Pour les
autres, des questions se posent.
Wat dat programma betreft, kan ik op veel steun
rekenen. Veel wetenschappelijke autoriteiten
vragen zich af waarom een en ander slechts tot de
leeftijd van 18 jaar wordt terugbetaald. Het
probleem van een vaccin is dat het een tijd duurt
voor men weet hoe efficiënt het is, maar
tegelijkertijd kan men het zich niet veroorloven een
programma dat levens zou kunnen redden, niet te
steunen. Ik moedig deze vaccinatie dan ook aan, en
ik sta open voor de werkzaamheden van de
interministeriële conferentie.
Je reçois un grand soutien par rapport à ce
programme. Beaucoup d'autorités scientifiques se
demandent pourquoi le remboursement ne se fait
que jusqu'à 18 ans. Le problème d'un vaccin, c'est
qu'il faut un certain temps avant de connaître son
efficience et en même temps, on ne peut se
permettre de ne pas encourager un programme qui
pourrait sauver des vies. J'en fais la promotion et je
suis ouverte aux travaux de la conférence
interministérielle.
10.05 Yolande Avontroodt (Open Vld): Het is
precies om die doelgroep te bereiken dat men
breed moet vaccineren bij de twaalfjarigen. Over
wat er daarna moet gebeuren is er minder
duidelijkheid.
10.05 Yolande Avontroodt (Open Vld) : C'est
précisément pour atteindre ce groupe cible qu'il faut
vacciner à grande échelle les filles de 12 ans. Les
mesures à prendre ultérieurement sont moins
claires.
10.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik zou
zelfs niet moeten optreden, aangezien preventie
een bevoegdheid van de Gemeenschappen is. We
weten
echter
dat
wanneer
een
vaccinatieprogramma door de scholen wordt
georganiseerd, de verdeelsleutel 2/3 ­1/3 is. De
kosten mogen niet onderschat worden!
10.06 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Je ne devrais même pas intervenir car la prévention
est une compétence communautaire. Mais on sait
que, quand un programme vaccinal est organisé
par les écoles, c'est 2/3-1/3. Il ne faut pas sous-
estimer le coût !
10.07 Yolande Avontroodt (Open Vld): U bent als
federaal
minister
van
Volksgezondheid
verantwoordelijk voor de gelijke toegang tot de
gezondheidszorg in het noorden en in het zuiden
van het land.
10.07 Yolande Avontroodt (Open Vld) : En tant
que ministre fédérale de la Santé publique, vous
devez assurer l'égalité d'accès aux soins de santé
au nord comme au sud du pays.
De voorzitter: Men ziet de noodzaak van het
uitstrijkje niet meer in. Dat is verontrustend. Vorige
week nam ik deel aan een debat in een school. De
meeste gevaccineerde meisjes geloofden dat zij
zich geen zorgen hoefden te maken. Dat is
ontstellend! We weten dat enkel het uitvoeren van
tests zekerheid biedt. Ook sommige mannen zijn
drager van dit virus, maar de gevolgen zijn minder
ernstig. Wat het uitroeien van het virus betreft, blijft
die besmette mannenpopulatie een risico vormen,
ook al worden alle jonge meisjes gevaccineerd. Ik
zou dus meer informatie willen.
La présidente : On ne voit plus la nécessité de faire
un frottis. C'est inquiétant. La semaine dernière, j'ai
assisté à un débat organisé dans une école. La
plupart des filles qui étaient vaccinées déclaraient
que, pour elles, il n'y avait pas de souci. C'est
sidérant ! Nous savons que la seule manière sûre
est le dépistage. Certains hommes sont porteurs de
ce virus. Les conséquences sont moins graves.
Toutefois, concernant l'éradication du virus, même
si toutes les jeunes filles sont vaccinées, le risque
est présent de par cette population masculine
porteuse. Je souhaitais donc obtenir davantage de
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
renseignement.
10.08 Minister Laurette Onkelinx (Frans): We
zullen het uitstrijkje promoten.
10.08 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Nous allons faire la promotion du frottis.
De voorzitter: Dat is broodnodig, want er moeten
ook andere zaken worden opgespoord.
La présidente : C'est indispensable, car d'autres
choses doivent aussi être détectées.
10.09 Minister Laurette Onkelinx (Frans): We
willen het tweejaarlijkse uitstrijkje bevorderen via
het tariefbeleid. Ik zal hierop blijven hameren, want
het is nodig.
10.09 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
On veut soutenir le frottis par une politique tarifaire
tous les deux ans. Je continuerai à le répéter car
c'est une nécessité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de evolutie van
de functie van MUG-chauffeur ten gevolge van de
hervorming van de brandweerzones" (nr. 13145)
11 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'évolution
du poste de chauffeur SMUR suite à la réforme
des zones incendie" (n° 13145)
11.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): De
brandweerdiensten van `s Gravenbrakel en Zinnik
wensen dat in de ziekenwagens een arts aanwezig
is. Daartoe wordt, in het kader van de organisatie
van de MUG-diensten, door die brandweerdiensten
al sinds twintig jaar, de klok rond en zeven dagen
op zeven, een brandweerman gedetacheerd om de
ziekenwagen te besturen. Het gaat om een dienst
die de gemeenten 's Gravenbrakel en Zinnik aan
het ziekenhuis bewijzen. Als gevolg van de
hervorming van de brandweerzones komt die
afspraak op de helling te staan en zal er een functie
van MUG-chauffeur in het leven moeten worden
geroepen, die voortaan zal ressorteren onder de
FOD Volksgezondheid.
Werden er daartoe al concrete stappen gedaan en
nam u in dit verband al contact op met de FOD
Binnenlandse
Zaken?
Wanneer
zal
die
functieomschrijving klaar zijn, zodat de MUG- en de
brandweerdiensten
vlot
kunnen
blijven
samenwerken, in eenieders belang?
11.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Les services
incendie de Braine-le-Comte et Soignies ont voulu
que les ambulances soient accompagnées d'un
médecin. Dans la logique de cette politique, lors de
la mise en place de services SMUR, ces mêmes
services ont, depuis vingt ans, 24 heures sur 24 et
sept jours sur sept, détaché un pompier pour
conduire le véhicule. Cette mise à disposition est un
service rendu à l'hôpital par les villes de Braine-le-
Comte et de Soignies. Suite à la réforme des zones
incendie, ce fonctionnement ne sera plus possible.
Il sera nécessaire de créer une fonction de
chauffeur SMUR dépendant désormais du SPF
Santé publique.
Avez-vous mis au point un projet et avez-vous pris
contact avec le SPF Intérieur à ce sujet ? Quand
cette définition de poste pourra-t-elle être
d'application, de manière à permettre aux services
SMUR et incendie de continuer à travailler en bonne
intelligence, dans l'intérêt de tous ?
11.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In het
kader van de hervorming van de civiele veiligheid
plegen mijn diensten regelmatig overleg met de
FOD Binnenlandse Zaken. Daarbij zijn eventuele
problemen met de functie van MUG-bestuurder
nooit ter sprake gekomen.
Heel wat MUG-diensten werken zonder een
specifieke chauffeur. Tijdens de heenrit wordt de
ziekenwagen bestuurd door een van de leden van
het medisch team, en tijdens de overbrenging van
de patiënt naar een ziekenhuis gebeurt dit door de
ambulancebegeleider. De MUG is trouwens een
ziekenhuisdienst, die gefinancierd wordt via het
11.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Mes services sont en contact avec le SPF Intérieur
dans le cadre de la réforme de la sécurité civile. Le
problème du chauffeur SMUR n'a jamais été
abordé.
De nombreux services SMUR fonctionnent sans
chauffeur spécifique. Le véhicule médicalisé est
conduit par un des membres de l'équipe médicale à
l'aller et par le convoyeur de l'ambulance lors du
transport du patient vers l'hôpital. Par ailleurs, le
SMUR est une fonction hospitalière, financé à
travers le BMF (le budget des moyens financiers)
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
budget van financiële middelen (BFM) van het
ziekenhuis, voor een bedrag van ongeveer 250.000
euro per jaar. In het verleden was de MUG-
bestuurder een brandweerman die ter beschikking
werd gesteld door de brandweerdienst en
gefinancierd door de gemeenten. Het ziekenhuis
waar de MUG-dienst gevestigd is, moet dus
beslissen of ze die functie en de financiering ervan
al dan niet in stand houdt.
de l'hôpital pour un montant d'environ 250.000
euros par an. Historiquement, le chauffeur du
SMUR était un pompier détaché du service incendie
financé par les communes. La décision de maintenir
cette fonction et son financement est donc du
ressort de l'hôpital où est basé le SMUR.
11.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Op de jongste
raad van bestuur van de MUG van mijn streek,
heeft het ziekenhuis duidelijk te kennen gegeven
dat het niet wil dat het voertuig door een dokter of
door een verpleger bestuurd wordt.
Om de overlevingskansen van het ziekenhuis van
Zinnik in een demografisch boomende regio te
waarborgen nemen onze twee steden ook een deel
van de financiering van de MUG-dienst voor hun
rekening. Dit jaar zullen we een nieuwe wagen
kopen, maar gelet op de toenemende financiële
problemen van de gemeenten, zijn nieuwe posten
onmogelijk.
11.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Lors du
dernier conseil d'administration du SMUR de ma
région, l'hôpital a fait clairement savoir qu'il
s'opposait à ce que le médecin ou l'infirmier
conduise le véhicule.
Pour que l'hôpital de Soignies puisse continuer à
exister dans une zone en pleine croissance
démographique, nos deux villes interviennent
également dans le financement du SMUR. Cette
année, nous achèterons un nouveau véhicule mais,
vu les difficultés financières croissantes des
communes, de nouveaux postes ne pourront être
créés.
De dienst spoedgevallen is van wezenlijk belang
voor elk ziekenhuis. Ik zou niet willen dat het
ziekenhuis van Zinnik met sluiting bedreigd wordt
door dat MUG-probleem.
Le service des urgences est un organe capital pour
l'existence d'un hôpital. Je ne voudrais pas que
l'hôpital de Soignies soit mis en question à cause de
ce problème du SMUR.
11.04 Yolande Avontroodt (Open Vld) (Frans):
Hoe staat het met de werkzaamheden van de
reflectiegroep die zich moet buigen over het
vrijwilligersstatuut in de ziekenhuizen? Inzake
dringende medische hulp moet er absoluut
vooruitgang worden geboekt. Dat dossier zit al jaren
vast bij de Nationale Raad!
11.04 Yolande Avontroodt (Open Vld) (en
français) : Où en sont les travaux du groupe chargé
de réfléchir au sujet du statut des volontaires à
l'hôpital ? Il est essentiel d'avancer en matière
d'aide médicale urgente. Le Conseil national bloque
le dossier depuis des années !
11.05 Jean-Jacques Flahaux (MR): Het
ziekenhuis van Zinnik beschikt niet over de
mogelijkheid om een chauffeur aan te werven. Bij
de brandweer zijn de chauffeurs verplicht een
opleiding tot ambulancier te volgen!
11.05 Jean-Jacques Flahaux (MR) : L'hôpital n'a
pas la possibilité d'engager un chauffeur. Au service
incendie, les chauffeurs sont obligés de suivre une
formation d'ambulancier !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de studie naar
de oorzaken van zelfdodingen bij jongeren"
(nr. 13178)
12 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'étude des
causes du suicide chez les jeunes" (n° 13178)
12.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Er bestaat
geen diepgaande sociologische studie over
zelfdoding bij jongeren in België, over de redenen
van hun isolement, de oorzaken, enz. De scholen
en de onthaalinstellingen voor jongeren zijn niet
opgeleid om de voortekenen te herkennen die erop
12.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Nous ne
disposons pas d'étude sociologique aboutie
concernant le suicide chez les adolescents en
Belgique, la construction de leur isolement, les
causes, etc. Le système scolaire et les structures
d'accueil des jeunes ne sont pas formés à la
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
wijzen dat men tot de daad zal overgaan. Tussen
de eerste bewustwording van hun homoseksualiteit,
omstreeks de leeftijd van twaalf, en hun coming-out,
rond hun tweeëntwintigste, leven de meeste
homoseksuele jongeren gedurende tien jaar in een
isolement, dat hen tot zelfdoding kan drijven.
Zal u zo een studie vragen, om te zorgen voor de
nodige opleidings- en voorlichtingsinstrumenten?
Dit onderwerp zou eerst op een volgende
interministeriële conferentie aan bod moeten
komen.
détection des signes avant-coureurs du passage à
l'acte. Or les adolescents homosexuel(le)s, par
exemple, vivent pour la plupart, entre leurs premiers
émois, vers douze ans, et leur coming out, vers
vingt-deux ans, dix années d'isolement, qui peuvent
les mener au suicide.
Lancerez-vous une telle étude afin de mettre en
place des outils de formation et d'information en la
matière ? Cela mériterait d'être abordé lors d'une
prochaine conférence interministérielle.
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Een
studie over dit dramatische onderwerp zou op het
niveau van de Gemeenschappen op gang moeten
worden gebracht. Ikzelf kan niet zo'n studie
uitvoeren. Wel ligt het in mijn bedoeling te zorgen
voor de nodige samenhang over het hele
grondgebied, wat wel tot mijn bevoegdheden
behoort.
Om
die
reden
wilde
voormalig
minister Demotte een nationaal plan tegen
zelfmoord
uitwerken
tijdens
de
vorige
zittingsperiode.
Er
werd
beslist
de
psychofarmaca,
de
therapeutische begeleiding en de nazorg ten laste
te nemen.
Een interkabinettensubwerkgroep `zelfmoord' werd
belast met de inzameling van epidemiologische
statistische gegevens voor het hele land, met het in
kaart brengen van de bestaande initiatieven en
good practices, met de uitvoering van de
aanbevelingen van de WGO, met het formuleren
van
oplossingen
en
het
aanwijzen
van
sleutelelementen in het zorgaanbod en met het
uitwerken van een protocol tussen het federale
niveau en de deelstaten om het aantal
zelfmoordpogingen terug te dringen en om de
tertiaire preventie te verbeteren.
12.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Une étude sur ce sujet dramatique devrait être
lancée au niveau communautaire. Je ne peux la
lancer moi-même. Je compte par contre travailler à
une cohérence sur l'ensemble du territoire national,
ce qui fait partie de mes compétences. C'est pour
cette raison que M. Demotte avait voulu lancer un
Plan national contre le suicide sous la précédente
législature.
Il a été décidé d'opter pour une prise en charge de
la psychopharmacologie, la prise en charge
thérapeutique et la post-cure.
Un sous-groupe de travail intercabinets « suicide »
a été chargé de collecter des données statistiques
épidémiologiques pour l'ensemble du pays, de
réaliser un inventaire des initiatives, des services et
des
bonnes
pratiques,
de
réaliser
les
recommandations de l'OMS, de proposer des
solutions et des points clefs dans l'offre de soins et
de mettre en place un protocole entre l'État fédéral
et les entités fédérées afin de faire baisser le
nombre de tentatives de suicides et d'améliorer la
prévention tertiaire.
Er werd een advies gevraagd aan de Hoge
Gezondheidsraad, die eind 2006 aanbevelingen
heeft geformuleerd. Zo werd er onder meer op
gewezen dat het te vroeg was om een inventaris op
te maken van de initiatieven en diensten in verband
met zelfdoding en dat het verkieslijk was een
discussie over de precieze doelstellingen van die
nationale inventaris te organiseren.
Tijdens de interministeriële conferentie van 2 maart
werd er beslist een nieuwe werkgroep "registratie
van zelfdodingen", onder het voorzitterschap van de
Vlaamse Gemeenschap, op te richten. Die
werkgroep
zou
de
in
de
onderscheiden
Gemeenschappen bestaande registratiesystemen
moeten harmoniseren.
Un avis a été demandé au Conseil supérieur de la
santé, qui a formulé ses recommandations fin 2006.
Parmi celles-ci, il a été signalé qu'il était trop tôt
pour délivrer un inventaire d'initiatives et services
concernant le suicide et qu'il était préférable
d'organiser une discussion concernant les objectifs
précis de cet inventaire national.
Lors de la conférence interministérielle du 2 mars,
la mise en place d'un nouveau groupe de travail
« Enregistrement suicides » a été décidée, sous la
présidence de la Communauté flamande, avec
comme objectif d'harmoniser les systèmes
d'enregistrement des différentes Communautés.
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
Ik kan uw interessant voorstel dus niet in praktijk
brengen, aangezien de Gemeenschappen ter zake
bevoegd zijn, maar ik zal uw bekommernis ter
sprake brengen op de interministeriële conferentie
van augustus. Het zou nuttig zijn om na te gaan hoe
de Vlaamse Gemeenschap te werk gaat teneinde
daar ideeën uit te putten en een en ander aan de
Franse Gemeenschap aan te passen.
Je ne puis donc mettre en pratique votre
proposition, intéressante, puisqu'il s'agit d'une
compétence communautaire, mais je vais signaler
votre préoccupation lors de la conférence
interministérielle du mois d'août. Il serait bon
d'étudier comment agit la Communauté flamande
afin d'en retirer des idées à adapter à la
Communauté française.
12.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Nu er over
enkele dagen nieuwe regeringen zullen worden
gevormd, is het ogenblik aangebroken voor een
bewustmaking
van
de
partijen
voor
beleidsdomeinen die niet naar het federale niveau
kunnen worden overgeheveld. De samenwerking
kan worden verbeterd en de federale overheid kan
daaraan meewerken.
12.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : C'est le
moment, alors que de nouveaux gouvernements
seront
formés
dans
quelques
jours,
de
conscientiser les partis dans des domaines où il est
impossible de rapatrier des compétences au
fédéral. On peut renforcer les collaborations avec la
participation du fédéral.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De vraag nr. 13340 van de heer
Jambon wordt ingetrokken. De vragen nrs 13371
van mevrouw De Block, 13373 van mevrouw Salvi,
13380 en 13389 van mevrouw De Bont en 13413
van mevrouw Van Daele worden uitgesteld.
L'incident est clos.
La présidente : La question n° 13340 de
M. Jambon est retirée. Les questions n
os
13371 de
Mme De Block, 13373 de Mme Salvi, 13380 et
13389 de Mme De Bont et 13413 de Mme Van
Daele sont reportées.
13 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de kwaliteit van
industriële voedingsmiddelen" (nr. 13438)
13 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la qualité
des aliments industriels" (n° 13438)
13.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): In het kader
van de bestrijding van obesitas heeft u een beleid
uitgestippeld
ter
bevordering
van
gezonde
voedingsgewoonten en lichaamsbeweging. Uit
verscheidene studies blijkt dat milieufactoren een
verstrekkend effect kunnen hebben op onze
gezondheid. Heeft u studies laten uitvoeren naar de
samenstelling van industriële voedingsmiddelen?
Wat zijn in voorkomend geval de bevindingen?
13.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Dans le
cadre de la lutte contre l'obésité, vous avez mis en
place une politique de promotion d'une nourriture
saine accompagnée de pratiques sportives.
Plusieurs
études
ont
souligné
les
effets
dramatiques que les facteurs environnementaux
peuvent avoir sur notre santé. Avez-vous diligenté
des études concernant les contenus des aliments
industriels ? Quels en sont les résultats ?
13.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
Europese Unie bepaald de normen die in acht
moeten worden genomen met betrekking tot
ingrediënten en additieven, en met betrekking tot de
waarden
voor
pesticideresidu's
en
andere
contaminanten. In België ziet het FAVV toe op de
naleving van die normen. Niettemin moet er
effectief voor gezorgd worden dat producten met
een minder goed voedingswaardeprofiel en een
minder goede samenstelling worden verbeterd. Dat
is precies de bedoeling van de herformulering van
de vereisten inzake de samenstelling van
voedingsproducten waar men momenteel mee
bezig is in verscheidene subsectoren in de
voedingsindustrie. Een en ander gebeurt in overleg
met mijn administratie in het kader van het
13.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
L'Union européenne fixe des normes à respecter
tant au niveau des ingrédients et additifs qu'au
niveau de la teneur en résidus de pesticides et
autres contaminants. En Belgique, l'AFSCA veille
au respect de ces normes. Cependant, il est vrai
qu'il faut veiller à ce que les produits ayant une
formulation et un profil nutritionnel médiocres soient
améliorés. C'est le but de la reformulation des
produits alimentaires qui est en cours dans
plusieurs
sous-secteurs
alimentaires,
en
concertation avec mon administration dans le cadre
du plan national Nutrition-Santé.
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
Nationaal Voedings- en Gezondheidsplan.
Ik heb onlangs een overeenkomst met de Federatie
Voedingsindustrie en de Federatie van de
Distributie gesloten met betrekking tot de verlaging
van het zoutgehalte in voedingsmiddelen. Teneinde
die maatregelen te controleren en te versterken, zal
er voor een reeks voedingsmiddelen in twee fasen,
namelijk in 2009 en 2012, een studie worden
uitgevoerd.
Ik vind het, net als u, belangrijk dat er in studies
geïnvesteerd wordt om beter te kunnen bepalen
welke
invloed
de
aanwezigheid
van
pesticidenresidu's heeft op het ontstaan van kanker
of de toename van obesitas. Dat kan gebeuren via
contractueel onderzoek. Ik zal mijn administratie
verzoeken mij in dat kader voorstellen te bezorgen.
Het beste middel om de mogelijk schadelijke
effecten van bepaalde voedingsstoffen op de
gezondheid te beperken, is de bevolking aan te
moedigen gezonde voedingsgewoonten aan te
nemen.
Je viens de conclure avec la Fédération de
l'industrie alimentaire et la Fédération de la grande
distribution une convention qui vise à diminuer la
teneur en sel des produits alimentaires. Afin de
contrôler et de renforcer ces mesures, une étude
portant sur deux périodes de temps, 2009 et 2012,
sera conduite sur un ensemble de produits
alimentaires.
Je partage votre intérêt pour investir dans des
études visant à mieux cerner les interactions entre
la présence de résidus de pesticides et l'apparition
de cancers ou l'augmentation de l'obésité. Ceci
peut être envisagé via la recherche contractuelle. Je
vais charger mon administration de me faire des
propositions dans ce cadre.
Le meilleur moyen de limiter les effets
potentiellement néfastes de certains nutriments sur
la santé est d'encourager la population à adopter
des habitudes alimentaires saines.
13.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Op andere
vlakken stelt men positieve gedragsveranderingen
vast, bijvoorbeeld inzake energie. Op het stuk van
de gezondheid is men zich nog onvoldoende van de
risico's bewust, vooral onder adolescenten.
13.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Dans
d'autres domaines, on observe de meilleurs
comportements, notamment en matière d'énergie.
Mais en matière de santé, il y a encore un manque
de prise de conscience, notamment chez les
adolescents.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de rol van het
geneticaonderzoek in het voorkomen van
kanker" (nr. 13478)
14 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la place de
la recherche en génétique dans la prévention du
cancer" (n° 13478)
14.01
Jean-Jacques
Flahaux
(MR):
Uw
Kankerplan omvat preventie en opsporing,
behandeling en ondersteuning van patiënten,
evenals onderzoek en technologische innovatie.
Een team van onderzoekers heeft ontdekt dat een
veel voorkomende genetische variatie aan de
ontwikkeling van prostaatkanker ten grondslag zou
liggen. De vorsers hebben erop gewezen dat er
bijkomend onderzoek nodig is om uit te maken of
die
genetische
variatie
de
prostaatkanker
rechtstreeks veroorzaakt, en of ook andere variaties
een rol spelen.
Het
genetisch
onderzoek
blijkt
dus
aan
verscheidene
van
uw
doelstellingen
te
beantwoorden, namelijk preventie en opsporing
enerzijds, en onderzoek en innovatie anderzijds.
14.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Votre plan
cancer porte sur la prévention et le dépistage, les
traitements et le soutien aux patients, la recherche
et l'innovation technologique.
Une équipe de chercheurs a découvert qu'une
variation génétique courante serait à l'origine du
développement du cancer de la prostate. Les
chercheurs ont souligné que des recherches
complémentaires sont nécessaires pour dire si la
variation génétique visée est la cause directe du
cancer de la prostate et pour déterminer si d'autres
variations pourraient aussi jouer un rôle.
Il semblerait donc que l'étude de la génétique se
trouve à un point de convergence de vos objectifs, à
savoir la prévention et le dépistage, d'une part, la
recherche et l'innovation, d'autre part.
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
Welke rol is er weggelegd voor het genetisch
onderzoek in de uitvoering van uw Kankerplan?
Wordt er met het oog op de ontwikkeling van die
preventieve aanpak werk gemaakt van een
formelere samenwerking tussen de medische
verzorgingsteams
en
de
medische
onderzoeksteams? Wordt het genetisch onderzoek
volledig ingebed in de globale benadering van de
gezondheidszorg in het algemeen en van
kankerbestrijding in het bijzonder? Hebt u middelen
kunnen
verkrijgen
om
dat
onderzoek
te
ondersteunen?
Quelle place la recherche génétique prend-elle
dans la mise en oeuvre de votre plan cancer ? Des
liens plus formels sont-ils initiés entre les différentes
équipes médicales de soin et de recherche, afin de
développer cette approche préventive ? Le travail
de recherche génétique est-il pleinement intégré
dans l'approche globale des soins en général et du
cancer en particulier ? Avez-vous obtenu que l'on
débloque des fonds afin de favoriser les travaux en
la matière ?
14.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Bij
kanker wordt er een onderscheid gemaakt tussen
erfelijke genetische variaties en somatische
mutaties. Alleen erfelijke mutaties kunnen in
aanmerking komen voor een preventieve aanpak.
Wat de erfelijke kankers betreft, zijn tests uiteraard
nuttig als het vermoeden bestaat dat het om een in
de familie voorkomende kanker gaat. Sommige van
die tests blijven evenwel heel duur. Met het
Kankerplan wordt een betere terugbetaling van
nieuwe, bijzonder dure genetische tests beoogd.
In artikel 28 van het Kankerplan wordt voorzien in
een structurele financiering van translationeel
onderzoek in de ziekenhuizen. In dit kader moet
een preventieve, genetische aanpak eventueel
worden overwogen, afhankelijk van de noden en de
beschikbare middelen.
Bij een tumorectomie wordt het gereseceerde deel
geanalyseerd. Daarbij wordt onder andere naar
eventuele
genetische
veranderingen
in
de
tumorcellen gezocht.
14.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Dans le cadre des pathologies cancéreuses, on
distingue les altérations génétiques héréditaires et
les mutations somatiques. Seules les mutations
héréditaires peuvent faire l'objet d'une approche
préventive.
En ce qui concerne les formes héréditaires de
cancer, il existe un avantage évident à la réalisation
de tests en cas de suspicion de forme familiale pour
un cancer. Certains d'entre eux demeurent très
coûteux. Le plan cancer vise un meilleur
remboursement de nouveaux tests génétiques
particulièrement coûteux.
L'article 28 du plan cancer propose un financement
structurel de la recherche translationnelle dans les
hôpitaux. Dans ce cadre, une approche préventive
en matière de génétique doit éventuellement être
envisagée selon les besoins et les ressources
disponibles.
Lorsqu'on procède à une ablation tumorale, la pièce
réséquée
est
analysée.
Sont
notamment
recherchées d'éventuelles altérations génétiques de
cellules tumorales.
Trouwens, wanneer er een vermoeden van kanker
van familiale oorsprong bestaat, beslist een dokter-
geneticus of een genetische test wenselijk is.
Bij een erfelijke kanker zal de patiënt in bepaalde
gevallen aanspraak kunnen maken op een meer
aangepaste therapie en de andere leden van zijn
gezin kunnen op een preventieve manier worden
gevolgd wanneer ze dragger zijn van die mutatie.
Ten slotte worden met het kankerplan zestien
onderzoeksprojecten gefinancierd waarbij de
kwestie van de genetische wijzigingen in het kader
van kanker aan bod komt. Tusen 1 januari 2009 en
31 december 2010 wordt niet minder dan 22 miljoen
euro in dat initiatief geïnvesteerd.
Par ailleurs, lorsqu'il y a une suspicion d'un cas de
cancer d'origine familiale, un médecin généticien
décide s'il est opportun de réaliser un test
génétique.
En cas d'origine héréditaire du cancer, le patient
pourra bénéficier, dans certains cas, d'une thérapie
plus adaptée et les autres membres de sa famille
pourront être suivis de manière préventive s'ils sont
porteurs de cette mutation.
Enfin, le plan cancer finance seize projets de
recherche qui abordent la question de modifications
génétiques impliquées dans le cancer. Du 1
er
janvier
2009 au 31 décembre 2010, pas moins de
22 millions d'euros auront été investis dans cette
initiative.
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "het beleid
inzake de vaccinatie van jonge kinderen"
(nr. 13479)
15 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la politique
de vaccination de la petite enfance" (n° 13479)
15.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): In de Franse
Gemeenschap moet een kind acht vaccins krijgen
alvorens het tot de opvangvoorzieningen van het
ONE
wordt
toegelaten.
In
de
Vlaamse
Gemeenschap volstaat een enkel poliovaccin voor
de opvang door Kind & Gezin. Ofwel is de ene
groep overbeschermd, ofwel is de andere groep te
weinig beschermd.
Moeten er naast het poliovaccin geen andere
preventieve vaccins verplicht worden gemaakt om
toegang te krijgen tot de Belgische kinderzorg? Zo
ja, welke? Welke gepaste maatregelen moeten er
worden genomen opdat alle Belgische kinderen die
vaccins zouden krijgen? Wat kan u ondernemen
opdat hetzelfde gezondheidsbeleid zou worden
gevoerd ten aanzien van de kinderen in de Franse
Gemeenschap als ten aanzien van hun Vlaamse
vriendjes?
15.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : En
Communauté française, un enfant, pour être
accepté dans les structures d'accueil de l'ONE, doit
recevoir huit vaccins, quand, dans la Communauté
flamande, un seul vaccin contre la polio est
suffisant pour l'accueil d'un enfant par Kind en
Gezin
. Soit ceux-ci sont sous-protégés, soit ceux-là
le sont trop.
Ya-t-il lieu d'ajouter au vaccin contre la polio
d'autres vaccins préventifs préalables à l'entrée des
enfants dans les services de la petite enfance de
notre pays ? Si oui, lesquels ? Quelles sont les
mesures utiles à prendre pour que ces vaccins
soient faits à tous les enfants de Belgique ? Que
pouvez-vous faire pour que les enfants de la
Communauté française se voient soumis aux
mêmes politiques de sécurité sanitaire que leurs
voisins flamands ?
15.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Al
ettelijke jaren geleden werd er in het kader van de
Interministeriële Conferentie Volksgezondheid een
werkgroep inzake vaccinaties opgericht. Die
werkgroep heeft diverse akkoorden bereikt die ertoe
strekken het vaccinatiebeleid in Vlaanderen,
Wallonië en Brussel te harmoniseren.
De vaccinatiekalender voor kinderen wordt door alle
partijen als wetenschappelijke referentie erkend en
wordt elk jaar opnieuw ter goedkeuring voorgelegd
aan
de
Interministeriële
Conferentie
Volksgezondheid. In dat kader werd het poliovaccin
in de vaccinatiekalender opgenomen. Zo kunnen
zes vaccins middels een enkele injectie worden
toegediend, waardoor erg jongere kinderen geen
lange reeks spuitjes meer hoeven te krijgen. De
vaccinatiedekking bij kinderen is erg doeltreffend in
de drie Gemeenschappen. Ik acht het dus niet
nuttig om nog andere vaccins verplicht te maken.
15.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Depuis de nombreuses années, un groupe
technique de la vaccination a été créé au sein de la
conférence interministérielle Santé publique. Ce
groupe est arrivé à plusieurs accords visant à
harmoniser les politiques vaccinales en Flandre, en
Wallonie et à Bruxelles.
Le calendrier de vaccination de l'enfant est reconnu
par toutes les parties comme la référence
scientifique et est, chaque année, proposé à
l'approbation de la conférence interministérielle
Santé. Dans ce cadre, la vaccination polio a été
intégrée dans le calendrier vaccinal. Ceci permet
d'administrer six vaccins en une seule injection,
permettant effectivement d'éviter plusieurs piqûres
à de très jeunes enfants. Les couvertures
vaccinales des enfants sont très satisfaisantes dans
les trois Communautés. Je ne vois donc pas l'intérêt
de rendre obligatoire d'autres vaccins.
De in de Franse gemeenschap geldende vereisten
die u vermeldt, hebben enkel betrekking op de
toegang tot de opvangvoorzieningen van de ONE,
en formaliseren alleen een feitelijke situatie waarbij
de concrete invulling overigens zeer vaak door de
ouders gebeurt. Het is niet wenselijk dat er aan de
huidige regeling getornd wordt. De huidige
samenwerkingsformule werkt een eenvormige
Les exigences en Communauté française que vous
rapportez ne concernent que l'accès aux institutions
d'accueil de l'ONE et ne font que formaliser un état
de fait très souvent rempli par ailleurs par les
parents. Il n'est pas opportun de modifier la
situation actuelle. Le mode de collaboration favorise
une uniformité d'approche et de protection des très
jeunes enfants en Belgique.
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
aanpak en een eenvormige bescherming van zeer
jonge kinderen in België in de hand.
15.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): U heeft een
antwoord gegeven op uw beleidsniveau. Nu moet er
bij andere niveaus, met name bij de Franse
Gemeenschap, aangeklopt worden, want het is een
frustrerende vaststelling dat men met twee maten
meet.
15.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Vous avez
donné la réponse à votre niveau de pouvoir. Il
faudra aller frapper à d'autres portes, notamment à
la Communauté française car il est frustrant de
constater qu'il y a deux poids, deux mesures.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: de heer Jean-Jacques Flahaux.
Président : M. Jean-Jacques Flahaux.
16 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het beleid inzake
virale hepatitis" (nr. 13404)
16 Question de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la politique
relative aux hépatites virales" (n° 13404)
16.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Op 19 mei
jongstleden vond er ter gelegenheid van de
wereldhepatitisdag een colloquium over die ziekten
plaats te Namen. Wat is de stand van zaken en wat
zijn de perspectieven in verband met hepatitis B en
C?
Een procent van de bevolking lijdt aan hepatitis C.
Aangezien er weinig acute symptomen zijn, wordt
die ziekte niet snel opgespoord, maar ze wordt
chronisch en kan levercirrose of leverkanker
veroorzaken indien ze niet snel wordt behandeld.
Men gaat ervan uit dat de opsporing in België
minder doeltreffend is dan elders (de helft van de
dragers van het virus zouden niet weten dat ze
drager zijn). De opsporing is een gedeelde
bevoegdheid:
bestaan
er
op
dat
vlak
interministeriële commissies of gemeenschappelijke
initiatieven van de federale overheid en de
Gemeenschappen?
De terugbetalingsvoorwaarden zijn niet aangepast
aan de behandelingen, aan de wetenschappelijke
aanbevelingen en aan de evolutie van de bestaande
behandelingen. Er zijn behandelingen die langer
duren dan andere, tests dankzij welke voor de juiste
behandeling zou kunnen worden gekozen en
terugbetalingen die daar niet op afgestemd zijn. Zal
een en ander worden herzien en zo ja, wanneer?
Wat de diagnose betreft, wordt vaak geopteerd voor
een leverbiopsie. Die techniek, die wordt
terugbetaald,
is
erg
ingrijpend,
leidt
tot
arbeidsongeschiktheid en soms tot complicaties.
16.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Le 19 mai
dernier, à l'occasion de la journée mondiale des
hépatites, un colloque s'est tenu à Namur sur ces
maladies. Où en sommes-nous et quelles sont les
perspectives concernant l'hépatite B et C ?
L'hépatite C touche 1 % de la population. Comme il
y a peu de symptômes aigus, on ne la détecte pas
rapidement, mais elle devient chronique et peut
engendrer cirrhose ou cancer du foie si elle n'est
pas traitée à temps.
En Belgique, le dépistage est estimé moins bon
qu'ailleurs (la moitié des porteurs du virus
ignoreraient qu'ils en sont porteurs). Le dépistage
est une compétence partagée : y a-t-il des
commissions interministérielles ou des initiatives
communes entre le fédéral et les Communautés à
ce sujet ?
Il y a une inadéquation des conditions de
remboursements par rapport aux traitements, aux
recommandations scientifiques ou aux évolutions
des traitements existants. Il y a des traitements plus
longs que les autres, des tests qui permettraient
d'avoir le bon traitement et des remboursements qui
ne coïncident pas avec cela. Cette situation va-t-elle
être révisée et dans quels délais ?
Au niveau du diagnostic, la biopsie hépatique est
l'instrument privilégié. Cette technique, remboursée,
est particulièrement intrusive, avec des incapacités
de travail et parfois des complications.
Overweegt men de terugbetaling van de fibroscan,
een
minder
dure
techniek,
waarvan
de
doeltreffendheid zou zijn aangetoond?
Envisage-t-on le remboursement du fibroscan,
technique moins coûteuse, dont l'efficacité serait
démontrée ?
02/06/2009
CRABV 52
COM 575
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
Overweegt men een samenwerking met de diverse
Staten waar nieuwe behandelingen zullen worden
ingevoerd om de termijnen verbonden aan de
procedures voor registratie en toelating tot
terugbetaling te verkorten?
De voorwaarden voor de terugbetaling van de
behandeling van hepatitis B zijn niet langer
aangepast aan de internationale aanbevelingen.
Worden die eveneens opnieuw bekeken?
Het vaccin tegen hepatitis B wordt enkel onder
bepaalde voorwaarden terugbetaald, terwijl het in
Frankrijk aan iedereen terugbetaald wordt. Zou het
niet mogelijk zijn met Frankrijk of andere landen
samen te werken om lagere prijzen te bekomen en
de onvoorwaardelijke terugbetaling van dit vaccin uit
te breiden?
Envisage-t-on une coopération avec les divers États
où apparaîtront de nouveaux traitements, afin de
raccourcir les délais liés aux procédures
d'enregistrement
et
d'autorisation
de
remboursement ?
Les conditions de remboursement du traitement de
l'hépatite B ne sont plus adaptées aux
recommandations internationales. Sont-elles aussi
en cours de révision ?
Le vaccin contre l'hépatite B n'est remboursé que
dans certaines conditions, alors qu'en France, il est
remboursé pour tous. Ne serait-il pas possible de
travailler avec la France ou d'autres pays afin
d'obtenir des prix moins élevés et d'élargir le
remboursement sans condition de ce vaccin ?
16.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Enkel de
bedrijven kunnen initiatieven nemen met het oog op
de registratie en de terugbetaling van een
farmaceutische
specialiteit.
De
nieuwe
behandelingen van hepatitis C zullen waarschijnlijk
via een bij het EMEA gecentraliseerde Europese
procedure worden geregistreerd. De nationale
overheden van de lidstaten hebben geen vat op de
duur van die procedure.
Na de ontvangst van een ontvankelijke aanvraag tot
opname in de lijst van farmaceutische specialiteiten
waarvan de terugbetaling door de Commissie
Tegemoetkoming Geneesmiddelen is goedgekeurd,
moet de minister van Sociale Zaken binnen
180 dagen een beslissing nemen, mogelijke door
het bedrijf gevraagde opschortingen buiten
beschouwing gelaten.
Voor de specialiteiten die door de aanvragers
gerangschikt werden in meerwaardeklasse 1 en die
volgens de Europese gecentraliseerde procedure
werden geregistreerd, hebben de bedrijven de
mogelijkheid een terugbetalingsaanvraag in te
dienen zodra ze over een gunstig advies van het
Comité voor geneesmiddelen voor menselijk
gebruik beschikken. Sinds de inwerkingtreding van
die bepaling hebben slechts twee bedrijven van die
mogelijkheid gebruik gemaakt.
De gemiddelde tijd tussen de registratie van een
specialiteit die door de aanvrager gerangschikt werd
in meerwaardeklasse 1, en de indiening door de
aanvrager van een aanvraag tot opname in de lijst
van de terugbetaalbare specialiteiten bedraagt
227 dagen. De Commissie Tegemoetkoming
Geneesmiddelen heeft in het verleden de
therapeutische waarde van de combinatie van
16.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Seules les firmes peuvent prendre des initiatives en
vue de l'enregistrement et du remboursement d'une
spécialité
pharmaceutique.
Les
nouveaux
traitements de l'hépatite C feront probablement
l'objet d'un enregistrement via une procédure
européenne centralisée auprès de l'EMEA. Les
autorités nationales des États membres n'ont pas
d'influence sur la durée de cette procédure.
Après réception d'une demande recevable
d'admission dans la liste des spécialités
pharmaceutiques
remboursables
par
la
Commission de remboursement des médicaments,
le ministre des Affaires sociales est tenu de prendre
une décision dans les 180 jours, exclusion faite des
suspensions demandées par la firme.
Pour les spécialités classées par les demandeurs
dans la classe des plus-values 1 ayant fait l'objet
d'un enregistrement européen centralisé, les firmes
ont la possibilité d'introduire une demande de
remboursement à partir du moment où elles
disposent d'un avis favorable du Comité des
médicaments à usage humain. Depuis l'entrée en
vigueur de cette disposition, seules deux firmes ont
profité de cette opportunité.
La durée médiane entre l'enregistrement d'une
spécialité classée par un demandeur dans la classe
de plus-value 1 et l'introduction d'une demande
d'admission dans la liste des spécialités
remboursables par le demandeur est de 227 jours.
La
Commission
de
remboursement
des
médicaments a évalué, dans le passé, la valeur
thérapeutique de la combinaison Pegasys et
CRABV 52
COM 575
02/06/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
Pegasys met Copegus geëvalueerd. Er moet nog
een financiële kwestie geregeld worden vooraleer
de vele dragers van dat virus in ons land toegang
krijgen tot die behandeling. Het betrokken bedrijf
heeft de terugbetalings- en registratieprocedure
stopgezet.
Copegus. Il reste un problème financier à résoudre
afin de garantir l'accès de ce traitement aux
nombreux porteurs de ce virus dans notre pays. La
firme concernée a interrompu la procédure de
remboursement et d'enregistrement.
De Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen
heeft nog geen advies uitgebracht over het gewicht
van de behandeling voor de dragers van het virus.
Sinds april 2009 wordt een tweede behandeling met
antivirale middelen terugbetaald wanneer de eerste
behandeling gefaald heeft.
In de strijd tegen het hepatitis C-virus komen er
nieuwe behandelingsschema's op. Zo was er in The
New England Journal of Medicine
onlangs sprake
van een tritherapie. De betrokken firma's kunnen de
registratie van die schema's en de terugbetaling
aanvragen door een dossier in te dienen bij de
Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen.
De
internationale
aanbevelingen
voor
de
behandeling van hepatitis B omvatten de toediening
van nieuwe moleculen. De CTG moet een concreet
voorstel doen, rekening houdend met de lopende
procedures en met de regelgeving.
Wat de voorwaarden voor de terugbetaling van het
hepatitis B-vaccin betreft, worden er momenteel
een aantal procedures aangepast in het kader van
een
geïntegreerde
benadering
van
de
behandelingen met antivirale middelen. Een
algemene toegang tot die vaccins, eventueel in
combinatie met een prijsverlaging, behoort tot de
mogelijkheden.
La
Commission
de
remboursement
des
médicaments n'a pas encore donné d'avis sur le
poids du traitement du porteur du virus. Après
l'échec du premier traitement antiviral, un
remboursement d'un second traitement antiviral
existe depuis avril 2009.
De nouveaux schémas de traitement antiviral
s'annoncent dans le combat contre le virus de
l'hépatite C. Un traitement en trithérapie vient d'être
évoqué dans The New England Journal of Medicine.
Les firmes concernées peuvent demander
l'enregistrement
de
ces
schémas
et
le
remboursement en introduisant un dossier auprès
de la Commission de remboursement des
médicaments.
Les recommandations internationales pour le
traitement
contre
l'hépatite B
comprennent
l'administration de nouvelles molécules. La
Commission de remboursement doit faire une
proposition concrète en tenant compte des
procédures en cours et de la réglementation.
En
ce
qui
concerne
les
conditions
de
remboursement du vaccin contre l'hépatite B, des
procédures sont en cours d'adaptation dans le
cadre d'une approche intégrée des traitements
antiviraux. Une généralisation de l'accès à ces
vaccins, éventuellement combinée avec une baisse
de prix, fait partie des possibilités.
16.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Indien de
voorgestelde behandeling niet spoort met de wijze
waarop de terugbetalingen zijn georganiseerd, dient
dan geen initiatief te worden genomen?
16.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : S'il y a
réellement une inadéquation entre le traitement
proposé et la manière dont les remboursements
sont organisés, ne serait-il pas utile de prendre une
initiative ?
16.04 Minister Laurette Onkelinx: Ik ben
machteloos.
16.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je n'ai aucun moyen de contrainte.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.31 uur.
La réunion publique de commission est levée à
17 h 31.