KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 528
CRABV 52 COM 528
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
woensdag
mercredi
22-04-2009
22-04-2009
namiddag
après-midi
CRABV 52
COM 528
22/04/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde vragen van
1
Questions jointes de
1
- de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de bijzondere bijdrage
voor de sociale zekerheid" (nr. 11663)
1
- M. Jo Vandeurzen à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la cotisation spéciale de sécurité
sociale" (n° 11663)
1
- de heer Peter Vanvelthoven aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de Bijzondere Bijdrage
voor
Sociale
Zekerheid
(BBSZ)
voor
grensarbeiders die een Nederlandse WAO-
uitkering (invaliditeit) ontvangen" (nr. 12387)
1
- M. Peter Vanvelthoven à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la Cotisation Spéciale de
Sécurité Sociale (CSSS) pour les travailleurs
frontaliers bénéficiant d'une indemnité d'invalidité
néerlandaise WAO" (n° 12387)
1
Sprekers:
Jo
Vandeurzen,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Jo
Vandeurzen,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het beheer van de Dienst
Overzeese
Sociale
Zekerheid
(DOSZ)"
(nr. 12084)
3
Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la gestion de l'Office
de Sécurité Sociale d'Outre-mer (OSSOM)"
(n° 12084)
3
Sprekers: Stefaan Vercamer, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Stefaan
Vercamer,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het onderzoek naar de
mogelijkheid voor OCMW's om personen
ambtshalve aan te sluiten bij een ziekenfonds of
de Hulpkas" (nr. 12108)
4
Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'étude sur la
possibilité pour les CPAS d'affilier d'office des
personnes à une mutualité ou à la Caisse
auxiliaire" (n° 12108)
4
Sprekers: Stefaan Vercamer, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Stefaan
Vercamer,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Samengevoegde vragen van
5
Questions jointes de
5
- de heer Stefaan Vercamer aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de middelen van het
Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten
(FCUD)" (nr. 12241)
5
- M. Stefaan Vercamer à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
sur
"les
moyens
du
Fonds
d'équipements et de services collectifs (FESC)"
(n° 12241)
5
- de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"het
Fonds
voor
Collectieve Uitrustingen en Diensten (FCUD)"
(nr. 12289)
5
- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le Fonds d'équipements et de
services collectifs (FESC)" (n° 12289)
5
Sprekers: Stefaan Vercamer, Koen Bultinck,
Laurette Onkelinx, vice-eersteminister en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Stefaan Vercamer, Koen Bultinck,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "geplaatste kinderen voor
wie geen
kinderbijslag
wordt uitgekeerd"
8
Question de Mme Kattrin Jadin à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la non-perception de
prestations familiales par les enfants placés"
8
22/04/2009
CRABV 52
COM 528
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
(nr. 12400)
(n° 12400)
Sprekers: Kattrin Jadin, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Kattrin Jadin, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
CRABV 52
COM 528
22/04/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
WOENSDAG
22
APRIL
2009
Namiddag
______
du
MERCREDI
22
AVRIL
2009
Après-midi
______
De vergadering wordt geopend om 14.10 uur en
voorgezeten door mevrouw Florence Reuter.
La réunion publique est ouverte à 14 h 10 sous la
présidence de Mme Florence Reuter.
01 Samengevoegde vragen van
- de heer Jo Vandeurzen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de bijzondere bijdrage
voor de sociale zekerheid" (nr. 11663)
- de heer Peter Vanvelthoven aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de Bijzondere Bijdrage
voor
Sociale
Zekerheid
(BBSZ)
voor
grensarbeiders die een Nederlandse WAO-
uitkering (invaliditeit) ontvangen" (nr. 12387)
01 Questions jointes de
- M. Jo Vandeurzen à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la cotisation spéciale de sécurité
sociale" (n° 11663)
- M. Peter Vanvelthoven à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la Cotisation Spéciale de
Sécurité Sociale (CSSS) pour les travailleurs
frontaliers
bénéficiant
d'une
indemnité
d'invalidité néerlandaise WAO" (n° 12387)
01.01 Jo Vandeurzen (CD&V): Het is ongelooflijk
dat ik het antwoord op mijn vraag gisteren al in de
krant heb gelezen.
Een tijdje geleden stelde ik een vraag over de
bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid van
grensarbeiders, meer bepaald of die ook wordt
geïnd op de inkomens afkomstig uit een
vervangingsinkomen uit Nederland voor personen
die daar werken en een invaliditeitsvergoeding of
analoge vergoeding ontvangen.
Is er intussen een klare regeling waaruit blijkt dat er
op zo'n uitkering in België niet langer een bijzondere
bijdrage moet worden betaald, zoals ik in de krant
las? Zal die dan gelden met terugwerkende kracht
tot 2004?
01.01 Jo Vandeurzen (CD&V) : C'est incroyable,
mais j'ai lu la réponse à ma question dans le journal
d'hier.
Il y a quelque temps, j'ai posé une question sur la
cotisation spéciale de sécurité sociale des
travailleurs frontaliers, pour savoir en particulier si
celle-ci était également perçue sur les revenus
provenant d'un revenu de remplacement aux Pays-
Bas pour les personnes travaillant dans ce pays et y
bénéficiant d'une allocation d'invalidité ou d'une
allocation similaire.
Existe-t-il depuis un règlement d'où il ressort
clairement qu'une telle allocation n'est plus
assujettie à une cotisation spéciale en Belgique,
comme j'ai pu le lire dans la presse ? Cette
disposition sera-t-elle appliquée avec effet rétroactif
jusqu'en 2004 ?
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De heer
Vandeurzen brengt een reëel probleem ter sprake.
Als er overleg was geweest tussen de
departementen Financiën en Sociale Zaken, zou
dat probleem zich niet eens voorgedaan hebben.
Maar we zullen een en ander rechtzetten.
01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
En résumé, le problème qu'évoque M. Vandeurzen
est réel. S'il y avait eu une concertation entre les
ministères des Finances et des Affaires sociales, ce
problème n'existerait pas. Mais nous allons rectifier.
22/04/2009
CRABV 52
COM 528
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
Ik heb de FOD Sociale Zekerheid gevraagd de
situatie volledig in kaart te brengen zodat we de
beste formule kunnen vinden.
J'ai demandé au SPF Sécurité sociale d'exposer
l'ensemble de la situation pour trouver la meilleure
formule.
(Nederlands) De uitsluiting inzake het bijzondere
regime van de grensarbeiders werd ingevoerd in
1998. Omdat het regime van de bijzondere
bijdragen voor sociale zekerheid toen reeds 3 jaar
bestond, werd de uitsluiting retroactief toegepast
vanaf 1995. De bedoeling was te vermijden dat
grensarbeiders verschillend behandeld werden en
aan
verschillende
socialezekerheidsstelsels
onderworpen werden.
Zowel het beroepsinkomen als de sociale
uitkeringen
werden
uitgesloten
van
de
berekeningsbasis voor zover ze aanleiding hadden
gegeven tot het heffen van sociale bijdragen in een
gelijkaardig stelsel van sociale verzekeringen voor
werknemers in onze buurlanden. De uitsluiting was
van toepassing op grensarbeiders in Duitsland,
Frankrijk en Nederland.
(En néerlandais) L'exclusion prévue dans le cadre
du régime spécifique pour les travailleurs frontaliers
a été introduite en 1998. Etant donné que le régime
des cotisations sociales spéciales existait déjà
depuis trois ans, cette exclusion a été appliquée
avec effet rétroactif à partir de 1995. L'objectif était
d'éviter que les travailleurs frontaliers ne soient
traités différemment et ne soient soumis à différents
systèmes de sécurité sociale.
Pour autant qu'ils aient donné lieu à la perception
de cotisations sociales dans un système
d'assurances sociales similaire pour travailleurs
dans un pays voisin, tant les revenus professionnels
que les allocations sociales ont été exclus de la
base de calcul. Cette exclusion s'appliquait aux
travailleurs frontaliers en Allemagne, en France et
aux Pays-Bas.
Omdat de nieuwe bilaterale akkoorden met
Duitsland en Nederland het bijzondere regime voor
de grensarbeiders overbodig maakten, werd elke
verwijzing naar de dubbelbelastingverdragen door
de wetswijziging van 2005 uit de regelgeving
geschrapt. Hierbij vergat men dat voor de
berekening van de bijzondere bijdrage ook sociale
uitkeringen in aanmerking worden genomen.
Vandaar de ongewenste gevolgen voor Belgische
grensarbeiders die een sociale uitkering uit de
grensstaten ontvangen.
Bovendien druist de huidige wet in tegen de
Europese verordening die bepaalt dat men in
principe slechts onderworpen kan worden aan het
socialezekerheidsstelsel van één lidstaat. De
gevolgen van de wetswijziging waren onbedoeld,
onrechtvaardig en juridisch onverdedigbaar. Ik zal
deze situatie rechtzetten en de ontvangen
Nederlandse
of
Duitse
sociale
uitkeringen
retroactief uitsluiten van de berekeningsbasis van
de bijzondere bijdrage.
Comme les nouveaux accords bilatéraux avec
l'Allemagne et les Pays-Bas ont rendu superflu le
régime spécifique s'appliquant aux travailleurs
frontaliers, toutes les modifications apportées aux
traités sur la double imposition ont été supprimées
par la modification de la loi de 2005. Toutefois, on a
oublié que les allocations sociales entrent aussi en
ligne de compte pour le calcul de la cotisation
spéciale, entraînant des conséquences indésirables
pour les travailleurs frontaliers belges qui perçoivent
une allocation sociale des États frontaliers.
De plus, la loi actuelle est en porte-à-faux avec le
règlement européen stipulant qu'en principe, on ne
peut être soumis au régime de sécurité sociale que
d'un seul État. Les conséquences de la modification
de la législation sont involontaires, injustifiées et
juridiquement indéfendables. Je compte corriger
cette
situation
et
exclure
les
allocations
néerlandaises ou allemandes de la base de calcul
de la cotisation spéciale avec effet rétroactif.
De FOD Sociale Zekerheid zal in overleg met de
FOD Financiën de nodige teksten opstellen.
De terugvordering van de onverschuldigde
bijzondere bijdragen behoort tot de bevoegdheid
van de fiscale administratie. De benadeelde
personen zouden moeten beschikken over alle
beroepsmiddelen van de fiscale wetgeving.
Ik vraag de minister van Financiën dat hij een zelfde
automatische terugbetaling uitwerkt als voor
Le SPF Sécurité sociale rédigera les textes
nécessaires en concertation avec le SPF Finances.
La récupération des cotisations spéciales indues
ressortit à la compétence de l'administration fiscale.
Les personnes lésées devraient disposer de toutes
les voies de recours prévues par la législation
fiscale.
J'invite le ministre des Finances à élaborer une
procédure
de
remboursement
automatique
CRABV 52
COM 528
22/04/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
gehuwden of wettelijk samenwonenden die een
werkloosheidsvergoeding ontvangen.
identique à celle concernant les couples mariés et
les cohabitants légaux qui perçoivent des
allocations de chômage.
01.03 Jo Vandeurzen (CD&V): Ik hoop dat de
ministers snel tot een overeenkomst komen.
01.03 Jo Vandeurzen (CD&V) : J'espère que les
ministres trouveront rapidement un accord.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het beheer van de
Dienst Overzeese Sociale Zekerheid (DOSZ)"
(nr. 12084)
02 Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la gestion
de l'Office de Sécurité Sociale d'Outre-mer
(OSSOM)" (n° 12084)
02.01 Stefaan Vercamer (CD&V): De wet
houdende diverse bepalingen van december 2008
wijzigt de samenstelling van het beheercomité van
de dienst Overzeese Sociale Zekerheid (DOSZ).
Het aantal stemgerechtigde leden vermindert van
veertien
naar
tien
en
er
komen
vier
plaatsvervangers.
Deze
bepalingen
hebben
terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2007, maar
het beheercomité is al ontbonden zonder dat het
hervormde beheercomité werd benoemd.
Wanneer werd het vorige beheercomité ontbonden?
Waarom werd nog geen nieuw beheercomité
aangesteld? Wanneer zal dat gebeuren? Wie leidt
deze dienst ondertussen en heeft het juridisch
vacuüm geen negatieve invloed op het beheer?
02.01 Stefaan Vercamer (CD&V) : La loi portant
des dispositions diverses de décembre 2008
modifie la composition du comité de gestion de
l'Office de Sécurité Sociale d'Outre-mer (OSSOM).
Le nombre de membres disposant d'une voix
délibérative a diminué et est passé de quatorze à
dix et quatre membres suppléants sont venus
s'ajouter. Ces dispositions sont entrées en vigueur
avec effet rétroactif à partir du 1
er
janvier 2007, mais
le comité de gestion a été dissout avant que le
comité de gestion réformé ne soit nommé.
Quand le comité de gestion précédent a-t-il été
dissout ? Pourquoi un nouveau comité de gestion
n'a-t-il pas encore été désigné ? Quand le sera-t-il ?
Qui dirige l'Office en attendant ? Le vide juridique
n'a-t-il pas d'influence négative sur la gestion ?
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het vorige beheercomité werd ontbonden bij die wet
van december 2008. Artikel 226 ervan bepaalt dat
het aantal leden daalt van zestien tot twaalf.
Bovendien zijn slechts tien leden stemgerechtigd.
De nieuwe samenstelling trad in werking op 1
januari 2009.
Momenteel
is
er
inderdaad
geen
nieuw
beheercomité aangesteld. De procedure werd wel
opgestart.
De
werkgevers-
en
werknemersorganisaties en de minister van
Ontwikkelingssamenwerking werden verzocht hun
kandidaten voor te stellen. Na ontvangst van alle
kandidaturen
door
de
DOSZ
kan
de
benoemingsprocedure snel worden uitgevoerd.
Sinds de ontbinding van het vorige comité werd het
dagelijks bestuur van de dienst waargenomen door
de leidend ambtenaar. Hij zal dit blijven doen tot het
nieuwe beheercomité is samengesteld. Tot op
heden werd het beheer van de instelling nog niet
negatief beïnvloed.
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Le comité de gestion précédent a été
dissout par cette loi de décembre 2008. Son article
226 dispose que le nombre de membres est
ramené de seize à douze. De plus, dix membres
seulement possèdent une voix délibérative. La
nouvelle composition est entrée en vigueur le 1
er
janvier 2009.
Pour l'instant aucun nouveau comité de gestion n'a
en effet encore été désigné, mais la procédure a
été entamée. Il a été demandé aux organisations
des employeurs et des travailleurs et au ministre de
la Coopération au développement de proposer leurs
candidats. Lorsque l'OSSOM aura reçu toutes les
candidatures, la procédure de nomination pourra se
dérouler rapidement. Depuis la dissolution du
comité précédent, la gestion quotidienne de l'office
est assurée par le fonctionnaire dirigeant qui
continuera à l'assurer jusqu'à ce que le nouveau
comité de gestion soit composé. Á ce jour, cette
situation n'a pas encore eu d'impact négatif au
niveau de l'organisation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22/04/2009
CRABV 52
COM 528
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
03 Vraag van de heer Stefaan Vercamer aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het onderzoek naar de
mogelijkheid voor OCMW's om personen
ambtshalve aan te sluiten bij een ziekenfonds of
de Hulpkas" (nr. 12108)
03 Question de M. Stefaan Vercamer à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'étude sur
la possibilité pour les CPAS d'affilier d'office des
personnes à une mutualité ou à la Caisse
auxiliaire" (n° 12108)
03.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Onze OCMW's
worden geconfronteerd met mensen die op het
grondgebied van hun gemeente verblijven en niet
verzekerd zijn in het kader van de verplichte
ziekteverzekering. Dat betekent dat de financiële
lasten volledig bij de OCMW's liggen. Omdat de
aansluiting moet gebeuren door de persoon zelf,
kunnen de OCMW's hen ook niet ambtshalve
aansluiten bij een ziekenfonds of de Hulpkas. De
minister heeft in januari 2008 beloofd dat zij zou
laten onderzoeken of OCMW's die mogelijkheid
kunnen krijgen.
Is dat onderzoek al gebeurd? Als het nog niet
gebeurd is, wat is daarvoor dan de reden? Als het al
wel heeft plaatsvonden: wat zijn de resultaten? Is de
minister bereid de wet te wijzigen? Graag had ik
ook meer duidelijkheid over de budgettaire
gevolgen.
03.01 Stefaan Vercamer (CD&V) : Nos CPAS sont
confrontés au cas de personnes résidant sur le
territoire de leur commune et qui ne sont pas
assurées dans le cadre de l'assurance maladie
obligatoire. Il en résulte que les charges financières
incombent intégralement aux CPAS. Etant donné
que l'affiliation doit être effectuée par la personne
elle-même, les CPAS ne peuvent procéder à une
affiliation d'office auprès d'une mutualité ou de la
caisse auxiliaire. La ministre avait promis en janvier
2008 de faire examiner la possibilité de donner ce
pouvoir aux CPAS.
Cette possibilité a-t-elle déjà été examinée à
présent ? Dans la négative, pourquoi ? Dans
l'affirmative, à quelles conclusions est-on parvenu ?
La ministre est-elle disposée à modifier la
législation ? Qu'en est-il par ailleurs des
conséquences budgétaires ?
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De heer
Vercamer is vastbesloten een oplossing te vinden.
Hij stelde me hierover reeds een vraag in januari
2008. Ik bevestig het antwoord dat ik destijds gaf.
03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
M. Vercamer est déterminé à trouver une solution. Il
m'avait interrogée en janvier 2008 et je confirme ma
réponse de l'époque.
(Nederlands) Het principe van de vrije keuze van
verzekeringsinstelling is een essentieel element van
de wet op de verplichte verzekering. Een afwijking
van dat principe vereist breed overleg en ernstig
studiewerk. Ik hecht veel belang aan de
toegankelijkheid van het recht op geneeskundige
zorgen. Er moet een oplossing worden gevonden
voor mensen die zich in een moeilijke situatie
bevinden.
Op basis van overleg met het Riziv blijkt dat de
OCMW-wetgeving voldoende garanties biedt voor
het respecteren van de vrije keuze. Artikel 60,
paragraaf 5 van de organieke wet van 1976 bepaalt
dat het OCMW de betrokkene inschrijft in de
instelling van zijn keuze. Bij gebrek aan een keuze,
wordt de inschrijving bij de Hulpkas aangevraagd.
Als bij een maatschappelijk onderzoek blijkt dat een
persoon
niet
is
aangesloten
bij
een
verzekeringsinstelling, is het OCMW wettelijk
verplicht hem aan te sluiten. Artikel 60, paragraaf 5
kan dus worden beschouwd als een bijkomende
wettelijke en uitzonderlijke afwijking op het principe
van artikel 118 van de ziekteverzekeringswet.
(En néerlandais) Le principe du libre choix de
l'organisme assureur constitue un élément essentiel
de la loi sur l'assurance obligatoire. Une dérogation
à ce principe nécessite une vaste concertation et
une analyse approfondie. J'accorde une grande
importance à l'accessibilité du droit aux soins
médicaux. Une solution doit être trouvée pour les
personnes qui vivent une situation difficile.
Il ressort d'une concertation avec l'INAMI que la
législation sur les CPAS offre suffisamment de
garanties en ce qui concerne le respect du libre
choix. L'article 60, paragraphe 5, de la loi organique
de 1976 prévoit que le CPAS inscrit l'intéressé
auprès de l'organisme de son choix. En l'absence
d'un choix, l'inscription à la Caisse auxiliaire est
demandée. S'il ressort d'une enquête sociale
qu'une personne n'est pas affiliée auprès d'un
organisme assureur, le CPAS est légalement tenu
de l'affilier. L'article 60, paragraphe 5, peut donc
être considéré comme une dérogation légale et
exceptionnelle et supplémentaire au principe de
l'article 118 de la loi sur l'assurance-maladie.
CRABV 52
COM 528
22/04/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
03.03 Stefaan Vercamer (CD&V): Ik ben blij dat er
een oplossing is voor dit probleem. Ik hoop dat ook
de OCMW's op de hoogte worden gebracht, zodat
zij weten wat zij moeten doen.
03.03 Stefaan Vercamer (CD&V) : Je me réjouis
qu'une solution à ce problème ait été trouvée.
J'espère que les CPAS en seront également
informés, de sorte qu'ils sachent ce qu'ils doivent
faire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Stefaan Vercamer aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de middelen van het
Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten
(FCUD)" (nr. 12241)
- de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"het
Fonds
voor
Collectieve Uitrustingen en Diensten (FCUD)"
(nr. 12289)
04 Questions jointes de
- M. Stefaan Vercamer à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
sur
"les
moyens
du
Fonds
d'équipements et de services collectifs (FESC)"
(n° 12241)
- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le Fonds d'équipements et de
services collectifs (FESC)" (n° 12289)
04.01 Stefaan Vercamer (CD&V): Omdat de
beschikbare middelen voor de kinderopvang
onvoldoende zijn, is het belangrijk dat ze efficiënt
worden besteed, wat vandaag niet het geval is. Een
arrest van het Grondwettelijk Hof uit 2004 bepaalt
dat het Fonds voor Collectieve Uitrustingen en
Diensten (FCUD) niet bevoegd is voor de
rechtstreekse
financiering
van
kinderopvanginstellingen, maar dat het wel een
aanvulling op de kinderbijslag mag verstrekken als
bijdrage in de kosten van kinderopvang, als de
federale overheid en de deelstaten daarover een
samenwerkingsakkoord sluiten. Dat gebeurde tot nu
toe niet.
In het debat over de staatshervorming is het
overhevelen van de bevoegdheden van het FCUD
een van de prioriteiten. Het maakte deel uit van het
eerste pakket maatregelen van begin 2008.
Over hoeveel middelen voor de financiering van
kinderopvang beschikte het FCUD in 2006, 2007,
2008 en 2009? Hoeveel daarvan werd niet
besteed? Welke projecten werden er ondersteund
door het fonds? Op welke wettelijke basis gebeuren
er nu uitgaven door het FCUD? Is de minister het
ermee eens dat de bevoegdheden van het FCUD
inzake kinderopvang overgeheveld moeten worden
of
geeft
ze
de
voorkeur
aan
een
samenwerkingsakkoord?
04.01 Stefaan Vercamer (CD&V) : Les moyens
disponibles pour l'accueil des enfants étant
insuffisants, il est important qu'ils soient affectés
efficacement, ce qui n'est pas le cas aujourd'hui. Un
arrêt de la Cour constitutionnelle de 2004 stipule
que le Fonds d'équipements et de services
collectifs (FESC) n'est pas compétent pour financer
directement les institutions d'accueil d'enfants mais
qu'il peut accorder un complément aux allocations
familiales à titre de contribution aux coûts de
l'accueil, si le pouvoir fédéral et les entités fédérées
concluent un accord de coopération à ce sujet. Rine
de tel n'a été fait à ce jour.
Dans le débat relatif à la réforme de l'État, le
transfert des compétences du FESC constitue une
priorité. Il figure dans le premier paquet de mesures
depuis début 2008.
De quels moyens le FESC a-t-il disposé pour
l'accueil des enfants en 2006, 2007, 2008 et 2009 ?
Quelle part de ces moyens n'a pas été attribuée ?
Quels projets ont été soutenus pas le Fonds ? Sur
quelle base légale les dépenses du FESC reposent-
elles ? La ministre confirme-t-elle que les
compétences du FESC en matière d'accueil des
enfants doivent être transférées ou sa préférence
va-t-elle à un accord de coopération ?
Wat is de timing?
Quel est le calendrier prévu ?
04.02 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Dit dossier
sleept nu al enkele regeerperiodes aan. Onze
fractie
diende
hierover
al
verschillende
wetsvoorstellen in. Het Grondwettelijk Hof heeft zich
in 2004 duidelijk uitgesproken. Daarop stelde
04.02 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Ce
dossier stagne depuis plusieurs législatures déjà.
Notre groupe a déjà déposé plusieurs propositions
de loi à ce sujet. La Cour constitutionnelle s'est
prononcée clairement en 2004. Le ministre
22/04/2009
CRABV 52
COM 528
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
gewezen minister Demotte de wet van 21 april 2007
voor, maar die trad nooit in werking.
Wat
is
de stand
van zaken van het
samenwerkingsakkoord? Welke middelen van het
FCUD gingen er naar de verschillende projecten per
Gewest? Hoe ver staat het met de uitvoering van
het arrest van het Grondwettelijk Hof? Wat is de
visie van de minister over de overheveling van de
bevoegdheden van het fonds?
Demotte, en charge du département à l'époque,
avait alors rédigé la loi du 21 avril 2007 qui n'est
toutefois jamais entrée en vigueur.
Qu'en est-il de l'accord de coopération ? Quels
moyens du FESC ont-ils été affectés aux différents
projets par Région ? Qu'en est-il de l'exécution de
l'arrêt de la Cour constitutionnelle ? Quel est le point
de vue de la ministre concernant le transfert des
compétences du fonds ?
04.03 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Kinderopvang ligt mij na aan het hart, want het is
een belangrijke voorwaarde om werk en gezin te
kunnen combineren. De beschikbare middelen
moeten op een doelmatige wijze worden
aangewend.
04.03 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : L'accueil des enfants me tient très à
coeur, car il s'agit d'une condition essentielle pour
pouvoir combiner vie familiale et vie professionnelle.
Les moyens disponibles doivent être affectés
efficacement.
In 2006 bedroeg de opbrengst van de
werkgeversbijdrage voor het FCUD 50.246.047,46
euro, de bijdrage van het globaal beheer bedroeg
16.500.000 euro, en er werd 51.006.143,85 euro
besteed.
En 2006, pour le FESC, le produit des cotisations
des employeurs a atteint 50.246.047,46 euros, le
montant des cotisations de la gestion globale
s'élevait à 16.500.000 euros et 51.006.143,85 euros
ont été dépensés.
(Frans) Voor 2007 bedroeg de opbrengst van de
werkgeversbijdragen 52 miljoen euro, waarvan
51 miljoen werd besteed. Voor 2008 beliepen zowel
de bijdragen als de bestedingen 54 miljoen. In 2009
bedraagt de opbrengst van de werkgeversbijdragen
56 miljoen en de vooropgestelde besteding
55 miljoen euro.
De bijdragen van het globaal beheer voor 2007 en
2008 bedroegen respectievelijk 18 en 20 miljoen
euro. Aangezien men er niet in geslaagd is een
samenwerkingsakkoord te sluiten, konden ze niet
aan het Fonds voor collectieve uitrustingen en
diensten worden doorgestort. De bijdrage voor 2009
bedraagt 20 miljoen en is ingeschreven in het
globaal beheer.
(En français) Pour l'exercice 2007, le produit de la
cotisation patronale s'élevait à 52 millions d'euros,
tandis que l'affectation représentait 51 millions.
Pour 2008, il s'agissait de 54 millions d'euros, tant
pour la cotisation patronale que pour l'affectation.
En 2009, le produit de la cotisation patronale s'élève
à 56 millions d'euros, et l'affectation prévue est de
55 millions.
Les cotisations de la gestion globale pour 2007 et
2008 s'élevaient respectivement à 18 et 20 millions
d'euros. Un accord de coopération n'ayant pas pu
être conclu, elles n'ont pas été versées au Fonds
d'équipements et de services collectifs. La
cotisation pour 2009 s'élève à 20 millions et est
inscrite à la gestion globale.
(Nederlands) De wet van 21 april 2007, die de
financiering van het FCUD wijzigt, is nog niet van
kracht omdat er nog geen samenwerkingsakkoord
tussen federale overheid en deelstaten werd
gesloten. Daardoor werden de middelen vanuit het
globaal beheer, die bedoeld waren als bijdrage in de
kosten voor kinderopvang, nog niet besteed. De
besteding van de middelen van het FCUD wordt
nog altijd bepaald door de wet van 22 februari 1998
en het is dus niet zo dat de middelen niet besteed
worden.
De voorbije vijf jaar werden de middelen van het
FCUD besteed aan projecten voor de opvang van
kinderen van 2,5 tot 12 jaar buiten de schooluren,
(En néerlandais) La loi du 21 avril 2007 modifiant le
financement du FESC n'est pas encore entrée en
vigueur, faute d'accord de coopération entre l'Etat
fédéral et les entités fédérées. C'est la raison pour
laquelle les moyens de la gestion globale prévus
pour intervenir dans les frais d'accueil des enfants
n'ont pas encore été dépensés. C'est toujours la loi
du 22 février 1998 qui régit les dépenses des
moyens du FESC, et cela ne signifie nullement que
l'argent n'est pas dépensé.
Au cours de ces cinq dernières années, les
ressources du FESC ont été consacrées à des
projets d'accueil extrascolaire des enfants de 2,5 à
CRABV 52
COM 528
22/04/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
de opvang van zieke kinderen thuis, de flexibele
opvang van kinderen van 0 tot 12 jaar en de
noodopvang van kinderen tussen 0 en 3 jaar.
12 ans, à l'accueil des enfants malades à domicile,
à l'accueil flexible des enfants de 0 à 12 ans et à
l'accueil d'urgence d'enfants de 0 à 3 ans.
In 2005 kregen de Nederlandstalige projecten
26.801.116,37
euro
en
de
Franstalige
23.305.543,71 euro. In 2006 ging 27.344.160,21
euro
naar
Nederlandstalige
projecten
en
23.671.983,64 euro naar Franstalige.
En 2005, les projets néerlandophones ont bénéficié
d'un montant de 26.801.116,37 euros, et les projets
francophones, d'une somme de 23.305.543,71
euros. En 2006, 27.344.160,21 euros ont été
consacrés à des projets néerlandophones et
23.671.983,64 euros à des projets francophones.
In
2007
ging
27.775.096,52
euro
naar
Nederlandstalige en 23.937.394,89 euro naar
Franstalige projecten. In 2008 kregen de
Nederlandstalige projecten 29.499.494,65 euro en
de Franstalige 25.013.798,38 euro. In 2009 zullen
de Nederlandstalige projecten 29.573.605,97 euro
krijgen en de Franstalige 25.872.678,44 euro.
De wettelijke basis is artikel 107 van de wet van
1998. Het KB van 19 augustus 1997 en het
bijzonder reglement van 2 september 1997 zorgen
voor de uitwerking van die wet.
En 2007, 27.775.096,52 euros ont été alloués à des
projets néerlandophones et 23.937.394,89 euros
ont été alloués à des projets francophones. En
2008, les projets néerlandophones se sont vu
attribuer 29.499.494,65 euros tandis que les projets
francophones ont reçu 25.013.798, 38 euros. En
2009, les projets néerlandophones obtiendront une
enveloppe de 29.573.605,97 euros et les projets
francophones un budget de 25.872.678,44 euros.
La base légale est l'article 107 de la loi de 1998.
L'arrêté royal du 19 août 1997 et le règlement
spécial du 2 septembre 1997 régissent l'élaboration
de cette loi.
(Frans)
Wellicht
zullen
de
samenwerkingsakkoorden snel gesloten worden. Ik
werk verder aan het overleg tussen de federale
overheid en de Gemeenschappen, want dat biedt
de beste waarborgen voor kinderopvang met
toegevoegde waarde.
Bij institutionele debatten zal ik me vóór alles laten
leiden door het belang van de ouders en van de
kinderen.
(En français) Les accords de coopération devraient
être conclus rapidement. Je poursuis mes efforts de
concertation entre le fédéral et les Communautés,
car c'est la meilleure garantie d'une valeur ajoutée
pour l'accueil d'enfants.
Dans les débats institutionnels, les intérêts des
parents et des enfants me guideront avant toute
autre considération.
04.04 Stefaan Vercamer (CD&V): De middelen
voor het algemeen beheer worden dus niet
uitgegeven, waardoor er ondertussen een overschot
is van tientallen miljoenen die niet kunnen worden
besteed, terwijl er zoveel nood aan is in de
kinderopvang. De minister zegt dat er snel een
samenwerkingsakkoord zal worden gesloten, maar
wat is snel?
04.04 Stefaan Vercamer (CD&V) : Les moyens
destinés à la gestion globale ne sont donc pas
dépensés et un excédent de plusieurs dizaines de
millions, qui ne peuvent être alloués, s'est constitué
entre-temps, alors que les besoins sont si
importants dans le secteur de l'accueil d'enfants. La
ministre dit qu'un accord de coopération sera
conclu
« rapidement ».
Qu'entend-elle
par
« rapidement » ?
04.05 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik ken
dit dossier zeer goed; toen ik minister-president van
de Franse Gemeenschap was, werden die dossiers
overgeheveld naar het federale niveau en toen ik
naar het federale niveau kwam, was er sprake van
ze weer naar de Gemeenschappen over te hevelen.
Ik wens dat het overleg zo snel mogelijk tot stand
komt, maar ik kan daar geen datum opplakken
omdat ik niet weet of mijn collega's ermee zullen
instemmen. Bijkomend probleem is dat dit dossier
04.05 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je connais bien ce dossier ; lorsque j'étais ministre-
présidente de la Communauté française, ces
dossiers ont été transférés au fédéral et quand je
suis arrivée au fédéral, il y a eu les débats pour les
transférer à nouveau aux Communautés.
Je suis favorable à une concertation le plus
rapidement possible, mais ne puis vous donner de
délai car j'ignore si j'obtiendrai un accord de mes
collègues. D'autant plus que ce dossier fait aussi
22/04/2009
CRABV 52
COM 528
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
ook
deel
uitmaakt
van
de
institutionele
besprekingen en dat sommigen menen dat er
bepaalde dossiers moeten worden geblokkeerd.
Ik wens dus dat die middelen op de juiste plaats
terechtkomen, maar ik heb niet alle touwtjes in
handen.
l'objet de discussions liées à l'institutionnel et que
certains estiment que des blocages sont
nécessaires.
Je souhaite que ces moyens aillent là où ils doivent
aller, mais je ne suis pas seule à la manoeuvre.
04.06 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Iedereen is
het erover eens dat kinderopvang belangrijk is en
dat er voldoende middelen aan moeten worden
besteed. Daarom is het opvallend dat de wet van
2007 nog steeds niet in werking kon treden. De
minister blijft vaag over het samenwerkingsakkoord.
De communautaire scheeftrekking bij de besteding
van de middelen van het FCUD is grotendeels
weggewerkt, al wordt de correcte 60/40-verhouding
nog
steeds
niet
helemaal
bereikt.
Het
Grondwettelijk Hof is echter duidelijk over het feit
dat kinderopvang een bevoegdheid van de
Gemeenschappen. Dit kan dus best overgeheveld
worden.
04.06 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Personne
ne niera que l'accueil des enfants est une matière
importante et que des moyens suffisants doivent lui
être alloués. Il est d'autant plus étonnant de
constater que la loi de 2007 n'est toujours pas
entrée en vigueur. La ministre reste vague sur
l'accord
de
coopération.
La
distorsion
communautaire dans l'octroi des moyens du FESC
a, en grande partie, disparu, même si le rapport
correct 40/60 n'est pas encore tout à fait atteint. La
Cour constitutionnelle ne laisse subsister aucun
doute quant au fait que l'accueil des enfants
constitue une compétence des Communautés.
Cette compétence peut, par conséquent, être
transférée.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "geplaatste kinderen voor
wie geen kinderbijslag wordt uitgekeerd"
(nr. 12400)
05 Question de Mme Kattrin Jadin à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la non-
perception de prestations familiales par les
enfants placés" (n° 12400)
05.01 Kattrin Jadin (MR): Als een kind jonger dan
achttien jaar door een overheid in een instelling
wordt geplaatst, wordt twee derde van de
kinderbijslag gestort aan de instelling en gaat een
derde naar de persoon die vóór de plaatsing instond
voor de opvoeding van het kind, voor zover die
persoon blijft zorgen voor het kind.
05.01 Kattrin Jadin (MR) : Pour les enfants de
moins de dix-huit ans placés par une autorité dans
une institution, deux tiers des allocations familiales
sont payés à l'institution et un tiers à la personne
qui élevait l'enfant avant le placement, tant que
cette personne continue de s'occuper de l'enfant.
De jeugdrechter of de voor de jeugdbescherming
bevoegde overheid kan beslissen om dat derde
deel te storten op een geblokkeerde spaarrekening
op naam van het kind.
Sommige kinderen vallen echter onder het stelsel
van de gewaarborgde kinderbijslag. In dat geval
wordt de gewaarborgde kinderbijslag niet uitbetaald,
tenzij aan de personen die die bijslag net vóór de
plaatsing van het kind in een instelling reeds
ontvingen.
Hoeveel geplaatste kinderen ontvangen die
gewaarborgde kinderbijslag niet? Hoe wordt dat
verschil in behandeling tussen geplaatste kinderen
gerechtvaardigd? Zou men geen oplossing moeten
vinden voor die kinderen die het zo al moeilijk
genoeg hebben?
Le juge de la jeunesse ou l'autorité compétente en
matière de protection de la jeunesse peut décider
que ce tiers sera versé sur un compte d'épargne
bloqué au nom de l'enfant.
Cela étant, il arrive que des enfants ressortissent au
régime des prestations familiales garanties. Dans
ce cas, les allocations familiales garanties ne sont
pas payées, sauf pour les personnes qui les
recevaient déjà juste avant que l'enfant soit placé
dans une institution.
Combien d'enfants placés ne reçoivent pas ces
prestations familiales garanties ? Comment justifier
cette différence entre enfants placés ? Ne faudrait-il
pas trouver une solution pour ces enfants déjà
fragilisés ?
CRABV 52
COM 528
22/04/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
05.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
kinderbijslagregeling voor werknemers houdt
rekening met twee soorten plaatsing van het kind.
Indien het kind in een instelling geplaatst wordt,
wordt twee derde van de bijslag gestort aan de
instelling en gaat een derde naar de persoon die het
kind vóór zijn plaatsing opvoedde. Indien het kind
echter in het kader van de jeugdbescherming in een
gemeenschapsinstelling geplaatst wordt, wordt twee
derde van de gezinsbijslag toegekend aan de
betrokken Gemeenschap en wordt de begunstigde
van het overblijvende derde deel aangewezen door
de plaatsende overheid. Meestal wordt het saldo
aan het gezin uitbetaald of op een spaarboekje op
naam van het kind geplaatst.
05.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le régime des allocations familiales pour
travailleurs salariés envisage deux types de
placement dont l'enfant peut faire l'objet.
En cas de placement en institution, deux tiers des
allocations reviennent à l'institution et un tiers à la
personne qui élevait l'enfant avant son placement.
Cependant, si l'enfant est placé dans le cadre de la
protection de la jeunesse dans une institution à
charge des Communautés, deux tiers des
allocations familiales reviennent à la Communauté
concernée et le destinataire du dernier tiers est
désigné par l'autorité ayant décidé du placement. Le
plus souvent, le solde reviendra à la famille ou sera
placé sur un livret au nom de l'enfant.
In het geval van plaatsing bij privépersonen komt de
situatie hierop neer: zowel het stelsel van de
kinderbijslag voor werknemers als het stelsel van
de gewaarborgde kinderbijslag bepaalt dat het gezin
van oorsprong een derde van de bijslag of een vast
bedrag behoudt om de contacten met het
geplaatste kind te waarborgen, ongeacht het type
plaatsing.
De forfaitaire bijslag is dezelfde in beide stelsels en
bedraagt vandaag 55,96 euro, een derde van de
gemiddelde
kinderbijslag
die
werknemers
ontvangen voor een kind.
Kortom, geplaatste kinderen worden op dezelfde
manier behandeld ongeacht het stelsel van de
kinderbeslag; ze worden dus niet gediscrimineerd.
En cas de placement chez un particulier, en
résumé, tant le régime des allocations familiales
pour travailleurs salariés que le régime des
prestations familiales garanties prévoient, pour la
famille d'origine, un tiers d'allocations ou un
montant forfaitaire permettant de maintenir des
contacts avec l'enfant placé, quel que soit le type de
placement.
L'allocation forfaitaire, identique dans les deux
régimes, s'élève actuellement à 55,96 euros, soit un
tiers du montant mensuel moyen des allocations
familiales pour travailleurs salariés versées pour un
enfant.
En conclusion, les enfants placés ne subissent pas
de discrimination selon leur régime d'allocations
familiales.
Het enige verschil betreft de aan het gezin van
oorsprong verschuldigde kinderbijslag, die een
derde van de kinderbijslag kan zijn, of een
forfaitaire bijslag ten laste van het stelsel van de
werknemers of een forfaitaire bijslag ten laste van
het stelsel van de gewaarborgde kinderbijslag.
La seule différence concerne la prestation due à la
famille d'origine, qui peut être un tiers des
allocations familiales, une allocation forfaitaire à
charge du régime des travailleurs salariés ou une
allocation forfaitaire à charge du régime des
prestations familiales garanties.
05.03 Kattrin Jadin (MR): Het gaat om een
ingewikkelde materie. Als iets me nog onduidelijk
zou zijn, zal ik een nieuwe vraag tot u richten.
05.03 Kattrin Jadin (MR) : C'est une matière
complexe. Si des zones d'ombre subsistent, je vous
interrogerai à nouveau.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.00 uur.
La réunion publique de commission est levée à
15 heures.