KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 471
CRABV 52 COM 471
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
dinsdag
mardi
03-03-2009
03-03-2009
Voormiddag
Matin
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Interpellatie van mevrouw Liesbeth Van der
Auwera tot de minister van Pensioenen en
Maatschappelijke Integratie over "het pensioen
van weduwen van sommige piloten" (nr. 268)
1
Interpellation de Mme Liesbeth Van der Auwera à
la ministre des Pensions et de l'Intégration sociale
sur "la pension perçue par les veuves de certains
pilotes" (n° 268)
1
Sprekers: Liesbeth Van der Auwera, Marie
Arena,
minister
van
Maatschappelijke
Integratie, Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Liesbeth Van der Auwera, Marie
Arena, ministre de l'Intégration sociale, des
Pensions et des Grandes Villes
Moties
2
Motions
2
Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de toegelaten
arbeid voor ambtenaren die wegens lichamelijke
ongeschiktheid
op
rust
werden
gesteld"
(nr. 11009)
3
Question de Mme Maggie De Block à la ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "le travail autorisé aux
fonctionnaires mis à la retraite pour inaptitude
physique" (n° 11009)
3
Sprekers: Maggie De Block, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Maggie De Block, Marie Arena,
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions
et des Grandes Villes
Vraag van mevrouw Martine De Maght aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de
beperkingen op de toegelaten bijverdienste voor
ambtenaren
die
wegens
lichamelijke
ongeschiktheid
op
rust
werden
gesteld"
(nr. 11066)
4
Question de Mme Martine De Maght à la ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "les restrictions relatives au
revenu d'appoint dont peuvent bénéficier les
fonctionnaires mis à la retraite pour inaptitude
physique" (n° 11066)
4
Sprekers: Martine De Maght, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Martine De Maght, Marie Arena,
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions
et des Grandes Villes
Vraag van de heer Roel Deseyn aan de minister
van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en
Grote Steden over "het goedkoper maken van
kinderopvang
voor
jonge
weduwen
en
weduwnaars" (nr. 11075)
5
Question de M. Roel Deseyn à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes
villes sur "la réduction du coût de l'accueil des
enfants pour les jeunes veufs et veuves"
(n° 11075)
5
Sprekers: Roel Deseyn, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Roel Deseyn, Marie Arena, ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes Villes
Samengevoegde vragen van
7
Questions jointes de
7
- de heer Wouter De Vriendt aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de Nationale Pensioenconferentie"
(nr. 11125)
7
- M. Wouter De Vriendt à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes
villes sur "la Conférence nationale des pensions"
(n° 11125)
7
- mevrouw Sonja Becq aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de participatie van senioren op de
Nationale Pensioenconferentie" (nr. 11167)
7
- Mme Sonja Becq à la ministre de l'Intégration
sociale, des Pensions et des Grandes villes sur
"la participation de seniors à la Conférence
nationale pour les pensions" (n° 11167)
7
- mevrouw Maggie De Block aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de Nationale Pensioenconferentie"
(nr. 11432)
7
- Mme Maggie De Block à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes
villes sur "la Conférence nationale des pensions"
(n° 11432)
7
Sprekers: Wouter De Vriendt, Sonja Becq,
Maggie De Block, Marie Arena, minister van
Orateurs: Wouter De Vriendt, Sonja Becq,
Maggie De Block, Marie Arena, ministre de
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en
Grote Steden
l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes Villes
Vraag van mevrouw Dalila Douifi aan de minister
van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en
Grote Steden over "de betaling van pensioenen
door De Post" (nr. 10630)
11
Question de Mme Dalila Douifi à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes
villes sur "le paiement des pensions par La Poste"
(n° 10630)
11
Sprekers: Dalila Douifi, Marie Arena, minister
van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen
en Grote Steden
Orateurs: Dalila Douifi, Marie Arena, ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes Villes
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
DINSDAG
03
MAART
2009
Voormiddag
______
du
MARDI
03
MARS
2009
Matin
______
De vergadering wordt geopend om 10.09 uur en
voorgezeten door mevrouw Florence Reuter.
La réunion publique est ouverte à 10 h 09 sous la
présidence de Mme Florence Reuter.
01 Interpellatie van mevrouw Liesbeth Van der
Auwera tot de minister van Pensioenen en
Maatschappelijke Integratie over "het pensioen
van weduwen van sommige piloten" (nr. 268)
01 Interpellation de Mme Liesbeth Van der
Auwera à la ministre des Pensions et de
l'Intégration sociale sur "la pension perçue par
les veuves de certains pilotes" (n° 268)b>
01.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Na het
overlijden van een piloot, geboren voor 1934, met
een volledige loopbaan als gebrevetteerd varend
personeel bij de luchtmacht en op rust gesteld op
45 jaar met de graad van adjudant-chef-vlieger,
krijgt zijn weduwe een overlevingspensioen van
slechts 38 in plaats van 56 procent van zijn
brutopensioen. Dit is een discriminatie ten opzichte
van de weduwen van alle andere categorieën van
piloten en is zeer onrechtvaardig omdat veel van
deze piloten eigenlijk gedwongen werden om
vervroegd met pensioen te gaan.
Wij hebben daarover herhaaldelijk vragen gesteld
aan
de
diverse
vorige
ministers
van
Landsverdediging en Pensioenen. Op 18 april 2007
antwoordde minister Flahaut dat besprekingen
tussen beide administraties tot een akkoord hadden
geleid ten aanzien van onderofficieren en piloten die
tussen 1 januari 1976 en 31 december 1978 op
vervroegd pensioen zijn vertrokken. Er zou voor hen
een rechtzetting gebeuren. Op 19 oktober 2008
beloofde ook minister Arena maatregelen te zullen
treffen. Wanneer en hoe zal dit probleem eindelijk
worden opgelost?
01.01 Liesbeth Van der Auwera (CD&V) : La
veuve d'un pilote né avant 1934 qui avait effectué
une carrière complète comme membre du
personnel navigant breveté à la force aérienne et
qui avait été admis à la retraite à l'âge de 45 ans
avec le grade d'adjoint-chef-aviateur perçoit une
pension de survie qui ne s'élève qu'à 38% au lieu
de 56% de sa pension brute. Il s'agit d'une
discrimination à l'égard des veuves de pilotes de
toutes les autres catégories, de surcroît très injuste
parce que nombreux de ces pilotes ont en fait été
contraints de prendre une retraite anticipée.
Nous avons plusieurs fois posé des questions à ce
sujet aux divers anciens ministre de la Défense et
des Pensions. Le 18 avril 2007, le ministre Flahaut
a répondu que des pourparlers entre les deux
administrations avaient conduit à un accord
concernant les sous-officiers et les pilotes qui ont
pris une retraite anticipée entre le 1
er
janvier 1976 et
le 31 décembre 1978. Une rectification devait être
opérée en leur faveur. Le 19 octobre 2008, la
ministre Arena a également promis de prendre des
mesures. Quand et comment ce problème sera-t-il
en définitive résolu ?
01.02 Minister Marie Arena (Frans): We hebben
eerder al over deze kwestie gesproken. Er wordt
een fundamenteel verschillende berekeningswijze
voor
het
overlevingspensioen
gehanteerd
afhankelijk van de reden waarom de overleden
echtgenoot vóór de leeftijd van 60 jaar op pensioen
werd gesteld. Enkel voor de rechtverkrijgende van
01.02 Marie Arena, ministre (en français) : Nous
avons déjà eu l'occasion d'aborder cette question.
Les modalités de calcul d'une pension de survie
sont fondamentalement différentes selon les
raisons pour lesquelles le conjoint décédé a été
pensionné avant l'âge de 60 ans. Ce n'est que pour
l'ayant droit du membre du personnel décédé qui a
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
een overleden personeelslid dat vóór de leeftijd van
60 jaar ambtshalve op pensioen werd gesteld, is
een gunstigere berekeningswijze van toepassing.
Per 31 december 1978 werd voor een aantal
onderofficieren-piloten de leeftijdsgrens verlaagd
van 56 jaar naar 45 of 51 jaar. De weduwe van een
luchtmachtpiloot die ambtshalve op pensioen werd
gesteld wegens het bereiken van de leeftijdsgrens
van 45 jaar, kan dus aanspraak maken op de
gunstigere berekeningswijze voor het pensioen. Dit
voordeel moet volgens sommigen ook gelden voor
de weduwen van luchtmachtpiloten die op eigen
verzoek
gepensioneerd werden, onder het
voorwendsel dat ze door hun superieuren onder
druk werden gezet om vervroegd met pensioen te
gaan. Ik heb voor die bewering nog geen concreet
bewijs gekregen.
été pensionné d'office avant 60 ans qu'un calcul
plus favorable est appliqué. À partir du 31
décembre 1978, la limite d'âge pour certains sous-
officiers aviateurs a été ramenée de 56 à 45 ans ou
51 ans. La veuve d'un pilote de la Force aérienne
qui a été pensionné d'office en raison de la limite
d'âge de 45 ans peut revendiquer le calcul d'une
pension plus favorable. Cet avantage est aussi
revendiqué pour des veuves de pilotes de la Force
aérienne partis à la retraite à leur propre demande
sous prétexte qu'ils auraient été mis sous pression
par leurs supérieurs pour demander leur pension
anticipée. Je n'ai pas encore reçu de preuve
concrète de cette allégation.
De uitbreiding van dat voordeel tot de weduwen van
die piloten zou een discriminerende maatregel zijn
en het lijkt dan ook niet opportuun om een
bijzondere wetsbepaling in die zin in te voeren.
Une extension de cet avantage aux veuves de ces
pilotes serait discriminatoire et il n'apparaît donc
pas opportun d'introduire une disposition légale
particulière allant dans ce sens.
01.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V): Ik ben
geschokt door het antwoord. De minister antwoordt
exact hetzelfde als toenmalig minister Tobback
tijdens de commissievergaderingen van 2005-2006.
Nadien heeft minister Tobback zijn standpunt
gewijzigd op basis van de aangebrachte feiten van
de administratie van Defensie en de hoogste
legerchefs. Uit hun verklaringen blijkt overduidelijk
dat die mensen wel degelijk gedwongen vervroegd
op rust werden gesteld. Zulke verklaringen van
superieuren moeten toch volstaan. Minister
Tobback beloofde dan ook dat men maatregelen
zou nemen. Het antwoord van minister Arena
getuigt van weinig respect voor de gedupeerden. Ik
dien dan ook een motie van aanbeveling in.
01.03 Liesbeth Van der Auwera (CD&V) : La
réponse me choque. La ministre répond
exactement la même chose que le ministre de
l'époque, M. Tobback, au cours des réunions de
commission en 2005-2006. Ce dernier a ensuite
modifié son point de vue sur la base des faits
communiqués par le département de la Défense et
la haute hiérarchie de l'armée. Il ressort clairement
de leurs déclarations que ces personnes ont
effectivement été contraintes de partir à la
prépension. De telles déclarations d'officiers
supérieurs devraient tout de même suffire.
M. Tobback avait alors également promis que des
mesures seraient prises. La réponse de Mme Arena
témoigne de peu de respect pour les personnes
dupées. Je dépose dès lors une motion de
recommandation.
Moties
Motions
Tot besluit van deze bespreking werden volgende
moties ingediend.
En conclusion de cette discussion, les motions
suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door
mevrouw Liesbeth Van der Auwera en de heer Roel
Deseyn en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van mevrouw Liesbeth Van
der Auwera
en het antwoord van de minister van Pensioenen en
Maatschappelijke Integratie,
vraagt de regering
- onverwijld
werk
te
maken
van
het
overlevingspensioen
van
weduwen
van
luchtmachtpiloten die onvrijwillig op pensioen zijn
Une motion de recommandation a été déposée par
Mme Liesbeth Van der Auwera et M. Roel Deseyn
et est libellée comme suit :
« La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de Mme Liesbeth Van
der Auwera
et la réponse de la ministre des Pensions et de
l'Intégration sociale,
demande au gouvernement
- de s'atteler sans délai à la question de la pension
de survie perçue par les veuves de pilotes de la
Force aérienne contraints de prendre leur pension ;
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
gesteld;
- de discriminaties voor deze weduwen op te
heffen."
- de supprimer les discriminations subies par ces
veuves ».
Een eenvoudige motie werd ingediend door de
dames Florence Reuter en Maggie De Block.
Une motion pure et simple a été déposée par Mmes
Florence Reuter et Maggie De Block.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La
discussion est close.
02 Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de toegelaten
arbeid voor ambtenaren die wegens lichamelijke
ongeschiktheid op rust werden gesteld"
(nr. 11009)
02 Question de Mme Maggie De Block à la
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et
des Grandes villes sur "le travail autorisé aux
fonctionnaires mis à la retraite pour inaptitude
physique" (n° 11009)
02.01 Maggie De Block (Open Vld): Ambtenaren
die definitief lichamelijk ongeschikt bevonden
werden, worden ambtshalve op rust gesteld. Voor
hen geldt een bedrag van toegelaten arbeid dat ook
geldt voor 65-jarigen met een rust- of
overlevingspensioen. Deze pensioenen liggen
bewust laag, want de overheid wilde vermijden dat
mensen vroeger met pensioen zouden gaan om
dan hun rustpensioen te combineren met een
inkomen uit toegelaten arbeid. Wie ambtshalve op
rust
wordt
gesteld
wegens
lichamelijke
ongeschiktheid heeft echter die keuze van
vervroegd pensioen niet vrijwillig gemaakt. Toch
hebben zij meestal zeer lage pensioenen en is hun
bijverdienen sterk gelimiteerd.
Zou men niet beter ten gronde een debat voeren
over de toegelaten arbeid voor alle verschillende
categorieën van gepensioneerden en genieters van
een vervangingsinkomen. Dat debat zou als
uitgangspunt moeten hebben: wat kunnen deze
mensen nog? Neemt men bij ambtenaren die
vervroegd op pensioen worden gesteld omwille van
lichamelijke ongeschiktheid, voldoende initiatieven
om hen te re-integreren op de arbeidsmarkt in een
aangepaste job? Komen er nog aanpassingen aan
de drempelbedragen voor toegelaten arbeid?
02.01 Maggie De Block (Open Vld) : Les agents
reconnus définitivement inaptes et mis d'office à la
retraite doivent respecter le même plafond de travail
autorisé que celui imposé aux moins de 65 ans
percevant une pension de retraite ou de survie. Ces
pensions ont été volontairement maintenues à un
faible niveau par les pouvoirs publics de façon à
éviter que des personnes avancent le moment de
leur départ à la retraite pour combiner leur pension
avec un revenu de travail autorisé. Les agents mis
d'office à la retraite pour cause d'inaptitude
physique, qui n'ont pas pu choisir leur sort, touchent
généralement des pensions très faibles et voient
leurs possibilités de percevoir un revenu d'appoint
fortement restreintes.
Ne serait-il pas opportun de mener un débat de
fond sur le travail autorisé en incluant l'ensemble
des catégories de pensionnés et les bénéficiaires
d'un revenu de remplacement et en partant des
capacités résiduelles de ces personnes ? Prend-on
suffisamment d'initiatives pour réintégrer sur le
marché du travail les agents mis à la pension
anticipée pour cause d'inaptitude physique et pour
leur trouver une activité adaptée ? Prévoit-on une
modification des plafonds applicables au travail
autorisé ?
02.02 Minister Marie Arena (Frans): Ik maak enig
voorbehoud met betrekking tot uw vraag om
initiatieven te nemen teneinde ambtenaren die
wegens lichamelijke ongeschiktheid vervroegd op
pensioen werden gesteld, opnieuw op de
arbeidsmarkt in te schakelen. Wél staat het vast dat
er bij die procedure voor oppensioenstelling moet
worden nagegaan of de betrokken ambtenaren via
reaffectatie of wederbenuttiging geen andere functie
kunnen uitoefenen. Ik kan in dit stadium moeilijk
een oordeel vellen over de manier waarop die
reglementering
wordt
toegepast:
de
oppensioenstelling is uitsluitend een zaak van de
02.02 Marie Arena, ministre (en français) :
J'émettrai quelques réserves quant à votre
demande d'initiatives visant à réintégrer sur le
marché du travail les fonctionnaires mis en retraite
prématurément du fait d'une inaptitude physique. Il
est certain, en revanche, que cette procédure de
mise à la retraite exige que l'on examine si les
intéressés ne peuvent pas occuper une autre
fonction par voie de réaffectation ou de réutilisation.
A ce stade, je peux difficilement apprécier comment
cette règle est appliquée : seuls l'employeur et le
service de santé compétent sont concernés et
prennent la décision. La pension pour maladie
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
werkgever en de bevoegde gezondheidsdienst, die
de beslissing nemen. De oppensioenstelling
wegens ziekte kan tijdelijk worden toegekend voor
een periode van maximaal twee jaar, waarna er aan
de hand van een nieuw medisch onderzoek moet
worden
uitgemaakt
of
de
betrokkene
arbeidsgeschikt
is
dan
wel
definitief
arbeidsongeschikt moet worden verklaard.
Het debat over de diversiteit is een enorm breed
debat, want we moeten ons niet enkel bekommeren
om de ambtenaren die voortijdig op pensioen
worden gesteld, maar ook om de andere
beroepscategorieën,
waarin
ook
een
invaliditeitsuitkering moet worden aangevraagd. Dat
punt zal op de Nationale Pensioenconferentie aan
bod komen, waar alle vervroegde uittredingen
onderzocht moeten worden in het licht van hun
efficiëntie en gegrondheid. Als minister van
Pensioenen heb ik niets te maken met de beslissing
om die personen op pensioen te stellen.
pourra être accordée temporairement pour une
période maximale de deux ans, un nouvel examen
médical devant déterminer si l'intéressé est apte au
travail ou définitivement inapte.
Vaste débat que celui de la diversité car il ne faut
pas seulement s'occuper des fonctionnaires
prématurément mis en retraite, mais aussi des
autres catégories professionnelles, qui doivent,
elles aussi, solliciter une indemnité d'invalidité. Ce
point étant abordé dans le cadre de la conférence
nationale des pensions, l'ensemble des départs
prématurés doivent être analysés d'après leur
efficacité et leur bien-fondé. En tant que ministre
des Pensions, je suis en dehors du processus de
décision concernant le départ de ces personnes.
02.03 Maggie De Block (Open Vld): De minister is
niet enkel notaris, zij kan beslissen over het bedrag
dat men mag bijverdienen. Ik kijk uit naar de
nationale conferentie. Ik hoop dat de conclusies zo
snel mogelijk in beleid worden omgezet.
02.03 Maggie De Block (Open Vld) : La ministre
n'est pas qu'un notaire, elle peut décider du
montant autorisé en matière de revenus
complémentaires. J'attends la conférence nationale
avec impatience. J'espère que ses conclusions
seront traduites sur le plan politique le plus
rapidement possible.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Martine De Maght aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de
beperkingen op de toegelaten bijverdienste voor
ambtenaren
die
wegens
lichamelijke
ongeschiktheid op rust werden gesteld"
(nr. 11066)
03 Question de Mme Martine De Maght à la
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et
des Grandes villes sur "les restrictions relatives
au revenu d'appoint dont peuvent bénéficier les
fonctionnaires mis à la retraite pour inaptitude
physique" (n° 11066)
03.01 Martine De Maght (LDD): Ambtenaren die
omwille van lichamelijke ongeschiktheid op
rustpensioen worden gesteld, moeten vandaag
rondkomen met een pensioen dat, indien nodig,
wordt aangevuld tot het bedrag van het wettelijk
minimumpensioen. Er is de voorbije jaren een
significant verschil ontstaan ten opzichte van
andere categorieën gepensioneerden of personen
die een inkomensvervangende uitkering genieten.
Dat verschil bestaat ook voor het bedrag dat mag
worden bijverdiend.
Is het juist dat rustpensioenen wegens lichamelijke
ongeschiktheid, aangevuld tot het wettelijk
minimumpensioen, sinds 2001 niet meer zijn
geïndexeerd?
Waarom
wordt
deze
groep
gepensioneerden stelselmatig uitgesloten van alle
pensioenaanpassingen en -verhogingen? Hoe wil
03.01 Martine De Maght (LDD) : Actuellement, les
fonctionnaires admis à la retraite pour cause
d'inaptitude physique doivent vivre d'une pension
qui est portée, si nécessaire, au montant de la
pension légale minimum. Ces dernières années, un
écart substantiel s'est creusé entre, d'une part, ces
personnes et, d'autre part, les autres catégories de
pensionnés et les personnes qui bénéficient d'une
allocation de remplacement de revenus. Cet écart
existe également en ce qui concerne le montant du
revenu d'appoint autorisé.
Est-il exact que les pensions de retraite dues en cas
de mise à la retraite pour cause d'inaptitude
physique et portées au montant de la pension légale
minimum n'ont plus été indexées depuis 2001 ?
Pourquoi cette catégorie de pensionnés est-elle
systématiquement exclue de tous les ajustements
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
de minister deze discriminatie uit de wereld helpen? et augmentations de pension ? Comment la
ministre compte-t-elle s'y prendre pour mettre un
terme à cette discrimination ?
03.02 Minister Marie Arena (Frans): Het klopt niet
dat de gewaarborgde minimumpensioenen die
worden toegekend aan personen die wegens
lichamelijke ongeschiktheid op rust werden gesteld,
sinds 2001 niet meer geïndexeerd werden. Het
gewaarborgde minimum voor een persoon die
wegens lichamelijke ongeschiktheid op rust wordt
gesteld,
wordt
voor
een
alleenstaande
gepensioneerde over het algemeen vastgesteld op
50% van de gemiddelde wedde van de vijf laatste
jaren van de loopbaan en op 62,5 procent voor een
gehuwde.
Wanneer de gemiddelde wedde van de vijf laatste
jaren van de loopbaan minder dan 18.456 euro
bedraagt bij spilindex 138,01, wordt ze naar dat
bedrag
opgetrokken.
De
wetgeving
wordt
momenteel aangepast om dat bedrag met 2
procent, met ingang van 1 oktober 2008, en met
nog eens 2 procent op 1 april 2009 te verhogen.
Eens die bedragen toegekend zijn, volgen de
minimumpensioenen de evolutie van de spilindex.
Het huidige bedrag wordt verkregen door het
bedrag bij 138,01 te vermenigvuldigen met 1,4859.
Er zijn zeer weinig uitzonderingen op die regel.
03.02 Marie Arena, ministre (en français) : Il est
inexact d'affirmer que les pensions minimums
garanties accordées aux personnes mises à la
retraite pour cause d'inaptitude physique n'ont plus
été indexées depuis 2001. Le minimum garanti pour
une personne pensionnée pour cause d'inaptitude
physique est généralement fixé, pour un pensionné
isolé, à 50 % du traitement moyen des cinq
dernières années de la carrière, et à 62,5 % pour un
pensionné marié.
Lorsque le traitement moyen des cinq dernières
années de la carrière est inférieur à 18.456 euros à
l'indice pivot 138,01, il est porté à ce montant. La
législation est en cours d'adaptation afin de majorer
ce montant de 2 %, avec effet au 1
er
octobre 2008,
et de 2 % supplémentaires au 1
er
avril 2009.
Une fois attribuées, ces pensions minimales suivent
l'évolution de l'indice pivot. Le montant actuel est
obtenu en multipliant le montant à 138,01 par
1,4859. Il y a très peu d'exceptions par rapport à
cette règle.
03.03 Martine De Maght (LDD): Ik kijk uit naar de
geplande pensioenconferentie. Boven op de
pensioenen voor deze mensen wordt ook een
jaargrens bepaald inzake beroepsinkomen. In de
praktijk zijn ze mensen verplicht om buitenshuis een
andere job te zoeken, omdat de werkgevers vaak
heel weinig inspanningen leveren om hen een
andere, geschikte functie aan te bieden. Heel veel
van deze mensen willen en kunnen werken, als het
maar in een aangepaste baan is, maar ze worden
door de huidige wetgeving beperkt. Ik roep de
minister op om hen, zoals anderen, kansen op
herinschakeling te geven.
03.03 Martine De Maght (LDD) : J'attends la
conférence sur les pensions qui doit se tenir. En
dehors des pensions des intéressés, une limite
annuelle est également fixée pour les revenus
professionnels. Dans la pratique, ces personnes
doivent trouver un autre emploi parce que, souvent,
les employeurs ne font souvent pas grand-chose
pour leur proposer une autre fonction adaptée.
Nombre d'entre elles sont en état de travailler et
veulent travailler, pour autant que le travail soit
adapté, mais la législation actuelle limite les
possibilités. Je demande à la ministre de leur offrir,
comme à d'autres, des chances de réinsertion.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Roel Deseyn aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "het
goedkoper maken van kinderopvang voor jonge
weduwen en weduwnaars" (nr. 11075)
04 Question de M. Roel Deseyn à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "la réduction du coût de
l'accueil des enfants pour les jeunes veufs et
veuves" (n° 11075)
04.01 Roel Deseyn (CD&V): Universiteit Antwerpen
concludeert in een rapport dat weduwen en
weduwnaars makkelijk in financiële moeilijkheden
verzeild geraken: de overlevingspensioenen zijn
laag en de bijverdiengrenzen liggen eveneens erg
04.01 Roel Deseyn (CD&V) : Dans un rapport,
l'université d'Anvers conclut que les veuves et les
veufs se trouvent facilement confrontés à des
difficultés financières : les pensions de survie sont
modiques et, de plus, les limites des revenus
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
laag. Steeds meer mensen werken niet meer na het
overlijden van de partner. De onderzoekers
formuleren
ook
aanbevelingen
om
deze
werkloosheidsval aan te pakken: verhoog de
pensioenen, de kinderbijslag en het recht op een
eigen
beroepsinkomen.
Ook
goedkopere
kinderopvang zou volgens de studie een geschikt
middel zijn.
Hoe staat de minister tegenover dit onderzoek en
zijn conclusies? Is ze het ermee eens dat het
goedkoper maken van kinderopvang een stimulans
kan zijn voor weduwen en weduwnaars om
professioneel aan de slag te blijven? Welke andere
begeleidende maatregelen overweegt ze nog?
Tegen wanneer wil ze de toestand van deze
doelgroep verbeteren? Legt ze hiervoor contacten
met andere bevoegde ministers?
d'appoint sont très basses. De moins en moins de
personnes continuent à travailler après le décès de
leur partenaire. Les chercheurs formulent par
ailleurs des recommandations pour combattre ce
piège à l'emploi : augmenter les pensions, les
allocations familiales et le droit à un revenu
professionnel propre. D'après l'étude, la diminution
du coût de l'accueil des enfants constituerait un
autre moyen approprié.
Quelle est l'opinion de la ministre à l'égard de cette
étude et de ses conclusions ? Pense-t-elle
également que la diminution du coût de l'accueil
des enfants pourrait encourager les veuves et les
veufs à rester professionnellement actifs ? Quelles
autres mesures d'accompagnement envisage-t-
elle ? Dans quel délai souhaite-t-elle améliorer la
situation de ce groupe cible ? Se concerte-t-elle à
ce sujet avec d'autres ministres compétents ?
04.02 Minister Marie Arena (Frans): De partners
van de Nationale Pensioenconferentie hebben de
kinderopvang niet als prioritair aangemerkt in het
kader van het pensioenvraagstuk.
Het debat over de kinderopvang hoort trouwens niet
thuis op het federale niveau. We zullen dan ook
geen maatregelen nemen waarmee we in het
vaarwater
van
de
Gewesten
en
de
Gemeenschappen zouden kunnen komen. Een en
ander neemt niet weg dat er een correlatie bestaat
tussen de arbeidsparticipatie door vrouwen en de
kinderopvang. In dat verband zou het interessant
zijn de partnerschappen die minister Milquet en de
Gemeenschappen hebben gesloten, te bestuderen.
04.02 Marie Arena, ministre (en français) : Les
partenaires de la Conférence nationale des
pensions n'ont pas considéré l'accueil de la petite
enfance comme une priorité du problème de la
retraite.
Le débat sur l'accueil de la petite enfance
n'appartient
pas
au
fédéral.
Nous
nous
abstiendrons
de
prendre
des
dispositions
susceptibles d'empiéter sur les compétences
régionales et communautaires. Il y a pourtant une
corrélation entre l'emploi des femmes et l'accueil de
la petite enfance. A ce titre, il serait intéressant
d'examiner les partenariats établis entre la ministre
Milquet et les Communautés.
Voorzitter: mevrouw Maggie De Block.
In dat verband rijst ook de vraag hoe de
werkloosheidsval vermeden kan worden voor een
jonge ouder die zijn partner heeft verloren en een
overlevingspensioen geniet. Het probleem is dat
men, wanneer een bepaalde inkomensgrens wordt
overschreden, niet langer recht heeft op een
overlevingspensioen.
Présidente : Mme Maggie De Block.
Dans ce cadre, comment éviter les pièges à
l'emploi pour un jeune parent veuf bénéficiant d'une
pension de survie, le problème étant celui du
plafond permettant le maintien de la pension de
survie ?
In 2008 werden de inkomensgrenzen voor
weduwen en weduwnaars onder de 65 jaar met 8
procent opgetrokken. De inspanning zal op federaal
niveau voortgezet worden, voor het overige zal het
debat op gemeenschapsniveau gevoerd moeten
worden.
En 2008, les plafonds ont été majorés de 8 % pour
les veuves et veufs âgés de moins de 65 ans.
L'effort sera poursuivi au niveau fédéral, le reste du
débat devant se dérouler au niveau des
Communautés.
04.03
Roel
Deseyn
(CD&V):
Bepaalde
inkomensgrenzen werden inderdaad opgetrokken.
Er kan echter nog heel veel gebeuren. Ik denk aan
een diversificatie volgens het aantal kinderen.
04.03 Roel Deseyn (CD&V) : Certains plafonds de
revenus ont effectivement été revus à la hausse.
Cependant, de nombreuses possibilités existent
encore. Je songe à une diversification en fonction
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
De minister heeft het over kleinkinderen, maar ik
bedoel hier wel degelijk de jonge weduwen en
weduwnaars met eigen jonge kinderen. Een
overlevingspensioen
is
immers
niet
leeftijdsgebonden, het is een soort uitkering om het
inkomen van het gezin ook na het overlijden van de
partner op een aanvaardbaar peil te houden.
Als die mensen willen blijven werken, hebben ze
betaalbare kinderopvang en dergelijke nodig. De
minister is inderdaad niet voor alle aspecten van
deze problematiek bevoegd, daarom dat ik haar
vraag om de kwestie voor te leggen aan andere
excellenties. Ook de pensioenconferentie, waarop
men misschien ook de Gemeenschappen moet
uitnodigen, mag dit knelpunt niet uit de weg gaan.
De pensioenproblematiek vraagt immers een
integrale aanpak.
du nombre d'enfants.
La ministre parle de petits-enfants mais je pense,
pour ma part, aux jeunes veufs et aux jeunes
veuves ayant des enfants en bas âge. En effet, la
pension de survie n'est pas liée à l'âge, il s'agit
d'une sorte d'allocation visant à maintenir les
revenus du ménage à un niveau acceptable après
le décès d'un conjoint.
Pour pouvoir continuer de travailler, ces personnes
ont besoin, entre autres, de garderies pour les
enfants à des prix abordables. La ministre n'est
effectivement pas compétente pour tous les
aspects de la question et c'est pourquoi je lui
demande de bien vouloir soumettre le problème à
d'autres ministres. De même, la Conférence sur les
pensions, à laquelle il conviendrait peut-être
d'inviter aussi les Communautés, ne peut pas
contourner ce point noir. La problématique des
pensions requiert, en effet, une approche globale.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde vragen van
- de heer Wouter De Vriendt aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de Nationale Pensioenconferentie"
(nr. 11125)
- mevrouw Sonja Becq aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de participatie van senioren op de
Nationale Pensioenconferentie" (nr. 11167)
- mevrouw Maggie De Block aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de Nationale Pensioenconferentie"
(nr. 11432)
05 Questions jointes de
- M. Wouter De Vriendt à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "la Conférence nationale des
pensions" (n° 11125)
- Mme Sonja Becq à la ministre de l'Intégration
sociale, des Pensions et des Grandes villes sur
"la participation de seniors à la Conférence
nationale pour les pensions" (n° 11167)
- Mme Maggie De Block à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "la Conférence nationale des
pensions" (n° 11432)
05.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): De
Nationale Pensioenconferentie is een goed
instrument
om
samen
met
alle
belangenorganisaties en betrokkenen antwoorden
te zoeken op de vele vragen die de organisatie van
het pensioenbeleid oproept. Ik hoor nu echter dat
de gepensioneerden niet betrokken worden bij de
werkzaamheden van die conferentie. Het kan toch
niet dat de hoofdrolspelers aan de zijlijn moeten
toekijken? Zij moeten er net van in de eerste fase
bij betrokken worden.
Wat is de stand van zaken van de Nationale
Pensioenconferentie? De minister zei eerder dat de
taskforce bepaalt of de organisaties van
gepensioneerden al dan niet betrokken worden.
Klopt het dat de gepensioneerden geen deel
uitmaken van die taskforce? Is het juist dat een van
05.01 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!) : La
Conférence nationale des pensions constitue un
instrument adéquat pour chercher, en collaboration
avec tous les organismes de défense d'intérêts et
toutes les personnes concernées, des réponses
aux nombreuses questions qui se posent dans le
cadre de la politique en matière de pensions. Or, il
me revient à présent que les retraités ne sont pas
associés aux travaux de cette conférence. Il est tout
de même inconcevable que les acteurs principaux
doivent rester sur la touche. Ils devraient
précisément être consultés dès la première phase
des travaux.
Où en est la Conférence nationale des pensions ?
La ministre a déjà déclaré antérieurement que la
taskforce détermine si les organisations de retraités
seront ou non associées aux travaux. Est-il exact
que les retraités ne font pas partie de cette
taskforce ? Est-il exact que l'absence d'organismes
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
de argumenten om seniorenorganisaties niet te
laten deelnemen het gebrek is aan gelijkaardige
belangenorganisaties aan Franstalige zijde?
de
défense
d'intérêts
similaires
du
côté
francophone constitue un des arguments pour ne
pas autoriser la participation des organisations de
seniors ?
05.02 Sonja Becq (CD&V): Herhaaldelijk reeds
heb ik onderstreept dat niet alleen de huidige, maar
ook de toekomstige gepensioneerden betrokken
moesten worden bij de pensioenconferentie en bij
de taskforce. Op welke wijze werden zij reeds
betrokken? Wordt er ook gedacht aan de
belangrijke doelgroep van de vrouwen, die immers
vaak kortere carrières en lagere lonen hebben
gehad? Hoe zal de minister de maatschappelijke
participatie
bevorderen,
wat
toch
vooral
gemeenschapsmaterie betreft? Welke thema's wil
de minister in de werkgroep aan bod laten komen?
De minister mag natuurlijk overleggen en
samenwerken met het regionale niveau, maar ze
moet wel binnen haar bevoegdheden blijven.
05.02 Sonja Becq (CD&V) : J'ai déjà souligné à
plusieurs reprises que non seulement les actuels
mais aussi les futurs retraités devaient être
associés à la conférence sur les pensions et à la
taskforce. De quelle manière y ont-ils déjà été
associés ? Pense-t-on également à l'important
groupe cible des femmes dont les carrières sont en
effet souvent plus courtes et les rémunérations plus
basses ? Comment la ministre stimulera-t-elle la
participation sociale, qui constitue malgré tout
principalement une matière communautaire ? Quels
thèmes souhaite-t-elle voir abordés par le groupe
de travail ? Elle peut évidemment se concerter et
collaborer avec le niveau régional mais elle doit
rester dans les limites de ses compétences.
05.03 Maggie De Block (Open Vld): De
pensioensituatie van de huidige gepensioneerde
vrouwen is bijzonder slecht in vergelijking met die
van mannen. Het gemiddelde wettelijke pensioen
van vrouwen bedraagt slechts 65 tot 72 procent van
dat van mannen. Dit betekent dat vrouwen
gemiddeld een maandelijks pensioen van 830 euro
ontvangen, tegenover 1.188 euro voor mannen.
Voor de huidige generatie jonge vrouwen ziet het er
al niet veel beter uit. In de leeftijdscategorie van 25
tot 49 jaar is 92 procent van de mannen
professioneel actief, tegenover slechts 75 procent
van de vrouwen. Daarbij is 41 procent van de
vrouwen deeltijds actief, bij de mannen is dat
slechts 7 procent. De loonkloof tussen mannen en
vrouwen bedraagt daarbij al 14 procent bij aanvang
en neemt doorheen de carrière nog toe. Daarbij
komt nog dat er veel echtscheidingen zijn en
gebroken relaties, waardoor het pensioen van de
partner niet kan dienen als buffer. In deze optiek is
het dan ook zeer belangrijk dat ook toekomstig
gepensioneerden - en vooral diegenen die de
laagste pensioenen genieten - kunnen participeren
aan de pensioenconferentie. Is de minister dus
bereid om de vrouwenorganisaties te betrekken bij
de nationale pensioenconferentie?
05.03 Maggie De Block (Open Vld) : Par
comparaison avec celle des hommes, la situation
en matière de pensions des femmes actuellement
à la retraite est particulièrement défavorable. La
pension légale moyenne des femmes ne représente
que 65 à 72 pour cent de celle des hommes. Cela
signifie que les femmes perçoivent en moyenne une
pension mensuelle de 830 euros contre 1.188 euros
pour les hommes. Pour la génération des jeunes
femmes d'aujourd'hui, les perspectives ne sont pas
vraiment meilleures. Dans la tranche d'âge de 25 à
49
ans,
92 %
des
hommes
sont
professionnellement actifs contre seulement 75 %
des femmes. A cela s'ajoute que 41 % des femmes
ne sont actives qu'à temps partiel, contre seulement
7 % des hommes. L'écart salarial entre les hommes
et les femmes se monte à 14 % dès le départ et ne
cesse croître à mesure que la carrière avance. Les
cas de divorce ou de rupture sont en outre
nombreux et, en pareil cas, la pension du partenaire
ne peut servir de tampon. Dans ces conditions, il
est très important que les futurs pensionnés et
particulièrement les bénéficiaires d'une pension
modique puissent participer à la conférence sur
les pensions. La ministre est-elle disposée à
impliquer les organisations de femmes dans la
conférence sur les pensions ?
05.04 Minister Marie Arena (Frans): De Nationale
Pensioenconferentie is een werkmethode om
aanbevelingen op te stellen, teneinde de toekomst
van ons pensioenstelsel te vrijwaren. Een en ander
gebeurt op twee niveaus. Het eerste niveau wordt
gevormd door de taskforce, die het systeem moet
aansturen en bestaat uit de vertegenwoordigers van
de
ministers
van
het
kernkabinet,
de
vertegenwoordigers
van
de
betrokken
05.04 Marie Arena, ministre (en français) : La
Conférence nationale des pensions est une
méthode
de
travail
pour
formuler
des
recommandations en vue de garantir l'avenir de
notre système de retraite. Elle comporte deux
niveaux. Le premier est la task force, qui doit piloter
le système et qui rassemble les représentants des
ministres du cabinet restreint, les représentants des
administrations concernées et un représentant des
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
departementen en een vertegenwoordiger van de
sociale partners. Het tweede niveau omvat drie
werkgroepen, die zich moeten buigen over het
wettelijk pensioen, de tweede pijler en de plaats van
de ouderen in de samenleving. In die werkgroepen
zitten telkens de meest gekwalificeerde actoren.
interlocuteurs sociaux. Le deuxième se compose de
trois groupes de travail qui doivent se pencher sur
la pension légale, sur le deuxième pilier et sur la
question des aînés et de la société. Les
intervenants les plus qualifiés participent à ces
groupes de travail.
Het staat de groepen vrij bepaalde thema's aan bod
te laten komen, waarvoor er andere partners
kunnen worden uitgenodigd.
De representatieve adviesorganen van de senioren
nemen deel aan de derde werkgroep, die zich buigt
over de plaats van de ouderen in de samenleving,
een thematiek die meer omvat dan het pensioen
alleen. Ik wil tevens onderstrepen dat de
werkgeversorganisaties en de vakbonden er ook
toe geroepen zijn de ouderen en de vrouwen te
vertegenwoordigen. Om een omvattende reflectie
mogelijk te maken, tot slot, maken de Gewesten en
de Gemeenschappen eveneens deel uit van de
derde werkgroep, binnen het bestek van hun
respectieve bevoegdheden en met het oog op een
goede samenwerking.
J'ajouterai que les groupes peuvent aussi définir
certaines thématiques, pour lesquelles d'autres
partenaires peuvent être invités.
Les organes consultatifs représentatifs des aînés
participent au troisième groupe de travail, « Les
aînés et la société », thématique plus large que
celle de la pension. Je tiens également à souligner
que les organisations patronales et syndicales ont
aussi pour vocation de représenter les aînés et les
femmes. Enfin, pour permettre une réflexion
globale, les Régions et Communautés participent,
elles aussi, au troisième groupe de travail, dans un
esprit de collaboration et dans le respect des
compétences.
05.05 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): De
minister geeft toe dat de verenigingen van
gepensioneerden niet voldoende bij de conferentie,
de taskforce en de werkgroepen worden betrokken.
05.05 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!) : La
ministre reconnaît que les associations de
pensionnés ne sont pas suffisamment associées, ni
à la conférence ni à la task force, ni aux groupes de
travail.
05.06 Minister Marie Arena (Frans): De Nationale
Pensioenconferentie is een methode om participatie
mogelijk te maken. Ik heb beslist op beleidsvlak
samen te werken met mijn collega's van het
kernkabinet en met de sociale partners. De ouderen
en de vrouwenbewegingen worden via werkgroepen
bij de Conferentie betrokken. Volgens mij is het niet
wenselijk hen te betrekken bij de taskforce, die een
louter richtinggevende rol speelt, maar geen
concrete maatregelen uitwerkt.
05.06 Marie Arena, ministre (en français) : La
Conférence nationale des pensions constitue une
méthode de participation. J'ai décidé de partager la
gestion politique avec mes collègues du cabinet
restreint et les partenaires sociaux. Les aînés et les
groupes de femmes sont associés à la Conférence
via les groupes de travail. Selon moi, il ne serait pas
opportun de les faire participer à la task force, qui
donne des orientations mais n'effectue aucun travail
concret.
05.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!):
Waarom worden de sociale partners wel bij de
taskforce betrokken en de verenigingen van
gepensioneerden niet?
05.07 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!) :
Pourquoi les partenaires sociaux sont-ils associés à
la task force et non les associations de
pensionnés ?
05.08 Minister Marie Arena (Frans): De sociale
partners betalen de pensioenen, en het is dan ook
normaal dat ze deel uitmaken van de groep die
beslissingen neemt en aanbevelingen formuleert.
De aanwezigheid van de sociale partners in groep
1, de task force, is gerechtvaardigd omdat we die
pensioenen samen betalen.
05.08 Marie Arena, ministre (en français) : Les
partenaires sociaux paient les pensions, il est donc
normal qu'ils participent au groupe de décisions et
de recommandations. La présence des partenaires
sociaux dans le groupe 1, la task force, se justifie
parce que nous payons ces pensions ensemble.
05.09 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): Ook de
senioren moeten veel meer bij de taskforce en de
eerste fase worden betrokken. De vakorganisaties
05.09 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!) : Nos
aînés doivent également être associés beaucoup
plus à la Task Force et à la première phase. Les
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
kunnen hen daar niet vervangen.
De uitdagingen zijn groot: staatssecretaris Delizée
verklaarde dat het gemiddelde pensioen vandaag
slechts 86 procent van het inkomen bedraagt dat
als armoededrempel wordt beschouwd. Daarom
dienden wij een wetsvoorstel in om alle pensioenen
boven de armoededrempel te trekken en de
socialezekerheidsrechten te individualiseren. De
kloof tussen de levensverwachting voor mannen en
vrouwen wordt immers kleiner.
Het idee van de nationale pensioenfondsen is een
goed idee. Het is echter jammer dat er over de
nationale pensioenconferentie ongenoegen groeit
bij
een cruciale
groep, namelijk bij de
seniorenverenigingen. Ik hoop dat de minister dit
corrigeert.
organisations syndicales ne peuvent les remplacer.
Les défis sont énormes. Le secrétaire d'État a
déclaré qu'aujourd'hui, la pension moyenne ne
s'élève qu'à 86 % du revenu qui est considéré
comme le seuil de pauvreté. C'est la raison pour
laquelle nous avons déposé une proposition de loi
visant à élever toutes les pensions au-dessus de ce
seuil de pauvreté et à individualiser les droits en
matière de sécurité sociale car le fossé qui sépare
l'espérance de vie des hommes et celle des
femmes se réduit de plus en plus.
L'idée de fonds de pension nationaux est une
bonne idée mais il est regrettable qu'une catégorie
qui revêt une importance cruciale, les associations
de seniors, manifeste une certaine insatisfaction en
ce qui concerne la Conférence nationale des
Pensions. J'espère que la ministre y remédiera.
05.10 Sonja Becq (CD&V): De minister maakt een
onderscheid tussen de werkgroepen over de eerste
en tweede pijler enerzijds, en de derde werkgroep
over ouderen en samenleving anderzijds. De
seniorenorganisaties zitten niet als vaste deelnemer
in de eerste en de tweede werkgroep. Dat is heel
jammer. Welke seniorenorganisaties zitten wel als
vaste deelnemer in de derde werkgroep?
05.10 Sonja Becq (CD&V) : La ministre établit une
distinction entre, d'une part, les groupes de travail
chargés des premier et deuxième piliers et, d'autre
part, le troisième groupe de travail « les aînés et la
société ». Or il se trouve que les organisations de
seniors n'ont été associées à aucun de ces groupes
de travail en tant que participants permanents. C'est
tout à fait regrettable. Quelles organisations de
seniors sont associées en tant que participants
permanents au troisième groupe de travail ?
05.11 Minister Marie Arena (Frans): Als we
efficiënt willen werken, moeten er werkgroepen
worden opgericht volgens de behoeften en de
behandelde thema's. Het is onze bedoeling na een
jaar werking tot aanbevelingen te komen en een
werkbaar model voor te stellen. In 2015 moet het
model operationeel zijn.
Ik zal een stand van zaken van de conferentie met
timing, thema's en partners die er zullen werken,
voorstellen op de ministerraad. Die informatie kan
dan aan het Parlement worden bezorgd.
Naargelang de werkzaamheden vorderen, zullen we
zien of we het partnerschap al dan niet moeten
verruimen om efficiënt te werken.
We zijn het er allemaal over eens dat de
pensioenen boven de armoededrempel moeten
blijven, maar we moeten realistisch nagaan wie zal
betalen om dat doel te halen. Het zijn niet de
verenigingen die ons oplossingen zullen aanreiken.
Ik ben geen romantische ziel! We moeten een
onderscheid
maken
tussen
situaties
waar
verantwoordelijkheid wordt uitgeoefend en situaties
voor participatie.
05.11 Marie Arena, ministre (en français) : Dans
un souci d'efficacité, les groupes de travail doivent
être constitués en fonction des besoins et des
thématiques abordées. Notre objectif est qu'après
un an, des recommandations puissent être
adressées et que soit présenté un modèle qui
fonctionne. En 2015, le modèle doit être
opérationnel.
Je présenterai en Conseil des ministres un état des
lieux de la Conférence, du timing, des thématiques
et des partenaires qui y travailleront. Cette
information pourra être transmise au Parlement.
Au fur et à mesure des travaux, nous verrons si
nous devons étendre le partenariat ou le restreindre
pour plus d'efficacité.
Nous sommes tous d'accord pour reconnaître que
les pensions doivent se maintenir au-dessus du
seuil de pauvreté, mais nous devons voir, de
manière réaliste, qui payera pour atteindre cet
objectif. Ce ne sont pas les associations qui vont
nous apporter les solutions. Je ne suis pas une
romantique ! Nous devons distinguer les lieux de
responsabilité et les lieux de participation.
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
05.12 Maggie De Block (Open Vld): De sociale
partners moeten inderdaad bespreken hoe men al
die wensen en dromen zal kunnen bekostigen. Er
zijn immers nog andere noden in de sociale
zekerheid. De minister werkt op twee niveaus en er
zijn drie werkgroepen. Het domein dat wordt
besproken, is heel uitgebreid, maar tegen 2015
moet men toch ergens landen. Wat zal er precies
besproken worden in de eerste twee werkgroepen?
Tot slot vrees ik dat er in dit verkiezingsjaar 2009
niet veel meer zal worden beslist en ondertussen
nadert ook al de datum van de volgende federale
verkiezingen. Toch zullen er in de komende jaren
belangrijke beslissingen moeten worden genomen.
05.12 Maggie De Block (Open Vld) : Les
partenaires sociaux doivent effectivement discuter
de la manière dont tous ces souhaits et ces rêves
pourront être financés. Il existe en effet d'autres
besoins en matière de sécurité sociale. La ministre
travaille à deux niveaux et trois groupes de travail
sont à l'oeuvre. Le domaine envisagé est très vaste
mais il faudra tout de même aboutir quelque part
d'ici à 2015. Quelle sera la teneur précise des
discussions au sein des deux premiers groupes de
travail ? Enfin, je crains que peu de décisions soient
encore prises au cours de cette année électorale
2009 et entre-temps, la date des prochaines
élections fédérales approche également. Des
décisions importantes devront pourtant être prises
au cours des années à venir.
05.13 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!): De
seniorenverenigingen moeten een structurele plaats
krijgen in de eerste twee werkgroepen, zeker in die
van de wettelijke pensioenen. De minister keurt ons
voorstel onterecht af als 'romantiek'. Het Rekenhof
berekende immers dat het optrekken van alle
sociale
uitkeringen,
leefloon,
werkloosheidsuitkeringen en pensioenen boven de
armoedegrens jaarlijks 300 miljoen euro kost
gedurende vier jaar. Dat is dus niet onoverkomelijk.
Het is een kwestie van politieke wil en prioriteiten.
05.13 Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen!) : Les
associations de seniors doivent être associées
structurellement aux deux premiers groupes de
travail et surtout à celui qui s'occupe des pensions
légales. La ministre rejette injustement notre
proposition, qu'elle qualifie de « romantique ». La
Cour des comptes a calculé, en effet, que
l'augmentation de toutes les allocations sociales, du
revenu d'intégration, des allocations de chômage et
des pensions au-dessus du seuil de pauvreté
coûtera 300 millions d'euros pendant quatre ans.
Ce n'est pas insurmontable. C'est une affaire de
volonté politique et de priorités.
05.14
Sonja
Becq
(CD&V):
De
seniorenorganisaties worden twee keer uitgesloten.
Ze zitten niet in de taskforce en niet in de
belangrijkste werkgroep, die over het wettelijk
pensioen.
Zij
willen
wel
degelijk
verantwoordelijkheid opnemen en voorstellen
lanceren.
De minister pleit terecht voor realisme. Dat daarbij
de sociale partners worden betrokken is evident.
Iedereen betaalt echter mee voor de sociale
zekerheid en de belastingen. Mag men de
seniorenorganisaties dan zomaar uitsluiten?
05.14 Sonja Becq (CD&V) : Les organisations de
seniors sont doublement exclues. Elles ne font pas
partie de la taskforce ni du groupe de travail le plus
important, celui qui se penche sur la pension légale.
Or elles souhaitent réellement prendre leurs
responsabilités et formuler des propositions.
La ministre préconise, à juste titre, le réalisme. Il est
évident d'y associer les partenaires sociaux.
Chacun contribue financièrement, en effet, à la
sécurité sociale et à la fiscalité. Peut-on dès lors
exclure tout simplement les organisations de
seniors ?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Dalila Douifi aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de betaling
van pensioenen door De Post" (nr. 10630)
06 Question de Mme Dalila Douifi à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "le paiement des pensions par
La Poste" (n° 10630)
06.01 Dalila Douifi (sp.a): Niet iedereen is voor de
uitbetaling
van
zijn
of
haar
pensioen
overgeschakeld op een bankdomiciliëring. De
jongste tijd gebeurt het dat mensen - thuis of aan
het loket bij De Post - tot vijf dagen te laat uitbetaald
06.01 Dalila Douifi (sp.a) : Il arrive depuis
quelques temps que certaines personnes qui ne se
font pas verser leur pension par domiciliation
bancaire soient payées à domicile ou à un guichet
de La Poste avec un retard pouvant atteindre cinq
03/03/2009
CRABV 52
COM 471
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
worden. Dit zorgt in bepaalde gevallen voor
financiële problemen.
Welke uitbetalingsmodaliteiten hebben de diensten
van de minister met De Post afgesproken? Komt de
laattijdige uitbetaling vaak voor? Wat is de oorzaak?
Waarom worden de betrokkenen bij overmacht niet
op voorhand gewaarschuwd? Is De Post niet
verplicht om steeds op dezelfde datum de
pensioenen uit te betalen? Wat is de afspraak als
de uitbetalingsdag een feestdag is of in het
weekend valt? Hoeveel mensen krijgen hun
pensioen nog via De Post? Hoeveel krijgen het aan
huis en hoeveel aan het loket? Wat zijn de cijfers
voor Vlaanderen, Wallonië en Brussel? Wat doen
de diensten van de minister als pensioenen
geregeld te laat worden uitbetaald?
jours, une situation qui peut provoquer dans
certains cas des problèmes financiers.
Quelles modalités de paiement les services de la
ministre ont-ils convenues avec La Poste ? Les
paiements tardifs sont-ils fréquents ? Quelles en
sont les raisons ? Pourquoi les intéressés ne sont-
ils pas prévenus en cas de force majeure ? La
Poste n'est-elle pas tenue de payer les pensions à
une date fixe ? Que prévoient les accords dans les
cas où le jour de paiement est férié ou tombe
pendant le week-end ? Combien de personnes
touchent encore leur pension par le biais de La
Poste, respectivement à domicile et à un guichet ?
Comment se répartissent les chiffres en Flandre, en
Wallonie et à Bruxelles ? Qu'entreprennent les
services de la ministre lorsque des pensions sont
fréquemment payées en retard ?
06.02 Minister Marie Arena (Frans): De Post en de
Rijksdienst voor Pensioenen hebben inderdaad
akkoorden gesloten over de data waarop de
betalingsgegevens en de liquide middelen door de
Rijksdienst voor Pensioenen ter beschikking
moeten worden gesteld, over de jaarlijkse
vaststelling van een betalingskalender, over de
procedure voor teruggekeerde uitbetalingen en over
een gezamenlijke klachtenopvolging.
Het is niet normaal dat een gepensioneerde zijn
uitkering 5 dagen te laat ontvangt. Wanneer een
laattijdige betaling aan de Rijksdienst wordt gemeld,
stelt deze onmiddellijk een onderzoek in bij De Post.
De gerechtigde wordt altijd op de hoogte gebracht
van de manier waarop aan zijn klacht gevolg
gegeven wordt.
De Rijksdienst beschikt niet over cijfers met
betrekking tot het aantal uitbetalingen aan een loket
van De Post. Wat de Pensioendienst voor de
Overheidssector betreft, wordt het pensioen per bij
De Post te innen circulaire cheque uitbetaald, indien
de gepensioneerde niet uitdrukkelijk heeft gekozen
voor een storting op zijn bankrekening. In januari
2009
werden
10.524
van
de
428.490
pensioenuitkeringen middels een circulaire cheque
uitbetaald.
06.02 Marie Arena, ministre (en français) : Des
accords ont effectivement été signés entre La Poste
et l'Office national des pensions sur la date à
laquelle les données de paiement et les liquidités
doivent être mises à disposition par l'Office national
des pensions, sur l'établissement annuel d'un
calendrier de paiement, sur la procédure pour les
paiements retournés et sur un suivi commun des
plaintes.
Il n'est pas normal qu'un pensionné reçoive sa
prestation avec un retard de cinq jours. Lorsqu'un
paiement tardif est signalé à l'Office, les services
lancent immédiatement une enquête auprès de La
Poste. Le bénéficiaire est toujours informé de la
suite réservée à sa plainte.
L'Office national ne dispose pas de chiffres
concernant le nombre de paiements à un guichet
postal. En ce qui concerne le service des pensions
du secteur public, si la personne pensionnée n'a
pas explicitement opté pour recevoir sa pension sur
son compte financier, celle-ci est payée par un
chèque circulaire qui doit être encaissé à La Poste.
En janvier 2009, 10.524 chèques circulaires ont été
émis sur 428.490 paiements de pensions.
06.03 Dalila Douifi (sp.a): Hoeveel klachten
werden er ingediend?
06.03 Dalila Douifi (sp.a) (en français) : Combien
y a-t-il eu de plaintes ?
06.04 Minister Marie Arena (Frans): Dat weet ik
niet precies. Indien ik over statistieken in dat
verband kan beschikken, zal ik ze u bezorgen. Er
bestaat een procedure om een onderzoek in te
stellen wanneer er een klacht wordt ingediend.
06.04 Marie Arena, ministre (en français) : Je n'en
connais pas le nombre. Si j'obtiens des statistiques,
je les communiquerai. Il y a un processus qui
permet d'ouvrir une enquête lorsqu'il y a une plainte.
06.05 Dalila Douifi (sp.a) (Frans): Hoeveel procent 06.05 Dalila Douifi (sp.a) (en français) : Quel est
CRABV 52
COM 471
03/03/2009
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
van de pensioenen wordt aan huis uitbetaald?
le pourcentage de pensions payées à domicile par
rapport aux pensions globales ?
06.06 Minister Marie Arena (Frans): In totaal zijn
er 2.250.000 gepensioneerden. Daarvan worden er
door Financiën uitbetaald en grosso modo
1.800.000 door de Rijksdienst voor Pensioenen. Er
worden in België 110.000 pensioenen per
postassignatie aan huis uitgekeerd (67.000 in
Vlaanderen, 35.000 in Wallonië en 7.000 in
Brussel).
06.06 Marie Arena, ministre (en français) : Sur
2.250.000 pensionnés, si vous retirez les personnes
payées par les Finances, cela fait 1.800.000
retraités payés par l'Office national des pensions. Il
y a quelque 110.000 paiements par assignation
postale à domicile en Belgique (67.000 en Flandre,
35.000 en Wallonie et 7.000 à Bruxelles).
06.07 Dalila Douifi (sp.a) (Frans): Daalt het aantal
postassignaties?
06.07 Dalila Douifi (sp.a) (en français) : Le
nombre d'assignations postales diminue-t-il ?
06.08 Minister Marie Arena (Frans): Ja. Meer en
meer pensioenen worden immers rechtstreeks op
de bankrekening gestort, wat de veiligheid ten
goede komt. De personen die hun pensioen nog per
postassignatie krijgen, beschikken niet over een
bankrekening, of kunnen zich moeilijk verplaatsen.
Die dienst moet dus blijven bestaan voor personen
die zich niet naar een postkantoor voor zover ze er
nog een kunnen vinden! of naar de bank kunnen
begeven.
06.08 Marie Arena, ministre (en français) : Oui, de
plus en plus de pensions sont payées par compte
bancaire, dans un but de sécurité. Les personnes
payées par assignation postale n'ont pas de compte
en banque ou ont des problèmes de mobilité. Il faut
donc garder un tel service pour celles qui ne
peuvent se rendre dans un bureau de poste s'il y
en a encore un ! ou à la banque.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 11.26 uur.
La réunion publique de commission est levée à
11 h 26.