KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 338
CRABV 52 COM 338
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
woensdag
mercredi
22-10-2008
22-10-2008
voormiddag
matin
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Begroting, toegevoegd aan
de eerste minister, en staatssecretaris voor
Gezinsbeleid, toegevoegd aan de minister van
Werk, en wat de aspecten inzake personen- en
familierecht betreft, toegevoegd aan de minister
van Justitie over "het mishandelen van ouderen"
(nr. 7636)
1
Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État au Budget, adjoint au premier ministre, et
secrétaire d'État à la Politique des familles,
adjoint à la ministre de l'Emploi, et en ce qui
concerne les aspects du droit des personnes et
de la famille, adjoint au ministre de la Justice, sur
"la maltraitance envers les personnes âgées"
(n° 7636)
1
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Melchior
Wathelet, staatssecretaris voor Begroting en
Gezinsbeleid
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Melchior
Wathelet, secrétaire d'État au Budget et à la
Politique des Familles
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
staatssecretaris voor Begroting, toegevoegd aan
de eerste minister, en staatssecretaris voor
Gezinsbeleid, toegevoegd aan de minister van
Werk, en wat de aspecten inzake personen- en
familierecht betreft, toegevoegd aan de minister
van Justitie over "de levenloos geboren kinderen"
(nr. 7871)
2
Question de Mme Muriel Gerkens au secrétaire
d'État au Budget, adjoint au premier ministre, et
secrétaire d'État à la Politique des familles,
adjoint à la ministre de l'Emploi, et en ce qui
concerne les aspects du droit des personnes et
de la famille, adjoint au ministre de la Justice, sur
"les enfants nés sans vie" (n° 7871)
2
Sprekers:
Muriel
Gerkens,
Melchior
Wathelet, staatssecretaris voor Begroting en
Gezinsbeleid
Orateurs:
Muriel
Gerkens,
Melchior
Wathelet, secrétaire d'État au Budget et à la
Politique des Familles
Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de ronselpraktijken van de
Marokkaanse geheime dienst" (nr. 7315)
3
Question de M. Flor Van Noppen au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les pratiques
de racolage des services secrets marocains"
(n° 7315)
3
Sprekers: Flor Van Noppen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Flor Van Noppen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het voorstel van
de procureur-generaal bij het hof van beroep te
Antwerpen" (nr. 7244)
4
Question de M. Bert Schoofs au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la proposition du procureur
général près la Cour d'appel d'Anvers" (n° 7244)
4
Sprekers: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de invoering
van boetevervangende werkstraffen" (nr. 7378)
5
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
vice-premier ministre et ministre de la Justice et
des Réformes institutionnelles sur "l'instauration
de peines de travail subsidiaires en cas
d'amende" (n° 7378)
5
Sprekers:
Sabien
Lahaye-Battheu,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Sabien
Lahaye-Battheu,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
6
Questions jointes de
6
- mevrouw Hilde Vautmans aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"een
eenvoudiger rechtstaal" (nr. 7413)
6
- Mme Hilde Vautmans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "un langage juridique plus
simple" (n° 7413)
6
- mevrouw Clotilde Nyssens aan de vice-
6
- Mme Clotilde Nyssens au vice-premier ministre
6
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de rechtstaal"
(nr. 7904)
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le langage judiciaire"
(n° 7904)
Sprekers: Clotilde Nyssens, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Clotilde Nyssens, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "EU Verordening
tot invoering van een Europese Executoriale Titel
voor niet-betwiste schuldvorderingen" (nr. 7379)
7
Question de Mme Sarah Smeyers au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'ordonnance de l'Union
européenne instaurant un titre exécutoire
européen pour les créances non contestées"
(n° 7379)
7
Sprekers: Sarah Smeyers, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Sarah Smeyers, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Interpellatie van de heer Fouad Lahssaini tot de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
bevoegdheden
van
de
strafuitvoeringsrechtbanken" (nr. 137)
8
Interpellation de M. Fouad Lahssaini au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et
Réformes institutionnelles sur "les compétences
des tribunaux d'application des peines" (n° 137)
8
Sprekers: Fouad Lahssaini, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Fouad Lahssaini, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
10
Questions jointes de
10
- de heer Jenne De Potter aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de uitbouw van
het veiligheidskorps" (nr. 7571)
10
- M. Jenne De Potter au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le développement du corps
de sécurité" (n° 7571)
10
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
veiligheidskorps" (nr. 7635)
10
- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le corps de sécurité"
(n° 7635)
10
- de heer Bert Schoofs aan de vice-eersteminister
en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen
over
"het
veiligheidskorps"
(nr. 7705)
10
- M. Bert Schoofs au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le corps de sécurité"
(n° 7705)
10
Sprekers: Jenne De Potter, Bert Schoofs, Jo
Vandeurzen
, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jenne De Potter, Bert Schoofs, Jo
Vandeurzen
, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
vrijetijdsbesteding
in
de
Belgische
gevangenissen" (nr. 7599)
12
Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les loisirs dans les prisons
belges" (n° 7599)
12
Sprekers: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
13
Questions jointes de
13
- mevrouw Jacqueline Galant aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "de vrijlating van een van de
geweldplegers waarvan een leraar het slachtoffer
was" (nr. 7609)
13
- Mme Jacqueline Galant au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la libération d'un des auteurs
de l'agression violente dont a été victime un
professeur" (n° 7609)
13
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
- de heer Éric Thiébaut aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "de geweldpleging tegen een
leraar in een school te Ghlin en het plaatsgebrek
in
de
overheidsinstellingen
voor
jeugdbescherming" (nr. 7615)
13
- M. Éric Thiébaut au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'agression d'un professeur
dans une école de Ghlin et la problématique du
manque de places dans les IPPJ" (n° 7615)
13
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "de opvangplaatsen in de
instellingen voor jeugddelinquenten" (nr. 7693)
13
- M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les places d'accueil dans les
institutions pour jeunes délinquants" (n° 7693)
13
- de heer Fouad Lahssaini aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "het contact van de
magistraten met de CIOC" (nr. 7819)
14
- M. Fouad Lahssaini au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le contact des magistrats
avec la CIOC" (n° 7819)
14
- de heer Xavier Baeselen aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "het overplaatsen van
momenteel in het gesloten centrum van Everberg
opgesloten jonge Franstalige delinquenten naar
de gevangenis van Saint-Hubert" (nr. 8016)
14
- M. Xavier Baeselen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le transfert de jeunes
délinquants francophones détenus actuellement
au centre fermé d'Everberg à la prison de Saint-
Hubert" (n° 8016)
14
Sprekers: Jacqueline Galant, Eric Thiébaut,
Bart Laeremans, Fouad Lahssaini, Jo
Vandeurzen
, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jacqueline Galant, Eric Thiébaut,
Bart Laeremans, Fouad Lahssaini, Jo
Vandeurzen
, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
19
Questions jointes de
19
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de mogelijkheid
tot evaluatie van de wet van 15 mei 2007 tot
wijziging
van
het
Gerechtelijk
Wetboek
betreffende het deskundigenonderzoek en tot
herstel
van
artikel 509quater
van
het
Strafwetboek" (nr. 7602)
19
- Mme Sabien Lahaye-Battheu au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la possibilité d'évaluation de
la loi du 15 mai 2007 modifiant le Code judiciaire
en ce qui concerne l'expertise et rétablissant
l'article 509quater du Code pénal" (n° 7602)
19
- de heer Raf Terwingen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
deskundigenonderzoek" (nr. 7892)
19
- M. Raf Terwingen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'expertise" (n° 7892)
19
- mevrouw Carine Lecomte aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de hervorming
van de procedure gerechtelijke expertise"
(nr. 8039)
20
- Mme Carine Lecomte au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la réforme de la procédure
d'expertise judiciaire" (n° 8039)
19
Sprekers: Sabien Lahaye-Battheu, Raf
Terwingen, Jo Vandeurzen
, vice-eerste
minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Sabien Lahaye-Battheu, Raf
Terwingen, Jo Vandeurzen
, vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan
de vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het arrest van
het Grondwettelijk Hof aangaande de evaluatie
van de korpschefs" (nr. 7600)
21
Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
vice-premier ministre et ministre de la Justice et
des Réformes institutionnelles sur "l'arrêt de la
Cour constitutionnelle relatif à l'évaluation des
chefs de corps" (n° 7600)
21
Sprekers:
Sabien
Lahaye-Battheu,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
Orateurs:
Sabien
Lahaye-Battheu,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
van Justitie en Institutionele Hervormingen
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
betrokkenheid van pleegouders in juridische
procedures met betrekking tot hun pleegkind voor
de jeugdrechtbank" (nr. 7644)
22
Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "l'implication des
familles d'accueil dans des procédures juridiques
devant le tribunal de la jeunesse concernant
l'enfant placé chez elles" (n° 7644)
22
Sprekers:
Katrien
Schryvers,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Katrien
Schryvers,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
23
Questions jointes de
23
- de heer André Frédéric aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de inlevering
van wapens na de goedkeuring van de
wijzigingen van de wapenwet van 2006" (nr. 7786)
23
- M. André Frédéric au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la restitution des armes suite
à l'adoption de modifications à la loi de 2006 sur
les armes" (n° 7786)
23
- mevrouw Jacqueline Galant aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de niet-
vernietigde wapens in sommige politiezones"
(nr. 7826)
23
- Mme Jacqueline Galant au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les armes non détruites dans
certaines zones de police" (n° 7826)
23
- mevrouw Jacqueline Galant aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de mogelijkheid
om beroep aan te tekenen bij de minister van
Justitie in geval van niet-naleving van de
beslissingstermijnen
door
de
gouverneurs"
(nr. 7827)
23
- Mme Jacqueline Galant au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la possibilité d'introduire un
recours auprès du ministre de la Justice en cas
de non-respect par les gouverneurs des délais de
décision" (n° 7827)
23
Sprekers:
André
Frédéric,
Jacqueline
Galant, Jo Vandeurzen, vice-eerste minister
en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen
Orateurs:
André
Frédéric,
Jacqueline
Galant, Jo Vandeurzen, vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de verwachte
behandeling van een zaak voor het Hof van
Assisen te Tongeren waarbij een verdachte in een
moordzaak op vrije voeten werd gesteld"
(nr. 7675)
26
Question de M. Bert Schoofs au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le traitement attendu, devant
la Cour d'assises de Tongres, d'une affaire dans
le cadre de laquelle une personne suspectée de
meurtre a été remise en liberté" (n° 7675)
26
Sprekers: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
WOENSDAG
22
OKTOBER
2008
Voormiddag
______
du
MERCREDI
22
OCTOBRE
2008
Matin
______
De vergadering wordt geopend om 10.21 uur en
voorgezeten door mevrouw Mia De Schamphelaere.
La réunion publique est ouverte à 10 h 21 par Mme
Mia De Schamphelaere, présidente.
01 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Begroting, toegevoegd aan
de eerste minister, en staatssecretaris voor
Gezinsbeleid, toegevoegd aan de minister van
Werk, en wat de aspecten inzake personen- en
familierecht betreft, toegevoegd aan de minister
van Justitie over "het mishandelen van ouderen"
(nr. 7636)
01 Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État au Budget, adjoint au premier ministre, et
secrétaire d'État à la Politique des familles,
adjoint à la ministre de l'Emploi, et en ce qui
concerne les aspects du droit des personnes et
de la famille, adjoint au ministre de la Justice, sur
"la maltraitance envers les personnes âgées"
(n° 7636)</b>
01.01 Xavier Baeselen (MR): Naar aanleiding van
een
sensibiliseringsdag
van
de
Franse
Gemeenschap heb ik u in de lente van dit jaar
ondervraagd
over
het
probleem
van
de
bejaardenmishandeling (zie Beknopt Verslag, COM
256, blz. 28-30). Wat heeft u ondertussen
gerealiseerd?
01.01 Xavier Baeselen (MR) : A l'occasion d'une
journée
de
sensibilisation
organisée
en
Communauté française, je vous avais interrogé au
printemps dernier sur le problème de la
maltraitance envers les personnes âgées (voir
Compte rendu analytique COM 256, p. 28-30). Où
en êtes-vous ?
01.02 Staatssecretaris Melchior Wathelet (Frans):
In mijn antwoord van 11 juni 2008 wees ik u op het
transversale karakter van de thematiek, wat de
oorzaken
van
het
geweld,
de
vereiste
grondwettelijke bevoegdheden en de veelheid van
actoren betreft.
Over het ongeschiktheidstatuut komen er debatten;
de voorbereiding van het federaal plan tegen
partnergeweld is voor zeer binnenkort. Dat geldt
eveneens voor bejaarden. Onze diensten hebben al
contacten gelegd en proberen te bepalen waar
coördinatie
en
afstemming
tussen
de
machtsniveaus
vereist
zijn.
Een
aantal
vergaderingen staat gepland, al kan ik u vandaag
geen precieze planning geven. Wie dat wenst kan
aan die vergaderingen deelnemen.
01.02 Melchior Wathelet, secrétaire d'État (en
français) : Dans ma réponse du 11 juin 2008,
j'attirais votre attention sur le caractère transversal
de cette thématique quant aux raisons de cette
violence, aux compétences constitutionnelles à
mettre en oeuvre et à la multiplicité des acteurs.
Des débats auront lieu autour du statut d'incapacité
et la préparation du Plan national contre la violence
entre partenaires est imminente. Cela vaut
également pour les personnes âgées. Nos services
ont noué des contacts et essayent d'identifier les
coordinations et les articulations à établir entre les
différents niveaux de pouvoir. Des réunions sont
planifiées, même si je ne puis pas vous
communiquer aujourd'hui de calendrier précis.
Ceux qui le souhaitent seront associés à ces
réunions.
01.03 Xavier Baeselen (MR): Werd er een
interministeriële conferentie georganiseerd of is een
dergelijke conferentie binnenkort gepland?
01.03 Xavier Baeselen (MR) : Une conférence
interministérielle a-t-elle été réunie ou le sera-t-elle
prochainement ?
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
staatssecretaris voor Begroting, toegevoegd aan
de eerste minister, en staatssecretaris voor
Gezinsbeleid, toegevoegd aan de minister van
Werk, en wat de aspecten inzake personen- en
familierecht betreft, toegevoegd aan de minister
van Justitie over "de levenloos geboren
kinderen" (nr. 7871)
02 Question de Mme Muriel Gerkens au
secrétaire d'État au Budget, adjoint au premier
ministre, et secrétaire d'État à la Politique des
familles, adjoint à la ministre de l'Emploi, et en ce
qui concerne les aspects du droit des personnes
et de la famille, adjoint au ministre de la Justice,
sur "les enfants nés sans vie" (n° 7871)</b>
02.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Elk
levenloos geboren kind dat geboren wordt na een
zwangerschap van meer dan 180 dagen moet
worden aangegeven. Indien een kind levenloos ter
wereld komt voor die termijn, wordt de foetus
samen met het biologisch afval verbrand, tenzij de
ouders het lichaam opeisen. De vorige minister
beloofde de wetgeving in de loop van de voorbije
zittingsperiode op dat punt te zullen aanpassen,
maar daar is niets van in huis gekomen. Wat is uw
standpunt met betrekking tot de verlaging van de
wettelijke levensvatbaarheidsgrens van 180 naar
140 dagen postconceptie en inzake de vermelding
van de familienaam in de akte van aangifte van een
levenloos kind en van de naam en voornaam op
een individuele zerk? Is het voorts niet mogelijk om
aan de ongehuwde vader de mogelijkheid te bieden
om zijn levenloos geboren kind te erkennen?
02.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Tout
enfant né sans vie au-delà de 180 jours de
grossesse doit être déclaré. Avant ce terme, si les
parents ne réclament pas le corps, le foetus est
incinéré avec les déchets biologiques. La ministre
s'était engagée à modifier la législation sur ce point
sous la législature précédente sans que cela n'ait
été concrétisé. Quel est votre avis sur le fait
d'abaisser dans le Code civil la limite légale de
viabilité de 180 jours à 140 jours de gestation, de
mentionner le nom de famille de l'enfant sur la
déclaration d'enfant sans vie ainsi que son nom et
son prénom au cimetière sur une tombe
individuelle ? Par ailleurs, ne peut-on prévoir la
possibilité pour le père non marié de reconnaître
son enfant mort-né ?
02.02 Staatssecretaris Melchior Wathelet (Frans):
Foetussen
die
geboren
worden
voor
ze
levensvatbaar zijn, zouden recht moeten hebben op
een door de gemeente ingerichte begrafenis en/of
crematie, en op een waardige plechtigheid, en de
ouders zouden over de mogelijkheid moeten
beschikken om het kind een voornaam te geven.
02.02 Melchior Wathelet, secrétaire d'État (en
français) : Les foetus en dessous de l'âge de
viabilité devraient pouvoir bénéficier de sépulture
et/ou de crémation organisée par les communes,
avec des funérailles dignes, et les parents devraient
avoir la possibilité de donner un prénom à l'enfant.
De levensvatbaarheidsgrens ligt op 180 dagen.
Alleen Vlaanderen en Brussel verplichten de
gemeenten om op de kerkhoven in een bijzonder
perceel te voorzien teneinde de foetussen daar te
begraven of hun stoffelijk overschot in geval van
crematie daar te bewaren, indien de ouders daar
om vragen.
Gezondheidswerkers koesteren een grote vrees
voor de mogelijke impact van een wetswijziging op
de ouders van vroeggeborenen tussen 22 en 28
weken. Als de levensvatbaarheid uit juridisch
oogpunt erkend wordt, dan wordt het nog moeilijker
om het overlijden of de handicap van het kind te
aanvaarden; dan zouden de ouders blijven
aandringen op het in leven houden van hun kind
tegen het medisch advies in en zou het aantal
gehandicapte kinderen nog toenemen.
Het hele gebeuren rond de dood van die kinderen
moet ontegenzeglijk op een menselijker manier
La limite de viabilité est fixée à 180 jours. Seules la
Flandre et Bruxelles obligent les communes à
prévoir une parcelle spéciale dans les cimetières
pour que les foetus y soient inhumés ou incinérés si
les parents le demandent.
Une
crainte
importante
provenant
des
professionnels de la santé est l'impact qu'aurait un
changement législatif sur les parents d'enfants nés
entre 22 et 28 semaines : difficulté encore plus
grande d'accepter le décès ou le handicap si sa
viabilité est reconnue d'un point de vue juridique,
demande d'acharnement thérapeutique alors que
l'avis médical serait négatif ou encore hausse du
nombre d'enfants handicapés.
Il est indéniable qu'il faut humaniser ce qui entoure
la mort de ces enfants et reconnaître le deuil qui
touche ces familles.
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
worden aangepakt en het leed dat die gezinnen
doormaken, moet beslist erkend worden.
Wij stellen voor aan die humanisering te werken
door levenloos geboren kinderen een voornaam te
geven en ze te begraven of verassen vanaf 22
weken of zelfs 15 weken; de gemeenten zouden
verplicht zijn op vraag van de ouders het begraven
van jongere foetussen toe te laten. Anderzijds denk
ik dat men moet nadenken over het wetgevend
standpunt bij de toepassing van de resolutie van de
WHO en de wetswijziging om tegemoet te komen
aan de situatie van de kinderen die tussen 22 en 28
weken geboren worden.
We hebben beslist dat we in de loop van het derde
kwartaal op het kabinet voor het Gezinsbeleid een
vergadering zullen organiseren met artsen,
psychologen en verpleegsters om vanuit een
wetgevend standpunt de implicaties van het
rouwproces na het overlijden van een ongeboren
kind te bestuderen.
Nous proposons que cette humanisation passe par
l'octroi d'un prénom et l'inhumation ou l'incinération
pour l'enfant né sans vie à partir de 22 semaines ou
même 15 semaines ; et l'obligation faite aux
communes de permettre la sépulture de foetus plus
jeunes sur demande des parents. Je pense en
revanche qu'il faut réfléchir au point de vue législatif
à l'application de la résolution de l'OMS et à la
modification de la loi pour rencontrer la situation de
ces enfants nés entre 22 et 28 semaines.
Nous avons décidé d'organiser au cabinet de la
Politique des familles une rencontre avec des
médecins, psychologues et infirmières dans le
courant de ce dernier trimestre pour étudier les
implications d'un point de vue législatif de cette
amélioration du deuil dû au décès d'un enfant en
gestation.
02.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Het meest
dringende is het voor de gezinnen mogelijk te
maken hun rouwproces behoorlijk te beleven. Ik
ben het eens met u over het feit dat de wettelijke
leefbaarheidslimiet van 180 dagen naar 140 naar
beneden halen echt denkwerk vraagt waarbij de
verschillende actoren betrokken zijn. Ik zal u in
januari desgevallend opnieuw ondervragen.
02.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : La
première urgence consiste à permettre aux familles
de faire correctement leur deuil de l'enfant. Je suis
d'accord avec vous sur le fait que descendre la
limite légale de viabilité à 140 jours plutôt que 180
jours nécessite une vraie réflexion associant
différents acteurs. Je me permettrai de vous
interroger le cas échéant à nouveau en janvier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de ronselpraktijken van de
Marokkaanse geheime dienst" (nr. 7315)
03 Question de M. Flor Van Noppen au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
pratiques de racolage des services secrets
marocains" (n° 7315)</b>
03.01 Flor Van Noppen (N-VA): In Nederland werd
onlangs een politieagent van Marokkaanse origine
ontslagen omdat hij spionagewerk verrichtte voor de
Marokkaanse geheime dienst. De Marokkaanse
overheid probeert ook om prominente Nederlanders
van Marokkaanse origine te overtuigen om als
lobbyist voor Marokko op te treden. Ook Vlaams
parlementslid Chokri Mahassine kreeg een dergelijk
aanbod. Hij ziet daarin geen probleem.
Is de minister op de hoogte van deze praktijken?
Zal de minister laten onderzoeken of ook Belgische
ambtenaren door de Marokkaanse geheime dienst
worden ingeschakeld? Zal hij hierover een
onderhoud hebben met de vertegenwoordigers van
Marokko in België?
03.01 Flor Van Noppen (N-VA) : Aux Pays-Bas,
un agent de police d'origine marocaine a été
licencié récemment parce qu'il menait des missions
d'espionnage pour les services secrets marocains.
Les autorités marocaines tentent également de
convaincre
les
personnalités
néerlandaises
d'origine marocaine d'exercer des pressions en
faveur du Maroc. Le parlementaire flamand M.
Chokri Mahassine a également reçu une telle
proposition et n'y voit pas de problème.
Le ministre est-il informé de telles pratiques ?
Demandera-t-il une enquête pour savoir si les
fonctionnaires belges sont également approchés
par les services secrets marocains ? Aura-t-il un
entretien à ce sujet avec les représentants du
Maroc en Belgique ?
03.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Een 03.02 Jo Vandeurzen , ministre (en néerlandais) :
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
van de taken van de Veiligheid van de Staat ­
volgens artikels 7 en 8 van de organieke wet van 30
november 1998 ­ is het volgen van spionage of
inmengingsactiviteiten die een ander land op ons
grondgebied zou ontplooien. Als er vijandige
activiteiten van een andere staat worden ontdekt,
zal de Veiligheid van de Staat de minister van
Justitie hiervan op de hoogte brengen en indien
nodig ook de minister van Buitenlandse Zaken en
de gerechtelijke overheden.
En vertu des articles 7 et 8 de la loi organique du 30
novembre 1998, l'une des missions de la Sûreté de
l'État est d'analyser toute activité d'espionnage ou
d'ingérence qu'un pays étranger exercerait sur
notre territoire. Lorsque des activités hostiles
exercées par un État tiers sont découvertes dans
notre pays, la Sûreté de l'État en informera le
ministre de la Justice et également le ministre des
Affaires étrangères et les autorités judiciaires si
nécessaire.
Er ontstaat een probleem wanneer niet een
diplomaat, maar bijvoorbeeld officieren van de
inlichtingendienst contact opnemen met de
autoriteiten van het gastland. Meer details kan ik
niet geven omwille van de wet op de classificaties
en de veiligheidsmachtigingen.
De Veiligheid van de Staat moet een mogelijke
samenwerking tussen een Belgische ambtenaar en
een vreemde dienst in het oog houden. De wet
maakt een efficiënte bestraffing van dergelijke
feiten mogelijk. Ik vertrouw erop dat de
staatsveiligheid het onderzoek van dit soort
praktijken ter harte neemt. Een land dat zich aldus
bezondigt aan inmenging in het gastland, stelt een
onvriendelijk
gebaar.
De
diplomatieke
onschendbaarheid wil enkel de officiële opdracht
van vertegenwoordiging vrijwaren en zeker geen
spionageactiviteiten verdoezelen.
Als personen die diplomatiek onschendbaar zijn, bij
dergelijke zaken betrokken zouden zijn, kan de
minister van Buitenlandse Zaken verschillende
maatregelen treffen. Ons land zou een terugkeer
naar het land van oorsprong kunnen vragen.
Un problème se pose lorsque non pas un diplomate
mais des agents du service des renseignements
par exemple prennent contact avec les autorités du
pays d'accueil. Je ne puis vous donner davantage
de détails en vertu de la loi relative à la
classification et aux habilitations de sécurité.
La Sûreté de l'État doit contrôler toute collaboration
éventuelle entre un fonctionnaire belge et un
service étranger. La loi permet une répression
efficace de tels faits. Je suis convaincu que la
Sûreté de l'État prend à coeur l'examen de telles
pratiques. Un pays qui se rend ainsi coupable
d'ingérence dans le pays d'accueil donne un signal
hostile. L'inviolabilité diplomatique a pour seul but
de préserver la mission officielle de représentation
et en aucun cas de masquer des activités
d'espionnage.
Lorsque des personnes bénéficiant de l'immunité
diplomatique sont impliquées dans de telles
affaires, le ministre des Affaires étrangères peut
prendre différentes mesures. Notre pays pourrait
exiger un retour au pays d'origine.
Ook kan men aan het land van oorsprong de
opheffing van de diplomatieke onschendbaarheid
vragen, om aldus gerechtelijke vervolging mogelijk
te maken. In ernstige gevallen kan men de
betrokken persoon persona non grata verklaren en
van het grondgebied verwijderen.
Autre option envisageable: demander au pays
d'origine la levée de l'immunité diplomatique pour
permettre les poursuites judiciaires. Dans les cas
graves, la personne concernée peut être déclarée
persona non grata et éloignée du territoire.
03.03 Flor Van Noppen (N-VA): Ik hoop alleszins
dat dergelijke praktijken in de toekomst goed in het
oog zullen worden gehouden.
03.03 Flor Van Noppen (N-VA): J'espère en tout
cas qu'à l'avenir, ce genre de pratiques sera tenu à
l'oeil.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het voorstel
van de procureur-generaal bij het hof van beroep
te Antwerpen" (nr. 7244)
04 Question de M. Bert Schoofs au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la proposition du procureur
général près la Cour d'appel d'Anvers" (n° 7244)</b>
04.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Het
mercuriaal van procureur-generaal Liégeois van
04.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : La
mercuriale du procureur général d'Anvers, M.
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
Antwerpen heeft mijn aandacht getrokken, in
bijzonder zijn voorstel om de parketten de
bevoegdheid te geven om minnelijke schikkingen te
treffen in sociale en fiscale fraudedossiers. Kan de
minister dit voorstel onderschrijven en nog deze
regeerperiode realiseren? Het grote aantal
verjaringen in fiscale dossiers is immers een
prangende maatschappelijke kwestie.
Liégeois, en particulier sa proposition visant à
habiliter les parquets à prononcer des transactions
dans les dossiers de fraude fiscale et sociale, a
attiré mon attention. Le ministre souscrit-il à cette
proposition et pense-t-il pouvoir la mettre en
pratique sous la législature actuelle ? Le grand
nombre de prescriptions dans des dossiers fiscaux
est en effet une plaie sociale.
04.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
voorstel uit het mercuriaal staat ook in punt III.11
van het actieplan 2008-2009 van het College voor
de strijd tegen de fiscale en sociale fraude. Dit plan
werd op 2 juli 2008 goedgekeurd door het
Ministerieel Comité voor de strijd tegen de fiscale
en sociale fraude, dat door staatssecretaris Devlies
wordt voorgezeten.
Zowel de staatssecretaris als ikzelf zijn dit voorstel,
dat oorspronkelijk werd geformuleerd door het
College van procureurs-generaal, genegen. Er
moeten nog heel wat technische en principiële
knopen doorgehakt worden, maar er is een ruime
consensus om dit voorstel nog tijdens deze
zittingsperiode te realiseren.
04.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Cette proposition contenue dans la dernière
mercuriale du PG d'Anvers figure également au
point III.11 du plan d'action 2008-2009 du Collège
pour la lutte contre la fraude fiscale et sociale. Ce
plan a été approuvé le 2 juillet 2008 par le Comité
ministériel pour la lutte contre la fraude fiscale et
sociale qui est présidé par le secrétaire d'État
Devlies.
Tant le secrétaire d'État que moi-même sommes
attachés à cette proposition qui a été initialement
formulée par le Collège des procureurs généraux. Il
nous reste à régler bon nombre de problèmes
techniques et de principe mais il y a un large
consensus en faveur d'une mise en oeuvre de cette
proposition sous l'actuelle législature.
04.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Er verjaren
geregeld ophefmakende fiscale dossiers en
strafzaken, dus dit moet een prioriteit van Justitie
zijn. Ik kijk uit naar de verdere initiatieven.
04.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Les
prescriptions de dossiers fiscaux et d'affaires
pénales ayant défrayé la chronique sont monnaie
courante. Par conséquent, la Justice doit accorder
la priorité à ce dossier. Je suis curieux de voir
quelles autres initiatives prendra le ministre.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
aan de vice-eersteminister en minister van
Justitie en Institutionele Hervormingen over "de
invoering van boetevervangende werkstraffen"
(nr. 7378)
05 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
vice-premier ministre et ministre de la Justice et
des Réformes institutionnelles sur "l'instauration
de peines de travail subsidiaires en cas
d'amende" (n° 7378)</b>
05.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): In de
beleidsnota Justitie wordt gepleit voor een betere
invordering van de penale boetes. In juli antwoordde
de minister na een schriftelijke vraag dat de
gebrekkige invordering te wijten is aan de
insolvabiliteit van de veroordeelden. Ook kan de
vervangende gevangenisstraf niet afschrikken, want
ze wordt niet uitgevoerd. Kan de mogelijkheid
worden
onderzocht
om
boetevervangende
werkstraffen op te leggen als de penale boetes niet
worden betaald?
05.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld) : La
note de politique générale de la Justice contient un
plaidoyer en faveur d'un meilleur recouvrement des
amendes pénales. En juillet, le ministre avait
déclaré, en réponse à une question écrite, que le
mauvais fonctionnement du recouvrement était dû à
l'insolvabilité des personnes condamnées. En outre,
la peine d'emprisonnement subsidiaire n'est pas
dissuasive car elle n'est pas exécutée. Ne pourriez-
vous pas examiner la possibilité d'appliquer des
peines
de
travail
se
substituant
aux
amendes pénales en cas de non-paiement de ces
amendes ?
05.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
is belangrijk dat de opgelegde straffen ook worden
05.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il importe que les peines prononcées soient
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
uitgevoerd. Straffeloosheid moet worden vermeden.
Als een verdachte aan de rechter te kennen geeft
dat hij niet over voldoende financiële middelen
beschikt om een boete te betalen, kan hij steeds
vragen om een vervangende werkstraf. Hiervoor is
echter altijd de medewerking van de veroordeelde
nodig en moet er vooraf een maatschappelijk
onderzoek worden uitgevoerd. Als stok achter de
deur wordt ook steeds een vervangende
gevangenisstraf opgelegd. De mogelijkheid van een
boetevervangende werkstraf bij onbetaalde penale
boetes is niet zinvol, want als de veroordeelde
weigert de werkstraf uit te voeren, staan we geen
stap verder. Bovendien veronderstelt dit voorstel
een
enorme
bijkomende
capaciteit
van
manschappen en middelen, vooral voor de
justitiehuizen.
exécutées. Il faut éviter l'impunité. Si un prévenu fait
savoir au juge qu'il ne dispose pas de moyens
financiers suffisants pour payer une amende, il peut
toujours lui demander de lui faire effectuer une
peine de travail subsidiaire. Toutefois, cela requiert
toujours la collaboration de la personne condamnée
ainsi que la réalisation d'une enquête sociale
préalable. Et à titre de moyen de pression est
toujours prévue la possibilité de lui appliquer une
peine d'emprisonnement subsidiaire. Mais prévoir la
possibilité d'appliquer une peine de travail se
substituant à une amende pénale impayée n'a pas
beaucoup de sens car si la personne condamnée
refuse d'exécuter sa peine de travail, nous ne
serons pas avancés. De plus, cette proposition
supposerait d'avoir à notre disposition une énorme
capacité supplémentaire en moyens humains et
matériels, en particulier pour les maisons de justice.
Tot op heden worden jaarlijks al om en bij de
10.000 werkstraffen opgelegd. Als er een
boetevervangende werkstraf gecreëerd zou worden,
dan zou dit een explosie van de middelen en het
aantal werkstraffen betekenen zonder dat dit in
verhouding staat tot het uiteindelijke doel.
A ce jour, quelque 10.000 peines de travail sont
infligées annuellement. La mise en place d'une
peine de travail substitutive à une amende
requerrait une explostion de moyens et des peines
de travail disproportionnées par rapport à l'objectif
poursuivi.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Hilde Vautmans aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"een
eenvoudiger rechtstaal" (nr. 7413)
- mevrouw Clotilde Nyssens aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de rechtstaal"
(nr. 7904)
06 Questions jointes de
- Mme Hilde Vautmans au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "un langage juridique plus
simple" (n° 7413)<br>- Mme Clotilde Nyssens au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le langage judiciaire"
(n° 7904)</b>
06.01 Clotilde Nyssens (cdH): Het gerechtelijk
jargon is vaak maar moeilijk verstaanbaar voor de
rechtzoekenden. Een ontwerp van protocolakkoord
dat werd opgesteld om dat probleem op te lossen,
bevatte een aantal interessante voorstellen,
waaronder een reeks modelformulieren die in de
drie landstalen beschikbaar zijn. De Nationale
Kamer van gerechtsdeurwaarders was bereid het
nodige te doen opdat de gebruikte modellen zouden
worden aangepast aan de casus en de plaats. Heeft
u kennis van dat door de gerechtsdeurwaarders
geleverde werk? Heeft u contact opgenomen met
de Nationale Kamer om dat werk voort te zetten
met het oog op de ondertekening van het protocol
of om verder te bouwen op de bereikte resultaten?
06.01 Clotilde Nyssens (cdH) : Le langage
judiciaire est souvent difficile à comprendre pour les
justiciables. Un projet de protocole d'accord élaboré
en vue de résoudre ce problème comportait des
points intéressants disponibles dans les trois
langues officielles. La Chambre nationale des
huissiers de justice était prête à prendre des
dispositions pour que ces modèles susceptibles
d'être adaptés en fonction des cas d'espèce et des
lieux soient utilisés. Avez-vous connaissance de ce
travail réalisé par les huissiers de justice ? Avez-
vous eu des contacts avec la Chambre nationale
pour poursuivre le travail en vue de la signature du
protocole ou en vue d'utiliser le travail accompli ?
06.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands):
Juridische bijstand is een essentieel onderdeel van
de toegang tot het gerecht. In 2008 werd de
puntenlijst reeds aangepast aan de verschillende
06.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
L'assistance juridique est une composante
essentielle de l'accès à la justice. En 2008, la liste
de points a déjà été adaptée aux diverses nouvelles
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
nieuwe wetten. Voor de begroting van 2008 heb ik
hiervoor een verhoging van 10 procent bekomen en
ook voor de begroting van 2009 zal de verhoging
aanzienlijk zijn. Er zal ook een werkgroep opgericht
worden die de rechtstaal toegankelijker moet
maken voor kansarmen. De vereenvoudiging van
de rechtstaal is een van de beleidsprioriteiten voor
2009. Intussen volg ik met interesse alle lokale
initiatieven ter zake.
lois. Pour le budget 2008, j'ai obtenu à cet effet une
augmentation de 10 % et, pour le budget 2009,
l'augmentation sera très importante également.
Nous créerons un groupe de travail que nous
chargerons de rendre le langage juridique plus
accessible aux personnes appartenant aux miieux
socialement défavorisés. La simplification du
langage juridique sera l'une des priorités politiques
de 2009. En attendant, je prêterai attention à toutes
les initiatives locales en la matière.
(Frans) Het ontwerp van protocol tussen de
Nationale Kamer van Notarissen en het vorige
kabinet over de vereenvoudiging van de rechtstaal
en de modellen die erin voorkomen is niet aan mijn
aandacht ontsnapt. Er is nog geen rechtstreeks
contact geweest tussen de FOD Justitie en de
gerechtsdeurwaarders. Ik zal daartoe het initiatief
nemen en zal hier duidelijk gewag van maken in
mijn algemene beleidsnota voor 2009.
(En français) J'ai prêté attention au projet de
protocole entre la Chambre nationale des huissiers
de justice et l'ancien cabinet relatif à la simplification
du langage judiciaire et aux modèles qu'il contient. Il
n'y a pas encore eu de contact direct entre le SPF
Justice et les huissiers de justice en la matière. J'en
prendrai l'initiative et j'en parlerai de manière
explicite dans ma note de politique générale 2009.
06.03 Clotilde Nyssens (cdH): Deze vraag zal tot
positief gevolg hebben dat er contact zal worden
gelegd tussen uw kabinet en de Nationale Kamer
van notarissen.
06.03 Clotilde Nyssens (cdH) : Cette question
aura eu le mérite de provoquer un contact entre
votre cabinet et la Chambre nationale des huissiers
de justice.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"EU
Verordening tot invoering van een Europese
Executoriale
Titel
voor
niet-betwiste
schuldvorderingen" (nr. 7379)
07 Question de Mme Sarah Smeyers au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "l'ordonnance de
l'Union européenne instaurant un titre exécutoire
européen pour les créances non contestées"
(n° 7379)</b>
07.01 Sarah Smeyers (N-VA): Op 21 oktober 2005
trad de EET-verordening in werking. Ze moet het
mogelijk maken verstekvonnissen uit te voeren
zonder exequaturprocedure. In België is men het
echter niet eens over de interpretatie. Er zijn
uiteenlopende standpunten over wie een beslissing
moet waarmerken als EET, wie het bewijs van die
waarmerking moet afleveren en of België wel
voldoet aan de minimumnormen voor een
heroverweging.
Dat heeft economische gevolgen. Bedrijven kunnen
al dan niet de waarmerking als EET-vonnis laten
uitvoeren naargelang van de rechtbank. Kan dat
niet, dan moet de dure exequaturprocedure worden
gevolgd. De vage rondzendbrief van de vorige
minister heeft de problemen blijkbaar niet opgelost.
Is
de minister op de hoogte van de
interpretatieproblemen? Vindt hij een wettelijk
initiatief om daaraan een einde te maken wenselijk?
07.01 Sarah Smeyers (N-VA) : Le règlement TEE,
entré en vigueur le 21 octobre 2005, doit permettre
l'exécution des jugements par défaut sans
procédure d'exequatur. Cependant, en Belgique, il
n'y a pas de consensus sur l'interprétation de ce
nouveau règlement. Les points de vue divergent sur
la question de savoir à qui il revient de certifier une
décision en tant que titre exécutoire européen, qui
doit en fournir la preuve et si la Belgique satisfait
bien aux normes minimales en cas de réexamen.
Cette
incertitude
a
des
conséquences
économiques. En effet, en fonction du tribunal, les
entreprises concernées peuvent faire exécuter ou
non la certification de la décision en tant que TEE.
Si elles ne le peuvent pas, c'est la procédure
coûteuse de l'exequatur qui doit être suivie. La
vague circulaire de la ministre précédente n'a
manifestement pas résolu les problèmes.
Le ministre est-il au courant des problèmes
d'interprétation que suscite ce règlement ? Pense-t-
il qu'il serait souhaitable de prendre une initiative
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
juridique afin de les résoudre ?
07.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Ik
heb hierover indertijd zelf een schriftelijke vraag
gesteld.
In Nederland, Duitsland en Frankrijk zijn
wetgevende initiatieven genomen. Ik heb die
grondig laten bestuderen.
Men moet ook rekening houden met de verordening
van 12 december 2006 en de verordening van 11
juli 2000, die ook de procedure van heroverweging
bevatten.
07.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
J'ai moi-même, à l'époque, posé une question écrite
à ce sujet.
Aux Pays-Bas, en Allemagne et en France, des
initiatives ont été prises au plan législatif. Je les ai
fait examiner de manière approfondie.
Il faut également tenir compte des règlements
européens du 12 décembre 2006 et du 11 juillet
2000, qui traitent également de la procédure de
réexamen.
Op drie plaatsen in de Europese regelgeving wordt
de discussie gevoerd, namelijk dat om een
exequatur in de procedure te kunnen uitstellen, in
dat land in een procedure van heroverweging moet
zijn voorzien.
In België zijn er verschillende interpretaties. Er zijn
rechtbanken die oordelen dat België daaraan
voldoet door het verzet en het hoger beroep, andere
oordelen dat dit niet volstaat.
Wij zijn de kwestie nu aan het bekijken, maar het is
niet eenvoudig als we naast verzet en hoger beroep
een procedure van heroverweging moeten
invoeren. Ik sluit een wetgevend initiatief echter niet
uit. Ik kan de technische nota's bezorgen.
Le débat est mené à trois niveaux de la
réglementation européenne, à savoir que le report
d'un exequatur dans la procédure implique qu'une
procédure de reconsidération soit prévue dans le
pays.
En Belgique, nous connaissons différentes
interprétations. Certains tribunaux considèrent que
la Belgique donne satisfaction sur ce point par le
biais du recours et de la procédure d'appel, mais ce
n'est pas suffisant pour d'autres tribunaux.
Nous examinons la question mais il est complexe
d'instaurer une procédure de reconsidération en
plus du recours et de l'appel. Je n'exclus pas une
initiative législative. Je puis fournir les notes
techniques.
07.03 Sarah Smeyers (N-VA): Ik zou graag de
technische fiche ontvangen, zodat wij met vereende
krachten werk kunnen maken van dit ingewikkelde
probleem. Nu heerst er rechtsonzekerheid.
07.03 Sarah Smeyers (N-VA) : J'aimerais recevoir
la fiche technique, de sorte que nous puissions
conjuguer nos forces pour résoudre cet épineux
problème. Aujourd'hui, l'insécurité juridique règne
en la matière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Interpellatie van de heer Fouad Lahssaini tot
de vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
bevoegdheden
van
de
strafuitvoeringsrechtbanken" (nr. 137)
08 Interpellation de M. Fouad Lahssaini au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et
Réformes institutionnelles sur "les compétences
des tribunaux d'application des peines" (n° 137)b>
08.01 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): Sinds 1
februari
2007
nemen
de
strafuitvoeringsrechtbanken
(SUR)
de
bevoegdheden over van de commissies voor
voorwaardelijke invrijheidsstelling. Voor de straffen
van minder dan drie jaar, was het ministerie van
Justitie bevoegd en ik denk dat dat nog steeds zo
is.
Met uitzondering van de SUR van Gent, die de
08.01 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) : Depuis le
1
er
février 2007, les tribunaux d'application des
peines (TAP) ont relayé les compétences des
commissions de libération conditionnelle. Pour les
peines inférieures à trois ans, le ministère de la
Justice était compétent et je pense qu'il l'est encore.
À l'exception du TAP de Gand, qui renvoie les
dossiers au ministère, tous les TAP de Belgique
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
dossiers doorstuurt naar het ministerie, zijn alle
SUR van België vandaag van oordeel dat ze
bevoegd zijn ingeval een gedetineerde die in 2004
vrijgelaten werd door de commissie voor
voorwaardelijke invrijheidsstelling, de voorwaarden
van die invrijheidsstelling niet naleeft. Er zouden
zich momenteel dus een aantal personen in de
gevangenis bevinden op grond van een beslissing
die destijds door de minister genomen werd terwijl
het aan de SUR toekwam om het geval te
onderzoeken en de beslissing te nemen.
Bent u op de hoogte van die situatie en welke
oplossing beveelt u aan? Welke instantie is
vandaag bevoegd voor de voorwaardelijke
invrijheidsstellingen,
elektronisch
toezicht
en
beperkte opsluiting? Heeft het ministerie van
Justitie beslissingen genomen die aan de SUR
toekwamen? Hoeveel personen zouden vandaag
aangehouden zijn terwijl de wetgeving eigenlijk een
vrijlating impliceerde? Is een wetswijziging nodig
om het recht door alle strafuitvoeringsrechtbanken
te doen naleven?
s'estiment compétents aujourd'hui si un détenu,
libéré en 2004 par la commission de libération
conditionnelle, ne respecte pas les conditions de sa
libération. Il y aurait donc un certain nombre de
personnes actuellement en prison sur la base d'une
décision prise par le ministère alors qu'il reviendrait
au TAP d'examiner le cas et de prendre la décision.
Êtes-vous au courant de cette situation et quelle
solution préconisez-vous ? Quelle est l'instance
aujourd'hui compétente pour les libérations
conditionnelles, surveillances électroniques et
détentions limitées ? Le ministère de la Justice a-t-il
pris des décisions qui incombaient aux TAP ?
Combien de personnes seraient-elles aujourd'hui
détenues alors que la législation impliquerait plutôt
une
libération ?
Une
modification
légale
s'imposerait-elle afin que le droit soit respecté par
tous les TAP ?
08.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Alle
strafuitvoeringsrechtbanken hebben zich bevoegd
verklaard voor de beslissingen inzake de
voorwaardelijke invrijheidsstelling, met inbegrip van
Gent. Tot dusver heeft de dienst van de individuele
gevallen van de FOD Jusititie nog geen enkele
aanvraag gekregen tot herroeping van een
voorwaardelijke
invrijheidsstelling omdat
een
rechtbank zich onbevoegd zou verklaard hebben.
De overgangsbepalingen van de wet van 17 mei
2006 betreffende de externe rechtspositie zijn van
toepassing (artikelen 107 en 108).
De bevoegdheid van de SUR inzake de opvolging
en de herroeping van administratieve beslissingen
die door de minister vóór 1 februari 2007 werden
genomen, zorgt daarentegen wel voor discussie.
08.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) :
Tous les TAP se sont déclarés compétents pour les
décisions en matière de libération conditionnelle, y
compris celui de Gand. À ce jour, le service des cas
individuels du SPF Justice n'a reçu aucune
demande
de
révocation
d'une
libération
conditionnelle au motif qu'un tribunal se serait
déclaré incompétent. Les dispositions transitoires
de la loi du 17 mai 2006 relative aux statuts
juridiques externes sont d'application (articles 107
et 108).
En revanche, la compétence des TAP en matière
de suivi et de révocation des décisions
administratives, prises par le ministre avant le
1
er
février 2007, fait débat.
Met uitzondering van die te Gent, hebben alle
strafuitvoeringsrechtbanken zich bevoegd verklaard
ten aanzien van de beslissingen van de
administratie met betrekking tot de toekenning van
het elektronisch toezicht of de halve vrijheid aan
veroordeelden die vóór 1 februari 2007 een
hoofdgevangenisstraf van meer dan drie jaar
opgelegd
kregen.
Aangezien
die
toekenningsbeslissingen meer dan anderhalf jaar
oud zijn, heeft mijn administratie nu nog slechts
kennis van vier dossiers.
De Dienst individuele gevallen is dus enkel moeten
optreden voor de veroordeelden die onder de
strafuitvoeringsrechtbank van Gent vielen.
Tous les TAP, à l'exception de celui de Gand, se
sont déclarés compétents concernant les décisions
d'octroi de la surveillance électronique ou de la
semi-liberté à des condamnés dont le total des
peines, prises par l'administration avant le 1
er
février
2007, excède trois ans. Ces décisions d'octroi
remontant à plus d'un an et demi, mon
administration a encore connaissance de quatre
dossiers.
Le service des cas individuels a donc dû intervenir,
seulement pour les condamnés relevant du TAP de
Gand.
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
08.03 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): Er was
dus een tijdlang een schemertoestand, gedurende
welke de strafuitvoeringsrechtbank te Gent zich
onbevoegd verklaarde en het ministerie de dossiers
naar zich toe heeft getrokken. Er werden mensen
van hun vrijheid beroofd, zonder dat de procedures
van
de
strafuitvoeringsrechtbanken
werden
nageleefd.
Betreffen de vier dossiers waar u naar verwijst,
personen die momenteel in de gevangenis zitten?
Over welke beroepsmogelijkheden beschikken die
personen? Hoe kan men hen uitleggen welke
procedure op hen van toepassing is? Hoe kan men
de strafuitvoeringsrechtbank te Gent op haar
bevoegdheidsgrenzen
wijzen?
Binnen
welke
grenzen is het ministerie in dat geval bevoegd?
08.03 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) : Il y a
donc eu une période floue pendant laquelle le TAP
de Gand s'est déclaré incompétent, le ministère
reprenant les dossiers. Il y a eu des personnes
privées de liberté sans respecter les procédures
des TAP.
Les quatre dossiers que vous évoquez concernent-
ils des personnes actuellement détenues ? De
quels recours ces personnes disposent-elles ?
Comment leur expliquer à quelle procédure faire
référence ? Comment faire comprendre au TAP de
Gand les limites de sa compétence ? Quelles sont
les limites de la compétence du ministère dans ce
cas ?
08.04 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Ik denk
niet dat er in de praktijk problemen rijzen,
aangezien het om beslissingen van vóór 1 februari
2007 gaat. Bovendien heeft de administratie haar
beslissing getroffen naar aanleiding van het
probleem dat zich in Gent had voorgedaan.
Persoonlijk ben ik niet op de hoogte van de
concrete gevallen, maar zo u dat wenst, kan ik me
informeren.
08.04 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Je
ne pense pas qu'en pratique des problèmes se
posent, étant donné que cela concerne des
décisions antérieures au 1
er
février 2007. En outre,
suite au problème survenu à Gand, l'administration
a pris sa décision. Personnellement, je ne connais
pas les cas concrets mais, si vous le souhaitez, je
puis me renseigner.
Ik beschik over geen enkele informatie waaruit zou
blijken dat dossiers niet de noodzakelijke opvolging
zouden hebben gekregen.
Je ne dispose d'aucune information selon laquelle
des dossiers n'auraient pas bénéficié du suivi
nécessaire.
08.05 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): Ik zou
graag weten om hoeveel gevallen het in casu gaat
en hoe een en ander is geëvolueerd.
08.05 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) :
J'aimerais connaître le nombre de cas dans cette
situation ainsi que leur évolution.
08.06 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Het gaat
hier om administratieve beslissingen van vóór 2007!
08.06 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Il
s'agit de décisions administratives antérieures à
février 2007 !
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De heer Landuyt heeft gevraagd om
zijn interpellatie nr. 150 uit te stellen tot vanmiddag.
L'incident est clos.
Le président : M. Landuyt a demandé le report de
son interpellation n° 150 à la réunion de cet après-
midi.
09 Samengevoegde vragen van
- de heer Jenne De Potter aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de uitbouw
van het veiligheidskorps" (nr. 7571)
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
veiligheidskorps" (nr. 7635)
- de heer Bert Schoofs aan de vice-eersteminister
en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen
over
"het
veiligheidskorps"
09 Questions jointes de
- M. Jenne De Potter au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le développement du corps
de sécurité" (n° 7571)<br>- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le corps de sécurité"
(n° 7635)<br>- M. Bert Schoofs au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le corps de sécurité"
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
(nr. 7705)
09.01 Jenne De Potter (CD&V): Vijf jaar geleden
werd het veiligheidskorps opgericht. Hoewel de
kinderziektes achter de rug zijn, blijven er enkele
problemen. De samenwerking met sommige
politiezones verloopt niet vlot, het statuut kan beter
en het werken voor twee FOD's leidt ook tot
ontevredenheid.
Denkt de minister eraan om meer taken over te
dragen aan het veiligheidskorps? Hoe staat hij
tegenover het idee om het veiligheidskorps om te
vormen tot een zelfstandig korps met een eigen
hiërarchie en middelenbeheer? Op 9 oktober vond
er een eerste onderhoud plaats over de verbetering
van het statuut. Wat is de stand van zaken?
09.01 Jenne De Potter (CD&V) : Le corps de
sécurité a été créé il y a cinq ans. Bien que les
maladies de jeunesse aient été surmontées,
quelques problèmes subsistent. La collaboration
avec certaines zones de police est défaillante, le
statut est susceptible d'amélioration et la
subordination à deux SPF suscite également le
mécontentement.
Le ministre envisage-t-il de transférer un plus grand
nombre de tâches au corps de sécurité ? Que
pense-t-il de l'idée de transformer le corps de
sécurité en un corps indépendant, disposant d'une
hiérarchie propre et assurant lui-même la gestion
de ses moyens ? Une première entrevue a eu lieu
le 9 octobre à propos de l'amélioration du statut. Où
en est-on actuellement ?
09.02 Bert Schoofs (Vlaams Belang): De
stakingen bij het penitentiair personeel zouden wel
eens kunnen overslaan naar het veiligheidskorps.
Daarom zou ik graag weten of en wanneer er een
volwaardig statuut komt voor het personeel van het
veiligheidskorps. Werden daarvoor de nodige
middelen in de begroting ingeschreven?
09.02 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Les grèves
du personnel pénitentiaire pourraient bien s'étendre
au corps de sécurité. C'est pourquoi je souhaiterais
savoir si et quand le personnel du corps de sécurité
pourra disposer d'un statut à part entière. A-t-on
budgétisé les moyens nécessaires à cet effet ?
09.03 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
FOD P&O heeft vastgesteld dat er problemen zijn
met het statuut van de leden van het
veiligheidskorps en had opmerkingen over de
loopbaan,
de
pensioenrechten
en
de
loopbaanperspectieven. Op een vergadering met de
drie vakbonden op 3 juli 2008 werd daarom beslist
om een specifiek statuut uit te werken voor het
personeel van het veiligheidskorps.
09.03 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le SPF P&O a identifié certains problèmes
inhérents au statut des membres du corps de
sécurité et a formulé des observations concernant
la carrière, les droits de pension et les perspectives
de carrière. Il a dès lors été décidé, lors d'une
réunion avec les trois syndicats le 3 juillet 2008,
qu'un statut spécifique serait élaboré pour le
personnel du corps de sécurité.
Vooraleer we dat nieuwe statuut kunnen opstellen,
moet
een
technische
werkgroep
met
vertegenwoordigers van de FOD's Justitie en
Binnenlandse Zaken eerst onderzoeken wat de
beste optie is: de huidige structuur behouden of van
het veiligheidskorps een autonoom functionerend
korps maken, hetzij binnen Justitie, hetzij binnen de
politiestructuur. Werk maken van het nieuwe statuut
zal dan in de volgende maanden moeten gebeuren.
Het overleg met de FOD Binnenlandse Zaken is al
wel opgestart.
Avant que nous puissions arrêter le nouveau statut,
un groupe de travail technique comprenant des
représentants des SPF Justice et Intérieur doit
encore choisir la meilleure option entre, d'une part,
le maintien de la structure actuelle et, d'autre part,
la transformation du corps de sécurité en un corps
autonome, soit au sein de la Justice, soit au sein de
la structure de la police. La mise en place du
nouveau statut devrait ensuite intervenir dans les
mois qui suivront. La concertation avec le SPF
Intérieur a déjà été amorcée.
09.04 Jenne De Potter (CD&V): De
onderhandelingen bevinden zich nog in een
beginstadium. Ik volg dit op.
09.04 Jenne De Potter (CD&V) : Les négociations
en sont encore à un stade précoce. Je ne
manquerai pas de suivre l'évolution du dossier.
09.05 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Wat mij
zorgen baart, is dat er moet worden onderzocht
welk statuut het personeel zal krijgen en onder
welke FOD het veiligheidskorps zal ressorteren. Ik
09.05 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Je
m'inquiète de cette réflexion sur le futur statut du
personnel et sur le SPF dont dépendra le corps de
sécurité. Je crains d'assister à un jeu de ping-pong
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
vrees voor een politiek pingpongspelletje tussen
Justitie en Binnenlandse Zaken.
politique entre la Justice et l'Intérieur.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
vrijetijdsbesteding
in
de
Belgische
gevangenissen" (nr. 7599)
10 Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les loisirs dans
les prisons belges" (n° 7599)</b>
10.01 Jean-Luc Crucke (MR): Een studie van het
Instituut voor Criminologie van de KU Leuven toont
aan dat het aanbod aan vrijetijdsbesteding in de
gevangenissen ontoereikend is. In de studie wordt
het verband gelegd tussen de mogelijkheid voor de
gevangenen om zich te ontspannen in een
omgeving waar ze helemaal afgesneden zijn van de
buitenwereld en hun resocialisatie. Bevestigt u de
conclusies van die studie? Zijn dat conclusies die
overal gelden of bestaan er verschillen tussen de
gevangenissen onderling? Het Instituut voor
Criminologie legde eveneens de vinger op een
mogelijke
discriminatie
tussen
Belgische
gedetineerden en gedetineerden van buitenlandse
origine. Is er effectief sprake van een discriminatie?
10.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Une étude réalisée
par l'Institut de criminologie de la KUL révèle que
l'offre de loisirs au sein des prisons est insuffisante.
L'étude établit le lien entre la possibilité de
divertissement dans un monde clos et la réinsertion
des prisonniers. Confirmez-vous le constat de cette
étude ? Est-il généralisé ou existe-t-il des
différences selon les prisons ? Un autre point
soulevé par l'Institut de criminologie est une
possible discrimination entre détenus belges et
détenus d'origine étrangère. Est-ce vrai?
10.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): In de studie
die u aanhaalt werd uitsluitend een evaluatie
gemaakt van de hulp- en dienstverlening aan de
gedetineerden in de Vlaamse en Brusselse
gevangenissen. Wat de Waalse gevangenissen
betreft, beschik ik niet over een recente studie. Uit
de studie waar u het over heeft, blijkt dat de
Vlaamse Gemeenschap werk heeft gemaakt van
een gediversifieerd aanbod aan hulp- en
dienstverlening in de acht gevangenissen waar
onderzoek werd verricht. Begin 2008 heeft de
Vlaamse regering besloten om dat strategisch plan
dit jaar uit te breiden naar de andere Vlaamse en
Brusselse gevangenissen.
10.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) :
L'étude que vous citez a uniquement évalué l'offre
d'aide et de services aux détenus séjournant dans
les prisons flamandes et bruxelloises. Pour les
prisons wallonnes, je ne dispose d'aucune étude
récente. L'étude que vous citez montre que la
Communauté flamande a développé une offre
diversifiée d'aide et de services dans les huit
prisons étudiées. Début 2008, le gouvernement
flamand a décidé d'étendre cette année ce plan
stratégique aux autres prisons flamandes et
bruxelloises.
De kwaliteit van de dienstverlenende en de
hulpactiviteiten is verbeterd sinds het strategisch
plan wordt uitgevoerd. Ambtenaren van de Vlaamse
gemeenschap werden ondergebracht in een
structuur van strategische medewerkers en er werd
gezorgd voor referentiepersonen op het stuk van de
organisatie en voor individuele begeleiders in de
gevangenissen. Die maatregelen bieden een
waarborg
voor
een
steeds
doeltreffender
dienstenaanbod.
Met
de
voorlichting
dienaangaande loopt er evenwel nog een en ander
mank.
De vreemdelingen vormen in dit verband nog een
onontgonnen terrein. Er moet nog worden
nagegaan in welke mate die groep toegang heeft tot
La qualité des activités d'aide et de service offertes
a augmenté depuis la mise en oeuvre du plan
stratégique. L'installation de fonctionnaires de la
Communauté flamande dans une structure de
collaborateurs stratégiques, de personnes de
référence
en
matière
d'organisation
et
d'accompagnateurs individuels dans les prisons,
présente une garantie pour une offre de services
toujours plus performante, mais l'information à
propos de l'offre est encore loin d'être suffisante.
Les étrangers constituent encore une importante
black box. Il convient d'examiner dans quelle
mesure ce groupe a accès à l'offre d'aides et de
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
de hulp- en dienstverlening. Wellicht vormen de
verschillende taal en cultuur een grote hinderpaal.
Er dient evenwel op gewezen dat een groot aantal
organisaties
projecten
voorstellen
die
op
allochtonen en anderstaligen gericht zijn.
Ik wijs erop dat de bevoegdheid inzake de
maatschappelijke
dienstverlening
aan
de
gedetineerden met het oog op hun resocialisatie in
het kader van de staatshervormingen van 1980 en
1988
aan
de
Gemeenschappen
werd
overgedragen. In de jaren negentig hebben het
departement Justitie en de Gemeenschappen
samenwerkingsakkoorden gesloten met betrekking
tot de wettelijke maatschappelijke dienstverlening.
Het is in het raam van die akkoorden dat het
aanbod inzake hulp- en dienstverlening aan de
gedetineerden wordt ontwikkeld.
Mijn
medewerkers
en
het
bestuur
der
strafinrichtingen overleggen regelmatig met de
bevoegde kabinetten en diensten van de ministers
van de Vlaamse en de Franse Gemeenschap die
bevoegd zijn voor Welzijn en van de minister die
bevoegd
is
voor
de
Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie.
De strategische aanbevelingen van het voormelde
studierapport zullen eveneens op de agenda
worden geplaatst van het overleg tussen de
bevoegde gemeenschapsministers en mezelf.
services. Les différences de langue et de culture
constituent probablement des obstacles majeurs.
Cependant, il faut signaler que de nombreuses
organisations proposent des projets axés sur les
allochtones ou les allophones.
Je rappelle que les réformes de l'État en 1980 et
1988 ont attribué aux Communautés la compétence
de l'aide sociale aux détenus en vue de leur
réinsertion. Dans les années nonante, des accords
de coopération ont été conclus entre la Justice et
les Communautés en ce qui concerne l'aide sociale
légale. C'est dans le cadre de ces accords que
l'offre d'aides et de services aux détenus est
développée.
Mes collaborateurs ainsi que l'administration
pénitentiaire ont régulièrement une concertation
avec les cabinets et les services compétents des
ministres de la Communauté flamande et de la
Communauté française ayant le bien-être dans
leurs attributions et du ministre ayant la
Commission communautaire commune dans ses
attributions. Les recommandations stratégiques du
rapport d'étude précité seront également portées à
l'ordre du jour de la concertation entre les ministres
communautaires compétents et moi-même.
10.03 Jean-Luc Crucke (MR): U verwees naar het
strategisch plan van de Vlaamse Gemeenschap.
Bestaat er dan niet zo'n plan voor de Franse
Gemeenschap of het Waals Gewest?
10.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Vous avez évoqué
le plan stratégique qui existe en Communauté
flamande. Cela signifie-t-il qu'il n'y aurait pas de
pendant en Communauté française ou en Région
wallonne ?
10.04 Minister Jo Vandeurzen (Frans): De
initiatieven van de Franse Gemeenschap hebben
een beperktere draagwijdte dan het strategisch plan
dat in samenwerking met de Vlaamse regering werd
voorbereid.
10.04 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Des
initiatives ont été prises par la Communauté
française, mais elles n'ont pas l'envergure du plan
stratégique préparé avec le gouvernement flamand.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Jacqueline Galant aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "de vrijlating van een van de
geweldplegers waarvan een leraar het slachtoffer
was" (nr. 7609)
- de heer Éric Thiébaut aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "de geweldpleging tegen een
leraar in een school te Ghlin en het plaatsgebrek
in
de
overheidsinstellingen
voor
jeugdbescherming" (nr. 7615)
- de heer Bart Laeremans aan de vice-eerste
11 Questions jointes de
- Mme Jacqueline Galant au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la libération d'un des
auteurs de l'agression violente dont a été victime
un professeur" (n° 7609)<br>- M. Éric Thiébaut au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'agression d'un professeur
dans une école de Ghlin et la problématique du
manque de places dans les IPPJ" (n° 7615)<br>- M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "de opvangplaatsen in de
instellingen voor jeugddelinquenten" (nr. 7693)
- de heer Fouad Lahssaini aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "het contact van de
magistraten met de CIOC" (nr. 7819)
- de heer Xavier Baeselen aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen over "het overplaatsen van
momenteel in het gesloten centrum van Everberg
opgesloten jonge Franstalige delinquenten naar
de gevangenis van Saint-Hubert" (nr. 8016)
institutionnelles sur "les places d'accueil dans
les institutions pour jeunes délinquants"
(n° 7693)<br>- M. Fouad Lahssaini au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le contact des magistrats
avec la CIOC" (n° 7819)<br>- M. Xavier Baeselen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le transfert de jeunes
délinquants francophones détenus actuellement
au centre fermé d'Everberg à la prison de Saint-
Hubert" (n° 8016)</b>
11.01 Jacqueline Galant (MR): Ik kom terug op de
geweldpleging tegen een leraar in de Don Bosco-
school te Ghlin. De aangehouden dader is de
avond na de feiten zelf naar zijn familie kunnen
terugkeren. Het is slechts de volgende ochtend dat
men een plaats gevonden heeft om hem op te
sluiten. Het signaal naar de jongere in kwestie, het
slachtoffer
en
de
maatschappij
is
betreurenswaardig.
Voor de MR is die straffeloosheid ontoelaatbaar.
Die problematiek sleept al jaren aan. De federale
wetgever had destijds beslist zelf de opening van
een gesloten centrum in Everberg ten laste te
nemen,
en
beloofde
gelijk
aan
de
Gemeenschappen een psychologisch en educatief
begeleidingsbeleid te zullen ontwikkelen voor de
jongeren die er verblijven. Er zou ook een tweede
federaal gesloten centrum worden gebouwd in de
buurt van Saint-Hubert. Is er overleg tussen de
deelstaten om dit soort weerzinwekkende situaties
te voorkomen? Kunnen we een inventaris krijgen
met het aantal beschikbare plaatsen in de
instellingen voor jeugdbescherming? Hoeveel
plaatsen zijn er in Everberg? Hoeveel plaatsen zal
het tweede federaal gesloten centrum tellen?
11.01 Jacqueline Galant (MR) : Je reviens sur
l'agression du professeur de l'école Don Bosco à
Ghlin. L'auteur arrêté a pu retourner dans sa famille
le soir même de l'agression, faute de place. Ce
n'est que lendemain qu'on a trouvé une place pour
l'enfermer. Le signal envoyé au jeune en question, à
la victime et à la société est déplorable.
Pour le MR, cette impunité est inadmissible. Cette
problématique dure depuis des années. Le
législateur fédéral avait décidé en son temps de
prendre lui-même en charge l'ouverture d'un centre
fermé à Everberg, tout en promettant aux
Communautés de développer une politique
d'accompagnement psychologique et éducatif pour
les jeunes qui y résident. Un deuxième centre
fédéral fermé devrait également être construit, du
côté de Saint-Hubert.
Y a-t-il une concertation entre les entités fédérées
pour éviter ce type de situations révoltantes ? Peut-
on disposer d'un inventaire du nombre de places
disponibles dans les institutions de protection de la
jeunesse ? Quel est le nombre de places à
Everberg ? Quel sera le nombre de places dans le
deuxième centre fédéral fermé ?
11.02 Eric Thiébaut (PS): Naar aanleiding van de
te talrijke vrijlatingen van door justitie veroordeelde
minderjarigen had ik al de gelegenheid om u te
ondervragen over het plaatsgebrek in de
overheidsinstellingen voor jeugdbescherming van
de Franse Gemeenschap. Enkele dagen geleden
werd er geweld gepleegd tegen een leraar van een
school in Ghlin door twee personen van buiten de
instelling, die werden opgeroepen door een
herrieschopper die door de leraar werd berispt.
Hoewel de opdrachtgever van de strafexpeditie
ondervraagd werd, is het schrikwekkend dat hij naar
zijn familie is mogen terugkeren omdat er die dag
geen enkele plaats meer vrij was in de open of
gesloten centra .
11.02 Éric Thiébaut (PS) : J'ai déjà eu l'occasion
de vous interroger sur le manque de places dans
les IPPJ suite aux trop nombreuses libérations de
mineurs condamnés par la justice. Il y a quelques
jours, un professeur d'une école de Ghlin a été
agressé par deux personnes étrangères à
l'établissement, appelées par un élève chahuteur
suite à une réprimande du professeur. Bien que le
commanditaire de l'expédition punitive ait été
interpellé, il est consternant qu'il ait pu retourner
impunément dans sa famille car plus aucune place
n'était disponible ce jour-là dans les centres en
milieu ouvert ou fermé.
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
De regering mag niet werkloos toezien op het
steeds groter aantal feiten van jeugddelinquentie,
ook al is het de Franse Gemeenschap die bevoegd
is inzake jeugdbescherming.
Le gouvernement ne peut rester immobile face à la
multiplication de faits de délinquance juvénile,
même si c'est la Communauté française qui est
compétente en matière de protection de la
jeunesse.
Ingevolge de moord op Joe Van Holsbeeck in 2006
heeft de Franse Gemeenschap een plan voor
jeugdzorg goedgekeurd. Daarin werden nieuwe
maatregelen voor de opvang van jeugddelinquenten
opgenomen. U heeft verwezen naar initiatieven om
het plaatsgebrek in de Openbare Instellingen voor
Jeugdbescherming (OIJB's) op te vangen.
Hoe staat het daar thans mee? Heeft u al overleg
gepleegd met de Gemeenschappen en de Unie van
de Jeugdrechters, en zo ja, wat heeft dat overleg
opgeleverd? De doeltreffendheid van een wet hangt
niet enkel van de kwaliteit ervan af, maar ook van
de bekwaamheid van de mensen die de wet
moeten toepassen, en van de middelen die de Staat
hun ter beschikking stelt. Mede in het licht daarvan
zou ik willen vernemen of de federale regering snel
maatregelen zal treffen om de niet-toepassing van
de wet op de jeugdbescherming op te vangen?
À la suite du meurtre de Joe en 2006, le
gouvernement de la Communauté française a
adopté un plan pour l'aide à la jeunesse qui
prévoyait de nouvelles mesures pour la prise en
charge des délinquants juvéniles. Vous avez
évoqué des initiatives pour pallier le manque de
places en IPPJ.
Qu'en est-il aujourd'hui ? Avez-vous entamé une
concertation entre les Communautés et l'Union des
juges de la jeunesse et si oui, avec quels résultats ?
Sachant que l'efficacité d'une loi dépend non
seulement de sa qualité mais aussi des
compétences des personnes qui l'appliquent et des
moyens que l'État met à leur disposition, le
gouvernement fédéral planche-t-il sur des mesures
pour compenser la non-application de la loi sur la
protection de la jeunesse ?
11.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Onlangs
is in Wallonië veel deining ontstaan over het gebrek
aan
opvangplaatsen
voor
minderjarige
delinquenten. Zo zou een leerling, die na een
brutale aanslag op een leerkracht op vrije voeten
was gesteld, zelf naar instellingen hebben gebeld
met de vraag hem op te nemen, waarop de dader
uiteindelijk toch kon worden opgesloten.
Kan de minister dit verhaal bevestigen? Hoelang
blijft deze minderjarige minstens opgesloten? Wat
is het lot van de twee meerderjarige daders? Hoe
wordt
de
veiligheid
van
het
slachtoffer
gewaarborgd?
Hoe evolueert het aantal opvangplaatsen in de
gesloten instellingen van de Gemeenschappen?
Welke uitbreidingen mogen wij verwachten?
Hoe vorderen de twee federale projecten voor
jeugddelinquenten? Wanneer zullen de nieuwe
cellen klaar zijn? Voor welke categorie van
jeugddelinquenten zijn deze instellingen bestemd?
Blijft de regelgeving van het huidige Everberg
gelden of komt er een nieuwe wetgeving? Zullen de
Franstalige delinquenten van Everberg naar
Wallonië worden overgeplaatst?
Er lopen op dit moment ook twee tijdelijke projecten
11.03 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Le
manque de places d'accueil pour les délinquants
mineurs a provoqué pas mal de remous récemment
en Wallonie. Un élève, qui avait été remis en liberté
après avoir agressé brutalement un professeur,
aurait ainsi lui-même contacté des établissements
et demandé de l'incarcérer, ce qui a finalement été
le cas.
Le ministre peut-il confirmer ce récit ? Combien de
temps ce mineur restera-t-il incarcéré au
minimum ? Quel est le sort réservé aux deux
auteurs majeurs ? Comment la sécurité de la
victime est-elle garantie ?
Comment le nombre de places d'accueil dans les
centres fermés des Communautés évolue-t-il ?
Combien de places supplémentaires sont-elles
prévues ?
Quel est l'état d'avancement des deux projets
fédéraux de lutte contre les délinquants juvéniles ?
Quand les nouvelles cellules seront-elles prêtes ?
Pour quelle catégorie de délinquants juvéniles ces
établissements
sont-ils
destinés ?
La
réglementation actuellement en vigueur à Everberg
restera-t-elle d'application ou une nouvelle
législation est-elle prévue ? Les délinquants
francophones détenus à Everberg seront-ils
transférés en Wallonie ?
Deux projets temporaires sont actuellement aussi
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
in
Tongeren
en
Saint-Hubert.
Hoeveel
opvangplaatsen zullen daar uiteindelijk komen? Is
het regime er identiek aan dat van Everberg?
Wanneer kunnen de eerste delinquenten daar
terecht? Zijn deze projecten bedoeld voor lange
termijn of slechts tot de ingebruikname van de
nieuwe centra?
en cours à Tongres et à Saint-Hubert. Combien de
places d'accueil y seront finalement créées ? Le
régime y est-il identique à celui d'Everberg ? Quand
les premiers délinquants pourront-ils y être
accueillis ? S'agit-il de projets à long terme ou se
termineront-ils lors de la mise en service des
nouveaux centres ?
11.04 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): In de pers
was er ruime aandacht voor het feit dat de jonge
opdrachtgever nog dezelfde avond werd vrijgelaten
omdat er geen plaats was in de IPPJ's
(overheidsinstellingen voor jeugdbescherming van
de Franse Gemeenschap).
In 2002 werd door de regering van de Franstalige
Gemeenschap
een
Cellule
d'information,
d'Orientation et de Coordination (CIOC ­
informatie-, oriëntatie- en coördinatiecel) opgericht,
die belast werd met het beheer van de aanvragen
van de magistraten aan de overheidsinstellingen
voor jeugdbescherming. Die cel moet zeven dagen
op zeven tot 18 uur bereikbaar zijn.
Nam de magistraat in deze zaak wel degelijk
contact op met de CIOC? Zo ja, hoe luidde haar
antwoord?
11.04 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) : La
presse a largement relayé le fait que le jeune
commanditaire a été libéré dès le soir même de
l'incident, faute de place en IPPJ.
Le gouvernement de la Communauté française
s'est doté en 2002 d'une Cellule d'information,
d'orientation et de coordination (CIOC) des
demandes d'admission adressées aux institutions
publiques de protection de la jeunesse par les
magistrats. Cette cellule doit être joignable sept
jours sur sept, jusqu'à 18 heures, y compris le
week-end.
Dans l'affaire citée, le magistrat a-t-il bien contacté
la CIOC et quelle fut la réponse ?
11.05 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
minderjarige waarvan sprake werd voor een periode
van
veertig
dagen
geplaatst
in
de
gemeenschapsinstelling te Jumet. De twee
meerderjarige
daders
werden
onder
aanhoudingsmandaat geplaatst voor het toedienen
van opzettelijke slagen en verwondingen met
arbeidsongeschiktheid
tot
gevolg
en
met
verzwarende omstandigheden. Voor het slachtoffer
werd er geen speciale beschermingsmaatregel
genomen.
Ik heb nog geen cijfers over de evolutie van het
aantal opvangplaatsen in de Gemeenschappen
sinds 1 januari 2006.
11.05 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le mineur en question a été placé pour une période
de quarante jours dans un établissement
communautaire à Jumet. Les deux auteurs majeurs
ont été placés sous mandat d'arrêt pour avoir infligé
des coups et blessures volontaires entraînant une
incapacité
de
travail,
avec
circonstances
aggravantes. Aucune mesure de protection spéciale
n'a été prise concernant la victime.
Je ne suis pas encore en possession de chiffres
relatifs à l'évolution depuis le 1
er
janvier 2006 du
nombre de places d'accueils dans les différentes
Communautés.
(Frans) De federale overheid organiseert op
geregelde tijdstippen overlegvergaderingen met de
Gemeenschappen en met de veldwerkers over de
concrete problemen, onder andere het plaatsgebrek
en de inwerkingtreding van artikelen. Een Centrum
voor voorlopige plaatsing van minderjarigen die een
als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd, werd
door het koninklijk besluit van 1 maart 2002
gecreëerd. De federale gesloten instelling Everberg
telt vierentwintig plaatsen voor Nederlandstalige
minderjarigen,
vierentwintig
voor
Franstalige
minderjarigen
en
twee
voor
Duitstalige
minderjarigen.
(En
français)
L'autorité
fédérale
organise
régulièrement des réunions de concertation avec
les Communautés et avec les acteurs de terrain sur
les problèmes concrets, dont le manque de places
et l'entrée en vigueur d'articles. Un Centre de
placement provisoire des mineurs ayant commis
une infraction a été créé par l'arrêté royal du 1
er
mars 2002. L'actuel centre fermé fédéral d'Everberg
compte vingt-quatre places pour des mineurs
néerlandophones, vingt-quatre pour des mineurs
francophones et deux places pour des mineurs
germanophones.
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
(Nederlands) De inwerkingtreding van de wet van
15 mei en 13 juni 2006, aangaande de oprichting
van het federaal gesloten centrum voor personen,
werd uitgesteld, maar ze zou uiterlijk tegen 1 januari
2011 in werking moeten treden, liefst vroeger.
(En néerlandais) L'entrée en vigueur des lois du 15
mai et du 13 juin 2006 concernant la création du
centre fédéral fermé d'accueil de personnes a été
reportée mais devrait être effective d'ici au 1
er
janvier 2011 et, de préférence, plus tôt.
(Frans) Het gaat om diegenen tegen wie een
aanhoudingsbevel werd uitgevaardigd ten gevolge
van een uithandengeving en die in een gesloten
federaal centrum moeten worden geplaatst, om zij
die werden veroordeeld tot een gevangenisstraf en
die hun straf moeten uitzitten in de strafvleugel van
een gesloten federaal centrum en om personen die
ten
gevolge
van
een
dagvaarding
tot
uithandengeving worden geplaatst in een gesloten
opvoedingsafdeling van een instelling bedoeld in
artikel 37 §2, lid 8 en die moeten kunnen worden
toevertrouwd aan een opvoedingsafdeling van een
gesloten federaal centrum.
(En français) Il s'agit des personnes auxquelles un
mandat d'arrêt a été délivré à la suite d'un
dessaisissement et qui doivent être placées dans
un centre fédéral fermé, de celles condamnées à
une peine d'emprisonnement et qui doivent subir
cette peine dans une aile punitive d'un centre
fédéral fermé et des personnes qui, à la suite d'une
incitation en dessaisissement, sont placées en
régime éducatif fermé dans une des institutions
visées à l'article 37, § 2 , al. 1
er
, 8° et qui doivent
pouvoir être confiées à une section "éducation" d'un
centre fédéral fermé.
(Nederlands) Ik wil snel duidelijkheid verschaffen
over de problematiek van de capaciteit, los van de
discussies over de evaluatie van de wet op de
jeugdbescherming.
Er is overleg geweest met de Gemeenschappen. Er
komt een uitbreiding van de federale gesloten
centra. Het uitstel was slechts voorlopig. Voor de
Vlaamse Gemeenschap worden plaatsen gecreëerd
in Tongeren en Everberg, voor de Franse
Gemeenschap in Achêne en voor de Duitstalige
gemeenschap in Saint-Hubert. De werkzaamheden
in Tongeren en Saint-Hubert zullen klaar zijn in
2009, die van Everberg en Achêne in 2010 of 2011.
In Tongeren en Saint-Hubert wordt op termijn ook in
plaatsen voorzien voor jongeren tegen wie een
aanhoudingsbevel werd uitgevaardigd en voor
mensen
die
veroordeeld
zijn
tot
een
gevangenisstraf.
(En néerlandais) J'entends faire rapidement la
clarté à propos de la question de la capacité et ce,
indépendamment des discussions relatives à
l'évaluation de la loi relative à la protection de la
jeunesse.
Une concertation a été menée avec les
Communautés. Le nombre des centres fédéraux
fermés sera accru. Le report en la matière revêt
uniquement un caractère provisoire. Les places
suivantes seront créées : pour la Communauté
flamande, à Tongres et à Everberg ; pour la
Communauté française, à Achêne ; pour la
Communauté germanophone, à Saint-Hubert. À
Tongres et à Achêne, les travaux seront achevés
en 2009. À Everberg et à Achêne, ils le seront en
2010 ou en 2011.
À Tongres et à Saint-Hubert, des places seront
prévues à terme pour des jeunes faisant l'objet d'un
mandat d'arrêt et pour les personnes condamnées
à une peine de prison.
(Frans) De Franse Gemeenschap beschikt over 85
gesloten plaatsen in Fraipont en Saint-Gervais en
144 open plaatsen in Jumet. In Wauthier-Braine
wordt gewerkt aan een gesloten afdeling voor 10
personen. De Vlaamse Gemeenschap beschikt
over 246 plaatsen (116 open en 130 gesloten) in
Ruiselede, Beernem en Mol.
Tongeren en Saint-Hubert werden gekozen omdat
de gebouwen beschikbaar waren
(En français) La Communauté française dispose de
85 places fermées à Fraipont et Saint-Servais et de
144 places ouvertes à Jumet, Fraipont et Saint-
Servais. Une section fermée pour 10 personnes est
en
construction
à
Wauthier-Braine.
La
Communauté flamande dispose de 246 places (116
ouvertes et 130 fermées) à Ruiselede, Beernem et
Mol.
Tongres et Saint-Hubert ont été choisis car les
bâtiments étaient disponibles.
(Nederlands): De inrichting in Tongeren werd (En néerlandais) L'institution de Tongres a été
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
verlaten omwille van de overbevolking. We plaatsen
er nog maximaal 34 jongeren, in plaats van 90.
abandonnée en raison d'un problème de
surpopulation. Nous y placerons un maximum de 34
jeunes au lieu des 90 personnes qu'accueillait le
bâtiment.
(Frans) Saint-Hubert is uitgekozen omdat die
inrichting verscheidene gebouwen telt die op een
uitgestrekt gebied gelegen zijn waarvan de
configuratie de mogelijkheid biedt de vleugels 3 en
4 af te zonderen. Bovendien is Saint-Hubert rijk aan
mogelijkheden op het gebied van sport en recreatie.
Saint-Hubert is weliswaar niet in het centrum van
het land gelegen maar er moest tenslotte een keuze
worden gemaakt. Een en ander is overigens
besproken met de Franse Gemeenschap die
voornemens is maatregelen te treffen om haar
werkmethodes te herzien en te heroriënteren.
De gedetineerden die momenteel in deze vleugels
verblijven, worden verdeeld over de site van Saint-
Hubert en/of geleidelijk aan elders ondergebracht.
(En français) Saint-Hubert a été choisi car cet
établissement est composé de plusieurs bâtiments
sur un vaste terrain, dont la configuration permet
d'isoler les pavillons 3 et 4. En outre, des
possibilités de récréation et de sport peuvent être
mises à disposition. Il est vrai que Saint-Hubert
n'est pas situé au centre du pays mais il faut choisir.
Tout cela a d'ailleurs été discuté avec la
Communauté française qui compte prendre des
mesures pour réorganiser et réorienter ses
méthodes de travail.
Les détenus qui occupent actuellement ces
pavillons seront répartis sur le site de Saint-Hubert
et/ou replacés ailleurs progressivement.
(Nederlands) : Ik wil dus een einde maken aan het
plaatsgebrek
voor
werkelijk
problematische
jongeren. De onderhandelingen over het protocol
zitten in de laatste fase.
De operatie moet gebeuren in een cascade van
verbouwingen en nieuwbouwprojecten. Daarom
hebben wij onmiddellijk beslist over Achêne op het
moment dat het meerjarenplan vastlag. Ook met de
Regie der Gebouwen zijn wij bijna aan het einde
van onze onderhandelingen.
Ik kan mij uiteraard niet uitspreken over de vraag of
de minister van de Franse Gemeenschap in dit
dossier voldoende maatregelen heeft genomen. Ik
kan alleen zeggen dat de uitbreiding van de
capaciteit
in
nauw
overleg
met
de
Gemeenschappen is gebeurd. Hier wordt over een
vrijlating gesproken, terwijl men niet op de hoogte is
van de maatregelen die tegen de betrokken
minderjarige zijn genomen.
(En néerlandais) Je souhaite donc mettre un terme
au manque de places pour des jeunes constituant
un problème. Les négociations relatives au
protocole sont entrées dans leur phase finale.
L'opération doit se dérouler dans le cadre d'une
cascade de transformations et de construction de
nouveaux bâtiments. C'est pourquoi nous avons
pris
une
décision
à
propos
d'Achêne
immédiatement
après
l'adoption
du
plan
pluriannuel. Avec la Régie des Bâtiments
également, nous sommes entrés dans la phase
finale des négociations.
Je ne puis évidemment me prononcer sur la
question de savoir si la ministre de la Communauté
française a pris suffisamment de mesures dans ce
dossier. Je puis uniquement dire que l'extension de
capacité a été réalisée en étroite concertation avec
les Communautés. En l'occurrence, c'est d'une
libération qu'il est question et ce, alors que l'on n'est
pas au courant des mesures prises à l'encontre du
mineur concerné.
(Frans) De terugkeer in het gezin betekent niet dat
er sprake is van straffeloosheid en gaat doorgaans
gepaard met een reeks maatregelen.
(En français) Le retour dans le milieu familial n'est
pas synonyme d'impunité et s'accompagne
généralement d'une série de mesures.
(Nederlands) Ik denk onder meer aan het uitvoeren
van alternatieve straffen en het volgen van
pedagogische en medische richtlijnen. Maar ik heb
daar geen informatie over.
(En néerlandais) Je pense notamment à l'exécution
des peines de substitution et à l'application de
directives pédagogiques et médicales. Mais je ne
dispose pas d'informations à ce sujet.
(Frans) Ik beschik niet over een lijst met de
weigeringen van de Gemeenschappen. Aangezien
de minderjarigen door de magistraten op
(En français) Je n'ai pu obtenir de liste de refus des
Communautés. Comme les mineurs sont placés sur
différentes listes d'attente par les magistrats qui
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
verschillende wachtlijsten worden geplaatst, zou zo
een lijst hoe dan ook een vertekend beeld geven
van de realiteit.
De magistraat nam contact op met de CIOC met
betrekking tot een ander verzoek tot plaatsing.
Aangezien hem werd geantwoord dat er geen
plaatsing mogelijk was in een gesloten instelling,
nam hij contact op met de directie van de IPPJ's
van Fraipont en van Woutersbrakel, die echter niet
op zijn verzoek konden ingaan.
sollicitent une place, cela donnerait une image tout
à fait faussée de la réalité.
Le magistrat a pris contact avec la CIOC pour une
autre demande de placement. L'impossibilité de
placement en milieu fermé lui ayant été signifiée, il
a contacté la direction des IPPJ de Fraipont et de
Wauthier-Braine, qui n'ont pu donner une réponse
satisfaisante.
11.06 Jacqueline Galant (MR): Het is positief dat
u voorstander bent van meer duidelijkheid tussen
de verschillende bestuursniveaus, en met name
tussen het federale niveau en de Franstalige
Gemeenschap. U beseft dat er dringend wetgevend
werk moet worden verricht, zodat situaties zoals in
Ghlin zich niet meer kunnen voordoen.
Ik ben het echter niet met u eens wanneer u zegt
dat de terugkeer in de familiale kring niet tot een
gevoel van straffeloosheid leidt. In de regio Bergen-
Borinage dachten die jongeren duidelijk dat ze
probleemloos hun gang konden gaan.
11.06 Jacqueline Galant (MR) : Vous souhaitez
davantage de clarté entre les différents niveaux de
pouvoir, notamment entre le fédéral et la
Communauté française, ce qui est louable. Vous
êtes conscient qu'il y a urgence à légiférer en la
matière, et qu'on ne peut plus répéter les situations
comme celle de Ghlin.
Mais je ne partage pas votre avis quand vous
affirmez que le retour en milieu familial ne crée pas
de sentiment d'impunité. Dans la région de Mons-
Borinage, les jeunes ont pensé qu'ils pouvaient tout
faire sans crainte.
11.07 Eric Thiébaut (PS): Het verheugt me dat de
minister geen communautair antwoord heeft
gegeven.
Het
federale
niveau
zal
zijn
verantwoordelijkheid opnemen en het probleem niet
afwentelen op de Gemeenschappen. Dat de
jongere dezelfde avond nog op vrije voeten kwam,
heeft evenwel tot een gevoel van straffeloosheid
geleid, ondanks de begeleidende maatregelen in
het gezin. Dat mag niet meer gebeuren.
11.07 Éric Thiébaut (PS) : J'apprécie que le
ministre
n'ait
pas
répondu
de
manière
communautaire. Le fédéral va prendre ses
responsabilités, sans rejeter le problème vers les
Communautés. La libération du jeune le soir-même
a néanmoins créé un sentiment d'impunité, malgré
les mesures d'accompagnement prises dans la
famille. Il ne faut plus que cela arrive.
11.08 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): Mijn vraag
betrof het contact tussen de magistraat en het
CIOC. Als ik het goed begrepen heb, heeft hij
contact opgenomen met de Cel, zonder een gunstig
antwoord te krijgen, en heeft hij nadien contact
opgenomen met andere centra. Maar de volgende
dag waren er plaatsen vrij!
11.08 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) : Ma
question concernait le contact entre le magistrat et
la CIOC. Si j'ai bien compris, il a contacté la Cellule,
sans recevoir de réponse favorable, et a ensuite
pris contact avec d'autres centres. Mais le
lendemain, des places étaient disponibles !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Sabien Lahaye-Battheu aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
mogelijkheid tot evaluatie van de wet van
15 mei 2007 tot wijziging van het Gerechtelijk
Wetboek betreffende het deskundigenonderzoek
en tot herstel van artikel 509quater van het
Strafwetboek" (nr. 7602)
- de heer Raf Terwingen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
12 Questions jointes de
- Mme Sabien Lahaye-Battheu au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la possibilité d'évaluation
de la loi du 15 mai 2007 modifiant le Code
judiciaire en ce qui concerne l'expertise et
rétablissant l'article 509quater du Code pénal"
(n° 7602)<br>- M. Raf Terwingen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'expertise" (n° 7892)<br>- Mme Carine Lecomte au vice-premier ministre
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
deskundigenonderzoek" (nr. 7892)
- mevrouw Carine Lecomte aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de hervorming
van de procedure gerechtelijke expertise"
(nr. 8039)
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la réforme de la procédure
d'expertise judiciaire" (n° 8039)</b>
12.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): De wet
tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek
betreffende het deskundigenonderzoek is sinds
ruim een jaar van kracht. De expertise zou nu
vlotter moeten verlopen, maar het tegendeel is
waar, zo getuigen heel wat deskundigen. Zo worden
installatievergaderingen meestal niet toegepast. Er
loopt ook een en ander mis met de provisionering
van de deskundigen, wat weer voor vertraging
zorgt. Wel is het goed dat men meer controle
uitoefent op de termijn van uitvoeren van de
expertises, voor zover die termijnen tenminste
redelijk werden vastgelegd.
Kent de minister die pijnpunten? Wordt de wet
geëvalueerd? Komt er een reparatiewet?
12.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld) : La loi
modifiant le Code judiciaire en ce qui concerne
l'expertise est entrée en vigueur il y a plus d'un an
déjà. L'expertise devrait à présent se dérouler plus
aisément mais, selon de nombreux témoignages
d'experts, c'est l'inverse qui se produit. Les
réunions d'installation n'ont généralement pas lieu.
La constitution de provisions pour les experts laisse
également à désirer, ce qui génère des retards. Il
faut saluer en revanche l'augmentation des
contrôles des délais d'exécution des expertises,
pour autant du moins qu'il s'agisse de délais
raisonnables.
Le ministre est-il informé de ces problèmes ? La loi
sera-t-elle évaluée ? Une loi de réparation est-elle
prévue ?
12.02 Raf Terwingen (CD&V): Een voorzitter van
een rechtbank meldt me dat er problemen zijn met
de provisionering van de deskundigen. De griffies
slagen er niet in om deze geldstromen fatsoenlijk te
beheren. Zal het boekhoudprogramma worden
aangepast?
12.02 Raf Terwingen (CD&V) : Le président d'un
tribunal me fait savoir que la constitution de
provisions pour les experts pose problème. Les
greffes ne parviennent pas à gérer correctement
ces flux financiers. Le programme comptable sera-
t-il adapté ?
12.03 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Op
dit moment wordt de laatste hand gelegd aan een
wetgevend initiatief. Wij zijn ervan overtuigd dat er
aanpassingen nodig zijn. Daarbij moet rekening
worden gehouden met de voorstellen van de
verschillende actoren.
Wij zouden kunnen voorzien in de beoordeling van
de opportuniteit van de installatievergadering door
de partijen en/of de rechter. De rechter zal de plaats
kunnen bepalen van de installatievergadering in
samenspraak met de deskundigen. Als de
installatievergadering ter plaatse kan worden
gehouden, kan de deskundige de vragen met meer
kennis van zaken beantwoorden. Daartoe moet hij
enige tijd voor de vergadering over een bundel
beschikken.
De wet biedt thans in artikel 972 §2 de mogelijkheid
de opdracht van de deskundige aan te passen bij
onverwachte bevindingen en artikelen 980 en 981
komen tegemoet aan de problematiek van de
versteklatende of tussenkomende partijen.
Voor de vraag tot consignatie van een bijkomend
voorschot vindt in de regel geen zitting van de
12.03 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Nous mettons en ce moment la dernière main à une
initiative législative. Nous sommes en effet
convaincus de la nécessité d'effectuer certains
changements. Pour ce faire, nous devons tenir
compte des propositions des différents acteurs.
Nous envisageons notamment la possibilité, pour
les parties et/ou le juge, d'évaluer l'opportunité
d'organiser ou non la réunion d'installation. Le juge
pourra par ailleurs déterminer le lieu de la réunion
d'installation en accord avec les experts. Si la
réunion peut se tenir sur place, l'expert pourra
répondre aux questions en meilleure connaissance
de cause. A cet effet, il faudra qu'il dispose d'un
dossier quelque temps avant la réunion.
La loi prévoit la possibilité, à l'article 972, § 2, de
modifier la mission de l'expert en présence
d'éléments inattendus, tandis que les articles 980 et
981 traitent de la problématique des parties
défaillantes ou intervenantes.
En cas de demande de consignation d'une
provision supplémentaire, il n'y a en principe pas
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
raadkamer plaats; de rechter oordeelt op basis van
stukken. Indien dit niet voldoende garanties zou
bieden, kan de deskundige bij aanvang van de
expertise een voldoende provisie en vrijgave
vragen.
d'audience de la chambre du conseil ; le juge statue
sur pièces. Au cas où les garanties seraient
insuffisantes, l'expert peut, au début de l'expertise,
demander une provision et une libération
suffisantes.
We stellen voor de consignatie ter griffie af te
schaffen en alleen de consignatie bij een
kredietinstelling mogelijk te maken. Dat kan tot een
vlottere afhandeling van de expertise leiden.
De rechter beoordeelt soeverein welke partij tot de
consignatie moet overgaan. Ook ik wens dat de
uitspraken daarover voldoende duidelijk zijn.
We willen een evenwicht bij het bepalen van de
termijnen voor de expertises. Niet iedereen heeft
dezelfde wensen.
Nous proposons de supprimer la consignation au
greffe et de permettre la consignation uniquement
auprès d'un établissement de crédit. Cette manière
de procéder faciliterait l'expertise.
Le juge apprécie souverainement quelle partie doit
procéder à la consignation. Je souhaite également
que les décisions arrêtées à ce sujet soient
suffisamment claires.
Nous voulons un équilibre dans la fixation des
délais pour les expertises. Tout le monde ne
partage pas les mêmes attentes.
12.04 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): Komt
de reparatiewet er nog dit jaar?
12.04 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld) : La loi
de réparation sera-t-elle adoptée cette année
encore ?
12.05 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
teksten zijn klaar. Ze behoren tot een groter
wetsontwerp
en
moeten
nog
naar
de
interkabinettenwerkgroepen en de Raad van State.
12.05 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Les textes sont prêts. Ils font partie d'un projet de loi
plus vaste et doivent encore être transmis aux
groupes de travail intercabinets et au Conseil d'État.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
aan de vice-eersteminister en minister van
Justitie en Institutionele Hervormingen over "het
arrest van het Grondwettelijk Hof aangaande de
evaluatie van de korpschefs" (nr. 7600)
13 Question de Mme Sabien Lahaye-Battheu au
vice-premier ministre et ministre de la Justice et
des Réformes institutionnelles sur "l'arrêt de la
Cour constitutionnelle relatif à l'évaluation des
chefs de corps" (n° 7600)</b>
13.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld): In de
wet van 18 december 2006 is sprake van een
evaluatie van de managementcapaciteiten van de
korpshoofden door een college van zes leden. Een
aantal
korpshoofden
heeft
deze
wettelijke
bepalingen met succes aangevochten voor het
Grondwettelijk Hof, dat - verwijzend naar een advies
van de Raad van State met betrekking tot de
onmogelijkheid van een dergelijke evaluatie - een
aantal bepalingen van de wet heeft vernietigd.
Wat zijn de concrete gevolgen hiervan en welke
maatregelen zal de minister treffen?
13.01 Sabien Lahaye-Battheu (Open Vld) : La loi
du 8 décembre évoque une évaluation des
capacités de management de chefs de corps par un
collège constitué de six membres. Plusieurs chefs
de corps ont contesté avec succès ces dispositions
légales devant la Cour constitutionnelle qui, se
référant à un avis du Conseil d'État relatif à
l'impossibilité d'une telle situation, a annulé une
série de dispositions de la loi.
Quelles sont conséquences concrètes de cette
annulation et quelles mesures le ministre mettra-t-il
en oeuvre ?
13.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
bepalingen met betrekking tot de evaluatie van de
korpschef van de zittende magistratuur zijn
vernietigd, terwijl de evaluatie van de korpschef van
het openbaar ministerie behouden blijft. Er wordt de
wetgever
verweten
dat hij
een identieke
13.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Les dispositions relatives à l'évaluation du chef de
corps de la magistrature assise ont été annulées.
En revanche, l'évaluation du chef de corps du
ministère public sera maintenue. Il est reproché au
législateur d'avoir traité identiquement deux
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
behandeling
heeft
ingevoerd
tussen
twee
categorieën van magistraten voor wie de
grondwetgever een verschil in behandeling heeft
opgelegd.
Omdat artikel 151 paragraaf 6 in de verklaring tot
herziening van de Grondwet van 1 mei 2007 niet is
opgenomen bij de bepalingen die voor herziening in
aanmerking komen, behoudt de korpschef van de
zittende magistratuur een mandaat van vijf jaar dat
onmiddellijk één keer hernieuwbaar is bij hetzelfde
rechtscollege.
Het Hof is de verzoekende partijen die de evaluatie
van de korpschef van het openbaar ministerie
wilden vernietigen, niet gevolgd. Volgens de
Grondwet moet de wetgever de evaluatieregels
opstellen.
Het mandaatsysteem en het evaluatiesysteem van
de korpschefs van de magistraten zijn aan een
grondige evaluatie toe. In juni 2008 heb ik een
omvangrijke adviesvraag gesteld aan de Hoge
Raad voor Justitie met het oog op een modern
personeelsmanagement voor de magistraten.
Op de korte termijn gaan wij na hoe wij het arrest
moeten uitvoeren als dat nodig blijkt, maar ik wil dit
plaatsen binnen een breder debat over het
evaluatiesysteem en het mandaatsysteem.
catégories de magistrats pour lesquelles le
constituant a imposé une différence de traitement.
L'article 151, paragraphe 6, n'ayant pas été intégré,
dans la déclaration de révision de la Constitution du
1
er
mai 2007, aux dispositions ouvertes à révision,
le chef de corps de la magistrature assise conserve
un mandat de cinq ans qui est immédiatement
renouvelable une fois au sein de la même
juridiction. La Cour n'a pas suivi les parties
requérantes qui voulaient annuler l'évaluation du
chef de corps du ministère public. Selon la Cour,
c'est au législateur qu'il appartient d'élaborer les
règles d'évaluation.
Il convient de soumettre à une évaluation
approfondie le système de mandats et le système
d'évaluation des chefs de corps des magistrats. En
juin 2008, j'ai adressé une demande circonstanciée
d'avis au Conseil supérieur de la Justice dans
l'optique d'une gestion moderne du personnel de la
magistrature.
Nous déterminerons à court terme dans quelle
mesure nous devrons exécuter l'arrêt si cela
s'avère nécessaire mais je souhaiterais inscrire
cette discussion dans le cadre d'un débat plus large
sur le système d'évaluation et le système des
mandats.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
betrokkenheid van pleegouders in juridische
procedures met betrekking tot hun pleegkind
voor de jeugdrechtbank" (nr. 7644)
14 Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "l'implication des
familles d'accueil dans des procédures juridiques
devant le tribunal de la jeunesse concernant
l'enfant placé chez elles" (n° 7644)</b>
14.01 Katrien Schryvers (CD&V): Volgens artikel
46 van de jeugdbeschermingswet moet de
dagvaarding of de waarschuwing van een pleegkind
op verzoek van het openbaar ministerie gericht
worden aan de opvangouders. Uit een rondvraag
blijkt echter dat dit niet overal systematisch gebeurt.
Uit dezelfde rondvraag blijkt bovendien dat de
opvangouders niet overal meteen inzage krijgen in
het dossier van hun pleegkind. Vaak moeten zij
hiervoor eerst toelating vragen aan het parket.
In geval van een conflict tussen de natuurlijke en de
14.01 Katrien Schryvers (CD&V) : Conformément
à l'article 46 de loi relative à la protection de la
jeunesse, la citation ou l'avertissement concernant
un enfant placé lancés à la requête du ministère
public doivent être adressés aux parents d'accueil.
Il ressort d'une enquête informelle auprès des
intéressés que cette procédure n'est pas partout
systématiquement d'application.
La même enquête informelle révèle par ailleurs que
les parents d'accueil n'ont pas partout accès au
dossier de l'enfant dont ils ont la responsabilité et
se voient souvent contraints de demander une
autorisation du parquet à cet effet.
En cas de conflit entre les parents biologiques et les
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
pleegouders is het vaak wenselijk om de
verschillende partijen apart te horen. Ook op dit
punt is er een groot verschil tussen de
arrondissementen.
Is de minister op de hoogte van dit verschil in
toepassing
tussen
de
verschillende
arrondissementen? Hoe zijn deze te verklaren? Zal
de minister maatregelen treffen om deze verschillen
weg te werken en zo ja, welke?
parents d'accueil, il est souvent souhaitable que les
différentes parties soient entendues séparément.
Sur ce point également, les pratiques diffèrent
grandement d'un arrondissement à l'autre.
Le ministre est-il au courant de cette différence
d'application des dispositions d'un arrondissement à
l'autre ? Comment ces différences s'expliquent-
elles ? Le ministre prendra-t-il des mesures pour
gommer ces différences et, dans l'affirmative,
lesquelles ?
14.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Een
verschil in toepassing was mij niet bekend. Ik ben
ook verwonderd dat de wet met betrekking tot het
oproepen van pleegouders niet overal zou zijn
toegepast. De dagvaarding moet worden gericht
aan de ouders, opvangouders of voogden van de
minderjarige en in bepaalde gevallen aan de
minderjarige zelf.
Volgens
de
vzw
Ondersteuningsstructuur
Bijzondere Jeugdzorg is er ook een verschil in
toepassing van het inzagerecht van de dossiers
door opvangouders en het horen van partijen. Het
expertisenetwerk Jeugdbescherming is daar niet
van op de hoogte. Ik heb hun gevraagd de
gegevens bij de rechtbanken te verifiëren en
eventueel eenvormige richtlijnen uit te schrijven.
14.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Je n'étais pas au courant d'une différence
d'application. Il m'étonne également que la loi
relative à la citation des parents d'accueil ne serait
pas partout d'application. La citation doit être
adressée aux parents, aux parents d'accueil ou aux
tuteurs des mineurs et, dans certains cas, au
mineur lui-même.
Selon l'ASBL Ondersteuningsstructuur Bijzondere
Jeugdzorg
, il existerait également une différence
concernant le droit des parents de consulter les
dossiers ainsi que l'audition des parties. Le réseau
d'expertise de la protection de la jeunesse n'est pas
au courant de ces faits. Je l'ai invité à vérifier les
données auprès des tribunaux et à rédiger, le cas
échéant, une directive tendant à l'uniformité en la
matière.
14.03 Katrien Schryvers (CD&V): Ik ondersteun
het belang van eenvormige richtlijnen. Indien
gewenst kan ik de gegevens van de vzw
Ondersteuningsstructuur
Bijzondere Jeugdzorg
bezorgen.
14.03 Katrien Schryvers (CD&V) : J'appuie
l'importance de directives uniformes en la matière.
Si vous le souhaitez, je puis vous communiquer les
données
de
l'ASBL
Ondersteuningsstructuur
Bijzondere Jeugdzorg.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Samengevoegde vragen van
- de heer André Frédéric aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de inlevering
van wapens na de goedkeuring van de
wijzigingen van de wapenwet van 2006" (nr. 7786)
- mevrouw Jacqueline Galant aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de niet-
vernietigde wapens in sommige politiezones"
(nr. 7826)
- mevrouw Jacqueline Galant aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
mogelijkheid om beroep aan te tekenen bij de
minister van Justitie in geval van niet-naleving
van
de
beslissingstermijnen
door
de
gouverneurs" (nr. 7827)
15 Questions jointes de
- M. André Frédéric au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la restitution des armes
suite à l'adoption de modifications à la loi de
2006 sur les armes" (n° 7786)<br>- Mme Jacqueline Galant au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les armes non détruites
dans certaines zones de police" (n° 7826)<br>- Mme Jacqueline Galant au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la possibilité d'introduire un
recours auprès du ministre de la Justice en cas
de non-respect par les gouverneurs des délais de
décision" (n° 7827)</b>
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
15.01 André Frédéric (PS): Ik ben zo vrij terug te
komen op de wapenwet uit 2006. Er is nog altijd
een probleem met de personen die hun wapens
vrijwillig overgedragen hebben en nu deze wapens
terug willen krijgen. Ze krijgen te horen dat alleen zij
die hun wapens in bewaring hebben gegeven, hun
wapens kunnen terugkrijgen. Ik weet dat bepaalde
wapens
vernietigd
werden
overeenkomstig
genoemde wet maar ik weet ook dat er veel wapens
overblijven die "vrijwillig afgestaan" werden in de
commissariaten. Het gezond verstand zegt dat er
nu richtlijnen zouden moeten worden gegeven aan
de gouverneurs en de politiezones zodat die eerlijke
burgers hun eigendom kunnen terugkrijgen.
15.01 André Frédéric (PS) : Je me permets de
revenir sur la loi de 2006 relative aux armes. Un
problème persiste concernant les personnes qui ont
fait une cession volontaire d'armes et souhaitent
aujourd'hui récupérer leurs armes. On leur répond
que seuls ceux qui ont mis en dépôt peuvent le
faire.
Je sais que certaines de ces armes ont été
détruites, comme le prévoyait la loi susvisée, mais
je sais aussi qu'il reste un nombre important
d'armes « cédées volontairement » dans les
commissariats. Le bon sens voudrait qu'on donne
des directives aux gouverneurs et aux zones de
police pour que ces honnêtes citoyens puissent
récupérer leurs biens.
15.02 Jacqueline Galant (MR): Als ik de huidige
situatie goed begrijp, zouden sommige personen
deze wapens niet mogen terugkrijgen terwijl ze ze
op grond van de in de wet aangebrachte wijzigingen
wel mogen houden. U hebt laten verstaan dat de
minister van Binnenlandse Zaken een rondzendbrief
aan de provinciale diensten en aan de
politiediensten moest sturen om erop te wijzen dat
de eigenaars hun wapens mochten terugkrijgen. Bij
navraag bij de minister van Binnenlandse Zaken
bleek dat deze rondzendbrief van u moet komen.
Hoe staat het met de bevoegdheidsverdeling in
deze? Ik wil ook graag uw aandacht vestigen op de
behandelingstermijn van de aanvragen tot het
verkrijgen van een vergunning voor het houden van
een vuurwapen door de diensten van de
gouverneur, meer bepaald in de provincie
Henegouwen.
15.02 Jacqueline Galant (MR) : Si je comprends
bien la situation présente, des personnes ne
pourraient pas récupérer ces armes alors qu'elles
pourraient les détenir en vertu des modifications
apportées à la loi. Vous avez laissé entendre qu'il
revenait au ministre de l'Intérieur d'adresser une
circulaire aux services provinciaux et aux services
de police pour leur indiquer qu'il était autorisé de
rendre
leurs
armes
aux
propriétaires.
Renseignements pris auprès du ministre de
l'Intérieur, il apparaît qu'il vous revient d'adresser
cette circulaire. Où en est la répartition des
compétences dans cette matière ? Je souhaite
également attirer votre attention sur les délais de
traitement des demandes d'autorisation de
détention d'une arme à feu par les services du
gouverneur et, plus spécifiquement, du gouverneur
de la province de Hainaut.
Uit een concreet geval blijkt dat een aanvraag van
18 mei 2007 nog niet behandeld werd. Wordt er
naar aanleiding van de hernieuwde aanvraag die de
termijn waarbinnen de gouverneur zijn beslissing
moet nemen, verlengt, naar de aanvrager een brief
verstuurd, waarin duidelijk wordt aangegeven
waarom de termijn verlengd wordt? Zou er in die
brieven niet uitdrukkelijk moeten worden gesteld dat
de aanvrager beroep kan instellen bij de minister
van Justitie, indien de gouverneur binnen de
gestelde termijnen geen beslissing heeft genomen?
Heel wat burgers hebben me de gegevens
doorgespeeld die hun door de politiediensten
werden meegedeeld. Ik heb de documenten kunnen
bekijken. Het is bijzonder verontrustend dat de
diensten die de wapenwet moeten toepassen, de
draagwijdte niet kennen van de wettelijke
bepalingen die ze moeten toepassen. Het is dus
dringend noodzakelijk dat er voor die diensten een
duidelijke omzendbrief wordt opgesteld. Werd er
een omzendbrief verzonden naar de hoofden van
de provinciale wapendiensten en de politiezones?
Un cas concret semble indiquer qu'une demande
du 18 mai 2007 n'a pas encore été traitée. À
l'occasion du renouvellement prolongeant le délai
dans lequel le gouverneur doit rendre sa décision,
un courrier est-il envoyé au demandeur expliquant
clairement les motivations de la prolongation du
délai ?
Ne
conviendrait-il
pas
d'indiquer
explicitement dans ces courriers que le demandeur
peut introduire un recours auprès du ministre de la
Justice en cas d'absence de décision du
gouverneur dans les délais visés ? Plusieurs
citoyens m'ont fait part d'informations qui leur ont
été données par les services de police. J'ai vu les
documents. Il est très préoccupant de constater que
les services en charge de l'application de la loi sur
les armes ignorent la portée des dispositions
légales qu'ils sont chargés d'appliquer. Il est donc
impératif et urgent d'adresser une circulaire claire à
ces services. Une circulaire a-t-elle été envoyée aux
responsables des services armes provinciaux et
aux zones de police ?
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
15.03 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Indien er
dringende algemene of specifieke problemen zijn
die besproken moeten worden, dan mag u steeds
mijn kabinetsmedewerkers contacteren om af te
spreken wat er gedaan moet worden.
De afgestane wapens moeten worden vernietigd en
de in bewaring gegeven wapens kunnen worden
opgehaald door de eigenaar, op voorwaarde dat hij
van de gouverneur de juiste vergunning heeft
verkregen. Ik bedoel hier de bij erkende
wapenhandelaars of bij de politie in bewaring
gegeven wapens. In beide gevallen heeft de politie
een document moeten opmaken waarin de
beslissing van de betrokken persoon wordt
vastgelegd: vrijwillige afstand of bewaargeving.
Personen die beweren onder druk hun wapens te
hebben afgestaan zullen geen recht kunnen laten
gelden, daar ze een verklaring van afstand hebben
getekend waardoor ze niet langer eigenaar zijn van
de
wapens.
Ze
worden
verondersteld
verantwoordelijk te zijn voor hun daad.
Ik begrijp dat sommige mensen diep betreuren dat
ze hun wapens hebben afgestaan, maar we mogen
niet vergeten dat passief wapenbezit ter behoud van
het patrimonium pas mogelijk is geworden in
december 2007, na het arrest van het
Grondwettelijk Hof.
15.03 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : S'il y
a des problèmes spécifiques ou généraux urgents
et dont il faut discuter, je vous invite à contacter à
tout moment les collaborateurs de mon cabinet pour
voir ce qu'il y a lieu de faire.
Les armes qui ont été abandonnées doivent être
détruites et les armes qui ont été données en dépôt
peuvent être récupérées par leurs propriétaires à
condition que celui-ci ait obtenu l'autorisation
nécessaire de la part du gouverneur. Je vise ainsi
les armes mises en dépôt auprès d'armuriers
agréés ou de la police. Dans chaque cas, la police a
dû établir un document pour acter la décision de
l'intéressé : abandon volontaire ou dépôt. Les
personnes qui prétendent avoir fait abandon de
leurs armes sous la pression ne peuvent faire valoir
aucun droit car elles ont signé une déclaration
d'abandon qui leur fait perdre la propriété des
armes. Elles sont censées être responsables de
leur acte.
Je comprends que certaines personnes regrettent
vivement d'avoir abandonné leurs armes mais il ne
faut pas oublier que la détention passive d'armes
dans le cadre de la conservation du patrimoine n'est
devenue possible qu'à partir de décembre 2007
suite à l'arrêt de la Cour constitutionnelle.
De wijze waarop de dossiers behandeld moeten
worden,
wordt
geregeld
op
maandelijkse
vergaderingen tussen de diensten van de
gouverneurs en de federale wapendienst. Het lijkt
me niet nodig hierover een omzendbrief te
versturen naar de gouverneurs.
Wat de vertraging in de afhandeling betreft, hebben
de provinciale diensten hun werk met structurele
vertraging aangevat. Bovendien beschikken de
meeste provinciale diensten niet altijd over het
personeel dat nodig is om de dossiers efficiënt op te
volgen. De federale wapendienst heeft instructies
gegeven met betrekking tot de prioriteit die moet
worden verleend aan dossiers met nieuwe
aanvragen. Overigens kunnen de gouverneurs
geen beslissingen nemen zonder het advies van de
lokale politie te hebben ingewonnen. Jammer
genoeg slaagt de lokale politie er in veel gevallen
niet in het advies uit te brengen binnen de
toegemeten termijn. In dergelijke gevallen, zal een
beroep bij mijn dienst geen tijdwinst opleveren,
gelet op het feit dat die ook het advies van de lokale
politie moet inwinnen. In dergelijke gevallen beroep
aantekenen
doet
de
belanghebbende
de
mogelijkheid verliezen op verhaal over de
gegrondheid van zijn aanvraag.
La façon dont les dossiers doivent être traités est
réglée lors de réunions mensuelles entre les
services des gouverneurs et le service fédéral des
armes. Il ne me paraît pas nécessaire d'adresser
une circulaire aux gouverneurs à ce sujet.
En ce qui concerne les retards de traitement, les
services provinciaux ont entamé leur travail avec un
retard structurel. En outre, la plupart d'entre eux ne
disposent toujours pas du personnel nécessaire à
un suivi efficace des dossiers. Le service fédéral
des armes a donné des instructions portant sur la
priorité à donner aux dossiers comportant de
nouvelles demandes. Par ailleurs, les gouverneurs
ne peuvent pas prendre de décisions sans avoir
reçu l'avis de la police locale. Malheureusement,
dans beaucoup de cas, la police locale n'arrive pas
à rendre son avis dans le délai imparti. Si tel est le
cas, un recours auprès de mon service n'apportera
aucun gain de temps vu que celui-ci doit également
obtenir l'avis de la police locale. L'introduction d'un
recours, dans ce cas, fait perdre à l'intéressé la
possibilité d'un recours contre la décision sur le
fond de sa demande.
22/10/2008
CRABV 52
COM 338
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
In Henegouwen is de achterstand groter, als gevolg
van het zeer grote aantal wapenbezitters aldaar.
De verlenging van de behandelingstermijn moet
overigens aan de belanghebbende worden
meegedeeld via een met redenen omklede brief.
Het
is
mogelijk
te
voorzien
in
een
beroepsmogelijkheid tegen het feit dat binnen de
wettelijke termijn geen beslissing werd genomen,
maar ik ben niet overtuigd van het nut van zo een
maatregel.
Wat de politiediensten betreft, zou zich in sommige
provincies waar de gouverneurs geen of
onvoldoende informatievergaderingen voor de
politiezones organiseren, een probleem voordoen.
De federale wapendienst heeft er nochtans al op
gewezen dat de informatie moet worden
meegedeeld.
Dans la province de Hainaut, les retards sont plus
graves qu'ailleurs à cause du très grand nombre de
détenteurs d'armes.
Par ailleurs, le prolongement du délai de traitement
doit être signalé à l'intéressé par une lettre motivée.
Il est envisageable de faire mention de la possibilité
de recours contre l'absence de décision dans un
délai légal mais je ne suis pas convaincu de
l'opportunité d'une telle démarche.
Pour les services de police, il semble exister un
problème dans certaines provinces où les
gouverneurs n'organisent pas ou pas assez souvent
des réunions d'information pour leurs zones de
police. Le service fédéral des armes a pourtant déjà
insisté sur la nécessité de cette répercussion des
informations.
15.04 André Frédéric (PS): Als iemand onder
dwang vrijwillig een wapen heeft ingeleverd en dit
wapen niet vernietigd is, waarom kan men het dan
niet teruggeven? Het zou nuttig zijn om een
duidelijke omzendbrief op te stellen.
15.04 André Frédéric (PS) : Si quelqu'un, sous la
contrainte, a cédé volontairement une arme et que
celle-ci n'a pas été détruite, pourquoi ne peut-on
pas la lui rendre ? Il serait utile de rédiger une
circulaire explicite.
15.05 Jacqueline Galant (MR): In de politiezone
die ik voorzit zijn de wapens niet vernietigd maar
mijn zonechef wil niets beslissen zolang hij geen
concrete informatie heeft ontvangen. De mensen
die zo eerlijk waren om de wet na te leven door hun
wapen in te leveren, weten dat dit veranderd is en
dat het voor hen mogelijk zou worden om ze terug
te krijgen. Afstand doen van een wapen of het in
bewaring geven, het is maar hoe je het wil noemen.
De provincie Henegouwen gebruikt nog de oude
formulieren waarop het voor handen hebben van
een wapen zonder munitie nog steeds als wettige
redenen staat vermeld. Er moeten voor 31 oktober
duidelijke instructies worden gegeven zodat de
zonechefs ermee instemmen om de wapens die
nog niet zijn vernietigd terug te geven aan mensen
die ze legaal in hun bezit hadden voor de wet van
kracht werd.
15.05 Jacqueline Galant (MR) : Dans la zone de
police que je préside, les armes n'ont pas été
détruites mais mon chef de zone ne veut rien
décider tant qu'il n'a pas reçu une information
concrète. Les personnes honnêtes qui ont remis
leurs armes pour respecter la loi savent que celle-ci
a changé maintenant et qu'il leur serait possible de
les récupérer. Entre abandonner et mettre en dépôt,
on joue sur les mots.
La province de Hainaut utilise encore les anciens
formulaires où la détention sans munitions figure
dans les motifs légitimes. Il faut donner des
consignes claires avant le 31 octobre pour que les
chefs de zone acceptent de rendre les armes qui
n'ont pas été détruites aux personnes qui les
détenaient légalement avant l'entrée en vigueur de
la loi.
15.06 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Mijn
medewerker zal in de komende dagen contact met
u opnemen.
15.06 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Mon
collaborateur prendra contact avec vous dans les
jours prochains.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Bert Schoofs aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de verwachte
behandeling van een zaak voor het Hof van
Assisen te Tongeren waarbij een verdachte in
een moordzaak op vrije voeten werd gesteld"
(nr. 7675)
16 Question de M. Bert Schoofs au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le traitement attendu,
devant la Cour d'assises de Tongres, d'une
affaire dans le cadre de laquelle une personne
suspectée de meurtre a été remise en liberté"
(n° 7675)</b>
CRABV 52
COM 338
22/10/2008
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2008
2009
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
16.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): De
scheiding der machten is heilig, maar ik wil toch
aankaarten dat een moordverdachte op vrije voeten
is gesteld omdat iemand van het Tongerse gerecht
geblunderd heeft. Dat druist in tegen het
rechtsgevoel. Kreeg de verantwoordelijke een
tuchtsanctie opgelegd?
16.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : La
separation des pouvoirs est sacrée, mais je
souhaite néanmoins aborder le dossier d'un auteur
presume de meurtre laissé en liberté à la suite
d'une bévue de la justice de Tongres. Voilà qui
heurte le sentiment de justice. La personne
responsable de ces faits s'est elle vu infliger une
sanction disciplinaire ?
16.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
betrokkene werd niet tijdig opgeroepen voor de
raadkamer en moest dus worden vrijgelaten. Dit is
geen lacune in de wetgeving, maar het gevolg van
een menselijke fout.
Hier is geen beleidsmatige kwestie aan de orde, de
vraagsteller informeert naar het verdere verloop in
één concrete zaak. Op verzoek van de verdachte
worden nu bijkomende onderzoekshandelingen
verricht. Het dossier blijft dus niet aanslepen, maar
krijgt een normale afhandeling in het licht van de
rechten van verdediging. De vordering van het
parket ligt klaar, maar men wacht nog op de
onderzoeksresultaten. Het is in elk geval de
bedoeling dit dossier zo snel mogelijk naar het hof
van assisen te brengen.
De procureur des Konings van Tongeren en zijn
medewerkers betreuren uiteraard deze vrijlating.
Men heeft verzekerd dat dit niet meer zal gebeuren.
Er
komt
geen
tuchtonderzoek
tegen
de
onderzoeksrechter. De verantwoordelijkheid van de
enige parketmagistraat is niet aan de orde,
aangezien de oproeping voor de raadkamer niet
door het parket wordt gedaan.
16.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
L'intéressé n'a pas été convoqué à temps devant la
chambre du conseil. Il a donc fallu le relâcher, non
en raison d'une lacune de la législation mais en
conséquence d'une erreur humaine.
Il ne s'agit pas en l'espèce d'une question de
politique. L'auteur de la question s'informe sur
l'évolution d'un dossier concret. À la demande du
suspect, des actes d'instruction supplémentaires
sont actuellement menés. Le dossier ne traîne donc
pas mais est traité normalement dans le respect
des droits de la défense. La réquisition du parquet
est prête mais on attend encore les résultats de
l'instruction. L'objectif consiste en tout cas à porter
cette affaire au plus vite devant la cour d'assises.
Le procureur du Roi de Tongres et ses
collaborateurs
déplorent
évidemment
cette
libération. Il nous a été assuré que cela ne se
reproduirait plus. Le juge d'instruction ne fera pas
l'objet d'une enquête disciplinaire. La responsabilité
de l'unique magistrat de parquet n'est pas mise en
cause, étant donné que la convocation en chambre
du conseil n'émane pas du parquet.
16.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Bij zware
fouten moet iemand voor zijn verantwoordelijkheid
worden geplaatst. Dat gebeurt hier dus niet.
In Tongeren loopt blijkbaar veel fout, ook bij parket
en politie. Er verdwijnen bijvoorbeeld ook pv's, zo
heb ik de minister in een brief gemeld. Ik wacht nog
altijd op een uitleg van de minister hierover.
16.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Quelqu'un
qui a commis des fautes graves doit-être placé en
face de ses responsabilités. Ce n'est pas le cas en
l'occurrence.
Apparamment, à Tongres, les problèmes sont
nombreux au parquet et à la police. Ainsi, de
nombreux procès-verbaux disparaissent, comme je
l'ai déjà signalé par courrier au ministre, dont
j'attends toujours les explications à ce propos.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 12.41 uur.
La réunion publique de commission est levée à
12 h 41.