KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 281
CRABV 52 COM 281
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
dinsdag
mardi
01-07-2008
01-07-2008
namiddag
après-midi
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques
voor buurtdiensten en ­banen 2007
1
Évaluation du régime des titres-services pour les
services et emplois de proximité 2007
1
- uiteenzetting van de vice-eerste minister en
minister van Werk en Gelijke Kansen
1
- exposé de la vice-première ministre et ministre
de l'Emploi et de l'Égalité des chances
1
- voorstelling van het verslag van IDEA Consult
1
- présentation du rapport d'Idea-Consult
1
- gedachtewisseling en vragen van
1
- échange de vues et questions de
1
- de heer Hans Bonte aan de vice-eerste minister
en minister van Werk en Gelijke Kansen over "het
evaluatierapport
2007
inzake
de
dienstencheques" (nr. 6297)
1
- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "le rapport d'évaluation 2007 sur les titres-
services" (n° 6297)
1
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de dienstencheques" (nr. 6323)
1
- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "les chèques-services" (n° 6323)
1
- de heer Guy D'haeseleer aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de toekomst van het dienstencheque-
systeem" (nr. 6327)
1
- M. Guy D'haeseleer à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'avenir du système des titres-services"
(n° 6327)
1
- mevrouw Camille Dieu aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de dienstencheques" (nr. 6389)
1
- Mme Camille Dieu à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "les titres-services" (n° 6389)
1
- mevrouw Florence Reuter aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de uitbreiding van de dienstencheques"
(nr. 6394)
1
- Mme Florence Reuter à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'extension des titres-services" (n° 6394)
1
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de verbetering van het statuut van de
werknemers
in
het
stelsel
van
de
dienstencheques" (nr. 6494)
1
- M. Georges Gilkinet à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'amélioration du statut des travailleurs titres-
services" (n° 6494)
1
- mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de dienstenchequessector" (nr. 6499)
1
- Mme Sarah Smeyers à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "le secteur des titres-services" (n° 6499)
1
- de heer Hans Bonte aan de vice-eerste minister
en minister van Werk en Gelijke Kansen over "de
uitbreiding van de dienstenchequesactiviteiten"
(nr. 6743)
1
- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'extension des activités couvertes par les
titres-services" (n° 6743)
1
Sprekers: Joëlle Milquet, vice-eersteminister
en minister van Werk en Gelijke Kansen,
Anneleen Peeters
, IDEA Consult, Zoé Genot,
Maxime Prévot, Hans Bonte, Sonja Becq,
Stefaan
Vercamer,
Carine
Lecomte,
Florence Reuter, Maggie De Block, Martine
De Maght,
Georges Gilkinet, Sarah
Smeyers
Orateurs: Joëlle Milquet, vice-première
ministre et ministre de l'Emploi et de l'Égalité
des chances, Anneleen Peeters, IDEA
Consult, Zoé Genot, Maxime Prévot, Hans
Bonte, Sonja Becq, Stefaan Vercamer,
Carine Lecomte, Florence Reuter, Maggie
De Block, Martine De Maght, Georges
Gilkinet, Sarah Smeyers
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
DINSDAG
01
JULI
2008
Namiddag
______
du
MARDI
01
JUILLET
2008
Après-midi
______
De vergadering wordt geopend om 14.22 uur en
voorgezeten door mevrouw Camille Dieu.
La réunion publique est ouverte à 14 h 22 par
Mme Camille Dieu, présidente.
01
Evaluatie
van
het
stelsel
van
de
dienstencheques voor buurtdiensten en ­banen
2007
- uiteenzetting van de vice-eerste minister en
minister van Werk en Gelijke Kansen
- voorstelling van het verslag van IDEA Consult
- gedachtewisseling en vragen van
- de heer Hans Bonte aan de vice-eerste minister
en minister van Werk en Gelijke Kansen over "het
evaluatierapport
2007
inzake
de
dienstencheques" (nr. 6297)
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de dienstencheques" (nr. 6323)
- de heer Guy D'haeseleer aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de toekomst van het dienstencheque-
systeem" (nr. 6327)
- mevrouw Camille Dieu aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de dienstencheques" (nr. 6389)
- mevrouw Florence Reuter aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de uitbreiding van de dienstencheques"
(nr. 6394)
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de verbetering van het statuut van de
werknemers
in
het
stelsel
van
de
dienstencheques" (nr. 6494)
- mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-eerste
minister en minister van Werk en Gelijke Kansen
over "de dienstenchequessector" (nr. 6499)
- de heer Hans Bonte aan de vice-eerste minister
en minister van Werk en Gelijke Kansen over "de
uitbreiding van de dienstenchequesactiviteiten"
(nr. 6743)
01 Évaluation du régime des titres-services pour
les services et emplois de proximité 2007
- exposé de la vice-première ministre et ministre
de l'Emploi et de l'Égalité des chances
- présentation du rapport d'Idea-Consult
- échange de vues et questions de
- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "le rapport d'évaluation 2007 sur les titres-
services" (n° 6297)<br>- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "les chèques-services" (n° 6323)<br>- M. Guy D'haeseleer à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'avenir du système des titres-services"
(n° 6327)<br>- Mme Camille Dieu à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "les titres-services" (n° 6389)<br>- Mme Florence Reuter à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'extension des titres-services" (n° 6394)<br>- M. Georges Gilkinet à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'amélioration du statut des travailleurs
titres-services" (n° 6494)<br>- Mme Sarah Smeyers à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "le secteur des titres-services" (n° 6499)<br>- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances
sur "l'extension des activités couvertes par les
titres-services" (n° 6743)</b>
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
01.01 Minister Joëlle Milquet (Frans) : Ik stel voor
te beginnen met de voorstelling van de evaluatie,
waarna ik dan de vragen zal beantwoorden.
(Instemming)
01.01 Joëlle Milquet, ministre (en français) : Je
vous propose de commencer par la présentation de
l'évaluation puis de répondre aux questions
(Assentiment).
01.02 Anneleen Peeters (IDEA Consult)
(Nederlands): Voor de evaluatie van het
dienstenchequessysteem in 2007 hebben wij ons
gebaseerd op de beschikbare gegevens van de
RVA, RSZ, RSZ-PPO en Accor. Wij hielden een
steekproef bij tienduizend werknemers ­ met een
respons van 32 procent ­ en een onlinebevraging
bij de bedrijven, waarvan 64 procent heeft
geantwoord. De resultaten hebben betrekking op
het bereik van de maatregel, de effectiviteit van het
systeem, de duurzaamheid van de jobs en de
meerwaarde van het systeem.
Wat het bereik betreft, is het duidelijk dat het
systeem nog steeds erg groeit. Jaarlijks komen er
nieuwe ondernemingen en gebruikers bij. Eind 2007
waren er 1.700 dienstenchequebedrijven, waarvan
1.504 actieve. Van deze bedrijven behoort 55
procent tot de private profitsector, 32 procent tot de
private non-profitsector en 13 procent tot de
publieke ondernemingen. Tegenover 2006 is er een
groeivoet van 30 procent.
01.02 Anneleen Peeters, IDEA Consult (en
néerlandais) : Pour l'évaluation du système des
titres-services en 2007, nous nous sommes basés
sur les données disponibles de l'ONEM, de l'ONSS,
de l'ONSS-APL et d'Accor. Nous avons sélectionné
un échantillon de dix mille travailleurs - avec un taux
de réponse de 32 % - et réalisé une enquête en
ligne auprès des entreprises, dont 64 % ont
répondu. Les résultats portent sur le champ
d'application de la mesure, l'efficacité du système,
la durabilité des emplois et la valeur ajoutée du
système.
En ce qui concerne le champ d'application, il est
clair que le système continue à enregistrer une forte
croissance et compte chaque année des
entreprises et des utilisateurs supplémentaires. Fin
2007, le système comptait 1.700 entreprises de
titres-services, dont 1.504 actives. 55 % de ces
entreprises relèvent du secteur marchand privé,
32 % du secteur non marchand privé et 13 % du
secteur public. Par rapport à 2006, le taux de
croissance est de 30 %.
Er waren in 2007 600.000 gebruikers, waarvan
450.000 actieve gebruikers, hetgeen neerkomt op
5,5 procent van de totale bevolking. Een gebruiker
besteedt gemiddeld 117 dienstencheques per jaar.
In vergelijking met 2006 groeide het aantal
gebruikers met 44 procent. Ook is er een duidelijke
inhaalbeweging van Wallonië en vooral van Brussel.
In de loop van 2007 hadden 87.152 werknemers op
een bepaald moment een dienstenchequecontract;
61.849 werknemers hadden zowel in december
2007 als in januari 2008 een contract.
En 2007, il y avait 600.000 utilisateurs, dont
450.000 actifs, soit 5,5 % de l'ensemble de la
population. Un utilisateur emploie en moyenne 117
titres-services par an. En comparaison avec 2006,
le nombre d'utilisateurs a augmenté de 44 %. On
constate également un mouvement de rattrapage
indéniable de la Wallonie et surtout de Bruxelles.
En 2007, 87.152 travailleurs disposaient à un
moment donné d'un contrat de titres-services ;
61.849 travailleurs disposaient d'un contrat en
décembre 2007 comme en janvier 2008.
De schoonmakers vertegenwoordigen 83 procent
van het totaal aantal werknemers en strijkers
ongeveer 14 procent.
In 2007 waren er ten opzichte van 2006 40 procent
meer werknemers. Bij de ondernemingen kwamen
er gemiddeld 44 procent nieuwe werknemers bij,
nodig om een uitbreiding van de activiteiten
mogelijk te maken of om werknemers die uit het
systeem stappen, te vervangen.
In 2007 werden 49,2 miljoen cheques aan de
bedrijven terugbetaald, wat een zeer gevoelige
stijging is ten opzichte van 2006.
Le personnel de nettoyage représente 83 % du total
des travailleurs et le personnel de repassage
environ 14 %.
En 2007, le nombre de travailleurs avait augmenté
de 40 % par rapport à 2006. Les entreprises ont
accueilli en moyenne 44 % de nouveaux travailleurs
pour permettre le développement de leurs activités
ou pour remplacer les travailleurs sortis du
système.
En 2007, 49,2 millions de titres ont été remboursés
aux entreprises, soit une augmentation très
importante par rapport à 2006.
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
Het stelsel van de dienstencheques heeft vier
belangrijke doelstellingen. De eerste doelstelling is
het creëren van werkgelegenheid. Hierin is het
systeem erg succesvol. In 2004 was het de
bedoeling om tegen eind 2007 25.000 extra jobs te
creëren, maar in de loop van 2007 hadden 87.000
werknemers al meer dan 48 miljoen uren
gepresteerd. Op jaarbasis gaat het om ruim 27.000
voltijdse equivalenten. De indirecte jobs die door het
systeem werden gecreëerd, zoals het administratief
personeel in de organisaties en bedrijven, werden
niet mee gerekend
Le système des titres-services poursuit quatre
objectifs importants. Le premier est la création
d'emplois, que le système a très clairement atteint.
En 2004, il s'agissait de créer 25.000 emplois
supplémentaires pour la fin 2007, alors que, dans le
courant de l'année 2007, 87.000 travailleurs avaient
déjà effectué plus de 48 millions d'heures. Sur base
annuelle, il s'agit de quelque 27.000 équivalents
temps plein. Les emplois indirects créés par le
système, comme le personnel administratif dans les
organisations et les entreprises, ne sont pas
compris dans le calcul.
Een tweede doelstelling van het systeem is het
creëren van jobs voor kansengroepen. Van de
mensen die nu in het systeem werken, was 46
procent daarvoor werkloos en dat gemiddeld
gedurende
3,8
jaar.
Laaggeschoolden
vertegenwoordigen 39 procent van het totaal aantal
werknemers. Werknemers met een andere
nationaliteit vertegenwoordigen 14 procent van het
totaal. Werknemers waarvan een ouder of twee
grootouders een niet-Europese nationaliteit hebben,
vertegenwoordigen 7 procent van het totaal. Een op
drie werknemers is alleenstaand of alleenstaand
met kinderen. Er worden dus heel wat jobs voor
kansengroepen gecreëerd. Het valt wel op dat maar
2 procent van de werknemers een man is, omdat de
gebruikers liever geen mannelijke werkkracht willen
en omdat er ook onvoldoende interesse bij de
mannen is.
Deuxièmement, le système vise la création
d'emplois en faveur des groupes à risque. Parmi les
personnes qui travaillent aujourd'hui dans le cadre
du système des titres-services, 46 % ont émargé au
chômage pendant 3,8 ans en moyenne. Les
personnes peu qualifiées représentent 39 % du
nombre global des travailleurs. Les travailleurs de
nationalité étrangère représentent 14 % du chiffre
global. Les travailleurs ayant un parent ou deux
grands-parents de nationalité non-européenne
représentent 7 % du total. Un travailleur sur trois est
isolé ou isolé avec charge d'enfants. Le système
permet donc de créer de nombreux emplois en
faveur des groupes à risque. Il est frappant de
constater que pas plus de 2 % des travailleurs sont
des hommes. Cela s'explique par la préférence des
utilisateurs, ainsi que par le manque d'intérêt pour
ce type d'emploi chez les hommes.
De derde doelstelling van het systeem is het
regulariseren van zwartwerk. Hierover ontbreekt
nauwkeurige informatie. In een bevraging van
werknemers gaf maar 3 procent toe dat ze daarvoor
in het zwart werkte. Dat is natuurlijk een
onderschatting van de werkelijkheid. Een uitstap uit
zwartwerk is volgens 47 procent van de
werknemers een belangrijke reden om met
dienstencheques aan de slag te gaan.
De laatste doelstelling wordt het minst bereikt,
namelijk de instroom vanuit het PWA-systeem. Wie
in dat systeem zit, wil er graag in blijven. Sinds 1
maart 2004 wordt het PWA-systeem niet meer
gebruikt voor huishoudelijke hulp en mogen er dus
geen nieuwe werknemers in het systeem komen. In
2006 en 2007 zijn er echter slechts 3.714 PWA-
werknemers overgestapt naar het systeem van de
dienstencheques.
Het systeem van de dienstencheques biedt voor de
meerderheid van de werknemers een duurzame
Le troisième objectif du régime des titres-services
est la régularisation du travail au noir. Sur ce point,
des informations précises font défaut. Lors d'une
enquête réalisée auprès des travailleurs salariés,
3 % seulement d'entre eux ont reconnu avoir
travaillé antérieurement au noir. Il est évident que
ce faible pourcentage ne reflète absolument pas la
réalité. Selon 47 % des salariés, le fait de pouvoir
sortir du travail au noir a été une motivation
importante pour entrer dans le régime des titres-
services.
Le dernier objectif, l'afflux de main-d'oeuvre
provenant du système des ALE, est celui qui a été
réalisé dans la moins grande mesure. En effet, les
personnes qui se trouvent dans ce système
préfèrent y rester. Or depuis le 1
er
mars 2004, le
système ALE n'est plus utilisé pour l'aide ménagère
et, par conséquent, de nouveaux travailleurs ou
travailleuses souhaitant offrir ce service ne peuvent
plus y entrer. Or, en 2006 et 2007, 3.714 travailleurs
ALE seulement sont passés dans le régime des
titres-services.
Ce régime offre une solution durable à la majorité
des travailleurs. Six travailleurs sur dix se voient
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
oplossing. Zes op de tien werknemers krijgen
onmiddellijk een contract van onbepaalde duur.
proposer immédiatement un contrat à durée
indéterminée.
Dit varieert echter heel sterk naargelang het type
van onderneming. Na drie of zes maanden met een
tijdelijk contract krijgen veel werknemers een
verplichte overschakeling naar een contract van
onbepaalde duur.
Er is een redelijk grote uitstroom. Van de
werknemers die in 2006 nog via dienstencheques
werkten, was 21 procent het jaar later niet meer in
het systeem actief. Negen van de tien werknemers
bleven een heel jaar bij dezelfde werkgever.
Gemiddeld zijn werknemers 2,5 jaar actief in het
stelsel.
Voor 84 procent van de werknemers was de keuze
om met dienstencheques te werken, een bewuste
keuze. De belangrijkste motivaties zijn de
flexibiliteit, het dicht bij huis kunnen werken, geld
verdienen, niet meer werkloos zijn en het opbouwen
van pensioen- en andere rechten. Ruim 80 procent
werk halftijds of meer. Gemiddeld werken de
werknemers 24 uur per week. Voor 84 procent van
de werknemers is dat voldoende.
La situation varie néanmoins très fortement d'une
entreprise à l'autre. Après trois ou six mois sous
contrat temporaire, de nombreux travailleurs
doivent obligatoirement passer sous contrat à durée
indéterminée.
Les départs sont relativement nombreux. Sur les
travailleurs actifs dans le système des titres-
services en 2006, 21 % ne l'étaient plus l'année
suivante. Neuf travailleurs sur dix sont restés une
année complète chez le même employeur. Les
travailleurs sont actifs en moyenne 2,5 ans dans le
système.
84 % des travailleurs ont délibérément fait le choix
de travailler par le biais des titres-services. Leurs
principales motivations sont la flexibilité, la proximité
du domicile, la rémunération, la sortie du chômage
et l'acquisition de droits à la pension, entre autres.
Quelque 80 % travaillent à mi-temps ou davantage.
Les travailleurs sont actifs 24 heures par semaine
en moyenne. Ce nombre d'heures est suffisant pour
84 % des travailleurs.
De gebruikers van dienstencheques kunnen
verdeeld worden in twee groepen. Enerzijds zijn er
de gebruikers tussen dertig en vijftig jaar oud die
het systeem gebruiken om arbeid en gezin beter te
combineren. Anderzijds zijn er de personen die
ouder zijn dan zestig jaar. Het gaat hierbij om een
op drie van de gebruikers. Ongeveer 8 procent is
ouder dan 80 jaar. Dit is een groeiend segment. Zij
gebruiken het systeem omdat ze fysiek niet meer zo
goed in staat zijn om de taken zelf uit te voeren en
omdat ze op die manier langer thuis kunnen wonen.
Van alle werknemers met dienstencheques heeft 43
procent daarvoor al betaald werk gedaan, waarvan
25 procent met een contract van onbepaalde duur.
Van de hele groep komt 46 procent uit de
werkloosheid. Een resterende groep van 9 procent
was voorheen niet beroepsactief. Het gaat daarbij
voornamelijk om huisvrouwen.
Het zijn vooral jongeren die opnieuw uit het systeem
stappen, vooral omdat zij het systeem als een
tijdelijke job beschouwen en omdat ze een
aantrekkelijker baan hebben gevonden. Diegenen
die uit het systeem stapten, hadden vaak nog geen
contract van lange duur of werkte slechts een klein
aantal uren.
Les utilisateurs de titres-services peuvent être
répartis en deux groupes. Il y a d'une part les
utilisateurs âgés entre trente et cinquante ans qui
font appel au système afin de pouvoir mieux
combiner travail et vie de famille et d'autre part les
personnes âgées de plus de soixante ans, qui
représentent un utilisateur sur trois. Environ 8 %
des utilisateurs sont âgés de plus de 80 ans. Cette
dernière catégorie est en augmentation. Ils font
appel au système parce qu'ils ne sont plus vraiment
aptes physiquement à exécuter eux-mêmes les
tâches en question et parce qu'ils peuvent ainsi
continuer à vivre plus longtemps chez eux.
Parmi les travailleurs titre-service, 43 % ont déjà
effectué du travail rémunéré précédemment, dont
25 % dans le cadre d'un contrat à durée
indéterminée. 46 % de l'ensemble des travailleurs
titre-service étaient auparavant au chômage et 9 %
n'étaient auparavant pas actifs sur le plan
professionnel. Il s'agit dans ce cas essentiellement
de femmes au foyer.
Ce sont surtout les jeunes travailleurs qui quittent à
nouveau le système, essentiellement parce qu'il
s'agit d'un travailleur temporaire et qu'ils ont trouvé
un travail pour attrayant. Les travailleurs quittant le
système n'avaient souvent pas encore de contrat de
longue durée ou ne travaillaient qu'un nombre limité
d'heures.
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
Van de ondernemingen zegt 65 procent dat er wel
eens klanten zijn die dienstencheques willen
gebruiken voor niet-toegelaten activiteiten, zoals
tuinonderhoud,
kinderopvang
of
kleine
herstellingswerken. Ook zelfstandigen, vzw's of
commerciële ondernemingen stellen een dergelijke
vraag wel eens aan de ondernemingen.
Pour 65 % des entreprises, il arrive que des clients
souhaitent utiliser les titres-services pour des
activités non autorisées, telles que l'entretien du
jardin, la garde d'enfants ou de petits travaux de
réparation. Des indépendants, des asbl ou des
entreprises commerciales adressent aussi parfois
une telle demande aux entreprises de titres-
services.
De bruto kostprijs voor de prestaties op basis van
dienstencheques wordt voor 2007 geraamd op
745,2 miljoen euro. Dit bedrag omvat de
overheidstussenkomst voor de cheques voor een
bedrag
van
633,2
miljoen
euro,
de
omkaderingskosten voor de uitvoering van de
maatregel ter waarde van ongeveer 21 miljoen euro
en de kost van de fiscale aftrekbaarheid ter waarde
van bijna 91 miljoen euro. De budgettaire impact
van de fiscale kosten valt echter niet ten laste van
de begroting 2007, vermits deze zich pas twee jaar
later laat gelden. Voor het budgettaire jaar 2007
komen de kosten aldus neer op 689 miljoen euro.
Het systeem van de dienstencheques genereert ook
extra inkomsten ter waarde van circa 296 miljoen
euro in 2007. Deze komen voort uit besparingen op
werkloosheidsuitkeringen en sociale bijdragen en uit
bijkomende ontvangsten in de personenbelasting.
Le coût brut des prestations réalisées dans le cadre
des titres-services est estimé à 745,2 millions
d'euros pour 2007. Ce montant comprend
l'intervention publique pour les titres à concurrence
de 633,2 millions d'euros, les frais d'encadrement
pour l'exécution de la mesure à concurrence
d'environ 21 millions d'euros et les coûts de la
déductibilité fiscale à concurrence de quasiment 91
millions d'euros. L'incidence budgétaire du coût
fiscal ne relève néanmoins pas du budget 2007
étant donné que celui-ci ne sortit ses effets que
deux ans plus tard. Pour l'année budgétaire 2007,
les coûts représentent donc 689 millions d'euros.
En 2007, le système des titres-services a
également généré des recettes supplémentaires
d'environ
296
millions
d'euros
provenant
d'économies réalisées sur les allocations de
chômage et les cotisations sociales et de rentrées
supplémentaires dans l'impôt des personnes
physiques.
Rekening houdend met deze terugverdieneffecten,
komen we aan een geraamde kostprijs van
ongeveer 450 miljoen euro. Heel wat andere
terugverdieneffecten,
zoals
bijkomende
onrechtstreekse banen of bijkomende btw-
inkomsten, zijn veel moeilijker meetbaar.
Wat de toekomst betreft, lijkt de stijgende vraag
naar de cheques nog niet stil te vallen. Waar er in
het eerste jaar 120.000 geregistreerde gebruikers
waren, zijn dat er momenteel meer dan 600.000,
met een inhaalbeweging in Wallonië en Brussel. De
aanbodzijde zal nog meer onder druk komen indien
bijkomende activiteiten worden erkend: 64 procent
van de bedrijven zegt nu al zeer moeilijk voldoende
kandidaat-werknemers
te
kunnen
vinden,
voornamelijk omwille van de werkloosheidsval.
Bijgevolg kan het systeem enkel nog groeien indien
de huidige bedrijven willen uitbreiden of indien
nieuwe ondernemers een bedrijf opstarten. Zowel
de rendabiliteit van de bedrijven als de
overheidssubsidies spelen hierin een belangrijke
rol. Heel belangrijk in dit laatste geval zijn de
lastenverlagingen
of
doelgroepverminderingen.
Vermits dergelijke subsidies echter beperkt zijn in
de tijd voorspellen ruim zeven op de tien bedrijven
op termijn een probleem van rendabiliteit.
Compte tenu de ces effets de retour, nous obtenons
un coût estimatif d'environ 450 millions d'euros. Il
est nettement plus difficile de mesurer toute une
série d'autres effets de retour, comme les emplois
indirects
supplémentaires
ou
les
recettes
supplémentaires de la TVA.
Pour l'avenir, il semble que la croissance de la
demande de titres-services ne soit pas près de
s'arrêter. La première année, les utilisateurs
enregistrés étaient au nombre de 120.000; ils sont
600.000 à l'heure actuelle, avec un mouvement de
rattrapage en Wallonie et à Bruxelles. La pression
au niveau de l'offre s'accentuera encore si des
activités supplémentaires sont reconnues :
aujourd'hui déjà, 64 % des entreprises font état de
sérieuses difficultés à recruter suffisamment de
candidats-travailleurs, principalement à cause du
piège à l'emploi. En conséquence, le système ne
peut se développer que si les entreprises existantes
veulent grandir ou si de nouvelles entreprises sont
créées. Tant la rentabilité des entreprises que les
subventions jouent un rôle important à cet égard.
Les réductions de charges ou réductions groupe-
cible sont cruciales dans ce dernier cas. Étant
donné, en effet, que ces subventions sont octroyées
pour une durée limitée, plus de sept entreprises sur
dix craignent de rencontrer un problème de
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
rentabilité dans le futur.
Het stelsel heeft belangrijke budgettaire gevolgen
voor de federale overheid, maar men moet wel
rekening houden met de terugverdieneffecten
waardoor meer dan 40 procent op directe wijze
wordt gerecupereerd. De prijsverhoging naar 7 euro
per cheque voor de gebruiker zal volgens ons de
vraag zeker niet doen dalen. Ook blijft het belangrijk
om de prijs die de gebruiker betaalt in dit stelsel, te
vergelijken met het circuit van zwartwerk. Wordt
tewerkstelling via dienstencheques duurder dan
zwartwerk, dan brengt dit de doelstelling van de
regularisatie van zwartwerk in gevaar omdat er
opnieuw zal omgeschakeld worden.
Le système a d'importantes conséquences
budgétaires pour les autorités fédérales mais il
convient de tenir compte des effets de retour, qui
permettent de récupérer directement plus de 40 %.
Selon nous, l'augmentation du prix du titre-service à
7 euros pour l'utilisateur ne fera certainement pas
baisser la demande. Par ailleurs, il demeure
important de comparer le prix payé par l'utilisateur
dans le cadre de ce système et dans le circuit du
travail au noir. Si le recours aux titres-services se
révèle plus coûteux que le travail au noir, l'objectif
de régularisation du travail au noir sera compromis
parce que les utilisateurs changeront de nouveau
de système.
01.03 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Sommige
elementen die aan bod zijn gekomen in de
voorgaande evaluatie, komen niet meer voor in de
nieuwe versie. Wat kunt u ons daarover zeggen?
Wat met de overtredingen van de arbeidswetgeving
en de uniformdracht? In wat voor soort
terugbetaling
wordt
er
voorzien
voor
de
verplaatsingen
tussen
de
verschillende
arbeidsplaatsen?
Wanneer
de
dienstenchequegebruiker niet aanwezig is, gebeurt
het dat de werknemers niet betaald worden. Blijft
dat fenomeen bestaan? Heeft men een idee van de
gemiddelde
inkomens
van
de
dienstenchequegebruikers? Wat de doorstroom van
de werknemers betreft, zijn de eerste cijfers die u
bekendmaakt
geruststellend. Welke
omvang
hebben de bijdrageverminderingen ten opzichte van
dat type werk en welke effecten kan zulks hebben
op de turn-over?
01.03 Zoé Genot (Ecolo-Groen!) : Cette nouvelle
mouture n'évoque plus certains éléments abordés
dans l'évaluation précédente. Que pouvez-vous
nous en dire ? Qu'en est-il des manquements à la
législation du travail et du port d'uniformes ? Quel
est le type de remboursement prévu pour les
déplacements entre les différents lieux de travail ?
Quand l'utilisateur est absent, il arrive que les
travailleurs ne soient pas payés. Ce phénomène
perdure-t-il ? A-t-on une idée des revenus moyens
des utilisateurs en la matière ? En matière de
rotation des travailleurs, les premiers chiffres que
vous avancez sont rassurants. Quelle est l'ampleur
des réductions de cotisations par rapport à ce type
de travail et quels effets cela peut-il avoir sur le
turnover ?
Welk statistisch instrument heeft u gebruikt om de
etnische origine van de Belgische werknemers te
bepalen? Wat is het percentage van de contracten
waarvan de duur minder dan of gelijk is aan één
week? Een vijfde van de werknemers zou minder
dan halftijds werken. Wat zijn de cijfers voor de
uitzendkantoren? Kan u het hebben over de
gezinshoofden die hun inkomen met PWA-cheques
aanvullen? Welke enquêtemethode werd er bij de
ondervraagde werknemers gebruikt? Hoeveel
uitzendkrachten met een kortdurend contract
hebben u geantwoord?
Quel outil statistique avez-vous employé pour
déterminer l'ethnicité des travailleurs de nationalité
belge ? Quel est le pourcentage de contrats dont la
durée est inférieure ou égale à la semaine ? Un
cinquième des travailleurs aurait un contrat inférieur
à un mi-temps. Quels sont les chiffres pour les
sociétés d'intérim ? Pouvez-vous évoquer le cas
des chefs de famille qui complètent leurs revenus
avec des chèques ALE ? Quelle a été la méthode
d'enquête
utilisée
auprès
des
travailleurs
interrogés ? Combien de travailleurs intérimaires
liés à un contrat de courte durée vous ont-ils
répondu ?
01.04 Maxime Prévot (cdH): Wat het scheppen
van werkgelegenheid betreft, werd de doelstelling
ruimschoots overschreden en nagenoeg 90 procent
van de dienstenchequewerknemers waren bij een
werkgever in dienst, wat op de duurzaamheid van
hun tewerkstelling wijst. Ik heb met verbazing
vastgesteld dat in twee derde van de 222 gevallen
01.04 Maxime Prévot (cdH) : En matière de
création d'emploi, l'objectif a été dépassé assez
largement et presque 90% des travailleurs titres-
services ont été occupés auprès d'un seul
employeur, ce qui indique une pérennisation de leur
occupation. J'ai été surpris de voir que les deux
tiers des 222 retraits d'agrément sont dus à
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
de erkenning werd ingetrokken als gevolg van
inactiviteit. Kan d de inactiviteit aan een
welbepaalde oorzaak worden toegeschreven of zou
er in het verleden een stormloop voor de erkenning
hebben plaatsgevonden? In verband met de
poetshulp heeft u het substitutie-effect op de
reguliere arbeid op 3, 3 procent kunnen becijferen.
Voorts meen ik dat het in 47 procent van de
betrekkingen om een element gaat dat tot de
regularisatie van zwartwerk bijdraagt.
l'inactivité. Celle-ci s'explique-t-elle par une cause
particulière ou bien y aurait-il eu une course à
l'agrément ? Vous avez pu chiffrer l'effet de
substitution d'emplois réguliers concernant les aides
ménagères à 3,3 %. Par ailleurs, il me semble qu'il
s'agit pour 47 % des emplois d'un élément de
régularisation par rapport au travail en noir.
De kosten en de reële "inkomsten" blijft ene
moeilijke opgave. Dat thuiswerk goed is voor meer
dan 95 procent van de gepresteerde diensten
verbaast mij ten zeerste. Hoe verklaart men dat de
formule niet aantrekkelijk genoeg is voor laag
geschoolde mannen? Heeft u, inzake opleiding, de
aanvragen
voor
opleiding
van
de
dienstenchequewerknemers kunnen onderzoeken?
Nous restons sur notre faim quant à la capacité de
comparer le coût et la « recette » réelle. J'ai été très
surpris de constater que le travail à domicile
constituait plus de 95 % des services prestés.
Comment explique-t-on que la formule n'est pas
suffisamment
attractive
pour
les
hommes
faiblement qualifiés ? En matière de formation,
avez-vous pu vous pencher sur les demandes en
formation formulés par les travailleurs titres-
services ?
01.05 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Ik hoop dat dit
degelijke rapport niet zal leiden tot een steriel debat,
maar tot een aantal concrete bijsturingen en
aanpassingen. Het rapport bevat immers heel wat
opmerkelijke vaststellingen in een door de overheid
zo zwaar gesubsidieerde sector.
Een
eerste
vaststelling
betreft
de
opleidingsinspanningen. Niet minder dan 74 procent
van de werknemers in het stelsel van de
dienstencheques verklaart nog nooit enige opleiding
te hebben gehad. Dit is een kritiek die de overheid
ter harte moet nemen. Waarvoor dient anders het
vormingsfonds met een budget van 10 miljoen
euro?
Een tweede vaststelling betreft de duurtijd van de
contracten. Zo wordt er meestal gewerkt met dag-
en weekcontracten en is het aantal contracten per
werknemer gestegen tot dertig per jaar. Dergelijke
'hamburgerjobs' zijn onaanvaardbaar in een sector
waarin de overheid zo zwaar doorweegt.
01.05 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : J'espère que ce
rapport de qualité n'entraînera pas un débat stérile
mais donnera lieu à quelques adaptations et
ajustements concrets. Le rapport comprend en effet
de nombreuses constatations étonnantes dans un
secteur qui bénéficie de très importantes
subventions publiques.
Un premier constat porte sur les efforts en matière
de formation. Pas moins de 74 % des travailleurs
du système des titres-services déclare n'avoir
jamais bénéficié d'aucune formation. Cette
observation doit être prise en compte par les
autorités. Sinon à quoi sert le fonds de formation qui
dispose d'un budget de 10 millions d'euros ?
Un deuxième constat concerne la durée des
contrats. Le travail est généralement réalisé sur la
base de contrats journaliers et hebdomadaires et le
nombre de contrats par travailleur est de trente par
an. Une telle précarité est inacceptable dans un
secteur où les pouvoirs publics jouent un rôle aussi
important.
Ook stellen we een opmerkelijk aantal inbreuken
vast op het doorgroeien van werknemers. Niet
minder dan 20 procent van de ondernemingen
weigert om prioritair een type A-werknemer aan te
werven. Ook komt 7 procent van de ondernemingen
de verplichting om woonwerkverkeer te vergoeden
niet na. Tegelijk moet het loon verhoogd worden,
want nu is de prikkel vaak te klein. Niet minder dan
72 procent van de ondernemingen zegt hierdoor
rekruteringsproblemen te hebben. Uiteindelijk
moeten
de
midden-
en
hooggeschoolde
Nous constatons aussi un nombre trop important
d'infractions à la possibilité qui doit être offerte aux
travailleurs d'évoluer vers un contrat de travail à
part entière. En effet, 20 % des entreprises, au bas
mot, refusent d'embaucher par priorité un travailleur
ou une travailleuse de type A. De plus, 7 % des
entreprises n'honorent pas l'obligation d'indemniser
les déplacements domicile-lieu de travail à laquelle
elles sont pourtant soumises. Il conviendrait en
même temps d'augmenter le salaire car aujourd'hui,
il est souvent trop modeste pour être attrayant.
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
werknemers binnen dit stelsel gestimuleerd worden
om via opleiding door te stromen.
72 % des entreprises déclarent que cela leur pose
des problèmes de recrutement. Enfin, il est
impératif d'encourager les travailleurs qui relèvent
actuellement du régime des titres-services et qui
ont des qualifications de niveau moyen à élevé à
suivre des formations de façon à entrer dans le
circuit de travail normal.
Hoger gekwalificeerden moeten dus meer of beter
worden begeleid in hun loopbaan.
Het dienstenchequesysteem slaagt erin de
kansengroepen op de arbeidsmarkt te brengen,
zoals de allochtone vrouwen. Het is een
integratiekans voor niet-Belgen. Wat de regionale
verdeling betreft, valt het op dat in de negentien
Brusselse gemeenten geen enkel OCMW, PWA of
gemeentebestuur zich geroepen voelt om iets te
doen voor het dienstenchequesysteem. Hoe komt
dat?
Het zijn vooral de commerciële sector, de
privésector en de natuurlijke personen die zorgen
voor het toenemend tewerkstellingsvolume, terwijl
vooral de non-profitorganisaties investeren in de
opleiding van hun werknemers. Die moeten dus
meer kansen krijgen.
Een andere vaststelling is dat zorgbehoevende
senioren steeds meer een beroep doen op de
dienstencheques. Dat wijst op een zorgtekort. De
dienstencheques zijn in verhouding tot de
specifieke, sociale tarieven van de zorg - via een
OCMW of een thuiszorgdienst - veel duurder. Er
wordt immers geen rekening gehouden met de
inkomsten en het eventuele fiscale voordeel wordt
pas twee jaar later gevoeld. Moeten de
Gemeenschappen hier hun verantwoordelijkheid
niet opnemen?
Il est donc indispensable d'accompagner davantage
les travailleurs hautement qualifiés sur le plan de
leur
carrière
et
aussi
d'améliorer
cet
accompagnement.
Le régime des titres-services a le mérite de faire
entrer sur le marché de l'emploi des personnes
appartenant aux catégories défavorisées telles que
les femmes allochtones. Ce régime offre donc aux
non-Belges une possibilité de s'intégrer chez nous.
En ce qui concerne la répartition régionale, on peut
s'étonner que, dans les dix-neuf communes de
l'agglomération bruxelloise, aucun CPAS, aucune
ALE ni aucune administration communale ne se
sente appelé à apporter sa pierre à l'édifice du
régime des titres-services. Pourquoi ?
Si ce sont essentiellement le secteur commercial, le
secteur privé et les personnes physiques qui
assurent la croissance du volume d'emploi et ce
sont surtout les organisations du secteur non
marchand qui investissent dans la formation de
leurs travailleurs. Ce sont donc ces organisations
qui doivent bénéficier d'un appui plus marqué.
Autre constat: les personnes âgées dépendantes de
soins recourent de plus en plus aux titres-services,
ce qui est l'indice d'un déficit en matière de soins
dispensés. Or en comparaison des tarifs sociaux
spécifiques pratiqués dans le secteur des soins ­
qu'ils soient dispensés par le biais d'un CPAS ou
d'un service de soins à domicile -, les titres-services
sont nettement plus coûteux car le régime des
titres-services ne tient pas compte des revenus des
bénéficiaires
et
ceux-ci
ne
perçoivent
éventuellement l'avantage fiscal des titres-services
qu'après deux ans. Les Communautés ne
devraient-elles pas assumer leurs responsabilités
en la matière ?
Er is zeker meer toezicht op de naleving van de
reglementering nodig, gezien de gigantische
overheidsmiddelen
die
in
het
dienstenchequesysteem worden gepompt. De
uitzendsector moet afstappen van de zogenaamde
'hamburgerjobs' met arbeidscontracten van telkens
enkele dagen of zelfs uren. Die sector beloofde om
zich in de reguliere arbeidsmarkt in te schakelen.
Wie uit de werkloosheid komt, moet bij voorrang
een beter contract krijgen. Indien het aandeel van
Il convient certainement de mieux contrôler le
respect de la réglementation, compte tenu des
énormes moyens publics injectés dans le système
des titres-services. Le secteur du travail intérimaire
doit abandonner les « hamburger jobs » assortis de
contrats de travail de quelques jours, voire de
quelques heures. Ce secteur a promis d'intégrer le
marché régulier du travail. Les personnes issues du
chômage doivent en priorité obtenir un meilleur
contrat. Si la part des chômeurs et des bénéficiaires
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
werklozen en leefloontrekkers toeneemt - het
zogenaamde
type
A
-
stijgt
ook
het
terugverdieneffect van het dienstenchequesysteem.
Dat zijn dus twee vliegen in een klap. Dit kan de
financiële houdbaarheid van het stelsel versterken.
Als er een ding duidelijk wordt, dan is het wel de
kwetsbaarheid van eeninkomensgezinnen. Zij staan
vooraan in de rij als het gaat om in de armoede
terecht te komen.
du revenu d'intégration augmente ­ ce qu'on
appelle le type A ­ l'effet de retour du système des
titres-services augmente également, ce qui permet
donc de faire d'une pierre deux coups. La viabilité
financière du système peut ainsi être renforcée.
Une chose est claire : la vulnérabilité des ménages
à un seul revenu, qui sont les premiers à risquer de
sombrer dans la pauvreté.
Deze mensen hebben het minst toegang tot het
systeem van de dienstencheques, terwijl het voor
de mentale gezondheid goed is om huishoudelijke
taken af en toe te kunnen uitbesteden. Waarom kan
een deel van het budget niet worden gebruikt voor
het toegankelijk maken van het systeem voor deze
categorie? Ons voorstel ter zake is gekend: wij
willen per aankoop van tien cheques twee gratis
cheques geven aan de groep mensen die ook in
aanmerking komt voor een verhoogde kinderbijslag.
In de herfst worden de lonen opnieuw geïndexeerd.
Zullen
ook
de
werknemers
van
het
dienstenchequestelsel kunnen rekenen op een
indexering? Het budget dat voor indexeringen is
uitgetrokken, is volgens ons echter al te
optimistisch.
De uitreiking van de elektronische cheques kampte
met een aantal praktische problemen. Zijn die
obstakels ondertussen weggewerkt?
L'accès au système des titres-services est le plus
limité pour ces personnes, alors que la délégation
occasionnelle de tâches ménagères est une bonne
chose pour la santé mentale. Pourquoi une partie
du budget ne peut-elle être utilisée pour rendre ce
système accessible à cette catégorie de
personnes ? Notre proposition en la matière est
connue : nous souhaitons, par achat de dix titres,
offrir gratuitement deux titres au groupe de
personnes qui entre également en ligne de compte
pour une allocation familiale majorée.
Les salaires seront à nouveau indexés à l'automne.
Les travailleurs du système des titres-services
pourront-ils
également
compter
sur
une
indexation ? Nous estimons toutefois que le budget
dégagé pour les indexations est déjà trop optimiste.
La distribution des titres électroniques a déjà été
confrontée à une série de problèmes pratiques. Ces
obstacles ont-ils entre-temps été écartés ?
Een ander probleem was dat inlevering van de
cheques niet conform de RSZ-prestatiebladen
gebeurde. Is dat ondertussen wel het geval?
Slaagt het nieuwe uitgiftebedrijf erin alle regels na te
komen? Worden de termijnen voor de uitgifte van
de cheques, voor de fiscale attesten aan de
gebruikers en voor de betaling van de cheques aan
de bedrijven gerespecteerd? Gebeuren de
vestigingen van inschrijving van de erkende
ondernemingen schriftelijk, zoals het reglement dit
voorschrijft?
Tot slot beloofde de minister om ons vandaag
uitsluitsel te geven over de uitbreiding van het
systeem voor kinderopvang. Wat zijn de resultaten
van het overleg hierover?
Un autre problème était lié au fait que la remise des
chèques ne s'effectuait pas conformément aux
feuilles de prestations de l'ONSS. Ce problème a-t-il
été réglé dans l'intervalle ?
La nouvelle société émettrice parvient-elle à
respecter toutes les règles. Les délais pour la
délivrance des chèques, pour la remise des
attestations fiscales aux utilisateurs et pour le
paiement des chèques aux entreprises sont-ils
respectés ? Les inscriptions pour les entreprises
reconnues se font-elles par écrit, comme le prévoit
le règlement ?
Enfin, la ministre avait promis de nous éclairer sur
l'extension du système à l'accueil d'enfants. Quels
sont les résultats de la concertation menée à ce
sujet ?
01.06 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Er zijn twee
scenario's: enerzijds zijn er de werklozen ­ met
inbegrip van de vroegere PWA'ers ­ die in het
dienstenchequesysteem stappen en anderzijds de
mensen die reeds werknemer waren. Om te weten
01.06 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Il existe deux
scénarios : il y a d'une part les chômeurs,
comprenant les anciens travailleurs ALE, qui entrent
dans le système des titres-services et d'autre part
les personnes qui travaillaient déjà. Pour connaître
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
wat het precieze terugverdieneffect van het systeem
is, zouden wij over opgesplitste cijfers moeten
kunnen beschikken. Wat zijn de kosten van beide
scenario's? Hoe kunnen we extra impulsen geven
aan de groep van mensen die moeilijk aan werk
geraken? Dat was immers het uitgangspunt van het
systeem.
Er zijn geen cijfers die ons meegeven in hoeverre er
van zwartwerk wordt overgestapt op het
dienstenchequesysteem. Ik hoorde hier dat de
substitutie 3,3 procent bedroeg, maar ik heb elders
het cijfers van 8 procent gehoord. Kan ik daarover
opheldering krijgen?
Een garantie voor de overlevering van dit stelstel, is
zekerheid over de financiering. Zo'n 30 procent van
de gebruikers zegt het huishoudelijk werk zelf te
zullen doen mocht het systeem worden afgeschaft.
Dat betekent dat zeventig procent het werk zal
blijven uitbesteden. Op welke manier moet dat dan
gebeuren? Is de optie dan opnieuw kiezen voor
zwartwerk? Het is daarom belangrijk te weten in
hoeverre de gebruikers bereid zijn om meer te
betalen. Is er bijvoorbeeld ruimte voor een
indexering van de gebruikersbijdrage?
Graag had ik ook meer duidelijkheid inzake de
leefbaarheid van het stelsel voor de bedrijven.
Ik meen uit de cijfers op te maken dat sommige
mensen wel vijftig contracten van bepaalde duur na
elkaar krijgen. Klopt dat?
l'effet de retour exact du système, nous devrions
pouvoir disposer de chiffres répartis entre les deux
catégories. Quels sont les coûts des deux
scénarios ? Comment peut-on stimuler davantage
le groupe de personnes qui trouvent difficilement du
travail ? Tel était en effet le point de départ du
système.
Aucun chiffre n'indique dans quelle mesure les
travailleurs au noir optent pour le système des
titres-services. J'ai entendu dire ici que la
substitution représenterait 3,3 % mais entendu citer
ailleurs le chiffre de 8 %. Puis-je obtenir des
éclaircissements à ce sujet ?
Une garantie pour la survie de ce système est la
sécurité de son financement. Quelque 30 % des
utilisateurs déclarent qu'ils effectueraient les tâches
ménagères eux-mêmes si le système était
supprimé. 70 % des utilisateurs continueront dès
lors à confier le travail à une tierce personne. De
quelle manière ? Opteront-ils à nouveau pour le
travail au noir ? Il s'agit donc de savoir dans quelle
mesure les utilisateurs sont prêts à payer
davantage. Une indexation de la contribution de
l'utilisateur est-elle envisageable, par exemple ?
Je souhaiterais également obtenir des précisions
concernant la viabilité du système pour les
entreprises.
Je conclus des chiffres que certains travailleurs
obtiennent cinquante contrats à durée déterminée
successifs. Ma déduction est-elle exacte ?
Sommige mensen die met dienstencheques
werken, zouden dus meer dan vijftig verschillende
contracten op een jaar hebben, voornamelijk dag-
of weekcontracten via interim-bedrijven. Ik denk niet
dat dit een goede manier van werken is. Hebben
deze mensen wel voldoende kwaliteit van werk
evenals voldoende garantie op een inkomen?
Moeten wij een systeem waarbij flexibiliteit
opgedrongen wordt door de werkgever, wel blijven
steunen?
Het is mij niet helemaal duidelijk hoe de
loonverschillen tussen de verschillende bedrijven
ontstaan. Is het echt noodzakelijk om overal met
verschillende loonbarema's te werken? Is er geen
harmonisatie mogelijk?
In
2007
kreeg
80
procent
van
de
dienstenchequeswerknemers geen opleiding en 89
procent kreeg zelfs geen enkele begeleiding. Ik ben
verwonderd over die cijfers. In principe is opleiding
en begeleiding verplicht en bovendien erg belangrijk
Certaines personnes travaillant avec des titres-
services auraient donc plus de cinquante contrats
différents par an, essentiellement des contrats
journaliers ou hebdomadaires par le biais d'agences
d'intérim. Je ne pense pas que ce soit la bonne
manière de procéder. La qualité du travail est-elle
suffisante dans ces conditions et qu'en est-il des
garanties au niveau des revenus ? Devons-nous
continuer à soutenir un système dans le cadre
duquel la flexibilité est imposée par l'employeur ?
Je n'ai pas une idée très claire de la manière dont
apparaissent les différences de salaire entre les
entreprises. Est-il vraiment indispensable de
travailler avec quantité de barèmes différents ? Ne
pourrait-on procéder à une harmonisation dans ce
cadre ?
En 2007, 80% des travailleurs titre-service n'ont
reçu aucune formation et 89% n'ont même pas eu
droit au moindre accompagnement. Ces chiffres
m'étonnent.
En
principe,
formation
et
accompagnement sont obligatoires et en outre très
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
voor laaggeschoolde mensen. Wat zal daaraan
gedaan worden?
importants pour des personnes peu qualifiées.
Quelles mesures vont être prises dans ce cadre ?
Welke initiatieven zullen er genomen worden om de
doorstroming van mensen uit het PWA-statuut naar
het systeem van de dienstencheques aan te
moedigen?
Wat de uitbreiding naar nieuwe activiteiten betreft,
benadruk ik dat het systeem betaalbaar moet
blijven. Er wordt gesproken over een uitbreiding
naar kinderopvang, wat een bevoegdheid is van de
Gemeenschappen. Wordt er daarover overlegd met
de Gemeenschappen? Zijn zij bereid om het
systeem mee te financieren?
Quelles initiatives seront prises pour stimuler le
passage des personnes du statut ALE au système
des titres-services ?
En ce qui concerne l'extension à de nouvelles
activités, je tiens à souligner que le système doit
rester financièrement accessible. Il est question
d'une extension à l'accueil des enfants, ce qui
relève de la compétence des Communautés. Une
concertation a-t-elle lieu à ce sujet avec les
Communautés ? Sont-elles disposées à contribuer
au financement du système ?
01.07 Stefaan Vercamer (CD&V - N-VA): In 2007
hebben 12.850 mensen het systeem van de
dienstencheques weer verlaten, na gemiddeld
vijftien maanden tewerkstelling. Waar gaan deze
mensen dan naar toe? Worden zij opnieuw
werkloos of hebben ze een reguliere job gevonden?
Het zou natuurlijk geen goede evolutie zijn als
PWA'ers die doorstromen naar het systeem van de
dienstencheques,
daarna
opnieuw
werkloos
worden.
Er werd gesproken over de werkloosheidsval. Zou
die kunnen weggewerkt worden als de gemeenten
of OCMW's een bijkomende premie geven?
Kan de minister een vergelijking maken tussen de
financiële resultaten van de verschillende vormen
van dienstenchequebedrijven?
Ik huiver bij het idee om de taken uit te breiden met
kinderopvang, omdat er dan drie verschillende
systemen van kinderopvang ontstaan. In de
overheid en de privéondernemingen zijn er
werknemers in de kinderopvang die goed opgeleid
zijn
en
begeleid
worden.
Zijn
de
dienstenchequebedrijven hiervoor wel voldoende
omkaderd?
01.07 Stefaan Vercamer (CD&V - N-VA) : En
2007, 12.850 personnes ont renoncé au système
des titres-services après quinze mois de
fonctionnement en moyenne. Que deviennent ces
personnes ? Retournent-elles au chômage ou ont-
elles accédé à un emploi régulier ? Il serait
évidemment navrant que des personnes qui sont
passées au régime des titres-services après avoir
travaillé dans le cadre des ALE émargent ensuite
au chômage.
On parle de pièges à l'emploi. Pourrait-on y mettre
fin par l'octroi d'une prime supplémentaire par les
communes ou par les CPAS ?
La ministre peut-elle comparer les résultats
financiers des différentes formes d'entreprises de
titres-services ?
Je suis réticent à l'extension des titres-services à
l'accueil d'enfants, car cela reviendrait à créer trois
régimes différents en la matière. Dans les services
publics et dans les entreprises privées, des
personnes bien formées et encadrées sont actives
dans ce secteur. Les entreprises de titres-services
sont-elles suffisamment encadrées à cet effet ?
01.08 Carine Lecomte (MR): Ik maak me zorgen
over de financiering van het systeem van
dienstencheques. Op de begroting voor 2008 wordt
849 miljoen uitgetrokken voor de financiering ervan,
maar de terugverdieneffecten worden geraamd op
310 miljoen euro. Er is dus een groot verschil. Het
zal dus zaak zijn andere financieringsvormen te
vinden.
01.08 Carine Lecomte (MR) : Je m'inquiète du
financement du système des titres-services. Le
budget de 2008 prévoit 849 millions d'euros pour
les financer, mais les effets en retour ne sont
estimés qu'à 310 millions d'euros. Il y a donc un
écart important. Il s'agirait dès lors de trouver
d'autres formes de financement.
01.09 Florence Reuter (MR): Nog steeds in het
kader van het voortbestaan van het systeem van
dienstencheques stellen we vast dat het moeilijk is
om personeel aan te werven want het verschil
01.09 Florence Reuter (MR) : Toujours dans le
cadre de la pérennité du système des titres-
services, on constate une difficulté de recruter du
personnel car le différentiel entre le salaire net et
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
tussen
het
nettoloon
en
de
werkloosheidsuitkeringen is te klein. Hoe kan dat
probleem worden opgelost?
U kondigt tien miljoen aan voor de fraudebestrijding
en erkenningscriteria en vijftien miljoen euro voor
de integratie van de PWA-werknemers jonger dan
vijftig, in het systeem van de dienstencheques. Het
beheerscomité van de RVA heeft een verdeeld
advies uitgebracht en de vakbonden hebben er zich
tegen gekant. Hoe denkt u te werk te gaan om die
cijfers te halen?
Kent
u
het
aandeel
deeltijdse
dienstenchequewerknemers die een bijkomende
werkloosheidsvergoeding krijgen? Is dat een keuze
of is er te weinig werk?
Ik heb gelezen dat u het gebruikersveld wil
verruimen, met name tot de scholen. Er zijn nog
anderen die gebruik wensen te maken van het
systeem
van
dienstencheques,
zoals
de
kinderdagverblijven of de crèches.
In het verslag lees ik dat 65 procent van de
bedrijven aanvragen krijgt voor kinderopvang of
tuinieren. Sommige sectoren zijn er formeel tegen
gekant. Hoe ver staat het overleg met de
Gewesten?
les allocations de chômage est trop faible.
Comment résoudre ce problème?
Vous annoncez dix millions pour la lutte contre la
fraude et les mesures relatives à l'agrément et
quinze millions d'euros pour l'intégration des
travailleurs ALE de moins de cinquante ans dans le
système des titres-services. Le comité de gestion
de l'ONEm a remis un avis divisé et les syndicats y
sont opposés. Comment ferez-vous dès lors pour
atteindre ces chiffres ?
Connaissez-vous la part de travailleurs titres-
services à temps partiel qui bénéficient d'un
complément de chômage ? Est-ce par choix ou par
manque de travail ?
J'ai lu que vous souhaitiez élargir le champ des
utilisateurs, notamment aux écoles. D'autres
utilisateurs souhaiteraient bénéficier du système
des titres-services, comme les crèches ou les
maisons d'enfants.
Je lis dans le rapport que 65 % des entreprises
reçoivent des demandes pour la garde d'enfants ou
le jardinage. Certains secteurs y sont formellement
opposés. Où en est la concertation avec les
Régions ?
Bovendien zie ik niet goed in hoe de evaluatie van
het Vlaams systeem, dat beperkt is tot de
eenoudergezinnen en niet werkt (er zou nog geen
enkele cheque zijn uitgereikt), als vertrekpunt zou
kunnen worden genomen voor een uitbreiding van
de dienstencheques tot de kinderopvang op
federaal niveau.
En outre, je ne vois pas bien en quoi l'évaluation du
système flamand, qui est limité aux familles
monoparentales et qui ne fonctionne pas ­ aucun
chèque n'aurait encore été distribué ­ pourrait servir
de base à une étude sur l'extension des titres-
services à la garde d'enfants au niveau fédéral.
01.10 Maggie De Block (Open Vld): Het is niet
nieuw dat de doorstroming van de PWA's naar de
dienstenchequebedrijven nogal gebrekkig verloopt.
Ik denk dat dit voornamelijk komt door
koudwatervrees
bij
sommige
OCMW's
en
gemeenten. Er is wel een uitzondering ­ het OCMW
van Ukkel ­ waar de doorstroming zeer goed
verloopt. Kan de minister ervoor zorgen dat de
doorstroming meer wordt aangemoedigd? Het
PWA-statuut is immers een werklozenstatuut.
01.10 Maggie De Block (Open Vld) : On sait que
la transition des ALE vers les entreprises de titres-
services est relativement déficiente. Je pense que
cette situation est principalement due aux
appréhensions de certains CPAS et de certaines
communes. Il y a une exception : le CPAS d'Uccle,
où la transition s'effectue très bien. La ministre
pourrait-elle veiller à ce que la transition soit
davantage encouragée ? Le statut ALE est en effet
un statut de chômeur.
De doorstroming vanuit de uitzendsector is een
goede zaak, met 22.000 van de 28.000 werknemers
die reeds een contract hebben van onbepaalde
duur. Wel merkt mevrouw Becq terecht op dat
sommige werknemers veel contracten krijgen. Zijn
er specifieke oorzaken die dit verschijnsel
verklaren?
La transition à partir du secteur du travail intérimaire
constitue une bonne chose : 22.000 des 28.000
travailleurs disposent déjà d'un contrat à durée
indéterminée. Mme Becq fait toutefois observer à
juste titre que certains travailleurs se voient
proposer de nombreux contrats. Existe-t-il des
causes spécifiques à ce phénomène ?
De
terugverdieneffecten
moeten
worden Les retombées positives doivent être incluses dans
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
opgenomen in de berekening van de kostprijs van
het stelsel. Met andere criteria is dit reeds het geval.
Zal de minister hiermee inderdaad rekening houden
in de toekomst? En hoe zal het systeem betaalbaar
blijven, gezien de exponentiële groei ervan? Qua
instroom vanuit het zwartwerkcircuit zijn de cijfers
inderdaad laag, maar misschien zal een en ander in
de
toekomst
duidelijker
kunnen
worden
afgebakend.
We hebben hier een overvloed aan cijfers
gekregen, die ook goed werden opgesplitst. Het zou
nuttig zijn om het systeem in de toekomst te blijven
evalueren,
bijvoorbeeld
bij
nieuwe
functieomschrijvingen of nieuwe categorieën van
gebruikers. In het licht van de vergrijzing kan dit
systeem volgens mij ook zijn nut bewijzen als een
aanvullende zorg naast de klassiekere vormen van
dienstverlening.
le calcul du coût du système, à l'image du principe
déjà appliqué à d'autres critères. La ministre
prendra-t-elle cet élément en considération à
l'avenir ? Comment pourra-t-on continuer à financer
le système s'il poursuit cette croissance
exponentielle ?
Le
nombre
de
personnes
auxquelles ce système a permis de sortir du circuit
du travail au noir est effectivement faible, mais
peut-être les statistiques relatives au parcours suivi
par les différentes personnes seront-elles plus
précises à l'avenir.
Nous avons reçu une multitude de chiffres répartis
selon des subdivisions appropriées. Il serait utile de
continuer à évaluer le système à l'avenir, par
exemple si l'on redéfinit certaines fonctions ou si
l'on crée de nouvelles catégories d'usagers. À mes
yeux, ce système prouvera également son utilité
dans le cadre du vieillissement de la population en
constituant un moyen complémentaire de recevoir
des soins par rapport aux formes de services plus
classiques.
Voor Open Vld is dit stelsel in elk geval een
succesformule gebleken met betrekking tot de
tewerkstelling in de uitzendsector. Goede analyses
inzake de werking van het stelsel blijven echter
belangrijk.
Pour l'Open Vld, ce système s'est en tout cas avéré
être un succès en ce qui concerne l'emploi dans le
secteur du travail intérimaire. Des analyses
efficaces concernant le fonctionnement du système
demeurent toutefois importantes.
01.11 Martine De Maght (LDD): Qua
uitstroompercentage wijzen de cijfers erop dat het
grootste percentage terug te vinden is bij de
OCMW's, hetgeen evident is. Gaat er iets gedaan
worden aan het zeer grote loonverschil tussen de
overheid en andere sectoren, zodat het verschil
tussen werkgevers wordt weggewerkt, vermits er in
de aard van het werk geen onderscheid bestaat?
Ondanks een stijging van de kostprijs tot 7 euro,
blijft de vraag naar cheques toenemen, zodat ik mij
afvraag of dit stelsel betaalbaar zal blijven en zo ja,
hoe? Er is weinig geweten over de doorstroom van
werknemers
uit
dit
stelsel
naar
andere
tewerkstellingskanalen. Zijn hierover wel gegevens
voorhanden? Het lijkt me aangewezen om te
bekijken hoe men mensen vanuit dit stelsel kan
laten doorstromen naar de reguliere arbeidsmarkt,
mits er bijvoorbeeld in bijkomende opleidingen
wordt voorzien om vacatures in knelpuntberoepen
in te vullen.
01.11 Martine De Maght (LDD) : En ce qui
concerne le pourcentage des flux sortants, les
chiffres indiquent que le pourcentage le plus élevé
se situe au niveau des CPAS, ce qui est évident.
Va-t-on remédier à l'énorme écart salarial entre le
secteur public et les autres secteurs, afin de
supprimer la différence entre les employeurs, étant
donné qu'il n'existe aucune distinction dans la
nature du travail ?
Malgré une augmentation du coût jusqu'à 7 euros,
la demande des titres ne cesse d'augmenter, de
sorte que je me demande si ce système restera
financièrement abordable et, dans l'affirmative,
comment il le restera. Peu d'informations sont
disponibles sur le passage des travailleurs de ce
système à d'autres systèmes d'emplois. Des
données sont-elles disponibles à ce sujet ? Il me
semble indiqué d'examiner les possibilités de faire
passer les gens de ce système au marché régulier
du travail, en prévoyant par exemple des formations
supplémentaires pour pourvoir les postes vacants
dans les professions confrontées à une pénurie de
main-d'oeuvre.
Het blijkt dat 44 procent van de werknemers vanuit
ander betaald werk doorstroomt naar het stelsel van
de dienstencheques. Het doel om alle zwartwerk
weg te werken is dus niet bereikt. De 65-plussers
Il apparaît que 44% des travailleurs entrant dans le
système des titres-services sortent d'un autre travail
rémunéré. L'objectif d'éliminer l'ensemble du travail
au noir n'est donc pas atteint. Les personnes âgées
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
gebruiken het systeem zeer intens ondanks het
bestaande aanbod via OCMW's en erkende
thuiszorgdiensten. Wat is het gemiddelde inkomen
van deze gebruikers?
Is het systeem wel budgettair houdbaar? In de
toekomst zouden de bestaande diensten nog
worden uitgebreid met nieuwe activiteiten, wat
echter
kan
leiden
tot
verwarring
rond
bevoegdheden. Nogal wat van de nieuwe diensten
worden namelijk al aangeboden door de OCMW's
of door de Vlaamse overheid. Kinderopvang is
bijvoorbeeld een Vlaamse bevoegdheid. Hierop het
stelsel van dienstencheques toepassen zou dus
totaal verkeerd zijn. Niet alles waaraan vandaag
nood bestaat, moet dan ook worden opgevangen
door dit stelsel.
de plus de 65 ans font un usage intensif du système
malgré l'offre disponible par le biais des CPAS et
des services reconnus de soins à domicile. Quel est
le revenu moyen de ces utilisateurs ?
Le système est-il tenable sur le plan budgétaire ?
L'objectif étant d'étendre le système à d'autres
activités encore, une certaine confusion sur le plan
des compétences pourrait en découler. Nombre de
ces nouvelles activités sont en effet déjà proposées
par les CPAS ou par les pouvoirs publics flamands.
L'accueil d'enfants est par exemple une
compétence flamande. Il serait donc totalement
erroné de l'intégrer dans le système des titres-
services. Il ne s'agit pas de couvrir tous les besoins
par ce système.
01.12 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): De
dienstencheques zorgen ongetwijfeld voor banen,
maar wat voor banen, met welke kwaliteit en tegen
welke prijs? Uw voorganger, minister Piette, had
een aantal sporen bestudeerd, maar maar heeft
daarover in de regering geen akkoord kunnen
bereiken. Als men ­ zoals u voorstelt ­ het systeem
wil uitbreiden, zal men nochtans nieuwe
benaderingen moeten vinden.
Minister Piette had voorgesteld om de bijdrage van
de gebruikers van de dienstencheques op te
trekken en de subsidies af te stemmen op het soort
onderneming dat ervan gebruik maakt. Tot die
groep behoren ondernemingen uit de non-
profitsector en OCMW's, maar ook privébedrijven
die misschien niet dezelfde beroepsethiek hanteren
en niet dezelfde bereidheid vertonen om de
werknemers
te
integreren.
Vooraleer
we
verdergaan, moeten we een antwoord hebben op
de vragen in verband met het statuut van de
werknemers en de financiering van het systeem.
We staan erg kritisch tegenover de uitbreiding van
de dienstencheques tot de kinderopvang. Er zijn
ongetwijfeld reële noden. Zo moet er een ­ volgens
u volwaardig ­ statuut komen voor de
onthaalouders. Maar aan zo'n statuut hangt ook een
prijskaartje. Er zullen dus keuzes moeten worden
gemaakt tussen de bedragen die beschikbaar zijn
voor het werkgelegenheidsbeleid, en tussen
investeringen.
De collectieve opvangstructuren wachten op een
betere financiering. Hoewel dat geen federale
bevoegdheid is, heeft de sector, in het kader van de
dienstencheques, onvoldoende geld om de
kinderen individueler op te vangen, terwijl hij reeds
jarenlang op echte werkingsmiddelen wacht.
01.12 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Les
titres-services créent sans doute de l'emploi mais
quels type d'emploi, quelle qualité d'emploi et quel
coût ? Des pistes avaient été étudiées par votre
prédécesseur, M. Piette, qui n'avait pu obtenir
d'accord au sein du gouvernement. Si l'on veut
élargir le système, comme vous le proposez, il
faudra pourtant les trouver.
M. Piette avait proposé une augmentation de la
contribution des utilisateurs des titres-services, une
modulation des subsides en fonctions du type
d'entreprises utilisatrices. Il y a des entreprises du
secteur non marchand et des CPAS qui réalisent un
type de travail, mais aussi des privés qui peut-être
n'ont pas la même déontologie ou volonté
d'insertion des travailleurs. Sur la question du statut
des travailleurs et du financement du système, il
faut des réponses avant d'aller plus loin.
A propos de l'élargissement des titres-services à
l'accueil de l'enfance, nous sommes très critiques ;
certes, il y a un réel besoin, en commençant par le
statut ­ que vous souhaitez complet ­ des
accueillantes d'enfants à domicile. Si nous y
arrivons, cela aura un coût. Il faudra faire la part des
choses entre les montants disponibles pour les
politiques de l'emploi, entre l'un ou l'autre des
investissements.
Les lieux collectifs d'accueil sont en attente d'un
meilleur financement. Bien que ce ne soit pas du
ressort du fédéral, le secteur ne peut pas trouver de
l'argent pour un accueil plus individualisé de
l'enfance, dans le cadre des titres-services, alors
qu'il attend depuis très longtemps de véritables
moyens.
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
Ik heb ook kennisgenomen van de kritiek van de
sociale partners die u onlangs ontmoet heeft.
J'ai aussi entendu la critique des partenaires
sociaux que vous avez rencontrés récemment.
Ik ben vooral getroffen door één punt van kritiek:
door de dienstencheques uit te breiden tot de
kinderopvang, dreigt men voorrang te verlenen aan
de individuele opvang ten koste van collectieve
structuren.
Wat zou het statuut van de werknemers zijn? Kan
men contracten uitwerken die sterk gelijken op een
voltijdse baan met een beperkte uurregeling? Er is
ook de kwestie van de opleiding van de
werknemers want we hebben al een tiental jaar te
maken met een professionaliseringslogica in die
sectoren.
We zijn ons bewust van het feit dat de vraag naar
kinderopvang reëel is. We moeten de beste
beslissing
nemen
in
overleg
met
de
Gemeenschappen. Wat al bestaat, mogen we niet
afbreken en we mogen de bestaansonzekerheid
van de werknemers ook niet vergroten.
Indien u vooruitgang wil boeken, moet u
antwoorden aanreiken, op het stuk van de
financiering, het statuut van de werknemers en de
steun aan andere sectoren die actief zijn in de
kinderopvang.
J'ai surtout été sensible à une critique : en étendant
les titres-services à l'accueil des enfants, on
risquerait de privilégier l'accueil individuel au
détriment des structures collectives.
Quel serait le statut des travailleurs ? Peut-on
envisager des contrats proches du temps plein avec
des tranches horaires limitées ? Il y a aussi la
question de la formation des travailleurs puisque
nous
sommes
dans
une
logique
de
professionnalisation de ces secteurs depuis une
dizaine d'années.
Nous sommes conscients du fait qu'en termes
d'accueil des enfants, il existe une véritable
demande. Nous devons prendre la meilleure
décision en concertation avec les Communautés. Il
ne faudrait pas déstructurer ce qui existe déjà ou
renforcer la précarisation des travailleurs.
Si vous voulez avancer, vous devez apporter des
réponses en termes de financement, de statut des
travailleurs et de soutien aux autres secteurs actifs
dans l'accueil de l'enfance.
01.13 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): De sector
van de dienstencheques dreigt met acties als er
tegen 15 september geen oplossing is voor haar
problemen. Zo moeten de lonen in juli geïndexeerd
worden, maar het is niet gegarandeerd dat de
indexering wel voor iedereen zal gebeuren. Verder
biedt de afwijking op de arbeidswet, waardoor
contracten van één uur per week mogelijk zijn,
weinig garanties voor de werknemers. Is de minister
van plan om ter zake met de sector te overleggen?
Hoe staat zij tegenover de problemen binnen de
sector? Zal de minister de indexering van de lonen
doorvoeren en de afwijking op de arbeidswet
schrappen?
01.13 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA) : Le secteur
des titres-services menace de mener des actions si
ses problèmes ne sont pas réglés pour le 15
septembre. Les salaires doivent notamment être
indexés en juillet mais il n'est pas garanti que
l'indexation sera réalisée pour tous. Par ailleurs, la
dérogation à la loi sur le travail, qui permet de
conclure des contrats d'une heure par semaine,
offre peu de garanties aux travailleurs. La ministre
a-t-elle l'intention de se concerter avec le secteur à
ce sujet ? Que pense-t-elle des problèmes
rencontrés au sein du secteur ? La ministre
indexera-t-elle les salaires et supprimera-t-elle la
dérogation à la loi sur le travail ?
01.14 Anneleen Peeters (Nederlands): m alle
vragen
betreffende
het
cijfermateriaal
te
beantwoorden verwijs ik naar het rapport. Zo staat
de informatie betreffende de verdeling van de
werknemers over contracten van bepaalde en
onbepaalde duur op de bladzijden 48 en 49. De
kolom met het aantal werknemers geeft weer wie er
in de loop van het jaar minstens één keer actief
was. Het is ook mogelijk dat een werknemer
meermaals een contract van bepaalde duur had en
dan is overgegaan naar een contract van
onbepaalde duur. Die komt dan in beide kolommen
01.14 Anneleen Peeters (en néerlandais) : Je me
réfère au rapport pour toutes les questions portant
sur le matériel statistique. Ainsi, les informations
relatives à la répartition des travailleurs sous
contrats à durée déterminée et indéterminée
figurent aux pages 48 et 49. La colonne
comprenant le nombre de travailleurs indique ceux
qui ont été au moins actifs une fois dans le courant
de l'année. Si un même travailleur a eu à plusieurs
reprises un contrat à durée déterminée avant de
signer un contrat à durée indéterminée, il figurera
dans chacune des deux colonnes. Ainsi, les ASBL
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
voor. Zo waren er bij de vzw's 15.600 contracten
van onbepaalde duur en 7.500 van bepaalde duur.
In dat jaar waren er ongeveer 14.000 werknemers
aan het werk. Het is frappant voor het cijfer bij de
interims dat daar heel veel contracten van bepaalde
duur waren, maar toch waren er meer contracten
van onbepaalde duur ten opzichte van de vorige
jaren en was er dus een verbetering.
Rond het aspect verplaatsingen staat er informatie
op pagina 57. Er is expliciet gevraagd of de
werknemers
vergoedingen
krijgen
voor
woonwerkverkeer, werkverkeer of ook voor
verplaatsingen tussen de werkplaatsen.
ont employé 15.600 personnes sous contrat à durée
indéterminée et 7.500 sous contrat à durée
déterminée. Cette même année, environ 14.000
travailleurs ont été occupés. Il est étonnant de
constater, pour le chiffre relatif au travail intérimaire,
qu'il comprend un très grand nombre de contrats à
durée déterminée, même si l'on observe une
augmentation du nombre de contrats à durée
indéterminée par rapport aux années précédentes
et, partant, une amélioration de la situation.
Des informations relatives aux déplacements
figurent à la page 57. Il y est explicitement demandé
si les travailleurs sont indemnisés pour les
déplacements effectués entre le domicile et le lieu
de travail, pour les déplacements effectués pour les
besoins du travail ou pour les déplacements
effectués entre différents lieux de travail.
01.15 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): In het vorige
verslag zag men het aantal gepresteerde uren op
basis van het type bedrijf. Is het mogelijk over die
gegevens te beschikken? Bijna 20 procent werkt
minder dan halftijds. De grafiek op blz. 44 zou de
uren per type bedrijf moeten vermelden. Vorig jaar
beschikten we over die cijfers, waardoor we konden
opmerken dat de contracten van tien of dertien uur
allemaal in de uitzendarbeid zaten.
01.15 Zoé Genot (Ecolo-Groen!) : Le rapport
précédent mentionnait le nombre d'heures de
prestation en fonction du type d'entreprises. Est-il
possible de disposer de ces données ? Près de
20 % travaillent moins d'un mi-temps. Le graphique
page 44 devrait fournir les heures par type
d'entreprise. Ces chiffres étaient disponibles l'année
passée, ce qui permettait d'observer que les
contrats de dix heures ou de treize heures
relevaient tous du travail intérimaire.
Zou u ons die interessante cijfers kunnen
bezorgen?
Il serait intéressant de disposer des chiffres.
01.16 Anneleen Peeters, (Nederlands): Rond
aspecten van etniciteit staat er informatie op pagina
37. Er werd onderzocht of de werknemer Belg was
dan wel een andere nationaliteit had. Verder werd
er gevraagd of een van de ouders of twee van de
grootouders een nationaliteit van buiten de
Europese Unie bezat. Zo vonden we heel wat niet-
Belgen die echter wel een Europese etniciteit
hadden.
Inzake het inkomen werden er geen bijzondere
vragen gesteld.
Op de vraag of het rapport representatief was vindt
men een antwoord op pagina 127 en volgende. We
waren verplichte een schriftelijke bevraging te doen
via de Kruispuntbank en wij hadden dus geen
controle op wie antwoordde, maar we benaderen
zeer goed de RVA-gegevens.
01.16 Anneleen Peeters, (en néerlandais) : Des
informations relatives à l'origine ethnique sont
fournies en page 37. L'on a cherché à déterminer si
le travailleur était belge ou d'une autre nationalité.
Par ailleurs, les personnes interrogées ont été
invitées à préciser si l'un des parents ou deux des
grands-parents étaient d'une nationalité hors UE.
Nous avons ainsi pu déterminer que bon nombre de
non-Belges
avaient
une
origine
ethnique
européenne.
Aucune question particulière ne portait sur les
revenus.
Quant à la question du caractère représentatif du
rapport, vous y trouverez une réponse aux pages
127 et suivantes. Nous avons été contraints de
poser des questions écrites par le biais de la
Banque-Carrefour, et nous avions donc un contrôle
insuffisant des personnes qui y ont répondu. Mais
nous avons une bonne connaissance des données
ONEm.
Er werd ook gevraagd waarom er tijdens het jaar
zoveel erkende bedrijven waren en op het einde van
En outre, on s'est demandé pourquoi on a
dénombré autant d'entreprises agréées en cours
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
het jaar een stuk minder. Er waren inderdaad 222
ingetrokken erkenningen. In de eerste plaats
verliezen bedrijven die twaalf maanden inactief zijn
en geen cheques terugsturen, hun erkenning. Ook
kunnen er inbreuken vastgesteld zijn of ging het
maar om een tijdelijke erkenning.
In verband met de cijfers inzake schoonmaak en
strijken verwijs ik naar bladzijde 24. Het is namelijk
belangrijk om het verschil te maken tussen het
gemiddelde aantal werknemers per bedrijf en de
gemiddelde
activiteit
over
de
dienstenchequewerknemers heen. Bedrijven zoals
strijkateliers zijn exclusief bezig met deze activiteit
en dus werken 100 procent van hun werknemers in
het strijken. Gemiddeld gezien is 15 procent van de
bedrijven actief in het strijken buitenshuis. Over alle
werknemers heen valt dat percentage terug tot 4,5
procent. De meeste werknemers zijn actief in de
schoonmaak, namelijk 83 procent.
d'année et pourquoi ce chiffre était sensiblement
inférieur en fin d'année. L'explication réside dans le
retrait de 222 agréments. Premièrement, les
entreprises qui sont inactives pendant douze mois
et ne renvoient pas de titres perdent leur agrément.
Il se peut également que des infractions aient été
constatées ou que l'agrément était temporaire.
En ce qui concerne les chiffres relatifs au nettoyage
et au repassage, je renvoie à la page 24. Il est en
effet important d'établir une distinction entre le
nombre moyen de travailleurs par entreprise et
l'activité moyenne pour l'ensemble des travailleurs
du régime des titres-services. Les entreprises telles
que les ateliers de repassage se consacrent
exclusivement à cette activité et la totalité de leur
personnel est donc affectée aux services de
repassage. En moyenne, 15 % des entreprises sont
actives dans les services de repassage à l'extérieur.
Pour l'ensemble des travailleurs, ce pourcentage
retombe à 4,5 %. La plupart des travailleurs, soit
83 %, sont actifs dans le secteur du nettoyage.
Er zijn beduidend minder mannen dan vrouwen in
het stelsel, zowel aan de vraag- als aan de
aanbodzijde. Dat heeft te maken met de aard van
de job en de lonen. Veel gebruikers willen ook geen
man aan het werk in hun privéwoning, tenzij in
Brussel, waar er dubbel zoveel mannen zijn
tewerkgesteld als in Vlaanderen en Wallonië.
Wij besteedden een uitgebreid hoofdstuk aan de
opleidingen. Uit vorige evaluaties bleek al dat het
vooral om introducties voor de job gaat. Nu geven
we ook wat uitleg over het opleidingsfonds, maar
dat bevond zich in 2007 nog in een opstartfase.
Dans le régime des titres-services, il y a nettement
moins d'hommes que de femmes, tant du côté de la
demande que de l'offre. Ce déséquilibre est dû à la
nature des fonctions et aux salaires. En outre,
nombre d'utilisateurs ou d'utilisatrices préfèrent
qu'un homme ne travaille pas dans leur habitation
privée, sauf à Bruxelles où il y a deux fois plus
d'hommes employés dans le régime des titres-
services qu'en Flandre et en Wallonie.
Nous avons consacré un long chapitre aux
formations.
Des
évaluations
effectuées
antérieurement ont fait apparaître que ces
formations
consistent
essentiellement
en
présentations sommaires du travail à réaliser. À
présent, nous donnons aux travailleurs un mot
d'explications au sujet du fonds de formation mais
en 2007, ce fonds en était encore à ses premiers
balbutiements.
In hoeverre de wettelijke verplichtingen niet worden
nagekomen, valt uiteraard moeilijk rechtstreeks in
een enquête op te nemen. De heer Bonte gaf echter
terecht cijfers op.
Het probleem van werkloosheidsvallen komt sterker
naar voren dan in 2006. De scholingsgraad is
eerder een politieke discussie.
Onder het substitutie-effect kunnen verschillende
zaken worden verstaan. Wij gingen na hoeveel
gebruikers opgaven dat ze de activiteit die nu met
dienstencheques wordt uitgevoerd, vroeger zelf
uitvoerden, door zwartwerkers lieten uitvoeren of
Il est évidemment difficile d'intégrer directement
dans une enquête la question de savoir dans quelle
mesure les obligations légales ne sont pas
respectées. Mais M. Bonte a bien fait de citer des
chiffres.
Le problème des pièges à l'emploi est plus aigu
qu'en 2006. Quant au niveau de scolarisation, il
relève plutôt d'un débat politique.
La notion d'effet de substitution peut recouvrir
différentes choses. Nous avons tenté de savoir
combien d'utilisateurs ont déclaré qu'ils effectuaient
eux-mêmes, auparavant, le travail accompli
désormais avec des titres-services, qu'ils le
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
door een OCMW of mensen uit de reguliere sector.
In 2004 was het effect van de dienstencheques het
grootst met 12 procent substitutie. Daarna viel dat
terug tot 3 procent. Het is begrijpelijk dat het effect
sterkst is in het eerste jaar. De mensen die
daarvoor veel meer betaalden in het reguliere
circuit, stapten over naar de dienstencheques.
faisaient accomplir par des travailleurs au noir ou
par un CPAS, ou encore par des travailleurs du
circuit de travail régulier. C'est en 2004 que l'effet
des titres-services s'est fait le plus sentir puisque le
taux de substitution s'est élevé à 12 %. Puis ce taux
est retombé brutalement à 3 %. Que l'effet soit le
plus marqué la première année est compréhensible.
Les personnes qui payaient beaucoup avant dans le
circuit de travail régulier sont passées au régime
des titres-services.
01.17 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Op blz 63
onder tabel 28 staat 8 procent substitutie, zijnde het
aantal werknemers dat vroeger hetzelfde werk
deed, maar in een ander statuut. Er is dus
verwarring in de terminologie.
01.17 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : En page 63,
sous le tableau 28, figure le chiffre de 8 % de
substitution, soit le nombre de travailleurs qui
accomplissaient précédemment le même travail
mais sous un autre statut. Il y a donc une confusion
au niveau de la terminologie.
01.18 Anneleen Peeters : Via een subtiele
bevraging trachtten wij te weten te komen waarom
men van werk veranderde. We hebben mensen die
voordien betaald werk deden, gevraagd waarom ze
van
werk
waren
veranderd.
Als
antwoordmogelijkheid was opgenomen dat men
hetzelfde werk deed. Dat was een indicatie van het
substitutie-effect.
Zeven op tien mensen die vroeger zelf het
huishoudelijk werk deden, zouden dat nu opnieuw
doen. In een vorig rapport vroegen wij ook wat de
mensen
zouden
doen
als
het
dienstenchequesysteem zou worden afgeschaft.
Tien procent antwoordde dat ze het werk zouden
geven aan iemand zonder contract, 23 procent zou
overstappen naar zwartwerk.
01.18 Anneleen Peeters : Par le biais d'un subtil
questionnement, nous nous sommes efforcés de
savoir pourquoi l'on change de travail. Nous avons
demandé à des persoones qui effectuaient
précédemment un travail rémunéré pourquoi elles
avaient changé de travail. Parmi les possibilités de
réponse, il y avait l'accomplissement d'un travail
identique. C'était là une indication concernant l'effet
de substitution.
Sept personnes sur dix qui effectuaient le même
travail domestique feraient la même chose
aujourd'hui. Dans un rapport précédent, nous
avions également demandé ce que feraient les
gens dans l'hypothèse de la suppression du
système des titrees-services. Dix pour cent des
personnes interrogées avaient répondu qu'elles
confieraient le travail à quelqu'un sans contrat et 23
% qu'elles opteraient pour le travail au noir.
Gevraagd naar de motieven om uit het
dienstenchequesysteem te stappen, antwoordde 71
procent dat ze dat zelf beslisten. Voor 40 procent
was het systeem nooit meer dan een tijdelijke job
geweest en 34 procent had een andere job
gevonden. Op de derde plaats wordt als reden
opgegeven dat het werk fysiek te zwaar was en op
de vierde plaats staat ontevredenheid over het loon
en het soort werk. Slechts 5 procent gaf de
opeenvolgende korte contracten op als oorzaak om
eruit te stappen.
À la question de savoir pourquoi elles ont renoncé
au régime des titres-services, 71% des personnes
ont répondu avoir pris cette décision elles-mêmes.
Pour 40%, le système n'avait jamais été davantage
qu'un emploi temporaire et 34% avaient trouvé un
autre travail. La troisième raison invoquée est la
pénibilité du travail et, en quatrième place,
l'insatisfaction due au salaire et au type de travail.
Cinq pour cent seulement ont avancé comme motif
la succession de contrats de courte durée.
01.19 Stefaan Vercamer (CD&V - N-VA): Waar zij
ze naartoe?
01.19 Stefaan Vercamer (CD&V - N-VA) : Que
sont devenues ces personnes ?
01.20 Anneleen Peeters: Dat hebben wij niet
gevraagd. Daarover heb ik geen gegevens.
01.20 Anneleen Peeters : Cette question n'a pas
été posée et je n'ai pas d'informations sur le sujet.
01.21 Stefaan Vercamer (CD&V - N-VA):
Misschien is het een goed idee hun traject te volgen
01.21 Stefaan Vercamer (CD&V - N-VA) : Il serait
peut-être intéressant de suivre leur trajectoire et,
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
en zeker dat van de PWA'ers?
surtout, celle des travailleurs ALE ?
01.22 Anneleen Peeters: Dat zou kunnen door
gegevens van de kruispuntbank te koppelen.
01.22 Anneleen Peeters : Ce serait possible en
associant des données de la Banque-carrefour.
01.23 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): De sector van de
uitzendarbeid is de grootste werkgever met 28.000
werknemers. Daarvan hebben 22.000 een vast
contract en 6000 een contract van bepaalde duur.
Het gaat in totaal echter over zowat 858.000
contracten per jaar. Ik dacht dat dat dertig
contracten per werknemer betekende, maar nu
moet ik blijkbaar delen door 6000.
01.23 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : Le secteur du
travail intérimaire est le plus grand employeur, avec
28.000 travailleurs, dont 22.000 ont un contrat fixe
et 6000 un contrat de durée déterminée. Il s'agit de
858.000 contrats par an au total. Je pensais que
cela correspondait à trente contrats par employeur,
mais apparemment il convient d'utiliser 6000
comme diviseur.
01.24 Anneleen Peeters: Er is een dynamiek,
maar het is niet zo dat de 6000 mensen die nog
geen contract van onbepaalde duur hebben, die
858.000 contracten van bepaalde duur kregen. Heel
veel mensen hebben een contract van onbepaalde
duur gekregen.
01.24 Anneleen Peeters : Il existe une dynamique
mais les 6000 personnes qui ne disposent pas
encore d'un contrat à durée indéterminée n'ont pas
pour autant décroché ces 858.000 contrats à durée
déterminée. De nombreuses personnes ont obtenu
un contrat à durée indéterminée.
01.25 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Er is een
gemiddelde van dertig contracten van bepaalde
duur per werknemer.
01.25 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : La moyenne est
de trente contrats à durée déterminée par
travailleur.
01.26 Anneleen Peeters : Het kan niet anders dan
dat daar veel dag- en weekcontracten bij zijn.
01.26 Anneleen Peeters : De nombreux contrats
journaliers et hebdomadaires sont manifestement
compris dans ce chiffre.
01.27 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): En dat in de
uitzendarbeid het aantal tijdelijke contracten een
pak hoger moet liggen dan dertig per jaar.
01.27 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : Et dans le
secteur du travail intérimaire, le nombre de contrats
temporaires doit certainement être largement
supérieur à trente par an.
01.28 Maggie De Block (Open Vld): In de praktijk
werkt men zelfs met twee contracten per dag: een
voor de voormiddag en een voor de namiddag.
01.28 Maggie De Block (Open Vld) : Dans la
pratique, deux contrats par jour sont parfois
conclus, l'un pour le matin et l'autre pour l'après-
midi.
01.29 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): We moeten van
die absurde situatie afgeraken.
01.29 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : Il faut sortir de
cette situation absurde.
01.30 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Mogen wij de
huidige statistieken kennen inzake contracten die
minder dan een week of een week bestrijken?
01.30 Zoé Genot (Ecolo-Groen!) : Pourrions-nous
connaître les statistiques actuelles en matière de
contrats dont la durée est inférieure ou égale à une
semaine ?
01.31 Anneleen Peeters (Nederlands): Wij
beschikken niet over in- en uitstroomcijfers. De
vorige jaren hebben wij die cijfers gevraagd aan de
bedrijven, maar omdat zij andere criteria hanteren
over wat instroom en wat uitstroom is, waren ze niet
bruikbaar. Daarom hebben wij nu alleen materiaal
van de RVA gebruikt. Gezien het hoge aantal, kan
het niet anders dan om week- en dagcontracten
gaan.
01.31 Anneleen Peeters (en néerlandais) : Nous
ne disposons pas de chiffres relatifs aux entrées et
aux départs. Pour les années précédentes, nous
avons demandé ces chiffres aux entreprises mais
celles-ci appliquent d'autres critères pour les
entrées et les départs et leurs chiffres n'étaient
donc pas utilisables. Nous nous sommes dès lors
fondés exclusivement sur des chiffres de l'ONEM.
Étant donné le nombre élevé de contrats, il ne peut
s'agir que de contrats journaliers et hebdomadaires.
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
01.32 Minister Joëlle Milquet (Frans): De
voorgestelde evaluatie ­ en ik feliciteer de auteur en
IDEA Consult voor het kwaliteitswerk dat ze hebben
afgeleverd ­ toont aan dat er ondanks imperfecties
in het systeem reden tot tevredenheid is: 87.000
personen werden aan het werk gezet en we halen
60 procent contracten van onbepaalde duur. Het
systeem
is
een
goede
zaak
voor
de
werkgelegenheid, voor de diensten, voor de strijd
tegen zwartwerk. Ik ben dan ook van plan dat
systeem te bestendigen en het te versterken. Ik zal
daarbij een en ander verbeteren in een goed
beheerst kader van uitgaven en strengere controle
op de bedrijven.
01.32 Joëlle Milquet, ministre (en français) :
L'évaluation présentée, pour la qualité de laquelle je
félicite l'auteur et IDEA Consult, démontre qu'en
dépit des imperfections du système, il y a lieu de
nous réjouir : 87.000 personnes ont été mises à
l'emploi et nous sommes arrivés à 60 % de contrats
à durée indéterminée. Le système est positif pour
l'emploi, pour les services, pour la lutte contre le
travail au noir. J'entends le pérenniser et le
renforcer tout en l'améliorant dans un cadre
maîtrisé de dépenses et de contrôle renforcé des
entreprises.
(Nederlands) De RVA werkt aan een ontwerp voor
de begroting van 2009. Er zal waarschijnlijk een
verhoging nodig zijn, maar het precieze bedrag kan
ik nog niet meedelen.
Deze maatregel kost de overheid veel geld. Er zijn
daarom maatregelen nodig om te verzekeren dat
het geld goed wordt gebruikt. Onze accenten liggen
bij
de
controle
van
de
bedrijven
en
fraudebestrijding. Ook wordt de winstmarge van het
dispositief onderzocht.
(En néerlandais) L'ONEM prépare un projet pour le
budget de 2009. Une augmentation sera sans doute
nécessaire mais je ne peux vous communiquer le
montant exact à ce jour.
Cette mesure coûte cher aux pouvoirs publics. Des
initiatives doivent dès lors être prises pour garantir
que les fonds sont utilisés à bon escient. Nous
mettons l'accent sur le contrôle des entreprises et la
lutte contre la fraude. La marge bénéficiaire du
dispositif est également examinée.
(Frans) We gingen na wat de beste manier zou zijn
om de winstmarges te analyseren en beslisten
uiteindelijk om met de Nationale Bank in zee te
gaan, waarvan het rapport in de loop van de
volgende weken wordt ingewacht.
Voor de begroting 2008 bedragen de kosten,
zonder de terugverdieneffecten, 538 miljoen. We
gaan na welke bijkomende middelen beschikbaar
zijn
met
het
oog
op
een
eventuele
begrotingsaanpassing, en we zullen de begroting
2009 voorbereiden. Wat de meer technische vragen
met betrekking tot de fraude en de controle betreft,
blijkt uit de cijfers dat de dienst zeer actief is.
Met betrekking tot de overgang van het PWA-
statuut naar de dienstenchequeregeling en het
verbod voor personen vanaf vijftig jaar werd het
advies van de sociale partners ingewonnen, die
echter niet op één lijn zitten. Ook de vraag of die
bepalingen in een wet of in een koninklijk besluit
moeten worden ingeschreven kwam aan bod. Op
de begroting 2008 werd een bedrag van vijftien
miljoen euro uitgetrokken. Een deel daarvan kan
worden gefinancierd door middel van de besparing
die
kon
worden
gerealiseerd
dankzij
de
totstandkoming van het akkoord over het educatief
verlof.
Voor
het
overige
bespreken
we
de
(En français) Nous avons cherché à déterminer la
meilleure
manière
d'analyser
les
marges
bénéficiaires et nous avons finalement choisi de
travailler avec la Banque nationale, qui rendra son
rapport dans les prochaines semaines.
Pour le budget 2008, le coût sans les effets retour
s'élève à 538 millions. Nous analysons les moyens
complémentaires pour un éventuel ajustement et
nous allons préparer le budget 2009. Pour répondre
aux questions plus techniques relatives aux fraudes
et au contrôle, les chiffres prouvent que le service
travaille activement.
En ce qui concerne le transfert du personnel ALE
vers le système des titres-services et l'interdiction
pour les cinquante ans et plus, un avis a été
demandé aux partenaires sociaux, qui ne sont pas
unanimes. Une discussion a également lieu pour
déterminer si ces dispositions doivent faire l'objet
d'une loi ou d'un arrêté royal. Quinze millions
d'euros ont été prévus dans le budget 2008, dont
une partie pourra provenir de l'économie réalisée
grâce à l'accord sur le congé-éducation.
Pour le reste, nous discutons de l'ajustement
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
begrotingsaanpassing 2008. De redenen van de
terughoudendheid
met
betrekking
tot
een
automatische regeling zijn u bekend. Het is de RVA
die zorgt voor de informatie, de sensibilisatie en de
omkadering.
budgétaire 2008. Vous connaissez la raison des
réticences face à un système automatique en la
matière. Par ailleurs, l'ONEm travaille sur toutes les
mesures d'information, de sensibilisation et
d'encadrement.
(Nederlands) De inflatie is dit jaar uitzonderlijk hoog.
Ik waak erover dat de lonen van de
dienstenchequeswerknemers
ook
worden
geïndexeerd. Dat gebeurde al twee keer: in januari
met 28 cent en in mei-juni met 22 cent. Ik wil de
indexaanpassing structureel maken door een
systematische indexering van het deel dat de
onderneming ontvangt. Dat is een van mijn eisen bij
de begrotingsopmaak van 2009. De kosten daarvan
worden geraamd op 30 miljoen euro.
(En néerlandais) L'inflation atteint cette année des
sommets. Je veillerai à ce que les salaires des
travailleurs titres-services soient indexés. Cela a
déjà été le cas à deux reprises : en janvier, de 28
cents et en mai-juin, de 22 cents. Je souhaite
conférer un caractère structurel à l'indexation en
indexant systématiquement la partie que reçoit
l'entreprise. Il s'agit de l'une de mes exigences dans
le cadre de l'élaboration du budget 2009. Le coût de
la mesure est estimé à 30 millions d'euros.
01.33 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): In september of
oktober 2008 zou er een derde indexering nodig
zijn. De minister spreekt hier over de begroting van
2009, maar ik zou hierover graag een budgettaire
beslissing zien vallen voor 15 juli.
01.33 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : Une troisième
indexation serait nécessaire en septembre ou
octobre 2008. La ministre évoque ici le budget 2009
mais j'aimerais qu'une décision budgétaire soit
prise en cette matière avant le 15 juillet.
01.34 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Als er
in de herfst een nieuwe indexering nodig is, zal die
er komen. Ik zal daarover spreken met de sociale
partners. Als het budget niet volstaat, zal daarvoor
een oplossing worden gezocht. Daarvoor engageer
ik mij. Dit is trouwens een van de punten waarover
wordt gediscussieerd in het kader van de begroting
van 2008.
01.34 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais) : Si
une nouvelle indexation devait s'avérer nécessaire
à l'automne, elle sera appliquée. J'aborderai la
question avec les partenaires sociaux. Si le cadre
budgétaire ne suffit pas, nous trouverons une
solution. Je m'y engage. C'est d'ailleurs l'un des
points qui a été abordé dans le cadre des
discussions concernant le budget 2008.
Voorzitter: mevrouw Sonja Becq.
Présidente: Mme Sonja Becq.
(Frans)
Wat
de
kwaliteit
van
de
arbeidsovereenkomsten en de werkloosheidsvallen
betreft, vormt het besluit dat vandaag in werking is
getreden, een maatregel die voor personen die
halftijds werken 147 euro netto per maand kan
opleveren.
Door
de
wijziging
van
de
inkomensgarantie-uitkering en de mogelijkheid om
de werkbonus te laten meetellen krijgt iemand die
halftime werkt, een hoger inkomen. Het systeem
laat een kleine differentie toe, die kan bijdragen tot
het tegengaan van de werkloosheidsvallen. Dat
geldt voor sommige deeltijdwerkers in de
dienstenchequeregeling die opgenomen zijn in de
inkomensgarantie-uitkeringsregeling.
(En français) En ce qui concerne la qualité des
contrats de travail et les pièges à l'emploi, l'arrêté
qui est entré en vigueur aujourd'hui est une mesure
qui peut générer 147 euros nets par mois pour les
travailleurs à mi-temps. La modification de
l'allocation de garantie de revenu et la possibilité de
comptabiliser le bonus à l'emploi aboutissent à une
augmentation pour un travailleur à mi-temps. Le
système permet un petit différentiel qui contribue à
lutter contre les pièges à l'emploi. Cela s'applique à
certains des travailleurs à temps partiel du système
des titres-services qui sont intégrés dans le
système d'allocation de garantie de revenu.
(Nederlands) De sociale partners hebben een
werkgroep opgericht die zich buigt over de kwaliteit
van de arbeidscontracten. De werkgroep zal eind
augustus de laatste keer samenkomen en
conclusies formulieren. Ik wacht op deze
voorstellen.
Het is noodzakelijk om de kwaliteit van de
contracten te verbeteren en bepaalde afwijkingen
(En néerlandais) Les partenaires sociaux ont mis
sur pied un groupe de travail qui s'occupe de la
qualité des contrats de travail. Ce groupe de travail
se réunira pour la dernière fois à la fin du mois
d'août et formulera des conclusions. J'attends ces
propositions.
Il est indispensable d'améliorer la qualité des
contrats et de permettre certaines dérogations,
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
toe te laten, zoals het toelaten van minder
gepresteerde uren of de periode wijzigen waarna
een werkgever verplicht een contract onbepaalde
duur moet aanbieden. Ik denk er ook aan om de
ondernemingen
te
verplichten
om
een
omkaderingslid aan te werven per twintig of dertig
werknemers.
comme autoriser laréduction des heures de
prestation ou la modification de la période au terme
de laquelle l'employeur est tenu de proposer un
contrat à durée indéterminée. J'envisage également
d'obliger les entreprises à recruter un collaborateur
chargé de l'encadrement du personnel par tranche
de vingt à trente travailleurs.
(Frans) We moeten er tevens voor zorgen dat de
terugbetalingen voor het woon-werkverkeer effectief
plaatsvinden.
Aan de hand van de conclusies die ons eind
augustus zullen worden meegedeeld, zullen we
verschillende voorstellen kunnen formuleren met
betrekking tot de kwaliteit van de desbetreffende
contracten.
(En français) Nous devons aussi nous assurer du
respect des remboursements entre le domicile et le
lieu de travail.
Grâce
aux
conclusions
qui
nous
seront
communiquées fin août, nous pourrons faire
différentes propositions relatives à la qualité des
contrats en la matière.
(Nederlands) Ik wil het in de toekomst mogelijk
maken dat mensen met een laag inkomen en die
recht
hebben
op
een
sociaal
tarief,
dienstencheques tegen 5 euro kunnen aankopen.
Ook eenoudergezinnen zouden bepaalde privileges
moeten krijgen. Ik onderzoek daarvoor op dit
moment nog de mogelijkheden, rekening houdend
met de budgettaire ruimte.
(En néerlandais) Je voudrais permettre à l'avenir
aux personnes à bas revenus et ayant droit au tarif
social, d'acheter des titres-services au prix de 5
euros. Les familles monoparentales devraient
également pouvoir bénéficier de certains privilèges.
J'examine actuellement les possibilités en la
matière, compte tenu de la marge de manoeuvre
budgétaire.
(Frans) Op dat punt zijn er verschillende
denksporen, zoals dat van de heer Bonte of de
denkpiste die deel zal uitmaken van het plan ter
bestrijding van de armoede, namelijk een sociale
dienstencheque met een nettokostprijs van 5 euro
voor bepaalde categorieën van personen. Men zou
kunnen denken aan een voordeligere kostprijs voor
eenoudergezinnen of voor bepaalde inkomens. Ik
ben voorstander van een dergelijk systeem, maar
wij hebben op dat punt geen politiek akkoord
kunnen
bereiken.
Er
rest
ons nog het
belastingkrediet, wat beter is dan niets.
De OCMW's zouden ook dienstencheques kunnen
kopen en ze op grond van bepaalde criteria aan
bepaalde categorieën van mensen die in
moeilijkheden verkeren kunnen geven. Die mensen
zouden dan over gratis dienstencheques of
dienstencheques van 1, 2, 3, 4 of 5 euro maximum
kunnen beschikken.
Het is belangrijk dat er wordt samengewerkt met de
OCMW's die, dankzij de rol die ze vervullen, een
duidelijk inzicht hebben in de doelgroepen, maar die
enkel autonoom zullen kunnen werken indien ze
over een financiële dienst beschikken. De sociale
dimensie van de dienstencheques is van kapitaal
belang om de kritiek volgens welke zij enkel voor
bepaalde
inkomenscategorieën
dienen,
te
weerleggen. Wij moeten oog hebben voor de
personen met een beperkte mobiliteit, de
(En français) Sur ce point, différentes pistes se
présentent, comme celle de M. Bonte ou celle qui
fera partie du plan de lutte contre la pauvreté, à
savoir comment avoir un chèque-service social d'un
coût net de 5 euros pour un type particulier de
personne. On pourrait envisager un coût plus
intéressant pour les familles monoparentales ou
pour certains revenus. Je suis favorable à un tel
système mais nous n'avons pas eu d'accord
politique sur ce point. Il nous reste le crédit d'impôt,
ce qui est mieux que rien.
Les CPAS pourraient aussi acheter des titres-
services pour les donner, en fonction de certains
critères, à un public cible en difficulté, bénéficiant
ainsi de titres-services gratuits ou de 1, 2, 3, 4 ou 5
euros maximum.
Il est important de collaborer avec les CPAS qui,
par leur rôle, ont une vision claire des groupes
cibles, mais qui ne pourront travailler de manière
autonome que moyennant un service financier. La
dimension sociale des titres-services est capitale
pour éviter la critique selon laquelle ils ne servent
qu'à certaines catégories de revenus. Nous devons
penser aux personnes à mobilité réduite, aux
personnes âgées dépendantes, aux familles dans la
précarité, aux femmes seules.
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
afhankelijke bejaarden, de kansarme gezinnen en
de alleenstaande vrouwen.
Naar aanleiding van het verslag dat zal worden
voorgesteld, zullen er voor 2009 voorstellen worden
geformuleerd, en daarbij zal er bijzondere aandacht
uitgaan naar de eenoudergezinnen.
A la suite du rapport qui sera présenté, des
propositions seront formulées pour 2009, en
accordant une attention importante aux familles
monoparentales.
(Nederlands) Het aantal controles zal worden
opgevoerd en de controles zullen ook verfijnd
worden dankzij een samenwerking met de
inspectiediensten en door het organiseren van een
automatische gegevensuitwisseling. Ik heb aan de
staatssecretaris voor Fraudebestrijding gevraag dit
punt op te nemen in zijn actieplan.
(En néerlandais) Le nombre de contrôles sera
augmenté et ils seront également affinés, grâce à
une collaboration avec les services d'inspection et à
l'organisation d'un échange automatique de
données. J'ai demandé au secrétaire d'État à la
Coordination de la lutte contre la fraude d'inscrire ce
point dans son plan d'action.
(Frans) Morgen komt het College voor de strijd
tegen de fiscale en sociale fraude voor het eerst
bijeen. Er zal een actieplan worden voorgesteld. Ik
heb de nadruk gelegd op een verscherping van de
controles. Naast de nieuwe voorwaarden die door
de regelgeving worden voorgeschreven, moet er
werk worden gemaakt van een vergelijking van de
gegevens van de verschillende diensten, teneinde
lacunes aan te vullen. Daartoe worden diverse
maatregelen uitgewerkt.
(En français) La première réunion du Collège contre
la fraude sociale et fiscale se tiendra demain et un
plan d'action sera présenté. J'ai mis l'accent sur un
renforcement des contrôles. Au-delà des nouvelles
conditions imposées par la réglementation, nous
allons essayer de croiser les données manquantes
en impliquant différents services. À cette fin,
diverses mesures sont précisées.
(Nederlands) We hebben een KB uitgevaardigd om
de controles te verbeteren, door een cheque per
gepresteerd uur toe te laten. We zullen een nieuw
KB uitvaardigen om de voorwaarden voor
toekenning, opschorting en intrekking van de
toelating strenger te maken. Ik wacht nog op een
advies van de inspecteur van Financiën, alvorens
het voor te leggen aan de ministerraad.
(En néerlandais) Nous avons pris un arrêté royal
visant à améliorer les contrôles en autorisant un
titre par heure de prestation. Nous promulguerons
un nouvel arrêté royal visant à renforcer les
conditions d'octroi, de suspension et de retrait de
l'autorisation. J'attends encore un avis de
l'inspecteur des finances avant de le soumettre au
conseil des ministres.
(Frans) Een koninklijk besluit bevat diverse
aanvullende bepalingen ter verduidelijking van de
voorwaarden voor de onmiddellijke intrekking en de
opschorting, op voorwaarde dat de onderneming
zich binnen zes maanden naar de wetgeving en
reglementering schikt.
Bij het begin van het politieke jaar zullen we de
maatregelen in verband met de erkenning en de
controles, zowel voor de PWA's als voor de
dienstenchequebedrijven die geen PWA zijn,
aanscherpen. We zijn van plan nog werk te maken
van de controle van de winstmarges, de
aanscherping van de erkenningsvoorwaarden, de
controle daarop en de algemene versterking van de
controle en de coördinatie.
(En français) Un arrêté royal prévoit diverses
dispositions complémentaires pour clarifier les
conditions de retrait immédiat et de retrait avec
sursis, si l'entreprise se conforme à la législation et
la réglementation dans les six mois.
Pour la rentrée politique, nous travaillerons sur un
renforcement des mesures d'agrément et des
contrôles, tant pour les ALE que pour les
entreprises
titres-services,
non-ALE.
Nous
prévoyons d'avancer encore pour le contrôle des
marges bénéficiaires, le renforcement des
conditions d'agrément, le contrôle de celles-ci ou le
renforcement général du contrôle et de la
coordination.
Wij zijn bereid om de opleidingsverplichtingen aan
te scherpen. Wij zullen het opleidingsfonds
`dienstencheques' evalueren in het perspectief van
de sociaalprofessionele inschakeling.
Nous sommes prêts à renforcer les obligations de
formation. Nous évaluerons le fonds de formation
« titres-services », dans la perspective de l'insertion
socioprofessionnelle.
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
(Nederlands) Ik heb al een aantal vergaderingen
georganiseerd over de uitbreiding van de
dienstencheques
met
de
verschillende
vertegenwoordigers van de sector, ook van de
privésector. Er worden vijf verschillende denksporen
besproken, zowel alternatieve als cumulatieve
denksporen om de werkgelegenheid in deze sector
uit te breiden.
(En néerlandais) J'ai déjà organisé une série de
réunions sur l'extension des titres-services avec les
différents représentants du secteur, y compris le
secteur privé. Cinq pistes, tant alternatives que
cumulatives, sont examinées pour développer
l'emploi dans ce secteur.
(Frans) Er zijn verschillende mogelijke denksporen.
We zouden artikel 10bis van de wet op de
dienstencheques optimaal kunnen gebruiken.
Volgens dat artikel kunnen de Gewesten en
Gemeenschappen
verschillende
activiteiten
plannen. Desgevallend zal er een oplossing dienen
te worden gevonden voor Brussel. Er zijn
discussies aan de gang over de eventuele
bevoegdheden inzake werkgelegenheid die nader
moeten worden afgebakend. Rijst dan de vraag of
die problematiek moet geregeld worden in een
ruimer samenwerkingskader of in het kader van de
Gewesten.
Een andere piste was een vermindering van de
werkgeversbijdragen voor banen in de sector van
de kinderopvang gekoppeld aan de verplichting om
het geld dat daardoor vrijkomt aan te wenden voor
het scheppen van nieuwe banen in de
buitenschoolse opvang. In het kader van het debat
over het eerste pakket, zou men ook kunnen
nagaan hoe nieuwe activiteiten kunnen worden
ontwikkeld die zich lenen tot de kinderopvang thuis.
(En français) Différentes pistes sont possibles. On
pourrait optimaliser l'article 10bis de la loi sur les
titres-services selon laquelle les Régions et les
Communautés peuvent prévoir des activités
différentes. Le cas échéant, il faudra trouver une
solution pour Bruxelles. Des discussions sont en
cours sur les éventuelles compétences à préciser
en matière d'emploi. Pourrait se poser la question
de savoir si cette problématique doit être réglée
dans un cadre de coopération plus général ou dans
le cadre des Régions.
Il a également été envisagé de prévoir une
réduction des charges patronales pour les emplois
dans le secteur de la petite enfance avec une
obligation de reconvertir les marges dégagées dans
la création d'emplois pour l'accueil extra-scolaire.
Dans le cadre du débat sur le premier paquet, on
pourrait également voir comment dégager de
nouvelles activités susceptibles d'assurer la garde
d'enfants à domicile.
Als de uitbreiding van de dienstencheques tot de
kinderopvang ter tafel komt, moeten wij daarvoor
een specifieke regeling uitwerken: specifieke
controle-, coördinatie- en organisatievoorwaarden,
om de privatisering van de kinderopvang te
vermijden. Vervolgens is het zaak in specifieke
opleidingen te voorzien. De omkadering van de
betrokken werknemers of werkneemsters zal
eveneens gereglementeerd worden. Dat stelsel
moet voorts aanleunen bij de arbeid van
onthaalouders, en we zullen ons moeten buigen
over de verzekeringskwesties in geval van
arbeidsongeval. De kosten mogen niet hoger liggen
dan de zwarte prijzen.
Het gaat hier om informele pistes, waarover de
sociale partners nu aan het discussiëren zijn. Deze
week moeten zij ons meer technische gegevens
aanreiken.
Si nous devions aborder l'extension des titres-
services, la spécificité se traduirait notamment dans
les conditions de contrôle, de coordination et
d'organisation en vue d'éviter la privatisation du
secteur de la petite enfance. Il s'agirait ensuite
d'instaurer des formations précises. L'encadrement
des travailleurs sera aussi réglementé. Il faudra que
ce système se rapproche du travail de gardienne à
domicile et il conviendra de se pencher sur les
questions d'assurances en cas d'accident de travail.
Quant au coût, il importera d'éviter de dépasser le
coût du travail au noir.
Il s'agit de pistes informelles dont les partenaires
sociaux sont en train de discuter. Ces derniers
devront nous apporter des éléments plus
techniques cette semaine.
(Nederlands) Voor volgende week plan ik officiëlere
onderhandelingen met de vertegenwoordigers van
de Gemeenschappen. We zullen zien of een
akkoord tegen 15 juli of later mogelijk is.
Verschillende denksporen kunnen elkaar daarbij
aanvullen, uiteraard met de nodige waarborgen
inzake onder meer vorming en toezicht.
(En néerlandais) Je prévois pour la semaine
prochaine des négociations plus officielles avec les
représentants des Communautés. Nous verrons si
un accord peut être conclu d'ici au 15 juillet ou
ultérieurement. Plusieurs pistes peuvent se
compléter, étant entendu que les garanties
nécessaires doivent être offertes en termes de
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
formation et de contrôle, notamment.
(Frans) Er waren ook vragen van een meer
technische aard met betrekking tot de organisatie
van het elektronische systeem. Momenteel
vertegenwoordigt
dit
14
procent.
Sodexho
onderzoekt hoe het systeem vereenvoudigd kan
worden. Tot nu toe werden er in dit verband geen
klachten ingediend bij de RVA.
(En français) Il y avait aussi des questions plus
techniques concernant l'organisation du système
électronique. On en est à 14 % actuellement.
Sodexho analyse une simplification du système.
Jusqu'à présent, il n'y a pas eu de plainte à ce sujet
au niveau de l'ONEM.
(Nederlands) Wat het traject van de mensen betreft
die uit het stelsel stappen, beschikken we
momenteel niet over precieze informatie, maar die
gegevens zullen we wel inzamelen, gezien het
belang ervan.
(En néerlandais) En ce qui concerne le trajet des
personnes qui quittent le système, nous ne
disposons actuellement pas d'informations précises
mais nous collecterons ces données, eu égard à
leur importance.
01.35 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro): Ik waardeer de
conclusie van de minister dat aanpassingen nodig
zijn om de kwaliteit van het werk en van de
contracten te verhogen. Zo moeten we de
uitzendsector
ertoe
aanzetten
om
sneller
volwaardige contracten aan te bieden. De minister
hecht terecht veel belang aan de indexering van de
lonen, maar voor de aanpassing van de lonen in
september-oktober is er geen budget. Ook wordt
geen verhoging aangekondigd van de bijdrage van
de ondernemingen. Dat alles verontrust mij
behoorlijk. Voor de eenoudergezinnen bestaan er
meerdere goede denksporen en een globale
aanpak samen met de staatssecretaris voor
Armoedebestrijding zou inderdaad een goede zaak
zijn. Dit moet snel gebeuren.
01.35 Hans Bonte (sp.a+Vl.Pro) : J'apprécie la
conclusion de la ministre qui estime que des
adaptations sont nécessaires pour renforcer la
qualité du travail et des contrats. Nous devons
notamment inciter le secteur intérimaire à proposer
plus rapidement des contrats à part entière. La
ministre
attache,
à
juste
titre, beaucoup
d'importance à l'indexation des salaires mais aucun
budget n'est disponible pour l'adaptation des
salaires
en
septembre-octobre.
Aucune
augmentation de la contribution des entreprises
n'est par ailleurs annoncée. Cette situation
m'inquiète fortement. Il existe plusieurs pistes de
réflexion
intéressantes
pour
les
familles
monoparentales et je me félicite qu'une approche
globale avec le secrétaire d'État à la lutte contre la
pauvreté soit envisagée. Il faut agir rapidement.
Het voornemen van de minister om een strakkere
controle uit te voeren ter bestrijding van de sociale
fraude is legitiem, zeker in deze sector. Het gaat
tenslotte om overheidsgeld. De minister zegt geen
klachten te hebben ontvangen over de nieuwe
uitgiftemaatschappij, die cruciaal is in de strijd tegen
bepaalde scheeftrekkingen en die over zeer veel
gegevens beschikt om het stelsel beter te
controleren en de regelgeving beter te doen
toepassen. Ik heb daarover wel andere berichten
ontvangen, maar zal dit nader toelichten in een
schriftelijke vraag. Verder is er vreemd genoeg niets
gezegd over Brussel, hoewel de volledige
collectieve sector aldaar - gemeentebesturen,
OCMW's en PWA's - niet actief is op het terrein van
dienstencheques. Hoe valt dat te verklaren?
L'intention de la ministre de renforcer les contrôles
dans le cadre de la lutte contre la fraude sociale est
très certainement légitime, surtout dans ce secteur.
Il s'agit en fin de compte des deniers publics. La
ministre affirme n'avoir pas reçu de plaintes de la
nouvelle société émettrice. Celle-ci a un rôle très
important à jouer pour éviter certaines dérives. Elle
dispose par ailleurs de nombreuses données pour
mieux contrôler le système et pour mieux faire
appliquer la réglementation. J'ai reçu d'autres
signaux à ce sujet mais j'évoquerai plus avant ce
problème dans le cadre d'une question écrite. Par
ailleurs, rien n'a été dit à propos de Bruxelles, alors
que
l'ensemble
du
secteur
collectif
­
administrations communales, CPAS et ALE ­ n'y
est pas actif dans le domaine des titres-services.
Comment expliquer cette situation ?
De minister volgt nogal wat denksporen die allemaal
wel legitiem zijn in het raam van de
maatschappelijke noden, maar die volgens mij
ingewikkeld worden wanneer men ze beschouwt
vanuit de bevoegdheidsverdelingen. Het is wat
vreemd dat een derde van de cheques naar
La ministre explore bon nombre de pistes de
réflexion qui sont certes légitimes à la lueur des
besoins de société mais qui, à mes yeux,
présentent une grande complexité si on les
considère sous l'angle des répartitions de
compétences. Il est quelque peu étrange qu'un tiers
01/07/2008
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
senioren gaat, met een groeiend aandeel van de
80-plussers als gebruikers. In dat licht is het
belangrijk dat elke instantie zijn bevoegdheid ter
zake opneemt, zowel inhoudelijk als financieel. Per
slot van rekening is het niet aan de federale
overheid, de RSZ en de dienstencheques om zaken
op
te
lossen
die
uiteindelijk
zuivere
gemeenschapsbevoegdheden
zijn.
Daarover
moeten wij een fair debat kunnen voeren. De
minister moet dus ook de nodige aandacht
schenken aan voorafgaandelijk overleg met de
Gemeenschappen, alvorens verder in te gaan op
deze mooie denksporen.
des chèques soient distribués aux seniors, et que
dans ce groupe la part des personnes âgées de
plus de 80 ans est en augmentation. Dans ce
contexte, il importe que chaque instance assume
ses responsabilités en la matière, tant du point de
vue du contenu que financièrement. En fin de
compte, il n'appartient pas aux autorités fédérales,
à l'ONSS et aux titres-services de résoudre des
problèmes qui constituent des compétences
purement communautaires. Nous devons pouvoir
mener un débat courtois et constructif à ce propos.
La ministre doit dès lors également consacrer une
attention suffisante à la concertation préalable avec
les Communautés, avant de poursuivre l'exploration
de ces pistes de réflexion séduisantes.
01.36 Florence Reuter (MR): Mevrouw de minister,
ik treed u bij wat betreft de denkpistes in verband
met de uitbreiding van de dienstencheques tot de
buitenschoolse kinderopvang, waarbij concurrentie
met
de
collectieve
opvangvoorzieningen
(kinderdagverblijven, onthaalouders)
vermeden
moet worden. Van een privatisering van de
kinderopvang kan en mag er evenwel geen sprake
zijn. Maar mijns inziens heeft de privésector wel
degelijk een plaats in dat domein.
Het stemt me tevreden dat er vooruitgang geboekt
wordt op het stuk van buitenschoolse opvang,
dankzij de dienstencheques of andere oplossingen.
Dat er opleidingen verstrekt worden en dat er niet
geconcurreerd
wordt
met
de
bestaande
voorzieningen, is uiteraard van fundamenteel
belang.
01.36 Florence Reuter (MR) : Madame la
ministre, je vous rejoins sur les pistes en matière
d'extension de titres-services à la garde d'enfants
extra-scolaire, tout en évitant la concurrence avec
les milieux d'accueil collectif (crèches, gardiennes
encadrées). L'expression « privatisation de la petite
enfance » fait bondir. Pour moi, le secteur privé a
bien sa place dans ce domaine.
Je suis heureuse qu'on avance en matière d'accueil
extra-scolaire, grâce aux titres-services ou à toute
autre solution. La formation et la non-concurrence
avec les structures existantes sont évidemment
fondamentales.
01.37 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Zo'n 4,6 procent
van de mensen werken voltijds buitenshuis, wat
betekent dat men er steeds minder in slaagt rond te
komen met één loon.
Wat de afwijkingen voor herintredende vrouwen
betreft, vragen heel wat bedrijven die vrouwen om
een document te ondertekenen om met hen te
blijven werken. Wanneer ze dat document
ondertekenen, blijven ze echter vastzitten aan de
regeling voor herintredende vrouwen en kunnen ze
geen voordeliger regeling genieten. De mensen zijn
slecht geïnformeerd.
Het verwondert me dat 39 procent van de bedrijven
zegt dat ze niet voldoende gekwalificeerde
werknemers kunnen vinden. Over welk soort
beroepskwalificaties moet men dan beschikken?
Tijdens de ontmoetingsdagen met de actoren van
de strijd tegen de armoede ging het federale
armoedeplatform
vrij
uitvoerig
in
op
de
dienstencheques. Worden die actoren ook bij de
01.37 Zoé Genot (Ecolo-Groen!) : Quelque 4,6 %
des gens travaillent à temps plein à l'extérieur, ce
qui veut dire que de plus en plus de personnes
n'arrivent pas à survivre avec un salaire.
Pour les dérogations pour les femmes rentrantes,
nombre d'entreprises demandent à ces femmes de
signer un document pour continuer à travailler avec
elles. Mais en signant ce document, ces femmes
restent dans le système des femmes rentrantes et
ne bénéficient pas d'un système plus favorable. Les
gens sont mal informés.
Je suis étonnée de voir que 39 % des entreprises
invoquent le manque de qualification pour expliquer
la difficulté à trouver des travailleurs. De quel genre
de qualifications s'agit-il ?
Lors des journées de rencontre avec les acteurs de
la lutte contre la pauvreté, la plate-forme fédérale
pauvreté a évoqué assez longuement les titres-
services. Dans le cadre de l'évaluation actuelle, ces
CRABV 52
COM 281
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
aan gang zijnde evaluatie betrokken?
Wat de kwaliteit van die banen betreft, moet er op
zijn minst een eind worden gemaakt aan de
afwijkingen, met name wat de overeenkomsten van
minder dan een derde tijd betreft, of het feit dat
verschillende opeenvolgende overeenkomsten van
bepaalde duur worden toegelaten zonder dat er een
overeenkomst van onbepaalde duur moet worden
voorgesteld. Men zou beter contracten voorstellen
van minstens één maand. Indien zulks niet tot de
mogelijkheden behoort, kan dan niet worden
gedacht aan een gedifferentieerde financiering van
de bedrijven op grond van de kwaliteit van de banen
die ze aanbieden?
acteurs ont-ils leur place ?
En ce qui concerne la qualité des emplois, le
minimum est de mettre fin aux dérogations,
notamment celles des contrats de moins d'un tiers-
temps ou le fait de pouvoir cumuler une série de
contrats à durée déterminée sans proposer un
contrat à durée indéterminée. Il serait plus
souhaitable de proposer des contrats de travail de
minimum un mois. Sinon, ne pourrait-on réfléchir à
un financement différencié des entreprises en
fonction de la qualité des emplois proposés ?
01.38 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Het is positief
dat de minister aandacht heeft voor de kwaliteit van
de arbeidsovereenkomst. Ik begrijp ook dat er einde
augustus voorstellen van de sociale partners zullen
klaarliggen. De versterking van de controle zal ook
geen groot probleem vormen. De financiering is
minder duidelijk.
01.38 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : L'attention que
la ministre porte à la qualité de la convention de
travail est à saluer. J'ai compris aussi que des
propositions des partenaires sociaux seront sur la
table fin août. Le renforcement du contrôle ne
constiuera pas non plus un grand problème. La
question du financement est quant à elle moins
claire.
01.39 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Ik heb
het niet over de financiering gehad.
01.39 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais) :
Je n'ai pas parlé du financement.
01.40 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Hoe ziet de
timing eruit?
01.40 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Comment se
présente le calendrier ?
01.41 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Er
wordt maandag overlegd met de sector, met de
vertegenwoordigers van de Vlaamse en Franstalige
vakbonden en instellingen zoals Kind en Gezin.
01.41 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais) :
Une concertation aura lieu lundi avec le secteur, les
représentants
des
syndicats
flamands
et
francophones et des organismes comme Kind en
Gezin
.
01.42 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Bekijkt de
minister ook het statuut van de opvangouders?
01.42 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : La ministre
examinera-t-elle aussi le statut des accueillants
d'enfants?
01.43 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Dat is
een zeer complex probleem.
01.43 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais) : Il
s'agit d'un problème très complexe.
01.44 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Dus zal de
minister daarover volgende week overleggen met
de Gemeenschappen.
01.44 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : La ministre se
concertera donc la semaine prochaine à ce sujet
avec les Communautés.
01.45 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Ja.
Het incident is gesloten.
01.45 Joëlle Milquet, ministre (en néerlandais) :
Oui.
L'incident est clos.
De behandeling van de vragen eindigt om 17.40
uur.
La discussion des questions se termine à 17 h 40.