KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 258
CRABV 52 COM 258
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
maandag
lundi
16-06-2008
16-06-2008
namiddag
après-midi
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "slaperige bestuurders"
(nr. 4831)
1
Question de M. Jean-Luc Crucke au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre sur
"la somnolence au volant" (n° 4831)
1
Sprekers:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de plannen van de federale regering
in
verband
met
het
federaal
verkeersveiligheidfonds en de depenalisering van
de boetes voor overtredingen van de eerste en
tweede graad" (nr. 4905)
2
Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les projets
du gouvernement fédéral à propos du Fonds
fédéral de la sécurité routière et de la
dépénalisation des amendes de classe 1 et 2"
(n° 4905)
2
Sprekers:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de minimumsnelheid op
autowegen" (nr. 5124)
4
Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre sur
"la vitesse minimale sur autoroute" (n° 5124)
4
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"de
massale
verdwijningen van auto's" (nr. 5426)
5
Question de M. Jean-Luc Crucke au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre sur
"la disparition massive de voitures" (n° 5426)
5
Sprekers:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van mevrouw Marie-Martine Schyns aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "het onbeperkt gratis
parkeren voor personen met een handicap"
(nr. 5469)
6
Question de Mme Marie-Martine Schyns au
secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au premier
ministre
sur
"la
gratuité
illimitée
des
emplacements de parking pour personnes
handicapées" (n° 5469)
6
Sprekers: Marie-Martine Schyns, Etienne
Schouppe
, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs: Marie-Martine Schyns, Etienne
Schouppe
, secrétaire d'État à la Mobilité
Samengevoegde vragen van
7
Questions jointes de
7
- de heer David Geerts aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister
over "de studie met betrekking tot de
verkeersboetes" (nr. 5856)
7
- M. David Geerts au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au Premier ministre sur "l'étude
relative aux amendes de roulage" (n° 5856)
7
- mevrouw Linda Musin aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister
over "de verkeersveiligheid" (nr. 5851)
7
- Mme Linda Musin au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au Premier ministre sur "la
sécurité routière" (n° 5851)
7
- mevrouw Valérie De Bue aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister
over "het effect van boetes op het gedrag van de
weggebruikers" (nr. 5929)
8
- Mme Valérie De Bue au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au Premier ministre sur "l'impact
des amendes sur le comportement des usagers
de la route" (n° 5929)
7
Sprekers: David Geerts, Valérie De Bue,
Etienne Schouppe
, staatssecretaris voor
Mobiliteit
Orateurs: David Geerts, Valérie De Bue,
Etienne Schouppe
, secrétaire d'État à la
Mobilité
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Vraag van de heer David Geerts aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de aanwezigheid van een
'veiligheidshamer' in auto's" (nr. 5865)
10
Question de M. David Geerts au secrétaire d'État
à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur "la
présence d'un 'marteau de secours' dans les
voitures" (n° 5865)
10
Sprekers: David Geerts, Etienne Schouppe,
staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs: David Geerts, Etienne Schouppe,
secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de door een laagvliegend
vliegtuig veroorzaakte mini-wervelwind" (nr. 5866)
11
Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"la mini-tornade provoquée par un avion volant à
très basse altitude" (n° 5866)
11
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de moeilijkheden bij het
opsporen van de identiteit van buitenlandse
bestuurders
bij
gedepenaliseerde
parkeerovertredingen" (nr. 5916)
13
Question de M. Jef Van den Bergh au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"les difficultés d'identification de conducteurs
étrangers
dans
le
cas
d'infractions
de
stationnement dépénalisées" (n° 5916)
13
Sprekers: Jef Van den Bergh, Etienne
Schouppe
, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs: Jef Van den Bergh, Etienne
Schouppe
, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Guido De Padt aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de oorzaken van
ongevallen met vrachtwagens" (nr. 5966)
14
Question de M. Guido De Padt au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"la cause des accidents impliquant des poids
lourds" (n° 5966)
14
Sprekers:
Guido
De
Padt,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Guido
De
Padt,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer David Geerts aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de voertuigen
aangedreven door waterstof" (nr. 6041)
15
Question de M. David Geerts au secrétaire d'État
à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur "les
véhicules roulant à l'hydrogène" (n° 6041)
15
Sprekers: David Geerts, Etienne Schouppe,
staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs: David Geerts, Etienne Schouppe,
secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de eerste resultaten van
het technisch onderzoek naar de crash van de
Boeing 747-209F" (nr. 6047)
16
Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"les premiers résultats de l'enquête technique sur
le crash du Boeing 747-209F" (n° 6047)
16
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Guido De Padt aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"de
mogelijke
concurrentievervalsing door het inzetten van
landbouwvoertuigen
voor
goederenvervoer"
(nr. 6292)
17
Question de M. Guido De Padt au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"l'éventuelle distorsion de concurrence engendrée
par l'affectation de véhicules agricoles à des
transports de marchandises" (n° 6292)
17
Sprekers:
Guido
De
Padt,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Guido
De
Padt,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
van
MAANDAG
16
JUNI
2008
Namiddag
______
du
LUNDI
16
JUIN
2008
Après-midi
______
De vergadering wordt geopend om 14.22 uur en
voorgezeten door de heer François Bellot.
La réunion publique est ouverte à 14 h 22 par M.
François Bellot, président.
01 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "slaperige bestuurders"
(nr. 4831)
01 Question de M. Jean-Luc Crucke au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre
sur "la somnolence au volant" (n° 4831)</b>
01.01 Jean-Luc Crucke (MR): Volgens Franse
statistieken kreeg een bestuurder op drie al eens af
te rekenen met slaperigheid achter het stuur en
verklaart 4 procent van de bevraagde bestuurders
ternauwernood aan een ongeval ontsnapt te zijn.
Zijn er in ons land vergelijkbare statistieken
beschikbaar? Hoe wordt dat fenomeen in België
aangepakt?
Moeten
de
automobilisten
gesensibiliseerd worden voor de risico's van
slaperigheid
achter
het
stuur?
Zijn
er
beleidsmaatregelen mogelijk?
01.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Selon des
statistiques françaises, un conducteur sur trois a
déjà été victime de somnolence au volant et 4 %
des conducteurs interrogés déclarent avoir évité de
justesse
un
accident.
Disposons-nous
de
statistiques
comparables ?
Comment
ce
phénomène est-il abordé en Belgique ? Y a-t-il lieu
de sensibiliser les automobilistes à la somnolence
au volant ? Des actions peuvent-elles être menées
par l'État ?
01.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Na alcohol, onaangepaste snelheid en
verstrooidheid is slaperigheid de belangrijkste
oorzaak
van
verkeersongevallen.
Die
veiligheidsfactor blijft echter miskend en we
beschikken in dat verband niet over precieze cijfers.
Naar schatting 10 à 20 procent van de
verkeersongevallen en 25 procent van de
ongevallen waarbij geen ander voertuig betrokken
is, zouden aan slaperigheid te wijten zijn.
01.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Après l'alcool, la vitesse et la distraction,
la somnolence est la première cause d'accidents de
la route. Ce facteur de sécurité demeure cependant
méconnu et nous ne disposons pas de chiffres
précis en la matière. On estime que 10 à 20 % des
accidents de la route et 25 % des accidents
unilatéraux seraient dus à la somnolence.
Beroepschauffeurs worden nu al aan een medisch
onderzoek onderworpen, waarbij ze worden getest
op grond van criteria zoals slaperigheid, slaapapneu
en waakzaamheid. De inachtneming van de rij- en
rusttijden draagt natuurlijk ook bij tot het voorkomen
van slaperigheid achter het stuur. Het komt er
allereerst op aan om, in samenwerking met de
Les chauffeurs professionnels subissent déjà un
examen médical au cours duquel la somnolence,
l'apnée du sommeil et la vigilance font l'objet d'une
évaluation. Il est clair aussi que le respect du temps
de conduite et de repos contribue à la prévention de
la somnolence au volant. Il faut avant tout, en
collaboration
avec
les
organisations
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
beroepsorganisaties, de privébestuurders en de
beroepschauffeurs te sensibiliseren voor de
gevaren van vermoeidheid. Ik zal het Belgisch
Instituut voor de Verkeersveiligheid vragen zich over
deze kwestie te buigen en een actieplan te
ontwikkelen.
professionnelles,
sensibiliser
les
chauffeurs
professionnels et privés à la problématique de la
fatigue au volant. Je demanderai à l'Institut belge
pour la sécurité routière de se pencher sur cette
question et de développer un plan d'action.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de plannen van de federale regering
in
verband
met
het
federaal
verkeersveiligheidfonds en de depenalisering
van de boetes voor overtredingen van de eerste
en tweede graad" (nr. 4905)
02 Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
projets du gouvernement fédéral à propos du
Fonds fédéral de la sécurité routière et de la
dépénalisation des amendes de classe 1 et 2"
(n° 4905)</b>
02.01 Jean-Luc Crucke (MR): In het kader van het
eerste pakket institutionele hervormingen vrezen de
gemeenten dat ze door de depenalisering van de
verkeersboetes de 32 miljoen euro uit het federaal
Verkeersboetefonds zullen mislopen. De Union des
villes et des communes de Wallonie
is bovendien
van oordeel dat de afhandeling van ongeveer
10.000 kleine verkeersovertredingen per jaar niet tot
de opdrachten van de gemeenten behoort.
Kan u die cijfers bevestigen? Is het mogelijk om
voor compenserende ontvangsten te zorgen?
Vreest u niet dat het werk van de justitie op die
manier naar de gemeenten wordt doorgeschoven,
met alle gevaren van dien, en dat de gemeenten als
het ware tot rechtbanken worden omgevormd?
Bestaat er geen gevaar dat door het doorschuiven
van die opdrachten naar een plaatselijk bestuur de
inbreuken in de perceptie gebanaliseerd worden?
02.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Dans le cadre du
premier paquet de réformes institutionnelles, les
communes craignent que la dépénalisation des
amendes de roulage leur fassent perdre le budget
de trente-deux millions d'euros mis à leur
disposition par le Fonds fédéral de la sécurité
routière. L'Union des villes et des communes de
Wallonie estime en outre que le traitement annuel
de quelque dix mille petites infractions de roulage
n'est pas une mission des communes.
Confirmez-vous ces chiffres ? Des recettes
compensatoires sont-elles envisageables ? Ne
craignez-vous
pas
une
« communalisation »
dangereuse de la justice, une transformation des
communes en tribunaux ? Un effet psychologique
de proximité ne risque-t-il pas d'entraîner une
banalisation des infractions ?
02.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Het gaat hier om twee verschillende zaken:
het Verkeersveiligheidsfonds enerzijds en de
depenalisering van de boetes voor overtredingen
van de eerste en de tweede graad anderzijds.
De onlangs goedgekeurde programmawet voorziet
in een wijziging van de wet betreffende het
Verkeersveiligheidsfonds. Voor 2008 zullen de
politiezones over dezelfde bedragen kunnen
beschikken als in 2007, voor zover evenveel
middelen beschikbaar zijn. Het voorlopige cijfer voor
2008 is 93 miljoen, terwijl dat in 2007 98 miljoen
was.
Met ingang van 2009 blijft de basisverdeling voor
2008 behouden, maar de bijkomende inkomsten
ten aanzien van de geïndexeerde inkomsten voor
2007 worden verdeeld op grond van het Gewest dat
die middelen heeft bijgedragen, zulks om meer
02.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Il faut distinguer les deux questions : le
Fonds de la sécurité routière et la dépénalisation
des amendes de première et deuxième catégorie.
La loi-programme votée il y a peu prévoit une
modification de la loi sur le Fonds de la sécurité
routière. Pour 2008, les zones de police vont avoir
les mêmes montants qu'en 2007, si la somme
disponible est la même qu'en 2007. Le chiffre
provisoire pour 2008 est de 93 millions, tandis qu'en
2007, il était de 98 millions.
À partir de 2009, la même répartition de base que
pour 2008 est prévue, sauf que les revenus
supplémentaires par rapport à 2007 indexés seront
répartis en fonction de leur provenance régionale
pour mieux refléter les efforts régionaux en matière
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
rekening te houden met de inspanningen van de
Gewesten op het stuk van verkeershandhaving. Die
regeling blijft behouden voor de daaropvolgende
jaren.
Het wetsvoorstel over de Staatshervorming voorziet
in de gewestelijke depenalisering voor de
overtredingen van de eerste en de tweede graad en
de snelheidovertredingen tot 30 kilometer per uur.
Vanaf 2010 kunnen de Gewesten dus regels
uitvaardigen betreffende de administratieve boetes
voor die overtredingen en de inkomsten daarvan
innen.
Het is niet zo eenvoudig te berekenen hoeveel die
boetes globaal opbrengen, hoewel zo'n 80 procent
van het Verkeersveiligheidsfonds bestaat uit de
inkomsten van de boetes voor die overtredingen in
het kader van de onmiddellijke inning. Eens die
inkomsten naar de Gewesten gaan, zal het Fonds
nog enkel beschikken over de inkomsten van de
boetes voor de overtredingen van de derde en de
vierde graad en voor de snelheidsovertredingen van
meer dan 30 kilometer per uur.
Deze bevoegdheid wordt overgedragen aan de
Gewesten. Indien die meer bevoegdheden willen
inzake verkeersveiligheid, moeten ze ook de
verantwoordelijkheden en lasten die daarmee
samenhangen op zich nemen. De Gewesten
hebben er belang bij voor een performante zonale
politie te zorgen, die in staat is om de gewestelijke
doelstellingen ter zake te halen.
De politiezones worden beheerd door de
gemeenten (met name door de politiecolleges en de
politieraden, die verantwoordelijk zijn voor hun
financieel evenwicht). Ook voor de Gewesten, als
toezichthoudende overheid, is een rol weggelegd.
We kunnen dus bezwaarlijk zeggen dat justitiële
taken naar de gemeenten worden doorgeschoven.
Bovendien is die bevoegdheidsoverdracht een
goede zaak voor het beheer van de lokale
problemen op het vlak van preventie en repressie.
de contrôles routiers. Ce système sera maintenu
pour les années suivantes.
La proposition de loi sur la réforme de l'État prévoit
la dépénalisation régionale pour les infractions de
catégorie 1 et 2 et les excès de vitesse ne
dépassant pas 30km/h. A partir de 2010, les
Régions peuvent donc adopter une législation sur
les amendes administratives pour ces infractions et
percevoir les revenus de celles-ci.
Il est difficile de calculer le total des revenus de ces
amendes, bien qu'environ 80% du Fonds de la
sécurité routière soit composé des revenus de ces
infractions engrangés par perception immédiate. À
ce moment, le Fonds ne sera alimenté que par les
amendes pour les infractions du troisième et du
quatrième degré et des infractions de vitesse de
plus de 30km/h.
La logique de la régionalisation doit jouer : si les
Régions veulent plus de compétences en matière
de sécurité routière, elles doivent assumer les
responsabilités et charges qui en découlent. À mon
avis, les Régions ont intérêt à soutenir une police
zonale performante, capable de remplir les objectifs
régionaux en la matière.
Les zones de police sont gérées par les communes
(notamment par les Collèges et conseils de police,
responsables de leur équilibre financier). Dans le
cadre de la tutelle, les Régions sont aussi appelées
à intervenir. Il est donc difficile de parler d'une
« communalisation » de la justice. En outre, ce
transfert doit être considéré comme une bonne
affaire pour la gestion des problèmes locaux en
matière de prévention et de répression.
02.03 Jean-Luc Crucke (MR): Uw antwoord is
duidelijk, dat is alvast een goede zaak, maar u zal
de Union des villes et communes wallonnes
daarmee niet geruststellen. De weg die u heeft
bewandeld, vertaalt zich in een compromis op zijn
Belgisch.
Op grond van uw antwoord kunnen de gewestelijke
overheden op hun verantwoordelijkheid gewezen
worden. Ondanks hetgeen u heeft gezegd, vrees ik
dat de gemeenten nog maar eens verzocht zullen
worden taken uit te voeren waar ze onvoldoende
voor toegerust zijn. Dat debat zal moeten worden
gevoerd tussen de Gewesten en de gemeenten.
02.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Votre réponse a le
mérite d'être claire, mais ne rassurera pas l'Union
des villes et communes wallonnes. La voie que
vous avez empruntée est un « compromis à la
belge ».
Votre réponse permet de responsabiliser les
pouvoirs régionaux. Mais malgré ce que vous avez
dit, je crains que les communes soient une fois de
plus appelées à remplir des missions pour
lesquelles elles ne sont pas assez outillées. Ce
débat devra intervenir entre les Régions et les
communes.
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
02.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De verantwoordelijkheid ligt in eerste
instantie bij de Gewesten, en vervolgens bij de
samenwerking tussen het Gewest en de
gemeenten.
Sommige gemeenten zijn zeer waakzaam en
vragen het Gewest om de nodige maatregelen te
nemen met het oog op een maximale veiligheid op
hun grondgebied. Andere gemeenten stellen zich
lakser op. Er is nood aan duidelijke afspraken
tussen de gewestelijke en de gemeentelijke
autoriteiten.
02.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : La responsabilité première revient aux
Régions et, à l'intérieur de celles-ci, aux rapports
qu'elles ont avec les communes.
Certaines communes sont très vigilantes et
demandent à la Région d'intervenir pour que la
sécurité sur leur territoire soit maximale. D'autres
communes ont une politique de laisser-aller. Un
accord clair doit intervenir entre les responsables
régionaux et communaux.
02.05 Jean-Luc Crucke (MR): Ik ben woonachtig
in het Waals Gewest en maak me soms wat zorgen
over de manier waarop een en ander in praktijk
wordt gebracht. U zegt dat sommige gemeenten
strenger zijn dan andere. Dat kan wel, maar soms
moet men ook tientallen brieven sturen aan het
Gewest voor er iets beweegt.
02.05 Jean-Luc Crucke (MR) : Pour vivre dans la
Région wallonne, j'ai parfois quelques craintes sur
la manière dont les choses sont appliquées. Vous
indiquez que certaines communes sont plus
sévères que d'autres. C'est vrai. Mais dans certains
dossiers, il a fallu des dizaines de lettres parfois à la
Région avant que les choses bougent.
02.06 Staatssecretaris Etienne Schouppe (Frans):
Sommige burgemeesters reageren sneller dan
andere.
02.06 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : D'autres bourgmestres réagissent plus
vite.
02.07 Jean-Luc Crucke (MR): Sneller dan ik? Dat
kan niet!
02.07 Jean-Luc Crucke (MR) : Plus vite que moi,
c'est impossible !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de minimumsnelheid op
autowegen" (nr. 5124)
03 Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre
sur "la vitesse minimale sur autoroute" (n° 5124)</b>
03.01 Xavier Baeselen (MR): Ik wil het met u
hebben over artikel 21 betreffende het verkeer op
autosnelwegen, dat bepaalt dat de toegang tot de
autosnelwegen verboden is voor voertuigen die op
een horizontale weg de snelheid van 70 kilometer
per uur niet kunnen bereiken, en dat niet met een
lagere snelheid dan 70 kilometer per uur mag
worden gereden, behalve wanneer een lagere
snelheid wordt opgelegd door verkeersborden.
Overdreven snelheid is natuurlijk gevaarlijk, maar te
traag rijden is dat vaak evenzeer.
Worden er maatregelen genomen om de
minimumsnelheid op de autosnelwegen te doen
respecteren? Bestaan er statistieken betreffende
het aantal overtredingen in dat verband?
03.01 Xavier Baeselen (MR) : Je voudrais vous
interroger sur l'article 21 relatif à la circulation sur
autoroute, qui prévoit deux types de restriction : un
véhicule qui circule sur autoroute doit être
techniquement capable d'atteindre 70 km/h en
palier et il ne peut descendre en dessous de cette
vitesse sauf signalisation particulière. S'il est vrai
que les excès de vitesse sont dangereux, un
véhicule trop lent constitue également souvent un
danger.
Des moyens sont-ils mis en oeuvre pour faire
respecter cette vitesse minimale sur autoroute ?
Existe-t-il des statistiques quant aux infractions en
la matière ?
03.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De federale politie is bevoegd voor de
vaststelling van de niet-inachtneming van de
minimumsnelheid op de autosnelweg, maar dat type
03.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : La constatation du non-respect de la
vitesse minimale sur autoroute est du ressort de la
police fédérale, mais il n'existe pas de moyen
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
overtreding kan enkel visueel worden vastgesteld,
bij wegcontroles. Daartoe kan gebruik worden
gemaakt van de Providavideocamera aan boord
van een burgervoertuig van de politie. Op dit
ogenblik bestaan er geen statistieken met
betrekking tot dat type overtreding.
spécifique
pour
l'effectuer
autrement
que
visuellement, à l'occasion de contrôles routiers. Le
système PROVIDA (caméra vidéo à bord d'un
véhicule anonyme) peut être employé à cet effet.
Actuellement, il n'y a pas de statistiques à propos
de ce type d'infraction.
03.03 Xavier Baeselen (MR): We moeten de
opritten controleren om ervoor te zorgen dat te
trage voertuigen, die soms ongevallen veroorzaken,
de autosnelweg niet kunnen oprijden. Vandaag
wordt er dus enkel gebruik gemaakt van een
burgervoertuig
dat
uitgerust
is
met
een
videocamera?
03.03 Xavier Baeselen (MR) : Il importe de
contrôler l'accès aux autoroutes pour ces véhicules
trop lents, qui provoquent parfois des accidents. Le
seul système en vigueur consiste-t-il en un véhicule
banalisé avec une vidéo à bord ?
03.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Inderdaad.
03.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Oui.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"de
massale
verdwijningen van auto's" (nr. 5426)
04 Question de M. Jean-Luc Crucke au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre
sur "la disparition massive de voitures" (n° 5426)</b>
04.01 Jean-Luc Crucke (MR): Volgens een krant
verdwijnen er in België jaarlijks 250.000 voertuigen.
Dat verschijnsel zou voornamelijk veroorzaakt
worden door de manier waarop de DIV voertuigen
inschrijft. Het zou gaan om illegaal uitgevoerde
voertuigen of voertuigen met valse nummerplaten.
Het is de bestuurder die geïdentificeerd wordt, niet
het voertuig.
Kan u die cijfers bevestigen? Welke maatregelen
worden er getroffen om die fraude wettelijk
onmogelijk te maken en om tevens dat risico te
voorkomen, wanneer men vermoedt dat die
voertuigen waarvan men het spoor bijster is, wel
degelijk nog gebruikt worden.
04.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Un quotidien a
indiqué qu'en Belgique, 250.000 véhicules
disparaissent chaque année. Le phénomène serait
principalement dû au mode d'enregistrement de la
DIV. Il s'agirait de véhicules illégalement exportés
ou équipés de fausses plaques d'immatriculation. Si
l'on identifie le conducteur, on n'identifie pas le
véhicule en tant que tel.
Confirmez-vous ces chiffres ? Quelles sont les
dispositions prises pour éviter cette fraude sur le
plan légal, mais aussi ce risque lorsqu'on
soupçonne l'utilisation de ces véhicules dont on
perd la trace ?
04.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Ik moet die cijfergegevens vooreerst
enigszins nuanceren. In de pers werd gewag
gemaakt van 250.000 verdwenen voertuigen, maar
blijkbaar gaat het om voertuigen waarvan de
nummerplaat geschrapt werd, en die in ons land
niet op naam van een nieuwe houder werden
heringeschreven.
Voertuigen worden in België ingeschreven op naam
van de persoon. Via de nummerplaat wordt de
houder geïdentificeerd, niet het voertuig. Wanneer
een nummerplaat wordt geschrapt of toegekend
aan een ander voertuig van dezelfde houder, weet
de DIV niet wat er met het vorige voertuig is
gebeurd. Me dunkt dat men zich niet al te veel
zorgen hoeft te maken over die verdwijningen. We
04.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Je dois d'abord nuancer quelque peu ces
données. Le chiffre de 250.000 véhicules disparus a
été avancé par la presse, mais, apparemment, il
s'agit de véhicules dont la plaque a été radiée et qui
n'étaient plus réinscrits au nom d'un nouveau
titulaire en Belgique.
Notre système est basé sur l'immatriculation au
nom de la personne. La plaque identifie le titulaire
et non le véhicule. Si la plaque est radiée ou
attribuée à une nouvelle voiture du même titulaire,
la DIV ne sait plus ce qui s'est passé avec
l'ancienne voiture. À mon avis, il ne faut pas tirer
des conclusions alarmantes de ces disparitions. On
peut raisonnablement admettre que la plupart de
ces véhicules sont démolis ou exportés.
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
kunnen redelijkerwijs aannemen dat de meeste van
die wagens gesloopt of uitgevoerd worden.
Het zou natuurlijk beter zijn indien de voertuigen
traceerbaar waren. Daarom ontwikkelt mijn
administratie de databank `authentieke bron
voertuigen'
waardoor
voertuigen
traceerbaar
worden en een meer betrouwbaar verband kan
worden gelegd tussen het voertuig en de houder
ervan.
Il serait évidemment préférable d'assurer la
traçabilité du véhicule. C'est pourquoi mon
administration développe le concept de « source
authentique des véhicules », qui permettra un
« suivi » plus strict et un lien plus fiable entre le
titulaire d'un véhicule et le véhicule lui-même.
04.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Het is inderdaad
ook belangrijk om de traceerbaarheid van de
voertuigen te verzekeren, om te kunnen vaststellen
of ze niet voor illegale doeleinden gebruikt worden.
04.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Effectivement, il
est également important d'assurer la traçabilité des
véhicules afin de déterminer s'ils ne sont pas
utilisés à des fins illégales.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Marie-Martine Schyns aan
de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd
aan de eerste minister over "het onbeperkt gratis
parkeren voor personen met een handicap"
(nr. 5469)
05 Question de Mme Marie-Martine Schyns au
secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au premier
ministre
sur
"la
gratuité
illimitée
des
emplacements de parking pour personnes
handicapées" (n° 5469)</b>
05.01 Marie-Martine Schyns (cdH): Personen met
een handicap die houder zijn van een parkeerkaart,
mogen niet de facto in alle gemeenten van het land
gratis parkeren. Er zijn aanzienlijke verschillen
tussen de gemeenten. Mensen met een beperkte
mobiliteit zeggen mij dat ze erg verwonderd zijn
over de uiteenlopende situaties die onvoorspelbare
moeilijkheden meebrengen: moeizaam heen- en
weergeloop van en naar de parkeerautomaat,
moeite om tot bij de automaat te geraken en geen
zekerheid dat men zonder hulp zal kunnen
parkeren.
Zou het niet mogelijk zijn om een homogene
regelgeving op te leggen, bijvoorbeeld door ervoor
te zorgen dat de parkeerkaart automatisch recht
geeft op gratis parkeren?
05.01 Marie-Martine Schyns (cdH) : Les
personnes handicapées titulaires d'une carte de
stationnement ne bénéficient pas de facto de la
gratuité de stationnement dans toutes les
communes
du
pays.
La
situation
varie
considérablement d'une localité à l'autre. Je suis
interpellée par des personnes à mobilité réduite qui
me font part de leur étonnement face à cette réalité
très disparate et source pour elles de difficultés
imprévisibles : complication des allers et venues
entre le véhicule et l'horodateur, difficulté d'atteindre
l'horodateur, absence d'assurance qu'elles pourront
se garer en toute autonomie.
Ne pourrait-on pas imposer une homogénéisation
de cette réglementation, en liant par exemple
l'octroi de la carte de stationnement à la gratuité du
parking ?
05.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De Wegcode bepaalt dat de beperkte
parkeertijd niet geldt voor voertuigen die bestuurd
worden door gehandicapte personen die hun
speciale parkeerkaart gebruiken, wat voor hen
reeds een groot voordeel betekent.
De regelgeving inzake het betalend parkeren is
uitsluitend van toepassing op parkeerplaatsen op de
openbare weg. Ze voorziet overigens niet in de
mogelijkheid voor gehandicapte personen die
houder zijn van een speciale parkeerkaart, om
overal gratis te parkeren.
05.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Le Code de la route dispose que les
limitations de la durée de stationnement ne sont pas
applicables aux véhicules conduits par les
personnes handicapées qui utilisent la carte
spéciale, ce qui représente un avantage déjà très
important.
La réglementation relative aux stationnements
payants ne s'applique qu'aux emplacements situés
sur la voie publique. Par ailleurs, elle ne prévoit pas
la gratuité générale en faveur des personnes
handicapées détentrices de la carte spéciale de
stationnement.
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
De steden en gemeenten moeten er grotendeels
zelf voor zorgen dat er op hun grondgebied een
parkeerbeleid gevoerd wordt dat het best is
afgestemd op de lokale behoeften.
De parkeermodaliteiten- en voorwaarden moeten
vermeld worden op de parkeermeters- of
automaten. Op die manier kunnen de betrokkenen
vaststellen of zij al dan niet gratis mogen parkeren.
Ce sont les Villes et les communes qui sont en
grande partie responsables de mener sur leur
territoire une politique de stationnement qui
corresponde le mieux aux besoins locaux.
Les modalités et conditions de stationnement
doivent être mentionnées sur les parcomètres ou
les horodateurs, ce qui permet de porter à la
connaissance des intéressés si la gratuité leur est
accordée ou non.
05.03 Marie-Martine Schyns (cdH): U zegt dat die
maatregel niet van toepassing is op een
privéterrein. De parkings op de privéterreinen van
de gemeente vallen dus buiten die regeling en in
beide gevallen - of het nu gaat om een privéterrein
van de gemeente of om de gemeentelijke
regelgeving ­ zijn er verschillen tussen de
gemeenten. De federale overheid kan geen
harmonisering opleggen.
05.03 Marie-Martine Schyns (cdH) : Vous dites
que cette mesure ne s'applique pas à un terrain
privé. Donc, les parkings situés sur les terrains
privés de la commune ne sont pas concernés et,
dans les deux cas, qu'il s'agisse d'un terrain privé
de la commune ou de la réglementation
communale, nous nous retrouvons face à des
disparités liées aux communes. Le fédéral n'a pas
la possibilité d'homogénéiser.
05.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Ik ga vanuit Brussel geen maatregelen
nemen om iets te regelen in een gemeente waar ik
de situatie niet ken.
05.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Ce n'est pas moi qui, de Bruxelles, vais
intervenir pour régler ce qui doit être fait dans une
commune dont je ne connais pas la situation.
Bovendien hangt een en ander ook af van de
toekenningsvoorwaarden waaronder de concessies
door de gemeenten worden toegestaan.
U zal begrijpen dat het niet aan het federale niveau
is om de gemeenten te vertellen wat hun te doen
staat, rekening houdend met de plaatselijke
omstandigheden die ze beter dan wie ook, en zeker
beter dan het federale beleidsniveau, kennen.
De plus, cela dépend des conditions d'octroi des
concessions consenties par les communes.
Vous comprendrez bien qu'il n'appartient pas au
fédéral d'aller dicter aux communes ce qu'elles ont
à faire, en fonction des circonstances particulières
qui sont leurs et qu'elles connaissent mieux que le
fédéral.
05.05 Marie-Martine Schyns (cdH): Iedereen vindt
de
gemeentelijke
autonomie
natuurlijk
erg
belangrijk. Voor de gemeenten is het echter niet
zo'n eenvoudige zaak om een en ander te
harmoniseren en een meer algemene regel uit te
vaardigen.
05.05 Marie-Martine Schyns (cdH) : L'autonomie
communale est évidemment chère à chacun. Mais il
n'est pas évident pour les communes d'harmoniser
et d'émettre une règle plus générale.
05.06 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Waar het op aan komt, is dat het federale
niveau de gemeentelijke autonomie in acht neemt.
05.06 Etienne Schouppe , secrétaire d'État (en
français) : Ce qui est important, c'est que le fédéral
respecte l'autonomie locale.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Samengevoegde vragen van
- de heer David Geerts aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister over "de studie met betrekking tot de
verkeersboetes" (nr. 5856)
- mevrouw Linda Musin aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister over "de verkeersveiligheid" (nr. 5851)
06 Questions jointes de
- M. David Geerts au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au Premier ministre sur "l'étude
relative aux amendes de roulage" (n° 5856)<br>- Mme Linda Musin au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au Premier ministre sur "la
sécurité routière" (n° 5851)<br>- Mme Valérie De Bue au secrétaire d'État à la
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
- mevrouw Valérie De Bue aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister over "het effect van boetes op het
gedrag van de weggebruikers" (nr. 5929)
De voorzitter:
Mobilité, adjoint au Premier ministre sur "l'impact
des amendes sur le comportement des usagers
de la route" (n° 5929)<br>
Le président :
06.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Volgens een
onderzoek van de KULeuven zijn er grosso modo
drie motieven om de verkeersregels te respecteren:
om een boete te vermijden, om geen schuldgevoel
te moeten hebben en omdat de verkeersregels zelf
belangrijk worden gevonden. Weggebruikers die uit
angst voor de boetes de regels volgen, worden
echter niet vaker bekeurd dan anderen. Het
onderzoek bewijst volgens de organisatie Touring
dat flitspalen eigenlijk niets uithalen. Het BIVV is
daarover een andere mening toegedaan.
Wat vindt de staatssecretaris van het standpunt van
Touring? Welke andere conclusies trekt de
staatssecretaris uit deze studie? Plant de
staatssecretaris bepaalde initiatieven om een
draagvlak voor het effectief navolgen van
verkeersregels tot stand te brengen? Indien een van
de conclusies van de studie zou zijn dat men de
controles op peil moet houden, plant de
staatssecretaris dan samen met de minister van
Binnenlandse Zaken ter zake bepaalde initiatieven?
06.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Selon une
étude de la KULeuven, grosso modo trois raisons
inciteraient les usagers à respecter le code de la
route : éviter une amende, éviter d'éprouver un
sentiment de culpabilité et l'importance qu'ils
accordent au code en tant que tel. Toutefois, les
usagers qui respectent le code par crainte des
amendes ne sont pas plus souvent verbalisés que
les autres. Si l'on en croit Touring, cette étude
démontre que les radars automatiques sont en
réalité inefficaces, avis que ne partage pas l'IBSR.
Que pense le secrétaire d'État de la position
adoptée par Touring ? Quelles autres conclusions
tire-t-il de cette étude ? Envisage-t-il certaines
initiatives afin de créer une plateforme permettant
d'assurer un suivi du respect du code de la route ?
Si l'une des conclusions de cette étude était qu'il
convient de maintenir le niveau des contrôles, le
secrétaire d'État planifierait-il, en la matière,
certaines initiatives en concertation avec le ministre
de l'Intérieur ?
06.02 Valérie De Bue (MR): Ook ik heb opgekeken
van de conclusies van die KUL-studie.
Boetes zouden de weggebruikers er niet toe
aansporen om minder overtredingen te begaan. Het
zou doeltreffender zijn de weggebruikers bewuster
te maken van de verkeersveiligheid door hen op
hun gedrag te wijzen en een mentaliteitswijziging na
te streven.
Heeft u kennisgenomen van die studie? Staaft die
studie andere gegevens waarover u beschikt? Kan
er bij het voeren van het verkeersveiligheidsbeleid
rekening worden gehouden met die conclusies?
Hoe? Zullen er meer preventiecampagnes gevoerd
worden met het oog op de verkeersveiligheid, daar
de sensibilisatie van de weggebruikers van
essentieel belang is? Ik had gedacht aan een
campagne zoals de huidige campagne voor de
netheid in Brussel-Stad, waarbij prominenten
ingezet worden die een zekere geloofwaardigheid of
zelfs een erkend gezag uitstralen. Kunnen
dergelijke campagnes in overweging worden
genomen? Zullen de controles in dit verband
opgevoerd of op een voldoende hoog peil worden
gehouden om te voorkomen dat bestuurders het
weer wat minder nauw zouden nemen met de
06.02 Valérie De Bue (MR) : J'ai moi aussi été
interpellée par les conclusions de cette étude de la
KUL.
En effet, les amendes n'encourageraient pas les
usagers de la route à commettre moins
d'infractions. Il serait plus efficace de conscientiser
davantage les usagers de la route en agissant sur
leur comportement.
Avez-vous pris connaissance de cette étude ?
Corrobore-t-elle d'autres données en votre
possession ? L'impact de ces conclusions peut-il
être pris en compte dans la politique de sécurité
routière ? Comment ? La sensibilisation des
usagers
étant
essentielle,
les
campagnes
préventives de sécurité routière seront-elles
intensifiées ? J'avais pensé à une idée similaire à la
campagne actuelle concernant la propreté à
Bruxelles-Ville, utilisant des personnalités ayant une
crédibilité, voire une autorité reconnues. Peut-on
envisager un tel type de campagnes ? Toujours à
ce sujet, les contrôles seront-ils intensifiés ou
maintenus à un niveau suffisant pour éviter le risque
de relâchement des comportements ?
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
verkeersregels?
06.03 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De conclusies van die studie zijn op het
eerste gezicht omstreden en mikten duidelijk op
media-aandacht.
06.03 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Les conclusions de cette étude sont, à
première vue, médiatiques et controversées.
Er wordt ingegaan op de intrinsieke en extrinsieke
middelen die nuttig zijn om het rijgedrag veiliger te
maken. Voor een intrinsiek veilig rijgedrag is er
education (de Engelse term) nodig; in het andere
geval moet er een beroep worden gedaan op
enforcement, maar controle en boetes hebben
slechts een tijdelijk effect. Me dunkt dat men het
engeneering-aspect ­ een externe motiverende
factor, zoals de snelheidsbegrenzers bijvoorbeeld ­
hierbij uit het oog is verloren.
Bestuurders ­ en zeker de jongeren ­ stemmen hun
rijgedrag ook af op dat van de andere
weggebruikers. Jammer genoeg strekt het gedrag
van de anderen niet steeds tot voorbeeld!
Elle relève les moyens intrinsèques et extrinsèques,
utiles pour sécuriser le comportement routier. Pour
un comportement intrinsèquement sûr, il faut de
l'education, c'est le terme anglais, dans l'autre cas,
il faut de l'enforcement, pour lequel les contrôles et
les amendes n'ont qu'un effet temporaire. Il me
semble qu'on a oublié l'aspect engineering, facteur
de motivation externe comme, par exemple, les
ralentisseurs de vitesse.
Le comportement des autres usagers est aussi une
motivation pour aligner le sien, surtout chez les
jeunes. Les exemples ne sont pas toujours bons,
hélas !
De intrinsieke motivering is de belangrijkste. De
sensibiliseringscampagnes dragen daartoe bij,
aangezien zij een breder sociaal draagvlak creëren
en er ook mee voor zorgen dat wegcontroles en
strafrechtelijke sancties aanvaardbaar worden.
Opvoeding en sensibilisatie zijn noodzakelijk, maar
dat is niet genoeg.
Aan een efficiënte weginrichting is te lang geen
aandacht geschonken, en dat heeft te veel situaties
veroorzaakt waarin de woon- en verkeersfuncties
met elkaar botsen. De Gewesten en de gemeenten
leveren vandaag enorme inspanningen op dat stuk.
La motivation intrinsèque est la plus importante. Les
campagnes de sensibilisation y contribuent en
instaurant une plate-forme sociale plus vaste et
aident aussi à faire accepter les contrôles routiers
et les sanctions pénales.
L'éducation et la sensibilisation sont nécessaires,
mais elles ne sont pas suffisantes.
L'ergonomie de la route a été trop longtemps
négligée et a provoqué trop de situations de conflits
entre les fonctions d'habitat et de circulation. Les
Régions et les communes font aujourd'hui
d'énormes efforts dans ce sens.
In Vlaanderen levert men heel wat inspanningen op
het vlak van sensibilisering, de installatie van
flitspalen
en
de
aanpassing
van
de
weginfrastructuur.
Het
dalend
aantal
verkeersslachtoffers is het beste bewijs dat die
maatregelen tot resultaten leiden.
Wallonië heeft op het stuk van de weginrichting
vooruitgang geboekt, en zal zijn achterstand met
betrekking tot de installatie van flitspalen
wegwerken.
Het Brusselse Gewest heeft op de gevaarlijke
kruispunten camera's geïnstalleerd. Repressie moet
beschouwd worden als de beste preventie van
gevaarlijk rijgedrag.
In de studie over de impact van de boetes op de
motivatie van de weggebruikers wordt benadrukt
dat niet de hoogte van de boete, maar wel de
subjectieve pakkans bepalend is, bij voldoende
wegcontroles.
En Flandre on consacre beaucoup d'efforts à la
sensibilisation,
à
l'installation
de
radars
automatiques et à l'adaptation de la voirie. Les
résultats, en termes de diminution du nombre de
victimes, sont probants.
La Wallonie a fait un pas en avant concernant
l'aménagement de la voirie et va rattraper son
retard pour ce qui est de l'installation de radars
automatiques.
La Région de Bruxelles a installé des caméras aux
carrefours dangereux. La répression doit être
comprise comme la meilleure prévention contre les
comportements dangereux.
L'étude relative à l'impact des amendes sur la
motivation des usagers de la route insiste sur le fait
que ce n'est pas l'importance de l'amende qui est
en jeu mais le risque subjectif d'être pris, basé sur
un niveau de contrôle routier suffisamment présent.
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
Niet iedereen kan intrinsiek gemotiveerd worden
voor de naleving van elke verkeersregel, altijd en
overal.
Tout le monde n'est pas susceptible d'être motivé
intrinsèquement par le respect de chaque règle de
conduite à n'importe quel moment ou endroit.
Ik denk dat externe factoren, zoals de controles,
gecombineerd met een bewustwording door
communicatie, een duurzaam, veilig en sociaal
gedrag in de hand kunnen werken.
J'estime que les facteurs externes, comme les
contrôles combinés avec une prise de conscience
par la communication, sont en mesure d'amener un
comportement durable, sûr et social.
(Nederlands) Het is niet alleen voldoende dat men
het juiste rijgedrag kent en dat men het kan en wil
uitvoeren, maar men moet het in de praktijk ook
nog effectief uitvoeren. Een veilig en sociaal
rijgedrag moet worden aangeleerd en moet
gedragen worden door de maatschappij.
Tegen 2010 wil de regering het aantal
verkeerdoden verminderen tot maximum 750.
Daarvoor zullen verhoogde inspanningen op het
vlak van handhaving en communicatie nodig zijn.
(En néerlandais) Il ne suffit pas de connaître le
comportement de conduite adéquat et de pouvoir et
vouloir l'appliquer. Il faut aussi l'appliquer
effectivement dans la pratique. Un comportement
de conduite sûr et courtois s'apprend et doit être
porté par la société.
D'ici à 2010, le gouvernement veut ramener le
nombre de tués sur les routes à maximum 750. Des
efforts accrus devront dès lors être fournis en
matière de répression et de communication.
06.04 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Ik ben het eens
met deze analyse van de staatssecretaris. Als we
het aantal verkeersdoden willen verminderen, dan is
zowel sensibilisatie als controle nodig.
Vele bestuurders willen wel in de eigen woonwijk de
verkeersregels respecteren, maar elders is dat
blijkbaar een stuk moeilijker af te dwingen. Ik heb
wel al opgemerkt dat de snelheid op de
autosnelwegen ondertussen gedaald is. We zijn dus
op de goede weg om de ambitieuze doelstellingen
te halen.
06.04 David Geerts (sp.a+Vl.Pro) : Je fais mienne
cette analyse du secrétaire d'État. Nous ne ferons
pas baisser le nombre de tués sur nos routes sans
mener des campagnes de sensibilisation et sans
effectuer les contrôles requis.
Nombre de conducteurs respectent volontiers le
code de la route dans leur quartier mais ailleurs, ça
leur est visiblement beaucoup plus difficile. J'ai déjà
remarqué que la vitesse avait diminué sur nos
autoroutes, ce qui prouve que nous sommes sur la
bonne voie et que nous devrions atteindre les
objectifs ambitieux que nous nous sommes fixés.
06.05 Valérie De Bue (MR): Ik noteer dat deze
studie niet echt representatief is, en dat een
evenwicht tussen opvoeding en repressie nodig
blijkt.
06.05 Valérie De Bue (MR) : Je prends note du fait
que cette étude n'est pas vraiment représentative et
qu'un équilibre entre éducation et répression
s'avère nécessaire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer David Geerts aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de aanwezigheid van een
'veiligheidshamer' in auto's" (nr. 5865)
07 Question de M. David Geerts au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "la présence d'un 'marteau de secours' dans
les voitures" (n° 5865)</b>
07.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): In Nederland
heeft de minister van Mobiliteit de autosector
opgeroepen om de veiligheidshamer standaard in
elke auto te monteren. Dit werktuig kan worden
gebruikt om een ruit te breken wanneer men niet
meer via de portieren uit de wagen kan geraken. Er
bestaat
in
Nederland
ook
een
website
(www.hulpbijautotewater.nl) met tips om uit de auto
te ontsnappen wanneer die in het water is geraakt.
Bij hoeveel wagens die in ons land verkocht
07.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro) : Aux Pays-Bas,
le ministre de la Mobilité a appelé le secteur
automobile à prévoir un marteau de secours parmi
l'équipement de base de chaque véhicule. Ce
marteau peut être utilisé pour briser une vitre
lorsqu'il n'est plus possible d'ouvrir les portières
pour sortir du véhicule. Toujours aux Pays-Bas, un
site internet (www.hulpbijautotewater.nl) fournit des
conseils pour sortir d'une voiture tombée à l'eau.
Parmi les véhicules vendus dans notre pays,
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
worden, wordt standaard zo een veiligheidshamer
geleverd? Wat is de mening van de staatssecretaris
over de standaard montering ervan? Zal hij wat dit
betreft contact opnemen met de sector?
combien sont équipés de série d'un marteau de
secours ? Que pense le secrétaire d'État de l'idée
de prévoir pareil marteau dans l'équipement
standard ? Contactera-t-il le secteur à ce propos ?
07.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Ik beschik niet over cijfermateriaal
betreffende het aantal verkochte veiligheidshamers
in België. In Nederland belanden er per jaar
ongeveer 750 auto's in het water, waarbij er vijftig
tot zestig doden vallen omdat de slachtoffers de
auto niet tijdig kunnen verlaten. Men gaat er in
Nederland vanuit dat een veiligheidshamer op een
goed bereikbare plaats het aantal doden sterk kan
doen verminderen. Nederland is echter een
waterland,
België
niet,
dus
neemt
deze
problematiek hier niet dezelfde proporties aan.
Uiteraard zijn wij niet gekant tegen een dergelijke
veiligheidshamer, maar een verplichting is niet
aangewezen. Nuttige tips voor wie met zijn auto in
het water belandt, komen wel af en toe aan bod in
artikels en tv-programma's als Kijk Uit. Zo moet
men bijvoorbeeld wachten tot de auto volledig
onder water is gezonken vooraleer de ruit te breken.
Verder is het essentieel dat bij montage van zo een
veiligheidshamer dit gebeurt op een makkelijk
bereikbare plaats voor bestuurder en passagiers en
dat de hamer zeker niet gaat rondslingeren als een
mogelijk projectiel.
07.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Je ne dispose pas de données
chiffrées concernant le nombre de marteaux de
secours vendus en Belgique. Aux Pays-Bas,
environ 750 voitures par an se retrouvent dans l'eau
et il y a entre cinquante et soixante morts chaque
année parce que les conducteurs ne peuvent quitter
leur voiture à temps. Nos voisins du Nord
considèrent qu'un marteau de secours placé à un
endroit aisément accessible peut faire baisser
fortement le nombre de tués par noyade. Toutefois,
l'eau est omniprésente aux Pays-Bas, ce qui n'est
pas le cas en Belgique. Par conséquent, ce
problème n'a pas la même ampleur chez nous. Il va
sans dire que nous ne sommes pas opposés au
marteau de secours mais il nous semble que ce
serait une erreur de rendre sa présence obligatoire
dans le véhicule. Il arrive toutefois que certains
articles de presse ou des programmes de télévision
comme Kijk Uit donnent des conseils utiles aux
usagers de la route qui feraient une embardée dans
un plan d'eau. Ainsi, il faut par exemple attendre
que sa voiture soit entièrement immergée avant de
briser une vitre. En outre, il est essentiel de placer
le marteau à un endroit aisément accessible pour le
conducteur comme pour les passagers de façon à
éviter qu'il ne soit projeté dans l'habitacle et ne
puisse se transformer en projectile.
Contact met Febiac bevestigt echter dat deze
problematiek niet zo relevant is voor België.
Des contacts avec la Febiac ont toutefois confirmé
que cette question n'est pas très pertinente en ce
qui concerne la Belgique.
07.03 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Uiteraard heeft
Nederland een verschillende geografische situatie,
maar ik wou vooral weten of de problematiek ook in
ons land al onderzocht was.
07.03 David Geerts (sp.a+Vl.Pro) : La situation
géographique des Pays-Bas est bien évidemment
différente mais je voulais surtout savoir si la
problématique avait déjà été étudiée en ce qui
concerne notre pays.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de door een
laagvliegend
vliegtuig
veroorzaakte
mini-
wervelwind" (nr. 5866)
08 Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "la mini-tornade provoquée par un avion
volant à très basse altitude" (n° 5866)</b>
08.01 Xavier Baeselen (MR): In Erps-Kwerps zou
een laagvliegend vliegtuig een minitornado hebben
veroorzaakt. De dakpannen van een huis werden
weggeblazen en kwamen op het terras terecht.
Gelukkig vielen er geen slachtoffers. Een identiek
voorval heeft zich eerder al eens voorgedaan, en
08.01 Xavier Baeselen (MR) : A Erps-Kwerps, il
semblerait qu'une mini-tornade ait été causée par
un avion volant à basse altitude, arrachant les tuiles
d'une maison et les projetant sur la terrasse,
heureusement sans conséquence pour les
habitants. Un incident identique s'était déjà produit
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
toen hebben de bewoners van het getroffen huis
hun dak moeten renoveren. Naar verluidt worden de
huizen in die zone wel vaker beschadigd bij
soortgelijke incidenten.
De burgemeester van de gemeente betreurt dat er
geen oplossing gevonden werd. Hij vraagt Brussels
Airport Company (BAC) de herstellingskosten te
betalen en wil ook dat er boetes opgelegd worden
aan de luchtvaartmaatschappijen. Het enige
antwoord van BAC was dat bewoners gevraagd
werden te noteren welke vliegtuigen precies schade
toebrengen aan de daken. Dat lijkt me niet echt
ernstig.
Hoeveel soortgelijke incidenten werden er al
geregistreerd? Hoe kunnen dergelijke problemen
vermeden worden? Hoe worden de omwonenden
die het slachtoffer zijn van zulke incidenten
vergoed?
dans le passé, forçant ceux-ci à rénover leur toiture.
Il semble que les maisons de cette zone soient
fréquemment endommagées par des incidents de
ce type.
Le bourgmestre de la commune a déploré
qu'aucune solution n'ait été trouvée pour résoudre
le problème. Il demande que Brussels Airport
Company (BAC) prenne en charge les réparations
et que des amendes soient imposées aux
compagnies aériennes. La seule réponse de BAC a
été de demander aux habitants de noter les signes
distinctifs des avions qui causent des dégâts aux
toitures. Ce n'est pas très sérieux.
Combien d'incidents de cette nature ont-ils été
enregistrés? Comment éviter ce genre de
problèmes? Quels sont les modes d'indemnisation
des riverains victimes de ces incidents?
08.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De gemeentebesturen van de betrokken
omwonenden hebben de administratie inderdaad op
de hoogte gebracht van schade aan de daken als
gevolg van het opstijgen of het landen van
vliegtuigen op de luchthaven Brussel-Nationaal. Het
gerecht is bevoegd voor dat probleem, maar het
Directoraat-Generaal Luchtvaart (DGLV) heeft
contact opgenomen met de luchthavenexploitant
om een oplossing te zoeken.
08.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Des dégâts aux toitures suite au
décollage ou à l'atterrissage d'avions à l'aéroport de
Bruxelles-National ont effectivement été signalés à
l'administration par les autorités communales des
riverains concernés. Il s'agit d'un problème pour
lequel les instances judiciaires sont compétentes,
mais la Direction générale du transport aérien
(DGTA) a pris contact avec l'exploitant de l'aéroport
pour tenter de trouver une solution.
De luchthavenuitbater BAC deelt ons mee dat een
aantal omwonenden deze zaak voor de rechter
heeft gebracht en dat binnen enkele dagen een
uitspraak wordt verwacht. BAC voert aan dat de
betrokken vliegtuigoperatoren aansprakelijk zijn, en
dat zijn aansprakelijkheid zich beperkt tot het
grondverkeer. De hangende processen zullen
ongetwijfeld meer duidelijkheid brengen.
In afwachting van een oplossing heeft het DGLV de
gemeentebesturen aangeraden hun inwoners te
vragen zoveel mogelijk bewijzen te verzamelen met
het oog op de aanvraag om schadeloosstelling bij
de luchthavenbeheerder of voor de rechtbank. De
gemeentebesturen
kunnen
ook
preventieve
maatregelen
nemen,
en
voor
nieuwbouw
bijvoorbeeld eisen dat het dak beter bestand moet
zijn tegen overvliegende vliegtuigen.
Ten slotte heeft het DGLV de luchthavenexploitant
gevraagd gegevens met betrekking tot de klachten
van de omwonenden over te zenden, teneinde te
kunnen uitmaken welke vliegtuigtypes vaak schade
veroorzaken, en in voorkomend geval specifieke
maatregelen te nemen. Indien inderdaad blijkt dat
met de beschuldigende vinger gewezen kan worden
naar bepaalde vliegtuigtypes, zal ik maatregelen
BAC nous informe que certains riverains ont porté
cette affaire devant les tribunaux et que le jugement
devrait tomber dans les jours à venir. BAC soutient
que la responsabilité en incombe aux opérateurs
des avions concernés et que sa propre
responsabilité se limite aux opérations au sol. Les
procès en cours apporteront plus de clarté sur cette
question.
En attendant une solution, la DGTA a conseillé aux
autorités communales concernées de demander à
leurs habitants d'utiliser tous les moyens pour
rassembler des preuves afin de les utiliser lors de la
demande d'indemnisation adressée au gestionnaire
aéroportuaire ou devant un tribunal. Les autorités
communales ont également la possibilité de
prendre des mesures préventives, comme
l'obligation pour les nouvelles constructions de
toitures résistant mieux au survol.
Enfin, la DGTA a demandé à l'exploitant de
l'aéroport de lui fournir des données sur les plaintes
déposées par les riverains afin d'identifier les types
d'avions qui sont souvent à l'origine des dégâts
pour que, le cas échéant, des mesures puissent
être prises à l'égard de ce type d'avions. Si,
effectivement, certains types d'avions sont mis en
cause, je prendrai des mesures quant à l'utilisation
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
nemen wat het gebruik van de luchthaven door dat
soort vliegtuigen betreft.
de l'aéroport par ce type d'avions.
08.03
Xavier
Baeselen
(MR):
De
luchthavenuitbater is dus wel degelijk verplicht een
burgerlijkeaansprakelijkheidsverzekering te nemen.
Daarvan wil hij op dit ogenblik echter klaarblijkelijk
geen gebruik maken.
08.03 Xavier Baeselen (MR) : J'entends bien qu'il
y a une obligation pour l'exploitant de l'aéroport
d'établir une couverture en responsabilité civile.
Manifestement, il ne veut pas l'utiliser pour l'instant.
08.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Na het vonnis zullen we daar meer over
weten.
08.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Le jugement nous instruira en la matière.
08.05 Xavier Baeselen (MR): Naast de noodzaak
om de daken te verstevigen, zouden we ons
moeten afvragen of er eventueel niet onteigend
moet worden.
08.05 Xavier Baeselen (MR) : A part la nécessité
de renforcer les toitures, il faudrait se poser la
question d'une expropriation éventuelle.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de moeilijkheden bij het
opsporen van de identiteit van buitenlandse
bestuurders
bij
gedepenaliseerde
parkeerovertredingen" (nr. 5916)
09 Question de M. Jef Van den Bergh au
secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au premier
ministre sur "les difficultés d'identification de
conducteurs étrangers dans le cas d'infractions
de stationnement dépénalisées" (n° 5916)</b>
09.01 Jef Van den Bergh (CD&V - N-VA): In 2003
werd een aantal lichte parkeerovertredingen
'gedepenaliseerd'
en
uitbesteed
aan
parkeerbedrijven. De vervolging van buitenlandse
overtreders blijft echter een moeilijke zaak.
In 2006 ratificeerde ons land het Verdrag van Prüm.
Artikel 12 van dit verdrag bepaalt dat de
verschillende aangesloten landen elkaar inzage
zouden geven in de gegevens betreffende
buitenlandse bestuurders bij de vervolging van
strafbare feiten en overtredingen. Klopt het dat dit
verdrag eigenlijk geen oplossing biedt bij de
vervolging
van
de
gedepenaliseerde
parkeerovertredingen? Klopt het dat de auto's van
buitenlandse bestuurders in principe op basis van
artikel 54bis van de verkeerswet geblokkeerd
mogen worden via een wielklem? Is er een KB
nodig om dit principe operationeel te maken? Kan
de bevoegdheid om de wielklem te hanteren
worden doorgegeven aan de parkeerbedrijven of
gaat dit dan weer te ver?
09.01 Jef Van den Bergh (CD&V - N-VA): En
2003, une série d'infractions de roulage légères ont
été «dépénalisées » et sous-traitées à des
entreprises de stationnement. La poursuite des
contrevenants étrangers continue toutefois de poser
problème.
L'article 12 du Traité de Prüm, déjà ratifié par notre
pays en 2006, dispose que les pays signataires ont
un droit d'accès aux données relatives aux
conducteurs étrangers dans la cadre de la poursuite
de faits répréhensibles et d'infractions. Est-il exact
que ce traité n'offre en réalité aucune solution pour
la poursuite des infractions de stationnement
dépénalisées ? Est-il exact que, sur la base de
l'article 54 bis de la loi sur la circulation routière, les
véhicules de conducteurs étrangers peuvent en
principe être bloqués au moyen d'un sabot ? Un
arrêté royal doit-il être pris pour que ce principe soit
rendu opérationnel ? La compétence de recourir à
un sabot peut-elle être transférée aux entreprises
de stationnement, ou serait-ce aller trop loin ?
09.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Het Verdrag van Prüm is niet van
toepassing
op
de
gedepenaliseerde
parkeerovertredingen. Momenteel wordt er wel
gewerkt aan bilaterale akkoorden met de
buurlanden. Het akkoord met Frankrijk is zo goed
als rond en met Nederland en Luxemburg zijn de
onderhandelingen volop aan de gang.
09.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Le traité de Prüm ne s'applique pas
aux infractions de stationnement dépénalisées. Des
accords bilatéraux sont l'objet de préparatifs
intenses avec les pays voisins. L'accord avec la
France est quasiment finalisé et les négociations
sont en cours avec les Pays-Bas et le Luxembourg.
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
Het is de bedoeling om op termijn gegevens
betreffende
nummerplaten
van
buitenlandse
overtreders uit te kunnen wisselen. De Europese
Commissie zal ter zake initiatieven nemen. Ik vind
dat zo een gegevensuitwisseling ook mogelijk moet
zijn in geval van gedepenaliseerde overtredingen.
L'objectif est de pouvoir procéder à terme à des
échanges de données relatives aux plaques
d'immatriculation de contrevenants étrangers. La
Commission européenne va prendre des initiatives
en la matière. Je considère que pareils échanges
de données doivent aussi être possibles pour les
infractions dépénalisées.
Sinds 2005 voorziet de wet in de mogelijkheid van
het
gebruik
van
een
parkeerklem
bij
parkeerovertredingen. Dat systeem is tot nu toe nog
nooit toegepast, hoewel het de buitenlandse
overtreder tot betalen zou dwingen. Ik laat dit punt
nog nader onderzoeken. Ook zal ik nagaan of
gemeenten de wielklem ook zouden kunnen
gebruiken bij gedepenaliseerde overtredingen.
Depuis 2005, la loi prévoit la possibilité d'utiliser un
sabot d'arrêt pour les véhicules en infraction de
stationnement. Ce système n'a jamais été appliqué
à ce jour, bien qu'il contraindrait le contrevenant
étranger au paiement. Je demanderai un examen
plus approfondi de ce point. Je vérifierai également
si les communes pourraient utiliser, elles aussi, le
sabot pour des infractions dépénalisées.
09.03 Jef Van den Bergh (CD&V - N-VA):
Buitenlandse
parkeerovertreders
ontsnappen
momenteel dus aan elke sanctie. Vermits er wordt
gewerkt aan het probleem, mogen we gelukkig
hopen op een oplossing,
09.03 Jef Van den Bergh (CD&V - N-VA) : Les
auteurs étrangers d'infractions de stationnement
échappent actuellement à toute sanction. Étant
donné que le problème est actuellement examiné,
nous pouvons heureusement espérer une solution.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Guido De Padt aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de oorzaken van
ongevallen met vrachtwagens" (nr. 5966)
10 Question de M. Guido De Padt au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "la cause des accidents impliquant des poids
lourds" (n° 5966)</b>
10.01 Guido De Padt (Open Vld): Uit een
onderzoek van de Vlaamse Automobilistenbond
(VAB) blijkt dat lang niet altijd het rijgedrag van
vrachtwagenbestuurders, doch ook andere factoren
aan de basis liggen van een ongeval met een of
meerdere vrachtwagens. Een belangrijke andere
factor is de weginfrastructuur. De VAB heeft een
'zwarte' lijst opgesteld van risicofactoren met
betrekking tot de weginfrastructuur. Aangezien men
tegen 2030 een toename van het vrachtvervoer met
50 procent verwacht, vormt dit steeds meer een
ernstig probleem. Het onderzoek benadrukt ook het
belang van een grondige ongevallenanalyse om te
kunnen komen tot een efficiënt actieplan.
Wat is de visie van de staatssecretaris ter zake?
Denkt hij dat onze verkeersinfrastructuur de
verwachte sterke groei van het vrachtwagenvervoer
zal aankunnen? Welke aanpassingen zullen
eventueel nog nodig zijn? Gaat hij concreet werk
maken van een ernstige ongevallenanalyse?
10.01 Guido De Padt (Open Vld) : Une étude du
Vlaamse Automobilistenbond (VAB) nous apprend
que le comportement au volant des conducteurs de
camions est loin d'être la seule cause des accidents
impliquant un ou plusieurs poids lourds.
L'infrastructure routière constitue un autre facteur
important. Le VAB a dressé une `liste noire' des
facteurs de risques en la matière. Compte tenu de
l'augmentation prévue de 50% d'ici à 2030 du
transport routier, ce point constitue un problème de
plus en plus préoccupant. L'étude en question
souligne aussi combien il importe d'analyser les
accidents en profondeur pour pouvoir élaborer un
plan d'action efficace.
Quelle est la vision du secrétaire d'État en la
matière ? Pense-t-il que notre infrastructure routière
pourra faire face à la forte croissance attendue du
transport par camions ? À quelles améliorations
faudra-t-il encore procéder, le cas échéant ? Le
secrétaire d'État va-t-il prendre des initiatives
concrètes pour qu'une analyse sérieuse des
accidents soit réalisée ?
10.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Ik heb kennis genomen van dit
onderzoek. De studie lokaliseert een aantal
10.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) :
J'ai
pris
connaissance
des
conclusions de cette étude. Sans se limiter au style
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
trajecten waar het ongevallenrisico het hoogst is en
brengt risicofactoren naast het rijgedrag van de
vrachtwagenbestuurder in kaart. Speciale aandacht
wordt gevraagd voor wegenwerken op risicowegen,
waar een veel duidelijker signalisatie nodig is. Het
gaat in dit onderzoek enkel over Vlaamse
verkeersinfrastructuur, waarvoor dus het Vlaamse
Gewest bevoegd is.
Onderzoek wijst uit dat de vrachtwagenbestuurders
verhoudingsgewijs oververtegenwoordigd zijn in de
Vlaamse ongevallenstatistieken, terwijl dat niet het
geval is in Wallonië.
de conduite adopté par les chauffeurs de poids
lourds, elle met en lumière les itinéraires les plus
dangereux tout en dressant l'inventaire des facteurs
de risque. Les auteurs demandent qu'une attention
particulière soit accordée aux travaux réalisés sur
les routes à risque et estiment qu'une signalisation
beaucoup plus claire serait nécessaire. Cette étude
ne concerne que les infrastructures routières
flamandes relevant de la compétence de la Région
flamande.
Elle révèle que les conducteurs de poids lourds sont
relativement surreprésentés dans les statistiques
flamandes relatives aux accidents, contrairement à
la situation qui prévaut en Wallonie.
Ik ben bereid werk maken van een ernstige analyse
van de ongevallenstatistieken, inclusief een
jaarlijkse publicatie van de ongevallencijfers evenals
aandacht voor de verschillende tendensen en
details.
Het
Belgisch
Instituut
voor
de
Verkeersveiligheid wil ter zake nog diepgaander
onderzoek verrichten, met behulp van het
zogenaamde Belgian Accident Research Team
(BART). Een proefproject wordt opgestart in het
najaar, met een stelselmatige analyse gedurende
één jaar van de ongevallen met vrachtwagens op
de Oost-Vlaamse autosnelwegen.
Een brede waaier van maatregelen is nodig om de
voorspelde groei met 50 procent van het
vrachtvervoer tegen 2030 op te kunnen vangen. Dit
kadert echter in een breed mobiliteitsdebat.
Je suis disposé à faire procéder à une analyse
approfondie des statistiques relatives aux accidents
de la route, à publier chaque année ces statistiques
et à assurer un suivi des différentes tendances et
aspects de détail. L'Institut belge pour la
sécurité routière a l'intention, quant à lui, de mener
des études encore plus approfondies en la matière
avec l'aide du Belgian Accident Research Team
(BART). Un projet pilote sera lancé à l'automne. Ce
projet consistera en une analyse systématique,
pendant une année, des accidents qui se seront
produits sur les autoroutes de Flandre orientale et
dans lesquels auront été impliqués des poids
lourds.
Afin de pouvoir faire face à la croissance prévue de
50 % du transport de marchandises par route, il est
indispensable que nous nous dotions d'un important
arsenal de mesures d'ici à 2030. Ceci cadre
toutefois dans un large débat sur la mobilité.
10.03 Guido De Padt (Open Vld): Ik ben blij dat de
staatssecretaris
deze
materie
ernstig
wil
analyseren. Dit is in het verleden niet altijd gebeurd.
10.03 Guido De Padt (Open Vld) : Je me réjouis
que le secrétaire d'État soit déterminé à analyser
cette matière avec le sérieux qu'elle mérite. Cela
n'a pas toujours été le cas dans le passé.
Als Oost-Vlaming kijk ik met veel belangstelling uit
naar het bewuste proefproject Dit soort waardevolle
informatie zal ons in staat stellen om het
verkeersbeleid in goede banen te leiden.
En tant que Flamand de Flandre occidentale,
j'attends avec grand intérêt le fameux projet pilote.
Ces précieuses informations nous permettront
d'orienter la politique de la circulation dans la bonne
voie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer David Geerts aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de voertuigen
aangedreven door waterstof" (nr. 6041)
11 Question de M. David Geerts au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "les véhicules roulant à l'hydrogène"
(n° 6041)</b>
11.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Onlangs werd
in Ruisbroek een waterstoftankstation geopend voor
wagens die worden aangedreven door deze
11.01 David Geerts (sp.a+Vl.Pro): Une station
d'approvisionnement en hydrogène s'est ouverte
récemment à Ruisbroek pour alimenter les
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
brandstof, die bij verbranding nog enkel water als
restproduct oplevert. De wagens ­ drie in getal -
konden echter niet worden ingeschreven en
moesten daarom met een Duitse nummerplaat
rijden.
Klopt het dat dergelijke wagens niet kunnen worden
ingeschreven bij de Dienst Inschrijving van
Voertuigen(DIV)?
Kunnen
producenten
of
instellingen die zo een wagen ontwikkelen, een
uitzondering aanvragen of zal de staatssecretaris
de algemene regelgeving aanpassen? Heeft de
staatssecretaris
weet
van
andere
inschrijvingsproblemen voor wagens met een
alternatieve aandrijving? Wordt de verkoop van
waterstof op een of andere manier belast door de
federale overheid?
véhicules qui utilisent ce carburant dont la
combustion ne produit que de l'eau. Les véhicules ­
au nombre de trois ­ n'avaient toutefois pas pu être
immatriculés et étaient dès lors munis d'une plaque
allemande.
Est-il exact que de tels véhicules ne peuvent être
immatriculés à la Division de l'Immatriculation des
Véhicules (DIV)? Des producteurs ou des
organismes peuvent-ils développer un tel véhicule
ou solliciter une dérogation ou le secrétaire d'État
compte-t-il adapter la réglementation générale en la
matière? Le secrétaire d'État a-t-il connaissance
d'autres difficultés rencontrées pour immatriculer
des véhicules utilisant des carburants non
conventionnels ? L'autorité fédérale va-t-elle taxer
l'hydrogène différemment des autres carburants?
11.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Het is onjuist dat voertuigen op
waterstof niet onmiddellijk ingeschreven kunnen
worden bij de DIV. De betrokken procedure is die
van de individuele goedkeuring. Als de producent
voertuigen in België in het verkeer brengt en ter
beschikking stelt aan derden, moet hij tijdig op basis
van de geldende regelgeving de nodige aanvragen
voor zo een individuele goedkeuring doen.
De Europese Commissie werkt momenteel aan een
ontwerp van richtlijn om de typegoedkeuring van
voertuigen op waterstof mogelijk te maken. Ons
land volgt het dossier van nabij op. België hinkt in
geen geval achterop op dit vlak.
Er zijn geen problemen bij het inschrijven van
voertuigen met een alternatieve aandrijving. Voor
het fiscaal regime verwijs ik de heer Geerts naar de
federale en gewestelijke ministers van Financiën.
11.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Il n'est pas exact que les véhicules
fonctionnant à l'hydrogène ne peuvent pas être
immatriculés immédiatement auprès de la DIV. La
procédure appliquée est celle de l'approbation
individuelle. Lorsqu'un producteur met des
véhicules en circulation dans le pays et les met à la
disposition de tiers, il doit veiller, en vertu de la
réglementation existante, à introduire les demandes
requises en temps opportun en vue d'une telle
approbation individuelle.
La Commission européenne prépare un projet de
directive pour permettre l'approbation type de
véhicules fonctionnant à l'hydrogène. Notre pays
suit le dossier de près. La Belgique n'est nullement
à la traîne dans ce dossier.
L'immatriculation d'un véhicule alimenté par des
carburants non conventionnels ne pose aucun
problème. En ce qui concerne le régime fiscal, je
renvoie M. Geerts aux ministres fédéral et régional
des Finances.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de eerste resultaten van
het technisch onderzoek naar de crash van de
Boeing 747-209F" (nr. 6047)
12 Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "les premiers résultats de l'enquête
technique sur le crash du Boeing 747-209F"
(n° 6047)</b>
12.01 Xavier Baeselen (MR): Volgens de pers zijn
de eerste resultaten beschikbaar van het technisch
onderzoek naar de crash van de Boeing die op 25
mei 2008 bij het opstijgen op startbaan 20 van de
luchthaven van Zaventem in stukken brak. Mogen
we daaruit afleiden dat de definitieve resultaten
vooralsnog op zich laten wachten?
12.01 Xavier Baeselen (MR): Selon la presse,
l'enquête technique sur le crash du Boeing qui s'est
brisé, le 25 mai 2008, après son décollage de la
piste 20 de l'aéroport de Zaventem, a livré ses
premiers résultats. Faut-il comprendre que des
résultats définitifs doivent encore survenir ?
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
In het als tussentijds bestempelde rapport wordt
vermeld dat het vliegtuig 300 meter na het einde
van de startbaan in stukken brak. De lengte van
startbaan 20 dient dan ook in vraag te worden
gesteld. De veiligheidsmarge van deze baan
bedraagt voor het opstijgen van het vliegtuig in
kwestie slechts 187 meter (het vliegtuig had 2.800
meter nodig), terwijl startbaan 25R, met een lengte
van 3.638 meter, 838 meter veiligheidsmarge biedt.
Indien het vliegtuig was opgestegen vanop
startbaan 25R, dan was het nog tot stilstand
gekomen op de startbaan, en niet erachter.
Zijn de resultaten waarover u beschikt de definitieve
resultaten? Wacht u nog op andere informatie
daaromtrent?
Le rapport ­ annoncé comme intermédiaire ­
indique que l'avion s'est brisé 300 mètres après la
fin de la piste, ce qui tend à mettre en question la
longueur de cette piste 20. En effet, la marge de
sécurité de cette piste n'est que de 187 mètres pour
le décollage de l'avion en question (qui avait besoin
de 2.800 m), alors que la piste 25R, qui fait 3.638
mètres, offrait 838 mètres de marge de sécurité. Si
l'avion avait décollé de la piste 25R, il se serait
simplement arrêté sur la piste et non au-delà.
Les résultats en votre possession sont-ils définitifs ?
Attendez-vous d'autres informations à ce sujet ?
12.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Mijn administratie, met name de
onderzoekscel `Air Accident Investigation Unit', is
belast met het onderzoek naar het ongeval dat zich
op 25 mei 2008 op de luchthaven van Brussel-
Nationaal heeft voorgedaan.
De eerste resultaten van dat onderzoek werden
gepubliceerd in een persbericht van 4 juni 2008. Het
onderzoek wordt voortgezet, maar we kunnen geen
nadere informatie verstrekken over de conclusies.
De analyse van zo'n ongeval zou zes maand à een
jaar in beslag moeten nemen. Het eindrapport zal
opgesteld en bekendgemaakt worden.
In de huidige stand van het onderzoek zou alvast
gebleken zijn dat de parameters van het vliegtuig,
de startbaan en de weersgesteldheid correct in de
boordcomputer werden ingevoerd. Naast deze
gegevens zijn er nog andere data nodig, die
gevalideerd moeten worden om de precieze
oorzaak van het ongeval te bepalen.
12.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Mon administration, notamment la cellule
d'enquête « Accidents aériens », est chargée de
l'enquête sur l'accident survenu à l'aéroport de
Bruxelles-National le 25 mai dernier.
Les premiers résultats de cette enquête ont été
publiés dans un communiqué de presse daté du 4
juin 2008. L'enquête se poursuit mais nous ne
pouvons donner plus d'informations sur les
conclusions. L'analyse d'un tel accident devrait
prendre entre six mois et un an. Le rapport final
sera établi et rendu public.
Au stade actuel de l'enquête, il semble que les
paramètres de l'avion, de la piste de décollage et
les
conditions
météorologiques
aient
été
correctement introduits dans l'ordinateur de bord. Il
faut rassembler d'autres données et valider
l'ensemble pour déterminer les causes de cet
accident.
12.03 Xavier Baeselen (MR): Het is dus wachten
op de definitieve onderzoeksresultaten. Ook al kan
men geen definitieve conclusie trekken, toch kan
men er niet omheen dat de veiligheidsmarge op
startbaan 25R groter is dan de marge op startbaan
20. Zo komen we terug op de vraag over het
gebruik van startbaan 20. We zullen hier later nog
op terugkomen, meer bepaald wanneer de politieke
beslissing zal genomen worden, hopelijk op grond
van
de
technische
gegevens
en
het
veiligheidsaspect.
12.03 Xavier Baeselen (MR) : Il faudra donc
attendre les résultats définitifs de l'enquête. Si l'on
ne peut tirer de conclusion définitive, une réalité
s'impose : la marge de sécurité sur la piste 25R est
plus importante que sur la piste 20. Cela relance la
question de l'utilisation de la piste 20. Nous aurons
encore l'occasion d'en discuter, notamment lorsque
la décision politique sera prise, sur base ­ j'espère
­ des éléments techniques et de sécurité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Guido De Padt aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"de
mogelijke
concurrentievervalsing door het inzetten van
landbouwvoertuigen
voor
goederenvervoer"
(nr. 6292)
13 Question de M. Guido De Padt au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "l'éventuelle distorsion de concurrence
engendrée par l'affectation de véhicules agricoles
à des transports de marchandises" (n° 6292)</b>
16/06/2008
CRABV 52
COM 258
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
13.01 Guido De Padt (Open Vld): Zowel de
beroepsfederatie voor het goederenvervoer als
enkele transportondernemingen uitten de voorbije
maanden hun bezorgdheid over het oneigenlijke
gebruik
van
landbouwvoertuigen
voor
goederenvervoer.
Het
gebruik
van
landbouwvoertuigen is strikt beperkt tot het gebruik
in de land- of bosbouw. Voor de voertuigen gelden
verschillende fiscale en administratieve privileges
alsook privileges inzake brandstoffengebruik.
Het is natuurlijk onaanvaardbaar dat een
onwettelijke toestand tot deloyale concurrentie leidt
en bovendien de verkeersveiligheid in het gedrang
kan brengen. De federale politie zou deze
oneigenlijke praktijk bevestigd hebben, maar
beschikt niet over gegevens over de omvang ervan.
Beschikt de staatssecretaris wel over dergelijke
gegevens? Wil hij het probleem geïntegreerd
aanpakken binnen het actieplan Zwaar Vervoer
waarin alle controlediensten verenigd zijn? Komt er
op korte termijn een initiatief, bijvoorbeeld het
samenroepen van het betrokken directiecomité of
een aanpassing van de reglementering met
betrekking tot landbouwvoertuigen?
13.01 Guido De Padt (Open Vld) : Tant la
fédération
professionnelle
du
transport
de
marchandises que certaines entreprises de
transport ont exprimé ces derniers mois leur
inquiétude concernant l'utilisation impropre de
véhicules
agricoles
pour
le
transport
de
marchandises. L'usage des véhicules agricoles est
strictement limité à l'agriculture et à la sylviculture.
Leurs utilisateurs profitent de différents avantages
fiscaux et administratifs ainsi que de privilèges en
matière de consommation de carburant.
Il est bien sûr inacceptable qu'une situation illégale
entraîne une concurrence déloyale et menace en
outre la sécurité routière. La police fédérale aurait
confirmé l'existence de cette pratique abusive mais
elle ne dispose pas de données concernant son
importance.
Le secrétaire d'État dispose-t-il d'information de ces
données ? Entend-il réserver à ce problème une
approche intégrée cadrant dans le plan d'action
« transport lourd », qui réunit tous les services de
contrôle ? Peut-on s'attendre à brève échéance à
une initiative, comme la convocation du comité de
direction concerné ou une modification de la
réglementation relative aux véhicules agricoles ?
13.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Ook ik beschik niet over objectieve
gegevens die de omvang van het oneigenlijke
gebruik
van
landbouwvoertuigen
voor
goederenvervoer weergeven. De controledienst van
mijn administratie heeft in zijn jaarlijks controleplan
1.500 controles gepland in de sector van het
goederenvervoer met landbouwtractoren. Tot op
heden werden driehonderd controles effectief
uitgevoerd. De resterende controles komen er
tijdens het zomerseizoen, de periode van het
graantransport, en tijdens het herfstseizoen, de
periode van het bietentransport. Het is ons dus
menens
om
werk
te maken
van deze
aangelegenheid.
Ik laat de zaak verder aankaarten op de komende
bijeenkomsten van het actieplan Zwaar Vervoer
teneinde tot een geïntegreerde oplossing te komen.
Daartoe
zal
de
samenwerking
van
alle
controlediensten worden gevraagd. In het bijzonder
zal men een beroep doen op de ondersteuning door
de lokale politiediensten, hoofdzakelijk in de
landelijke zones, waar het goederenvervoer met
landbouwtractoren het meest voorkomt. Er kunnen
in samenwerking met Douane en Accijnzen ook
projecten worden opgestart in verband met het
gebruik van rode stookolie bij de betrokken
voertuigen.
13.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Je ne dispose pas non plus de
données
objectives
indiquant
l'ampleur
de
l'utilisation impropre de véhicules agricoles pour le
transport de marchandises. Dans son plan de
contrôle annuel, le service de contrôle de mon
administration a prévu 1.500 contrôles dans le
secteur du transport de marchandises à l'aide de
tracteurs agricoles. Jusqu'à présent, trois cents
contrôles ont effectivement été réalisés. Les
contrôles restants seront menés en été, saison du
transport des céréales, et en automne, saison du
transport des betteraves. Notre intention est donc
de nous occuper de cette problématique.
Je demanderai que le dossier soit encore examiné
lors des prochaines réunions du plan d'action Poids
Lourds afin d'obtenir une solution intégrée. La
collaboration de l'ensemble des services de
contrôle sera sollicitée à cette fin. L'aide des
services de police locaux sera notamment
demandée, essentiellement dans les zones rurales
où le transport de marchandises à l'aide de
tracteurs agricoles est le plus fréquent. En
collaboration avec l'administration des Douanes et
Accises, des initiatives pourront également être
prises en ce qui concerne l'utilisation de mazout
rouge dans les véhicules concernés.
CRABV 52
COM 258
16/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
Nauwkeurige
inlichtingen
over
onwettige
toestanden kunnen steeds worden gemeld. Mijn
diensten zullen onmiddellijk ingrijpen.
Ik zal ervoor zorgen dat er voor de regelgeving
inzake landbouwtractoren een overleggroep wordt
opgericht die de verschillende mogelijkheden zal
onderzoeken om misbruiken te voorkomen. Bij mijn
administratie vond trouwens al een bijeenkomst
plaats van het overlegcomité voor goederenvervoer
over de weg, met vertegenwoordigers van de
federaties
van
de
wegvervoerders,
een
vakbondsafgevaardigde van de sector, een
vertegenwoordiger van de landbouwsector en een
vertegenwoordiger van Douane en Accijnzen. Op
basis van deze bijeenkomst heeft mijn administratie
beslist om de controles op te voeren en na te gaan
welke wijzigingen eventueel aan de regelgeving
moeten worden doorgevoerd.
Il est toujours possible de communiquer des
renseignements précis à propos d'irrégularités. Mes
services interviendront séance tenante.
S'agissant de la réglementation relative aux
tracteurs agricoles, je veillerai à ce que soit créé un
groupe de concertation qui étudiera les différents
moyens de prévenir les abus. Dans mon
administration s'est d'ailleurs déjà tenue une
réunion du comité de concertation chargé du
transport de marchandises par route et composé de
représentants des fédérations de transporteurs
routiers, d'un délégué syndical du secteur, d'un
représentant du secteur agricole et d'un
représentant de l'administration des Douane et
Accises. Sur la base des résultats obtenus à l'issue
de cette réunion, mon administration a décidé
d'intensifier les contrôles et de tenter de déterminer
quelles modifications pourraient être apportées à la
réglementation.
13.03 Guido De Padt (Open Vld): Zijn er
resultaten bekend van de driehonderd controles die
al gebeurd zijn?
13.03 Guido De Padt (Open Vld) : Certains
résultats des trois cents contrôles effectués sont-ils
déjà connus ?
13.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Neen.
13.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Non.
13.05 Guido De Padt (Open Vld): Ik ben blij dat de
staatssecretaris het probleem onderkent.
13.05 Guido De Padt (Open Vld): Je me réjouis
que le secrétaire d'État se soit attaché à analyser
ce problème.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.59 uur.
La réunion publique de commission est levée à
15 h 59.