KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 207
CRABV 52 COM 207
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR HET
B
EDRIJFSLEVEN
,
HET
W
ETENSCHAPSBELEID
,
HET
O
NDERWIJS
,
DE
N
ATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE
I
NSTELLINGEN
,
DE
M
IDDENSTAND
EN DE
L
ANDBOUW
C
OMMISSION DE L
'E
CONOMIE
,
DE LA
P
OLITIQUE
SCIENTIFIQUE
,
DE L
'E
DUCATION
,
DES
I
NSTITUTIONS SCIENTIFIQUES ET CULTURELLES
NATIONALES
,
DES
C
LASSES MOYENNES ET DE
L
'A
GRICULTURE
dinsdag
mardi
13-05-2008
13-05-2008
namiddag
après-midi
CRABV 52
COM 207
13/05/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Luk Van Biesen aan de
minister van KMO, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "het systeem van
'vliegende ondernemers'" (nr. 5090)
1
Question de M. Luk Van Biesen à la ministre des
PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la
Politique scientifique sur "le système des
'entrepreneurs volants'" (n° 5090)
1
Sprekers: Luk Van Biesen, Sabine Laruelle,
minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw
en Wetenschapsbeleid
Orateurs: Luk Van Biesen, Sabine Laruelle,
ministre des PME, des Indépendants, de
l'Agriculture et de la Politique scientifique
Vraag van de heer Mathias De Clercq aan de
minister van KMO, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "het aantal zelfstandigen
die een aanvraag tot gelijkstelling indienen en de
gevolgen daarvoor voor hun pensioen" (nr. 5097)
2
Question de M. Mathias De Clercq à la ministre
des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de
la Politique scientifique sur "le nombre
d'indépendants qui introduisent une demande
d'assimilation et les conséquences qui en
découlent pour leur pension" (n° 5097)
2
Sprekers: Mathias De Clercq, Sabine
Laruelle, minister van KMO's, Zelfstandigen,
Landbouw en Wetenschapsbeleid
Orateurs: Mathias De Clercq, Sabine
Laruelle,
ministre
des
PME,
des
Indépendants, de l'Agriculture et de la
Politique scientifique
Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-
eersteminister en minister van Werk en Gelijke
Kansen over "het aantal faillissementen in 2008"
(nr. 5102)
3
Question de Mme Sarah Smeyers à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances sur "le nombre de faillites en
2008" (n° 5102)
3
Sprekers: Sarah Smeyers, Sabine Laruelle,
minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw
en Wetenschapsbeleid
Orateurs: Sarah Smeyers, Sabine Laruelle,
ministre des PME, des Indépendants, de
l'Agriculture et de la Politique scientifique
Vraag van de heer Philippe Henry aan de minister
van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "de hervorming van het
statuut van wetenschapper in het federaal
openbaar ambt" (nr. 5187)
5
Question de M. Philippe Henry à la ministre des
PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la
Politique scientifique sur "la réforme du statut du
scientifique dans la fonction publique fédérale"
(n° 5187)
5
Sprekers: Philippe Henry, Sabine Laruelle,
minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw
en Wetenschapsbeleid
Orateurs: Philippe Henry, Sabine Laruelle,
ministre des PME, des Indépendants, de
l'Agriculture et de la Politique scientifique
CRABV 52
COM 207
13/05/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR HET
BEDRIJFSLEVEN, HET
WETENSCHAPSBELEID, HET
ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN
CULTURELE INSTELLINGEN, DE
MIDDENSTAND EN DE
LANDBOUW
COMMISSION DE L'ECONOMIE,
DE LA POLITIQUE SCIENTIFIQUE,
DE L'EDUCATION, DES
INSTITUTIONS SCIENTIFIQUES
ET CULTURELLES NATIONALES,
DES CLASSES MOYENNES ET DE
L'AGRICULTURE
van
DINSDAG
13
MEI
2008
Namiddag
______
du
MARDI
13
MAI
2008
Après-midi
______
De vergadering wordt geopend om 14.16 uur en
voorgezeten door de heer Mathias De Clercq.
La réunion publique est ouverte à 14 h 16 sous la
présidence de M. Mathias De Clercq.
01 Vraag van de heer Luk Van Biesen aan de
minister van KMO, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "het systeem van
'vliegende ondernemers'" (nr. 5090)
01 Question de M. Luk Van Biesen à la ministre
des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de
la Politique scientifique sur "le système des
'entrepreneurs volants'" (n° 5090)</b>
Voorzitter: Bart Laeremans.
Président: Bart Laeremans.
01.01 Luk Van Biesen (Open Vld): De minister
stelde onlangs voor om zelfstandig werkende jonge
moeders tijdelijk te laten vervangen door
gepensioneerde ondernemers, zodat die moeders
langer bij hun pasgeborene kunnen blijven. Een
gelijkaardig initiatief van Unizo stuitte enkele jaren
geleden op wetgevende beperkingen.
Is dit nu plots wel te realiseren binnen het sociaal
statuut van de zelfstandige? Wie financiert dit
initiatief? Geldt het voor alle beroepen? Op welk
aantal mensen zal het betrekking hebben? Tegen
wanneer denkt de minister met dit project te kunnen
starten?
01.01 Luk Van Biesen (Open Vld) : La ministre a
proposé
récemment
de
faire
remplacer
temporairement de jeunes mères de famille
indépendantes par des entrepreneurs pensionnés
de façon à leur permettre de consacrer plus de
temps à leur nouveau-né. Or une initiative
comparable d'Unizo s'était heurtée voici quelques
années à des restrictions législatives.
Cette mesure serait-elle tout à coup réalisable dans
le cadre du statut social des indépendants ? Qui la
financera ? Toutes les professions pourront-elles en
bénéficier ? Combien de personnes concernera-t-
elle ? Quand la ministre pense-t-elle pouvoir lancer
ce projet ?
01.02 Minister Sabine Laruelle (Nederlands): Alle
mogelijkheden liggen nog open. Ofwel zal de
overheid enkel het kader scheppen en het systeem
laten draaien op vrijwillige basis, ofwel zal de
overheid het systeem ook zelf organiseren, ofwel
wordt het systeem opgenomen in het sociaal statuut
01.02 Sabine Laruelle, ministre (en néerlandais) :
Toutes les possibilités restent ouvertes. Les
pouvoirs publics peuvent se borner à créer le cadre
et à faire fonctionner le système sur une base
volontaire, ils peuvent l'organiser eux-mêmes ou le
système peut être inscrit dans le statut social de
13/05/2008
CRABV 52
COM 207
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
van de zelfstandige binnen het kader van de
verplichte moederschapsrust. De kostprijs van de
maatregel en de financiering zijn voorlopig nog niet
bekend. Het is de bedoeling dat het systeem zou
gelden voor alle vrouwelijke zelfstandigen, maar
uiteraard is de vervanger van een landbouwer van
een andere orde dan de vervanging van een
boekhouder of dokter. Ik beschik niet over exacte
cijfers, maar ik weet wel dat er in 2006 5.386
zelfstandig werkende of meewerkende vrouwen
moederschapsrust hebben opgenomen en in de
drie eerste kwartalen van 2007 3.885 vrouwen.
Het project is dus opgestart en mijn administratie
bestudeert de verschillende mogelijkheden.
l'indépendant dans le contexte du congé de
maternité obligatoire. Le coût de la mesure et son
financement ne sont actuellement pas encore
connus. Le système devrait s'appliquer à toutes les
travailleuses indépendantes mais le remplacement
d'un agriculteur est d'un autre ordre que le
remplacement d'un comptable ou d'un médecin. Je
ne possède pas de chiffres exacts mais je sais
qu'en 2006, 5.386 femmes exerçant une activité
indépendante à titre individuel ou d'aidant ont pris
un congé de maternité. Pour le premier trimestre de
2007, elles étaient au nombre de 3.885.
Le projet a donc démarré et mon administration
étudie les différentes possibilités.
01.03 Luk Van Biesen (Open Vld): Ik onthoud dat
het project in een startfase zit en dat er nog veel
overleg nodig zal zijn. Kan de minister een timing
meedelen?
01.03 Luk Van Biesen (Open Vld) : Autrement dit,
le projet en est à ses débuts et de nombreuses
concertations devront encore être organisées. La
ministre
peut-elle
nous
communiquer
un
échéancier ?
01.04 Minister Sabine Laruelle (Nederlands): Ik
hoop dat er voor het einde van dit jaar al resultaten
zullen zijn.
01.04
Sabine
Laruelle,
ministre
(en
néerlandais) : J'espère qu'il y aura déjà des
résultats d'ici à la fin de l'année.
01.05 Luk Van Biesen (Open Vld): Het is positief
dat er wordt gewerkt aan een betere sociale
regeling voor zelfstandigen.
01.05 Luk Van Biesen (Open Vld) : Je me réjouis
que l'on s'attache à améliorer le régime social des
indépendants.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Mathias De Clercq aan de
minister van KMO, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid
over
"het
aantal
zelfstandigen die een aanvraag tot gelijkstelling
indienen en de gevolgen daarvoor voor hun
pensioen" (nr. 5097)
02 Question de M. Mathias De Clercq à la
ministre des PME, des Indépendants, de
l'Agriculture et de la Politique scientifique sur "le
nombre d'indépendants qui introduisent une
demande d'assimilation et les conséquences qui
en découlent pour leur pension" (n° 5097)</b>
02.01 Mathias De Clercq (Open Vld): Een recente
studie wees uit dat voor een zelfstandige in 2004
het rustpensioen slechts de helft bedroeg van het
rustpensioen voor werknemers. De regering heeft
ondertussen
het
minimumpensioen
voor
zelfstandigen opgetrokken en de sanctie bij
vervroegd pensioen weggewerkt, maar er blijven
structurele problemen bestaan. Zo worden in de
jaren waarin een zelfstandige vrijstelling van
bijdragen heeft bekomen, geen pensioenrechten
opgebouwd, terwijl werknemers bij werkloosheid en
brugpensioen
wel
kunnen
genieten
van
gelijkgestelde periodes. Vindt de minister deze
discriminatie aanvaardbaar? Hoeveel pensioen
verliest een zelfstandige gemiddeld als gevolg van
de vrijstelling van sociale bijdragen? Wat zou de
budgettaire impact zijn van zo een gelijkstelling voor
zelfstandigen?
02.01 Mathias De Clercq (Open Vld) : Une étude
récente a montré qu'en 2004, la pension de retraite
d'un indépendant ne s'élevait qu'à la moitié de la
pension d'un salarié. Le gouvernement a entre-
temps relevé la pension minimum des indépendants
et supprimé la sanction infligée en cas de retraite
anticipée,
mais
des
problèmes
structurels
subsistent. Ainsi, le travailleur indépendant ne peut
pas se constituer de droits à la pension au cours
des années où il obtient une dispense de
cotisations, alors que les travailleurs salariés
peuvent bénéficier de périodes assimilées en cas
de chômage et de prépension. La ministre juge-t-
elle cette discrimination acceptable ? Quel montant
de pension un indépendant perd-il en moyenne en
conséquence de la dispense de cotisations
sociales ? Quelle serait l'incidence budgétaire d'une
telle assimilation pour les indépendants ?
CRABV 52
COM 207
13/05/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
02.02 Minister Sabine Laruelle (Nederlands):
Discriminatie tussen zelfstandigen en werknemers
is voor mij fundamenteel onaanvaardbaar, maar het
wegwerken ervan kan enkel stap voor stap
gebeuren. In 2003 was er bij een volledige carrière
nog een verschil van 300 euro tussen het
rustpensioen van een zelfstandige en dat van een
werknemer, dat verschil is ondertussen geslonken
tot 70 euro. Er wordt dus aan de weg getimmerd.
02.02 Sabine Laruelle, ministre (en néerlandais) :
Je
considère
personnellement
que
toute
discrimination entre indépendants et salariés est
fondamentalement inacceptable. Toutefois, ces
discriminations ne pourront être supprimées que
graduellement. En 2003, il y avait encore, pour une
carrière complète, une différence de 300 euros
entre la pension de retraite d'un indépendant et
celle d'un salarié. Depuis, cette différence a été
ramenée à 70 euros. Nous sommes donc sur la
bonne voie.
Het gaat hierbij wel degelijk om aanvragen tot
vrijstelling - en niet tot gelijkstelling - van de betaling
van de socialezekerheidsbijdragen. Zodra de
aanvraag aanvaard is, opent dit voor de aanvrager
rechten in alle sectoren, met uitzondering van de
pensioenen. Het systeem is erop gericht snel
tegemoet te komen aan de meest acute noden van
de zelfstandigen.
Het aantal aanvragen tot vrijstelling is de laatste
jaren vrij stabiel gebleven. Deze problematiek zal
verder worden onderzocht in het kader van een
specifieke werkgroep. Een dergelijke vrijstelling van
het betalen van socialezekerheidsbijdragen bestaat
niet voor werknemers. Een niet-betaling gedurende
een jaar leidt tot een gemiddelde daling van het
pensioen met 19 euro per maand.
Het is moeilijk om een raming te geven omdat
waarschijnlijk meer zelfstandigen de vrijstelling
zullen vragen. Toch raamt mijn administratie de
verhoging van de pensioenuitgaven op 43,3 miljoen
euro per jaar.
Il s'agit bien, en l'occurrence, de demandes de
dispense du paiement des cotisations de sécurité
sociale et non de demandes d'assimilation. Sitôt la
demande acceptée, cette acceptation ouvre pour le
demandeur ou la demandeuse des droits dans tous
les secteurs à l'exception de celui des pensions. Ce
système vise à répondre le plus rapidement
possible aux besoins les plus aigus des
indépendants.
Ces dernières années, le nombre de demandes de
dispense est resté relativement stable. L'examen de
ce problème se poursuivra dans le cadre d'un
groupe de travail ad hoc. Une telle dispense du
paiement des cotisations sociales n'existe pas pour
les travailleurs salariés. Le non-paiement de ces
cotisations pendant un an se traduit par une
réduction moyenne de la pension de 19 euros par
mois.
Donner une estimation n'est pas chose aisée car il
est
probable
qu'à
l'avenir,
davantage
d'indépendants demanderont cette dispense. Mon
administration
estime
néanmoins
que
l'augmentation des dépenses de pensions se
chiffrera à 43,3 millions d'euros par an.
02.03 Mathias De Clercq (Open Vld): Het is
veelbetekenend dat het aantal aanvragen in
stijgende lijn gaat. De minister moet gestaag blijven
werken aan de verbetering van het statuut van de
zelfstandigen.
02.03 Mathias De Clercq (Open Vld) :
L'augmentation constante du nombre de demandes
est significative. La ministre doit s'employer
constamment
à
améliorer
le
statut
des
indépendants.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de
vice-eersteminister en minister van Werk en
Gelijke Kansen over "het aantal faillissementen in
2008" (nr. 5102)
03 Question de Mme Sarah Smeyers à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi et de
l'Égalité des chances sur "le nombre de faillites
en 2008" (n° 5102)</b>
03.01 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Uit een
studie blijkt dat de voorbije maand april een zwarte
maand is geweest voor het Belgische bedrijfsleven.
In geen enkele aprilmaand vielen er de voorbije tien
jaren zoveel faillissementen te betreuren, met name
723 of liefst 7,27 procent meer dan in april 2007. De
03.01 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA) : D'après
une étude, le mois d'avril dernier s'est révélé
exécrable pour les entreprises belges. Jamais au
cours des dix derniers mois d'avril le nombre de
faillites enregistrées en avril 2008, soit 723 ou
7,27 % de plus qu'en avril 2007, n'a été aussi élevé.
13/05/2008
CRABV 52
COM 207
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
eerste vier maanden van 2008 werden er al 2.747
bedrijven failliet verklaard, hetgeen neerkomt op
een stijging van 2,27 procent ten overstaan van
dezelfde periode vorig jaar. Die stijging komt vooral
op het conto van Brussel - plus 5,29 procent - en
Wallonië plus 3,69 procent - terwijl Vlaanderen
een bijzonder lichte stijging - plus 0,08 procent - laat
noteren. Brussel staat bovendien in voor 24 procent
van het aantal faillissementen. Vooral de
consumentgevoelige sectoren hebben het lastig: de
horeca, de bouwnijverheid en de kleinhandel. Het
zijn bovendien vaak beginnende bedrijfjes,
eenmanszaken en bvba's die failliet gaan.
Hoe verklaart de minister deze onrustwekkende
cijfers? Waarom zijn er zulke opvallende verschillen
van regio tot regio? Waarom worden zoveel starters
en eenmanszaken getroffen? Welke maatregelen
zal de minister nemen om deze situatie om te
buigen?
Durant les quatre premiers mois de 2008, 2.747
entreprises ont déjà été déclarées en faillite, ce qui
représente une augmentation de 2,27 % par rapport
à la même période de l'année dernière. Cette
augmentation concerne principalement Bruxelles (+
5,29 %) et la Wallonie (+ 3,69 %), la Flandre
n'enregistrant qu'une très faible hausse (+ 0,08 %).
En outre, Bruxelles représente 24 % du nombre de
faillites. Le problème est le plus aigu dans les
secteurs de la consommation : l'horeca, la
construction et le commerce de détail. En outre, les
faillites touchent souvent de petites entreprises
débutantes, des sociétés unipersonnelles et des
SPRL.
Comment la ministre explique-t-elle ces chiffres
inquiétants ? Pourquoi observe-t-on des différences
aussi marquantes d'une région à l'autre ? Pourquoi
tant d'entreprises débutantes et de sociétés
unipersonnelles sont-elles touchées ? Quelles
mesures la ministre prendra-t-elle pour infléchir
cette situation ?
03.02 Minister Sabine Laruelle (Nederlands): De
faillissementscijfers worden ingezameld door de
algemene directie Statistieken en Economische
Informatie van de FOD Economie. De meest
recente cijfers gaan tot en met maart 2008. Ik zal
de laatst gepubliceerde tabel schriftelijk aan
mevrouw Smeyers overhandigen. De cijfers voor
april 2008 worden eerstdaags verwacht.
In maart 2008 gingen in ons land 716 bedrijven
failliet, een daling van 0,3 procent ten aanzien van
maart 2007. Het aantal faillissementen gedurende
de eerste drie maanden van 2008 bedroeg 2.014 of
een stijging van 0,5 procent tegenover dezelfde
periode vorig jaar.
We stellen een daling vast in de industrie en de
handel met respectievelijk 19,5 procent en 3
procent. In de bouwnijverheid, in de horeca en in de
transportsector was er sprake van een stijging met
respectievelijk 6,6 procent, 4,3 procent en 10,1
procent.
Een uitsplitsing op gewestelijk niveau leert ons dat
er een daling is met 5,8 procent in Vlaanderen en
een stijging met 1,8 procent in Wallonië en 18
procent in Brussel. Het valt op dat vooral bvba's
getroffen worden. We noteren er een stijging met
10 procent.
Het aantal bedrijven dat zelf de boeken neerlegt,
daalt voortdurend sinds 2005. Het aantal
faillissementen na dagvaarding is dan weer met een
derde gestegen sinds 2003 en deze stijging komt
grotendeels op het conto van de rechtbanken van
03.02 Sabine Laruelle, ministre (en néerlandais) :
La direction générale Statistiques et Information
économique du SPF Économie collecte les chiffres
relatifs aux faillites. Les chiffres les plus récents
couvrent la période allant jusqu'à mars 2008. Je
transmettrai par écrit à Mme Smeyers le dernier
tableau publié. Les chiffres d'avril 2008 sont
attendus dans les prochains jours.
En mars 2008, 716 entreprises ont fait faillite dans
notre pays, ce qui représente une baisse de 0,3 %
par rapport à mars 2007. Le nombre de faillites au
cours du premier trimestre 2008 s'élevait à 2.014,
soit une hausse de 0,5 % par rapport à la même
période de l'année dernière.
Nous constatons une baisse dans les secteurs de
l'industrie et du commerce, respectivement de
19,5 % et 3 %. Dans les secteurs de la
construction, de l'horeca et du transport, il était
question d'une hausse, respectivement de 6,6 %,
4,3 % et 10,1 %.
Une répartition régionale nous apprend qu'une
baisse de 5,8 % a été enregistrée en Flandre et une
hausse de 1,8 % en Wallonie et de 18 % à
Bruxelles. Il est frappant que les SPRL soient
particulièrement touchées. Une hausse de 10 % a
été constatée pour ces dernières.
Le nombre d'entreprises qui déposent elles-mêmes
leur bilan diminue constamment depuis 2005. Le
nombre de citations en faillite a en revanche
augmenté d'un tiers depuis 2003 et cette hausse
est pour une large part le fait des tribunaux de
CRABV 52
COM 207
13/05/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
Brussel, Luik en Charleroi.
Bruxelles, de Liège et de Charleroi.
De faillissementscijfers van één bepaalde maand
mogen nooit leiden tot overhaaste besluiten.
Vanzelfsprekend moet de regering een beleid
voeren om het aantal faillissementen zo laag
mogelijk te houden. Dat is trouwens een van de
doelstellingen van het wetsvoorstel van de heren
Crucke en Bacquelaine inzake de continuïteit van
de ondernemingen.
Les chiffres relatifs aux faillites survenues au cours
d'un mois déterminé ne doivent jamais conduire à
des conclusions hâtives. Il va de soi que le
gouvernement doit mener une politique visant à
maintenir le nombre de faillites aussi bas que
possible. Il s'agit d'ailleurs d'un des objectifs de la
proposition de loi de MM. Crucke et Bacquelaine
relative à la continuité des entreprises.
03.03 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Ik wijs erop
dat de cijfers van studiebureau Graydon op
dagelijkse
basis
worden
bijgehouden
en
gepubliceerd worden in het Belgisch Staatsblad.
De minister mag niet blind zijn voor de opvallende
regionale verschillen in de cijfers. Ondertussen
staat het als een paal boven water dat de
loonkosten in dit land veel te hoog zijn. Dat het
aantal faillissementen bij de beginnende bedrijven
zo hoog ligt, moet bij de minister toch minstens een
lichtje doen branden. Ik roep haar op maatregelen
te treffen.
03.03 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA) : Je
souligne que les chiffres du bureau d'étude
Graydon sont quotidiennement tenus à jour et
publiés au Moniteur belge.
La ministre ne doit pas perdre de vue les
différences
régionales
flagrantes
que
font
apparaître les chiffres. Quoi qu'il en soit, les coûts
salariaux sont à l'évidence beaucoup trop élevés
dans ce pays. Le grand nombre de faillites devrait à
tout le moins alerter la ministre. Je l'exhorte à
prendre des mesures.
03.04 Minister Sabine Laruelle (Frans): In absolute
cijfers zijn er meer faillissementen in Vlaanderen
dan in de andere landsdelen.
03.04 Sabine Laruelle, ministre (en français) : En
chiffres absolus, le nombre de faillites est plus
important en Flandre que partout ailleurs dans le
pays.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Philippe Henry aan de
minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "de hervorming van het
statuut van wetenschapper in het federaal
openbaar ambt" (nr. 5187)
04 Question de M. Philippe Henry à la ministre
des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de
la Politique scientifique sur "la réforme du statut
du scientifique dans la fonction publique
fédérale" (n° 5187)</b>
04.01 Philippe Henry (Ecolo-Groen!): Momenteel
wordt het statuut van wetenschapper in het federaal
openbaar ambt hervormd. Daarbij worden ook de
weddeschalen herzien. De contractuele vorsers
worden bij die hervorming kennelijk over het hoofd
gezien, waardoor er een discriminatie tussen
"administratieve"
en
"wetenschappelijke"
ambtenaren
ontstaat.
Wetenschappers
die
vergelijkbare
arbeid
verrichten,
hebben
verschillende statuten. Hun loopbanen kennen,
vaak om redenen die de vorsers ontgaan, een
ander verloop.
Het optrekken van de weddeschalen vanaf
december 2006 zou een meeruitgave van 2,3
miljoen euro per jaar betekenen voor alle federale
wetenschappelijke
instellingen.
Behoort
de
gelijkschakeling van de lonen van de vorsers tot de
mogelijkheden? Is u, nu de begroting 2008 vastligt,
in staat om het statuut van het wetenschappelijk
04.01 Philippe Henry (Ecolo-Groen!) : Une
réforme du statut du scientifique comprenant une
révision des barèmes est en cours dans la
fonction publique fédérale. Les chercheurs
contractuels semblent être les grands oubliés de
cette réforme, ce qui crée une discrimination entre
agents « administratifs » et « scientifiques » : des
chercheurs faisant un travail comparable ont des
statuts différents : leurs carrières ont une histoire
différente pour des raisons qui, souvent, leur
échappent.
La mise à niveau des barèmes à partir de
décembre 2006 reviendrait à 2,3 millions d'euros
par an pour l'ensemble des institutions scientifiques
fédérales. Une uniformisation salariale des
chercheurs est-elle envisageable ? Et, maintenant
que le budget de 2008 est défini, êtes-vous en
13/05/2008
CRABV 52
COM 207
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
personeel in het federaal openbaar ambt integraal
te hervormen, zowel wat de contractuelen als wat
het vastbenoemd personeel betreft, met een
evenwichtige herwaardering van de weddeschalen
(gelijklopende loopbaan voor de twee statuten en
terugwerkende
kracht
teneinde
de
Copernicushervorming op ongeveer dezelfde datum
als voor de andere categorieën van ambtenaren te
doen ingaan)?
mesure de réaliser la refonte intégrale de la filière
« scientifique » au sein de la fonction publique
fédérale, pour les contractuels comme pour les
statutaires, avec une équitable revalorisation des
barèmes : simultanéité pour les deux statuts et
rétroactivité afin de minimiser le délai d'application
de Copernic par rapport aux autres catégories
d'agents.
04.02 Minister Sabine Laruelle: (Frans): De nieuwe
statuten van het federaal wetenschappelijk
personeel zijn op 1 mei 2008 in werking getreden
ingevolge
de
op
25 februari
jongstleden
ondertekende koninklijke besluiten (zie Belgisch
Staatsblad van 7 april 2008, blz. 18462 en 18492).
De vorige regering had bepaald dat de hervorming
van de bezoldigingen met terugwerkende kracht
zou worden doorgevoerd per 1 december 2006 om
de achterstand bij te benen die de betrokkenen in
het
kader
van
de
zogenaamde
Copernicushervorming hadden opgelopen. Deze
regering heeft echter geen middelen uitgetrokken
voor het contractueel wetenschappelijk personeel
omdat het tot dusver niet mogelijk was te
antwoorden op het bezwaar van het Rekenhof dat
er voor die personeelscategorie nog niet in een
specifieke juridische regeling is voorzien.
Mijn administratie heeft een voorontwerp van
koninklijk besluit voorbereid het ligt momenteel
voor bij de Inspectie van Financiën waarin een
volledige regeling wordt uitgewerkt, die een
herziening zou inhouden van de weddeschalen die
bij de volgende begrotingscontrole zou worden
vastgelegd. De kostenraming slaat enkel op het
personeel
van
de
tien
wetenschappelijke
instellingen (op vijftien) waarvoor ik bevoegd ben,
en daarbij wordt geen rekening gehouden met de
terugwerking.
Een groot deel van het contractueel personeel
wordt rechtstreeks in dienst genomen door de
wetenschappelijke instellingen. Ze putten daarvoor
uit hun eigen middelen als Staatsdiensten met
afzonderlijk beheer, wat ongetwijfeld een invloed
heeft op het beheer van het dossier. De
wetenschappelijke instellingen kunnen onmogelijk
opdraaien voor de financiële gevolgen van een
dergelijke herwaardering en daarom moet er tijdens
de begrotingsbesprekingen over worden gepraat.
Ik zal er bij mijn collega's van Begroting en
Openbaar Ambt sterk op aandringen om naar de
best mogelijke oplossing te streven met betrekking
tot de lonen en weddeschalen van de betrokken
ambtenaren.
04.02 Sabine Laruelle, ministre (en français) : Les
nouveaux statuts du personnel scientifique fédéral
sont entrés en vigueur le 1
er
mai 2008 suite aux
arrêtés royaux signés le 25 février dernier (voir
Moniteur belge du 7 avril 2008, p. 18462 et 18492).
Le gouvernement précédent avait prévu que la
réforme pécuniaire opérerait avec effet rétroactif au
1
er
décembre 2006 pour combler le retard pris pour
ce personnel dans le cadre de la réforme dite
Copernic. Aucun moyen n'a cependant été dégagé
par ce gouvernement-là pour le personnel
scientifique contractuel vu qu'il n'a pas encore été
possible de répondre à l'objection de la Cour des
Comptes quant au fait que cette catégorie du
personnel n'est pas encore dotée d'un régime
juridique propre.
Mon administration a préparé un avant-projet
d'arrêté royal actuellement soumis à l'Inspection
des Finances établissant un régime complet qui
impliquera une révision des barèmes à déterminer
lors du prochain contrôle budgétaire. Le coût estimé
ne concerne que le personnel des dix
établissements scientifiques (sur quinze) qui sont
sous ma responsabilité, et sans effet rétroactif.
Une grande partie du personnel contractuel est
engagée directement par les établissements
scientifiques au titre de leurs ressources propres
comme services de l'État à gestion séparée, ce qui
influence sans doute la gestion du dossier. Les
établissements
scientifiques
sont
dans
l'impossibilité
d'assumer
les
conséquences
financières d'une telle revalorisation et c'est la
raison pour laquelle il faudra en parler dans le cadre
des budgets.
Je mettrai tout en oeuvre auprès de mes collègues
du Budget et de la Fonction publique pour
rechercher la meilleure solution salariale et
barémique pour ces agents.
CRABV 52
COM 207
13/05/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
04.03 Philippe Henry (Ecolo-Groen!): Het zou
nadelig zijn de financiering van onderzoek niet als
een prioriteit te beschouwen. We zullen zien welke
bedragen daartoe zullen worden uitgetrokken.
04.03 Philippe Henry (Ecolo-Groen!) : Il serait
dommageable de ne pas considérer le financement
de la recherche comme une priorité. Nous verrons
quels montants seront fixés.
04.04 Minister Sabine Laruelle (Frans): We zijn het
eens. Ik hoop dat u mijn standpunt zal vertolken bij
mijn collega's.
04.04 Sabine Laruelle, ministre (en français) :
Nous sommes d'accord. J'espère que vous vous
ferez mon interprète auprès de mes collègues.
04.05 Philippe Henry (Ecolo-Groen!): Dat zal ik
doen.
04.05 Philippe Henry (Ecolo-Groen!) : Oui.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 14.51 uur.
La réunion publique de commission est levée à
14 h 51.