KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 179
CRABV 52 COM 179
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
I
NFRASTRUCTUUR
,
HET
V
ERKEER EN DE
O
VERHEIDSBEDRIJVEN
C
OMMISSION DE L
'I
NFRASTRUCTURE
,
DES
C
OMMUNICATIONS ET DES
E
NTREPRISES
PUBLIQUES
woensdag
mercredi
23-04-2008
23-04-2008
Namiddag
Après-midi
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde vragen van
1
Questions jointes de
1
- de heer François Bellot aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister
over "het probleem van de niet-inschrijving van
motorfietsen in de landen van de Europese Unie"
(nr. 4297)
1
- M. François Bellot au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au premier ministre sur "le
problème posé par l'absence d'immatriculation de
vélomoteurs
dans
les
pays
de
l'Union
européenne" (n° 4297)
1
- de heer François Bellot aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister, over "het probleem van de niet-
inschrijving van bromfietsen in de landen van de
Europese Unie" (nr. 4446)
1
- M. François Bellot au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au premier ministre, sur "le
problème posé par l'absence d'immatriculation de
cyclomoteurs dans les pays de l'Union
européenne" (n° 4446)
1
Sprekers:
François
Bellot,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
François
Bellot,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van mevrouw Meyrem Almaci aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "het gewestelijk ruimtelijk
uitvoeringsplan
Liefkenshoekspoortunnel"
(nr. 4319)
2
Question de Mme Meyrem Almaci au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"le
plan
d'exécution
régional
'Liefkenshoekspoortunnel'" (n° 4319)
2
Sprekers:
Meyrem
Almaci,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Meyrem
Almaci,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Guido De Padt aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister, over "de alcoholpromillegrens
voor jonge bestuurders" (nr. 4550)
3
Question de M. Guido De Padt au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre,
sur "le taux maximal d'alcool autorisé pour les
jeunes conducteurs" (n° 4550)
3
Sprekers:
Guido
De
Padt,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Guido
De
Padt,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Bart Tommelein aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de eventuele verplichting
voor huis-aan-huisverkopers om een tachograaf
in hun voertuig te installeren" (nr. 4469)
6
Question de M. Bart Tommelein au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"l'obligation éventuelle pour les vendeurs à
domicile d'installer un tachygraphe dans leur
véhicule" (n° 4469)
6
Sprekers: Bart Tommelein, voorzitter van de
Open
Vld-fractie,
Etienne
Schouppe,
staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs: Bart Tommelein, président du
groupe Open Vld, Etienne Schouppe,
secrétaire d'État à la Mobilité
Samengevoegde vragen van
7
Questions jointes de
7
- de heer Bruno Stevenheydens aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"een
speciaal
rijgeschiktheidsattest om collega's mee te nemen
met een bedrijfswagen" (nr. 4571)
7
- M. Bruno Stevenheydens au secrétaire d'État à
la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"l'attestation d'aptitude à la conduite spéciale
permettant le covoiturage avec des collègues
dans une voiture de société" (n° 4571)
7
- mevrouw Linda Musin aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister
over "carpooling met bedrijfswagens" (nr. 4605)
7
- Mme Linda Musin au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au premier ministre sur "le
covoiturage en voiture de société" (n° 4605)
7
Sprekers: Bruno Stevenheydens, Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs: Bruno Stevenheydens, Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer François Bellot aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de vermoedens van
fraude met voorlopige rijbewijzen" (nr. 4599)
9
Question de M. François Bellot au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"les soupçons de fraude en matière de permis
provisoires" (n° 4599)
9
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Sprekers:
François
Bellot,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
François
Bellot,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "het rechtsaf slaan van
fietsers" (nr. 4646)
10
Question de M. Jean-Luc Crucke au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"le tourne à droite cycliste" (n° 4646)
10
Sprekers:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Jean-Luc
Crucke,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister, over "de herconfiguratie van
het Europees luchtruim" (nr. 4098)
11
Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"la reconfiguration de l'espace aérien européen"
(n° 4098)
11
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
verplichtingen
voor
niet-Europese
lowcostluchtvaartmaatschappijen die op het
Europees grondgebied actief zijn" (nr. 4500)
12
Question de M. Xavier Baeselen au ministre du
Climat et de l'Énergie sur "les obligations qui
incombent aux compagnies low-cost non-
européennes qui opèrent sur le sol européen" (n°
4500)
12
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Etienne
Schouppe, secrétaire d'État à la Mobilité
Samengevoegde vragen van
13
Questions jointes de
13
- de heer Jean-Jacques Flahaux aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "de bezoldiging van de bestuurders van
Belgacom" (nr. 4038)
13
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "la rémunération des administrateurs de
Belgacom" (n° 4038)
13
- mevrouw Karine Lalieux aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de
lonen
van
de
topmanagers
van
overheidsbedrijven" (nr. 4573)
13
- Mme Karine Lalieux à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
salaires des dirigeants des entreprises publiques"
(n° 4573)
13
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de
lonen
van
de
topmanagers
van
overheidsbedrijven" (nr. 4798)
13
- M. Georges Gilkinet à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
salaires des dirigeants des entreprises publiques"
(n° 4798)
13
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Inge
Vervotte, minister van Ambtenarenzaken en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Inge
Vervotte, ministre de la Fonction publique et
des Entreprises publiques
Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "het onderzoek naar de efficiëntie van de
NMBS" (nr. 4056)
15
Question de M. Michel Doomst à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "l'enquête sur l'efficacité de la SNCB"
(n° 4056)
15
Sprekers: Michel Doomst, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Michel Doomst, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "de verkoop van treintickets via het internet"
(nr. 4057)
16
Question de M. Michel Doomst à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "la vente de billets de train sur internet"
(n° 4057)
16
Sprekers: Michel Doomst, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Michel Doomst, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Samengevoegde vragen van
17
Questions jointes de
17
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de hervormingen bij de pakjesdiensten van De
Post" (nr. 4091)
17
- M. Michel Doomst à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
réformes au sein des services colis de La Poste"
(n° 4091)
17
- de heer Peter Luykx aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de recente problemen met Taxipost" (nr. 4597)
17
- M. Peter Luykx à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
problèmes récents concernant Taxipost" (n° 4597)
17
Sprekers: Michel Doomst, Peter Luykx, Inge
Vervotte, minister van Ambtenarenzaken en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Michel Doomst, Peter Luykx, Inge
Vervotte, ministre de la Fonction publique et
des Entreprises publiques
Samengevoegde vragen van
19
Questions jointes de
19
- de heer François Bellot aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"het taalgebruik in de documenten van De Post"
(nrs. 4073)
20
- M. François Bellot à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'emploi des langues sur les documents émanant
de La Poste" (n° 4073)
20
- de heer François Bellot aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"het taalgebruik in de documenten van De Post"
(nrs. 4430)
20
- M. François Bellot à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'emploi des langues sur les documents émanant
de La Poste" (n° 4430)
20
Sprekers: François Bellot, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: François Bellot, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
over
"de
burgerlijke
aansprakelijkheid van treinbegeleiders" (nr. 4117)
20
Question de M. Georges Gilkinet à la ministre de
la Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "la responsabilité civile des accompagnateurs
de train" (n° 4117)
20
Sprekers: Georges Gilkinet, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Georges Gilkinet, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Samengevoegde vragen van
22
Questions jointes de
22
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de parlementaire controlebevoegdheid ten
aanzien
van
dochterondernemingen
van
overheidsbedrijven, met name wat het gebruik
van de notionele interestaftrek betreft (nr. 4118)
22
- M. Georges Gilkinet à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
capacité de contrôle parlementaire sur les filiales
d'entreprises publiques, notamment par leur
utilisation du mécanisme des intérêts notionnels"
(n° 4118)
22
- mevrouw Linda Musin aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de bestelling van treinen door de NMBS"
(nr. 4567)
22
- Mme Linda Musin à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
commande de trains par la SNCB" (n° 4567)
22
Sprekers: Georges Gilkinet, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Georges Gilkinet, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Samengevoegde vragen van
23
Questions jointes de
23
- de heer Francis Van den Eynde aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "reizende rolstoelgebruikers in het station
van Menen" (nr. 4126)
23
- M. Francis Van den Eynde à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "les voyageurs en fauteuil roulant à la gare de
Menin" (n° 4126)
23
- de heer Stefaan Van Hecke aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
23
- M. Stefaan Van Hecke à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
23
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
"de dienstverlening aan rolstoelgebruikers in het
station Menen" (nr. 4134)
sur "les services aux personnes en chaise
roulante dans la gare de Menin" (n° 4134)
- mevrouw Sonja Becq aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de besparingen bij de NMBS ten nadele van
treingebruikers met een handicap" (nr. 4211)
23
- Mme Sonja Becq à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
économies réalisées par la SNCB au détriment
des usagers du train présentant un handicap"
(n° 4211)
23
Sprekers: Francis Van den Eynde, Stefaan
Van Hecke, Sonja Becq, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Francis Van den Eynde, Stefaan
Van Hecke, Sonja Becq, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "de actie 'Aub postbode'" (nr. 4142)
26
Question de M. Michel Doomst à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "l'action 'svp facteur'" (n° 4142)
26
Sprekers: Michel Doomst, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Michel Doomst, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Vraag van de heer Peter Logghe aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "afgedankte wagons en overlast" (nr. 4112)
27
Question de M. Peter Logghe à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "les voitures hors d'usage et les nuisances y
afférentes" (n° 4112)
27
Sprekers: Peter Logghe, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Peter Logghe, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "het NMBS-station van Jette" (nr. 4179)
28
Question de M. Michel Doomst à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "la gare SNCB de Jette" (n° 4179)
28
Sprekers: Michel Doomst, Inge Vervotte,
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Michel Doomst, Inge Vervotte,
ministre de la Fonction publique et des
Entreprises publiques
Samengevoegde vragen van
29
Questions jointes de
29
- de heer Roel Deseyn aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"een incident met een rijdende trein met een
openstaande deur" (nr. 4180)
29
- M. Roel Deseyn à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "un
incident concernant un train en marche dont une
porte était restée ouverte" (n° 4180)
29
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de veiligheid op de treinen" (nr. 4183)
29
- M. Michel Doomst à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
sécurité dans les trains" (n° 4183)
29
Sprekers: Roel Deseyn, Michel Doomst,
Inge Vervotte, minister van Ambtenarenzaken
en Overheidsbedrijven
Orateurs: Roel Deseyn, Michel Doomst, Inge
Vervotte, ministre de la Fonction publique et
des Entreprises publiques
Samengevoegde vragen van
30
Questions jointes de
30
- de heer Roel Deseyn aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de inplanting van een nieuw postkantoor in
Oostende" (nr. 4181)
30
- M. Roel Deseyn à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'implantation d'un nouveau bureau de poste à
Ostende" (n° 4181)
30
- de heer David Lavaux aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de stijgende uitgaven voor consultancy en
uitzendarbeid,
en
de
aanwerving
van
uitzendkrachten en contractuele personeelsleden
bij De Post" (nr. 4707)
30
- M. David Lavaux à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'augmentation des dépenses de consultance et
d'intérim,
et
l'engagement
de
personnel
intérimaire et contractuel par La Poste" (n° 4707)
30
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
v
- de heer Roel Deseyn aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de werkspreiding bij De Post" (nr. 4182)
30
- M. Roel Deseyn à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
localisation
géographique
des
emplois
à
La Poste" (n° 4182)
30
Sprekers: Roel Deseyn, David Lavaux, Inge
Vervotte, minister van Ambtenarenzaken en
Overheidsbedrijven
Orateurs: Roel Deseyn, David Lavaux, Inge
Vervotte, ministre de la Fonction publique et
des Entreprises publiques
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
INFRASTRUCTUUR, HET
VERKEER EN DE
OVERHEIDSBEDRIJVEN
COMMISSION DE
L'INFRASTRUCTURE, DES
COMMUNICATIONS ET DES
ENTREPRISES PUBLIQUES
van
WOENSDAG
23
APRIL
2008
Avond
______
du
MERCREDI
23
AVRIL
2008
Soir
______
De vergadering wordt geopend om 14.15 uur en
voorgezeten door de heer François Bellot.
La réunion publique est ouverte à 14 h 15 par
M. François Bellot, président.
01 Samengevoegde vragen van
- de heer François Bellot aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister over "het probleem van de niet-
inschrijving van motorfietsen in de landen van de
Europese Unie" (nr. 4297)
- de heer François Bellot aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister, over "het probleem van de niet-
inschrijving van bromfietsen in de landen van de
Europese Unie" (nr. 4446)
01 Questions jointes de
- M. François Bellot au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au premier ministre sur "le
problème posé par l'absence d'immatriculation
de vélomoteurs dans les pays de l'Union
européenne" (n° 4297)<br>- M. François Bellot au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au premier ministre, sur "le
problème posé par l'absence d'immatriculation
de cyclomoteurs dans les pays de l'Union
européenne" (n° 4446)</b>
01.01 François Bellot (MR): Overeenkomstig de
Belgische wetgeving moeten de bromfietsen van
klasse B niet worden ingeschreven, wat in een
aantal andere Europese landen, zoals Italië of
Frankrijk, wel het geval is. Dat kan tot problemen
leiden wanneer men in die landen op reis gaat.
Een aantal personen met vakantieplannen namen in
dat verband contact op met de DIV. Die antwoordde
dat de Belgische eigenaars van een bromfiets er
goed zouden aan doen hun voertuig ter plaatse te
laten inschrijven of een specifieke vergunning aan
te vragen. Wanneer men zo een vergunning
aanvraagt, krijgt men echter geen antwoord van de
DIV, aangezien dat soort voertuig op grond van
onze
regelgeving
vrijgesteld
is
van
de
inschrijvingsplicht.
Een aanvrager van Italiaanse afkomst die in België
gedomicilieerd is, nam in dat verband contact op
met de Italiaanse inschrijvingsdiensten, die hem
antwoordden dat de Italiaanse wetgeving volkomen
in overeenstemming is met de Europese wetgeving,
die de inschrijving van alle motorvoertuigen oplegt.
01.01 François Bellot (MR) : Selon la législation
belge, les cyclomoteurs de classe B ne doivent pas
être immatriculés, ce qui n'est pas le cas dans
d'autres pays européens comme l'Italie ou la
France. Certaines personnes voyageant dans ces
pays rencontrent dès lors des difficultés.
De futurs vacanciers se sont adressés à la DIV.
Celle-ci invite les propriétaires belges à demander
aux autorités des pays concernés de faire
immatriculer leur véhicule sur place ou de solliciter
une autorisation spécifique. Or, les demandeurs de
telles autorisations ne reçoivent aucune réponse de
la DIV Bruxelles puisque ce type de véhicule est
dispensé d'immatriculation dans le droit belge.
Un demandeur d'origine italienne mais domicilié en
Belgique a contacté les services d'immatriculation
italiens qui lui ont répondu que leur législation était
en tous points conforme à la législation européenne
qui imposait l'immatriculation de tous les engins à
moteur. Pouvez-vous nous éclairer sur cette
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
Kan u voor enige verduidelijking zorgen?
question ?
01.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De lokale overheden moeten rekening
houden met het feit dat de inschrijving in België niet
wordt gevraagd. De Europese richtlijn bepaalt niet
dat een lidstaat verplicht is zijn bromfietsen te doen
inschrijven. Volgens mijn administratie zijn de
problemen in verband met het gebruik van
bromfietsen in het buitenland beperkt. Indien zich
toch problemen zouden voordoen, kan men altijd
contact opnemen met de Belgische ambassade of
met de DIV, die de lokale autoriteiten een fax kan
sturen.
We zijn voorstander van de verplichte inschrijving
van bromfietsen in ons land, maar dat zal niet voor
meteen zijn, want er komt heel wat bij kijken.
Bovendien is de informatisering van de DIV nog niet
afgerond.
01.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Les autorités locales sont obligées de
tenir compte du fait qu'en Belgique l'immatriculation
n'est pas demandée. La directive européenne ne
stipule pas qu'un État membre est obligé
d'immatriculer les cyclomoteurs. Selon mon
administration, il n'existe pas beaucoup de
problèmes liés à l'utilisation de cyclomoteurs à
l'étranger. Si toutefois des problèmes surgissent, on
a la possibilité de prendre contact avec
l'ambassade de Belgique ou avec la DIV qui peut
envoyer un fax aux autorités locales.
Nous sommes partisans de l'immatriculation
obligatoire des cyclomoteurs dans notre pays mais
il faut un certain temps étant donné l'ampleur de la
tâche et la charge que représente l'informatisation
en cours de la DIV.
01.03 François Bellot (MR): Bevestigt u dat de
bromfietsen van klasse B zullen worden
ingeschreven?
01.03 François Bellot (MR) : Confirmez-vous que
les cyclomoteurs de classe B vont être
immatriculés ?
01.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Ja, maar niet op korte termijn.
01.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Oui mais pas à court terme.
02 Vraag van mevrouw Meyrem Almaci aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "het gewestelijk ruimtelijk
uitvoeringsplan
Liefkenshoekspoortunnel"
(nr. 4319)
02 Question de Mme Meyrem Almaci au
secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au premier
ministre sur "le plan d'exécution régional
'Liefkenshoekspoortunnel'" (n° 4319)</b>
02.01 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen!): In het
goedgekeurde gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
(GRUP) voor de Liefkeshoekspoortunnel is er geen
plaats meer voor de fietstunnel, die nochtans
opgenomen was in het strategisch plan Linker- en
Rechteroever. Klopt dit? Waarom werd deze
beslissing genomen? Zal de staatssecretaris er bij
Infrabel op aandringen om alsnog in de bouw van
een
fietstunnel
te
voorzien
in
de
stedenbouwkundige aanvraag?
02.01 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen!) : Le plan
régional d'aménagement spatial du tunnel du
Liefkenshoek, tel qu'il a été approuvé, ne prévoit
plus de jonction cycliste, alors que celle-ci figurait
pourtant dans le plan stratégique « rive gauche » et
« rive droite ». Est-ce exact ? Pourquoi en a-t-il été
décidé ainsi ? Le secrétaire d'État insistera-t-il
auprès d'Infrabel pour que l'aménagement d'une
jonction cycliste soit malgré tout inséré dans la
demande de permis d'urbanisme ?
02.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Het klopt dat er in het eigenlijke
milieu-effectenrapport (MER) en het GRUP geen
sprake meer is van een fietsverbinding via de
spoorwegtunnel. Het Havenbedrijf heeft wel een
afzonderlijke aanvraag ingediend voor de bouw van
een wegverbinding onder kanaaldok B1-B2, waarbij
wel in een fietsverbinding is voorzien. Dit staat
echter los van de bouw van de spoorwegtunnel.
Gelet op de grote lengte van de spoorwegtunnels -
02.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Il est exact qu'il n'est plus question, ni
dans
l'étude d'incidence
sur
l'environnement
proprement dite, ni dans le plan régional
d'aménagement, d'une jonction de pistes cyclables
via le tunnel ferroviaire. Par contre, la Régie
portuaire a introduit une demande distincte pour
l'aménagement d'une liaison routière comportant
une telle jonction sous le dock B1-B2 du canal.
Cependant, il s'agit d'un élément distinct de
l'aménagement du tunnel ferroviaire.
Compte tenu de la longueur importante des tunnels
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
zes kilometer alleen al voor het geboorde gedeelte!
- zou dit hoe dan ook geen aantrekkelijke fietsroute
uitmaken. Bovendien moet de combinatie van
fietsverkeer met zwaar en vaak gevaarlijk
goederenverkeer vermeden worden. Ten slotte
laten ook de dwarse afmetingen van de te boren
kokers niet toe om een fietsverbinding te integreren.
De enige oplossing zou erin bestaan een
afzonderlijke koker te boren voor de fietsverbinding,
maar daarvoor moet dan een afzonderlijke
financiering gevonden worden.
Er is dus geen synergie mogelijk met de
spoortunnel.
ferroviaires six kilomètres rien que pour la partie
excavée ! -, il ne s'agirait pas, de toute manière,
d'une route cycliste attrayante. De plus, il est
préférable de ne pas faire cohabiter la circulation
cycliste et le transport de marchandises par poids
lourds, qui est souvent dangereux de surcroît. Enfin,
les dimensions transversales des galeries qui
doivent être creusées ne permettent pas d'y intégrer
une jonction cycliste. La seule solution consisterait
à creuser un tunnel distinct, ce qui implique aussi
un financement distinct.
Toute synergie avec le tunnel ferroviaire est donc
exclue.
02.03 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen!): Ik begrijp
dat de aanleg van een fietsverbinding in de
spoorwegtunnel om technische en andere redenen
onmogelijk is. Ik neem dan ook aan dat het
antwoord op mijn derde vraag negatief is. Ik vraag
me wel af hoe het komt dat de provincieraad en het
Havenbedrijf blijkbaar niet van deze gegevens op
de hoogte zijn. Ik zal in elk geval deze informatie
doorgeven aan degenen wier vragen ik hier vertolkt
heb. Ik zal er ook op aandringen dat de
mogelijkheid om een bijkomende procedure op te
starten voor de bouw van een fietskoker, zou
bekeken worden.
02.03 Meyrem Almaci (Ecolo-Groen!) : Je
comprends qu'il soit impossible, pour des motifs
techniques et autres, d'aménager une jonction
cycliste dans le tunnel ferroviaire. Je présume donc
que la réponse à ma troisième question est
négative. Toutefois, je me demande pourquoi le
conseil provincial et la Régie portuaire ne sont pas
informés de ces éléments. Quoi qu'il en soit, je
transmettrai ces informations aux personnes dont
j'ai relayé ici les questions. J'insisterai aussi pour
qu'on examine la possibilité d'entamer une
procédure supplémentaire pour la construction d'un
tunnel cycliste.
02.04
Staatssecretaris
Etienne
Schouppe
(Nederlands): Het zou mij toch verwonderen dat het
Havenbedrijf niet op de hoogte zou zijn. Zoals ik
gezegd heb hebben zij een afzonderlijke MER-
procedure opgestart voor een wegverbinding onder
kanaaldok B1-B2, waarbij wel een fietsverbinding
gepland is.
02.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Je serais tout de même surpris que la
Régie portuaire ne soit pas informée. Comme je l'ai
indiqué, une procédure distincte d'étude d'incidence
sur l'environnement a été lancée pour une liaison
routière sous le dock B1-B2 du canal et elle
comporte bien, quant à elle, une jonction cycliste.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Guido De Padt aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister, over "de alcoholpromillegrens
voor jonge bestuurders" (nr. 4550)
03 Question de M. Guido De Padt au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre,
sur "le taux maximal d'alcool autorisé pour les
jeunes conducteurs" (n° 4550)</b>
03.01 Guido De Padt (Open Vld): Ik heb
vanochtend vastgesteld dat het antwoord op deze
vraag al in de krant stond. Volgens Het Laatste
Nieuws van vandaag is de staatssecretaris immers
voorstander van de invoering van een 0,2
promillegrens voor jongeren tot 24 jaar, zoals de
European Transport Safety Council (ETSC)
aanbeveelt. Volgens de ETSC zijn jongeren tot 24
jaar twee tot drie maal meer betrokken in
verkeersongevallen dan meer ervaren chauffeurs
en is hun tolerantiegrens voor alcohol ook lager.
Ook uit de Belgische en Vlaamse statistieken blijkt
dat jongeren oververtegenwoordigd zijn bij
verkeersongevallen met doden en zwaargewonden.
03.01 Guido De Padt (Open Vld) : J'ai constaté ce
matin que la réponse à cette question figurait déjà
dans la presse. Le quotidien Het Laatste Nieuws
rapporte en effet aujourd'hui que le secrétaire d'État
est favorable à l'instauration d'une limite de 0,2 pour
mille pour les jeunes de moins de 25 ans,
conformément
aux
recommandations
de
l'" European Transport Safety Council " (ETSC).
Selon l'ETSC, les jeunes de moins de 25 ans sont
deux à trois fois plus souvent impliqués dans des
accidents de la route que des conducteurs plus
expérimentés. De plus, leur seuil de tolérance à
l'alcool serait plus faible. Les statistiques tant belges
que
flamandes
montrent
également
une
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
Ik ben er echter niet van overtuigd dat het verlagen
van de alcohollimiet voor jonge bestuurders dé
oplossing is. Mijns inziens zou men beter eerst de
bestaande regels beter controleren en de pakkans
verhogen. De voorgestelde regeling zou jongeren te
veel stigmatiseren. Voor wat deze doelgroep betreft,
pleit ik ervoor om de rijopleiding te herbekijken en
opnieuw professioneler te maken, zodat jongeren
beter voorbereid op de weg komen.
Hoe is het aantal alcoholcontroles de voorbije drie
jaar geëvolueerd? Welk percentage van de
bestuurders die in 2005, 2006 en 2007 vervolgd
werden voor rijden onder invloed, behoorde tot de
leeftijdscategorie van 18 tot 24 jaar? Wat is het
standpunt van de staatssecretaris over het verlagen
van de alcohollimiet tot 0,2 promille? Zou het niet
beter zijn om eerder de sensibilisering en de
handhaving op te drijven?
surreprésentation des jeunes dans l'ensemble des
accidents de la route ayant entraîné des morts et
des blessés graves. Je ne suis cependant pas
convaincu que l'abaissement du taux maximal
d'alcool autorisé pour les jeunes conducteurs
constitue la solution à tous les problèmes. À mes
yeux, il serait plus judicieux, dans un premier
temps, d'intensifier les contrôles du respect des
règles actuelles et d'accroître la probabilité d'être
contrôlé. Le régime proposé aboutit à une
stigmatisation excessive des jeunes. En ce qui
concerne ce groupe-cible, j'appelle à reconsidérer
la formation à la conduite et à en accroître encore le
professionnalisme, de façon à doter les jeunes d'un
bagage plus solide avant de leur permettre de
prendre le volant.
Quelle a été l'évolution du nombre de contrôles
d'alcoolémie pratiqués au cours des trois dernières
années ? Quel est le pourcentage des usagers de
18 à 24 ans parmi les conducteurs poursuivis en
2005, 2006 et 2007 pour conduite sous influence ?
Quel est le point de vue du secrétaire d'État quant à
l'abaissement du taux maximal d'alcool à 0,2 ?
Ne vaudrait-il pas mieux renforcer les actions de
sensibilisation et de contrôle ?
03.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Mijn antwoord is gebaseerd op wat
de federale commissie mij gemeld heeft. Ik kan
momenteel evenwel nog niet zeggen wat de
maatregel zal zijn.
De alcoholcontroles van de zonale en de federale
politie worden niet op jaarbasis gecentraliseerd. Het
zijn enkel de cijfers van de BOB-campagnes die
gekend zijn. In de eindejaarsperiode van 2005
werden er ongeveer 157.000 alcoholtests opgelegd,
in de eindejaarsperiode van 2006 ongeveer 94.000
en in de eindejaarsperiode van 2007 ongeveer
114.000. De federale politie nam in de periode
2005-2006 bijna 34.000 tests af, in de periode
2006-2007 iets meer dan 27.000 en in de periode
2007-2008 iets meer dan 42.000.
03.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Ma réponse est basée sur les
informations qui m'ont été communiquées par la
commission fédérale. Pour l'heure, je ne puis
toutefois fournir des précisions sur la mesure qui
sera prise.
Les contrôles d'alcoolémie effectués par les polices
zonale et fédérale ne sont pas centralisés sur une
base annuelle. Seuls les chiffres des campagnes
BOB sont connus. Environ 157.000 alcootests ont
été réalisés pendant la période de fin d'année 2005,
environ 94.000 fin 2006 et environ 114.000 fin 2007.
La police fédérale a réalisé près de 34.000 tests au
cours de la période 2005-2006, un peu plus de
27.000 au cours de la période 2006-2007 et un peu
plus de 42.000 au cours de la période 2007-2008.
Op basis van gegevens van de FOD Justitie kan ik
meedelen dat er in 2005 in totaal 34.505
vervolgingen waren voor het rijden onder invloed
van alcohol, in 2006 waren er 34.784, in 2007
37.488. Daarvan bedroeg het aantal personen
tussen 18 en 24 jaar in 2005 6.732, in 2006 7.237
en in 2007 7.666. Dit is een gemiddelde dat telkens
schommelt rond 21 procent, terwijl het aantal
chauffeurs van die leeftijdscategorie slechts
ongeveer 11 procent bedraagt.
Sur la base de données du SPF Justice, je puis
vous communiquer qu'en 2005, il y a eu au total
34.505 poursuites pour conduite en état d'ébriété.
Ce nombre s'élevait à 34.784 en 2006 et à 37.488
en 2007. Le nombre de personnes poursuivies
âgées de 18 à 24 ans s'élevait à 6.732 en 2005, à
7.237 en 2006 et à 7.666 en 2007, ce qui
représente une moyenne d'environ 21 % pour
chaque année, alors que le nombre de chauffeurs
de cette catégorie d'âge ne s'élève qu'à environ
11 %.
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
De Europese Commissie keurde op 17 januari 2001
een aanbeveling goed die de lidstaten ertoe moet
aanzetten om naast de 0,5 promille ook een lager
maximaal toegelaten alcoholgehalte van 0,2
promille vast te leggen voor nieuwe, onervaren
bestuurders. Dit zijn veelal - maar niet uitsluitend -
jongeren. In Nederland wordt deze aanbeveling al
toegepast.
La Commission européenne a adopté, le 17 janvier
2001, une recommandation incitant les États
membres à fixer également, outre le taux de 0,5
pour mille, un taux d'alcool maximum autorisé
inférieur de 0,2 pour mille pour les nouveaux
conducteurs inexpérimentés. Il s'agit généralement
mais pas uniquement de jeunes conducteurs.
Cette recommandation est déjà appliquée aux
Pays-Bas.
In het kader van de staten-generaal voor de
Verkeersveiligheid heeft de federale commissie
aanbevolen dat men bijzondere maatregelen zou
nemen om de oververtegenwoordiging van de
jongeren in verkeersongevallen te verminderen.
Men stelde de 0,2 promillegrens voorop gedurende
een beperkte proefperiode na het behalen van het
rijbewijs.
Bij ons zijn de bestuurders van 18 tot 29 jaar dubbel
zo
dikwijls
betrokken
bij
dodelijke
verkeersongevallen dan de leeftijdscategorie 30 tot
64. Het fenomeen van rijden onder invloed tijdens
weekendnachten is meer van toepassing op jonge
chauffeurs, omwille van hun gebrek aan ervaring,
vermoeidheid en het soms bewust nemen van
risico's. Omwille van de quasi-unanimiteit over de
uitgevoerde studies, de aanbevelingen en de
beleidsvoorstellen heb ik gezegd dat ik bereid ben
om het te overwegen en na te gaan of het in België
ook zou moeten gebeuren. Ik heb echter niet
gezegd dat ik het zal invoeren.
De ongevallenbetrokkenheid ten gevolge van rijden
onder invloed moet verminderd worden voor alle
leeftijdscategorieën. Van de beroepsfederaties van
transporteurs heb ik overigens de dringende
aanbeveling gekregen om de nultolerantie in te
voeren. Alvorens een maatregel te nemen wil ik
iedereen consulteren.
De bewustmaking en de handhaving van de
controles op het rijden onder invloed moeten
worden opgedreven voor alle leeftijdscategorieën,
maar ten opzichte van de jongeren moeten we
bijzonder aandachtig zijn. Sedert 1 september 2007
werd de definitie van onervaren bestuurder in onze
verkeerswetgeving opgenomen. Ik wil een strenger
optreden overwegen maar dan wel in het kader van
een geheel van maatregelen rond het verhogen van
de verkeersveiligheid. Er is een coherent plan nodig
dat niet tegen een specifieke leeftijdscategorie is
gericht.
Dans le cadre des Etats généraux de la sécurité
routière, la commission fédérale recommande que
des mesures particulières soient prises pour mettre
un terme à la surreprésentation des jeunes dans les
accidents de la circulation. Il a été question
d'instaurer une limite de 0,2 g/l durant une période
d'essai limitée après l'obtention du permis de
conduire.
Dans notre pays, les conducteurs âgés entre 18 et
29 ans sont impliqués dans deux fois plus
d'accidents mortels que les conducteurs de la
catégorie des 30 à 64 ans. Le phénomène de la
conduite sous influence durant les nuits de week-
end concerne davantage les jeunes conducteurs en
raison d'un manque d'expérience, de la fatigue ou
de la prise parfois volontaire de risques. Compte
tenu de la quasi-unanimité qui se dégage des
études, des recommandations et des propositions,
j'ai déclaré que j'étais disposé à évaluer l'utilité
d'une telle mesure en Belgique. Je n'ai toutefois pas
dit que j'allais la mettre en oeuvre.
Le taux d'implication dans des accidents en raison
de la conduite sous influence doit diminuer pour
toutes les catégories d'âge. Les fédérations
professionnelles de transporteurs m'ont d'ailleurs
fermement recommandé d'instaurer la tolérance
zéro. Je souhaite procéder à une très large
consultation avant de prendre l'une ou l'autre
mesure.
Les campagnes de conscientisation et les contrôles
en matière de conduite sous influence doivent être
intensifiés pour toutes les catégories d'âge mais il
faut accorder une attention toute particulière aux
jeunes. Depuis le 1er septembre 2007 notre code
de la route connaît la notion de conducteur
inexpérimenté. Je suis disposé à envisager une
approche plus sévère, mais dans le cadre d'un
ensemble de mesures visant à accroître la sécurité
routière. Nous avons besoin d'un plan cohérent qui
ne soit pas axé uniquement sur une catégorie d'âge
spécifique.
03.03 Guido De Padt (Open Vld): Ik ben niet
overtuigd dat de promillegrens moet dalen. Dit zal
03.03 Guido De Padt (Open Vld) : Je ne suis pas
convaincu de l'opportunité d'abaisser le taux
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
immers geen oplossing bieden voor hardleerse
jongeren. Er zijn trouwens heel wat jongeren die
zich wel goed gedragen.
Als niet alle lokale politiezones cijfers bijhouden van
alcoholcontroles, kan je natuurlijk nooit zicht krijgen
op het handhavingproces. De vraag stelt zich welke
incidentie een bepaald promille heeft op het
fenomeen van de verkeersongevallen. Nu nemen
we maatregelen zonder kennis van zaken. Zonder
te vervallen in het utopische Zweedse systeem dat
ambieert om de verkeersongevallen tot nul te
herleiden,
moeten
we
eerst
degelijk
en
wetenschappelijk analyseren hoe ongevallen tot
stand komen. De minister zou dus moeten komen
tot analyse en overleg, onder andere met
organisaties als de Responsible Young Drivers.
maximal d'alcoolémie autorisé car cela ne
résoudrait pas le problème posé par les jeunes qui
n'en font qu'à leur tête. D'ailleurs, beaucoup de
jeunes adoptent un comportement responsable au
volant.
Si toutes les zones de police locales ne tiennent pas
un registre chiffré des contrôles de l'alcoolémie, il
est évidemment impossible d'avoir une idée précise
de la manière dont le code de la route est appliqué.
La question qui se pose est celle-ci : quelle
incidence un taux maximal donné a-t-il sur le
phénomène des accidents de roulage ? Les
mesures que nous prenons aujourd'hui, nous ne les
prenons, au fond, pas en connaissance de cause.
Sans vouloir copier le modèle suédois, qui est
utopique puisqu'il nourrit l'ambition de réduire à zéro
le nombre d'accidents de la route, nous devons
d'abord tenter d'analyser, en procédant avec
sérieux et même scientifiquement, comment les
accidents se produisent. Le ministre devrait donc
initier une phase d'analyse et de concertation,
notamment en collaboration avec des organisations
telles que les Responsible Young Drivers.
03.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): Ik zal het advies van het European
Transport Safety Council niet volgen, voor die
benadering kies ik niet. Verder is het zo dat bij 25
procent van de weekendongevallen jongeren
betrokken zijn, waarbij niet alleen een alcohol- maar
ook een drugprobleem speelt. Daarom moeten we
ons
ook
concentreren
op
eenvoudiger
opsporingsmethoden van druggebruik, onder
andere via een speekseltest.
Ik wil alleszins evenwichtige voorstellen uitwerken,
ook al moet ik wel rekening houden met adviezen.
Het thema van de verschillende categorieën van
beroepschauffeurs wil ik specifiek behandelen.
03.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Je ne suivrai pas l'avis du European
Transport Safety Council car je ne souhaite pas
opter pour cette approche. De plus, des jeunes sont
impliqués dans 25 % des accidents de la route qui
se produisent pendant le week-end, ces accidents
étant liés à un problème d'alcool mais aussi de
drogue. C'est la raison pour laquelle nous devons
surtout nous attacher aujourd'hui, pour le problème
posé par la consommation de drogue, à appliquer
des techniques de détection plus simples, comme
le test de salive.
Mon intention est en tout cas d'élaborer des
solutions équilibrées, même s'il est de mon devoir
de prendre en considération les avis rendus. Quant
à la question des différentes catégories de
chauffeurs professionnels, je préfère lui réserver un
traitement distinct.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Bart Tommelein aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"de
eventuele
verplichting voor huis-aan-huisverkopers om een
tachograaf in hun voertuig te installeren"
(nr. 4469)
04 Question de M. Bart Tommelein au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "l'obligation éventuelle pour les vendeurs à
domicile d'installer un tachygraphe dans leur
véhicule" (n° 4469)</b>
04.01 Bart Tommelein (Open Vld): Een Europese
verordening van 15 maart 2006 legt de
voorschriften
vast
voor
de
rijtijden,
rijonderbrekingen en rusttijden van de bestuurders
04.01 Bart Tommelein (Open Vld) : Un règlement
européen du 15 mars 2006 fixe les prescriptions
relatives aux temps de conduite, aux pauses et aux
temps de repos à observer par les conducteurs
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
in het wegvervoer van goederen en personen.
Specifieke voertuigen moeten uitgerust zijn met een
tachograaf om dergelijke gegevens te kunnen
registreren en te controleren. In een bijlage van het
KB van 14 juli 2005 worden de voertuigen bepaald
waarvoor de tachograaf niet verplicht is. Dit geldt
onder andere voor voertuigen die gebruikt worden
voor de verkoop aan huis. In het KB van 9 april
2007 wordt verder bepaald dat voertuigen voor het
vervoer
van
goederen
van
onder
meer
visserijbedrijven en die gebruikt worden in het kader
van een eigen beroepsactiviteit voor ritten binnen
een straal van honderd kilometer rond de
vestigingsplaats van het bedrijf, geen tachograaf
moeten hebben. Recent werden huis-aan-
huisverkopers waarvan de vestigingsplaats op meer
dan honderd kilometer ligt van de plaats van
verkoop, beboet en verplicht tot de installatie van
een tachograaf. Een Oostendse visverkoper is dus
in regel wanneer hij zijn waren verkoopt in
bijvoorbeeld Aalst, maar niet wanneer hij dit doet in
Brussel. Moeten deze huis-aan-huisverkopers nu al
dan niet een tachograaf installeren en zich houden
aan de rij- en rusttijden?
effectuant des transports routiers de biens et de
personnes. Les véhicules spécifiques doivent être
équipés d'un tachygraphe pour pouvoir enregistrer
et contrôler de telles données. Une des annexes à
l'arrêté royal du 14 juillet 2005 précise quels
véhicules ne doivent pas obligatoirement être
équipés d'un tachygraphe. Il s'agit notamment des
véhicules utilisés pour la vente à domicile. L'arrêté
royal du 9 avril 2007 dispose en outre que les
véhicules utilisés pour le transport de biens
d'entreprises de sylviculture, notamment, dans le
cadre de leur activité professionnelle spécifique
dans un rayon de cent kilomètres autour du lieu
d'établissement de l'entreprise, ne doivent pas être
équipés d'un tachygraphe. Des vendeurs à domicile
dont le lieu d'établissement se situe à plus de cent
kilomètres du lieu de la vente ont récemment été
sanctionnés d'une amende et invités à installer un
tachygraphe dans leur véhicule. Un poissonnier
ostendais est donc en règle lorsqu'il vend par
exemple sa marchandise à Alost mais pas lorsqu'il
le fait à Bruxelles. Ces vendeurs à domicile doivent-
ils oui ou non installer un tachygraphe et respecter
les temps de conduite et de repos ?
04.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): De uitzonderingen met betrekking tot
de installatie van een tachograaf zijn voorzien in de
geciteerde KB's. De huidige reglementering voorziet
inderdaad in de verplichting van een tachograaf en
in het respecteren van rust- en rijtijden bij een
verkoop op een plaats die meer dan honderd
kilometer van het bedrijf is gelegen. Ik heb wel een
onderzoek gelast van de bepalingen van het KB van
9 april 2007, teneinde te bekijken of deze eventueel
aangepast moeten worden.
04.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) :
Les
exceptions
relatives
à
l'installation d'un tachygraphe sont prévues dans les
arrêtés royaux mentionnés. La réglementation
actuelle prévoit effectivement l'obligation d'installer
un tachygraphe et de respecter les temps de repos
et de conduite dans le cadre d'une vente
intervenant à plus de cent kilomètres du lieu
d'établissement de l'entreprise. J'ai toutefois pris
l'initiative de faire examiner les dispositions de
l'arrêté royal du 9 avril 2007 pour étudier
l'opportunité d'une adaptation éventuelle.
04.03 Bart Tommelein (Open Vld): Ik ben blij dat
de minister deze zaak zal laten onderzoeken.
Aangezien Brussel zowat honderd kilometer is
verwijderd van de kust en de hoofdstad toch een
commercieel actieterrein is voor visserijbedrijven
van aan de kust, kan de afstand misschien worden
opgetrokken naar honderdtwintig kilometer.
04.03 Bart Tommelein (Open Vld) : Je me réjouis
d'entendre que le ministre fera examiner ce dossier.
L'on pourrait peut-être envisager de porter la
distance maximale à 120 kilomètres, étant donné
que Bruxelles se trouve à environ 100 kilomètres de
la côte et que la capitale constitue un champ
d'action commercial pour les entreprises de pêche
situées à la côte.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde vragen van
- de heer Bruno Stevenheydens aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de
eerste
minister
over
"een
speciaal
rijgeschiktheidsattest om collega's mee te nemen
met een bedrijfswagen" (nr. 4571)
- mevrouw Linda Musin aan de staatssecretaris
voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste
minister over "carpooling met bedrijfswagens"
05 Questions jointes de
- M. Bruno Stevenheydens au secrétaire d'État à
la Mobilité, adjoint au premier ministre sur
"l'attestation d'aptitude à la conduite spéciale
permettant le covoiturage avec des collègues
dans une voiture de société" (n° 4571)<br>- Mme Linda Musin au secrétaire d'État à la
Mobilité, adjoint au premier ministre sur "le
covoiturage en voiture de société" (n° 4605)</b>
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
(nr. 4605)
05.01 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang):
Als men tijdens de werkuren collega's meeneemt in
een bedrijfswagen, dient men te beschikken over
een speciaal attest van geschiktheid. Daarvoor
moet men met positief resultaat een ogentest
afleggen. Nu blijken de bestuurders amper op de
hoogte te zijn van deze reglementering, zodat ze bij
een overtreding zware boetes riskeren. Inzake
verzekering blijkt zich gelukkig niet onmiddellijk een
probleem te stellen. In ieder geval is er verwarring
en veel bedrijfsleiders zijn niet op de hoogte van de
reglementering. Inzake verkeersveiligheid hanteert
men hier verschillende maten en gewichten, vermits
een ouder bijvoorbeeld wel dagelijks kinderen mag
vervoeren zonder de verplichting van een attest.
Weet de minister in welke mate men bij de lokale
besturen op de hoogte is van deze reglementering?
De reglementering geldt immers ook wanneer
bestuurders van een bedrijfswagen op het traject
van en naar het werk collega's meenemen.
Daarmee wordt het zogenaamde autodelen eigenlijk
ontmoedigd. Heeft de minister trouwens al eens
bekeken of de overheidsdiensten zelf wel in regel
zijn ter zake? Heeft hij al initiatieven genomen om
deze reglementering te wijzigen?
05.01 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang) :
Les personnes qui embarquent durant les heures
de travail des collègues à bord d'une voiture de
société doivent disposer à cet effet d'un certificat
d'aptitude spécial. Il convient notamment de passer
avec succès un test de la vue. Il semblerait que les
conducteurs concernés ignorent largement la
réglementation en la matière. En cas d'infraction, ils
s'exposent
ainsi à de lourdes amendes.
Heureusement, aucun problème ne semble se
poser dans l'immédiat au niveau des assurances.
La confusion règne en tout état de cause dans ce
domaine et de nombreux chefs d'entreprise ne sont
pas au courant de la réglementation. Il y a ici deux
poids et deux mesures sur le plan de la sécurité
routière étant donné par exemple qu'un parent peut
transporter quotidiennement des enfants sans
devoir disposer d'une attestation.
Le ministre sait-il dans quelle mesure les
administrations locales sont au courant de cette
réglementation ? La réglementation s'applique en
effet
également
lorsque
des
conducteurs
emmènent des collègues dans une voiture de
société pour les déplacements domicile-lieu de
travail. On en arrive ainsi à décourager le
covoiturage. Le ministre a-t-il d'ailleurs déjà vérifié
si les services publics eux-mêmes respectent la
réglementation en la matière ? A-t-il déjà pris des
initiatives pour modifier la réglementation ?
05.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Nederlands): De rijbewijsreglementering bepaalt
sedert 1998 dat de houders van een rijbewijs
categorie B in een aantal gevallen over een attest
van medische rijgeschiktheid moeten beschikken.
Dat attest wordt verkregen op basis van een
ogentest een medisch onderzoek.
05.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
néerlandais) : Depuis 1998, la réglementation
relative au permis de conduire stipule que les
titulaires d'un permis B doivent dans un certain
nombre de cas disposer d'une attestation d'aptitude
médicale à la conduite. Cette attestation peut être
obtenue après un test de la vue et un examen
médical.
Volgens de huidige wettekst is dus elke werknemer
die met een bedrijfswagen collega's vervoert,
verplicht om te beschikken over een medisch attest
dat zijn rijgeschiktheid aantoont. Dat is echter nooit
de bedoeling van de wet geweest. Het was de
bedoeling om enkel werknemers die door hun
werkgever werden aangeduid als beroepschauffeur,
te verplichten om via een medisch onderzoek hun
rijgeschiktheid te bewijzen. Beoogd werden
bijvoorbeeld de chauffeurs die arbeiders iedere
morgen en avond vervoeren van en naar een
bouwwerf.
Aangezien de bestaande wettekst aanleiding geeft
tot foute interpretaties en zo rechtsonzekerheid
creëert, heb ik mijn administratie de opdracht
En vertu du texte de loi actuel, tout travailleur qui
transporte des collègues à bord d'une voiture de
société doit donc être en possession d'un certificat
médical attestant son aptitude à la conduite alors
que tel n'a jamais été l'objectif de la loi. Celle-ci
visait en effet uniquement à obliger les travailleurs
désignés par leur employeur comme chauffeurs
professionnels à prouver leur aptitude à la conduite
sur la base d'un examen médical. Cette loi visait
donc, par exemple, les chauffeurs qui transportent
tous les matins des ouvriers vers des chantiers et
les en ramènent le soir.
Etant donné que le texte de loi existant donne lieu à
des interprétations erronées et génère ainsi une
insécurité juridique, j'ai demandé à mon
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
gegeven de wettekst aan te passen.
administration de le modifier.
05.03 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang):
Wij zijn heel tevreden met deze logische en snelle
oplossing.
05.03 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang) :
Nous sommes entièrement satisfaits de cette
solution, qui est logique et rapide.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer François Bellot aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "de vermoedens van
fraude met voorlopige rijbewijzen" (nr. 4599)
06 Question de M. François Bellot au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "les soupçons de fraude en matière de
permis provisoires" (n° 4599)</b>
06.01 François Bellot (MR): Houders van een
voorlopig rijbewijs die tweemaal zakken voor het
praktisch rijexamen moeten zes uur rijles volgen bij
een rijschool. Na elke onvoldoende wordt er een
stempel in het voorlopig rijbewijs gezet. Gelet op het
slaagpercentage
doet
het
beperkte
aantal
kandidaten dat die opleiding volgt toch wel de
wenkbrauwen fronsen.
Blijkbaar scheuren sommige kandidaat-bestuurders
het gedeelte waarop de onvoldoendes staan van
hun voorlopig rijbewijs af of vragen ze een duplicaat
aan van dat rijbewijs, dat door het gemeentebestuur
zonder enige vermelding van onvoldoendes wordt
afgeleverd.
Is uw administratie op de hoogte van dat bedrog?
Welke maatregelen heeft ze genomen om dat
fenomeen te beteugelen?
06.01 François Bellot (MR) : Les détenteurs du
permis provisoire qui échouent à deux reprises à
l'examen pratique doivent suivre une formation de
six heures dans une école de conduite. Après
chaque échec, un cachet est apposé sur le permis
provisoire. Vu les statistiques de réussite, le faible
nombre de candidats qui suivent cette formation est
étonnant.
Il semblerait que certains candidats détachent de
leur permis provisoire la partie réservée aux échecs
ou demandent un duplicata de ce permis, que les
administrations communales délivrent vierge de
toute mention d'échec à l'examen.
Votre administration est-elle informée de telles
pratiques frauduleuses ? Quelles dispositions a-t-
elle prises pour juguler ce phénomène ?
06.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Men moet het aantal kandidaat-
bestuurders dat zich op die manier aan het
verplichte praktische rijonderricht onttrekt, niet
overschatten. Een kandidaat die met bedrieglijk
opzet een duplicaat aanvraagt, moet meteen ook
een ander examencentrum zoeken. Aangezien hij
het examen moet afleggen in de zone waar hij
gedomicilieerd is of waar zijn rijschool zich bevindt,
moet hij dus hetzij van domicilie veranderen hetzij in
een andere rijschool les volgen om zich opnieuw
voor het praktische rijexamen te kunnen aanbieden.
De informatie betreffende het aantal kandidaat-
bestuurders dat zes uur praktijkles volgt, dient te
worden nagegaan. Maar zelfs al zijn die gegevens
correct, dan betekent dat niet noodzakelijk dat er op
grote schaal fraude wordt gepleegd.
06.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Il ne faut pas surestimer le nombre de
candidats qui se soustraient par ce biais à
l'obligation de suivre des cours pratiques. En effet,
le candidat qui demande un duplicata dans une
intention frauduleuse doit également changer de
centre d'examen. Or, étant donné qu'il doit subir
l'examen dans la zone de son domicile ou de son
école de conduite, il doit changer de domicile ou
suivre des cours dans une autre école pour pouvoir
représenter l'examen pratique.
L'information relative au nombre de candidats qui
suivent les six heures de cours pratiques devrait
être vérifiée mais, même si elle est exacte, elle
n'est pas nécessairement synonyme de fraudes
massives.
Door de verlenging van de geldigheidsduur van de
rijbewijzen en de mogelijkheid om verscheidene
opeenvolgende voorlopige rijbewijzen te verkrijgen,
kan het verplicht volgen van lessen inderdaad lang
uitgesteld worden.
Mijn diensten blijven waakzaam toezien op zulke
praktijken tijdens controles die worden uitgevoerd
bij de gemeentebesturen en in de examencentra.
En effet, l'allongement de la période de validité des
permis de conduire DE et la possibilité d'obtenir
plusieurs permis provisoires successifs permet de
reporter longtemps l'obligation de suivre des cours.
Mes services demeurent attentifs à ces pratiques
lors des contrôles menés dans les administrations
communales et les centres d'examen. Ces derniers
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
Die laatste worden eveneens verzocht toe te zien
op de naleving van de regelgevende bepalingen.
sont également invités à veiller au respect des
dispositions réglementaires.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister over "het rechtsaf slaan van
fietsers" (nr. 4646)
07 Question de M. Jean-Luc Crucke au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "le tourne à droite cycliste" (n° 4646)</b>
07.01 Jean-Luc Crucke (MR):Een aantal
Europese steden voert een experiment waarbij ze
fietsers toelaten bij rood licht rechts af te slaan
zonder rekening te houden met het rode
verkeerslicht want ze storen niemand en ze winnen
er een beetje tijd mee. De verenigingen van fietsers
zijn vragende partij. Vooraleer een parlementair
initiatief te nemen, vernam ik graag uw standpunt
hierover.
07.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Certaines villes
européennes font l'expérience de permettre aux
cyclistes, à un feu rouge, de tourner à droite sans
respecter le feu car ils ne gênent personne en
agissant ainsi et ils gagnent un peu de temps. Les
associations de cyclistes sont demandeuses en la
matière. Avant éventuellement de prendre une
initiative parlementaire, je souhaitais connaître votre
point de vue sur ce sujet.
07.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans) : Ik ben geen voorstander van het 'rechtsaf
slaan van fietsers' aan een rood licht om
verschillende redenen. Ten eerste is het negeren
van een rood licht om rechts af te slaan, voor alle
bestuurders verboden in ons land, zowel op basis
van het Verdrag van Wenen over de verkeersregels
als op basis van de regels betreffende de
verkeerstekens. Ons land heeft het verdrag
ondertekend: een dergelijke maatregel kan niet
overwogen worden zonder aanpassing van het
verdrag. Ten tweede, fietsers toelaten om rechts af
te slaan en hun plaats op de weg in te nemen op
het ogenblik dat het gemotoriseerd verkeer links
van hen aankomt en voorrang heeft, kan een
veiligheidsrisico betekenen. Door af te slaan
verwijdert een fietser zich een beetje van de rand
van de weg, wat het risico vergroot op een
aanrijding met voertuigen die er van rechtswege
rijden, aangezien het licht voor hen groen is. Ten
derde, de fietsers die het rood licht negeren,
moeten ook voorrang verlenen aan fietsers die op
de weg of op het fietspad rijden die zij willen
oprijden. Ten vierde, fietsers moeten ook voorrang
verlenen aan overstekende voetgangers, waardoor
ze de tijd die ze winnen door het rode licht te
negeren, weer verliezen. Ten vijfde, deze toelating
zou dan ook moeten worden gegeven aan andere
categorieën gebruikers wier gedrag door de
Wegcode gelinkt wordt aan dat van de fietsers. Ik
denk hierbij aan bromfietsen uit categorie A, soms
B, (motor)voertuigen die sneller dan stapvoets
vooruitgaan.
07.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Je ne suis pas favorable à un "tourne à
droite cycliste" aux feux rouges pour plusieurs
raisons. Premièrement, ignorer le feu rouge pour
tourner à droite est interdit à tout conducteur dans
notre pays, tant sur la base de la Convention de
Vienne sur les règles de la circulation que sur base
de celles concernant la signalisation routière. Notre
pays a signé cette convention: une telle mesure ne
peut s'envisager sans une adaptation de celle-ci.
Deuxièmement, il n'est pas sans risque d'autoriser
les cyclistes de tourner à droite et de prendre leur
place sur la chaussée au moment où le trafic
motorisé venant de leur gauche a priorité. En
tournant, un cycliste va se dégager un peu du bord
de la chaussée, ce qui augmente le risque d'impact
avec les véhicules qui y circulent de plein droit
puisque pour eux le feu est vert. Troisièmement, les
cyclistes qui ignorent le feu rouge devraient
également céder le passage aux cyclistes qui
circulent sur la chaussée ou la piste cyclable dans
laquelle ils s'apprêtent à s'engager. Quatrièmement,
les cyclistes doivent aussi donner la priorité aux
piétons qui traversent, ce qui réduit ce qu'ils
gagneraient
en
ignorant
le
feu
rouge.
Cinquièmement,
il
faudrait
accorder
cette
permission également aux autres catégories
d'usagers dont le comportement est associé à celui
des cyclistes par le Code de la route. Je pense aux
cyclos de type A, parfois type B, aux engins
motorisés ou non qui circulent plus vite qu'à l'allure
du pas.
Om deze redenen wens ik die idee niet op te nemen
in het verkeersreglement. Een rood licht moet
eenduidig blijven wijzen op een verplichting om te
stoppen. Ik zal ook geen proefproject op het getouw
Pour ces raisons, je n'entends pas traduire cette
idée dans le Code de la route. Un feu rouge doit
rester un signe obligatoire et univoque de s'arrêter.
Je n'entends pas non plus lancer de projet-pilote
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
zetten met oranje knipperlichten voor fietsers zoals
men in Straatsburg of Bordeaux van plan is op een
beperkt aantal kruispunten, omdat het systeem van
de rechtsafslaande fietsers in Nederland toegelaten
is. Nederland heeft het Verdrag van Wenen
inderdaad niet ondertekend, terwijl België dat wel
gedaan heeft.
avec des dispositifs de feux oranges clignotants
pour cyclistes comme s'apprêtent à le faire
Strasbourg ou Bordeaux à un nombre limité de
carrefours, invoquant que le "tourne à droite
cycliste" est admis aux Pays-Bas. En effet, les
Pays-Bas n'ont pas signé la Convention de Vienne,
ce que la Belgique a fait.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan
de eerste minister, over "de herconfiguratie van
het Europees luchtruim" (nr. 4098)
08 Question de M. Xavier Baeselen au secrétaire
d'État à la Mobilité, adjoint au premier ministre
sur "la reconfiguration de l'espace aérien
européen" (n° 4098)</b>
08.01
Xavier
Baeselen
(MR):
De
lagekostenmaatschappijen die lid zijn van de
European Low Fares Airlines Association (ELFAA)
pleiten
voor
een
hervorming
van
de
luchtverkeersleiding. Ze zijn van mening dat
middels hun voorstellen 5 miljard euro kan worden
bespaard, de CO
2
-uitstoot met 12 miljoen ton kan
worden teruggebracht en 75 procent van de huidige
vertraging kan worden weggewerkt.
Welk standpunt neemt België thans hierover in?
Hoever staan de onderhandelingen die Belgocontrol
heeft
aangevat?
Moet
het
Europese
harmonisatieproces in deze sector niet worden
versneld, wetende dat het luchtverkeer tegen 2020
zal verdubbelen?
08.01 Xavier Baeselen (MR) : Les compagnies
low-cost de l'European Low Fares Airlines
Association (ELFAA) plaident pour une réforme de
la gestion du trafic aérien. Elles estiment que leurs
propositions permettraient de faire l'économie de 5
milliards d'euros, de 12 millions de tonnes de CO
2
et de près de 75 % des retards actuels.
Quelle est actuellement la position de la Belgique
en cette matière ? Où en sont les négociations
engagées par Belgocontrol ? Sachant également
que d'ici 2020 le trafic européen aura doublé, ne
pensez-vous pas qu'il serait bon d'accélérer le
processus pour parvenir à une harmonisation
européenne ?
08.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe (Frans):
De invoering van de 'Single European Sky' komt
reeds tegemoet aan de verzuchtingen van de
ELFAA.
Die
wetgeving
voorziet
in
samenwerkingsakkoorden tussen de Europese
lidstaten
op
grond
van
functionele
luchtverkeersstromen, en dus niet langer op grond
van landsgrenzen of van beperkingen tussen het
burgerlijke en het militaire luchtruim. Zo wordt de
veiligheid verbeterd, neemt de capaciteit toe, blijven
de kosten beperkt en is er minder vervuiling.
Een dergelijk samenwerkingsakkoord tussen België
en vijf andere landen (Nederland, Luxemburg,
Duitsland, Frankrijk en Zwitserland), 'FAB Central
Europe' genaamd, ligt momenteel ter tafel. Na de
zomer van 2008 wordt er beslist welke vorm die
samenwerking precies zal aannemen.
De Belgische overheid is een groot voorstander van
de samenwerking met die buurlanden die het
gebruik van het luchtruim kan optimaliseren.
08.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : L'introduction du ciel unique européen
répond déjà au plaidoyer qui est fait par l'ELFAA.
Cette législation prévoit la création d'accords de
coopération entre les États membres de l'Union
européenne sur la base de flux fonctionnels de
trafic aérien et non plus sur la base des frontières
nationales ou des limitations entre l'espace aérien
civil et militaire. Cela aura pour effet d'améliorer la
sécurité, d'accroître la capacité, de comprimer les
coûts et de diminuer la pollution.
La mise en place d'un tel accord de coopération
liant la Belgique avec 5 autres pays sous le nom de
FAB Europe centrale est en cours de discussion. Y
participent
la
Belgique, les
Pays-Bas,
le
Luxembourg, l'Allemagne, la France et la Suisse.
Une décision devrait être prise après l'été 2008
quant à la forme précise de cette collaboration.
L'État belge est très favorable à la collaboration
avec ses pays voisins afin d'optimiser l'utilisation de
l'espace aérien.
08.03 Xavier Baeselen (MR): Het verheugt me dat
er vooruitgang wordt geboekt in dit dossier en dat er
spoedig een oplossing komt.
08.03 Xavier Baeselen (MR) : Je me réjouis
d'apprendre que ce dossier avance et que nous
pourrons arriver à une solution très rapidement.
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
minister van Klimaat en Energie over "de
verplichtingen
voor
niet-Europese
lowcostluchtvaartmaatschappijen die op het
Europees grondgebied actief zijn" (nr. 4500)
09 Question de M. Xavier Baeselen au ministre
du Climat et de l'Énergie sur "les obligations qui
incombent aux compagnies low-cost non-
européennes qui opèrent sur le sol européen" (n°
4500)
09.01 Xavier Baeselen (MR): Een honderdtal
passagiers van de lowcostmaatschappij Altas Blue,
een dochteronderneming van Royal Air Maroc,
zaten tijdens de nacht van maandag 7 op dinsdag 8
april vast op de luchthaven Brussels Airport.
Omstreeks middernacht kondigde de maatschappij
aan de reizigers aan dat ze om 6 uur 's ochtends
zouden kunnen vertrekken. Om 6 uur was er nog
steeds geen toestel beschikbaar en deelde de
maatschappij mee dat er enkele plaatsen vrij waren
op een vlucht van 13.40 uur, met de vermelding dat
enkel gezinnen met kinderen aan boord zouden
mogen gaan. Daarna werden er nog twee vluchten
voorzien. De maatschappij wilde een zeventigtal
passagiers laten vertrekken met de vlucht van 14
uur. Daarbij zou volgens alfabetische volgorde
worden gewerkt. Maandagavond hebben de
reizigers 5,50 euro gekregen. Ik heb alleszins nooit
in een hotel kunnen overnachten met dat bedrag.
Op dinsdagochtend hebben de passagiers
eveneens 13 euro gekregen, waarmee ze een
broodje en een drankje konden kopen. De reizigers
kregen geen enkele informatie. De politie heeft zelfs
moeten bemiddelen, want de spanning was te
snijden.
Wat zijn de verplichtingen van niet-Europese
lowcostmaatschappijen
die
op
Europees
grondgebied
vliegen
op
het
vlak
van
informatieverstrekking
en
opvang
van
de
passagiers bij problemen? Indien er geen
verplichtingen bestaan, denkt u niet dat men dan
moet voorzien in een minimumverplichting? Zou het
niet nuttig zijn om het dossier aan te kaarten op
Europees niveau?
09.01 Xavier Baeselen (MR) : Une centaine de
passagers d'une compagnie aérienne low cost,
Atlas Blue, filiale de Royal Air Maroc, ont été
bloqués dans la nuit du lundi 7 au mardi 8 avril à
l'aéroport de Bruxelles-National. La compagnie a
annoncé aux voyageurs, vers minuit, qu'ils auraient
un avion à 06.00 heures du matin. À 06.00 heures,
il n'y avait toujours pas d'appareil et la compagnie a
annoncé que quelques places étaient disponibles
sur un vol à 13.40 heures en précisant que seules
les familles avec enfants pourraient embarquer.
Deux autres vols ont ensuite été prévus. Sur celui
de 14.00 heures, la compagnie a dit qu'elle
prendrait une septantaine de passagers, les
premiers dans l'ordre alphabétique. Les voyageurs
ont reçu 5,50 euros lundi soir. En ce qui me
concerne, je n'ai jamais pu prendre de chambre
d'hôtel avec cette somme. Ils ont aussi reçu 13
euros le mardi matin grâce auxquels les passagers
ont pu s'acheter un sandwich et une boisson. Les
voyageurs n'ont reçu aucune information. La police
a même dû jouer les intermédiaires car une certaine
nervosité se faisait sentir.
Quelles sont les obligations des compagnies non-
européennes low cost qui opèrent sur le sol
européen en matière d'information et de prise en
charge du voyageur en cas de problème? Si
aucune obligation n'existe, ne pensez-vous pas
qu'un minimum devrait être requis? Ne serait-il pas
intéressant de porter le dossier au niveau
européen?
09.02 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): De rechten en plichten van luchtreizigers
worden opgesomd in de Europese verordening van
11
februari
2004
tot
vaststelling
van
gemeenschappelijke regels inzake compensatie en
bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en
annulering of langdurige vertraging van vluchten.
Deze verordening is van toepassing op alle vluchten
die vertrekken vanuit een luchthaven gelegen op
het grondgebied van een lidstaat van de Europese
Unie en op alle vluchten die vertrekken uit een
derdeland met bestemming een lidstaat van de
Europese Unie indien de luchtvaartmaatschappij
een Europese maatschappij is. Naargelang de
09.02 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Les droits et obligations des passagers
aériens sont énoncés dans le règlement européen
du 11 février 2004 qui établit des règles communes
en matière d'indemnisation et d'assistance aux
passagers en cas de refus d'embarquement,
d'annulation ou de retard important d'un vol. Ce
règlement s'applique à tous les vols au départ d'un
aéroport situé sur le territoire d'un État membre de
l'Union européenne de même qu'à tous les vols au
départ d'un État tiers à destination d'un État
membre de l'Union européenne si la compagnie
aérienne est une compagnie communautaire. Il
prévoit les mêmes obligations en matière
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
wachttijd gelden dezelfde verplichtingen inzake
informatie
en
opvang
voor
alle
luchtvaartmaatschappijen.
Het
dossier
wordt
behartigd door alle betrokken spelers, dus zowel de
nationale autoriteiten als de Europese instanties.
Op initiatief van de Europese Commissie worden
trouwens overlegvergaderingen belegd om de
behandeling van klachten van luchtreizigers te
stroomlijnen.
d'information et de prise en charge en fonction du
délai d'attente pour toutes les compagnies
aériennes. Le dossier est traité par l'ensemble des
acteurs concernés, donc aussi bien par les autorités
nationales que par les instances européennes. Des
réunions de concertation sont par ailleurs
organisées sur l'initiative de la Commission
européenne, pour harmoniser le traitement des
réclamations des passagers aériens.
Het gaat om een getrapt systeem, waarin de
passagiers hun grieven in eerste instantie moeten
kenbaar maken aan de luchtvaartmaatschappij die
de vlucht uitvoerde. Die demarche volstaat in 90
procent van de gevallen. Indien ze geen voldoening
krijgen, kunnen ze zich wenden tot de nationale,
territoriaal bevoegde, instelling of tot de
ad-hocdiensten van de Europese Commissie die
bevoegd zijn voor de bescherming van de
luchtvaartpassagiers.
L'économie du système veut que les passagers
fassent part de leurs griefs en première instance à
la compagnie aérienne qui a réalisé le vol. C'est
suffisant dans 90 % des cas. S'ils n'obtiennent pas
satisfaction, ils peuvent se tourner vers l'organisme
national territorialement compétent ou en référer
aux services ad hoc de la commission européenne
en charge de la protection des passagers aériens.
09.03 Xavier Baeselen (MR): Als ik het goed
begrijp, geldt voor niet-EU-maatschappijen enkel
een informatieplicht.
09.03 Xavier Baeselen (MR) : Si je comprends
bien, en ce qui concerne les compagnies extra-
communautaires, il n'y a qu'une obligation
d'information.
09.04 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Een informatie- én een opvangplicht.
09.04 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Obligation d'information et de prise en
charge.
09.05 Xavier Baeselen (MR): Dus toch ook een
opvangplicht?
09.05 Xavier Baeselen (MR) : Et de prise en
charge aussi ?
09.06 Staatssecretaris Etienne Schouppe
(Frans): Een en ander is afhankelijk van de
wachttijd. In het aangehaalde geval hadden de
reizigers moeten worden opgevangen. Indien er
klachten zijn, moeten de passagiers zich niet tot
Marokko, maar wel tot de Europese Commissie
wenden.
09.06 Etienne Schouppe, secrétaire d'État (en
français) : Cela dépend du délai d'attente. Dans le
cas cité, la prise en charge aurait dû être assurée.
S'il y a des plaintes, ce n'est pas au Maroc que les
passagers devraient s'adresser mais à la
Commission européenne.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Samengevoegde vragen van
- de heer Jean-Jacques Flahaux aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "de bezoldiging van de bestuurders van
Belgacom" (nr. 4038)
- mevrouw Karine Lalieux aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de
lonen
van
de
topmanagers
van
overheidsbedrijven" (nr. 4573)
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de
lonen
van
de
topmanagers
van
overheidsbedrijven" (nr. 4798)
10 Questions jointes de
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "la rémunération des administrateurs de
Belgacom" (n° 4038)<br>- Mme Karine Lalieux à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
salaires
des
dirigeants
des
entreprises
publiques" (n° 4573)<br>- M. Georges Gilkinet à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
salaires
des
dirigeants
des
entreprises
10.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Kan u ons 10.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Pouvez-vous
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
meer uitleg geven over de meer dan royale
bezoldiging van de bestuurders van Belgacom, die
met overheidsgeld wordt gefinancierd?
nous donner des éclaircissements sur les
rémunérations plus que confortables, accordées
avec de l'argent public, dont bénéficient les
administrateurs de Belgacom ?
10.02 Minister Inge Vervotte (Frans): De
overheidsbedrijven moeten bekwame werknemers
kunnen aantrekken. Ze hebben ook een
voorbeeldfunctie te vervullen op het stuk van de
doorzichtige besluitvorming, de benoeming van
bestuurders, het loonbeleid en good governance.
De ministerraad benoemt de gedelegeerde
bestuurders en ontheft ze van hun functie. De
wederzijdse rechten en plichten, met inbegrip van
de bezoldigingen, zijn vastgelegd in een
overeenkomst tussen de bestuurder en de raad van
bestuur die zich daarbij door de aanbevelingen van
een bezoldigingscomité laat leiden. De raad van
bestuur ziet erop toe dat de bezoldiging van de
gedelegeerde bestuurders evenredig is met hun
verantwoordelijkheden.
10.02 Inge Vervotte, ministre (en français) : Les
entreprises publiques doivent pouvoir attirer des
personnes compétentes. Elles doivent également
être exemplaires sur le plan de la transparence
dans la prise de décision, de la nomination des
dirigeants et de la politique des salaires, ainsi qu'en
termes de bonne gestion.
Le
Conseil
des
ministres
nomme
les
administrateurs délégués et les démet de leurs
fonctions. Cependant, les droits et devoirs
réciproques, y compris les rémunérations, sont
définis dans un accord entre l'administrateur et le
conseil
d'administration,
guidé
par
les
recommandations d'un comité de rémunération. Le
conseil d'administration veille à ce que la
rémunération des administrateurs délégués soit
proportionnelle à leurs responsabilités.
Ik heb de kwestie van de globale bezoldiging ter
sprake gebracht bij de voorzitters van de raden van
bestuur. Een vergelijkende benchmarkingstudie zal
ons helpen om een plafond voor deze bezoldiging
vast te leggen. Meetbare criteria zullen een
belangrijke rol spelen bij de omschrijving van de
variabele jaarbezoldiging. De doelstellingen zullen
jaarlijks worden aangepast. Verder wordt ook
rekening gehouden met de vergoeding van de
kosten. Afhankelijk van de resultaten van deze
besprekingen zal ik nagaan of voor de leden van de
directiecomités een gelijkaardige aanpak kan
worden toegepast. Daarna zal ik voorstellen om niet
te
veel
belang
te
hechten
aan
de
kortetermijndoelstellingen
om
de
variabele
jaarbezoldiging te bepalen.
Bij Belgacom bedragen de loonkosten van de
gedelegeerd bestuurder 1.794.000 euro. Bovenop
dat bedrag komen nog de uitkeringen na
tewerkstelling (903.480 euro) en de aandelenopties
(39.767 euro). De jaarbezoldiging van de leden van
het directiecomité bedraagt 3.402.083 euro, met
inbegrip van de variabele bezoldiging, plus de
uitkeringen na tewerkstelling (1.928.428 euro) en de
aandelenopties
(98.330
euro).
De
beëindigingsvoordelen bedragen 3.330.100 euro.
J'ai entamé un dialogue avec les présidents des
conseils
d'administration
au
sujet
de
la
rémunération globale. Une étude comparative de
benchmarking permettra de fixer un plafond pour
cette rémunération. Lors de la définition de la
rémunération annuelle variable, la préférence sera
donnée à des critères quantifiables. Les objectifs
seront ajustés chaque année. La prise en charge
des frais sera aussi prise en compte. En fonction
des résultats de ce dialogue, j'évaluerai si une
approche similaire peut être appliquée aux
membres des comités de direction. Par la suite, je
suggérerai d'éviter de donner une trop grande
importance aux objectifs à court terme pour établir
la rémunération variable annuelle.
Concernant Belgacom, le coût salarial de
l'administrateur délégué s'élève à 1.794.000 euros.
À ce montant s'ajoutent des avantages postérieurs
à l'emploi (903.480 ) et des options sur actions
(39.767 ). Le salaire annuel, y compris les
rémunérations variables, des membres du comité
de direction s'élève à 3.402.083 euros, plus les
avantages postérieurs à l'emploi (1.928.428 ) et
les options sur actions (98.330 ). Les indemnités
de fin de contrat s'élèvent à 3.330.100 euros.
Tot slot wil ik preciseren dat de doelstellingen die
gelinkt zijn aan het variabele loon nu al rekening
houden met criteria inzake de kwaliteit van de
dienstverlening, de klanttevredenheid en de inzet
van het personeel. We zullen toezien op een
versterking van dat verband.
Je conclurai en précisant que les objectifs associés
au salaire variable comprennent déjà des critères
liés à la qualité des services, à la satisfaction des
clients ou à l'engagement de personnel. Nous
veillerons au renforcement de ce lien.
10.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): In haar 10.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Dans le
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
algemene beleidsnota heeft de minister al
aangetoond dat ze wil ijveren voor billijke
bezoldigingen. Het spreekt voor zich dat de bazen
van de overheidsbedrijven meer dan correct
vergoed moeten worden, maar bepaalde cijfers,
stock options en andere gouden handdrukken doen
toch vragen rijzen.
cadre de sa note de politique générale, la ministre
avait déjà montré son souci de rémunérations
équitables. Il est normal que les patrons des
entreprises publiques soient plus que correctement
rémunérés, mais certains chiffres, stock options et
autres parachutes dorés suscitent des questions.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Michel Doomst aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven over "het onderzoek naar de
efficiëntie van de NMBS" (nr. 4056)
11 Question de M. Michel Doomst à la ministre de
la Fonction publique et des Entreprises
publiques sur "l'enquête sur l'efficacité de la
SNCB" (n° 4056)</b>
11.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Er was ons
beloofd dat er tegen Pasen meer duidelijkheid zou
zijn over het onderzoek naar de manier waarop de
bevoegdheden tussen NMBS, Infrabel en de
NMBS-holding
op
elkaar
zouden
worden
afgestemd. Wat zijn de resultaten van dit
onderzoek? Welke concrete maatregelen zullen er
worden genomen om de gestelde doelstellingen te
realiseren?
11.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : On nous
avait promis qu'avant Pâques, une clarification
serait apportée au sujet de l'étude portant sur la
manière
dont
seraient
harmonisées
les
compétences respectives de la SNCB, d'Infrabel et
de la holding SNCB. A quels résultats cette étude a-
t-elle abouti ? Quelles mesures tangibles comptez-
vous prendre pour atteindre les objectifs fixés ?
11.02 Minister Inge Vervotte (Nederlands): De
drie maatschappijen van de NMBS-groep hebben
elk een bepaalde operationele bevoegdheid met als
hoofddoel de klant kwaliteitsvol vervoer aanbieden.
Op 22 februari 2008 gaf ik de firma Roland Berger
Strategy Consultants de opdracht de samenwerking
tussen de drie maatschappijen grondig te
evalueren. Het eindrapport werd mij bezorgd op 17
maart. In het eerste deel wordt een aantal
knelpunten opgesomd betreffende operationele
bevoegdheden, gebaseerd op interviews met het
management en met externe experts. Het tweede
deel bevat aanbevelingen om deze knelpunten op
termijn weg te werken. In het derde deel wordt
ingegaan
op
verschillende
organisatorische
scenario's.
Eerst
wil
ik
de
voorbereiding
van
de
beheersovereenkomsten afwerken, daarna zal ik
gesprekken
aanvatten
betreffende
de
aanbevelingen van het rapport.
11.02 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
Les trois sociétés qui composent le groupe SNCB
ont chacune une compétence opérationnelle bien
spécifique, l'objectif principal étant d'offrir aux
clients des transports de grande qualité. Le 22
février 2008, j'ai chargé le bureau d'audit Roland
Berger Strategy Consultants de soumettre à une
évaluation approfondie la collaboration entre ces
trois sociétés. Le rapport final m'a été adressé le 17
mars. La première partie comporte l'énumération
d'un certain nombre de problèmes ayant trait aux
compétences opérationnelles, basée sur des
interviews avec la direction et des experts externes.
La deuxième est constituée des recommandations
visant à résoudre ces problèmes à terme. Dans la
troisième
partie,
différents
scénarios
organisationnels sont passés en revue.
J'ai l'intention de finaliser la préparation des
contrats de gestion et d'entamer ensuite des
discussions au sujet des recommandations du
rapport.
Rekening houdend met de extreem korte duurtijd
van de opdracht moeten de aanbevelingen met de
nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd.
Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de
drie nieuwe beheersovereenkomsten. Daarin wordt
in een artikel voorzien dat bepaalt dat de resultaten
van het onderzoek aanleiding kunnen geven tot
wijzigingen in de taakverdeling en de samenwerking
tussen de drie maatschappijen.
Compte tenu de la durée extrêmement courte de la
mission, les recommandations formulées doivent
être interprétées avec circonspection. Les trois
nouveaux contrats de gestion sont actuellement en
cours d'achèvement. Un article de ces contrats
dispose que les résultats de l'enquête peuvent
donner lieu à des modifications au niveau de la
répartition des tâches et de la coopération entre les
trois sociétés.
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
11.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Wat zijn de
directieven voor de drie entiteiten? Moet er meer
coherentie komen?
11.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Quelles
sont les directives pour les trois entités? Une plus
grande cohérence s'impose-t-elle?
11.04 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Ik wil
niet vooruitlopen op de bespreking ten gronde,
maar er zal een keuze moeten worden gemaakt
voor het meest aangepaste organisatorische model.
11.04 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : Je
ne souhaite pas anticiper la discussion de fond,
mais il conviendra d'opter pour le modèle
organisationnel le plus adapté.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Michel Doomst aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven over "de verkoop van
treintickets via het internet" (nr. 4057)
12 Question de M. Michel Doomst à la ministre de
la Fonction publique et des Entreprises
publiques sur "la vente de billets de train sur
internet" (n° 4057)</b>
12.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): De dienst
Internationaal Verkeer van de NMBS beoogt een
stijging van de verkoop van treintickets via internet.
Dit veronderstelt een aantal aanpassingen. Zo zou
het aantal stations waar men een internationaal
ticket kan kopen, afnemen van 104 vandaag naar
35 eind 2008. Er wordt ook gedacht aan het
invoeren van een prijsverschil. Is dit een voorbode
van wat er ons ook bij het binnenlands treinverkeer
te wachten staat?
12.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Le service
Transport International de la SNCB souhaite
augmenter la vente de billets de train internationaux
par le biais de l'internet, ce qui suppose un certain
nombre d'aménagements. Ainsi, le nombre de
gares où l'on pourrait acheter des billets
internationaux serait ramené de 104 aujourd'hui à
35 fin 2008. On envisage aussi l'introduction d'un
différentiel de prix. Faut-il y voir la préfiguration du
sort qui sera réservé au trafic intérieur?
12.02 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Het
internationale treinverkeer zal vanaf 2010 volledig
geliberaliseerd zijn. De NMBS bereidt zich hierop nu
al voor. In dat verband wordt onderzocht of de
loketverkoop van internationale tickets in 104
stations wel nodig is. Klanten kunnen internationale
tickets aanschaffen in een station, via een
callcenter en via internet. Het internationale aanbod
aan treinverbindingen wordt er zeker niet
eenvoudiger op, zodat de prijs van een ticket op
basis van beschikbaarheid van plaatsen op elk
moment kan wijzigen, dit naar analogie van de
luchtvaartsector. Er wordt nu overwogen om de
verkoop van internationale tickets te beperken tot
dertig à veertig stations. Wel zou men in evenveel
stations als vandaag de tickets kunnen komen
afhalen.
12.02 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : À
partir de 2010, le trafic ferroviaire international sera
entièrement libéralisé. La SNCB s'y prépare dès
aujourd'hui. Elle se demande dans cette optique s'il
faut continuer à proposer des billets internationaux
dans 104 gares. Les usagers peuvent acheter des
billets internationaux dans une gare, par le biais
d'un callcenter et par l'internet. L'offre internationale
de
liaisons
ferroviaires
ne
s'en
trouvera
certainement pas simplifiée, de sorte que le prix des
billets pourra être modifié à tout moment en fonction
des places disponibles, comme dans le secteur de
l'aéronautique. Il est envisagé aujourd'hui de limiter
la vente de billets internationaux à trente ou
quarante gares. En revanche, le nombre de gares
où l'on pourrait enlever les billets resterait inchangé
par rapport à aujourd'hui.
Dit betekent dat de consument via meerdere
kanalen een biljet kan aankopen en het afhalen zo
dicht mogelijk bij zijn woonplaats of het laten
opsturen. De NMBS zal de klant daarover
informeren ruim voor de inwerkingtreding.
Voor het binnenlands verkeer is de economische
context
anders
aangezien
het
om
een
gesubsidieerde aangelegenheid gaat en de
geleverde service in het beheerscontract wordt
opgenomen. In het beheerscontract staat dat de
stations de bevoorrechte verkooppunten zijn en er
zijn geen plannen om het aantal stations te
Le consommateur peut ainsi acheter un billet par le
biais de plusieurs canaux et l'enlever le plus près
possible de son domicile ou se le faire envoyer. La
SNCB informera le client à ce sujet bien avant la
mise en oeuvre du système.
Le contexte économique est différent pour le trafic
intérieur, étant donné qu'il s'agit d'une matière
subventionnée et que le service est inscrit dans le
contrat de gestion. Celui-ci stipule que les gares
constituent des points de vente privilégiés et qu'il
n'existe pas de projets pour réduire le nombre de
gares. La SNCB examine la possibilité d'élargir les
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
verminderen. De NMBS onderzoekt de mogelijkheid
om de verkooppunten uit te breiden tot automaten,
het internet en externe verkooppunten. Een
beslissing met betrekking tot het internationaal
vervoer is zeker geen voorbode voor het
binnenlands transport. In steeds meer landen wordt
bij de verkoop of naverkoop aan de balie een vaste
vergoeding gevraagd. De reiziger heeft echter
hetzelfde aanbod via het internet of een callcenter
en kan ook zelf kosteloos een biljet afhalen aan een
automaat. De keuze is aan hem of haar. De vaste
vergoeding zal apart aan de consument worden
aangerekend, boven op de prijs van het biljet.
points de vente aux distributeurs automatiques, à
l'internet et à des points de vente externes. Une
décision relative au transport international n'est
certainement pas un signe précurseur pour le
transport national. Le nombre de pays où l'on
demande une indemnisation forfaitaire pour la vente
ou le service après-vente au guichet est en
augmentation constante. Le voyageur dispose
cependant d'une offre identique par le biais de
l'internet ou d'un callcenter et peut aussi se
procurer un billet gratuitement à un distributeur
automatique. Il appartient au voyageur de faire un
choix. L'indemnisation forfaitaire sera réclamée
séparément au consommateur, en supplément du
prix du billet.
12.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Er is dus
een totaal andere economische context voor de
internationale tickets en dit zit al in een definitieve
fase.
12.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Le
contexte économique est donc totalement différent
pour les billets internationaux et se trouve déjà dans
une phase définitive.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Samengevoegde vragen van
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de hervormingen bij de pakjesdiensten van De
Post" (nr. 4091)
- de heer Peter Luykx aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de recente problemen met Taxipost" (nr. 4597)
13 Questions jointes de
- M. Michel Doomst à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
réformes au sein des services colis de La Poste"
(n° 4091)<br>- M. Peter Luykx à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
problèmes
récents
concernant
Taxipost"
13.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Begin maart
heeft De Post zijn pakjesdiensten hervormd en
werden Taxipost en Kilopost in de diensten
geïntegreerd. Dit alles heeft in het begin tot nogal
wat klachten geleid.
Ging het bij deze omschakeling effectief om
kinderziektes en zijn die problemen ondertussen
reeds opgelost? Wat was de oorzaak van de
vertragingen? Zijn de klachten ondertussen uit de
wereld geholpen? Is de communicatie verbeterd? Is
er voor deze hervormingen een evaluatiemoment
voorzien?
13.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : La réforme
des services colis de La Poste réalisée début mars
a également débouché sur l'intégration de Taxipost
et Kilopost au sein de ces services, une
réorganisation qui a suscité au départ un certain
nombre de plaintes.
Les problèmes apparus lors du passage à la
nouvelle structure constituaient-ils réellement des
maladies de jeunesse et ont-ils été résolus ? Quelle
était la raison des retards ? Les problèmes à
l'origine des plaintes ont-ils été éliminés ? A-t-on
amélioré la communication ? Est-il prévu d'évaluer
ces réformes ?
13.02 Peter Luykx (CD&V - N-VA): Sinds de
hervormingen van de pakjesdiensten van De Post
blijkt er een opstoot van problemen te zijn bij de
diensten van Taxipost. De Post erkent deze
problemen en geeft ook zelf te kennen dat de
efficiënte nog dient te worden opgevoerd. Gezien
het toenemende belang van deze diensten voor het
bedrijfsleven heeft dit onvermijdelijk een weerslag
op het investeringsklimaat in ons land.
13.02 Peter Luykx (CD&V - N-VA) : Il semble que
les services de Taxipost soient submergés de
problèmes depuis les réformes qui ont touché les
services colis de La Poste. La Poste admet ces
difficultés et avoue la nécessité d'accroître
l'efficacité des services. Vu l'importance croissante
de ces services pour les entreprises, cette situation
se répercute inévitablement sur le climat
d'investissement dans notre pays.
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
Hoeveel klachten over Taxipost heeft de
ombudsman van De Post opgetekend tijdens de
eerste drie maanden van 2008? Wat was het totaal
aantal klachten in respectievelijk 2006 en 2007?
Hoe verhoudt het aantal klachten per transactie bij
Taxipost zich ten opzichte van die ratio bij de
gewone briefzending? Hoeveel klanten van
Taxipost hebben sinds maart zodanig schade
opgelopen dat zij dit hebben laten vaststellen door
het gerecht? Wat is volgens de minister de precieze
oorzaak van deze gebrekkige dienstverlening? In
welke mate is er sprake van bewust wangedrag van
individuen? Welke inspanningen doet De Post om
dit gedrag op te sporen en te bestraffen? Denkt de
minister aan het versterken van de rol van de
postregulator, dit met het oog op mogelijke externe
sanctionering? Waarom bevindt het jaarverslag van
de ombudsdienst van De Post zich niet op de
website? Waarom was eind maart 2008 het jongste
beschikbare jaarverslag dat met betrekking tot
2005? Dient De Post er wel een dergelijke dienst op
na te houden, als er al verschillende privébedrijven
een gelijkaardig aanbod leveren?
Combien de plaintes relatives à Taxipost le
médiateur de La Poste a-t-il enregistrées au cours
des trois premiers mois de 2008 ? Combien de
plaintes a-t-on déposées respectivement en 2006 et
en 2007 ? Pouvez-vous comparer le nombre de
plaintes par transaction chez Taxipost et dans le
secteur de l'envoi de lettres ordinaires ? Combien
de clients de Taxipost ont subi depuis mars des
dommages tels qu'ils les ont fait constater par la
Justice ? Quelle est, selon la ministre, la raison
précise de ces défaillances ? Dans quelle mesure
peut-on reprocher à certains individus un
comportement volontairement indésirable ? Quels
sont les efforts entrepris par La Poste pour
rechercher et sanctionner les auteurs de ces
agissements ? La ministre envisage-t-elle de
renforcer le rôle du régulateur postal en vue d'une
éventuelle sanction externe ? Pourquoi le rapport
annuel du service de médiation de La Poste ne
figure-t-il pas encore sur le site internet ? Pourquoi
le dernier rapport annuel disponible en mars 2008
était-il celui de 2005 ? La Poste doit-elle encore
maintenir ce type de service alors même que
plusieurs entreprises privées proposent une offre
semblable ?
13.03 Minister Inge Vervotte (Nederlands): De
Post heeft inderdaad de diensten van Taxipost en
het vroegere Kilopost geïntegreerd in een coherent
nieuw gamma van producten, teneinde te voldoen
aan de noden van de klanten. Hiermee wordt een
kwaliteitsverhoging beoogd, waardoor alle nationale
pakketten voortaan binnen de 48 uur geleverd
zullen worden.
Voor de eerste drie maanden van 2008 zijn er 82
klachten door de ombudsdienst opgetekend.
Hiervan zijn er nog 18 in behandeling. Zowel in
2006 als in 2007 waren er in totaal ongeveer 6.500
Taxipostklachten. Dit komt neer op 0,1 procent van
het totale jaarlijkse volume van pakketten. Er zijn
geen gerechtelijke stappen tegen betrokken dienst
ondernomen.
Tijdens de opstart van de eerste fase van het
nieuwe aanbod, heeft er zich op 3 maart wel een
panne voorgedaan in het callcenter.
13.03 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : La
Poste a en effet intégré les services de Taxipost et
l'ancien Kilopost dans une nouvelle gamme
cohérente de produits afin de satisfaire les
demandes de la clientèle. Elle veut ainsi améliorer
la qualité de son service, tous les paquets
nationaux devant désormais être distribués sous les
48 heures.
Le service de médiation a enregistré 82 plaintes au
cours des trois premiers mois de 2008, dont 18 sont
encore en cours de traitement. En 2006 comme en
2007, il y a eu au total quelques 6.500 plaintes
concernant Taxipost, ce qui représente environ 0,1
% du volume de paquets annuel. Le service
concerné n'a fait l'objet d'aucune procédure
judiciaire.
Au cours du lancement de la première phase de la
nouvelle offre, le callcenter a été victime d'une
panne.
Door een softwareprobleem liepen de wachttijden
voor klanten van De Post op tot een uur, zodat men
zeer snel besloot over te schakelen op een
noodplan voor een periode van twee dagen. Door
een tijdrovende procedure in het callcenter liepen
de wachttijden in de callcenters te veel op. Vanaf 7
maart was alles terug onder controle. De
medewerkers van De Post en Taxipost hebben al
het mogelijke gedaan om de dienstverlening te
blijven
verzekeren.
De
kwaliteit
van
de
En raison d'un problème de logiciel, les délais
d'attente pour les clients de La Poste ont atteint une
heure, si bien que l'on a rapidement décidé de
mettre en oeuvre un plan d'urgence pendant une
période de deux jours. La lenteur de la procédure
mise en place au call center a fait en sorte que les
temps d'attente sont devenus excessivement longs.
A partir du 7 mars, tout est rentré dans l'ordre. Les
collaborateurs de La Poste et de Taxipost ont tout
fait pour assurer la continuité du service. La qualité
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
dienstverlening, die nu terug op het normale niveau
is, wordt permanent opgevolgd door het
management van Parcels & Express.
De ombudsdienst is als onafhankelijk en officieel
organisme bevoegd voor de hele postsector. De
verslagen van dit organisme zijn te vinden op diens
website. Informatie over de ombudsdienst wordt
vermeld op de website van De Post. De Post wil
een belangrijke rol spelen op de groeiende markt
van de pakjes. Sommige pakjesdiensten maken
trouwens deel uit van de universele dienstverlening
en moeten dus worden aangeboden door De Post.
Inzake communicatie heeft De Post de grote
klanten tijdens een persoonlijk onderhoud ingelicht,
terwijl de kmo's aangeschreven werden via
mailings. Voor de particulieren werd een
informatiecampagne opgestart, met informatie via
de website en de verkooppunten, in combinatie met
informatiefolders. Bovendien werd nog een
verklarende brochure met betrekking tot Taxipost
uitgegeven.
du service, qui a retrouvé un niveau normal, fait
l'objet d'un suivi permanent de la direction de
Parcels & Express.
En tant qu'organe officiel et indépendant, le service
de médiation est compétent pour tout le secteur
postal. Les rapports publiés par cet organisme sont
disponibles sur son site Internet. Les informations
relatives au service de médiation se trouvent sur le
site de La Poste. La Poste entend jouer un rôle
important sur le marché de l'expédition de colis, qui
est en expansion. Certains services en rapport avec
l'envoi de colis font d'ailleurs partie du service
universel et doivent donc nécessairement être
proposés par La Poste. Pour ce qui est de la
communication, La Poste a informé ses gros clients
lors d'un entretien individuel, cependant que les
PME ont été averties par le biais de mailings. Pour
la clientèle privée, une campagne d'information a
été lancée, notamment par le site internet et les
points de vente. Cette campagne est également
soutenue par la diffusion de dépliants d'information.
De plus, une brochure explicative relative aux
services de Taxipost a été publiée.
13.04 Peter Luykx (CD&V - N-VA): Geruststellend
is dat er nog geen sprake was van juridische
stappen. Het jaarverslag is nog niet terug te vinden
op de website.
13.04 Peter Luykx (CD&V - N-VA) : Il faut se
féliciter de l'absence de démarches juridiques
jusqu'ici. Le rapport annuel n'est pas encore
disponible sur le site.
Het laatste beschikbare jaarverslag dateert al van
2005. Wat is daarvan de reden?
Le dernier rapport annuel disponible date de 2005.
Pourquoi ?
13.05 Minister Inge Vervotte (Nederlands): De
jaarverslagen van 2006 en 2007 zullen worden
uitgegeven en dus normaal gezien ook op de site
worden geplaatst.
13.05 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
Les rapports annuels de 2006 et 2007 vont être
publiés et devraient donc aussi être placés sur le
site web.
13.06 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Ik leer uit
het
antwoord
van
de
minister
dat
de
communicatieproblemen vooral te wijten waren aan
een softwareprobleem, dat snel werd aangepakt.
Ook wordt het systeem permanent bewaakt en
wordt het geheel, als ik het goed begrepen heb,
permanent geëvalueerd.
13.06 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : La ministre
m'apprend, en me fournissant cette réponse, que
les
problèmes
de
communication
étaient
essentiellement imputables à un problème de
logiciel qui a été rapidement résolu, que le système
est l'objet d'une surveillance permanente et que, si
j'ai bien compris, le tout est soumis en permanence
à une évaluation.
13.07 Minister Inge Vervotte (Nederlands):
Inderdaad, voortdurend. Dat is voor ons heel
belangrijk en dat punt staat ook in de beleidsnota.
Wij bestuderen constant hoe wij ons kunnen
positioneren en welke nieuwe producten wij kunnen
aanbieden, gezien het dalende volume van de
brieven.
13.07 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
Oui, en permanence. Ce point est très important à
nos yeux et c'est la raison pour laquelle il a été
inscrit dans la note de politique générale. Nous
nous efforçons constamment d'adopter le meilleur
positionnement et de proposer les meilleurs
produits compte tenu du volume décroissant de
lettres.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
14 Samengevoegde vragen van
- de heer François Bellot aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"het taalgebruik in de documenten van De Post"
(nrs. 4073)
- de heer François Bellot aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"het taalgebruik in de documenten van De Post"
(nrs. 4430)
14 Questions jointes de
- M. François Bellot à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'emploi des langues sur les documents
émanant de La Poste" (n° 4073)<br>- M. François Bellot à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'emploi des langues sur les documents
émanant de La Poste" (n° 4430)</b>
14.01 François Bellot (MR) : Wanneer klanten van
de Bank van De Post overschrijvings- en
stortingsformulieren bestellen aan het loket, worden
ze verondersteld formulieren te ontvangen waarop
als eerste taal de taal van hun keuze staat vermeld.
Tot dusver stond op de eerste regel van deze
formulieren de vermelding in het Frans in Wallonië
en in het Nederlands in Vlaanderen. Een
Franstalige klant heeft drietalige formulieren
ontvangen waarop het Frans in tweede positie
stond. De betrokkene begrijpt als Franstalige klant
niet waarom hij de formulieren in drie talen krijgt.
Welke bepalingen bestaan er op het vlak van het
taalgebruik voor de relaties met de klanten van de
bank of van financiële instellingen die van het
overheidsbedrijf De Post afhangen of die
transacties verrichten via De Post?
14.01 François Bellot (MR) : Lorsque des clients
de la Banque de La Poste commandent des
virements et bulletins de versement à un guichet, ils
sont supposés recevoir ceux-ci avec, en première
langue, la langue de leur choix. Alors que jusqu'à
présent ces formulaires reprenaient à la première
ligne au début de chaque phrase la formule en
français en Wallonie et la formule en flamand en
Flandre, un client francophone a reçu des
formulaires trilingues où le français apparaît en
deuxième position. L'intéressé ne comprend pas
qu'en sa qualité de client francophone, il les reçoive
en trois langues. Quelles sont les dispositions en
matière d'emploi des langues pour les relations
avec les clients de banque ou d'institutions
financières dépendant de l'entreprise publique La
Poste ou dont les opérations transitent par celle-ci ?
14.02 Minister Inge Vervotte (Frans): De vraag
betreft formulieren van de Bank van De Post, die
als filiaal van De Post niet onderworpen is aan de
gecoördineerde wetten op het taalgebruik inzake
administratieve aangelegenheden van 18 juli 1966.
Overeenkomstig artikel 36 §1 van de wet van 21
maart 1991 betreffende de hervorming van
sommige economische overheidsbedrijven, moet
de participatie van de overheid in het filiaal immers
meer dan 50 procent bedragen om onder de eerder
genoemde wet van 18 juli 1966 te vallen. Dit is niet
het geval voor de Bank van De Post. Over het
algemeen richt de Bank van De Post zich in het
kader van gepersonaliseerde mededelingen tot zijn
klanten in het Frans, het Nederlands of het Duits
naargelang van de taal die zij kiezen. Om de
kosten onder controle te houden, heeft de Bank van
De Post, in navolging van andere banken, echter
beslist, een aantal formulieren, zoals het formulier
waarvan hier sprake, met drietalige vermeldingen te
laten drukken. De volgorde van de talen verandert
telkens wanneer er een nieuwe voorraad aangelegd
wordt.
14.02 Inge Vervotte, ministre (en français) : La
question posée concerne des formulaires émanant
de la Banque de La Poste qui, comme filiale de La
Poste, n'est pas soumise aux lois coordonnées sur
l'emploi des langues en matière administrative du
18 juillet 1966. En effet, l'article 36 § 1er de la loi du
21 mars 1991 portant réforme de certaines
entreprises publiques économiques exige entre
autres que la participation des autorités publiques
dans la filiale doit dépasser 50 % pour que la filiale
soit soumise aux dites lois du 18 juillet 1966. Ce
n'est pas le cas pour la Banque de La Poste. En
général, la Banque de La Poste s'adresse dans le
cadre des communications personnalisées à ses
clients en français, néerlandais ou allemand en
fonction de la langue choisie par ceux-ci.
Cependant, dans un souci de contrôle des coûts, la
Banque de La Poste a décidé, à l'instar d'autres
banques, de produire certains formulaires comme
le formulaire dont il est question avec une formule
trilingue. L'ordre des langues est alterné à chaque
production d'un nouveau stock.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
over
"de
burgerlijke
aansprakelijkheid van treinbegeleiders" (nr. 4117)
15 Question de M. Georges Gilkinet à la ministre
de la Fonction publique et des Entreprises
publiques sur "la responsabilité civile des
accompagnateurs de train" (n° 4117)</b>
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
15.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Op 10
maart hebben de treinbegeleiders het werk
neergelegd naar aanleiding van een hardhandige
interventie van de politie tijdens een gevecht tussen
een begeleider en een gebruiker die misnoegd was
omdat hij na het geluidssignaal die het sluiten van
de deuren aankondigt niet meer mocht instappen. Ik
wijs erop dat het intern reglement van de NMBS
verbiedt om een passagier te laten instappen zodra
dit signaal te horen is.
Heeft u gesproken met de minister van
Binnenlandse Zaken over de gebeurtenissen die
geleid hebben tot deze staking? Kan een
treinbegeleider burgerlijk aansprakelijk worden
gesteld indien er zich een ongeval voordoet
wanneer hij een passagier toelaat om in te stappen
na het geluidssignaal? Biedt de NMBS aan haar
werknemers
een
burgerlijkeaansprakelijkheidsverzekering aan voor
schade waarvoor zij tijdens de uitoefening van hun
beroep aansprakelijk kunnen worden gesteld? Hoe
moeten de treinbegeleiders volgens u het naleven
van de veiligheidsvoorschriften verzoenen met de
noodzakelijk hoffelijkheid die zij ten aanzien van het
publiek moeten betuigen? Dienen de regels voor
het sluiten van de deuren niet verbeterd te worden?
15.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Le 10
mars, les accompagnateurs de train ont fait grève
suite à une intervention musclée de la police lors
d'une rixe entre un accompagnateur et un usager
mécontent de ne pouvoir monter dans le train après
le signal sonore de fermeture des portes. Je
rappelle que les réglementations internes de la
SNCB interdisent de laisser un passager monter à
bord après le déclenchement de ce signal.
Avez-vous eu des contacts avec le ministre de
l'Intérieur à propos des événements qui ont conduit
à cette grève ? Un accompagnateur peut-il être tenu
civilement responsable si un accident survient
lorsqu'il a accepté qu'un passager monte à bord
après le signal sonore ? La SNCB offre-t-elle à ses
employés une assurance en responsabilité civile
pour
les
dommages
imputables
à
leurs
responsabilités dans l'exercice de leurs fonctions ?
Quel est votre avis sur la conciliation par les
accompagnateurs des règles de sécurité et de la
nécessaire cordialité envers le public ? N'y aurait-il
pas lieu d'améliorer les règles de fermeture des
portes ?
15.02 Minister Inge Vervotte (Frans): De feiten van
6 maart 2008 maken het voorwerp uit van een
gerechtelijk onderzoek. De treinbegeleiders worden
regelmatig geconfronteerd met gebruikers die nog
willen instappen terwijl de trein zich al klaarmaakt
om te vertrekken. De directie Reizigers bestudeert
samen met de betrokken partijen de mogelijkheden
om de veiligheid voor de treinbegeleiders te
verbeteren.
15.02 Inge Vervotte, ministre (en français) : Les
faits du 6 mars 2008 font l'objet d'une enquête
judiciaire.
Les chefs de bord sont régulièrement confrontés à
des usagers qui tentent d'embarquer alors que la
procédure de départ est entamée. La direction
Voyageurs étudie, en collaboration avec les parties
impliquées, les possibilités d'augmenter la sécurité
pour le personnel d'accompagnement.
Om de huidige methode te wijzigen moet er
rekening worden gehouden met de bestaande
beperkingen op het stuk van het materiaal, de
infrastructuur en de stiptheid. De plannen voor het
veiliger maken van die vertrekprocedure zouden
echter binnen een redelijke termijn afgerond
moeten zijn, zonder daarbij het reizigersonthaal of
de stiptheid van de treinen in het gedrang te
brengen.
Pour changer la méthode actuelle, il faut tenir
compte des contraintes relatives au matériel, à
l'infrastructure et à la ponctualité. Toutefois, le
projet de sécurisation de cette procédure devrait
aboutir dans un délai raisonnable, sans perturber
l'accueil de la clientèle ni la ponctualité des trains.
15.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Gelet op
het feit dat dit een vaak voorkomend probleem is,
stemt het mij tevreden dat de treinbegeleiders die
zenuwachtige reizigers willen helpen die inderhaast
nog op de trein willen stappen, verzekerd zijn indien
zij geen zware fout begaan.
Vervolgens wil ik u graag aansporen om te laten
nagaan of er geen veiliger sluitingsmechanisme kan
15.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Vu la
fréquence à laquelle ce problème se pose, je suis
heureux que les chefs de bord qui aident les
voyageurs un peu impétueux et tardifs soient
couverts par une assurance s'ils ne commettent pas
de faute grave.
Ensuite, je vous encourage à faire installer une
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
worden geïnstalleerd, vergelijkbaar met die van
metro's of liften.
Dit is een complexe materie. De beslissing om een
reiziger al dan niet te laten opstappen moet immers
vaak in een oogwenk genomen worden.
fermeture
des
portes
moins
dangereuse,
comparable à celle des métros ou des ascenseurs.
Cette question est complexe, puisque la décision de
laisser monter un voyageur doit souvent être prise
en un quart de seconde.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Samengevoegde vragen van
- de heer Georges Gilkinet aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de parlementaire controlebevoegdheid ten
aanzien
van
dochterondernemingen
van
overheidsbedrijven, met name wat het gebruik
van de notionele interestaftrek betreft (nr. 4118)
- mevrouw Linda Musin aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de bestelling van treinen door de NMBS"
(nr. 4567)
16 Questions jointes de
- M. Georges Gilkinet à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
capacité de contrôle parlementaire sur les filiales
d'entreprises publiques, notamment par leur
utilisation du mécanisme des intérêts notionnels"
(n° 4118)<br>- Mme Linda Musin à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
commande de trains par la SNCB" (n° 4567)</b>
16.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Ik kom
terug op onze gedachtewisseling van 10 maart met
betrekking tot de parlementaire controle ten aanzien
van dochterondernemingen van overheidsbedrijven.
U wist op dat ogenblik niet zeker of u me die
informatie mocht bezorgen.
In de Conferentie van voorzitters oordeelde de
regeringsvertegenwoordiger dat, wat de niet-
beursgenoteerde bedrijven betreft, alle informatie
aan het Parlement mag worden meegedeeld en dat,
wat de beursgenoteerde bedrijven betreft, alle
informatie mag worden verschaft na de afsluiting
van het begrotingsjaar.
Welke gegevens kan u het Parlement met
betrekking tot de dochterondernemingen van
overheidsbedrijven meedelen? Hoe zal u, als
toezichthoudend
minister,
de
transparantie
vergroten en de democratische controle op die
dochterondernemingen faciliëren?
Hebben de dochterondernemingen van Belgacom in
2006 gebruik
gemaakt
van de notionele
intrestaftrek? Welk fiscaal voordeel haalden ze
daaruit? Werd dat voordeel door die bedrijven
aangewend met het oog op sociale verbeteringen,
jobcreatie en milieu-investeringen? Wanneer wordt
het boekjaar 2007 voor die dochterondernemingen
afgesloten? Indien dat al gebeurd is, wil u me dan
ook de gegevens met betrekking tot dat jaar
meedelen?
16.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Je
reviens sur notre échange du 10 mars au sujet du
contrôle parlementaire des filiales d'entreprises
publiques. Vous ne saviez pas, alors, si vous
pouviez me communiquer ces informations.
En Conférence des présidents, le représentant du
gouvernement a estimé que pour les entreprises
non cotées en bourse, toute information pouvait être
donnée au Parlement et que pour les entreprises
cotées, toute information pouvait être donnée après
clôture de l'exercice budgétaire.
Quelles sont les données des filiales d'entreprises
publiques communicables au Parlement ? En tant
que ministre de tutelle, comment comptez-vous
augmenter la transparence et faciliter le contrôle
démocratique de ces filiales ?
Les filiales de Belgacom ont-elles eu recours aux
intérêts notionnels pour l'exercice 2006 ? Quel fut
leur bonus fiscal et a-t-il permis d'améliorer la
situation dans ces entreprises en matière sociale,
de création d'emplois ou d'investissements
environnementaux ? Pour ces filiales, confirmez-
vous la date de clôture de l'exercice 2007 et, s'il est
déjà clôturé, pouvez-vous me donner ces
renseignements pour cet exercice également ?
16.02 Minister Inge Vervotte (Frans): De waarde
van de vaste activa en van de aandelen van
Belgacom als publiekrechtelijke onderneming is
hoger dan die van haar eigen vermogen, zodat,
overeenkomstig artikel 205ter van het Wetboek van
de inkomstenbelastingen, dat bedrijf geen gebruik
16.02 Inge Vervotte, ministre (en français) : La
valeur des immobilisations et actions de Belgacom
en tant que société de droit public est supérieure à
celle de ses fonds propres, de sorte que
conformément à l'article 205ter du Code d'impôt sur
les revenus, cette société n'a pu avoir recours aux
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
heeft kunnen maken van de notionele intrestaftrek.
Een aantal privaatrechtelijke ondernemingen van de
Belgacomgroep heeft wel gebruik kunnen maken
van die maatregel. Ik kan me echter niet inlaten met
de rekeningen van particuliere bedrijven en er kan
geen sprake zijn van enige parlementaire controle
of vraag om transparantie ten aanzien van die
bedrijven. U kan wel hun jaarrekeningen
raadplegen.
Als beursgenoteerd bedrijf valt Belgacom onder de
wet van 2 augustus 2002 die voorziet in een billijke
behandeling van alle aandeelhouders wat de
toegang tot de informatie betreft. De cijfers
betreffende de notionele intrestaftrek voor de
privaatrechtelijke
ondernemingen
van
de
Belgacomgroep zijn geen gegevens die aan de
markt kunnen worden meegedeeld.
intérêts notionnels.
Quelques sociétés de droit privé du groupe
Belgacom ont pu faire usage de cette mesure. Je
ne puis m'immiscer dans les comptes des
entreprises privées et il ne saurait être question de
contrôle parlementaire ou de demande de
transparence envers ces sociétés. Vous pouvez
consulter leurs rapports annuels.
En tant que société cotée en bourse, Belgacom est
soumise à la loi du 2 août 2002 qui prévoit un
traitement
équitable
de
l'information
des
actionnaires. Les chiffres relatifs aux intérêts
notionnels pour les sociétés de droit privé du
groupe Belgacom ne sont pas une donnée
communiquée au marché.
16.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Het is het
systeem van de 'Russische matroesjka's': de Staat
is aandeelhouder van Belgacom die op zijn beurt
aandeelhouder is in particuliere vennootschappen.
Er wordt dus wel openbaar geld in Belgacom
geïnvesteerd, maar het parlement heeft weinig
mogelijkheden om vragen te stellen over het beleid
van deze dochtermaatschappijen. Ons parlementair
werk heeft zijn grenzen!
16.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : C'est un
mécanisme de poupées russes : l'État est
actionnaire de Belgacom qui est lui-même
actionnaire de sociétés privées. Donc, alors que de
l'argent public est investi via Belgacom, le
Parlement a peu de possibilités d'interroger les
politiques de ces filiales. C'est une limite à notre
travail parlementaire !
16.04 Minister Inge Vervotte (Frans): Ik zie geen
probleem qua transparantie: u kan de balans
raadplegen die bij de Nationale Bank werd
neergelegd. Omdat deze ondernemingen niet onder
de parlementaire controle vallen, heb ik echter het
recht niet u deze informatie mee te delen. Ik
beantwoord de vragen over Belgacom, maar ik ben
niet bevoegd voor de rest.
16.04 Inge Vervotte, ministre (en français) : Pour
moi, il n'y a pas de problème de transparence :
vous pouvez consulter les bilans déposés à la
Banque nationale. Seulement, je n'ai pas le droit de
vous communiquer ces informations car ces
entreprises ne tombent pas sous le contrôle
parlementaire. Je réponds aux questions sur
Belgacom mais je ne suis pas mandatée pour le
reste.
16.05 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Ik heb
nota genomen van uw uitleg, maar het is een
principekwestie.
16.05 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : J'ai pris
acte de vos explications mais il y a un problème de
principe.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Samengevoegde vragen van
- de heer Francis Van den Eynde aan de minister
van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
over "reizende rolstoelgebruikers in het station
van Menen" (nr. 4126)
- de heer Stefaan Van Hecke aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de dienstverlening aan rolstoelgebruikers in het
station Menen" (nr. 4134)
- mevrouw Sonja Becq aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de besparingen bij de NMBS ten nadele van
treingebruikers met een handicap" (nr. 4211)
17 Questions jointes de
- M. Francis Van den Eynde à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "les voyageurs en fauteuil roulant à la gare de
Menin" (n° 4126)<br>- M. Stefaan Van Hecke à la ministre de la
Fonction publique et des Entreprises publiques
sur "les services aux personnes en chaise
roulante dans la gare de Menin" (n° 4134)<br>- Mme Sonja Becq à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "les
économies réalisées par la SNCB au détriment
des usagers du train présentant un handicap"
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
17.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang):
In januari stelde ik een vraag over de behandeling
van gehandicapten in het station Gent-Sint-Pieters.
De minister antwoordde toen dat vanaf 1 januari
2008 in het kader van New Passengers de
onderstationschef van het perron belast is met het
onthalen, informeren en hulp bieden aan personen
met beperkte mobiliteit. De personeelsstatuten
werden daarvoor zelfs aangepast. Ook zei de
minister dat het onthaal van minder mobiele
mensen in Gent-Sint-Pieters verzekerd blijft tussen
6.00 uur en 22.00 uur.
Op 1 april lezen wij in De Standaard en Het
Nieuwsblad hoe een rolstoelgebruiker klaagt dat hij
in het station van Menen enkel nog kan worden
geholpen tussen 8.00 en 16.00 uur.
Hoe valt dat te rijmen met het eerdere antwoord van
de minister? Heeft men de minister iets op de mouw
gespeld? Wat is er fout gelopen in Menen en wat
zal de minister eraan doen?
17.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang) :
Au mois de janvier, je vous ai posé une question
concernant
les
services
aux
personnes
handicapées à la gare de Gand-Saint-Pierre. Vous
m'avez répondu que, dans le cadre de New
Passengers, le sous-chef de gare serait chargé, à
partir du 1
er
janvier 2008, d'accueillir, d'informer et
d'assister les personnes à mobilité réduite. Les
statuts du personnel ont même été adaptés à cet
effet. La ministre a également indiqué que l'accueil
des personnes à mobilité réduite continuerait à être
assuré de 6 heures à 22 heures à Gand-Saint-
Pierre.
Dans l'édition du 1
er
avril des quotidiens De
Standaard et Het Nieuwsblad, un utilisateur de
chaise roulante se plaint de ne plus pouvoir
bénéficier d'une assistance qu'entre 8 et 16 heures
à la gare de Menin.
Comment expliquer cette situation à la lumière de la
réponse antérieure de la ministre ? A-t-elle été
induite en erreur ? Où se situe le problème à Menin
et comment la ministre compte-t-elle y remédier ?
17.02 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): De
minister heeft destijds inderdaad gezegd dat er
geen avondklok zou zijn in Gent-Sint-Pieters, maar
toch waren er recent berichten vanuit Menen rond
een nieuw probleem. De website van de NMBS
maakt melding van een mobiel toegangsplatform in
Menen met personeel tussen 04.45 uur en 21.00
voor het onthaal van minder mobiele reizigers. In
het weekend geldt dit van 05.30 uur tot 13.40 uur,
maar telefonisch sprak men vanuit de NMBS niet
van een aparte weekendregeling, maar van een
dienst tot 23.00 uur. In de praktijk blijkt deze dienst
beschikbaar te zijn tussen 08.00 uur en 16.00, in
tegenstelling tot de uitspraken van de minister en tot
de beleidslijnen van de NMBS.
Worden de geciteerde richtlijnen in Menen dan niet
nageleefd? Hoe verklaart u het verschil tussen
richtlijn en praktijk in Menen? Tussen welke uren
geldt nu precies de dienst voor minder mobiele
mensen in het station van Menen?
17.02 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : À
l'époque, la ministre avait en effet déclaré qu'il n'y
aurait pas de « couvre-feu » à Gand-Saint-Pierre
mais que des informations récentes en provenance
de Menin faisaient néanmoins état d'un nouveau
problème. Le site web de la SNCB parle d'une
plate-forme d'accès mobile à Menin et de la
présence de personnel chargé d'accueillir les
voyageurs à mobilité réduite entre 4h45 et 21
heures. Le week-end, ce service est assuré de
5h30 à 13h40. Au téléphone, on nous a dit qu'il n'y
avait pas d'horaire spécial pour le week-end et que
ce service était assuré jusqu'à 23 heures. En
pratique, ce service ne semble disponible qu'entre 8
heures et 16 heures, ceci contrairement aux dires
de la ministre et aux principes définis dans le cadre
de la politique de la SNCB.
Les directives citées ne sont-elles donc pas
respectées à Menin? Comment expliquez-vous la
différence entre la directive et la pratique à Menin ?
De quelle heure à quelle heure le service aux
personnes à mobilité réduite est-il finalement
assuré à la gare de Menin ?
17.03 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Het is niet de
eerste keer dat wij dit probleem hier behandelen. Ik
onderstreep wel dat er in samenspraak soms wel
tot oplossingen kan worden gekomen, zoals in het
geval van het Medisch-Pedagogisch Instituut in
Kwatrecht.
17.03 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Ce n'est pas la
première fois que nous soulevons cette question ici.
Je souligne toutefois que le dialogue permet parfois
de dégager des solutions, comme ce fut le cas pour
l'Institut médico-pédagogique à Kwatrecht.
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
Op welke manier wordt er concreet gezocht naar
oplossingen? Hoe worden de Gemeenschappen
hierbij betrokken?
De quelle manière recherche-t-on des solutions
dans la pratique et comment les Communautés y
sont-elles associées ?
17.04 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Dit is
een belangrijke problematiek. Ik kan de situatie niet
overal zelf gaan controleren en daarom zoeken wij
naar methodes om ervoor te zorgen dat de
beleidsvisie overal wordt gevolgd. In de vorige
beheersovereenkomst zijn er engagementen
aangegaan om de bijstand van minder mobiele
mensen op bepaalde momenten te verzekeren: in
18 stations van de eerste tot de laatste trein, in 36
stations van 6.00 tot 22.00 uur, in 21 stations van
7.00 tot 21.00 uur enkel op weekdagen en in 28
stations van 6.00 tot 14.00 uur of van 8.00 tot 16.00
uur, op voorwaarde dat men naar het callcenter
belt. Vaak laat men na dit te doen en ontstaan er zo
problemen.
In de nieuwe beheersovereenkomst heb ik laten
opnemen dat de dienstverlening er niet op mag
achteruitgaan. De huidige dienstverlening moet dus
minstens worden gehandhaafd. Ondertussen
worden er onderhandelingen gevoerd om de situatie
nog te verbeteren en de toegankelijkheid uit te
breiden. De nieuwe beheersovereenkomst zal
daarover ambitieuze doelstellingen bevatten.
17.04 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : Il
s'agit d'une question importante. Il m'est impossible
de tout contrôler personnellement sur place et c'est
pourquoi nous recherchons des méthodes pour
nous assurer que la vision stratégique est observée
partout. Des engagements ont été pris, dans le
précédent contrat d'exploitation, en ce qui concerne
l'aide aux personnes moins mobiles à certains
moments : dans 18 gares du premier au dernier
train, dans 36 gares de 6h à 22 h, dans 21 gares de
7h à 21h uniquement les jours ouvrables et
dans 28 gares de 6h à 14h ou de 8h à 16h, à
condition d'appeler le call center. Souvent, toutefois,
cet appel est négligé et c'est ce qui crée les
difficultés.
J'ai fait mentionner dans le nouveau contrat
d'exploitation que la prestation des services ne peut
pas régresser. Le niveau actuel doit donc au moins
être maintenu. Entre-temps, des négociations sont
menées pour encore améliorer la situation et
accroître l'accessibilité. Le nouveau contrat
d'exploitation comportera des objectifs ambitieux en
la matière.
17.05 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang):
De minister bevestigt wat zij de vorige keer heeft
verteld en uiteraard kan zij dat alles niet persoonlijk
nagaan. Met het callcenter is er toch iets
merkwaardigs aan de hand. Na onderzoek heeft
een vereniging voor gehandicapten geëist dat de
NMBS die maatregel ongedaan maakt, vermits
minder mobiele mensen onbeperkt gebruik moeten
kunnen maken van het openbaar vervoer. In het
station van Menen werd de vereniging verteld dat
de besparingsmaatregel op hoger niveau werd
genomen en men ter plaatse dus machteloos stond.
Men verwees door naar een verantwoordelijke in
Kortrijk, maar daar was men van niets op de hoogte
en zou men de zaak onderzoeken. Volgens de
vereniging is er dus nergens sprake van een
callcenter, dat men voor Menen nochtans na 16.00
uur moet inschakelen. Dit is mogelijk een probleem
van communicatie en informatie naar het publiek
toe, waarop ik de aandacht van de minister vestig.
17.05 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang) :
La ministre confirme ce qu'elle a dit antérieurement.
Il va de soi qu'elle ne peut tout contrôler
personnellement. Un problème curieux se pose tout
de même en ce qui concerne le centre d'appels.
Après enquête, une association pour personnes
handicapées a demandé que la SNCB annule cette
mesure, étant donné que les personnes à mobilité
réduite doivent pouvoir faire un usage illimité des
transports publics. À la gare de Menin, on a
expliqué à l'association que la mesure d'économie
avait été prise à un plus haut niveau et que la gare
ne pouvait donc rien y faire. L'association a été
orientée vers un responsable à Courtrai, où on
ignorait tout de l'affaire et où on examinerait la
question. Selon l'association, il n'est donc nulle part
question d'un centre d'appels, qui doit pourtant être
mis à disposition à partir de 16 heures pour Menin.
Il s'agit peut-être d'un problème de communication
et d'information au public, sur lequel je tiens à attirer
l'attention de la ministre.
17.06 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): De
minister bevestigt haar eerdere beleidslijn en heeft
deze al in de nieuwe beheersovereenkomst
geplaatst. Ze zegt ook dat de bestaande
dienstverlening in Menen gegarandeerd moet
blijven. Keert men daarmee terug naar de vroegere
17.06 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : La
ministre confirme sa ligne politique antérieure et l'a
déjà inscrite dans le nouveau contrat de gestion.
Elle affirme également qu'il faut continuer à garantir
le service actuel à Menin. Va-t-on dès lors en
revenir à l'ancien service pour résoudre le
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
dienstverlening, zodat het probleem van de baan is?
In de krant werd namelijk gesproken over een
personeelsvermindering in Menen als reden voor
een afbouw van de dienstverlening. Is die situatie
ter plaatse nu uitgeklaard?
problème ? Il était en effet question dans le
quotidien d'une réduction du personnel à Menin
pour expliquer la régression du service. Cette
situation a-t-elle à présent été clarifiée sur place ?
17.07 Sonja Becq (CD&V - N-VA): De minister
heeft in het verleden al blijk gegeven van haar
bekommernis ter zake. Zij zegt dat in de
beheersovereenkomst expliciet gesteld wordt dat de
bestaande situatie niet mag verslechteren. Wordt in
deze overeenkomstechter ook voldoende aandacht
geschonken aan informatie en overleg? Maakt de
beheersovereenkomst melding van afspraken met
andere actoren inzake het mobiliteitsthema?
17.07 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : La ministre a
déjà fait part de sa préoccupation à ce sujet par le
passé. Elle affirme que le contrat de gestion stipule
explicitement que la situation actuelle ne peut
empirer. Le contrat de gestion accorde-t-il toutefois
une attention suffisante à l'information et à la
concertation ? Les accords avec d'autres acteurs
en matière de mobilité figurent-ils dans le contrat de
gestion ?
17.08 Minister Inge Vervotte
(Nederlands):
Aangezien informatie voor mij een belangrijk
element is, blij ik er ook steeds op hameren.
17.08 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
Étant donné que l'information constitue un élément
important à mes yeux, je continuerai à la mettre en
exergue.
Voor sommige stations zal 24 uur op voorhand
gebeld moeten worden, voor andere 48 uur op
voorhand. De dienstverlening moet ook kunnen
georganiseerd worden, eventueel met mobiele
teams. In de beheersovereenkomst zal het
engagement opgenomen worden dat mensen
vervoerd moeten worden naar stations waar de trein
wel toegankelijk is. Momenteel is er immers
discussie over welke dienstverlening al dan niet
gegarandeerd is. Alleszins zal de bestaande
dienstverlening behouden blijven en nog verbeterd
worden. Als de dienstverlening in bepaalde gevallen
in gebreke blijft, vraag ik om mij dat te signaleren.
Pour certaines gares, il faudra téléphoner 24 heures
à l'avance. Pour d'autres, 48 heures à l'avance.
Nous devrons nous donner les moyens d'organiser
ce service spécifique à la clientèle, éventuellement
en mettant sur pied des équipes mobiles. Dans le
contrat de gestion, nous nous engagerons à
assurer le transport des usagers présentant un
handicap vers des gares où ils pourront accéder
aux trains. Un débat est actuellement en cours pour
déterminer quels types de services à la clientèle
seront ou non garantis. Les services actuels seront
en toute hypothèse maintenus et encore améliorés.
Si les services à la clientèle ne sont pas assurés
dans certaines situations, je demanderai qu'on me
le signale.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van de heer Michel Doomst aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven
over
"de
actie
'Aub
postbode'" (nr. 4142)
18 Question de M. Michel Doomst à la ministre de
la Fonction publique et des Entreprises
publiques sur "l'action 'svp facteur'" (n° 4142)</b>
18.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Postbodes
hebben zowel een economische als een sociale rol.
Die sociale rol kwam duidelijk naar voor in de actie
'Aub postbode' waarbij minder mobiele mensen de
postbode konden laten aanbellen om een aantal
zaken van thuis uit te kunnen regelen.
18.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Les
facteurs jouent à la fois un rôle économique et un
rôle social. Leur rôle social s'est manifesté dans
toute sa dimension lors de l'action « svp facteur »
dans le cadre de laquelle des personnes à mobilité
réduite ont eu l'occasion de téléphoner à leur
facteur pour lui demander de venir les aider à régler
certaines choses à domicile.
Hoe werd deze actie gecommuniceerd naar de
postmeesters en postbodes? Werd er voor deze
actie voorzien in extra personeel en middelen?
Wanneer wordt dit initiatief geëvalueerd?
De quelle manière a-t-on informé les percepteurs et
les facteurs de cette action ? Des effectifs et des
moyens supplémentaires ont-ils été prévus ? Quand
sera-t-il procédé à l'évaluation de cette initiative?
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
18.02 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Over
deze actie werd uitvoerig gecommuniceerd, maar er
werd niet overlegd met de postmeesters en
postbodes omdat deze taken vroeger ook al bij het
takenpakket van de postbode behoorden. De
dienstaanpassingen en reorganisaties gebeurden
steeds op basis van vastgestelde werkvolumes. Het
aantal verrichtingen binnen deze actie is niet van
die aard dat het werkvolume sterk beïnvloed wordt.
Een globale evaluatie van dit initiatief wordt gepland
voor het einde van het jaar.
18.02 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
Cette action a fait l'objet d'une large communication
mais il n'y a pas eu de concertation avec les
percepteurs ou les facteurs dans la mesure où ces
tâches relevaient déjà par le passé des missions
des facteurs. Les aménagements d'horaires et les
réorganisations se sont toujours effectués sur la
base de volumes de travail dûment fixés. Le
nombre d'opérations dans le cadre de cette action
n'est pas de nature à fortement influencer le volume
de travail. Une évaluation globale de cette initiative
est prévue pour la fin de l'année.
18.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Het is
positief dat ook de sociale rol van de postbode in de
verf wordt gezet. Ik hoop op een positieve evaluatie
van dit initiatief.
18.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Il est
positif que le rôle social du facteur soit également
mis en évidence. J'espère que l'évaluation de cette
initiative sera positive.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19 Vraag van de heer Peter Logghe aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven over "afgedankte wagons en
overlast" (nr. 4112)
19 Question de M. Peter Logghe à la ministre de
la Fonction publique et des Entreprises
publiques sur "les voitures hors d'usage et les
nuisances y afférentes" (n° 4112)</b>
19.01 Peter Logghe (Vlaams Belang): Hoeveel
treinwagons en locomotieven werden er in 2006 en
2007 afgedankt? Worden ze verkocht, ontmanteld,
gestockeerd? Zijn er termijnen bepaald met de
NMBS-vennootschappen om de wagons te
ontmantelen of onbruikbaar te maken? Hoeveel
afgedankte, onbewaakte of onbeheerde treinstellen
blijven er achter in de verschillende treinstations?
Wat is de opdeling per Gewest? Hoe zit het met de
aansprakelijkheid voor schade en overlast in en
rond de onbeheerde en achtergelaten treinstellen
en
locomotieven?
Hebben
de
NMBS-
vennootschappen verzekeringen afgesloten voor
rechtstreekse en onrechtstreekse schade door
afgedankte treinstellen? Bij wie moeten burgers
aankloppen als dit niet zo is?
19.01 Peter Logghe (Vlaams Belang): Combien
de voitures et de locomotives ont été mises hors
service en 2006 et 2007 ? Ont-elles été vendues,
démantelées, entreposées quelque part ? Des
délais sont-ils prévus au niveau des sociétés de la
SNCB pour démanteler ces engins ou les rendre
inutilisables ? Combien de voitures et locomotives
mises hors service restent-elles ainsi sans
surveillance dans les différentes gares ? Pouvez-
vous me fournir ces chiffres par Région ? Qu'en
est-il des responsabilités pour dommages ou
nuisances dans ou à proximité des voitures et
locomotives ainsi abandonnées sans aucune
surveillance ? Les sociétés de la SNCB ont-elles
conclu des assurances pour des dommages directs
et indirects liés à des voitures qui sont hors
d'usage ? Dans la négative, à qui le citoyen peut-il
s'adresser ?
19.02 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Het
afgedankte treinmaterieel omvatte in 2006 1.674
stuks waarvan er 1.334 werden verkocht als
herbruikbaar en 322 als schroot. In 2007 ging het
om 595 stuks, waarvan er 566 werden verkocht als
herbruikbaar. Het gaat zowel om goederen- en
reizigerswagons als om locomotieven. Het
afgedankt materieel wordt, indien het nog rijvaardig
is en er een kandidaat-koper is, verkocht. Indien er
geen markt voor bestaat of als het rollend materieel
in te slechte staat is, wordt het verkocht voor
ontmanteling. In principe wordt het op een plaats
verzameld waar infrastructuur beschikbaar is en
waar vandalisme kan vermeden worden. De NMBS
19.02 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : En
2006, le matériel de train mis hors service
représentait 1 674 pièces, dont 1 334 ont été
vendues dans le but d'une nouvelle utilisation et 322
en tant que ferraille. En 2007, il s'agissait de 595
pièces, dont 566 ont été vendues pour être
réutilisées. Il s'agit de wagons de voyageurs, de
wagons de marchandises et de locomotives. Le
matériel mis hors service est revendu s'il peut
encore servir et s'il y a un candidat-acheteur. S'il n'y
a pas de marché pour ce matériel roulant ou s'il est
en trop mauvais état, il est revendu pour être
démantelé. Le matériel est en principe rassemblé
dans un lieu disposant de l'infrastructure nécessaire
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
28
probeert steeds om zo snel mogelijk het buiten
gebruik gestelde materieel te ontmantelen en te
verkopen. De geografische situering van het
afgedankt treinmaterieel is als volgt: Wallonië 301,
Brussel 48, Vlaanderen 126.
Aangezien het buiten gebruik gestelde materieel
binnen het domein van de NMBS blijft, komt het de
NMBS eigenaardig voor dat iemand rechtstreeks of
onrechtstreeks schade zou kunnen oplopen door
afgedankte treinstellen. De NMBS is verzekerd voor
al haar rollend materieel.
et où il est possible d'éviter les actes de
vandalisme. La SNCB essaie toujours de
démanteler ou de vendre au plus vite le matériel qui
est mis hors service. La répartition géographique de
ce matériel est la suivante : 301 pièces pour la
Wallonie, 48 pour Bruxelles et 126 pour la Flandre.
Etant donné que le matériel hors d'usage reste
confiné au domaine de la SNCB, les responsables
de la SNCB ne comprennent pas très bien
comment il pourrait occasionner des dommages
directs ou indirects à qui que ce soit. La SNCB est
assurée pour l'ensemble de son matériel roulant.
19.03 Peter Logghe (Vlaams Belang): Op dat
laatste kom ik terug in een schriftelijke vraag.
19.03 Peter Logghe (Vlaams Belang) : Je
reviendrai sur ce dernier point dans une question
écrite.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van de heer Michel Doomst aan de
minister
van
Ambtenarenzaken
en
Overheidsbedrijven over "het NMBS-station van
Jette" (nr. 4179)
20 Question de M. Michel Doomst à la ministre de
la Fonction publique et des Entreprises
publiques sur "la gare SNCB de Jette" (n° 4179)</b>
20.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Werken in
bepaalde stations lokken reacties uit vanwege
andere stations. Zo wordt de indruk gewekt dat
deze andere stations worden vergeten en dat de
toegankelijkheid en de bruikbaarheid in het gedrang
komen door verkommering. Men zegt bijvoorbeeld
dat het station van Jette in een allesbehalve
aantrekkelijke staat verkeert. Heeft de minister weet
van deze toestand? Heeft zij zicht op het aantal
stations waar dringend verbeteringswerken nodig
zijn? Is er een planning voor de toekomst? Welke
middelen voorziet zij ter zake?
20.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Les
travaux effectués dans certaines gares provoquent
des réactions d'autres gares qui donnent
l'impression que celles-ci ont été oubliées et que
leur accessibilité et leur viabilité sont menacées de
délabrement. On dit, par exemple, que la gare de
Jette se trouve dans un état tout sauf attrayant. La
ministre a-t-elle connaissance de cette situation ?
Est-elle au courant des gares dans lesquelles des
travaux d'amélioration s'imposent d'urgence ? Des
projets sont-ils planifiés dans l'avenir ? Quels
moyens la ministre prévoit-elle en la matière ?
20.02 Minister Inge Vervotte (Nederlands): De
NMBS-groep doet belangrijke investeringen voor
een beter onthaal van de reizigers, zowel in de
grote en kleine als in onbewaakte stations. De
perrons worden verhoogd en verhard. Liften en
hellende vlakken moeten zorgen voor een betere
toegankelijkheid voor andersvaliden. 138 van de
208 stationsgebouwen zijn momenteel toegankelijk
voor minder mobiele mensen. 69 stations
beschikken over aangepaste toiletten en 15 stations
over een aangepast loket of een afzonderlijk lokaal.
Voor Jette wordt een tweede ondergrondse
doorgang voorzien, die ook toegankelijk zal zijn voor
andersvaliden. Deze werken worden uitgevoerd in
het kader van een herwaarderingsproject van de
stationsomgeving, waarbij sprake is van een
samenwerking tussen de federale staat en het
Brussels Gewest.
20.02 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : Le
groupe
SNCB
consent
à
d'importants
investissements pour améliorer l'accueil des
voyageurs, aussi bien dans les grandes que dans
les petites gares et même dans les gares non
surveillées. Les quais sont rehaussés et dallés. Des
ascenseurs et des rampes sont placés pour
améliorer l'accessibilité aux personnes à mobilité
réduite. 69 gares disposent déjà de toilettes
adaptées et 15 gares disposent d'un guichet adapté
ou d'un local séparé. A Jette, un deuxième passage
souterrain est prévu, qui sera également accessible
aux moins-valides. Ces travaux sont effectués dans
le cadre d'un projet de revalorisation des environs
de la gare qui évoque une collaboration entre l'État
fédéral et la Région bruxelloise.
20.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Weet men 20.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Sait-on
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
29
wanneer de uitvoering voorzien is?
quand est prévue l'exécution de ces travaux ?
20.04 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Men
spreekt van 2009-2010: ik zal dat nagaan.
20.04 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
On parle de 2009-2010; je le vérifierai.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
21 Samengevoegde vragen van
- de heer Roel Deseyn aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"een incident met een rijdende trein met een
openstaande deur" (nr. 4180)
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de veiligheid op de treinen" (nr. 4183)
21 Questions jointes de
- M. Roel Deseyn à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "un
incident concernant un train en marche dont une
porte était restée ouverte" (n° 4180)<br>- M. Michel Doomst à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
sécurité dans les trains" (n° 4183)</b>
21.01 Roel Deseyn (CD&V - N-VA): Wij vernemen
dat onlangs in Brugge een trein is kunnen
vertrekken met openstaande deuren zonder dat er
een automatische stop geactiveerd werd. Blijkbaar
zijn er wel vaker technische problemen met de
nieuwe M6-rijtuigen, maar dit soort voorvallen zorgt
voor een ernstig veiligheidsrisico. Wie draagt de
verantwoordelijkheid voor dit voorval? Wie is
verantwoordelijk voor de tests op de nieuwe
rijtuigen? Is de constructeur ook verantwoordelijk?
Kan er een schadevergoeding worden bedongen?
Hoelang en aan welke snelheid heeft deze
specifieke trein gereden met openstaande deuren?
Hoeveel dergelijke incidenten werden er reeds
gemeld? Zullen er extra controles komen? Klopt het
dat er 96 M6-rijtuigen werden besteld in plaats van
32?
21.01 Roel Deseyn (CD&V - N-VA) : Il me revient
qu'un train a récemment pu démarrer portes
ouvertes à Bruges, sans que l'arrêt automatique ne
soit activé. Les problèmes techniques ne sont
manifestement pas rares sur les nouvelles voitures
M6 mais ce genre d'incident compromet gravement
la sécurité. Qui endosse la responsabilité de cet
incident ? Qui est responsable des tests sur les
nouvelles
voitures ?
Le
constructeur
est-il
également responsable ? Des dommages et
intérêts peuvent-ils être exigés ? Combien de temps
et à quelle vitesse ce train spécifique a-t-il roulé
portes ouvertes ? Combien d'incidents de ce type
ont déjà été signalés ? Prévoit-on des contrôles
supplémentaires ? Est-il exact qu'on a commandé
96 voitures M6 au lieu de 32 ?
21.02 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Wij
vernemen dat reizigers bij stilstand van de treinen
op een of andere manier uit de rijtuigen kunnen
geraken en over de sporen het perron bereiken. Is
de minister op de hoogte van deze risicovolle
situatie?
21.02 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : J'ai
entendu dire qu'en cas d'immobilisation des trains,
les voyageurs peuvent d'une manière ou d'une
autre s'extraire des voitures et rejoindre le quai par
les voies. La ministre est-elle au fait de cette
situation dangereuse ?
21.03 Minister Inge Vervotte (Nederlands): De
deuren van elk treinstel worden voor het eerste
vertrek door de treinbegeleider getest. Bij ieder
vertrek uit een station wordt ook nagegaan of alle
deuren gesloten zijn.
Waar de verantwoordelijkheid voor dit incident ligt
kon nog niet worden bepaald. De trein heeft
gereden tegen een refertesnelheid van 160
kilometer per uur. Het openen van deuren tijdens
een treinrit is zeer uitzonderlijk. Deze functie wordt
ook uitvoerig voorafgaandelijk getest. Er werden in
totaal 420 M6-rijtuigen besteld. Het overstappen
van reizigers in volle baan kan enkel het gevolg zijn
van een gecontroleerde overstap of evacuatie na
beslissing van de treinbegeleider, bijvoorbeeld bij
een brand. In principe is hierbij, de toestemming
21.03 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) :
Les portes de toutes les voitures sont vérifiées
avant chaque premier départ par l'accompagnateur
du train, qui s'assure également que toutes les
portes sont fermées à chaque départ d'une gare.
Quant à savoir à qui incombe la responsabilité de
cet incident, on n'a pu l'établir avec précision. Le
train a roulé à une vitesse de référence de 160
kilomètres à l'heure. L'ouverture des portes en
cours de voyage est rarissime. Cette fonction est
abondamment testée au préalable. Au total, 420
voitures M6 ont été commandées. La traversée des
voies par les voyageurs ne peut s'effectuer que
sous contrôle ou en cas d'évacuation sur décision
de l'accompagnateur de train, par exemple en cas
d'incendie. En principe, l'autorisation de Traffic
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
30
van Traffic Control nodig. Het kan echter nooit
worden uitgesloten dat reizigers de noodopening
van de deur bewerken en zo op eigen houtje de
trein verlaten. Deze reizigers zijn in een dergelijk
geval dan ook aansprakelijk.
Control est requise à cet effet. L'on ne peut
toutefois jamais exclure que des voyageurs
manipulent le dispositif d'ouverture d'urgence des
portes et quittent ainsi le train de leur propre
initiative. Dans ce cas, leur responsabilité est
également engagée.
21.04 Roel Deseyn (CD&V - N-VA): Dit incident
betrof een technisch falen, niet een inbreuk door
reizigers. Op het terrein heerst ongerustheid over
de M6-rijtuigen en dit wordt niet ernstig opgevolgd.
Ik pleit voor een open dialoog met het personeel
van de betrokken stations.
21.04 Roel Deseyn (CD&V - N-VA) : Cet incident
concernait une déficience technique et non une
infraction commise par des voyageurs. Sur le
terrain, les voitures M6 suscitent une inquiétude qui
n'est pas suffisamment prise en compte. Je plaide
en faveur d'un dialogue ouvert avec le personnel
des gares concernées.
21.05 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Het kan
nuttig zijn de instructies nog eens op het terrein te
herhalen.
21.05 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Il peut être
utile de rappeler une fois encore les instructions aux
opérateurs sur le terrain.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22 Samengevoegde vragen van
- de heer Roel Deseyn aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de inplanting van een nieuw postkantoor in
Oostende" (nr. 4181)
- de heer David Lavaux aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de stijgende uitgaven voor consultancy en
uitzendarbeid,
en
de
aanwerving
van
uitzendkrachten en contractuele personeelsleden
bij De Post" (nr. 4707)
- de heer Roel Deseyn aan de minister van
Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven over
"de werkspreiding bij De Post" (nr. 4182)
22 Questions jointes de
- M. Roel Deseyn à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'implantation d'un nouveau bureau de poste à
Ostende" (n° 4181)<br>- M. David Lavaux à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur
"l'augmentation des dépenses de consultance et
d'intérim,
et
l'engagement
de
personnel
intérimaire et contractuel par La Poste" (n° 4707)<br>- M. Roel Deseyn à la ministre de la Fonction
publique et des Entreprises publiques sur "la
localisation géographique des emplois à
La Poste" (n° 4182)</b>
22.01 Roel Deseyn (CD&V - N-VA): In Oostende
zou er nieuw postkantoor komen in de industriekern
Plassendale. Waarom is er gekozen voor een
locatie buiten het stadscentrum? Betekent dit dat
het kantoor in het centrum van de stad uiteindelijk
zal verdwijnen?
De reorganisatie van De Post brengt voor bepaalde
personeelsleden praktische moeilijkheden met zich
mee. Ik denk hierbij vooral aan het West-Vlaamse
postpersoneel. Van hen wordt een grote mobiliteit
gevraagd, zo werken vele West-Vlamingen reeds in
postcentra in Wondelgem en Gent. Deze flexibiliteit
is niet altijd even evident.
Wat zijn de perspectieven op werkverankering in de
eigen streek voor het postpersoneel in West-
Vlaanderen? Zullen bij de reorganisatie de elf
bestaande postplatforms behouden blijven? Met
22.01 Roel Deseyn (CD&V - N-VA) : Un nouveau
bureau de poste devrait être implanté dans la zone
industrielle de Plassendale à Ostende. Pourquoi a-t-
on choisi un emplacement en dehors du centre
urbain ? Cela signifie-t-il que le bureau de poste du
centre-ville sera finalement supprimé ?
La réorganisation de La Poste engendre des
difficultés pratiques pour certains membres du
personnel. Je pense plus particulièrement au
personnel de La Poste de Flandre occidentale. On
attend de leur part qu'ils fassent preuve d'une
importante mobilité. Ainsi, de nombreux membres
du personnel habitant la Flandre occidentale
travaillent déjà dans les centres postaux de
Wondelgem et de Gand. Cette flexibilité n'est pas
toujours facile à vivre.
Quelles sont les possibilités d'un travail fixe dans sa
propre région pour le personnel de La Poste en
Flandre occidentale ? Les onze plates-formes
existantes de La Poste seront-elles maintenues
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
31
hoeveel arbeidsplaatsen zou dit gepaard gaan?
Kunnen de mensen van Taxipost hier ook terecht,
rekening houdend met de integratie van deze dienst
in andere postdiensten? Hoeveel mensen die in
West-Vlaanderen wonen, werken reeds in Oost-
Vlaanderen of elders buiten hun provincie?
dans le cadre de la réorganisation ? Combien
d'emplois sont concernés ? Le personnel de
Taxipost pourra-t-il également être occupé au sein
de ces plates-formes, compte tenu de l'intégration
de ce service dans d'autres services postaux ?
Combien de membres du personnel habitant en
Flandre occidentale travaillent déjà en Flandre
orientale ou dans une autre province ?
22.02 David Lavaux (cdH): Hoewel de directie
uitpakt met een beleid van kostenverlaging is een
aantal uitgaven, bijvoorbeeld voor consultancy en
uitzendarbeid, tussen 2006 en 2007 met 12 procent
toegenomen. Er wordt verwezen naar dringende
personeelsbehoeften en ziekteverzuim om het
inschakelen van uitzendkrachten te rechtvaardigen,
wat haaks staat op de vaststelling in het Jaarverslag
2007dat het ziekteverzuim van 8,6 naar 8,5 procent
is gedaald. Wat is de juiste toedracht?
Bovendien zouden al maanden grote aantallen
uitzendkrachten aan de slag zijn in de sorteercentra
en zorgen voor de postbezorging. Om hoeveel
mensen gaat het? Welke taken werden hun
opgedragen? Waarom werden ze in dienst
genomen en voor welke gemiddelde termijn?
De bepalingen van artikel 29 van de wet van 21
maart 1991 betreffende de hervorming van
sommige economische overheidsbedrijven, die
bepalen onder welke voorwaarden De Post
contractueel personeel in dienst mag nemen,
worden blijkbaar niet in acht genomen. Bij De Post
zouden op dit ogenblik 10.500 werknemers met een
arbeidsovereenkomst van bepaalde duur en 2.000
werknemers
met
een
overeenkomst
van
onbepaalde duur werken. Welke maatregelen zal u
nemen om een eind te maken aan de
indienstneming van contractueel personeel?
22.02 David Lavaux (cdH) : Bien que la direction
de La Poste affiche une politique de réduction des
coûts, entre 2006 et 2007, certaines dépenses,
comme les frais de consultance ou d'intérim,
augmentent de 12 %. Le besoin de main d'oeuvre à
court terme et l'absentéisme sont invoqués pour
justifier le recours à l'intérim, ce qui est
contradictoire avec le fait que le rapport 2007
constate une baisse de l'absentéisme de 8, 6 à
8,5 %. Qu'en est-il ?
De plus, des intérimaires travailleraient en grand
nombre et depuis plusieurs mois dans les centres
de tri et la distribution du courrier. Quel en est le
nombre ? Quelles en sont les missions ? Quelles
sont les raisons de leur engagement et quelle en
est la durée moyenne ?
Il semble que les dispositions de l'article 29 de la loi
du 21 mars 1991 portant réforme des entreprises
publiques, qui fixe les conditions aux quelles La
Poste peut engager du personnel contractuel, ne
soient pas respectées puisque il y aurait 10.500
contractuels à durée déterminée et 2.000
contractuels à durée indéterminée à La Poste.
Quelles mesures allez-vous mettre en oeuvre pour
mettre
fin
à
l'engagement
de
personnel
contractuel ?
22.03 Minister Inge Vervotte (Nederlands): Het
strategisch plan van De Post bevat een strategische
evolutie
van
het
distributienetwerk.
Het
distributienetwerk zal van een vijfhonderdtal
distributiekantoren evolueren naar 150 platformen
en 1.500 depots: vanuit de platformen vertrekken
rondes die voorbereidingen vereisen, zoals pakjes
en aangetekende zendingen. Vanuit de depots
vertrekken korte uitreikingrondes. Dit is een
meerjarig project waarvan de details nog niet
vastliggen.
De inplanting van een nieuw postkantoor in
Oostende past in deze context: het gaat niet over
de verhuis van een postkantoor, maar over een
nieuw distributiekantoor Oostende-mail. Er is
hierover nog geen beslissing genomen.
22.03 Inge Vervotte, ministre (en néerlandais) : Le
plan stratégique de La Poste comprend l'évolution
stratégique du réseau de distribution, qui passera
de cinq cents bureaux de distribution à 150 plates-
formes et 1.500 dépôts. Les tournées qui
nécessitent des préparatifs et qui comprennent par
exemple des colis et des envois recommandés
partiront des plates-formes. les petites tournées de
distribution partiront des dépôts. Il s'agit d'un projet
pluriannuel dont les détails n'ont pas encore été
fixés.
L'implantation d'un nouveau bureau de poste à
Ostende s'inscrit dans ce contexte : il ne s'agit pas
du transfert d'un bureau de poste mais de
l'aménagement d'un nouveau bureau de distribution
Oostende-mail. Aucune décision n'a encore été
prise à ce sujet.
23/04/2008
CRABV 52
COM 179
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
32
In de recente reorganisatie bij De Post werden de
sorteringactiviteiten en de callcenters op vijf locaties
in België geconcentreerd. Voor de regio's Oost- en
West-Vlaanderen gebeurt de sortering voornamelijk
in Gent-Wondelgem. Er blijven in West-Vlaanderen
vooral jobs bestaan in het distributienetwerk
postbodes en bedienden en in het retailnetwerk
voor bedienden. Het Taxipostpersoneel kan in deze
twee sectoren terecht.
Er is nog geen concrete planning voor het project
van de mailplatforms en depots. Door de grotere
geografische spreiding zullen de vertrekplaatsen en
de uitreikingrondes zich wel dichter bij de
woonplaats van de werknemers bevinden. Van de
huidige 3.751 werknemers die in West-Vlaanderen
wonen, werken er 2.935 in de eigen regio, 390 in
Oost-Vlaanderen en 426 elders.
Dans le cadre de la réorganisation intervenue
récemment à La Poste, les activités de tri et les
centres d'appels ont été concentrés à cinq endroits
en Belgique. Pour les régions de Flandre orientale
et occidentale, le tri s'effectue principalement à
Gand-Wondelgem. En Flandre occidentale, des
emplois subsisteront principalement dans le réseau
de distribution (facteurs et employés) et dans le
réseau retail (employés). Le personnel de Taxipost
pourra s'orienter vers ces deux secteurs.
Aucun planning concret n'a encore été établi pour le
projet des plates-formes mail et des dépôts. Eu
égard à la plus grande répartition géographique, les
lieux de départ et les tournées de distribution seront
toutefois plus proches du domicile des travailleurs.
Sur les 3.751 travailleurs qui résident actuellement
en Flandre occidentale, 2.935 travaillent dans leur
région, 390 en Flandre occidentale et 426 ailleurs.
(Frans) Wat de vraag van de heer Lavaux betreft
over de uitzendkrachten en het contractueel
personeel bij De Post, wordt de stijging, eind 2007,
van de kosten voor uitzendkrachten in het
jaarverslag van De Post, gedeeltelijk verklaard door
een stijging van het absenteïsme in de loop van het
eerste semester. De acties die werden
ondernomen om het absenteïsme terug te dringen,
hadden een positieve impact in de loop van het
tweede semester.
In 2007 werkten gemiddeld 636 uitzendkrachten bij
De Post in activiteiten zoals het sorteren of het
uitreiken van de post, dit wil zeggen, minder dan 2%
van het personeelsbestand van het bedrijf. De
geschatte gemiddelde duur van hun opdracht
bedroeg twee tot drie maanden.
De belangrijkste redenen voor hun aanwerving zijn:
de
impact
op
korte
termijn
van
verbeteringsprojecten, het beheer van de natuurlijke
afvloeiingen
van
personeel
en
interne
herstructurering.
Ten slotte, De Post en andere overheidsbedrijven
werven al verscheidene jaren contractueel
personeel aan, in een steeds competitiever
wordende omgeving waarvoor dit type statuut beter
aangepast is aan de moeilijkheden die De Post het
hoofd moet bieden.
(En français) Concernant la question de M. Lavaux
au sujet du personnel intérimaire et contractuel de
La Poste, l'augmentation, fin 2007, des frais
d'intérim dans le rapport annuel de La Poste
s'explique partiellement par une hausse du taux
d'absentéisme au cours du premier semestre. Les
actions entreprises afin de réduire ce taux
d'absentéisme ont eu un effet positif au cours du
second semestre.
En moyenne, en 2007, quelque 636 intérimaires ont
travaillé à La Poste pour des activités de tri ou de
distribution du courrier, soit moins de 2% de l'effectif
de l'entreprise. La durée moyenne estimée de leur
mission est de deux à trois mois.
Les raisons principales de leur engagement sont
l'impact à court terme des projets d'amélioration et
la gestion des départs naturels du personnel et de
la reconversion interne.
Enfin, des contractuels sont engagés depuis
plusieurs années par La Poste et d'autres
entreprises publiques, dans un contexte de plus en
plus concurrentiel pour lequel ce type de statut est
plus adapté aux contraintes auxquelles La Poste
doit faire face.
22.04 Roel Deseyn (CD&V - N-VA): De minister
zegt dat de uitreikingrondes die in de depots
starten, voor tewerkstelling in de eigen streek zullen
zorgen. Het is daarbij belangrijk te weten of men
denkt aan voltijdse of aan deeltijdse jobs. Het
starten van een ronde vanuit een depot mag niet
22.04 Roel Deseyn (CD&V - N-VA) : Selon la
ministre, les distributions de courrier au départ des
dépôts vont créer de l'emploi au niveau régional. Il
est important de savoir à cet égard si l'on songe à
des emplois à temps plein ou à temps partiel. Le fait
de faire démarrer une distribution de courrier au
CRABV 52
COM 179
23/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
33
uitsluiten dat de postbediendes een voltijds
uurrooster hebben.
Er wordt gevreesd dat er infrastructuur wordt
ontwikkeld die speciaal is gemaakt voor retail. Het
risico bestaat dat de inwoners van het stadcentrum
niet meer met het hele postgamma kunnen worden
bediend. De minister ontkent dat, ik hoop dat dit zo
blijft.
départ d'un dépôt ne peut pas exclure la possibilité
pour les agents des postes d'avoir un horaire
complet.
L'une des craintes est que l'on soit en train de
mettre en place une structure spécialement faite
pour la division « Retail ». Le risque est que les
habitants du centre-ville n'aient plus accès à toute
la gamme des produits de la poste. La ministre dit
que ce n'est pas le cas. J'espère que cela ne
changera pas.
22.05 David Lavaux (cdH): Wat het contractueel
personeel in de overheidsbedrijven betreft, leidt de
huidige evolutie tot een grote wanverhouding in
vergelijking met de wet van 1991. Die wet moet
meer dan ooit worden herzien. We zijn bereid
samen met u aan de herziening van die wet te
werken.
22.05 David Lavaux (cdH) : Au sujet du personnel
contractuel dans les entreprises publiques,
l'évolution actuelle mène à une grosse distorsion
par rapport à la loi de 1991. Plus que jamais, cette
loi doit être revue. Nous sommes prêts à travailler à
la révision de cette loi avec vous.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare vergadering wordt gesloten om 17.13
uur.
La réunion publique est levée à 17 h 13.