KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 173
CRABV 52 COM 173
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
dinsdag
mardi
22-04-2008
22-04-2008
Voormiddag
Matin
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Olivier Hamal aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de werking van
de griffie van het vredegerecht van het vierde
kanton van Luik (Grivegnée)" (nr. 4709)
1
Question de M. Olivier Hamal au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le fonctionnement du greffe
de la justice de paix du quatrième canton de
Liège (Grivegnée)" (n° 4709)
1
Sprekers: Olivier Hamal, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Olivier Hamal, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Olivier Hamal aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de situatie van
het
personeel
van
de
griffie
van
de
arbeidsrechtbank van Luik" (nr. 4717)
2
Question de M. Olivier Hamal au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la situation du personnel du
greffe du tribunal du travail de Liège" (n° 4717)
2
Sprekers: Olivier Hamal, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Olivier Hamal, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "drugs in de
gevangenissen" (nr. 4216)
2
Question de M. Bruno Steegen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les stupéfiants dans les
prisons" (n° 4216)
2
Sprekers: Bruno Steegen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Bruno Steegen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het Europees
kaderbesluit
betreffende
de
wederzijdse
erkenning van financiële straffen" (nr. 4255)
4
Question de M. Jef Van den Bergh au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la décision-cadre
européenne
concernant
la
reconnaissance
mutuelle des sanctions pécuniaires" (n° 4255)
4
Sprekers:
Jef
Van
den
Bergh,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Jef
Van
den
Bergh,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de naleving van
het koninklijk besluit tot reglementering van de
behandeling met vervangingsmiddelen" (nr. 4279)
5
Question de M. Bruno Steegen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le respect de l'arrêté royal
réglementant le traitement de substitution"
(n° 4279)
5
Sprekers: Bruno Steegen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Bruno Steegen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Fouad Lahssaini aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het federaal
aanspreekpunt" (nr. 4372)
6
Question de M. Fouad Lahssaini au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le point de contact fédéral"
(n° 4372)
6
Sprekers: Fouad Lahssaini, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Fouad Lahssaini, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het gebrek aan
psychosociale diensten in de gevangenissen: het
voorbeeld van Andenne" (nr. 4510)
7
Question de M. Georges Gilkinet au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de services
psychosociaux dans les prisons : le cas
d'Andenne" (n° 4510)
7
Sprekers: Georges Gilkinet, Jo Vandeurzen,
Orateurs: Georges Gilkinet, Jo Vandeurzen,
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
9
Questions jointes de
9
- mevrouw Els De Rammelaere aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vrijlating van
een verdachte in afwachting van het proces"
(nr. 4537)
9
- Mme Els De Rammelaere au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la libération d'un suspect en
attendant son procès" (n° 4537)
9
- de heer Pierre-Yves Jeholet aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
strafuitvoering" (nr. 4623)
9
- M. Pierre-Yves Jeholet au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'exécution des peines"
(n° 4623)
9
Sprekers:
Els
De
Rammelaere,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Els
De
Rammelaere,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "een Europees
waarschuwingssysteem voor ontvoerde kinderen"
(nr. 4545)
10
Question de M. Xavier Baeselen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"un
système
d'alerte
enlèvement européen" (n° 4545)
10
Sprekers: Xavier Baeselen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Xavier Baeselen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de cold cases (onopgeloste zaken)"
(nr. 4653)
11
Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-premier
ministre et ministre de l'Intérieur sur "les affaires
non résolues" (n° 4653)
11
Sprekers: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de huiszoeking
bij de lokale politie Brussel-Zuid" (nr. 4564)
12
Question de M. Michel Doomst au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la perquisition dans les
locaux de la police locale de Bruxelles-Midi"
(n° 4564)
12
Sprekers: Michel Doomst, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Michel Doomst, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Stefaan Van Hecke aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de interventie
van buschauffeurs bij incidenten" (nr. 4682)
13
Question de M. Stefaan Van Hecke au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "l'intervention de
chauffeurs de bus lors d'incidents" (n° 4682)
13
Sprekers:
Stefaan
Van
Hecke,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Stefaan
Van
Hecke,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Josy Arens aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
noodzakelijke identiteitsbescherming van de
leden van de dienst interventie van de bijzondere
eenheden van de Federale Politie tijdens
rechtszaken" (nr. 4684)
14
Question de M. Josy Arens au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la nécessaire protection de
l'identité des membres du service intervention des
unités spéciales de la Police fédérale lors de
procédures en justice" (n° 4684)
14
Sprekers: Josy Arens, Jo Vandeurzen, vice-
eerste minister en minister van Justitie en
Orateurs: Josy Arens, Jo Vandeurzen, vice-
premier ministre et ministre de la Justice et
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
Institutionele Hervormingen
des Réformes institutionnelles
Interpellatie van de heer Denis Ducarme tot de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de reglementen
van verschillende Vlaamse gemeenten om de
verkoop van gemeentebouwgrond alleen toe te
staan aan wie zich ertoe verbindt Nederlands te
leren" (nr. 48)
15
Interpellation de M. Denis Ducarme au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les règlements
communaux pris par plusieurs communes
flamandes visant à réserver la vente de terrains
communaux à bâtir, exclusivement, aux seules
personnes
s'engageant
à
apprendre
le
néerlandais" (n° 48)
15
Sprekers: Denis Ducarme, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Denis Ducarme, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het niet-
versturen van brieven in de rechtbanken van
Tongeren en Hasselt" (nr. 4701)
16
Question de M. Bruno Steegen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la non-expédition de courrier
dans les tribunaux de Tongres et de Hasselt"
(n° 4701)
16
Sprekers: Bruno Steegen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Bruno Steegen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het inschakelen
van
vijfhonderd
militairen
als
penitentiair
beambte" (nr. 4724)
17
Question de M. Renaat Landuyt au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'affectation de 500 militaires
comme agents pénitentiaires" (n° 4724)
17
Sprekers: Renaat Landuyt, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Renaat Landuyt, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Pierre-Yves Jeholet aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de naleving van
artikel 21 van de Grondwet dat het burgerlijk en
religieus huwelijk regelt" (nr. 4624)
18
Question de M. Pierre-Yves Jeholet au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le respect de
l'article 21 de la Constitution réglementant le
mariage civil et religieux" (n° 4624)
18
Sprekers:
Pierre-Yves
Jeholet,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Pierre-Yves
Jeholet,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
19
Questions jointes de
19
- de heer Luk Van Biesen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de achterstand
bij de financiële divisie van het Brusselse parket"
(nr. 4582)
19
- M. Luk Van Biesen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'arriéré de la section
financière du parquet de Bruxelles" (n° 4582)
19
- de heer Bart Laeremans aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de fraudesectie
bij het Brusselse parket" (nr. 4783)
19
- M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la section 'fraudes' du
parquet de Bruxelles" (n° 4783)
19
Sprekers: Luk Van Biesen, Bart Laeremans,
Jo Vandeurzen
, vice-eerste minister en
minister
van
Justitie
en
Institutionele
Hervormingen
Orateurs: Luk Van Biesen, Bart Laeremans,
Jo Vandeurzen
, vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
Samengevoegde vragen van
23
Questions jointes de
23
- de heer Bart Laeremans aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
23
- M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
23
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
Institutionele Hervormingen over "het vogelvrij
verklaren van politie-inspecteurs door het
Brussels parket" (nr. 4755)
institutionnelles sur "la politique du parquet de
Bruxelles qui expose les inspecteurs de police
aux agressions" (n° 4755)
- de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"jonge
delinquenten" (nr. 4751)
23
- M. Michel Doomst au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les jeunes délinquants"
(n° 4751)
23
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de gebrekkige
aanpak van de straatcriminaliteit in Anderlecht"
(nr. 4758)
23
- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les lacunes de la lutte contre
la criminalité urbaine à Anderlecht" (n° 4758)
23
Sprekers: Bart Laeremans, Michel Doomst,
Renaat Landuyt, Jo Vandeurzen
, vice-eerste
minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Bart Laeremans, Michel Doomst,
Renaat Landuyt, Jo Vandeurzen
, vice-
premier ministre et ministre de la Justice et
des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de bijkomende
gevangeniscapaciteit in Nederland" (nr. 4700)
31
Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la capacité
carcérale
supplémentaire
aux
Pays-Bas."
(n° 4700)
31
Sprekers:
Katrien
Schryvers,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Katrien
Schryvers,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
bevoegdheden
van
de
Commissie
voor
Modernisering van de Rechterlijke Orde"
(nr. 4726)
32
Question de M. Renaat Landuyt au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les compétences de la
Commission
de modernisation de l'ordre
judiciaire" (n° 4726)
32
Sprekers: Renaat Landuyt, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Renaat Landuyt, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Els De Rammelaere aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de Koerdische
vrouwenbeweging van de PKK" (nr. 4731)
34
Question de Mme Els De Rammelaere au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le mouvement des
femmes kurdes au sein du PKK" (n° 4731)
34
Sprekers:
Els
De
Rammelaere,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Els
De
Rammelaere,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Els De Rammelaere aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "een proefproject
met Waalse gevangenen" (nr. 4732)
35
Question de Mme Els De Rammelaere au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "un projet pilote
mené avec des détenus wallons" (n° 4732)
35
Sprekers:
Els
De
Rammelaere,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Els
De
Rammelaere,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Gerald Kindermans aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de criteria van
toewijzing van werkingsmiddelen voor hoven en
rechtbanken" (nr. 4759)
36
Question de M. Gerald Kindermans au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les critères d'octroi
de moyens de fonctionnement aux cours et aux
tribunaux" (n° 4759)
36
Sprekers:
Gerald
Kindermans,
Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs:
Gerald
Kindermans,
Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
v
Vraag van de heer Raf Terwingen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
informatisering van Justitie" (nr. 4761)
37
Question de M. Raf Terwingen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'informatisation de la
Justice" (n° 4761)
37
Sprekers: Raf Terwingen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Raf Terwingen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
DINSDAG
22
APRIL
2008
Voormiddag
______
du
MARDI
22
AVRIL
2008
Matin
______
De vergadering wordt geopend om 10.33 uur en
voorgezeten door mevrouw Mia De Schamphelaere.
La réunion publique est ouverte à 10 h 33 par
Mme Mia De Schamphelaere, présidente.
01 Vraag van de heer Olivier Hamal aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de werking
van de griffie van het vredegerecht van het vierde
kanton van Luik (Grivegnée)" (nr. 4709)
01 Question de M. Olivier Hamal au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le fonctionnement du greffe
de la justice de paix du quatrième canton de
Liège (Grivegnée)" (n° 4709)</b>
01.01 Olivier Hamal (MR): Ik werd aangesproken
door een aantal rechtzoekenden en advocaten die
hun beklag hebben gemaakt over de werking van
de griffie van het vredegerecht van het vierde
kanton van Luik, en meer bepaald over de
vaststelling van de rechtsdagen in het kader van de
verplichte poging tot minnelijke schikking. De
Kamer heeft beslist die procedure af te schaffen,
maar ze blijft nog wel enige tijd gelden.
Vandaag verloopt er een periode van zes tot negen
maanden tussen het begin van de procedure en het
ogenblik waarop het goed effectief kan worden
gerecupereerd. Die termijnen zijn voornamelijk te
wijten aan personeelstekort. Welke maatregelen
zouden er kunnen worden genomen om die situatie
recht te zetten?
01.01 Olivier Hamal (MR) : J'ai été interpellé par
un certain nombre de justiciables et d'avocats qui
ont à se plaindre du fonctionnement du greffe de la
justice de paix du quatrième canton de Liège et plus
précisément de la fixation des procédures en
conciliation obligatoire. La Chambre en a décidé la
suppression mais cette procédure demeurera
encore en vigueur pendant un certain temps.
Aujourd'hui, il s'écoule un délai de six à neuf mois
entre le début de la procédure et le moment où le
bien pourra réellement être récupéré. Ces délais
sont essentiellement dus à un manque de
personnel. Quelles sont les dispositions qui
pourraient être prises pour remédier à cette
situation ?
01.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Zoals u al
opmerkte, wordt de wetgeving op dit ogenblik
gewijzigd. De formatie van de griffie van het
vredegerecht van het vierde kanton van Luik telt
acht personeelsleden. Twee betrekkingen zijn
momenteel vacant. De ene functie wordt vervuld
door een contractuele werknemer, de andere
betrekking werd toegekend aan een medewerker
onder arbeidsovereenkomst vanaf 1 mei 2008. Het
parket, dat toezicht uitoefent op de griffies van de
vredegerechten, kan de eventuele klachten van
rechtzoekenden in ontvangst nemen.
01.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) :
Comme vous le soulignez, une modification
législative est en cours. Par ailleurs, le cadre du
greffe de la justice de paix de Liège 4 est de huit
unités. Il y a deux places vacantes. L'une est
occupée par un contractuel et l'autre a été attribuée
à un collaborateur sous contrat à compter du
1
er
mai 2008. Le parquet, qui exerce notamment la
surveillance des greffes des justices de paix, peut
recevoir les plaintes éventuelles des justiciables.
01.03 Olivier Hamal (MR): Ik dank u voor die
verduidelijking. Die feitelijke toestand, die een
01.03 Olivier Hamal (MR) : Merci pour ces
précisions. Des personnes sont préjudiciées par
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
weerslag heeft op contentieuze procedures,
benadeelt sommige rechtzoekenden.
cet état de fait qui suscite un certain émoi dans des
procédures en matière de contentieux.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Olivier Hamal aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de situatie van
het
personeel
van
de
griffie
van
de
arbeidsrechtbank van Luik" (nr. 4717)
02 Question de M. Olivier Hamal au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la situation du personnel du
greffe du tribunal du travail de Liège" (n° 4717)</b>
02.01 Olivier Hamal (MR): Drie leden van de
arbeidsrechtbank van Luik hebben een aanvraag
ingediend om per 1 september 2008 met pensioen
te gaan. De vorige openstaande betrekking voor
hoofdgriffier is gedurende 18 maanden vacant
gebleven en de personeelsformatie van de griffie
van de rechtbank is pas na 25 maanden volledig
ingevuld kunnen worden. Zal u stappen doen om de
plaatsen vacant te verklaren en ervoor te zorgen dat
ze zo snel mogelijk worden vervuld? Indien de
benoemingsprocedures niet mogen plaatsvinden
vóór
1
september
2008,
kunt
u
uw
delegatiebevoegdheid waarin het Gerechtelijk
Wetboek voorziet, dan niet aanwenden zodat alle
formatieplaatsen tegen die datum bezet zijn? Zal u
verbintenissen
aangaan
teneinde
de
personeelformaties te versterken?
02.01 Olivier Hamal (MR) : Trois membres du
tribunal du travail de Liège ont sollicité leur mise à la
retraite au 1
er
septembre 2008. Lors de la
précédente vacance de poste de greffier en chef, la
place est restée libre durant dix-huit mois et le
cadre du greffe du tribunal n'a pu être complet
qu'après vingt-cinq mois. Allez-vous prendre des
initiatives afin que les places soient déclarées
ouvertes et puissent être occupées le plus
rapidement possible ? Si les procédures de
nomination ne peuvent intervenir avant le 1
er
septembre 2008, pouvez-vous user de votre pouvoir
de délégation prévu dans le Code judiciaire afin que
le cadre puisse être complet pour cette date ? Avez-
vous prévu de prendre des engagements en vue de
renforcer les cadres ?
02.02 Minister Jo Vandeurzen
(Frans): De
formatie van de arbeidsrechtbank te Luik telt 33
personeelsleden. Met ingang van 1 september 2008
wordt één betrekking vacant. Die vacature werd al
op 18 januari 2008 bekendgemaakt en de
procedure inzake advies en voordracht loopt. Indien
de
andere
betrokken
griffiers
hun
pensioenaanvraag tijdig indienen, kan dezelfde
procedure worden gevolgd. Indien een betrekking
niet tijdig wordt ingevuld, kan een delegatie van
handtekening worden toegekend.
In het kader van de overdracht van de collectieve
schuldenregeling naar de arbeidsrechtbanken, werd
de personeelsformatie van de arbeidsrechtbanken
uitgebreid tot in totaal negen griffiers en 36
medewerkers. De arbeidsrechtbank te Luik kreeg er
drie medewerkers bij, die al werden benoemd.
02.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Le
tribunal du travail de Liège comprend un effectif de
trente-trois unités. Une place sera vacante à
compter du 1
er
septembre 2008. Celle-ci a été
publiée le 18 janvier 2008 et la demande d'avis et
de présentation est en cours. Pour autant que les
autres greffiers concernés demandent leur pension
à temps, la même procédure peut s'appliquer. Si
l'on constate qu'une place n'est pas pourvue à
temps, une délégation de signature peut être
octroyée.
Dans le contexte du transfert du règlement collectif
de dettes vers les juridictions du travail, une
extension du cadre a été réalisée. Au total neuf
greffiers et trente-six collaborateurs ont été prévus
au cadre des tribunaux du travail. En ce qui
concerne le tribunal du travail de Liège, trois
collaborateurs supplémentaires ont été octroyés. La
nomination des agents aux trois postes a déjà été
effectuée.
02.03 Olivier Hamal (MR): Ik dank de minister dat
hij erop toeziet dat de gewone werking van de
arbeidsrechtbank te Luik kan worden verzekerd.
02.03 Olivier Hamal (MR) : Je remercie le ministre
d'être attentif à ce que le tribunal du travail de liège
puisse continuer à fonctionner normalement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Bruno Steegen aan de vice-
03 Question de M. Bruno Steegen au vice-
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "drugs in de
gevangenissen" (nr. 4216)
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les stupéfiants
dans les prisons" (n° 4216)</b>
03.01 Bruno Steegen (Open Vld): In zijn antwoord
op mijn vraag over de maatregelen tegen drugs in
de gevangenissen enkele weken geleden verwees
de minister op geen enkele manier naar de
projecten van minister Onkelinx, noch naar haar
circulaire 'Drugs', het comité dat werd opgericht om
het
drugbeleid
beter
te
coördineren,
de
drugscoördinatoren
die
therapeutische
programma's moesten opzetten en het actieplan
2007 van de stuurgroep Drugs.
Worden die initiatieven niet meer voortgezet?
Streeft de minister zoals zijn voorgangster naar een
globale en geïntegreerde aanpak? Liet de minister
de effecten van het actieplan 2007 analyseren en zo
ja, wat zijn de resultaten? Is er voor 2008 een
dergelijk plan?
03.01 Bruno Steegen (Open Vld) : Dans la
réponse à la question que je posais il y a quelques
semaines à propos des mesures de lutte contre la
drogue au sein des prisons, le ministre n'a pas fait
la moindre allusion aux projets de la ministre
Onkelinx, ni à sa circulaire « Drogue », ni au comité
créé afin de mieux coordonner la politique de lutte
contre la drogue, ni aux coordinateurs « Drogues »
qui
devaient
élaborer
des
programmes
thérapeutiques, ni, enfin, au plan d'action 2007 du
groupe de pilotage central Drogue.
Ces initiatives ne sont-elles pas poursuivies ? Le
ministre est-il partisan, comme son prédécesseur,
d'une approche globale et intégrée ? Le ministre a-
t-il fait analyser les effets du plan d'action 2007 et,
si c'est le cas, quels sont les résultats de cette
analyse ? Un plan similaire est-il prévu pour 2008 ?
03.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
ministeriële rondzendbrief 1785 van 18 juli 2006
gaat inderdaad over de drugproblematiek en het
drugbeleid in de gevangenissen. Er bestaan twee
nationale geneeskundige drugcoördinatoren, een
voor de Nederlandstalige gevangenissen en een
voor de Franstalige. Zowel centraal als lokaal zijn er
jaarlijkse actieplannen voor de aanpak van het
drugprobleem in de penitentiaire inrichtingen.
De rondzendbrief bevat niet alleen richtlijnen voor
de informatieverstrekking over drugs en eerste
opvang, voor de preventie van virale aandoeningen
en van dood door overdosis, maar gaat ook over de
ondersteuning en begeleiding van drugsgebruikers
en
de
samenwerking
met
de
externe
hulpverleningsinstanties. De brief bevat ten slotte
de mogelijke controle- en sanctiemaatregelen. Ik wil
deze werkwijze uitbouwen, omdat alle geledingen
van het gevangeniswezen erbij betrokken worden.
Nieuw is dat samen met het College van
procureurs-generaal wordt gewerkt aan twee
initiatieven ter bestrijding van het druggebruik in de
strafinrichtingen: een richtlijn ter attentie van de
parketten en een ministeriële rondzendbrief voor de
directies van de strafinrichtingen.
De aanpak van de drugproblematiek in de
gevangenissen zal op een globale en geïntegreerde
wijze verlopen. We streven naar een goede balans
03.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
La circulaire ministérielle 1785 du 18 juillet 2006
concerne effectivement le problème de la drogue et
la politique de lutte contre la drogue dans les
prisons. Il existe deux médecins coordinateurs
« Drogues » au plan national : un pour les prisons
néerlandophones et l'autre pour les francophones.
Tant à l'échelon central qu'au niveau local, il existe
des plans d'action annuels axés sur la gestion du
problème de la drogue dans les établissements
pénitentiaires.
La circulaire contient non seulement des directives
concernant la diffusion d'informations sur la drogue,
la première prise en charge, la prévention
d'affections virales et la mort par overdose, mais
couvre également le suivi et l'accompagnement des
toxicomanes, ainsi que la collaboration avec les
services d'aide externes. La circulaire présente
enfin les mesures possibles en matière de contrôle
et de sanctions. Ma volonté est de continuer à
développer cette approche, dès lors que toutes les
composantes de l'administration pénitentiaire y sont
impliquées. Ce qui est neuf, c'est que nous
préparons en ce moment, avec le collège des
procureurs généraux, deux initiatives de lutte contre
la consommation de stupéfiants dans les
établissements pénitentiaires : une directive à
l'attention des parquets et une circulaire
ministérielle
destinée
aux
directions
des
établissements pénitentiaires.
La problématique des drogues au sein des prisons
continuera à faire l'objet d'une approche globale et
intégrée. Nous essayons de parvenir à un bon
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
tussen preventie en voorlichting, een efficiënte
controle,
professionele
ondersteuning
en
begeleiding en een gepaste bestraffing bij misbruik.
équilibre entre les divers éléments que sont
l'information et la prévention, un contrôle efficace,
un
encadrement
et
un
accompagnement
professionnels et des sanctions adaptées en cas
d'abus.
Het uitgangspunt is dat geen enkel druggebruik in
de gevangenissen wordt getolereerd en dat alles
wordt gedaan om het binnenkomen van drugs te
verhinderen. De projecten met drugvrije afdelingen
zullen verder worden uitgewerkt en uitgebreid.
De evaluatie van het Plan 2007 is in voorbereiding.
De centrale stuurgroep verzamelt en analyseert alle
rapporten van de lokale stuurgroepen Drugs en stelt
een rapport op. Dat zal eind mei 2008 klaar zijn.
Voor 2008 werd een tienpuntenplan opgesteld, dat
over de volgende onderwerpen gaat: het opstellen
van informatiebrochures, het aanpassen van het
technische protocol over substitutiemedicatie en het
uitwerken van de samenwerkingsprotocollen met
organisaties die actief zijn op het vlak van
gezondheidspromotie en de bestrijding van
druggebruik; het op punt stellen van het programma
voor drugverslaafden in Verviers; de implementatie
van ondersteuningsstructuren voor de familie van
drugverslaafde
gedetineerden
en
van
het
gevangenispersoneel; een nieuw onderzoek naar
druggebruik en risicogedrag in gevangenissen; een
nieuwsbrief
over
drugbeleid
voor
het
gevangenispersoneel; de publicatie van een
syntheseverslag over de activiteiten van de lokale
stuurgroepen Drugs; de publicatie van de resultaten
van het wetenschappelijke onderzoek over
druggebruik in de gevangenissen; de redactie van
twee nieuwe circulaires over een uniform
sanctiebeleid en vervolgingsbeleid door de
parketten;
de
uitbouw
van
het
samenwerkingsproject met externe organisaties en
de installatie van een coördinator drugverslaving in
de gevangenis van Lantin; het opstellen van een
draaiboek voor een lokaal drugbeleid in de
gevangenissen
en
voor
de
vorming
van
gevangenismedewerkers in zes gevangenissen.
Le principe est qu'aucune consommation de drogue
n'est tolérée dans les prisons et que tout doit être
fait pour empêcher d'introduire de la drogue dans
les établissements. Les projets relatifs à des
sections sans drogue seront développés et étendus.
L'évaluation du Plan 2007 est en préparation. Le
groupe de pilotage central réunit et analyse tous les
rapports des groupes de pilotage « Drogue »
locaux et rédigera un rapport qui sera prêt fin mai
2008.
Un plan en dix points a été arrêté pour 2008. Il
concerne: la publication de brochures d'information,
l'adaptation du protocole technique sur les
médicaments de substitution et l'élaboration de
protocoles de coopération avec les organisations
actives sur le plan de la promotion de la santé et de
la lutte contre la consommation de drogues ; la
mise au point du programme pour les toxicomanes
à Verviers; la mise en place de structures de
soutien pour les familles des détenus toxicomanes
et du personnel pénitentiaire; une nouvelle étude
sur la consommation de drogue et les
comportements à risque dans les prisons; un
bulletin d'information sur la politique en matière de
drogue; la publication d'un rapport de synthèse sur
les activités des groupes de pilotage locaux
« Drogue »; la publication des résultats de l'étude
scientifique sur la consommation de drogue dans
les prisons; la rédaction de deux nouvelles
circulaires sur l'application d'une politique de
sanction et d'une politique de poursuite uniformes
par les parquets; la mise au point d'un projet de
coopération avec les organisations externes et
l'installation d'un coordinateur des actions de lutte
contre la toxicomanie dans la prison de Lantin;
l'élaboration d'un scénario de politique locale relatif
aux drogues dans les prisons et la formation de
collaborateurs pénitentiaires dans six prisons.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Jef Van den Bergh aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het Europees
kaderbesluit
betreffende
de
wederzijdse
erkenning van financiële straffen" (nr. 4255)
04 Question de M. Jef Van den Bergh au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la décision-cadre
européenne concernant la reconnaissance
mutuelle des sanctions pécuniaires" (n° 4255)</b>
04.01 Jef Van den Bergh (CD&V - N-VA):
Ongeveer 5 procent van het verkeer in de Europese
Unie is grensoverschrijdend. Deze 5 procent heeft
04.01 Jef Van den Bergh (CD&V - N-VA) :
Environ 5 % du trafic dans l'Union européenne est
transfrontalier. Ces 5 % représentent en revanche
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
wel een aandeel van 15 procent in alle
snelheidsovertredingen. De straffeloosheid van
buitenlandse bestuurders is ook in ons land een oud
zeer.
De wederzijdse erkenning van financiële straffen
wordt geregeld in een Europees kaderbesluit van
drie jaar geleden, maar slechts zeven lidstaten
hebben deze regelgeving al omgezet in nationale
wetgeving. België is daar niet bij. De vorige minister
van Justitie antwoordde op 10 mei 2006 dat een
wetsontwerp werd voorbereid, maar dat eerst het
kaderbesluit over de `bevriezing van voorwerpen of
bewijsstukken' in nationaal recht moest worden
omgezet.
Is dat laatste kaderbesluit al omgezet in nationaal
recht? Is er een wetsontwerp in voorbereiding om
het Europese kaderbesluit in nationaal recht te
vertalen?
15 % de l'ensemble des excès de vitesse.
L'impunité des conducteurs étrangers ne date pas
non plus d'hier dans notre pays.
Une décision-cadre européenne datant d'il y a trois
ans règle la reconnaissance mutuelle des sanctions
financières mais sept États membres seulement ont
transposé cette réglementation dans leur législation
nationale. La Belgique n'en fait pas partie. La
précédente ministre de la Justice a répondu le 10
mai 2006 qu'un projet de loi était en préparation
mais qu'il convenait de transposer d'abord en droit
national la décision-cadre sur le gel de biens et
d'éléments de preuve.
Cette dernière décision-cadre a-t-elle déjà été
transposée en droit national ? Un projet de loi visant
à traduire la décision-cadre européenne en droit
national est-il en préparation ?
04.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
kaderbesluit over de bevriezing van voorwerpen is
in nationaal recht omgezet door de wet van 5
augustus 2006. Aan het wetsontwerp tot omzetting
van het kaderbesluit inzake geldelijke boetes en
verbeurdverklaringen wordt de laatste hand gelegd.
Ik zal het de volgende weken indienen bij de
Ministerraad.
04.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
La décision-cadre sur le gel de biens et d'éléments
de preuve a été transposée en droit national par la
loi du 5 août 2006. Le projet de loi visant à
transposer la décision-cadre relative aux amendes
et aux confiscations est en cours de finalisation. Je
le déposerai en Conseil des ministres dans les
prochaines semaines.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de naleving
van het koninklijk besluit tot reglementering van
de behandeling met vervangingsmiddelen"
(nr. 4279)
05 Question de M. Bruno Steegen au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le respect de
l'arrêté royal réglementant le traitement de
substitution" (n° 4279)</b>
05.01 Bruno Steegen (Open Vld): Het koninklijk
besluit tot reglementering van de behandeling met
vervangingsmiddelen legt de artsen die zo'n
behandeling voorschrijven, bepaalde voorwaarden
op.
Kan de minister mij zeggen of de parketten al
processen-verbaal hebben ontvangen voor het niet
naleven van deze voorwaarden? Zo ja, om welke
parketten gaat het dan?
05.01 Bruno Steegen (Open Vld) : L'arrêté royal
réglementant le traitement de substitution impose
certaines conditions aux médecins qui prescrivent
un tel traitement.
Le ministre pourrait-il m'indiquer si les parquets ont
déjà reçu des procès-verbaux pour non-respect de
ces conditions ? Dans l'affirmative, de quels
parquets s'agit-il?
05.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
koninklijk besluit van 19 maart 2004 legt inderdaad
voorwaarden op aan artsen die behandelingen met
vervangingsmiddelen voorschrijven. Het KB bepaalt
echter geen strafrechtelijke sancties bij het niet
naleven van deze verplichtingen.
Het koninklijk besluit van 19 maart 2004 is een
05.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
L'arrêté
royal
du
19 mars
2004
impose
effectivement des conditions aux médecins qui
prescrivent des traitements de substitution. Cet
arrêté ne prévoit toutefois aucune sanction pénale
en cas de non-respect de ces obligations.
L'arrêté royal du 19 mars 2004 est un arrêté
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
uitvoeringsbesluit van de wet van 24 februari 1921
en van de wet van 25 maart 1964. Artikel 3, §4 van
de wet van 24 februari 1921 bepaalt uitdrukkelijk dat
de behandeling met vervangingsmiddelen, verstrekt
door een beoefenaar van de geneeskunde, niet valt
onder de bestraffing van artikel 3, §3. Artikel 16, §4
van de wet van 25 maart 1964 bepaalt daarentegen
dat
de
overtreder
van
bepalingen
over
geneesmiddelen die afhankelijkheid veroorzaken,
wordt gestraft met een gevangenisstraf van drie
maanden tot vijf jaar en met een geldboete van
1000 euro tot 100.000 euro. Het is op deze basis
dat geneesheren die zich niet houden aan de
voorwaarden van het KB, vervolgd kunnen worden.
De gevraagde statistische gegevens kan ik niet
verstrekken binnen het korte tijdsbestek van een
mondelinge vraag. In het computersysteem van het
parket bestaat wel een code, 660/60/S, die
betrekking heeft op het onrechtmatig voorschrijven
van methadon. Deze cijfers kunnen worden
meegedeeld, maar ze hebben betrekking op alle
inbreuken door geneesheren met betrekking tot het
voorschrijven van methadon en niet alleen op de
inbreuken op het KB van 19 maart 2004.
Ik heb de gevraagde statistische gegevens
opgevraagd en zal ze laten bezorgen.
d'exécution de la loi du 24 février 1921 et de la loi
du 25 mars 1964. L'article 3, § 4 de la loi du
24 février 1921 dispose expressément que les
traitements de substitution dispensés par un
praticien de l'art de guérir ne peuvent être
sanctionnés en vertu de l'article 3, § 3. L'article 16,
§ 4 de la loi du 25 mars 1964 prévoit en revanche
que celui qui contrevient aux dispositions
concernant des médicaments qui engendrent une
dépendance sera puni d'un emprisonnement de
trois mois à cinq ans et d'une amende de 1.000 à
100.000 euros. C'est sur cette base que les
médecins qui ne se conforment pas aux conditions
de l'arrêté royal peuvent être poursuivis.
Je ne puis fournir les données statistiques
demandées dans le bref laps de temps qui m'est
imparti dans le cadre d'une question orale. Le
système informatique du parquet comprend bien un
code, le code 660/60/S qui a trait à la prescription
illégale de méthadone. Ces chiffres peuvent être
communiqués mais ils concernent toutes les
infractions commises par des médecins en matière
de prescription de méthadone et pas uniquement
les infractions à l'arrêté royal du 19 mars 2004.
J'ai demandé les données statistiques sollicitées et
je les ferai transmettre.
05.03 Bruno Steegen (Open Vld): Sommige
artsen zouden misbruik maken van het huidige
systeem, dus ik kijk uit naar deze gegevens.
05.03 Bruno Steegen (Open Vld) : Certains
médecins abuseraient du système actuel. J'ai donc
hâte de prendre connaissance de ces données.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Fouad Lahssaini aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het federaal
aanspreekpunt" (nr. 4372)
06 Question de M. Fouad Lahssaini au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le point de
contact fédéral" (n° 4372)</b>
06.01 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): Op 31
maart jongstleden, tijdens de schoolvakantie,
hadden burgers de grootste moeite om het federaal
aanspreekpunt te bereiken dat instaat voor de
organisatie van de dienstwaarnemingen voor de
opvang van gezinnen die het slachtoffer zijn van
ontvoeringen door ouders. Hoe kan het dat de
dienst zo weinig wordt waargenomen gedurende de
schoolvakanties, terwijl er net in de periodes meer
ontvoeringen door ouders voorkomen? Hoe is het
mogelijk dat een en ander zo slecht georganiseerd
is? Welke maatregelen zal u treffen om ervoor te
zorgen dat die dienst operationeel is?
06.01 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) : Le 31
mars dernier, c'est-à-dire pendant les vacances
scolaires, des citoyens ont été confrontés à de très
grandes difficultés à joindre le point de contact
fédéral (PCF) chargé de l'organisation des
permanences pour l'accueil des familles victimes de
rapts parentaux. Comment se fait-il qu'il y ait si peu
de permanences pendant les vacances scolaires,
alors que ces périodes sont propices aux rapts
parentaux ? Comment se fait-il qu'elles soient si
mal organisées ? Que comptez-vous faire pour que
ce service soit opérationnel ?
06.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Ook
Staatssecretaris Wathelet is ter zake bevoegd. De
administratie wijst mij erop dat het aanspreekpunt
zeven dagen op zeven de klok rond bereikbaar is
06.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Le
secrétaire d'État M. Wathelet est également
compétent dans cette matière. L'administration me
signale que le PCF fonctionne sept jours sur sept et
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
en dat de dienst tijdens de paasvakantie permanent
en
voldoende
bemand
is
geweest
met
gekwalificeerd personeel. De gegevens die u
aanhaalt, stroken dus niet met die welke door de
administratie worden meegedeeld. Als u persoonlijk
met de betrokken administratie contact opneemt,
kan u uw inlichtingen toetsen aan die waarover zij
beschikt.
vingt-quatre heures sur vingt-quatre et que, pendant
les vacances de Pâques, le service a toujours
fonctionné
avec
une
présence
suffisante,
permanente et qualifiée. Vos informations ne
correspondent
donc
pas
à
celles
que
l'administration m'a communiquées. Un contact
personnel
permettrait
de
confronter
vos
renseignements avec ceux de l'administration.
06.03 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!): Ik dank u
voor uw heldere antwoord. De dienst heeft
inderdaad een permanentie georganiseerd. Dat
gebeurde evenwel op een ondoeltreffende,
lacunaire en slechte manier. Mensen die informatie
nodig hadden, hebben pas na een ware
hindernissenkoers antwoorden gekregen.
Ik zal de staatssecretaris ondervragen die hiervoor
bevoegd is. De aangegane verbintenissen moeten
worden nagekomen.
06.03 Fouad Lahssaini (Ecolo-Groen!) : Je vous
remercie pour la clarté de votre réponse. Le service
a bien organisé des permanences, mais de manière
inefficace, lacunaire, défaillante. Des personnes qui
avaient besoin d'informations n'ont obtenu des
réponses qu'au terme d'un véritable parcours du
combattant.
J'interrogerai le secrétaire d'État chargé de cette
matière : il faut que les engagements pris soient
tenus.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het gebrek aan
psychosociale diensten in de gevangenissen: het
voorbeeld van Andenne" (nr. 4510)
07 Question de M. Georges Gilkinet au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le manque de
services psychosociaux dans les prisons : le cas
d'Andenne" (n° 4510)</b>
07.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Er werken
te weinig maatschappelijk werkenden in de
gevangenissen, ze hebben teveel werk en ze
worden, wat de zelfstandigen betreft, vaak te laat
betaald. In de gevangenis van Andenne is er zo
weinig begeleidend personeel dat er een wachtlijst
zou bestaan voor gevangenen die een rapport van
een psychosociaal team nodig hebben met het oog
op hun voorwaardelijke invrijheidstelling.
Bevestigt u dat er dergelijke wachtlijsten zijn?
Bevestigt u dat ze worden veroorzaakt door het
gebrek aan begeleidend personeel? Bevestigt u dat
er
psychosociale
diensten
van
andere
strafinrichtingen werden gedetacheerd om te
voorkomen dat de spanning bij de gedetineerden te
Andenne te hoog zou oplopen? Waar kwamen deze
medewerkers vandaan? Hoe duurzaam is die
oplossing?
Is er inderdaad in een speciaal budget voor een
mobiel psychosociaal team voorzien? Hoe groot is
dat budget? Van wanneer dateert dit initiatief?
Wanneer zal dit ondersteunend team operationeel
zijn? Wanneer werd de formatie van de
psychosociale diensten in de gevangenissen voor
de
laatste
keer
geëvalueerd?
Zijn
deze
personeelsformaties aangepast aan de realiteit?
Zijn ze volledig?
07.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Les
intervenants sociaux actifs dans les prisons sont
trop peu nombreux, ont trop de travail et, pour les
indépendants, sont souvent payés tardivement. À la
prison d'Andenne, le manque de personnel
d'accompagnement est tel qu'il existerait une liste
d'attente pour les détenus qui souhaitent obtenir un
rapport d'une équipe psychosociale afin de
bénéficier d'une libération conditionnelle.
Confirmez-vous
l'existence
de
telles
listes
d'attente ? Confirmez-vous qu'elles ont été
constituées à cause du manque d'encadrement ?
Confirmez-vous que des services psychosociaux
ont été détachés d'autres établissements pour
éviter une trop forte tension avec les détenus à
Andenne ? D'où venaient ces agents ? Quelle est la
pérennité de cette solution ?
Est-il exact qu'un budget spécial a été destiné à une
équipe volante de services psychosociaux ? Quel
en est le montant ? À quand remonte cette
initiative ? Quand cette équipe de soutien sera-t-elle
opérationnelle ? Quand a eu lieu la dernière
évaluation des cadres des services psychosociaux
dans les prisons ? Ces cadres sont-ils adaptés à la
réalité ? Sont-ils complets ?
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
Worden de zelfstandige psychologen inderdaad te
laat
betaald?
Wat
doet
u
om
deze
betalingsachterstand weg te werken?
Qu'en est-il des retards de paiement des
psychologues indépendants ? Quelles sont les
dispositions mises en place pour les résorber ?
07.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Door
gebrek
aan
personeel
hebben
sommige
strafinrichtingen inderdaad een wachtlijst voor de
behandeling van de dossiers. Dit probleem is het
gevolg van afwezigheden om diverse redenen en
van het grote personeelsverloop in de teams. Het is
daarom moeilijk om de formatie ingevuld te krijgen.
Het team van Andenne werd voorlopig versterkt met
een voltijdequivalent uit Lantin.
07.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Il
est exact que des listes d'attente de traitement des
dossiers existent dans certains établissements en
raison du manque de personnel. Ce problème est
dû à des absences pour des motifs divers et à la
forte rotation du personnel au sein des équipes. Il
est dès lors difficile de remplir les cadres. L'équipe
d'Andenne a été renforcée provisoirement par un
équivalent temps plein de Lantin.
We beschikken sinds 2007 over een pool van
vervangers met een arbeidsovereenkomst van drie
maanden die tweemaal kan worden verlengd. Aan
Franstalige kant bestaat deze pool uit vier
voltijdequivalente
psychologen
en
drie
voltijdequivalente maatschappelijk assistenten.
De personeelsformaties werden in mei 2007
geëvalueerd. Er werd gevraagd ze uit te breiden en
er zouden nog dit jaar personen in dienst worden
genomen.
Er is geen zelfstandige psycholoog, maar er zijn wel
zelfstandige
psychiaters.
De
administratieve
procedures voor de betaling zijn inderdaad
omslachtig en traag, vooral voor de eerste betaling.
De betalingen gebeuren soms ook laattijdig omdat
de zelfstandige de lijst van zijn prestaties niet op tijd
indient.
Depuis 2007, nous disposons d'un pool de
remplaçants
sous
contrat
de
trois
mois
renouvelable deux fois. Côté francophone, ce pool
est composé de quatre équivalents temps plein
psychologues et de trois équivalents temps plein
assistants sociaux.
Les cadres ont été évalués en mai 2007. Leur
extension a été demandée et le recrutement est
prévu pour cette année.
Il n'y a pas de psychologue indépendant mais des
psychiatres
indépendants.
Les
procédures
administratives pour les payer sont effectivement
lourdes et lentes, surtout pour le premier paiement.
Les retards peuvent toutefois également être
imputables au dépôt tardif d'un relevé de
prestations par l'indépendant lui-même.
07.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Met de
voorstelling van een grootschalig investeringsplan
voor nieuwe gevangenissen heeft u van het
penitentiair beleid een van de hoekstenen van uw
beleid gemaakt. De sociale en psychologische
begeleiding van gevangenen is echter even
belangrijk als de infrastructuur.
Er bestaan betere oplossingen dan de bestaande
pool van vervangers. Er zijn voorstellen die meer
aandacht verdienen, in het bijzonder dat betreffende
de uitbreiding van de personeelsformatie van de
psychosociale actoren.
Wat de betaling van de zelfstandige psychiaters
betreft, denk ik dat een zekere snelheid en
efficiëntie vanwege de Staat de motivatie en de
doeltreffendheid van de justitiële actoren zeker ten
goede zullen komen. Ik vraag u ervoor te zorgen dat
het ankerprincipe niet wordt toegepast en dat de
procedures verbeterd worden om laattijdige
betalingen in de toekomst te vermijden.
07.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Vous
avez fait de la politique pénitentiaire un des
éléments phares de votre politique en présentant un
vaste plan d'investissements pour de nouvelles
prisons. Si les briques sont importantes,
l'encadrement social et psychologique des détenus
l'est tout autant.
Il est possible de faire mieux que le pool de
remplaçants qui existe. Certaines propositions
méritent davantage d'attention, notamment celle
d'élargir le cadre des intervenants psychosociaux.
Pour ce qui est du paiement des psychiatres
indépendants, il me semble qu'une certaine rapidité
et efficacité de la part de l'État ne peuvent que
renforcer la motivation et l'efficacité des
intervenants de la Justice. Je vous demande de
veiller à ce que le principe de l'ancre ne soit pas
appliqué et à ce que les procédures soient
améliorées pour mettre fin à ces retards.
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Els De Rammelaere aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vrijlating
van een verdachte in afwachting van het proces"
(nr. 4537)
- de heer Pierre-Yves Jeholet aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
strafuitvoering" (nr. 4623)
De voorzitter: de heer Jeholet is afwezig.
08 Questions jointes de
- Mme Els De Rammelaere au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la libération d'un suspect
en attendant son procès" (n° 4537)<br>- M. Pierre-Yves Jeholet au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'exécution des peines"
(n° 4623)</b>
La présidente : M. Jeholet est absent.
08.01 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA): In
afwachting van zijn assisenproces werd Fabrice
Laurent, die zijn vrouw vermoordde en probeerde
hetzelfde
te
doen
met
zijn
kinderen,
onvoorwaardelijk vrijgelaten. De ouders van het
slachtoffer werden hiervan slechts met twee dagen
vertraging op de hoogte gebracht.
Welke begeleiding krijgen zij nu? Wat zijn de
redenen voor deze onvoorwaardelijke vrijlating? In
hoeveel gevallen werden in 2007 gedetineerden
onvoorwaardelijk vrijgelaten in afwachting van hun
assisenproces? Wanneer zal het assisenproces van
Laurent plaatsvinden?
08.01 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA) : En
attendant d'être jugé en Assise, Fabrice Laurent,
qui a assassiné sa femme et a tenté de faire de
même avec ses enfants, s'est vu remettre en liberté
inconditionnelle. Les parents de la victime n'en ont
été informés qu'au bout de deux jours.
De quel accompagnement bénéficient actuellement
ces
derniers ?
Pourquoi
cette
libération
inconditionnelle ? Dans combien de cas des
détenus ont-ils été libérés sans conditions en 2007,
en attendant leur procès en Assise ? Quand aura
lieu le jugement en Assise de M. Laurent?
08.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
slachtoffers werden bij het begin van de procedure
door de dienst Slachtofferonthaal van het
justitiehuis van Charleroi op de hoogte gebracht van
de genomen beslissingen van de raadkamer van
Charleroi.
De familie van het slachtoffer is op 23 maart op de
hoogte gebracht van het bevel tot vrijlating en van
het beroep van het openbaar ministerie. De kamer
van inbeschuldigingstelling (KI) heeft op de dag van
verschijning, 1 april, pas in de namiddag een
beslissing genomen, zodat de slachtoffers pas de
volgende dag konden worden ingelicht. De
justitieassistent heeft wel op de dag zelf nog
tevergeefs gepoogd de ouders van het slachtoffer
telefonisch te bereiken.
Meerderjarige slachtoffers kunnen daarnaast
terecht bij de Service de l'aide aux victimes, terwijl
minderjarige slachtoffers een beroep kunnen doen
op de Service de l'aide à la jeunesse.
De KI heeft geoordeeld dat het behoud van de
voorlopige hechtenis niet nodig was voor de
openbare veiligheid.
08.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le Service d'accueil des victimes de la maison de
Justice de Charleroi a informé les victimes des
décisions de la chambre du Conseil de Charleroi au
début de la procédure.
La famille de la victime a été informée le 23 mars
de l'ordre de libération et du recours du ministère
public. Le jour de la comparution, le 1er avril, la
Chambre des mises en accusation (CMA) n'a pris la
décision que l'après-midi, de sorte que les victimes
n'ont pu être averties que le jour suivant. Le même
jour encore, l'assistant de Justice a vainement
essayé d'informer les parents de la victime par
téléphone.
Les victimes majeures peuvent s'adresser au
Service de l'aide aux victimes, cependant que les
victimes mineures peuvent recourir au Service de
l'aide à la jeunesse.
La CMA a estimé que la sécurité publique n'exigeait
pas le maintien en détention provisoire.
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
Ik kan de gevraagde cijfers niet verstrekken, omdat
hierover geen statistieken worden bijgehouden.
De rol van het hof van assisen is vol tot januari
2009.
Je ne puis fournir les chiffres demandés car il n'y a
pas de statistiques à ce sujet.
Le rôle de la Cour d'Assise est complet jusqu'en
janvier 2009.
08.03 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA): Ik ben
blij dat er toch meer aandacht aan de slachtoffers is
besteed dan de pers liet uitschijnen.
08.03 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA) : Je me
félicite de ce qu'on accorde aux victimes une
attention plus importante que ne le dit la presse.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "een Europees
waarschuwingssysteem
voor
ontvoerde
kinderen" (nr. 4545)
09 Question de M. Xavier Baeselen au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "un système
d'alerte enlèvement européen" (n° 4545)</b>
09.01 Xavier Baeselen (MR): De McCanns
hebben onlangs voor het Europees Parlement
gepleit voor de invoering van een Europees
waarschuwingssysteem in geval van verdwijning
van een kind.
Vandaag kan een ontvoerde persoon in Europa zich
in enkele uren tijd in het buitenland bevinden. In het
verleden hadden verscheidene parlementsleden,
onder wie de heer Malmendier, al gepleit voor een
dergelijk systeem. De gewezen Europese
commissaris voor Justitie, de heer Franco Frattini,
had van deze aangelegenheid een prioriteit
gemaakt.
Heeft de Belgische regering initiatieven genomen
om een dergelijk project te ondersteunen?
09.01 Xavier Baeselen (MR) : Les parents
McCann ont récemment plaidé devant le Parlement
européen pour l'instauration d'un système d'alerte
européen en cas de disparition d'enfant.
Aujourd'hui, en Europe, une personne enlevée peut
se retrouver à l'étranger en quelques heures. Dans
le
passé,
plusieurs
parlementaires,
dont
M. Malmendier, avaient déjà plaidé en faveur d'un
tel système. L'ex-commissaire européen à la
Justice, M. Franco Frattini, avait fait de cette
question une priorité.
Le gouvernement belge a-t-il pris des initiatives
pour soutenir un tel projet ?
09.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans) : De
kwestie van het opsporen van verdwenen kinderen
op Europese schaal is inmiddels het voorwerp van
een aantal initiatieven.
Op 17 september 2001 werd, onder Belgisch
voorzitterschap, een resolutie van de Raad
goedgekeurd ter bevordering van de samenwerking
tussen de bevoegde overheden en de organisaties
uit het middenveld om verdwenen of sexueel
misbruikte kinderen op te sporen. Deze resolutie
zette de Commissie er ook toe aan een studie te
maken over dit onderwerp.
In 2007 is de Europese Commissie begonnen met
een denkoefening over de invoering van een
waarschuwingssysteem op Europese schaal. Er
werd een vergadering van deskundigen belegd.
Deze kwestie werd ook aangekaart op de informele
vergadering van de Raad in Lissabon in oktober
2007. De Commissie stelt op dit ogenblik
richtsnoeren op voor de invoering van nationale
09.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : La
question de la recherche d'enfants disparus à
l'échelle de l'Union européenne a fait l'objet de
plusieurs initiatives.
Le 17 septembre 2001, sous présidence belge, une
résolution du Conseil a été adoptée visant à
favoriser la coopération entre les autorités
compétentes et les organismes issus de la société
civile pour rechercher les enfants disparus ou
sexuellement exploités. Cette résolution invitait
également la Commission à réaliser une étude sur
ce sujet.
En 2007, la Commission européenne a entamé une
réflexion sur la mise en place d'un système d'alerte
à l'échelle européenne. Une réunion d'experts a été
organisée. Cette question a également été évoquée
lors de la réunion informelle du Conseil à Lisbonne
en octobre 2007. La Commission élabore
actuellement des lignes directrices pour la mise en
place de systèmes nationaux d'alerte dans chacun
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
waarschuwingssystemen in elk van de Lidstaten.
Het idee van de McCanns is dus een ondersteuning
van bestaande initiatieven.
Frankrijk en Griekenland hebben al een sterk
ontwikkeld waarschuwingssysteem. In België
voorziet de in 2003 bijgewerkte ministeriële richtlijn
betreffende de opsporing van verdwenen personen
in de te nemen maatregelen in geval van
onrustwekkende
verdwijning,
met
name
minderjarigen jonger dan dertien. De mogelijkheid
om een persoonsbeschrijving te verspreiden in de
media is een van de maatregelen. De organisatie
Child Focus is betrokken bij de beslissing om een
waarschuwing te verspreiden en kan ook posters
aanbrengen op openbare plaatsen.
des États membres. L'idée des parents McCann
vient donc soutenir les initiatives existantes.
La France et la Grèce ont déjà un système d'alerte
très élaboré. En Belgique, la directive ministérielle
sur la recherche des personnes disparues, mise à
jour en 2003, prévoit les dispositions à prendre en
cas de disparition inquiétante, notamment de
mineurs de moins de treize ans. La possibilité de
diffuser un signalement dans les médias figure
parmi ces mesures. L'organisation Child Focus est
associée à la décision de diffuser une alerte et peut
également placer des affichettes dans les lieux
publics.
Bij een verdwijning wordt er automatisch een
internationaal opsporingsbericht verspreid via het
Schengen-informatiesysteem,
waaraan
27
Europese landen deelnemen.
Als er een Europees initiatief wordt genomen, zal
België eraan deelnemen.
En cas de disparition, un signalement international
est automatiquement réalisé via le système
d'informatisation Schengen qui concerne vingt-sept
pays européens.
Si une initiative est prise au niveau européen, la
Belgique y participera.
09.03 Xavier Baeselen (MR): België behoort dus
niet tot de lidstaten die zich laten pramen. Volgens
voormalig Europees commissaris Frattini zouden
sommige lidstaten zich immers nogal terughoudend
opstellen. Het Parlement kan het standpunt van de
minister van Justitie en van België dus alleen maar
onderschrijven.
09.03 Xavier Baeselen (MR) : La Belgique ne fait
donc pas partie des États membres qui se font tirer
l'oreille. En effet, certains États seraient assez
réticents à en croire l'ex-commissaire Frattini. Le
Parlement ne peut donc que soutenir le ministre de
la Justice et la Belgique en la matière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
vice-eersteminister en minister van Binnenlandse
Zaken over "de cold cases (onopgeloste zaken)"
(nr. 4653)
10 Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-
premier ministre et ministre de l'Intérieur sur "les
affaires non résolues" (n° 4653)</b>
10.01 Jean-Luc Crucke (MR): Vanaf volgende
zomer zullen de Belgische politie en het gerecht
DNA-sporen uitwisselen met andere Europese
landen teneinde sommige onderzoeken een nieuwe
impuls te geven. Welke Europese landen werken
daaraan mee en wat zijn de praktische modaliteiten
van die samenwerking? Hoeveel DNA-gegevens zal
België ontvangen en meedelen? Zal dat het werk
van de onderzoekscellen een nieuwe impuls
geven? Hoeveel onopgeloste zaken zijn er vandaag
nog hangende?
10.01 Jean-Luc Crucke (MR) : A partir de l'été
prochain, la Belgique, via la police et la justice, va
échanger des traces ADN avec d'autres pays
européens dans l'espoir de pouvoir relancer
certaines enquêtes. Quels sont les pays européens
visés et les modalités pratiques de cette
collaboration ? Combien de données ADN la
Belgique va-t-elle recevoir et communiquer ?
Permettront-elles de relancer le travail des cellules
d'enquêtes ? Combien d'enquêtes sont-elles à ce
jour ouvertes et non résolues ?
10.02 Minister Jo Vandeurzen
(Frans): De
uitwisseling van DNA-profielen tussen België en
andere Europese landen vloeit voort uit de
ondertekening van het verdrag van Prüm op 27 mei
2005. Dat verdrag werd gesloten tussen België,
Duitsland, Spanje, Frankrijk, Luxemburg, Nederland
10.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) :
L'échange des profils ADN entre la Belgique et
d'autres pays européens est la conséquence de la
signature du Traité de Prüm le 27 mai 2005. Ce
Traité a été signé entre la Belgique, l'Allemagne,
l'Espagne, la France, le Luxembourg, les Pays-Bas
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
en Oostenrijk. Het betreft de verdieping van de
grensoverschrijdende samenwerking en maakt het
mogelijk alle nationale databanken met DNA-
profielen elektronisch te raadplegen.
Om een en ander praktisch te regelen moet er een
artikel worden ingevoegd in de wet van 22 maart
1999.
De raadpleging moet via nationale contactpunten en
voor elk geval afzonderlijk gebeuren, met
inachtneming van het nationale recht. Het NICC
wordt
het
Belgische
contactpunt.
De
verdragspartijen zullen alleen volledige toegang
hebben tot de databank van de 'veroordeelden'.
et l'Autriche. Il concerne l'approfondissement de la
coopération transfrontalière et prévoit la possibilité
de consulter de manière automatisée chacune des
banques de données nationales contenant des
profils ADN.
Un article devra être inséré dans la loi du 22 mars
1999 pour en régler les modalités pratiques.
La consultation doit avoir lieu via des points de
contact nationaux et doit toujours se faire au cas
par cas, dans le respect des droits nationaux
internes. En Belgique, ce point de contact sera
l'INCC.
Les
parties
contractantes
auront
uniquement un accès complet à la banque de
données "condamnés".
België heeft zich in die zin uitgesproken bij de
indiening van de teksten tot ratificatie van het
verdrag.
La Belgique a fait une déclaration en ce sens lors
du dépôt des instruments de ratification du traité.
10.03 Jean-Luc Crucke (MR): Ik vind het
verstandig dat het NICC als centrale operator wordt
aangewezen, maar met het oog op een efficiënte
gegevensverwerking zal voor de nodige mensen en
middelen moeten worden gezorgd.
10.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Le choix de l'INCC
comme opérateur central me paraît judicieux, mais
j'attire votre attention sur les moyens, notamment
en personnel, nécessaires au traitement efficace de
ces données.
10.04 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Ik kan u
op dit ogenblik geen betrouwbare cijfers bezorgen.
10.04 Jo Vandeurzen , ministre (en français) : Je
ne puis vous communiquer de chiffres fiables
actuellement.
10.05 Jean-Luc Crucke (MR): Ik zal u daaromtrent
een schriftelijke vraag stellen.
10.05 Jean-Luc Crucke (MR) : Je vous poserai
une question écrite à ce sujet.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
huiszoeking bij de lokale politie Brussel-Zuid"
(nr. 4564)
11 Question de M. Michel Doomst au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la perquisition
dans les locaux de la police locale de Bruxelles-
Midi" (n° 4564)</b>
11.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Op 1 april
jongstleden vielen het Brusselse gerecht en de
algemene inspectie van de politie binnen bij de
lokale politie Brussel-Zuid. Een huiszoeking is
normaal gezien niet iets waarover de pers op
voorhand wordt ingelicht. Toch was er een
cameraploeg van VTM aanwezig bij de aanvang
van de huiszoeking.
Hoe verklaart de minister de aanwezigheid van de
cameraploeg? Hoe komt het dat de televisiezender
op de hoogte was van de huiszoeking?
11.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Le 1
er
avril
dernier, la justice bruxelloise et l'Inspection générale
de la police ont effectué une descente à la police
locale de Bruxelles-Midi. Alors même que la presse
n'est généralement pas informée au préalable de ce
genre d'action, une équipe de télévision de VTM
était présente au début de la perquisition.
Comment le ministre explique-t-il la présence d'une
équipe de télévision sur les lieux ? Comment se
fait-il que cette chaîne de télévision ait eu
connaissance de cette perquisition ?
11.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Op 11.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
dezelfde dag vond er ook een huiszoeking plaats in
het politiecommissariaat van Anderlecht. Geen van
beide huiszoekingen was vooraf aan de pers
gemeld. De procureur des Konings beschikt over
geen enkele informatie over de bron. Het is
momenteel niet mogelijk om het lek te achterhalen.
Une perquisition a eu lieu le même jour au
commissariat de police d'Anderlecht. Aucune des
deux perquisitions n'avait été annoncée à la presse.
Le procureur du Roi ne dispose actuellement
d'aucune information quant à l'origine de cette fuite.
11.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Dit moet
dus verder worden onderzocht.
11.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Il convient
dès lors de poursuivre les recherches.
11.04 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Ik til
zwaar aan dit soort feiten, maar het is helaas
moeilijk om te achterhalen wie de informatie lekt.
11.04 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Je prends très au sérieux ce genre de faits, mais il
est hélas malaisé de remonter jusqu'à la source de
cette fuite.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De vragen nrs. 4672 en 4673 van de
heer Bellot zijn omgevormd in schriftelijke vragen.
L'incident est clos.
La présidente : Les questions n
os
4672 et 4673 de
M. Bellot sont transformées en questions écrites.
12 Vraag van de heer Stefaan Van Hecke aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de interventie
van buschauffeurs bij incidenten" (nr. 4682)
12 Question de M. Stefaan Van Hecke au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "l'intervention de
chauffeurs de bus lors d'incidents" (n° 4682)</b>
12.01 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): Naar
aanleiding van de recente gewelddadige voorvallen
op het openbaar vervoer, heeft Vlaams minister
Van Brempt verklaard dat zij niet wil dat chauffeurs
zich mengen in dergelijke incidenten. Ook De Lijn
heeft zich in die zin uitgesproken.
Dat kan tot een problematische situatie leiden voor
de chauffeurs. Als zij ingrijpen, gaan zij in tegen de
richtlijn van hun werkgever, als zij niet ingrijpen,
kunnen zij worden vervolgd wegens schuldig
verzuim. Is dat inderdaad mogelijk? Zal de minister
er bij de Vlaamse minister van Mobiliteit op
aandringen dat zij haar beleid wijzigt?
In hoeverre is De Lijn medeverantwoordelijk als een
chauffeur door niet in te grijpen strafbaar blijkt op
basis van artikel 422bis van het Strafwetboek? Is
het überhaupt mogelijk dat een werkgever zijn
werknemers oplegt niet op te treden, ook al
betekent dat een overtreding van de wet?
12.01 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : À
l'occasion des récentes attaques violentes contre
les transports en commun, la ministre flamande
Van Brempt a déclaré qu'elle ne voulait pas que les
chauffeurs se mêlent à ces incidents. De Lijn s'est
également prononcée dans ce sens.
Cela peut mener à une situation problématique pour
les chauffeurs. S'ils interviennent, ils vont à
l'encontre des directives données par leur
employeur et s'ils n'interviennent pas, ils peuvent
être poursuivis pour négligence coupable. Est-ce
vraiment le cas ? Le ministre a-t-il l'intention
d'insister auprès de la ministre flamande de la
Mobilité pour qu'elle révise sa politique à ce sujet ?
Dans quelle mesure De Lijn est-elle coresponsable
si un chauffeur s'avère punissable sur la base de
l'article 422bis du Code pénal parce qu'il n'est pas
intervenu ? Est-il par ailleurs possible qu'un
employeur impose à ses travailleurs de ne pas
intervenir dès lors que cette non-intervention
constitue une infraction à la loi ?
12.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Om
van schuldig verzuim te kunnen spreken, moet aan
vier voorwaarden worden voldaan: iemand moet in
groot gevaar verkeren; de persoon die hulp moet
bieden moet het gevaar zelf vaststellen of ervan op
de hoogte worden gebracht door het slachtoffer;
men moet willens en wetens in gebreke blijven en
er mag geen groot gevaar voor de hulpbieder of
derden bestaan. Het is evident dat elke situatie
12.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Pour qu'il puisse être question de négligence
coupable, il faut qu'il soit satisfait à quatre
conditions : quelqu'un doit se trouver en grand
danger; la personne qui doit apporter son aide doit
constater personnellement le danger ou en avoir été
informée par la victime; elle doit être sciemment
restée en défaut d'agir et l'intervention ne peut pas
avoir été synonyme d'un grand danger pour la
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
apart moet worden beoordeeld.
personne aidante ou des tiers. Il est évident que
chaque situation doit être évaluée au cas par cas.
Een richtlijn die verbiedt hulp te bieden, kan niet
verhinderen dat er sprake kan zijn van schuldig
verzuim. Men kan moeilijk aanvoeren dat men een
misdrijf heeft gepleegd omdat men niet anders kon.
We mogen ook niet te snel conclusies trekken.
Hoewel ik de eventuele richtlijnen van De Lijn niet
ken, veronderstel ik dat ze binnen de context van de
wet moeten worden begrepen. Het lijkt me geen
probleem dat De Lijn haar chauffeurs tot
voorzichtigheid maant opdat ze zichzelf niet in
gevaar brengen. Zij moeten handelen zoals elke
gewone burger.
Ik heb trouwens een brief van Vlaams minister Van
Brempt gekregen om over deze problematiek, in
casu het openbaarvervoersverbod, te spreken. Ik
zal uiteraard op die uitnodiging ingaan.
Une directive qui interdit de porter secours ne peut
empêcher qu'il puisse y avoir abstention coupable. Il
me paraît difficile de plaider qu'on a commis un délit
parce qu'on ne pouvait faire autrement.
Il faut se garder de tirer des conclusions hâtives.
Quoique je ne connaisse pas les directives de De
Lijn, s'il en existe, je suppose qu'il faut les
interpréter dans le contexte de la loi. Je ne vois
aucun inconvénient à ce que De Lijn exhorte ses
chauffeurs à la prudence afin qu'ils ne se mettent
pas eux-mêmes en danger. Ils doivent en fait se
comporter comme tout citoyen lambda.
J'ai d'ailleurs reçu une lettre de la ministre
flamande, Mme Van Brempt, m'invitant à discuter
de ce problème et en particulier d'un de ses
aspects, l'interdiction d'utiliser les transports en
commun. Je répondrai évidemment à cette
invitation.
12.03 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): Het is
belangrijk voor de buschauffeurs dat zij juridische
zekerheid hebben en dat de instructies duidelijk zijn.
Als de richtlijn te strak blijkt te zijn, moet ertegen
worden opgetreden.
12.03 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : Pour
les chauffeurs de bus, il importe de jouir d'une
certaine sécurité juridique et de pouvoir se référer à
des instructions dénuées de toute équivoque. Si
une directive est trop rigide, il faut prendre les
mesures requises pour l'assouplir.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Josy Arens aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
noodzakelijke identiteitsbescherming van de
leden van de dienst interventie van de bijzondere
eenheden van de Federale Politie tijdens
rechtszaken" (nr. 4684)
13 Question de M. Josy Arens au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la nécessaire protection de
l'identité des membres du service intervention
des unités spéciales de la Police fédérale lors de
procédures en justice" (n° 4684)</b>
13.01 Josy Arens (cdH): De specificiteit van de
opdrachten van de interventiedienst van de speciale
eenheden van de federale politie vereist dat de
identiteitsgegevens
van
de
betrokken
personeelsleden worden beschermd. In het kader
van gerechtelijke procedures tegen leden van die
dienst wordt hun anonimiteit echter niet verzekerd.
Of het opportuun is de identiteitsgegevens van de
betrokkene(n) te beschermen wordt in dat geval
aan de discretie van de onderzoeksmagistraat
overgelaten.
Klopt het dat de onderzoeksmagistraat mag
beslissen over het al dan niet vrijgeven van de
identiteit van een lid van de interventiedienst van de
speciale eenheden van de federale politie in de loop
van een gerechtelijke procedure waarin hij partij is?
Zou het, om veiligheidsredenen, niet aangewezen
13.01 Josy Arens (cdH) : La spécificité des
missions du service d'intervention des unités
spéciales de la police fédérale exige la protection
de l'identité des intéressés. Ce respect de
l'anonymat n'est cependant pas prévu lors de
procédures en justice contre les membres de ces
services, et la protection de l'identité du ou des
membres concernés est en ce cas laissée à la
discrétion du magistrat instructeur.
Relève-t-il bien de la discrétion du magistrat
instructeur de permettre que l'identité d'un membre
du service d'intervention des unités spéciales de la
police fédérale soit révélée au cours d'une
procédure en justice qui le concerne ? N'est-il pas
opportun, pour des raisons de sécurité, d'imposer la
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
zijn de geheimhouding van de identiteit van die
personeelsleden in het kader van een gerechtelijke
procedure verplicht te maken tot op het niveau van
de kamer van inbeschuldigingstelling?
protection de l'identité de ces personnes lors d'une
procédure en justice jusqu'au niveau de la chambre
des mises en accusation ?
13.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Inzake
observatie en infiltratie, bepaalt het Wetboek van
Strafvordering dat het verslag van de officier van
gerechtelijke politie onder het beroepsgeheim valt
en geen elementen mag bevatten die de veiligheid
en de afscherming van de identiteit van de met de
observatie belaste ambtenaren in het gedrang
kunnen brengen. Wanneer de kamer van
inbeschuldigingstelling de uitvoering van de
bijzondere onderzoeksmethoden controleert, kan ze
de onderzoeksrechter opdragen de betrokken
politieambtenaren als anonieme getuige te horen.
Wanneer bij de onderzoeksrechter echter een
klacht met burgerlijke partijstelling wordt ingediend
tegen de politiemensen, gelden er geen specifieke
regels. In dat geval is de politieambtenaar geen
getuige, maar betrokken partij en kan hij worden
aangeklaagd wanneer er sterke aanwijzingen van
schuld bestaan.
De parketten hebben de wens uitgedrukt dat de
identiteitsgegevens van politieambtenaren in het
kader van gerechtelijke onderzoeken bij wet zouden
worden beschermd. Ik ben bereid dat in overweging
te nemen.
13.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : En
matière d'observation et d'infiltration, le Code
d'instruction criminelle prévoit que le rapport de
l'officier de police judiciaire est couvert par le secret
professionnel et ne mentionne aucun élément
susceptible de compromettre la garantie de la
sécurité et l'anonymat des fonctionnaires chargés
de l'observation. Lorsque la chambre des mises en
accusation de la cour d'appel contrôle la mise en
oeuvre des méthodes particulières de recherche,
elle peut charger le juge d'instruction d'entendre les
fonctionnaires de police concernés sous le régime
du témoignage anonyme.
Lorsque les policiers sont visés par une plainte avec
constitution de partie civile entre les mains du juge
d'instruction, il n'y a pas de règle spécifique. Dans
ce cas, le fonctionnaire de police n'est pas un
témoin mais la personne visée et susceptible d'être
inculpée en cas d'indices sérieux de culpabilité.
Les parquets ont émis le souhait que des
dispositions légales protégent les données d'identité
des fonctionnaires de police dans le cadre des
instructions judiciaires. Je suis disposé à y réfléchir.
13.03 Josy Arens (cdH): Ik kan genoegen nemen
met uw antwoord en ik zal dit dossier aandachtig
opvolgen.
13.03 Josy Arens (cdH) : Je suis satisfait de la
réponse et suivrai ce dossier avec attention.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Interpellatie van de heer Denis Ducarme tot de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
reglementen
van
verschillende
Vlaamse
gemeenten
om
de
verkoop
van
gemeentebouwgrond alleen toe te staan aan wie
zich ertoe verbindt Nederlands te leren" (nr. 48)
14 Interpellation de M. Denis Ducarme au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les règlements
communaux pris par plusieurs communes
flamandes visant à réserver la vente de terrains
communaux à bâtir, exclusivement, aux seules
personnes
s'engageant
à
apprendre
le
néerlandais" (n° 48)
14.01 Denis Ducarme (MR): Mijnheer de minister,
ik heb u op 29 januari een brief geschreven
betreffende bepaalde reglementen van Vlaams-
Brabantse gemeenten, waarbij de verkoop van
gemeentelijke gronden alleen wordt toegestaan aan
wie zich ertoe verbindt Nederlands te willen leren.
Op grond van de antidiscriminatiewet van 10 mei
2006 kan u gebruik maken van uw positief
injunctierecht bij het openbaar ministerie om ervoor
te zorgen dat deze gemeentelijke reglementen in
overeenstemming worden gebracht met de wet. In
antwoord op mijn schrijven stelde u alvast dat u op
14.01 Denis Ducarme (MR): Monsieur le ministre,
le 29 janvier dernier, je vous écrivais au sujet de
certains règlements des communes du Brabant
flamand, réservant la vente de leurs terrains
communaux à des personnes prenant l'engagement
de vouloir apprendre le néerlandais. La loi anti-
discrimination du 10 mai 2006 vous permet de
prendre une injonction positive auprès du ministère
public pour veiller à ce que ces règlements
communaux soient rendus conformes à la loi. A
mon courrier en ce sens, vous aviez répondu être
conscient de ce pouvoir mais ne vouloir l'utiliser
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
de hoogte bent van deze bevoegdheid, maar dat u
deze pas in laatste instantie wil gebruiken.
Wel, het is zover. Olivier Maingain heeft de kwestie
van de Wooncode, de rapporten van het Comité
voor de Rechten van de Mens en van de Verenigde
Naties, het arrest van het Hof van Justitie van de
Europese Gemeenschappen, het Congres van de
lokale en regionale besturen van de Raad van
Europa over de niet-benoeming van de drie
burgermeesters, enz. opnieuw ter sprake gebracht
in de plenaire vergadering. De lijst is lang en deze
Vlaamse gemeenten, vaak bestuurd door mensen
uit uw partij, maken ons land allengs te schande.
Die kwesties zijn op zijn minst verontrustend.
Daarom had ik er graag voor gezorgd dat de
minister van Justitie zijn masker een beetje moest
afdoen, om te kijken wie er achter schuilt: een
Vlaming van de CD&V of een Belg.
Mijn fractieleider heeft mij echter gevraagd om deze
interpellatie in een mondelinge vraag om te zetten.
Ik trek deze interpellatie derhalve in en zal u
volgende week een vraag stellen.
qu'en dernier recours.
Nous avons atteint ce dernier recours. Olivier
Maingain a rappelé en séance plénière la question
du wooncode, les rapports du Comité des Droits de
l'homme et des Nations Unies, l'arrêt de la Cour de
Justice des Communautés européenne, le Congrès
des pouvoirs locaux du Conseil de l'Europe sur la
non-nomination des trois bourgmestres, etc. La liste
est longue et ces communes flamandes, souvent
pilotées par des personnes de votre parti,
commencent à faire honte à la Belgique. On peut
dès lors être au moins inquiet par rapport à ces
questions. C'est pourquoi, j'aurais voulu faire
tomber un peu le masque du ministre de la Justice
et voir si, derrière, il y a un Flamand du CD&V ou un
Belge.
Néanmoins, mon chef de groupe m'a demandé de
transformer cette interpellation en question orale.
En conséquence, je retire cette interpellation et
reviendrai la semaine prochaine vous poser une
question.
De
federale
overheid kan
optreden.
Die
reglementen, die door de gemeenten werden
uitgevaardigd,
vallen
immers
via
de
antidiscriminatiewet onder de federale bevoegdheid.
Afhankelijk van wat uw antwoord zal zijn, zal ik mijn
partij vragen om die reglementen, die niet alleen
voor Franstaligen, maar voor al wie zich er niet toe
wil verbinden Nederlands te leren, discriminerend
zijn, opnieuw op de agenda te zetten. De regering
moet haar verbintenissen nakomen in verband met
de oprichting van het Centrum dat discriminatie op
grond van taal zal moeten tegengaan. Het Centrum
voor
gelijkheid
van
kansen
en
voor
racismebestrijding heeft namelijk geweigerd zich
over deze kwestie te buigen.
Le pouvoir fédéral peut agir, car ces règlements pris
par les communes relèvent de la loi anti-
discrimination. En fonction de votre réponse, je
demanderai à mon parti de remettre à l'ordre du
jour ces règlements discriminatoires vis-à-vis de
toutes les personnes - pas seulement francophones
- ne tenant pas à s'engager à apprendre le
néerlandais. Le gouvernement doit respecter ses
engagements quant à l'installation du Centre chargé
d'empêcher toute discrimination linguistique, le
Centre pour l'égalité des chances ayant refusé de
prendre en charge cette question.
14.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Als de
interpellatie wordt ingetrokken, antwoord ik er niet
op.
14.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Si
l'interpellation est retirée, je n'y réponds pas.
14.03 Denis Ducarme (MR): Ik heb mijn
interpellatie ingetrokken op verzoek van mijn
fractieleider, die wellicht denkt via onderhandelingen
vooruitgang in dat dossier te kunnen boeken. Ik zal
dan ook volgende week een actuele vraag stellen.
14.03 Denis Ducarme (MR) : J'ai retiré mon
interpellation à la demande de mon chef de groupe,
qui pense sans doute pouvoir évoluer dans ce
dossier de manière négociée. Je reviendrai donc la
semaine prochaine avec une question d'actualité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het niet-
versturen van brieven in de rechtbanken van
Tongeren en Hasselt" (nr. 4701)
15 Question de M. Bruno Steegen au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la non-expédition
de courrier dans les tribunaux de Tongres et de
Hasselt" (n° 4701)</b>
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
15.01 Bruno Steegen (Open Vld): De pers meldt
dat De Post door een betalingsachterstand geen
brieven meer ophaalt op de rechtbanken van
Tongeren en Hasselt. Het gaat hier om
aangetekende zendingen en oproepingsbrieven
voor beklaagden. Klopt dit bericht? Heeft deze
mistoestand al gevolgen gehad voor sommige
rechtszaken? Zijn er gelijkaardige problemen bij
andere rechtbanken? Hoe kunnen deze problemen
opgelost worden?
15.01 Bruno Steegen (Open Vld) : La presse
révèle qu'en raison d'un retard de paiement, La
Poste ne va plus chercher le courrier aux tribunaux
de Tongres et de Hasselt. Il s'agit en l'occurrence
d'envois recommandés et de convocations
adressées à des prévenus. Est-ce exact ? Ce
dysfonctionnement
a-t-il
déjà
entraîné des
conséquences pour certains procès ? D'autres
tribunaux sont-ils confrontés à des difficultés
similaires ? Comment ces difficultés pourraient-
elles être surmontées ?
15.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Aan
het probleem van de betalingsachterstand bij De
Post
wordt volop gewerkt. Men wil de
betaalprocedures wijzigen en informatiseren, zodat
er meer zicht komt op de stroom van facturen.
Vorige week had ik ter zake nog een onderhoud
met de directeur-generaal van De Post. Een
oplossing ten gronde zal echter nog wel even
uitblijven.
15.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Nous sommes précisément en train de tenter de
remédier à ce problème de retard de paiement à La
Poste. Nous voulons adapter et informatiser les
procédures de paiement de façon à accroître la
visibilité du flux des factures. La semaine passée,
j'ai encore eu un entretien à ce sujet avec le
directeur général de La Poste. Toutefois, une
solution ne pourra être apportée à brève échéance
au problème de fond.
15.03 Bruno Steegen (Open Vld): Heeft deze
problematiek gevolgen gehad voor sommige
rechtszaken?
15.03 Bruno Steegen (Open Vld): Ce problème a-
t-il eu une incidence sur certains procès ?
15.04 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Er is
mij geen enkel incident bekend.
15.04 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Je n'ai connaissance d'aucun incident.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Renaat Landuyt aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
inschakelen van vijfhonderd militairen als
penitentiair beambte" (nr. 4724)
16 Question de M. Renaat Landuyt au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "l'affectation de
500 militaires comme agents pénitentiaires"
(n° 4724)</b>
16.01 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Minister De
Crem maakte onlangs bekend dat hij vijfhonderd
militairen wil inschakelen als penitentiair beambte.
Klopt dit bericht? Wat is de planning voor de
uitvoering van deze maatregel? Wordt dit
afgetrokken van de voorziene 626 aanwervingen
die nog gepland waren in 2008?
16.01 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : M. De Crem a
fait savoir récemment qu'il souhaite affecter 500
militaires en qualité d'agents pénitentiaires. Est-ce
exact ? Quel est le calendrier pour la mise en
oeuvre de cette mesure ? Ce nombre sera-t-il porté
en déduction des 626 engagements qui sont encore
prévus en 2008 ?
16.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
invulling van de personeelsbehoeften bij Justitie is
een hele opgave. Alleen al om het personeel op peil
te houden zijn er jaarlijks zevenhonderd tot duizend
aanwervingen nodig, dat is 2,5 tot 3 procent.
De iets meer dan zeshonderd aanwervingen
bovenop de vervangingsaanwervingen hebben wel
uitsluitend te maken met het gevangeniswezen,
maar dat gaat natuurlijk om meer dan alleen maar
penitentiair beambten. De aanwervingen gebeuren
16.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il n'est pas facile de satisfaire les besoins en
personnel au département de la Justice. En effet,
700 à 1.000 recrutements sont nécessaires chaque
année pour simplement maintenir les effectifs à
niveau, ce qui représente 2,5 à 3 %.
Si les quelque 600 engagements qui viennent
s'ajouter aux recrutements destinés à assurer les
remplacements
concernent
exclusivement
l'administration pénitentiaire, il ne s'agit évidemment
pas que d'agents pénitentiaires. L'idéal serait bien
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
het
best
door
de
inbreng
van
nieuwe
arbeidskrachten, maar wanneer er in andere
overheidsdiensten
sprake
is
van
een
herstructureringen met afvloeiingen, is het logisch
dat de mobiliteitsmogelijkheden worden onderzocht.
De mogelijke samenwerking op dit vlak tussen
Defensie en Justitie moet nog verder worden
onderzocht en vormt het onderwerp van sociaal
overleg. Het is bijgevolg nog te vroeg om hierover
een definitieve uitspraak te doen, maar het zou dom
zijn om al bij voorbaat deze kans te verwerpen om
goed opgeleide, gemotiveerde en ervaren mensen
van Defensie naar Justitie over te hevelen.
sûr de recruter de nouveaux agents mais lorsqu'il
est procédé dans d'autres services publics à des
restructurations accompagnées de départs, il est
logique de tenir compte des possibilités qui s'offrent
en termes de mobilité.
L'éventuelle collaboration en la matière entre les
départements de la Défense et de la Justice doit
encore être examinée plus avant et fera l'objet
d'une concertation sociale. Il est dès lors encore
trop tôt pour prendre une décision définitive à ce
sujet mais il serait stupide de rejeter prématurément
la possibilité de transférer du personnel bien formé,
motivé et expérimenté du département de la
Défense au département de la Justice.
16.03 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Ik begrijp uit
dit antwoord dat er nog niets echt concreets uit de
bus is gekomen. Aan de woorden van de minister
van Landsverdediging had ik nochtans een andere
indruk overgehouden.
16.03 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Je déduis de
cette réponse qu'aucune décision concrète n'a
encore été prise. Les propos du ministre de la
Défense m'avaient cependant donné une autre
impression.
16.04 Minister Jo Vandeurzen : Er moet eerst
sociaal overleg worden gepleegd. Daarmee is men
nu bezig.
16.04 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il faut d'abord organiser une concertation sociale.
Celle-ci a lieu actuellement.
16.05 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Overleg over
die mogelijke inschakeling van militairen als
penitentiair beambte? Ik stel vast dat de minister op
die vraag geen antwoord geeft.
16.05 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : S'agit-il d'une
concertation à propos de l'affectation éventuelle de
militaires comme agents pénitentiaires ? Je
constate que le ministre ne répond pas à cette
question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Pierre-Yves Jeholet aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de naleving
van artikel 21 van de Grondwet dat het burgerlijk
en religieus huwelijk regelt" (nr. 4624)
17 Question de M. Pierre-Yves Jeholet au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le respect de
l'article 21 de la Constitution réglementant le
mariage civil et religieux" (n° 4624)</b>
17.01 Pierre-Yves Jeholet (MR): Soms wordt
ambtenaren van de burgerlijke stand gevraagd het
burgerlijk huwelijk te voltrekken van personen die
eerst kerkelijk getrouwd zijn. Dat is een inbreuk op
artikel 21 van de Grondwet. Die praktijk, waarbij het
kerkelijke huwelijk vóór het burgerlijke huwelijk
wordt gesloten, zou het gevolg zijn van verkeerde
informatie die de bedienaars van de eredienst van
de religieuze overheden en het ministerie van
Justitie ontvangen. Welke maatregel denkt u als
minister van Justitie te nemen om ervoor te zorgen
dat de religieuze overheden artikel 21 van de
Grondwet naleven? Hoe gaat u een betere
doorstroming van de informatie naar de religieuze
overheden organiseren? Welke richtlijnen kunnen
worden gegeven aan de ambtenaren van de
burgerlijke stand die met een dergelijke situatie
worden geconfronteerd?
17.01 Pierre-Yves Jeholet (MR) : Des officiers de
l'état civil sont confrontés à des mariages civils de
couples déjà mariés religieusement. Cette pratique
constitue une infraction à l'article 21 de la
Constitution. Il apparaît que cette pratique de
célébration religieuse avant la célébration civile
relèverait notamment d'une mauvaise information
donnée aux ministres du culte par les autorités
religieuses et le ministère de la Justice. Quelle
mesure comptez-vous prendre en tant que ministre
de la Justice afin de garantir le respect par les
autorités religieuses de l'article 21 de la
Constitution ? Comment comptez-vous organiser un
meilleur transfert de l'information vers les autorités
religieuses ? Quelles consignes peuvent être
données aux officiers de l'état civil qui se trouvent
confrontés à ce genre de situation ?
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
17.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans):
Huwelijken die door een priester worden voltrokken,
hebben geen enkel juridisch bestaansrecht in het
Belgisch recht. Elke bedienaar van de eredienst die
een huwelijk inzegent voor de voltrekking van het
burgerlijk huwelijk, wordt gestraft met een
geldboete, en in geval van recidive mogelijk met
een gevangenisstraf.
Mijn diensten zijn niet op de hoogte van eventuele
verkeerde informatie die de religieuze overheden of
de FOD Justitie aan bedienaars van de eredienst
zouden hebben gegeven. We zullen een e-mail
naar de centrale organen van de erediensten sturen
om een en ander op te helderen.
17.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Les
mariages célébrés devant un prêtre n'ont aucune
existence juridique en droit belge. Tout ministre d'un
culte qui procède à la bénédiction nuptiale avant la
célébration du mariage civil sera puni d'une
amende. En cas de récidive, il pourra être
condamné à un emprisonnement.
Mes services n'ont pas connaissance d'une
éventuelle mauvaise information donnée aux
ministres du culte par les autorités religieuses ou le
SPF Justice. Un courriel concernant le problème
sera envoyé aux organes centraux du culte.
Wanneer hij met een concreet geval te maken
heeft, kan de ambtenaar van de burgerlijke stand
herinneren aan artikel 21 van de Grondwet en het
parket op de hoogte brengen met het oog op een
eventuele gerechtelijke vervolging. Voor zover mijn
diensten hiervan kennis hebben, zou het slechts om
enkele geïsoleerde gevallen gaan, en niet om een
gewoonte. Mocht blijken dat het aantal
overtredingen aanzienlijk stijgt, zou ik niet aarzelen
om ze aan de parketten door te geven en de
ambtenaren van de burgerlijke stand de
noodzakelijke instructies te geven, desgevallend in
overleg met het College van procureurs-generaal.
Overigens ben ik ook van mening dat de regering
zou moeten nadenken over een verplichte opleiding
in België voor alle bedienaars van de erkende
erediensten.
Confronté à un cas concret, l'officier d'état civil
pourra rappeler l'article 21 de la Constitution et
informer le parquet en vue d'une éventuelle
poursuite judiciaire. À la connaissance de mes
services, il ne s'agirait que de quelques cas isolés
et non d'une coutume. S'il s'avérait que le nombre
d'infractions se multiplie, je n'hésiterais pas à
donner aux parquets et aux officiers de l'état civil
les instructions qui s'imposent, le cas échéant en
concertation avec le Collège des procureurs
généraux. Par ailleurs, je suis également d'avis que
le gouvernement devrait réfléchir à une obligation
de formation en Belgique pour tous les ministres
des cultes reconnus.
17.03 Pierre-Yves Jeholet (MR): Ik neem er nota
van dat een schrijven zal worden bezorgd aan de
organen van de eredienst. Ik blijf deze
problematiek aandachtig volgen. Ook is het waar
dat het in de aangehaalde gevallen om personen
gaat die de islamitische godsdienst belijden. Deze
problematiek moet misschien onder de aandacht
van dat publiek gebracht worden.
17.03 Pierre-Yves Jeholet (MR) : Je prends
bonne note du fait qu'un courrier sera envoyé aux
organes du culte. Je resterai attentif à cette
problématique. Il est vrai aussi que les cas évoqués
concernent
des
personnes
de
confession
musulmane. Il y a peut-être une sensibilisation à
faire parvenir à ce public.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Samengevoegde vragen van
- de heer Luk Van Biesen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de achterstand
bij de financiële divisie van het Brusselse parket"
(nr. 4582)
- de heer Bart Laeremans aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
fraudesectie bij het Brusselse parket" (nr. 4783)
18 Questions jointes de
- M. Luk Van Biesen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'arriéré de la section
financière du parquet de Bruxelles" (n° 4582)<br>- M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la section 'fraudes' du
parquet de Bruxelles" (n° 4783)</b>
18.01 Luk Van Biesen (Open Vld): De financiële
sectie van het Brusselse parket loopt een steeds
18.01 Luk Van Biesen (Open Vld) : La section
financière du parquet de Bruxelles accuse un retard
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
grotere achterstand op bij de behandeling van
dossiers. Die achterstand bedraagt momenteel 296
dossiers, bijna allemaal Franstalig. Die dossiers
moeten nog naar de raadkamer, maar ondertussen
komen er dagelijks nieuwe bij. Bovendien moeten
de tien financiële magistraten - waarvan er drie
Nederlandstalig zijn - ook nog eens iets meer dan
drieduizend lopende opsporingsdossiers leiden en
de lopende dossiers van de onderzoeksrechters
evenals de strafuitvoering opvolgen. Op de koop toe
moeten sommige magistraten dan nog eens
faillissementen
en
gerechtelijke
akkoorden
behandelen, omdat de magistraten hiervoor in
Brussel ontbreken.
Waarom is de achterstand zo substantieel en
waarom lopen voornamelijk Franstalige dossiers
achterstand op? Is die achterstand vergelijkbaar
met die bij andere parketten? Komt er versterking
voor het bestaande team? Wanneer komen er ook
in Brussel magistraten die zich toeleggen op
faillissementen en gerechtelijke akkoorden?
toujours plus important dans le traitement des
dossiers. À l'heure actuelle, l'arriéré porte sur 296
dossiers, presque tous francophones, qui doivent
encore être transmis à la chambre du conseil tandis
que de nouveaux dossiers s'ouvrent chaque jour.
De plus, les dix magistrats financiers ­ dont trois
sont des néerlandophones ­ doivent aussi diriger
un peu plus de trois mille dossiers de recherche en
cours et suivre les dossiers pendants des juges
d'instruction, ainsi que l'exécution des peines. De
surcroît, certains magistrats doivent encore
s'occuper de faillites et de concordats judiciaires,
parce qu'on manque de magistrats pour ce faire à
Bruxelles.
Pourquoi l'arriéré est-il si important et pourquoi
concerne-t-il
principalement
des
dossiers
francophones ? Cette situation est-elle comparable
à celle d'autres parquets ? L'équipe en place sera-t-
elle renforcée ? Quand disposera-t-on aussi à
Bruxelles de magistrats spécialisés en matière de
faillites et de concordats judiciaires ?
18.02 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Eind
januari ondervroeg ik de minister al over deze
aangelegenheid na de benoeming van de heer de
Formanoir, het diensthoofd van de financiële sectie
van het Brusselse parket, op zijn kabinet. Sindsdien
heeft de woordvoerder van het Brusselse parket, de
heer Colpin, opnieuw de pers gehaald met
onthutsende cijfers inzake de achterstand bij de
behandeling van de dossiers.
18.02 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Fin
janvier, j'ai déjà questionné le ministre sur ce point
après la nomination à son cabinet de M. de
Formanoir, le chef de service de la section
financière du parquet de Bruxelles. Depuis, le porte-
parole du parquet de Bruxelles, M. Colpin, a de
nouveau fait la une de l'actualité en communiquant
des chiffres ahurissants concernant l'arriéré
judiciaire
Werd het diensthoofd ondertussen al vervangen en
werden er bijkomende magistraten aan de sectie
toegevoegd?
Wordt
er
voorzien
in
vormingscursussen om magistraten op te leiden
voor deze bijzonder gespecialiseerde taak? Hoe
kan de achterstand worden opgesplitst volgens
taalrol? Wordt de Brusselse financiële sectie
ondersteund door parketjuristen? Aan welke
oplossingen denkt de minister om dit probleem van
achterstand structureel uit de wereld te helpen?
Le chef de service est-t-il déjà remplacé et a-t-on
adjoint des magistrats supplémentaires à cette
section ? Prévoit-on des cours visant à former des
magistrats à ces missions particulièrement
spécialisées ? Comment peut-on répartir l'arriéré en
fonction du rôle linguistique ? La section financière
de Bruxelles sera-t-elle renforcée par des juristes
de parquet ? Quelles sont les solutions envisagées
par le ministre pour résoudre ce problème d'arriéré
structurel ?
18.03 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Al in
2001 stelde de Hoge Raad voor de Justitie vast dat
er bij de financiële sectie van het Brusselse parket
sprake was een chronische achterstand bij de
behandeling van de dossiers. Financiële en fiscale
strafzaken werden te langzaam afgehandeld.
Gerechtelijke onderzoeken, het opstellen van
schriftelijke vorderingen door de procureur en de
behandeling door de raadkamer zijn procedures die
jaren in beslag nemen. Dan heb ik het nog niet eens
over de eigenlijke behandeling van het dossier door
de rechter.
18.03 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Dès 2001, le Conseil supérieur de la Justice a
constaté un arriéré chronique dû à des lenteurs au
niveau du traitement des dossiers pénaux de nature
financière et fiscale par la section financière du
parquet de Bruxelles. Les procédures d'instruction,
d'établissement d'une réquisition écrite par le
procureur et de traitement par la chambre du
conseil durent plusieurs années, sans parler du
traitement proprement dit du dossier par le juge.
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
De belangrijkste oorzaak voor de achterstand in
Brussel zijn de vacatures. Al sinds jaren is er bij het
Brusselse parket sprake van niet-ingevulde
vacatures: momenteel elf vacatures voor substituut-
procureur, vijf voor toegevoegde substituut en acht
voor substituut. Dat die vacatures zo moeizaam
worden ingevuld, heeft op de eerste plaats te
maken met de noodzakelijke kennis van de tweede
landstaal ­ ook al werden de vereisten versoepeld ­
maar ook met de tanende aantrekkingskracht van
een ambt bij het parket.
De heer de Formanoir wordt onmiddellijk als
diensthoofd vervangen. Een bijkomende magistraat
werd op 7 april verplaatst om het diensthoofd als
titularis van dossiers te vervangen. Door het groot
aantal niet-ingevulde vacatures bij het Brusselse
parket, moet een diensthoofd, naast zijn gewone
taak, er ook nog eens evenveel dossiers
behandelen
als
een
magistraat
zonder
directiefunctie.
L'arriéré
s'explique
principalement
par
la
persistance, depuis des années, de places
vacantes au parquet de Bruxelles. Actuellement, il
s'agit de 11 places de substitut du procureur du Roi,
5 postes de substituts du procureur du Roi de
complément et 8 places de substitut. La difficulté de
trouver des candidats pour ces fonctions découle
en premier lieu de la nécessité de connaître la
deuxième langue nationale ­ une exigence qui a
pourtant été assouplie ­ mais également de la
baisse d'attrait des fonctions du parquet.
Il sera immédiatement pourvu au remplacement de
M. de Formanoir à la fonction de chef de service.
Un magistrat supplémentaire a été déplacé le 7 avril
pour remplacer le chef de service en tant que
titulaire de dossiers. En effet, étant donné le grand
nombre de postes encore vacants au parquet de
Bruxelles, un chef de service doit, en plus de ses
tâches ordinaires, traiter autant de dossiers qu'un
magistrat sans fonction directoriale.
Het probleem van de achterstand in de
zogenaamde
meegedeelde
gerechtelijke
onderzoeken betreft dossiers die zijn afgerond op
het niveau van de onderzoeksrechter en waarvoor
de eindvordering moet worden opgesteld door het
parket. Er is daar vooral achterstand aan
Franstalige zijde, maar ook de Nederlandstalige
parketmagistraten gaan gebukt onder een zware
werklast. Er zijn immers maar drie Nederlandstalige
magistraten
voor
de
dossiers
inzake
witwaspraktijken, fiscale fraude en faillissementen.
De achterstand bedroeg op 1 maart 2008 in totaal
1308 kartons. Op 1 november 2007 waren dat nog
1579 kartons of ongeveer 320 dossiers. Dat de
achterstand zich vooral aan Franstalige zijde
voordoet heeft wellicht te maken met de taal van de
procedure en het feit dat in Brussel vele hoofdzetels
van allerlei financiële instellingen zijn gevestigd.
Le problème de l'arriéré en matière d'enquêtes
judiciaires concerne des dossiers qui sont clôturés
au niveau du juge d'instruction mais pour lesquels
on attend la réquisition finale du parquet. Le retard
concerne surtout le côté francophone, mais la
charge de travail est également très lourde pour les
magistrats de parquet néerlandophones. Il n'y a en
effet que trois magistrats néerlandophones pour les
dossiers relatifs à des affaires de blanchiment
d'argent, de fraude fiscale et de faillite. Le 1
er
mars
2008, l'arriéré total s'élevait à 1308 cartons. Le 1
er
novembre 2007, il était encore de 1579 cartons, ce
qui correspondait environ à 320 dossiers. Le fait
que l'arriéré concerne surtout la partie francophone
est sans doute dû à la langue de la procédure et au
fait qu'un grand nombre d'institutions financières de
toute nature ont leur siège central à Bruxelles.
Het is moeilijk vergelijkbare cijfers te geven over de
achterstand bij alle 27 parketten. Er is bijvoorbeeld
geen achterstand in Charleroi, maar wel een grote
achterstand in Bergen. Ook in Vlaanderen zijn er
grote verschillen tussen de arrondissementen. De
procureur-generaal van Antwerpen heeft, als lid van
het College van procureurs-generaal, verschillende
werkgroepen opgericht, onder meer één tegen de
gerechtelijke achterstand die de doorlooptijd van
strafzaken in alle arrondissementen moet volgen.
De studie zal wellicht worden afgerond in juni, maar
behelst alleen de strafzaken, nog niet de financiële
zaken.
Ik overlegde met de procureur des Konings en de
Il est difficile de donner des chiffres comparatifs sur
l'arriéré des 27 parquets. A Charleroi, il n'y a, par
exemple, pas d'arriéré tandis que Mons affiche un
arriéré considérable. Et en Flandre aussi, on note
d'importantes
différences
entre
les
arrondissements. En sa qualité de membre du
collège des procureurs généraux, le procureur
général d'Anvers a créé, parmi d'autres groupes de
travail, un groupe de travail sur la lutte contre
l'arriéré judiciaire chargé de suivre la durée de
traitement des affaires pénales dans tous les
arrondissements. Cette étude sera peut-être
terminée en juin, mais elle ne concerne que les
affaires pénales, pas encore les affaires financières.
J'ai organisé une concertation avec le procureur du
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
procureur-generaal van Brussel om een kordaat
actieplan op te stellen voor de financiële afdeling,
die zich in een zorgelijke situatie bevindt. Er werd
bijkomend een ervaren magistraat overgeplaatst
binnen het parket naar de financiële sectie en twee
juristen vanuit andere secties. Er werd een crisiscel
opgericht die zich alleen nog daarmee bezighoudt.
De laatste hand wordt gelegd aan een globaal
actieplan. Het gaat niet alleen om personeel, maar
ook om management. Wanneer een complex
onderzoek door de onderzoeksrechter is afgerond,
wordt het voor eindvordering naar het parket
gestuurd. Daar moet het dossier dan opnieuw
integraal worden onderzocht en ingestudeerd. Dat
vergt veel tijd. We moeten die organisatie van het
werk zeker eens opnieuw bekijken.
Binnenkort zal ik een concreet actieplan hebben
waarvan ik hoop dat het de achterstand op het
niveau van het parket tegen het begin van 2009 in
aanzienlijk mate zal oplossen. We zullen een groep
samenstellen die zich uitsluitend op die dossiers
toelegt, terwijl anderen voor de voortzetting van de
normale werkzaamheden zullen zorgen. Men mag
echter niet uit het oog verliezen dat hoe meer
dossiers er op het niveau van het parket worden
afgewerkt, hoe meer follow-up er nodig is en
tijdsinvestering in het vervolg van het dossier.
Bovendien moeten dezelfde magistraten ook
optreden voor de rechtbank van koophandel in
faillissementszaken of gerechtelijke akkoorden.
Het creëren van een kader van substituten
gespecialiseerd in handelszaken is een interessant
voorstel, maar ook daar zal wellicht een
vacatureprobleem ontstaan omdat zelfs de zestien
bestaande vacatures momenteel niet ingevuld
geraken. Justitie heeft een probleem van
rekrutering, meer bepaald voor de plaatsen
waarvoor tweetaligheid wordt vereist. Daarover
moet met de Hoge Raad voor de Justitie worden
gesproken.
Ik pak de problematiek in Brussel rechtstreeks en
praktijkgericht aan en overlegde met het openbaar
ministerie. Zoals ik in mijn beleidsverklaring
uiteenzet, moet worden gestreefd naar een betere
organisatie,
striktere
prioriteiten,
beter
personeelsmanagement
en
een
betere
ondersteuning van de magistraten. Bovendien
reken ik op de staatssecretaris die de fiscale en
sociale fraude zal aanpakken en op de
parlementaire onderzoekscommissie, maar we
zullen in Brussel de problemen al met een concreet
actieplan aanpakken.
Roi et le procureur général de Bruxelles en vue de
mettre sur pied un plan d'action coordonné destiné
à la section financière qui se trouve dans une
situation préoccupante. Un magistrat expérimenté
et deux juristes d'autres sections ont en outre été
détachés au sein du parquet à la section financière.
Une cellule de crise a été créée qui ne s'occupe
plus que de ce problème. La dernière main est
aussi mise à un plan d'action global. Il s'agit non
seulement
de
personnel
mais
aussi
de
management. Lorsqu'une instruction complexe est
terminée par le juge d'instruction, elle est envoyée
au parquet pour les réquisitions finales. Là, le
dossier doit encore une fois être complètement
instruit et étudié. Cela prend beaucoup de temps.
Nous devons donc, en tout cas, très certainement
réexaminer l'organisation du travail.
Je disposerai bientôt d'un plan d'action concret dont
j'espère qu'il permettra, d'ici début 2009, de
résorber une grande partie de l'arriéré au niveau du
parquet. Nous allons mettre sur pied un groupe qui
se concentrera exclusivement sur ces dossiers
pendant que d'autres s'occuperont de la poursuite
des activités normales. On ne peut toutefois pas
perdre de vue que plus il y a de dossiers terminés
au niveau du parquet, plus le suivi et
l'investissement en temps nécessaire pour la
poursuite du dossier seront importants. De plus, ce
sont également les mêmes magistrats qui doivent
intervenir devant le tribunal du commerce dans les
affaires de faillite ou de concordat judiciaire.
La création d'un cadre de substituts spécialisés
dans les affaires commerciales est une proposition
intéressante, mais elle pourrait aussi déboucher sur
un problème de vacance étant donné qu'on n'arrive
déjà pas à trouver preneurs pour les seize
vacances actuelles. La justice est confrontée à un
problème de recrutement, et ceci plus précisément
au niveau des places qui exigent des candidats
qu'ils soient bilingues. Ce point doit être discuté
avec le Conseil supérieur de la Justice.
Je m'attèle aux problèmes de Bruxelles d'une
manière directe et axée sur la pratique et j'ai
organisé une concertation avec le ministère public.
Comme je l'explique dans ma déclaration de
politique, il faut essayer d'améliorer l'organisation,
de définir des priorités plus strictes, de mieux gérer
le personnel et de mieux soutenir les magistrats. Je
compte de plus sur le secrétaire d'État qui va
s'attaquer au problème de la fraude fiscale et
sociale
et
sur
la
commission
d'enquête
parlementaire, mais nous allons déjà commencer
par nous attaquer au problème à Bruxelles avec un
plan d'action concret.
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
18.04 Luk Van Biesen (Open Vld): De minister
neemt de juiste beslissing. Een crisiscel is nodig.
De problematiek tast immers de geloofwaardigheid
van Justitie aan en de motivatie van de ambtenaren
van de FOD Financiën. De minister maakt hiervan
terecht een prioriteit en wij zullen dit dossier
opvolgen.
18.04 Luk Van Biesen (Open Vld) : Le ministre a
pris la bonne décision. Il est nécessaire de mettre
en place une cellule de crise car ce problème
décrédibilise
la
Justice
et
démotive
les
fonctionnaires du SPF Finances. Le ministre a
raison de lui accorder la priorité et nous suivrons ce
dossier.
18.05 Bart Laeremans (Vlaams Belang): De
expert ter zake zit op het kabinet van de minister.
Dat is dus perfect. Ik hoop dat de minister ons op
de hoogte houdt. De situatie bij het Brusselse
parket is abominabel. Men vindt er zelfs geen
toegevoegde - eentalige - magistraten voor de
openstaande vacatures. Dit houdt verband met de
slechte reputatie van dit parket. Het is een
mastodont met een ontzettend grote achterstand.
Er zijn ook te weinig kandidaten voor de vacatures
van financiële parketmagistraat. Dat kan alleen
worden opgelost door deze mensen beter te
ondersteunen: iedere financiële parketmagistraat
moet
een
parketjurist
toegewezen
krijgen.
Staatssecretaris Devlies heeft overigens niets te
maken met de nood aan extra personeel bij de
parketten. Feit is dat het parket moet worden
gesplitst om beheersbaar te zijn.
18.05 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Le
spécialiste de cette matière est employé au cabinet
du ministre. C'est de très bon augure. J'espère que
le ministre nous tiendra informés. La situation au
parquet de Bruxelles est effroyable. On n'y trouve
même pas de magistrats ­ unilingues ­ de
complément pour occuper les postes vacants. C'est
dû au fait que ce parquet jouit d'une mauvaise
réputation. C'est un mastodonte qui se débat avec
un arriéré gigantesque. Autre problème : il y a trop
peu de candidats pour occuper les postes vacants
de magistrat du parquet en matière financière. Ce
problème ne pourra être résolu qu'en soutenant
mieux ces magistrats en prévoyant par exemple
que chacun d'eux doit se voir attribuer un juriste du
parquet. Au demeurant, si les parquets ont besoin
de personnel supplémentaire, le secrétaire d'Etat
Devlies n'y est pour rien. La vérité, c'est que le
parquet de Bruxelles doit être scindé pour être
gérable.
18.06 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
gaat hier over zeer complexe misdrijven waarvoor
een mislukking van het gerechtelijk onderzoek
inderdaad onaanvaardbaar is, maar beweren dat de
oplossing erin bestaat meer mensen hierop af te
sturen is onjuist. Er is immers ook een probleem
van management en organisatie van de
procedures.
De
parlementaire
onderzoekscommissie moet dit uitspitten. Justitie is
ook maar een deel van het plaatje. De beste
aanpak bestaat erin het probleem af te zonderen, te
beperken in de tijd en ondertussen geen nieuwe
gerechtelijke achterstand op te bouwen.
18.06 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il s'agit en l'espèce de délits très complexes pour
lesquels un échec de l'enquête judiciaire est en
effet inacceptable. Mais il est erroné d'affirmer que
la solution consiste à augmenter le nombre de
personnes auxquelles il est recouru. Il y a en effet
aussi un problème de gestion et d'organisation des
procédures.
La
commission
d'enquête
parlementaire doit faire le point à cet égard. La
justice n'est qu'un acteur parmi d'autres. La
meilleure approche consiste à isoler le problème, à
le limiter dans le temps et à éviter entre temps de
créer un nouvel arriéré judiciaire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19 Samengevoegde vragen van
- de heer Bart Laeremans aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het vogelvrij
verklaren van politie-inspecteurs door het
Brussels parket" (nr. 4755)
- de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"jonge
delinquenten" (nr. 4751)
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de gebrekkige
19 Questions jointes de
- M. Bart Laeremans au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la politique du parquet de
Bruxelles qui expose les inspecteurs de police
aux agressions" (n° 4755)<br>- M. Michel Doomst au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les jeunes délinquants"
(n° 4751)<br>- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les lacunes de la lutte
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
aanpak van de straatcriminaliteit in Anderlecht"
(nr. 4758)
contre la criminalité urbaine à Anderlecht"
(n° 4758)</b>
19.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Op 17
april werd de combi van een politiepatrouille in
Anderlecht beschoten door een jongerenbende.
Eens uitgestapt, werden de inspecteurs omsingeld
en belaagd door een bende jonge allochtonen.
Twee herrieschoppers werden gearresteerd, een
van hen had een bus peperspray op zak. Later op
de avond kwam een vijftal zeer agressieve jongeren
de vrijlating eisen van hun aangehouden makkers,
waarbij een inspecteur werd aangevallen op het
commissariaat. De dader werd aangehouden.
De volgende dag werden drie geweldplegers reeds
vrijgelaten, tot verbijstering van de politie en
ondanks zeer zware protesten. Het parket geeft
aldus eigenlijk aan dat politiemensen in Brussel
vogelvrij zijn en zo ontstaat een absolute
straffeloosheid.
Getuigenissen van de politiediensten bevestigen dit:
strafbare feiten, gepleegd door jonge delinquenten,
blijven ongestraft en deze delinquenten worden
heer en meester van de straat. Soms worden
politiecontroles zelfs niet uitgevoerd om rellen of
erger te voorkomen.
Kan de minister een relaas geven van de feiten of
spreekt hij deze tegen? Van welke misdrijven
worden de daders beticht? Werd het jeugddossier
ingekeken, zoals de nieuwe wetgeving toelaat?
Zullen de feiten onderzocht worden? Waarom heeft
men de betrokkenen zo snel laten gaan? Heeft de
snelle vrijlating te maken met de overbevolking in
de gevangenis van Vorst?
19.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Le
17 avril, la camionnette d'une patrouille de police a
été prise pour cible par une bande de jeunes à
Anderlecht. Après être sortis du véhicule, les
inspecteurs ont été encerclés et agressés par de
jeunes allochtones. Deux des malfaiteurs, dont un
était muni d'un spray au poivre, ont été arrêtés. Plus
tard dans la soirée, cinq jeunes très agressifs sont
venus exiger la libération de leurs acolytes et ont
agressé un inspecteur du commissariat. L'auteur
des voies de fait a été appréhendé.
Trois des auteurs ont été relaxés dès le lendemain,
à la stupéfaction de la police et en dépit de vives
protestations. En fait, le parquet donne ainsi
l'impression que les policiers bruxellois sont
considérés comme quantité négligeable, ce qui crée
une totale impunité.
Plusieurs témoignages des services de police
confirment cet état de choses : les délits commis
par de jeunes délinquants demeurent impunis et
ces délinquants font la loi dans la rue. Il arrive
même que des contrôles de police ne soient pas
effectués pour éviter des échauffourées, voire des
actes plus graves.
Le ministre pourrait-il relater les faits ou les infirme-
t-il ? Quels délits sont reprochés aux auteurs des
faits ? Le dossier de la jeunesse a-t-il été consulté,
comme le permet la nouvelle législation ? Les faits
feront-ils l'objet d'une enquête ? Pourquoi a-t-on
relâché les intéressés aussi rapidement ? Cette
libération rapide est-elle liée à la surpopulation de la
prison de Forest ?
Bestaan
er
instructies
inzake
de
snelle
invrijheidsstelling
van
straatcriminelen?
Politiemensen vertellen mij dat zolang een
inspecteur ten gevolge van de feiten geen zeven
dagen werkonbekwaam is, de daders hoe dan ook
worden vrijgelaten. Hoe staat de minister tegenover
een dergelijk laks beleid van vrijlating? Vindt hij de
precaire positie van de Brusselse agenten normaal?
Heeft hij instructies gegeven aan het Brussels
parket of heeft hij weet van een tuchtprocedure
tegen de magistraat die zo lichtzinnig heeft
gehandeld? Gaat de minister akkoord met de
analyse van de politievakbond dat misdrijven
gepleegd door een bende, efficiënter moeten
worden bestraft?
Existe-t-il des instructions en matière de libération
rapide de délinquants urbains ? Des policiers m'ont
raconté que si un inspecteur n'est pas en incapacité
de travail pendant sept jours à la suite des faits dont
il a été victime, les auteurs sont, en tout état de
cause, libérés. Quelle position le ministre adopte-t-il
à l'égard d'une politique de remise en liberté aussi
laxiste ? La situation précaire dans laquelle se
trouvent les policiers bruxellois lui paraît-elle
normale ?
A-t-il donné des instructions au parquet de
Bruxelles ou a-t-il connaissance d'une procédure
disciplinaire à charge du magistrat qui a fait preuve
d'une telle désinvolture ? Le ministre souscrit-il à
l'analyse du syndicat de la police selon laquelle il
conviendrait de sanctionner plus efficacement les
délits commis par les bandes ?
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
19.02 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Het is
weliswaar zaak om niet te snel te veralgemenen en
uit te vergroten, maar er is wel degelijk een steeds
weerkerend probleem met straatdelinquentie. De
politie pakt regelmatig jonge delinquenten op, maar
blijkbaar worden die toch te snel weer vrijgelaten.
Dit frustreert de politie in hoge mate en het verhoogt
het gevoel van straffeloosheid bij de jongeren.
Vindt de minister deze situatie problematisch?
Welke maatregelen wil hij nemen?
19.02 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Il importe
en effet de ne pas faire d'amalgame ni d'amplifier
hâtivement certains faits mais la délinquance
urbaine est effectivement un problème récurrent. La
police arrête fréquemment de jeunes délinquants
mais à l'évidence, ceux-ci sont libérés trop
rapidement, ce qui fait naître de profondes
frustrations dans les rangs de la police et accroît le
sentiment d'impunité chez les jeunes.
Le ministre estime-t-il que cette situation pose
problème ? Quelles mesures compte-t-il prendre ?
Moeten we stilaan niet komen tot een
resultaatsverbintenis, vermits het hier gaat om
feiten die zich blijven herhalen zonder opgelost te
raken?
Ne faut-il pas tout doucement en arriver à un
engagement de résultat, puisqu'il s'agit ici de faits
répétitifs qui ne trouvent pas de solution?
19.03 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Onze
Grondwet bepaalt dat het openbaar ministerie
onafhankelijk is inzake de individuele opsporing en
vervolging, maar dat de bevoegde minister het recht
heeft om de vervolging te bevelen en om bindende
richtlijnen voor het strafrechtelijk beleid vast te
leggen, inclusief die van de opsporing en de
vervolging.
Het fenomeen van criminaliteit in Anderlecht, meer
bepaald in de Berchemstraat in Kuregem, is
voldoende bekend. De vraag is echter of de
bevoegde procureur daar in samenspraak met de
andere betrokkenen een specifieke strategie
tegenover stelt. De feiten lijken dit alleszins tegen te
spreken. Soms lijken de procureurs de beste
advocaten van de straatcriminelen, met meer
aandacht voor details in een wettekst dan voor wat
er werkelijk gebeurt.
19.03 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : La
Constitution consacre l'indépendance du parquet
pour ce qui est de la recherche et des poursuites
individuelles mais dispose aussi que le ministre
compétent a le droit d'ordonner des poursuites et
d'établir des directives contraignantes pour la
politique pénale, en ce compris la recherche et les
poursuites.
Le phénomène de criminalité rencontré à
Anderlecht, plus particulièrement rue de Berchem à
Cureghem, est suffisamment connu. La question se
pose toutefois de savoir si le procureur compétent a
défini à ce propos une stratégie spécifique en
concertation avec les autres intéressés. Les faits
donnent en tout cas à penser le contraire. On a
parfois le sentiment que les procureurs sont les
meilleurs avocats des délinquants de rue et qu'ils
attachent plus d'importance aux détails d'un texte
législatif qu'aux faits proprement dits.
Is er tussen de procureur van Brussel en de
burgemeester van Anderlecht geen sprake van
overleg? Wanneer is er voor het laatst een contact
geweest tussen beiden? Zijn er afspraken gemaakt
tussen politie en parket over de aanpak van de
problemen? Bestaan er richtlijnen van de procureur
van Brussel met betrekking tot de aanpak van
straatcriminaliteit? Voorziet het College van
procureurs-generaal in richtlijnen ter zake? Zal de
minister zelf enig initiatief nemen?
N'y a-t-il aucune concertation entre le procureur de
Bruxelles et le bourgmestre d'Anderlecht ? A quand
remonte le dernier contact entre ces personnes ?
Des accords ont-ils été conclus entre la police et le
parquet sur la façon de gérer ce type de problème ?
Existe-t-il des consignes du procureur de Bruxelles
concernant la gestion de la criminalité urbaine ? Le
collège des procureurs généraux donne-t-il des
consignes en la matière ? Le ministre compte-t-il
prendre lui-même certaines initiatives ?
19.04 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands):
Allereerst de feiten: op donderdag 17 april reed een
politiewagen op de Bergensesteenweg. De
inzittenden hoorden plots een impact op het
koetswerk en de knal van een luchtdrukgeweer. De
agenten merkten dan een groep van een tiental
jongeren in de onmiddellijke buurt. De groep
verwijderde zich, maar de politie sprak een
19.04 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Revenons-en d'abord aux faits. Le jeudi 17 avril,
alors qu'une voiture de police circulait sur la
chaussée de Mons, les occupants du véhicule ont
entendu un impact sur la carrosserie et la
détonation d'une carabine à air comprimé. Les
agents ont alors remarqué la présence d'un groupe
d'une dizaine de jeunes dans les environs
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
achtergebleven jongere aan, waarna zowat dertig
jongeren terugkwamen en de agenten omsingelden.
Een van de jongeren die de anderen ophitste, werd
gearresteerd, net als een tweede jongere die bij de
arrestatie tussenbeide kwam en de agenten
provoceerde. Tijdens de fouillering op het
commissariaat werd bij een van de jongeren een
peperspray gevonden.
Een vijftal personen kwam vervolgens op het
politiekantoor de vrijlating van het duo eisen. Een
van hen gaf een agent een duw en werd daarop
gearresteerd. Geen van de agenten raakte gewond.
Het parket werd om 19.45 uur gecontacteerd en
bevestigde de aanhouding van drie individuen voor
feiten van weerspannigheid. Het trio werd
vrijdagnamiddag door de parketmagistraat verhoord
en vervolgens in vrijheid gesteld met de mededeling
dat de vrijlating geenszins een stopzetting van de
strafvervolging inhield.
Het parket zal strikt de richtlijnen van het College
van procureurs-generaal over het strafrechtelijke
beleid inzake doelgroepen, zoals politiediensten die
het slachtoffer zijn van agressie, volgen.
Geen enkel element in het dossier maakt het
mogelijk een verband te leggen tussen het schot
van
de
luchtkarabijn
en
de
feiten
van
weerspannigheid: het gaat dus niet om gewapende
weerspannigheid. De peperspray is niet tegen de
agenten gebruikt, maar werd pas bij de fouillering
op het politiebureau gevonden. Geen van de drie
gearresteerden maakte het voorwerp uit van een
voorwaardelijke of voorlopige invrijheidsstelling en
hun strafregister is blanco.
Gelet op het feit dat er geen verband kon worden
gelegd tussen de feiten van weerspannigheid en
wapengebruik, was het parket van oordeel dat er
geen aanleiding was om een echt gerechtelijk
onderzoek te openen, met vordering van een
onderzoeksrechter en voorlopige hechtenis. Een
van de jongeren heeft sinds drie jaar een vaste
betrekking, de tweede begint op 1 mei te werken en
de derde loopt nog school. Het parket benadrukt
bovendien dat de drie de nacht in de cel hebben
doorgebracht en pas vrijdag in de namiddag werden
vrijgelaten.
Na
het
afsluiten
van
het
opsporingsonderzoek kunnen ze het voorwerp
uitmaken van een rechtstreekse dagvaarding.
Insinuaties als zou de vrijlating te maken hebben
met plaatsgebrek zijn niet correct. Zij werden
voornamelijk vrijgelaten omdat er geen verband kon
gelegd worden met het schot.
immédiats. Le groupe s'est éloigné, mais la police
s'est adressée à un jeune qui était resté sur place, à
la suite de quoi une trentaine de jeunes sont
revenus et ont encerclé les agents. Un de ces
jeunes, qui excitait les autres, fut alors arrêté, de
même qu'un deuxième qui s'était interposé lors de
l'arrestation du premier et qui provoquait les agents.
Lors de la fouille corporelle, au commissariat, un
spray au poivre a été trouvé sur l'un d'eux.
Plus tard, environ cinq personnes sont arrivées au
bureau de police pour exiger la libération des deux
jeunes qui avaient été appréhendés. L'une de ces
personnes, qui avait bousculé un agent, a alors
également été arrêtée. Aucun agent n'a été blessé.
A 19 h 45, le parquet a été contacté et a confirmé
l'arrestation de trois individus pour faits de rébellion.
Le trio a été entendu par le magistrat du parquet le
vendredi après-midi et a été ensuite remis en
liberté, étant clairement entendu que cette libération
ne signifiait en rien un arrêt des poursuites pénales.
Le parquet suivra scrupuleusement les directives du
collège des procureurs généraux sur la politique
criminelle à mener à l'égard de certains groupes
cibles, notamment lorsque des services de police
sont victimes d'agressions.
Aucun élément du dossier ne permet d'établir un
lien entre le coup tiré par la carabine à air comprimé
et les faits de rébellion : il ne s'agit donc pas d'un
cas de rébellion armée. Le spray au poivre n'a pas
été utilisé contre les agents et n'a été trouvé que
lors de la fouille menée au bureau de police.
Aucune des trois personnes arrêtées ne faisait
l'objet d'une mise en liberté conditionnelle ou
provisoire, et leur casier judiciaire est vierge.
Eu égard au fait qu'aucun lien n'a pu être établi
entre les faits de rébellion et l'usage d'une arme, le
parquet a jugé qu'il n'y avait pas lieu d'ouvrir une
véritable enquête judiciaire avec réquisition d'un
juge d'instruction et détention préventive. L'un des
jeunes concernés a un emploi fixe depuis trois ans,
le second commence à travailler le 1
er
mai prochain
et le troisième est encore aux études. Le parquet
souligne en outre le fait que les trois jeunes ont
passé la nuit en cellule et n'ont été libérés que dans
le courant de l'après-midi du vendredi. Après la
clôture de l'information, ils pourront faire l'objet
d'une citation directe.
Les insinuations selon lesquelles la libération serait
liée à un manque de place ne sont pas correctes.
Les jeunes concernés ont été principalement libérés
parce qu'aucun lien n'a pu être établi avec le coup
de fusil.
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
Ik denk dat ik mij niet moet uitspreken over de
houding van het parket.
Je ne pense pas devoir me prononcer sur l'attitude
du parquet.
Ik betreur alleen het gebrek aan communicatie. Het
parket had er goed aan gedaan sneller duidelijkheid
te scheppen over zijn houding. Ik denk dat de
publieke opinie recht heeft op die informatie.
Wanneer
bepaalde
feiten,
waaronder
weerspannigheid, in bende worden gepleegd, is dit
volgens het Strafwetboek een verzwarende
omstandigheid.
In
het
kader
van
het
arrondissementeel
rechercheoverleg
vinden
er
regelmatig
vergaderingen plaats tussen de politie en het
parket. De procureur des Konings van Brussel heeft
de burgemeester van Anderlecht tien dagen
geleden nog ontmoet. Bovendien is er wekelijks een
briefing van het parket over de aanpak van de
stadscriminaliteit.
Voor zover ik kan nagaan bestaat er geen
specifieke rondzendbrief over straatcriminaliteit. De
feiten, zoals trouwens de recente incidenten met
autobussen in dezelfde wijk, zijn zorgwekkend. Het
pas afgekondigde Nationaal Veiligheidsplan (NVP)
bepaalt dat er op politie- en parketniveau een
uniforme en systematische registratie moet komen
van jonge veelplegers, zodat die delinquentie in
kaart kan worden gebracht en er op de meest
adequate manier gereageerd kan worden bij nieuwe
feiten.
Naar aanleiding van de goedkeuring van het NVP,
hebben wij het College van procureurs-generaal
ook gevraagd verslag uit te brengen over de wijze
waarop onze prioriteiten kunnen worden omgezet in
interne richtlijnen. Het College heeft daarvoor twee
maanden de tijd. Ik zal er uiteraard over waken dat
ook de problematiek van de straatcriminaliteit en de
overlast in de publieke ruimte aan bod komt in deze
richtlijnen voor het openbaar ministerie.
De opsporing van de onbekende schutter wordt
voortgezet en ook de feiten van weerspannigheid
zullen niet zonder gevolgen blijven. Het is dus niet
juist dat het gerecht niet gereageerd heeft.
Je regrette l'absence de communication. Il eût été
préférable que le parquet explique plus rapidement
sa position. Je considère que l'opinion publique a le
droit d'être informée en la matière.
Le Code pénal parle de « circonstances
aggravantes » lorsque certains faits, comme la
rébellion, sont commis en bande.
La police et le parquet se réunissent régulièrement
dans le cadre de la concertation « recherche » par
arrondissement. Le procureur du Roi de Bruxelles a
encore rencontré le bourgmestre d'Anderlecht voici
dix jours. De plus, le parquet consacre un briefing à
la lutte contre la criminalité urbaine chaque
semaine.
Sauf erreur de ma part, il n'existe pas de circulaire
spécifique en matière de criminalité de rue. Les faits
en question sont préoccupants, au même titre
d'ailleurs que les incidents survenus récemment
dans le même quartier avec des bus. Le plan
national de sécurité (PNS), qui vient d'être annoncé,
prévoit l'enregistrement uniforme et systématique
des jeunes multirécidivistes, de manière à pouvoir
dresser la carte de ce type de délinquance et à
réagir le plus adéquatement possible lorsque de
nouveaux faits sont commis.
À la suite de l'adoption du PNS, nous avons aussi
demandé au Collège des procureurs généraux de
rédiger un rapport sur la transposition de nos
priorités dans des directives internes. Le Collège
dispose de deux mois pour ce faire. Je veillerai
évidemment à ce que la question de la criminalité
de rue et des nuisances dans les espaces publics
soit abordée dans ces directives destinées au
ministère public.
L'auteur des coups de feu est toujours recherché et
les faits de rébellion ne resteront pas sans suite. Il
est donc inexact d'affirmer qu'il n'y a pas de
réaction judiciaire.
Ik betreur wat er gebeurd is, dat het vaak om jonge
veelplegers gaat en dat het fenomeen van de
straatcriminaliteit alleen maar erger schijnt te
worden. We mogen geen enkele inspanning nalaten
om dit fenomeen te stoppen en ook justitie zal
daarin niet achterblijven. Maar justitie alleen kan
niet alles oplossen. Het gerecht speelt doorgaans
pas op het einde van het verhaal een rol, als er al
Je déplore ce qui s'est passé, tout comme je
regrette qu'il s'agisse souvent de jeunes
multirécidivistes et que le phénomène de la
criminalité de rue semble s'aggraver. Nous ne
devons pas ménager nos efforts pour mettre fin à
ce phénomène et la justice ne restera pas non plus
à la traîne à cet égard. Mais la justice seule ne peut
résoudre l'ensemble du problème. Elle n'intervient
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
28
veel misgelopen is en als zelfs een harde
repressieve aanpak niet meer alleenzaligmakend
kan zijn.
De
aanpak
van
een fenomeen als
de
straatcriminaliteit is een zaak van velen: van politie
en justitie uiteraard, maar ook van scholen,
buurtorganisaties,
ouders,
ouderverenigingen,
straathoekwerkers, lokale besturen enzovoort.
Vandaar dat alle actoren met elkaar moeten
overleggen,
teneinde
te
komen
tot
een
gecoördineerde aanpak.
Dit soort probleemgedrag begint al op vroege
leeftijd met kansarmoede, spijbelgedrag en ouders
die geen controle meer hebben over hun kinderen.
Het eindigt met apathie, arrogantie en agressie. Op
die manier vormt zich een verloren generatie. Die
massaal in de gevangenis stoppen is uiteraard geen
oplossing. Een bredere aanpak is nodig.
Alle verklaringen die voor delinquent gedrag kunnen
worden gegeven, zijn echter geen excuus voor
justitie om haar taak niet te vervullen en op te
treden tegen straatcriminaliteit. Er mag geen gevoel
van straffeloosheid ontstaan.
De feiten in Anderlecht moeten zeer ernstig worden
genomen. Dit zijn eigenlijk uitwassen van een
onderliggend probleem, dat terug te voeren is tot
het wegvallen van de sociale cohesie.
généralement qu'à la fin du processus, lorsque bien
des choses ont mal tourné et que même une
approche dure et répressive ne permet plus de tout
résoudre.
La lutte contre un phénomène tel que la
délinquance urbaine est l'affaire de nombreux
acteurs : la police et la justice évidemment, mais
aussi les écoles, les organisations de quartier, les
parents, les associations de parents, les éducateurs
de rue, les pouvoirs locaux, etc. C'est la raison pour
laquelle tous ces acteurs doivent se concerter, pour
mener une action coordonnée.
Ce type de comportement à problèmes se
manifeste déjà à un âge précoce, par la précarité,
l'absentéisme scolaire et l'impossibilité pour les
parents d'encore contrôler leurs enfants. Il
débouche sur l'apathie, l'arrogance et l'agressivité.
On assiste ainsi à la constitution d'une génération
perdue. La solution ne consiste évidemment pas à
incarcérer massivement ces jeunes. Une approche
plus large s'impose.
Toutes les déclarations susceptibles d'expliquer le
comportement
des
délinquants
ne
doivent
évidemment pas servir d'excuse à la justice pour ne
pas remplir sa mission et ne pas sanctionner la
criminalité urbaine. Il ne faut pas générer un
sentiment d'impunité.
Les faits qui se sont déroulés à Anderlecht doivent
être pris très au sérieux. Il s'agit en fait de dérives
d'un problème sous-jacent qui procède de la
disparition de la cohésion sociale.
Bij de voorstelling van het NVP 2008-2011 heb ik
gezegd dat dit geen vrijblijvende tekst was, maar
een beleidsinstrument waarmee we aan de slag
moeten. De strijd tegen de straatcriminaliteit wordt
er met zoveel woorden als prioriteit in vernoemd.
Ik roep de procureur des Konings van Brussel en de
burgemeesters van de politiezone Brussel-Zuid op
om in hun zonaal veiligheidsplan prioritair aan deze
problematiek aandacht te besteden en om concrete
initiatieven te nemen. Ik verwacht een concreet
actieplan, met de toewijzing van voldoende
capaciteit. Dit betekent natuurlijk ook dat justitie zich
moet engageren om dat plan mee te helpen
waarmaken.
Veiligheid is echter niet alleen een zaak van politie
en justitie, al vormt het hun core business. De
procureur en de burgemeesters moeten daarom
ook andere actoren betrekken bij hun aanpak, zoals
de vervoersmaatschappijen, de scholen en de
plaatselijke leefgemeenschappen. Zo moeten wij
Lors de la présentation du PNS 2008-2011, j'ai
indiqué qu'il ne s'agissait pas d'un texte informel
mais d'un instrument de politique à mettre en
oeuvre. La lutte contre la criminalité de rue y est
explicitement mentionnée comme priorité.
J'appelle le procureur du Roi de Bruxelles et les
bourgmestres de la zone de police Bruxelles-Midi à
accorder la priorité à ce problème dans le cadre de
leur plan zonal de sécurité, ainsi qu'à prendre des
initiatives concrètes. J'attends également un plan
d'action concret et l'attribution d'une capacité
suffisante, ce qui signifie bien sûr également que la
Justice doit s'engager à contribuer à la mise en
oeuvre de ce plan.
La sécurité ne relève toutefois pas uniquement de
la police et de la Justice, bien qu'il s'agisse de leur
mission
principale.
Le
procureur
et
les
bourgmestres doivent dès lors associer d'autres
acteurs à leur approche, tels que les sociétés de
transport, les écoles et les communautés de vie
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
29
komen tot wat in het NVP een alert bestuur wordt
genoemd, waarbij ieder binnen zijn bevoegdheid
zijn verantwoordelijkheid opneemt.
Ik heb de burgemeester van Anderlecht en de
procureur uitgenodigd voor een gesprek. Met de
ondersteuning van de dienst voor Strafrechtelijk
Beleid zal het veiligheidsplan Brussel-Zuid moeten
uitgroeien tot een realistisch plan met tastbare
resultaten op het terrein, dat model kan staan voor
andere veiligheidsplannen.
Een geïntegreerde aanpak is de beste aanpak. We
mogen ons niet bij de feiten neerleggen. Ook mijn
collega van Binnenlandse Zaken heeft trouwens al
initiatieven genomen. Voor alle Brusselse zones
worden de pijnpunten in kaart gebracht. Ik doe een
oproep aan alle betrokken zones om dit initiatief te
steunen en samen te werken om resultaten te
boeken.
Justitie zal niet met klamme handen toekijken, maar
is bereid mee te werken aan de uitvoering van de
zonale veiligheidsplannen. Ik hoop dat de
verantwoordelijken op het terrein deze uitgestoken
hand van het gerecht en de FOD Justitie zullen
aannemen.
locales. Nous devons ainsi parvenir à la gestion
vigilante évoquée dans le PNS, chacun assumant
ses responsabilités dans son domaine de
compétence.
J'ai convié le bourgmestre d'Anderlecht et le
procureur à un entretien. Avec l'appui du Service de
la Politique criminelle, le plan de sécurité Bruxelles-
Midi devra devenir un plan réaliste, se traduisant
par des résultats tangibles sur le terrain et pouvant
servir de modèle à d'autres plans de sécurité.
La meilleure approche est une approche intégrée.
Nous ne pouvons nous incliner devant les faits. Mon
collègue de l'Intérieur a d'ailleurs lui aussi déjà pris
des initiatives. Les problèmes seront identifiés pour
l'ensemble des zones bruxelloises. J'appelle toutes
les zones concernées à soutenir cette initiative et à
collaborer pour atteindre des résultats.
Le département de la Justice ne restera pas les
bras croisés mais est prêt à collaborer à la mise en
oeuvre des plans zonaux de sécurité. J'espère que
les responsables sur le terrain saisiront cette main
tendue par la Justice et le département de la
Justice.
19.05 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Ik ben
niet tevreden met dit antwoord. Volgens de minister
heeft justitie haar verantwoordelijkheid opgenomen,
maar dat is duidelijk niet het geval. Men had de
jongeren in voorhechtenis kunnen nemen, maar
men heeft dat niet gedaan. Het gaat om ernstige
feiten: omsingeling van de politie, geweld tegen de
politie, verboden wapendracht. Bovendien zijn de
jongeren de politie in het politiebureau zelf komen
intimideren. Ze zijn komen eisen dat hun
aangehouden vrienden zouden worden vrijgelaten
en ze hebben uiteindelijk ook hun zin gekregen!
Intimidatie loont dus en de straat dicteert de wet. Op
die manier wakkert het gerecht de criminaliteit aan,
in plaats van de criminaliteit te bestrijden.
De minister heeft het parket te omzwachteld
behandeld. Hij had de procureur moeten
terechtwijzen, anders verandert er niets. Er is een
totaal fout signaal gegeven en de minister moet
daar tegenin gaan. Hij durft echter niet krachtig op
te treden en denkt alleen aan maatregelen op de
lange termijn. Justitie moet juist kort op de bal
spelen, er moeten voorbeelden worden gesteld.
Zoniet zullen die kerels zich machtiger en machtiger
voelen en zullen er uiteindelijk doden vallen. Het
parket en de minister zullen die doden op hun
geweten hebben.
19.05 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Cette
réponse ne me satisfait pas. Selon le ministre, la
Justice a assumé ses responsabilités mais cela n'a
manifestement pas été le cas. Ces jeunes auraient
pu être placés en détention préventive mais cela n'a
pas été fait. Les faits qu'ils ont commis sont
pourtant graves : encerclement de policiers, usage
de violence contre des policiers, port d'arme illicite.
De plus, ces jeunes sont allés intimider la police
dans ses propres locaux, exigeant la libération de
leurs amis arrêtés et le comble, c'est qu'ils ont fini
par obtenir ce qu'ils voulaient ! Moralité : les
manoeuvres d'intimidation paient et c'est la rue qui
fait la loi. En se comportant de cette manière, la
justice favorise la criminalité au lieu de la
combattre.
Le ministre a traité le parquet avec trop d'égards. Il
aurait dû rappeler à l'ordre ce procureur, sinon rien
ne changera. Un signal totalement erroné a été
envoyé à ces jeunes et le ministre se doit de
prendre des mesures allant à contre-courant de ce
mauvais signal. Mais il n'ose pas agir avec vigueur
et ne songe qu'à prendre des mesures à long
terme. Or la justice doit réagir instantanément et
faire des exemples. Sinon, ces voyous se sentiront
de plus en plus sûrs d'eux-mêmes et il finira par y
avoir des morts. Le parquet et le ministre auront ces
morts sur leur conscience.
19.06 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Uit het 19.06 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Il ressort
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
30
antwoord van de minister blijkt dat hij het dossier tot
in de puntjes kent en serieuze beleidsmaatregelen
neemt.
Tot op zekere hoogte volg ik de heer Laeremans:
op korte termijn is er inderdaad repressie nodig.
Daarnaast moet dit probleem echter ook op breder
maatschappelijk vlak worden bekeken. Dit is een
grootstedelijk probleem dat een antwoord vraagt.
Men moet daarvoor naar de wortel van het
probleem gaan. Naast een aanpak op korte termijn,
is een projectmatige aanpak waaraan alle
beleidsmakers meewerken, daarom essentieel.
Ik hoop dat de minister slaagt in zijn opzet en dat wij
hier al over enkele maanden de concrete projecten
van het zonaal veiligheidsplan kunnen evalueren. Ik
pleit voor een duidelijke resultaatsverbintenis, er
moeten zichtbare antwoorden komen.
de la réponse du ministre qu'il connaît ce dossier
sur le bout des doigts et prendra des mesures
politiques sérieuses.
Je suis d'accord avec M. Laeremans jusqu'à un
certain point : une répression est effectivement
nécessaire à court terme. Mais il convient aussi
d'aborder ce problème dans un contexte social plus
large car ce fléau affecte les grandes villes. Pour
l'éradiquer, il faut prendre le mal à la racine. Outre
une approche à court terme, une approche passant
par un projet auquel participeraient tous les
décideurs politiques est donc essentielle.
J'espère que le ministre réussira dans son
entreprise et que nous pourrons déjà évaluer dans
quelques mois les projets concrets s'inscrivant dans
le plan zonal de sécurité. Je plaide en faveur d'une
obligation de résultats claire car il faut selon moi
que des réponses visibles soient apportées à ce
problème.
19.07 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Ik ben
tevreden met het antwoord dat de minister vandaag
geeft. Het is beter dan zijn eerste reactie. Door een
onderhoud te beleggen met de burgemeester van
Anderlecht en de procureur, toont de minister dat hij
zijn verantwoordelijkheid neemt. Ik steun de
minister in zijn opzet om van het zonaal
veiligheidsplan voor Brussel-Zuid een voorbeeld te
maken.
Het is de verantwoordelijkheid van de minister van
Justitie om het strafbeleid in goede banen te leiden.
Hij trekt dan ook de juiste conclusie door te zeggen
dat er iets moet worden gedaan aan de situatie in
Anderlecht.
Wij zullen wel de timing goed opvolgen. Er moet
immers voor worden opgelet dat het College van
procureurs-generaal niet te veel tijd krijgt ­ en
neemt! ­ om een ander te implementeren. Een
dringend optreden is nodig.
Ik volg de minister in zijn stelling dat er geen nieuwe
wetten nodig zijn. Belangrijk is dat hij heeft gezegd
dat de procureur van Brussel een verdere
aanhouding `niet opportuun' achtte. Daaruit blijkt dat
de procureur een foute inschatting heeft gemaakt
en dat de wet wel degelijk toeliet om op te treden.
Ik zou nog graag weten wat de timing van de
minister is.
19.07 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : La réponse
fournie aujourd'hui par le ministre me donne
satisfaction. Je la préfère à sa réaction initiale. En
organisant un entretien avec le bourgmestre
d'Anderlecht et le procureur, le ministre montre qu'il
prend ses responsabilités. Je soutiens son projet de
faire du plan de sécurité zonal pour Bruxelles-Sud
un exemple.
Il appartient au ministre de la Justice de mener à
bien la politique répressive. En affirmant que la
situation à Anderlecht exige des mesures, il tire les
conclusions qui s'imposent.
Nous resterons cependant attentifs au respect du
calendrier. Le Collège des procureurs généraux ne
doit pas disposer de trop de temps ­ ni en prendre
trop - pour tout mettre en oeuvre. Il faut agir
d'urgence.
Comme le ministre, j'estime qu'il ne faut pas de
nouvelles lois. Il a indiqué ­ et c'est important - que
le procureur de Bruxelles n'a pas jugé opportun de
prolonger l'état d'arrestation. On peut en déduire
que le procureur a commis une erreur de jugement
et que la loi permettait bien d'intervenir.
J'aimerais aussi connaître le calendrier prévu par le
ministre.
19.08 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Bij
de opmaak van de zonale veiligheidsplannen is in
een timing voorzien. We moeten nagaan hoe we de
bestaande middelen zo maximaal mogelijk kunnen
19.08 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Les plans zonaux de sécurité tels qu'ils ont été
établis étaient accompagnés d'un calendrier. Nous
devons envisager la meilleure manière d'utiliser les
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
31
inzetten om wat gebeurd is, in de toekomst te
vermijden. Om van het zonaal veiligheidsplan een
succesverhaal te maken, is de inzet van velen
vereist. Het mag geen vage tekst zijn, geen
vrijblijvende oefening. Ik wil een duidelijke
investering doen, maar ook andere beleidsniveaus,
zoals
ruimtelijke
ordening,
moeten
hun
verantwoordelijkheid nemen.
moyens disponibles pour éviter une répétition des
faits. La réussite d'un plan zonal de sécurité exige
la participation de nombreux acteurs. Il ne peut en
aucun cas s'agir d'un texte flou, pas plus que d'un
exercice informel. Je veux investir dans le projet
mais j'attends aussi d'autres niveaux politiques, et
notamment de l'aménagement du territoire, qu'ils
prennent également leurs responsabilités.
19.09 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Wat opviel bij
de beelden die ik zag, is dat de feiten zich
afspeelden op een erg mooi en net plein. Er moet
dus worden opgelet met de uitspraak dat iedereen
verantwoordelijk is.
Ik hoop dat de procureur na het onderhoud met de
minister deze feiten niet langer als individuele feiten
zal behandelen. Er is meer aan de hand. Het gaat
hier over een fenomeen.
19.09 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : J'ai été
frappé, en voyant les images, de constater que les
faits se sont déroulés sur une belle place bien nette.
Peut-être faudrait-il dès lors se montrer prudent
avant de déclarer que tout un chacun est
responsable.
J'espère qu'après l'entretien avec le ministre, le
procureur ne traitera plus ces faits comme des faits
individuels. Ils sont en effet bien plus que cela à
mon sens. Je les considère quant à moi comme
illustratifs d'un véritable phénomène.
19.10 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Erger
nog dan de feiten zelf, vind ik de houding van het
parket. In het antwoord van de minister mis ik een
duidelijke berisping van het parket.
19.10 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Je
trouve que l'attitude du parquet est encore plus
grave que les faits eux-mêmes. Or dans la réponse
du ministre, je ne trouve nulle trace d'une
réprimande clairement adressée au parquet.
19.11 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): In individuele
zaken bestaat er onafhankelijkheid, anders werkt
het systeem niet. Dat de minister de procureur op
het matje roept en een onderhoud belegt, kan toch
niet anders worden geïnterpreteerd dan als een
blaam? Als de procureur zijn werk goed zou doen,
zou de minister daar immers geen energie in
moeten stoppen.
19.11 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Dans les
affaires individuelles, l'indépendance de la justice
est la règle. Sinon, le système ne peut pas
fonctionner. Comment interpréter, sinon comme un
blâme, le fait que le ministre convoque le procureur
à un entretien ? Si le procureur faisait son travail
convenablement, le ministre ne devrait pas y
investir de l'énergie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de bijkomende
gevangeniscapaciteit in Nederland" (nr. 4700)
20 Question de Mme Katrien Schryvers au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la capacité
carcérale
supplémentaire
aux
Pays-Bas."
20.01 Katrien Schryvers (CD&V - N-VA): Naar
verluidt zou in Nederland meer dan een vijfde van
de gevangeniscellen leeg staan. In het verleden
zouden er plannen gesmeed zijn geweest om ons
land een deel van die vrije cellen te laten huren.
Kan de minister dit bevestigen? De Regie der
Gebouwen zou dan weer overwogen hebben om de
VN-gevangenis naar België over te plaatsen. Wat is
daarvan aan?
20.01 Katrien Schryvers (CD&V - N-VA): Il me
revient qu'aux Pays-Bas, plus d'un cinquième des
cellules de prison seraient inoccupées. Dans le
passé, certains projets visant à faire louer une
partie de ces cellules vides par notre pays auraient
été échafaudés. Le ministre le confirme-t-il ? La
Régie des Bâtiments aurait, quant à elle, envisagé
de transférer en Belgique la prison du TPI à
Scheveningen. Qu'en est-il ?
20.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederland): Dit is
nu de derde keer dat ik op dezelfde vraag moet
antwoorden!
20.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
C'est la troisième fois que je dois répondre à la
même question !
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
32
De directeur-generaal Penitentiaire Inrichtingen
heeft begin december 2007 bij zijn Nederlandse
collega navraag gedaan naar de mogelijkheid om
Nederlandse cellen ter beschikking te stellen van in
België veroordeelde gevangenen. Deze vorm van
samenwerking werpt echter een aantal vragen van
juridische aard op. In een eerste reactie heeft de
Nederlandse collega zich dan ook eerder
gereserveerd opgesteld ten aanzien van deze
vraag. Dat denkspoor is voorlopig niet langer
relevant, zoals trouwens kan afgeleid worden uit het
masterplan voor de gevangenissen.
De eventuele overplaatsing van de VN-gevangenis
naar ons land is evenmin nog een optie. België is
niet geïnteresseerd in voorlopige oplossingen.
Dergelijke oplossingen zijn bovendien niet conform
de regels voor opsluitingen van lange duur in
humane omstandigheden.
Au début du mois de décembre 2007, le directeur
général des Etablissements pénitentiaires s'est
enquis auprès de son homologue néerlandais de la
possibilité de mettre des cellules néerlandaises à la
disposition de détenus condamnés en Belgique.
Toutefois, cette forme de coopération soulève
certaines questions d'ordre juridique. L'homologue
en question a d'abord réagi à cette demande de
façon plutôt réservée. Cette piste de réflexion n'est
provisoirement plus à l'ordre du jour, comme on
peut d'ailleurs le déduire du Masterplan 2008-2012
pour les prisons.
Quant au transfert de la prison du TPI dans notre
pays, il n'est plus envisageable non plus, les
solutions provisoires n'intéressant pas la Belgique.
En outre, des solutions de ce type ne sont pas
conformes aux règles applicables aux détentions de
longue durée dans des conditions humaines.
20.03 Katrien Schryvers (CD&V - N-VA): Deze
vraag was ingediend voor het masterplan voor de
gevangenissen bekend werd gemaakt.
20.03 Katrien Schryvers (CD&V - N-VA): Cette
question avait été introduite avant que le
"masterplan" pour les prisons ne soit rendu public.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
21 Vraag van de heer Renaat Landuyt aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
bevoegdheden
van
de
Commissie
voor
Modernisering van de Rechterlijke Orde"
(nr. 4726)
21 Question de M. Renaat Landuyt au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les compétences
de la Commission de modernisation de l'ordre
judiciaire" (n° 4726)</b>
21.01 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Naar verluidt
wil de minister de komende jaren alle advies- en
overlegorganen in en rond de gerechtelijke
organisatie consulteren en er protocolakkoorden
mee afsluiten. Kan de minister mij een opsomming
geven
van
alle
bestaande
advies-
en
overlegorganen? Wat staat in het protocolakkoord
met de Commissie voor de Modernisering van de
Gerechtelijke Organisatie? Met welke organen wil
de minister een protocolakkoord afsluiten en binnen
welke termijn?
21.01 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Le ministre a,
paraît-il, l'intention de consulter au cours des
prochaines années tous les organes consultatifs et
de concertation qui gravitent dans la sphère de
l'organisation judiciaire ou autour de celle-ci et de
conclure avec eux des protocoles d'accord. Le
ministre peut-il me communiquer une liste de tous
les organes consultatifs et de concertation
existants ? Que prévoit le protocole d'accord conclu
avec la Commission de modernisation de l'ordre
judiciaire ? Avec quels organes le ministre a-t-il
l'intention de conclure un protocole d'accord et dans
quel délai ?
21.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Ik
wil inderdaad al die organen betrekken bij de
hervormingsagenda, maar we zullen kritisch blijven
ten aanzien van hun adviezen. Het is dus zeker niet
de bedoeling om het absolute status-quo te
cultiveren.
Om zeker geen advies- of overlegorgaan te
vergeten, zal ik hier geen opsomming geven.
Enkele recente adviesorganen verdienen echter
21.02
Jo
Vandeurzen,
ministre (en
néerlandais) : Je compte, en effet, associer tous
ces organes au programme de réformes, mais nous
continuerons de porter un regard critique sur leurs
avis. Il ne s'agit donc absolument pas de cultiver le
statu quo.
Afin de ne pas oublier l'un ces organes consultatifs
ou d'avis, je m'abstiendrai de les énumérer ici.
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
33
bijzondere aandacht. Zij moeten hun plaats in het
gerechtelijk landschap nog innemen en met hen
maak ik in eerste instantie afspraken in een
protocolakkoord. Het gaat meer bepaald over de
Commissie voor de Modernisering van de
Gerechtelijke Organisatie, het Beheerscomité
Informatica en de Adviesraad van de Magistratuur.
Er zijn nog andere belangrijke organen die
overigens niet steeds het statuut hebben van
adviesorgaan, zoals de Hoge Raad voor de Justitie.
Quelques-uns méritent toutefois une attention
particulière. Ils doivent encore prendre leur place
dans le paysage judiciaire et je me contenterai, en
première instance, de conclure avec eux un
protocole d'accord. Il s'agit en particulier de la
Commission de modernisation de l'ordre judiciaire,
du Comité de gestion Informatique et du Conseil
consultatif de la magistrature. Par ailleurs, d'autres
instances importantes n'ont pas toujours le statut
d'organe consultatif. C'est le cas du Conseil
supérieur de la Justice.
Met de Commissie voor de Modernisering van de
Gerechtelijke
Organisatie
wordt
een
protocolakkoord
afgesproken
waarin
vier
opdrachten staan: de ontwikkeling en implementatie
van een werklastmeetinstrument bij de zetel, de
opstelling van functiebeschrijvingen voor het
personeel van niveau A en B ter uitvoering van de
wet van 25 april 2007 van het Gerechtelijk
Wetboek, de verbetering van het beheer van de
gerechtskosten en de bijdrage tot de transparantie
op de producten van de rechterlijke organisatie. Het
algemene protocol en de concrete werkafspraken
worden in mei officieel bekend gemaakt.
In mei wordt ook een protocolakkoord met het
Beheerscomité Informatica afgesloten. Dit moet de
informatisering van Justitie helpen schragen. Dan
worden ook de onderhandelingen gestart met de
Adviesraad voor de Magistratuur om tot een
akkoord te komen over welke thema's daar moeten
worden behandeld. Ik heb deze raad gevraagd om
tegen eind april een concreet projectplan op te
stellen voor de komende twee jaar over het sociaal
statuut, de werkomstandigheden en -voorwaarden
van de magistraten. Op basis daarvan zal een
protocolakkoord worden opgesteld.
Un protocole d'accord a été conclu avec la
Commission pour la modernisation de l'organisation
judiciaire.
Il
définit
quatre
missions :
le
développement et la mise en oeuvre d'un instrument
de mesure de la charge de travail au niveau du
siège, la rédaction de descriptions de fonction pour
le personnel des niveaux A et B en exécution de la
loi du 25 avril 2007 modifiant le Code judiciaire,
l'amélioration de la gestion des frais judiciaires et la
contribution à la transparence des produits de
l'organisation judiciaire. Le protocole général et les
accords de travail concrets seront officiellement
communiqués en mai.
En mai, un protocole d'accord sera conclu avec le
Comité de Gestion Informatique. Ce protocole
devrait contribuer à soutenir l'informatisation de la
Justice. Des négociations seront alors aussi
entamées avec le Conseil consultatif de la
Magistrature en vue d'un accord sur les thèmes qui
devront y être traités. Pour les deux prochaines
années, j'ai demandé à ce Conseil de rédiger, d'ici
fin avril, un plan d'action concret relatif au statut
social et aux conditions de travail des magistrats.
Un protocole d'accord sera ensuite arrêté sur cette
base.
21.03 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Is de
Commissie voor de Modernisering van de
Gerechtelijke Organisatie wel het meest geijkte
orgaan om de werklastmeting tot een goed einde te
brengen?
21.03 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : La
Commission de modernisation de l'ordre judiciaire
est-elle bien l'organe le plus approprié pour
procéder à la mesure de la charge de travail?
21.04 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Dat
is weer een ander debat. Die Commissie is niet
meer dan een van de partners die hierbij worden
betrokken.
21.04 Jo Vandeurzen, ministre (néerlandais) : Il
s'agit d'un autre débat. Cette Commission n'est
jamais qu'un des partenaires concernés.
21.05 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): De teksten die
deze Commissie publiceert, zijn goed voor degelijk
studiewerk, maar niet geschikt voor de dagelijkse
praktijk. Ik pleit ervoor een aantal voorzitters van
rechtbanken te consulteren.
21.05 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Les textes
publiés par cette Commission se prêtent à une
étude appropriée, mais conviennent moins à la
pratique quotidienne. Je préconise la consultation
d'un certain nombre de présidents de tribunaux.
21.06 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
Commissie Modernisering wordt niet dé eigenaar
21.06 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il n'appartiendra pas à la seule Commission de
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
34
van het product werklastmeting, maar er is nu
eenmaal een instantie nodig om een en ander
praktisch uit te werken. Ikzelf heb geen negatieve
ervaring met die Commissie, de heer Landuyt is ter
zake echter meer beslagen dan ik: hij heeft de
Commissie immers mee opgericht.
modernisation de mesurer la charge de travail. Il est
nécessaire de disposer d'un organe qui se charge
de l'élaboration pratique du processus. M. Landuyt
est davantage au fait de cette Commission puisqu'il
a participé à sa création, mais je voudrais souligner
que je n'ai jamais eu d'expériences négatives en ce
qui la concerne.
21.07 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Ik ben nu een
vrij man. Mijn reacties en commentaren zijn altijd
ingegeven door goede bedoelingen ten aanzien van
de materie justitie. Ik ben trouwens tot dusver
verheugd over de reacties van de minister, alleszins
meer dan over die van zijn eerste minister. Ik steun
de minister in zijn pogingen om de premier en
minister Reynders van zijn gelijk te overtuigen.
21.07 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Je suis
désormais un homme libre. Mes réactions et
commentaires se veulent toujours constructifs vis-à-
vis de la Justice. Je me félicite d'ailleurs jusqu'à
présent des réactions du ministre, davantage même
que de celles de son premier ministre. Je soutiens
le ministre dans sa tentative de convaincre ce
dernier ainsi que M. Reynders de la pertinence de
ses propos.
21.08 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands):
Vrees de Grieken die geschenken brengen!
21.08 Jo Vandeurzen , ministre (en néerlandais) :
Craignez les Grecs, craignez leurs présents
désastreux !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22 Vraag van mevrouw Els De Rammelaere aan
de vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de Koerdische
vrouwenbeweging van de PKK" (nr. 4731)
22 Question de Mme Els De Rammelaere au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le mouvement
des femmes kurdes au sein du PKK" (n° 4731)</b>
22.01 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA): Nadat
het gerecht getipt was over een PKK-trainingskamp
in ons land, vielen begin april de federale en lokale
politie binnen op PKK-centra in Brussel, Verviers en
Eupen. Daarbij werden Koerdische vrouwen
opgepakt en werden computers en documenten in
beslag genomen.
Diezelfde week oordeelde het Europees Hof van
Justitie dat de PKK ten onrechte op de lijst van
terreurbewegingen stond. Waarom werd die actie
dan toch nog ondernomen? Hoeveel heeft de actie
gekost?
22.01 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA) : À la
suite de renseignements obtenus par la police à
propos d'un camp d'entraînement du PKK dans
notre pays, les polices fédérale et locale ont, début
avril, fait une descente dans plusieurs centres du
PKK à Bruxelles, à Verviers et à Eupen. Des
femmes kurdes ont été appréhendées et des
ordinateurs et des documents ont été saisis.
Au cours de cette même semaine, la Cour
européenne de Justice a estimé que le PKK figurait
à tort sur la liste des organisations terroristes.
Pourquoi, dès lors, cette action a-t-elle néanmoins
été entreprise ? Combien cette action a-t-elle
coûté ?
22.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
federale procureur deelde mij mee dat op 4 april
2008 de politiediensten op bevel van een
gespecialiseerde onderzoeksrechter voor terrorisme
op diverse plaatsen simultane huiszoekingen
uitvoerden in het kader van een gerechtelijk
onderzoek naar terroristische activiteiten van de
PKK. Er waren aanwijzingen dat zich op die
plaatsen personen en materiële bewijselementen
bevonden die met PKK-activiteiten in verband
konden worden gebracht. Dankzij de goede
politionele
samenwerking
verliepen
de
huiszoekingen zonder incidenten.
22.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le procureur fédéral a fait savoir que le 4 avril 2008,
les services de police ont, sur ordre d'un juge
d'instruction spécialisé en terrorisme, effectué
plusieurs perquisitions simultanées à divers endroits
dans le cadre d'une enquête judiciaire sur les
activités terroristes du PKK. Certains éléments
indiquaient que des personnes et des éléments de
preuve matériels pouvant être mis en rapport avec
des activités du PKK se trouvaient à ces endroits.
Grâce à une collaboration policière efficace, les
perquisitions se sont déroulées sans incidents.
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
35
De 29 vrouwen die in Verviers werden aangetroffen,
werden op bevel van de onderzoeksrechter
verhoord en mochten na verhoor beschikken.
Diverse documenten en computers werden in
beslag genomen en worden nu onderzocht.
Les 29 femmes qui se trouvaient à Verviers ont été
interrogées sur ordre du juge d'instruction et ont pu
disposer après l'interrogatoire. Plusieurs documents
et ordinateurs ont été saisis et sont actuellement
examinés.
De operatie staat los van de beslissing van het
Europees Hof. Het onderzoek steunt immers op
feiten die eigen zijn aan een specifiek dossier.
Het is heel moeilijk te becijferen wat zo'n operatie
kost, aangezien verschillende diensten eraan
hebben samengewerkt.
L'opération est étrangère à la décision de la Cour
européenne de Justice. En effet, l'enquête est
basée sur des faits qui sont inhérents à un dossier
spécifique.
Il est très difficile de chiffrer le coût d'une telle
opération, étant donné que différents services y ont
participé.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
23 Vraag van mevrouw Els De Rammelaere aan
de vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"een
proefproject met Waalse gevangenen" (nr. 4732)
23 Question de Mme Els De Rammelaere au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "un projet pilote
mené avec des détenus wallons" (n° 4732)</b>
23.01 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA): In de
gevangenis van Andenne werden zeventig
gevangenen gedurende een half jaar aan een
proefproject
onderworpen,
waarbij
zij
een
doorgedreven dieet met omega3-vetzuren volgden.
Is het gebruikelijk dat gevangenen worden ingezet
voor dergelijke proefprojecten? Welke rol speelt
Justitie daarin? Over hoeveel onderzoeksprojecten
en over hoeveel gevangenen ging het? Wat was de
inhoud van deze onderzoeksprojecten en wat was
de vergoeding voor de gevangenen?
23.01 Els De Rammelaere (CD&V - N-VA) : A la
prison d'Andenne, 70 détenus ont participé pendant
un semestre à un projet expérimental dans le cadre
duquel ils ont suivi un régime strict enrichi aux
acides gras oméga 3. Est-il courant que des
détenus soient impliqués dans de tels projets
d'expérimentation ? Quel rôle le département de la
Justice y joue-t-il ? Combien de projets de
recherche de ce type y a-t-il eus et combien de
détenus étaient concernés ? Quel était le contenu
de ces projets et quelle rétribution était prévue pour
les participants ?
23.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
proefproject in Andenne is een uitzondering. Het
startte in 2006 op verzoek van de firma Interagri in
samenwerking met de UCL, de ULB en de
universiteit van Gent en na positief advies van de
ethische commissie van de ULB. Een zeventigtal
gevangenen kreeg gedurende acht maanden op
vrijwillige basis hetzelfde voedingsmenu als de
anderen, maar verrijkt met omega3. Met dit
onderzoek werd beoogd het effect van omega3 te
meten op de bloeddruk en de goede cholesterol. Dit
werd gemeten door vrijwillige bloedafnames. Alle
kosten waren voor rekening van de firma. De
compensatie voor de deelnemers was een gratis tv-
contract van 20 euro per maand gedurende de
onderzoeksperiode.
Het
definitieve
onderzoeksrapport wordt pas binnen twee weken
meegedeeld. Er waren in 2006 en 2007 geen
andere onderzoeksprojecten in gevangenissen.
23.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le projet expérimental d'Andenne est une
exception. Il a démarré en 2006 ­ après avis positif
du comité d'éthique de l'ULB ­ à la demande de la
société Interagri, et a été mené en collaboration
avec l'UCL, l'ULB et l'université de Gand. Pendant
huit mois, environ 70 détenus, tous volontaires, ont
reçu le même menu que les autres, mais enrichi
aux oméga 3. Le but de cette étude était de
mesurer l'effet des oméga 3 sur la pression
sanguine et sur le bon cholestérol. Ces effets ont
été mesurés à l'aide de prélèvements sanguins
volontaires. Tous les coûts ont été pris en charge
par la société Interagri. La compensation pour les
participants consistait en un abonnement TV gratuit
de 20 euros par mois couvrant toute la période de
test. Le rapport d'étude définitif ne sera publié que
dans deux semaines. Il n'y a pas eu d'autres projets
d'expérimentation dans des prisons en 2006 et
2007.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22/04/2008
CRABV 52
COM 173
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
36
24 Vraag van de heer Gerald Kindermans aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de criteria van
toewijzing van werkingsmiddelen voor hoven en
rechtbanken" (nr. 4759)
24 Question de M. Gerald Kindermans au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les critères
d'octroi de moyens de fonctionnement aux cours
et aux tribunaux" (n° 4759)</b>
24.01 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA): Er is
blijkbaar te weinig transparantie bij de toekenning
van werkingsmiddelen voor hoven en rechtbanken.
Bij het toewijzen van personeel en middelen aan
rechtbanken zouden er grote verschillen bestaan in
ons land.
Bestaan er duidelijke criteria voor de verdeling van
de werkingsmiddelen? Hoe werden die vastgelegd?
Heeft
men
cijfers
voor
de
verschillende
uitgavenposten per rechtbank of hof? Bestaat er
een evaluatiesysteem? Houden die criteria rekening
met specifieke lokale of regionale parameters? Zijn
er grote regionale verschillen tussen Vlaanderen en
Wallonië?
24.01 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA) : Il y a
manifestement un manque de transparence dans le
cadre de l'octroi des moyens de fonctionnement aux
cours et tribunaux. Il y aurait ainsi de grandes
disparités dans l'attribution de personnel et de
moyens aux tribunaux.
Existe-t-il des critères clairs et précis sur le plan de
la répartition des moyens de fonctionnement ? Par
qui ont-ils été fixés ? Dispose-t-on de chiffres pour
les différents postes de dépenses par cour ou
tribunal ? Existe-t-il un système d'évaluation ? Ces
critères prennent-ils en compte des paramètres
locaux ou régionaux ? Constate-t-on d'importantes
différences régionales entre la Flandre et la
Wallonie ?
24.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
werkingsmiddelen van de hoven en rechtbanken
worden toegewezen op basis van basiscriteria zoals
soort en grootte van de rechtbank, en op basis van
specifieke criteria die reeds jaren vastliggen. Voor
de verdeling van andere werkingsmiddelen - kleine
uitgaven voor de magistraten, de griffie- en
secretariaatskosten, representatiekosten van de
korpsoversten - heeft men ook criteria gedefinieerd.
Omdat het zeker beter moet kunnen inzake
transparantie bij het financiële beheer van de
rechtbanken en hoven, kreeg de commissie voor de
modernisering een opdracht in die zin.
24.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Les moyens de fonctionnement des cours et
tribunaux sont attribués en fonction de critères de
base comme le type et l'importance du tribunal et
en fonction de critères spécifiques qui ont été fixés
il y a des années déjà. En ce qui concerne la
répartition des autres moyens de fonctionnement -
petites dépenses pour les magistrats, frais de greffe
et de secrétariat, frais de représentation des chefs
de corps - des critères ont également été définis.
Etant donné que la transparence peut de toute
évidence être améliorée en ce qui concerne la
gestion financière des cours et tribunaux, la
commission de modernisation a été investie d'une
mission en ce sens.
Het project Just Pacts moet de producten en hun
kostprijs van alle hoven en rechtbanken in kaart
brengen. Eerst zijn de vredegerechten aan de beurt,
nadien de rechtbanken van eerste aanleg en de
hoven van beroep.
Ik werk aan een protocolakkoord waarin het traject
naar financiële transparantie van de producten van
de gerechtelijke organisatie duidelijk zal worden
uitgelegd. Transparantie kan belangrijke informatie
opleveren
om
de
verdeling
van
de
werkingsmiddelen bij te stellen.
Le projet Just Pacts doit répertorier les produits et
leur coût pour l'ensemble des cours et tribunaux.
On commencera par les justices de paix. Viendront
ensuite les tribunaux de première instance et les
cours d'appel.
Je prépare un protocole d'accord expliquant
clairement la méthode à suivre pour obtenir la
transparence
financière
des
produits
de
l'organisation judiciaire. La transparence peut
fournir des informations importantes pour ajuster la
répartition des moyens de fonctionnement.
24.03 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA): De
transparantie moet toenemen. Men moet ook de
parameters permanent evalueren. Een correcte
verdeling is nodig, omdat de middelen beperkt zijn.
24.03 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA) : Il doit
y avoir davantage de transparence. Il faut
également évaluer en permanence les paramètres.
Une répartition correcte est nécessaire parce les
CRABV 52
COM 173
22/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
37
moyens sont limités.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
25 Vraag van de heer Raf Terwingen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
informatisering van Justitie" (nr. 4761)
25 Question de M. Raf Terwingen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'informatisation de la
Justice" (n° 4761)</b>
25.01 Raf Terwingen (CD&V - N-VA): Gisteren
werd
de
naam
voor
het
nieuwe
informatiseringproject voor Justitie onthuld, namelijk
Cheops. Er zal gewerkt worden met een gefaseerd
systeem, te beginnen bij de vredegerechten en de
politierechtbanken.
De
informaticasector
waarschuwt echter voor een dergelijke gefaseerde
werking. Ook bij Phenix is immers gebleken dat een
stapsgewijze werking problemen van compatibiliteit
tussen de diverse fases in de hand werkt. Ook roept
de sector op om zoveel mogelijk testen uit te voeren
en aan kwaliteitsbewaking te doen.
Wat denkt de minister van het denkspoor om een
onafhankelijk firma aan te stellen om, als een soort
scheidsrechter,
gedurende
het
hele
informatiseringproces
toe
te
zien
op
de
verenigbaarheid van de diverse fases?
25.01 Raf Terwingen (CD&V - N-VA): Cheops, le
nom du nouveau projet d'informatisation de la
Justice a été dévoilé hier. Il sera procédé par
phases, à commencer par les justices de paix et les
tribunaux de police. Le secteur de l'informatique
met toutefois en garde contre un tel fonctionnement
phasé. Il est également apparu dans le cas de
Phenix qu'un système par étapes favorise des
problèmes de compatibilité entre les différentes
phases. Le secteur demande de procéder à un
maximum de tests et de surveiller la qualité.
Que pense le ministre de la désignation d'une
entreprise indépendance qui ferait en quelque sorte
office d'arbitre en veillant au cours de toute la
procédure d'informatisation à la compatibilité des
différentes phases?
25.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
klopt dat het Cheopsproject de informatisering van
het gerecht gefaseerd laat gebeuren, onderaan te
beginnen. Gedurende heel het traject is de
medewerking van tal van veldwerkers cruciaal.
Vanaf volgende maand komen er op geregelde
basis vooruitgangsvergaderingen met de bevoegde
administratie, het beheerscomité, het bedrijf dat de
software ontwikkelt en het kabinet. De werkervaring
en de expertise van alle betrokken actoren moeten
voldoende zijn om de kwaliteit van het afgelegde en
nog af te leggen traject te bewaken. Een
onafhankelijke firma met het oog hierop inhuren
gaat onze financiële middelenechter te boven. We
gaan er bovendien vanuit dat de aanwezige
competentie binnen het gerecht volstaat.
25.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais): Il
est exact que dans le cadre du projet Chéops, la
Justice bénéficiera d'une informatisation phasée qui
commencera par la base de la pyramide. Le
concours de nombre de collaborateurs de terrain
sera capital pendant tout le processus. A compter
du mois prochain se tiendront à intervalles réguliers
des réunions avec l'administration compétente, le
comité de gestion, la firme qui a mis au point le
logiciel et le cabinet afin de faire le point sur l'état
d'avancement
du
projet.
L'expérience
professionnelle et la compétence technique de tous
les acteurs concernés devraient suffire à assurer un
monitoring qualitatif du parcours accompli et restant
à accomplir. Toutefois, nous ne pouvons nous
permettre financièrement de faire appel à cette fin
aux services d'une société privée. En outre, nous
croyons que les compétences existant au sein de la
Justice suffiront.
25.03 Raf Terwingen (CD&V - N-VA): Ik heb het
volste vertrouwen in de expertise van de
medewerkers van het kabinet Justitie.
25.03 Raf Terwingen (CD&V - N-VA): J'ai la plus
grande confiance dans la compétence des
collaborateurs du cabinet de la Justice.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 13.30 uur.
La réunion publique de commission est levée à
13 h 30.