KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 153
CRABV 52 COM 153
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
dinsdag
mardi
08-04-2008
08-04-2008
Avond
Soir
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de verjaring van
hormonenmisdrijven
en
misdrijven
inzake
voedselveiligheid" (nr. 4122)
1
Question de M. Flor Van Noppen au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la prescription des délits en
matière d'hormones et en matière de sécurité
alimentaire" (n° 4122)
1
Sprekers: Flor Van Noppen, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Flor Van Noppen, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de collectieve
rechtsvorderingen" (nr. 4334)
2
Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les actions collectives en
Justice" (n° 4334)
2
Sprekers: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
Phenixproject" (nr. 4113)
3
Question de M. Michel Doomst au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le projet Phénix" (n° 4113)
3
Sprekers: Michel Doomst, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Michel Doomst, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vervolging
van de BHV-dienstweigeraars" (nr. 4124)
5
Question de Mme Sarah Smeyers au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les poursuites intentées à
l'encontre des réfractaires de BHV" (n° 4124)
5
Sprekers: Sarah Smeyers, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Sarah Smeyers, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
6
Questions jointes de
6
- de heer Stefaan Van Hecke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het tekort aan
gevangenisplaatsen" (nr. 4135)
6
- M. Stefaan Van Hecke au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de places dans
les établissements pénitentiaires" (n° 4135)
6
- mevrouw Josée Lejeune aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de overbevolkte
gevangenissen" (nr. 4261)
6
- Mme Josée Lejeune au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la surpopulation carcérale"
(n° 4261)
6
- mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
plaatsgebrek in de gevangenissen" (nr. 4295)
6
- Mme Kattrin Jadin au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de places dans
les prisons" (n° 4295)
6
- de heer Bert Schoofs aan de vice-eersteminister
en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen
over
"het
gebrek
aan
gevangeniscapaciteit" (nr. 4325)
6
- M. Bert Schoofs au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de capacité
carcérale" (n° 4325)
6
Sprekers: Stefaan Van Hecke, Josée
Lejeune, Kattrin Jadin, Bert Schoofs, Jo
Vandeurzen, vice-eerste minister en minister
van Justitie en Institutionele Hervormingen
Orateurs: Stefaan Van Hecke, Josée
Lejeune, Kattrin Jadin, Bert Schoofs, Jo
Vandeurzen, vice-premier ministre et ministre
de la Justice et des Réformes institutionnelles
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Samengevoegde vragen van
10
Questions jointes de
10
- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het arrest van
het Grondwettelijk Hof met betrekking tot het
jeugdsanctierecht" (nr. 4123)
10
- M. Servais Verherstraeten au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"l'arrêt
de
la
Cour
constitutionnelle relatif au droit pénal de la
jeunesse" (n° 4123)
10
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
uithandengeving" (nr. 4285)
10
- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"le
dessaisissement"
(n° 4285)
10
- de heer Bruno Stevenheydens aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vernietiging
van de uithandengeving door het Grondwettelijk
Hof" (nr. 4350)
10
- M. Bruno Stevenheydens au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"l'annulation
du
dessaisissement par la Cour constitutionnelle"
(n° 4350)
10
Sprekers: Servais Verherstraeten, voorzitter
van de CD&V - N-VA-fractie, Renaat Landuyt,
Bruno Stevenheydens, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Servais Verherstraeten, président
du groupe CD&V - N-VA, Renaat Landuyt,
Bruno Stevenheydens, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
12
Questions jointes de
12
- de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de gerechtelijke
vakantie" (nr. 4280)
12
- M. Bruno Steegen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les vacances judiciaires"
(n° 4280)
12
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
management van het gerecht als openbare dienst
'het gerecht' en het recht op verlof van rechters"
(nr. 4284)
12
- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le management de la justice
comme service public 'la justice' et le droit des
juges au congé" (n° 4284)
12
- de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vertraagde
rechtsgang in de paasvakantie" (nr. 4333)
12
- M. Jean-Luc Crucke au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le ralentissement de la
justice à l'occasion des congés de Pâques"
(n° 4333)
12
Sprekers:
Renaat
Landuyt,
Jean-Luc
Crucke, Jo Vandeurzen, vice-eerste minister
en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen
Orateurs:
Renaat
Landuyt,
Jean-Luc
Crucke,
Jo
Vandeurzen,
vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "bepaalde
verbodsbepalingen om politieke functies uit te
oefenen" (nr. 4335)
15
Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"certaines
interdictions
d'exercer des fonctions politiques" (n° 4335)
15
Sprekers: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-eerste minister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jean-Luc Crucke, Jo Vandeurzen,
vice-premier ministre et ministre de la Justice
et des Réformes institutionnelles
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
DINSDAG
08
APRIL
2008
Avond
______
du
MARDI
08
AVRIL
2008
Soir
______
De behandeling van de vragen vangt aan om
15.52 uur. De vergadering wordt voorgezeten door
mevrouw Mia De Schamphelaere.
La discussion des questions est ouverte à 15 h 52
par Mme Mia De Schamphelaere, présidente.
01 Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de verjaring
van hormonenmisdrijven en misdrijven inzake
voedselveiligheid" (nr. 4122)
01 Question de M. Flor Van Noppen au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "la prescription
des délits en matière d'hormones et en matière
de sécurité alimentaire" (n° 4122)</b>
01.01 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA): Mensen
die knoeien met dierlijk of menselijk voedsel door
het
gebruik
van
hormonen
of
andere
groeistimulatoren, blijven vaak ongestraft doordat er
gerechtelijke procedurefouten gebeuren of doordat
hun dossiers verjaren.
Kan de minister zeggen hoeveel gerechtelijke
onderzoeken naar hormonenmisdrijven en illegale
hormonenhandel in het kader van de wet van 15 juli
1985 en in het kader van de wet van 24 januari
1977 werden opgestart van 2000 tot 2007? Hoeveel
van deze onderzoeken werden stopgezet en
geseponeerd? Hoeveel hebben er geleid tot een
veroordeling? Hoeveel tot een vrijspraak? Hoeveel
misdrijven bleken verjaard te zijn?
01.01 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA) : Les
personnes qui manipulent de la nourriture animale
ou humaine en recourant à des hormones ou
d'autres stimulateurs de croissance demeurent
souvent impunies en raison d'erreurs dans le cadre
de la procédure judiciaire ou de la prescription de
leur dossier.
Le ministre pourrait-il indiquer combien d'enquêtes
judiciaires pour délits en matière d'hormones et
commerce illégal d'hormones ont été ouvertes de
2000 à 2007 dans le cadre de la loi du 15 juillet
1985 et de la loi du 24 janvier 1977 ? Combien de
dossiers d'enquête ont été clôturés et classés sans
suite ? Combien ont mené à une condamnation ? Et
combien à un acquittement ? Combien de délits se
sont avérés prescrits ?
01.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands):
Deze vragen werden mij al gesteld in schriftelijke
vraag nr. 91. De vraag werd voor behandeling
doorgestuurd naar de Dienst voor het Strafrechtelijk
Beleid (DSB), die mij liet weten niet te beschikken
over deze statistische gegevens. De dienst heeft de
gegevens opgevraagd bij de procureurs-generaal.
De gegevens, die afkomstig zijn van de databank
die gevoed wordt door de correctionele afdelingen
van de parketten bij de rechtbanken van eerste
aanleg en het federaal parket, werden in zes
tabellen verzameld. Ik overhandig de commissie
deze gegevens.
01.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Ces questions m'ont déjà été posées dans le cadre
de la question écrite n° 91. Celle-ci a été renvoyée
pour suite voulue au Service de la politique
criminelle (SPC) qui m'a informé qu'il ne disposait
pas de ces statistiques. Le service a demandé les
informations aux procureurs généraux. Les
données, qui proviennent de la base de données
alimentée par les sections correctionnelles des
parquets auprès des tribunaux de première
instance et le parquet fédéral, ont été rassemblées
en six tableaux. Je transmets ces données à la
commission.
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
Tabel 1 bevat het aantal zaken dat op de parketten
binnenkwam tussen 1 januari 2003 en 31 december
2007. Tabel 2 geeft enkel die zaken van tabel 1
weer waarin een gerechtelijk onderzoek werd
opgestart. Tabel 3 geeft een overzicht van de
laatste vooruitgangsstaat van de 260 zaken uit tabel
2. Tabel 4 geeft voor deze zaken de beslissingen
weer op het niveau van de raadkamer die tot het
stopzetten van het gerechtelijke onderzoek hebben
geleid.
Le tableau 1 comprend le nombre de dossiers
introduits auprès des parquets entre le 1
er
janvier
2003 et le 31 décembre 2007. Le tableau 2 ne
mentionne que les dossiers pour lesquels une
enquête judiciaire a commencé. Le tableau 3 donne
un aperçu de l'état d'avancement actualisé des 260
dossiers du tableau 2. Le tableau 4 présente, pour
ces dossiers, les décisions prises par la chambre
du conseil qui ont abouti à l'arrêt de l'enquête
judiciaire.
Tabel 5 gaat over de veroordelingen. Hierbij dient
men voor ogen te houden dat in één zaak meerdere
verdachten kunnen voorkomen en dus ook
meerdere vonnissen. Dat houdt in dat de 122
vonnissen in tabel 5 betrekking hebben op slechts
73 zaken.
Tabel 6 bevat de arresten en definitieve vonnissen
inzake hormonen, conform de richtlijnen van het
College van procureurs-generaal.
Le tableau 5 a trait aux condamnations. Il faut
savoir à cet égard qu'il peut y avoir dans une affaire
plusieurs suspects et donc aussi plusieurs
jugements. Ainsi, au tableau 5, 122 jugements se
rapportent à 73 dossiers.
Le tableau 6 comporte les arrêts et les jugements
définitifs en matière d'hormones, conformément aux
directives du collège des procureurs généraux.
01.03 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA): Ik zal de
tabellen nader bekijken. Dit wordt zeker nog
vervolgd.
01.03 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA) :
J'examinerai ces tableaux de plus près. Cette
question reviendra certainement à l`ordre du jour.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de collectieve
rechtsvorderingen" (nr. 4334)
02 Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les actions
collectives en Justice" (n° 4334)</b>
02.01 Jean-Luc Crucke (MR): Test-Aankoop heeft
een petitie over groepsvorderingen gelanceerd die
in enkele dagen tijd door 10.000 mensen werd
ondertekend.
Ik ben van mening dat de toegang tot de
rechtsbedeling precies een van de rechten is die
een democratische staat zijn bevolking moet
bieden. Zelfs in een staat als de onze bestaat er op
dat vlak nog ongelijkheid. Soms komt dat doordat er
bij een rechtsgeding tussen een groot bedrijf en een
individu aanzienlijke belangen meespelen.
Met mijn vraag wil ik de minister ertoe aanzetten
een standpunt in dit debat in te nemen, natuurlijk
niet met betrekking tot de praktijken in de Verenigde
Staten.
Ik weet dat het VBO vreest voor rechtsgedingen die
de verzekeringspremies de hoogte zullen injagen.
Volgens mij is die vrees ongegrond.
Wat is het standpunt van de regering? Denkt u dat
het Belgisch recht kan worden aangepast? Denk u
dat er ruimte is voor een debat?
02.01 Jean-Luc Crucke (MR): Une pétition sur les
actions collectives lancée par Test-Achats circule
actuellement et a récolté en quelques jours
10.000 signatures.
Je crois qu'un des droits qu'un État démocratique
doit offrir à sa population est cette possibilité
d'accéder à la Justice. Même dans un État comme
le nôtre, l'inégalité quant à l'accès à la justice existe
encore, parfois en raison de l'importance des
enjeux entre une très grosse entreprise et une
personne isolée.
Ma question vise à ce que le ministre prenne
position dans ce débat, évidemment pas en
référence à ce qui se pratique aux États-Unis.
Je sais que la FEB craint d'en arriver à des procès
entraînant des hausses de primes d'assurance. À
mon avis, c'est inexact.
Quelle est la position du gouvernement ? Une
adaptation du droit belge vous semble-t-elle
possible ? Pensez-vous qu'un débat soit possible ?
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
02.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): In het
regeerakkoord staat dat de regering ervoor zal
zorgen dat de wetgeving zal worden bijgestuurd
teneinde een correcte voorlichting van de
consumenten te waarborgen.
De regering wil eerst wachten op de resultaten van
de Europese studie met betrekking tot de voor- en
nadelen van collectieve rechtsvorderingen. De
collectieve rechtsvorderingen zijn reeds, bij wijze
van exceptie, in onze wetgeving geregeld. Voorts
biedt de wet op de handelspraktijken nu al bepaalde
beroeps-
of
consumentenverenigingen
de
mogelijkheid om in naam van hun leden een
vordering tot staking in te stellen. Tot op heden
werden de gevolgen van de algemene invoering van
een recht op collectieve rechtsvorderingen nog niet
diepgaand bestudeerd. Vooraleer we andere
excepties invoeren, moeten we de collectieve
rechtsplegingen
zoals
die
in
buitenlandse
rechtsstelsels bestaan, evalueren.
Overeenkomstig het regeerakkoord verbindt de
regering zich ertoe om de mensen beter te
informeren over de ombudsdienst en de oprichting
van een geschillencommissie met de betrokken
actoren aan te moedigen.
Zodra de resultaten van de Europese studie
beschikbaar zijn, zal ik er de gepaste conclusies uit
trekken.
02.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) :
L'accord de gouvernement précise que le
gouvernement veillera à améliorer la législation en
vue de garantir une information correcte des
consommateurs.
Le gouvernement souhaite d'abord attendre les
résultats de l'étude européenne sur les avantages
et les inconvénients des actions collectives. Les
actions collectives sont déjà réglées, par exception,
dans notre législation. Par ailleurs, la loi sur les
pratiques du commerce permet déjà à certaines
associations
professionnelles
ou
de
consommateurs d'engager, au nom de leurs
membres, une action en cessation. Jusqu'à
présent, les conséquences de la généralisation d'un
droit d'action collective n'avaient pas encore fait
l`objet d'une vaste étude. Avant de prévoir d'autres
exceptions, il convient de réaliser une évaluation
des actions collectives appliquées dans d'autres
systèmes juridiques étrangers.
Comme indiqué dans l'accord de gouvernement, le
gouvernement s'engage à améliorer l'information
relative au service de médiation et à encourager la
création d'une commission des litiges avec les
acteurs concernés.
Dès que les résultats de l'étude européenne seront
disponibles, j'en tirerai les conclusions qui
s'imposent.
02.03 Jean-Luc Crucke (MR): Het communiqué
van de Europese Commissie betreffende de studie
waarnaar in het regeerakkoord verwezen wordt,
werd op 3 april laatstleden verspreid. Als we het
regeerakkoord toepassen, zal er een onmiddellijke
uitwerking zijn.
02.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Le communiqué de
la Commission européenne au sujet de l'étude à
laquelle l'accord de gouvernement fait allusion est
sorti le 3 avril dernier. En appliquant l'accord de
gouvernement, nous obtiendrons un effet immédiat.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
Phenixproject" (nr. 4113)
03 Question de M. Michel Doomst au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "le projet Phénix"
(n° 4113)</b>
03.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): In 2001
werd het Phenixcontract toegewezen aan de firma
Unisys. Bij de lancering van de proefsite in 2005
werd al duidelijk dat het systeem heel wat gebreken
vertoonde. In 2006 werd op alarmerende wijze
bevestigd dat het systeem helemaal niet aan de
verwachtingen voldeed. Uiteindelijk werd beslist om
de kennis en ervaring niet verloren te laten gaan,
maar een werkgroep van experts samen te stellen
die een eindrapport moest opstellen om uiteindelijk
03.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : En 2001,
le contrat du projet Phénix a été attribué à la firme
Unisys. Lors du lancement du site pilote en 2005, il
était déjà clair que le système présentait de
nombreuses lacunes. En 2006, il a été confirmé de
manière alarmante que le système ne répondait
absolument pas aux attentes. Il a finalement été
décidé de ne pas perdre les connaissances et
l'expérience mais de constituer un groupe de travail
d'experts chargé d'élaborer un rapport final destiné
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
een herstart van dit project mogelijk te maken.
Wat is de stand van zaken in dit project? Heeft het
eindrapport bruikbare voorstellen aangebracht? Wat
zijn de concrete perspectieven voor dit toch
interessante informaticasysteem? Wat is de timing?
à relancer ce projet.
Où en est ce projet ? Le rapport final a-t-il produit
des propositions applicables ? Quelles sont les
perspectives
concrètes
pour
ce
système
informatique malgré tout intéressant ? Quel est le
calendrier ?
03.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
voormalige Phenixproject, dat het gerecht van
nieuwe software zou voorzien, kon om verschillende
redenen niet tot een goed einde worden gebracht.
Omdat dit de werking van sommige gerechtelijke
instellingen in het gedrang dreigde te brengen, werd
een aantal kordate beslissingen genomen, mede op
advies van de bevoegde werkgroep. De bedoeling
is niet om het Phenixproject te wijzigen, maar wel
om het werkveld de informatisering te geven
waarop het recht heeft.
In het eindrapport van de werkgroep staan concrete
voorstellen om de gerechtelijke werking te vrijwaren
en te informatiseren. Het advies luidt om gefaseerd
te werk te gaan, in plaats van te kiezen voor één
centraal gestuurd werkplan. Daarom zullen we in
fases de verschillende gerechtelijke instellingen van
nieuwe software voorzien die rekening houdt met
hun noden.
Voor het einde van het jaar zullen zowel de
vredegerechten als de politierechtbanken over
nieuwe software, gebaseerd op de Mach-applicatie,
beschikken. De vredegerechten in Torhout en
Charleroi zitten momenteel in een testfase en de
eerste signalen zijn bijzonder gunstig. Tien testsites
zullen volgen. Daarna pas zal worden begonnen
met
het
uitrusten
van
de
overige
218
vredegerechten. Deze eerste ingreep heeft invloed
op 2.500 personeelsleden.
Daarna zullen de politierechtbanken en de
politieparketten volgen. De keuze van de testsites
moet nog gebeuren. Het is wel de bedoeling om
tegen
het
einde
van
het
jaar
de
37
politierechtbanken en 29 politieparketten te voorzien
van de nieuwe software. Andere takken van de
gerechtelijke orde zullen daarna volgen.
Overleg met het werkveld en de bevoegde
administratie is bij deze operatie van het
allergrootste belang.
03.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
L'ancien projet Phénix qui devait doter les tribunaux
de moyens informatiques modernes n'a pas pu être
mené à bien pour différentes raisons. Cette
situation menaçant le bon fonctionnement d'un
certain nombre d'institutions judiciaires, une série
de décisions fermes ont été prises, sur l'avis
notamment du groupe de travail compétent en la
matière. L'objectif n'est pas de modifier le projet
Phénix mais de donner aux acteurs de terrain les
moyens informatiques auxquels ils peuvent
légitimement prétendre.
Le rapport final du groupe de travail contient un
certain nombre de propositions concrètes visant à
préserver le bon fonctionnement de l'appareil
judiciaire tout en garantissant son informatisation.
L'avis propose une intervention phasée plutôt qu'un
plan directeur général. Nous doterons dès lors
progressivement
les
différents
organismes
judiciaires de nouveaux logiciels adaptés à leurs
besoins.
Pour la fin de l'année, les justices de paix et les
tribunaux de police disposeront de nouveaux
programmes basés sur l'application Mach. Les
justices de paix de Torhout et de Charleroi se
trouvent actuellement dans une phase de test et les
premiers échos sont particulièrement favorables.
Des tests seront ensuite encore menés sur dix
autres sites. Ce n'est qu'ensuite que l'on
commencera à équiper les 218 autres justices de
paix. Cette première phase concerne 2.500
membres du personnel.
Viendra alors le tour des tribunaux et des parquets
de police. Le choix des sites de test n'a pas encore
été effectué. L'objectif est d'équiper les 37 tribunaux
de police et les 29 parquets de police des nouveaux
logiciels pour la fin de l'année. Les autres branches
de l'ordre judiciaire suivront alors.
La concertation avec les acteurs de terrain et
l'administration compétente revêt une importance
capitale dans le cadre de cette opération.
03.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Vanuit haar
ideologie trachtte minister Onkelinx alles van boven
af te regelen. Nu kiest men voor een andere aanpak
03.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) :
Conformément à son idéologie, la ministre Onkelinx
a toujours tenté de régler les problèmes par une
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
en probeert men zaken van onderen uit op te
bouwen. Met die aanpak zullen we hopelijk snel
resultaten boeken.
approche top-down, tandis qu'aujourd'hui, on opte
pour une approche bottom-up. Espérons que cette
approche portera rapidement ses fruits.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Sarah Smeyers aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vervolging
van de BHV-dienstweigeraars" (nr. 4124)
04 Question de Mme Sarah Smeyers au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes institutionnelles sur "les poursuites
intentées à l'encontre des réfractaires de BHV"
(n° 4124)</b>
04.01 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Uit protest
tegen de niet-splitsing van de kieskring Brussel-
Halle-Vilvoorde hebben 187 mensen tijdens de
laatste federale verkiezingen geweigerd om
voorzitter of bijzitter te zijn van een stembureau.
Van hen werden er 68 vervolgd, 61 weigeraars
kregen een fikse boete van 275 tot 550 euro.
Nochtans werd de ongrondwettelijkheid van de
kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in 2004 wél als
reden tot weigering aanvaard door het Gentse hof
van beroep.
Vandaag zou het College van procureurs-generaal
zelfs een richtlijn voor de parketten hebben
opgesteld om prioriteit te geven aan de vervolging
van deze weigeraars. Kunnen wij die richtlijn
krijgen? Kan de minister verduidelijken waarom het
openbaar ministerie deze vervolgingen als prioritair
beschouwt?
04.01 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Pour
protester contre la non-scission de la circonscription
électorale de Bruxelles-Hal-Vilvorde, lors des
dernières élections fédérales, 187 personnes ont
refusé d'être président ou assesseur d'un bureau de
vote. Sur ces 187 personnes, 68 ont été poursuivies
et 61 d'entre elles se sont vu infliger une forte
amende de 275 à 550 euros. Lors des élections de
2004, le caractère inconstitutionnel de la
circonscription électorale de Bruxelles-Hal-Vilvorde
avait pourtant été reconnu par la Cour d'appel de
Gand comme un motif valable de refus.
Aujourd'hui, le Collège des procureurs généraux
aurait même donné pour directive aux parquets de
donner la priorité aux poursuites à l'encontre de
ceux qui ont refusé d'assumer cette fonction.
Pouvez-vous nous communiquer cette directive ?
Le ministre peut-il expliquer pourquoi le ministère
public considère qu'il convient de donner la priorité
à ces poursuites ?
04.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
College van procureurs-generaal heeft een
werkgroep belast met het uitwerken van richtlijnen
voor de vervolging van wie weigert te zetelen als
voorzitter of bijzitter. Aangezien die richtlijnen voor
de verkiezingen van juni 2007 nog niet in een
rondzendbrief waren gegoten, kan ik die uiteraard
niet bezorgen. De werkgroep zal zich nog buigen
over de richtlijnen voor de volgende verkiezingen.
Wel werd het verslag van de werkgroep en een
modelkantschrift met opdrachten tot verhoor van de
weigeraars aan de parketten-generaal bezorgd, die
het op hun beurt aan de parketten hebben
doorgespeeld. Het was de Unie van vrederechters
die vroeg om een uniform vervolgingsbeleid.
04.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le collège des procureurs généraux a chargé un
groupe de travail de l'élaboration de directives
relatives à ceux qui refusent de siéger comme
président ou assesseur. Ces directives n'ayant pas
encore été coulées dans une circulaire avant les
élections de juin 2007, je ne puis bien évidemment
pas vous les communiquer. Le groupe de travail se
penchera sur les directives pour les prochaines
élections.
Le rapport du groupe de travail ainsi qu'un modèle
d'apostille relatif à l'audition des réfractaires ont
toutefois été transmis aux parquets généraux, qui
les ont transmis à leur tour aux parquets. La
demande d'uniformisation de la politique en matière
de poursuites émanait de l'Union des juges de paix.
04.03 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Het blijft
vreemd dat weigeraars om exact dezelfde reden in
2004 werden vrijgesproken terwijl er nu prioriteit
wordt gegeven aan hun vervolging zonder dat
daarover een richtlijn bestaat. De minister spreekt
van een modelkantschrift, dat vind ik een vreemde
04.03 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Il n'en
demeure pas moins étrange que les réfractaires
aient été acquittés en 2004 exactement pour la
même raison, alors que l'instauration de poursuites
à leur égard constitue aujourd'hui une priorité alors
qu'il n'existe aucune directive à ce sujet. Le ministre
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
manier van werken.
évoque un modèle d'apostille. Ne s'agit-il pas là
d'un procédé curieux ?
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde vragen van
- de heer Stefaan Van Hecke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het tekort aan
gevangenisplaatsen" (nr. 4135)
- mevrouw Josée Lejeune aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
overbevolkte gevangenissen" (nr. 4261)
- mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
plaatsgebrek in de gevangenissen" (nr. 4295)
- de heer Bert Schoofs aan de vice-eersteminister
en minister van Justitie en Institutionele
Hervormingen
over
"het
gebrek
aan
gevangeniscapaciteit" (nr. 4325)
05 Questions jointes de
- M. Stefaan Van Hecke au vice-premier ministre
et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de places dans
les établissements pénitentiaires" (n° 4135)<br>- Mme Josée Lejeune au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "la surpopulation carcérale"
(n° 4261)<br>- Mme Kattrin Jadin au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de places dans
les prisons" (n° 4295)<br>- M. Bert Schoofs au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le manque de capacité
carcérale" (n° 4325)</b>
05.01 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): Het
tekort aan plaatsen in de gevangenissen is geen
nieuw probleem, maar kwam onlangs weer in het
nieuws
toen
de
Nederlanders
overtollige
gevangenisboten aan België wilden slijten. Wat zal
de minister tijdens deze regeerperiode ondernemen
om
het
probleem
van
de
overbevolkte
gevangenissen aan te pakken? Hoe zullen de
beloofde 1.500 extra plaatsen gecreëerd worden?
Welke maatregelen zal de minister nemen om de
behoefte aan gevangenisplaatsen te verminderen?
05.01 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : Le
problème du manque de places dans les prisons
n'est pas neuf mais a récemment resurgi dans
l'actualité à la faveur de la tentative des Néerlandais
de vendre leurs bateaux-prisons excédentaires à la
Belgique. Quelles initiatives le ministre prendra-t-il
sous la présente législature pour s'attaquer au
problème de la surpopulation des prisons ?
Comment les 1500 places supplémentaires
promises seront-elles créées ? Quelles mesures le
ministre prendra-t-il pour réduire le besoin de places
de prison ?
05.02 Josée Lejeune (MR): De pers heeft onlangs
gewag gemaakt van een brief die uitging van het
bestuur der strafinrichtingen waarin de idee werd
geopperd om cellen te huren bij onze noorderburen
teneinde een voorlopige oplossing aan te reiken
voor de overbevolking van de gevangenissen.
Ik geef toe dat ik bij het lezen van dat artikel
gedacht heb dat het om een aprilgrap ging.
Bevestigt u de berichten die in de pers verschenen
zijn? Zo ja, hoever staan de onderhandelingen
dienaangaande met de Nederlandse autoriteiten?
Wat zijn de garanties inzake de wettelijkheid van de
regeling? Welke strafuitvoeringsrechtbank zou er
ter zake bevoegd zijn? Voor welke soort straffen
zou die maatregel worden overwogen? Als men
weet dat een gedetineerde de Staat 102 euro per
dag kost, kan men dan de kosten ramen indien hij
in Nederland zou worden opgesloten? Hoe zal de
bewaking worden geregeld? Wat zal er gebeuren bij
een eventuele ontsnapping? Hoe zit het met het
05.02 Josée Lejeune (MR) : La presse a
dernièrement relaté le contenu d'un courrier
émanant de l'administration pénitentiaire, qui
évoquait l'idée de louer des cellules à nos voisins
du nord, au titre de solution provisoire à la
surpopulation carcérale.
J'avoue avoir pensé à un poisson d'avril en lisant
cet article.
Confirmez-vous les informations relayées par la
presse ? Dans l'affirmative, où en sont les
négociations avec les autorités néerlandaises ?
Quelles sont les garanties sur la légalité du
système ? Quel serait le tribunal d'application des
peines compétent ? Pour quel type de peine cette
mesure serait-elle envisagée ? Sachant qu'un
détenu coûterait 102 euros par jour à l'État,
pouvons-nous estimer ce qu'il en coûterait s'il était
transféré chez nos voisins ? De quelle manière
serait assurée la surveillance ? Quid en cas
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
zogenaamde Nederlandse voorstel met betrekking
tot de verkoop of het verhuren van de Nederlandse
gevangenisboten?
d'évasion ? Qu'en est-il de la prétendue proposition
des Pays-Bas de vendre ou de louer leurs bateaux-
prisons ?
05.03 Kattrin Jadin (MR): Op 29 maart jongstleden
vernamen we uit de pers dat het Belgische
Directoraat-generaal
strafinrichtingen
en
de
Nederlandse overheid een correspondentie zouden
hebben
gevoerd
met
betrekking
tot
300
gevangenisplaatsen. Het had wel wat weg van een
aprilgrap, want twee dagen later had men het over
het nut van het huren van gevangenisboten.
Nam de directeur-generaal strafinrichtingen op uw
vraag of op eigen initiatief contact op met
Nederland? Zal u ten aanzien van andere landen
ook zo'n initiatief nemen? Zo ja, ten aanzien van
welke landen? Hypothekeert het plan om
veroordeelden hun straf in het buitenland te laten
uitzitten de renovatieplannen en de bouwplannen
voor nieuwe cellen op het nationale grondgebied?
Bevestigt u dat de door Nederland voorgestelde
oplossing, om ons hun boten te verhuren of te
verkopen, niet echt haalbaar is? Welke andere
denksporen zijn er om de latente overbevolking in
de gevangenissen te verhelpen?
05.03 Kattrin Jadin (MR) : Le 29 mars dernier, la
presse s'est fait l'écho d'un échange de courrier
entre la Direction générale des établissements
pénitentiaires belges et les autorités néerlandaises
au sujet de 300 places carcérales. Il est vrai qu'on
aurait pu penser à un poisson d'avril puisque, deux
jours plus tard, on parlait de l'opportunité de louer
des bateaux carcéraux.
Le
directeur
général
des
établissements
pénitentiaires a-t-il pris ces contacts à votre
demande ou à son initiative ? Envisagez-vous de
faire la même chose à l'égard d'autres pays ? Si
oui, lesquels ? Cette volonté d'envoyer les
condamnés purger leurs peines à l'étranger
hypothèque-t-elle les projets de rénovation et de
construction de nouvelles cellules sur le territoire
national ? Confirmez-vous que la solution proposée
par les Pays-Bas de nous louer ou de nous vendre
leurs bateaux paraît peu envisageable ? Enfin,
quelles sont les autres pistes pour remédier à la
surpopulation carcérale latente ?
05.04 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Waarom
weigert de minister om de inzet van de Nederlandse
gevangenisboten te overwegen? Hoe wil de minister
het tekort aan gevangenisplaatsen dan wel
wegwerken op korte termijn?
05.04 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Pourquoi le
ministre refuse-t-il d'envisager de recourir aux
bateaux-prisons néerlandais ? Comment compte-t-il
s'y prendre pour résoudre à court terme le
problème du manque de places dans nos prisons ?
05.05 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
meerjarenplan voor de gevangeniscapaciteit is
gebaseerd op het regeerakkoord en moet passen in
een meerjarenbegroting die gebaseerd is op de
begroting van 2008. Er is ook al onderhandeld met
de Regie der Gebouwen over verschillende door
mijn administratie becijferde voorstellen. Het
dossier van de gevangeniscapaciteit zal een van de
eerste dossiers met een meerjarenperspectief zijn
waarover de regering zal beslissen tijdens de
komende weken.
05.05 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le plan pluriannuel relatif à la capacité pénitentiaire
est basé sur l'accord de gouvernement et doit
s'inscrire dans un budget pluriannuel basé sur le
budget 2008. Par ailleurs, des négociations ont déjà
été menées avec la Régie des Bâtiments à propos
de différentes propositions chiffrées élaborées par
mon administration. Le dossier de la capacité
pénitentiaire sera l'un des premiers dossiers inscrits
dans une perspective pluriannuelle à propos duquel
le gouvernement prendra une décision dans les
semaines à venir.
(Frans) De Belgische en Nederlandse penitentiaire
administraties zijn met elkaar in contact getreden,
maar op politiek niveau werd er niets beslist. Er
werd veeleer gezocht naar voorlopige oplossingen,
in afwachting van de uitbouw van een
gevangeniscapaciteit die structureel op onze
behoeften is berekend.
Het spreekt vanzelf dat ik contact houd met mijn
Nederlandse collega en met de staatssecretaris die
over de strafuitvoering gaat.
(En français) Des contacts ont été pris entre les
administrations pénitentiaires belge et néerlandaise
mais rien n'a été décidé au niveau politique. Il
s'agissait plutôt de recherche de solutions
transitoires en attente de disposer d'une capacité
structurellement adaptée à nos besoins.
J'ai évidemment des contacts avec mon collègue
des Pays-Bas, également avec le secrétaire d'État
responsable de l'exécution des peines.
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
Gelet op de reactie van de Nederlandse
administratie meen ik dat de bespreking van dit
dossier thans afgesloten is.
De mogelijkheid om met gevangenisboten te
werken werd niet in aanmerking genomen, en wel
om diverse redenen: opsluiting op gevangenisboten
is slechts verantwoord voor gedetineerden die een
straf van maximaal zes maanden moeten uitzitten,
er rijzen veiligheidsproblemen, het systeem is
duurder dan de klassieke gevangenissen en het
werd door het Comité ter preventie van foltering aan
de kaak gesteld.
À mon avis, vu la réaction de l'administration
néerlandaise, la discussion sur ce dossier est
actuellement close.
L'hypothèse des bateaux n'a pas été retenue pour
diverses raisons : la vie sur ces bateaux ne peut
s'appliquer qu'à des détentions de six mois au
maximum, des problèmes de sécurité se posent, ce
système est plus coûteux que le système
pénitentiaire classique et a été mis en cause par le
Comité de prévention de la torture.
(Nederlands) Het Europees Comité van de Raad
van Europa voor de preventie van mishandeling en
inhumane en vernederende behandelingen heeft na
een bezoek gepleit voor een sluiting van de boten in
Nederland. Ook heeft een Nederlandse rechtbank
al beslist dat een verblijf van meer dan zes
maanden op zo een boot ongeoorloofd is. Een en
ander
doet
ook
vragen
rijzen
over
de
werkomstandigheden
voor
het
personeel.
Bovendien is het een dure formule, gezien de
vereiste infrastructuur aan de kade. Daarom
behouden we dit denkspoor niet. Wel toont het aan
dat we openstaan voor alles wat kan leiden tot een
duurzame oplossing.
(En néerlandais) Le Comité européen du Conseil de
l'Europe pour la prévention de la torture et des
peines ou des traitements inhumains ou dégradants
a plaidé pour une fermeture des bateaux-prisons
aux Pays-Bas, après une visite sur place. Un
tribunal néerlandais a déjà décidé qu'un séjour de
plus de six mois à bord d'un tel bateau est illicite.
Ces constats suscitent des questions sur les
conditions de travail du personnel. Il s'agit par
ailleurs d'un système onéreux, eu égard à
l'infrastructure nécessaire sur le quai. Nous
abandonnons dès lors cette piste, qui montre par
ailleurs que nous sommes ouverts à tout ce qui
mener à une solution durable.
05.06 Josée Lejeune (MR): Denkt u dat de
regering en uw departement over enkele maanden
een welomlijnd standpunt zullen innemen, zodat er
op dat vlak vooruitgang kan worden geboekt?
05.06 Josée Lejeune (MR) : Estimez-vous que le
gouvernement et votre département auront, d'ici
quelques mois, des positions claires pour tenter
d'avancer à ce niveau ?
05.07 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): Ik ben
blij dat de minister dit denkspoor niet zal volgen en
ik begrijp dat wij nog even zullen moeten wachten
op het actieplan. Volgens de media zou de minister
echter al gesproken hebben over de bouw van twee
gevangenissen binnen de twee jaar na het
verkrijgen van de vergunning. Weet de pers dan
meer dan de commissie? Ik concludeer dat de
1.500 nieuwe plaatsen alleszins niet binnen de
komende twee jaar zullen worden gecreëerd, tenzij
de minister mij zal verrassen op dat vlak. Ik kijk
alleszins uit naar het plan dat op stapel staat.
05.07 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : Je me
réjouis que le ministre ne suivra pas cette piste de
réflexion et je comprends qu'il nous faudra attendre
quelque peu le plan d'action. D'après les médias,
toutefois, le ministre aurait déjà évoqué la
construction de deux prisons dans un délai de deux
ans après l'obtention des permis. Les médias en
sauraient-ils plus que la commission ? Je conclus
que les 1.500 nouvelles places ne seront en tout
cas pas disponibles dans les deux prochaines
années, à moins que le ministre nous surprenne en
la matière. Quoi qu'il en soit, nous attendons avec
impatience le plan qui est en préparation.
05.08 Kattrin Jadin (MR): Het stemt mij tevreden
dat de denkpiste van de gevangenisboten dan toch
niet verder zal worden uitgewerkt.
Wat betreft de investeringen die moeten worden
gedaan om de overbevolking in de gevangenissen
tegen te gaan, werden er reeds inspanningen
geleverd in dat verband. Dat was althans een van
de pistes waarover ik graag een antwoord van u
05.08 Kattrin Jadin (MR) : Je suis contente que la
piste des bateaux-prisons ne sera finalement pas
retenue.
Concernant l'investissement nécessaire pour pallier
la surpopulation carcérale, des efforts ont déjà été
consentis en la matière. C'est au moins une des
pistes à propos de laquelle j'aurais voulu vous voir
répondre. Vous ne l'avez pas fait aujourd'hui. Je
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
had gekregen, maar dat heb ik vandaag niet
gehoord. De komende weken zal ik dan ook
terugkomen op deze kwestie.
reviendrai sur cette question dans les prochaines
semaines.
05.09 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Aangezien
er afschrikking moet zijn, zijn wij voorstander van de
gevangenisboten. We kunnen ondertussen alleen
maar hopen dat er cellen bijkomen, daar zijn zelfs
de groenen het mee eens.
Er is een probleem voor de korte straffen waarvoor
op korte termijn geen oplossing bestaat, zoals de
minister zelf ook heeft gezegd. De straffeloosheid
zal dus nog enkel jaren blijven voortduren en
daarop zal de minister worden afgerekend.
05.09 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Une
dissuasion étant nécessaire, nous sommes
favorables au principe des bateaux-prisons. Dans
l'intervalle, nous ne pouvons qu'espérer une
augmentation du nombre de cellules. Même les
verts y sont favorables.
Un problème se pose pour les peines de courte
durée pour lesquelles - comme le ministre l'a admis
lui-même - il n'existe pas de solution à court terme.
L'impunité restera donc encore d'actualité pendant
plusieurs années et le ministre aura in fine à se
justifier pour cette situation.
05.10 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Er is
inderdaad sprake van twee instellingen voor
jeugddelinquenten. Dit punt zal ook voorkomen in
het meerjarenplan.
05.10 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il est effectivement question de deux institutions
pour jeunes délinquants. Ce point sera également
inscrit dans le plan pluriannuel.
05.11 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): Voor
alle duidelijkheid, ik heb een vaststelling gedaan
over de voornoemde 1.500 plaatsen, zonder dat ik
daar een voorstander van ben. Ik toets dit gegeven
slechts aan de beloften van de minister.
05.11 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : Pour
que les choses soient claires, j'ai fait un constat à
propos des 1 500 places dont il vient d'être
question, sans pour autant y être favorable. Je
mesure simplement cette donnée à l'aune des
promesses du ministre.
05.12 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Ik kan met
mijn collega van Groen! wel enkele vaststellingen
delen,
maar
ideologisch
zullen
wij
nooit
overeenkomen. Daarover hoeven we ons geen van
beiden illusies of zorgen te maken.
05.12 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Si je puis
partager certains constats avec mon collègue de
Groen!, nous ne nous accorderons jamais sur le
plan idéologique. Il n'y a aucune illusion à se faire à
ce sujet.
05.13 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
heer Van Hecke vroeg toch hoe we de beloofde
1.500 extra cellen zouden bouwen om de
overbevolking weg te werken en verwijst daarbij
toch naar een pijnlijke realiteit? Daarover zijn we het
dan toch eens? Het debat over de bijkomende
capaciteit was gedurende lange tijd een debat over
de opportuniteit van een gevangenisstraf in
vergelijking met alternatieve methoden. Ik kan
daarin meegaan, maar voor sommigen gaat het
allemaal niet snel genoeg en is het onvoldoende. Ik
ga echter niet akkoord met de stelling dat de
investeringen onmogelijk zijn. Dit heeft in het
Belgische gevangeniswezen in sommige situaties
immers geleid tot haast inhumane toestanden.
05.13 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
M. Van Hecke a tout de même demandé comment
nous allions nous y prendre pour construire les 1
500 cellules supplémentaires et mettre un terme à
la surpopulation, faisant ainsi référence à une
réalité pénible. Nous sommes donc bien d'accord
sur ce point. Le débat sur la capacité
supplémentaire s'est longtemps résumé à un débat
sur l'opportunité d'une peine de prison par rapport à
des mesures alternatives. Je puis le comprendre
mais pour certains tout cela ne va pas vite assez et
n'est pas suffisant. Je ne suis toutefois pas d'accord
avec l'affirmation selon laquelle les investissements
sont impossibles. Cela a parfois conduit dans le
cadre de l'univers carcéral belge à des situations
quasiment inhumaines.
De uitbouw van de gevangeniscapaciteit is geen
teken van een repressieve houding. Het gaat erom
de huidige populatie op een normale wijze onder te
brengen in de gevangenissen, met oog voor het
L'extension de la capacité pénitentiaire ne constitue
pas l'indice d'une attitude répressive. L'objectif est
d'héberger l'actuelle population carcérale dans des
conditions normales dans les prisons pour protéger
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
veiligstellen van de samenleving en met de nodige
aandacht
voor
herintegratie.
De
capaciteitsuitbreiding is voor mij een essentieel punt
dat deel uitmaakt van het komende beleid inzake
strafuitvoering.
la société tout en accordant une attention suffisante
à la réintégration. J'estime que l'extension de la
capacité constitue un point essentiel de la future
politique en matière d'exécution des peines.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Samengevoegde vragen van
- de heer Servais Verherstraeten aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "het arrest van
het Grondwettelijk Hof met betrekking tot het
jeugdsanctierecht" (nr. 4123)
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
uithandengeving" (nr. 4285)
- de heer Bruno Stevenheydens aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vernietiging
van de uithandengeving door het Grondwettelijk
Hof" (nr. 4350)
06 Questions jointes de
- M. Servais Verherstraeten au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "l'arrêt de la Cour
constitutionnelle relatif au droit pénal de la
jeunesse" (n° 4123)<br>- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"le
dessaisissement"
(n° 4285)<br>- M. Bruno Stevenheydens au vice-premier
ministre et ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles
sur
"l'annulation
du
dessaisissement par la Cour constitutionnelle"
(n° 4350)</b>
06.01 Servais Verherstraeten (CD&V - N-VA):
Het Grondwettelijk Hof heeft een arrest geveld
waarin het een aantal artikelen uit het
jeugdsanctierecht en uit de programmawet heeft
vernietigd. De vernietigingen zijn beperkt. Wat zijn
de precieze gevolgen van dit arrest? Welke
initiatieven zal de minister nemen om de wet aan te
passen?
06.01 Servais Verherstraeten (CD&V - N-VA) : La
Cour constitutionnelle a prononcé un arrêt annulant
une série de dispositions du droit pénal de la
jeunesse et de la loi-programme. Ces annulations
ont une portée restreinte. Quelles sont les
conséquences exactes de cet arrêt ? Quelles
initiatives le ministre prendra-t-il pour adapter la
loi ?
06.02 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Ik sluit me aan
bij de vragen van de heer Verherstraeten.
06.02 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Mes
questions rejoignent celles de M. Verherstraeten.
06.03 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang): Ik
sluit me ook aan bij de vragen. De minister heeft
destijds het jeugdsanctierecht vanuit de oppositie
gesteund. De uithandengeving was voor zijn partij
een van de positieve punten. Daarom ben ik
benieuwd naar wat de minister zal doen om na dit
arrest de uithandengeving mogelijk te maken.
06.03 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang) :
Je me rallie également à ces questions. À l'époque,
le ministre a soutenu le droit pénal de la jeunesse
depuis les bancs de l'opposition. Son parti
considérait le dessaisissement comme l'un des
aspects positifs. C'est pourquoi je me demande
quelles actions le ministre va entreprendre pour que
le dessaisissement soit possible après cet arrêt.
06.04 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
Grondwettelijk Hof heeft twee arresten geveld die
maar
enkele
bepalingen
van
de
nieuwe
jeugdbeschermingwet vernietigen. Het Hof stelde
een verschil in behandeling vast van enerzijds
jongeren die voor de bijzondere jeugdkamer van de
correctionele rechtbank moeten verschijnen en
anderzijds jongeren die voor het hof van assisen
moeten verschijnen. Volgens het Hof moeten
minderjarigen altijd worden berecht door een
rechtscollege dat dezelfde opleiding heeft genoten
als diegenen die zetelen in de bijzondere
jeugdkamer.
06.04 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
La Cour constitutionnelle a rendu deux arrêts qui
n'annulent que quelques dispositions de la nouvelle
loi relative à la protection de la jeunesse. La Cour a
constaté une différence de traitement entre les
jeunes devant comparaître devant la chambre
spécifique au sein du tribunal de la jeunesse
lorsqu'ils sont soupçonnés d'avoir commis un délit
ou un crime correctionnalisable et ceux qui doivent
comparaître en cour d'assises. Selon la Cour, le
mineur doit toujours être jugé par une juridiction
comprenant des magistrats choisis parmi ceux qui
ont la même formation que ceux qui siègent dans la
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
Een tweede kritiek gaat over de uitstapregeling voor
jongeren
die
geplaatst
zijn
in
gesloten
opvoedingsinstellingen en een derde over de
voorwaarden om een herstelrechtelijk aanbod op te
leggen.
Momenteel bestuderen mijn diensten de arresten,
zodat we binnen een redelijke termijn met een
antwoord kunnen komen. Ik overleg daarover ook
met de gemeenschapsministers.
Het Grondwettelijk Hof heeft de uithandengeving als
dusdanig niet vernietigd. De bestaande bepalingen
hoeven dus geenszins overboord te worden
gegooid. Het is al langer duidelijk dat sommige
jongeren streng gestraft moeten kunnen worden.
Op basis van een grondige analyse en overleg met
de
Gemeenschappen
moeten
aanpassingen
worden voorbereid en uitgevoerd.
chambre spécifique.
Les régimes de sorties pour les jeunes placés dans
des institutions en régime éducatif fermé ainsi que
les conditions à respecter pour imposer une offre
restauratrice font également l'objet de critiques.
Mes services étudient actuellement ces arrêtés,
après quoi nous serons en mesure d'apporter une
réponse dans un délai raisonnable. Je me concerte
également avec les ministres des Communautés à
ce sujet.
La Cour constitutionnelle n'ayant pas annulé le
dessaisissement en tant que tel, les dispositions
actuelles ne doivent nullement être abolies. Il est
clair depuis longtemps qu'il est nécessaire de
pouvoir punir sévèrement certains jeunes. Il
convient de réaliser une analyse approfondie et de
se concerter avec les Communautés avant de
préparer des adaptations et de les exécuter.
06.05 Servais Verherstraeten (CD&V - N-VA): Ik
sluit mij volledig aan bij de interpretatie van de
minister met betrekking tot de uithandengeving. Dit
arrest heeft de fundamentele principes van het
compromis in de jeugdbeschermingswet niet
gewijzigd.
De wetgeving moet wel zo snel mogelijk worden
aangepast, niet alleen aan dit arrest, maar ook aan
de situatie op het terrein. De wet is nu ongeveer
twee jaar van kracht. We kunnen van deze
gelegenheid gebruik maken om de wet te evalueren
en noodzakelijke aanpassingen aan te brengen. Er
doen zich immers problemen voor met de
leeftijdscategorieën -12 en 12 tot 16.
Bovendien worden de slachtoffers door de wijziging
in de programmawet niet ingelicht wanneer
jongeren een gesloten of een half open instelling
verlaten, wat bijvoorbeeld in de wet op de
strafuitvoeringsrechtbanken voor de gestraften van
meer dan drie jaar wel het geval is. Ook dit moet
zeker opnieuw worden bekeken.
De
minister
erft
hier
dezelfde
moeilijke
omstandigheden als wat de gevangenissen betreft,
maar ik moedig hem aan om zo snel mogelijk tot
oplossingen en tot een uitbreiding van de capaciteit
te komen.
06.05 Servais Verherstraeten (CD&V - N-VA): Je
me rallie pleinement à l'interprétation du ministre en
ce qui concerne le dessaisissement. Cet arrêt n'a
en rien modifié les principes fondamentaux du
compromis de la loi sur la protection de la jeunesse.
La législation doit être adaptée le plus rapidement
possible, non seulement à cet arrêt mais aussi à la
situation sur le terrain. La loi est aujourd'hui en
vigueur depuis deux ans environ. Nous pouvons
profiter de l'occasion pour l'évaluer et y apporter les
aménagements nécessaires. Des problèmes se
posent en effet pour les catégories d'âge des
moins de 12 ans et des 12 à 16 ans.
En raison de la modification de la loi-programme,
les victimes ne sont pas informées lorsque des
jeunes quittent un centre fermé ou un centre semi-
ouvert, ce que prévoit par exemple la loi sur les
tribunaux d'application des peines pour les
condamnés à une peine de plus de trois ans C'est
très certainement un point à revoir également.
Le ministre hérite en l'espèce des mêmes
circonstances difficiles que pour les prisons, mais je
l'encourage à trouver des solutions et à étendre la
capacité dans les meilleurs délais.
06.06 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Het antwoord
van de minister is al even `helder' als wat in de
beleidsnota staat.
06.06 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : La réponse
du ministre est aussi claire que sa note de politique.
06.07 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang): Ik 06.07 Bruno Stevenheydens (Vlaams Belang) :
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
las het arrest en vernam zo dat de wetgever nog tot
30 juni 2009 de tijd heeft, zodat we niet meteen in
een vacuüm terechtkomen. Volgens de minister
zullen er zich geen problemen meer voordoen en
zal hij voor een aanpassing zorgen.
J'ai lu l'arrêt et appris ainsi que le législateur
disposait encore d'un délai courant jusqu'au 30 juin
2009, de sorte qu'il n'y a pas de risque immédiat de
vide juridique. Le ministre affirme qu'il n'y aura plus
de problèmes et qu'il veillera à procéder à une
adaptation.
06.08 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Uit
de beleidsnota blijkt dat wij initiatieven zullen nemen
met betrekking tot de slachtoffers. De beleidsnota
geeft aan welke accenten, thema's en beslissingen
in de loop van het jaar zullen volgen.
Voor sommige materies kan men niet om overleg
met de Gemeenschappen heen. Bij gebrek aan
overleg en inzet van middelen op de andere
niveaus, hoopt men dat Justitie een aantal zaken op
zich zal nemen. Voor mij is dat overleg prioritair.
Bovendien is de wet op de jeugdbescherming zeer
complex en laat de leesbaarheid ervan veel te
wensen over. Ook daarover moet worden overlegd.
Oplossingen aanreiken zonder overleg leidt tot
niets. Beweren dat wij hier een hapklare oplossing
kunnen formuleren terwijl wij nog geen overleg
konden organiseren - de regering is nog maar
enkele weken operationeel - is geen goede
benadering.
Hier
moet
wetgevend
worden
opgetreden.
De vraag naar capaciteit moet worden beantwoord.
Ik hoop dat dit niet zal gebeuren naar aanleiding
van dramatische, onaanvaardbare incidenten, maar
na
politieke
beslissingen,
al
dreigen
die
beslissingen nu door de incidenten te worden
overschaduwd.
06.08 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Conformément à la note de politique, nous allons
prendre des initiatives par rapport aux victimes. La
note de politique mentionne les accents, les thèmes
et les décisions qui suivront au cours de l'année.
Dans certaines matières, la concertation avec les
Communautés est incontournable. En l'absence de
concertation et de mise en oeuvre de moyens aux
autres niveaux, il faut espérer que la Justice puisse
prendre un certain nombre de choses à sa charge.
Pour moi, cette concertation est prioritaire. De plus,
la loi sur la protection de la jeunesse est très
complexe et elle manque singulièrement de clarté.
La concertation doit également porter sur cet
aspect. Proposer des solutions sans concertation
préalable ne mène à rien. Prétendre que l'on
pourrait formuler ici une solution toute faite alors
que nous n'avons pas encore pu organiser de
concertation le gouvernement n'est opérationnel
que depuis quelques semaines ne constitue pas
une bonne approche. En cette matière, il faut agir
au plan législatif.
La demande d'augmenter la capacité doit être
entendue et satisfaite. J'espère que cela se fera
non pas à la suite d'incidents dramatiques ou
inacceptables, mais par le biais de décisions
politiques, même si elles risquent à présent d'être
éclipsées par les incidents.
06.09 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Na negen
maanden overleg bewonder ik het geloof van de
minister in dat overleg.
06.09 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Après neuf
mois de discussions, j'admire la foi persistante du
ministre dans la concertation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Samengevoegde vragen van
- de heer Bruno Steegen aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"de
gerechtelijke vakantie" (nr. 4280)
- de heer Renaat Landuyt aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
management van het gerecht als openbare dienst
'het gerecht' en het recht op verlof van rechters"
(nr. 4284)
- de heer Jean-Luc Crucke aan de vice-
eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "de vertraagde
07 Questions jointes de
- M. Bruno Steegen au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "les vacances judiciaires"
(n° 4280)<br>- M. Renaat Landuyt au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le management de la justice
comme service public 'la justice' et le droit des
juges au congé" (n° 4284)<br>- M. Jean-Luc Crucke au vice-premier ministre et
ministre de la Justice et des Réformes
institutionnelles sur "le ralentissement de la
justice à l'occasion des congés de Pâques"
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
rechtsgang in de paasvakantie" (nr. 4333)
07.01 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Er is opnieuw
een discussie over de werking van de rechtbanken
tijdens schoolvakanties. Veel advocaten hebben de
indruk dat er tijdens schoolvakanties minder
gewerkt wordt en zij maken zich zorgen over de
gerechtelijke achterstand.
07.01 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : La question
du fonctionnement des tribunaux durant les
vacances scolaires se pose une fois de plus. De
nombreux avocats ont l'impression que l'on travaille
moins durant les vacances scolaires et ils
s'inquiètent de l'arriéré judiciaire.
Rechters en procureurs hebben uiteraard ook recht
op vakantie, maar ik deel toch de bezorgdheid van
de orde van de Vlaamse balies. Het gerecht is een
belangrijke openbare dienst die eigenlijk permanent
beschikbaar moet zijn voor de bevolking. In andere
sectoren wordt er wel gezorgd voor een
permanentie, maar jammer genoeg slagen de
rechtbanken
daar
niet
in.
Tijdens
de
schoolvakanties functioneert de meerderheid van
de rechtbanken niet naar behoren.
Zal de minister een richtlijn uitvaardigen om het
recht op vakantie van de rechters te verzoenen met
een behoorlijke werking van het gerechtelijk
systeem?
Il est clair que les juges et les procureurs ont, eux
aussi, le droit de prendre des vacances, mais je
partage néanmoins la préoccupation de l'Ordre des
barreaux flamands. Le tribunal est un service public
important qui devrait être disponible pour le public
de manière permanente. Dans d'autres secteurs,
une permanence est organisée mais les tribunaux
n'arrivent pas à en organiser une. Pendant les
vacances scolaires, la majorité des tribunaux ne
fonctionnent pas comme ils le devraient.
Le ministre a-t-il l'intention de publier une directive
pour concilier le droit des juges de prendre des
vacances et le bon fonctionnement du système
judiciaire ?
07.02 Jean-Luc Crucke (MR): Ik treed mijn
collega hierin bij.
07.02 Jean-Luc Crucke (MR) : Je partage le point
de vue de mon collègue.
De magistraten hebben recht op vakantie. Er heerst
niettemin een malaise, omdat sommige perioden
niet samenvallen met schoolvakanties, maar niet
als gerechtelijke vakantie gelden. In die perioden
worden er minder terechtzittingen vastgesteld.
Les magistrats ont droit à des vacances.
Néanmoins, il y a un malaise dû au fait que
certaines période ne sont pas des périodes de
congés judiciaires mais bien scolaires. Or, il y a
moins de fixations à ces périodes-là.
Ik vraag mij af of het niet tijd wordt om ter zake een
duidelijke gedragslijn uit te werken. Men zou
perioden van meer constante activiteit kunnen
hebben.
De rechtzoekende kan denken dat zijn proces te
lang aansleept omdat zijn advocaat niet snel
genoeg werkt of omdat de magistraat met vakantie
is. Volgens mij doet dat het imago van het gerecht
geen goed.
Je me demande s'il n'est pas temps d'avoir une
ligne de conduite claire en la matière. On pourrait
avoir des périodes d'activité plus constantes.
Le justiciable peut se dire que son affaire n'avance
jamais assez vite à cause de l'avocat qui ne travaille
pas assez vite ou du magistrat qui est en congé. Je
pense que cela ne donne pas une bonne image de
marque de la Justice.
07.03 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Ik ben het
er met de heer Crucke over eens dat er een
regeling moet zijn waarbij iedereen vakantie kan
hebben en waarbij tegelijk de goede werking van
het gerechtelijk apparaat gewaarborgd wordt. We
hebben momenteel geen zicht op de manier waarop
de vakantieperiodes georganiseerd worden, en
beschikken evenmin over informatie aan de hand
waarvan een verband zou kunnen worden gelegd
tussen de gerechtelijke vakantie en de gerechtelijke
achterstand.
(Nederlands) Het zou goed zijn daar eens zicht op
07.03 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Je
partage avec M. Crucke l'idée qu'il doit exister un
régime permettant à chacun de prendre des
vacances et garantissant en même temps le bon
fonctionnement
de
l'appareil
judiciaire.
Actuellement, nous ne disposons pas d'un aperçu
général sur la manière dont les périodes de
vacances sont organisées ni d'informations
permettant d'établir un lien entre les vacances
judiciaires et l'arriéré judiciaire.
(En néerlandais) Il serait positif d'avoir une vue
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
te krijgen. Anderzijds heeft de Adviesraad van de
Magistratuur de taak bij te dragen tot de verbetering
van
het
sociaal
statuut,
van
de
werkomstandigheden en de voorwaarden van de
magistraten.
d'ensemble à ce sujet. Par ailleurs, le Conseil
consultatif de la magistrature a pour mission de
contribuer à l'amélioration du statut social, des
circonstances et des conditions de travail des
magistrats.
Ik heb de adviesraad gevraagd om tegen eind april
een concreet projectplan uit te werken met
betrekking tot de kernwerkzaamheden voor de
volgende twee jaren van het mandaat. In het kader
van dit plan zal ik ook vragen een concreet voorstel
te doen betreffende het gerechtelijk verlof.
Op basis van het projectplan van de adviesraad, de
voorstellen van de Orde van Vlaamse Balies en de
adviezen van de andere actoren van de
gerechtelijke wereld, zoals de Hoge Raad voor de
Justitie, kan ik dan initiatieven nemen om het recht
op vakantie van het gerechtelijk personeel te
verzoenen met het recht op een efficiënte openbare
dienstverlening van de burger.
Daarbij moeten de scheiding der machten en de
onafhankelijkheid van de magistraten natuurlijk
gerespecteerd worden.
J'ai demandé au conseil consultatif d'ébaucher pour
fin avril un projet concernant les principales activités
pour les deux prochaines années du mandat. Dans
le cadre de ce plan, je demanderai également qu'il
formule une proposition concrète à propos des
vacances judiciaires.
Sur la base du projet du conseil consultatif, des
propositions de l'Ordre des barreaux flamands et
des avis des autres acteurs du monde judiciaire,
tels que le Conseil supérieur de la Justice, je
pourrai alors prendre des initiatives pour concilier le
droit aux vacances du personnel judiciaire avec le
droit du citoyen à un service public efficace.
À cet égard, il convient bien entendu de respecter la
séparation des pouvoirs et l'indépendance des
magistrats.
07.04 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Ik ben blij dat
de minister de onafhankelijkheid van het gerecht
niet uit het oog verliest. Artikel 151 van de
Grondwet, dat deze onafhankelijkheid waarborgt, is
immers het artikel dat het minst gerespecteerd
wordt in ons land.
Er is een beter management nodig voor de 470
gerechtelijke instanties die ons land telt. Op dit
ogenblik werken al die rechtbanken autonoom. Een
algemene richtlijn over de invulling van het
gerechtelijk verlof, is een eerste stap in de goede
richting.
De grote vraag die de minister moet kunnen
beantwoorden, is of hij het recht heeft in te grijpen
in de organisatie van het werk, want de organisatie
van het verlof is voor een stuk ook organisatie van
het werk. Ik denk dat het de intentie van de
grondwetgever was dat de minister dat inderdaad
moet kunnen. De scheiding der machten vormt
geen beletsel.
07.04 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Je suis
heureux d'apprendre que le ministre se soucie de
l'indépendance de la justice. L'article 151 de la
Constitution, qui garantit cette indépendance, est en
effet la disposition la moins respectée dans ce pays.
Les 470 instances judiciaires que compte notre
pays doivent être mieux gérées. Actuellement, tous
ces tribunaux fonctionnent de manière autonome.
Une directive générale relative aux vacances
judiciaires constitue une première étape dans la
bonne direction.
Le ministre doit répondre à l'importante question de
savoir s'il lui appartient de s'ingérer dans
l'organisation du travail, dès lors que l'organisation
des vacances relève en partie de l'organisation du
travail. Je pense que telle était effectivement
l'intention du constituant. La séparation des
pouvoirs ne constitue pas une entrave à cet égard.
07.05 Jean-Luc Crucke (MR): In zijn antwoord
geeft de minister blijk van pragmatisme en
doeltreffendheid.
07.05 Jean-Luc Crucke (MR) : La réponse du
ministre reflète son pragmatisme et son efficacité.
07.06 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Ik
was er ook al in 1998 en heb dat artikel mee
opgesteld.
07.06 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Je vous rappellerai qu'en 1998 j'étais déjà là aussi
et que j'ai contribué à la rédaction de cet article.
Cette discussion est comparable à celle sur la
CRABV 52
COM 153
08/04/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
Deze discussie is vergelijkbaar met die over de
werklastmeting.
Kan
een
minister
een
werklastmeting opleggen? Kan hij rechters, die hun
onafhankelijkheid inroepen, instructies opleggen?
Het antwoord is niet zwart-wit.
Wat mij betreft moet de zetel de eigenaar zijn van
een dergelijk systeem. Maar wie is de zetel? Bij het
College
van
procureurs-generaal
is
het
aanspreekpunt duidelijk, bij de zittende magistraten
is dat echter niet zo. Daar gaat het over
verschillende instanties. De vraag is dus hoe wij
zoiets moeten organiseren. Kunnen wij de zetel
bepaalde verantwoordelijkheden geven? Bovendien
mag de samenleving een zekere transparantie in de
besteding van de middelen eisen.
Het is een beetje zoals in ziekenhuizen: de artsen
beroepen zich op hun therapeutische vrijheid, maar
tegelijkertijd
is
er
een
gezamenlijke
verantwoordelijkheid voor de te besteden middelen.
mesure de la charge de travail. Un ministre peut-il
imposer une mesure de la charge de travail ? Peut-
il imposer des instructions aux juges qui se
retranchent derrière leur indépendance ? La
réponse à cette question n'est ni oui, ni non.
En ce qui me concerne, j'estime que le propriétaire
d'un tel système doit être le siège. Mais qui est le
siège ? Au niveau du Collège des procureurs
généraux, le point de contact apparaît évident mais
ce n'est pas le cas pour la magistrature assise. Là,
plusieurs instances entrent en ligne de compte. La
question à se poser est donc de savoir comment
organiser tout cela. Peut-on conférer certaines
responsabilités au siège ? Qui plus est, la société
peut aussi exiger une certaine transparence dans
l'utilisation des moyens.
C'est un peu comme dans les hôpitaux : les
médecins invoquent leur liberté thérapeutique mais
on note parallèlement à cette liberté une
responsabilité commune au niveau des moyens à
affecter.
07.07 Renaat Landuyt (sp.a-spirit): Als het over
management gaat, houdt de vergelijking tussen
rechtbanken en ziekenhuizen inderdaad steek. De
minister van Justitie moet echter opletten dat hij niet
te sterk nuanceert wat er in de Grondwet staat,
want dan ondermijnt hij zijn eigen positie. De eerste
paragraaf van artikel 151 is heel duidelijk, maar
blijkbaar wil men dat nog steeds niet zien. Het stoort
mij enorm dat in cursussen staatsrecht de
hoofdstukken hierover steevast dateren van voor
1998. Dat verzwakt de positie van de politiek.
07.07 Renaat Landuyt (sp.a-spirit) : Au niveau du
management, la comparaison entre les tribunaux et
les hôpitaux tient en effet la route. Le ministre de la
Justice doit toutefois être attentif à ne pas trop
nuancer le contenu de la Constitution car, à force
de nuancer, il risque de se déforcer lui-même. Le
premier paragraphe de l'article 151 est très clair,
mais on semble refuser de le voir. Je suis
profondément heurté par le fait que dans les cours
de droit public, les chapitres à ce sujet datent
toujours d'avant 1998. Cette situation affaiblit la
position du politique.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
vice-eersteminister en minister van Justitie en
Institutionele Hervormingen over "bepaalde
verbodsbepalingen om politieke functies uit te
oefenen" (nr. 4335)
08 Question de M. Jean-Luc Crucke au vice-
premier ministre et ministre de la Justice et des
Réformes
institutionnelles
sur
"certaines
interdictions d'exercer des fonctions politiques"
(n° 4335)</b>
08.01 Jean-Luc Crucke (MR): Naast de functie
van magistraat zijn er in ons rechtssysteem een
aantal andere functies secretaris, administratief
medewerker die ook bij andere departementen
dan Justitie bestaan. Personen die identieke
functies uitoefenen, mogen buiten de rechterlijke
orde wel een politiek mandaat uitoefenen, terwijl dat
bij het gerechtelijk apparaat niet toegestaan is.
Het recht om zich kandidaat te stellen voor
verkiezingen of een mandaat uit te oefenen is een
elementair burgerrecht. Maar het is ook de taak van
08.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Au sein du
système judiciaire, à côté des magistrats, on peut
retrouver
des
fonctions
secrétaires,
collaborateurs administratifs existant dans
d'autres administrations que celle de la Justice. Des
personnes occupant des fonctions identiques sont
autorisées, hors de l'ordre judiciaire, à exercer un
mandat politique, alors que cela leur est refusé au
sein du système judiciaire.
Le droit d'être candidat aux élections ou d'exercer
un mandat est un droit civique élémentaire. Par
ailleurs, c'est le rôle de la démocratie de créer
08/04/2008
CRABV 52
COM 153
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
de democratie om bepaalde onverenigbaarheden
vast te leggen. Ik ben van oordeel dat deze kwestie
een nader onderzoek verdient.
Wat is het standpunt van de minister en de regering
in dit dossier?
Zou het dossier inzake de kandidaatstelling voor en
de uitoefening van een politieke functie niet
geüpdatet kunnen worden ik heb het wel degelijk
over de niet-magistraten in de rechterlijke orde of
denkt u integendeel dat dit volledige verbod moet
gehandhaafd blijven?
certains incompatibilités. En la matière, j'estime que
la pensée doit être affinée.
Quelle est la position du ministre et du
gouvernement dans ce dossier ?
Peut-on imaginer que le dossier relatif aux
candidatures et à l'exercice de fonction politique soit
actualisé je parle bien d'employés non magistrats
de l'ordre judiciaire ou considérez-vous au
contraire que cette interdiction totale et complète
doit être maintenue ?
08.02 Minister Jo Vandeurzen
(Frans): Het
Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat de regels inzake
onverenigbaarheid van toepassing zijn op het
personeel van de griffies en parketten, op de
attachés
bij
de
dienst
documentatie
en
overeenstemming der teksten bij het Hof van
Cassatie, alsook op de personeelsleden die een
bijzondere graad bekleden.
08.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Le
Code
judiciaire
dispose
que
les
règles
d'incompatibilité sont applicables aux membres du
secrétariat du parquet, au personnel de greffe et
aux attachés aux services de la documentation et
de la concordance des textes auprès de la Cour de
cassation, ainsi qu'aux membres du personnel
titulaires d'un grade de qualification particulier.
De wetgever had aangegeven dat de rechterlijke
ambten, zelfs wanneer ze worden bekleed door
personeel dat geen deel uitmaakt van de
rechterlijke orde, dusdanig moeten worden
uitgeoefend dat de rechtsonderhorige een absoluut
vertrouwen kan hebben in de neutraliteit en de
objectiviteit van de persoon die het ambt uitoefent.
Het Grondwettelijk Hof heeft dat standpunt in een
arrest van 1998 bevestigd. Daaruit blijkt duidelijk dat
er tussen de personeelsleden van de griffies en de
parketsecretariaten enerzijds, en de andere
overheidsambtenaren anderzijds, een onderscheid
bestaat dat gestoeld is op objectieve criteria en dat
rechtvaardigt dat enkel de eerstgenoemde
categorie onderworpen is aan de omstreden
verbodsbepalingen.
Gelet op de motivering van de wetgever en op het
standpunt van het Grondwettelijk Hof moeten de
bestaande
onverenigbaarheden
worden
gehandhaafd.
Le législateur avait indiqué que les fonctions
judiciaires, même exercées par du personnel qui ne
relève pas de l'ordre judiciaire, doivent l'être de
façon telle que le justiciable puisse avoir une
confiance absolue dans la neutralité et l'objectivité
des personnes qui l'exerce.
La Cour constitutionnelle a conforté cette position
dans un arrêt de 1998 qui indique clairement qu'il
existe entre les membres du personnel des greffes
et des secrétariats des parquets, d'une part, et les
autres agents de la Fonction publique, d'autre part,
une différence fondée sur des critères objectifs qui
justifie que seul les premiers soient soumis aux
incompatibilités critiquées.
Vu la motivation du législateur et la position de la
Cour constitutionnelle, il convient de conserver les
incompatibilités telles qu'elles existent actuellement.
08.03 Jean-Luc Crucke (MR): Tijdens deze
zittingsperiode zullen we dus ter plaatse blijven
trappelen. Dat betreur ik, maar ik behoor de
wetgever en de minister te respecteren.
08.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Les choses
n'évolueront donc pas pendant cette législature. Je
le regrette mais je me dois cependant de respecter
le législateur et le ministre.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.13 uur.
La réunion publique de commission est levée à
17 h 13.