KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 100
CRABV 52 COM 100
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
F
INANCIËN EN DE
B
EGROTING
C
OMMISSION DES
F
INANCES ET DU
B
UDGET
woensdag
mercredi
13-02-2008
13-02-2008
Avond
Soir
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Samengevoegde vragen van
1
Questions jointes de
1
- de heer Peter Logghe aan de vice-
eersteminister en minister van Begroting,
Mobiliteit en Institutionele Hervormingen over "de
100.000 niet-verzekerde voertuigen in het
verkeer" (nr. 1649)
1
- M. Peter Logghe au vice-premier ministre et
ministre du Budget, de la Mobilité et des
Réformes institutionnelles sur "les 100.000
véhicules non assurés qui sont en circulation"
(n° 1649)
1
- de heer Peter Logghe aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de niet-
verzekerde voertuigen in het verkeer" (nr. 1861)
1
- M. Peter Logghe au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les véhicules non assurés qui
sont en circulation" (n° 1861)
1
Sprekers: Peter Logghe, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Orateurs: Peter Logghe, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de bio-ethanol
en de biodiesel" (nr. 1708)
3
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le bio-éthanol et le bio-diesel"
(n° 1708)
3
Sprekers:
Hendrik
Bogaert,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de evolutie van
de ontvangsten uit belastingen op brandstoffen"
(nr. 1733)
5
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'évolution des recettes
provenant de taxes sur le carburant" (n° 1733)
5
Sprekers:
Hendrik
Bogaert,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de evolutie van
de interestlasten" (nr. 1734)
5
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'évolution des charges
d'intérêts" (n° 1734)
5
Sprekers:
Hendrik
Bogaert,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de benoeming
tot eerstaanwezend inspecteur bij de dienst
Directe Belastingen na een incompetitiestelling op
14 juni 2007" (nr. 1740)
6
Question de Mme Camille Dieu au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la nomination au titre
d'inspecteur principal au sein des services des
contributions directes suite à une mise en
compétition ouverte le 14 juin 2007" (n° 1740)
6
Sprekers: Camille Dieu, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Orateurs: Camille Dieu, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Jenne De Potter aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de moeilijkheid
om een schuldsaldoverzekering af te sluiten na
8
Question de M. Jenne De Potter au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la difficulté de conclure une
assurance de solde restant dû après un
8
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
een diagnose van kanker" (nr. 1828)
diagnostic de cancer" (n° 1828)
Sprekers: Jenne De Potter, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Orateurs: Jenne De Potter, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Guy Coëme aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de problemen
waarmee de politiezones worden geconfronteerd
inzake sociale zekerheid" (nr. 2004)
10
Question de M. Guy Coëme au ministre de
l'Intérieur sur "les problèmes rencontrés par les
zones de police en matière de sécurité sociale"
(n° 2004)
10
Sprekers: Guy Coëme, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Orateurs: Guy Coëme, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Guy Coëme aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "corruptie in een
btw-ontvangkantoor" (nr. 2010)
11
Question de M. Guy Coëme au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "la corruption dans un bureau
de recettes de la TVA" (n° 2010)
11
Sprekers: Guy Coëme, Didier Reynders,
vice-eerste minister en minister van Financiën
en van Institutionele Hervormingen
Orateurs: Guy Coëme, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de resultaten
van de vergadering van het overlegcomité van
1 februari 2008 inzake het verzoek van de Franse
Gemeenschap om een tegemoetkoming in de
kosten van de energiefactuur van de scholen, en
de perspectieven met betrekking tot een
soortgelijke
tegemoetkoming
voor
alle
gemeenschapsvoorzieningen" (nr. 2035)
12
Question de M. Georges Gilkinet au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le résultat du comité de
concertation du 1er février 2008 en ce qui
concerne la demande de la Communauté
française de bénéficier d'une aide pour la prise en
charge des factures énergétiques des écoles et
les perspectives d'une aide de même nature pour
l'ensemble des collectivités" (n° 2035)
12
Sprekers:
Georges
Gilkinet,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Orateurs:
Georges
Gilkinet,
Didier
Reynders, vice-premier ministre et ministre
des Finances et des Réformes institutionnelles
Samengevoegde vragen van
14
Questions jointes de
14
- de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
registratiekantoor van Lennik" (nr. 1825)
14
- M. Michel Doomst au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le bureau d'enregistrement
de Lennik" (n° 1825)
14
- de heer Luk Van Biesen aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
registratiekantoor van Lennik" (nr. 1990)
14
- M. Luk Van Biesen au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le bureau d'enregistrement
de Lennik" (n° 1990)
14
Sprekers: Michel Doomst, Luk Van Biesen,
Didier Reynders
, vice-eerste minister en
minister van Financiën en van Institutionele
Hervormingen
Orateurs: Michel Doomst, Luk Van Biesen,
Didier Reynders
, vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles
Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de toepassing
van de 40-dagenregel voor de berekening van het
voordeel van alle aard van de bedrijfswagen"
(nr. 2057)
16
Question de M. Hendrik Bogaert au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "l'application de la règle des
40 jours pour le calcul de l'avantage de toute
nature généré par un véhicule de société"
(n° 2057)
16
Sprekers:
Hendrik
Bogaert,
Didier
Reynders, vice-eerste minister en minister
van
Financiën
en
van
Institutionele
Hervormingen
Orateurs: Hendrik Bogaert, Didier Reynders,
vice-premier ministre et ministre des Finances
et des Réformes institutionnelles
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE FINANCIËN
EN DE BEGROTING
COMMISSION DES FINANCES ET
DU BUDGET
van
WOENSDAG
13
FEBRUARI
2008
Avond
______
du
MERCREDI
13
FÉVRIER
2008
Soir
______
De vergadering wordt geopend om 10.12 uur door
de heer François-Xavier de Donnea, voorzitter.
La réunion publique est ouverte à 10 h 12 par
M. François-Xavier de Donnea, président.
01 Samengevoegde vragen van
- de heer Peter Logghe aan de vice-eersteminister
en minister van Begroting, Mobiliteit en
Institutionele Hervormingen over "de 100.000
niet-verzekerde voertuigen in het verkeer"
(nr. 1649)
- de heer Peter Logghe aan de vice-eersteminister
en minister van Financiën en Institutionele
Hervormingen
over
"de
niet-verzekerde
voertuigen in het verkeer" (nr. 1861)
01 Questions jointes de
- M. Peter Logghe au vice-premier ministre et
ministre du Budget, de la Mobilité et des
Réformes institutionnelles sur "les 100.000
véhicules non assurés qui sont en circulation"
(n° 1649)<br>- M. Peter Logghe au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "les véhicules non assurés
qui sont en circulation" (n° 1861)</b>
01.01 Peter Logghe (Vlaams Belang): Eind 2007
stonden op de zwarte lijst van de Belgische
verzekeraars 154.000 namen, waarvan 92 procent
wegens wanbetaling. Bovendien rekende de
verzekeringssector ons voor dat niet minder dan
100.000 niet-verzekerde voertuigen in het verkeer
circuleren.
Politiemensen die met zo'n voertuig geconfronteerd
worden, geven naar verluidt onmiddellijk een boete
van 1.000 euro en leggen onmiddellijk beslag op het
voertuig. Volgens bepaalde berichten zou het
voertuig in kwestie echter enkel verbeurd verklaard
worden indien deze boete niet binnen de gestelde
termijnen wordt betaald. Zal een niet-verzekerd
voertuig, mits betaling van de boete, dan wel
worden vrijgegeven?
In het geval dat een niet-verzekerd voertuig een
verkeersongeval veroorzaakt, ontvangt men als
normaal
verzekerd
bestuurder
een
schadevergoeding,
betaald
door
het
Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds. Dit fonds
probeert dan het bedrag te verhalen op de
aansprakelijke voor het ongeval. In het verleden
werd al meermaals geklaagd over de lange
procedure die men als slachtoffer moest doorlopen
01.01 Peter Logghe (Vlaams Belang) : Fin 2007,
la liste noire des assureurs belges comportait
154.000 noms dont 92 % y figuraient pour défaut de
paiement. En outre, le secteur des assurances a
calculé à notre intention que pas moins de 100.000
véhicules non assurés sont en circulation.
Il me revient que les policiers qui arrêtent un tel
véhicule infligent immédiatement une amende de
1.000 euros au conducteur et procèdent sur-le-
champ à la saisie du véhicule. Toutefois, selon
certains communiqués, le véhicule ne serait
confisqué que si l'amende n'est pas acquittée dans
les délais impartis. Est-ce à dire qu'un véhicule non
assuré échappe à la confiscation si l'amende est
payée ?
Dans l'hypothèse où un véhicule non assuré
provoque un accident de la circulation, le
conducteur normalement assuré reçoit une
indemnisation qui lui est versée par le Fonds
commun de garantie automobile. Ce fonds tente
ensuite de récupérer le montant des dégâts en en
réclamant le remboursement au responsable de
l'accident. Par le passé, des voix se sont fait
entendre à plusieurs reprises pour dénoncer la
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
vooraleer men werd uitbetaald.
Hebt u een idee van de gemiddelde looptijd van
deze schadedossiers in de afgelopen jaren?
Hoeveel dossiers beheert het fonds? Worden er
maatregelen getroffen om de looptijd in de
toekomst te verkorten?
longue procédure que doit suivre la victime avant
d'obtenir le remboursement de son dommage.
Avez-vous une idée de la durée moyenne de
traitement de ces dossiers de dommage au cours
des années écoulées ? Combien de dossiers gère
le Fonds ? Des mesures seront-elles prises pour
réduire cette durée ?
Een verplichte domiciliëring zou het aantal
wanbetalingen waarschijnlijk doen verminderen.
Overweegt u om een dergelijke maatregel op te
leggen?
Kunt u ons een idee geven van de leeftijdsklasse
van de wanbetalers en van hun regionale spreiding
in Vlaanderen, Brussel en Wallonië?
Artikel 20 van de wet van 21 november 1989
betreffende
de
verplichte
aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
regelt de werkwijze in geval de politie of een
ambtenaar van de openbare macht vaststelt dat
een motorrijtuig niet verzekerd is. In dat geval wordt
een proces-verbaal opgesteld, waarvan een
afschrift binnen de twee dagen na de dag waarop
de identiteit van de eigenaar kan worden
vastgesteld, wordt verstuurd.
Wat gebeurt er met het voertuig in kwestie als de
identiteit van de eigenaar niet kan worden
vastgesteld?
Une
domiciliation
obligatoire
permettrait
probablement de diminuer le nombre de fraudeurs.
Envisagez-vous d'imposer une telle mesure ?
Pouvez-vous nous donner une idée des catégories
d'âge dans lesquelles on trouve les fraudeurs et
ventiler leur nombre entre la Flandre, Bruxelles et la
Wallonie ?
L'article 20 de la loi du 21 novembre 1989 relative à
l'assurance obligatoire de la responsabilité en
matière de véhicules automoteurs détermine la
procédure à suivre lorsque la police ou un officier
de la force publique constate qu'un véhicule n'est
pas assuré. Un procès-verbal est alors rédigé et
copie de celui-ci est transmise dans les deux jours
qui suivent le jour où l'identité du propriétaire a pu
être déterminée.
Qu'advient-il du véhicule lorsqu'il n'est pas possible
de déterminer l'identité du propriétaire ?
01.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): De
beslagprocedure en het proces-verbaal zijn
bevoegdheden van de minister van Justitie.
In 2006 heeft het Motorwaarborgfonds 7.877
nieuwe schadedossiers aangelegd op grond van de
niet-verzekering bij een ongeval dat plaatsvond in
België. In 40 procent van de gevallen ging het om
ongelukken van voor 2006. In 2007 legde het fonds
8.259 nieuwe schadedossiers aan. Het ging in 40
procent van de dossiers om ongevallen van voor
2007.
De wachttijden hebben te maken met allerlei
verplichtingen waaraan men moet voldoen.
01.02 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
La procédure de saisie et le procès-verbal relèvent
de la compétence du ministre de la Justice.
En 2006, le Fonds commun de garantie automobile
a
constitué
7.877
nouveaux
dossiers
d'indemnisation pour défaut d'assurance lors d'un
accident survenu en Belgique. Dans 40 % des cas,
il s'agissait d'accidents antérieurs à 2006. En 2007,
le fonds a ouvert 8.259 nouveaux dossiers
d'indemnisation et dans 40 % des cas, il s'agissait
d'accidents survenus avant 2007.
Les délais d'attente sont dus à toute une série
d'obligations à remplir.
In 2006 gebeurde de aangifte in 927 gevallen met
de melding dat men een gerechtelijke procedure
moest volgen. In 2007 gebeurde dit 822 keer. Hier
is de afhandeling op korte termijn onmogelijk.
Van de dossiers die de verzekering in 2006 opende,
was 32 procent eind 2006 afgesloten, 71 procent
En 2006, la déclaration a été effectuée dans 927
cas avec la mention qu'une procédure judiciaire
devait être suivie. En 2007, il s'agissait de 822 cas.
Le traitement à court terme est impossible en
l'occurrence.
32 % des dossiers ouverts par les assurances en
2006 étaient clôturés fin 2006 et 71 % fin 2007.
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
eind 2007. Eind 2007 was 28 procent van de
dossiers die dat jaar geopend werden, afgesloten.
Sinds 2004 kan men de RDR-conventie toepassen,
ook in het geval van niet-verzekering.
28 % des dossiers ouverts en 2007 étaient clôturés
à la fin de cette année.
La convention RDR peut être appliquée depuis
2004, même en cas de non-assurance.
Als het onderzoek door het fonds te lang duurt, kan
de benadeelde een toepassing vragen van de wet
van 27 augustus 2002, zodat het fonds al kan
vergoeden ongeacht de betwisting tussen het fonds
en een verzekeraar over wie moet betalen, maar
dan moet wel de aansprakelijkheid of - voor zwakke
weggebruikers - de betrokkenheid van het niet-
verzekerde voertuig vaststaan.
Dankzij de nieuwe mogelijkheden die in 2002 en
2004 werden ingevoerd, zijn nieuwe maatregelen
niet onmiddellijk noodzakelijk. Ik betwijfel dat de
verplichte domiciliëring het aantal wanbetalers zou
reduceren, een gespreide betaling per kwartaal
misschien wel.
Over het aantal wanbetalers en de verdeling ervan
heb ik geen informatie.
Si l'enquête menée par le fonds est trop longue, la
personne préjudiciée peut requérir l'application de
la loi du 27 août 2002 pour que le fonds puisse déjà
procéder à l'indemnisation, indépendamment du
litige entre ce dernier et un assureur à propos de la
prise en charge financière. Toutefois, il faut dans ce
cas que la responsabilité ou, pour les usagers de la
route les plus vulnérables, l'implication du véhicule
non assuré soit établie.
Grâce aux nouvelles possibilités instaurées en 2002
et en 2004, de nouvelles mesures ne sont pas
immédiatement nécessaires. Je doute que
l'obligation de domiciliation permette de réduire le
nombre de mauvais payeurs. Un paiement
échelonné par trimestre pourrait en revanche y
contribuer.
Je ne dispose d'aucune information sur le nombre
de mauvais payeurs ou leur répartition.
01.03 Peter Logghe (Vlaams Belang): Ik zal de
betrokken vragen stellen aan de minister van
Justitie. Ik betreur dat er alweer geen informatie
beschikbaar is over de regionale spreiding van
wanbetalers en niet-verzekerde voertuigen.
01.03 Peter Logghe (Vlaams Belang) : Je poserai
les questions concernées au ministre de la Justice.
Je regrette qu'une fois de plus, on ne dispose
d'aucune information sur la répartition régionale des
mauvais payeurs et sur les véhicules non assurés.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de
vice-eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de bio-ethanol
en de biodiesel" (nr. 1708)
02 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "le bio-éthanol et
le bio-diesel" (n° 1708)</b>
02.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Hoeveel
bedragen de maandelijkse opbrengsten door de
verhoogde accijns op bio-ethanol sinds 1 oktober
2007? Hoeveel bedragen zij op biodiesel sinds de
invoering van die verhoogde accijns? Wat zijn de
verwachte opbrengsten voor de komende drie
maanden? Hoeveel bedroeg de compensatie aan
de sector voor de aankoop of aanmaak van bio-
ethanol en van biodiesel? Wanneer zullen deze
brandstoffen beschikbaar zijn?
02.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : A
combien s'élèvent les recettes mensuelles des
accises majorées sur le bioéthanol depuis le 1er
octobre 2007? A combien s'élèvent-elles pour le
biodiesel depuis l'entrée en vigueur de ces accises
majorées ? Quelles sont les recettes escomptées
pour les trois mois à venir ? Quel est le montant des
compensations accordées au secteur pour l'achat
ou la production de bioéthanol et de biodiesel ?
Quand ces carburants seront-ils disponibles ?
02.02 Minister Didier Reynders (Nederlands):
Sinds 1 oktober 2007 is er geen accijnsverhoging
geweest voor bio-ethanol. Het tarief op benzine
zonder lood, aangevuld met 7 procent bio-ethanol,
is lager dan het tarief op benzine zonder lood voor 1
oktober 2007. Aangezien deze samenstelling nog
niet wordt gebruikt, zijn er nog geen accijnzen
02.02 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Il n'y pas eu d'augmentation des accises sur le
bioéthanol depuis le 1er octobre 2007. Le taux
d'accise sur l'essence sans plomb mélangée à sept
pour cent de bioéthanol est inférieur à celui
appliqué à l'essence sans plomb avant le 1er
octobre 2007. Etant donné que cette composition
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
ontvangen en deze worden ook niet verwacht in de
komende drie maanden.
Voor biobrandstof is er in geen enkele directe
compensatie voorzien voor de sector. Het
accijnstarief dat toegepast wordt op een mengsel
van bio- en fossiele brandstof is lager dan het tarief
voor de gelijkaardige fossiele brandstof. Dit
verlaagd tarief werd tot nu toe nog niet toegepast
omdat er nog geen ingebruiksstelling is geweest.
De levering van bio-ethanol is pas gepland vanaf
mei 2008, maar aangezien er daartoe geen enkele
verplichting bestaat, is het gevaarlijk om hierover
voorspellingen te doen.
n'a pas encore été commercialisée chez nous,
aucune accise n'a encore été perçue et il ne faut
pas attendre de recettes de ce côté dans les trois
mois à venir.
Pour les biocarburants, aucune compensation
directe n'a été prévue pour le secteur. Le taux
d'accise appliqué aux mélanges de biocarburant et
de combustibles fossiles est inférieur à celui
appliqué aux combustibles fossiles similaires purs.
Jusqu'à présent, ce taux réduit n'a pas encore été
appliqué, dès lors que ce type de carburant n'est
pas encore distribué. La livraison de bioéthanol
n'est prévue qu'à partir de mai 2008, mais comme il
n'y a pas la moindre obligation en la matière, il est
dangereux de faire des pronostics à ce sujet.
Sinds 1 november 2006 is er geen accijnsverhoging
geweest op biodiesel. Het tarief voor gasolie
aangevuld met FAME, is lager dan het tarief op
gasolie met een laag zwavelgehalte van voor 1
november 2006. Doordat er tot nu toe geen enkele
accijnsverhoging op biodiesel is geweest, is een
raming van bijkomende opbrengsten niet mogelijk.
Er is geen directe compensatie voor de sector voor
de productie van biobrandstoffen. Het tarief voor
gasolie, gemengd met 5 procent FAME-biodiesel, is
lager dan het tarief voor volledig fossiele gasolie, dit
om het prijsverschil te compenseren. Biodiesel is
als mengsel van 5 procent met gasolie wel reeds
beschikbaar bij sommige leveranciers, zonder dat
hiertoe enige verplichting bestaat.
Op federaal en Europees vlak werden al richtlijnen
opgesteld
betreffende
de
overgang
naar
biobrandstoffen. We hebben hierover reeds veel
beslissingen genomen. Wel zijn er belangrijke
vertragingen in de leveringen in de verschillende
Gewesten, iets waar we op federaal niveau niets
aan kunnen doen.
Les accises sur le biodiesel n'ont pas été majorées
depuis le 1er novembre 2006. Le taux appliqué au
gasoil contenant de l'EMAG est inférieur au taux
appliqué au gasoil à faible teneur en soufre qui date
d'avant le 1
er
novembre 2006. Étant donné que les
accises sur le biodiesel n'ont pas été revues à la
hausse
jusqu'à
présent,
les
recettes
supplémentaires sont impossibles à estimer. Le
secteur ne bénéficie d'aucune compensation directe
pour la production de biocarburants. Le taux
appliqué au gasoil contenant 5 % de biodiesel
EMAG est inférieur au taux appliqué au gasoil
d'origine fossile à 100 %, ceci pour compenser la
différence de prix. Le biodiesel à 5 % est déjà
disponible auprès de certains fournisseurs, sans
aucune obligation toutefois.
Des directives relatives au passage aux
biocarburants ont déjà été établies aux niveaux
fédéral et européen. Nous avons déjà pris de
nombreuses décisions à ce sujet. Des retards de
livraison importants sont toutefois constatés dans
les différentes Régions et nous ne pouvons y
remédier à l'échelon fédéral.
02.03 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Naar
verluidt zouden de leveranciers niet klaar zijn en
zou men wachten tot iedereen zover is. Klopt het
dat men in Vlaanderen klaar is, maar in Wallonië
nog niet?
02.03 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : Il
semblerait que les fournisseurs ne soient pas prêts
et que l'on attendrait que tous le soient. Est-il exact
que la Flandre est prête mais pas la Wallonie ?
02.04 Minister Didier Reynders (Nederlands): Er
waren problemen in Gent en Wanze, maar we
wachten niet tot de laatste leverancier klaar is.
02.04 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Des problèmes se sont posés à Gand et à Wanze
mais nous n'attendons pas que les fournisseurs
soient prêts jusqu'au dernier.
02.05 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Zodra
iemand klaar is en over de nodige capaciteit
beschikt, kan er gestart worden?
02.05 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : Peut-on
commencer dès qu'un fournisseur est prêt et
dispose de la capacité nécessaire ?
02.06 Minister Didier Reynders (Nederlands):
Inderdaad.
02.06 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Oui.
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De behandeling van de vragen en interpellaties
wordt geschorst van 10.30 uur tot 11.16 uur.
La discussion des questions est suspendue de
10 h 30 à 11 h 16.
03 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de
vice-eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de evolutie
van de ontvangsten uit belastingen op
brandstoffen" (nr. 1733)
03 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "l'évolution des
recettes provenant de taxes sur le carburant"
(n° 1733)</b>
03.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Hoe zijn
de fiscale ontvangsten op brandstoffen de
afgelopen drie jaar geëvolueerd?
03.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : Quelle a
été l'évolution des recettes fiscales au cours des
trois dernières années ?
03.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): In
2005
ging
het
om
4,25
miljard
euro
accijnsontvangsten, in 2006 iets meer dan 4,1
miljard euro en in 2007 bijna 4,15 miljard euro. Op
december 2007 na gaat het om definitieve cijfers. Ik
stel de detailberekening ter beschikking. Mijn
administratie is bezig met een studie over het
onderwerp. Zodra die gegevens beschikbaar zijn,
stuur ik die door.
03.02 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Les recettes des accises se sont élevées à 4,25
milliards d'euros en 2005, un peu plus de 4,1
milliards d'euros en 2006 et près de 4,15 milliards
d'euros en 2007. Ces chiffres sont définitifs, mis à
part ceux du mois de décembre 2007. Je tiens le
calcul précis à votre disposition. Mon administration
se penche actuellement sur cette question. Je vous
transmettrai les données dès qu'elles seront
disponibles.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de
vice-eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de evolutie
van de interestlasten" (nr. 1734)
04 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "l'évolution des
charges d'intérêts" (n° 1734)</b>
04.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Hoe
evalueren de intrestlasten? Wat is de impact van de
impliciete rente ten opzichte van de impact van de
overheidsschuld?
04.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : Quelle
est l'évolution des charges d'intérêts ? Quel est
l'impact de l'intérêt implicite par rapport à celui de la
dette publique ?
04.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): Ik
zal de heer Bogaert een tabel geven met de evolutie
van 2004 tot 2007.
De impliciete rente evolueerde van 4,99 procent in
2004 tot 4,59 procent in 2007. Tot en met 2005
daalden de intrestlasten jaarlijks. In 2006 en 2007
daalden ze niet meer, omdat de impliciete rente niet
meer afnam. Omdat de marktrente steeg, werd het
effect
van
de
herfinanciering
van
de
langetermijnschuld
aan
lagere
rentevoeten
tenietgedaan. Ook de daling van de impliciete rente
werd tenietgedaan door de lichte stijging van de
staatsschuld. Als de kortetermijnrente in 2008
opnieuw zou dalen, dan zullen de intrestlasten en
de impliciete rente opnieuw afnemen. Ten opzicht
van het bbp bleven de intrestlasten en de federale
staatsschuld in 2006 en 2007 afnemen
04.02 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Je remettrai à M. Bogaert un tableau de l'évolution
entre 2004 et 2007.
L'intérêt implicite a évolué de 4,99 % en 2004 à
4,59 % en 2007. Jusqu'en 2005, les charges
d'intérêts se sont chaque année inscrites en recul.
Cette baisse s'est suspendue en 2006 et 2007 étant
donné que l'intérêt implicite avait cessé de fléchir.
Les effets du refinancement de la dette à long
terme à des taux d'intérêt inférieurs ont été réduits à
néant par l'augmentation du taux du marché. Quant
à la baisse de l'intérêt implicite, elle a à son tour été
annihilée par la légère augmentation de la dette
publique. Si les taux à court terme baissent à
nouveau en 2008, les charges d'intérêts ainsi que
l'intérêt implicite entameront une nouvelle courbe
descendante. Les charges d'intérêts et la dette
publique fédérale ont continué à diminuer par
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
rapport au PIB en 2006 et 2007.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Camille Dieu aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de benoeming
tot eerstaanwezend inspecteur bij de dienst
Directe Belastingen na een incompetitiestelling
op 14 juni 2007" (nr. 1740)
05 Question de Mme Camille Dieu au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la nomination au
titre d'inspecteur principal au sein des services
des contributions directes suite à une mise en
compétition ouverte le 14 juin 2007" (n° 1740)</b>
05.01 Camille Dieu (PS): Op 21 december 2007
werden er een aantal benoemingsvoorstellen
bekendgemaakt voor functies van niveau A,
waaronder betrekkingen in de graad van
eerstaanwezend
inspecteur
bij
de
directe
belastingen.
Die voorstellen maakten het voorwerp uit van een
incompetitiestelling in 2007; om daaraan deel te
nemen, moet men voor vijf examens geslaagd zijn.
Minder dan tien procent van de deelnemers kan
zulks op zijn conto schrijven.
In juni 2007 stelden zich negentig Franstalige
ambtenaren kandidaat en verkregen er ongeveer
dertig de geambieerde baan. De overigen behielden
hun huidige functie of bleven in een lagere dan de
beoogde graad tewerkgesteld.
Ambtenaren die niet voor de ad-hocexamens
geslaagd zijn, blijven evenwel sommige van die
functies tijdelijk vervullen en krijgen er een
looncompensatie voor. Door die situatie raken de
ambtenaren
ontmoedigd
en
ontstaat
er
begrijpelijkerwijs een zekere malaise.
Bovendien grijpen sommige ambtenaren die wel
voor het examen geslaagd zijn, naast de promotie
waarop ze aanspraak meenden te kunnen maken
en ontvangen ze dus slechts een beperkte
looncompensatie, ten belope van één enkele
salarissprong. Ambtenaren die wel gepromoveerd
zijn, hebben recht op twee salarissprongen, evenals
ambtenaren die niet voor de examens geslaagd zijn
maar die de functies tijdelijk blijven vervullen.
Wat vindt u van die situatie? Zijn die feiten correct?
Zal u maatregelen nemen om die toestand te
verhelpen?
Bestaan er statistieken over het aantal tijdelijke
eerstaanwezende inspecteurs dat tijdens de
voorbije tien jaar bij de gewestelijke directies
werkte? Kan u ze ons bezorgen?
Ten slotte zullen sommige ambtenaren die worden
benoemd in een functie waarnaar ze hebben
gesolliciteerd, die functie nooit vervullen aangezien
ze automatisch worden gedetacheerd en naast hun
verdiende loonvoordeel een detacheringspremie
ontvangen. Kan men niet eisen dat elke promotie of
mutatie wordt voorafgegaan door een minimale
periode tijdens welke de ambtenaar de functie
05.01 Camille Dieu (PS) : Le 21 décembre
dernier, on a notifié des propositions de
nominations aux emplois de niveau A auxquels
appartient le titre d'inspecteur principal au sein des
contributions directes.
Ces propositions avaient fait l'objet d'une mise en
compétition en juin 2007 ; pour participer à celle-ci,
il faut avoir réussi cinq examens. Je précise que
moins de 10 % des inscrits réussissent ceux-ci.
En juin 2007, 90 agents francophones avaient
postulé et environ 30 ont obtenu l'emploi sollicité,
les autres étant soit restés au même poste, soit
maintenus à un grade inférieur à celui visé.
Pourtant, des agents n'ayant pas réussi les
examens ad hoc continuent de remplir certaines de
ces fonctions à titre intérimaire avec compensation
salariale. Pareille situation décourage les agents et
induit un certain malaise bien compréhensible.
Par ailleurs, certains agents ayant réussi les
examens en question n'obtiennent pas la promotion
qu'ils estiment légitime et ne reçoivent donc qu'une
compensation salariale limitée, à savoir un seul saut
d'échelle, alors que les agents ayant obtenu la
promotion obtiennent deux sauts d'échelle tout
comme les agents qui n'ont pas réussi les examens
mais qui restent dans des fonctions à titre
intérimaire.
Que pensez-vous de cette situation ? Ces faits
sont-ils avérés ? Comptez-vous prendre des
mesures pour remédier à cette situation ?
Dispose-t-on de statistiques relatives au nombre
d'inspecteurs principaux intérimaires au sein des
directions régionales au cours des dix dernières
années ? Pouvez-vous nous les communiquer ?
Enfin, certains agents nommés à un poste qu'ils ont
sollicité ne l'occuperont jamais parce qu'ils sont
détachés automatiquement et qu'ils bénéficient, en
plus de leur avantage salarial mérité, d'une prime
de détachement. Ne pourrait-on exiger que toute
promotion ou mutation soit précédée d'une période
minimale de fonctionnement à l'emploi où l'agent
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
waarin hij wordt benoemd, moet hebben vervuld?
est nommé ?
De wet voorziet wel in deze minimumperiode waarin
men in die functie werkzaam moet zijn, maar hoe
wordt die concreet toegepast?
Tot slot heb ik vernomen dat minstens één
betrekking van eerstaanwezend inspecteur in
competitie had moeten worden gesteld, en dat dit
niet gebeurd is. Die functie zou ingenomen zijn door
een agent die benoemd was in een andere
betrekking. Kan u dit gerucht bevestigen?
En revanche, si la loi prévoit déjà cette période
minimale de fonctionnement, qu'en est-il de son
application ?
Pour terminer, il me revient qu'au moins un emploi
d'inspecteur principal aurait dû être mis en
compétition mais ne l'a pas été. Il serait occupé par
un agent nommé à un autre poste. Confirmez-vous
cette rumeur ?
05.02 Minister Didier Reynders (Frans): Er loopt
op dit moment in de Administratie van de Directe
Belastingen
een
benoemingsprocedure
voor
betrekkingen van niveau A, waar de graad van
eerstaanwezend inspecteur van de Directe
Belastingen toe behoort.
De op 1 januari 2007 openstaande betrekkingen
van
eerstaanwezend
inspecteur
van
de
belastingadministratie,
die
tijdelijk
door
waarnemende beambten werden ingevuld, werden
in competitie gesteld door het in het Belgisch
Staatsblad van 14 juni 2007 verschenen
dienstorder.
Het benoemingsvoorstel voor de openstaande
betrekkingen, of voor betrekkingen die vacant
geworden waren ten gevolge van interne
verschuivingen, werd op 21 december 2007 jl.
betekend.
Het komt mij niet toe verdere commentaar over
deze nog lopende procedure te geven.
Aangezien de procedure ten gevolge van
ingediende bezwaren nog steeds loopt, blijven de
waarnemende beambten, die in de betekening van
21 december 2007 voor deze betrekkingen werden
voorgesteld, verder in dienst, in principe tot op het
moment dat de ambtenaren in het kader van deze
procedure worden benoemd en in dienst worden
genomen.
Binnenkort zal ik u de statistische gegevens over
het
aantal
waarnemende
eerstaanwezend
inspecteurs in de gewestelijke besturen van de
Directe Belastingen in de laatste tien jaar schriftelijk
bezorgen.
Ik benadruk dat er voor de hoge functies andere
aanstellingsregels en voorwaarden gelden dan voor
de benoemingen.
Verder is het zo dat het principe van de
minimumperiode waarin men werkzaam moet zijn
vooraleer men bevorderd kan worden, geldt voor de
benoemingen door overgang naar een hoger
niveau. Het lijkt me niet wenselijk het ook toe te
passen op bevorderingen binnen hetzelfde niveau.
Tot slot heb ik geen weet van geruchten over een
betrekking van eerstaanwezend inspecteur die in
05.02 Didier Reynders, ministre (en français) :
Une procédure de nomination aux emplois de
niveau A, auquel le titre d'inspecteur principal de
l'administration fiscale est attaché, est actuellement
en cours au sein de l'administration des
Contributions directes.
Les
emplois
d'inspecteur
principal
de
l'administration fiscale vacants au 1
er
janvier 2007
pourvus d'un intérimaire ont été mis en compétition
par ordre de service publié au Moniteur belge le 14
juin 2007.
La proposition de nomination pour les emplois
vacants ou devenus vacants suite aux mouvements
internes de mutation a été notifiée ce 21 décembre
2007.
Il ne m'appartient pas de commenter plus avant
cette procédure actuellement en cours.
La procédure étant toujours en cours suite aux
réclamations, les intérimaires désignés aux postes
proposés dans la notification du 21 décembre 2007
restent en fonction, en principe jusqu'au moment de
la nomination et de l'installation des agents dans le
cadre de cette procédure.
Les données statistiques concernant le nombre
d'inspecteurs principaux intérimaires au sein des
directions régionales des Contributions directes au
cours des dix dernières années vous seront
transmises très prochainement par écrit.
Je rappelle que les règles et conditions d'attribution
des fonctions supérieures ne sont pas les mêmes
que celles relatives aux nominations.
En ce qui concerne le principe d'une période
minimale de fonctionnement avant toute promotion,
il est prévu pour les nominations par accession au
niveau supérieur. Il ne me paraît pas opportun de
l'étendre à une promotion au sein d'un même
niveau.
Enfin, je ne suis pas au courant d'une rumeur
relative à un emploi d'inspecteur principal qui aurait
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
competitie had moeten worden gesteld, maar
waarvoor dat niet gebeurd zou zijn.
dû être mis en compétition, mais qui ne l'a pas été.
05.03 Camille Dieu (PS): Het lijkt wel of we niet de
minister maar een notaris aan het woord hebben
gehoord. Daarom heb ik sommige elementen niet
goed begrepen.
05.03 Camille Dieu (PS): Le ministre s'est exprimé
comme un notaire. C'est la raison pour laquelle
certains éléments m'ont échappé.
05.04 Minister Didier Reynders (Frans): Ik zal u
het schriftelijk antwoord bezorgd.
05.04 Didier Reynders, ministre (en français) : Je
vous remettrai la réponse écrite.
05.05 Camille Dieu (PS): Ik heb uw antwoord met
betrekking tot de verschillende regels voor de
uitoefening van een hoger ambt en voor de
benoemingen op grond van een besluit van 1939
niet zo goed begrepen.
05.05 Camille Dieu (PS) : Je n'ai pas compris le
principe des règles différentes pour les fonctions
supérieures et attributions en fonction d'un arrêté de
1939.
05.06 Minister Didier Reynders (Frans): Om in
een hoger niveau te worden benoemd, moet men
een minimumperiode in het lagere niveau hebben
gewerkt. Het lijkt me echter niet aangewezen zo
een minimumperiode op leggen wanneer de
ambtenaren binnen hetzelfde niveau blijven.
05.06 Didier Reynders, ministre (en français) : La
période minimale de fonctionnement est prévue
pour aller vers un niveau supérieur, mais il ne me
paraît pas utile d'en prévoir une quand des agents
restent au sein d'un même niveau.
05.07 Camille Dieu (PS): Laten we uitgaan van de
veronderstelling dat iemand slaagt voor een
examen en zich kandidaat stelt voor een betrekking
in, bijvoorbeeld, Bergen. Hij vervult zijn functie
aldaar echter nooit, want hij wordt naar Brussel
gedetacheerd. Hij zal recht hebben op een
detacheringspremie Bergen-Brussel, terwijl hij
misschien in Moeskroen woont. Waarom stelt men
zich kandidaat voor Bergen als men in Brussel gaat
werken en waarom wordt die bevordering
toegekend? Iemand die zich voor Brussel kandidaat
heeft gesteld, zal die functie misschien niet krijgen.
Dat heeft niets te maken met het statuut.
05.07 Camille Dieu (PS) : Imaginons que
quelqu'un réussisse un examen, puis postule pour
un emploi à Mons, par exemple, mais n'occupe
ensuite jamais sa fonction, car il est détaché à
Bruxelles.
Il
bénéficiera
d'une
prime
de
détachement - de Mons à Bruxelles - alors qu'il
habite peut-être Mouscron. Pourquoi postuler à
Mons alors que l'on va travailler à Bruxelles et
pourquoi accorder cette promotion? En effet,
quelqu'un qui a posé sa candidature à Bruxelles
n'obtiendra peut-être pas ce poste. Cela n'a rien à
voir avec le fonctionnement statutaire.
05.08 Minister Didier Reynders (Frans): Indien u
weet heeft van dergelijke gevallen, vraag ik u me
daarvan op de hoogte te brengen.
05.08 Didier Reynders, ministre (en français): Si
vous connaissez de tels cas, je vous invite à me les
faire connaître.
05.09 Camille Dieu (PS): Ik zal u nadere
gegevens bezorgen.
U zegt overigens dat beroep werd aangetekend.
Indien ik daarover iets verneem, zal ik hierop
terugkomen.
05.09 Camille Dieu (PS) : Je vous communiquerai
des informations plus précises.
Par ailleurs, vous me dites que des recours ont été
introduits. Si j'ai vent de quelque chose, je
reviendrai vous interroger à ce propos.
05.10 Minister Didier Reynders (Frans): Ik vraag
u geen namen, maar wel om welk ambt het gaat.
05.10 Didier Reynders, ministre (en français) : Je
ne vous demande pas des noms, mais simplement
le poste concerné.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Jenne De Potter aan de
vice-eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de moeilijkheid
06 Question de M. Jenne De Potter au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la difficulté de
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
om een schuldsaldoverzekering af te sluiten na
een diagnose van kanker" (nr. 1828)
conclure une assurance de solde restant dû
après un diagnostic de cancer" (n° 1828)</b>
06.01 Jenne De Potter (CD&V - N-VA):
Kankerpatiënten en ex-kankerpatiënten kunnen
zelden een betaalbare schuldsaldoverzekering
afsluiten en worden vaak zelfs geweigerd. Deze
situatie wordt reeds jaren aangeklaagd door de
patiëntenorganisaties. Assuralia stelt nu een
systeem voor waarbij via een solidariteitsfonds voor
verzekeraars iedereen een betaalbare polis zou
kunnen afsluiten.
Beschikt de minister over cijfermateriaal betreffende
de bijpremies die kankerpatiënten moeten betalen
voor
een
schuldsaldoverzekering?
Hoeveel
patiënten worden geweigerd? Steunt de minister het
voorstel van Assuralia? Zal de minister ter zake zelf
een initiatief nemen? Zal de minister een overleg
organiseren tussen de patiëntenorganisaties en de
verzekeraars?
06.01 Jenne De Potter (CD&V - N-VA) : Les
personnes souffrant du cancer ou ayant souffert de
cette maladie par le passé éprouvent les plus
grandes difficultés à contracter une assurance
solde restant dû et se voient même fréquemment
opposer un refus. Cette situation est dénoncée
depuis des années par les organisations de défense
des intérêts des patients. Assuralia propose à
présent un système qui permettrait à chacun de
contracter, par le biais d'un fonds de solidarité pour
assureurs, une assurance à un prix abordable.
Le ministre dispose-t-il de chiffres relatifs aux
primes complémentaires que doivent verser les
personnes souffrant du cancer ? Combien de
patients se voient-ils opposer un refus ? Le ministre
appuie-t-il la proposition d'Assuralia ? Prendra-t-il
lui-même une initiative en la matière ? Organisera-t-
il une concertation entre organisations de défense
des intérêts des patients et assureurs ?
06.02 Minister Didier Reynders (Nederlands): Er
bestaan geen officiële cijfers betreffende de
bijpremies
die
kankerpatiënten
en
ex-
kankerpatiënten
moeten
betalen
voor
een
schuldsaldoverzekering. Evenmin bestaan er
statistieken betreffende het aantal geweigerde
aanvragen.
06.02 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Il n'existe pas de chiffres officiels à propos des
primes complémentaires qui doivent être versées
par les personnes souffrant du cancer ou ayant
souffert de cette maladie dans le cadre d'une
assurance solde restant dû. Il n'existe pas
davantage de statistiques à propos du nombre de
demandes refusées.
Ik
ben bereid om in overleg met de
verzekeringssector na te gaan hoe patiënten of ex-
patiënten aan een betaalbare verzekering kunnen
worden geholpen. Dat overleg is trouwens reeds
gestart. Hieruit bleek al gauw dat slechts 5 procent
van de patiënten onverzekerbaar is volgens de
criteria van de sector. Daarom wil ik deze materie
verder onderzoeken vooraleer een wetgevend
initiatief te nemen of een fonds op te richten. De
problematiek is trouwens breder dan enkel die van
kankerpatiënten, het kan ook gaan om diabetes of
andere ziekten. Ik zal dus een proefproject invoeren
voor één ziektetype en één verzekering en later
nagaan hoe dit kan uitgebreid worden naar andere
ziekten en andere verzekeringen.
Vergeet ondertussen ook niet dat de solidariteit
tussen verzekeraars - waarnaar de heer De Potter
verwijst - wel degelijk de tarieven van alle
verzekeringnemers van een schuldsaldoverzekering
zal beïnvloeden. De vraag mag worden gesteld of
Je suis disposé à essayer de voir avec le secteur
des assurances comment nous pourrions aider
patients ou anciens patients à souscrire une
assurance qui ne dépasse pas les limites de leurs
moyens
financiers.
Au
demeurant,
cette
concertation a déjà commencé et elle a vite fait
apparaître que 5 % seulement des patients ne
peuvent être assurés selon les critères du secteur.
C'est la raison pour laquelle j'ai l'intention de
poursuivre l'examen de cette matière avant de
prendre une initiative législative ou de créer un
fonds. Du reste, ce problème est plus vaste que le
seul problème des cancéreux puisqu'il peut
concerner aussi les diabétiques ou les personnes
atteintes d'autres pathologies. Je vais dès lors
lancer un projet-pilote pour un seul type de maladie
et une seule assurance puis j'examinerai la
possibilité de l'étendre à d'autres maladies et à
d'autres assurances.
Ne perdez pas non plus de vue que la solidarité
entre assureurs ­ à laquelle M. De Potter fait
référence ­ ne manquera pas d'influencer les tarifs
appliqués à tous ceux qui ont souscrit une
assurance solde restant dû. Il est donc permis de
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
een dergelijke soort van solidariteit wel aangewezen
is.
se demander si une telle forme de solidarité est
bien opportune.
06.03 Jenne De Potter (CD&V - N-VA): Het is
positief dat de minister het overleg reeds heeft
opgestart en dat er een proefproject komt. Ik hoop
op een snelle oplossing, ook al moet iedereen dan
iets meer betalen.
06.03 Jenne De Potter (CD&V - N-VA) : Le fait
que le ministre ait déjà lancé la concertation et qu'il
lancera un projet-pilote est un élément positif.
J'espère qu'une solution sera apportée rapidement
à ce problème même si tout le monde devra
débourser un peu plus.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Guy Coëme aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de problemen
waarmee de politiezones worden geconfronteerd
inzake sociale zekerheid" (nr. 2004)
07 Question de M. Guy Coëme au ministre de
l'Intérieur sur "les problèmes rencontrés par les
zones de police en matière de sécurité sociale"
(n° 2004)</b>
07.01
Guy
Coëme
(PS):
Sinds
de
politiehervorming van 2002 kampen de politiezones
met moeilijkheden wat hun betrekkingen met het
sociaal secretariaat van de geïntegreerde politie en
de Centrale Dienst der Vaste Uitgaven (CDVU)
betreft.
De
regeling
inzake
de
socialezekerheidsaangiften, die in 2002 en 2005
werd gewijzigd, leidde bij de CDVU tot een
aanzienlijke vertraging wat het indienen van die
aangiften
en
het
opstellen
van
de
overeenstemmende boekhoudkundige documenten
betreft. Omdat de eindafrekening van de RSZPPO
niet voorhanden is, zijn de politiezones niet in staat
de nodige controles op de boeking van de lonen uit
te voeren en zijn ze niet op de hoogte van het
definitieve bedrag van de sociale dotatie II en van
de bijdrage aan de gemeenschappelijke sociale
dienst.
Tot op heden hebben de politiezones de RSZ-
facturen ontvangen voor het eerste kwartaal van
2007, voor het jaar 2006 en voor de laatste twee
kwartalen van 2005. Voor 2002, 2003 en 2004 heeft
er een regularisatie plaatsgevonden, maar er blijft
een hele reeks kwartalen waarvoor we over geen
enkele informatie beschikken.
Het is dus geen sinecure om een correct beheer te
voeren.
Zal de regering die vertraging zo snel mogelijk
wegwerken?
07.01 Guy Coëme (PS) : Depuis la réforme de
2002, les zones de police rencontrent des difficultés
dans leurs relations avec le secrétariat social de la
police intégrée et le Service central des dépenses
fixes (SCDF). Le système de déclarations en
matière de sécurité sociale, modifié en 2002 et en
2005, a entraîné de la part du SCDF un retard
considérable dans l'introduction des déclarations à
la sécurité sociale et la production de documents
comptables correspondants. A défaut de facture
définitive de l'ONSSAPL, les zones de police sont
dans l'impossibilité de procéder aux contrôles
nécessaires en matière de comptabilisation des
salaires mais également de connaître le montant
définitif de la dotation sociale II et de la cotisation au
service social collectif.
À ce jour, les zones de police ont reçu les factures
ONSS pour le premier trimestre 2007, l'année 2006
et les deux derniers trimestres de 2005. Les
exercices 2002, 2003 et 2004 ont été régularisés
mais il reste toute une série de trimestres pour
lesquels nous n'avons pas d'information.
Il est donc extrêmement difficile de gérer de
manière correcte.
Le gouvernement va-t-il rattraper ces retards le plus
rapidement possible ?
07.02 Minister Didier Reynders (Frans): Het gaat
om een lange procedure. Eind december 2007
heeft de CDVU de aangiften met betrekking tot het
tweede en derde kwartaal van 2005 aan de
RSZPPO overgezonden, die ze alle heeft aanvaard.
De notificatie van berekening zal binnenkort aan de
onderscheiden politiezones worden overgezonden.
De eindafrekening zal aan de RSZPPO worden
bezorgd.
07.02 Didier Reynders, ministre (en français) :
C'est une longue procédure. Fin décembre 2007, le
SCDF a envoyé les déclarations des deuxième et
troisième trimestres 2005 à l'ONSSAPL, qui les a
toutes acceptées. La notification de calcul sera
prochainement envoyée aux diverses zones de
police. La facture définitive sera envoyée à
l'ONSSAPL.
Wat de periode 2002-2004 betreft, zijn de originele Concernant les années 2002 à 2004, les
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
aangiften die door de RSZPPO reeds lang
aanvaard worden, reeds opgenomen in de
boekhouding van de diverse politiezones.
Thans gaat het om de wijzigende aangiften van
foutieve originele aangiften enerzijds en van door
het
SSGPI
(Sociaal
secretariaat
van
de
geïntegreerde politie) uitgevoerde herzieningen
anderzijds. Zolang er herzieningen zijn, zullen er
wijzigende aangiften moeten worden opgesteld. Alle
herzieningen ­ tot december 2006 inbegrepen ­
zullen in de loop van de komende weken verzonden
worden.
Er kan geen gedetailleerde planning worden
opgesteld, omdat het SSGPI en de CDVU
afhankelijk van de fouten die worden vastgesteld,
correcties zullen moeten blijven aanbrengen. Ik
onderstreep dat de verantwoordelijkheid voor de
gegevens ligt bij wie ze doorstuurt. In dit geval
werden er beslissingen doorgestuurd voor de
verschillende jaren en moeten er nog veel
wijzigende aangiften behandeld worden.
déclarations originales, acceptées par l'ONSSAPL
depuis longtemps, sont déjà incorporées dans la
comptabilité des diverses zones de police.
Ce qui est concerné actuellement, ce sont les
déclarations
rectificatives,
d'une
part,
des
déclarations originales erronées et, d'autre part, des
révisions effectuées par le SSGPI (Secrétariat de la
police intégrée structurée à deux niveaux). Tant
qu'il y aura des révisions, des déclarations
rectificatives devront être rédigées. Toutes les
révisions, jusque décembre 2006 inclus, seront
envoyées au cours des semaines qui suivent.
Un planning détaillé ne peut pas être établi parce
qu'en fonction des fautes qui apparaîtront, des
corrections devront être effectuées par le SSGPI et
le SCDF. Je rappelle que la responsabilité des
données incombe à ceux qui les transmettent. Dans
ce cas-ci, des décisions ont été transmises pour les
différentes années et il reste à traiter de
nombreuses déclarations rectificatives.
07.03 Guy Coëme (PS): Als burgemeester kan ik
me alleen maar zorgen maken over wat er in onze
gemeenten zou gebeuren mocht die situatie zich
ook daar voordoen.
07.03 Guy Coëme (PS) : En tant que bourgmestre,
je ne peux que m'interroger sur ce qui arriverait
dans nos communes si cette situation devait s'y
produire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Guy Coëme aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "corruptie in
een btw-ontvangkantoor" (nr. 2010)
08 Question de M. Guy Coëme au vice-premier
ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "la corruption
dans un bureau de recettes de la TVA" (n° 2010)</b>
08.01 Guy Coëme (PS): Ik zou u deze vraag willen
stellen onder voorbehoud dat de waarachtigheid
van de feiten wordt bevestigd en met inachtneming
van het vermoeden van onschuld. Volgens de pers
zou de ontvanger van het btw-ontvangkantoor van
Brussel IV in ruil voor geschenken btw-fraude door
bepaalde restaurants hebben toegedekt. Jonge
ambtenaren die over die gang van zaken
verontwaardigd waren en dit schandaal intern
zouden hebben aangeklaagd, zouden op een muur
van onbegrip zijn gestoten en sommigen zouden
zelfs
onder het mom
van een mutatie
gesanctioneerd zijn.
Heeft de administratie zich burgerlijke partij
gesteld?
Is u op de hoogte van omvang van de
vermoedelijke fraude?
Tot welke bevindingen komt het administratief
onderzoek?
Over welke beveiligingsmechanismen beschikt men
om dergelijke uitwassen te voorkomen? Moet men
zich ongerust maken over berichten die in de pers
zijn verschenen volgens welke er aanwijzingen zijn
dat sommige ambtenaren illegale praktijken passief
08.01 Guy Coëme (PS) : Je vais poser cette
question sous réserve de l'établissement de la
véracité des faits et de la présomption d'innocence.
Selon la presse, le receveur du bureau de recettes
TVA de Bruxelles IV aurait couvert des fraudes à la
TVA de certains restaurants en échange de
cadeaux. De jeunes fonctionnaires indignés qui
auraient dénoncé ce scandale en interne se
seraient heurtés à un mur et certains auraient été
sanctionnés par des mutations déguisées.
L'administration s'est-elle constituée partie civile ?
Connaissez-vous l'ampleur de la fraude présumée ?
Quelles sont les conclusions de l'enquête
administrative ?
Quels sont les mécanismes prudentiels pour éviter
ce genre de dérapages ? Y a-t-il lieu de s'inquiéter
d'indices de passivité tels que relatés par la
presse ?
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
zouden gedogen?
08.02 Minister Didier Reynders (Frans): Het is
merkwaardig dat die informatie zich de jongste
dagen heeft verbreid, terwijl de zittingen al van eind
2006 dateren. De administratie heeft zich uiteraard
burgerlijke partij gesteld. Het is nog te vroeg om de
omvang van de vermoedelijke fraude te becijferen.
Een tuchtprocedure wordt opgeschort zolang er een
strafvordering loopt.
Zodra de administratie van het gerechtelijk
onderzoek in kennis was gesteld, heeft ze de
betrokken
ambtenaar
naar
een
andere
administratieve standplaats overgeplaatst.
08.02 Didier Reynders, ministre (en français) : Il
est surprenant que les informations aient
commencé à circuler ces derniers jours alors que
des audiences ont déjà eu lieu fin 2006.
L'administration s'est évidemment portée partie
civile. Il est prématuré de déterminer l'ampleur de la
fraude présumée. Une procédure disciplinaire est
suspendue tant qu'une procédure pénale est en
cours.
Dès qu'elle a eu connaissance d'une enquête
judiciaire, l'administration a muté le fonctionnaire
incriminé vers une autre résidence administrative.
Een intern onderzoek, gevoerd door de interne
auditcel, heeft de laakbare feiten ten laste van de
betrokkene noch kunnen bevestigen, noch kunnen
ontkrachten. Die cel beschikt evenwel noch over de
middelen noch over de bevoegdheden die de
gerechtelijke diensten wel hebben.
De administratie beschikt over een intern
controlesysteem, waarbij onder andere gebruikt
wordt gemaakt van de informatie die ze op
regelmatige basis doorgespeeld krijgt van de
diensten die instaan voor de verwerking van de
informatie.
De ontvanger kan, in zijn hoedanigheid van
rekenplichtige van de Staat, gevraagd worden
verantwoording af te leggen aan het Rekenhof, dat
hem persoonlijk aansprakelijk kan stellen voor de
niet-geïnde vastgestelde rechten. Ik heb om een
intern onderzoek gevraagd over de overplaatsingen
van ambtenaren die frauduleuze praktijken aan het
licht brachten. Indien een en ander waar zou blijken
te zijn, zal daar intern gevolg aan worden gegeven.
Une enquête interne, menée par la cellule d'audit
interne, n'a pu ni confirmer ni infirmer des faits
répréhensibles à charge de l'intéressé, mais cette
cellule ne dispose pas des moyens et pouvoirs
octroyés aux services judiciaires.
L'administration dispose d'un système de contrôle
interne, entre autres par les informations régulières
fournies par les services de traitement de
l'information.
Le receveur est également justiciable en sa qualité
de comptable de l'État devant la Cour des comptes,
qui peut le rendre personnellement responsable des
droits établis non recouvrés. J'ai demandé une
enquête interne sur les éléments relatifs à des
mutations concernant des agents ayant dénoncé
des éléments de fraude. Si ces éléments
s'avéraient exacts, des suites y seraient données en
interne.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
vice-eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de resultaten
van de vergadering van het overlegcomité van
1 februari 2008 inzake het verzoek van de Franse
Gemeenschap om een tegemoetkoming in de
kosten van de energiefactuur van de scholen, en
de perspectieven met betrekking tot een
soortgelijke
tegemoetkoming
voor
alle
gemeenschapsvoorzieningen" (nr. 2035)
09 Question de M. Georges Gilkinet au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "le résultat du
comité de concertation du 1er février 2008 en ce
qui concerne la demande de la Communauté
française de bénéficier d'une aide pour la prise
en charge des factures énergétiques des écoles
et les perspectives d'une aide de même nature
pour l'ensemble des collectivités" (n° 2035)</b>
09.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Ik wil
terugkomen op een vraag die ik al op 30 januari heb
gesteld. Ondertussen zijn er nieuwe elementen
opgedoken, zoals de aankondiging van een nieuwe
stijging van de stookolieprijzen.
In 2005, toen de stookolie 10 cent goedkoper was,
kende de federale regering tien miljoen euro steun
toe aan de Gemeenschappen en de Gewesten voor
09.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Je
reviens sur une question que j'ai déjà posée le 30
janvier, mais il y a des éléments nouveaux,
notamment l'annonce d'une nouvelle augmentation
du prix du mazout de chauffage.
En 2005, alors que le mazout était 10 centimes
moins cher, le gouvernement fédéral avait accordé
une aide aux Communautés et Régions de 10
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
de verwarming van hun openbare gebouwen. De
Franse Gemeenschap en de scholen die ervan
afhangen vragen dat die operatie vandaag zou
worden overgedaan. Ook de lagere overheden die
met soortgelijke problemen kampen, zouden een
ruggensteun vanwege de federale overheid op prijs
stellen. Die zou de vorm kunnen aannemen van
rechtstreekse steun of van specifieke steun bij het
doorvoeren van structurele energiebesparingen.
Op 30 januari antwoordde u mij dat u dat verzoek
van de Franse Gemeenschap niet had ontvangen,
terwijl de minister-president bevestigde dat ze de
premier tot tweemaal toe heeft aangeschreven!
millions d'euros, pour alléger la note de chauffage
des lieux collectifs. La Communauté française et les
écoles qui en dépendent redemandent une telle
opération aujourd'hui. Par ailleurs, les collectivités
confrontées à des soucis équivalents seraient
heureuses d'un coup de pouce du gouvernement
fédéral, sous forme d'une aide directe ou d'aides
spécifiques à la réalisation d'économies d'énergie
structurelles.
Le 30 janvier, vous m'aviez répondu que vous
n'aviez pas reçu la demande de la Communauté
française, alors que la ministre-présidente de celle-
ci a confirmé avoir écrit à deux reprises au premier
ministre !
09.02 Minister Didier Reynders (Frans): Ik ben de
premier niet!
09.02 Didier Reynders, ministre (en français) : Ce
que je ne suis pas !
09.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Ze heeft
hem gevraagd het onderwerp op de agenda van het
overlegcomité van 1 februari te plaatsen. Na afloop
van dat comité heeft hieromtrent echter geen
enkele mededeling plaatsgevonden.
Ook al bent u de premier niet ­ of bent u het nog
niet, of zal u het nooit worden ­, toch wil ik u vragen
of u een kopie van dat verzoek van de minister-
president hebt ontvangen. Werd die vraag tijdens
het overlegcomité van 1 februari behandeld en zo
ja, met welk resultaat? Werd er beslist steun toe te
kennen, en zo ja, onder welke vorm en voor welk
bedrag? Binnen welke termijn kan een en ander
worden gerealiseerd?
Los
van
mijn
eerste
vraag
blijft
de
verwarmingsfactuur en de eraan verbonden btw
voor alle lagere overheden van fundamenteel
belang. Voorziet de regering in uitzonderlijke of
structurele steun voor die overheden? Zo ja, welke
vorm zal die aannemen en binnen welke termijn kan
die worden toegekend?
09.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Elle lui a
demandé de mettre le sujet à l'ordre du jour du
Comité de concertation du 1
er
février. À l'issue de
celui-ci, aucune communication n'a cependant eu
lieu sur le sujet.
Même si vous n'êtes pas - ou pas encore, ou que
vous ne serez jamais - premier ministre, avez-vous
reçu copie de cette demande de la ministre-
présidente ? Cette demande a-t-elle été traitée au
Comité de concertation du 1
er
février et avec quel
résultat ? Une aide a-t-elle été décidée, et si oui, de
quelle nature et de quel montant ? Dans quel délai
pourrait-elle intervenir ?
Indépendamment de ma première question, le coût
du chauffage et de sa TVA restent fondamentaux
pour l'ensemble des collectivités. Le gouvernement
compte-t-il prévoir une aide exceptionnelle ou
structurelle pour ces collectivités ? Si oui, de quelle
nature et dans quel délai ?
09.04 Minister Didier Reynders (Frans): In heb
eind januari jongstleden op het tweede deel van uw
vraag geantwoord. In 2005 werd beslist een
bijzondere eenmalige toelage ten bedrage van 10
miljoen euro toe te kennen, als tegemoetkoming in
de bijkomende verwarmingskosten waarmee de
collectieve voorzieningen van de Gemeenschappen
en de Gewesten werden geconfronteerd.
Tegelijk werd beslist in de eerste plaats
maatregelen voor een rationeler energieverbruik
aan te moedigen. We investeren voorts in
oplossingen die bijdragen tot het halen van de
Kyotodoelstellingen.
Dankzij
de
lagere
energiefactuur zullen de investeringskosten kunnen
worden terugbetaald.
Toen in 2005 de stookoliecheque werd ingevoerd,
kondigde de Franse Gemeenschap aan dat voor de
investeringen in de scholen gebruik zou worden
09.04 Didier Reynders, ministre (en français) : J'ai
répondu à la deuxième partie de votre question fin
janvier dernier. En 2005, on a décidé d'une
allocation spéciale et unique d'un montant total de
10 millions d'euros destiné à répondre à la hausse
des frais de chauffage à laquelle les structures
collectives des Communautés et des Régions ont
été confrontées.
Parallèlement, il a été décidé de stimuler avant tout
des mesures visant à rationaliser l'usage de
l'énergie. Nous investissons également dans des
solutions qui contribuent à la réalisation des
objectifs de Kyoto. La baisse de la facture
énergétique pourra être mise à profit pour
rembourser le coût des investissements réalisés.
En 2005, simultanément à l'instauration du chèque-
mazout, la Communauté française annonçait la
mise en place d'un cofinancement public/privé pour
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
gemaakt van publiek-private samenwerking. In
februari 2008 zou het inderdaad interessant zijn na
te gaan wat er op dat vlak concreet is gebeurd. De
Vlaamse regering heeft eveneens een project
inzake
publiek-private
samenwerking
voor
schoolgebouwen ten belope van 1 miljard euro, dat
loopt tot 2011. Misschien kunnen we dat voorbeeld
volgen.
Het dossier werd op 1 februari 2008 aan het
Overlegcomité voorgelegd. Het heeft akte genomen
van het verzoek van de Franse Gemeenschap,
alsook van de opmerkingen die ik zonet heb
geformuleerd. Desgevallend zou via een bijzondere
wet moeten worden gewerkt, die op de beslissing
van 2005 zou terugkomen.
permettre des investissements dans des écoles. En
février 2008, il serait effectivement intéressant de
dresser le bilan des actions réalisées en la matière.
Le gouvernement flamand a également un projet de
partenariat public/privé pour des immeubles
scolaires à concurrence d'un milliard d'euros d'ici à
2011. Nous pouvons peut-être nous inscrire dans
cette démarche.
Le Comité de concertation a été saisi du dossier le
1
er
février 2008. Il a pris acte de la demande de la
Communauté française et des remarques que je
viens de formuler. Si nous devions avancer, ce
serait à travers une loi spéciale qui reviendrait sur la
décision intervenue en 2005.
09.05 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Het
overlegcomité heeft akte genomen van het verzoek
van de Franse Gemeenschap, wat neerkomt op een
eersteklasbegrafenis ervan. Ik neem aan dat
mevrouw Arena die vraag opnieuw zal formuleren.
Zij moet ook de beloften die de regering van de
Franse Gemeenschap gedaan heeft, waarmaken.
De Vlaamse Gemeenschap kan op dat vlak tot
voorbeeld strekken.
In 2005 kondigde de paarse regering een speciale
en eenmalige maatregel aan. De minister van
Financiën in de nieuwe regering ­ al is het dezelfde
als voordien ­ is het idee van een hernieuwde
operatie niet erg genegen. Indertijd bedroeg de prijs
van een liter stookolie nochtans 60 cent, terwijl die
vandaag op 70 cent staat.
De kwestie van de verwarming in de collectieve
voorzieningen moet vanuit budgettaire oogpunt
worden bekeken. Ik heb overigens gelezen dat dat
een prioriteit was van een partij met een
ministerportefeuille in de regering.
Indien u zou besluiten u in deze van uw beste kant
te laten zien, dan zou mij dat verheugen.
09.05 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Le
Comité de concertation a pris acte de la demande
de la Communauté française : une manière de
l'enterrer. Je suppose que Mme Arena va la
réintroduire. Il relève aussi de sa responsabilité de
mettre en oeuvre les promesses du gouvernement
de la Communauté française. En cela, la
Communauté flamande est un bon exemple.
En 2005, le gouvernement violet avait annoncé une
mesure spéciale et unique. Le ministre des
Finances du nouveau gouvernement ­ bien que ce
soit le même ­ n'est pas très enthousiaste à l'idée
de renouveler l'opération. Pourtant, à l'époque, le
prix du litre de mazout était de 60 centimes pour 70
centimes aujourd'hui.
La question du chauffage dans les collectivités doit
être une préoccupation budgétaire. J'ai d'ailleurs lu
que c'était une priorité d'un parti qui a un ministre
au gouvernement.
Si vous décidiez de faire un geste en la matière, je
m'en réjouirais.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Samengevoegde vragen van
- de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
registratiekantoor van Lennik" (nr. 1825)
- de heer Luk Van Biesen aan de vice-
eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele
Hervormingen
over
"het
registratiekantoor van Lennik" (nr. 1990)
10 Questions jointes de
- M. Michel Doomst au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le bureau d'enregistrement
de Lennik" (n° 1825)<br>- M. Luk Van Biesen au vice-premier ministre et
ministre des Finances et des Réformes
institutionnelles sur "le bureau d'enregistrement
de Lennik" (n° 1990)</b>
10.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Zowel wat
betreft dienstverlening als inzake tewerkstelling is
het registratiekantoor van Lennik een begrip. Nu
zou dit kantoor verhuizen naar Dilbeek, mogelijk
louter omwille van een geschil tussen de eigenaar
van het huidige pand en de Regie der Gebouwen.
10.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Tant en ce
qui concerne les services à la clientèle qu'en
matière d'emploi, le bureau d'enregistrement de
Lennik jouit d'une certaine réputation. Or il est prévu
qu'il déménage à Dilbeek, ce qui serait peut-être dû
uniquement à un litige opposant le propriétaire de
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
Kent de minister de precieze aard van het conflict?
Mogelijk gaat het daarbij om een delicate kwestie
die niet makkelijk te ontrafelen is. Hoever staat het
met de voorgenomen verhuis? Waarom wordt
gekozen voor Dilbeek als nieuwe locatie?
l'immeuble actuel et la Régie des Bâtiments.
Le ministre est-il informé de la nature précise de ce
litige ? Il s'agirait d'une question délicate où il serait
difficile d'y voir clair. Où en est le déménagement
prévu ? Pourquoi Dilbeek a-t-elle été choisie pour
héberger le nouveau bureau d'enregistrement ?
10.02 Luk Van Biesen (Open Vld): Niet alleen het
registratiekantoor, maar ook het controlekantoor
zou verhuizen, van Lennik naar Halle. Officieus is er
inderdaad sprake van een geschil tussen de
eigenaar en de Regie der Gebouwen. In deze
kwestie is de historisch centrale functie van Lennik
cruciaal. Zo is bijvoorbeeld het openbaar vervoer
afgestemd op Lennik. Het ligt dan ook voor de hand
om Lennik aan te houden als registratiekantoor voor
de aangrenzende gemeenten.
Kan de minister de verhuis van het registratie- en
controlekantoor bevestigen? Wat is de reden van
het geschil? Kan de beslissing herroepen worden?
Er wordt gezegd dat deze kwestie eigenlijk kadert in
een breder plan om ook andere registratie- en
controlekantoren uit Vlaams-Brabant elders te
vestigen. Kan de minister meedelen of dit klopt en
welke verhuizingen er dit jaar nog gepland zijn in
Vlaams-Brabant?
10.02 Luk Van Biesen (Open Vld) : Le bureau
d'enregistrement ne serait pas le seul à déménager,
le bureau de contrôle déménagerait aussi, à Hal. Il
est effectivement question officieusement d'un litige
entre le propriétaire et la Régie des Bâtiments.
Dans ce dossier, la fonction historiquement centrale
de Lennik est cruciale. Les transports publics, par
exemple, passent par Lennik. Aussi l'opportunité de
maintenir Lennik comme bureau d'enregistrement
pour les communes avoisinantes s'impose-t-elle
comme une évidence.
Le ministre confirme-t-il le déménagement du
bureau d'enregistrement et de contrôle ? Quelle est
la raison de ce litige ? Cette décision peut-elle être
révoquée ? On dit que ce dossier s'inscrit en réalité
dans le cadre d'un plan plus vaste visant à installer
ailleurs d'autres bureaux d'enregistrement et de
contrôle du Brabant flamand. Le ministre pourrait-il
nous dire si cette rumeur est fondée et, si oui, quels
déménagements sont encore planifiés cette année
dans le Brabant flamand ?
10.03 Minister Didier Reynders (Nederlands): Er
is enkel een probleem met de huur van het
registratiekantoor, vermits het controlekantoor
gevestigd is in een gebouw van de federale
overheid. Het registratiekantoor is ondergebracht in
twee appartementen en het geschil betreft een
erfeniskwestie: verschillende erfgenamen betwisten
elkaar het eigendomsrecht van een van deze twee
appartementen. De huur is nog niet opgezegd en
loopt voorlopig tot 1 oktober 2008. Momenteel wordt
bekeken of het registratiekantoor in geval van
beëindiging van het huurcontract kan worden
gehuisvest in een overheidsgebouw in Dilbeek.
Naast de eigen bevoegdheden is het kantoor te
Lennik eveneens belast met de registratierechten
op de exploten en processen-verbaal uit Dilbeek en
Sint-Pieters-Leeuw. In de toekomstige organisatie
van deze gewestelijke diensten worden het
ambtsgebied van het kantoor Dilbeek en Sint-
Pieters-Leeuw en een deel van het huidige
ambtsgebied van het kantoor Lennik-Gooik en
Lennik ingedeeld bij dezelfde archiefambten.
In maart 2004 heb ik in de Kamer een overzicht
gegeven van de toekomstige locaties van de
diensten van de FOD Financiën, maar de uitvoering
10.03 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Le problème concerne seulement la location du
bureau d'enregistrement, puisque le bureau de
contrôle est établi dans un bâtiment appartenant à
l'État. Le bureau d'enregistrement occupe deux
appartements et le litige concerne un dossier de
succession : plusieurs héritiers se disputent la
propriété de l'un des deux appartements. Le bail n'a
pas encore été résilié et, pour l'instant, il court
jusqu'au 1
er
octobre 2008. Nous examinons à
présent la possibilité, au cas où le bail prendrait fin,
de réinstaller le bureau d'enregistrement dans un
bâtiment public à Dilbeek.
En plus de ses compétences propres, le bureau de
Lennik est également en charge des droits
d'enregistrement applicables aux exploits et aux
procès-verbaux à Dilbeek et Leeuw-St-Pierre. Dans
la future organisation de ces services régionaux, le
ressort du bureau de Dilbeek et Leeuw-St-Pierre et
une partie de l'actuel ressort du bureau de Lennik-
Gooik et Lennik seront intégrés dans le même
service d'archives.
En mars 2004, j'ai fourni à la Chambre un inventaire
des futurs emplacements des services du SPF
Finances, mais l'exécution de ce plan n'est pas
13/02/2008
CRABV 52
COM 100
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
van dit plan is momenteel nog niet aan de orde.
encore à l'ordre du jour pour l'instant.
De FOD Financiën is niet van plan om de gemeente
Lennik te verlaten, maar wel om er een
contactcentrum te vestigen, teneinde aldus beter te
kunnen inspelen op de verschillende interacties. De
geplande reorganisatie is nog niet definitief, omdat
er tot 2010-2012 nog heel wat onderhandeld zal
worden met de vakbonden en de lokale overheden.
De mogelijk opzegging van het pand in Lennik is
een alleenstaand geval, dat niets te maken heeft
met mogelijke reorganisatieprojecten op langere
termijn.
Le SPF Finances n'a pas l'intention de quitter la
commune de Lennik mais bien d'y établir un centre
de contact, afin d'être en mesure de mieux
répondre
aux
différentes
interactions.
La
réorganisation annoncée n'est pas encore définitive,
parce que de nombreuses négociations avec les
syndicats et les pouvoirs locaux auront encore lieu
d'ici à 2010-2012.
L'éventuelle rupture de contrat pour l'immeuble à
Lennik constitue un cas isolé qui n'a rien à voir avec
d'éventuels projets de réorganisation à plus long
terme.
10.04 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Ik onthoud
dat deze kwestie deel uitmaakt van een bredere
organisatie met nog andere opties. Het lijkt mij goed
om dit op te volgen en hierover overleg te plegen.
10.04 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Je retiens
que ce dossier constitue un élément d'une
organisation plus large avec encore d'autres
options. Il me semble approprié de suivre ce
dossier et de se concerter à cet égard.
10.05 Luk Van Biesen (Open Vld): Ik dank de
minister voor zijn terechte opmerking dat Lennik
een centrumfunctie heeft en zal behouden.
10.05 Luk Van Biesen (Open Vld) : Je remercie le
ministre pour avoir fait observer à juste titre que
Lennik exerce et conservera une fonction centrale.
Het incident is gesloten.
Voorzitter: Luk Van Biesen
L'incident est clos.
Président : M. Luk Van Biesen.
11 Vraag van de heer Hendrik Bogaert aan de
vice-eersteminister en minister van Financiën en
Institutionele Hervormingen over "de toepassing
van de 40-dagenregel voor de berekening van het
voordeel van alle aard van de bedrijfswagen"
(nr. 2057)
11 Question de M. Hendrik Bogaert au vice-
premier ministre et ministre des Finances et des
Réformes institutionnelles sur "l'application de la
règle des 40 jours pour le calcul de l'avantage de
toute nature généré par un véhicule de société"
(n° 2057)</b>
11.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Op 6
december 2007 verscheen een rondzendbrief over
de forfaitaire raming van het voordeel dat voortvloeit
uit het privégebruik van een bedrijfswagen. Hierin
wordt de vaste plaats van tewerkstelling
omschreven als de plaats waar de werknemer
minstens veertig dagen aanwezig is. In de praktijk
levert dat echter een aantal problemen op.
Geldt deze regeling voor de niet-sedentaire
werknemer,
zoals
bijvoorbeeld
een
vertegenwoordiger of een consultant die vaak
klanten bezoekt? Of geldt de regeling voor elke
werknemer die zich verplaatst van zijn woonplaats
naar een plaats van tewerkstelling waar hij veertig
dagen of meer aanwezig is?
In de berekening geldt de langste afstand die de
werknemer aflegt, terwijl deze het grootste deel van
het jaar misschien een veel kortere weg aflegt. Wat
is het standpunt van de minister? Moet de
11.01 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : Le 6
décembre 2007 est parue une circulaire sur
l'estimation forfaitaire de l'avantage lié à l'usage
privé d'une voiture de société. Le lieu de travail fixe
y est décrit comme l'endroit où le travailleur est
présent pendant au moins quarante jours. Dans la
pratique, cela pose toutefois une série de
problèmes.
Ce régime s'applique-t-il aux travailleurs non
sédentaires, tels que les représentants ou les
consultants qui visitent souvent la clientèle ? Ou
s'applique-t-il à tout travailleur qui se déplace de
son domicile vers un lieu de travail où il est présent
quarante jour ou plus ?
Le calcul est basé sur la plus longue distance
parcourue par le travailleur, alors que celui-ci
parcourt peut-être une distance bien plus courte
CRABV 52
COM 100
13/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
werknemer een hele werkdag op een werkplaats
aanwezig zijn of volstaat een korte tijd?
Vanaf wanneer wordt deze nieuwe regel toegepast?
pendant la majeure partie de l'année. Quel est le
point de vue du ministre à cet égard ? Le travailleur
doit-il être présent sur un lieu de travail une journée
de travail complète ou une courte durée suffit-elle ?
Quand cette nouvelle règle sera-t-elle appliquée ?
11.02 Minister Didier Reynders (Nederlands):
Werkgevers en werknemers drongen aan op een
duidelijke omschrijving en praktische invulling van
het begrip 'plaats van tewerkstelling'. De circulaire
van 6 december 2007 is van toepassing op alle
werknemers. De plaats waar de werknemer
gedurende minder dan veertig dagen van het
belastbaar tijdperk aanwezig is, geldt niet als een
vaste plaats van tewerkstelling. De aanwezigheid
moet worden beoordeeld naar de feitelijke
omstandigheden. Het voordeel moet pro rata
worden berekend, waarbij men rekening houdt met
de mogelijke diverse vaste plaatsen van
tewerkstelling.
De circulaire is van toepassing vanaf de
publicatiedatum. Het is niet de bedoeling dat de
administratie de bepalingen retroactief toepast voor
het jaar 2007, maar de belastingplichtige mag er
zich in elk stadium van de procedure op beroepen.
11.02 Didier Reynders, ministre (en néerlandais) :
Employeurs et travailleurs ont insisté sur une
description claire et concrète de la notion de « lieu
de travail ». La circulaire du 6 décembre 2007
s'applique à tous les travailleurs. L'endroit où le
travailleur est présent pendant moins de quarante
jours de la période imposable n'est pas reconnu
comme étant un lieu de travail fixe. La présence
doit être évaluée sur la base des circonstances
réelles. L'avantage doit être calculé au prorata, en
tenant compte des différents lieux de travail fixes
possibles.
La circulaire est applicable à partir de la date de
publication. Le but n'est pas que l'administration
applique les dispositions avec effet rétroactif pour
l'année 2007, mais le contribuable peut les invoquer
à chaque stade de la procédure.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Vraag nr. 2038 van de heer
Vercamer, die niet aanwezig is, valt weg en de
vraag nr. 1966 van mevrouw Gerkens wordt
uitgesteld.
Le président : M. Vercamer étant absent, sa
question n°2038 est supprimée. La question
n° 1966 de Mme Gerkens est reportée.
11.03 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA): Mag de
vraag van de heer Vercamer ook worden
uitgesteld? Hij is nieuw en ik zal hem erop wijzen
dat hij in zo een geval de commissie moet inlichten.
De voorzitter: In orde.
11.03 Hendrik Bogaert (CD&V - N-VA) : Serait-il
possible de reporter également la question de
M. Vercamer ? Il est nouveau dans cette
assemblée. J'attirerai son attention sur le fait qu'il
est d'usage, dans pareil cas, d'avertir la
commission.
Le président : D'accord.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 12.09 uur.
La réunion publique de commission est levée à
12 h 09.