KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 098
CRABV 52 COM 098
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTÉ PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIÉTÉ
dinsdag
mardi
12-02-2008
12-02-2008
Namiddag
Après-midi
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Florence Reuter aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het shoppen voor geneesmiddelen in het
buitenland" (nr. 1660)
1
Question de Mme Florence Reuter à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'achat de médicaments à l'étranger" (n° 1660)
1
Sprekers:
Florence
Reuter,
Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs:
Florence
Reuter,
Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Vraag van mevrouw Sonja Becq aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "het
kankerplan" (nr. 1810)
2
Question de Mme Sonja Becq à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "le
plan de lutte contre le cancer" (n° 1810)
2
Sprekers: Sonja Becq, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid, De voorzitter
Orateurs: Sonja Becq, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique, De voorzitter
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de teraardebestelling van de behoeftigen in
België" (nr. 1762)
3
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'inhumation des indigents en
Belgique" (n° 1762)
3
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux
Samengevoegde vragen
3
Questions jointes de
3
- van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het voorkomen van en hulpverlening bij
cannabisverslaving" (nr. 1766)
3
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
prévention et la curation des usages addictifs de
cannabis" (n° 1766)
3
- van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de analyse van het nieuwe vaccin tegen
drugsverslaving" (nr. 1873)
3
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'analyse du nouveau vaccin contre la
dépendance aux drogues" (n° 1873)
3
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Samengevoegde vragen van
5
Questions jointes de
5
- mevrouw Yolande Avontroodt aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
contingentering van de kinesisten" (nr. 1778)
5
- Mme Yolande Avontroodt à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "le
contingentement des kinésithérapeutes" (n° 1778)
5
- de heer Koen Bultinck aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
contingentering van de kinesisten" (nr. 1914)
5
- M. Koen Bultinck à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le
contingentement des kinésithérapeutes" (n° 1914)
5
Sprekers:
Koen
Bultinck,
Yolande
Avontroodt, Laurette Onkelinx, minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Koen
Bultinck,
Yolande
Avontroodt, Laurette Onkelinx, ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de fusie van het Instituut Pasteur met het
Departement
Microbiologie
van
het
Wetenschappelijk
Instituut
Volksgezondheid"
(nr. 1784)
8
Question de M. Flor Van Noppen à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
fusion de l'Institut Pasteur avec le Département
de microbiologie de l'Institut scientifique de Santé
publique" (n° 1784)
8
Sprekers: Flor Van Noppen, Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs: Flor Van Noppen, Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Vraag van mevrouw Corinne De Permentier aan
de
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "het hoge zelfmoordcijfer in
België en de betrokkenheid van de overheid bij de
aanpak van dit fenomeen" (nr. 1815)
8
Question de Mme Corinne De Permentier à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le taux de suicide important en
Belgique et l'implication des pouvoirs publics dans
la lutte contre ce phénomène" (n° 1815)
8
Sprekers: Corinne De Permentier, Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs: Corinne De Permentier, Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de terugbetaling van psychologische
ondersteuning voor brandwondenslachtoffers"
(nr. 1885)
10
Question de Mme Yolande Avontroodt à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le remboursement du soutien
psychologique aux brûlés" (n° 1885)
10
Sprekers: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Vraag van de heer Koen Bultinck aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over
"draagmoederschap" (nr. 1910)
11
Question de M. Koen Bultinck à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
mères porteuses" (n° 1910)
11
Sprekers: Koen Bultinck, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Koen Bultinck, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Rita De Bont aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over
"haar
initiatieven
in
de
preventieve
gezondheidszorg" (nr. 1926)
13
Question de Mme Rita De Bont à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "ses
initiatives en matière de soins de santé préventifs"
(n° 1926)
13
Sprekers: Rita De Bont, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Rita De Bont, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de nevenwerkingen van het antirookmiddel
Zyban" (nr. 1851)
14
Question de Mme Josée Lejeune à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
effets indésirables du médicament antitabac
Zyban" (n° 1851)
14
Sprekers: Josée Lejeune, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Josée Lejeune, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de wet tot hervorming van de heffingen op
de omzet van de vergoedbare farmaceutische
specialiteiten" (nr. 1936)
15
Question de Mme Yolande Avontroodt à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la loi réformant les cotisations sur le
chiffre d'affaires des spécialités pharmaceutiques
remboursables" (n° 1936)
15
Sprekers: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs: Yolande Avontroodt, Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Samengevoegde vragen van
17
Questions jointes de
17
- de heer Koen Bultinck aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
zachte echelonnering" (nr. 1943)
17
- M. Koen Bultinck à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'échelonnement modéré" (n° 1943)
17
- de heer Luc Goutry aan de minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de mislukking
van het systeem van zachte echelonnering"
(nr. 1956)
17
- M. Luc Goutry à la ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'échec du système
de l'échelonnement modéré" (n° 1956)
17
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
- mevrouw Maggie De Block aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
zachte echelonnering" (nr. 2000)
17
- Mme Maggie De Block à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'échelonnement modéré" (n° 2000)
17
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
zachte echelonnering" (nr. 2012)
17
- M. Michel Doomst à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'échelonnement modéré" (n° 2012)
17
Sprekers: Koen Bultinck, Luc Goutry,
Maggie De Block, Michel Doomst, Laurette
Onkelinx, minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
Orateurs: Koen Bultinck, Luc Goutry,
Maggie De Block, Michel Doomst, Laurette
Onkelinx, ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
hoge kosten bij palliatieve thuiszorg" (nr. 1945)
20
Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
frais élevés liés aux soins palliatifs à domicile"
(n° 1945)
20
Sprekers: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
farmaceutische zorg in rusthuizen" (nr. 1946)
20
Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
soins pharmaceutiques dans les maisons de
repos" (n° 1946)
20
Sprekers: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
definiëring van goedkope geneesmiddelen"
(nr. 1947)
21
Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
définition de la notion de médicaments bon
marché" (n° 1947)
21
Sprekers: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
nieuwe samenstelling van de Nationale Raad voor
Verpleegkunde" (nr. 1948)
23
Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
nouvelle composition du Conseil national de l'art
infirmier" (n° 1948)
23
Sprekers: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Luc Goutry, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Rita De Bont aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
overlijdens in de psychiatrie" (nr. 1954)
24
Question de Mme Rita De Bont à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
décès en psychiatrie" (n° 1954)
24
Sprekers: Rita De Bont, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Rita De Bont, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van de heer Koen Bultinck aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
consumptie van Rilatine" (nr. 1972)
25
Question de M. Koen Bultinck à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
consommation de Rilatine" (n° 1972)
25
Sprekers: Koen Bultinck, Laurette Onkelinx,
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Koen Bultinck, Laurette Onkelinx,
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Katia della Faille de
Leverghem aan de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de voedseletikettering"
(nr. 1997)
26
Question de Mme Katia della Faille de Leverghem
à la ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'étiquetage des aliments" (n° 1997)
26
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
Sprekers: Katia della Faille de Leverghem,
Laurette Onkelinx, minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Katia della Faille de Leverghem,
Laurette Onkelinx, ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTÉ
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIÉTÉ
van
DINSDAG
12
FEBRUARI
2008
Avond
______
du
MARDI
12
FÉVRIER
2008
Soir
______
De vergadering wordt geopend om 14.24 uur door
mevrouw Muriel Gerkens, voorzitter.
La réunion publique est ouverte à 14 h 24 par
Mme Muriel Gerkens, présidente.
01 Vraag van mevrouw Florence Reuter aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het shoppen voor geneesmiddelen in het
buitenland" (nr. 1660)
01 Question de Mme Florence Reuter à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'achat de médicaments à
l'étranger" (n° 1660)</b>
01.01 Florence Reuter (MR): Een verontrustend
fenomeen werd onder mijn aandacht gebracht. Tal
van Belgen kopen hun geneesmiddelen in
Nederland, waar ze beter worden terugbetaald. De
Nederlandse verzekeraar recupereert vervolgens
zijn kosten bij het Riziv, dat uiteindelijk de rekening
van die schaamteloze patiënten betaalt.
Bent u op de hoogte van die praktijk? Werd die
fraude reeds becijferd? Zo ja, hoeveel bedraagt ze?
Zo neen, bent u dat van plan? Welke middelen
zullen worden ingezet om dergelijke misbruiken
tegen te gaan?
01.01 Florence Reuter (MR) : Un phénomène
interpellant m'a été rapporté. De nombreux Belges
vont chercher leurs médicaments aux Pays-Bas, où
ils sont mieux remboursés. L'assureur néerlandais
recouvre ensuite ses frais auprès de l'Inami, qui
paie finalement pour ces patients peu scrupuleux.
Ce phénomène vous est-il connu ? A-t-on déjà
estimé cette fraude ? Si oui, à combien s'élève-t-
elle ? Si non, comptez-vous le faire ? Quels moyens
sont utilisés pour éviter ces abus ?
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dit
fenomeen bestaat inderdaad, maar we kunnen de
omvang van de fraude niet inschatten doordat we
geen relevante gegevens kunnen verzamelen over
het
bedrag
dat
de
Belgische
verplichte
ziekteverzekering aan Nederland moet terugbetalen
voor geneesmiddelen die ginds aan Belgische
verzekerden worden uitgereikt. Er is inderdaad
sprake
van
fraude;
de
Europese
ziekteverzekeringskaart wordt immers oneigenlijk
gebruikt. Het Riziv heeft de Nederlandse overheid
van deze situatie op de hoogte gebracht en
onderzoekt de maatregelen die kunnen worden
genomen om een correct gebruik van die kaart door
de Belgische verzekerden te waarborgen.
01.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Ce phénomène existe bien, mais nous n'avons pas
d'estimations de la fraude, car nos informations ne
permettent pas de collecter des données
pertinentes concernant le montant que l'assurance
obligatoire soins de santé belge doit rembourser
aux Pays-Bas pour des médicaments délivrés à des
assurés belges. Il y a évidemment fraude, car c'est
une utilisation à tort de la carte européenne
assurance-maladie. L'Inami a averti l'autorité
néerlandaise de cette réalité et examine les
dispositions à prendre pour assurer une utilisation
correcte de cette carte par ces assurés belges.
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
01.03 Florence Reuter (MR): We zullen dus op dit
probleem terugkomen. Ik veronderstel dat het Riziv
kan
nagaan
hoeveel het aan Nederland
terugbetaalt?
01.03 Florence Reuter (MR) : On reviendra donc
sur ce problème. J'imagine que l'Inami peut vérifier
combien il rembourse aux Pays-Bas ?
01.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Daar
wordt momenteel aan gewerkt.
Het incident is gesloten.
01.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
C'est sur cela qu'il travaille actuellement.
L'incident est clos.
01.05 De voorzitter: De vraag nr. 1685 van de
heer Bellot wordt omgezet in een schriftelijke vraag.
De vraag nr. 1731 van mevrouw Galant wordt
uitgesteld. Wat de samengevoegde vragen nr. 1744
van de heer Doomst en nr. 1810 van mevrouw Becq
betreft, heeft de heer Doomst zijn vraag
ingetrokken.
01.05 La présidente : La question n°1685 de M.
Bellot est transformée en question écrite. La
question n°1731 de Mme Galant est reportée. Pour
les questions jointes n
os
1744 de M. Doomst et
1810 de Mme Becq, M. Doomst a retiré sa
question.
02 Vraag van mevrouw Sonja Becq aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het kankerplan" (nr. 1810)
02 Question de Mme Sonja Becq à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"le plan de lutte contre le cancer" (n° 1810)</b>
02.01 Sonja Becq (CD&V - N-VA): De minister
heeft een nieuw kankerplan aangekondigd.
Wat zijn de krachtlijnen van dit plan? Hoeveel geld
werd er vrijgemaakt om het plan uit te voeren?
Wordt er samengewerkt met de Gemeenschappen?
Wie zijn de partners bij de uitvoering van dit plan?
02.01 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : La ministre
annoncé un nouveau plan de lutte contre le cancer.
Quelles en sont les lignes de force ? Quel budget a-
t-on dégagé pour sa mise en oeuvre ? Une
collaboration
est-elle
prévue
avec
les
Communautés ? Quels sont les partenaires
associés à la mise en oeuvre de ce plan ?
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
nationaal kankerplan is één van de tien prioriteiten
van de regering. We moeten alleen nog beslissen
wanneer we welk initiatief nemen. Enkele cijfers: elk
jaar worden er in België 55.000 nieuwe
kankergevallen vastgesteld, waarvan 200 bij
kinderen. Het sterftecijfer in ons land ligt hoger dan
het gemiddelde en volgens de WHO neemt het
aantal kankergevallen wereldwijd toe.
Er moet dus dringend worden ingegrepen. Andere
landen beschikken over meerjarenplannen. In maart
zullen we prioriteiten en een werkplanning
vastleggen. Daarbij is voor de Gemeenschappen
een belangrijke rol weggelegd; naar verluidt kan 40
procent van de kankergevallen worden voorkomen
door gepaste preventieve maatregelen. Samen met
de
Gemeenschappen
hebben
we
reeds
rondetafelgesprekken georganiseerd, telkens op
maandag, en we zullen dat blijven doen. Thema's
die werden of zullen worden besproken: opsporing,
onderzoek, zorgverlening en behandeling, en de
evaluatie van de aanpak van kanker.
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le Plan national cancer est une des dix priorités du
gouvernement. Reste à décider quand nous
prendrons telle ou telle initiative. Pour citer quelques
chiffres, je dirai qu'il y a 55.000 nouvelles tumeurs
chaque année en Belgique, dont 200 chez des
enfants. Le taux de mortalité en Belgique est plus
élevé que la moyenne et l'OMS démontre que les
cancers sont en augmentation dans le monde.
La nécessité de travailler s'impose donc. Dans
d'autres pays, il existe des plans pluriannuels. En
mars, nous définirons des priorités et des
perspectives de travail. Les Communautés ont bien
sûr un rôle important à jouer ; on dit que 40% des
cancers pourraient être évités par des mesures de
prévention adéquates. Nous avons eu et nous
aurons des tables rondes, chaque lundi, avec les
Communautés, au sujet du dépistage, de la
recherche, des soins et des traitements et de
l'évaluation de la prise en charge.
We willen zowel de Gemeenschappen en de
Gewesten
als
de
buurlanden,
de
beroepsbeoefenaars en de patiëntenverenigingen
Nous essayons que ce plan soit porté en commun
avec les Communautés et les Régions, les pays
voisins, les professionnels et les associations de
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
bij het kankerplan betrekken.
patients.
02.03 De voorzitter : Elke dinsdag kan u over een
verslag en de voorbereidende documenten van de
rondetafel van maandag beschikken.
02.03 La présidente : Chaque mardi, suite à la
table ronde du lundi, un compte rendu ainsi que les
documents préparatoires sont à votre disposition.
02.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik wil
erop wijzen dat de documenten die ter beschikking
van de geachte leden worden gesteld informatie
bevatten die niet door mij werd geviseerd!
02.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je préciserai que les documents mis à la disposition
des
honorables membres contiennent des
informations que je ne contrôle pas !
02.05 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Het is
belangrijk een langetermijnstrategie uit te bouwen,
ook
voor andere chronische ziekten. De
Gemeenschappen moeten inderdaad aan de
rondetafelconferenties
deelnemen.
Over
het
budgettaire plaatje is blijkbaar nog niets bekend. Ik
ben blij dat niet alleen de medische wereld, maar
ook de patiënten en hun families worden betrokken.
Nemen ook de ziekenfondsen deel?
02.05 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Il est important
de définir une stratégie à long terme, y compris pour
d'autres maladies chroniques. Les Communautés
doivent effectivement participer aux tables rondes.
Le flou reste manifestement total en ce qui
concerne les aspects budgétaires. Je me réjouis de
constater que les patients et leur famille seront
également entendus. Qu'en est-il des mutualités ?
02.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
vertegenwoordigers van het Intermutualistisch
College waren gisteren aanwezig.
02.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les représentants du collège intermutualiste étaient
présents hier.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de teraardebestelling van
de behoeftigen in België" (nr. 1762)
03 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'inhumation des indigents en
Belgique" (n° 1762)</b>
03.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Aangezien
het niet om een federale materie gaat, trek ik mijn
vraag met ontgoocheling in!
03.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Puisqu'il ne
s'agit pas d'une matière fédérale, je retire ma
question mais avec dépit !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Samengevoegde vragen
- van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "het voorkomen van en hulpverlening bij
cannabisverslaving" (nr. 1766)
- van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de analyse van het nieuwe vaccin tegen
drugsverslaving" (nr. 1873)
04 Questions jointes de
- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
prévention et la curation des usages addictifs de
cannabis" (n° 1766)<br>- M. Jean-Jacques Flahaux à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur
"l'analyse du nouveau vaccin contre la
dépendance aux drogues" (n° 1873)</b>
04.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Ons land telt
tal van cannabisgebruikers; soms zijn ze amper
dertien of veertien jaar oud. Cannabisgebruik kan
gepaard gaan met relationele, sociale, school- of
werkproblemen.
Ingevolge
een
toename
van
het
aantal
behandelingsaanvragen buigen diensten medische
psychiatrie en psychologie zich sinds enkele jaren
04.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Notre pays
compte de nombreux consommateurs de cannabis,
ceux-ci ayant parfois treize ou quatorze ans. Des
complications relationnelles, sociales, scolaires ou
professionnelles peuvent accompagner cette
consommation.
Depuis quelques années, suite à une augmentation
des demandes de traitements, des services de
psychiatrie et de psychologie médicale se sont
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
over die problemen en het UVC Brugmann heeft
een zogenaamde'"cannabis consultatie' opgericht.
Uit studies is gebleken dat correcte informatie een
belangrijk preventief effect heeft.
Is het in dat kader niet wenselijk dat men de jeugd
van het bestaan van die dienst en zijn
contactgegevens op de hoogte brengt? Kan er geen
nationale
informatiecampagne
over
die
voorzieningen worden opgezet?
penchés sur ces questions et le CHU Brugmann a
mis en place une clinique du cannabis. Des études
ont permis entre autres de constater qu'une
information correcte avait un effet préventif majeur.
Dans ce cadre, ne serait-il pas souhaitable de faire
connaître à nos jeunes l'existence de cette clinique
et les moyens de la contacter ? Serait-il possible de
mettre en oeuvre une campagne nationale
d'information sur ces outils ?
De pers maakt gewag van een nieuw vaccin tegen
drugsverslaving dat werd ontwikkeld door Thomas
Kosten, professor in de psychiatrie en de
neurowetenschappen aan het Baylor College of
Medicine in Houston. Heeft uw departement of dat
van een Europese ambtgenoot de diverse
parameters van dat vaccin al onderzocht? Werd er
een aanvraag tot erkenning in Europa ingediend?
La presse vient de faire état d'un nouveau vaccin
contre la dépendance aux drogues, mis au point par
le professeur de psychiatrie et de neurosciences,
Thomas Kosten, du Baylor College of Medecine de
Houston. Votre département ou celui d'un autre
pays membre de l'Union a-t-il déjà analysé les
divers paramètres de ce vaccin ? A-t-il fait l'objet
d'une demande d'agréation en Europe ?
04.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
gebruik van drugs en meer bepaald van cannabis
mag niet worden gebanaliseerd. Mijn voorganger
heeft er veel aandacht aan besteed en heeft sinds
2004 de INCANT-studie (International Cannabis
Need of Treatment) aan het UVC Brugmann
gefinancierd.
04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La consommation de drogues, et notamment de
cannabis,
ne
peut
être
banalisée.
Mon
prédécesseur y a accordé beaucoup d'attention et a
financé, depuis 2004, l'étude INCANT (International
Cannabis Need of Treatment) à Brugmann.
Preventie behoort tot de bevoegdheid van de
Gemeenschappen. Toch is één miljoen euro
toegewezen aan de vzw iDA (Informatie over Drugs
en Alcohol) met het oog op het opzetten van een
nationale voorlichtingscampagne over drugs en
alcohol binnen het raam van een akkoord dat
tussen
de
federale
overheid
en
de
Gemeenschappen is gesloten. Die campagne heeft
tot doel op een factuele en aan de verschillende
doelgroepen aangepaste wijze informatie te
verstrekken over de aangeboden hulpkanalen en de
beschikbare
informatiebronnen
zoals
de
telefoonlijnen die nu al door de Gemeenschappen
en de Gewesten worden gefinancierd of de nieuwe
voorzieningen die zullen worden uitgewerkt. Die op
nationale schaal op touw gezette campagne is
drietalig en omvat een publiek luik (televisiespots,
posters, postkaarten, enz.) en een beroepsluik
(didactisch materiaal en interactief platform).
La prévention relève de la compétence des
Communautés. Cependant, un million d'euros ont
été attribués à l'ASBL IDA (Information sur les
Drogues et l'Alcool) pour la mise en place d'une
campagne nationale sur les drogues et l'alcool dans
le cadre d'un accord entre le fédéral et les
Communautés. Cette campagne vise à informer, de
manière factuelle et adaptée aux différents
groupes-cibles, à propos de l'offre d'assistance et
des sources d'information disponibles, comme les
lignes téléphoniques déjà financées par les
Communautés et Régions, ou les nouveaux
instruments qui seront créés. La campagne
nationale est trilingue et comporte un volet public
(spots télévisés, affiches, cartes postales, etc.) et
un volet professionnel (matériel didactique et plate-
forme interactive).
Het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid
heeft de Amerikaanse professor Thomas Kosten
gecontacteerd. Volgens hem kan het vaccin tegen
cocaïneverslaving
over
ongeveer
drie
jaar
beschikbaar zijn in de Verenigde Staten en één jaar
later in Europa.
Op middellange termijn kunnen er wellicht vaccins
worden ontwikkeld tegen alle soorten drugs, zowel
natuurlijke als synthetische, met uitzondering van
L'Institut scientifique de santé publique a pris
contact avec le professeur américain Thomas
Kosten et celui-ci estime que le vaccin contre la
dépendance à la cocaïne pourrait être disponible
aux États-Unis dans trois ans environ et en Europe
un an plus tard.
À moyen terme, des vaccins pourraient être mis au
point contre toutes les drogues, naturelles comme
synthétiques, à l'exception de l'alcool. Un vaccin
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
alcohol. Zelfs een gecombineerd vaccin behoort tot
de mogelijkheden.
Als alle informatie klopt en de vaccins doeltreffend
zijn, biedt dat buitengewoon gunstige vooruitzichten
voor de behandeling van drugsverslaafden.
Preventiecampagnes tegen het gebruik van legale
en illegale drugs blijven echter nuttig.
combiné est même envisageable.
Si toutes ces informations sont exactes et si les
vaccins sont efficaces, les perspectives pour la
prise
en
charge
des
toxicomanes
sont
extraordinaires. Cependant, les campagnes de
prévention contre l'usage des drogues légales et
illégales conservent toute leur utilité.
04.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Op korte
termijn is preventie wellicht het meest doeltreffende
instrument. Ik hoop dan ook dat de campagnes
zullen worden bestendigd en dat er in de begroting
van 2008 de nodige fondsen zullen worden voor
uitgetrokken.
04.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Pour le court
terme, la prévention reste sans doute la politique la
plus efficace. J'espère dès lors que les campagnes
seront pérennisées et figureront dans le budget
2008.
04.04 Minister Laurette Onkelinx : Het vaccin is
nog niet op zijn doeltreffendheid en veiligheid getest
door de Europese instanties bevoegd voor de
goedkeuring en het in de handel brengen van
geneesmiddelen.
04.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
L'efficacité et la sécurité du vaccin n'ont pas encore
été examinées par les autorités européennes
compétentes en matière d'autorisation et de mise
sur le marché des médicaments.
04.05 Jean-Jacques Flahaux (MR): Ik stel mij ook
vragen over de Europese middelen die aan dit type
vaccin besteed worden.
04.05 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Je
m'interroge également sur les moyens européens
consacrés à ce genre de vaccin.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Yolande Avontroodt aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
contingentering van de kinesisten" (nr. 1778)
- de heer Koen Bultinck aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
contingentering van de kinesisten" (nr. 1914)
05 Questions jointes de
- Mme Yolande Avontroodt à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "le
contingentement
des
kinésithérapeutes"
(n° 1778)<br>- M. Koen Bultinck à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le
contingentement
des
kinésithérapeutes"
05.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Sinds 1999
is het aantal nieuwe kinesitherapeuten dat door het
Riziv terugbetaalde prestaties mag leveren, beperkt
tot 270 Nederlandstaligen en 180 Franstaligen per
jaar. Intussen werd al enkele keren een
uitgangsexamen georganiseerd. Door de vergrijzing
van de bevolking en de vervrouwelijking van het
beroep begint men nu echter te vrezen voor een
tekort aan kinesitherapeuten.
Werd het uitgangsexamen voor kinesitherapeuten
al geëvalueerd? Is de minister bereid om de
planningscommissie
te
vragen
om
de
contingentering opnieuw te onderzoeken? De vorige
minister van Volksgezondheid beloofde de niet
opgenomen Riziv-nummers toe te kennen aan de
volgende geselecteerden, maar kwam deze belofte
niet na. Wat gebeurde met de vrije nummers?
05.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Depuis
1999, le nombre de nouveaux kinésithérapeutes
pouvant effectuer des prestations remboursées par
l'INAMI a été limité à 270 néerlandophones et 180
francophones par an. Entre temps, un examen de
sortie a été organisé à plusieurs reprises. En raison
du vieillissement de la population et de la
féminisation de la profession, on commence
toutefois
à
craindre
une
pénurie
de
kinésithérapeutes.
L'examen de sortie pour kinésithérapeutes a-t-il
déjà été évalué? La ministre est-elle disposée à
demander à la commission de planification de
réexaminer le contingentement? Le précédente
ministre de la Santé publique avait promis
d'attribuer les numéros INAMI non utilisés aux
sélectionnés suivants mais il n'a pas respecté cet
engagement. Qu'est-il advenu des numéros non
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
attribués ?
05.02 Yolande Avontroodt (Open Vld): Mijn
schriftelijke vraag 883 over de contingentering van
de kinesitherapeuten die ik tijdens de vorige
regeerperiode stelde, bleef onbeantwoord. Daarom
diende ik deze vraag opnieuw in, nu zelfs in de
vorm van een interpellatie.
Uit het rapport van de Leuvense professor
Stappaerts blijkt dat er in Vlaanderen de komende
jaren minder kinesitherapeuten zullen werken in een
zelfstandige praktijk dan vandaag wordt voorzien in
de
contingentering.
Er
komen
270
kinesitherapeuten in aanmerking, terwijl er dit
schooljaar
waarschijnlijk
slechts
126
een
zelfstandige praktijk zullen beginnen. Volgend
schooljaar zou het om slechts 92 personen gaan,
het jaar daarop om 117.
05.02 Yolande Avontroodt (Open Vld) : La
question écrite 883 sur le contingentement des
kinésithérapeutes que j'avais posée sous la
législature précédente est restée sans réponse.
C'est pourquoi je l'ai reposée, cette fois même sous
la forme d'une interpellation.
Il ressort du rapport de professeur Stappaerts, de
Louvain, que dans les années à venir, il y aura en
Flandre moins de kinésithérapeutes indépendants
que prévu aujourd'hui dans le cadre du
contingentement. Les kinésithérapeutes seront 270
à entrer en ligne de compte alors que 126
seulement commenceront au cours de cette année
scolaire une activité indépendante. Au cours de
l'année scolaire prochaine, ils ne seraient que 92 et,
au cours de la suivante, 117.
Een studie van professor Pacolet in opdracht van
de FOD Volksgezondheid toont aan dat de beoogde
contingentering al bereikt was voordat de
selectieproeven
werden
gehouden.
De
aangekondigde maatregelen hebben ontmoedigend
gewerkt. Volgens de studie zal de werkelijke
toetreding
tot
het
beroep
beneden
de
contingentering liggen, zelfs in die mate dat er
tegen 2020 een tekort zal zijn.
Ook de beroepsverenigingen bekritiseren de
contingentering, omdat het nu al een feit is dat
kinesisten onvoldoende medewerkers met een
Riziv-nummer vinden. Ook ziekenhuizen en
rustoorden weren kinesisten zonder nummer.
Une étude réalisée par le professeur Pacolet à la
demande du SPF Santé publique démontre que le
contingentement visé était déjà atteint avant la
tenue des épreuves de sélection. Les mesures
annoncées ont eu pour effet de décourager les
candidats. Selon l'étude en question, les normes
fixées dans le cadre du contingentement ne seront
pas atteintes et il pourrait même être question de
pénurie pour 2020.
Les
associations
professionnelles
critiquent
également le contingentement dans la mesure où
les kinésithérapeutes ne trouvent déjà plus
suffisamment de collaborateurs disposant d'un
numéro INAMI. Les hôpitaux et les maisons de
repos refusent également les kinésithérapeutes
sans numéro.
Een bijkomend probleem is dat de toekenning van
207 nummers niet betekent dat er ook 207
kinesisten voltijds aan de slag gaan. Sommige
nummers worden niet afgehaald, andere blijven
ongebruikt en nog andere worden deeltijds gebruikt.
De belofte van minister Demotte dat niet afgehaalde
nummers aan de volgende kandidaten op de
selectielijst zouden worden toegekend, werd niet
nagekomen.
Hoe reageert de minister op deze studies? Is ze
bereid de contingentering aan te passen aan deze
nieuwe vaststellingen? Wanneer zal het kadaster
van de gezondheidsberoepen gerealiseerd zijn?
Overweegt
de
minister
een
bijkomende
behoeftestudie in de volgende twee decennia? Zal
de minister de niet opgehaalde nummers aan de
volgende geselecteerden toekennen? Wat met de
nummers die twee jaar na de afhaling nog steeds
niet gebruikt zijn? Zal de minister bij het vaststellen
Un problème complémentaire est lié au fait que
l'octroi de 270 numéros ne signifie pas que 270
kinésithérapeutes effectueront une carrière à temps
plein. Certains numéros ne sont pas réclamés,
d'autres ne sont pas utilisés et d'autres encore sont
utilisés à temps partiel. La promesse du ministre
Demotte, qui s'était engagé à ce que les numéros
non réclamés soient attribués aux suivants sur la
liste, n'a pas été respectée.
Quelle est la réaction de la ministre face à ces
problèmes ? Est-elle disposée à adapter le
contingentement à ces nouvelles constatations ?
Quand le cadastre des professions de la santé
sera-t-il établi ? La ministre envisage-t-elle une
nouvelle étude des besoins dans les deux
prochaines
décennies ?
Attribuera-t-elle
les
numéros non réclamés aux suivants sur la liste ?
Qu'adviendra-t-il des numéros non encore utilisés
deux ans après leur attribution ? La ministre tiendra-
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
van de contingentering rekening houden met de
mate waarin de kinesisten deeltijds werken?
De examens van de kinesisten zijn een
gemeenschapsmaterie. De contingentering heeft
ondertussen echter voor tragedies gezorgd en ik
zou de minister met aandrang willen vragen ze aan
te kaarten op de interministeriële conferentie.
t-elle compte, dans le cadre du contingentement, du
fait que certains kinésithérapeutes exercent leur
profession à temps partiel ?
Les examens des kinésithérapeutes constituent une
matière communautaire. Dans l'intervalle, le
contingentement a provoqué des tragédies et je
souhaiterais plaider avec insistance auprès de la
ministre pour qu'elle examine cette question dans le
cadre de la conférence interministérielle.
05.03 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er
werden indertijd maatregelen genomen om iets te
doen aan het overaanbod aan kinesisten. In dit
verband dringen zich wijzigingen op. Daartoe zal
binnen de Planningscommissie een subgroep
'kinesitherapie' worden opgericht. Daarnaast zal het
kadaster
van de gezondheidsberoepen de
mogelijkheid
bieden
het
werkelijke
aantal
arbeidskrachten in deze sector te bepalen.
Bovendien zullen andere studies over de
contingentering worden uitgevoerd, met het einde
van het jaar als streefdatum.
05.03 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Des mesures avaient en leur temps été prises pour
faire face à la pléthore de kinésithérapeutes. Des
changements à cet égard s'imposent. À cet effet, un
sous-groupe kinésithérapie sera constitué au sein
de la Commission de planification. Parallèlement, le
cadastre des professionnels de la santé permettra
de mesurer la force de travail réelle dans ce
secteur. En outre, d'autres études sur le
contingentement seront menées avec pour objectif
de délai la fin de l'année.
De in het vooruitzicht gestelde wijzigingen moeten
op objectieve vaststellingen berusten en door
iedereen
worden
aanvaard.
Wat
de
Gemeenschappen betreft, kan ik niet voor mijn
collega's spreken.
Les modifications devront reposer sur des constats
objectifs et être acceptées par tous. Pour ce qui
relève des Communautés, je ne puis parler à la
place de mes collègues.
05.04 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Ik ben blij
dat er een concreet initiatief is. Een subcommissie
binnen de plancommissie zal zich met de
kinesitherapie bezighouden. Er is ook een timing.
Alleen kreeg ik geen antwoord op de vraag wat er
zal gebeuren met de niet opgenomen Riziv-
nummers.
05.04 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Je me
réjouis de cette initiative concrète. Une sous-
commission au sein de la commission de
planification s'occupera de la kinésithérapie. Il y a
également un calendrier. Je n'ai cependant pas
reçu de réponse à la question de savoir ce qu'il
adviendra des numéros INAMI non utilisés.
05.05 Yolande Avontroodt (Open Vld): De dertig
niet-opgehaalde Riziv-nummers kunnen perfect
worden
toegekend
binnen
de
huidige
contingentering. De minister zou haar administratie
moeten vragen om wat sneller te zijn. Het examen
komt er weer aan en als het kadaster pas eind 2008
beschikbaar is, is er weer een lichting kinesisten die
niet
kan
slagen
binnen
de
aangepaste
contingentering.
Ik ben blij dat de minister het probleem ziet. Ik wil er
nog eens op aandringen dat ze het op de
interministeriële conferentie aankaart.
05.05 Yolande Avontroodt (Open Vld) : Les trente
numéros INAMI non utilisés peuvent parfaitement
être attribués dans le cadre de l'actuel
contingentement. La ministre devrait demander à
son administration de faire preuve de diligence.
L'examen s'annonce et si le cadastre n'est
disponible que fin 2008, une nouvelle levée de
kinésithérapeutes ne pourra pas réussir dans le
cadre du contingentement adapté.
Je me réjouis de constater que la ministre est bien
consciente du problème. J'insiste une nouvelle fois
pour que la question soit abordée lors de la
conférence interministérielle.
05.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik zal
later op de kwestie van de dertig Riziv-nummers
terugkomen en stel u voor te wachten tot het
kadaster klaar is.
05.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Pour les trente numéros Inami, je reviendrai vous
en parler et je vous propose d'attendre le cadastre.
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Flor Van Noppen aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de fusie van het Instituut Pasteur met het
Departement
Microbiologie
van
het
Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid"
(nr. 1784)
06 Question de M. Flor Van Noppen à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"la fusion de l'Institut Pasteur avec le
Département de microbiologie de l'Institut
scientifique de Santé publique" (n° 1784)</b>
06.01 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA): In 2003
fuseerde het 'Instituut Pasteur' met het departement
Microbiologie van het Wetenschappelijk Instituut
Volksgezondheid. Duidelijke afspraken moesten de
autonomie en de eigenheid van het Instituut
garanderen. Nu blijkt die autonomie echter op de
helling te staan.
Is de fusie al volledig afgerond? Op welke manier
kan het Pasteur Instituut zijn autonomie en
herkenbaarheid bewaren?
06.01 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA) : L'Institut
Pasteur a fusionné en 2003 avec le département de
Microbiologie de l'Institut Scientifique de la Santé
publique. Des accords précis devaient garantir
l'autonomie et la spécificité de l'Institut. Or cette
autonomie semble aujourd'hui compromise.
La fusion a-t-elle déjà été définitivement réalisée?
Comment l'Institut Pasteur pourra-t-il conserver son
autonomie et sa notoriété?
06.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik heb
de vertegenwoordigers van het 'Instituut Pasteur'
ontmoet om ze gerust te stellen. Ik heb hen erop
gewezen dat noch de naam 'Instituut Pasteur', noch
de kwaliteit van hun onderzoek, noch hun integratie
in
het
netwerk
van
de
verschillende
Pasteurinstituten ter discussie worden gesteld.
Ze vrezen ook voor de onafhankelijkheid van de
onderzoekers. Ik heb hen een aanpassing van de
samenstelling van de raad van het instituut
voorgesteld. Ze waren geen voorstander van een
integratie. Ik wil een wetenschappelijke raad
oprichten die hun onafhankelijkheid moet toetsen
en moet nagaan of de middelen die voor het
onderzoek worden uitgetrokken niet worden
verminderd.
06.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
J'ai rencontré les représentants de l'Institut Pasteur
pour les rassurer. Je leur ai signalé qu'on ne met
pas en cause leur nom en tant qu'Institut Pasteur, ni
la qualité de leurs recherches, ni leur intégration
dans le réseau des différents Instituts Pasteur.
Ils craignent également pour l'indépendance des
chercheurs. Je leur ai proposé une adaptation de la
composition du conseil de l'Institut. Ils auraient
préféré ne pas être intégrés ; je veux créer un
conseil scientifique qui aura pour mission de vérifier
leur indépendance et de surveiller si on ne réduit
pas les moyens octroyés à la recherche.
06.03 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA): Wanneer
de naam `Pasteur' verdwijnt, zal ook de sponsoring
verdwijnen.
06.03 Flor Van Noppen (CD&V - N-VA) : Si le
nom de `Pasteur' disparaît, c'en sera également fini
du parrainage.
06.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
Vrienden van het 'Instituut Pasteur' kunnen zonder
probleem, zoals vroeger, blijven werken. Alle
terughoudendheid moet worden weggenomen. Het
Instituut zal met de nodige onafhankelijkheid
onderzoek blijven verrichten onder de naam
Pasteur. Men zal de kwaliteiten van het 'Instituut
Pasteur' behouden om ze met de voordelen van
een inpassing in een groter geheel te combineren.
06.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
n'y a aucun problème à voir travailler comme avant
les Amis de l'Institut Pasteur. Il faut que toutes les
réticences soient levées. L'institut poursuivra les
recherches avec l'indépendance voulue et avec le
nom Pasteur. On conservera les qualités de l'Institut
Pasteur afin de les cumuler avec les avantages
d'une intégration dans un ensemble plus grand.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van mevrouw Corinne De Permentier
aan de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het hoge zelfmoordcijfer
07 Question de Mme Corinne De Permentier à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le taux de suicide important en
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
in België en de betrokkenheid van de overheid bij
de aanpak van dit fenomeen" (nr. 1815)
Belgique et l'implication des pouvoirs publics
dans la lutte contre ce phénomène" (n° 1815)</b>
07.01 Corinne De Permentier (MR): Jaarlijks
plegen er in ons land meer dan tweeduizend
mensen zelfmoord. En dan gaat het nog om een
onderschatting, waardoor zelfmoord op de eerste
plaats van de externe doodsoorzaken komt.
Preventie mag dan al een gemeenschapsmaterie
zijn, maar we stellen vast dat de diverse overheden
onvoldoende aan zelfmoordpreventie doen.
Verdient zelfmoordpreventie geen bijzondere
aandacht? Zou er geen actieplan tegen zelfmoord
kunnen worden opgesteld? Bestaan er concrete
maatregelen die in overleg met alle beleidsniveaus
werden genomen? Zo ja, welke? Staat deze
aangelegenheid op de agenda van een van de
volgende interministeriële conferenties?
07.01 Corinne De Permentier (MR) : Chaque
année en Belgique, Plus de deux mille personnes
se donnent la mort. C'est un chiffre sous-évalué qui
fait du suicide la première cause de décès
extérieure. Il ne faut pas négliger que la prévention
relève des Communautés mais nous constatons un
manque d'implication des pouvoirs publics dans la
prévention du suicide.
Est-ce que la prévention du suicide ne mérite pas
une attention particulière ? Un plan d'action contre
le suicide ne pourrait-il pas être mis en oeuvre ?
Existe t-il des mesures concrètes et concertées
avec les différents niveaux de pouvoir ? Si oui
lesquelles ? Et ce point figure-t-il à l'ordre du jour
d'une prochaine conférence interministérielle ?
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Voor
het beleid inzake zelfmoord zijn zowel de federale
overheid als de Gemeenschappen en de Gewesten
bevoegd. Prioritair blijft echter de uitwerking van
passende voorstellen in de strijd tegen zelfmoord.
Een werkgroep Zelfmoord is ingesteld binnen de
interkabinettensubwerkgroep 'Taskforce Geestelijke
Gezondheid'. Deze groep is belast met de
uitwerking van een protocol tussen de federale
overheid en de deelgebieden om het aantal
zelfmoorden terug te dringen en een inventaris van
alle bestaande initiatieven op te stellen. Dit is een
belangrijk gegeven, gezien het gebrek aan
onderlinge samenhang en coördinatie van de
verschillende acties.
Op de jongste interministeriële conferentie
Volksgezondheid werd een stand van zaken
opgemaakt. De werkgroep ging ervan uit dat
voorafgaande
besprekingen
over
precieze
doelstellingen nog gevoerd moesten worden en dat
het voorbarig zou zijn om nu al conclusies te
trekken. Nu de periode van lopende zaken achter
de rug is, kunnen de werkzaamheden terug worden
aangevat.
Het plan tegen zelfmoord moet drie aspecten
omvatten:
de
psychofarmacologie,
de
therapeutische opvang en de follow-up.
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les compétences concernant le suicide sont
divisées entre le fédéral, les Régions et les
Communautés. Mais l'élaboration de propositions
adéquates dans la lutte contre le suicide reste une
priorité.
Il existe un groupe de travail "Suicide" au sein du
sous-groupe de travail intercabinets "Taskforce
service santé mentale". Ce groupe a pour missions
l'élaboration d'un protocole entre l'État fédéral et les
entités fédérées pour diminuer le nombre de
suicides et l'élaboration d'un inventaire de toutes les
initiatives existantes. C'est important car il manque
une cohérence et une coordination entre les
différentes actions.
Un état des lieux a été établi lors de la dernière
Conférence interministérielle de la santé. Le groupe
de travail considérait qu'il était trop tôt pour
remettre des conclusions et qu'il avait encore
besoin de procéder à des discussions préalables
sur les objectifs précis. La période d'affaire
courante étant close, les travaux pourront
reprendre.
Le plan contre le suicide doit comporter trois
éléments : la psychopharmacologie, la prise en
charge thérapeutique et le suivi.
Een praktische gids die naar alle Belgische huis- en
noodartsen wordt verzonden, bevat concrete
aanbevelingen
om
patiënten
met
zelfmoordneigingen
te
identificeren
en
te
begeleiden.
Er
werden ook
aanbevelingen
geformuleerd
met
betrekkingen
tot
de
Un guide pratique, envoyé à tous les médecins
généralistes et urgentistes de Belgique, fournit des
recommandations concrètes pour identifier les
patients suicidaires et les accompagner. Des
recommandations ont également été faites pour les
prescriptions de médicaments chez des patients
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
geneesmiddelen die aan suïcidale patiënten moeten
worden voorgeschreven.
De zelfmoordclubs op internet zijn een bijzonder
verontrustend verschijnsel dat echter vermits het
om internet gaat in samenspraak met de
Europese Commissie en de WGO zal moeten
onderzocht worden.
Ik zal al deze acties voortzetten, ook al verloopt het
overleg met de Gemeenschappen niet altijd even
gemakkelijk.
ayant des tendances suicidaires.
Les clubs de suicide en ligne sont un phénomène
très inquiétant mais qui devra, s'agissant d'internet,
être examiné avec la Commission européenne et
l'OMS.
Je poursuivrai l'ensemble de ces actions, même si
les contacts avec les Communautés ne sont pas
toujours simples.
07.03 Corinne De Permentier (MR): Ik dank u
oprecht voor uw inzet in dit dossier. De
Gemeenschappen hebben inderdaad een rol te
vervullen op het vlak van preventie, maar sommige
Gemeenschappen zijn dynamischer dan andere.
Het verheugt me dat deze conferenties zullen
plaatsvinden en ik hoop dat u het plan waartoe
minister Demotte de aanzet heeft gegeven, mee zal
uitvoeren.
07.03 Corinne De Permentier (MR) : Je vous
remercie sincèrement pour votre implication dans
ce dossier. Les Communautés ont bien un rôle à
jouer en matière de prévention, mais certaines sont
plus dynamiques que d'autres.
Je me réjouis de l'organisation de ces conférences
et j'espère que le plan impulsé par le ministre
Demotte sera mis en place avec vous.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de terugbetaling van
psychologische
ondersteuning
voor
brandwondenslachtoffers" (nr. 1885)
08 Question de Mme Yolande Avontroodt à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le remboursement du soutien
psychologique aux brûlés" (n° 1885)</b>
08.01 Yolande Avontroodt (Open Vld): Minister
Demotte zorgde indertijd voor de halftijdse
psychologische ondersteuning van patiënten in
brandwondencentra. Dit is echter geen oplossing
voor patiënten die ver van het ziekenhuis wonen.
Psychologische
ondersteuning
voor
brandwondenpatiënten is nochtans noodzakelijk en
moet ook mogelijk zijn voor patiënten die niet meer
opgenomen zijn in het ziekenhuis.
Heeft de minister gegevens over het aantal
patiënten
dat
nu
een
beroep
doet
op
psychologische bijstand en op welke manier kan
deze ondersteuning worden terugbetaald?
08.01 Yolande Avontroodt (Open Vld) : M.
Demotte a veillé à l'époque au soutien
psychologique à mi-temps de patients des centres
de grands brûlés. Cette solution ne convient
néanmoins pas aux patients qui habitent loin de
l'hôpital.
Les
grands
brûlés
ont pourtant
impérativement besoin d'un soutien psychologique
et ce soutien doit également être possible pour les
patients qui ne sont plus hospitalisés.
Le ministre dispose-t-il d'informations sur le nombre
de patients qui ont recours à une assistance
psychologique et quel est le mode de
remboursement de cette assistance ?
08.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): Ik
ben mij bewust van het belang van psychosociale
ondersteuning
voor
de
revalidatie
van
brandwondenpatiënten. De eerste resultaten van
een studie naar de psychosociale gevolgen van
brandwonden tonen aan dat de psychologische
ondersteuning in brandwondencentra verhoogd
moet worden als we de intensiviteit en de duur van
het trauma voor deze patiënten willen inperken.
Een studie naar de gevolgen van de ramp in
08.02
Laurette
Onkelinx,
ministre
(en
néerlandais): Je suis bien consciente de
l'importance que revêt l'aide psychosociale dans le
cadre de la revalidation des brûlés. Les premiers
résultats
d'une
étude
sur
les
séquelles
psychosociales de brûlures montrent que l'aide
psychologique fournie dans les centres pour brûlés
doit être renforcée pour réduire l'intensité et la
durée du traumatisme subi par les patients.
Une étude sur les conséquences de la catastrophe
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
Gellingen bewijst de rol van de huisarts voor de
opvolging van deze patiënten. De huisarts wordt het
vlotst geraadpleegd en de graad van tevredenheid
is meestal erg hoog. Daarnaast is de huisarts zeer
toegankelijk en kan hij doorverwijzen naar een
psychiater.
Op dit moment wordt de psychologische
ondersteuning van brandwondenpatiënten niet
terugbetaald, maar sommige ziekenfondsen regelen
dit gedeeltelijk via de aanvullende verzekering. De
huisarts kan doorverwijzen naar de psychiater en
daar zijn dus ook mogelijkheden tot terugbetaling.
De integratie van de beroepsmensen van de
geestelijke gezondheidszorg in het KB 78 heeft nog
geen resultaat opgeleverd op wetgevend vlak. Voor
mij is dit KB een noodzakelijke voorwaarde voor de
terugbetaling. Ik wacht op het advies van de
werkgroep Gezondheidszorg van de Nationale
Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen.
de Ghislenghien a montré que le médecin
généraliste a un rôle à jouer dans le suivi des
patients. C'est le médecin de famille qu'on consulte
le plus facilement et le degré de satisfaction des
patients est généralement élevé. Par ailleurs, le
généraliste est très accessible et peut envoyer le
patient chez un psychiatre.
L'aide psychologique apportée aux brûlés n'est
actuellement pas remboursée mais certaines
mutuelles règlent en partie le problème dans le
cadre de l'assurance complémentaire. Le médecin
généraliste peut envoyer le patient chez un
psychiatre, ouvrant ainsi des possibilités de
remboursement.
Sur le plan législatif, l'inscription des professionnels
des soins de santé mentale dans l'arrêté royal 78
n'a pas encore donné de résultats. A mes yeux, cet
arrêté constitue une condition indispensable au
remboursement. J'attends l'avis du groupe de
travail Soins de Santé du Conseil national des
établissements hospitaliers.
08.03 Yolande Avontroodt (Open Vld): Volgens
mij hangt de terugbetaling niet noodzakelijk af van
het KB 78, maar kan dat ook via een convenant
geregeld worden. Een erkenning van alle beroepen
in de geestelijke gezondheidszorg is daarvoor toch
niet nodig.
De
voorzitter:
We
worden
voortdurend
geconfronteerd met het probleem van de erkenning
van de psychotherapeuten en van de terugbetaling
buiten de centra.
08.03 Yolande Avontroodt (Open Vld) : A mes
yeux, le remboursement ne dépend pas
nécessairement de l'arrêté royal 78, mais peut
également être réglé par une convention.
L'agrément de toutes les professions dans le
secteur des soins de santé mentale n'est tout de
même pas nécessaire à cet effet.
La présidente : Nous sommes confrontés en
permanence
à
la
reconnaissance
des
psychothérapeutes et au remboursement en dehors
des centres.
08.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het is
normaal dat ik de resultaten van die lopende studie
afwacht.
08.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
est normal que j'attende les résultats de cette étude
qui est en cours.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Koen Bultinck aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "draagmoederschap" (nr. 1910)
09 Question de M. Koen Bultinck à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les mères porteuses" (n° 1910)</b>
09.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Door een
uitzending
van
Telefacts
kwam
het
draagmoederschap opnieuw onder de aandacht. Er
blijkt niet alleen te worden gesjoemeld met SIS-
kaarten, maar het draagmoederschap wordt ook
commercieel misbruikt. Deze problematiek kwam in
deze commissie en in de Senaat al meermaals aan
bod.
Wat is het standpunt van de minister? Heeft ze
hierover al overlegd met de minister van Justitie?
09.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Une
émission de Telefacts a reposé le problème des
mères porteuses. Il semble non seulement qu'il soit
fait un usage prohibé de cartes SIS mais aussi qu'il
soit recouru abusivement à la gestation pour autrui
à des fins commerciales. C'est un dossier qui a déjà
été abordé à plusieurs reprises au sein de cette
commission et au Sénat.
Quel est le point de vue de la ministre dans ce
dossier? S'est-elle déjà concertée à ce sujet avec le
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
Zullen de misbruiken met een wetgevend initiatief
worden aangepakt?
ministre de la Justice ? Une initiative législative va-t-
elle être prise pour réprimer les abus en la matière?
09.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): Ik
ben op de hoogte van de misbruiken met de SIS-
kaart.
Het debat over het draagmoederschap is een
ethische kwestie. Het Belgisch Raadgevend Comité
voor Bio-ethiek verstrekte op 5 juli 2004 een advies
over het draagmoederschap. Daarin staat dat
draagmoederschap in principe aanvaardbaar is,
maar dat er bijzonder voorzichtig moet mee worden
omgesprongen om alle misbruiken te vermijden.
Er komen natuurlijk ook juridische problemen bij
kijken, zoals de erkenning van het moederschap en
vaderschap.
De praktijk van het draagmoederschap komt in
België niet vaak voor, maar ze bestaat wel degelijk.
In de komende maanden zal een duidelijke
reglementering moeten worden opgesteld om alle
misbruiken te vermijden.
09.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Je suis au courant des abus relatifs à
la carte SIS.
Le débat sur la gestation pour autrui est un débat
éthique. Le Comité consultatif de bioéthique de
Belgique a formulé le 5 juillet 2004 un avis sur la
gestation pour autrui. Il y est stipulé que la gestation
pour autrui est en principe acceptable mais qu'il
convient de faire preuve d'une prudence extrême
afin d'éviter les abus.
Il ne faut par ailleurs pas perdre de vue les
problèmes juridiques comme la reconnaissance de
maternité ou de paternité.
La gestation pour autrui n'est pas une pratique
courante en Belgique mais elle existe bel et bien. Il
conviendra dans les mois à venir de réglementer
clairement cette matière afin d'éviter toute
possibilité d'abus.
(Frans): Tijdens de vorige zittingsperiode had ik als
minister van Justitie samen met minister Demotte
gewerkt aan een project dat mij dunkt tot een goed
einde werd gebracht. Het Parlement wilde echter
dat een en ander van een parlementair initiatief zou
uitgaan. Daar ben ik helemaal niet tegen gekant,
wel integendeel, en ik zal met genoegen aan het
parlementair debat deelnemen, maar eerst moet de
commissie uitmaken hoe zij wil tewerkgaan.
In verband met het uitwerken van middelen om
fraudegevallen
te
voorkomen,
moeten
de
veralgemeende invoering van de elektronische
identiteitskaart en de groepering van de gegevens
daar een einde aan maken.
De voorzitter : Als u daar geen bezwaar tegen
hebt, maken wij de balans van de werkzaamheden
op in de Senaat en beslissen wij daarna of wij het
werk al dan niet in de commissie voortzetten.
(En français) : Sous la législature précédente,
j'avais, en tant que ministre de la Justice, travaillé
avec le ministre Demotte sur un projet qui avait
abouti, il me semble. Mais le Parlement souhaitait
que l'initiative soit parlementaire. Je ne m'y oppose
pas du tout, au contraire, et je prendrai part au
débat parlementaire avec plaisir, mais la
commission doit décider de ce qu'elle souhaite
faire.
Pour ce qui est de la mise sur pied de moyens pour
éviter des cas de fraude, la généralisation de la
carte d'identité électronique et le regroupement des
données devraient y mettre fin.
La présidente : Si vous le voulez bien, nous ferons
le point des travaux au Sénat, puis nous déciderons
de poursuivre ou non le travail en commission.
09.03 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Indien
het Parlement aan de slag wil gaan, wil ik graag, bij
wijze van documentatie, het resultaat meedelen van
de werkzaamheden die ik namens de regering heb
verricht.
09.03 Laurette Onkelinx, ministre (en français) Si
le Parlement veut travailler, je veux bien donner, à
titre de documentation, le résultat des travaux que
j'avais réalisés au nom du gouvernement.
09.04 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Kan de
minister het wetsontwerp van de vorige minister aan
de commissieleden bezorgen? Het zou overigens
goed zijn dat de minister de violen stemt met haar
collega van Justitie, die het initiatief aan het
Parlement wil laten. Er bestaat een maatschappelijk
09.04 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : La
ministre peut-elle communiquer aux membres de la
commission le projet de loi de son prédécesseur ? Il
serait par ailleurs utile qu'elle-même et son collègue
de la Justice qui souhaite laisser en la matière
l'initiative au Parlement - accordent leurs violons. La
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
draagvlak om de commerciële misbruiken aan te
pakken, dus dat zou zo snel mogelijk moeten
gebeuren. Op korte termijn moeten ook de
misbruiken met SIS-kaarten worden vermeden. We
zullen dit dossier blijven opvolgen.
volonté de combattre les abus commerciaux
bénéficie d'un large appui au sein de la population
et doit donc être concrétisée dans les meilleurs
délais. A court terme, les abus en matière de cartes
SIS doivent également être évités. Nous
continuerons de suivre de suivre ce dossier.
09.05 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wij
hadden gedacht aan een interparlementaire groep
die zich zou buigen over het werkdocument 'Justitie-
Gezondheid'.
09.05 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Nous avions imaginé de confier le document de
travail
« Justice-Santé »
à
un
groupe
interparlementaire.
09.06 De voorzitter : U zal een kopie van het
antwoord ontvangen. Indien u ziet dat de minister
niet geantwoord heeft op al uw vragen, zal u ter
extra informatie een bijkomende vraag kunnen
indienen.
Het incident is gesloten.
Voorzitter: de heer Luc Goutry.
09.06 La présidente : Vous allez recevoir une
copie de la réponse et verrez si la ministre n'a pas
répondu à tout, auquel cas vous pourrez introduire
une question supplémentaire pour un complément
d'information.
L'incident est clos.
Président : M. Luc Goutry.
10 Vraag van mevrouw Rita De Bont aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "haar initiatieven in de preventieve
gezondheidszorg" (nr. 1926)
10 Question de Mme Rita De Bont à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"ses initiatives en matière de soins de santé
préventifs" (n° 1926)</b>
10.01 Rita De Bont (Vlaams Belang): Met het
nationaal kankerplan, de voorgenomen campagne
tegen alcoholmisbruik en haar initiatieven in de
gehandicaptensector en de sector van de
rusthuizen begeeft de minister zich telkens op het
terrein van de Gemeenschappen.
Is de minister misschien van oordeel dat de
preventieve en de curatieve zorg eigenlijk op
hetzelfde bestuurlijke niveau thuishoren? Denkt de
minister dat het federale niveau het meest
geschikte
niveau
is
om
de
integrale
gezondheidszorg te organiseren? Beschikt het
federale niveau misschien over te veel middelen en
wil men zich daarom met gemeenschapsmateries
inlaten? Zou men dat geld niet beter besteden aan
de curatieve en palliatieve zorg, waar er ook nog
veel noden zijn? Kan de minister zomaar vroeger
gemaakte
en
wettelijk
verankerde
bevoegdheidsverdelingen negeren?
10.01 Rita De Bont (Vlaams Belang) : Avec le plan
national de lutte contre le cancer, la campagne
annoncée contre l'abus d'alcool et ses initiatives
dans le secteur des handicapés et des maisons de
repos, la ministre s'aventure chaque fois sur le
terrain des Communautés.
Estime-t-elle peut-être que les soins préventifs et
curatifs devraient en fait relever du même niveau de
pouvoir ? Pense-t-elle que le niveau fédéral soit le
plus apte à organiser l'intégralité des soins de
santé ? Les autorités fédérales disposeraient-elles
de trop de moyens et souhaiteraient-elles dès lors
intervenir dans des matières communautaires ? Ne
serait-il pas préférable de consacrer ces moyens au
secteur des soins curatifs et palliatifs, où les
besoins demeurent considérables ? La ministre
peut-elle purement et simplement ignorer une
répartition de compétences décidée antérieurement
et ancrée dans la loi ?
10.02 Minister Laurette Onkelinx
(Frans):
Persoonlijk betreur ik dat de preventieve
geneeskunde ontkoppeld werd van de andere
sectoren van de volksgezondheid.
U heeft verscheidene voorbeelden aangehaald,
onder meer dat van de personen met ene handicap.
De uitkeringen voor gehandicapten zijn een federale
bevoegdheid. Wanneer de subsidies voor de
10.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Mon avis personnel est le suivant : je trouve
dommage que la médecine préventive soit
dissociée des autres secteurs de la Santé publique.
Vous avez cité divers exemples, notamment celui
des handicapés. Les allocations pour les personnes
handicapées relèvent de la compétence fédérale, et
quand il y a un problème de dépassement des
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
rusthuizen en de rust- en verzorgingstehuizen
worden overschreden, is het normaal dat het Riziv
dat probleem aanpakt.
Wat kanker betreft, is de preventie grotendeels in
handen van de Gemeenschappen, maar de
federale overheid financiert de vaccins.
Wat het alcoholprobleem betreft, zullen de
onderscheiden bevoegdheidsniveaus samenwerken
en tegen volgende maand zou een nationaal plan
tegen alcoholgebruik klaar moeten zijn. Het gaat
grotendeels om een gemeenschapsbevoegdheid,
maar voor een aantal elementen is het federale
niveau bevoegd. Dat is ook zo voor het roken.
Ik werk constructief samen met mijn collega's van
de Gemeenschappen, met inachtneming van de
respectieve bevoegdheden en ben van plan die
vorm van samenwerking voort te zetten. Hoe kan
men immers een nationaal plan tegen kanker
uitwerken zonder het te hebben over vaccinatie,
informatie en preventie?
subventions pour les MR-MRS, il est normal qu'il
soit traité par l'Inami.
En ce qui concerne le cancer, la prévention relève
largement des Communautés, mais les vaccins
sont pris en charge par le fédéral.
Pour l'alcool, nous allons travailler ensemble sur
cette problématique et un plan national contre
l'usage d'alcool devra être terminé pour le mois
prochain. Cette problématique relève en grande
partie des Communautés, mais certains points sont
de la compétence fédérale (tout comme dans le cas
du tabac).
Avec mes collègues des Communautés, nous
travaillons en bonne intelligence dans le respect
des compétences réciproques et je compte
poursuivre dans cette voie. Par exemple, comment
mettre au point un plan national contre le cancer
sans aborder la question des vaccins, de
l'information et de la prévention ?
10.03 Rita De Bont (Vlaams Belang): We zijn het
er dus over eens dat de curatieve en de preventieve
zorg op hetzelfde niveau thuishoren. Voor ons is dat
uiteraard het niveau van de Gemeenschappen. Dit
is
misschien
stof
voor discussie in de
octopuswerkgroep.
10.03 Rita De Bont (Vlaams Belang) : Nous
partageons dès lors la conviction que les soins
préventifs et curatifs doivent dépendre du même
niveau de compétence. À nos yeux, ce niveau doit
bien entendu être celui des Communautés. Cet
élément pourrait peut-être faire l'objet de
discussions au sein du groupe de travail Octopus.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de nevenwerkingen van het antirookmiddel
Zyban" (nr. 1851)
11 Question de Mme Josée Lejeune à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les effets indésirables du médicament antitabac
Zyban" (n° 1851)</b>
11.01 Josée Lejeune (MR): Uit een studie die
onder leiding van VUB-professor Romain Meeusen
werd uitgevoerd en in januari 2008 in het Journal of
Physiology verscheen, blijkt dat de combinatie van
bupropion (het hoofdbestanddeel van Zyban) en
fysieke inspanningen bijzonder schadelijk kan zijn
voor de gezondheid.
Hebben
het
Federaal
Agentschap
voor
Geneesmiddelen
en
Gezondheidsproducten
(FAGG) en Eudravigilance nevenwerkingen van dit
geneesmiddel vastgesteld?
Is u van plan preventieve maatregelen te treffen of
dit probleem op een andere manier aan te pakken?
11.01 Josée Lejeune (MR) : Une étude publiée
dans le Journal of Physiology du mois de janvier
2008, relayée par le professeur Romain Meeusen
de la VUB, fait apparaître que la prise de Bupropion
(composé du Zyban), combinée avec une activité
physique,
peut
avoir
des
conséquences
extrêmement néfastes pour la santé.
L'Agence fédérale des médicaments et des produits
de santé (AFMS) et Eudravigilance, ont-elles relevé
quelqu'effet négatif de ce médicament ?
Comptez-vous prendre des mesures de prévention
ou adopterez-vous d'autres réactions face à ce
problème ?
11.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De 11.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
studie waar u naar verwijst en die op ratten werd
uitgevoerd, komt tot het besluit dat de weerstand bij
inspanningen verhoogd wordt wanneer die bij hitte
plaatsvinden.
We weten niet in welke mate die vaststellingen op
de mens van toepassing zijn.
L'étude que vous mentionnez, effectuée chez le rat,
a conclu que la résistance à l'effort était accrue
lorsque celui-ci était pratiqué sous une température
élevée.
Nous ignorons dans quelle mesure ces données
sont transposables à l'homme.
Het metabolisme van bupropion is immers
verschillend bij ratten en mensen. Bij ratten werd
een dosis van zeventien mg/kg geïnjecteerd, terwijl
de aanbevolen dosis bij mensen vier tot vijf mg/kg
bedraagt.
Volgens de literatuur bestaat het grootste gevaar in
verband met inspanning en hyperthermie in
uitdroging bij sportbeoefenaars die tot nierfalen kan
lijden.
Uit de verslagen betreffende nevenwerkingen die tot
op heden aan het Geneesmiddelenbureau werden
overgemaakt, blijkt niet dat er sprake is van een
risico in verband met een verhoogde weerstand bij
inspanningen bij patiënten die bupropion nemen.
Nederland, dat als referentielidstaat fungeert en de
Europese
activiteiten
inzake
geneesmiddelenbewaking met betrekking tot dit
product coördineert, heeft ons niet gemeld dat er in
de databank EudraVigilance een negatief signaal
werd gegeven.
Gelet op die elementen denk ik niet dat er met
betrekking tot bupropion dringende maatregelen
moeten worden genomen.
En effet, le métabolisme du Bupropion n'est pas le
même chez le rat et chez l'homme et la dose
injectée chez le rat était de 17 mg/kg alors que la
dose recommandée chez l'homme est de 4 à 5
mg/kg.
Selon la littérature, le principal danger lié à
l'exercice et à l'hyperthermie est la déshydratation
des sportifs, qui peut conduire à une insuffisance
rénale.
À ce jour, les rapports d'effets indésirables transmis
à l'Agence des médicaments n'ont pas mis en
évidence un risque lié à une résistance accrue à
l'effort des patients prenant du Bupropion. L'État
membre de référence, les Pays-Bas, chargé de
coordonner les activités de pharmacovigilance de
ce médicament au niveau européen, ne nous a pas
fait part de l'apparition d'un signal dans la base de
données Eudravigilance.
Compte tenu de ces éléments, je ne pense pas
qu'une mesure urgente s'impose à l'égard du
Bupropion.
Ik heb toch aan het Bureau gevraagd om dat punt
op de agenda van de volgende vergadering van de
werkgroep 'Geneesmiddelenbewaking' te zetten.
Toutefois, j'ai demandé à l'Agence d'inscrire ce
point à l'ordre du jour de la prochaine réunion du
groupe de travail "Pharmaco vigilance".
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De vragen nr. 1933 en 1938 van
mevrouw Colette Burgeon worden uitgesteld.
L'incident est clos.
Le président : Les questions n
os
1933 et 1938 de
Mme Colette Burgeon sont reportées.
12 Vraag van mevrouw Yolande Avontroodt aan
de
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de wet tot hervorming
van de heffingen op de omzet van de
vergoedbare
farmaceutische
specialiteiten"
(nr. 1936)
12 Question de Mme Yolande Avontroodt à la
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "la loi réformant les cotisations sur
le
chiffre
d'affaires
des
spécialités
12.01 Yolande Avontroodt (Open Vld): De
Europese Commissie gaat akkoord met de wet van
10 juni 2006 tot hervorming van de Belgische
heffing op de omzet van de farmaceutische
ondernemingen. De heffingskortingen moeten
grotendeels worden geïnvesteerd in onderzoek naar
en ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen. In
12.01 Yolande Avontroodt (Open Vld) : La
Commission européenne a marqué son accord sur
la loi du 10 juin 2006 réformant les cotisations sur le
chiffre d'affaires des spécialités pharmaceutiques
remboursables. Les réductions de cotisations
doivent en grande partie être investies dans la
recherche et le développement de nouveaux
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
afwachting van het fiat van de Commissie werd de
wet al twee keer gewijzigd. Wanneer zal zij eindelijk
in werking treden?
médicaments. La loi a déjà été modifiée à deux
reprises dans l'attente de l'accord de la
Commission. Quand entrera-t-elle enfin en
vigueur ?
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De wet werd inderdaad twee keer geamendeerd,
maar trad nog niet in werking omdat artikel 88
paragraaf 3 van het Europees Verdrag de
goedkeuring ervan door de Commissie vereist.
De wet wijzigt de heffing op twee manieren. Er komt
een vrijstelling van heffing voor bepaalde
categorieën
van
geneesmiddelen
en
een
vermindering voor de farmaceutische bedrijven die
investeren in O&O of die vrijwillig hun
marketingbudget
verlagen,
en
voor
kleine
ondernemingen die investeren in de productie van
geneesmiddelen.
Op 30 januari 2008 werd de regeling door de
Commissie goedgekeurd. De inwerkingtreding volgt
nog dit jaar. Eerst moeten op vraag van de
Commissie nog enkele wijzigingen worden
aangebracht
met
betrekking
tot
sommige
voorwaarden
en
definities,
die
via
een
gezondheidswet in juni 2008 zullen worden
geïntegreerd. Bovendien moet een KB met de
modaliteiten worden gepubliceerd. In maart komt
het ontwerp-KB voor het Verzekeringscomité.
Daarna wordt het voorgelegd aan de Ministerraad
en de Raad van State. Indien de timing het vereist,
zullen overgangsmaatregelen worden getroffen.
12.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : La loi a effectivement déjà été
amendée à deux reprises mais elle n'est pas
encore entrée en vigueur étant donné qu'elle doit
être approuvée par la Commission, conformément
à l'article 88, §3, du traité UE.
La loi modifie les cotisations sur deux plans. Il y
aura une exonération de cotisation pour certaines
catégories de médicaments et une réduction pour
les entreprises pharmaceutiques qui investissent
dans la recherche et le développement ou qui
réduisent volontairement leur budget marketing
ainsi que pour les petites entreprises qui
investissent dans la fabrication de médicaments.
La réglementation proposée a reçu l'aval de la
Commission le 30 janvier 2008. La loi entrera dès
lors en vigueur dans le courant de l'année. A la
demande
de
la
Commission,
quelques
modifications doivent d'abord encore être apportées
en ce qui concerne certaines conditions et
définitions. Ce sera chose faite par le biais d'une loi
sur la santé en juin 2008. Un arrêté royal doit en
outre encore définir les modalités d'exécution de la
loi. Le projet d'arrêté royal sera soumis en mars au
comité de l'assurance. Il sera ensuite soumis au
Conseil des ministres et au Conseil d'Etat. Si des
problèmes de calendrier se posent, des mesures
transitoires seront prises.
12.03 Yolande Avontroodt (Open Vld): Hopelijk
komen er geen wijzigingen met betrekking tot de
weesgeneesmiddelen en wordt het akkoord
daarover gerespecteerd. De vrijstelling van heffing
is essentieel om de betaalbaarheid ervan te
garanderen.
12.03 Yolande Avontroodt (Open Vld) : Espérons
qu'aucune modification ne sera apportée en matière
de médicaments orphelins et que l'accord y relatif
sera respecté. La dispense de cotisation est
essentielle pour garantir un prix abordable de ces
médicaments.
De voorzitter: Wanneer zal die gezondheidswet
klaar zijn?
Le président : Madame la Ministre, quand cette "loi
santé" est-elle prévue?
12.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Na de
begroting, mijnheer de voorzitter.
De voorzitter: Meer bepaald?
12.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Après le budget, Monsieur le Président.
Le président : Mais encore?
12.05 Minister Laurette Onkelinx
(Frans):
Minister
Leterme
heeft
beloofd
dat
de
begrotingsbesprekingen niet dit weekend maar
volgend weekend zouden worden beëindigd.
De voorzitter: Laat het ons weten zodra u over
meer inlichtingen beschikt, want ook wij moeten
12.05 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
M. Leterme a promis que les discussions
budgétaires seraient terminées, non pas ce week-
end, mais le suivant.
Le président : Dès que vous serez informée, dites-
le nous car nous devons également nous organiser
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
onze commissiewerkzaamheden regelen.
en commission.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Samengevoegde vragen van
- de heer Koen Bultinck aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
zachte echelonnering" (nr. 1943)
- de heer Luc Goutry aan de minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de mislukking
van het systeem van zachte echelonnering"
(nr. 1956)
- mevrouw Maggie De Block aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
zachte echelonnering" (nr. 2000)
- de heer Michel Doomst aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
zachte echelonnering" (nr. 2012)
13 Questions jointes de
- M. Koen Bultinck à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'échelonnement modéré" (n° 1943)<br>- M. Luc Goutry à la ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'échec du système
de l'échelonnement modéré" (n° 1956)<br>- Mme Maggie De Block à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'échelonnement modéré" (n° 2000)<br>- M. Michel Doomst à la ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'échelonnement modéré" (n° 2012)</b>
13.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang): De
zogenaamde zachte echelonnering is geen succes
en minder dan 1 procent van de consultaties bij een
specialist gebeurt na doorverwijzing van een
huisarts. Daarover werd minister Donfut reeds
ondervraagd. Voor de opvolging van het dossier
komen we nu bij minister Onkelinx terecht.
Bevestigt de minister de cijfers van de
ziekenfondsen over de zachte echelonnering?
Vormt de administratieve last een verklaring voor de
slechte resultaten? Is er al een evaluatie gebeurd?
Wat zijn de conclusies?
Heeft de minister de mogelijke bijsturingen
ondertussen bestudeerd? De bezorgdheid wordt
gedeeld over alle partijgrenzen heen en ik hoop dat
de minister nu met concrete antwoorden op de
proppen zal komen.
13.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang) :
L'échelonnement modéré n'est pas un succès et
moins de 1 % des patients qui consultent un
spécialiste sont envoyés chez ce dernier par un
médecin généraliste. M. Donfut a déjà été interrogé
à ce sujet. C'est aujourd'hui Mme Onkelinx qui est
chargée du suivi de ce dossier.
La ministre confirme-t-elle les chiffres des mutuelles
relatifs à l'échelonnement modéré? La charge
administrative peut-elle expliquer la médiocrité des
résultats ? A-t-il déjà été procédé à une évaluation ?
Quelles en sont les conclusions ?
La ministre a-t-elle entre temps envisagé des
correctifs? La préoccupation en la matière est
partagée par tous, au-delà des clivages politiques,
et j'espère que la ministre est en mesure de nous
apporter des réponses concrètes.
13.02 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Het systeem
van de zachte echelonnering werd door minister
Demotte voorgesteld als een belangrijke stap naar
de door de artsen gewenste echelonnering. Het
systeem bestaat in een verlaging van het remgeld
voor de eerste consultatie bij een specialist als de
patiënt door zijn huisarts doorverwezen wordt en
een globaal medisch dossier heeft. Uit de eerste
evaluatie blijkt dat minder dan 1 procent van alle
consultaties bij specialisten onder dit systeem valt.
Dit lijkt erop te wijzen dat het systeem weinig
bekend is of dat het te omslachtig is.
Is de minister van plan dit systeem te handhaven?
Staat de administratieve rompslomp in verhouding
tot het resultaat? Hoe zal de minister het systeem
doeltreffender maken?
13.02 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Le système de
l'échelonnement " soft ", mis en avant à l'époque
par M. Demotte, devait constituer une étape
importante dans la mise en oeuvre de
l'échelonnement souhaité par les médecins. Le
système consiste à abaisser le ticket modérateur
pour la première consultation d'un spécialiste
lorsque le patient a été envoyé par son médecin
généraliste et dispose d'un dossier médical global.
La première évaluation, qui a permis de constater
que moins de 1 % de l'ensemble des consultations
de spécialistes ressortissaient à ce système, donne
à penser que le système pèche par excès de
complexité ou par manque de notoriété.
La ministre prévoit-elle le maintien de ce système ?
Le résultat justifie-t-il le surcroît de travail
administratif ? Comment la ministre entend-elle
accroître l'efficacité du système ?
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
13.03 Maggie De Block (Open Vld): We hebben
vroeger veel discussies over de doorverwijzing
gevoerd. We hebben toen gepleit om het systeem
niet te ingewikkeld te maken en er goed over te
communiceren. De bedoeling was om de huisarts
centraal te zetten en die patiënt te belonen die zich
in een gepast zorgtraject liet leiden.
De zachte echelonnering is misschien te zacht. Er
zijn kleine verschillen tussen Vlaanderen en
Wallonië en tussen de verscheidene ziekenfondsen,
maar de resultaten zijn overal pover.
Zal de minister het systeem verder uitbouwen? Wat
met het globaal medisch dossier? Liggen er nog
andere denksporen op tafel? Kan het budget voor
de echelonnering, dat dus grotendeels is blijven
liggen, nog in het systeem worden geïnjecteerd?
13.03 Maggie De Block (Open Vld) : Le renvoi
vers un spécialiste a déjà fait l'objet, dans le passé,
de nombreuses discussions au cours desquelles
nous avons plaidé pour le maintien d'un système
simple et pour une communication adéquate en la
matière. L'objectif consistait à conférer un rôle
central au médecin généraliste et à récompenser le
patient qui suivait un parcours de soins approprié.
L'échelonnement " soft " l'est peut-être trop. Même
si l'on relève de petites différences entre la Flandre
et la Wallonie ainsi qu'entre les différentes
mutualités, les résultats sont faibles partout.
La ministre va-t-elle développer ce système ?
Qu'adviendra-t-il du dossier médical global ?
D'autres pistes sont-elles envisagées ? Est-il
encore possible d'injecter dans le système la part
importante du budget prévu pour l'échelonnement
qui n'a pas été utilisée ?
13.04 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Ik denk dat
de regel `eerst naar de huisarts, dan naar de
specialist' een van de sleutels is om de
gezondheidszorg betaalbaar te houden. Noord en
Zuid zaten niet helemaal op dezelfde golflengte,
maar toch zou de heer Donfut er werk van maken.
Het cijfer van 150.000 verwijzingen op 23 miljoen
raadplegingen spreekt echter niet in zijn voordeel.
Kloppen deze cijfers? Wat gebeurt er met de
werkgroep die in het vooruitzicht werd gesteld en
waarin de hele zaak grondig zou worden
geëvalueerd? Wat ziet de minister als maatregel om
het principe van de zachte echelonnering beter in
de praktijk te brengen?
13.04 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Je pense
que la règle qui veut qu'on consulte d'abord le
généraliste avant de se rendre chez un spécialiste
constitue l'un des moyens de veiller à ce que les
soins de santé restent abordables. Le Nord et le
Sud du pays n'étaient pas tout à fait sur la même
longueur d'onde mais M. Donfut s'attellerait à la
tâche. Le chiffre de 150.000 renvois sur 23 millions
de consultations ne lui est toutefois pas favorable.
Ces chiffres sont-ils exacts ? Qu'en est-il du groupe
de travail annoncé qui serait chargé de procéder à
une évaluation approfondie de la question ? Quelle
mesure la ministre envisage-t-elle pour mieux
appliquer le principe de l'échelonnement modéré ?
13.05 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik kom
even terug op de vorige vraag om duidelijk te
maken dat de besprekingen van de Europese
Commissie geen betrekking hebben op de
geneesmiddelen.
13.05 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je reviens un instant à la question précédente pour
préciser que les discussions de la Commission
européenne ne concernent pas les médicaments.
(Nederlands) Ik bevestig de slechte resultaten. De
korting kon bijna niet worden toegekend. Het is een
laag
cijfer,
maar
uiteraard
moeten
de
vervolgconsultaties bij de specialist van de eerste
consultaties worden gescheiden om een correcte
evaluatie te kunnen maken.
Er zijn verschillende hypotheses voor de slechte
cijfers. De patiënten en de artsen zijn onvoldoende
vertrouwd met het systeem. In België bestaat ook
een lange traditie van rechtstreeks naar een
specialist te stappen. De maatregel heeft misschien
ook te lijden onder wantrouwen op het terrein, wat
(En néerlandais) Je confirme les mauvais résultats.
La ristourne n'a pour ainsi dire pas pu être
accordée. Les chiffres sont bas mais, pour pouvoir
procéder à une évaluation correcte, il faut
évidemment établir une distinction entre les
premières consultations chez un spécialiste et les
consultations ultérieures.
Il y a plusieurs explications possibles à la médiocrité
des
chiffres.
Patients
et
médecins
sont
insuffisamment familiarisés avec le système. Il
existe par ailleurs en Belgique une longue tradition
qui veut que les patients s'adressent directement au
spécialiste. Peut-être aussi la mesure pâtit-elle
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
eigenlijk paradoxaal is aangezien de meeste
huisartsen het systeem willen bevorderen. Dan zijn
er ook nog de technische en administratieve
problemen. Binnenkort zullen we de artsenbonden
en de ziekenfondsen bevragen over hoe het
systeem eenvoudiger kan worden gemaakt. We
mogen ook niet vergeten dat raadplegingen bij
specialisten niet in elk geval door een bezoek aan
de huisarts voorafgegaan hoeven te worden, denk
aan consultaties bij gynaecologen, pediaters en
oogartsen.
Toch wil ik de huisarts als spil van de
gezondheidszorg bewaren. Daarom moet een
grondige evaluatie van de zachte echelonnering
worden uitgevoerd, waarna verbeteringen kunnen
worden aangebracht.
d'une certaine méfiance sur le terrain, ce qui
semble paradoxal puisque la plupart des
généralistes souhaitent la promouvoir. Enfin, il y a
les problèmes techniques et administratifs. Nous
allons interroger prochainement les associations de
médecins et les mutualités sur les possibilités de
simplifier le système. Il ne faut pas oublier non plus
que les visites chez un spécialiste ne doivent pas
nécessairement être précédées d'une consultation
chez un généraliste et je songe ici à la gynécologie,
à la pédiatrie, à l'ophtalmologie.
Je souhaite toutefois que le généraliste reste la
cheville ouvrière des soins de santé. C'est pourquoi
il faut soumettre l'échelonnement modéré à une
évaluation pour apporter ensuite les améliorations
nécessaires.
Voorzitter: mevrouw Muriel Gerkens, voorzitter.
Présidente: Mme Muriel Gerkens, présidente.
13.06 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Ik ben
verheugd dat een Franstalig minister van
Volksgezondheid de huisarts centraal wil zetten. De
echelonnering moet dus blijven. Helaas is de eerste
stap in die richting niet echt een succes te noemen.
We zullen het dossier blijven opvolgen en we hopen
op nieuwe incentives van de minister.
13.06 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Je me
réjouis du rôle central qu'une ministre francophone
de la Santé publique entend faire jouer par le
médecin généraliste. L'échelonnement doit donc
être maintenu. Malheureusement, on ne peut pas
dire que le premier pas dans cette direction puisse
véritablement être qualifié de succès. Nous
continuerons à suivre le dossier de près et nous
espérons que la ministre annoncera de nouveaux
incitants.
13.07 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Ik ben nooit
warm of koud geworden van de echelonnering. In
Vlaanderen heeft 80 procent van de patiënten een
vaste huisarts en daarmee is het probleem
structureel eigenlijk van de baan. Voor de
resterende consultaties bij specialisten zullen de
patiënten slechts schoorvoetend bij de huisarts
passeren. Het is dan ook de vraag of we nog meer
middelen moeten inzetten voor een pover resultaat.
Het lijkt mij verstandiger de middelen in te zetten
voor het globaal medisch dossier, dat tot een veel
grotere besparing kan leiden. In de nabije toekomst
zullen conclusies moeten worden getrokken.
13.07 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Je n'ai jamais
attaché une importance exagérée à la question de
l'échelonnement. En Flandre, 80 % des patients ont
un médecin de famille attitré, de sorte que l'on ne
puisse plus parler de problème structurel. Pour ce
qui est des autres consultations de spécialistes, les
patients ne se bousculeront pas auprès du médecin
généraliste. La question se pose donc de savoir si
nous devons encore prévoir des moyens
supplémentaires pour un résultat aussi pauvre. Il
me paraît plus sensé d'affecter ces moyens au
dossier médical global, qui peut conduire à des
économies bien plus importantes. Il faudra dans un
proche avenir tirer les conclusions nécessaires.
13.08 Maggie De Block (Open Vld): Het is positief
dat er gezocht wordt naar manieren om het systeem
te verbeteren. Misschien was het administratief wel
te ingewikkeld. Ik ben ook verheugd dat de minister
de centrale rol van de huisarts erkent. Ook het
globaal medisch dossier speelt daarbij een grote rol.
13.08 Maggie De Block (Open Vld): Il est positif
qu'on cherche à améliorer le système. Sur le plan
administratif, les choses étaient peut-être trop
compliquées. Je me réjouis aussi que le ministre
reconnaisse le rôle central du médecin généraliste.
Le dossier médical global y joue également un rôle
important.
13.09 Michel Doomst (CD&V - N-VA): De huisarts
als spil van de zorgverlening, dat is het vertrekpunt.
Laten we het systeem ook vooral niet ingewikkelder
maken, het gaat immers vooral om een andere
13.09 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Le
généraliste comme pivot des prestations de soins,
tel est le point de départ. Evitons surtout de
compliquer le système. En effet, il s'agit surtout
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
ingesteldheid, niet om technische details.
d'une question de mentalité nouvelle et non de
détails techniques.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
hoge kosten bij palliatieve thuiszorg" (nr. 1945)
14 Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
frais élevés liés aux soins palliatifs à domicile"
(n° 1945)</b>
14.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Terminale
kankerpatiënten hebben zeer hoge dosissen
pijnstillers nodig. Vaak moet er diamorfine of
hydromorfine worden toegediend via een pijnpomp.
Wanneer de patiënt gehospitaliseerd is of verblijft in
een palliatieve zorgeenheid, zijn deze pijnstillers niet
ten laste van de patiënt, maar thuis lopen de kosten
al snel op tot 1.000 à 1.500 euro per maand.
Is de minister op de hoogte van deze situatie? Zal
de minister laten onderzoeken hoe deze kosten
door de ziekteverzekering zouden kunnen worden
gedragen?
14.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Les patients
atteints d'un cancer en phase terminale ont besoin
de doses très importantes d'analgésiques. Il arrive
souvent que de la diamorphine ou de
l'hydromorphine doive être administrée au moyen
d'une pompe antidouleur. Lorsque le patient est
hospitalisé ou séjourne dans une unité de soins
palliatifs, ces analgésiques ne sont pas à la charge
du patient mais à domicile, les frais s'accumulent et
atteignent rapidement 1000 à 1500 euros par mois.
La ministre est-elle informée de cette situation ?
Examinera-t-elle comment ces frais pourraient être
supportés par l'assurance maladie ?
14.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): Ik
heb de Technische Farmaceutische Raad verzocht
om een dossier voor te bereiden inzake de
magistrale bereiding van diamorfine en dat punt
komt al in maart op de agenda. Ik zal de Raad ook
verzoeken om een dossier voor te bereiden
betreffende
het
magistraal
gebruik
van
hydromorfine. Wanneer de Raad een positief advies
geeft, zullen deze geneesmiddelen terugbetaald
kunnen worden door de ziekteverzekering.
Ook het palliatief forfait van 491,22 euro kan helpen
om hoge kosten op te vangen.
14.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : J'ai demandé au Conseil technique
pharmaceutique de préparer un dossier relatif à la
préparation magistrale de diamorphine et ce point
sera à l'ordre du jour au mois de mars. Je
demanderai également au Conseil de préparer un
dossier relatif à la consommation magistrale
d'hydromorphine. Si l'avis du Conseil est positif, ces
médicaments pourront être remboursés par
l'assurance maladie.
Le forfait palliatif de 491,22 euros peut servir à
compenser les frais élevés.
14.03 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Het is
hoopgevend dat deze materie al in maart zal
worden besproken. Het palliatief forfait dient vooral
voor andere kosten, niet voor geneesmiddelen.
14.03 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Il est
encourageant de constater que ce dossier sera
examiné dès le mois de mars. Le forfait palliatif est
essentiellement conçu pour couvrir d'autres frais
que l'acquisition de médicaments.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
farmaceutische zorg in rusthuizen" (nr. 1946)
15 Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "les
soins pharmaceutiques dans les maisons de
repos" (n° 1946)</b>
15.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Tijdens de
voorbije
zittingsperiode werd een resolutie
aangenomen over de farmaceutische zorg in
rusthuizen. Daarin werd gevraagd om de rol van de
15.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Une résolution
sur l'aide pharmaceutique dans les maisons de
repos a été adoptée sous la législature précédente.
Cette résolution visait à renforcer le rôle du médecin
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
coördinerende
raadgevende arts
(CRA)
te
verduidelijken en om te streven naar een striktere
toepassing van het formularium. Ook werd er
gepleit voor een elektronisch medicatiedossier per
resident.
Erkent de minister de ernst van deze problematiek?
Zal zij hiervan een prioriteit maken? Welke concrete
maatregelen kan de minister reeds aankondigen?
coordinateur et conseiller (MCC) et à tendre vers
une application plus stricte du formulaire. Elle
préconisait également l'instauration d'un dossier
médical électronique par résident.
La ministre admet-elle la gravité du problème ? Le
traitera-t-elle en priorité ? Quelles mesures
concrètes peut-elle déjà annoncer ?
15.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De rol van de CRA is opgenomen in de federale
erkenningsnormen. Momenteel bestaat deze functie
enkel in de rust- en verzorgingstehuizen. De CRA
neemt de coördinatie op zich van het zorgbeleid, in
overleg met de behandelende artsen. Dit omvat ook
het opstellen van het geneesmiddelenformularium.
Ik meen dat de rol van de CRA moet worden
bijgestuurd.
15.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Le rôle du MCC est défini dans les
normes de reconnaissance fédérales. Cette
fonction n'existe actuellement que dans les maisons
de repos et de soins. Le MCC est chargé de la
coordination de la politique de soins, en
concertation avec les médecins traitants. Cette
tâche consiste également à élaborer le formulaire
pharmaceutique. J'estime qu'il convient d'adapter le
rôle du MCC.
De Commissie artsen-ziekenfondsen heeft zich
geëngageerd om deze rol verder uit te bouwen.
Over het geneesmiddelengebruik in rustoorden
wordt in een studie van 2006 van het kenniscentrum
een aantal beleidsaanbevelingen geformuleerd.
Binnen het budget van het Riziv is in een bedrag
van 600.000 euro voorzien voor een studie over de
kwaliteit van de zorg in de rustoordsectoren, onder
meer het belang van een goed medico-
farmaceutisch beleid. Het probleem van de
geneesmiddelendistributie zal in een aantal
proefprojecten worden bestudeerd.
La Commission médico-mutualiste s'est engagée à
développer encore ce rôle.
Une étude réalisée en 2006 par le centre
d'expertise formule une série de recommandations
concernant la consommation de médicaments dans
les maisons de repos. Un montant de 600.000
euros a été inscrit au budget de l'INAMI pour la
réalisation d'une étude concernant la qualité des
soins dispensés dans le secteur des maisons de
repos et mettant notamment l'accent sur
l'importance
d'une
politique
médico-
pharmaceutique efficace. Le problème de la
distribution des médicaments sera étudié dans le
cadre d'un certain nombre de projets pilotes.
15.03 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Het is positief
dat de minister hier snel werk van wil maken. Vooral
de verduidelijking van de rol van de CRA is
essentieel. Uiteindelijk zou de vermindering van het
geneesmiddelengebruik bij ouderen een prioriteit
moeten zijn.
15.03 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Je salue la
volonté de la ministre de s'atteler rapidement à la
tâche. Il importe essentiellement de préciser le rôle
du MCC. En fin de compte, la diminution de la
consommation de médicaments par les seniors
devrait constituer une priorité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
definiëring van goedkope geneesmiddelen"
(nr. 1947)
16 Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
définition de la notion de médicaments bon
marché" (n° 1947)</b>
16.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Het KB van
september 2005 bepaalt dat artsen een bepaald
percentage goedkope geneesmiddelen moeten
voorschrijven, zoals generische geneesmiddelen of
merkgeneesmiddelen die hun prijs verlaagd
hebben. In de praktijk blijkt echter dat deze
merkgeneesmiddelen niet altijd de goedkoopste
16.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA): L'arrêté royal
de septembre 2005 dispose que les médecins
doivent prescrire un pourcentage déterminé de
médicaments
bon
marché,
tels
que
les
médicaments génériques ou les médicaments de
marque qui ont abaissé leurs prix. Dans la pratique,
il apparaît toutefois que ces médicaments de
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
zijn. Sommige artsen krijgen wel de indruk dat ze
even goedkoop zijn als de generische middelen.
Is de minister het ermee eens dat het KB niet
garandeert dat de goedkoopste geneesmiddelen
worden
voorgeschreven?
Zal
ze het
KB
aanpassen? Welke maatregelen zal ze nog nemen
om de prijzen verder te doen dalen?
marque ne sont pas toujours les moins chers.
Certains médecins semblent avoir, à tort, le
sentiment qu'ils sont aussi bon marché que les
médicaments génériques.
La ministre est-elle d'accord pour dire que l'arrêté
royal ne garantit nullement ce sont les médicaments
les moins chers qui sont prescrits ? Adaptera-t-elle
l'arrêté royal ? Quelles mesures envisage-t-elle de
prendre encore pour faire baisser les prix plus
avant ?
16.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De wet verplicht de apotheker inderdaad niet om
het goedkoopste geneesmiddel af te leveren, maar
wel om geneesmiddelen af te leveren die
beschouwd worden als goedkoop, namelijk diegene
waarvoor geen supplement op het remgeld moet
worden betaald. Het is de verantwoordelijkheid van
de apotheker om het goedkopere alternatief te
leveren in het belang van de patiënt en de sociale
zekerheid.
Door het systeem van de referentieterugbetaling
werden de prijzen van sommige merkproducten
verlaagd, waarop ook de prijs van bepaalde
generische middelen verlaagd werd.
De
verplichting
voor
artsen
om
een
minimumpercentage
aan
goedkopere
geneesmiddelen voor te schrijven, heeft geleid tot
goede resultaten. Door het voorschrijven onder de
stofnaam moet de arts niet telkens nagaan of er
een generisch alternatief bestaat. Het is dan de
apotheker die het goedkope geneesmiddel moet
afleveren. Ik hoop dat er hierdoor een
veralgemeende reflex wordt gecreëerd.
Volgens gegevens uit augustus 2007 neemt het
percentage
voorgeschreven
goedkope
geneesmiddelen elk jaar toe en bedraagt het nu
41,3 procent. Hiervan zijn 58 procent generische
producten en kopieën. De merkgeneesmiddelen
met verlaagde prijs vertegenwoordigen 48 procent,
terwijl de voorschriften van dure geneesmiddelen
onder actieve stof slechts 21 procent uitmaken.
16.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : La loi n'oblige effectivement pas le
pharmacien à délivrer le médicament le moins cher
mais à délivrer des médicaments qui sont
considérés comme bon marché, c'est-à-dire sans
supplément par rapport au ticket modérateur. Il est
de la responsabilité du pharmacien de délivrer le
médicament de substitution moins onéreux dans
l'intérêt du patient et de la sécurité sociale.
Le système du remboursement de référence a
permis de diminuer le prix de certains médicaments
de marque et cette diminution a entraîné à son tour
une réduction du prix de certains médicaments
génériques.
L'obligation imposée aux médecins de prescrire un
pourcentage minimum de médicaments bon
marché a donné des résultats. En prescrivant un
médicament en fonction de la substance active, le
médecin ne doit pas vérifier à chaque fois s'il existe
un générique de substitution. Dans ce cas, c'est au
pharmacien qu'il incombe de délivrer le médicament
bon marché. J'espère que l'on induira ainsi un
réflexe général.
Les données relatives au mois d'août 2007 font
apparaître que le pourcentage des médicaments
bon marché prescrits augmente chaque année et
qu'il s'élève aujourd'hui à 41,3 %. Parmi ces
médicaments, 58 % sont des génériques et des
copies. Les médicaments de marque à prix réduit
représentent 48 % alors que les prescriptions de
médicaments coûteux sur la base de la substance
active ne représentent que 21 %.
Ik zal de evolutie van het systeem van nabij volgen
en indien nodig nieuwe maatregelen nemen. Ik zal
de effecten van de maatregel opnieuw evalueren.
Het is belangrijk om de artsen regelmatig te
informeren. Op de website van het Riziv en van het
Belgisch Centrum voor Farmacotherapeutische
Informatie kunnen zij informatie vinden over de
goedkope geneesmiddelen. De gegevens worden
Je vais suivre attentivement l'évolution de la
situation et prendre au besoin de nouvelles
initiatives. Je réévaluerai les effets de la mesure.
Il est important d'informer régulièrement les
médecins. Les sites internet de l'INAMI du Centre
belge d'information pharmaceutique leur proposent
des informations sur les médicaments bon marché.
Ces informations leur sont également envoyées
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
ook jaarlijks opgestuurd via het mementopharma.
In het nationaal akkoord tussen geneesheren en
ziekenfondsen is bepaald dat het overleg tussen
artsen en apothekers opnieuw van start zal gaan.
De uitgaven voor geneesmiddelen worden
opgevolgd door het Riziv en er wordt geregeld een
rapport
voorgelegd
aan
de
commissie
Tegemoetkoming Geneesmiddelen en aan de
Overeenkomstencommissie
apothekers-
verzekeringsinstellingen.
De
farmaceutische
bedrijven worden eveneens bij het overleg
betrokken.
annuellement par le biais de Memento-pharma.
L'accord national conclu entre les médecins et les
mutualités prévoit la reprise de la concertation entre
les médecins et les pharmaciens. L'INAMI suit
l'évolution des dépenses en médicaments et un
rapport est régulièrement soumis à la Commission
de remboursement des médicaments et à la
Commission de conventions entre les pharmaciens
et les organismes assureurs. Les entreprises
pharmaceutiques sont également associées à la
concertation.
16.03 Luc Goutry (CD&V - N-VA): Iedereen is zich
ervan bewust dat het debat over de prijsbeheersing
van geneesmiddelen niet mag stilvallen. Anders
vrees ik dat de resultaten snel zullen verdwijnen.
Het blijkt namelijk dat de prijzen wel verlaagd zijn,
maar dat de volumes vergroten en er dus meer
wordt voorgeschreven. Wij moeten dus blijven
ingrijpen in de prijs om het budget te beheersen.
De apotheker kan enkel zelf kiezen voor het
goedkoopste middel als er voorgeschreven wordt
op stofnaam. Apothekers hebben immers geen
substitutierecht.
16.03 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Chacun est
conscient de la nécessité de poursuivre le débat sur
la maîtrise des prix des médicaments. Dans le cas
contraire, je crains que les résultats se perdent
rapidement. Il semble, en effet, que les prix ont bel
et bien diminué mais que les volumes augmentent
et que les prescriptions sont donc plus nombreuses.
Dès lors, il faut continuer d'intervenir en matière de
prix pour maîtriser le budget.
Le pharmacien ne peut choisir lui-même le produit
le moins cher que si le médecin a prescrit un
remède en dénomination commune internationale.
Les pharmaciens n'ont pas, en effet, de droit de
substitution.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Luc Goutry aan de minister
van Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
nieuwe samenstelling van de Nationale Raad
voor Verpleegkunde" (nr. 1948)
17 Question de M. Luc Goutry à la ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
nouvelle composition du Conseil national de l'art
infirmier" (n° 1948)</b>
17.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA): De Nationale
Raad voor Verpleegkunde moet om de zes jaar
opnieuw worden samengesteld. De Raad is al sinds
oktober 2007 ontbonden en de werking is volledig
stilgevallen. Er moet echter een KB worden
gepubliceerd met de nieuwe samenstelling voor de
Raad zijn werkzaamheden kan hervatten.
Hoe ver staat het met de voorbereidingen van dit
KB en wanneer zal het verschijnen?
17.01 Luc Goutry (CD&V - N-VA) : Le Conseil
national de l'art infirmier doit être renouvelé tous les
six ans. Le Conseil est déjà dissous depuis octobre
2007 et son fonctionnement est complètement
paralysé. Un arrêté royal fixant sa nouvelle
composition doit toutefois être publié avant que ce
Conseil ne puisse reprendre ses activités.
Où en sont les travaux préparatoires de cet arrêté
royal et quand sera-t-il publié ?
17.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
mandaten van de leden van de Nationale Raad voor
Verpleegkunde zijn sinds 10 oktober 2007
afgelopen, maar met het oog op de rechtszekerheid
van
de
betrokken
personen
blijft
de
erkenningscommissie van die Raad de aanvragen
tot registratie van de nieuwe zorgverleners en de
aanvragen van de houders van een bijzondere
beroepstitel behandelen.
17.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les mandats des membres du Conseil national de
l'art infirmier sont terminés depuis le 10 octobre
mais, pour offrir une sécurité aux personnes
concernées, la commission d'agrément de ce
conseil
continue
à
traiter
les
demandes
d'enregistrements des nouveaux praticiens et les
demandes des porteurs d'un titre professionnel
particulier.
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
Er werd een benoemingsontwerp voorbereid, maar
zo een ontwerp moet een aantal wettelijke
voorschriften in acht nemen. Zo had een bepaalde
organisatie, hoewel ze op het hele grondgebied
actief
is,
enkel
Franstalige
kandidaten
voorgedragen. Daarom werd gevraagd de nodige
aanpassingen aan te brengen. De nieuwe
kandidaturen waren echter evenmin evenwichtig
verdeeld over de taalrollen. De administratie zal met
de voorzitter van die organisatie overleggen met de
bedoeling tot een kandidatenlijst te komen die de
regels in acht neemt.
Un projet de nomination avait été préparé mais
celui-ci doit tenir compte d'une série de dispositions
légales. Il s'est avéré qu'une organisation, pourtant
active sur le plan national, n'avait présenté que des
candidats francophones, c'est pourquoi il lui a été
demandé d'adapter ses candidatures. Les nouvelles
candidatures introduites étaient à nouveau
déséquilibrées
sur
le
plan
linguistique.
L'administration va se concerter avec le président
de cette organisation pour arriver à des
candidatures qui respectent le prescrit.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van mevrouw Rita De Bont aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de overlijdens in de psychiatrie" (nr. 1954)
18 Question de Mme Rita De Bont à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"les décès en psychiatrie" (n° 1954)</b>
18.01 Rita De Bont (Vlaams Belang): Uit het
antwoord van de vorige minister op een mondelinge
vraag over dit onderwerp, blijkt dat er verschillende
cijfers circuleren in verband met de overlijdens in de
psychiatrie.
Hoeveel
overlijdens
werden
er
per
jaar
geregistreerd in psychiatrische ziekenhuizen en in
psychiatrische
afdelingen
van
algemene
ziekenhuizen in de periode 1998 tot 2007?
Hoeveel van deze overlijdens waren te wijten aan
natuurlijke oorzaken en hoeveel aan niet-
natuurlijke? Hoeveel van de niet-natuurlijke
overlijdens werden geregistreerd als zelfmoord,
hoeveel als doodslag en in hoeveel gevallen was de
doodsoorzaak onbekend?
18.01 Rita De Bont (Vlaams Belang) : Il ressort de
la réponse donnée par le ministre précédent à une
question orale sur le même sujet que des
informations divergentes circulent à propos du
nombre de décès survenus en psychiatrie.
Combien de décès ont-ils été enregistrés chaque
année dans les hôpitaux psychiatriques et dans les
services psychiatriques des hôpitaux généraux au
cours de la période 1998-2007 ?
Combien de ces décès sont-ils imputables à des
causes naturelles et combien à des causes non
naturelles ? Parmi ces derniers, combien ont-ils été
enregistrés en tant que suicides et homicides, et
dans combien de cas la cause du décès était-elle
inconnue ?
18.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Volgens gegevens van de dienst psycho-sociale
zorgverlening is het aantal overlijdens in de
psychiatrische ziekenhuizen en de psychiatrische
afdelingen van algemene ziekenhuizen sinds 1998
gedaald van 682 naar 477 in 2004: 725 overledenen
in 1999, 614 in 2000, 548 in 2001, 514 in 2002 en
587 in 2003. Van de 477 overledenen in 2004
vonden 371 een natuurlijke dood en 98 een
onnatuurlijke dood. Bij acht was de doodsoorzaak
onbekend. Van de 98 onnatuurlijke overlijdens
waren er negen te wijten aan een ongeval en 89
aan zelfdoding.
Het aantal overlijdens in de psychiatrische
ziekenhuizen daalde van 572 in 1998 naar 388 in
2004: 622 overledenen in 1999, 508 in 2000, 458 in
2001, 422 in 2002 en 490 in 2003. Van de 388
overledenen in 2004 betrof het voor 302 een
natuurlijke dood en voor 80 een onnatuurlijke dood.
Voor zes was de doodsoorzaak onbekend. Van de
18.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Selon des données fournies par le
Service des soins psychosociaux, le nombre de
décès dans les hôpitaux psychiatriques et les
services psychiatriques des hôpitaux généraux est
passé de 682 en 1998 à 477 en 2004. On a par
ailleurs dénombré 725 décès en 1999, 614 en 2000,
548 en 2001, 514 en 2002 et 587 en 2003. Sur les
477 patients décédés en 2004, 371 ont connu une
mort naturelle et 98 une mort non naturelle. La
cause du décès était inconnue pour les huit patients
restants. Sur les 98 décès non naturels, neuf étaient
dus à un accident et 89 à un suicide.
Le nombre de décès dans les hôpitaux
psychiatriques est passé de 572 en 1998 à 388 en
2004. On a par ailleurs dénombré 622 décès en
1999, 508 en 2000, 458 en 2001, 422 en 2002 et
490 en 2003. Sur les 388 patients décédés en
2004, il y a eu 302 cas de mort naturelle et 80 cas
de mort non naturelle. La cause du décès était
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
80 niet-natuurlijke overlijdens waren er zeven te
wijten aan een ongeval en 73 aan zelfdoding.
Het aantal overledenen in de psychiatrische
diensten van de algemene ziekenhuizen daalde van
110 in 1998 naar 89 in 2004. Het waren er 103 in
1999, 96 in 2000, 90 in 2001 en 92 in 2003. Bij de
89 overledenen in 2004 ging het in 69 gevallen om
een natuurlijke dood en in 18 gevallen om een niet-
natuurlijke dood. Voor twee was de doodsoorzaak
onbekend. Van de 18 niet-natuurlijke overlijdens
waren er twee te wijten aan een ongeval en 16 aan
zelfdoding.
inconnue pour les six patients restants. Sur les 80
décès non naturels, sept étaient dus à un accident
et 73 à un suicide.
Le nombre de décès dans les services
psychiatriques des hôpitaux généraux est passé de
110 en 1998 à 89 en 2004. On a par ailleurs
dénombré 103 décès en 1999, 96 en 2000, 90 en
2001 et 92 en 2003. Sur les 89 patients décédés en
2004, il y a eu 69 cas de mort naturelle et 18 cas de
mort non naturelle. La cause du décès était
inconnue pour les deux patients restants. Sur les 18
décès non naturels, deux étaient dus à un accident
et 16 à un suicide.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19 Vraag van de heer Koen Bultinck aan de
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de consumptie van Rilatine" (nr. 1972)
19 Question de M. Koen Bultinck à la ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique sur
"la consommation de Rilatine" (n° 1972)</b>
19.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Volgens het
onderzoeksbureau IMS is het Rilatineverbruik in ons
land de afgelopen vijf jaar verdubbeld. Steeds meer
kinderen slikken Rilatine zonder dat bij hen de
diagnose van ADHD is gesteld. Dat blijkt onder
meer uit het feit dat de helft van de voorgeschreven
dosissen niet werd terugbetaald door de
ziekteverzekering.
Heeft de minister cijfers die deze stijging van de
consumptie bevestigen? Beschikt zij over gegevens
die erop wijzen dat steeds meer kinderen
onoordeelkundig Rilatine slikken? Zijn er geen
striktere richtlijnen inzake het voorschrijven van
Rilatine nodig? Overweegt de minister een
campagne om Rilatinegebruik te ontraden?
19.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Selon le
bureau d'études IMS, la consommation de Rilatine
a doublé dans notre pays au cours des cinq
dernières années. De plus en plus d'enfants
consomment ce médicament sans que le diagnostic
du ADHD n'ait été posé. Le fait que la moitié des
doses prescrites n'ont pas été remboursées par
l'assurance maladie le prouve.
La ministre dispose-t-elle de chiffres confirmant
cette augmentation de la consommation ? Dispose-
t-elle de données indiquant que de plus en plus
d'enfants consomment de la Relatine sans motif
valable ? Ne conviendrait-il pas d'édicter des
directives plus sévères en ce qui concerne la
prescription de la Relatine ? La ministre envisage-t-
elle de lancer une campagne de dissuasion en la
matière ?
19.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Rilatine is de merknaam voor methylfenidaat. Dit is
een stimulans van het centraal zenuwstelsel. Dit
middel is terugbetaalbaar onder hoofdstuk 4, wat wil
zeggen dat de patiënt aan strikte criteria moet
voldoen die gebaseerd zijn op internationale
richtlijnen.
Methylfenidaat
wordt
ook
gecommercialiseerd onder de naam Concerta. Dat
middel is niet terugbetaalbaar.
Uit de vergelijking tussen het aantal terugbetaalde
dosissen en de verkoopsgegevens van Rilatine in
de apotheken, blijkt dat het vergoedbaare aandeel
sinds 2004 sterk gestegen is tot ongeveer 53
procent van het totale verbruik.
19.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : La Rilatine est le nom d'un
médicament composé de méthylphénidate. Il s'agit
d'un stimulant du système nerveux central,
remboursable selon le chapitre 4, ce qui signifie que
le patient doit remplir des critères stricts basés sur
des directives internationales. Le méthylphénidate
est également commercialisé sous le nom de
« Concerta », médicament non remboursable.
Une comparaison entre le nombre de doses
remboursées et les données de vente de Rilatine
dans les pharmacies révèle que la partie
remboursable a fortement augmenté depuis 2004
pour atteindre 53 pour cent environ de la
consommation totale.
12/02/2008
CRABV 52
COM 098
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
Het Riziv beschikt niet over gegevens waaruit blijkt
dat meer kinderen Rilatine slikken zonder dat bij
hen ADHD is vastgesteld.
Ik ben voorstander van een campagne om
Rilatinegebruik te ontraden, in het bijzonder voor
wat de niet-terugbetaalbare indicaties betreft. Een
dergelijke campagne zou erop gericht zijn de artsen
en de ouders te wijzen op de risico's van
Rilatinegebruik, zoals aangegeven in de bijsluiter.
L'Inami ne dispose pas de données attestant que
plus d'enfants prennent de la Rilatine sans que le
TDAH ait été détecté chez eux.
Je suis en faveur d'une campagne visant à
déconseiller
la
prise
de
Rilatine,
plus
particulièrement en ce qui concerne les indications
non remboursables. Une telle campagne aurait pour
objectif d'attirer l'attention des médecins et des
parents sur les risques liés à la consommation de
Rilatine, comme indiqué dans la notice.
19.03 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Zijn er al
concrete plannen voor deze campagne? Is er al een
tijdspad? Is er overleg gepleegd met de
Gemeenschappen?
19.03 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Existe-t-il
déjà des projets concrets pour cette campagne ?
Un calendrier est-il déjà fixé ? Une concertation a-t-
elle eu lieu avec les Communautés ?
19.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Men is
momenteel aan het onderzoeken hoe en met wie
dat zal gebeuren.
19.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
On est en train d'étudier comment et avec qui le
faire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van mevrouw Katia della Faille de
Leverghem aan de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de voedseletikettering"
(nr. 1997)
20 Question de Mme Katia della Faille de
Leverghem à la ministre des Affaires sociales et
de la Santé publique sur "l'étiquetage des
aliments" (n° 1997)</b>
20.01 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld): De Europese Commissie heeft een herziening
van de voedseletikettering voorgesteld, teneinde de
consument te helpen om weldoordachte keuzes te
maken. De bevoegde Europese commissaris wil de
etiketteringsregels uitbreiden tot niet voorverpakte
producten, inclusief maaltijden in restaurants.
De Europese regelgeving verplicht de producenten
echter niet de herkomst van de producten aan te
duiden. Doen zij dat toch, dan mag die informatie
niet misleidend zijn.
De
consumentenorganisaties
reageren
teleurgesteld op deze voorstellen, omdat zij deze
verwarrend vinden. Hoe staat de minister tegenover
de suggestie van de consumentenorganisaties om
met één duidelijk leesbare aanduiding de
voedingswaarde van de producten verstaanbaar te
maken?
Overweegt de minister om deze problematiek aan
te kaarten bij een volgend Europees overleg van de
ministers van Volksgezondheid? Wanneer valt de
eindbeslissing over deze voorstellen?
20.01 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld) : La Commission européenne a proposé une
révision de l'étiquetage des aliments afin d'aider le
consommateur à choisir en connaissance de cause.
Le commissaire européen compétent veut élargir
les règles d'étiquetage à des produits non-
préemballés, y compris les repas au restaurant.
La réglementation européenne n'oblige toutefois
pas les producteurs à indiquer l'origine des produits.
S'ils l'indiquent quand même, cette information ne
peut pas être trompeuse.
Les organisations de consommateurs sont déçues
par ces propositions, qu'elles estiment confuses.
Quelle est la position de la ministre face à la
suggestion des organisations de consommateurs
d'indiquer la valeur nutritive des produits par le biais
d'une seule mention bien lisible ?
La
ministre
envisage-t-elle d'aborder cette
problématique lors d'une prochaine concertation
européenne des ministres de la Santé ? Quand la
décision finale relative à ces propositions sera-t-elle
prise ?
20.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Er is inderdaad een herziening van de huidige
reglementering nodig. Het klopt dat de meerderheid
20.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Une révision de la réglementation
actuelle est effectivement nécessaire. Il est exact
CRABV 52
COM 098
12/02/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
van de consumenten problemen heeft om de
etiketten op voedingsmiddelen te lezen en te
begrijpen. De informatie over de voedingswaarde
moet de consument nochtans helpen om gezondere
keuzes te maken. Een betere etikettering is dan ook
één van de doelstellingen van het Nationaal
Voedings- en Gezondheidsplan dat mijn voorganger
lanceerde.
Onlangs
publiceerden
de
FOD
Volksgezondheid
en
het
Onderzoeks-
en
Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties
(OIVO) hierover een brochure die ook op hun
website staat.
De Europese Commissie stelde voor de huidige
reglementering te herzien. Dat voorstel zal in het
Europees Parlement en de Raad worden besproken
met alle bevoegde ministers. Ik kan echter geen
timing vermelden, aangezien België die agenda's
niet bepaalt.
que la majorité des consommateurs lisent et
comprennent difficilement les étiquettes des
produits alimentaires. Les informations relatives à la
valeur
nutritive doivent pourtant
aider
le
consommateur à faire des choix plus sains. Un
meilleur étiquetage est dès lors l'un des objectifs du
Plan national Nutrition Santé lancé par mon
prédécesseur. Récemment, le SPF Santé publique
et le Centre de recherche et d'information des
organisations de consommateurs (CRIOC) ont
publié une brochure à ce sujet, qui figure également
sur leur site internet.
La Commission européenne a proposé de revoir la
réglementation actuelle. Cette proposition sera
examinée avec tous les ministres compétents au
sein du Parlement européen et du Conseil. Je ne
puis toutefois préciser de calendrier étant donné
que l'organisation des ordres du jour ne relève pas
de la Belgique.
20.03 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld): De minister erkent het probleem. Ik kijk al uit
naar het Europese voorstel en hoop dat de minister
ons alle informatie van Europa zal bezorgen.
20.03 Katia della Faille de Leverghem (Open
Vld) : La ministre reconnaît le problème. Je me
réjouis de prendre connaissance de la proposition
européenne et j'espère que la ministre nous
transmettra toutes les informations des instances
européennes.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 17.19 uur.
La réunion publique de commission est levée à
17 h 19.