KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 072
CRABV 52 COM 072
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
dinsdag
mardi
22-01-2008
22-01-2008
Voormiddag
Matin
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Michel Doomst aan de minister
van Justitie over "het afgekondigde terreuralarm"
(nr. 1197)
1
Question de M. Michel Doomst au ministre de la
Justice sur "l'état d'alerte terroriste" (n° 1197)
1
Sprekers: Michel Doomst, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Michel Doomst, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Gerald Kindermans aan de
minister van Justitie over "het verzenden van een
vonnis in strafzaken naar de betrokken partijen en
hun raadslieden" (nr. 1374)
2
Question de M. Gerald Kindermans au ministre de
la Justice sur "l'envoi d'un jugement en matière
répressive aux parties concernées et leurs
conseils" (n° 1374)
2
Sprekers:
Gerald
Kindermans,
Jo
Vandeurzen, minister van Justitie
Orateurs:
Gerald
Kindermans,
Jo
Vandeurzen, ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Justitie over "scheldwoorden die als
'niet-beledigend' worden bestempeld" (nr. 1392)
3
Question de Mme Jacqueline Galant au ministre
de la Justice sur "les insultes qualifiées de 'non
injurieuses'" (n° 1392)
3
Sprekers:
Jacqueline
Galant,
Jo
Vandeurzen, minister van Justitie
Orateurs:
Jacqueline
Galant,
Jo
Vandeurzen, ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
minister van Justitie over "de regeling voor herstel
in eer en rechten" (nr. 1436)
4
Question de Mme Katrien Schryvers au ministre
de la Justice sur "le règlement relatif à la
réhabilitation" (n° 1436)
4
Sprekers:
Katharina
Schryvers,
Jo
Vandeurzen, minister van Justitie
Orateurs:
Katharina
Schryvers,
Jo
Vandeurzen, ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Carine Lecomte aan de
minister van Justitie over "de benoeming van
rechters in handelszaken bij de rechtbank van
koophandel te Aarlen na de publicatie van een
vacature" (nr. 1440)
6
Question de Mme Carine Lecomte au ministre de
la Justice sur "la nomination des juges
consulaires auprès du tribunal de commerce
d'Arlon suite à la publication d'une place vacante"
(n° 1440)
6
Sprekers: Carine Lecomte, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Carine Lecomte, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Stefaan Van Hecke aan de
minister van Justitie over "tuchtprocedures in
gevangenissen" (nr. 1464)
7
Question de M. Stefaan Van Hecke au ministre de
la Justice sur "les procédures disciplinaires dans
les prisons" (n° 1464)
7
Sprekers:
Stefaan
Van
Hecke,
Jo
Vandeurzen, minister van Justitie
Orateurs:
Stefaan
Van
Hecke,
Jo
Vandeurzen, ministre de la Justice
Samengevoegde vragen van
8
Questions jointes de
8
- de heer Bart Laeremans aan de minister van
Justitie over "de verklaringen van rechter Walter
De Smedt over de zinloosheid van onmiddellijke
aanhoudingen" (nr. 1478)
8
- M. Bart Laeremans au ministre de la Justice sur
"les déclarations de M. le juge Walter De Smedt
relatives à l'inutilité des arrestations immédiates"
(n° 1478)
8
- mevrouw Katrien Schryvers aan de minister van
Justitie over "de onmiddellijke aanhouding"
(nr. 1517)
8
- Mme Katrien Schryvers au ministre de la Justice
sur "les arrestations immédiates" (n° 1517)
8
Sprekers:
Bart
Laeremans,
Katharina
Schryvers, Jo Vandeurzen, minister van
Justitie
Orateurs:
Bart
Laeremans,
Katharina
Schryvers, Jo Vandeurzen, ministre de la
Justice
Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
minister van Justitie over "de voorwaarden voor
de samenwerking van het departement Justitie
met televisiezenders bij het maken van reality-tv-
programma's" (nr. 1485)
10
Question de M. Georges Gilkinet au ministre de la
Justice sur "les conditions de collaboration de la
Justice avec des chaînes télévisées dans le cadre
de la réalisation d'émissions de téléréalité"
(n° 1485)
10
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Sprekers: Georges Gilkinet, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Georges Gilkinet, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Valérie De Bue aan de
minister van Justitie over "partnergeweld"
(nr. 1497)
11
Question de Mme Valérie De Bue au ministre de
la Justice sur "la violence conjugale" (n° 1497)
11
Sprekers: Valérie De Bue, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Valérie De Bue, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Bert Schoofs aan de minister
van Justitie over "de aanhoudende onrust in de
gevangenis van Hasselt" (nr. 1500)
13
Question de M. Bert Schoofs au ministre de la
Justice sur "les troubles persistants à la prison de
Hasselt" (n° 1500)
13
Sprekers: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Bert Schoofs aan de minister
van Justitie over "het onderzoek van de Dienst
Alimentatievorderingen naar de mogelijkheid om
het rijbewijs of de reispas van slecht betalende
ex-partners in te trekken" (nr. 1501)
15
Question de M. Bert Schoofs au ministre de la
Justice sur "l'enquête menée par le Service des
créances alimentaires sur la possibilité de retirer
le permis de conduire ou le passeport des ex-
partenaires qui ne respectent pas les échéances
de paiement" (n° 1501)
15
Sprekers: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Bert Schoofs, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Raf Terwingen aan de minister
van Justitie over "de juridische tweedelijnsbijstand
en meer bepaald de vergoeding van de
advocaten" (nr. 1509)
16
Question de M. Raf Terwingen au ministre de la
Justice sur "l'aide juridique de deuxième ligne et
notamment la rémunération des avocats"
(n° 1509)
16
Sprekers: Raf Terwingen, Jo Vandeurzen,
minister van Justitie
Orateurs: Raf Terwingen, Jo Vandeurzen,
ministre de la Justice
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
DINSDAG
22
JANUARI
2008
Voormiddag
______
du
MARDI
22
JANVIER
2008
Matin
______
De vergadering wordt geopend om 11.11 uur en
voorgezeten door mevrouw Mia De Schamphelaere.
La réunion publique est ouverte à 11 h 11 par
Mme Mia De Schamphelaere, présidente.
01 Vraag van de heer Michel Doomst aan de
minister van Justitie over "het afgekondigde
terreuralarm" (nr. 1197)
01 Question de M. Michel Doomst au ministre de
la Justice sur "l'état d'alerte terroriste" (n° 1197)</b>
01.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA): Sommigen
proberen de terreurdreiging in Brussel als een non-
event af te doen, maar ik ben ervan overtuigd dat
we door onze centrale positie in Europa inderdaad
een potentieel doelwit zijn.
De veertien verdachten die bij de antiterreuractie
werden opgepakt, waren al snel weer op vrije
voeten, waarschijnlijk omdat het parket niet anders
kon. Overweegt de minister maatregelen om de
bevoegdheden van het parket bij een terreuralarm
uit te breiden?
De Staatsveiligheid blijkt vrij laat op de hoogte
gebracht te zijn van de dreiging. Hoe zal de minister
dit in de toekomst vermijden, zodat die dienst
sneller en efficiënter kan reageren?
01.01 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : D'aucuns
essaient de dépeindre la menace terroriste à
Bruxelles comme un non-événement mais je suis
convaincu que nous constituons effectivement une
cible potentielle de par notre position centrale en
Europe.
Les quatorze suspects qui ont été arrêtés lors de
l'action anti-terroriste ont rapidement été relâchés,
probablement parce que le parquet ne pouvait agir
autrement. Le ministre envisage-t-il de prendre des
mesures pour étendre les compétences du parquet
lors d'une alerte à la menace terroriste ?
La Sécurité de l'État semble avoir été informée
tardivement de la menace. Comment le ministre
évitera-t-il ce genre de situation à l'avenir, de sorte
que ce service puisse réagir plus rapidement et plus
efficacement ?
01.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Een
terreuralarm wordt afgekondigd na een grondige
analyse door het Coördinatieorgaan voor de
Dreigingsanalyse (OCAD), dat ook het niveau van
de dreiging bepaalt. Het crisiscentrum van de FOD
Binnenlandse Zaken staat in voor de concrete
uitvoering van de maatregelen.
Het lijkt mij niet opportuun om de opsporings- en
onderzoeksbevoegdheden
van
gerechtelijke
autoriteiten afhankelijk te maken van het oordeel
van een bestuurlijke autoriteit als het OCAD. Een
aantal wettelijke bepalingen op de bijzondere
opsporingsmethodes is onlangs vernietigd. Wij
maken momenteel werk van nieuwe regels. Dit is
01.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Une alerte au terrorisme est décrétée à l'issue
d'une analyse minutieuse effectuée par l'Organe de
coordination pour l'analyse de la menace (OCAM)
qui détermine également le niveau de la menace.
Le centre de crise du SPF Intérieur assure la mise
en oeuvre concrète des mesures décidées.
Il ne me paraît pas opportun de faire dépendre les
compétences des autorités judiciaires en matière de
recherche et d'enquête d'un organe administratif
comme l'OCAM. Des dispositions légales sur les
méthodes spéciales de recherche ont été
récemment annulées. Nous préparons actuellement
de nouvelles règles. Il s'agit là d'une priorité.
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
een prioriteit.
De wet van 30 november 1998 reikt de Veiligheid
van de Staat methodes aan voor het verzamelen
van gegevens. Het klopt dat deze regels dringend
moeten worden aangepast om het terrorisme,
radicalisme en andere ernstige bedreigingen voor
de staatsveiligheid op een doeltreffende manier te
bestrijden. De wetgeving op de bijzondere
inlichtingenmethodes, die tijdens de vorige
regeerperiode in de Senaat strandde, zal hiervoor
zorgen. We moeten dit wetgevende werk zo snel
mogelijk afronden.
La loi du 30 novembre 1998 comporte des
méthodes de collecte de données pour les besoins
de la Sûreté de l'État. Il est vrai que ces règles
demandent à être adaptées d'urgence pour
permettre de combattre efficacement le terrorisme,
l'intégrisme et autres menaces graves pour la
sécurité de l'État. La législation sur les méthodes
spéciales de recherche, qui a échoué au Sénat
sous la précédente législature, y pourvoira. Nous
devons clôturer ce travail législatif dans les
meilleurs délais.
01.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA): De
veiligheidsdiensten en de regering hebben bij de
dreiging zo efficiënt mogelijk gereageerd. Het is
goed dat zij in de toekomst nog beter gewapend
zullen zijn om een antwoord te bieden op de terreur.
01.03 Michel Doomst (CD&V - N-VA) : Les
services de sécurité et le gouvernement ont réagi
aussi efficacement que possible à la menace. Il faut
se féliciter de ce qu'ils seront encore mieux armés à
l'avenir pour faire face à la terreur.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Op verzoek van mevrouw Lahaye-
Battheu wordt vraag nr. 1297 uitgesteld.
L'incident est clos.
Le président : À la demande de Mme Lahaye-
Battheu, la question n° 1297 est reportée.
02 Vraag van de heer Gerald Kindermans aan de
minister van Justitie over "het verzenden van een
vonnis in strafzaken naar de betrokken partijen
en hun raadslieden" (nr. 1374)
02 Question de M. Gerald Kindermans au
ministre de la Justice sur "l'envoi d'un jugement
en matière répressive aux parties concernées et
leurs conseils" (n° 1374)</b>
02.01 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA): Na
een uitspraak van een rechtbank of een arrest van
een hof wordt er een afschrift gestuurd naar de
betrokken partijen en hun raadslieden. Dit gebeurt
echter niet bij strafzaken. Het is mogelijk om tegen
betaling een afschrift te bestellen, maar dit komt
meestal pas na de termijn van vijftien dagen voor
beroep of cassatie aan. Raadslieden zijn dus
verplicht om op de griffie het vonnis letterlijk over te
schrijven en moeten ook constant telefoneren naar
de griffie om te vragen of een vonnis al
uitgesproken is. Het zou veel eenvoudiger zijn als
een vrij afschrift van een vonnis op verzoek per e-
mail kon worden verstuurd.
02.01 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA) : Après
une décision de tribunal ou l'arrêt d'une cour, copie
est transmise aux parties concernées et à leurs
conseils. Tel n'est toutefois pas le cas en matière
répressive. Il est possible de demander une copie
contre paiement mais celle-ci n'arrive généralement
à destination qu'à l'issue du délai de quinze jours
pour le pourvoi en appel ou en cassation. Les
conseils sont donc véritablement obligés de
recopier le jugement au greffe et ils doivent
également téléphoner à tout bout de champ au
greffe pour savoir si le jugement a déjà été
prononcé. Les choses seraient beaucoup plus
simples si la copie d'un jugement pouvait être
transmise librement par courrier électronique sur
simple demande.
Welke documenten worden momenteel door de
griffies naar partijen en raadslieden gestuurd?
Waarom worden uitspraken in strafzaken niet
automatisch overgezonden zoals in burgerlijke
procedures? Kunnen de afschriften niet kosteloos
en per e-mail worden meegedeeld?
Quels
documents
les
greffes
envoient-ils
actuellement aux parties et à leurs conseils ?
Pourquoi les décisions en matière pénale ne sont-
elles pas automatiquement envoyées, comme c'est
le cas en matière civile ? Les copies des jugements
ou
des
arrêts
ne
pourraient-elles
être
communiquées gratuitement par courriel ?
02.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Bij
strafzaken wordt na de uitspraak van het vonnis of
arrest inderdaad geen afschrift verzonden aan de
02.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
En effet, en matière pénale, aucune copie des
jugements ou arrêts n'est envoyée aux parties ou à
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
partijen en hun raadslieden. Bij burgerlijke zaken
gebeurt dit binnen de acht dagen, maar dan gaat
het om een niet ondertekend afschrift. Bij strafzaken
moet het vonnis binnen de 48 uur ondertekend
worden door de rechters en ter griffie worden
neergelegd. Griffiers die een afschrift van een
vonnis afgeven voor het ondertekend is, kunnen als
schriftvervalsers
worden
vervolgd.
Na
de
ondertekening kan een afschrift op verzoek en
tegen betaling worden afgeleverd.
De meest recente voorstellen ter zake dateren van
november 2007. In het voorontwerp van de `grote
Franchimont' is ook voorzien in de verplichting om
bij strafzaken binnen de vijf dagen een gratis
afschrift te bezorgen aan de partijen en hun
raadslieden.
leurs conseils. En matière pénale, une copie est
envoyée dans les huit jours, mais il s'agit d'une
copie non signée. En matière pénale, le jugement
doit être signé dans les 48 heures par les juges,
pour être ensuite déposé au greffe. Les greffiers qui
transmettent une copie du jugement avant que ce
dernier n'ait été signé s'exposent à des poursuites
pour faux en écriture. Après signature, une copie
peut être délivrée sur demande et moyennant
paiement.
Les propositions les plus récentes en la matière
remontent à novembre 2007. L'avant-projet du
« grand
Franchimont »
prévoit
également
l'obligation, en matière pénale, de délivrer dans un
délai de cinq jours une copie gratuite aux parties et
à leurs conseils.
Ook tijdens de oranje-blauwe onderhandelingen
werd dit principe verdedigd. Uiteraard moet de
impact op de werklast onderzocht worden vooraleer
deze hervorming wordt ingevoerd. In het
voorontwerp van de `grote Franchimont' werden
precies om deze reden de vonnissen van de
politierechtbanken inzake verkeersdelicten zonder
burgerlijke partij uitgesloten.
Uiteraard zou het proceseconomisch en budgettair
beter zijn om afschriften per e-mail te kunnen
versturen. De wet van 10 juli 2006 en de wet van 5
augustus 2006 leveren de wettelijke basis voor
deze mogelijkheid, maar er is nog een aanzienlijk
aantal uitvoeringsbesluiten nodig. Er is bijvoorbeeld
nood aan een beveiligd systeem met de waarborg
dat gegevens niet kunnen worden gewijzigd of
vervalst en ook aan een centraal repertorium van
gerechtelijke elektronische adressen.
Bij de heroriëntering van het Phenix-project zullen
wij prioriteit verlenen aan de klantvriendelijkheid van
de griffies. Dit thema valt echter niet binnen de
prioriteiten van de interim-regering.
Ce principe a également été défendu lors des
négociations de l'orange bleue. Il faudra bien
évidemment examiner l'incidence de la réforme sur
le volume de travail avant de la mettre en oeuvre.
C'est précisément pour ces raisons que les arrêts
des tribunaux de police en matière d'infractions de
roulage sans constitution de partie civile avaient été
exclus de l'avant-projet du `grand Franchimont'.
Il serait certes préférable, économiquement et
budgétairement, de pouvoir envoyer des copies par
courrier électronique. Les lois des 10 juillet 2006 et
5 août 2006 en comportent le fondement légal mais
un nombre substantiel d'arrêtés d'exécution doivent
encore être promulgués. Il faut par exemple mettre
en place un système sécurisé offrant l'assurance
que les données ne peuvent être modifiées ni
falsifiées, de même qu'un répertoire central
d'adresses judiciaires électroniques.
Dans le cadre de la réorientation du projet Phenix,
la priorité sera donnée à la qualité de l'accueil des
justiciables aux greffes, ce qui ne relève toutefois
pas des priorités du gouvernement intérimaire.
02.03 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA): Het is
positief dat de minister de noodzaak van een
hervorming onderschrijft. Waarom echter wachten
op Phenix II om maatregelen te nemen? Blijkbaar
wachten de griffies enkel op de toelating van de
minister om de vrije afschriften per e-mail te
versturen. Ik hoop alleszins op een oplossing op
korte termijn.
02.03 Gerald Kindermans (CD&V - N-VA) : Il est
positif que le ministre reconnaisse la nécessité
d'une réforme. Mais pourquoi attendre Phenix II
pour prendre des mesures ? Les greffes n'attendent
manifestement que l'autorisation du ministre pour
envoyer les copies libres par e-mail. J'espère en
tout cas qu'une solution sera trouvée à court terme.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Jacqueline Galant aan de
minister van Justitie over "scheldwoorden die als
'niet-beledigend' worden bestempeld" (nr. 1392)
03 Question de Mme Jacqueline Galant au
ministre de la Justice sur "les insultes qualifiées
de 'non injurieuses'" (n° 1392)</b>
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
03.01 Jacqueline Galant (MR): De pers berichtte
onlangs over de vrijspraak van een vrouw die
agenten verrot had gescholden. Het is niet de
eerste keer dat een rechtbank beslist iemand die
dreigementen of beledigingen uit ten aanzien van
personen die het gezag vertegenwoordigen, niet te
bestraffen. Is het niet de hoogste tijd om de regels
ter zake te herzien?
03.01 Jacqueline Galant (MR) : Dernièrement, un
article de presse évoquait le cas d'une dame qui,
ayant vertement injurié des policiers, avait été
acquittée. Ce n'est pas la première fois qu'un
tribunal décide de ne pas sanctionner l'auteur de
menaces verbales ou d'injures envers des
personnes représentant l'autorité. N'est-il pas grand
temps de revoir les règles en la matière ?
03.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
historische verklaring waarvan sprake in het
persartikel, verwijst naar de argumentatie van de
advocaat van de dame die om de vrijspraak heeft
gevraagd en is gebaseerd op een eerder arrest van
het hof van beroep te Bergen in 2005.
Conform artikel 122 van het Kamerregelement moet
ik niet antwoorden op vragen over individuele
dossiers. De correctionele rechtbank te Hoei zal pas
op 6 februari 2008 een uitspraak doen in deze zaak.
03.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
L'explication historique évoquée dans l'article de
presse se réfère à l'argumentation de l'avocat de la
dame qui plaide l'acquittement et est basée sur un
arrêt antérieur rendu par la cour d'appel de Mons en
2005.
Conformément à l'article 12 du Règlement de la
Chambre, je ne puis répondre à des questions
concernant des dossiers individuels. Dans cette
affaire, le jugement du tribunal correctionnel de Huy
ne sera prononcé que le 6 février 2008.
03.03 Jacqueline Galant (MR): Ik zal niet nalaten
u daarover opnieuw te ondervragen.
Ik denk dat men een standpunt had kunnen
innemen in verband met die beledigingen. Het gaat
niet om een alleenstaand geval. Volgens mij had
men mij een antwoord kunnen geven.
03.03 Jacqueline Galant (MR) : Je ne manquerai
pas de vous interroger à nouveau.
Je pense qu'on peut prendre position face à ces
injures. Il ne s'agit pas d'un cas isolé. À mon sens,
une réponse aurait pu m'être fournie.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Katrien Schryvers aan de
minister van Justitie over "de regeling voor
herstel in eer en rechten" (nr. 1436)
04 Question de Mme Katrien Schryvers au
ministre de la Justice sur "le règlement relatif à la
réhabilitation" (n° 1436)</b>
04.01 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA):
Volgens het Wetboek van strafvordering kan een
persoon pas voor eerherstel in aanmerking komen,
nadat alle straffen werden uitgevoerd, de
verplichtingen uit het vonnis werden nagekomen en
de proeftijd werd doorlopen.
De proeftijd begint pas te lopen op het moment dat
de straffen werden uitgevoerd. Het kan echter
gebeuren dat een opgelegde straf buiten de
verantwoordelijkheid van de veroordeelde niet wordt
uitgevoerd. In dat geval begint de proeftijd pas op
het moment dat de straf verjaart. Het gaat hier vaak
over mensen die slechts een korte straf hebben
gekregen. Deze veroordeling blijft vaak lang op het
uittreksel van het strafregister staan, wat problemen
kan opleveren bij het zoeken naar werk.
Erkent de minister de ongelijke behandeling? Is dit
geen discriminatie? Is een wetgevend initiatief
aangewezen? Ook in het geval van opschorting van
04.01 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA) :
Selon le Code d'instruction criminelle, une personne
ne peut prétendre à la réhabilitation que lorsque
toutes les peines ont été exécutées, les obligations
résultant du jugement ont été remplies et la période
de probation a été accomplie.
Le période de probation ne débute qu'au moment
où les peines ont été exécutées. Il peut toutefois
arriver qu'une peine prononcée ne soit pas
exécutée sans que cela relève de la responsabilité
du condamné. Dans ce cas, la période de probation
ne débute qu'après la prescription de la peine. Il
s'agit souvent de personnes qui n'ont écopé que
d'une courte peine. Cette condamnation reste
parfois mentionnée longtemps sur l'extrait du casier
judiciaire, ce qui peut poser des problèmes lors de
la recherche d'un emploi.
Le ministre reconnaît-il cette inégalité de
traitement ? Ne s'agit-il pas d'une discrimination ?
Conviendrait-il de prendre une initiative législative ?
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
straf komt de veroordeelde niet in aanmerking voor
eerherstel. Is ook dit eigenlijk geen discriminatie?
Le condamné ne peut davantage prétendre à la
réhabilitation en cas de suspension de la peine.
N'est-il pas non plus question de discrimination en
l'occurrence ?
04.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het
is de bevoegdheid van het Grondwettelijk Hof om te
oordelen of er al dan niet sprake is van
discriminatie. Een discriminatie is trouwens
gerechtvaardigd als ze op objectieve criteria is
gesteund.
Na eerdere prejudiciële vragen over deze
problematiek oordeelde het Hof op 8 december
2004 dat de voorwaardelijke invrijheidstelling het
voorwerp is van een wettelijke regeling en aan
voorwaarden verbonden is, terwijl de voorlopige
invrijheidstelling berust op rondzendbrieven en niet
noodzakelijk aan voorwaarden verbonden is. Omdat
de verjaring van de straf loopt tijdens een
voorlopige invrijheidsstelling, is het volgens het Hof
niet onevenredig dat in geval van voorlopige
invrijheidsstelling de proeftijd voor eerherstel pas
aanvangt nadat de straf is verjaard.
04.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
La Cour constitutionnelle est compétente pour juger
s'il est ou non question de discrimination. Celle-ci
se justifie d'ailleurs si elle est fondée sur des
critères objectifs.
À la suite de questions préjudicielles antérieures
concernant ce problème, la Cour a jugé le
8 décembre 2004 que la libération conditionnelle est
l'objet d'une réglementation légale et qu'elle est
soumise à conditions, alors que la libération
provisoire est fondée sur des circulaires et n'est pas
nécessairement soumise à conditions. Le délai de
prescription courant pendant la période de libération
provisoire, la Cour estime qu'il n'est pas
disproportionné qu'en cas de libération provisoire, la
période de probation en vue de la réhabilitation ne
débute qu'au moment où la peine est prescrite.
De wet van 17 mei 2006 heeft de mogelijkheden
voor voorlopige invrijheidsstelling beperkt. De wet
spreekt enkel nog van voorlopige invrijheidsstelling
met het oog op de verwijdering van het grondgebied
of overleveringen en dit enkel voor straffen van
meer dan drie jaar. Voor het overige wordt enkel
nog gebruik gemaakt van de voorwaardelijke
invrijheidsstelling.
De wet bepaalt ook de termijn van de proeftijd,
zodat de verjaring niet meer berekend hoeft te
worden. In afwachting van het einde van de proeftijd
kan een genadeverzoek worden ingediend.
Bij een opschorting worden de feiten bewezen
verklaard zonder veroordeling of straf. Aangezien
eerherstel enkel van toepassing is op straffen, is
deze procedure niet van toepassing.
La loi du 17 mai 2006 a limité les possibilités de
mise en liberté provisoire. Celle-ci n'est plus guère
mentionnée par la loi qu'en vue de l'éloignement du
territoire ou d'une extraditon et ce, uniquement pour
des peines dépassant trois ans. Pour le reste, il est
recouru exclusivement à la libération conditionnelle.
La loi fixe également le délai de probation, de sorte
qu'il n'est plus nécessaire de calculer la
prescription. Durant la période d'attente de la fin du
délai de probation, une demande en grâce peut être
introduite.
En cas de sursis, les faits sont déclarés établis sans
condamnation ni peine. La réhabilitation ne
s'appliquant qu'aux peines, cette procédure n'est
pas d'application.
04.03 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA): Ik
begrijp hieruit dat het momenteel aangewezen is
om een genadeverzoek in te dienen, maar dat de
situatie in de toekomst zal verbeteren. Een
opschorting blijft wel vermeld in het centraal
strafregister en dat kan uiteraard voor problemen
zorgen.
04.03 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA) : De
ce qui précède, je déduis qu'il est actuellement
recommandé d'introduire une demande en grâce,
mais que la situation s'améliorera à l'avenir. Il
subsiste bien la mention d'un sursis dans le casier
judiciaire central, ce qui peut naturellement
constituer une source de problèmes.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nummer 1453 van de heer
Doomst wordt ingetrokken.
L'incident est clos.
Le président : La question n° 1453 de M. Doomst
est retirée.
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
05 Vraag van mevrouw Carine Lecomte aan de
minister van Justitie over "de benoeming van
rechters in handelszaken bij de rechtbank van
koophandel te Aarlen na de publicatie van een
vacature" (nr. 1440)
05 Question de Mme Carine Lecomte au ministre
de la Justice sur "la nomination des juges
consulaires auprès du tribunal de commerce
d'Arlon suite à la publication d'une place
vacante" (n° 1440)</b>
05.01 Carine Lecomte (MR): In het Belgisch
Staatsblad van 22 juni 2007 werd bekendgemaakt
dat bij de rechtbank van koophandel te Aarlen een
ambt van rechter in handelszaken vacant is.
Omdat de regering zich in een periode van lopende
zaken bevond, werd nog niemand benoemd.
Het belang en het nut van de rechters in
handelszaken bij de rechtbanken van koophandel
behoeven geen betoog. De opdrachten van de
rechters in handelszaken worden ook steeds
ruimer, ik denk met name aan hun rol als
gedelegeerd rechter waarin het hangende ontwerp
tot hervorming van het gerechtelijk akkoord
voorziet.
Wanneer mogen we de benoeming van de rechters
in handelszaken naar aanleiding van de reeds
bekendgemaakte vacatures verwachten? Is het de
bedoeling naast de reeds gepubliceerde vacatures
nog meer rechters in handelszaken in dienst te
nemen? Worden, als gevolg van de vele nieuwe
taken die aan de rechters in handelszaken worden
toevertrouwd, de beroepseisen niet steeds strenger
en zou hun geldelijk statuut derhalve niet moeten
worden geherwaardeerd?
05.01 Carine Lecomte (MR) : La vacance d'un
poste de juge consulaire auprès du tribunal de
commerce d'Arlon a été publiée dans le Moniteur
belge
du 22 juin 2007.
Vu la période d'affaires courantes, aucune
nomination n'a eu lieu.
L'importance et l'utilité du rôle des juges consulaires
auprès des tribunaux de commerce ne sont plus à
démontrer. De plus, leurs tâches tendent à devenir
de plus en plus prenantes, notamment le rôle de
juge délégué prévu par le projet de réforme du
concordat judiciaire actuellement examiné.
Quand peut-on espérer que les nominations aux
places vacantes de juges consulaires déjà publiées
pourront intervenir ? Outre ces vacances publiées,
d'autres engagements de juges consulaires sont-ils
envisagés ? L'accroissement des tâches confiées
aux juges consulaires n'implique-t-il pas une
professionnalisation plus importante de ces derniers
et une meilleure reconnaissance de leur statut
pécuniaire ?
05.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Voor de
vacature van een rechter in handelszaken te Aarlen
werden
twee
kandidaturen
ingediend.
Het
benoemingsdossier werd op 25 november 2007 aan
de minister van Justitie, mevrouw Onkelinx,
voorgelegd.
Op 3 december besliste mijn achtenswaardige
voorgangster terecht dat ze geen van beide
kandidaten kon benoemen, aangezien zowel de
eerste voorzitter als de voorzitter van de rechtbank
negatieve adviezen verstrekten. Ook de procureur
des Konings en de procureur-generaal hadden
voorbehoud gemaakt ten aanzien van een van de
kandidaten.
Er werd een nieuwe oproep tot kandidaatstelling
gepubliceerd op 20 december. Tot op heden werd
één nieuwe kandidatuur ingediend.
05.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) :
Concernant la place de juge consulaire à Arlon,
deux candidatures ont été reçues. Le dossier de
nomination a été soumis à la ministre de la Justice
Onkelinx le 25 novembre 2007.
Le 3 décembre, mon honorable prédécesseur a
décidé, à juste titre, qu'elle ne pouvait désigner
aucun des deux candidats, sur base de deux avis
défavorables du premier président et du président
du tribunal. Par ailleurs, le procureur du Roi et le
procureur général avaient émis des avis réservés
pour l'un des candidats.
Un nouvel appel aux candidats a été publié le 20
décembre. À ce jour, une nouvelle candidature a
été introduite.
05.03 Carine Lecomte (MR): In het wetsvoorstel
over de continuïteit van de ondernemingen wordt
bepaald dat de rechters in handelszaken de
commissarissen inzake opschorting, die een
05.03 Carine Lecomte (MR) : Dans la proposition
de loi sur la continuité des entreprises, les juges
consulaires seraient amenés à remplacer les
commissaires au sursis, fonction très importante qui
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
belangrijke functie vervullen, zouden moeten
vervangen. Die nieuwe taken zullen meer tijd en
vaardigheden vergen. Het zou dan ook een goede
zaak zijn om specifieke opleidingen voor het ambt
van gedelegeerd rechter te organiseren.
requerra plus de temps et de compétences.
Envisager des formations spécifiques à la fonction
de juge délégué serait donc une bonne chose.
05.04 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Het
ontwerp betreffende het gerechtelijk akkoord staat
momenteel op de agenda van de commissie; het is
dan ook het geschikte moment om deze kwestie ter
sprake te brengen.
05.04 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Le
projet sur le concordat est actuellement fixé en
commission : c'est le moment d'évoquer cette
question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Stefaan Van Hecke aan de
minister van Justitie over "tuchtprocedures in
gevangenissen" (nr. 1464)
06 Question de M. Stefaan Van Hecke au ministre
de la Justice sur "les procédures disciplinaires
dans les prisons" (n° 1464)</b>
06.01 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!): De
gedetineerden
kregen
door
de
basiswet
gevangeniswezen
meer
rechten,
maar
de
penitentiair beambten klagen over te grote
administratieve
druk
in
verband
met
de
tuchtprocedures.
Begrijpt de minister de vraag van de vakbonden om
een lagere administratieve druk? Heeft de minister
de intentie om de tuchtprocedures aan te passen?
Hoe? Wil de minister iets veranderen aan de
rechten die de gedetineerden via de basiswet
hebben gekregen?
06.01 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : La loi
de
principes
concernant
l'administration
pénitentiaire a accordé davantage de droits aux
détenus, mais les agents pénitentiaires se plaignent
d'une pression administrative excessive liée aux
procédures disciplinaires.
Le ministre comprend-il le plaidoyer des syndicats
en faveur d'une diminution de la charge
administrative ? Le ministre a-t-il l'intention de
modifier les procédures disciplinaires ? Si oui,
comment ? A-t-il l'intention de modifier les droits
que les détenus ont obtenus en application de la loi
de principes ?
06.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
tuchtprocedure uit de basiswet gevangeniswezen is
nog niet van kracht. Momenteel geldt de ministeriële
rondzendbrief van 2 mei 2005 nog. Die werd in
maart 2006 gewijzigd. De daarin beschreven
procedure is inderdaad omslachtig, niet alleen voor
de penitentiair agenten maar ook voor de
verslaggevende en administratieve personeelsleden
en voor de directie.
Het kost veel arbeidsuren en veel papier. Onder de
interim-regering kan ik de tuchtprocedure efficiënter
maken. Enerzijds moet ze sneller kunnen verlopen,
anderzijds kan er gedacht worden aan een lichtere
procedure voor kleine inbreuken tegen de
huishoudelijke regels.
Daarbij is het niet de bedoeling te raken aan de
rechten van de gedetineerden.
06.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
La procédure disciplinaire prévue par la loi de
principes n'est pas encore entrée en vigueur. Pour
l'instant, c'est encore la circulaire ministérielle du 2
mai 2005 qui est d'application. Cette circulaire a été
amendée en mars 2006. La procédure qui y est
décrite est effectivement lourde, non seulement
pour les agents pénitentiaires, mais également pour
les membres du personnel administratif et pour la
direction.
Tout cela coûte cher en heures de travail et en
papier. Je peux, dans le cadre de ce gouvernement
intérimaire, rendre la procédure disciplinaire plus
efficace. D'une part, elle doit être plus rapide, et,
d'autre part, il faudrait penser à une procédure
allégée pour les petites infractions au règlement
d'ordre intérieur.
Je n'ai pas l'intention de toucher aux droits des
détenus.
06.03 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!):
Procedures vereenvoudigen is goed, maar ik ben
blij te vernemen dat niet zal worden geraakt aan de
fundamentele rechten van de gevangenen.
06.03 Stefaan Van Hecke (Ecolo-Groen!) : Vouloir
simplifier les procédures est une bonne chose mais
je me réjouis d'apprendre qu'on ne touchera pas
aux droits fondamentaux des détenus.
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Samengevoegde vragen van
- de heer Bart Laeremans aan de minister van
Justitie over "de verklaringen van rechter Walter
De Smedt over de zinloosheid van onmiddellijke
aanhoudingen" (nr. 1478)
- mevrouw Katrien Schryvers aan de minister van
Justitie over "de onmiddellijke aanhouding"
(nr. 1517)
07 Questions jointes de
- M. Bart Laeremans au ministre de la Justice sur
"les déclarations de M. le juge Walter De Smedt
relatives à l'inutilité des arrestations immédiates"
(n° 1478)<br>- Mme Katrien Schryvers au ministre de la Justice
sur "les arrestations immédiates" (n° 1517)</b>
07.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Volgens
persberichten zou een Antwerpse magistraat ter
zitting verklaard hebben dat het zinloos is om nog
langer onmiddellijke aanhoudingen te verrichten bij
de afloop van een proces, omdat veroordeelden
meestal toch meteen op vrije voeten worden gesteld
in afwachting van de enkelbandprocedure. Ook kon
er in een bepaald geval geen aanhouding gebeuren
omdat de politie afwezig was.
Is het zo dat de meeste effectieve straffen in
Antwerpen,
ook
wanneer
de
onmiddellijke
aanhouding wordt bevolen, leiden tot een
invrijheidstelling
in
afwachting
van
de
enkelbandprocedure? Vanaf hoeveel maanden
effectieve celstraf geldt dit? Hoeveel veroordeelden
ontsnapten in 2007 op die manier aan een
daadwerkelijke gevangenisstraf in Antwerpen?
Hoeveel wachten nog op een enkelbandstraf? Is er
in Antwerpen vaker een tekort aan politiemensen?
Waarom is dat zo? Wat werd ertegen ondernomen?
07.01 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Selon
certains communiqués de presse, un magistrat
anversois aurait déclaré à une audience qu'il n'a
aucun sens de continuer à procéder à des
arrestations immédiates à l'issue d'un procès
puisque que le plus souvent, les condamnés sont
de toute façon libérés dans l'attente de la procédure
de surveillance électronique. Dans un cas,
l'arrestation n'a pu avoir lieu en raison de l'absence
de la police.
Est-il vrai qu'à Anvers, la majorité des peines
effectives, même lorsqu'une arrestation immédiate
est ordonnée, finissent par une mise en liberté dans
l'attente de la procédure de surveillance
électronique ? A partir de combien de mois
d'emprisonnement effectifs cette mesure est-elle
d'application ? Combien de condamnés ont-ils ainsi
échappé à une véritable peine d'emprisonnement
en 2007 ? Combien de condamnés attendent
encore une peine de surveillance électronique ? La
pénurie de policiers est-elle récurrente à Anvers ?
Pourquoi ? Quelles mesures ont-elles été prises
pour y remédier ?
07.02 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA):
Volgens persberichten weigerde een Antwerpse
rechter om een drugdealer onmiddellijk aan te
houden, ondanks de vraag van het parket. Er
kunnen vragen worden gesteld bij de motivatie van
de rechter.
Het is belangrijk dat de algemene strafuitvoering en
de onmiddellijke aanhouding op mekaar worden
geënt. Een en ander heeft te maken met de
overbevolking van de gevangenissen. Daar bestaan
geen snelle oplossingen voor.
Kent de minister dit vonnis? Voor hoeveel
veroordeelden vragen de parketten thans nog de
onmiddellijke aanhouding? Gaat de rechter hier
vaak op in?
07.02 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA) :
Selon des informations parues dans la presse, un
juge anversois a refusé, malgré la requête du
parquet, de procéder à l'arrestation immédiate d'un
revendeur de drogues. Il est bien sûr permis de
s'interroger quant à la motivation de cette décision.
Il est important que l'exécution générale de la peine
et l'arrestation immédiate soient calquées l'une sur
l'autre. Cette situation découle du problème de
surpopulation carcérale. On ne dispose d'aucune
solution rapide pour résoudre ce problème.
Le ministre est-il au courant de ce jugement ? Pour
combien de condamnés les parquets demandent-ils
encore aujourd'hui l'arrestation immédiate ? Le juge
y procède-t-il souvent ?
07.03 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Door
de rondzendbrief van 11 december 2007 kunnen
07.03 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
La circulaire du 11 décembre 2007 permet aux
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
veroordeelden met effectieve vrijheidsstraffen van
drie jaar of minder kiezen voor elektronisch toezicht.
Het mag echter niet gaan om veroordelingen
wegens seksueel misbruik of personen die geen
recht op verblijf hebben in België.
inculpés condamnés à une peine privative de liberté
effective de trois ans ou moins d'opter pour la
surveillance électronique. Cette mesure ne
s'applique
toutefois
pas
aux
personnes
condamnées pour des abus sexuels ni aux
personnes qui n'ont pas de droit de séjour en
Belgique.
Wanneer een veroordeelde wordt opgesloten na
een veroordeling met onmiddellijke aanhouding,
moet men eerst wachten tot het vonnis of arrest
kracht van gewijsde heeft gekregen. Vanaf dan
wordt hij tot strafonderbreking toegelaten in
afwachting dat het regime van elektronisch toezicht
wordt opgestart en verschilt de veroordeling in niets
meer van de veroordelingen waarbij geen
onmiddellijke aanhouding werd uitgesproken.
Bij de strafonderbreking en de overgang naar het
elektronisch toezicht moet een aantal zaken
absoluut beter kunnen. Dit zal mijn bijzondere
aandacht wegdragen.
Cijfers over het aandeel van de veroordelingen
waarvoor een onmiddellijke aanhouding kan worden
bevolen, moet men aan het parket vragen.
Eind 2007 waren er 526 gedetineerden onder
elektronisch toezicht en 800 veroordeelden waren in
strafonderbreking. Ik heb geen cijfers over het
aandeel
van
Antwerpen
of
de
andere
arrondissementen. Inzake aanwezigheid van de
politie in het gerechtshof zijn er tot op dit ogenblik
nog geen onuitvoerbare situaties ontstaan.
Lorsqu'un condamné est enfermé après une
condamnation avec arrestation immédiate, il faut
d'abord attendre que le jugement ou l'arrêt soit
coulé en force de chose jugée. À partir de ce
moment, l'intéressé est autorisé à interrompre sa
peine en attendant que le régime de la surveillance
électronique soit mis en oeuvre et sa condamnation
ne se distingue plus en rien d'une condamnation
pour laquelle l'arrestation immédiate n'a pas été
prononcée.
Une série d'aspects doivent absolument être
améliorés dans le cadre de l'interruption de la peine
et du passage à la surveillance électronique. J'y
porterai une attention particulière.
Pour les chiffres relatifs à la part des
condamnations pour lesquelles une arrestation
immédiate peut être ordonnée, il convient de
s'adresser au parquet.
Fin 2007, 526 détenus étaient placés sous
surveillance électronique et 800 condamnés étaient
en interruption de peine. Je ne dispose pas de
chiffres concernant la part d'Anvers ou des autres
arrondissements. Concernant la présence de la
police au tribunal, il n'y a pas encore eu de
situations inexécutables, jusqu'ici.
07.04 Bart Laeremans (Vlaams Belang): Ik blijf op
mijn honger zitten. Vooral het systeem van
strafonderbreking is een echte aberratie. Het is de
bedoeling dat de enkelbandprocedure een
overgang is van de effectieve gevangenisstraf naar
de voorwaardelijke invrijheidstelling. Nu laat men
mensen volledig vrij om ze nadien een enkelband te
geven. Dat was niet de ratio legis van de
rondzendbrief. Men heeft dit middel gebruikt als een
extra manier om de gevangenis te ontvolken. Nu zit
men in de eigenaardige situatie dat er meer
mensen
in
volledige
vrijheid
zijn
zonder
enkelbandprocedure dan dat er mensen een
enkelband hebben.
07.04 Bart Laeremans (Vlaams Belang) : Je ne
suis pas entièrement satisfait. Le système de
l'interruption de la peine, surtout, est une véritable
aberration. La procédure du bracelet électronique a
comme objectif de constituer une transition, de la
peine de prison effective à la mise en liberté
conditionnelle. Aujourd'hui, on laisse les intéressés
en liberté complète puis on leur donne un bracelet à
porter. Telle n'était pas la ratio legis de la circulaire.
Cet outil a servi comme moyen supplémentaire
pour désengorger les prisons. Et aujourd'hui,
étrangement, les personnes bénéficiant d'une
liberté complète sans bracelet électronique sont
plus nombreuses que les personnes placées sous
surveillance électronique.
De rechter heeft een signaal willen geven dat er
politie ontbreekt. De minister moet een onderzoek
instellen en de nodige initiatieven nemen bij de
minister van Binnenlandse Zaken. De mogelijkheid
tot onmiddellijke aanhouding moet bestaan. Er loopt
Ce juge a voulu envoyer un signal destiné à mettre
en garde contre une carence d'effectifs policiers. Je
recommande vivement au ministre de lancer une
enquête et de prendre les initiatives nécessaires
auprès du ministre de l'Intérieur. Il doit exister une
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
blijkbaar een en ander mis in Antwerpen.
possibilité d'arrestation immédiate. A l'évidence, il y
a des dysfonctionnements à Anvers.
07.05 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA): Het is
belangrijk dat de minister initiatieven zal nemen
voor de overgang van de strafuitvoering naar
elektronisch toezicht. Het is blijkbaar niet zo dat er
problemen geweest zijn met de onmiddellijke
aanhouding en het tekort aan politie.
07.05 Katharina Schryvers (CD&V - N-VA) : Il
importe que le ministre prenne des initiatives pour
assurer la transition entre l'exécution de la peine et
la surveillance électronique. Il est manifestement
inexact qu'il y ait eu des problèmes liés à
l'arrestation immédiate et au manque de policiers.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Georges Gilkinet aan de
minister van Justitie over "de voorwaarden voor
de samenwerking van het departement Justitie
met televisiezenders bij het maken van reality-tv-
programma's" (nr. 1485)
08 Question de M. Georges Gilkinet au ministre
de la Justice sur "les conditions de collaboration
de la Justice avec des chaînes télévisées dans le
cadre de la réalisation d'émissions de téléréalité"
(n° 1485)</b>
08.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Sinds
enkele jaren verlenen de politiediensten en het
gerecht hun medewerking aan programma's waarin
fictie en realiteit door elkaar lopen. Het gaat meer
bepaald om programma's waarin een cameraploeg
een politiepatrouille volgt op het terrein.
Men kan hier ethische en deontologische vragen bij
stellen: wordt de anonimiteit van de opgepakte
personen wel gerespecteerd? Blijft het geheim van
de onderzoeksmethoden bewaard? Krijgen de
kijkers zo geen vertekend beeld van de werking van
politie en justitie, of van de veiligheid in ons land?
Ik veronderstel dat de federale Staat hiervoor een
welomlijnd kader heeft bepaald, en ook een
begeleidings-
en
evaluatieprocedure
heeft
uitgewerkt.
De rondzendbrief van 3 mei 1999 voorziet in een
evaluatie in dat verband. Ik heb de minister van
Binnenlandse Zaken hier vorige week over
ondervraagd en hij heeft mij geantwoord dat deze
evaluatie nooit heeft plaatsgevonden.
Wanneer is deze samenwerking begonnen? Wie
heeft daartoe de beslissing genomen? Wat zijn
precies de bedoelingen van het ministerie van
Justitie? Werden er ethische en deontologische
criteria vastgelegd? Hoe worden deze geëvalueerd?
Heeft de Belgische Staat over deze samenwerking
een overeenkomst gesloten met de betrokken
media? Kunnen we daar kennis van nemen? Wat
zijn
de
voornaamste
conclusies
van
de
vergaderingen van het begeleidingscomité? Werken
daar ook mediaspecialisten en sociologen aan
mee? Wordt dit overwogen? Waarom heeft de
evaluatie van de rondzendbrief van 15 mei 1999
nooit plaatsgevonden? Bent u van plan deze
08.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Depuis
quelques années, les services de police et la justice
collaborent à la réalisation d'émissions mêlant la
réalité et la fiction, l'équipe de télévision suivant des
patrouilles de police sur le terrain.
Des questions éthiques et déontologiques se
posent : l'anonymat des personnes appréhendées
est-il respecté, le secret des techniques d'enquête
est-il conservé, les téléspectateurs ne développent-
ils pas, en voyant ces émissions, une image fausse
du travail de la police, de la justice ou de la sécurité
dans notre pays ?
Je suppose que l'État fédéral a fixé des balises et
une procédure d'accompagnement et d'évaluation.
La circulaire du 3 mai 1999 prévoit une évaluation à
ce sujet. Le ministre de l'Intérieur, que j'ai interrogé
à ce sujet la semaine dernière, m'a dit que cette
évaluation n'a jamais eu lieu.
Quand cette collaboration a-t-elle débuté ? Qui l'a
décidée ? Quels sont les intentions du ministère de
la Justice à ce sujet ? Des critères éthiques et
déontologiques sont-ils fixés ? Comment sont-ils
évalués ? Cette collaboration fait-elle l'objet d'une
convention entre l'État belge et les médias
concernés ?
Pouvons-nous
en
avoir
connaissance ? Quelles sont les principales
conclusions
des
réunions
du
comité
d'accompagnement ? Des spécialistes des médias
et des sociologues y sont-ils associés ? Est-ce
envisagé ? Pourquoi l'évaluation de la circulaire du
15 mai 1999 n'a-t-elle pas eu lieu ? L'envisagez-
vous ? Dans quel délai et sous quelle forme ?
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
evaluatie nog te laten uitvoeren? Wanneer? Hoe zal
die evaluatie verlopen?
08.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Mijn
collega op Binnenlandse Zaken heeft reeds
geantwoord op de eerste drie vragen uit uw vraag
nr. 780 van 18 december 2007.
Er werd een begeleidingscomité opgericht, zodat er
tussen de rechterlijke orde, de balie, de FOD
Justitie en de televisiezenders zeker onderling
overleg kon plaatsvinden. Elk van deze spelers is in
dat comité vertegenwoordigd.
08.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Mon
collègue le ministre de l'Intérieur a déjà répondu
aux trois premières questions qui font partie de
votre question n° 780 du 18 décembre 2007.
Un comité d'accompagnement a été créé en vue
d'assurer la liaison entre l'ordre judiciaire, le
barreau, le SPF Justice et les chaînes de télévision.
Chacun de ces acteurs y était représenté.
Dit comité werd ad hoc ingesteld, voor het
betrokken programma. Er was dus geen enkele
reden om een globale reglementering op te stellen.
De evaluatie vooropgesteld in de omzendbrief van
1999 heeft inderdaad tot nu toe nog niet
plaatsgehad.
Er werd mij nog geen enkel ernstig probleem
gemeld met betrekking tot de toepassing van de
rondzendbrief. Indien hierover andere aanwijzingen
zouden zijn, kunnen we de bepalingen van de
omzendbrief opnieuw bekijken.
Ce comité a été créé de manière ad hoc, pour le
programme concerné. Il n'y avait donc aucune
raison d'élaborer une réglementation globale.
L'évaluation prévue par la circulaire de 1999 n'a en
effet, jusqu'à présent, pas encore eu lieu.
Je n'ai encore été informé d'aucun problème grave
concernant l'application de la circulaire. En
présence d'indications contraires, les dispositions
de la circulaire pourront être examinées.
08.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): U
beweert dat er nog geen enkel ernstig probleem
gemeld werd. Toch ben ik van mening dat we hier
ethische en deontologische vragen bij moeten
stellen. En dus, zelfs indien u niet verantwoordelijk
bent voor het feit dat de voorgaande ministers van
Justitie deze evaluatie niet hebben uitgevoerd, wil ik
u toch dringend verzoeken om hiervoor het nodige
te doen.
08.03 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Vous
dites qu'aucun problème grave n'est signalé. Il me
semble néanmoins que des questions éthiques et
déontologiques se posent à ce sujet. Et donc,
même si vous n'êtes pas responsable du fait que
les ministres de la Justice précédents n'ont pas
procédé à cette évaluation, je vous invite fortement
à prendre l'initiative.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van mevrouw Valérie De Bue aan de
minister van Justitie over "partnergeweld"
(nr. 1497)
09 Question de Mme Valérie De Bue au ministre
de la Justice sur "la violence conjugale" (n° 1497)</b>
09.01 Valérie De Bue (MR): Het Nationaal
Actieplan tegen partnergeweld 2004-2007 omvat 7
doelstellingen die niet alleen betrekking hebben op
sensibilisering en evaluatie, maar ook op de opvang
en
bescherming
van
de
slachtoffers.
Overeenkomstig dat plan moet elke procureur des
Konings een actieplan voor zijn arrondissement
uitwerken en jaarlijks een specifiek verslag
overleggen aan de procureur-generaal. Bovendien
werd er per gerechtelijk arrondissement een
referentiemagistraat aangesteld.
Welke balans kan men van dit plan opmaken? Op
welke maatregelen moet er nog meer de nadruk
09.01 Valérie De Bue (MR) : Le plan d'action
national contre les violences conjugales, conçu de
2004 à 2007, comprend sept objectifs qui vont de
la sensibilisation à l'évaluation en passant par
l'accueil et la protection des victimes. Il charge
chaque procureur du Roi d'établir un plan d'action
propre à son arrondissement et d'adresser au
procureur général un rapport spécifique annuel. En
outre, par arrondissement judiciaire, un magistrat
de référence est désigné.
Quel bilan peut-on dresser de ce plan ? Quelles
sont les mesures à renforcer ? Quand une
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
gelegd worden? Wanneer moet er een algemene
evaluatie worden uitgevoerd, en door wie? Zal het
Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen
daarbij betrokken worden? Hoe wordt dit plan bij de
bevolking gepromoot? Worden de potentiële
slachtoffers
terdege geïnformeerd over de
aanwezigheid van een referentieambtenaar bij de
politie in elke politiezone? Zou er een groen
nummer ingevoerd kunnen worden, en zou elke
oproep
naar
dat
nummer
aan
die
referentieambtenaar bij de politie kunnen gemeld
worden?
évaluation globale doit-elle avoir lieu et par qui sera-
t-elle menée ? Est-il prévu que l'Institut pour l'égalité
des femmes et des hommes y soit associé ? Quelle
est la promotion de ce plan auprès du grand
public ? Les victimes potentielles sont-elles
correctement informées de l'existence dans chaque
zone d'un fonctionnaire de police de référence ?
Peut-on envisager la mise en place d'un numéro
vert et que chaque appel à ce numéro soit signalé à
ce policier ?
09.02 Minister Jo Vandeurzen (Frans): Er bestaat
een Actieplan tegen partnergeweld 2004-2007, dat
gecoördineerd wordt door het Instituut voor de
gelijkheid van vrouwen en mannen. De criminele
politie volgt de juridische aspecten van dit dossier
op.
Een werkgroep partnergeweld van het College van
procureurs-generaal heeft de omzendbrieven COL
3 en COL 4/2006 voortgebracht, die een
gecoördineerde aanpak van de problematiek
voorstaan en de procureurs des Konings een aantal
verplichtingen opleggen. Zo moeten ze een
actieplan
opstellen,
samenwerkingsprotocollen
sluiten
met
de
non-profitsector
en
referentiemagistraten aanwijzen binnen justitie en
referentieambtenaren bij de politie. De toepassing
van die omzendbrieven wordt op dit ogenblik
geëvalueerd. Op 14 februari zullen we over de
analyse van de arrondissementele actieplannen
beschikken.
De
kwantitatieve
analyse
met
betrekking tot de door de parketten behandelde
dossiers zou eind maart klaar moeten zijn.
Het onderzoek van de vzw Engender gebeurde op
initiatief van het Instituut voor de gelijkheid van
vrouwen en mannen. De bedoeling is een
permanent instrument voor de evaluatie van het
strafbeleid
ter
zake
te
ontwikkelen.
Het
begeleidingscomité komt deze namiddag bijeen. De
resultaten zullen eveneens op 14 februari worden
voorgesteld.
De communicatie maakt deel uit van de evaluatie
van het strafbeleid. De referentieambtenaar bij de
politie en de referentiemagistraat zijn niet de enigen
die met partnergeweld moeten omgaan.
09.02 Jo Vandeurzen, ministre (en français) : Il y a
un Plan d'action contre la violence conjugale 2004-
2007, coordonné par l'Institut pour l'égalité des
femmes et des hommes. Le suivi du volet judiciaire
est assuré par le service de police criminelle.
Un groupe de travail « Violences intra-familiales »
du collège des procureurs généraux a amené aux
circulaires COL 3 et COL 4/2006 qui prévoient une
approche coordonnée de la problématique et
obligent les procureurs du Roi d'établir un plan
d'action, de conclure des protocoles de coopération
avec le secteur non-marchand, de désignation de
magistrats de référence au sein de la justice et de
la police. Une évaluation de l'application de ces
circulaires est en cours. Le 14 février prochain,
nous disposerons de l'analyse de plans d'actions
d'arrondissements.
L'analyse
quantitative
du
traitement des dossiers par les parquets devrait être
prête fin mars.
La recherche effectuée par l'ASBL « Engender » a
été initiée par l'Institut pour l'égalité entre les
femmes et les hommes. Elle vise à créer un
instrument permanent d'évaluation de la politique
criminelle
en
la
matière.
Le
comité
d'accompagnement de cette recherche se réunit ce
mardi 22 après-midi. Les résultats seront également
présentés le 14 février prochain.
En ce qui concerne la communication, elle fait
partie de l'évaluation de la politique criminelle. Le
policier ou le magistrat de référence ne sont pas les
seuls à gérer les situations de violence dans les
couples.
Binnen hun korps moeten ze er vooral op toezien
dat de instructies van de omzendbrief COL 4/2006
correct worden toegepast en dat er goed wordt
samengewerkt met de andere bevoegde instanties.
Ils ont surtout la mission de veiller, au sein de leur
corps, à l'application des instructions contenues
dans la COL 4/2006 et d'assurer une bonne
collaboration
avec
les
autres
instances
compétentes.
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
Het personeel hoeft dan ook niet op de hoogte te
zijn van het bestaan en de identiteit van het
slachtoffer. Wat telt, is dat het slachtoffer wordt
opgevangen, goed wordt geïnformeerd over de
procedure en naar de bevoegde hulpdiensten wordt
doorverwezen.
Over de invoering van een groene lijn moet rijpelijk
worden nagedacht.
Il n'est dès lors pas nécessaire que l'effectif ait
connaissance de son existence et de son identité.
Ce qui importe, c'est que la victime soit prise en
charge, bien informée sur la procédure et bien
orientée vers les services d'aide.
L'idée de créer un numéro vert devrait être
mûrement réfléchie.
09.03 Valérie De Bue (MR): Veertien februari is
een nogal symbolische datum voor de evaluatie van
zo een plan. We wachten vol ongeduld de
resultaten af.
09.03 Valérie De Bue (MR) : Le 14 février est une
date un peu symbolique pour évaluer ce type de
plan. Nous attendons les résultats avec beaucoup
d'impatience.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Bert Schoofs aan de
minister van Justitie over "de aanhoudende
onrust in de gevangenis van Hasselt" (nr. 1500)
10 Question de M. Bert Schoofs au ministre de la
Justice sur "les troubles persistants à la prison
de Hasselt" (n° 1500)</b>
10.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Vorige week
heb ik de minister een vraag gesteld over de onrust
in de gevangenis van Hasselt en in zijn antwoord
sprak hij van overleg op zijn kabinet. Het afgelopen
weekend was er echter opnieuw onrust.
Hoe komt dit? Wat heeft het kabinetsoverleg
opgeleverd?
De gevangenis in Hasselt is nochtans modern, dus
is het vreemd dat er net daar onrust heerst en in
andere gevangenissen niet. Hoe verklaart de
minister dit en welke maatregelen overweegt hij om
dit probleem op korte termijn op te lossen? Gebeurt
er niets, dan krijgen we misschien te maken met
onaanvaardbare acties van gedetineerden en
personeelsstakingen. Het is aan de minister om zijn
verantwoordelijkheid te nemen.
10.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Lorsque j'ai
interrogé le ministre la semaine dernière sur les
troubles au sein de la prison de Hasselt, il a évoqué
une concertation au sein de son cabinet. Le week-
end dernier, de nouvelles agitations étaient
néanmoins à déplorer.
Comment expliquez-vous cette situation ? Quels
furent les résultats de la concertation de cabinet ?
La prison de Hasselt est pourtant moderne ; il est
donc étonnant que l'agitation y règne et pas dans
d'autres prisons. Comment le ministre explique-t-il
cette situation et quelles mesures envisage-t-il de
prendre pour y remédier à court terme ? Si aucune
mesure n'est prise, nous serons peut-être
confrontés à des actions inacceptables de la part
des détenus et à des grèves. Le ministre doit
prendre ses responsabilités.
10.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
gebeurtenissen van 12 en 13 januari heb ik vorige
week reeds toegelicht. Deze hebben geleid tot een
aantal overplaatsingen en het opleggen van een
veiligheidsregime of een sanctie aan andere
gedetineerden.
Vorige zondag werden veertig gedetineerden op het
einde van hun wandeling tegengehouden door een
gedetineerde die hen bedreigde met een
scheermesje.
Na
tussenkomst
van
de
politiecommissaris kwamen alle veertig een na een
binnen, op de man die hen bedreigde na. Hij
poogde een overplaatsing te verkrijgen en moest
uiteindelijk van het dak gehaald worden. Deze
individuele actie heeft geleid tot een incident van
nog geen twee uur. In het tumult werden vier
10.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
J'ai déjà commenté les événements des 12 et 13
janvier la semaine dernière. Ils ont donné lieu à
quelques transferts et un régime de sécurité, et des
sanctions ont été imposés à quelques détenus.
Dimanche dernier, un détenu a fait barrage à
quarante autres qui terminaient leur promenade en
les menaçant à l'aide d'une lame de rasoir. Après
l'intervention du commissaire de police, les
quarante détenus sont rentrés un par un, sauf celui
qui les menaçait. Ce dernier a tenté d'obtenir un
transfert et a finalement dû être délogé du toit de la
prison. L'incident, provoqué par une action
individuelle, a duré deux heures à peine et quatre
détenus ont été légèrement blessés.
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
gedetineerden licht gewond.
Naar aanleiding van de incidenten van 12 en 13
januari is er inderdaad overleg geweest op mijn
kabinet. In overleg met de gevangenisdirectie van
Hasselt werd besloten tot een andere spreiding van
de avondwandeling van de gedetineerden, wat
inmiddels gebeurd is. Ook werd besloten tot een
evaluatie en eventuele aanpassing van de
bezoekprocedure.
Dergelijke protestacties tijdens wandelingen hebben
zich reeds eerder in andere gevangenissen
voorgedaan. Daarbij gaat het dikwijls om een kleine
kern die anderen in de actie tracht mee te slepen.
De incidenten van 12 en 13 januari kwamen voort
uit escalerende conflicten met bezoekers in de zaal.
Conflicten met bezoekers aan de ingang doen zich
wel vaker ook elders voor, maar ze lopen zelden uit
de hand. Wanneer er ook sprake is van fysiek
geweld, zindert dit langer na in een dergelijke
dichtbevolkte gemeenschap. Er is dan wat tijd nodig
om terug rust te brengen.
Uit een evaluatie van gisteren blijkt dat de lokale
directie zeer grote inspanningen heeft geleverd om
te komen tot een leefbaar klimaat en een vlotte en
efficiënte werking van de organisatie, met een
gedegen informatiebeleid en in overleg met het
personeel.
Over twee weken zal een enquête worden
uitgevoerd onder gedetineerden. Met de resultaten
hiervan en van eerdere personeelsenquêtes zal
rekening worden gehouden bij het bepalen van de
organisatiedoelstellingen in de gevangenis.
À la suite des incidents des 12 et 13 janvier
derniers, une concertation a en effet été organisée
à mon cabinet. En concertation avec la direction
pénitentiaire de Hasselt, il a été décidé d'organiser
différemment la promenade du soir des détenus,
décision mise en oeuvre dans l'intervalle. Il a
également été décidé de procéder à une évaluation
et à une adaptation éventuelle de la procédure
régissant les visites.
De telles actions de protestation, organisées
pendant les promenades, se sont déjà produites
dans d'autres établissements pénitentiaires. Il s'agit
souvent d'un noyau dur de détenus qui tente d'en
entraîner d'autres.
Les incidents des 12 et 13 janvier ont été provoqués
par une escalade de conflits impliquant des visiteurs
présents dans la salle des visites. Des conflits
impliquant des visiteurs à l'entrée d'une prison se
produisent parfois ailleurs également, mais ils
provoquent rarement des dérapages. Lorsqu'il est
question de violence physique, les conséquences
se font davantage sentir dans les prisons
densément peuplées, le retour à la normale ne
s'opérant qu'après un certain temps.
L'évaluation d'hier a mis en évidence que la
direction locale fournit des efforts très importants
pour garantir un climat viable et une organisation
efficace au sein de la prison, tout veillant à la mise
en oeuvre d'une réelle politique d'information.
Dans deux semaines, une enquête sera réalisée
auprès des détenus. Les résultats de cette enquête
et d'autres enquêtes menées précédemment
auprès du personnel seront pris en considération
pour la définition des objectifs organisationnels au
sein de la prison.
10.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Ik herhaal
dat Hasselt een zorgenkindje in plaats van een
paradepaardje is. Verder heb ik zo mijn twijfels bij
de wet op de rechtspositie van de gedetineerde, die
garant zou moeten staan voor een soepel regime,
als ik hoor dat een gedetineerde daardoor in staat is
om anderen te bedreigen met een scheermesje. Ik
vind dat in onze gevangenissen de cipiers opnieuw
de baas moeten worden, terwijl de gedetineerden te
gehoorzamen hebben. Opstootjes moeten dan ook
met harde hand neergeslagen worden. Misbruik van
de situatie of van middelen door een gedetineerde
moeten harder aangepakt of bijkomende gestraft
worden.
10.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Je le répète
: la prison de Hasselt, plutôt que de faire notre
fierté, nous cause bien du souci. Pour le surplus, je
suis sceptique quant à la loi sur le statut juridique
du détenu, censée garantir un régime souple, en
particulier lorsque j'entends qu'un détenu est en
mesure d'en menacer un autre au moyen d'une
lame de rasoir. Je trouve que dans nos
établissements pénitentiaires, le pouvoir doit être
restitué aux gardiens, les détenus étant tenus à
l'obéissance. Les échauffourées doivent dès lors
être réprimées durement. Les détenus qui abusent
de situations ou des moyens existants doivent être
réprimés plus sévèrement ou se voir imposer des
sanctions complémentaires.
Een gevangenis mag geen kermis of hotel zijn en Une prison n'est pas une foire ni un hôtel et de
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
cipiers en gedetineerden mogen geen gevaar lopen
door dergelijke individuele acties. Een strenger
ingrijpen en een nieuwe evaluatie van de bewuste
wetgeving zijn geboden.
telles actions individuelles ne peuvent exposer les
gardiens et les détenus à quelque danger que ce
soit. Il faut agir plus fermement et soumettre la
législation concernée à une nouvelle évaluation.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van de heer Bert Schoofs aan de
minister van Justitie over "het onderzoek van de
Dienst
Alimentatievorderingen
naar
de
mogelijkheid om het rijbewijs of de reispas van
slecht betalende ex-partners in te trekken"
(nr. 1501)
11 Question de M. Bert Schoofs au ministre de la
Justice sur "l'enquête menée par le Service des
créances alimentaires sur la possibilité de retirer
le permis de conduire ou le passeport des ex-
partenaires qui ne respectent pas les échéances
de paiement" (n° 1501)</b>
11.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Via de pers
namen wij kennis van een origineel initiatief van de
dienst
Alimentatievorderingen,
waarbij
een
weigering tot betaling van alimentatie zou kunnen
bestraft worden met het intrekken van de reispas of
het rijbewijs.
Wordt de minister bij dit onderzoek betrokken en
waarom wordt dit onderzoek georganiseerd? Heeft
hij hier al gegevens over? Waarom gaat het juist
om reispassen en rijbewijzen? Wordt er ook
nagedacht over andere sanctiemogelijkheden? Kan
een
dergelijke
maatregel
zonder
verdere
aanpassingen of rechterlijke uitspraken ingevoerd
worden? Is de minister desgevallend voorstander,
zoals ik, van een aanpassing van de strafwet en
van een soepeler invoering van bijkomende
sancties voor wanbetalers?
11.01 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Nous avons
été informés par la presse d'une initiative originale
du Service des créances alimentaires qui prévoit la
possibilité de sanctionner du retrait du passeport ou
du permis de conduire le refus de verser des
aliments.
Le ministre a-t-il été associé à l'étude en la matière
et quelle est la raison d'être de cette dernière ?
Dispose-t-il déjà d'informations ? Pourquoi les
passeports et les permis de conduire sont-ils
spécifiquement visés ? D'autres sanctions sont-
elles envisagées ? Cette mesure pourrait-elle être
instaurée sans autres aménagements ni décisions
judiciaires? Le cas échéant, le ministre serait-il
partisan, comme moi, d'un aménagement de la loi
pénale et de l'instauration plus souple de sanctions
additionnelles pour les mauvais payeurs ?
11.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): De
dienst Alimentatievorderingen valt volledig onder de
bevoegdheid van het ministerie van Financiën. Men
dient zich dus tot de bevoegde minister te richten.
Tot op heden werd het ministerie van Justitie niet
betrokken bij het onderzoek van de DAVO.
Volledigheidshalve verwijs ik nog naar de conventie
inzake de internationale invordering van niet-
betaalde alimentatiegelden van de Conferentie van
Den Haag voor internationaal privaatrecht van 23
november 2007.
11.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Le Service des créances alimentaires relève
intégralement du ministre des Finances. Il y a lieu
dès lors de s'adresser au ministre compétent.
Jusqu'ici, le ministre de la Justice n'a été associé en
aucune manière à l'étude du SECAL. Par souci de
complétude, je vous renvoie également à la
convention sur le recouvrement international de
créances alimentaires non payées de la Conférence
de La Haye de droit privé international du 23
novembre 2007.
Mijn administratie heeft deelgenomen aan de
besprekingen. Artikel 34 van de vermelde conventie
spreekt over de beschikking over efficiënte
maatregelen om de conventie ten uitvoer te
brengen. Een van de maatregelen betreft het
onthouden, schorsen of intrekken van een toelating
of attest, zoals dit gebruikelijk is in sommige
Angelsaksische landen. Een eventuele ratificatie
van deze conventie zal zeker een discussie op gang
brengen over de invoering van dit soort
maatregelen in het Belgische rechtssysteem. Gelet
op de bevoegdheid van de minister van Financiën,
zal er zeker nog overleg zijn tussen de ministeries.
Mon administration a participé aux discussions.
L'article 34 de la convention évoquée oblige les
États participants à veiller à ce que leur droit
national comporte des mesures efficaces en vue
d'appliquer les décisions prises en exécution de la
convention. Une de ces mesures concerne la
privation, la suspension ou le retrait d'une
autorisation ou d'une attestation, conformément à
l'usage en vigueur dans certains pays anglo-
saxons. L'éventuelle ratification de cette convention
entraînera certainement une discussion sur
l'instauration de ce type de mesures dans le
système
juridique
belge.
Étant
donné la
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
Momenteel wordt over de ratificatie van deze
conventie overleg gepleegd binnen de Raad van de
Europese
Unie.
Vragen
over
eventuele
aanpassingen van de wet zijn bijgevolg voorbarig.
De intrekking van het rijbewijs wordt traditioneel wel
beschouwd als een sanctie die slechts opgelegd
wordt bij verkeersinbreuken. Nu voorziet het
Strafwetboek bij een staking van betaling van
alimentatie enkel in een gevangenisstraf en/of een
geldboete. Andere sanctiemaatregelen moeten te
verantwoorden zijn vanuit het gelijkheidsbeginsel.
Ook moet bekeken worden of de intrekking of
weigering kan worden beschouwd als een
administratieve sanctie waarvoor het ministerie van
Justitie niet bevoegd is.
compétence du ministre des Finances dans cette
matière, les ministères ne manqueront pas de se
concerter.
La ratification de cette convention fait actuellement
l'objet d'une concertation au sein du Conseil de
l'Union européenne. Toute question à propos
d'éventuelles modifications de la loi est dès lors
prématurée. Ceci étant, le retrait du permis de
conduire est traditionnellement considéré comme
une sanction qui ne frappe que les infractions au
Code de la route. Actuellement, le Code pénal ne
prévoit qu'une peine de prison et/ou une amende en
cas de cessation du paiement d'une pension
alimentaire. D'autres sanctions doivent pouvoir se
justifier sur le plan du principe d'égalité. Il convient
également de vérifier si le retrait ou le refus peut
être considéré comme une sanction administrative
ne relevant pas de la compétence du ministère de
la Justice.
11.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang): Ik merk toch
weinig animo bij de minister om deze kwestie aan te
pakken. Laten wij opkomen voor eerbare burgers
wier belangen door dit soort onverantwoord gedrag
geschaad worden.
11.03 Bert Schoofs (Vlaams Belang) : Le ministre
fait montre de bien peu d'empressement à
s'attaquer au problème. Défendons les honnêtes
citoyens dont les intérêts sont mis à mal par ces
comportements injustifiables.
Ik dring aan op meer gezamenlijke inspanningen
om dergelijk gedrag te beteugelen. Ook al zitten we
momenteel nog in de fase van onderzoek en
ratificatie, toch moeten we ervoor zorgen dat niet de
belastingbetaler,
maar
de
overtreder
de
verantwoordelijkheid draagt voor zijn daden. Wij
vragen dan ook harde sancties in het kader van de
bescherming van het gezin. De minister van Justitie
zou de voortrekker moeten zijn in dit collectieve
streven.
Je demande instamment que des démarches
communes soient entreprises pour réprimer de tels
comportements. Même si nous nous situons
actuellement encore dans la phase d'analyse et de
ratification, nous devons veiller à ce que le
contrevenant et non le contribuable assume la
responsabilité de ses actes. Nous réclamons dès
lors des sanctions sévères dans le cadre de la
protection de la famille. Le ministre de la Justice
devrait prendre l'initiative de cette entreprise
collective.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
12 Vraag van de heer Raf Terwingen aan de
minister van Justitie over "de juridische
tweedelijnsbijstand
en
meer
bepaald
de
vergoeding van de advocaten" (nr. 1509)
12 Question de M. Raf Terwingen au ministre de
la Justice sur "l'aide juridique de deuxième ligne
et notamment la rémunération des avocats"
(n° 1509)</b>
12.01 Raf Terwingen (CD&V - N-VA): Een
kwaliteitsvolle tweedelijnsbijstand is essentieel voor
het vertrouwen in het gerecht. Wie niet beschikt
over voldoende financiële middelen, moet worden
bijgestaan door goede advocaten. Steeds minder
advocaten zijn echter bereid om pro Deo te werken,
omdat de vergoedingen relatief laag zijn en niet
aangepast aan de omvang van de dossiers. Vaak
worden de vergoedingen trouwens pas anderhalf tot
twee jaar later betaald.
12.01 Raf Terwingen (CD&V - N-VA) : Il est
essentiel de disposer d'un système d'aide juridique
de deuxième ligne de qualité si nous voulons que la
population garde confiance en la justice. Les
justiciables qui ne jouissent pas de moyens
financiers
suffisants
doivent
bénéficier
de
l'assistance de bons avocats. Or, de moins en
moins d'avocats sont disposés à travailler pro deo,
l'indemnité étant peu élevée et inadaptée à
l'importance des dossiers. De plus, ces indemnités
sont souvent payées avec un retard de dix-huit mois
CRABV 52
COM 072
22/01/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
Deelt de minister mijn bezorgdheid over het tekort
aan pro-Deoadvocaten? Is de minister op de hoogte
van het probleem van rechtzoekenden om een pro-
Deoadvocaat in eigen streek te vinden?
Moet de vergoeding worden opgetrokken? Is het
probleem van de laattijdige uitbetaling bekend?
Welke oplossingen stelt de minister voor?
à deux ans.
Le ministre partage-t-il mes préoccupations à
propos de la pénurie d'avocats pro deo ? Le
ministre
est-il
au
courant
des
difficultés
qu'éprouvent les justiciables à trouver un avocat pro
deo dans leur région ?
L'indemnité ne devrait-elle pas être augmentée ?
Etes-vous au courant du problème du paiement
tardif de cette indemnité ? Quelles solutions
proposez-vous ?
12.02 Minister Jo Vandeurzen (Nederlands): Het is
uiteraard essentieel dat voldoende advocaten
bereid zijn om juridische tweedelijnsbijstand te
geven. Het aantal Nederlandstalige en Franstalige
advocaten dat bereid is pro Deo te werken, is de
laatste jaren enorm toegenomen. Ook de ordes
melden daarover geen problemen.
12.02 Jo Vandeurzen, ministre (en néerlandais) :
Il est effectivement essentiel de pouvoir disposer
d'avocats en nombre suffisant pour pouvoir
dispenser l'aide juridique de deuxième ligne. Le
nombre
d'avocats,
tant
francophones
que
néerlandophones, disposés à travailler pro deo, a
considérablement augmenté au cours des dernières
années. Les ordres des avocats ne m'ont pas
davantage signalé de problèmes sur ce plan.
Als minister in een interim-regering kan ik geen
grote budgettaire beloftes doen. In de nabije
toekomst zal de begroting van juridische bijstand
een item worden, want het aantal zaken stijgt
steeds. Bovendien heeft de vorige regering de
inkomensgrenzen
voor
juridische
bijstand
opgetrokken vanaf 1 januari 2008 zonder daarvoor
geld uit te trekken.
De advocaten worden meestal betaald in de
maanden mei tot juli van het jaar dat volgt op het
gerechtelijk jaar waarin ze de prestaties leverden.
De betaling kan pas als de ordes alle nodige
informatie over een bepaald gerechtelijk jaar
hebben meegedeeld, meestal in februari. De
uitbetalingstermijn is dus niet overdreven lang.
Dat advocaten lang moeten wachten ligt dus
eigenlijk niet aan administratieve traagheid, maar
aan de procedures van intern toezicht die zijn
geïnstalleerd bij de balies. Daar komt nog bij dat
enkel afgesloten procedures in aanmerking komen
voor betaling. De advocaat moet dan eventueel
jaren op zijn geld wachten.
En tant que ministre au sein d'un gouvernement
intérimaire, je ne peux pas faire de grandes
promesses budgétaires. Dans un avenir proche, le
budget de l'aide judiciaire deviendra un point de
discussion, car le nombre d'affaires est en
augmentation constante. De plus, le gouvernement
précédent a relevé les seuils de revenus pour l'aide
judiciaire à partir du 1
er
janvier 2008, sans avoir
préalablement réservé les moyens financiers
nécessaires.
Les avocats sont généralement payés entre les
mois de mai et de juillet de l'année qui suit l'année
judiciaire au cours de laquelle ils ont effectué les
prestations. Le paiement ne peut en effet se faire
qu'une fois que les ordres ont communiqué toutes
les informations nécessaires relatives à une année
judiciaire déterminée, généralement en février.
Sachant cela, le délai de paiement ne paraît pas
exagéré outre mesure.
Le fait que les avocats doivent attendre longtemps
ne peut donc pas être imputé à de la lenteur
administrative, mais bien aux procédures de
contrôle interne qui ont été mises en place auprès
des barreaux. A cela s'ajoute encore le fait que
seules les affaires clôturées peuvent donner lieu à
paiement. Il se peut dès lors effectivement qu'un
avocat doive attendre plusieurs années avant d'être
payé.
12.03 Raf Terwingen (CD&V - N-VA): Wat de
minister zegt over de betalingstermijnen, is correct.
Misschien moeten die betalingswijzen en de
controles van de binnenkomende dossiers bij de
12.03 Raf Terwingen (CD&V - N-VA) : Ce que le
ministre dit à propos des délais de paiement est
exact. Ces méthodes de paiement et les contrôles
exercés sur les dossiers entrants devraient peut-
22/01/2008
CRABV 52
COM 072
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
balies blijven.
être être conservés au niveau des barreaux.
Uit ervaring weet ik dat er vaak zeer amateuristisch
gewerkt wordt in de bureaus voor juridische
bijstand. Blijkbaar is het tekort aan pro-
Deoadvocaten een plaatselijk probleem, zeker in
het arrondissement Tongeren.
Je sais par expérience que les bureaux
d'assistance juridique font souvent preuve d'un
grand amateurisme. Quant à la pénurie d'avocats
pro Deo, il s'agit visiblement d'un problème local,
certainement dans l'arrondissement de Tongres.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 12.30 uur.
La réunion publique de commission est levée à
12 h 30.