CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51 COM 1239
CRABV 51 COM 1239
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTÉRIEURES
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
mardi
dinsdag
13-03-2007
13-03-2007
Après-midi
Namiddag
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de M. Dirk Van der Maelen au ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique sur "la
transparence au sein de l'Office national du
Ducroire" (n° 14376)
1
Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel
en
Wetenschapsbeleid
over
"de
transparantie bij de Nationale Delcrederedienst"
(nr. 14376)
1
Orateurs: Dirk Van der Maelen, président du
groupe sp.a-spirit, Marc Verwilghen, ministre
de l'Économie, de l'Énergie, du Commerce
extérieur et de la Politique scientifique
Sprekers: Dirk Van der Maelen, voorzitter van
de sp.a-spirit-fractie, Marc Verwilghen,
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel en Wetenschapsbeleid
Question de M. Patrick Moriau au ministre des
Affaires étrangères sur "la construction d'un mur
le long de la frontière entre les États-Unis et le
Mexique" (n° 14094)
2
Vraag van de heer Patrick Moriau aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "de bouw van een
muur langsheen de grens tussen de Verenigde
Staten en Mexico" (nr. 14094)
2
Orateurs: Patrick Moriau, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Patrick Moriau, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Nahima Lanjri au ministre des
Affaires étrangères sur "la convention 45/158 des
Nations unies relative à la protection des droits
des travailleurs migrants et de leurs familles"
(n° 13920)
4
Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de UNO-
Conventie 45/158 over de rechten van migranten
en hun familieleden" (nr. 13920)
4
Orateurs: Nahima Lanjri, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Nahima Lanjri, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Questions jointes de
6
Samengevoegde vragen van
6
- Mme Annemie Turtelboom au ministre des
Affaires étrangères sur "le comportement de
certains dirigeants russes à l'égard des
homosexuels, lesbiennes et bisexuels" (n° 14031)
6
- mevrouw Annemie Turtelboom aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "de houding van
sommige Russische beleidsvoerders ten aanzien
van holebi's" (nr. 14031)
6
- M. Stijn Bex au ministre des Affaires étrangères
sur "les déclarations du maire de Moscou et du
président Poutine concernant les homosexuels,
lesbiennes et bisexuels" (n° 14054)
6
- de heer Stijn Bex aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de uitspraken van de
burgemeester van Moskou en president Poetin
ten aanzien van holebi's" (nr. 14054)
6
- M. Stijn Bex au ministre des Affaires étrangères
sur "la situation des homosexuels, lesbiennes et
bisexuels en Irak" (n° 14518)
6
- de heer Stijn Bex aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de situatie van de
holebi's in Irak" (nr. 14518)
6
Orateurs: Annemie Turtelboom, Stijn Bex,
Karel De Gucht, ministre des Affaires
étrangères
Sprekers: Annemie Turtelboom, Stijn Bex,
Karel De Gucht, minister van Buitenlandse
Zaken
Question de M. Patrick Moriau au ministre des
Affaires étrangères sur "la politique du
gouvernement de Bush en Iran" (n° 14103)
9
Vraag van de heer Patrick Moriau aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "het beleid van de
regering-Bush in Iran" (nr. 14103)
9
Orateurs: Patrick Moriau, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Patrick Moriau, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Brigitte Wiaux au ministre des
Affaires étrangères sur "l'action des Nations unies
et de l'Union européenne au Darfour" (n° 14198)
10
Vraag van mevrouw Brigitte Wiaux aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de actie
van de Verenigde Naties en de Europese Unie in
Darfour" (nr. 14198)
10
Orateurs: Brigitte Wiaux, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Brigitte Wiaux, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Hilde Dierickx au ministre des
12
Vraag van mevrouw Hilde Dierickx aan de
12
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Affaires étrangères sur "la libération de politiciens
enlevés en Colombie" (n° 14190)
minister van Buitenlandse Zaken over "de
bevrijding van ontvoerde politici in Colombia"
(nr. 14190)
Orateurs: Hilde Dierickx, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Hilde Dierickx, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Josée Lejeune au ministre des
Affaires étrangères sur "la résolution 1737"
(n° 14221)
13
Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister
van
Buitenlandse
Zaken
over
"resolutie 1737" (nr. 14221)
13
Orateurs: Josée Lejeune, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Josée Lejeune, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. Dirk Van der Maelen au ministre
des Affaires étrangères sur "l'incarcération de
Marie-Thérèse Nlandu" (n° 14375)
15
Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
gevangenschap van Marie-Thérèse Nlandu"
(nr. 14375)
15
Orateurs: Dirk Van der Maelen, président du
groupe sp.a-spirit, Karel De Gucht, ministre
des Affaires étrangères
Sprekers: Dirk Van der Maelen, voorzitter van
de sp.a-spirit-fractie, Karel De Gucht, minister
van Buitenlandse Zaken
Question de M. Dirk Van der Maelen au ministre
des Affaires étrangères sur "le respect des
principes du 'travail décent' dans le cadre des
négociations relatives à l'accord d'association
entre l'UE et l'Amérique centrale" (n° 14425)
16
Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
naleving van de principes van 'waardig werk' in de
onderhandelingen van het associatieakkoord
tussen de EU en Centraal-Amerika" (nr. 14425)
16
Orateurs: Dirk Van der Maelen, président du
groupe sp.a-spirit, Karel De Gucht, ministre
des Affaires étrangères
Sprekers: Dirk Van der Maelen, voorzitter van
de sp.a-spirit-fractie, Karel De Gucht, minister
van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Nathalie Muylle au ministre des
Affaires étrangères sur "le sort réservé à un
compatriote en Indonésie" (n° 14526)
17
Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het lot van
een landgenoot in Indonesië" (nr. 14526)
17
Orateurs: Nathalie Muylle, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Nathalie Muylle, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Questions jointes de
18
Samengevoegde vragen van
18
- Mme Nathalie Muylle au ministre des Affaires
étrangères sur "la position de la Belgique
concernant le bouclier antimissiles américain"
(n° 14548)
18
- mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de Belgische houding
ten
aanzien
van
het
Amerikaanse
antirakettenschild" (nr. 14548)
18
- M. Dirk Van der Maelen au ministre des Affaires
étrangères sur "la position de la Belgique
concernant le bouclier antimissiles" (n° 14588)
18
- de heer Dirk Van der Maelen aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "de Belgische
houding ten overstaan van het antirakettenschild"
(nr. 14588)
18
Orateurs: Nathalie Muylle, Dirk Van der
Maelen, président du groupe sp.a-spirit, Karel
De Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Nathalie Muylle, Dirk Van der
Maelen, voorzitter van de sp.a-spirit-fractie,
Karel De Gucht, minister van Buitenlandse
Zaken
Question de M. Philippe Monfils au ministre des
Affaires étrangères sur "la réaction provocatrice
de la Turquie suite à la décision du gouvernement
chypriote d'activer les procédures pour le forage
de pétrole et de gaz naturel dans sa zone
économique exclusive" (n° 14255)
20
Vraag van de heer Philippe Monfils aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
provocerende reactie van Turkije op de beslissing
van de Cypriotische regering om de procedures
voor het boren naar aardolie en aardgas in haar
exclusieve economische zone op te starten"
(nr. 14255)
20
Orateurs: Philippe Monfils, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Philippe Monfils, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. Philippe Monfils au ministre des
21
Vraag van de heer Philippe Monfils aan de
21
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
iii
Affaires étrangères sur "le non-respect de la
feuille de route par le nouveau gouvernement
palestinien" (n° 14502)
minister van Buitenlandse Zaken over "de
schending van het stappenplan door de nieuwe
Palestijnse regering" (nr. 14502)
Orateurs: Philippe Monfils, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Philippe Monfils, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Zoé Genot au ministre des
Affaires étrangères sur "l'emprisonnement au
Rwanda du professeur Idesbald Byabuze
Katabaruka, de l'Université Catholique de
Bukavu" (n° 14604)
22
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "de opsluiting in
Rwanda van professor Idesbald Byabuze
Katabaruka van de Université Catholique van
Bukavu" (nr. 14604)
22
Orateurs: Zoé Genot, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Zoé Genot, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES RELATIONS
EXTÉRIEURES
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
du
MARDI
13
MARS
2007
Après-midi
______
van
DINSDAG
13
MAART
2007
Namiddag
______
La réunion publique est ouverte à 14 h 06 sous la
présidence de M. Patrick Moriau.
De vergadering wordt geopend om 14.06 uur en
voorgezeten door de heer Patrick Moriau.
01 Question de M. Dirk Van der Maelen au
ministre de l'Économie, de l'Énergie, du
Commerce extérieur et
de
la
Politique
scientifique sur "la transparence au sein de
l'Office national du Ducroire" (n° 14376)
01 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Economie, Energie, Buitenlandse
Handel
en
Wetenschapsbeleid
over
"de
transparantie bij de Nationale Delcrederedienst"
(nr. 14376)
01.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Nombre
d'organisations non gouvernementales demandent
régulièrement à l'Office national du Ducroire (OND)
des informations sur sa politique. Elles ne reçoivent
bien souvent pas de réponse. L'OND enfreint dès
lors la loi du 11 avril 1994 relative à la publicité de
l'administration ainsi que les recommandations
environnementales de l'OCDE qui prévoient une
publicité
proactive
des
informations
environnementales significatives. L'OND publie
exclusivement des informations ex-ante et ex-post
sur certains projets si l'assuré donne son accord à
cette publicité. En ce qui concerne les dossiers en
sous-traitance, il n'y a pas la moindre publication.
L'OND estime que le contractant principal est
responsable en la matière.
Dans de nombreux cas, l'OND refuse de divulguer
des informations. Ainsi en décembre 2006, il a
refusé de répondre à l'organisation 11.11.11. à
propos de la politique menée en matière de droits
de l'homme. Ce manque de transparence est en
contradiction flagrante avec l'Action 2 du plan
d'action fédéral relative à la responsabilité sociétale
des entreprises.
Le ministre prendra-t-il des mesures pour améliorer
la publicité de l'information au sein de l'OND ? Est-il
prêt à demander un audit externe de l'OND, alors
qu'un tel audit a déjà été réalisé dans différents
01.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): De
Nationale Delcrederedienst (NDD) krijgt vanwege
niet-gouvernementele
organisaties
regelmatig
vragen om informatie over het gevoerde beleid. Bij
herhaling blijven de organisaties hierbij op hun
honger. Dit komt vanwege de NDD neer op een
inbreuk op de wet van 11 april 1994 op de
openbaarheid van bestuur evenals op de OESO-
milieuaanbevelingen,
die
een
proactieve
openbaarmaking van de relevante milieu-informatie
behelzen. De NDD publiceert uitsluitend ex-ante en
ex-postinformatie over bepaalde projecten, indien
de verzekerde hiertoe zijn toestemming verleent.
Over dossiers in onderaanneming wordt zelfs
helemaal niets gepubliceerd. De NDD gaat ervan uit
dat de verantwoordelijkheid hiervoor bij de
hoofdcontractant berust.
Er zijn heel wat gevallen van geweigerde
informatieverstrekking. Zo vertikte de NDD het om
in december 2006 een antwoord te geven aan
11.11.11 inzake het beleid van de NDD op het vlak
van mensenrechten. Dit gebrek aan transparantie
druist volledig in tegen Actie 2 van het federaal
actieplan
Maatschappelijk
Verantwoord
Ondernemen.
Zal de minister maatregelen treffen om de
openbaarmaking van informatie bij de NDD te
verbeteren? Is hij bereid een externe audit van de
NDD te laten uitvoeren, zoals dat al in verschillende
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
États membres de l'Union européenne ?
Europese lidstaten is gebeurd?
01.02
Marc
Verwilghen,
ministre
(en
néerlandais) : Pas moins de six ministres et
secrétaires d'État se partagent la tutelle du
Ducroire. Le problème spécifique évoqué par M.
Van der Maelen, à savoir la transparence, relève de
la compétence du secrétaire d'État aux Entreprises
publiques. Seul le volet où Finexpo est concerné
relève de ma compétence. Je prendrai contact avec
le secrétaire d'État aux Entreprises publiques dans
le but d'entreprendre une action coordonnée en vue
d'augmenter la transparence.
01.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): De
voogdij over de Nationale Delcrederedienst is
verspreid over zes ministers en staatssecretarissen.
Het specifieke probleem dat de heer Van der
Maelen aanhaalt, met name de transparantie,
behoort tot de bevoegdheid van de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven. Alleen het deel waarbij
Finexpo betrokken is, behoort tot mijn bevoegdheid.
Ik
zal
met
de
staatssecretaris
voor
Overheidsbedrijven contact opnemen om een
gecoördineerde actie te ondernemen met het oog
op het verhogen van de transparantie.
01.03 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Cette
réponse me surprend. Ce n'est pas la première fois
que je constate cette confusion dans le cadre de
questions concernant le Ducroire. Il faudra qu'en fin
de compte je pose la question au premier ministre
en personne. J'aurais apprécié que M. Verwilghen
me fasse savoir à l'avance que je devais en fait
adresser ma question à son collègue.
01.03 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Dit
antwoord verbaast me. Deze verwarring heb ik al
vaker moeten ervaren bij vragen over de NDD. Ik
zal ten langen leste de vraag moeten stellen aan de
premier zelf. Ik had het op prijs gesteld mocht
minister Verwilghen mij op voorhand hebben laten
weten dat mijn vraag eigenlijk aan zijn collega
moest gesteld worden.
01.04
Marc
Verwilghen,
ministre
(en
néerlandais) : M. Van der Maelen connaît tout de
même la loi. J'aurai pu me contenter de répondre
tout simplement que la matière relève de la
compétence de M. Tuybens. Je suis toutefois
disposé à prendre contact avec lui à propos de ce
problème.
01.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): De
heer Van der Maelen kent toch ook de wet? Ik had
me heel makkelijk van deze vraag af kunnen maken
door
zonder
meer
te
antwoorden
dat
staatssecretaris Tuybens verantwoordelijk is. Ik ben
echter bereid met hem over deze problematiek
contact op te nemen.
01.05 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Vous
auriez pu faire gagner du temps à tout le monde en
me contactant au préalable.
01.05 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): U had
uzelf, mij en de Kamer toch tijd kunnen besparen
door mij op voorhand te contacteren.
01.06
Marc
Verwilghen,
ministre
(en
néerlandais) : Je le ferai savoir à mes
collaborateurs.
Souvent,
les
membres
du
gouvernement sont informés bien tardivement des
questions qui leur sont adressées.
01.06 Minister Marc Verwilghen (Nederlands): Ik
zal dit aan mijn medewerkers laten weten. De
regering krijgt de te beantwoorden vragen vaak heel
laat.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La discussion des questions est suspendue de
14 h 12 à 14 h 32.
De behandeling van de vragen wordt geschorst van
14.12 uur tot 14.32 uur.
Présidente : Mme Brigitte Wiaux.
Voorzitter: mevrouw Brigitte Wiaux.
02 Question de M. Patrick Moriau au ministre des
Affaires étrangères sur "la construction d'un mur
le long de la frontière entre les États-Unis et le
Mexique" (n° 14094)
02 Vraag van de heer Patrick Moriau aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de bouw
van een muur langsheen de grens tussen de
Verenigde Staten en Mexico" (nr. 14094)
02.01 Patrick Moriau (PS) : Le 4 octobre 2006, le
président Bush a approuvé la construction, entre les
États-Unis et le Mexique, d'un mur de 1126 km,
constitué de barres d'acier de vingt centimètres et
02.01 Patrick Moriau (PS): Op 4 oktober 2006
heeft president Bush de bouw goedgekeurd van
een 1126 km lange muur tussen de Verenigde
Staten en Mexico die bestaat uit twintig centimeter
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
agrémenté de caméras, censeur terrestre, avions
sans pilote, et toutes les dernières technologies de
surveillance ; quinze cents gardes vont aussi
renforcer la patrouille des frontières.
Ce mur sera la plus grande construction humaine
après la Muraille de Chine ! Ressenti comme celui
de Berlin ou de Cisjordanie, ce projet suscite un
tollé dans l'opinion. Cet édifice est, par ailleurs,
illégal au regard des textes de l'Organisation des
États américains que les deux États ont ratifiés.
Je pense que seule la coopération permettra
d'assurer la sécurité transfrontalière et les flux
migratoires. Un mur ne peut arrêter le terrorisme, la
criminalité, l'immigration, le passage de drogues,
car aucun obstacle n'arrête la faim ! En outre, les
problèmes de migration ne peuvent être réduits à
des questions de sécurité, mais doivent s'insérer
dans l'accord de marché régional.
Quelle est la position de la Belgique sur le sujet ?
dikke stalen staven en voorzien is van camera's,
sensoren op de grond, onbemande vliegtuigen, en
alle nieuwste snufjes op het gebied van de
bewakingstechnologie; de grenspatrouilles zullen
bovendien versterking krijgen van vijftienhonderd
bewakers.
Die muur zal het grootste menselijk bouwwerk zijn
ooit na de Chinese Muur! Dat project wekt dezelfde
gevoelens op als de Berlijnse Muur en de muur op
de Westelijke Jordaanoever en veroorzaakt luid
protest bij de publieke opinie. Dat bouwsel is
trouwens onwettig in het licht van de teksten van de
Organisatie van Amerikaanse Staten die door beide
landen werden geratificeerd.
Ik denk dat men enkel via samenwerking de
veiligheid over de grenzen heen kan garanderen en
de migratiestromen in de hand kan houden. Een
muur kan terrorisme, criminaliteit en drugssmokkel
niet tegenhouden, want geen enkel obstakel is te
hoog voor mensen die honger hebben! Bovendien
kunnen de migratieproblemen niet worden herleid
tot louter veiligheidskwesties, maar moet de aanpak
ervan worden ingebed in de overeenkomst
betreffende de regionale markt.
Wat is het standpunt van België dienaangaande?
02.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : Le
président des États-Unis a en effet signé une loi qui
renforce la sécurité des frontières et autorise la
construction d'un mur sur la frontière entre les
États-Unis et le Mexique.
Mais il ne faut pas déduire de cette autorisation de
construction du mur qu'il sera bien construit !
L'exécution
poserait
d'énormes
problèmes
techniques, logistiques et budgétaires. En outre,
cette législation a été votée par une majorité
républicaine au Congrès et la nouvelle majorité
démocrate y est opposée.
Le président Bush lui-même n'est pas en faveur de
ce mur. Il a émis des propositions de réforme de la
politique d'immigration, tenant compte des besoins
de sécurité mais aussi des aspects humains,
sociaux et économiques. Dans son « State of the
Union » du 23 janvier, il a réitéré sa volonté en la
matière.
Avec douze millions d'immigrés illégaux mexicains,
sans compter ceux des autres pays d'Amérique
latine, le problème pour les USA est énorme et
complexe. Les pays originaires des immigrants
illégaux
devraient
aussi
assumer
leurs
responsabilités, en développant des politiques
02.02 Minister Karel De Gucht (Frans): De
president van de Verenigde Staten heeft inderdaad
een wet ondertekend die de beveiliging van de
landsgrenzen versterkt en de toestemming verleent
om een muur langs de Amerikaans-Mexicaanse
grens te bouwen.
Maar het is niet omdat er toelating wordt gegeven
om die muur te bouwen dat die er ook werkelijk
komt! De bouw zou op enorme technische,
logistieke en budgettaire problemen stuiten.
Bovendien werd die wet in het Congres door een
republikeinse meerderheid aangenomen en is de
nieuwe democratische meerderheid ertegen gekant.
President Bush is zelf geen voorstander van die
muur. Hij heeft een aantal voorstellen gelanceerd
om het immigratiebeleid te hervormen, waarbij
rekening
wordt
gehouden
met
veiligheidsoverwegingen, maar ook met menselijke,
sociale en economische aspecten. In zijn "State of
the Union" van 23 januari heeft hij zijn plannen ter
zake herhaald.
Met niet minder dan 12 miljoen illegale Mexicaanse
immigranten zonder die uit andere Latijns-
Amerikaanse landen te rekenen staan de
Verenigde Staten voor een enorme en complexe
uitdaging. De landen waar de illegale immigranten
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
pouvant réduire les pressions migratoires.
Les autorités américaines et mexicaines sont
conscientes de la nécessité de travailler ensemble
sur ce problème, qui est à l'agenda des
consultations entre les deux pays. Nous les
encourageons à rechercher des solutions durables
et équitables.
vandaan
komen,
moeten
ook
hun
verantwoordelijkheid nemen door een beleid te
voeren dat de migratiedruk kan doen afnemen.
De Amerikaanse en Mexicaanse overheden weten
dat ze dat probleem gezamenlijk moeten
aanpakken. Het staat trouwens op de agenda van
de overlegrondes tussen beide landen. We sporen
hen aan om duurzame en billijke oplossingen te
vinden.
02.03 Patrick Moriau (PS) : On condamne parfois
bien plus rapidement d'autres murs que celui-là,
dont la communauté internationale n'a pas l'air de
se préoccuper. Quelle est la position de la Belgique
en la matière ? Y est-on opposé, allons-nous
élaborer une résolution, au moins au niveau
européen ? Pourquoi ne pas dénoncer cette entrave
à la libre circulation et aux droits de l'homme ?
Comment des pays bâtis sur une politique de
l'immigration forte peuvent-ils adopter une attitude
hostile envers l'immigration ? En outre, on n'hésite
pas à recruter de jeunes Mexicains illégaux pour les
envoyer en Irak !
02.03 Patrick Moriau (PS): Er zijn andere muren
die men soms veel makkelijker veroordeelt, maar
over deze muur maakt de internationale
gemeenschap zich blijkbaar geen zorgen. Wat is
het Belgische standpunt ter zake? Zijn we ertegen,
zullen we een resolutie uitvaardigen, tenminste op
Europees niveau? Waarom verzetten we ons niet
openlijk tegen die inperking van het vrije verkeer en
die schending van de mensenrechten?
Hoe
kunnen
landen
die
op
een
actief
immigratiebeleid zijn gestoeld, een vijandige
houding ten aanzien van de immigratie aannemen?
Bovendien heeft men er geen probleem mee om
jonge illegalen uit Mexico te rekruteren en ze
vervolgens naar Irak te sturen!
02.04 Karel De Gucht, ministre (en français) : Je
ne crois pas avoir dit que j'étais favorable à ce mur ;
selon moi, ce n'est pas le moyen approprié.
Néanmoins, on ne peut dire qu'il y a entrave à la
libre circulation, car elle n'existe pas entre les États-
Unis et le Mexique !
Une résolution pour condamner un mur qui ne sera
probablement jamais construit (il n'y a plus de
majorité au Congrès et le président y est opposé),
cela me semble exagéré !
02.04 Minister Karel De Gucht (Frans): Ik meen
niet te hebben gezegd dat ik een voorstander van
die muur ben; volgens mij is dat niet de juiste
manier. Desondanks mag men niet beweren dat het
vrije verkeer wordt belemmerd, aangezien er tussen
de Verenigde Staten en Mexico geen vrij verkeer
bestaat!
Het lijkt me evenwel overdreven om een resolutie
uit te vaardigen tegen een muur die waarschijnlijk
nooit zal worden gebouwd (er is geen meerderheid
meer voor in het Congres en de president is
ertegen)!
L'incident est clos.
Président : M. Hendrik Daems.
Het incident is gesloten.
Voorzitter: Hendrik Daems.
03 Question de Mme Nahima Lanjri au ministre
des Affaires étrangères sur "la convention 45/158
des Nations unies relative à la protection des
droits des travailleurs migrants et de leurs
familles" (n° 13920)
03 Vraag van mevrouw Nahima Lanjri aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de UNO-
Conventie 45/158 over de rechten van migranten
en hun familieleden" (nr. 13920)
03.01 Nahima Lanjri (CD&V) : Le 18 décembre
1990, l'Assemblée Générale des Nations Unies a
approuvé la convention sur la protection des droits
des travailleurs migrants et des membres de leur
famille. Cette convention est entrée en vigueur le
1er juillet 2003. Elle a été ratifiée par 34 pays, mais
03.01 Nahima Lanjri (CD&V): Op 18 december
1990 keurde de Algemene Vergadering van de VN
de conventie voor de rechten van migranten en hun
familieleden goed. Deze conventie trad in werking
op 1 juli 2003. Ze werd door 34 landen geratificeerd,
doch niet door België.
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
pas par la Belgique.
Le gouvernement ratifiera-t-il cette convention ?
Dans l'affirmative, quand ? Dans la négative,
pourquoi ?
Zal de regering deze conventie ratificeren?
Wanneer? Zo neen, waarom niet?
03.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais):
Si la Belgique et l'UE n'ont pas ratifié cette
convention, c'est pour des raisons liées aux
compétences
communautaires
européennes
partielles et à des problèmes de droit interne. En ce
qui concerne la Belgique, le problème se situe au
niveau des articles 27 § 2 et 52 § 3 de la
convention.
Le
premier
article
prévoit
le
remboursement des cotisations versées par les
travailleurs migrants, alors que notre système de
sécurité sociale repose sur le principe de la
solidarité. L'autre article stipule que les travailleurs
migrants titulaires d'un permis de travail temporaire
disposent d'un délai de maximum deux ans à
compter de la délivrance de ce dernier pour choisir
librement leur activité rémunérée sur le marché du
travail. Cette disposition est contraire à la législation
belge actuelle.
La convention des Nations Unies n'a pas été ratifiée
par la Belgique en raison des similitudes entre ces
dispositions et la convention 143 de l'OIT sur les
travailleurs migrants. Le Traité d'Amsterdam a
également accordé certaines compétences en
matière d'asile et de migration à l'UE et depuis
plusieurs organes de l'UE y travaillent. L'éventuelle
ratification dépendra donc
d'une approche
européenne modificative du problème.
03.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands):
België en de EU hebben de conventie niet
geratificeerd wegens de gedeeltelijk Europese
communautaire bevoegdheden en problemen van
intern recht. Voor België zijn de artikelen 27 § 2 en
52 § 3 van de conventie een probleem. Het eerste
artikel voorziet in de terugbetaling van de door de
arbeidsmigranten gestorte bijdragen, terwijl het
Belgische socialezekerheidssysteem stoelt op het
principe van de solidariteit. Het andere artikel
bepaalt dat de arbeidsmigranten met een tijdelijke
arbeidskaart het recht hebben hun betaalde
activiteit vrij te kiezen op de arbeidsmarkt uiterlijk
binnen de twee jaar na de afgifte van de
arbeidskaart. Dit is in strijd met de huidige
Belgische wetgeving.
Omwille van overeenkomsten tussen die bepalingen
en de conventie 143 van de IAO over migranten
werd de VN-conventie door België niet geratificeerd.
Bovendien kende het Verdrag van Amsterdam
bepaalde bevoegdheden inzake asiel en migratie
aan de EU toe en sindsdien werken verschillende
EU-organen daaraan. Een eventuele ratificatie zal
dus afhangen van een Europese en wijzigende
benadering van de problematiek.
03.03 Nahima Lanjri (CD&V) : Cette réponse
appelle de nouvelles questions. La Convention
s'applique à tous les travailleurs migrants,
indépendamment du fait qu'elle ait été ratifiée ou
non. L'Union européenne cherche-t-elle une
solution aux problèmes et la Belgique y a-t-elle déjà
contribué ?
03.03 Nahima Lanjri (CD&V): Dit antwoord roept
nieuwe vragen op. De Conventie is van toepassing
op alle arbeidsmigranten, onafhankelijk van het feit
of ze al dan niet werd geratificeerd. Zoekt de EU
een oplossing voor de problemen en heeft België
daaraan al een bijdrage geleverd?
03.04 Karel De Gucht ministre (en néerlandais) :
À la suite du traité d'Amsterdam, c'est l'Union
européenne et non les États membres
individuellement qui est chargée de la ratification,
car il s'agit de compétences européennes. La
Convention des Nations Unies ne le permet
toutefois pas.
03.04 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Als
gevolg van het verdrag van Amsterdam is het de
EU - en niet de lidstaten afzonderlijk - die de
conventie moet ratificeren, omdat het over
Europese bevoegdheden gaat. De VN-conventie
maakt dat echter niet mogelijk.
En outre, la signature de la convention poserait
également des problèmes au niveau de la
législation belge puisqu'elle dispose que les
cotisations sociales doivent être remboursées
lorsqu'une personne s'établit dans un autre pays ou
regagne son pays d'origine. Le principe qui veut
qu'on emporte avec soi ses cotisations n'est pas
Daarnaast zou het ondertekenen van de conventie
ook voor problemen zorgen in de Belgische
wetgeving. De conventie bepaalt namelijk dat de
sociale bijdragen terugbetaald moeten worden
wanneer iemand naar een ander land verhuist of
teruggaat
naar
het
herkomstland.
Dat
meeneemprincipe is niet eenvoudig om te zetten in
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
aisément transposable en droit belge, en raison tout
particulièrement de la hausse attendue du nombre
de travailleurs migrants.
L'article 52 de la convention dispose qu'une
personne peut choisir librement sa profession dès
qu'elle séjourne depuis deux ans dans un pays. La
Belgique prépare actuellement la libéralisation du
marché du travail pour les travailleurs étrangers qui
bénéficieront dans ce cadre de droits moins
étendus que ceux prévus par la convention. Cette
situation pose bien entendu quelques problèmes.
Par ailleurs, certains pays ratifient cette convention
sans pour autant l'appliquer intégralement, une
option qui ne s'offre pas à la Belgique. Dans notre
pays, la signature d'une convention a pour effet
qu'elle fait partie intégrante du droit interne et que
l'application de chacune de ses dispositions peut
être obtenue en justice. Une telle situation poserait
des problèmes considérables, notamment en ce qui
concerne la possibilité d'emporter ses cotisations
sociales lorsqu'on déménage. Il convient dès lors
de régler ces questions internes avant de pouvoir
signer la convention.
Belgisch recht, zeker niet omdat er algemeen
verwacht wordt dat de arbeidsmigratie nog zal
toenemen.
Artikel 52 van de conventie bepaalt dat wie twee
jaar in een land verblijft, vrij mag kiezen welk
beroep hij of zij wil uitoefenen. Ons land bereidt
momenteel de vrijmaking van de arbeidsmarkt voor
buitenlandse werknemers voor. Daarbij zullen
buitenlandse werknemers minder rechten krijgen
dan wat de conventie bepaalt. Dat zorgt uiteraard
voor problemen.
Er zijn ook landen die de conventie ratificeren, maar
ze dan niet volledig toepassen. In België kan dat
niet. Als wij een conventie ondertekenen, dan
betekent dat die integraal deel uitmaakt van ons
intern recht en dat elke bepaling erin afdwingbaar is
voor een Belgische rechtbank. Onder meer wat
betreft het meeneemprincipe van sociale bijdragen
zou dat een enorm probleem betekenen. Voor we
de conventie kunnen ondertekenen, moeten dus
eerst deze interne vraagstukken worden opgelost.
03.05 Nahima Lanjri (CD&V) : L'incertitude était
grande sur le terrain. Je comprends à présent
pourquoi nous sommes dans une impasse.
03.05 Nahima Lanjri (CD&V): Er bestond hierover
heel wat onzekerheid op het terrein. Nu begrijp ik
waarom we in een impasse zitten.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
04 Questions jointes de
- Mme Annemie Turtelboom au ministre des
Affaires étrangères sur "le comportement de
certains dirigeants russes à l'égard des
homosexuels, lesbiennes et bisexuels" (n° 14031)
- M. Stijn Bex au ministre des Affaires étrangères
sur "les déclarations du maire de Moscou et du
président Poutine concernant les homosexuels,
lesbiennes et bisexuels" (n° 14054)
- M. Stijn Bex au ministre des Affaires étrangères
sur "la situation des homosexuels, lesbiennes et
bisexuels en Irak" (n° 14518)
04 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Annemie Turtelboom aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "de houding van
sommige Russische beleidsvoerders ten aanzien
van holebi's" (nr. 14031)
- de heer Stijn Bex aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de uitspraken van de
burgemeester van Moskou en president Poetin
ten aanzien van holebi's" (nr. 14054)
- de heer Stijn Bex aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de situatie van de
holebi's in Irak" (nr. 14518)
04.01 Annemie Turtelboom (VLD) : Lors de sa
conférence de presse annuelle, le président russe,
M. Poutine, a déclaré que les holebis constituaient
un problème démographique. Le bourgmestre de
Moscou, M. Joeri Loesjkov, a interdit une
manifestation de la Gay Pride, en la qualifiant de
défilé satanique. Il s'en est également pris aux pays
européens qui ont instauré une forme de mariage
homosexuel. Plusieurs activistes holebis de Moscou
ont intenté une procédure civile auprès de la Cour
européenne des droits de l'homme, à Strasbourg.
04.01 Annemie Turtelboom (VLD): In zijn
jaarlijkse persconferentie zei de Russische
president Poetin dat holebi's een demografisch
probleem vormen. De burgemeester van Moskou,
Joeri Loesjkov, verbood een manifestatie van de
Gay Pride en verklaarde dat dergelijke optochten
satanisch zijn. Tevens haalde hij uit naar Europese
landen die een vorm van homohuwelijk hebben
ingevoerd. Een aantal holebi-activisten uit Moskou
heeft een burgerlijke rechtzaak aangespannen bij
het Europees Hof van de Mensenrechten in
Straatsburg.
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
Que pense le ministre des déclarations du
bourgmestre de Moscou et de l'interdiction qu'il a
prononcée à l'égard de la Gay Pride ? Est-il
interpellé par les propos tenus à l'égard du mariage
homosexuel et comment y réagit-il ? Compte-t-il
interpeller la Russie à ce sujet ? Plaidera-t-il en
faveur d'initiatives visant à promouvoir l'acceptation
de l'homosexualité en Russie ?
Hoe staat de minister tegenover de uitspraken van
de burgemeester van Moskou en zijn verbod op de
Gay Pride? Voelt hij zich aangesproken door de
uithaal naar het homohuwelijk en hoe reageert hij
daarop? Zal hij Rusland hierover aanspreken? Zal
hij erop aandringen om initiatieven te nemen die de
aanvaarding van homoseksualiteit in Rusland
bevorderen?
04.02 Stijn Bex (sp.a-spirit) : J'ai, précédemment
déjà, posé des questions à propos de la violation
des droits des holebis en Pologne, en Russie et en
Irak. Le ministre avait annoncé qu'il interviendrait.
En ce qui concerne la situation des holebis en
Russie, je me rallie aux questions de Mme
Turtelboom.
Ce problème a-t-il été abordé lors de la rencontre
entre le premier ministre, M. Verhofstadt, et le
président Poutine ?
04.02 Stijn Bex (sp.a-spirit): In het verleden stelde
ik reeds vragen over de schending van de rechten
van holebi's in Polen, Rusland en Irak. De minister
antwoordde toen dat hij ertegen zou optreden. Wat
betreft de situatie van de holebi's in Rusland sluit ik
mij aan bij de vragen van mevrouw Turtelboom.
Is deze problematiek aan bod gekomen tijdens de
ontmoeting van premier Verhofstadt met president
Poetin?
Le 20 janvier, les autorités irakiennes ont fait savoir
qu'elles rejetaient les directives des Nations Unies
visant la protection des droits de l'homme et des
holebis en raison du fait que l'homosexualité est
inacceptable. Répondant à plusieurs questions
écrites relatives à un rapport de l'ONU qui révélait
qu'un grand nombre d'homosexuels étaient tués ou
enlevés en Irak, le ministre avait indiqué qu'il
condamnait ces pratiques et qu'il tenterait d'en
parler avec des responsables politiques irakiens. Sa
volonté déclarée était en outre que notre pays
continue à faire pression auprès de ses partenaires
de l'UE afin que les accords de coopération
comprennent également des clauses politiques
contraignantes au plan juridique. Entre-temps, la
situation en Irak ne s'est toujours pas améliorée.
Quel est le point de vue du gouvernement belge ?
Où en est-on dans les mesures qui avaient été
annoncées ? Quelles initiatives la Belgique compte-
t-elle prendre en tant que membre du Conseil de
sécurité des Nations Unies ?
Op 20 januari liet de Iraakse overheid weten dat het
de VN-richtlijnen voor de bescherming van de
mensenrechten en van holebi's naast zich neer legt,
omdat homoseksualiteit onaanvaardbaar is. Na
schriftelijke vragen over een VN-rapport, waaruit
bleek dat er in Irak veel homo's werden vermoord
en ontvoerd, antwoordde de minister dat hij deze
praktijken veroordeelt en dat hij zou trachten om
hierover te spreken met Irakese gezagdragers. Ook
zou ons land er bij de EU-partners op blijven
aandringen dat samenwerkingsovereenkomsten
ook juridisch afdwingbare politieke clausules
zouden bevatten. De situatie in Irak is nog steeds
niet verbeterd.
Wat is het standpunt van onze regering? Wat is de
stand van zaken over de aangekondigde
maatregelen? Welke stappen zal België als lid van
de VN-veiligheidsraad ondernemen?
04.03 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Les commentaires entendus à propos de la Gay
Pride, son interdiction par le maire de Moscou et les
déclarations du président Poutine m'ont étonné et
vont tout à fait à l'encontre de mes convictions en la
matière. Même si l'homosexualité n'est plus
punissable depuis treize ans au regard de la
législation russe, les droits des holebis y sont
encore et toujours bafoués.
Ces incidents ont été évoqués au cours de
discussions entre l'UE et la Russie, et notamment le
ministère russe des Affaires étrangères. La
Belgique soutient l'approche du Conseil de l'Europe
04.03 Minister Karel De Gucht (Nederlands): De
uitspraken over de Gay Pride, het verbod erop door
de burgemeester van Moskou en de uitspraken van
president Poetin hebben me verbaasd en staan
haaks op mijn overtuigingen hierover. Hoewel de
Russische strafwetgeving homoseksualiteit al
dertien jaar niet meer strafbaar stelt, worden de
rechten van holebi's er nog steeds geschonden.
Tijdens de dialogen tussen de EU en Rusland
werden deze incidenten aangekaart bij het
Russische ministerie van Buitenlandse Zaken.
België steunt de benadering van de Raad voor
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
en matière de lutte contre la discrimination.
L'interdiction de toute discrimination sur la base de
l'orientation sexuelle fait partie des premiers critères
d'adhésion à l'UE (critères de Copenhague). La
Commission continue à veiller au respect de ces
conditions.
La Belgique joue un rôle de pionnier dans la lutte
contre l'intolérance et doit continuer à oeuvrer en ce
sens. Les propos venimeux du maire de Moscou à
propos du mariage homosexuel sont moralement
condamnables. Les pays qui se passent de telles
reconnaissances légales sont clairement moins
avancés dans leur processus d'évolution.
Lors de la visite du premier ministre Verhofstadt au
président Poutine, il n'a pas été question des
déclarations de ce dernier à l'encontre des holebis,
mais bien du respect des droits de l'homme en
général.
Europa bij de bestrijding van discriminatie. Het
verbod op discriminatie op grond van seksuele
geaardheid is vervat in het eerste van de EU-
toetredingscriteria van Kopenhagen. De Commissie
blijft waken over de naleving hiervan.
België speelt een voortrekkersrol in de bestrijding
van onverdraagzaamheid en moet dit ook blijven
doen. De uithaal van de burgemeester van Moskou
naar het homohuwelijk is moreel verwerpelijk.
Landen die dergelijke wettelijke erkenningen
ontberen, staan duidelijk minder ver in hun
evolutieproces.
Tijdens het bezoek van premier Verhofstadt aan
president Poetin werd niet gesproken over zijn
uitspraken tegen de holebi's, maar wel over respect
voor de mensenrechten in het algemeen.
Si l'article 14 de la constitution irakienne interdit
formellement toute forme de discrimination, la
discrimination sur la base de singularités sectaires
ou politiques n'en reste pas moins un phénomène
largement répandu.
L'article 2 de cette même constitution interdit toute
loi contraire à la doctrine islamique. Bien que
l'homosexualité et la transsexualité ne soient pas
explicitement mentionnées, il est à craindre que des
poursuites soient menées sur la base des
comportements sexuels individuels. Le droit pénal
irakien
rend
punissables
les
pratiques
homosexuelles
entre
adultes.
Quant
aux
lesbiennes, elles feraient toujours l'objet d'une
fatwa.
La Belgique continue inlassablement d'oeuvrer en
faveur du respect des droits universels de la
personne humaine, en tant que membre non
permanent du Conseil de sécurité comme dans les
contacts bilatéraux. Les poursuites exercées à
l'encontre des homosexuels constituent un des
sujets du dialogue politique entre l'UE et l'Irak. Nous
demandons instamment à nos partenaires d'insérer
dans les accords commerciaux et de collaborations
des clauses relatives aux droits de l'homme.
Artikel 14 van de Iraakse grondwet verbiedt
uitdrukkelijk elke vorm van discriminatie. Toch blijft
discriminatie op basis van sektarische of politieke
verschillen een wijdverspreid fenomeen.
Artikel 2 bepaalt dat geen wetten kunnen worden
goedgekeurd die indruisen tegen de leer van de
Islam. Hoewel homoseksualiteit en transseksualiteit
niet expliciet worden vermeld, is vervolging op basis
van individuele seksuele geaardheid te vrezen.
Homoseksuele handelingen tussen volwassenen
zijn volgens het Iraakse strafrecht strafbaar. Tegen
lesbiennes zou nog steeds een fatwa gelden.
België blijft zich onverkort inzetten voor de
eerbiediging van de universele rechten van de
mens, zowel als niet-permanent lid van de VN-
veiligheidsraad als in bilaterale contacten. De
vervolging van homoseksuelen is een onderwerp in
de politieke dialoog tussen de EU en Irak. Wij
dringen er bij onze partners op aan clausules over
mensenrechten
in
handels-
en
samenwerkingsakkoorden op te nemen.
04.04 Annemie Turtelboom (VLD) : Je me félicite
de ce que le ministre rejette résolument de telles
pratiques. La discrimination sur la base des
comportements sexuels est inacceptable. La
Belgique et l'UE doivent jouer en l'espèce un rôle
moteur et faire de cette question une des
préoccupations majeures.
04.04 Annemie Turtelboom (VLD): Het is goed
dat de minister dergelijke praktijken duidelijk
verwerpt. Discriminatie op basis van geaardheid
kan niet. België en de EU moeten een
voortrekkersrol spelen om deze problematiek hoog
op de agenda te plaatsen.
04.05 Stijn Bex (sp.a-spirit) : Il faut se réjouir de ce 04.05 Stijn Bex (sp.a-spirit): Het is een goede
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
que ce dossier retienne l'attention du ministre. Je
me demande s'il ne serait pas opportun que la
Belgique émette un signal fort lors de rencontres
entre responsables politiques.
Intervenir en Irak ne vas pas de soi pour la
Belgique. Mais nous devons dénoncer la situation,
encore et encore. Je me demande si des
discussions avec les Américains qui ont la
possibilité d'intervenir dans le pays lui-même -
pourraient porter des fruits.
zaak dat de problematiek op aandacht van de
minister kan rekenen. Ik vraag me af of het niet
goed zou zijn dat België Rusland een krachtig
signaal zou geven op het moment dat leiders elkaar
ontmoeten.
Ingrijpen in Irak is vanuit België inderdaad niet
evident. Toch moeten we het probleem aan de kaak
blijven stellen. Ik vraag me af of gesprekken met de
Amerikanen iets zouden kunnen opleveren. Zij
kunnen immers in het land zelf optreden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. Patrick Moriau au ministre des
Affaires étrangères sur "la politique du
gouvernement de Bush en Iran" (n° 14103)
05 Vraag van de heer Patrick Moriau aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het beleid
van de regering-Bush in Iran" (nr. 14103)
05.01 Patrick Moriau (PS) : Depuis des semaines,
je reçois des informations sur les nouvelles
manoeuvres militaires américaines dans le Golfe.
Relayés par Le Nouvel Observateur, ces indices
font craindre un « Irak bis ».
Ainsi, John Rockefeller, président de la commission
des Renseignements du Sénat américain, a confié
au New York Times qu'il était très inquiet sur les
plans de la Maison Blanche concernant l'Iran. Le
colonel Gardiner, qui suit le développement des
Forces américaines dans le Golfe persique, a
expliqué que chaque fois que des porte-avions ont
été déplacés dans la région, ce qui est le cas, ils
précédaient un bombardement. Lors de la
présentation du nouveau plan de bataille en Irak,
Bush a annoncé le déploiement de batteries
antimissile Patriot, alors que les insurgés irakiens
ne disposent pas de missiles. On peut ajouter la
nomination de l'amiral William Fallon dans la région,
alors que la guerre en Irak est purement terrestre.
Enfin, le nombre de sous-marins américains dans la
région augmente et la base aérienne d'Incirlik
(Turquie), proche de l'Iran, tourne à plein régime.
Bien que le président Bush répète que tout cela
n'est qu'intimidation pour contraindre l'Iran à ne plus
soutenir les milices chiites en Irak et à se montrer
plus souple sur le dossier nucléaire, nombre
d'hommes politiques américains pensent que Bush
a décidé d'en finir avec la menace iranienne et veut
« débarrasser l'Occident du diable Ahmadinejad ».
Quelle est votre position à ce sujet ? Confirmez-
vous ces manoeuvres militaires ? Comment les
interprétez-vous, surtout au niveau européen ? Est-
ce vraiment de l'intimidation ou de réels préparatifs
de frappe ?
05.01 Patrick Moriau (PS): Sedert verscheidene
weken krijg ik informatie over de nieuwe
Amerikaanse militaire manoeuvres in de Golf. Deze
aanwijzingen uit Le Nouvel Observateur doen
vrezen voor een "Irak bis".
Zo vertrouwde John Rockefeller, voorzitter van de
Inlichtingencommissie van de Amerikaanse Senaat,
de New York Times toe dat hij zich veel zorgen
maakt over de plannen van het Witte Huis met
betrekking tot Iran. Kolonel Gardiner, die de
ontplooiing van de Amerikaanse strijdkrachten in de
Perzische Golf volgt, verklaarde dat elke keer dat
vliegdekschepen in de regio werden verplaatst, wat
nu het geval is, een bombardement volgde. Bij de
voorstelling van het nieuwe strijdplan in Irak
kondigde Bush aan dat er Patriot-antiraketbatterijen
zouden worden ingezet terwijl de Irakese
opstandelingen niet over raketten beschikken. Voeg
hieraan dan nog de benoeming van admiraal
William Fallon in de regio toe terwijl de oorlog in
Irak een zuivere grondoorlog is. Ten slotte neemt
het aantal Amerikaanse duikboten in de regio toe en
draait de luchtmachtbasis van Incirlik (Turkije),
kortbij Iran, op volle toeren.
Hoewel president Bush herhaalt dat dit alles slechts
intimidatie is om Iran ertoe te dwingen de sjiitische
milities in Irak niet langer te steunen en zich
soepeler op te stellen in het nucleaire dossier, zijn
tal van Amerikaanse politici van oordeel dat Bush
beslist heeft een einde te maken aan de Iraanse
bedreiging en dat hij "het Westen wil verlossen van
de duivel Ahmadinejad".
Wat is uw standpunt ter zake? Bevestigt u deze
militaire manoeuvres? Hoe interpreteert u ze, vooral
op Europees niveau? Gaat het werkelijk om
intimidatie of zijn dit voorbereidingen voor een
aanval?
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
05.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : Je
suis en effet informé du déploiement de forces
américaines supplémentaires dans le Golfe arabo-
persique et de batteries antimissile chez certains
alliés des États-Unis. Ces développements
coïncident avec un discours musclé des États-Unis
sur les ambitions nucléaires iraniennes et le rôle de
Téhéran dans la région.
Le président Bush, dans son exposé de la nouvelle
stratégie américaine en Irak, le 10 janvier dernier, a
mis en garde l'Iran contre toute ingérence en Irak et
a promis d'empêcher les réseaux pro-iraniens d'agir
en Irak.
Je comprends donc votre inquiétude, mais je
souligne que la perspective d'une éventuelle action
militaire des États-Unis contre l'Iran suscite
l'hostilité de la majorité des Américains et que
l'Union européenne y est opposée.
Dans le dossier nucléaire iranien, la position de
l'Union européenne et donc de la Belgique, se
fonde sur la résolution 1737 du Conseil de sécurité
des Nations unies du 23 décembre 2006, qui
prévoit, en l'absence de suspension par Téhéran de
son enrichissement en uranium, une démarche de
sanctions mais pas une intervention militaire.
05.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Ik werd
inderdaad op de hoogte gebracht van het inzetten
van bijkomende Amerikaanse troepen in de
Arabisch-Perzische
Golf
en
van
raketafweersystemen bij een aantal bondgenoten
van de Verenigde Staten. Die ontwikkelingen vallen
samen met de gespierde taal van de VS over de
nucleaire ambities van Iran en de rol van Teheran in
de regio.
In zijn uiteenzetting over de nieuwe Amerikaanse
strategie in Irak op 10 januari jongstleden heeft
president Bush Iran gewaarschuwd zich niet in de
Iraakse aangelegenheden in te mengen en heeft hij
beloofd ervoor te zorgen dat pro-Iraanse netwerken
in Irak geen voet aan de grond zouden krijgen.
Ik begrijp derhalve uw ongerustheid, maar ik wijs
erop dat de meerderheid van de Amerikanen
vijandig staat tegen een eventuele militaire actie van
de Verenigde Staten tegen Iran en dat de Europese
Unie ertegen gekant is.
In het Iraanse nucleaire dossier berust het
Europese en dus ook het Belgische standpunt op
resolutie 1737 van 23 december 2006 van de
Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, die
bepaalt dat tegen Iran sancties kunnen worden
genomen wanneer het de productie van verrijkt
uranium niet opschort, maar die niet in een militair
ingrijpen voorziet.
05.03 Patrick Moriau (PS) : Il est vrai qu'il n'y a
pas de soutien de l'opinion publique à une
intervention en Irak, que le président Bush est
impopulaire, et qu'il y a une majorité démocrate au
Congrès, opposée à l'intervention en Irak.
Néanmoins, 21.500 soldats ont été envoyés sur le
terrain. Je ne tiens pas à rouvrir le débat sur l'Irak
mais j'ai le sentiment de revivre les mêmes
moments. On verra !
05.03 Patrick Moriau (PS): Het klopt dat de
publieke opinie niet achter een militair optreden in
Irak staat, dat Bush niet populair is en dat in het
Congres de democraten de meerderheid uitmaken,
die tegen het optreden in Irak gekant zijn. Er
werden echter 21.500 soldaten ter plaatse gestuurd.
Ik wens het debat over Irak niet te heropenen, maar
ik heb het gevoel dat ik dit al eerder heb
meegemaakt. De toekomst zal het uitwijzen!
05.04 Karel De Gucht, ministre (en français) : Mon
opinion personnelle est que les États-Unis ne
lanceront pas une attaque militaire contre l'Iran.
Cette opinion se base sur les entretiens que j'ai eus
avec des protagonistes de ce dossier.
05.04 Minister Karel De Gucht
(Frans):
Persoonlijk denk ik dat de Verenigde Staten geen
militaire aanval tegen Irak zullen lanceren. Dat
standpunt is gebaseerd op mijn gesprekken met
belangrijke actoren in dit dossier.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de Mme Brigitte Wiaux au ministre
des Affaires étrangères sur "l'action des Nations
unies et de l'Union européenne au Darfour"
(n° 14198)
06 Vraag van mevrouw Brigitte Wiaux aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de actie
van de Verenigde Naties en de Europese Unie in
Darfour" (nr. 14198)
06.01 Brigitte Wiaux (cdH) : Depuis février 2003,
la guerre civile au Darfour a fait au moins 200.000
06.01 Brigitte Wiaux (cdH): Sinds februari 2003
zijn er in de burgeroorlog in Darfur al ten minste
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
morts et plus de deux millions de déplacés.
L'accord de paix signé en mai 2006 à Abuja entre le
gouvernement du Soudan et une partie des
mouvements rebelles n'a pas mis fin aux combats.
À la fin du mois d'août 2006, le Secrétaire général
adjoint aux Affaires humanitaires a appelé les
membres du Conseil de Sécurité à une action
politique « immédiate ».
Suite à l'adoption de la résolution 1706, prévoyant
de porter ses effectifs à 17.300 hommes, la MINUS
devrait devenir la mission de paix la plus importante
des Nations unies. Ce renforcement n'a toujours
pas eu lieu et le Soudan s'oppose à son
déploiement tel que prévu.
Des sanctions à l'encontre des personnes qui
feraient obstacle au processus de paix ont été
prévues en 2005. Des mesures sont-elles
actuellement appliquées dans ce cadre ? D'après
certaines estimations, le déploiement d'une
opération telle que la MINUS au Darfour
représenterait 40% du budget annuel des missions
de paix des Nations unies, générant un risque de
déstabilisation dans le cadre d'autres processus de
paix comme au Congo. Le 17 janvier 2007, le
président du Conseil de sécurité a demandé au
Secrétaire général d'étudier la possibilité de
déployer une force multidimensionnelle des Nations
unies sur les frontières du Tchad et de la
République
de
Centrafrique.
Ces
deux
gouvernements auraient donné leur accord à un tel
déploiement. Quelle est la composition de cette
opération et son mandat ? Enfin, un prolongement
de six mois maximum de l'action de soutien civilo-
militaire dans le cadre de l'AMIS a été décidé lors
du Conseil des Relations extérieures du 22 janvier
dernier.
200.000 doden gevallen. Meer dan twee miljoen
mensen zijn op de vlucht. Het vredesakkoord dat in
mei 2006 in Abuja door de Sudanese regering en
een aantal rebellenbewegingen ondertekend werd,
heeft geen einde gemaakt aan de gevechten. Eind
augustus 2006 riep de VN-ondersecretaris-generaal
voor Humanitaire Zaken de leden van de VN-
Veiligheidsraad op tot "onmiddellijke" politieke actie.
Door de goedkeuring van resolutie 1706, waarbij de
troepenmacht uitgebreid wordt tot 17.300 man,
moest de VN-missie UNMIS de grootste
vredesmissie van de Verenigde Naties worden. Die
versterking is er echter nog altijd niet, en Sudan wil
niet dat de missie zoals gepland doorgaat.
In 2005 werden er sancties ingevoerd tegen
personen
die
het
vredesproces
zouden
belemmeren. Zijn er in dat verband momenteel
maatregelen van toepassing? Volgens bepaalde
ramingen zou een operatie zoals UNMIS in Darfur
goed zijn voor 40 procent van de jaarlijkse begroting
voor vredesmissies van de Verenigde Naties.
Daardoor dreigen vredesprocessen in andere
regio's, zoals Congo, gedestabiliseerd te worden.
De voorzitter van de VN-Veiligheidsraad vroeg de
secretaris-generaal op 17 januari 2007 om de
mogelijkheid
te
onderzoeken
van
een
multidisciplinaire VN-troepenmacht op de grens met
Tsjaad en met de Centraal-Afrikaanse Republiek.
De regeringen van beide landen zouden met de
aanwezigheid van een dergelijke troepenmacht
ingestemd
hebben.
Hoe
is
die
missie
samengesteld, en met welk mandaat? Tijdens de
Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen
van 22 januari jongstleden werd beslist de civiele en
militaire steunoperatie in het kader van AMIS met
maximaal zes maanden te verlengen.
Vous auriez cependant déclaré au Sénat en janvier
2007 que le budget de « Facilité pour la paix » pour
l'année 2007 était déjà épuisé. Comment les États
membres vont-il pourvoir à ce nouvel engagement
de l'Union et selon quelles modalités ?
In januari 2007 zou u evenwel in de Senaat hebben
verklaard dat de begroting voor de Vredesfaciliteit
voor het jaar 2007 reeds was uitgeput. Hoe en
onder welke voorwaarden zullen de lidstaten die
nieuwe verbintenis van de Unie waarmaken?
06.02 Karel De Gucht, ministre (en français) :
Quatre personnes sont actuellement visées par la
résolution 16/72 qui prévoit l'application des
mesures à l'encontre de ceux qui font obstacle au
processus de paix.
Seul le Conseil de sécurité peut décider de créer
une force de paix des Nations unies ou de proroger
le mandat et les effectifs d'une telle force. La
Belgique s'efforcera de souligner le rôle essentiel
que les Nations unies doivent continuer à jouer en
RDC. L'accord du président du Tchad en ce qui
concerne le déploiement d'une force onusienne
06.02 Minister Karel De Gucht
(Frans):
Momenteel heeft de resolutie 16/72 die voorziet in
de toepassing van maatregelen ten aanzien van
diegenen die het vredesproces belemmeren
betrekking op vier personen.
Alleen de Veiligheidsraad kan beslissen om een
vredesmacht onder auspiciën van de VN op te
richten of het mandaat en de aanwezigheid van die
troepenmacht te verlengen. België zal alles in het
werk stellen om de fundamentele rol die de VN in
de DRC moeten blijven spelen, te benadrukken. Het
akkoord van de president van Tsjaad over de
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
n'est pas encore acquis. Il faudra également
attendre le résultat des consultations au sein du
Conseil de sécurité avant de savoir quel sera le
mandat de cette éventuelle opération. Un accord de
principe semble se dessiner à New York en faveur
du déploiement d'une force pour protéger les civils
affectés par le conflit et poursuivre les activités
transfrontalières. L'Union européenne a cofinancé
l'opération AMIS depuis sa création. Le budget
prévu est épuisé. Pour faire face aux besoins
financiers pressants, le Conseil des Relations
extérieures a confirmé le 5 mars dernier que l'Union
européenne était déterminée à poursuivre son
intervention durant la période précédant le
déploiement de la force hybride de l'Union africaine
et des Nations unies. En outre, le Conseil s'est
déclaré prêt à reconstituer les ressources de
« Facilité pour la paix », utilisées dans le cadre de
l'opération AMIS, grâce à des moyens financiers
provenant d'une neuvième force européenne de
développement.
L'action de soutien civilo-militaire de l'Union
européenne à l'opération AMIS a été créée en juillet
2005. Cette action a pour but d'appuyer l'Union
africaine dans les efforts qu'elle déploie sur le plan
technique, militaire et policier pour faire face à la
crise au Darfour. Le financement de l'action de
soutien civilo-militaire ne se fait pas, quant à lui, par
le biais de « Facilité pour la paix ».
ontplooiing van een VN-troepenmacht werd nog niet
verkregen. Het is tevens wachten op de resultaten
van het overleg binnen de Veiligheidsraad alvorens
het mandaat van een mogelijke operatie kan
worden bepaald. In New York lijkt een akkoord in de
maak over de ontplooiing van een troepenmacht die
de door het conflict getroffen burgers moet
beschermen
en
de
grensoverschrijdende
activiteiten moet voortzetten. De EU heeft de AMIS-
operatie van bij het begin mee gefinancierd. De
vooropgestelde middelen zijn uitgeput. Om aan de
dringende financiële noden te voldoen, heeft de
Raad Externe Betrekkingen op 5 maart jongstleden
bevestigd dat de EU vastbesloten is om ter plaatse
aanwezig te blijven tijdens de periode voorafgaand
aan de ontplooiing van de hybride troepenmacht
van de Afrikaanse Unie en de VN. Bovendien heeft
de Raad zich bereid verklaard om de middelen voor
de Vredesfaciliteit die in het kader van de AMIS-
operatie worden aangewend, opnieuw samen te
stellen met middelen afkomstig van een negende
Europese ontwikkelingsmacht.
De burgerlijk-militaire ondersteuning van de AMIS-
operatie door de EU ging in juli 2005 van start. Die
actie strekt ertoe de Afrikaanse Unie te
ondersteunen bij haar technische, militaire en
politionele inspanningen om de crisis in Darfoer het
hoofd te bieden. Die Europese steun wordt echter
niet met middelen uit de begroting voor de
Vredesfaciliteit gefinancierd.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
07 Question de Mme Hilde Dierickx au ministre
des Affaires étrangères sur "la libération de
politiciens enlevés en Colombie" (n° 14190)
07 Vraag van mevrouw Hilde Dierickx aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
bevrijding van ontvoerde politici in Colombia"
(nr. 14190)
07.01 Hilde Dierickx (VLD) : En Colombie, les
enlèvements sont monnaie courante depuis de
nombreuses années. Les victimes de ces rapts ne
sont pas toutes des personnalités politiques comme
Ingrid Betancourt, les ravisseurs enlèvent parfois
des citoyens ordinaires. Aujourd'hui, le président
Uribe a l'intention de charger l'armée colombienne
de mener des opérations de libération et, dans cette
perspective, il sollicite l'aide des pays européens.
La France s'est dite prête à participer à ces
opérations mais à condition que les familles des
otages marquent leur accord.
Il est fondamental que l'Europe s'exprime d'une
seule voix. Quelle est la position de la Belgique ?
Notre pays s'associera-t-il aux négociations et, le
cas échéant, à des actions militaires ?
07.01 Hilde Dierickx (VLD): Ontvoeringen zijn in
Colombia al jaren schering en inslag. Niet alleen
politici zoals Ingrid Betancourt zijn er het doelwit
van, maar ook gewone burgers. President Uribe wil
het leger inschakelen voor bevrijdingsoperaties en
vraagt steun aan de Europese landen. Frankrijk
heeft zich bereid verklaard te helpen bij
bevrijdingsoperaties, maar enkel met goedkeuring
van de families.
Het is belangrijk dat Europa een eensgezind
standpunt inneemt. Wat is de houding van de
Belgische regering? Zal België zich aansluiten bij de
onderhandelingen en eventueel ook bij militaire
acties?
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
07.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
La Belgique condamne les prises d'otage, quels
qu'en soient les auteurs. Mais notre pays n'est pas
partisan d'actions militaires et préconise plutôt le
dialogue et les accords humanitaires.
Nous soutenons la proposition de l'Espagne, de la
France et de la Suisse et nous souhaitons que
l'Europe s'exprime sans discordance. C'est la
raison pour laquelle nous soutenons la déclaration
qu'a faite la présidence de l'UE le 23 février 2007 à
l'occasion
du
cinquième
anniversaire
de
l'enlèvement d'Ingrid Betancourt.
07.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands):
België veroordeelt de gijzelnemingen, door wie ze
ook worden gepleegd. Ons land is echter geen
voorstander van militaire acties en stuurt aan op
dialoog en humanitaire akkoorden.
België steunt het voorstel van Spanje, Frankrijk en
Zwitserland en wil dat Europa een eensgezind
standpunt inneemt. Ons land steunt daarom de
verklaring van het EU-voorzitterschap van 23
februari 2007 naar aanleiding van de vijfde
verjaardag van Ingrid Betancourts ontvoering.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Josée Lejeune au ministre
des Affaires étrangères sur "la résolution 1737"
(n° 14221)
08 Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister
van
Buitenlandse
Zaken
over
"resolutie 1737" (nr. 14221)
08.01 Josée Lejeune (MR) : Adoptée à l'unanimité
par le Conseil de Sécurité, la résolution 1737
sanctionne l'Iran pour son refus de suspendre ses
activités nucléaires sensibles en termes de
prolifération.
Le chef de file des négociateurs iraniens, Ali
Laridjani, a formulé l'offre de Téhéran de reprendre
les négociations ; il suggère le recours à des
centrifugeuses ne pouvant enrichir l'uranium qu'à
un certain niveau. Quant au président iranien
Mahmud Ahmadinedjad, il se déclare prêt à
négocier à des conditions justes et équitables.
L'Union européenne a approuvé l'application des
sanctions décidées par le Conseil de Sécurité en
décembre et a réservé un accueil a priori favorable
à l'offre de Téhéran.
Quels sont les progrès réalisés depuis lors ? Y a-t-il
une unité au sein des Vingt-sept ? L'UE va-t-elle
intensifier ses contacts diplomatiques avec les
Etats-Unis et la Russie pour former un front
diplomatique uni face aux propositions iraniennes ?
En quoi consiste la proposition suisse évoquée par
le ministre iranien des Affaires étrangères ? Quel
rôle est dévolu à l'Agence Internationale de
l'Énergie Atomique (AIEA) dans l'application de la
résolution 1737 ?
Le Belge Chris Charlier, chef des inspecteurs des
Nations Unies en Iran, a été déclaré persona non
grata à Téhéran. Pourriez-vous nous en dire
davantage ?
Le président iranien a dit que les signataires allaient
regretter leurs actions. Quelles pourraient être les
08.01 Josée Lejeune (MR): Resolutie 1737, die
unaniem
door
de
Veiligheidsraad
werd
goedgekeurd, legt Iran sancties op wegens zijn
weigering zijn in termen van proliferatie -
gevoelige nucleaire activiteiten op te schorten.
De Iraanse hoofdonderhandelaar Ali Larijani heeft
namens Teheran voorgesteld de onderhandelingen
te hernemen; hij stelt voor dat gebruik zou worden
gemaakt van centrifuges waarmee uranium slechts
in beperkte mate kan worden verrijkt. De Iraanse
president Mahmud Ahmadinejad verklaart zich
bereid tot onderhandelen onder rechtvaardige en
billijke voorwaarden.
De Europese Unie heeft de toepassing van de
sancties waartoe de Veiligheidsraad in december
besliste, goedgekeurd en heeft het aanbod van
Teheran positief onthaald.
Welke vorderingen werden sindsdien gemaakt? Zijn
de zevenentwintig het eens? Zal de EU de
diplomatieke contacten met de Verenigde Staten en
Rusland opdrijven om één diplomatiek front te
vormen ten aanzien van de Iraanse voorstellen?
Waarin bestaat het Zwitserse voorstel, waarnaar de
Iraanse minister van Buitenlandse Zaken verwees?
Welke
rol
wordt
voorbehouden
aan
het
Internationaal Atoomagentschap (IAEA), wat de
toepassing van resolutie 1737 betreft?
De Belg Chris Charlier, hoofd van de VN-
inspecteurs in Iran, werd door Teheran persona non
grata verklaard. Kan u ons daaromtrent bijkomende
informatie bezorgen?
De Iraanse president zei dat de landen die de
resolutie hebben ondertekend, daar spijt zouden
van krijgen. Welke vergeldingsmaatregelen zou Iran
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
représailles ? Comment y faire face ? Quels sont
les résultats de la réunion informelle qui s'est tenue
la semaine dernière à la mission britannique de
l'ONU ?
kunnen nemen? Hoe kunnen we daaraan het hoofd
bieden? Wat zijn de resultaten van de informele
vergadering van vorige week bij de Britse missie bij
de UNO?
08.02 Karel De Gucht, ministre (en français) :
L'Union européenne suit le dossier nucléaire iranien
de manière constante.
L'ensemble de l'Union soutient les propositions
soumises en juin 2006 à l'Iran au nom de l'UE3 et
des membres permanents du Conseil de Sécurité,
qui comportent des engagements clairs de
coopération sous condition de suspension par l'Iran
de toutes les activités sensibles du point de vue de
la prolifération.
A la lumière du refus de l'Iran de respecter les
résolutions du Conseil de Sécurité, l'Union
européenne soutient la prise de sanctions
proportionnelles, graduelles et réversibles. D'un
autre côté, l'Union européenne répète qu'elle reste
disposée à négocier avec l'Iran.
Cette double approche est également présente
dans la résolution 1737, sur laquelle un consensus
a été obtenu au sein du Conseil de Sécurité.
J'ai constamment souligné la nécessité de
préserver le consensus européen et international
autour du dossier iranien.
L'Iran
évoque
régulièrement
de
nouvelles
propositions qui ne feraient plus mention de la
suspension des activités sensibles du point de vue
de la prolifération. Je ne peux m'exprimer sur leur
origine supposée ni sur leur contenu présumé. En
revanche, il est clair que la résolution 1737 oblige
l'Iran à suspendre l'enrichissement.
La même résolution contraint l'Iran à une meilleure
coopération avec l'AIEA, dont le rapport du 22
février signale que l'Iran ne respecte pas la
résolution de manière satisfaisante. En outre, les
récentes décisions de l'Iran de refuser l'accès
d'inspecteurs de l'AIEA à son territoire ou de rejeter
leur accréditation ne témoignent pas d'une attitude
constructive.
L'Union européenne a exprimé son inquiétude à ce
propos. La résolution 1737 dispose que le Conseil
de Sécurité prendra des mesures supplémentaires
si l'Iran ne réagit pas positivement dans le délai
imparti, mesures qui, selon les consultations
actuellement en cours, se situeront dans le
prolongement des sanctions actuelles.
08.02 Minister Karel De Gucht (Frans): De
Europese Unie blijft het Iraanse nuclair dossier
pemanent volgen.
Heel de Unie staat achter de voorstellen die in juni
2006 namens de EU3 en de permanente leden van
de Veiligheidsraad aan Iran werden voorgelegd en
die duidelijke verbintenissen tot samenwerking
behelzen, op voorwaarde dat Iran alle uit het
oogpunt van de proliferatie gevoelige activiteiten
opschort.
In het licht van de weigering van Iran om de
resoluties van de Veiligheidsraad te respecteren,
steunt de Europese Unie het nemen van
proportionele, graduele en omkeerbare sancties.
Anderzijds herhaalt de EU dat zij bereid blijft om
met Iran te onderhandelen.
Die dubbele aanpak is ook vervat in de resolutie
1737, waarover in de Veiligheidsraad een
consensus werd bereikt.
Ik heb voortdurend gewezen op de noodzaak om de
Europese en internationale consensus rond het
Irandossier te vrijwaren.
Irak heeft het geregeld over nieuwe voorstellen
waarin geen sprake meer zou zijn van de
opschorting van de uit het oogpunt van de
proliferatie gevoelige activiteiten. Ik kan mij niet
uitspreken over de vermeende oorsprong of inhoud
ervan. Het is daarentegen duidelijk dat de resolutie
1737 Iran er wel toe verplicht de verrijking op te
schorten.
Dezelfde resolutie dwingt Iran tot een betere
samenwerking
met
het
Internationaal
Atoomagentschap: in het rapport van 22 februari
van dat Agentschap wordt erop gewezen dat Iran de
resolutie niet voldoende respecteert. De recente
Iraanse beslissingen om geen IAEA-inspecteurs op
zijn grondgebied toe te laten of hun accreditatie af
te wijzen, getuigen bovendien niet van een
constructieve houding.
De Europese Unie heeft uiting gegeven aan haar
ongerustheid dienaangaande. De resolutie 1737
bepaalt dat de Veiligheidsraad bijkomende
maatregelen zal treffen indien Iran niet positief
reageert binnen de gestelde termijn, maarregelen
die volgens de momenteel aan de gang zijnde
consultaties in het verlengde zullen liggen van de
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
huidige sancties.
En même temps, l'Union européenne opte
résolument pour une solution négociée.
En tant que président du comité des sanctions,
notre pays oeuvrera pour que ce comité travaille
correctement et efficacement.
Les représailles iraniennes sont contre-productives
et ne feraient qu'accroître l'isolement international
de l'Iran.
Tegelijkertijd kiest de Europese Unie resoluut voor
een oplossing via onderhandelingen.
Als voorzitter van het Sanctiecomité zal ons land er
zich voor inzetten dat dit comité correct en efficiënt
werkt.
De Iraanse represailles zijn contraproductief en
zouden het land alleen maar nog meer in het
internationaal isolement drijven.
08.03 Josée Lejeune (MR) : Avez-vous quelques
informations complémentaires au sujet de la
réunion informelle qui s'est tenue la semaine
dernière au siège de la mission britannique de
l'ONU ? Son objet était-il de discuter des nouvelles
sanctions contre l'Iran ?
08.03 Josée Lejeune (MR): Heeft u bijkomende
informatie over de informele vergadering die vorige
week
in
de
zetel van de Britse
VN-
vertegenwoordiging heeft plaatsgevonden? Was het
de bedoeling om er nieuwe sancties tegen Iran te
bespreken?
08.04 Karel De Gucht, ministre (en français) : Il
s'agissait d'une réunion préparatoire à l'élaboration
d'une
nouvelle
résolution
comprenant
des
sanctions. Il y a un consensus sur la direction et le
contenu général de celle-ci. Nous débattons encore
des détails. La Russie est d'avis que le refus de
l'Iran de s'incliner devant la résolution 1737 ne peut
rester sans suite politique. Le vote de la résolution
ne devrait, selon moi, pas tarder.
08.04 Minister Karel De Gucht (Frans): Het ging
om een vergadering ter voorbereiding van een
nieuwe resolutie die sancties zal inhouden. Er
bestaat een consensus over de richting en de
algemene inhoud van deze resolutie. Wij bespreken
nu enkel nog details. Rusland is van oordeel dat de
weigering van Iran om zich naar resolutie 1737 te
plooien, niet zonder politiek gevolg kan blijven. De
stemming over de resolutie zal volgens mij niet lang
meer op zich laten wachten.
08.05 Josée Lejeune (MR) : La résolution 1696
n'a pas été très respectée. Ensuite est intervenue la
résolution 1737 et nous aurons encore une
troisième résolution. La situation est difficile...
08.05 Josée Lejeune (MR): Resolutie 1696 werd
niet nauwgezet nageleefd. Vervolgens kwam
resolutie 1737 en nu zullen we ook nog een derde
resolutie krijgen. Een moeilijke situatie...
08.06 Karel De Gucht, ministre (en français) : La
résolution 1737 prévoyait que, si l'Iran ne
s'accommodait pas de ses prévisions, une nouvelle
résolution suivrait. C'est de cela que nous discutons
actuellement. Il s'agit donc du prolongement et du
durcissement des sanctions existantes.
Notez par ailleurs que la résolution 1737 a été la
première à prévoir des sanctions.
08.06 Minister Karel De Gucht (Frans): Resolutie
1737 bepaalde dat indien Iran zich niet aan de
bepalingen uit deze resolutie hield, er nog een zou
komen. Daarover hebben we het op dit ogenblik.
Het gaat dus over de verlenging en de verstrakking
van de bestaande sancties.
U kan bovendien opmerken dat resolutie 1737 de
eerste was die in sancties voorzag.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de M. Dirk Van der Maelen au
ministre
des
Affaires
étrangères
sur
"l'incarcération
de
Marie-Thérèse
Nlandu"
09 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
gevangenschap van Marie-Thérèse Nlandu"
(nr. 14375)
09.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Je sais
que les diplomates en poste au Congo ont déjà fait
beaucoup d'efforts dans le dossier de la détention
de Mme Nlandu sans avoir toutefois enregistré le
moindre progrès. Pourquoi ce dossier ne
09.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Ik weet
dat de diplomaten ter plaatse al veel inspanningen
hebben geleverd in de zaak van de gevangenschap
van mevrouw Nlandu, maar er werd nog geen
vooruitgang geboekt. Waarom komt er geen schot
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
progresse-t-il pas ? Soit l'on souhaite au plus
niveau que la situation reste inchangée, soit les
autorités congolaises ne contrôlent pas leurs
services de police et de sécurité.
in deze zaak? Ofwel wenst men op het hoogste
niveau dat de situatie onveranderd blijft, ofwel heeft
men
geen
grip
op
de
politie-
en
veiligheidsdienstendiensten.
09.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Je puis vous répondre de deux façons. Je puis vous
dire que nous suivons de très près le procès de
Mme Marie-Thérèse Nlandu et que nous ne
manquons jamais d'aborder ce dossier chaque fois
que nous rencontrons les autorités congolaises. Je
vous le dis car c'est la vérité. Le ministre De Decker
s'y est encore employé récemment. Pour ma part,
je me rendrai au Congo la deuxième semaine des
vacances de Pâques et je n'omettrai certainement
pas d'aborder cette affaire lors de mon entrevue
avec le président Kabila.
Voilà pour ma première réponse. J'estime avoir
honoré ainsi mes obligations parlementaires,
Monsieur le Président.
09.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Ik
kan twee soorten antwoord geven. Ik kan zeggen
dat wij het proces met heel veel aandacht volgen en
dat wij in al onze contacten met de Congolese
autoriteiten de aandacht op dat dossier vestigen.
Dat is trouwens ook zo. Recent is dat nog gebeurd
door minister De Decker. Ik ga de tweede week van
de paasvakantie naar Congo en ik zal zeker niet
nalaten dat dossier bij president Kabila aan te
kaarten.
Dat is mijn eerste antwoord. Daarmee heb ik,
mijnheer de voorzitter, aan mijn parlementaire plicht
voldaan.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
10 Question de M. Dirk Van der Maelen au
ministre des Affaires étrangères sur "le respect
des principes du 'travail décent' dans le cadre
des
négociations
relatives
à
l'accord
d'association entre l'UE et l'Amérique centrale"
(n° 14425)
10 Vraag van de heer Dirk Van der Maelen aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
naleving van de principes van 'waardig werk' in
de onderhandelingen van het associatieakkoord
tussen de EU en Centraal-Amerika" (nr. 14425)
10.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Un
accord d'association entre l'Union européenne et
l'Amérique centrale est en cours d'élaboration.
Dans ce contexte, l'accent est mis sur le respect
des droits de l'homme et des droits démocratiques.
Le projet de texte du mandat de négociation met en
exergue le droit de travailler dans la dignité.
Au Honduras, une répression sanglante a visé dans
le passé quiconque était actif dans un syndicat. Il
m'est revenu qu'il y a peu, la dirigeante de la
Fédération syndicale des travailleurs démocrates du
Honduras, qui est active dans les maquilas, a été
l'objet de menaces. Voici quelques années, l'un de
ses enfants a été assassiné.
La Belgique continuera-t-elle de plaider pour le
maintien des références au droit de travailler
dignement dans le mandat de négociation ? La
Belgique peut-elle insister pour que ce droit soit
mentionné dans les articles pertinents du texte
principal du traité ? Je renvoie au General System
of Preferences de l'Union européenne au Salvador,
grâce auquel les conventions de l'OIT relatives à la
liberté syndicale et aux négociations collectives ont
été ratifiées. J'espère que le Honduras se
soumettra aussi aux conventions de l'OIT. Le
10.01 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Er wordt
gewerkt aan een associatieakkoord tussen de
Europese Unie en Centraal-Amerika. Daarbij wordt
aandacht
besteed
aan
respect
voor
de
mensenrechten en de democratische rechten. In de
ontwerpversie van het onderhandelingsmandaat
wordt gewezen op het recht op waardig werk.
In Honduras was er in het verleden een bloedige
repressie tegen iedereen die in vakbonden actief
was. Ik hoorde dat de leidster van de Syndicale
Federatie van Democratische Arbeiders van
Honduras, die actief is in de maquila's, onlangs
werd afgedreigd. Enkele jaren geleden werd een
van haar kinderen vermoord.
Zal België blijven pleiten voor het behoud van
referenties naar het recht op waardig werk in het
onderhandelingsmandaat? Kan België pleiten voor
het opnemen van het recht op waardig werk in de
relevante artikelen van de hoofdtekst van het
verdrag? Ik verwijs naar het General System of
Preferences van de Europese Unie in El Salvador,
waardoor
de
IAO-conventies
aangaande
vakbondsvrijheid en collectieve onderhandeling
werden geratificeerd. Ik hoop dat ook Honduras zich
zal onderwerpen aan de IAO-conventies. Zal de
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
17
ministre utilisera-t-il le cas de Mme Gutierrez pour
insister en faveur d'un plus grand respect des droits
individuels et collectifs en matière de travail, en
Amérique centrale ?
minister het voorbeeld van mevrouw Guttierrez
gebruiken om te ijveren voor een groter respect
voor de collectieve en individuele arbeidsrechten in
Centraal-Amerika?
10.02
Karel
De
Gucht,
ministre(en
néerlandais): Le débat relatif au mandat de l'accord
d'association
entre
l'Union
européenne
et
l'Amérique centrale est toujours en cours. Les
négociations avec l'Amérique centrale n'ont pas
encore été entamées. La Belgique a veillé à ce
qu'on soit attentif aux normes sociales et
environnementales.
L'Amérique centrale a progressé en matière de
reconnaissance des droits des travailleurs. Les
principaux droits sont mentionnés dans la législation
mais leur respect est entravé par la corruption, par
une administration déficiente, par la fracture sociale
et par la pauvreté. Dans le cadre du système de
préférences généralisées, l'Union européenne a
souligné l'importance des droits sociaux et les pays
d'Amérique centrale ont pris des engagements
considérables. La région veut diversifier ses
partenariats
économiques.
Ses
partenaires
économiques peuvent donc aussi jouer un rôle pour
promouvoir les droits sociaux.
J'ai demandé à mes services de suivre de près la
situation de Mme Gutierrez.
10.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Het
mandaat voor het associatieakkoord tussen de
Europese Unie en Centraal-Amerika wordt nog
besproken. Er werden nog geen onderhandelingen
met Centraal-Amerika gestart. België heeft erop
toegezien dat er aandacht werd besteed aan milieu-
en sociale normen.
In Centraal-Amerika werd vooruitgang geboekt
inzake de erkenning van de rechten van
werknemers. De belangrijkste rechten werden in de
wetgeving opgenomen, maar de toepassing ervan
wordt bemoeilijkt door corruptie, een gebrekkige
administratie, de sociale kloof en armoede. In het
kader
van het algemeen
preferentiestelsel
onderstreepte de Europese Unie de aandacht voor
de sociale rechten en gingen de Centraal-
Amerikaanse landen belangrijke verbintenissen
aan.
De
regio
wil
haar
economische
partnerschappen
diversifiëren,
waardoor
de
economische partners ook een rol kunnen spelen
bij de promotie van sociale rechten.
Ik heb mijn diensten gevraagd om de situatie van
mevrouw Guttierez van nabij op te volgen.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de Mme Nathalie Muylle au ministre
des Affaires étrangères sur "le sort réservé à un
compatriote en Indonésie" (n° 14526)
11 Vraag van mevrouw Nathalie Muylle aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het lot
van een landgenoot in Indonesië" (nr. 14526)
11.01 Nathalie Muylle (CD&V) : Il me revient
qu'un compatriote est incarcéré depuis quelque
temps déjà dans une cellule à Mataram en
Indonésie. Le ministre peut-il commenter ce dossier
et préciser dans quelle mesure l'ambassade en
assure le suivi ?
11.01 Nathalie Muylle (CD&V): Ik vernam dat een
landgenoot reeds geruime tijd is opgesloten in een
cel in Mataram in Indonesië. Kan de minister dit
dossier duiden en aangeven in welke mate het door
de ambassade wordt opgevolgd?
11.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
M. Versluys, qui réside en Indonésie depuis 1999, a
été arrêté le 30 décembre 2006 pour abus d'un
permis de travail et infractions à la législation sur le
travail. En raison d'une faute de procédure,
l'arrestation a été annulée le 22 janvier 2007 mais,
le même jour, l'intéressé a de nouveau été placé en
détention préventive. Le 7 mars 2007, il a comparu
pour la première fois devant le juge qui lui a assuré
que le procès serait accéléré. La prochaine
audience aura lieu le 15 mars 2007 et elle sera
suivie de deux audiences par semaine.
11.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): De
heer Versluys woont sinds 1999 in Indonesië en
werd op 30 december 2006 gearresteerd wegens
misbruik van een werkvergunning en inbreuken op
de arbeidswetgeving. Wegens een procedurefout
werd de aanhouding op 22 januari 2007 verbroken,
maar dezelfde dag werd hij opnieuw in voorarrest
geplaatst. Op 7 maart 2007 verscheen de heer
Versluys voor de eerste maal voor de rechter,
waarbij hem werd beloofd dat het proces wordt
bespoedigd. Op 15 maart 2007 volgt de volgende
zitting, waarna er twee zittingen per week komen.
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
18
M. Versluiys est incarcéré dans une cellule dans de
bonnes conditions et des visites sont autorisées. Il
n'a pas accepté la proposition d'être placé dans une
cellule individuelle. Le ministère public a refusé sa
demande de transfert vers une autre prison.
Il est assisté par un avocat avec lequel nos
diplomates entretiennent des contacts réguliers.
Mes services assurent un suivi permanent du
dossier. M. Stefaan Van Colen, consul honoraire, lui
rend régulièrement visite en prison. L'ambassade a
contacté le ministère indonésien des Affaires
étrangères et la direction générale de la police à
Jakarta. Le consul honoraire a rencontré plusieurs
fonctionnaires judiciaires. L'ambassade apporte
l'assistance consulaire habituelle mais ne peut
intervenir dans la procédure judiciaire.
Hij bevindt zich in een cel in goede omstandigheden
en mag bezoek ontvangen. Hij ging niet in op de
mogelijkheid om te verhuizen naar een individuele
cel. De vraag om te worden overgebracht naar een
andere gevangenis werd geweigerd door de
openbare aanklager.
De heer Versluys wordt bijgestaan door een
advocaat waarmee onze diplomaten regelmatig
contact hebben. Zijn dossier wordt door mijn
diensten permanent opgevolgd. Hij wordt in de
gevangenis geregeld bezocht door ereconsul
Stefaan Van Colen. De ambassade contacteerde
het Indonesische ministerie van Binnenlandse
Zaken en het hoofdbestuur van de politie te Jakarta.
De ereconsul ontmoette verschillende gerechtelijke
ambtenaren. De ambassade geeft de gebruikelijke
consulaire bijstand, maar kan niet tussenbeide
komen in de gerechtelijke procedure.
11.03 Nathalie Muylle (CD&V) : On m'a contactée
pour me faire part de critiques selon lesquelles
l'ambassade ne s'occuperait pas suffisamment du
dossier. Il ressort toutefois de la réponse du
ministre que ce dossier bénéficie bel et bien de
l'attention requise.
11.03 Nathalie Muylle (CD&V): Ik werd
gecontacteerd met de kritiek dat de ambassade te
weinig zou doen aan deze situatie, maar uit het
antwoord van de minister blijkt dat men er aandacht
aan besteedt.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Questions jointes de
- Mme Nathalie Muylle au ministre des Affaires
étrangères sur "la position de la Belgique
concernant le bouclier antimissiles américain"
(n° 14548)
- M. Dirk Van der Maelen au ministre des Affaires
étrangères sur "la position de la Belgique
concernant le bouclier antimissiles" (n° 14588)
12 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Nathalie Muylle aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de Belgische houding
ten
aanzien
van
het
Amerikaanse
antirakettenschild" (nr. 14548)
- de heer Dirk Van der Maelen aan de minister van
Buitenlandse Zaken over "de Belgische houding
ten overstaan van het antirakettenschild"
(nr. 14588)
12.01 Nathalie Muylle (CD&V) : Il est beaucoup
question dans la presse internationale de l'intention
des États-Unis de construire un bouclier anti-
missiles. Le 22 janvier 2007, il a été demandé à la
Pologne et à la Tchéquie d'autoriser l'implantation
de quelques installations sur leur territoire. La
Russie a considéré cette demande comme un acte
d'agression. Il n'y a pas unanimité au sein de
l'OTAN à ce propos.
Quelle est la position du gouvernement belge ? Le
problème a-t-il été abordé avec d'autres pays ?
12.01 Nathalie Muylle (CD&V): In de
internationale pers wordt een debat gevoerd over de
intentie van de VS om een antiraketschild te
bouwen. Op 22 januari 2007 werd aan Polen en
Tsjechië gevraagd om op hun grondgebied enkele
installaties te plaatsen. Rusland vatte dat op als een
daad van agressie. Binnen de NAVO bestaat
hierover geen eensgezindheid.
Welke positie neemt de Belgische regering in?
Werd het probleem met andere landen besproken?
12.02 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Quelle
est la position de la Belgique en ce qui concerne le
bouclier anti-missiles ? Des discussions sont-elles
menées avec les États-Unis à ce sujet ? Le ministre
partage-t-il l'analyse de la menace des États-Unis
qui estiment que le bouclier anti-missiles est
12.02 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): Welke
houding neemt België aan tegenover het
antiraketschild? Wordt daarover gesproken met de
VS?
Deelt
de
minister
de
Amerikaanse
dreigingsanalyse
die
het
antiraketsysteem
noodzakelijk maakt? Moet de NAVO praten over de
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
19
indispensable ? L'OTAN doit-il débattre de la
menace qui pèse sur son territoire ? Une analyse
correcte de la menace constitue-t-elle une condition
absolue pour prendre des décisions dans ce
dossier ? Le ministre partage-t-il l'avis de M. Solana
selon lequel l'Europe n'est probablement nullement
menacée par les missiles ? La Russie a-t-elle
raison de s'inquiéter pour sa sécurité et ce point
sera-t-il inscrit à l'ordre du jour du Conseil OTAN-
Russie ? Un bouclier anti-missiles est-il un
instrument efficace pour lutter contre la prolifération
des armes nucléaires ?
raketdreiging tegen haar grondgebied? Is een
correcte dreigingsanalyse een absolute voorwaarde
om in dit dossier beslissingen te nemen? Deelt de
minister de mening van de heer Solana dat er voor
Europa waarschijnlijk geen raketdreiging bestaat?
Maakt Rusland zich terecht zorgen over zijn
veiligheid en komt dit punt op de agenda van de
NAVO-Rusland-Raad? Is een antiraketschild een
zinnig instrument in de strijd tegen de proliferatie
van kernwapens?
12.03 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Les aspects militaires de la question ne relèvent
pas de ma compétence mais je peux toutefois vous
donner une réponse politique.
Deux projets sont en discussion : d'une part
l'installation d'éléments du bouclier anti-missiles
américain dans certains pays européens et d'autre
part l'installation d'un bouclier anti-missiles de
l'OTAN. En ce qui concerne ce dernier, les
dirigeants de l'OTAN ont demandé en novembre
2006 une actualisation de l'étude de faisabilité
achevée au printemps 2006, pour se faire une
meilleure idée des implications politiques et
militaires du système envisagé. Lorsque ces
conclusions seront disponibles, une concertation
aura lieu au sein de l'OTAN sur l'opportunité d'un
système OTAN. La position de la Belgique
dépendra des résultats de cette étude.
12.03 Minister Karel De Gucht (Nederlands): De
militaire aspecten van deze kwestie zijn niet mijn
ding, maar ik kan wel een politiek antwoord geven.
Er staan twee projecten ter discussie: enerzijds de
installatie van delen van het Amerikaanse
antiraketschild in bepaalde Europese landen en
anderzijds de opstelling van een NAVO-
antiraketschild. Wat dat laatste betreft vroegen de
NAVO-leiders in november 2006 een actualisering
van de haalbaarheidsstudie die in de lente van 2006
werd afgewerkt, dit om een beter zicht te krijgen op
de politieke en militaire implicaties van het
voorgestelde systeem. Wanneer die conclusies
beschikbaar zijn, volgt binnen de NAVO overleg
over de opportuniteit van een NAVO-systeem. De
houding van België zal afhangen van de resultaten
van die studie.
Au cours du dernier Conseil Affaires générales de
l'UE, l'Autriche a soulevé la question du bouclier
antimissile. L'Autriche ne fait pas partie de l'OTAN
dont le bouclier antimissile a néanmoins des
implications au niveau de politique européenne de
défense et de sécurité. Certains pays ne veulent
pas en discuter au sein de l'UE. La France et les
Pays-Bas refusent par exemple que ce point soit
mis à l'agenda, même si c'est pour de toutes autres
raisons.
Les États-Unis ont fait part de leur projet à l'OTAN.
J'ai présenté ce sujet dans le cadre de la
concertation Benelux qui a précédé le Conseil
Affaires générales du 5 mars 2007. J'ai constaté
que la discussion de ce sujet au Conseil n'a pas fait
l'unanimité au sein du Benelux. Les Pays-Bas ont
en effet un autre point de vue sur cette affaire.
La Belgique n'a pas eu de discussions bilatérales
avec la Russie à ce sujet. La question a bien été
discutée au Conseil OTAN-Russie et les Russes
ont participé à plusieurs briefings bilatéraux
organisés par les Américains. Le dossier n'a pas
été discuté la semaine passée avec le président
Tijdens de laatste Raad Algemene Zaken van de
EU werd het NAVO-antiraketschild onder meer door
Oostenrijk aangekaart. Oostenrijk is geen NAVO-
land, maar het antiraketschild heeft uiteraard
implicaties op het Europees defensie- en
veiligheidsbeleid. Sommige landen willen dit niet
bespreken binnen de EU. Frankrijk en Nederland
willen het punt bijvoorbeeld niet op de agenda, zij
het om totaal andere redenen.
De Verenigde Staten gaven in de NAVO informatie
over hun project. Ik heb de zaak aangebracht op
een Benelux-overleg dat voorafging aan de Raad
Algemene Zaken van 5 maart 2007. Ik stelde vast
dat er binnen de Benelux geen unanimiteit is om dit
op de Raad ter sprake te brengen. Nederland heeft
immers een andere kijk op deze zaak.
België had hierover geen bilaterale discussies met
Rusland. De kwestie werd wel al besproken in de
NAVO-Rusland-Raad en de Russen werden
meermaals bilateraal gebrieft door de Amerikanen.
Het dossier werd vorige week niet besproken met
president Poetin. Ik denk dat Rusland zich ervan
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
20
Poutine. Je pense que la Russie a parfaitement
conscience que le bouclier antimissile n'est
nullement dirigé contre elle mais cela ne veut pas
dire pour autant que les Russes soient convaincus
que ce système soit utile et nécessaire. Il convient
en effet de faire une distinction dans le cadre du
discours prononcé par le président Poutine à
Munich entre contenu et rhétorique.
La question de savoir si un bouclier antimissile a un
sens, est une question à poser au ministre de la
Défense nationale ou aux généraux.
bewust is dat het antiraketschild niet tegen Rusland
is gericht, maar dat betekent nog niet dat de
Russen ervan overtuigd zijn dat het systeem nuttig
en noodzakelijk is. In de toespraak van president
Poetin in Munchen moeten we een onderscheid
maken tussen de inhoud en de retoriek.
De vraag of het antiraketschild militair zin heeft, is
een vraag voor de minister van Landsverdediging of
voor de generaals.
12.04 Nathalie Muylle (CD&V) : Quand devrions-
nous disposer des conclusions de l'étude actualisée
?
12.04 Nathalie Muylle (CD&V): Wanneer worden
de conclusies van de geactualiseerde studie
verwacht?
12.05 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Je n'ai pas de date précise à vous communiquer.
12.05 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Ik
ken geen precieze datum.
12.06 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit) : Nous
reviendrons certainement sur le sujet avec une
question posée au ministre de la Défense et
également lorsque les résultats de l'étude seront
disponibles.
12.06 Dirk Van der Maelen (sp.a-spirit): We
komen hierop zeker terug met een vraag aan de
minister van Landsverdediging, en wanneer de
resultaten van de studie beschikbaar zijn.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
13 Question de M. Philippe Monfils au ministre
des Affaires étrangères sur "la réaction
provocatrice de la Turquie suite à la décision du
gouvernement chypriote d'activer les procédures
pour le forage de pétrole et de gaz naturel dans
sa zone économique exclusive" (n° 14255)
13 Vraag van de heer Philippe Monfils aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
provocerende reactie van Turkije op de
beslissing van de Cypriotische regering om de
procedures voor het boren naar aardolie en
aardgas in haar exclusieve economische zone op
te starten" (nr. 14255)
13.01 Philippe Monfils (MR) : Le gouvernement
chypriote a décidé de s'engager dans une
procédure pour le forage du pétrole dans sa zone
économique exclusive. Chypre a passé un accord
avec le Liban et l'Égypte. La Turquie est intervenue
de manière très brutale en contestant à Chypre ses
droits sur sa propre zone économique exclusive. Ne
faudrait-il pas rappeler à la Turquie que Chypre est
un État souverain et indépendant qui fait partie de
l'Union européenne, à laquelle la Turquie souhaite
adhérer ? Ne conviendrait-il pas d'exiger que la
Turquie cesse ses provocations à l'égard de
Chypre ?
13.01 Philippe Monfils (MR): De Cypriotische
regering heeft beslist een procedure op te starten
om naar aardolie te boren in haar exclusieve
economische zone. Cyprus heeft daartoe een
akkoord gesloten met Libanon en Egypte. Turkije
heeft zich daar op zeer brute wijze in gemengd en
betwist Cyprus zijn rechten op zijn eigen exclusieve
economische zone. Moet Turkije er niet aan
herinnerd worden dat Cyprus een soevereine en
onafhankelijke Staat is, tevens lid van de Europese
Unie, waartoe ook Turkije wenst toe te treden?
Moeten we niet eisen dat Turkije ermee ophoudt
Cyprus te provoceren?
13.02 Karel De Gucht, ministre (en français) :
Ankara a manifesté son mécontentement auprès
des services de mon département suite aux
accords intervenus entre Chypre et le Liban d'une
part, l'Égypte d'autre part. La Turquie estime que la
délimitation des frontières maritimes dans une mer
semi-fermée comme la Méditerranée nécessite
l'accord de toutes les parties concernées.
13.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Ankara
heeft bij de diensten van mijn departement uiting
gegeven aan zijn ongenoegen ten gevolge van de
akkoorden die tussen Cyprus en Libanon enerzijds
en Egypte anderzijds werden gesloten. Turkije is
van mening dat de afbakening van de zeegrenzen
in een halfgesloten zee zoals de Middellandse Zee
de toestemming van alle betrokken partijen vereist.
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
21
Les services de mon département ont répondu que
la Belgique n'est ni partie ni arbitre dans ce dossier.
Ce contentieux devra éventuellement faire l'objet
d'un arbitrage au sein du Forum chargé de
l'application de la Convention des Nations unies sur
le droit de la mer. Ils ont en outre rappelé que la
Belgique respecte les résolutions 541 et 550 du
Conseil de Sécurité qui confirment la souveraineté
du gouvernement légal de Nicosie. La solidarité
européenne joue avec la République de Chypre
même si une certaine flexibilité peut lui être
demandée.
De diensten van mijn departement hebben
geantwoord dat België noch rechter noch partij is in
dit dossier. Over dit geschil zal eventueel moeten
worden geoordeeld binnen het Forum dat belast is
met de toepassing van het VN-Verdrag inzake het
recht van de zee. Zij hebben ook herhaald dat
België resoluties 541 en 550 van de Veiligheidsraad
naleeft die de soevereiniteit van de wettige regering
van Nicosia bevestigen. De Europese solidariteit
gaat uit naar de Republiek Cyprus ook al mag van
haar een zekere soepelheid worden gevraagd.
13.03 Philippe Monfils (MR) : Votre position est
tout à fait raisonnable. On peut regretter le ton,
l'agressivité et les menaces de la Turquie à l'égard
de Chypre. On comprend bien qu'il y ait des
difficultés en Méditerranée mais alors il faut en
parler de manière courtoise.
13.03 Philippe Monfils (MR): Uw standpunt is
zeer redelijk. Wij betreuren de toon, de agressiviteit
en de bedreigingen van Turkije ten opzichte van
Cyprus. Wij kunnen er inkomen dat er problemen
zijn in het Middellandse Zeegebied maar daar moet
dan op een voorkomende manier over worden
gesproken.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
14 Question de M. Philippe Monfils au ministre
des Affaires étrangères sur "le non-respect de la
feuille de route par le nouveau gouvernement
palestinien" (n° 14502)
14 Vraag van de heer Philippe Monfils aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
schending van het stappenplan door de nieuwe
Palestijnse regering" (nr. 14502)
14.01 Philippe Monfils (MR) : Le 30 avril 2003, le
quartet diplomatique composé de l'ONU, de l'Union
européenne, des États-Unis et de la Russie signait
une feuille de route dont l'objectif était d'aboutir à un
règlement permanent du conflit israélo-palestinien.
Les représentants du Hamas et du Fatah ont signé
à La Mecque un accord sur la formation d'un
gouvernement d'union, qui ne répond pas aux
conditions prévues par la feuille de route.
Le forum du quartet s'est réuni le 21 février à Berlin.
Un communiqué a été publié, dans lequel il est
demandé au nouveau gouvernement d'union de
renoncer au terrorisme, de reconnaître Israël et
d'accepter les accords passés entre Israël et l'OLP.
Les États-Unis ont même affirmé qu'il était
impossible d'entamer des négociations de paix
entre les deux parties si l'une d'entre elles
n'admettait pas le droit à l'existence de l'autre.
L'Union européenne a, dans un premier temps,
affirmé prudemment qu'il était trop tôt pour
envisager une reprise de l'aide financière au
gouvernement palestinien. Néanmoins, aujourd'hui,
les positions de l'Union européenne sont plus
14.01 Philippe Monfils (MR): Het diplomatieke
Kwartet (VN, EU, VS en Rusland) ondertekende op
30 april 2003 een stappenplan voor vrede met als
doel een definitieve regeling voor het conflict tussen
Israël en de Palestijnen.
In Mekka ondertekenden vertegenwoordigers van
Hamas en Fatah een akkoord over de vorming van
een regering van nationale eenheid. Dat strookt
evenwel niet met de voorwaarden die bepaald
werden in het stappenplan.
Na de bijeenkomst van het Kwartet in Berlijn op 21
februari werd een communiqué gepubliceerd waarin
de nieuwe regering van nationale eenheid gevraagd
wordt het terrorisme af te zweren, Israël te
erkennen en de akkoorden tussen Israël en de PLO
te aanvaarden.
De Verenigde Staten hebben zelfs verklaard dat
vredesonderhandelingen tussen beide partijen
onmogelijk zijn zolang een van beide partijen het
bestaansrecht van de andere niet erkent.
In een eerste fase stelde de Europese Unie
voorzichtigjes dat het te vroeg was om de financiële
steun aan de Palestijnse regering te hervatten. Nu
neemt
de
Europese
Unie
evenwel
een
genuanceerder standpunt in, hoewel Hamas
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
22
nuancées, alors que le Hamas semble n'avoir nulle
intention de reconnaître l'État d'Israël.
Entre-temps, il apparaît que la lettre de nomination
du nouveau gouvernement palestinien ne contient
pas non plus les engagements précités.
Quelle est dès lors votre position par rapport à cet
accord de La Mecque ? N'estimez-vous pas que la
position de l'Union européenne est de plus en plus
faiblarde ? Ne pensez-vous pas qu'il serait opportun
de prendre les contacts nécessaires afin de
déterminer une position beaucoup plus ferme de
l'Union ?
kennelijk nog steeds hoegenaamd niet van plan is
de Staat Israël te erkennen.
Intussen blijkt dat voormelde verbintenissen
evenmin vermeld staan in de aanstellingsbrief van
de nieuwe Palestijnse regering.
Wat is uw standpunt over dat akkoord van Mekka?
Vindt u niet dat de Europese Unie almaar slappere
standpunten inneemt? Zou het volgens u niet
opportuun zijn de nodige contacten te leggen
teneinde een veel krachtiger EU-standpunt te
bepalen?
14.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : Un
accord sur la formation d'un gouvernement d'unité
nationale palestinien constitue une bonne nouvelle
en ce qu'il implique une cessation de la violence
entre les deux camps Hamas et Fatah.
Le mouvement que fait le Hamas en acceptant le
rôle du président Abbas dans la négociation avec
les Israéliens semble accompagné d'un mouvement
sur le fond.
Néanmoins, même si nous voulons encourager la
dynamique lancée, celle-ci doit d'abord se
confirmer.
En effet, aujourd'hui, seul un des trois critères du
quartet est respecté dans l'accord de La Mecque et
dans la lettre de désignation du président Abbas, à
savoir le respect des accords passés par l'OLP
avec Israël.
Il faudra juger sur les actes le futur gouvernement
palestinien et se montrer ouvert pour favoriser la
dynamique. Mais il est trop tôt pour avoir des
contacts avec les membres Hamas de l'autorité
palestinienne ou pour reprendre l'aide directe avec
les institutions de l'autorité palestinienne.
Cela dit, personne ne suit la feuille de route en ce
moment, ni les Palestiniens, ni les Israéliens.
14.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Het
bereiken van een akkoord over de vorming van een
regering van Palestijnse nationale eenheid is goed
nieuws, omdat zulks inhoudt dat het geweld tussen
de beide kampen, Hamas en Fatah, zal worden
gestaakt.
Hamas aanvaardt de rol van president Abbas in de
onderhandelingen met de Israëliërs, en dat gebaar
schijnt geënt te zijn op een algemene kentering.
Wij willen de op gang gebrachte dynamiek
ondersteunen, maar hij moet eerst worden
bevestigd.
Vandaag wordt immers slechts één van de drie
criteria van het Kwartet in het akkoord van Mekka
en in de brief tot aanwijzing van president Abbas
gerespecteerd, namelijk de eerbiediging van de
akkoorden die de PLO met Israël heeft gesloten.
De toekomstige Palestijnse regering zal op haar
daden moeten worden beoordeeld en men zal blijk
moeten geven van openheid om de dynamiek te
bevorderen. Het is nog te vroeg om contacten te
onderhouden met de Hamas-leden van de
Palestijnse Autoriteit of om de rechtstreekse hulp
met instellingen van de Palestijnse Autoriteit te
hervatten.
Noch de Palestijnen, noch de Israëliërs volgen
vandaag het stappenplan.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
15 Question de Mme Zoé Genot au ministre des
Affaires étrangères sur "l'emprisonnement au
Rwanda du professeur Idesbald Byabuze
Katabaruka, de l'Université Catholique de
Bukavu" (n° 14604)
15 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
opsluiting in Rwanda van professor Idesbald
Byabuze
Katabaruka
van
de
Université
Catholique van Bukavu" (nr. 14604)
15.01 Zoé Genot (ECOLO) : M. Idesbald Byabuze, 15.01 Zoé Genot (ECOLO): De heer Idesbald
CRABV 51
COM 1239
13/03/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
23
professeur à l'Université catholique de Bukavu et
directeur de journal, a été arrêté à Kigali le 16
février. Selon son avocat, il est accusé de
« ségrégation, sectarisme et atteinte à la sûreté de
l'État rwandais », infraction qui relève de la Haute
cour de justice et peut entraîner vingt ans de prison
ferme sans possibilité d'appel.
Les accusations contre M. Byabuze se basent sur
un article de juin 2005, intitulé « Alerte Rwanda »,
destiné à l'agence de presse des missionnaires
catholiques du Congo. L'intéressé affirme que son
nom a été malencontreusement accolé à ce texte et
qu'il n'en assume pas le contenu. De plus, amputé
des trois-quarts de son estomac, M. Byabuze doit
suivre un régime alimentaire et un traitement
spécial dont il ne dispose plus depuis son
incarcération.
Avez-vous connaissance de ces faits ? Quelles
actions diplomatiques comptez-vous mener en
faveur de M. Byabuze en application des lignes
directrices de l'Union européenne sur la défense
des droits humains ?
Byabuze, professor aan de katholieke universiteit
van Bukavu en directeur van een krant, is op 16
februari in Kigali gearresteerd. Volgens zijn
advocaat wordt hij beschuldigd van "segregatie,
sektarisme en aantasting van de staatsveiligheid
van Rwanda", een strafbaar feit dat valt onder de
bevoegdheid van het Hooggerechtshof, en uit kan
draaien op twintig jaar gevangenisstraf zonder
mogelijkheid om beroep aan te tekenen.
De beschuldigingen tegen de heer Byabuze zijn
gebaseerd op een artikel van juni 2005, met de titel
"Alerte Rwanda", bestemd voor het persagentschap
van de katholieke missionarissen van Kongo. De
betrokkene verklaart dat zijn naam op ongelukkige
wijze naast de tekst terecht is gekomen, en dat hij
de inhoud ervan niet voor zijn rekening neemt.
Bovendien
moet
de
heer
Byabuze
een
voedingsdieet volgen omdat driekwart van zijn
maag is geamputeerd, en een bijzondere kuur
volgen wat hij sinds zijn gevangenzetting niet meer
kan.
Bent u van die feiten op de hoogte? Welke
diplomatieke acties bent u van plan te ondernemen
voor de heer Byabuze overeenkomstig de
richtsnoeren van de Europese Unie ter verdediging
van de rechten van de mens?
15.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : Mes
services ont été effectivement informés de
l'arrestation du professeur Katabaruka à Kigali le 16
février. Il a comparu en chambre du conseil le 22
février. Il est accusé d'être l'auteur de deux
documents contenant des propos considérés
comme portant atteinte à la sécurité intérieure,
discriminatoires et sectaires, délit réprimé par
l'article 4 de la loi 33bis/2003 réprimant le crime de
génocide, les crimes contre l'humanité et les crimes
de guerre.
Le ministère public a requis une peine de douze ans
d'emprisonnement. Le professeur Byabuze a plaidé
coupable mais a demandé une mise en liberté
provisoire en raison de problèmes de santé. La
décision a été le maintien en détention préventive
pendant un mois.
L'ambassade de Belgique à Kigali suit de près cette
affaire, même si, s'agissant d'un ressortissant
congolais, aucune démarche formelle n'a été
entreprise. La question sera réévaluée à la lumière
de la décision qui interviendra d'ici peu quant au
maintien en détention du professeur Byabuze.
15.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Mijn
diensten werden inderdaad op de hoogte gebracht
van de aanhouding van professor Byabuze
Katabaruka in Kigali op 16 februari. Op 22 februari
is hij voor de raadkamer verschenen. Hij wordt
ervan beschuldigd twee documenten te hebben
geschreven die als een bedreiging voor de interne
veiligheid worden gezien en discriminerend en
sektarisch worden genoemd. Dat misdrijf wordt
strafbaar gesteld in artikel 4 van de wet 33bis/2003
ter beteugeling van volkenmoord, misdaden tegen
de mensheid en oorlogsmisdaden.
Het openbaar ministerie heeft een gevangenisstraf
van twaalf jaar geëist. Professor Byabuze heeft
schuld bekend maar heeft gevraagd om wegens
gezondheidsredenen voorwaardelijk in vrijheid te
worden gesteld. Er werd beslist om hem een maand
in voorlopige hechtenis te houden.
De Belgische ambassade in Kigali volgt deze zaak
van dichtbij, al werd er geen officiële actie
ondernomen vermits het om een Congolees
staatsburger gaat. De kwestie zal opnieuw worden
beoordeeld in het licht van de beslissing die
binnenkort over de verdere opsluiting van professor
Byabuze zal worden genomen.
15.03 Zoé Genot (ECOLO) : Il est important que 15.03 Zoé Genot (ECOLO): Het is belangrijk dat
13/03/2007
CRABV 51
COM 1239
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
24
les ambassades aient déjà fait des efforts en la
matière. Toutes nos ambassades doivent connaître
les outils dont elles disposent en matière de droits
de l'homme et savoir lesquels elles peuvent
actionner.
de ambassades al iets hebben ondernomen. Al
onze ambassades moeten weten over welke
instrumenten ze beschikken om voor de
mensenrechten te ijveren, en dewelke ze in
bepaalde situaties kunnen aanwenden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
16 h 06.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 16.06 uur.