CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
CRABV 51 COM 1210
CRABV 51 COM 1210
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMMISSION DES
R
ELATIONS EXTÉRIEURES
C
OMMISSIE VOOR DE
B
UITENLANDSE
B
ETREKKINGEN
mercredi
woensdag
14-02-2007
14-02-2007
Après-midi
Namiddag
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
cdH
centre démocrate Humaniste
CD&V
Christen-Democratisch en Vlaams
ECOLO
Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
FN
Front National
MR
Mouvement réformateur
N-VA
Nieuw-Vlaamse Alliantie
PS
Parti socialiste
sp.a-spirit
Socialistische Partij Anders Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht
Vlaams Belang
Vlaams Belang
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 Document parlementaire de la 51e législature, suivi du n° de
base et du n° consécutif
DOC 51 0000/000
Parlementair stuk van de 51e zittingsperiode + basisnummer en
volgnummer
QRVA
Questions et Réponses écrites
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV
version provisoire du Compte Rendu Intégral (couverture verte)
CRIV
voorlopige versie van het Integraal Verslag (groene kaft)
CRABV
Compte Rendu Analytique (couverture bleue)
CRABV
Beknopt Verslag (blauwe kaft)
CRIV
Compte Rendu Intégral, avec, à gauche, le compte rendu inté-
gral définitif et, à droite, le compte rendu analytique traduit des
interventions ; les annexes se trouvent dans une brochure
séparée (PLEN: couverture blanche; COM: couverture
saumon)
CRIV
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal verslag en
rechts het vertaalde beknopt verslag van de toespraken; de
bijlagen zijn in een aparte brochure opgenomen
(PLEN: witte kaft; COM: zalmkleurige kaft)
PLEN
séance plénière
PLEN
Plenum
COM
réunion de commission
COM
Commissievergadering
MOT
motions déposées en conclusion d'interpellations (papier beige)
MOT
moties tot besluit van interpellaties (beigekleurig papier)
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail :
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail :
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
i
SOMMAIRE
INHOUD
Question de Mme Zoé Genot au ministre des
Affaires étrangères sur "le soutien à une
dépénalisation universelle de l'homosexualité"
(n° 13361)
1
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister
van Buitenlandse Zaken over "de steun voor de
wereldwijde depenalisering van homoseksualiteit"
(nr. 13361)
1
Orateurs: Zoé Genot, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Zoé Genot, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Marie-Claire Lambert au
ministre des Affaires étrangères sur "sur l'accord
de coopération entre le fédéral et les Régions en
matière d'exportation, d'importation et de transit
d'armes" (n° 13390)
3
Vraag van mevrouw Marie-Claire Lambert aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het
samenwerkingsakkoord tussen de federale
overheid en de Gewesten met betrekking tot de
in-, uit- en doorvoer van wapens" (nr. 13390)
3
Orateurs: Marie-Claire Lambert, Karel De
Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Marie-Claire Lambert, Karel De
Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Josée Lejeune au ministre des
Affaires étrangères sur "la détention d'un Belge
au Bénin" (n° 13868)
4
Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
opsluiting van een Belg in Benin" (nr. 13868)
4
Orateurs: Josée Lejeune, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Josée Lejeune, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Talbia Belhouari au ministre
des Affaires étrangères sur "la récente arrestation
et la maltraitance de deux étudiants belges en
Égypte" (n° 13680)
6
Vraag van mevrouw Talbia Belhouari aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de recente
arrestatie en mishandeling van twee Belgische
studenten in Egypte" (nr. 13680)
6
Orateurs: Talbia Belhouari, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Talbia Belhouari, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. François-Xavier de Donnea au
ministre des Affaires étrangères sur "la politique
chinoise en Afrique" (n° 13337)
7
Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het
Chinese beleid ten aanzien van Afrika"
(nr. 13337)
7
Orateurs: François-Xavier de Donnea, Karel
De Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: François-Xavier de Donnea, Karel
De Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre des Affaires étrangères sur "la politique
de nominations mise en oeuvre au sein du SPF
Affaires étrangères" (n° 14125)
9
Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
benoemingspolitiek binnen de FOD Buitenlandse
Zaken" (nr. 14125)
9
Orateurs: Servais Verherstraeten, Karel De
Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Servais Verherstraeten, Karel De
Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Valérie Déom au ministre des
Affaires étrangères sur "la détention d'un citoyen
belge au Bénin" (n° 14115)
10
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
opsluiting van een Belgisch burger in Benin"
(nr. 14115)
10
Orateurs: Valérie Déom, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Valérie Déom, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre des
Affaires étrangères sur "la charte 'Vrouwenkracht
is Vredesmacht'" (n° 13880)
11
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister
van
Buitenlandse
Zaken
over
"Vrouwenkracht is Vredesmacht" (nr. 13880)
11
Orateurs: Hilde Vautmans, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Hilde Vautmans, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de Mme Hilde Vautmans au ministre des
Affaires étrangères sur "le génocide au Darfour"
(n° 13881)
12
Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
genocide in Darfoer" (nr. 13881)
12
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
ii
Orateurs: Hilde Vautmans, Karel De Gucht,
ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Hilde Vautmans, Karel De Gucht,
minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. François-Xavier de Donnea au
ministre des Affaires étrangères sur "la possible
héroïsation de SS en Estonie" (n° 14018)
14
Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de minister van Buitenlandse Zaken over "het
mogelijk heroïseren van SS'ers in Estland"
(nr. 14018)
14
Orateurs: François-Xavier de Donnea, Karel
De Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: François-Xavier de Donnea, Karel
De Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. Francis Van den Eynde au
ministre des Affaires étrangères sur "les plaques
d'immatriculation
diplomatiques
françaises
utilisées par le prince Laurent" (n° 14063)
15
Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "Franse
diplomatieke nummerplaten van prins Laurent"
(nr. 14063)
15
Orateurs: Francis Van den Eynde, Karel De
Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Francis Van den Eynde, Karel De
Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
Question de M. Mohammed Boukourna au
ministre des Affaires étrangères sur "l'aide de
l'Union européenne destinée aux Palestiniens et
transitant par la banque HSBC" (n° 14136)
15
Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "het
overmaken van de hulp van de Europese Unie
aan de Palestijnen via de HSBC-bank" (nr. 14136)
15
Orateurs: Mohammed Boukourna, Karel De
Gucht, ministre des Affaires étrangères
Sprekers: Mohammed Boukourna, Karel De
Gucht, minister van Buitenlandse Zaken
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
1
COMMISSION DES RELATIONS
EXTERIEURES
COMMISSIE VOOR DE
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
du
MERCREDI
14
FÉVRIER
2007
Après-midi
______
van
WOENSDAG
14
FEBRUARI
2007
Namiddag
______
La réunion publique est ouverte à 14 h 50 sous la
présidence de M. Hervé Hasquin.
De vergadering wordt geopend om 14.50 uur en
voorgezeten door de heer Hervé Hasquin.
01 Question de Mme Zoé Genot au ministre des
Affaires étrangères sur "le soutien à une
dépénalisation universelle de l'homosexualité"
(n° 13361)
01 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de steun
voor
de
wereldwijde
depenalisering van
homoseksualiteit" (nr. 13361)
01.01 Zoé Genot (ECOLO) : L'ONG coordonnant la
Journée mondiale de lutte contre l'homophobie
propose de faire voter au Conseil des droits de
l'homme des Nations unies une résolution visant la
dépénalisation universelle de l'homosexualité.
M. Michel suggérait qu'un tel texte soit discuté à
l'avance en concertation avec les différents groupes
régionaux de manière à prévenir les objections des
pays que le texte dérange.
Quelles sont les actions que la Belgique peut
entreprendre ? De plus, notre pays est-il prêt à
déposer et soutenir une telle résolution au Conseil
des droits de l'homme des Nations unies ? Enfin,
comment procéder pour que cette résolution
aboutisse ?
01.01 Zoé Genot (ECOLO): De NGO die de
Werelddag tegen homofobie coördineert, stelt voor
in de Raad voor de mensenrechten van de
Verenigde Naties een resolutie gericht op de
universele depenalisering van homoseksualiteit te
doen goedkeuren.
De heer Michel stelde voor voorafgaandelijk met de
verschillende regionale groepen over die tekst te
overleggen, om te vermijden dat landen die het er
moeilijk mee hebben, bezwaren zouden maken.
Welke acties kan ons land ondernemen? Is ons
land bereid een dergelijke resolutie bij de Raad voor
de mensenrechten van de Verenigde Naties in te
dienen en te steunen? Hoe kunnen we die resolutie
kans op slagen geven?
01.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : La
Belgique avait appuyé l'initiative du Brésil de
déposer une résolution sur les droits de l'homme et
l'orientation sexuelle lors de la 59
e
Session de la
Commission
des
droits
de
l'homme,
en
2003. Néanmoins, le Brésil a dû retirer son texte vu
l'opposition ferme de l'Organisation de la
conférence islamique et du Saint-Siège. Depuis, il
n'a pas été possible de renouveler cette initiative,
un échec étant quasiment assuré.
Les pays favorables à l'inclusion de cette question
dans les travaux des enceintes onusiennes traitant
01.02 Minister Karel De Gucht (Frans): België
had zijn steun verleend aan het initiatief van Brazilië
om tijdens de 59
ste
zitting van de commissie voor de
Mensenrechten een resolutie betreffende de
mensenrechten en de seksuele geaardheid in te
dienen. Brazilië heeft zijn tekst echter moeten
intrekken wegens het uitdrukkelijke verzet van de
Organisation de la conférence islamique en het
Vaticaan. Sindsdien werd geen nieuw initiatief in die
zin meer genomen omdat een mislukking zo goed
als vaststond.
De landen die deze kwestie in de UNO-
vergaderingen betreffende de mensenrechten
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
2
des droits de l'homme ont donc décidé d'adopter
une autre approche consistant à progressivement
placer la question de l'orientation sexuelle à
l'agenda des discussions du Conseil des droits de
l'homme.
Ainsi, lors de la 2
e
Session du Conseil, en
septembre, l'Union européenne a posé des
questions sur l'orientation sexuelle à toute une série
de rapporteurs spéciaux. À la demande de la
Belgique, l'Union européenne a également posé
des questions sur le sujet au haut commissaire des
droits de l'homme. L'orientation sexuelle a
également été abordée lors de la 3
e
Session du
Conseil, qui vient juste de se terminer.
On constate que les rapporteurs spéciaux ainsi que
les organes de surveillance des traités intègrent de
plus en plus la question de l'orientation sexuelle
dans leurs travaux et leurs rapports.
behandeld willen zien, hebben dus voor een andere
aanpak geopteerd: ze plaatsen het thema van de
seksuele geaardheid systematisch op de agenda
van de besprekingen van de Raad voor de
Mensenrechten.
Zo heeft de Europese Unie tijdens de tweede zitting
van de Raad in september vragen over de seksuele
geaardheid gesteld aan een hele reeks speciale
rapporteurs. Op verzoek van België heeft de EU
ook de hoge commissaris voor de mensenrechten
over dit onderwerp ondervraagd. De seksuele
geaardheid werd tevens behandeld tijdens de derde
zitting van de Raad die net is afgelopen.
Men moet vaststellen dat de speciale rapporteurs
en de organen die op de toepassing van de
verdragen toezien, het thema van de seksuele
geaardheid steeds vaker in hun werkzaamheden en
rapporten opnemen.
Quand cette tendance sera bien consolidée,
d'autres actions pourront éventuellement être
envisagées.
Il faut également tenir compte du fait que la
composition du nouveau Conseil ne nous est pas
favorable.
Toutefois, le dépôt d'une résolution fait partie des
options qu'il convient de réexaminer régulièrement,
notamment dans le cadre de l'Union européenne.
Zodra die tendens bestendigd wordt, zullen we
eventueel aan andere acties kunnen denken.
We moeten ook rekening houden met het feit dat de
samenstelling van de nieuwe Raad onze zaak niet
ten goede komt.
Niettemin blijft de indiening van een resolutie een
van de opties die we regelmatig opnieuw moeten
evalueren, met name in het kader van de Europese
Unie.
01.03 Zoé Genot (ECOLO) : Les organes de suivi,
consistant à veiller à l'application par les différents
États des traités internationaux relatifs aux droits de
l'homme sont de bons outils. En effet, aujourd'hui,
les traités des droits de l'homme sont interprétés de
manière ouverte. De plus, la discrimination en
matière d'orientation sexuelle est de plus en plus
souvent prise en compte dans le cadre des traités
existant.
Toutefois, j'espère que la Belgique pourra
contribuer à faire aboutir au plus vite une telle
résolution.
L'incident est clos.
Le président : Chers collègues, il semblerait que
notre présence en séance plénière soit nécessaire.
J'ai demandé que l'on se renseigne à ce sujet.
La question n°13.639 de M. Van der Maelen est
transformée en question écrite ainsi que les
questions n°13.678 et n°13.679 de M. Hasquin.
01.03
Zoé
Genot
(ECOLO):
De
controleorganismen
moeten toezien op de
toepassing van de internationale verdragen inzake
de rechten van de mens door de diverse landen en
zijn derhalve nuttige instrumenten. De verdragen
inzake de mensenrechten worden thans immers
ruim geïnterpreteerd. Bovendien wordt er in de
bestaande verdragen steeds meer rekening
gehouden met de discriminatie op grond van de
seksuele geaardheid.
Niettemin hoop ik dat België een bijdrage kan
leveren tot een spoedige goedkeuring van een
dergelijke resolutie.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Waarde collega's, naar het schijnt
worden we in de plenaire vergadering verwacht. Ik
heb gevraagd om dat te checken.
Vraag nr. 13.639 van de heer Van der Maelen wordt
omgezet in een schriftelijke vraag. Hetzelfde geldt
voor de vragen nrs. 13.678 en 13.679 van de heer
Hasquin.
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
3
02 Question de Mme Marie-Claire Lambert au
ministre des Affaires étrangères sur "sur l'accord
de coopération entre le fédéral et les Régions en
matière d'exportation, d'importation et de transit
d'armes" (n° 13390)
02 Vraag van mevrouw Marie-Claire Lambert aan
de minister van Buitenlandse Zaken over "het
samenwerkingsakkoord tussen de federale
overheid en de Gewesten met betrekking tot de
in-, uit- en doorvoer van wapens" (nr. 13390)
02.01 Marie-Claire Lambert (PS) : Lors du débat
parlementaire sur la régionalisation de la
compétence en matière de délivrance des licences
d'armes, en juillet 2003, le Parlement avait insisté
sur la nécessité d'un échange d'informations
régulier entre les Affaires étrangères et les Régions.
Dans le cadre d'un dossier fort médiatisé voilà plus
d'un an, une Région avait souligné qu'aucune
procédure formelle d'échanges d'informations entre
l'État fédéral et les Régions n'avait été mise en
place. Il avait été, alors, question d'un accord de
coopération dans ce domaine entre les différents
niveaux de pouvoir.
Plus de trois ans après la régionalisation de cette
compétence, où en sont les discussions en vue de
finaliser cet accord ? Quelles sont les principales
dispositions prévues dans cet accord ? Quel gage
de fiabilité pourra-t-il offrir aux différentes parties ?
Quand ce document devrait-il être finalisé et déposé
sur la table du Parlement ?
02.01 Marie-Claire Lambert (PS): Tijdens de
parlementaire bespreking van juli 2003 over de
regionalisering van de bevoegdheid inzake de
afgifte
van
wapenvergunningen,
heeft
het
Parlement onderstreept dat Buitenlandse Zaken en
de Gewesten regelmatig informatie dienden uit te
wisselen.
In de context van een zwaar gemediatiseerd dossier
ongeveer een jaar geleden, heeft een Gewest
benadrukt dat er nog steeds geen enkele formele
procedure bestond voor het uitwisselen van
informatie tussen de federale staat en de
Gewesten. Er is toen sprake geweest van een
samenwerkingsakkoord op dit vlak tussen de
verschillende bestuursniveaus in dit land.
Hoe ver staat het nu, meer dan drie jaar na de
regionalisering van deze bevoegdheid, met de
discussies om dit akkoord te kunnen afronden? Wat
zijn de voornaamste bepalingen in dit akkoord? Hoe
zal het akkoord de betrouwbaarheid van de
informatie kunnen garanderen aan alle partijen?
Wanneer zal dit document kunnen worden afgerond
en wanneer zal het op de agenda van het
Parlement komen?
02.02 Karel De Gucht, ministre (en français) :
Ceux qui connaissent le dossier savent que la
réalisation de cet accord de coopération fut difficile.
Depuis les élections régionales de 2004, 29
versions ont déjà circulé. Aujourd'hui, Il y a un
accord politique sur un texte, qui règle
principalement l'échange d'informations et la
représentation de la Belgique au niveau
international.
Pour l'échange d'informations, le SPF Affaires
étrangères transmettra automatiquement aux
Régions les fiches des pays concernés et toutes les
nouvelles informations importantes. De leur côté,
les Régions informeront le SPF chaque fois qu'elles
reçoivent une demande d'un de ces pays figurant
sur la liste.
Pour la représentation de la Belgique dans les
groupes de travail du Conseil et dans les régimes
de contrôle internationaux, nous avons un accord
détaillé. Cette régulation reflète la répartition des
compétences qui existe depuis 2003 en Belgique.
02.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Wie dit
dossier kent, weet dat de totstandkoming van dit
samenwerkingsakkoord niet zonder slag of stoot
verliep. Sinds de gewestverkiezingen van 2004
deden al 29 versies de ronde. Vandaag bestaat een
politiek akkoord over een tekst, die in essentie de
informatie-uitwisseling en de vertegenwoordiging
van België op het internationale niveau regelt.
Wat de informatie-uitwisseling betreft, zal de FOD
Buitenlandse Zaken de Gewesten automatisch de
fiches van de betrokken landen en alle belangrijke
nieuwe informatie bezorgen. De Gewesten, van hun
kant, zullen de FOD op de hoogte brengen telkens
ze een aanvraag ontvangen van een van de landen
op de lijst.
Over de vertegenwoordiging van ons land in de
werkgroepen van de Raad en in de internationale
controle-instanties
bestaat
een
gedetailleerd
akkoord.
Die
regeling
weerspiegelt
de
bevoegdheidsverdeling die sinds 2003 in België
bestaat.
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
4
On prévoit de mettre cet accord à l'ordre du jour du
prochain comité de concertation.
Het is de bedoeling dat akkoord op de agenda van
de volgende bijeenkomst van het overlegcomité te
plaatsen.
02.03 Marie-Claire Lambert (PS) : Je me réjouis
de l'aboutissement prochain de cet accord.
02.03 Marie-Claire Lambert (PS): Het verheugt
me dat die overeenkomst weldra rond zal zijn.
L'incident est clos.
Le président : La question n° 13.755 de
Mme Brigitte Wiaux est transformée en question
écrite.
La question n° 13.856 de M. Van der Maelen est
remplacée par une question demain en séance
plénière.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 13.755 van mevrouw
Brigitte Wiaux wordt omgezet in een schriftelijke
vraag.
Vraag nr. 13.856 van de heer Dirk Van der Maelen
zal morgen in de plenaire vergadering worden
gesteld.
03 Question de Mme Josée Lejeune au ministre
des Affaires étrangères sur "la détention d'un
Belge au Bénin" (n° 13868)
03 Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
opsluiting van een Belg in Benin" (nr. 13868)
Le président : Mme Valérie Déom a posé une
question sur le même thème (n° 14.115) mais elle
est actuellement rapporteuse en séance plénière.
Elle pourra poser sa question ultérieurement et le
ministre pourra se référer dans sa réponse à celle
qu'il adressera aujourd'hui à Mme Lejeune.
De voorzitter: Mevrouw Valérie Déom had een
vraag over hetzelfde onderwerp (nr. 14.115), maar
zij is momenteel rapporteur in plenaire vergadering.
Zij kan haar vraag later stellen en de minister kan
dan naar zijn antwoord aan mevrouw Lejeune
verwijzen.
03.01 Josée Lejeune (MR) : Depuis le mois de
novembre, un de nos compatriotes est détenu au
Bénin, en raison d'un litige commercial avec l'un de
ses associés. Sans entrer dans le fond du dossier, il
faut souligner que ce Belge est incarcéré depuis
deux mois dans des conditions épouvantables.
Depuis son incarcération, il n'a toujours pas été
entendu par un juge.
Des contacts diplomatiques sont en cours.
L'ambassadeur belge s'est déjà déplacé à Cotonou
et a rencontré le président de la République mais
sans succès.
Quelles sont les actions possibles aujourd'hui ?
Notre compatriote peut-il espérer de l'aide de nos
services diplomatiques dans sa défense en justice ?
Sa famille est-elle encadrée, informée et associée
aux démarches ?
03.01 Josée Lejeune (MR): Sinds november zit
een van onze landgenoten gevangen in Benin naar
aanleiding van een conflict met een van zijn
handelspartners. Zonder dieper in te gaan op dat
dossier, moet er toch benadrukt worden dat deze
Belg
al
twee
maanden
in
erbarmelijke
omstandigheden
opgesloten zit.
Sinds zijn
opsluiting, werd hij nog niet door een rechter
gehoord.
Er vinden thans diplomatieke contacten plaats. De
Belgische ambassadeur is al naar Cotonou
afgereisd om er de president van de Republiek te
ontmoeten, weliswaar zonder succes.
Wat kan er momenteel ondernomen worden? Kan
onze landgenoot rekenen op hulp van onze
diplomatieke diensten wat zijn verdediging voor de
rechtbank betreft? Wordt de familie bijgestaan?
Wordt ze voldoende op de hoogte gehouden van en
betrokken bij de stappen die ondernomen worden?
03.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : M.
Grégory Bailly est détenu à Cotonou depuis le 28
novembre 2006 pour des raisons connues de notre
ambassade au Nigeria. Notre consul honoraire sur
place lui rend visite régulièrement. Une grève des
greffiers des tribunaux a retardé la comparution de
notre compatriote devant le juge.
03.02 Minister Karel De Gucht (Frans): De heer
Grégory Bailly wordt sinds 28 november 2006 in
Cotonou vastgehouden om redenen die gekend zijn
bij onze ambassade in Nigeria. Onze ereconsul ter
plaatse bezoekt hem regelmatig. Door een staking
van de griffiers in de rechtbanken heeft de
verschijning van onze landgenoot voor de rechter
vertraging opgelopen.
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
5
Le 24 janvier, une réunion a eu lieu entre les
représentants béninois et belges en présence du
Président béninois et de notre ambassadeur à
Abuja. Durant ces entretiens, le dossier de notre
compatriote fut évoqué et nos interlocuteurs
béninois ont fait savoir que la situation allait
rapidement rentrer dans l'ordre.
L'intéressé est pourvu d'un avocat local avec qui
notre ambassadeur a pris contact. Notre consul au
Nigeria lui a aussi rendu visite.
La première comparution de notre compatriote
devant le juge était prévue le 12 février, mais a été
remise au 13 en raison d'une panne d'électricité à
Cotonou.
Mes services sont en contact permanent avec la
famille, qui a reçu les coordonnées de l'avocat et
est informée de tout développement dans cette
affaire.
Op 24 januari heeft er een vergadering
plaatsgevonden tussen de Beninse en Belgische
vertegenwoordigers, in aanwezigheid van de
President van Benin en van onze ambassadeur in
Abuja. Tijdens dat onderhoud werd het dossier van
onze landgenoot aangekaart en de Beninse
gesprekspartners hebben ons laten weten dat de
situatie snel genormaliseerd zou worden.
De betrokkene beschikt over een plaatselijke
advocaat met wie onze ambassadeur contact heeft
opgenomen. Onze consul in Nigeria heeft hem ook
bezocht.
De eerste verschijning van onze landgenoot voor de
rechter was gepland op 12 februari, maar werd
uitgesteld
tot
13
februari
wegens
een
elektriciteitspanne in Cotonou.
Mijn diensten zijn voortdurend in contact met de
familie, aan wie de gegevens van de advocaat
werden overgemaakt en die op de hoogte wordt
gehouden van elke ontwikkeling in deze zaak.
03.03 Josée Lejeune (MR) : Vous venez de dire
qu'il a été entendu hier, le 13 février. Avez-vous des
informations sur cette journée et les possibilités
pour notre compatriote d'être libéré ?
03.03 Josée Lejeune (MR): U heeft gezegd dat hij
gisteren, 13 februari, gehoord werd. Beschikt u over
meer informatie in verband met die hoorzitting?
Maakt onze landgenoot kans om vrijgelaten te
worden en zo ja, hoe?
03.04 Karel De Gucht, ministre (en français) : Pas
pour l'instant.
03.04 Minister Karel De Gucht (Frans): Op dit
ogenblik kan ik die vragen niet beantwoorden.
03.05 Josée Lejeune (MR) : Nous comptons sur
votre vigilance dans ce dossier.
03.05 Josée Lejeune (MR): We rekenen erop dat
u dat dossier nauwlettend blijft volgen.
03.06 Karel De Gucht, ministre (en français) :
J'imagine recevoir l'information dans le courant de
la
journée,
et
vous
la
communiquerai
immédiatement. J'ajoute que nous n'avons pas
d'ambassadeur au Bénin, mais seulement un
consul honoraire, ce qui peut expliquer qu'on
reçoive les informations un peu plus lentement.
L'incident est clos.
Le président : La question n° 13783 de M. Pieter
De Crem, relative à la visite du chef d'État en
République démocratique du Congo, me paraît
avoir été épuisée lors d'un récent débat. Qu'en
pensez-vous, Monsieur le Ministre ?
03.06 Minister Karel De Gucht
(Frans): Ik
veronderstel dat ik in de loop van de dag informatie
zal ontvangen. Ik zal ze u terstond bezorgen. Ik
voeg er nog aan toe dat we geen ambassadeur
maar enkel een ereconsul in Benin hebben, wat een
mogelijke verklaring is voor het feit dat de informatie
ons met enige vertraging bereikt.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 13873 van de heer Pieter
De Crem over het bezoek van het staatshoofd aan
de Democratische Republiek Congo werd naar mijn
mening bij een vorige gelegenheid volledig
beantwoord. Wat denkt u daarvan, mijnheer de
minister?
03.07 Karel De Gucht, ministre (en français) : J'ai
déjà répondu à cette question. Depuis, la situation
n'a pas changé.
03.07 Minister Karel De Gucht (Frans): Ik heb die
vraag al beantwoord en de toestand is sindsdien
niet veranderd.
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
6
Le président : Sans nouvelle de M. Philippe
Monfils, sa question n° 13907 est reportée. Il en est
de même pour la question n°13920 de Mme
Nahima Lanjri, et les questions n° 14031 de Mme
Annemie Turtelboom et n° 14054 de M. Stijn Bex.
De voorzitter: De heer Philippe Monfils liet niet van
zich horen en zijn vraag nr. 13907 wordt derhalve
uitgesteld. Dat is ook zo voor de vragen nr. 13920
van mevrouw Nahima Lanjri, nr. 14031 van
mevrouw Annemie Turtelboom en nr. 14054 van de
heer Stijn Bex.
(Pieter De Crem arrive en salle)
Monsieur De Crem, nous pensons que votre
question n'a plus de raison d'être vu donné le débat
de la semaine dernière.
(De heer Pieter De Crem komt de zaal binnen)
Mijnheer De Crem, volgens ons is uw vraag, na het
debat van vorige week, niet langer relevant.
04 Question de Mme Talbia Belhouari au ministre
des Affaires étrangères sur "la récente
arrestation et la maltraitance de deux étudiants
belges en Égypte" (n° 13680)
04 Vraag van mevrouw Talbia Belhouari aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
recente arrestatie en mishandeling van twee
Belgische studenten in Egypte" (nr. 13680)
04.01 Talbia Belhouari (PS) : Le 25 novembre et
le 7 décembre 2006, deux jeunes Bruxellois,
étudiants depuis trois ans à l'université du Caire, ont
été arrêtés par des militaires et les services
égyptiens de maintien de l'ordre dans le cadre d'une
rafle antiterroriste.
Ils sont restés pendant treize jours assis à même le
sol, recevant pour seule nourriture de l'eau et du
pain. Ils déclarent avoir eu les yeux bandés pendant
plusieurs jours et subi de nombreux sévices.
Ils ont réussi à rencontrer un membre de
l'ambassade de Belgique après dix jours. Ils ont pu
regagner la Belgique après treize jours de torture.
Choqués, les deux jeunes n'ont pu raconter leur
calvaire qu'un mois après leur retour. Pourquoi ces
deux étudiants belges n'ont-ils bénéficié d'un
soutien des autorités belges que dix jours plus tard,
comme ils le prétendent ? Comment avez-vous
réagi vis-à-vis des autorités égyptiennes ? Quelles
garanties pouvez-vous nous apporter pour qu'à
l'avenir cette situation ne se reproduise plus ? Quel
suivi avez-vous offert à ces deux jeunes Belges ?
04.01 Talbia Belhouari (PS): Op 25 november en
7 december 2006 werden twee jonge Brusselaars,
die al drie jaar aan de universiteit van Caïro
studeren,
gearresteerd
door
militairen
en
Egyptische ordehandhavers in het kader van een
antiterroristische razzia.
Zij moesten gedurende dertien dagen op de grond
blijven zitten, en kregen enkel water en brood. Zij
verklaren dagenlang geblinddoekt te zijn geweest
en werden naar eigen zeggen vaak geslagen.
Zij zijn er na tien dagen in geslaagd een lid van de
ambassade van België te ontmoeten. De twee
jongeren waren dermate geschokt dat zij pas een
maand na hun terugkeer over hun lijdensweg
hebben kunnen vertellen. Waarom kregen die twee
Belgische studenten pas na tien dagen, zoals zij
beweren, bijstand van de Belgische autoriteiten?
Hoe heeft u ten aanzien van de Egyptische
autoriteiten gereageerd? Welke garanties kan u ons
geven dat een dergelijke situatie zich niet meer zal
voordoen? Welke nazorg heeft u die twee jonge
Belgen geboden?
04.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : Les
deux ressortissants belges n'ont pas bénéficié de
l'assistance consulaire le jour de leur arrestation car
l'ambassade de Belgique au Caire n'a pas été
informée immédiatement de leur situation.
Mes services ont donné l'instruction à notre
représentation locale d'interroger les autorités
égyptiennes sur les conditions de détention de nos
deux compatriotes et d'insister auprès des
instances locales compétentes sur la nécessité
d'informer dans les meilleurs délais les autorités
belges de l'arrestation d'un de leurs ressortissants
sur le territoire égyptien. Mon département n'est,
malheureusement, pas compétent pour offrir un
04.02 Minister Karel De Gucht (Frans): De twee
Belgische onderdanen kregen de dag van hun
arrestatie geen consulaire bijstand, want de
Belgische ambassade in Caïro werd niet
onmiddellijk over hun toestand ingelicht.
Mijn
diensten
hebben
onze
plaatselijke
vertegenwoordiging de opdracht gegeven de
Egyptische
autoriteiten
over
de
detentievoorwaarden van onze twee landgenoten te
ondervragen en er bij de bevoegde lokale instanties
op aan te dringen dat de Belgische autoriteiten zo
snel mogelijk op de hoogte moeten worden
gebracht van de arrestatie van één van hun
landgenoten op het Egyptische grondgebied. Mijn
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
7
suivi psychologique à ces personnes.
L'ambassade n'a pas manqué de poser la question
de la poursuite de leurs études sur place aux
autorités égyptiennes et attend leur réponse.
departement is helaas niet bevoegd voor het
verlenen van psychologische bijstand aan die
personen.
De ambassade heeft de Egyptische autoriteiten
gevraagd of die studenten hun studies ter plaatse
kunnen voortzetten en wacht nog op een antwoord.
04.03 Talbia Belhouari (PS) : Cette situation est
pour le moins choquante et interpellante.
04.03 Talbia Belhouari (PS): Die toestand is op
zijn minst aanstootgevend en doet heel wat vragen
rijzen.
Je comprends que vos services ne sont pas
compétents pour le suivi psychologique, mais il
s'agit de la relation entre deux pays ; cela ne devrait
pas se reproduire !
Ik begrijp dat uw diensten niet bevoegd zijn voor de
psychologische begeleiding, maar het gaat om de
relatie tussen twee landen. Dergelijke feiten mogen
zich niet meer voordoen!
04.04 Karel De Gucht, ministre (en français) : Je
suis d'accord !
04.04 Minister Karel De Gucht (Frans): Daarover
ben ik het met u eens!
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
05 Question de M. François-Xavier de Donnea au
ministre des Affaires étrangères sur "la politique
chinoise en Afrique" (n° 13337)
05 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de minister van Buitenlandse Zaken over
"het Chinese beleid ten aanzien van Afrika"
(nr. 13337)
05.01 François-Xavier de Donnea (MR) :
Aujourd'hui, en Afrique, il y a un important
investissement politique et économique de la Chine.
Le sommet sino-africain à Pékin a été très édifiant à
cet égard, de même que le dernier voyage de M. Hu
Jintao dans une douzaine de pays d'Afrique.
05.01 François-Xavier de Donnea (MR): Vandaag
tracht China op economisch en politiek vlak een
grotere invloed te verwerven in Afrika. De Chinees-
Afrikaanse top in Peking en de jongste rondreis van
president Hu Jintao door een twaalftal Afrikaanse
landen hebben dat treffend geïllustreerd.
Vu globalement et à long terme, le fait que divers
pays investissent en Afrique est une bonne chose.
Plus il y a d'investissements, et plus le continent a
une chance de sortir du marasme.
Mais les prêts chinois ne sont pas subordonnés aux
mêmes conditions que les prêts de la Banque
mondiale et des grands donneurs multilatéraux et
bilatéraux américains et européens, notamment en
ce qui concerne la bonne gouvernance, le respect
des droits de l'homme ou de l'environnement. Cette
politique chinoise risque de déforcer certaines
stratégies européennes de développement en
Afrique.
Cela va probablement nous amener à formuler
autrement nos conditions. Nous devrons sans doute
nous diriger vers des exigences de moyens au lieu
de vouloir mesurer les résultats. M. Maystadt,
président de la BEI, s'est aussi inquiété de cette
situation et a déclaré que l'Europe devrait réfléchir à
la conditionnalité de son aide si elle ne veut pas être
« dribblée » en la matière. Outre la Chine, il y a
aussi l'Inde en Afrique de l'Est ou le Brésil en
Angola qui supplantera bientôt le Nigeria comme
Globaal en op lange termijn gezien, is het feit dat
verscheidene landen in Afrika investeren een goede
zaak. Hoe meer investeringen, hoe groter de kans
dat het continent uit de put geraakt.
De Chinese leningen zijn echter niet ondergeschikt
aan dezelfde voorwaarden als die van de
Wereldbank en van de grote Amerikaanse en
Europese multilaterale en bilaterale donoren, in het
bijzonder inzake goed bestuur, het naleven van de
mensenrechten of het milieu. Dit Chinees beleid
dreigt sommige Europese ontwikkelingsstrategieën
voor Afrika te verzwakken.
Hierdoor zullen wij er waarschijnlijk toe gebracht
worden onze voorwaarden anders te formuleren.
Wij zullen ons ongetwijfeld moeten richten naar
eisen op het vlak van de middelen in plaats van de
resultaten te willen meten. De heer Maystadt,
voorzitter van de EIB, heeft zich ook al zorgen
gemaakt over deze situatie en heeft verklaard dat
Europa moest nadenken over het aspect van het
verbinden van voorwaarden aan zijn hulp als het
zich niet door China het gras voor de voeten wil zien
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
8
premier producteur africain de pétrole.
wegmaaien. Naast China is er ook nog India in
Oost-Afrika of Brazilië in Angola dat binnenkort
Nigeria zal onttronen als voornaamste Afrikaanse
olieproducent.
Monsieur le ministre, partagez-vous les craintes
exprimées notamment par M. Maystadt ? Partagez-
vous mon diagnostic ? Quelles initiatives la
Belgique peut-elle prendre face à l'évolution de la
politique chinoise en Afrique ?
Mijnheer de minister, deelt u de bezorgdheid van
onder andere de heer Maystadt? Staat u achter mijn
diagnose? Welke initiatieven kan ons land nemen
ten aanzien van de groeiende Chinese invloed in
Afrika?
05.02 Karel De Gucht, ministre (en français) :
L'intérêt croissant de la Chine pour l'Afrique semble
motivé
par
des
considérations
stratégico-
économiques
et
des
objectifs
politiques
internationaux.
Cette évolution paraît ouvrir des perspectives
prometteuses pour les pays africains, mais ses
modalités se heurtent à des principes considérés
comme primordiaux pour le développement
durable. Dans la méthode chinoise, il y a un
manque de critères importants tels que le respect
de l'État de droit, des droits de l'homme et des
libertés fondamentales, la promotion de la bonne
gouvernance et de la démocratie, le souci pour les
normes sociales, la lutte contre la corruption et
l'extraction illégale de matières premières.
Dans ce contexte, les principes de notre politique
africaine ne doivent pas être affaiblis. Au contraire,
la communauté internationale doit convaincre la
Chine de s'inscrire dans l'approche multilatérale
dirigée vers le développement durable de l'Afrique.
Notre pays peut y jouer un rôle pertinent via l'Union
européenne, sur la base du nouvel accord de
partenariat et de coopération projeté entre l'Union
européenne et la Chine. Le Conseil Affaires
générales et Relations extérieures des 11 et
12 décembre 2006 a reconnu l'intérêt stratégique
de l'Afrique pour l'Union européenne et la Chine et
s'est prononcé pour un dialogue structuré sur ce
continent, en tenant compte des engagements des
pays africains, notamment sur le plan des principes
politiques précités.
Vu son expertise africaine, la Belgique essaiera
aussi de suivre cette problématique en tant que
membre non permanent du Conseil de sécurité de
l'ONU en 2007-2008.
05.02 Minister Karel De Gucht : (Frans): De
groeiende interesse van China voor Afrika is
kennelijk ingegeven door strategisch-economische
overwegingen en door internationale politieke
doelstellingen.
Deze evolutie lijkt beloftevolle perspectieven te
bieden aan de Afrikaanse landen, maar de
modaliteiten ervan komen in aanvaring met
bepaalde principes die primordiaal zijn voor de
duurzame ontwikkeling. De Chinese methode
kenmerkt zich door zijn gebrek aan de meest
essentiële criteria zoals het respect voor de
rechtstaat, de mensenrechten en de fundamentele
vrijheden, het bevorderen van het degelijk bestuur
(corporate gouvernance) en van de democratie, de
zorg voor maatschappelijke normen, de strijd tegen
de corruptie en de illegale ontginning van
grondstoffen.
Tegen die achtergrond moeten de principes van
ons Afrikabeleid niet versoepeld worden. In-
tegendeel, de internationale gemeenschap moet
China overtuigen aan te sluiten bij de multilaterale
aanpak die in een duurzame ontwikkeling in Afrika
uitmondt.
Ons land kan daar via de Europese Unie een
relevante rol in spelen, op grondvan een nieuw
gepland
samenwerkingsakkoord
tussen
de
Europese unie en China. De Raad Algemene Zaken
en Buitenlandse Betrekkingen van 11 en 12
december 2006 heeft het strategisch belang van
Afrika voor de Europese Unie erkend en China
heeft gezegd voorstander te zijn van een structurele
dialoog over dit continent, waarbij vooral rekening
dient te worden gehouden met de engagementen
van de Afrikaanse landen met name op vlak van de
voornoemde politieke principes.
Op basis van zijn Afrikaanse expertise zal België
deze problematiek ook proberen te volgen als niet
permanent lid van de Veiligheidsraad van de VN in
2007-2008.
L'accord bilatéral entre la Belgique et la Chine sera
aussi utilisé à cette fin.
Je suis prêt à tenir un débat plus large sur base
d'une note de mes services.
De bilaterale overeenkomst tussen China en België
zal ook daartoe worden aangewend.
Ik ben bereid op grond van een nota van mijn
diensten hierover een breder debat te voeren.
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
9
05.03 François-Xavier de Donnea (MR) : Il serait
intéressant d'avoir une heure de discussion sur ce
thème sur base de la documentation du ministre.
On pourrait y englober la Chine mais aussi l'Inde et
le Brésil qui sont des joueurs de plus en plus
importants sur le continent africain.
05.03 François-Xavier de Donnea (MR): Het zou
interessant zijn indien we op grond van de
documentatie van de minister een uur discussie aan
dit thema zouden kunnen wijden. We zouden het
niet alleen over China, maar ook over India en
Brazilië kunnen hebben. Die twee laatste landen
spelen immers ook een steeds grotere rol op het
Afrikaanse continent.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
06 Question de M. Servais Verherstraeten au
ministre des Affaires étrangères sur "la politique
de nominations mise en oeuvre au sein du SPF
Affaires étrangères" (n° 14125)
06 Vraag van de heer Servais Verherstraeten aan
de minister van Buitenlandse Zaken over "de
benoemingspolitiek binnen de FOD Buitenlandse
Zaken" (nr. 14125)
06.01 Servais Verherstraeten (CD&V) : Au SPF
Affaires étrangères, certains agents statutaires qui
entrent en considération pour une promotion
auraient été dépassés par des candidats moins
bien classés. Pour justifier ce dépassement, on
invoque parfois la nécessité de garantir l'équilibre
linguistique. Mais cette justification n'est pas valable
dans tous les cas. Aussi un certain nombre de
procédures ont-elles été entamées au Conseil
d'État. La politisation risque toujours, en effet,
d'engendrer une certaine démotivation.
Quelle appréciation le ministre porte-t-il sur la
manière dont le comité de direction sélectionne les
candidats à une promotion ? Le comité peut-il
invoquer l'équilibre linguistique pour justifier la
promotion de candidats moins compétents ? Le
ministre est-il partisan d'une objectivation de la
procédure de sélection dans le cadre des
promotions ? Comment garantir objectivité et
transparence ?
06.01 Servais Verherstraeten (CD&V): Bij de
FOD Buitenlandse Zaken zouden sommige
statutaire ambtenaren die in aanmerking komen
voor een bevordering, zijn voorbijgestoken door
kandidaten die minder gunstig gerangschikt waren.
Soms wordt daarvoor het taalevenwicht ingeroepen,
maar dit gaat niet in alle gevallen op. Daarom zijn er
ook enkele procedures ingeleid bij de Raad van
State. Politisering dreigt altijd tot demotivering te
leiden.
Hoe schat de minister de beoordeling in van het
directiecomité
bij
de
voorstelling
van
bevorderingskandidaten?
Kan
men
het
taalevenwicht inroepen als argument om minder
bekwame personen te bevorderen? Is de minister
een voorstander van de objectivering van de
selectieprocedure bij bevorderingen? Hoe kunnen
objectiviteit en transparantie gewaarborgd worden?
06.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Dans tous les dossiers de promotion qui me sont
soumis, j'agis en conformité avec l'article 27bis de
l'arrêté royal du 7 août 1939 concernant l'évaluation
du personnel. En outre, en ma qualité de ministre,
je suis évidemment tenu de respecter la législation
linguistique. Enfin, la réglementation impose un
traitement objectif des procédures de promotion, ce
à quoi je souscris totalement.
06.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): In
alle bevorderingsdossiers die aan mij worden
voorgelegd, handel ik conform artikel 27bis van het
KB van 7 augustus 1939 inzake de evaluatie van
het personeel. Verder moet ik als minister uiteraard
de taalwetgeving respecteren. Uiteindelijk legt de
regelgeving een objectieve behandeling van de
bevorderingsprocedures op en daar sta ik volledig
achter.
06.03 Servais Verherstraeten (CD&V) : En
matière de législation linguistique, je partage
naturellement le point de vue juridique du ministre
mais certaines nominations ne peuvent être
attribuées à la nécessité de respecter l'équilibre
linguistique. La réglementation a été manifestement
assouplie sous la seconde coalition violette et les
influences politiques se font plus sentir qu'avant sur
le plan de la composition des jurys. Cet
assouplissement est dû notamment au fait que les
06.03 Servais Verherstraeten (CD&V): Inzake de
taalwetgeving deel ik uiteraard het juridische
standpunt van de minister, maar er zijn ook
benoemingen
gebeurd
die
niet
aan
het
taalevenwicht kunnen worden toegewezen. De
regelgeving is duidelijk wat versoepeld onder de
tweede paarse regering en bij de samenstelling van
de jury's is er nu meer invloed van de politiek. Ook
het uitblijven van KB's betreffende de functionele
tweetaligheid zorgt voor die versoepeling en
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
10
arrêtés royaux relatifs au bilinguisme fonctionnel
tardent à être promulgués et il a pour conséquence
qu'une kyrielle de procédures ont été entamées au
Conseil d'État, ce qui n'est pas une bonne chose.
daardoor voor een stroom van procedures bij de
Raad van State. Dat is geen goede zaak.
06.04 Karel De Gucht , ministre (en néerlandais) :
Il s'agit en l'occurrence de deux nominations qui ont
été récemment annulées par le Conseil d'État parce
que les jurys concernés étaient unilingues. Les
nominations ainsi que les jurys datent d'ailleurs
d'avant mon arrivée au " Couvent des Carmélites ".
06.04 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Het
gaat hier om twee benoemingen die onlangs
vernietigd werden door de Raad van State omdat
de betrokken jury's eentalig waren samengesteld.
De benoemingen en ook de jury's dateren trouwens
van voor mijn intrede in `het Karmelietenklooster'.
06.05 Servais Verherstraeten (CD&V) : Je
souhaitais seulement éviter que des dossiers futurs
ne subissent le même sort. Par ailleurs, il est exact
que ces annulations n'ont pas été prononcées alors
que le ministre était aux affaires.
06.05 Servais Verherstraeten (CD&V): Ik wilde
enkel vermijden dat toekomstige dossiers hetzelfde
lot beschoren zou zijn. Verder klopt het dat de
vernietigingen niet gebeurd zijn onder de
bevoegdheid van de minister.
06.06 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Il est évident que les jurys doivent être bilingues,
mais on ne peut revenir en arrière.
06.06 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Het
spreekt vanzelf dat jury's tweetalig moeten zijn,
maar het verleden is het verleden.
L'incident est clos.
Le président : Mme Déom est rapporteur en
séance plénière. Une question jointe sur le Bénin
devait être posée par Mmes Lejeune et Déom. Que
Mme Déom pose sa question maintenant.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Mevrouw Déom is rapporteur voor
de plenaire vergadering. De dames Lejeune en
Déom zouden een samengevoegde vraag over
Benin stellen. Ik stel voor dat mevrouw Déom haar
vraag nu stelt.
07 Question de Mme Valérie Déom au ministre
des Affaires étrangères sur "la détention d'un
citoyen belge au Bénin" (n° 14115)
07 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
opsluiting van een Belgisch burger in Benin"
(nr. 14115)
07.01 Valérie Déom (PS): La Dernière Heure nous
apprenait, le 21 janvier dernier, l'incarcération d'un
belge de 35 ans au Bénin. Selon ce quotidien, notre
compatriote serait détenu depuis le 28 novembre
2006
dans
des
conditions
de
détention
épouvantables. En outre, les raisons de cette
détention apparaissent troubles. Selon le journal,
notre compatriote serait détenu sans motif et n'a
toujours pas comparu devant un magistrat.
Toujours selon La Dernière Heure, le consul de
Belgique et le consul honoraire ont été autorisés à
lui rendre visite au début de son incarcération,
contrairement à sa famille. Son passeport lui a
aussi été retiré.
Qu'en est-il de cette situation ? Des contacts ont-ils
été pris avec les autorités du Bénin ? Sait-on ce qui
est reproché à notre compatriote ? Le
gouvernement s'engage-t-il à intervenir pour
éclaircir la situation et garantir à cet homme un
procès équitable dans notre pays ?
07.01 Valérie Déom (PS): We lazen in La Dernière
Heure van 21 januari jongstleden dat een Belg van
35 jaar in Benin in de gevangenis zit. Volgens die
krant wordt onze landgenoot sinds 28 november
2006
in
verschrikkelijke
omstandigheden
vastgehouden. Bovendien zijn de redenen voor zijn
opsluiting onduidelijk. Volgens de krant wordt die
Belg zonder reden in hechtenis gehouden en is hij
nog steeds niet voor een magistraat verschenen.
Nog steeds volgens La Dernière Heure kregen de
Belgische consul en ereconsul de toelating hem
kort na zijn opsluiting te bezoeken, dit in
tegenstelling tot zijn familie. Ook werd zijn paspoort
afgenomen.
Hoe staat het met dit dossier? Werd contact
opgenomen met de Beninse overheden? Wat wordt
onze landgenoot ten laste gelegd? Verbindt de
regering zich ertoe actie te ondernemen om
klaarheid te brengen in de toestand en om ervoor te
zorgen dat die man in ons land een billijk proces
krijgt?
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
11
07.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : Je
renvoie à la réponse que j'ai donnée à Mme
Lejeune. Il y a eu une audience hier et nous
attendons les informations à ce sujet. Nous suivons
cette affaire de près.
07.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Ik verwijs
naar het antwoord dat ik aan mevrouw Lejeune heb
gegeven. Gisteren heeft er een hoorzitting
plaatsgevonden en we wachten op informatie ter
zake. We volgen die aangelegenheid van nabij.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
08 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre
des
Affaires
étrangères
sur
"la
charte
08 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister
van
Buitenlandse
Zaken
over
"Vrouwenkracht is Vredesmacht" (nr. 13880)
08.01 Hilde Vautmans (VLD) : En temps de
guerre, les femmes sont souvent uniquement
considérées comme des victimes, alors qu'elles
sont tout de même souvent chargées d'assurer les
revenus pendant que les hommes se battent. Elles
jouent également un rôle important en tant que
militantes pacifistes ou conciliatrices. Elles voient
également la reconstruction d'un pays à la fin d'un
conflit sous une autre perspective.
Le Conseil de sécurité des Nations Unies a adopté
en 2000 la résolution 1325 accordant aux femmes
un rôle plus important dans le processus de paix.
Sept ans après l'adoption de cette résolution, il n'est
cependant toujours pas fait suffisamment appel à la
force pacifique des femmes. C'est pourquoi
l'organisation Mères pour la Paix et le Conseil des
Femmes néerlandophone ont récolté 2.000
signatures sur une pétition demandant à la Belgique
de placer en tête de l'agenda politique le thème du
rôle de la femme dans le processus de paix.
Comment le gouvernement répondra-t-il à la
demande des ONG ? La Belgique abordera-t-elle le
thème « Femmes et Paix » lors du Conseil de
sécurité ? Comment la Belgique applique-t-elle la
résolution 1325 ?
08.01 Hilde Vautmans (VLD): In tijden van oorlog
worden vrouwen vaak enkel bekeken als
slachtoffers, daar waar ze toch dikwijls voor het
inkomen moeten zorgen terwijl de mannen aan het
vechten zijn. Vrouwen spelen ook een belangrijke
rol als vredesactivisten of bemiddelaars. Ook
hebben ze een andere kijk op de heropbouw van
het land na de beëindiging van het conflict.
De VN-Veiligheidsraad heeft in 2000 resolutie 1325
goedgekeurd waardoor vrouwen een grotere rol
toebedeeld krijgen bij het vredesproces. Zeven jaar
na de aanvaarding van deze resolutie wordt echter
de vredeskracht van vrouwen nog steeds niet
voldoende aangewend. De organisaties Moeders
voor Vrede en de Nederlandstalige Vrouwenraad
hebben daarom tweeduizend handtekeningen
verzameld onder een petitie die België verzoekt om
de aandacht voor vrouwen in het vredesproces
bovenaan op de politieke agenda te zetten.
Op welke manier zal de regering ingaan op de
vraag van de ngo's? Zal België het thema ` Vrouwen
en
Vrede'
naar
voren
schuiven
in
de
Veiligheidsraad? Op welke manier past België
resolutie 1325 toe?
08.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Mon département accorde bien entendu toute
l'attention nécessaire à la problématique des
femmes engagées dans des conflits armés et à leur
rôle dans le rétablissement de la paix. La Troisième
commission de l'Assemblée générale des Nations
Unies a adopté une résolution visant l'élimination de
toutes les formes de violence à l'encontre des
femmes. En outre, à l'occasion du 6
e
anniversaire
de la résolution 1325, un débat ouvert a été
organisé sur le rôle des femmes dans les conflits et
dans la construction de la paix. Ce débat figure
d'ailleurs de manière récurrente à l'agenda du
Conseil de sécurité. Enfin, la Peace Building
Commission insiste également sur le rôle des
femmes dans la prévention et la résolution des
conflits et dans la consolidation de la paix.
08.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Mijn
departement besteedt uiteraard de nodige aandacht
aan de problematiek van vrouwen in gewapende
conflicten en de rol van vrouwen bij de
vredesopbouw. In de derde commissie van de
Algemene Vergadering van de VN werd een
resolutie aangenomen die alle vormen van geweld
tegen vrouwen moet elimineren. Naar aanleiding
van de zesde verjaardag van resolutie 1325 vond
ook een open debat plaats over de rol van vrouwen
bij conflictsituaties en bij vredesopbouw. Dit debat
heeft een vaste plaats op de agenda van de
Veiligheidsraad. Ook in de Peace Building
Commission wordt de rol van vrouwen bij het
voorkomen en oplossen van conflictsituaties en bij
vredesconsolidatie beklemtoond.
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
12
Le 8 janvier 2007, un débat ouvert s'est tenu au
sein du Conseil de sécurité sur les menaces pesant
sur la paix et la sécurité dans le monde. Lors de ce
débat, la Belgique a souligné la nécessité de
protéger les citoyens, particulièrement les femmes
et les enfants. Lors du débat sur le Népal, la
Belgique a également demandé que l'on accorde
une attention spéciale au sort des femmes et des
enfants. La Belgique continuera bien sûr à mener
cette politique.
Au niveau européen, la résolution 1325 a été
intégrée dans la Politique européenne de sécurité et
de défense. Les femmes seront représentées dans
toutes les opérations de paix et à tous les échelons.
Par ailleurs, en juin 2006, le ministre De Decker a
organisé une conférence internationale sur la
violence sexuelle lors et en dehors des conflits.
Cette conférence a débouché sur l'adoption du plan
d'action de Bruxelles qui encourage les pays sortant
de conflit à mettre en oeuvre la résolution 1325.
Op 8 januari 2007 vond er binnen de
Veiligheidsraad een open debat plaats over de
bedreigingen voor de internationale vrede en
veiligheid. In dit debat heeft België de nadruk
gelegd op de noodzaak om burgers, en vooral
vrouwen en kinderen, te beschermen. Ook bij het
debat over Nepal heeft België specifieke aandacht
gevraagd voor het lot van de vrouwen en kinderen.
België zal uiteraard dit beleid blijven voeren.
Op Europees niveau werd uitvoering gegeven aan
resolutie 1325 in het Europese Veiligheids- en
Defensiebeleid. Vrouwen zullen vertegenwoordigd
zijn
in
alle
vredesoperaties
en
op alle
beleidsniveaus. Daarbij organiseerde minister De
Decker in juni 2006 een internationale conferentie
over seksueel geweld tijdens conflicten en
daarbuiten. Na afloop werd het Brusselse actieplan
aangenomen waarin landen na een conflict worden
aangemoedigd om resolutie 1325 uit te voeren in
hun beleid.
08.03 Hilde Vautmans (VLD) : Cette résolution et
l'intérêt qu'y portent les Affaires étrangères me
réjouissent beaucoup. Un plan d'action national
sera-t-il également échafaudé ?
08.03 Hilde Vautmans (VLD): Ik ben zeer blij met
de resolutie en met de aandacht die Buitenlandse
Zaken eraan besteedt. Zal er ook een nationaal
actieplan worden opgesteld?
08.04 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Je n'en sais pas plus sur ce point.
08.04 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Dat is
mij evenmin duidelijk.
08.05 Hilde Vautmans (VLD) : Ce sont là autant
de terrains d'action où la Belgique pourrait agir :
plus de femmes dans la diplomatie et plus de
femmes dans les missions de paix.
08.05 Hilde Vautmans (VLD): Voor België zijn dit
een aantal mogelijke actiepunten: meer vrouwen in
de diplomatie en meer vrouwen bij de
vredesmissies.
08.06 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
La sélection des diplomates n'est pas de ma
compétence, sinon un plus grand nombre de
femmes seraient sélectionnées. J'ai d'ailleurs
demandé que l'examen diplomatique de 2007 soit
adapté en manière telle que les candidats
masculins ne soient pas favorisés.
08.06 Minister Karel De Gucht (Nederlands): De
selectie van diplomaten valt niet onder mijn
bevoegdheid, anders zouden er wel meer vrouwen
geselecteerd worden. Ik heb trouwens gevraagd dat
de examenprocedure voor de rekrutering van
diplomaten in 2007 zou worden aangepast, opdat
mannen niet bevoordeeld zouden worden.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
09 Question de Mme Hilde Vautmans au ministre
des Affaires étrangères sur "le génocide au
Darfour" (n° 13881)
09 Vraag van mevrouw Hilde Vautmans aan de
minister van Buitenlandse Zaken over "de
genocide in Darfoer" (nr. 13881)
09.01 Hilde Vautmans (VLD) : On déplore déjà
près de 400.000 victimes au Darfour. On dénombre
encore 10.000 morts chaque mois et il y a plus de
deux millions de réfugiés. Il faut absolument mettre
fin au conflit.
Le 21 janvier 2007, des manifestants ont demandé
à Bruxelles la mise en oeuvre de la résolution des
09.01 Hilde Vautmans (VLD): In Darfoer vielen al
bijna 400.000 slachtoffers. Er vallen maandelijks
nog steeds tienduizend doden en er zijn meer dan
twee miljoen vluchtelingen. We moeten het conflict
absoluut een halt toeroepen.
Op 21 januari 2007 vroeger betogers in Brussel om
de VN-resolutie over Darfoer te implementeren.
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
13
Nations
unies sur
le Darfour.
M. Michel,
commissaire européen, a confirmé que la situation
est dramatique et chaotique mais a indiqué que le
budget européen ne comporte plus de moyens
disponibles. La Ligue arabe a promis 150 millions
de dollars mais n'a encore effectué aucun
versement.
Entre-temps, le gouvernement soudanais a cessé
de s'opposer à la présence des casques bleus. Le
ministre exercera-t-il des pressions au Conseil de
sécurité pour attirer l'attention sur ce conflit ?
L'évoquera-t-il lors de réunions bilatérales ? Y aura-
t-il des interventions auprès de la Ligue arabe pour
l'amener à tenir son engagement ?
Europees commissaris Michel bevestigde dat de
toestand dramatisch en chaotisch is, maar zei dat
er geen middelen meer beschikbaar zijn uit het
Europese budget. De Arabische Liga beloofde 150
miljoen dollar, maar betaalde nog niets uit.
De Soedanese regering heeft ondertussen haar
verzet tegen de blauwhelmen opgeheven. Zal de
minister in de Veiligheidsraad druk uitoefenen om
aandacht te vragen voor dit conflict? Zal hij daaraan
aandacht
besteden
tijdens
bilaterale
vergaderingen? Zal de Arabische Liga onder druk
worden gezet om zijn belofte na te komen?
09.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
En tant que membre du Conseil de Sécurité, nous
continuerons à exercer une pression pour attirer
l'attention sur ce conflit. Nous le faisons également
lors des rencontres bilatérales. Le secrétaire
général de la Ligue arabe m'a assuré qu'à court
terme, une somme de 150 millions d'euros serait
remise à l'AMIS, la force de paix de l'Union africaine
au Darfour. L'AMIS doit obtenir suffisamment de
moyens pour subsister car il sera sinon difficile de
constituer ultérieurement une force de paix hybride.
Le 5 mars 2007, le Conseil Affaires générales se
penchera sur la contribution européenne au
financement de l'AMIS. Dans l'intervalle, les
moyens de financement nécessaires sont encore
recherchés. La Commission européenne a indiqué
à juste titre que les caisses de l'African Peace
Facility sont vides mais elle peut encore puiser dans
d'autres budgets. Je présume que la Commission
européenne dégagera encore un financement une
fois que les États membres se seront engagés.
09.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Als
lid van de Veiligheidsraad zullen wij druk blijven
uitoefenen om aandacht voor dit conflict te vragen.
Dat gebeurt ook tijdens bilaterale ontmoetingen. De
secretaris-generaal van de Arabische Liga
verzekerde mij dat men op korte termijn 150 miljoen
euro zal overhandigen aan AMIS, de vredesmacht
van de Afrikaanse Unie in Darfoer. AMIS moet
voldoende middelen krijgen om te blijven bestaan,
want anders wordt het moeilijk om achteraf een
hybride vredesmacht op te richten.
Op 5 maart 2007 zal de Raad Algemene Zaken de
Europese bijdrage voor de financiering van AMIS
bespreken. Ondertussen wordt er nog naar de
nodige
financiering
gezocht.
De
Europese
Commissie zegt terecht dat er geen geld meer is
binnen de Africa Peace Facility, maar zij kan nog
andere budgetten aanspreken. Ik vermoed dat de
Europese Commissie nog geld ter beschikking zal
stellen nadat de lidstaten zich hebben geëngageerd.
09.03 Hilde Vautmans (VLD) : Allons-nous nous
engager ?
09.03 Hilde Vautmans (VLD): Zullen wij ons
engageren?
09.04 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
J'ai indiqué en réponse à une question précédente
que nous y réfléchissons.
09.04 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Ik
heb in antwoord op een vorige vraag gezegd dat dit
wordt onderzocht.
09.05 Hilde Vautmans (VLD) : Nous devons
accorder l'attention requise à ce dossier pour éviter
de devoir constater ultérieurement que nous nous
sommes cantonnés dans un rôle de spectateur.
09.05 Hilde Vautmans (VLD): We moeten de
nodige aandacht aan deze zaak besteden, opdat we
later niet zouden vaststellen dat we slechts hebben
toegekeken.
09.06 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Nous avons pris des engagements importants en
Afrique, même si la Belgique n'est pas une grande
puissance. Nous devons fixer des priorités dans le
cadre de nos engagements financiers mais nous
allons vérifier quelle contribution nous pourrions
apporter.
09.06 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Wij
gingen grote engagementen aan in Afrika, hoewel
België geen grootmacht is. We moeten prioriteiten
stellen in onze financiële engagementen, maar
zullen nagaan welke bijdrage kan worden geleverd.
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
14
10 Question de M. François-Xavier de Donnea au
ministre des Affaires étrangères sur "la possible
héroïsation de SS en Estonie" (n° 14018)
10 Vraag van de heer François-Xavier de Donnea
aan de minister van Buitenlandse Zaken over
"het mogelijk heroïseren van SS'ers in Estland"
(nr. 14018)
10.01 François-Xavier de Donnea (MR) : Mon
attention a été attirée sur le comportement des
autorités estoniennes à l'égard des monuments et
cimetières soviétiques symbolisant la libéralisation
de l'Estonie du joug nazi.
Le Parlement d'Estonie aurait voté une loi
permettant la destruction desdits monuments, et
l'enlèvement des corps soviétiques des cimetières
des combattants morts au front. Dans la ville de
Sinima, des vétérans de la 20
ème
division SS
semblent avoir été autorisés à ériger des
monuments dédiés aux anciens SS belges et
hollandais.
Avez-vous de renseignements sur ces graves
accusations ? Si c'est le cas, quelles démarches la
Belgique entreprend-elle à l'égard de l'Estonie pour
protester contre de tels actes ?
10.01 François-Xavier de Donnea (MR): Mijn
aandacht werd getrokken door het gedrag van de
Estlandse overheid ten aanzien van de Sovjet-
Russische monumenten en begraafplaatsen die
symbool staan voor de bevrijding van Estland van
de nazibezetting.
Het Estlandse Parlement zou een wet goedgekeurd
hebben die de vernietiging van deze monumenten
mogelijk maakt en ook het verwijderen van de
Sovjetlichamen uit de begraafplaatsen van de aan
het front gesneuvelde soldaten toelaat. In de stad
Sinima, hebben veteranen van de 20
e
SS divisie
kennelijk de toelating gekregen om monumenten ter
ere van oude Belgische en Nederlandse SS-ers op
te richten.
Beschikt u over meer informatie over deze ernstige
beschuldigingen? Zo ja, welke stappen zal België
ten aanzien van Estland ondernemen om te
protesteren tegen dergelijke daden?
10.02 Karel De Gucht ministre (en français) : La
loi estonienne du 10 janvier 2007 sur la protection
des tombes de guerre régit cette matière. En
résumé, les tombes et monuments de guerre
peuvent être déplacés s'ils se situent à un endroit
jugé inapproprié par une commission ad hoc.
Par ailleurs, on débat également en Estonie de la
possible destruction ou du déplacement du
monument « Le Soldat de Bronze », érigé par les
autorités soviétiques en l'honneur des soldats de
l'Armée Rouge. Répondant aux critiques de
l'importante communauté russophone et de la
Russie, le premier ministre m'a assuré qu'il s'agit de
protéger le monument actuellement mal situé
contre les manifestations hostiles.
Je suivrai la mise en oeuvre de cette loi. Les
susceptibilités de toutes les composantes de la
société estonienne doivent être respectées. C'est
d'ailleurs un dossier que j'ai suivi dans le cadre de
ma présidence de l'OSCE.
Le 29 juillet 2006, deux monuments ont été érigés à
Sinima en mémoire des soldats de la 20
ème
division
de la Waffen SS, la Légion estonienne. Je déplore
la tenue d'une telle manifestation, mais ceux-ci
s'ajoutent à d'autres monuments en l'honneur des
200.000 soldats allemands et russes tués en 1944
dans cette partie de l'Estonie.
10.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Deze
aangelegenheid valt onder de toepassing van de
Estse wet van 10 januari 2007 betreffende de
bescherming van de oorlogsgraven. Samengevat
komt ze hierop neer dat de oorlogsgraven en
monumenten kunnen verplaatst worden wanneer ze
zich op een plaats bevinden die door een ad hoc
commissie ongepast werd bevonden.
In Estland is overigens ook een debat aan de gang
over de eventuele vernietiging of verplaatsing van
het monument "De Bronzen Soldaat", dat door de
Sovjetoverheden ter ere van de soldaten van het
Rode Leger werd opgericht. In antwoord op de
kritiek van de belangrijke Russischsprekende
gemeenschap en van Rusland, heeft de eerste
minister me verzekerd dat het de bedoeling is het
monument dat zich op eenongeschikte plaats
bevindt
tegen
vijandige
betogingen
te
beschermen.
Ik zal de uitvoering van die wet opvolgen. Er moet
rekening worden gehouden met de gevoeligheden
van alle geledingen van de Estse maatschappij. Dit
is trouwens een van de dossiers die ik als voorzitter
van de OESO heb gevolgd.
Op 29 juli 2006 werden in Sinimae twee
monumenten opgericht ter nagedachtenis van de
soldaten van de twintigste divisie van de Waffen
SS, het Estse Legioen. Ik betreur dat een dergelijke
manifestatie plaatsvond, maar die monumenten
maken deel uit van een reeks van monumenten ter
ere van de Duitse en Russische soldaten die in
1944 in dat deel van Estland het leven lieten.
CRABV 51
COM 1210
14/02/2007
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
15
La discussion au sujet des monuments staliniens et
nazis repose la question du passé spécifique de
l'Estonie,
confrontée
à
des
« libérations »
douloureuses par l'Allemagne et l'Union soviétique.
150.000 Estoniens s'étaient affiliés à la Waffen SS.
Il revient aux autorités estoniennes de faire en sorte
que les Estoniens tirent les leçons du passé. J'attire
votre attention sur le projet du gouvernement
estonien d'interdire tous les symboles nazis et
soviétiques. C'est un premier pas dans la bonne
direction, même si la réconciliation ne s'impose pas
par la loi.
Dit debat over de stalinistische en nazimonumenten
doet onnieuw de vraag rijzen naar het specifieke
verleden van Estland, dat op pijnlijke wijze werd
"bevrijd" door Duitsland en de Sovjet-Unie. 150.000
Esten zijn destijds tot de Waffen SS toegetreden.
Het is de taak van de Estse overheden om ervoor
te zorgen dat de Esten lessen trekken uit het
verleden. Ik vestig uw aandacht op de maatregel
van de Estse regering om alle nazi- en
sovjetsymbolen te verbieden. Het is een eerste stap
in de goede richting, ook al kan men verzoening niet
bij wet opleggen.
10.03 François-Xavier de Donnea (MR) : Nous
devons être attentifs à ce qu'aucun pays de l'Union
européenne ne porte atteinte à la mémoire de ceux
qui ont combattu le nazisme !
10.03 François-Xavier de Donnea (MR): We
moeten erop toezien dat geen enkele Europese
lidstaat afbreuk doet aan de nagedachtenis van
diegenen die het nazisme hebben bestreden !
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
11 Question de M. Francis Van den Eynde au
ministre des Affaires étrangères sur "les plaques
d'immatriculation
diplomatiques
françaises
11 Vraag van de heer Francis Van den Eynde aan
de minister van Buitenlandse Zaken over "Franse
diplomatieke nummerplaten van prins Laurent"
(nr. 14063)
11.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang) :
Le prince Laurent conduit non seulement différentes
Ferrari mais également un véhicule muni d'une
plaque d'immatriculation diplomatique française.
Cette information a été diffusée dans le cadre de
l'émission de la VRT Terzake du 13 décembre
2006. Comment est-il possible que le prince puisse
circuler à bord d'un véhicule muni d'une telle
plaque ?
11.01 Francis Van den Eynde (Vlaams Belang):
Prins Laurent rijdt niet enkel met verschillende
Ferrari's, maar ook met een voertuig met een
Franse diplomatieke nummerplaat. Ik refereer aan
het VRT-programma Terzake van 13 december
2006. Hoe kan het dat de prins met een dergelijke
nummerplaat rondrijdt?
11.02 Karel De Gucht, ministre (en néerlandais) :
Je n'entends pas par ma réponse éluder votre
question. Les images vues par M. Van den Eynde
sont anciennes et datent d'une époque où le prince
utilisait
effectivement
une
telle
plaque
d'immatriculation. Ce n'est plus le cas depuis
l'an 2000. Le prince n'utilise pas de plaques
diplomatiques.
11.02 Minister Karel De Gucht (Nederlands): Dit
antwoord wil de vraag geenszins ontwijken. De
beelden die de heer Van den Eynde heeft gezien,
zijn vele jaren oud, toen de prins inderdaad een
dergelijke nummerplaat gebruikte. Dat is niet meer
het geval sedert 2000. De prins gebruikt geen
diplomatieke nummerplaten.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
12 Question de M. Mohammed Boukourna au
ministre des Affaires étrangères sur "l'aide de
l'Union européenne destinée aux Palestiniens et
transitant par la banque HSBC" (n° 14136)
12 Vraag van de heer Mohammed Boukourna aan
de minister van Buitenlandse Zaken over "het
overmaken van de hulp van de Europese Unie
aan de Palestijnen via de HSBC-bank" (nr. 14136)
12.01 Mohammed Boukourna (PS) : Dans le
cadre de son aide aux Palestiniens - qui concerne
plus de 140.000 personnes - l'Union européenne a
décidé de travailler via la banque HSBC. Les
raisons de ce nouveau mécanisme sont liées à la
présence du Hamas - considéré comme terroriste
par l'Union européenne - dans le gouvernement
12.01 Mohammed Boukourna (PS): In het kader
van haar hulp aan de Palestijnen die meer dan
140.000 personen betreft heeft de Europese Unie
beslist om haar transacties via de HSBC-bank te
laten verlopen. De keuze voor die nieuwe
benadering werd ingegeven door de aanwezigheid
van Hamas die door de Europese Unie als een
14/02/2007
CRABV 51
COM 1210
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
51
E LEGISLATURE
2006
2007
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
51
E ZITTINGSPERIODE
16
palestinien. Or, il semble que l'intermédiaire
financier s'enrichisse à chaque opération. Dans Le
Soir du 8 février, Oxfam dénonce la perception par
la banque de huit euros pour chaque transfert, soit
1 million d'euros par mois. Il s'agit là d'un
enrichissement scandaleux à partir de fonds
destinés à des fins humanitaires, alors que la
banque HSBC est aujourd'hui la troisième banque
mondiale !
Que savez-vous de ces pratiques de la banque
susnommée et au sujet de l'aide octroyée aux
Palestiniens ? Des mesures seront-elles prises pour
éviter ce gaspillage humanitaire ? Enfin, la sanction
diplomatique contre l'Autorité palestinienne va-t-elle
encore perdurer ? Les accords du week-end dernier
conclus entre les différentes factions palestiniennes
semblent augurer une évolution positive de la
situation.
terroristische groepering wordt beschouwd in de
Palestijnse regering. Het blijkt echter dat de
financiële tussenpersoon zichzelf bij elke verrichting
verrijkt. In Le Soir van 8 februari gaat Oxfam tekeer
tegen het feit dat de bank voor elke transfer acht
euro aanrekent, wat neerkomt op 1 miljoen euro per
maand. Het gaat om een schandalige verrijking op
de kap van fondsen die voor humanitaire
doeleinden bestemd zijn. En zeggen dat de HSBC-
bank de derde grootste bank ter wereld is!
Wat weet u over de praktijken van die bank en de
hulp die aan de Palestijnen wordt geboden? Zullen
er maatregelen volgen om die menselijke verspilling
te voorkomen? Tot slot, blijft de diplomatieke
sanctie tegen de Palestijnse Autoriteit nog lang
duren? De akkoorden die vorig weekend tussen de
diverse Palestijnse fracties werden gesloten, laten
op een positieve evolutie van de toestand hopen.
12.02 Karel De Gucht, ministre (en français) : J'ai
suivi avec sympathie et étonnement l'émotion créée
par cette affaire. Je comprends que l'on puisse
regretter qu'un million d'euros sur deux cent soit
nécessaire pour transférer de l'argent au Proche-
Orient, mais comment faire autrement ? La
Commission européenne et HSBC ont convenu de
tarifs compétitifs pour les transferts internationaux.
Si nous devions nous substituer aux banques
privées pour effectuer des virements sur le compte
de chaque fonctionnaire palestinien, les coûts
administratifs seraient bien supérieurs ! En ce sens,
le mécanisme temporaire international est efficace
et
bénéficie
directement
à
la
population
palestinienne.
Sur le terrain, il y a aujourd'hui des développements
encourageants. Je me félicite de l'initiative de
l'Arabie saoudite et de l'accord entre le Hamas et le
Fatah, qui j'espère mettra fin aux violences inter-
palestiniennes. Avec mes collègues européens,
nous sommes prêts à collaborer avec tout
gouvernement légitime palestinien qui reflète les
principes du quartet. Il faudra, cependant, s'assurer
que le nouveau gouvernement a bien l'intention de
faire cesser la violence, reconnaître les accords
passés par l'OLP et l'État d'Israël. Je ne suis pas
disposé à financer un gouvernement qui ne
reconnaisse pas ces principes internationaux.
12.02 Minister Karel De Gucht (Frans): Ik heb met
sympathie maar ook met enige verwondering de
beroering gevolgd die rond die zaak ontstaan is. Ik
begrijp dat men kan betreuren dat er aan de
overschrijving van 200 miljoen euro naar het
Midden-Oosten 1 miljoen kosten verbonden zijn,
maar is er een andere oplossing? De Europese
Commissie heeft van de HSBC-bank competitieve
tarieven voor de internationale geldtransfers kunnen
bedingen. Indien we in de plaats van de
privébanken zelf stortingen zouden moeten doen op
de rekening van elke Palestijnse ambtenaar,
zouden de administratieve kosten veel hoger liggen!
In dat opzicht biedt dat tijdelijke internationale
mechanisme een efficiënte oplossing dat de
Palestijnse bevolking rechtstreeks ten goede komt.
De jongste ontwikkelingen in de regio zelf zijn
hoopgevend. Ik verheug me over het initiatief van
Saoedi-Arabië en het akkoord tussen Hamas en
Fatah dat naar ik verwacht een einde zal stellen aan
het geweld tussen de Palestijnen onderling. Mijn
Europese collega's en ikzelf zijn bereid om samen
te werken met elke wettelijke Palestijnse regering
die de principes van het kwartet nakomt. We
moeten ons er echter van vergewissen dat de
nieuwe regering echt de bedoeling heeft om het
geweld te beëindigen en de akkoorden tussen de
PLO en Israël te erkennen. Ik ben niet bereid om
een regering te financieren die deze internationale
beginselen niet erkent.
L'incident est clos.
Het incident is gesloten.
La réunion publique de commission est levée à
16 h 06.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 16.06 uur.